NUMMER 1
mei 2013 MAGAZINE VAN VINCENT VAN GOGH
Mentaal HET WONDER VAN DE WIETPIL SUCCESVOL: SAMEN BESLISSEN! UITBREIDING HULP AUTISME
inhoud
mei 2013
10
Gedoseerd werken aan succes
Uitbreiding hulp voor cliënten met autisme
6 Van de redactie Waren we de afgelopen jaren collectief bezorgd over het opwarmen van de aarde, deze lente lijkt ‘opkouden’ meer aan de orde. Tot ver in april teisterde de vrieskou ons. De natuur lijkt een beetje van slag. Gelukkig geldt dat niet voor Vincent van Gogh. Hier zijn we vooral hard áán de slag! Aan de slag vanuit de leidende principes ‘Herstel is haalbaar’, ‘Zorgen doe je samen, wonen doe je thuis’ en ‘Open mind’. Met herstel is haalbaar willen we benadrukken dat we blijven werken aan verbetering. Óók bij patiënten met chronische psychiatrische problemen. Het tweede motto verwoordt dat we de patiënt thuis willen laten wonen en we de behandeling zo dicht mogelijk bij huis of in de thuissituatie willen bieden. We kiezen pas voor opname in een kliniek als dat voor de patiënt de enige en beste optie blijkt. Met open mind geven we aan dat we buiten kaders durven denken en doen. Gericht op innovatie, samenwerking, creativiteit en tegelijkertijd óók efficiëntie. In deze Mentaal laten we zien hoe we deze principes op dit moment in praktijk brengen. Bestuursvoorzitter Jolande Tijhuis wierp in Birmingham een ‘leerzame blik over de grens’ in het kader van een boeiende pilot, gericht op het voorkomen van psychische problemen bij risicojongeren. Vervolgens leest u in het hoofdartikel op pagina zes over
02 | mentaal
de ontwikkelingen in ggz-land en de wijze waarop ons Health Office haar radarfunctie in dit kader wil invullen in een positieve, open dialoog met de verwijzers en andere samenwerkingspartners van Vincent van Gogh.
Oor voor cliënt en verwijzer De radarfunctie van Health Office
Samen beslissen Patiëntparticipatie bij het opstellen en evalueren van behandeldoelen
Klinisch psycholoog John van Daal vertelt over de uitbreiding van ons Centrum voor Autisme en ADHD waar we gedoseerd werken aan succes. Het artikel ‘Samen sterk in activiteitenbegeleiding’ illustreert hoe we samen met De Zorggroep en Dichterbij in Arcen de cliënt dagactiviteiten bieden in de eigen woonwijk.
12 Het wonder van de wietpil
Klinisch geriater Amir Ahmed licht zijn onderzoek naar de spraakmakende wietpil toe en behandelaren Evelien Joosten, Mareti Koopmans en Elly Pijnacker informeren u over hoe hun producten (resp.) ‘Samen Beslissen’ en het zorgpad Paniekstoornis in praktijk werken en bovendien hoe de cliënt deze waardeert. Wat u ook niet mag overslaan is het artikel ‘Eerst begrijpen, dan behandelen’ over de interessante onderzoeken van onze promovendi Marc Schneijder en Ellen Wingbermühle naar ADHD bij volwassenen en het Noonansyndroom. Voor alles geldt: voelt u zich vooral van harte uitgenodigd contact met ons op te nemen voor meer informatie en het uitwisselen van ideeën over hoe wij u en onze cliënten nog beter van dienst kunnen zijn!
Amir Ahmed over zijn spraakmakende onderzoek
Vaste rubrieken 2 3 4 9 16 23 26 27 28
Van de redactie Inhoud Buitenshuis met Tijhuis Informatiepunt De ontmoeting Wetenschap Servaashof en vermaatschappelijking Colofon Kleurrijke mensen
14
Verder in dit nummer 5 17 18 20 24
Samen sterk in activiteitenbegeleiding De wet van de inspirerende achterstand Crisiskaart in Noord- en Midden-Limburg Eerst begrijpen dan behandelen Geen paniek
03 | mentaal
Samen sterk in activiteitenbegeleiding
Buiten shuis met Tijhuis Jolande Tijhuis, voorzitter Raad van Bestuur Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg, laat regelmatig haar gezicht zien op de diverse locaties van Vincent van Gogh en bij gelegenheid zelfs ver daarbuiten. In Buitenshuis met Tijhuis leest u over haar bevindingen.
Een leerzame blik over de grens Vincent van Gogh heeft een herstelgerichte zorgvisie en dit hebben we verwoord in ons motto ‘herstel is haalbaar'. Psychiatrische ziektebeelden zijn vaak chronisch van aard en veel patiënten hebben het idee dat ze nooit zullen herstellen. Juist daarom willen wij hen wel perspectief bieden. We willen dat steeds meer mensen beter gaan functioneren en participeren in de samenleving. Daarvoor moet er veel anders in de zorg en dat kan! Wij zijn er van overtuigd dat investeren aan de voorkant loont. In een vroegtijdig stadium de juiste dingen doen om de ernstige chronische ziektebeelden beheersbaar te krijgen en ernstiger schade te voorkomen. Als jongeren tussen de 14-25 jaar te maken krijgen met de psychiatrie, dan is het de moeite en investering waard de allerbeste zorg in te zetten, maar het is net zo belangrijk om ook aan de omstandigheden en gevolgen iets te doen. Denk aan problemen met school, werk en sociale contacten. Willen we dit goed doen, dan is concrete samenwerking tussen meerdere organisaties nodig. In Birmingham, qua populatie de jongste stad van Europa, loopt nu sinds een jaar een ggz-pilot waar risicogroepen worden geïdentificeerd en waar vroegtijdig interventies worden gedaan om het leven van risicojongeren op de rit te krijgen. Van alle jongeren in Birmingham is 30% werkloos en onder de ggz-cliënten zelfs 60%. Werkloosheid en schooluitval leveren extra en serieuze maatschappelijke problemen op. Symptomen of voorboden van bijvoorbeeld psychoses worden door ouders en hun omgeving vaak niet herkend of gelabeld als puberperikelen. Dit kan schade opleveren waar zij mogelijk hun leven lang last van hebben. Een breed scala aan maatschappelijke organisaties zoals gemeenten, ggz-instellingen, welzijnsorganisaties, reïntegratiebedrijven en scholen werkt samen met dat doel: een lagere schadelast gedurende het verdere leven. En dat is ook goed voor ons als samenleving. Samen met ongeveer twintig andere bestuurders van ggz-instellingen had ik het voorrecht de pilot in Birmingham van dichtbij te mogen bestuderen en in gesprek met de betrokkenen te leren van hun bevindingen. Deze aanpak inspireert me! In het bijzonder omdat het één van onze leidende principes illustreert: Herstel is haalbaar. Niet alleen door de focus op vroegtijdige behandeling te richten, maar op veel meer levensdomeinen, in samenwerking met alle relevante maatschappelijke organisaties, familie en naasten. En vooral: buiten de stigma’s van ‘ggz en probleemjongeren’ om en op een 'coole' manier die aansluit bij de leefwereld van jongeren.
04 | mentaal
Vincent van Gogh wil die draad ook oppakken. Hier en nu. Laten we jongeren niet lastig vallen met allerlei financiële en organisatorische obstakels zoals bijvoorbeeld leeftijdsgrenzen en verschillende financieringsbronnen. Laten we onze hulp op tijd en in gezamenlijkheid organiseren, naar goed Birminghams voorbeeld!
Vrijdagmiddag in ontmoetingscentrum De Waag in Arcen; bezoekers druppelen langzaam binnen, begroeten elkaar enthousiast en zoeken een plaatsje in de grote kring. Diny Krebbers, activiteitenbegeleidster bij Vincent van Gogh, en Gerrie van der Zanden, activiteitenbegeleidster bij De Zorggroep, slaan de handen ineen om een leuke, bewegingsvolle middag te verzorgen voor de cliënten van Dichterbij, De Zorggroep en Vincent van Gogh. Een bijzondere samenwerking in activiteitenbegeleiding! Zowel Vincent van Gogh als Dichterbij en De Zorggroep bieden woonruimte aan cliënten in Arcen. ‘Waarom niet de expertise bundelen en je samen sterk maken voor dagbesteding in de wijk?’ Met deze gedachte ontstond in november 2012 het samenwerkingsverband. Voorheen moesten cliënten voor hun dagbesteding per taxi uitwijken naar Venlo of Venray. Dankzij de bundeling van krachten kan men nu ‘om de hoek’ terecht voor dagbesteding in het ontmoetingscentrum De Waag in Arcen. Iedere organisatie heeft een eigen inbreng, zowel wat betreft cliëntenpopulatie als dagbestedingsaanbod. In het ontmoetingscentrum biedt ook welzijnsorganisatie Synthese activiteiten aan, waarmee zorg en welzijn nu zijn verenigd in de leefomgeving van de cliënten. De kracht van diversiteit Diny: ‘Het is best uniek wat we hier doen. We hebben te maken met verschillende doelgroepen en met diverse achtergronden: mensen met een verstandelijke beperking, mensen met een psychiatrisch ziektebeeld en mensen op leeftijd die graag een zinvolle dagbesteding hebben. Op maandag en op vrijdagmiddag komen deze verschillende doelgroepen bij elkaar. Ik vind de sfeer gemoedelijk. Natuurlijk is het even wennen, voor ons als activiteitenbegeleiders, omdat we ineens met verschillende achtergronden te maken hebben, maar ook voor de bezoekers en de vrijwilligers.’ Gerrie vult haar aan: ‘Ineens hebben de bezoekers op leefPatricia Paffen, teamleider Activiteitenbegeleiding Vincent van Gogh: ‘We verbinden ons op het gebeid van dagbesteding met andere zorginstellingen. Er werd al jaren gepraat over een samenwerking in de dagbesteding, nu we de handen daadwerkelijk ineen geslagen hebben zien we een duidelijke meerwaarde voor onze cliënten.’
