Nieuwe Influenza A (H1N1) Overzicht 23 oktober 2009, week 43
Samenvatting
In de afgelopen week is het aantal ziekenhuisopnamen wegens een laboratoriumbevestigde infectie met Nieuwe Influenza A (H1N1) verdubbeld ten opzichte van vorige week, er zijn 54 patiënten gemeld deze week. Er werden 2 nieuwe sterfgevallen gemeld, het gaat om een 14jarig meisje en een 40-jarige man.
De leeftijdsverdeling van de patiënten die opgenomen zijn met een laboratoriumbevestigde infectie met Nieuwe Influenza A (H1N1) laat zien dat deze patiënten voornamelijk jonger zijn dan 65 jaar. Er is een piek te zien bij de leeftijdsgroep 0 tot 4 jaar, in voorgaande weken was de piek tussen de 15 en 24 jaar.
In totaal zijn tot en met 21 oktober 205 patiënten opgenomen in het ziekenhuis en zijn 6 patiënten overleden. Bij 61% van de opgenomen patiënten was sprake van onderliggende medische problematiek.
Het aantal patiënten met griepachtige klachten dat zich bij de huisarts meldt is de afgelopen week gestegen. De incidentie van influenza-achtig ziektebeeld van de afgelopen week was 7,6 per 10.000 inwoners. Bij 13 van de 40 onderzochte monsters (32,5%) werd Nieuwe Influenza A (H1N1) gevonden. De incidentie van pneumonie was 1,1 per 10.000 inwoners.
Afgelopen week zijn 7 patiënten opgenomen op de Intensive Care. In totaal zijn 31 patiënten opgenomen (geweest) op de Intensive Care. Van deze patiënten hadden 21 personen mechanische beademing nodig en 58,1% van de patiënten heeft een onderliggend lijden. In de leeftijdsverdeling is een piek te zien in de leeftijdscategorie 5 tot 14 jaar.
95% van de door het Nationaal Influenza Centrum vanaf week 28 onderzochte influenza virussen waren van het type A (H1N1)v.
In Nederland is nog geen resistentie gemeld van Nieuwe Influenza A (H1N1) tegen oseltamivir en zanamivir.
Binnen het Surveillance Netwerk Infectieziekten Verpleeghuizen (SNIV) is geen verdere toename in de incidentie van influenza-achtig ziektebeeld. Er is ook geen toename in pneumonie onder verpleeghuisbewoners.
In de week die eindigt op woensdag 14 oktober 2009 is in de totale sterftecijfers en in de sterfte per leeftijdsgroep van het CBS geen verhoging te zien.
Conclusie: De verspreiding van de Nieuwe Influenza A (H1N1) in Nederland onder de algemene bevolking is de afgelopen week toegenomen.
RIVM-CIb
1
1. Klinische status laboratoriumbevestigde gevallen Tabel 1: Klinische status van de laboratoriumbevestigde gevallen met Nieuwe Influenza A (H1N1). Aantal gevallen gemeld t/m 14 oktober 2009 en het aantal gevallen gemeld van 15 oktober t/m 21 oktober 2009 Klinische status Ziekenhuisopnames - waarvan opname met pneumonie - waarvan opname op IC - waarvan mechanische beademing - waarvan overleden Overleden zonder ziekenhuisopname
Aantal gevallen 15 t/m 21 oktober 54 16 7 4 1* 1**
Aantal gevallen t/m 14 oktober 151 68 24 17 4 0
Totaal 205 84 31 21 5 1
Bron: Osiris / CIb
*Het betreft een 14-jarig meisje. **Het betreft een 40-jarige man.
