beeldende vorming
TEKENEN
hoofdstuk 14:
tekst en beeld
uit DADA
k
l
a
s
3
NIEUWE TIJDEN NIEUWE STIJLEN
Schilders hebben door de eeuwen heen bijbelse onderwerpen geschilderd en portretten van belangrijke en rijke personen of taferelen uit het dagelijks leven. Er werd altijd in een realistische, herkenbare stijl geschilderd. Maar met de uitvinding van de fotografie halverwege de 19e eeuw veranderde er veel.
Voor een portret hoefde je niet meer dagen of wekenlang te poseren. Met deze nieuwe techniek kon een portret in een half uur gemaakt worden. En wat vooral prettig was: de gelijkenis was geen probleem meer. Het is een van de oorzaken van het ontstaan van een nieuwe schilderstijl. De impressionisten zoals Monet en Vincent van Gogh vonden hun inspiratie in de natuur, maar schilderden die natuur niet meer letterlijk na. Ze kozen andere kleuren, de verfstreken werden losser. Er ontstond een nieuw soort kunst die zich niet meer gebonden voelde aan het Guillaume Apollinaire (1880 - 1918),,’// pleut’ afbeelden van de werkelijkheid en (Het regent) uit de bundel ‘Calligrammes, poèmes de la paix et de la guenv’ (1913- 1916) (Kalook niet aan een opdrachtgever. ligrammen. gedichten van vrede en van oorlog). Parijs, gepubliceerd in 1918. Links het gedicht Kunst was voor vernieuwende in typografie, rechts in handschrift moderne kunstenaars als Picasso, Matisse, Malevich en Mondriaan vooral wat ze zelf kunst noemden. Het grote publiek moest er in die tijd niet veel van hebben. Impressionisme was bedoeld als scheldwoord voor iets wat de mensen niet goed geschilderd vonden: rare kleuren, geen mooie gezichten of soms alleen maar vlakken. Voor de kunstenaars was het een onderzoek en ook wel een bevrijding dat je kon maken wat je zelf wilde. Het had ook te maken met een soort verzet tegen de benauwde denkwereld van de brave burgerij.
DADA
Een van de meest opvallende kunstenaars aan het begin van de 20e eeuw van deze nieuwe aanpak was Marcel Duchamp. Hij is de belangrijkste vertegenwoordiger van de DADA beweging. DADA bepleit dat alles mogelijk is en wil helemaal geen regels en normen in de kunst. Daarom gaan ook taal, woorden en tekens een bijzondere rol spelen in de kunstwerken van die tijd. Dichters en kunstenaars Paul van Ostaijen (1896 - 1928), "BOEM PAUKESLAG" uit de bundel "DE bezette stad", 1921, Antwerpen.
beeldende vorming
TEKENEN
hoofdstuk 14:
tekst en beeld
uit DADA
k
l
a
s
3
gaan ook samenwerken in het bedenken van totaal nieuwe kunstvormen. Met het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog wordt de behoefte aan een totaal nieuwe samenleving alleen maar groter. Er is een ander denken nodig en dus ook een andere manier van werken. Kunstenaars willen de inhoud, hun onderwerp van hun kunstwerk, op een eigen expressieve manier duidelijk maken. Brutaler, agressiever, feller. Kunst hoeft niet meer mooi te zijn, kunst moet iets losmaken bij de mensen. Ook bij de dichters ontstaat die behoefte. Parijs is het centrum van de nieuwe kunst. De dichter Apollinaire schrijft het gedicht II pleut (het regent). Hij schrijft de dichtregels verticaal zodat je het als het ware ziet regenen. In Vlaanderen schrijft de dichter Paul van Ostaijen MUSIC HALL waarin het gedicht BOEM paukeslag voorkomt. De grootte van de letters geeft ook de inhoud van het gedicht aan. Je hoort de klap. De taal van het beeld, de lettertekens, valt samen met de taal van het woord (de betekenis). De Belgische kunstenaar René Magritte is beroemd geworden met het combiConstant Nieuwenhuys (1920 - 2005) neren van taal en en Gerrit Kouwenaar (1923). Goede beeld. Hij schil- morgen Haan, 1949. Geïllustreerde derde een pijp en dichtbundel die door de Experimenschreef daaronder tele groep Holland n een oplage van met de hand ingekleurde ex. werd Ceci n’est pas une 30 uitgebracht. Coil. Cobra Museum pipe. Dit is geen pijp. Hij bedoelde: je ziet geen echte pijp, maar een geschilderde pijp. Of in plaats van de dingen herkenbaar te schilderen, schilderde hij alleen een soort omtrek van het ding met daarin het geschreven woord van het ding. Het gaat allemaal over waarneming: wat zie je? Wat is waar? Wat is echt? Die vragen stelden de kunstenaars en dichters in die tijd steeds. Ook Paul Klee en Jean Dubuffet gebruikten soms woorden in hun schilderijen. Beide kunstenaars René Magritte (1898 - 1967), Vluchtige hoop, 1928. hadden grote interesse in primitieve culturen Olieverf op doek. 49.5 x 64 cm., Kunsthal. Hamburg. Duitsland. en Dubuffet ook in mensen met een geestelijke handicap. Deze mensen maken onbevangen beelden en tekeningen, pure werken en ze hebben nooit een kunstopleiding gehad. De kunstenaars uit het begin van de 20e eeuw proberen dat zuivere ook in hun eigen werk te vinden.