tijd te maken met mensen die bijvoorbeeld een psychiatrische achtergrond hebben. Waren er in het begin wellicht nog wat vooroordelen, dan zijn die nu weg. Men trekt samen op en helpt elkaar waar nodig. Er heerst een gevoel van samenhorigheid’. Het aandeel van vrijwilligers tijdens de activiteiten is groot. ‘Vrijwilligers spelen hier een belangrijke rol, nu en in de toekomst. Uiteindelijk is het namelijk de bedoeling dat de activiteiten zo veel mogelijk worden gedragen door vrijwilligers. Om de kwaliteit van dagbesteding te kunnen blijven waarborgen is de aansturing en aanwezigheid van een professional van belang’, aldus Diny. Onderdeel van de gemeenschap Vincent van Gogh streeft naar optimale ontwikkeling van iedere individuele cliënt. Het gemeenschapsleven is een wezenlijk onderdeel van de leefomgeving van onze cliënten. Patricia Paffen: ‘Onze activiteitenbegeleiders stellen begeleidingsplannen op die voortvloeien uit het behandelplan. Dagbesteding is gericht op rehabilitatie en herstel van de cliënt. We zien dat dagbesteding steeds meer een onderdeel wordt van de gemeenschap. Integreren in de eigen wijk, zoals de cliënten van Vincent van Gogh nu doen in Arcen, sluit aan bij deze maatschappelijke ontwikkeling. Door deze manier van werken komen we veel meer tegemoet aan de zelfstandigheid van de cliënt.’ Susanne Wouters
05 | mentaal
V.l.n.r. Geert Keser, Marly de Wolff, Louise Tonies
06 | mentaal
Oor voor cliënt en verwijzer 07 | mentaal
i
Oor voor cliënt en verwijzer Het overheidsbeleid maar ook veranderende opvattingen in de samenleving, leiden tot wijzigingen in ggz-organisatie, structuur, en financiering maar bovenal tot moderne beleidskeuzes waarin de cliënt en zijn zorgbehoefte centraal staat. Een meer transparante, klant- en marktgerichte geestelijke gezondheidszorg vraagt om een landelijk dekkend aanbod van electieve, curatieve en topklinische zorg naast ketenzorg en netwerken rond zorg- woon- en welzijnsfuncties. Openheid, toegankelijkheid, kwaliteit en innovatie zijn hierin de leidende principes. Deze veranderingen betekenen concreet dat er verschuivingen plaatsvinden naar meer zelfmanagement en e-health, naar minder opnames in de kliniek en meer ambulante zorg, naar zorg aan huis en in de wijk en naar basiszorg in de eerste lijn.
1-2-3e lijns? Generalistische eerstelijnszorg is in principe kortdurend. Consultatie, preventie, individuele en groepseducatie zijn voorbeelden van deze vorm van zorg. Doelgroep zijn alle cliënten met levens- en zingevingsvraagstukken, met psychische stoornissen van kortdurende aard. De tweedelijnszorg betreft de specialistische ggz die zich richt op diagnostiek en behandeling van de belangrijkste psychiatrische stoornissen. Met derdelijns topklinische zorg bedoelen we hooggespecialiseerde zorg voor cliënten met zeldzame of complexe psychiatrische stoornissen, die qua zorg een hoge mate van specialisatie vragen. De huidige verschuivingen binnen derde, tweede en eerste lijn maken deel uit van de veel grotere verschuiving van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving, waarbij een grotere verantwoordelijkheid komt te liggen bij burgers, bedrijven, organisaties en gemeenschappen. Dat is om financiële redenen nodig vanwege de bezuinigingen die dit kabinet moet en wil realiseren. Maar het past ook bij veranderende opvattingen in de samenleving, in een zoektocht naar kleinschaliger structuren dichtbij, benaderbaar en duurzaam.
08 | mentaal
Oor voor de markt Vincent van Gogh vordert gestaag met het concretiseren van de eisen van overheid, zorgfinanciers en bovenal de wensen van de cliënt. Zo is er binnen de langdurende zorg bijna 20% bedden afgebouwd en hebben we gecertificeerde FACT zorg opgebouwd. Daarnaast zijn we druk doende met de uitbreiding van de zorg op het gebied van autisme spectrum stoornissen en Intensive Home Treatment (IHT). Dit is intensieve begeleiding en behandeling in de thuissituatie van mensen met ernstige psychiatrische problemen. Het Health Office van Vincent van Gogh speelt een belangrijke rol in het verkennen en inspelen op de vragen vanuit de markt en het initiëren van nieuwe zorgproducten. Onder leiding van CHO Frans van de Vranden zijn er 3 managers werkzaam; manager Markt & Productontwikkeling Geert Keser, productmanager Specialistische en Topreferente Zorg Louise Tonies en productmanager Integrale Zorg Marly de Wolff. ‘Samen met mijn Healthcollega’s maak ik de verbinding tussen de markt en het zorgaanbod van Vincent van Gogh’, vertelt Louise. ‘Anders gezegd is de uitdaging voor ons als productmanagers ervoor te zorgen dat onze producten toegevoegde waarde hebben. Hoe maken we dat de cliënt kiest voor Vincent van Gogh? Dat willen we weten want daar willen we mee aan de slag! Meetinstrumenten als ROM en CQ-index die de klanttevredenheid meten leveren ons belangrijke input in dit verband. Door ons behandelaanbod te organiseren in de vorm van zorgprogramma’s, bieden we de cliënt inzicht in de duur, de inhoud en het effect van de behandeling en zijn we in staat grotere groepen cliënten sneller te helpen. (Lees ter illustratie het artikel over het zorgpad Paniekstoornis op pagina 24 in deze Mentaal.)’ Oor voor de verwijzer Dat daarnaast een goede relatie met de verwijzer van cruciaal belang is moge duidelijk zijn. ‘We horen graag van onze verwijzers wat zij belangrijk vinden in de samenwerking met ons en op welke manier wij hen beter van dienst kunnen zijn.’ ‘Zo hebben verwijzers aangegeven dat zij graag snel een terugkoppeling ontvangen van doorverwezen cliënten’, vult Marly de Wolff haar collega aan. ’Dus zijn we druk doende met het inrichten van een laagdrempelig voorportaal dat deze en andere vragen behandelt.’
Onze leidende principes Vincent van Gogh ontwikkelt zich tot een ‘state of the art’ zorgonderneming vanuit de principes: • Herstel is haalbaar • Zorgen doe je samen – Wonen doe je thuis • Transparantie en Open Mind
nformatiepunt
‘We hebben binnen Health een soort ‘radarfunctie’, zo stelt Louise. ‘We nemen ontwikkelingen in de omgeving waar en spelen daarop in. Ons uitgangspunt is dat we laagdrempelig en open minded werken. Ik nodig onze verwijzers, maar ook andere ketenen samenwerkingspartners dan ook uit ons te benaderen met vragen, kritische opmerkingen, suggesties voor verbeteringen en nieuwe ideeën. We staan open voor positieve samenwerking!’ Oor voor de cliënt ‘Dat inspelen op de vraag van de cliënt pakken we graag in een zo breed mogelijk verband op’, vervolgt Marly. ‘We willen niet alleen kijken naar de cliënt als individu, maar juist ook naar het systeem, het netwerk rondom de cliënt, zijn familie, sociale netwerk, zijn woon- en werkomgeving of opleiding en wat we daarin kunnen betekenen samen met de instanties die daarin een rol spelen. We willen geen afgezonderde entiteit zijn die niet verder kijkt dan een stukje (specialistisch)zorg. We willen graag die brede maatschappelijk samenwerking aangaan.’ ‘Dat haakt ook aan bij de wens van de cliënt en de sturing van de financiers om zorg thuis aan te bieden en in de wijk’, verduidelijkt Louise. ‘Ons uitgangspunt is dat we dat in samenwerking met andere zorgaanbieders en ketenpartners doen, en samen met hen komen tot betere zorgproducten.’ Naast de wens van de cliënt de zorg zo laagdrempelig en dichtbij mogelijk te organiseren vraagt hij om meer zelfmanagement. Producten als ‘Samen beslissen’ (patiëntparticipatie bij het opstellen en evalueren van behandeldoelen, waarover meer op pagina 12 in deze Mentaal), en e-health toepassingen spelen in op die behoefte.
‘We willen niet alleen kijken naar de cliënt als individu, maar juist ook naar het systeem, het netwerk rondom de cliënt, zijn familie, sociale netwerk, zijn woon- en werkomgeving of opleiding en wat we daarin kunnen betekenen samen met de instanties die daarin een rol spelen.’ Louise licht toe hoe ook in dit verband samenwerking het uitgangspunt is. ‘De mogelijkheden van e-health toepassingen onderzoeken we in samenspraak met andere ggz-instellingen en met zorgfinanciers in de overtuiging dat we zo tot betere producten komen. Producten die naadloos aansluiten bij de vraag van de cliënt en de visie van de zorgfinanciers.’ Sabine Nicolasen
Meer weten? Health Office staat u graag te woord en is benieuwd naar uw wensen en ideeën! U kunt contact opnemen met de productmanagers via het secretariaat Health Office: tel.nr 0478-527359 of persoonlijk via e-mail:
[email protected] en
[email protected].
