Nadere onderbouwing vermeden klimaatmaatregelen en voorzieningszekerheid
Notitie Delft, mei 2013
Opgesteld door: Geert Warringa
2
16-5-2013 CONCEPT
0 - Nadere onderbouwing vermeden klimaatmaatregelen en voorzieningszekerheid
1
Inleiding In het advies van de klankbordgroep Windmolenpark Lage Weide 8 mei 2013 is gevraagd om een nadere onderbouwing van de vermeden kosten klimaatmaatregelen en voorzieningszekerheid. In dit document wordt hieraan tegemoet gekomen.
2
Vermeden klimaatmaatregelen De kosten van vermeden klimaatmaatregelen zijn gebaseerd op de nationale preventiekostencurve weergegeven in het optiedocument energie en emissies 2010/2020 van het ECN en het MNP (ECN en MNP 2006). Voorbeelden van maatregelen in de curve zijn windenergie op zee, de bouw van nieuwe kerncentrales, recycling van kunststoffen, biomassacentrales en energiebesparing van huishoudelijke apparaten. De nationale kostencurve is weergegeven in figuur 1.
Figuur 1
Nationale preventiekostencurve
Op basis van deze curve zijn de kosten van maatregelen om de doelstelling in 2020 te behalen geraamd tussen de € 20 en € 50 per ton. Deze kostenramingen zijn vergeleken met de resultaten van een impact assessment door de Europese Commissie (EC, 2007). Hierin zijn de kosten geraamd van 15 €/ton CO2 in 2010 tot 65 €/ton CO2 in 2030 (van lange termijn stabilisatie van klimaatverandering op 2º C). Mede op basis van deze assessment lijken de door ECN en MNP verwachte marginale preventiekosten van 20 €/ton CO2 en 50 €/ton CO2 aannemelijk. Als centrale waarde wordt in het handboek schaduwprijzen CE (2010) een waarde aanbevolen van € 25 per ton in 2010, oplopend naar € 40 per ton in 2035. Ter vergelijking, deze waarden zijn lager dan gehanteerd in de recente MKBA decentrale energieopwekking in VNG (2013) (€ 50 per ton). De kostencurve van ECN en MNP is opgesteld in 2006 (meest recente informatie beschikbaar), kunnen (enigszins) gedateerd zijn en kennen een
3
16-5-2013 CONCEPT
0 - Nadere onderbouwing vermeden klimaatmaatregelen en voorzieningszekerheid
onzekerheidsmarge. In de gevoeligheidsanalyse is daarom de invloed op het resultaat bepaald als de kosten van vermeden klimaatmaatregelen 50% lager zijn. Ook is weergegeven bij welke kosten van vermeden klimaatmaatregelen het MKBA resultaat voor windenergie omklapt (van positief naar negatief). Vanuit het perspectief van de gemeente Utrecht blijft het resultaat positief voor alle windalternatieven als de kosten dalen tot nul. Vanuit nationaal perspectief moeten de kosten dalen van 66% (alternatief 1) tot 99% (alternatief 5b) voor een negatief resultaat. Ondanks de onzekerheidsmarges rondom de kosten van vermeden klimaatmaatregelen concluderen we daarom dat het positieve MKBA resultaat voor windenergie robuust is.
