Tijdschrift van de
Nationale Bank van België
LIe Jaargang Deel II 1\11. 5 - November 1976 Verschijnt maandelijks
INHOUD :
3
Het Tijdschrift van de Nationale Bank van België een halve eeuw oud.
19
Veranderingen in de prijs- en kostendispariteiten en veranderingen in de wisselkoersen.
29
Maatregelen van monetair beleid.
31
Synthetische curve van de voornaamste gegevens van de maandelijkse conjunctuurtest van de Nationale Bank - resultaten van de maand oktober 1976.
1
Statistieken.
137
Economische wetgeving.
141
Literatuur in verband met de economische en financiële problemen die van belang zijn voor België.
De getekende artikels geven de opvattingen weer van de schrijver en zijn niet bindend voor de Bank. De opvattingen uitgedrukt in de niet-getekende artikels dragen de goedkeuring weg van het Directiecomité van de Bank. Overneming van uittreksels uit het Tijdschrift is toegestaan, op voorwaarde dat de bron wordt vermeld.
HET TIJDSCHRIFT VAN DE NATIONALE BANK VAN BELGIE EEN HALVE EEUW OUD
Het Tijdschrift van de Nationale Bank van België, het vroegere « Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting », begon dit jaar zijn tweede halve eeuw, aangezien het eerste nummer verscheen op 10 juni 1926. Weinig tijdschriften kunnen op een zo lange levensduur bogen, zodat de gebeurtenis wel even in het licht mag worden gesteld. Onder de publikaties van de centrale banken zijn er trouwens slechts enkele van oudere datum : het Federal Reserve Bulletin wordt gepubliceerd sedert 1914, d.i. enkele tijd na de inwerkingtreding van de Federal Reserve Act; het Monthly Bulletin van de Bank van Finland sedert 1920; de Zahlen zur deutschen Wirtschaftslage van de voormalige Deutsche Reichsbank en het Monthly Bulletin van de Bank van Noorwegen sedert 1925; het jaar nadien, zagen drie nieuwe tijdschriften het licht : het Bulletin van de Nationale Bank van Zwitserland, het Monthly Report van de Nationale Bank van Hongarije en het Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de Nationale Bank van België. Het ontstaan van het Tijdschrift houdt verband met wijzigingen die in 1926 in de leidende organen van de Bank werden doorgevoerd : de Beheerraad werd omgevormd tot Directiecomité, waarbij het aantal directeuren tot drie beperkt werd, terwijl daarnaast een Regentenraad werd opgericht met het doel het beleid van de Bank nauwer in contact te brengen met de bedrijfswereld. Het was vooral met het oog op de informatie van de regenten dat de Gouverneur de Studiedienst opdracht gaf in de mate van het mogelijke een objectief verslag uit te brengen over het economische wereldgebeuren en te dien einde een wekelijks tijdschrift uit te geven. De eerste nummers droegen nog de vermelding « vertrouwelijk » en kregen nog geen ruime verspreiding buiten de bank. Pas in maart 1927 werd die vermelding vervangen door de volgende : « Dit Tijdschrift wordt als objectieve documentatie uitgegeven. De artikels geven de opvatting van de schrijvers weer, onafhankelijk van de mening van de Bank ». Kenmerkend voor het aanvankelijke opzet van het Tijdschrift was dat het niet alleen aandacht schonk aan de monetaire en financiële ontwikkeling van België, maar ook aan die van het buitenland; het publiceerde niet alleen monetaire en financiële statistieken, zoals andere soortgelijke tijdschriften in het buitenland, doch ook algemene economische statistieken die door de diensten van de Bank zelf werden opgebouwd; het nam niet alleen naamloze bijdragen op van de leden van de Studiedienst, doch ook artikels van andere medewerkers.
3
Het Tijdschrift vulde aanvankelijk een onmiskenbare leemte. Belangrijke officiële publikaties werden slechts in los verband gepubliceerd en verschenen laattijdig, waardoor ze, vooral inzake statistiek, over het algemeen op het ogenblik van hun verschijnen slechts een retrospectieve betekenis hadden. Daarnaast bestonden slechts enkele Belgische economische tijdschriften; ze waren van ongelijke waarde en voldeden niet aan de heersende behoeften. De Annales de la Société scientifique, gesticht in 1878, besteedde slechts luttele aandacht aan de economische en sociale problemen. De Revue économique internationale, gesticht in 1904, publiceerde zeer actuele studies, waaronder talrijke merkwaardige, evenals belangrijke kronieken; weinige ervan hadden betrekking op de nationale problemen. Het Bulletin de la Société Belge d'Etudes et d'Expansion, uitgegeven sedert 1902, was een uitstekend voorlichtingsorgaan met zeer ruime verspreiding, doch het vertoonde, van het standpunt der Bank uit beschouwd, dezelfde tekortkoming. De Etudes Economiques, uitgegeven sedert 1908 door de Ecole Supérieure Cornmerciale et Consulaire de Mons, had geen grotere betekenis dan van het orgaan ener oud-studentenvereniging mag verwacht worden. De enkele nieuwe tijdschriften die sedert 1914-1918 het licht zagen, hadden die stand van zaken niet veel verholpen. De Revue beige des Sciences commerciales (1919) stelde bijna uitsluitend belang in boekhoudkundige en commerciële problemen. De Revue de l'Institut de Sociologie (1920) besteedde slechts weinig aandacht aan de economische en financiële vraagstukken, behoudens in haar uitstekende kroniek over de wetenschappelijke ontwikkeling. Het Bulletin d'Etudes et d'Inforrnation de l'Ecole Supérieure de Commerce Saint Ignace publiceerde sedert 1923 enkele belangwekkende studies, doch weinig voorlichting. Hetzelfde jaar verscheen voor het eerst La Revue Bancaire Beige, dat degelijk opgesteld was doch vooral als studiewerk was opgevat. Dit was nagenoeg alles wat in België bestond op het ogenblik waarop het Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting voor het eerst verscheen. -
Het Tijdschrift verscheen eerst om de week, van september 1927 af tweemaal per maand tot in juni 1938, waarna het, zoals de meeste dergelijke tijdschriften, maandelijks uitgegeven werd. Vanaf juli 1937 publiceerde het ook Nederlandse teksten. Een jaar later werd met een volledige uitgave in elk van de beide landstalen begonnen. Tijdens de eerste tien jaar nam het geleidelijk een ander uitzicht aan. Na korte tijd werd gestopt met de publikatie van uittreksels uit Belgische en buitenlandse tijdschriften of dagbladen, van periodieke verslagen der agenten van de Bank in de provincie over de economische toestand van hun gebied en van commentaren over actuele werken. Het Tijdschrift had zijn kronieken gespecialiseerd. Het publiceerde regelmatig grondige overzichten van de economische bedrijvigheid in België, van de toestand der kredietinstellingen en van de geld- en kapitaalmarkt. In 1932 had het de publikatie voortgezet van de Situation économique de la Belgique, jaarlijks tijdschrift opgesteld vanaf 1920 door de Dienst der Economische Studiën en Docu mentatie van het Ministerie van Economische Zaken en overgenomen in 1922 door het Ministerie van Buitenlandse Zaken; het had die tamelijk bescheiden overzichten omgewerkt tot uitgebreide studiën, de eerste van die aard in België wat hun volledigheid, verscheidenheid en overvloed van statistische documentatie en snelheid van publikatie betreft. In 1939 verscheen dat bijzondere nummer voor het eerst « buiten reeks ». Na de oorlog zag de Studiedienst echter af van de publikatie
4
van die jaarlijkse overzichten, omdat vanaf het jaar 1947 het Ministerie van Economische Zaken een Witboek over de economische toestand publiceerde. De leden van de Studiedienst hadden de gewoonte aangenomen in het Tijdschrift het resultaat van hun onderzoekingen die de lezers konden belang inboezemen op te nemen. Alle bijdragen werden naamloos gepubliceerd, omdat ze geacht werden te zijn ontstaan als de vrucht van dagelijkse samenwerking in de schoot van de leden van de Studiedienst. Van die traditie werd tot op de huidige dag nooit afgeweken. Daarnaast deed de Bank van in den beginne een beroep op vooraanstaande Belgische economen, wat des te belangwekkender was daar voor die auteurs in België vrijwel geen economische tijdschriften met ruime verspreiding beschikbaar waren en de Bank hen een volledige intellectuele vrijheid bij de uiteenzetting van hun theorieën verleende. Pas na de tweede wereldoorlog zou de kring van de medewerkers ook tot de buitenlandse economen worden uitgebreid. Het Tijdschrift vervulde in België ook een pioniersrol op het gebied van de statistische informatie. Naast de geleidelijke uitbouw van maandelijkse reeksen, publiceerde het in april 1929 het eerste tienjaarsnummer (1919-1928) over de Belgische Economische Statistieken, nummer dat trouwens in 1963 herdrukt werd. Sedertdien verschenen vier bijkomende nummers, waarvan het laatste de periode 1960-1970 bestrijkt. Zij vormen voor de vorsers een bijzonder gewaardeerd werkinstrument, omdat ze vaak moeilijke opsporingen naar statistisch materiaal overbodig maken. Sedert 1938, tenslotte, publiceert het Tijdschrift maandelijks een overzicht van de Belgische economische wetgeving in ruime zin en stelt het ook op dat gebied een gemakkelijk te raadplegen en regelmatig bijgehouden documentatie ten dienste van de lezers.
* • **
De publikatie van het Tijdschrift werd onderbroken van april tot december 1940. Het statistisch gedeelte verscheen opnieuw vanaf januari 1941 en het overzicht van de wetgeving vanaf de maand april. De bezettingsoverheid verminderde echter van maand tot maand het aantal gegevens dat mocht worden meegedeeld, zodat vanaf juni 1942 de publikatie van het Tijdschrift werd stopgezet. Sommige lezers kregen echter verder van de dienst Statistiek vertrouwelijk mededeling van een reeks cijfergegevens waarvoor ze bijzondere belangstelling betoonden. Onmiddellijk na de bevrijding, met name vanaf oktober 1944, verscheen het Tijdschrift opnieuw in zijn vroegere vorm. In de jongste dertig jaar onderging het, wat de inhoud betreft, geleidelijk enkele ingrijpende veranderingen. Ze hielden ten dele verband met de uitbreiding van het economische studiewerk in universitaire centra en openbare diensten en de daaruit voortvloeiende stroom van publikaties, ten dele ook met de groei en de verjonging van de Studiedienst zelf van de Bank, die o.m. tot uiting kwamen in de uitbouw van meer moderne, statistische reeksen en de verfijning van vroeger studiemateriaal. Dank zij de eerste factor - kon het Tijdschrift zich terugtrekken van terreinen die door de nieuwe publikaties werden bestreken en hoefde het niet meer zijn kolommen open te stellen voor Belgische economen, aangezien de publikatiemoge-
5
lijkheden elders aanzienlijk waren vermeerderd. Daarentegen werden vanaf 1948 een toenemend aantal bijdragen van buitenlandse medewerkers opgenomen, zoals moge blijken uit bijlage 1. Vooraleer we het hebben over de sedert de tweede wereldoorlog nieuw opgerichte Belgische economische tijdschriften, moeten we toch vooraf melding maken van het Bulletin de l'Institut de Sciences économiques van de Universiteit te Leuven, dat sedert december 1929 verscheen en spoedig een voortreffelijk wetenschappelijk peil bereikte, zowel met zijn beschrijvende als met zijn meer theoretische studies. Het verschijnt thans onder de titel Recherches économiques de Louvain. Sedert 1961 publiceert het Institut de Recherches économiques van dezelfde universiteit een Service mensuel de Conjoncture en vanaf januari 1973 ook een Bulletin de l'I.R.E.S. Sedert 1947 publiceert het Institut Van den Heuvel (het Institut des Sciences économiques appliquées vanaf 1951) onder leiding van een groep professoren van dezelfde universiteit, de Annales de Sciences économiques appliquées, voortzetting van de Annales des Sciences commerciales et économiques, die van 1937 tot 1940 van de pers kwamen. Wat de andere universiteiten en hogescholen betreft, vermeldden we reeds het
Bulletin d'Etudes et d'Information de l'Ecole Supérieure de Commerce Saint Ignace, dat vanaf 1934 verscheen onder de titel La Vie économique et sociale (tot 1962) en sedert 1947 in Nederlandse uitgave als het Economisch en Sociaal Tijdschrift. -
De vereniging van de afgestudeerden van de Faculté universitaire catholique de Mons (het vroegere Institut Supérieur Commercial et Consulaire) publiceert sedert 1931 — behalve tijdens de jaren 1940-1946 — het tijdschrift Etudes commerciales et financières, dat in 1947 de titel Etudes économiques kreeg. Wat de Universiteit te Luik betreft, was het eveneens de vereniging van de afgestudeerden die in 1936 begon met de publikatie van .de Revue des Sciences économiques, tijdschrift dat, afgezien van een onderbreking tijdens de oorlogsjaren, onder dezelfde titel is blijven verschijnen tot eind 1974. Het Département de l'Economie appliquée de l'Université libre de Bruxelles (Dulbéa) startte in 1958 met de publikatie van de Cahiers économiques de Bruxelles, die spoedig een hoge wetenschappelijke standing bereikten en behoorden tot de eerste Belgische tijdschriften die ruime aandacht schonken aan de resultaten van econometrische studies. Twee jaar tevoren kwamen de eerste nummers van twee nieuwe Nederlandstalige tijdschriften van de pers, met name het driemaandelijks Tijdschrift voor Sociale Wetenschappen van het Studie- en Onderzoekcentrum van de Rijksuniversiteit Gent en het Tijdschrift voor Economie (en Management, vanaf 1975) van het Centrum voor Economische Studiën van de Katholieke Universiteit Leuven (vanaf 1975 de Faculteit der Economische en Toegepaste Economische Wetenschappen). Ook de Studiediensten van de ministeriële departementen lieten zich niet onbetuigd. Het Ministerie van Financiën publiceert sedert 1941, met een onderbre-. king tussen 1950 en 1962, het Documentatieblad, het Ministerie van Economische Zaken van 1949 tot 1964 het Tijdschrift voor Algemene Studiën en Documentatie en vanaf laatstgenoemd jaar het Overzicht van de Economische Ontwikkeling, het Nationaal Instituut voor de Statistiek sedert 1961 de Statistische en Econometrische Studiën, waarvan in 1967 de titel gewijzigd werd in Statistische Studiën.
6
Daarnaast verschijnen de jongste jaren een groot aantal tijdschriften met een meer beperkte opzet en uitgaande van overheidsdiensten, de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, economische raden, banken en andere financiële instellingen, kamers van koophandel en beroepsverenigingen. Zij beantwoorden meestal aan specifieke behoeften aan informatie van een publiek dat zijn weg zoekt in de toenemende ingewikkeldheid van het maatschappelijke leven, meer bepaald wat de economische aspecten ervan betreft.
Het Tijdschrift heeft zijn eigen weg bepaald, ervan uitgaand dat het, midden de vele andere publikaties, een suppletieve rol moet blijven vervullen. Het Departement Studiën verrichtte aldus in de jongste decennia baanbrekend werk op het gebied van de statistische informatie; de resultaten ervan werden meestal via het Tijdschrift en via bijzondere tienjaarlijkse publikaties — waarover we het reeds hadden — ter beschikking van het publiek gesteld. Vanaf 1949 publiceert het Tijdschrift een jaarlijkse statistische ontleding van de betalingsbalans van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie — de eerste betrof het jaar 1947; vanaf 1961 omvat het maandelijkse statistische gedeelte van het Tijdschrift tabellen betreffende de betalingsbalans, die vanaf 1973 verrijkt werden met een bijkomende tabel waarin ook de deviezenoperaties van de ingezetenen met de Belgische en Luxemburgse geldscheppende instellingen en de termijntransacties zijn opgenomen. Vanaf het jaar 1961 verschijnt ook een maandelijkse tabel over de goudvoorraad en nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen. In verband met het economisch verkeer met het buitenland moet ook melding worden gemaakt van de oorspronkelijke statistieken die werden samengesteld over het verloop van de buitenlandse handel, op grond van basisinformatie verstrekt door het Nationaal Instituut voor de Statistiek. Ze hadden betrekking op indexcijfers van de volumes en de prijzen en op indelingen van de in- en uitvoer, die aan de noden van de economische analyse tegemoet kwamen. Ze vonden vanaf 1949 hun neerslag in jaarlijkse artikels in het Tijdschrift en, vanaf 1962, in regelmatig bijgehouden tabellen in het statistisch gedeelte. Wat de monetaire statistieken betreft, verscheen vanaf 1950 een nieuwe berekening van de geldhoeveelheid en van de gebruiksfrekwentie van het girale geld, die in latere jaren nog enkele verbeteringen onderging. Vanaf 1955 omvat het statistische gedeelte van het Tijdschrift ook de geïntegreerde balansen van de geldscheppende instellingen alsmede een tabel betreffende de tegenposten van de geldschepping. Hierbij logisch aansluitend worden vanaf 1961 de voornaamste balansposten van de niet-geldscheppende financiële instellingen gepubliceerd. Na omvangrijk voorafgaand analysewerk van het Departement Studiën' publiceert het Tijdschrift regelmatig vanaf 1964, vertrekkend van de toestand op eind 1960, tabellen over de vorderingen en schulden van de verschillende sectoren van de Belgische economie en over hun veranderingen in de loop van de beschouwde jaren, nadat het februarinummer 1963 reeds handelde over het cijfermateriaal dat werd samengesteld voor het einde van de jaren 1957 tot 1960. Die nieuwe statistiek stelt de financiële banden tussen de verschillende sectoren van de economie — de
7
ene met een financieel overschot, de andere met een financieel tekort — in het licht. Het verloop van de kredieten van de geldscheppende instellingen aan de bedrijven en particulieren en aan het buitenland' maakt het voorwerp uit van gepubliceerde tabellen vanaf het jaar 1967. Vanaf mei 1969 werd die informatie verruimd met een tabel over de verplichtingen van de bedrijven en particulieren tegenover de verschillende categorieën Belgische financiële instellingen; bovendien werd vanaf mei 1976 een splitsing tussen de bedrijven en de particulieren ingevoerd. Op grond van een regelmatig herhaalde enquête kon ook sedert 1949 een statistische informatie over het houclerschap van cle overheidsschuld worden samengesteld; zij verschijnt sedert 1961 maandelijks in het Tijdschrift en werd ook in een reeks artikels uitvoerig besproken. Andere oorspronkelijke statistieken van het Tijdschrift betreffen diverse aspecten van de geldmarkt. Op een heel ander gebied moet nog melding worden gemaakt van het sedert 1949 gepubliceerde loonindexcijfer van de Bank, dat lange tijd de enige globale informatiebron ter zake in België was. Omstreeks het midden van de jaren vijftig ondernam de Bank, in opdracht van de representatieve groeperingen van werkgevers en werknemers, cle organisatie van conjunctuurtests over het Belgische bedrijfsleven; algemene resultaten hiervan werden in de vorm van grafieken vanaf 1962 in het Tijdschrift opgenomen; in 1974 werd die informatie uitgebreid met een synthetische curve en haar samenstellende bestanddelen. Afgezien van eigen, oorspronkelijke statistieken van het Departement Studiën, publiceert het Tijdschrift ook door andere instellingen of overheidsdiensten opgestelde cijferreeksen, o.m. betreffende de nationale rekeningen, de produktie, cle prijzen, de rijksfinanciën, de buitenlandse centrale banken, enz., derwijze dat de lezer maandelijks over een algemene documentatie beschikt. Tenslotte moet nog worden in herinnering gebracht dat het Tijdschrift sedert eind 1948 maandelijks een literatuurlijst publiceert in verband met de economische en financiële problemen die vanuit het gezichtspunt van cle nationale economie van belang kunnen zijn. * **
Tijdens de periode volgend op de tweede wereldoorlog verleenden tal van buitenlandse economen van formaat hun medewerking aan het Tijdschrift; sommige van hun artikels vonden ook buiten de grenzen een grote weerklank. Gedurende 'de jongste jaren werd evenwel nagenoeg geen beroep meer gedaan op die medewerking en beperkte het Tijdschrift meer en meer het gebied van zijn inhoud tot het verstrekken van informatie in verband met nationale, algemeeneconomische, financiële en monetaire ontwikkelingen, voorts ook tot het geven van voorlichting over de toepassing van het geldbeleid en over de instrumenten waarvan de overheid zich daarbij bedient, terwijl daarnaast ook zuiver technische uiteenzettingen werden gewijd aan de methodes en statistieken van economische en
8
monetaire analyse die door het Departement Studiën van de Bank in de loop van cle jaren werden op het getouw gezet. Om zich op behoorlijke wijze van zijn taak te kwijten moet een studiedienst immers zijn eigen intellectuele werktuigen creëren en derhalve een deel van zijn activiteit wijden aan methodologische en theoretische navorsingen. Onder de hierboven vermelde technische uiteenzettingen dient vooral melding gemaakt van artikels over de bepaling van de geldhoeveelheid in de Belgische economie (december 1949), de geïntegreerde balansen van de geldscheppende instellingen en cle oorsprong van de veranderingen in de geldhoeveelheid (november 1957), de balansen van de Nationale Bank, de geldscheppende openbare instellingen en de depositobanken (juli 1961), het uitstaande bedrag en de bewegingen van de vorderingen en schulden in de Belgische economie (februari 1963) en over de synthetische curve van de voornaamste gegevens van cle maandelijkse conjunctuurtest van de Bank (oktober 1972, juni 1973 en juli-augustus 1975). Afgezien van de regelmatig terugkerende bijdragen over bepaalde onderwerpen, zoals de economische toestand, de buitenlandse handel, de betalingsbalans en de rijksbegroting, verdienen enkele andere artikels van het Departement Studiën hij deze gelegenheid in herinnering te worden gebracht. Op grond van een chronologische, volgorde kan vooreerst worden verwezen naar een uitvoerig historisch overzicht van de activiteiten van de Nationale Bank gedurende de periode 18501950 (september 1950), een vergelijkende studie van de werkloosheidsstatistieken in België en de buurlanden (december 1954), een ontleding van de plaats van de buitenlandse handel in de Belgische economie (augustus en september 1955), drie artikels over de evolutie van het statuut van enkele belangrijke buitenlandse valuta's, die een nuttige historische documentatie vormen (augustus, september en oktober 1957), drie studies over de structuur van de Belgische geldmarkt (november 1957, april 1960 en maart 1962) en een studie over de financiële markt in België (april 1967). Van meer methodologische aard waren de artikels over de capaciteit van de kapitaalmarkt (september en oktober 1967), waarover ook de rapporten van de « Commissie-De Voghel » handelden. Een ander belangrijk analysewerk leidde tot de publikatie van een proeve van grafische voorstelling van cle financiële mechanismen (februari-maart 1960). Verdere studies hadden betrekking op de methodes en de resultaten van de conjunctuurtests van de Nationale Bank (mei 1959 en oktober 1969), op de creatie van nieuwe reserve-instrumenten binnen het Internationale Monetaire Fonds (juli-augustus 1968) en op diverse aspecten van de activiteit van de financiële instellingen, met name de evolutie van hun passiva sedert 1939 (april 1966), de besparingen in de vorm van indirecte financiële activa van 1951 tot 1967 (september 1968) en de vorderingen van de financiële instellingen op de overheidssector en op de particuliere sector van 1962 tot 1969 (april 1970). Voorts verdient ook melding te worden gemaakt van een omvangrijke studie over de buitenlandse investeringen in de Belgische industriële ondernemingen (oktober 1970) en van een studie over de schulden van de niet-financiële sectoren van de Belgische economie (mei 1971). Ook werd een bijdrage gewijd aan de instrumenten van de monetaire politiek in België (mei 1972). Het internationale wisselkoersstelsel werd beschreven en ontleed in twee zeer opgemerkte artikels die onmiddellijk bij de actualiteit aansloten (juli-augustus 1972 en oktober 1973). Een studie over het probleem van de prijzen der voedingsprodukten in zijn internationale en Europese samenhang (juni 1973) verstrekte, aan de hand van weinig
9
bekend cijfermateriaal, een verhelderend beeld over dat actuele onderwerp. Tenslotte kreeg ook het artikel « Een onderzoek naar de oorzaken van de verschillen tussen de inflatiepercentages in België, de Bondsrepubliek Duitsland en Nederland » (mei 1975) een ruime aandacht. Het Tijdschrift is in zijn uiteenzettingen ook af en toe een spreekbuis voor de opvattingen van het Directiecomité, uitzonderlijk zelfs op een uitdrukkelijke wijze zoals zulks in het septembernummer 1976 het geval was. Sedert oktober 1972 staat trouwens bij de aanvang van elk nummer vermeld dat de opvattingen uitgedrukt in de niet-getekende artikels cle goedkeuring van het Directiecomité van de Bank wegdragen. Er moge in dat verband nog worden aan herinnerd dat het jaarverslag van de Bank, uitgebracht door de Gouverneur in naam van de Regentenraad, elk jaar bij het begin van de maand februari een beoordeling en een beschrijving geeft van cle economische en financiële ontwikkelingen en problemen in hun nationaal en internationaal verband. 1-let Tijdschrift heeft een vrij ruime lezerskring : van de Franstalige uitgave worden thans elke maand ongeveer 1.750 nummers verstuurd, van de Nederlanclstalige uitgave ongeveer 840 nummers. Alle Belgische parlementsleden krijgen er kosteloos op aanvraag mededeling van. Het Tijdschrift is o.m. ook een informatiebron voor cle Belgische ambassades in het buitenland. De meeste artikels genieten een ruimere verspreiding in de vorm van overdrukken. Na een halve eeuw Tijdschrift maakt de Bank van deze gelegenheid gebruik om haar dank te betuigen en hulde te brengen vooreerst aan de talrijke medewerkers van buiten de Bank, meestal uit het buitenland, wier namen en artikels in bijlage vermeld worden, maar daarnaast ook aan cle vele medewerkers van het Departement Studiën van de Bank die onder de dekmantel van het anonimaat via het Tijdschrift een wezenlijke bijdrage leverden tot de economische voorlichting en een betere kennis van de grondslagen en cle instrumenten van cle geldpolitiek : ook hun namen, alsmede die van enkele medewerkers van buiten het Departement, worden in bijlage medegedeeld; tenslotte ook aan het personeel van de Drukkerij en van de administratieve diensten die steeds met veel toewijding voor het drukken, het verzenden en het bijbehorende werk hebben ingestaan.
10
Bijlage 1
Lijst van medewerkers van buiten de Nationale Bank aan het Tijdschrift gedurende de periode 1944-1976
Dupriez L.-H.
Een statistische berekening van de verliezen op den metalen geldomloop in België
januari 1945
Dupriez L.-H.
Het probleem van de tewerkstelling in Groot-Brittannië en in de Vereenigde Staten van Amerika
september 1945
Suetens M.
Het Handvest van Havana over Handel en Werkgelegenheid
mei 1948
Anders J.
De economische evolutie in het Groothertogdom Luxemburg sedert de Bevrijding
augustus 1948
Keesing F.A.G.
De economische ontwikkeling van Nederland sedert de Bevrijding
juni 1949
Papi G.U.
Autarchie of uitbreiding van het ruilverkeer ?
juli 1949
Forget J.
De economische ontwikkeling van de Belgische landbouw gedurende één eeuw
augustus 1949
Janssen A.-E.
Het Europese valutaprobleem
januari 1950
Anders J.
De economische evolutie in het Groothertogdom Luxemburg sedert de Bevrijding (vervolg)
maart 1950
Lieftinck P.
Europese Economische Integratie
juni 1950
Jacobsson P.
De jongste ervaringen van een actieve geldpolitiek
januari 1952
Anders J.
De economische evolutie in het Groothertogdom Luxemburg sedert de Bevrijding (einde)
april-mei 1952
Suetens M.
Internationale economische samenwerking : Enkele nieuwe problemen
juli 1952
Riipke W.
De Europese economische gemeenschap
november 1952
Posthuma S.
De taak van De Nederlandsche Bank bij het herstel van het monetaire evenwicht van Nederland
januari 1953
Goldenweiser E.A. De goudpolitiek in de Verenigde Staten
maart 1953
Anders J.
Beschouwingen over de economische ontwikkeling in het Groothertogdom Luxemburg' van 1950 tot 1953
april 1953
Clark C.
Is internationale handel noodzakelijk ?
juli 1953
Day A.C.L.
De kredietpolitiek in Groot-Brittannië sedert 1945
augustus 1953
Kriz M.A.
De internationale goud- en dollarbewegingen, 1945-1953
oktober 1953
Basyn T.
De conversieverrichtingen van de Amerikaanse Schatkist
december 1953
Aftalion A.
Nieuwe uitzonderirigen op de wet van de internationale ruil. Hun invloed op de goederen- en dienstenbalans en op de handelsbalans
februari 1954
Anders J.
De financiën van het Groothertogdom Luxemburg
maart 1954
Coppé A.
De Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal. Inleiding
maart 1954
Rëpke W.
Wegen naar de convertibiliteit
april 1954
Jacobsson P.
Enkele technische beschouwingen over de convertibiliteit
april 1954
de Vries F.
De positie van de handelsbanken in Nederland
juli 1954
Kindleberger C.P.
De ruilvoet in België (1870-1952)
september 1954
Sauvy A.
Beweegredenen en middelen van de Europese eenmaking
oktober 1954
Rist L.
De Verenigde Staten, land van kapitaaluitvoer
januari 1955
12
Auboin R.
De centrale banken, hun betrekkingen met de regering en met de andere bankinstellingen
februari 1955
Anders J.
De bouwbedrijvigheid in het Groothertogdom Luxemburg sedert de bevrijding
maart 1955
Papi G.U.
De inwisselbaarheid der munten en de voorwaarden van haar verwezenlijking
april 1955
Katz S.I.
De Canadese dollar en de fluctuerende wisselkoers
mei 1955
Janssen A.-E.
Dertig jaar Documentatie en Voorlichting
juni 1955
Goedhart C.
Monetair evenwicht en betalingsbalansevenwicht als doelstellingen der economische politiek
juli 1955
Sayers R.S.
De discontovoet van de Bank of England in de XX" eeuw
augustus 1955
Suetens M.
Geschiedenis van de Belgische handelspolitiek sedert 1830
oktober 1955
Fourastié J.
Monetaire problemen en technische vooruitgang
december 1955
Paish M.F.W.
Besparingen en investeringen in het Verenigd Koninkrijk
januari 1956
F.J.
Statistische methoden voor het onderzoek van de monetaire toestand
maart en april 1956
Tinbergen J.
Enige open vragen aangaande de ontwikkeling op lange termijn
september 1956
Cairncross A.K.
De internationale verspreiding van de technologie
oktober 1956
Baudin L.
De psychologische tendensen van de hedendaagse economische wetenschap
november 1956
James E.
De inflatie door de kostenstijging
december 1956
Coombs C.A.
Economische ontwikkeling en geld- en kredietpolitiek in de Verenigde Staten sedert de oorlog in Korea
januari 1957
de Jong
13
Anders J.
De financiële ontwikkeling van het Groothertogdom Luxemburg sedert 1954
februari 1957
Henderson R.F.
De financiering der investeringen in Groot-Brittannië
april 1957
Dieterlen P.
De elasticiteit van de geldhoeveelheid
mei 1957
Young R.A.
Het verslag van het Federal Reserve System over het afbetalingskrediet aan de consument
augustus 1957
Posthuma S.
Enige beschouwingen over huidige monetaire problemen, in het bijzonder met betrekking tot de toestand in Nederland
september 1957
Tew B.
De structuur van het Britse geldstelsel
november 1957
Schneider E.
Over de invloed van wisselkoersveranderingen op de betalingsbalans
december 1957
Anders J.
Beschouwingen over de economische ontwikkeling in het Groothertogdom Luxemburg van 1953 tot 1957
januari 1958
Weiller J.
Monetaire moeilijkheden en internationale economische betrekkingen
maart 1958
Hennipman P.
Recente kritiek op de economische wetenschap
april 1958
Leduc G.
Huidige vraagstukken van de franczone
mei 1958
Neuroark F.
Hinderpalen bij het voeren van een rationele financiële politiek
juni 1958
Emminger 0.
Monetaire aspecten van de Gemeenschappelijke Markt
augustus 1958
Kriz M.A.
Recente internationale goud- en dollarbewegingen
september 1958
van Lynden (Baron) Benelux : Resultaten en problemen op handels- en financieel gebied
oktober 1958
Bosman H.W.J.
De kwalitatieve geldleer
november 1958
Bloomfield A.I.
Geldpolitiek onder de internationale gouden standaard : 1880-1914
januari 1959
14
Guitton H.
De wetenschappelijke houding tegenover de conjunctuurbewegingen
februari 1959
Heissenberger F.
Geldproblemen in Oostenrijk tijdens de periode 1945-1958
maart 1959
Piettre A.
Het 'streven naar een meer menselijke economie
juli 1959 .
Gambino A.
Conjuncturele aspecten van de liquiditeit in de landen van de Europese Economische Gemeenschap
augustus 1959
Roosa R.V.
De centrale bank in een markteconomie
september 1959
Harriss C.L.
De begroting van de Verenigde Staten, de openbare schuld en de toekomst van de dollar
januari 1960
Krengel R.
Economische groei en produktiefactoren in de nijverheid van de Duitse Bondsrepubliek
april 1960
Barrère A.
De terugkeer naar de financiële orthodoxie in de hedendaagse politiek
juli 1960
Kaldor N.
De rol van het monetaire beleid in de groei en het evenwicht van de volkshuishouding
augustus 1960
Goldsmith R.W.
De balans van de Verenigde Staten in de naoorlogse periode
september 1960
Shoup C.S.
De belastingen als anticyclisch instrument in de Verenigde Staten
december 1960
Lecaillon J.
De factoren die de omvang en de richting van de beleggingen bepalen
februari 1961
Pen J.
MV versus C + I : een standpunt
april 1961
Harrocl R.
Monetaire politiek en economische groei
oktober 1961
Marchal J.
De economische budgetten in Frankrijk
november 1961
Jasay A.E.
Monetaire reserves en handelsstromen in het internationale betalingsverkeer
december 1961
15
Sayers R.S.
Het Radcliffe- Verslag en de recente Britse politiek
januari 1962
Machlup F.
Internationale en binnenlandse liquiditeit
februari 1962
Dow J.C.R.
De Britse ervaring inzake officiële economische prognose, 1946-1960
maart 1962
Heilperin M.A. jacobsson P. Triffin R.
Drie studies over het probleem van cle internationale liquiditeiten : Voor de wederinvoering van een duurzame internationale monetaire ordening De twee functies van een internationale muntstandaard : Stabiliteit en liquiditeit Na de conferentie van Wenen : Beschermende maatregelen en grondslagen voor de toekomst
april 1962 april 1962 april 1962
Mable I. en Wallich H.C.
Wat betekent de Commission on Money and Credit voor Europeanen ?
mei 1962
Stern R.H.
Groei en onstabiliteit van de wereldhandel in basisprodukten
juni 1962
Fla ► nant M.
Produktie- en investeringstempo's
november 1962
Weintraub S.
Theoretische en praktische aspecten van de geld- en loonpolitiek
september 1963
Kriz M.A.
Goud en internationale liquiditeiten
januari 1964
Balassa B.
Toekomstige tendenties van het internationale handelsverkeer
februari 1964
Brems H.
De theorie van het internationale economische evenwicht
april 1964
Kenen P.B.
Verstoringen in de internationale betalingen en de internationale monetaire standaard
januari 1965
Brechling F.
Niet-monetaire financiële instellingen en geldpolitiek
maart 1965
cle Jong F.J.
De monetaire analyse van De Nederlandsche Bank
april en mei 1965
Selden R.T.
De monetaire school versus de inkomensbestedingsmethode
oktober 1965
/6
Pen J.
De controverse tussen de monetaire en de bestedingsschool : enkele recente bijdragen
februari 1966
Sufrin S.C. en Stelcner M.
Sectoranalyse van de werkgelegenheid en de werkloosheid en openbaar beleid
november 1966
Goedhart C.
Normering van het budgettaire en fiscale overheidsbeleid
december 1966
de Roos F.
De betekenis van macro-economische • theorieën
juni 1967
Carel! E.
Vergroting van de geldhoeveelheid bij produktiestijging door verbetering van de produktietechniek
februari 1968
Haller H.
Nieuwe, instrumenten voor een conjunctuurbeleid in de Duitse Bondsrepubliek
april 1968
Krelle W.
Prognose en planning in de markteconomie
december 1968
Jongman C.D.
Vrijheid van kapitaalverkeer in de Europese Economische Gemeenschap. Het standpunt van een Nederlands econoom
januari 1969
Pesek B.P.
De aanbodfunctie van de banken en de geldvoorraad
aug. -sept. 1969
Cooper R.N.
Naar een internationale kapitaalmarkt ?
januari 1970
Boatler R.W.
De verhouding tussen het chartale geld en de totale geldhoeveelheid in België, 1875-1968
juli 1970
Gold J.
De definities van de reserves van een land volgens het recht van het Internationale Monetaire Fonds
november 1970
Friedman I.S.
De buitenlandse schuld van de ontwikkelingslanden
augustus 1971
Triffin R.
Wat gedaan tegenover de afglijding naar de jaren 1930 ?
november 1971
Magnifico G.
Over de theorie van het optimale monetaire gebied
juni 1972
17
• Bijlage 2 Auteurs van niet-getekende artikels uit de periode 1944-1976
André Pierre Ansiaux (Baron) Aspeslagh Ferdinand Baudewyns Jacques Beauvois Roland Bertholomé Serge Beutels Robert Burggraeve Gilbert Camu Alain t Coenen Etienne Coenraets Pierre Davin Louis Defrance Georges cle Groote Jacques t de Miomandre Emmanuel Dernonceau Rita De Ridder Victor Despiegelaere Jacques de Strycker Cecil Dolo Jacques Duquenne Xavier Duquesne de la Vinelle Louis Eglern Robert t Gautier Henri Grosfils Michel t Hermant Paul Janssens Valéry Junius Frans t Kauch Pierre Lambert Marie-Henriette Langaskens Yvan Maes Augusta Mertens de Wilmars Jacques Peelman Bernard Plum Louis Pluym Walter Reuss Conrad Rey Jean-Jacques Reynders Robert Thielemans Edward Tourneur Fernand Toussaint Maurice Van Poucke Godelieve Verplaetse Alfons Vincent Jean-Jacques Waelbroeck Jean
18
1954 1958 1944 1947 1945 1975 1972 1960 1962 1947 1951 1953 1956 1971 1957 1945 1946 1967 1956 1960 1972 1948 1959 1946 1954 1968 1953 1959 1947 1957 1967 1957 1944 1962 1969 1975 1962 1972 1975 1956 1951 1949 1950 1965 1944 1955
-
1959 1946 1971 1965
- 1974 - 1972 - 1976 - 1957 - 1975 - 1975 - 1976
- 1957 - 1958 -
1974 1970 1957 1976 1968
- 1952 - 1974 - 1966 - 1973 -
1959 1963 1968 1954 1972 1950
VERANDERINGEN IN DE PRIJS- EN KOSTENDISPARITEITEN EN VERANDERINGEN IN DE WISSELKOERSEN Volgens de theorie van de koopkrachtpariteit, in haar relatieve vorm, zouden de koersen waarop twee valuta's in evenwicht zijn evenwijdig moeten evolueren met de koopkracht van de betrokken valuta's. Wat dient men echter te verstaan onder koopkracht van een valuta? Voor een bepaalde verbruiker ontwikkelt de koopkracht van de geldeenheden die hij bezit of die zijn inkomen vormen, zich in tegengestelde zin van de prijzen van de goederen en diensten die hij aankoopt. Hetzelfde geldt voor een bepaalde onderneming. Die koopkracht verschilt bijgevolg van de ene verbruiker tot de andere, aangezien de voorkeur en de behoeften van de verbruikers verschillen van de ene persoon tot de andere en, voor een zelfde persoon, verschillen in de tijd; de koopkracht verschilt ook van de ene onderneming tot de andere : de inputs van een ijzer- en staalfabriek zijn immers niet dezelfde als die van een textielbedrijf. De algemene koopkracht van een valuta is dus een zeer vaag gemiddeld begrip dat rekening zou moeten houden met de voorkeur en de behoeften van de gezamenlijke verbruikers, zowel als met de behoeften van de ondernemingen, behoeften die sterk verschillen van de ene industrietak tot de andere, mogelijk zelfs van de ene onderneming tot de andere. Deze vaagheid, die eigen is aan het begrip koopkracht van de valuta, gaat samen met de onnauwkeurigheid van het meetinstrument. De koopkracht is namelijk omgekeerd evenredig met het prijspeil en haar schommelingen worden waargenomen aan de hand van een prijs- of kostenindexcijfer. Nu is het zo dat de prijs- en kostenindexcijfers samengesteld zijn om te beantwoorden aan wel bepaalde doeleinden en niet met het oog op een zo algemeen, maar zo vaag begrip als dat van de koopkracht van de munt. De verschillende, bruikbare indexcijfers worden in het volgende hoofdstuk 1 onderzocht, waarbij meer in het bijzonder is uitgegaan van de internationale concurrentiekracht van de ondernemingen. 1. Prijs - en kostenindexcijfers. Dank zij de impliciete prijsindexcijfers van het Bruto Nationaal Produkt is het waarschijnlijk mogelijk het begrip « algemene » koopkracht het dichtst te benaderen. Zij omvatten echter, naast produkten die internationaal verhandeld worden (traded goods), goederen en diensten die enkel op de binnenlandse markt geprodu.
19
ceerd en verbruikt of geïnvesteerd worden (non traded goods). Bijgevolg kunnen zij in een bepaald land sneller stijgen dan in het buitenland, zonder dat de internationale concurrentiekracht van dat land verslechtert; dat is bijvoorbeeld het geval indien de verhogingen alleen of bijna uitsluitend betrekking hebben op binnenlandse diensten, zoals de kleinhandel. De indexcijfers van de consumptieprijzen, die vrijwel gelijklopend meeevolueren zoals de impliciete prijsindexcijfers van het Bruto Nationaal Produkt, vereisen een gelijkaardig maar nog strenger voorbehoud. Zij omvatten immers uitsluitend goederen en diensten die, in het stadium waarin zij worden opgetekend, per definitie, non traded goods zijn (op enkele zeldzame uitzonderingen na, zoals het hotelbedrijf). Het gebruik van de algemene indexcijfers van de groothandelsprijzen of van de groothandelsprijzen van industriële produkten stuit op bezwaren van een andere soort. De meeste van die algemene indexcijfers omvalten grondstoffen die op de wereldmarkten genoteerd zijn en waarvan de prijzen, op de vervoerkosten na, voor iedereen dezelfde zijn. Voor zover zij die grondstoffen omvatten, hebben de indexcijfers van de groothandelsprijzen de neiging zich op elkaar af te stemmen, zodat de reële dispariteiten dus worden verminderd. Wat de groothandelsprijzen betreft, lijkt het dan ook verkieslijk de indexcijfers van de afgewerkte industriële produkten te gebruiken in plaats van de algemene indexcijfers, hoewel ook in dat stadium de indexcijfers niet boven alle betwisting staan. Hoe kan men immers produkten meten en vergelijken waarvan de kwaliteit voortdurend en in elk land op verschillende wijze verandert? Een bepaalde Duitse transistorradio wordt bijvoorbeeld duurder, maar hij heeft ook nieuwe kwaliteiten, terwijl een Amerikaanse andere mogelijkheden verschaft, voorzien is van de laatste snufjes, enz. Tengevolge van de versnelde technische vooruitgangiwordt het steeds moeilijker prijsindexcijfers samen te stellen. Men zou gebruik moeten maken van steeds' verfijnder methodes om rekening te houden met de verandering in de kwaliteit. Ten slotte is het mogelijk dat de groothandelsprijzen van een land overeenstemmen met verkoopprijzen die een normale winst omvatten, terwijl die van een ander land tot het uiterste gedrukte winsten inhouden. Van hun kant zijn de prijsindexcijfers van de uitvoer, totale uitvoer of uitvoer van verwerkte produkten, haast altijd berekend aan de hand van gemiddelde waarden per eenheid die over het algemeen betrekking hebben op een aantal ongelijksoortige produkten. Deze waarden en het verloop ervan zijn dus vrij onnauwkeurig en vaak zelfs afwijkend. Bovendien hebben die indexcijfers slechts betrekking op de werkelijke uitvoer; produkten die niet konden worden uitgevoerd wegens te hoge prijzen in vergelijking met die van de concurrentie, komen er niet in voor. Aan de andere kant konden sommige prijzen, net zoals de groothandelsprijzen, af en toe laag genoeg gehouden worden om een bestelling te krijgen of een klant te behouden, maar tegen die prijzen is het mogelijk dat de uitvoerder verlies lijdt of slechts onvoldoende winst boekt om de onderneming in stand te houden indien die prijs gedurende een bepaalde tijd gehandhaafd zou blijven. Aangezien de verkoopprijzen (groothandelsprijzen, gemiddelde waarde per uitgevoerde eenheid) van land tot land sterk verschillende winsten kunnen omvatten, kan het verkieslijk zijn de produktiekosten te vergelijken. In de praktijk heeft deze vergelijking, bij gebrek aan andere gegevens, betrekking op de loonkosten per
20
eenheid produkt, die worden verkregen door de verhouding te maken tussen een indexcijfer van de loonkosten per tijdseenheid en een indexcijfer van de produktiviteit der arbeidskrachten, gewoonlijk voor de gezamenlijke verwerkende nijverheid. Ook deze indicator vertoont evenwel ernstige tekortkomingen. Eerst en vooral is ieder indexcijfer van de produktiviteit onvermijdelijk zeer onnauwkeurig. Een dergelijk indexcijfer wordt verkregen door een indexcijfer van de produktie te delen door een indexcijfer van het aantal arbeidsuren dat voor die produktie nodig is; nu is de produktie nooit samengesteld uit een geheel van homogene bestanddelen, zelfs niet op het niveau van een industrie; derhalve weerspiegelt het verloop van het verkregen indexcijfer zowel wijzigingen in de structuur van de produktie, als produktiviteitsverbeteringen. Voorts worden de indexcijfers van de produktiviteit kunstmatig beïnvloed door de conjunctuur : in tijden van teruggang vermindert het aantal arbeidsuren minder snel dan de produktie, omdat de ondernemingen trachten de arbeiders en bedienden zo laat mogelijk te ontslaan, zodat de produktiviteit, op de manier waarop zij wordt berekend, evenredig vermindert. In tijden van expansie doet zich het tegengestelde voor, zodat een vergelijking tussen twee landen waarvan de conjunctuurfasen niet samenvallen, vervalst kan zijn, althans op korte termijn. De loonkosten per eenheid produkt hebben een ander, zeer groot gebrek : zij zijn slechts één van de bestanddelen van de aanbodprijs. Er is niets waaruit blijkt dat hun verloop representatief is voor de overige bestanddelen; integendeel, in sommige gevallen volgt het verloop normaliter een tegenovergestelde richting : een diepte-investering, bijvoorbeeld, vermindert het aantal arbeidsuren en, bijgevolg, de loonkosten per eenheid produkt, maar zij verhoogt de financiële en de afschrijvingslasten. Algemeen gezien, ongeacht het indexcijfer dat wordt gekozen uit die welke hierboven werden toegelicht, loopt de internationale vergelijking ook het gevaar te worden vervalst door het feit dat de wijze van samenstelling van de indexcijfers aanzienlijk kunnen verschillen van het ene land tot het andere. 2. Dispariteiten tussen België en enkele andere landen. Dispariteitsindexcijfers tussen België en enkele belangrijke andere landen werden berekend door achtereenvolgens gebruik te maken van elk van de onder 1 vermelde indexcijfers. Het jaar 1970 werd als oorsprong genomen. De keuze van dat jaar, die onvermijdelijk in ruime mate willekeurig is ( 1 ), kan worden gemotiveerd door het feit dat het beschouwde jaar voorafgaat aan de grote wijzigingen die in het naoorlogse internationale monetaire stelsel tot uiting kwamen, maar terzelfder tijd nog vrij recent is; een oorsprongsperiode mag immers niet te ver in het verleden liggen, omdat het merendeel van de indexcijfers, naarmate men zich van deze periode verwijdert, steeds sterkere distorsies vertonen, die te wijten zijn aan de formule van de indexcijfers, structuurwijzigingen, enz. ( ) Zie Tijdschrift van de Nationale Bank van België, LP jaargang, deel II, nr 4, oktober 1976, tabel op blz. 10 : de dispariteiten van het ene land tot het andere zijn in sommige gevallen zeer verschillend naargelang men het jaar 1972 of het jaar 1974 als oorsprong neemt.
21
Twee categorieën dispariteitsveranderingen t.o.v. het jaar 1970 werden berekend. De eerste categorie betreft de dispariteiten van prijzen en kosten als zodanig, zonder rekening te houden met de werkelijke ontwikkeling van de wisselkoersen sedert 1970. De dispariteitsveranderingen, tegenover het jaar 1970, werden verkregen door het buitenlandse indexcijfer van prijzen of kosten te delen door het overeenstemmende Belgische indexcijfer en door de verschillen van deze quotiënt t.o.v. de eenheid te vermenigvuldigen met honderd om percentages te verkrijgen ( ). Ze zijn opgenomen in nevenstaande grafiek 1 en in tabel I in bijlage. Uit deze tabel en deze grafiek vloeit voort dat, tijdens het eerste halfjaar van 1976, de buitenlandse indexcijfers van prijzen en kosten (jaar van oorsprong 1970 = 100), tegenover de overeenkomstige Belgische indexcijfers, verschillen vertoonden die tussen de volgende uitersten liggen : — voor de indexcijfers van de Bondsrepubliek Duitsland, tussen min 22,8 pct. en min 0,9 pct., d.i. een vork van 21,9 pct.; — voor de indexcijfers van Nederland, tussen min 1,4 pct. en plus 7,1 pct., d.i. een vork van 8,5 pct.; voor de indexcijfers van Frankrijk, tussen min 0,9 pct. en plus 13,7 pct., d.i. een vork van 14,6 pct.; — voor de indexcijfers van de Verenigde Staten, tussen min 25,2 pct. en plus 24,5 pct., d.i. een vork van 49,7 pct. De indexcijfers die kunnen gebruikt worden vergen alle, zoals reeds onder 1 werd aangestipt, ernstig voorbehoud. Aangezien de hiervoren verkregen vorken zeer ruim zijn, is het derhalve niet mogelijk, zelfs bij benadering, te zeggen op welke wijze de wisselkoers tussen de valuta van ieder land en de Belgische frank sedert 1970 had moeten evolueren, zelfs wanneer men de stelling aanvaardt — die geenszins bewezen is en die daarentegen een hele reeks van zeer ingewikkelde conceptuele problemen doet rijzen — dat de wisselkoersen moeten veranderen ten einde de verhoudingen tussen de prijzen en kosten van een land en de buitenlandse prijzen en kosten, uitgedrukt in de valuta van dit land, ongewijzigd te laten. De tweede categorie van wijzigingen tegenover het jaar 1970 betreft de dispariteiten van aangepaste prijzen en kosten om rekening te houden met de werkelijke evolutie van de wisselkoersen, en weerspiegelt dus de wijzigingen van de concurrentiepositie. Deze veranderingen werden berekend door het buitenlandse indexcijfer van prijzen en kosten te delen door het overeenstemmende Belgische indexcij-
(' ) De formule van de verandering (in procenten) tegenover 1970 wordt dus als volgt geschreven : ( Buitenlands indexcijfer — 1 ) x 100; Belgisch indexcijfer het betreft hier indexcijfers van prijs en kosten die het jaar *1970 als periode van oorsprong hebben. Een positieve verandering betekent dat de buitenlandse prijs of de buitenlandse kosten, in procenten, meer zijn toegenomen dan de Belgische prijs of de Belgische kosten sedert 1970; een negatieve verandering betekent dat de buitenlandse prijs of de buitenlandse kosten, in procenten, minder zijn toegenomen dan de Belgische prijs of de Belgische kosten sedert 1970.
22
Grafiek 1.
Prijs- en kostendispariteiten tussen België en het buitenland " Procentuele veranderingen t.o.v. het jaar 1970
Nederland / België
Bondsrepubliek Duitsland / België
10
10
0
0
— 10
— 10
—20
— 20
1
— 30
1
1
1
Frankrijk / België
— 30
Verenigde Staten / België
30
30
20
20
10
10
0
— 10
--J Impliciete prijs van het bruto nationale produkt -
— 10
Consumptieprijzen Groothandelsprijzen ( Eerste reeks) Groothandelsprijzen (Tweede reeks)
—2
— 20
-
Gemiddelde eenheidswaarde von de totale uitvoer
-
Gemiddelde waarde per uitgevoerde eenheid verwerkt produkt
•••••—•--• Loonkosten per eenheid produkt in de verwerkende nijverheid
I
— 30 1970
i
1 1972
I
I 1974
1
1 1976
l'
I 1970
— 30 1972
le halfjaar
1976 le halfjaar
Zie tabel I in bijlage, noot Groothandelsprijzen (eerste reeks en tweede reeks), zie noten 1 en
1974
2 van tabel I in bijlage.
Grafiek 2.
Prijs- en kostendispariteiten, aangepast voor de evolutie van de wisselkoersen, tussen België en het buitenland * Procentuele veranderingen t.o.v. hei jaar 1970 Nederland / België
Bondsrepubliek Duitsland / België
20
10
0
—10
Verenigde Staten / België
Frankrijk / België
10
10
r......
..---
i "dIIIIIIIIII
■
V
0
\
/
_
/..../«.-
—10
10
— 20
20
-
Impliciete prijs van het bruto
nationale t rodukt
— ----- Consumptieprijzen -----------
Groothandelsprijzen (Eerste
reeks)
Groothandelsprijzen (Tweede reeks) —30
— 30
------
Gemiddelde waarde ..—•—•
de totc le uitvoer
Gemiddelde eenheidswaarde van
per uitgevoerde eer heid verwerkt produkt
Loonkosten per eenheid produkt in de v erwerkende nijverheid
40
—40
i 1970
1
1 1972
1
I 1974
1
I 1976
1970
1972
• Zie tabel II in bijlage, noot e. Groothandelsprijzen (eerste reeks en tweede reeks), zie noten 1 en
1974
1976
le halfjaar
le halfjaar
2
van tabel II in bijlage.
fer en deze quotiënt aan te passen om rekening te houden met de evolutie van de wisselkoersen ( 1 ). De verschillen van deze aangepaste quotiënt t.o.v. de eenheid, vermenigvuldigd met honderd om percentages te verkrijgen, verschaffen de dispariteitsveranderingen tegenover het jaar 1970 ( 2 ). Deze laatste komen voor in nevenstaande grafiek 2 en in tabel II in bijlage. Uit deze tabel en deze grafiek vloeit voort dat de concurrentiepositie van België tussen 1970 en het eerste halfjaar van 1976 een wijziging zou hebben vertoond die, naargelang van de gebruikte indexcijfers, tussen de volgende uitersten zou gelegen zijn : — tegenover de Bondsrepubliek Duitsland, tussen een verslechtering met 13,2 pct. en een verbetering met 11,3 pct., d.i. een vork van 24,5 pct.; — tegenover Nederland, tussen verbeteringen van 4,7 en 13,6 pct., d.i. een vork van 8,9 pct.; tegenover Frankrijk, tussen een verslechtering met 6 pct. en een verbetering met 7,9 pct., d.i. een vork van 13,9 pct.; — tegenover de Verenigde Staten, tussen verslechteringen met 41 en 1,7 pct., d.i. een vork van 39,3 pct. De vorken zijn nagenoeg van dezelfde orde van grootte als die welke verkregen werden voor de dispariteitsveranderingen van prijzen en kosten waarbij geen rekening werd gehouden met de werkelijke evolutie van de wisselkoersen sedert 1970. Net als laatstgenoemde, zijn zij zeer ruim en is het onmogelijk, zelfs bij benadering, te zeggen op welke plaats binnen deze vorken de concurrentiepositie van België zich werkelijk bevindt. Derhalve leren nevenstaande grafiek 2 en tabel II in bijlage ons ten slotte niets wat ook maar enigszins nauwkeurig zou zijn in verband met deze positie. Zij leren ons dus ook niets t.a.v. de geldigheid van de huidige wisselkoersen van de Belgische frank, zelfs in de veronderstelling dat de stelling aanvaard wordt — waarvan hiervoren gezegd werd dat ze geenszins bewezen is — dat de wisselkoersen moeten veranderen ten einde de concurrentiepositie ongewijzigd te laten. Meer in het bijzonder tonen de resultaten van de bovenver-
( ') Ter informatie : van 1970 tot het eerste halfjaar van 1976 en t.o.v. de Belgische frank, apprecieerde de Duitse mark met 12,5 pct.; de Nederlandse gulden met meer dan 6 pct. en deprecieerde de Franse frank met ongeveer 5 pct. en de dollar van de Verenigde Staten met 21 pct. ( 2 ) De formule van cle verandering (in procenten) tegenover 1970 wordt dus als volgt geschreven : Koers van de buitenlandse munteenheid ( Buitenlands indexcijfer x in BF gedurende de beschouwde periode — 1 ) x 100 Belgisch indexcijfer Koers van de buitenlandse munteenheid in BF in 1970 het betreft hier indexcijfers van prijs en kosten die het jaar 1970 als periode van oorsprong hebben. Een positieve verandering betekent dat de buitenlandse prijs of de buitenlandse kosten, uitgedrukt in Belgische franken, meer zijn toegenomen (in procenten) dan de Belgische prijs of de Belgische kosten sedert 1970; een negatieve verandering betekent dat de buitenlandse prijs of de buitenlandse kosten, uitgedrukt in Belgische franken, minder zijn toegenomen (in procenten) dan de Belgische prijs of de Belgische kosten sedert 1970.
25
melde tabel en grafiek ons zelfs niet in welke richting de wisselkoers t.o.v. de Duitse mark of de Franse frank zou moeten worden gewijzigd en, steeds volgens dezelfde resultaten, zou de Belgische frank moeten gerevalueerd worden tegenover de gulden van Nederland, maar gedevalueerd tegenover de dollar der Verenigde Staten. Het is duidelijk dat België alleen zijn valuta niet tegelijkertijd zou kunnen devalueren en revalueren. Besluiten. Om een voldoend juist statistisch meetinstrument van deze positie te verkrijgen, zou men de dispariteiten moeten kunnen berekenen op basis van een indexcijfer van de aanbodprijzen voor de traded goods . Dit begrip, waarop het merendeel van de onder 1 tegenover de thans beschikbare indexcijfers geformuleerde kritieken niet van toepassing zijn, omvat de loonkosten, de inputs van binnenlandse goederen en diensten, de ingevoerde inputs, de economische afschrijvingen, de financiële lasten, de belastingen en een winst die o.m. toereikend is om de investeringen uit te voeren die nodig zijn voor de voortzetting en de ontwikkeling van de activiteiten van de onderneming. Het zou interessant zijn een dergelijk indexcijfer samen te stellen voor België. Hierbij doen zich evenwel aanzienlijke, ja zelfs onoverkomelijke statistische moeilijkheden voor. Bovendien zou dit indexcijfer maar alleen nuttig zijn wanneer soortgelijke indexcijfers in de belangrijkste landen volgens een gelijkaardige methode waren samengesteld. De op basis van dergelijke indexcijfers berekende dispariteiten, hierbij rekening houdend met de werkelijke evolutie van de wisselkoersen, zouden nog geen volledige indicator van de concurrentiepositie vormen. Deze laatste hangt immers niet alleen af van de prijzen. Zij wordt eveneens beïnvloed door een reeks moeilijk kwantificeerbare factoren : leveringstermijnen, toegestane kredieten, naverkoopdiensten, betrekkingen tussen verkopers-kopers, enz. Uiteindelijk levert dit artikel geen positieve bijdrage tot de kennis inzake concurrentievermogen. Het kan zelfs geen gewag maken van een ernstige kans op verbetering binnen een redelijke termijn. Het heeft evenwel de toestand van onze onwetendheid op het beschouwde gebied in het licht gesteld, hetgeen in de toekomst wellicht ook overhaaste besluiten zal verhinderen.
***
26
Tabel I. Prijs- en kostendisparitelten tussen België en het buitenland " Procentuele veranderingen t.o.v. het jaar 1970 Bondsrepubliek Duitsland
Nederland
Frankrijk
Verenigde Staten
1. Bruto nationaal produkt (impliciete prijs) :
1971 1972 1973 1974 1975
2,5 2,9 1,8 3,4 7,0
+ + + + +
2,8 6,2 7,5 3,4 2,3
+ + + +
0,3 0,8 1,3 0,3 ...
-
0,2 1,4 2,4 4,8 7,3
+ 0,8 + 1,1 + 0,9 - 4,1 - 9,9 - 12,6
+ + + + + +
3,1 5,4 6,4 3,5 1,2 0,9
+ + + + + +
1,1 1,5 1,8 2,8 1,8 1,7
-
... 2,1 2,8 4,2 7,3 9,7
+ + + + -
3,6 3,0 6,5 2,3 0,7 0,9
+ + _f_ + + +
2,9 5,2 8,2 1,7 1,0 3,2
+ + + + + +
2,4 1,5 2,9 1,6 2,0 3,7
+ + + + +
3,1 2,1 2,0 0,6 7,2 9,4
+ + + + -
5,7 2,7 3,9 3,4 3,7 5,3
+ + + + -
4,9 4,9 5,6 2,9 2,0 1,4
+ + + + -
4,4 1 ,2 0,4 2,7 1,1 0,9
+ + + + +
5,1 1,8 0,5 0,5 3,9 4,5
+ + -
5,7 4,6 0,7 9,4 5,7 8,4
+ + + + + +
5,1 4,3 1,9 4,2 5,4
+ 9,0 + 8,2 + 9,3 + 8,4 + 11,3 + 13,7
+ 6,5 + 7,6 + 15,3 + 16,2 + 27,0 + 24,5
4,1 4,0 ... - 9,0 - 3,0
+ +
3,1 5,1 ... - 0,8 + 0,7
+ 7,1 + 6,1 + 6,5 + 5,3 + 12,6
+ 4,1 + 5,1 + 5,6 + 3,0 + 17,8
+
+ 4,3 + 7,2 + 12,6 + 13,8 + 5,1 + 7,0
+ + + + +
+ + + -
2. Consumptieprijzen :
1971 1972 1973 1974 1975 1976
le
halfjaar
3. Groothandelsprijzen van afgewerkte industriële produkten :
Eerste reeks 1 3 1971 1972 1973 1974 1975 1976 le halfjaar
:
Tweede reeks 2 3 1971 1972 1973 1974 1975 1976 le halfjaar
:
4. Gemiddelde eenheidswaarde van de totale uitvoer :
1971 1972 1973 1974 1975 1976
le
halfjaar
5. Gemiddelde waarde per uitgevoerde eenheid verwerkt produkt :
1971 1972 1973 1974 1975
7,1 /
+ •4-
6. Loonkosten per eenheid produkt in de verwerkende nijverheid :
1971 1972 1973 1974 1975 1976
le
halfjaar
0,2 - 0,5 - 3,7 - 2,7 - 19,8 - 22,8
0,8 - 4,0 0,9 - 5 ,4 5,7 - 6,2 9,9 - 9,9 5,8 - 23,0 6,1 '- 25,2 .
• De prijzen en de kosten werden niet . aangepast om rekening te houden met de werkelijke ontwikkeling van de wisselkoersen sedert 1970. Het dispariteitsindexcijfer is verkregen door de verhouding te berekenen tussen het buitenlandse indexcijfer en het Belgische (1970 = 100). De verschillen t.o.v. de eenheid van deze verhouding, vermenigvuldigd met honderd, geven de veranderingen, in procenten, van de dispariteiten tegenover het jaar 1970. Een plus-teken wijst erop dat het buitenlandse indexcijfer sedert 1970 meer is gestegen dan het Belgische; een min-teken duidt erop dat het buitenlandse indexcijfer sedert 1970 minder is gestegen dan het Belgische. 1 Dispariteiteindexcijfen3 berekend aan de hand van het Belgische indexcijfer van de groothandelsprijzen der afgewerkte industriële produkten van het Ministerie van Economische Zaken. 2 Dispariteitsindexcijfers berekend aan de hand van het Belgisch indexcijfer van de groothandelsprijzen der afgewerkte industriële produkten van het Institut de Recherches Economiques de l'Université Catholique de Louvain. 3 Ten gevolge van de invoering van de belasting over de toegevoegde waarde zijn de Belgische indexcijfers aangepast om ze met de buitenlandse te kunnen vergelijken. Bronnen : Bruto nationaal produkt en gemiddelde eenheidswaarde van de totale uitvoer : Internationaal Monetair
(International Financial Statistica).
Fonds
Consumptieprijzen en groothandelsprijzen van de afgewerkte industriële produkten : Bondsrepubliek Duitsland : Statistisches Bundesamt; Nederland : Centraal Bureau voor de Statistiek; Frankrijk : Institut National de la Statistique et des Etudes Economiques ; Verenigde Staten : U.S. Department of Labor. Gemiddelde waarde per eenheid uitgevoerd afgewerkt produkt : Verenigde Naties, Afdeling Economische en Sociale Zaken. Loonkosten per eenheid produkt in de verwerkende nijverheid : Institut de Recherches Economiques de l'Université Catholique de Louvain.
... Nul of te verwaarlozen waarde.
Tabel II. Prijs- en kostendispariteiten, aangepast voor de evolutie van de wisselkoersen, tussen België en het buitenland *
Procentuele veranderingen t.o.v. het jaar 1970 Benderepubliek Duitsland
Nederland
Frankrijk
Verenigde state .
1. Bruto nationaal produkt (impliciete prijs) :
1971 1972 1973 1974 1975
+ + + + +
6,5 4,3 9,6 6,8 2,1
+ + + + +
4,7 6,0 9,4 9,1 8,3
-
1,6 2,1 1,3 9,5 4,5
- 2,4 - 12,6 - 23,6 - 27,1 - 31,3
+ + + + -
3,2 2,4 8,5 6,0 1,1 1,8
+ + + + + +
4,4 5,2 8,2 9,3 7,1 7,0
-
1,2 1,5 0,8 7,3 2,8 3,6
- 2,3 - 13,2 - 23,7 - 24,7 - 31,3 - 28,7
+ 6,0 + 4,4 + 14,4 + 13,2 + 9,0 + 11,3
+ 4,6 + 5,0 + 10,2 + 7,3 + 7,0 + 9,5
+ + -
0,5 1,5 0,2 8,3 2,6 1,6
- 1,5 - 11,5 - 21,7 - 23,9 - 22,4 - 15,5
+ 8,2 + 4,1 + 11,6 + 14,4 + 5,7 + 6,3
+ + + + + +
6,8 4,7 7,5 8,5 3,8 4,7
+ -
2,4 1,6 2,2 7,3 5,6 6,0
- 1,1 - 13,1 - 24,8 - 24,3 - 25,9 - 20,6
2. Consumptieprijzen :
1971 1972 1973 1974 1975 1976 le halfjaar 3. Groothandelsprijzen van afgewerkte industriële produkten :
Eerste reeks 1 3 1971 1972 1973 1974 1975 1976 le halfjaar
,
Tweede reeks 2 3 1971 1972 1973 1974 1975 1976 le halfjaar
:
4. Gemiddelde eenheidswaarde van de totale uitvoer :
1971 1972 1973 1974 1975 1976 le halfjaar
+ + + + + +
9,8 5,9 6,9 0,1 3,6 2,9
+ 6,8 + 4,2 + 3,6 + 10,0 + 11,6 + 13,6
+ + + + +
6,9 5,2 6,4 2,4 6,3 7,9
+ -
+ + + + +
5,9 4,5 7,3 0,6 5,4
+ + + + +
3,0 4,5 1,5 4,1 5,4
+ + + +
4,0 2,7 4,4 5,3 6,5
+ 1,0 - 7,1 - 17,5 - 19,9 - 14,1
+ 5,5 + 6,7 + 14,9 + 20,3 + 11,6 + 13,0
+ + -
1,9 3,4 3,1 1,2 1,4 1,3
- 6,5 - 16,1 - 27,1 - 29,8 - 42,7 - 41,0
4,1 4,7 9,7 8,8 5,9 1,7
5. Gemiddelde waarde per uitgevoerde eenheid verwerkt produkt :
1971 1972 1973 1974 1975 6. Loonkosten per eenheid produkt in de verwerkende nijverheid :
1971 1972 1973 1974 1975 1976
le
halfjaar
+ 2,3 + 0,8 + 3,2 + 7,9 - 12,1 - 13,2
• Het dispariteitsindexcijfer is verkregen door de verhouding te berekenen tussen het buitenlandse indexcijfer en het Belgisch (1970 = 100). Deze verhouding is bovendien aangepast om rekening te houden met de werkeli ke evolutie van de wissel koersen. De verschillen t.o.v. de eenheid van deze aangeprate verhouding, vermenigvuldigd met ionderd, geven de veranderingen, in procenten, van de dispariteiten tegenover 1970. Een plus-teken wijst erop dat het buitenlandse indexcijfer eeder 1970 meer ie gestegen dan het Belgische: een min-teken duidt erop dat het buitenlandse indexcijfer sedert 1970 minder is gestegen dan het Belgische. 1 Dispariteitsindexcijfers berekend aan de hand van het Belgische indexcijfer van de groothandelsprijzen der afgewerkte industriële produkten van het Ministerie van Economische Zaken. 2 Dispariteitsindexcijfers berekend aan de hand ven het Belgisch indexcijfer van de groothandelsprijzeu der afgewerkte industriële produkten van liet Institut de Recherches Economiques de l'Univereitd Catholique de Louvain. 3 Ten gevolge van de invoering van de belasting over de toegevoegde waarde zijn de Belgische indexcijfers aangepast om ze met de buitenlandse te kunnen vergelijken. Bronnen : Bruto nationaal produkt en gemiddelde eenheidswaarde van de totale uitvoer : Internationaal Monetair Fonds (International Financial Statistici). Consumptieprijzen en groothandelsprijzen van de afgewerkte industriële produkten : Bondsrepubliek Duitsland : Statietieohes Bundeeamt; Nederland : Centraal Bureau voor de Statistiek; Frankrijk : Institut National de Ia Statistique et des Etudes , Economiques ; Verenigde Staten • U.S. Department of Labor. Gemiddelde waarde per eenheid uitgevoerd afgewerkt produkt : Verenigde Naties, Afdeling Economische en Sociale Zaken. Loonkosten per eenheid produkt in de verwerkende nijverheid : Institut de Recherches Economiquee de l'Université Catholique de Louvain.
MAATREGELEN VAN MONETAIR BELEID
Mededeling van 20 oktober 1976
De ontspanning op de deviezenmarkt, die na de beslissingen van de Conferentie van Frankfurt werd bevestigd, stelt de Nationale Bank van België in staat een begin te maken met de verlaging van haar rentetarieven. De basisrente over de voorschotten wordt teruggebracht tot 12 pct.; verscheidene speciale tarieven worden eveneens verlaagd. Deze beweging is in overeenstemming met de reeds door de binnenlandse geldmarkt gegeven aanduidingen. Indien de verwachte terugvloeiing van middelen op de deviezenmarkt zich voortzet, zal het aanbod van kortlopend kapitaal op de geldmarkt zich spontaan herstellen; deze beweging zou het mogelijk maken de tarieven verder te verlagen.
Mededeling van 17 november 1976
Gelet op het voortduren van de ontspanning op de valutamarkt en op de spontane daling van de rentepercentages op de geldmarkt, waar de liquiditeiten opnieuw toenemen, heeft de Nationale Bank van België beslist, met ingang van 18 november, het gewone tarief van de voorschotten in rekening courant te verlagen van 12 tot 11 pct. en tegelijkertijd ook haar speciale tarieven te verminderen.
29
0
SYNTHETISCHE CURVE VAN DE VOORNAAMSTE GEGEVENS VAN DE MAANDELIJKSE CONJUNCTUURTEST VAN DE NATIONALE BANK RESULTATEN VAN DE MAAND OKTOBER 1976
Verloop van de synthetische curve, inclusief de indicator nopens het • verloop der verkoopprijzen • — — — — Verloop van de synthetische curve, exclusief de indicator nopens het • verloop der verkoopprijzen •
120
120
110
110
100
100
90
90
80
80
70
70
11111111111
1 1 11 1 1 1 I 1 1 I
1 1 1 1 1. 1 1 1 1 1 1
1 1 1 1 1 1 11111
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
1971
1972
1973
1974
1975
1111
111
1111
1978
Commentaar : De getalwaarde van de synthetische curve waarin de indicator nopens het prijsverloop is begrepen daalde van 90,26 punten in september 1976 naar 88,40 punten in oktober. De sinds mei 1976 aan de gang zijnde daling zette zich aldus door, maar zij schijnt geleidelijk aan af te zwakken. De achteruitgang van oktober vloeit voort uit een vermindering van de getalwaarde van de meeste indicatoren betreffende het conjuncturele klimaat in de verwerkende nijverheid. De indicator van de bouwnijverheid daarentegen vertoonde een lichte verbetering. De synthetische curve waarin de indicator van het prijsverloop niet is begrepen (stippellijn) ging minder achteruit (van 88,81 naar 87,65 punten).
31
STATISTIEKEN
ECONOMISCHE WETGEVING
LITERATUUR IN VERBAND MET DE ECONOMISCHE EN FINANCIELE PROBLEMEN DIE VAN BELANG ZIJN VOOR BELGIE
STATISTIEKEN INHOUD Nummers
Nummers van de tabellen
5. Geografische spreiding
I. - Bevolking en nationale rekeningen. 1. Bevolking 2. Verdeling van het nationaal produkt over de produktiefactoren 3. Bruto toegevoegde waarde, tegen marktprijzen, per activiteitsklasse 4. Besteding van het nationaal produkt : a) Ramingen in werkelijke prijzen b) Indexcijfers van de ramingen in prijzen van 1970
I-1 I-2 I-3 I 4a I - 4b
II. - Werkgelegenheid en werkloosheid. Aanbiedingen van werkzoekenden en aanvragen van werkgevers
II
III. - Landbouw en visserij. 1. Landbouwproduktie 2. Zeevisserij
III - 1 III - 2
IY. - Nijverheid. 1. Indexcijfers van de industriële produktie 2. Indexcijfers van de produktie in de verwerkende industrie, per sector 3. Energie 4. Metaalproduktie 5. Bouwnijverheid 6. Vergelijkende evolutie van de industriële produktie der E.E.G.-landen Y. - Diensten. 1. Vervoer : a) Activiteit van de N.M.B.S. en de SABENA b) Zeevaart c) Binnenscheepvaart 2. Toerisme - Overnachtingen van toeristen in België 3. Binnenlandse handel : a) Indexcijfers van de verkoop b) Verkoop op afbetaling 4. Activiteit van de verrekenkamers VI. - Inkomens. 1. Bezoldigingen van de werknemers 2. Gemiddelde bruto-uurverdienste van de arbeiders in de nijverheid 3. Gemiddelde bruto-maandverdienste van de bedienden in de nijverheid
1. 2. 3. 4.
YII. - Prijsindexcijfers. Indexcijfers van de wereldprijzen Indexcijfers van het Hamburgisches Welt-Wirtschafts-Archiv per produkt Indexcijfers van de groothandelsprijzen in België Prijsindexcijfers bij consumptie in België : a) Basis 1971 = 100 b) Basis 28 halfjaar 1974 - Iste halfjaar 1975 = 100
IY - 1 IY - 2 IY - 3 IY - 4 IY - 5 IV • 6
• - la Y • lb Y - lc • -2
Algemene tabel Uitvoer naar de aard der produkten Invoer naar het gebruik der produkten a) Indexcijfers van de gemiddelde waarden per eenheid b) Indexcijfers van het volume
VIII - 5
IX. - Betalingsbalans van de B.L.E.U. IX - 1 1. Jaarcijfers IX - 2 2. Saldi per kwartaal 3. Ontvangsten en uitgaven per kwartaal en samengeIX 3 voegde maandsaldi 4. Verrichtingen met het buitenland, verrichtingen in buitenlandse valuta's van de ingezetenen met de Belgische en Luxemburgse geldscheppende instellinIX - 4 gen en termijnvalutatransacties IX • 5 5. Uitvoer en invoer X. - Valutamarkt. 1. Officiële wisselkoersen vastgesteld door de in verreX-1 kenkamer te Brussel vergaderde bankiers 3. Interventiekoersen toegepast door de centrale banken die toegetreden zijn tot het akkoord over de margeX - 3 vernauwing X-4 4. Markt van de U.S.-Dollar te Brussel
1. 2. 3. 4. 5.
1.
Y - 3a Y • 3b Y-4
2. 3.
YI - 1
4.
XI. - Rijksfinanciën. Ontvangsten en uitgaven van de Schatkist voortXI - 1 vloeiend uit de verrichtingen volgens begroting XI - 2 Kasresultaat van de Schatkist en financiering ervan Nettofinancieringsbehoef ten van de Schatkist en hun XI • 3 dekking XI - 4 Belastingontvangsten (per kalenderjaar) XI • 5 Indeling van de belastingontvangsten XII. - Vorderingen en schulden in de Belgische economie. a) Uitstaande vorderingen en schulden op 31 december 1972 b) Uitstaande vorderingen en schulden op 31 december 1973 Bewegingen van de vorderingen en schulden in 1973 a) Uitstaande vorderingen en schulden op 31 december 1972 (totalen per sector) . b) Uitstaande vorderingen en schulden op 31 december 1973 (totalen per sector) Bewegingen van de vorderingen en schulden in 1973 (totalen per sector)
XII-la XII - lb XII - 2 XII • 3a XII • 3b XII - 4
YI - 2 YI - 3 YII - 1 YII • 2 YII .3 YII - 4a YII-4b en c
VIII. - Buitenlandse handel van de B.L.E.U. 1. 2. 3. 4.
van de tabellen
YIII - 1 YIII - 2 YIII • 3 YIII • 4a YIII 4b
XIII. - Geldscheppende instellingen. 1. Gezamenlijke balansen van de geldscheppende instellingen 2. De balansen van de Nationale Bank van België, de geldscheppende openbare instellingen 'en de depositobanken : a) Nationale Bank van België b) Geldscheppende openbare instellingen c) Depositobanken d) Totaal der geldscheppende instellingen 3. Oorzaken van de veranderingen in de geldhoeveelheid 4. Geldhoeveelheid 5. Goudvoorraad en nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen 6-7. Opgenomen bedragen van de discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten bij hun oorsprong door de depositobanken verleend aan de bedrijven en particulieren en aan het buitenland : - Zichtbare economische bestemming - Vorm en houderschap
XIII
-
1
XIII - 2a XIII - 2b XIII - 2c XIII - 2d XIII - 3 XIII - 4 XIII - 5
XIII - 6 XIII • 7
8. Discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten aan de bedrijven en particulieren en aan het buitenland bij hun oorsprong toegestaan door de geldscheppende instellingen en ondergebracht bij de Nationale Bank van België 9. Opgenomen bedragen van de discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten, bij hun oorsprong door de geldscheppende instellingen verleend aan de bedrijven en particulieren en aan het buitenland :10. Balansen van de Nationale Bank van België Weekstaten van de Nationale Bank van België 11. Verrichtingen in postrekening :12. Algemene staat der banken 13. Gezamenlijke betalingen door middel van direct opeisbare bankdeposito's in :Belgische franken en van tegoeden in postrekening
Nummers
Nummers
van de tabellen
van de tabellen
XIII - 8
XVIII -2
XVIII -
XIX. - Disconto-, rente en rendementstarieven.
XIII - .13
XIY. - Niet-geldscheppende financiële instellingen. 4. Voornaamste activa en passiva van het Rentenfonds 5. Algemene Spaar- en Lijfrentekas : a) Spaarkas - Verrichtingen van de gezinnen b) Voornaamste posten uit de balansen van de Spaarkas c) Voornaamste posten uit de balansen van de Lijfrentekassen d) Voornaamste posten uit de balansen van de Levensverzekeringskas 6. Nationale Maatschappij voor Krediet aait de Nijverheid 7. Algemene staat der private spaarkassen 8. Genteentekrediet van België 9. :Levensverzekeringsmaatschappijen
2. Iliouderschap van het door de depositobank gedisconteerde handelspapier en van de bankaccepten 3. Herdiscontoplafonds en maandelijkse quota's van de voorschotten in rekening-courant van de banken bij de Nationale Bank van België
XIY - 4 XIV - 5a XIY - 5b
1. Disconto- en reutetarief van de Nationale Bank van België XIX - :I. 2. Daggeldrente XIX - 2 3. Rentevoet van de schatkistcertificaten eu van de certificaten van het Rentenfonds XIX - 3 1. Rentetarief voor deposito's in Belgische franken bij de banken XIX - 4 5. Rentetarieven door de Algemene Spaar- en Lijfrentekas toegepast; op gewone spaarboekjes XIX - 5 6. Rendement van effecten met vast rendement op de Beurs te Brussel XIX- ti 7. Rentevoet van de kasbons en obligaties uitgegeven door de openbare kredietinstellingen XIX - 7
XIV XX. - Buitenlandse circulatiebanken. XIV - 5d XIY - 6 XIY- 7 XIV -8 XIY -9
XY. - Voornaamste vormen van de besparingen van particulieren beschikbaar in de Belgische volkshuishouding. XV
1. Discontovoet 2. Banque de France 3. Bank of England 1. Federal Reserve Banks 5. Nederlandsche Bank 6. Banco, d'Italia 7. :Deutsche Bundesbank 8. Banque Nationale Suisse 9. Banque des Règlements Internationaux
XX - 1 XX - 2 XX - 3 XX - 4 XX - 5 XX - 6 XX - 7 XX - 8 XX = 9
XVI. - Uitgiften en schulden van de overheidssector. 1. Uitgiften in Belgische franken voor meer dan een jaar 2. Voornaamste uitgiften voor meer dan een jaar van de overheidssector 3. Rijksschuld : a) Officiële staat b) Veranderingen van de overheidsschuld die aanleiding hebben gegeven tot geldbewegingen 4. Indeling van de schulden in Belgische franken voor meer dan een jaar van de overheidssector : a) Indeling naar de debiteuren b) Indeling naar de houders
XYI - 1 XYI - 2
B.N.P. berekend door ontleding van de bestedingen
XVI - 3a
Aanbiedingen van werkzoekenden en aanvragen van werkgevers
XVI • 3b
Conjunctuurtests
XVII - 1 XVII - 2 XVII - 3 XVII - 4 XVII - 5 XVII - 6 XVII - 7
XVIII. - Geldmarkt. 1. Markt van het daggeld
I-4
Indexcijfers van de industriële produktie XVI - 1a XVI - 4b
XVII. - Effecten van de particuliere sector en kredieten aan de bedrijven en particulieren. 1. Evolutie van de ontzet, de noteringen en het rendement van de beurswaarden 2. Rendement van de vennootschappen op aandelen jaarcijfers 3. Rendement van de vennootschappen op aandelen cumulatieve cijfers 1. Uitgiften van cle vennootschappen - jaarcijfers 5. Uitgiften van cle vennootschappen - maandcijfers 6. Verplichtingen van de bedrijven en particulieren tegenover de ;Belgische financiële instellingen 7. hypotheekinschrijvingen
Grafieken.
XVIII - 1
Vergelijkende evolutie van de industriële produktie der E.E.G.-landen
IV - 6
Bezoldigingen van ile werknemers - Indexcijfers van het gemiddeld brutoloon per gewerkt uur
VI - 1
Indexcijfers van de groothandelsprijzen in België
YII - 3
Prijsindexcijfers bij consumptie in België Buitenlandse handel van de B.L.E.U.
VIII
Belastingontvangsten per kalenderjaar
XI -
Geldhoeveelheid en quasi monetaire liquiditeiten
XIII • 3
Gebruiksfrequentie van de direct opeisbare bankdeposito's in Belgische franken en van de tegoeden in postrekening XIII - :13 Algemene Spaar- en Lijfrentekas - Deposito's : overschotten of tekorten van cle stortingen t.o.v. de opvragingen XIV - 5a Indexcijfers van de Belgische effecten op de contantmarkt
XVII • :I.
-3-
VOORNAAMSTE GEBRUIKTE AFKORTINGEN ASLK B.I.B. B.L.E.U. B.P.C. B.R.T. C.B.H.K. DULBEA E.E.G. E.F.M.S. E.G.K.S. O.E.S.O. FABRIMETAL F.A.O. H.W.I. I.A.B. I.B.H.O. I.M.F. I.R.E.S. M.E.Z. N.B.B. N.D.D. N.I.L.K. N.I.S. N.K.B.K. N.M.B.S. N.M.H. N.M.K.N. O.Y.N. R.M.Z. R.T.T. R.Y.A. SABENA Y.B.O. Z.K.O.S.
Algemene Spaar- en Lijfrentekas. Bank voor Internationale Betalingen. Belgisch-Luxemburgse Economische Unie. Bestuur der Postchecks. Belgische Radio en Televisie. Centraal Bureau voor Hypothecair Krediet. Afdeling voor Toegepaste Ekonomie van de Vrije Universiteit van Brussel. Europese Economische Gemeenschap. Europees Fonds voor Monetaire Samenwerking. Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal. Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. Federatie van de Ondernemingen der Metaalverwerkende Nijverheid. Food and Agriculture Organization. Herdiscontering- en Waarborginstituut. Internationaal Arbeidsbureau. Internationale Bank voor Herstel en Ontwikkeling. Internationaal Monetair Fonds. Université Catholique de Louvain - Institut de Recherches Economiques. Ministerie van Economische Zaken. Nationale Bank van België. Nationale Delcrederedienst. Nationaal Instituut voor Landbouwkrediet. Nationaal Instituut voor de Statistiek. Nationale Kas voor Beroepskrediet. Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen. Nationale Maatschappij voor de Huisvesting. Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid. Organisatie der Verenigde Naties. Rijksdienst voor Maatschappelijke Zekerheid. Regie van Telegrafie en Telefonie. Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. Belgische Naamloze Vennootschap tot Exploitatie van het Luchtverkeer. Verbond van de Belgische Ondernemingen. Zelfstandige Kas voor Oorlogsschade.
CONVENTIONELE TEKENS
pct. S
g
p.m.
het gegeven bestaat niet. niet beschikbaar. procent. voorlopig. gerectificeerd cijfer. raming. nihil of te verwaarlozen hoeveelheid. pro memorie.
VLUGGE MEDEDELING VAN DE GEGEVENS
De abonnees kunnen desgewenst de « Synthetische curve van de voornaamste gegevens van de maandelijkse conjunctuurtést van de Nationale Bank » en de gegevens vermeld in de tabellen VI-1, 1X-3 en 4, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 13, XVIII-1, 2 en 3 en XJX-2 verkrijgen zodra zij opgemaakt zijn. De aanvragen dienen te worden gericht aan de Nationale Bank van België, Documentatiedienst, de ]3erlaimontlaan 5, 1000 Brussel. Hierbij dient te worden vermeld welke tabellen de abonnee wenst te ontvangen.
I. - BEVOLKING EN NATIONALE REKENINGEN 1. BEVOLKING ( Duizenden) Bronnen : N.I.S. en Ministerie van Tewerkstelling er Arbeid. 1973
1974
1975
9.727
9.757
9.788
9.813
6.116
6.151
6.183
6.231
3.049 3.067
3.069 3.082
3.088 3.095
3.119 3.115
3.778
3.831
3.892
162
151
144
139
1.239 298 237
1.237 299 245
1.219 287 252
1.227 285 260
1.233 292 266
1.661 69
1.704 67
55
53
1.733 84 52
1.777 87 51
1.819 94 49
1970
1971
1908
1909
Totale bevolking
9.632
9.660
9.651 3
9.695
Bevolking op werkbekwame leeftijd (15 tot minder dan 65 jaar)
6.071
6.088
6.081 3
3.023 3.048
3.032 3.056
3.028 3 3.053 3
3.715
3.761
3.732
3.767
201
191
173
1.269 304 268
1.296 307 272
1.510 110
1.554
1972
(aan het einde, van het jaar)
waarvan : Mannen Vrouwen
(ramingen eind juni)
Beroepsbevolking waarvan : Landbouw Extractieve en fabrieksnijverheid Bouwbedrijf Vervoer Handel, banken, verzekeringen en diensten Volledig werklozen 2 Grensarbeiders
53
1 Excl. de gewapende macht. Nieuwe reeks vanaf 1970. 2 Incl. de werklozen die een opleiding en een beroepsscholing genieten. 3 Getelde bevolking
88 53
I • 2. - VERDELING VAN HET NATIONAAL PRODUKT OVER DE PRODUKTIEFACTOREN (Ramingen in werkelijke prijzen) (Miljarden franken) Bron : N.I.S. 1975
1968
1969
1970
1971
1972
1973
1974
285,5
31.7,5
368,1
418,7
468,4
543,0
660,4
20,7
22,6
22,4
23,6
24,9
29,6
31,7
35,1
A. Inkomen uit bezoldigde arbeid 1 : 1. Wedden en lonen van werknemers onderworpen aan de Maatschappelijke Zekerheid 2. Wedden en lonen van werknemers onderworpen aan sommige bepalingen van de Maatschappelijke Zekerheid 3. Werkgeversbijdragen Maatschappelijke Zekerheid 4. Werknemers niet onderworpen aan de Maatschappelijke Zekerheid 5. Aanvullingen en correcties Statistische aanpassing
63,5
71,3
84,4
97,6
114,1
132,1
156,7
183,8
121,9 23,2 - 2,8
132,3 25,5 - 1,7
139,3 25,9 - 4,5
159,8 28,9 - 6,4
1.89,6 33,3 1,4
214,1 36,6 - 0,4
255,9 43,7 -10,1
316,4 42,0 -37,0
Totaal ...
