Comenius 30 januari 2015 versie 7
Natuurwetenschap en de weg van het licht1 Prof. dr. Egbert Boeker2
De Verenigde Naties hebben 2015 uitgeroepen tot het Internationale Jaar van het Licht3, het fysische licht. Comenius was op de hoogte van natuurwetenschap. Hij vatte de kennis van zijn dagen zelfs samen in een synopsis4. Het fysische licht waar dit Internationale Jaar over gaat, noemde hij het uitwendige licht. In zijn boek ‘Via Lucis’, de weg van het licht5 gaat het vooral over het inwendige licht, het licht van het verstand, het licht van de wijsheid..
Comenius beschrijft 6 stadia, waarin het collectieve weten is toegenomen, waaronder de wereldwijde scheepvaart en de boekdrukkunst waardoor kennis wereldwijd kon worden verspreid. Wij moeten op weg naar het universele licht, aldus Comenius, het zevende stadium. Daartoe moeten drie boeken worden geschreven, waarin alle kenbare dingen staan samengevat: de pansofie beschrijft de grondslag van alle dingen, de panhistorie de verscheidenheid en werking van dingen, waaronder de resultaten van natuurwetenschappelijk experimenteren. Het derde boek, de pandogmatiek beschrijft alle opvattingen6.
1
Uitgesproken ter gelegenheid van de presentatie van het boek ‘Jan Amos Comenius, Zijn leven, missie en erfenis, door H. E. S. Woldring, Damon, Budel, 2014. De presentatie vond plaats 30 januari 2015, VU. 2 Prof Dr E Boeker was hoogleraar natuurkunde aan de VU 1969-2002. Hij schreef samen met Prof Dr R van Grondelle (VU) enkele leerboeken over milieunatuurkunde (environmental physics) en was rector van de VU van 19931997. Zijn eerste diesrede (1993) had als titel ‘ De aarde en haar volheid, over milieu en maatschappij’. Zijn tweede diesrede (1995) had als titel: “ waarden en wetenschap’. De thema’s van beide redes komen terug in zijn commentaar op het boek van Woldring. 3 Nederlands Tijdschrift voor Natuurkunde, januari 2015, pp24-26 4 Johann Amos Comenius, Natural Philosophie reformed by Divine Light, or Synopsis of Physicks, London, Thomas Pierrepont, 1651, afgekort: Physicks. Het latijnse origineel verscheen in 1633 ‘ Physicae ad lumen divinum reformandae synopsis’. 5 Johannes Amos Comenius, Via Lucis, Amsterdam 1668 (geschreven in 1641). Verwijzingen zijn uit de Nederlandse uitgave: In de Pelikaan, Amsterdam 1992; zie Via Lucis p 82/83 over het uitwendige licht. Comenius gebruikt eigenschappen van het uitwendige licht zoals terugkaatsing en breking om eigenschappen van het inwendige licht te verhelderen. 6 Via Lucis pp 134-143
1
Comenius 30 januari 2015 versie 7
Belangrijk voor Comenius is de onderlinge samenhang van de boeken7. Hij zou een jaar lang aandacht voor alleen het fysische te beperkt hebben gevonden.
Dat blijkt uit het voorwoord van Via Lucis dat Comenius schreef in de vorm van een brief aan de ‘Royal Society of London for promoting Natural Knowledge’. Hij schreef Via Lucis al tijdens zijn verblijf in Londen (1641/42)8 maar het werd pas gepubliceerd in 1668 enkele jaren na de oprichting van de Royal Society in 1660. Een citaat uit het voorwoord9 :
“Er ontbreekt iets, U moet verder kijken dan de natuurwetenschap die alles bestudeert wat in de wereld om ons heen is. Als U zich daartoe beperkt, zult U lachwekkend overkomen. U zult blijven steken in de Griekse ziekte, wijs te zijn in onbeduidende details 10“.
Verder schrijft Comenius dat de Royal Society op de fundamenten van de natuurwetenschap moet werken aan een vervolmaking van de menselijke wijsheid; zij moet oog hebben voor de geïnspireerde openbaringen van patriarchen, profeten en apostelen11.
