ENDOSCOPIE
ERCP Kijkonderzoek van uw galwegen en/of alvleesklier
ONDERZOEK
U wordt op
dag
om
verwacht op de poli/afdeling
uur .
• Als u verhinderd bent, wilt u dit dan tijdig melden en een nieuwe afspraak maken? • Wij verzoeken u om 15 minuten voor het onderzoek aanwezig te zijn in verband met de administratieve afhandeling.
ERCP Binnenkort krijgt u een onderzoek en een eventuele behandeling van uw galwegen en/of alvleesklier. Dit onderzoek noemen we ook wel ERCP of Endoscopische Retrograde Cholangio Pancreaticografie. In deze folder vindt u de belangrijkste informatie over dit onderzoek. U leest hoe u zich erop kunt voorbereiden en wat u ervan kunt verwachten. Deze folder beschrijft het onderzoek in grote lijnen. Wij kunnen niet alle details voor elke situatie beschrijven. De folder is dan ook bedoeld als extra informatie, naast het gesprek met de arts die het onderzoek heeft aangevraagd. Zo kunt u alles nog eens rustig nalezen. afvoerwegen te leiden. Deze slang, de endoscoop, is ongeveer 1 cm dik. Door deze endoscoop spuit de arts contrastvloeistof in uw lichaam, zodat de afvoerwegen op de foto’s goed te zien zijn.
Wat is een ERCP? Bij een ERCP maakt de arts röntgenfoto’s van de afvoerwegen van uw lever, galblaas en/of alvleesklier. Dat doet hij door een flexibele slang via uw mond naar deze
1
Voorbereiding thuis
Medicijnen
Als het onderzoek in de ochtend is
Bloedverdunners
Voor het onderzoek is het van belang dat u nuchter bent. Dit betekent dat u de avond vóór het onderzoek vanaf middernacht niet meer mag eten. U mag nog wel drinken (alleen water en thee), tot twee uur voor het onderzoek.
Gebruikt u bloedverdunnende middelen, al dan niet via de trombosedienst? Neem dan uiterlijk vijf dagen voor het onderzoek contact op met de arts die het onderzoek heeft aangevraagd. Meld uw medicijngebruik ook bij de arts die het onderzoek uitvoert. Uw arts bespreekt met u of u de bloedverdunners enkele dagen voor het onderzoek moet stoppen. Uw arts overlegt daarvoor eventueel met de maag-darm-leverarts. Bekende bloedverdunnende middelen zijn Acenocoumarol, Sintrom®, Fenprocoumon, Marcoumar® en Clopidogrel (Plavix®).
Als het onderzoek in de middag is Bent u om 12:00 uur of later aan de beurt, dan mag u ‘s morgens om 7.00 uur nog een licht ontbijt. Dit houdt in: 1 of 2 beschuiten met zoet beleg en thee of zwarte koffie. Eventuele medicijnen kunt u gewoon innemen bij uw ontbijt. Daarna mag u niets meer eten. Drinken mag nog wel (alleen water en thee), tot twee uur voor het onderzoek.
Diabetes Als u diabetespatiënt bent, moeten uw medicijnen mogelijk aangepast worden tijdens de voorbereiding van dit onderzoek. Misschien kunt u uw medicijnen later nemen of overslaan. Overleg hierover met de arts die het onderzoek voor u heeft aangevraagd, met uw internist of met uw huisarts.
Wij raden u aan tijdens het onderzoek gemakkelijke kleding te dragen, bijvoorbeeld geen nauwe kraag of stropdas. Soms is er aansluitend aan het onderzoek een opname in het ziekenhuis voor u geregeld. Houd hier rekening mee en neem voor de zekerheid toiletspullen en nachtkleding mee.
Stop uw medicijnen nooit op eigen initiatief! Overleg altijd met uw arts.
2
Het onderzoek
darm-leverarts) brengt nu de scoop in uw mond en vraagt u om te slikken. Dat is een moeilijk moment. Probeer u te ontspannen en zo rustig mogelijk adem te halen. De arts schuift de scoop door uw slokdarm en maag, naar de twaalfvingerige darm. Dit is het gedeelte van de dunne darm dat vlak na de maag komt, en waarin de afvoerkanaaltjes van de alvleesklier en de galwegen uitmonden.
Vooraf Op het afgesproken tijdstip meldt u zich bij de afdeling Endoscopie van het St. Antonius Ziekenhuis. Een assistente haalt u op en begeleidt u naar uw bed. U krijgt een infuus (een dun buisje in een bloedvat), meestal in uw arm. Door dit infuus kan de arts of assistente u medicijnen geven. U wordt in uw bed naar de afdeling Radiologie gebracht. Daar krijgt u een smaakloos drankje om schuimvorming in de maag tegen te gaan. Uw keel wordt verdoofd met een spray om de eventuele kokhalsreflex te onderdrukken, zodat het inbrengen van de scoop gemakkelijker gaat. De scoop laat uw luchtpijp vrij. U kunt tijdens het onderzoek dus gewoon ademhalen.
Het maken van de röntgenfoto’s Omdat de arts en de verpleegkundige vaak in aanraking komen met röntgenstraling, dragen zij bij het onderzoek speciale schorten. Die beschermen hen tegen de röntgenstraling. Voor u kan de kleine hoeveelheid straling die u tijdens het onderzoek krijgt geen kwaad. De arts kijkt nu door de scoop in uw darm. Hij zoekt in de darm de afvoerkanaaltjes van de alvleesklier en de galblaas op. Als hij deze heeft gevonden, spuit hij via de scoop de contrastvloeistof in. Hier voelt u niets van. Daarna maakt hij de röntgenfoto’s.