512,0
567,5
635,6
722,2
831,7
955,0
1.138,3
1.297,7
.
757,1
B. Ondernemersinkomen van zelfstandigen en van personenvennootschappen 1. Land-, tuin en bosbouw 1 2. Vrije beroepen 1 3. Handelaars en ambachtslieden 1 4. Inkomen der personenvennootschappen 2 Statistische aanpassing
30,2 26,3 122,3
34,6 28,7 130,5
29,6 32,3 139,5
32,2 34,9 141,6
43,2 40,1 148,5
46,6 46,6 159,6
38,4 53,1 169,1
45,6 61,9 181,8
8,9 - 1,0
10,1 - 0,6
10,8 - 1,5
10,7 - 2,0
11,6 0,4
13,1 - 0,1
14,0 - 2,4
11,9 - 8,4
Totaal ...
186,7
203,3
210,7
217,4
243,8
265,8
272,2
292,8
C. Inkomen uit vermogen toevloeiend aan particulieren 1 : 1. Intresten 2. Huur (ontvangen of toegerekend) 3. Dividenden, tantièmes, giften
43,1 40,8 22,1
51,4 43,1 27,2
60,9 44,1 36,6
67,5 45,2 41,1
73,6 47,2 43,1
87,6 47,7 58,9
117,2 52,9 82,0
131,8 63,0 78,0
Totaal ...
106,0
121,7
141,6
153,8
163,9
194,2
252,1
272,8
D. Reserveringen van vennootschappen 2
21,4
26,6
31,2
25,3
30,6
37,5
37,7
17,2
E. Directe belastingen der vennootschappen van alle juridische vormen
21,0
25,9
30,9
36,3
41,6
54,6
65,1
71,9
F. Inkomen uit vermogen en ondernemers inkomen toevloeiend aan de overheid : 1. Toegerekende netto-huur 2. Intresten, dividenden, winsten
4,8 3,9
5,1 4,0
5,8 6,3
6,8 1,7
7,4 - 3,6
8,2 - 6,7
10,6 - 4,7
13,3 - 8,1
8,7
9,1
12,1
8,5
3,8
1,5
5,9
5,2
-31,7
-37,6
-43,1
-46,4
-51,8
-59,2
-73,2
-82,6
824,1
916,5
1.019,0
1.117,1
1.263,6
1.449,4
1.698,1
1.875,0
98,9
108,9
124,6
137,8
149,4
161,9
1.91,2
211,1
923,0
1.025,4
1.143,6
1.254,9
1.413,0
1.611,3
1.889,3
2.086,1
138,9
153,1
165,2
177,2
185,5
206,4
240,5
260,5
-16,0
-18,8
-17,0
-17,5
-20,4
-25,4
-25,0
-26,6
1.045,9
1.159,7
1.291,8
1.414,6
1.578,1
1.792,3
2.104,8
2.320,0
Totaal
G. Intresten van de overheidsschuld Netto nationaal inkomen tegen factorkosten H. Afschrijvingen Bruto nationaal inkomen tegen factorkosten I. Indirecte belastingen J. Subsidies Bruto nationaal produkt tegen marktprijzen
2
V66r belastingheffing. Na belastingheffing.
I 3. - BRUTO TOEGEVOEGDE WAARDE, TEGEN MARKTPRIJZEN, PER ACTIYITEITSKLASSE (Ramingen in werkelijke prijzen) (Miljarden franken)
13ron • NIS 1908
1909
1970
1971
1972
1973
1974
1975
1. Landbouw, bosbouw en visserij
46,7
51,2
46,0 •
49,0
61,1
66,3
58,4
66,0
2. Extractieve industrieën
11,2
11 0
12,0
13,5.
13,1
11,7
15,4
16,4
64,2 23,8 1.4,0 1.5,1 17,1. 26,8 16,6 26,8
69,8 26,0 15,4 17,2 19,0 33,4 18,9 38,6
75,7 27,6 16,5 18,1 20,6 38,8 21,2 43,4
79,4 29, 2 17,9 19,8 22,3 42,6 22,0 35,4
88,5 32,2 20,8 23,2 23,8 48,3 24,1 38,8
95,6 34,5 20,5 26,6 27,5 54,8 27,4 56,3
109,8 37,5 23,4 29,0 34,1 64,6 31,3 79,4
121,3 30,6 24,5 28,7 35,6 61,7 31,2 56,6
81,5 3:1,4
93,6 36,3
110,7 38,9
:116,3 39,8
129,4 46,6
143,3 55,0
168,7 66,8
173,9 73,5
317,3
368,9
411,5
424,7
475,7
541,5
644,6
637,6
4. Bouwnijverheid
67,0
71,8
88,6
95,1
102,2
11.8,6
147,0
164,7
5. Elektriciteit, gas, water
25,1
27,9
29,4
36,0
40,0
49,9
52,2
64,5
1.81,7 33,2 54,6
201,5 37,6 58,0
222,9 41,1 61,3
265,1 44,5 64,3
287,5 51,4 68,8
325,8 63,1. 73,9
379,3 75,2 8:5,8
411,1 83,8 1.01,3
269,5
297,1
325,3
373,9
407,7
462,8
540,3
596,2
76,1
8:3,3
92,6
104,8
11.9,1
137,1
1.73,6
1.86,0
234,9
256,6
285,0
321,5
368,1
423,0
489,8
579,3
9. Correctie voor investeringen met eigen arbeidskrachten
2,1
2,4
2,9
3,1
3,2
3,3
4,3
4,3
10. Intermediair verbruik van toegereken(le intresten i.v.m. kosteloze diensten van financiële instellingen
- 9,2
-1.0,5
-1.1,7
-12,7
-15,5
-19,0
-23,4
-25,5
-10,2
-14,1
-20,7
-25,9
-25,0
3. Verwerkende industrieën : a) b) c) d) c)
f) g) h) i) j)
Voedingsmiddelen, dranken, tabak Textiel Kleding en schoeisel Hout en meubelen Papier, drukkerij, uitgeverij Chemie en aanverwante activiteiten Klei, ceramiek, glas, cement Ijzer, staal en non ferro-metalen . industrieën,. Metaalverwerkende scheepsbouw Overige industrieën Totaal van rubriek 3
6. Handel, bank- en verzekeringswezen, woongebouwen : a) Handel b) Bank- en verzekeringswezen c) Woongebouwen Totaal van rubriek 6
7. Vervoer en verkeer 8. Diensten
11. Aftrekbare B.T.W. op investeringen .
-
-
-
- 3,2
- 7,7
- 0,7
3,6
0,1
- 0,5
4,0
24,9
1.037,5
1.151,3
1.280,9
1.402,3
1.560,7
1.774,0
2.080,3
2.289,4
12. Saldo van de factorinkomens ontvangen van en betaald aan liet buitenland
8,4
8,4
10,9
12,3
17,4
18,3
24,5
30,6
Bruto nationaal produkt tegen marktprijzen
1.045,9
1.159,7
1.291,8
1.414,6
1.578,1
1.792,3
2.104,8
2.320,0
Statistische aanpassing Bruto binnenlands marktprijzen
produkt
tegen
-8I - 4. — B.N.P. BEREKEND DOOR ONTLEDING VAN DE BESTEDINGEN (
Miljarden franken)
Bron : N.I.S.
IN PRIJZEN VAN 1970
IN WERKELIJKE PRIJZEN 2400
2400
2200
2200
2000
2000
Bruto nationaal produkt
1800
1800
1600
1600
Bruto nationaal produkt
1400
1400
/ / / / 1200
1200
/
/ Particuliere consumptie I 1000
1000
Particuliere consumptie
800
800 oo• og• oo. ■■•
oo.
600
600
Bruto binnenlandse kapitaalvorming
400
400
Bruto binnenlandse kapitaalvorming
Overheidsconsumptie 200
200
Overheidsconsumptie
Netto-uitvoer
Netto-uitvoer
1 1968
1
1 1970
1
1 1972
1
1 1974
1968
1
1 1970
1
1 1972
1 1974
.
9 I - 4a. - BESTEDING VAN HET NATIONAAL PRODUKT (Ramingen in werkelijke prijzen) (Miljarden franken) Bron : N.I.S.
A. Particuliere consumptie : 1. Voedingsmiddelen 2. Dranken 3. Tabakswaren 4. Kleding en ander persoonlijk goed 5. Huur, belastingen, water 6. Verwarming en verlichting 7. Duurzame huishoudartikelen 8. Onderhoud van de woning 9. Persoonlijke verzorging en hygiëne 10. Vervoer 11. Verkeer : P.T.T. 12. Vrijetijdsbesteding 13. Onderwijs en onderzoek 14. Financiële diensten 15. Diverse diensten 16. Persoonlijke uitgaven in het buitenland 17. Minus : uitgaven van niet-ingezetenen in België Statist ische aanpassing Totaal
B. Overheidsconsumptie : 1. Bezoldigingen en pensioenen 2. Lopende aankopen van goederen en diensten 3. Toegerekende netto-huur van administratieve- en onderwijsgebouwen van de openbare besturen 4. Betaalde huur 5. Toegerekende afschrijvingen van administratieve- en onderwijsgebouwen van de openbare besturen 6. Afschrijvingen meubilering en materieel Totaal
C. Bruto binnenlandse kapitaalvorming : 1. Landbouw, bosbouw en visserij 2. Extractieve industrieën 3. Verwerkende industrieën 4. Bouwnijverheid 5. Elektriciteit, gas en water 6. Handel, bank- en verzekeringswezen 7. Woongebouwen 8. Vervoer en verkeer 9. Overheid en onderwijs 10. Andere diensten 11. Veranderingen der voorraden Statistische aanpassing Totaal
1968
1969
1970
1971
1972
1973
1974
1975
161,5 34,0 14,4 59,0 68,3 33,7 58,7 30,6 49,6 64,0 4,8 54,9 1,5 16,4 4,5
173,4 36,8 14,9 63,0 72,6 35,4 65,6 33,3 53,6 70,5 5,3 59,6 1,6 18,8 4,9
185,4 40,9 15,4 65,8 77,7 39,5 72,1 35,5 60,4 73,9 5,8 66,0 1,7 20,0 5,2
193,9 45,2 17,1 74,4 83,5 41,3 87,4 38,7 67,4 80,6 6,3 74,6 1,8 21,5 5,9
210,1 50,9 18,3 82,7 89,8 46,5 97,8 41,7 77,4 95,1 7,3 84,5 1,9 25,3 7,0
231,0 59,4 20,3 92,3 98,3 52,5 119,7 49,0 90,4 107,5 8,3 95,5 2,1 32,0 8,2
263,0 62,1 22,8 107,2 115,6 64,6 145,0 55,4 105,7 124,8 8,9 105,9 2,5 37,9 9,0
289,2 69,4 25,3 116,1 136,4 78,0 149,2 61,7 124,6 149,5 11,3 117,4 3,0 40,9 10,0
16,6
18,9
20,5
23,8
26,5
34,5
37,8
42,9
14,9 5,2
- 17,1 7,3
- 18,8 2,0
- 20,0 3,4
- 21,1 - 1,4
- 26,8 0,8
- 29,7 6,0
- 34,0 15,1
662,8
718,4
769,0
846,8
940,3
1.075,0
1.244,5
1.406,0
101,1
112,0
125,1
142,4
167,9
193,9
231,8
285,2
34,9
39,1
40,3
48,1
51,9
55,8
63,8
85,3
4,8 1,0
5,2 1,1
5,8 1,3
6,8 1,3
7,4 1,5
8,2 1,6
10,6 1,9
13,3 2,6
1,2
1,3
1,5
1,8
2,0
2,1
2,8
3,5
1,0
1,1
1,3
1,4
1,6
1,8
2,0
2,2
144,0
159,8
175,3
201,8
232,3
263,4
312,9
392,1
6,3 1,9 49,3 6,5 13,4
6,9 2,1 57,7 6,6 13,5
7,5 2,2 73,5 8,5 15,7
6,2 2,6 76,9 6,0 19,6
8,3 2,8 73,1 6,3 23,7
10,8 2,3 80,7 8,4 19,5
12,9 2,5 110,1 8,3 23,4
12,8 2,1 107,4 6,0 31,5
19,3 58,1 23,8 34,7 5,5 8,9 1,8
22,0 62,4 25,0 38,0 7,0 20,1 2,7
26,3 71,8 27,4 45,4 8,8 19,6 0,8
33,1 61,8 32,3 56,5 10,9 18,5 1,3
35,8 68,9 35,9 62,4 11,6 9,5 - 0,5
42,2 94,4 43,4 59,5 13,4 25,5 0,3
48,7 129,6 47,2 66,1 19,1 45,3 2,5
48,9 140,0 57,5 77,6 18,8 - 17,5 5,3
229,5
264,0
307,5
325,7
337,8
400,4
515,7
490,4
D. Netto-uitvoer van goederen en diensten : 1. Factorinkomens ontvangen van het buitenland 2. Uitvoer van goederen en diensten Totale uitvoer 3. Factorinkomens betaald aan het buitenland 4. Invoer van goederen en diensten Totale invoer Netto-uitvoer
28,5 401,6 430,1
38,2 482,7 520,9
54,1 561,9 616,0
61,3 608,8 670,1
67,6 683,0 750,6
96,3 846,4 942,7
170,0 1.116,4 1.286,4
173,4 1.061,8 1.235,2
20,1 400,4 420,5 4- 9,6
29,8 473,6 503,4 -I- 17,5
43,2 532,8 576,0 + 40,0
49,0 580,8 629,8 -1-. 40,3
50,2 632,7 682,9 1- 67,7
78,0 811,2 889,2 4-- 53,5
145,5 1.109,2 1.254,7 -}- 31,7
142,8 1.060,9 1.203,7 4- 31,5
Bruto nationaal produkt tegen prijzen
1.045,9
1.159,7
1.291,8
1.414,6
1.578,1
1.792,3
2.104,8
2.320,0
markt-
- 10 I - 4b. - BESTEDING VAN HET NATIONAAL PRODUKT (Indexcijfers van de ramingen in prijzen van 1970) 13ron : N.I.S.
A. Particuliere consumptie : 1. Voedingsmiddelen 2. Dranken 3. Tabakswaren 4. Kleding en ander persoonlijk goed 5. Huur, belastingen, water 6. 'Verwarming en verlichting 7. Duurzame huishoudartikelen 8. Onderhoud van de woning 9. Persoonlijke verzorging en hygiëne 10. Vervoer 1.1.. Verkeer : P.T.T. 12. 'Vrije tijdsbesteding :1.3. Onderwijs en onderzoek 11. Financiële diensten 15. Diverse diensten 16. Persoonlijke uitgaven in het buitenland :1.7. Minus : uitgaven van niet-ingezetenen in België
Totaal 13. Overheidsconsumptie : t. Bezoldigingen en pensioenen 2. Lopende aankopen van goederen en diensten 3. Toegerekende huur en afschrijvingen van administratieve- en onderwijsgebouwen van de openbare besturen; betaalde huur; afschrijvingen op meubilering en materieel van de centrale overheid
Totaal è. Bruto binnenlandse kapitaalvorming : 1.. Landbouw, bosbouw en visserij 2. Extractieve industrieën 3. Verwerkende industrieën 4. Bouwnijverheid 5. Elektriciteit, gas en water (i. Handel, bank- en verzekeringswezen 7. Woongebouwen 8. Vervoer en verkeer 9. Overheid (excl. onderwijs) 10. Onderwijs 11. Andere diensten
Totaal
1968
1069
1970
1971
1972
1973
1974
.1971
94 85 95 96 95 90 85 95 89 90 90 88 95 93 94
96 92 98 99 98 94 94 98 94 98 96 94 97 98 98
100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100
102 106 1.04 108 1.03 :100 113 103 106 101 105 104 103 104 109
103 11.3 108 115 106 115 121 106 . 114 112 1.08 :110 :105 117 123
1.06 :1.24 11:21.02 109 127 142 110 125 118 11.1 1.18 :108 138 136
110 122 1.1. 1 125 111. 126 158 1.14 131 :1.22 1.1.5 121 111 1.42 1.34
108 127 1 05 127 :1.1.4 132 1.53 1:12 137 13:1. 113 :1.22 :11.3 136 .1.33
84
96
:1.00
105
109
134.
:1.36
143
83
95
100
96
95
113
116
124
91
96
100
105
111
120
.123
124
90
95
100
104
112
1:19
124
127
95
1.03
100
109
112
112
DO
:132
87
92
100
110
:116
121
139
:1.62
91
97
100
106
112
117
121
.130
96 96 77 86 98
99 105 87 83 96
100 100 100 100 100
74 110 98 68 11.6
95 11.7 91 70 136
114 93 97 89 :1.06
12:1 88 116 79 108
Hl 71 104 52 130
84 89 102 87 97 72
92 92 101. 91 97 88
100 100 100 100 100 100
11.8 79 110 114 101 114
124 83 119 :1.19 104 116
138 105 :1.38 99 1.02 126
:139 121 133 90 108 154
:1.25 113 153 93 124 135
84
93
100
98
98
110
121
102
57 79 77
74 9.1 89
100 100 100
108 106 107
113 117 1.1.7
150 134 135
235 1.42 151
213 :129 :1.36
51 81 79
72 93 92
100 100 100
108 105 105
105 114 113
152 136 137
252 146 :1.54
220 131 :1.38
88,2
93,9
100,0
104,0
110,0
116,9
121,7
119,5
). Netto-uitvoer van goederen en diensten : 1.. Factorinkomens ontvangen van het buitenland 2. Uitvoer van goederen en diensten Totale uitvoer 3. Factorinkomens betaald aan het buitenland 4. Invoer van goederen en diensten Totale invoer
3ruto nationaal produkt tegen marktprijzen (prijzen van 1970) Bibliografische referenties :
Bevolking • Statistisch Jaarboek voor België. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Publikaties van het. Nationaal Centrum voor mechanische berekeningen. - Algemene telling van de bevolking, de nijverheid en de handel op 31 december 1970. - a Centre de Recherches économigues » van Leuven. - Annuaire démographique (O.V.N.). - Revue Internationale du Travail - Annuaire des statistiquea du Travail (I.A.B.). - Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid : Overzicht van
de evolutie van de Belgische beroepsbevolking voor de periode 1948-1000
en a 1 aming van de Belgische beroepsbevolking op 30 juni der jaren 1950, 1955, 1957, 1960 tot 1974 ». Nationale Rekeningen : Statistisch Jaarboek voor België. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Statistische reeksen van Brussel (DUL13EA). - Service menend de Conjoncture de Louvain. - International Financial Statistica - Principaux indicateurs économiques (O.E.S.O.). -Données Statistiques (Baad van Europa). - Yearbook of national accounts statistica (O.V.N.). - Belgische Economische Statistieken 19001970. - Eurostat (Bureau voor de Statistiek der Europese gemeen-
schappen).
II. - WERKGELEGENHEID EN WERKLOOSHEID AANBIEDINGEN YAN WERKZOEKENDEN EN AANVRAGEN YAN WERKGEVERS (Duizenden) Bron : R.V.A. Aanvragen van werkgevers
Aanbiedingen van werkzoekenden 1 Volledig werklozen die uitkering ontvingen met gedeeltelijke of sterk van 25 jaar verminderde arbeidsof ouder geschiktheid
met normale arbeidsgeschikthe'd van jonger dan 25 jaar
1968 11,0
1969
28,0
Totaal
Door de openbare besturen tewerkgestelde werklozen
44,1
102,7
7,0
46,3
85,3
6,5
Vrijwillig ingeschreven niet-werkende werkzoekenden ontvangen aanvragen van jonger dan 25 jaar
3,1
van 25 jaar of ouder
2,8
-
openstaande 1
13,4
4,9
16,0
11,6
Nieuwe reeks
3
1970
8,9
17,2
45,2
71,3
6,3
2,7
2,4
17,8
23,9
1971
10,5
15,9
44,5
70,9
6,8
3,2
2,5
14,9
13,4
1972
15,9
24,4
46,5
86,8
6,9
3,9
2,9
14,8
8,5
1973
17,4
26,1
48,2
91,7
8,2
3,6
2,8
14,9
14,2
1974
24,4
30,8
49,5
104,7
8,5
3,2
2,3
13,0
13,5
1975
57,3
64,6
55,5
177,4
10,8
5,0
3,8
10,6
4,1
1974 30 kwartaal
21,4
29,4
48,6
99,4
9,0
3,9
2,3
10,9
14,9
11,0
7,2
4e kwartaal
37,3
39,1
50,9
1.27,3
8,5
4,5
3,0
1975 le kwartaal
47,0
51,4
54,0
152,4
8,3
3,9
3,2
11,2
5,0
2 0 kwartaal
47,5
58,5
55,2
161,2
10,5
3,3
3,2
11,9
4,2
6,2
4,1
8,4
3,7
3e kwartaal
54,5
67,5
55,6
177,6
12,1
4 0 kwartaal
80,2
81,0
57,2
218,4
12,4
6,5
4,8
11,0
3,3
.1.976 le kwartaal
78,8
89,7
57,1
225,6
13,0
5,4
4,7
13,3
3,9
20 kwartaal
68,2
92,4
56,8
217,4
16,0
4,6
4,5
12,9
4,3
3e kwartaal
67,9
98,9
56,8
223,6
17,3
7,1
5,3
9,6
4,5
77,0
75,6
56,3
208,9
12,5
7,0
4,9
13,4
3,5
November
79,0
81,0
57,2
217,2
12,6
6,5
4,8
9,5
3,2
December
84,7
86,3
58,0
229,0
12,2
6,0
4,8
10,0
3,2
82,7
89,0
57,5
229,2
12,2
5,7
4,8
11,7
3,6
Februari
79,1
90,0
57,2
226,3
12,7
5,4
4,8
12,1
3,8
Maart
74,6
90,0
56,8
221,4
14,0
5,2
4,5
16,1
4,3
1975 Oktober
1976 januari
April
71,8
91,7
56,7
220,2
15,1
4,9
4,5
13,5
4,0
16,1
4,4
4,4
12,5
4,4
Mei
67,8
92,3
56,8
216,9
Juni
-65,0
93,4
56,7
215,1
16,8
4,6
4,5
12,8
4,4
Juli
68,7
98,7
57,1
224,5
17,1
5,7
4,8
7,1
4,2 4,8
Augustus
68,1
98,4
56,7
223,2
17,2
7,2
5,3
9,7
September
66,8
99,6
56,6
223,0
17,5
8,4 '
5,8
11,9
4,7
Oktober
71,6
102,3
56,9
230,8
17,6
8,2
6,1
11,3'
3,9
1 Voor de jaarlijkse of kwartaalgegevens : maandgemiddelde van de gegevens aan het einde van de maand. Voor de maandgegevens : aan het einde van de maand. 2 Het betreft de in de loop van de maand ontvangen aanvragen. Voor de jaar- of kwartaalgegevens : maandgemiddelde van de in de loop van het jaar of van het kwartaal ontvangen aanvragen.
3
Nieuwe reeks als gevolg van het koninklijk besluit van 5-12-1969 betreffende de aangifte van collectieve afdankingen en de kennisgeving van vacante betrekkingen, dat in werking trad op 1 januari 1970. Dit besluit verplicht de ondernemingen die tenminste 20 werknemers te werk stellen er o.m. toe, de R.V.A. in kennis te stellen van elke betrekking die sedert tenminste drie werkdagen vacant is.
— 12 —
II - AANBIEDINGEN VAN WERKZOEKENDEN EN AANVRAGEN YAN WERKGEVERS 1 (Duizenden) Bron : E.V.A.
w. om
1974
■. ■■
1976
. 1975
NORMAAL ARBEIDSGESCHIKTE VOLLEDIG W ER
180
180
160
160
140
140
120
190
100
100
80
80
60
60
40
40
20
20
0
WERKZOEKENDEN JONGER DAN 25 JAAR
2
100
100
80
80
60
60
40
40
20
0
OPENSTAANDE AANVRAGEN VAN WERKGEVER
20
0 68
70
72
74
D
1 Voor de jaarlijkse gegevens : maandgemiddelden van de gegevens per einde maand. Voor de maandelijkse gegevens : per einde maand. 2 Normaal arbeidsgeschikte volledig werklozen en vrij ingeschreven nietwerkende werkzoekenden.
Bibliografische referenties :
Maandelijks bulletin van de R.V.A. — Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Sociale statistieken van het — Statistisch Jaarboek voor Belgje, . — Arbeidsblad. — Service menend de Con joncture de Louvain.
S
3
0
Nieuwe reeks als gevolg van het koninklijk besluit van S december 1901) betreffende de aangifte van col:ectieve afdankingen en de kennisgeving van de vacante betrekkingen, dat in werking trad op 1 januari 19;0. Di besluit verplicht de ondernemingen die ten minste 20 werknemers to worl stellen er o.m. toe, do R.V.A. in kennis te stellen van elke betrekking die sedert ten minste drie werkdagen vacant is. Statistische Mededelingen Travail (I.A.B.).
— Annuaire des Statistiques d n
- 1.3 -
III. - LANDBOUW EN VISSERIJ 1. - LANDBOUWPRODUKTIE Bronnen :
Ministe,sie van Landbouw (plantaardige produktie). - N.I.S. (oppervlakte cultuurgrond, aantal dieren en dierlijke produktie) 1969
1970
1971
1972
1973
197.1
1975
1976 i:
Oppervlakte cultuurgrond 1 (duizenden hectaren)
181 26 255 90 11 46 34 795 25 20 57
193 32 229 93 16 42 31 782 25 D 64
204 30 228 101 11 37 28 768 24 18 72
193 25 230 104 11 43 27 762 27 17 73
190 22 224 105 12 40 27 753 29 16 79
176 15 210 120 13 36 27 742 30 16 95
204 21 219 94
1..553
1.540
1.529
1.521
1.512
1.497
1.480
1.468
754 281 555 132 4.217 1.253
708 194 525 123 3.868 11..373
878 278 588 168 4.873 1.373
916 244 637 149 4.319 1.106
976 246 71.6 156 5.136 1.201
1.004 222 699 142 4.465 1.460
677 228 426 113 4.913 1.049
2.780
997 1.890 3.722
967 1.873 3.912
. 964 1 1.801 4.283
994 1.968 4.630
1.003 2.041 5.026
994 2.005 4.647
2.475
2.355
2.339
2.510
2.480
2.581
2.579
599
695
729
753
798
884
848
197 27 249 90 19 43 34 . 788 23 26 57
Tarwe Overige broodgranen Andere dan broodgranen Suikerbieten Overige nijverheidsgewassen Aardappelen Overige wortel- en knolgewassen Weiland Groenteteelt Fruitteelt Diversen Totaal
36 25 736
Plantaardige produktie 2 (duizenden tonnen)
Tarwe Haver Gerst Overige granen Suikerbieten Aardappelen Aantal dieren 1 (duizenden)
Melkkoeien Ander rundvee Varkens
2839 1
989 1.991 4.965
Dierlijke produktie Melkleveringen
aan
de
melkfabrieken
(miljoenen liters) Slachtingen (nettogewicht van het vlees in duizenden tonnen) 1 Telling op 10 mei van ieder jaar. 2 Ramingen op grond van de opbrengst per hectare.
III - 2. - ZEEVISSERIJ (Duizenden tonnen) Bron : N.I.S.
Vissersvloot 1 (brutotonnage) Aanvoer in België door de Belgische vloot : Haring en daarmee gelijkgestelde vis Ronde vis Platte vis Overige vissoorten Schaal- en weekdieren 1 Telling op
1908
1909
1970
1971
1972
1973
1974
31,3
29,5
32,2
24,1
23,2
22,8
24,0
v 23,5
0,6 36,4 11, 9 5,0 1,9
1,0 31,4 10,2 4,9 2,3
1,3 27,3 10,8 4,4 2,5
0,7 29,5 9,3 3,9 1,8
1,5 30,7 9,2 3,8 2,1
2,2 22,9 9,7 4,5 2,9
0,7 22,0 9,1 3,5 2,9
2,3 18,8 8,2 3,3 3,3
31 december.
Bibliografische referenties : Landbouwtijdschrift bouw). - Landbouwstatistieken
(Ministerie
van Land-
(N.I.S.). - Statistisch Jaarboek voor België. - Belgische Economische Statistieken 1960-1970.
1975
IV. — NIJVERHEID Ili - 0. - CONJUNCTUURTESTS UITSLAGEN VAN DE CONJUNCTUURTESTS IN DE INDUSTRIE * ..--, Percentage van de antwoorden » vermeerdering » op vragen A, B en C - -
Percentage van de antwoorden » daling » op vragen
4, B en C
Procentueel verschil tussen de antwoorden .. vermeerdering » en « daling » op vragen A, B en C
A. - PRODUKTIETEMPO (GLIJDEND GEMIDDELDE VAN 3 MAANDEN)
+
50
-
-
lomm22 ■ m■ anwiew.2200:Dgelo22iz2ui ■■.■ 111111001EN. ■ . aRaMmmaiiiiigE2agamPaEREP 2000@2002'2EmEM:MagMIgORRIO0iiliEnaiig sepg:gd %uás
+
50
0
-
.11
- 50 1,
1
1
1
1
- - 50
1111
B. - INSCHRIJVINGEN VAN BESTELLINGEN BINNENLANDSE MARKT (1)
+ 50
+ 50
13 .1111111111 11.116M101111111.11113/13111111131MIMMIEMOMIZME11111111111131 110g 10EqiIiiiiIiiiaigliii 111°Ï111rdlilillliEE11111111P:IIIiiiilli I kg-0 g gh-h g5 er d ht - gd - 50 de@Mga
0
- 50
C. - INSCHRIJVINGEN VAN BESTELLINGEN BUITENLANDSE MARKT (1)
-4- 50 0 - 50
- + 50
m1E5111.1E1 lislimiIiii!!!!!Iiiiii !Illie■■.....Eisammiiiiimmoi ' li
AlkiiffliIr te §g ViiiliiilgillE°ElliEE101151111EI11511FijillPligiiii:Ell wq5555, dé ,Egg d ii N N he ._-A 11111111111
11111111111
1111(111111
11111111111
111111‘1111
0
- 50
11111111111
D. - GEMIDDELDE VERZEKERDE ACTIVITEITSDUUR (IN MAANDEN)
_
, ..... .... •••• ... %. .... 4 -
..• ....... ....... '.. .• %.‘
..... ... s............ ,.. I •
■
`te r ••••• ,.. ..... ......
,••••,........ .."
■
2
-
1111111111
19 71
1
1
1
111111111
1972
1
111111111
1973
* Deze onderzoekingen hebben betrekking óp de volgende achteren : cementagglomeraten, hout, bouwkeramiek, cement, chemische nijverheid, leder, metaalverwerkende nijverheid, non fcrro-metalen, papier, petroleumraffinaderijen, ijzer en staal, kleinijverheid, textiel en glas. De antwoorden
1
1111111111
1974
1
1
1
1
1
1
1
11111
19 75
1
1
1
-
5
-
4
-
3
-
2
11111111
1976
der deelnemers zijn gewogen met de omzetcijfers en geven de wijziginge: tegenover do vorige maand voor de vragen A, B en C aan. 1 Na uitschakeling van de seizoenschommelingen.
UITSLAGEN VAN DE CONJUNCTUURTESTS IN DE INDUSTRIE * Percentage van de antwoorden - vermeerdering - op vragen G. H en J Percentage van de antwoorden « hoger dan normaal » op vragen E, F en I -_-
Percentage van de antwoorden « daling » op vragen G, H en J Percentage van de antwoorden - lager dan normaal » op vragen E, F en I Procentueel verschil tussen de antwoorden « vermeerdering » en - daling - op vragen G, H en J Procentueel verschil tussen de antwoorden - hoger » en « lager » dan normaal op vragen E, F en I E. - OORDEEL OVER ORDERPOSITIE
+ 50
+ 50
....._..........."111021!!ildffilliiamm-__ iiiiiill
ill
ReCiOaq 1111B1M11022P-OliailiMgg clg=memb El i .d21211 bal5 mCC
=.11
bi.
% '
- 50
______.a.... 2.-.--_- K-■-_-17-7-K__rr _ _- \_-
:
1111511
d.'' .2"°k'l
--
1
I
I
I
I
I
I
I
1
1
I
111111111
1111111111
l
.
_-_-_-_-_-_r_:,-_-L
1
11111111111
1
111111111
-
11111111111
F. - OORDEEL OVER DE VOORRAAD AFGEWERKTE PRODUKTEN
+ 50
+ 50
..nuniim PM"Ilia.e.1% ■ 1111111 ilimmil... i., Minalidabilladmie220011132NEMEMMEMMOMIOREIRMIIMP51111111111111101111ffling 0 - 7M'• Z 3==1"5a2MagaR.2eird22;gidaidli:ga@M°"1"510225" :i1g2M2a2 M2 _ 50
11111111111
111111
1
1111
11111111111
1111111111
1
1
1
1
1
- 50
1111111
0
1111111111
50
G. - VERLOOP VAN DE VERKOOPPRIJZEN
+ 50 -
-
bil 2maam-m. _...mdiiiiild3
Aiia=nmEMidiligaiiiiii
CM-CeIC _ 50
1111111111
1
1
1
111111111
0
11
I
1111111
1
111111111
1
-.' 11111111
1
4- 50
WiNummillmm ■ ffimmramOMON41.2:MinállialWarallehl—______ naam...anima _mi mmmmm ■■■— i22222.22=20 1=33a2 511"3 "9— M--"22 PPRg2111111;EIII22 5á idaPag IG
0
d
...,-
-50
11111111111
H. - VOORUITZICHTEN AANTAL WERKLIEDEN .
+ 50
50 ttiiiiiiiii
1
1
I
11111111
+ 50
1111
1
111111
111
111
I
111
111111111
11
1
1
111
1
1
1
1
1
-
-50
-
+ 50
1
UITSLAGEN VAN DE CONJUNCTUURTESTS IN DE BOUWSEKTOR Rompwerken van gebouwen i.
- OORDEEL OVER DE VERZEKERDE ACTIVITEITSDUUR
1- 50 -
__-_,..mamilisimIIIIIIIIimaid_._._-___..._ Aliiimmami 111111111111111111:"1":111 _d ibmOm iiirill!I IEEEINIIIIIININ111::1: Sis 1 malaMM ■amM
e .o ........._,...-
bliene2EaUjiGielli.' le1
- 50 111
0
- 50
1
1
111111
1111111111
1
1
1111111111
1
1
1
1
1
1
1
1
I
1111111
J. - VOORUITZICHTEN AANTAL INGESCHREVEN WERKLIEDEN
+ 50 -
o
-
Rek .25.a Plig.pez,. P. 111L.16-mrilhoraiNEIRIEfilkridaftiogballareilammiwil....1-_-_AMIndi leniElEiliNE1122'211E7:._ g2222"'22 =!=annaggigiggi:aeggigfflP'""nd S lAáb•-"--g
+ 50
0
hdai- 50 -
11111111
1971
1
11111111111
11111111111
1972
1973
Deze onderzoekingen hebben betrekking op de volgend: eektoren : cement. agglomeraten, hout, bouwkeramiek, cement, chemische nijverheid, led.r, metaalverwerkende nijverheid, non ferro.metalen, papier, petroleumraffi-
1111111
1974
1
1
1
1
11111111111
11111111111
1975
1976
- 50
naderijen, ijzer en staal, kleinijverheid, textiel en glas. De antwoorden der deelnemers zijn gewogen met de omzetcijfers en geven de wijzigingen tegenover de vorige maand voor de vragen li, P, G en H aan.
— 16 — IV - 1. — INDEXCIJFERS VAN DE INDUSTRIELE PRODUKTIE Basis 1970 = 100 Bron : N.I.S.
Bron
Maandgemiddelden of maanden
Algemeen indexcijfer 1
Weging t.o.v. de gezamenlijke industriële produktie in 1976
1968
Verwerkende industrie
100,0
96,3
88
86
ilgefi
'Waarvan :
Waarvan : Extractieve bedrijven
3,7
120
Grondstoffen en halfafgewerkte produkten
57,3
Niet duurza no verbluilksgoederen
16,1
Duurzame verbrulksgoederen
In vesteringsgoederen
15,3
11,3
Algemeen indexcijfer
90
92
86
78
90
96
92
97
97
96
110
98
97
1970
100
100
100
100
100
100
100
100
1971
103
103
99
100
103
107
97
102
1972
109
110
96
106
108
115
104
108
113
111
1.969
1973
116
118
80
112
116
120
1974
120
123
75
119
119
124
123
108
1975
v 108
v 110
69
v 103
112
v 117
v 118
95
1974 3e kwartaal 40 kwartaal
112 120
115 123
67 76
110 119
117 118
112 126
116 130
109 107
1975 le kwartaal 2° kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
113 109 v 98 v 112
115 111 v 101 v 115
72 73 60 72
109 104 v 91 v 109
113 114 109 114
122 116 107 v 122
122 1.15 v 11.1 v 122
96 97 89 99
1976 le kwartaal 20 kwartaal 3e kwartaal
v 119 v 122
v 122 v 125
70 72
v 114 v 119
v 114 v 120
v 132 v 129
v :L31 v 133
92 103 v 102
1975 Oktober November December
v 1.18 v 109 v 110
v 121 v 111 v 113
82 69 65
v 114 v 105 v 108
124 112 106
v 135 v 113 v 118
v 121 v 121 v 123
101 98 98
1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober
v 112 v 114 v 130 v 126 v 115 v 125 v 84 v 114
v 115 v 117 v 133 v 129 v 118 v 129 v 87 v 117
66 63 81 77 68 72 39 58
v 110 v 109 v 123 v 122 v 114 v 120 v 82 v 108
I, 110 v 111 v 123 v 121 I, 111 v 128 v 105 v 117
v 119 v 129 v 148 v 135 v 121 v 131 v 74 v 115
v 125 v 129 v 139 v 136 v 128 v 135 v 83 v :1.23
97 90 88 98 104 108 94 v 104 v 107 v 108
1 Exclusief het bouwbedrijf.
v
v v v v v
IV • 2. — INDEXCIJFERS VAN DE PRODUKTIE IN DE VERWERKENDE INDUSTRIE, PER SECTOR Basis 1970 = 100 Bron : N.I.S. Basismetallurgie
,
Metaalverwerking
Maandgemiddelden of maanden
Weging t.o.v. de gezamenlijke in industrie verwerkende 1976 1 1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
IJzer en staal
, Vormstaalgieteriji gieterij draadtrekkerij, metaaltrekkerij en walserij
Non-ferro• metalen
Chemie en rubber
Levensmiddelen en drank
Textiel
Niet-metaalhoudende minerale produkten
Elektriciteit
Hout
Kleding en schoeisel
Papier en karton
Aardolieraffina. derijen
Watervoorziening
27,9
8,1
2,8
1,9
13,5
9,5
7,6
5,9
6,3
5,5
5,1
2,5
0,6
1,2
81 94 100 98 103 110 118 v 112
92 103 100 98 113 122 127 88
89 100 100 92 92 96 106 v 82
91 93 100 97 103 112 117 105
82 96 100 109 121 138 142 121
90 95 100 104 107 117 121 119
94 101 100 105 106 106 101 86
87 93 100 100 101 106 108 95
87 95 100 109 123 135 141 135
90 96 100 113 134 151 162 154
92 99 100 108 118 114 116 111
87 95 100 101 106 114 122 103
77 96 100 101 121 124 101 95
97 98 100 106 109 116 119 121
.
1974 2e kwartaal 30 kwartaal 4e kwartaal
117 111 125
137 117 118
107 97 110
123 106 110
151 131 135
125 124 122
112 84 94
115 102 106
134 131 152
172 147 162
116 110 115
127 114 117
90 113 119
123 121 116
kwartaal 2e kwartaal 30 kwartaal 4e kwartaal
117 110 v 107 v 114
104 95 63 88
v
94 81 73 81
106 114 94 107
127 123 111 124
111 118 120 129
90 85 74 94
96 100 88 96
141 126 114 158
157 159 131 169
124 108 104 108
107 106 93 107
82 92 94 111
119 121 123 121
v 123 127
96 102
v
91
114 130
v 139 139
v 112 117
v 106 106
91 110
164 150
v 174 184
v 121 113
117 120
54 105
125 135
1975 Augustus September Oktober November December
v 108 v 125 v 116 v 112 v 115
43 82 88 82 92
v
74 89 86 79 78
88 106 110 101 111
108 125 131 119 123
122 123 139 131 117
68 94 103 88 92
85 104 108 94 87
110 127 153 160 163
124 171 186 150 171
101 139 138• 94 90
92 115 114 105 102
90 94 102 118 111
128 123 126 119 119
1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus
v 118 v 120 v 132 131 122 . 129 77 120
92 88 107 110 99 98 82
88 87 98 96 89
103 116 124 124 133 134
133 136 v 148 143 122 151 108 133
103 108 v 126 121 104 127 109 117
96 102 v 121 108 100 111 54 83
83 78 v 112 115 110 105 80 100
167 160 164 152 153 146 139 141
155 167 v 200 190 172 189 95 146
103 121 v 139 122 103 114 63 113
111 109 130 119 117 125 76 107
94 63 6 79 117 120 97 95
125 121 128 128 135 141 132 139
1975
1976
le
kwartaal 20 kwartaal le
v
v v v v v
v v v
v
1 De tabaks-, cokes- en ledernijverheid waarvan de indexcijfers van de produktie niet in de tabel opgenomen zijn, vertegenwoordigen respectievelijk 0,7, 0,6 en 0,3 pct. van de gezamenlijke produktie in de verwerkende industrie.
_., 18 —
IY • 2. — INDEXCIJFERS VAN DE INDUSTRIELE PRODUKTIE (N.I.S.) Basis 1970 = 100
NIET-DUURZAME CONSUMPTIEGOEDEREN
KAPITAALGOEDEREN (ZONDER DE BOUWNIJVERHEID)
IY - 3. - ENERGIE Bronnen : N.I.S. [kol. (1) tot (6) en (11)] - M.E.Z., Administratie van het Mijnwezen
[kol. (7) tot (10)] .
Maandgemiddelden of maanden
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 L975
1.974 3° kwartaal 4° kwartaal 1975 1° kwartaal 2° kwartaal 3° kwartaal 40 kwartaal 1976 le kwartaal 2e kwartaal 3° kwartaal 1975 September Oktober November December 1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September
(1) 1.913 2.379 2.485 2.520 3.008 3.084 2.515 2.358 2.801 2.948 2.047 2.294 2.346 2.746 1.348 2.614
Binnenlandse verbruik Waarvan : Invoer Produktie van Totaal aardgas Residuele Auto- enGas-oil lichte benzine stookolie stookolie (miljoenen (duizenden tonnen) in 3) (4) 1 (5) (2) (7) (3) (6) 474 604 526 100 155 1.383 534 604 573 249 168 1.538 593 660 566 351 1.721 184 674 575 565 191 549 1.763 749 661 603 208 689 1.896 771 648 213 709 809 1.959 695 611 671 212 957 1.710 690 536 907 477 1.632 230 518 609 676 217 786 1.605 646 771 746 1.105 235 1.937 836 631 584 211 996 1.846 651 459 956 521 242 1.559 493 405 751 374 231 1.286 650 781 912 430 237 1.835 627 490 963 1.167 230 1.960 553 240 586 902 552 1.547
2.346 2.538 2.939 2.760 2.330 1.566 148 1.966 2.911 2.966
1.421 1.777 1.706 2.022 1.987 2.036 1.857 1.766 1.409 1.465
Verwerking van ruwe petroleum
228 258 227 227 215 225 251 232 230 259
559 632 683 1.027 972 1.073 845 772 486 501
1 Autobenzine, gas-oil, lichte stookolie, residuele stookolie, vliegtuigbenzine en carbureactor (type benzine), speciale benzine en white spirit, petroleum en carbureactor (type petroleum), smeerolie en andere smeerpro-
448 688 638 624 652 638 592 596 525 538
432 426 415 449 473 471 526 540 561 556 550 528
851 891 1.072 772 1.194 1.109 1.197 1.056 872 777
Elektri-
Steenkool
Cokes
Gas
Petroleum
Binnenlands verbruik
Produktie.
citeit
Binnen. lands verbruik
Produktie
(miljoenen
(duizenden tonnen)
kWh)
(8)
(0)
(10)
(11)
656 694 653 598 648 705 743 513
1.234 1.100 947 913 875 737 676 623
1.661 1.565 1.474 1.214 1.261 1.252 1.345 1.002
2.088 2.303 2.413 2.633 2.972 3.260 3.397 3.248
711 691 648 534 365 503 510 580
583 695 687 639 525 642 680 639 470
1.396 1.294 1.284 1.042 710 965 1.123 1.145
3.163 3.663 3.393 3.095 2.740 3.821 3.955 3.624 3.575
617 756 699 894 632 975 594 1.026 636 1.015 650 1.057 755 1.297 700 1.186 605 1.055 613 1.194 392 v 1.028 469 v 1.113 550
3.054 3.682 3.856 3.924 4.040 3.867 3.958 3.659 3.689 3.525 3.359 3.398 3.969
448 579 445 486 484 488 557 575 593 572 v 521 v 510
dukten, residuele petroleumteer, asfaltachtige aardpek, energetisch en scheikundig petroleumgas.
IY • 4. - METAALPRODUKTIE Bronnen : N.I.S. [kol. (1) en (2)1. - Fabrintétal [kol. (3) tot (6)1. IJzer- en staalnijverheid
Metaalverwerkende nijverheid
(duizenden tonnen)
Maandgemiddelden of maanden
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975 1974 3° kwartaal 4° kwartaal 1975 1 0 kwartaal 2° kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal 1976 10 kwartaal 2° kwartaal 3e kwartaal 1975 September Oktober November December 1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September
(miljarden franken)
Binnengekomen bestellingen
Produktie van ruweteal
Produktie van afgewerkt staal
voor de binnenJambe markt
voor de uitvoer
Totaal
(1)
(2)
(3)
(4)
(5 )
964 1.070 1.051 1.037 1.211 1.294 1.353 966 1.250 1.269 1.209 1.058 671 923 988 1.074 v 1.020 902 924 889 957 976 893 1.097 1.180 1.033 1.008 943 v 1.015 v 1.101
722 819 775 770 894 954 1.013 659 937 944 756 708 481 692 747 738 608 697 633 745 710 700 830 797 669 748 522 622
7,3 8,6
9,3 9,4 10,2
12,7 14,1 v 14,0 12,5
15,3 15,5 v 13,3 v 12,6
v 14,5 v 14,5
v 13,0 v 13,4 v 11,8 v 18,1 v 14,1
v 13,8 v 15,6
v 14,5 v 12,9
8,6 11,5 13,0 14,2 15,8 20,4 22,5 v 24,3 19,7 23,7 24,5 v 25,3 v 21,1 v 26,4 v 31,2
v 27,6 v 26,7 v 23,6 v 29,0 v 28,3 v 32,0 v 33,3 v 30,9 v 31,1
Totaal der verzendingen
v v v v
15,9 20,1 22,3 23,6 26,0 33,1 36,6 38,3 32,2 39,0 40,0 38,6 33,7 40,9 45,7
(6) 14,7 18,2 21,3 23,3 26,0 30,2 34,6 v 37,2 30,8 38,3 35,9 v 38,7 v 32,6 v 41,7 v 43,2
v v v v v v v v v
40,6 40,1 35,4 47,1 42,4 45,8 48,9 45,4 44,0
v 43,0 v 43,0 v 37,4 v 44,6 v 37,1 v 42,1 v 50,3 v 44,5 v 44,5
v
- 20 IY - 5. - BOUWNIJVERHEID Bronnen : Ministerie van Openbare Werken, Bestuur van Stedebouw
[kolommen (1) en (6)]. - N.I.S. [kolommen (2) tot (5) en (7) tot (11)]. Overige gebouwen
Woningen
Maandgemiddelden of maanden
Gunstige adviezen
Bouwvergunningen
Begonnen gebouwen
Bouwvergunningen
Begonnen gebouwen
Indexcijfer van do produktie 1070=100 1
Aantal
Volume
Aantal
Volume
(duinenden)
(duinenden)
(duinenden m3)
(duinenden)
(duizenden Dna)
(5)
(6 )
(7)
(8)
(0)
(10)
3,9
2.004
1,4
0,6
1.994
0,4
1.376
81
3.074
4,7
2.374
1,6
0,9
2.426
0,6
1.721
87
5,0
2.506
3,7
1.915
1,3
0,7
2.799
0,5
1.865
100
3,9
1.992
3,5
1.838
0,9
0,4
2.268
0,5
2.227
99
2.801
0,5
2.286
99
Aantal
Volume
Aantal
Volume
(duinenden)
(duinen. den)
(duinenden m3)
(duinenden)
(duinenden ma)
(1)
(2)
(3)
(4)
2,7
5,3
2.598
1969
3,3
6,1
1970
2,5
1971
2,0
1968
Gunstige adviezen
(11)
1972
3,5
6,2
3.231
4,4
2.332
1,0
0,6
1973
3,8
6,7
3.483
5,0
2.677
1,1
0,7
3.034
0,5
2.281
93
1974
3,9
7,4
3.844
5,5
2.890
1,1
0,6
3.459
0,5
2.523
99
1975
3,3
6,3
3.336
6,5
3.384
0,9
0,5
2.362
0,6
2.404
98
1974 30 kwartaal
4,0
8,1
4.133
5,6
2.982
1,1
0,6
3.227
0,5
2.273
-
4e kwartaal
3,0
5,0
2.676
4,5
2.171
0,9
0,4
3.406
0,4
2.528
--
1975 le kwartaal
2,9
5,9
3.251
7,0
3.302
0,8
0,4
2.945
0,6
3.066
-
2e kwartaal
3,5
6,5
3.508
8,0
4.331
0,9
0,5
2.241
0,7
2.916
-
3e kwartaal
3,2
6,1
3.171
5,6
3.026
0,9
0,5
2.067
0,5
1.867
--
4e kwartaal
3,5
6,6
3.413
5,3
2.880
0,8
0,4
2.195
0,4
2.104
--
1976 le kwartaal
3,9
8,2
4.197
5,8
3.079
0,7
0,4
2.127
0,4
2.191
-
2e kwartaal
4,5
1,0
-
3e kwartaal
3,6
1,0
--
1.975 September Oktober
2,8
7,2
3.583
6,9
3.547
0,8
0,4
1.805
0,5
1.710
98
3,7
6,0
3.220
5,9
3.300
0,9
0,4
2.333
5,1
2.671
0,8
0,4
1.810
0,5
2.399
99
0,4
2.205
99
November
3,2
6,6
3.346
December
3,5
7,3
3.673
4,9
2.668
0,8
0,5
2.442
0,4
1.709
98
3,3
7,2
3.834
4,8
2.522
0,6
0,4
2.205
0,4
2.293
96
Februari
4,1
8,6
4.286
6,0
3.084
0,6
0,4
1.458
0,4
2.422
94
Maart
4,2
8,7
4.472
6,7
3.630
0,9
0,5
2.718
0,5
1.858
94
April
4,6
8,1
4.448
7,9
4.301
1,1
0,6
2.424
0,6
2.977
94
Mei
4,2
8,9
4.549
9,2
4.832
1,0
0,6
2.649
0,7
3.826
94
1976 Januari
94
Juni
4,6
1,0
Juli
4,1
1,0
94
Augustus
3,5
1,0
94
September
3,3
1,0
1 Openbare en particuliere bouwwerken. Maandindexcijfers : voortschrijdende gemiddelden van do laatste twaalf maanden van het niet voor seizoen maar wel voor de ongelijke samenstelling van de maanden gecorrigeerde indexcijfer von de produktie. Jaarindexcijfers : gemiddelden van het niet
voor seizoen maar wel voor de ongelijke samenstelling van do maanden gecorrigeerde indexcijfer van de produktie van de twaalf overeenstemmende maanden en niet het gemiddelde van de maandindexcijfers.
- 21 IY - 6. - VERGELIJKENDE EVOLUTIE YAN DE INDUSTRIELE PRODUKTIE DER E.E.G.-LANDEN
Algemene indexcijfers van de industriële produktie (aangepast voor seizoenschommelingen) Basis 1970 = 100 Bron : O. E.S.O. Gezamenlijke E.E.G.-landen (8 landen 1 ) Schommel.
le
kwartaal
1974
1075
1.16
109
Schommel. in procenten e
1974
1075
6,0
122
112
-
in
procenten
-
Duitse Bondsrepubliek
België
2
Schommel. in procenten *
1074
. 1975
8,2
114
106
-
7,1
113
104
-
8,6
kwartaal
117
106
-
9,4
122
107
- 12,3
Se kwartaal
146
105
-
9,5
120
104
- 13,3
111
103
-
7,6
1 0 kwartaal
111
109
-
1,8
116
109
-
109
108
-
0,4
1975
1976
1975
1976
1975
1976
109
1.13
+
3,7
112
115
+
2,7
106
112
-I- 5,0
20 kwartaal
106
115
+
8,5
107
121
+ 13,1
104
113
+ 9,0
3°
kwartaal
105
104
103
d°
kwartaal
109
109
108
20
1°
kwartaal
Verenigd Koninkrijk
Frankrijk
le kwartaal
1974
1975
125
1.1.4
6,0
Schommel. in procenten *
1974
1975
8,8
105
106
+ -
-
Italië
Schommel. in procenten e
1974
1975
Schommel. in procenten e
1,0
123
110
- 10,3
7,3
125
107
- 14,2
20 kwartaal
126
111
- 11,9
109
101
3e
kwartaal
126
110
- 12,7
110
100
-
9,1
119
106
- 11,2
1e
kwartaal
118
114
-
107
102
-
4,7
111
111
-
0,4
1975
1976
1975
1976
1975
1970
3.1.4
121
+
6,1
106
103
-
2,8
110
115
+
4,3
1.21
+
9,0
101
1.04
+
3,0
1.07
121
+ 13,5
le kwartaal
3,4
2°
kwartaal
11.1
3e
kwartaal
1.10
100
1.06
40 kwartaal
114
102
1.I.1 Ierland
Nederland Schommel. in procenten *
1974
1975
Groothertogdom Luxemburg 1974
1975
Schommel. in procenten e
9,4
124
103
- 17,0
7,3
120
92
- 23,0
-
5,7
120
82
- 31,3
-
2,5
113
95
L- 16,3
1975
1976
Schommel.
1974
1975
kwartaal
122
117
-
4,1
127
11.5
-
2e
kwartaal
122
114
-
6,6
124
115
-
3e
kwartaal
1.23
111
-
9,8
122
115
40 kwartaal
120
119
-
0,8
119
116
1975
1976
1975
1976
1e kwartaal
1.17
120
+
2,6
115
124
103
98
2°
kwartaal
114
120
+
5,3
115
92
103
3°
kwartaal
111
115
82
40 kwartaal
11.9
116
95
le
* Schommelingsprocent tegenover het indexcijfer van het overeenstemmende kwartaal van liet vorige jaar. 1 België, Duitse Bondsrepubliek, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk, Italië,
Bibliografische referenties : Statistisch Jaarboek voor Belgje'. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Belgische Economische Statistieken 19601970. - Service ~mul de Conjoncture van Leuven. - Agence écono-
in
procenten e
2
+
7,8
-
4,7
+ 12,4
Nederland, Ierland en Grootherdogdom Luxemburg. Denemarken bezit geen indexcijfer van de industriële produktie. West-Berlijn inbegrepen.
migne et financiere. - Het Bouwbedrijf. - Principaux indicateurs économiques (0.E. S.0.).
IY - 6. — VERGELIJKENDE EVOLUTIE YAN DE INDUSTRIELE PRODUKTIE DER E.E.G.-LANDEN Algemene indexcijfers van de industriële produktie (O.E.S.O.) Basis 1970 = 100 (Aangepast voor seizoenschommelingen) •-•■•••••-•••••1974
1975
1976
GEZAMENLIJKE E.E.G. - LAN DEN 140
140
100
100
1
1
1
t
DUITSE BONDSREPUBLIEK 140
140
100
100
t
1
1
t
1
t
i11111
VERENIGD KONINKRIJK
140
140
100
100
1
1
1
1
1
1
I
1
1
140
140
♦ ••••• %.1
100
100
t
GROOTHERTOGDOM LUXEMBURG 140
140
100
100
•
.0
g' g
1 1 1 1 1
g g 1
I
60 68
70
72 74
D
M
t
S
1
t
t
D
68 70 72 74
D
M
t
5
I
S
60 D
23 V. - DIENSTEN
1. - VERVOER a.
-
Activiteit van de N.M.B.S. en de SABENA
en SABENA.
Bronnen :
N.M.B.S. Reizigersvervoer Maandgemiddelden of maanden
Aantal reizigers-km
.
SABENA
Goederenvervoer (volledige wagonladingen) Aantal l' ottntiele
waarvan Totaal tonnenmaat
brandstoffen
Geregeld en betalend luchtverkeer
:
ertsen
en oliën (duizenden tonnen)
(miljoenen)
(miljoenen passagierskm)
(miljoenen ton-km)
1968
681
556
5.273
1.621
1.321
164,7
25,3
1969
686
618
5.769
1.655
1.450
183,9
31,4
1970
688
651
5.931
1.592
1.508
203,9
34,4
1971
702
611
5.535
1.457
1.379
226,6
38,0
1972
681
624
5.778
1.495
1.447
257,7
42,6
1973
674
682
6.294
1.556
1.704
304,1
48,0
1974
690
762
6.841
1.697
1.846
331,3
54,4
1975
689
563
4.933
1.317
1.218
316,2
52,6
1974 20 kwartaal
709
784
7.127
1.692
1.890
341,1
56,2
kwartaal
664
750
6.613
1.649
1.854
438,9
63,8
40 kwartaal
691.
775
6.875
1.759
1.847
286,9
51,4
1975 le kwartaal
695
662
5.850
1.572
1.640
272,6
49,9
20 kwartaal
708
589
5.145
1.339
1.375
303,9
50,5
30 kwartaal
671
451
8.817
1.024
796
404,1
58,8
4e kwartaal
678
551
4.921
1.333
1.060
284,2
52,1
.L976 le kwartaal
603
508
4.638
1.236
1.073
254,1
48,3
316,2
55,1
3e
2, kwartaal 1975 Augustus September
708
593
5.342
1.315
1.462
634
315
2.813
817
420
416,4
59,7
706
527
4.612
1.201
1.0 4 2
379,1
58,0
1.4.15
1.167
324,4
56,5
Oktober
652
604
5.389
November
690
520
4.664
1.295
985
255,1
49,4
December
691
530
4.710
1.288
1.027
273,1
50,3
698
483
4.347
1.102
1.003
274,5
48,8
Februari
664
475
4.418
.1.344
975
234,2
4.6,4
Maart
718
567
5.150
1.262
1.240
253,7
49,7
April
707
596
5.403
1.373
1.469
804,9
54,9
Mei
713
568
5.081
1.264
1.412
296,3
54,0
Juni
704
615
5.542
1.307
1.506
347,4
56,4
Juli
633
534
4.569
1.188
1.260
455,2
67,9
521
4.725
438,0
65,1
1.976 Januari
Augustus
1 D e productieve ton-km hebben betrekking op het commercieel vervoer (met uitsluiting van het dienstvervoer) : het is de som van de vermenig-
vuldigingen van het gewicht van elke verzending met de afstand van het traject.
- 24 lb.
-
Zeevaart
BinnenY - le. scheepvaart -
Bronnen : Havenbestuur te Antwerpen [kol. (1)], te Gent [kol. (4)], Maatschappij van do Brugse Zeevaartinrichtingen N.V. [kol. (7)], N.I.S. (overige kolommen). Haven van Antwerpen Laadvermogen van de binnen-
Maandgemiddelden of maanden
gekomen
Goederen (duizenden metrieke tonnen)
schepen (duizenden Binnenrteogninseteji gekomen tonnen)
Vertrokken
Haven van Gent Laadvermogen van do binnen-
gekomen
Goederen (duizenden metrieke tonnen)
schepen (duizenden Binnene gi s 'e, gekomen rtonnen)
Vertrokken
Havens van Brugge en Zeebrugge Land. vermogen Goederen van de (duizenden binnenge komen metrieke tonnen) schepen (duizenden Binnen- Verregister- gekomen trokken
Bron : N.I.S. Totaal verkeer
(duizenden metrieke tonnen)
(miljoenen ton-km)
(1)
(2)
(1)
(2)
(8 )
(4)
1968
5.127
4.042
1.991
131
108
97
684
304
50
7.778
554
1969
5.461
4.069
1.921
419
373
331
981
635
67
7.721
572
1970
5.658
4.565
1.946
476
463
303
1.005
615
71
7.630
558
1971
5.433
3.864
2.037
572
608
208
1.222
593
62
7.947
561
1972
5.366
3.183
2.490
688
634
341
1.485
623
85
8.034
563
1973
5.305
3.406
2.527
676
809
414
1.637
732
96
8.482
541
1974
5.322
3.522
2.788
765
853
399
1.814
697
130
8.907
571
1975
5.082
2.687
2.299
657
729
427
1.963
579
118
6.978
427
1974 2e kwartaal _.
5.550
3.500
2.726
790
879
537
1.980
717
135
9.282
611
3e kwartaal _.
5.365
3.833
3.042
847
925
322
1.887
958
139
8.947
557
40 kwartaal
5.323
3.223
2.800
750
857
428
1.892
637
114
8.620
549
1.788
451
118
8.107
516
(5)
(5)
(7)
(8)
(9)
1975 le kwartaal ._
5.168
3.093
2.634
759
874
498
20 kwartaal ._
5.185
2.746
2.264
572
672
253
1.857
397
118
8.145
529
3o kwartaal ._
4.834
2.325
1.761
615
686
379
2.204
905
125
5.034
288
40 kwartaal ._
5.141
2.583
2.535
681
686
577
2.001
562
112
6.624
376
1976 le kwartaal _.
5.101
2.791
2.014
695
672
361
1.790
662
124
7.490
478
20 kwartaal _.
5.847
3.404
2.027
724
760
304
1.938
434
105
5.032
2.594
1.834
544
508
223
2.081
615
91
8.523
557
Juli
4.807
2.148
1.805
588
559
509
2.300 1.052
123
6.567
430
Augustus
4.908
1.927
1.821
652
607
476
2.264
908
124
5.966
357
._
4.787
2.901
1.656
606
891
152
2.048
755
127
2.569
76
Oktober
5.244
2.992
2.412
661
734
736
2.154
365
117
4.020
143
November
._.
4.956
2.376
2.621
629
517
535
1.775 1.067
111
7.899
491
December
._.
5.223
2.380
2.573
753
806
459
2.075
108
7.953
494
5.150
2.455
1.864
679
418
242
1.858 1.033
104
7.163
448
Februari
4.987
2.715
1.970
679
842
472
1.860
203
188
6.648
424
Maart
5.167
3.204
2.208
727
755
368
1.652
751
81
8.658
561
April
5.530
3.515
1.865
701
770
141
1.556
344
119
9.033
571
1975 Juni
September
1976 Januari
253
Mei
6.164
2.787
1.613
755
720
172
2.142
655
75
Juni
5.847
3.911
2.603
716
789
600
2.117
304
121
1 Binnenlands vervoer
invoer + uitvoer
doorvoer.
- 25 V -
2.
- TOERISME
Overnachtingen van toeristen in België (Duizenden) Bron : N.I.S. waarvan land van gewone verblijfplaats Maandgemiddelden of maanden
Totaal
Frankrijk
Nederland
Verenigd Koninkrijk
2.363
1.560 1.590 1.646 1.661 1.600 1.667 1.671 1.729
101 88 91 98 97 91 86 88
115 132 131 145 142 143 148 167
98 82 106 104 87 90 84 89
72 75 86 99 93 105 110 118
35 38 42 43 41 43 48 41
2.212 5.804 652
1.580 4.561 337
90 166 48
122 410 37
115 155 36
54 64 31
253
1.589
47 83
30 137
43 121
114 250 40 40 122
4.711
175
456
157
266
59
362 223 1.577
46
45
36
43
34
34 118
26 50
2.083
1968 1969 1970 1971 1972 1973
2.167 2.236 2.288
2.163 2.267 2.282
1974
1975 1974 20 kwartaal ge kwartaal 40 kwartaal
1975 le kwartaal 2$ kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
535 2.230 6.022 666
1976 le kwartaal 2e kwartaal
471 2.228
1975 Juni
2.770 8.803 7.399 1.864 744
Juli Augustus September Oktober
November December 1976 Januari Februari Maart April Mei Juni
Verenigde Staten Duitse van Amerika Bondsrepubliek
Belgié
42 80
29 149
33 120
25 46
78
215
126
188
57
633
358 336 393
149 272 103 54 48 36
925 334 109 58 32 44
174 197 100 54 31 24
288 405 106 57 40 32
64 53 59 44 34 24
427 438 549 1.688 2.006 2.990
207 206 256 1.214 1.399 2.1 19
36 38 52 63 90 86
27 27 32 52 125 269
27 29 43 115 113 133
31 33 38 89 90 175
24 24 31 38 51 60
622
Incl. de overnachtingen op kampeerterreinen.
1.987 6.999 5.904 1.231
.
— 26 — V - 3. — BINNENLANDSE HANDEL
a. — Indexcijfers van de verkoop Totaal van de detailhandel Basis 1970 = 100 Bron : N.I.S. Indexcijfers naar de vorm van distributie Maandgemiddelden of maanden
Kleine detailhandel
Warenhuizen
Verbruiks- Filiaalcëope• bedrijven raties
Indexcijfers naar categorieën produkten
Supermarkten
Levensmidd2elen
Textiel en kleding
Meubilering en
hUiS•
Overige waren
Algemeen indexcijfer Waardeindex-
Hoeveel• heideindex•
cijfer
cijfer
houden
4
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 .1975
87 94 100 105 115 129 152 167
82 90 100 107 122 137 156 169
97 98 100 100 100 97 97 98
67 83 100 120 138 161 191 225
68 84 100 120 128' 155 184 217
87 92 100 104 113 124 141 166
83 94 100 107 115 135 155 169
81 91 100 122 140 171 205 213
81 91 100 107 126 141 175 204
83 92 100 108 120 138 162 183
89 95 100 104 113 121 127 129
19711 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
156 147 169
152 154 186
98 94 101
186 189 222
180 189 209
139 141 158
168 143 185
207 203 232
181 173 191
165 159 183
131 121 136
1.975 le kwartaal 2e kwartaal
30 kwartaal 4e kwartaal.
151 170 160 189
147 164 165 203
93 100 96 103
201 222 218 259
197 213 220 238
149 165 166 182
143 178 150 206
188 211 206 246
190 206 192 228
164 184 176 207
120 132 123 141
1976 le kwartaal 20 kwartaal
v 170 v 1.91
165 1.83
96 99
235 260
212 233
v 171 v :1.90
v 153 v 195
v 205 v 224
v 220 v 238
ti 186 v 208
ti 124
153 152 173 186 165 215
165 156 173 185 182 243
96 97 94 105 92 113
215 212 226 256 225 297
220 223 218 234 213 267
159 169 169 177 165 204
152 127 170 216 171 227
20:1 191 226 234 206 298
186 183 207 219 200 264
171 169 187 203 182 237
120 118 129 139 123 :160
v 163 ti 159 ti 187 v 189 ti 188 v 196 v 171
171 152 172 184 184 182 195
96 91 100 100 97 1.0:1 100
241 224 244 267 256 257 276
219 199 218 234 228 236 259
v 170 I/ 162 v 182 v 187 ti 186 ti 195 v 196
v 157 ti 130 v 171 ti 205 ti 197 v :183 t/ 159
ti 199
v 206 v 212 v 241 v 237 v 232 v 244 v 209
v 183 v 174 v 201 t) 208 ti 205 v 211 ti :1 97
v 122 ti :1.16 ti 133 ti :1.37 v :1.34
:1.975 Juli Augustus September Oktober November December 1.976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli
2
Kleine en middelmatige supermarkten met. gehele of gedeeltelijke zelfbediening. Voor de kleine detailhandel, inclusief tabak.
'
v 193 v 224 v 219 ti 223 v 230 v 214
3 Inclusief textiel voor stoffering. 4 Waarde-indexcijfer gedeeld door
sumptie zonder de diensten.
.
liet algemene priisindexeiifer bij eau
- 27 V - 3b. - Verkoop op afbetaling
1° - Algemene resultaten Bron : N.I.S.
(duizenden)
Financiering door verkopers
banken
fmancleringsinstelEngen of particulieren
906 1.061
218 215
466 450
978 907
222 219
434 424
864 853
206 203
420 406
Totaal
1973 le 2e 1974 le 2° 1975 le 2°
halfjaar halfjaar halfjaar halfjaar halfjaar halfjaar
_.... ..... ..... ..... ..... .....
1.590 1.726 1.634 1.550 1.490 1.462
Kredieten verleend in de loop van het halfjaar
Uitstaande kredieten aan het einde van het halfjaar (miljarden franken)
Aantal lopende contracten aan het einde van het halfjaar
Totaal
(miljarden franken )
Financiering door finencieingsinstelbanken lingen verkopers of particulieren
35,9 35,3 36,6 36,4 36,9 40,3
11,1 10,3
13,7 13,4
11,1 11,6
10,1 9,7
14,3 14,3
12,2 12,4
9,4 10,2
14,7 15,6
12,8 14,5
Financiering door Totaal
verkopers
13,3 11,9 13,8 12,0 13,5 16,8
ban ken
financie.ingsinstellingen of parti• culieren
4,4 3,7
4,7 4,2
4,2 4,0
4,3 3,8
4,8 3,9 4,4 5,0
4,7 4,3 5,2 6,6
3,9 5,2
2° - Achterstallige betalingen Aantal schuldenaars die in gebreke gebleven zijn met het betalen van drie of meer vervallen termijnen in de loop van het halfjaar
Totaal van alle vorderingen, die door de debiteuren, vermeld in vorige kolommen, niet werden betaald (miljoenen franken)
(duizenden)
Financiering door
Financiering door verkopers
banken
financieringsinstellingen of particulieren
40 38
2 2
21 13
46 38
2 2
38
2
Totaal
1973 1974 1975
1° halfjaar 28 halfjaar 1° halfjaar 2 8 halfjaar le halfjaar
63 53 62 54 54
Totaal
financieringsinstellingen of particulieren
verkopers
banken
79 89
43 71
132 145
14 14
254 305 342 343
92 94
74 67
176 182
14
373
95
114
164
Indeling van de kredieten verleend tijdens het halfjaar, naar de aard der goederen Diversen
j á n,
Totaal
Vrachtwagens, bestelwagens, autobussen, zwaar vervoermaterieel
waarvan : Niet l e diensten (reizen, v eerlrdne huishoud- herstellen .51 1%.> van artikelen motoren voorrijtuigen, werpen E,m ó 41, voor per- centrale verwarsoonlijk "ge 5 5 1 gebruik mi ng, 5
Landbouwmaterieel, landbouwtractoren, vee
reeds eeds gebruikt
Wagens voor personenvervoer behalve autobussen
Motoren, scooters, bromfietsen, rijwielen
2 -2E1
Textiel, bont, kleding
Boeken
reeds nieu,v gebruikt
-S S.
en
0
Aantal contracten (duizenden) 1973 le halfjaar 2 8 halfjaar 1974 le halfjaar 2° halfjaar 1975 le halfjaar 2° halfjaar
849 859 801 824 765 862
4 4 5 4 4 4
1 1 1 1 1 1
1 2
78 58
21 16
8 9
177 192
109 112
6 6
424 438
20 21
2 1
67 55
16 11
8 7
145 159
118 114
7 6
412 452
20 14
1 1
65 77
13 . 14
7 8
129 162
116 108
6 6
407 465
16 16
Verleende kredieten (miljarden franken) 1973 P 2° 1974 le 28 1975 1° 2e
halfjaar halfjaar halfjaar halfjaar halfjaar halfjaar
..... ..... ..... ..... .....
13,3 11,9 13,8 12,0 13,5 16,8
1,2 1,2
0,1 0,1
0,2 0,3
6,1 4,4
0,9 0,6
0,1 0,1
0,2 0,3
0,2 0,2
1,1 1,5
2,5 2,4
0,7 0,8
1,5 1,3
0,2 0,1
0,3 0,3
5,2 4,2
0,7 0,5
0,1 0,1
0,3 0,3
0,3 0,3
1,9 1,6
2,5 2,7
0,8 0,6
1,4 1,3
0,2 0,1
0,3 0,4
5,5 7,5
0,6 0,7
0,1 0,1
0,3 0;3
0,4 0,4
1,3 1,5
2,7 3,6
0,7 0,9
Verleende kredieten halfjaar ..... halfjaar ..... le halfjaar ..... 2" halfjaar ..... 1° halfjaar ..... 20 halfjaar .....
1973 le 2° 1974 1975
100,0 100,0 100,0
100,0 100,0 100,0
8,8 9,8 11,2 10,8 10,5 7,7
1,0 1,0 1,2 1,2
1,1
1,7 2,9 2,1 2,8 1,9
0,6
2,4
45,8 36,9 38,2 35,1 40,5 44,6
-
Indeling in procent van het totaal
6,7 5,3 4,8 3,9 4,3 4,2
0,8 0,9 0,8 0,8 0,9 0,6
1,5 2,2 1,9 2,3 2,0 1,8
1,4 1,7 1,9 2,1 2,6 2,4
8,5 12,5 13,5 13,4 9,9 8,9
18,3 20,3 18,6 22,6 20,5 21,4
5,5
6,5 5,8 5,0 5,8
5,4
- 28 V • 4. - ACTIVITEIT VAN DE VERREKENKAMERS Debetverrichtingen Brussel Maandgemiddelden of maanden
Aantal kamers
Andere verricht ogen 1
Daggeld
Provincie
Totaal
Eindtotaal
(per einde periode) Duizenden Miljarden Duizenden Miljarden Duizenden Miljarden Duizenden Miljarden Duizenden! Miljarden stukken franken stukken franken • stukken franken stukken franken stukken franken
1968
39
3
220
1.707
474
1.709
695
835
146
2.544
841
1969
39
2
233
2.005
585
2.007
818
1.161
177
3.168
995
1970
39
3
268
2.819
643
2.822
911
1.546
198
4.368
1.109
1971
40
3
291
3.763
795
3.766
1.086
1.623
200
5.389
1.286
1972
40
3
346
5.370
1.248
5.373
1.594
1.881
213
7.254
1.807
1973
40
3
492
6.860
1.643
6.863
2.135
2.482
265
9.345
2.400
1974
37
3
. 468
8.106
2.059
8.109
2.527
3.077
329
11.186
2.856
1975
33
4
629
8.986
1.972
8.990
2.601
3.222
357
12.212
2.958
1974 30 kwartaal
37
3
422
8.064
1.902
8.067
2.324
3.003
330
11.070
2.654
4" kwartaal
37
4
633
8.948
1.828
8.952
2.461
3.359
348
12.311
2.809
1975 le kwartaal
36
4
619
8.600
1.935
8.604
2.554
3.165
339
11.789
2.893
20 kwartaal
35
4
626
8.866
1.915
8.870
2.541
3.306
366
12.176
2.907
30 kwartaal
35
4
576
8.541
1.823
8.545
2.399
3.015
344
11.560
2.743
40 kwartaal
33
4
693
9.935
2.215
9.939
2.908
3.402
380
13.341
3.288
1.976 le kwartaal
33
3
497
9.824
2.667
9.827
3.164
3.220
378
13.047
3.542
2' kwartaal
33
3
512
10.291
2.654
10.294
3.166
3.020
395
13.314
3.561
30 kwartaal
33
3
447
10.066
2.909
10.069
3.356
2.642
l00
12.711
3.756
35
4
589
8.955
1.773
8.959
2.362
3.170
347
12.129
2.709
Oktober
35
4
752
10.142
2.463
10.146
3.215
3.533
391
13.679
3.606
November
35
3
678
8.597
1.863
8.600
2.541
2.869
329
11.469
2.870
December
33
4
648
11.065
2.319
11.069
2.967
3.805
421
14.874
3.388
33
4
586
10.080
2.261
10.084
2.847
3.272
378
13.356
3.225
Februari
33
3
467
8.934
2.530
8.937
2.997
3.072
352
12.009
3.349
Maart
33
3
439
10.459
3.210
10.462
3.649
3.313
404
13.775
4.053
April
33
4
492
10.172
2.739
10.176
3.231
3.249
372
13.425
3.603
Mei
33
3
584
9.920
2.429
9.923
3.013
2.899
391
12.822
3.404
Juni
33
3'
460
10.779
2.794
10.782
3.254
2.911
423
13.693
3.677
Juli
33
3
414
9.988
2.663
9.991
3.077
2.801
387
12.792
3.464
Augustus
33
3
351
9.516
2.673
9.519
3.024
2.512
388
12.031
3.412
September
33
2
577
10.693
3.390
10.695
3.967
2.614
426
13.309
4.393
1975 September
1976 Januari
1
Effecten, overheidspapier, coupons, overschrijvingen, cheques, wissels, promessen. kwitanties, transacties met het buitenland,
Bibliografische referenties : Statistisch Jaarboek voor België. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Belgische Economische Statistieken 19601970. Statistisch Jaarboek van de N.M.B.S. - Maandstatistiek over
ene.
de internationale trafiek der havens (N.1.S.). - Les transport* maritimes, Etude Annuelle (O.E.S.O.). - Eurostat (Bureau voor de Statis-
tiek der Europese Gemeenschappen).
-
29
-
VI. - INKOMENS 1. - BEZOLDIGINGEN YAN DE WERKNEMERS (mannen en vrouwen) Indexcijfer van het gemiddeld brutoloon per gewerkt uur Basis 1970 = 100
260
260 -
-
-
-
220
220
-
-
-
-
-
-
180
180
-
-
-
-
-
-
-
_
140
140
100
100
I •
I 1968
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
11
1970
I
I
I
I
I
1972
I
I
I
I
I
I
I
1974
I
1976
Indexcijfers basis 1970 = 100 Regelingslonen
Bezoldigingen der arbeiders in de nijverheid • Gemiddeld brutoloon per gewerkt uur
Type-uurloon 1 Geschoold arbeider
Uurloonkosten
Ongeschoold arbeider
2
N.B.B.
Bronnen :
1.R.E.B.
Arbeiders Algemeen indexcijfer
3
Bedienden
Verwerkende industrie
Algemeen indexcijfer
waarvan w aa r Verwerkende industrie
Ministerie van Tewerkstelling en A beid
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
83 89 100 112 128 149 180 216
84 90 100 112 125 143 173 205
83 90 100 112 127 146 178 214
81 88 100 113 131 151 182 223
83,9 90,6 100,0 111,2 126,1 145,8 176,6 210,9
84,5 91,9 100,0 111,1 125,7 147,0 177,8 210,5
87,6 92,7 100,0 110,0 122,1 138,8 166,1 196,1
85,9 90,6 100,0 108,7 118,2 131,9 158,0 187,6
1974 September December
184 196
178 187
185 193
186 198
182,4 191,3
183,7 192,2
171,8 178,9
161,6 171,3
1975 Maart Juni September December
206 212 216 230
196 202 206 216
204 211 217 226
212 219 223 236
200,5 207,6 213,2 222,1
200,7 207,4 212,6 221,1
187,3 192,2 198,9 205,9
180,9 184,6 188,8 195,9
1976 Maart Juni September
v 230 v 239 v 240
v 220 v 225 v 230
v 232 v 237 v 242
v 234 v 244
228,5 233,4 239,4
227,3 232,1 237,1
210,4 215,1 219,4
199,9 203,9 208,6
• Om de indexcijfers op basis 1970 =. 100 om te zetten in indexcijfers basis 1963 = 100, volstaat het de huidige cijfers te vermenigvuldigen met de volgende coëfficiënt : gemiddeld brutoloon per gewerkt uur : 1,813; type-uurloon - geschoold arbeider : 1,745 - ongeschoold arbeider : 1,822; uurloonkosten : 1,081. 1 Excl. de transportarbeiders. 2 Dit indexcijfer, waarin de steenkolenmijnen niet werden opgenomen,
3
geeft de arbeidsuurloonkosten, incl. de we telijke maatschappelijke lasten door de werkgever gedragen, en niet de kosten per geproduceerde eenheid. Doordat het regelingsloon van de arbeiders een uurloon is en dat van de bedienden een maandloon, brengt een overeengekomen vermindering van de arbeidsduur een stijging mee van het eerste maar niet van het tweede. Bij elke vergelijking van het respectieve beloop van deze indexcijfers moet met dat verschil rekening worden gehouden.
- 30 VI - 2. - GEMIDDELDE BRUTO-UURVERDIENSTE VAN DE ARBEIDERS IN DE NIJVERHEID (In franken per uur) Bron : N.I.S. 1973 oktober
1074 april
1974 oktober
1075 april
1075 oktober
140,51
156,12
169,25
188,47
204,33
103,50
115,10
126,29
:L46,43
160,09
123,23
137,36
149,87
168,74
183,57
Cokesfabrieken
120,40
137,07
149,34
168,04
1.77,29
Aardolieraffinaderij
158,29
174,09
190,20
214,66
224,19
149,42
168,15
175,63
192,41
201,36
128,05
146,79
162,63
170,09
177,88
Groep en tak van industrie
Extractieve nijverheid 1 : Steeukolenwinning (arbeiders ondergrond) (arbeiders bovengrond)
Bewerking van steenkolen
Totaal van de extractieve nijverheid
Verwerkende nijverheid 2
Produktie en voorziening stoom en warm water
:
van
elektrische
energie,
gas,
Produktie en eerste verwerking van metalen Industrie van niet-metaalhoudende minerale produkten
103,28
116,79
129,20
142,72
150,56
Chemische
111,32
129,29
139,94
156,82
:1.62,95
Produktie van kunst- en synthetische vezels
114,18
130,07
141,15
155,88
166,86
Vervaardiging van produkten uit metaal (met uitzondering van machines en transportmiddelen)
102,41
112,58
128,28
137,83
147,13
Constructie van machines en mechanisch materieel
107,99
118,19
133,94
144,31
153,05
industrie
Kantoormachines en installaties voor informatieverwerking
91,49
100,12
116,92
128,67
129,75
Elektrische en elektronische constructie
100,59
112,12
126,83
136,69
145,37
Automobielbouw en onderdelen
120,08
131,71
146,54
159,92
172,60
constructie van overige transportmiddelen
115,78
128,62
144,76
161,70
170,50
Vervaardiging van fijnmechanische en optische instrumenten
91,43
101,77
117,18
124,85
135,98
Levensmiddelen, drank en tabak
91,23
100,78
114,63
126,19
:L35,71
Pextiel
85,20
93,87
107,06
116,67
123,07
[ieder
82,04
89,51
98,11
109,63
114,78
Schoeisel en kleding
68,32
77,97
85,44
97,29
102,88
Kout en houten meubelen
88,45
99,16
115,35
126,93
133,64
101,94
112,90
129,86
144,55
152,29
97,89
110,87
122,94
132,60
140,95
Papier, grafische nijverheid en uitgeverij Rubber en plastiek Potaal van de verwerkende nijverheid waarvan : mannen v rouwen
3ouwbedrijf en burgerlijke bouwkunde 1
99,83
111,45
125,28
136,52
144,32
108,51 74,54
121,00 83,76
136,00 94,20
147,46 104,83
155,79 111,06
103,26
114,64
130,07
144,35
150,55
101,33
112,97
127,01
139,05
146,85
tlgemeen gemiddelde voor de nijverheid :
rotaal
2
1 Mannen alleen. vrouwen.
2 Mannen en
- 31 VI - 3. - GEMIDDELDE BRUTO-MAANDVERDIENSTE VAN DE BEDIENDEN
IN DE NIJVERHEID 1 (In franken per maand) Bron : N.I.S. 1973 oktober
1974 april
1974 oktober
1975 april
1975 oktober
Winning en bewerking van vaste brandstoffen
30.708
34.166
38.503
42.401
46.997
Totaal van de extractieve nijverheid
29.759
33.024
37.082
40.773
44.888
Cokesfabrieken
31.157
34.602
38.817
42.088
44.204
Aardolieraffinaderij
35.352
39.894
42.787
49.318
51.512
Produktie en voorziening van electrische energie, gas, stoom en warm water
35.757
40.091
44.027
48.461
51.016
Produktie en eerste verwerking van metalen
31.502
34.226
39.533
42.028
44.915
Industrie van niet-metaalhoudende minerale produkten
26.645
29.367
32.415
35.268
37.416
Chemische industrie
29.434
32.963
35.982
39.634
41.215
Produktie van kunst- en synthetische vezels
36.399
39.970
42.932
46.486
49.025
Vervaardiging van produkten uit metaal (met uitzondering van machines en transportmiddelen)
26.085
28.777
32.639
34.713
37.187
Constructie van machines en mechanisch materieel
27.431
30.013
33.846
36.025
38.612
Kantoormachines en installaties voor informatieverwerking
21.672
24.658
29.143
-
32.397
Groep en tak van industrie
Extractieve nijverheid :
Verwerkende nijverheid :
Elektrische en elektronische constructie
26.839
28.736
33.627
35.730
38.675
Automobielbouw en onderdelen
29.853
31.700
35.001
37.992
41.589
Constructie van overige transportmiddelen
28.493
31.212
35.205
38.024
40.935
Vervaardiging van fijn mechanische en optische instrumenten
26.496
28.284
31.603
33.996
35.499
Levensmiddelen, drank en tabak
24.906
26.661
29.750
32.233
34.694
Textiel
23.792
26.481
28.878
31.424
33.318
Leder
23.925
27.046
30.286
32.270
33.889
Schoeisel en kleding
19.728
21.867
23.940
26.240
27.383
Hout en houten meubelen
22.551
25.102
27.635
30.366
31.700
Papier, grafische nijverheid en uitgeverij
25.609
27.901
31.626
34.353
36.583
Rubber en plastiek
26.506
29.206
31.900
34.350
36.763
Totaal van de verwerkende nijverheid waarvan : mannen vrouwen
26.953 29.972 17.078
29.458 32.706 18.839
33.097 36.761 21.112
35.741 39.583 23.173
38.161 42.270 24.722
25.338
27.766
31.041
'33.933
35.935
26.802
29.302
32.903
35.573
37.957
Bouwbedrijf en burgerlijke bouwkunde Algemeen gemiddelde voor de nijverheid
.
:
Totaal
1 Mannen en vrouwen. Bibliografische referenties : Statistisch Jaarboek voor Belgii. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Service marmiet de Conjoncture van Leuven. - Jaarverslag van de B.M.Z. - Arbeidsblad. - Belgische
Economische Statistieken 19804970. - Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, XXXIIe jaargang, deel II, nr 5, november 1957 :
« Indexcijfer van de bruto-uurbezoldigingen der arbeiders ..