Voorlichting en informatie zijn binnen de (geestelijke) gezondheidszorg van groot belang. Of het nu gaat om preventie, behandeling en begeleiding van onze cliënten, de verwijzer of ondersteuning van familie en naasten. Wij vinden het belangrijk dat iedereen goed wordt geïnformeerd. Het Informatiepunt kan hierin een bijdrage leveren. Bent u op zoek naar meer informatie over: • hulp bij psychische problemen; • het (behandel-)aanbod van Vincent van Gogh; • wet- en regelgeving in de ggz; • psychische/psychiatrische aandoeningen of • geestelijke gezondheidszorg in onze regio? Neem contact op met het Informatiepunt. Wij helpen u graag verder! Bereikbaarheid (0478) 527066 (maandag t/m vrijdag 09.00 – 12.00 uur)
[email protected] www.vvgi.nl Praktijkvoorbeeld Een moeder belt en vraagt twijfelachtig of dit wel het juiste telefoonnummer is om de problemen met haar zoon te bespreken. Ik stel haar gerust en zij schetst kort de situatie. Het gaat om een zoon van 23 jaar, thuiswonend, met problemen op vele levensgebieden. Geen opleiding, geen werk, gebruikt alcohol en drugs, heeft schulden en wil geen hulp. Zijn ouders hebben alles geprobeerd om hem te helpen, maar voelen zich inmiddels vreselijk machteloos. Met hem is niets aan de hand, de wereld om hem heen doet moeilijk, dat is zijn stelling. Is de huisarts op de hoogte? Het is belangrijk dat hij of zij geïnformeerd is, gelet op de spilfunctie van de huisarts in de zorg. In deze situatie kan Bemoeizorg een passende vorm van hulpverlening zijn. Dit kan al dan niet in samenwerking met de huisarts. Een verwijzing is echter niet noodzakelijk. Bemoeizorg biedt gevraagd en ongevraagd hulp, zij zoeken proactief contact met de cliënt, bij voorContact keur in de thuissituatie. Vanuit dit contact zoekt de Office staat u graag te een bemoeizorger,Health ook wel veldwerker genoemd, woord en is benieuwd naar uw ingang bij de cliënt en probeert deze te motiveren en ideeën! voor passendewensen ondersteuning en/of zorg. U kunt contact opnemen met de productmanagers viavan het onze Ik stuur mevrouw een (digitale) folder secretariaat Health Office: tel. verzoek afdeling Bemoeizorg en informeer op haar nr 0478-527359 of persoonlijk alvast de veldwerker. Deze heeft nog diezelfde dag via e-mail:
[email protected] en telefonisch contact met de moeder.
[email protected]. Ans Swillens
09 | mentaal
V.l.n.r. Wim Verbeeck (psychiater), Ied van de Sterren (verpleegkundige), John van Daal, Birgit Buller (verpleegkundige), Alex Schaap (verpleegkundige)
Gedoseerd werken aan succes! John van Daal is als klinisch psycholoog verbonden aan het Centrum voor Autisme en ADHD. Het centrum heeft zich inmiddels ontwikkeld tot een gespecialiseerde voorziening waar cliënten terecht kunnen voor diagnostiek en ambulante behandeling op de polikliniek, intensieve behandeling in de kliniek en coachende behandeling en begeleiding in speciale woonvormen. John vertelt enthousiast over de in gang gezette uitbreiding en ontwikkeling van deze laatste behandelvorm voor cliënten met ASS (Autisme Spectrum Stoornissen). 10 | mentaal
‘In onze kliniek behandelen we jongeren met een normale intelligentie in de leeftijd van 18 jaar tot ongeveer 25 jaar. Zij hebben een vorm van autisme waarbij ook andere problematiek een rol speelt, zoals bijvoorbeeld depressie of persoonlijkheidsproblematiek, met daarnaast problemen in het gezinssysteem van de cliënt. Hier proberen we de jongeren (in samenhang met hun omgeving) weer ‘op gang te krijgen’ en een vervolgperspectief te bieden op het gebied van wonen, werken, dagbesteding en/of school. Dat perspectief houdt meestal in dat er niet teruggekeerd wordt naar huis. Bij autisme speelt de moeilijkheid dat het probleem niet zichtbaar is aan de buitenkant. Veelal wordt daardoor de diagnose pas later in de puberteit gesteld. In de tijd die daaraan vooraf gaat heeft men dan al het nodige meegemaakt. Dat trekt een zware wissel op met name de ouders. Nogal eens resulteert dit in ernstige conflicten en/of gedragsproblemen in de thuissituatie. Het doorbreken van de chronische situatie die zich in de loop der jaren als gevolg hiervan heeft ontwikkeld is een belangrijk uitgangspunt. Om die reden is het goed dat de cliënt zelfstandig, dan wel begeleid, buiten het ouderlijk huis komt te wonen.’
Stap voor stap Na opname in de kliniek volgt veelal behandeling in de speciale woonvorm als tweede etappe in de behandeling, waarbij de cliënt (zo nodig voor langere tijd) kan verblijven onder gespecialiseerde begeleiding. Dit is een meer coachende behandelvorm, die minder intensief is dan de behandeling in de kliniek. Het brengt de cliënt een stap verder in het zo zelfstandig mogelijk functioneren. Behandeling in de kliniek duurt maximaal een jaar. Daarna kan de cliënt door naar bovengenoemde intensieve woonvorm, beginnend in het ‘basishuis’ en daarna naar een satellietwoning of appartement. ‘Verblijf in de kliniek is overigens geen voorwaarde voor de behandeling in de intensieve woonvorm’, benadrukt John. ‘Ook na ambulante behandeling kan deze stap volgen.’
afhaken en bij ons terecht komen. Wij hebben ervoor gekozen met ons aanbod in te spelen op de groeiende vraag vanuit de jongvolwassen ASS-cliënt hem te helpen in de groei naar zelfstandigheid. Onze gespecialiseerde ASS-woonvorm zien we in dit licht als een goede vorm om verder uit te breiden en ontwikkelen. Daarnaast is er de wens om, voor een deel van onze ambulante cliënten, een langdurig ambulant hulpaanbod te creëren, bijvoorbeeld in de vorm van FACT-teams voor cliënten met autisme. Maar ook als blijkt dat de laatste stap naar zelfstandigheid niet gemaakt kan worden, moeten we een woonvorm creëren van waar uit de stabiliteit blijvend geboden kan worden. Een langdurige woonvorm voor deze specifieke, kwetsbare groep. We zijn druk doende al deze ontwikkelingen uit te werken en in praktijk te brengen.’
Groeiende vraag De laatste jaren groeit de groep (jong) volwassenen met ASS problematiek. Dat rechtvaardigt uitbreiding en ontwikkeling van behandelvormen. ‘De reden hiervoor ligt onder andere in de steeds complexere maatschappij’, legt John uit. ‘Kijk alleen al maar eens naar de technologische ontwikkelingen. Een tv heeft niet alleen meer een aanen uitknop, maar is een ingewikkeld apparaat geworden met duizend-en-één
Trots ‘Ik ben er dan ook trots op dat we, zeker gezien het beleid van afbouw van klinische bedden binnen de sector, toestemming hebben voor uitbreiding van 12 naar 22 AWBZ-bedden. Daaruit spreekt dat we ons op het gebied van autisme met recht en op landelijk niveau een gespecialiseerde zorgverlener mogen noemen! Dat maakt me trots op ons team, dat elke cliënt en diens netwerk serieus neemt, rekening houdend met de individuele
‘Deze mensen zijn vaak langdurig beschadigd in hun zelfvertrouwen. Ons doel is hen, al is het in kleine stappen, successen te laten boeken.’ mogelijkheden. Informatie komt van alle kanten op ons af en je moet alles snel kunnen interpreteren om bij te blijven. Vroeger mocht je tot je zes jaar was naar de kleuterschool om te knutselen en te spelen. Nu leer je vanaf je vierde al lezen en rekenen. De maatschappij stelt steeds hogere eisen. Als je door een stoornis als ASS niet altijd even snel of goed over de juiste capaciteiten kunt beschikken, loop je een grotere kans om uit te vallen. Dat is het moment waarop mensen moeten
talenten en behoeften. Binnen ons werk in het Centrum voor Autisme en ADHD ervaren we dagelijks wat de impact van een ontwikkelingsstoornis kan zijn op iemands leven. Uitvinden wat de cliënt nodig heeft aan successen en vertrouwen, en dat gedoseerd realiseren is de uitdaging die we professioneel en enthousiast blijven aangaan!’ Sabine Nicolasen
Meer weten? Wilt u meer weten over het Centrum voor Autisme en ADHD, de mogelijkheden en verwijzing van cliënten, neem dan contact op met het secretariaat van het centrum: telefoon 0478-527292 of e-mail
[email protected].
11 | mentaal
Patiëntparticipatie bij het opstellen en evalueren van behandeldoelen
‘Samen Beslissen’ In de afgelopen decennia leggen we steeds meer nadruk op het betrekken van patiënten bij het maken van keuzes over behandeling en het opstellen van de behandelovereenkomst. De hulpverlener is niet langer de persoon ‘die weet wat goed voor je is’. De therapeutische relatie tussen patiënt en hulpverlener is gelijkwaardiger geworden. In meerdere Europese landen is daarom een wet ontwikkeld om de inspraak van patiënten te bekrachtigen. Evelien Joosten, pycholoog en onderzoeker bij Vincent van Gogh, vertelt over de interventie ‘Samen Beslissen’.
