newton 1
JULI 2012
newton
Magazine ter inspiratie van E.ON-relaties
6 GEOPEND
Aardwarmtecentrale Den Haag
Zonne-energie Tweekoppig monster
11 Smart grid Sleutel tot energietransitie
18
Verkiesbare energie Volgens de politieke partijen
newton 2
Newton
Sir Isaac Newton, Brits natuurkundige, wiskundige, filosoof en alchemist (4 januari 1643 - 31 maart 1727). In de wiskunde ontdekte hij onder meer de differentiaalrekening en de integraalrekening (met Leibniz) en het Binomium van Newton. In zijn hoofdwerk Philosophiae Naturalis Principia Mathematica uit 1687 beschreef Newton onder andere de zwaartekracht en de drie wetten van Newton, waardoor hij de grondlegger van de klassieke mechanica werd. Op het gebied van optica schreef
6
hij het standaardwerk Opticks, vond hij de Newtontelescoop uit en ontwikkelde hij een theorie over kleuren, gebaseerd op het prisma, dat van wit licht een zichtbaar spectrum maakt. Door de leden van de Britse Royal Society is Newton in 2005 gekozen als de grootste geleerde in de hele geschiedenis van de wetenschap.
18 03
100 woorden van...
Roy op het Veld
04
Een kleine vergissing met grote gevolgen
Aardwarmte Den Haag
06
Zonne-energie is nog een tweekoppig monster
27
11 Smartgrid
de sleutel tot energietransitie
14
Slimme M/V
Tom Engbers van Femtogrid
16
Inspiratie
Zwarte roodstaart
Colofon Newton is een publicatie van E.ON Benelux voor zakelijke relaties.
18
Redactie Maxim Brouwer richting nieuwe verkiezingen? Ellen Hoogerdijk Edwin Kotylak Jacinta Janmaat Een biogashub op De Gulbergen
Hoe staat energie ervoor
20
22
De autoindustrie wedt op twee paarden
24
5.000 locaties, 1.000 mutaties
Dubbelinterview met Marco Zomer en Rob Borsboom
27
Hoe gaat Duitsland verder zonder kernenergie?
30
Feiten en fabels
Contactgegevens E.ON Benelux Postbus 8642 3009 AP Rotterdam www.eon-benelux.com
[email protected]
Tekstbijdragen Jan Bletz, Wilmie Geurtjens, Maarten van der Schaaf, Jody Verpoort, Veronique van der Waal. Vormgeving LVB Networks, Amersfoort Productie Pilgrims Productions Drukwerk Mediacenter, Rotterdam Voor het geheel of gedeeltelijk overnemen of bewerken van artikelen of beeldmateri-
Fotografie & beeldmateriaal Jan van der Ploeg, Rob Niemantsverdriet, Hollandse Hoogte, ANP Photo.
aal is toestemming nodig van E.ON Benelux. In de meeste gevallen zal die graag worden verleend. De mening van personen of organisaties in de artikelen vertegenwoordigt niet het standpunt van E.ON Benelux, tenzij nadrukkelijk aangegeven.
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
newton 3
100 woorden van...
Roy op het Veld
In december 2005 was ik op het Russische eiland Sachalin. Het immense olie- en gasproject dat Shell er uit de grond stampte – kosten 20 miljard dollar - maakte indruk op mij. Argeloze consumenten hebben geen idee van de omvang van het wereldenergiesysteem. Op het moment dat ik daar enig besef van kreeg, realiseerde ik me dat een snelle overgang naar duurzame energie een illusie is. Duurzame energie komt er onvermijdelijk aan, want er is een strategisch belang voor: fossiel is eindig en maakt ons afhankelijk van instabiele landen. Maar het jardeninvesteringen à la Sachalin terug te verdienen wordt steevast onderschat. Uiteindelijk betalen consumenten deze investeringen. Groen vinden ze belangrijk, maar hun eigen portemonnee meestal nóg belangrijker.
newton 4
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
Frank Schoof en Marcel de Jong over Aardwarmte Den Haag
Een kleine vergissing met grote gevolgen Tuinders in het Oostland (een tuinbouwcluster in de gemeenten Lansingerland en Pijnacker-Nootdorp) maken voor hun kassen al gebruik van aardwarmte. Sinds begin juni put men ook in Den Haag uit diepe bronnen. De Aardwarmtecentrale Den Haag voorziet ongeveer 4.000 woningen en 20.000 m2 bedrijfsruimte in Den Haag Zuidwest van diepe aardwarmte, een vorm van duurzame energie.
Stadsverwarming in de 14e eeuw Sinds mensenheugenis baden en wassen Maya’s en Azteken, Japanners en Maori’s, Italianen en IJslanders in water uit warme of hete bronnen. Al in de veertiende eeuw werd aardwarmte gebruikt voor stadsverwarming. De bewoners van het Franse plaatsje Chaudes Aigues, gelegen in het vulkanische hooggebergte van de Auvergne, legden toen een netwerk van houten leidingen aan voor het hete water dat uit dertig bronnen van de bergen naar beneden stroomde. De leidingen liepen onder de vloeren van de huizen door, en verdreven zo de bijtende kou.
De toepassing van aardwarmte in deze omvang reduceert de CO2-uitstoot met meer dan 70 procent ten opzichte van traditionele verwarming. Niet eerder werd in Nederland op deze schaal aardwarmte benut voor de verwarming van woningen en bedrijven. De Haagse gemeenteambtenaar Hein Twickler meende op een dag in 2004 dat hij naar een congres ging over warmtekoude-opslag. Hij vergiste zich, want tot zijn verrassing hadden de sprekers het wel over bodemenergie, maar dan in de vorm van aardwarmte. Hein was zo geboeid dat hij bleef en het hele verhaal beluisterde. Terug op zijn afdeling Bouwfysica en Bouwecologie maakte hij al zijn collega’s enthousiast over deze schone energievorm. Het nationale Platform Geothermie hoorde van de interesse bij de gemeente, zag mogelijkheden en legde contact met TNO, ingenieursbureau IF Technology en met een bureau voor installatie- en energieadvies, DWA. Een gezamenlijk onderzoek naar de technische en
financiële haalbaarheid volgde. De resultaten werden voorgelegd aan een consortium van E.ON, Eneco, drie woningbouwcorporaties en de gemeente Den Haag. In 2008 richtten de zes partijen een VOF op, waarin ieder zijn eigen taak had. Aardwarmte Den Haag kreeg een eigen directie in de personen van Frank Schoof en Erik Muller. En in juni 2012 leverde de nieuwe centrale aan de Leyweg haar eerste warme water aan klanten, via een speciaal daarvoor aangelegd distributienet. Wat is het? Geothermie is geen recente uitvinding. In Denemarken, Duitsland, Frankrijk en dus last but not least het Oostland blijkt het al prima te werken. De techniek is niet verschrikkelijk gecompliceerd. Op de plekken waar het kan worden toegepast, bevindt zich op zo’n 2.000 meter diepte in de aardkorst zout water met een temperatuur van pakweg 75 graden Celsius. Weliswaar zit het opgesloten in zandsteen, maar daar is het vrij eenvoudig uit te halen. Eerst worden twee putten geboord. In de ene hangt op 600 meter diepte een pomp die het geothermische water omhoog haalt. Eenmaal boven haalt een warmtewisselaar de warmte eruit en geeft die af aan het distributienet. Het geothermische water koelt hierbij af tot 40 graden Celsius. Dan wordt het via de tweede put teruggepompt in de zandsteenlaag. Zes keer vakkennis De vennoten van Aardwarmte Den Haag hebben allemaal de wens hun organisatie
newton 5
PERSONALIA NAAM: Frank Schoof (R.) FUNCTIE: Directeur Aardwarmte Den Haag NAAM: Marcel de Jong FUNCTIE: Manager plant engineering E.ON
MEER INFORMATIE www.platformgeothermie.nl www.aardwarmtedenhaag.nl
te verduurzamen. De schone geothermische energie past daar heel goed bij. De zes hebben elk hun eigen expertise. E.ON heeft ruime ervaring met het ontwikkelen en beheren van stadsverwarmingscentrales. De installatie in Den Haag is dan ook ontworpen door E.ON’s ingenieurs. Eneco coördineert de leidingaanleg en onderhoudt het net. De gemeente Den Haag is voorzitter van de vennotenvergadering. De drie woningbouwcorporaties Staedion, Vestia en Haag Wonen committeerden zich aan de levering van woningen voor aardwarmte-afname. Nieuwbouw en bestaande bouw Oorspronkelijk zouden dat alleen nieuwbouwwoningen zijn in Den Haag Zuidwest.
Die zijn uitstekend geïsoleerd en daarom is water van 75 graden warm genoeg om ze behaaglijk te houden. Omdat momenteel echter fors minder wordt gebouwd, zal de centrale ook gaan leveren aan bestaande woningen, meestal appartementencomplexen met een centrale ketel. Daarvoor zijn wel wat technische aanpassingen aan de woningen nodig. Uiteindelijk zal Aardwarmte Den Haag zo’n 4.000 woningen op temperatuur houden. De raming voor 2018 is een kwart bestaande bouw en driekwart nieuwbouw. De vijftig miljoen die nodig waren voor onderzoek, boring, de bouw van de centrale en het distributienet plus de aansluiting bij klanten zijn volgens Aardwarmtedirecteur Frank Schoof een verantwoorde investering.