VII. - PRIJSINDEXCIJFERS 1. - INDEXCIJFERS VAN DE WERELDPRIJZEN Basis 1970 = 100 Bronnen : Comtel Reuter - Afoody's Meesters Service - Institut fiir Wirtachaftsforschung, Domburg. Indexcijfers van het Hamburgisches Welt-Wirtschafte-Archiv 2 Grondstoffen bestemd voor de
Reuterindexcijfer (Londense markt) a
loodyindexcijfer (New Yorkse merkt)
1968
88,4
88,5
87,4
1969
95,4
96,3
1970
100,0
L971
93,9
Daggemiddelden
voeding
3
Voor de Voor de produktie van produktie van verbrinksinvestering, goederen goederen
Algemeen
Brandstoffen
85,9
88,1
90,2
99,5
80,3
94,1
91,9
95,3
90,1
98,4
97,6
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
91,2
101,2
103,0
100,6
111,2
105,2
88,4
102,1
113,4
116,7
111,9
121,4
131,4
93,6
142,5
170,1
173,5
168,7
149,5
210,5
164,3
285,4
278,5
288,6
410,5
198,5
224,3
199,5
1.77 ' 54 205,9' 185,7
259,9
229,4
273,3
440,5
186,0
168,0
1972
106,1
1973
185,4
1974
233,8
1975
2
industrie Totaal
.
kwartaal kwartaal
223,4
204,6
289,8
218,8
210,1
298,7
278,6 339,1
294,8 281,1
438,3 440,7
189,0 169,6
219,5 194,3
1975 10 kwartaal 20 kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
196,7 192,1 204,2 204,8
187,2 178,1 192,8 184,6
278,4
281,0
277,4
444,8
171,6
258,0 252,7 250,3
220,1 212,2 204,5
274,6 270,6 270,5
437,5 435,7 444,2
185,8 188,9 197,7
180,9 174,0 164,4 152,8
1976 1 0 kwartaal 2e kwartaal 30 kwartaal
219,8
188,8
261,2
206,7
285,3
462,3
208,7
257,6
201,7
267,1
204,7
274,1 279,1
225,1 225,4
295,8 302,8
461,8 462,5
224,4 248,1
Oktober November December
204,7 202,8 206,9
190,8 181,0 182,0
248,1 247,9
208,0 204,4
265,9
267,0
200,9
278,8
192,3 197,6 203,2
150,7
254,9
436,1 437,0 459,3
1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober
213,1 218,4 228,1 244,6 257,9 270,4 274,9
185,8 189,5 191,2 195,6 200,4 208,8 212,2
257,9 261,1 264,6 269,3 274,5 278,6 281,7
203,9 204,6 211,7 215,9 228,0 231,2 230,4
281,7 286,1 287,9 292,9 295,1 299,5 304,2
459,4 463,8 463,8 464,0 460,8 460,6 461,4
208,7 209,3 208,3 212,7 221,6 238,8 252,1
160,3 166,6 171,4 180,9 184,3 186,7 190,5
262,5
199,7
278,7
223,9
247,8
188,5
202,1 197,0
277,0 279,7
221,7 223,4
302,8 301,4
462,3
263,8 273,2
463,8 467,4
244,5 254,8
185,4 184,5
1974 30 4e
1.975
1 Berekend op basis van prijzen uitgedrukt in ponden sterling. Berekend op basis van prijzen uitgedrukt in dollars van de Verenigde Staten. 5 Sedert juni 1074 houdt het Moody-indexcijfer rekening met de contant. koersen van katoen, wol en zijde. 2
4 5
304,4
Gemiddelde van januari tot mei 1974. Gemiddelde van juni tot december 1074.
166,1 184,0 188,1 151,5 156,1
- 33 VII
-
2.
-
INDEXCIJFERS
VAN HET HAMBURGISCHES WELT-WIRTSCHAFTS-ARCHIY PER PRODUKT 1 Basis 1970 = 100 Bron : Institut fiir Wirtschaftsforschung, Hamburg. Grondstoffen bestemd voor de voeding Daggemiddelden
GenotGraan middelen en su ik er
Olie
Vlees
Zuivelprodukten
Brandstoffen
Grondstoffen bestemd voor de industrie Voor de produktie Voor de produktie van investeringsgoederen van verbruiksgoederen
Steen- Aardolie Textiel- Huiden kolen en -derf- produkCellulose en leder vaten ten cokes
Hout
Rubber
Ijzer en staal
Non. ferro. metalen
1968
103,5
70,7
94,2
92,0
93,2
66,0
99,5 107,9
88,8
80,4
80,6 108,2
65,2
87,3
1969
97,7
88,2
90,9
92,8
93,7
66,8
98,9 102,3 101,6
88,7
92,3 123,8
89,3
100,3
1970
100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0
100,0
1971
101,8 100,8
99,4 110,6 112,1 110,5 111,7 105,3 112,4 107,6 101,1
82,2
86,2
84,9
1972
107,8 123,8
90,5 132,9 125,5 112,9 125,0 137,3 154,5 111,1 109,6
82,6
92,8
88,5
1973
186,7 166,9 171,4 180,3 168,0 146,8 150,8 237,8 238,7 122,2 195,4 167,3 180,5
137,9
1974
253,8 340,6 268,5 177,9 174,5 220,9 483,9 209,9 167,7 186,4 265,3 177,5 270,1
183,9
1975
220,8 263,3 175,0 196,0 199,9 232,0 520,8 176,7 150,2 235,4 239,3 145,1 182,3
128,4
1 974 30 kwartaal 4e kwartaal
245,0 347,7 268,2 171,9 171,5 226,2 520,0 192,0 175,8 191,2 264,0 155,3 285,1 265,0 474,5 261,8 172,3 179,2 235,1 519,7 166,0 120,7 '203,6 257,6 135,2 248,4
168,3 140,2
1975 le kwartaal 20 kwartaal 3e kwartaal 40 kwartaal
238,1 212,1 215,4 217,4
196,7 193,3 177,7 161,6
138,6 130,7 125,5 118,7
1976 le kwartaal 2e kwartaal 30 kwartaal
208,4 222,8 148,3 208,9 201,1 213,2 558,3 207,7 168,2 234,0 233,6 173,6 177,3 203,6 269,4 148,3 191,9 205,8 213,7 557,4 226,0 208,1 234,0 258,4 195,8 184,9 192,8 269,2 172,9 192,0 206,5 214,4 558,0 259,1 212,8 234,0 268,4 192,8 183,7
124,1 144,5 150,5
1075 Oktober November December
224,6 219,1 159,9 185,1 197,9 225,0 517,4 184,2 169,1 234,0 207,3 143,2 160,5 218,6 214,2 151,2 191,8 201,9 228,2 517,4 190,1 187,4 234,0 205,0 146,3 159,7 209,1 211,7 148,4 197,4 200,6 211,9 554,6 200,1 164,3 234,0 224,2 157,1 164,5
119,8 119,2 117,1
1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober
205,6 209,0 210,7 202,8 201,4 206,8 207,6 191,5 179,1 172,5
172,2 177,8 181,9 186,5 184,1 184,0 185,5 185,9 179,8 181,1
119,7 122,4 130,4 142,C 144,7 146,7 157,C 149,0 145,( 136,C
.
364,3 240,9 232,6 214,9
203,4 172,9 170,4 153,2
217,5 148,4 216,6 148,4 234,5 148,1 249,8 144,1 277,8 145,6 280,4 155,5 274,0 174,2 267,7 170,3 265,7 174,0 273,11167,0
192,8 215,1 184,6 191,5
212,4 213,3 201,3 191,9 192,8 191,0 189,6 192,0 194,3 197,1
197,8 210,5 191,3 200,2
200,9 201,5 200,9 207,4 206,9 203,2 201,0 204,9 213,8 219,6
255,9 227,4 222,9 221,7
212,5 213,6 213,6 214,3 213,6 213,2 213,2 214,6 215,5 217,4
1 Berekend op basis van prijzen uitgedrukt in dollars van de Verenigde Staten.
517,5 518,3 517,6 529,6
554,6 560,1 560,1 560,1 556,0 556,0 557,0 557,8 559,4 563,5
161,2 94,9 236,6 263,6 174,6 164,6 236,8 250,9 179,6 167,8 234,0 230,5 191,4 173,6 234,0 212,2
207,9 208,5 206,7 211,2 221,8 244,9 264,5 258,8 254,2 267,9
165,5 167,9 171,0 190,9 210,5 222,9 216,3 211,3 210,7 220,7
234,0 234,0 234,0 234,0 234,0 234,0 234,0 234,0 234,0 234,0
225,8 238,2 236,8 251,5 260,9 262,6 263,6 269,0 272,6 278,9
138,5 138,4 154,5 148,9
163,8 175,5 181,6 184,4 194,7 208,2 194,3 193,7 190,4 204,8
- 14 -
VII
-
3.
-
INDEXCIJFERS VAN DE GROOTHANDELSPRIJZEN IN BELGIE Basis 1970=100
Te xt ielprodu kten
Sc he i kund ige p rodu kten
Bouwmaterialen
91,2
90,2
92,0
83,3
95,0
96,6
93,7
91,1
90,4
91,4
94,3
94,9
93,8
89,0
96,4
98,3
96,2
93,7
96,7
94,2
90,8 100,2
82,8
95,4
98,2 103,7
93,4
94,8
100,0 100,0 100,0 100,0 100,0
1970 1971
1
99,4
Gronds toffen
Fa brikaten
Me talen en metaa lprodu kten
91,0
90,9
Delfsto ffe n
Ingevoerde p rodu kte n
Plan taard ige
A lgemeen indexcijfer
In heemse p rodukten
1969
A lgemeen indexcijfer
1968
Gezamenlijke industriële produkten in de drie produktiestadia
Industriële produkten
ca lsl l,q"1/ 12 FI
Maandgemiddelden of maanden
Landbouwprodukten
elfl paia
Algemeen Indexcijfer
Bron : M.E.Z.
100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0
95,7 102,2
90,1 100,4 101,9
97,6 103,8
97,5 103,9
92,6 104,1 106,1
99,2 104,6
99,0 113,1 102,0 109,0 105,1 102,7 104,6 107,5 132,1 106,0 113,6 123,8 117,6 108,1
98,5 105,1 101,6
98,4
101,1
L972
103,4 101,1 111,2
1973
116,2 121,8 125,2 118,8 114,9
113,8 117,3 108,1
1974
135,6 127,6 124,5 130,6 137,9
136,8 146,9 152,4 134,2 147,8 121,2 126,2 146,4 147,9 126,8
1975
137,3 131.9 143,5 122,0 138,9 142,6
1974 3e kwartaal
137,0 124,5 119,7 129,3 140,5
140,8 146,9 160,9 137,6 145,8 122,3 129,1
4e kwartaal
137,4 129,2 127,1 131,2 139,7
141,9 142,4 164,6 136,3 140,2 127,2 131,5 143,1 145,9 133,6
137,4 169,1 128,9 136,9 131,8 137,1
142,0 141,1
135,6
147,7
131,0
148,8
1975 le kwartaal
135,7 124,0 136,9 113,1 139,0 142,1
138,9 169,9 132,0 136,0 129,5 134,4 141,7 143,2 134,6
2e kwartaal
135,4 126,1 142,6 112,4 138,0 141,7
136,4 168,5 129,0 135,2 130,8 135,3 140,1 140,2 135,2
3e kwartaal
137,9 135,0 143,7 127,4 138,8 142,8 136,8 169,0 127,7 137,4 132,1
4e kwartaal
140,2 142,4 150,8 135,1 139,9 143,7
137,8 142,5 140,5 135,4
137,6 169,1 126,9 139,1 134,8 140,9 143,6 140,5 137,2
1976 1e kwartaal
143,9 147,9 157,5 139,5 143,1
145,6 143,0 169,4 130,1 142,2 138,7 144,7 148,0 144,9 139,0
2 0 kwartaal
146,4 147,6 152,1 143,7 146,3
148,4 147,2 172,3 133,6 146,3 137,2 151,0 152,5 150,4 140,0
3 0 kwartaal
148,3 148,0 150,2 146,0 148,6
151,3 148,4 174,5 134,4 154,2 136,5 151,5 155,1 :1.53,2 141,7
1975 September
138,9 138,5 146,6 131,4 139,2 143,4 136,7
169,4 127,2 138,3 132,9 139,7 142,7 140,1 136,4
Oktober
139,4 140,8 148,0 134,5 139,2 143,7
November
139,8 141,0 150,4 132,8 139,7
143,6 137,4 169,0 126,4 139,1 135,4 140,5 143,5 140,1 137,2
December
141,5 145,4 154,1 137,8 140,7
143,9 139,0 169,0 128,1 139,1 135,4 141,6 144,4 141,7 137,6
142,7 147,3 157,5 138,3 141,7
144,9 140,3 168,9 128,6 141,8 138,5 141,6 145,7 143,2 138,3
Februari
143,3 146,9 157,5 137,6 142,6
145,0 142,5 169,1 129,9 141,9 138,8 141,6 147,2 144,7 138,4
Maart
145,8 149,6 157,7 142,5 145,0 147,1
April
145,4 145,8 156,1 136,9 145,4
147,1 146,9 171,2 133,3 143,2 137,9 151,0 151,2 148,6 139,9
Mei
145,9 147,4 150,6 144,4 145,7
147,7
Juni
148,1 149,6 149,5 149,7 147,9 150,4 148,5
Juli
147,9 146,2 143,9 148,4 148,5
1976 Januari
136,4 169,3 126,2 139,0 133,6 140,5 142,9 139,7 136,7
146,0 170,3 131,8 142,9 138,9 151,0 151,1 146,7 140,2
146,2 172,7 133,1 144,1
135,7 151,0 151,5 149,3 139,8
173,0 134,3 151,5 138,1
151,0 154,7 153,2 140,3
150,9 149,5 173,8 134,9 154,0 136,3 151,0 155,4 153,7 141,0
Augustus
148,1 148,3 152,7 144,2 148,3
150,9 147,9 174,0 134,6 153,3 136,7 151,0 154,2 152,9 141,7
September
149,0 149,5 154,1 145,3 149,0
152,1 147,9 175,7 133,7 155,2 136,5 152,6 155,8 :1 53,0 142,5
Nieuwe reeks. De nieuwe indexe'jfers worden berekend volgens prijzen vrij van belasting over de toegevoegde waarde; de vroegere prijzen be-atten sommige overdmehttaksen.
.
— 35 —
VII • 3.
. . INDEXCIJFERS VAN DE GROOTHANDELSPRIJZEN IN BELGIE
—
Basis 1970=100 INHEEMSE EN INGEVOERDE INDUSTRIELE PRODUKTEN 180
Bron : M.E.Z.
180
1 1 Algemeen indexcijfer
.......... ■
--.-- Ingevoerde produkten —
■
--. Inheemse produkten
160
160
I#
140
140
/ 120
120 I
...
100
I
80
I
I
I
I
I
I
I
...,
I
100
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
80
INHEEMSE EN INGEVOERDE INDUSTRIELE PRODUKTEN Prijzen in drie produktiesladia
180
180
1 Grondstoffen .....*--• Halffabrikaten — — — — Fab ikaten
160
160
140
140
•
..• ....„.... .... ..• .0 / / / /
120
. 120
/ ••• .../ ... .... .... vvr. 100
80
100
1
1 1968
1
11 1969
1
1
1 1970
1
1
I 1971
I
I
I 1972
I
I
I 1973
I
I
I 1974
I
I
I 1975
I
I
.
I 1976
1
80
- 36 -
VII • 4a. - PRIJSINDEXCIJFERS BIJ CONSUMPTIE IN BELGIE
Basis 1971 = 100 Bron : M.E.Z.
I ..+---
Algemeen indexcijfe r
•iii - --
Nietivoedingsworen
..-..-......
Diensten
Voedingswaren
-
160
160
■
140
140
I / .....1
/ I I / 120
e
I
120
/
/ / I ■
■ •••*".." ... ■• ■ . 100
100 ■ ■
■
...."'"..-
80
■*.......-.-'--.-•-•
80 1968
naandgemiddelden of maanden
1970
Algemeen Ingexclifer
Wegingscoëfficiënten in pel, van het algemeen indexcijfer tot februari 1972 -. van maart 1972 tot mei 1976 1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974
1975
30 kwartaal 4" kwartaal Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober November necember
1974
1976
Voedingswaren
Niet-voedingswaren
Diensten
100,00
41,56
37,01
21,43
100,00
30,00
40,00
30,00
88,89 92,23 95,84 100,00 105,45 112,78 127,08 143,31
90,64 94,83 98,13 100,00
91,41 93,18 95,67 100,00
82,78 86,62 92,69 100,00
106,60 115,15 125,94 140,08
102,80 107,58 122,69
107,61 117,28 134,02
1975
1" kwartaal 28 kwartaal.
1972
137,92 141,55 144,79 148,97 138,59 138,13 139,04 140,59 141,77 142,28 143,65 144,74 145,98 147,64 149,23 150,03
1970
152,05
151,38 151,90 152,87 154,27 155,40
154,07
136,55
1975
1976
1975
1976
1975
1970
133,65 137,35 142,36 148,95 132,31 133,74 134,89 . 136,18 137,62 . 138,26 141,82 142,14 143,13 144,63 147,33 148,95
152,59
132,82 135,11 137,53 140,76 132,13 132,89 133,43 134,50 135,08 135,74 136,12 137,46 139,00 140,34 140,86 141,09
141,70
148,49 152,76 155,26 159,76 146,75 148,72 149,99 151,63 153,27 153,38 154,31 155,27 156,21 158,28 160,03 160,97
163,41
151,75 152,37 153,65 155,87 157,59
141,38
141,54 142,18 143,26 143,93
162,33
163,55 164,36 165,27 166,54
- :37 VII - 4b. - PRIJSINDEXCIJFERS BIJ CONSUMPTIE IN BELGIE Basis 2e halfjaar 1974 - P halfjaar 1975 = 100 (Spreiding in 4 groepen)
Bron : N.E.Z.
Algemeen indexcijfer Voedingswaren 120
Niet-voedingswaren ............
Diensten
-•-•- Huur ........."' ......., ............ "". 110
110
........-.-.---....-.....-.-.......-.-..--
I
100
I
1
I
1
1
I
I
1
I
I
100 D
S
.1
M
D
1976
Algemeen Indexcijfer
Voedingswaren
Niet-voedingswaren
Diensten
100,00
25,15
42,79
27,06
5,00
1976 3e kwartaal
115,32
118,43
111,73
119,37
108,53
1976 Juni
113,61
116,54
111,07
116,02
107,60
Juli
114,53 1
116,73 1
111,48
118,53
107,98
Augustus
114,97 1
117,25 1
111,63
119,33
108,44
120,24
109,16
120,65
109,34
Maandgemiddelden
of maanden
Wegingscoëfficiënt in pct. van het algemeen indexcijfer
September
116,46
121,31
112,07
Oktober
116,72
120,65
112,79
* Om van dit indexcijfer over te schakelen op basis 1971 = 100, heeft de Nationale Arbeidsraad 1,37 als overschakelingsformule aanvaard. Deze omzettingscoëfficiiMt wordt verplicht toegepast op elke overeenkomst
Huur
gesloten door het paritair Comité m.b.t. de koppeling van het indexcijfer der consumptieprijzen aan de regelingslonen. 1 Excl. de prijsevolutie van vers fruit, verse groenten en aardappelen.
-38-
VII - 4c. - PRIJSINDEXCIJFERS BIJ CONSUMPTIE IN BELGIE Basis 2° halfjaar 1974 -
le
halfjaar 1975 = 100
(Spreiding volgens het Bureau voor de Statistiek der Europese Gemeenschappen)
Bron : M.E.Z.
Voedingsmiddelen, dranken en tabak Kleding en schoeisel 120
Huur en bijkomende lasten .--...-..
Meubels, huishoudelijke apparaten
.. .... .................-,--.
.....
110
110
l
10 0
i
I
I
1
I
1
1
I
I
I
100
Lichamelijke verzorging
-
12 0
Vervoer en verkeer
120
...........
Kultuur en ontspanning
-.........,
Andere goederen en diensten
... ,......."'''''-... "".«... .... .... ....
.....
110
110
I
100
I
D
Maandgemiddelden of maanden
1
I
I J 1976
1
M
Algemeen indexcijfer
1
I
I S
I
I
100
D
Voedingsmiddelen, dranken en tabak
Kleding en schoeisel
Huur en bijkomende lasten
Meubels, huishoudelijke apparaten
9,61
15,14
10,46
3,98
14,21
7,61
12,57
Lichamelijke Vervoer en verzorging verkeer
Andere Cultuur en ontspanning engoederen dieneten
Wegingscoariciënt in pct. van het algemeen indexcijfer
100,00
26,42
1976 3 0 kwartaal
115,32
118,69
111,26.
113,56
1.09,79
116,63
117,41
112,30
117,12
1976 Juni
113,61
116,83
110,74
111,85
109,23
116,18
115,43
111,12
113,45
Juli
114,53'
117,06'
111,01
112,98
109,48
116,65
116,78
111,30
116,74
Augustus
114,97'
117,57'
111,20
113,32
109,81
116,63
117,43
111,81
117,26
September
116,46
121,45
111,56
114,38
110,08
116,60
118,02
113,80
117,35
Oktober
116,72
120,95
113,23
114,64
111,11
117,14
118,09
114,36
117,41
* Om van dit indexcijfer over te schakelen op basis 1971 = 100, heeft de Nationale Arbeidsraad 1;37 als overschakelingsformule aanvaard. Deze omzettingscoëfficiiint wordt verplicht toegepast op elke overeenkomst
gesloten door het paritair Comité m.b.t. de koppeling van het index. cijfer der consumptieprijzen aan de regelingslonen. 1 Excl. de prijsevolutie van vers fruit, verse groenten en aardappelen.
Bibliografische referenties : Belgisch Staatsblad. - Statistisch Jaarboek voor België. - Statistisch Tijdachrijft van het N.I.S. - Service mcnauel de Coujoncture de Louvain. - Bulletin menauel de statistique (O.V.N.).
- Belgische Economische Statistieken 1960.1970. - Principaux indica• teura économiquea (O.E.S.O.).
VIII. - BUITENLANDSE HANDEL YAN DE B.L.E.U.
INVOER, UITVOER EN HANDELSBALANS Maandgemiddelden in miljarden franken
Bron : N.I.S.
120
120
Uitvoer
VA
Invoer
...,
Invoer
..
A I %
100
I
...
,
, —
....": 100
I
%
/
,
I
%. .... ....
el
I
•,. ...
...
Uitvoer 80
80
60
60
40
40
1
20 10
1
1
1
1
I
1
1
1
1
1
20 10
Uitvoeroverschot 0
—
Invoeroverschot
1 1
1
1
_10
1
1
1
1
1
1
1
1
INDEXCIJFERS VAN HET VOLUME
Bron : N.I.S. — Berekeningen N.B.B Basis 1970 = 100
150
150
Invoer Uitvoer 100
100
1
50
t
1
1
1
I
1
50
INDEXCIJFERS VAN DE GEMIDDELDE WAARDEN PER EENHEID EN VAN DE RUILVOET Bron : N.I.S. — Berekeningen N.B.B.
L
Basis 1970 = 100
150
150
Invoer Uitvoer
Invoer 100
100
1
Uitvoer 1
1
1
1
I
1
1
1
Ruilvoet 100
100
1
1 68
1
1 70
1
I 72
1
I 74
1974
1975
1976
- 40 -
VIII - 1. - BUITENLANDSE HANDEL VAN DE B.L.E.U. - ALGEMENE TABEL Bron : N.1.S. Waarde : (miljarden franken) Maandgemiddelden
1968
Invoer
Uitvoer
35,0
34,0
HandelsWens
Percentage uitvoer invoer
Bron : N.I.S. - Berekeningen N.B.B IndexAfers basis 1970 = 100 pri zen
hoeveelheid invoer
uitvoer
bij invoer
hij uitvoer
ruilvoet t
-
1,0
97
77,2
76,9
93,0
90,4
97,2
89,9
91,2
95,6
94,7
99,1
1969
41,8
42,0
+
0,2
101
1970
47,6
48,3
+
0,7
102
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
1971
52,4
51,7
-
0,7
99
108,8
, 107,2
101,2
99,6
98,4
1972
56,8
59,2
+
2,4
104
118,8
120,7
100,1
100,2
100,1
+
1,2
102
138,4
137,8
107,1
108,3
101,1
1973
71,3
72,5
1974
96,7
91,6
-
5,1
95
146,8
140,7
136,9
134,7
98,4
1975
93,9
88,1
-
5,8
94
136,1
129,9
144,4
139,8
96,8
1974 3° kwartaal
95,1
88,9
--
6,2
93
141,4
132,2
142,7
139,9
98,0
4e kwartaal
97,6
96,1
--
1,5
99
145,7
141,2
144,0
140,7
97,7
1975 10 kwartaal
90,4
89,3
--
1,1
99
128,9
131,7
142,0
141,7
99,8
20 kwartaal
94,8
87,9
--
6,9
93
136,1
130,4
141,4
139,5
98,7
3e kwartaal
87,5
77,6
--
9,9
89
123,8
115,2
144,0
138,6
96,3
147,0
140,5
95,6
4e kwartaal
103,1
97,5
-
5,6
95
145,8
142,5
1976 le kwartaal
108,5
99,5
--
9,0
92
144,9
140,9
150,8
144,6
95,9
146,8
95,6
2e kwartaal
117,8
107,4
-- 10,4
91
156,4
149,9
153,5
-
5,9
94
129,6
125,8
142,5
139,9
98,2
136,1
129,9
144,4
139,8
96,8
144,9
140,9
150,8
144,6
95,9
150,7
145,4
152,2
145,7
95,7
98,2
30 kwartaal 9 maanden
90,9
Eerste 10 maanden
92,9
86,4
-
6,5
93
Eerste 11 maanden
93,3
87,1
--
6,2
93
12 maanden
93,9
88,1
--
5,8
94
104,3
90,2
-- 14,1
87
1975 Eerste
1976 1 0 maand
85,0
Eerste
2 maanden
103,2
93,0
- 10,2
90
Eerste
3 maanden
108,5
99,5
--
92
Eerste
4 maanden
111,2
100,9
-- 10,3
91 91
9,0
Eerste
5 maanden
111,4
101,1
--- 10,3
Eerste
6 maanden
113,2
103,5
---
9,7
91
Eerste
7 maanden
111,1
101,8
--
9,3
92
Eerste
8 maanden
109,3
99,7
-
9,6
91
Eerste
BuilvoLt,
9 maanden
indexcijfer van de uitvoe prijzen
101,7
X 100 indexcijfer van de invoerprijzen N. 13. - Wat de indexcijfers van de hoeveelheid, de prijzen en de ruilvoet betreft. wijkt hot gemiddelde van de kwartaalcijfers al von het jaarlijIcs indexcijfer omdat in dat laatste ook seizoenprodukten en sommige artikelen waarvan de bewegingen sporadisch zijn, worden opgenomen. Laattijdige verbeteringen van bat N.1.S. werden niet in aanmerking genomen. 1
VIII - 2. - UITVOER VAN DE B.L.E.U. - Indeling naar de aard der produkten (Miljarden franken) Bron :
N.I.S.
(indeling van de N.B.B. volgens de Type-classificatie voor de Internationale handel van de O.V.N.).
Maandgemiddelden
Metaalverwer- enIjzerstaal Textiel kende bedrij- nijverheid ven
LandScheiNonbmnvkundige ferroproduk- metalen produkten ten
Diamantnijverbeid
Petroleumnijverheid
Voedingsbedrijven
Papier en boeken
BouwmateSteenHout Glas en Huiden, rialen Bewerk- kolenSteenen te uit spiegel- leder en Rubber groeven nijvermeubecement tabak glas schoeisel beid len en uit gips
Ceramiek
Cement
Diversen
Totaal
1968
8,58 4,78
4,35
3,17
3,22
1,75
1,73
0,95
0,98
0,81
0,63
0,75
0,31
0,23
0,19
0,16
0,15
0,11
0,08
0,07
1,02
34,02
1969
10,97 5,96
5,22
4,02
3,83
2,13
1,93
1,27
1,25
1,08
0,81
0,80
0,41
0,29
0,21
0,17
0,13
0,11
0,10
0,07
1,18
41,94
1970
13,24 7,12
5,48 -4,90
4,29
2,56
1,83
1,14
1,50
1,23
0,91
0,93
0,41
0,34
0,23
0,20
0,13
0,15
0,11
0,08
1,59
48,37
1971
15,40 6,64
6,05
5,68
3,18
2,95
1,93
1,22
1,72
1,33
1,16
0,91
0,44
0,40
0,24
0,23
0,14
0,13
0,13
0,10
1,53
51,51
0,10
1,72
58,99
1972
16,95 7,66
6,91
6,73
3,25
3,56
2,47
1,59
2,10
1,50
1,42
1,08
0,53
0,43
0,27
0,26
0,18
0,12
0,16
1973
19,60 9,95
8,14
8,68
4,82
4,33
2,97
1,95
2,57
1,84
1,77
1,18
0,59
0,58
0,31
0,32
0,27
0,11
0,19
0,11
2,24
72,52
1974
22,67 14,27
9,20 13,32
6,52
4,58
3,01
2,88
3,28
2,27
1,93
1,22
0,63
0,80
0,38
0,34
0,34
0,15
0,21
0,14
3,31
91,44 88,08
8,64 11,97
3,91
5,25
3,18
4,08
3,41
2,04
1,91
1,01
0,53
0,92
0,38
0,33
0,36
0,17
0,22
0,11
3,62
9,96 7,96 9,44 9,93 8,42 7,57 9,63 10,08 10,18 8,17 8,31 8,50 8,56 8,64
14,59 13,76 12,91 12,13 11,82 10,85 13,14
8,09 6,00 5,53 4,04 3,88 3,20 4,49
2,23 4,00 3,52 3,15 3,65 3,96 5,54 3,49 3,46 3,76 3,59 3,84 3,99 4,08
1,24 1,21 1,20
0,68 0,55 0,64
0,87 0,73 0,90
0,13 0,16 0,12
0,88 0,96 0,84 1,00
0,22 0,20 0,12 0,14
0,20 0,23 0,21 0,23
0,12 0,11 0,11 0,11
1,16 1,34 0,96 0,97 0,99 1,00 1,01
0,54 0,54 0,48 0,57 0,60 0,66 0,51 0,52 0,53 0,53 0,53
1,00 0,97
0,14 0,13
0,09 0,16
0,37 0,37 0,37 0,37 0,38
0,19 0,18 0,17 0,17 0,17
0,24 0,30 0,21 0,22 0,23 0,23 0,22
3,20 97,60 3,43 88,40 3,57 95,49 3,57 89,11 3,55 87,49 3,23 77,52 4,09 97,45 4,56 99,15 4,70 106,98
0,89 0,89 0,92 0,98 0,92
0,34 0,42 0,32 0,32 0,32 0,33 0,33
0,31 0,35 0,36 0,38 0,38 0,28 0,39 0,34 0,31 0,35 0,35 0,35 0,36 0,36
0,22 0,21
1,07 0,95 0,89 1,13
0,37 0,32 0,35 0,32 0,34 0,29 0,35
0,23
1,86 1,96
0,41 0,38 0,40 0,36 0,40 0,34 0,42 0,36 0,47
0,12 0,14 0,24
3,57 3,56 3,15 3,34 3,53 4,19 3,44 3,42 3,42 3,39 3,41
2,62 1,81 2,49 2,07 1,94 1,90 2,26 2,42 2,52 1,94 1,97 2,01 2,02 2,04
2,12 1,71 1,98
3,87 5,13 3,73 3,71 3,76 3,82 3,91
3,08 2,96 2,85 2,81 2,72 2,82 3,90 3,80 4,39 2,79 2,78 3,03 3,19 3,18
3,40 3,23 3,35
13,92 14,87 11,54 11,60 11,78 11,81 11,97
4,42 4,56 4,75 5,17 4,61 4,63 6,34 5,84 5,54 4,71 4,80 4,97 5,16 5,25
0,11 0,11 0,11 0,11 0,11
3,42 3,46 3,50 3,52 3,62
84,53 84,71 86,33 87,03 88,08
9,88 8,51 9,74 9,06 10,24 10,08 10,55 10,11 10,59 10,18 10,83 10,13 10,66 9,85 10,41 9,47
13,31 13,41 13,92 14,15 14,07 14,46 14,35 14,23
3,39 3,46 3,87 4,13 4,27 4,50 4,52 4,53
5,45 5,40 5,84 5,86 5,67 5,70 5,63 5,56
3,13 3,58 3,80 3,77 3,94 4,10 4,29 3,95
3,84 3,65 3,49 3,00 2,85 3,48 3,64 3,98
3,67 3,35 3,53 3,64 3,73 3,87 3,80 3,89
2,16 2,20 2,42 2,43 2,42 2,46 2,43 2,38
1,69 1,82 1,99 2,05 2,07 2,05 2,02 1,94
1,04 1,09 1,16 1,20 1,22 1,25 1,23 1,20
0,47 0,49 0,60 0,61 0,63 0,63 0,63 0,62
0,90 0,90 1,00 0,99 0,99
0,34 0,33 0,36 0,38 0,40 0,42 0,41 0,40
0,30 0,31 0,34 0,36 0,37 0,38 0,37 0,37
0,32 0,2'8 0,34 0,34 0,33 0,32 0,32 0,31
0,16 0,15 0,14 0,13 0,13 0,13 0,13 0,13
0,20 0,22 0,24 0,26 0,26 0,27 0,27 0,26
0,09 0,08 0,09 0,11 0,11 0,12 0,12 0,12
4,55 4,25 4,56 4,53. 4,61 4,63 4,57 4,43
89,86 92,34 99,15 100,47 100,88 103,30 101,71 97,42
1975
25,72 10,32
1974 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal 1975 le kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4 0 kwartaal 1976 le kwartaal 2e kwartaal 1975 Eerste 8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden
24,68 14,85 20,59 14,32 24,54 16,15
1976 le maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden
26,96 28,57 31,14 31,88 32,05 32,55 31,53 30,56
24,25 13,46 26,43 10,83
23,24 7,82 28,78 9,36 31,14 10,24 33,75 11,33 24,31 11,04 24,64 10,71 25,11 10,57 25,34 10,37 25,72 10,32
-
N. B. - De inhoud van elke rubriek stemt met de benaming overeen, zel s indien de produkten vervaardigd door een nijverheidstak die een andere hoofdactiviteit heeft.
worden
1,58 2,23 1,99 2,16 1,77 1,80 1,85 1,86 1,91
0,98 0,95 0,91
De verbeteringen die in de totale gegesens van worden gespreid over de verschillende produkten.
tabel V111-1
werden
aangebracht, konden niet
VIII - 3. - INVOER VAN DE B.L.E.U. - Indeling naar het gebruik der produkten (Miljarden franken) Bron :
N.I.S. - Berekeningen door de N .B.B.
Produktiegoederen bestemd voor
Maandgemiddelden
Totaal
de metaalnijverheid
de textielbedrijven
de landbouwen de voedingsmiddelen bedrijven
Verbruiksgoederen diverse produktieseetoren
de diamantnijverheid
de boutnijverheid
' de ledernijverheid
de papieren grafische nijverbeid
de tabaksnijverheid
de bouwhedriiven
de rubbernijverbeid
0,15
0,54
de
niet duurzame
brandstoffen
petro-
<,oedingsmiddelen scheikundige metaalproprodukten dukten
leumraffinaderijen
vloeibare
andere
0,16
1,71
0,56
1,00
1,83
0,60
2,20
1968
23,12
8,18
1,80
2,23
1,90
0,40
0,24
0,35
1969
27,94
10,15
2,03
2,54
2,41
0,52
0,30
0,43
0,17
0,68
0,24
2,01
0,47
1,19
0,18
0,82
0,28
2,20
0,56
1,50
andere produkten
Totaal
dierlijke produkten
plantaardige
Ultras-
goede-
Diversen 1
andere
duurzame
Algemeen totaal
duts
-
ren
produkten
1,47
7,23
1,03
1,42
0,71
4,07
4,28
0,09
34,72
0,78
1,82
8,53
1,15
1,60
0,85
4,93
5,10
0,05
41,62
9,42
1,32
1970
31,15
11,99
1,93
3,11
1,60
0,51
0,28
0,51
2,53
1,00
2,15
1,75
0,97
5,38
6,71
0,06
47,34
1971
33,39
11,60
2,01
3,29
2,07
0,50
0,30
0,55
0,19
1,02
0,33
2,65
0,84
1,42
2,97
1,25
2,40
11,19
1,51
2,14
1,11
6,43
7,59
0,07
52,24
1972
36,02
12,25
2,22
3,37
2,33
0,64
0,34
0,55
0,20
1,08
0,31
3,37
0,72
1,59
3,33
1,14
2,58
13,25
1,85
2,32
1,32
7,76
7,91
0,06
57,24
1973
44,95
15,69
2,83
4,33
3,29
0,95
0,40
0,72
0,22
1,41
0,39
3,08
0,99
1,99
4,14
1,35
3,17
16,33
2,33
2,78
1,49
9,73
9,50
0,28
71,06
1974
64,23
19,07
3,01
5,76
3,37
1,13
0,42
1,14
0,25
2,03
0,60
7,46
2,81
3,28
7,16
1,89
4,85
19,26
2,39
3,13
1,97
11,77 11,98
0,72
96,19
1975
58,95
17,03
2,42
5,91
3,08
0,91
0,35
0,92
0,28
2,05
0,51
6,97
2,73
3,43
5,83
1,89
4,64
21,27
2,73
3,74
1,95
12,85 12,46
1,25
93,93
1974 20 kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal -
69,34 21,82 64,42 17,56 65,12 18,91
3,53 2,63 2,37
5,51 5,31 6,35
4,98 2,74 2,60
1,31 0,96 0,92
0,48 0,33 0,35
1,08 1,23 1,23
0,24 0,24 0,27
2,17 2,05 2,12
0,62 0,62 0,63
6,04 9,49 8,63
3,45 3,52 3,27
2,97 3,69 3,72
8,12 7,54 6,68
1,98 1,82 1,94
5,04 4,69 5,13
19,34 2,50 18,46 2,17 19,73 2,39
3,11 3,13 3,54
1,93 1,80 2,00
11,80 12,91 11,36 11,06 11,80 12,55
0,66 102,25 0,70 94,64 0,76 98,16
1975 10 kwartaal 20 kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal -
54,11 16,11 57,08 17,24 52,24 14,77 65,41 18,95
2,49 2,40 2,10 2,69
5,94 5,55 5,17 6,84
2,58 3,21 2,58 3,80
0,84 0,94 0,79 1,07
0,41 0,36 0,28 0,35
1,03 0,94 0,76 0,93
0,27 0,30 0,24 0,29
1,83 2,11 1,90 2,18
0,53 0,53 0,44 0,52
5,70 6,28 7,59 8,05
1,44 1,73 1,90 2,89
3,54 3,42 2,60 3,64
5,10 5,39 4,39 6,70
1,93 1,96 1,67 1,90
4,37 4,74 4,62 4,61
20,14 20,67 20,27 22,94
2,49 2,67 2,49 3,16
3,10 3,70 3,50 4,25
2,00 1,89 1,86 2,10
12,55 12,41 12,41 13,43
11,44 12,31 10.85 13,92
1,26 86,95 1,42 91,48 1,47 84,83 0,82 103,09
1976 le kwartaal ._ 2e kwartaal -.
65,82 75,27
20,51 23,99
3,25 3,54
5,91 5,96
4,27 4,83
1,19 1,28
0,48 0,50
1,09 1,21
0,33 0,30
2,08 2,31
0,61 0,53
5,90 7,92
2,34 4,27
4,06 4,01
7,11 7,76
1,89 2,01
4,80 4,85
25,35 25,68
3,26 3,30
4,05 4,60
2,32 2,15
15,72 12,14 15,63 12,65
1,19 104,50 1,26 114,86
1 Rubriek die vooral produkten omvat waarvoor een vertrouwelijk t e iet geldt. • B. - De verbeteringen die in de totale gegevens van tabel VIII 1 werden aangebracht. konden niet worden gespreid over de
N.
verschillende goederensonrten.
VIII - 4a. - INDEXCIJFERS VAN DE GEMIDDELDE WAARDEN PER EENHEID * Basis 1970 = 100 Bron : N.I.S. - Berekeninorn door de N.B.B. 1969
1970
1971
1972
1973
1974
1976
1975
1974 1968
1975 2e kwart]3e kwart. 4e kwart. le kwart. 12e kwart. 13e kwart. 14e kwart.
INVOER (C.I.F.) - Indeling naar het gebruik
Produktiegoederen Verbruiksgoederen Uitrustingsgoederen Totaal
Totaal
der produkten
93,0 93,8 92,0
95,5 96,6 96,1
100,0 100,0 100,0
100,7 101,7 104,3
97,5 104,3 107,0
106,0 109,4 110,4
148,4 120,9 118,0
152,3 131,1 130,4
149,2 118,6 116,9
156,2 122,0 120,3
157,4 127,1 121,2
150,9 127,8 125,8
149,0 127,9 128,6
152,1 131,8 132,2
155,1 134,9 133,3
159,0 137,8 136,8
163,1 137,8 136,9
93,0
95,6
100,0
101,2
100,1
107,1
136,9
144,4
136,9
142,7
144,0
142,0
141,4
144,0
147,0
150,8
153,5
UITVOER (F.O.B.)
Ijzer- en staalnijverheid 1\letaalverwerkende bedrijven . Non-f erromet alen Pextiel Scheikundige produkten Steenkolennijverheid Petroleumnijverheid Glas en spiegelglas L andbouwprodukt en Cement Bouwmaterialen uit cement en uit gips Groeven Ceramiek Hout en meubelen Huiden, leder en schoeisel Papier en boeken Bewerkte tabak Rubber Voedingsmiddelenbedrijven Diversen
-
Indeling naar de aard der produkten
75,7 91,1 85,2 99,4 98,9 60,0 107,1 107,4 94,8 100,9
83,4 94,0 93,9 100,8 99,6 67,2 103,2 106,6 104,6 92,9
100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100.0 100,0 100,0 100,0 100,0
95,4 103,1 79,9 98,5 98,7 89,8 111,6 99,6 105,3 112,9
94,2 105,4 75,6 101,7 97,9 80,8 107,6 97,3 111,0 119,6
109,2 109,6 93,7 108,6 101,7 79,8 118,6 101,9 120,7 124,7
149,8 124,3 129,6 126,7 141,2 118,8 218,8 110,1 126,0 155,5
143,8 139,3 94,7 126,7 145,6 146,4 260,6 118,9 133,8 157,4
144,9 121,9 144,3 127,6 141,5 111,0 184,8 108,0 125,9 150,5
156,5 126,9 129,0 129,2 148,1 114,0 256,4 112,3 121,7 167,8
165,1 130,5 116,8 131,2 144,7 144,3 244,9 115,4 126,9 166,5
158,3 137,2 97,6 129,6 149,8 163,2 225,1 116,8 130,4 158,3
144,1 136,9 92,8 125,4 147,8 116,3 254,9 119,6 132,8 160,0
137,4 139,0 95,4 126,7 140,9 153,0 268,2 119,0 135,3 163,4
133,2 143,1 93,8 125,6 142,0 153,1 282,9 120,2 141,1 160,5
138,6 145,7 94,2 128,3 151,9 162,4 298,4 120,0 147,3 166,4
147,8 148,5 102,1 128,5 152,7 176,4 302,0 120,6 143,8 166,5
100,6 91,7 94,6 93,8 92,8 94,7 100,5 101,7 92,3 73,3
98,4 95,8 93,6 95,5 103,4 96,6 97,9 98,4 96,2 85,6
100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0
100,1 104,6 110,6 99,6 96,1 102,2 94,5 103,3 105,1 127,5
102,1 107,1 117,7 103,0 106,4 99,9 111,6 107,0 103,7 119,3
105,7 111,1 127,6 110,8 119,1 104,8 140,6 112,8 114,6 129,2
117,9 124,8 150,1 128,1 116,0 137,7 137,4 133,9 136,4 163,6
133,9 136,0 176,7 136,0 118,0 148,9 146,5 143,8 145,9 175,8
111,0 121,2 148,5 126,9 117,8 131,1 134,4 133,1 133,2 154,4
119,2 128,1 157,5 131,2 126,6 147,9 143,1 138,4 137,5 185,1
125,3 132,7 160,8 134,0 116,7 152,7 138,9 140,4 148,1 178,8
129,6 131,5 171,9 134,4 118,1 152,3 145,1 144,3 150,9 197,3
134,2 133,9 173,4 134,6 113,3 150,8 151,4 143,4 146,5 202,7
135,2 138,5 176,7 136,4 119,6 147,8 140,6 144,2 142,3 168,6
137,2 146,8 175,0 139,0 120,4 148,0 147,4 143,9 143,1 179,4
142,9 144,2 186,2 137,8 128,3 148,8 145,2 145,2 141,7 196,7
143,8 142,5 184,3 141,0 139,9 146,5 129,2 147,3 140,5 193,0
90,4
94,7
100,0
99,6
100,2
108,3
134,7
139,8
133,2
139,9
140,7
141,7
139,5
138,6
140,5
144,6
146,8
99,8
98,7
96,3
95,6
95,9
INDEXCIJFERS VAN DE RUILVOET 1 Totaal
1 Indexcijfers van de ruilvoet = • Zie N.B. van tabel VI11-1.
le kwart. 12e kwart.
97,2
99,1
100,0
98,4
100,1
101,1
98,4
indexcijfer van de gemiddelde waarden per eenheid bij de uitvoer (1 o.b.) indexcijfer van de gemiddelde waarden per eenheid bij de invoer (c.i.f.)
96,8
1
97,3
98,0
97,7
1
1
95,6
VIII 4b. - INDEXCIJFERS VAN HET VOLUME 1 Basis 1970 = 100 Bron : N.I.S. - Berekeningen door de N.B.B. 1968
1969
1970
1971
1972
1974
1973
1975
1
1974
1975
1976
2e kwart. 13e kwart. 14e kwart.
le kwart.' 2e kwart. 13e kwart. 14e kwart.
le kwart. 12e kwart.
INVOER (C.I.F.) - Indeling naar het gebruik der produkten
Produktiegoed eren Verbruiksgoederen U itrustingsgoederen Totaal
77,5 81,0 67,9
90,4 93,5 79,6
100,0 100,0 100,0
105,4 116,7 111,0
114,5 134,6 113,2
132,7 157,8 133,8
136,9
123,1 172,2 146,0
142,3 173,1 165,5
132,7
168,5 158,7
77,2
89,9
100,0
108,8
118,8
138,4
146,8
136,1
152,2
141,4
UITVOER (F O.B.)
IJzer- en staalnijverheid Metaalverwerkende bedrijven . Non-ferrometalen Textiel Scheikundige produkten Steenkolennijverheid Petroleumnijverheid Glas en spiegelglas Landbouwprodukten Cement Bouwmaterialen uit cement en uit gips Groeven Ceramiek Hout en meubelen Huiden, leder en schoeisel Papier en boeken
88,7 71,3 88,4 79,8
100,5 89,2 95,0 94,5
100,0 100,0 100,0 100,0
68,1 122,3 78,1
85,2 111,8 108,4
75,6
80,9 79,8 85,1
100,0 100,0 100,0 100,0
72,2 82,2 75,7 91,2 77,4 74,3 80,9 69,7
93,8 93,6 98,0 90,9 100,7
143,5
128,6
122,0 99,9 123,8 139,1
137,7
140,9 117,6
141,3 103,0
154,9 130,4
126,3 108,8
130,1 190,1 85,4
121,8 166,3 74,2
140,9 208,8
110,8 188,1
114,2 115,3 141,4
136,5 88,2
70,8 105,6 118,8
153,1 70,0
137,8 107,2
80,6 133,4 111,3 148,4
119,5 116,5
158,8 142,1
111,9 154,6
136,7 184,4
108,4 121,1
139,4
95,4 130,1
175,5 93,1 144,4
118,9 123,9 99,3
120,1 139,6 106,8 148,4 118,4
113,1
126,4
100,0 100,0 100.0
99,8 105,2 127,9
109,3 122,0 152,1
100,0 100,0
113,1
121,1 122,1
118,6 142,4
124,0 133,2
151,0 173,7
135,1 88,8 120,7
105,2 111,8
78,5
86,4 78,6
100,0 100,0
76,9
91,2
100,0
107,2
Totaal
100,6
100.0
115,5 109,1 76,0
70,8
133,6
100,0 100,0
89,2
113,9 67,7
127,8 120,6 134,3
131,8 176,3
106,2 141,3 127,9 125,2 166,1 128,9 144,7 193,4
133,9 166,3
114,7
168,5
121,8 172,0 151,2
110,2
168,8 141,1
165,3 129,5
133,3 181,8 150,9
130,0 196,5 142,1
199,6 146,1
145,7
128,9
136,1
123,8
145,8
144,9
156,4
119,0 136,5 102,3 123,2
105,1 147,8 103,7
80,2 126,8
98,6
103,2
154,1 119,5 136,9 186,7 59,4
161,6 100,9 140,1
108,1 173,4
145,0
Indeling naar de aard der produkten
114,1
95,8 97,6 109,4 103,0
100,0 100,0
Bewerkte tabak Rubber Voedingsm id delenbedrij ven Diversen
1 Zie N.B. van tabel VIII - 1.
84,9 94,1
97,8 115,3 92,6 112,2 116,3 97,4
-
162,1 148,3
161,9
113,0 127,2 125,7 121,5 143,7 106,3 135,6 193,0
137,3 146,5 110,2 128,7 175,7
164,4 90,4 121,3
119,8 161,0 111,9
86,8 106,4
95,7
124,9 86,7
156,3 55,8 129,5 77,4
150,9 87,3
161,5 61,3
139,1 66,4
136,7 72,9
180,4 71,0
130,6 125,6 114,4
122,5 118,2
124,1 126,7
106,5 103,9
98,3 152,8
120,4 159,0
114,9 127,7
124,8 120,6 109,8
110,9 120,2 205,4
114,8 114,2
99,8 113,2
196,5 226,7
157,2 196,7
208,1
112,6 146,2 181,9
235,8
230,8
114,7 126,5 107,8
163,8 128,2 143,1
170,3 98,0
175,7 113,9 134,7
183,6 54,5 105,2 100,9 163,4 56,5 118,3 107,2 115,8 173,8
200,3
191,9 216,1
150,8 105,9
163,2 120,0
158,8
183,8 222,9 174,5
154,0
163,5
149,3
115,1
128,8
160,0 119,7
208,1 160,9
122,6
115,2
111,6
107,9
160,1 129,5
169,0 127,2
137,8
140,7
129,9
151,9
132,2
141,2
131,7
130,4
115,2
142,5
140,9
181,0
205,1 214,2
125,0 141,8 196,7 49,3 102,9 114,1 152,9 110,8 141,6 138,5 143,7 184,3 113,6 155,0 186,3 220,9 202,8 135,5 149,9
-45VIII • 5. - GEOGRAFISCHE SPREIDING VAN DE BUITENLANDSE HANDEL VAN DE B.L.E.U.
(Miljarden franken) Bron : N.I.S. Frankrijk
Maandgemiddelden
invoer
uitvoer
handelsbalans
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
7,21 9,65 11,05 13,18 13,86 17,69 21,44 20,70
7,12 9,60 11,91 13,08 14,71 17,15 19,71 19,62
+ + -
1974 2e kwartaal 3e kwartaal 40 kwartaal 1975 10 kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal 1976 P kwartaal 2e kwartaal 1975 Eerste 8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden
21,97 20,90 21,46 20,15 21,00 18,97 22,68 24,62 26,04 19,76 20,04 20,48 20,56 20,70
21,16 19,32 20,10 19,05 19,92 18,00 21,52 23,53 25,47
1976 le maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden
20,80 23,26 24,62 25,48 25,45 25,33 24,95 24,51
20,77 21,81 23,53 23,97 24,00 24,50 24,11 23,75
18,79 19,00 19,34 19,44 19,62 -
invoer
uitvoer
0,09 0,05 0,86 0,10 0,85 0,54 1,73 ,1,08
5,30 6,62 8,11 9,28 11,08 13,38 16,66 16,39
6,31 8,81 9,58 10,24 12,03 15,07 18,31 16,84
0,81 1,58 1,36 1,10 1,08 0,97 1,16 1,09 0,57 0,97 1,04 1,14 1,12 1,08
17,26 15,48 17,15 16,12 17,23 14,47 17,75 19,12 19,85 15,96 15,94 16,26 16,24 16,39
0,03 1,45 1,09 1,51 1,45 0,83 0,84 0,76
17,31 17,96 19,12 19,34 19,19 19,48 19,14 18,36
.
handelsbalans
uitvoer
1,01 2,19 1,47 0,96 0,95 1,69 1,65 0,45
5,06 5,94 6,92 8,49 9,08 11,48 15,97 15,76
7,16 8,12 9,37 9,85 11,01 12,94 15,73 15,08
▪ ▪ + + ▪ • -
19,85 17,14 18,27 16,03 17,04 14,51 19,79 21,93 23,52 15,69 15,86 16,22 16,46 16,84
▪ 2,59 ▪ 1,66 + 1,12 - 0,09 - 0,19 • 0,04 -j- 2,04 + 2,81 -I- 3,67 - 0,27 - 0,08 - 0,04 + 0,22 ▪ 0,45
17,57 15,41 15,95 15,75 15,79 14,63 16,85 19,79 18,54 15,14 15,39 15,65 15,74 15,76
16,43 15,16 16,96 15,00 15,43 13,41 16,47 16,26 18,04 14,44 14,62 14,84 14,98 15,08
- 1,14 - 0,25 -I- 1,01 - 0,75 - 0,36 - 1,22 - 0,38 - 3,53 - 0,50 - 0,70 - 0,77 - 0,81 - 0,76 - 0,68
:18,60 20,10 21,93 22,23 22,40 22,73 22,34 21,39
• 1,29 + 2,14 -I- 2,81 + 2,89 ▪ 3,21 + 3,25 • 3,20 -I- 3,03
17,58 18,17 19,79 20,41 20,11 19,17 18,17 17,91
15,11 15,36 16,26 16,77 16,86 17,15 16,65 16,36
-
invoer
uitvoer
handelsbalans
1,02 1,21 0,99 1,38 1,00 1,29 0,62 0,14
21,87 27,09 31,04 36,63 40,42 50,20 63,92 63,09
23,77 30,61 35,31 37,89 43,74 53,02 64,07 62,13
1,90 3,52 4,27 1,26 3,32 2,82 0,15 0,96
4,83 4,81 5,76 5,77 5,51 5,14 6,33 5,52 6,01
- 1,96 - 0,41 -j- 0,36 + 0,42 - 0,46 + 0,02 - 0,54 - 2,04 - 2,14
68,12 61,16 64,32 61,53 64,19 57,74 68,88 76,10 77,94
68,08 61,58 66,12 60,41 62,30 55,17 70,63 73,59 79,59
▪ • + +
0,04 0,42 1,80 1,12 1,89 2,57 1,75 2,51 1,65
5,34 5,48 5,72 5,79 5,83
5,45 5,47 5,49 5,66 5,69
▪ -
0,11 0,01 0,23 0,13 0,14
60,95 61,15 62,50 62,72 63,09
58,68 59,29 60,56 61,27 62,13
-
2,27 1,86 1,94 1,45 0,96
7,76 6,86 7,56 7,72 7,75 7,86 7,69 7,59
5,47 5,46 5,52 5,64 5,53 5,76 5,81 5,73
-
2,29 1,40 2,04 2,08 2,22 2,10 1,88 L86
67,83 70,94 76,10 78,02 77,63 77,02 75,15 73,58
65,19 68,40 73,59 74,97 75,05 76,59 75,31 73,50
+ -
2,64 2,54 2,51 3,05 2,58 0,43 0,16 0,08
uitvoer
0,21 0,12 0,50 0,19 0,33 0,82 0,48 0,13
2,51 2,90 2,75 3,22 3,63 4,65 5,57 5,83
1,49 1,69 1,76 1,84 2,63 3,36 4,95 5,69
-
4,50 3,85 3,80 3,19 3,18 3,02 4,78 4,66 5,06
-I- 0,59 -I- 0,31 ▪ 0,18 - 0,24 - 0,37 - 0,81 + 0,91 ▪ 0,54 ▪ 0,79
6,79 5,22 5,40 5,35 5,97 5,12 6,87 7,56 8,15
3,55 3,60 3,66 3,66 3,67
3,05 3,13 3,26 3,39 3,54
-
0,50 0,47 0,40 0,27 0,13
3,51 3,83 4,12 4,14 4,16 4,20 4,23 4,26
3,88 4,12 4,66 4,75 4,72 4,86 4,80 4,65
▪ 0,37 -I- 0,29 + 0,54 + 0,61 + 0,56 + 0,66 + 0,57 ▪ 0,39
1968 1969 1970 L971 1972 1.973 1974 1975
1,50 1,68 1,77 2,06 2,37 2,68 3,62 3,67
1,29 1,80 2,27 2,25 2,70 3,50 4,10 3,54
▪ + + + • ▪ -
1974 2e kwartaal 30 kwartaal 40 kwartaal 1975 1° kwartaal 20 kwartaal 3° kwartaal 4 0 kwartaal 1976 le kwartaal 20 kwartaal
3,91 3,56 3,62 3,43 3,55 3,83 3,87 4,12 4,27
1975 Eerste 8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden 1976 le maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden
2,47 2,81 3,53 3,64 3,25 2,02 1,52 1,55
E.E.G. 1
handelsbalans
invoer
uitvoer
2,10 2,18 2,45 1,36 1,93 1,46 0,24 0,68
1 ++ +++++
handelsbalans
invoer
handelsbalans
invoer
Verenigd Koninkrijk
ItaliS
Maandgemiddelden
Nederland
++ ++ + ++ +
Duitse Bondsrepubliek
1 Duitse Bondsrepubliek, Frankrijk, Nederland, Italie, Verenigd Koninkrijk, Ie land, Denemarken.
VIII - 5. - GEOGRAFISCHE SPREIDING VAN DE BUITENLANDSE HANDEL VAN DE B.L.E.U. (Miljarden franken) Bron : N.1.S. Totaal Europese 0.E.S.0.-landen 1 Maandgemiddelden
1968 1969 1977 1971 1972 1973 1974 1975 1974 2° kwartaal 3° kwartaal 4° kwartaal
1975 1. kwartaal 2. kwartaal 3° kwartaal 4 0 kwartaal 1976 1 0 kwartaal
2° kwartaal 8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 1.2 maanden 1976 1° maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden 1975 Eerste
invoer
uitvoer
handelsbalans
invoer
uitvoer
23,73 29,35 33,61 39,51 43,66 54,45 69,74 69,31
26,20 33,79 39,41 41,68 48,43 58,97 71,96 69,52
2,47 + 4,44 + 5,80 + 2,17 4,77 + 4,52 2,22 + 0,21
2,87 3,19 4,15 3,34 3,20 4,03 6,29 5,97
3,21 2,90 2,90 3,44 3,61 4,07 5,13 3,60
+ + + + -
0,34 0,29 1,25 0,10 0,41 0,04 1,16 2,37
74,04 66,50 70,91 67,68 70,58 63,55 75,43 82,73 84,24 66,37 67,62 68,74 68,92 69,31 74,32 77,41 82,73
76,31 68,94 74,65 68,46 69,70 61,52 78,38 81,70 87,60 66,03 66,56 67,95 68,59 69,52 72,44 75,43 81,70 82,64 82,75 84,65 83,17 81,32
+ + + + +
7,53 5,91 5,58 6,08 5,49 4,99 7,32 6,37 7,25 5,52 5,52 5,82 5,87 5,97 6,32 6,01 6,37 6,56 6,67 6,81 6,69 6,67
5,61 5,12 5,36 3,61 3,52 2,89 4,38 3,52 3,65 3,39 3,34 3,42 3,56 3,60 3,33 3,33 3,52 3,52 3,56 3,59 3,56 3,43
-
1,92 0,79 0,22 2,47 1,97 2,10 2,94 2,85 3,60 2,13 2,18 2,40 2,31 2,37 2,99 2,68 2,85 3,04 3,11 3,22 3,13 3,24
84,12 83,48 81,53 79,93
+ + + +
2,27 2,44 3,74 0,78 0,88 2,03 2,95 1,03 3,36 0,34 1,06 0,79 0,33 0,21 1,88 1,98 1,03 1,97 1,37 1,17 1,64 1,39
Latijns-Amerika 2 Maandgemiddelden
Rep. handelsbalans
handelsbalans
handelsbalans
uitvoer
0,59 0,53 0,68 0,38 0,03 0,22 0,55 0,46
1,37 1,80 1,95 1,18 1,10 1,92 2,47 1,39
+ + + + + + + -
0,95 0,21 0,89 1,50 0,15 0,01 0,20 0,35 0,89
3,72 2,46 1,76 1,08 1,51 1,54 1,44 1,21 1,98
0,32 0,40 0,50 0,55 0,47 0,49 0,65 0,54 0,57 0,68 0,82 0,75 0,54 0,34 0,53 0,41 0,53
-
+ + + + + -
0,61 0,55 0,47 0,46 0,46 0,35
-
0,28 0,35 0,49 0,49 0,62 0,64 0,78
1,43 1,38 1,38 1,34 1,39 1,49 0,86 1,21 1,30 1,47 1,60 1,79 1,89
0,57 0,54 0,53 0,53 0,54 0,42 0,36 0,41 0,44 0,44 0,47 0,47 0,47
-
uitvoer
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975 1974 2° kwartaal 3° kwartaal 4° kwartaal . 1975 1° kwartaal . 2° kwartaal 3° kwartaal 4° kwartaal 1976 1° kwartaal 2° kwartaal
1,29 1,28 1,57 1,41 1,20 1,55 1,88 1,70 1,66 2,16 1,98 1,39 1,63 1,81 1,94 1,96 2,57
0,70 0,75 0,89 1,03 1,17 1,33 2,43 2,16
+ +
2,61 2,37 2,87 2,89 1,78 1,82 2,14 1,61 1,68
8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden 1976 1° maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden
1,54 1,61 1,70 1,69 1,70 1,79 1,71 1,96 2,07 2,14 2,27 2,27 2,40
2,15 2,16 2,17 2,15 2,16 1,44 1,43 1,61 1,58 1,65 1,65 1,63 1,62
Landen van het sterlinggebied exclusief het Verenigd Koninkrijk invoer
uitvoer
1,91 2,31 2,33 2,36 2,29 2,78 4,31 3,77 4,67 4,71 4,74 3,04 4,15 3,50 4,38 4,95 5,11 3,49 3,56 3,66 3,69 3,77 5,77 5,19 4,95 4,92 4,85 5,03 4,98 4,90
1,09 1,24 1,39 1,47 1,45 2,05 3,03 3,22 3,25 3,07 3,23 3,96 3,14 2,78 2,98 3,76 3,97 3.36 3,30 3,28 8,25 3,22 3,39 8,03 3,76 3,73 3,78 3,87 3,85 3,80
Zaire, Rwanda en Burundi
invoer
invoer
1975 Eerste
Verenigde Staten van Amerika
-
handelsbalans
-
-
0,82 1,07 0,94 0,89 0,84 0,73 1,28 0,55 1,42 1,64 1,51 0,92 1,01 0,72 1,40 1,19 1,14 0,13 0,26 0,38 0,44 0,55 2,38 1,56 1,19 1,19 1,07
-
1,13
-
1,10
Come con
invoer
uitvoer
handelsbalans
1,05 1,40 1,45 0,63 0,63 1,43 1,82 0,85 3,15 1,78 0,94 0,35 0,97 1,20 0,91 0,80 1,45
0,64 0,65 0,74 0,88 0,97 1,26 1,85 1,89 1,72 1,83 2,10 1,99 1,92 1,78 1,88 2,02 2,02
0,61 0,62 0,71 0,75 0,99 1,62 2,69 2,60 2,82 2,74 3,05 3,25 2,65 2,09 2,42 2,29 2,43
- 0,03 - 0,03 - 0,03 - 0,13 + 0,02 + 0,36 + 0,84 + 0,71 + 1,10 + 0,91 + 0,95 1,25 + 0,73 + 0,31 + 0,54 + 0,27 + 0,41
0,86 0,84 0,85 0,81 0,85 1,07 0,50 0,80 0,86 1,03 1,13 1,32 :1,42
1,85 1,90 1,91 1,88 1,89
2,78 2,66
+ 0,93 + 0,76 -I- 0,70 + 0,69 + 0,71 + 0,20 0,23 + 0,27 + 0,26 + 0,36 + 0,34 + 0,41 + 0,52
1,76 1,99 2,02 2,04 1,94 2,02 1,95 1,89
2,61 2,57 2,60 2,32 2,22 2,29 2,30 2,30 2,36 2,36 2,41
1 Inclusief Finland vanaf januari 1970.
2 Zuid-Amerika, Midden-Amerika en Mexico. Bibliografische referenties : Maandelijks bulletin over de buitenlandse handel van de B.L.E.U. - Statistisch Jaarboek voor Belgiii. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Belgisch Handelstijdschrift van de Belgo. ,he Dienst voor de Buitenlandse Handel. - Belgische Economische
Statistieken 1960-1970. - Statistische tijdschriften : Commerce extdrieur (0.E.S.0.), Statistical Papers : Direction of International Trade
(O.V.N.), Eurostat (Bureau voor de Statistiek der Europese Gemeenschappen).
IX. - BETALINGSBALANS VAN DE BELGISCH-LUXEMBURGSE ECONOMISCHE UNIE 1. - ALGEMENE BETALINGSBALANS Jaarcijfers ( Miljarden franken) 1975 1969
1970
1971
1972
1973
1974
4,6 9,0 4,8 0,4 + 0,7
+ 23,9 + 9,7 + 5,0 ... + 1,5 0,9 7,2 3,4 0,6
+ 20,8 + 13,9 + 6,4 + 0,1 + 3,8 - 0,2 + 0,6 - 10,2 + 4,2 + 3,4
+ 29,3 + 13,7 + 3,1 + 0,3 + 4,8 - 0,2 + 0,1 - 12,4 + 7,4 + 8,5
+ 27,4 +17,0 + 5,3 - 1,4 + 3,2 - 0,5 - 0,2 - 16,6 + 7,2 + 7,3
Totaal 1
+ 4,5 + 0,4 + 10,0
+ 3,9 + 1,8 + 43,5
+ 4,2 + 2,3 + 49,3
13,8 8,3 + 5,5 + 5,0 + 4,9 + 5,1 77,0 72,7 + 4,3 + 0,4 + 3,5 + 0,4 + 60,0 + 57,1 + 50,4 1 .297,4 1 .251 ,0 + 46,4
Totaal 2
+ 5,8 - 12,1 - 6,3
+ 6,6 - 14,4 - 7,8
+ 6,8 - 14,8 - 8,0
+ 8,1 4-11,5 + 6,8 - 16,9 - 23,6 - 21,4 - 8,8 - 12,1 - 14,6
25,3 3,4 28,7
18,2 + 7,1 32,0 - 28,6 50,2 - 21,5
- 2,1 + 1,3 1,1
+ -
1,8 1,9 0,6
-
2,0 7,8 1,2
-
2,5 - 1 , 4 - 1,5 6,5 - 1 ,5 - 0,9 1,6 - 1,5 - 1,5
1,6 0,1
1,5 - 1 , 5 1,0 + 0,6 3,4 - 3 , 3
-0,2 ... - 2,1
-
... ... - 11,0
-
-
0,2 . .. 0,7
... 0,1 ... . .. ... ... - 10,7 - 4,4 - 3,9
... ... 1,7
... ... ... ... 5,9 - 4,2
+ 1,6 + 8,0
+
2,4 0,3
-
0,5 1,2
-
1,2 - 1,3 + 1,1 1 , 0 - 1 , 6 - 2,1
1 ,8 0,1
0,3 +. 1,5 1,8 - 1,7
- 15,0 - 0,7 - 1,3 + 3,1
- 15,7 - 7,8 - 0,9 - 2,7
- 23,6 - 8,8 - 1,2 - 1,3
- 36,0 - 6,5 - 1,5 - 1,5
- 31,4 - 6,7 - 3,6 - 6,6
- 15,4 - 14,5 - 3,8 - 12,6
7,8 1,5 -
36,1 13,3 4,5 3,2
- 36,1 - 5,5 - 3,0 - 3,2
- 1,1 + 13,8 - 0,3 + 6,1
+ 1,3 + 15,9 ... - 1,8
+ 5,1 + 21,8 + 0,3 + 0,1
+ 4,1 + 3,4 + 17,7 + 27,5 + 0,9 + 3,2 + 4,8 + 4.0
- 2,9 + 41,8 + 2,1 + 1,2
1,6 37,7 2,4 4,3
3,8 1,0 -
+ 1,6 + 33,9 + 1,4 + 4,3
+ 14,2 + 2,1 + 17,9
.. . - 13,8 - 1,2 + 20,0
•• • - 9,3 - 0,6 + 20,4
•• • •• • •• • •• • •• • - 20,2 - 13,1 - 5,1 57,2 64,0 - 6,8 - + 11,2 11,2 - 0,5 + 6,8 + 3,7 + 19,8 ± 34,3 +30,5 1.396,2 1.371,1 + 25,1
+ 2,8
+
-
-
+ 5,9 + 1,8 + 2,0 + 5,4
+ 3,8 - 0,7 + 0,7 + 11,4
(it. vangsten
Uitgaven
872,5 26,3 16,8 16,7 48,9 1,2 17,7 31,8 150,2 24,5
887,8 10,5 15,7 42,2 1,7 17,0 51,9 133,8 9,4
Saldo
1. Goederen- en dienstentransacties :
1.1 Goederentransacties : 1.11 Uitvoer en invoer 1 1.12 Loonwerk 1.13 Arbitrage (netto) 1.2 Niet-monetair goud 1.3 Vrachtkosten 2 1.4 Verzekeringskosten voor goederenvervoer 2 1.5 Andere vervoerkosten 1.6 Reisverkeer 1.7 Opbrengsten uit investeringen 1.8 Niet elders vermelde overheidstransacties 3 1.9 Overige : 1.91 Grensarbeiders 1.92 Overige
+ + -
...
- 0,1
+ 0,7 - 6,9 + 0,8
+ -+
1,1
+
+
+ 11,3 + 16,9 + 13,9 - 7,3 + 3,7 - 0,5 - 0,5 - 17,9 + 12,1 + 13,2
- 15,3 + 15,8 + 16,8 + 1,0 + 6,7 - 0,5 + 0,7 - 20,1 + 16,4 + 15,1
2. Overdrachten :
2.1 Particulieren 2.2 Staat 3. Kapitaalverkcar van de overheid : 3.1 Staat 4 :
3.1.1 Verplichtingen : 3.111 Contractuele aflossingen 3.112 Andere transacties 3.12 Tegoeden 3.2 Andere overheid : 3.21 Verplichtingen 3.22 Tegoeden Totaal 3 4. Kapitaalverkeer van de bedrijven 5 en particulieren :
4.1 Overheidsbedrijven 4.2 Financiële instellingen van de overheidssector 4.3 Particuliere sector : 4.31 Belgisch-Luxemburgse investeringen en beleggingen in het buitenland : 4.311 Effecten (nettocijfers) 4.312 Directe investeringen 4.313 Onroerende goederen 4.314 Overige (nettocijfers) 4.32 Buitenlandse investeringen en beleggingen in de B.L.E.U. : 4.321 Effecten (nettocijfers) 4.322 Directe investeringen 4.323 Onroerende goederen 4.324 Overige (nettocijfers) 4.33 Niet- onderscheiden investeringen en beleggingen (nettocijfers) Totaal 4 5. Vergissingen en weglatingen (netto) Totaal 1 tot 5 6. Financiering van het totaal :
6.1 Herfinanciering buiten de geldscheppende instellingen van commerciële vorderingen op het buitenland 6.2 Mutatie van de goudvoorraad en de netto deviezenpositie van de geldscheppende instellingen : 6.21 Belgische en Luxemburgse banken : 6.211 In Belgische en Luxemb. franken 6.212 In buitenlandse geldsoorten 6 6.22 Diverse geldscheppende instellingen 6.23 N.B.B. 6 p.m. Mutatie van de bijzondere trekkingsrechten voortvloeiend uit toekenningen .
-
(+
1 Voor een deel van de uitvoer en van de invoer zijn het c.i.f.-cijfers, d.w.z. dat de vracht- en verzekeringskosten voor het goederenvervoer erin begrepen zijn. Incl., vanaf januari 1972, de uitgaven voor militair materieel. 2 De ontvangsten en uitgaven van deze rubriek omvatten slechts een deel van de vracht- en verzekeringskosten voor het goederenvervoer. Het andere deel kon niet worden gescheiden van de uitvoer of van de invoer waarop het betrekking heeft en is dus begrepen in de ontvangsten en de uitgaven van de rubriek 1.11 • Uitvoer en invoer s (cf. noot 1). 3. Veraf 1972, exclusief de uitgaven voor militair materieel:
4,8
3,0
- 5,2 + 10,6 + 0,5 + 17,5
0,7
- 4,5 + 1,3 - 2,7 + 26,4
3,5) (+ 3 ,5 ) ( 4-
3,4)
+ 1,0 + 5,9
-
-
+ 0,7
- 13,8 + 10,9 - 0,2 + 36,4
+2,6 + 13,9 + 0,6 + 7,5
-
-
- 6,2 + 12,0 + 0,4 + 18,2
-
-
-
-
-
4 Incl. liet Wegenfonds. 5 Andere dan de geldscheppende instellingen. 6 Vanaf januari 1974 zijn deze cijfers berekend op basis van de mutatie van de nettotegoeden op het buitenland in buitenlandse geldsoorten, omgezet in Belgische franken tegen de wisselkoersen van de periode; zij houden geen rekening met de boekhoudkundige veranderingen die de tegenwaarde in Belgische franken van de aan het begin van de periode bestaande bedragen in buitenlandse geldsoorten kan hebben ondergaan ten gevolge van wisselkoersveranderingen tijdens de periode.
IX - 2. - ALGEMENE BETALINGSBALANS Saldi per kwartaal (Miljarden franken) 1974
1975
1976
v
2e kwartaal
3e kwartaal
4e kwartaal
le kwartaal
25 kwartaal
Se kwartaal
40 kwartaal
lo kwartaal
- 2,6 + 3,2 + 0,4 - 0,6 + 0,9
+ 0,7 + 4,6 + 8,6 - 0,4 + 1,3
+11,9 + 4,4 - 0,1 - 6,4 + 1,1
+ 9,2 + 4,4 + 2,6 + 0,2 + 1,7
- 5,4 + 4,2 + 6,7 + 0,4 + 1,6
- 8,7 + 3,1 + 2,2 + 1,2 + 1,9
-10,4 + 4,1 + 5,3 - 0,8 + 1,5
-25,6 + 3,7 + 3,1 - 1,0 + 1,5
-13,1 + 6,1 + 5,7 - 1,2 + 2,1
- 0,1
-
- 0,3 - 7,9 + 3,9
0,3 + 0,2 - 2,1 + 4,9
- 0,1 - 0,1 - 3,8 + 4,3
- 0,3 + 0,6 - 5,1 + 0,8
- 0,1 + 0,1 - 9,7 + 6,1
... + 0,1 - 1,5 + 5,2
... + 0,2 - 4,1 + 4,9
- 0,1 - 0,2 - 6,0 + 5,9
+ 3,0
+ 3,5
+ 3,8
+ 3,4
+ 3,8
+ 3,6
+ 4,3
+ 5,0
+ 4,7
+ 1,4 - 0,4 0,6 -
+ 1,1 + 0,9 +15,9
+ 1,3 ... +18,7
+ 1,4 + 0,8 -1-24,0
+ 1,7 + 1,0 +10,0
+ 1,6 - 0,4 + 0,9
+ 0,8 + 2,9 +11,5
+ 1,2 + 0,5 -10,6
+ 1,5 + 2,6 + 8,0
+ 1,3 - 5,3 - 4,0
+ 1,3 - 4,7 - 3,4
+ 1,0 - 5,8 - 4,8
+ 1,4 - 6,1 - 4,7
+ 0,3 - 7,5 - 7,2
+ 2,4 - 6,9 - 4,5
+ 3,0 - 8,1 - 5,1
+ 1,5 - 7,0 - 5,5
-f. 2,8 - 8,1 - 5,3
- 0,5 + 0,1 ...
- 0,2 - 0,1 - 0,4
- 0,2 - 0,4 - 0,7
- 0,5 - 0,6 ...
- 0,5 + 0,9 - 1,3
- 0,2 - 0,3 - 0,1
- 0,3 + 0,6 - 1,9
- 0,3 - 0,2 - 0,1
- 0,7 + 0,5 - 0,2
... ... - 0,4
... . .. - 0,7
•• • .•. - 1,3
... ... - 1,1
... ... - 0,9
... ... - 0,6
... ... - 1,6
... ... - 0,6
... ... - 0,4
20 kwartaal
1. Goederen- en dienstentransacties :
1.1 Goederentransacties : 1.11 Uitvoer en invoer 1 1.12 Loonwerk 1.13 Arbitrage .1.2 Niet-monetair goud 1.3 Vrachtkosten 2 1.4 Verzekeringskosten voor goederenvervoer 2 1.5 Andere vervoerkosten 1.6 Reisverkeer 1.7 Opbrengsten uit investeringen 1.8 Niet elders vermelde overheidstransacties 1.9 Overige : 1.91 Grensarbeiders 1.92 Overige Totaal 1
...
- 0,2 - 5,0 0,7
.
2. Overdrachten :
2.1 Particulieren 2.2 Staat Totaal 2 3. Kapitaalverkeer van de overheid :
Staat 3 • 3.11 Verplichtingen : 3.111 Contractuele aflossingen 3.112 Andere transacties 3.12 Tegoeden 3.2 Andere overheid : 3.21 Verplichtingen 3.22 Tegoeden Totaal 3 1 Kapitaalverkeer van de bedrijven 4 en 3.1
,
particulieren :
4.1 Overheidsbedrijven 4.2 Financiële instellingen van de over•heidssector 4.3 Particuliere sector : 4.31 Belgisch-Luxemburgse investeringen en beleggingen in het buitenland : 4.311 Effecten 4.312 Directe investeringen 4.313 Onroerende goederen 4.314 Overige 4.32 Buitenlandse investeringen en beleggingen in de B.L.E.U. : 4.321 Effecten 4.322 Directe investeringen 4.323 Onroerende goederen 4.324 Overige 4.33 Niet-onderscheiden investeringenen beleggingen Totaal 4 5. Vergissingen en weglatingen Totaal
1 tot 5
+ 0,8
+ 0,2
•• •
+ 0,5
...
+ 0,1
+ 0,9
+ 0,4
- 0,3
0,5
- 0,5
- 0,2
+ 1,0
- 1,7
- 0,6
- 0,4
+ 0,9
+ 3,9
3,7 - 2,0 - 1,2 3,4
-
-
-
8,8 2,0 0,7 1,6
-11,1 - 2,9 - 0,9 ...
- 6,2 ... - 0,5 - 0,5
-10,0 - 0,6 - 0,9 - 1,1
-10,3 - 3,9 - 0,5 - 0,7
+ 3,5 - 3,0 - 0,6 - 4,8
1,6 +11,8 + 0,3 + 2,1
- 1,0 +10,4 + 0,5 + 1,3
- 0,1 +10,2 + 0,9 - 3,3
+ 0,9 + 7,5 + 0,3 + 2,2
- 0,1 + 7,5 + 0,3 + 0,2
+ + + +
+ 0,3 +11,9 + 0,5 + 1,7
+ 0,3 + 5,9 + 0,5 + 3,7
+ + + +
... + 2,6 + 8,4
+ 0,7 +10,4
... - 9,9 -11,2
- 0,7 + 3,2
... - 8,7 + 6,4
... + 0,3 + 0,9
+ 2,3 + 0,7
... - 3,7 - 2,7
+ 5,8 - 0,4
+ 6,0
+22,9
- 8,5
+20,7
- 0,4
- 3,0
+ 7,8
-23,1
+ 7,7
- 0,3
+ 1,2
+ 1,9
+ 2,8
+ 1,0
...
- 3,1
+ 1,7
- 0,7
+ 2,8 + 4,8 ... - 1,3
+ 3,2 + 2,0 + 0,2 +16,3
- 6,3 -13,6 + 0,4 + 9,1
+ 4,1 + 2,6 + 1,1 +10,1
+ 0,8 - 1,5 - 1,4 + 0,7
- 4,4 + 1,4 + 1,7 - 1,7
- 6,7 + 9,5 - 1,0 + 9,1
+ 5,7 +14,6 - 1,2 -43,9
- 9,0 -10,3 + 0,4 +27,3
0,2 4,4 1,1 4,5
7,3 7,2 0,7 2,2
0,5 7,0 0,3 0,2
0,2 3,7 0,5 2,7
6. Financiering van het totaal :
6.1 Herfinanciering buiten de geldscheppende instellingen van commerciële vorderingen op het buitenland 6.2 Mutatie van de goudvoorraad en de netto deviezenpositie van de geldscheppende instellingen : 6.21 Belg. en Luxemb. banken : 6.211 In Belg. en Lux. fr. . 6.212 In buitenl. geldsoort. 5 6.22 Diverse geldschep. instelling. 6.23 N.B.B. 5 p.m. Mutatie van de bijzondere trekkingsrechten voortvloeiend uit toekenningen
-
-
Voor een deel van de uitvoer en van de invoer zijn het c.i.f.-erfera, d.w.z. dat de vracht- en verzekeringskosten voor het goederenvervoer erin begrepen zi'n. 2 Do ontvangsten en uitgaven van deze rubriek omvatten slechte een deel Vall de vracht, en verzekeringskosten voor het goedereuveivoer. Het andere deel kon niet worden gescheiden van de uitvoer of van de invoer waarop het betrekking heeft en is dus begrepen in de ontvangsten en de uitgaven van de rubriek 1.11 (of. noot 1). v Uitvoer en invoer 3 'nol. het Wegenfonds. 1
-
4 5
-
-
-
-
-
Andere dan de geldscheppende instellingen. Deze cijfers zijn berekend op basis van de mutatie van do nettotegoeden op hot buitenland in buitenlandse geldsoorten, omgezet in Belgische franken tegen de wisselkoersen van de periode; zij houden geen rekening mot do boekhoudkundige veranderingen die de tegenwaarde in Belgische franken van de aan het begin van de periode bestaande bedragen in buitenlandse geldsoorten kon hebben ondergaan ten gevolge van wisselkoersveranderingen tijdens de periode.
ALGEMENE BETALINGSBALANS IX 3. Ontvangsten en uitgaven per kwartaal en samengevoegde maandsaldi -
-
(Miljarden franken) 1976
1976
le kwartaal
2e kwartaal
v
v
Ontsten 1 Uitgaven veeeg
n
1 979
1976
Saldo
vagen
Uitgaven
Saldo
v
Eerste 8 maanden
1. Goederen- en dienstentransacties :
.
1.1 Goederentransacties : 1.11 Uitvoer en invoer 1 1.12 Loonwerk 1.13 Arbitrage (netto) 1.2 Niet-monetair goud 1.3 Vrachtkosten 2 1.4 Verzekeringskosten voor goederenvervoer 2 1.5 Andere vervoerkosten 1.6 Reisverkeer 1.7 Opbrengsten uit investeringen 1.8 Niet elders vermelde overheidstransacties 1.9 Overige : 1.91 Grensarbeiders 1.92 Overige
•
Totaal 1
235,3 6,1 3,1 1,0 12,2 0,4 4,5 7,8 36,2 7,3
260,9 2,4 2,0 10,7 0,4 4,3 11,9 31,3 2,3
-25,6 + 3,7 + 3,1 - 1,0 + 1,5 ... + 0,2 - 4,1 + 4,9 + 5,0
245,7 8,7 5,7 2,3 13,0 0,3 4,7 8,5 40,3 7,2
258,8 2,6 3,5 10,9 0,4 4,9 14,5 34,4 2,5
-13,1 + 6,1 + 5,7 - 1,2 + 2,1 - 0,1 - 0,2 - 6,0 + 5,9 + 4,7
+ 3,3 6 +10,8 +10,7 + 0,2 + 4,6 - 0,4 + 0,6 -17,3 + 9,7 + 9,5
-56,5 1 +13,6 + 9,0 - 2,3 + 4,9 - 0,3 - 0,3 -18,7 +15,3 +13,0
3,5 20,1
+ 1,2 + 0,5 -10,6
4,0 21,2
2,5 18,6
+ 1,5 + 2,6
+ 4,2 + 2,1
+ 3,8 + 5,2
337,5
2,3 19,6 348,1
361,6
353,6
+ 8,0
+38,0
-13,3
6,9 0,8
5,4 7,8
+ 2,8 - 8,1
13,2
8,2 0,8 9,0
5,4 8,9
7,7
+ 1,5 -7,0 - 5,5
14,3
- 5,3
+ 3,3 -17,8 -14,5
+ 7,1 -19,3 -12,2
0,2 ...
0,3 0,4 0,1
- 0,3 - 0,2 - 0,1
1,0 ...
0,7 0,5 0,2
- 0,7 + 0,5 -- 0,2
- 1,1 + 0,1 - 1,3
- 1,0 - 0,1 - 0,8
•• • 0,2
•• . •• • 0,8
••• ••• - 0,6
••• ••• 1,0
••• ••• 1,4
••• ••• - 0,4
••• ••• - 2,3
... ••• - 1,9
0,6 1,4
0,2 0,5
+ 0,4 + 0,9
... 4,1
0,3 0,2
- 0,3 + 3,9
+ 0,8 - 1,0
+ 0,5 + 4,9
0,5 0,5 -
10,3 4,4 1,0 0,7
-10,3 - 3,9 - 0,5 - 0,7
3,5 0,9 0,6 -
3,9 1,2 4,8
+ 3,5 - 3,0 - 0,6 - 4,8
-23,1 - 6,2 - 1,9 - 1,4
-
0,3 6,5 0,8 3,7
0,6 0,3 -
+ + + +
0,3 5,9 0,5 3,7
0,2 4,2 0,7 2,7
0,5 0,2 -
+ + + +
0,2 3,7 0,5 2,7
+ 1,2 +19,0 + 0,9 + 2,8
+ 0,1 +14,0 + 1,5 + 5,8
... 14,3' -
18,0 2,7
••• - 3,7
••• 16,9
11,1
••• + 5,8
••• - 8,9
••• - 1,3
- 0,4
2. Overdrachten :
2.1 Particulieren • 2.2 Staat Totaal 2 3. Kapitaalverkeer van de overheid :
3.1 Staat 3 • 3.11 Verplichtingen : 3.111 Contractuele aflossingen 3.112 Andere transacties 3.12 Tegoeden 3.2 Andere overheid 3.21 Verplichtingen 3.22 Tegoeden Totaal 3 4. Kapitaalverkeer van de bedrijven 4 en particulieren :
4.1 Overheidsbedrijven 4.2 Financiële instellingen van de overheidssector 4.3 Particuliere sector : 4.31 Belgisch-Luxemburgse investeringen en beleggingen in het buitenland : 4.311 Effecten (nettocijfers) 4.312 Directe investeringen 4.313 Onroerende goederen 4.314 Overige (nettocijfers) 4.32 Buitenlandse investeringen en beleggingen in de B.L.E.U. : 4.321 Effecten (nettocijfers) 4.322 Directe investeringen 4.323 Onroerende goederen 4.324 Overige (nettocijfers) 4.33 Niet-onderscheiden investeringen en beleggingen (nettocijfers) Totaal 4 5. Vergissingen en weglatingen (netto)
Totaal 1 tot 5
8,5 8,3 1,5 9,8
359,7
382,8
- 2,7 -23,1
388,5
0,4 380,8
+ 7,7
+ 2,7 +15,0
- 3,0 -31,7
-
-
+ 1,7
-
-
- 0,7
...
+ 1,0
-
-
-
-
+ 5,7 +14,6
-
-
-43,9
-
-
- 9,0 -10,3 + 0,4 +27,3
+ 6,7 - 5,9 - 0,4 +14,6
+10,4 + 6,7 - 0,8 -49,0
-
-
-
-
-
-
-
6. Financiering van het totaal :
6.1 Herfinanciering buiten de geldscheppende instellingen van commerciële vorderingen op het buitenland 6.2 Mutatie van de goudvoorraad en de netto deviezenpositie van de geldscheppende instellingen 6.21 Belgische en Luxemburgse banken : 6.211 In Belgische en Luxemburgse franken 6.212 In buitenlandse geldsoorten 5 6.22 Diverse geldscheppende instellingen 6.23 N.B.B. 5 p.m. Mutatie van de bijzondere trekkingsrechtcn voortvloeiend uit toekenningen i Voor een deel van de uitvoer en van de invoer zijn het c.i.f.-cijfers,
d.w.z. dat de vracht- en verzekeringskosten voor het goederenvervoer erin begrepen zijn. 2 De ontvangsten en uitgaven van deze rubriek omvatten slechts een deel van de vracht- eu verzekeringskosten voor het goederenvervoer. Het andere deel kon niet worden gescheiden van de uitvoer of van de invoer waarop het betrekking heeft en is dus begrepen in de ontvangsten en de uitgaven van de rubriek 1.11 Uitvoer en invoer» (cf. noot 1). 3 Incl. het Wegenfonds. 4 4, nde-i dan de geldscheppende instellingen.
