Exacte Wetenschappen Geesteswetenschappen
Call for proposals NWO creatieve industrie – thematisch onderzoek 2014 - 2015
Den Haag, april 2014 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Inhoud Inhoud 1 Inleiding 1.1 Achtergrond 1.2 Beschikbaar budget 1.3 Geldigheidsduur call for proposals 2 Doel 3 Richtlijnen voor aanvragers 3.1 Wie kan aanvragen 3.2 Wat kan aangevraagd worden 3.3 Wanneer kan aangevraagd worden 3.4 Het opstellen van de aanvraag 3.5 Specifieke subsidievoorwaarden 3.6 Het indienen van een aanvraag 4 Beoordelingsprocedure 4.1 Procedure 4.2 Samenstelling commissies 4.3 Criteria 5 Contact en overige informatie 5.1 Contact 5.2 Overige informatie 6 Bijlage(n) 6.1 Onderliggende agenda’s van de netwerken Games, Media & ICT en Erfgoed 6.2 Format brief hoofdaanvrager 6.3 Format matchingsverklaring private partner(s)
0 1 1 1 1 2 3 3 3 4 4 5 7 8 8 9 9 12 12 12 15 15 18 19
1 Hoofdstuk 1: Inleiding / Creatieve industrie
1 Inleiding 1.1
Achtergrond De ambitie van de sector creatieve industrie is om van Nederland in 2020 de meest creatieve economie van Europa te maken. Om deze ambitie werkelijkheid te laten worden is het nodig om de kennisbasis onder de creatieve industrie te ontwikkelen. NWO ziet het als haar taak om in samenwerking met anderen de kennisbasis voor de topsector Creatieve Industrie te versterken en (kennisbenutting van) onderzoek ten behoeve van deze sector te stimuleren. Binnen de topsector Creatieve Industrie is het Topconsortium Kennis en Innovatie (TKI) CLICKNL ingericht. De TKI CLICKNL wil kennis, creativiteit en ondernemerschap verbinden. CLICKNL bestaat uit een aantal innovatienetwerken die een Strategische Research en Innovatieagenda (SRIA) hebben opgesteld. Deze SRIA vormt de basis voor de verschillende instrumenten die NWO inzet voor de Creatieve Industrie, zo ook deze call. NWO wil met deze call, Creatieve Industrie – thematisch onderzoek, haar bijdrage aan de stimulering van Publiek-Private Samenwerking (PPS) in de topsector Creatieve Industrie, zoals vastgelegd in het Innovatiecontract Creatieve Industrie, leveren. NWO Creatieve Industrie – thematisch onderzoek wil bedrijven en kennisinstellingen stimuleren het beste uit zichzelf te halen om tot innovaties te komen. De call richt zich specifiek op ICT en Geesteswetenschappen. Onderzoekers worden uitgenodigd om de kruisbestuiving tussen beide gebieden te versterken door het indienen van onderzoeksvoorstellen die op het grensvlak van beide disciplines liggen. De inhoud van de aangevraagde onderzoeksprojecten binnen deze call dienen aan te sluiten op de agenda’s van de netwerken die binnen de SRIA van CLICKNL zijn opgenomen. Specifiek voor deze call is in aansluiting op deze agenda’s een nadere focus aangebracht in de vorm van richtinggevende onderzoeksvragen voor de agenda’s van de netwerken Media & ICT, Games en Erfgoed (zie bijlage 6.1). Aanvragen in deze call kunnen ook voortbouwen op bestaande initiatieven die zijn ingediend binnen de Creatieve Industrie programma’s: KIEM (Kennis – Innovatie Mapping) call en Embedded research en Strategisch onderzoek. Beiden zijn instrumenten binnen de NWO-bijdrage voor de topsector Creatieve Industrie.
1.2
Beschikbaar budget Voor deze call for proposals stelt NWO M€ 3 beschikbaar. De verwachte bijdrage van het bedrijfsleven (eventueel aangevuld met publieke partners) is voor deze call ongeveer M€ 1,3 waarvan de minimaal de helft in cash is. De exacte voorwaarden zijn te vinden in sectie 3.5.
1.3
Geldigheidsduur call for proposals Deze call for proposals is geldig voor de jaren 2014 en 2015. Voorstellen kunnen doorlopend worden ingediend. Totdat de middelen van het programma Creatieve Industrie – thematisch onderzoek zijn uitgeput zullen voorstellen, die aan de kwaliteitseisen voldoen, worden gehonoreerd. De laatste mogelijkheid om een intentieverklaring in te dienen is op 4 augustus 2015 (zie ook sectie 3.3). In januari 2015 zal worden bepaald of deze call wordt aangepast of in dezelfde vorm doorgaat.
2 Hoofdstuk 2: Doel / Creatieve industrie
2 Doel NWO stimuleert met deze call de ontwikkeling van nieuwe onderzoeksprojecten om de kennisbasis voor de creatieve industrie te versterken. Om dit te bereiken maakt NWO het in deze call mogelijk om publiek – private onderzoeksprogramma’s te entameren zodat de gewenste samenwerking tussen onderzoekers en ondernemers en benutting van kennis op maat gerealiseerd kan worden. In alle gevallen zal gewerkt worden in consortia van tenminste twee kennisinstellingen, ten minste een private partij, eventueel aangevuld met andere private en/of (semi) publieke partijen. Focus call Creatieve Industrie – thematisch onderzoek Het in gang zetten van innovatie, waarbij de vernieuwing gezien wordt als verrijking en verdieping van onze wereld, vraagt om het stellen van fundamentele vragen aan en reflectie op de huidige maatschappelijke en technologische ontwikkelingen en de onderliggende concepten. Daarom zijn de in te dienen onderzoeksvoorstellen gericht op onderzoek naar technologische ontwikkelingen, reflectie op en duiding van de sociale, culturele en economische waarde en op de effecten ervan binnen de creatieve industrie. Daarbij wordt het onderzoek geïnspireerd door of kan het worden teruggevoerd op vraagstukken uit de creatieve industrie zodat de resultaten van het onderzoek hun weerslag kunnen vinden in innovatieve inzichten, analyses, en product- of dienstontwikkeling. De in te dienen onderzoeksvoorstellen zijn gericht op onderzoek op het snijvlak tussen de ICT en Geesteswetenschappen. De kruisbestuiving tussen beide gebieden is een belangrijke voorwaarde van deze call. De inhoud van de aangevraagde onderzoeksprojecten binnen deze call dienen aan te sluiten op de agenda’s van de netwerken die binnen de SRIA van CLICKNL zijn opgenomen. Een overzicht van specifieke onderzoekvragen die aansluiten op de agenda’s van de CLICKNLnetwerken Games , Media & ICT en erfgoed, is te vinden in bijlage 6.1 bij deze call.