De Royal Society heeft zich daar weinig van aangetrokken. Na een burgeroorlog, aangewakkerd door religieuze twisten, beperkte zij zich tot wat gezien werd als waardevrije wetenschap. In de Verhandelingen, gepubliceerd vanaf 1665, vindt U beschouwingen waarvan het hart van een modern natuurkundige sneller gaat
7
Via Lucis p. 134, punt 1 Frances A Yates, The Rosicrucian Enlightenment, Paladin 1975. Yates, p. 218 beschrijft dat Comenius in die tijd werd aangehaald als een filosoof die gevolgd zou moeten worden bij hervormingen. De Bisschop van Lincoln organiseerde een banket voor hem. Hij werd opgenomen in de kring van geleerden van die dagen. 9 Via Lucis p 39 punt 14. Comenius gebruikt het woord fysica op diverse plaatsen, maar bedoelt natuurwetenschap. Zo ook op p. 42 punt 22: “ Dat wat U ondernomen hebt minder is dan verhoopt---“ 10 Via Lucis 43 punt 24 11 Deze samenvatting is ‘kort door de bocht’. Comenius verpakt zijn boodschap in complimenten en omzichtige taal. 8
2
Comenius 30 januari 2015 versie 7
kloppen12. Ze hebben alle kenmerken van een modern wetenschappelijk artikel. Enkele voorbeelden. Iemand neemt met een telescoop een bewegend vlekje waar op Jupiter en concludeert daaruit dat de planeet met een bepaalde snelheid draait om zijn as. Een ander beschrijft de nauwkeurigheid van slingerklokken op zee, nodig om de positie13 te bepalen. Weer een ander verklaart eb en vloed door de aantrekkingskracht van de maan en illustreert dat met fraaie figuren. De leden van de Royal Society waren gefascineerd door de natuurverschijnselen; ze bouwden meetapparatuur, deden waarnemingen en stelden hypotheses op. Ze communiceerden onderling via briefwisseling en in de Verhandelingen.
De Society is het schoolvoorbeeld van een moderne wetenschappelijke organisatie. Ze schonk ook aandacht aan toepassingen, want al in de beginperiode wordt een landbouwcommissie ingesteld die de grondsoorten in Engeland gaat beschrijven met hun mogelijk gebruik. De Royal Society staat daarmee in de traditie van Francis Bacon, die als doel van de (natuur) wetenschap aangaf ‘the relief of Man’s Estate’14, vrij vertaald: ‘verbeteren van de levensomstandigheden van de mens’.
Wij weten inmiddels dat de beperking tot meetbare en verifieerbare kennis van de natuur succesvol is geweest. Het heeft geleid tot technologie waardoor alle utopieën die in de tijd van Comenius werden geschreven werkelijkheid zouden kunnen worden: weinig lichamelijke arbeid, veel vrije tijd, enzovoorts15.
Deze ideale maatschappij is niet gerealiseerd. Veel moderne technologie is ontwikkeld om (massa)vernietigingswapens te produceren en moderne productieprocessen hebben geleid tot milieuvervuiling en klimaatverandering.
12
Alle verhandelingen van de Royal Society zijn gescand en gratis te raadplegen via http://rstl.royalsocietypublishing.org/content/by/year. De gegeven voorbeelden zijn ontleend aan de eerste jaargang. 13 Met name de lengtegraad door na te gaan op welk uur Greenwich tijd de zon op het hoogste punt staat. 14 Francis Bacon; vollediger: ‘ Knowledge is a rich storehouse for the Glory of the Creator and the Relief of Man’s Estate’ 15 Johann Valentin Andreae, Christianopolis (1619); Tommaso Campanella, La Città del Sole, De Stad van de Zon (1609); een eeuw eerder in dezelfde geest Thomas More, Utopia (1516). Zie ook: Egbert Boeker, Natuurwetenschap en techniek, een weg naar Utopia?, Van Gorcum, Assen/Amsterdam (1975)
3
Comenius 30 januari 2015 versie 7
Onvrede daarover bij studenten en jonge natuurwetenschappers leidde in de jaren 1960/ 70, tot colleges ‘maatschappelijke aspecten van de natuurwetenschap’16. Waarom is de utopie niet gekomen? In het laatste hoofdstuk van een schoolboekje voor klas 6 VWO17, dat wij aan de VU produceerden, vindt U 4 mogelijke antwoorden: •
het ligt aan het kapitalistische systeem (Marx)
•
de technostructuur, de elite van managers, wil de productie ten koste van alles in stand houden (Galbraith)
•
de technische staat manipuleert alles om voort te bestaan (Schelsky)
•
de wetenschap zelf is fout; zij kijkt naar de natuur met de ogen van een dode (Roszak)
In de lerarenhandleiding is het ‘goede’ antwoord in het midden gelaten. En Comenius? De kwalijke kanten van de instrumentele natuurwetenschap waren in de 17e eeuw nog niet zo manifest als tegenwoordig en worden door Comenius niet behandeld. Ik vermoed dat Comenius het meeste affiniteit zou hebben met het laatste antwoord: de wetenschap zoals die zich heeft ontwikkeld, is te beperkt. Maar hij zou dat stellig hebben toegeschreven aan de scheiding van panhistorie en pansofie18. En hij zou er aan hebben toegevoegd dat het vooral ontbreekt aan de allervurigste aanroeping van God19.