Onderzoek en implementatie Binnen instellingen van het NISPA (Nijmegen Institute for Scientist-Practitioners in Addiction) heb ik onderzoek gedaan naar de effectiviteit van Samen Beslissen; dit is een interventie die doelen voor behandeling structureel in kaart brengt en onderhandeling en evaluatie mogelijk maakt. De interventie Samen Beslissen is evidence-based en tot stand gekomen en onderzocht in nauwe samenwerking met cliënten(raden) en hulpverleners. De manier waarop Samen Beslissen is vormgegeven ligt in de lijn van de Wet Medezeggenschap Cliënten in Zorginstellingen (WMCZ) en de Wet op de Geneeskundige Behandelovereenkomst (WGBO). In 2009 ben ik op dit onderwerp gepromoveerd aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Aan het onderzoek namen 212 klinische patiënten met verslavingsproblematiek deel. Uit het onderzoek bleek dat Samen Beslissen effectief is bij het sluiten van een behan-
De behandelaar over Samen Beslissen ‘Hulpvragen worden praktischer en concreter geformuleerd samen met de patiënt. Meer overleg, meer overeenstemming, meer draagvlak, duidelijkere richtlijnen voor behandeldoelen. Even wennen, maar wel prettig en eenvoudig uit te voeren’.
12 | mentaal
delovereenkomst in de verslavingszorg. Bovendien leidt het tot vermindering van psychische klachten en de ernst van het drugsgebruik. Samen een behandelplan opstellen vraagt inbreng van beide partijen. Patiënten worden assertiever en hulpverleners vinden dat ze beter werk leveren en een betere therapeutische relatie hebben met hun patiënten. Samen Beslissen biedt een effectieve, gestructureerde en harmonieuze interventie om een behandelplan op te stellen en te evalueren.
De patiënt over Samen Beslissen ‘Ik vond het oké. Ik ben er serieus mee bezig geweest, het gaf mij veel duidelijkheid. Ik ontdekte ook dat mijn begeleider een andere prioriteit had dan ik.’
Verbeterde patiëntenparticipatie Landelijk was de vraag groot om het onderzoeksproject Samen Beslissen voort te zetten, ook buiten de verslavingszorg. In 2011 hebben Vincent van Gogh en NISPA, in samenwerking met Resultaten Scoren, subsidie gekregen voor de implementatie van de methodiek van Samen Beslissen. Binnen het implementatieproject werd door zowel patiënten als hulpverleners aangegeven dat Samen Beslissen een goed toepasbaar en bruikbaar hulpmiddel is voor het formuleren en evalueren van behandeldoelen, met name als een patiënt geen heldere hulpvraag kan formuleren. Samen Beslissen maakt het mogelijk om de rode
Evelien Joosten
lijn in de behandeling van de patiënt duidelijk te krijgen. Het project heeft bijgedragen aan een betere patiëntparticipatie bij het opstellen en evalueren van behandeldoelen. Het gesubsidieerde implementatieproject hebben we in maart 2013 afgerond. Handleiding Voor de interventie Samen Beslissen ontwikkelde ik een gebruikersvriendelijke handleiding. Deze handleiding bevat ook een onderwijsmodule en kan zowel binnen de dagelijkse praktijk van een instelling als binnen het hoger onderwijs gebruikt worden. Naast de handleiding is de Internet Applicatie BergOp, een web-based programma, ontwikkeld waardoor papier en scoorwerk voor de hulpverleners overbodig wordt.
Verslavingskunde van Fontys Hogescholen, locatie Eindhoven. Mogelijk dat dit vervolg gaat krijgen binnen andere hogescholen. De implementatie van Samen Beslissen gaat binnen de dagelijkse praktijk van zorginstellingen dus nog volop door, ook buiten de verslavingszorg. Sinds het verschijnen van de handleiding loopt het storm, er is ontzettend veel aandacht voor de methodiek van Samen Beslissen! Ook internationaal toont men belangstelling. Recent zocht een arts uit Parijs contact met me om te kijken of er mogelijkheden zijn voor de toepassing van de interventie binnen zijn afdeling voor patiënten met leverproblemen. Hierbij gaat het om patiënten met een combinatie van hepatitis en alcoholproblematiek. Evelien Joosten
Aan aandacht geen gebrek Inmiddels passen vier verslavingszorginstellingen (Iriszorg, Novadic-Kentron, Tactus en Vincent van Gogh) en een instelling van beschermd wonen (Stichting Beschermd Wonen Utrecht) de interventie toe. We zijn tevens in gesprek met andere zorginstellingen voor een verdere implementatie van de interventie. Daarnaast is Shared Decision-Making opgenomen binnen de minor
Meer weten? Voor meer informatie over Samen Beslissen kunt u contact opnemen met: Evelien Joosten, adviseur afdeling Strategie & Ontwikkeling,
[email protected]
13 | mentaal
Het wonder van de wietpil Amir Ahmed is als klinisch geriater en klinisch farmacoloog werkzaam bij Vincent van Gogh. Samen met collega’s van het UMC St. Radboud en in samenwerking met de Nijmeegse farmaceut Echo Pharmaceuticals onderzoekt hij in het kader van zijn promotietraject of mensen met dementie baat hebben bij een ‘wietpil’. Eind februari presenteerde Ahmed de resultaten van het eerste onderzoek naar de veiligheid van Namisol® (een wietpil) bij gezonde oudere vrijwilligers (gemiddelde leeftijd 72 jaar). De pil (Namisol®) bevat de stof THC, het werkzame ingrediënt van cannabis. Naar verwachting zal de pil agitatie, agressie en onrust bij dementerenden helpen te verminderen. Ook denken de onderzoekers dat de ‘wietpil’ pijnklachten die veel bij deze patiënten voorkomen, kan verzachten. Het unieke onderzoek trok de afgelopen maanden (terecht) al veelvuldig de aandacht van de media. Het gepresenteerde onderzoek vormt het eerste deel van het totale project naar de veiligheid en verdraagbaarheid van Namisol®. De twee overige deelonderzoeken richten zich op de effectiviteit van de wietpil op het verminderen van gedragsproblemen (agitatie, agressie en onrust) bij dementie en op de behandeling van pijnklachten en pijngerelateerde gedragsproblemen bij dementerende ouderen. Bij Vincent van Gogh test Ahmed het middel daartoe bij meer dan 75 demente patiënten met pijn en/of ernstige gedragsstoornissen.
Eind van dit jaar rond Amir Ahmed de studie af. Op onderzoekbasis is het middel voor iedereen die in aanmerking komt al op dit moment beschikbaar. Het medicijn zal, als alles naar wens verloopt, rond 2015 op de markt komen.
en het opwekken van eetlust bij mensen met anorexia. Onder dementerende ouderen vindt er relatief weinig geneesmiddelenonderzoek plaats. Dat heeft te maken met de strenge eisen die gesteld worden aan het verrichten van onderzoek binnen deze doelgroep (wilsonbekwame patiën-
Het onderzoek is inmiddels een hype, en mag wereldwijd uniek genoemd worden. In reactie op de overstelpende media-aandacht stelt Ahmed; ‘Wie verwacht dat er vanuit de cannabisplant, die vooral bekend is als genotsmiddel, als drug, een geneesmiddel zou kunnen voortkomen voor deze doelgroep?! Hij vervolgt: ‘Er bestaan slechts twee andere pillen (Marinol® en Cesamet®) die zijn samengesteld op basis van de cannabisplant. Deze worden echter niet toegepast bij onze doelgroep maar onder meer bij het bestrijden van pijn, misselijkheid en braken door chemotherapie bij kankerpatiënten,
ten). Ons onderzoek verloopt volgens die strenge richtlijnen. Het is getoetst en goedgekeurd door de Commissie Mensgebonden Onderzoek.’ Ahmed verwacht op basis van de eerste resultaten dat bij bewezen veiligheid en effectiviteit na de resterende onderzoeken de wietpil in de toekomst een
groot succes zal worden. Bang dat de ouderen die het middel gebruiken gevaar lopen doelwit te worden van grijpgrage ‘junkies’ is hij niet. ‘Het is absoluut geen substituut voor een jointje! De pil bevat alleen de stof THC in een zeer kleine dosering en niet de andere werkzame stoffen van de cannabisplant die wel in een joint zitten. Totaal niet interessant voor drugsgebruikers dus.’ Winstpunt Er is een verband tussen pijn en gedragsstoornissen. Oudere mensen met dementie die pijn hebben, kunnen dat vaak verbaal niet adequaat aangeven. Dat kan vervolgens resulteren in gedragsproblemen als agitatie, agressie of onrust. Tot nu toe proberen artsen deze gedragingen af te remmen met medicamenten die normaal tegen psychoses worden ingezet. Een van de bekende bijwerkingen is echter sufheid en slaperigheid, maar dat levert een groter risico op voor valincidenten. De literatuur beschrijft daarnaast ook meer apathie en ‘zombiegedrag’ als neveneffect. De ‘wietpil’ lijkt deze bijwerkingen niet te hebben. Toename van de kwaliteit van leven van (dementerende) ouderen met pijnklachten en gedragspro-
blemen (en indirect ook die van hun mantelzorgers) ziet Ahmed dan ook als grootste winstpunt van Namisol®. We ontdekten dat bijwerkingen als duizeligheid, hallucinaties of ‘stonedzijn’ zich bij normaal gebruik in lage doseringen niet voordoen ’, aldus Ahmed. ‘Bovendien is de pil niet verslavend en werkt hij aanzienlijk sneller dan twee andere geregistreerde ‘wietpillen’ die in de VS worden toegepast. Een belangrijk voordeel, want juist bij klachten als pijn, agressie en agitatie wil je als arts een middel hebben dat snel werkt.’ ‘Daarnaast lijkt Namisol® een goede remedie te zijn tegen gewrichtspijn;
pijnklachten die door 40 tot 60 procent van demente mensen wordt ervaren. Gelet op de huidige vergrijzing is het dus niet ondenkbaar dat een aanzienlijke groep mensen in de toekomst baat kan hebben bij dit middel. Gelijktijdig loopt in het UMC St. Radboud een onderzoek op de afdeling Chirurgie onder zowel jongere als oudere patiënten in het kader van de bestrijding van pijn. Als die resultaten positief blijken is de pil nog breder toepasbaar dan op de doelgroep ouderen met dementie. In die zin durf ik te spreken van een wonderpil!’, stelt Ahmed enthousiast. Sabine Nicolasen
Meer weten? Heeft u vragen over het onderzoek van Amir Ahmed dan kunt u contact opnemen met hem via e-mail:
[email protected] of tel.nr. 0478-786255. Ook kunt u contact opnemen als u patiënten aan wilt melden voor mogelijke deelname aan het onderzoek. Voorwaarden voor deelname zijn: • Patiënten met dementie, type Alzheimer, vasculair of een mengbeeld Alzheimer/vasculair. • Klinisch relevante gedragsstoornissen (agitatie, agressie of motorische storingen). • Aanhoudende pijnklachten die niet/onvoldoende reageren op de reguliere behandeling.