Niet overal toepasbaar Er wordt steeds meer biogas gemaakt en er worden nog altijd nieuwe aardgasbellen aangeboord. Waarom dan aardwarmte? “Als je het één doet, hoef je het ander natuurlijk niet te laten”, zegt Frank Schoof. “Dat het gas nog niet op is, mag geen reden zijn om andere mogelijkheden te negeren. Aardwarmte is veel duurzamer dan gasverwarming, of dan traditionele stadsverwarming dat water van minstens 100 graden nodig heeft. Aardwarmte is in principe volop beschikbaar en er komt veel minder CO2 bij vrij.” Marcel de Jong, manager plant engineering bij E.ON, straks verantwoordelijk voor de bediening en het onderhoud van de bron en de aardwarmtecentrale, valt hem enthousiast bij. “Stadsverwarming is sowieso een bewezen techniek. Je produceert centraal, zonder dat ieder huis een eigen ketel nodig heeft. Het rendement van aardwarmte in stadsverwarming is hoog en enorm duurzaam. Zeker wanneer je het kunt combineren met de bestaande productie.” Frank Schoof: “Maar aardwarmte is niet overal toepasbaar. De bodem moet er geschikt voor zijn. Verder is het vooral interessant voor stedelijke omgevingen, want om rendabel te zijn heb je een grote concentratie woningen of gebouwen nodig. Aardwarmte zal daarom altijd bestaan naast andere technieken.” •
newton 6
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
Vraag stijgt en toch gaan leveranciers ten onder
Zonne-energie is nog steeds een tweekoppig monster Het ene na het andere zonne-initiatief rolt van de band. Burgerinitiatieven zoals Nudge en Urgenda helpen consumenten over de investeringsdrempel. Steeds meer gemeentes, zoals Rotterdam en Almere, willen een solar city worden. Grote en kleine energiebedrijven bedenken nieuwe service constructies. Installatie bedrijven zien de panelen als kans in donkere bouwproject-tijden. Bouwmarkten komen met DIY-pakketten. Zonne-energie is hot hot.. En toch kunnen vele aanbieders in deze sector hun hoofd niet boven water te houden. Is het alleen de prijs concurrentie of blijven kansen onbenut?
newton 7
Schaduwzijde Teveel partijen duiken op een markt die nog te weinig volume heeft om alle partijen een goede omzet en rendement te bieden. De groeiende vraag naar zonnepanelen werd al enige tijd voorzien. De prijs van een zonnepropositie wordt voor het grootste gedeelte bepaald door de panelen. Wereldwijd is er grote overcapaciteit op de productie van panelen. De Nederlandse of Europese panelen kunnen de dumpprijzen van de Chinese of Koreaanse panelen meestal niet evenaren. En dus pakken donkere wolken zich samen boven
de Nederlandse zonne-energiesector. Solland Solar heeft het niet gered. Solyndra, het bedrijf dat cilindervormige zonnepanelen leverde, vroeg september 2011 faillissement aan. Scheuten Solar Nederland volgde eind maart 2012. Na inlijving in april door Sunway Technology Investments Co probeert het bedrijf nu een doorstart te maken. Solar Total was tot maart 2012 een succesverhaal van Nederlandse bodem. Menigeen werd verrast toen bleek dat het bedrijf met betalingsproblemen kampte vanwege te grote voorraden die snel in waarde daalden door >>
newton 8
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
prijsdruk vanuit China. De Rabobank heeft de schulden omgezet in aandelen en is nu voor 75 procent eigenaar. De overige 25 procent is in handen van SET Venture Partners, dat ook extra financiële steun heeft gegeven. Toch is er zeker hoop en ruimte om een goede boterham te verdienen. Wim Sinke, zonnespecialist van ECN, zegt hierover
bijvoorbeeld in Energieactueel van begin mei 2012 dat hij zich verbaast over de karikatuur die wordt gegeven van de zonne-energiesector in Nederland. Nederland mag dan op het gebied van productie van zonnepanelen niet meespelen op het wereldtoneel, bij de ontwikkeling van apparatuur en in materiaal onderzoek draait ons land wel degelijk mee in de top. Samenwerkingsverbanden spelen daarin een belangrijke rol. Solliance, bijvoorbeeld, is een samenwerkingsverband van R&D-instellingen op het gebied van dunnefilm zonnecellen. Het richt zich vooral op drie belangrijke dunne-film technologieën: dunne-film Si, alternatieven voor CIGS en organische zonnecellen (OPV). Het Solliance cluster bestaat uit ECN, imec, TNO, Holst Centre en TU/e die door samenwerking van
Praktijkvoorbeelden
De twee gezichten van zonne-energie TWENTE
worden en geldt als voorbeeldproject
In 2013 wordt op 12 procent van het XL Be-
binnen het Unieke Kansen Projecten ‘Naar
drijvenpark Twente in Almelo het grootste
Energieneutrale scholen en kantoren’
zonnepark van Nederland gerealiseerd. De
programma (2010) van AgentschapNL. De
grond op het bedrijvenpark wordt door de
duurzaamheidsambitie was om ‘alles op ‘10’
crisis moeizaam verkocht. Als alternatief is
te zetten’. “Op basis van kosten en baten-
besloten om op 23 hectare terrein in totaal
afwegingen is besloten voorlopig geen
17 MWpiek aan PV te plaatsen. De panelen
PV-cellen te plaatsen, maar wel met LED-
leveren gezamenlijk jaarlijks 14.620 MWh
verlichting aan de slag te gaan. De duizend
en zorgen volgens Arcadis voor een CO2-
vierkante meter panelen stonden al in het
uitstoot verlaging van 6.360 ton.
bestek, maar zijn geschrapt omdat er nog tien procent van het budget af moest. De
NOORD-HOLLAND
infrastructuur ligt nu wel op het dak, dus
Het provinciekantoor Noord-Holland wordt
kunnen de installaties zo geplaatst worden”,
gerenoveerd van energielabel G naar A++.
aldus Kees Schouten, omgevingsmanager
Het pand moet volledig energieneutraal
Houtplein bij de provincie Noord-Holland.
Bedrijvenpark Twente in Almelo
newton 9
GRID ParITY
Consumenten en zakelijk Stichting Natuur& Milieu publiceer-
meer dan 250 onderzoekers veel meerwaarde moet gaan opleveren. Ook de aanleg en service van zonne-installaties bieden goed perspectief. Althans, als we de leveranciers en installateurs van zonnepanelen geloven die doorbouwen en zeggen minder problemen te ondervinden dan producenten. De vraag naar zon groeit. De geïmporteerde producten, waar ze dan ook vandaan komen, moeten natuurlijk de weg vinden naar de klant en worden geïnstalleerd. Bedrijven als Energieker, De Zonnefabriek, Levitech, Oskomera Solar Power Solutions, houden stug vol omdat ze zich als installatiebedrijven met hun service onderscheiden. Volhouden De markt is jong en grillig. Het product ‘zelf zonnestroom opwekken’ vergt ook in mindere economische tijden een stevige investering. De crisis is ook in Nederland hard aangekomen en heeft vele potentiële klanten kopschuw gemaakt. De vraag is dus gerechtvaardigd of de nieuwe zonnebedrijven het ook op langere termijn goed blijven doen. Volhouden, zoals de installatiebedrijven doen, lijkt dan ook een belangrijke les voor verdere marktontwikkeling van zonneenergie. De samenleving is overtuigd van zonne-energie. De vraag voor de komende jaren is zeker ook hoe de implementatie financieel mogelijk wordt gemaakt. Het is daarom logisch dat veel nieuwe proposities van zon-aanbieders ook een financieringsconstructie bevatten, bijvoorbeeld voor voorfinanciering. Opwekkingsinstallaties worden daarbij vaak niet alleen als middel gezien voor elektriciteitsopwekking maar
ook als een verstandige en goed renderende manier om te beleggen of te sparen. Nog veel belangrijker is echter dat in de berekening van rendementen snel verbeterende technologie de prijs van zon op grid parity brengt: algemeen wordt verwacht dat zonnestroom in 2014 met de consumentenprijzen van andere opwekkingsvormen kan wedijveren. Voor de business is het te hopen dat het dan niet lang meer duurt voordat grid parity voor zakelijke klanten zal volgen. Er is in het zakelijk domein namelijk nog een enorme wereld te winnen.
de samen met ASN in januari 2012 haar onderzoek voor zonnestroom in de consumentenmarkt. Daar gebruiken zij een kostprijs van zelf opgewekte zonnestroom van 21 cent per kWh. De gemiddelde elektriciteitsprijs voor consumenten is 26,4 ct/kWh (CBS 2012). Afgezien van de benodigde voorfinanciering is dit een interessante afweging. Ongeveer 60 procent van de elektriciteitsprijs voor consumenten bestaat uit energiebelasting en BTW.
Zonzijde Mooie innovaties halen regelmatig de voorpagina’s of schitteren in gespecialiseerde media. Wie kent niet de 13-jarige Aidan uit de VS die de Young Naturalist Award wint met een zonneboom die 50 procent meer rendement haalt per m2? Of MIT dat beweert met een nieuwe harmonicavorm tientallen procenten meer stroom te halen uit een vierkante meter dakoppervlak. Er is dagelijks melding van een nieuwe innovatie voor de consumentenmarkt. Waar de consumentenmarkt dynamischer lijkt dan ooit, is het opvallend rustig in de zakelijke markt.
Voor grotere verbruikers/bedrijven ligt de kWh-prijs een stuk lager omdat zij aanzienlijk minder energiebelasting betalen. Het verschil met de consument is al ruim 7 cent voor forse verbruikers en de heffing is vrijwel nihil bij de zeer grote verbruikers. Hierdoor zakt de huidige zakelijke elektriciteitsprijs over het algemeen tot onder de kosten voor het opwekken van eigen stroom. Met andere woorden: waar zonnestroom voor consumenten in bepaalde gevallen in Nederland al op grid parity kan zitten, is er voor de zakelijke markt nog
MKB Met name ook (het kleinere) MKB lijkt een belangrijke doelgroep voor duurzaam decentraal, en dan met name zon, omdat de directe bijdrage van zonnestroom meetbaar en zichtbaar kan zijn. Zonder uitgebreid wetenschappelijk onderbouwd onderzoek maken een paar algemene feiten de potentie wel duidelijk. Vorig jaar zomer meldde het special interest magazine P+ nog dat er een wereld te winnen valt bij de 100 miljoen vierkante >>
een enorm gat te overbruggen van soms wel 12 tot 13 ct/KWh. Elektriciteit
Tarief 2012
per kWh
in excl.
btw 0 t/m 10.000
0,1140
10.001 t/m 50.000
0,0415
50.001 t/m 10 mln
0,0111
boven 10 mln niet-zakelijk 0,0010 boven 10 mln zakelijk
0,0005
newton 10
meter onbedekte platte daken in Nederland van distributiecentra, bedrijvenparken, industrie, en kantoren. Koppel dit aan onderzoeksuitkomsten van Panteia/EIM dat 33 procent van de Nederlandse MKB bedrijven de komende tijd wel zou willen investeren in duurzame energie, vooral in zonnecollec-
Slechts 5 procent van het MKB heeft daadwerkelijk in duurzame energie geïnvesteerd toren. Dat zou een enorme groei betekenen. Tot dusver heeft slechts 5 procent van het MKB de afgelopen jaren ook daadwerkelijk in duurzame energie geïnvesteerd. (zie tabel) Een vijfde van het MKB zegt in het onderzoek van Panteia in duurzaamheid te hebben geïnvesteerd, maar bijna de helft daarvan
beschouwt een overstap naar een meer duurzame leverancier ook als transitie. Veel kleinere MKB-ers zien in hun investeringen in energiebesparing ook een investering in duurzame energie. Maar feitelijk heeft slechts 5 procent in duurzame energie geïnvesteerd. De belangrijkste reden daarvoor is dat duurzame energie door bedrijven te duur wordt geacht. Daarnaast willen ondernemers eigenlijk ook beter financieel en technisch advies en meer steun voordat ze tot een investeringsbeslissing komen. Dat ontbreekt er nu nog wel eens aan. Tot voor kort was daarvoor een mooie rol weggelegd voor het Energiecentrum MKB, maar dat is ten gevolge van bezuinigingen opgeheven. Alle kennis en hulpmiddelen zijn overgebracht naar een schaarser ingerichte MKB Service desk. Een schone taak voor de nieuwe zon-installatiebedrijven om bijvoorbeeld in samenwerking met de gevestigde energiebedrijven ook zakelijke klanten met nieuwe zon-proposities voor zich te winnen. •
Investeringen in duurzame energie , naar maatregel en sector in het MKB Sector
industrie
bouw
handel en
reparatie
logies en
Bron Panteis/EIM MKB Beleidspanel, 2012
vervoer
financiële
maaltijden instellingen
zakelijke
overige
Totaal
dienstver-
dienstver-
MKB
lening
Maatregel
lening
duurzame energieleverancier
45 %
40%
43%
69%
43%
63%
73%
43%
55%
zonnecollectoren
12 %
24%
5%
1%
12%
0%
7%
8%
8%
zonneboiler
5%
21%
7%
0%
0%
0%
3%
6%
6%
warmtepomp
11 %
2%
2%
13%
0%
2%
7%
5%
6%
windturbine etc.