-
-
Deze cijfers werden berekend op basis van de mutatie van de nettotegoeden op het buitenland in buiten:and»e geldsoorten, omgezet in Belgische franken tegen de wisselkoersen van de periode; zij houden geen rekening niet de boekhoudkundige veranderingen die de tegenwaarde in Belgische franken van de aan het begin van de periode bestaande bedragen in buitenlandse geldsoorten kan hebben ondergaan ten gevolge van wisselkoersveranderingen tijdens de periode. 6 Uitvoer = 580,5; invoer = 577,2. 7 Uitvoer = 640,1; invoer = 696,6. 5
IX • 4. VERRICHTINGEN MET HET BUITENLAND, VERRICHTINGEN IN BUITENLANDSE VALUTA'S VAN DE INGEZETENEN MET DE BELGISCHE EN LUXEMBURGSE GELDSCHEPPENDE INSTELLINGEN EN TERMIJNVALUTATRANSACTIES * -
(Miljarden franken) 1975 1972
1978
1974
1975
20 awartaal
1976 v
5e 4e le kwartaal kwartaal kwartaal
20 kwartaal
1. Goederen en dienstenverkeer (rubr. 1 v. de algem. betalingsbalans) 2. Overdrachten (rubriek 2 van de algemene betalingsbalans) 3. Kapitaalverkeer van de overheid :
+60,0 + 57,1 +50,4 +46,4 +10,0 + 0,9 +11,5 --10,6 + 8,0 8,8 - 12,1 -14,6 -21,5 - 7,2 - 4,5 - 5,1 - 5,5 - 5,3
3.1 Rubriek 3 van de algemene betalingsbalans 3.2 Vermeerdering (+) of vermindering (-) van de schuld in buitenlandse valuta's tegenover de Belgische en Luxemburgse banken 3.3 Vermeerdering (-) of vermindering (+) van het bedrag van de op termijn van de N.B.B. te ontvangen buitenlandse valuta's 4. Kapitaalverkeer van de bedrijven 1 en particulieren : 4.1 Rubriek 4 van de algemene betalingsbalans 4.2 Mutatie in de tegoeden en verplichtingen in buitenlandse valuta's van de ingezetenen tegenover de Belgische en Luxemburgse banken 4.21 Vermeerdering (-) of vermindering (+) van tegoeden : 4.211 Vorderingen in buitenlandse valuta's 4.212 Bedrag van de op termijn te ontvangen buitenlandse valuta's 4.22 Vermeerdering (+) of vermindering (-) van verplichtingen : 4.221. Schulden in buitenlandse valuta's 4.222 Bedrag van de op termijn te leveren buitenlandse valuta's
-10,7 -
-
6,4
4,4 - 3,9 - 4,2 - 0,9 - 0,6 - 1,6 - 0,6 - 0,4 0,3 + 0,1 + 0,3 + 0,3
+ 8,1
...
...
...
...
+ 0,1 + 0,5 + 0,2 0 5 ,
-20,2 - 13,1 - 5,1 - 6,8 - 8,7 + 0,3 + 2,3 - 3,7 + 5,8
- 2,7 - 10,8 -21,7 -57,0 -30,5 --15,5 - 5,8 - 3,6 - 6,7 -14,9 - 53,2 -13,9 - 3,2 +15,6 -10,7 - 3,3 -28,4 +14,6 + 6,2 + 11,8 +14,1 +52,5 +33,2 + 9,8 + 6,1 -10,1 +12,1 +23,5 + 46,7 +12,5 - 5,0 -16,1 + 9,5 + 4,2 +39,2 - 8,7
5. Mutatie van de tegoeden en verplichtingen in Belgische en Luxemburgse franken van de niet-ingezetenen tegenover de Belgische en Luxemburgse banken en tegenover diverse geldscheppende instel. •
5.1 Vermeerdering (-) of vermindering (+) van de verplichtingen in de vorm van commerciële kredieten bij hun oorsprong gefinancierd door de Belgische banken 5.2 Vermeerdering (+) of vermindering (-) van het overschot van de tegoeden op de overige contante verplichtingen 5.3 Vermeerdering (+) of vermindering (-) van het overschot van het bedrag der op termijn te ontvangen Belgische en Luxemburgse franken t.o.v. het bedrag van de op termijn te leveren Belgische en Luxemburgse franken G. Buitenlandse valutapositie 2 van de Belgische en Luxemb. banken : 6.1 Vermeerdering (-) of vermindering (+) van de positie h, contant 3 6.2 Vermeerdering (-) of vermindering (+) van de positie op termijn 7. Vergissingen en weglatingen : . 7.1 Rubriek 5 van de algemene betalingsbalans 7.2 Afwijkingen in de statistieken van de contante verrichtingen met de ingezetenen en in die van de termijnverrichtingen Totaal 1 tot 7 3. Tegenposten van het totaal in de balans van de N.B.B. [vermeerdering (+) ; vermindering (-)] : 8.1 Goudvoorraad 8.2 Tegoeden bij het I.M.F. 4 8.3 Nettotegoeden op het Europees Fonds voor Monetaire Samenw. 8.4 Netto buitenlandse valutapositie : 8.41 Contante tegoeden 5 8.42 Overschot van het bedrag der op termijn te ontvangen buitenlandse valuta's op het bedrag van de op termijn te leveren buitenlandse valuta's 8.5 Nettotegoeden in Belgische franken op niet-ingezetenen : 8.51 Contante tegoeden 6 8.52 Overschot van het bedrag van de op termijn te ontvangen Belgische franken op het bedrag van de op termijn te leveren Belgische franken • Wat de deviezentransacties op termijn betreft, excl. de aankopen en verkopen door ingezetenen en buitenlanders van buitenlandse valuta's tegen buitenlandse valuta's. Vanaf januari 1974 zijn de mutaties van de tegoeden en van de verplichtingen. h contant en op termijn, in buitenlandse geldsoorten van de Belgische en Luxemburgse banken en van de Nationale Bank van België omgezet in Belgische franken tegen de wisselkoersen van de periode; zij houden geen rekening met de boekhoudkundige veranderingen die de tegenwaarde in Belgische franken van de aan het begin van de periode bestaande bedingen in buitenlandse geldsoorten kan hebben ondergaan ten gevolge van wisselkoersveranderingen tijdens de periode. t Andere dan de geldscheppende instellingen.
Bibliografische referenties :
Belgische Economische Statistieken 1960-1970. - Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting : XLe jaargang, deel 1. nr I. januari 1965: Aanpassing von bepaalde reeksen van de . Statistieken •. hoofdstukken IX . Betalingsbalans a en XIII • Geldscheppende instellingen •; XLIIIe jaargang, deel II, nr 8, september 1968, hoofdstukken 1X r Betalingsbalans en XIII • Geldscheppende instellingen a van het
- 7,6 -
5,7 -10,7 - 4,8 + 2,5 - 1,0 - 5,9 - 4,5 + 1,3
+ 4,8 + 18,3 + 6,5 +10,1 + 1,0 + 3,2 + 6,1 - 7,7 +11,0
- 8,2 -
0,3 -10,0 + 9,8 + 0,7 + 7,3 - 6,9 -16,4 + 1,6
+ 1,4 -
9,1 - 7,9 - 6,9 + 1,7 + 3,3 -- 9,3 - 4,2 + 4,0
0,4 +
5,4 +12,4 - 1,2 - 0,] - 6,1 + 6,0 + 5,6 - 7,5
- 0,5 +
6,8 + 3,7 +11,2 + 6,4 + 0,9 + 0,7 - 2,7 - 0,4
-
2,7 + 1,5 - 0,9 - 3,2 + 1,0 - 0,6 + 2,8 + 0,7
+23,6 + 34,4 +13,4 +18,8 + 4,7 - 2,2 - 1,5 -49,9 +29,8
1,7 + +
3,9 - 1,3 + 5,1 + 1,5 + 3,2 - 0,1 + 3,1 + 4,2 3,5 - 3,5 ... - 3,6 - 3,6 ... -33,1 +33,1
+17,4 + 30,8 +17,7 +13,9 + 6,5 - 0,6 - 1,2 -19,2 - 7,9 +14,0 -
8,3 +15,3 + 1,2 + 0,7
+ 1,8 -
0,6 - 0,5 - 0,6 + 0,2 - 1,2 - 0,2 - 0;7 + 0,9
- 6,1 +
6,7 -14,3 - 0,8 - 0,6
...
...
+ 0,7 + 3,5 + 2,9
- 0,7 - 3,5 - 3,4
Overschot van de tegoeden in buitenlandse vals a's op do verplichtingen in buitenlandse valuta's. 3 Exclusief de vastliggende activa (in hoofdzaak de deelnemingen van de banken in hun buitenlandse dochtermaatschappijen) die reeds zijn opgetekend ouder rubriek 4.1 van de bovenstaande tabel aangezien zij in de betalingsbalans beschouwd worden als een directe investering. 4 Exclusief do mutatie van de speciale trekkingerechten ten gevolge van toewijzingen. 3 Incl. de financiële bijstand op middellange termijn E.E.G. Met uitzondering van de uitvoeraccepten die in deze tabel opgenomen zijn onder rubriek 5.1. 2
. Statistisch gedeelte • : Herziening van sommige gegevens. - Tijdschrift van de Nationale Bank van Belgiè : XLVIII0 jaargang, deel 1, nr 1, : • Een nieuwe statistiek : verrichtingen met het buitenland, verrichtingen in buitenlandse valuta's van de ingezetenen met de Belgische en Luxemburgse geldscheppende instellingen en termijnvalutatransacties : Lto jaargang, deel II, nr 1-2 : . De betalingsbalans van de B.L.E.T.I. in 1975 e.
--. 51 IX
-
5.
-
UITVOER EN INVOER YAN DE B.L.E.U.
Betalingen, transacties en variaties van de netto commerciële vorderingen en schulden t.o.v. het buitenland (Miljarden franken)
Betalingen van uitvoer en invoer (incl. sommige verrichtingen op krediet) opgetekend in de betalingsbalans van de B.L.E.U. 1
1968
Betalingen van uitvoer en invoer, excl. de verrichtingen op krediet
Ramen van de uitvoerRamin en invoertransacties
Variaties 2 van de netto commerciële vorderingen of schulden t.o.v. liet buitenland
Uitvoer
Invoer
Saldo
Uitvoer
Invoer
Saldo
Uitvoer
Invoer
Saldo
(1)
(2)
(3)
(4 )
(5 )
(6)
(7)
(8)
(9)
Totaal (12) (0 ) - ( 6) = (11) = (10) = (7) - (4) (5) - (8) (10)+(11)
318,6
330,7
- 12,1
312,5
330,7
- 18,2
321,1
331,8
-10,7
+ 8,6 - 1,1 + 7,5
Bij de uitvoer
Bij de invoer
1969
388,1
392,7
4,6
385,5
392,3
6,8
398,3
394,4
-1- 3,9 +1.2,8 - 2,1
:1970
466,6
442,7 + 23,9
458,7
442,7 ± 16,0
464,6
439,6
+ 25,0 ± 5,9 + 3,1 + 9,0
1971
502,0
481,2 + 20,8
498,7
481,9 + 16,8
492,9
479,0
+13,9 - 5,8 + 2,9 - 2,9
1972
561,8
532,5
+ 29,3
555,0
532,7
± 22,3
571,6
532,7
+38,9 +1Ó,6
700,6
1973
-
673,2 + 27,4
-
...
H-10,7
+16,6
696,3
672,0 + 24,3
717,0
686,2
+30,8 +20,7
-14,2 + 6,5
0,8
939,8
939,1
+ 0,7 +19,1 _17,6 + 1,5
1974
933,0
921,7 + 11,3
920,7
921,5 -
1975
872,5
887,8 - 15,3
868,9
888,2 - 19,3
858,7
889,7
- 31,0 - 10,2 -- 1,5 -11,7
kwartaal kwartaal
209,9 234,5 238,7 249,9
208,6 237,1 238,0 238,0
± 1,3 - 2,6 + 0,7 + 11,9
203,7 231,5 243,3 242,2
208,4 237,1 237,1 + 238,9 ±
4,7 5,6 6,2 3,3
224,2 251,7 230,1 233,8
217,5 260,4 227,4 233,8
+ 6,7 +20,5 - 9,1 - 8,7 -1-20,2 - 23,3 + 2,7 -- 13,2 .11_ 9,7 - 8,4 + 5,1
1975 1 8 kwartaal 2e kwartaal 38 kwartaal 4° kwartaal
227,3 218,2 200,2 226,8
218,1 223,6 208,9 237,2
± 9,2 - 5,4 - 8,7 - 1.0,4
226,1 221,5 200,8 220,5
218,1 223,9 209,2 237,0
+ 8,0 -- 2,4 - 8,4 - 16,5
219,9 214,4 194,8 229,6
220,1 220,2 212,6 236,8
- 0,2 - 5,8 - 17,8 - 7,2
1974 le kwartaal 25 3e 4e
kwartaal
1 Zie tabellen IX-1 tot 3, rubriek 1.11. 2 Teken + : stijging %qua de nettovorderingen of daling van de nettoschulden. Teken - : daling van de nettovorderingen of stijging van de nettoschulden.
...
±
6,2 7,1 6,0 9,1
+ +
2,0 3,7 3,4 0,2
+11,4 - 3,1 - 3,5 - 3,3 +
8,2 3,4 9,4 9,8
X. - VALUTAMARKT 1. - OFFICIELE WISSELKOERSEN VASTGESTELD DOOR DE IN VERREKENKAMER TE BRUSSEL VERGADERDE BANKIERS Bron : Koerslijst der Fondsen- en Wisselbenrs van Brussel. Daggemiddelden
1d;,f.ill... S. 1 Franse F frank
1 pond sterling
49,93 10,08 119,52 5 , , ,, 10,1921 ' ''' 8,8 2 119,85 49,65 8,98 118,95
1968 1969 1970 1971
6
49,65
9,00
1971
20
46,92
8,49
1971
II
45,19
8,64
44,01
8,73
13,80 11,57
1973
14
44,05
8,70
1973
16
40,35
8,76
99,30
1973
16 _.- 38,05
1 Noor-
1 gal) 1 Duitse ]iaen, Zweedn Mark. se kroon
kroon
1 Deense kroon
12,51 8,01 9,66
6,99
6,67 46,34 174,41
9,70
7,02
9,58
6,95
512,53
13,84 11,63 7,99 03,4674 13,73 11,52 13,62 7,92 513,80 7 11,54 7 13,667 120,00 7,97 03,99 2 12,15 2 14,21 2 116,64 13,95 11,83 14,07 7,67 115,24 114 621 ' 105,88 1 104,06
1972
1 Neder!. gulden
(Belgische franken) 1 Zwitserre
50
1 Contidese dollar
100 Oostenr. schilling
1 Finse Mark
1 Zaïre
193,19 71,65
--
--
6,67 46,56 176,15
193,87 71 ,77
11,88 5
__
6,62 47,60 174,01
192,10 71,27
11:90
100,03 0
100 , escudo
100 peseta
9,62
6,97
11,89
9,36
6,84
l' 91,997 71,38 6,63 49,04 174,50 0199,07 2 6.45 46,61 172,52 194,00 68,21
100,01
11,30
93,79
13,83 11,57
13,81 7,61 9,27
6,74
6,38 45,20 167,08
191,03 68,67
10,93
90,22
13,71 11,53
13,80 7,55 9,26
6,68
6,34 44,44 163,58
190,51 68,51
10,63
88,03
13,74 11,92
13,83 7,54 9,31
6,69
6,42 44,08 164,90
191,25 69,41
10,57
88,10
13,81 12,29
13,85 7,09 9,00
6,71
6,43 40,63 159,90
192,10 68,44
10,33
80,69
r 7421 7,11n
6,46 38,03 160,66
10,15
76,10
194,992,
100 yen
__ -------
1974
8,76 58,68n 38,95 ? 807 ,
93,72 “3,751712,37 514,23" 6,53 8,87 05,17 20 0.4,48" 91,09 14,50 13,10 15,06 5,99 8,78
7,05
6,40 39,84 154,72
205,992 66 . 36 208,83 67,62
10,34
77,91
13,39
1975
36,80
8,58
81,45
14,54 14,24
14,95 5,64 8,86
7,04
6,41 36,19 145,22
211,50 64,10
10,01
73,61
12,41
19743 0 kwart 38,67 4ekwan 37,73
8,09 8,12
90.92 87,94
14,48 12,97 14,50 13,72
14,82 5,92 8,75 14,97 5,69 8,78
7,06 6,97
6,39 39,45 152,56 6,40 38,28 151,19
209,13 67,54 210,31 66,29
10,32 10,14
77,34 75,47
13,03 12,60
19751ekwarl 20 kwart 3e kwart 4ekwart
8,14 8,57 8,75 8,85
83,42 81,39 81.05 80,00
14,46 14,51 14,52 14,69
14,93 14,87 14,93 15,08
8,77 8,89 5,73 8,88 5,76 8,91
6,96 7,08 7,04 7,08
6,31 6,40 6,45 6,46
210,63 210,12 211,83 213,38
9,92 9,87 10,12 10,14
11,92 11,99 12,79 12,91
8 '73 (9'22 9,
14,66 15,22 14,47 15,75 14,63 15,75
15,24 5,15 8,95
8,35 7,96
78,38 70,95 68,98
15,35 4,57 8,89 15,42 4,65 8,86
7,08 7,13 7,09
6,38 39,43 141,58 6,47 40,14 130,11 6,43 39,94 125,38
213,90 61,61 214,56 58,12 217,25 57,42
69,78 70,00 76,18 78,32 58,49n 7
10,22 0 5,19 „ 12,99 10,14 45,07 13,14 10,06 44,88 13,43
15,09 5,74 8,87 15,08 5,75 8,90
7,05 7,07
213,22 65,83
10,07
77,89
12,90
213,12 65,88 213,80 66,32
10,11
78,06
12,91
10,22
79,03
12,94
213,78 65,85 214,07 60,54
10,23 10,21
213,85 58,67 214,55 57,95
10,21 10,13
78,60 78,20 78 83" ,18 : 19, 44,89
12,91 12,98 13,07 13,04
213,96 58,00 215,13 58,41
10,13
44,96
13,12
10,17 10,22
45,34 45,48
13,26 13,48
10,04
44,82
13,43
9,91
44,37
13,38
9,68
43,15
12,83
34,89 35,00 38,09 39,16
1976 lekwart 39,22' 2ek‘vart 39,27 3 0 kwart 39,03 1975 Okt.
1976
Nov. Dec. Jan. Febr.
.-
.
Maart April
Mei Juni Juli Aug.
._ _ _. .
14,00 13,90 14,29 14,78
1 5,47
1 5,57
144,39 144,46 145,61 146,44
38,94
8,84
80,11
14,66 14,63
39,03 39,51
8,86 8,86
79,98 79,91
14,69 14,71 14,71 15,00
15,07 5,79 8,97
7,11
6,47 38,02 146,47 6,47 38,50 146,53 6,43 39,01 146,32
39,30
8,78
79,72
14,71 15,10
15,10 5,61 8,98
7,07
6,38 39,0G 144,37
39,10 39,25
8,75 872 17 8 : 39, 8,34
79,27 76,38 71,99
14,69 15,23 14,59 15,31 14,51 15,42
15,28 5,10 8,95 15,34 4,77 8,92 15,36 4,44 8,85
7,08 7,08 7,10
6,37 39,34 143,10 6,39 39,84 137,70 6,46 39,64 131,89
14,43 15,77 14,48 16,06
15,31 4,59 8 , 89
7,14
6,47 40,00 130,55
15,39 4,68 8,91 15,42 4,74 8,89 15,43 4,66 8 , 85
7,15 7,11 7,08
6,47 40,73 128,01 6,44 40,86 126,86 6,42 39,60 125,63
38,97 39,19
8,34
70,89
39,64 39,70
8,37 8,21
39,01
7,86
70,01 70,92 69,58
14,55 15,99 14,59 15,74
Sept. -. 38,41
7,82
66,54
14,74 15,54
Okt. .-. 37,31
7,49
61,25
14,65 15,26
15,42 4,55 8,34 7,08 6,42 39,41 123,71 6, 15,3617 4,m 8,81 n ■ 7 . 05n (4071 38,36 119,58 15,3624 8 7434 '699 34 6 , 27 3 '
1 Gemiddelde van 1 jan tori tot 8 augustus 1169. Gemiddelde van 11 augustus tot 31 decernb r 1969. Gemiddelde van 1 jat uari tot 24 septemb r 1969. De notering werd geschorst van 25 september tot 24 oktober. 4 Gemiddelde van 27 oktober tot 31 december 1169. 5 Gemiddelde van 1 september tot 31 december 1969. Gemiddelde van 16 november tot 31 december 1970. 7 Gemiddelde van 1 januari tot 4 mei 1971. 8 Gemiddelde van 1 januari tot 13 augustus 1971. Gemiddelde van 11 mei tot 13 augustus 1971. 18 Gemiddelde van 28 augustus tot 17 december 1971. 11 Gemiddelde van 21 tot 31 december 1971. 12 Gemiddelde van 1 januari tot 22 juni 1172. 1 3 Gemiddelde van 28 juni tot 31 december 1972. 14 Gemiddelde van 1 januari tot 9 februari 1973. 15 De noteringen weiden geschorst, voor alle vreemde munten van 10 tot 13 februari; deze periode werd verlengd. voor de Zweedse, Noorse en Deense kronen tot 14 februari en voor de peseta tot 19 februari. De maandgetniddelden hebben dus betrekking op de periode van 14, 15 of 20 februari tot 1 maart. 2
3
34,97 34,29 36,97 38,49
62,30 62,56
65,44 66,01
216,73 58,38 217,35 57,28 217,65 56,65 216,27 54,85
Gemiddelde van 19 maart tot 31 december 1978. De noteringen werden geschorst van 2 tot 18 maart. Gemiddelde van 19 maart tot 14 september 1973. Gemiddelde van 17 september tot 31 december 1973. Gemiddelde van 19 maart tot 28 juni 1973. Gemiddelde van 29 juni tot 31 december 1973. Gemiddelde van 19 maart tot 14 november 1973. Gemiddelde van 16 november tot 31 december 1973. De notering werd geschorst op 15 november. 23 Gemiddelde van 19 maart tot 30 juni 1973. 24 Gemiddelde van 1 juli tot 31 december 1973. 25 Gemiddelde van 1 tot 18 januari 1974. 25 Gemiddelde van 22 januari tot 81 december 1974. 27 Gemiddelde van 1 tot 14 maart 1976. 28 Gemiddelde van 15 tot 81 maart 1976. 29 Gemiddelde van 1 januari tot 14 maart 1976. 3 5 Gemidde:de van 1 tot 15 maart 1076. 31 Gemiddelde van 16 tot 81 maart 1976. 32 Gemiddelde van 1 januari tot 15 maart 1976. 33 Gemiddelde van 1 tot 15 oktober 1976. 3 4 Gemiddelde van 18 tot 81 oktober 1976. 15
17 1 8 19 20 21 22
X • 3. - INTERVENTIEKOERSEN TOEGEPAST DOOR DE CENTRALE BANKEN DIE TOEGETREDEN ZIJN TOT HET AKKOORD OVER DE MARGEVERNAUWING op 31 oktober 1976
100 Belgische franken
Aankoop
Nationale Bank van België (in Belgische franken) ".
Verkoop
1 Nederlandse gulden
Aankoop
14,18
1 Duitse mark
Verkoop
1 Deense kroon
Aankoop
Verkoop
Aankoop
Verkoop
1 Noorse kroon
Aankoop
Aankoop
14,8325
1.5,071.25
15,7650
6,0265
6,3040
8,5620
8,9560
6,8545
7,17
1,03925
1,0870
0,41555
0,434675
0,590375
0,61755
0,47265
0,494375
0,3910
0,40895
0,55545
0,5810
0,4447
0,46515
1,3891
1,4530
1,11205
1,16320
0,78275
0,81876
--
6,7420
7,0520
6,343
6,635
0,91995
0,96225
--
15,8630
16,5925
2,30055
2,40642
2,4452
2,5576
Sveriges Rikabank (in Zweedse kronen)
11,1655
11,6795
1,6193
1,69385
1,72115
1,80035
0,68825
0,7199
Norges Bank (in Noorse kronen
13,9475
14,5894
2,02274
2,11583
2,14984
2,24871
0,859686
0,899253
(in gul-
Deutsche Bundesbank Duitse marken)
(in
Danmarks Nationalbank Deense kronen)
(in
--
Verkoop
Verkoop
--
Nederlandsche Bank dens)
1 Zweedse kroon
--
--
--
--
--
1,22135
--
1,27756
--
--
- 54 X • 4.
-
MARKT VAN DE U.S.-DOLLAR TE BRUSSEL
Termijnmarkt op 8 maanden
Contantmarkt Vrije markt
Officiële markt
Officiële markt Transferts
Daggemiddelden
I
Biljetten
Vrije markt (transferts)
Report 1-1--) of Deport, (- ) (in procenten per jaar van de koers op de contantmarkt
(koers in Belgische franken)
ej
1968
49,93
50,74
50,66
- 1,33
-
1.969
50,13
52,50
52,47
+ 1,39
- 0,84 2
1970
49,65
50,17
50,16
- 0,16
- 0,44
49,65
49,62
49,59
- 0,87
- 0,90 - 1,87
1971
3
1971 1971
5
1972
46,92
46,97
46,85
- 1,86
45,19
45,26
45,22
- 0,20
- 0,20
44,01
43,96
43,93
- 1,18
- 0,82
1973
6
44,05
44,14
44,16
- 1,06
- 0,52
1973
7
40,35
40,26
40,36
- 8,74
- 2,24
38,05
38,08
38,07
- 3,80
- 2,23
1974
38,95
39,77
39,86
4- 2,94
-F 0,99
1975
36,80
37,80
37,92
4- 0,74
+ 0,19
1974 3e kwartaal 4e kwartaal
38,67 37,73
39,66 37,98
39,71 38,05
4- 0,96 + 1,76
- 0,42 4- 1,21
1975 le kwartaal 26 kwartaal 30 kwartaal 4e kwartaal
34,89 35,00 38,09 39,16
35,25 36,13 39,57 40,25
35,42 36,25 39,65 40,34
+ 2,82 -1- 1,08 - 0,27 - 0,66
4- 1,94 4- 0,51 - 1,16 - 0,54
1976 le kwartaal 2° kwartaal 30 kwartaal
39,22 39,27 39,03
40,45 40,17 40,05
40,58 40,30 40,17
4- 3,64 4- 4,75 -1- 8,75
+ 2,00 + 4,41 A- 6,46
1975 Oktober November December
38,94 39,03 39,51
40,13 40,12 40,51
40,20 40,19 40,63
- 1,01 - 0,62 - 0,34
- 1,04 - 0,40 - 0,19
1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober
39,30 39,10 39,25 38,97 39,19 39,64 39,70 39,01 38,41 37,31
40,14 40,36 40,85 40,40 39,96 40,14 40,32 40,34 39,47 38,32
40,27 40,51 40,97 40,55 40,08 40,27 40,44 40,44 39,64 38,39
4- 0,81 4- 3,73 + 6,39 4- 7,13 4- 4,39 4- 2,73 A- 4,10 4-11,14 A-11,01 A-11,99
-1- 0,77 4- 2,14 + 3,08 -I- 5,94 4- 4,28 A- 3,02 4- 3,77 4- 6,54 + 9,08 4- 9,55
1.973
8
(Koers op de termijnmarkt - koers op de contantmarkt) x 100 x Koere op de contantmarkt 2 Gemiddelde van 15 april tot 81 december 1969. 3 Gemiddelde van 1 januari tot 18 augustus 1971. 4 Gemiddelde van 23 augu s tus tot 17 december 1971. 5 Gemiddelde van 21 tot 81 december 1971. t Formule a,
rbIlogratische. referentie : Belgische Economische Statistieken 1900-1970.
4
e Gemiddelde van 1 januari tot
9 februari 1973. Gemiddelde van 11 februari tot 1 maart 1978. De noteringen werden geschorst van 10 tot 13 februari. 8 Gemiddelde van 19 maart tot 81 december 1978. 7
- 55 -
XI. - RIJKSFINANCIEN 1. - ONTVANGSTEN EN UITGAVEN VAN DE SCHATKIST VOORTVLOEIEND UIT DE VERRICHTINGEN VOLGENS BEGROTING 2 (Miljarden franken) Bron : Ministerie van Financiën. Gewone begroting periode
Buitengewone begroting
Ontvangsten
Uitgaven
Saldo
Ontvangsten
(1)
(2)
(3) = (1) - (2)
(4)
(5)
1968
238,8
243,9
-
5,1
0,6
1969
266,3
271,4
-
5,1
0,3
1970
299,5
293,9
-I-
5,6
1971
325,5
316,6
+
1972
365,1
368,5
-
1973
409,7
431,9
- 22,2
1974
488,8
508,7
- 19,9
Uitgaven
3
Saldo
Totaal begrotingssaldo
M=
(5)
(71 = (3) + (1))
42,3
- 41,7
- 46,8
44,2
- 43,9
- 49,0
0,6
59,4
- 48,8
- 43,2
8,9
0,6
63,8
- 63,2
- 54,3
3,4
0,5
76,3
- 75,8
- 79,2
0,8
75,0
- 74,2
- 96,4
0,7
77,9
- 77,2
- 97,1
(4)
-
Nieuwe reeks Lopende verrichtingen Periode
Kapitaalverrichtingen
Totaal begrotIngsSaldo
saldo
(6) = (5)
(7 ) = (3) + (6)
62,9
- 57,2
- 57,8
1,7 3,5 4,8 5,4 6,1 6,6 7,6
18,2 38,8 51,1 57,4 66,9 72,3 78,6
-- 16,5 -- 35,3 - 46,3 - 52,0 -- 60,8 - 65,7 - 71,0
- 67,1 -106,7 -100,9 -117,6 -106,1 -116,0 -113,8
0,7 1,4 2,1 2,7 3,3 4,1 4,7 5,3
8,3 12,9 19,6 26,6 32,4 39,3 47,3 54,2
- 7,6 - 11,5 -- 17,5 - 23,9 - 29,1 - 35,2 - 42,6 - 48,9
-- 30,4 --- 43,3 - 79,6 -- 99,7 -113,6 -135,4 -132,4 -132,0
Ontvangsten
Uitgaven
Saldo
Ontvangsten
(1)
(2)
(3) = (1) - (2)
(4)
(5)
1974
483,8
484,4
--
0,6
5,7
1975 Eerste 3 maanden ._ Eerste 6 maanden _. Eerste 8 maanden _. Eerste 9 maanden _. Eerste 10 maanden ._ Eerste 11 maanden _. 12 maanden
117,3 254,4 361,3 399,3 471,3 513,6 577,5
167,9 325,8 415,9 464,9 516,6 563,9 620,3
-
50,6 71,4 54,6 65,6 45,3 50,3 42,8
1976 Eerste maand Eerste 2 maanden _. Eerste 3 maanden _. Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden
50,1 98,7 133,6 198,1 241,3 287,3 364,0 412,9
72,9 130,5 195,7 273,9 325,8 387,5 453,8 496,0
-- 22,8 -- 31,8 -- 62,1 - 75,8 -- 84,5 -100,2 - 89,8 -- 83,1
Uitgaven
3
(4 )
-
1111
1 De statistieken betreffende de staatsschuld zijn opgenomen onder hoofdstuk XVI. Werkelijke ontvangsten en uitgaven gedurende iedere periode. ongeacht het begrotingsjaar waarop zij betrekking hebben, excl. de interne over-
P
aebriivingen.
3
De buitengewone of kapitaaluitgaven gepubliceerd door het Ministerie van Financiën omvatten sedert begin 1973 de investeringsuitgaven van het Wegensfonds. Om ze te kunnen vergelijken roet de cijfers van de voorgaande jaren, zijn bij de uitgaven van de eigenlijke buitengewone begroting voor die jaren de investeringen gevoegd van het Wegenfonds en dit ongeacht de wijze waarop ze gefinancierd werden.
XI - 2. - KASRESULTAAT VAN DE SCHATKIST EN FINANCIERING ERVAN (in miljarden franken) Bron : Ministerie van Financiën. Financiering
Periode
Totaal begrotingssaldo 1
(1)
Gelden van derden en thesaurieverrichtingen
Aflossingen van de schuld 2
(2)
(3)
Kasresultaat
Te financieren totaal
Speciale beleggingen 3
(6) (4) = (1) + (2) -I- (3)
61,7 98,2 85,2 92,8
(5)
1
-
48,4 79,9 61,0 57,8
- 3,3 + 1,6 + 4,4 + 4,3
-10,0 -19,9 -28,6 -39,3
-
1975 Eerste 3 maanden Eerste 6 maanden Eerste 8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden
- 67,1 -106,7 -100,9 -117,6 -106,1 -116,0 -113,8
+ 3,0 + 7,9 + 3,0 + 5,9 + 3,5 + 7,0 + 9,6
- 8,3 -16,3 -21,5 -25,1 -29,0 -31,2 -35,0
- 72,5 -115,1 -119,4 -136,8 -131,6 -140,2 -139,2
... ... - 0,1 ... - 7,1 - 0,9 ...
1976 Eerste maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden
- 30,4 - 43,3 - 79,6 - 99,7 -113,6 -135,4 -132,4 -132,0
- 1,5 - 2,1 - 1,9 - 3,1 - 1,3 + 5,3 + 2,1 + 2,4
- 3,1 - 6,1 - 9,2 -12,7 -16,6 -22,0 -25,8 -29,7
- 35,0 - 51,5 - 90,7 -115,5 -131,5 -152,1 -156,1 -159,3
- 12,4 ... ... ... ... ... ... ...
1 Cf. kolom 7 en noot 3 van tabel XI-1, nieuwe reeks. Contractuele aflossingen (d.w.z. via uitloting of door terugkoop ter beurze gedurende de looptijd van de lening) ten laste van de Schatkist en van het Wegenfonds. 3 Vermeerdering (-) of vermindering (+) van de voorlopige beleggingen van de Schatkist in handelspapier en van haar tegoeden in rekening-courant. 4 Nominaal bedrag van de uitgegeven leningen min de uitgiftekosten en -premies met betrekking tot die leningen en min de aflossingen op een tussentijdse vervaldag of op de uiteindelijke vervaldag van eerder uil gegeven leningen.
of - 1(7) + (13)1
... ... ...
5
2
6
(7)
. Opneming Portefeu.11e PostchequeD d marge van de rekeningen financiële °. bij a de particulier en instellingen
Vreemde munten
(9)
(11)
(8)
(10)
5
Diversen
6
(12)
Totaal (13) = (8) tot(12)
28,2 62,4 87,9 84,9
+12,8 +15,4 - 0,5 + 4,7
+22,3 +17,2 - 7,5 - 3,2
+ +
1,6 3,2 0,7 2,3
... ... ... ...
... ... + 6,0 + 4,1
+ 33,5 + 35,8 - 2,7 + 7,9
- 72,5 -115,1 -119,5 -136,8 -138,7 -141,1 -139,2
+ 37,3 + 56,2 + 82,8 + 83,2 +122,7 +122,8 +122,8
- 2,7 +15,4 - 5,1 + 6,3 - 5,1 - 5,1 - 0,9
+37,5 +40,2 +41,0 +46,9 +23,7 +28,7 +15,2
+ + + + + + +
0,4 5,4 3,5 2,9 5,9 2,2 3,7
... ... ... ... ... ... ...
-
... 2,1 2,7 2,5 8,5 7,5 1,6
+ 35,2 + 58,9 + 36,7 + 53,6 + 16,0 + 18,3 + 16,4
- 47,4 - 51,5 - 90,7 -315,5 -131,5 -152,1 -156,1 -159,3
+ 22,7 + 23,2 + 62,5 + 57,5 + 57,5 + 99,7 + 98,6 + 98,6
- 4,2 +14,8 +16,4 +16,4 +16,4 +16,4 +16,4 +16,4
+24,1 +14,0 + 8,7 +24,2 +50,8 +28,1 +26,1 +36,9
+ 11,0 - 0,3 + 3,2 + 17,5 + 6,9 + 8,2 + 15,3 + 7,5
... ... ... ... ... ... ...
-
6.2 0,2 0,1 0,1 0,1 0,3 0,3 0,1
+ 24,7 + 28,3 + 28,2 + 58,0 + 74,0 + 52,4 + 57,5 + 60,7
-
1974 Eerste 3 maanden Eerste 6 maanden Eerste 9 maanden 12 maanden
Veranderingen van de vlottende schuld Nettoopbrengst van geconsol i de e rd e4 leningen
61,7 98,2 85,2 92,8
+ + + +
Schuld op middellange en korte termijn, met uitzondering van de veranderingen in de porte euille schatkistcertificaten van het die geen weerslag hebben op het volume van de voor de financiering beschikbare middelen. Omvat onder andere de veranderingen in de portefeuilles schatkistcertificaten van de niet-financiële instellingen van de overheidssector en die in de portefeuille certificaten van de schijf B van het Rentenfonds.
- 57 XI - 3. - NETTOFINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE SCHATKIST EN HUN DEKKING (Miljarden franken) Dekking
Periode
Totaal begrotingssaldo 1
Saldo van de extrabudgettaire verrichtingen
Schatkisttekort 3
in de
(2)
(3 ) = (1) -I- (2)
(4)
- 2,8 - 1,0 - 1,0 + 1,3 - 4,5 + 10,8 + 0,4
- 49,6 - 50,0 - 44,2 - 53,0 - 83,7 - 85,6 - 96,7
+ 15,5 + 21,9 + 20,4 + 19,2 + 20,0 + 34,5 + 39,3
(1)
1 2
3
... .........
-
46,8 49,0 43,2 54,3 79,2 96,4 97,1
Nettofinancieringsbehoeften van dd e Schatkist
Veranderingen
(3 ) = (3) + ( 4 )
-
+ 24,7 + 18,0 + 20,7 + 62,1 + 77,4 + 62,1 + 50,9
4
5
Beroep op de Belgische markt
in de in het verplichuitstaand tingen bedrag der gevestigde op halflange termijn leningen (6) (7)
begrotingsuitgaven
2
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974
Aflossingen van de overheidsschuld begrepen
34,1 28,1 23,8 33,8 63,7 51,1 57,4
+ + + + +
in de verplichtingen op korte termijn
Totaal
Beroep op de buitenlandas markten 7
A (9)
0,6 4,8 1,4 0,9 4,3 1,8 3,8
(8)
(6) tot (8)
(10)
+ 12,5 + 0,2 + 14,9 - 0,5 - 2,1 - 6,2 + 5,2
+ 37,8 + 23,0 + 34,2 + 62,5 + 79,6 + 54,1 + 59,9
- 3,7 + 5,1 - 10,4 - 28,7 - 15,9 - 3,0 - 2,5
berekening van het Rasresultaat a; genoemde verrichtingen werden opgesomd in noot 2 . GO. tabel XVI-3b. Incl. de veranderingen in de indirecte schuld. In voorkomend geval wordt het creditsaldo van de Schatkist bij de N.B.B. en haar voorlopige beleggingen in handelspapier afgetrokken van haar verplichtingen op korte termijn. Deze rubriek geeft de beweging aan van de schulden, zowel in vreemde 7 munten als in Belgische franken, waarvan de Staat t.o.v. het buitenland de debiteur is, hetzij rechtstreeks, hetzij via Belgische instellingen.
Cf. kolom (7) en noot 3 van tabel XI-1. Het ealdo van de extrabudgettaire verrichtingen omvat niet alleen de gelden van derden en de schatkistverrichtingen [kolom (2) van tabel XI-21, maar ook de uitgaven van parastatale instellingen, andere dan het Wegenfonds, gefinancierd door de uitgifte van indirecte leningen. Het wordt bovendien beinvloed door uitgifte- en delgingsverachillen. Het verschil tussen deze kolom en de kolom (4) e Kasresultaat a van tabel XI-2 wordt verklaard door het feit dat het schatkisttekort rekening houdt met een aantal verrichtingen die niet in aanmerking komen voor de
4 5 6
Nieuwe reeks Dekking
Periode
Totaal begrotingssaldo
1
Saldo van de extrabudgettaire verrichtingen
(2)
(1)
Veranderingen
(3 ) = (1) + (2)
in het uitstaand bedrag der gevestigde leningen (4)
+ 50,9
4
1974
- 57,8
+
0,4
- 57,4
1975 Eerste 3 maanden Eerste 6 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden
- 67,1 -106,7 -117,6 -106,1 -116,0 -113,8
+ + + + +
2,0 5,6 2,8 1,4 2,0 4,5
- 65,1 -101,1
1976 Eerste maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden Eerste 9 maanden
- 30,4 - 43,3 - 79,6 - 99,7 -113,6 -135,4 -132,4 -132,0 -155,9
+ + + +
1,5 2,1 3,3 3,2 1,2 4,5 0,9 1,4 4,7
- 31,9 - 45,4 - 82,9 -102,9
2 3
Beroep op de Belgische markt
Nettofinanalevinga' behoeften van de Schatkist 3
2
in de verplichtingen op halflange termijn (5)
+ 99,9 + 97,9 + 94,4
-107,5
-114,0 -109,3
+ 19,7 + 17,1 + 54,9 + 45,3 + 41,2 + 79,1 + 74,8 + 70,8 + 82,6
-114,8 -130,9 -131,5 -130,6 -151,2
5 6 7
e
(6)
Totaal
Beroep op de buitenlandse markten 7
(7) = (4) tot (6)
(8)
+ 59,9
-
2,5
... 0,3 2,1 3,8 2,1 2,4
+ 35,5 + 58,8 + 55,4 + 10,1 + 17,7 + 17,9
+ 66,0 +101,6 +115,7 +107,9 +113,5 +109,9
+ -
0,9 0,5 0,9 0,4 0,5 0,6
0,3 0,5 0,9 1,5 1,7 1,9 2,3 2,3 2,6
+ 12,4 + 28,5 + 28,5 + 59,2 + 75,5 + 53,7 + 59,4 + 62,3 + 71,0
+ 31,8 + 45,1 + 82,5 +103,0 +115,0 +130,9 +131,9 +130,8 +151,0
+ + + -
3,8
+ -
in de verplichtingen op korte term ijn
5,2
+
+ 30,5
+ 43,1 + 62,4
-114,8
Cf. kolom (7) en noot 3 van tabel XI-1. Zie noot 2 van de vroegere reeks. Het verschil tussen deze kolom en kolom (4) Kasresultaat . van tabel XI-2 wordt verklaard door het feit dat, enerzijds, de netto financieringsbehoeften rekening houden met een aantal verrichtingen die niet in aanmerking zijn genomen voor de berekening van het e Kasresultaat (genoemde verrichtingen werden opgesomd in noot 2) en anderzijds,
5
+
0,1 0,3 0,4 0,1 0,2 ... - 0,4 - 0,2 + 0,2
dat de nettofinancieringsbehoeften de contractuele aflossingen niet bevatten. Cf. tabel XVI-3b. Zie noot 5 van de vroegere reeks. Zie noot 6 van de vroegere reeks. Zie noot 7 van de vroegere reeks.
XI
-
4.
—
BELASTINGONTVANGSTEN PER KALENDERJAAR (Miljarden franken)
Maandgemiddelden of maanden ~~~.. ■ 1975
1974
1976
120
120
100
100
80
80
60
60
40
40
20
20
80
80
60
60
40
40
20
20
0
BELASTING OP DE TOEGEVOEGDE WAARDE EN REGISTRATIERECHTEN
20
72
73
74
75
-59XI - 4. - BELASTINGONTVANGSTEN (per kalenderjaar) 1 (Miljarden franken)
Bron : Ministerie van Financiën. Totale lopende ontvangsten Periode
Directe belastingen 2
Douane- en accijnsrechten
3
Kapitaalontvangsten ntvangsten a
waarvan
B.T.W. en registratie
Totaal
358,7
Totaal der ontvangsten
betalingen
1972
178,8
49,4
130,5
5,1
383,8
1973
219,3
54,1
146,6
420,0
1974
275,3
52,9
167,2
495,4
55,3
5,1
425,1
62,1
5,1
500,5
1975
349,4
62,4
179,5
591,3
78,5
6,6
597,9
1974 le kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 40 kwartaal
54,2 55,0 99,4 66,7
12,7 12,8 12,7 14,7
35,6 42,4 41,5 47,7
102,5 110,2 153,6 129,1
4,5 3,3 48,9 5,4
1,0 1,3 1,3 1,5
103,5 111,5 154,9 130,6
1975 1° kwartaal 2° kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
68,3 81,2 88,6 111,3
15,3 15,9 15,0 16,2
33,8 44,9 46,1 54,7
117,4 142,0 149,7 182,2
4,6 18,1 21,3 34,5
1,6 1,5 1,7 1,8
119,0 143,5 151,4 184,0
1976 1° kwartaal
74,8
17,4
42,9
135,1
1,5
1,9
137,0
1975 September
23,3
5,1
11,0
39,4
0,6
0,5
39,9
1976 September
23,7
5,8
14,7
. 44,2
1,3
0,6
44,8
en aan de Europese Gemeenschappen maar exclusief de douanerechten
1 Ezel. de provinciale en gemeentelijke opcentimes. 2 Incl. de bij voorbaat gedane stortingen. 3 Inclusief de belastingontvangsten die, buiten begroting, rechtstreeks
worden toegewezen aan het Fonds voor Economische Expansie en Regionale Reconversie, aan het Wegenfonds, aan het Speciaal Gemeentefonds
XI - 5.
-
•
4
die als eigen middelen aan de Europese Gemeenschappen worden afgedragen. Successierechten.
INDELING VAN DE BELASTINGONTVANGSTEN 1 ( Miljarden franken)
Bron : Ministerie van Financiën. 1976:
1975 : september
1975
Totale Buiten begrobelas g toeting- g- gewezen ontvang- ontvangsten eten (1) (2)
Buiten
Eigenl ij ke
budget - Vooruit.i chten zzie taire en
Totale belas -
ting ontvang- volgens otvt begroeten sten ting 2 (3 ) = (1) - (2) (1)
begrotoe-
Eigenlijke
Vooruit-
• zichten
.
• zie en tin g.toe- taire gewezen volgens w-- onvangontvangntvangbegrosten (2)
eten (3 ) = (1) - (2)
tin g
2
september
Buiten 2,i; te . Totale begro- budget"'-' Vooruitbelas- tin tmzichten .... trog-jr.. gewezen faire ontv _ volgens ontvang,., begrosten 6 ontvangeten " 8te- 5 trog 2 (8 ) (1) - (2) (1) (2)
A. Lopende ontvangsten : I. Directe belastingen onroerende voorheffing roerende voorheffing voorafbetalingen vennootschapsbelasting (kohieren) personenbelasting (kohieren) bedrijfsvoorheffing diversen
349,4 1,3 27,9 78,4
13,0 336,4 332,5 ... 1,3 1,3 ... 27,9 27,6 2,2 76,2 99,4
23,3 0,2 1,7 0,6
10,2 36,8 184,0 10,8
... 10,2 9,2 1,5 30,5 35,3 1,5 182,5 162,3 3,0 7,8 2,3
1,8 3,8 14,4 0,8
II. Douanen en accijnzen
62,4
III. B.T.W. en registratie
179,5
B. Kapitaalontvangsten
.... ..
6,6
22,5 0,2 1,7 0,5
19,0 0,2 1,5 0,5
23,7 0,2 1,3 1,3
0,1 0,1 0,5
1,8 3,7 14,3 0,3
1,7 2,8 12,1 0,2
1,2 3,3 15,7 0,7
0,8
... ... 0,1 ...
0,6
23,1 0,2 1,3 1,3
24,9 0,2 1,4 1,0'
0,1 0,1 0,4
1,2 3,2 15,6 0,3
1,3 3,2 17,6 0,2
... ... ... ...
58,4
61,2
5,1
...
5,1
5,4
5,8
0,6
5,2
4,5
15,0 164,5
177,9
11,0
1,1
9,9
10,9
14,7
1,6
13,1
13,1
5,3
0,5
...
0,5
0,5
0,6
...
0,6
0,6
4,0
...
6,6
1 Ezel. de provinciale en gemeentelijke opcentimes. 2 Vooruitzichten voor de eigenlijke begroting. Bibliografische referenties : Tijdschrift voor Documentatie (Ministerie van Financiën). - Statistisch Jaarboek van Belgii. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Belgisch Staatsblad. - Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting : XLIIe jaargang, deel I, nr 3, maart 1967 : Hoofdstuk XI . Rijksfinanciën s van het statistisch gedeelte - Wijziging van sommige gegevens a. - Tijdschrift van de Nationale Bank van België, XLVIIe jaargang, deel II, nr 5, november 1972: « De begroting 1973
N. B. - Het Belgisch Staatsblad publiceert maandelijks volledige en omstandige gegevens over de belastingontvangsten. in het licht van het verloop van de overheidsfinanciën van 1967 tot 1973 e. - xLixe jaargang, deel I, nr 5, mei 1974 : a Hoofdstuk XI « Rijksfinanciën a van het statistische gedeelte - Wijziging van sommige Hoofdstuk XI : Le jaargang, deel I, nr 4, april 1975 : gegevens s. • Rijksfinanciën van het statistische gedeelte. - Wijziging van sommige gegevens s.
XII. - VORDERINGEN EN SCHULDEN IN DE BELGISCHE ECONOMIE XII - la. - UITSTAANDE VORDERINGEN EN SCHULDEN OP 31 DECEMBER 1972
(Miljarden franken)
VORDERINGEN PER SECTOR EN PER SOORT
Privébedrijven Overheidsen bedrijven p articulieren
: 1)
>ed liet
(1)
Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen (Aandelen en deelnemingen)
9,5 36,3
(2 (8 ;IS)
0,2
-
... (372,1)
... 0,2 5,1 (3,1)
45,8
5,5
0,5 22,2 -
. . .
(5)
(6)
0,3 ...
7,5 (0,5) 7,5
instellingen
zekering
. . .
. . . 1,0 43,9 (0,1)
. . .
44,9
0,3
2,1 0,1
... ...
( ...)
0,2
Totaal ...
35,4
2,4
6,8
1,0
0,4
Gelden van derden • Certificaten voor ten hoogste een jaar Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen
3,9 ... 180,8 -
. . . 1,0 3,6 0,2
-
2,3 0,2 2,5 ...
... ... 5,4 ... 1,1
1,4 184,7
Totaal
Geld op zeer korte termijn Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen
6,8 (19,9)
. . . 0,4 ...
... 0,2 0,1 0,7 (11,3)
12,7 (1,0)
Rente-nfonds
(7)
(8)
131,4 172,1 5,5 ...
-
(2,3) 309,0
Inst. voor Spaarkassen. verzekering op het leven hypotheeken tegen . en kapita.i. arbeidssaliemaatscheppijen ongevallen, pensioenfondsen (10) (9)
(-)
8,4 0,3 12,2 232,6 1,8 (0,8)
-
255,3
1,3 3,7 12,4 6,3 ... 0,1 (0,2)
1,7 . . . (-)
9,1
23,8 64,4 20,1 146,8 66,5 . . .
0,4 ... 9,9 6,9 . . . ... (0,5)
1,7 . . . 8,3 8,9 . . . . . .
24,4 59,4 20,5 (6,4) 104,3
Niet Niet-geldbepaalde se en scheppende openbare krediet aad .;„13,.. ad. instellingen --°-
Totaal vad de schulden
(13) = (11)
(12)
4,9 2,4 . . . 231,3 1,2 ( ...)
3,3 ... . . . ... ... (...)
239,8
3,3
(1) tot (12)
148,5 184,3 78,4 524,5 80,0
(385,3) 1.015,7 2,4 4,6 60,3 26,9 30,8 27,7 (34,8) 152,7
. . . 7,1 6,3 0,3 . . . (0,3)
0,6 . . . 2,3 3,4 29,1 . . . (0,7)
... ... . . . 3,0 ... 2,9 (0,9)
17,2
13,7
35,3
5,9
... 14,7 61,3 6,6 5,3
... ... 59,8 1,4 2,2
0,1 6,6 26,6 3,0 •0,9
12,5 ... 2,8 ... ...
63,4
37,2
15,3
.. .
. ..
...
85,5 59,4 502,8 82,0 12,1 741,8
6,2 ,
-
5,0
6,5
20,6
297,8
17,2
87,9
-
-
-
.•. -
-
. . . -
. . . . . .
0,1 •• •
0,2 ...
0,4 ...
4,3
0,2
. . . 3,7 ... -
. ..
48,7 -
... 0,1 21,3 16,9 3,0
... 13,4 16,7 11,2 ...
... 13,5 0,8 ... ...
. . . 4,6 2,5 125,9 0,4
... ... 0,3 . . . 6,5
0,1 21,3 101,7 23,3 144,7 15,3
0,2
0,4
41,5
3,7
41,3
14,3
133,4
6,8
306,4
-. . . . . . -
. . . 0,4 1,0
. . . 1,6 2,6
... 0,6 0,4
... ... 7,3
-
2,9
0,2 ... 7,6 1,0
Totaal ...
51,6
8,8
4,3
0,1
Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Reserves van de sociale verzekering Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen
28,1 ... 34,1
. . . . . . ...
... ... 2,7
... . . . ...
... 0,1 ...
9,0 . .. ... 0,3
... 0,5 . . . 1,2 0,1
62,2
...
2,7 •
...
0,1
9,3
1,8
. . .
1,4 .
4,2
1,0
7,3
3,9 48,5 90,0
-
-
...
-
0,7 --
6,3 44,0 61,0
. . . --
... 3,2
-
. . . 5,8 . . .
... 0,4 ...
6,3 54,1 61,0
12,9
. . .
...
...
0,2
390,7 31,6
•• -
1,0
4,6
.. . ...
... ...
390,7 50,3
-
2,9 (0,3)
14,0 9,1 (0,5)
-
1,3
-(--)
-(--)
0,4 (0,2)
... (1,4)
0,2 (-)
... (•••)
2,9
23,1
...
1,5
0,7
4,6
4,6
6,0
0,4
39,9 18,2 (6,6) 620,5
Totaal
( 8)
5 II
Sta ha l
rem (4
8V
da s
cia I ka
(3)
Sociale
Buitenland GeldschePpende
-
Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen (Aandelen en deelnemingen)
.
'Bu itenland
SCHU LDENPER SECTORENPER SOORT
(2)
Financiële instellingen
0
ida]
Totaal ...
Staat (Schatkist)
Over heidssector n ie t e l de rs vernie ld (n. m. lag e r e o ver he id)
Niet-financiële nationale sectoren
Geld op zeer korte termijn (Belgische franken) . Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. Overige verplichtingen voor ten hoogste een jaar (incl. de goudvoorraad van de N.B.B.) Obligaties Verplichtingen van de internationale kredietinstellingen uit hoofde van de inschrijving van België Diversen (Aandelen en deelnemingen) Totaal ...
-
•
12,9
-
25,9 4,3 (4,3) 563,8
. . .
...
0,5 37,1 ...
ede
( 7) D)
Jp 1 rbe ,n d
gei
TC
I/
b isa )pi.
8)
2201
• Geld Geld op zeer korte termijn ' Brutoverplichtingen tegenover het buitenland Deviezendeposito's van de ingezetenen Inlagen op spaarboekjes van de ingezetenen Termijndeposito's van de ingezetenen Verplichtingen niet elders vermeld Obligaties (incl. kasbons) Diversen (Aandelen en deelnemingen) Totaal ...
475,1 9,2 133,9 105,3 35,4 0,2 (20,5)
6,9 -
759,1
6,9
0,7
36,6
1,6
415,4
Geld op zeer korte termijn Certificaten voor ten hoogste een jaar Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Diversen Totaal
-
-
2,8
0,1 ... -
2,4 -
2,8
0,1
-
Direct opvraagbare deposito's Geld op zeer korte termijn Inlagen op spaarboekjes Termijndeposito's Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties (incl. kasbons) Wiskundige reserves van de kapitalisatiemaatschappijen Diversen (Aandelen en deelnemingen) Totaal ...
12,6 336,3 4,3 69,4
... 0,2 1,8 -
... 0,3 -
1,7 0,3 1,6 -
1,2 3,4 (3,4) 427,2
...
0,1
2,0
0,4
Reserves van cle sociale verzekering Wiskundige reserves Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen (Aandelen en deelnemingen)
47,4 226,2 21,2 (2,7)
... ...
... 0,4
294,8
... -
Direct opvraagbare deposito's . Geld op zeer korte termijn. Inlagen op spaarboekjes Termijndeposito's Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen (Aandelen en deelnemingen) Totaal
7,6 22,4 6,8 ... 204,8 5,8 (0,1) 247,4
( 18) — ( 1) tot ( 1 2) Noot :
...
36,6 ... -
Wegens de afrondingen zijn de totalen
niet
2.121,1
14,5 400,9 -
-
3,8 70,1 0,1 7,7 (1,6)
... 2,5 -
6,4 ... -
2,2 -
1,0 ... -
... ...
3,2 0,1 2,8 (0,4) 12,5
... 0,2 ... (0,5)
2,3 ... 1,3
81,7
... ... (-) 2,5
2,4
4,6
45,3
1.369,3
-
0,8 0,5 ... ... 1,3
9,0 10,9 2,5 2,9
11,0
2,3 5,3 ... ••• 7,6
...
2,4
-
2,5 -
... -
... ...
5,5 -
4,8 -
... 0,1 0,6
... -
... ... ... ... ... ... 0,1
2,7 ... 7,8 0,8
0,6 ... ... 0,1 ... ...
...
...
...
0,1
...
... (0,3)
3,6
8,0
4,8
0,8
...
0,1 (1,0) 0,2
-
... ...
... (-)
... -
... -
...
... 0,1
... ...
0,4
...
0,1
...
...
...
-
0,2 ...
-
...
0,1 0,6
...
4,6
6,3
0,7
-
0,2
10,2
11,3
0,9
10,6
1,2 14,1 (4,7) 469,8
... 0,5 (0,1)
... ... ( ...)
... ... (-)
0,5
...
...
1,1
... 0,2 ... ... 6,4 25,3 17,9 0,1 (...) 49,9
... ... 0,7 ... 24,1 22,3 ... (...) 47,1
... 0,3 ... 0,5 0,1 5,0 3,3 0,3 (...) 9,5
... ... ... 1,0 ... ... 4,8 15,7 (...) 21,5
0,3 ...
... ...
0,1 ...
6,8 2,7
10,4
(...) 2,5
17,7 (1,5) 17,7
(0,7)
(...) 15,8
(...) 11,1
(0,2) 42,0 29,6
1,2
13,8
6,9
6,1
1.402,8
27,2
492,2
272,2
475,0
3,8
43,0
noodzakelijk gelijk aan de som van de posten.
66,4
51,3
83,0
474,1
25,3 20,2 ... 336,8 26,4 ...
0,9 ... (-) 0,9
4,9
0,1 0,1 0,1 ... ... 0,2 ... ... ...
2,4 0,5 33,2 5,2
2,2
530,2 20,8 400,9 9,2 133,9 110,8 70,1 35,8 57,6 (23,2)
••• ... ... ... ... 45,3
5,8
Totaal van de vorderingen
1,6 -
0,3 (0,2)
N iet bepaalde seeto. en en SanPassingen ( 12)
ch( Liet 1)
Totaal ...
-
0,4 -
0,1
70,9
47,4
... 1,1 ( ...)
226,2 ... 23,3 (2,8)
296,9 7,9 1,1
22,4 25,2 7,0 300,5 66,6 39,5 (2,5) 470,3 67,2
117,6
5.625,9
XII • lb. - UITSTAANDE VORDERINGEN EN SCHULDEN OP 31 DECEMBER 1973
(Miljarden franken)
VORDERINGEN PER SECTOR EN PER SOORT
bedrijven Overheideen bedrijven particulieren
lech lee 1)
(1)
Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen (Aandelen en deelnemingen)
(2 (8
"Sta
311
(5)
...
(384,6)
... 0,2 6,0 (3,4)
9,4 (0,5)
54,1
6,5
9,4
(5 )
(6 )
0,3
0,4 23,0 -
0,2
Totaal ...
37,9
Gelden van derden Certificaten voor ten hoogste een jaar Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen
...
0,1 1,0 49,5 (0,2)
...
...
50,6
0,3
371,9
7,2 (20,3)
... 0,2 0,1 0,7 (11,6)
( ...)
2,6
7,2
1,0
0,4
5,5 ... 189,7 -
... 1,1 3,6 0,2 1,4
-
195,2
6,3
____
-
-
53,0 -
(3,0)
0,3 0,1
8,3
Rentenfonds
(8)
Inst. voor verzekering S p aarkassen, op Niet-geldhet leven scheppende h ypotheeken kapitaliopenbare eanteeigds rb ensat i emaatkredietschappi , scheppijen on gevallen, instellingen j 17=:: (10) (11) (9)
(--)
6,0 0,3 13,7 269,5 2,4 (1,1)
-
291,9
26,9 66,0 23,6 (7,0) 116,5
4,5 3,0 ... 254,5 1,3 ( ...) 263,3
0,8 8,2 13,0 6,2 ... ... (0,2)
1,9 ... (--)
0,6 ... 13,8 7,8 1,3 ... (0,6)
... 7,7 6,7 0,2 ... (0,3)
1,6 0,7 1,7 3,3 35,1 ... (0,8)
Niet bepaalde --."„--;as.
Totaal van schulden -
singen
(12)
(13) =(1) tot (12)
0,5 ... ... ... ... ( ...)
158,6 236,2 86,8 591,2 92,2 (399,8)
0,5
1.165,0 3,3 9,4 64,7 27,9 38,4 31,0 (35,7) 174,7
... ... ... 2,9 ... 3,8 (0,9)
28,2
1,9
23,5
14,6
42,4
6,7
... ... 6,8 ... 2,1
6,1 64,0 10,9 14,8 3,8 180,3 3,3 65,1 1,2 6,2
... 9,1 8,5 ... ...
... 13,0 70,2 7,1 . 7,7
... 65,3 1,6 1,9
0,6 7,3 29,8 1,9 0,5
18,0 ... 3,8 - 0,1 ...
98,8 56,4 564,3
8,9
25,3
330,4
17,6
98,0
68,8
40,1
21,7
819,6
•• • -
-
... -
...
0,3 . . .
... 18,7 16,3 12,8 ...
... 14,3 0,4 ...
...
0,2 ...
... 4,1 ... -
...
0,1 ...
... 0,4 23,6 25,8 4,8
0,1
7,3
79,1
21,0 ...
... 4,4 3,4 141,7 0,4
... ... 0,2 ... 10,3
0,4 23,6 121,2 25,1 161,8 20,7
149,9
10,5
352,8
3,3
0,3 ... 7,3 1,2
Totaal ...
56,3
8,8
5,5
0,2
0,3
54,6
4,1
47,8
14,7
Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Reserves van de sociale verzekering Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen
33,0 ... 38,5
... ... ...
... ... 2,7
... ...
... 0,1 ...
9,7 ... ... 0,3
0,4 ... 1,7 1,1
... ... -
... 0,2 0,9
... 1,2 3,3
... ... 0,5
... ... 10,1
71,5
...
2,7
...
0,1
10,0
3,2
...
1,1
4,5
0,5
10,1
-
-
-
...
-
0,4 -
3,8 47,2 76,7
... -
... 4,1
-
... 6,1
... 0,4 ...
103,7 3,8 58,2 76,7
19,0
...
...
...
0,2
-
505,0 48,1
...
1,4
5,2
••.
• .. •• .
505,0 73,9
-
3,4 (0,2)
16,3 10,4 (0,5)
-
(--)
0,6 (...)
-•• (1,4)
•• • (--)
•• • (...)
3,4
26,7
...
...
6,1
5,2
6,1
0,4
40,3 19,5 (7,5) 777,4
Geld op zeer korte termijn (Belgische franken) . Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. Overige verplichtingen voor ten hoogste een jaar (incl. de goudvoorraad van de N.B.B.). Obligaties Verplichtingen van de internationale kredietinstellingen uit hoofde van de inschrijving van België Diversen (Aandelen en deelnemingen) Totaal ...
19,0
... ...
(7 )
147,0 218,4 6,5
-
14,5 (1,0)
Geld op zeer korte termijn Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. Obligaties verkrijgbaar door elke belegger ...... Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen
ger e kc
dsi
-
. . . ...
Totaal
Bu iten land
0,3 14,5 39.6
2,3 0,1
Totaal
F.0
(3)
sociale Bu itenland Geldscheppende verinstelzekering Tingen
c.o
Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen (Aandelen en deelnemingen)
(2)
Financiële instellingen
O
ida
Totaal ...
Staat (Schatkist)
Over heidssec tor n ie t e lde rs vermeld (o. m. lagere over he id)
Niet-financiële nationale sectoren
5,5
1,4
-
(--)
1,6
0,4
24,0 3,7 (5,4) 708,5
..
0,4 42,7 ...
3,2 57,4
(7 )
e ldschepp ende inste llingen
Geld Geld op zeer korte termijn Brutoverplichtingen tegenover het buitenland Deviezendeposito s van de ingezetenen Inlagen op spaarboekjes van de ingezetenen Termijndeposito's van de ingezetenen Verplichtingen niet elders vermeld Obligaties (incl. kasbons) Diversen (Aandelen en deelnemingen) ...... .. .......
en
(8.
Totaal ... Geld op zeer korte termijn Certificaten voor ten hoogste een jaar Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Diversen
'ge; m I . rb( md
... ...
3,7
60,1
21,4
2,3
8,4
60,1
1.687,5
-
2,4 4,3 . . . ...
-
0,8 ... . . . ...
0,1 0,2
8,0 12,8
9,6
-
6,7
-
0,8
0,3
23,8
... . ..
... ... ... ... ... ... 0,1
1,8 ... 10,4 0,8
1,2 ... ... 0,6 ... ... ...
0,2 ... ...
23,9 ... 382,7
0,2 1,0 0,8
.. . -
0,1
...
...
0,1 (0,8)
... (0,3)
9,2
2,8
2,0
...
0,2
13,0
... ...
... ...
... ...
•• • (--) •"
... 1,2
2,5
556,6
124,7
...
-
-
2,8
... 0,1 -
-
3,5 -
1,2 8,4 ... • ..
-
-
2,8
0,1
-
3,5
3,8 0,3 1,1 -
1,8 -
... -
7,4 -
2,7 -
-
...
21,3 (2,3)
-
0,1
Totaal ...
491,7
2,1
0,5
54,9 241,2 24,5 (2,8)
... ...
... 0,4
...
(3,8)
320,6
5,2 . ...
...
0,4
...
,-...•
...
...
-
-
0,7 ...
-
...
0,1 0,1
3,6
10,8
8,7
0,7
0,4 ...
0,3 ... . (0,7)
7,3 3,1 (...)
(...)
11,8
19,1
8,1
9,3 27,5 8,1 ... 232,8 5,0 (0,1)
(...)
... 18,8 (1,5)
282,7
4,0
18,8
7,4
0,2
-
31,3
... ...
1,0 84,8
0,2
13,0
1,3 16,7 (4,9)
2,0
13,2
541,9
•• • 2,1 ( • • •)
241,2 ... 27,2 (2,8)
•• .
•• • (-)
(--)
•• •
•••
0,3 -
... ... ... 0,5 ... ... 4,6 17,2 (...)
10,4 0,1
(0,2)
(-)
43,6
1,2
54,8
50,8
10,2
22,3
44,7
1,2
14,4
6,9
8,1
-
1.721,4
26,0
566,1
297,3
531,8
...
54,9
323,3
1,5 ... 26,2 22,8 ... (...)
...
0,2
2,1
•• • ... ... ... 7,6 27,1 19,9 0,2 (...)
2,4 0,4 31,2 9,4
"'
3,0
27,5 36,6
8,4 332,5
70,5 41,4 (2,5) 527,4 88,2
( 13) — ( 1) tot ( 12)
I
na
( ST)
uzi/luiend
131N
-11811 U3,10 1028
emsedaq
4,3
8,5
•• • 0,2 (••.)
19,3 541,5 11,9 158,7 143,6 99,5 41,8 94,2 (25,8)
... ...
nt.
l)
3,9 ...
99,5
0-
;he ie t i
0,3 0,3 0,5 (0,6)
... -
41,6
1,3
Totaal
5,5 0,1 8,0 (0,3)
... -
... ... ... ... (-)
6,4
... 0,4 -
Direct opvraagbare deposito's Geld op zeer korte termijn Inlagen op spaarboekjes Termijndeposito's Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen (Aandelen en deelnemingen)
... ... -
3,9 -
6,2
... 0,2 1,9 -
Totaal ...
0,8 ... -
15,1 541,5 -
0,3 (0,2)
15,1 382,2 6,8 83,1
Reserves van de sociale verzekering Wiskundige reserves Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen (Aandelen en deelnemingen)
1,2 -
2,5 -
857,3
-
577,0
7,5 0,3 -
41,6 ... -
6,2 -
Direct opvraagbare deposito's Geld op zeer korte termijn Inlagen op spaarboekjes Termijndeposito's Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties (incl. kasbons) Wiskundige reserves van de kapitalisatiemaatschappijen Diversen (Aandelen en deelnemingen)
IEC'
in
p ij
Totaal
6,1 ...
511,1 11,9 158,7 133,9 . 41,4 0,3 (22,4)
Totaal van de vorderingen
2.386,3
48,4
Noot : Wegens de afrondingen zijn de totalen niet noodzakelijk gelijk aan de som van de posten.
80,4
67,2
96,9
615,6
147,9
6.585,2
(Miljarden franken)
XII • 2. - BEWEGINGEN VAN DE VORDERINGEN EN SCHULDEN IN 1973 VORDERINGEN PER SECTOR EN PER SOORT
Privebedrijven Overheideen bedrijven particulieren
biet
( 1) (2
;ta hn t (5 '
!
ida '
)ed
(1)
(2)
Staat (Schatkist)
Ove r he idssector n ie t e lde rs verme ld (o. m. lagere o ve r he id)
Niet-financitile nationale sectoren
(3)
ger (8)
Bu itenland
cie !ke (5)
ids 1
i73
,
+ 4,3 + 0,4 + 4,7 + 4,8 ... + 4,5 + 9,3
- 0,1 ... - 0,3 + 0,2 - 0,1 ... ... ... ...
Geld op zeer korte termijn (Belgische franken) . Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. Overige verplichtingen voor ten hoogste een jaar (incl. de goudvoorraad van de N.B.B.) Obligaties + 6,2 3 . . . Verplichtingen van de internationale kredietinstellingen uit hoofde van de inschrijving van België Diversen +19,4 + 0,5 (Aandelen en deelnemingen) (+25,2) 2 (. .) Totaal +25,6 + 0,5
... ... + 1,2 + 1,2 ... ... ... ...
Sociale Buitenland Geldscheppende verinstelkering zekel lagen
Rentenfohds
(6)
(8)
(5)
Accepten, handelspapier en promessen + 0,1 Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . + 5,0 Obligaties + 3,3 ... ... ... Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen ......... ... ......... ............ ............. .. + 0,9 + 1,9 ... (Aandelen en deelnemingen) (-I- 9,3) (-F 0,3) ( .) + 8,3 + 1,0 + 1,9 ... Totaal Accepten, handelspapier .en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . - 0,1 Obligaties verkrijgbaar door elke belegger ...... + 0,8 ... + 0,2 ... Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . ... ... ... Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen + 1,8 + 0,4 + 0,1 (Aandelen en deelnemingen) (4- 0,4) (+ 0,4) ( . .) Totaal ... + 2,5 + 0,2 + 0,4 + 0,1 Gelden van derden + 1,6 ... + 2,3 Certificaten voor ten hoormate een jaar ... + 0,1 - 0,1 Obligaties verkrijgbaar Gloor b elke belegger + 8,9 ... + 0,1 Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . ... ... Diversen Totaal ... +10,5 + 0,1 + 2,3 Geld op zeer korte termijn Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. Obligaties verkrijgbaar door elke belegger ...... Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Andere leningen voor meer dan een jaar Diversen Totaal Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Reserves van de sociale verzekering Obligaties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen Totaal
FinanciSie instellingen
(2)
(10)
- 2,3 ... + 1,5 + 2,6 +36,8 + 6,6 + 5,6 +34,7 1 ... + 0,5 + 3,1 (...) (+ 3,4)2 (+ 0,8) (-) (+ 0,3) (+ 0,6) + 5,6 +34,6 + 63,0 +36,6 +12,3 + 0,2 - 0,5 + 0,1 - 0,2 + 4,4 ... ... ... - 1,2 + 0,7 + 0,1 + 3,9 + 0,6 ... ... - 0,1 ... + 0,9 + 0,4 + 0,3 ... + 1,4 - 0,1 + 0,1 - 0,1 ... ... (. .) (4- 0,1) (-) (.».) (...) ... - 0,8 + 4,4 + 0,1 + 6,3 + 0,9 ... + 3,8 - 0,4 ... ... ... ... + 1,3 - 5,2 + 0,8 - 1,8 ... + 1,3 - 0,6 + 33,5 - 0,3 + 8,9 + 5,5 ... - 1,0 - 1,5 ... + 0,5 + 0,2 + 1,0 ... g . . . ... + 2,4 - 0,3 + 2,3 + 3,5 9+26,4 + 0,5 +10,0 + 5,4 - 0,1 + 15,7 + 46,3 ... + 1,0
... -
-
... -
... ...
... ...
... ... .
... ... ... ... ...
... -... ... ... ...
-
...
-
...
...
...
+ 1,1 + 1,4 (. .) + 2,5
-
+ 0,1
...
(7)
Inst. voor verzekering Spaarkassen. op het leven hypotheeken tegen en kapitallarbeidssaliemaatsehappi , e . ongevallen, scheppijen
... -
+ + + +
... 0,3 2,3 8,9 1,8
0,2 + 13,1
...
...
+ 0,4 ...
... + 5,3 - 0,4 + 1,6 ... + 6,6
+ 0,4 -
+ 0,8 4 -... ... ... + 0,5 ... + 0,9 + 0,8 + 1,3
••• ... ...
- 0,4 + 3,2 -+ 15,7
--
-
-
+124,3 + 16,5
- 1,1 - 0,6 (-) (+ 1,1) + 0,1 - 0,4 +155,4
... - 0,2 - 0,1 - 0,3 ... + 1,1
...
+ 0,3
(-) ...
+ 0,1 (- 0,1) + 1,5
... + 0,8 - 0,4 ... ... + 0,4 ...
- 0,3 + 0,7 + 0,4 -
+ 0,6 (...) + 0,6
Niet-geldscheppende openbare kredietastellingen (11)
Totaal
Niet bepaalde Ma. en aanpasgingen
..h va21. 6 -
(12)
(13) = (1) tot (12)
+ 10,2 + 51,9 + 8,4 + 66,6 + 46,9 (+ 14,7)
- 0,5 + 0,6 ... +23,2 + 0,2 (...) +23,5 + 1,1 + 0,7 - 0,6 - 0,1 + 6,0 ...
- 2,7 ... ... ... ... (...) - 2,7 ... ... ... - 0,2 ... + 1,0
(...)
(...)
+ 7,1 + 0,5 + 0,8 + 3,2 - 1,1 - 0,5 + 2,9
+ 0,8 + 5,5 ... + 1,0 ... ... + 6,5
...
...
... - 0,2 + 0,9 +15,8 ... +16,5
... ... - 0,1 ... + 3,8 + 3,6
... - 0,6 + 0,1 - 0,5
... ... + 2,8 + 2,8
... + 0,2
... ... ...
- 2,6 + 4,1 + 15,7
... ...
+124,3 + 23,6
+ 1,1 ... (...)
+ 1,1 + 20,7 (+ 26,2)
... (-)
+184,0
+ + + + + +
0,9 4,8 4,5 0,9 7,6
(-i--
0,9)
3,3
+ 22,0 + 13,3 - 4,1 + 61,5 - 2,9 g+
2,6
g+ 70,4
... + 0 ,3 + • 2,3 + 19,4 + 1,9 + 17,1 + 5,4 + 46,4 ... - 0,1 + 5,6 ...
- 0,6 + 8,9 + 13,8
( 7)
1de
Geld Geld op zeer korte termijn Brutoverplichtingen tegenover het buitenland Deviezendeposito's van de ingezetenen Inlagen op spaarboekjes van de ingezetenen Termijndeposito's van de ingezetenen Verplichtingen niet elders vermeld Obligaties (incl. kasbons) Diversen (Aandelen en deelnemingen)
8)
?n fo
Totaal ... Geld op zeer korte termijn Certificaten voor ten hoogste een jaar Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Diversen Totaal
E-s 0 0 , h isa ,pi: D)
ce
z
ne
W
O
E-1
Direct opvraagbare deposito's Geld op zeer korte termijn Inlagen op spaarboekjes Termijndeposito's Accepten, handelspapier en promessen Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Obligaties (incl. kasbons) Wiskundige reserves van de kapitalisatiemaatschappijen Diver sen (Aandelen en deelnemingen)
g
igc op tr bi an d
Totaal ...
1)
eh( ie t
a
Reserves van de sociale verzekering Wiskundige reserves Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen (Aandelen en deelnemingen)
(1) to t ( 1 2 ( 12)
+98,1
-
- 0,7
+ 5,7 ...
+ 5,1 ... -
... -
( ...)
(...)
+ 5,7
+ 5,1
+ 0,9 +141,3
...
... ... -
-
+
-
-
...
...
-
+
... -
... -
+ 2,1 -
- 0,7 -
0,5 -
+ 1,9 -
+ 2,5 +45,9 + 2,6 +13,7 + 0,1
+ 0,1 -
-
+ 0,1 ...
...
+ 0,1 +29,3 +13,6 (+ 0,7)
-
- 2,5
+64,5
+ 0,1
+ 7,5 +15,1 + 3,2 (+ 0,1)
... ...
Direct opvraagbare deposito's Geld op zeer korte termijn Inlagen op spaarboekjes Termijndeposito's Verplichtingen in rek.-courant of voorschotrek. . Oblig0ties verkrijgbaar door elke belegger Obligaties niet verkrijgbaar door elke belegger . Diversen (Aandelen en deelnemingen)
+ 1,7 + 5,1 + 1,3 ... +27,9 0,7 (•••) +35,3
+284,6
+ 0,1 ... ... ...
+ 1,6 ...
...
-
+ 1,3 + 0,2 ...
...
1,0 1,9
+ 0,1
-
1,5
... ...
... ... ... ... ... ... - 0,1
- 1,0 ... + 2,7 + 0,1
+ 0,7 ... ... + 0,4 ... ... ...
+ 0,1 ... ... - 0,2 ... ... ...
+
3,7 ...
+ 0,1 + 0,9 + 0,2
... -
...
...
... (- 0,2)
... (- 0,1)
+ 2,7
+ + (+
+ 1,8
2,0
+ 1,2
...
- 0,1
... ...
... (-)
_ ... - 0,2 (- 0,1)
...
- 0,5
... 3,0
0,1
+ 45,9 + 5,1 + 0,1 + 0,9 + 13,9
0,1 2,4
0,2)
+ 1,1
+ 2,6
+ 72,1
... (...)
... ... (-)
... + 0,9 ( •••)
+ 7 ,5 + 15,1 ... + 3,8 (-)
...
...
+ 0,9
+ 26,4
...
-
...
- 0,1 0,1 2,0 + 4,2 ... (...)
... - 0,2 ... ... + 1,3 + 1,8 + 2,0 ... (...)
+ 0,3 ... + 0,8 ... + 2,1 + 0,5 ... (...)
... - 0,3 ... - 0,1 + 0,3 + 1,0 ... - 0,1 (...)
... - 0,4 ... ... - 0,2 + 1,5 (...)
+ 5,1 + 11,4 + 1,5 + 32,0 + 3,9 + 1,8 (••.)
+ 1,6
+ 0,3
+ 4,9
+ 3,6
+ 0,8
+ 0,9
+ 57,2
...
+ 0,6
- 0,1
+ 2,1
- 1,2
+73,9
+25,1
+56,8
+ 6,9
+ 3,3 -
3,0
+ 2,7
...
...
+ 0,5 +
1,2 g+10,5
+ 5,3
+12,9
+16,0
(...)
...
2,5
... + 0,3 ... (-)
+ 1,1
3
+ +
- 0,5
+ 1,5
4
... + 0,1
-
(...)
t Cf. rubrieken 4.322, 4.328, 4.824 en 4.93 van tabel IX-1. Cf. rubriek 4.321 van tabel IX-1 (met inbegrip van de obligaties).
+318,2
- 0,9
-
(...)
+14,8
-
... + 1,1 (•••)
(...)
+ 3,8
6,0 36,7 2,6)
- 1,4
...
+ 0,5 + 0,4 -
- 0,2
32,7 29,3
1,1
...
+ 0,2 ...
+ 2,5
2,7
24,8
-
- 0,1
+ 2,4
+ 0,5 (-)
+ + + + + + (+
+ 0,1 - 1,0 ... ...
...
+ 6,2
+ 1,5 ...
+140,6
-
+ 0,5 -
+ 46,8 - 1,4
+ 0,3 -
... -
- 2.2 + 3,4 - 2,5 ...
...
...
- 0,2
... ... ... ... ... ... ... +14,8
-
1,1 -
2,0 -
+ 1,2 -
+ 8,9
- 1,0
... - 0,5 ... ...
... -
...
+43,0
... + 1,1 - 2,5 + 0,3 + 2,2 ... ... + 5,3 (...) (- 0,1)
(+ 0,5)
Noot : Wegens de afrondingen zijn de totalen niet noodzakelijk gelijk aan de som van de posten. 2
+ 0,8 + 0,7 +140,6 + 0,1 -
-
+25,8
Totaal van de vorderingen
0,7 -
( + 1,9)
Totaal ...
Totaal Niet bepaalde sectoren en aan( 13) = passingen
+36,0 + 2,7 +24,8 +28,6 + 6,0
+13,8 +176,3 g+318,6
+
2,5
1,0
-
+31,4
g+ 17,5
g+1.013,5
Cf. rubriek 4.811 van tabel IX-1 (met inbegrip van de obligaties voor de creditsector e Privé-bedrijven en parti• eulieren In de betalingsbalans is deze beweging niet opgenomen in de kapitaalverrichtingen.
XII - 3a. - UITSTAANDE VORDERINGEN EN SCHULDEN OP 31 DECEMBER 1972
Totalen per sector (Miljarden franken)
Privé. bedrijven en particulieren
fl 1
Overheidebedrijven
(21
Staat (Schatkist)
(3)
1. Privé-bedrijven en particulieren
45,8
5,5
7,5
2. Overheidsbedrijven
35,4
2,4
6,8
(Schatkist)
184,7
6,2
51,6
8,8
3. Staat
4. Overheidssector meld
niet
elders
nationale
Sociale verzekering
Nietfinanciële nationale sectoren
Buitenland
samen (B) = (1) tot (5)
Instellingen Spaarkaseen, ,..,1, °°°r t Niet-geldGeldhypotheek- ovperge-i-er;nefi scheppende en tegen scheppende Rentenfonds en kepitaliopenbare satiernect. arbeidskredietinstellingen ongevallen, instellingen scheppijen pensioen• fondsen -
Financiële
instellingen samen
(18) =. (8) tot (12)
Niet bepaalde sectoren en aanpassingen
(15) (8) -I- (7 ) + (18) + (14)
(9)
(10)
(11)
(12)
-
255,3
104,3
239,8
908,4
3,3
1.015,7
1,7
17,2
13,7
35,3
91,7
5,9
152,7
297,8
17,2
87,9
63,4
37,2
503,5
15,3
741,8
0,4
41,5
3,7
41,3
14,3
133,4
234,2
6,8
306,4
65,0
9,3
1,8
1,4
4,2
1,0
8,4
7,3
90,0
52,1
482,1
39,7
673,9
403,1
199,9
446,7
1.746,2
38,6
2.306,6
1,5
40,4
0,7
563,8
4,6
4,6
6,0
579.0
0,4
620,5
1,6
804,9
415,4
81,7
12,5
2,4
4,6
103,7
45,3
1.369,3
2,9
2,4
11,0
-
7,6
-
1,3
19,9
0,1
25,3
8,0
441,2
4,8
0,8
...
0,2
11,3
0,9
13,2
10,6
469,8
0,1
295,3
0,5
1,1
296,9
(4)
(5)
...
44,9
103,7
0,3
309,0
1,0
0,4
46,0
9,1
23,8
5,0
6,5
202,4
20,6
0,1
0,2
65,0
0,1
(7)
(8)
(14)
Totaal van de schulden
ver62,2
5. Sociale verzekering ... ........ 6. Niet-financiële samen
-
Overheids• sector niet elders vermeld
...
4,3 2,7
...
...
sectoren 379,7
22,9
21,3
12,9
2,9
23,1
8. Geldscheppende instellingen
759,1
6,9
0,7
36,6
9. Bentenfonds
-
2,8
0,1
0,4
3,6
7. Buitenland
-
6,1 ...
-
22,6 ... 2,5
10. Spaarkassen, hypotheek- en kapitalisatiemaatschappijen
427,2
11. Instellingen voor verzekering op het leven en tegen arbeidsongevallen, pensioenfondsen
294,8
12. Niet-geldscheppende openbare kredietinstellingen
247,4
2,5
17,7
4,9
15,8
288,3
11,1
42,0
0,9
49,9
47,1
9,5
149,4
21,5
470,3
1.728,5
11,4
22,0
45,2
25,5
1.832,6
433,7
135,5
3,4
70,7
60,8
16,3
286,7
78,6
2.631,6
3,8
9,6
29,6
1,2
13,8
6,9
6,1
57,6
83,0
2.364,8
474,1
1.402,8
27,2
492,2
272,2
475,0
2.669,4
117,6
7,0
+ 58,2
- ]46,4
+ 33,5
+ 1,9
+ 22,4
- 2-1,7
+ 4,7
+ 37,8
+ 50,4
13. Financiële instellingen samen 14. Niet bepaalde sectoren en aanpassingen 15. Totaal van de vorderingen 16. Saldo van schulden Noot :
de
vorderingen
2,0
0,4
5,8 2.121,1
43,0
66,4
51,3
+1.105,4 - 109,7
- 675,4
- 255,1
0,5
...
...
-
67,2 5.625,9
en
Wegens de afrondingen zijn de totalen niet noodzakelijk gelijk aan de som van de posten.
-
-
XII - 3b. - UITSTAANDE VORDERINGEN EN SCHULDEN OP 31 DECEMBER 1973 Totalen per sector (Miljarden franken)
Privébedrijven en particulieren
(1)
Overheidebedrijven
(2)
Staat (Schatkist)
(3)
1. Privé-bedrijven en particulieren
54,1
6,5
9,4
2. Overheidsbedrijven
37,9
2,6
7,2
(Schatkist)
195,2
6,3
56,3
8,8
3. Staat
niet
4. Overheidssector meld
elders
nationale
Sociale verzekering
(41
(6) = (1) tot (5)
(5)
...
Buitenland
Geldscheppende instellingen
(7)
Instellingen voor Spaarkassen, verzekering hypotheek- op het leven Rentenfonds en kapitalien tegen arbeidsasdamastongevallen, scheppijen pensioenfondsen
Niet-geldscheppende openbare kredietinstellingen
(9)
(10)
(11)
(12)
(13) (8) tot (12)
-
291,9
116,5
263,3
1.043,6
0,5
1.165,0
(81
Financiële F instellingen samen
Niet bepaalde sectoren en aan_ passingen
(14)
Totaal van de schulden ( 15) (6) + ( 7 ) + (18) + (14)
50,6
120,6
0,3
371,9
1,0
0,4
49,1
8,3
28,2
1,9
23,5
14,6
42,4
110,6
6,7
174,7
7,3
8,9
217,7
25,3
330,4
17,6
98,0
68,8
40,1
554,9
21,7
819,6
0,1
0,2
70,9
0,3
54,6
4,1
47,8
14,7
149,9
271,1
10,5
352,8
0,1
74,3
10,0
3,2
1,1
4,5
0,5
9,3
10,1
103,7
60,2
532,6
44,2
788,3
462,3
219,1
496,2
1.989,5
49,5
2.615,8
1,6
50,7
0,4
708,5
...
6,1
5.2
6,1
725,9
0,4
777,4
2,5
914,0
556,6
124,7
...
21,4
2,3
8,4
156,8
60,1
1.687,5
2,9
3,5
9,6
-
6,7
-
0,8
17,1
0,3
23,8
508,7
2,8
2,0
...
0,2
13,0
2,0
17,2
13,2
541,9
...
0,2
0,2
2,1
323,3
ver71,5
5. Sociale verzekering 6. Niet-financiële samen
-
Overheidesector niet elders vermeld
Nietfinanciële nationale sectoren samen
...
5,5 2,7
. . .
...
sectoren 415,0
24,2
24,8
19,0
3,4
26,7
8. Geldscheppende instellingen
857,3
6,2
6,4
41,6
9. Rentenfonds
-
2,8
0,1
0,5
5,2
7. Buitenland
-
8,4 ...
-
23,6
10. Spaarkassen, hypotheek- en kapitalisatiemaatschappijen
491,7
11. Instellingen voor verzekering op het leven en tegen arbeidsongevallen, pensioenfondsen
320,6
12. Niet-geldscheppende openbare kredietinstellingen
282,7
4,0
18,8
11,8
19,1
336,4
8,1
43,6
1,2
54,8 .