Zou het programma van Comenius hebben gewerkt als de Royal Society een voortrekkersrol had vervuld? Dit is niet helemaal denkbeeldig, want Comenius schreef Via Lucis in 1641/42 terwijl hij in onderhandeling was met het Engelse
16
De term ‘maatschappelijke aspecten’ werd gebruikt aan de VU; elders meestal ‘wetenschap en samenleving’. 17 H. M. C. Eijkelhof, E. Boeker, J. H. Raat en N. J. Wijnbeek, Natuurkunde in de Samenleving, VU Boekhandel, 1978 (1e druk; er zijn 3 drukken verschenen en een Engelse vertaling: Physics in Society) 18 Yates pp 233, 177, 278 vindt de waarschuwing van Comenius terecht en betreurt de scheiding van science en utopia. 19 Via Lucis, pp. 169, 172
4
Comenius 30 januari 2015 versie 7
parlement over de financiering van een internationaal college van geleerden20. Dat ging niet door vanwege de eerder genoemde burgeroorlog21 tussen royalisten en parlementsaanhangers. Via Lucis was bedoeld als programma voor dat College22. Comenius schrijft dat naast de drie genoemde boeken universele scholen, een universeel college en een universele taal moeten worden gerealiseerd. Het universeel college moet het proces aansturen; Comenius ziet het als een heilig genootschap van wetenschappers, toegewijd aan het heil van de mensheid23, wat rijmt met ‘the relief of man’s estate’ van Bacon.
Het is bekend dat sommige leden van de Royal Society niet afkerig waren van mystiek, Kabbala, Alchemie en esoterie. Zij deden dat op persoonlijke titel24 en niet in het kader van het genootschap. De meest bekende is Isaac Newton; hij schreef studies over alchemie25. Bovendien annoteerde hij de Manifesten van de Rozenkruisers26. Die Manifesten beschrijven dat God wijze mensen heeft opgevoed met begrip voor de natuur. Als zij eensgezind het boek van de natuur lezen komt er een algehele reformatie van kunsten en wetenschappen27. Het Universele College van Comenius is hierop geïnspireerd 28.
20
Aldus Carlos Gilly in zijn voorwoord tot de nederlandse Via Lucis uitgave, p. 17; zie ook Comenius zelf: Via Lucis, p. 35 punt 3 en 150 punt 10 21 Deze begon in 1642; Comenius verliet toen Engeland. 22 Dat wordt concrete in het laatste deel van het boek, vanaf Hoofdstuk XV, p. 130 23 Yates p 220 ; Via Lucis p 150 punt 11. 24 Yates p.240. Ashmole publiceerde een boek over alchemie en werd later een van de eerste 141 leden van de Royal Society 25 Yates pp 242. 243 26 De Manifesten, de Fama en de Confessio, werden in 1614 anoniem gepubliceerd door de Lutherse predikant Andreae. 27 Opnieuw kort door de bocht is dit een paraphrase van Yates 72, 73 van de Fama en de Confessio. Beide manifesten zijn opgenomen als appendix in het boek van Yates. 28 Yates ziet evenals de redacteur van de geciteerde Nederlandse uitgave van Via Lucis het werk van Comenius in het verlengde van dat der Rozekruizers. Dat blijkt niet alleen uit teksten waar Comenius bijna letterlijk stukken uit de Rozekruizer Manifesten overneemt maar ook expliciet uit Comenius’ laatste boek: de vermanende oproepen van Elia.. Zie Via Lucis pp11, 14 en noot 3 op pag 27
5
Comenius 30 januari 2015 versie 7
Interessant is dat Newton zijn studies, die Comenius zou rubriceren als pansofie, niet publiceerde. Zij zijn gevonden in zijn nagelaten geschriften. Van een openbare discussie tussen pansofie en panhistorie (de natuurwetenschappelijke studies) op het niveau van een wetenschappelijk genootschap was geen sprake.
