NEN-EN 14470-1:2004 en Documentnummer
NEN-EN 14470-1:2004 en
Publicatiedatum
01-05-2004
Registratiedatum
11-05-2004
Taal
en
Nederlandse titel
Brandveiligheidsopslagkasten - Deel 1: Veiligheidsopslagkasten voor brandbare vloeistoffen
Engelse titel
Fire safety storage cabinets - Part 1: Safety storage cabinets for flammable liquids
Vervangt
NEN-EN 14470-1:2002 Ontw.
Vervangen door Wijzigt Gewijzigd door ICS code(s)
13.220.40, 71.040.10
Intrekkingsdatum Uitgever
NEN
Aantal pagina's
17
Nationale samenvatting Engelse samenvatting
This European Standard is a product specification, giving performance requirements for fire safety cabinets to be used for the storage of flammable liquids in laboratories. It is applicable to cabinets with a total internal volume of not greater than 1 m3, which may be free standing, restrained to a wall or mounted on wheels or castors. It is not applicable to brick enclosures or walk-in storage rooms. This European Standard is not applicable to cabinets which do not take their weight on their base. Requirements are given in respect of the construction of the cabinet and its capacity to resist fire conditions on the outside. A classification of cabinets is given, according to the level of fire resistance offered, and a type test is included, which draws on already existing fire resistance tests, such as those given in ISO 834-1 [1] and EN 1363-1. The tests described in this European Standard are type tests.
Relaties
EN 14470-1:2004
Opmerking Commissienummer
302332
Commissie Bundels Vertaling Commissie europees Commissie internationaal Richtlijnen NEN-EN 144701:2004 en
CEN/TC 332
Samenvatting resp. vrije vertaling van NEN-EN 14470-1: Final Draft safety storage cabinets – Part 1: Safety storage cabinets for flammable liquids Voor de opslag van gevaarlijke, (licht) ontvlambare, stoffen is er tot dusver tussen de verschillende lidstaten een grote verscheidenheid aan normen, richtlijnen en inzichten op het gebied van de vereiste brandwerendheid, ventilatie, zelfsluitende deuren en opvangcapaciteit. Sinds 1997 is onder de Europese Technische Commissie CEN/TC332 een aparte werkgroep (WG2) opgericht voor het ontwikkelen van één Europese norm voor veiligheidskasten. Als uitgangspunt voor de nieuwe Europese norm diende de Duitse norm DIN12.925 deel 1. De NEN 2678 zal bij de invoering van de nieuwe Europese norm komen te vervallen, een overgangsperiode van 6 maanden is bepaald Gedateerd 21-11-2003 is een Final Draft prEN 14470-1 ter goedkeuring voor 14-12-2003 aan de leden gezonden. Deze goedkeuring is door de CEN op 02-01-2004 bevestigd. Deze Europese Standaard beschrijft het ontwerp en de testcriteria voor veiligheidsopslagkasten welke worden gebruikt in laboratoria voor de opslag van ontvlambare vloeistoffen in gesloten emballage bij normale kamertemperatuur. Primair, deze Europese Standaard dekt de drie belangrijkste veiligheidseisen voor opslag van ontvlambare vloeistoffen, welke zijn: a)
minimalisering van de brandrisico’s geassocieerd met de opslag van ontvlambare substanties en de bescherming van de inhoud van de kast ingeval van een brand gedurende een (geteste) minimale tijdsduur (brandbepaling)
b)
minimalisering van de hoeveelheid vrijkomende dampen in de werkruimte
c)
terughouden van uittredende vloeistoffen bij lekkage in de kast
§ 4 Classificatie De veiligheidsopslagkasten dienen te worden geclassificeerd als een van het type zoals aangeven in tabel 1. Tabel 1 – Brandveilige opslagkasten type classificatie Type
15 30 60 90
Genomen tijd van T tot 180 K (min) ≥ 15 ≥ 30 ≥ 60 ≥ 90
Test volgens EN 1363-1
Ventilatie aansluiting vereist
Zelfsluitende deuren
! ! ! !
! ! ! !
! ! ! !