2. Onderliggend lijden / zwangerschap bij ziekenhuisopname Van de 205 patiënten die opgenomen zijn met een laboratoriumbevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) hadden 125 patiënten (61%) een onderliggend lijden / zwangerschap. Voor 17 (8,3%) patiënten is het onbekend of er sprake was van een onderliggend lijden / zwangerschap. Tabel 2: Onderliggend lijden / zwangerschap bij ziekenhuisopname van de laboratoriumbevestigde gevallen met Nieuwe Influenza A (H1N1) t/m 21 oktober 2009 Onderliggend lijden / Zwangerschap Longziekte / COPD / Astma Hartziekte Kanker Diabetes Nierziekte Afweerstoornis / HIV Spier- of zenuwaandoening Obesitas Leverziekte Overige Zwangerschap Geen onderliggend lijden Onbekend
Aantal gevallen t/m 21 oktober 59 15 7 7 6 6 6 3 1 28
Percentage onderliggend lijden (%) 28,8% 7,3% 3,4% 3,4% 2,9% 2,9% 2,9% 1,5% 0,5% 13,7%
9 63 17
4,4% 30,7% 8,3%
Bron: Osiris / CIb
Het totale aantal (227) en percentage onderliggend lijden is hoger dan het totale aantal ziekenhuisopnames (205) en 100%, omdat patiënten meer dan één onderliggende aandoening kunnen hebben.
RIVM-CIb
2
3. Verdeling van ziekenhuisopnamen Grafiek 1: Aantal ziekenhuisopnamen wegens laboratoriumbevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) per dag van opname t/m 21 oktober 2009 (n=192*)
Bron: Osiris / Pandora / CIb
* Opmerkingen bij de grafiek: - Op 5 juni 2009 was de eerste patiënt opgenomen wegens Nieuwe Influenza A (H1N1). Deze is niet meegenomen in Grafiek 1. - Van 12 gemelde opnames is de opnamedatum nog niet bekend waardoor deze niet in de grafiek konden worden meegenomen.
RIVM-CIb
3
4. Leeftijdsverdeling van patiënten met ziekenhuisopname Grafiek 2: Leeftijdsverdeling van patiënten met ziekenhuisopname wegens laboratorium bevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) t/m 21 oktober 2009 (n=203*)
Bron: Osiris / Pandora / CIb
* Er ontbreken 2 ziekenhuisopnames in de grafiek, door onvolledige informatie.
Grafiek 3: Leeftijdsverdeling per week van patiënten met ziekenhuisopname wegens laboratorium bevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) t/m 21 oktober 2009 (n=205)
Aantal ziekenhuisopnames
40
0-4 5-14 15-44 45-64 65+
30
20
10
0 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52
Week Bron: Osiris / CIb
RIVM-CIb
4
De leeftijdsverdeling van de patiënten die opgenomen zijn met een laboratoriumbevestigde infectie met Nieuwe Influenza A (H1N1) laat zien dat deze patiënten voornamelijk jonger zijn dan 65 jaar. Er is een piek te zien bij de leeftijdsgroep 0 tot 4 jaar, in voorgaande weken was de piek tussen de 15 en 24 jaar. 5. Geslachtsverdeling van patiënten met ziekenhuisopname Grafiek 4: Geslachtsverdeling per week van patiënten met ziekenhuisopname wegens laboratorium bevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) t/m 21 oktober 2009 (n=195*)
Bron: Osiris / CIb
* Van 10 gemelde opnames zijn nog niet alle gegevens bekend waardoor deze niet in de grafiek konden worden meegenomen.
RIVM-CIb
5
6. Aantal opnames per GGD regio Figuur 1: Aantal ziekenhuisopnamen met een laboratoriumbevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) per GGD regio t/m 21 oktober 2009 (n=205*)
RIVM-CIb
6
7. Opname IC Grafiek 5: Aantal opnamen op Intensive Care wegens laboratoriumbevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) per dag van opname t/m 21 oktober 2009 (n=31)
Bron: Osiris / Pandora / CIb
Grafiek 6: Leeftijdsverdeling per week van patiënten met opname op Intensive Care van laboratorium bevestigde gevallen met Nieuwe Influenza A (H1N1) t/m 21 oktober 2009 (n=30*)
Bron: Osiris / Pandora / CIb
* Er ontbreekt 1 IC opname in de grafiek, door onvolledige informatie.
