34567
1 5 NOVE M B E R 201 3
STUDIEARTIKELEN
30 DECEMBER–5 JANUARI
„Weest waakzaam met het oog op gebeden” BLADZIJDE 3 ˙ LIEDEREN: 67, 81
6-12 JANUARI
Hoe behoud je „een wachtende houding”? BLADZIJDE 10 ˙ LIEDEREN: 119, 32
13-19 JANUARI
Zeven herders, acht hertogen: Wat ze voor ons betekenen BLADZIJDE 16 ˙ LIEDEREN: 43, 123
20-26 JANUARI
Gehoorzaam Jehovah’s herders BLADZIJDE 21 ˙ LIEDEREN: 125, 122
27 JANUARI–2 FEBRUARI
Herders, volg de Grootste Herders na BLADZIJDE 26 ˙ LIEDEREN: 5, 84
STUDIEARTIKELEN
ˇ „Weest waakzaam met het oog op gebeden” Omdat het einde van Satans slechte wereld dichterbij komt, is het heel belangrijk dat we geestelijk niet in slaap vallen. Dit artikel laat zien dat we wakker kunnen blijven door waakzaam te zijn met het oog op gebeden.
JAPAN
COVER: Straatwerk bij een treinstation in Tokio. Meer dan 2,8 miljoen forensen reizen elke dag naar Tokio. Er wordt moeite gedaan om mensen te bereiken die moeilijk thuis te treffen zijn
ˇ Hoe behoud je „een wachtende houding”? In dit artikel zien we wat we over geduld kunnen leren van de profeet Micha. We leren welke gebeurtenissen een signaal zijn voor het einde van de wachtperiode en het moment waarop Jehovah actie onderneemt tegen deze slechte wereld. We gaan ook bespreken hoe we waardering kunnen tonen voor Gods geduld.
BEVOLKING:
126.536.000
ˇ Zeven herders, acht hertogen: Wat ze voor ons betekenen
GEMIDDELD AANTAL VERKONDIGERS:
216.692
Het verslag over de aanval van Sanherib op Jeruzalem in Hizkia’s tijd bevat praktische lessen voor ons. Het materiaal in dit artikel heeft speciale betekenis voor de herders van de gemeente.
GEWONE PIONIERS:
65.245
ˇ Gehoorzaam Jehovah’s herders ˇ Herders, volg de Grootste Herders na
OOK IN DEZE UITGAVE
8 Wat we kunnen doen om anderen te helpen
15 God dienen is zijn medicijn!
Het eerste artikel bespreekt op welke manier Jehovah en Jezus hun kudde op aarde weiden en laat zien hoe de schapen op hun zorg moeten reageren. Het tweede artikel laat zien welke houding de ouderlingen moeten hebben als onderherders van de kudde.
31 Uit ons archief
34567
November 15, 2013
6
Deze publicatie is niet voor de verkoop bestemd maar wordt verschaft als onderdeel van een wereldwijd Bijbels onderwijzingswerk dat gesteund wordt door vrijwillige bijdragen. Tenzij anders vermeld, is de gebruikte Bijbelvertaling de NieuweWereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen (uitgave 2004). De afkorting v.G.T. betekent „voor de gewone tijdrekening”. G.T. staat voor „van de gewone tijdrekening”. Waar de uitgever artikelen primair voor Jehovah’s Getuigen zelf bedoelt, zijn ze in een wat informelere stijl geschreven.
Vol. 134, No. 22 Semimonthly DUTCH The Watchtower (ISSN 0043-1087) is published semimonthly by Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.; L. Weaver, Jr., President; G. F. Simonis, Secretary-Treasurer; 25 Columbia Heights, Brooklyn, NY 11201-2483, U.S.A., and in England by Watch Tower Bible and Tract Society of Britain, The Ridgeway, London NW7 1RN (Registered in England as a Charity). Uitgegeven door Wachttoren-, Bijbel- en Traktaat-
genootschap, Noordbargerstraat 77, NL-7812 AA Emmen, Nederland. Christelijke Gemeente van Jehovah’s Getuigen (Verantwoordelijke uitgever: Marcel Gillet), Potaardestraat 60, ¨ B-1950 Kraainem, Belgie, PP-PB BRUXELLES X - BRUSSEL X No. 10/667. 5 2013 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania. Alle rechten voorbehouden. Printed in Britain.
„WEEST WAAKZAAM MET HET OOG OP GEBEDEN”
„Weest (...) gezond van verstand en weest waakzaam met het oog op gebeden.” — 1 PETRUS 4:7.
WAT ZOU JE ANTWOORDEN?
Welke vormen van gebed zou je vaker kunnen gebruiken?
„HET moeilijkste moment van de nacht om wakker te blijven, is vlak voordat de nieuwe dag aanbreekt”, zegt iemand die nachtdiensten heeft gedraaid. Ook anderen die ’s nachts wakker moeten blijven hebben dat waarschijnlijk wel gemerkt. Christenen in deze tijd hebben met dezelfde uitdaging te maken omdat de lange nacht van Satans goddeloze stelsel nu het donkerste punt heeft bereikt (Rom. 13:12). In slaap vallen zou nu heel gevaarlijk zijn. Het is noodzakelijk dat we „gezond van verstand” zijn en gehoor geven aan de Bijbelse aansporing: „Weest waakzaam met het oog op gebeden” (1 Petr. 4:7). 2 Omdat het einde van Satans wereld zo dichtbij is, is het verstandig ons af te vragen: Hoe waakzaam ben ik als het gaat om gebeden? Gebruik ik elke vorm van gebed, en bid ik voortdurend? Heb ik de gewoonte voor anderen te bidden of gaan mijn gebeden vooral over mijn behoeften en wensen? En hoe belangrijk is bidden voor mijn redding? GEBRUIK ELKE VORM VAN GEBED
¨ In zijn brief aan de Efeziers had Paulus het over „elke vorm van gebed” (Ef. 6:18). Misschien vragen we in onze gebeden Jehovah vaak om ons te geven wat we nodig hebben en ons te helpen onze problemen te overwinnen. De „Hoorder van het gebed” luistert liefdevol als we om hulp vragen (Ps. 65:2). Maar we moeten proberen ons ook te richten op andere vormen van gebed, zoals lofprijzingen, dankzeggingen en smekingen. 4 Er zijn veel redenen om lofprijzingen op te 3
Waarom moeten ware christenen voortdurend bidden?
Wie hebben er voordeel van als je voor anderen bidt?
1, 2. (a) Waarom is het zo belangrijk ’waakzaam te zijn met het oog op gebeden’? (b) Welke onderzoekende vragen over gebed moeten we onszelf stellen? 3. Wat zijn enkele vormen van gebed? 4. Waarom zouden we Jehovah vaak moeten loven in onze gebeden?
3
nemen in onze gebeden. Zo worden we ertoe bewogen Jehovah te loven als we nadenken over „zijn machtige werken” en „de volheid van zijn grootheid”. (Lees Psalm 150:1-6.) De zes verzen van Psalm 150 sporen ons dertien keer aan om Jehovah te loven! De componist van een andere psalm zong met diepe eerbied voor Jehovah: „Zevenmaal per dag heb ik uw lof gezongen om uw rechtvaardige rechterlijke beslissingen” (Ps. 119:164). Jehovah verdient beslist alle lof. Zouden we hem dan niet „zevenmaal per dag” oftewel heel vaak moeten loven in onze gebeden? 5 Dankzegging is een andere belangrijke vorm van gebed. Paulus gaf de christenen in Filippi de aansporing: „Weest over niets bezorgd, maar laat in alles door gebed en smeking te zamen met dankzegging uw smeekbeden bij God bekend worden” (Fil. 4:6). Het is een bescherming als we Jehovah in onze gebeden oprecht bedanken. Dat is vooral zo omdat mensen in deze laatste dagen zo „ondankbaar” zijn (2 Tim. 3:1, 2). De wereld wordt inderdaad overheerst door een geest van ondankbaarheid. Als we niet oppassen gaan we die houding overnemen. Uiting geven aan onze dankbaarheid draagt bij tot tevredenheid en voorkomt dat we ’murmureerders en klagers over ons levenslot’ worden (Jud. 16). En als gezinshoofden woorden van dank in hun gebeden opnemen, stimuleren ze een dankbare geest bij hun vrouw en kinderen. 6 Smekingen zijn oprechte gebeden die gepaard gaan met intens gevoel. Waar kunnen we Jehovah om smeken? We kunnen Jehovah zeker om zijn hulp sme5. Waarom is het een bescherming je dankbaarheid te uiten in het gebed? 6, 7. Wat zijn smekingen, en waar kunnen we Jehovah om smeken?
4
ken als we vervolgd worden of een levensbedreigende ziekte hebben. Op zulke momenten is het logisch dat onze gebeden om hulp smekingen worden. Maar zijn er nog andere gelegenheden voor smekingen? 7 Sta eens stil bij wat Jezus in het modelgebed zei over Gods naam, Zijn ¨ Koninkrijk en Zijn wil. (Lees Mattheus 6:9, 10.) Deze wereld is door en door slecht, en het lukt regeringen niet om zelfs maar voor de basisbehoeften van hun burgers te zorgen. We hebben dus alle reden om te bidden of Gods naam geheiligd mag worden en zijn Koninkrijk de aarde mag verlossen van Satans bestuur. Het is nu ook de tijd om Jehovah te smeken of zijn wil op aarde gedaan mag worden zoals in de hemel. Laten we daarom waakzaam zijn en alle vormen van gebed benutten. „BIDT VOORTDUREND” 8 Hoewel Petrus de christenen aanspoorde ’waakzaam te zijn met het oog op gebeden’, is hij dat zelf bij ten minste ´ ´ een gelegenheid niet geweest. Hij was een van de discipelen die in slaap vielen toen Jezus aan het bidden was in de ´ hof van Gethsemane. Dat gebeurde hoewel Jezus tegen ze had gezegd: „Waakt ¨ en bidt voortdurend.” (Lees Mattheus 26:40-45.) 9 In plaats van Petrus en de andere apostelen te veroordelen omdat ze niet wakker bleven, moeten we bedenken dat ¨ de dag kennelijk zijn tol had geeist. Ze hadden voorbereidingen getroffen voor het Pascha en het die avond gevierd. Daarna had Jezus het Avondmaal des Heren ingesteld, wat een patroon was voor toekomstige herdenkingen van zijn dood
8, 9. Waarom moeten we geen kritiek hebben op Petrus en de andere apostelen die in slaap ´ vielen in de hof van Gethsemane? DE WACHTTOREN
Hoewel Petrus struikelde, leerde hij om ’waakzaam te zijn met het oog op gebeden’ (Zie paragraaf 10, 11)
(1 Kor. 11:23-25). „Na het zingen van lofzangen, [gingen zij] naar buiten naar de Olijfberg”, waarbij ze een stuk door de nauwe straten van Jeruzalem moesten lopen (Matth. 26:30, 36). Misschien was het tegen die tijd wel ver na middernacht. Als wij die nacht in de hof van ´ Gethsemane waren geweest, waren we misschien ook wel in slaap gevallen. In plaats van kritiek te hebben op de vermoeide apostelen erkende Jezus liefdevol: „De geest is (...) bereidwillig, maar het vlees is zwak.” 10 Petrus leerde in de hof van Gethse´ mane een pijnlijke maar belangrijke les. 10, 11. (a) Wat heeft Petrus geleerd van zijn ´ ervaring in de hof van Gethsemane? (b) Wat kun jij leren van Petrus’ ervaring? 15 NOVEMBER 2013
Eerder had Jezus gezegd: „In deze nacht zult gij allen in verband met mij tot struikelen worden gebracht.” Petrus had daarop gereageerd: „Ook al worden alle anderen in verband met u tot struikelen gebracht, ik zal nimmer tot struikelen worden gebracht!” Jezus zei hierop dat Petrus hem drie keer zou verloochenen. Maar Petrus zei: „Zelfs al moest ik met u sterven, ik zal u geenszins verloochenen” (Matth. 26:31-35). Toch struikelde hij, precies zoals Jezus had voorzegd. Toen hij besefte wat hij had gedaan, voelde hij zich zo slecht dat hij ’bitter weende’ (Luk. 22:60-62). 11 Petrus leerde van deze ervaring dat hij niet te veel op zichzelf moest vertrouwen. Kennelijk heeft het gebed hem daarbij geholpen. Het is interessant dat de raad ’waakzaam te zijn met het oog op gebeden’ van hem komt. Volg jij die Bijbelse raad op? En laat je zien dat je op Jehovah vertrouwt door ’voortdurend te bidden’? (Ps. 85:8) Houd ook de aansporing van Paulus in gedachte: „Wie daarom denkt te staan, moet oppassen dat hij niet valt” (1 Kor. 10:12). NEHEMIA’S GEBEDEN WERDEN VERHOORD
Laten we nu eens stilstaan bij Nehemia, die schenker was van de Perzische koning Artaxerxes in de vijfde eeuw v.Chr. Hij is een mooi voorbeeld van iemand die vurig bad. Dagenlang had hij ’gevast en gebeden voor het aangezicht van God’ over de benarde situatie van de Joden in Jeruzalem (Neh. 1:4). Toen Artaxerxes hem vroeg waarom hij somber keek en wat hij wilde, ’bad hij terstond tot de God des hemels’ (Neh. 2:2-4). Wat was het resultaat? Jehovah verhoorde zijn 12
12. Waarom is Nehemia een goed voorbeeld
voor ons?
