Leo Belgicus, kopergravure naar het ontwerp van Hessel Gerritsz., vierde staat uitgegeven in 1630 door Claes Jansz. Visscher. Later met de hand gekleurd. Afm. 44,2 x 57 cm. De Nederlandse leeuw is een begrip. Het dier staat symbool voor de kracht en moed van het land. De leeuw speelt een belangrijke rol bij het voetbal in onze tegenwoordige tijd, maar de verbeelding van Nederland als leeuw werd geïntroduceerd in moeilijke tijden, aan het eind van de 16e eeuw. Vanaf het midden van de Tachtigjarige Oorlog stonden de Nederlanden model voor een reeks leeuwekaarten die op de markt kwamen. Op de meeste afbeeldingen vormen de Waddeneilanden de manen van het beest, staan of zitten zijn poten in het zuiden en is hij naar het oosten gericht. Een jaar of tien later (tijdens het Twaalfjarig Bestand) verandert het karakter van de afbeelding en verliest de leeuw zijn agressie. De oorlog slaapt in een hoekje van de kaart, de leeuw slurpt vergenoegd ‘Bestant voor 12 Jaer’ naar binnen. Dat duurt niet lang, het Bestand wordt een punt van heftige discussies, de dominees wilden Spanje te vuur en te zwaard blijven bestrijden. Wederom verandert de kaart, nu volgt [ons exemplaar] het ontwerp van Hessel Gerritsz. volgt. De leeuw loopt en briest nu in de richting van Spanje en Frankrijk. Holland vormt als meest welvarende en invloedrijke provincie, de brede ruggengraat van de leeuw en de Waddeneilanden zijn de staart van het dier. INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge Bernard Zweerskade 18 1077 TZ Amsterdam T: 020-6640841 F: 020-6641391 E:
[email protected] www.inter-antiquariaat.nl
De leeuwekaart fungeerde niet alleen als nuttige landkaart, maar werd als statement aan de wand gehangen. Een uiting van actief beleefd burgerschap, van trots, van zelfbewustzijn en diende in een handelskantoor of overheidsgebouw vaak als spectaculair visitekaartje.
(wij zijn op afspraak geopend)
Literatuur: Van der Heijden “Leo Belgicus. An illustrated and annotated cartobibliography”, 16.4.
Omdat veel exemplaren aan de wand zijn gehangen en daarmee verloren zijn gegaan, zijn leeuwekaarten tegenwoordig zeer zeldzaam.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
1 - DE NEDERLANDEN VOL KRACHT EN ZELFBEWUSTZIJN
Highlights PAN Amsterdam - november 2009
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
“Het Hooge Heemraedt Schap van Schielandt”, gravure door Jan Jansz. Stampioen de oudere, ca. 1758 uitgegeven te Rotterdam door Abraham van Hoorn. Gedrukt van 17 koperplaten. Deels in de tijd, deels later met de hand gekleurd. Afm. ca. 149 x 234 cm. (!) De kaart heeft een schaal van 1:14:000 en bestrijkt een stuk Zuid-Hollands polderlandschap van ongeveer 15 bij 24 kilometer, tussen de rivier de IJssel en de rivier die tegenwoordig de Nieuwe Maas heet, met de steden Schiedam, Delfshaven, Rotterdam en Gouda. Buiten de steden is ieder huis, iedere tuin, molen, kanaal en weg benoemd, tientallen schepen varen op de rivier. De kaart is omzoomd met grote familiewapens met in het midden de adelaar met gekroond wapenschild van Schieland. Linksboven in de kaart meldt een cartouche het privilege dat het hoogheemraadschap reeds in 1273 verkreeg. Linksonder in de kaart worden naast een schaalstok met Schielandse roeden de landmeter, zijn assistent en hun meetinstrumenten afgebeeld, ook de ontstaansgeschiedenis van de kaart wordt kort samengevat. De in 1609 verschenen kaart van het Schieland bleek niet helemaal juist. De landmeter toen was niet erg nauwkeurig geweest en nog geen vijftig jaar later besloot men dat er een nieuwe kaart moest komen. Johan Stampioen had drie jaar nodig (1650-1653) om het gehele gebied te hermeten en uiteindelijk komt er in 1660 een eerste uitgave. De totale kosten hiervoor bedroegen 3.600 gulden. De kaart wordt verschillende malen opnieuw uitgegeven, met minimale wijzigingen in het kaartbeeld, maar telkens met andere hoogheemraden. Uit hun familiewapens valt af te leiden dat dit exemplaar stamt uit rond 1758 Literatuur: Donkersloot-De Vrij, Topografische Kaarten van Nederland vóór 1750, nr 765II; J. Keuning, Meting en kartering van Schieland, in: Zuid-Hollandse Studien, 2 (1952) 124-138
2 - IMPOSANTE WANDKAART VAN HET HOOGHEEMRAEDSCHAP SCHIELAND
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 Wandkaart gedrukt van verschillende koperplaten, vervaardigd door Johannes, Justus en David Vingboons en uitgegeven door Hendrick de Leth te Amsterdam ca. 1739. Afm. ca. 121 x 153 cm. Later met de hand gekleurd. De hoogheemraadschappen van Rijnland, Delfland, Schieland en Amstelland hadden reeds in de 16e eeuw opdracht gegeven om hun gebieden in kaart te brengen. Bij het Groot Waterschap van Woerden liep de besluitvorming hieromtrent moeizamer, pas in 1671 verscheen de eerste druk van deze kaart. De gegevens voor de vervaardiging van de kaart zijn ontleend aan een (inmiddels verloren gegane) kaart van het Groot Waterschap Woerden uit 1649. Daarnaast is ook de kaart wandkaart van Rijnland geraadpleegd (gemaakt 1647 – 1746).