50,8
10,2
160,6
22,3
527,4
1.952,3
12,3
28,9
58,7
30,8
2.083,0
571,0
179,9
1,2
83,3
66,1
21,4
351,9
98,0
3.103,9
4,3
12,8
44,7
1,2
14,4
6,9
8,1
75,3
96,9
2.679,2
1.721,4
26,0
566,1
297,3
531,8
3.142,6
13. Financiële instellingen samen 14. Niet bepaalde sectoren en aanpassingen
16. Saldo van schulden
de
vorderingen
...
9,2
...
0,4
8,5 48,4
80,4
67,2
+1.221,3 - 126,3
- 739,2
- 285,6
2.386,3
15. Totaal van de vorderingen
2,1
321,0
. ..
...
615,6
...
...
-
88,2
147,9
6.585,2
59,7
-
en
Noot : Wegens de afrondingen zijn de totalen niet noodzakelijk gelijk aan de som van de posten.
-
6,8
+
63,4
- 161,8
+
33,9
+
2,2
+
24,2
-
26,0
+
4,4
+
38,7
+
XII - 4. - BEWEGINGEN VAN DE VORDERINGEN EN SCHULDEN IN 1973 Totalen per sector (Miljarden franken)
Privébedri jven en particulieren
Overheidsbedrijven
(1)
Staat (Schatkist)
(31
(2)
1. Privé-bedrijven en particulieren
+
8,3
1,0
+
1,9
2. Overheidsbedrijven
4-
2,5
0,2
+
0,4
4- 10,5
0,1
3. Staat
(Schatkist)
4. Overheidssector meld
niet
elders
nationale
-
Sociale verzekering
(4)
... +
0,1
+
2,3
(5)
+
5,6 ...
+
2,3
+
4,7
+
9,3
-
0,1
1,2
...
• ••
+ 35,3
1,2
+
3,5
+ 25,6
+
0,5
+
2,5
8. Geldscheppende instellingen
+ 98,1
-
0,7
+
5,7
9. Rentenfonds
-
Buitenland
Geldscheppende instellingen
Rentenfonds
en kapitalisatiemaat•
Instellingen voor verzekering
en tegen arbeidsongevallen, pensioenfondsen
Niet-geld• openbare kredietinstellingen
Financiële instellingen samen
Niet bepaalde sectoren en wanpassingen
Totaal van de schulden (15) ee
(6) -I- (7) + (13) -I(14)
(6) = (1) tot (5)
(7)
(8)
(0)
(10)
(11)
(12)
(13) = (8) tot (12)
+ 16,8
+ 34,6
+ 63,0
-
+ 3G,6
+ 12,3
+ 23,5
+135,4
-
2,7
+ 184,1
3,2
-
0,8
+
4,4
+
0,1
+
6,3
+
0,9
+
7,1
+ 18,8
+
0,8
+
22,0
+ 15,2
+
3,5
+ 26,4
+
0,5
4- 10,0
+
5,4
4-
2,9
+ 45,2
+
6,5
+
70,4
+ 13,1
+
0,4
+
6,6
+
0,4
+ 16,5
+ 37,0
+
3,6
+
46,4
-
0,3
+
0,4
-
+
+
2,8
+
13,8
+
...
...
...
+
5,8
...
...
+
9,3
0,8
-
+
2,4
+
1,3
... +
5,1
+
7,9
+ 50,3
+ 38,1
+108,2
+
0,1
+ 28,7
-
0,4
+155,4
+
0,9
+109,1
+141,3
+ 43,0
...
•••
-
10. Spaarkassen, hypotheek- en kapitalisatiemaatschappijen
+ 64,5
il. Instellingen voor verzekering op het leven en tegen arbeidsongevallen, pensioenfondsen
+ 25,8
12. Niet-geldscheppende openbare kredietinstellingen
+ 35,3
+
1,5
+
1,1
+
13. Financiële instellingen samen
+223,7
4-
0,9
+
6,9
+ 13,6
+
2,7
...
...
+284,6
+
5,3
+ 12,9
+ 16,0
+ 13,8
+100,5
- 16,7
- 57,5
- 30,4
- ...
14. Niet bepaalde sectoren en aanpassingen 15. Totaal van de vorderingen de
Spaarkassen,
(14)
...
0,5
0,9
sectoren
7. Buitenland
16. Saldo van schulden
Nietfinanciële nationale sectoren samen
ver-
5. Sociale verzekering 6. Niet-financiële samen
Overheidssector niet elders vermeld
vorderingen
+
0,1
+
0,1
+
1,6
...
...
6,9
...
+
1,1
-
1,4
-
2,0
+
1,2
+
1,2
+ 67,5
-
0,1
+ 25,7
+
3,3
+ 48,1
-
+ - 5,3
+250,4
+
+
0,5
+
... -
2,5 -
...
3,0
1,0
+ 59,2
+ 19,4
+
1,5
+
0,6
+
8,9
-
0,2
-
0,9
-
0,1
+
1,8
+ 49,5
+237,3
+ 11,0
+ 336,7
...
+157,5
+
1,1
+ 186,9
+
3,8
+ 53,0
+ 14,8
+ 318,2
-
0,5
-
2,8
+
0,1
-
1,6
+
1,1
+
4,0
+
2,6
+
72,1
-
0,2
+
0,9
+
26,4
0,9
+
57,2
...
+
...
1,6
+
0,3
+
4,9
+
3,6
+
0,8
+ 11,2
+
+137,4
+ 44,4
-
2,2
+ 12,6
+
5,2
+
5,2
+ 65,2
+ 19,3
+
1,2
+ 10,5
+
-
0,1
+
2,1
+ 13,1
-
+332,6
+176,3
+318,6
-
1,2
+ 73,9
+ 25,1
+ 56,8
+473,2
+ 31,4
-, 4,1
- 10,6
+
+
0,4
+
-
-
+
3,2
...
0,6
+ 472,2 +
17,5
+1.013,5
en
Noot : Wegens de afrondingen zijn de totalen niet noodzakelijk gelijk aan de som van de posten. Blbliografisebe referenties : Tijdschrift voor Documentatie en Voortich:ing : XXXVIIe jaargang. deel n. nrs 2-3. augustus-september 1962, xxxvine jaargang, deel I, nr 2, februari 1963 en XLIXe jaargang, vol II, n.. 1-2, juli-
0,4
1,8
1,3
0,4
0,8
g+ 13,9
-
augustus 1974. Tijdschrift van de Na ionalc Bank van België, Lie jaargang deel I, nr 1, januari 1976. - Belgische Economische Statistieken 1960-1970. - • Statistiques financières s de l'O.C.D.E. (O.E.S.O.).
XIII. - GELDSCHEPPENDE INSTELLINGEN 1. - GEZAMENLIJKE BALANSEN VAN DE GELDSCHEPPENDE INSTELLINGEN (Miljarden franken)
Quasi monetaire liquiditeiten Geldhoeveelheid
Einde periode
In handen van de bedrijven en particulieren
Totaal van de geldhoeveelheid en van de quasi
Vorderingen op de overheid Goudvoorraad en netto deviezenpositie
Vorderingen op de Staat 2
In handen van de Schatkist
monetaire liquiditeiten
(4)
(5) ° (1) tot (4)
(6)
(7)
Vorderingen op de andere n openbare besturen 3
Vorderingen op de bedrijven en particulieren Discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten Obligatiepro Gefinanmemorie : cierd leningen gefinandoor de cierd door geldschep. 4 en bn'ten p ende ede geldinstelscheppende Hoge . instellingen e llingen (9) (10) (11)
Vorderingen op en schulden tegenover niet-geldscheppende financiële instellingen
Rtfd enenons
Andere instellingen
(12)
(13)
Obligatie- leningen van de depositobanken
Diversen 5
(14)
(15)
Deposito's in Belgische franken 1
Deposito's . . in buitenlandre geldsoorten
(1)
(2)
(3)
1967
350,5
107,9
8,4
466,8
97,1
207,9
13,0
157,0
170,9
4,1
17,5
-13,5
-16,3
1968
376,5
125,8
8,8
511,1
86,1
231,5
16,8
182,5
196,3
6,8
21,0
-16,5
-17,1
386,3 386,3
149,3 149,3
14,7 14,7
...
550,3 550,3
93,6 93,6
252,0 252,0
19,5 18,9
197,2 197,8
207,4 208,0
10,8
5,4 5,4
26,7 26,7
-21,0 -21,0
-23,1 -33,9
418,5
165,7
11,4
...
595,6
104,8
254,4
28,3
220,1
232,8
15,2
5,4
35,2
-25,6
-42,2
460,7 465,0
198,7 198,7
9,7 9,7
... ...
669,1 673,4
132,5 132,5
263,6 263,6
32,2 32,2
256,0 256,0
268,4 268,4
16,8 16,8
4,4 4,4
38,9 38,9
-30,4 -30,4
-44,9 -40,6
1972 1973
530,2 577,0
242,6 298,4
9,2 11,9
... ...
782,0 887,3
148,7 151,9
297,8 330,4
43,0 57,8
308,6 375,3
321,8 382,1
24,4 25,7
8,5 9,6
34,5 26,7
-35,8 -41,8
-47,7 -48,3
1974 Maart Juni September December
595,9 621,3 612,5 627,7
314,1 313,2 312,9 321,8
17,7 17,3 18,2 17,5
... ... ... ...
927,7 951,8 943,6 967,0
131,8 124,2 129,7 132,5
370,8 372,6 350,0 348,6
58,5 62,7 61,3 77,4
384,8 392,0 400,5 407,2
394,0 403,0 410,0
26,9 29,0 31,9 35,4
10,7 22,6 17,5 10,1
31,2 38,5 42,9 42,3
-43,6 -45,5 -46,5 -48,7
-43,4 -44,3 -43,7 -37,8
L975 Maart Juni September December
645,5 700,1 692,8 717,2
336,9 336,9 352,9 369,8
18,0 19,9 21,9 23,0
... ... ... ...
1.000,4 1.056,9 1.067,6 1.110,0
144,6 153,1 145,4 159,5
366,8 393,1 406,7 384,7
77,0 79,8 74,6 79,3
400,7 428,5 444,6 480,3
426,0
41,4 41,6 41,2 42,8
6,0 5,0 6,4 9,2
55,1 57,4 59,3 55,3
-50,7 -53,3 -56,5 -58,2
-40,5 -48,3 -54,1 -42,9
1976 Maart Juni
723,2 775,9
388,1 403,0
31,7 28,8
... ...
1.143,0 1.207,7
v ]30,9 v 136,4
v 426,5 v 452,2
79,2 90,2
v 503,0 v 522,1
v 520,4 v 534,7
42,6 43,3
13,7 17,7
61,6 65,6
-62,8 -67,4
v-51,7 v-52,4
1969 (Oude reeks) 1969 (Nieuwe reeks)
6
1970 1971 (Oude reeks) 1971 (Nieuwe reeks)
7
.
1 Deze deposito's omvatten de termijndeposito's en de op de boekjes ingeschreven deposito's. Incl. het Wegenfonds (cf. de toelichting s Hoofdstuk IX, Betalingsbalans en XIII, Geldscheppende instellingen e van het statistisch gedeelte, opgenomen in het Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting : XLIIIe jaargang, deel II, nr 3, september 1968). 3 Incl. de vorderingen op de pensioenfondsen en de instellingen van de sociale verzekering. 4 Met inbegrip van de certificaten op korte termijn van de overheidsbedrijven. 5 Deze rubriek omvat voornamelijk het saldo van de verrichtingen op halflange en lange termijn van het Muntfonds, van de niet elders ingedeelde vorderingen en schulden op en tegenover ingezetenen, de salderingsrekeningen, de verschillen tussen de vastleggingen en participaties eensdeels en de eigen middelen anderdeels, en, met ingang van 1970, de tegenpost van de netto cumulatieve toekenning aan België van bijzondere trekkingsrechten op het I.M.F. 2
6 7
(8)
v v
424,5 444,3 459,4
497,8 v v
v v
Nieuwe reeks : zie Tijdschrift van de Nationale Bank van België, Lie jaargang, deel I, nr 1, januari 1916.. Nieuwe reeks • de afwijking t.o.v. de oude reeks is toe te schrijven aan een verbeterde telling van de tegoeden der buitengewone rekenplichtigen bij het B.P.C.
N. B. - Voor de wijze van opstelling : zie Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, XXIVe jaargang, deel II, nr 6, december 1949 - XXXe jaargang, deel II, nr 5, november 1955 - XXXIIIe jaargang, deel II, nr 5, november 1958 - XLIIe jaargang, deel I, nr 1, januari 1987, deel II, nr 8, september 1967 en Tijdschrift van de Nationale Bank van België, LIe jaargang, deel I, nr 1, januari 1976. - Voor de indeling van de s Geldhoeveelheid a, zie tabel XIII-4. - Voor de indeling van de c Goudvoorraad en netto deviezenpositie e, zie tabel XIII-5.
DE BALANSEN VAN DE NATIONALE BANK VAN BELGIE, XIII - 2. DE GELDSCHEPPENDE OPENBARE INSTELLINGEN EN DE DEPOSITOBANKEN a) - Nationale Bank van België - Activa - Jaarlijkse en driemaandelijkse cijfers -
Vorderingen op* het buitenland : L. Goud 2. I.M.P. -- Deelneming __ Leningen 1 -- Bijzondere trekkingsrechten 3. Voorschot aan het I.M.F. 4. Obligaties 5. Internationale akkoorden 6. Uitvoeraccepten in Belgische franken 7. a) E.F.M.S. b) E.E.G. : Financiële bijstand op middellange termijn 8. Andere: a) in deviezen b) in Belgische franken Totaal van de vorderingen op het buitenland B. Vorderingen op de binnenlandse geldscheppende sector : 1. Munten en biljetten 2. Andere : a) op de N.B.B. b) op de openbare instellingen c) op de depositobanken C. Vorderingen op de binnenlandse niet-geldscheppende sector : 1. Op de Staat 2 a) voor ten hoogste een jaar b) andere: -- obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 2. Op de lagere overheid en de administratieve parastatale instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : -- obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 3. Op de privé-bedrijven, particulieren en overheidsbedrijven : a) bankaccepten b) handelspapier c) voorschotten d) andere vorderingen op minder dan een jaar e) andere vorderingen op een jaar en meer : -- obligaties verkrijgbaar door elke belegger -- overige 4. Op het Rentenfonds : op minder dan een jaar 5. Op de andere niet-geldschep. financ. instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : -- obligaties verkrijgbaar door elke belegger -- overige D. Andere
31-12-68
31-12-69
31-12-70
31-12-71
31-12-72
76,2 10,3 5,0
76,0 7,8
73,5 19,6
77,2 30,0
75,4 25,9
31-12-73 I
30-9-74
31-12-74
31-3-75
30-6-75
(Miljarden franken)
30-9-75
31-12-75 I
31-3-76
30-6-76
30-9-76
A.
-... -
... --... -
...
...
10,2
- 20,3
-... -
71,8 24,0
71,8 24,9
71,8 24,9
71,8 25,5
71,8 25,6
...
...
...
...
...
...
26,1
30,5
27,9
28,4
28,4
30,0 ... -
71,8 26,4 ...
30,0 2,4
71,8 26,3
71,8 28,7
71,8 29,5
...
...
...
30,0 2,4
30,0 4,9
27,4 9,7
19,9 9,7
... -
... -
...
...
...
--
-
-
--
--
--
... -
... -
... -
... -
...
... --
16,5 --
16,9 3,5
12,2 3,7
12,0 ...
4,6 7,3
0,7 3,6
1,3 ...
11,9 ...
...
71,8 27,0
17,8 ...
-14,9 ...
0,3 v 14,3 ...
14,2 --
9,8 --
1,9 --
5,8 --
--
--
--
--
-
--
--
6,5
6,5
6,5
6,5
6,5
6,5
6,5
6,5
18,1 0,3 124,1
35,6 ... 129,2
39,0 0,2 144,4
35,0
52,4
75,9
81,6
88,6
99,2
106,8
106,3
107,2
87,2
79,3
...
...
...
...
...
...
...
...
• ..
168,3
196,3
222,6
222,1
232,2
243,3
245,0
244,7
256,1
245,2
238,3
64,5 ••• v216,5
0,3
0,3
0,2
0,3
0,3
0,3
0,4
0,4
0,5
0,4
0,4
0,4
0,6
0,4
0,5
-
-
-
0,1
2,1 2,3
2,5 1,7
...
... ...
-...
15,3
15,5
13,2
2,6 34,0
2,5 34,0
--
...
-... ...
-...
-...
-
-...
--...
0,9
2,1
0,7 0,5
4,9
1,1
0,5
2,3 34,0
1,9 34,0
2,0 34,0
--
--
--
-
0,5
0,6
0,6
1,0
1,1
1,1
1,1
1,1
--
--
_.
--
--
--
--
--
1,8 10,0 0,1
1,9 6,9 ...
1,5 3,2 0,2
4,5 4,8 0,3
6,3 10,6 0,2
7,9 15,2 0,3
5,1 10,9 0,1
5,2 14,9 0,5
1,6 3,5
--
--
--
--
--
--
--
--
0,2
0,3
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
-
--
--
--
--
--
--
•••
••.
•••
•••
2,5
...
...
...
...
...
0,5
...
...
...
...
...
...
0,2
0,1
2,2
0,1
0,2
5,1
2,5
20,5
11,5
4,2
20,6
20,6
20,6
2,2 40,2
2,5 40,2
2,7 38,3
3,1 38,3
3,0 38,3
3,0 38,3
3,0 38,3
3,2 38,3
3,3 38,3
3,3 38,3
-
--
--
--
-
-
--
-
-
-
1,1
1,1
1,1
1,1
1,1
1,1
1,1
---
-
-
--
-
--
-
0,1 3,4
0,9 1,6
... 10,3 0,4
5,9 23,8
5,1 19,8
....
...
--
--
-
:
TOTAAL DER ACTIVA .-
•
...
...
...
--
--
--
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
--
--
--
--
--
--
3,7
-...
--
--
--
--
--
--
--
0,5
...
...
...
...
...
0,1
0,9
0,9 0,3
0,1
0,1
0,2
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
--
--
--
--
--
--
--
--
--
--
--
--
--
--
--
37,2
58,4
55,9
41,9
28,3
37,8
24,8
24,2
23,6
25,9
26,2
26,2
26,7
23,5
46,4
226,7
249,7
256,2
262,7
284,4
331,0
313,6
325,6
318,4
340,7
328,6
340,8 I
366,4
356,5
365,2
1 Speciale bons van de Belgische Schatkist (wet van 4-1-1963 - overeenkomst d.d. 1-2.1963). 2 Incl. het Wegenfonds [cf. de toelichting « Hoofdstukken Betalingsbalans en XIII, Ge dacheppende
rx.
... ,
...
v 7,4 v 25,0. 0,2
0,3
instellingen van het statistisch gedeelte •, opgenomen in het Ti dschrift voor Documentatie en Voorlichting N.B.B. : XLIIIe jaargang, deel II, nr 3, september 1968).
a) - Nationale Bank van België - ~Ska - Jaarlijkse en driemaandelijkse cijfers 81-12-68
31-12-69
1. I.M.F.
0,2
0,2
0,3
0,3
0,3
2. E.F.M.S.
-
-
-
-
-
... 1,0 1,2
... 0,7 0,9
... 1,0 1,3
... 3,5 3,8
... 1,7 2,0
4,4
4,9
5,0
5,4
5,8
A. Verplichtingen tegenover het buitenland
81-12-72
31-12-73 11
30-9-74
31-12-74
31-3-75
80-6-75
30-9-75
31-12-75 i
31-3-76
30-6-76
30-9-76
:
3. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken 1 c) monetaire reserve :Groothertogd. Luxemburg Totaal der verplichtingen t.o. het buitenland B. Verplichtingen tegenover de scheppende sector :
31-12-70 - 81-12-71
(Miljarden franken)
0.3
0,1
0,1
0,1
0,1
. 0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
...
...
...
....
...
...
33,1
...
19,0
... 2,3 0,9 3,5
... 2,8 0,3 3,2
... 3,0 0,3 3,4
... 2,4 0,3 2,8
... 2,2 2,3
... 3,4 3,5
... 3,6 3,7
... 4,3 37,5
... 3,3 3,4
•• • 3,4 22,5
7,0
6,9
7,2
7,0
8,3
7,4
7,2
7,7
8,4
•"
binnenlandse geld-
1. Munten en biljetten 2 2. Andere : a) tegenover de N.B.B. b) tegenover de openbare instellingen c) tegenover de depositobanken : - monetaire reserve - speciale rekeningen - andere
...
.. •
0,8
1,0
178,8
-
v
7,5
...
__ ...
...
...
...
...
...
...
...
...
...
...
._ 1,2
... 1,0
7,7 ... 1,1
21,3 ... 0,6
16,1 ... 0,2
14,7 ... 0,9
11,6 ... 0,1
5,8 ... ...
... 0,1
... 0,7
... 0,1
... ... 0,1
•• • ... 0,1
178,1
183,2
196,4
216,8
231,5
236,8
248,9
248,3
274,0
267,7
281,2
276,2
299,7
291,9
0,8 -
0,4 -
0,4 -
0,6 -
0,6 -
0,5 -
0,4 -
0,3 -
0,6 -
0,6 -
0,6 -
0,9 -
0,7 -
1,0 -
0,4 -
-
-
-
-
-
-
-
_
-
-
-
-
-
-
-
...
...
...
...
.. •
...
...
...
...
...
...
...
...
• ..
-
-
-
-
-
-
•• • -
-
-
-
-
-
-
-
-
...
...
•• •
•• •
•• •
...
"'
...
-
-
-
-
-
-
...
...
...
...
3,1 ...
8,8 ...
4,1 ...
4,1 ...
2,7 ...
1,3 ...
-
...
...
...
...
-
-
-
-
0,9
3,0
1,6
1,6
1,1
--
-
-
-
-
-
0,5
0,3
0,3
0,1
...
-
-
-
•••
v
C. Verplichtingen tegenover de binnenlandse nietgeldscheppende sector : 1. Chartaal geld
s
2. Giraal geld : a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren 4 b) aangehouden door de overheid 3. Quasi monetaire liquiditeiten : a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren : - deposito's in Belgische franken voor meer dan een maand - deposito's in Belgische franken op depositoboekjes - deposito's in deviezen b) aangehouden door de Schatkist
1. Obligatieleningen ï. Overige verplichtingen : a) tegenover het Rentenfonds b) tegenover de parastatale kredietinstellingen : - monetaire reserve - - andere c) tegenover de Schatkist d) tegenover de particuliere spaarkassen : - monetaire reserve e) tegenover de verzekeringsmaatschappijen : - monetaire reserve ). Andere TOTAAL DER PASSIVA
-
-
-
-
40,7
64,4
65,1
55,5
46,4
54,3
44,0
44,2
44,1
47,8
49,3
47,1
44,2
43,9
42,8
226,7
249,7
256,2
262,7
284,4
331,0
313,6
325,6
318,4
340,7
328,6
340,8
366,4
356,5
365,2
1 Incl. de verplichtingen in Belgische franken tegenover de andere internationale instellingen dan het I.M.F.
2 Incl. de munten en biljetten van de Schatkist aangehouden door de andere gedscheppende instellingen dan de
N.B.B.
0,6
.
-
de Schatkist aangehouden door de andere geldscheppende instellingen dan de N.B.B. 4 Incl. de direct opeisbare tegoeden van de parastatale instellingen behalve die van het Rentenfonds welke onder C5a voorkomen. 3 De cijfers van deze rubriek zijn onderschat voor het bedrag in munten en biljetten van
a) Nationale Bank van België - Activa - Maandelijkse cijfers A. Vorderingen op het buitenland : 1. Goud 2. I.M.F. - Deelneming - Leningen 1 Bijzondere trekkingsrechten 3. Voorschot aan het I.M.F. 4. Obligaties 5. Internationale akkoorden 6. IIitvoeraccepten in Belgische franken 7. a) E.F.M.S. b) E.E.G. : Financiële bijst. op middel]. termijn 8. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken Totaal van de vorderingen op het buitenland B. Vorderingen op de binnenlandse geldscheppende sector : 1. Munten en biljetten 2. Andere : a) op de N.B.B. b) op de openbare instellingen c) op de depositobanken C. Vorderingen op de binnenlandse niet-geldschep. pende sector : 1. Op de Staat 2 a) voor ten hoogste een jaar b) andere : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 2. Op de lagere overheid en de administratieve parastatale instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 3. Op de privé-bedrijven, particulieren en overheidsbedrijven : a) bankaccepten b) handelspapier c) voorschotten d) andere vorderingen op minder dan een jaar e) andere vorderingen op een jaar en meer : ---obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 4. Op het Rentenfonds : op minder dan een jaar 5. Op de andere niet-geldschep. financ. instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger -- overige
30.11-75
31-12-75
71,8 26,4 . . • 30,0 2,4 • .. 4,1 •• • 6,5
71,8 26,6 •• • 30,0 2,4 •• • ... 6,0 •- 6,5
71,8 26,3 •• • 30,0 2,4 •• • ... 11,9 •• • 6,5
71,8 26,9 •• • 30,0 4,9 •• • ... 4,5 •• • 6,5
71,8 26,7 •• • 30,0 4,9 •• • 0,1 7,5 •• 6,5
71,8 27,0 •- • 30,0 4,9 •• • ... 17,8 •• • 6,5
71,8 26,0 •• • 26,7 4,9 •• • .. . 13,9 •• • 6,5
71,8 28,5 •• 27,4 9,7 •• .. . 14,2 •• 6,5
71,8 28,7 •• • 27,4 9,7 -• • ... 14,9 --6,5
71,8 28,8 •- • 27,4 9,7 - - 0,1 15,2 • - 6,5
71,8 29,5 •• • 27,4 9,7 •• • 0,2 15,8 •• 6,5
71,8 29,5 •• 19,9 9,7 •• • 0,3 v 14,3 --6,5
107,7 •. • 248,9
105,9 •• • 249,2
107,2 •• • 256,1
94,3 •• • 238,9
89,8 •• • 237,3
87,2 •• • 245,2
83,7 •- • 233,5
80,1 •• • 238,2
79,3 •• • 238,3
72,5 •• • 232,0
70,7 •- • 231,6
64,5 •- v216,5
0,5
0,4
0,4
0,5
0,5
0,6
0,5
0,4
0,4
0,5
0,5
0,5
0,5
•• • 0,1
•• • ...
••• 6,0
••• . . .
. .. 0,1
... 0,8
2,2 1,2
2,1 2,3
2,4 0,4
2,4 4,4
2,5 1,7
2,4 4,7
4,2
...
19,0
20,6
20,6
20,6
20,6
20,6
20,6
20,6
20,6
•• • ...
29-2-76
30-4-76
31-5-76
31-10-75
31-1-76
31-3-76
(Miljarden franken) 30-6-76
31-7-76
31-8-76
30-9-76
31-10-76
71,8 29,6 ••• 19,9 9,7 ••0,1 v 16,7 • •6,5 .
64,2 •• v218,5
:
D. Andere TOTAAL DER ACTIVA
... 3,0 38,3
3,0 38,3
3,0 38,3
3,3 38,3
3,3 38,3
3,2 38,3
3,2 38,3
3,2 38,3
3,3 38,3
3,3 38,3
3,3 38,3
3,3 38,3
3,3 38,3
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
1,1 -
1,1 -
1,1 -
1,1 -
1,1-
1,1 -
1,1 -
1,1 -
1,1 -
1,1 -
1,1 -
1,1 -
1,1 -
0,9 6,2 ... -
1,8 9,3 0,1 -
... 10,3 0,4 -
1,8 12,3 0,3 -
2,7 14,9 ... -
5,9 23,8 ... -
4,1 18,7 ... -
3,1 13,5 . . . -
5,1 19,8 ... -
5,8 24,1 . . . -
8,2 27,0 0,3 -
v 7,4 v 25,0 0,2 -
v 8,9 v 26,6 ... -
0,5 -
0,5 -
0,5 -
0,5 -
0,5 -
0,5 -
0,5
0,5 -
0,5 -
0,5 -
0,5 -
0,5 -
-
0,5 -
•• •
0,5
0,1
0,1
0,7
0,9
1,9
0,9
1,0
0,3 -
0,3
0,3 -
0,3 -
0,3 ---
0,3 -
0,3 -
0,3 -
0,3 -
0,3
32,2
27,2
23,5
22,5
30,6
46,4
v 27,1
353,9
350,5
356,5
351,8
371,0
365,2
353,8
•• • 0,3 -
•• • 0,3 -
25,5
25,9
26,2
26,9
21,4
26,7
325,2
330,0
340,8
330,7
339,3
366,4
1 Speciale bons van de Belgische Schatkist (wet van 4-1-1968 - overeenkomst d.d. 1.2-1968 . Incl. het Wegenfonds [cf. de toelichting . Hoofdstukken IX, Betalingsbalans en XIII, Geldscheppende instel-
2
...
Tingen van het statistisch gedeelte s, opgenomen in het
(N.B.B.) XLIIIe jaargang, deel II, nr 3, september 1968).
. . . 0,3 -
-
-
Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting
a) Nationale Bank van België
A. 1. 2. 3.
1
31-12-75
-
31-1-76
Passiva - Maandelijkse cijfers
29-2-76
31-3-70
30-4-76
31-5-76
I
( Miljarden franken) 30-6-76
31-7-76
31-8-70
30-9-76
31-10-70
31-10-75
30-11-75
0,1 . ..
0,1 ...
0,1 ...
0,1 . ..
0,1 8,1
0,1 33,1
0,1 14,8
0,1 ...
0,1 ...
0,1 ...
0,1 25,8
0,1 19,0
0,1 8,7
. .. 2,9 3,0
. .. 3,6 3,7
... 3,6 3,7
... 3,2 3,3
... 3,1 11,3
... 4,3 37,5
... 3,4 18,3
... 3,9 4,0
... 3,3 3,4
.. . 3,2 3,3
3,6 29,5
•• • 3,4 22,5
•• • 3,3 12,1
6,5
6,9
7,2
6,8
6,9
7,7
7,2
8,7
8,4
7,1
7,3
7,4
-
-
•-
...
... •• • ...
... •• • 0,I
... •• • 0,1
... ... v 0,1
Verplichtingen tegenover het buitenland :
I.M.F. E.F.M.S. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken 1 c) monetaire reserve : Groothertogd. Luxemburg Totaal der verplichtingen t.o. het buitenland
B. Verplichtingen tegenover de binnenlandse geldscheppende sector :
1. Munten en biljetten 2 2. Andere : a) tegenover de N.B.B. b) tegenover de openbare instellingen c) tegenover de depositobanken : - monetaire reserve - speciale rekeningen - andere
-
-
.. .
...
-
-
•- •
--0,1
-
... _ -
...
'••
...
0,1
... 0,2
... ... 0,1
... •• • 0,1
v
7,5 -
...
•• • .. . ...
267,2
269,7
281,2
274,5
276,0
276,2
284,9
290,9
299,7
295,1
290,6
292,0
v291,5
4
0,6 -
0,9 -
0,3 -
0,7 -
0,7 -
0,6 -
1,7 -
1,0 -
0,5 -
0,7 -
0,4 -
0,4 -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
•• • -
-
-
-
•• • -
-
-
•• • -
-
-
•• • -
-
-
_ •• • -
-
-
-•-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
0,1
0,1
-
0,1
-
-
...
-
...
-
-
•. •
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
48,0
49,0
47,1
45,7
44,3
44,2
42,6
45,1
43,9
45,8
42,5
42,8
42,2
325,2
330,0
340,8
330,7
339,3
366,4
353,9
350,5
356,5
351,8
371,0
365,2
353,8
C. Verplichtingen
tegenover de binnenlandse nietgeldscheppende sector :
1. Chartaal geld 3 2. Giraal geld :
a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren 4 b) aangehouden door de overheid 3. Quasi monetaire liquiditeiten : a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren : - deposito's in Belgische franken voor meer dan een maand - deposito's in Belgische franken op depositoboekjes - deposito's in deviezen b) aangehouden door de Schatkist 4. Obligatieleningen 5. Overige verplichtingen : a) tegenover het Rentenfonds b) tegenover de parastatale kredietinstellingen : - monetaire reserve - andere c) tegenover de Schatkist (1) tegenover de particuliere spaarkassen : - monetaire reserve e) tegenover de verzekeringsmaatschappijen : - monetaire reserve I). Andere TOTAAL DER PASSIVA -
0
,
-
1 Incl. de verplichtingen in Belgische franken tegenover de andere internationale loste lingen dan het I.M.F. 1nel, de munten en biljetten van de Schatkist aangehouden door de andere geldscheppende instellingen dan de N.B.B.
3
2
4
-
De cijfers van deze rubriek zijn onderschat voor het bedrag van munten en biljetten van de Schatkist aangehouden door de andere geldscheppende instellingen dan de N.B.B. Incl. de direct opeisbare tegoeden van de parastatale instellingen behalve die van het Rentenfonds welke onder C5a voorkomen.
b) • Geldscheppende openbare instellingen 1 - Activa - Jaarlijkse en driemaandelijkse cijfers 31-12-68
31-12-69
l. Goud 2. I.M.F. - Deelneming - Leningen -- Bijzondere trekkingsrechten 3. Obligaties 4. Uitvoeraccepten in Belgische franken 5. a.) •.F.M.S• b) E.E.G. : Financiële bijst. op middel!. termijn 6. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken Totaal van de vorderingen op het buitenland
op de
binnen!.
geldschep.
31-12-70
31-12-71
31-12-72
31-12-73
30-0-74
I
30-9-71
31-12-74
31-3-75
30-6-75
30-9-75
31-12-75
31-3-76
30-6-76
Nieuwe reeks 2
A. Vorderingen op het buitenland :
B. Vorderingen
31-12-69
(Miljarden franken)
0,1 -
-
1,9 -
1,9 -
3,5 -
3,2 -
... -
0,1 -
...
0,1
0,3
0,3 -
1,8 -
0,1 -
1,9 -
0,4
1,8
0,1
1,9
0,4 -
-
... -
0,8
...
...
0,8 -
...
0,1
1,9
1,9
3,5
3,2
...
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
... 0,6 0,5
... 0,2 ...
... 0,2 ...
... 0,7 ...
... 0,3 0,5
... 0,8 0,1
... 0,5 0,5
... 0,4 2,7
... 0,1 0,9
... 1,2 ...
... 0,6 ...
... 0,4 0,1
... 0,8 0,6
... 1,0 ...
... 0,5 0,9
... 1,0 2,2
57,4
62,1
62,1
64,9
64,8
74,0
68,3
67,5
57,5
65,1
70,7
72,0
68,9
70,2
73,3
78,8
6,3 -
6,7 -
6,7 -
6,9 -
7,1 -
7,6 -
8,1 -
8,5 -
8,7 -
8,3 -
8,4 -
8,4 -
8,9 -
8,7 -
9,1 -
9,3 -
10,0
11,4
9,9
12,9
13,9
19,8
20,7
19,5
23,2
29,8
25,4
29,4
23,7
27,6
26,0
39,2
... -
...
... -
...
... -
... -
... -
... -
... -
... -
... -
... -
0,1 1,3 ... -
1,5 1,3 ...
... •• • ...
...
...
sector
1. Munten eu biljetten 2. Andere : a) op de N.B.B. b) op de openbare instellingen c) op de depositobanken C. Vorderingen op de binnenlandse niet-geldschep-
pende sector : 1. Op de Staat : a) voor ten hoogste een jaar b) andere : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 2. Op de lagere overheid en de administratieve parastatale instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 3. Op de privé-bedrijven, particulieren en overheidsbedrijven : a) bankaccepten b) handelspapier c) voorschotten d) andere vorderingen op minder dan een jaar e) andere vorderingen op een jaar en meer : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 4. Op het Rentenfonds : op minder dan een jaar 5. Op de niet-geldscheppende financiële instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige D. Andere TOTAAL DER ACTIVA
...
1,5 1,3 1,5 ••. •• •
...
... 0,9 1,1 1,6 ... ... ...
0,1 2,2 2,1 -
0,1 0,4 3,4 -
2,8 7,7 -
... 5,5 8,9 -
0,1 2,8 12,0 0,4
0,7 2,4 7,0 0,4
0,5 5,8 6,0 0,5
... 1,7 8,1 0,5
0,8 3,7 11,6 0,5
3,0 3,6 14,0 ...
... 3,0 13,8 ...
... ... 6,1 ...
... ... ...
0,4 ... 2,9
0,4 ... 0,5
0,4 ... 0,5
0,4 ... ...
0,4 ...
0,4 ...
0,4 ...
0,4 ...
0,4 ...
0,4 ...
0,4 ...
0,7
1,1
0,1
...
...
... 0,7
... 0,7
... 0,7
... 0,7
... 0,7
... 0,1
...
0,1
0,1
0,3
0,3
0,6
... 0,1
... 0,1
... 0,1
... 0,1
... 0,1
... 0,1
4,6
3,0
3,0
81,0
88,4
88,4
1,0
0,2 ... 0,1
... 0,9
... ... 2,3
... 0,7
...
8,2 3
6,7
10,4
12,2
16,5
13,1
16,1
17,8
17,3
17,0
17,2
21,9
94,0 102,9 3
117,0
120,1
127,4
125,3
129,6
137,7
140,8
139,9
147,2
145,0
159,1
1 B.p.c., Belgisch Muntfonds (activa op korte termijn en obligaties), Gemeentekredie van België (activa die de tegenwaarde vormen van de direct en voor ten hoogste een maand opeisbare passiva), H.W.I. (activa gefinancierd door een beroep op de geldscheppende instellingen). Me betrekking tot het Belgisch Muntfonds is de tegenwaarde van het overschot van de getelde passiva op de gete de activa opgenomen in rubriek D « Andere e. 2 Met ingang van 31 december 1969, nieuwe reeks (zie Tijdschrift ren de Nationale Bank van België, LIe jaar-
3
gang, deel I, nr 1, januari 1976). Nieuwe reeks vanaf 31 december 1971 : de afw'jking t.o.v. de oude reeks is toe te schijven aan een verbeterde telling van de tegoeden der buitengewone rekenplichtigen bij het B.P.G. Het vergelijkbaar cijfer in 1971 bedraagt 4,0 en voor het totaal der activa 98,7.
( Miljarden franken)
b) - Geldscheppende openbare instellingen - Passiva - Jaarlijkse en driemaandelijkse cijfers 31-12-68
A. 1. 2. 3.
31-12-69
31.12-70
31-12-71
31-12-73
31-12-72
30-6-74
30-9-74
Verplichtingen tegenover het buitenland :
I.M.F. E.F.M.S. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken Totaal der verplichtingen t.o. het buitenland
31.12-74
31.3-75
30-6 75
30-9.75
31-12-75
31-3-76
30-6-76
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
0,6 0,6
0,4 0,4
1,3 1,3
0,5 0,5
... ...
0,2 0,2
0,3 0,3
0,2 0,2
... ...
0,3 0,3
... ...
0,1 0,1
... ...
-
... ...
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,4
0,4
0,4
0,5
0,4
0,4
0,4
0,6
0,4
... 0,6
... 0,2
... 0,7
... 0,3
... 0,8
... 0,5
... 0,4
0,7 0,1
... 1,2
... 0,7
... 0,4
... 0,8
. .. 1,1
... 0,5
2,1 1,0
5,3
10,1
7,1
8,5 1
6,2
1,3
4,7
3,5
4,0
6,4
1,9
3,9
6,4
2,6
2,2
6,6
7,0
7,5
8,1
8,5
9,1
9,0
9,2
9,5
9,5
9,8
9,9
10,2
10,2
10,8
46,8 20,8
44,8 25,6
50,7 25,3
51,3 33,9 5
63,3 37,9
65,5 43,2
68,6 44,0
65,6 45,7
66,9 47,6
70,0 49,9
77,0 51,3
74,2 48,6
74,9 52,2
77,6 53,5
82,6 60,0
-
-
-
-
_
-
-
-
-
-
_
-
-
-
-
-
_ -
-
-
-
-
_
_ -
-
-
-
-
-
-
-
...
...
1,1
...
...
...
.. .
..
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
...
...
...
...
...
...
...
94,0
102,9 5
117,0
120,1
127,4
... 125,3
... 129,6
0,4 137,7
... 140,8
2,0 139,9
147,2
...
B. Verplichtingen tegenover de binnenlandse geldscheppende sector :
1. Munten en biljetten 2 2. Andere : a) tegenover de N.B.B. b) tegenover de openbare instellingen c) tegenover de depositobanken : - monetaire reserve - speciale rekeningen - andere G. Verplichtingen tegenover de binnenlandse nietgeldscheppende sector :
1. Chartaal geld 3 2. Giraal geld a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren 4 b) aangehouden door de overheid 3. Quasi monetaire liquiditeiten a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren : - deposito's in Belgische franken voor meer dan een maand - deposito's in Belgische franken op depositoboekjes - deposito's in deviezen b) aangehouden door de Schatkist 4. Obligatieleningen 5. Overige verplichtingen : a) tegenover het Rentenfonds b) tegenover de parastatale kredietinstellingen - monetaire reserve - andere c) tegenover de Schatkist d) tegenover de particuliere spaarkassen : - monetaire reserve e) tegenover de verzekeringsmaatschappijen : - monetaire reserve D. Andere TOTAAL DER PASSIVA
81,0
88,4
1 B.P.C., Belgisch Muntfonds (munten en biljetten), Gemeentekrediet van België (direct opeisbare passiva voor ten hoogste een maand), H.W.I. (passiva t.o. geldscheppende instellingen). 2 Alleen de munten en biljetten in handen van de N.B.B. 3 De cijfers zijn overschat voor een bedrag gelijk aan de munten en biljetten van de Schatkist, die door de andere geldscheppende instellingen dan de N.B.B. worden aangehouden.
4 5
-
-
2,0
-
-
...
...
145,0
159,1
Incl. de d reet opeisbare tegoeden van de parastatale instellingen, behalve die van bepaalde administratieve parastatale instellingen welke in rubriek C2b begrepen zijn. Nieuwe reeks vanaf 81 december 1971 : de afwijking t.o.v. de oude reeks is toe te schrijven aan een verbeterde telling van de tegoeden der buitengewone rekenplichtingen bij het B.P.C. Het vergelijkbaar cijfer in 1971 bedraagt 29,7 voor het giraal geld en 98,7 voor het totaal der passiva.
c) - Depositobanken - Activa - Jaarlijkse en driemaandelijkse cijfers 31-12-68 31-12-60
A. Vorderingen op het buitenland : L. Goud 2. I.M.F. - Deelneming -- Leningen - Bijzondere trekkingsrechten 3. Obligaties 4. IIitvoeraccepten in Belgische franken 5. a) E.F.M.S. b) E.E.G. : Financiële bijst. op middel!. termijn 6. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken Totaal van de vorderingen op het buitenland
31-12-69 31-12-70
31-12-71
31-12-72
31-12-73
30-6-74
I
30-9-74
31-12-74
(!Miljarden franken)
31-3-75
30-6-75
30-9.75
31-12.75
31.3-76
30-6-76
Nieuwe reeks 1
6,1 6,4
7,3 6,5 -
14,6 12,6 ___ -
24,8 13,9 -
31,9 11,8 __ _.
48,1 11,1 __ -
57,3 14,1 __ __
----. 54,0 14,6 ___ -
53,7 17,0 ____ -
40,2 20,1 __ -
40,0 20,3 -
40,7 19,3 __. -
39,6 17,2 ._. -
38,9 ]5,2 -
37,1 15,0 -
85,6 134,4 134,4 198,1 18,2 19,9 19,9 20,8 116,3 168,1 168,1 246,1
235,3 22,3 296,3
297,0 27,1 367,8
391,4 35,4 486,0
478,1 43,2 592,7
488,4 41,0 598,0
489,5 38,6 598,8
520,8 40,1 621,2
536,1 44,6 641,0
591,0 44,4 695,4
596,1 49,8 702,7
648,2 51,5 753,8
618,8 51,9 722,8
-
7,3 6,5 ___ -
B. Vorderingen op de binnenlandse geldscheppende sector :
1. Munten en biljetten 2. Andere : a) op de N.B.B. : -- monetaire reserve - andere b) op de openbare instellingen c) op de depositobanken
4,4
4,8
4,8
5,0
5,3
5,7
6,9
6,6
6,8
7,1
6,9
8,2
7,3
7,1
7,6
8,3
0,8 5,3 12,9
0,9 10,1 20,2
0,9 10,1 20,2
1,2 7,1 28,6
1,0 8,5 46,5
7,7 1,1 6,2 60,3
21,3 0,6 1,3 92,9
18,6 0,1 4,7 109,4
16,1 0,2 3,5 103,4
14,7 0,9 4,0 107,4
11,6 0,1 6,5 104,7
5,7 ... 1,9 99,3
0,1 3,9 100,3
0,8 6,5 106,4
0,1 2,6 127,6
0,1 2,2 118,7
28,1
37,1
37,1
28,0
17,8
9,4
10,0
22,6
11,5
8,3
11,1
10,3
31,7
9,9
12,0
27,4
54,0 33,9
61,5 32,5
61 ,5 32,5
71.3 33,8
103,3 29,7
137,2 32,6
170,0 31,1
185,6 29,7
190,6 33,6
188,2 32,6
200,1 32,6
208,0 32,6
213,1 31,3
0,3
0,6
1,5
3,1
2,3
3,2
6,3
7,5
6,9
9,8
10,9
8,6
9,2
11,6 v
13,5 v
10,4
3,7 2,3
4,7 2,3
4,7 2,3
9,3 2,4
12,6 2,8
15,5 3,4
24,7 5,1
28,9 5,7
29,1 6,3
29,1 7,6
31,5 8,0
31,9 8,8
31,4 9,2
29,8 v 9,1 v
29,5 v 9,1 v
30,4 9,1
4,2 67,1 98,0 0,9
3,9 82,3 99,4 1,4
3.9 6,3 82,3 91,7 98,5 113,6 1,4 2,0
8,6 93,5 139,9 0,1
9,1 106,2 172,2 0,1
5,9 116,0 219,4 0,1
9,5 125,9 229,7 1,9
8,6 118,5 242,6 4,2
7,9 116,3 252,3 4,1
10,1 118,8 254,5 5,1
16,3 123,1 275,9 3,4
14,1 120,3 291,5 3,6
4,3 3,7 6,8
4,4 4,6 5,4
4,4 4,6 5,4
6,7 6,0 6,4
8,9 7,1 4,4
11,5 12,0 5,6
12,1 12,6 9,1
11,8 14,3 5,1
11,9 14,5 13,8
14,7 15,3 10,8
14,7 20,2 -
15,8 20,9 -
15,6 20,5 -
14,7 v 22,8 v -
14,6 v 21,3 v -
17,7 21,6 -
2,1
2,2
2,2
2,8
3,2
2,9
2,5
2,8
4,3
3,2
5,0
6,9
9,3
10,1 v
11,2 v
11,6
17,0 19,9 19,9 27,3 2,2 4,5 4,5 6,0 59,6 62,4 62,4 71,6 527,9 633,2 633,2 776,3
31,8 4,6 86,8
31,6 5,2 90,6
C. Vorderingen op de binnenlandse niet-geldscheppende sector :
1. Op de Staat 2 a) voor ten hoogste een jaar b) andere: - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige' 2. Op de lagere overheid en de administratieve parastatale instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 3. Op de privé-bedrijven, particulieren en overheidsbedrijven : a) bankaccepten b) handelspapier c) voorschotten d) andere vorderingen op minder dan een jaar e) andere vorderingen op een jaar en meer : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige 4. Op het Rentenfonds : op minder dan een jaar 5. Op de niet-geldscheppende financiële instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : - obligaties verkrijgbaar door elke belegger - overige :
D. Andere TOTAAL DER ACTIVA
16,5 14,4 10,9 128,6 v 121,6 v 133,9 309,4 v 320,4 v 340,7 3,1 5,8 4,5
31,2 32,3 33,2 36,9 37,2 40,3 40,0 38,8 8,5 8,5 9,7 10,1 12,5 12,5 11,2 10,7 103,4 121,6 115,8 136,3 133,7 140,7 161,4 150,7 915,0 1.097,1 1.377,0 1.575,5 1.583,1 1.616,7 1.660,1 1.711,8 1.819,2 1.833,6
1 Nieuwe reeks vanaf 31 december 1969 (zie Tijdschrift van de Nationale Bank can België, L1e jaargang, deel I,
nr 1, januari 1976) Incl. het Wegenfonds (cf. de toelichting « Hoofdstukken IX, Betalingsbalans en XIII, Geldscheppende instellingen van het statistisch gedeelte s, opgenomen in het Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting :
XL1IIe jaargang, deel 11. nr 3, september ibtit-j.
220,4 v 241,0 v 246,4 30,0 v 29,1 v 28,1
38,4 v 41,2 12,0 v 12,0 v 147,3 v 160,3 v v
1.932,9 1.962,5
c)
Depositobanken 31-12-68
A. Verplichtingen tegenover het buitenland
31 12 69
-
Passiva
31-12-70
-
(Miljarden franken)
Jaarlijkse en driemaandelijkse cijfers
31-12-71
31.12-72
-
-
267,0 64,0 331,0
333,2 80,1 413,3
-
-
31-12-73
30-6-74
30-9-74
31-12-74
31-3-76
30-6-76
31-3-75
30-6-75
30-9-75
31.12-75
-
-
-
-
-
-
630,3 162,6 792,9
633,9 162,5 796,4
669,6 160,9 830,5
648,1 173,2 821,3
-
-
-
-
... ...
0,1 1,0
2,3 •2,2
:
1. I.M.F. 2. E.F.M.S. 3. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken 1 Totaal der verplichtingen t.o. het buitenland
113,9 38,7 152,6
169,6 34,7 204,3
236,5 50,2 286,7
434,3 118,6 552,9
514,1 156,0 670,1
523,2 164,2 687,4
-
-
525,9 169,6 695,5
551,3 167,2 718,5
567,0 163,7 730,7
B. Verplichtingen tegenover de binnenlandse geldscheppende sector :
1. Munten en biljetten 2. Andere : a) tegenover de N.B.B. b) tegenover de openbare instellingen c) tegenover de depositobanken : - monetaire reserve - speciale rekeningen - andere
-
-
... ...
2,2 ...
0,1 0,6
104,8
99,3
100,3
106,3
127,6
118, 7
-
-
-
-
... ...
... 0,5
0,9 0,1
2,1 0,5
1,9 2,8
0,5 0,9
0,2 ...
20,1
28,6
46,5
60,3
92,9
109,4
103,4
107,4
-
-
-
-
122,8 -
130,3 -
151,5 -
174,7 -
203,2 -
227,1 -
255,2 -
254,9 -
254,5 -
267,1 -
287,4 -
291,8 -
297,9 -
305,1 -
321,8 -
56,3
77,7
91,3
102,6
110,9
141,8
154,3
152,2
152,3
157,9
144,6
147,9
149,3
152,4
161,7
69,4 8,8 16,5
71,6 14,7 21,0
74,3 11,3 25,6
96,1 9,7 30,4
131,7 9,2 35,7
156,6 11,9 41,8
158,9 17,2 45,5
160,7 18,2 46,6
169,5 17,5 • 48,7
179,1 18,0 50,8
192,3 19,9 53,3
205,0 21,9 56,5
220,5 23,0 58,2
235,7 31,7 62,8
241,3 28,8 67,4
...
...
...
...
2,5
...
...
0,7
-
-
-
-
-
0,5 -
0,3 -
1,4 -
1,4 -
2,2 -
1,2 -
1,6 -
3,5
2,2 -
0,8 -
3,5 -
1,1 -
0,5
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
_
-
-
-
-
-
159,0
156,7
201,4
178,5
184,9
196,5
0,5 0,5 12,9
...
C. Verplichtingen tegenover de binnenlandse nietgeldscheppende sector : 1. Chartaal geld
2. Giraal geld : a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren b) aangehouden door de overheid 3. Quasi. monetaire liquiditeiten : a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren : - deposito's in Belgische franken voor meer dan een maand - deposito's in Belgische franken op depositoboekjes - deposito's in deviezen b) aangehouden door de Schatkist 4. Obligatieleningen 5. Overige verplichtingen : a) tegenover het Rentenfonds b) tegenover de parastatale kredietinstellingen : - monetaire reserve - andere c) tegenover de Schatkist d) tegenover de particuliere spaarkassen : - monetaire reserve e) tegenover de verzekeringsmaatschappijen : - monetaire reserve D. Andere TOTAAL DER PASSIVA
.
-
-
-
-
87,1
93,2
105,6
122,1
127,1
527,9
633,2
776,3
915,0
I Incl. de verplichtingen in Belgische franken tegenover de internationale instellingen gevestigd in de B.L.E.U.
-
4,2 -
145,2
-
0,5 -
166,9
163,4
-
179,9
-
1.097,1 1.377,0 1.575,5 1.583,1 1.616,7 1.660,1 1.711,8 1.819,2 1.833,6 1.932,9 1.962,5
(Miljarden franken)
d) - Totaal der geldscheppende Instellingen - Activa - Jaarlijkse en driemaandelijkse cijfers 31-12-68 31.12-69 31-12.69 A.
Vorderingen op het buitenland :
1. Goud 2. I.M.F. - Deelneming - Leningen 2 - Bijzondere trekkingsrechten 3. Voorschot aan het I.M.F. 4. Obligaties 5. Uitvoeraccepten in Belgische franken 6. a) E.F.M.S. b) E.E.G. : Fin. bijst. op middel). term. 7. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken Totaal van de vorderingen op het buiten). B. Vorderingen op de binnenlandse geldscheppende sector :
1. Munten en biljetten 2. Andere : a) op de N.B.B. : - monetaire reserve - andere b) op de openbare instellingen c) op de depositobanken C. Vorderingen op de binnenlandse niet-geld-
1
31-12-70
31-12-71
31-12-72
31-12-73
30-6-79
30-9-74
3142.79
31-3-75
30-6-75
30.9-75
31.12-75
31-3-76
30-6-76 • -,
NleU,r
:4.
reeks 1
73,5 19,6 ... 10,2 14,6 18,0 -
77,2 30,0
75,4 25,9
20,3 24,8 22,9 -
26,1 31,9 28,3 -
103,7 170,0 '170,0 18,5 19,9 19,9 240,5 299,2 299,2
237,1 21,0 394,0
270,3 22,3 467,8
349,4 27,1 564,1
467,3 35,4 708,6
76,0 7,8 ... 7,3 18,2 -
71,8 27,0
6,5
642,9 44,6 886,1
697,3 44,4 942,0
703,3 49,8 959,6
735,4 51,5 999,0
698,1 51,9 961,1
71,8 26,4 ... 30,0 2,4 40,7 22,5
6,5
71,8 25,6 ... 30,0 40,0 21,1 3,6 6,5
570,1 41,0 820,5
578,1 38,6 831,4
620,0 40,1 866,3
71,8 24,9 •• • 28,4 53,7 29,4
543,3 43,2 796,8
30,0 4,9 38,9 33,0 ... 6,5
_ -!,' r 2
71,8 ,,,..!.',* 28,7 2, -g -° 27,4 2..-- ,!..1'. 9,7 g,. -e2 lá 37,1 rEá ---.. 29,9 ("" -. ... 6,5
71,8 26,3 ... 30,0 2,4 39,6 29,9 ... 6,5
71,8 25,5 ... 28,4 40,2 26,5 7,3 6,5
71,8 24,9 -•• 27,9 54,0 27,1 3,7 -
71,8 71,8 24,0 22,5 ... • ... 26,7 30,5 57,3 48,1 31,6 28,0 0,4 3,5 -
76,0 7,8 ... 7,3 18,2 -
76,2 10,3 5,0 6,1 20,7 -
9 '
0
-
-
'
.
(6)
4,7
5,2
5,2
5,3
5,7
6,1
7,3
7,1
7,3
7,6
7,5
8,7
7,8
7,6
8,3
8,8
0,8 5,9 13,9
0,0 10,3 20,2
0 9 10,3 20,2
1,2 7,8 28,6
1,0 8,8 47,0
7,7 1,1 7,0 61,3
21,3 0,6 1,8 95,5
18,6 0,1 5,1 114,0
16,1 0,2 4,3 104,8
14,7 0,9 5,2 107,6
11,6 0,1 7,1 104,8
5,7 ... 2,3 101,6
0,1 4,7 101,0
0,8 7,5 106,4
0,1 3,1 128,6
0,1 5,3 123,2
100,8 114,7 114,7
106,1
87,5
84,5
78,8
106,1
74,4
78,5
84,3
102,8
112,1
84,3
105,9
126,8
(7)
62,9 67,9
70,7 66,5
70,7 66,5
80,5 67,8
112,3 63,7
146,8 66,6
180,3 71,3
196,6 69,9
201,8 73,8
199,2 70,9
211,6 70,9
219,4 70,9
225,0 69,6
232,1 v253,3 v259,0 68,3 v 67,4 v 66,4
(7) (7)
10,3
12,('
11,4
16,0
16,2
23,0
27,0
27,0
24,9
39,6
36,3
38,0
32,9
39,2
39,5 v 49,6
(8)
4,2 2,3
5,3 2,3
5,3 2,3
9,9 2,4
13,3 2,8
16,6 3,4
25,8 5,1
30,0 5,7
30,2 6,3
30,2 7,6
32,6 8,0
33,0 8,8
32,5 9,2
30,9 v 30,6 v 31,5 9,1 v 9,1 v 9,1
(8) (8)
7,3 7,8 90,5 90,5 99,4 100,0 1,9 1,4
8,7 96,0 115,4 2,0
13,1 100,6 142,3 0,1
15,5 117,2 175,8 0,1
13,8 134,0 227,4 0,1
15,5 137,9 238,6 1,9
13,8 132,1 254,9 4,6
13,8 133,6 259,8 4,5
12,2 128,1 260,5 5,6
16,4 128,2 284,0 3,9
15,8 125,6 303,1 4,1
21,6 (9) 20,3 13,9 (9) 142,5 v148,4 v153,7 323,8 v334,2 v346,8 (9) 4,5 v 5,8 v 3,1 (11)
4,7 4,6 5,4
4,7 4 6 5,4 ,
7,2 6,0 6,4
9,4 7,4 4,4
12,4 12,0 11,0
13,0 12,6 9,6
12,7 14,3 22,6
12,8 14,5 17,5
15,6 15,3 10,8
15,6 20,2 -
16,7 20,9 -
16,5 20,5 -
15,6 v 15,5 v 18,6 (11) 22,8 v 21,3 v 21,6 (11) - (12)
2,3
2,3
3,1
3,5
3,5
2,5
4,7
4,8
3,2
5,7
8,0
9,3
10,2 v 11,3 v 12,5 (13)
,
scheppende sector :
1. Op de Staat 3 a) voor ten hoogste een jaar b) andere : - oblig. verkrijgb. door elke belegger - overige 2. Op de lagere overheid en de administratieve parastatale instellingen : a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : - oblig. verkrijgb. door elke belegger - overige 3. Op de privé-bedrijven, particulieren en overheidsbedrijven : a) bankaccepten b) handelspapier c) voorschotten d) andere vordering. op mind. dan een jaar e) and. vordering. op een jaar en meer : - oblig. verkrijgb. door elke belegger - overige 4. Op het Rentenf. : op minder dan een jaar 4 5. Op de niet-geldscheppende financiële instel. a) op minder dan een jaar b) op een jaar en meer : - oblig. verkrijgb. door elke belegg. - overige D. Andere TOTAAL DER ACTIVA :
6,] 78,4 98,1 0,9 4,5 3,7 6,8 , 2,1
37,9 40,3 39,1 40,6 33,5 37,5 27,5 32,1 31,9 32,6 31,5 17,1 20,0 20,0 10,7 11,9 13,2 13,2 12,0 10,8 9,4 4,7 8,6 6,1 5,3 4,6 4,6 2,3 193,9 184,4 204,9 173,6 173,4 157,1 151,6 160,8 136,95 125,6 101,4 123,8 123,8 128,5 835,6 971,3 971,31.126,5 1.280,65 1.498,5 1.828,1 2.028,0 2.022,0 2.071,9 2.116,2 2.193,3 2.287,7 2.321,6
1 Nieuwe reeks vanaf 31 december 1969 (zie Tijdschrift van de Nationale Bank van Belgié, LIe jaargang deel I, ar 1, januari 1976). 2 Speciale bons van de Belgische Schatkist (wet van 4-1.1963 - overeenkomst d.d. 1-2-1963). Betalingsbalans en XIII, Geldscheppende 3 Incl. het Wegenfonds [cf. de toelichting • Hoofdstukken IX, instellingen • van het statistisch gedeelte, opgenomen in het Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting (N.B.B.) : XL1116 jaargang, deel 11, nr 3, september 1968].
4 5
V
v 38,7 v 41,5 (13) v 12,7 v 12,1 (13) v191,2 v205,7 (15) 2.444,32.478,1
Op de data waarop het Rentenfonds geen cijfers heeft gepubliceerd, zijn de vo deringen op het Rentenfonds beg epen in rubriek D. • Andere Nieuwe reeks vanaf 31 december 1971 : de afwijking t.o.v. de oude reeks is toe te schrijven aan een verbeterde telling van de tegoeden der buitengewone rekenp:iehtigen bij het B.P.C. Het vergelijkbaar cijfer in 1971 bedraagt 132,7 en voor het totaal der activa 1.276,4.
d) - Totaal der geldscheppende instellingen - Passiva - Jaarlijkse en driemaandelijkse cijfers 31-12-69
31-12-70
31-12-71
31-12-72
31-12-73
30-6-74
30-9-74
31-12-74
31-3-75
30-6 75
0,2 -
0,2 -
0,3 -
0,3 -
0,3 -
0,3 ...
0,1 ...
0,1 ...
0,1 ...
0,1 ...
0,1 ...
113,9 40,3 -
169,6 35,8 -
236,5 52,5 -
267,0 68,0 -
333,2 81,8 -
434,3 121,1 0,9
514,1 158,1 0,3
523,2 167,2 0,3
525,9 172,6 0,3
551,3 169,9 0,3
154,4
205,6
289,3
335,3
415,3
556,6
672,6
690,8
698,9
4,7
5,2
5,3
5,7
6,1
7,3
7,1
7,3
0,5 1,1
... 0,2
.. 0,7
... 0,8
0,9 0,9
2,1 1,0
1,9 3,2
19,0
31,2
36,9
... 56,0
7,7 ... 67,6
21,3 ... 94,8
185,4
185,1
190,7
204,5
225,3
170,4 20,8
175,5 25,6
202,6 25,3
226,6 33,96
56,3
77,7
91,3
69,4 8,8 •• • 16,5
71,6 14,7 •• • 21,0
74,3 11,3 •• . 25,6
30-9-75
( Miljarden franken) 30-6-76
31-12-75
31-3-76
0,1 ...
0,1
0,1
0,1
567,0 165,9 -
630,3 166,1 -
633,9 166,1 -
669,6 165,2 -
648,1 176,5 -
721,6
733,0
796,5
800,1
868,0
824,7
7,6
7,5
8,7
,7,8
7,6
8,3
8,8
1,2 1,0
0,2 1,2
... 0,7
2,2 0,4
0,1 1,4
... 1,1
0,1 1,5
4,4 3,2
18,6 ... 114,2
16,1 ... 107,1
14,7 ... 112,3
11,6 ... 111,3
5,8 ... 101,2
... 104,3
... 113,5
... 130,3
... 121,0
240,6
252,9
246,0
258,4
257,8
283,8
277,6
291,3
286,4
310,5
(1)
267,1 37,9
293,1 43,2
324,3 44,0
320,8 45,7
321,7 47,6
337,7 49,9
365,0 51,3
366,6 48,6
373,7 52,2
383,4 53,5
405,4 60,0
(1) (1)
102,6
110,9
141,8
154,3
152,2
152,3
157,9
144,6
147,9
149,3
152,4
161,7
(2)
96,1 9,7 ... 30,4
131,7 9,2 •• • 35,7
156,6 11,9 ... 41,8
158,9 17,2 • .. 45,5
160,7 18,2 •• • 46,6
169,5 17,5 • .• 48,7
179,1 18,0 •• • 50,8
192,3 19,9 - -53,3
205,0 21,9 •• • 56,5
220,5 23,0 -•. 58,2
235,7 31,7 • .. 62,8
241,3 28,8 • .• 67,4
(2) (3) (4) (14)
Verplichtingen tegenover het buitenland :
I.M.F. E.F.M.S. Andere : a) in deviezen b) in Belgische franken 1 c) monetaire reserve : Groothert. Luxemb. Totaal der verplichtingen' tegenover het buitenland
1■ o. om van ta be lX111- 1 a Gezamen lij ke ba lansen van de ge ldsc hep. ins te l. s waa r in de ru br ie k beg rep e n ia.
A. 1. 2. 3.
31-12-68
(6)
B. Verplichtingen tegenover de binnenlandse geldscheppende sector :
1. Munten en biljetten 2 2. Andere : a) tegenover de N.B.B. b) tegenover de openbare instellingen c) tegenover de depositobanken : - monetaire reserve - speciale rekeningen - andere C. Verplichtingen tegenover de binnenlandse niet-geldscheppende sector : 1. Chartaal geld 3
2. Giraal geld : a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren 4 b) aangehouden door de overheid 3. Quasi monetaire liquiditeiten : a) aangehouden door de privé-bedrijven en particulieren : - deposito's in Belgische franken voor meer dan een maand - deposito's in Belgische franken op depositoboekjes - deposito's in deviezen b) aangehouden door de Schatkist 4. Obligatieleningen 5. Overige verplichtingen : a) tegenover het Rentenfonds 5 b) tegenover de parastatale kredietinstellingen : - monetaire reserve - andere c) tegenover de Schatkist d) tegenover de particuliere spaarkassen : - monetaire reserve e) tegenover de verzekeringsmaatschap. : - monetaire reserve D. Andere TOTAAL DER PASSIVA
.
2,5
...
...
...
0,7
-
-
-
-
-
-
(12)
1,4 -
1,4 -
3,1 2,2 -
8,8 4,2 -
5,2 1,2 -
4,1 1,6 -
4,1 3,5 -
2,7 0,5 -
1,3 2,2 -
0,8 -
3,5 -
1,1 -
0,5 -
(13) (13) (7)
-
-
0,9
3,0
1,9
1,6
1,6
1,1
0,6
-
-
-
-
(13)
.
1 ,1
0,5 -
0,3 -
-
-
127,8
157,6
.
.
.
835,6
.
.
170,7
.
.
177,6
173,5
0,5 0,5 0,3 0,3 0,1 ... (15) 199,5 204,5 200,7 211,1 207,9 227,7 252,7 227,6 229,1 240,4 (15) 971,3 1.126,5 1.280,66 1.498,5 1.828,1 2.028,0 2.022,0 2.071,9 2.116,2 2.193,3 2.287,7 2.321,6 2.444,3 2.478,1
1 Voor de N.B.B. incl. de verplichtingen in Belgische franken tegenover de internationale instellingen andere dan het en de E.B.U.; voor de andere geldscheppende inste lingen, incl. de verplichtingen in Belgische fronten tegenover de internationale in de B.L.E.U. gevestigde instellingen, sedert men de,.e heeft kunnen ver-
wijderen uit de binnenlandse niet-geldscheppende sector. inclusief de munten en biljetten van de Schatkist die door andere geldscheppende instellingen dan de N.B.B. worden aangehouden. Geldscheppende openbare instellingen : alleen de munten en biljetten van de Schatkist in handen van de N.B.B.
2 N.B.B. :
3 De cijfers van deze rubriek zijn onderschat voor de N.B.B. en overschat voor de openbare instellingen voor
een bedrag gelijk aan de munten en biljetten van de Schatkist, die door de andere geldscheppende instellingen dan de N.B.B. worden aangehouden.
N.G.G. inc . de direct opvraagbare rekeningen van de parastatale instellingen, behalve die van het Rentenfonds, die onder C5a of D. e Andere • voorkomen. Geldecheppcnde openbare instellingen : incl. de direct, opvraagbare rekeningen van de parastatale instellingen, behalve die van bepaalde administratieve parastatale instellingen die in rubriek 02b begrepen zijn. 5 Op de data, waarop het Rentenfonds geen cijfers heeft gepubliceerd, zijn de verplichtingen tegenover het Rentenfonds begrepen in rubriek D. s Andere ». 6 Nieuwe reeks vanaf 31 december 1971 : de afwijking t.o.v. de oude reeks is toe te schrijven aan een 4
verbeterde telling van de tegoeden der buitengewone rekenplichtigen bij het B.P.C. Het vergelijkbaar cijfer in 1971 bedraagt 29,7 voor het giraal geld en 1.278,4 voor het totaal der passiva.
-8U-
XIII • 3. - GELDHOEVEELHEID EN QUASI MONETAIRE LIQUIDITEITEN (Veranderingen in miljarden franken) A. - VERANDERINGEN 100
100
Quasi monetaire. liquiditeiten
Geldhoeveelheid
80 -.-
80
60 —
60
40
40
20
20
A .4PA
A
A
A .A
0
B. - OORZAKEN VAN DE VERANDERINGEN Vorderingen van de bedrijven en particulieren (1) _.
80
—
,r ,
60
-
\x
V Gegevens niet
40
/
20
beschikbaar
ii i 1
t
i
Tegeldemaking van overheidspapier
Financiering van de overheid —
—
—
—
—
—
,---,
--Tirywoworwdr,
r
Ar Jo
_ 2
1968
1970
1972
1974
1 Nieuwe reeks (of. Tijdschrift van de Nationale Bank van België,
1968
2
2
1970
LIe jaargang, deel I, nr 1, januari 1978).
2
1972
4.1
2
1974
20
0
7
2
40
—
XIII - 3. - OORZAKEN VAN DE VERANDERINGEN IN DE GELDHOEVEELHEID (Miljarden franken)
Periode
Transacties met het Totaal buitenland van de geld. (lopend hoeveelheid Quasi saldo monetaire + kap itaalen van Geldliquiditeiten transact i es hoeveelheid ' de quasi van de monetaire bedrijven en partieuliquiditeiten lieren )
Vorderingen op de bedrijven en particulieren
Disconto_
kredieten, voorschotten en acceptkredieten 1
Obligatieleningen
(5)
(01
2
Herfinanciering buiten de geldscheppende instellingen (stijging : -) 3 van discontovan en acceptcommerciële kredieten vorderingen aan op het bedrijven "" buitenland en particulieren (71 (8)
(11
(2)
(3)
1968
+ 26,1
+ 18,2
+ 44,3
8,1
+ 25,6
+
0,8
1969
+
9,8
+ 29,4
+ 39,2
+ 12,6
+ 11,1
-
2,8
+
+
32,2
+ 13,1
+ 45,3
+ 13,5
+ 24,8
+ 42,1
+ 31,4
+ 73,5
+ 32,1
1970
8
1971
(4)
(141
(151
(131
+
0,7
+
4,0
-
3,0
- 0,4
3,5
+ 20,1
+
2,7
-
2,1
-
0,7
+
4,9
-
4,4
- 5,7
1,2
+
8,2
-
4,6
- 4,8
+
4,6
-
4,8
-
2,5
+
4,5
+
8,8
-
1,2
-
+ 35,5
-1-
1,6
+
3,0
+
0,3
+
4,1
+
4,1
-
1,2
-
6,0
+
3,6
-
4,8
+ 1,2
7,8
+
0,7
-
0,9
+ 28,8
+ 10,7
-
1,7
+
0,3
-
4,1
-
5,4
- 3,6 7
6,5
+ 28,6 8 + 14,0
-
4,0
-
1,7
-
7,5
-
6,0
- 5,2 1,
+ 21,2
-
6,3
-
1,1
+ 16,1
-
6,9
+ 8,2 1,
-
9,5
+ 2,8
1973
+ 46,7
+ 58,5
+105,2
+ 19,8 8
+ 60,2
+
1,5
-
1,0
+
+ 50,7
+ 29,0
+ 79,7
-
+ 41,5
+ 10,1
-
5,9
- 10,5
+ 19,7
- 15,3
-
0,3
+ 13,3
+ 4,2 - 1,6 + 16,2
+ -
3,3 0,4 1,9
+ + -
3,9 2,2 8,0
+ + -
7,8 4,2 0,5
-
2,0 1,0 2,1
- 0,5 + 2,1 + 3,8
+ +
+ 0,7 - 0,2 - 5,3 - 10,5
+ +
5,0 2,8 4,9 2,6
+ 12,7 + 1,8 + 2,8 - 4,0
-
2,1 2,5 3,3 1,6
- 3.7 - 1,3 - 7,8 +15,6
2,7 v+ 49,6 v+ 0,3 v- 0,6 ... 2,4 v+ 32,4 V+ 10,9 v
-
3,1 v+ 0,4 v+
-
4,7 v- 8,5 4,6 v- 0,5
+ 89,5
+ 53,5
+143,0
+ 23,2
+ 73,4
+
8,9
-
0,7
-
0,5
+ 44,6
+
0,3 1,2 1,9
+ -
1,9 1,8 8,0
+ 12,1 - 30,7 - 0,4
8,0 9,6 0,7 2,8
+ 17,7 + 24,2 + 21,2 - 18,5
1974
2e 36 4e
kwartaal kwartaal kwartaal .
+ 25,4 - 8,8 + 15,2
+ +
1,4 0,6 8,3
+ 24,0 - 8,2 + 23,5
+ +
7,7 5,8 9,1
+ 8,9 + 7,0 + 13,6
+ + +
2,2 2,8 3,6
+ -
1975
le 2e 3e 4e
kwartaal kwartaal kwartaal kwartaal
+ 17,8 + 54,6 - 7,3 + 24,4
+ 15,6 + 1,9 + 18,0 + 18,0
+ 33,4 + 56,5 + 10,7 + 42,4
+ 17,0 + 7,9 - 12,9 + 11,2
+ 1,6 + 18,2 + 15,1 + 38,5
+ + + +
6,1 0,3 0,2 2,3
-
2,8 1,0 ... + 3,1
+ + -
1970 le kwartaal
+ 6,0 + 52,7
+ 27,1 + 11,9
+ 33,1 v- 27,1 + 64,6 v+ 1,5
v+ 20,1 v+ 16,8
vv+
0,1 0,9
+
1,7 v+ 0,7 v+
kwartaal
(12)
2,1
+ 53,5
2e
(111
Diversen
-
+108,7 7 + 22,6
1975
(10)
(9)
Obligatieleningen van de depositobanken
3,1
+ 65,3 7 + 43,4
6,411
Kredieten aan niet-geldaan koop scheppende op de markt door Andere financiéle door de tussenkomst instellingen overheadsiinstellingen geldschepvan het 5 pen de Ren ten fonds instellingen
+
1972 .
Staat. 4
Tegeldemaking van overheidspapier
+ 23,7
...
+
1974
Geldschepping ten behoeve van de overheid
N. 13. - Voor de indeling von de n Geldhoeveelheid n, zie tabel XIII-4. zie tabel XI1I-5. - Voor de indeling van de Transacties met het buitenland - Voor de wijze van opstelling, zie opmerking onderaan tabel XIII-1. 1 Verandering in het opgenomen bedrag van de discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten (excl. de wissels die dienen om commerciële vorderingen op het buitenland te mobiliseren) die oorspronkelijk door de geldscheppende instellingen verleend werden. 2 Inclusief de certificaten op korte termijn van de overheidsbedrijven. 3 Het gaat om een netto herfinanciering : kredieten bij hun oorsprong door de geldscheppende instellingen verleend en door hen geherfinancierd bij niet-geldscheppende instellingen min kredieten bij hun oorsprong door laatstgenoemde instellingen verleend en door hen geherfinancierd bij de geldscheppende instellingen. 4 Incl. liet Wegen fonds. 5 Incl. de pensioenfondsen en de instellingen van de sociale verzekering. Vanaf 1970, nieuwe reeks (cf. Tijdschrift van de Nationale Bank van België, Lle jaargang, deel I, nr 1, januari 1970). 7 Nieuwe reeks vanaf 1972: de afwijking t.o.v. de oude reeks is toe te schrijven aan een verbeterde telling van de tegoeden der buitengewone rekenplichtigen bij het B.P.C. B Exclusief een louter boekhoudkundige vermindering met fr. 10,7 miljard voortvloeiend uit de aanpassing van diverse tegoeden en verplichtingen ten gevolge van de appreciatie van de Belgische frank na de beslissingen
3,1
0,8 2,3 4,9 6,5
6,2 4,5
van de Monetaire conferentie van Washington van 18 december 1971 en van de devaluatie van de dollar van de Verenigde Staten in 1973. Exclusief een toeneming van fr. 6,2 miljard voortvloeiend uit de overname door de Staat van de nettoverrnin. deringen van activa voortvloeiend uit de appreciatie van de Belgische frank na de beslissingen van de Monetaire conferentie van Washington van 18 december 1971 en uit de devaluatie van de dollar van de Verenigde Staten in 1973. 1 u Exclusief een toeneming met fr. 4,5 miljard voortvloeiend, enerzijds, uit de aanpassingen van de te ontvangen en te leveren vreemde valuta's ten gevolge van de appreciatie van de Belgische frank en van de devaluatie van de dollar van de Verenigde Staten waarvan sprake in de noten e en 9 hierboven (fr. 3,2 miljard) en, anderzijds, uit de tegenpost van de afschrijvingen van een deel der nettoverminderingen van activa (fr. 1,3 miljard). 11 Vanaf 1974 zijn deze cijfers berekend op basis van de mutatie van de nettotegoeden op het buitenland in buitenlandse geldsoorten, omgezet in Belgische franken tegen de wisselkoersen van de periode ; zij houden geen rekening met de boekhoudkundige veranderingen die de tegenwaarde in Belgische franken van de aan het begin van de periode bestaande bedragen in buitenlandse geldsoorten kan hebben ondergaan ten gevolge van wisselkoersveranderingen tijdens de periode. 72 Vanaf 1974, inclusief de boekhoudkundige veranderingen die de tegenwaarde in Belgische franken ven de aan het begin van de periode bestaande bedragen in buitenlandse geldsoorten kan hebben ondergaan ten gevolge van wisselkoersveranderingen tijdens de periode. 9
- 82 -XIII • 4. - GELDHOEVEELHEID (Miljarden franken) Giraal geld
Chartaal gel 1
in handen van de bedrijven en particulieren 1
in handen
Biljetten en Einde periode
'munten
Biljetten
van de
van de
Schatkist
N.B.B.
B e k,.
ChartaM
van de
geldkoe-
ist Schatkist
„in,,,,,,,,,
'Pedoeden
veelheid
en de lagere
courant hij d e
oP Post rekening
overheid
N.B.13.
3
2
3
3 0:
Direct op vraaghare deposito's of deposito's voor e3t1; I rggesnt e
Chartaal
Girale
Totale
geld-
gold-
go:d is procenten
(toeveel-
hoeveel-
Tolnul
held
held
van bet totaal
(71
(8)
(d ) + (8)
(Hij ■ (3) + (9)
(11) ■ (3) : OM
bij de banken en parastatale instellingen
Oij
3
=
(4)
(51
(91
180,1
17,4
0,5
39,0
113,5
153,0
170,4
350,5
51,4
185,4
20,8
0,8
46,2
123,3
170,3
191,1
376,5
49,2
183,0
185,2
25,6
0,4
43,9
131,2
175,5
201,1
386,3
47,9
7,5
188,2
190,7
25,2
0,4
49,6
152,6
202,6
227,8
418,5
45,6
1971 (Oude reeks)
8,1
201,8 .
204,5
29,6
0,6
49,6
176,4
226,6
256,2
460,7
44,4
1971 (Nieuwe reeks 4
8,1
201,8
204,5
33,9
0,6
49,6
176,4
226,6
260,5
465,0
44,0
1972
8,5
222,6
225,3
37,9
0,6
60,3
206,1
267,0
304,9
530,2
42,5
1973
9,1
238,5
240,7
43,2
0,5
61,4
231,2
293,1
336,3
577,0
41,7
1974 Juni
9,0
250,6
252,9 r 44,1
0,5
r 64,0
259,8 r324,3
368,4
621,3
40,7
September
9,2
243,7
246,0 r 45,6
0,4
r 60,8
259,7 r320,9
366,5
612,5
40,2
December
9,5
256,1
258,4 r 47,6
0,3
r 61,5
259,9 r321,7
369,3
627,7
41,2
9,5
255,3
257,8
49,9
0,6
64,6
272,5
337,7
387,6
645,4
39,9
Juni
9,8
282,3
283,8
51,3
0,6
70,2
294,2
365,0
416,3
700,1
40,5
September
9,9
275,1
277,6
48,6
0,6
67,6
298,4
366,6
415,2
692,8
40,1
Oktober
9,9
273,7
277,1
47,8
0,3
70,4
287,6
358,3
406,1
683,2
40,6
November
10,0
276,6
279,7
53,1
0,6
66,7
290,4
357,7
410,8
690,5
40,5
December
10,2
288,4
291,3
52,2
0,9
67,2
305,6
373,7
425,9
717,2
40,6
10,1
281,2
284,6
50,1
0,3
78,7
299,1
378,1
428,2
712,8
39,9
Februari
10,1
282,9
286,1
52,1
0,7
67,9
292,7
361,3
413,4
699,5
40,9
Maart
10,2
283,9
286,3
53,5
0,7
70,9
311,8
383,4
436,9
723,2
39,6
April
10,6
292,2
295,5
60,2
0,6
84,9
317,4
402,9
463,1
758,6
39,0
Mei
10,7
299,6
301,7
56,8
1,7
72,9
322,3
396,9
453,7
755,4
39,9
Juni
10,8
308,1
310,5
60,0
1,0
74,5
329,9
405,4-
465,4
775,9
40,0
Juli
11,0
302,1
306,1
56,7
0,5
81,0
325,0
406,5
463,2
769,3
39,8
Augustus
11,1
298,2
301,9
53,6
0,7
73,3
319,2
393,2
446,8
748,7
40,3
September
11,1
299,4
303,1
61,4
0,4
71,5
320,0
391,9
453,3
756,4
40,)
(1)
(21
(3)
6,5
177,5
1968
6,6
183,2
1969
7,0
1970
1967
1975 Maart
1976 Januari
)
I I nel. administratieve parustatale instellingen en openbare kredietinstellingen. Na aftrek van de kasvoorraden van de N.B.B. Na aftrek van de kasvoorraden der geldscheppende instellingen.
2 P
4
De af wijking t.o.v. de oude reeks is toe te schrijv .n aan een verbeterde telling van de tegoeden der buitengewone rel enplichl igen bij het B.P.C.
- 83
XIII
-
GOUDVOORRAAD EN NETTODEVIEZENPOSITIE 5. VAN DE GELDSCHEPPENDE INSTELLINGEN -
(Miljarden franken)
'
Evolutie
Evolutie
Bedragen einde periode 1 Goudvoorraad en nettodeviezenpositie na statistische aanpassing
Eapitaaltransacties van de overheid met het buitenland
Overige
geldPeriode
N.B.B.
Totaal
Overige geld-
pende instellingen
N.B.B.
sche ppende
Totaal
Staat
Andere 2
insteltin en
(1)
121
(3 ) --'(1) -I(2)
1968
122,9
-36,8
86,1
-14,0
1969
128,3
-34,7
1970
143,1
1971
164,5
1972
194,3
1973
Herfinanciering buiten de geldscheppende instel. Tingen van emmerciële vor• deringen op het buitenland (stijg i ng , -)
(51
(11)
(71
(8)
(9)
+ 3,0
-11,0
- 3,5
-0,2
+0,8
93,6
+ 5,267 + 2,0
+ 7,2
- 2,4
- 0,2
-38,3
104,8
+11,468 - 3,6
+ 7,8
- 0,5
-32,0
132,5
+17,589 + 6,4
+23,9
-11,2
-45,6
148,7
+26,4 8 -13,7
+12,7
219,1
-67,2
151,9
+35,410 -21,2
+14,2
1974
228,9
-96,4
132,5
+ 8,2
-24,2
1975
252,4
-92,9
159,5
+18,6 11 + 0,3
1974 . 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
201,7 219,0 228,9
-77,5 -89,3 -96,4
124,2 129,7 132,5
- 0,9 +16,4 + 9,1
- 7,0 -12,6 - 3,0
1975 le kwartaal 26 kwartaal 3e kwartaal 46 kwartaal
240,5 242,7 241,1 252,4
-95,9 -89,6 -95,7 -92,9
144,6 153,1 145,4 159,5
+10,1 + 1,0 - 1,7 + 9,211
+ 3,0 + 5,3 -11,8 + 3,8
1976
le 2e
kwartaal kwartaal
207,7 v-76,8 v130,9 234,8 v-98,5 v136,3
(41
(10) (0)- (7) (8)- (9)
Verschil tussen de gegevens van de betalings• balans [kol.(12)] en die v.d. geldscheppende
Goudvoorraad en nettodeviezenpositie volgens de betalingsbalans van de
instelt.
B.L.E.U.
[kol. ((1)] 4
5
(11)
(12)
- 8,1
+ 7,3
- 3,7
- 2,8
+12,6
+ 7,9
+15,1
- 0,4
- 4,8
+13,5
+ 7,4
+15,2
...
+ 3,0
+32,1
- 0,5
+23,4
-10,5
- 0,1
+ 0,7
+22,6
+ 7,8
+20,5
- 4,6
...
- 1,0
+19,8
+19,1
+33,3
-16,0
- 3,7
...
- 5,9
- 6,4
+40,6
+24,6
+18,9
- 3,6
...
- 0,7
+23,2
+ 5,5
+24,4
- 7,9 + 3,8 + 6,1
- 0,5 - 0,8 - 1,1
... ... ...
+ 0,3 - 1,2 - 1,9
- 7,7 + 5,8 + 9,1
+14,2 +17,9 -16,5
+ 6,3 +21,7 -10,4
+13,1 + 6,3 -13,5 +13,0
- 1,1 - 0,6 - 0,6 - 1,3
... ... ... ...
- 2,8 - 1,0 ... + 3,1
+17,0 + 7,9 -12,9 +11,2
+ 4,8 - 7,7 +10,5 - 2,1
+17,9 - 1,4 - 3,0 +10,9
v ... v v+ 1,8 v
... ...
- 1,7 v-27,1 + 0,7 v+ 1,5
-43,9" v+15,1 v -28,8 +27,412 v-23,4 v + 4,0
1 Een indeling van de goudvoorraad en nettodeviezenposi ie per voornaamste categorie van vorderingen en verp ichtingen wordt gegeven in tabel X111-2. 2 Deze bedragen omvatten inzonderheid de buitenlandse leningen van de lagere overheid en van de administratieve parastatale instellingen, uitgezonderd het Wegenfonds, dat in de kolom 7), Staat, begrepen is. 3 De cijfers van deze kolom, berekend zoals onderhavige tabel het aantoont, worden overgenomen iu kolom (4) van tabel X111-3. Dit verschil is gelijk aan : - de veranderingen in de goudvoorraad en de nettodcviezenpositie van de geldscheppende instellingen van de B.L.E.U. die voortvloeien uit de veranderingen in de netto tegoeden of -verplichtingen van de Luxemburgse banken op en tegenover andere landen dan België en tegenover in de B.L.E.U. gevestigde internationale instellingen [die veranderingen komen voor in kolom (12), maar niet in kolom (0)1. -- ruin, a) veranderingen in de netto-tegoeden van de Belgische banken op Luxemburgse ingezetenen; b) sedert liet 2e kwartaal van 1908, de veranderingen in de Luxemburgse overheidsfondsen in het bezit van de N.B.B. lelie veranderingen komen voor in kolom (0), maar niet in kolom (12)1. 5 Zie tabellen 15-1, 2 en 3, rubriek 6.2. 6 Na uitschakeling van een louter boekhoudkundige beweging in de goud'en deviezenpositie van de N.B.B., voortvloeiend uit de verandering in de
Transacties met het buiten]. 3 (lopend saldo + kapitaaltransacties van de bedrijven en panticulleren)
v+ 4,0 v-24,8 v+ 4,4 v+ 8,4
wijze waarop de tegenwaarde van de rekening van liet I.M.F. bij de N.B.B. wordt gefinancierd (Wet van 9 juni 1909). 7 Ezel. een verhoging niet fr. 0.9 miljard d.i. de boekhoudkundige aanpassing van de contante tegoeden in Duitse marken tengevolge van de revaluatie van deze valuta. 8 Excl. een vermeerdering van 3,5 miljard, voortv:oeicnd uit de verde:ing van de bijzondere trekkingsrechten op liet I.M.F. Excl. een verhoging met fr. 0.4 miljai d d.i. de boekhoudkundige aanpassing van de contante tegoeden in Zwitserse franken tengevolge van de revaluatie van deze valuta. 1 0 Excl. een louter boekhoudkundige vermindering met fr. 10,7 miljard voortvloeiend uit de aanpassing van diverse tegoeden en verplichtingen ten gevolge van de appreciatie van de Belgische frank na de beslissingen van de Monetaire conferentie van Washington van 18 december 1971 en van de devaluatie van de dollar van de Verenigde Staten in 1978. 11 Exclusief een verhoging met fr. 2,2 miljard, voortvloeiend uit de aanpassing van de bedragen die de wederzijdse verplichtingen weergeven welke nog bestaan in het kader van de SWAP-overeenkomst met de Federal Reserve Bank of New York. 12 Rekening gehouden met een aanpassing voortvloeiend uit verrichtingen tussen monetaire instellingen die niet tijdens dezelfde periode geboekt werden bij de N.B.B. en bij de andere instellingen.