TAAL EN BEELD
Dan volgt van 1939 tot 1945 de Tweede Wereldoorlog die net als de Eerste Wereldoorlog een drama van zinloze vernietiging is. Erger nog omdat er bewuste uitroeiing heeft plaatsgevonden. De mensen zijn verslagen. Beschaving lijkt een volkomen leeg woord. Daardoor ontstaat bij een aantal kunstenaars en dichters kort na 1945 de behoefte om volledig opnieuw te beginnen met een totaal nieuwe kunst. Ze willen dat bereiken met kinderlijke fantasietaai en kinderlijke tekeningen. Jean Dubuffet is daarin een soort voorganger. De CoBra beweging wordt in 1948 in Parijs opgericht. COpenhagen, BRrussel en Amsterdam, de beginletters van de drie steden waaruit de kunstenaars komen, vormen de naam CoBrA, de gevaarlijke slang. Kunstenaars en dichters gaan samenwerken om de eenvoudige taal en het eenvoudige beeld opnieuw te ontdekken. De dichter Gerrit Kouwenaar maakt samen met de kunstenaar Constant het boekje Goede morgen Haan. Het tijdschrift CoBrA verschijnt met telkens combinaties van gedichten en tekeningen.
beeldende vorming
TEKENEN
hoofdstuk 14:
tekst en beeld
uit DADA
k
l
a
s
3
detail:Jean Dubuffet (1898 - 1967), La main dans Ie sac, sur Ie fait (Op heterdaad, inderdaad), 1961. Olieverf op doek, 165,5 x 133,5 cm., collectie Van Abbemuseum, Eindhoven. Fotografie: Peter Cox, Eindhoven.
Jean Dubuffet (1898 - 1967), La main dans Ie sac, sur Ie fait (Op heterdaad, inderdaad) 1961. Olieverf op doek, 165,5 x 133,5 cm collectie Van Abbemuseum, Eindhoven. Fotografie: Peter Cox, Eindhoven.
Een echte eenheid van gedicht en beeld maakt Christian Dotremont, een van de oprichters van CoBrA. Hij schrijft logogrammen, woordbeelden. Zie bijvoorbeeld hiernaast de woorden temps multiple (veelvuldige tijd) die hij nauwelijks nog leesbaar aan elkaar schrijft. Het is vooral ook een beeld, niet alleen een tekst. Vergelijk het met de in schoonschrift geschreven wensen rond de naam Allah. Dat zijn ook eenheden van taal en beeld. Al deze oude tradities inspireren de westerse kunstenaars. Religieuze prent met gekalligrafeerde Koranvers, voor 19 77. Syrië / Zuidwest-Azië, grafische techniek op karton, 34,6 x 23,8 cm., collectie Tropenmuseum Amsterdam
Christian Dotremont (1922- 1979) Temps Multiple (Veelvuldige tijd), logogram, Chinese inkt op papier.