3 - “T HOOGHE HEYMRAEDTSCHAP VANDEN LANDE VAN WOERDEN”
Van deze prachtige gedetailleerde kaart versierd met de wapens van de dijkgraaf en hoogheemraden, verschenen in de loop der jaren verschillende drukken in beperkte oplage, waarbij telkens kleine fouten in kaart werden verbeterd en de familiewapens werden aangepast. Dit exemplaar is een zesde druk.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge “Nieuwe Caert van Frieslant vermeerdert en verbetert op ordre der Ed. Mo. Heeren Gedeputeerde Staeten uitgegeven door R. & I. Ottens te Amsterdam en te Leeuwarden by T. van Dessel”, alias de Vegelinkaart uit 1739. De kaart is in de tijd met de hand gekleurd, de kleuring van de wapens is van een latere hand. Afm. 113,5 x 125 cm. Deze pronkkaart ontleent zijn naam aan de toenmalige grietman (d.w.z. streekburgemeester/rechter) van Doniawerstal, Johan Vegelin van Claerbergen (1690-1773) die in 1734 het initiatief nam tot de uitgave van deze kaart. De Vegelinkaart is gebaseerd op het werk van Bernardus Schotanus à Sterringa die aan het eind van de 17e-eeuw in opdracht van de Friese Staten het land in zgn. grietenij (d.w.z. gemeente) kaarten had vastgelegd.
4 - HOOGTEPUNT VAN DE FRIESE CARTOGRAFIE
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 “’T Hoogheemraadschap vande Uytwaterende Sluysen in Kennemerlant ende West-Frieslant”, kopergravure uitgege-ven in 1780. Later met de hand gekleurd. Afm.: 86 x 112 cm. Dijkgraaf en Hoogheemraden van het waterschap Uitwaterende Sluizen in Kennemerland en WestFriesland gaven landmeter/kaarttekenaar Johannes Dou I (1615-1682) opdracht hun grondgebied in het noordelijk gedeelte van Holland in kaart te brengen. Dou deed er 20 (!) jaar over en kwam in 1682 met een enorme kaart over zestien bladen. Twee jaar later was een kopie van deze kaart klaar, over vier bladen, alsmede een afbeelding op één blad. Alle zijn even zeldzaam. Alle drie de versies van de kaart werden gegraveerd door Koenraet Decker (1651-1709) een leerling van de befaamde Romeyn de Hooghe. Van elk for-maat verschenen meerdere edities, hoewel het kaartbeeld ongewijzigd bleef, zijn ook hier de (wapens van de) waterschapsfunctionarissen verschillend. Aan de hand van deze wapens kan dit vierbladige exemplaar worden gedateerd op 1780. 5 - BEROEMDE WATERSCHAPSWANDKAART VAN HOLLAND
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge “Afbeeldinge van zeker concept tot Bedykinge van de Haarlemmer, Leydse en andere byleggende Meeren”. Kopergravure naar het ont-werp van Jacob Bartelsz Veeris gegraveerd door Daniel van Breen. De kaart verscheen eerst in 1641 bij Nicolaes Visscher, dit exemplaar werd ca. 1750 uitgegeven door zijn opvolger Pieter Schenk Jr. Later met de hand gekleurd. Afm. ca 49 x 73 cm. Hoewel in de 17e eeuw op grote schaal meren in NoordHolland werden ingepolderd, bleef het project om het steeds verder afkalvende Haarlemmermeer droog te leggen voorlopig liggen. Rivaliteit tussen Haarlem en Leiden, dat niet graag de inkomsten uit de visrechten van de enorme binnenzee wilde verliezen, maakte dat de plannen niet ten uitvoer werden gebracht.
