Een beschrijving door:
Leren-werken gemaakt: 9 oktober 2012 bron:
http://www.watwerktindewijk.nl/index.cfm/interventie/details?id=313&pdf
Leerwerktrajecten zijn trajecten waarbinnen kansarme jongeren of volwassenen een werk(ervarings)plek krijgen waarbinnen ze een vak leren of startkwalificatie halen. Binnen het traject is ruimte voor opleiding dan wel in de praktijk dan wel door een aanvullende opleiding.
Beschrijvingstype: Organisatie: Kosten: Toelichting kosten: Doorlooptijd: Interventiesoort: Effecten: Niveau effectladder: Beschrijver:
Archetypebeschrijving DSP Groep € 5.000 - € 100.000 Kosten lopen uiteen per traject en organisatie 6 -12 maanden individuele begeleiding leren-werken-inkomen-wonen sociaal-economische samenstelling - arbeidsparticipatie / werk - financiële zelfredzaamheid - kans op de arbeidsmarkt - beroepsvaardigheden - eigenwaarde / zelfbewustzijn niveau 2: interventies met theoretische bewijskracht (veelbelovend) Lotte Loef (
[email protected])
Aanleiding Om de maatschappelijke positie van burgers te verbeteren, kunnen verschillende middelen worden ingezet. Eén van de stijgingsroutes voor sociale stijging is 'werken'. (VROM raad 2006). Deze route benuttend, zetten gemeenten en woningcorporaties trajecten waarin leren-werken centraal staat in om sociale stijging van bewoners te bewerkstelligen.
Doel Het verbeteren van de maatschappelijke positie van individuele deelnemers via arbeid en/of praktijkopleiding
Verbeteren sociaal-economische samenstelling van de wijk
Doelgroep Jongeren of volwassenen met zwakke sociale status, waaronder bewoners van achterstandsbuurten, die geen baan en/of startkwalificatie hebben Bereiken van de beoogde doelgroep (de meest kwetsbare of moeilijke personen) is soms een probleem bij deze interventies.
Activiteiten Voorbereidende activiteiten: - Inventariseren van behoefte van stakeholders. Dit vergroot de kans van slagen van het project. - Werven en toeleiden van deelnemers: via de sociale dienst, het jongerenloket, de re-integratiebureaus of detachering/uitzendbureaus. - Screenen van deelnemers: vooral op motivatie Uitvoerende activiteiten: 1 van 5
- Dagelijkse begeleiding van trajectdeelnemers: leren in de praktijk. De leer-werktrajecten zijn doorgaans een half jaar tot een jaar. - De beroepen waarin de deelnemers opgeleid worden variëren van beveiliger, toezichthouders, klusjesman/timmerman of bijvoorbeeld horecamedewerker. Sommige projecten werken met deelnemers onder voorwaarde van behoud van uitkering. - Voeren van begeleidingsgesprekken. Afrondende activiteiten: - Output bepalen: aantal deelnemers, inzet in uren, aantal voltooide trajecten. - Outcome bepalen: aantal arbeidsplaatsen, stijging in sociaal economische status, zelfvertrouwen.
Wijze van uitvoering Om deze projecten kans van slagen te geven is veel enthousiasme en betrokkenheid van de betrokken corporatiemedewerkers nodig. Er dienen vooraf heldere afspraken te worden gemaakt over de inzet en uitvoering.
Effecten - Beter(e) sociaal-economische samenstelling voor Wijk (oorsprong: Als meer bewoners van een wijk betaald werk hebben, verbetert uiteindelijk de sociaal economische samenstelling van de gehele wijk.) - Meer arbeidsparticipatie / werk voor Individuele deelnemers (oorsprong: Doordat individuele deelnemers ervaring opdoen en vaardigheden aanleren, krijgen zij meer en betere kansen op de arbeidsmarkt. ) - Meer financiële zelfredzaamheid voor Individuele deelnemers (oorsprong: Werk leidt tot verbeterde inkomenspositie en meer financiële onafhankelijkheid.) - Meer kans op de arbeidsmarkt voor Individuele deelnemers (oorsprong: Door vergroten kenniskapitaal en werkervaring, worden kansen van de deelnemers op de arbeidsmarkt vergroot. Meer kans op vaste aanstelling, waardoor kans op toekomstige werkloosheid verkleind wordt.) - Beter(e) beroepsvaardigheden voor Individuele deelnemers (oorsprong: Door praktijkervaring krijgen deelnemers meer beroepsvaardigheden.) - Meer eigenwaarde / zelfbewustzijn voor Individuele deelnemers (oorsprong: Door aandacht en begeleiding worden deelnemers meer zelfbewust en ontstaat eigenwaarde.)