3 Hoofdstuk 3: Richtlijnen voor aanvragers / Creatieve industrie
3 Richtlijnen voor aanvragers 3.1
Wie kan aanvragen Aanvragen kunnen worden ingediend namens consortia met tenminste twee kennisinstellingen en tenminste één private partner, die (alleen of samen met meerdere private partners) de gevraagde matching levert. Voor een definitie van private partners zoals begrepen in deze call, zie sectie 5.2.1. Hoofdaanvrager Alleen senior onderzoekers, aangesteld bij de volgende kennisinstellingen, kunnen namens een consortium een aanvraag indienen: Nederlandse universiteiten;
KNAW- en NWO-instituten;
het Nederlands Kanker Instituut;
het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek te Nijmegen;
de Dubble-bundellijn bij de ESRF te Grenoble, en
NCB Naturalis.
De hoofdaanvrager is een ervaren gepromoveerde onderzoeker (dat wil zeggen een hoogleraar, universitair (hoofd)docent of senior wetenschappelijk personeel van KNAW- en NWO-instituten en het Nederlands Kanker Instituut) met een vaste aanstelling, of een tijdelijke aanstelling bij een van de bovengenoemde instellingen gedurende de looptijd van het aanvraagproces en het project. De hoofdaanvrager is de eindverantwoordelijke voor het project en draagt de financiële verantwoordelijkheid. Mede-aanvrager(s) Een aanvraag kan meerdere mede-aanvragers hebben. Eventuele mede-aanvragers zijn eveneens ervaren gepromoveerde onderzoekers met een vaste of tijdelijke aanstelling bij bovengenoemde kennisinstellingen gedurende de looptijd van het aanvraagproces en het project. Een onderzoeker kan binnen deze call maximaal één aanvraag indienen als hoofdaanvrager. Als mede-aanvrager kan een onderzoeker bij meerdere aanvragen betrokken zijn.
3.2
Wat kan aangevraagd worden In aanmerking voor financiering van NWO komen de kosten voor tijdelijk op het project bij de onderzoeksinstelling aan te stellen wetenschappelijk personeel1 en project-specifieke kosten voor materialen, reizen en/of apparatuur. De kosten van overhead zoals kosten voor computers/laptops, reguliere software en andere kosten die behoren bij de standaard faciliteiten van de universiteiten, onderzoeksinstellingen of ateliers/labs komen niet voor subsidie in aanmerking. Ook algemene kosten voor projectmanagement en coördinatie, en niet-gespecificeerde kosten zoals een stelpost ‘onvoorzien’ komen niet voor subsidie in aanmerking.
1
NWO vergoedt personeelskosten volgens de afspraken met de VSNU.
4 Hoofdstuk 3: Richtlijnen voor aanvragers / Creatieve industrie
Indien een (mede)aanvrager samenwerkt met andere voor NWO niet-subsidiabele instellingen, bijvoorbeeld met TNO of een buitenlandse universiteit, dan dragen de niet-subsidiabele instellingen hun eigen kosten.
3.3
Wanneer kan aangevraagd worden Het indienen van een intentieverklaring is een voorwaarde voor het indienen van een onderzoeksvoorstel. Er kan doorlopend worden ingediend in 2014 en 2015. Er zijn drie ophaalmomenten vastgesteld voor intentieverklaringen: 4 november 2014, 11:59 uur MET;
2 april 2015, 11:59 uur MET;
4 augustus 2015, 11:59 uur MET (laatste mogelijkheid voor intentieverklaring)
Het formulier voor de intentieverklaring en voor het onderzoeksvoorstel kan worden gedownload via de website www.nwo.nl/ci. Zie hoofdstuk 4 voor meer informatie over de procedure.
3.4
Het opstellen van de aanvraag In deze call for proposals bestaat het aanvraagtraject uit twee fases: 1. Indienen van de Intentieverklaring; 2. Indienen van het Onderzoeksvoorstel. Intentieverklaring De intentieverklaring bestaat uit de volgende twee onderdelen (beide digitaal in te dienen via het elektronische aanvraagsysteem Iris, zie paragraaf 3.6): 1) Factsheet. Vul deze direct in het elektronisch aanvraagsysteem Iris van NWO in. 2) Formulier intentieverklaring. Download het aanvraagformulier op de NWO-website (via de website www.nwo.nl/ci). Dit formulier wordt ingevuld en als pdf-bestand toegevoegd aan de Iris factsheet. De factsheet bevat de naam en adresgegevens van de hoofdaanvrager, de namen van de beoogde medeaanvragers, de beoogde titel van het onderzoek en een samenvatting van het project (max. 250 woorden). Op het formulier Intentieverklaring vermeldt u de private partner(s), die de verplichte matching zullen leveren en de verdere samenstelling van het consortium. U geeft een beschrijving van het beoogde onderzoek (max. 1 A4) en u geeft aan op welke manier uw onderzoek aansluit op de agenda’s van de netwerken die binnen de SRIA van CLICKNL 2014 – 2015 zijn opgenomen en specifiek voor de onderliggende agenda’s van de netwerken Games, Media & ICT en Erfgoed de aansluiting op de richtinggevende onderzoeksvragen in bijlage 6.1 (max. 200 woorden). Daarnaast geeft u de relevante NWO-disciplinecode(s) aan. Ten slotte voegt u een lijst van relevante literatuurverwijzingen toe (max. 1 A4). Onderzoeksvoorstel De subsidieaanvraag bestaat uit de volgende vier onderdelen (alle digitaal in te dienen via het elektronische aanvraagsysteem Iris, zie paragraaf 3.6): 1) Factsheet Vul deze direct in het elektronisch aanvraagsysteem Iris van NWO in.