6 - ONTWERP VOOR DE INPOLDERING VAN DE HAARLEMMERMEER
Nadat in 1836 een storm het water opjoeg tot Amsterdam en Leiden werd besloten de Haarlemmermeer toch droog te malen. Dat gebeurde uiteindelijk tussen 1848 en 1852.
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 “Nieuwe Kaart der Stad Leyden. Opgemeten en vervaardigd door. W.J. v. Campen, landmeter der 1e klasse van het kadaster te Leiden.” Lithografie, deels in kleur gedrukt, deels later met de hand bijgekleurd. Uitgegeven in 1850. Afm. 64 x 92,5 cm Na de introductie van het kadaster door de Fransen, werden vanaf 1823 alle percelen in stad Leiden opgemeten. Dit was nodig om beter belasting te kunnen heffen op zowel onbebouwde als bebouwde percelen. Hiervoor werden de oppervlakte en waarde van landerijen en de grootte en kwaliteit van huizen vastgelegd.
7 - DE NAUWKEURIGSTE KAART VAN LEIDEN TOT 1850
Bij deze kaarten staan functie en precisie voorop en passen versierende figuren niet meer. Toch komt bij alle functionaliteit ook de schoonheid van de kaarten nog uitstekend tot z’n recht, in lijnvoering en kalligrafie, in kleurschakering en ontwerp.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge “Nieuwe Kaart van ’s Gravenhage”, Staalgravure van de hand van J.C. Zurcher uitgegeven in 1835 door A.H. Bakhuyzen. Later met de hand gekleurd. Afm. ca. 48 x 55,5 cm. De stad is omgeven met 25 fraaie randtaferelen van de belangrijkste gebouwen, benoemd in twee legenda’s in het Frans. De plattegrond is gemaakt naar een tekening door stadsarchitect Zeger Ryers, (bouwer van o.a. het Stedelijk Badhuis, dat stond op de plaats van het huidige Kurhaus), de gebouwen naar een tekening van P. Beretta te Den Haag. Met de uitbreiding van de industrie in Den Haag vanaf 1830, krijgt de stad een uplift. Kort daarna, in 1843, is Den Haag met het spoor verbonden en wordt de stad een interessante vestigingsplaats voor bedrijven en fabrieken, die op hun beurt zorgen voor een grote bevol-kingstoestroom.
8 - ’S-GRAVENHAGE TEN TIJDE VAN DE OPKOMST VAN DE INDUSTRIE
Highlights PAN Amsterdam - november 2009
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge Plattegrond gedrukt van vier door Gerrit de Broen jr. gegraveerde koperen platen, uitgegeven door Johannes Covens & Zn. ca. 1780. Later met de hand gekleurd. Afm. (prent): ca. 95 x 116 cm. Deze wandkaart van Amsterdam gemaakt door Gerrit de Broen, verscheen voor het eerst in 1724. De kaart werd gedurende bijna zeventig jaar zes maal opnieuw uitgegeven. Enerzijds was dat om kosten te besparen, niet alleen de aanschaf, maar ook de vervaardigingskosten waren hoog en het was goedkoper om de kaart een beetje bij te werken dan telkens opnieuw te maken. Anderzijds veranderde er na de vierde stadsuitleg niet zo heel veel meer. De stad lag ‘voltooid’ binnen de Singelgracht en door de verslechterde economie stagneerde de verdere ontwikkeling. De kaart berust op een zeer nauwkeurige kartering van de stad. De plattegrond is zo schaalvast dat hij bijna naadloos op een moderne kaart past! Een enorme prestatie als men bedenkt dat plattegronden in de 18e-eeuw puur door het opmeten van het land in kaart zijn gebracht. Minder nauwkeurig is de weergave van de bebouwing. Anders dan op oudere vogelvluchtkaarten heeft De Broen gekozen voor de suggestie van een zeer gedetailleerde kaart. Maar als je goed kijkt, zie je dat behalve de openbare gebouwen de huizen bijna allemaal dezelfde vorm en detaillering kennen. Afgezien van de bebouwing, is de stad daarnaast bijzonder ‘leeg’, nergens zie je bijvoorbeeld bomen aan de grachten. Het eindresultaat is een zeer rustig, zeer evenwichtig kaartbeeld. Een geordende stad. Een beeld dat in de achttiende eeuw op prijs werd gesteld. Aan de weerszijden van het titellint houden putti de wapenschilden vast, links het schepenzegel met een stedenkroon, rechts het stadswapen met de