Toelichting effecten Leer-werktrajecten hebben in beginsel effecten op de individuele deelnemers. Deze effecten kunnen echter zijn doorwerking hebben op grotere schaal, bijvoorbeeld op een buurt of wijk. Deze effecten zijn nog niet aangetoond in onderzoek.
Niveau effectladder niveau 2: interventies met theoretische bewijskracht (veelbelovend)
Het is aannemelijk dat de interventie zou kunnen werken. De theorie achter de kernmechanismen is algemeen geaccepteerd blijkens de literatuur: arbeid kan leiden tot sociale stijging. Er bestaat geen bewijs voor invloed van de sociale stijging van individuele deelnemers op wijkniveau. Verschillende projecten zijn geëvalueerd en de resultaten waren positief. Deelnemers behalen startkwalificatie, vinden een baan en vergroten hun vaardigheden en zelfvertrouwen. De effecten zijn vaak op kwalitatieve of subjectieve wijze vastgesteld, waardoor de kracht van het bewijs enigszins beperkt is.
Beschrijving kernmechanisme Kernmechanisme van effecten op arbeidsvaardigheden en participatie: - Het vergroten van beroepsvaardigheden zorgt voor meer kansen op de arbeidsmarkt. - Meer kansen op de arbeidsmarkt zorgt voor meer arbeidsparticipatie - Meer arbeidsparticipatie zorgt voor meer financiële zelfredzaamheid en meer eigenwaarde bij deelnemers - Meer financiële zelfredzaamheid en eigenwaarde kan leiden tot sociale stijging. - Verondersteld kan worden dat door sociale stijging van individuele wijkbewoners, sociale stijging van een buurt kan plaatsvinden.
2 van 5
Kernmechanisme van effecten op leefbaarheid en veiligheid: - deelnemers van leerwerk trajecten vervullen functies die zich richten op toezicht of onderhoud. - het verhoogde toezicht of onderhoud vergroot het gevoel van veiligheid of leefbaarheid bij wijkbewoners.
Betrokkenen in investerende rol - (woningcorporatie) - (gemeente) - (onderwijsorganisatie)
Betrokkenen in uitvoerende rol - Reïntegratiebureau/ Detacheringsbureau (leer-werkorganisatie) - Sociale dienst/ Jongerenloket (gemeente) - MBO of HBO (onderwijsorganisatie) - (welzijnsorganisatie)
Betrokkenen in incasserende rol - (gemeente) - (woningcorporatie) - Individuele deelnemers (bewoner(s))
Ervaring met de interventie Een aantal leerwerk projecten uit de praktijk: - Talent voor Zorg Rotterdam (Woonbron, zie praktijkinterventies) Kwetsbare jongeren worden begeleid via een woon/leer/werk/coach traject naar een baan in de zorg. Samenwerking tussen ROC, zorgorganisatie en corporatie om de doorstroom van MBO leerlingen naar een arbeidsplaats en een woning in de omgeving te bevorderen. Project bevindt zich in de planfase, resultaten zijn nog niet bekend. - Watch Out (Rotterdam) Deelnemers worden opgeleid en zijn werkzaam als wijkbeheerders. Samenwerking tussen Stichting Service, re-integratieorganisatie Enter Werk. Gemeente en woningcorporaties dragen financieel bij aan de uitvoering van het project. Effecten zijn positief. Bijvoorbeeld: 80% van deelnemers vindt een reguliere baan na het traject; zelfvertrouwen van deelnemers groeit; veiligheidsgevoel van bewoners in wijken verbetert. - Bedrijfscatering door ROC Leiden. Jongeren worden opgeleid in het restaurant van bedrijfsverzamelpand Nieuwe Energie. Corporatie Portaal heeft een bedrijfsverzamelpand aangekocht in Leiden. Het ROC Leiden exploiteert het bedrijfsrestaurant en leidt jongeren op. Ervaringen zijn dat het project veel positieve aandacht voor de corporatie oplevert. De effecten voor individuele deelnemers zijn niet bekend. - Buurtbeheerbedrijven (25 bedrijven in Nederland) Buurtbeheerbedrijven, die inmiddels in een groot aantal achterstandswijken actief zijn, hebben ook een leerwerk functie en laten langdurig werklozen werkervaring opdoen. De buurtbeheerbedrijven bieden reguliere banen en additionele balen, zoals re-integratietrajecten. De bedrijven voeren beheer in de wijk uit zoals schoonmaakwerk, groenonderhoud en onderhoud buurthuizen. Succesvol buurtbedrijf Cambio in Deventer is zelfstandig en werkt in opdracht van gemeentereiniging, corporaties, gemeente op basis van wijkaanpak en sociale dienst budgetten. Effecten van afzonderlijke projecten zijn positief. 3 van 5