Amir Ahmed
14 | mentaal
15 | mentaal
De ontmoeting
Het inloopspreekuur Iedere dinsdagochtend vindt er een inloopspreekuur plaats voor daklozen uit de regio Venlo. Enkele maanden geleden ben ik, als straathoekwerker, gevraagd te assisteren bij de aanvraag van een uitkering voor mensen waarbij dit niet volgens hun eigen planning verloopt. Voor het gros van de aanvragers is dit spreekuur de eerste ‘bureaucratische horde’ die men dient te nemen na een volgens hen onterechte, ‘vakantie op staatskosten’. Het antwoord: ‘Nee’ of ‘Over twee weken’ klinkt in hun oren al snel als een doodsbedreiging. Een uitkering wordt alleen verstrekt als er een verblijf in de nachtopvang tegenover staat. De belanghebbende ziet dit echter vaak niet zitten en gaat onderhandelen over deze regel. ‘Want men heeft mij verteld dát..!’ En dan volgen allerlei argumenten. Bijvoorbeeld: ‘In het weekend ga ik daar niet slapen want…dan heb ik mijn zoon. En ik heb mijn advocaat gebeld en die zegt dat de gemeente mij niet kan verbieden mijn zoon te zien..’
ik samen met Graad naar de intake gegaan en nog tijdens dit gesprek haalde Harrie de sleutel van zijn kamer al tevoorschijn. Graad mocht meteen blijven! En nu, twee maanden later is hij nog steeds gelukkig op zijn nieuwe stekkie. Toen ik enkele dagen geleden bij hem op bezoek ging werd ik als volgt aangekondigd: ‘Hé Graad, Henk komt je weer ophalen.’ Waarop Graad antwoordde: ’Dacht het niet! Of het moet voor een bezoek zijn aan een sexclub...’
Voor mij is dit spreekuur ook belangrijk omdat ik dan kennis kan maken met nieuwe daklozen. Het is een kans om er voor te zorgen dat ze niet in ‘de scene’ terecht komen.
Verder kwam er iemand op het spreekuur die al enkele jaren rondsjouwt in de scene. Zijn belangrijkste vraag was: ‘Als ik niet naar de nachtopvang ga, waar gaan dan de € 6,50 die de gemeente hiervoor betaalt naar toe?’ Mijn antwoord: ‘Ik heb geen idee’. Volgende vraag van hem: ‘Kan ik die dan krijgen?!’ Ik heb hem uitgelegd dat Venlo ca. 90.000 inwoners heeft en als ze voor elke dag dat zij niet naar de nachtopvang gaan € 6,50 moeten betalen, dit de gemeente ongeveer een half miljoen per dag kost. Dan kan de gemeente na twee weken de Maasboulevard weer verkopen! De belanghebbende slaapt weer in de nachtopvang en Venlo heeft nog steeds zijn Maasboulevard.
Het verhaal van Graad. Altijd hard gewerkt, zonder werk komen te zitten en uiteindelijk geen uitkering vanwege een kleine erfenis. Geld opgemaakt. En toen het pinnen niet meer lukte wegens einde saldo, op straat terecht gekomen. Een zestigjarige, lieve, oude man die niet rookt, drinkt en absoluut niet in de dag- of nachtopvang thuis hoort. Vanuit het spreekuur heb ik een afspraak gemaakt met Emmaus, een woon- en werkgemeenschap. Vervolgens ben
De wet van de inspirerende achterstand Jolande Tijhuis was in januari gastspreker tijdens de ggz Kennisdag Ambulantisering, ‘De ggz opent deuren’. Daar sprak zij over de kracht van de verbinding. ‘Er is weer veel in beweging! De sector moet in meerdere opzichten een grote sprong voorwaarts maken en dat geldt ook voor Vincent van Gogh. We hebben het goed in Nederland en de Nederlandse ggz staat op een hoog niveau. We zullen onszelf opnieuw moeten uitvinden, want op termijn is ons maatschappelijk stelsel onhoudbaar. Het is nodig om nieuwe patronen te ontwikkelen door de transitie niet alleen vanuit zorgdeskundigheid te benaderen, maar veel breder te kijken naar de totale ervaring, die patiënten helpt in hun herstel. We kunnen leren van ervaringen uit het buitenland (zie ook de column Buitenshuis met Tijhuis, red.) en andere sectoren. De ggz kan de dynamiek vanuit het bedrijfsleven, jeugdzorg, reclassering, wooncorporaties en onderwijs gebruiken. Daar ligt het antwoord voor voldoende en kwalitatief aanbod in samenspraak met gemeenten en zorgverzekeraars. Vincent van Gogh medewerkers gaan daarom op alle mogelijke manieren de verbinding aan met mensen van andere organisaties, zoals o.a. gemeenten, zorg- en welzijnsorganisaties, om samen met de patiënt, eigen regie en goede zorg te bieden. Tegelijkertijd zoeken we naar uitdaging voor de eigen kracht en mogelijkheden van burgers en hun directe omgeving. Leidend zal zijn: eigen regie, zelf doen en oplossen in de eigen context.’
en duurzame oplossingen voor hardnekkige problemen oplevert. Als we ons verdiepen in de oorzaken van onze uitdagingen, onze eigen rol en blokkades hierin en hoe we daar vanuit verschillende perspectieven en belangen naar kijken, dan komen we verder. Van daaruit kunnen we een grotere sprong voorwaarts maken. We kunnen niet bij het oude blijven.
‘Kijk goed om je heen, kijk naar jezelf en ga eens te rade bij een andere afdeling of andere discipline, daar kun je veel leren’ is een boodschap aan de medewerkers. Ga uit van je eigen kracht en talent maar sta open voor je collega’s, spreek ze aan en stimuleer elkaar om tot nieuwe oplossingen te komen.’ Pien Wils
Open Mind ‘Het begint bij mijzelf en bij Vincent van Gogh: ‘Be the change you want to see in the world’. Dat betekent dat we met een breed team de organisatie verder voorbereiden op veranderingen, inrichten tot een netwerkorganisatie en ambulantisering doorvoeren. Daarbij vind ik het belangrijk dat we lokaal en landelijk coalities vormen en over de schutting kijken, ik geloof dat dat verrassende
16 | mentaal
17 | mentaal
Crisiskaartconsulenten Eric van Mierlo en Helen Greijn zetten de crisiskaart in Noord- en Midden Limburg op de kaart!
Als je er zelf geen woorden meer voor hebt
Een crisiskaart is een klein persoonlijk document dat opgevouwen niet groter is dan een bankpasje. Mensen die eerder een psychische crisis beleefden kunnen de kaart bij zich dragen. Niet alleen voor de kaartdrager een houvast, maar ook voor hulpverleners, naasten en omstanders. Een soort gebruiksaanwijzing bij een crisis; hoe ziet een crisis eruit bij deze persoon en wat moet er gebeuren als er zich een crisis voordoet?
Herstelgericht werken Eric van Mierlo -ervaringswerker bij het FACT-team Peel en Maas van Vincent van Gogh- en Helen Greijn zijn in oktober 2012 gecertificeerd als crisiskaartconsulent. Zij zijn nu druk doende om het projectplan voor de crisiskaart in Noord- en Midden-Limburg, dat Helen schreef tijdens haar stage van de opleiding tot ervaringswerker, tot uitvoering te brengen. Helen: ‘We bezoeken ggz-instellingen en cliëntenraden. We horen overal positieve geluiden. Ook de Politie Noord-Limburg juicht het initiatief toe. We gaan huisartsen voorlichten, agenten, hulpverleners en alle andere partijen die met de crisiskaart te maken kunnen krijgen’. Eric gaat verder: ‘Binnen de ggz werken we herstelgericht. Dit is een belangrijk item, het leeft overal. Het uitgangspunt is dat een cliënt zijn herstel in eigen hand heeft. De crisiskaart sluit hierbij perfect aan.’ Vanaf 1 maart 2013 kunnen mensen in Noord- en Midden-Limburg een crisiskaart aanvragen via het Zelfregiecentrum Venlo. Eric: ‘We streven naar een brede implementatie in de regio. De crisiskaart moet een bekend begrip worden. Het is belangrijk dat behandelaren, case-
Collectieve Cliëntenraad Vincent van Gogh: ‘Wij ondersteunen het initiatief van de crisiskaart van harte en volgen het proces op de voet. Het item leeft binnen het Regionaal Platform GGZ -zorgvragers Noord- en Midden Limburg. Bij dit platform zijn alle cliëntenraden van ggz-instellingen uit de regio aangesloten. De cliëntenraad van Vincent van Gogh uiteraard ook. Wij zijn blij te zien dat de crisiskaart nu ook in onze regio op de kaart wordt gezet!’