5
’Waakzaam zijn met het oog op gebeden’ helpt ons met allerlei uitdagingen om te gaan (Zie paragraaf 13, 14)
gebeden en leidde de dingen tot voordeel van Zijn volk (Neh. 2:5, 6). Wat moet dat geloofversterkend zijn geweest voor Nehemia! 13 Door net als Nehemia voortdurend te bidden, worden we geholpen ons geloof sterk te houden. Satan is meedogenloos en slaat vaak toe als we zwak zijn. Als we bijvoorbeeld ziek of depressief zijn, kunnen we gaan denken dat de tijd die we elke maand aan de velddienst besteden voor God heel weinig waarde heeft. Sommigen hebben last van negatieve gedachten, misschien door dingen die vroeger gebeurd zijn. Satan wil ons graag laten geloven dat we waardeloos zijn. Hij speelt vaak in op onze emoties om ons geloof te verzwakken. Maar door ’waakzaam te zijn met het oog op gebeden’, kunnen we ons geloof sterk hou-
Jezus bad vurig voor Petrus dat zijn geloof niet zou bezwijken (Luk. 22:32). Epafras, een getrouwe christen uit de eerste eeuw, volgde Jezus in dit opzicht na door voor zijn broeders in Kolosse te bidden. Paulus schreef ze: ’Epafras spant
13, 14. Hoe houden we ons geloof sterk en
15. Wat moeten we onszelf afvragen als het
voorkomen we dat Satan ons ontmoedigt?
gaat om bidden voor anderen?
6
den. „Het grote schild des geloofs” zal ons helpen ’alle brandende projectielen van de goddeloze te blussen’ (Ef. 6:16). 14 Als we ’waakzaam zijn met het oog op gebeden’, zullen we ons niet laten overvallen door onverwachte beproevingen en ontrouw worden. Denk bij beproevingen aan het voorbeeld van Nehemia en ga direct in gebed. Alleen met Jehovah’s hulp kunnen we verleidingen weerstaan en geloofsbeproevingen verduren. BID VOOR ANDEREN 15
DE WACHTTOREN
zich altijd ten behoeve van u in in zijn gebeden, opdat gij ten slotte in volkomenheid en met een vaste overtuiging moogt staan in de gehele wil van God’ (Kol. 4:12). Het is goed ons af te vragen: Doe ik mijn best om te bidden voor mijn broeders en zusters over de hele wereld? Hoe vaak bid ik voor degenen die slachtoffer zijn van een natuurramp? Wanneer heb ik me voor het laatst ’in gebed ingespannen’ voor degenen die veel verantwoordelijkheid dragen in Jehovah’s organisatie? Heb ik onlangs nog voor personen in de gemeente gebeden die met problemen te maken hebben? 16 Onze gebeden voor onze broeders en zusters kunnen echt helpen. (Lees ¨ 2 Korinthiers 1:11.) Jehovah is niet verplicht iets te doen omdat een groot aantal van zijn aanbidders herhaaldelijk ergens voor heeft gebeden. Maar hij merkt hun collectieve belangstelling op en houdt rekening met hun oprechte bezorgdheid in zijn antwoord op hun gebeden. We moeten ons voorrecht en onze verantwoordelijkheid om voor anderen te bidden dus serieus nemen. Net als Epafras moeten we laten zien dat we echt om onze broeders en zusters geven door ons in te spannen in onze gebeden voor hen. Als we dat doen, worden we gelukkiger, want „het is gelukkiger te geven dan te ontvangen” (Hand. 20:35). ’ONZE REDDING IS DICHTBIJ’
Paulus schreef: „De nacht is ver gevorderd; de dag is nabij gekomen.” Iets daarvoor zei hij: ’Gij weet de gelegen tijd, dat het uur reeds is aangebroken waarop gij uit de slaap dient te ontwa17
16. Heeft het zin om voor anderen te bidden?
Leg uit. 17, 18. Welke voordelen heeft het ’waakzaam
te zijn met het oog op gebeden’? 15 NOVEMBER 2013
ken, want thans is onze redding dichterbij dan toen wij gelovigen werden’ (Rom. 13:11, 12). Gods beloofde nieuwe wereld is dichtbij, en onze redding is dichterbij dan we misschien denken. We moeten niet geestelijk in slaap vallen, en we mogen nooit toelaten dat de afleidingen van de wereld beslag leggen op de tijd dat we in gebed alleen zijn met Jehovah. Laten we in plaats daarvan ’waakzaam zijn met het oog op gebeden’. Dat zal ons aanzetten tot „heilige gedragingen en daden van godvruchtige toewijding” terwijl we Jehovah’s dag verwachten (2 Petr. 3:11, 12). Onze manier van leven laat dan zien dat we geestelijk wakker blijven en dat we echt geloven dat het einde van deze slechte wereld nabij is. Daarom moeten we ’zonder ophouden bidden’ (1 Thess. 5:17). Laten we Jezus navolgen door de afzondering te zoeken om te bidden. Als we de tijd nemen voor persoonlijke gebeden, zullen we steeds dichter tot Jehovah naderen (Jak. 4:7, 8). Dat zal echt een zegen zijn! 18 De Bijbel zegt: „In de dagen van zijn vlees heeft Christus, met sterk geroep en tranen, smekingen en ook smeekbeden opgedragen aan Degene die hem uit de dood kon redden, en hij werd wegens zijn godvruchtige vrees verhoord” (Hebr. 5:7). Jezus droeg smekingen en smeekbeden aan God op en bleef hem trouw tot het einde van zijn leven op aarde. Daarom redde Jehovah zijn geliefde Zoon uit de dood en beloonde hij hem met onsterfelijk leven in de hemel. Ook wij kunnen onze Hemelse Vader trouw blijven, welke verleidingen of beproevingen er in de toekomst ook op ons pad komen. We kunnen de prijs van eeuwig leven winnen als we „waakzaam met het oog op gebeden” blijven.
7
Wat we kunnen doen om anderen te helpen „DOORDAT er na een omstreden verkiezing een explosie van geweld was, moesten duizenden Getuigen hun huis ontvluchten”, vertelt Francois, een ¸ ouderling in een ontwikkelingsland. „Voedsel en medicijnen waren schaars, en wat overbleef was niet te betalen. Banken gingen dicht, en geldautomaten raakten leeg of waren buiten werking.” Al gauw voorzagen de broeders van het bijkan¨ toor in financiele hulp en noodgoederen voor ontheemde Getuigen die zich overal in het land in Koninkrijkszalen verzameld hadden. Rivaliserende partijen plaatsten wegversperringen, maar omdat beide groepen wisten dat de Getuigen strikt neutraal zijn, mochten voertuigen van het bijkantoor gewoonlijk passeren. „Onderweg naar een Koninkrijkszaal werd ons busje door scherpschutters onder vuur genomen”, zegt Francois. „Maar de kogels misten ons. Toen een ¸ soldaat met een wapen in zijn hand op ons afrende, zetten we de bus in z’n achteruit, keerden om en raceten terug naar het bijkantoor. We waren Jehovah dankbaar dat we nog leefden. De dag erna lukte het de 130 verkondigers in die zaal om een veilige plek te vinden. Sommigen kwamen naar het bijkantoor, waar we voor hun geestelijke en mate¨ riele behoeften zorgden tot de crisis voorbij was.” Francois vertelt verder: „Het bijkantoor ontving ¸ later van broeders uit het hele land brieven waaruit hun diepe dankbaarheid bleek. Ze hadden meer vertrouwen in Jehovah gekregen dankzij de hulp van hun broeders en zusters uit andere gebieden.”
8
Als er natuurrampen of door mensen veroorzaakte catastrofes plaatsvinden, zeggen we niet tegen behoeftige broeders en zusters dat ze zich „warm en goed gevoed” moeten houden (Jak. 2:15, 16). In plaats daarvan proberen we voor hun fysieke behoeften te zorgen. Zo besloten de discipelen in de eerste eeuw toen er een hongersnood op komst was, om „naar de draagkracht van een ieder van hen, een ondersteuning te zenden ten dienste van de broeders die in Judea woonden” (Hand. 11:28-30). Als aanbidders van Jehovah willen we behoeftige personen graag materieel helpen. Maar mensen hebben ook een geestelijke behoefte (Matth. 5:3). Om ze daarvan bewust te maken en ze te helpen eraan te voldoen, gaf Jezus zijn volgelingen de opdracht discipelen te maken (Matth. 28:19, 20). Individueel besteden we er veel tijd, energie en middelen aan om die opdracht uit te voeren. Als organisatie gebruiken we een deel van het geschonken ¨ geld om materiele hulp te bieden, maar het wordt vooral gebruikt om de Koninkrijksbelangen te bevorderen en het goede nieuws te verspreiden. Op die manier laten we zien dat we van God en onze naaste houden (Matth. 22:37-39). Degenen die het wereldwijde werk van Jehovah’s Getuigen ondersteunen, kunnen er zeker van zijn dat hun bijdragen goed en doeltreffend gebruikt worden. Kun jij je broeders en zusters die behoeftig zijn helpen? Wil je het predikingswerk ondersteunen? De Bijbel zegt: „Onthoud het goede niet aan degenen die het toekomt, wanneer het in de macht van uw hand ligt het te doen” (Spr. 3:27). DE WACHTTOREN
HOE SOMMIGEN HET WERELDWIJDE WERK ONDERSTEUNEN Velen zetten net als in de tijd van Paulus een bedrag opzij en doen dat in de bijdragenbus met het opschrift „Wereldwijde werk” (1 Kor. 16:2). Elke maand verrekenen de gemeenten deze bijdragen met hun bijkantoor. Je kunt ook rechtstreeks bijdragen overmaken naar een rechtspersoon waarvan Jehovah’s Getuigen in jouw land gebruikmaken. Om te weten wat de naam is van de voornaamste rechtspersoon van Jehovah’s Getuigen in jouw land, kun je contact opnemen met het bijkantoor. Het adres staat op www.jw.org. Hier volgen enkele mogelijkheden om schenkingen te doen: GEWONE GIFTEN
˙ Schenkingen van geld, sieraden of andere waardevolle persoonlijke eigendommen. ˙ Vermeld dat het om een schenking gaat. SCHENKINGEN ONDER SPECIALE VOORWAARDEN
˙ Geld kan worden gegeven onder de voorwaarde dat het teruggegeven wordt als de gever het nodig heeft (bijvoorbeeld een renteloze lening). ˙ Vermeld dat het om een schenking onder speciale voorwaarden gaat. LANGETERMIJNPLANNING
Behalve donaties van geld of waardevolle persoonlijke eigen15 NOVEMBER 2013
dommen zijn er andere manieren om het wereldwijde Koninkrijkswerk te ondersteunen. Ze worden hieronder genoemd. Neem in alle gevallen eerst contact op met het bijkantoor om te horen welke mogelijkheden in jouw land bestaan. Omdat wettelijke vereisten en belastingwetten van land tot land verschillen, is het belangrijk fiscaal en juridisch advies in te winnen voordat je de beste manier kiest om te schenken. Periodieke giften met een nota¨ riele akte: Een door de notaris opgestelde akte waarbij je vastlegt hoeveel je de komende tijd periodiek wilt schenken. Dit kan een belastingvoordeel opleveren voor de schenker. Verzekering: Een schenking die gedaan wordt waarbij een rechtspersoon van Jehovah’s Getuigen als begunstigde van een levensverzekering of pensioen genoemd wordt. Bankrekeningen: Bankrekeningen, depositorekeningen of spaarrekeningen die in een trustovereenkomst zijn opgenomen of na overlijden worden uitgekeerd aan een rechtspersoon van Jehovah’s Getuigen. Aandelen en obligaties: Aandelen en obligaties kunnen als schenking of via een overdracht na overlijden aan een rechtspersoon van Jehovah’s Getuigen worden overgedragen.