- 84 OPGENOMEN BEDRAGEN VAN DE DISCONTOKREDIETEN, VOORSCHOTTEN XIII 6. EN ACCEPTKREDIETEN BIJ HUN OORSPRONG DOOR DE DEPOSITOBANKEN VERLEEND AAN DE BEDRIJVEN EN PARTICULIEREN EN AAN HET BUITENLAND -
-
Zichtbare economische bestemming (Miljarden franken)
Kredieten aan bedrijven en particulieren Specifieke financieringen van inves- van de van bouw teringen verkopen in indi en en van fris, land- transacties leningen ugen van in x oer bouw en in on roeop ambachtsrende afbetaling weizen goederen
Einde periode
Kredieten aan het buitenland Kredieten
Kredieten waarvoor geen
waarvoor geen economische Specifieke Eindbestemming financietotaal kon on worden van ring Tot a al misets nTotaal betalingsbestemtermijnen bij de Kas. kon uit voer kredieten Andere worden 4 bepaald (10) c= (11) ■=. (8) = (91 (7) tot (91 (6) -1- (1 0 1 (7 ) (8) (1) tot (5) (5)
(1)
(2)
(31
(4)
23,2
11,5
15,5
13,4
105,1
168,7
23,7
6,9
3,9
34,5
203,2
1968
28,0
13,9
19,8
14,3
118,4
194,4
29,8
14,5
4,1
48,4
242,8
.1969 (Oude reeks)
27,6
14,0
23,7
13,7
125,9
204,9
32,4
18,5
2,1
53,0
257,9
.1969 (Nieuwe reeks) 6
27,1
14,0
23,7
13,7
125,5
204,0
32,4
18,5
2,1
53,0
257,0
1970
28,4
16,9
24,8
17,6
141,2
228,9
40,7
43,1
2,3
86,1
315,0
1971
29,5
18,2
25,6
23,4
166,4
263,1
44,6
57,7
3,2
105,5
368,6
1.972 5
32,9
20,0
34,4
27,2
200,5
315,0
52,1
60,4
2,6
115,1
430,1
40,9
26,6
41,6
22,1
239,6
370,8
57,0
75,9
2,0
134,9
505,7
42,8 42,7 43,4 44,4
28,6 31,1 32,1 34,9
41,7 42,6 47,3 45,2
25,7 21,7 21,6 23,7
246,6 254,6 252,5 266,3
385,4 392,7 396,9 414,5
62,6 65,7 62,4 70,9
77,9 86,6 99,2 98,8
2,0 0,4 2,7 1,7
142,5 152,7 164,3 171,4
527,9 545,4 561,2 585,9
1975 Maart 5 Juni September December
45,2 45,7 46,8 46,4
36,6 41,0 42,0 46,5
43,3 43,4. 46,0 51,6
23,1 24,0 24,8 25,9
269,3 280,7 287,6 311,8
417,5 434,8 447,2 482,2
72,6 70,3 70,7 75,9
111,5 121,4 133,7 137,6
1,6 2,4 4,1 4,1
185,7 194,1 208,5 217,6
603,2 628,9 655,7 699,8
1976 Maart Juni
48,0 49,4
50,8 55,7
53,9 58,8
29,5 29,5
320,8 333,8
503,0 527,2
79,8 78,7
142,4 145,1
3,6 2,1
225,8 225,9
728,8 753,1
1967 5
... ..............
_____
1973 1974 Maart 5 Juni 5 September December
.... ..........
-
Kredieten toegestaan in het kader van de wetten von 24 mei 1959, 17 juli 1959, 18 juli 1059, 15 februari 1961, 14 juli 1966 en 80 december 1970 (gesubsidieerde en/of gewaarborgde kredieten), en niet- gesubsidieerde een( gem narborgde c kredieten waarvan ten minste een doel een oorspronkelijke looptijd heeft van 2 jaar of meer (5 jaar of meer v&Sr 1969) op voorwaarde evenwel dat liet geen zuiver commerciële kredieten betreft, noch kredieten hoofdzakelijk bestemd voor financiering van de bouw of de aankoop van woningen, kantoren, scholen, ziekenhuizen, enz. Tot 1968 omvat kolom (1) een bepaald bedrag kredieten tot financiering van verkopen op afbetaling. Vanaf 1969 zijn alle kredieten van deze soort ondergebracht in kolom (8). Kredieten nn n ondernemingen die tot maatschappelijk doel hebben de oprichting van gebouwen en/of het uitvoeren van werken van burger. l i jke bouwkunde. kredieten aan immobilienvennootschappen en kredieten die voorns bestemd zijn voor liet financieren van de aankoop of de bouw van woningen. kantoren, scholen, ziekenhuizen, enz. •
Kredieten aan de kopers en verkopers op afbetaling (ongeacht of de ban. ken al dan niet bij het verkoopcontract zijn betrokken), rechtstreeks door de banken toegestane persoonlijke leningen en door (le banken aan de financieringsmaatschappijen verleende kredieten. Tot 1968 kwam oen deel van de kredieten aan de kopers op afbetaling voor in kolom (1). Vanaf 1069 zijn alle kredieten van deze soort opgenomen in kolom (8). Vanaf 1973 : nieuwe reeks ten gevolge van een verbetering aangebracht door een belangrijke bank. 4 Inclusief de promessen op het buitenland, die in tabel X111-7 begrepen zijn in kolom (2) Handelspapier ». 5 Inclusief het papier dat op de !mitste dag van de maand verviel en dat niet kon worden geïnd omdat die dag een zaterdag of een feestdag was. o Nieuwe reeks (zie Tijdschrift van da Nationale Bank van Uefgié, Ll e jaargang, deel I, nr 1, januari 1976). 3
- Voor de wijze van opstelling : zie Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, XI,II0 jaargang, deel II, n r 3, september 1967, blz. 243.
- 85 XIII - 7. - OPGENOMEN BEDRAGEN YAN DE DISCONTOKREDIETEN, VOORSCHOTTEN EN ACCEPTKREDIETEN BIJ HUN OORSPRONG DOOR DE DEPOSITOBANKEN VERLEEND AAN DE BEDRIJVEN EN PARTICULIEREN EN AAN HET BUITENLAND Vorm en houdersehap (Miljarden franken) Kredieten bij hun oorsprong door de depositobanken verleend Einde periode
Banlcaccepten
Handelspapier
(1 1
(21
Totaal Voor(41 = schotten (1) tot (3) = (7) (8) f -4- (11)
Kredieten ondergebracht bij de depositobanken
Kredieten ondergebracht buiten de depositobanken 1 Bankaccepten
Handelspapier
Totaal
Bankaccepten
Handelspapier
Voorschotten
(5)
(0)
( 7 ) -= (5) 4- ((i)
(81
(0)
(10)
Pro memorie :
Andere kredieten onder. rotaal gebracht bij de (11) = banken 2 (8)101(10) (12)
A. Kredieten aan bedrijven en particulieren 12,7 11,9 10,2 10,2 14,2 20,7 23,0 19,0 21,2 19,4 18,1 19,6 19,8 22,4 24,0 23,7 26,3 27,3
1967 3 1968 1969 (Oude reeks) _ 1969 (N. reeks) 4 1970 1971 1972 1973 1974 Maart 3 Juni 3 September December 1975 Maart 3 Juni September December 1976 Maart Juni
78,3 84,5 95,3 95,3 101,0 102,5 119,7 132,5 142,9 143,6 136,2 142,6 143,2 136,5 131,8 149,1 156,4 160,1
77,7 98,0 99,4 98,5 113,7 139,9 172,3 219,3 221,3 229,7 242,6 252,3 254,5 275,9 291,4 309,4 320,3 339,8
168,7 194,4 204,9 204,0 228,9 263,1 315,0 370,8 385,4 392,7 396,9 414,5 417,5 434,8 447,2 482,2 503,0 527,2
5,8 7,7 6,3 6,3 7,9 12,1 13,9 13,1 12,0 10,0 9,5 11,7 9,7 6,0 9,9 12,8 11,9 10,9
13,8 17,5 13,2 13,2 9,5 9,0 13,7 16,6 17,2 17,8 18,1 26,6 24,5 13,6 11,6 20,4 34,5 26,1
19,6 25,2 19,5
6,9 4,2 3,9
19,5 17,4 21,1 27,6 29,7 29,2 27,8 27,6 38,3 34,2 19,6 21,5 33,2 46,4 37,0
3,9 6,3 8,6 9,1 5,9 9,2 9,4 8,6 7,9 10,1 16,4 14,1 10,9 14,4 16,4
64,5 77,7 67,9 98,0 99,4 82,1 82,1 98,5 91,5 113,7 93,5 139,9 106,0 172,3 115,9 219,3 125,7 221,3 125,8 229,7 118,1 242,6 116,0 252,3 118,7 254,5 122,9 275,9 120,2 291,4 128,7 309,4 121,9 320,3 134,0 339,8
149,1 169,2 185,4 184,5 211,5 242,0 287,4 341,1 356,2 364,9 369,3 376,2 383,3 415,2 425,7 449,0 456,6 490,2
6,3 7,7 7,9 11,4 13,6 15,7 19,2 21,0 20,0 20,9 23,4 24,2 26,1 26,0 28)1 26,8 28,3
6,4 13,9 18,1 43,1 58,3 61,0 76,7 78,6 87,2 101,3 101,4 115,0 125,8 139,1 141,8 146,1 148,5
19,1 28,0 32,4 67,1 85,8 88,5 107,0 113,3 121,5 137.1 142,1 159,6 172,6 184.7 187,4
70,8 74,7 90,0
84,1 111,9 117,5
90,0 102,9 107,1 121,7 135,1 146,7 145,8 139,0 139,4 142,9 149,0 146,2 156,8 148,7 162,3
116,6 156,8 198,2 233,3 296,0 299,9 316,9 343,9 353,7 369,5 401,7 430,5 451,2 466,4 488,3
168,2 197,2 217,8 216,9 278,6 327,8 375,9 448,1 469,5 486,4 506,4 518,3 542,9 587,8 610,4 636,4 645,2 682,6
0 ,1 0,1
0,1 0,2 0,1 0,1 0,1
0,1 0,2 0,3 0,1 0,2 0,1 0,1 0,3
B. Kredieten aan het buitenland 16,8 20,2 19,1 23,0 24,8 25,3 26,9 30,2 31,1 28,4 32,6 34,5 31,5 31,1 32,6 34,5 29,7
1.967 1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 Maart 3 Juni 3 September December 1975 Maart 3 Juni September December 1976 Maart Juni
11,3 14,3 15,8 20,0 22,4 28,8 31,3 33,7 34,4 34,6 37,4 36,2 36,8 38,3 43,2 45,2 47,7
6,4 13,9 18,1 43,1 58,3 61,0 76,7 78,6 87,2 101,3 101,4 115,0 125,8 139,1 141,8 146,1 148,5
34,5 48,4 53,0 86,1 105,5 115,1 134,9 142,5 152,7 164,3 171,4 185,7 194,1 208,5 217,6 225,8 225,9
84,1 111,9 117,5 116,6 156,8 198,2 233,3 296,0 299,9 316,9 343,9 353,7 369,5 401,7 430,5 451,2 466,4 488,3
203,2 242,8 257,9 257,0 315,0 368,6 430,1 505,7 527,9 545,4 561,2 585,9 603,2 628,9 655,7 699,8 728,8 753,1
10,4 13,8 12,7 10,4 10,9 13,5 15,8 16,5 16,8 13,5 15,3 14,1 10,8 11,5 15,1 18,8 14,1
5,0 6,6 7,9 8,6 8,8 13,1 12,1 12,7 14,4 13,7 14,0 12,0 10,7 12,3 15,1 18,4 19,4
15,4 20,4 20,6 19,0 19,7 26,6 27,9 29,2 31,2 27,2 29,3 26,1 21,5 23,8 30,2 37,2 33,5
6,4 6,4 6,4 12,6 13,9 11.8 11,1 13,7 14,3 14,9 17,3 20,4 20,7 19,6 17,5 15,7
35,0 45,6 40,1 40,1 36,4 40,8 54,2 57,6 58,4 59,0 54,8 67,6 60,3 41,1 45,3 63,4 83,6 70,5
13,3 10,6 10,3 10,3 18,9 22,5 20,9 17,0 22,9 23,7 23,5 25,2 30,5 37,1 33,7 28,4 30,1
15,6
188,6 192,4
0,2 0,1 0,3 0,5 2,9 1,8 1,5 0,5 0,3 0,2 0,8 0,3 0,7 0,7 0,8 0,6
C. Totaal 1967 3 1968 1969 (Oude reeks) 1969 (N. reeks) 4 1970 1971 1972 1973 1974 Maart 3 Juni 3 September December 1975 Maart 3 Juni September December 1976 Maart Juni
.
29,5 32,1 29,3 29,3 37,2 45,5 48,3 45,9 51,4 50,5 46,5 52,2 54,3 53,9 55,1 56,3 60,8 57,0
89,6 98,8 111,1 111,1 121,0 124,9 148,5 163,8 176,6 178,0 170,8 180,0 179,4 173,3 170,1 192,3 201,6 207,8
16,2 21,5 19,0 19,0 18,3 23.0 27,4 28,9 28,5 26,8 23,0 27,0 23,8 16,8 21,4 27,9 30,7 25,0
het t Die kredieten zijn hoo dzakelijk ondergebracht bij de N.B.B., 11.W.I., bij andere Be gische financiële instellingen en in het buitenland. 2 Het gaat hier om hand lspapier. 3 Incl. liet papier dat op de laatste dag van de maand verviel en dut tiet kon worden geind omdat die dag een zaterdag of een feestdag was.
18,8 24,1 21,1 21,1 18,1 17,8 26,8 28,7 29,9 32,2 31,8 40,6 36,5 24,3 23,9 35,5 52,9 45,5
32,0
0,3 0,1 0,1 0,1 0,5 0,6 3,0 1,9 1,5 0,6 0,5 0,5 0,9 0,3 0,9 0,8 0,9 0,9
Nieuwe reeks (zi Tijdschrift van de Nationale Bank van België, Me jaargang, deel I, nr 1, januari 1976). N. B. - Voor de wijze van opstelling : zie Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, X1.1Ie jaargang, deel II, nr 3, september 1007, blz. 243.
4
- 86 XIII - 8. - DISCONTOKREDIETEN, VOORSCHOTTEN EN ACCEPTKREDIETEN AAN DE BEDRIJVEN EN PARTICULIEREN EN AAN HET BUITENLAND BIJ HUN OORSPRONG TOEGESTAAN DOOR DE GELDSCHEPPENDE INSTELLINGEN EN ONDERGEBRACHT BIJ DE NATIONALE BANK VAN BELGIE ( Miljarden franken) Pro
Kredieten bij hun oorsprong door de N.B.B. verleend (rechtstreekse kredieten)
Geherdisconteerde wissels
Eindtotaal
Einde periode Handelspapier
Voorschotten
(1)
(2)
Totaal
Bankaccepten
Handelspapier
(4)
(8)
(8) = (1) + (2)
Totaal (g) = ( 4 ) + (5 1
memorie : Andere kredieten ondergebracht acht N D;1 1(3do ,
Ban kaccepten
Handelspapier
Voorschotten
Totaal (10) = (7) tot (0) = (8)
(7)
(8)
(0)
+ (6)
(11)
5,6 11,3 8,5 4,8 9,6 16,4 23,0 16,8 12,2 14,7 19.2 4,7 3,5 2,5 10,4
0,1 0,6 0,4
26,9 22,6
2,8 2,3
• "
A. Kredieten aan bedrijven en particulieren 1967 1 1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 Maart 1 Juni 1 Sepl ember December 1975 Maart 1 Juni September December 1976 Maart Juni
2,2 1,9 2,5 2,1 2,9 3,3 3,2 2,6 1,4 1,0 2,5 2,6 1,4 0,5 1,3
0,2 0,3 0,1 0,4
0,1 0,5
0,4
1,2 0,8
2,2 1,9 2,5 2,3 3,2 3,4 3,6 2,6 1,4 1,1 3,0 2,6 1,4 0,5 1,7 1,2 0,8
0,7 1,9 1,9 1,4 4,6 6,3 7,9 7,6 5,9 5,1 5,2 1,6 0,1 0,9 5,9 5,1
2,7 7,5 4,1 1,1 1,8 6,7 11,5 6,6 4,9 8,5 11,0
3,4 9,4 6,0 2,5 6,4 13,0 19,4
0,5 2,0 1,1 8,7
14,2 10,8 13,6 16,2 2,1 2,1 2,0 8,7
19,8 16,7
25,7 21,8
0,7 1,9 1,9 1,4 4,6 6,3 7,9 7,6 5,9 5,1 5,2
4,9 9,4 6,6 3,2 4,7 10,0 14,7 9,2 6,3 9,5 13,5
1,6 0,1 0,9
3,1 3,4 1,6 10,0 21,0 17,5
5,9 5,1
• • •
0,3 0,1 0,4"
0,1 0,5
0,4
0,7 0,5 0,1 0,4 1,3 1,4 0,4 ...
0,4
B. Kredieten aan het buitenland 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 Maart
Juni
1
0,1 0.1 0,2 0.2
0,1 0,1 0.2 0,2
0,1
0,1
1
September December 1975 Maart 1
Juni September December 1976 Maart Juni
11,6 12,8 9,1 9,5
0,9 2,8 1.2 0,3 0,9 4,9 4,2 3,5 4,6 3,1 2,5
4,2 0,5 1,1 9,8
0,4 0,2 0,1 2,0
11,9 9,2
5,9 5,7
7,2 11,3 8,5 1,3 4,7 11,6 12,7
15,1 17,4 12,2 12,0 4,6 0,7 1,2 11,8 17,8 14,9
7,2 11,3 8,5 1,3 4,7 11,6 12,7 11,6 12,8 9,1 9,5 4,2 0,5 1,1 9,8 11,9 9,2
11,5 23,5 15,7 4,1 12,0 29,5 36,3 29,3 28,2 25,8 28,2
7,9 13,2 10,4 2,7 9,3 17,9 20,6 19,2 18,7 14,2 14,7
6,7 2,8 3,2 20,5 43,5 36,7
5,8 0,6 2,0 9,8 17,8 14,3
8,1 14,1 9,7 1,6 5,6 16,5 16,9
0,9 2,9 1,3 0,5 1,1 4,9 4,2
8,1 14,2 9,8 1,8 5,8 16,5 16,9 15,2 17,4 12,2 12,0
3,6 4,6 3,1 2,5 0,4 0,2 0,1 2,0 5,9 5,7
4,6 0,7 1,2 11,8
5,8 12.3 7,9 3,7 5.8 14,9 18,9 12,8 10.9 12,6 16,0 3,5 3,6 1,7 12,0 26,9 23,2
13,7 25,5 ]8,3 6,6 15,4 32,9 39,9 32,0 29,6 26,9 31,2
17,8 14,9
C. Totaal 1967 1 1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 Maart 1 Juni 1 September December 1975 Maart 1 Juni September December 1976 Maart Juni
2,2 2,0 2,6 2,3 3,1 3,3 3,2 2,7 1,4 1,0 2,5 2,6 1,4 0,5 1,3 1,2 0,8
0,2 0,3 0,1 0,4
0, 1 0,5
0,4
2,2 2,0 2,6 2,5 3,4 3,4 3,6 2,7 1,4 1,1 3,0 2,6 1,4 0,5 1,7 1,2 0,8
7,9 13,2 10,4 2,7 9,3 17,9 20,6 19,2 18,7 14,2 14,7 5,8 0,6 2,0 9,8 17,8 14,3
t Incl. het papier dat op de laatste dag van de maand ve viel en dat niet kon word en geïnd omdat die dag een zaterdag of een feestdag was.
3,6 10,3 5,3 1,4 2,7 11,6 15,7 10,1 9,5 11,6 13,5 0,9 2,2 1,2 10,7 25,7 22,4
0,2 0,3 0,1 0,4
0, 1 0,5
0,4
Het goot hier om handelspapier.
0,7 0,5 0,1 0,4 1,3 1,4 0,4 0,4 2,8 2,3
N. B. - Voor de wijze von opstelling : zie Tijdsch ift voor Documentatie en Voorlichting, XLIIe jaargang, deel II, nr 8, september 1967, blz. 248
en Tijdschrift van de Nationale Bank van België, 2
9,3 4,2 3,7 22,2 44,7 37,5
0,1 0,6 0,4
nr 1, januari 1976.
LIe jaargang, deel I,
•
XIII - 9. - OPGENOMEN BEDRAGEN YAN DE DISCONTOKREDIETEN VOORSCHOTTEN EN ACCEPTKREDIETEN BIJ HUN OORSPONG DOOR DE GELDSCHEPPENDE INSTELLINGEN VERLEEND AAN DE BEDRIJVEN EN PARTICULIEREN EN AAN HET BUITENLAND (Miljarden franken)
Kredieten bij hun oorsprong door de geldscheppende instellingen verleend
Einde periode
Bankaccepten
Handelspapier
Voorschotten
(1)
(2)
(31
Totaal (4) = (1) tot (3) = (7) .4- (11)
Kredieten ondergebracht buiten de geldscheppende ins ellingen
Bankaccepten
FIandelspapier
(5)
(6)
Kredieten ondergebracht bij de geldscheppende instellingen 1
Totaal
(7) (51
(61
Bankaccepten
Handelspapier
(8)
(9)
Pro memorie :
Andere kredieten ondergebracht bij de VoorTotaal geldschepschotten pende instel(11) = lingen 2 ' lol (8) tot (101 (12)
A. Kredieten aan bedrijven en particulieren 156,8 181,9 196,7
0,2 0,6 0,5
7,8 7,4 5,0 6,6 2,2 5,0 7,6 6,7 13,2 18,2 9,9 6,9 8,2 11,7 9,3
10,7 12,9 12,5 14,0 7,4 9,3 11,5 11,0 19,0 25,8 15,8 15,0 18,0 17,7
7,3 8,7 13,2 15,6 13.8 16,9 15,5 13,8 13,8 12,2 16,5 15,9 13,9 20,3
90,0 95,8 100,4 116,4 133,5 140,5 137,4 130,5 131,9 127,6 128,0 125,4 142,1 146,0
100,0 115,4 142,3 175,8 227,4 227,3 238,6 254,7 259,8 260,4 284,0 303,1 323,8 334,1
197,3 219,9 255,9 307,8 374,7 384,7 391,5 399,0 405,5 400,2 428,5 444,4 479,8 500,4
15,1.
21,5
151,6
345,9
519,0
C1
227,3 238,6 254,7 259,8 260,4 284,0 303,1 323,8 334,1 345,9
77,7 98,0 99,4
7,1 6,2 9,0 13,9 10,8 10,1 11,0
13,8 17,8 16,0 16,7 21,0 23,4 23,8
7,2 10,6 10,0 12,6 15,6 20,6 23,4
6,4 13,9 18,1 43,1 58.3 61,0 76,7
27,4 42,3 44,1 72,4 94,9 105,0 123,9
0,2 0,1
14,1 13,8 14,8 16,9 19,7 20,7 20,7 17,6 19,4
25,3 27,1 24,3 27,1
24,6 24,6 23,9 26,0
78,6 87,2 101,3 101,4
25,8 21,2 22,0 27,9
25,2 26,4 26,7
18,6
27,6 24,8
32,7 34,0
115,0 125,8 139,1 141,8 146,1 148,5
128,5 138,9 149,5 154,5 166,0 173,4 187,8 200,0
Cg u) Cn c)
208,0 232,8 268,4 321,8 382,1 394,0 403,0 410,0 424,5 426,0 444,3 459,4 497,8 518,1 534,1
70,6 77,8 90,0
• 00 C1
100,0 115,4 142,3 175,8 227,4
8,5 6,1 7,3
1- 1 O
97,8 103,2 105,4 123,0 135,7 145,5 145,0 137,2 145,1 145,8 137,9 132,3 150,3 157,7 160,9
14,1 14,4 10,7
u)u) c- u)
10,2 14,2 20,7 23,0 19,0 21,2 19,4 18,1 19,6 19,8 22,4 24,0 23,7 26,3 27,3
9,9 8,6 7,8
O O ri
1969 (N. reeks) 4 1970 1971 1972 1973 1974 Maart 3 Juni 3 September December 1975 Maart 3 Juni September December 1976 Maart Juni
4,2 5,8 2,9
0
170,9 196,3 207,4
o0u)
77,7 98,0 99,4
uocg
80,5 86,4 97,8
0- 0- 0- C
12,7 11,9 10,2
a)
1967 3 1968 1969 (Oude reeks)
B. Kredieten aan het buitenland 4,1 3,8 5,9
11,3 14,4 15,9 20,2 22,6 28,8 31,3
6,4 13,9 18,1 43,1 58,3 61,0 76,7
34,5 48,5 53,1 86,3 105,7 115,1 134,9
3,0 2,4 3,1 6,3 3,8 1,9 3,1
1974 Maart 3 Juni 3 September December 1975 Maart 3 Juni September December 1976 Maart Juni
30,2 31,1 28,4 32,6 34,5 31,5 31,1 32,6 34,5 29,7
33,8 34,4 34,6 37,4 36,2 36,8 38,3 43,2 45,2 47,7
78,6 87,2 101,3 101,4
142,6 152,7 164,3 171,4
115,0 125,8 139,1 141,8 146,1 148,5
185,7 194,1 208,5 217,6
4,9 4,0 4,1 5,5 8,7 10,3 9,1 4,7
11,0 10,4 11,6 12,9
225,8 225,9
6,9 4,9
12,5 13,7
1967 3 1968 1969 (Oude reeks)
29,5 32,1 29,3
91,8 100,8 113,7
84,1 111,9 117,5
205,4 244,8 260,5
7,2 8,2 6,0
14,0 12,4 13,7
21,2 20,6 19,7
22,3 23,9 23,3
77,8 88,4 100,0
1969 (N. reeks) 4 1970 1971 1972 1973 1974 Maart 3 Juni 3 September December 1975 Maart 3 Juni September December 1976 Maart Juni
29,3 37,2 45,5 48,3 45,9 51,4 50,5 46,5 52,2 54,3 53,9 55,1 56,3 60,8 57,0
113,7 123,4 128,0 151,8 167,0
261,1 319,1 374,1 436,9 517,0 536,6 555,7 574,3 595,9 611,7 638,4 667,9 715,4 743,9
6,0 11,8 11,3 9,3 8,3 9,2 7,9 8,4 11,3 16,3 16,2 17,2 14,5 12,9
13,7 15,0 12,0 14,8 10,1 14,2 17,4 17,4 24,6 29,2 20,3 18,5 21,1 24,2
19,7 26,8 23,3 24,1 18,4 23,4 25,3 25,8 35,9 45,5 36,5 35,7 35,6 37,1
23,3 25,4 34,2 39,0 37,6 42,2 42,6 38,1 40,9 38,0 37,7 37,9 41,8 47,9
100,0 108,4 116,0 137,0 156,9
179,3 179,4 171,8 182,5 182,0 174,7 170,6 193,5 202,9
118,1 158,5 200,6 236,8 304,1 305,9 325,8 356,0 361,2 375,4 409,8 442,2 465,6 480,2
208,6
494,4
760,0
10,7
23,0
33,7
46,3
3
7,6
7,0 8,2 7,9 9,2 9,8 10,7 11,4
0,3 0,5 2,9 1,8
206,4 207,3
1,5 0,5 0,3 0,2 0,8 0,3 0,7 0,7 0,8 0,6
84,1 111,9 117,5
184,2 224,2 240,8
0,4 0,7 0,5
241,4 292,3 350,8 412,8 498,6
165,1 162,0 154,4 157,9 152,8 154,4 152,1 172,4 178,7
118,1 158,5 200,6 236,8 304,1 305,9 325,8 356,0 361,2 375,4 409,8 442,2 465,6 480,2
185,6
494,4
726,3
CO COS.C)C)s. h.S.S.s. CDCoC)CDC)
16,8 20,2 19,1 23,0 24,8 25,3 26,9
1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
30;3
1 Bij de N.B.B., de depo itobanken en de geldscheppende overheidsinstellingen ondergebrachte kredieten (met inbegrip van de kredieten die het H.\V.I. financiert door een beroep te doen op de geldscheppende Motell iegen). 2 Het gaat hier om hand lspapier. 3 Incl. het papier dat op de laatste dag van de maand verviel en dat niet kon worden geïnd omdat die dag een zaterdag of een feestdag was.
4
Cn ,,, 4- N c0
c) -
Nieuwe reeks (zie Tijdschrift van de Nationale Bank van België, jaargang, deel I, nr 1, januari 1076).
cD-o CD u)CO CO u) 00
513,2 530,4 548,5 560,0 566,2 601,9 632,2 679,8 706,8
-
C. Totaal
Lle
N. B. - Voor de wijze van opstelling : zie Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, XLIIe jaargang, deel II, nr 8, september 1967, blz. 243.
XII1 - 10. - BALANSEN VAN DE NATIONALE BANK VAN BELGIE (Miljarden franken) Posten
1967 31 december
1968 31 december
I
1969 1970 31 31 december i december
1971 31 december
I
1973 1972 31 december i december
1974 81 december
1975 31 december
ACTIVA Goudvoorraad Internationaal Muntfonds : Deelneming Leningen ........ Bijzondere trekkingsrechten Totaal van de dekkingselementen 1 Vreemde valuta's Te ontvangen vreemde valuta's en goud Activa in het buitenland, in Belgische franken ............ ..................... Internationale akkorden : Europees Monetair Akkoord Internationaal Muntfonds : Deelneming Leningen 2 Andere akkoorden Voorschot aan het I.M.F. Europees Fonds voor Monetaire Samenw. E.E.G. : Financiële bijstand op middellange termijn Debiteuren wegens termijnverkopen van vreemde valuta's en goud Handelspapier Voorschotten op onderpand Overheidseffecten : Belgische overheidseffecten Luxemburgse overheidseffecten Deel- en pasmunt Tegoed bij het Bestuur der Postchecks Geconsolideerde vordering op de Staat Speciale Schatkistbons Voorlopige aanpassing naar aanleiding van de wet d.d. 3 juli 1972 Overheidsfondsen Gebouwen, materieel en meubelen Waarden van de Pensioenkas van het Personeel Diversen Orderekening : Bestuur der Postchecks : Tegoed voor rekening van de Minister van Nationale Opvoeding (Schoolpakt)
74,0
74,0 36,1 12,5 3,0
76,2
75,9
73,5
77,2
75,4
71,8
71,8
71.8
19,6 ... 10,2 103,3 39,0 10,7
30,0
25,9 ... 26,1 127,4 52,4
26,3
28,4 125,1 88,6
30,0 128,1 107.2
--
-...
--
... --
24,0 ... 30,5 126,3 75,9
24,9
76,2 18,1 12,3
7,8 ... ... 83,7 35,6 17,5
-...
20,3 127,5 35,0 0,3
... --
... --
... --
14,7 1,9 ...
10,3 5,0 0,1
...
---
0,1
--__
... ---
... ---
... -3,5
--
--
--
--
--
--
--
6,5
6,5
35,5 13,8 0,3
18,2 26,7 0,6
34,0 18,6 0,1
37,8 6,5 0,2
34,8 15,1 0,3
20,6 33,4 3,5
28,8 40,1 2,4
13,5 32,2 0,6
11,9 22,2 3,3
2,7 -0,3 ... 34,0 --
14,7 0,2 0,2 ... 34,0 --
15,6
13,3
4,9
1,1
0,4
5,1
4,2
... 34,0 --
34,0 --
0,3 ... 34,0 --
-3,4 2,0
-3,5 2,1
-3,6 2,1
-3,7 2,2
2,3 1,4 237,9
2,6 1,9 226,7
2,8 1,8 249,7
1,7
2,4
2,6
177,5
183,2
____
--__
... 0,3
... 0,4
34,0 --
34,0 2,8
... 34,0 0,9
34,0 0,8
-3,8 2,2
-4,1 2,2
3,4 4,3 2,2
3,4 4.8 2,2
3,5 5,2 2,2
3,1 2,0 256,2
3,5 1,0 262,7
4,0 1,4 284,4
4,5 2,0 330,9
5,5 2,8 325,6
6,5 2,3 340,8
2,6
2,3
2,1
3,3
11,8
14,1
183,0
188,2
201,8
222,6
238,5
256,1
288,4
...
...
...
...
...
...
...
...
...
...
...
0,3
-0,7
-0,4
-0,5
-0,7
-0,6
-0,6
0,4
0,4
3,2
2,5
4,5
4,2
3,2
3,5
3,7
5,4
4,0
0,3 0,3 181,6
0,3 0,2 186,9
0,2 0,3 188,4
0,5 0,3 193,7
1,1 2,0 208,8
0,7 0,7 228,1
2,0
2,6
3.2
244,8
264,5
296,0
--
--
3,5
7,0
10,5
10,2
10,2
10.2
--
_-
... 51,8
--
... 48,7
--
48,2 2,3 2,3 0,4 3,1 237,9
... 30,7
... 35,8
2,6 2,9 0,4 3,2 226,7
2,8 3,0 0,4 3,3 249,7
3,1 3,4 0,4 3,4 256,2
3,5 3,5 0,4 3,7 262,7
-11,8 21,5 4,0 4,3 0,4 3,8 284,4
34,5 26,5 4,5 5,6 0,4 4,4 330,9
21,0 11,1 5,5 8,1 0,4 4,8 325,6
12,1 6.5 10,5 0,4 5,1 340,8
1,7
2,4
2,6
2,6
2,3
2,1
3,3
11,8
14,1
... 0,3
... 0,3
...
6:3
0,4
PASSIVA Bankbiljetten in omloop Rekeningen-courant : ' gewone rekening conjuncbuitengewone Schatkist tuurtaks speciale rekening vereffening E.B.U. Banken in het buiten]. : gew. rekening Diverse rekeningen-courant en te betalen waarden Internationale akkoorden : Europees Monetair Akkoord Andere akkoorden Totaal der verbintenissen op zicht Internationaal Muntfonds : Bijzondere trekkingsrechten, netto cumulatieve toewijzing Europees Fonds voor Monetaire Samenwerking Monetaire reserve 3 Te leveren vreemde valuta's en goud Pensioenkas van het Personeel Diversen Kapitaal Reserves en afschrijvingsrekening Orderekening : Ministers van Nationale Opvoeding : Tegoed voor hun rekening bij het Bestuur der Postchecks (Schoolpakt)
N. 13. - Het Jaarverslag van de N.B.B. bevat, als bijlage, a de weekstaten voor het verslagjaar. Het geert eveneens een beknopte toelichting bij do voornaamste balansposten. 1 De elementen van de dekking der verbintenissen op zicht worden bepaald door artikel 4 van de wet van 9 juni 1969, die artikel 7 alinea 2 van de organieke wet van de N.B.B. wijzigde, en door artikel 30 van de statuten van de N.B.B., dat gewijzigd werd door de buitengewone algemene vergadering der aandeelhouders van de N.B.B. van 5 september 1969. Deze
)
...
wi'ziging werd goedgekeurd bij koninklijk besluit van 22 sep ember 1969, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 7 oktober 1969 VO& deze lat tste datum werd alleen de goudvoorraad als dek kingselement in aanmerking genomen. 2 Speciale bons van de Belgische Schatkist ( \Vet van 4-1-1963. Overeen. komst van 1 - 2 - 1963). 3 Tot 31 december 1971 : Belgische banken, monetaire reserve.
XIII - 10. - WEEKSTATEN VAN DE NATIONALE BANK VAN BELGIE ( Miljarden franken)
Posten
1975 4 augustus
1976 9 augustus
1975 1976 8 september 6 september
1975 6 oktober
1976 4 oktober
1975 7 november
1976 8 november
ACTIVA Goudvoorraad Internationaal Muntfonds : Deelneming Leningen Bijzondere trekkingsrechten Totaal van de dekkingselementen
Vreemde valuta's Te ontvangen vreemde valuta's en goud Internationale akkoorden Voorschot aan het I.M.F. Europees Fonds voor Monetaire Samenwerking E.E.G. : Financiële bijstand op middellange termijn Debiteuren wegens termijnverkopen van vreemde valuta's en goud Handelspapier Voorschotten op onderpand Overheidseffecten : Belgische overheidseffecten Luxemburgse overheidseffecten Deel- en pasmunt Tegoed bij het Bestuur der Postchecks Geconsolideerde vordering op de Staat Speciale Schatkistbons Voorlopige aanpassing naar aanleiding van de wet d.d. 3 juli 1972 Overheidsfondsen Gebouwen, materieel en meubelen Waarden v/d Pensioenkas v/h Personeel Diversen Orderekening : Bestuur der Postchecks : Tegoeden voor rekening van de Ministers van Nationale Opvoeding (wet van 11-7-1973 onderwijswetgeving)
71,8
71,8
71,8
71,8
71,8
71,8
71,8
71,8
26,6
29,5
29,5
26,3
30,3
19,9 121,2
30,0
19,9
128,7
26,4 ... 30,0 128,2
128,1
122,0
29,9
29,7 ... 27,4
128,3
128,9
26,4 ... 30,0 128,2
107,9
71,8 ... 0,1 9,7
110,0 ... ... -
70,7
106,4
64,5
106,6
64,1
0,3 9,7
2,4
0,2 9,7
2,4
0,2 9,7
...
...
...
...
27:4
...
6,5
6,5
6,5
6,5
6,5
6,5
6,5
6,5
13,0 9,7
3,8 47,3 9,1
13,0 3,8 ...
3,0 50,3 25,1
13,0 17,5 2,3
1,6 47,9 35,1
13,0 14,0
1,6 52,3 0,0
5,9
20,6 ... 0,5 2,4 34,0 0,8
10,1 ... 0,4 ... 34,0 0,9
20,6
...
20,6
0,5 2,4 34,0 0,8
0,4 34,0 0,9
0,5 2,5 34,0 0,8
34,0 0,9
0,5 2,4: 34,0 0,8
3,5 5,3 2,2 5,9 4,8 327,6
3,5 5,5 2,2 7,1 4,8 347,7
0,4 ... 34,0 0,9
20,6 0,4
3,5 5,3 2,2 6,0 3,1 326,7
3,5 5,5 2,2 7,2 4,4
3,5 5,3 2,2 6,0 3,3
3,5 5,5 2,2 7,2 3,9
3,5 5,3 2,2 6,0 3,3
358,3
327,2
374,9
331,9
3,5 5,5 2,2 7,1 10,5 373,9
8,5
9,9
8,0
9,5
7,4
8,7
9,9
13,4
302,7
280,1
304,4
276,0
298,4.
PASSIVA Bankbiljetten in omloop Rekeningen-courant : gewone rekening Schatkist conjuncbuitengewone tuurtaks Banken in het buitenl. : gew. rekening Diverse rekeningen-courant en te betalen waarden Internationale akkoorden Totaal der verbintenissen op zicht
Internationaal Muntfonds : Bijzondere trekkingsrechten, netto cumulatieve toewijzing Europees Fonds voor Monetaire. Samenwerking Monetaire reserve : België Groothertogdom Luxemburg Te leveren vreemde valuta's en goud Pensioenkas van het Personeel Diversen Kapitaal Reserves en afschrijvingsrekeningen Orderekening : Ministers van Nationale Opvoeding Tegoeden voor hun rekening bij het Bestuur der Postchecks (wet van 11-71973 - onderwijswetgeving)
277,0
301,5
275,8
0,1
0,1
• •
• ••
0,3
0,3
0,7
0,3
0,7
0,4
0,7
0,4
1,4 1,9
3,1 2,8
1,6 1,9
1,5 2,9
1,1 2,3
1,1 2,8
1,9 2,2
4,1
280,6
307,7
280,0
307,4
284,3
308,7
280,3
305,8
10,2
10,2
10,2
10,2
10,2
10,2
:10,2
10,2
9,1
10,6 6,0 14,1 0,4 4,8
3,9 7,2 14,7 0,4 5,1
326,7
8,5
25,8
25,1
3,1 7,2 15,7 0,4 5,1
10,6 6,0 15,5 0,4 4,9
358,3
10,6 6,0 15,1 0,4 4,9 327,2
374,9
9,9
8,0
9,5
N. 13. - Het Jaarverslag van de N.B.B. bevat, in bijlage, a de weekstaten voor het verslagjaar. Het geeft eveneens een beknopte toelichting bij de voornaamste balansposten. t De elementen van de dekking der verbintenissen op zicht worden bepaald (hor artikel 4 van de wet van 9 juni 1969, die het artikel 7 alinea 2 van
2,9
2,1
331,9
1,7 7,1 15,6 0,4 5,1 373,9
10,6 5,9 15,9 0,4, 327,6
1,8 7,1 15,2 0,4 5,1 347,7
7,4
8,7
9,9
13,4
de organieke wet van du N.B.B. wijzigde, en (oor artikel 80 van de statuten van de N.B.B., dat gewijzigd werd door de buitengewone a:gemene vergadering der aandeelhouders van de N.B.B. van 5 september 1969. Deze wijziging werd goedgekeurd bij koninklijk besluit van 22 septem. ber 1969, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 7 oktober 1069.
- 91 XIII - 11..- VERRICHTINGEN IN POSTREKENING Bron :
R.P.C.
Debet
Credit Duizenden rekeningen
Totaal tegoed
Tegoed van particulieren 2
(daggcmiddelden)
Stortingen en diversen
Giro's
Cheques en diversen
Giro's
Algemene beweging
(maandgemiddelden of maanden)
3
(einde periode)
Percentages van de verrichtingen uitgevoerd zonder gebruik van chartaal geld
( miljarden (ranken)
1968
1.013
63,4
42,7
98,6
209,7
97,8
209,7
607,6
94
1969
1.022
68,0
45,1
112,5
234,0
112,5
234,0
693,0
94
1970
1.031
72,5
47,8
127,2
252,1
126,4
252,1
757,8
94
1971
1.060
79,8
51,4
147,3
288,6
147,3
288,6
871,9
95 94
1972
1.080
90,0
56,5
169,8
287,1
168,6
287,1
912,4
1973
1.092
100,7
60,2
192,9
319,7
192,0
319,7
1.024,4
94
1974
1.101
122,2
62,3
220,1
387,7
217,6
387,7
1.213,1
95
1975
1.107
139,1
65,9
249,5
450,1
248,9
450,1
1.398,7
95
1974 3° kwartaal
1.099
121,8
59,6
225,4
391,8
227,6
391,8
1.236,5
95
4e kwartaal
1.101
121,4
61,4
229,0
399,0
220,0
399,0
1.247,0
95
1975 1° kwartaal
1.102
142,6
62,6
236,3
453,0
242,7
453,0
1.385,0
95
20 kwartaal
1.102
135,8
68,0
261,3
455,4
259,6
455,4
1.431,8
94
kwartaal
1.110
132,7
66,4
233,5
419,2
234,9
419,2
1.306,8
95
4° kwartaal
1.116
145,3
66,4
266,8
473,3
259,2
473,3
L.472,6
96
1976 1° kwartaal
1.113
148,4
68,6
262,1
503,7
265,5
503,7
1.535,1
96
2° kwartaal
1.110
162,6
74,3
287,4
500,5
284,4
500,5
1.572,8
95
kwartaal
1.114
151,9
74,2
265,8
478,5
267,8
478,5
1.490,6
95
1.111
125,9
66,2
230,1
415,1
225,4
415,1
1.285,8
95
1.115
150,5
65,9
281,6
501,5
281,3
501,5
1.566,0
96
429,4
228,6
429,4
1.321,5
96
36
3°
1975 September Oktober November
1.117
126,9
64,8
234,0
December
1.116
158,0
68,4
283,8
487,6
266,7
487,6
1.525,5
95
1.115
154,2
67,5
277,0
542,4
278,2
542,4
1.640,0
96
Februari
1.114
144,0
70,2
247,0
466,9
254,5
466,9
1.435,2
96
Maart
1.113
146,8
68,0
261,2
499,5
263,3
499,5
1.523,5
95
April
1.113
154,2
71,3
289,6
525,9
269,3
525,9
1.610,7
96
Mei
1.110
159,9
76,5
288,5
497,1
283,1
497,1
1.565,8
95
Juni
1.110
173,6
75,0
284,2
478,6
300,7
478,6
1.542,0
94
Juli
1.111
164,4
75,3
292,3
510,9
293,6
510,9
1.607,7
95
Augustus
1.112
146,7
72,4
241,4
437,4
251,0
437,4
1.367,4
95
September
1.114
144,3
74,9
263,6
487,2
258,7
487,2
1.496,7
95
1976 Januari
1 Omvat het tegoed van de particulieren en van de Rijksrekenplichtigen. De cijfers over de tegoeden der particulieren per einde periode, worden in de stand van de Staatsschuld gepubliceerd (cf. tabel XVI-8).
2
3
Gemiddeld tegoed aan het einde van elke dag der maand, zowel werkdagen als niet-werkdagen. Voor een zon- of feestdag is het vernielde tegoed dat van de vorige werkdag.
- 92 XIII • 12. - ALGEMENE STAAT DER BANKEN 1 (Majarden franken)
Activa 1972 1973 1974 1976 31 december 31 december 31 december 31 december
Posten
1975 31 juli
1976 31 juli
1975 31 augustus
1970 31 augustus
8,3
9,4
25,8
14,5
33,9
384,0
452,0
382,0
448,5
162,1
143,3
152,5
137,0
160,1
26,7
29,3
25,4
30,9
25,0
29,7
183,1 32,0
209,5
190,3
233,3
215,3
230,7
151,1
40,0 169,5
28,9 161,4
50,6 182,7
44,1 171,2
51,7 179,0
2,5
1,4
1,8
1,5
2,9
1,4
3,0
48,3
45,9
52,2
56,3
56,9
58,4
58,1
59,6
Diverse debiteuren
232,7
296,8
355,7
453,2
419,0
500,9
422,9
511,0
Effecten a) Belgische overheidsfondsen b) Overige leningen el Aandelen en ileelhewijzen dl Overige effecten
280,0
343,8
386,0
412,2
412,3
441,4
411,1
439,8
240,6 38,9 0,3 0,2
285,8 56,9 0,9 0,2
320,4 64,8 0,6 0,2
356,2
358,0
54,8
53,2
1,0 0,2
0,9 0,2
389,4 51,1 0,9
356,7 53,4 0,8 0,2
388,3 .50,7 0,8 ...
Belegde wo.ttelijke reserve
1,3
1,4
1,5
1,5
1,5
1,7
1,5
1,7
Participaties al Filialen b) Overige participaties
9,1
11,0
12,6
12,6
12,4
13,0
12,5
:13,0
3,0 6,1
4,1 6,9
5,0 7,6
4,9 7,7
4,8 7,6
4,8 8,2
4,9 7,6
4,8 8,2
Oprichtings• en eerste inrichtingskosten
0,1
0,1
0,2
0,3
0,3
0,4
0,3
0,4
Gebouwen
7,4
9,3
11,2
14,0
13,8
15,9
13,9
16,1
l'articipaties in filialen voor immobiliën
0,4
0,5
0,7
0,7
0,7
0,7
0,7
0,7
Vorderingen op filialen voor immobiliën
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
Materieel en meubilair
1,1
1,3
1,6
2,1
2,2
2,6
2,2
2,6
16,1
26,1
49,6
44,1
34,4
35,2
34,3
39,5
1.097,0
1.377,0
1.616,7
1.833,6
1.728,5
1.977,4
1.741,1
1.999,8
28,8
31,9
-
-
42,9 2,3
40,6 1,6
30,9 3,2
56,9 2,1
30,5 2,4
55,0 3,7
Kas, Nationale Bank, postrekening, N.K.B.K. .. .......
18,4
31,3
25.5
10,6
9,3
Daggeld
14,4
11,4
26,9
21,5
21,1
245,2
341,4
338,3
401,7
Moedermaatschappij, succursalen en filialen
48,4
71,8
143,4
Andere te innen waarden op korte termijn
21,9
23,4
149,4
158,9
16,7 132,7
21,0 137,9
2,7
Bankiers
Wissels a) Overheidspapier b) Handelswissels * Prolongaties en voorschotten op effecten Debiteuren wegens verstrekte accepten
Diversen Totaal der activa
9,7
I
• De rubriek « handelswissels . omvat niet de : - bij de N.B.B. en de andere publieke kredietinstellingen herdisconteerde wissels - wissels « en pension . bij de publieke kredietinstellingen
t De algemene staat bevat, wat betreft de banken welke hun bedrijvigheid gJdeeltelijk in het buitenland uitoefenen, slechts de bestanddelen der activa van de Belgische zetels. De saldi van de rekeningen geopend door deze laatste op naam
von de in het buitenland gevestigde zetels zijn opgenomen onder do rubriek
« Moedermaatschappij, succursalen en filialen
- 93 XIII - 12. - ALGEMENE STAAT DER BANKEN (Miljarden franken)
Passiva 1974 1975 1972 1973 31 december 31 december 31 december 31 december
Posten
1975 31 juli
1976 31 juli
1976 1975 31 augustus 31 augustus
Operangbaur :
2,1
3,9
2,4
2,4
1,9
2,0
1,7
5,9
1,0
1,3
1,9
2,1
1,5
1,5
1,3
1,3
1,1
2,6
0,5
0,3
0,4
0,5
0,4
4,6
20,9
22,1
43,9
36,7
30,5
31,8
34,9
40,6
2,9 18,0
4,4 17,7
8,5 35,4
4,7 32,0
3,1 27,4
4,1 27,7
7,9 27,0
7,9 32,7
371,9
511,0
599,5
673,0
632,6
697,7
636,7
706,1
Moedermaatschappij, succursalen en filialen
37,4
49,5
86,7
99,5
98,4
101,2
95,4
100,8
Wissel s geaccepteerd
48,3
45,9
52,2
56,3
56,9
58,4
58,1
59,6
Andere te betalen waarden op korte termijn
8,9
10,2
9,3
13,8
12,0
14,2
11,7
15,0
Crediteuren wegens wissels ter incasso
1,6
2,5
6,3
2,7
2,5
3,3
3,0
2,7 875,3 284,7
Schuldeisers gedekt door zakelijke zekerheden a) Schuldeisers gewaarborgd door voorrechten b) Schuldeisers bij overeenkomst door zakelijke zekerheden gewaarborgd Daggeld a) Gedekt door reële zekerheden b) Niet.gedekt door reële zekerheden Bankiers
Deposito's en crediteuren al Dadelijk opvraagbaar b) Op hoogstens dertig dagen c) Op meer dan dertig dagen dl Op meer dan één jaar e) Op meer dan twee jaar J) Bankboekjes g) Andere op boekjes ingeschreven deposito's Obligaties en kasbons Nog te storten bedragen op fondsen en participaties
501,9
605,1
665,8
783,0
729,5
876,8
738,5
193,5
2,4
208,0 51,4 151,1 17,5 17,3 157,6 2,2
221,2 74,3 169,0 13,9 14,9 170,5 2,0
268,7 77,4 177,0 17,7 17,7 221,8 2,7
251,8 77,6 166,7 15,6 16,2 199,4 2,2
292,7 93,1 204,2 18,0 19,0 247,1 2,7
251,7 78,2 170,6 15,8 16,4 203,5 2,3
33,9
40,2
47,2
54,8
52,4
64,8
52,7
65,9
1,4
1,4
1,7
1,7
1,6
1,6
1,6
1,6
37,8
49,9
50,9
55,6
61,8
52,2
62,6
1.054,8
1.329,6
1.564,9
1.774,8
1.673,9
1.913,6
1.686,5
1.936,1
3,6
3,3
3,6
8,4
6,7
9,2
6,7
9,2
22,8
25,4
27,2
28,1
27,0
30,7
27,0
30,5
3,2
5,5
3,1
5,5
3,1
36,2 105,2 19,1 13,1 132,4
26,5
Diversen Totaal opvraagbaar
1
95,4 206,2 17,3 19,3 249,7 2,7
Speciaal opvraagbaar :
Achtergestelde passiva Niet. opvraagbaar :
Kapitaal Niet beschikbare reserve wegens uitgiftepremie
4,2
5,6
5,7
\Vettelijke reserve (art. 13, K.B. 185)
1,3
1,4
1,5
1,5
1,5
1,7
1,5
1,7
Beschikbare reserve
9,7
11,1
12,2
12,0
13,1
13,3
:L3,1
13,4
Andere reserves 2
-
-
-
4,8
-
5,0
-
5,0
Reservefonds
0,6
0,6
1,6
0,8
0,8
0,8
0,8
0,8
38,6
44,1
48,2
_50,4
47,9
54,6
47,9
54,5
1.097,0
1.377,0
1.616,7
1.833,6
1.728,5
1.977,4
1.741,1
1.999,8
Totaal niet opvraagbaar
Totaal der passiva
1 De algemene staat bevat, wat betreft de banken welke hun bedrijvigheid gedeeltelijk in het buitenland uitoefenen, slechts de bestanddelen der passiva van de Belgische zetels. De saldi von de rekeningen geopend door deze laatste op naam van de in het buitenland gevestigde zetels zijn opgenomen onder de rubriek loedermnatschappij, succursalen en filialen ».
2
Nieuwe rubriek. V66r 31 oktober 1975 werden de onder deze rubriek opgenomen bedragen deels opgenomen onder a Niet beschikbare reserve wegens uitgifte. premie • en deels onder a Beschikbare reserve o.
XIII • 18. - GEZAMENLIJKE BETALINGEN DOOR MIDDEL YAN DIRECT OPEISBARE BANKDEPOSITO'S IN BELGISCHE FRANKEN EN VAN TEGOEDEN IN POSTREKENING Gebruiksfrequentie 2 (herleid in type-maanden van 25 dagen)
Maandgemiddelden per kwartaal DIRECT OPEISBARE BANKDEPOSITO'S
_
4,6
4.6 -
-
-
_
3.8
3.8 -
-
3,0
3,0
t
1
1
I
1
1
I
t
1
1
1
1
t
1
1
1
1
i
t
t
I
I
I
I
I
I
i
I
e
POSTREKENINGEN 5.4
5,4 •
4.6
3,8
4,6
3,8
I 1968
■
1
t
1
1
1
1
1
I
t
t
1
1
1
I
Gezamenlijke betalingen uitgedrukt in type-maand van 25 dagen door middel van Maandgemiddelden of maand
direct opeisbare bankdeposito's 3
tegoeden in postrekening
Totaal
4
(miljarden franken
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975 1.974 3 0 kwartaal 4 0 kwartaal
1975 10 kwartaal
20 kwartaal 30 kwartaal 40 kwartaal 1976 1e kwartaal 2° kwartaal 30 kwartaal :1975 September Oktober November December 1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September
236,6 280,6 325,7 375,7 435,4 522,5 646,6 709,6 636,7 708,0 673,9 738,1 658,6 767,7 752,1 843,1 813,7 661,6 743,3 701,5 858,2 728,5 755,1 772,8 799,3 845,6 884,3 800,1 806,5 834,5
174,0 194,9 207,3 234,4 266,4 293,3 353,5 408,4 339,8 365,2 415,8 430,9 370,9 416,1 445,2 470,8 420,5 369,9 400,8 425,3 422,1 460,6 453,3 421,7 467,1 495,8 449,6 430,6 399,0
2
410,6 475,5 533,0 610,1 701,8 815,8 1.000,1 1.118,0 976,5 1.073,2 1.089,7 1.169,0 1.029,5 1.183,8 1.197,3 1.313,9 1.234,2 1.031,5 1.144,1 1.126,8 1.280,3 1.189,1 1.208,4
1.194,5 1.266,4 1.341,4 1.333,9 1.230,7 1.205,5 1.266,4
431,2
t Benaderende gegevens volgens het totaal der debetverrichtingen (incl. de rekeningen van de vreemdelingen en de debetverrichtingen met betrekking tot 'wielingen aan het buitenland). De gebruiksfrequentie wordt verkregen door deling von het bedrag der debiteringen op de rekeningen van de direct opeisbare bankdeposito's in Belgische franken of op de postrekeningen van de particulieren en de buitengewone Rijksrekenplichtigen door de gemiddelde tegoeden op deze rekeningen tijdens de beschouwde periode. De banken die medewerken aan de opstelling van de statistiek vertegenwoordigen, gemeten naar de belangrijkheid van de dadelijk opvraagbare deposito's in Belgische franken van hun cliënteel (excl. banken), ongeveer 98 pet. van de gezamenlijke banken.
i
t
i
1974
1972
1970
1
4
1
1 1976
Gebruiksfrequentie bruto
t
2
uit gedrukt in type-maand van 25 dagen
direct opeisbare bankdeposito's 3
direct opeisbare bankdeposito's 3
tegoeden in postrekening
2,78 3,06 3,36 3,31 3,28 3,41 4,03 3,91
2,74 3,03 3,33 3,28 3,25 3,38 3,99 3,88 3,85 4,39 4,04 4,03 3,44 4,06 8,85 4,09 3,88 3,42 3,98 3,79 4,38 3,69 3,91 3,96 4,01 4,15 4,11 3,69 3,88
3,83 4,07
3,95 4,45 4,04 4,04 3,44 4,12 3,96 4,04 3,99 3,56 4,30 3,49 4,56 3,83 3,76 4,28 4,01 3,99 4,11 3,83 3,88 4,25
4,09
4,13 4,24
4,15 4,41 r 4,78 r 5,05 r 4,65 r 4,87 r 5,44 5,15 4,53 5,10 5,27 5,04 4,49 4,53 4,9G 5,35 4,99 5,53 5,28 5,00 5,22 5,19 4,73 4,51 4,41 4,56
Uit de brutogegevens werden de dubbel getelde overschrijvingen verwijderd, die voortvloeien uit de inrichting van de Ilijksboekbouding en waarvan een telling mogelijk was.
N. B. - Wijze van opstelling : zie Tijdschrift voor Documentatie on Voorlichting, XXVe jaargang, deel II, or 4, oktober 1070, blz. 222.,
Bibliografische referenties :
Jaarverslagen van de N.13.13. - Belgisch Staatsblad : Algemene staat der banken. - Statistisch Jaarboek voor - Statistisch Tijdschrift van het N.1.S. - Belgische economische en Voorstatistieken 19110-1970. - Tijdschrift voor Documentatie lichting : XLe jaargang, deel 1, nr 1, januari 1966. blz. 21; XLIIe jaar.
gang, deel I, nr I, januari 1907, hlz. 10: deel II, nr 8, september 1007, blz. 213. - Jaarverslag ren de Banhcom missie.
95 -
XIV. - NIET-GELDSCHEPPENDE FINANCIELE INSTELLINGEN 4.
-
VOORNAAMSTE ACTIVA EN PASSIVA VAN HET RENTENFONDS (Miljarden franken)
Bron : Jaarverslagen van het Rentenfonds. Passiva
Activa Portefeuille Einde periode
Genoteerde waarden
Uitgeleend
SchatkistAndere certificaten schatkisttranche B certificaten nominale waarde
bij de N.B.B.
Certificaten van het Rentenfonds
Opgenomen geld op zeer korte termijn
Debetsaldo bij de N.B.B.
0,1
6,3
...
...
op zeer korte termijn
1967
5,9
3,6
1968
8,0
5,1
..•
• ..
0,4
8,9
1,3
...
1969
7,8
4,7
•••
•••
...
8,4
0,6
...
1970
6,9
4,2
• .•
...
1,1
8,7
...
1971
9,1
6,7
•••
-••
..•
9,5
2,9
...
1972
15,2
8,3
•••
•••
2,5
10,9
9,0
2,5
1973 September
15,4
0,9
...
•••
...
11,2
1,2
...
December
15,7
9,1
• -•
.•.
...
12,7
8,0
...
15,8
9,1
..•
• ..
...
11,7
4,4
4,4
Juni
15,5
9,1
7,8
•••
...
7,3
3,5
17,0
September
14,7
9,1
• -•
...
14,7
1,2
3,7
December
12,2
9,1
• .•
• ..
0,7
18,1
...
...
12,8
•••
..•
• ..
7,4
16,3
...
...
Februari
10,4
•••
-.•
• ..
9,2
15,9
...
...
Maart
10,0
9,1
..•
...
1,2
16,3
...
...
April
9,6
•••
•••
...
8,5
14,4
...
...
Mei
9,0
6,0
•••
..•
6,5
17,7
...
...
Juni
9,2
6,0
4,6
...
...
14,8
•••
1,2
10,2
6,0
•••
...
4,9
17,4
...
...
Augustus
10,8
5,4
•••
•••
6,5
18,9
...
...
September
11,8
6,0
"'
•••
5,0
18,1
••.
0,9
Oktober
13,2
...
•••
• .•
10,6
20,0
November
14,5
•••
•••
...
7,0
17,7
...
...
December
17,9
6,0
..•
•••
2,8
20,1
0,3
2,9
1974 Maart
1975 Januari
Juli
...
XIV • 5. - ALGEMENE SPAAR- EN LIJPRENTEKAS 5a.
Spaarkas
-
Verrichtingen van de gezinnen (Miljarden franken) Bron : ASLK.
Deposito's 1 : overschotten of tekorten van de stortingen t•o.v. de opvragingen (maandgemiddelden of maanden) 2,4 -
1974
10
1975 1,6
1976 8
0,8
6
0
68
74
72
70
4
I
/ .....
/
•••• .....
....
•.,, is..
/
......"1
2
4,...
‘
.. .......
■
'
2
■
/ / \ ‘
•••*1
■
0
0
_2
-2 D
D
M
Spaarbons 2
Deposito's 1 Periode
1968 1969 1970 :971 1972 1973 1974 1975 1974 3 0 kwartaal 40 kwartaal 1975 le kwartaal 20 kwartaal 3 0 kwartaal 40 kwartaal 1.976 10 kwartaal 20 kwartaal 3e kwartaal 1975 September Oktober November December 1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September
Stortingen 3
Opvragingen
Overschot of tekort
Saldi 4
Totaal
Bedrag in omloop einde periode
«5 )
e
( 4))+((55
(1)
(2)
(g) = (1) - (2)
(4)
(l)
51,0 60,5 73,7 91,9 120,4 152,9 196,1 244,4
43,8 57,0 70,7 78,1 101,6 137,5 183,0 216,9 45,4 49,0 50,0 52,8 52,1 62,0 64,7 70,9 67,8
7,2 3,5 3,0 13,8 18,8 15,4 13,1 27,5 1,2 8,8 3,8 7,8 4,3 11,6 4,6 5,4 2,1
142,3 150,4 158,7 178,2 202,9 225,4 248,5 287,5
1,7 3,6 7,2 12,3 14,6 20,1 29,8 39,9
144,0 154,0 165,9 190,5 217,5 245,5 278,3 327,4
229,7 248,5 252,3 260,1 264,4 287,5 292,1 297,5 299,6
26,2 29,8 35,2 37,8 39,2 39,9 42,3 45,2 47,4
255,9 278,3 287,5 297,9 303,6 327,4 334,4 342,7 347,0
18,4 22,4 18,6 21,0
0,4 7,9 0,2 3,5
39,2 39,6 39,9 39,9
303,6 311,9 312,4 327,4
21,1 20,5 23,1 23,2 22,5 25,2 22,8 20,7 23,8
3,1 1,0 0,5 0,9 1,9 2,6 2,0 0,9 - 0,8
264,4 272,3 272,5 287,5 290,6 291,6 292,1 293,0 294,9 297,5 299,5 300,4 299,6
40,9 41,9 42,3 43,2 44,3 45,2 46,0 46,9 17,4
331,5 333,5 334,4 336,2 339,2 342,7 345,5 347,3 347,0
v
46,6 57,8 53,8 60,6 56,4 73,6 69,3 76,3 69,4:
v
18,8 30,3 18,8 24,5 24,2 21,5 23,6 24,1 24,4 27,8 24,8 21,6 23,0
t Gewone spaarboekjes, inclusief de inlagen op voonspaarrekeningen, deposito's op termijn, deposito's op korte termijn en met opzegging, dotatieboekjes en dadelijk opvraagbare tegoeden. 2 Inclusief de groei- en kapitalisatiebons
(
)
3 Inclusief de vervallen intresten van de deposito's op termijn. 4 Inclusief de gekapitaliseerde intresten van het boekjaar van de gewone
spaarboekjes en do dadelijk opvraagbare tegoeden. Voor hot jaar 1975 bedragen de gekapitaliseerde intresten 11,5 miljard fr.
- 97 XIV - 5. - ALGEMENE SPAAR- EN LIJFRENTEHAS
5b.
-
Voornaamste posten tilt de balansen van de Spaarkas (Miljarden franken)
Bron : ASLK.
1967 81 dec.
1968 81 dec.
1969
81 dec.
1970 31 dec.
1971 81 dec.
1972 81 dec.
1978 81 dec.
1974 81 dec.
1975 81 dec.
ACTIVA 0,5
2,3
0,7
0,8
1,2
1,8
3,0
2,1
2,5
29,9 17,8 0,2 1,5
33,0 18,0 0,5 1,5 ... 0,1 9,7 10,0
37,9 16,1 0,4 1,9 ... 0,4 4,0 10,4 1,9
39,7 15,2 ... 2,7 ... 0,4 5,5 15,8 1,6
41,3 13,9 ... 2,1 ... 0,3 9,5 22,3 1,9
42,8 11,9 ... 2,9 ... 0,6 5,5 19,1 2,2
48,4 11,3 ... 3,6 ... 1,1 1,9 16,5 2,2
50,8 10,5
53,6 12,1 ... 4,2
66,1
72,8
73,0
80,9
91,3
85,0
85,0
85,2
114,2
19,5
19,7
20,9
20,4
24,5
31,2
37,5
47,2
55,2
22,8
24,5
27,0
27,3
33,3
39,3
40,0
55,8
61,2
2,4
2,7
3,3
3,2
5,8
7,3
8,9
9,2
11,3
1,1
1,0
1,1
1,5
1,6
5,4
6,0
6,2
9,6
1,0 7,6 5,6
1,1 8,6 6,0
1,2 10,2 6,4
1,2 11,6 6,5
1,1 13,9 6,3
1,0 20,3 6,4
1,1 29,2 6,8
1,2 37,6 7,2
1,2 44,1 7,6
27,5
29,0
30,6
31,7
32,3
34,4
36,4
38,3
42,0
--
1,5
6,6
10,9
15,7
20,4
24,9
31,7
37,6
Totaal ...
87,5
94,1
107,3
114,3
134,5
165,7
190,8
234,4
269,8
Vervallen inkomsten uit beleggingen en prorata van intresten Vervallen effecten van de portefeuille ...... Monetaire reserve bij de N.B.B. )iversen
3,3 4,1 -1,3
3,6 5,3 -2,1
4,1 5,8 -3,4
4,4 7,0 -4,6
5,2 7,0 -6,7
5,8 11,1 1,8 11,0
7,9 13,0 5,1 15,1
9,4 3,8 2,2 19,7
11,0 3,9 24,9
Totaal der activa ...
162,8
180,2
194,3
212,0
245,9
282,2
319,9
356,8
426,3
Beschikbaar 1 Voorlopige beleggingen : Wissels op België Voorschotten aan de nijverheid Landbouwkrediet Exportkrediet Beleningen Persoonlijke leningen Bankaccepten Schatkist- en Rentenfondscertificaten Daggeldleningen Totaal ... Definitieve beleggingen : Directe staatsschuld Indirecte staatsschuld en effecten met staatswaarborg Obligaties van het Gemeentekrediet, van provincies en gemeenten Obligaties van Belgische vennootschappen en diversen Voorschotten aan de Staat voortvloeiende uit de betaling van de bijkomende vergoeding aan de politieke gevangenen, voorschotten aan het Nationale Werk voor Oorlogsinvaliden en diverse voorschotten Hypothecaire leningen Landbouwkrediet Voorschotten aan de N.M.H., aan de erkende vennootschappen en aan de gemeenten bestemd voor de bouw van volkswoningen Kredietopeningen (industrieel, landbouwen beroepskrediet en kredieten aan universiteiten)
-4,1 11,2 1,4
.
4,9 ... 1,0 0,3 15,0 2,7
1,2 3,6 36,7 2,8
PASSIVA Opvraagbaar :
Inlagen op spaarboekjes en spaarbons 2 : Particulieren Openbare en andere instellingen Totaal ... Inlagen op rekeningen-courant 2 Ontwikkelingsfonds der Vrije Universiteiten
131,2 6,9 138,1
144,1 8,4 152,5
154,0 9,9 163,9
165,8 11,5 177,3
190,4 17,8 208,2
217,5 24,0 241,5
245,6 27,0 272,6
270,7 29,8 300,5
327,5 31,0 358,5
7,3 --
8,7 --
9,4 --
11,9 --
12,6 0,8
11,1 1,6
10,0 3,6
13,4 6,0
19,9 7,2
14,9 2,5 162,8
16,2 2,8 180,2
17,5 3,5
18,0 4,8 212,0
18,6 5,7 245,9
20,1 7,9 282,2
21,5 12,2 319,9
21,2 15,7
20,7 20,0 426,3
Niet opvraagbaar : -
Dotatiefonds, fonds voor diverse voorziene uitgaven, reservefonds en provisies Diversen Totaal der passiva ...
1 Deze post omvat hoofdzakelijk de kasmiddelen en de rekeningtegoeden bij de N.B.B. en het, B.P.•.
194,3 2
Inclusief de gekapitaliseerde rente.
356,8
- 98 -
XIV - 5. - ALGEMENE SPAAR- EN LIJFRENTEKAS 50. - Voornaamste posten uit de balansen van de Llgrentekassen (Miljarden franken) Bron 1967 31 dec.
1968 31 dec.
1069 31 dec.
1970 31 dec.
1971 31 dee.
1972 31 dec.
1973 81 dec.
1074 91 dec.
I
1975 31 dec.
ACTIVA Definitieve beleggingen : Directe Belgische staatsfondsen Indirecte Belgische staatsfondsen en door de Staat gewaarborgde effecten Obligaties van het Gemeentekrediet, van provincies, steden en gemeenten ...... Obligaties van Belgische vennootschappen en diversen Hypothecaire leningen Voorschotten aan de openbare kas van lening, diversen Totaal
7,6
7,5
8,1
7,7
7,9
9,6
8,5
8,8
8,5
17,3
14,0
13,6
13,9
13,9
12,4
13,7
13,2
14,1
7 ,0
1,0
1,0
0,9
0,9
0,8
0,6
0,5
0,5
0,7 0,1
0,6 0,1
0,5
0,6 0,1
0,5
0,5
0,4
0,4
0,4
0,1
0,1
0,2
0,2
26,8
23,4
23,5
23,2
23,2
23,3
23,2
22,9
23,5
23,3 4
23,2
23,1
23,2
23,4
0,9
1,0
1,0
1,1
1,1
24,2
24,2
24,1
24,3
24,5
PASSIVA Itentenfonds 1
14,0
Wiskundige reserves 2
14,4
14,1
14,0
13,9
9,8
10,3
9,8 ,
Reservefonds Totaal
28,4
23,9
23,8
24,2
De zuiver wiskundige reserves werden verhoogd met een bepaa l d bedrag voor dekking van de kosten van uitkering der renten en van beheer en voor de vorming van een veiligheidsmarge. Pensioen van de Zelfstan3 In 1968 werden de reserves van het beheer digen » (4,8 miljard frank) afgestaan aan de Rijksdienst voor du eocia:e verzekeringen der zelfstandigen. Wiskun4 Vanaf 1971 wordt het onderscheid tussen • Rentenfonds • en dige reserves • niet meer gegeven.
1 Het Rentcufonds omvat de reserves betreffende de uit de « Algemene Wet • voortvloeiende renten. Deze reserves omvatten de. wiskundige reserves, de veiligheids- en de beheersreserves evenals de provisie, maar niet de reserves betreffende de renten gevestigd krachtens de wet van 16 maart 1865. Deze reserves komen voor in de iniansen van de Levensverzekeringskas, onder de rubriek • Wiskundige reserves en provisies ».
2
1111/ • 5. - ALGEMENE SPAAJR• EN LIJFRENTEKAS 5d. - Voornaamste posten uit de balansen van de Levensverzekeringskas (Miljarden franken) Bron : ASLK. 1969 31 dec.
1917 I 1968 31 dec. I 31 dec.
1970 31 dec.
1971 91 dee.
1972 31 dec.
1079 St dec.
1974 I 31 dec. I
1075 31 dec.
ACTIVA Definitieve beleggingen : Directe Belgische staatsfondsen Indirecte Belgische staatsfondsen de Staat gewaarborgde effecten
2,8
2,7
2,7
3,1
2,8
3,9
4,0
4,4
4,7
7,9
7,4
7,3
6,9
G,7
en door 6,5
7,4
8,2
8,4
Obligaties van het Gemeentekrediet, van provincies, steden en gemeenten
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
Obligaties van Belgische vennootschappen
0,3
0,3
0,2
0,2
0,2
0,2
0,1
0,1
0,1
0,4
1,0
1,9
3,0
4,5
Hypothecaire
leningen
Volkswoningen : Voorschotten aan erkende vennootschappen en aan de Nationale Maatschappij voor Huisvesting Totaal
0,3 10,0
0,4
0,4
0,5
1,8
2,0
2,1
2,1
2,2
10,9
11,6
12,3
13,2
14,5
15,4
16,5
18,2
PASSIVA Wiskundige reserves en provisies 1
6,7
7,1
7,6
7,9
8,2
8,9
10,1
11,0
12,4
Reserve- en repartitiefonds
3,3
3,6
4,0
4,3
4,7
5,2
5,5
5,9
6,3
10,0
10,7
11,6
12,2
12,9
14,1
15,6
16,9
18,7
Totaal ...
1 Inclusief de reserves betreffende de krachtens de wet van 16 maart 1865 gevestigde renten.
I
-9 9XIV • 6.
-
NATIONALE MAATSCHAPPIJ VOOR KREDIET AAN DE NIJVERHEID
Voornaamste balansposten per 31 december (Miljarden franken) Bron : Jaarverslagen van de N.M.K.N. 1967
1968
1969
1970
1971.
1972
1978
1974
1975
ACTIVA Eitsta,ande kredieten : Investeringskredieten op lange en halflange termijn : 1° door de Staat gewaarborgd 20 door banken en financiële instellingen gewaarborgd 30 waarvan het risico door de Instelling gedragen wordt
22,2
24,2
26,7
28,4
30,3
30,8
33,5
36,9
40,8
14,6
18,0
23,4
29,2
33,4
33,5
37,8
44,1
44,9
34,9
41,5
44,8
49,1
53,3
54,0
55,5
60,2
63,3
Herstelkredieten (oorlogs- en waterschade)
1,1
1,0
0,9
1,0
0,9
0,7
0,6
0,4
0,3
Warrantkredieten gewaarborgd
0,3
0,1
Handelskredieten
0,9
1,3
1,8
1,5
1,3
2,0
2,4
2,7
5,3
Exportkredieten betaalbaar op halflange en op lange termijn
2,1
2,1
2,7
3,8
3,1
4,5
5,7
8,3
7,4
Kredieten beheerd voor rekening van de Staat 1
4,0
5,0
5,7
5,9
6,2
6,3
6,8
8,0
10,3
Diverse beleggingen op korte termijn
8,0
9,2
13,9
18,7
19,6
19,7
16,8
18,0
22,1
Diversen
5,0
3,0
3,0
3,8
4,8
6,4
7,9
6,9
7,1
93,1
105,4
122,9
141,4
152,9
157,9
167,0
185,5
201,5
(steenkolenmijnen) door de Staat
Totaal
PASSIVA Obligaties
57,4
65,6
75,6
87,1
98,5
100,5
105,4
115,1
119,7
Kasbons
9,1
12,1
15,3
19,2
18,7
20,3
21,5
22,3
27,4
Deposito's en diverse leningen (o.m. in vreemde valuta's)
8,8
9,3
11,7
13,0
12,9
13,3
17,0
22,3
22,7
1,3
1,3
1,2
1,2
1,2
1,1
1,1
1,0
0,9
2,5
3,3
3,6
4,0
4,4
4,6
5,2
6,5
8,9
14,0
13,8
15,5
16,9
17,2
18,1
16,8
18,3
21,9
93,1
105,4
122,9
141,4
152,9
157,9
1t7,0
185,5
201,5
Belgische Staat : Marshall-hulpfonds Fonds voor het uitreden en het aanbouwen Van zeeschepen Diversen Totaal
1 liet betreft hulpverlening aan ondernemingen in moeilijkheden, kredieten hoofdzakelijk gefinancierd door het Marshall-hulpfonds en het Fonds voor het uitreden en het aanbouwen van zeeschepen, en, in de tweede plaats. door
het Fonds voor Hulpverlening aan de Steenkolennijverheid en het Fonds voor Hulpverlening aan de Belgische uit Afrika teruggekeerde ex-kolonisten.
-
100 -
XIV - 7. - ALGEMENE STAAT DER PRIVATE SPAARKASSEN (Miljarden franken)
Activa 1972 31 dec.
1973 31 dec.
1974 31 dec.
1975 31 dec.
1975 31 aug.
1976 31 aug.
1975 30 sept.
1976 30 sept.
Kas, Nationale Bank, Postrekening
2,0
4,3
3,0
1,5
0,8
1,0
0,8
0,9
Daggeld
0,2
0,4
0,4
1,0
0,4
0,7
0,5
0,1
Tegoeden bij financiële instellingen
6,4
7,8
7,7
11,9
10,3
:13,5
9,9
11,4
Schuldvorderingen en waarden op korte termijn (maximum één maand)
1,2
1,6
1,7
1,8
1,4
1,7
1,6
1,9
Flandelspapier en facturen
1,2
1,4
3,6
2,1
1,8
3,4
2,1
3,1
-
-
-
-
-
-
-
-
9,4
12,2
16,5
21,0
18,6
25,1
19,1
26,0
82,8
93,1
103,0
131,7
129,7
147,7
:1.30,0
:1.50,0
Posten
Acceptdebiteuren Voorschotten, kredietopeningen en leningen zonder hypothecaire waarborg Effectenportefeuille en participaties a) Schatkist- en Rentenfondscertificaten op hoogstens één jaar b) Overheidsfondsen en gelijkgestelde effecten bedoeld in artikel 12, § 1, 4 0, van de gecoordineerde bepalingen : 1. Directe en indirecte schuld van de Belgische Staat 2. Andere overheidsfondsen en gelijkgestelde effecten c) Obligaties van Belgische vennootschappen d) Aandelen, deelbewijzen of participaties van Belgische vennootschappen e) Andere effecten
(0,9)
(0,8)
(1,8)
(1,6)
(2,7)
(2,7)
(3,3)
(1,7)
(31,0)
(34,0)
(37,2)
(48,9)
(46,4)
(56,5)
(46,0)
(59,6)
(40,9) (6,6)
(47,1) (7,4)
(51,3) (8,0)
(61,8) (13,2)
(62,9) (12,0)
(68,6) (:1.3,5)
(62,6) (12,3)
(68,5) (13,8)
(1,4) (2,0)
(1,6) (2,2)
(2,4) (2,3)
(3,1) (3,1)
(2,9) (2,8)
(3,3) (3,1)
(2,9) (2,9)
(3,3) (3,1)
llypothecaire leningen en hypothecaire kredietopeningen
94,5
110,8
127,3
1,4
1,6
1,9
0,6
0,7
Aandeelhouders of leden-vennoten Diverse
debiteuren
143,4 .
134,5
1.58,8
137,1
161,0
2,4
2,3
2,9
2,3
2,9
0,9
1,4
1,2
1,6
1,6
1,7
1,0
1,0
].,0
1,0
1,1
1,1
1,0
1,1
200,8
235,0
267,0
319,3
302,0
357,4
306,0
360,0
inrichtingskosten en andere immateriële activa
...
...
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
Gebouwen en gronden
2,6
3,0
3,3
3,0
3,6
3,3
3,6
3,4
Diversen Totaal van het beschikbaar en realiseerbaar
...
0,2
0,3
1,0
0,4
1,0
0,4
1,0
Materieel en meubilair
0,2
0,2
0,2
0,2
0,2
0,3
0,2
0,3
Roerende leasing
...
0,1
0,2
0,2
0,2
0,2
0,2
0,2
Wettelijke verplichte borgstellingen
...
...
...
...
...
-
...
...
2,8
3,5
4,1
4,5
4,5
4,9
4,5
5,0
4,3
5,2
6,3
8,3
6,0
9,2
5,7
9,2
207,9
243,7
277,4
332,1
312,5
371,5
316,2
374,2
189,8
224,5
256,9
306,9
289,8
344,2
292,9
346,4
187,3
221.3
253,4
302,6
285,5
338,9
288,3
341,1
Onroerende
leasing
Totaal van het vastliggend Overgangsrekeningen
1 Totaal der activa
waarvan : beleggingen bij voorrecht bestemd om de terugbetaling te waarborgen van de spaarfondsen bedoeld in artikel 1 van de geco3rdineerde bepalingen nuttige pandwaarde van deze beleggingen na aftrek van de passiva die betrekking hebben op deze beleggingen t Inclusief de resultatenrekeningen.
,
-
1 01
-
XIY • 7. - ALGEMENE STAAT DER PRIVATE SPAARKASSEN (Miljarden franken)
Passiva 1972 31 dec.
Posten
1973 31 dec.
1974 31 dec.
1975 31 dec.
1975 31 aug.
1976 31 aug.
I
1975 30 sept.
1979 30 sept.
Spaarfondsen : Bedoeld in artikel 1 van de gecoördineerde bepalingen, terugbetaalbaar binnen termijnen van I : a) ten hoogste twee jaar b) meer dan twee jaar maar minder dan vijf jaar c) vijf jaar of meer Bedoeld in artikel 23, § 5, van het koninklijk besluit nr 11 van 18 april 1967
240,5 23,3 68,1
219,8 20,5 61,1
240,3 23,6 68,6
0,3
0,3
0,3
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
187,1
220,5
251,8
301,5
280,5
332,0
282,2
332,6
Technische reserves
1,0
1,1
1,1
1,2
1,2
1,2
1,2
1,3
Reconstitutiefondsen
2,1
2,3
2,5
2,8
2,7
3,0
2,7
3,0
0,1
0,1
0,1
0,3 0,3 .
Totaal van de spaarfondsen
Schuldeisers gedekt door zakelijke zekerheden
0,3
0,3
0,4
0,5
0 , II.
Leningen : a) daggeld b) bij de Nationale Bank c) bij andere financiële instellingen
... ... 0,1
... ... 0,1
...
-
. . . 0,1
0,2
0,5 0,1
0,1 0,3
0,5 0,2
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
0,4
0,5
0,5
' 0,4
0,4
0,5
0,4
0,4 0,5
Geaccepteerde
wissels
Herd i scon teerders Mobilisering van hypothecaire leningen vermeld onder de rubriek « Hypothecaire leningen en hypothecaire kredietopeningen » van het actief Andere verbintenissen op hoogstens één maand
0,5
0,6
0,5
0,9
0,2
0,3
0,3
Diverse crediteuren
1,1
1,0
1,1
1,2
1,6
:1,3
1,8
1,7
Voorzieningen voor lasten
0,5
0,6
0,5
1,2
0,8
1,4
:I , 3
1,3
1,2
1,0
1,0
1,1
1,0
1,0
1,0
1,0
194,3
228,0
259,5
311,0
289,1
341,2
291,7
342,5
Eigen middelen : a) kapitaal b) wettelijke reserve c) andere reserves
5,0 0,4 4,4
5,2 0,5 5,5
5,6 0,5 6,2
6,5 0,5 6,6
6,3 0,5 6,6
7,3 0,6 7,1
6,3 0,5 6,6
7,4 0,6 7,0
Actiefrechtzettingen
0,3
0,4
0,4
0,8
0,3
0,7
0,3
0,8
3,5
4,1
5,2
6,7
9,7
14,6
10,8
15,9
207,9
243,7
277,4
332,1
312,5
371,5
316,2
374,2
113.2 27,9 45,7
136,7 30,3 53,2
155,6 31,8 64,1
Diversen Totaal van het opvraagbaar
Overgangsrekeningen
2 Totaal der passiva
1 Vóór 81 december 1975 : Deposito's op minder dan 2 jaar Deposito's op 2 jaar en meer Obligaties en kasbons 2 Inclusief de resultatenrekeningen.
173.5 34.3 72,6
174.3 34.6 73,2
XIV • 8. - GEMEENTEHREDIET VAN BELGIE Brun : Gemeentekrediet
(Miljarden franken)
van België.
Verrichtingen in rekening-courant van de gewestelijke en plaatselijke overheid en van de, instellingen van de provinciale en gemeentelijke sectoren (gewone uitgaven)
Financiering van de investeringsuitgaven van de gewestelijke en plaatselijke overheid en van de instellingen van de provinciale en gemeentelijke sectoren Rekeningen e Toelagen en leningsgelden » Opvragingen
Stortingen
Periode
Saldo beschikbaar bij de aanvang van de periode
(1)
Leningen ter beschikking gesteld van de kredietnemers Leningen waarvan de lasten door de kredietnemers gedragen worden (2)
Kapitaaltoelagen gestort door de Staat en de provincies en andere ontvangsten
Leningen waarvan de lasten door de Staat aan de kredietnemers worden terugbetaald 4131
Totaal
Voor de terugbetaling ven leningen
Voor betaling van buitengewone uitgaven
(6)
(7)
(2 ) + (3 ) -I- (4)
(4)
= (5)
( 3) + ( 7 )
= (8)
(1) + (5) - (8)
= (A)
Kredietverplichtingen van het Gemeentekrediet van België
(aan het einde van de periode)
(10)
Gemiddelde van de gezamenlijke dagelijkse saldi
Credit
Debet
(11)
(12)
(18)
Totaal van de over het debet van die rekeningen uitgevoerde betalingen
(14)
16,6 21,9 25,1 26,8 30,3 33,5 42,2 47,6
17,0 22,7 25,6 27,6 31,0 34,3 43,1 48,7
7,6 8,8 9,9 10,3 11,1 13,1 15,5 18,4
98,4 111,7 127,2 140,2 157,3 178,6 204,4 234,5
10,2 10,0 10,3 15,3 15,2 20,5 18,0 24,0
3,5 4,0 4,7 5,1 5,9 5,9 7,6 7,4
4,0 5,5 6,5 7,3 8,7 12,0 17,5 25,8
63,5 80,8 99,7 108,5 106,8 125,2 152,1 198,6
0,3
11,3 12,3
11,3 12,6
15,7 15,5
197,4 204,4
20,3 18,0
5,9 7,4
21,4 19,7
37,4 37,9
10,7 13,6 13,3 14,0
0,3 0,2 0,3 0,3
10,4 11,3 11,9 14,0
10,7 11,5 12,2 14,3
15,5 17,6 18,7 19,4
209,1 217,1 227,2 234,5
19,0 22,6 23,2 24,0
7,8 8,0 5,9 8,0
23,9 22,6 29,1 27,4
58,9 43,8 47,3 48,6
3,3 3,2 2,4
13,5 16,2 16,1
0,2 0,2 0,5
13,0 13,9 13,7
13,2 14,1 14,2
18,7 20,7 22,5
241,5 253,7 264,3
27,4 27,4 27,3
8,8 9,3 7,1
29,9 31,2 33,0
63,4 49,8 61,4
0,7 0,6 0,5 0,4
0,9 1,0 0,7 1,2
5,4 5,2 3,7 5,1
0,2 0,1 0,1 0,1
4,5 4,7 4,1 5,2
4,7 4,8 4,2 5,3
18,7 19,1 18,6 18,4
227,2 229,5 232,1 234,5
23,2 22,5 22,5 24,0
5,2 6,2 8,1 9,7
30,5 30,5 26,3 25,4
12,7 17,0 13,9 17,7
0,4 0,6 0,4 0,6 0,3 0,7 0,8 0,6 0,4
1,1 1,0 1,2 1,0 1,1 1,1 0,6 0,8 1,0
3,8 4,5 5,2 5,3 5,2 5,7 5,6 4,8 5,7
4,2 4,0 4,8 4,2 4,2 5,5 5,1 4,4 4,2
4,2 4,1 4,9 4,2 4,3 5,6 5,3 4,6 4,3
18,0 18,4 18,6 19,7 20,5 20,6 20,9 21,1 22,5
232,3 239,1 241,5 245,0 245,6 253,7 255,9 259,7 264,3
24,1 28,2 27,4 27,2 27,9 27,4 28,3 28,6 27,3
8,5 9,4 8,4 10,7 8,7 8,4 6,8 7,4 7,1
29,6 28,2 31,8 29,6 31,8 32,1 35,1 32,0 32,0
28,5 16,9 18,0 18,9 15,7 15,2 31,4 15,3 14,7
3,0 5,0 4,0 5,7 6,2 6,7 •9,3 10,5
18,8 23,9 26,8 27,9 31,8 36,3 45,5 51,6
0,4 0,8 0,5 0,8 0,7 0,8 0,9 1,1
1,4 1,2
2,1 2,9
11,6 12,4
6,6 10,0 9,6 9,6
1,2 1,2 1,4 1,5
2,9 2,4 2,3 2,9
18,4 18,6 20,6
8,8 11,4 11,9
1,4 1,6 1,8
1975 September Oktober November December
18,0 18,7 19,1 18,6
3,8 3,6 2,5 3,5
1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli
18,4 18,0 18,3 18,6 19,6 20,5 20,6 20,9 21,1
2,3 2,9 3,6 3,7 3,8 3,9 4,2 3,4 4,3
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
5,8 7,6 8,7 10,0 10,3 11,1 13,1 15,5
13,1 15,9 19,8 18,9 22,1 25,9 31,5 35,8
2,7 3,0 3,0 3,3 3,5 3,7 4,7 5,3
1974 3e kwartaal 4" kwartaal
15,4 15,7
8,1 8,3
1975 le kwartaal 20 kwartaal 3e kwartaal 4" kwartaal
15,5 15,5 17,6 18,7
1976 le kwartaal .. 2 5 kwartaal 3 5 kwartaal
Augustus September
Totaal
Saldo beschikbaar aan het einde van de periode
Schuld op korte, halflange en lange termijn tegenover het Gemeentekrediet van België
.