beeldende vorming
TEKENEN
hoofdstuk 14:
tekst en beeld
uit DADA
k
l
a
s
3
POP ART
Het zoeken naar de gewone dingen, naar de taal van de straat werkt door in de jaren 60. Het abstracte schilderen wat in de jaren 50 populair was geworden, was voor veel kunstenaars weer elitair. De kunst raakte in hun ogen het contact kwijt met de dagelijkse werkelijkheid. Zo kon de Pop art ontstaan. Pop art is een afkorting van populair art, net als pop music. De Pop art ontstond in Amerika, in New York dat het nieuwe wereldcentrum voor de moderne kunst was geworden. Parijs had afgedaan. Pop art kunstenaar Robert Indiana maakte bijvoorbeeld een schilderij dat aan een flipperkast doet denken. Roy Lichtenstein werd bekend met zijn schilderijen van enorm uitvergrote strips. Het was kunst met populaire, gewone dingen als onderwerp. Andy Warhol maakte grote fel gekleurde portretten van filmsterren en beroemdheden. Roy Lichtenstein (1923 -1997) M-Maybe (MMisschien), 1965. Olieverf op doek,152 x 152 cm Ludwig Museum, Keulen, Duitsland.
TEKST ALS KUNSTWERK
Later zien we ook dat voor sommige kunstenaars tekst voldoende is. Geen geschilderde, getekende of gefotografeerde afbeelding meer, maar puur de taal als beeldend kunstwerk. Een van de bekendste kunstenaars daarin is John Baldessari. Hij schildert de woorden op het doek en geeft daarmee de toeschouwer een opdracht om over zijn tekst na te denken. Door de wijze van presenteren, een geschilderde tekst, doe je dat ook. Als een tekstje in een krant zou het niet werken. De Amerikaanse kunstenaar Jenny Holzer presenteert teksten met een boodschap TRUISMS (waarheden) vaak als lichtreclame in de openbare ruimte. Money Creates Taste is bijvoorbeeld zo’n lichtreclame - truism, heel toepasselijk geplaatst op het McCarran International Airport van de Amerikaanse gokstad Las Vegas. Het hangt bij de bagageband zodat reizigers die op hun koffers staan te wachten, alle tijd hebben om het op zich in te laten werken. John Baldessari (1931), Subject Matter, 1967 - 1968. Olieverf op doek, 172 x 143,5 x 2 cm, collectie Van Abbemuseum
beeldende vorming
TEKENEN
hoofdstuk 14:
tekst en beeld
Robbert indiana (1928), The Red Diamond American Dream # 3, 1962. Olieverk op doek,165,5 x 133,5 cm, Van Abbemuseum.
Jenny Holzer (1950), Money Creates Taste, 1986. Lichtreclame op McCarran International Airport, Las Vegas, Amerika
uit DADA
k
l
a
s
3
beeldende vorming
TEKENEN
hoofdstuk 14:
tekst en beeld
uit DADA
k
l
a
s
3
BEELD IS TAAL
Zulke kunstwerken zijn vooral taalwerken, de beeldtaal van de kunstenaar is een taalbeeld. Via de taal probeert de kunstenaar ons anders naar de werkelijkheid te laten kijken. Kunst stelt vragen over wat mooi of lelijk is, over wat goed of slecht is, wat waar of onwaar is. De antwoorden moet de toeschouwer bij zichzelf vinden. Uit kunstwerken waarin de woorden zo direct voorkomen, spreekt vaak een kritische, geëngageerde houding van de kunstenaar. De kunstenaar daagt ons uit. Natuurlijk zijn er ook meer poëtische beeldtaalkunstwerken, zoals are you still looking for missing colours van Simon Benson. De uiterlijke vorm van het kunstwerk, de grootte van de letters, de kleuren of de wijze waarop de tekst getoond wordt, het is allemaal van belang om de inhoud over te kunnen brengen. Het gaat om een eenheid, waarbij het
Simon Benson (1956), Are You Still Looking For Missing Colours, 2005. Potlood op papier, 45 x 35 cm., collectie kunstenaar. Verschenen als poëzieposter bij Plint
Simon Benson (1956), Do You Still Fall Asleep In One World And Wake Up In Another, 2009. Mdf / gesso, 32,5 x 32,5 x 3 cm. editie: 3, collectie kunstenaar. Foto: Peter Cox.
beeld de taal versterkt en andersom. En vooral om eenheid die ons wat doet, die ons raakt. Frank Eerhart
beeldende vorming
TEKENEN
hoofdstuk 14:
tekst en beeld
Zoek de zeven verschillen (1)
uit DADA
k
l
a
s
3
beeldende vorming
TEKENEN
hoofdstuk 14:
tekst en beeld
Zoek de zeven verschillen (2)
uit DADA
k
l
a
s
3