Voorstel aan de Raad
Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel
13 april 2016
/ 51/2016
Fatale termijn: besluitvorming vóór:
Onderwerp
Duurzaamheidslening en Stimuleringslening non-profitorganisaties: aanpassingen Programma
Duurzaamheid Portefeuillehouder
H. Tiemens Voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders d.d.
22 maart 2016 Samenvatting
Vorig jaar (18 december 2015) heeft de raad de nieuwe verordeningen voor de Duurzaamheidslening en de Stimuleringslening non-profitorganisaties vastgesteld. Doel van deze leningen is om diverse doelgroepen te ondersteunen bij het verduurzamen van de woningen en panden. Bij de uitvoering stuiten we nu op een aantal zaken, die we willen wijzigen om de implementatie van de leningen te verbeteren. Het aantal aanvragen voor de Duurzaamheidslening is in het laatste kwartaal van 2015 flink toegenomen. De eerder gereserveerde middelen zijn ontoereikend om nieuwe aanvragen te kunnen bedienen. We willen extern geld aantrekken en de gereserveerde middelen inzetten om de rentelasten te dekken, zodat we mensen die hun woning willen verduurzamen en daarvoor geld willen lenen, kunnen faciliteren. Volgens de Wet Markt en Overheid is het verstrekken van een lening is een economische activiteit. Wij doen dit echter in het algemeen belang. Uw raad is bevoegd om een uitzondering voor deze activiteit te maken. Ook willen we een aantal formuleringen in de verordeningen wijzigen, zodat deze duidelijk voor de aanvragers zijn. Voorstel om te besluiten
1. De Duurzaamheidslening aan te wijzen als activiteit, die plaatsvindt in het algemeen belang als bedoeld in artikel 25h, vijfde lid, van de Mededingingswet. 2. De verordening “Stimuleringslening non-profit organisaties Gemeente Nijmegen 2016” in te trekken. 3. De verordening “Stimuleringslening non-profit organisaties Gemeente Nijmegen 2016 versie 2” vast te stellen. 4. De verordening “Duurzaamheidsleningen Gemeente Nijmegen 2016” in te trekken. 5. De verordening “Duurzaamheidsleningen Gemeente Nijmegen 2016 versie 2” vast te stellen. 6. De begrotingswijziging BW-01495 vast te stellen.
Opgesteld door, telefoonnummer, e-mail
Kim Kerckhoffs, 2878,
[email protected] Raadsvoorstel Duurzaamheidslening en Stimuleringslening non-profitorganisaties - aanpassingen 15-3-2016 (2)
Voorstel aan de Raad
Aan de Raad van de gemeente Nijmegen 1
Inleiding
Vorig jaar (18 december 2015) heeft de raad de nieuwe verordeningen voor de Duurzaamheidslening en de Stimuleringslening non-profitorganisaties vastgesteld. Doel van deze leningen is om diverse doelgroepen te ondersteunen bij het verduurzamen van de woningen en panden. Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) voert deze leningen uit en beheer de fondsen. Conform de afspraken betalen de partijen het geleende bedrag terug, waarmee wij nieuwe leningen kunnen verstrekken. Bij de uitvoering stuiten we nu op een aantal zaken, die we willen wijzigen om de implementatie van de leningen te verbeteren. Het gaat om de volgende zaken: 1. Sinds 2009 hebben wij de Duurzaamheidslening. Het aantal aanvragen voor de Duurzaamheidslening is in het laatste kwartaal van 2015 en het eerste kwartaal van 2016 flink toegenomen. In de maanden november 2015 t/m medio maart 2016 zijn 86 van de in totaal 319 aanvragen ingediend. De eerder gereserveerde eigen middelen a €1,2 miljoen zijn ontoereikend om nieuwe aanvragen te kunnen bedienen. We willen mensen die willen investeren in het verduurzamen van een woning en hiervoor een lening aanvragen niet teleurstellen. We willen juist stimuleren dat mensen hun woning verduurzamen. Daarom willen we voor de Duurzaamheidslening extern geld aantrekken en de gereserveerde middelen inzetten om de rentelasten te dekken. (Net zoals we dat voor de Starterslening en de Stimuleringslening non-profitorganisaties doen.) We trekken nu extern geld aan maar we berekenen de integrale kostprijs niet aan de bewoners door, zoals de Wet Markt en Overheid wel voorschrijft. De raad heeft middels het raadsbesluit Wet Markt en Overheid de activiteiten vastgelegd, die in het kader van het algemeen belang een uitzondering vormen. Het voorstel is de Duurzaamheidslening hieraan toe te voegen. Dit is dan een uitbreiding op dat aanwijzingsbesluit. 2. In de verordening Stimuleringslening non-profitorganisaties staat een foutieve verwijzing naar de rentetarieven voor deze lening. We hanteren niet het actuele rentetarief van de SVn voor het product “Stimuleringslening” maar de SVn “rente algemeen”. Dit willen we aanpassen. Daarnaast passen we enkele andere kleine fouten aan, zonder dat deze de strekking of de inhoud van de verordening veranderen. 3. De verordening Duurzaamheidslening wijzigen we ook een aantal formuleringen, zonder dat deze de strekking of de inhoud van de verordening veranderen.
1.1 Wettelijk kader of beleidskader
De Stimuleringslening non-proforganisaties en de Duurzaamheidslening dragen bij aan het verduurzamen van de bestaande gebouwen en woningen in Nijmegen.
Wet Markt en Overheid Vanaf 1 juli 2014 geldt de Wet Markt en Overheid. De bedoeling van de wet is dat er door de overheid eerlijk wordt geconcurreerd met bedrijven als economische activiteiten worden verricht. Het verstrekken van een lening is een economische activiteit, maar wel een die we
Raadsvoorstel Duurzaamheidslening en Stimuleringslening non-profitorganisaties - aanpassingen 15-3-2016 (2)
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
2
verrichten in het algemeen belang. De raad is bevoegd om een uitzondering voor deze activiteit te maken. Aanpassen van de verordening Stimuleringslening non-profitorganisaties en Duurzaamheidslening: Indien we foute verwijzing naar de rentetarieven niet veranderen, kunnen organisaties de indruk krijgen dat zij voor een gunstiger rentetarief in aanmerking komen dan onze bedoeling is. Ze kunnen hiertegen bezwaar maken en zullen gezien de formulering in hun recht staan. In de verordening behoort de juiste informatie te staan. De overige wijzigingen hebben geen inhoudelijke gevolgen en zijn slechts ter verduidelijking. Het terugtrekken en aanpassen van verordeningen is een bevoegdheid van de raad.
1.2 Relatie met programma
De Stimuleringslening en de Duurzaamheidslening dragen bij aan het realiseren van de klimaat- en energiebesparingsdoelstellingen, zoals verwoord in de Duurzaamheidsagenda 2011-2015.