RIVM-CIb
7
Grafiek 7: Leeftijdsverdeling per week van patiënten met opname op de IC wegens laboratorium bevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) t/m 21 oktober 2009 (n=31) 6
0-4 5-14 15-44 45-64 65+
Aantal opnames IC
5
4
3
2
1
0 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52
Week Bron: Osiris / CIb
Grafiek 8: Geslachtsverdeling per week van patiënten met opname op Intensive Care van laboratorium bevestigde gevallen met Nieuwe Influenza A (H1N1) t/m 21 oktober 2009 (n=31) 8
Man Vrouw
7
6
Aantal
5
4
3
2
1
0 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52
Week Bron: Osiris / CIb
RIVM-CIb
8
Van de 31 patiënten met opname op de IC wegens een laboratoriumbevestigde Nieuwe Influenza A (H1N1) hadden 18 patiënten (58,1%) een onderliggend lijden / zwangerschap. Tabel 3: Onderliggend lijden / zwangerschap bij opname op Intensive Care van de laboratoriumbevestigde gevallen met Nieuwe Influenza A (H1N1) t/m 21 oktober 2009 Onderliggend lijden / Zwangerschap Longziekte / COPD / Astma Hartziekte Spier- of gewrichtsaandoening Diabetes Afweerstoornis / HIV Kanker Overig
Aantal opnames op IC t/m 21 oktober 11 4 2 1 1 1 2
Zwangerschap Geen onderliggend lijden
1 13
Bron: Osiris / CIb
Het totale aantal (36) is hoger dan het totale aantal opnames op de IC (31) omdat patiënten meer dan één onderliggende aandoening kunnen hebben.
De 8 Nederlandse Universitaire Medische Centra (UMC’s) hebben allemaal een Paediatric Intensive Care Unit (PICU), oftewel een Intensive Care voor kinderen. Deze week hebben 7 PICU’s cijfers doorgegeven over het aantal patiënten dat opgenomen is ten gevolge van een Nieuwe Influenza A (H1N1) infectie en over het aantal bedden die op woensdag 14 oktober bezet waren door patiënten met Nieuwe Influenza A (H1N1) infectie. Er zijn 6 opnames gemeld op de PICU’s deze week. Afgelopen woensdag waren 5 bedden bezet ten gevolge van een Nieuwe Influenza A (H1N1) infectie. In totaal zijn er 99 bedden bij de 7 rapporterende PICU’s aanwezig.
8. NIVEL peilstationsurveillance Voor week 42 werden door de huisartsen van de NIVEL peilstations 7,6 mensen op de 10.000 inwoners in Nederland gerapporteerd die de praktijk consulteerden voor een influenza-achtig ziektebeeld (IAZ) in die week. Voor deze week hadden 38 van de 49 peilstations data gerapporteerd. Het aantal patiënten met IAZ dat zich bij de huisarts meldt is afgelopen week gestegen ten opzichte van de week ervoor. Er is nu sprake van een milde griepepidemie in Nederland. Bij een klein deel van de patiënten met IAZ wordt een neusmonster en een keelmonster onderzocht op de aanwezigheid van influenzavirussen. In de 40 door de huisartsen van patiënten met IAZ afgenomen monsters die onderzocht werden in week 42, werd 13 maal (32,5%) influenzavirus A(H1N1)v gevonden. In totaal werd het virus bij 58 van de 605 (9,6%) patiënten uit de peilstationsurveillance aangetroffen. Verder werd voor week 42 door de NIVEL Peilstations een pneumonie-incidentie gerapporteerd van 1,1 op de 10.000 inwoners.
RIVM-CIb
9
Grafiek 9: Wekelijks aantal consulten bij de NIVEL peilstation huisartsen voor IAZ of pneumonie, per 10.000 inwoners t/m 18 oktober 2009 / week 42 IAZ consultatie-ratio 2008 IAZ consultatie-ratio 2009 Pneumonie consultatie-ratio 2009
25
Wekelijkse aantal consulten per 10.000 inwoners
Baseline IAZ 'milde epidemie' Baseline IAZ 'matige epidemie'
20
15
10
5
0 1
3
5
7
9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51
Week Bron: NIVEL / CIb De week is de week van consultatie.