5 Hoofdstuk 3: Richtlijnen voor aanvragers / Creatieve industrie
2) Projectvoorstel, bestaande uit i) het aanvraagformulier en ii) de begroting Download het aanvraagformulier en het format voor de begroting op de NWO website (via de website www.nwo.nl/ci). Vul de formulieren in. Sla ze op als pdf en upload ze in Iris. 3) Verklaringen van gemaakte afspraken met private partners Voeg een kopie van de brief van de hoofdaanvrager met als bijlagen de matchingsverklaringen van de private partners als pdf-bestand toe in Iris. Voor zowel de brief als de toe te voegen bijlage(n) dient het volgende format te worden aangehouden: a)
de brief van de hoofdaanvrager waarin de afspraken met de partner(s) worden bevestigd, getiteld ‘Verklaring gemaakte afspraken met private partner(s)’ (zie bijlage 6.2 en ook te downloaden via www.nwo.nl/ci)
b)
de matchingsverklaring waarin iedere partner afzonderlijk zijn bijdrage aan NWO toezegt, getiteld ‘Verklaring van de medefinanciering van de private partner(s)’ (zie bijlage 6.3 en ook te downloaden via de website www.nwo.nl/ci).
Met de aan NWO gerichte matchingsverklaring committeert de private partner zich aan de toegezegde bijdrage voor het project als dit door NWO wordt gehonoreerd. De matchingsverklaring is onvoorwaardelijk en bevat geen ontbindende voorwaarden. 4) Akkoord instelling waar project wordt uitgevoerd De aanvraag dient schriftelijk te worden bevestigd door de instelling van de hoofdaanvrager. De hoofdaanvragen dient een kopie van deze akkoordverklaring als pdf-bestand toe te voegen in Iris. De akkoordverklaring bevat de volgende onderdelen: -
Titel van de aanvraag.
-
In verband met het Akkoord NWO-VSNU 2008 met betrekking tot overlating van het werkgeverschap de bevestiging dat het bevoegd gezag (de directeur of de decaan) van de betrokken instelling d.m.v. een kopie van de subsidieaanvraag door de hoofdaanvrager op de hoogte is gebracht van de aanvraag en akkoord is met alle voorwaarden waaraan voor uitvoering van het project moet worden voldaan. Wanneer deze vraag niet bevestigend is beantwoord, wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.
-
Handtekening van de (hoofd)aanvrager, alsmede van de directeur of de decaan van de betrokken instelling, onder vermelding van plaats, datum en de volledige naam van de (hoofd)aanvrager en de betreffende directeur.
3.5
Specifieke subsidievoorwaarden In projecten binnen dit programma werken één of meerdere bedrijven samen met tenminste twee kennisinstellingen. Het deelnemende bedrijf of de deelnemende bedrijven dragen gezamenlijk minimaal 30% en maximaal 50% van de totale projectkosten, waarvan minimaal 15% in cash. NWO draagt de rest van de projectkosten. -
De totale projectkosten bedragen minimaal k€ 750 en de maximaal k€ 2.250.
-
De totale cash-bijdrage van de deelnemende bedrijven moet minimaal 15% van het totale projectbudget zijn.
-
Bedrijven kunnen een deel van hun aandeel in de projectkosten in-kind bijdragen.
-
In-kind bijdragen moeten essentieel zijn voor het project en zijn opgenomen in de begroting van de onderzoekskosten van de projectaanvraag. Zie bijlage 5.2.2 voor de voorwaarden waaraan de in-kind bijdragen moeten voldoen.
6 Hoofdstuk 3: Richtlijnen voor aanvragers / Creatieve industrie
Schematische weergave van de bijdragen voor de minimale en maximale variant van de projectkosten Consortium TA: 1 of meer bedrijven + ≥ 2 kennisinstellingen bedragen in k€ Bedrijf(ven) Cash
In-kind
(min)
(max)
NWO
Totaal
Tot.
Totale projectkosten
min
112,5
112,5
225
525
750
Totale projectkosten
max
337,5
787,5
1.125
1.125
2.250
Projectvoorwaarden Voor deze call for proposals zijn de Regeling subsidieverlening van NWO, versie 2011 (www.nwo.nl/subsidieregeling) en het Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek (www.nwo.nl/akkoordbekostiging) van toepassing. Toegekende projecten dienen binnen zes maanden na dagtekening van het subsidiebesluit van start te gaan. NWO kan overgaan tot intrekking van de financiering indien aan deze voorwaarde niet wordt voldaan. De projectpartners (de betrokken kennisinstellingen en bedrijf of bedrijven) moeten voor de start van het project met elkaar en met NWO een project agreement ondertekenen. NWO zal hiertoe een model agreement beschikbaar stellen op de website van het programma. Verder moeten aanvragen voldoen aan de volgende eisen:
De in cash en in-kind bijdragen die worden opgevoerd in de begroting corresponderen met de matchingsverklaringen waarin de bijdrage door de private en/of publieke partner(s) wordt toegezegd aan NWO.
Indien de verplichte matching deels in-kind wordt bijgedragen, dan gelden de bepalingen die zijn opgegeven in sectie 5.2.2 hieronder.
Ten aanzien van het NWO Intellectual Property Rights-beleid zijn de voorwaarden van toepassing zoals omschreven in de ‘Spelregels voor privaatpublieke samenwerking bij programmering en uitvoering van fundamenteel en toegepast onderzoek’ (zie http://www.rijksoverheid.nl/documenten-enpublicaties/rapporten/2013/06/21/spelregels-voor-privaat-publiekesamenwerking-bij-programmering-en-uitvoering-van-fundamenteel-entoegepast-onderzoek.html). Wanneer een hoofdaanvrager een projectvoorstel indient, dient hij/zij deze spelregels voor te leggen aan de private partner(s). De projectpartner(s) dienen te bevestigen dat zij kennis hebben genomen van de spelregels. Voordat een toegekend project van start gaat, dienen de projectpartners een overeenkomst te sluiten met elkaar over de IPR en kennisoverdracht. Daarin moeten ook andere zaken zoals betalingen, voortgangs- en eindverslagen en geheimhouding geregeld zijn (op de NWO site zal bijtijds een modelovereenkomst gepubliceerd worden).
Een specifiek consortium (d.w.z. de combinatie kennisinstellingen met de meefinancierende private partij(en)) kan in deze ronde hoogstens eenmaal indienen.
Consortia kunnen worden aangevuld met private partijen die geen matching leveren, maar die wel willen bijdragen aan een project en willen profiteren van de gegenereerde kennis.