2
Doelstelling
Algemeen Particuliere woningeigenaren en non-profitorganisaties ondersteunen bij het verduurzamen van de woningen en panden om op deze manier het energieverbruik te beperken en het aandeel duurzaam opgewekte energie te vergroten. Gelden aantrekken en verstrekken aan de SVn: Door de gereserveerde middelen in te zetten als dekking van de rentelasten in plaats van als kapitaal kunnen we meer geld aantrekken, waardoor we meer mensen van een Duurzaamheidslening kunnen blijven voorzien en meer woningen worden verduurzaamd. Aanpassen van de verordening Stimuleringslening non-profitorganisaties: Een correct geformuleerde verordening voor de Stimuleringslening non-profitorganisaties en Duurzaamheidslening te hebben, die helder is voor de aanvragers.
3
Argumenten
Geld aantrekken en verstrekken aan SVn voor Duurzaamheidslening In 2009 hebben we 1,2 miljoen euro als kapitaal ingezet om Duurzaamheidsleningen te verstrekken. Door de grote hoeveelheid aanvragen in het laatste kwartaal van vorig jaar zijn we bijna door dit budget heen. Dit jaar vullen we dit budget aan met de resterende middelen van de sinds 1 januari gestopte Premieregeling Energiebesparende Maatregelen (PEM), hebben uitbetaald. We verwachten dit aanvullend budget van 2016 (€153.000) ontoereikend is om de inkomende aanvragen te blijven honoreren. We willen mensen die willen investeren in het verduurzamen van een woning en hiervoor een lening aanvragen blijven faciliteren. Door deze middelen in te zetten als dekking van de rentelasten in plaats van als kapitaal kunnen we meer geld aantrekken, waardoor we meer mensen van een Duurzaamheidslening kunnen blijven voorzien en meer woningen worden verduurzaamd.
Raadsvoorstel Duurzaamheidslening en Stimuleringslening non-profitorganisaties - aanpassingen 15-3-2016 (2)
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
3
Uitzondering op Wet Markt en Overheid De Wet Markt en Overheid schrijft voor dat als we extern geld aantrekken om leningen te verstrekken, dat we de integrale kostprijs hiervoor doorberekenen. Want op die manier wordt een gelijk speelveld met de markt gecreëerd. We willen een uitzondering maken voor de Duurzaamheidslening omdat we dit product zien als een activiteit die we verrichten in het algemeen belang, namelijk het faciliteren van particuliere woningeigenaren zodat zij hun woningen kunnen verduurzamen. Daarmee leveren we een bijdrage aan de nationale, landelijke en lokale energiedoelstellingen. Ook geven we invulling aan de duurzaamheidsambities zoals verwoord in het Coalitieakkoord 2014-2018. We willen de integrale kostprijs ook niet doorrekenen omdat we de huidige Duurzaamheidslening en de uitgangspunten daarvan willen continueren. We berekenen nu alleen de beheerkosten van de SVn aan de particuliere woningeigenaar door. We willen een consistente regeling en geen onderscheid voor de bewoners maken. Aanpassen verordeningen Stimuleringslening non-profitorganisaties en de Duurzaamheidslening De verordeningen moeten duidelijk zijn en geen verwarring bij de aanvrager scheppen. Ook het rentetarief dat wij hanteren moet duidelijk zijn. We hanteren voor de Stimuleringslening non-profitorganisaties het rentetarief “SVn rente algemeen”. Dat is het marktconforme rente. Dat staat nu niet zo in de verordening. 4
5
6
Klimaat
De lening is erop gericht onze gemeentelijke klimaat- en energiebesparingsdoelstellingen (zoals verwoord in de Duurzaamheidsagenda 2011-2015) versneld te bereiken. In deze periode vertaalt zich dit in minimaal 2,5% energiebesparing per jaar in de gebouwde omgeving. Risico’s
Net als bij de Stimuleringslening non-profitorganisaties zetten we ook bij de Duurzaamheidlening vreemd vermogen in de leningen te kunnen verstrekken. De bedragen die per aanvrager verstrekt worden zijn relatief gering. Uit ervaring van de SVn blijkt dat het percentage wanbetalingen bij de Duurzaamheidslening voor particulieren 0,1% is. Dat wil zeggen dat bij 0,1% van degenen, die sinds 2009 een Duurzaamheidslening hebben gesloten bij bijzonder beheer terecht komen en een vorm van een betalingsregeling krijgen. Financiën
Stimuleringslening non-profit Aan dit voorstel zijn geen financiële consequenties verbonden voor de Stimuleringslening voor de non-profitorganisaties. De financiële consequenties maken onderdeel uit van het raadsbesluit van december 2015 (162/2015 BW-01460). Duurzaamheidslening particulieren Voor het verstrekken van de Duurzaamheidslening aan particulieren hebben wij de afgelopen jaren met eigen middelen (€1,2 miljoen) een duurzaamheidsfonds gevormd. Met een jaarlijkse voeding van maximaal € 470.000 wordt op termijn toegewerkt naar een revolverend
Raadsvoorstel Duurzaamheidslening en Stimuleringslening non-profitorganisaties - aanpassingen 15-3-2016 (2)
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
4
fonds. Revolverend houdt in dat de ontvangen aflossingen op de versterkte leningen voldoende zijn voor het verstrekken van nieuwe leningen. De gelden die de gemeente verstrekt aan de SVn (de beheerder van het revolverende fonds) komen pas terug zodra we met de Duurzaamheidslening stoppen. Omdat de vraag naar de Duurzaamheidslening de beschikbare eigen middelen zal overtreffen gaan we daarnaast ook over tot het voeden van het duurzaamheidsfonds met maximaal €2.000.000,- aan vreemd vermogen. Het aantrekken van €2.000.000,- aan leningen gebeurt gefaseerd op basis van de benodigde som en binnen de kaders van ons beleid voor het verstrekken van leningen. Aan het aantrekken van geld zijn kosten voor rente en risicodekking verbonden. Mede op basis van de huidige rekenrentes houden we rekening met 2,5% aan kosten. Iedere €500.000.- aan aangetrokken middelen betekent jaarlijks €12.500 aan kosten. Zodra de totale € 2.000.000,- is ingezet zijn de rentekosten tot het moment van aflossing €50.000,- per jaar. De beheerskosten van de SVn zijn gelijk aan de rente die wij ontvangen van de verstrekte Duurzaamheidsleningen (0,5%). Binnen het programma Duurzaamheid reserveren wij budget voor rente en risicodekking van de Duurzaamheidslening. Dit budget onttrekken we aan het jaarlijkse budget van maximaal €470.000,- voor het verduurzamen van de bestaande bouw. De uitvoeringkosten dekken we ook uit de bestaande middelen van het programma Duurzaamheid. 7