Eric van Mierlo en Helen Greijn
18 | mentaal
managers, maar ook huisartsen op de hoogte zijn van het feit dat zij cliënten naar ons door kunnen verwijzen. Het is de bedoeling dat we scholing gaan geven aan mensen die de opleiding volgen tot ervaringswerker, zodat ook zij cliënten kunnen helpen bij het maken van een crisiskaart.’
Cliëntgestuurd interventiemiddel Helen: ‘De crisiskaart is een onafhankelijke kaart. Niet verbonden aan een instelling, maar aan de cliënt. Het Crisiskaartsteunpunt is daarom aangesloten bij het Zelfregiecentrum Venlo, een onafhankelijke partij’. Eric: ‘De cliënt heeft zelf de regie over de aanpak bij een crisis. De tekst op de kaart is een samenvatting van een uitgebreider crisisplan. De kaarthouder schrijft relevante informatie over een crisis op, of laat dit doen door de crisiskaartconsulent. Uiteraard op een moment dat hij of zij helder voor ogen heeft wat er wel en niet wenselijk is in geval van een crisis. Hiermee kun je ongewenste beslissingen voorkomen.’ Draagkracht Het crisisplan dat bij de crisiskaart hoort, moet ondersteund worden door behandelaren en andere betrokkenen. Helen: ‘Als de inhoud van de crisiskaart en het achterliggende crisisplan zijn beschreven, bespreken we alles met de behandelaar of huisarts. Maar op wens van de aanvrager bijvoorbeeld ook met een vertrouwenspersoon of een familielid. Op deze manier wordt een kaart ontwikkeld waar iedereen achter staat. Wanneer alle betrokkenen het eens zijn met de inhoud van het crisisplan zetten zij hun handtekening. Vervolgens wordt het crisisplan ingescand in het EPD.’ Resultaat meten Monitoring zit in het takenpakket van de crisiskaartconsulenten. ‘De crisiskaart betekent niet dat crises niet meer voorkomen. Maar hierdoor kan een opname korter en minder heftig zijn’, aldus Eric. ‘Ieder halfjaar evalueren we samen met de kaartaanvrager hoe het gaat; heeft er een crisis plaatsgevonden? Zo ja, wat heeft de crisiskaart bijgedragen? Hiermee hopen we aan te kunnen tonen wat de crisiskaart oplevert.’ Susanne Wouters
Meer weten? Wilt u meer informatie over de crisiskaart of het Zelfregiecentrum Venlo? Of wilt u graag in contact komen met de crisiskaartconsulenten? Bezoek dan de website www.zelfregiecentrum.nl.
19 | mentaal
Eerst begrijpen, dan behandelen
Prof. Dr. J.I.M. Egger, klinisch psycholoog, klinisch neuropsycholoog / P-opleider Vincent van Gogh ‘Adequate zorg start niet met behandeling maar met behandelgeoriënteerde functionele diagnostiek: Het kennen van de externe en interne oorzaken van een probleem gaat immers steeds vooraf aan de vraag of je wat aan dat probleem kan doen en zo ja, wat dan.’
Vincent van Gogh biedt niet alleen gespecialiseerde behandelingen aan voor mensen met psychiatrische klachten, maar stimuleert ook wetenschappelijk onderzoek en ondersteunt behandelaren die werkzaam zijn binnen de instelling om onderzoek te doen. De behandelpraktijk kan zo worden verrijkt met de nieuwste wetenschappelijke inzichten. Psychiater en programmaleider Marc Schneider is eind 2012 gepromoveerd op ADHD bij volwassenen. Zijn collega Ellen Wingbermühle, klinisch neuropsycholoog, promoveerde begin 2013 op haar neuropsychologisch onderzoek bij volwassenen met het Noonansyndroom. Beiden zijn werkzaam bij het Topklinisch Centrum voor Neuropsychiatrie van Vincent van Gogh. Unieke personen, unieke problemen Het Topklinisch Centrum voor
Neuropsychiatrie is al meer dan 10 jaar gespecialiseerd in de diagnostiek en behandeling van patiënten met zeldzame, onbegrepen of therapieresistente psychiatrische aandoeningen. Een unieke patiëntengroep met unieke problemen. In 2009 kreeg het centrum topklinische erkenning in de vorm van het Keurmerk TOPGGz. Dit keurmerk, uitgegeven door de Stichting Topklinische GGz , is het bewijs dat een afdeling voldoet aan hoogwaardige kwaliteitscriteria.
ADHD bij volwassenen Marc Schneider promoveerde aan de Erasmus Universiteit van Rotterdam op het proefschrift ‘Disentangling brain networks in adult ADHD: studies with fMRI and TMS’. Volwassenen versus kinderen Marc: ‘ADHD bij kinderen uit zich anders dan bij volwassen. Kinderen met ADHD vallen meer op door motorische onrust en impulsiviteit. Symptomen die afnemen naarmate ze ouder worden of dusdanig eigengemaakt zijn door de volwassene dat het door zijn omgeving niet meer wordt opgemerkt. Volwassenen met ADHD hebben veelal te kampen met desorganisatie, temperamentproblemen, innerlijke onrust en stemmingslabiliteit, zaken die bij kinderen met ADHD meestal nog gestructureerd worden door de ouders’. Marc onderzocht bij volwassenen met ADHD de pathofysiologische processen in het centrale zenuwstelsel die hieraan ten grondslag liggen en ook het verband met de zichtbare verschijningsvorm. Aan de hand van de fMRI- en TMS-techniek bracht hij in kaart hoe specifieke processen in de hersenen van volwassenen met ADHD werken. ‘Dankzij de fMRI-beelden konden we aantonen dat hoe minder actief bepaalde strategisch belangrijke hersenregionen zijn, hoe erger
20 | mentaal
Marc Schneider
de zichtbare beperkingen zijn. Door middel van TMS-techniek (Transcraniële Magnetische Stimulatie) zien we dat er een verstoring in de balans ontstaat in de motorcortex bij volwassenen met ADHD. Deze verstoring zou de algemene psychomotorische ont-
even duren voordat we met een hersenscan bij een patiënt ADHD zichtbaar kunnen maken. Dat komt omdat we nog niet precies weten waarom ADHD ontstaat. Tot nu toe is de wetenschap niet in staat alle pathologische veranderingen aan te tonen. Het gaat dan ook nog
‘Wij vragen ons steevast af: Hoe ontwikkelden de hersenfuncties zich in de tijd en hoe sterk was de invloed daarop van omgeving en genen? Het onderzoeken van die samenhang bij de individuele patiënt vormt de kern van ons werk en de sleutel tot een adequate behandeling.’ (Prof. Dr. J.I.M. Egger) remmingsverschijnselen kunnen verklaren. Wanneer we de resultaten van de onderzoekstechnieken vergelijken met die van kinderen, zien we duidelijke pathofysiologische overeenkomsten. ADHD bij volwassenen lijkt in zoverre dezelfde beperkingen te hebben als bij kinderen met ADHD, hoewel de zichtbare verschijnselen verschillen.’ Behandeling en diagnostiek een stapje verder Dankzij de bevindingen van Marc komen we een belangrijke stap verder op het gebied van ADHD. Marc legt uit: ‘Met het resultaat van dit onderzoek zouden we in de toekomst de behandeling en diagnostiek van volwassenen met ADHD preciezer kunnen monitoren, maar kunnen we ook de medicatiedosering optimaliseren. Het zal nog
zeker tien tot twintig jaar duren voordat we individuele patiënten op basis van deze technieken kunnen onderzoeken. Maar we zijn op de goede weg!’ ADHD-behandeling anno nu ‘Vincent van Gogh biedt, primair binnen het Centrum voor ADHD en Autisme maar ook binnen het Topklinisch Centrum voor Neuropsychiatrie, gespecialiseerde diagnostiek aan voor ADHD bij volwassenen. Het Centrum voor ADHD en Autisme levert de individuele zorg voor deze patiënten. Het Topklinisch Centrum voor
Neuropsychiatrie is meer gericht op verdergaande differentiële diagnostiek.’ Marc vervolgt: ‘De diagnostiek van volwassenen met ADHD is over het algemeen ingewikkeld en eist jarenlange klinische ervaring. Daar komt bij dat bij patiënten naarmate ze ouder worden de comorbiditeit toeneemt. Dit kan de kerndiagnose verkleuren of verstoren. Patiënten kunnen daardoor jarenlang in een verkeerd behandeltraject ‘blijven hangen’ voordat ze bij het centrum voor ADHD en Autisme terecht komen.’ De complexe problematiek van volwassen patiënten met executieve functiestoornissen of met ADHD (met bijv. genetische syndromen) kan dankzij de expertise van het Topklinisch Centrum voor Neuropsychiatrie van Vincent van Gogh gediagnosticeerd en opgepakt worden. Het centrum beschikt over de vereiste klinische en neuropsychologische expertise, gekoppeld aan intensieve contacten met diverse academische centra. In de toekomst zullen ook de neurofysiologische technieken helpen de behandeling en diagnostiek van deze patiënten nog verder te verbeteren.
Meer weten? Wilt u meer weten over het onderzoek van Marc Schneider? U kunt hem bereiken via
[email protected].