...
...
0,1 0,1 ...
0,1 0,1 0,2 0,2 0,1
- 103 XIV - 9. - LEVENSVERZEKERINGSMAATSCHAPPIJEN
Voornaamste balansposten (Miljarden franken)
Belgische maatschappijen Bron : Ministerie van Economische Zaken, Dienst van de Versekeringen. 1967
1966
1968
1969
1970
1071
1972
1978
1974
8,3 21,1 2,5
9,3 22,6 2,7
12,1
30,2
16,3 34,4
3,0
13,4 26,4 3,1
15,9
25,0
3,3
3,9
21,6
23,3
24,5
26,7
28,8
ACTIVA Onroerende goederen Hypothecaire leningen Voorschotten op polissen Effecten : Belgische overheidsfondsen Effecten van de parastatale kredietinstellingen Effecten van de overige parastatale instellingen Effecten van de provincies en gemeenten Buitenlandse effecten Obligaties van Belg. vennootschappen . Aandelen van Belg. vennootschappen Totaal voor de effecten
5,1
6,2
7,2
16,7
18,2
19,2
1,9
2,1
2,2
7,4
7,7
8,4
6,3
6,9
8,1
8,2
2,2 1,6 2,3 11,4 3,3
2,6 1,9 2,2 11,9 3,5
2,5 2,3 3,0 12,0 4,0
2,5 1,9 3,3 13,1 4,2
34,5
36,7
40,3
41,4
3,5
3,5
3,7
4,0
4,1
14,0
14,5
15,6
17,9
18,9
5,0
4,9
6,2
6,5
6,9
44,1
46,2
50,0
55,0
58,7
0,6 80,1
0,8 87,1
94,8
1970
1971
1972
PASSIVA Verstrekte borgtochten Wiskundige reserves 1
0,5 64,1
0,5 59,2
0,6 69,2
0,6 74,2
I I
0,7
I I
0,9 104,0
I
0,9 114,6
Buitenlandse maatschappijen 1066
tsss
1967
1969
1979
1974
ACTIVA Onroerende goederen Hypothecaire leningen Voorschotten op polissen Effecten : Belgische overheidsfondsen Effecten van de parastatale kredietinstellingen Effecten van de overige parastatale instellingen Effecten van de provincies en gemeenten Buitenlandse effecten Obligaties van Belg. vennootschappen . Aandelen van Belg. vennootschappen Totaal voor de effecten
2,5 4,8 0,6
2,6 5,2 0,6
2,7 5,6 0,6
2,9 6,2 0,7
3,1 6,6 0,7
3,3 6,9 0,7
3,5 7,3 0,7
3,5 7,9 0,7
3,9 8,6 0,7
4,3
4,7
5,0
5,0
1,1
1,4
1,5
1,5
8,4
8,9
9,2
9,3
9,9
1,0 0,4 0,4 0,8 0,7
1,0 0,4 0,6 0,9 0,7
1,0 0,5 0,7 0,9 0,8
0,9
0,8 1,6 1,0
1,0 2,0 1,1
1,0 2,5 1,2
0,9 2,7 1,4
0,8 2,7 1,3
8,7
9,7
10,4
10,9
11,8
13,0
13,9
14,3
14,7
0,2 20,4 •
0,2
0,2
0,2
0,3
I
0,3
21,7
23,2
24,9
26,3
I
28,0
1,1 0,4 0,8 1,2
PASSIVA Verstrekte borgtochten Wiskundige reserves 1
0,2 16,5
I
0,2 17,7
0,2 19,1
1 Deze reserves omvatten eveneens de schadereserves, de technische participatie. reserves en de waarborgreserves.
Bibliografische referenties : Belgisch Staatsblad : a)
Verslag van het Rentenfonds over de verrichtingen van het jaar; b) Ministerie van Verkeerswezen Postchechs. - Verslagen over de verrichtingen en de toestand van de ASLE
van Belgié. - Statistisch Jaarboek voor Belgie. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Jaarverslagen van de m.M.K.N., het C.B.K.S. en het Gemeentekrediet van België'.
- 104 -
XV. - VOORNAAMSTE VORMEN VAN DE BESPARINGEN VAN PARTICULIEREN BESCHIKBAAR IN DE BELGISCHE VOLKSHUISHOUDING (Miljarden franken) Bron : ASLK. Spaarvormen
A. Oppotting 1
:
B. Depositosparen 2
1967
1968
1969
1970
1971
1972
1978
1974
P.M.
P.M.
P.M.
P.M.
P. M.
P.M.
P.M.
P.M.
:
Spaarkassen Banken Parastatale kredietinstellingen Onderlinge maatschappijen Totaal Dubbel getelde posten 3
-
Netto-totaal C. Sparen door fondsvorming 2 4
21,4 19,7 1,0 0,2
21,7 19,9 2,1 0,2
17,7 26,5 3,0 0,2
17,9 20,6 2,0 0,1
44,0 29,5 3,2 0,1
56,2 52,0 6,4 0,1
49,8 64,9 8,0 0,1
36,8 33,7 12,9 0,1
42,3
43,9
47,4
40,6
76,8
114,7
122,8
83,5
9,2
- 23,9
- 10,3
- 19,3
- 23,0
- 44,2
- 22,3
31,3
34,7
23,5
30,3
57,5
91,7
78,6
61,2
1,3 1,5 0,5 6,5
1,7 1,3 0,7 7,1
2,1 1,4 1,2 7,1
1,8 1,7 1,6 7,5
2,2 2,1 1,6 9,4
4,5 3,4 0.9 10,7
2,9 5,1 1,9 12,2
7,1 4,5 2,5 33,8
1,9
2,4
3,0
3,0
3,3
3,2
6,0
5,6
11,7
13,2
14,8
15,6
18,6
22,7
28,1
33,5
16,0
14,9
15,4
16,0
17,1
19,3
21,1
24,1
11,8
15,3
19,0
10,2
0,5
4,0
9,2
27,9
30,2
34,4
26,2
13,8
18,8
25,1
33,3
35,8
44,6
49,5
47,1
73,0
80,4
75,0
90,2
8,0
-
:
Pensioensfondsen Instellingen voor arbeidsongevallenverzekering Kassen voor vakantiegelden Levensverzekeringsmaatschappijen Instellingen voor verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid, kapitalisatie, bouwsparen en diverse verzekeringen Totaal D. Hypotheek en bouwsparen : -
Aflossing van hypotheekschulden door particulieren Woningbouw (netto-investeringen van de particulieren) Totaal
-
3,3
-
E. Kapitaaluitgiften :
Nieuwe beleggingen van het publiek F. Diverse vorderingen en schulden van de particulieren :
2,0
-
5,0
-
4,4
-
0,1
-
9,9
- 11,3
- 14,0
Totale netto-besparingen
107,6
117,7
117,8
119,1
160,4
203,7
195,5
204,2
Afschrijvingen op woningen
13,8
14,8
16,0
18,6
22,7
23,8
25,5
29,9
Totale bruto-besparingen
121,4
132,5
133,8
137,7
183,1
227,5
221,0
234,1
-
2,5
-
•
bedragen werden niet vermeld omdat, in het huidige stadium vim het onderzoekingswerk. de absolute bedragen nog niet met vo'doende zekerheid kunnen worden berekend voor de sector van de particulieren afzonderlijk. Aanwas gedurende het jaar.
1 De
2
3
4
Btibliografische referenties : Congres van de honderdste verjaring (1865-1965). Het sparen in liet hedendaags economisch onderzoek : tien jaar spaarinventaris.
Toeneming of vermindering van het tegoed ven diverse instellingen en ondernemingen waarvan de eigen of opvraagbare reserves in een van de andere rubrieken van de tabel opgetekend zijn als een besparing van de overheid herkomstig uit het buitenland. Exclusief de toenemingen van de reserves van de sector van de Sociale verzekering, beschouwd als een besparing van de overheid.
XVI. - UITGIFTEN EN SCHULDEN VAN DE OVERHEIDSSECTOR 1. - UITGIFTEN IN BELGISCHE FRANKEN VOOR MEER DAN EEN JAAR (Miljarden franken) Door elke belegger verkrijgbare effecten Uitgiften per grote tranches
Emittenten
1. Staat (directe schuld alleen)
2. Zelfstandige fondsen en instellingen voor sociale verzekering
3. Openbare financiële instellingen (ASLK inbegrepen)
4. Lagere overheid, intercomm. voor de bouw van autowegen en Gemeentekrediet van België
5. Parastatale bedrijven
Totaal 1 tot 8 : totaal der uitgiften in Belgische franken van de Belgische overheidssector
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 v 1975 1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 v 1975
Brutouitgiften
Aflosringen 2
(11
(2)
40,9
22,9
56,6
43,6 43,8 47,4 31,4
56,0 114,5 100,0 103,0 106,0 133,1
uitgifte ,
Brutouitgiften
Aflosin en
Nettouitgiften
uitgiften
(3 ) = (1) - (2)
(4)
(5) =--(3) + (4)
(61
(7)
Hl) - (71
18,0 13,0 12,2 67,1 68,6 65,6 55,4 69,4
1,6 8,3 3,8 5,9 4,4 0,3 6,0 --
1,0 3,8 5,5 5,2 0,2 3,2 3,4 3,6
0,6 4,5 - 1,7 0,7 4,2 - 2,9 2,6 - 3,6
18,6 17,5 10,5 67,8 72,8 62,7 58,0 65,8
7,0 5,2 8,0 - 4,4 7,1 - 3,8 - 5,0 24,5
2,5 2,6 4,4 4,9 6,5 8,7 16,8 4,0
2,9 5 2,4 3,7 3,4 3,9 7,4 10,3 0,9
- 0,4 0,2 0,7 1,5 2,6 1,3 6,5 3,1
6,6 5,4 8,7 - 2,9 9,7 - 2,5 1,5 27,6
18,0 13,0 12,2 67,1 68,6 65,6 55,4 69,4
37,4 50,6 63,7
8,3
1,3
9,5 10,3
4,3
...
4,4
7,0 5,2 8,0 - 4,4
12,2
5,1 3,8
7,1 - 3,8
---
2,3
Totale netto-
Totale nettouitgiften voor meer dan een jaar
lopende nettouitgiften
Netto-
------
(8) =
(9) = + (81
(51
5,0
- 5,0
29,0
4,5
24,5
0,5 2,0
0,4 1,3
5,5
2,6
5,0
5,2 0,1 1,0 0,5 1, 1
0,1 0,7 2,9 - 0,2 - 0,1 2,1 13,5 - 1,1
12,8 8,1 15,2 20,7 10,6 13,6 16,2 20,5
12,9 8,8 18,1 20,5 10,5 15,7 29,7 19,4
6,3 3,8 6,5 9,8 10,3 7,1 7,1 16,7
2,4 1,7 3,0 2,0 2,2 2,8 3,3 4,5
3,9 2,1 3,5 7,8 8,1 4,3 3,8 12,2
16,8 10,9 21,6 28,3 18,6 20,0 33,5 31,6
6,7 6,5 8,6 13,9 14,0 19,7 2,9 2,7
9,2 9,8 11,0 12,8 11,1 17,5 19,8 23,6
15,9 16,3 19,6 26,7 25,1 37,2 22,7 26,3
0,3
0,7
- 0,4
...
...
...
... 3,6 0,8 0,4 0,9 0,5
0,1 0,1 ... ... 0,1 0,5
- 0,1 3,5 0,8 0,4 0,8 ...
15,5 16,3 19,5 30,2 25,9 37,6 23,5 26,3
4,7 1,4 3,5 4,8 7,8 5,5 7,0 0,4
1,9 2,4 4,2 4,3 3,5 2,7 4,9 7,5
1,6 1,0 0,9 1,1 2,5 1,8 1,2 2,5
0,3 1,4 3,3 3,2 1,0 0,9 3,7 5,0
5,0 2,8 6,8 8,0 8,8 6,4 10,7 5,4
58,5 44,7 61,4 114,7 119,1 120,2 109,8 140,0
12,6 17,1 18,9 28,5 25,5 19,2 35,7 28,7
8,6 8,9 13,2 11,8 8,8 15,2 18,3 12,0
4,0 8,2 5,7 16,7 16,7 4,0 17,4 16,7
62,5 52,9 67,1 131,4 135,8 124,2 127,2 156,7
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 v 1975
--
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 v 1975
9,0 9,2 11,0 17,0 17,5 27,2 8,5 8,0
2,3 2,7 2,4 3,1
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 v 1975
7,3
2,6
6,0 8,5 10,5 11,5 14,0 12,0 5,0
4,6 5,0
4,6
4,7 1,4 3,5 4,8 7,8 5,5 7,0 0,4
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 v 1975
66,0 83,3 91,3 147,0 141,2 147,3 140,5 175,1
29,5 56,5 56,1 65,8 43,8 58,2 66,7 79,2
36,5 26,8 35,2 81,2 97,4 89,1 73,8 95,5
...
3,1 14,0
.
3,5 7,5
5,6 5,3
5,7 3,7 8,5
5,0
Belgische franken van de Staat : in 1968 : 16,9; in 1969 : - 0,4; in 1970 : 15,2; in 1971 : - 11,4; in 1972 - 0,4; in 1973 : - 3,7; in 1974 : 8,5 en in 1975 16,9 miljard. Bedrag der netto-uitgiften voor ten hoogste een jaar voor de jaren 1968, 1969, 1970, 1971, 1972, 1973, 1974 en 1975 : a Openbare financiële instellingen a : 2,2, - 2,3, 3,9, 8,7, 1,0, 0,7, 0,6 en 6,5 miljard; a Lagere Overheid, Intercomm. voor de bouw van autowegen en Gemeentekrediet van België » : 1,2, 2,4, 5,9, 4,19, 8,7, 3,7, 4,5 en 4,7 miljard. 1 De uitgiften per grote tranches waarvan de inschrijvingsperiode over het einde van het ene jaar en het begin van het andere gespreid is worden over de twee betrokken jaren verdeeld volgens de bedragen waarvoor in de loop van ieder jaar werkelijk ingeschreven werd. Als door elke belegger verkrijgbare effecten worden beschouwd : de effecten die het voorwerp uitmaakten van een openbare uitgifte, die welke ter beurze genoteerd worden of waarvan de opneming in de
--------22,0 17,9 26,2 33,5 21,7 31,1 36,0 44,1
koersli - st is voorzien en die welke gewoonlijk liet voorwerp van verhandelingen buiten de beurs uitmaken, alsook de obligaties en kasbons welke doorlopend uitgegeven worden door het Gemeentekrediet van België, de N.111.K.N., liet het G.B.H.E., de N.K.B.K., evenals de spaarbons uitgegeven door de ASLK.
Pro memorie : Netto-evolutie van de schuld voor hoogstens een jaar in
2
Door-
Niet door elke belegger verkrijgbare effecten 4
2
3
De door de Amortisatiekas der Staatsschuld op de Beurs ingekochte
Aflossingen s opgenomen, niet op het effecten worden in ko:om (2) tijdstip van deze inkopen, doch op het ogenblik waarop zij worden vernietigd.
4
In beginsel per grote tranches, doch met inbegrip van de doorlopende uitgiften van de parastatale instellingen voor de huisvesting.
5
Exclusief 8,8 miljard effecten van de Rijksdienst voor pensioenen der zelfstandigen die geannuleerd werden nadat de ASLK het beheer van de had overgedragen aan de Rijksdienst Pensioenen der zelfstandigen voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen.
XVI • 2. - VOORNAAMSTE UITGIFTEN VOOR MEER DAN EEN JAAR VAN DE OVERHEIDSSECTOR 1 Leningen in Belgische franken Openingsdatum van de intekening
Emittenten
Nominale rentevoet
Ernissiekoers pct.
Maand
Dag
1972 Januari Februari ..... Februari . Maart Maart April April Mei Mei Juni September September Oktober . November
10 7 7 G 6 10 10 2 2 21 11 11 12 13
Interc. Autow. E3 1972-84 Belgische Staat 1072-87 Belgische Staat 1972-79-87 Steil Luik 1972-82 Stad Antwerpen 1972-82 Stad Brussel 1972-84 N.M.B.S. 1972-84 Belgische Staat 1972-87 Belgische Staat 1972-79-87 Interc. Autosnelw. F5 1972-82 Belgische Staat 1972-87 Belgische Staat 1972-79-87 R.T.T. 1972-87 Wegenfonds 1972-85
7,25 100,00 7,25 100,00 7,00 -7,255 99,50 7,00 99,00 7,00 99,00 6,75 99,00 6,75 99,00 99,75 6,75 6,50 -6,755 99,75 6,75 99,00 6,75 99,75 6,50 - 6,755 99,75 09,75 6,75 6,75 98,25
1073 Januari Januari Februari Maart Maart
15 15 12 12 12
Belgische Staat .1.973-87 Belgische Staat 1973-81-87 Interc. Autow. F3 1973-84 N.M.B.S. 1973-83 Interc. Autor. des Ardennes E9/1140 1973-83 Belgische Staat 1973-85 Belgische Staat 1973-80-85 Interc. Autosnelw. F5 1973-85 Interc. Autow. Ring van Brussel BI 1973-85 Belgische Staat 1973-87 Belgische Staat 1973-81-87 Stad Antwerpen 1973-85 Stad Luik 1973-85 Stad Gent 1973-85 R.T.T. 1973-85 N.M.H. 1973-84 N.K.B.K. 1974-86
.
April April Mei Mei
13 1.3 21 21
September . September . Oktober Oktober Oktober November .. December December
6 6 10 10 10 12 10 26
1974 Februari Februari Maart
...
Maart Mei September Oktober November December .
6 Belgische Staat 1974-88 6 Belgische Staat 1974-81-88 13 Interc. Autor. des Ardennes E9/E40 1974-86 13 Interc. Autow. 1,23 1974-86 20 Belgische Staat 1974-82 9 Belgische Staat 1974-82 14 N.M..K.N. 1974-81 12 V.M.H. 1974-80 9 R.T.T. 1974-81
1975 Januari Februari Februari April Mei Juni September
15 17 17 14 15 23 15
Belgische Staat 1975-81-85 Stad Antwerpen 1975-81 Stad Luik 1975-81 Belgische Staat 1975-83 N•M•B.S. 1975-84 Wegenfonds 1975-83 Belgische Staat 1975-83
11976 Januari Februari April Mei Juni Juni September Oktober November
12 12 23 31 24 24 6 1.3 17
Wegenfonds 1976-84 Belgische Staat 1976-84 R.T.T. 1976-84 Belgische Staat 1976-84 Stad Antwerpen 1976-84 Stad Luik 1976-84 Belgische Staat 1976-85 N.M.B.S. 1976-84 Interc. Autowegen E3 en ES 1976-84
Da gegeven bedrag 2 (miljoenen franken)
Looptijd
O emiddeld rendemem bij de t ui3gifte
Renement
voor del houder 4 d op de tussen- °I.) ,ie liggende yeeirt,',"n-i. verval• dag dag 7,25 7,25 7 , 09 7 ,16 7,14 7,14 6,88 6,88 6,78 6,55 6,63 6,89 6,78 6,56 6.64 6,78 6,96
12 jaar 15 jaar 7 of 15 jaar 10 jaar 10 jaar 12 jaar 12 jaar 15 jaar 7 of 15 jaar 10 jaar 14 jaar 6 maanden 6 j. 6 in. of 14 j. 6 m. 15 jaar 12 jaar 2 maanden
7.000 15.800 25.200 1.500 3.000 1.000 3.500 7.040 12.000 5.000 16.050 23.950 8.000 12.200 141.240
7,25 7,25 7 ,14 7,17 7,17 6,90 6,90 6,79 6,60 6,90 6,80 6,62 6,79 7,01
7,25 7,00 - 7,255 7,25 7,25
99,50 14 jaar 14 dagen 99,50 8 j. 14 d. of 14 j. 14 d. 98,50 10 jaar en 321 dagen 98,50 10 jaar
11.000 19.000 7.000 3.000
7,33 7,12 7,50 7,52
7,08 -
7,81 7,13 7,46 7,47
7,25 7,25 7,00 - 7,255 7,25
98,50 98,50 98,75 98,50
10 jaar 12 jaar 7 of 12 jaar 12 jaar
4.000 20.300 14.700 5.000
7,50 7,50 7,26 7,47
7,23 -
7,47 7,44 7,24 7,44
7,25 7,75 7,50 - 7,755 7,75 7,75 7,75 7,75 7,75 7,75
98,50 98,25 98,75 98,25 98,25 98,25 98,25 98,25 98,25
12 jaar 13 jaar 6 maanden 7 jaar 6 m. of 13 jaar 6 m. 11 jaar 6 maanden :11 jaar 6 maanden 11 jaar 6 maanden 12 jaar 11 jaar 12 jaar
4.000 22.500 15.500 4.000 2.000 1.200 11.000 6.000 1.000 151.200
7,47 8,05 7,75 8,08 8,08 8,08 8,08 8,11 -
8,25 8,00 -8,255
99,25 99,25
14 jaar 7 of 14 jaar
98,75 98,75 99,75 100,00 99,25 99,25 99,50
12 jaar 12 jaar 8 jaar 7 jaar 6 maanden 6 jaar 6 maanden 6 jaar 7 jaar
100,00 100,00 100,00 99,50 100,00 100,00 99,00
6 of 10 jaar 6 jaar 6 jaar 8 jaar 9 jaar 8 jaar 7 jaar 9 m. 14 cl.
9,00 9,00 10,00 10,00 10,00 10,00 10,00 10,00
100,00 99,00 100,00 100,00 99,75 99,75 100,00 99,50
8 jaar 8 jaar 8 jaar 8 jaar 8 jaar 8 jaar 8 jaar 6 maanden 8 jaar
10,00
98,75
8 jaar
8,25 8,25 9,00 10,00 10,00 10,00 10,00 10,00 - 9,755 10,00 10,00 9,00 8,75 8,25 8,50
Leningen waarvan een besluit in liet Belgisch Staatsblad verschenen is, ezel. de doorlopende uitgift en. 2 De jaarlijkse totalen. kunnen verschillen van de cijfers in kolom (1) van de vorige tabel (bruto-uitgiften per grote tranches) omdat zij het nominaal bedrag van de uitgiften bevatten zelfs als slechts een deel van de lening effectief was geplaatst en omdat de uitgiften waarvan de inschrijvingsperiode over het einde van het ene jaar en liet begin van het andere gespreid is, in de vorige tabel, over de twee betrokken jaren verdeeld werden volgens de bedragen waarvan in de loop van ieder jaar werkelijk ingeschreven werd. 3 Het gemiddelde rendement is het percentage dat, toegepast bij de berekening vat, de actuele waarde van de gezamenlijke, nog te ontvangen termijnen
17.900 8,37 19.100 8,20
7,74 -
8,14
7,44 7,98 7,74 8,05 8,05 8,05 8,04 8,12 8,04 8,34 8,26
5.000 8,46 8,42 3.500 8,46 8,42 36.000 9,05 9,05 - 1.0,02 33.000 10,02 - 10,19 7.000 10,19 - 10,24 6.000 10,24 12.000 10,12 - 10,10 139.500 42.000 9,95 10,00 9,93 5.000 10,00 - 10,00 3.000 10,00 - 10,00 50.000 9,10 9,09 5.000 8,75 8,75 29.000 8,25 8,25 8,69 41.100 8,77 175.100 23.000 9,00 9,00 41.000 9,19 9,18 16.000 10,00 - 10,00 48.000 10,00 - 10,00 5.000 10,06 - 10,05 2.000 10,06 - 10,05 40.000 10,02 - 10,02 7.000 10,11 - 10,09 4.000 110 , 26
-
10,24
(aflossingen, rente, gebeurlijke loten en premies) van do annuïteit, een actuele waarde geeft die gelijk is aan de koopprijs van het uitstaande kapitaal, bar.hand volgens de uitgiftekoers. 4 Rendementen berekend op basis van de rentetarieven vetór fiscale afhoudingen aan de bron. De eerste rentevoet wordt toegepast tot op de tussenliggende vervaldag. de tweede rentevoet vanaf deze vervaldng.
XVI - 3. - RIJKSSCHULD Officiële staat XVI • 3a. -
(Miljarden franken) Bron : Ministerie van Financiën.
Directe schuld in vreemde valuta's
in Be'gische franken Einde periode gevel• tigde 1
Tegoeden halfvan de lange pa rticuTotaal gevel-2 en kr o te Totaal 2 lieren tigde term ij n in post rekening (8 ) = (5 ) = (9) + (7) (9) (7) (4) (1) tot (4)
op op halfkorte lange termi jn t termijn
(I)
84,4 99,7 96,2 113,3 137,9 115,0 113,3 123,7 134,2 114,1
80,4 69,1 72,6 86,9 76,3 77,6 84,7 76,9 75,4 78,8
.._ ._. ._
_.
645,4 658,4 649,7 687,0 685,2 681,9 679,1 677,1 715,3 706,0 702,3 745,8 742,5 739,0 751,4 760,2
4,9 4,7 4,6 4,5 4,1 3,9 3,9 3,8 3,7 3,7 3,7 3,7 3,5 3,5 3,3 3,2 3,2 3,1 3,1
785,2 763,0 761,4
60,6 59,9 59,2
845,8 822,9 820,6
827,6 863,4 848,3 847,9 848,2 843,3
57,8 57,4 85,4 85,6 85,5 85,1
885,4 920,8 933,7 933,5 933,7 928,4
864,6 866,4 904,2 925,4 935,5 957,1 958,6 957,7 978,8 970,6
107,6 107,0 106,6 106,3 105,9 100,3 99,2 98,7 98,2 97,9
972,2 973,4 1.010,8 1.031,7 1.041,4 1.057,4 1.057,8 1.056,4 1.077,0 1.068,5
4,9 4,7 4,6 4,5 4,1 3,9 3,9 3,8 3,7 3,7 3,7 3,7 3,5 3,5 3,3 3,2 3,2 3,1 3,1
846,7 823,7 821,4 886,0 921,3 934,2 934,0 934,1 928,8
000
66,6 62,7 65,7 66,0 71,1 68,5 71,5 67,9 69,4
00 CV CV
92,9 50,1 57,7 92,0 110,5 108,6 67,9 73,7 71,0
00
13,8 19,7 19,7 19,7 19,3 17,6 17,6 17,6 17,3 17,0 16,8 16,4 15,7 15,5 15,4 14,9 14,9 14,7 14,4
528,9 570,3 598,4 621,7 644,7 711,6 764,7
CD
607,0 625,8 613,7
Septembe• December 1975 Maart Juni September Oktober November December 1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober
525,4 567,3 595,8 619,5 642,9 710,2 763,7
000
1974 Juni
40,7 47,6 52,9 61,7 56,7 65,5 62,9
W c000CefflCOC'
8,5 9,1 13,9 12,5 13,4 17,7 15,9
484,7 519,7 542,9 557,8 586,2 644,7 700,8
000 CD
317,1 335,0 347,7 359,6 426,5 494,9 559,4
.
(10)
55,4 54,9 61,1 50,3 22,2 8,4 5,5
(13) = (11) + (12)
CD.40 c, C0cfflc0
780,3 758.3 756,8 823,1 859,3 844,4 844,0 844,4 839,6 860,9 862,7 900,5 921,9 932,0 953,8 955,4 954,5 975,7 967,5
1 967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
42,5 43,4 49,9 40,4 14,0 1,9 ...
(12)
CD CD C) CD C> CD
429,3 12,9 464,8 11,5 481,8 11,2 507,5 9,9 564,0 8,2 636,3 6,5 695,3 5,5
2
2
(11) = (9) + (10)
(8) = (5) + (8)
enoeCO
45,9 54,5 52,9 57,3 57,2 66,0 63,4
2
00 02 CVCV1...11.-1
(3)
57,8 66,2 67,3 78,1 66,9 57,7 56,6
Indirecta schuld
40O CD CV CO c0 CD
(2)
Totale directe schuld
Tota.e Totale schuld schuld (incl. de (excl. de Van de van de Republiek van de Republiek Zaïre Republiek Zaïre Zaïre overoverovergenomen genomen schuld genomen schuld) 3 schuld)
972,6 973,8 1.011,1 1.032,0 1.041,8 1.057,7 1.058,1 1.056,7 1.077,2 1.068,7
1 Incl. de Muntstmeringslening. Exclusief de uit de oorlog 1914-1918 voortvloeiende in ergouvernementele schuld. 3 Zie : Belgisch Staatsblad - 27-5-1965 - Overeenkomst van 6 februari 1965. 2
XVI - 3b. - Veranderingen in de overheidsschuld die aanleiding hebben gegeven tot geldbewegingen (Miljarden franken) Pro memorie :
Uit te schakelen boekhoudkundige veranderingen
Periode
Totale schuld Van de (excl. de Republiek yen de Zaire Republiek overZaire genomen overschuld genomen 2 schuld)
Totale schuld 3
1
(1)
(1) + (2)
(2)
C')
cocoCC
CDcn
-h -E
CO CDGD C- al C;
C', 1-1 CsW
1-1 CO 1-1r,1-1 E -E -E -E -E -E -E -h
<1.,
-
d~ CJ N N GD CDCOO
CD CD dj [1 1 111 1 1 II
1975 Eerste 10 maanden 1976 Eerste 1.0 maanden
+ 41,9 + 28,5 + 23,7 + 23,4 + 67,3 + 53,5 + 56,9 A-107,8 +112,9 +140,1
c)c)c)c> c)CD
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
(3 ) =
Schatkistcertifineten waarop Schatkist- N.B.B.de certifinaren in heeft inhet bezit geschreven voor de van het finanI.M.F. viering 4 van de leeenninPre nt I.M.F. 5 (4) 15)
+ 4,4 + 2,3 - 0,5 -10,4 + 3,9 + 1,3 - 0,7 - 1,9 - 2,0 - 2,9
t Veranderingen in kolom (11) van tabel XVI - 3a. Veranderingen in kolom (12) van tabel XVI - 3a. Veranderingen in kolom (13) van tabel XVI - 3a. 4 De terugbetalingen van schatkistcertificaten in het bezit van het vallen, overeenkomstig de van kracht zijnde wette l ijke rn conventionele bepalingen, ten laste van de N.B.B.; deze laatste ontvangt anderzijds het provenu van de inschrijvingen op certificaten door liet I.M.F. 5 De inschrijving op schatkistcertificaten is enkel de technische werk wijre waarop de N.B.B. de leningen financiert die zij aan het L11 F. toestaat in het kader van de Algemene Leningsakkoorden. 4 De veranderingen in liet tegoed van de N.B.B. bij liet B.P.C. voor rekening van de Ministers van Nationale Opvoeding hebben de beweging n in het tegoed van de Ministers van Nationale Opvoeding bij de N.B.B. 2 3
+ 3,1 - 5,0 ... ... ... ... ... ...
Tegoed van de N.B.B. bij bet
B.P.C. voor rekening van de Ministers
Verendcringen in de overheidsschuld die namelding nan ' ejnIn g hebben gegeven Diversen tot geld bewe. gingen
van
Nationale Opvoeding (0)
VerenNettoderingen finan. in liet cieringsbehoeften uitstaande bedrag van de door het Staat Wegen7 fonds geaccepteerde wissels 7
(8) =
6
+ 0,8 + 0,2 •• . - 0,3 - 0,2 - 2,1 ... ... ... ...
Verenderingen in de creditrekening van de Staat bij dee N BB en'in i «de• financiële bele ggingen
(3 ) -
(10) =
(4) tot (7)
(9)
(8) - (9)
(11)
... + 33,1 + 0,7 8 + 29,9 ... + 23,8 - 0,1 8 + 33,8 - 0,5 18 + 63,7 + 2,811 + 51,1 ... + 57,4 ... +109,3
... ... ... ...
+ 33,1 + 29,9 + 23,8 + 33,8 + 63,7 + 51,1 + 57,4 +109,3
+ 1,0 - 1,8 ... ... ... ... ... ...
+107,5 +142,8
... ...
(7)
•• ...
... ...
+114,6 + 7,1 ... +142,8
als . uiste tegenpost. Vanaf oktober 1978 maakt bovengenoemd tegoed niet langer deel uit van de tegoeden van de particulieren bij het B.P.C. Het totaal van de kolommen (10) en (11) stemt overeen (met tegen. overgesteld teken) met kolom (5) van de oude reeks en van kolom (3) van de nieuwe reeks tt Nettofinancieringibehoeften van de Schatkist w. van tabel XI-3. 8 Herwaardering van de Duitse Mark. 9 I.B.H.O. : + 0,5; herwaardering van de Zwitserse frank : + 0,3; Besluiten van de Conferentie van de Groep San Tien te Washington op 17 en 18.12-1971 : - 0,8 (U.S.-dollar) en - 0,1 (Zwitserse frank). 7
I 0 LB.H.O. 11 Bijzondere
Schatkistbons afgegeven aan de N.B.B.. tot dekking van de nettoverminderingen van haar actief, die voortvloeien uit de devaluatie van de U.S.-dollar op 12-2-1973 (Overeenkomst van 31-12-1378).
- 108 )(In
-
INDELING VAN DE SCHULDEN IN BELGISCHE FRANKEN VOOR MEER DAN EEN JAAR VAN DE OVERHEIDSSECTOR 4.
-
a) Indeling naar de debiteuren (Nominale waarden aan het einde van het jaar, miljarden franken) Pro memorie :
Niet-financiële sectoren
Staat 2
Parastatale bedrijven
Sociale verzekering en pensioenfondsen
Niet elders vermelde overheidssector
Financiële instellingen a
Totaal
Zal rees effecten en effecten van het BelgischKongolese Fonds voor Delging en Beheer 4
Verkrijgbaar door elke belegger 1 1968
322,7
38,0
46,6
191,0
598,3
11,0
1969
340,6
39,7
53,6
209,4
643,3
10,9
1970
360,8
43,5
62,5
248,8
715,6
10,8
1971
422,3
49,9
76,6
289,8
838,6
10,3
1972
498,2
58,0
101,4e
315,1
972,7 5
1973
560,5
63,7
120,9 5
352,6
1.097,7 5
1974
611,1
71,2
124,4 5
406,4
1.213,1 5
.1975
705,4
72,1
120,9 5
460,5
1.364,0 5
Niet verkrijgbaar door elke belegger 1968
67,0
11,9
4,2
16,5
34,8
134,4
1969
71,8
13,3
3,8
16,9
37,1
142,9
1970
70,9
19,4
3,3
17,3
39,7
150,6
1971
72,2
22,7
3,3
22,0
47,8
168,0
1972
78,1
26,2
3,9
21,4
55,8
185,4
1973
76,1
27,3
3,2
22,9
59,8
189,3
1974
80,1
30,0
3,2
27,1
63,1
204,4
77,8
85,9
5,7
28,0
75,3
222,7
732,7
11,0
1975
V
Totaal 1968
389,7
49,9
4,2
63,1
225,8
1969
412,4
53,0
3,8
70,5
246,5
786,2
10,9
1970
431,7
62,9
3,3
79,8
288,5
866,2
10,6
1971
494,5
72,6
3,3
98,6
337,6
1.006,6
10,3
1972
576,3
84,2
3,9
122,8 5
370,9
1.158,1 5
1973
636,6
91,0
3,2
143,8 5
412,4
1.287,0 5
1974
691,2
102,1
3,2
151,5 5
469,5
1.417,5 5
.1.975
783,2
108,0
5,7
1.54,0 5
535,8
1.587,6 5
1 Als door elke belegger verkrijgbare effecten worden beschouwd : de effecten, die het voorwerp uitmaakten van een openbare uitgifte, die welke ter beurze genoteerd worden of waarvan de opneming in de koerslijst is voorzien en die welke gewoonlijk het voorwerp van verhandelingen buiten de beurs uitmaken, alsook de obligaties en kasbons welke doorlopend uitgegeven worden door het Gemeentekrediet van België, de N.M.K.N., het N.I.L.K., de N.K.B.H., het C.B.H.R., evenals de spaarbons uitgegeven door de ASLK. 2 Belgische gevestigde en halflange binnenlandse directe en indirecte over-
3 4
3
heidssch uld. Incl. de kasbons voor ten hoogste een jaar. Effecten in aanmerking genomen of in aanmerking komende voor inschrijving op het Fonds, inclusief de aan het einde van ieder jaar werkelijk toegekende vergoeding. Vanaf 1972, worden deze effecten opgenomen in de rubriek ■ Niet elders vermelde overheidssector ». Incl. de effecten van het Belgisch-Kongolese Fonds voor Delging en Beheer.
- 109 XVI - 4. - INDELING VAN DE SCHULDEN IN BELGISCHE FRANKEN VOOR MEER DAN EEN JAAR VAN DE OVERHEIDSSECTOR
b) Indeling naar de houders (Nominale waarden aan het einde van het jaar, miljarden franken) Financiële instellingen
Niet-financiële sectoren
Bedrijven, P articulieren, Buitenland
Parastatale bedrijven
Niet elders vermelde overheidesector
Sociale verzekering
Geldscheppende instellingen
2
Rentenfonds
Spaarkassen, hypotheeken kapitalisatie mant-
scheppijen
3
Instellingen voor verzekering op het leven even en tegen arbeidsongevallen, pensioenfondsen
Niet-geldscheppende openbare kredietinstellingen
Totaal
Verkrijgbaar door elke belegger 1 319,3
1968
4,4
3,0
6,7
91,0
7,1
61,4
87,7
17,7
598,3
102,4
6,9
64,5
89,2
18,7
643,3
1969
347,2
4,4
3,0
7,0
1970
385,7
4,7
2,9
7,6
128,2
6,0
68,9
93,2
18,4
715,6
1971
428,9
5,1
2,6
9,4
170,2
8,2
85,3
98,6
30,3
838,6
471,9
6,2
2,7
11,2
212,0
15,2
110,7
104,2
38,6
972,7
254,0
15,7
129,8
113,1
42,0
1 097,7
1972
4
1973
4
520,4
6,6
3,0
13,1
1974
4
579,1
6,6
3,7
13,8
283,9
12,1
146,9
123,4
43,6
1 213,1
1975
.1
648,9
6,8
4,2
12,6
319,0
17,9
173,8
130,7
51,0
1.364,9
1968
6,4
0,2
0,2
2,1
64,4
25,8
34,1
1,2
134,4
1969
5,8
0,3
0,2
2,5
65,0
28,3
34,3
6,5
142,9
1970
9,4
0,4
0,3
2,4
67,8
31,0
34,3
5,0
150,6
2,8
72,5
40,2
33,8
8,9
168,0
Niet verkrijgbaar . door elke belegger
1971
9,2
0,3
0,3
1972
9,0
0,3
0,2
2,8
79,8
48,4
32,4
12,5
185,4
1973
8,4
0,2
0,2
3,2
81,6
51,3
32,8
11,6
189,3
1974
9,3
0,3
0,2
3,9
85,7
57,1
32,9
15,0
204,4
10,7
0,3
0,2
5,7
91,7
68,6
31,0
14,5
222,7
1975
V
Totaal 325,7
4,6
3,2
8,8
155,4
7,1
87,2
121,8
18,9
732,7
1969
353,0
4,7
3,2
9,5
167,4
6,9
92,8
123,5
25,2
786,2
1970
395,1
5,1
3,2
10,0
196,0
6,0
99,9
127,5
23,4
866,2
39,2
1.006,6
1968
438,1
5,4
2,9
12,2
242,7
8,2
125,5
132,4
1972
4
480,9
6,5
2,9
14,0
291,8
15,2
159,1
136,6
51,1
1.158,1
1973
4
528,8
6,8
3,2
16,3
335,6
15,7
181,1
145,9
53,6
1.287,0
588,4
6,9
3,9
17,7
369,6
12,1
204,0
156,3
58,6
1.417,5
659,6
7,1
4,1
18,3
410,7
17,9
242,4
161,7
65,5
1.587,6
1971
:1.974 1975
4
V
t Als door elke belegger verkrijgbare effecten oorden beschouwd de effecten, die het voorwerp uitmaakten van een openbare uitgifte, die welke ter beurze genoteerd worden of waarvan de opneming in de koerslijst is voorzien en die welke gewoonlijk liet voorwerp van verhandelingen buiten de beurs uitmaken, alsook de obligaties en kasbons welke doorlopend uitgegeven worden door liet Gemeentekrediet van België, de N.M.K.N., het N.I.L.K., de N.E.B.K., het C.B.H.K., evenals de spaarbons uitgegeven door de ASLK. Bibliografische referenties : Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Sta-
tistisch Jaarboek voor België. - Tijdschrift voor Documentatie van het Ministerie van Financiën. - Tijdschrift voor Documentatie en VoorlichInventaris en ting : XXXVIe jaargang, deel I, nr 8, maart 1961 :
XXXVIIIe jaargang, onderbrenging der Belgische overheidsfondsen deel I, nr 4, april 1963 : « Inventaris en onderbrenging der Belgische - Xl.le jaargang, deel I, nr 3, maart 1966 : overheidsfondsen . Inventaris en spreiding van de vast rentende effecten op halflange
2 Excl. de zelfstandige fondsen en de parus stele instelli igen die de kenmerken vertonen van geldscheppende inste hingen of van instel.ingen voor het spaarwezen, de sociale verzekering de verzekeringen of de kapitalisatie. 3 Biel. het bezit van de pensioenkassen door deze instellingen beheerd. 4 Incl. de effecten van het Belgisch-Kongolese Fonds voor Delging en Beheer. - XLIIIe jaargang, en longe termijn van de overheidsfondsen deel I, nr 3, maart 1968 : « Inventaris en spreiding van de vast rentende effecten op halflange en lange termijn van de overheidssector .. - XLVe jaargang, deel I, nr 3, maart 1970 : Inventaris en spreiding van de effecten met vast rendement op halflange en lange termijn van de overheidssector n. - Belgische Economische Statistieken 1960.1970.
— 110 —
XVII. - EFFECTEN VAN DE PARTICULIERE SECTOR EN KREDIETEN AAN DE BEDRIJVEN EN PARTICULIEREN 1. — EVOLUTIE VAN DE OMZET, DE NOTERINGEN EN HET RENDEMENT VAN DE BEURSWAARDEN Indexcijfers van de Belgische effecten op de contantmarkt (Basis 1970 = 1001 180
180
I
—
Algemeen
----
Industriele vennootschappen
1 —
1
160
160
140
140
\ \ \\‘6
^
120
1" e..
120
—
1
I.
10 0 1
%
I
100 6
—
_
80
80
I
I
t
1
1968
1
1
1
1969
1
I
i
I
1
i
1971
1970
I
i
1
1972
1
Indexcijfers van de noteringen
gemiddelde per beursdag (miljoenen )ranken)
I
I
I
I
1976
Rendementspercentage
3
Industriële
Algemeen in pot.
97 111 115
117 123 121
104 122 125
125 131 127
5,7 5,6 5,6
5,5 5,5 5,7
118 114 110
114 123 121
118 114 108
125 133 135
122 118 114
5,3 5,7 5,8
5,8 5,3 5,3
121 122 118
113 110 105
118 117 114
112 108 101
130 127 122
119 116 109
5,6 5,7 6,1
5,3 5,5
111 111 116
99
107 108 114
97
113 114 122
103
6,2 5,8 5,9
5,9
Januari Februari Maart
165 197 197
316 331 294
101 116 119
119 124 122
April Mei Juni
226 277 243
226 253 200
117 125 124
229 169 185
179 195 188
172 207 193
203
1 Bron • Beurscomnziesie te Brussel : deze gegevens hebben betrekking op de transacties in ve mootechapsobligaties en in aandelen ( termijn- en eoutantmarkt) op de Beurs te Brussel. 2 Bron : N.I.S. : Voor de jaarcijfers : gemiddelde van de indexcijfers op de 10e en 258 van iedere maand ; voor de marn.dcijfers : uitsluitend indexcijfers op de 10e van iedere maand (Beurzen te Brussel en Antwerpen).
3
5,6
1975
1970
r».
1976
-
1975
,7J
1970
CO V73C- C- L7 TCO,OCO C,
1975
1975
C-
1976
1976
(7,
I
Ch
92 105 100 103 118 144 125 123
97 106 100 111 124 148 119 113
1-1
97 105 100 110 123 147 121 117 1975
..... .....
I
1 1975
(Basis 1970 = 100)
1970
Oktober November December
1
Industriële
1975
,
l
2
Termijnmarkt Algemeen
134 149 112 169 199 276 185 205
Juli kugustus September
l 1974
Contantmarkt
1
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
1
Belgische effecten
Omzet Ilaandgetniddelden of maanden
1
1973
Bron : Kredietbank : Verhei ding van het laatst aangekondigde of betaalde nettodividend tot de notering aan het einde van de maand (Beurs te Brussel. Nieuwe reeks vanaf 1975.
XVII - 2. - RENDEMENT VAN DE VENNOOTSCHAPPEN OP AANDELEN
Jaarcijfers Bron : Nettoresultaat
Obligatieleningen
van het boekjaar Aantal getelde vennootschappen
Periode 2
Gestort kapitaal
Betaalbaar gestelde brutodividenden
Reserves Winst
Verlies
Betaalde tantièmes
Uitstaande obligatieschuld op 8I/12
Brutobedrag van de uitbetaalde coupons 3
(7)
(8)
(9)
0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
11,6 13,1 16,0 20,3 25,1 29,7 34,9 40,4
0,5 0,6 0,7 0,9 1,2 1,6 2,0 2,2
(miljarden franken) (1)
(2)
(4)
(3)
(5)
I
(ti)
A. - Vennootschappen met voornaamste activiteit in België Banken 4 54 50 50 52 53 47 48 45
1966 1967 1968 1969 1970 1.971 1972 1973
9,4 10,1 10,4 14,5 16,5 16,5 18,0 18,5
5,9 7,2 8,1 8,8 10,5 12,3 13,6 14,9
1,8 1,9 2,1 2,4 2,8 3,3 3,6 3,7
0,3
1,0 1,1 1,1 1,4 1,6 2,0 2,1 2,3
Financiële vennootschappen en maatschappijen voor onroerende goederen 5 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
...................
1.819 1.865 1.892 1.940 1.981 2.077 2.121 2.141
39,0 44,4 48,1 53,5 57,0 59,4 61,7 63,9
23,0 26,2 27,3 28,8 32,0 34,2 38,4 41,5
4,4 4,4 4,9 5,6 6,3 6,6 6,8 8,6
0,3 0,4 0,5 0,6 0,7 0,6 0,8 0,4
2,5 2,8 2,9 3,2 3,7 4,1 4,5 5,2
0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,3
19,8 23,7 28,1 33,7 39,6 46,4 55,0 64,1
1,0 1,1 1,4 1,8 2,2 2,8 3,3 3,8
0,9 1,4 1,3 1,3 1,8 1,2 1,5 1,6
1,3 1,3 1,5 1,5 1,8 1,7 2,0 2,9
0,2 0,2 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
2,1 2,4 2,3 2,1 2,5 2,3 5,5 5,4
0,1 0,1 0,1 0,2 0,1 0,2 0,2 0,3
0,2 0,4 0,1 0,1 0,1 0,1 0,3 0,5
0,3 0,2 0,3 0,4 1,5 1,8 0,6 1,0
0,1
6,6 5,6 5,1 4,4 3,6 2,8 2,3 2,0
0,4 0,4 0,3 0,3 0,3 0,2 0,2 0,2
0,8 0,7 0,7 0,5 0,4 1,0 0,7 0,6
0,4 0,3 0,3 0,4 0,4 0,4 0,4 0,4
0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
0,3 0,3 0,3 0,3 0,3 0,3 0,3 0,3
Metaalverwerkende nijverheid 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1.973
1.396 1.391 1.361 1.352 1.336 1.356 1.391 1.425
21,5 22,9 23,9 28,5 32,3 37,7 42,3 45,7
17,3 19,3 21,3 20,5 22,2 23,3 28,4 31,2
4,8 4,0 4,0 4,8 6,1 7,1 7,8 9,1
IJzer- en staalnijverheid 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
96 93 90 87 90 88 87 86
21,3 23,9 26,2 26,9 25,9 28,3 28,4 28,6
18,2 18,5 19,3 20,1 18,1 18,9 20,2 20,5
0,6 0,8 0,5 0,9 3,1 3,2 1,4 1,4
0,1
0,1
Textielnijverheid 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973 Noten : zie onderaan tabel XVII-2.
986 976 957 929 919 901 898 915
12,8 13,1 13,2 13,8 14,6 14,4 15,1 15,0
11,1 11,4 12,0 11,3 11,8 12,4 13,0 13,3
1,3 1,3 1,1 1,5 1,7 1,3 1,9 2,1
- 112 -
XVII - 2. - RENDEMENT VAN DE VENNOOTSCHAPPEN OP AANDELEN 1 (vervolg) Jaarcijfers Bron : N.I.S. Nettoresultaat van het boekjaar
Periode
2
Aantal getelde vennootschappen
Gestort kapitaal
Reserves
(1)
(2)
(3)
Winst
Obligatieleningen Betaalbaar gestelde brutodividenden
Betaalde tantièmes
Uitstaande obligatieschuld op 91/12
Brutobedrag van de uitbetaalde coupons 3
(0 )
(7)
(8)
(91
0,2 0,3 0,4 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5
0,7 0,8 0,9 0,8 0,9 0,7 1,1 1,4
0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
0,9 0,9 0,8 0,8 0,8 0,8 0,8 0,8
0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
0,4 0,6 0,9 0,8 0,6 1,2 1,3 0,9
1,5 1,5 2,2 2,7 2,8 3,3 4,0 4,4
0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
0,6 0,5 0,4 0,4 1,0 4,0 4,4 5,4
0,1 0,3 0,4
1,9 1,2 2,3 2,4 2,6 3,0 3,3 3,6
0,1
13,3 14,2 14,2 14,6 15,9 20,3 29,0 34,2
0,8 0,9 0,9 0,9 1,0 1,1 1,5 2,1
Verlies
(miljarden franken) (41
(3)
1
Yoedingsmiddelennijverheld 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 :1.973
725 729 717 703 713 699 693 696
12,1 12,9 14,7 16,1 18,3 17,1 19,5 20,6
9,5 10,8 10,2 9,9 10,7 10,6 12,8 14,5
1,7 2,1 2,5 2,2 2,7 1,8 2,9 3,1
Scheikundig nijverheid 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
606 607 627 643 631 635 644 653
20,2 22,3 35,1 40,4 43,7 48,1 49,9 52,3
9,8 10,7 25,8 26,0 27,4 29,8 35,9 35,9
2,8 2,7 4,1 5,3 5,5 6,7 6,7 7,5
Elektriciteit 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
24 16 17 17 18 18 17 17
23,5 14,6 28,0 27,2 30,1 31,8 34,3 36,6
4,3 2,2 5,8 5,3 6,1 7,1 7,5 8,4
2,3 1,3 2,6 2,6 3,0 3,4 3,7 3,8
...
0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
Steenkolennijverheid 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
30 30 26 25 24 24 22 21
7,0 7,0 4,9 4,7 4,8 4,8 4,6 4,6
2,0 1,8 1,7 1,3 1,1 0,9 0,7 0,6
0,2 0,1 0,1 0,1 0,2 0,2 0,1
Totaal der vennootschappen met voornaamste activiteit 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
14.913 14.986 15.037 15.286 15.567 15.938 16.640 17.155
Noten : zie onderaan tabel XVII.2, volgende bladzijde.
231,7 240,3 279,0 310,9 343,9 371,8 395,4 419,2
145,6 156,4 183,1 181,0 191,4 210,8 239,8 257,5
30,4 28,7 33,0 39,3 47,4 53,5 53,9 62,5
5,1 7,4 7,9 7,0 9,1 9,7 12,6 10,6
0,3
0,1 0,1 0,1
0,6 0,8 0,5 0,3 0,3 0,2 0,3 0,4
...
0,2 0,1 ...
in
België 13,5 13,1 15,9 17,9 21,2 23,8 24,2 28,9
1,5 1,4 1,4 1,5 1,7 1,9 1,8 2,0
61,1 66,9 73,3 89,8 104,1 122,3 151,0 173,2
3,4 3,6 4,1 4,6 5,3 7,0 8,5 10,4
- 113 XVII - 2. - RENDEMENT YAN DE VENNOOTSCHAPPEN OP AANDELEN 1 (vervolg) Jaarcijfers Bron : N.I.S. Nettoresultaat van het boekjaar
Periode 2
Aantal getelde vennootschappen
Gestort kapitaal
(1)
(2)
Reserves Winst
Obligatieleningen
Betaalbaar gestelde brutodividenden
Verlies
Betaalde tantièmes
Uitstaande obligatieschuld op 31/12
Brutobedrag van de uitbetaalde coupons 3
(8)
(9)
(miljarden franken)
(3)1
-
(5 )
(6)
(5)
1
(7)
1
13. - Totaal der vennootschappen met voornaamste activiteit in het buitenland ' 299 277 264 252 240 234 229 211
1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973
41,4 40,3 40,2 41,2 41,3 43,0 46,8 43,9
32,7 32,7 28,6 27,7 29,7 29,0 31,9 32,0
3,5 2,7 4,4 5,1 6,4 7,1 5,3 5,5
0,9 5,2 0,6 0,1 2,6 0,3 0,2 0,4
2,1 2,3 2,7 3,0 3,6 3,9 3,8 3,7
0,1 0,1 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2
1,8 1,8 3,8 4,2 3,7 2,3 4,9 4,8
0,1 0,1 0,2 0,3 0,2 0,2 0,3
6,0 12,6 8,5 7,1 11,7 10,0 12,8 11,0
15,6 15,4 18,6 20,9 24,8 27,7 28,0 32,6
1,6 1,5 1,6 1,7 1,9 2,1 2,0 2,2
62,9 68,7 77,1 93,9 107,8 124,6 155,9 178,0
3,4 3,7 4,2 4,8 5,6 7,2 8,7 10,7
C. - Totaal 15.212 15.263 15.301 15.538 15.807 16.172 16.869 17.366
1966 1967 1968 1968 1970 1971 1972 1973
273,1 280,6 319,2 352,1 385,2 414,8 442,2 463,1
178,3 189,1 211,7 208,7 221,1 239,8 271,7 289,5
1 Naamloze vennootschappen en commanditaire vennootschappen op aandelen naar Belgisch recht. Voor de kolommen (1) tot (7) : jaar waarin het dividend werd betaald. 3 Bedrag van de vervallen rente voor het betrokken jaar; dit bedrag houdt verband met de op het einde van het voorgaande jaar uitstaande obligatieschuld. 2
33,9 31,4 37,4 44,4 53,8 60,6 59,2 68,0 4 5 G 7
Excl. de N.B.B. Excl. de N.M.K.N. Excl. de N.B.B., de N.M.R.N. en de SABENA. Na afbelt van de dubbeltellingen.
XVII - 3. - RENDEMENT VAN DE VENNOOTSCHAPPEN OP AANDELEN Cumulatieve cijfers Bron : N.I.S.
Periode
Aantal getelde vennootschappen
2
(1)
Néttoresultaat
Gestort kapitaal
Reserves
(2)
(3)
Winst
1
Verlies
Betaalbaar gestelde brutodividenden
Brutoobligatiecoupons 3
(6)
(7)
(miljarden franken)
(4)
1
(5)
I
A. - Vennootschappen met de voornaamste activiteit In België 't 1970 12 maanden
15.589
344,5
191,6
47,5
9,2
21,1
4,9
1971 12 maanden
15.989
372,3
210,9
53,5
9,7
23,8
5,.1
1972 Eerste 3 maanden Eerste 6 maanden Eerste 9 maanden 12 maanden
1.963 13.738 15.262 16.693
41,2 351,3 369,6 395,7
33,1 205,2 219,4 240,0
7,2 46,4 49,4 53,9
1,5 11,0 11,7 12,6
3,0 21,4 22,3 24,2
1,9 3,6 5,1 7,7
1973 Eerste maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden
193 441 1.987 5.340 10.743 14.214 15.031 15.307 15.782 16.328 16.701 17.205
3,8 16,7 45,1 119,7 267,0 365,4 380,2 391,1 395,3 405,0 410,2 419,5
2,6 14,4 35,5 76,1 145,5 210,1 217,5 232,3 236,7 245,8 250,7 257,7
0,6 3,8 8,7 20,2 39,0 54,5 56,2 57,2 58,0 59,6 60,7 62,5
0,2 0,4 0,9 3,0 7,1 9,0 9,6 9,7 10,0 10,3 10,4 10,6
0,2 1,6 4,1 8,7 17,5 25,5 26,2 26,7 26,9 27,6 27,9 28,9
0,6 1,3 2,1 2,8 3,6 4,3 5,2 5,7 6,4 7;0 7,7 9,7
Noten : zie volgende bladzijde.
-.114-
XVII • 8. - RENDEMENT VAN DE VENNOOTSCHAPPEN OP AANDELEN (vervolg)
Cumulatieve cijfers Bron : N.I.S.
Periode
2
Aantal getelde vennoot. schappen
Nettoresultaat
Gestort kapitaal
Reserves Winst
I
Verlies
Betaalbaar gestelde bruto. dividenden
Brutoobligatiecoupons 3
(miljarden franken) (I)
B.
(2)
(3)
1
(4)
1
(4)
(6)
11
(7)
Vennootschappen met voornaamste activiteit in het buitenland
:1.970 12 maanden
241
41,4
29,7
6,4
2,6
3,6
0,2
1971 12 maanden
235
43,0
29,1
7,1
0,3
3,9
0,2
»72 Eerste 3 maanden Eerste 6 maanden Eerste 9 maanden 12 maanden
14 163 194 229
0,3 39,4 42,5 46,8
0,2 26,9 28,9 31,9
4,8 5,0 5,3
0,1 0,2 0,2
3,4 3,5 3,8
0,1 0,2 0,2 0,2
6
.1,4 1,4 .1,7 2,2 21,9 37,0 39,6 40,1 40,2 41,5 41,8 44,7
0,3 0,3 0,5 1,0 12,2 27,3 29,3 29,6 29,7 30,3 30,9 32,1
0,1 0,1 0,2 0,2 2,9 4,9 5,0 5,0 5,0 5,1 5,1 5,6
0,1 0,1 0,2 0,3 0,3 0,3 0,3 0,4 0,4
0,1 0,1 0,1 0,1 2,0 3,4 3,5 3,5 3,5 3,6 8,6 3,8
0,2 0,2 0,2 0,8 0,3 0,3 0,3 0,3 0,4 0,1 0,4
.1.973 Eerste maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden
8 19 35 79 152 :176 179 1.82 200 212
C. - Totaal ' 1970 :12 maanden
15.830
385,9
221,3
53,9
11,8
24,7
5,1
1.971 12 maanden
16.224
415,3
240,0
60,6
10,0
27,7
5,3
:1.972 Eerste 3 maanden Eerste 6 maanden Eerste 9 maanden 12 maanden
1.977 13.901 15.456 16.922
41,5 390,7 412,1 442,5
33,3 232,1 248,3 271,9
7,2 51,2 54,4 59,2
1,5 11,1 11,9 12,8
3,0 24,8 25,8 28,0
2,0 3,8 5,3 7,9
.1.973 Eerste maand Eerste 2 maanden Eerste 3 maanden Eerste 4 maanden Eerste 5 maanden Eerste 6 maanden Eerste 7 maanden Eerste 8 maanden Eerste 9 maanden Eerste 10 maanden Eerste 11 maanden 12 maanden
199 449 2.006 5.375 10.822 14.366 15.207 15.486 15.964 16.523 16.901 17.417
5,2 18,1 46,8 121,9 288,9 402,4 419,8 431,2 435,5 446,5 452,0 464,2
2,9 14,7 36,0 77,1 157,7 237,4 246,8 261,9 266,4 276,1 281,6 289,8
0,7 3,9 8,9 20,4 41,9 59,4 61,2 62,2 63,0 64,7 65,8 68,1
0,2 0,4 0,9 3,1 7,2 9,2 9,9 10,0' 10,3 10,6 10,8 11,0
0,3 1,7 4,2 8,8 19,5 28,9 29,7 30,2 30,4 31,2 31,5 32,7
0,6 .1,5 2,3 3,0 3,9 4,6 5;5 6,0 6,7 7,4 8,1 10,1
1 Naamloze vennootschappen en commanditaire vennootschappen op aandelen naar Belgisch recht. 2 Voor de kolommen (1) tot (6) : maand waarin het dividend werd betaald. 3 De obligatiecoupons worden zoals de dividenden, geteld in de maand waarin zij werden betaald. De betaling van de obligatiecoupons kan op
4
een andere datum dan die van de dividenden gesch'eden. Om die reden vertegenwoordigen niet alle obligaties waarvan de coupons in kolom (7) voorkomen noodzakelijk leningen van vennootschappen waarop de voorafgaande kolommen betrekking hebben. Excl. de N.B.B., de N.M.K.N. en de SABENA.
--- 115 -
XVII - 4. - UITGIFTEN VAN DE VENNOOTSCHAPPEN ' Jaarcijfers (Miljarden franken)
Bron : N.I.S. (gegevens gewijzigd door de N.B.B. 2). Obligaties (nominaal bedrag)
Aandelen
Niet-doorlopende uitgiften Periode
nominale uitgiften
(1)
netto uitgiften
(2)
uitg i ften
aflossingen
nettouitgiften
(4)
(5) = (3) - (4)
(8)
Aandelen en obligaties
doorlopende nettouitgiften (6)
Totale nettouitgiften
Totale nettouitgiften
(8) (7) = (5) + ( 6 ) = (2) + (7)
Aandelen en obligaties
Totale nettouitgiften (N.I.S.)
(9)
Vennootschappen met voornaamste activiteit in België 1966
29,9
14,8
3,1
2,1
1,0
1,9
2,9
17,7
16,0
1967
33,5
14,8
3,1
2,8
0,3
3,7
4,0
18,8
24,0
1968
51,4
20,4
1,7
2,5
- 0,8
4,3
3,5
23,9
35,0
1969
46,6
20,3
4,3
3,1
1,2
4,5
5,7
26,0
29,8
1970
44,0
18,9
5,3
3,3
2,0
5,4
7,4
26,3
42,3
13,8
28,9
43,2
1971
26,8
15,1
11,9
4,0
7,9
5,9
1972
40,8
v 20,8
21,6
3,7
17,9
4,6
22,5
✓ 43,3
45,5
1973
39,1
v 19,7
v13,6
v 3,2
v 10,4
✓ 6,3
v 16,7
✓ 36,4
v 38,8
Vennootschappen met voornaamste activiteit in het buitenland 0,1
0,8
1966
0,7
1967
0,1
1968
1,6
2,0
1969
0,8
0,5
0,7
0 ,7
0,7
0,7
2,0
2,0
2,0
2,0
0,1
0,4
0,4
0,4
0,4
1970
1,7
0,4
- 0,4
-0,4
-0,4
-0,4
1971
4,4
2,6
0,2
1,6
- 1,4
-1,4
1,2
1,2
1972
0,5
✓ 0,1
2,9
0,1
2,8
✓ 2,8
v 2,9
2,9
1973
9,4
✓ 0,3
v 0,1
v-0,1
v-0,1
v 0,2
v 0,2
Totaal 3,9
2,2
1,7
1,9
3,6
18,4
16,7
14,8
3,1
2,8
0,3
3,7
4,0
18,8
24,0
1966
30,6
14,8
1967
33,6
1968
53,0
20,4
3,7
2,5
1,2
4,3
5,5
25,9
37,0
1969
47,4
• 20,3
4,8
3,2
1,6
4,5
6,1
26,4
30,2
1970
45,7
18,9
5,3
3,7
1,6
5,4
7,0
25,9
41,9
5,9
12,4
30,1
44,4
1971
31,2
17,7
12,1
5,6
6,5
1972
41,3
✓ 20,9
24,5
3,8
20,7
4,6
25,3
1973
48,5
✓ 20,0
v13,6
v 3,3
v 10,3
✓ 6,3
✓ 16,6
1 Naamloze vennootschappen, conunanditaire vennootschappen op aandelen en personen vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid naar Belgisch recht. 2 Deze wijzigingen bestaan enerzijds uit de opneming van de bijstortingen en anderzijds uit de verwijdering van de doorlopende en nietdoorlopende uitgiften van de overheidssector (N.M.K.N., SABENA) en van do uitgiften van obligaties en kasbons van de Belgische banken.
V
46,2
48,4
36,6
v 39,0
N. B. - Kol. (1) en (9) : bedragen overgenomen zonder wijziging van de statistieken van het N.I.S. - kol. (2) tot (8) : bedragen gewijzigd door de N.B.B. zoals hierboven in noot 2 uitgelegd. - Kol. (1) : oprichtingen van vennootschappen en kapitaalverhogingen - kol. (2) : gestorte bedragen op inschrijving op aandelen (verminderd met de andere stortingen dan die in specién), uitgiftepremies en bijstortingen - kol. (3) : nieuwe uitgiften (gedeelte dat werkelijk uitgegeven werd tijdens het jaar), verhoogd met het saldo van voorgaande uitgiften, verminderd met conversieleningen en met de uitgiften tegen betaling in natura.
- 116 XVII • 5.
UITGIFTEN VAN DE VENNOOTSCHAPPEN 1 Maandcijfers 2
-
( Miljarden franken) Bron : Definitieve cijfers : N.1.S. gegevens gewijzigd door de N.B.B. 3). Voorlopige cijfers : Banlreommiesie en N.B.B.
A. - Vennootschappen met voornaamste
B. - Vennootschappen met voornaamste activiteit in het buitenland
activiteit In België
Aandelen Periode
Obligaties (nominaal bedrag)
Aandelen en obligaties
Aandelen
Obligaties (nominaal bedrag)
Aandelen en obligaties
nominale uitgiften
nettouitgiften
nietdoorlopende brutouitgiften
Totaal
nominale uitgiften
nettouitgiften
nietdoorlopende brutouitgiften
Totaal
(1)
(2)
(8 )
(4)= (2) -l- (3)
(5)
(Cl
(7)
( 8 )= (0+ (7)
6,6
3,3
1,0
4,3
...
..
.
...
...
6 maanden ...
20,6
7,1
4,0
11,1
0,5
...
...
...
Eerste 9 maanden ...
31,1
12,9
4,3
17,2
0,5
...
...
...
v
49,6
19,3
9,3
28,6
0,5
...
...
...
1975 Eerste
3 maanden v
6,8
3,1
0,8
3,9
...
...
...
...
Eerste
6 maanden v
17,7
6,2
14,6
20,8
...
...
...
...
Eerste
9 maanden v
25,2
10,3
17,6
27,9
...
...
...
. ..
v
39,1
17,4
24,7
42,1
...
...
...
. ..
3 maanden v
9,9
4,7
0,5
5,2
. . .
. . .
. . .
...
v
2,8
0,7
2,7
3,4
...
...
•• •
• • •
Mei
v
3,1
0,7
2,7
3,4
...
...
...
...
J uni
ro
5,0
1,7
8,4
10,1
...
...
...
...
Juli
v
2,9
2,1
0,8
2,9
...
...
...
...
...
...
1974 Eerste 3 maanden ... Eerste
12 maanden
12 maanden 1976 Eerste 1975 April
.
v
1,4
0,8
1,5
2,3
•• •
...
September
v
3,2
1,2
0,7
1,9
. ..
...
•• •
...
Oktober
v
3,1
3,1
1,8
4,9
...
...
...
...
November
v
3,7
1,1
0,2
1,3
...
...
...
. ..
...
...
...
Augustus
v
7,1
2,9
5,1
8,0
...
v
4,5
1,3
0,2
1,5
...
...
...
..
Februari
v
2,5
1,9
...
1,9
...
...
•• •
...
Maart
v
2,9
1,5
0,3
1,8
. . .
. . .
. . .
. . .
April
v
3,5
1,2
1,5
2,7
...
...
...
...
December 1976 Januari
'
1 Naamloze vennootschappen, commanditaire vennootschappen op aandelen en personenvennootschappen met beperkte aansprakelijkheid naar Belgisch recht. 2 De cijfers van deze tabellen verschillen in de volgende opzichten van die welke in tabel XVII-4 voorkomen : a) de netto-uitgiften van aandelen bevatten de bijstortingen niet; b) de obligatieuitgiften zijn bruto (afschrijvingen niet afgetrokken) en houden geen rekening met de doorlonende uitgiften.
3
De wijzigingen bestaan in liet uitschakelen van do uitgiften vau obligaties van de publieke sector (N.M.H.N., SABENA) en van de Belgische banken.
N. B. - Eerste 8, 6 en 9 maanden = optelling van do maandcijfers. Het
definitieve cijfer van de 12 maanden omvat aanvullende gegevens die niet per maand kunnen ingedeeld worden [voor de kolommen (1), (8), (5) en (7) zie tabel XVII 44.
XVII - 6. - VERPLICHTINGEN VAN DE BEDRIJVEN 1 EN PARTICULIEREN TEGENOVER DE BELGISCHE FINANCIELE INSTELLINGEN Indeling naar de instellingen waarbij deze verplichtingen bij hun oorsprong werden aangegaan
2
(Miljarden franken) Instellingen met overwegend geldscheppend karakter
Einde periode
1969 1970 1971 1972 1973 1974
N.B.B.
Openbare kredietinstellingen gespecialiseerd in Banken
(2)
(3)
2,8 2,7 3,7
1,5
214,5 243,6
3,5 2,1
Totaal
ASLK
3
(4) = (1) tot (31
(1)
3,9 4,0
1975
Overheids. instellingen
Overige financ i ële instellingen
het beroepskrediet (5)
het huisvestingskrediet (0)
147,8 169,1
56,9 62,6
107,4
182,3
120,8
(7)
Private spaarkassen
Diversen
(11) = (4)+ (10)
(9)
(5) tot (9)
80,4 90,9
0,9 0,7
393,4
100,7 116,2 136,2
1,0 1,8
(12)
435,8 475,7
612,2 683,8 760,9
24,0 29,1
1,9
526,6 600,2
872,8 1.008,0
47,1 52,6
158,1
1,5
678,9
58,4
2,1 3,8 8,2
279,4
218,8 248,0 285,2
338,5 395,6
346,2 407,8
190,8 212,2
70,9 79,0 88,3
7,8
448,6
241,1
98,0
14,4
524,2
459,9 540,7
264,0
110,3
180,2 201,0
183,9
1,8
761,0
1.138,8 1.301,7
166,1 171,5 176,3 180,2
141,6 148,6 152,8 158,1
1,9 1,8 1,6 1,5
621,6 642,7 662,1 678,9
1.042,5 1.074,7 1.104,0 1.138,8
54,1 53,8 54,0 58,4
183,7 187,2 192,2 201,0
690,8 711,9 729,4 761,0
1.158,2 1.197,8 1.230,0 1.301,7
62.2 65,1 63,9 64,6
1,7
112,5 138,8 161,6
September . December .
6,4 9,4 12,8 7,8
411,4 420,8 427,6 448,6
420,9 432,0 441,9 459,9
220,3 225,9 233,5 241,1
1975 Maart 4 Juni September . December .
3,1 1,9 1,0 2,1
6,9 9,1 12,6 14,4
457,4 474,9 487,0 524,2
467,4 485,9 500,6 540,7
243,5 251,0 254,6 264,0
101,6 104,9 107,7 110,3
160,9 167,8 173,6 183,9
1,1 1,0 1,3 1,8
1976 Maart Juni
1,7 1,2
14,3 6,6
544,8 569,6
114,7 v 207,3 v 190,8 560,8 v 275,1 577,4 v 289,9 v 120,8 v 215,5 v 200,4
v 1,8 v 1,8
4
(10) = (81
3,1 1,8 1,5 3,5
Juni
Eindtotaal
5
91,7 94,9 97,9 98,0
1974 Maart 4
Totaal
waarvan door de overheidsbedrijven uitgegeven obligaties
t De bedrijven omvatten de overheidsbedrijven, maar det de financiële instellingen. In de cijfers zijn de obligatieleningen uitgegeven door de bedrijven, incl. de door de overheidsbedrijven uitgegeven kortlopende certificaten, begrepen. 2 Er is van uitgegaan dat de door de bedrijven uitgegeven obligatieleningen bij hun oorsprong aangegaan zijn bij de instelling die ze in haar bezit heeft. 3 Zie tabel XIII-1, kolom (10) + kolom (111.
38,1
64.6
v 789,7 v1.350,5 v 64,0 v 828,4 v1.405,8 v 69,8
Met inbegrip van de wissels die vervielen op de laatste dag van de maand en die niet konden worden geïncasseerd omdat die dag een zaterdag of een feestdag was. Met uitzondering van de door de overheidsbedrijven uitgegeven kort5 lopende certificaten. N. B. - De in deze tabel gepubliceerde cijfers vormen een nieuwe reeks die niet kan worden vergeleken met die welke vóór januari 1976 werd gepubliceerd (zie Tijdschrift van de Nationale Bank van België, LIe jaar. gang, deel I, nr 1, januari 1976). 4
XVII - 7. - HYPOTHEEKINSCHRIJVINGEN Bron : Belgisch Staatsblad. Maandgemiddelden
Miljarden franken
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
5,1 5,9 4,9 5,6 7,4 10,1 10,4 9,7
1974 3e kwartaal 4 5 kwartaal
12,0 9,9
1975 le kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
7,0 8,0 10,7 13,0
1976 le kwartaal 2° kwartaal 3e kwartaal
13,8 15,8 14,7
1 Bedragen berekend volgens de geïnde inschrijvingsrechten. Incl. de vernieuwingen na vijftien jaar, die ongeveer 1 ih pct. van het totaal bedragen, doch excl. de wettelijke hypotheken. nibliografische referenties : Statistisch Jaarboek voor België. - Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. - Belgische Economische Statistieken 11560-1970. - Bulletin mongool des Statiatiques (Beurscommissie van
Brussel). - Weekberichten van de Kredietbank. - Belgisch Staatsblad : Ministerie van Financiën : Toestand van de verrichtingen inzake belas. tingen. Hypotheekerechten.
- 118 --
XVIII. - GELDMARKT 1. - MARKT VAN HET DAGGELD * ( Miljarden franken) Bedragen uitgeleend door
Bedragen opgenomen door Totaal
5,3 4,9 5,0 7,5
1976 le kwartaal 2 0 kwartaal 3, kwartaal
6,2 7,7 6,9
1,5 0,3 0,1
4,9 6,8 7,7
9,7 8,9 3,9
7,2 6,5 4,7 7,5 10,0 5,3 6,4 3,6 10,7 3,9
3,6 0,5 0,5
.
...
10,4 10,0 8,9 12,1
0,5 ...
0,4 0,2 3,7
••.
1,0 0,2 ... ...
...
• Van 17 november 1959 tot 80 april 1969 gold voor het grootste deel van de op de daggeldmarkt verhandelde kapitalen het « Protocol opgemaakt met liet oog op de deelneming aan de markt van het gewaarborgde daggeld ». Sedert 1 mei 1969 is een nieuw • Protocol tot regeling van de markt van het gewaarborgde daggeld n van kracht tussen het Rentenfonds, het de financiële instellingen van de overheidssector en van de particuliere sector die direct opeisbare middelen ontvangen, in:a. gen op deposito- of spaarboekjes of middelen voor termijnen die 8 maanden niet overschrijden. In de tabel zijn bovendien kapitalen opgenomen die buiten deze protocols werden verhandeld-
CD
...
... 02
1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober
.
4,3 10,2
...
CD
1 975 Oktober' November December
3,4 0,3
..• •••
0,2 0,5 0,5 0,1 0,4 ...
0,2 0,1 10,8 1,9
5,9 6,5 1,8' 10,3 15,7 10,3 10,0 6,3 1,4 6,3 10,4 2,9 3,6 1,1 0,6 0,2
8,8 7,2 8,8 8,8 9,8 11,5 11,8 15,8 11,2 15,8 15,5 15,5 14,8 17,2 11,4 11,9 10,3 17,1 19,8 14,9 14,8 11,4 8,0 11,1 14,8 9,8
6,9 6,9 5,8 6,5
1,8 0,1 0,3 1,2 3,1 3,9 0,1
(7) rnr
1975 le kwartaal 2e kwartaal 3 0 kwartaal 4 0 kwartaal
...
(8)
3,1 3,5 6,7 6,1 5,4 4,8 4,2 10,4
14,
5,7
(5 ) ...
(8) = (1) ' (2) --E ( 8 ) of (4) -I- (5) -1- (0) + (7) +
o rnNN O2
7,5 6,1
(4 )
0 0I—, 00000 0 i—,
1974 3e kwartaal 4e kwartaal
. ..
(8)
3
—2 —2 0 V—, 02 0 C)N
1,5 0,1 1,6 1,2 0,8 0,9 1,4 5,7
II.W.I.
Overige instellingen
00I-.■-.
2,1 3,8 3,8 4,4 5,2 6,4 6,2 6,5
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
Rentenfonds
0I-.
(2)
2
De ositobonken
c.00 0 L0 g2.
(1)
Overige instellingen
COI—, 02 22
Rentenfonds
cn w
Depositobanken
O0 0 I--, 0 00I-.I—,
Daggemiddelden 1
9,3 7,2 14,1 7,7
1 De gemiddelden worden berekend op basis van het totaal aantal dag. a van de periode; deze laatste methode stemt overeen met die welke het H.W.I. gebruikt voor de voorstelling van zijn gegevens. 2 Deze kolom omvat inzonderheid de ASLK, de N.M.K.N., het Gemeentekrediet van België, de N.M.B.S. (tot 80 april 1969) en diverse geldschieters « buiten Protocol n. 3 Deze kolom omvat inzonderheid de N.D.D., de N.E.B.E., de N.M.K.N., het Gemeentekrediet van België, de N.M.B.S. (tot 80 april 1969).
- 119 XVIII - 2. - HOUDERSCHAP VAN HET DOOR DE DEPOSITOBANKEN GEDISCONTEERDE HANDELSPAPIER EN VAN DE BANKACCEPTEN (Miljarden franken)
Portefeuille van
(1)
(2)
de overige instellingen van de markt van het particulier disconto en portefeuille in het buitenland (3)
1968
86,6
1,8
21,5
10,8
120,7
1969
89,9
2,2
19,5
26,0
137,6
1970
110,4
5,8
20,8
7,6
144,6
1971
124,1
4,6
23,5
4,1
156,3
1972
130,6
3,4
24,9
12,7
171,6
1973
140,3
3,2
24,1
20,7
188,3
1974
158,2
4,5
27,8
27,2
217,7 224,4
Gemiddelde bedragen won liet einde van de maand
2
d.,
depositobanken
. het H.W.I.
3
Totaal de a N.B.B. (4)
4
(5) = (1) tot
1975
167,1
8,8
38,0
10,5
1974 2e kwartaal
164,0
1,4
28,7
27,9
222,0
3e kwartaal
161,7
4,1
26,0
27,3
219,1
40 kwartaal
153,5
11,8
29,0
24,7
219,0
1975 1" kwartaal
156,8
7,5
47,0
11,3
222,6 224,0
2" kwartaal
165,3
5,6
• 43,0
10,1
3e kwartaal
175,4
9,2
30,1
7,9
222,6
kwartaal
170,8
12,8
31,8
12,8
228,2
1976 le kwartaal
179,9
7,7
39,3
22,7
249,6
2 6 kwartaal
178,1
5,7
37,0
33,4
254,2
46
(4)
•
1 Opgenomen bedragen van de disconto- en acceptkredieten in Belg'sche franken bij hun oorsprong verleend door de depositobanken aan bedrijven en particulieren (excl. de financiële instellingen, maar incl. de parastatale bedrijven), aan het Wegenfonds en aan liet buitenland. 2 Om die gemiddelden te berekenen heeft men eenmaal de uitstaande bedragen bij het begin en aan het einde van de periode genomen en tweemaal de uitstaande bedragen aan bet einde van de tussenliggende
maanden.
3 4
Bedrag van de portefeuille, met uitzondering van het bij de N.B.B. geherdisconteerde gedeelte. Aangezien de tabel uitsluitend betrekking heeft op de bij hun oorsprong door de depositobanken verleende kredieten, bevatten de cijfers van deze kolom niet de directe kredieten van de N.B.B.
XVIII • 3. - HERDISCONTOPLAFONDS EN MAANDELIJKSE QUOTA'S VAN DE VOORSCHOTTEN IN REKENING-COURANT VAN DE BANKEN BIJ DE NATIONALE BANK YAN BELGIE Herdiscontoplafonds
Einde periode (plafonds) of maand (quota's)
Plafonds berekend volgens de algemene formule : toegepaste percentages op de in aanmerking genomen werkmiddelen 1
Aangerekende bedragen Gezamenlijke plafonds
GeherGeviseerd disconteerd papier niet2 geviseerd papier 3
(2)
(3 )
(1)
Beschikbare marges Totaal
(5) = (4) (3) + (4) (miljarden franken)
(6) = (2)
-
1969
12
44,0
29,7
4,2
33,9
10,1
1970
9
38,0
20,7
6,2
26,9
11,1
1971
9
43,9
19,0
9,4
28,4
15,5
1972
8
46,2
20,4
14,6
35,0
11,2
1973
5 1/2
37,8
14,4
18,0
32,4
5,4
1974 Juni
4 1/2
32,1 4
25,6 4
28,2 4
3,9 4
September December 1975 Maart Juni September Oktober November December 1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober
Subplafond A 5 (2a)
Subplafond B 5 (2b)
4 4
15,4 15,7
4 1/4 4 3/4 5 1/4 5 1/4 5 1/4 5 1/4 5 1/4 5 1/4 4 3/4 4 3/4 4 3/4 4 3/4 4 1/4 4 1/4 4 1/4 4 1/4
2 ,6 4
(2)= (2a) + (2b)
Subplafond A 5 (3)
Subplafond B 5 (4)
(5) = (3 ) + (4)
15,4 15,7
30,8 31,4
14,0 13,9
11,6 12,4
24,1 6
10,3 4
34,4 6 39,0 43,1 43,1 46,4 7 49,5
14,8 6
25,7 23,6 23,6 25,2
25,7 23,6 23,6 25,2
22,910 23,0 23,0 23,011
22,91° 23,0 23,0 23,011
Totaal
50,6 8 51,4 4 47,2 47,2 50,4 50,4 45,8 10 46,0 46,0 46,0 11
1 D e in aanmerking genomen middelen omvatten de eigen middelen, de uitgegeven obligaties en kasbons en do ontvangen deposito's in Belgische franken (direct opeisbare, op termijn, op boekjes) met uitzondering van de crediteurenrekeningen op naam van banken. 2 Deze rubriek omvat : n) tot 80 maart 1970, het al dan niet geherdisconteerde geviseerde papier met een resterende looptijd van minder dan twee jaar (incl. de Creditexport-wissels) ; b) van 81 maart 1970 tot 81 maart 1974, de al dan niet geherdisconteerde geviseerde Creditexport-wissels met een resterende looptijd van hoogstens één jaar en liet andere al dan niet geherdisconteerde gevi(leerde papier met een resterende looptijd van minder dan twee jaar ; e) vanaf 1 april 1974 de geviseerde of gecertificeerde Creditexportwissels niet een resterende looptijd van hoogstens één jaar die niet r;4nancierd worden door de Pool, en het overige geviseerde papier, al Lin niet geherdisconteerd, met een resterende looptijd van minder dan t, wee jaar. 3 Incl. het gecertificeerde en geherdisconteerde papier en het bij de N.B.B. hardisconteerbare papier dat op de markt van het particulier disconto, gehouden door het H.W.I., gemobiliseerd is (vanaf 1 april 1974, excl. de gecertificeerde Creditexport-wissels). 4 Toestand op 28 juni 1974. 5 a) van 8 juli 1974 tot 81 januari 1975, van 12 februari tot 16 juni 1976 en vanaf 23 juli 1970, was liet plafond van elke bank bruikbaar : - tot beloop van de helft voor het effectieve herdisconto - hetzij rechtstreeks bij de N.B.B. tegen haar officiële discontovoeten, hetzij bij het 14.W.I. tegen de rentevoet bepaald door deze instelling - van geviseerd of gecertificeerd papier of van handelspapier in vertegenwoordiging van binnenlandse transacties dat beantwoordt aan de herdiscontovoorwearden van de N.B.B. en voor zover de looptijd van Bibliografische referenties :
Belgische Economische Statistieken 1960-1970. - Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting : XXVIIIe jaargang,
deel I, nr 5, mei 1953: e Een nieuwe statistiek : de daggeldmarkt (call money) • - XXXVe jaargang, deel I, nr 4, april 1960 : ■ De Belgische geldmarkt • - XXXVIIe jaargang, deel I, nrs 3 en 4, maart en april 1962 : or De hervorming van 1 januari 1962 en de Belgische geldmarkt • - XLIIe jaargang, deel II, nr 8, september 1967 : ■ Nieuwe tabellen aangaande do discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten aan de bedrijven en particulieren en aan het buitenland •. - Tijdschrift van de Nationale Bank van België, XLVIS jaargang, deel I, nr 1, janu-
6,3 4
24,7 21,9 20,5 21,0
11,5 20,3 20,1 14,9
22,0 10 22,0 19,8 22,0n
20,9 19,6 20,911
Subplafond A 5 (6a)
Subplafond B 5 (0b)
25,6 26,3
1,4 1,8
3,8 3,3
21,1 4 13,6 18,3 29,3 28,8 7 26,1 27,6 8 36,2 4 42,2 40,6 35,9 36,4 41,2 10 42,9 39,4 42,9 11
9,3 6
4,0 8
Totaal
1,0
1,7 3,1 4,2 0,9 10 1,0 3,2 1,0"
14,2 3,3 3,5 10,3 37 10 2,1 3,4 2,111
(5)
Maandelijkse quota's van de voorschotten in rekening courant aangerekend tegen de gewone rentevoet (7)
Totaal ( 6 )= ( 6a) ( 31))= (2) - (5)
5,2 5,1 13,3 0 25,4 24,8 13,8 17,6 7 23,4
19,5 20,7 21,2 21,6 25,1 25,1 25,1 25,7
23,0 8 15,2 a 5,0 6,6 14,5 14,0 4,6 10 3,1 6,6 3,1 11
25,7 25,7 25,7 25,7 25,7 27,2 27,2 27,2 27,2 27,2
deze verschillende soorten papier nog slechts maximum 120 dagen bedraagt (subplafond A) ; - tot beloop van de helft voor liet effectieve herdisconto bij het H.W.I. en aan de rentevoet bepaald door deze instelling, van gevi• seerd of gecertificeerd papier of van handelspapier in vertegenwoordiging van binnenlandse transacties dat beantwoordt aan de herdiscontovoorwaarden van de N.B.B. en voor zover de looptijd van deze verschillende soorten papier nog slechts maximum 120 dagen bedraagt, evenals van geviseerd of gecertificeerd papier a Creditexport • dat nog meer dan 120 dagen tot maximum 1 jaar te lopen heeft (subplafond B). b) van 1 februari tot 31 maart 1975 mocht het plafond van elke bank gebruikt worden ten belope van 70 pet. voor het subplafond A en 30 pet. voor liet subplafond B. c) aangezien de indeling in subplafonds A en 13 van 1 april 1075 tot 11 februari 1976 en van 17 juni tot 22 juli 1976 was afgeschaft. beschikte elke bank over een enkel plafond dat kon worden gebruikt voor het herdisconto : - hetzij rechtstreeks bij de N.B.B., van wissels van de onder a) beschreven types en waarvan de resterende looptijd niet moer dan 120 dagen bedroeg; - hetzij bij liet H.W.I. voor de wissels van dezelfde aard en voor het Creditexport •-papier waarvan do looptijd niet meer dan een jaar bedroeg. 6 Toestand op 28 maart 1975. 7 Toestand op 28 november 1975. 8 Toestand op 30 januari 1976. Toestand op 27 februari 1976. e Toestand op 30 juli 1976. 11 Toestand op 29 oktober 1976. ari 1971 ■ Een nieuwe statistiek : herdisconto- en visumplafonds van dr banken bij de Nationale Bank van België •. - XLIXe jaargang, deel I, nr 6, juni 1974 ■ Mededeling van 28 juni 1974 van de Nationale Bank van België betreffende de herdiscontoplafonds en de voorschotten in rekeningen-courant •. - Le jaargang, deel I, nr 8, maart 1975 ■ Aan. passing van de herdisconto- en visumplafonds van do Nationale Bank van België • en deel II, nr 3, september 1975 : Verhoging van de herdiscontoplafonds en van de voorachottenquota's van de Nationale Bank LIe jaargang, deel I, nr 2, februari 1976: e Maatregel van monetair beleid ••
- 121 -
XIX. - DISCONTO-, RENTE- EN RENDEMENTSTARIEVEN (In procenten per jaar) 1.
-
DISCONTO- EN RENTETARIEF VAN DE NATIONALE BANK VAN BELGIE Voorscho ten in rekening-courant en beleningen op
Disconto Geaccepteerd, in een bank ge.domicilieerd papier, warrants en geviseerde 1 of gecertificieerde 2 accepten met betrekking tot verrichtingen van buitenlandse handel
Datum van de wijziging
Andere wissels en promessen
Schatkistcertificaten en certificaten van het Rentenfonds uitgegeven voor maximum 130 dagen 3
Schatkistcertificaten uitgegeven op meer dan 130 dagen en voor max. 374 dagen 3
andere °verheidefondsen 4
Voorschotten boven het maandelijkse quotum toegewezen aan de banken, de private spaarkassen en dep o enbare kredietinstellingen 7
Datum van de wijziging
Tarieven
8 juli 15 juli 16 juli 17 juli 23 juli ..... 14 augustus ..... 19 augustus ..... 22 augustus ... 3 september ... 6 september ... 18 september 10 oktober 21 oktober ....... 29 oktober 30 oktober 4 november ... 5 november 1975 10 januari 13 januari . 30 januari 13 maart 15 april 25 april 16 mei 29 mei 17 juni 9 juli 21 augustus ...... 1976 30 januari 11 februari 24 februari 15 maart 17 maart 10 maart 21 april 19 mei 23 juli 30 juli 13 augustus 27 augustus 6 september 1 oktober 20 oktober 26 oktober 2 november
13,25 14,00 13,75 13,50 13,00 13,25 13,00 12,75 12,50 12,00 11,75 11,50 11,25 11,00 10,75 10,50 10,25 10,00 9,75 9,25 8,25 8,00 7,75 7,50 7,00 6,75 7,00 6,50 7,50 8,00 7,50 8,00 9,00 10,00 9,00 8,00 9,50 10,50 11,50 13,00 13,50 15,00 14,00 13,00 12,00
1974 Tarief van kracht op 31-12-1969
7,50
9,50
9,00
9,25
9,50
1970 22 oktober 10 december
7,00 6,50
9,00 8,50
8,50 8,00
8,75 8,25
9,00 8,50
1971 25 maart 23 september
6,00 5,50
7,50 7,00
7,00 6,50
7,25 6,75
7,50 7,00
1972
6 januari 3 februari 2 maart 23 november 21 december
5,00 4,50 4,00 4,50 5,00
6,50 6,00 5,00 5,50 6,00
6,00 5,50
6,25 5,75
6,50 6,00
1973 10 mei 5 juli 2 augustus 4 oktober 29 november
5,50 6,00 6,50 7,00 7,75
7,00 7,50 8,00 8,50 8,50
7,00 7,50 8,00 8,50 8,50
1 februari
8,75
9,50
9,50
5
5
8 juli
8,75
9,50
o 9,50
1975 30 januari 13 maart 24 april 29 mei 21 augustus
8,25 7,50 7,00 6,50 6,00
9,00 8,00 7,50 6,50 6,00
9,00 8,00 7,50 6,50 6,00
1976 18 maart 23 juli 13 augustus 1 oktober 20 oktober 18 november
7,00 8,00 9,00 9,00 9,00 9,00
7,00 8,00 9,00 9,00 9,00 9,00
7,00 8,00 9,00 12,50 12,00 11,00
1974
..... ...