Consortia kunnen eveneens worden aangevuld met publieke partners (zie paragraaf 5.2.1 voor de NWO definitie) die willen bijdragen aan een project en willen profiteren van de gegenereerde kennis; hun eventuele bijdragen in cash of in-kind tellen niet mee voor de matchingseis.
7 Hoofdstuk 3: Richtlijnen voor aanvragers / Creatieve industrie
3.6
Het indienen van een aanvraag Het indienen van een intentieverklaring is een voorwaarde voor het indienen van een aanvraag (zie paragraaf 3.4). De intentieverklaring moet via Iris als een vooraanmelding ingediend worden. Het indienen van een aanvraag bij NWO kan alleen via Iris, het elektronisch aanvraagsysteem. Aanvragen die niet via Iris zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen. Een hoofdaanvrager is verplicht zijn/haar aanvraag via zijn/haar eigen Iris-account in te dienen. Indien de hoofdaanvrager nog geen Iris-account heeft, dient deze dat minimaal een dag voor het indienen aan te maken. Dit is om eventuele aanmeldproblemen nog op tijd te kunnen verhelpen. Voor vragen van technische aard verzoeken wij u contact op te nemen met de Iris helpdesk (zie paragraaf 5.1.2).
8 Hoofdstuk 4: Beoordelingsprocedure / Creatieve industrie
4 Beoordelingsprocedure 4.1
Procedure Voor alle bij de beoordeling en/of besluitneming betrokken personen en betrokken NWO-medewerkers is de NWO-code belangenverstrengeling van toepassing (www.nwo.nl/gedragscode). De selectieprocedure verloopt als volgt: Intentieverklaring Op basis van de intentieverklaring toetst NWO in overleg met CLICKNL of de aanvraag aansluit op de Strategische Research en Innovatieagenda (SRIA). Intentieverklaringen waarvoor dat niet het geval is, mogen niet tot een aanvraag worden uitgewerkt. Het advies tot al dan niet uitwerken tot aanvraag wordt aan het Gebiedsbestuur Exacte Wetenschappen voor besluitvorming voorgelegd. Indien de aanvrager een gegronde reden heeft om tegen het oordeel in te gaan, dan kan een gemotiveerde reactie naar NWO worden gestuurd. Naar aanleiding van de reactie kan het besluit worden herzien. Het is niet mogelijk om na een afgewezen intentieverklaring een herziene versie in te dienen. Op basis van de intentieverklaring wordt gezocht naar externe referenten voor beoordeling van de aanvraag, met het doel de beoordelingsprocedure zo snel mogelijk te laten verlopen. Indien NWO op basis van de in de intentieverklaring verschafte informatie een (mogelijk) probleem vermoedt met betrekking tot de ontvankelijkheid van het nog in te dienen onderzoeksvoorstel (zie hoofdstuk 3), wordt contact met de hoofdaanvrager opgenomen. Ontvankelijkheid De administratieve ontvankelijkheid van de aanvragen wordt door NWO op basis van de criteria in 4.3.1 vastgesteld, nadat een aanvraag is ingediend. Hoor en wederhoor Aanvragen binnen de call NWO Creatieve Industrie – thematisch onderzoek worden aan minimaal drie onafhankelijke (inter)nationale referenten voorgelegd (‘hoor’fase). Aanvragers krijgen vervolgens de mogelijkheid om schriftelijk te reageren op de geanonimiseerde adviezen van de referenten (‘wederhoor’-fase). Onderzoekers krijgen vijf werkdagen voor het opstellen van deze reactie. Beoordeling De beoordelingscommissie beoordeelt de aanvragen aan de hand van de - in paragraaf 4.3.2 vermelde - beoordelingscriteria. Op basis van de aanvraag, de referentenoordelen en het weerwoord bepaalt de beoordelingscommissie een definitief oordeel over de kwaliteit en relevantie van de binnengekomen aanvraag of aanvragen. Op basis daarvan stelt zij een gemotiveerd advies op aan het NWO Gebiedsbestuur Exacte Wetenschappen.
9 Hoofdstuk 4: Beoordelingsprocedure / Creatieve industrie
Besluitvorming Het Gebiedsbestuur Exacte Wetenschappen toetst de beoordelingsprocedure marginaal en neemt vervolgens – op basis van de voordracht van de beoordelingscommissie – het definitieve besluit over het al dan niet honoreren van de aanvragen. NWO voorziet alle aanvragen die de hele beoordelingsprocedure hebben doorlopen van een kwalificatie. Deze kwalificatie wordt aan de aanvrager bekend gemaakt bij het besluit over al dan niet toekennen van financiering. Voor meer informatie over de kwalificaties zie: www.nwo.nl/kwalificaties. Tijdpad Er kan vanaf het moment dat de call is opengesteld doorlopend worden ingediend in 2014 en 2015. Er zijn drie ophaalmomenten voor intentieverklaringen 4 november 2014, 11:59 MET; 2 april 2015, 11:59 MET en het laatste ophaalmoment is 4 augustus 2015, 11:59 MET. Binnen 6 weken na het indienen van een intentieverklaring wordt de hoofdaanvrager geïnformeerd over de besluitvorming voor het indienen van een volledige aanvraag. Binnen 2 maanden na dit besluit dient de hoofdaanvrager de volledige aanvraag in te dienen. Het besluit over de volledige aanvraag wordt vervolgens binnen 2 maanden genomen door het Gebiedsbestuur Exacte Wetenschappen.
4.2
Samenstelling commissies De beoordelingscommissie wordt gevormd door onderzoekers van de relevante wetenschappelijke disciplines (ICT en Geesteswetenschappen) en door vertegenwoordigers van relevante private en/of publieke partijen. De commissie wordt voorgezeten door een technisch voorzitter. De commissie bestaat uit een vaste kern. Per ingediend voorstel zal worden gekeken of het noodzakelijk is extra commissieleden met specifieke expertise op het terrein van de aanvraag toe te voegen aan de commissie. De samenstelling van de vaste kern van de beoordelingscommissie Creatieve Industrie wordt op de NWO Creatieve Industrie-website (www.nwo.nl/ci) gepubliceerd. De samenstelling van de Gebiedsbesturen Exacte Wetenschappen en Geesteswetenschappen staat vermeld op de website van de desbetreffende NWOgebieden (www.nwo.nl/ew en www.nwo.nl/gw).