21 | mentaal
Weten Schap
Noonansyndroom bij volwassenen Ellen Wingbermühle promoveerde aan de Radboud Universiteit Nijmegen op het proefschrift ‘Cognition and emotion in adults with Noonan syndrome: A neuropsychological perspective’. Ellen: ‘Tijdens mijn opleiding tot klinisch neuropsycholoog, waar ik in 2006 aan begon, werd de basis gelegd voor het wetenschappelijk onderzoek dat uiteindelijk heeft geleid tot dit proefschrift. Het leek mij interessant en zinvol om het neuropsychologisch profiel bij een groep mensen met een zeldzame genetische aandoening te beschrijven. We hebben daartoe binnen het Topklinisch Centrum voor Neuropsychiatrie en in samenwerking met de afdeling Klinische Genetica van het Radboud UMC in de afgelopen
‘Als je streeft naar een toetsbare, effectieve en zichzelf verbeterende zorg voor patiënten met complexe aandoeningen dan is opleiding en onderzoek onontbeerlijk.’ (Prof. Dr. J.I.M. Egger) jaren ruim 40 volwassenen met het Noonansyndroom exploratief onderzocht op de domeinen intelligentie, aandacht, geheugen, executieve functies en sociale cognitie. ‘ Wat is het syndroom van Noonan? Het Noonansyndroom is een genetische aandoening, gekenmerkt door karakteristieke gelaatskenmerken, aangeboren hartafwijkingen en een geringe lengte. Ellen richtte zich in haar onderzoek op de neuropsychologische kenmerken en was daarmee de eerste die alle aspecten van het cognitief functioneren uitgebreid onderzocht bij volwassenen met dit syndroom. Ellen licht de aandoening toe: ‘Hoewel de intelligentie gemiddeld slechts licht verlaagd is, volgt ongeveer de helft van de kinderen met het Noonansyndroom speciaal onderwijs. Literatuurstudie laat zien dat een vertraagde ontwikkeling van taal en motoriek, aandachts- en planningstekorten en problemen in de sociale vaardigheden in de jeugd hierbij een
22 | mentaal
De tien geboden voor het brein
Ellen Wingbermühle
rol kunnen spelen. Uit verschillende nieuwe studies, uitgevoerd binnen Vincent van Gogh bij ruim 40 volwassenen met het Noonansyndroom, blijkt dat het tempo van de informatieverwerking lager ligt dan bij gezonde leeftijdsgenoten. Daarnaast hebben deze volwassenen vaker moeite met het verwoorden van hun gevoelens en ervaren zij meer spanningen in sociale situaties. Deze bevindingen kunnen bijdragen aan maatwerk in psychodiagnostiek en behandeling bij het Noonansyndroom.’ Het vervolg op Ellens promotieonderzoek is het ontwikkelen van behandelmethoden en onderzoeken, gericht op de sociaal cognitieve tekorten die uit het onderzoek naar voren kwamen. Ellen is hier uiteraard bij betrokken. Relevant voor grotere groep patiënten ‘Het is interessant om uit te zoeken of de bevindingen omtrent het Noonansyndroom ook gelden voor aandoeningen die in genetisch of fenotypisch opzicht op dit syndroom lijken. Dat zou namelijk kunnen betekenen dat de vergaarde kennis over het Noonansyndroom en eventuele behandelingen die hieruit voortvloeien
toepasbaar kunnen zijn op een grotere groep mensen.’ Kennis is cruciaal Reden te meer om door te gaan met wetenschappelijk onderzoek en de bevindingen ervan te delen. ‘Ik vind het belangrijk dat meer zorgverleners, in het bijzonder huisartsen, kinderartsen en psychologen bekend raken met de neuropsychologische kenmerken van het Noonansyndroom’, licht Ellen toe. ‘Want hoewel het Noonansyndroom strikt genomen tot de zeldzame aandoeningen behoort, komt het in vergelijking met andere zeldzame ziekten relatief vaak voor, bijna even vaak als het syndroom van Down. Klachten en moeilijkheden blijven dikwijls onopgemerkt doordat patiënten met het Noonansyndroom hun gevoelens minder gemakkelijk uiten en verwoorden, terwijl er wel tempoproblemen en sociaal-emotionele problemen worden gevonden. Wanneer hulpverleners hiervan op de hoogte zijn, kunnen zij overwegen om individuele patiënten te verwijzen voor neuropsychologische diagnostiek en eventuele behandeling.’ Sabine Nicolasen / Susanne Wouters
Meer weten? Wilt u meer informatie over het onderzoek van Ellen Wingbermühle? Mail dan naar
[email protected].
Wilt u cliënten doorverwijzen of heeft u (specifieke) vragen over zeldzame psychiatrische aandoeningen of over de beschreven doelgroepen? Neem gerust contact op met het Topklinisch Centrum voor Neuropsychiatrie, telefoonnummer 0478 – 527 339.
De lijst met hoofdstukken vat het boek samen: Studeer, Slaap, Maak muziek, Stress niet, Maak vrienden, Geniet aanzien, Drink niet, Zweet, Speel en Kies uw ouders met zorg’. Het boek is echt een jubileum waardig. Sophie (wijsheid), de oudste dochter van de auteur, adviseerde haar vader dit boek te schrijven. Diens hersenen waren nog voldoende flexibel om deze raad op te volgen. Nu wij nog als lezers; de illustraties van Peter van Straaten en de vlotheid van de tekst maken het ons gemakkelijk. Het maakt veel uit voor uw brein hoe u leeft en zich gedraagt. Intensief leren traint het brein: zonder moeite geen groei, net zoals bij spieren. Dat geldt ook voor muziek. Het beoefenen ervan traint de hersenen, maar alleen wanneer het minstens twee uur per week wordt gedaan. Het oudste gevonden muziekinstrument, een fluit gemaakt van een bot van de vale gier, is ouder dan de oudste grottekeningen die we kennen. Muziek vergezelt de mens al heel lang, misschien dempt het onze stress. Zijn we jong, dan blijken veranderingen door langdurige stress in de hersenen nog wel te corrigeren, maar hoe ouder we worden, des te moeilijker dat gaat. Het helpt wanneer we een uitgebreid sociaal netwerk hebben, dat schenkt ons 50% meer kans langer te leven dan mensen met een beperkte vriendenkring. Het effect ervan is even groot als het stoppen van excessieve alcoholconsumptie en twee keer zo groot als afvallen.
Ook een langdurige stabiele relatie draagt bij tot een langer leven, net zoals status. Status verandert de hersenen, en dat tikt aan: 17.000 Britse ambtenaren tonen ons dat het overlijdensrisico in de ‘toplaag’ meer dan de helft lager is, dan in de onderste regionen. Alcohol is gevaarlijk, het foetale- en het puberbrein worden er sterk door in hun groei belemmerd, het tast de flexibiliteit van het brein aan. Fysieke fitheid werkt tegengesteld, het verbetert de cognitieve prestaties en verhoogt het IQ, maar dat wist u al na lezing van het boek ‘Fit! Bewegen voor een beter brein’. Beweging leidt tot vorming van nieuwe zenuwcellen in de hersenen en remt op die manier het effect van celveroudering. Tot slot: puzzelboekjes over ‘breintraining’ doorspitten helpt niet. Actie-videospelletjes spelen daarentegen wel! Het bevordert ons driedimensionaal inzicht. Je ouders met zorg kiezen is moeilijk, maar wellicht lukt het met de ouders van je kinderen... Lees het boek en ontdek dat het geen onzin is: leef langer en gelukkiger door inachtneming van de tien geboden. Meer informatie vindt u via http://www.uitgeverijbalans.nl/Tien-geboden.htm Abe
Auteur: René Kahn Uitgeverij: Balans ISBN: 978 - 94- 600 33391 Aantal pagina’s: 152
23 | mentaal
Geen paniek! In het kader van het zorgprogramma Angststoornissen behandelen Mareti Koopmans (klinisch psycholoog) en Elly Pijnacker (psychomotorisch therapeut) cliënten binnen het zorgpad Paniekstoornis CGT (cognitieve gedragstherapie). Bij een paniekstoornis ervaren mensen heftige angst met alle lichamelijke reacties van dien, maar dan op momenten dat er geen reële angstige situatie is. Vaak is er sprake van veelvuldig vals alarm. Gelukkig wordt de paniekstoornis vaker herkend, maar nog steeds komt het voor dat mensen op de verkeerde plek hulp zoeken bijvoorbeeld bij medisch specialisten of op de eerste hulp. Mentaal sprak beide behandelaren over hun ervaringen tot nu toe en de reacties van de cliënten op deze vorm van behandelen.
Vincent van Gogh is druk doende met het invoeren van de zorgprogramma’s Angststoornissen, Stemmingsstoornissen (met het deelprogramma Bipolaire stoornissen), Psychotische stoornissen, Verslavingsstoornissen, Persoonlijkheids-stoornissen, Ontwikkelingsstoornissen, Jongeren en Ouderen. Voor cliënten met complexe problematiek, een belangrijke doelgroep van Vincent van Gogh, kan een behandeltraject uit meerdere zorgpaden binnen verschillende zorgprogramma’s bestaan. Werken met ZP betekent gestructureerd, afgebakend en evidence based werken, (bij voorkeur) in groepsverband. De cliënt weet precies uit hoeveel sessies zijn behandeling bestaat en heeft inzicht in de stappen die gezet worden. Cliënten die worden doorverwezen met klachten op het gebied van Angst- en Stemmingsstoornissen krijgen hun behandeling inmiddels in de vorm van zorgpaden aangeboden.
‘De cliënt komt hier op verwijzing (van bijvoorbeeld de huisarts) binnen’, vertelt Mareti. ‘Dan wordt bepaald binnen welk zorgprogramma de intake zal plaats vinden, waarna de intake binnen het zorgprogramma volgt. Vrij snel kan de cliënt dan gaan kennis maken met de behandelaar en gaan deelnemen aan de (groeps)behandeling.'
Ans Peters werkt al jaren bij een groot filiaal als kassière tot de dag dat ze een enorme paniekaanval krijgt. Haar hart bonkt en ze voelt pijn op haar borst. Ze kan geen adem halen en denkt dat ze dood gaat. Ze gaat acuut naar de SEH uit angst voor een hartaanval. Ook na herhaaldelijke gesprekken bij de huisarts kan ze niet gerustgesteld worden dat er medisch geen reden is om bezorgd te zijn. Deze angst zorgt ervoor dat ze steeds meer thuis blijft zitten.
