Nieuwsbrief 83 maart 1980
Bestuur:
B. van Tongeren, Voorzitter Sportparklaan 3 7, 2103 VT HEEMSTEDE tel. 023-280787 W. Verspoor, Secretaris Wagnerkade 65, 2102 CT HEEMSTEDE tel. 023-283068 B. Eichholtz, penningmeester Beethovenlaan 45, 2102 ET HEEMSTEDE tel. 023-286247 H. Hamming, Ledenadministratie Provinciënlaan 184, 2101 SX HEEMSTEDE tel. 023-285034 P. Kapsenberg Molenwerfslaan 48, 2103 TD HEEMSTEDE tel. 023-288906 G. Schuitemaker, IJssellaan 7, 2105 VA HEEMSTEDE tel. 023-288916 mevr. I. van Thiel, Lage Duin 83, 2121 CE BENNEBROEK tel.02502-8056 mevr. A, van Trigt, Zwarteweg 14, 2121 BC BENNEBROEK tel. 02502-6182
Contributie 1979 nog minimaal ƒ 12,50 (incl. f 2,50 Restauratiefonds) Contributie 1980 minimaal ƒ 15,— (incl. ƒ 2,50 Restauratiefonds) GIRO 27.35.06 t.n,v. de Penningmeester v.d. Ver. Oud-Heemstede-Bennebroek te Heemstede.
1980
GOED BEGONNEN VOOR DE V.O.H.B.
Voordat ik uw aandacht vraag voor het hoofdonderwerp van deze eerste nieuwsbrief in 1980 - het jaar van de herbergen - kan ik het als voorzitter niet laten om eerst een zestal verheugende me-
dedelingen te doen. De eerste druk van onze jaarpremie 1979 was in anderhalve dag totaal uitgegeven en verkocht, de direct opgedragen tweede druk was na een week op. We hopen dat alle leden nu in het bezit zijn van de verjaardagskalender met oude foto's van omstreeks 1910.
De lezing van Ir. Colenbrander over Heemstede in diezelfde periode was ook een groot succes. De ruim vijftig toehoorders konden niet allen in onze Meerlhorstruimte ondanks het aanslepen van alle stoelen en pianokrukken uit het gebouw. Verschillende leden moesten in de gang op tafels zittend de lezing aanhoren. Reden om het referaat van Jan Bomans over Berkenrode en haar bewoners te laten plaatsvinden in de Burgerzaal van het Raadhuis. En ook deze was tjokvol.
Het voltallige college van Burgemeester en Wethouders van Heemstede ontving uw voorzitter en secretaris omdat wij een lijst met indringende vragen hadden, zaken waarbij samenwerking met het gemeentebestuur onontbeerlijk is. De nu, begin 1980 binnenkomende reacties op dit gesprek geven hoop op die goede samenwerking en een groeiend begrip voor ons streven. In februari zal de monumenten-nota eindelijk het raadhuis bereiken. Vanaf 1977 zijn de heren van Tongeren en Verspoor vele malen samengekomen met de Welstandscommissie ter vaststelling van een gemeentelijke monumentenlijst, naast de Rijkslijst. Niet alles was haalbaar maar ook dit is een stap in de richting van karakterbehoud, een onderwerp waar wij al sinds 1972 mee bezig zijn. Voor de panden en landen aan de Blekersvaart kregen we de niet onverwachte steun van Cobi Riemersma. "Toen, nu en toekomst" is een nieuwe serie artikelen in de Heemsteedse Courant die hopelijk velen de ogen opent voor verleden, heden en toekomst. Vastlegging van interessante voorvallen en ontwikkelingen. Een goede aanvulling op onze nieuwsbrieven. Wij verwachten ook veel van reakties in deze grotere lezerskring.
In januari heeft de Heemsteedse bibliotheek een collectie heemkundige literatuur verzameld. Zeshonderd publicaties - veelal fascimilies - zijn in 75 thematische mappen samengebracht. Het publiek kan nu op overzichtelijke manier historisch materiaal
raadplegen via de bibliothecaris, de onvermoeibare directeur, de heer Krol.
Deze nieuwsbrief, u zag het al, heeft een andere vorm. Ook een verheugende mededeling. Gemakkelijker herkenbaar op de omslag, één duidelijk onderwerp en de huishoudelijke mededelingen in een apart katern. Wij hopen dat deze vormgeving vol te houden is, maar ook en vooral, dat het bij u in de smaak valt.
Streekmuseum In 1975 werd de Stichting "Historisch Museum Zuid-Kennemerland" opgericht. En in januari 1976 organiseerde deze Stichting in het Frons Hals Museum de tentoonstelling "Begin uw eigen Museum". Doel is het stimuleren van de belangstelling voor de geschiedenis van Haarlem en omgeving, en te komen tot een verzamelbeleid ten
aanzien van deze regio. Het bijeenbrengen van voorwerpen die iets vertellen over het leven hier van de gewone mensen, het dagelijks gebeuren. Zolang de Stichting geen eigen behuizing - museum - heeft vindt nauwelijks collectie-vorming plaats, en gaat er waarschijnlijk veel verloren. Het bestuur bestaat inmiddels uit een groot gezelschap historisch geïnteresseerde personen.
Vertegenwoordigd zijn onder andere de stichtingen "Meerhistorie", "Santpoort" en "Ons Bloemendaal", het genootschap "Oud Zandvoort", de verenigingen "Haerlem" en "Oud Heemstede-Bennebroek", de archeologische werkgemeenschap en de culterele kring Bennebroek. Voorzitter is Jhr. F.W.A, Beelaerts van Blokland. Het idee om weer een tentoonstelling te organiseren ontstond een jaar geleden, het onderwerp zou zijn de ontwikkeling van pesthuis, herberg en taveerne naar het huidige hotel, restaurant en (bruine-) café. Een verspreid yegeven niet een rijke historie en veel raakvlakken voor veel inwoners. De deelnemende organisaties zegden hun medewerking toe en er is al veel voorbereidend werk gedaan, en al zeer veel vergaderd, De afsluiting van de eerste fase nadert dan ook rap: in april en mei aanstaande zijn in diverse plaatsen vóór-tentoonstellingen.
De echte overzichtstentoonstelling zal omstreeks de jaarwisseling 1980-1981 worden gehouden in de Vleeshal onder de naam "Van drinken en klinken in Kennemerland",
Uitnodiging Het bestuur van de vereniging "Oud-Heemstede-Bennebroek" nodigt alle leden en belangstellenden uit om op zaterdag 12 april om 2 uur op "Het Oude Slot" te komen. De vóórtentoonstelling zien wij als een soort "workshop". Zaterdag tonen wij wat de voorbereidende werkgroep al heeft verzameld. Wij hopen en verwachten dat u op dat moment nog met veel materiaal aan komt dragen: Foto's, tekeningen, verhalen, menu's, rekeningen, bierviltjes, reclameborden, attributen als serviesgoed, kogelflesjes, tonnetjes, kruiken, prijzenkasten, enz. Tussen zaterdag 12 en zaterdag 19 april vormen wij de tentoonstelling zodat op zondag 20 april een goed idee kan worden gegeven van wat Heemstede "herbergde".
9
Van Drinken en Klinken in Kennemerland'
VOORTENTOONSTELLING: DE HERBERGEN, TAVEERNES, CAFÉ'S, KROEGEN, _=——————=——=— KOFFIEHUIZEN, TAPPERIJEN ENZ. IN HEEMSTEDE EN BENNEBROEK. De eerste werktitel van de tentoonstelling was "VAN HERBERG TOT BRUIN CAFÉ" en dat geeft al aan wat de bedoeling is: de ontwikkeling van pleisterplaats voor de yaande en komende reiziger tot de genoeglijke café's en restaurants van nu. Wellicht wordt in de eindtentoonstelling van de Stichting in de Vleeshal de lijn nog doorgetrokken tot de Bodega's, de kantines en het "eten uit de muur" in de automatiekhallen. Mijn titel-suggestie : "KENNEMER KROEGEN VAN VROEGER" wil ik nog noemen omdat hij zo mooi allitereerde en het onderwerp aardig markeerde, ook in geografisch opzicht. Veel stijlvoller echter is de nu gekozen naam voor de expositie "VAN DRINKEN EN KLINKEN IN KENNEMERUVND". Valt met dit onderwerp wat te doen in onze gemeenten, vraagt u wellicht. Toen wij dat een jaar geleden deden was de eerste handeling natuurlijk onderzoek in de verschillende boeken.
Van Ollefen, van Damme, Binnenwierz, van Doornik, de gemeentegids van 1925 en Groesbeek. Allen tezamen leveren zij op zich al een prachtige reeks van namen op: "De Blauwe Engel" "Rome", later "De Verloren Koe"
* *
*
*
"Het Rechthuys" " 't Schouwtje" * "Verversingshuis Groenendaal"
en daarna weer
"Emaus"
"Oud Roomen" "Jeruzalem" "Napels" "De Dorstige Kuyl" * " 't Droncken Huysje" " 't Nieuw Verbrand Huys" of vanouts "Het Venetiaens Bottelhuys" "Van Ree" "Van Velsen" " 't Vosje" "Lommeroord" "Het Bonte Paard" "De Nieuwe Gekroonde Koe" "De Oude Geleerde Man" " 't Schippershuis" "De Swarte Hond" of
"Koffiehuis" van de Volksbond tegen Drankmisbruik " 't Laatste Stuyvertje" "Het Wapen van Heemstede" "Het Wapen van de Haarlemmermeer" "De Konijnenberg" " 't Hoekje" "Het Zeegat" "De Paus" "De Pauw" "De Molenwerf" "Rosendaal" "De Vrieseman" "De Hollander" "Het Posthuis" "Landzicht" "Bloemoord".
Verschillende van de bovengenoemde namen komen u bekend voor, enkele zijn nog steeds zeer bekende restaurants. In eerste instantie hebben we de met een * (asterix) aangegeven etablissementen uitgekozen voor de invulling van een volledig paneel. Dokumentatie daarover is dus bijzonder welkom. Van vele andere is slechts de naam bekend, soms nog wel met een enkele prent erbij. De echte buurtcafé's van de laatste vijftig jaren moeten echter nog in de herinnering van velen leven, de plaatsen waar men vóór, in en na
de oorlog bij elkaar kwam. Verhalen daarover zijn ook zeer welkom. Schrijft u dot eens op en laat het weten aan een lid van de werkgroep: de heren Suerink, Hessels, Brouwer of ondergetekende. Voor de echte historische gegevens betreffende Heemstede en Ben-
nebroekse herbergen hebben we de heer Peper bereid gevonden zijn artikelen af te staan. De reeks schetsen over dit onderwerp die hij in 1974 schreef voor de Heemsteedse Koerier. Wij zijn hem hiervoor zeer erkentelijk. Tot ziens op 12 april in "Het Oude Slot". Ben van Tongeren.
De Herbergen van Crayenest Heemstede mag zich gelukkig prijzen dat één van de vele herbergen die er vroeger waren nog in goede staat verkeert, namelijk het bekende "Wapen van Heemstede", gelegen in het oude dorpscentrum. Opmerkelijk is dat herbergen van eenzelfde omvang zich voornamelijk concentreerden bij de Haarlemmerhout op Crayenest. De functie van de herbergen is duidelijk; overnachtingen voor reizigers, gebruikmaking van een maaltijd en pleisterplaats voor de dorpelingen. Door het geestrijke vocht raakten de gemoederen wel eens verhit en menige ruzie werd er beslecht en menige vriendschap gesloten. Van de 16e tot ver in de 18e eeuw werden in de centraal gelegen dorpsherberg regelmatig zittingen gehouden door schout en schepenen en allerlei zaken afgewikkeld, die dan weer voor een goede afloop beklonken werden, al dan niet gecombineerd met een goed voorziene dis. Publieke vrouwen probeerden voet aan de grond te krijgen in deze "plaetsen van vermaeck" alhoewel daar in vroeger tijden strenge bepalingen voor waren en er rustte op de schouders van de herbergier een grote verantwoordelijkheid om zijn zaken op goede en deugdzame wijze waar te maken.
TWEELEDIGE VERKLARING Uiteraard had Heemstede belangrijke en minder gerenommeerde herbergen. De belangrijkste lagen aan de Herenweg en op Crayenest bij de Haarlemmerhout. De concentratie van de herbergen op Crayenest kan een tweeledige verklaring hebben. Allereerst de mogelijkheid dat de reiziger in vroeger tijden, na het sluiten van de Haarlemmer stadspoort, in een van deze herbergen kon overnachten. In een later stadium werden het meer pleisterplaatsen voor de stedelingen die na een wandeling door de Haarlemmerhout daar verpoosden. Hoe het ook zij, er bestond gezien deze concentratie van herbergen op een klein gebied, -bepaald sterke behoefte aan deze "plaizierplaetsen". Het oudst bekende transportregister van deze herbergen is dat van Bethlehem, dat lag op de gronden tussen "den Drogen Hout" en Crayenest. Op 25 april 1649 werd Pieter Jorisz. van der Vos eigenaar van de herberg Bethlehem. Tot ongeveer 1800 wisselde deze herberg met daarbij een kolfveld vijftien maal van eigenaar en tevens van naam.
'T VOSJE In 1662 wordt het omschreven als Bethlehem of 't Vosje. Al was Van der Vos in 1665 geen eigenaar meer toch doet de naam 't Vosje vermoeden dat de persoonsnaam hier betrekking op heeft. Variaties zijn nog de Vos en 't Vosie. In 1711 eindigen de activiteiten aan de tapkast want dan koopt een belangrijk personage, Benjamin Dutrie heere van Haaften, bewindhebber der Oost-Indische Compagnie, 't Vo s j e. Elf jaar later gaat het eigendom over naar Mr. Mattheus Lestevenon, burgemeester van Amsterdam en bewindhebber der O.I.C. Zijn voorganger Dutrie heeft er stellig een huis laten bouwen want voor het eerst is sprake van een "huys en erve genaamd Uijttenbosch, van ouds 't Vosie". Lestevenon was hier omstreeks 1700 een bekende naam. Familieleden waren onder andere woonachtig op "Westerduin" en "Oud-Berckenroede", gelegen aan de Herenweg. Omstreeks 1800 besloeg het buiten Uitenbosch een vrij groot oppervlak, namelijk van de Hout tot aan " 't Blauw Bruggetje" bestaande uit weilanden waaronder vermoedelijk kan worden verstaan het huidige landelijke stukje grond tussen de Emauslaan en Van Oldenbarneveldtlaan.
UITENBOSCH Het thans bestaande huis Uitenbosch dateert uit het eind der 19e eeuw en werd particulier bewoond door baron van Hardebroek, directeur van de steenfabriek te Hillegom. Voordat dit huis werd gebouwd woonden de eigenaars van Uitenbosch, de gebroeders Van de Beek, in het woonhuis dat stond aan het begin van de Emauslaan, vlak bij Crayenest. De ongehuwde broers Van de Beek leefden zeer zuinig wat wel tot uitdrukking kwam als zij naar de beurs te Hoofddorp gingen en voor hun beiden één kopje koffie bestelden!