1%
0%
0%
0%
0%
1%
0%
0%
0%
warmtekoudeopslag
7%
1%
0%
1%
2%
1%
0%
0%
1%
anders
30 %
37%
41%
21%
39%
30%
52%
44%
41%
geen antwoord
15 %
9%
9%
18%
18%
10%
2%
6%
8%
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
newton 11 11
Smart Grid de sleutel tot energietransitie
Gaan innovaties de haperende energietransitie redden? Dat was de centrale vraag tijdens het Energie debat van Het Financieele Dagblad eind maart in Eindhoven. Het antwoord: áls de energietransitie nog gered kan worden, dan door innovatie. En dan vooral door het slimme netwerk, het ‘smart grid’.
newton 12
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
Verbetering van bestaande technologieën kan een bijdrage leveren aan de energietransitie, aan de overgang van een economie die voornamelijk draait op grijze energie naar een groene samenleving. Verdergaande energiebesparing ook. Maar daarmee alleen zal de energietransitie geen kans van slagen hebben. Hooguit duurt het dan straks wat langer voordat olie, gas en andere fossiele brandstoffen opraken. Maar uitgeput raken die conventionele energiebronnen uiteindelijk toch. Investeren in duurzame energie is het enige alternatief. En dan vooral investeren in de ontwikkelingen die een intel-
Op een smart grid wordt het moeilijker om vraag en aanbod op elkaar af
te stemmen.
ligenter en duurzamer energienetwerk mogelijk moeten maken, het smart grid. Dat was de belangrijkste uitkomst van het Energiedebat van Het Financieele Dagblad eind maart in Eindhoven. Vooral Ronnie Belmans, hoogleraar eletrotechniek aan de Katholieke Universiteit in Leuven en erevoorzitter van de Belgische netbeheerder Elia, maakte zich sterk voor het smart grid. Hij kreeg bijval van de twee andere key note speakers Ad van Wijk (voormalig CEO Econcern, tegenwoordig hoogleraar future energy systems aan
e.on
de TU Delft) en Harry Verhaar (Head of Global Public & Government Affairs bij Philips Lighting). Het smart grid verschilt wezenlijk van het huidige energienetwerk. De eindgebruiker kan niet alleen stroom afnemen, maar ook terugleveren aan het net. Dit afnemen en leveren kan bovendien tegen realtime prijzen gebeuren. Gebruikers van het smart grid zullen vooral zonne-energie en windenergie opwekken en afnemen. Een smart grid is dus deels decentraal en duurzaam. Een bezwaar is wel dat de beschikbaarheid van zon en wind afhankelijk is van de grillen van het weer. Anders gezegd: het aanbod van elektriciteit op een smart grid is erg volatiel. En dat terwijl de vraag ook al fluctueert, afhankelijk van het weer en de tijd van de dag (denk aan de pieken vroeg in de ochtend en in de avond). Volle toeren Waarschijnlijk wordt het op een smart grid veel moeilijker om de vraag en aanbod op elkaar af te stemmen dan op het huidige energienet. De oplossing voor dit probleem is tweeledig. Deels wordt heil verwacht van slimme apparaten, besturingssoftware en meters om het energiegebruik te beheren. Huishoudens kunnen hiermee hun energieverbruik in kaart brengen. Om apparaten te laten communiceren, kunnen deze worden verbonden in een netwerk. Het domoticasysteem (huisautomatisering) dat dan ontstaat, is grotendeels zelfsturend. Wasmachines, afwasmachines en boilers gaan op volle toeren draaien als stroomprijzen laag zijn en ze doen het rustig aan of worden uitgeschakeld bij hoge prijzen. Daarnaast kunnen gebruikers ook - desnoods automatisch - hun eigen elektriciteit aan het netwerk leveren als ze er een goede prijs voor kunnen krijgen.
Slimme meter: spil in het smart grid Slimme meters zijn een van de eerste
de slimme meters meer intelligentie
Aantal slimme meters in:
wijdverspreide smart grid-toepassin-
krijgen, en automatisch apparaten
2011 2020
gen. Met een slimme meter kan het
kunnen bedienen en elektriciteit
energieverbruik van allerlei apparaten
aanbieden aan het smart grid. Ze kun-
Europese Unie
45 miljoen
240 miljoen
in huis worden bijgehouden; boven-
nen dan uitgroeien tot een spil in het
VS
8 miljoen
60 miljoen
dien kan de gebruiker de apparaten
smart grid. Er wordt wereldwijd een
China
-
360 miljoen (2030)
ook bedienen vanachter zijn computer,
explosieve groei van slimme meters
Zuid-Korea
0,5 miljoen (2010)
24 miljoen
en desgewenst uitzetten. Ook is het
verwacht.
Bron Agentschap NL
Australië
-
2,4 miljoen (2013)
mogelijk met de mobiele telefoon de
India
-
130 miljoen
meetgegevens op te vragen en ap-
Brazilië
-
63 miljoen
paraten te bedienen. Op termijn zullen
Bron: Europese Commissie, 2011
newton 13
De ontwikkeling van slimme apparaten, meters en software is volop aan de gang, met de zakelijke markt als voortrekker. Dit bleek tijdens het energiedebat ook uit het relaas van Verhaar. In diverse steden in China en India worden al lantaarnpalen met een IP-adres in gebruik genomen, die op afstand bediend kunnen worden. Vaak gaat het om zuinige LED-verlichting, die op zonneenergie draait. Een betere decentrale opwekking van energie en de doorgifte hiervan aan het smart grid kan eveneens bijdragen aan een grotere stabiliteit van het energiesysteem. De ontwikkelingen staan ook hier niet stil. Denk aan de opmars van zonnecellen bij particulieren. Of denk aan de elektrische auto, die met zijn batterij mogelijk een bron van energie is. Gezamenlijk kunnen auto’s in een wijk gezamenlijk ooit wellicht fungeren als een elektriciteitscentrale, zo betoogde Van Wijk tijdens het Energiedebat. “Auto’s in een parkeergarage die zijn uitgerust met brandstofcellen kunnen straks biogas of waterstof omzetten naar elektriciteit. Een garage met 500 voertuigen is goed voor een vermogen van 40 MW, het jaarlijkse elektriciteitsverbruik van zo’n 50.000 huishoudens.” Nu is dat nog niet mogelijk volgens Van Wijk. “De oplaadtijd van de batterijen is te lang en is de actieradius van de huidige generatie batterijen beperkt. Maar een hybride auto kan worden uitgerust met een brandstofcel om uit waterstof of biogas elektriciteit te produceren.” In de nabije toekomst zou de slimme meterkast een seintje aan de elektrische auto kunnen geven dat deze kan gaan opladen of juist ontladen, afhankelijk van de stroomprijs en de behoefte van de automobilist en zijn op het smart grid aangesloten mede-energiegebruikers. En: “In de verre toekomst kan de elektrische auto met brandstofcel zelfs elektriciteit gaan produceren voor huis of kantoor.” Een (r)evolutie “Het smart grid met zijn vele, kleinschalige, zeer flexibele en efficiënte elektriciteitsproductie-eenheden is zeer beheersbaar en betrouwbaar, ook met een sterk fluctuerende vraag en aanbod”, aldus Van Wijk. De komst van het smart grid is hard nodig, daarover waren de drie sprekers tijdens het Energiedebat het eens. Het huidige elektriciteitsnet in Nederland krijgt het steeds zwaarder te verduren. Er worden veel, relatief kleinschalige, duurzame bronnen aan het net gekoppeld. Dat veroorzaakt een grillig stroomaanbod, dat zelden
aansluit op de eveneens grillige stroomafname. Het is duur, zo niet onmogelijk om elektriciteitscentrales in zeer korte tijd meer of minder stroom te laten leveren. Bovendien liggen duurzame bronnen, zoals windparken, vaak ver verwijderd van regio’s waar de stroom wordt ingezet. Het net moet dus ook nog eens extra energie tussen regio’s transporteren, en kampt met de nodige capaciteitstekorten. Met de huidige techniek zou het net in de komende decennia grotendeels moeten worden vervangen, maar dat kost tientallen miljarden euro’s. Gelukkig is volledige vervanging wellicht niet nodig. Onder andere aan de TU Delft worden nieuwe componenten, beheermethoden en –systemen ontwikkeld, waarmee netbeheerders stapsgewijs kunnen komen tot een nieuwe architectuur voor intelligentie in netten. Het is dit soort technologische innovaties dat Belmans optimistisch stemt. Hij verwacht dat het smart grid geleidelijk aan kan ontstaan. “Een evolutie, geen revolutie. Als we over 20 jaar terugkijken, zullen we concluderen dat we veel hebben bereikt.” Maar zeker is dit allerminst, geeft hij desgevraagd toe. Vooral de inconsistente houding van de Nederlandse overheid baart hem zorgen. Er moet een goed investeringskader komen, zegt hij. “Nu gaat men volop voor hernieuwbare energie, stelt dan vast dat dit toch meer kost dan men denkt, en remt af. Of men gaat door, stelt vast dat daardoor het net overbelast wordt, en men wil geen geld vrijmaken voor de nodige investeringen in het net. De investeringen zijn hoe dan ook groot en de zichtbaarheid is klein naar het grote publiek. Dat is voor • een politicus geen gemakkelijk dossier.”
newton 14
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
Slimme m/v
Femtogrid: de zonnige kant van schaduw Idee “De aarde is geen magazijn dat je rücksichtslos leeg kunt halen. Het idee voor Femtogrid ontstond toen oprichter Rob Schaacke met het generieke verzoek aan de slag ging om in 2020 twintig procent efficiënter om te gaan met de grondstoffen die we hebben. Als oprichter/eigenaren van Femtogrid proberen we een bijdrage aan dat doel te leveren door als een goede huisvader met de aarde om te gaan en er ondertussen ook geld mee te verdienen. Omdat Schaacke electrical engineering als achtergrond heeft, waren zijn oplossingen dan ook technisch van aard en niet gebaseerd op gedrag.”