keizerskroon. Een van de putti draagt een roedenbundel en een spiegel met slang, de symbolen van overheidsgezag en bedachtzaamheid, die verwijzen naar een verstandig stadsbestuur. Provenance: Op het 19e-eeuwse label van het doosje (bijgeleverd) waar de kaart in heeft gezeten, staat dat de kaart was “Aangeschaft en Gebruikt tijdens Professor Van Swinden”. Jean Henri van Swinden (1746-1823) was hoogleraar te Franeker. In 1785 verhuisde Van Swinden naar Amsterdam, waar hij hoogleraar werd aan de Athenaeum Illustre (de voorloper van de Universiteit van Amsterdam) en wijsbegeerte, wis-, natuur- en sterrenkunde doceerde. In Amsterdam kreeg hij ook meer aandacht voor maatschappelijke activiteiten. Van Swinden voerde in Amsterdam onder andere de huisnummering in, had in 1795 de leiding over de eerste Amsterdamse volkstelling, en was voorzitter van een commissie die in 1798 rapporteerde over de toestand van de volksgezondheid. Daarnaast maakte hij deel uit van de internationale commissie tot vaststelling van de meter, die op initiatief van de Franse regering van november 1798 tot juli 1799 in Parijs confereerde, waarna hij zich beijverde om het metriek stelsel in Nederland ingevoerd te krijgen. Hij deed dat onder andere door het houden van lezingen voor het in 1777 opgerichte genootschap Felix Meritis. Het is waarschijnlijk Van Swinden geweest die de schaal van de kaart in meters, eigenhandig met pen, heeft toegevoegd. Daarnaast geeft de gedrukte schaal 1:4000 aan, maar deze is ook met pen gecorrigeerd in 1:5000. 9 - LAATSTE GROTE REPRESENTATIVE WANDKAART VAN AMSTERDAM
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 “Plechtige optocht door de werklieden van de admiraliteits scheeps timmer werf binnen Amsteldam by gelegenheid der gelukkige omwending van zaaken.” Kopergravure uit 1787 vervaardigd door Joh. Christoffel Schultz. Later met de hand gekleurd. Afm. Er was aan het eind van de 18e-eeuw een sterke tegenstelling tussen de Orangisten, die wilden vasthouden aan de historische positie van het Huis van Oranje, en de patriotten. De Amsterdamse scheepstimmerlieden waren sterk Oranjegezind. Voor een armoedige beloning maakte men werkweken van soms 60 uur of meer. De werklieden stelden dus hun hoop op de prins van Oranje want van de liberale rijke reders en kooplieden hadden ze niet veel te verwachten. In 1787 komt het tot een opstand van de werklieden tegen hun patriottische werkgevers. De dag waarop deze oproer hardhandig de kop werd ingedrukt, is bekend komen te staan als Bijltjesdag, genoemd naar het belangrijkste gereed-schap van de werklieden. Het gezag van stadhouder Willem V was zwak. In september 1787 werd hij te hulp worden geschoten door zijn zwager, de koning van Pruisen. Deze “omwending” wordt op de prent gevierd. 10 - BIJTJESOPTOCHT, BY GELEGENHEID DER GELUKKIGE OMWENDING VAN ZAAKEN
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge “Feest der alliantie tusschen de Fransche en Bataafsche Republieken, gevierd te Amsterdam, op het Plein der Revolutie den 19den Junij, 1795. Het eerste jaar der Bataafsche vryheid.” Later met de hand gekleurde kopergravure uit 1796 door R. Vinkeles en D. Vrydag naar een tekening van J. Kuyper, uitgegeven door kunsthandelaar C.S. Roos te Amsterdam. Afm.: ca. 42 x 51 cm. De Nederlandse patriotten waren met steun van een Frans leger het land binnen getrokken. Stadhouder Willem V wordt naar Engeland verjaagd. De tussen de Franse en de Bataafse Republiek gesloten overeenkomst wordt uitbundig gevierd. Het is het einde van de Nederlandse republiek en het begin van het koninkrijk der Nederlanden. De Franse tijd eindigde toen Napoleon in 1813 werd verslagen en afstand deed van de troon. In dat jaar keerde de oudste zoon van Willem V uit ballingschap terug naar Nederland en aanvaardde als soeverein vorst de regering over Nederland.
11 - FEEST MET DE FRANSEN!