4.3
Criteria
4.3.1
Criteria ontvankelijkheid NWO neemt geen aanvragen in behandeling waarbij zich één of meer van de volgende situaties voordoen: 1.
Er is geen intentieverklaring ingediend.
2.
De aanvraag is niet ingediend via iris.
3.
De aanvraag is ingediend na het laatste ophaalmoment.
10 Hoofdstuk 4: Beoordelingsprocedure / Creatieve industrie
4.
De aanvraag is niet correct of onvolledig ingevuld en de aanvrager heeft niet of niet op tijd voldaan aan het verzoek een gecorrigeerde aanvraag in te dienen.
5.
2
De vereiste bijlagen ontbreken en/of zijn niet als afzonderlijke documenten in pdf-formaat bij de aanvraag gevoegd. Het betreft de volgende stukken: a.
de door de aanvrager ondertekende brief met het overzicht van de betrokken partner(s) – zie bijlage 6.2 van deze call.
b.
de door elke individuele partner ondertekende matchingsverklaring – zie bijlage 6.5 van deze call.
c.
een ondertekende verklaring van de aanvrager en van een tekenbevoegde/bestuurlijk-verantwoordelijke van de instelling dat het project, na honorering van de aanvraag, aan de desbetreffende universiteit zal worden uitgevoerd.
6.
De aanvraag is niet ingediend door een ervaren gepromoveerde onderzoeker aangesteld aan een instelling zoals vermeld in sectie 3.1.
7.
De aanvraag is niet ingediend namens een consortium bestaande uit minimaal twee kennisinstellingen en minimaal één private partij en/of met de gevraagde matching zoals beschreven in sectie 3.5.
8.
Meerdere identieke of zeer gelijkende voorstellen worden gelijktijdig ingediend.
9.
Een onderzoeker is bij meer dan één aanvraag hoofdaanvrager.
10. Het project kan niet binnen zes maanden na toekenning van de subsidie starten. 4.3.2
Criteria wetenschappelijk kwaliteit en relevantie Voor de beoordeling door de referenten en de beoordelingscommissie gelden de volgende twee hoofdbeoordelingscriteria: wetenschappelijke kwaliteit en relevantie. De twee beoordelingscriteria worden hieronder op een aantal deelaspecten nader geoperationaliseerd: I Wetenschappelijke Kwaliteit
Het innovatieve karakter. Is het project vernieuwend, levert het project nieuwe inzichten op?
Doelstelling en vraag- of taakstelling. Bij dit criterium gaat het om de subcriteria helderheid, reikwijdte en originaliteit. De doelstelling dient helder en concreet te zijn. Deze dient tevens te resulteren in een concrete en toetsbare vraagstelling. Verder is de reikwijdte van de vraagof taakstelling van belang: wat is het belang van het onderwerp, is er sprake van adequate theoretische onderbouwing, welke kennis en ervaring is reeds beschikbaar, wat gaat het project daaraan toevoegen?
Plan van aanpak. Het plan van aanpak is helder en adequaat voor de betreffende vraag- of taakstelling. Het beschrijft de gekozen technieken, methoden en analyses, inclusief de theoretische en/of empirische onderbouwing. Het plan van aanpak beschrijft ook – indien van toepassing – in hoeverre samengewerkt wordt met de intermediaire en/of uiteindelijke doelgroep.
Potentie voor baanbrekende wetenschappelijke bijdragen. Ontwikkeling van nieuwe kennis/concepten of nieuwe technieken, of nieuwe toepassingen van bestaande methoden en technieken.
2
Multidisciplinaire en interdisciplinaire wetenschappelijke samenwerking.
Wanneer correctie van de aanvraag of het alsnog aanleveren van vereiste bijlagen mogelijk is, wordt de aanvrager in de
gelegenheid gesteld om zijn/haar aanvraag binnen 48 uur aan te passen en/of de vereiste bijlagen aan te leveren. Als de aanvraag binnen de gestelde tijd niet is gecorrigeerd, zal de aanvraag niet in behandeling worden genomen. Is de aanvraag tijdig gecorrigeerd, dan zal deze na goedkeuring alsnog in behandeling worden genomen.
11 Hoofdstuk 4: Beoordelingsprocedure / Creatieve industrie
Samenstelling onderzoeksteam. Het kan hierbij gaan om de ervaring en productie van de groep in de afgelopen jaren (publicaties, rapporten, richtlijnen) die relevant is voor het voorstel en de impact van de producten. Ook kan het succes worden afgemeten aan het aantal en de aard van verworven subsidies en (inter)nationale contacten met vakgenoten en doelgroepen. De aanwezigheid van veelbelovend nieuw talent is ook van belang. Bij de private partners zal gekeken worden naar trackrecord het op het gebied van product- en dienstinnovatie.
Haalbaarheid. Voor elk type project geldt dat het aannemelijk moet zijn dat de beoogde vraagof taakstelling met de beschikbare expertise, menskracht en faciliteiten in de geplande tijd beantwoord of gerealiseerd wordt. In de projectbeschrijving is aandacht voor bevorderende en belemmerende factoren. Er moet – indien van toepassing – worden gezorgd voor concrete betrokkenheid van partijen, doelgroepen en intermediaire doelgroepen.
II Valorisatie/relevantie
Het maatschappelijke of wetenschappelijk belang voor de creatieve industrie. Komt het project tegemoet aan maatschappelijke behoeften en/of voorziet het in wetenschappelijke lacunes?
Aandacht voor kennisoverdracht en implementatie van projectresultaten. Bij onderzoeksprojecten maakt aandacht voor verspreiding en implementatie van projectresultaten deel uit van de toets op relevantie. Het gaat dan om:
o
Benoemen van gebruikers- en doelgroepen
o
Op welke wijze worden deze groepen betrokken bij het project?
o
Welke concrete verspreidings- en implementatie activiteiten vinden plaats?
o
Wie kan deze activiteiten het beste uitvoeren?
Verhouding tussen kosten en baten. Wat is de balans tussen inspanning, input, inzet van middelen en (verwachte) uitkomsten en opbrengst?
De beoordelingscriteria ad I en II wegen even zwaar mee in de beoordeling. Aanvragen binnen de call NWO Creatieve Industrie – thematisch onderzoek moeten op beide criteria ten minste de kwalificatie ‘zeer goed’ behalen op basis van het kwalificatiesysteem van NWO, om in aanmerking te komen voor financiering.