Bijsturen “We begonnen in 2008 met het doel om energie in dezelfde vorm op te wekken, op te slaan en te gebruiken en dat ook nog allemaal op dezelfde plek. Technische basis hiervoor is dat omvorming van gelijk- naar wisselstroom wordt uitgeschakeld. Klinkt logisch. De ambitie was toen echter te groots en abstract voor afnemers en financiers om het echt te bevatten. We hebben ons daarom eerst gericht op de zonne-energiemarkt. Femtogrid kan de efficiency-claim nu waarmaken. Omvorming is niet nodig en dankzij de Power-optimizer kunnen we het meeste halen uit elk afzonderlijk zonnepaneel. We willen nu de volgende stap zetten om zonne-energie en windenergie productie te bundelen in een hybride vorm die kan concurreren met andere vormen van opwekking en gebruik.”
Niet gelukt “Wij zeggen dat we in de bebouwde omgeving tussen 5 en 30 procent meer energie uit zonne- en/of windinstallaties kunnen halen. Bij innovatie gaat het eerst om de inhoud. Pas daarna kun je het product opschalen en goedkoper maken. Idealiter gaat dit tegelijk. In een start-up met weinig mensen is dit in de praktijk eigenlijk onmogelijk. Het cliché van investeerders klopt helaas: hoe graag je als ondernemer ook het tegendeel bewijst, innovatie duurt twee
keer zo lang en kost twee keer zo veel. Dat is onze belangrijkste tegenvaller: het duurde langer voor we de markt in gingen.”
Hoogtepunt “Het mooiste moment voor een ondernemer is de eerste keer. De eerste klant die zich meldt. Een eerste order die wordt geplaatst. De eerste installatie en de eerste klant die met positieve feedback komt. Voor ons kwam de goede terugkoppeling in 2011. Nadat we in 2008 octrooien hadden aangevraagd, hebben wij in 2011 ons product gelanceerd. Wij verwachten in 2013 een majeure take-off.”
Schrik
“De markt voor zon en wind groeit hard. Toch heeft de Europese productiebasis het erg moeilijk. Panelenfabrikanten vallen om als dominosteentjes. Hoewel wij in een ander deel van de waardeketen zitten, raakt het ons wel. Het leidt tot onrust op de financiële markten. Wij zijn bijvoorbeeld al sinds de zomer van 2011 bezig met nieuwe financiering. Onze eerste geldronde duurde 6 maanden, de tweede gaat zeker 12 maanden duren. Bovendien komt het geld niet meer hoofdzakelijk van banken. De zorg om de financiering zuigt de aandacht weg die wij eigenlijk aan onze klanten moeten geven, of liever nog, aan onze innovatie. En dat willen we juist met man en macht voorkomen.”
People
“Een engineeringbedrijf heeft niets aan één product. Groei en vooruitgang betekent blijven ontwikkelen. En dat staat of valt bij de mensen die je aan boord hebt. Wij hebben het bij Femtogrid over assets on legs, want als je als ondernemer of investeerder niet goed voor je mensen zorgt, lopen ze zo de deur uit. Wij werken op dit moment met tien man aan de realisatie van een gezamenlijk toekomstbeeld. Wij doen er alles aan om iedereen te motiveren ook samen die grote ambitie over een paar jaar waar te • maken.”
newton 15
Naam Tom Engbers Functie mede-oprichter & directeur Femtogrid Energy Solutions Geboren 10 april 1964, Weerselo (Overijssel) Opleiding Rijksuniversiteit Groningen, Rechten Eerste baan melkboer als vakantiewerk
Meer informatie www.femtogrid.com
TITEL
newton newton 16 16KENNIS
ZAKEN KENNISMENSEN mensen
DIALOOG zaken
INSPIRATIE dialoog
E.ON inspiratie
e.on
nestel
newton newton 17 17
drang PROFIEL: zwarte roodstaart Bij de E.ON-gascentrale in Den Haag hangen vijf
vlekken. De vogel broedt vanaf eind april.
nestkasten voor een bijzonder schuw vogeltje:
Per leg worden 5 tot 7 eitjes gelegd, die na
de zwarte roodstaart (Phoenicurus ochruros). Het
veertien dagen uitkomen. De kuikens blijven
is een trekvogel die vanaf half maart tot oktober
12 tot 16 dagen in het nest. Jonge vogels hebben
in Nederland voorkomt. Het beest voelt zich thuis
gevlekte veren. De zwarte roodstaart leeft van
in een ‘versteende omgeving’.
insecten en vruchten. Door samenwerking met het Haags Milieu
De zwarte roodstaart is 14 centimeter lang en
centrum zijn de nestkasten bij de Haagse
heeft een roestrode staart. De mannetjes zijn
centraleopgehangen.
roetzwart met witte vlekken op de vleugels. Het vrouwtje is minder zwart en heeft geen witte
Zie ook www.haagsmilieucentrum.nl.
TITEL
newton 18
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
Verkiesbare Energie
Op 12 september kiest Nederland een nieuwe volksvertegenwoordiging. Het akkoord dat zo snel na de val op 21 april in elkaar werd gezet, is voorbode van komende besluiten op de thema’s energie en duurzaamheid. Wat is te verwachten op basis van vigerende programma’s en recente beleids- en wetvoorstellen? afsplitsing en liberalisering. De partij koos voor energiebesparing, duurzame energie, kernenergie en fossiele energie en CO2-afvang en -opslag (CCS). In die volgorde. CDA wil meer ruimte bieden aan creatieve organisatievormen en innovatie uit de markt. Woordvoerder Marieke van der Werf wil duurzame energiebronnen verkennen, maar onderstreept dat in de transitieperiode andere oplossingen nodig zijn. Tijdens Rutte I kwam zij met het verzoek aan minister Verhagen naar onderzoek over de NIMBY-mentaliteit in Nederland, waardoor allerlei projecten niet van de grond komen. Vroegtijdige communicatie en leiderschap zou daar een eind aan kunnen maken.
Marktwerking
De VVD wil naar schone en hernieuwbare vormen van energie. De traditionele voorkeur voor kernenergie is sinds de besluiten in Duitsland minder sterk. Bij innovatie is de partij voor het grootschalig gebruik van biomassa. Kenmerkend is de kanttekening dat bedrijven en kennisinstellingen ‘bij uitstek geschikt zijn om deze uitdagingen op te pakken’. De overheid kan belemmeringen wegnemen. Na de presentatie van het Regeerakkoord in 2010 verklaarde woordvoerder René Leegte dat de groene hobby’s waren verdwenen en de luchtfietserij eruit was. De VVD is niet voor financieren of subsidiëren van nieuwe bronnen of technieken. De overheid is dus faciliterend en voorwaardescheppend. De Green Deal van Rutte I is daarvan het concrete resultaat.
Transitie
Het CDA pleitte voor rust en stabiliteit in de energiesector na de jaren van
Hogere ambities
De PvdA is ambitieus. Nederland heeft in 2020 de duurzaamste energievoorziening van Europa. Daardoor is Nederland niet afhankelijk van politiek instabiele en dubieuze regimes, helpt het klimaatverandering tegen te gaan en prikkelt het innovatie. De plannen voorzagen in subsidies voor duurzame energie, grote investeringen in duurzame energievoorziening en vergroening van belastingen.
Op 10 april 2012 presenteerde Diederik Samson een tussentijds verkiezingsprogramma met nog meer aandacht voor energie en duurzaamheid: een leveranciersverplichting duurzame energie, een net-op-zee, vrijstelling van energiebelasting bij kleinschalige opwekking voor eigen gebruik, bijmengverplichting voor groen gas en vergroening van het belastingstelsel.
Klimaatwet
In 2010 wil de SP dat er doelstellingen voor de lange termijn (2050) worden geformuleerd naast de bestaande klimaatdoelstellingen voor 2020. De energiebelasting voor bedrijven moet gelijk worden gesteld aan die voor consumenten, gemeenten moeten de energievoorziening terugkrijgen en emissierechten worden niet weggegeven. Kolen-, olieen kerncentrales worden vervangen door duurzame energiebronnen en er komt een ruimere subsidie voor zonnepanelen. Er komt ook een klimaatwet waarin onder andere een verplicht aandeel duurzame energie voor de energieproducenten wordt opgenomen. De SP wil duurzaam en energiezuinig bouwen bevorderen en warmte-isolatie voor bestaande woningen.
newton 19 19
Deltawet
Als het aan D66 ligt komen er geen nieuwe kolencentrales, wordt gebruik van fossiele brandstoffen hoger belast, komt er een vaste vergoeding voor het leveren van groene stroom aan het net, moet de vervuiler alle schade die zij toebrengt aan het milieu betalen en moet het OV aantrekkelijker worden dan de auto. De overheid moet meer sturen bij het ontwikkelen van duurzame opwekkingslocaties. Nederland moet voorop lopen in de ontwikkeling van wind-op-zee, deelnemen aan het DESERTEC consortium in Noord-Afrika, aardgas omarmen als ‘transitiebrandstof’, investeren in de gasrotonde en investeren in slimme netten en slimme meters. D66 wil al deze zaken vastleggen in een Deltawet Nieuwe Energie.