Participatie en Communicatie
8
Uitvoering en evaluatie
We communiceren over deze financieringsconstructies via onze gangbare, gemeentelijke kanalen (website, social media, de Brug, het Loket Duurzaam Wonen, Bedrijvenloket). We zetten een ondersteunende campagne op, zodat alle doelgroepen bekend worden met de financieringsconstructies en succesvol uitgevoerde projecten. Hierbij betrekken wij ook de financieel adviseurs van banken en hypotheekadviseurs en onze netwerken zoals Power2Nijmegen en regionale (ver)bouwbedrijven, aannemers en installateurs. Na onze inhoudelijke toets, gaat de SVn na of de partij kredietwaardig is en besluit al dan niet de lening te verstrekken. We informeren de raad jaarlijks over de voortgang van de lening. College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester, Gemeentesecretaris,
drs. H.M.F. Bruls
drs. R. Wever
Bijlage(n): - Verordening “Stimuleringslening non-profit organisaties Gemeente Nijmegen 2016 versie 2” - Verordening ‘Duurzaamheidslening 2016 versie 2”
Raadsvoorstel Duurzaamheidslening en Stimuleringslening non-profitorganisaties - aanpassingen 15-3-2016 (2)
De raad van de gemeente Nijmegen;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van xx maart 2016,
Gelet op artikel 147 en 149 van de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht en de Deelnemersovereenkomst tussen de gemeente Nijmegen en Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten;
besluit vast te stellen:
Verordening Stimuleringslening non-profit organisaties Gemeente Nijmegen 2016 versie 2 Artikel 1 Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder:
-
-
-
College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen Raad: de gemeenteraad van de gemeente Nijmegen Aanvraag: een verzoek aan het college om toekenning van een Stimuleringslening; Aanvrager: een privaatrechtelijke rechtspersoon (niet zijnde een naamloze vennootschap of besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid) die in hoofdzaak gericht is op activiteiten van sportieve, educatieve, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard, hierna te noemen non-profitorganisatie, die een aanvraag doet in de zin van deze verordening. Eigenaar: degene die het eigendomsrecht heeft in de zin van Burgerlijk Wetboek Gebruiker: degene die het gebruiksrecht heeft Toekenning: een besluit van het college op een aanvraag in de zin van deze verordening; Gebouw: elk bestaand bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt. Leningverstrekking: verstrekking van de Stimuleringslening door SVn na een positieve vermogenstoets; Stimuleringslening: een gemeentelijke lening , die de aanvrager na toekenning door het college door de SVn wordt verstrekt ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van duurzaamheidsmaatregelen, die worden getroffen in of aan het gebouw waarvan de aanvrager eigenaar of gebruiker is. Duurzaamheidsmaatregelen: energiebesparende en duurzame maatregelen en voorzieningen als bedoeld in artikel 7. Werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden voor zover noodzakelijk voor het treffen van duurzaamheidsmaatregelen als bedoeld in artikel 7 en de kosten van door een deskundig vakbedrijf ter zake van deze duurzaamheidsmaatregelen in rekening gebrachte
-
-
.
arbeidsuren en verminderd met de van derden ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen in deze kosten. De-minimis steun: steun die voldoet aan de voorwaarden voor vrijstelling van aanmelding als opgenomen in de Verordening (EU) Nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU 2013, L 352), met inbegrip van eventueel in de toekomst vast te stellen wijzigingen SVn: de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten te Hoevelaken.
Artikel 2 Voorwaarden SVn Op een Stimuleringslening zijn van toepassing: ‘Algemene bepalingen voor geldleningen’, ‘Productspecificaties (gemeentelijke) Stimuleringslening’, ‘Procedures Stimuleringslening’, ‘Uitvoeringsregels (gemeentelijke) Stimuleringslening’, ‘Productspecificaties Bouwkrediet’ en ‘Toelichting op een Stimuleringslening’, zoals die op het moment van toewijzing zijn opgenomen in de dan geldende SVn Informatiemap, die deel uitmaakt van de Deelnemingsovereenkomst tussen gemeente Nijmegen en SVn.
Artikel 3 Toepassingsbereik Deze verordening is uitsluitend van toepassing:
1. Deze verordening is uitsluitend van toepassing op een bestaand gebouw in de gemeente Nijmegen, dat geheel of nagenoeg geheel in gebruik is door de aanvrager. 2. In afwijking van lid 1: indien een sportvereniging een aanvraag indient is de verordening ook van toepassing op het sportterrein in de gemeente Nijmegen, dat geheel of nagenoeg geheel is gebruik is door de aanvrager.
Artikel 4 Doelgroep De lening kan slechts worden verleend aan een aanvrager die een natuurlijke persoon is en die:
1. a. b. c.
Een aanvraag kan uitsluitend worden ingediend door non-profitorganisaties in de vorm van : Vereniging Stichting Energiecoöperatie: coöperatie zoals bedoeld in artikel 53 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, een bij notariële akte als coöperatie opgerichte vereniging, die werkzaam is op het gebied van energiebesparing ten behoeve van inwoners van de gemeente Nijmegen. 2. De aanvrager staat ingeschreven in de Kamer van Koophandel. 3. Sportverengingen en sportstichtingen komen alleen in aanmerking indien ze niet via de reguliere, commerciële banken een lening voor de activiteit kunnen krijgen.
Artikel 5 Budget De raad stelt voor de werkingsduur van de verordening een budget van € 5 miljoen vast binnen de gemeentelijke rekening van het SVn voor het toekennen van Stimuleringsleningen.
Artikel 6 Bevoegdheid college 1. Het college van de gemeente Nijmegen is bevoegd om, onverminderd het bepaalde in artikel 10, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening, een Stimuleringslening toe te kennen. 2. Het college kan aan een toekenningsbesluit nadere voorwaarden verbinden.