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 “Entrepòt-dok, te Amsterdam” van Nieuwe Herengracht naar Oranje Nassau Kazerne gezien, steendruk uit 1833 van de hand van Petrus Josephus Lutgers, gedrukt door Desguerrois & Co. Later met de hand gekleurd. Afm ca. 37 x 46 cm. Losse uitgave van de tekenmeester, schilder en lithograaf Lutgers (1808-1874), die als landschapsschilder gespecialiseerd was in riviergezichten.
12 - BEDRIJVIGHEID IN HET ALGEMEEN RIJKSENTREPOT TE AMSTERDAM
Om in de 19e-eeuw transitohandel in Amsterdam te stimuleren, konden in het entrepot goederen tijdelijk worden opgeslagen, zonder dat daarover invoerrechten hoefden te worden afgedragen. Accijnzen hoefden pas te worden betaald op het moment dat de goe-deren op de markt werden gebracht.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
Haarlemmerstraat en Singel met Munttoren en bloemenmarkt te Amsterdam, tekeningen met gouache/aquarel op papier vervaardigd ca. 1930 door Johannes Gerardus Jan den Hengst (1904-1983). Afm. ca. 32,5 x 50 cm. Den Hengst woonde en werkte in Delft, Hilversum en Amsterdam. Hij was bevriend met de kunstenaars Jan Korthals en Jan Rijlaarsdam waarmee hij vele buitenlandse reizen ondernam naar o.a. Frankrijk, Spanje en Italië. Hij schilderde, aquarelleerde en tekende in impressionistische stijl landschappen, stadsgezichten, bloemen en stillevens. Jan den Hengst was lid van ‘Arti et Amicitiae’ en ‘St. Lucas’ in Amsterdam en van het Amersfoorts Kunstenaars Genootschap ‘Ploegh’.
13 - SFEERVOLLE GEZICHTEN VAN AMSTERDAM
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 De Waegh en Kaes-Marckt Van de Stadt Alckmaer, ets met gravure vervaardigd door Romeyn de Hooghe in 1674, later met de hand gekleurd. Afm. 41 x 60 cm. Voor de Waag en Kaasmarkt, worden de kazen per boot af- en aangevoerd. Ook in de 17e-eeuw moet de markt al de moeite van het bekijken waard geweest zijn. Veeteelt was een buitengewoon belangrijke bedrijfstak in Noord-Holland. Na drooglegging van de meren bleken de polders minder geschikt voor landbouw, voor veeteelt echter wel. In vele steden in dit gebied bloeiden de vee- en de kaasmarkten. In Alkmaar werd toen de kaas elk jaar vanaf mei tot Allerheiligen verhandeld op vrijdagen en zaterdagen. Iedere groep kaasdragers, ofwel ‘ ‘veem’, had een eigen kaasweegschaal. 14 - DE VERMAERDE WAEGH EN KAES-MARCKT VAN DE STADT ALCKMAER
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge “Vue de Leyden - Vue de Hollande sur l'ancien Lit du Rhin”, kopergravure vervaardigd door J. Bacheley naar een het ontwerp van P. Zorque, uitgegeven door Jacques Philippe le Bas te Parijs in 1752. Later met de hand gekleurd. Afm. ca. 25 x 33 cm. Nederland zoals we het al eeuwen lang graag kennen: pittoresk, ijspartijen vol schaatsers, nostalgische koude, machtige wolkenluchten.
15 - LEIDEN - ZWIEREN OVER DEN OUDEN RHYN
Highlights PAN Amsterdam - november 2009
Historiserende voorstelling van het IJ voor Amsterdam in de 17e eeuw. Gouache op papier door een volger van Abraham Storck, vervaardigd omstreeks 1890. Afm. 57 x 86 cm. De haven van Amsterdam was in de zeventiende eeuw de grootste van Europa. Koopvaardijschepen kwamen via de Zuiderzee het IJ opvaren, losten in de haven hun van over zee aangevoerde waar en ronselden bemanning. Het IJ en de daaraan gelegen haven vormde het bestaansrecht van stad.
16 - DE AMSTERDAMSE HAVEN IN DE TIJD VAN ABRAHAM STORCK
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge Statenjacht aan de wind zeilend met op de achtergrond drie hektjalken en een driemaster, gewassen pentekening van de hand van Hendrik Kobell jr. (1751 - Rotterdam 1779). Afm. ca. 22 x 37 cm. Hoewel dit werk niet is gesigneerd, is het onmisken-baar van Hendrik Kobell (cf. Kobell tekeningen in het Teylers Museum en het water-merk: Churchill nr. 255). Kobell bouwde in zijn korte leven faam op met tekeningen (en enkele schilderijen) in de stijl van 17e-eeuwse marine schilders als Ludolf Bakhuij-zen en Willem van de Velde II. Zijn tekeningen waren zeer gewild en zijn zeldzaam. Ze dienden als voorbeeld voor prenten van o.a. De Sallieth en Simon Fokke.