Daarin pleit het voor het afbouwen van de subsidie op fossiele energie: bedrijven moeten net als de consument belasting betalen voor het gebruik van kolen en accijns op het gebruik van kerosine, olie en diesel. De glastuinbouw en de chemische industrie moeten reguliere prijzen gaan betalen voor gas en stroom. Er komen geen nieuwe wegen en er wordt geïnvesteerd in openbaar vervoer. Isoleren van huizen wordt voordelig en grote auto’s worden verder belast. De partij stelt dat de marktwerking voor energie faalt. Zij wil niet-duurzame energie meer beprijzen en de stimuleringsregelingen voor duurzame energie verbeteren. Met name voor kolen komt een geleidelijk stijgende inputheffing en een meestook verplichting van duurzame biomassa of biogas. Verder wordt de energiebelasting voor alle tarieven verhoogd en is er een energiebesparingsaftrek voor particulieren. Producenten betalen zelf een deel van de slimme netten en er komen afspraken voor wind-op-zee. Het gebruik van duurzame materialen in de bouw wordt minder vrijblijvend en uiterlijk in 2015 rijdt 100 procent van het openbaar, elektrisch vervoer op duurzame energie.
onmogelijk maken. Kernenergie blijft nodig om betaalbare energie te leveren en ons land onafhankelijk te maken van bijvoorbeeld Rusland. Het geld dat hiervoor nodig is, kan gehaald worden bij de nutteloze subsidie op te dure windmolens. •
‘Wandelgangenakkoord’ Het Stabiliteitsprogramma uit april 2012 bevat belangrijke beleidsintenties op het gebied van energie. Er wordt een fiscaal vergroeningspakket voorgestel om het gebruik van fossiele brandstoffen te beperken door het zwaarder belasten van energieproducten. Het gaat dan om de aardgasheffing, kolenbelasting, rode diesel, leidingwater en een eurovignet die samen 890 miljoen opbrengen. Daarnaast komt er 200 miljoen euro vrij voor verduurzaming via onder meer woningisolatie en duurzaam bouwen. Tenslotte wordt onderzocht of zonnepanelen onder het lage BTW-tarief kunnen.
verwachtingen Met de verkiezingen op 12 september in aantocht lijken vanuit de bestaande politieke verhoudingen drie coalities mogelijk: de Kunduz-coalitie (VVD, CDA, GroenLinks, D66
Hart
GroenLinks wil de voorlopers op duurzaam centraal stellen en belonen, de vervuiler laten betalen en de eisen aan producten en productieprocessen opschroeven. Burgers die zonnepanelen op hun dak te plaatsen worden beloond door een gegarandeerde prijs voor hun groene stroom. Op 13 april 2012 lanceerde GroenLinks een plan voor een groene doorbraak en een duurzame economie.
en ChristenUnie), Paars-plus en een Linkse coalitie. Vanwege de standpunten van zowel
Kernenergie
PVV heeft de standpunten uit het 2010 verkiezingsprogramma tot nu toe onverminderd uitgedragen. De hype die klimaatverandering heet mag niet leidend zijn bij beleid. Want dan zou de gesubsidieerde milieubeweging burgers en ondernemers het leven
GroenLinks, D66, ChristenUnie, SP en PvdA zal dit in alle gevallen een fikse vergroening betekenen die niet op bezwaren zal stuiten van VVD en CDA. Duurzame energie, decentrale opwekking, energiebesparing en het verhogen van de energiebelasting voor fossiele brandstoffen komen nog nadrukkelijker op de politieke agenda.
newton 20
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
biogashub op De Gulbergen Op de voormalige afvalstortplaats De Gulbergen in het Brabantse Nuenen wordt al ruim 20 jaar aardgas gemaakt. De hoeveelheid grondstof hiervoor loopt geleidelijk terug. In de directe omgeving is echter overvloedig ander afval te vinden om de fabriek draaiend te houden.
3.000 huishoudens Carbiogas heeft sinds
“Je zou deze bergen ook een enorme vergister kunnen noemen”, zegt Bert van Beers, directeur van Carbiogas, terwijl hij wijst naar de lieflijke groene heuvels achter de bescheiden ogende opwerkingsinstallatie. “Het afval is volledig ingekapseld, vervuild water wordt gescheiden afgevoerd en overal liggen putten waar het stortgas wordt afgezogen. Onze fabriek kan dus probleemloos ook gas van andersoortige vergisters verwerken.”
haar eerste draaidag circa 150 miljoen m³ stortgas verwerkt tot 80 miljoen m³ pseudo natural gas (groen gas). Dat is goed voor een CO²-reductie van 1 miljoen ton. De productie is voldoende om jaarlijks 3.000 huishoudens van gas te voorzien. Carbiogas is deelnemer in Groen Gas Nederland en de Vereniging van Groen Gas Producenten.
MEER INFORMATIE www.groengas.nl wwww.carbiogas.nl www.vanderwiel.nl
600.000 ton afval Van Beers kijkt met liefde naar ‘het landgoed’, zoals hij het noemt. Waar ooit een grijze berg lag van afval bedekt met grond, rijzen nu drie met gras begroeide heuvels van zo’n 45 meter hoog enigszins abrupt op uit het landschap. Eromheen een honderd hectare groot recreatieterrein met twee golfbanen, een dierentuin, boerderijen en uitgebreide wandel- en fietspaden. Een kwart eeuw geleden, toen afval storten nog gangbaar was, moesten dertig gemeenten rondom Eindhoven jaarlijks zo’n 600.000 ton huishoudelijk en bedrijfsafval kwijt. Een deel daarvan, zoals papier, glas en metalen, werd hergebruikt. Een ander deel werd verbrand. Maar alles wat zich niet leende voor een van die twee methodes kwam op stortplaats Gulbergen terecht.
Stank Bij wind lag geregeld plastic van de afgedekte berg op de erven van omliggende boerderijen. Vervelend, alhoewel niet echt problematisch. Dat was de stank van methaangas met CO², die ontstond doordat het organisch afval in de berg vergistte, wél. Een letterlijk explosief mengsel bovendien. Bert van Beers was in die tijd directeur van het semi-overheidsbedrijf RAZOB (Regionale Afvalinzameling Zuid Oost Brabant), dat De Gulbergen exploiteerde. Hij wist dat in sommige buitenlanden al techniek bestond om die stortgassen af te vangen en op te werken. Van Beers zocht en vond contact met twee Nederlandse bedrijven die de techniek verder wilden ontwikkelen. Van der Wiel uit Drachten en Cirmac uit Apeldoorn werden de bouwers, investeerders en eerste aandeelhouders van Carbiogas BV. aandeelhouders Het voorwerk bleef de taak van de bacteriën in de afvalberg. Ze verteerden het organisch materiaal en zetten het om in het warme en vochtige methaangas en koolzuurgas. In de fabriek van Carbiogas werd het daarna gekoeld, op druk gebracht en door koolstofvaten met speciale samenstelling gevoerd, waardoor het gas uiteindelijk dezelfde calorische waarde en samenstelling kreeg als aardgas. Aan de kwaliteit lag het dus niet dat de fabriek, ondanks een forse subsidie van de Europese Unie, in de begintijd met verlies draaide. De gasopbrengst was gewoon nog te gering. Toen de RAZOB en de Nutsbedrijven Regio Eindhoven (NRE), afnemer van het pseudo aardgas, ook aandeelhouder werden, zagen de bedrijfsresultaten er al snel een stuk zonniger uit. De afvalberg werd geregeld aangevuld, het onttrekkingssysteem verbeterde en de directe betrokkenheid van afvalleverancier en gasafnemer droeg bij aan een snellere communicatie en oplossingen bij problemen. Geen mest naar Duitsland rijden In de jaren negentig werkte Carbiogas zo’n tien miljoen m³ stortgas per jaar op tot aardgaskwaliteit. Een klein deel van het gas werd en wordt gebruikt om de
newton 21
De Gulbergen in Nuenen
elektriciteit op te wekken voor het functioneren van de fabriek zelf, de rest ging het distributienet in. Volgens het oorspronkelijke plan zou Carbiogas zo’n vijftien jaar gas kunnen leveren. Inmiddels staat het complex al 25 jaar. De opbrengst is wel teruggelopen naar drie miljoen m³ in 2011, en elk jaar wordt dat vijf tot tien procent minder, want de afvalberg op Gulbergen groeit al een hele tijd niet meer. Storten gebeurt tegenwoordig alleen nog als alle andere mogelijkheden zijn uitgeput, en bovendien zijn de tarieven erg hoog. Van Beers: “Dat is alleen maar goed, want dan worden alternatieve technieken lonend. Zoals vergisting van de overdaad aan organisch materiaal dat in de directe omgeving van ons terrein te vinden is. Slib uit de zuiveringsinstallatie van het waterschap, hout, bermgras en heel veel varkensmest. Grondstoffen die je hebt moet je gebruiken, zo dicht mogelijk bij de bron. Mest van varkens en reststoffen uit de vergister naar Duitsland rijden vind ik een bewijs van onvermogen.” Nieuwe vergisters De aandeelhouders van Carbiogas hebben een nieuw bedrijfsplan gemaakt, waarbij ze in samenwerking met talloze anderen inzetten op maximale reductie van broeikasgas. Van Beers: “We willen transport van organisch afval minimaliseren door het in de directe omgeving op
Bert van Beers
te halen, op termijn met vrachtwagens die rijden op zelf geproduceerd groen gas. Dat afval gaan we vergisten in nieuw te bouwen gft- en mestvergisters. Met de huidige opwerkingsinstallatie kunnen we dan negen miljoen m³ groen gas per jaar produceren. We verwachten ook nog eens 30.000 ton bodemverbeteraar en 25.000 ton mineralenconcentraat te kunnen maken, waarmee boeren in de omgeving hun grond weer kunnen verbeteren.” Niet alleen kosten “Ook deze keer hebben we in de opstartfase hulp nodig van de overheid. Ik verwacht dat die het nut ervan inziet. Voor ons is het wezenlijk dat wat we doen maatschappelijk nut heeft en geaccepteerd wordt. Milieuproblemen raken iedereen, en iedereen moet bijdragen aan de oplossing. Uiteindelijk moet dit soort initiatieven grootschaliger aangepakt worden. Maar je moet ergens beginnen.” •
“Mest naar Duitsland
rijden vind
ik een bewijs van
onvermogen”
newton 22
KENNIS Kennis
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
DUURZAME MOBILITEIT
“De auto-industrie wedt op twee paarden” De auto-industrie is volop in beweging om schonere en zuinigere auto’s te ontwikkelen. Behalve het verbeteren van de fossiele verbrandingsmotor, lijken twee technologieën, elektrisch rijden en rijden op groen gas, voor een doorbraak te staan. Vijf vragen en antwoorden over groen autorijden.