Artikel 7 Duurzaamheidsmaatregelen 1. Tot de duurzaamheidsmaatregelen worden gerekend: A. Verlichting 1. Sportveldverlichting bestaande uit LED armaturen 2. Binnen- en buitenverlichting, niet zijnde reclame of sportverlichting, bestaande uit: a. T5-armaturen voorzien van een optiek b. LED armaturen B. Ventilatie en ruimteverwarming 3. Lage-temperatuur centraal verwarmingsysteem (LTV-systeem) waarvan de ontwerp aanvoertemperatuur (T-aanvoer) maximaal 55° C bedraagt; 4. Installatie voor het terugwinnen van warmte uit ruimteventilatielucht, inclusief het daarbij behorende kanaalwerk en de luchtbehandelingskast. 5. Warmtepompsysteem (WKO, warmtepompboiler, lucht/water warmtepomp) 6. Warmte-krachtkoppeling (WKK) 7. Pelletkachel; 8. Pelletketel; C. Tapwater 9. Installatie om warmte uit douchewater terug te winnen uit douchewater 10. Hotfill set voor (af)wasmachine 11. I.c.m. maatregel 13: Direct gasgestookte condenserende boiler, gemeten conform NEN-EN 89:1999/A3:2006 en waarbij het rendement ten minste 100% op onderwaarde bedraagt. 12. I.c.m. maatregel 13: Direct gasgestookt condenserend warmwater doorstroomtoestel , gemeten conform NEN-EN 89:1999/A3:2006 en waarbij het rendement ten minste 100% op onderwaarde bedraagt. 13. Zonneboiler voor het verwarmen van tapwater met behulp van zonlicht, bestaande uit één of meerdere zonnecollectoren en een warmteopslagvat; D. Bouwkundig 14. Vloerisolatie/bodemisolatie met een isolatiewaarde Rd van ten minste 2,5 m2.K/W 15. Gevelisolatie met een isolatiewaarde Rd van ten minste 2,5m2K/W 16. Spouwmuurisolatie met een isolatiewaarde Rd van ten minste 2,5 m2.K/W 17. Dakisolatie met een isolatiewaarde Rd van ten minste 2,5 m2.K/W 18. HR ++ glas met warmtedoorgangscoëfficiënt (U-waarde) kleiner dan 1,3 W/m²K. 19. Ramen, buitendeuren en kozijnen ten behoeve van isolerende beglazing (nummer 18). Het leenbedrag voor deze maatregelen mag maximaal 50% van de totale investering voor de ramen, buitendeuren en kozijnen bedragen. Indien het kozijn van hout is, dan moet deze voorzien zijn van FSC keurmerk. 20. Vegetatiedak. 21. Witte dakbedekking E. Duurzame energieopwekking 22. Kleine windturbine, die geschikt is voor de stedelijke omgeving en de daarbij behorende spanningsomvormer; 23. Zonnepaneel of zonnefolie met fotovoltaïsche zonnecellen en de daarbij behorende spanningsomvormer;
24. Combi-zonneboiler voor het verwarmen van tapwater en voor ruimteverwarming of - koeling met behulp van zonlicht, bestaande uit één of meerdere zonnecollectoren en een warmteopslagvat met een al dan niet geïntegreerde CV-brander; F. Overig 25. Energie Prestatie Advies (Maatwerkadvies) uitgevoerd door een gecertificeerd bedrijf. 26. Energiemonitoringsysteem, dat inzicht geeft in het elektriciteitsverbruik en/of elektriciteitsopbrengst van het gebouw. 27. Infrarood warmtepanelen ten behoeve van ruimteverwarming al dan niet gecombineerd met zonnepanelen (pv) of mini wind turbine. 28. Accusysteem voor de opslag van energie in het gebouw gekoppeld aan zonnepanelen of kleine windmolen 2. Het college kan de in dit artikel vermelde lijst van duurzaamheidsmaatregelen uitbreiden en/of inkorten en maakt deze na vaststelling bekend.
Artikel 8 De aanvraag Stimuleringslening Een aanvraag voor een Stimuleringslening wordt schriftelijk bij het college ingediend op een door het college beschikbaar gesteld formulier en gaat vergezeld van een opgave van:
a. De te treffen duurzaamheidsmaatregelen; b. De werkelijke kosten van het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen evenals een financiële onderbouwing van deze opgave (op basis van definitief geselecteerde offertes); c. Een planning van de uitvoering van de werkzaamheden; d. Indien noodzakelijk een omgevingsvergunning en een verklaring van een constructeur; e. Als een vereniging de aanvrager is: een goedgekeurd verslag van de ledenvergadering, waarin het besluit is genomen over de voorgenomen investeringen m.b.t. de duurzaamheidsmaatregelen en het besluit is genomen gebruik te maken van de Stimuleringslening Nijmegen. Dit verslag mag bij het moment van aanvraag niet ouder zijn dan zes maanden; f. Een document waaruit blijkt dat de aanvrager bevoegd is namens de rechtspersoon de aanvraag in te dienen; g. Een akkoordverklaring van de eigenaar van het gebouw; h. De-minimisverklaring. i. Voor sportverenigingen en sportstichtingen: een document waaruit blijkt dat de aanvrager voor het treffen van duurzame maatregelen niet in aanmerking komt voor een lening van een commerciële bank.
Artikel 9 Afhandelen aanvraag Stimuleringslening 1. Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen 2 weken. 2. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van 4 weken te completeren met toepassing van artikel 4:5 Algemene wet Bestuursrecht. 3. Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, besluit het college om de aanvraag buiten behandeling te laten. 4. Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af. 5. Het college neemt binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag dan wel na het compleet worden van de aanvraag een beslissing. 6. Het college kan, onder vermelding van de reden, deze termijn eenmalig verdagen met 4 weken. De rechten van de aanvrager vervallen hiermee niet. 7. Op de aanvraag is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Artikel 10 Afwijzen aanvraag Stimuleringslening Het college wijst een aanvraag af, indien:
1. Het door de raad vastgestelde budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren. 2. De voorgestelde maatregel(en) waarvoor de lening wordt aangevraagd, niet voorkomt op de lijst van maatregelen uit artikel 7 van deze verordening. 3. De kosten van de uit te voeren maatregelen minder dan € 2.500, - of meer dan €100.000,- bedragen. 4. De maatregelen waarvoor een lening wordt aangevraagd zijn uitgevoerd voordat het toekenningsbesluit is genomen en aan de aanvrager bekend is gemaakt en de offerte van de SVn is ondertekend. 5. De aanvrager eerder gebruik heeft gemaakt van deze Stimuleringslening. 6. De aanvrager niet voldoet aan de voorwaarden van de de-minimis steun. 7. Voor sportverengingen en sportstichtingen: de aanvrager voor de in artikel 7 genoemde maatregelen in aanmerking komt voor een lening van een commerciële bank. 8. Naar het oordeel van het college gegronde redenen zijn, dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze verordening wordt of kan worden voldaan.
Artikel 11 Toekenning Stimuleringslening 1. Het college besluit aanvrager een Stimuleringslening toe te kennen, indien uit de aanvraag blijkt dat met het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan een of meer van de hiernavolgende beleidsdoelen: a. een beperking van de energievraag, dan wel een vermindering van CO2 uitstoot; b. het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorziening van het gebouw van aanvrager 2. De toekenning geschiedt onder voorbehoud van een positieve vermogenstoets van Svn. 3. De toekenning wordt verzonden aan de aanvrager en aan de SVn. 4. Indien de vermogenstoets door SVn is uitgevoerd en negatief is bevonden verval het toekenningsbesluit van rechtswege.
Artikel 12 Leningverstrekking Stimuleringslening 1. SVn verstrekt en beheert een toegekende de Stimuleringslening. 2. De lening wordt pas verstrekt, nadat de vermogenstoets door SVn is uitgevoerd en positief is bevonden, de offerte voor de lening door de aanvrager is geaccepteerd en een notariële akte door aanvrager is ondertekend. 3. Stimuleringsleningen komen via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden. De facturen worden goedgekeurd door het college.
Artikel 13 Intrekken toekenningsbesluit 1. Het college trekt een toekenningsbesluit als bedoeld in artikel 11 geheel of gedeeltelijk in als: a. Er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen; b. De Stimuleringslening is verstrekt op grond van onjuiste gegevens. 2. In geval van overtreding van de voorschriften in deze verordening de eigenaar verschoonbaar is, kan het college besluiten de bovengenoemde sanctie geheel of gedeeltelijk achterwege te laten.