§ 5 Constructie 5.1 Brandbescherming: In geval van een brand moet de kast de zekerheid bieden, dat voorop zijn minst gedurende 15 minuten, de inhoud van de kast niet bijdraagt in extra risico’s ter verspreiding van de brand. 5.2 Deuren 5.2.1 In geval van een brand dient de kast volledig zelfsluitend te zijn vanuit elke positie. De sluitingstijd van de deur(en), vanaf het moment loskoppeling deurvastzetinrichting, mag de 20 seconden niet overschrijden. De tijd van de deursluiting vanuit volledig geopende positie of van de positie die bepaald is door de deurvastzetinrichting moet gemeten worden met een stopwatch, bij een temperatuur van (20 ± 5) °C. Indien de deuren zijn voorzien van een deurvastzetinrichting, moeten de deuren volledig sluiten bij het bereiken 0 van een temperatuur (50 -10) ºC in de nabijheid van het front van de kast. De deurvastzetinrichting dient gepositioneerd te zijn in vrij circulerende lucht, zodat het snel opgewarmd kan worden
DENIOS BV Christiaan Huijgensweg 4A 24508 AJ Alphen aan den Rijn
Tel: (0172) 50 64 66 Fax: (0172) 50 61 89
[email protected] www.denios.nl
5.2.2 Het thermoscomponent van de deurvastzetinrichting moet worden bevestigd door een verklaring van conformiteit van de fabrikant, als zijnde conform de eisen gespecificeerd in art. 5.2.1. 5.2.3 Deuren en entourage dienen dusdanig te zijn ontworpen dat het risico van kwetsuren door beklemming worden geminimaliseerd. Voor het minimaliseren van kwetsuren bij sluitende deuren mag de statische druk tussen de grootste en kleinste hoek de 100 N niet overschrijden. 5.2.4 Het moet mogelijk zijn iedere deur met één hand te bedienen. 5.2.5 Indien de deuren afsluitbaar zijn mag het slot de zelfsluitende eisen, zoals in art. 5.2.1 beschreven, niet in gevaar brengen. 5.3 Zij en –rugwanden De zij en –rugwanden van de kast dienen van dezelfde dikte en vergelijkbare constructie te zijn. 5.4 Ventilatie 5.4.1 Kasten dienen uitgerust te zijn met openingen voor lucht toe en –afvoer waarop een extern ventilatiesysteem kan worden aangesloten. AANTEKENING 1: attentie, men dient rekening te houden met de nationale regelgeving betreffende de aansluiting van veiligheidsopslagkasten op externe luchtsystemen. In een kast waarbinnen ventilatie plaatsvindt, dient de ventilatievoud bij gesloten deuren minimaal het 10-voudige per uur van het inwendige kastvolume te zijn, met een drukverval van niet meer dan 150 Pa. Het ventilatiesysteem zorgt voor een lagere druk in de kast dan buiten de kast. De ventilatie moet effectief zijn direct boven de bodemopvangbak van de kast. Dit dient getest te worden middels visuele inspectie van de openingen en meting van de luchtwisseling en drukverval in een lege kast. AANTEKENING 2: een luchtverversingsvoud van meer dan 10 maal per uur kan noodzakelijk zijn voor geurreductie. 5.4.2 De ventilatieopeningen voor lucht in en –afvoer dienen automatisch te sluiten bij het bereiken van een temperatuur van (70 ± 10) °C. 5.5 Legborden De legborden en bevestigingen dienen van niet-absorberend materiaal te zijn en moeten de last kunnen dragen zoals aangegeven in de meegeleverde gebruikersinformatie (zie art. 7) zonder enige nadelige beïnvloeding van de testtemperatuur volgens bijlage A. De legborden mogen het automatisch sluiten van de deuren niet hinderen. De legborden dienen worden getest middels een visuele inspectie. AANTEKENING: voor betere ventilatie, geperforeerde legborden kunnen nuttig zijn. Het hoogste legbord mag niet hoger geplaatst zijn dan op 1.75 mtr boven de vloer. 5.6 Opvangbak lekvloeistoffen Een opvangbak voor lekvloeistoffen dient te worden geïnstalleerd onder het laagste opslagniveau. De opvangbak dient zo ontworpen te zijn dat lekvloeistoffen uit de hoger gelegen legborden worden verzameld in de opvangbak. De opvangbak dient een minimale capaciteit te hebben van 10% van de inhoud van alle opgeslagen emballage in de kast, of 110% van het volume van de grootst opgeslagen emballage, welke het grootste is. Alle lekvloeistoffen of condensaat tot aan dit volume dient worden opgevangen. Dit dient getest te worden door vergelijking met de gebruikersinformatie en, in geval van twijfel, door meting van de inhoud van de opvangbak.