1. Rijdt de auto van de toekomst op groene stroom of op groen gas? “Beide technologieën zullen hun plek op de weg gaan opeisen,” zegt Raymond Gense, manager duurzame ontwikkeling bij PON, het bedrijf dat onder meer Audi, SEAT, Škoda en Volkswagen importeert in Nederland. Aardgasauto’s en elektrische auto’s zullen wel een ander deel van de markt gaan bedienen. Die verdeling zal er naar verwachting als volgt uitzien: elektrische voertuigen voor de stad en kleine afstanden, groen gas voor langere afstanden en vloeibaar biogas (LNG) voor trucks en schepen. “Elektrische wagens hebben een relatief kleine actieradius en zijn duur in de aanschaf,” legt Gense uit. “Als je de actieradius wilt vergroten, moet er een grotere batterij in die nog duurder is. EV is dus vooral geschikt voor in de stad, zeker ook omdat elektrische voertuigen geen fijnstof en stikstofoxiden uitstoten. Gasauto’s stoten deze stoffen wel uit, zij het slechts in kleine hoeveelheden, maar ze hebben het actieradiusprobleem van EV niet. Op gasauto’s kan je makkelijk 500 kilometer rijden op een tank.” Alef Arendsen, medeoprichter van The New Motion, dat elektrisch oplaadpunten realiseert, beaamt dat het “nog wel even zal duren voordat mensen met hun elektrische auto naar Zuid-Frankrijk rijden.” Toch verwacht hij dat elektrisch vervoer op termijn ook zal kunnen worden gebruikt voor langere afstanden. “Tesla werkt nu aan een nieuw model die een actieradius heeft van 500 kilometer. Twee keer opladen en je ligt aan de Cote d’Azur.” Toch gelooft ook Arendsen niet dat er straks maar één winnaar uit de strijd zal komen. “Beide technologieën zullen een serieus onderdeel van de gehele vloot gaan vormen.”
2. Wat is de duurzaamste technologie? Op deze vraag is geen eenduidig antwoord te geven. Onderzoeksbureau CE Delft zette onlangs de laatste inzichten over de duurzaamheid van fossiele brandstoffen, biobrandstoffen en elektrisch rijden op een rijtje. Het bureau concludeerde dat rijden op groen gas en groene stroom het meest duurzaam is, diverse biobrandstoffen komen minder gunstig uit de test. Toch is het debat daarmee allesbehalve beslecht. Pelle Schlichting, directeur van Orange Gas en voorzitter van lobbyclub Groen Gas Mobiel stookte het debat onlangs op door de elektrische Opel Ampera ‘een kolen-oliehybride’ te noemen, doelend op het feit dat de elektriciteit waarop de Ampera rijdt voornamelijk met behulp van kolen wordt opgewekt. Zo schoon zijn die elek-
newton 23
3. Hoe denken de autofabrikanten erover? De auto-industrie is verdeeld over de toekomst. NissanRenault zet zwaar in op elektrisch, evenals Opel dat zijn hybride Ampera begin dit jaar uitgeroepen zag worden tot ‘Auto Van Het Jaar’. Toyota lanceert dit jaar de Prius Plug-In in Nederland. Samen met de nieuwe fabrikanten Tesla en Fisker behoren zij tot de voorhoede van het elektrisch rijden. Arendsen: “De gevestigde fabrikanten gaan pas bewegen wanneer ze denken dat het echt wat gaat worden. Dat zie je nu gebeuren. BMW komt met elektrisch
modellen, de i3 en de i8, en Volkwagen lanceert de E-Up. Gense signaleert dat veel automerken op twee paarden wedden. “De Volkswagen Up komt dit jaar op de markt met een elektromotor, maar ook als aardgasvoertuig. VW heeft zijn modellen zo aangepast dat de auto’s plek hebben voor gas óf een elektromotor met een accu óf in de toekomst eventueel een brandstofcel voor waterstof. Welke techniek het ook wordt, het past erin.”
4. Hoe reageert de markt? Nu het aantal modellen op de markt toeneemt, trekt de verkoop aan. Vorig jaar nam het aantal elektrische auto’s in Nederland toe met 800 stuks tot zo’n 1.500 voertuigen. Arendsen schat dat daar alleen dit jaar al 5.000 tot 10.000 bijkomen. Ook het aantal aardgasauto’s neemt toe. Gense: “Volkswagen zag in 2011 een verdubbeling van de verkopen van aardgasvoertuigen.” In Nederland rijden er nu zo’n 4.000 aardgasvoertuigen rond, waarvan naar inschatting van Gense de helft op groen gas rijdt. De infrastructuur voor beide systemen groeit ook gestaag. De oplaadpaaltjes voor elektrische auto’s worden in hoog tempo uit de grond gestampt: inmiddels zijn er al zo’n 2.500 en 15 snellaadpunten. The New Motion hoopt er voor eind 2013 10.000 te plaatsen. Ook groengasrijders kunnen al terecht bij 90 groengas- tankstations die ons land rijk is.
5. Ten slotte, wat doet de overheid?
trische auto’s helemaal niet, wilde Schlichting maar zeggen. Arendsen vindt die redenering te simpel. “Natuurlijk komt elektriciteit nu nog voornamelijk uit kolencentrales, maar de ontwikkeling van een elektrisch wagenpark is de eerste stap naar werkelijk duurzame mobiliteit. Het verduurzamen van stroomopwekking is de volgende stap. De elektromotor geeft bovendien flexibiliteit die je met gas niet hebt: je kan immers uit allerlei bronnen groene stroom maken, zelfs uit groen gas.” Arendsen noemt nog een aantal milieuvoordelen van elektrische voertuigen vergeleken met gasauto’s. “De elektromotor is veel efficiënter dan de verbrandingsmotor. En de elektromotor stoot geen uitlaatgassen uit waardoor de luchtkwaliteit in de steden enorm verbetert.”
Het kabinet probeert het belastingstelsel zo aan te passen dat schone en zuinige voertuigen het minst worden belast. Het overheidsbeleid richt zich vooralsnog alleen op wat er tijdens het rijden wordt uitgestoten en let niet op de manier waarop elektriciteit is opgewekt of hoe gas is gewonnen. Auto’s die minder dan 50 gram CO2 per kilometer uitstoten zijn tot 2014 bijtellingvrij. Elektrisch rijden profiteert daar momenteel van, want zij stoten helemaal geen CO2 uit tijdens het rijden. Auto’s die op (groen) gas rijden komen niet in aanmerking voor nul-procent-bijtelling want die auto’s overschrijden de 50 gram CO2-uitstoot per kilometer ruimschoots. Dat groen gas een CO2-neutrale brandstof is, doet er voor de overheid niet toe.
newton 24
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
5.000 locaties, Dubbelinterview met Marco Zomer en Rob Borsboom Orangefield-Sedico is de overkoepelende inkooporganisatie die werkt voor grote namen als Kwantum, Kijkshop, Bristol, Hans Anders, Halfords, H&M, TempoTeam en Randstad. Na maanden van pittige onderhandelingen werd onlangs het energiecontract met E.ON Benelux tot 2015 verlengd.
PERSONALIA NAAM: Marco Zomer FUNCTIE: Managing Director bij OrangefieldSedico in Eemnes. Sedico, opgericht in 1992, werd in 2011 overgenomen door Orangefield. Sinds 1 januari 2012 opereert het bedrijf onder de naam Orangefield-Sedico. Het
Rob Borsboom (Manager Sales and Channels bij E.ON Benelux) en Marco Zomer (Managing Director bij Orangefield-Sedico in Eemnes) kennen elkaar al vele jaren. Het contact tussen beide heren is goed en informeel te noemen, maar kent ook perioden waarin harde, zakelijke contractonderhandelingen de boventoon voeren.
bedrijf is gevestigd in Eemnes en telt circa 45 medewerkers. OVER zomer: Ging in twaalf jaar tijd van een bijbaan naar een positie in het managementteam. Kan enorm genieten van efficiëntie en een ijzersterk klantaanbod.
Totaaloplossing “Een multi site met diverse filialen of een organisatie met verschillende kantoren heeft vaak te maken met een grote verscheidenheid aan locatie-gebonden kosten”, zegt Zomer over de activiteiten van Orangefield-Sedico. “Denk aan
lokale heffingen, bedrijfsafvalstoffen en energiekosten. Het is een tijdrovende en kostbare zaak om het overzicht te behouden of om zelfs een kostenbesparing te kunnen realiseren. Bovendien houden bedrijven zich natuurlijk veel liever bezig met hun core business. Door efficiënt te werken en de vraag te bundelen, kunnen wij bedrijven een collectief aanbieden, waardoor zij uiteindelijk goedkoper uit zijn dan wanneer ze alles in eigen beheer zouden doen. Er bestaan wel adviesbureaus die bedrijven begeleiden richting bijvoorbeeld een energiecontract, maar die samenwerking eindigt op het moment dat de handtekeningen onder de overeenkomst staan. OrangefieldSedico gaat verder dan dat. Wij ontzorgen ketens met een totaaloplossing op maat. Wij blijven er tussen zitten en nemen klanten het complete pakket uit handen: van outsourcing, controle en analyse tot het beheer van de factuurstroom en benchmarking. Dat doen we momenteel voor zo’n elfduizend locaties in Nederland en België.” Flexibiliteit Voor leveranciers is samenwerking met een grote inkooporganisatie als Orangefield-Sedico natuurlijk een buitenkans. Zo ook voor E.ON
newton 25
1000 mutaties
Benelux, die in de persoon van Rob Borsboom in 2008 voor het eerst met Sedico (toen nog niet overgenomen door Orangefield)in gesprek ging. “Sedico was op zoek naar een betrouwbare energieleverancier voor circa vijfduizend vestigingen; een gigantisch aantal!”, aldus Borsboom. “We hebben dan ook eerst goed gekeken wat de impact van deze opdracht zou zijn op onze organisatie. Want je kunt wel een mooie order binnenslepen, als je de duizend mutaties die dit jaarlijks met zich meebrengt – oftewel tachtig ‘switches’ per maand – intern niet aankunt, ben je veel verder van huis.” E.ON Benelux besluit extra medewerkers in te zetten op de business service points en weet de strijd met haar concurrenten uiteindelijk op de voorwaarden te winnen. Borsboom: “Wij kregen de deal voor een driejarig contract van 2009 tot en met 2011. Onze flexibiliteit gaf daarbij de doorslag. Sedico stelt hoge eisen aan het natraject en heeft bijzondere facturatiewensen. E.ON Benelux zou zorgen voor facturatie op maat en bood alle vestigingen verder een flexibele bandbreedte gedurende de duur van het energiecontract. Dat deden we omdat wij begrijpen dat het voor ondernemers onmogelijk is om drie jaar vooruit te kijken.”