Vastgoed: Verkoopbaar vastgoed dat aan een rechtspersoon van Jehovah’s Getuigen wordt geschonken, eventueel met de bepaling dat de schenker er de rest van zijn leven in kan blijven wonen. Schenking met lijfrente: Geld of waardepapieren die aan een rechtspersoon van Jehovah’s Getuigen geschonken worden met een regeling waarbij de schenker, of iemand die door hem aangewezen is, bij leven een vastgesteld jaarlijks bedrag ontvangt. In sommige landen geeft dit belastingvoordeel voor de schenker. Testamenten: Eigendommen en geldmiddelen kunnen worden vermaakt aan een rechtspersoon van Jehovah’s Getuigen door middel van een rechtsgeldig testament of door de rechtspersoon aan te wijzen als begunstigde van een trustovereenkomst. Deze regeling kan bepaalde belastingvoordelen bieden. De laatste mogelijkheden vergen enige planning van de schenker. Om personen die het wereldwijde werk van Jehovah’s Getuigen willen ondersteunen te helpen, heeft het bijkantoor informatie opgesteld. Nadat je deze informatie hebt doorgenomen, is het verstandig fiscaal en juridisch advies in te winnen. Door schenkingen zorgvuldig te plannen, zijn velen in staat geweest onze wereldwijde religieuze en humanitaire activiteiten te ondersteunen en tegelijkertijd maximaal belastingvoordeel te krijgen. Voor meer informatie kun je naar het bijkantoor schrijven.
9
HOE BEHOUD JE „EEN WACHTENDE HOUDING”? ’Ik wil van een wachtende houding blijk geven.’ — MICHA 7:7. WAT ZOU JE ANTWOORDEN?
Wat kunnen we leren van het voorbeeld van Micha?
TOEN in 1914 het Messiaanse Koninkrijk werd opgericht, begonnen de laatste dagen van Satans stelsel. In dat jaar brak er oorlog uit in de hemel, en Jezus slingerde de Duivel en de demonen naar de omgeving van de aarde. (Lees Openbaring 12:7-9.) Satan weet dat hij „slechts een korte tijdsperiode heeft” (Openb. 12:12). Maar die „tijdsperiode” duurt langer dan sommigen van ons hadden verwacht. Ben jij ongeduldig geworden terwijl je wacht tot Jehovah ingrijpt? 2 Ongeduld kan gevaarlijk zijn, want we kunnen daardoor overhaast reageren. Hoe behoud je dan een wachtende houding? Dit artikel zal je daarbij helpen door de volgende vragen te beantwoorden: (1) Wat kunnen we over geduld leren van het voorbeeld van de profeet Micha? (2) Welke gebeurtenissen zijn een signaal voor het einde van de wachtperiode? (3) Hoe kunnen we laten zien dat we waardering hebben voor Jehovah’s geduld?
Welke gebeurtenissen verwachten we nog?
Op welke manieren kunnen we onze waardering tonen voor Jehovah’s geduld?
HET VOORBEELD VAN MICHA
Lees Micha 7:2-6. Jehovah’s profeet Micha zag de ¨ geestelijke toestand van Israel verslechteren. Het volk was in de tijd van de slechte koning Achaz zeer verdorven geworden. Micha vergelijkt de ontrouwe Is¨ raelieten met „een stekelstruik” en „een doornhaag”. Net als een stekelstruik of doornhaag iemand die erdoorheen loopt verwondt, zo brachten de ontaarde ¨ Israelieten iedereen met wie ze te maken kregen schade toe. De situatie was zo erg dat zelfs familiebanden niets meer zeiden. Micha wist dat hij niets kon doen om de situatie te veranderen en stortte daarom zijn hart uit bij Jehovah. Daarna wachtte hij geduldig op 3
1. Waarom zouden we ongeduldig kunnen worden? 2. Wat gaan we in dit artikel bespreken?
¨
3. Hoe was de situatie in Israel in Micha’s tijd?
10
DE WACHTTOREN
Hem. Hij vertrouwde erop dat Jehovah op Zijn tijd zou ingrijpen. 4 Net als Micha moeten we tussen egoistische mensen leven. Velen zijn „ondankbaar, deloyaal, zonder natuurlijke genegenheid” (2 Tim. 3:2, 3). Het kan best zwaar zijn als collega’s, klasgenoten en buren een zelfzuchtige houding hebben. Maar sommigen van ons hebben het nog moeilijker. Jezus zei dat zijn volgelingen te maken zouden krijgen met tegenstand van familieleden. Hij beschreef de impact die zijn boodschap zou hebben met woorden die lijken op wat in Micha 7:6 staat. Hij zei: „Ik ben gekomen om verdeeldheid teweeg te brengen tussen een mens en zijn vader, tussen een dochter en haar moeder en tussen een jonge vrouw en haar schoonmoeder. Ja, ’s mensen vijanden zullen zijn eigen huisgenoten zijn” (Matth. 10:35, 36). Het kan heel moeilijk zijn als familieleden die ons geloof niet delen ons bespotten en tegenstand bieden! Als we met zulke beproevingen te maken hebben, moeten we niet onder die druk bezwijken. In plaats daarvan moeten we trouw blijven en geduldig wachten totdat Jehovah de dingen oplost. Als we om zijn hulp blijven vragen, zal hij ons de kracht en wijsheid geven die we nodig hebben om te kunnen volharden. 5 Jehovah beloonde Micha voor zijn geduld. Micha maakte mee dat er een eind kwam aan koning Achaz en zijn slechte regering. Hij zag dat Achaz’ zoon, de goede koning Hizkia, de troon erfde en de ware aanbidding herstelde. En hij zag hoe de profetie die hij over Samaria had opgeschreven in vervulling ging toen de ¨ Assyriers het noordelijke koninkrijk Is¨ rael binnenvielen (Micha 1:6).
Toch heeft Micha niet de vervulling gezien van alles wat hij onder inspiratie had geprofeteerd. Hij schreef bijvoorbeeld: ’In het laatst der dagen zal de berg van het huis van Jehovah stevig bevestigd worden boven de top der bergen, en hij zal stellig verheven worden boven de heuvels; en daarheen moeten volken stro¨ men. En vele natien zullen stellig heengaan en zeggen: „Komt, en laten wij opgaan naar de berg van Jehovah” ’ (Micha 4:1, 2). Micha stierf lang voordat die profetie in vervulling ging. Toch was hij vastbesloten om Jehovah tot de dood trouw te dienen, ongeacht wat anderen om hem heen deden. Hij schreef: „Alle volken, van hun kant, zullen elk in de naam van hun god wandelen; maar wij, van onze kant, zullen wandelen in de naam van Jehovah, onze God, tot onbepaalde tijd, ja voor eeuwig” (Micha 4:5). Micha kon in moeilijke tijd geduldig wachten omdat hij er volledig van overtuigd was dat Jehovah al Zijn beloften zou nakomen. De loyale profeet vertrouwde op Jehovah. 7 Hebben wij net zo’n vertrouwen in Jehovah? Daar hebben we alle reden voor. We hebben de vervulling van Micha’s profetie gezien. „In het laatst der dagen” zijn miljoenen mensen uit alle volken en stammen en talen samengestroomd naar „de berg van het huis van Jehovah”. Zelfs al komen deze aanbidders uit landen die in oorlog met elkaar zijn, ze hebben „hun zwaarden tot ploegscharen” gesmeed en willen „de oorlog niet meer leren” (Micha 4:3). Wat is het een voorrecht dat we deel mogen uitmaken van Jehovah’s vredige volk! 8 We willen allemaal dat Jehovah gauw een eind maakt aan deze slechte wereld.
4. Met welke problemen krijgen we te maken?
7, 8. (a) Waarom hebben we alle reden tot vertrouwen? (b) Waardoor zal de tijd sneller voorbijgaan?
5, 6. Welke beloning kreeg Micha, maar wat
heeft hij niet meegemaakt? 15 NOVEMBER 2013
6
11
Gods volk doet er alles aan om inactieven te helpen tot Jehovah terug te keren (Zie paragraaf 16, 17)
Maar om geduldig te kunnen wachten, moeten we dingen vanuit Jehovah’s standpunt bezien. Hij heeft een dag vastgesteld waarop hij de mensheid zal oordelen „door een man die hij heeft aangesteld”, Jezus Christus (Hand. 17:31). Maar tot die tijd geeft God alle soorten van mensen de kans om ’tot een nauwkeurige kennis van de waarheid te komen’, te handelen naar die kennis en gered te worden. Er staan levens op het ¨ spel. (Lees 1 Timotheus 2:3, 4.) Als we druk bezig zijn om anderen te helpen nauwkeurige kennis te krijgen over Jehovah, zal de tijd die rest tot zijn oordeel komt sneller voorbijgaan. Binnenkort is het te laat. We zullen dan heel blij zijn dat we druk bezig zijn gebleven in de prediking. SIGNALEN DAT HET EINDE NABIJ IS
Lees 1 Thessalonicenzen 5:1-3. In de nabije toekomst zullen de naties „Vrede en zekerheid!” zeggen. Om niet overval9
9-11. Is 1 Thessalonicenzen 5:3 in vervulling gegaan? Leg uit.
12
len te worden door die verklaring, moeten we „wakker blijven en onze zinnen bij elkaar houden” (1 Thess. 5:6). Om ons te helpen geestelijk wakker te blijven, gaan we kort stilstaan bij gebeurtenissen die de weg vrijgemaakt hebben voor deze bijzondere verklaring. 10 Na de beide wereldoorlogen wilden de naties heel graag dat er vrede kwam. Na de Eerste Wereldoorlog werd de Volkenbond opgericht met de bedoeling vrede te brengen. Later, na de Tweede Wereldoorlog, hadden veel mensen de hoop dat de Verenigde Naties vrede zouden realiseren. Politieke en religieuze leiders hebben naar die instellingen opgezien voor vredige omstandigheden op aarde. Zo werd 1986 door de VN uitgeroepen tot het Internationale Jaar van de Vrede. Dat jaar kwamen de leiders van veel landen ¨ en religies in Assisi (Italie) met het hoofd van de katholieke kerk samen om voor de vrede te bidden. 11 Toch vormen die verklaring van vrede en zekerheid en vergelijkbare uitspraken geen vervulling van de profetie in DE WACHTTOREN
1 Thessalonicenzen 5:3. Waarom niet? Omdat de voorzegde „plotselinge vernietiging” nog niet heeft plaatsgevonden. 12 Wie zal in de toekomst deze belangrijke uitspraak „Vrede en zekerheid!” doen? Welke rol hebben de leiders van de christenheid en andere religies? Hoe zijn de verschillende regeringsleiders erbij betrokken? De Bijbel zegt daar niets over. Wat we wel weten is dat welke vorm deze uitspraak ook heeft of hoe overtuigend die ook klinkt, het loze woorden zullen zijn. Deze oude wereld, die door en door verdorven is, blijft onder Satans macht staan en zal niet veranderen. Het zou heel jammer zijn als iemand van ons in die satanische propaganda zou geloven en zijn christelijke neutraliteit zou schenden. 13 Lees Openbaring 7:1-4. Terwijl we wachten op de vervulling van 1 Thessalonicenzen 5:3, houden machtige engelen de vernietigende winden van de grote verdrukking tegen. Waar wachten ze op? ´ ´ Johannes beschreef een belangrijke gebeurtenis: de definitieve verzegeling van de gezalfde „slaven van onze God”.1 Als die definitieve verzegeling eenmaal voltooid is, zullen de engelen de winden van vernietiging loslaten. Wat zal er dan gebeuren? 14 Babylon de Grote, het wereldrijk van valse religie, zal binnenkort verdiend aan haar eind komen. „Volken en scharen en ¨ natien en talen” zullen haar niet echt 1 Zie voor een bespreking van het verschil tussen de eerste verzegeling van de gezalfden en hun definitieve verzegeling De Wachttoren van 1 januari 2007, blz. 30, 31. 12. Wat weten we over de verklaring „Vrede en zekerheid”? 13. Waarom houden engelen de winden van vernietiging tegen? 14. Wat laat zien dat de ondergang van Babylon de Grote nabij is? 15 NOVEMBER 2013
kunnen steunen. Er zijn al tekenen dat haar ondergang nabij is (Openb. 16:12; 17:15-18; 18:7, 8, 21). Een gebrek aan steun blijkt nu al in de media: religie en religieuze leiders komen steeds meer onder vuur te liggen. Toch hebben de leiders van Babylon de Grote niet het gevoel dat ze echt gevaar lopen. Maar ze vergissen zich! Na de verklaring „Vrede en zekerheid!” zullen de politieke elementen van Satans wereld zich plotseling tegen valse religie keren en haar wegvagen. Babylon de Grote zal voorgoed verdwenen zijn! Het is zeker de moeite waard om geduldig op die ingrijpende gebeurtenissen te wachten (Openb. 18:8, 10). WAARDERING VOOR GODS GEDULD 15 Hoewel mensen Jehovah’s naam onteren, wacht hij geduldig tot het juiste moment om in te grijpen. Hij wil niet dat er oprechte mensen vernietigd worden (2 Petr. 3:9, 10). Denk jij er net zo over? Voordat Jehovah’s dag komt, kunnen we onze waardering voor zijn geduld op de volgende manieren laten zien. 16 Help inactieven. Jezus zei dat er ´ ´ vreugde in de hemel is als er maar een verloren schaap teruggevonden wordt (Matth. 18:14; Luk. 15:3-7). Het is duidelijk dat Jehovah veel geeft om iedereen die liefde voor zijn naam heeft getoond, zelfs degenen die hem nu niet actief dienen. Als we zulke personen helpen tot de gemeente terug te keren, kunnen we ertoe bijdragen dat Jehovah en de engelen zich verheugen. 17 Ben jij een van de personen die God op dit moment niet actief dienen? Misschien ga je niet meer naar de vergaderingen omdat iemand in de gemeente
15. Waarom wacht Jehovah geduldig? 16, 17. (a) Waarom willen we inactieven hel-
pen? (b) Waarom is het zo belangrijk dat inactieven nu tot Jehovah terugkeren?