- Leerwerkcentrum Het Torentje (Arnhem) Het leerwerkcentrum richt zich met name op bewoners van het Arnhemse Broek, uitkeringsgerechtigden die aan een reactiveringtraject deelnemen, leerlingen van Rijn IJssel en andere mensen die willen leren, werken of vrijwilligerswerk willen doen. In het Torentje worden een wijkleslokaal en werkplaats voor reparatie van computerapparatuur gecombineerd. Het centrum is een samenwerking tussen leerwerkbedrijf 2Switch, ROC Rijn IJssel en corporatie Vivare. De resultaten zijn onbekend - Prachtwerk in een Prachtwijk (Den Haag) Jongeren worden opgeleid door vakmensen binnen een detacherings- aannemersbedrijf. Aannemersbedrijf Go Infra neemt jongeren in dienst. Die begeleider onderhoudt contact met Zebra en de jongere krijgt aanvullende trainingen en hulpverlening op maat indien dat gewenst of nodig blijkt te zijn. Haag Wonen heeft de opstartkosten gefinancierd en verleende werkzaamheden in gunning. Zebra selecteerde deelnemers en begeleidde ze waar nodig. Go Infra heeft de jongeren in dienst genomen en ook dit bedrijf begeleidde de jongeren intensief. Vanwege een gebrek aan opdrachten is het project in 2012 afgesloten.
Randvoorwaarden - Draagvlak binnen de organisatie waar de werktrajecten worden uitgevoerd voor samenwerken en begeleiding van de interventie deelnemers. Eventueel kan training van de begeleiders helpen. - Meerjarige looptijd van project is nodig om instroom vanuit de juiste doelgroep te bereiken en voldoende tijd te hebben om (werknemers)vaardigheden aan te leren. - Er zijn opdrachtgevers nodig om de leer-werkbedrijven werk in gunning te geven, zodat dit kan worden uitgevoerd door de trajectdeelnemers.
Contra indicaties Bereiken van verkeerde doelgroep: niet de onderkant maar de bovenkant van de laagste sociale klasse profiteert dan van de interventie. De inzet van woningcorporaties als leerorganisatie. Corporaties zijn hiervoor niet altijd geschikt, omdat de trede op de participatieladder voor mensen te groot kan zijn.
Tips & trucs Voorkom een te starre focus op bewoners van één wijk, omdat dat instroom van geschikte deelnemers kan bemoeilijken Verwachtingen over wat re-integreerders kunnen / opleveren, duidelijk met elkaar delen, en niet te hoog inzetten
Opmerkingen Bronnen: 1. Groenendijk, J., Groot, M. de, & Gugten, M. van der. (2010). Projectenboek Sociale stijging: tussen Droom en Daad. Amsterdam: DSP-groep 2. Groenendijk, J., Groot, M. de, & Gugten, M. van der. (2010). Sociale stijging: tussen Droom en Daad. Amsterdam: DSP-groep 3. Webiste KEI: projectbeschrijvingen 4. Mitros (2008). Cahier sociale stijging. 5. VROM-raad (2006) Stad en Stijging. Sociale stijging als leidraad voor stedelijke vernieuwing. Advies VROM-raad. 6. Verslag vakgemeenschap sociale stijging Platform Corpovenista, thema werk. Juni 2012. 7. Koning, P. (2012) Beter een stok dan een wortel. In Wat werkt nu werkelijk? Politiek en praktijk van sociale interventies. Van Gennep. 8. http://www.socialevraagstukken.nl/site/2012/11/30/toeleiding-naar-werk-beter-een-stok-dan-een-wortel/
Bijlage(n) - Projectenboek_sociale_stijging_2010_DSP-groep.pdf 4 van 5
- Projectenboek_sociale_stijging_2010_DSP-groep.pdf - DSP-groep_Sociale_stijging_tussen_droom_en_daad_2010.pdf
5 van 5