3
Voorzieningszekerheid Duurzame energie heeft als voordeel ten opzichte van fossiele energie dat de afhankelijkheid afneemt en de gemiddelde productiekosten vooraf beter zijn in te schatten. Immers, het grootste deel van kosten van duurzame energie (grotendeels investeringskosten) is bekend, terwijl de kostprijs van kolen- en gascentrales sterk afhankelijk is van onzekere en (op lange termijn) onvoorspelbare brandstofprijzen. Onvoorspelbare en wisselende prijzen brengen onzekerheid met zich mee en hebben een negatief effect op economische groei (zie Awerbuch and Sauter (2006), SEO (2012), VNG (2013). De gevolgen van de twee oliecrises uit de jaren zeventig zijn evidente voorbeelden. Ook in financiële markten speelt het gegeven dat zekerheid de voorkeur krijgt boven onzekerheid. Investeerders zijn bijvoorbeeld bereid een lagere rente te accepteren op Nederlandse staatsobligaties dan op Griekse obligaties. De rente is lager, maar de opbrengst zekerder. Een analogie kan worden getrokken met duurzame energie versus fossiele energie. Wind is duurder, maar de kostprijs is beter voorspelbaar. De voorspelbaarheid van de kostprijs en de daling van de afhankelijkheid van fossiele bronnen levert maatschappelijke voordelen op (Awerbuch en Sauter 2006). Het ECN heeft deze voordelen bevestigd in een studie voor het Nederlandse elektriciteitspark (ECN 2006): “Results suggest that, in both scenarios, policy variants with high promotion of renewable energy generation are attractive from a socio-economic perspective. Portfolio (cost) risk can be reduced significantly (i.e. by up to 20%) through diversification with a key role for renewables.” Awerbuch en Sauter (2006) hebben het positieve effect gekwantificeerd. Zij komen op basis van een statistische analyse tot de conclusie dat een stijging van 10% duurzame energie leidt tot $49 mln tot $90 mln minder verlies aan economische output. Het welvaartseffect bedraagt daarmee zo’n $ 200 per kW geinstalleerd vermogen windmolens of zonnepanelen. Concreet voor Lage Weide betekent dit dat het welvaartseffect van voorzieningszekerheid (in contante waarde) € 2,1 mln (alternatief 5b) tot € 5,6 mln (alternatief 1) bedraagt. Ter vergelijking, in de MKBA decentrale duurzame elektriciteit (VNG 2013) zijn de maatschappelijke baten van voorzieningszekerheid berekend door de risico-opslag op de discontovoet met 1% te verlagen. Dit houdt in dat de baten van windenergie door voorzieningszekerheid een hogere waardering krijgen dan de kosten (door een lagere risico-premie). Als we die benadering hadden toegepast in de MKBA, was de batenpost € 2,5 mln (alternatief 5b) tot € 6,3 mln (alternatief 1) geweest.
4
16-5-2013 CONCEPT
0 - Nadere onderbouwing vermeden klimaatmaatregelen en voorzieningszekerheid
4
Referenties Awerbuch and Sauter, 2006 Shimon Awerbuch and Raphael Sauter Exploiting the oil-GDP effect to support renewables deployment In: Energy Policy, Vol. 34, no.17(2006); p. 2805-2819 CE 2010 S.M. (Sander) de Bruyn, M.H. (Marisa) Korteland, A.Z. (Agnieszka) Markowska, M.D. (Marc) Davidson, F.L. (Femke) de Jong, M. (Mart) Bles, M.N. (Maartje) Sevenster Handboek Schaduwprijzen Waardering en weging van emissies en milieueffecten Delft, CE Delft, maart 2010 EC, 2007 Communication from the Commission to the Council, the European Parliament, the European Economic and Social Committee and the Committee of the Regions - Limiting global climate change to 2 degrees Celsius - The way ahead for 2020 and beyond (COM/2007/0002 final) Brussel : Commission of the European Communities, 2007 ECN 2006 J.C. Jansen L.W.M. Beurskens X. van Tilburg Application of portfolio analysis to the Dutch generating mix. ECN-C--05-100 February 2006 ECN en MNP (2006) B.W. Daniels, J.C.M. Farla. Optiedocument energie en emissies 2010/2020. Energieonderzoek Centrum Nederland. Milieu- en Natuurplanbureau. Maart 2006. ECN en SEO (2012) Bert Tieben (SEO), Jarst Weda (SEO), Michiel Hekkenberg (ECN), Koen Smekens (ECN), Paul Vethman (ECN) Kosten en baten van CO2 reducerende maatregelen. Bert Daniels (ECN) mei 2012 ECN-E--12-008 VNG, 2013 Lokaal energiek: decentrale duurzame elektriciteit Business case en maatschappelijke kosten-batenanalyse Den Haag : Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), 2013
5
16-5-2013 CONCEPT
0 - Nadere onderbouwing vermeden klimaatmaatregelen en voorzieningszekerheid
6
16-5-2013 CONCEPT
0 - Nadere onderbouwing vermeden klimaatmaatregelen en voorzieningszekerheid