EMAUS De herberg Emaus, die evenals de vorige een naam draagt uit het bijbelse land, komt het eerst in officiële stukken voor in 1650. In dat jaar verkoopt de brouwer Van de Bril uit Haarlem in één koop de herberg en "een huijsinge ende erve met alle bepotinge en plantagie daerop ende omme staende, genoemd den Hollander".
De kopers Jan Janssen van Aelst, schout van de heerlijkheid Berkenrode en steven Schut uit Amsterdam, schoonbroers, komen over-
een dat de schout den Hollander en de burger de herberg in eigen-
dom verkrijgen. Emaus en de Hollander lagen ook op Crayenest en het is zonder twijfel dat de huidige Emauslaan haar naam dankt aan de herberg. Tot 1735 kunnen we de activiteiten rondom Emaus volgen, daarna verdwijnt het in de niet bekende geschiedenis, wat niet wil zeggen dat de herberg toen aan het eind van zijn bestaan zou zijn gekomen. Er zijn echter meer herbergen van reputatie geweest die onder de slopershamer vielen, zoals de Blauwen Engel die lag aan de Gasthuislaan. KOEDRIFT Deze "neringrijke" herberg was tientallen jaren in eigendom van een familie met de klankrijke naam van Bourgondië. Begin 1700 werd de Blauwen Engel gesloopt door de eigenaar van de aangrenzende hofsteden Zuiderhout die de herberg bij zijn grondgebied kocht. De uitbreiding van de Haarlemmerhout was aanleiding een herberg "Den Nieuwe Hout ofte Koedrift" te noemen. Eigenaar was dealeerder genoemde familie van Bourgondië.
In 1695 werd deze herberg "met sijn erve, stal-linge ende thuijn" onder "authorisatie van de weesmannen van Heemstede" verkocht omdat de minderjarige zoon van Bourgondië ouderloos achterbleef. De herberg had een achteruitgang aan de Heerewech (Wagenweg). De naamgeving Koedrift kan samenhangen met de bij de herberg behorende boerenwoningen omdat er in 1753 sprake is van "twee huijsen en
erven, zijnde bekwaam tot herbergen en boerenwoningen, genaempt: "Nieuwe Houtje" ofte anders de "Vriese Koedrift". In een later tijdperk ging de herberg met boerenwoning over in het buiten Zomerlust dat destijds met het daarbij behorende uitgestrekte grondgebied reikte tot aan het Spaarne.
VERLOREN KOE Van de Koe op Drift naar de "Verloren Koe", een bekende herberg in tekening gebracht door Hubert Schouten, die lag op de oostelij-
ke hoek bij het Blauwe Bruggetje en grensde aan de buitenplaats Middenlaan, welke laatste in een ander tijdperk bij "Zuiderhout" getrokken zou worden. In 1730 komt de "Verloren Koe" in eigendom van Jan Barth van Blij-
ensteijn en Jurriaan Brandthof. Negen jaar later komt het in handen van één eigenaar Jacob Isekra, koopman te Amsterdam die de naam "Verloren Koe" wijzigt in "Oud-Roomen". Wanneer deze herberg tegen het eind van de 19e eeuw overgaat inde
hofstede Middenlaan blijkt het een omvangrijk bedrijf geweest te zijn met wijn- en zuivelkelders, koe- en paardenstallen, hooiberg, wagenhuis, erf en kolfbaan. Uit deze opsomming blijkt wel dat aan de reiziger die aandeed een ruime service werd geboden, zowel voor man als paard, terwijl het recreatief element, de kolfbaan, niet vergeten was.
OASES VAN RUST Wanneer de vermoeide reiziger buiten het stadsgewoel de avond en nacht wilde doorbrengen, had hij een grote keus uit de herbergen van Crayenest, terwijl het voor de stedeling oases van rust moeten zijn geweest om er na het afdoen van hun dagelijkse besognes alJaar te verpozen. Naast de al genoemde herbergen lagen er onder meer nog: Jerusalem, de Vrieseman, Rosendaal en 't Laetste Stuivertje, welke naam voor zich zelf spreekt . De namen Bethlehem, Emaus en Jerusalem kunnen wijzen in de richting van oude herbergen in de middeleeuwen, in welke tijd het religieuze en profane leven zó nauw met elkaar verweven waren dat dergelijke benamingen voor herbergen gemeengoed vormden. Overduidelijk is dat de ingetogen namen van deze herbergen niet de lading gedekt zullen hebben van hetgeen gemeenlijk in deze "plaetsen des vermaecks" voorviel.
Herbergen aan de Herenweg Als men vroeger van Haarlem richting Leiden reisde over de Heemsteder Herenweg, was er gelegenheid om "aan te leggen" aan een der herbergen die toepasselijke namen droegen als "Dronckenhuijsjes" en "De Dorstige Kuijl". In het Posthuis kon de reiziger, in afwachting van het wisselen der paarden van de postwagens, zich verpozen in de "tapnering voor de passagiers". Tegenover de Spanjaardslaan, waar nu "het huis met de beelden" Eindenhout - staat, was tot ongeveer 1800 gevestigd een "herreberg genaempt het Dronckenhuijsje". In 1745 kwam deze in bezit van
Christoffel Lublink uit Amsterdam die in één koop ook eigenaar werd van de hofstede Eindenhout en de Hut "sijnde een plantagie, boomen, heijninge en verdere betimmerte daerop staende, gelegen aen de Leijtse treckvaert".
In deze landelijke en zeker romantische omgeving van de Haarlemmerhout had de herberg-bezoeker zeker de mogelijkheid om zich daar te
vermaken.
Voor de burger met de gevulde beurs werden destijds beroemde biersoorten getapt die afkomstig waren uit het noorden des lands. Wip, Mol en Bokkenbloed waren zeer populaire soorten gerstenat. Biersoorten met een hoog alcohol-percentage droegen de verzamelnaam Mom. De "gemeene luijden" moesten het met de "cleijne of smalle" bieren doen die onder diverse namen verkrijgbaar waren als Kuijt, Leksel of Scherpbier. De goedkope wijnen bestonden voornamelijk uit zure soorten. Om goed op stoom te komen waren er natuurlijk altijvj nog brandewijn en "geneverwater".
DRONKENHUISJES De dames deden zich tegoed aan stroperige zoete drankjes die de meest fantastische benamingen hadden van gesteenten zoals barnsteen en smaragd, De belangstelling voor dronkenhuisjes schijnt zo groot geweest te zijn dat er omstreeks 1600 sprake is van twee Dronckenhuijsjes namelijk het "Nieuwe- en het Oude-Dronckenhuijsje". Misschien is de concurrentie van de twee huisjes zo groot geweest dat er in later tijdperk alleen van één huisje sprake is. Opvallend is dat binnen 100 jaar de herberg tenminste zeven maal wisselde van eigenaar. Grappig is dat er in 1703 sprake is van een bepaalde verbintenis tussen de herberg en de brouwerij "het Dubbeld Ancker tot Haarlem, dat den huijrder of possesseur gebonden sal sijn, al seijne bieren, die hij sal koomen te slijten, tappen of consumeren te halen" uit genoemde brouwerij. In die periode had het pand blijkbaar een dubbele functie omdat blijkt dat alleen de voorzijde van het huis als herberg gebruikt werd. In 1775 wordt de herberg met erF bij de hofstede Eindenhout getrokken en dit betekende wellicht het einde van het droncken huis! DORSTIGE KUIJL De onmiddellijke omgeving van Crayenest bood echter wel enig soe-
laas om aan geestrijk vocht te komen. Hield men, de rechte koers dan belandde de bezoeker met smachtende keel in de Dorstige Kuijl
die eveneens aan de Herenweg lag, waar nu het bejaardencentrum Kennemeroord gevestigd is. Reeds in 1655 komt deze "neringrijke" herberg al voor, compleet met "stallinge, erve ende thuijn".
Al lag deze herberg aan "de Groote Heerewech", toch was de omgeving bijzonder ruig. Aan de noord- en zuidkant was de herberg omsloten door de Gasthuis- en Heemsteder Wildernis, en aan de westkant begrensd door een strookje duin. Misschien is dit dorre land
10
aanleiding geweest de herberg "de Dorstige Kuijl" te noemen. Bij de eigenaren komen we ook weer bekende namen tegen, namelijk Jacob Backer Lestevenon en Pieter de la Court die Oud-Berckenroede bewoonden. Het was voor deze bewoners natuurlijk aantrekkelijk dergelijke percelen grond aan te kopen om wanneer de gelegenheid zich voordeed te kunnen pronken met een zogenaamde "overplaets" die dan aan de overzijde van de Herenweg lag en zeker een statussymbool vormde.
KENNEMEROORD De buitenplaats Berkenrode heeft een dergelijke overplaats gekend. De Dorstige Kuijl bleef zichzelf tot het in 1810 veranderde in een hofstede, genaamd Kennemeroord. Omstreeks die tijd zal het buitenhuis gebouwd zijn dat vrij dicht bij het nu nog bestaande fraaie toegangshek lag. Omstreeks 1925 is dit huis afgebroken, echter niet voordat de nieuwe behuizing voltooid was, die achter het oorspronkelijke buitenhuis gebouwd was voor de familie Quarles van Ufford. Na de tweede wereldoorlog kwam dit perceel in handen van de Hervormde gemeente Heemstede. Het in 1925 gebouwde huis, dat tijdelijk nog gebruikt is als kerkelijk buro, werd gesloopt bij de bouw van het bejaardencentrum. De naam de Dorstige Kuijl blijft echter voortbestaan door de vernoeming van een perceel aan de Koediefslaan, dat grenst aan de oude buitenplaats; in vroeger stadium het erf van de herberg. De belendende percelen bestaan gedeeltelijk uit restanten van de buitenplaats zoals koetshuis, orangerie en de zogenaamde appelkamer.
TAPNERING Het Posthuis aan de Herenweg kan niet direct tot de herbergen worden gerekend hoewel er eind 1700 een klein huisje op het terrein van het Posthuis stond, waarin zich een tapnering bevond ten gerieve van de passagiers der postwagens. Stellig zal de deur ook wel open hebben gestaan voor de wandelende dorpeling. De toegang tot de herberg was niet altijd onbeperkt. Uit een gemeente-verordening omstreeks 1850 blijkt "dat gedurende de tijd voor de openbare godsdienst-oefening, de deuren der herbergen en andere plaatsen, alwaar drank verkocht wordt, voor zoo verre dezelve binnen den besloten kring der gebouwen liggende zijn, zullen gesloten zijn, en dat ook gedurende dien zelfden tijd, geenerhande spellen, hetzij kolven, balslaan of dergelijke mogen plaats 11
hebben, aldus burgemeester Pabst.
BINNENSPELEN Naast de buitenspelen vermaakte men zich binnenshuis ook wel. Kaarten en dobbelen was een geliefkoosd herbergspel, terwijl aan het eind van de 17e eeuw het schaak- en darnspel hun intrede deden. Bovendien was er nog het vermaak van allerlei rondtrekkende vagebonden en troubadours, die tevens wandelende nieuwsbladen waren door het vertellen van allerlei gebeurtenissen uit andere woonsteden. De betrouwbaarheid van deze nieuwsbron moest met een korreltje zout worden genomen, omdat deze verhalen wel tot grote fantasie-ballonnen opgeblazen zullen zijn, maar zeker een gretig onthaal vonden bij de dorpelingen die destijds van regelmatig nieuws verstoken waren.
UITHANGBORDEN Het was vroeger niet moeilijk een herberg te ontdekken omdat deze alle waren voorzien van uithangborden» Bovendien gaf de afbeelding ook vaak een indruk hoe het er binnen uitzag. Eenvoudige herbergen droegen dikwijls borden waarop vaatwerk voorkwam, zoals tinnen kroezen en dergelijke voorwerpen. Het interieur bestond veelal uit eenvoudig meubilair. Bij de meer gerenommeerde herbergen was het interieur uiteraard navenant, terwijl de belangrijke personages, spijs en drank aangeboden kregen met gebruikmaking van fraai porcelein, bokalen en roemers terwijl er ook zilver bestek aanwezig was. Bracht een hoogwaardigheidbekleder een bezoek aan een herberg, dan hing er ook spoedig een beeltenis van deze persoon buiten de herberg op het uitgangbord ter meerdere glorie van de aanlegplaats en ter bevordering van de nering.
De Geschiedenis van " De Geleerde Man" Het uithangbord van de eeuwenoude herberg "De Geleerde Man" aan de Herenweg heeft niets te maken met de geleerdheid van de pro-
fessorale figuur die dit trapsgewijs bereikt zou hebben. De oorsprong gaat terug tot "ter leer" - (onderricht) - gaan hetgeen dan gesymboliseerd werd door een trapleer. Was men, veelal door de praktijk, volleerd dan lag de naamgeving Geleerde Man voor de hand. De symboliek werd in het uithangbord tevens voltooid met een hooggeleerde persoon, de trapleer met zich mee torsend. 12
13
De gronden waarop de Geleerde Man verrees waren voorheen in bezit geweest van de Heer van Bennebroek en Heemstede Adriaan Pauw. Het bezit bestond uit de oude hofstede 's Gravenmade. Dit had een vrij groot oppervlak, 26 morgen, en de begrenzing was ongeveer ten noorden - een naast de Hertenkamp liggend huis "te Bijweg"; de voorzijde lag uiteraard aan de Herenweg, de achterzijde aan de Leidse Trekvaart en ten zuiden het Quaden Laantje. Dit grondgebied had in 1661 twee eigenaars, Adriaan Pauw en Hendrik van de Camp, eigenaar van het Manpad. De laatste had zeker zijn oog laten vallen op deze gronden voor eventuele terreinuifbreiding van zijn eigen bezit. Het gemeenschappelijke bezit werd in tweeën gedeeld; dat blijkt uit het feit dat de weduwe van de eigenaar van 't Manpad zestien morgen van 's Gravenmade in 1683 verkoopt aan broer Johannes en zuster Jannetie Provoost uit Haarlem, alwaar de mannelijke eigenaar "bedienaar des Goddelycken Woorts van de Franse gemeynte" was. De resterende tien morgen bleef in het bezit van Adriaan Pauw. Dit land bestond uit woeste grond waarop Hendrik Boeker, timmerman, in 1681, een huis liet bouwen. Boeker nam de grond in erfpacht van Pauw van wie hij tevens het geld leende om het huis te laten bouwen. In 1683 verwisselde de eerste eigenaar het beroep van timmerman tot hospes van "het huijs ter Leer" waarmee een lange periode werd ingeluid als een tot ver in de omtrek bekend geworden herberg, Hendrik Backer is wellicht wat overmoedig begonnen want in 1685 gaat hij failliet met een schuld aan de aannemer van ƒ. 1200,-. "Het huijs ter Leer" was Backer weinig ter lering geweest. Gezien deze ervaring begon zijn opvolger Jan Crijnen de Jongh wat bescheidener en noemde de herberg "lek leer noch", waarmee hij alle kanten uitkon. Blijkbaar is het wel voorspoedig gegaan, want in 1704 draagt de herberg al de naam de Geleerde Man na een kleine twintig jaar beheerd te zijn door Jan de Jongh. Zoals het veelal met eeuwenoude kleine bedrijven het geval is, wisselden de eigenaars elkaar nogal eens af. Met de Geleerde Man is dit eveneens het geval; een beheer van enkele tot tientallen ja-
ren is geen uitzondering. Sommige hospes wisten een bepaald stempel te zetten op de herberg, zoals Leendert van Keulen of Keerlen, die van de herberg de "Swarte Hond", gelegen hoek Schoollaan-Bennebroekerlaan, in 1750 overstapte naar de Geleerde Man. Tot dat jaar vergaderden de vroede vaderen in de Swarte Hond maar volgden spoorslags de herbergier naar de Geleerde Man om hun beraadslaging aldaar voort te zetten met hun vertrouwde hospes achter de tapkast. 14
De nieuwe omgeving werkte waarschijnlijk te weinig inspirerend op schout en schepenen en vijf jaar later koopt Leendert zijn vertrouwde Swarte Hond terug voor ƒ. 1400,-; weer met zich meevoerend de letterlijk en figuurlijk bestuurlijke instantie der heerlijkheid. De herbergier Jan Janse Duijn is ook een populaire figuur geweest voor de Geleerde Man in de jaren 1816 - 1848. Niemand minder dan de bekende dichter Mr. Jacob van Lennep, die een regelmatig bezoeker van de Geleerde Man was, maakte een gelegenheidsgedicht bij het vertrek van de herbergier Jan Duijn, Hier komt onder meer in voor dat Willem I - de held van Waterloo aanlegde bij de Geleerde Man en zich met Duijn onderhield. De herberg die het voornamelijk moest hebben van al het gerij over de Herenweg kreeg een geduchte concurrentie van de spoorlijn Haarlem - Rotterdam. Maar als troost stelde Van Lennep dat de wandelaar en ruiter de bekende pleisterplaats wisten te waarderen. Naast het zoeken van verpozing werden ook gewichtiger aangelegenheden behandeld, verwoord door Jacob Van Lennep: Hoe dikwijls zaagt gij praktizijns Uit d'ongelegen steen,
Bij U vergaard met d'eersten trein, Den omvang toonen van hun brein en van hun maag meteen.