Scherpe prijs Als in 2010 de eerste gesprekken van start gaan over een mogelijke verlenging van het energiecontract tussen Orangefield-Sedico en E.ON Benelux, is er veel veranderd. In het eerste krachtenspel met concurrerende energieaanbieders won E.ON Benelux het nog op flexibiliteit, maar in de vervolggesprekken gaat het vooral om de knikkers. “De markt is versoberd en de marges zijn klein. Het financiële aspect was daarom inderdaad de meest cruciale factor”, beaamt Borsboom, die terugkijkt op een zeer spannende onderhandelingsfase. “We wilden Orangefield-Sedico de meest aantrekkelijke prijs bieden, maar
PERSONALIA NAAM: Rob Borsboom FUNCTIE: Manager Sales and Channels bij E.ON Benelux. Onder meer verantwoordelijk voor de verkoop van Business to Business onderdelen in Nederland en het Business Service Centre. OVER borsboom: De dynamiek van zijn vak spreekt Rob erg aan. “De combinatie van het coachen van managers en het klantcontact maakt mijn werk interessant en afwisselend.”
newton 26
KENNIS
mensen
zaken
het moest natuurlijk wel verantwoord blijven. Bovendien gaat het om serieus veel geld; een contractwaarde van ruim 22 miljoen euro op jaarbasis en dus bijna 70 miljoen euro gedurende de looptijd van drie jaar. Goed dat we er opnieuw samen uit zijn gekomen.” Tijdige facturatie Ook Zomer zegt gelukkig te zijn met het nieuwe contract met E.ON Benelux voor de komende jaren, al kende de eerste contract periode naast ups ook zeker enkele downs. “De eerste drie jaar verliepen over het algemeen goed. De samenwerking en communicatie in de keten was prima. Beide organisaties werken namelijk met vaste aanspreekpunten en directe telefoonnummers, zodat vragen over en weer direct door de juiste persoon kunnen worden beantwoord.” De tijdige facturatie laat volgens Zomer soms nog wel te wensen over. “Onze klanten hebben behoefte aan direct inzicht in de kosten. Ze willen snel kunnen zien wat zij maandelijks aan energie kwijt zijn. Om die reden is een
tijdige facturatie voor ons heel belangrijk. De controle op de juistheid wordt immers al door Orangefield-Sedico uitgevoerd. Elke factuur die wij binnenkrijgen, moet vergezeld zijn van een digitale onderbouwing ten behoeve van ons digitale Factuur Management Systeem.” First time right Borsboom geeft aan dat de snelle afhandeling van de factuurstroom nog niet altijd vlekkeloos verloopt, maar dat E.ON Benelux
dialoog
inspiratie
e.on
de nodige maatregelen treft om dit proces te verbeteren. “De facturatie was een belangrijke randvoorwaarde bij de onderhandelingen”, zegt Borsboom. “We hebben onder andere werkafspraken gemaakt en in het vervolgcontract een nieuwe clausule opgenomen over tijdige facturatie. Intern zijn we bij E.ON Benelux bezig met enorme efficiëntieslag. Half juni wordt een nieuw, geïntegreerd IT-systeem opgeleverd dat as we speak wordt ontworpen. Doordat in dit nieuwe systeem minder handmatige werkzaamheden nodig zijn, ontstaat de gewenste situatie van First Time Right. Oftewel, snel factureren met minder fouten, met als gevolg meer tevreden klanten. In januari 2013 gaat het systeem live. Daarnaast worden de webfaciliteiten op dit moment verder uitgebreid.” Online inzicht Het is de wens van Orangefield-Sedico om in de loop van 2013 ook online inzicht te krijgen in de status van switches. Volgens Zomer is dat een belangrijke stap vooruit: “Het is onze taak om te zorgen dat bij onze klanten alles goed verloopt. Worden (spoed)aan- en afmeldingen goed verwerkt? Waar gaat het goed en vooral: waar niet? Voor onze opdrachtgevers hangt daar heel veel van af. Voor E.ON Benelux is dit een manier om zich in de toekomst te kunnen blijven onderscheiden van andere aanbieders.”
Vergroening Naast een versobering van de markt en het toegenomen belang van het prijsaspect speelde tijdens de meest recente onderhandelingsfase het vergroeningsvraagstuk een prominente rol. “In tegenstelling tot drie jaar geleden zijn bedrijven tegenwoordig bereid om meer te betalen voor groene energie”, constateert Borsboom. “In veel gevallen, zoals bijvoorbeeld bij H&M, Adecco en Randstad, is dit • MVO-beleid.’’
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
Hoe gaat Duitsland verder zonder kernenergie? Na Fukushima gooide Duitsland zijn energiebeleid 180 graden om. Alle kerncentrales, zo besloot de regering Merkel enkele dagen na het ongeluk in de Japanse kerncentrale, moeten in 2022 dicht zijn. Een jaar later blijkt dat makkelijker gezegd dan gedaan.
newton 27 27
newton newton 28
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
“Alsof de paus de pil gaat promoten,” schreef het Duitse weekblad Der Spiegel in 2011 over de plotselinge ommekeer in het beleid van bondskanselier Angela Merkel ten aanzien van kernenergie. Zes maanden eerder, in het najaar van 2010, had Merkel immers nog besloten dat ‘s lands kerncentrales veertien jaar langer open konden blijven. De bondskanselier zei destijds dat “kernenergie bij een verantwoord energiebeleid hoort”. Maar na de ramp in Japan, vond Merkel dat ze dat beleid onmogelijk kon volhouden. Kernenergie moest worden uitgefaseerd, en wel zo snel mogelijk. Energiemix Over de vraag of dat verstandig is, verschillen de meningen, maar feit is dat Merkels besluit ingrijpende gevolgen heeft voor de Duitse energiemarkt, de Duitse economie en tot op zekere hoogte het Europese energiebeleid. Niet voor niets wees de EU-energiecommissaris Günther Oettinger er al op dat de Duitse energierevolutie “niet kan slagen zonder hulp van haar buren”. Daarmee doelde Oettinger op de verbondenheid van het Duitse elektriciteitsnetwerk met de buurlanden, waardoor de buren zullen moeten
Controlekamer van een kerncentrale
inspringen als Duitsland straks een elektriciteittekort blijkt te hebben. Dat Duitsland in de toekomst af en toe een beroep op haar buren zal moeten doen om het licht te laten branden is niet uitgesloten. Hoewel onze Oosterburen al acht oude kerncentrales
E.ON
Duitse kerncentrales E.ON opereert zes kerncentrales in Duitsland.
in 2021 en Isar 2 in 2022. De sluiting van de
Isar 1 en Unterweser, de oudste twee, zijn
kerncentrales kwam hard aan bij E.ON, dat in
sinds maart 2011 gesloten als gevolg van het
2011 mede hierdoor een netto verlies van 1,9
moratorium dat de federale regering uitsprak
miljard euro boekte. E.ON verwacht echter een
na de ramp in Fukushima. De andere vier kern-
stevige schadevergoeding te incasseren van
reactors zijn nog wel actief, maar deze moeten
de Duitse staat als gevolg van het plotseling
de komende jaren één voor één dicht: Grafen-
veranderde beleid.
rheinfeld in 2015, Brokdorf in 2021, Grohnde
hebben gesloten, is het land nog altijd voor 18 procent van zijn elektriciteitsvoorziening afhankelijk van kernenergie. Als ook de andere 9 centrales, goed voor 12,5 Gigawatt, over tien jaar sluiten, hoe gaat Duitsland dat tekort dan aanvullen? Om een zinnig antwoord te kunnen geven op die vraag, is het nuttig een blik te werpen op de huidige Duitse energiemix. Die bestaat behalve uit kernenergie voor 20 procent uit duurzame bronnen, waaronder biomassa, zonne-energie en windenergie. Het aandeel van duurzame energie in de energiehuishouding groeit snel: in 2010 bedroegen duurzame energiebronnen nog maar 16 procent van de energiemix. Het aandeel van elektriciteit uit bruinkoolcentrales groeide van 2010 tot 2011 van 23 procent naar 25 procent. Het aandeel van kolencentrales (19 procent) en gas (14 procent) bleef gelijk. Door extra windmolenparken op land te bou-
newton 29 29
wen zou het ‘atoomgat’ volledig kunnen worden gedicht, berekende het Bundesverband WindEnergie (BWE). Windenergie kan naar schatting zelfs 65 procent van de totaal benodigde stroom opwekken. Bepaalde deelstaten, met name Baden-Württemberg, Hessen en Beieren spartelen echter tegen, omdat ze vinden dat windmolens het landschap verpesten. Het bouwen van nieuwe gascentrales behoort ook tot de mogelijkheden om de extra benodigde capaciteit op te vullen. Maar investeerders staan momenteel niet erg te springen om gascentrales te bouwen aangezien ze de winstgevendheid ervan betwijfelen. Daarnaast zullen ook andere energiebronnen, zoals zon en biomassa, ingezet kunnen worden om extra stroom op te wekken. Fikse kostenpost Het kan dus, een kernenergievrij Duitsland, maar daarvoor is er wel werk aan de winkel. Bovenal zijn er enorme investeringen nodig. Volgens de meest recente berekeningen van het Duitse ministerie van Milieu is er jaarlijks maar liefst 20 miljard euro nodig. Behalve de constructie van windparken op land (kosten worden geschat op 1.400 euro per KW), is de aanleg en de uitbreiding van het elektriciteitsnet een fikse kostenpost. Volgens het Deutsche Energie Agentur (Dena) moet er maar liefst 3.600 kilometer aan nieuwe hoogspanningskabels worden gebouwd. Dena schat de kosten daarvan op tien miljard euro, maar als deze onder de grond moeten worden gelegd kunnen de kosten drie keer zo hoog uitpakken. Er moet ook worden geïnvesteerd in extra energieopslagcapaciteit, omdat de productie van zonne- en windenergie wisselvallig is en overcapaciteit moet kunnen worden opgeslagen voor windloze en regenachtige dagen. Behalve het aansluiten van nieuwe ener-
giecentrales op het net is energiebesparing ook een deel van de oplossing. Maar ook daarin zal eerst geïnvesteerd moeten worden. Het ministerie van Verkeer, Bouw en Stadsontwikkeling wil bijvoorbeeld twee miljard extra uittrekken voor energiebesparende gebouwen en woningen. Hoe dit alles betaald moet worden is nog niet
duidelijk, zoals er überhaupt nog veel onduidelijk bestaat over de precieze uitvoering van wat in Duitsland de Energiewende wordt genoemd. Terwijl de tijd van bondskanselier Merkel grotendeels wordt opgeslokt door de eurocrisis, schreeuwt het energiedossier om aandacht. 2022 is namelijk minder ver weg dan het lijkt. •
OPINIES
Europa verdeeld over rol van kernenergie Europa is ernstig verdeeld over de rol die
VOORSTANDERS
kernenergie in de toekomst moet gaan spelen
*Het Nederlandse kabinet was voorstander van
in de energievoorziening. Sommige landen wil-
de komst van een nieuwe kerncentrale maar
len net als Duitsland van kernenergie af, terwijl
sinds de val van het kabinet Rutte is het zeer
anderen juist extra centrales willen bouwen.
de vraag of er ook echt een nieuwe centrale
Hieronder een overzicht van de standpunten
komt.
van de verschillende EU-landen.
