Nieuwsbrief Faunabeheereenheid Noord Holland – 28 februari 2015
Beste WBE-secretarissen/faunacommissarissen, grondgebruikers en jacht(akte)houders, Door middel van deze nieuwsbrief informeert de FBE u over de meest recente ontwikkelingen rondom ontheffingen en uitvoering. De volgende onderwerpen komen deze keer aan bod:
Ganzenbeheer in foerageergebieden niet toegestaan. Voortgang FBP Ganzenbeheer Noord-Holland 2015-2020 Nestbehandeling: oproep aanmelding t.b.v. rapportage in FRS systeem Agenda FBE bijeenkomsten Taxaties in rust- en foerageergebieden (Faunafonds nieuws)
Ganzenbeheer in foerageergebieden is NIET toegestaan De provincie Noord-Holland heeft besloten e.e.a. conform het provinciale ganzenbeleid beheer van ganzen in foerageergebieden in de maand MAART NIET toe te staan. M.a.w. tot 1 april is er geen populatiereductie in foerageergebieden toegestaan. Dat was niet de bedoeling en dat is niet de bedoeling. Overigens ook niet van de FBE die de opvang van winterganzen in deze gebieden ook voor staat. De begrenzing van de foerageergebieden is nog steeds een geldige begrenzing in het natuurbeheerplan. Binnen deze begrenzing is het uitgesloten ontheffing van de verboden van de flora en faunawet te geven. Om misverstanden te voorkomen: In de oude (verlengde en gewijzigde) ontheffing 80B (zie ook vorige nieuwsbrief) die als Algemene Machtiging (AM) beschikbaar is was dit geen onderdeel vanwege het feit dat deze ontheffing voorheen pas na 1 april inging. Daaruit zou kunnen worden afgeleid dat het nu wel kan. Maar dat is dus niet het geval. In het wijzigingsbesluit van ontheffing 53 staat het volgende: “In het nieuwe Uitvoeringsbeleid ganzen Noord-Holland 2014 (hierna: Uitvoeringsbeleid) dat na consultatie van verschillende organisaties en partijen tot stand is gekomen, is tot een nieuwe duidelijke scheidslijn in kalendertijd tussen jaarrond verblijvende ganzen en trekganzen besloten. Ganzen, die buiten de foerageergebieden/rustgebieden in de provincie verblijven tussen 1 maarten 1 november worden beschouwd als jaarrond verblijvende ganzen. Er is daarmee besloten populatiebeheer in de nieuwe
zomerperiode toe te laten. Maar uit deze inleiding blijkt duidelijk dat dit niet geldt binnen de foerageergebieden. Nogmaals: het spreekt voor zich dat dit ook niet de bedoeling kan zijn geweest. Daarom is voor alle duidelijkheid vrijdagmiddag 27 februari een besluit verschenen dat hierover geen enkel misverstand laat bestaan. De tekst van deze brief en dit GS besluit is hieronder integraal opgenomen.