Artikel 14 Kenmerken van Stimuleringslening 1. De hoofdsom van de door het college toegekende Stimuleringslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten.
2. In afwijking van het eerste lid bedraagt de hoofdsom van de Stimuleringslening niet minder dan € 2.500,- en niet meer dan € 100.000,-. (incl. BTW) per aanvraag. De werkelijke investering mag hoger zijn dan de maximale hoofdsom van de Stimuleringslening. 3. De looptijd van een Stimuleringslening bedraagt maximaal 20 jaar. 4. De rente is het actuele rentetarief van SVn “rente algemeen”. 5. Het rentepercentage staat gedurende de gehele looptijd van de Stimuleringslening vast; 6. Na 15 jaar vindt er een renteherziening plaats en hanteert het college voor de laatste 5 jaar de dan geldende 5 jaars rente van de SVn. 7. Vervroegde aflossing van de Stimuleringslening met een minimum van €250 is te allen tijde boetevrij toegestaan; 8. Binnen één jaar na het verstrekken van de Stimuleringslening zijn de werkzaamheden voltooid. 9. De onder 8 genoemde termijn kan door het college worden verlengd. 10. De Stimuleringslening wordt tot een leenbedrag van €30.000 vastgelegd in een onderhandse akte. Bij een leenbedrag van €30.000 of meer wordt de Stimuleringslening vastgelegd in een notariële akte. 11. Bij verkoop van het gebouw, dan wel bij beëindiging van de huurovereenkomst of bruikleenovereenkomst, gedurende de looptijd van de lening wordt de restantschuld ineens en volledig afgelost. 12. De aanvrager komt slechts één keer in aanmerking voor deze Stimuleringslening.
Artikel 15 Bouwkrediet Stimuleringsleningen komen via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden.
Artikel 16 Nadere regels Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen en maakt deze bekend.
Artikel 17 Hardheidsclausule Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.
Artikel 18 Intrekking oude verordening De Verordening Stimuleringslening non-profit organisaties Gemeente Nijmegen 2016 wordt ingetrokken
Artikel 19 Naamgeving en inwerkingtreding Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening Stimuleringslening non-profit organisaties Gemeente Nijmegen 2016 versie 2’ en treedt in werking met ingang van de dag na publicatie
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van …………. 2016
De voorzitter,
De raadsgriffier,
Drs. H.M.F. Bruls
drs. M.A.H. Heffels
De raad van de gemeente Nijmegen;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van … 2016,
Gelet op artikel 147 en 149 van de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht en de Deelnemersovereenkomst tussen de gemeente Nijmegen en Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten;
besluit vast te stellen:
Verordening Duurzaamheidsleningen Gemeente Nijmegen 2016 versie 2 Artikel 1 Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder:
-
-
-
raad: de gemeenteraad van de gemeente Nijmegen college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen aanvraag: een verzoek aan het college om toekenning van een Duurzaamheidslening; aanvrager: een meerderjarige natuurlijke persoon, die een aanvraag doet in de zin van deze verordening en eigenaar is van een woning of van een kavel waarop een woning zal worden gerealiseerd gelegen in de gemeente Nijmegen Eigenaar: degene die het eigendomsrecht heeft in de zin van Burgerlijk Wetboek. Toekenning: een besluit van het college op een aanvraag in de zin van deze verordening Leningverstrekking: verstrekking van de Duurzaamheidslening door SVn na een positieve krediettoets. Duurzaamheidslening: een gemeentelijke lening, die aan aanvrager na toekenning door het college door de SVn kan worden verstrekt ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van duurzaamheidsmaatregelen, die worden getroffen in de eigen bestaande of nieuwbouwwoning; Bestaande woning: een woning gelegen in Nijmegen, waarvan de bouw is voltooid. Nieuwbouwwoning: een woning in Nijmegen, waarvan de bouw nog niet is voltooid. Duurzaamheidsmaatregelen bestaande woning: energiebesparende en duurzame maatregelen en voorzieningen als bedoeld in bijlage 1A of bijlage 1B; Duurzaamheidsmaatregelen nieuwbouwwoning: de bouwtechnische en installatietechnische maatregelen die nodig zijn om de Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) van de woning te verbeteren van 0.4 (of beter) in een EPC 0. Er wordt gebruik gemaakt van duurzame (bouw)materialen.
-
-
-
-
-
Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC): de maat voor energiezuinigheid van een nieuwbouwwoning. Het Bouwbesluit schrijft voor aan welke EPC een woning moet voldoen. Voor nieuwbouwwoningen geldt vanaf 1 januari 2015 de EPC-eis 0,4. Een energieneutrale woning heeft een EPC van 0. EPA-maatwerkadvies: een advies dat voorafgaand aan het uitvoeren, plaatsen of aanbrengen van één of meer van de in bijlage 1A of bijlage 1B genoemde maatregelen en voorzieningen wordt opgesteld door een gecertificeerd bedrijf en dat voldoet aan BRL 9500-01 voor bestaande woningen; Werkelijke kosten bestaande woningen: de kosten van duurzaamheidsmaatregelen voor bestaande woningen als bedoeld in bijlage 1A of bijlage 1B en de kosten van door een deskundig vakbedrijf terzake van deze duurzaamheidsmaatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren en verminderd met de van derden ontvangen of te ontvangen tegemoetkomingen in deze kosten. Werkelijke kosten voor nieuwbouwwoningen: de meerkosten van duurzaamheidsmaatregelen om de woning van EPC 0.4 (of beter) naar EPC 0 te verbeteren en de kosten van door een deskundig vakbedrijf terzake van deze duurzaamheidsmaatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren en verminderd met de van derden ontvangen of te ontvangen tegemoetkomingen in deze kosten. SVn: de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten te Hoevelaken. Beschermd monument of stadsbeeldobject: rijksmonument, gemeentelijk monument of stadsbeeldobject, of een beeldbepalend pand in een rijksbeschermd stadsgezicht, dat als zodanig is opgenomen in het monumentenregister van de gemeente Nijmegen.
Artikel 2 Voorwaarden SVn Op een Duurzaamheidslening zijn van toepassing: ‘Productspecificaties Duurzaamheidslening’, ‘Procedures Duurzaamheidslening’, ‘Uitvoeringsregels Duurzaamheidslening’ en de ‘Toelichting op een Duurzaamheidslening en Algemene Bepalingen voor geldleningen’, zoals die op het moment van toewijzing zijn opgenomen in de dan geldende SVn Informatiemap, die deel uitmaakt van de Deelnemingsovereenkomst tussen gemeente Nijmegen en SVn danwel door SVn worden uitgereikt aan de aanvrager voor het sluiten van de overeenkomst van geldlening.
Artikel 3 Toepassingsbereik Deze verordening is uitsluitend van toepassing:
-
op bestaande woningen in de gemeente Nijmegen die geschikt en bestemd zijn voor permanente bewoning. op nieuwbouwwoningen in de gemeente Nijmegen die geschikt en bestemd zullen zijn voor permanente bewoning.