12 Hoofdstuk 5: Contact en overige informatie / Creatieve industrie
5 Contact en overige informatie 5.1
Contact
5.1.1
Inhoudelijke vragen Neem voor inhoudelijke vragen over de creatieve industrie en deze call for proposals contact op met: NWO Exacte Wetenschappen (penvoerder) Sjoerd Meihuizen T: +31 (0)6 83238356 E:
[email protected] NWO Geesteswetenschappen Rosemary van Kempen T: +31 (0)70 3440862 E:
[email protected]
5.1.2
Technische vragen over het elektronisch aanvraagsysteem Iris Bij technische vragen betreffende het gebruik van Iris neemt u contact op met de Iris helpdesk. Leest u alstublieft eerst de handleiding voordat u de helpdesk om raad vraagt (www.iris.nwo.nl/iris/help/manual.jsp). Bereikbaarheid Iris helpdesk: van maandag t/m vrijdag van 11.00 tot 17.00 uur, telefoonnummer 0900-696 47 47. Niet alle buitenlandse providers ondersteunen het bellen naar 0900-nummers. U kunt ook uw vraag per e-mail sturen aan
[email protected].
5.2
Overige informatie
5.2.1
Definities/toelichting op enkele van de gebruikte termen Definitie private partner Als private partner worden aangemerkt ondernemingen alsook organisaties en samenwerkingsverbanden die in het kader van onderhavig programma/project activiteiten uitvoeren die naar objectieve maatstaven als marktactiviteiten (kunnen) worden aangemerkt. Onder onderneming verstaat NWO: een organisatorisch verband of een persoon gericht op duurzame deelname aan het economisch verkeer met behulp van arbeid en kapitaal en met oogmerk winst te behalen. Het MKB valt onder deze categorie, evenals zzp’ers (inschrijving bij de KvK als ondernemer vereist). Definitie publieke partner Als publieke partners worden aangemerkt (kennis)instellingen die niet tot de door NWO erkende kennisinstellingen behoren (zoals erfgoedinstellingen, gemeenten, intermediaire organisaties of stichtingen) en niet tot de categorie van private partijen behoren (zoals gezondheidsfondsen, zorgverzekeraars en overheidsinstellingen die in het kader van hun binnen het programma/project uit te voeren werkzaamheden niet als bestuursorgaan optreden), mits zij in hun hoedanigheid van ‘partner’ geen activiteiten uitvoeren die naar objectieve maatstaven als marktactiviteiten (kunnen) worden aangemerkt
13 Hoofdstuk 5: Contact en overige informatie / Creatieve industrie
5.2.2
Bepalingen in-kind en financiële (cash) bijdragen door private partijen 1.
Mogelijkheid tot deelname door private partijen met in-kind bijdragen
Private partijen participeren doorgaans in NWO onderzoeksprogramma’s door middel van een financiële contributie aan het programma- dan wel projectbudget. In de onderzoeksprojecten binnen het programma NWO Creatieve Industrie – thematisch onderzoek kunnen private partijen participeren met een gedeeltelijke inkind bijdrage onder de volgende voorwaarden:
De totale private bijdrage aan een project moet tenminste 30% bedragen (minimale cash bijdrage 15%).
In-kind bijdragen/inspanningen moeten essentieel zijn voor het project en opgenomen zijn in de door NWO goedgekeurde begroting van de onderzoekskosten van de projectaanvraag waarin de private partij participeert (zie voor in te brengen in-kind bijdragen bepaling 3) en vallen binnen één van de onder bepaling 3 vermelde kostencategorieën.
2.
Committering
Indien een externe partij participeert in het onderzoeksproject met een gedeeltelijke in-kind bijdrage zoals hierboven omschreven, zal de private partij zich voor de betreffende in-kind bijdrage plus de financiële (cash) bijdrage aan het NWO-project committeren middels een Project Agreement. De toegezegde financiële (cash) bijdrage zal door NWO worden gefactureerd. 3.
In te brengen in-kind bijdragen
In een onderzoeksproject mogen door private partijen als in-kind bijdragen worden ingebracht de volgende rechtstreeks aan het onderzoeksproject toe te rekenen en door de private partij gemaakte kosten (zie ook bepaling 1):
Loonkosten, met dien verstande dat wordt uitgegaan van een uurloon, berekend op basis van het jaarloon bij een volledige dienstbetrekking volgens de kolom loon voor de loonbelasting van de loonstaat, verhoogd met de wettelijke dan wel de op grond van een individuele of collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigde opslagen voor sociale lasten, en van 1650 productieve uren per jaar. Hierover mag een opslag worden opgevoerd voor overige algemene kosten, groot ten hoogste 50% van de hierboven bedoelde loonkosten. Het hieruit volgende aan het project toe te schrijven uurtarief, inclusief de genoemde 50% opslag voor algemene kosten, is gemaximeerd op € 100. Inbreng van kosten voor begeleiding of voor projectmanagement is alleen mogelijk bij actieve deelname van de beoogde begeleider of projectmanager aan het onderzoeksproject.
Kosten van te verbruiken materialen, hulpmiddelen en software(licenties) die direct verband houden met project, gebaseerd op de oorspronkelijke aanschafprijzen.
Gebruik van apparatuur en machines: o
Kosten van aanschaf en gebruik van machines en apparatuur, met dien verstande dat wordt uitgegaan van de aan het project toe te rekenen afschrijvingskosten, berekend op basis van de oorspronkelijke aanschafprijzen en een afschrijvingstermijn van tenminste vijf jaar; kosten van consumables en onderhoud tijdens de gebruiksperiode.
o
Kosten van aanschaf en gebruik van machines en apparatuur die niet uitsluitend voor het project zijn aangeschaft, worden slechts als projectbijdragen op de voet van het hier bovenstaande naar rato in aanmerking genomen, indien een sluitende urenverantwoording per machine respectievelijk van de apparatuur aanwezig is.
o
In-kind bijdragen in de vorm van korting op de normale aanschafprijs in het economisch verkeer (list-prijs) van machines en apparatuur. De korting dient dan minimaal 25% van de listprijs te bedragen. De kosten die ten
14 Hoofdstuk 5: Contact en overige informatie / Creatieve industrie
laste gebracht worden van het apparatuurbudget van het project bedragen dan de listprijs verminderd met die korting. o 4.
In-kind bijdragen in de vorm van het beschikbaar stellen van software.