17 - STAATENJAGT GEZIEN DOOR HENDRIK KOBELL
Het hier afgebeelde statievaartuig vuurt een saluutschot af. Dergelijke snelle jagten waren uitbundig versierde schepen, passend bij de status van hun eigenaren. In de 18e-eeuw werden ze met name voor representatieve taken (veelal voor de V.O.C.) ingezet.
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 “Koninklijk Instituut der Marine te Willemsoord en Z.M. Schip Kortenaer.” Steendruk naar het ontwerp van G.W.C Voorduin, gedrukt door D. van Lokhorst, in 1860 uitgegeven bij De Industrie te Utrecht. Later met de hand gekleurd. Afm. (afbeelding): ca. 33,5 x 43,7 cm. Vanaf 1822 is Willemsoord bij Den Helder de grootste marinebasis van ons Neder-land. Linieschip de Kortenaer deed van 1851-1870 dienst als wachtschip voor de adelborsten van het KIM. Luitenant-ter-zee Gerard Voorduin (1830-1910) vervaardigde als aquarellist en steentekenaar veelal fraaie zeegezichten met schepen.
18 - HET LAATST OVERGEBLEVEN LINIESCHIP KORTENAER AAN DE ADELBORSTEN
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge Dutch Galliot with a view of Amsterdam, stippelgravure vervaardigd door J. Clark & J. Humble naar een tekening van Dominic Serres, uitgegeven te Londen in 1807. Later met de hand gekleurd. De galjoot werd veelal gebruikt voor de kustvaart. Een platbodem met zijzwaarden voor de koopvaardij.
19 - KUSTVAARDER VOOR AMSTERDAM TEN TIJDE VAN HET KONINGRIJK HOLLAND
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 Gezicht op het IJ voor Amsterdam, met het Westerdok en de Eilandskerk (gesloopt in 1950), sepia tekening van de hand van Everhardus Koster (1817 – 1892). Gesig-neerd linksonder. Afm. ca. 30 x 45 cm. “Reeds in zijne jeugd, had Koster eene onweêrstaanbare neiging voor de zeedienst, die echter door zijne ouders onderdrukt werd, en hij leerde op 16 jarigen leeftijd de eerste beginselen der teekenkunst, met het doel, om zich aan de scheepsbouwkunst te wijden; hierin kwam echter eene verandering, dewijl zijn leermeester in hem den Schilder zag. - De vruchten zijner ijverige studiën werden op de Tentoonstelling te 's Hage, in 1839, met de beste vooruitzigten bekroond. In 1848 vestigde hij zich te Amsterdam. Het was dáár, dat, door de bedrijvigheid der scheepvaart, en de aangename afwisling op het IJ, de voorliefde tot schepen zóó sterk bij hem sprak, dat hij van toen af zich toelegde op het schilderen van vaartuigen en waters, waarin hij dermate gelukkig slaagde, dat hij Lid der Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, te Amsterdam, benoemd werd. Hoe zeer de werken van onzen hoogstverdienstlijken kunstenaar gewaardeerd worden, blijkt hieruit, dat ze de aandacht van vorstlijke en aanzienlijke personen trekken. Verder vinden zijne schilderijen en teekeningen in vele aanzienlijke Verzamelingen eene vereerende plaats.” (Christiaan Kramm, 1856) 20 - HET 19E-EEUWSCHE IJ DOOR EENEN HOOGST VERDIENSTLIJKEN KUNSTENAAR
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge Oorlogsbodem strijkend op kalme zee, platbodems in de nabijheid, tekening met pen en gewassen inkt van de hand van Cornelis de Grient (1691 – 1783). Gesigneerd en gedateerd 1771, op wrakhout links onder. Afm.: 23,2 x 35,2 cm. De Grient was onderwijzer en had in Rotterdam tevens een ijzerhandel. In zijn vrije tijd maakte hij tekeningen van rivieren zeegezichten. Pas op latere leeftijd wijdde hij zich voltijds aan zijn kunst. Zijn stijl, met zeer fijn afgewerkte schepen, volgt die van Ludolf Bakhuijzen en Willem van de Velde.