TEKST d.d. 27 februari 2015 van GS ontvangen brief: Onder besluitnummer 53 (2010) hebben wij u ontheffing verleend ex artikel 68 van de Flora- en faunawet (hierna: Ffwet), voor het doden van jaarrond verblijvende (overzomerende) grauwe ganzen (bijlage 1). Deze ontheffing was oorspronkelijk geldig tot 17 maart 2014. Middels besluit 43 (2013) en 34 (2014) (bijlagen 2 en 3) is de ontheffing ongewijzigd verlengd naar 1 april 2015. Bij besluit 37 (2014) hebben wij op 1 oktober 2014 de ontheffing gewijzigd. Dit wijzigingsbesluit betrof een wijziging van de uitvoeringsperiode van 1 april tot 1 oktober naar 1 maart tot 1 november. Foerageergebieden Op 26 februari 2015 blijkt uit e-mailcontact dat er onduidelijkheid is of het wijzigingsbesluit betekent dat er vanaf 1 maart ganzenpopulatiebeheer mag plaatsvinden in ganzenfoerageergebieden. Wijzigingsbesluit In wijzigingsbesluit 37 (2014) staat het volgende: “In het nieuwe Uitvoeringsbeleid ganzen Noord-Holland 2014 (hierna: Uitvoeringsbeleid) dat na consultatie van verschillende organisaties en partijen tot stand is gekomen, is tot een nieuwe duidelijke scheidslijn in kalendertijd tussen jaarrond verblijvende ganzen en trekganzen besloten. Ganzen, die buiten de foerageergebieden/rustgebieden in de provincie verblijven tussen 1 maart en 1 november worden beschouwd als jaarrond verblijvende ganzen.” Er wordt besloten op basis hiervan populatiebeheer in de nieuwe zomerperiode toe te laten, maar uit deze inleiding blijkt duidelijk dat dit niet geldt binnen de foerageergebieden. Om alle onduidelijkheid weg te nemen, voegen wij een besluit toe aan de besluitenlijst dat het wijzigingsbesluit niet geldt in ganzenfoerageergebieden. Bij wijzigingsbesluit 37 (2014) is besluit 53 (2010) gewijzigd: Geldigheidsperiode Punt 1, sub i onder “besluiten” luidt als volgt: Van 1 april tot 1 oktober grauwe ganzen (in al zijn verschijningsvormen) te doden ter voorkoming en bestrijding van schade aan (landbouw-)gewassen, tot een schadeniveau € 25.000, - is bereikt met een ondergrens van 11.000 dieren waar onder 1.300 broedparen." De geldigheidsperiode is aangepast. Hiermee is voldaan aan de intentie van het nieuwe Uitvoeringsbeleid om het beperken van de schade door jaarrond verblijvende ganzen op zo kort mogelijke termijn in te vullen. Punt 1, sub i onder “besluiten” is daarom komen te luiden: “Van 1 maart tot 1 november grauwe ganzen (in al zijn verschijningsvormen) te doden ter voorkoming en bestrijding van schade aan (landbouw-)gewassen, tot een schadeniveau van € 25.000,- is bereikt met een ondergrens van 11.000 dieren waar onder 1.300 broedparen.”
Besluit Aan de besluitenlijst wordt toegevoegd: “De aangewezen foerageergebieden worden uitgesloten van deze ontheffing in de perioden 1 maart tot 1 april en van 1 oktober tot 1 november”. Dit betekent dat in de periode van 1 oktober tot 1 april géén populatiebeheer mag worden uitgevoerd in de foerageergebieden. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, namens dezen, sectormanager vergunningen mw. drs. I.A.M.J. Sweep
Voortgang FBP Ganzen De verwachting is dat over het Ganzenbeheerplan binnenkort in GS zal worden besloten. Na goedkeuring van GS zal de FBE ontheffingsaanvragen indienen waardoor na 1 april het beoogde ganzenbeheer kan worden voortgezet. Zodra hierover meer nieuws bekend is brengt de FBE opnieuw een nieuwsbrief uit en hopen wij eind maart de nieuwe machtigingen ter beschikking te kunnen stellen.
Nestbehandeling: oproep aanmelding t.b.v. rapportage in FRS systeem In deze nieuwsbrief treft u ( hieronder) nog een schrijven aan van de provincie Noord-Holland met uitleg over de regelgeving m.b.t. nestbehandeling. Hierin staat hoe een en ander in de zgn. Vrijstellingsverordening is geregeld. De reden om hier de aandacht op te vestigen is dat het van groot belang wordt geacht dat u, maatregelen genomen in het kader van ons ganzenbeheer, ook daadwerkelijk rapporteert. Dat is een verplichting en noodzakelijk voor de verantwoording van de uitvoering. Verschillende uitvoerders en gebruikers van het FRS systeem hebben reeds gevraagd of ook op digitale wijze aan de FBE kan worden gerapporteerd. Ja, dat kan. Als u al toegang heeft is dit in principe al mogelijk. Echter omdat bekend is dat veel personen die uitvoering geven aan nestbehandeling niet bekend zijn met en niet bekend zijn in het zgn. Faunaregistratiesysteem (FRS) willen wij deze uitvoerders in contact komen en hierover apart benaderen. Daarom: als u actief bent of gaat zijn als nestbehandelaar en nog niet bent aangemeld in het FRS systeem dient u zich via
[email protected] aan te melden door opgaaf van uw Naam, adres, woonplaats en uw geboortedatum. Op korte termijn informeren wij u dan nader over deze werkwijze.
TEKST van door GS verspreide brief: Nestbehandeling op basis van de Verordening vrijstellingen Noord-Holland 2014. Door middel van dit schrijven vraagt de Provincie Noord-Holland uw aandacht voor het volgende. Op grond van artikel 3 van de Verordening vrijstellingen Flora- en faunawet Noord-Holland 2014 is het voor grondgebruikers mogelijk handelingen uit te voeren ter voorkoming van belangrijke schade als bedoeld in artikel 65 tweede lid van de Flora- en faunawet.
Artikel 3 van de verordening luidt: "In afwijking van het bepaalde in de artikelen 11 en 1 2 van de wet is het de grondgebruiker toegestaan om voor de in de bijlage 2 genoemde situaties, nesten van de daarin genoemde schadesoorten te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen ofte verstoren dan wel eieren van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te zoeken, te rapen, uit het nest te nemen, te beschadigen of te vernielen, op de door hem gebruikte gronden ter voorkoming van dreigende schade als bedoeld in artikel 65 tweede lid van de Flora- en faunawet". Bijlage 2 luidt: "Bijlage 2, behorende bij artikel 3 Verordening vrijstellingen Flora- en faunawet NoordHolland 2014 luidt: Vrijstelling van verboden van artikelen 11 en 1 2 van de wet: Nestbehandeling van nesten van de brandgans, grauwe gans, knobbelzwaan, kolgans en rietgans ter voorkoming van belangrijke schade aan bedrijfsmatige teelt van landbouwgewassen". Aan de vrijstellingen zijn voorschriften en beperkingen verbonden vastgelegd in artikel 5 van de verordening en is onder meer voorgeschreven dat het gebruik ervan vooraf |j)er locatie en uitvoering dient te worden gemeld en achteraf te worden gerapporteerd. Daarnaast is als beperking onder meer bepaald de geldigheidsduur van de melding. De bij nestbehandeling meest relevante bepalingen van artikel 5 luiden Bij de toepassing van artikel 3 mag niet eerder gebruik worden gemaakt dan nadat de gebruiker hiervan onder opgaaf van naam, telefoonnummer en aard van de voorgenomen handelingen: a) hiervan per mail of telefonisch melding heeft gemaakt door per week (maandag t/m zaterdag) de beoogde locaties, datum(s) en tijdstippen via
[email protected] of telefonisch 0800-9986734 door te geven (zie: www.noord-holland.nl/faunabeheer) en; b) indien locaties, datum(s) en/of tijdstippen van gemelde uitvoering wijzigen, dit telefonisch te melden via 0800- 9986734. De genoemde melding heeft een maximale geldigheid van 1 week. Gebruik van de vrijstellingen op basis van artikel 3 dient een maand na aflopen van de periode van gebruikmaking gerapporteerd te worden aan de provincie Noord-Holland met vermelding van het aantal behandelde nesten en eieren en de data waarop acties zijn uitgevoerd, een afschrift van deze rapportage dient aan de Faunabeheereenheid NoordHolland verzonden te worden; Rapportage als bedoeld in het twaalfde lid geschiedt zoveel mogelijk per wildbeheereenheid of terrein beherende organisatie; Rapportage kunt u sturen naar Provincie Noord-Holland, Directie SVT, de heer R.E. Pen Inspecteur Handhaving Omgeving (Flora- en faunawet), Postbus 30,07, 2001 DA HAARLEM. Een kopie van dit formulier dient te worden gezonden aan de Stichting Faunabeheereenheid Noord-Holland, Spaarne 17, 2011 CD HAARLEM. Schriftelijke toestemming grondgebruiker; artikel 65 lid 6 bepaalt dat voor nestbehandeling toestemming is vereist van de grondgebruiker indien het recht wordt 'uitgeoefend door anderen.