Verantwoording van in-kind bijdragen
Private partijen dienen hun in-kind bijdragen aan NWO te verantwoorden middels een opgave van ingebrachte kosten, te verstrekken aan NWO binnen drie maanden na afloop van het onderzoeksproject waaraan de in-kind bijdrage is geleverd. De aanvraag tot vaststelling van de in-kind bijdrage dient tegelijkertijd met de aanvraag tot subsidievaststelling door de universitaire partner(s) te worden ingediend, vergezeld van een gezamenlijke eindrapportage. Indien de te verantwoorden in-kind bijdrage hoger is dan k€ 125 dient een accountantsverklaring te worden aangeleverd; in andere gevallen volstaat een schriftelijke verklaring dat de ingebrachte in-kind inspanningen daadwerkelijk aan het project zijn toe te schrijven. Indien de private partij die zich met een in-kind bijdrage aan een onderzoeksproject heeft gecommitteerd (een deel van) deze in-kind bijdrage uiteindelijk niet inbrengt dan wel niet kan verantwoorden, zal NWO deze partij factureren voor (dit deel van) de in-kind bijdrage zodat de totaal toegezegde bijdrage gestand wordt gedaan.
15 Hoofdstuk 6 Bijlage(n) / Creatieve industrie
6 Bijlage(n) 6.1
Onderliggende agenda’s van de netwerken Games, Media & ICT en Erfgoed Binnen de agenda’s van de netwerken Games, Media & ICT en Erfgoed zijn richtinggevende onderzoeksvragen geformuleerd. Deze moeten worden gezien als aanvulling op de CLICKNL agenda en als specifieke focus voor deze call voor deze agenda’s. Games en Media & ICT Virtual/Game Worlds: -
Onderzoek naar het creëren van een interactieve wereld die alleen maar bestaat bij gratie van het inzetten van technologie. Het gaat zowel om de virtuele wereld als de vermenging van de fysieke en virtuele wereld, inclusief betekenisvolle geanimeerde virtuele karakters.
-
Onderzoek naar innovatieve media toepassingen, zowel in het virtuele domein als in de vervlechting van het virtuele en fysieke domein, inherent aan ons leven.
-
Onderzoek naar de ervaringsbeleving van visuele en auditieve aspecten van interactieve werelden.
Gebruikers en interactie: Nieuwe methoden en technieken voor natuurlijke en playful interactie. -
Onderzoek naar nieuwe manieren en toepassingen van mobiele interactie zoals bijvoorbeeld controller-less, 3D-interactie, bio-signals, perceptie en cognitiegebaseerd etc. Het gaat zowel om de technologie, als aspecten van participatie en communicatie en het betrekken van gebruikers in specifieke contexten met betrekking tot het doel van de applicatie of game.
Effecten van gaming: -
Onderzoek naar het begrip van de effecten en betekenis van games, inclusief de transfer of gaming voor leren, validatie van de effectiviteit van (serious/applied) games, affordances, de narratieve structuren, game-ontwerp regels, en de culturele rol van games en play in de samenleving (ludificatie van cultuur). Dit betreft spelers van verschillende leeftijd en geslacht, hardcore en casual spelers, het verbinden van mensen, en hen in staat stellen om speels hun identiteit te exploreren en te vormen, adaptieve spelervaring, persuasieve en leer-scenario’s, data-analyse, en ontwerp van games als ethische systemen.
Smart & Social Media: De rol van sociale en traditionele media in relatie tot democratisering of sociale ontwikkeling. -
Wat betekent de toepassing van nieuwe media voor vraagstukken met betrekking tot in- en uitsluiting. Welke technologie is daarvoor nodig, hoe valideer en evalueer je de toepassing daarvan.
-
Hoe zien de sociale media van de toekomst er uit?
-
In welke richting ontwikkelen sociale media zich? Wat betekenen de sociale media voor de kwaliteit van leven? Invloed van sociale media op onderscheid publiek- privaat en commercie.
-
Onderzoek naar de relatie tussen communicatie en de technologisch maatschappelijke ontwikkelingen in relatie tot bijvoorbeeld ‘quality of life’, (re)connecting people en toegang tot informatie.
-
Onderzoek naar en ontwikkeling van innovatieve toepassingen die de emotionele, sociale en fysieke status van gebruikers herkennen en die interactie aangaan door middel van een natuurlijke sociale dialoog bijvoorbeeld in
16 Hoofdstuk 6: Bijlage(n) / Creatieve industrie
toepassingen voor healthy living, (re)connecting people, education, cultural heritage etc. Design Thinking: binnen deze call wordt de term design thinking uit de agenda van het Media & ICT netwerk gelezen als ontwerpmethoden. -
Onderzoek naar de media-specificiteit; hoe ontwerp je betekenisvol media voor een specifieke context of specifiek doel (zoals bijvoorbeeld d.m.v. computational narrative of storytelling)
-
Onderzoek naar de wijze waarop met media een bijdrage geleverd kan worden aan societal challenges.
-
Onderzoek naar de uitwerking van creatieve Media & ICT ideeën tot tastbare concepten die geëvalueerd worden in werkelijke wereld situaties. Dit om tot innovatieve oplossingen te komen voor de uitdagingen waar de Nederlandse samenleving voor staat.
-
Onderzoek naar de wijze waarop bij de ontwikkeling van producten en diensten rekening gehouden kan worden met belangrijke maatschappelijke waarden als privacy en autonomie. Is het bijvoorbeeld mogelijk deze waarden ‘in te bakken’ in het design?
Big Data: -
Onderzoek naar de representatie van omvangrijke hoeveelheden data, dataverrijking, gedrags-data, semantiek.
-
Onderzoek naar grootschalig verwerken van data, het extraheren van informatie en patronen uit meetgegevens, sociale en interactie-gegevens voor statistisch inzicht, voorspellingen, en aanbevelingen.
-
Onderzoek naar de maatschappelijke betekenislaag van Big Data. Welke afwegingen kunnen gemaakt worden bij de ontwikkeling van technologie. Onderzoek naar de inzet van behavioural design.
Genetwerkt erfgoed: -
Wat is de betekenis van de collectie in de context van de genetwerkte samenleving? Hoe kan digitaal erfgoed gepubliceerd worden als een stabiele bron van kennis ten behoeve van onderzoek?
-
Hoe interacteren gebruik en aanbod van erfgoed?