DENIOS BV Christiaan Huijgensweg 4A 24508 AJ Alphen aan den Rijn
Tel: (0172) 50 64 66 Fax: (0172) 50 61 89
[email protected] www.denios.nl
AANTEKENING: nationale voorschriften kunnen hoge opvangcapaciteiten eisen dan hier gespecificeerd, bijvoorbeeld voor het milieu. De opvangbak moet aan zijn functie voldoen na de brandweerstandstest zoals beschreven in art. 6. Dit dient te worden gecontroleerd door visuele inspectie na het vullen van de opvangbak met water. § 6 Brandweerstand De brandweerstandscapaciteit van de kast dient te worden onderzocht door middel van een typetest. Deze test wordt uitgevoerd door verhitting van de kast in een oven conform de temperatuur – tijdscurve zoals beschreven in 5.1.1 van de EN 1363-1: 1999 en meting van de temperatuurstijging binnenin de kast. De kast dient dan geclassificeerd te worden als type 15, 30, 60 of 90, conform tot de tijd dat de interieurtemperatuur met niet meer stijgt dan 180 K, gemeten op welk meetpunt dan ook, bij een aanvangstemperatuur van 20 (± 5) °C § 7 Mee te leveren informatie De producent/leverancier dient bij de veiligheidsopslagkast mee te leveren een handleiding met informatie, welke minimaal het volgende moet bevatten: a)
de maximale beladingcapaciteit van ieder afzonderlijk legbord (zie 5.5) en van de volledige kast;
b)
het maximale volume, in liters, van de grootste emballage dat mag worden opgeslagen in de kast (zie 5.6):
c)
de capaciteit aan opvang lekvloeistoffen, in liters;
d)
een waarschuwingsverklaring dat extreme voorzorgsmaatregelen in acht moeten worden genomen bij het openen van de kast na een brand;
e)
een lijst met onderdelen, welke op een routinebasis moeten worden gecontroleerd en/of vervangen;
f)
instructies aan de gebruiker om op de kast aan te geven indien de kast functioneert zonder aangesloten te zijn op een extern ventilatiesysteem;
g)
instructies aan de gebruiker om te controleren dat de aansluiting van het ventilatiesysteem, indien aangesloten, correct is gedaan, bijvoorbeeld door gebruik van rookbuisjes;
h)
kennisgeving aan de gebruiker dat, indien geforceerde ventilatie niet is aangesloten, de onmiddellijke omgeving rond de kast moet worden gezien als een gevaarlijke zone;
i)
instructies aan de gebruiker om de opvangbak niet te benutte voor opslag;
j)
aanbeveling aan de gebruiker voor het regelmatig uitvoeren van inspecties en onderhoud en de aanbevelingen voor onderhoudsintervallen:
k)
de leveranciersverklaring van conformiteit of het certifica(a)t(en) van conformiteit van het testinstituut.
§ 7 Herkenningtekens en etikettering De volgende opschriften dienen op het front van de kast, op een geschikte en zichtbare plaats, worden aangebracht: a)
advies dat de deuren gesloten moeten blijven indien de kast niet in gebruik is;
b)
de geschikte waarschuwing voor: ‘Opgepast: brandgevaar’ en het geschikte verbod voor ‘Brand: roken en open vuur verboden’, alles conform ISO 3864 (alle delen);
c)
het brandweerstandsvermogen, gespecificeerd in minuten, bijv. Type 15, 30, 60 of 90;
d)
naam en/of handelsmerk van de fabrikant;
e)
modelnummer en jaar van productie;
DENIOS BV Christiaan Huijgensweg 4A 24508 AJ Alphen aan den Rijn
Tel: (0172) 50 64 66 Fax: (0172) 50 61 89
[email protected] www.denios.nl
f)
het maximale volume van een emballage, in relatie tot de opvangcapaciteit, wat mag worden opgeslagen in de kast;
g)
maximale belading per legbord, bij gelijk verdeelde belasting
AANTEKENING: De afmetingen van alle herkenningstekens dienen geschikt te zijn voor grote van de kast.
De openingen voor de lucht toe- en afvoer dienen duidelijk geëtiketteerd te zijn zodat tussen beiden duidelijk te herkennen zijn. De fabrikant dient door een opschrift duidelijk aan te geven dat de kast conform deze Standaard EN 14470-1 is.
Dit is een niet officiële vertaling van NEN-EN 14470-1:2004 (E) en derhalve kunnen er geen rechten aan ontleend worden en mag niet gepubliceerd of op enige andere wijze openbaar worden gemaakt zonder onze uitdrukkelijke toestemming. Puur voor intern gebruik.
DENIOS BV Christiaan Huijgensweg 4A 24508 AJ Alphen aan den Rijn
Tel: (0172) 50 64 66 Fax: (0172) 50 61 89
[email protected] www.denios.nl