Artikel 4 Doelgroep De lening kan slechts worden verleend aan een aanvrager die een natuurlijke persoon is en die:
a. eigenaar of mede-eigenaar is van een bestaande woning, anders dan een beschermd monument of stadsbeeldobject, die is gelegen in de gemeente Nijmegen; b. eigenaar of mede-eigenaar is van een bestaande woning, zijnde beschermd monument of stadsbeeldobject, die is gelegen in de gemeente Nijmegen. c. toekomstige eigenaar of mede-eigenaar is van een nieuwbouwwoning en die eigenaar of mede-eigenaar is van een kavel en de verplichting is aangegaan om een nieuwbouwwoning te bouwen.
Artikel 5 Budget De raad stelt het budget dat beschikbaar is voor het verstrekken van Duurzaamheidsleningen jaarlijks vast in de Stadsbegroting.
Artikel 6 Duurzaamheidsmaatregelen 1. Aan de aanvrager die behoort tot de doelgroep die is genoemd in artikel 4, onder a, wordt slechts een Duurzaamheidslening verleend voor het toepassen van de duurzaamheidsmaatregelen, die zijn genoemd in de lijst in bijlage 1A bij deze regeling 2. Aan de aanvrager die behoort tot de doelgroep die is genoemd in artikel 4, onder b, wordt slechts een Duurzaamheidslening verleend voor het toepassen van de duurzaamheidsmaatregelen, die zijn genoemd in de lijst in bijlage 1B bij deze regeling. 3. Aan de aanvrager die behoort tot de doelgroep die is genoemd in artikel 4, onder c, wordt slechts een Duurzaamheidslening verleend voor de duurzaamheidsmaatregelen, die eraan bijdragen dat de woning een EPC van 0 krijgt. 4. Het college kan de in het eerste en tweede lid genoemde lijsten van duurzaamheidsmaatregelen wijzigen.
Artikel 7 Bevoegdheid college 1. Het college is bevoegd om met inachtneming van het bepaalde in deze verordening te besluiten een Duurzaamheidslening toe te kennen. 2. Het college kan aan een toekenningsbesluit nadere voorwaarden verbinden.
Artikel 8 De aanvraag 1. Een aanvraag van een Duurzaamheidslening ten behoeve van een bestaande woning wordt schriftelijk bij het college ingediend op een door het college vastgesteld formulier en gaat vergezeld van een opgave van: a. de te treffen duurzaamheidsmaatregelen; b. de werkelijke kosten van het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen alsmede een deugdelijke financiële onderbouwing van deze opgave op basis van definitief geselecteerde offertes; c. een planning van de uitvoering van de werkzaamheden.
2. Een aanvraag van een Duurzaamheidslening ten behoeve van een nieuwbouwwoning wordt schriftelijk bij het college ingediend op een door het college vastgesteld formulier en gaat vergezeld van een opgave van: a. een kopie van de koop-/aannemingsovereenkomst van de nieuw te bouwen woning; b. in de koop-/aannemingsovereenkomst opgenomen (een) specificatie van de te treffen duurzaamheidsmaatregelen en de meerprijs hiervan, en een onderbouwing van de te realiseren energieprestatienorm. c. de energieprestatienorm die tenminste aan EPC 0 voldoet. Dat moet worden aangetoond door een erkend en onafhankelijk bedrijf; d. een planning van de uitvoering van de nieuwbouwwerkzaamheden.
3. Een aanvraag van een Duurzaamheidslening ten behoeve van een nieuwbouwwoning, die door de aanvrager in Collectief Particulier Opdrachtgeverschap wordt gebouwd, wordt schriftelijk bij het
college ingediend op een door het college vastgesteld formulier en gaat vergezeld van een opgave van: a. een specificatie van de te treffen duurzaamheidsmaatregelen en de meerprijs hiervan, en een onderbouwing van de te realiseren energieprestatienorm b. de energieprestatienorm voldoet tenminste aan EPC 0. Dat moet worden aangetoond door een erkend en onafhankelijk bedrijf; c. een planning van de uitvoering van de nieuwbouwwerkzaamheden. d. Koopovereenkomst van de grond e. Aanneemovereenkomst met een goedgekeurde garantieregeling ten behoeve van afbouwgarantie f. Overzicht van de stichtingskosten, hieronder vallen: - de kosten van onroerende installaties; - de kosten van risicoverrekening; - het architectenhonorarium; - de kosten van dagelijks toezicht; - de kosten van aansluiting op de nutsvoorzieningen; - de legeskosten; - de omzetbelasting;
Artikel 9 Afhandelen aanvraag Duurzaamheidslening 1. Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen 2 weken. 2. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van 4 weken te completeren met toepassing van artikel 4:5 Algemene wet Bestuursrecht. 3. Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, besluit het college om de aanvraag buiten behandeling te laten. 4. Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af. 5. Het college neemt binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag dan wel na het compleet worden van de aanvraag een beslissing. 6. Het college kan, onder vermelding van de reden, deze termijn eenmalig verdagen met 4 weken. De rechten van de aanvrager vervallen hiermee niet. 7. Op de aanvraag is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Artikel 10 Afwijzen aanvraag Duurzaamheidslening Het college wijst een aanvraag af, indien:
1. Het door de raad vastgestelde budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren. 2. De voorgestelde maatregel(en) waarvoor de lening voor bestaande woningen wordt aangevraagd, niet voorkomt op de lijst van maatregelen uit bijlage 1A en 1B van deze verordening. 3. De voorgestelde maatregelen(en) waarvoor de lening voor nieuwbouwwoningen wordt aangevraagd niet ertoe bijdragen dat de woning (minimaal) een EPC van 0 bereikt. 4. De kosten van de uit te voeren maatregelen minder dan € 2.500, - of meer dan €25.000,- bedragen. 5. De aanvrager eerder een Duurzaamheidslening toegewezen heeft gekregen en de nieuwe aanvraag het maximale leenbedrag van €25.000,- overschrijdt. 6. De maatregelen waarvoor een lening wordt aangevraagd zijn uitgevoerd voordat het toekenningsbesluit is genomen en aan de aanvrager bekend is gemaakt en de offerte voor de lening van de SVn door aanvrager is getekend. 7. Naar het oordeel van het college gegronde redenen zijn, dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze verordening wordt of kan worden voldaan.
Artikel 11 Toekenning 1. Het college besluit aanvrager een Duurzaamheidslening toe te kennen, indien uit de aanvraag blijkt dat voldaan wordt aan de voorwaarden en bepalingen van deze verordening en dat met het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan één of meer van de hiernavolgende beleidsdoelen: a. een beperking van de energievraag van de woning van de aanvrager, dan wel een vermindering van CO2 uitstoot; b. het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorziening van de woning van aanvrager. c. Nieuwbouwwoningen energieneutraal maken. d. Bovendien kan alleen sprake zijn van een toekenning als het beschikbare budget niet wordt overschreden. 2. De toekenning van een duurzaamheidslening door het college geschiedt onder voorbehoud van een positieve krediettoets van SVn. 3. Het toekenningsbesluit wordt verzonden aan de aanvrager en aan de SVn. 4. Indien de krediettoets door SVn is uitgevoerd en negatief is bevonden vervalt het toekenningsbesluit van rechtswege.