Over zijn eigen ervaring met de Geleerde Man schrijft hij:
Wat heb ik zelfs niet voor uw deur Al uurtjes doorgebracht
Gepraat, gelezen en geschaakt. Met uw bezoekers mij vermaakt, Gekeken, nagedacht En lange pijpen bovenal Gerookt, in onuitspreek'lijk tal.
De verdere toekomst van de Geleerde Man ziet Van Lennep bij het vertrek van Jan Duijn somber in. Herberg met kolfbaan liggen verlaten terwijl de beroemde harddraverijen met als prijs de zilveren zweep niet meer worden gehouden. De winnaar van deze zeer begeerde zweep was verplicht dertig flessen wijn te laten aanrukken voor de meekampende renners. Indertijd was het ook een trefpunt van Leidse studenten die daar heen trokken om er hun verworven kennis weg te drinken; maar de 15
Haagse en Amsterdamse advokaten voelden zich eveneens bijzonder thuis in deze herberg. "Het volkse leven" kwam ook in de herberg tot uiting. Vooral tijdens de Bennebroeker kermis die begon op de vierde zaterdag van september had de herberg een belangrijk aandeel in deze festiviteiten. De kermisgangers deden zich daar te goed bij de tonen van de aldaar optredende muzikanten. Toch was dit musiceren niet een vanzelf sprekende zaak. In 1742 begaf de bode van de ambachtsheer zich naar een aantal herbergen, waaronder de Geleerde Man, met een verbod aldaar muziek te maken op de dagen van de Bennebroeker kermis. Een jaar later zijn de herbergiers er eerder bij en dienen van te voren een verzoekschrift in bij de ambachtsheer om vrolijke tonen in hun herberg te mogen laten klinken tijdens de kermisweek, waarin de ambachtsheer toestemt. Bovendien wordt gelijktijdig het verzoek ingewilligd "de kat te laaten kneppelen en de ring te laten
steken tot vermaak der gasten". De voorspelde sluiting door Van Lennep van de Geleerde Man werd niet definitief, maar wel veranderde hij van standplaats. Op de oorspronkelijke plek van de Geleerde Man stonden in de negentiende eeuw twee huizen, genaamd 't Huis ten Hoek en Lindenhoeve. Hier herrees in later tijdperk weer de Geleerde Man, maar door
verbreding van de Herenweg was verplaatsing naar de huidige plaats wenselijk, C. Peper.
Foto's Omslagfoto - ter beschikking gesteld door dhr. H.E. Verdonschot. Het vanouds bekende café "DE KASTANJEBOOM" van zijn vader Arie Verdonschot met vele bekende dorpsgenoten. Zie ook pag. l van "Kent U ze nog..... de Heemstedenaren" . pag. 5
- Herberg "t BOKJE" in de Hout door C. Troost (1696-1750) Een aquarel en gouache in het Teylers Museum, Haarlem.
pag. 13
- Wasplaats bij "de Oude Geleerde Man" door Juriaan Andriessen eind 18e/begin 19e eeuw. Aquarel aanwezig in Gemeente-archief Haarlem.
16
Belangrijkste Artikelen uit de STATUTEN van de Vereniging "Oud Heemstede - 8»nnebroek".
art.
1
De vereniging "Oud Heemstede - Bennebroek", vereniging tot bevordering der kennis van het verleden, heden en toekomst van Heemstede en Bennebroek en omgeving, oorspronkelijk opgericht op 12 maart 1947 wordt, te
rekenen van 12 maart 1972 af, aangegaan voor de tijd van 29 jaren en alzo eindigende op 11 maart 2001. art.
2
Oe vereniging is gevestigd te Heemstede ei stelt zich ten doel de bevordering van de kennis en de belangstelling voor het verleden, heden en de toekomst van Heemstede en Bennebroek en omgeving, alsmede het behoud van alle zodanige zaken, die van historische, esthetische en/of stedebouukundige betekenis zijn.
art.
3
Zij tracht dit doel te bereiken door: a. het uitgeven van geschriften, b. het bijhouden van documentatie, c. het geven van adviezen, . d. het houden van lezingen, tentoonstellingen en excursies, e. alle andere wettige middelen, die zij voor dit doel bevordelijk acht.
Belangrijkste Artikelen uit het
Huishoudelijk
R e g l e m e n t
van de Vereniging "Oud Heemstede - Bennebroek".
art,
l
De werkkring der vereniging omvat het ten uitvoer brengen van al hetgeen in de artikelen 2 en 3 van de statuten is genoemd. Indien andere instellingen of lichamen identieke werkzaamheden uitvoeren of identieke doelstellingen nastreven zoekt hej bestuur met die organen contact en onderhoudt daarmee betrekkingen, ten einde zo mogelijk medewerking, c.q. samenwerking en financiële steun te verkrijgen
art.
2
Het bijhouden van documentatie omvat o.m.: het vastleggen van gegevens, foto's, tekeningen, plattegronden; het investariseren van het markante gemeentebezit en het verzorgen van leggers of repertoria van al datgene, wat voor het doel van de vereniging van belang is.
art.
3
Het opstellen en verstrekken van adviezen, zowel aan overheidsinstellingen als aan particulieren heeft a.m. betrekking op: a. het conserveren van karakteristieke zaken; b. de vestiging van werkplaatsen, fabrieken, pakhuizen op plaatsen, die naar de visie van de vereniging daartoe n i e t geëigend zijn; c. het straataanzien, b.v. de erfafscheiding betreffende en de plaatsing van animatie-elementen en straatmeubilair, zoals: sierbestrating, lantaarns, bloembakken, luifels, reclamezuilen met klok. plattegrond, thermometer en barometer, lichtreclames, uithangtekens, zitbanken, kiosken, speelgelegenheden, terrasjes, koffieshops, muziektent, enz.
c.q. te verlenen.
Nieuwsbrief 24 juni 1980
Jaarvergadering Onze jaarlijkse ledenvergadering zal plaats vinden te Bennebroek in het N.H. kerkje, Binnenweg 59. Op donderdag 19 juni 1980, des avonds om 20.00 uur. De bushalte bevindt zich vlakbij, evenals het parkeerterrein (bij het tennispark). Mochten er desalniettemin leden evt, met anderen mee willen rijden, dan verzoeken wij hen zich telefonisch met de secretaris in verbinding te stellen. Liefst op dinsdagavond 17 juni tussen 20.00 en 22.00 uur.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
opening door de voorzitter. notulen jaarverslag 1979. ingekomen stukken en mededelingen. jaarverslag secretaris. financieel overzicht boekjaar 1979. verslag kascommissie. bestuursverkiezing. verkiezing kascommissie. rondvraag. sluiting.
PAUZE Hierna zal de heer M. Verkaaik ons het een en ander vertellen over de kerk, waarin wij ons dan bevinden. Dit naar aanleiding van een door hem geschreven boekje over dit gebouw: "Hervormde Kerk Bennebroek 300 jaar. Wetenswaardigheden uit verleden en heden". Betreffende de agenda:
punt 7: bestuursverkiezing. Aan de beurt van aftreden zijn de heren H.H. Hamming en B.J.C. Eichholtz. Beide heren stellen zich herkiesbaar. Mevrouw A. van Trigt, die reeds vorig jaar te kennen gaf, dat zij nog nauwelijks tijd had, meent dat het nu welletjes is geweest en wil zich laten vervangen.
Ook onze voorzitter liet weten, dat hij zijn functie als bestuurslid moet neerleggen. Gelukkig zal hij als adviseur nog met zijn 1
grote kennis en ervaring veel voor de vereniging kunnen betekenen. Het spijt het bestuur, de twee langst zittende bestuursleden te moeten missen. Over hun verdienste voor de vereniging zullen wij in een volgend nummer terugkomen.
Er zijn dus twee vacatures. Het bestuur stelt de heer Krol, directeur van de Heemsteedse bibliotheek candidaat. Voor een Bennebroeks bestuurslid konden wij tot onze spijt nog geen kandidaat vinden.
Gaarne ontvangen wij tot 17 juni a.s. schriftelijk nog een gegadigde, alsmede evt. tegenkandidaten! ?1 J A N U A R I ] 9 8 0: De heer B.W. Colenbrander, in een overvolle Meerlhorst, over het oude Heemstede. De medische verzorging: de dokter kwam nog op de fiets......... De vader van de heer Colenbrander was arts te Heemstede. In die tijd, rond 1897, kende Heemstede maar twee dokters n.l. Colenbrander en Droog.
Beide artsen deden veel sociaal werk. Dokter Droog spande zich vooral in voor de sociale woningbouw. Voor het eerst kreeg ook de "gewone" man een salon!!
Dokter Colenbrander was mede-oprichter van het "Witte Kruis" en van het ziekenfonds "Helpt Elkander". Visites kosten in die tijd ƒ. 0,50 tot ƒ. 2,50, afhankelijk van de draagkracht. De dokter had een apotheek aan huis, medicijnen werden bezorgd door een loopjongen. Voor de jonge Colenbrander was het goede training voor zijn dagelijkse tocht naar school in Haarlem, als hij meeliep.
De dokter legde zijn visites aan de patiënten per fiets af, als hij b.v. per telefoon werd opgeroepen. (Er waren toen nog maar
300 aansluitingen). Communicatiemiddelen en de Heemsteedse middenstand. Naast de telefoon verzorgden bode-diensten de communicatie. En dan was er natuurlijk de N.Z,H., toen nog stoomtrams, uitgerust met een stoombel!!
Veewagens vertrokken in alle vroegte naar de Leidse veemarkt. Deze veewagens werden in de Bollentijd echter voor passagiers ge-
bruikt.
De snelheid van de tram werd, dankzij minister Lely, opgevoerd tot 30 km, per uur. De Burgemeester, noch agent Schottevanger konden daar meer iets aan veranderen.
Andere bekende figuren in Heemstede waren: de bakkers Tiboel en van Amstel, de melkboeren Milatz en van der Weiden, alsmede de slagers van de Graaf en Roggeveen.
Meer en Bosch en het recht van Overpad. Het buiten "Meer en Bosch" kreeg in die tijd zijn huidige bestemming. De epilepsie-bestrijding stond nog in de kinderschoenen. Maar toen reeds was er sprake van arbeidstherapie. De heer Colenbrander memoreerde voorts de sfeer van dienstbaarheid, die hij als jongeman beleefde, bij zijn optreden als vakantie-broeder in "Meer en Bosch". "Noblesse oblige".
Landgoedbezitters verleenden aan de burgers het recht van "Overpad", b,v. een voetpad door de bossen of door de weilanden. Later werd door de eigenaar van "Groenendaal" hiervoor in de plaats, de van Merlenlaan (genoemd naar de eigenaar) aangelegd. Zó kreeg de gemeente Heemstede een aardige laan cadeau! Aan het slot van de gezellige bijeenkomst, waarin menige oudHeemstedenaar zijn herinneringen kon ophalen, bedankte de voorzitter onze oud-Heemstede-kenner en Heemkunde-strijder van-heteerste-uur hartelijk voor het gebodene en riep hij de aanwezigen
nogmaals op, alles aan te dragen voor de komende tentoonstelling "Drinken en Klinken in Kennemerland", waarvan acte. G.J.
HUIS
T E
Schuitemaker.
M A N P A D
Gelegenheid tot bezichtiging van het park. .....
Alleen onder begeleiding
.....
Geopend van 15 april tot 15 october
. . . . . Groepen tot max. 30 personen
. . . . . Elke dinsdag aanvang 15.00 uur . . . . . Elke zaterdag aanvang 11.00 uur Aanmelding: vanaf 15 min. voor de aanvang bij Herenweg 11 (woning tuinbaas).
Honden worden niet toegelaten, ook niet aan de lijn. Auto's parkeren buiten het hek. Bezichtiging is ook mogelijk op overeen te komen tijdstippen, na aanvraag, tenminste 48 uur te voren gedaan.
Lezing Jan Bomans, Maandag 11 februari 20,00 uur, de heer J.A. Bomans: "De Bewoners van Berkenrode". (Van de Schildknaap van Floris V tot Godfried Bomans). Deze aankondiging in Nieuwsbrief nr. 22, gevolgd door een uitvoerige berichtgeving in de Heemsteedse Koerier en de Heemsteedse Courant, alsmede een bericht in het Haarlems Dagblad, bleef niet zonder gevolg. Circa 150 belangstellenden waren naar bovengenoem-
de, door de VOHB georganiseerde, lezing gekomen!! Gelukkig had het bestuur de Burgerzaal afgehuurd, want in de "Meerlhorst" zou Jan Bomans zijn "Berkenrodense buitelingen" erg beperkt hebben moeten houden, maar in deze zaal kon men volop van zijn capriolen genieten. In een historische en later meer literair, historische stoet trokken de bewoners van "Berkenrode" aan het publiek voorbij. Voor een meer gedetailleerd verslag verwijs ik naar de voorpagina
van de Heemsteedse Koerier van woensdag 20 februari; voor een volledig verslag van deze, zeer geslaagde, avond kan men zich wenden tot het audio archief van de VOHB, waar men de cassetteopname van de lezing kan vinden. G.J. Schuitemaker.
Dagtocht naar Brugge Het huwelijk garetha van ooit binnen sche pracht
van Karel de Stoute, Hertog van Bourgondië, met MarYork in 1468, was het meest oogverblindende feest dat de muren van de stad Brugge gevierd is. De Bourgondien rijkdom bereikte in dit feest haar hoogtepunt.
Iedere vijf jaren herdenkt Brugge dit feest met een schitterende
historische optocht, die de geschiedenis van de stad en van Vlaanderen in beeld brengt. Totaal ruim 4.000 medewerkers trekken in een bonte stoet van vliesridders, graalridders, kruisridders en gilde-optochten tegen de achtergrond van deze middeleeuwse stad voorbij.
Voor ieder die er belang instelt organiseert de Culturele Kring Bennebroek een bustocht naar Brugge op zondag 24 augustus 1980. Vertrek om 9.00 uur vanaf het Raadhuis Bennebroek. Nodig zijn: Pas of Bewijs van Nederlanderschap, enig Belgisch geld en evt. lunchpakket voor de avond. Aangeraden wordt tussen de middag in Brugge een warme lunch te gebruiken. Behalve het bekijken van de historische optocht, is er ruim gelegenheid ook Brugge zelf te bezichtigen, een rondvaart door de
grachten te maken, een kerk of een museum te bezoeken. De buskosten, inclusief een consumptie onderweg bedragen ƒ. 35,00 per persoon. Vrijblijvend kunt U zitplaatsen bestellen voor de optocht in Brugge. Uw aanmelding geldt als geboekt, indien met de coupon ook Uw be-
taling binnen is. Bij onverhoopt geringe deelname volgt restitutie. Nadere informatie wordt U verstrekt door J.J.A.J. de Groot, Abr.
v.d. Hulstlaan 64, Bennebroek, tel. (02502) 7097.
CULTURELE KRING BENNEBROEK, secretariaat A. v.d. Hulstlaan 64. Bankrek. Nr. 3069.00750 Rabo Bank Bennebroek. - Postgiro Bank 338217. mevr./dhr.
bestelt hiermede:
Adres:
Tel:
plaatsen excursie Brugge op 24 aug. a.s.
tevens (vrijblijvend) zitplaats in Brugge. gelijktijdig is aan U overgemaakt de som van f.
10,50 17,50 plus zitplaatsen f.
Datum:
Handtekening:
21,--
STAAT VAN BEZITTINGEN EN SCHULDEN
1979
ACTIVA
PASSIVA
Kas 615.21 postgiro 19.115.81 rente giro 3.420.77 spaarrekening 3.140.77 Rabobank 3.001.38
Visdruk Alphen Drukkerij Melisie Heemstede
Boeken, kaarten, etsen
Meer en Bosch (Nieuwsbrief)
877.68
portikosten (Nieuwsbrief)
149.79
werkzaamheden door derden t.b.v. welstandscommissie
1.700.—
29.293.94 P.M.
voorraad publicaties
huur Meerlhorst 1979 1.600.— contributie 1980 restauratiefonds P.M.
Subsidie 1978
5.000.--
Inventaris Meerlhorst
Rapport Reek idem 2e fase
2.321.33 269.50 2.590.83
FINANCIEEL OVERZICHT
contributies 1978/1979 contributies 1980 publicaties jaarpremie 1978 jaarpremie 1979 huur Meerlhorst presentiegelden Welstandscommissie interest restauratiefonds
20.227.20
5.000.— 1.650.05 7.334.— 250.— 2.313.90 1.895.20 2.595.15 356.24 1.700." 556.24 1.417.50
45.296.04
600.— 250.— l.419.50
Vermogen: t.b.v. reservering op langere termijn;
saldo 1-1-1979
18.312.30
reservering
prenten reservering inventaris batig saldo
3.000.— 3.000.— 906.26 25.218.56
38.484.77
Geldmiddelen 1-1-1979 Subsidie 1978 Rapport Bennebroek
4.573.48 3.695.76
38.484.77
1979 rapport Reek, 2e fase ged.betaling jaarpremie
1978 Huur Meerlhorst 1978
drukkosten Nieuwsbrief
269.50
10 .000.— 200.— 2.573.26 491.39
porti Nieuwsbrief donaties 155.— 130.38 assurantie kosten van hist. archief 127.75 363.68 diversen 1 .107.50 restauratiefonds kosten jaarvergad./represent. 188.59 62.50 verkoopkosten publicaties 232.55 administratiekosten 100.— kamer van koophandel saldo geldmiddelen 29 .293.94
45.296.04
BEGROTING EN REKENING
1979
begroting 1980
1979
exploitatie 1979
Contributies
7.000
7.484.—
7.500
opbrengst publicaties „ oude „
1.000
1.000.— 1.313.90
1.000
jaarpremie 1978
1.000
1.895.20
250
subsidie 1978
5.000
5.000.—
begroting
Baten :
1.000 1.000
1979 1980 rente diversen
Lasten:
500 1.300
556.24 53.30
1.500 50
15:800
17.302.64
12.300
begroting 1979
exploitatie
begroting 1980
1979
exploitatie Meerlhorst
843.20
1.000
donaties
155.—
45
225
188.59
500
3.000 1.000 200 1.300
3.450.94 641.18 295.05 1.100.61 127.75 130.38 463.68
3.800 1.000 1.000 1.500 2.000 130 1.000 500 500 500
jaarvergadering en
representatie Nieuwsbrief portikosten
Administratiekosten jaarpremie 1979 kosten hist. archief assurantiekosten diverse kosten
100 300 500
onvoorzien publiciteit
ledenwerving ter reservering
9.175
9.906.26
15.800
17.302.64
13.475
RESTAURATIE FONDS 1980 Saldo per 1-1-1979
4.276.66
premie ontvangst van leden
1.417.50
rente
286.60 5.980.76
ter beschikking voor reservering op langere termiin
5.980.76
5.980.76
Ach vader, niet meer Genealogisch onderzoek levert behalve de namen van voorouders soms merkwaardige gegevens op over het leven in vroeger jaren. Zo vond ik in een map met diverse stukken Heemstede betreffende een "Memorie gedaan maken en ter informatie overgegeven aan den burger Jan Dolleman, secretaris van Heemstede, door Ruth Hollands, kleerbleker onder Heemstede voornoemt" gedateerd 27 januari 1800. De memorie vertelt het volgende smakelijke verhaal:
Ruth Hollands kwam op 12 september 1799 een "kroeg of tapperije" aan de Zandvaart binnen. Hij trof onder anderen Leendert Janse,
medekleerbleker, aan, waarmee hij, na vrij veel sterke drank gebruikt te hebben (waar hij normaal goed tegen kon) in woordenwisseling of gesprek raakte. Nadat Ruth von zijn dronkenschap bekomen was, herinnerde hij zich niet meer waar het gesprek over gegaan wasf zoals lieden die "de hoogte hebben meer gewoon zijn te doen". Later vertelden buren hem, dat hij in die kroeg voor de enorme prijs van 6000 gulden een blekerij van Leendert Janse gekocht had. Ik citeer nu de memorie:
"De ondergeteekende, die zig volkomen overtuygd houdt, datr "indien hij te dier tijd bij bedaarde zinnen was geweest, hij
'
"nimmer aan die pretense koop gedagt, veel min daarover in "onderhandeling zig zoude hebben ingelaaten, als geheel boo"ven zijn bereyk en vermoogen zijnde, heeft dan ook nimmer, na
"van zijne bedwelming door den drank te zijn teruggekomen, die "pretense koop op eenigerhande wijze gehomologeerd, of daarin "geacquiesceerd, maar in teegendeel door de spreekendste daden, "en door zijn geheele gedrag en handelwijze, waarvan hij des"noods nader zoude kunnen doen blijken, op de sterkste wijze "getoond, dat, voor zo verre hij in dronkenschap en dus zonder "gebruyk van zijn verstand, daartoe mogt zijn gebragt, hij daar"van bij bedaarde hersenen dadelijk is teruggekoomen, zoals "ook gemelde Leendert Janse zelve door zijn gedrag en handel"wijze beweesen heeft, niet anders van begrip te zijn, dan dat "wegens gemelde bleek geene de minste wettige onderhandeling "van koop hadde plaats gehad, aangezien hij, ondergeteekende, "naderhand met gemelde Leendert Janse is overeengekomen, dat "hij, ondergeteekende, teegens betaling van de wijnkoop en van
8
"eenig geld aan den armen, van alle gevolgen van die pretense "koop zou zijn bevrijd, iets, waartoe hij, Leendert Janse, nim"mer zou zijn te persuaderen geweest, indien deeze begreepen "had, dat er effectief en wettiglijk een koop gesloten was. Tot zijn "uiterste surprise" werd Ruth later door de secretaris van Heemstede aangemaand om "van die pretense koop zijn aandeel in de 40e penning (2| % dus 150 gulden) ten behoeve van 't land te betalen". Hij verzoekt in deze memorie van deze verplichting ontslagen te worden, omdat de koop niet werkelijk heeft plaats gehad. Hiervoor beroept hij zich op twee kenners van het oud-Hollands Recht:
Simon van Leeuwen en Hugo de Groot. Simon van Leeuwen schrijft, dat onderhandse verkopingen of andere
koopmanschappen, die in herbergen of dronkgelagen zijn geschied, binnen 24 uur ongedaan mogen worden gemaakt, "mits betaalende hetgeen tot wijnkoop is verteerd". Deze bepaling werd ingevoerd "aangezien de luyden van ons gewest door overvloed van innerlijke hitte, gemeenlijk wel zo veel als anderen tot den drank genegen zijn". '). En Hugo de Groot schrijft: "uit het gunt hiervoren in 't gemeen is geseyt kan genoeg verstaan worden, dat ook dronke luyden niet bekwaam en zijn om haar selve te verbinden". ''). Ruth Hollands verwacht, gezien bovenstaande, dat de secretaris van Heemstede geen ogenblik langer zal aarzelen om van het vorderen van de 40e penning in dit geval af te zien. Niet achterhaald is of Ruth nu wel of niet heeft moeten betalen. J.H. Beelen.
') Simon van Leeuwen: "Roomsch Holland Regt": Liber 4, capit 20, nummer 6. '*) Hugo de Groot: "Inleyding tot de Hollandsche Regtsgeleerdheyt"; liber 3, capit 14, nummer 7 en 8.
Heemstede in de Franse tijd De grondvergadering van Heemstede - hoe groot die precies was weet ik niet - telde 500 kiezers. Toen op 23 april 1798 gestemd moest worden over de nieuwe grondwet, stemden 176 vóór en 3 tegen. Heel groot was dus de politieke belangstelling niet, maar de kiezers, die verschenen, waren wel zeer eensgezind. In het gehele land werd de nieuwe grondwet aangenomen met 153913 stemmen vóór en 11597 tegen. Dus met een zeer grote meerderheid. Dank zij de "gezuiverde" grondvergaderingen. De Bataafse Republiek zou dus voorlopig geregeerd worden door felle patriotten. De meer gematigde burgers zouden niet aan bod komen. Ook in Heemstede is dat te merken. Meestal is dat de gewone gang van zaken. Als de onderdrukten de baas worden, dan worden ze op hun beurt onderdrukkers. De aanneming van de nieuwe constitutie zou in Heemstede feestelijk gevierd worden. Het volgende programma werd vastgesteld. 1. De gewapende burgers van Heemstede verzamelen zich om 12 uur op het exercitie-veld. Een detachement begeeft zich dan naar het rechthuis en begeleidt de municipaliteit naar het exercitie-veld, waar aan de leden de gewone honneurs zullen bewezen worden. Daarna houdt de president tot de vergaderde menigte de toespraak, die hem van te voren zal worden toegezonden. 2. Op die dag zal op de toren van Heemstede de vlag worden uitgestoken en de klokken zullen luiden 's morgens om 8 uur, 's middags om 12 en 4 uur. Ook op de kerk in Berkenrode zal de vlag uitgestoken worden. 3. Des namiddags zullen alle burgers van de gewapende burgermacht zich ongewapend in de herberg "De Laatste Stuij-
ver" verzamelen om zich daar onderling te vermaken. Daartoe zal aan ieder lid van de burgermacht uitgereikt worden een halve fles wijn, anderhalf pond wittebrood en een half pond kaas. De uitreiking zal plaats hebben door
de leden van beide municipaliteiten - Heemstede en Berkenrode - met hun secretarissen en boden. De wijn zal 17 ö 18 gulden per anker kosten, de kaas 2 stuivers per half pond en het brood 3 stuivers en 6 penningen per IT pond. Over de viering van het feest heb ik niets gevonden.
10
Een paar maanden later kreeg de municipaliteit een bittere pil te slikken. Er kwam een brief binnen van de Agent van de Nationale Opvoeding, wij zouden zeggen de Minister van Onderwijs, dat de municipaliteit ten onrechte de schoolmeester Jan
Terwogt en de vroedvrouw Marijtje Lockers uit hun bedieningen ontslagen had. Dat mocht zo maar niet zonder overleg met de hogere instanties. Mocht het dorpsbestuur zo brutaal geweest zijn om in beide functies al andere personen aangesteld te hebben, dan moesten deze van hun posten ontzet en de ontslagen personen weer in dienst gesteld worden. Nu had de municipaliteit al een nieuwe schoolmeester benoemd) die zijn functie al aanvaard had. Een nieuwe vroedvrouw was er ook aangesteld, maar die was weer vertrokken, zodat deze betrekking op dat ogenblik vacant was. Uit de brief, die de municipaliteit aan de minister schreef, neem ik het volgende over: "Wij Twijffelen geensints of door U zal duidelijk worden gepenetreerd, hoe grievend het voor ons van Plichtverzuijm te worden beschuldigt, daar wij vermeenen onze Posten als
Leeden dezer Municipaliteit (zelfs ook dikwijls met verzuijm onzer Eigen affaires) als van regtgeaarde Vaderlanders, volgens gedane beloften en plicht waar te neemen. En Vinden ons in gemoed bezwaard om iemand die kundig en de teegenwoordige orde van Zaaken is toegedaan, te removeeren en Een aanhanger van 't orange en Foederatief Bestuur te herstellen". Er werd over deze kwestie nog een paar keer over en weer geschreven, maar tenslotte kwam de zaak in de doofpot. De nieuw benoemde schoolmeester Abraham Harrebomeé bleef in zijn functie, ook na 1813. Marijtje Lockers vinden we later weer
als vroedvrouw terug in Heemstede. De zaak van de heemsteedse schoolmeester en vroedvrouw geeft ons een goede kijk op de staatkundige situatie van die dagen. De staatsregeling was zeer centraliserend; alles ging via Den Haag, tot de benoeming van een dorpsvroedvrouw toe. Amsterdam werd even goed van hogerhand geadministreerd als Finsterwolde of Krabbendijke. Er gingen lange brieven over en weer over de meest onbeduidende dingen. Het einde van de briefwisseling was heel vaak: de doofpot. Men kon toch geen maanden lang blijven corresponderen over dezelfde zaak. In de Nationale Vergadering - onze Staten Generaal - werd gepraat en nog eens gepraat, maar tot vruchtbare wetgeving kwam men niet. Een geestig man uit die tijd heeft gezegd, dat in deze 11
vergadering niet alleen werd herhaald, wat reeds gezegd was, maar ook gezegd, wat reeds herhaald was. Op oudejaarsavond 1798 zullen de overdenkingen van de bewoners van Heemstede in het algemeen niet vrolijk geweest zijn. Er was in het dorp veel veranderd, maar nog maar heel weinig verbeterd. Velen zullen bedacht hebben, dat ze nog steeds niet de in dat jaar opgelegde belasting van 8 % van 't vermogen en de contributie voor de gewapende burgermacht betaald hadden. En zich afgevraagd, waar ze het geld vandaan zouden halen, zonder hun vrouw en kinderen gebrek te laten lijden.
De gerechtsbode Cornelis van der Weiden had geen reden tot klagen, want hij had pas een gratificatie van 50 gulden gehad. Zijn jaarlijks traktement was 45 gulden, dus aan de lage kant, maar hij verdiende er aardig wat bij met bizondere werkjes. De gerechtsbode was een man van betekenis in de dorpsgemeenschap. Hij riep de kiezers stuk voor stuk op voor een verkiezing. Na afloop van de verkiezing moest hij gaan vragen, of de gekozenen hun functie wilden aanvaarden. Vond men het tijdens een vergadering nodig om aan een of ander burger iets te zeggen of te vragen, de gerechtsbode werd er op uitgezonden om de man te ontbieden. Het contact van het dorpsbestuur met de inwoners kwam niet tot stand per post maar per gerechtsbode. Bovendien zal zijn hulp nog wel eens gevraagd zijn om een belastingbiljet in te vullen. Cornelis van der Weiden behoorde tot een geslacht, waarvan er velen in Heemstede • woonden en nu nog wonen. We willen dit tijdvak besluiten met iets fleurigs. In de loop van 1798 vernemen we, dat ergens in Heemstede een bloemenmarkt gehouden wordt, die de naam draagt van Flora. De eerste Heemsteedse Flora! De municipaliteit vond die Flora zo belangrijk, dat zij de burger Jan Simons tot "directeur" daarvan aanstelde. Voor zijn bemoeiingen zou hij 5% van de opbrengst der verkopingen ontvangen. . .
(wordt vervolgd)
12
Nieuwsbrief 85 augustus 1980
Bestuur: G. Schuitemaker, Voorzitter Ussellaan 7, 2105 VA HEEMSTEDE tel. 023-288916 W. Verspoor, Secretaris
Wagnerkade 65, 2102 CT HEEMSTEDE
tel. 023-283068
B. Eichholtz, Penningmeester Beethovenlaan 45, 2102 ET HEEMSTEDE tel. 023-286247 H. Hamming, Ledenadministratie Provinciënlaan 184, 2101 SX HEEMSTEDE tel. 023-285034 P. Kapsenberg
Molenwerfslaan 48, 2103 TD HEEMSTEDE
tel
' 023-288906
J.L.P.M. Krol Chopinlaan 31, 2101 HL HEEMSTEDE tel. 023-282977 mevr. j. van Thiel Lage Duin 83, 2121
CE
BENNEBROEK tel. 02502-8056
Contributie minimaal f. 15,-(i'ncl. f. 2,50 Restauratiefonds)
Giro 27.35.06 t.n.v. de Penningmeester v.d. Ver. Oud-Heemstede-Bennebroek te Heemstede.
Jaarverslag
van de Vereniging Oud-Heemstede-Bennebroek over het jaar 1979
Het bestuur werd op de jaarvergadering van 1979 uitgebreid met mevrouw I. van Thiel uit Bennebroek, terwijl de heer B. Eichholtz in de loop van het jaar de funktie van penningmeester overnam van mevrouw A. van Trigt, die reeds te kennen had gegeven deze funktie op de ledenvergadering van 1980 te willen neerleggen.
Met een gemiddelde van bijna één vergadering per maand kwam het bestuur bij elkaar. Op 29 januari werd door ons een kenningsmakingsavond georganiseerd met alle mede-bewoners van de Meerlhorst. Deze avond was zeer geanimeerd, doch toen was nog niet bekend, welke plannen de gemeente Heemstede met het gebouw had. Eind 1979 hoorden wij echter, dat er plannen waren om de Meerlhorst te verbouwen en er evt. flatjes van te maken. 5 maart hield de heer Krol een inleiding over het opzetten van een archief. Onze arcniefcommissie is hier feitelijk uit voortgekomen en maakte dankbaar gebruik van de door de heer Krol gedane suggesties. Gelukkig zijn steeds meer leden bereid bepaalde stukken of voorwerpen af te staan aan de ver-
eniging. Wij hopen in een volgende Nieuwsbrief een lijst van deze geschenken te publiceren. Ook de Knipseldienst blijkt zeer waardevol te werken. Als heel bijzonder en waardevol voorwerp dient genoemd te worden, het bandje, waarop enige van onze oudste leden hun visie geven over het leven in Heemstede, zoals het in hun jeugd was. Over de verschillende excursies heeft U een verslagje kunnen lezen in de Nieuwsbrief, doch voor de goede orde:
26 me i naar wasserij Beelen en het landgoed Berkenrode, terwijl onderweg "De Dorstige Kuil" en "De Appelkamer" aangedaan werden. 8 september naar "Meer en Bosch", Groenendaal en een wandeling via De Glip. 6 oktober een bezoek aan het Provinciehuis. 15 december werd het kerkje aan het Wilhelminaplein in Heemstede bezocht, waar Bart-Jan v.d. Gaart de leiding had. In de Meerlhorst werden ook verschillende avonden gehouden . Reeds op 15^ Januari werd er op initiatief van Marcel een a-
vond gehouden om het wel, maar meer om het wee van Kareol te bespreken. Op 22^ oktober hield de heer van Kesteren een inleiding over archeologie in de Meerlhorst. Terwijl als hoogtepunt wel de premie-uitreiking op 15 november genoemd dient te worden.
Dat er zoveel (ca. 250 mensen) zouden komen, was meer, dan we ooit verwacht hadden.
Na enige jaren op de Voorjaarsmarkt in Heemstede met een kraam te hebben gestaan, werd in '79 voor de Najaarsmarkt in de Raadhuisstraat gekozen. Ook daar leverden onze standwerkers prima werk en mochten wij 39 nieuwe leden verwelkomen. Ons onvermoeibaar lid Coby Riemersma gaf enige dia-avonden,
welke speciaal voor de Gemeenteraadsleden van Heemstede bedoeld waren, in haar ijver, om nog te redden wat er te redden
valt. Een herdruk van onze speciale Nieuwsbrief over de Blekersvaart, werd aan de raadsleden door haar uitgereikt. Over de Appelkamer had onze voorzitter kontakt met de Diakonie der Hervormde Kerk (de Eigenaren). Hij pleitte voor inte-
grale restauratie van dit monument. Gezien de reaktie, zien wij de toekomst van dit gebouw, dat op het nippertje van de sloop gered is, niet rooskleurig in. Gelukkig zijn wij echter met het feit, dat de restauratie van de Dorstige Kuil ter hand werd genomen. Onze medewerking aan de Welstandscommissie liep ook ten einde. Een definitief rapport over deze bezigheden is gemaakt, en
wij hopen, dat het gemeentebestuur hierin aanleiding mag vinden om meer gebouwen op de Monumentenlijst te plaatsen en ook zgn. Gemeentelijke Monumenten te gaan vaststellen.
Begin december hadden wij een prettig onderhoud met B. en W. van Heemstede over verschillende zaken, welke ons na aan het hart liggen. O.m. kwam ter sprake: het Oude Slot, Meerzicht, de Blekersvaart, Groenendaal en natuurlijk de Meerlhorst. Naast de vele leden, die zich het afgelopen jaar hebben ingespannen, danken wij ook de Gemeentebesturen van Bennebroek en Heemstede, die door het verlenen van subsidie's het werk der vereniging steunden. In de regio zijn de kontakten met zusterverenigingen uitstekend. Aan het eind van het jaar had de vereniging 586 leden. Heemstede, 15 juni 1980.
W. Verspoor.
van de jaarvergadering van de VOHB in de Hervormde Kerk te Bennebroek op donderdag 19 juni 1980.
1. In zijn ogen ina. s woo rd heette voorzitter Ben van Tongeren de circa 45 aanwezigen van harte welkom in "één der markantste plekken van Bennebroek". 2. De notulen van de vorige jaarvergadering werden goedgekeurd. 3. Mededeling: de heer J.A.J. Berk is kandidaat gesteld als bestuurslid.
4.
In het jaarverslag wordt publikatie van de archieflijst toegezegd, in de komende Nieuwsbrieven. De excursies en
de premie-uitreiking worden gememoreerd evenals de Blee-
kersvaartavond van Coby Riemersma. De restauratie van de Dorstige Kuil is een feit! Er zit groei in de VOHB; dankzij deze aktiviteiten en het optreden van bestuurderen als standwerker op voor- en najaarsmarkt kwam de VOHB tot 586 leden. 5. Het financieel overzicht gaf aanleiding tot een aantal vragen waarop elders in deze Nieuwsbrief wordt ingegaan. N.a.v. een vraag over het welstandscommissie-geld wisten de heren van Tongeren en Verspoor voldoende opheldering te geven. De heer Colenbrander konkludeerde uit het financieel overzicht en de begroting dat de VOHB veel deed en hij complimenteerde het bestuur hiermee. 6. Het verslag van de kas commissie^ noch de kascommissie waren ter vergadering aanwezig. 7. Bestuursverkiezing. Bij acclamatie werden de heren Eichholtz en Hamming herkozen. Afscheid als bestuurslid werd genomen van mevrouw A. van Trigt en de heer B. van Tongeren. Voor het vele dat Agnes van Trigt voor de VOHB heeft gedaan kreeg zij een trilogie van Marcel Proust. Zij verdient onzer aller dank. Ben van Tongeren, "de prins
die de prinses VOHB tot grote bloei heeft gebracht" kreeg naast het ere-lidmaatschap het prachtige boek over de Haarlemse Oude Gracht aangeboden. —— Het is de plaats te wijzen op het vele dat Ben van Tongeren voor de VOHB gedaan heeft, zoals de presentaties (Groenendaal), zijn bemoeienissen met het Oude,.
Slot, met de Meerlhorst, met de Welstandscommissie, met de zusterverenigingen en vooral met het karakterbehoud van Heemstede en Bennebroek. Nogmaals Ben, bedankt! Nieuw in het bestuur van de VOHB zijn de heren Berk en
Krol. Het bestuur ziet er nu als volgt uit: mw. I. van Thiel, de heren J.A.J. Berk, B.J.C. Eichholtz (penningmeester), H.H. Hamming, P.J.C. Kapsenberg, J.L.P.M. Krol, W. Ver-
(zie blz. 8)
Kerk Bennebroek (schilder: Doeve)
M E D E D E L I N G
Naar aanleiding van de opmerkingen op de laatste jaarverga-
dering betreffende het financieel jaarverslag heeft het'bestuur zich hiermede beziggehouden.
Door een misverstand werden een aantal bedragen op genomen die niet in de staat van baten en lasten behoren te staan. Het bestuur zag hierom reden het verslag te herzien en pre-
senteert U hierbij de gewijzigde cijfers over 1979.Alsmede de herziene begroting van 1980. Deze jaarstukken zijn mede tot stand gekomen en gecontroleerd door het lid van de Kas-Commissie, de heer Th. Dekker.
1-1-1979 2000.— Inventaris Meerlhorst 3000.-Historisch Archief 5000.— Subsidie Gemeente Heemstede 1978 idem 1 9 7 9
1600.--
1000.—
1596.75
Tentoonstelling Bennebroek Rapport Reek Rapport Reek, 2e fase Kas Giro Rentegiro Spaarboekje
2321.33
3441.54 4276.66
2321.33 269.50 615.21 19115.81 3420.77 3140.77 3001.38 5670.76
3842K94
40155.53
61.20 13450.66 3273.80
Bank Belegd Restauratiefonds
Staat van Baten Baten
Begroting 1979
Contributies 7000.— Publicaties 1000.-1000." Jaarpremie 1978 2500.— Jaarpremie 1979 Welstandscommissie 500.— Interest Leden bijdrage Restauratiefonds Subsidie Gem. Heemstede '79 5000.— Diversen
17.000.—
Werkelijk
Baten 1979
Begroting 1980
7484.— 2251.40 1895.20 2595.15 1700.— 842.84
7500.— 1000.— 250.— 1500.—
H17.50 1000.— 53.20
1400.— 1000.—
19.239.39
14.150.—
1500.—
1979 1-1-T979
18312.30 5386.16 14573.48
Vermogen Restauratiefonds
Crediteuren 1978 Crediteuren 1979 Werkzaamheden door derden t.b.v. Welstandscommissie Huur Meerlhorst Vooruit ontvangen contributies
31-12-1979 21218.56 7090.26 4573.48 4723.23
150.—
1700.— 600.— 250.—
38421.94
40155.53
en Lasten 1979 Begroting
1979
Werkelijk Begroting lasten 1979 1980
Kosten Meerlhorst (incl.afschr.inv.) 1000,™ 843.20 Drukkosten Nieuwsbrief 3000.— 3450.94 Drukkosten jaarpremie 1979 3800.— 3695.76 Jaarpremie 1980 Portikosten 1000,— 641.18 Donaties 125. — 155.-Assurantiekosten 130.38 Vergaderkosten en representatie 225.— 188.59 Administratie- en drukkosten 400.— 232.55 Afschrijving Hist. Archief 3000.— Kosten Historisch Archief 127.75 Werkzaamheden door derden t.b.v. Welstandscommissie 1700.— Bijdragen en rente restauratiefonds 1704.10 Diversen en onvoorzien 700.— 463.68 Batig saldo 1750.— 2906.26
17.000.— * = Reservering t.b.v. Hist. Archief.
19.239.39
1000.—
3800.-1500.— 1000.— 45.— 130.— 500.— 1000.— 2000.— * 150.— 1700.— 1000.— 325.— 14.150.—
Overzicht en mutaties Restauratiefonds gedurende 1979 Saldo Balans per 1-1-1979 Bijdragen van leden in 1979 Interest over 1979
5386 .16 ƒii 1417 .50 n 286 .60
saldo Balans per 31-12-1979
f. 7090.26 ƒ. 7090.26
ƒ- 7090 .26 (vervolg van blz. 4)
spoor (secretaris) en G.J. Schuitemaker (voorzitter). In de nieuwe kascommissie namen zitting de heren Th. Dekker en de Freese. 9. De rondvraag leverde enkele waardevolle suggesties op. 10. Sluiting van het huishoudelijk gedeelte van de jaarverga-
8.
G.J. Schuitemaker.
VAN DE INLEIDING VAN DE HEER M. VERKAIK. Het tweede gedeelte van de jaarvergadering werd na de pauze, waarin het gezelschap onder de gastvrije zorgen van mevrouw Verkaik ressorteerde, verzorgd door de heer M. Verkaik, auteur
van het fraaie boekje "Hervormde kerk van Bennebroek 300 jaar".
Uit het vele dat hij onder onze aandacht bracht, noem ik slechts: het koperen middenpaneel met daarin verwerkt het monogram van Adriaan Pauw Jr., de koperen lezenaar met wapen van Adriaan Pauw Jr. en het orgelfront van de beroemde orgelbouwer Christiaan Muller, bekroond met de pronkende pauw die al met
al duidelijk maken dat Adriaan Pauw Jr. de stichter is van de 300-jarige kerk! Ter plekke kon de heer Verkaik ons op deze bijzonderheden at-
tenderen, wat een extra dimensie aan zijn interessante voordracht gaf. 8
Uit het vervolg van zijn betoog bleek dat ook de latere ambachtsheren en vrouwen van Bennebroek een grote verbondenheid hadden met de Bennebroekse Hervormde Kerk, zoals het familiewapen boven de zuidbank en de gebrandschilderde ramen aantonen. Mede door deze daadwerkelijke belangstelling en de inspanning van vele, vele andere Bennebroekers hernieuwde en verfraaide de Hervormde Kerk van Bennebroek zich telkenmale, zodat er nu, ter herdenking van het 300-jarig bestaan, feest gevierd kan worden, "ter ere van God, tot vreugde van de mens"; de feestweek is van 6 t/m 13 september. _ . _ . , r G.J. Schuitemaker.
TER RECEPTIE NAAR DE 350-JARIGE
Voorwegschool
De stoet van feestredenaars in de aula van de 350-jarige Voorwegschool werd geopend door de burgemeester van Heemstede, de heer Mr. 0. van den Bosch. Hij werd figuurlijk terzijde gestaan door Pieter Jacob Harrebomée, zoon van schoolmeester Abraham Harrebomée en schrijver van het geschenk: "Spreekwoordenboek der Nederlandse Taal". Voorts spraken mevrouw M. Donker, de rijksinspectrice, de heer M. Kuiper namens en over de schoolintregatie en de heer P. Vrugt, voorzitter van de Ouder-commissie, die een prent van de Voorwegschool van 1742 van Speelman aanbood. De Heren E. v.d. Zwaag, hoofd van de jubilerende school, en Mr. H.J.F. Reeringh, wethouder van onderwijs, gaven in een geestige samenspraak de school een piano ten geschenke. Nadat de leerlingen, nu begeleid op de nieuwe piano, gezongen
hadden en de school op zijn beurt de gemeente Heemstede een wandkleed had aangeboden, werd het woord gegeven aan de heren Ben van Tongeren en Hans Krol, samenstellers en voornaamste auteurs van het herdenkingsboek: "350 jaar Voorwegschool" "Vrijheid, gelijkheid en broederschap". Jawel, maar de oranje-
gezinde Jan Terwogt moest plaats maken voor de toen 18-jarige Abraham Harreboméee, die de school zou leiden van 1798 tot 1852.. Zo ging het toen; nu zette het hoofd van de Voorwegschool het aangeboden VOHB-geschenk, zijnde 3 Groenendaal-boeken, onder dankzegging in het Dokumentatie Centrum van de school. Moge zij daar minstens 3^ eeuw de leerlingen van de Voorwegschool ten dienste zijn.
Na de speeches knalde Ben van Tongeren met een confetti-bom de aanpalende onderwijs-tentoonstelling open en konden de 125 genodigden zich verdelen over heden, verleden en toekomst van het onderwijs; de voortzetting van deze tentoonstelling vond inmiddels plaats in de openbare bibliotheek van Heemstede (tot 20 juli). Al met al een didactisch verantwoorde, auditief en visueel prettig aandoende en materieel goed verzorgde receptie. Gerard Schuitemaker. M E D E D E L I N G
Het jubileumboekje over de kerk in Bennebroek is te bestellen bij de heer M. Verkaaik, Lage Duin 11 te Bennebroek, Agehaald kost het ƒ. 12,50. Het kan U ook toegezonden worden,
indien U op giro no. 312306 een bedrag van ƒ. 15,— overmaakt, t.n.v. de heer M. Verkaaik, onder vermelding van:
Jubileumboek.
10
Heemstede in de Franse tijd DE STRIJD OM EEN KERK De politieke gebeurtenissen, die in januari 1795 begonnen, hebben ook in het rustige dorp Heemstede heel wat beroeringen gebracht. Het meest wel op kerkelijk gebied. Dat behoeft ons niet te verwonderen. Kerkelijke strijd is meestal feller dan politieke, in vroeger eeuwen meer nog don nu. Om de kerkelijke verwikkelingen in Heemstede te kunnen begrijpen, moet ik de geschiedenis van de kerken in onze woonplaats enigszins uitvoerig behandelen. Tot 1798 was de Gereformeerde Kerk, die nu Hervormde Kerk heet, staatskerk geweest. Dat betekende, dat de Staat zorgde voor de financiën van die Kerk, maar dan ook enige zeggen-
schap had in haar bestuur. De katholieken werden geduld, maar mochten geen kerken bouwen. Dat deden ze in de meeste plaatsen toch en het werd door de vingers gezien, vaak tegen een jaarlijkse contributie aan schout of baljuw. In Heemstede waren de katholieken ver in de meerderheid, maar de verhouding tussen de beide Kerken was heel goed. De dorpsschool had veel meer katholieke kinderen dan protestantse, maar de schoolmeester was protestants. Van klachten heb ik nooit iets gelezen. Op het gebied van de armverzorging had men deze eigenaardige toestand, dat de hervormde armen verzorgd werden door de hervormde diakonie en de katholieke armen hun bijdragen kregen uit de dorpskas en uit een collecte die de "Schoolmeesters van de Gemeene Armen" maandelijks langs de huizen hielden. De schoolmeesters, bestaande uit protestanten en katholieken, werden door het dorpsbestuur benoemd. In Heemstede was geen katholieke kerk. De katholieken in het noorden van de gemeente kerkten in Haarlem, waar een katholieke kerk was. De overigen kerkten in de kleine gemeente Berkenrode. Daar deze gemeente een katholieke ambachtsheer 11
had, kon pastoor Basius hier in 1694 een katholiek kerkje bouwen, dat ook voor de heemstedenaren dienst deed. Het lag aan de westkant van de Herenweg, schuin tegenover de plaats, waar nu de katholieke kerk staat. Het was een eenvoudig gebouwtje, geheel van hout opgetrokken. Jaarlijks moest er 63 gulden huur voor betaald worden aan de ambachtsheer van Berkenrode. Ook in het landelijke Berkenrode deed de revolutie van 1795 haar invloed gelden. Vóór die tijd had de pastoor alle voorkomende zaken bedissel , maar nu moest er een college van kerkmeesters komen, die het bestuur zouden hebben over alle zaken, die niet zuiver geestelijk waren. De pastoor zou een jaarlijks inkomen krijgen van 250 gulden, waarvan hij ook nog de kosteres moest betalen. Hij zou afstand doen van "het offer van de bak", waaruit hij vroeger zijn inkomen kreeg. Het kerkje van Berkenrode is in 1817 geheel vernieuwd, in 1837 vergroot en in 1879 definitief afgebroken, toen aan de overzijde van de Herenweg de katholieke kerk verrees, die er nu nog staat. De protestanten hadden hun eigen kerk; dezelfde, die er nu nog staat aan het Wilhelminaplein. Op die plek was in 1345 een kapel gebouwd ter gedachtenis aan de dood van Graaf Willem IV, die in dat jaar bij Stavoren sneuvelde in de strijd tegen de Friezen. Tijdens het beleg van Haarlem in 1573 werd deze kapel door oorlogsgeweld verwoest. De puinhopen bleven vele jaren liggen. In 1620 werd Adriaan Pauw ambachtsheer van Heemstede. Hij was protestants en vatte het plan op om op de plaats van de verwoeste kapel een protestantse kerk te bouwen. Nadat de Staten van Holland het ractement van de predikant gegarandeerd hadden, moesten de financiën voor de kerkbouw gevonden worden.
12
Belangrijkste Artikelen uit de STATUTEN van de Vereniging "Oud Heemstede - Bennebroek". art.
1
De vereniging "Oud Heemstede - Bennebroek", vereniging tot bevordering der kennis van het verleden, heden en toekomst van Heemstede en Bennebroek en omgeving, oorspronkelijk opgericht op 12 maart 1947 wordt, te rekenen van 12 maart 1972 af, aangegaan voor de tijd van 29 jaren en alzo eindigende op 11 maart 2001.
art.
2
De vereniging is gevestigd te Heemstede en stelt zich ten doel de bevordering van de kennis en de belangstelling voor het verleden, heden en de toekomst van Heemstede en Bennebroek en omgeving, alsmede het behoud van alle zodanige zaken, die van historische, esthetische en/of stedebouwkundige betekenis zijn.
art.
3
Zij tracht dit doel te bereiken door: a. het uitgeven van geschriften, b. het bijhouden van documentatie, c. het geven van adviezen, . d. het houden van lezingen, tentoonstellingen en excursies, e. alle andere wettige middelen, die zij voor dit doel bevordelijk acht.
Belangrijkste Artikelen uit het H u i s h o u d e l i j k
R e g l e m e n t
van de Vereniging "Oud Heemstede - Bennebroek".
art.
l
De werkkring der vereniging omvat het ten uitvoer brengen van al hetgeen in de artikelen 2 en 3 van de statuten is genoemd. Indien andere instellingen of lichamen identieke werkzaamheden uitvoeren of identieke doelstellingen nastreven zoekt hej bestuur met die organen contact en onderhoudt daarmee betrekkingen, ten einde zo mogelijk medewerking, c.q. samenwerking en financiële steun te verkrijgen c.q. te verlenen.
art.
2
Het bijhouden van documentatie ornvat o.m.: het vastleggen van gegevens, foto's, tekeningen, plattegronden; het investariseren van het markante gemeentebezit en het verzorgen van leggers of repertoria van al datgene, wat voor het doel van de vereniging van belang is.
art.
3
Het opstellen en verstrekken van adviezen, zowel aan overheidsinstellingen als aan particulieren heeft o.m. betrekking op: a. het conserveren van karakteristieke zaken; b. de vestiging van werkplaatsen, fabrieken, pakhuizen op plaatsen, die naar de visie van de vereniging daartoe n i e t geëigend zijn; c. het straataanzien, b.v. de erfafscheiding betreffende en de plaatsing van animatie-elementen en straatmeubilair, zoals: sierbestrating, lantaarns, bloembakken, luifels, reclamezuilen met klok. plattegrond, thermometer en barometer, lichtreclames, uithangtekens, zitbanken, kiosken, speelgelegenheden, terrasjes, koffieshops, muziektent, enz.
r
NieuvOsbrief 26 december 1980
Gem. Openbare Bibiliothsek Kerk laan 61
G. Schuitemaker, Voorzitter Ussellaan 7, 2105 VA HEEMSTEDE tel. 023-288916 W. Verspoor, Secretaris Wagnerkade 65, 2102 CT HEEMSTEDE
tel. 023-283068
B. Eichholtz, Penningmeester Beethovenlaan 45, 2102 ET HEEMSTEDE tel. 023-286247 H. Hamming, Ledenadministratie Provinciënlaan 184, 2101 SX HEEMSTEDE tel. 023-285034 .
P. Kapsenberg Molenwerf slaan 48, 2103 TD HEEMSTEDE
tel
' 023-288906
J.L.P.M. Krol Chopinlaan 31, 2101 HL HEEMSTEDE tel. 023-282977 mevr. l. van Thiel Lage Duin 83, 2121
CE
BENNEBROEK tel. 02502-8056
Contributie minimaal f. 15,-(incl. f. 2,50 Restauratiefonds)
Giro 27.35.06 t.n.v. de Penningmeester v.d. Ver. Oud-Heemstede-Bennebroek te Heemstede.
VERENIGINGSARCHIEF IN DEPOT BIJ BIBLIOTHEEK-HEEMSTEDE. Maart 1979 heeft het bestuur van de V.O.H.B. Uw medewerking gevraagd bij het opzetten van een archief. Niet zonder succes, want vele leden hebben boeken, archiefstukken en schilderijen aan de vereniging geschonken of in bruikleen afgestaan. Bovendien is een kollektie oude prenten aangekocht en werden
uit de nalatenschap van mevrouw Quak prentbriefkaarten ontvangen. Al dit materiaal is intussen geïnventariseerd. Zoals bekend heeft ook de gemeentelijke openbare bibliotheek
in de afgelopen jaren een kollektie "Heemstédiana" verzameld, evenals publicaties die betrekking hebben op de gehele regio. Zuid-Kennemerland.
Het bestuur van de V.O.H.B. is van mening dat conservering van het verenigings-archief in de Heemsteedse bibliotheek vele voordelen biedt voor een beter beheer.
Dit materiaal blijft echter eigendom van de V.O.H.B. Voor schenkingen kunt U zich blijvend wenden tot de voorzitter of
mevrouw I. van Thiel; voor gebruik of raadpleging met ingang van 1 januari 1981 tot de directeur van de bibliotheek, de
heer H. Krol, die belangstellenden te allen tijde zo goed mogelijk van dienst zal zijn.
CURSUS OUD-SCHRIFT.
Op verzoek van enkele leden heeft mevrouw Saskia de Graaf, archivaris bij het Prov. Archief van Noord-Holland, zich bereid verklaard een cursus oud-schrift te geven voor onze ver-
eniging. Deze cursus van 12 lessen elk van 2 uur wordt gegeven op de Meerlhorst op maandag van 18.00 tot 20.00 uur (de vroege aanvangstijd houdt verband met het feit, dat mevrouw De Graaf in Haarlem werkt maar in Amsterdam woont). De kosten bedragen ƒ. 65,— incl. materiaal.
Bij voldoende deelneming (minimaal 8 leden) vangt de cursus aan op 9 februari a.s. Ook niet-leden zijn welkom.
Uw opgave voor deze interessante cursus graag vóór 5 januari bij mevr. I. van Thiel, Lage Duin 83, Bennebroek (tel. 025028056).
BESTUURSVAKATURE. Ons bestuurslid de heer Berk heeft kort na zijn benoeming gemeend toch voor deze funktie te moeten bedanken, zodat er
weer een vakature is ontstaan. Wij zouden graag zien, dat deze plaats door een van onze Bennebroekse leden bezet zou worden. Hierbij doen wij dus nogmaals een beroep op deze ledenf om zich als kandidaat te melden.
JEUGDLIDMAATSCHAP. "Jong-Heemstede-Bennebroek" is door onze vereniging enigszins verwaarloosd. Wij zullen trachten hier iets aan te doen. Een eerste opzet blijkt uit het besluit om een jeugd-lidmaatschap in te stellen. De contributie hiervan zal ƒ. 7,50 per jaar gaan bedragen. Over andere activiteiten hopen wij U in een volgend nummer meer te vertellen.
HISTORISCH MUSEUM ZUID-KENNEMERLAND. Wij willen nog eens speciaal Uw aandacht vragen voor een mooie folder, welke U over het Historisch Museum kreeg toegezonden. Deze folder spreekt voor zichzelf. Zoals U gelezen zult hebben, is ook onze vereniging in het Stichtings-bestuur vertegenwoordigd. Deze Stichting is ten volle Uw aandacht waard en wij wekken U dan ook op, om middels Uw donatie het streven van deze stichting te steunen.
LIJST VAN SCHENKINGEN AAN ONZE VERENIGING. Deze lijst, welke wij in ons vorig nummer aankondigden, zal helaas nog niet kunnen worden gepubliceerd. De plaatsruimte laat het niet toe. De lijst was groter dan verwacht was. Een
heugelijk iets!
HERVORMDE KERK BENNEBROEK 300 JAAR.
Het bestuur van de V.O.H.B. was aanwezig zowel bij de openingsreceptie als bij de sluitingsceremonie van de tentoonstelling ter gelegenheid van het 300-jarig bestaan van de Hervormde Kerk, gehouden in het Raadhuis van Bennebroek. Wij keken daar met veel belangstelling naar de "voorbereiding van de bouw van de kerk" (architect: Pieter Post), de portretten van de predikanten (w.o. de bekende Ds. Talma), die vele schilderijen en tekeningen van de kerk, waarbij dat van Aleid Slingerland veel indruk maakte, het kerkelijk zilver, de koperen lezenaar, de bijbels en de foto's van het interieur. Al met al een interessante expositie/ begin september, in Bennebroek. G.J. Schuitemaker. OP BEZOEK BIJ HET GENOOTSCHAP OUD ZANDVOORT. In samenwerking met de afd. Kennemerland van de Ned. Genealogische Vereniging organiseerde het Genootschap Oud Zandvoort op 2 september een gevarieerde avond. Zo wandelde de V.O,H.B. bestuursvertegenwoordiging in gezelschap van de Oud-Zandvoorters en de Kennemer Genealogen achtervolgens door de Noordbuurt van Zandvoort (onder deskundige leiding van Ir.C.J.Wagenaar), luisterden genoemde aanwezigen naar een geestige lezing van de heer J.A. Steen over "Bijnamen in Zandvoort" en bekeek men dia's over "Oud Zandvoort". Zoals altijd voelden de vertegenwoordigers van de V.O.H.B. zich bij de Zdndvoortse zustervereniging goed thuis. Ook de hartelijke ontvangst in het Cultureel Centrum en de ambiance van dit voormalige Gasthuis droegen tot een geslaagde avond bij.
G.J. Schuitemaker. VOOR U BEZOCHT: 'T HUYS DEVER. Geopend: dinsdag t/m zondag van 14.00-17.00 uur.
Kerst en Nieuwjaarsdag gesloten. Op zaterdagavonden vaak concerten. Adres: Heereweg 349a, Lisse.
Telefoon: 02521-11430. GESCHIEDENIS: Het kasteel Dever wordt reeds genoemd in 1221 maar na allerlei avonturen (Hoekse en Kabeljauwse Twisten) is het in ongeveer 1700 afgelopen met de glorie van dit kasteel. Sinds 1778 staat het leeg....,, "het Spookhuis". Tot slot stort het bijna geheel in. Er blijft alleen de oude woontoren over; een steenklomp. Maar dan gaat de Gemeente Lisse, sinds 1949 eigenaresse van de ruïne, restaureren (1973). Het resultaat is bijzonder fraai; architect P. van der Sterre heeft zijn werk goed gedaan. Van .beneden naar boven creëerde hij een kelder, een benedenzaal, thans genaamd Ridderzaal, een bovenzaal, de Kapelzaal en een zolder met tentoonstellingsruimte. Interieur en exterieur doen zeer authentiek aan. Voor meer gegevens: deeltje XXX uit de serie Nederlandse
Kastelen (ANWB) G.J. Schuitemaker.
MEVROUW SASKIA DE GRAAF OVER "HET ARCHIEF". Op dinsdag 4 november hield Saskia de Graaf, medewerkster van het Rijksarchief van de provincie Noord-Holland een buitengewoon boeiende inleiding in de Meerlhorst over archieven, handschriften etc. Archief - het woord doet denken aan stoffige zolders, vergeelde papieren, oude ordners - werd voor een overvolle Meerlhorst tot leven gewekt. Eerst door de film "Het archief" van Kees Hin en'K. Schippers, curieus en intrigerend, daarna door de lezing en vragenbeantwoording van de inleidster. Zij wist de belangstellenden zo enthousiast te maken, dat speciaal voor de V.O.H.B.-leden een cursus archief-kunde op stapel wordt gezet - waarover elders in deze Nieuwsbrief. Wel een bewijs voor het succes van deze avond!
G.J. Schuitemaker.
UITREIKING JAARPREMIE V.O.H.B. OP DINSDAG 25 NOVEMBER. Dit jaar vond de uitreiking van de jaarpremie plaats in de Openbare Bibliotheek van Heemstede. Voor het programma van deze avond had de V.O.H.B. geen betere plaats kunnen kiezen! Stond niet aan het begin van deze door circa 100 mensen bezochte bijeenkomst de directeur van deze bibliotheek (en bestuurslid van de V.O.H.B.!) de heer Hans Krol voor ons klaar om een inleiding te houden over "Heemstede in publicaties en prenten"? En dan is er wat materiaal nodig! Archivalia, boeken, fotokopieën en prenten. Dat was zodoende allemaal aanwezig. Tot leven gewekt in een brillant betoog van inleider Krol, zetten deze geschriften de aanwezigen aan om nog zuiniger te zijn met alles wat Heemstede (en Bennebroèk) bieden aan kunsthistorisch materiaal binnen én buiten de bibliotheek. Zo niet, dan hebben wij weinig om te vieren in 1998 als Heemstede 1000 jaar bestaat. Voor inleveren en zuinig zijn pleitte ook nog Ben van Tongeren namens Stichting Historisch Museum Zuid-Kennemerland. Na de pauze/ waarin een heerlijk kopje koffie werd aangeboden, kwam uw voorzitter aan het woord, die het idee lanceerde het woningbestand van nu eens te vergelijken met dat van ongeveer 1730 met behulp van twee kaarten van Heemstede..... wat zal er zijn overgebleven? In ieder geval de poort van het voorhuis van het Oude Slot, dit keer als prent, getekend (en mooi) door Piet Kapsenberg. Het is dan ook terecht de jaarpremie van onze vereniging. Het eerste exemplaar ging naar de "Heer van Heemstede", Jhr.Mr. O.R. van den Bosch, die het blij verrast in ontvangst nam. Daarna konden de leden hun exemplaar in ontvangst nemen en tevens de aangekochte prenten en gekregen schilderijen etc. uit ons eigen archief bewonderen die smaakvol en functioneel zijn geëxposeerd in de Openbare Bibliotheek. Onze archiefstukken zullen in de toekomst in de Bibliotheek blijven; zij blijven eigendom van de V.O.H.B.; een en ander biedt waarborgen voor een goed beheer —— het overdenken waard als U eens wat wilt afstaan aan de V.O.H.B. Met deze
mijmering zet ik een punt achter het verslag van de premieuitreiking, die zeer geslaagd genoemd mag worden.
G.J. Schuitemaker.
De tvOcc hofdichten op V&stermeer (1721) In 1721 werd de Heemsteedse buitenplaats Westermeer, die in de buurt van Groenendaal uitkeek over de Haarlemmermeer, door twee Amsterdamse poëten bezongen. Het uitvoerigst door de
oude toneeldichter en -speler Willem van der Hoeven (16531727), wat beknopter door zijn leeftijdgenoot Frans Ryk
(1656-1738) die vooral als vertaler van Franse toneelstukken te boek staat. Ze waren bevriend met de eigenaar van Westermeer, Jacob Fruyt, zo'n echte 18e eeuwse mecenas die graag dichters om zich heen had. Behalve Ryk en v.d. Hoeven kwamen ook Pieter Langendyk en Abraham Bogaert graag op Westermeer, waar de wijn altijd klaar stond. Bogaert besteedt in zijn hof-
dicht Geuzeveldt (ook 1721) vier regels aan Westermeer "met zyne wandeldreven, dat Fruyt een "schoonder glans en luister
heeft gegeven." Willem van der Hoeven had al eerder een hofdicht geschreven, "Het lusthof Rynneveen", op het Osdorper buitenhuis van die andere mecenas, de Amsterdamse juwelier Benedictus van Rijneveld (1673-1628) die zelf ook wel gelegenheidsgedichten schreef. Hij was met de Haarlemse Joanna Veen getrouwd, en Van der Hoeven had hun namen verenigd in Rynneveen. Toen hij het gedicht schreef, telde hij "Zes kruyssen en een half", dus 65 jaar, waarmee dit hofdicht gedateerd kan worden op 1718. Tot nu toe
hield men het op ca. 1715. Dr. P.A.F, van Veen,die in 1960 een proefschrift over de hofdichten schreef, heeft zich over de datering ervan niet zo druk gemaakt, en daardoor nogal wat bokken geschoten. Een er-
van is dat hij Westermeer dateert op ca. 1700, dus nog vóór Endenhout (1709) van J.B. Wellekens en vóór Rynneveen, die allebei in Westermeer genoemd worden. Een serieuze poging om Westermeer te dateren, wordt ondernomen door dr. Margaretha Cox-Andrau in haar dissertatie uit 1976 over de dichter Pieter Vlaming. Haar eerste stelling luidt: "Westermeer van Willem van der Hoeven is niet ca. 1700 gedicht, zoals Dr. P.A.F, van Veen overneemt uit de catalogus van de K.B., maar ca. 1725, wat inhoudt, dat het één van de laatste gedichten van W. v.d. Hoeven is". Op blz. 65 wijst ze erop dat Nicolaas van Duyst, aan wie Westermeer is opgedragen, en die ca. 1705 geboren moest zijn (hij werd om precies te zijn op 8 april 1705 gedoopt), ten tijde van het gedicht niet jonger geweest zal zijn dan 20 jaar. Dat klinkt inderdaad aannemelijk, maar jammer genoeg heeft dr. Cox over het hoofd gezien, dat er vóór Westermeer een lofdicht opgenomen is van Pieter Langendyk, dat ook in diens Gedichten deel I op blz. 416 te vinden is. Dit deel I is van 1721, geen jaar later, en dus moet ook Westermeer van 1721 zijn. Ook Guda Ratelband zat er met c, 1710 een eind naast. Alleen J.W. Groesbeek gaf in zijn boek Heemstede in de historie (1972) het jaartal c.
1721 aan (blz. 136). De hofstede Westermeer werd in 1711 voor maar ƒ. 4.200,- gekocht door Daniel Fruyt (ca. 1645-1717). Als ik v.d. Hoeven goed begrijp is het schip dat op een tekening van H. de Leth te zien is in de grote vijver van Westermeer, een model van het schip waarmee Fruyt zeventig maal de oceaan is overgestoken naar West-Indië (de Avondvorst zyn Ryk", blz. 27). Op Westermeer dacht hij rust te vinden, maar hij stierf voor het voltooid was, en zijn zoon liet Simon Schynvoet, de bekende architect, het herenhuis bouwen en de tuin aanleggen. Jacob Fruyt (ca. 1675-1751), koopman te Amsterdam, bleef ongehuwd, maar zijn zuster Constantia of gewoon Tanneke, trouwde in 1703 met de makelaar Gommarus van Duyst (1677-1741). Deze was evenals zijn vader Nicolaas postmeester van de Haagse postwagen en eigenaar van de Heemsteedse wisselplaats, het
Posthuys (Groesbeek blz. 52). Zijn buitenhuis aan het begin van de Haarlemmerweg buiten Amsterdam, heette dan ook Postrust (Hollands Tempe, Amst. 1728). Zijn zoon Nicolaas Gomrnarus, die in 1721 dus 16 jaar was, "een kleyne kring van Jaaren", maar al op zijn kleppertje van Heemstede naar Amsterdam reed, hield van poëzie en was al op een "koopkantoor" in de leer. Van der Hoeven hoopte zijn huwelijk nog te mogen meemaken, maar Nicolaas stierf ongehuwd in hetzelfde jaar als de dichter. Evenals Het hofdicht Rynneveen is Westermeer geschreven in lange versregels, alexandrijnen, en telt 84 bladzijden, tweemaal zoveel Rynneveen, dat er ook al mocht wezen. Opvallend is ^het gekruist rijm, want gepaard rijm is in zo'n geval gewoner. Van der Hoeven was al eens als rijmelaar gehekeld door S. Feitoma, en ook in Westermeer keuvelt 'en rijmelt de oude bard de ene regel na de ander. Herhaaldelijk laat hij dan ook weten, dat hij zich van de kritiek niets aantrekt. Als Fruyt 't maar mooi vindt.
Westermeer is ingedeeld in vier "boeken", en bij zo'n arcadisch onderwerp is men dan geneigd aan de vier jaargetijden te denken. Is Vivaldi's meesterwerk niet in diezelfde tijd (uitg. Amsterdam 1725) gecomponeerd? En beschrijft v.d. Hoeven niet twee kunstwerken die op de seizoenen zijn gebaseerd, het plafond van het Speelhuys en een beeld van Heerstal? Met een beetje goede wil herkent men in I de lente aan de bloeiende vruchtbomen, de zomer aan het eind van II aan het rijpe fruit, heel vaag de herfst aan de jacht in III, en tenslotte in IV de winter aan de oranjerie waar alles ook 's winters groen blijft en aan het toedekken van de beelden tegen vorstschade. Duidelijker is, dat het gedicht zich afspeelt in drie dagen. Het begint 's morgens met een wandeling naar Westermeer, tot in de laatste regel van I "de groote kaars gaat uyt". Boek II loopt van de ochtend tot het middageten en III verder tot de avond, terwijl IV 's morgens begint en eindigt met het vertrek per rijtuig, in het gezelschap-van Fruyt. En elke dag beschrijft hij iets van de omgeving en iets van de buitenplaats zelf. In boek I zien we het Spaarne, de Haarlemmerhout en de landhuizen langs de weg naar Westermeer, en in II en III, de tweede dag dus, de wijde omgeving. Eerst bekijkt hij vanuit het Speelhuys de dorpen aan de overzijde van het Meer. In Osdorp
wonen zijn vrienden Van Rijn e vel d en Wessel van Neerkassel de zeeheld, die beide ook in Geuzeveld van A. Bogaert vermeld worden en met wie ook Langendyk bevriend was. Van der Hoeven vertelt er in deze passage niet bij, dat hijzelf ook in Osdorp woonde op de hofstede Thalia (Hollands Tempe, 1728). Hij ging
dus op voet van gelijkheid met deze mensen om. Van Veen's bewering dat er in het lofdicht op Westermeer "een duidelijke bedelarij om geld niet ontbreekt", is dan ook uit de lucht gegrepen. Ver in het zuiden ziet hij de stad Leiden. Van Veen vergist zich al weer, als hij zegt dat de waterweg naar Leiden hem aan burgemeester Van der Werff doet denken, hij ziet de stad zelf. 's Middags ziet hij vanaf een duintop de stad Haar-
lem en de dorpen in de omtrek, van Hillegom tot Beverwijk toe.