Baseline IAZ is de grenswaarde van achtergrond IAZ activiteit die buiten de jaarlijkse griepepidemie voorkomt. De jaarlijkse griepepidemie start zodra twee weken achtereenvolgens de IAZ consultatie ratio hoger ligt dan de baseline van 5,1 per 10.000 inwoners en dit ondersteunt wordt door een toegenomen detectie van influenzavirussen. Bij een consultatie ratio tussen 5,1 en 20/10.000 wordt van een ‘milde’ epidemie gesproken. Bij een consultatie ratio tussen 20 en 50/10.000 wordt gesproken van een ‘matige’ epidemie en boven de 50/10.000 van een ‘grote’ epidemie.
Grafiek 10: Wekelijks aantal geteste monsters voor Influenza van de NIVEL peilstations en het aantal positieve monsters voor Influenza t/m 18 oktober 2009 / week 42 60
100
Influenza negatief Infl B
90
Infl A H3N2 Infl A H3
50
80
Nieuw Infl A H1N1 Infl A niet gesubtypeerd
Aantal
60 30
50 40
20
Percentage (%)
70
% Pos. Nieuw Infl A H1N1
40
30 20
10
10 0
0 1
3
5
7
9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51 Week
Bron: NIVEL / CIb De week is de week van consultatie.
RIVM-CIb
10
9. Influenzavirussen ontvangen door Nationaal Influenza Centrum Laboratoria in Nederland sturen een deel van hun influenzavirussen of influenzavirus positieve klinische materialen naar het Nationaal Influenza Centrum (NIC) locatie Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam, voor verdere karakterisatie. De influenzavirussen uit de peilstations die het Erasmus MC ook ontvangt zijn hierin niet meegenomen. Vanaf week 28 zijn er 509 influenzavirussen en influenzavirus positieve monsters ontvangen, getypeerd en gesubtypeerd. 486 (95%) van deze virussen waren type A subtype H1N1v, 19 (4%) waren type A subtype onbekend, 3 (1%) type A subtype H3 en 1 (<1%) type B. Grafiek 11: Influenzavirussen die naar het Nationaal Influenza Centrum gestuurd zijn voor karakterisatie, week 28 t/m week 43 / 2009 (n=509) 100
A(H1N1)v A AH3 B
90
Aantal positieve monsters
80 70 60 50 40 30 20 10 0 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52
Week Bron: NIC Rotterdam De week is de week van monsterafname.
RIVM-CIb
11
10. Leeftijdsverdeling patiënten met Nieuwe Influenza A (H1N1) uit virologische laboratoria Wekelijks rapporteren de diagnostische virologische laboratoria van de monsters die positief zijn voor Nieuwe Influenza A (H1N1) de leeftijdsverdeling van de patiënten per herkomst van de monsters. Een deel van deze monsters wordt naar NIC locatie Erasmus MC gestuurd voor verdere karakterisatie waardoor het aantal positieven in grafiek 10 een proportie is van het aantal positieven in grafieken in dit hoofdstuk. Grafiek 12: Leeftijdsverdeling per week van het aantal positief geteste monsters voor Nieuwe Influenza A (H1N1) met herkomst huisarts of polikliniek t/m week 42 / 2009
Aantal positieve monsters
50
0-4 5-14 15-24 25-44 45-64 65+
40
30
20
10
0 36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
Week Bron: Virologische weekstaten
De week is de week van diagnostische uitslag.
RIVM-CIb
12
Grafiek 13: Leeftijdsverdeling per week van het aantal positief geteste monsters voor Nieuwe Influenza A (H1N1) met herkomst opname ziekenhuis week 42 / 2009
15
0-4 5-14 15-24 25-44 45-64 65+
14
Aantal positieve monsters
13 12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0 36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
Week Bron: Virologische weekstaten
De week is de week van diagnostische uitslag.