.....
1 liet visum werd afgeschaft op 1 april 1974. 2 Het certificeringsstelsel werd op 1 juni 1970 ingevoerd. 3 Maximaal beleningspercentage : 95 pct. 4 Alleen de effecten en overheidsfondsen e aan toonder » in Belgische franken luidend, worden in onderpand aanvaard. Maximum beleningspercentage : 80 pct. 5 Van 8 juli 1974 tot 31 maart 1975, van 12 februari tot 16 juni 1976, en
5,00 5,50 6,00
6
7
vanaf 23 juli 1970, voor de banken. de private spaarkassen en de openbare kredietinstellingen : rentepercentage van het op het herdiscontosubplafond A aangerekend papier (zie tabel XVIII-8). Voor de banken, de private spaarkassen en de openbare kredietinstellingen : rentepercentage voor de voorschotten binnen het door de Bank toegewezen maandelijkse quotum. Rentepercentage dat sedert 8 juli 1974 bestaat.
XIX - 3. - RENTEVOET VAN DE SCHATKISTCERTIFICATEN XIX • 2. - DAGGELDRENTE
EN VAN DE CERTIFICATEN VAN HET RENTENFONDS Schatkistcertificaten op zeer korte termijn 2
Gemiddelden 1
I
maand
2,84 5,40 6,25 3,70 2,48 4,81 9,25 4,63
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975 3e kwartaal 4' kwartaal
9,86 9,25
1975 1" kwartaal 2e kwartaal 3" kwartaal 4e kwartaal
5,15 4,55 4,79 4,11
1974
1976
kwartaal kwartaal 3e kwartaal
le 20
5,48 7,10 10,41 4,50 3.88 3,94
1976 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober
3,99 5,41 7,56 7,74 6,52 7,16 7,14 10,28 12,18 15,52
4
(einde periode)
6
5
1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975
1974 3e kw. . 11,50 11,75 11,75 12,00 11,96 4 8 kw. . 10,00 10,25 10,50 11,00 11,60 1975 le kw. . 2e kw. . 3e kw. . 4e kw. .
6,90 5,25 5,55 5,55
7,15 5,50 5,80 5,80
7,30 6,00 6,05 6,05
7,40 6,25 6,20 6,20
9,46 7,03 6,32 6,20
6,05 6,05 6, 05
6,20 6,20 6,20
1976 Jan. 5,55 5,80 6,05 6,20 Febr. 6,00 6,20 6,40 6,55 Maart . 9,00 9,00 9,00 9,25 April . 9,25 9,25 9,25 9,50 Mei 9,00 9,25 9,50 10,00 Juni 8,50 8,75 9,00 9,50 10,00 10,00 10,00 9,50 Juli Aug. 11,00 11,25 11,50 11,75 Sept. 13,00 13,00 13,00 13,25 1.3,50 1.3,50 13,50 13,75 Okt.
liet gaat om gewogen gemiddelden van de gemiddelde dagelijkse rentepercentages. (Bij deze berekening ie niet alleen rekening gehouden met
de kapitalen die elke dag opgenomen worden in het kader van do protocols
opgemaakt niet het oog op de deelneming aan de markt van het gewaarborgde daggeld, maar ook met kapitalen die buiten deze protocols worden opgenomen). 2 Cf. Ministerieel bedelt van 9 november 1957 (Belgisch Staatsblad van 10 november 1057, blz. 8028), gewijzigd bij ministerieel besluit van 25 maart 1004 (Belgisch Staatsblad van 28 maart 1964, blz. 8233). 3 De schatkistcertificaten B worden hetzij door banken, hetzij door het lientenfonds aangehouden ; de certificaten van het Bentenfonds door over-
196712 dec.
5,00
5,10
5,15
1968:10 dee.
5,25
5,30
5,30
1969 9 dec.
8,80
8,80
8,80
1970 8 dec.
7,45
*
7,75
1971 14 dec.
5,35
5,65
6,15
197212 dee.
4,85
5,25
5,85
1973 11 dec.
*
•
8,10 * 9,00 *
* 1974 11 juni * 12,00 11,75 10 sept. * * 10 dee. * 6,75 7,00 6,90 *
• * * .• *
197613 jan. 10 febr. 9 maart 13 april 6,20 11 mei 6,54 8 juni 7,62 1.3 juli 9,44' 1.0 aug. 10,00 14 sept. 9,84 12 okt. 9,50 9 nov. 11,62 :13,15 :1.3,74
6,75 7,10 7,10 • * 10,00 9,75 10,50 * 1.0,50 1 .2,50
6,90 * • * * • * * * • *
• • * * * • • * * • *
kw. . 9,00 9,00 9,00 9,25 6,87 kw. . 8,50 8,75 9,00 9,50 9,80 3 0 kw. . 13,00 13,00 13,00 13,25 10,91 5,80 5 80 5,80
6 9 12 maanden maanden maanden
8,00 6,50 6,75 6,75 6,75
25
5,55 5.55 5,55
6
Datum
197511 maart 10 juni 9 sept,. 13 nov. 9 dec.
1°
1075 Okt. Nov. Dec.
Schatkistcertificaten uitgegeven bij toewijzing
6
3,80 4,10 4,40 4,90 5,56 . 4,00 4,50 5,00 5,25 4,44 7,50 8,00 8,50 8,75 7,14 6,15 6,55 6,95 7,25 8,13 4,10 4,45 4,80 5,15 5,46 3,90 4,20 4,50 4,85 4,12 7,05 7,35 7,65 7,95 6.36 10,00 10,25 10.50 11,00 10,85 5,55 5,80 6,05 6,20 7,14
1967
1976 1975 Oktober November December
2 8 maanden maanden
Scha kistcertificaten B en eertlicaten van het Ilentenfond 3
6,20 6,29 6,20
heideinstellingen, banken of spaarkassen. Deze heide soorten certificaten vloeiden voort uit de hervorming van de geldmarkt rn november 11157. 4 Percentage van de laatste wekelijkse toewijzing van het jaar, het kwartaal
of de maand. 5 Gewogen gemiddelde van de percentages van de wekelijkse toewijzingen
van het jaar, het kwartaal of de maand. 6 Enige rentepercentages, geldig voor al
de
in aanmerking genomen rentepercentages). Geen toewijzing.
toegewezen certificaten (hoogste
- 123 -
XIX - 4. - RENTETARIEF VOOR DEPOSITO'S IN BELGISCHE FRANKEN BIJ DE BANKEN ' Depositorekeningen Datum van de wijziging
op termijn
2
dadelijk opvraagbaar
met 15 dagen opzegging 2
1 maand
3 maanden
6 maanden
12 maanden
Tarief van kracht op 2-11-1971
0,50
2,00
3,00
4,00
4,75
5,50
1972 15 januari 13 maart 1 december
0,50 0,50 0,50
1,50 0,75 1,00
2,50 1,75 2,00
3,50 2,75 3,00
4,50 3,75 4,00
5,40 5,00 5,00
1973 15 januari 4 juni 16 augustus 15 december
0,50 0,50 0,50 0,50
1,35 1,75 2,75 3,50
2,40 2,90 3,90 4,65
3,50 4,00 5,00 5,75
4,50 5,00 5,75 6,40
5,25 5,50 6,25 6,75
1974
0,50 0,50 0,50 0,50 0,50 0,50
4,00 4,50 4,50 5,00 5,25 4,75
5,15 5,65 5,65 6,00 6,25 5,75
6,25 6,75 6,75 7,00 7,25 7,00
6,90 7,15 7,40 7,50 7,75 7,50
7,25 7,25 8,00 8,00 8,25 8,25
1975 10 februari 16 februari 10 maart 1 april 20 mei 9 juni 10 oktober
0,50 0,50 0,50 0,50 0,50 0,50 0,50
4,25 4,25 3,50 3,50 3,50 3,00 2,50
5,25 5,25 4,75 4,75 4,50 4,00 3,50
6,50 6,50 6,00 6,00 5,50 5,00 4,65
7,00 7,00 6,50 6,50 6,00 5,50 5,25
8,25 8,00 7,75 7,25 7,25 6,75 6,75
1976 12 januari 15 april 23 augustus 20 september
0,50 0,50 0,50 0,50
2,50 3,00 3,75 4,75
3,50 4,00 4,75 5,75
4,65 5,15 5,90 6,75
5,25 5,75 6,25 7,00
7,00 7,25 7,25 7,25
6 februari 8 april 20 mei 1 juli 15 september 12 november .
'
waarden, de toestand van de betalingsbalans en het conjunctuurverloop, zijn het voorwerp van een akkoord tussen de N.B.B. en de Belgische Vereniging der Banken waaraan besprekingen voorafgingen.
1 Tarief toegepast door ca. 25 banken, waaronder de voornaamste. Andere banken. vooral regionale, passen over het algemeen een hoger tarief toe. 2 De veranderingen die de rente ven de deposito's met opzeggingstermijn en van de deposito's op termijn ondergaat, naargelang de marktvoor-
XIX - 5. - RENTETARIEVEN DOOR DE ALGEMENE SPAAR- EN LIJFRENTEKAS TOEGEPAST OP GEWONE SPAARBOEKJES le tranche 1
2e tranche
2
Penode Rentetarief
•
1 januari tot 15 maart 1972 16 maart 1972 tot 31 mei 1973 1 juni tot 31 augustus 1973 1 september tot 31 december 1973 1 januari tot 15 februari 1974 16 februari tot 31 mei 1974 1 juni tot 15 september 1974 16 september tot 31 december 1974 1 januari tot 15 maart 1975 16 maart tot 30 april 1975 1 mei tot 15 juni 1975 Vanaf 16 juni 1975
2 3
4
Getrouwheidspremie
0,75 0,75 0,75 0,75 0,75 0,75 1,00 1,50 1,25 . 1,25 1,25 1,25
3,50 3,25 3,50 4,00 4,25 4,50 4,75 4,75 5,00 4,75 4,50 4,25
Rentetarieven toegekend aan inlagen tot fr. 500.000. Rentetarieven toegekend aan het deel van de inlagen dat de bij 1 gestelde grenzen overtreft. De getrouwheidspremie wordt toegekend aan iedere inlage of deel van inlage die tussen de 16e januari en de 31e december van eenzelfde jaar in het spaarboekje ingeschreven bleef.
4
3
Rentetarief
2,50 2,25 2,50 3,00 3,25 3,50 3,75 3,75 4,00 3,75 3,50 3,25
Getrouwheidspremie
3
0,75 0,75 0,75 0,75 0,75 0,75 1,00 1,50 1,25 1,25 1,25 1,25
Een • aanmoedigingspremie 1974 a ten belope van 1 pet. op jaarbasis werd toegekend pro rata temporis voor de periode van 16 september tot 31 december 1974 op de gemiddelde gewogen aangroei van het tegoed t.o.v. het per 15 september 1974 uitstaande saldo.
- 124 --
XIX • 6.
-
RENDEMENT VAN EFFECTEN MET VAST RENDEMENT OP DE BEURS TE BRUSSEL 1 Leningen uitgegeven na 1 december 1962 Vervaldag binnen 2 tot 5 jaar
Vervaldag over meer dat 5 jaar
Begin der periode Staat
Parastatale instellingen en steden
Staat
Parastatale instellingen en steden
Particuliere vennootschappen
Gewogen gemiddelden
1968
--
--
6,58
6,68
7,62
1969
6,61
6,62
6,65
6,71
7,69
6,69
1970
7,37
7,96
7,80
8,20
9,26
7,93
1971
6,92
7,37
7,79
7,97
9,32
7,78
1972
6,87
6,83
7,17
7,11
7,69
7,14
1973
6,76
6,81
7,21
7,11
7,74
7,14
1974
7,72
7,61
7,92
7,95
8,56
7,90
1975
8,76
9,18
9,03
9,41
10,90
9,13
1.976
8,33
88,41
8,72
8,90
10,29
8,69
1974 Juli
,
•
6,64
8,56
8,87
8,86
9,15
10,90
8,93
Oktober
9,06
9,55
9,12
9,65
111,95
9,32
1975 Januari
8,76
9,18
9,03
9,41
10,90
9,13
April
8,16
8,64
8,71
8,86
9,94
88,69
Juli
7,75
7,73
8,07
8,17
99,57
8,05
Oktober
8,28
8,39
8,50
8,61
10,38
8,53
November
8,12
8,41
8,50
8,65
10,28
88,51
December
8,12
8,33
8,53
8,66
10,24
8,52
1976 Januari
8,33
8,41
8,72
8,90
10,29
8,69
Februari
8,38
8,43
8,80
8,96
10,32
8,75
Maart
8,42
8,80
8,96
9,03
10,57
8,91
April
8,34
8,89
9,00
9,01
11,21
8,94
Mei
8,52
9,13
9,19
9,28
11,47
9,15
Juni
9,32
9,25
9,35
9,52
11,77
9,39
Juli
8,97
9,16
8,94
9,41
11,65
9,10
Augustus
9,00
8,93
8,81
9,00
11,57
8,93
September
9,43
9,21
9,21
9,41
11,98
9,32
Oktober
9,31
9,25
9,11
9,36
11,99
9 ,24
November
9,43
9,35
9,17
9,50
12,07
9,34
1 Gemiddeld rendement berekend op basis van de rente vddr fiscale af• houdingen aan de bron. Het gemiddelde rendement is het percentage dat, toegepast bij de berekening van de actuele waarde van de gezamenlijke nog te ontvangen termijnen (aflossing, rente, gebeurlijke loten en
premies) van de annuiteit, een actuele waarde geeft die gelijk is aan de koopprijs van het uitstaande kapitaal, berekend volgens de dagnoteringen, verhoogd met de courtage en eventueel met de optielonen -ante.
- 125 XIX - 7. - RENTEVOET VAN DE KASBONS EN OBLIGATIES UITGEGEVEN DOOR DE OPENBARE KREDIETINSTELLINGEN
1 jaar Datum de wijziging van de
Nominale rentevoet
Uitgifteprijs
5 jaar Werkelijk Nominale rendement rentevoet i
10 jaar
u . .. Werkelijk Nominale Uitgifte- rendement rentevoet prijs /
. . Uitgifteprijs
20 jaar Werkelijk e Nominale rendement rentevoet 1
Uitgifte- lijk renprijs dement 1
Rentevoet van kracht op 31-12-1968
5,00
100,00
5,00
6,50
100,00
6,50
6,75
100,00
6,75
6,75
98,50
6,89
1969 15 april
5,50
100,00
5,50
6,75
100,00
6,75
6,75
98,50
6,96
6,75
97,50
6,99
16 juni
6,00
100,00
6,00
7,00
99,75
7,06
7,25
100,00
7,25
7,50
100,00
7,50
.
7,00
100,00
7,00
8,00
100,00
8,00
8,25
99,50
8,33
8,25
98,00
8,46
1971 25 januari .._
6,50
100,00
6,50
7,50
100,00
7,50
8,00
100,00
8,00
8,00
99,00
8,10
1 november
18 februari
6,00
100,00
6,00
7,00
100,00
7,00
7,50
100,00
7,50
7,50
99,00
7,60
16 september .
6,00
100,00
6,00
6,75
100,00
6,75
7,25
100,00
7,25
7,40
100,00
7,40
._
5,75
100,00
5,75
6,75
100,00
6,75
7,25
100,00
7,25
7,40
100,00
7,40
.
5,75
100,00
5,75
6,75
100,00
6,75
7,00
100,00
7,00
7,25
100,00
7,25
._
5,65
100,00
5,65
6,75
100,00
6,75
7,00
100,00
7,00
7,00
100,00
7,00
5,25
100,00
5,25
6,25
100,00
6,25
6,75
100,00
6,75
7,00
100,00
7,00
5,50
100,00
5,50
6,75
100,00
6,75
7,00
100,00
7,00
7,25
100,00
7,25
4 juni
5,75
100,00
5,75
7,00
100,00
7,00
7,25
100,00
7,25
7,25
98,50
7,40
1 september .
6,50
100,00
6,50
7,50
100,00
7,50
7,75
100,00
7,75
7,75
98,00
7,95
18 oktober 20 december 1972 17 januari 13 maart 1973 15 januari
1974
._
15 december
.
6,75
100,00
6,75
7,50
100,00
7,50
7,75
100,00
7,75
7,75
98,00
7,95
6 februari
._
7,25
100,00
7,25
8,00
100,00
8,00
8,00
98,75
8,18
8,25
98,75
8,38
8,00
100,00
8,00
8,75
100,00
8,75
9,00
100,00
9,00
9,00
98,75
9,14
.
8,25
100,00
8,25
9,75
100,00
9,75
10,00
100,00
10,00
10,00
100,00 10,00
_.
8,00
100,00
8,00
9,75
100,00
9,75
10,00
100,00
10,00
10,00
100,00 10,00
9,00
100,00
9,00
20 mei 9 september 1975 16 februari 10 maart
7,75
100,00
7,75
9,25
100,00
9,25
9,25
100,00
9,25
24 april
7,25
100,00
7,25
8,50
100,00
8,50
8,75
100,00
8,75
8,75
100,00
8,75
9 juni
6,75
100,00
6,75
8,00
100,00
8,00
8,25
100,00
8,25
8,25
100,00
8,25
7,00
100,00
7,00
8,75
100,00
8,75
9,00
100,00
9,00
9,00
99,00
9,11
7,25
100,00
7,25
9,50
100,00
9,50
10,00
100,00
10,00
10,00
1976 12 januari 20 april
._
100,00 10,00
1 Betel bruto-rendement b'j de uitgifte voor inschrijvers die geen institutionele beleggers zijn. Alle lcasbons en obligaties worden h pari terug. betaald.
Bibliografische referenties . Belgisch Staatsblad :
weekstaten van de N.B.B. - Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting (N.B.B.) : XXVI° jaargang, deel I, nr 6, juni 1951 • « De daggeldmarkt sedert september 1950 a; XXVIII8 jaargang, deel I, nr 5, mei 1953 a Een nieuwe statistiek : de daggeldmarkt (call money) n ; XXXIe jaargang, deel I, nr 2, februari 1956 : « Statistiek van de rendementen
der voornaamste typen van obligaties a; XXXIIe jaargang, deel II. nr 5, november 1957 : a De hervorming van de geldmarkt n XXXVe jaargang, deel I, nr 4, april 1960 : a De Belgische geldmarkt n ; XXXVIIe jaargang, deel I, nrc 3 en 4, maart en april 1962 : a De hervorming van 1 januari 1962 en de Belgische geldmarkt a.
- 126 -
XX - BUITENLANDSE CIRCULATIEBANKEN 1. - DISCONTOVOET * (in procenten per jaar) Maand van de wijziging
Duitsland a Datum
Tarief van kracht op 31-12-1973 . 1974 Januari Februari Maart April April Mei Juni Juli September . Oktober . November . December 1975 Januari Januari Februari Februari Maart Maart April Mei Juni Juli Augustus September . Oktober . November . November . December . 1976 Januari Januari Januari Januari Februari . Februari Maart April Mei Juni Juni Juli Augustus . Augustus . Augustus . September. Oktober November
Discontovoet
Verenigde Staten 2 Datum
7,00
Disc"tovoet
Frankrijk Datum
7,50
Discontovoet
Vercci 3 Koninkrijk Datum
17,00
Discontovoet
Italië 4 Datum
13,00 4 1
12,75 12,50
5 11 24
12,25 12,00 11,75
8,00 20
20
11,50
25
6,50
20
6,00
5,50
23
15 12
5,00 4,50
'
9
7,75
10
7,25
27
11,00
14
6,25
7 10
10,00
6,00
21 18 2
11,25 11,00 10,75 10,50 10,25 10,00 9,75 10,00
5
9,50 25
11,00
9
5 10 16
12,00
17 7
6,75
4,00 3,50
4
19.
8,00
5,50
3 14 28 24
12,00 1 1,75 I 1,50 1 1,25
2 16 23 30 6 27 5 23 21
1 1,00 1 0,75 1 0,50 1 0,00
9,50 9,25 9,00 1 0,50 1 1,50
7 28
10,00
15
9,00
2 25 18
23
8,00
I Discontovoet
Da i. um
•'
7,25
Discontovoet
4,50 21
5,50
7,00
15 13
8,25 8,75
24
9,25
18
8,75
13
8,25
10,00 11,00 15,00
15 15
2
6,00
3
5,00
20
4,50
5,50 4,50
3
9,00
25 29 29
4,00
13
2,50
8
2,00
3,50 3,00
4,00 8
18
4,50 5,00
2 16 20
5,50 6,50 7,00 ,
9,50
9,50
10,50
10
7 22
Datum
11,00
1 22
Discontovoet
Zwitserland
12,00
28
27
7
Datum
Canada
5
13,00
24 7
tovoet
9,50
20 25
Discon-
Nederland
5,25
19
13,00 15,00 14,75
4
18,00 22
9,00
• Voor de bepalingen van de officiële di contoterieven : zi « International Financial Stalletje • (I.M.F.). 1 Van toepassing op het papier dat wordt gemobiliseerd binnen de door de 5 De Nederlandsche Bank berekent, sinds 1 september 1973, een extra comBundesbank vastgestelde grenzen. Boy ndien stelt de Bundesbank, gedurende missie voor de banken waarvan het gemiddeld beroep op de centrale bank, sommige periodes, a centrale•bankgeld » ter beschikking van de banken tijdens een bepaalde periode, een vastgestelde limiet overschrijdt. Deze in do vorm van de aankoop, met verplichte terugkoop door de banken commissie, die oorspronkelijk 1,4 pct. per maand bedroeg, werd op 10 oktona 10 dagen, van handelspapier dat •n aanmerking komt voor herdisconteber 1973 verlaagd tot 2 pct. op jaarbasis en tot 1 pct. sedert 1 maart 1974. ring tegen veranderlijke, maar hogere tarieven dan de officiële discontovoet. Vanaf 13 december 1973 heeft deze rente-opslag alleen nog betrekking op 2 Federal Reserve Bank of Now York. overschrijdingen ten belope van 75 pct. van het quotum en vanaf 1 maart 1974 op overschrijdingen ten belope van 50 pet. Daarboven wordt de straf3 In principe maakt de Bank of England elke vrijdag een minimumpercentage rente hoger ; de Nederlandsche Bank hanteert dit tarief op soepele wijze. voor uitleningen bekend, dat rechtstreeks gebaseerd is op het gemiddelde 6 De rente voor voorschotten in rekening-courant en beleningen, die belang. rentepercentage van de Schatkistbons. De discontovoet waarvan hier sprake, is die welke wordt toegepast op de rijker is, bedraagt 8,00 pet. kredietinstellingen die, tijdens het kalenderhalfjaar dat aan de verrichting
roorafgaat, op het herdisconto een beroep hebben gedaan voor een bedrag
lat groter is dan 5 pct. van hun verplichte reserves
- 127 XX - 2.
- BANQUE DE FRANCE
(millions de francs franeais)
1974 31 décembre
1975 31 décembre
1975 4 septembre
100.098
96.787
7.324 342
63.168 31.898 4.856 176
69.183 20.802 6.611 191
6.944
10.697
25.705
110 134 6.700
71 43 9.650 933
82 161 24.736 726
111.710
68.745
14.032
18.262
81.785 58 15.835
38.035 40 12.408
2.600 164.150
1976 9 septembre
1975 octobre
1976 7 octobre
87.653
99.998
89.419
60.327 18.088 9.155 83
69.183 23.665 6.959 191
60.327 19.454 9.555 83
21.296
26.624
20.775
49 171 19.974 1.102
201 245 25.347 831
267 282 19.065 1.161
58.444
63.042
43.260
60.376
16.639
22.700
16.799
23.230
37.544 43 4.218
36.140 41 4.161
22.235 43 4.183
31.520 45 5.581
3.304
2.981
2.917
2.901
3.639
182.844
183.917
174.908
172.783
174.209
96.955
106.742
101.175
111.302
103.357
113.643
5.270
6.814
4.664
6.041
6.382
7.307
1.195
922
1.053
798
1.171
642
2.694
2.540
2.411
2.635
2.411
2.634
1.381
3.352
1.200
2.608
2.800
4.031
3.022
4.719
1
1
47.720
'12.767
22.665
12.179
8.261
7.166
44.801
10.175
21.071
10.474
6.488
5.273
2.919
2.592
1.594
1.705
1.773
1.893
43.553
49.568
40.663
49.568
40.663
1.021
1.243
1.243
1.368
1.243
1.368
10.162
7.006
4.602
3.355
3.971
4.061
164.150
182.844
183.917
174.908
172.783
174.209
ACTIF 42.896
Or et créances sur l'étranger Or Disponibilités à vue et l'étranger Avances au Fonds de Stabilisation des Changes Annuités de prét de la B.I.R.D.
35.230 1 2
Créances sur le Trésor Monnaies divisionnaires Comptes courants postaux Concours au Trésor Public 3 4 Avance á l'Institut d'Emission des D.O.M. 5
Créances provenant d'opérations de refinancement Effets escomptés 6 Effets achetés sur le marché monétaire et obligations 8 Avances sur titres Effets en cours de recouvrement
Divers Total
PASSIF Bil lets en circulation Comptes créditeurs extérieurs Comptes des banques, institutions et personnes étrangères Compte spécial du Fonds de Stabilisation des Changes - Contrepartie des allocations de droits de tirage spéciaux Dépéts en devises des banques et institutions étrangères
Compte courant du Trésor public Comptes créditeurs des agente économiques et financiers Compte courant des établissements astreints à la constitution de réserves Autres comptes; dispositions et autres engagements it vue
Réserve de réévaluation des avoirs publics en or Capital et fonds de réserve Divers Total
1 Convention du 27 juin 1949 approuvée par le lot du 22 juillet 1949. Concours au Fonds M onétaire . . 2.487 3.348 2.589 4.407 2.820 4.462 Acquisition de droits de tirage spéciaux . 1.123 1.280 1.061 1.041 1.241 Autres opérations 8.714 228 2.961 3.707 21 .22 .9 2.915 3.852 3 Convention du 17 septembre 1973 approuvée par la lot du 21 décembre 1973. 4 Montant maximum des concours au Trésor public : 28,03 milliards de F, dont 13,08 milliards de F non rémunérés. 5 Lot du 27 décembre 1974. 6 Décomposition du total dee posten « Effets eseomptés s. et a Effets achetés sur le marché monétaire et obligations ■ : Effets publics 2.682 20.328 4.405 23.904 9.170 23.976 Obligations 21 15 17 14 17 14 Bons is moyen terme .. 5.037 699 590 1.094 1.081 6 Crédits á moyen terme ... 24.957 22.208 22.421 25.833 21.20 21.820 26.260 - Préts spéciaux h la coustruction 90 26 75 25 74 69 - Crédits d P .. 14.033 18.262 62 13.639 26.700 16 799 23.230 - Autres crédits 10.834 5.707 3.5 7. 1 90 58 4.947 2.970 Crédits h court terme .. 63.120 1 34 ..0 . 2 042 507 26.750 0 3.4 5 - Crédits h l'exportation . 11.401 4.005 7.249 2.905 27.872000 1.866 - Autres crédits 51.719 9.042 19.501 5.090 4.880 1.439 2
--- 128 --XX - 3. -
BANK OF ENGLAND (millions of £)
1972 1978 February 28 February 28
1975 1 1974 February 28 February 28
1975 Sept. 10
1976 Sept. 8
1975 October 8
1976 October 6
ISSUE DEPARTMENT
Government Debt Other Government Securities Other Securities Total
11
11
11
11
11
11
11
H
3.217
3.486
3.513
4.625
5.181
6.091
5.285
6.038
579
601
497
703
1.076
739
708
598
3.725
4.200
4.600
5.375
5.900
6.700
5.875
6.650
3.698
4.187
4.573
5.355
5.860
6.690
5.846
6.647
Notes Issned : In Circulation In Ranking Department Total
27
13
27
20
40
10
29
3
3.725
4.200
4.600
5.375
5.900
6.700
5.875
6.650
949
1.294
1.586
1.253
1.913
BANKING DEPARTMENT
Government Securities Advances and Other Accounts
419
1.096
1.645
27
37
155
452
276
226
251
274
86
84
85
85
Premises, Equipment and Other Securities
94
88
188
200
Notes
27
14
27
20
40
10
29
3
567
1.235
2.015
1.621
1.696
1.906
1.618
2.275
Capital
15
14
15
15
14
15
15
15
Public Deposits
56
60
82
64
19
17
21
23
714
1.368
936
985
1.037
980
1.390
177
250
217
325
321
185
315 532
2.275
Coin Total
(including Exchequer, National Loans Fund, National Debt Conamissioners and Dividend Accounts) Special Deposits 199
Bankers Deposita Reserves and Other Accounts Total
297
270
300
389
353
516
417
567
1.235
2.015
1.621
1.696
1.906
1.618
- 129 -
XX - 4. - FEDERAL RESERVE BANKS (millions of $) 1975 1974 1973 1972 December 31 December 31 December 31 December 81
1975 Sept. 10
1976 Sept. 8
11.599
11.598
1075 October 8
1976 October 6
11.599
11 598
ASSETS Gold certificate account Special Drawing Rights certificate account Cash Discounts and .advances Acceptances : Bought outright
10.303
11.460
11.652
11.599
400
400
400
500
500
700
500
800
359
350
414
36 5
313
271
240
347
1.981
1.258
298
229
1.696
41
155
55
70
68
579
741
651
258
703
199
420
385
1
63
181
Held under repurchase agreement
36
Federal agency obligations : Bought outright Held under repurchase agreement
1.311 13
1.937 42
4.702 511
6.072 118
5.395
6.778 25
5.789
6.757 83
29.664
36.897
36.765
37.207
32.158
37.216
32.857
32.102
36.681 3.463
38.412 3.149
40.009 3.284
43.989 5.521
42.812 4.869
45.915 6.411
43.400 5.104
46.897 6.506
69.808
78.458
80.058
86.717
79.839
89.542
81.361
85.51'35
98
58
443
1.217
Total U.S. Government securities
69.906
78.516
80.501
87.934
79.839
90.295
81.361
87.312
Total loans and securities
73.317
81.821
87.011 . 95.479
87.582
97.460
88.008
94.587
8.716
7.562
9.483
U.S. Government securities : Bought outright : Bills Certificates Notes Bonds Total bought outright Held under repurchase agreement
Cash items in process of collection Bank premises
9.172
7.954
8.312
9.210
6.663
194
223
263
319
306
352
307
356
13
4
22
4
27
Operating equipment Other assets Total assets
1.807
753
1.066
. 929
2.932
2.980
2.813
3.248
3.075
3.491
94.765
103.058
110.810
120.447
109.826
122.446
111.469
120.707
LIABILITIES Federal Reserve notes
58.757
64.262
70.916
77.159
73.430
80.622
73.355
80.509
Deposita : Member bank reserves U.S. Treasurer - general account Foreign Other
25.647 1.855 325 840
27.060 2.542 251 1.419
25.825 3.113 418 1.275
26.097 7.285 353 1.090
26.987 405 295 1.036
28.150 3.421 292 967
25.506 3.691 234 568
22..908 7.496 • 252 898
28.667
31.272
30.631
34.825
28.723
32.830
29.999
31.554
5.198
4.855
6.328
5.495
4.724
5.871
5.069
5.608
Other liabilities and accrued dividends
557
981
1.141
1.110
966
1.065
1.081
990
Total liabilities
93.179
101.370
109.016
118.589
107.843
120.388
109.504
118.661
Total deposits : Deferred availability cash items
CAPITAL ACCOUNTS Capital paid in
793
844
897
929
916
965
914
966
Surplus
793
844
897
929
897
929
897
929
170
164
154
151
109.826
122.446
111.469
120.707
Other capital accounts Total liabilities and capital accounts Contingent liability on acceptances purchased for foreign correspondente
94.765
103.058
110.810
179
581
981
1 Consolidated statement of condition of the twelve Federal Reserve Banke.
120.447
XX • 5.
-
NEDERLANDSCHE BANK (miljoenen guldens)
1972 1973 1974 1975 1975 1976 31 december 31 december 31 december 31 december 8 september G september
1975 6 oktober
1970 4 oktober
ACTIVA Goud
6.829
6.849
6.849
6.849
6.849
6.849
6.849
6.849
Vorderingen en geldswaardige papieren luidende in goud of in buitenlandse geldsoorten
4.557
9.339
8.782
9.160
8.501
7.517
8.859
6.922
1.
1
Buitenlandse betaalmiddelen Vorderingen op het buitenland luidende in guldens 1.595
1.630
1.638
1.632
1.611
1.618
1.573
1.038
1.482
2.350
2.042
2.665
2.093
2.623
171
134
62
456
32
45
78
673
1.256
1.258
1.812
13
2.044
1.452
3.039
37
19
13
12
15
12
13
14
382
424
462
515
515
599
515
599
Gebouwen en inventaris
195
195
235
235
235
260
235
260
Diverse rekeningen
104
140
870
82
81
291
86
574
15.300
20.989
21.643
23.109
19.884
21.881
21.795
22.531
12.827
14.560
13.911
15.552
14.072
15.655
Bijzondere trekkingsrechten in het I.M.F
2.352
Reservepositie in het I.M.F. Wissels, promessen, schatkistpapier schuldbrieven in disconto
en
Wissels, schatkistpapier en schuldbrieven door de Bank gekocht (art. 15, onder 40 van de Bankwet 1948) Voorschotten in rekening-courant en beleningen Voorschotten aan de Staat de Bankwet 1948)
(art. 20 van
Nederlandse munten Belegging van kapitaal en reserves
Totaal
PASSIVA Bankbiljetten in omloop
11.251
11.873
in guldens van
Rekening-courantsaldo's ingezetenen
1.944
3.757
4.971
3.964
1.773
1.625
3.241
2.982
1.858 47 39
3.694
26
4.890 34
3.828 99
1.529 179
1.582 10
3.188 17
2.940 3
37
47
37
65
33
36
39
358
388
159
184
134
83
154
119
224 134
282 106
84 75
93 91
70 64
31 52
99
37
1.400
1.400
1.400
1.400
1.400
1.400
1.400
52
1.574
1
5
3
1.179
4
321
856
793
793
744
741
717
749
700
Kapitaal
20
20
20
20
20
20
20
20
Reserves
404
404
442
495
495
579
495
579
Diverse rekeningen
415
780
1.030
1.787
1.407
726
1.660
755
15.300
20.989
21.643
23.109
19.884
21.881
21.795
22.531
14
13
13
13
's Rijks schatkist Banken in Nederland Andere ingezetenen Rekening-courantsaldo's niet-ingezetenen
in guldens van
Buitenlandse circulatiebanken en daarmede gelijk te stellen instellingen Andere niet-ingezetenen 's Rijks schatkist, bijzondere rekening 'i.b.v. overdracht I.M.F.-positie
55
Krediet aan het I.M.F. Saldo's luidende soorten
in
buitenlandse
geld-
Tegenwaarde toegewezen bijzondere trekkingsrechten in het I.M.F.
Totaal
N. B. - Circulatie der door de Bank namens de Staat in het verkeer gebrachte muntbiljetten
14
I
I
I
13
-- 131 XX - 6. - BANCA D'ITALIA (miliardi di lire)
1972 dicembre
1973 dicembre
1974 dicembre
1975 1 dicembre
1975 maggio
1976 maggi()
1975 guigno
1976 guigno
ATTIVO Oro Cassa 1 Portafoglio Risconto per finanziamenti ammassi obblig. 2 Anticipazioni 3 Attivitá verso l'estero in valuta Ufficio italiano dei cambi Titoli emessi o garantiti dallo Stato 4 Certificati di credito del Tesoro Investimento fondi di riserva e fondi Jiverei 5 Anticipazioni straordinarie al Tesoro C/c servizio tesoreria Servizi diversi per conto dello Stato Immobili Partite varie Spese Totale attivo
1.802 67 44
1.804 76 93
1.804 107 156
1.804 255 13
1.804 99 15
1.804 215 28
1.804 138 14
1.804 210 14
1.104 2.312 2 2.518 5.246
1.142 2.033 3 5.655 6.251
1.178 3.058 6 7.696 10.677 1.748
1.216 769 3 9.538 18.226 40
1.189 2.113 8 7.029 12.066 173
1.230 2.026 10.264 21.184 162
1.204 2.843 6 7.071 14.082 156
1.243 2.693 5 10.465 22.866 54
438 339 1.903 499 ... 275 371
525 339 2.913 650 ... 292 429
556 339 2.962 747 317 508
682 339 3.522 64 ... 515 1.061
576 339 3.460 544 ... 281 80
694 339 3.545 64 ... 679 74
578 339 3.029 561 ... 458 451
694 339 4.154 86 ... 1.028 827
16.925
22.205
31.859
38.047
29.776
42.317
32.734
46.482
12.921 134 2.040 11.682 51 7.825 ... 116 145 1.179 758
10.540 76 257 8.846 173 7.053 150 207 38 846 1.404
12.774 105 292 14.757 261 10.321 57 69 54 1.180 2.246
11.134 84 768 9.354 706 7.110 98 459 109 850 1.499
13.345 103 751 14.884 128 10.271
9
PASSIVO Circolazione dei biglietti 6 Vaglia cambiari e altri debiti a vista 7 Conti correnti liberi 8 Conti correnti vincolati Conti speciali Conti dell'estero in lire e valuta Ufficio italiano dei cambi : c/c ordinario Servizi diversi per conto dello Stato Servizi di casea per conto di enti vari Fondi accantonati Partite varie 10 Capitale Fondo di riserva ordinario Fondo di riserva straordinario Rendite Totale passivo e patrimonio Depositanti di titoli e valori 1 Di cui : biglieti e monete di Stato 2
•
3
•
• • • •
9
In
aziende di credito istituti epeciali aziende di credito istituti speciali altri. anticipazioni a scadenza fissa BOT e titoli titoli di stato e oba breve bligaz. p/o Tesoro altri titoli di stato e obblig. p/c Tesoro biglietti presso il Tesoro vaglia cambiari aziende di credito istituti epeciali depositi in valuta vincolati a fronte di prestiti esteri di : aziende di credito istituti speciali altri enti non statali d epositi vincolati per importazioni (Decreto Interministeriale 2 maggi() 1974)
--
--
139 428 641 319
194 158 815 453
11.190 178 547 6.639 1.748 7.743 165 171 91 845 1.955
...
...
...
...
...
23 21 397
29 28 459
37 37 543
49 47 1.100
47 44 95
57 55 89
48 45 470
58 56 848
16.925
22.205
31.859
38.047
29.776
42.317
32.734
46.482
10.526 10 687 417 2.298
14.386 23 711 431 2.019
18.222
20.540
44.304
25.845
70.363
22 757 459 746 18
19 740 449 1.921 11
19 750 454 2.410 12
36 774 469 1.122 15
14
35 765 465 1.253 8
14
20.708 24 734 444 1.953 10 1 1.094
2
. .
5
179
765
1 420
1.554
1.669 4.395 295 15 45 227 475
6.162 4.072 325 11 57 491 43
9.915 7.971 443 13 75 1.380 638
6.835 4.826 354 11 69 218 30
12.147 8.703 430 13 79 235 36
8.651 5.039 354 80 212 544
13.772 8.760 430 13 71 259 474
152 2.322 589
338 3.747 • 97
239 3.241 102
294 3.283 94
295 3.865 127
296 3.310 95
294 3.850 109
8.748
316 180 4.336
10.029 148 650 5.384
--
--
1.377
3.858
207 4.853 250 12 43
11
478 127 1.183 4.250
1
XX • 7.
-
DEUTSCHE BUNDESBANK (Millionen DM)
1972 81. Dez.
1973 31. Dez.
1974 31. Dez.
1975 31. Dez.
1075 7. Sept.
1076
1975
7. Sept.
7. Oktober
1976 7. Oktober
AKTIVA W51rungsreserven Gold Internationalen Reserveposition im Weihrungsfonds und Sonderziehungsrechte Devisen und Sorten Kredite und sonstige Forderungen an das Ausland Kredite en inliindische Kreditinstitute Inlandswechsel Im Offenmarktgeschlift angekaufte Inlandswechsel mit Riicknahmevereinbarun g Auslandswechsel Lombardforderungen Kredite und Forderungen an bffentliche Haushalte Kassenkredite (Buchkredite) unverzinsliche • und Schatzwechsel Schatzanweisungen Ausgleichsforderungen und unverzinsliche Schuldverschreibung Kredite an Bundesbahn und Bundespost Kassenkredite (Buchkredite) und unverzinsliche Schatzwechsel Schatzanweisungen Wertpapiere Deutsche Scheidemiinzen Postcheckguthaben Sonstige Aktiva Ausgleichsposten wegen Neubewertung der Fremdwiihrungsforderungen und -verbindlichkeiten - Bilanzverlust Ingesamt
72.908 13.971
88.179 14.001
71.805 14.002
74.614 14.002
70.780 14.002
82.186 14.002
70.445 14.002
86.147 14.002
6.712 52.225
8.354 65.824
8.055 49.748
9.309 51.303
8.841 47.937
11.382 56.802
8.939 47.504
11.730 60.415
4.480 20.178 17.847
4.279 11.216 10.435
11.636 15.516 12.305
11.804 8.521 5.910
11.054 5.222 3.227
13.084 15.159 14.043
11.083 7.173 5.273
12.901 14.736 .13.655
1.185 1.146
... 460 321
... 877 2.334
... 903 1.708
1.502 478 15
... 1.063 53
... 533 17
... 1.014 67
9.123 440
11.535 2.852
9.915 1.232
9.044 361
8.900 217
8.820 137
8.683
8.683
8.683 318
8.683 300
8.683
8.683
8.683
8.683
8.683
8.683
318 53 344 525 4.686
300 25 584 466 4.882
... 469 423 647 7.115
... 7.953 946 358 8.139
... 4.200 980 187 3.882
... 5.751 721 192 4.341
... 5.917 999 261 4.536
4.958 699 252 4.505
3.101
10.279
14.004
8.931
8.931
115.716
131.745
131.530
130.310
114.136
130.254
118.028
132.881
8.931
PASSIVA Banknotenumlituf Einlagen von Kreditinstituten . auf Girokonten sonstige Einlagen von egentlichen Haushalten Bund und E.R.P Lastenausgleichsfonds Sonderverm5gen Liinder Andere 6ffentliche Einleger Sondereinlagen Einlagen von anderen inlilndischen Einlegern Bundesbahn Bundespost (einschl. Postscheck- und Postsparkasseniimter) Sonstige' Einleger Guthaben auf Sonderkonten Bardepot Verbindlichkeiten aus dem Auslandsgeschiift Einlagen ausllindischer Einleger Verbindlichkeiten gegenilber dem Europliischen Fonds fair wiihrungspolitische Zusammenarbeit Sonstige Ausgleichsposten fiir zugeteilte Sonderziehungsrechte Verbindlichkeiten aus abgegebenen Mobilisierungs und Liquiditktspapieren Riickstellungen Grundkapital Riicklagen Sonstige Passiva Ingesamt
44.504 46.388 46.364 24 7.083 97
46.247 51.913 51.892 21 11.298 204
50.273 46.504 46.483 21 11.742 139
55.143 44.591 44.563 28 8.256 2.291
53.212 36.801 36.777 24 10.031 2.127
56.493 49.184 49.154 30 10.617 4.161
52.166 38.665 38.642 23 12.600 2.323
56.868 47.650 47.618 32 11.740 4.574
197 2.543 58 4.188
174 2.403 51 8.466
163 643 44 10:753
358 2.106 46 3.455
351 2.502 31 5.020
195 5.172 27 1.062
486 4.854 32 4.905
232 6.903 31 792
3.214 5
2.932 16
2.739 5
2.502 5
1.469 3
2.461 3
2.230 6
2.589 5
2.703 506 1.336
2.455 461 244
2.227 507 127
1.962 535 256
1.117 349 224
1.993 465 141
1.871 353 256
2.087 497 627
916 898
918 735
1.284 1.268
840 828
583 574
564 559
439 435
664 588
18
183
16
12
4
76
1 .855
1.747
1.600
1.665
1.600
1.665
1.600
:L.665
4.465 1.296 290 1.080 3.289
9.860 1.296 290 929 4.071
8.867 1.485 290 929 5.690
4.173 1.670 290 929 9.995
4.999 1.670 290 929 2.328
3.574 1.835 290 1.100 2.330
4.573 1.670 290 929 2.610
4.301 1.835 290 1.100 2.760
115.716
131.745
131.530
130.310
114.136
130.254
118.028
132.881
- 133 XX • 8. -
BANQUE NATIONALE SUISSE (millions de francs suisses)
1972 1973 1974 1975 31 décembre 31 décembre 31 décembre 31 décembre
1975 5 septembre
I
1976 1975 7 septembre 7 octobre
1976 7 octobre
ACTIF Encaisse or
11.880
11.893
11.893
11.893
11.893
11.904
11.893
11.904
Devises
12.323
12.520
11.571
14.706
9.740
13.527
10.078
13.487
4.278
4.613
5.403
5.403
5.403
5.403
5.403
5.403
784 152
898 200
2.210 484
1.712 227
225
282
229
280
419
558
700
200
5
23
16
32
92
3
Bons du Trésor étrangers en fr. s. Portefeuille effets sur la Suisse : Effets de change Bons du Trésor de la Confédération Avances sur nantissement Titres : pouvant servir de couverture autres
• • •
Correspondants en Suisse Correspondants à l'étranger Reconnaissance de dette de la Confédération selon l'arrêté fédéral du 15-12-1971 Adres postes de l'actif Total
62
62
142 27
282
167
136
12
29
37
10
1.244
1.243
622
622
622
622
622
622
89
66
94
64
85
114
112
98
31.338
32.273
33.236
34.966
27.985
31.966
28.390
31.898
PASSIF 64
65
66
67
67
68
67
68
16.635
18.296
19.436
19.128
17.345
17.564
17.308
17.905
Engagements á vue : Comptes de virements des banques, du commerce et de l'industrie Autres engagements á vue
9.313 1.708
8.235 801
9.505 862
11.479 1.817
5.863 1.414
5.845 3.909
5.998 1.526
5.421 4.203
Avoirs minimaux des banques sur : les engagements en Suisse les engagements envers l'étranger
1.449 580
1.600 1.272
348
165
195
571
185
222
73 2
121 83
247 986
380
490 329
1.580
916 14
1.580
Fonds propres Billets en circulation
Engagements il terme Rescriptions de stérilisation Comptes spéciaux Comptes de stérilisation de l'administration féclérale Autres postes du passif Total
• • •
• • •
26 1.514
1.774
1.786
1.930
2.282
2.429
2.376
2.499
31.338
32.273
33.236
34.966
27.985
31.966
28.390
31.898
134
-
-
XX - 9. - BANQUE DES REGLEMENTS INTERNATIONAUX Situation en millions de francs or
[unités de 0,29032258... gramme d'or fin (art. 4 des statuts)1 Aotif 1975
1970
1975
1970
80 eept embre
30 septembre
81 oet obre
81 octnbre
3.917
4.081
4.091
3.972
3.998
143
83
44
49
58
55
515
363
515
96
438
95
30.034
32.432
31.433
34.494
31.317
34.150
Or : a) á 3 mois au maximum b) á plus de 3 mois
2 69
76 ...
.. . 69
45 ...
69 ...
35
Monnaies : a) á 3 mois au maximum b) á plus de 3 mois
22.578 7.385
25.291 7.065
23.059 8.305
26.625 7.824
23.520 7.728
26.436 7.617
8.253
5.761
4.335
3.867
4.484
3.670
7.838
4.991 770
3.598
415
737
3.561 306
3.918 566
3.379 291
80
159
185
235
200
230
43.161
42.715
40.593
42.832
40.469
42.198
II. Espèces en caisse et avoirs bancaires á vue
III. Bons du Trésor
IV. Dép8ts á terme et avances
2.
1975
31 décembre
4.136
I. Or
1.
1974 31 décernbre
V. Titres á terme a) á 3 mois au maximum b) á plus de 3 mois
VI. Divers
Total de l'actif
62
- 135 XX
-
9.
-
BANQUE DES REGLEMENTS INTERNATIONAUX
Situation en millions de francs or [unités de 0,29082258... gramme d'or fin (art. 4 des statuts)]
Passif
I. Capital : Actions libérées de 25 % II. Réserves 1. Fonds de Réserve Légale 2. Fonds de Réserve Générale 3. Fonds Spécial de Réserve de Dividendes 4. Fonds de Réserve Libre III. Dépóts (or) 1. Banques centrales : a) á vue b) á 3 mois au maximum c) It plus de 3 mois 2. Autres déposants : It vue
IV. Dépolits (monnaies) 1. Banques centrales : a) It vue b) It 3 mois au maximum c) It plus de 3 mois 2. Autres déposants : a) á vue b) It 3 mois au maximum c) It plus de 3 mois
1974
1975
1975
1976
1975
1976
31 décembre
31 décemb;e
31 no6t
31 aont
31 octobre
31 octobre
301
301
301
301
301
301
666 30 309 75 252
821 30 371 75 345
821 30 371 75 345
952 30 424 75 423
821 30 371 75 345
952 424 75 423
3.572
3.370
3.505
3.426
3.391
3.400
3.134 199 206
2.993 345 -
2.986 477 9
3.081 312 -
2.954 404 -
3.041 317 9
33
33
33
33
33
33
37.479
37.064
34.912
37.646
34.837
37.013
193 29.092 7.173
266 31.807 3.298
263 28.018 5.612
311 30.660 4.808
320 29.316 4.204
567 30.522 3.991
22 877 122
24 1.515 154
17 834 168
28 1.689 150
31 825 141
32 1.754 147
667 667
641
611
-
641
611
-
639 639
-
-
-
-
-
-
-
379
451
375
453
409
480 -
V. Elfets a) It 3 mois au maximum b) It plus de 3 mois
VI. Divers VII. Dividende payable Ie ier juillet 1976
-
-
-
-
-
97
67
68
54
71
52
43.161
42.715
40.593
42.832
40.469
42.198
VIII. Provisions Total du passif
30
Bibliografische referenties International Financial Statietics (F.M.I.) - Bangue de France : Compte rendu dee opérations a. - Report of tke Bank of England. - Federal Reserve Bulletin. - De Nederlandsche
Bollettino. Bank : Verslag over het boekjaar. - Banca d'Italia Geschaftebericht der Deutechen Bundesbank. - Bangue Nationale Suisse (rapports). - Bangue des reglement* internationaux (rapport.).
ECONOMISCHE WETGEVING
Deze rubriek omvat de wetten, besluiten en andere officiële bekendmakingen die van bijzonder belang zijn voor 's lands algemene economie en via het Belgisch Staatsblad werden afgekondigd in de loop van de maand welke aan die van de publikatie van het Tijdschrift voorafgaat. Alleen de belangrijkste wetten en besluiten zijn « in extenso » overgenomen. De andere wetteksten zijn alleen vermeld, desnoods met een verklarende nota. Tevens omvat de economische wetgeving de voornaamste besluiten, richtlijnen en verordeningen voorkomend in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Om het naslaan ervan te vergemakkelijken, is de bovenbedoelde documentatie in de volgende rubrieken ondergebracht : 1. Algemene economische wetgeving; 2. Geld-, krediet- en bankwezen; 3. Overheidsfinanciën; 4. Landbouw; 5. Nijverheid; 6. Arbeid; 7. Binnenlandse handel; 8. Buitenlandse handel; 9. Verkeerswezen; 10. Prijzen en lonen; 11. Pensioenen, sociale verzekeringen en diverse sociale voordelen; 12. Europese Economische Gemeenschap.
1. — ALGEMENE ECONOMISCHE WETGEVING
Koninklijk besluit van 24 september 1976
houdende goedkeuring van de wijzigingen aan de statuten van de Nationale Investeringsmaatschappij (Staatsblad, 13 oktober 1976, blz. 13107).
Koninklijk besluit van 8 oktober 1976
met betrekking tot de jaarrekening van de ondernemingen (Staatsblad, 19 oktober 1976, blz. 13460).
— 136 —
2. — GELD-, KREDIET- EN BANKWEZEN
Overeenkomst
tot oprichting van de Interamerikaanse Ontwikkelingsbank, Bijlagen A en B, zoals gewijzigd, opgemaakt te Washington op 8 april 1959. Lijst der gebonden Staten (Staatsblad, 9 oktober 1976, blz. 12951). Koninklijk besluit van 9 juli 1976
houdende op fr. 2,4 miljard het bedrag ten belope waarvan de Staat zijn waarborg verleent ten gunste van de ambachtsbewerktuiging (Staatsblad, 1 oktober 1976, blz. 12477). Koninklijk besluit van 23 augustus 1976
waarbij de Nationale Maatschappij voor de huisvesting gemachtigd wordt, onder staatswaarborg, een lening van vier miljard frank uit te geven (Staatsblad, 16 oktober 1976, blz. 13359). (Zie ook rubriek 3). Artikel 1. De Nationale Maatschappij voor de huisvesting is gemachtigd een lening voor een werkelijk bedrag van fr. vier miljard uit te geven onder staatswaarborg. —
Art. 2. De lening zal uitgegeven worden per tranches en tegen de voorwaarden welke vooraf door Onze Minister van Financiën zullen goedgekeurd worden. —
Koninklijk besluit van 24 september 1976
tot verhoging van het nominaal bedrag dat de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid aan kasbons en obligaties mag uitgeven en aan deposito's mag opnemen (Staatsblad, 16 oktober 1976, blz. 13358). Artikel 1. Het nominaal bedrag dat de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid aan kasbons en obligaties mag uitgeven en aan deposito's mag opnemen wordt van honderdvijfennegentig miljard frank op tweehonderdenvijf miljard frank gebracht, door vrijgeving van een tweede tranche van fr. tien miljard. —
Ministerieel besluit van 29 september 1976
tot wijziging van de ministeriële besluiten van 19 januari 1976, 30 april 1976 en 31 augustus 1976, tot vaststelling van de rentevoet van de in 1976 uit te keren interesten voor de bij de Deposito- en Consignatiekas in bewaring gegeven consignaties, vrijwillige deposito's en borgtochten (Staatsblad, 9 oktober 1976, blz. 12950). Artikel 1. De rentevoet van de bij de Deposito- en Consignatiekas in bewaring gegeven consignaties, vrijwillige deposito's en borgtochten van alle categorieën wordt op 6,75 pct. vastgesteld. —
De sommen ontvangen bij toepassing van artikel 1 van het koninklijk besluit van 14 december 1935, betreffende de organisatie en de controle van de boekhouding van notarissen, gewijzigd bij het koninkijk besluit van 8 november 1968, bekomen een rentevoet vastgesteld op 5,50 pct.
— 137 —
De sommen die geconsigneerd zijn of geconsigneerd blijven omwille van de minderjarigheid, de onbekwaamverklaring of de krankzinnigheid van de rechthebbenden, of wegens het bestaan van een vruchtgebruik en de borgtochten die door de hypotheekbewaarders in specie worden verstrekt tot zekerheid van hun verbintenissen tegenover derden (wet van 21 Ventóse, jaar VII, gewijzigd bij de wet van 24 december 1906) bekomen een rentevoet vastgesteld op 7,25 pct.
3.
— OVERHEIDSFINANCIEN
Koninklijk besluit van 15 juni 1976
tot vaststelling van de toestand van de overgedragen kredieten van het jaar 1974 (gewone uitgaven en buitengewone uitgaven) ((Staatsblad, 1 oktober 1976, blz. 12478).
Wet van 21 juni 1976
houdende aanpassing van de begroting van Nationale Opvoeding, gemeenschappelijke sector, voor het begrotingsjaar 1975 (Staatsblad, 16 oktober 1976, blz. 13321).
Wet van 21 juni 1976
houdende de begroting van Nationale Opvoeding, gemeenschappelijke sector van de franstalige en nederlandstalige regimes, voor het begrotingsjaar 1976 (Staatsblad, 16 oktober 1976, blz. 13327). Artikel 1. — Voor de uitgaven van Nationale Opvoeding — gemeenschappelijke sector van de franstalige en nederlandstalige regimes — voor het begrotingsjaar 1976 worden kredieten geopend ten bedrage van : (In miljoenen franken) Gesplitste kredieten Niet gesplitste kredieten
Vastleggingskredieten
Ordonnanceringskredieten
Lopende uitgaven (Titel I)
1.863,4
Kapitaaluitgaven (Titel II)
11.392,8
323,9
316,2
13.256,2
323,9
316,2
Totaal ...
Koninklijk besluit van 14 juli 1976
tot vaststelling van de op de opbrengst van de belasting over de toegevoegde waarde van het jaar 1975, vooraf te nemen sommen (Staatsblad, 15 oktober 1976, blz. 13285).
— 138 —
Artikel I . — De op de opbrengst van de belasting over de toegevoegde waarde van het jaar 1975 vooraf te nemen sommen worden als volgt bepaald voor het vierde kwartaal : a) een miljard zevenhonderd en tien miljoen frank ten bate van het Fonds voor cle economische expansie en de regionale reconversie; b) twee miljard zevenhonderdzestig miljoen frank als budgettaire bijdrage te verstrekken aan de Europese Gemeenschappen
Wet van 13 augustus 1976 houdende de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor het begrotingsjaar 1976 (Staatsblad, 1 oktober 1976, blz. 12442). Artikel 1. — Voor de uitgaven van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor het begrotingsjaar 1976 worden kredieten geopend ten bedrage van : (In miljoenen franken) Gesplitst e kredieten Niet gesplitste kredieten
Vastleggingskredieten
Ordonnanceringskredieten
Lopende uitgaven (Titel I)
9.624,3
Kapitaaluitgaven (Titel II)
2.713,7
1.270,0
587,0
12.338,0
1.270,0
587,0
Totaal ...
Koninklijk besluit van 23 augustus 1976 waarbij de Nationale Maatschappij voor de huisvesting gemachtigd wordt, onder staatswaarborg, een lening van vier miljard frank uit te geven (Staatsblad, 16 oktober 1976, blz. 13359). (Zie tekst rubriek 2.)
Wet van 3 oktober 1976 houdende de begroting van de Brusselse Gewestelijke Aangelegenheden voor hel begrotingsjaar 1975 (Staatsblad, 12 oktober 1976, blz. 13018). Artikel 1. — Voor de uitgaven van de begroting van de Brusselse Gewestelijke Aangelegenheden, voor het begrotingsjaar 1975 worden kredieten geopend ten bedrage van : (In miljoenen franken) Gesplitst Niet gesplitste kredieten
Vastleggingskredieten
kredieten Ordonnanceringskredieten
Lopende uitgaven (Titel I)
612,2
12,6
4,0
Kapitaaluitgaven (Titel II)
236,9
597,3
298,2
849,1
609,9
302,2
Totaal
— 139 —
Koninklijk besluit van 5 oktober 1976 betreffende de 10 pct.-lening 1976-1984, met staatswaarborg, aan te gaan door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (Staatsblad, 8 oktober 1976, blz. 12879). Artikel I. De Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen wordt ertoe gemachtig, tegen de hiernabepaalde voorwaarden, een lening genaamd « 10 pct.-lening 19761984 », waarvan het nominaal kapitaal beperkt wordt tot zeven miljard frank, uit te geven. —
De obligaties renten 10 pct. 's jaars. Ze zijn voorzien van 7 rentecoupons voor de vervaldagen van 27 oktober van de jaren 1977 tot 1983, de rente van het laatste jaar betaalbaar zijnde tegen aanbieding van de obligatie.
Art. 3. De openbare inschrijving op de obligaties van de lening wordt opengesteld voor de vervaldagen op 13 oktober 1976. Zij wordt afgesloten zodra de inschrijvingen het nominaal kapitaal van zeven miljard frank bereiken en uiterlijk op 26 oktober 1976. —
Art. 6. De lening wordt afgelost van het tweede jaar af, overeenkomstig onderstaande modaliteiten. —
Een jaarlijkse dotatie van 5 pct. van het uitgegeven nominaal kapitaal, ieder jaar vermeerderd met de rente van de afgeloste kapitalen, wordt, op grond van een normale jaarspreiding, zo nodig aangepast aan de markttoestand, aangewend tot terugkoop van de obligaties tegen koersen die het pari van de nominale waarde niet overschrijden. Zij vangt aan op 27 oktober 1977. Indien de koers het pari overtreft, kan Onze Minister van Financiën bepalen onder welke voorwaarden de aflossing door terugkoop eventueel kan worden voortgezet. Het niet-gebruikte gedeelte van de aflossingsdotaties wordt niet overgebracht. De op 27 oktober 1984 in omloop blijvende obligaties zijn op die datum terugbetaalbaar a pari van hun nominale waarde.
Art. 7. De betaling van de rente en de terugbetaling van de obligaties worden door de Staat gewaarborgd. —
Art. 8. De betaling van de coupons en de terugbetaling van de obligaties geschieden aan de loketten van de Rijkskassier, bij de Nationale Bank van België, te Brussel en buiten de hoofdstad. —
Ministerieel besluit van 7 oktober 1976 waarbij de uitgifteprijs van de 10 pct.-lening 1967-1984 van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen op 99,50 pct. vastgesteld wordt (Staatsblad, 12 oktober 1976, blz. 13058).
10. — PRIJZEN EN LONEN Ministerieel besluit van 14 september 1976 tot wijziging van het ministerieel besluit van 1 maart 1976 tot reglementering der prijzen van de limonades, de miniraalwaters, de gemineraliseerde waters, de bronwaters en de tafelwaters (Staatsblad, 1 oktober 1976, blz. 12532).
r',
.J
LITERATUUR IN VERBAND MET DE ECONOMISCHE EN FINANCIELE PROBLEMEN DIE VAN BELANG ZIJN VOOR BELGIE Onderstaande literatuurlijst sluit aan bij die welke in het Tijdschrift van oktober 1976 is gepubliceerd. De in aanmerking genomen werken en artikels zijn geklasseerd per onderwerp volgens het plan van decimale classificatie dat bij de Nationale Bank in gebruik is. Een verkorte versie van dat plan werd in het Januarinummer 1974 gepubliceerd. De abonnee, die zulks wenst, kan een exemplaar van deze verkorte decimale classificatie verkrijgen door daartoe een aanvraag te richten tot de Documentatiedienst van de Nationale Bank van België, de Berlaimontlaan, 5, 1000 Brussel. Het volledig uitgewerkte plan kan worden geraadpleegd in de Wetenschappelijke Bibliotheek van de Bank. Er wordt aan herinnerd dat deze literatuurlijst noch de verslagen van de verschillende instellingen, noch de statistische bronnen overneemt.
331.01 - 330.52
305.4
Input-output and Throughput. (Proceedings of the 1971 Norwich Conference.)
MANDEL, E.
London, Input Output Publishing Co, 1975, XIV +142 p.
La récession généralisée 1974-1976 de l'économie capitaliste internationale.
-
(In : Critiques de l'Economie Politique, Paris, n° 24-25, avril-septembre 1976, pp. 3-23.)
FR. 19 A
330.00
331.04 - 339.311.3
i
STAFFORD, L.W.T.
HUISMAN, S.
The Modern Economy : a Theoretical Debate and its Practical Implications. London, Longman, 1976, VII +124 p.
Economische groei en spaargedrag. (In : De Economist, Haarlem, nr 3, 1976, blz. 286 318.) -
NED. 12
1
330.46 330.47
331.156. - 331.162.22
330.00
JARECKI, H.
Ricardiens, keynésiens et marxistes; essais en économie politique non- néoclassique. (Actes du Colloque de Nice, septembre 1972.) Grenoble, Presses Universitaires de Grenoble, 1972, 405 p.
The Greatest Banking Failure of All. (In : Euromoney, London, October 1976, pp. 140 151.) -
G.B. 20 A
-i332.221. - 333.841. - 332.620.
330.47
ELTIS, W.
D'HAVE, P. en CLEMER, G.
The Failure of the Keynesian Conventional Wisdom.
Het verband tussen werkloosheid en inflatie. Is loonindexatie inflatoir ? (In : De Gids op Maatschappelijk Gebied, Brussel, n' 8-9,
(In : Lloyds Bank Review, London, No. 122, October 1976,
pp. 1-18.) G.B. 31
Augustus-September 1976, blz. 681-698.)
BELG.. 71
332.630. - 339.21 - 338.8 338.341.0
332.221. - 332.27
TAQUET, M. et WANTIEZ, C.
INTERNATIONAL LABOUR OFFICE.
Aspects sociaux de la loi de redressement économique (30 mars 1976.)
Employment, Growth and Basic Needs : a Oneworld Problem.
(In : Journal des Tribunaux du Travail, Bruxelles, n° 127, 15 septembre 1976, pp. 233-239.)
Geneva, I.L.O., 1976, VI+177 p.
332.691.
332.600.
ROELS, 0. e.a.
Tewerkstelling en vooruitzichten in de Limburgse ondernemingen.
Theorie en empirie van de arbeidsmobiliteit in België. (Katholieke Universiteit te Leuven, Centrum voor Economische Studiën.)
(In : Economie in Limburg, Hasselt, n' 2, 1976, blz. 3339.)
BELG. 93
Leuven, Acco, 1975, VII +147 blz.
1
332.71
332.620. - 333.846.0 - 333.845. 338.021. ROSA, J. J.
De werkende vrouw. Een statistische analyse.
Stagflation et politique monétaire.
(In : G.E.R.V. Berichten, Antwerpen, n r 8, augustus 1976, 237 blz.)
(In : SEDEIS-Chroniques d'Actualité, Paris, n° 13, 15 juillet 1976, pp. 478-495.)
BELG. 62 C
-
FR. 10 B
4
332.630.
332.811.
338.021. - 331.062. 333.846.0 UNIVERSITE LAVAL.
GROSSESCHMIDT, B. Kritik der postkeynesianischen StabilitMspolitik. Ein Beitrag zur Phillips-Kurven-Diskussion. (Volkswirtschaftliche Schriften, 249.) Berlin, Duncker und Humblot, 1976, 222 S.
i 1
I
L'aménagement des temps de travail. L'horaire variable et la semaine comprimée. Québec, Les Presses de l'Université Laval, 1974, 337
p.
333.139.2 - 333.139.1 - 333.112.8 333.101. - 347.734.
333.111.42 - 382.257.
IYOHA, M.A.
LEMPEREUR, Cl.
Demand for International Reserves in Less Developed Countries : A Distributed Lag Specification.
Le renforcement du statut légal des banques en Belgique.
(In : The Review of Economics and Statistics, Cambridge, No. 3, August 1976, pp. 351-355.)
(In : Banque, Paris, n° 354, septembre 1976, pp. 839 842.) -
FR. 6
USA. 39
333.401.
333.130.2
BALTENSPERGER, E.
CHANT, J.F.
Predictability of Reserve Demand, Information Costs, and Portfolio Behavior of Commercial Banks.
Dynamic Adjustments in Simple Models of the Transactions Demand for Money.
pp.
(In : The Journal of Finance, New York, No. 3, June 1976, 835-843.)
(In : Journal of Monetary Economics, Amsterdam, No. 3, July 1976, pp. 351-366.)
USA. 48
GEN. 10 C
333.131.40
333.403.0
347.759.3
UMBRICHT-MAURER, R.-M.
PETHIG, R.
Das DepotgeschMi.
Zur Theorie der Transaktionen; eine Beitrag zur mikroiikonomischen Grundlegung der Geldtheorie.
Schulthess Polygraphischer Verlag, 1976, 108 S.
Tbingen, Mohr, 1975, V +312 S.
333.403.0 - 331.030. - 331.062.
333.137.
HAUGE, G.
VON HAYEK, F.A.
The Challenges that International Banking Now Faces. (In : Euromoney, London, October 1976, pp. 44 45.) G.B. 20 A
Geldtheorie und Konjunkturtheorie. 2. Aufl.
-
Salzburg, Wolfgang Neugebauer, 1976, XV +160 S.
333.451.1 - 333.825. - 333.830.
333.432.7 - 333.451.1 - 333.451.6 382.257. - 333.846.0 333.432.8 334.151.22 DE ROOS, F. e.a.
DORNBUSCH, R.
Het internationale monetaire stelsel. (De moderne economie.)
Exchange Rate Expectations and Monetary Policy. (In : Journal of International Economics, Amsterdam, No. 3, August 1976, pp. 231-244.)
Leiden, Stenfert Kroese, 1976, XIII +332 blz.
GEN. 10 A
333.451.1
333.432.7 - 382.257.
La nouvelle donne monétaire internationale.
VAN DE MERWE, E.A.J.
(In : Les Cahiers Francais, Paris, n° 177, juillet-septembre 1976, 64 p.)
De Europese slang.
FR. 14 A
(In : Bank- en Effectenbedrijf, Amsterdam, n r 193, september 1976, blz. 346-348.)
NED. 3 A
333.432.8 - 333.481.
333.451.2 - 333.451.5 - 382.242.0
333.451.6
ASCHINGER, F.
McCORMICK, F.
Welt ohne Geldsystem ? AufsMze zur internationalen M.hrungs- und Finanzlage.
Capital Flows and Government Forward Market Operations Under the Crawling Peg. (In : Journal of Monetary Economics, Amsterdam, No. 3, July 1976, pp. 333-349.)
Interfrom, 1975, 78 S.
GEN. 10 C
333.451.5 - 333.451.2 - 333.825.
333.432.8
GOLD, J.
DAY, W.H.L.
Special Drawing Rights : Renaming the Infant Asset.
Dual Exchange Markets Versus Exclusive Forward Exchange Rate Support.
(In : Staff Papers, Washington, No. 2, July 1976,
pp. 295 -311. ) FMI. 4
(In : Staff Papers, Washington, No. 2, July 1976,
pp. 349-374.) FMI. 4
333.482.
333.451.5
SCHEP, B.J.
TREVES, T.
Gescheiden valutamarkten en het korte kapitaalverkeer.
Les clauses or dans les conventions internationales sur la responsabilité.
(In : De Economist, Haarlem, nr 3, 1976, blz. 265-285.)
(In : Droit et Pratique du Commerce International, Paris, n° 3, septembre 1976, pp. 421-448.)
NED. 12
333.730.
333.451.5 - 333.111.42 - 333.825.
SUSS, E.C.
BLOM, F.W.C.
A Note on Reserve Use Under Alternative Exchange Rate Regimes.
Grenzen aan leencapaciteit. (In : Economisch en Sociaal Tijdschrift, Antwerpen, nr 4, augustus 1976, blz. 543-549.)
(In : Staff Papers, Washington, No. 2, fuly 1976, pp. 387-394.)
BELG. 64 B
FMI. 4
333.741. - 333.131.44 - 333.631. 333.135. - 333.78 - 333.139.2
333.452.1
Hoe staat het met de goudmarkt ?
CRAIG, M.
(In : Bulletin van de Generale Bankmaatschappij, Brussel, nr 158, september 1976, blz. 1-4.)
The Sterling Money Markets.
BELG. 27 C
Epping, Gower Press, 1976, XII +107
333.744.
333.482.
LEUSCHNER, D. Inflationistische Entwicklung, Kapitalmarktprobleme und Preisindexbindung.
p.
1
SCHMITT, R.M. Eigenkapital — wie wichtig ist das f0r den Factor ?
(In : Kredit und Kapital, Berlin, Nr 2, 1976, S. 238-249.)
(In : Teilzahlungswirtschaft, Dortmund, Nr 5, September 1976, S. 30-31.)
DEUTSCHL. 16 F
DEUTSCHL. 44
333.820.
333.841.
333.846.0 - 333.139.2 333.106.
Die Inflation; Ursachen, Wirkungen, Folgerungen.
SCHUSTER, L.
Stuttgart, Seewald Verlag, 1975, 83 S.
Bankpolitik zwischen Wachstum und Rezession. (In : Wirtschaft und Recht, Heft 2, 1976, 28. Jahrgang, Zrich, Druck und Verlag Orell Fiissli Graphische Betriebe, 1976, S. 88-266.)
333.825.
333.841.
i
JOHNSON, O.E.G.
i
KAPUR, B.K.
The Exchange Rate as an Instrument of Policy in a Developing Country.
i
Alternative Stabilization Policies for Less-Developed Economies.
(In : Staff Papers, Washington, No. 2, July 1976, pp. 334-348.)
(In : Journal of Political Economy, Chicago, No. 4, August 1976, pp. 777-795.)
FMI. 4
USA. 30
J_ 333.841.
333.831.0 - 333.830. - 333.821. 333.822. de BOISSIEU, Ch.
ROWLATT, P.A.
La structure des taux d'intérêt. (Recherches Panthéon-Sorbonne, Université de Paris I, Série sciences économiques.) Paris, Economica, 1976, XVII +264 p.
A Micro-Model of Price Inflation. (In : Economica, Cambridge, No. 171, August 1976,
pp. 255-266.) G.B. 17
4
333.841.
333.841. - 339.311.1
331.01
DALLEMAGNE, J.-L.
TAIT, A.A. and BURNELL, E.
Inflation et crises.
Savings, Real Balances and Inflation : Some Empirical Evidence.
(In : Critiques de l'Economie Politique, Paris, n° 24-25, avril-septembre 1976, pp. 103-118.)
FR. 19 A
(In : The Manchester School of Economie and Social Studies, Manchester, No. 3, September 1976, pp. 247-257.)
G.B. 34
3
333.846.4 - 333.846.2
333.844.
CONNOLLY, M.
RENSHAW, E.F.
Testing the Monetary Approach to Devaluation in Developing Countries.
Money, Prices and Output. (In : The Journal of Finance, New York, No. 3, June 1976, pp. 956-959.)
(In : Journal of Political Economy, Chicago, No. 4, August 1976, pp. 849-859.)
USA. 48
USA. 30
333.846.7
333.844.
CONNOLLY, M. and TAYLOR, D.
HAMADA, K.
Adjustment to Devaluation in a Small Country.
A Strategic Analysis of Monetary Interdependance.
(In : De Economist, Haarlem, n r 3, 1976, blz. 319-327.)
(In : Journal of Political Economy, Chicago, No. 4, August 1976, pp. 677-700.)
NED. 12
USA. 30
1
334.151.0
333.845.
VON HABERLER, G.
BRONFENBRENNER, M. Elements of Stagflation Theory.
Probleme der wirtschaftlichen Integration Europas.
(In : .Zeitschrift fiir Nationaliikonomie, Wien, Nr 1-2, 1976, S. 1-8.)
Machlup, Fritz : Integrationshemmende Integrationspo-
litik. (Bernhard-Harms-Vorlesungen, 5/6.)
OEST. 4
Kiel, Institut fr Weltwirtschaft an der Universitiit Kiel, 1974, 60 S.
4-
333.846.0 - 332.630.
VANEK, J. Price, and Wage Stability, Efficient Ressource Allocation and full Employment : A Solution for the Western Developed Countries ? (In : Recherches Economiques de Louvain, Louvain-laNeuve, n° 1, 1976, pp. 3-15.)
BELG. 34
334.151.22 - 334.151.20
380.3
Strains in European Currency Markets. (In : Bank of Nova Scotia, .Monthly Review, Toronto, July-August 1976, pp. 1-4.)
CAN. 5 A
.
338.013.
334.151.3
SCHOEMAKER, A. e.a.
RECHTZIEGLER, E.
Fiscale harmonisatie in de Europese Gemeenschappen; stand van zaken en vooruitzichten. (Europese monografieën, 21.)
Auswirkungen der kapitalistischen Rohstoff- und Energiekrise auf die Wirtschaft der imperialistischen Lkider.
Deventer, Kluwer, 1975, 123 blz.
(In : IPW Berichte, Berlin, Nr 8, August 1976, S. 34 43.) -
DDR. 1
338.021.
334.153.0
COFFEY, P.
RAMSER, H.J.
The External Economic Relations of the E.E.C.
Phillips-Kurve und Bargaining-Theorie.
London, Macmillan, 1976, XIII +118
p.
(In : Zeitschrift fUr Nationalbkonomie, Wien, Nr 1-2, 1976, S. 9-20.)
OEST. 4
338.047.
336.020.
NEGISHI, T.
CAPRON, M.
The Excess of Productive Public Expenditures.
L'initiative industrielle publique... une dynamique anticapitaliste ?
(In : Zeitschrift fix Nationalbkonomie, Wien, Nr 1-2, 1976, S. 85-94.)
(In : La Revue Nouvelle, Bruxelles, n° 10, octobre 1976, 347-358.)
pp.
OEST. 4
BELG. 149 D
338.047. - 347.720.0
336.32 - 382.242.2 - 333.451.4 333.451.6 KOCH, W. und SCHAEFER, W.
OLIVIER, H.
Zinstheoretische Aspekte des Debt Management in einer offenen Wirtschaft.
L'entreprise publique et le droit commercial.
(In : Kredit und Kapital, Berlin, Nr 2, 1976, S. 201-216.)
DEUTSCHL. 16 F
(In : Journal des Tribunaux, Bruxelles, n° 49, 9 octobre 1976, pp. 537-543.)
338.341.1 - 339.115. - 339.113.
338.048.
BINUS, G.
MORSE, J.
Internationale Konzerne und Staat im kapitalistischen Internationalisierungsprozess.
Capital for Developing Countries : Current Problems of Medium- and Long-term Finance.
(In : IPW Berichte, Berlin, Nr 8, August 1976, S. 24 33.)
(In : Bank of London and South America Review, London, No. 9, September 1976, pp. 486-494.)
-
DDR. 1
G.B. 5 B
338.43
338.340.
MUSY, G.
DEBLAERE, G.
Pays en voie de développement — Endettement sans fin ?
De Brabantse economie in 1975. (In : Eco-Brabant, Brussel, nr 11-12, juli-september 1976, blz. 22-29.)
(In : Le Mois Economique et Financier, &He, n° 9, 1976, pp. 2-5.)
BELG. 64
SUISSE 11
338.340.
338.722.0
O'NEILL, H.
VAN HEGHE, G.
The New Economic Dialogue with the Third World. (In : The Irish Banking Review, Dublin, September 1976,
Modalités et organisation de l'intégration horizontale et verticale dans l'agriculture beige.
pp. 13-19.) IRL. 2
Bruxelles, Ministère de l'Agriculture, Institut Economique Agricole, 1976, 16 p.
4
338.340.
338.752.0
TUROT, P.
PEETERS, P.
Les avenirs de l'endettement du Tiers Monde.
De metaalverwerkende nijverheid.
(In : SEDEIS-Chroniques d'Actualité, Paris, n° 17, 15 septembre 1976, pp. 608-614.)
(In : Eco-Brabant, Brussel, nr 11-12, juli-september 1976, blz. 44-53.)
FR. 10 B
BELG. 64
339.12
338.755.53
Evolutie 1970-1974 van het regionaal produkt in Limburg.
Het boek in België. (In : Weekberichten van de Kredietbank, Brussel, n' 38, 8 oktober 1976, blz. 1-4.)
(In : Economie in Limburg, Hasselt, n r 2, 1976, blz. 23 32. )
BELG. 18
BELG. 93
338.8
339.12 - 333.420.1 - 339.325.1
338.340.
FURTADO, C.
A system of International Comparisons of Gross Produkt and Purchasing Power.
1 1
Le mythe du développement économique. (Tr. du portugais.) Paris, Edit. Anthropos, 1976, 151
Baltimore, Johns Hopkins University Press, 1975, XI +294
p.
p.
1
338.8
339.21
1
MALAUSSENA de PERNO, J.-L.
GALBRAITH, J.K.
Spécialisation internationale et développement économique.
L'impératif de la politique des revenus.
Paris, Economica, 1975, IX +340 p.
FR. 33 B
(In : L'Expansion, Paris, Octobre 1976,
pp. 139 147.) -
339.21 - 339.325.1
339.112.10 1 Evolution des valeurs immobilières dans l'agglomération bruxelloise au cours des années 1973-1974 et 1975.
RAINWATER, L.
(In : Res et Jura Immobilia, Bruxelles, n° 233, 2e trimestre 1976, pp. 111-113.)
What Money Buys; Inequality and the Social Meanings of Income. New York, Basic Books, 1974, XIV +242
p.
339.325.1
339.21 - 336.212.4
SADKA, E.
VANWYNSBERGHE, D.
On Income Distribution, Incentive Effects and Optima! Income Taxation.
Economische, sociale en ruimtelijke aspecten van twintig jaar gezinsconsumptie in België.
(In : The Review of Economic Studies, Manchester, No. 134, June 1976, pp. 261-267.)
(In : Eco-Brabant, Brussel, n° 11-12, juli-september 1976, blz. 3-13.)
G.B. 49
BELG. 64
347.720.1 - 338.043.
339.311.3
VAN BELLINGEN, P.
MATTELART, A.
De spaarvorming van de diverse socio-economische groepen gedurende de periode 1961-1973.
Multinationales et système de communication. Paris, Edit. Anthropos, 1976, 391 p.
(In : De Gids op Maatschappelijk Gebied, Brussel, n' 8-9, Augustus-September 1976, blz. 699-713.) BELG. 71
339.311.6
347.720.1 - 658.40
i
BYRNE, W.J.
GOSLINGS, J.H.W.
Fiscal Incentives for Household Saving.
Financiële organisatie in multinationals.
(In : Staff Papers, Washington, No. 2, July 1976,
Leiden, Stenfert Kroese, 1975, VIII +159 blz.
pp. 455-489.) FMI. 4
4
339.312.4
347.753.6
339.312.2
PESTIEAU, P.
BITTMANN, H.
Choix du taux d'actualisation de l'Etat.
Die praktische Abwicklung von Leasing-Vertrgen.
(In : Annales de l'Economie Publique, Sociale et Coopérative, Liège, n° 2, avril-juin 1976, pp. 137-143.)
(In.: Teilzahlungswirtschaft, Dortmund, Nr 5, September 1976, S. 12-13.)
GEN. 1 A
DEUTSCHL. 44
382.242.4
347.753.6
OTTO, K. -P.
CROCKETT, A.D.
Leasing-Vertrge optimal gestaltet.
The Euro-Currency Market : An Attempt to Clarify Some Basic Issues.
(In : Teilzahlungswirtschaft, Dortmund, Nr 5, September 1976, S. 8-10.)
(In : Staff Papers, 375 -386 .)
Washington, No. 2, July 1976,
pp.
DEUTSCHL. 44
FMI. 4
382.242.4
351.2
BOLL-DE KOCK, S.
De euro-obligatiemarkt niet getroffen door monetaire onrust.
A Critical View on Liability Rules in Theory and Practice : the Belgian Case.
(In : Weekberichten van de Kredietbank, Brussel, n' 36, 24 september 1976, blz. 1-5.)
(In : Recherches Economiques de Louvain, Louvainla-Neuve, n° 1, 1976, pp. 23-36.)
BELG. 18
BELG. 34
J_
382.242.4 - 333.407.
368.42
DESCAMPE, E.
MENARD, S.
L'assurance maladie en faillite.
Der Eurodollarmarkt als Instrument internationaler Geldscheopfung ?
(In : La Revue Nouvelle, Bruxelles, n° 10, octobre 1976, pp. 359-365.) •
(In : Kredit und Kapital, Berlin, Nr 2, 1976, S. 220 235.) -
DEUTSCHL. 16 F
BELG. 149 D
382.242.4
380.20
SCHWARTZ, J.-J.
VAN DEN ADEL, M.
Pour une politique cohérente des prix publics.
Euromarket Yields and Spreads will Become Even More Important.
(In : Revue Economique et Sociale, Lausanne, n° 3, aoíit 1976, pp. 181-200.)
SUISSE 10 B
(In : Euromoney, London, October 1976,
G.B. 20 A
pp.
92 98.) -
Abonnementsprijs per jaargang
Prijs van een los nummer
1 1
België, Nederland en Luxemburg : 250 Belg. fr. (te verhogen met 6 pct. B.T.W. voor de abonnees in België). Overige landen : 300 Belg. fr. België, Nederland en Luxemburg : 25 Belg. fr. (te verhogen met 6 pct. B.T.W. voor de abonnees in België). Overige landen : 30 Belg. fr.
Betaling door storting of overschrijving op de rekening 100-0123913-78 « T.B.W. - Te factureren leveringen - Tijdschrift van de Nationale Bank van België », geopend in onze boeken. Belangstellenden worden verzocht aan te duiden dat zij de Nederlandse of de Franse uitgave van het Tijdschrift wensen.
Drukkerij der Nationale Bank van België, de Berlaimuntlaan 56 — 1000 Brussel. De departementschef : J. Van Droogenbroeck.