Sedatie Dit onderzoek gebeurt met sedatie, ook wel een ‘roesje’ genoemd. U hebt dan ook de folder ‘Sedatie’ gekregen. Lees die folder goed door.
Het weghalen van weefsel (biopt)
Het inbrengen van de scoop
Soms haalt de arts via de scoop een klein stukje weefsel weg uit de darmwand of de galwegen voor microscopisch onderzoek. Dat heet een biopt. U voelt hier niets van. Na vijf tot zeven dagen is de uitslag van het weefeslonderzoek beschikbaar.
U gaat op uw buik op de onderzoekstafel liggen. De assistente vraagt u om eventuele losse gebitsdelen uit uw mond te halen. U krijgt een soort bijtring tussen uw tanden of kaken om te voorkomen dat de scoop beschadigd wordt. De arts geeft u via het infuus een slaapmiddel, zodat u het onderzoek ontspannen kunt ondergaan. Hierdoor voelt u zich bijna meteen wat slaperig. Ook krijgt u een pijnstiller. De arts (maag-darmleverarts of arts in opleiding tot maag-
In totaal duurt het ERCP-onderzoek meestal 30 tot 60 minuten.
Behandeling 3
Het kan zijn dat u tijdens het onderzoek meteen een behandeling krijgt met de scoop; bijvoorbeeld als de arts tijdens het onderzoek een vernauwing vindt, of galsteentjes. De ingreep duurt dan langer en wordt mogelijk zwaarder. De scoop blijft dan soms wel één of zelfs twee uur in uw keel zitten. Het kan dan ook zijn dat u voor controle een nacht in het ziekenhuis moet blijven. Dit geldt alleen als u tijdens het onderzoek ook een behandeling ondergaat.
Als u in aanmerking komt voor een behandeling, dan zal de arts dit vooraf met u bespreken.
Als één van de afvoerwegen vernauwd is, kan een hol buisje de afvoer van gal of alvleeskliersap herstellen. Z’n buisje heet een endoprothese. Een endoprothese wordt ook wel gebruikt om een lekkage van de galwegen te dichten. Soms gebruiken we voor de afvoer van gal of alvleeskliersap een buisje dat zichzelf uitvouwt. Zo’n buisje kan niet makkelijk worden verwijderd. Het voordeel van dit soort endoprothese is dat hij minder snel verstopt raakt dan een standaard endoprothese.
Risico’s en complicaties
Mogelijke behandelingen zijn: • Papillotomie De galafvoergang en de afvoergang van de alvleesklier komen in de dunne darm uit. De plaats waar deze afvoergangen uitkomen, heet de papil van Vater. Soms moet de opening in de papil van Vater wijder gemaakt worden. Bijvoorbeeld voor het verwijderen van galstenen of het inbrengen van een buisje (endoprothese, stent). De papil van Vater wordt dan met een elektrisch mesje opengesneden. Dit heet papillotomie • Ballonkatheter Een ballonkatheter wordt gebruikt om galstenen uit de afvoergang te verwijderen. Door de ballon achter de galstenen op te blazen, kunnen de galstenen in de twaalfvingerige darm geveegd worden. Hier kan ook een basket (een soort vangmandje) voor gebruikt worden. De stenen komen (vaak ongemerkt) met de ontlasting naar buiten. • Endoprothese
Bij 1 tot 2% van de onderzoeken treden complicaties op. De complicaties die het meest voorkomen zijn bloedingen uit de galweg en ontstekingen van de alvleesklier als gevolg van irritatie door de ingespoten contrastvloeistof. Als bij u een complicatie optreedt, blijft u in het ziekenhuis voor de behandeling.
4
mogelijk door te geven, maar in elk geval minstens 24 uur van tevoren (088 - 320 55 00). Er kan dan iemand anders in uw plaats worden geholpen. Bij aanhoudende pijn, zwarte ontlasting of aanhoudend braken kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met de afdeling Endoscopie. ‘s Avonds, ‘s nachts en in het weekend kunt u bellen met uw huisarts of met de receptie van het ziekenhuis: u kunt vragen naar de dienstdoende MDL-arts. U vindt de telefoonnummers in het adreskader achterin deze folder.
Deze folder Mist u iets in deze folder? Dan horen we dat graag van u.
Vragen Hebt u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan gerust contact op met de receptie van de afdeling Endoscopie (088 - 320 55 00) of met uw behandelend arts.
De uitslag Na het onderzoek geeft uw behandelend arts zijn voorlopige indruk van het onderzoek. Als er stukjes weefsel bij u zijn weggenomen voor onderzoek, duurt het meestal minstens vijf werkdagen voordat de uitslag bekend is. U krijgt de uitslag bij het volgende bezoek aan uw behandelend specialist.
Afspraak Meld u op de afgesproken datum en tijd bij de afdeling Endoscopie, receptie 1, op locatie Nieuwegein.
Verhinderd? Mocht u uw afspraak willen veranderen of afzeggen, dan dient u dit zo spoedig 5
St. Antonius Ziekenhuis T 088 - 320 30 00 E
[email protected] www.antoniusziekenhuis.nl
Spoedeisende Hulp 088 - 320 33 00 Endoscopie 088 - 320 55 00
Locaties en bezoekadressen
Ziekenhuizen
Poliklinieken
St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn)
St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht
St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein
St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern
6
Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl
END 09/06-’13
Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis