Nieuwe zorg verantwoorde zorg? Onderzoek naar de kwaliteit van zorg bij het nieuwe Zorgaanbod in het kader van de Wet op de jeugdzorg van de Stichting MJD in de provincie Groningen.
Inspectie Jeugdzorg Utrecht, maart 2011
Inspectie Jeugdzorg
2
Inspectie Jeugdzorg
Samenvatting
In steeds meer provincies in Nederland dienen zich nieuwe zorgaanbieders aan op de jeugdzorgmarkt. Zij doen een beroep op de provincie om erkend te worden als jeugdzorgaanbieder en daarmee op financiering van hun zorgaanbod. De provincie beoordeelt daarbij of het verantwoord is gebruik te maken van het zorgaanbod van een nieuwe zorgaanbieder. Over de kwaliteitseisen aan nieuw zorgaanbod en de toetsing daarvan zijn afspraken vastgelegd in een door het IPO, het Ministerie van VWS en Inspectie Jeugdzorg opgesteld protocol (2005). Een kwaliteitstoets door de Inspectie Jeugdzorg, een half jaar nadat daadwerkelijk zorg wordt geboden aan cliënten is hierin opgenomen. Stichting Maatschappelijke en Juridische Dienstverlening (MJD) biedt als brede welzijnsorganisatie al meerdere jaren maatschappelijk werk, sociaal juridische dienstverlening, randgroepenwerk, jeugd- en jongerenwerk, ouderenadvieswerk en minderhedenwerk. MJD is door de provincie Groningen voorlopig erkend als nieuwe zorgaanbieder in het kader van de Wet op de jeugdzorg. Het gaat om de onderdelen: Intensieve Ambulante Jeugdhulp (15 trajecten) en Ambulante Gezinshulpverlening (10 trajecten). Deze jeugdzorgonderdelen (modules) maken deel uit van het brede zorgprogramma van MJD. Op verzoek van de provincie Groningen heeft de Inspectie Jeugdzorg in december 2010 een kwaliteitstoets uitgevoerd bij deze nieuwe zorgaanbieder die gevestigd is in Groningen.
In deze kwaliteitstoets heeft de inspectie onderzocht in hoeverre zorgaanbieder MJD voldoet aan de voorwaarden voor een veilig opvoedingsklimaat en verantwoorde zorg en een passend zorgaanbod heeft. Informatie is verkregen via interviews met cliënten, hulpverleners en directie. Daarnaast zijn (beleids-) documenten en cliëntendossiers geanalyseerd.
De Inspectie Jeugdzorg oordeelt op basis van de informatie dat MJD zorg levert van voldoende kwaliteit: -
MJD voldoet grotendeels aan de voorwaarden voor een veilig opvoedingsklimaat;
-
MJD voldoet grotendeels aan de voorwaarden voor verantwoorde zorg;
-
MJD biedt een passend zorgaanbod.
De Inspectie Jeugdzorg doet de volgende aanbevelingen:
Aan de provincie Groningen -
Erken de onderdelen Intensieve Ambulante Jeugdzorg en Ambulante Gezinshulpverlening van het MJD definitief als geïndiceerde zorg op grond van de Wet op de jeugdzorg.
-
Zorg ervoor dat alle indicatoren (zoals aangegeven in het toetsingskader) binnen een jaar operationeel zijn.
3
Inspectie Jeugdzorg
Aan MJD -
Zorg dat het handelen bij incidenten/calamiteiten goed is geregeld.
-
Zorg dat het instellingsbeleid wat betreft de rechtspositionele regelingen voldoet aan de eisen uit de Wet op de jeugdzorg.
4
Inspectie Jeugdzorg
Inhoudsopgave
Samenvatting..................................................................................................................3 Hoofdstuk 1
Inleiding ..................................................................................................7
Hoofdstuk 2
Bevindingen...............................................................................................9
2.1
Inleiding...........................................................................................................9
2.2
De instelling voldoet aan de voorwaarden voor veilige zorg .......................................9
2.3
De zorgaanbieder voldoet aan de voorwaarden voor verantwoorde zorg .................... 13
Hoofdstuk 3
Eindoordeel, overwegingen en aanbevelingen ................................................ 19
3.1
Eindoordeel .................................................................................................... 19
3.2
Aanbevelingen ................................................................................................ 19
Bijlage 1 Toetsingskader Nieuwe zorg verantwoorde zorg? .................................................... 21
5
Inspectie Jeugdzorg
6
Inspectie Jeugdzorg
Hoofdstuk 1
Inleiding
In steeds meer provincies in Nederland dienen zich nieuwe zorgaanbieders aan op de jeugdzorgmarkt. Zij doen een verzoek aan de provincie om erkend te worden als jeugdzorgaanbieder en daarmee op financiering van hun zorgaanbod. Het is daarbij de taak van de provincie te beoordelen hoe verantwoord het is om gebruik te maken van het aanbod van een nieuwe zorgaanbieder. Over de eisen die aan de kwaliteit van de zorg van een nieuwe zorgaanbieder gesteld mogen worden en de toetsing daarvan is door het IPO, het Ministerie van VWS en de Inspectie Jeugdzorg in 2005 een protocol opgesteld. In dit protocol is onder meer opgenomen dat de provincie, minimaal een half jaar nadat een zorgaanbieder daadwerkelijk gestart is met het aanbieden van zorg, de Inspectie Jeugdzorg kan vragen een kwaliteitstoets uit te voeren. In dit kader heeft de provincie Groningen de Inspectie Jeugdzorg verzocht om de kwaliteit van het nieuwe zorgaanbod van Stichting Maatschappelijke en Juridische Dienstverlening (MJD) Groningen te toetsen. MJD biedt als brede welzijnsorganisatie reeds meerdere jaren maatschappelijk werk, sociaal juridische dienstverlening, randgroepenwerk, jeugd- en jongerenwerk, ouderenadvieswerk en minderhedenwerk en is door de provincie Groningen voorlopig erkend als nieuwe zorgaanbieder in het kader van de Wet op de jeugdzorg. Het gaat om de onderdelen: Intensieve Ambulante Jeugdhulp (15 trajecten) en Ambulante Gezinshulpverlening (10 trajecten). Deze jeugdzorgonderdelen (modules) maken deel uit van het brede zorgprogramma van MJD. Bij de toetsing van de kwaliteit van de zorg onderzoekt de inspectie of de nieuwe zorgaanbieder voldoet aan de voorwaarden voor veilige en verantwoorde zorg. Daarnaast onderzoekt de inspectie of de zorg wordt geboden aan die doelgroep waarvoor het zorgaanbod is ontwikkeld en toegerust.
De inspectie heeft in haar onderzoek gebruik gemaakt van informatie uit analyse van aangeleverde (beleids-)documenten en cliëntendossiers en uit interviews met cliënten, groepsleiders en leidinggevenden.
Leeswijzer Dit rapport geeft de resultaten weer van het onderzoek dat de Inspectie Jeugdzorg bij MJD heeft uitgevoerd. In hoofdstuk 2 geeft de inspectie de bevindingen weer van het onderzoek of de instelling voldoet aan voorwaarden voor veilige en verantwoorde zorg en of de instelling hulp biedt aan de doelgroep waarop zij zich richt. In hoofdstuk 3 presenteert de inspectie het eindoordeel en doet zij aanbevelingen aan de provincie Groningen en de zorgaanbieder MJD.
Toetsingskader De inspectie heeft, op basis van de Wet op de jeugdzorg, een toetsingskader opgesteld. In dit toetsingskader geeft de inspectie aan de hand van indicatoren aan wat zij van een nieuwe zorgaanbieder verwacht als het gaat om het bieden van een veilig opvoedingsklimaat,
7
Inspectie Jeugdzorg
verantwoorde zorg en passende zorg. Dit toetsingskader is als bijlage 1 toegevoegd aan dit rapport.
Omdat de doelgroepen van de modulen Intensieve Ambulante Jeugdhulp (jongere) en Intensieve Gezinshulp (gezin) verschillen, wordt in dit rapport de term ”cliënt” gebruikt daar waar het jongere of gezin betreft.
8
Inspectie Jeugdzorg
Hoofdstuk 2
2.1
Bevindingen
Inleiding
Om tot een oordeel te komen of de nieuwe zorgaanbieder MJD zorg biedt van voldoende kwaliteit dient een aantal onderzoeksvragen te worden beantwoord. Het betreft de volgende drie deelvragen: 1. Voldoet de zorgaanbieder aan de voorwaarden voor veilige zorg? 2. Voldoet de zorgaanbieder aan voorwaarden voor verantwoorde zorg? 3. Levert de zorgaanbieder een passend aanbod?
Dit hoofdstuk bevat drie paragrafen die gewijd zijn aan de drie deelvragen. In elke paragraaf worden de bevindingen van het toezicht per onderliggend criterium in een tabel met toelichting uitgewerkt. Het aantal criteria verschilt per deelvraag. De scores per indicator zijn weergegeven in een tweepuntsschaal met de scores niet operationeel en operationeel. Onder de term operationeel verstaat de inspectie dat afspraken bekend zijn en hanteerbaar zijn op uitvoerend niveau.
2.2
De instelling voldoet aan de voorwaarden voor veilige zorg
Er zijn afspraken over de frequentie van contact tussen de medewerker en de cliënt Er zijn afspraken over vaste begeleiding van de cliënt Er zijn afspraken over vervanging van medewerkers bij ziekte en verlof De medewerkers handelen naar de gemaakte afspraken
Operationeel
Indicatoren Er zijn afspraken over de bereikbaarheid van de medewerker voor de cliënt
Niet
Criterium Medewerkers zijn voldoende beschikbaar
operationeel
Scores per indicator
Toelichting: Er zijn afspraken over de bereikbaarheid van de medewerker voor de cliënt In principe is bereikbaarheid gebonden aan de kantooruren, maar medewerkers zijn doorgaans wel breder bereikbaar. Daar worden ze ook op geselecteerd. In de vacaturetekst staat vermeld dat medewerkers beschikbaar moeten zijn van 8.00 tot 20.00 uur. Buiten kantooruren is Sensoor Groningen/ Drenthe, een telefonische hulpdienst, het aanspreekpunt. Een manager van MJD is daar weer achterwacht van. Over deze dienst worden cliënten geïnformeerd. Belt men buiten kantoortijd het bureau dan hoort de cliënt deze informatie ook nog eens via een bandje. De medewerkers moeten hun Outlookagenda goed bijhouden. De baliemedewerker kan dan cliënten informeren over de bereikbaarheid en/of doorverbinden naar een collega. De medewerkers hebben een mobiele telefoon en verstrekken hun e-mailadres aan cliënten. Medewerkers bellen binnen een dag terug wanneer hun voicemail ingesproken wordt.
9
Inspectie Jeugdzorg
Er zijn afspraken over de frequentie van contact tussen de medewerker en de cliënt De duur en de omvang van de begeleiding is afhankelijk van de indicatiestelling en van de complexiteit van de hulpvraag. Ieder traject is maatwerk. De frequentie van het contact tussen medewerker en cliënt varieert in de praktijk van één uur per week tot soms wel een hele dag. Waar nodig gaan medewerkers met cliënten mee naar moeilijke gesprekken bij andere instellingen. Uitgangspunt van MJD is dat hulpverleners actief contact maken en onderhouden met cliënten aan wie zij zorg bieden. Dit geldt ook voor het nieuwe ambulante zorgaanbod. Zo neemt MJD bijvoorbeeld direct contact op met de cliënt, wanneer deze zonder kennisgeving bij een programma-onderdeel niet aanwezig is.
Er zijn afspraken over vaste begeleiding van de cliënt Cliënten hebben vaste hulpverleners. Een enkele keer en afhankelijk van het indicatiebesluit werkt men met twee hulpverleners die elkaar tevens vervangen. De leidinggevende wijst medewerker(s) toe aan een casus.
Er zijn afspraken over vervanging van medewerkers bij ziekte en verlof Bij verlof of ziekte organiseert de leidinggevende vervanging vanuit het team. Zo mogelijk wijst die een medewerker toe die eerder ook verving in een zaak. Medewerkers registreren hun contacten in het registratiesysteem Regas. Mede in verband met mogelijke vervanging moet Regas up to date zijn. De leidinggevende en de gedragswetenschapper bevragen de medewerkers hierop en kijken steekproefsgewijs in dossiers. De gedragswetenschapper let daarbij ook op de inhoud van het geregistreerde. Vakantieoverdracht geschiedt door middel van een overdrachtrapportage en zo mogelijk in de vorm van “warme overdracht”.
De medewerkers handelen naar de gemaakte afspraken De geïnterviewde cliënten hebben minimaal één vaste hulpverlener. Die bezoekt hen zo vaak als nodig is, maar minimaal eens per week in de thuissituatie of spreekt hen op kantoor. De cliënten weten dat ze de medewerker per telefoon of e-mail kunnen bereiken. Ze weten niet of dat buiten kantooruren ook kan, maar hebben daar ook nog geen behoefte aan gehad. Ze ervaren bij een vervanger terecht te kunnen wanneer ze dat willen.
10
Indicator Er zijn afspraken over wat onder een incident/calamiteit wordt verstaan
Er zijn afspraken over het omgaan met incidenten/calamiteiten Er is een incidentenregistratie Incidenten worden geëvalueerd Medewerkers weten welke incidenten/calamiteiten gemeld moeten worden Calamiteiten worden gemeld bij de inspectie
Operationeel
Niet
Criterium De instelling heeft het handelen bij incidenten/calamiteiten goed geregeld
operationeel
Inspectie Jeugdzorg
Toelichting: Er zijn onvolledige afspraken over wat onder een incident/calamiteit wordt verstaan Calamiteiten waarbij in contact tussen medewerker en cliënt de veiligheid van de cliënt (mogelijk) in het geding is beschrijft het beleid van MJD niet. Het beleid is voornamelijk gericht op agressie en geweld in de richting van medewerkers. Zo heeft MJD in haar veiligheidsbeleid een alinea gewijd aan de beschrijving van wat zij verstaat onder agressie en geweld. Daarin is onderscheid gemaakt tussen psychisch en fysiek geweld, gebruik van voorwerpen, getuige zijn van agressie en geweld en dreiging met agressie en geweld. Ook grensoverschrijdend gedrag op seksueel gebied maakt daar deel van uit. Expliciet wordt ingegaan op “gedrag en risico-inschatting”. Hierbij wordt aangegeven om alert te zijn op gedragingen van cliënten, maar ook om in het cliëntendossier na te gaan of er informatie in staat die overleg met een collega nodig maken.
Er zijn afspraken over het omgaan met incidenten/calamiteiten In het veiligheidsbeleid van MJD staan verantwoordelijkheden, preventieve maatregelen en corrigerende maatregelen beschreven. De medewerkers weten hoe te handelen bij agressieincidenten.
Er is een incidentenregistratie Agressieve incidenten worden door de betreffende medewerker of door de leidinggevende vastgelegd in een digitaal meldformulier agressieve cliënt. In dit formulier wordt minimaal geregistreerd: datum en locatie, naam en functie medewerker/bezoeker, omschrijving van het incident, aanleiding/oorzaak, de aard van het incident en/of genomen maatregelen. De medewerker doet daarnaast verslag van het incident in een contactformulier in het registratiesysteem Regas. Volgens medewerkers en leidinggevenden vonden bij de modules van het geïndiceerde jeugdzorg aanbod nog geen incidenten plaats.
Incidenten worden geëvalueerd Na afsluiting van het digitale meldformulier wordt deze automatisch naar de afdeling kwaliteit van MJD verstuurd. Deze afdeling checkt periodiek of agressie binnen de instelling voorkomt, analyseert periodiek alle registratieformulieren en voorziet het managementteam van een managementreview. Uit interne audits werd duidelijk dat de registratietrouw van incidenten bij medewerkers verschilt. Waar nodig wordt er op gestuurd dat dit geagendeerd wordt in het teamoverleg. 11
Inspectie Jeugdzorg
Medewerkers weten welke incidenten/calamiteiten gemeld moeten worden Als voorbeeld van een te melden incident noemen de medewerkers agressie. Bij een grote mond van een cliënt gaan ze het gesprek aan met de cliënt en doen hiervan verslag in een contactformulier en eventuele rapportage. Ze lichten ook de verwijzer in. Bij herhaaldelijke lichte incidenten of een zwaardere vorm van agressie volgen ze de procedure uit het veiligheidsbeleid. Als de veiligheid niet gegarandeerd is gaat de hulpverlener niet op huisbezoek.
Calamiteiten worden niet gemeld bij de inspectie MJD heeft geen beleid of mondelinge afspraken met betrekking tot het melden van calamiteiten bij
Indicator Er zijn interne afspraken over het omgaan met vermoedens van kindermishandeling Er zijn ketenafspraken over het omgaan met vermoedens van kindermishandeling Medewerkers handelen naar interne en ketenafspraken over het omgaan met
Operationeel
Niet
Criterium Het omgaan met (vermoedens van) kindermishandeling is goed geregeld.
operationeel
de Inspectie Jeugdzorg.
vermoedens van kindermishandeling
Toelichting Er zijn interne afspraken over het omgaan met vermoedens van kindermishandeling Bij een vermoeden van kindermishandeling bespreken de hulpverleners dit volgens interne afspraken eerst met de cliënt. Vervolgens hebben ze een gesprek met de gedragswetenschapper en de werkbegeleider (MDO) en wordt het provinciale protocol Kindermishandeling gevolgd.
Er zijn ketenafspraken over het omgaan met vermoedens van kindermishandeling Het provinciale protocol met betrekking tot het handelen bij kindermishandeling wordt gevolgd. Het protocol is voor de medewerkers beschikbaar via intranet. Door externe omstandigheden is de implementatie van RAAK in de provincie Groningen 2 jaar vertraagd. Voor het omgaan met vermoedens van kindermishandeling realiseert MJD daarom in 2010/2011 zelf in een cursus betreffende de RAAK-methode.
Medewerkers handelen naar interne en ketenafspraken over het omgaan met vermoedens van kindermishandeling De hulpverleners kennen de interne- en ketenafspraken. Duidelijk is dat bij een vermoeden van kindermishandeling aan alle acties van hulpverleners een multidisciplinair overleg vooraf gaat. Ze hebben een format om rechtstreeks een melding te doen bij de Raad voor de Kinderbescherming. Verder werken de hulpverleners met men een “Veilig thuiskaart” waarin aan de hand van vragen een beeld verkregen wordt van de veiligheid in een gezin. Een digitale versie is sinds december 2010 beschikbaar. Sinds de start van de twee modules geïndiceerde jeugdzorg zijn er geen meldingen/incidenten geweest. 12
Inspectie Jeugdzorg
De cliënt wordt goed en tijdig geïnformeerd over belangrijke rechten en plichten
Niet
Criterium
Indicator
Operationeel
De zorgaanbieder voldoet aan de voorwaarden voor verantwoorde zorg operationeel
2.3
De instelling heeft vastgesteld welke informatie de cliënt voor start van de hulpverlening krijgt De instelling heeft vastgesteld dat de rechtspositionele regelingen voldoen aan de eisen gesteld door de Wet op de jeugdzorg
De instelling verstrekt in ieder geval informatie over de rechtspositionele regelingen De cliënt weet vanaf de start wat het zorgaanbod inhoudt De instelling heeft schriftelijke informatie voor de cliënt waar de afspraken over de
genoemde onderwerpen in staan
Toelichting De instelling heeft vastgesteld welke informatie de cliënt voor start van de hulpverlening krijgt Bureau Jeugdzorg (verwijzer) plant het startgesprek. In het startgesprek informeren de hulpverleners van MJD cliënten over het vrijwillige kader van de hulp, de manier van werken en de bereikbaarheid van de hulpverleners.
De instelling heeft niet vastgesteld dat de rechtspositionele regelingen voldoen aan de eisen gesteld door de Wet op de jeugdzorg Pas wanneer MJD een structurele erkenning heeft van de provincie Groningen ontvangt zij financiering voor de inzet voor vertrouwenspersonen voor cliënten van het geïndiceerde jeugdzorgaanbod. MJD heeft hierover wel reeds met Zorgbelang overleg gepleegd en de randvoorwaarden zijn zodanig dat zodra er definitieve erkenning is van de provincie, voorzien kan worden in een onafhankelijke vertrouwenspersoon. De klachtenprocedure van MJD is niet geheel conform de voorschriften van de Wet op de jeugdzorg: de beslistermijn van de klachtbehandeling door de klachtencommissie overschrijdt de wettelijk toelaatbare termijn met twee weken. Verder kan uit de beleidsstukken en de informatiefolders begrepen worden dat cliënten zich pas tot de klachtencommissie kunnen wenden wanneer de informele weg via medewerker, leidinggevende en directeur is afgelegd. De geïnterviewde cliënten zijn niet op de hoogte van de mogelijkheid van rechtstreekse toegang tot de klachtencommissie. MJD registreert klachten niet op teamniveau. Uit de interviews blijkt dat over het geïndiceerde jeugdzorgaanbod geen klachten bekend zijn. Instellingsbreed is uit interne audits wel duidelijk geworden dat klachten (ook informele) beter moeten worden geregistreerd. MJD kent een medezeggenschapsraad. Het hieraan ten grondslag liggende reglement behoeft enige aanscherping om te voldoen aan de gestelde eisen in de Wet op de jeugdzorg. Dit betreft met name de positie van cliënten in de cliëntenraad: participatie van cliënten uit deze segmenten van de geïndiceerde jeugdzorg is niet vastgelegd.
13
Inspectie Jeugdzorg
De instelling verstrekt in ieder geval informatie over de rechtspositionele regelingen In zowel de algemene folder van MJD als in de nieuw ontwikkelde folders voor cliënten en ouders staat informatie over de vertrouwenspersoon, de klachtenregeling, de inzageregeling en de medezeggenschapsregeling. De privacy- en klachtenregeling en informatie over de cliëntenraad zijn ook op de website van MJD te zien. MJD werkt aan een checklist voor medewerkers zodat ze in het startgesprek geen te verstrekken informatie over het hoofd zien.
De cliënt weet vanaf de start wat het zorgaanbod inhoudt De geïnterviewde cliënten geven aan dat het zorgaanbod dat zij ontvangen overeenkomt met wat hen vooraf is verteld. Ze ervaren dat de hulpverleners niets buiten hen om doen en dat zij inzage kunnen hebben in alle stukken uit hun dossier.
De instelling heeft schriftelijke informatie voor de cliënt waar de afspraken over de genoemde onderwerpen in staan De hulpverleners overhandigden de cliënt tot nu toe tijdens het startgesprek de algemene folder van MJD. Vanaf 2011 is het informatiepakket voor cliënten van de modulen voor het jeugzorgaanbod verder aangescherpt. Er zijn nu ook aparte folders voor jongeren en voor ouders. Voor de hulpverleners ligt er een compleet informatiepakket klaar wanneer die naar een
Er zijn afspraken over het altijd overleggen over het hulpverleningsplan met de cliënt Er zijn afspraken over het periodiek evalueren van het hulpverleningsplan met
Operationeel
Indicator
operationeel
Criterium Voor de cliënt is de hulpverlening planmatig goed georganiseerd
Niet
startgesprek gaat.
relevante betrokkenen Er is een hulpverleningsplan De cliënt weet dat (de evaluatie van) het plan met hem/haar is besproken
Toelichting Er zijn afspraken over het opstellen van een hulpverleningsplan voor elke cliënt voorafgaand aan de start van de hulp Voorafgaand aan het startgesprek stuurt MJD een voorlopig hulpverleningsplan op naar de cliënt. Dit plan is op basis van informatie uit de indicatiestelling opgesteld. Hierin staan ook de doelen van het zorgaanbod vermeld. In het startgesprek legt de hulpverlener uit dat de eerste zes weken zijn gericht op het elkaar leren kennen en het formuleren van concrete hulpdoelen.
Er zijn afspraken over het altijd overleggen over het hulpverleningsplan met de cliënt De hulpvraag van de cliënt en de doelen uit het indicatiebesluit van Bureau Jeugdzorg vormen de basis voor de werkdoelen in het hulpverleningsplan. Dit komt in de dossiers ook tot uitdrukking. Uit het eerste hulpverleningsplan blijkt wat er in het startgesprek met de cliënt besproken is.
14
Inspectie Jeugdzorg
Er zijn afspraken over het periodiek evalueren van het hulpverleningsplan met relevante betrokkenen Uit de gesprekken met cliënten komt naar voren dat de doelen gezamenlijk met hen worden geformuleerd en er wordt regelmatig met hen nagegaan in hoeverre deze gehaald zijn. In haar beleid vermeldt MJD dat de hulpverleningsplannen en tussen- en eindrapportages worden besproken met de cliënt voor ze naar de verwijzer worden verstuurd.
Er is een hulpverleningsplan Na de kennismakingsperiode van zes weken wordt een definitief hulpverleningsplan opgesteld. Na die zes weken en vervolgens na iedere vijf maanden vindt er in elke casus multidisciplinair overleg plaats tussen de hulpverlener, gedragswetenschapper en werkbegeleider. Dit resulteert in respectievelijk een definitief hulpverleningsplan, een tussenevaluatie en een eindevaluatie.
De cliënt weet dat (de evaluatie van) het plan met hem/haar is besproken Cliënten geven aan dat de hulpverleningspannen en evaluaties met hen worden besproken en dat ze een afschrift hebben ontvangen.
Indicator
Aanwezig
Er is voldoende en deskundig personeel
Afwezig
Criterium
Er zijn afspraken over het opleidingsniveau van personeel in relatie tot de doelgroep en de
methodiek Er zijn afspraken over de caseload van medewerkers De instelling heeft cursussen voor deskundigheidsbevordering afgerond of gepland De instelling stuurt op de caseload
Toelichting Er zijn afspraken over het opleidingsniveau van personeel in relatie tot de doelgroep en de methodiek MJD hanteert de afspraak dat de medewerkers werkzaam voor de geïndiceerde jeugdzorgmodulen HBO-geschoold zijn. De medewerkers bij de intensieve ambulante jeugdzorg hebben of volgen een door MJD bekostigde post-HBO opleiding.
Er zijn afspraken over de caseload van medewerkers Bij de hoogte van de caseload houdt de leidinggevende rekening met de zwaarte en de contactfrequentie van de hulpverleningstrajecten. Deze kan per module verschillen. Bij uitbreiding van het geïndiceerde zorgaanbod zal het team worden uitgebreid. Van de medewerkers wordt verwacht dat zij 70 tot 80% productieve uren hebben.
15
Inspectie Jeugdzorg
De instelling heeft cursussen voor deskundigheidsbevordering afgerond of gepland Tijdens de inwerkperiode wordt een nieuwe medewerker gedurende de eerste 4 à 6 weken gekoppeld aan een maatje. Daarnaast neemt de werkhulpverlener met deze nieuwe medewerker alle protocollen door en is er de gebruikelijke inhoudelijke ondersteuning door de gedragswetenschapper. Het scholings/trainingsplan voor 2010/2011 biedt diverse cursussen en trainingen. In 2010 hebben de medewerkers de trainingen KOPP en Triple P gevolgd. Ook volgden ze de training voor competentiegericht werken en voor puberproblematiek. BJZ verzorgde de cursus Kort Ambulant in 2010. In 2011 krijgt Triple P een vervolg ten behoeve van accreditatie en worden medewerkers geschoold in de RAAK-werkwijze. Verder is er instellingsbrede scholing over organisatorische afspraken. In het algemene opleidingspakket is ook aandacht voor hoe SMART te registreren en rapporteren.
De instelling stuurt op de caseload MJD registreert en stuurt op productieve uren. De hulpverleners hebben ongeveer eens per zes weken een gesprek met de werkbegeleider met wie zij dan de caseload doornemen. De teamvergadering vindt eens per zes weken plaats. Hieraan nemen naast de hulpverleners de leidinggevende en de werkhulpverlener deel. Hier vindt ook casuïstiek plaats en kan de caseload
Indicator Er zijn afspraken in het beleid over het voornemen om HKZ-certificering in te voeren Er zijn afspraken in het beleid over de termijn waarop de instelling toewerkt naar certificering
Operationeel
De instelling is HKZ gecertificeerd
Niet
Criterium
operationeel
ter sprake komen.
danwel gemotiveerd uitstellen
Toelichting Er zijn afspraken in het beleid over het voornemen om HKZ-certificering in te voeren MJD heeft inmiddels voor de AWBZ en WMO domeinen HKZ-gecertificeerd. Voor het primaire proces van het nieuwe zorgaanbod wordt een apart HKZ-traject gestart.
Er zijn afspraken in het beleid over de termijn waarop de instelling toewerkt naar certificering danwel gemotiveerd uitstellen In 2011 wordt gestart met de planning en voorbereiding voor het HKZ certificaat voor de jeugdzorg. Gestreefd wordt naar realisering per mei 2012 voor wat betreft de primaire processen van de geïndiceerde jeugdzorgmodulen.
16
Inspectie Jeugdzorg
De organisatie biedt de beoogde zorg aan de beoogde doelgroep
Niet
Criterium
Indicator Er zijn afspraken over de opnamecriteria Er zijn afspraken over de doelgroep Er zijn afspraken over het zorgaanbod Er zijn afspraken over de inzet van aanvullende hulp van een andere zorgaanbieder
Operationeel
De zorgaanbieder heeft een passend aanbod
operationeel
2.4
indien nodig Medewerkers kunnen voorbeelden geven van hoe de opnamecriteria gehanteerd zijn Het zorgaanbod sluit aan op de behoefte van de doelgroep Er is, indien nodig, aanvullende hulp geboden
Toelichting Er zijn afspraken over de opnamecriteria Voorwaarde voor opname in het zorgaanbod is dat Bureau Jeugdzorg een indicatie heeft afgegeven voor de zorg en dat de cliënt woont in de provincie Groningen. Er moet sprake zijn van meervoudige problematiek. Contra-indicaties zijn overheersende drugs- of psychiatrische problematiek of een IQ lager dan 75. Voor de module Ambulante Gezinshulp geldt verder dat de veiligheid van het kind bij opname voldoende gewaarborgd moet zijn en dat er voldoende motivatie is bij het gezin.
Er zijn afspraken over de doelgroep MJD heeft de doelgroep waar zij zich op richt in het kader van de Intensieve Ambulante Jeugdhulp als volgt geformuleerd: cliënten tussen 15 en 20 jaar die op meerdere leefgebieden belemmeringen ondervinden die het zelfstandig functioneren in de samenleving in de weg staan. Het gaat dus altijd om cliënten met een meervoudige problematiek (bv. op het gebied van huisvesting, financiën, opleiding, werk e.a.) Voor de module Ambulante Gezinshulpverlening betreft de doelgroep ouders en geïndiceerde kinderen (tussen 0 en 18 jaar) bij wie sprake is van meervoudige en complexe problematiek op verschillende leefgebieden en waarbij opvoedingsproblemen centraal staan.
Er zijn afspraken over het zorgaanbod De module Intensief Ambulante Jeugdzorg biedt begeleiding en ondersteuning, het aanleren van vaardigheden en training. De nadruk ligt op samen met de jongeren aan de slag gaan, begeleiding bieden in alledaagse situaties en het opbouwen van een steunend netwerk. De Ambulante Gezinshulpverlening werkt met en vanuit het gezin, door aan de slag te gaan met de problemen die zich voordoen op verschillende leefgebieden. De nadruk ligt op het (weer) tot stand brengen van de basisvoorwaarden voor het opvoeden en het creëren van een veilige gezinssituatie. Het aanbod bestaat uit psychische, psychosociale en praktische hulp. De hulpverlener doet dit onder andere door instructie, rollenspel en het geven van voorbeelden. De hulp van beide modulen staat altijd in het licht van “leren het zelf te doen” en bevordert daarmee de zelfredzaamheid en het psychisch herstel en stabiliteit. 17
Inspectie Jeugdzorg
Er zijn afspraken over de inzet van aanvullende hulp met BJZ van een andere zorgaanbieder Bij het startgesprek of later in het traject kan de hulpverlener indien nodig aanvullende zorg inschakelen. Dit kan hulp van een andere afdeling van MJD zijn maar ook van een externe zorgaanbieder. Verwijzing naar aanvullende hulp gaat altijd via het multidisciplinaire overleg met de gedragswetenschapper en in overleg met Bureau Jeugdzorg.
Medewerkers kunnen voorbeelden geven van hoe de opnamecriteria gehanteerd zijn De teamcoördinator beslist over opname in een traject. Tot nu toe konden alle aangemelde cliënten starten met een traject. Wel is enkele malen bij de verwijzer telefonisch om verheldering of om bijstelling dan wel nuancering van de doelen gevraagd. Ook is bij een cliënt een proefperiode afgesproken, zodat na een observatieperiode besloten kon worden of er daadwerkelijk concrete werkdoelen geformuleerd konden worden.
Het zorgaanbod sluit aan op de behoefte van de doelgroep Uit de indicatiestellingen van Bureau Jeugdzorg in de onderzochte dossiers blijkt dat de modulen van MJD als meest gewenste zorg zijn aangemerkt voor de desbetreffende cliënten. Uit het interview met cliënten komt naar voren dat zij ervaren dat de hulpverleners naast hen staan en hen veel steun geven, zowel op psychosociaal als op praktisch gebied. De cliënten zijn tevreden over zowel de intensiteit als de inhoud van de zorg.
Er is, indien nodig, aanvullende hulp geboden Voorbeelden van aanvullende hulp die is ingezet zijn de VERS-training van MJD voor het leren omgaan met borderlineproblematiek, de terug-naar-huis-module van jeugdzorgaanbieder Elker en forensische psychiatrische zorg bij agressieproblematiek.
18
Inspectie Jeugdzorg
Hoofdstuk 3
3.1
Eindoordeel, overwegingen en aanbevelingen
Eindoordeel
De inspectie is van oordeel dat de nieuwe zorgaanbieder MJD zorg levert van voldoende kwaliteit. De inspectie komt tot dit oordeel omdat: -
MJD grotendeels voldoet aan de voorwaarden voor een veilig opvoedingsklimaat;
-
MJD grotendeels voldoet aan de voorwaarden voor verantwoorde zorg;
-
MJD een passend zorgaanbod biedt.
De inspectie heeft de in het vorige hoofdstuk gestelde deelvragen grotendeels positief kunnen beantwoorden. De medewerkers van MJD zijn voldoende beschikbaar, het omgaan met (vermoedens van) kindermishandeling is goed geregeld. De hulpverlening is planmatig goed georganiseerd, er is voldoende en deskundig personeel, de organisatie werkt toe naar een HKZ certificering en MJD biedt de beoogde zorg aan de beoogde doelgroep. Met betrekking tot de definiëring van calamiteiten en het melden van calamiteiten bij de Inspectie Jeugdzorg is verbetering nodig. Ook voldoen nog niet alle rechtspositionele regelingen aan de Wet op de jeugdzorg.
3.2
Aanbevelingen
De Inspectie Jeugdzorg doet de volgende aanbevelingen:
Aan de provincie Groningen -
Erken de onderdelen Intensieve Ambulante Jeugdzorg en Ambulante Gezinshulpverlening van het MJD definitief als geïndiceerde zorg op grond van de Wet op de jeugdzorg.
-
Zorg ervoor dat alle indicatoren (zoals aangegeven in het toetsingskader) binnen een jaar operationeel zijn.
Aan MJD -
Zorg dat het handelen bij incidenten/calamiteiten goed is geregeld zodat:
in beleid staat beschreven hoe te handelen en te registreren bij calamiteiten waarbij in
contact tussen medewerker en cliënt de veiligheid van de cliënt (mogelijk) in het geding is;
calamiteiten waarbij de veiligheid van de cliënt (mogelijk) in het geding is worden
gemeld bij de Inspectie Jeugdzorg.
-
Zorg dat het instellingsbeleid wat betreft de rechtspositionele regelingen voldoen aan de eisen uit de Wet op de jeugdzorg zodat:
de beslistermijn van klachtbehandeling door de klachtencommissie wordt vastgesteld
op maximaal 2 weken;
medewerkers en cliënten op de hoogte zijn van rechtstreekse toegang tot de
klachtencommissie;
participatie van cliënten uit de jeugdzorgmodulen in de cliëntenraad in beleid is
vastgelegd.