13
je heeft gekwetst. Als dat al een tijd geleden is, vraag je dan af: Heeft mijn leven nu meer zin en ben ik gelukkiger? Was het Jehovah die me beledigd heeft of een onvolmaakt mens? Heeft Jehovah me ooit kwaad gedaan? Jehovah heeft ons altijd goed behandeld. Zelfs als we niet meer trouw zijn aan onze opdracht aan hem, staat hij ons toe gebruik te maken van de goede dingen die hij geeft (Jak. 1:16, 17). Binnenkort komt Jehovah’s dag. Het is nu de tijd om terug te keren tot onze liefdevolle Vader en tot de gemeente, de enige plek waar we veilig zijn in deze laatste dagen (Deut. 33:27; Hebr. 10:24, 25). 18 Ondersteun trouw degenen die de leiding nemen. Als een liefdevolle Herder leidt en beschermt Jehovah ons. Hij heeft zijn Zoon aangesteld als de Opperherder van de kudde (1 Petr. 5:4). Ouderlingen in meer dan honderdduizend gemeenten geven al Gods schapen herderlijke zorg (Hand. 20:28). Als we degenen die aangesteld zijn om de leiding te nemen loyaal ondersteunen, laten we onze waardering zien voor alles wat Jehovah en Jezus voor ons gedaan hebben.
Versterk je band met je broeders en zusters. Als een geoefend leger aangevallen wordt, sluiten de afzonderlijke soldaten de gelederen, zodat er geen gaten vallen in de linies. Zo wordt hun verdediging ondoordringbaar. Satan intensiveert zijn aanvallen op Gods volk. Het is nu niet het moment om ruzie te maken in de gelederen. We moeten juist de onderlinge band versterken, elkaars onvolmaaktheden door de vingers zien en vertrouwen tonen in Jehovah’s leiding. 20 Laten we allemaal geestelijk wakker blijven en van een wachtende houding blijk geven. Wacht geduldig op de verklaring „Vrede en zekerheid!” en de definitieve verzegeling van de gezalfden. Daarna zullen de vier engelen de verwoestende winden loslaten en zal Babylon de Grote vernietigd worden. Luister in afwachting van deze ingrijpende gebeurtenissen naar degenen die aangesteld zijn om de leiding te nemen in Jehovah’s organisatie. Vorm een blok tegen de Duivel en de demonen! Het is nu de tijd om de raad van de psalmist op te volgen: „Weest moedig, en moge uw hart sterk zijn, gij allen die op Jehovah wacht” (Ps. 31:24).
18. Waarom moeten we degenen die de leiding nemen ondersteunen?
19. Hoe kunnen we de gelederen sluiten?
Het is nu de tijd om een blok te vormen tegen Satan en de demonen (Zie paragraaf 19)
19
20. Wat moeten we nu doen?
God dienen is zijn medicijn! Toen twee pioniers in Kenia ergens binnengenodigd werden, zagen ze tot hun verbazing een man op bed liggen met een kleine romp en korte armen. Toen ze hem vertelden over Gods belofte dat „de kreupele [zal] klimmen net als een hert”, reageerde de man met een brede glimlach (Jes. 35:6). De pioniers kwamen erachter dat Onesmus geboren is met osteogenesis imperfecta of brozebottenziekte. Zijn botten zijn extreem broos — zo erg dat ze bij een beetje druk al breken. Omdat de ziekte niet te genezen is en er geen goede behandeling voor is, verwachtte Onesmus dat hij de rest van zijn leven pijn zou lijden en afhankelijk zou zijn van een rolstoel. Onesmus aanvaardde een Bijbelstudie. Maar zijn moeder wilde niet dat hij naar de vergaderingen zou gaan omdat hij daar risico liep op letsel en nog meer pijn. Daarom namen de broeders de vergaderingen op, en Onesmus luisterde er thuis naar. Toen hij vijf maanden had gestudeerd, besloot hij dat hij ondanks de risico’s toch naar de vergaderingen wilde. Kreeg Onesmus meer pijn door naar de vergaderingen te gaan? Juist niet! Hij weet nog: „Mijn voortdurende pijn leek af te nemen tijdens de vergaderingen.” Hij had het idee dat hij zich beter voelde door zijn pas gevonden hoop. Zijn moeder 15 NOVEMBER 2013
zag de verandering in het gemoed van haar zoon en was daar zo blij mee dat ze ook Bijbelstudie nam. „God dienen is zijn medicijn”, zei ze altijd over haar zoon. Al gauw werd Onesmus ongedoopte verkondiger. Uiteindelijk liet hij zich dopen en nu dient hij als dienaar in de bediening. Hoewel hij zijn benen en een van zijn armen niet kan gebruiken, had hij het verlangen om zo veel mogelijk te doen in Jehovah’s dienst. Hij wilde in de hulppioniersdienst maar aarzelde om zich op te geven. Waarom? Omdat hij wist dat hij volledig afhankelijk zou zijn van iemand die zijn rolstoel zou duwen. Toen hij er met andere broeders en zusters over sprak, beloofden ze hem te ondersteunen. Dat deden ze, zodat Onesmus in de hulp kon gaan. Toen Onesmus wilde pionieren had hij dezelfde bezorgdheid. Maar op een gegeven moment stond in de dagtekst de aanmoediging die hij nodig had. Die tekst was Psalm 34:8: „Proeft en ziet dat Jehovah goed is.” Nadat hij over dat vers gemediteerd had, besloot hij te gaan pionieren. Nu gaat hij elke week vier dagen in de velddienst en heeft hij verschillende Bijbelstudies die goede geestelijke vorderingen maken. In 2010 bezocht hij de Pioniersschool. Onesmus vond het erg leuk dat zijn leraar een van de twee broeders was die dat eerste bezoek bij hem brachten! Onesmus is nu eind dertig. Zijn ouders zijn inmiddels overleden, maar de broeders en zusters in de gemeente zorgen voor zijn dagelijkse behoeften. Hij is dankbaar voor alle zegeningen die hij ervaart en kijkt uit naar de tijd dat „geen inwoner zal zeggen: ’Ik ben ziek’ ” (Jes. 33:24).
15
ZEVEN HERDERS,
ACHT HERTOGEN WAT ZE VOOR ONS BETEKENEN „Wij [zullen] zeven herders tegen hem moeten verwekken, ja, acht hertogen uit de mensheid.” — MICHA 5:5. KUN JE DIT BEANTWOORDEN?
Hoe lieten Hizkia, Jesaja, Micha en de vorsten van Jeruzalem zien dat ze goede herders waren?
Wie zijn in deze tijd de zeven herders en acht hertogen? Hoe helpen ze Gods volk?
Wat kun je nu het beste doen als voorbereiding op een komende aanval op Gods volk?
ERGENS tussen 762 en 759 v.Chr. verklaarden de ko¨ ¨ ning van Israel en de koning van Syrie de oorlog aan het koninkrijk Juda. Hun doel? Jeruzalem binnenvallen, koning Achaz afzetten en een ander op de troon zetten, misschien iemand die niet van koning David ¨ afstamde (Jes. 7:5, 6). Maar de koning van Israel had beter moeten weten. Jehovah had bepaald dat er altijd een afstammeling van David op Zijn troon zou zitten, en Zijn woord komt altijd uit (Joz. 23:14; 2 Sam. 7:16). ¨ 2 In het begin leek het of Syrie¨ en Israel de oor´ ´ log zouden winnen. Alleen al in een gevecht verloor ¨ Achaz 120.000 dappere soldaten! Ook werd Maaseja, „de zoon van de koning”, gedood (2 Kron. 28:6, 7). Maar Jehovah keek toe. Hij was zijn belofte aan David niet vergeten; daarom zond hij de profeet Jesaja met een heel aanmoedigende boodschap. 3 Jesaja zei: „Ziet! Het meisje zelf zal werkelijk zwanger worden, en zij baart een zoon, en zij zal hem ¨ stellig de naam Immanuel geven. (...) Voordat de jongen het slechte zal weten te verwerpen en het goede ¨ te kiezen, zal de grond van de twee koningen [Syrie ¨ en Israel] voor wie gij een ziekmakende angst gevoelt, volkomen verlaten zijn” (Jes. 7:14, 16). Het eerste deel van die profetie wordt vaak, terecht, toegepast op de geboorte van de Messias (Matth. 1:23). Maar omdat ¨ de „twee koningen” (de koningen van Syrie en Is¨ rael) in de eerste eeuw geen bedreiging meer vorm¨ den voor Juda, moet de profetie over Immanuel een eerste vervulling hebben gehad in Jesaja’s tijd. ¨
¨
1. Waarom was het plan van de koningen van Israel en Syrie
tot mislukking gedoemd? 2-4. Leg uit hoe Jesaja 7:14, 16 in vervulling ging in (a) de achtste eeuw v.Chr. (b) de eerste eeuw.