Cognitieve gedragstherapie en exposure ‘Mensen met paniekklachten hebben de neiging datgene waar ze bang voor zijn steeds meer uit de weg te gaan. Ze
24 | mentaal
vermijden zowel de plekken waar zij paniek ervaren als lichaamssensaties die met de paniek gepaard gaan. Met behulp van exposure gaan we die confrontatie wel aan en begeleiden we de cliënt in het omgaan met de angst en leren we hem catastrofale gedachten te corrigeren. Hij kan bijvoorbeeld ervaren: 'ik krijg geen hartaanval en ga niet dood als ik door een rietje adem of hyperventilatie oproep.’ ‘De behandeling bestaat dus ook uit veel doen, oefenen met angst en onderzoeken hoe groot de angst werkelijk is, maar ook er achter komen
dat bepaalde angst te verdragen is.’ Niet individueel maar in een groep De deelnemers van het zorgpad Paniekstoornis CGT vormen een ‘half-open’ groep personen met een maximum van acht. Eens per maand kunnen nieuwe deelnemers instromen. Dat werken in groepen is één van de verschillen met de behandeling vóórdat zorgprogrammering werd ingevoerd. ‘We werken in groepen tenzij er een gegronde reden blijkt om een individueel
traject te starten. We werken volgens de multidisciplinaire richtlijn en met een vastgesteld aantal bijeenkomsten waarbinnen evaluatiemomenten staan beschreven. Zo registreren we zowel aan het begin als aan het eind van een behandeling hoe het gaat met de cliënt zodat we inzicht krijgen in het effect van de behandeling maar ook in de mate van tevredenheid van de cliënt over de behandeling. Dat geeft voor ons aanknopingspunten om daar waar nodig de behandeling bij te stellen’, aldus Mareti. ‘Het mooie van werken met een halfopen groep is dat cliënten die al vorderingen gemaakt hebben zich hier meer van bewust worden en nieuwe cliënten zien wat er bereikt kan worden. Dat werkt over en weer stimulerend. Het bevordert de motivatie om door te gaan. De cliënt ziet: ‘Hé zo was ik ook in het begin. En nu ben ik verder!’ En hoewel de meeste cliënten bij intake aangeven liever individueel behandeld te worden, blijkt na evaluatie dat ze de groep als positief ervaren. De groep leert hen dat ze niet ‘de enige’ zijn. Dat het niet ‘raar’ is wat ze meemaken. De groep maakt hun ervaringen herkenbaar.’ Het mooie van het werken met dit Mareti Koopmans (l) en Elly Pijnacker
zorgpad is dat in tegenstelling tot de voormalige behandeling van een angststoornis de paniek er nu specifiek is uitgelicht en heel doelgericht wordt aangepakt’, vindt Elly. ‘Paniekklachten
middel van exposure te ervaren dat die angst irreëel is, dat je er mee om kunt leren gaan en kunt leren verdragen; niet alleen door te praten maar vooral ook door te doen!’ Het rietje Een mooi voorbeeld is de oefening met het rietje’, vervolgt ze. ‘Cliënten krijgen de opdracht korte tijd hun neus dicht te knijpen en door een rietje te ademen. Van tevoren moeten ze beschrijven wat ze verwachten dat er zal gebeuren. Na de oefening, bespreken we wat er daadwerkelijk
Ans volgt nu na een groepstraject een individueel traject cognitieve gedragstherapie. Ze oefent goed en begeeft zich in steeds meer situaties. Bij opkomende benauwdheid raakt ze niet meer in paniek en spreekt zichzelf op een andere manier toe, waardoor ze zichzelf de kans geeft steeds meer vorderingen te maken. De behandeling kan daarna afgesloten worden.
manifesteren zich vaak lichamelijk. Mensen komen bij de huisarts met fysieke klachten als hyperventilatie, hartkloppingen, flauwvallen, etc. Onze ervaring is dat deze fysieke sensaties vaak leiden tot een paniekstoornis. De sensaties en de angst hiervoor kunnen we binnen dit zorgpad gericht aanpakken. Wij leren de cliënt zichzelf te confronteren met zijn angst en door
gebeurde. Het is misschien een vervelende oefening, maar de achterliggende boodschap is ook dat nu eenmaal niet alles in het leven makkelijk is of leuk, maar wel beter te verdragen. Uiteindelijk ervaart de cliënt dat hij zichzelf ermee helpt. En daar gaat het om!’ Sabine Nicolasen
Meer weten? Meer informatie over het zorgpad Paniekstoornis krijgt u via het secretariaat van het Centrum voor Angst- en Dwangstoornissen: 0478 - 527315.
25 | mentaal
Servaashof en vermaatschappelijking Binnen onze organisatie betekent vermaatschappelijking zoveel mogelijk ondersteuning en begeleiding bieden aan cliënten bij het deelnemen aan de maatschappij op het punt van werken, wonen en vrijetijdsbesteding.
Algemeen
Voetballers ‘Servio’ klaar voor het buitenseizoen
Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg T (0478) 527527 E
[email protected] I www.vvgi.nl
Colofon trainer van Servio, even langskomt, zijn de spelers volop bezig met ‘een partijtje’. Jeroen, verpleegkundige, keeper en de huidige trainer van het team, heeft het volledige overzicht. Ook al wordt er een stevig partijtje gevoetbald, de sportiviteit viert hoogtij. En aan de beleving mankeert niets, gezien het gejuich bij alle twaalf (!) doelpunten (6-6). Jeroen: ‘Het levert energie op; lekker samen sporten en je merkt dat iedereen zin heeft om de voetbalweide weer te betreden. Er worden zo’n 25 wedstrijden gespeeld deze zomer. Een voetbaltoernooi van diverse instellingen bij Huize Padua in Boekel was het hoogtepunt in 2012. We behaalden de eerste prijs en de prachtige wisselbeker gaan we dit jaar zeker verdedigen.’ Toch schuilt er een addertje onder het gras. De voetbalclub is een recreatieve welzijnsactiviteit en valt niet meer onder dagbesteding. Door het wegvallen van deze financiering als dagbesteding kan Servio in financiële zin niet meer door Vincent van Gogh worden ondersteund. Natuurlijk is het altijd mogelijk dat het voetbal als vrijwilligersactiviteit wordt voortgezet. Momenteel zoeken diverse partijen naar mogelijkheden om Servio te laten voortbestaan.
Voetbal leeft binnen Vincent van Gogh! Cliënten van Dichterbij, Mensana, de Rooyse Wissel en Vincent van Gogh zijn op een vroege aprilavond aan het trainen ter voorbereiding op het veldseizoen. De sporthal hebben zij achter zich gelaten, het groene gras lonkt. Zo’n twintig liefhebbers popelen om te beginnen. Sinds vijf jaar vindt deze voetbalclub een gastvrij onderkomen op sportpark ‘De Wieën’, de thuisbasis van SV Venray. De in 1945 opgerichte hoofdklasser voetbalde de eerste decennia van haar bestaan.. juist ja, op de velden van het toenmalige St. Servaas aan de Oostsingel. En hiermee is de cirkel rond! Het waren deze velden die in de vroege naoorlogse jaren vaak door duizenden(!) toeschouwers, waaronder vele cliënten, werden omzoomd. Vooral de regionale derby’s spraken tot de verbeelding en waren legendarisch.
26 | mentaal
Fons van de Sande en Max van den Langenberg stonden ruim 40 jaar geleden aan de wieg van ‘Servio’, de voetbaltak van de voormalige afdeling Ontspanning. En de appel valt niet ver de boom. Hun zoons Jeroen van de Sande, Gijs en Tom van den Langenberg zijn nu als vrijwilligers de kartrekkers van de club. Terwijl Noud Janssen, oud profvoetballer van MVV en jarenlang met veel plezier
Speler Patrick: ‘Ik heb hier vrienden gemaakt, mensen waarmee ik ook buiten het voetbal omga. Dat wil ik niet missen.’ En nestor Geert, die zijn voetbalschoenen aan de wilgen heeft gehangen, blijft graag als grensrechter bij de club betrokken. Jeroen spreekt als trainer zijn hoop uit dat de club kan blijven voortbestaan: ‘Voor ons plezier, maar deze club heeft een meerwaarde voor alle betrokkenen’.
Redactie Mentaal Eindredactie Sabine Nicolasen Samenstelling en redactie Communicatie & Marketing Vincent van Gogh Mentaal is het magazine van Vincent van Gogh voor (oud-)medewerkers, vrijwilligers en externe relaties. Mentaal is ook digitaal beschikbaar op www.vvgi.nl. Uitgave Communicatie & Marketing Vincent van Gogh Oplage 2.600 exemplaren Vormgeving Ohho Venray Fotografie Hans van der Beele Drukkerij ARS Grafisch Roermond Redactieadres Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg, Communicatie & Marketing, postbus 5, 5800 AA Venray, tel. (0478) 527731,
[email protected] Kopij volgende nummer Foto’s gescheiden van tekst – dus als apart jpg bestand – aanleveren. Neem voor meer informatie contact op met de redactie van Mentaal.
Hoe dan ook, ik wens Servio en haar voetballers graag een mooi voetbalseizoen 2013 toe en hopelijk nog vele jaren hierna!
Jan Leijsten
27 | mentaal
Anja Huisman, verzorgende
Berit Hooghoudt, GZ-psycholoog
Ons werk, onze mensen Zo kleurrijk als Vincent van Gogh Harrie Mathijsen, sociaal psychiatrisch verpleegkundige
Tonnie Heideveld, huishoudassistente