Leeftijdsverdeling per week van het aantal positief geteste monsters voor Nieuwe Influenza A (H1N1) met herkomst opname IC t/m week 42 / 2009 Er zijn in totaal 4 monster gerapporteerd door de virologische laboratoria met herkomst opname IC en positieve uitslag voor Nieuwe Influenza A(H1N1) 1 in de leeftijdsgroep 0 tot 4 jaar in week 38 en 3 in de leeftijdsgroep 5 tot 14 jaar, 1 hiervan in week 41 en 2 in week 42. 11. Resistentie In Nederland is t/m 21 oktober 2009 nog geen resistentie gemeld van Nieuwe Influenza A (H1N1) tegen oseltamivir en zanamivir.
RIVM-CIb
13
12. SNIV- Surveillance Netwerk Infectieziekten Verpleeghuizen Binnen het Surveillance Netwerk Infectieziekten Verpleeghuizen (SNIV) is de laatste week een toename in de incidentie van influenza-achtig ziektebeeld (IAZ). Er is geen toename te zien in pneumonie onder verpleeghuisbewoners. Grafiek 14: Wekelijkse incidentie van IAZ binnen het SNIV t/m 21 oktober 2009 (n=23 verpleeghuizen, deze week hebben 12 verpleeghuizen gerapporteerd) 160 Influenza-achtig ziektebeeld
Aantal per 10.000 bewoners
140
Trendlijn (5-w eeks lopend gemiddelde)
120 100 80 60 40 20 0 1 3
5 7
9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51
Week Bron: RIVM
Grafiek 15: Wekelijkse incidentie van pneumonie binnen het SNIV t/m 21 oktober 2009 (n=23 verpleeghuizen, deze week hebben 12 verpleeghuizen gerapporteerd)
Aantal per 10.000 bewoners
160 140
Pneumonie
120
Trendlijn (5-w eeks lopend gemiddelde)
100 80 60 40 20 0 1 3
5 7
9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51
Week Bron: RIVM
RIVM-CIb
14
13. CBS sterftecijfers De onderstaande grafiek toont het totale aantal sterfgevallen per week in Nederland, van 1 juli 2006 t/m 14 oktober 2009. Daarbij is een voorspeld aantal sterfgevallen met een onzekerheidsmarge (‘confidence interval’) aangegeven. Dit is berekend op grond van historische gegevens. Er waren in deze periode drie pieken in sterfte: In de zomer van 2006 ten tijde van de hittegolf. De toename in de winters 2007/08 en 2008/09 viel ongeveer samen met de seizoensgriep. In de afgelopen weken is het totale aantal sterfgevallen en de sterfte per leeftijdsgroep in Nederland niet toegenomen. Grafiek 16: Totale aantal sterftegevallen per week vanaf 1 juli 2006 t/m 14 oktober 2009, gerapporteerd na 1 week
Bron: CBS, de wekelijkse mortaliteitssurveillance is een samenwerkingsverband van het CBS en het CIb, de gegevens zijn afkomstig van het CBS.
NB de 25% hoogste waardes zijn uitgesloten in de historische baseline
RIVM-CIb
15
14. Voorgeschreven doseringen Tamiflu (oseltamivir)
Aantal voorgeschreven doseringen Tamiflu
Grafiek 17: Totaal aantal voorgeschreven doseringen Tamiflu (oseltamivir) in Nederland, week 27 t/m week 40 / 2009 4.000 3.500 3.000 2.500 2.000 1.500 1.000 500 0 27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
Week Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
De piek in week 32 wordt veroorzaakt door het verstrekken van de nationale voorraad Tamiflu aan apotheken in Nederland. De afname in het totale aantal voorgeschreven doseringen is vooral het gevolg van beleidswijzigingen (andere indicatie oseltamivir) en niet van het verloop van de griep.
RIVM-CIb
16