16
DE WACHTTOREN
Kort na die bijzondere aankondiging van Jesaja werd zijn vrouw zwanger. Ze kregen een zoon die ze Maher-SchalalChaz-Baz noemden. Het is mogelijk dat ¨ dit kind de Immanuel was over wie Jesaja sprak.1 In Bijbelse tijden kon een kind bij de geboorte een bepaalde naam krijgen (misschien als herinnering aan een speciale gebeurtenis), maar door zijn ouders en familie met een andere naam aangesproken worden (2 Sam. 12:24, 25). Er is geen bewijs dat Jezus ooit met de ¨ naam Immanuel is aangesproken. (Lees Jesaja 7:14; 8:3, 4.) ¨ ¨ 5 Behalve Israel en Syrie was er nog een volk dat het vizier op het gebied van Juda gericht had. Het was de opkomen¨ de, militaristische wereldmacht Assyrie. ¨ Volgens Jesaja 8:3, 4 zou Assyrie „het vermogen van Damaskus” en „de buit van Samaria” wegdragen voordat het Juda aanviel. De ontrouwe Achaz stelde geen vertrouwen in Gods woord via Jesaja, maar sloot een overeenkomst met de As¨ syriers. Dit leidde er uiteindelijk toe dat Juda door hen onderdrukt werd (2 Kon. 16:7-10). Wat was Achaz een teleurstellende herder van Juda! We kunnen ons afvragen: vertrouw ik bij belangrijke beslissingen op God of op mensen? — Spr. 3:5, 6. 4
EEN NIEUWE HERDER MET EEN ANDERE AANPAK 6 Achaz stierf in 746 v.Chr. en liet zijn zoon Hizkia een materieel en geestelijk verarmd koninkrijk na. Wat zou de jon-
1 Het Hebreeuwse woord dat in Jesaja 7:14 met „meisje” is vertaald, kan zowel op een getrouwde vrouw als op een maagd duiden. Dat woord kan dus op Jesaja’s vrouw en ook op de Joodse maagd Maria worden toegepast. 5. Welke domme beslissing nam koning Achaz? 6. Wat was het verschil tussen Achaz en Hiz-
kia? 15 NOVEMBER 2013
ge koning na zijn troonsbestijging als eerste doen? De noodlijdende economie van Juda uit het slop trekken? Nee. Hizkia was een geestelijk ingesteld man, een waardige herder van zijn nationale kudde. Het eerste wat hij deed was de ware aanbidding en de verstoorde verhouding tussen het koppige volk en Jehovah herstellen. Toen hij begreep wat God van hem verlangde, kwam hij resoluut in actie. Wat een mooi voorbeeld voor ons! — 2 Kron. 29:1-19. 7 De levieten zouden een belangrijke rol spelen in het herstel van de ware aanbidding. Daarom kwam Hizkia met ze samen om ze te verzekeren van zijn steun. Stel je de trouwe levieten eens voor, met tranen in hun ogen van vreugde als ze op die vergadering hun koning horen ver´´ klaren: „Gıj zijt door Jehovah uitgekozen om voor zijn aangezicht te staan om hem te dienen” (2 Kron. 29:11). De levieten hadden inderdaad een duidelijke opdracht gekregen om het volk te helpen de ware God te aanbidden. ¨ 8 Hizkia nodigde heel Juda en Israel uit voor een groot paschafeest, gevolgd door het zevendaagse Feest van de Ongezuurde Broden. Het volk genoot er zo van dat er nog eens zeven dagen aan vastgeplakt werden. De Bijbel zegt: „Er ontstond groot vreugdebetoon in Jeruzalem, want sinds de dagen van Salomo, ¨ de zoon van David, de koning van Israel, was er iets dergelijks in Jeruzalem niet geweest” (2 Kron. 30:25, 26). Wat een stimulans moet dat feest voor iedereen zijn geweest! In 2 Kronieken 31:1 lezen we wat ze daarna deden: „Vervolgens 7. Waarom was het belangrijk dat de levieten verzekerd werden van de steun van de nieuwe koning? 8. Wat heeft Hizkia nog meer gedaan om het volk te helpen tot Jehovah terug te keren, en wat was het resultaat?
17
Het volk voelde zich gesterkt door Hizkia’s woorden (Zie paragraaf 12, 13)
braken zij de heilige zuilen aan stukken en hakten de heilige palen om en slechtten de hoge plaatsen en de altaren.” Op die indrukwekkende manier begon Juda tot Jehovah terug te keren. Die geestelijke reiniging zou van groot belang zijn voor wat er stond te gebeuren. DE KONING BEREIDT ZICH OP PROBLEMEN VOOR
In overeenstemming met Jesaja’s ¨ woorden veroverden de Assyriers het ¨ noordelijke rijk Israel en deporteerden ¨ ze de inwoners. Daarmee werden Israels plannen om iemand anders op Davids troon te zetten verijdeld. Maar nu richt¨ te Assyrie zich op Juda. „In het veertiende jaar van koning Hizkia trok Sanhe¨ rib, de koning van Assyrie, op tegen alle versterkte steden van Juda en veroverde ze vervolgens.” Naar verluidt veroverde Sanherib in totaal 46 steden van Juda. Stel je eens voor hoe het geweest moet zijn om in die tijd in Jeruzalem te wonen. De ene na de andere stad in Juda viel voor het oprukkende leger van Assy¨ rie (2 Kon. 18:13). 9
¨ 9. (a) Hoe werden de plannen van Israel verijdeld? (b) Welke successen had Sanherib aanvankelijk in Juda?
18
Hoewel Hizkia het gevaar zag aankomen, zocht hij niet in paniek hulp bij een heidens volk, zoals zijn afvallige vader, Achaz, had gedaan. In plaats daarvan vertrouwde hij op Jehovah (2 Kron. 28:20, 21). Hij wist misschien wat zijn tijdgenoot, de profeet Micha, over Assy¨ ¨ rie had voorzegd: „Wat de Assyrier aangaat (...) wij [zullen] zeven herders tegen hem moeten verwekken, ja, acht hertogen uit de mensheid. En zij zullen wer¨ kelijk het land Assyrie weiden met het ¨ zwaard” (Micha 5:5, 6). Die geınspireerde woorden zijn vast een aanmoediging geweest voor Hizkia, want ze laten zien dat Jehovah een heel ongewoon leger zou ge¨ bruiken om de Assyriers te verslaan. 11 De belangrijkste vervulling van de profetie over zeven herders en acht hertogen („vorsten”, De Nieuwe Bijbelvertaling) moest plaatsvinden na de geboor¨ te van Jezus, de ’heerser in Israel, wiens 10
10. Waarom is Micha’s profetie ongetwijfeld
een aanmoediging geweest voor Hizkia? 11. Wanneer zou de belangrijkste vervulling zijn van de profetie over zeven herders en acht hertogen? DE WACHTTOREN
oorsprong is uit oude tijden’. (Lees Micha 5:1, 2.) Dit zou gebeuren als het bestaan van Jehovah’s volk bedreigd zou worden ¨ door een hedendaagse „Assyrier”. Wat voor leger gaat Jehovah gebruiken om onder aanvoering van zijn Zoon die angstaanjagende vijand te verslaan? Laten we voordat we die vraag bespreken eens kijken wat we kunnen leren van Hizkia’s reactie op de Assyrische dreiging. HIZKIA’S VERSTANDIGE AANPAK
Jehovah is altijd bereid om ons te hulp te komen bij problemen, maar hij verwacht wel dat we zelf doen wat we kunnen. Hizkia raadpleegde „zijn vorsten en zijn sterke mannen”, en samen besloten ze „de wateren van de bronnen die buiten de stad waren dicht te stoppen (...) Voorts vatte hij [Hizkia] moed en bouwde de gehele neergehaalde muur op en liet er torens op verrijzen en bouwde daarbuiten nog een andere muur (...) en maakte werpsperen in overvloed en schilden” (2 Kron. 32:3-5). Om Zijn volk te beschermen en te weiden gebruikte Jehovah in die tijd een aantal dappere mannen: Hizkia, zijn vorsten en de geestelijk sterke profeten. 13 Wat Hizkia vervolgens deed was zelfs nog belangrijker dan de bronnen dichtstoppen of de stadsmuren versterken. Als een zorgzame herder riep hij het volk bijeen en spoorde hij ze aan door te zeggen: „Weest niet bevreesd, noch ver¨ schrikt wegens de koning van Assyrie (...) want met ons zijn er meer dan met hem. Met hem is een arm van vlees, maar met ons is Jehovah, onze God, om ons te helpen en onze oorlogen te voeren.” Wat 12
12. Wat deden Hizkia en degenen die bij hem waren om Gods volk te beschermen? 13. Wat was het belangrijkste wat Hizkia deed om het volk voor te bereiden op de komende aanval? 15 NOVEMBER 2013
geloofversterkend: Jehovah zou voor zijn volk strijden! Toen het volk dit hoorde, „steunde [het] op de woorden van Hizkia, de koning van Juda”. Merk op dat het volk zich gesterkt voelde door „de woorden van Hizkia”. Hij en zijn vorsten en sterke mannen, en ook de profeten Micha en Jesaja, lieten zien dat ze goede herders waren, precies zoals Jehovah via zijn profeet had voorzegd (2 Kron. 32:7, 8; lees Micha 5:5, 6). 14 De koning van Assyrie¨ legerde zich in Lachis, ten zuidwesten van Jeruzalem. Vandaaruit stuurde hij drie afgezanten naar de stad met het bevel tot overgave. ¨ Zijn woordvoerder, met de officiele titel ´ Rabsake, gebruikte verschillende tactieken. Hij sprak het volk aan in hun eigen taal en probeerde ze over te halen niet naar hun koning te luisteren en zich aan ¨ de Assyriers te onderwerpen. Hij loog ze voor dat hij ze naar een land zou brengen waar ze een comfortabel leven konden leiden. (Lees 2 Koningen 18:31, 32.) ´ Daarna beweerde Rabsake dat Jehovah ¨ de Joden niet tegen de Assyriers zou kunnen beschermen, net zoals het de goden van andere volken niet was gelukt hun aanbidders te redden. Het volk was zo verstandig niet in te gaan op die lasterlijke propaganda. In deze tijd volgen Jehovah’s aanbidders vaak hun voorbeeld. (Lees 2 Koningen 18:35, 36.) 15 Hoewel Hizkia natuurlijk erg bezorgd was, zocht hij geen hulp bij een ander volk. In plaats daarvan liet hij de profeet Jesaja halen. Jesaja zei tegen Hizkia: „Hij [Sanherib] zal deze stad niet binnenkomen en er geen pijl in schieten” (2 Kon. 19:32). Het enige wat de inwoners ´
14. Welke rol speelde Rabsake, en hoe reageer-
de het volk? 15. Wat moesten de inwoners van Jeruzalem doen, en hoe redde Jehovah de stad?
19
van Jeruzalem moesten doen, was moedig standhouden. Jehovah zou voor ze strijden. En dat deed hij! „Het gebeurde nu in die nacht, dat de engel van Jehovah voorts uittrok en in de legerplaats van ¨ de Assyriers honderd vijfentachtig duizend man neersloeg” (2 Kon. 19:35). Juda werd niet gered door het dichtstoppen van de bronnen of het versterken van de muren maar door tussenkomst van Jehovah. LESSEN VOOR DEZE TIJD
De belangrijkste vervulling van de profetie over zeven herders en acht hertogen is in onze tijd. De inwoners van Jeruzalem werden aangevallen door de ¨ Assyriers. In de nabije toekomst zal Jehovah’s ogenschijnlijk kwetsbare volk aangevallen worden door de hedendaagse ¨ „Assyrier”, die ze zal proberen weg te vagen. De Bijbel noemt behalve die aanval ook de aanval van ’Gog van Magog’, de aanval van „de koning van het noorden” en de aanval van „de koningen der aarde” (Ezech. 38:2, 10-13; Dan. 11:40, 44, 45; Openb. 17:14; 19:19). Zijn dit verschillende aanvallen? Dat hoeft niet zo te zijn. Het kan zijn dat de Bijbel verschillende benamingen gebruikt voor dezelfde aanval. Welk ’geheime wapen’ zou Jehovah volgens Micha’s profetie gebruiken tegen die meedogenloze vijand, „de As¨ syrier”? Een die je niet zou verwachten: ’zeven herders, ja, acht hertogen’! (Micha 5:5) De herders en hertogen (of „vorsten”, NBV ) in dit onwaarschijnlijke leger zijn de gemeenteouderlingen (1 Petr. 5:2). Jehovah voorziet nu in een overvloed aan geestelijk ingestelde mannen om zijn kostbare schapen te weiden, om zijn volk te sterken voor de toekomstige 16
16. Wie in deze tijd worden afgebeeld door
¨ (a) Jeruzalems inwoners (b) „de Assyrier” (c) de zeven herders en acht hertogen?
20
¨ aanval van de „Assyrier”.1 Micha’s pro¨ fetie zegt dat ze „het land Assyrie [zullen] weiden met het zwaard” (Micha 5:6). Tot de ’wapenen van hun oorlogvoering’ behoort „het zwaard van de geest”, Gods Woord (2 Kor. 10:4; Ef. 6:17). 17 Ouderlingen, jullie kunnen een aantal nuttige lessen halen uit het verslag dat we hebben besproken: (1) Het beste wat je kunt doen als voorbereiding op ¨ de komende aanval van „de Assyrier” is je geloof in God versterken en je broeders en zusters helpen hetzelfde te doen. (2) Wees er absoluut van overtuigd dat Je¨ hovah ons zal redden als „de Assyrier” aanvalt. (3) De instructies die we dan van Jehovah’s organisatie krijgen, kunnen menselijk gezien vreemd of ongewoon lijken. We moeten allemaal bereid zijn om alle instructies die we krijgen op te volgen, of ze nu uit strategisch of menselijk oogpunt verstandig lijken of niet. (4) Voor iedereen die misschien vertrou¨ wen stelt in werelds onderwijs, materiele dingen of menselijke instellingen, is het nu de tijd om zijn denken te veranderen. De ouderlingen moeten er klaar voor zijn om iedereen te helpen die misschien een zwak geloof heeft. 18 Er komt een tijd dat Gods aanbidders net zo kwetsbaar lijken als de Joden die in Hizkia’s tijd in Jeruzalem opgesloten zaten. Laten we dan allemaal kracht putten uit Hizkia’s woorden. Vergeet niet: met onze vijanden „is een arm van vlees, maar met ons is Jehovah, onze God, om ons te helpen en onze oorlogen te voeren”! — 2 Kron. 32:8. 1 Het getal zeven wordt in de Bijbel vaak gebruikt ´ ´ om volledigheid aan te duiden. Het getal acht (een meer dan zeven) duidt soms op overvloed. 17. Welke vier lessen kunnen de ouderlingen halen uit het verslag dat we hebben besproken? 18. Welk voordeel heeft het over dit verslag na te denken? DE WACHTTOREN
GEHOORZAAM JEHOVAH’S HERDERS
„Weest gehoorzaam aan hen die onder u de leiding nemen en weest onderdanig, want zij waken over uw ziel.” ¨ — HEBREEEN 13:17.
WAT ZOU JE ANTWOORDEN?
Hoe weiden de ouderlingen Gods schapen?
Waarom moeten de schapen luisteren naar de onderherders?
JEHOVAH vergelijkt zichzelf met een herder (Ezech. 34:11-14). Dat zegt veel over wat voor iemand Jehovah is. Een zorgzame herder voelt zich verantwoordelijk voor het leven van de schapen waar hij voor zorgt. Hij leidt ze naar plaatsen waar ze kunnen grazen en drinken (Ps. 23:1, 2); waakt dag en nacht over ze (Luk. 2:8); beschermt ze tegen roofdieren (1 Sam. 17:34, 35); draagt de pasgeboren lammetjes (Jes. 40:11); gaat naar ze op zoek als ze afgedwaald zijn en verzorgt de gewonde schapen (Ezech. 34:16). 2 Omdat Jehovah’s volk in de oudheid met name uit landbouwers en herders bestond, begrepen ze heel goed wat het wilde zeggen dat Jehovah zichzelf met een liefdevolle herder vergeleek. Ze wisten dat schapen zorg en aandacht nodig hebben. In geestelijke zin geldt dat ook voor mensen (Mark. 6:34). Ze lijden eronder als er geen goede geestelijke zorg en leiding is. Ze worden kwetsbaar en dwalen in moreel opzicht af. Ze zijn dan als „schapen die geen herder hebben” (1 Kon. 22:17). Maar Jehovah zorgt liefdevol voor de behoeften van zijn volk. 3 Het beeld van Jehovah als herder heeft ook in deze tijd betekenis. Jehovah zorgt nog steeds voor zijn schapen. Laten we eens zien hoe hij ze nu leidt en in hun behoeften voorziet. We zullen ook bekijken hoe de schapen moeten reageren op Jehovah’s liefdevolle aandacht. DE VOORTREFFELIJKE HERDER VOORZIET IN ONDERHERDERS
Waarom is de onvolmaaktheid van de onderherders geen reden om hun Bijbelse raad te negeren?
Jehovah heeft Jezus aangesteld als Hoofd van de christelijke gemeente (Ef. 1:22, 23). Als „de voortreffelijke herder” is Jezus net als zijn Vader. Hij 4
1, 2. Waarom is het veelzeggend dat Jehovah zichzelf met een herder vergelijkt? 3. Wat gaan we in dit artikel bespreken? 4. Welke rol speelt Jezus in de zorg voor Jehovah’s schapen?
21
houdt van de schapen en zorgt voor ze. Hij heeft zelfs ’afstand gedaan van zijn ziel ten behoeve van de schapen’ (Joh. 10:11, 15). Christus’ losprijs is echt een zegen voor de mensheid! (Matth. 20:28) Het is Jehovah’s voornemen dat „een ieder die geloof oefent in [Jezus], niet vernietigd zou worden, maar eeuwig leven zou hebben” (Joh. 3:16). 5 Hoe reageren de schapen op de Voortreffelijke Herder, Jezus Christus? „Mijn schapen luisteren naar mijn stem,” zei Jezus, „en ik ken ze, en zij volgen mij” (Joh. 10:27). Naar de Voortreffelijke Herder luisteren betekent in alles zijn leiding volgen. Dit houdt ook in samen te werken met de geestelijke onderherders die hij heeft aangesteld. Jezus gaf aan dat zijn apostelen en discipelen moesten doorgaan met het werk dat hij was begonnen. Ze moesten zijn „schaapjes” onderwijzen en voeden (Matth. 28:20; lees Johannes 21:15-17). Toen het goede nieuws zich verspreidde en het aantal discipelen toenam, voorzag Jezus in rijpe christenen om de gemeenten te weiden (Ef. 4:11, 12). 6 Toen Paulus met de ouderlingen van de gemeente in Efeze sprak, maakte hij duidelijk dat de heilige geest ze had aangesteld als opzieners „om de gemeente van God te weiden” (Hand. 20:28). Hetzelfde geldt voor opzieners in deze tijd, want ook zij zijn aangesteld op basis van de Bijbelse vereisten die door hei¨ lige geest geınspireerd zijn. Als we de ouderlingen gehoorzamen, tonen we dus respect voor Jehovah en Jezus, de twee grootste Herders (Luk. 10:16). Dat moet 5, 6. (a) Wie zijn door Jezus aangesteld om
voor zijn schapen te zorgen? Wat moeten de schapen doen om voordeel te hebben van deze regeling? (b) Wat moet de belangrijkste reden zijn om de ouderlingen van de gemeente te gehoorzamen?
22
de belangrijkste reden zijn om de ouderlingen bereidwillig te gehoorzamen. Maar er zijn nog meer redenen waarom het verstandig is volgzaam te zijn. 7 De ouderlingen geven aanmoediging en raad gebaseerd op de Bijbel zelf of op Bijbelse beginselen. Ze doen dat niet om hun broeders en zusters voor te schrijven hoe ze moeten leven (2 Kor. 1:24). In plaats daarvan geven ze Bijbelse richtlijnen om ze te helpen goede beslissingen te nemen, en om orde en vrede in de gemeente te bevorderen (1 Kor. 14:33, 40). De ouderlingen ’waken over onze ziel’ in de zin dat ze iedereen in de gemeente willen helpen een goede band met Jehovah te behouden. Ze zullen dan ook direct hulp bieden als ze merken dat een broeder of zuster een „misstap” dreigt te begaan, of al heeft begaan (Gal. 6:1, 2; Jud. 22). Dat zijn toch goede redenen om ’gehoorzaam te zijn aan hen die de lei¨ ding nemen’? (Lees Hebreeen 13:17.) 8 Paulus, die zelf een geestelijk herder was, schreef aan zijn broeders in Kolosse: „Past op: misschien zal iemand u als zijn prooi wegdragen door middel van de filosofie en door ijdel bedrog overeenkomstig de overlevering van mensen, overeenkomstig de elementaire dingen van de wereld en niet overeenkomstig Christus” (Kol. 2:8). Die waarschuwing laat nog een goede reden uitkomen om aandacht te schenken aan de Bijbelse raad van de ouderlingen. Ze beschermen de kudde door hun broeders en zusters alert te maken op iedereen die misschien hun geloof probeert te ondermijnen. Petrus waarschuwde voor „valse profeten” en „valse leraren” die zouden proberen ’onstandvastige zielen te verlokken’ tot 7. Hoe helpen de ouderlingen je een goede
band met Jehovah te behouden? 8. Hoe beschermen de ouderlingen de kudde
van God? DE WACHTTOREN
Net als een herder beschermen ouderlingen de schapen die aan hen zijn toevertrouwd (Zie paragraaf 8)
kwaaddoen (2 Petr. 2:1, 14). De ouderlingen in deze tijd moeten als dat nodig is ook zulke waarschuwingen geven. Als rijpe christelijke mannen hebben ze le´ ´ venservaring. Bovendien hebben ze voor hun aanstelling laten zien dat ze een helder begrip van de Bijbel hebben en dat ze „de gezonde leer” kunnen onderwijzen (1 Tim. 3:2; Tit. 1:9). Dankzij hun rijpheid, evenwicht en op de Bijbel gebaseerde wijsheid kunnen ze de kudde op een goede manier leiden. DE VOORTREFFELIJKE HERDER VOEDT EN BESCHERMT DE SCHAPEN
Via zijn organisatie zorgt Jehovah voor een overvloed aan geestelijk voed9
sel voor de broeders en zusters wereldwijd. Veel Bijbelse raad wordt gegeven via onze publicaties. Daarnaast geeft de organisatie de ouderlingen soms rechtstreeks leiding via brieven of via instructies die reizende opzieners overbrengen. Op die manieren krijgen de schapen duidelijke leiding. 10 De ouderlingen hebben de verantwoordelijkheid om de gemeenteleden te beschermen en te verzorgen, vooral degenen die zich in geestelijk opzicht pijn hebben gedaan of geestelijk ziek zijn geworden. (Lees Jakobus 5:14, 15.) Sommigen zijn misschien afgedwaald van de kudde en met hun dienst gestopt. Wat 10. Welke verantwoordelijkheid hebben her-
9. Hoe leidt en voedt Jezus de christelijke ge-
meente in deze tijd?
ders als een broeder of zuster is afgedwaald van de kudde?
15 NOVEMBER 2013
23
zal een zorgzame ouderling dan doen? Hij zal er natuurlijk alles aan doen om zulke verloren schapen te vinden en aan te sporen terug te komen naar de schaapskooi, de gemeente. Jezus zei: ’Mijn Vader, die in de hemel is, vindt het niet wenselijk dat een van deze kleinen vergaat’ (Matth. 18:12-14). HOE MOETEN WE DE FOUTEN VAN DE ONDERHERDERS BEZIEN? 11 Jehovah en Jezus zijn volmaakte Herders. De onderherders aan wie ze de zorg voor de gemeente hebben toevertrouwd zijn dat niet. Daarom vinden sommigen het moeilijk om de leiding van de ouderlingen te volgen. Ze redeneren misschien: ’Ze zijn onvolmaakt, net als wij. Waarom zouden we naar hun raad luisteren?’ De ouderlingen zijn inderdaad niet volmaakt. Maar we moeten de juiste kijk hebben op hun fouten en zwakheden. 12 De Bijbel spreekt openlijk over de fouten van degenen die Jehovah in het verleden heeft gebruikt om zijn volk te leiden. Zo was David gezalfd als ko¨ ning en leider van Israel. Toch bezweek hij voor verleiding en maakte hij zich schuldig aan overspel en moord (2 Sam. 12:7-9). En denk aan Petrus. Hoewel hij grote verantwoordelijkheid kreeg in de gemeente, maakte hij ernstige fouten (Matth. 16:18, 19; Joh. 13:38; 18:27; Gal. 2:11-14). Op Jezus na is sinds Adam en Eva geen mens volmaakt geweest. 13 Waarom liet Jehovah in de Bijbel de
11. Waarom vinden sommigen het misschien moeilijk om de leiding van de ouderlingen te volgen? 12, 13. (a) Welke fouten zijn gemaakt door personen die Jehovah in verantwoordelijke posities heeft gebruikt? (b) Waarom zijn de fouten van verantwoordelijke mannen in de Bijbel opgeschreven?
24
fouten opschrijven van mannen die hij verantwoordelijkheid had gegeven? Onder andere om te laten zien dat hij onvolmaakte mannen kan gebruiken om zijn volk te leiden. In feite heeft hij dat altijd gedaan. We moeten daarom niet de onvolmaaktheden van degenen die de leiding hebben als excuus gebruiken om tegen ze te klagen of hun gezag te negeren. Jehovah verwacht van ons dat we die broeders respecteren en gehoorzamen. (Lees Exodus 16:2, 8.) 14 Gehoorzaamheid aan degenen die de leiding hebben is van levensbelang. Denk maar aan de manier waarop Jehovah vroeger in moeilijke tijden met ¨ zijn volk communiceerde. Toen Israel bijvoorbeeld Egypte verliet, gaf God in¨ structies via Mozes en Aaron. Om de tiende plaag te overleven moesten de Is¨ raelieten een speciale maaltijd eten en wat bloed van een geslacht lam op de deurposten en bovendorpels van hun huizen spatten. Die instructies kwamen niet van een stem uit de hemel. Nee, ze moesten naar de oudere mannen van Is¨ rael luisteren, die specifieke instructies van Mozes kregen (Ex. 12:1-7, 21-23, 29). Jehovah gebruikte in die omstandigheden Mozes en de oudere mannen om zijn richtlijnen aan het volk over te brengen. In deze tijd vervullen de ouderlingen net zo’n belangrijke functie. 15 Waarschijnlijk ken je nog heel wat andere momenten uit de Bijbelse geschiedenis waarop Jehovah mensen of engelen gebruikte om levensreddende instructies door te geven. In al die gevallen koos hij ervoor autoriteit te delegeren. Boodschappers spraken in zijn 14, 15. Wat kunnen we leren van de manier waarop Jehovah in het verleden met zijn volk communiceerde? DE WACHTTOREN
Ouderlingen doen hun best om eenoudergezinnen te beschermen tegen slechte omgang (Zie paragraaf 17, 18)
naam en vertelden zijn volk wat ze moesten doen om een crisis te overleven. Is het dan niet logisch dat Jehovah zoiets ook in Armageddon gaat doen? Natuurlijk moeten ouderlingen die de verantwoordelijkheid hebben gekregen Jehovah of zijn organisatie te vertegenwoordigen, oppassen dat ze nooit hun gezag misbruiken. ´ ´ ´ ´ „EEN KUDDE, EEN HERDER”
´ ´ Jehovah’s volk is „een kudde” on´ ´ der „een herder”, Jezus Christus (Joh. 16
10:16). Jezus zei dat hij „alle dagen tot het besluit van het samenstel van dingen” met zijn discipelen zou zijn (Matth. 28:20). Als hemelse Koning heeft hij de volledige controle over alle ontwikkelingen die leiden tot de voltrekking van het oordeel aan Satans wereld. Om verenigd en veilig in de kudde van God te blijven, moeten we luisteren naar ’een woord achter ons’ dat ons vertelt waar we naartoe moeten. Dit „woord” omvat wat Gods heilige geest via de Bijbel zegt en wat Jehovah en Jezus ons leren via degenen die ze hebben aangesteld als onderherders. (Lees Jesaja 30:21; Openbaring 3:22.) 17 Over Satan wordt gezegd dat hij rondgaat „als een brullende leeuw, op zoek om iemand te verslinden” (1 Petr. 5:8). Als een wild, uitgehongerd roofdier besluipt hij de kudde, loerend op een kans om iemand te grijpen die niet oplet of is afgedwaald. Daarom is het zo belangrijk dat we heel dicht bij de rest van de kudde blijven, en bij Jehovah, „de herder en opziener van [onze] zielen” (1 Petr. 2:25). Over de overlevenden van de grote verdrukking zegt Openbaring 7:17: „Het Lam [Jezus] (...) zal hen weiden en hen naar bronnen van wateren des levens leiden. En God zal elke traan uit hun ogen wegwissen.” Wat een schitterende belofte! 18 We hebben besproken welke belangrijke rol de ouderlingen spelen als geestelijke onderherders. Maar hoe kunnen deze aangestelde mannen ervoor zorgen dat ze Jezus’ schapen op een juiste manier behandelen? Dat gaan we in het volgende artikel bespreken. 17, 18. (a) Welk gevaar bedreigt de kudde,
16. Wat is het „woord” waar we naar moeten
luisteren? 15 NOVEMBER 2013
maar waar kunnen we zeker van zijn? (b) Wat gaan we in het volgende artikel bespreken?
25
HERDERS, VOLG DE GROOTSTE HERDERS NA „Christus heeft voor u geleden, u een model nalatend opdat gij nauwkeurig in zijn voetstappen zoudt treden.” — 1 PETRUS 2:21. WAT ZOU JE ANTWOORDEN?
Hoe kunnen ouderlingen als herders Jehovah navolgen?
Hoe kunnen ouderlingen Jezus Christus navolgen?
Wat is het doel van herderlijke bezoeken?
ALS een herder zich echt interesseert voor het welzijn van de kudde, gaat het goed met de schapen. Een handboek over het hoeden van schapen zegt: „Iemand die de kudde alleen maar laat grazen en er verder geen zorg en aandacht aan besteedt, zal waarschijnlijk binnen een paar jaar te maken krijgen met heel wat zwakke en zieke schapen.” Maar als een herder goed voor de schapen zorgt, zal de kudde sterk en gezond zijn. 2 De kwaliteit van de zorg en aandacht die herders van Gods kudde aan de afzonderlijke schapen geven, heeft invloed op de geestelijke gezondheid van de hele gemeente. Misschien weet je nog dat Jezus medelijden had met de mensen omdat ze „gestroopt en heen en weer gedreven waren als schapen zonder herder” (Matth. 9:36). Waarom waren ze er zo slecht aan toe? Omdat degenen die de verantwoordelijkheid hadden om het volk Gods Wet te onderwijzen wreed, veeleisend en hypocriet waren. De gees¨ telijke leiders van Israel hadden de leden van hun kudde moeten helpen en verzorgen, maar in plaats daarvan legden ze „zware vrachten” op hun schouders (Matth. 23:4). 3 Christelijke herders in deze tijd, de ouderlingen, hebben dus een zware verantwoordelijkheid. De schapen in de kudde waar ze voor zorgen zijn van Jehovah en van Jezus, die zich „de voortreffelijke herder” noemde (Joh. 10:11). De schapen zijn „met een prijs gekocht” die Jezus betaald heeft met zijn eigen ’kostbare bloed’ (1 Kor. 6:20; 1 Petr. 1:18, 19). Hij houdt zo veel van de schapen dat hij bereidwillig 1, 2. (a) Wat is het resultaat als schapen goede zorg krijgen? (b) Waarom waren veel mensen in Jezus’ tijd als schapen zonder herder? 3. Wat moeten ouderlingen als herders van de kudde beseffen?
26
DE WACHTTOREN
zijn leven voor ze heeft gegeven. Ouderlingen moeten altijd bedenken dat ze onderherders zijn en dat ze onder het toezicht staan van Gods liefdevolle Zoon, Jezus Christus, „de grote herder van de schapen” (Hebr. 13:20). 4 Hoe moeten christelijke herders de schapen behandelen? Broeders en zusters krijgen de aansporing: „Weest gehoorzaam aan hen die onder u de leiding nemen.” Maar ouderlingen worden aangespoord niet te „heersen over hen die Gods erfdeel zijn” (Hebr. 13:17; lees 1 Petrus 5:2, 3). Hoe kunnen ouderlingen met het gezag dat God ze heeft gegeven de leiding nemen zonder over de kudde te heersen? Anders gezegd, hoe kunnen ze voor de behoeften van de schapen zorgen zonder buiten hun boekje te gaan? „AAN ZIJN BOEZEM ZAL HIJ ZE DRAGEN”
De profeet Jesaja zei over Jehovah: „Als een herder zal hij zijn eigen kudde weiden. Met zijn arm zal hij de lammeren bijeenbrengen, en aan zijn boezem zal hij ze dragen. De zogenden zal hij met zorg leiden” (Jes. 40:11). Deze beeldspraak laat uitkomen dat Jehovah zorg draagt voor de behoeften van de zwakke en kwetsbare broeders en zusters in de gemeente. Net zoals een herder weet wat elk schaap van zijn kudde nodig heeft en klaarstaat om te helpen, zo is Jehovah zich bewust van de behoeften van iedereen in de gemeente en wil hij graag de nodige zorg geven. En net zoals een herder een pasgeboren lammetje in de plooi van zijn kleed draagt als dat nodig is, zo zal Jehovah, „de Vader der tedere barmhartigheden”, ons dragen in moeilijke tijden. Hij zal ons troosten als we 5
4. Wat gaan we in dit artikel bespreken? 5. Wat leert de beeldspraak in Jesaja 40:11 ons
over Jehovah? 15 NOVEMBER 2013
zware beproevingen meemaken of het moeilijk hebben (2 Kor. 1:3, 4). 6 Wat een mooie les kan een herder leren van onze hemelse Vader! Hij moet net als Jehovah oog hebben voor de behoeften van de schapen. Als een ouderling weet welke moeilijkheden ze hebben en wat snel aandacht vereist, kan hij de nodige aanmoediging en steun geven (Spr. 27:23). Het is duidelijk dat een ouderling goed met zijn broeders en zusters moet communiceren. Terwijl hij hun privacy respecteert, heeft hij belangstelling voor wat hij hoort en ziet in de gemeente en neemt hij liefdevol de tijd om ’de zwakken bij te staan’ (Hand. 20:35; 1 Thess. 4:11). 7 Kijk eens naar de houding van herders die door God werden veroordeeld. ¨ In de tijd van Ezechiel en Jeremia verwierp Jehovah degenen die voor zijn schapen moesten zorgen maar dat niet goed deden. Omdat niemand over de kudde waakte, werden de schapen aangevallen en verstrooid. Die herders ’weidden zichzelf’ in plaats van de schapen en buitten ze uit (Ezech. 34:7-10; Jer. 23:1). Gods veroordeling van die herders kan terecht toegepast worden op de leiders van de christenheid. Maar er wordt ook door benadrukt hoe belangrijk het is dat ouderlingen Jehovah’s kudde goede, liefdevolle zorg geven. „IK HEB U HET VOORBEELD GEGEVEN”
Door onvolmaaktheid begrijpen sommige schapen misschien niet meteen wat God van ze verwacht. Het kan 8
6. Hoe kan een ouderling Jehovah’s voorbeeld
volgen? 7. (a) Hoe werden Gods schapen behandeld in
¨ de tijd van Ezechiel en Jeremia? (b) Wat kunnen we leren van Jehovah’s veroordeling van ontrouwe herders? 8. Op welke mooie manier corrigeerde Jezus verkeerde houdingen?
27
zijn dat ze Bijbelse raad niet toepassen of door hun gedrag laten zien dat ze nog geen rijpe christenen zijn. Hoe moeten de ouderlingen daarop reageren? Geduldig, net als Jezus. Zijn discipelen ruzieden over de vraag wie van hen de grootste zou zijn in het Koninkrijk. Maar Jezus verloor zijn geduld niet en bleef zijn discipelen onderwijzen en liefdevol raad geven over nederigheid (Luk. 9:46-48; 22:24-27). Hij waste zelfs hun voeten om te laten zien wat nederigheid inhoudt. Ook ouderlingen moeten die eigenschap tonen (lees Johannes 13:12-15; 1 Petr. 2:21). 9 De apostelen Jakobus en Johannes hadden ooit een andere kijk op de rol van een herder dan Jezus. Ze probeerden een prominente positie in het Koninkrijk veilig te stellen. Maar Jezus corrigeerde hun houding: „Je weet dat vorsten van deze wereld de baas spelen over hun onderdanen en de machtigen heersen over hen. Dat mag bij jullie niet zo zijn. Als een van jullie machtig wil worden, moet hij de knecht van de anderen zijn” (Matth. 20:25, 26, Anne de Vries). De apostelen moesten de neiging weerstaan om over hun broeders te willen „heersen” of ’de baas over ze te spelen’. 10 Jezus verwacht van ouderlingen dat ze de kudde net zo behandelen als hij deed. Ze moeten bereid zijn om dienaren te zijn van hun broeders en zusters, geen meesters. Paulus had zo’n nederige instelling, want hij zei tegen de oudere mannen van de gemeente Efeze: „Gij weet zeer goed hoe ik vanaf de eerste dag dat ik het district Asia betrad, al de tijd bij u ben geweest en met de grootste 9. Welke instelling probeerde Jezus zijn disci-
pelen bij te brengen?
ootmoedigheid des geestes de Heer als slaaf heb gediend.” De apostel wilde dat die ouderlingen zich nederig zouden inzetten om anderen te helpen. Hij zei: „Ik heb u in alle dingen getoond dat gij door aldus te arbeiden, de zwakken moet bijstaan” (Hand. 20:18, 19, 35). Tegen de ¨ Korinthiers zei Paulus dat hij geen meester was over hun geloof. In plaats daarvan was hij een nederige medewerker tot hun vreugde (2 Kor. 1:24). Paulus is voor ouderlingen in deze tijd een mooi voorbeeld van nederigheid en inzet. ’HOUD STEVIG VAST AAN HET GETROUWE WOORD’
Een ouderling moet ’stevig vasthouden aan het getrouwe woord met betrekking tot zijn kunst van onderwijzen’ (Tit. 1:9). Maar dat doet hij „in een geest van zachtaardigheid” (Gal. 6:1). Een goede herder wil zijn broeders en zusters nergens toe dwingen maar doet een beroep op hun hart. Als een broeder voor een belangrijke beslissing staat kan een ouderling de Bijbelse principes aanhalen waar hij over na moet denken. Hij kan samen met hem bekijken wat er over dat onderwerp in onze publicaties staat. Misschien raadt hij hem ook aan na te denken over de invloed die verschillende keuzes op zijn band met Jehovah kunnen hebben. Hij kan benadrukken dat het belangrijk is Jehovah in gebed om leiding te vragen voordat hij een beslissing neemt (Spr. 3:5, 6). Nadat ze die dingen besproken hebben, laat de ouderling de broeder zijn eigen beslissing nemen (Rom. 14:1-4). 12 De Bijbel is voor ouderlingen de enige basis om raad te geven. Het is daarom heel belangrijk dat ze de Bijbel vaardig gebruiken en zich houden aan wat 11
10. Hoe moeten ouderlingen de kudde behan-
delen, en welk voorbeeld gaf Paulus in dit opzicht?