Men kan slechts speculeren hoe de geschiedenis zou zijn verlopen als een intellectuele reus als Isaac Newton met zijn enorme reputatie zijn studies over alchemie en de Manifesten van de Rozekruizers had gepubliceerd. Kennelijk schoot voor Newton de dominante manier van wetenschapsbeoefening tekort. Toch zou ook Newton niet geschikt zijn geweest als voorzitter van het door Comenius voorgestelde universele, ‘heilige’ college van geleerden29. Want als president van de Royal Society misbruikte Newton zijn positie om geleerden die hem niet zinden het leven zuur te maken30.
De scheiding van panhistorie (natuurwetenschap) en pansofie leidde, zoals gezegd, tot een vruchtbaar wetenschappelijk programma. Wetenschappers vlogen elkaar niet in de haren over pansofische vragen en communiceerden over verifieerbare kennis. Er ontstond niet alleen in Engeland maar in heel Europa een wetenschappelijke traditie waarin elk onderzoek leidt naar volgende vragen, precies zoals nu. Vragen naar zingeving, als die er al zijn, worden verwezen naar de privé sfeer. Ik denk niet dat het programma van Comenius zelfs in de 17e eeuw uitgevoerd had kunnen worden. Op iedere bladzijde van Via Lucis vindt U Bijbelse noties zoals de eerder geciteerde noodzaak tot de allervurigste aanroeping van God. Zijn visie is doordesemd van zijn toekomstverwachting en zijn uitleg van de Bijbelse boodschap. Hij verwachtte het Vredesrijk al in zijn eigen ‘verlichte eeuw’31. Die verwachting was
29
Via Lucis p 150; XVIII,9 en p 152 XVIII, punt 13. De voorzitter heft een sleutelrol in de onderlinge communicatie. 30 Newton tiranniseerde de ‘Astronomer Royal, John Flamsteed, hij kleineerde Hooke, hij behandelde Leibniz kleingeestig toen het ging om de prioriteit bij het uitvinden van de differentiaalrekening (Leibniz publiceerde het eerste, Newton bedacht het het eerste). Bron: Encyclopedia Britannica, 15e editie, 2007 31 Via Lucis, p 120, punt 7
6
Comenius 30 januari 2015 versie 7
toen al omstreden32 en dat is alleen maar sterker geworden. Als men de chiliastische elementen uit zijn werk haalt, blijft een onsamenhangende boodschap over.
Wij moeten doordringen tot de essentie van Comenius boodschap; deze is samengevat in een korte paragraaf33, waarin hij schrijft dat pansofie alles omvat wat nodig is voor wijsheid. En als die wijsheid er is worden alle middelen op het goede afgestemd. Geen kwade toepassingen meer zoals wapens, want “zij zullen de oorlog niet langer leren34’. Gebrek aan wijsheid is het antwoord op de vraag waar het kwade vandaan komt. Het gaat dus om wijsheid35. Geheel in lijn met het bijbelgebruik van Comenius verwijs ik naar Spreuken 8:22-31, waar God eerst de wijsheid schept als zijn troetelkind36 en daarna de wereld. Wijsheid is meer dan intelligentie. De VU kent een opleiding kunstmatige intelligentie, waar je kunt leren robots te programmeren om van alles te doen ‘ to the relief of man’s estate’.
Maar er is geen opleiding kunstmatige wijsheid. Wijsheid ontwikkel je door schade en schande. Door ervaring dus. Maar ook door ontwikkeling, ‘Bildung’, door literatuur, theater, discussie, door interactie met andere mensen. Met wijsheid vind je de goede doeleinden en de daartoe leidende middelen, aldus Comenius.