19
Inspectie Jeugdzorg
20
Inspectie Jeugdzorg
Bijlage 1 Toetsingskader Nieuwe zorg verantwoorde zorg?
Domein
Criteria
Indicatoren
Bron
Voorwaarden voor veilige zorg
Medewerkers zijn voldoende beschikbaar.
Er zijn afspraken over:
Interview leidinggevende/ Interview medewerker Interview jongere Dossiers
o o o o
De bereikbaarheid van de medewerker voor de jongere1. De frequentie van contact tussen medewerker en de jongere. Vaste begeleiding van de jongere. Vervanging van medewerkers bij ziekte en verlof.
De afspraken werken zichtbaar in de praktijk: o
1
Medewerkers handelen naar bovenstaande afspraken.
Daar waar de zorg niet alleen aan de jongere maar ook aan gezinsleden geboden wordt dient dit als zodanig gelezen te worden.
21
Inspectie Jeugdzorg
Domein
Criteria De organisatie heeft het handelen bij incidenten/calamiteiten goed geregeld.
Indicatoren Er zijn afspraken over: Wat onder een incident/calamiteit wordt verstaan: o Het omgaan met incidenten/calamiteiten.
Bron Interview leidinggevende Interview medewerkers. Incidentenregistratie
De afspraken werken zichtbaar in de praktijk: o o o o
Het omgaan met (vermoedens van) kindermishandeling is goed geregeld.
o o
Er is een incidentenregistratie. Incidenten worden geëvalueerd. Medewerkers weten welke incidenten/calamiteiten gemeld moeten worden. Calamiteiten worden gemeld bij de inspectie.
Er zijn interne afspraken over het omgaan met vermoedens van kindermishandeling. Er zijn ketenafspraken over het omgaan met vermoedens van kindermishandeling.
Documentenanalyse Interview medewerkers
De afspraken werken zichtbaar in de praktijk: Medewerkers handelen naar bovenstaande afspraken.
22
Inspectie Jeugdzorg
Domein
Criteria
Indicatoren
Bron
Voorwaarden voor verantwoorde zorg
De jongere wordt goed en tijdig geïnformeerd over belangrijke rechten en plichten.
De organisatie heeft vastgesteld:
Documentenanalyse Interview medewerkers Interview jongere
o o
o
Welke informatie de jongere voor start van de hulpverlening krijgt. Dat de rechtspositionele regelingen voldoen aan de eisen gesteld in de Wet op de Jeugdzorg. De organisatie verstrekt in ieder geval informatie over: vertrouwenspersoon; klachtenregeling; inzageregeling; medezeggenschapsregeling; het hulpverleningsplan; de vorm en inhoud van het zorgaanbod.
De afspraken werken zichtbaar in de praktijk: o o
De jongere weet vanaf de start wat het zorgaanbod inhoudt. De organisatie heeft schriftelijke informatie voor de jongere waar de afspraken over de genoemde onderwerpen in staan.
23
Inspectie Jeugdzorg
Domein
Criteria
Indicatoren
Bron
Voor de jongere is de hulpverlening planmatig goed georganiseerd.
Er zijn afspraken over:
Interview medewerkers Interview jongere Dossiers
o
o o
Het opstellen van een hulpverleningsplan voor elk de jongere voorafgaand aan de start van de hulp. Het altijd overleggen over het hulpverleningsplan met de jongere. Het periodiek evalueren van het hulpverleningsplan met relevante betrokkenen.
De afspraken werken zichtbaar in de praktijk, omdat: o o
Er is voldoende en deskundig personeel.
Er is een hulpverleningsplan. De jongeren weet dat (de evaluatie van) het plan met hen is besproken.
Er zijn afspraken over: o o
Het opleidingsniveau van personeel in relatie tot de doelgroep en de methodiek. De caseload van medewerkers.
Interview leidinggevende Interview medewerkers Opleidingsplan
Deze afspraken werken zichtbaar in de praktijk omdat: o
o
De organisatie heeft cursussen voor deskundigheidsbevordering afgerond of gepland. De caseload is in de sturing met een vaste frequentie onderwerp van gesprek.
24
Inspectie Jeugdzorg
Domein
Criteria De organisatie werkt toe naar HKZ certificering.
Indicatoren Er zijn afspraken in het beleid over: o o
Domein Passend zorgaanbod
Criteria De organisatie biedt de beoogde zorg aan de beoogde doelgroep.
Het voornemen om HKZ certificering in te voeren. De termijn waarop de organisatie toewerkt naar certificering, dan wel gemotiveerd uitstellen.
Indicatoren Er zijn afspraken over: o o o o
De opnamecriteria De doelgroep Het zorgaanbod Indien nodig de inzet van aanvullende hulp door een andere zorgaanbieder.
Bron Interview leidinggevende Documentenanalyse
Bron Interview leidinggevende Interview medewerkers Dossiers
Deze afspraken werken zichtbaar in de praktijk omdat: o o o
Medewerkers kunnen voorbeelden geven van hoe de opnamecriteria gehanteerd zijn. Het zorgaanbod sluit aan op de behoefte van de doelgroep. Er is, indien nodig, aanvullende hulp ingeschakeld.
25
Inspectie Jeugdzorg
26