21 - OORLOGSBODEM OP KALME ZEE
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 Algemeene Kaart van de Colonie of Provintie van Suriname, met de rivieren, districten, ontdekkingen, door militaire togten, en de grootte der gemeeten plantagien. Grote wandkaart van Suriname bestaande uit vier bladen naar het ontwerp van Alexander de Lavaux. Met inzet kaarten van Guyana en Paramaribo. Uitgegeven te Amsterdam door Petrus Schenk & Zn. rond 1770. Afm. (kaart met naamlijst van plantage eigenaren): 114 x 117,5 cm. Omdat de bestaande kaarten van de kolonie niet meer toereikend waren zaten de directeuren van de Sociëteit van Suriname al lang verlegen om een goede nieuwe kaart. Plantage-eigenaren stoorden zich namelijk weinig aan de voorschriften ten aanzien van het meten van hun gronden en het registreren ervan. In 1734 liet vaandrig Alexander de Lavaux de directeuren van de Sociëteit weten dat hij al twee jaar bezig was met een nieuwe kaart, die bovendien al bijna gereed was. Op hun verzoek werd de kaart in 1737 in Amsterdam gegraveerd. De kaart omvat het cultuurgebied langs de Suriname- en Commewijne rivieren. Er zijn 436 plantages op aangegeven, die opgenoemd worden in de legenda, vergezeld van opgaven over oppervlakten en eigenaars. Voor het eerst staan alle cultuurgebieden in de omgeving op één kaart ingetekend. In de binnenlanden zien we o.m. ''wegloopers dorpen'' die in brand staan en andere getuigenissen van acties tegen de Marrons.
22 - GROOTSTE GRAVURE VAN SURINAME
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
Facsimile uitgave van Maria Sibylla Merian’s Nederlandstalige editie van "Metamorphosis Insectorum Surinamensium", perfecte giclee drukken van alle 72 prenten en bijbehorende teksten, in een schitterende hand gemaakte Solander overslag doos. Maria Sibylla Merian (1647 -1717) stamde uit een familie van kunstenaars, geleerden en boekverkopers. Zelf was ze geïnteresseerd in bloemen en vlinders, die ze schilderde op perkament. Het resultaat werd zo gewaardeerd dat er in 1679 en 1683 twee bundels gravures naar haar vlinderschilderingen werden gepubliceerd. In 1685 verhuisde ze met haar twee dochters naar Nederland, waar ze al spoedig geboeid raakte door de vlinders en kevers die hier uit Oost- en West-Indië werden aangevoerd. Zozeer zelfs, dat ze op haar 52ste jaar besloot tot een reis naar Suriname, om daar de flora en fauna persoonlijk te gaan bestuderen. Ze moet een opmerkelijke vrouw zijn geweest. Haar verblijf in Suriname (1699-1701) duurde korter dan haar bedoeling was geweest, omdat ze slecht tegen het klimaat kon, maar lang genoeg om een groot aantal schilderingen van planten en insecten te kunnen maken, die in 1705 werden gepubliceerd onder de titel Metamorphosis Insectorum Surinamensium. Het is nog steeds een van de beste boeken over Surinaamse insecten ooit verschenen. Van dit prachtige boek vol handgekleurde gravures van vlinders en andere insecten (maar ook slangen, kikkers, en dergelijke), alle afgebeeld op de planten, bloemen en vruchten waarop ze voorkomen, is nu in een gelimiteerde oplage van 250 stuks deze facsimile gemaakt. FACSIMILE UITGAVE VAN MARIA SIBYLLA MERIAN’S BEROEMDE SURINAAMSE INSECTEN BOEK
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 “The Provinces of New York and New Jersey; with Part of Pensilvania, and the Province of Quebec. Drawn by Major Holland Surveyor General of the Northern District in America, Corrected and Improved from the Original Materials by Governor Pownall, Member of Parliament” Gravure gedrukt van twee koperen platen, uitgegeven door Robert Sayer & John Bennett, later met de hand gekleurd. Vijfde en laatste staat. Afm. 135 x 52 cm. De kaart geeft de rebellerende Britse kolonies weer, van Montreal tot Delaware Bay, met inzet van de monding van de Hudson Rivier, de stad New York en het strategisch belangrijke Amboy (NJ). De kaart zat met vijf andere grote vouwkaarten (“maps that the British high command regarded as providing essential topographical information in the most convenient form”) in The American Military Pocket Atlas, uitgegeven door Sayer & Bennett in 1776. Deze atlas (22 x 14 cm) werd ook wel de Holster Atlas genoemd omdat Britse officieren hem tijdens de Amerikaanse burgeroorlog in hun holster droegen. Anders dan de titel van de atlas doet vermoeden, was slechts één van de kaarten (die van Lake Champlain) gemaakt op een schaal dat je er in oorlogscondities werkelijk iets aan had. Literatuur: The Mapping of America door Schwartz & Ehrenberg (1980), p.190; The Mapping of America door R.V. Tooley (1988), p.78, nr 44e.