32
In 1534 probeerden in Amsterdam wederdopers de macht te grijpen dat mislukte. In datzelfde jaar was het aanvankelijk succesvol in Münster, maar werd daar in 1535 neergeslagen. In beide gevallen wilden de dopersen het 1000 jarig rijk vestige. Geen wonder dat die verwachting in discrediet raakte. 33 Via Lucis p. 135 (XVI,5); volledig citaat: En zo omvat Pansofie alles wat voor allen die wijs willen zijn op directe wijze noodzakelijk is, zodat de mensen door haar helder licht de oogmerken van alle dingen, en de middelen tot die oogmerken en het onfeilbaar gebruik van die middelen kunnen zien, en al hun doen en laten op die goede oogmerken kunnen afstemmen, en door onfeilbare en goede middelen feilloos daarheen kunnen gaan (wat pas echt wijs zijn is). 34 Jesaja 2:4. Hoewel Comenius niet verwijst naar deze specifieke tekst is zij stellig in overeenstemming met zijn denken. 35 Zie ook Physicks, p. 5 36 ‘troetelkind’ uit de Naardense vertaling; de NV schrijft ‘lieveling’. Het Nieuwe Testament spreekt niet over Wijsheid maar over het Woord, of de Zoon als scheppende kracht, Joh. 1:3, Hebr 1:1,2
7
Comenius 30 januari 2015 versie 7
Wijsheid is niet gebonden aan een bepaalde godsdienst. Overal zijn er wijze mannen en vrouwen, waarvan je – meestal achteraf – kunt constateren dat ze verstandige beslissingen hebben genomen of goede adviezen hebben gegeven, waarmee de mens verder wordt geholpen. Die beslissingen of adviezen hangen af van de context en er is geen recept voor te geven. Daarom is wijsheid niet te programmeren en bestaat er geen kunstmatige wijsheid.
Wijsheid zie ik, zoals gezegd, als kern van Comenius’ boodschap die in op die manier ook nu nog relevant is voor iedereen, overal, altijd37. Zo kan Comenius’ boodschap nog steeds betekenis hebben38. Maar hoe zou dat in de praktijk uitwerken? Ik besluit mijn bijdrage met 4 korte punten.
Allereerst de universiteit. Daar krijgen studenten onderwijs in een vakwetenschap. Alle beschikbare tijd, studiepunten zeggen wij tegenwoordig, wordt daaraan besteed. Na de studie beoefent men een beroep dat is ingebed in een maatschappelijke context. Die context komt in het vakonderwijs niet of nauwelijks aan de orde. Het getuigde daarom m.i. van wijsheid toen VU bestuurders reeds bij de stichting in 1880 een aantal colleges filosofie verplicht stelden voor alle studenten39. Comenius met zijn nadruk op onderwijs en scholing zou daar blij mee geweest zijn. Het was evenzeer verstandig toen men later – en niet alleen aan de VU40 – dat algemeen vormende onderwijs differentieerde naar faculteit of opleiding. Hoewel men wijsheid niet kan aanleren zijn kennis en inzicht daarvoor onontbeerlijk.
37
Met een knipoog naar Comenius, Via Lucis, p 36 punt 5 uit zijn voorwoord Zie ook de volledige titel van Via Lucis in Nederlandse vertaling: De weg van het licht, onderzocht en nog te ondertzoeken, dat is een beredeneerde onderzoeking waarop het verstandelijk Licht van de geest, de wijsheid, nu eindelijk kort voor ‘s werelds avondschemer over alle volkeren en gezindten der gehele mensheid voorspoedig kan worden verspreid. 39 In de beginperiode was een verplichte propedeuse voor alle studenten, waarin filosofie was opgenomen. Later werd dit vervangen door filosofie onderwijs per faculteit. Bron: Ab Flipse, Universiteitshistoricus VU. 40 Ik denk aan colleges Wetenschap en Samenleving of vakethiek. Zij kunnen aan alle universiteiten worden gevolgd, maar vormen niet altijd een verplicht onderdeel van de studie 38
8
Comenius 30 januari 2015 versie 7
Wijsheid is nodig om te scheppen, mijn tweede punt, ontleend aan Spreuken 8. Een goed voorbeeld van creativiteit is de bijdrage van enkele VU medewerkers41 aan het ‘solar cooking’ project in Mali. Het gaat om een doos, een ‘zonnedoos’, waarin een potje rijst met zonnestraling wordt verwarmd. Bij het Natuurkunde practicum worden de dozen zo ontworpen, getest en getekend dat ze optimaal werken met goedkope materialen. Daar leren nederlandse studenten ook van. Onder leiding van een leraar natuurkunde in Mali zelf worden de dozen in elkaar gezet en tegen kostprijs verkocht. Resultaat: in Mali besparing van brandstof (hout, houtskool), op de plaatselijke school inzicht in elementaire natuurkunde42.
Deze hulp heeft onmiddellijk resultaat, zowel voor het milieu als voor de ontwikkeling van het land via het onderwijs – ook iets dat Comenius zou aanspreken.