Vooral de beschrijving van het vissersdorp Zandvoort is aardig. In IV is er nog een klein uitstapje naar de herberg de Geleerde man voorbij de Glip. Van Westermeer zien we de eerste dag niet veel, maar de volgende ochtend des te meer. De beelden van Neptunus en Mercurius verleiden de dichter tot luchtige mythologische verhalen,
Bij een fontein staat een vergulde Triton die water spuit, en er is een schelpengrot die v.d. Hoeven zelf heeft aangelegd, dus " 't zou niet passen dat ik het prees". Er is een laan van bijna 200 meter lang, die bij het huis een echo geeft. 's Middags beschrijft hij het speelhuisplafond van Van Lochteren (wsch. de Amsterdamse beeldhouwer Ignatius van Logteren 1685-1732) en voltooid door een Husly. De derde dag zien we de houten schildwacht met zijn twee kanonnen, en de beelden van de Haarlemse beeldhouwer Gerrit van Heerstal (c. 1685-
10
1746), zeegoden en de vier jaargetijden, vier kindertjes uit één stuk steen gehouwen. We zien een fontein die de visserij uitbeeldt, een vissersjongen met een bootshaak waaruit water spuit. Midden tussen de bomen staat Vesta, en in het huis een schoorsteenstuk van een Smith. Er is een oranjerie, een vogelvijver en een volière en tenslotte de stal. Het personeel en de honden Tolletje en Fidelletje worden niet vergeten. Van der Hoeven, die behalve dichter en toneelspeler ook een volleerd beeldhouwer was (S.A.C. Dudok van Heel, Jb.Amst.65 p. 101 e.v.) had omstreeks 1721 in Amsterdam een koffiehuis waar veel kunstenaars en dichters bijeenkwamen. In 1724 schilderde de nog onbekende Cornelis Troost zijn portret .dat hem, toen dat in het koffiehuis aan de Kalverstraat hing, bekend-, heid en zijn eerste grote opdracht bezorgde. Het is dan ook niet te verwonderen, dat er in het gedicht Westermeer veel aandacht geschonken wordt aan de kunst. Zo herinnert het gezicht op Haarlem hem aan zijn oude kunstbroeders, waarvan de meesten al gestorven zijn: C. Dusart (1660-1704), D. Maas (1659-1717), R. Brakenburg (1650-1702) en Vermeer, d.w.z. Jan van der Meer (1656-1705). Voor een kunsthistoricus is er nog wel het een en ander aan dit gedicht te ontlenen. Van het gedicht van Frans Ryk over Westermeer bestaan twee uitgaven, wat niet door P.A.F, van Veen is opgemerkt. De een is uitgegeven te Amsterdam, By Willem Barentse, over de Niéuwe-straat, 1721. Deze druk bevindt zich in de Stadsbibliotheek te Haarlem (maar wordt niet genoemd in Ratelband) en telt 16 bladzijden. De andere, in de U.B. Utrecht, telt 12 bladzijden maar mist een titelpagina. Deze zou dus vóór 1721 gedrukt kunnen zijn, maar er is in de tekst niets wat daar op wijst. Het gedicht van Ryk is niet alleen veel korter dan dat van
v.d. Hoeven, het is ook in kortere versregels geschreven, ze tellen vier jamben. Ook het tijdsbestek is veel beknopter. 's Morgens vroeg wordt de dichter wakker in een lusthof waar hij de beelden van Neptunus en Hermes ziet, zodat hij zich herinnert, dat hij in de tuin van zijn vriend Fruyt in slaap gevallen was. Hij ziet ook het kunstwerk dat v.d. Hoeven vervaar11
digd heeft, de grot met dolfijn, draak en Triton. Hij maakt een wandelingetje door het gras, waar een zingend meisje de koeien melkt, naar f t Huys te Heemstede, langs de blekerijen en korenvelden. Vanaf een hoogte ziet hij "Lis, Séssem, Nóórdwyk, Hfllegóm" (hier hebt u een viervoetige jambe), verder Rynlands Hoofdstad en Haarlem. Dat brengt hem tot de stereotype opmerking dat het leven op het land rustiger is dan in
de woekerende steden. Hij krijgt honger, de koffie en het ontbijt staan wellicht al klaar, en de eerste teug zal zijn, "dat Westermeer mag bloeijen". Het heeft niet mogen baten, deze toast werd Westermeer gesloopt, en werden de Groenendaal en Bosbeek. Wanneer u daar nog eens dit buitenhuis en aan de twee eeuwigden.
met koffie. In 1829 gronden verenigd met wandelt, denkt u dan poëten die het verdrs. C.G.M. Smit.
Vier tekeningen en een plattegrond van Westermeer, door Hendrik de Leth (1696-1743), tekenaar en makelaar, die vooral door zijn kunstveilingen bekend gebleven is. Tekeningen uit de atlas van het Gemeente-archief Haarlem. 3465 plattegrond. Het huis zelf is rechtsonder. 3466 de poort met rechts het Speelhuys? Het landhuis is verscholen onder het gebladerte 3464 en 3468 kijkjes op de tuin 3467 de grote vijver met het model van het schip van Daniel Fruyt. Doorkijkje door de lange laan met de geschoren "glinten"
12
Monumenten in Heemstede door Ben van Tongeren.
Wat moet worden behouden van de historische gebouwen in een verder moderne gemeenschap is een probleem en zal dit in de toekomst ook wel blijven. Grenzen trekken, bepalen.wat van genoeg waarde is om beschermd te worden, dat is een delicate zaak. De monumentenlijst van de Rijksdienst monumentenzorg is niet voldoende. En, zoals in onze gemeente blijkt, ook vaak niet afdoende. De bescherming kan niet geheel overgelaten worden aan de overheid, ook een historische vereniging moet zich hiervoor actief inspannen. De vereniging "Oud-Heemstede-Bennebroek" vindt bovendien dat men veel verder moet gaan. Dat het karakter van de dorpen moet blijven behouden. Enige ervaringen in deze strijd tot karakterbehoud in de afgelopen tien jaar worden hieronder weergegeven.
MONUMENTENLIJST. Het aanmerken van een bouwwerk tot monument stelt natuurlijk enige eisen. Vereist bijzondere aspecten. Ouderdom en esthetiek zijn voor de hand liggende criteria. De monumentenwet
geeft in artikel 1 lid l de volgende omschrijving: "Alle vóór tenminste vijftig jaar vervaardigde zaken, welke
van algemeen belang zijn wegens hun schoonheid, hun betekenis voor de wetenschap of hun volkskundige waarde". Lid 2 en 3
voegen daarbij "Terreinen en zaken die van algemeen belang zijn wegens hun geschiedkundige herinnering". De monumenten in Heemstede liggen grotendeels buiten het dorpsgebeuren. Zijn geen onderdeel van het dagelijks levenspatroon. Dit in tegenstelling tot monumenten in centra van steden waar de historie vaak op het ;moderne leven neerkijkt. Globaal ingedeeld hebben we hier in onze gemeente een tiental voormalige buitenplaatsen, landhuizen en/of koetshuizen. Een twintigtal woningen van meer of mindere allure. Een tiental 13
toegangshekken en muren. Drie (thee-)koepels, een gedenknaald, een ruïne van een watertoren, een graftombe, een ijskelder, een brug (de "vredesbrug") en een duivenpoort. Dan nog het rechterbouwhuis wat we nu het Slot noemen, het restaurant "Het Wapen van Heemstede" en lest best de hervormde kerk, ook op het Wilhelminaplein. Deze herinneringen aan een vroeger leven hier zijn opgenomen in de lijsten van monumentenzorg. Zij genieten daardoor - op een gebrekkige manier - enige bescherming. Zij mogen niet gesloopt worden. Niet zomaar. Maar als de eigenaar het college van Burgemeester en Wethouders om vergunning vraagt tot sloop van zijn eigendom krijgt hij deze toch te gemakkelijk. U en ik merken daar normaliter niets van. Slechts met enig geluk wordt dat bekend en is het mogelijk er enige invloed op uit te oefenen. Tweemaal is dat voorgekomen, in één laan. DE KOEDIEFSLAAN. "De dorstige kuil" staat op nummer 69 en is een karakteristiek pand uit het begin van de 19e eeuw. De eigenares, de Vereni-
ging van Bijzonder Protestant-Christelijke scholen, wilde deze vroegere herberg slopen. Het college van Heemstede adviseert
in september 1969 het Ministerie van CRM toestemming te verlenen tot afbraak. Op een vergadering van de vereniging vertelt een buurtbewoner van de plannen en lang niet alle leden
ondersteunen de actie die het bestuur dan neemt. De vereniging is nog nooit tegen de overheid in het geweer gekomen, het zou niet passen in het karakter van onze vereniging. Het bezwaarschrift heeft echter succes en het ministerie geeft geen toestemming tot sloop. Omdat daarmee het pand nog niet is gered gaat de voorzitter praten met het bestuur van de
schoolvereniging. Onze bemoeienis werd niet in dank afgenomen en toegegeven moet worden dat de vereniging alléén weinig kan
doen in zo'n situatie. Gelukkig kwam het college nu met een positieve benadering, wethouder Verkouw stelde een plan op tot overname van het pand door de gemeente. Voor een symbolisch bedrag en met de verplichting tot verhuur voor een vrienden14
prijs aan de school. Door deze opzet kon "De Dorstige Kuil" gerestaureerd worden en was het mogelijk om op 8 december j.l. het pand weer in gebruik te geven aan de Gerrit Borger School. "De Appelkamer" cum annexis, de bijgebouwen van de buitenplaats "Kennemeroord, hebben wat ons betreft totnutoe eenzelfde procedure. Ook hier vraagt de eigenaar - op 11 maart 1978 - aan het college om toestemming tot sloop van de gebouwen. En ook hier verlenen B & W hun medewerking, door op 23 maart 1978 CRM te vragen het monument van de monumentenlijst te schrappen omdat ze geen bezwaar hebben tegen sloop. En ook hier horen wij "toevallig" van de in gang zijnde procedure. En
ook hier dienen wij een bezwaarschrift in, hoewel de beslissing nog niet is genomen. Maar ook hier hebben wij succes en wordt de toestemming tot de sloop niet gegeven. En het gesprek met het bestuur van de diaconie door de - toenmalige voorzitter heeft ook plaats, uiteindelijk op 17 september 1979, Dit gesprek - en ook latere onderhandelingen met de gemeente leiden nog niet tot restauratie. De vergelijking met de "Dor-
stige Kuil" houdt hier op. De start was overigens ook anders want de diaconie heeft al in 1972 gevraagd aan CRM of subsidiëring mogelijk was, maar kreeg een negatief antwoord. Wat toen met wat meer inspanning wellicht mogelijk was geweest is nu veel moeilijker te realiseren. Het dossier is intussen
flink uitgebreid en we geven de moed niet helemaal op. WERKGROEP KARAKTERBEHOUD. Bijna ongemerkt verandert een stads- of dorpsbeeld. Een wegenaanpassing hier, een pandje verdwijnt daar en succesievelijk wijzigt het karakter van de plaats. De bezige mens gaat er aan voorbij. En ook een dorp wil meegaan met zijn tijd, opgaan in de vaart der ontwikkeling. Soms is even stilstaan en nadenken over wat we aan het doen zijn toch noodzakelijk. In 1972 bestond de V.O.H.B. 25 jaar en wij hielden in het Slot de tentoonstelling "TOEN EN NU". Bedoeld als een soort shocktherapie. Om door de vergelijking te tonen wat er veranderd was
15
in een korte spanne tijds. Meestal niet ten goede, heel vaak een verarming van het woonmilieu en van het karakter. De op-
zet had effect. Er werd een werkgroep "karakterbehoud" ingesteld die zich ging bezighouden met wat wij wilden sparen. Voor nu/ voor onze kinderen en voor de toekomstige bewoners van de gemeente. Veel werd vergaderd in het Slot, als gast van weverij "De Ploeg". Want als de vereniging bezwaar maakte tegen een sloop
of andere aantasting van het karakter was dat te incidenteel. Teveel Ad-hoc. Ook het college wilde van ons wel eens een inventarisatie zien. Wat vonden wij nu waardevol genoeg om te behouden? Welke criteria legden wij aan? De werkgroep heeft heel serieus getracht te komen tot een volledige lijst. Wijksgewijs werden verkenningen gedaan en alle waardevolle elementen werden beschreven. Veel meer dan slechts
gebouwen. Ook bestratingen, beplantingen en aardige woningen werden opgenomen. We wilden teveel en waren te ambitieus.
En kwamen er niet goed uit. Dat mag ik nu eerlijk toegeven. -Wordt vervolgd met adviseringen aan colleges van B & W en samenwerking met de welstandscommissie.
16
Belangrijkste Artikelen uit de STATUTEN van de Vereniging "Oud Heemstede - Bennebroek". art.
l
De vereniging "Oud Heemstede - Bennebroek", vereniging tot bevordering der kennis van het verleden, heden en toekomst van Heemstede en Bennebroek en omgeving, oorspronkelijk opgericht op 12 maart 1947 wordt, te rekenen van 12 maart 1972 af, aangegaan voor de tijd van 29 jaren en
art.
2
De vereniging is gevestigd te Heemstede en stelt zich ten doel de bevordering van de kennis en de belangstelling voor het verleden, heden en de toekomst van Heemstede en Bennebroek en omgeving, alsmede het behoud van alle zodanige zaken, die van historische, esthetische en/of
art.
3
Zij tracht dit doel te bereiken door: a. het uitgeven van geschriften, b. het bijhouden van documentatie, c. het geven van adviezen, . d. het houden van lezingen, tentoonstellingen en excursies, e. alle andere wettige middelen, die zij voor dit doel bevordelijk acht.
alzo eindigende op 11 maart 2001.
stedebouwkundige betekenis zijn.
Belangrijkste Artikelen uit het H u i s h o u d e l i j k
R e g l e m e n t
van de Vereniging "Oud Heemstede - Bennebroek".
art.
l
De werkkring der vereniging.omvat het ten uitvoer brengen van al hetgeen in de artikelen 2 en 3 van de statuten is genoemd. Indien andere instellingen of lichamen identieke werkzaamheden uitvoeren of identieke doelstellingen nastreven zoekt hej bestuur met die organen contact en onderhoudt-daarmee betrekkingen, ten einde zo mogelijk medewerking, c.q. samenwerking en financiële steun te verkrijgen C.q. te verlenen.
art.
2
Het bijhouden van documentatie omvat o.m.: het vastleggen van gegevens, foto's, tekeningen, plattegronden; het investariseren van het markante gemeentebezit en het verzorgen van leggers of repertoria van al datgene, wat voor het doel van de vereniging van belang is.
art.
3
Het opstellen en verstrekken van adviezen, zowel aan overheidsinstellingen als aan particulieren heeft o.m. betrekking op: a. het conserveren van karakteristieke zaken; b. de vestiging van werkplaatsen, fabrieken, pakhuizen op plaatsen, die naar de visie van de vereniging daartoe n i e t geëigend zijn; c. het straataanzien, b.v. de erfafscheiding betreffende en de plaatsing van animatie-elementen en straatmeubilair, zoals: sierbestrating, lantaarns, bloembakken, luifels, reclamezuilen met klok. plattegrond, thermometer en barometer, lichtreclames, uithangtekens, zitbanken, kiosken, speelgelegenheden, terrasjes, koffieshops, muziektent, enz.
Het bestuur vOenst alle leden en belangstellenden prettige feestdagen