-
Hoe kan de interactie tussen gebruik en aanbod geduid worden, wat is de rol van kwaliteitsnormen bij gebruikersbijdragen aan ons erfgoed? Hoe gaat toeeigening in zijn werk?
-
Wat is het conceptuele framework voor genetwerkt erfgoed? Hoe organiseren, financieren en ontwerpen we een (inter)nationale infrastructuur voor genetwerkt erfgoed?
Nieuwe gebruikers en diensteninnovatie: Erfgoed is deel van het publiek domein. De virtuele wereld biedt nieuwe mogelijkheden tot interactie aan de samenleving. Dat stelt vragen aan de toegankelijkheid en bijvoorbeeld vrijheid van gebruik of beweegredenen waarom grote groepen mensen al dan niet bereid zijn mee te werken en data aan te leveren. -
Hoe komen we tot nieuwe technologieën en interactieve oplossingen om mensen in contact te brengen met en actief deel te nemen aan het behoud van cultureel erfgoed.
-
Welke patronen in gebruik kunnen onderscheiden worden?
-
Hoe komen we tot diensteninnovatie voor education&learning op basis van digitaal erfgoed
-
Hoe komen we tot nieuwe vormen van kenniscommunicatie.
-
Onderzoek naar het ontstaan nieuwe multidisciplinaire onderzoeksmethoden voor hergebruik en herbestemming van cultureel erfgoed.
17 Hoofdstuk 6: Bijlage(n) / Creatieve industrie
-
Hoe beheer en bewaar je ‘nieuwe informatie’ (ook informatie die uit de interactie ontstaat)
-
Hoe komen we tot gepersonaliseerde toegang van grote hoeveelheden digitaal cultureel erfgoed
-
Hoe komen we tot een innovatief aanbod van cultureel erfgoed
-
Wat zijn de identiteitsvraagstukken in relatie tot cultureel erfgoed.
-
Onderzoek naar identiteitsvraagstukken. Is er sprake van westerse dominantie bij de (re)presentatie, selectie en beheer van cultureel erfgoed. Zit er systematiek in de insluiting of uitsluiting online?
18 Hoofdstuk 6: Bijlage(n) / Creatieve industrie
6.2
Format brief hoofdaanvrager Toelichting De hoofdaanvrager dient in een brief de afspraken met de private partner(s) die matching levert/leveren te bevestigen (zie voor toelichting paragraaf 3.4). De brief dient te zijn opgesteld volgens onderstaand format en kan bij de digitale aanvraag als bijlage worden meegestuurd. Format brief hoofdaanvrager: NWO Exacte Wetenschappen t.a.v. Dr. L.B.J. Vertegaal Directeur NWO-Gebied Exacte Wetenschappen Betreft: Verklaring gemaakte afspraken met private partner(s) [plaats], [datum] Geachte heer Vertegaal, Via deze brief bevestig ik de door mij gemaakte afspraken met de private partners in het consortium ten behoeve van het projectvoorstel Creatieve Industrie, getiteld [titel]. Indien de aanvraag gehonoreerd wordt, dragen aan het project de volgende partners bij aan de verplichte matching van €[bedrag], waarvan in totaal minimaal €[bedrag] in cash:
[NAAM FINANCIER 1] Bijdrage: [NAAM FINANCIER 2] Bijdrage: … … Totaal
€xx.xxx (in cash / in-kind)* €xx.xxx (in cash / in-kind)* … -----€xx.xxx
* Doorhalen wat niet van toepassing is.
Ten aanzien van Intellectual Property Rights zijn de voorwaarden van toepassing zoals omschreven in de ‘Spelregels voor privaat-publieke samenwerking bij programmering en uitvoering van fundamenteel en toegepast onderzoek’. Als projectleider draag ik er zorg voor dat het project conform deze voorwaarden zal worden uitgevoerd. Met vriendelijke groet, ……[handtekening] [NAAM + FUNCTIE] Bijlagen: -
Matchingsverklaringen van elk van de private partners, te weten:
o
[NAAM FINANCIER 1]
o
[NAAM FINANCIER 2]
o
……
19 Hoofdstuk 6: Bijlage(n) / Creatieve industrie
6.3
Format matchingsverklaring private partner(s) Toelichting Iedere private partner die matching levert, dient zijn bijdrage aan het project te verklaren door middel van een matchingsverklaring. Deze verklaring dient bij de digitale aanvraag als bijlage te worden meegestuurd. Met de matchingsverklaring, gericht aan NWO, committeert de private partner zich aan de toegezegde bijdrage voor het project. Deze matchingsverklaring moet: 1) gesteld zijn op briefpapier van de betreffende partner; 2) ondertekend zijn door een tekenbevoegd persoon (voorzien van datum en plaats); 3) gericht zijn aan NWO Exacte Wetenschappen (t.a.v. dr. L.B.J. Vertegaal, directeur); 4) wat betreft de hoogte van de medefinanciering conform de begroting zijn zoals opgenomen in het projectvoorstel. Bij een in-kind bijdrage moet deze worden gespecificeerd en gekapitaliseerd. Format matchingsverklaring private partner: NWO Exacte Wetenschappen t.a.v. Dr. L.B.J. Vertegaal Directeur NWO-Gebied Exacte Wetenschappen Betreft: Verklaring van de medefinanciering van de private partner(s) [plaats], [datum] Geachte heer Vertegaal, Via deze brief zeg ik NWO de bijdrage toe die [naam private partner] zal leveren aan het projectvoorstel Creatieve Industrie, getiteld [titel], indien dit door NWO wordt gehonoreerd. Deze matchingsverklaring is onvoorwaardelijk en bevat geen ontbindende voorwaarden. De hoofdaanvrager van dit voorstel is [naam]. De hoogte van de in cash bijdrage is €[bedrag]. De hoogte van de in-kind bijdrage vertegenwoordigt een waarde van €[bedrag], gekwantificeerd volgens de richtlijnen in de call for proposals, paragraaf 5.2.2. De in-kind bijdragen betreffen de volgende werkzaamheden [omschrijving van de verrichte werkzaamheden]. Deze bedragen zijn conform de begroting in het projectvoorstel. Met vriendelijke groet,
…… [handtekening] [NAAM + FUNCTIE]
Uitgave: Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Bezoekadres: Laan van Nieuw Oost-Indië 300 2593 CE Den Haag
april 2014