Artikel 12 Leningverstrekking 1. SVn verstrekt en beheert een toegekende Duurzaamheidslening. 2. De lening wordt pas verstrekt, nadat de krediettoets door SVn is uitgevoerd en positief is bevonden, de offerte voor de lening door de aanvrager is geaccepteerd en een onderhandse akte door aanvrager is ondertekend. 3. Duurzaamheidsleningen komen via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden. De facturen worden goedgekeurd door het college.
Artikel 13 Intrekken toekenningsbesluit 1. Het college trekt een toekenningsbesluit als bedoeld in artikel 11 geheel of gedeeltelijk in als: a. Er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen; b. De duurzaamheidslening is verstrekt op grond van onjuiste gegevens. 2. In geval van overtreding van de voorschriften in deze verordening de eigenaar verschoonbaar is, kan het college besluiten de bovengenoemde sanctie geheel of gedeeltelijk achterwege te laten.
Artikel 14 Kenmerken van Duurzaamheidslening 1. De hoofdsom van de door het college toegekende Duurzaamheidslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten. 2. In afwijking van het eerste lid bedraagt de hoofdsom van de Duurzaamheidslening niet minder dan € 2.500,- en niet meer dan € 25.000,- (incl. BTW). 3. De rente is het actuele rentetarief van de SVn voor de Duurzaamheidsleningen. 4. Bij leenbedragen tot €7.500 is de looptijd van de lening 10 jaar. 5. Bij leenbedragen van €7.500 tot en met €25.000 is de looptijd van de lening 15 jaar. 6. De rente staat vast gedurende de looptijd. 7. Vervroegde aflossing van de Duurzaamheidslening is te allen tijde boetevrij toegestaan met een minimum van €250. 8. De aanvrager mag voor dezelfde woning meerdere keren gebruikmaken van de Duurzaamheidslening indien het totale leenbedrag van €25.000 niet wordt overschreden.
Artikel 15 Bouwkrediet Duurzaamheidsleningen komen via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden.
Artikel 16 Nadere regels Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.
Artikel 17 Hardheidsclausule Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.
Artikel 18 Intrekking oude verordening De Verordening Duurzaamheidsleningen Gemeente Nijmegen 2016 wordt ingetrokken.
Artikel 19 Naamgeving en inwerkingtreding Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening Duurzaamheidsleningen Gemeente Nijmegen 2016 versie 2 ’ en in werking met ingang van de dag na publicatie.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van …………. 2016
De voorzitter,
De raadsgriffier,
Drs. H.M.F. Bruls
drs. M.A.H. Heffels
Bijlage 1A + 1B: Energiebesparende maatregelen
Bijlage 1A: energiebesparende maatregelen standaard Tot de energiebesparende maatregelen worden gerekend:
a. Kleine windturbine, die geschikt is voor de stedelijke omgeving en de daarbij behorende spanningsomvormer; b. Fotovoltaïsche zonnecellen (bijvoorbeeld zonnepaneel of zonnefolie) en de daarbij behorende spanningsomvormer. De kosten exclusief BTW (zo lang de BTW terug te vorderen is bij de Belastingdienst); c.
Zonneboiler voor het verwarmen van tapwater met behulp van zonlicht, bestaande uit één of meerdere zonnecollectoren en een warmteopslagvat;
d. Combi-zonneboiler voor het verwarmen van tapwater en voor ruimteverwarming of - koeling met behulp van zonlicht, bestaande uit één of meerdere zonnecollectoren en een warmteopslagvat met een al dan niet geïntegreerde CV-brander; e. Warmtepompsysteem (WKO, warmtepompboiler, lucht/water warmtepomp) f.
Lage-temperatuur centraal verwarmingsysteem (LTV-systeem) waarvan de ontwerp aanvoertemperatuur (T-aanvoer) maximaal 55° C bedraagt;
g. Pelletkachel; h. Pelletketel; i.
Installatie om warmte uit douchewater terug te winnen
j.
Installatie voor het terugwinnen van warmte uit ruimteventilatielucht, inclusief het daarbij behorende kanaalwerk en de luchtbehandelingskast.
k.
Vloerisolatie/bodemisolatie met een warmteweerstand (R) van minimaal 3,5 m2.K/W;
l.
Gevelisolatie met een isolatiewaarde (Rd-waarde) van minimaal 2,5 m2.K/W;
m. Spouwmuurisolatie in een bestaande spouw met een warmteweerstand (R) van ten minste 1,3 m2K/W n. Dakisolatie met een warmteweerstand (R) van minimaal 3,5 m2.K/W; o. HR ++ glas met warmtedoorgangscoëfficiënt (U-waarde) kleiner of gelijk aan 1,2 W/m²K p. hotfill set voor (af)wasmachine q. Ramen, buitendeuren en kozijnen ten behoeve van isolerende beglazing (zoals genoemd onder punt o). Het leenbedrag voor deze maatregel(en) mag maximaal 50% van de totale investering voor de ramen, buitendeuren en kozijnen bedragen. Indien van hout, dan voorzien van FSC keurmerk. Indien
de ramen en/of buitendeuren draaiende delen hebben, dan moeten deze een thermische onderbreking hebben.) r.
Energie Prestatie Advies (Maatwerkadvies) uitgevoerd door een gecertificeerd adviseur. Een overzicht van maatwerkadvies-adviseurs vindt u op de website van QBISnl.nl. Zoek daar op BRL 9500 deel 4.
s.
Energiemonitoringsysteem, dat inzicht geeft in het elektriciteitsverbruik en/of elektriciteitsopbrengst van de woning.
t.
Vegetatiedak uitgevoerd met drainage en bescherm/filterlaag.
u. Witte dakbedekking v.
Infrarood warmtepanelen ten behoeve van ruimteverwarming, gekoppeld aan zonnepanelen of kleine windmolen
w. Accusysteem voor de opslag van energie in de woning, gekoppeld aan zonnepanelen of kleine windmolen
Bijlage 1B energiebesparende maatregelen voor een beschermd monument of stadsbeeldobject Let op: Aanpassingen van een woning met een beschermde status vereist maatwerk. Dat onderstaande maatregelen in de lijst staan, wil niet op voorhand zeggen dat de maatregelen ook bij alle monumenten mogelijk zijn. Neem voordat u een aanvraag indient altijd eerst contact op met de adviseurs Monumentenzorg van de afdeling Ruimtelijk Ontwikkeling om te bespreken welke maatregelen in uw woning wel of niet mogelijk zijn. Ook informeren zij u over de benodigde vergunningen. Bel 14 024 of mail naar
[email protected]
Eventuele energiebesparende maatregelen voor bestaande woningen met beschermde status (rijksmonumenten, gemeentelijke monumenten, stadsbeeldobjecten en beeldbepalende panden in rijksbeschermd stadsgezicht) zijn:
a. Kleine windturbine, die geschikt is voor de stedelijke omgeving en de daarbij behorende spanningsomvormer. De windturbine mag niet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. Andere locaties zijn afhankelijk van de monumentale waarde van het pand. b. Fotovoltaïsche zonnecellen (bijvoorbeeld zonnepaneel of zonnefolie) en de daarbij behorende spanningsomvormer; De kosten exclusief BTW (zo lang de BTW terug te vorderen is bij de Belastingdienst); De zonnecellen mogen niet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg en zijn niet toegestaan op daken met bijzondere dakbedekking. Andere locaties zijn afhankelijk van de monumentale waarde van het pand. c.