24 - NEW YORK & NEW JERSEY BIJ HET BEGIN VAN DE REVOLUTIE
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
“New York from Bergen Hill: Hoboken“, houtsnede vervaardigd door Robert Loudon naar een tekening van Thoman Sulman, uitgegeven in 1876 als “extra supplement” bij de Illustrated London News. Afm. (prent) 49 x 115 cm. Later met de hand gekleurd. 1876, 12 jaar na het einde van de burger oorlog, is het jaar dat de Verenigde Staten haar honderd jarig bestaan vieren. In dat zelfde jaar patenteert Graham Alexander Bell zijn uitvinding: de telefoon. New York City groeit door de grote stroom immigranten sterk en heeft inmiddels ruim een miljoen inwoners. Hier zien we New York City vanaf Bergen Hill, New Jersey en kijken we uit over Manhattan, Brooklyn, en Queens. Het Central Park krijgt vorm temidden van de stedelijke uitbreiding richting Upper East Side en Upper West Side. New York is een drukke haven met een grote verscheidenheid aan boten in de rivier de Hudson en de East River. Inmiddels zijn twee torens aan de weerszijden van de East River gebouwd, het zijn de pijlers van de Brooklyn Bridge die in 1883 geopend wordt. 25 - NEW YORK CITY, HAVENSTAD IN DE TIJD VAN GROTE EUROPESE IMMIGRATIE
Highlights PAN Amsterdam - november 2009 Onder invloed van de economische expansie aan het einde van de zestiende eeuw, ontstond in Nederland een grote behoefte aan geografische en astronomische kennis ten behoeve van de navigatie. Nederlandse kooplieden voeren nu uit over de hele wereld. Globes waren bij uitstek geschikt om het nieuwe werkterrein in beeld te brengen en globemakers overtreffen elkaar met telkens betrouwbaardere, indrukwekkendere en kostbaardere hemel- en aardglobes. Het is echter met name dankzij Willem Jansz Blaeu, dat Amsterdam de belangrijkste plaats in de zeventiende-eeuwse globe en kaartproductie heeft kunnen verwerven. Naast zijn tot op de dag van vandaag wereldberoemde Atlas Major (de grootste atlas van zijn tijd), vervaardigde Blaeu een paar globes van maar liefst 68 cm doorsnede. De grootste globes van de Nederlandse Gouden Eeuw. Niet alleen de omvang was indrukwekkend: de globes waren een lust voor het oog, met een grote rijkdom aan details en schitterende inkleuring, rijkversierde cartouches en fraai gekalligrafeerde belettering. Hoewel het de kopers niet in eerste plaats om geografische details ging, is de aardglobe ook cartografisch interessant, zo bevat het de eerste gedrukte weergave van de ontdekkingen van Henry Hudson: Manhattan, Long-Island en de omgeving van Nieuw-Nederland. Ook heeft Blaeu kort na het ontdekken van Straat Lemaire en Kaap Hoorn zijn hierop globes aangepast. Tot die tijd was ZuidAmerika nog verbonden met het Onbekende Zuidland. De bijbehorende hemelglobe heeft de zelfde fraaie stijl en door het grote formaat komen de sterrenbeelden goed tot hun recht. Een dergelijke globe diende geen praktisch of wetenschappelijk doel, maal was vooral als prestigeobject op de markt gebracht. Het vervaardigen van dergelijke grote globes was ook vroeger enorm kostbaar. Dit paar werd daarom tot aan het einde van zeventiende eeuw heruitgegeven. De nog bewaard gebleven exemplaren bevinden zich vrijwel allemaal in musea. Het is uniek te noemen dat dit wederom in schitterende staat verkerende paar op de markt komt. Dit paar is vervaardigd rond 1645 en was tot 2008 in het bezit van de prinselijke familie van Liechtenstein. De stukken stonden tot 2006 opgesteld in het Alserbachpalais te Wenen, tot 1999 in het Weense Gartenpalais (tegenwoordig Liechtenstein Museum).
26 - GROOTSTE EN BEROEMDSTE PAAR GLOBES UIT DE NEDERLANDSE GOUDEN EEUW, GEMAAKT DOOR WILLEM BLAEU
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge