Notulen Bijeenkomst zorgprofessionals over toegang
Datum: Tijd: Locatie: Voorzitter: Notulist: Verzendlijst:
19 augustus 2013 14.30 – 16.30 uur Poelewei Breda Caroline Krijnen Dorien van Zoggel Publicatie website gemeente Breda
Aanwezig: Amarant Wouter Hekkenberg ASVZ Corine van der Voort Buurtzorg Anja van Kuijk GGZ Breburg Anjo Damen Gemeente Breda Caroline Krijnen Mariska van Dijk Lydia de Rijke Claudia Vermunt Monique van Steen Debby den Heijer Peter Verhagen Ed Farla
Klankbordgroep Wmo Els Koert Ben Martens MEE West-Brabant Petra Braat NSWAC Jose van Egmond Stichting Prisma Eric Severijns Raffy Wilma Broeders Ruitersbos Mariëlle Lankhuizen SMO Breda Jacques Baten
Sovak Linda Geljon Stichting Careyn Yamina el Achouch Stichting Safegroup Kim Deelen Surplus welzijn Katja de Gast Surplus zorg Nancy Hormann Thebe Astrid Pape WIJ Ad Taks
IMW Saskia de Steur
Afwezig: Genie Hendriks, projectleider gemeente Breda (vakantie)
Notulen bijeenkomst zorgprofessionals 19-8-2013
Pagina 1 van 8
1.
Opening
Projectleider Caroline Krijnen, heet allen welkom en dankt de professionals voor het vrijmaken van tijd voor het deelnemen aan deze bijeenkomst. De bijeenkomst van vandaag staat in het teken van de toegang en de rol van de generalist. In een korte presentatie wordt uitgelegd wat de invulling van deze bijeenkomst is.
2.
Invulling
Waarom zijn we hier? Bij de decentralisatie van de AWBZ naar de Wmo worden onderdelen van de AWBZ gedecentraliseerd naar bij de gemeente. Het kabinet is van plan de nieuwe Wmo per 1 januari 2015 in te laten gaan. Bij de beleidsvorming en inrichting van de nieuwe taak is de input van ervaringsdeskundigen erg belangrijk. Die ervaring wil de gemeente graag ophalen en delen met elkaar. De gemeente wil graag meer van dit soort bijeenkomsten organiseren, waarin we verschillende thema’s op inhoud gaan bespreken. Wat gaan we vandaag doen? Het thema van vandaag is de toegang tot de maatwerkvoorziening en wat de rol van de generalist daarbij is, hoe wordt de generalist gepositioneerd. Die grens moeten we opzoeken en ook de duurbetaalde zorg waar nu vaak mee gestart wordt, kritisch onder de loep nemen. De deelnemers worden opgedeeld in vijf ervaringstafels, iedere tafel krijgt een kleur en aan iedere tafel zit zowel een zorgprofessional, welzijnsprofessional, als gemeenteprofessional. De vijf tafels krijgen anderhalf uur de tijd om drie statements (quotes) op te leveren. Vertel elkaar daarbij hoe het gaat in je werk, wat gaat er goed, wat kan beter, wat kan goedkoper en alles wat je de gemeente verder nog wilt meegeven in dit traject. De gemeente gaat vervolgens aan de slag met de opgeleverde statements om het thema toegang verder uit te werken. Het streven is om eind oktober een voorstel hieromtrent ter besluitvorming bij het College te hebben liggen.
3.
Terugkoppeling ervaringstafels: quotes
Rode tafel 1. Toegang a. Er is gesproken over of de generalist die de eerste uitvraag doet wel of geen andere taken naast dit werk kan doen. Meningen waren verdeeld. Bij Centraal Onthaal is de
Notulen bijeenkomst zorgprofessionals 19-8-2013
Pagina 2 van 8
2.
3.
ervaring dat de generalist in ieder geval de eerste periode los moet zijn van de organisatiebelangen en organisatie-invloeden. Expertise komt van derden. b. Er moet meer aandacht zijn voor preventie en in een vroeger stadium de situatie in beeld krijgen. Dit scheelt dure zorg. Wijkgericht werken draagt hier zeker aan bij. c. Alle professionele zorginzet moet daarom eerst langs een generalist. Ook ogenschijnlijk kortdurende zorg moet kort bekeken worden, zonder er een bureaucratisch geheel voor op te tuigen. d. Vaardigheden zijn een onderdeel van de deskundigheid die de professional moet bezitten: breed kijken, cliënt voorop, doorvragen wat kan cliënt zelf e. Een goed digitaal systeem is noodzakelijk Kantelen van ‘hier heb je mijn probleem’ naar: a. Wat is er aan de hand. In de praktijk wordt door diverse tafelgenoten ondervonden dat je op deze manier een crisissituatie met de klant kunt reduceren naar probleem dat de lading crisis niet meer heeft. b. Wat loopt er al en wat gaat goed. c. Beter kijken naar wat de klant wil in plaats van denken wat voor de klant goed is. Elkaar hier scherp op houden. Is al doorgedrongen bij alle betrokken organisaties: a. Dat de concurrentiestrijd écht loslaten moet worden profileren is iets anders dan concurreren. b. Andere mindere gekantelde organisaties hebben kritiek op de werkwijze. Er moet één lijn uitgedragen worden naar de klant c. Met minder geld werken d. Aanpassen hulpaanbod aan klant
Gele tafel Wat moeten we behouden: Aan huis komen, het persoonlijk contact met je cliënt. Je krijgt zoveel mee als je in iemands huis bent. Je hebt tijd nodig om de vraag achter de vraag te achterhalen. Het contact moet ook duurzaam zijn; pleidooi voor 1 regisseur. Bij overdracht gaat altijd bruikbare info verloren. Bij klantcontact moet de generalist verstand van zaken hebben: als het gaat om allochtone mensen, moet je kennis van zaken hebben hoe met deze mensen om te gaan. Ditzelfde geldt voor mensen met een verstandelijke beperking. Kennis van de doelgroep is van belang, maar zeker ook kennis van het netwerk / de buurt. Je moet weten waar initiatieven zitten, waar sleutelfiguren e.d. Voorbeeld wordt genoemd van een klantmanager Atea die WIJ niet kent, en dus cliënten die op zoek zijn naar een werkstage niet kan toeleiden naar deze club. Handelingsvrijheid is van belang. Dit heeft een WMO klantmanager nu veel meer dan een medewerker van Prisma bijvoorbeeld. De indicatiestelling werkt als een keurslijf. Handelingsvrijheid stelt je in staat om snelheid te brengen in het proces en maatwerk te bieden. Notulen bijeenkomst zorgprofessionals 19-8-2013
Pagina 3 van 8
Als er iets aan de hand is, wil je gewoon acteren. Dan wil je niet eerst een indicatie aanvragen bij het CIZ. Dan moet het mogelijk zijn dat er achteraf wordt getoetst of je het juiste hebt gedaan. Wat gaat niet goed: Bureaucratie van het CIZ!!!!!! De indicaties vormen een strak keurslijf. Je mag bv 1.9 uur in de week ‘ondersteuning bieden’, maar als problemen om extra aandacht vragen, krijg je de extra uren die nodig zijn niet vergoed. En dus doe je niks. Met als gevolg dat je in de toekomst extra uren moet laten indiceren om de situatie structureel verslechterd is. Iemand die een verstandelijke beperking heeft, geen familie en vrienden heeft en naar het ziekenhuis moet. Het zorgnetwerk is niet verbonden met het welzijnsnetwerk. Alleen als het gaat om de ‘extraatjes’: een vrijwilliger vragen als begeleider bij een uitstapje bv. Het is zeer hinderlijk dat bij organisaties vaak niet alle informatie bekend is. Hierdoor herhaalt de geschiedenis zich steeds. Als je alle informatie hebt, kun je vaak al inschatten dat het in een gezin een keer mis gaat, ook al is er op dat moment geen ‘brand’. Je wil in staat zijn dat voor te zijn. Schotten hebben alles te maken met geld, maar schotten zitten ook in de hoofden van mensen!
Aanbevelingen / aandachtspunten
Gebruik van digitale infrastructuur: laagdrempelig contact met jongeren Trends signaleren en hier conclusies uittrekken; dan kan je gericht partners zoeken die je kunnen helpen Iemand met een verstandelijke beperking kan niet altijd ‘regisseur zijn van zijn eigen leven’ en heeft vaak nauwelijks een netwerk. De verbinding met welzijn is dan van groot belang. Een indicatie is toegang tot geld; dat kunnen de sociale teams prima regelen. Daar hoeft geen nieuwe ‘indicatiesteller’ aan pas te komen. Ontschotting, integraliteit is van het allergrootste belang. Een generalist moet het gehele palet kunnen overzien, en erop kunnen acteren. Keuzevrijheid van de klant als het gaat om de aanbieder: natuurlijk, maar maak het veel eenvoudiger. Een valkuil van professionals is dat ‘ aannames’ er toch insluipen. ‘Dat kan mijn cliënt niet’. ‘ouderen kunnen niet met een ipad werken’. Mensen die geen hulp willen? Prima, behalve als er kinderen in het spel zijn. Nogmaals: de klant en zijn omgeving kennen, en dus ook de buurt, is heel belangrijk. Het plan is de toegang tot voorzieningen Vrijwillig waar het kan, professioneel waar het moet: kan nog veel meer! De cliënt is zelf vaak niet in staat om een ‘dossier’ bij te houden (vanwege een verstandelijke beperking of het feit dat ‘ie de taal niet spreekt / niet kan schrijven).
Notulen bijeenkomst zorgprofessionals 19-8-2013
Pagina 4 van 8
3 quote’s: 1. Het plan is de toegang ipv de indicatie. Een plan met resultaat, realisatietermijn en door wie. 2. De cliënt is eigenaar van het plan. 3. De wijk is rijk: wat is er te halen. De wijk is ook je netwerk. Paarse tafel Bespreekpunten paarse tafel: Generalistrol moet onafhankelijk zijn Regel de regie bij één persoon Zet het cliëntbelang voorop (zorg voor goede randvoorwaarden). Het organisatiebelang mag het proces niet in de weg staan. Er moet sprake zijn van verantwoording over het resultaat Ga naar wijkteams en zorg ervoor dat er specialisme zit in het generalistisch team vanuit elke grondslag. Organiseer het zo zodat mensen en professionals elkaar weten te vinden Ga slimmer samenwerken. Zorg voor kleinschalige wijkteams Netwerkconstructie is belangrijk Hou de snelheid erin Zorg voor één toegang. Het is belangrijk dat er over de organisatiegrenzen heen gekeken wordt Behoud het contact waar mensen tevreden mee zijn Zorg voor geen versnippering (dring versnippering terug) ; dus geen 45 organisaties Gemeente moet toezicht houden op het generalistisch team. 3 quote’s: 1. Stel het cliëntbelang voorop, de organisatiebelangen mogen het proces niet de weg staan. Gemeente moet hierbij kaders stellen en deze toetsen. De generalist moet onafhankelijk zijn en geen belangen hebben in betaalde zorg, objectief kijken naar wijk/buurt. 2. Zelforganisatie is belangrijk in het generalistenteam. Heb vertrouwen in de professional. 3. Generalistische teams kleinschalig in de wijk en dicht bij de burger (vanuit elke grondslag een specialist). Zwarte tafel Onder de quote staat wat er besproken is aan tafel en waar de quote op gebaseerd is. 1. Kleinschaligheid geeft gezicht aan de werker. -Het kennen van belangrijke mensen in de wijk. Dit kunnen betaalde professionals zijn, maar vooral mensen die goed op de hoogte zijn van het reilen en zeilen in de wijk. Je hebt altijd bewoners die veel weten van medebewoners van de flat bijvoorbeeld. Spreek deze mensen vaak en zorg dat jij ook goed gevonden kan worden. -Zorgen voor één aanspreekpunt voor de klant. Niet doorverwijzen, maar regie houden en lijntjes uitzetten -Leer van kleinere dorpsgemeenschappen. In kleinere dorpsgemeenschappen is het samenwerken als gemeenschap veel meer vanzelfsprekend. Er is meer cohesie. Betaalde zorg wordt gezien als vangnet, als voorgenoemde niet mogelijk is. Notulen bijeenkomst zorgprofessionals 19-8-2013
Pagina 5 van 8
- GWI gebieden worden niet altijd gerespecteerd. Breda wordt door wijkgerichte teams bijvoorbeeld ingedeeld in vier gebieden, dit is veel te groot. Het is een idee om de GWI gebieden uit te breiden (meer gebieden) en dit aan te houden voor het wijkgericht werken. 2. Generalist maakt onderdeel uit van sociaal wijkgericht team (kijkt breder dan de eigen organisatie. Uit elke organisatie moet een generalist ontstaan.) - Signaleren = netwerk inschakelen, maar regie houden. Door het samenwerken van specialisten, haal je dubbelingen er uit. Je weet dan zeker dat je niet hetzelfde werk doet. -Transparantie. Durf je als professional kwetsbaar op te stellen. Schakel je netwerk in als je twijfelt of vragen krijgt waar je niet direct het antwoord op weet. -Nulde lijn (vrijwilligers, sociaal netwerk) meer betrekken. Er mist een stuk contact tussen de nuldelijns zorg en de betaalde professional. Er moet veel meer geschakeld worden met ouderenadviseurs, de kerk, ouderenraden, ouderenbonden etc. Zo kan de hulpvrager zijn zelfredzaamheid vergroten met behulp van vrijwilligers i.p.v. gelijk betaalde zorg inzetten. De werkers in de wijk zijn nu nog vooral gewend om oplossingen te zoeken in betaalde zorg, omdat dit bekend werkterrein is. - Zou een MASS overleg vervangen kunnen worden door wijkteams? Of zou dit (goed werkende) principe overgenomen of uitgebreid kunnen worden? 3. De generalist moet alle benodigde ondersteuning in kunnen zetten. -Zonder indicatie toegankelijk zijn, zoals bijvoorbeeld de wijkverpleegkundige in de rol van ‘zichtbare schakel’ . Het kan beperkend werken als je eerst een indicatie nodig hebt, voordat je hulp of ondersteuning in kan zetten. -Het doel van ondersteuning is vooral uitgaan van zelfredzaamheid en het vergroten hiervan en niet het inzetten van betaalde zorg. Van aanbodgericht naar vraaggericht. - Minder bureaucratie. Als voorbeeld wordt genoemd de stapels formulieren die ingevuld moeten worden om een indicatie te kunnen krijgen, terwijl door de professional al vastgesteld is dat ondersteuning of hulp noodzakelijk is. (Dit gaat dan bijvoorbeeld over formulieren voor het zorgkantoor) Maak indicaties klein. Daarmee wordt bedoeld dat je niet aan elkaars kunde twijfelt, maar vertrouwt op het oordeel van degene (professional) die ondersteuning nodig vindt. Een indicatie moet daarvoor ondersteunend zijn, en niet leidend. Deze indicatie kan dus gesteld worden door de professional, eventueel met controle achteraf op de behaalde of niet behaalde resultaten. Dit met het principe high trust, high penalty. 4. (Laat je organisatiepet thuis en trek je wijkjas aan) - Een echt onafhankelijk gevoel hebben als professional. Je hebt toch altijd een organisatiepet op, waardoor je niet onafhankelijk opereert. Terwijl het voor de klant om de persoon gaat (wie komt er) en niet om de organisatie. - Ga in op netwerkverzoeken! Zoek de samenwerking op in plaats van dit tegen te werken. Het belang van de klant is vele malen groter dan het belang van een organisatie
Notulen bijeenkomst zorgprofessionals 19-8-2013
Pagina 6 van 8
Groene tafel Samenvatting bespreekpunten groene tafel: grote organisaties hebben veel kennis in huis (is een voordeel voor scenario 3 (combinatie)) denk ook aan trainingen aan de cliënt met het oog op preventie generalisten moeten specialisten kunnen raadplegen bij complexe problematieken generalisten moeten gebruik maken van de kennis in de omgeving (bv wijkagent) ‘plan’ van de generalist moet doelgericht zijn hulp moet waar mogelijk zoveel mogelijk worden gecombineerd. Op die manier krijg je een beter beeld en informatie van de situatie. momenteel is er vaak te veel en te lang professionele zorg een (landelijk) cliëntvolgsysteem is een vereiste de generalist moet met terugwerkende kracht kunnen worden ingeschakeld (bv bij acute opname) generalist moet vinger aan de pols blijven houden van het plan (is bv vervolg hulpverlening nog noodzakelijk) generalist moet relaties hebben met een breed netwerk in de wijk de keuzevrijheid van de klant zou beperkt kunnen worden professionals moeten meer zichtbaar zijn in de wijk (bv Haagse Beemden) taken van de generalist moeten transparant zijn maak zoveel mogelijk gebruik van de bestaande clusters (bv veiligheidshuis) de registratie (papierwinkel) moet minder (bv alla AWBZ) psychologisch onderzoek moet efficiënter worden ingezet en niet vanzelfsprekend eis mbt 80% cliëntgebonden werkzaamheden moet anders worden ingericht afrekenen op doelen en niet op productiviteit doelen moeten gemonitord worden een gezin een plan verbinding maken met jeugdzorg generalist moet in mogelijkheden denken en niet in onmogelijkheden De volgende drie quote’s zijn gepresenteerd: 1. 2. 3.
De generalist moet een breed netwerk hebben, kennis van de wijk en de sociale kaart. Cliëntvolgsysteem is een vereiste, dit moet geborgd zijn. De generalist moet in mogelijkheden denken en niet in onmogelijkheden.
4. Sluiting
Caroline Krijnen vraagt de deelnemers hoe zij deze middag hebben ervaren:
Nuttig, het blijkt dat men vaak op 1 lijn zit. De vorm spreekt aan, maar in de toekomst wel graag concreter in uitgewerkte kaders. Het is een dynamisch proces en fijn om in een vroeg stadium van gedachten te wisselen.
Notulen bijeenkomst zorgprofessionals 19-8-2013
Pagina 7 van 8
Het is belangrijk om buiten de eigen organisatie om naar het proces te kijken en de gevolgen hiervan voor de eigen organisatie. De input van het grote vrijwilligerspotentieel is ook belangrijk, hoe denken die erover?
De gemeente zal de reacties als leerpunten meenemen naar volgende bijeenkomsten. Hierna wordt de bijeenkomst om 16.30 uur gesloten en nodigt de gemeente de aanwezigen uit om tijdens een drankje nog even met elkaar na te praten.
Notulen bijeenkomst zorgprofessionals 19-8-2013
Pagina 8 van 8