28
11, 12. Hoe kan een ouderling iemand helpen
een beslissing te nemen? DE WACHTTOREN
Ouderlingen helpen hun gezin zich voor te bereiden op de dienst (Zie paragraaf 13)
erin staat. Als ze dat doen, voorkomen ze dat ze hun gezag zouden misbruiken. Ze zijn tenslotte maar onderherders, en alle leden van de gemeente moeten aan Jehovah en Jezus verantwoording afleggen voor de beslissingen die ze nemen (Gal. 6:5, 7, 8). „VOORBEELDEN VOOR DE KUDDE”
Nadat Petrus de oudere mannen in de gemeente had aangemoedigd niet ’te heersen over de hun toebedeelden’, gaf hij ze de aansporing zich „voorbeelden voor de kudde te betonen” (1 Petr. 5:3; vtn.). Hoe kan een ouderling een voorbeeld zijn voor de kudde? Sta eens stil bij twee vereisten waaraan een broeder die „een opzienersambt tracht te verkrijgen” moet voldoen. Hij moet „gezond van verstand” zijn en „op een voortreffelijke wijze de leiding over zijn eigen huisgezin” hebben. Als een ouderling een gezin heeft, moet hij op een voorbeeldige manier de leiding hebben, want „indien 13
13, 14. Op welke terreinen moeten ouderlingen een voorbeeld zijn voor de kudde? 15 NOVEMBER 2013
iemand zijn eigen huisgezin niet weet te leiden, hoe zal hij dan voor Gods gemeente zorg kunnen dragen?” (1 Tim. 3:1, 2, 4, 5) Om opziener te kunnen worden moet een broeder gezond van verstand zijn. Dat wil zeggen dat hij Bijbelse principes goed begrijpt en weet hoe hij ze in zijn leven moet toepassen. Hij moet een nuchtere kijk hebben en niet snel met zijn oordeel klaarstaan. Het geeft de broeders en zusters vertrouwen als ze zien dat de ouderlingen die eigenschappen hebben. 14 De ouderlingen geven ook een goed voorbeeld door de leiding te nemen in de velddienst. Hierin volgen ze Jezus na. Het goede nieuws van het Koninkrijk prediken was een belangrijk deel van zijn leven op aarde. Hij liet zijn discipelen zien hoe dat werk gedaan moest worden (Mark. 1:38; Luk. 8:1). In deze tijd is het voor verkondigers heel aanmoedigend om met de ouderlingen samen te werken. Ze zien dan hun ijver voor dit levensreddende werk en leren van hun onderwijsmethoden. Als de ouderlingen ijver tonen door ondanks hun drukke schema tijd en energie te besteden aan de prediking van het goede nieuws, is dat een stimulans voor de gemeente om net zo ijverig te zijn. Ze kunnen ook een goed voorbeeld geven door zich op de vergaderingen voor te bereiden, eraan deel te nemen en werk te doen als het schoonmaken en onderhouden van de Koninkrijkszaal (Ef. 5:15, 16; lees He¨ breeen 13:7). „ONDERSTEUNT DE ZWAKKEN”
Een goede herder komt snel in actie als een schaap gewond of ziek is. Zo moeten ouderlingen ook direct aandacht geven aan iemand in de gemeente die 15
15. Wat zijn een paar redenen waarom ouder-
lingen herderlijke bezoeken brengen?
29
Ouderlingen geven het voorbeeld in de velddienst (Zie paragraaf 14)
het moeilijk heeft of geestelijke hulp nodig heeft. De ouderen en zieken moeten misschien in praktisch opzicht geholpen worden, maar ze hebben vooral geestelijke hulp en aanmoediging nodig (1 Thess. 5:14). En jongeren in de gemeente vechten misschien tegen „de begeerten die aan de jeugd eigen zijn” (2 Tim. 2:22). Daarom brengen ouderlingen periodiek herderlijke bezoeken bij iedereen in de gemeente. Hun doel is te begrijpen wat hun broeders en zusters meemaken en passende aanmoediging uit de Bijbel te geven. Als de ouderlingen op tijd aandacht geven aan hun schapen, kunnen veel ernstige problemen voorkomen worden. 16 Wat als iemand een ernstig probleem heeft en zijn band met Jehovah gevaar loopt? De Bijbelschrijver Jakobus zei: „Is iemand onder u ziek? Laat hij de oudere mannen van de gemeente bij zich roepen, en laten zij over hem bidden en
hem in de naam van Jehovah met olie inwrijven. En het gebed des geloofs zal degene die zich niet wel voelt beter maken, en Jehovah zal hem oprichten. En als hij zonden heeft begaan, zal het hem vergeven worden” (Jak. 5:14, 15). Ook als de ’zieke’ niet ’de oudere mannen bij zich roept’ moeten ze hem direct hulp bieden als ze te weten komen wat zijn situatie is. Als ze met en voor hun broeders en zusters bidden en hen in moeilijke tijden steunen, zijn ze goede herders die geestelijk verfrissend en aanmoedigend zijn voor hun schapen. (Lees Jesaja 32:1, 2.) 17 Christelijke herders proberen in alles wat ze in Jehovah’s organisatie doen „de grote herder”, Jezus Christus, na te volgen. De kudde heeft veel voordeel van de geestelijke hulp van zulke verantwoordelijke mannen en blijft daardoor sterker worden. Dat stemt ons heel dankbaar en motiveert ons om onze unieke Herder, Jehovah, te loven.
16. Wat kunnen de ouderlingen doen als een
17. Wat kan het resultaat zijn als ouderlingen „de grote herder” navolgen?
broeder of zuster geestelijke hulp nodig heeft?
30
DE WACHTTOREN
UIT ONS ARCHIEF
„Ik was net een schildpad” TIJDENS een bliksemcampagne van negen dagen in augustus/september 1929 waaierden meer dan tienduizend predikers over de Verenigde Staten uit. Ze verspreidden een kwart miljoen boeken en brochures. Onder die Koninkrijksverkondigers waren zo’n duizend colporteurs. Hun aantal was enorm toegenomen. Volgens het Bulletin1 was het „bijna niet te geloven” dat het aantal pioniers van 1927 tot 1929 verdrievoudigd was. Op 29 oktober 1929 (Zwarte Dinsdag) veroorzaakten kelderende koersen op de aandelenbeurs van New York een schokgolf die de wereldeconomie in de Grote Crisis stortte. Duizenden banken gingen over de kop. Boerenbedrijven kwamen stil te liggen. Grote fabrieken sloten hun deuren. Miljoenen mensen verloren hun baan. Op een bepaald moment in 1933 werd in de VS op wel duizend huizen per dag beslag gelegd. Hoe konden volletijdpredikers tijdens die crisis het hoofd boven water houden? Bijvoorbeeld met een huis op wielen. Omdat voor een ’woonauto’ of caravan geen huur of belasting betaald hoefde te worden, konden veel pioniers daarmee hun dienst met minimale lasten voortzetten.2 En als er congres was, diende zo’n huis op wielen als gratis hotelkamer. In het Bulletin van 1934 stonden gedetailleerde ontwerpen voor een compact maar gerieflijk onderkomen met faciliteiten als een watervoorziening, kooktoestel, opklapbed en isolatie tegen de kou. Vindingrijke predikers wereldwijd begonnen hun eigen huis op wielen te bouwen. „Noach 1 Nu Onze Koninkrijksdienst. 2 In die tijd deden de meeste pioniers geen werelds werk. Ze ontvingen lectuur tegen een gereduceerd tarief en gebruikten de bijdragen die ze ervoor kregen om hun kosten te dekken. 15 NOVEMBER 2013
had geen ervaring als botenbouwer”, zei Victor Blackwell, „en ik had geen ervaring met het bouwen van een caravan.” Toch lukte het hem. Avery en Lovenia Bristow hadden een woonauto. Avery zei: „Ik was net een schildpad: ik had altijd mijn huis bij me.” De familie Bristow pionierde met Harvey en Anne Conrow, die een caravan hadden met teerpapier op de wanden. Elke keer dat ze hun huis verplaatsten lieten er stukken papier los. Avery vertelde: „Zo’n caravan hadden mensen nog nooit gezien en zouden ze ook nooit meer zien!” Maar hij noemde de familie Conrow met hun twee zonen ook „het gelukkigste gezin ooit”. Harvey Conrow schreef: „We kwamen nooit iets tekort en we voelden ons veilig in Jehovah’s dienst en onder zijn liefdevolle zorg.” Het hele gezin ging later naar Gilead en kreeg een toewijzing als zendelingen in Peru. Ook de familie Battaino pionierde samen. Toen Giusto en Vincenza te weten kwamen dat er een kind op komst was, bouwden ze een A-Ford uit 1929 om tot een huis dat in vergelijking met de tenten waarin ze daarvoor gewoond hadden „op
31
een goed hotel leek”. Samen met hun dochtertje bleven ze in de toewijzing waar ze zo van hielden: prediken tot Italianen in de VS. Veel mensen luisterden naar het goede nieuws, maar armen en werklozen konden vaak geen geld geven voor de Bijbelse lectuur. In plaats daarvan gebruikten ze allerlei spullen als ruilmiddel. Twee pioniers maakten een lijst van 64 verschillende ¨ voorwerpen die ze van geınteresseerden hadden gekregen. Die lijst leek wel „een inventaris van een plattelandswinkel”. Fred Anderson ontmoette een boer die graag een serie boeken wilde hebben in ruil voor een bril die van zijn moeder was geweest. Bij de volgende boerderij had een man interesse in onze lectuur maar hij zei: „Ik heb geen bril om te lezen.” Met de bril van zijn buurman kon de man de boeken wel lezen, en hij gaf graag een bijdrage voor de boeken en de bril. Herbert Abbott had een draagbaar kippenhok in zijn auto. Nadat hij drie of vier kippen had gekregen, nam hij ze mee naar de markt en
verkocht ze zodat hij van dat geld kon tanken. „Of we weleens blut waren? Jazeker,” schreef hij, „maar dat hield ons niet tegen. Zolang we benzine in de tank hadden, gingen we door. We stelden ons vertrouwen in Jehovah.” Vertrouwen in Jehovah en doorzettingsvermogen hielpen zijn volk door die moeilijke jaren heen. Tijdens een zware storm konden Maxwell en Emmy Lewis net op tijd uit hun caravan wegkomen voordat een boom hun caravan doorkliefde. „Die dingen waren geen obstakels,” schreef Maxwell, „maar gewoon incidenten, en de gedachte aan opgeven kwam niet eens bij ons op. Er moest veel werk gedaan worden, en dat waren we ook van plan te doen.” Vol goede moed en met de hulp van liefdevolle vrienden herbouwden Maxwell en Emmy hun huis op wielen. In deze moeilijke tijd hebben miljoenen ijverige Getuigen van Jehovah net zo’n zelfopofferende instelling. Net als de pioniers van toen zijn we vastbesloten door te gaan met de prediking totdat Jehovah zegt dat het werk klaar is.
s
n o
Dit tijdschrift en andere publicaties zijn gratis te downloaden van www.jw.org /nl
p
Je kunt de Nieuwe-Wereldvertaling ook online lezen
Ga naar www.jw.org/nl of scan de code
w13 11/15-O 130716
Een woonauto die in India tijdens de regentijd een rivier wordt overgezet