Mijn derde en vierde punten gaan over wijsheid en waarden, in het bijzonder in de milieuwetenschap. Veel van wat wij milieuwetenschap noemen gaat over overheidsbeleid, wetgeving en implementatie – die natuurlijk moeten uitmonden in praktische maatregelen. Uit het toonaangevende boek ‘Principles of Environmental Science’43 blijkt een veelheid aan benaderingen van milieuproblemen, ‘guiding principles’44. Een daarvan is het voorzorgprincipe: stel het invoeren van een nieuwe technologie uit totdat je zeker weet dat de mogelijke schade aanvaardbaar is.
In een rapport over bepaalde maatregelen dat naar het voorzorgprincipe verwijst moeten dan minstens drie punten aan de orde komen: wat is de mate van zekerheid van de gehanteerde wetenschappelijke analyse, hoe is de mogelijke schade beoordeeld, alleen financieel of ook emotioneel voor de getroffenen, en ten slotte hoe
41
H. P. Blok en J. M. Mulder, Onderzoek aan een Solar box bij de afdeling Natuurkunde van de Vrije Universiteit, concept-rapport, 2015
42
Voor meer projecten zie: solarcooking.nl en kozon.org. In de nieuwsbrief van Kozon 2014-12 pag 6 kunt U lezen over het VU project (UvA is een vergissing). Een doos zoals hier besproken zal € 50 kosten, wat in een jaar aan brandstofbesparing is terugverdiend. Er zijn goedkopere varianten op de aangegeven websites te vinden. 43 Jan J. Boersema en Lucas Reijnders, red., Principles of Environmental Sciences, Springer 2009 44 L. Reijnders, Specific Principles, in: Boersema en Reijnders, a.w., pp 85-96
9
Comenius 30 januari 2015 versie 7
wordt het niet-invoeren van de maatregel beoordeeld. Want afzien van kernenergie bijvoorbeeld kan leiden tot het verbranden van meer vieze bruinkool.
Het is geen wonder dat beleidsadviezen en wetenschappelijke rapporten elkaar dikwijls tegenspreken. Beleidsadviezen worden gegeven in een maatschappelijke context; zij zullen daarom afhangen van de wereldbeschouwing, de vooronderstellingen en de waarden van de opstellers. Daar is niets mis mee. De moeilijkheid is dat die opvattingen zelden expliciet worden gemaakt, sterker nog, wetenschappers denken waardevrij te zijn en zijn zich niet eens bewust dat hun wereldbeeld hun rapport kan beïnvloeden. Het gevolg van tegenstrijdige adviezen, zoals recent in Nederland over het bijstoken van biomassa in centrales, is dat de wetenschap ongeloofwaardig wordt.
En daarmee kom ik tot mijn laatste punt. In ons boek ‘Environmental Physics’ bepleiten Rienk van Grondelle en ikzelf voor een nieuw ‘sociaal contract’ tussen wetenschap en samenleving45. Daarin is een rol weggelegd voor de beroepsverenigingen. Zij dienen te erkennen dat politieke en maatschappelijke opvattingen wetenschappelijke adviezen beïnvloeden. Er kunnen dus twee adviezen worden gepubliceerd die even wetenschappelijk zijn maar verschillende uitkomsten hebben. Adviezen zijn niet waardenvrij. Dat is aanvaardbaar zolang waarden, uitgangspunten en opvattingen expliciet worden gemaakt.
Het expliciteren van waarden en opvattingen is niet eenvoudig. Dat zal – evenals het bereiken van wijsheid – moeten gebeuren door schade en schande, met vallen en opstaan, door interactie met collega’s en door discussie met politici en het grote publiek. Comenius benadrukte het universele van zijn voorstellen en van het College dat het proces zou aansturen. Universeel in de zin van ‘voor de hele wereld’. Zijn College zou moeten bestaan uit geleerden van over de hele wereld. Als ik dit vertaal zouden de beroepsverenigingen op internationaal niveau een procedure moeten ontwikkelen waardoor waarden en uitgangspunten expliciet worden gemaakt. En dat met behulp van sociale wetenschappers en filosofen die ‘van waarden weten’.
45
Environmental Physics, 3rd edition, sect. 9.6.4
10
Comenius 30 januari 2015 versie 7
Als samenvatting: het programma van Comenius kan niet zomaar worden overgenomen in de 21e eeuw. Wel kan het inspireren tot een constructieve en realistische rol van wetenschappers in de maatschappij.
En boven alles dient Comenius ons persoonlijk tot voorbeeld: ondanks de vele teleurstellingen, persoonlijke rampen en tegenslagen die hij te verwerken kreeg, arbeidde hij tot het einde van zijn leven onvermoeibaar aan de weg van het licht.
11