De Flora- en faunawet kent meerdere verbodsbepalingen waaronder artikel 79 lid 2, waarin is bepaald dat het verboden is te handelen in strijd met de bij een vrijstelling, ontheffing of vergunning gestelde voorschriften en beperkingen. Het verbod is tevens strafbaar gesteld bij de Wet op de economische delicten als misdrijf, voor zover ze opzettelijk zijn begaan of als overtreding indien hetgeen misdrijven zijn. Wij wijzen u op het feit dat op de naleving van bepalingen voornoemd door onze handhavers zal worden gecontroleerd. Daarnaast hechten wij, in het belang van optimaal faunabeheer en de continuering daarvan, waarde aan inzage van de gegevens waaronder de rapportages. Wij hopen u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben. Mochten er nog vragen zijn dan kunt u zich wenden tot de medewerkers van het servicepunt via:
[email protected] of 0800-9986734.
NIEUWS VANUIT HET FAUNAFONDS:
Taxaties in rust- en foerageergebieden ganzen De oude subsidieregeling (PSAN ganzenopvang) werd uitgevoerd door Rijksdienst voor ondernemend Nederland (RVO) , voorheen bekend als Dienst Regelingen. De taxaties binnen die regeling werden in opdracht van RVO automatisch door het Faunafonds uitgevoerd. Agrariërs buiten de foerageergebieden konden de schade door het Faunafonds laten taxeren na het indienen van een verzoekschrift. De PSAN ganzenopvangregeling loopt gefaseerd af gedurende de seizoenen 2012/2013 tot en met 2014/2015. Na afloop van PSAN ganzenopvangregeling worden geen automatische taxaties in rust- en foerageergebieden voor ganzen meer uitgevoerd. Agrariërs binnen de aangewezen rust- of foerageergebieden dienen zelf een verzoekschrift bij het Faunafonds in te dienen om de schade te laten taxeren. Het indienen van een verzoekschrift doet u via de website www.faunaschade.nl. Het behandelbedrag dat u bij het indienen van een verzoekschrift dient te betalen krijgt u door het Faunafonds terugbetaald. Voor meer informatie over het indienen van een verzoekschrift kunt u contact opnemen met de Unit Faunafonds van BIJ12 (www.bij12.nl). Uitzondering hierop is Provincie Fryslân. Zij hebben het Faunafonds opdracht gegeven om wel automatische taxaties uit te laten voeren in de aangewezen rustgebieden.
Mocht u trouwens in de BIJ12-nieuwsbrief geïnteresseerd zijn dan kunt u zich hiervoor aanmelden via http://www.bij12.nl/contact/.
Agenda FBE bijeenkomsten De FBE organiseert de komende tijd een aantal bijeenkomsten. Ter informatie staan deze onderstaand vermeld. De beoogde deelnemers worden hiervoor nog apart benaderd en uitgenodigd. Mocht u hierover vragen hebben kunt u contact opnemen met de FBE.
Maandagavond 9 maart: Bijeenkomst Wildaanrijdingenteams (valwild) Gooi en Vechtstreek en Wieringermeer Maandagavond 16 maart: Bijeenkomst i.s.m. KJV over Voorjaarstelling en FRS Dinsdagmiddag 17 maart: Telcoördinatoren bijeenkomst telling Ree Gooi en Vechtstreek/Wieringermeer Dinsdagavond 17 maart: Bijeenkomst Wildaanrijdingenteam (valwild) i.s.m. FBE ZH Duingebied Zuid Kennemerland. Vrijdagmiddag 20 maart: Begeleidingscommissie Faunabeheerplan Damherten Vrijdagmiddag 27 maart: Telcoördinatoren bijeenkomst telling Damhert en Ree Zuid Kennemerland (duinstreek NH en ZH).
Voor vragen n.a.v. deze nieuwsbrief kunt u terecht bij: Faunabeheereenheid Noord-Holland Spaarne 17 2011 CD HAARLEM Telefoon
023 2100 223
E-mail
[email protected]