*Het standpunt van de Fransen, traditioneel koploper op het gebied van kernenergie, is on-
TEGENSTANDERS
gewijzigd. Sarkozy investeerde 1 miljard extra
*In Italië, dat onder premier Berlusconi juist
in de ontwikkeling van veilige kerncentrales.
werkte aan de terugkeer van kernenergie, lijkt
*De Fransen en Britten kondigden begin dit jaar
nucleaire energie ten dode opgeschreven. 94
aan te gaan samenwerken op nucleair gebied.
procent van de Italianen stemden in een refe-
Hoewel de coalitiepartner van Camerons
rendum na Fukushima tegen de komst van een
conservatieve partij, de Liberal Democrat Party,
nieuwe kernreactor.
een tegenstander is van nieuwe kerncentrales,
*De Belgische regering heeft een vergelijk-
blijft kernenergie in Groot-Brittannië een van
bare positie ingenomen als Duitsland. In de
de pijlers onder het energiebeleid.
komende drie jaar zullen drie oude kerncentra-
*Finland heeft enkele jaren geleden al nadruk-
les worden gesloten. De overige vier Belgische
kelijk gekozen voor kernenergie. In het land
centrales moeten in 2025 stoppen met de
wordt de modernste kerncentrale ter wereld
productie van kernenergie.
gebouwd, de European Pressurized Reactor
*Zwitserland, dat voor 40 procent van zijn elek-
(EPR), een ontwerp van de Franse kerncentra-
triciteitsvoorziening afhankelijk is van vijf kern-
lebouwer Areva. De komende jaren worden er
centrales op haar eigen territorium, kiest voor
nog twee kernreactors gebouwd in Finland.
een meer geleidelijke afbouw van kernenergie
*Ook in Polen wordt momenteel gewerkt aan
als onderdeel van haar energiemix. De eerste
de bouw van een nieuwe kerncentrale.
Zwitserse kerncentrale gaat dicht rond 2019, de laatste sluit naar verwachting in 2034.
newton newton 30
KENNIS
mensen
zaken
dialoog
inspiratie
e.on
Er zijn veel keurmerken, labels, waarborgen en certificaten. ZONNEKEUR
Maar is een keurmerk een keiharde garantie dat de kip heeft gescharreld, of chips een ‘gezonde keuze’ is, de CO2-uitstoot van een SUV wel meevalt en stroom écht groen is? Of worden
Feiten & Fabels
we bedonderd? Ineke Vlot van SMK geeft uitleg.
Keurmerken Keurmerken zijn nodig “Absoluut. Onafhankelijke, maatschappelijk gedragen en geborgde keurmerken bieden een fundament voor duurzaam ondernemen. Deze keurmerken maken duurzamer ondernemen inzichtelijk, transparant, betrouwbaar en controleerbaar. Consumenten vragen om een duurzamer assortiment. Retailers en detaillisten zijn zich bewust van het afbreukrisico van ‘foute’ producten of ongeldige duurzaamheidsclaims. Zij kunnen dit niet langer afschuiven op producenten, maar worden er zelf op aangesproken. Dit vertaalt zich in concrete eisen aan leveranciers en harde claims. De campagnes van Wakker Dier over de ‘plofkip’ en ‘scharreleieren’ zijn actuele voorbeelden die daadwerkelijke invloed hadden op het verduurzamen van het assortiment van retailers en voedingsmiddelenfabrikanten.”
Er zijn veel te veel keurmerken “Ja en nee. Consumenten zijn niet gebaat bij
een wirwar aan keurmerken en logo’s waarvan niet duidelijk is waarvoor ze staan. Anderzijds wordt vaak gezegd dat consumenten geen nota nemen van keurmerken, maar de veelheid en toename ervan geeft aan dat mensen er wel degelijk belangstelling voor hebben! Bij SMK zien we bijvoorbeeld tussen 2007 tot 2011 een sterke toename van het aantal certificeringen voor Milieukeur; van ruim 300 naar ruim 500 producten.”
It’s all about the money: keurmerken leveren geld op “Het is onze ervaring dat het merendeel van de bedrijven een keurmerk voor hun producten of diensten inderdaad behaalt voor het marktonderscheid en het creëren van meerwaarde. Vanuit de doelstelling van SMK – het stimuleren van duurzamer produceren en consumeren – is dat een geldig argument. Het is niet relevant of ideële motieven of commerciële belangen ten grondslag liggen aan het behalen van een betrouwbaar certificaat. Het resultaat telt! Het is een ander verhaal als, zonder onafhankelijke
controle en zonder maatschappelijk draagvlak, een brancheorganisatie een ondernemer certificeert of een bedrijf zichzelf een keurmerk toekent. Overigens hebben we de indruk dat dit soort minder betrouwbare of onbetrouwbare keurmerken vaker voorkomen in nichemarkten dan in markten met grote volumes.”
Consumenten ‘kopen’ graag een goed gevoel “Helaas zijn weinig consumenten kritisch wat betreft keurmerken labels. Het merendeel verkiest ‘ego’ boven ‘eco’. Oftewel, korte termijnvoordelen voor zichzelf (bijvoorbeeld prijs) gaan boven lange termijnvoordelen voor bijvoorbeeld het milieu. Het is veel gevraagd om te verwachten dat consumenten weten waar keurmerken precies voor staan. Zij mogen verwachten dat de producenten, leveranciers en/of retailers de verantwoording neemt voor de betrouwbaarheid en kwaliteit van labels en keurmerken.”
Een keurmerk zegt niet alles “Een integrale duurzaamheidsbenadering verdient de voorkeur, maar dat is ingewikkeld. Het moet in elk geval helder zijn waar
newton 31
een keurmerk betrekking op heeft: welke duurzaamheidsthema’s worden gedekt en welke garantie krijgt een consument? In de supermarkt onderscheiden aanbieders zich bijvoorbeeld met one issue keurmerken zoals Beter Leven (dierenwelzijn), Fair Trade (eerlijke handel), EKO/Biologisch (milieu) en Europees Ecolabel (milieu). Sommige retailers brengen verschillende keurmerken samen onder een paraplu om de klant een eenvoudig hulpmiddel te bieden voor een duurzamere keuze. Een voorbeeld hiervan is AH Puur & Eerlijk.”
Milieukeur biedt bedrijven extra toegevoegde waarde “Milieukeur is inderdaad een bijzonder en momenteel gewild keurmerk. Het is namelijk het enige Nederlandse keurmerk met een bredere benadering van duurzaamheid. Het gaat hier om agro/food en non-food producten met een lagere milieubelasting wat betreft grondstoffen, energie- en watergebruik, schadelijke stoffen, verpakking en afval en met aandacht voor arbeidsomstandigheden, dierenwelzijn, gewasbescherming, natuurbeheer en voedselveiligheid. Voor wat betreft groene elektriciteit met Milieukeur, oftewel stroom uit Nederlandse wind, controleert een onafhankelijke certificatie-instelling zowel de duurzaamheid van de elektriciteit als de geleverde hoeveelheid. De interesse voor Milieukeur groene elektriciteit neemt in de business-to-business markt sterk toe omdat het extra punten oplevert in de
CO2-Prestatieladder. Groene elektriciteit die aan de Milieukeurcriteria voldoet, loont in aanbestedingen.”
Is er continue controle op keurmerken? “Om betrouwbaar te zijn en belangenverstrengeling te voorkomen moeten keurmerken voldoen aan strenge voorwaarden. Daarom staat het opstellen van de eisen van keurmerken los van de controle of aan die eisen wordt voldaan. Als een keurmerkorganisatie erkend is door de Raad voor Accreditatie en de controlerende certificatie-instellingen zijn geaccrediteerd, dan behoort zij tot de ‘eredivisie’ van keurmerken. Dit houdt in dat deze Raad periodiek controleert. In Nederland geldt dat bijvoorbeeld voor EKO en Milieukeur. Er zijn ook niet-geaccrediteerde keurmerken die een goede naam hebben opgebouwd en als betrouwbaar zijn gekwalificeerd, zoals het Europees Ecolabel van de Europese Commissie, FSC (duurzaam hout) en Fair Trade. De website van de Raad voor Accreditatie biedt informatie over de accreditering van keurmerken: www.rva.nl.
PERSONALIA NAAM: Ineke Vlot (1960) FUNCTIE: Manager non-food en projectleider Milieukeur bij SMK. SMK ontwikkelt, beheert en toetst criteria voor keurmerken en certificaten met als doel het inzichtelijk, betrouwbaar en controleerbaar maken van duurzamer ondernemen. MEER INFO: www.smk.nl
Hoe weet ik of een keurmerk deugt? “Uitgebreide informatie over keurmerken is te vinden op de website van Milieu Centraal (www.milieucentraal.nl). Het Voedingscentrum (www.voedingscentrum.nl) geeft informatie over keurmerken voor voeding. De overheid heeft verder de website Consuwijzer opgezet (www.consuwijzer.nl), waar ook informatie over
(geaccrediteerde) keurmerken te vinden is. Deze website geeft overigens geen compleet overzicht, aangezien Consuwijzer niet zelf de keurmerken onderzoekt en keurmerken zichzelf • voor deze website moeten aanmelden.”
newton newton 32 32KENNIS
KENNISMENSEN mensen ZAKEN
zaken DIALOOG
dialoog INSPIRATIE
inspiratie E•ON
e.on
Eén oogopslag
De wereld rond
60 nieuwe kolencentrales per jaar
NASA Goddard Photo and Video
China is voor energievoorziening voor zeventig procent
lange termijn de voornaamste elektriciteitsbron. Het is
afhankelijk van kolen. Elke maand openen gemiddeld vijf
een van de weinige natuurlijke bronnen waarvan China
nieuwe kolencentrales. niet alleen om aan de groeiende
veel heeft. Bovendien zijn miljoenen Chinezen werkzaam
vraag te kunnen voldoen,maar ook om oude centrales te
in de kolenindustrie. Beijing zal politieke onrust willen
vervangen. China staat op de tweede plek van landen met
vermijden door werkgelegenheid veilig te stellen.
de meeste CO2-uitstoot. Maar klimaat en milieu stijgen
Het behoud van kolen in de energiemix heeft ook te
gestaag op de lijst van beleidsprioriteiten. inmiddels is
maken met een andere, nog grotere prioriteit dan
China ‘s werelds vierde windenergieproducent.
duurzaamheid: ‘energy security’, het zeker stellen van
Toch is er reden tot zorg. kolen blijven op de middel
China’s toekomstige energievoorziening.