Zonneboiler voor het verwarmen van tapwater met behulp van zonlicht, bestaande uit één of meerdere zonnecollectoren en een warmteopslagvat. De zonneboiler en - collector mogen niet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg en zijn niet toegestaan op daken met bijzondere dakbedekking. Andere locaties zijn afhankelijk van de monumentale waarde van het pand.
d. Combi-zonneboiler voor het verwarmen van tapwater en voor ruimteverwarming met behulp van zonlicht, bestaande uit één of meerdere zonnecollectoren en een warmteopslagvat met een al dan niet geïntegreerde CV-brander. De zonneboiler mag niet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg en zijn niet toegestaan op daken met bijzondere dakbedekking. Andere locaties zijn afhankelijk van de monumentale waarde van het pand. e. Warmtepompsysteem (WKO, warmtepompboiler, lucht/water warmtepomp) f.
Lage-temperatuur centraal verwarmingsysteem (LTV-systeem) waarvan de ontwerp aanvoertemperatuur (T-aanvoer) maximaal 55° C bedraagt;
g. Pelletkachel; h. Pelletketel; i.
Installatie om warmte uit douchewater terug te winnen;
j.
Installatie voor het terugwinnen van warmte uit ruimteventilatielucht, inclusief het daarbij behorende kanaalwerk en de luchtbehandelingskast.
k.
Vloer/bodemisolatie;
l.
Gevelisolatie
m. Dakisolatie; n. Isolerende beglazing (bij voorkeur monumentenisolatieglas); o. Ramen, buitendeuren en kozijnen ten behoeve van isolerende beglazing (zoals genoemd onder punt m). Het leenbedrag voor deze maatregel(en) mag maximaal 50% van de totale investering voor de ramen, buitendeuren en kozijnen bedragen. Indien van hout, dan voorzien van FSC keurmerk. Indien de ramen en/of buitendeuren draaiende delen hebben, dan moeten deze een thermische onderbreking hebben.) p. hotfill set voor (af)wasmachine; q. Energie Prestatie Advies (Maatwerkadvies) uitgevoerd door een bedrijf, dat gespecialiseerd is in het verduurzamen van monumenten. r.
Energiemonitoringsysteem, dat inzicht geeft in het stroomverbruik en/of stroomopbrengst van de woning.
s.
Vegetatiedak uitgevoerd met drainage en bescherm/filterlaag.
t.
Witte dakbedekking
u. Infrarood warmtepanelen ten behoeve van ruimteverwarming, gekoppeld aan zonnepanelen of kleine windmolen v.
Accusysteem voor de opslag van energie in de woning, gekoppeld aan zonnepanelen of kleine windmolen
Aanleveren begrotingswijziging Steller
Anja Arts / Jos vd Pas
BW Soort wijziging Soort besluit Besluitperiode Omschrijving
BW-01495 Duurzaamheidsleninge Let op, lees Begrotingswijziging BESL-RAAD 201603 Duurzaamheidsleninge Verrekeningen debet Verrekeningen credit Saldo Totaal debet Totaal credit Saldo
kpl /
product
product specificatie Soort mutatie Document soort
60778 60778 60549 60549
D D S1261 S1261
kosten-
wijk
soort
functie
eerst de WERKINSTRUCTIE die op het intranet staat.
12.500,00 12.500,00 goed 12.500,00 12.500,00 goed
25.000,00 25.000,00 goed 25.000,00 25.000,00 goed
37.500,00 37.500,00 goed 37.500,00 37.500,00 goed
50.000,00 50.000,00 goed 50.000,00 50.000,00 goed
50.000,00 50.000,00 goed 50.000,00 50.000,00 goed
2016
2017
2018
2019
2020
Deb /
MV Meerjr.var. WYZ-MV
42000 86007 46024 43039
Omschrijving
Cred
D D T005663 D
D C D D
MV Meerjr.var. WYZ-MV
12.500,00 12.500,00 12.500,00 -12.500,00
25.000,00 25.000,00 25.000,00 -25.000,00
Pagina 1 van 2
MV Meerjr.var. WYZ-MV
37.500,00 37.500,00 37.500,00 -37.500,00
MS Meerjr.strc. MS Meerjr.strc. WYZ-MS WYZ-MS 50.000,00 50.000,00 50.000,00 50.000,00 50.000,00 50.000,00 -50.000,00 -50.000,00
Rente sectorbk drz lening rente dzh-lening prgr Drz rente dzh-lening Best&Mi Rentelstn naar dzh-lening
Soort mutatie
MV Meerjr.var.
MV Meerjr.var.
Pagina 2 van 2
MV Meerjr.var.
MS Meerjr.strc. MS Meerjr.strc.
Financiele bijsluiter begrotingswijziging: BW-01495 Totaal effect wijziging
Baten 12
2016 Lasten
Saldo
12
Baten 0
25
2017 Lasten
Saldo
25
Baten 0
38
2018 Lasten
Saldo
38
Baten 0
50
2019 Lasten
Saldo
50
0
1022 Klimaat & Energie Baten was
Saldo
5.993
4.720
rente dzh-lening Best&Mi
12
Rentelstn naar dzh-lening Totaal 1022 Klimaat & Energie
1.273
2016 Lasten
1.273
Baten 815
2017 Lasten
Saldo
5.402
4.587
12
25
-12
-12
5.993
4.720
815
Baten 886
2018 Lasten
Saldo
5.517
4.631
25
38
-25
-25
5.402
4.587
886
Baten 710
2019 Lasten
Saldo
5.339
4.629
38
50
50
-38
-38
-50
-50
5.517
4.631
5.339
4.629
710
1042 Bestuur & Middelen Baten was
rente dzh-lening prgr Drz
452.175
8-mrt-2016
46.314
12
Rente sectorbk drz lening Totaal 1042 Bestuur & Middelen
2016 Lasten
452.187
Saldo
Baten
-405.861
447.166
-12
25
12
12
46.326
-405.861
447.191
2017 Lasten 45.682
Saldo
Baten
-401.484
446.057
-25
38
25
25
45.707
-401.484
1
446.095
2018 Lasten 44.823
Saldo
Baten
-401.234
446.955
-38
50
38
38
44.860
-401.234
447.005
2019 Lasten 46.210
Saldo -400.746
-50 50
50
46.260
-400.746
10:57:38