Naar een museum van maatschappelijke betekenis
In onze eerste notitie ‘Omnia mutandur’ hebben we aangegeven dat het conceptvoorstel van (de Jongens van Boven) ons heeft geprikkeld om verdere stappen te gaan zetten in de museale functie van ‘Het Huys van Venray’. Het bracht inspiratie, enthousiasme en creativiteit om ons te conformeren aan de ontwikkelingen van ict (e-cultuur) in de museumwereld. Juist de invloed van de veranderende informatiesamenleving op erfgoedinstellingen, met musea in het bijzonder. We zullen ‘nieuw vakmanschap’ moeten toelaten om onze dromen om te zetten in daden. Daden die leiden tot een museum/centrum voor de Venrayse cultuurhistorie en psychiatrie. Met onze bijdrage willen we dat de psychiatrie een juiste en respectvolle plaats krijgt. We zijn van mening dat we hiervoor geen veranderingsproces te hoeven doorlopen voor het Venrays Museum en het Museum van de Psychiatrie. Ze houden op te bestaan en zullen opgaan in het nieuwe ‘Huys van Venray’. Wat betreft het Museum van de Psychiatrie is dit proces met alle betrokkenen definitief afgesloten. Alle vrijwilligers zijn uitvoerig geïnformeerd over de toekomstplannen en hebben zich positief uitgesproken om te komen tot één museum voor cultuurhistorie en psychiatrie in Venray. In een extra bespreking met Raad van Bestuur van Vincent van Gogh heeft Mevrouw Tijhuis haar ondersteuning uitgesproken, en een mandaat gegeven aan de vrijwilligers om hun plannen succesvol te kunnen uitvoeren (d.d. 5.01.2015 : Mevr. J.Tijhuis Mevr. Van Casteren van Vincent van Gogh en de heren Hebben, Frencken, Min en van Lieshout van het Museum van de Psychiatrie).
Om te komen tot een succesvol, innovatief museum zullen we ons moeten realiseren dat onze samenleving sterk veranderd is, en geworden tot een informatiesamenleving. We delen informatie steeds vaker via beelden. Van de eerste grottekening naar een kopieerbaar medium als fotografie via bewegend beeld in de bioscoop, naar het massale medium televisie naar interactiviteit via internet. De klant bepaalt wanneer hij kijkt, hij praat terug en kijkt naar anderen en heeft ineens zijn eigen product op You Tube. En waar staan wij als musea in dit nieuwe spel? Kan ons elektroshock apparaat als authentiek collectiestuk de concurrentie aan van een digitale kopie? Kijk je rond op internet dan vindt je alles over dit onderwerp. Waarom zou je dan nog naar een museum gaan? We zullen ons de vraag moeten stellen hoe mensen in de toekomst musea gaan waarderen. Duidelijk is wel geworden dat we ‘in beeld’ moeten komen en vooral ‘in beeld’ moeten blijven willen we als ‘Huys van Venray’ een succesvol museum worden.
Basis op orde…
Belangrijk voor ons dat we ‘een gezamenlijk concept’ willen omarmen. Geen upgrading van beide Venrayse musea, maar een totaal nieuw concept: Een museum/centrum van maatschappelijke betekenis. Een museum wat er toedoet. Een museum wat op zoek gaat naar gemeenschappelijke gedragen thema’s in de samenleving. Een museum wat er toedoet om vanuit de kennis van het verleden te reflecteren op het heden. Lokaal erfgoed, verhalen en herinneringen waar de mens centraal staat. Een plek van ontmoeting, bezinning en toekomstvisie. Een spannende en avontuurlijke plek!
1
Transformatie…. Dit betekent een veranderende rol voor ons allemaal. Niet langer zendergericht werken. Wat kunnen we als museum voor onze omgeving betekenen? Lokaal, provinciaal, nationaal, euregionaal en zelfs internationaal? In plaats van het managen van collecties, tentoonstellingen en rondleidingen, de transformatie naar een museum/centrum van maatschappelijke betekenis. Kennis en informatie zijn geliberaliseerd en gedemocratiseerd en daarmee overal en voor iedereen beschikbaar. We leven in een gemedialiseerde samenleving, ofwel een informatiesamenleving. Kennisgerelateerde instellingen, waaronder ons Museum van de Psychiatrie, verliezen het monopolie op kennis. In een samenleving waarin afstanden geen rol meer spelen, iedereen en alle informatie binnen bereik is door het internet is de vraag: ‘Als er een hang naar betekenisgeving is en musea onderdeel van onze identiteitsvorming zijn, welke rol is er dan voor het museum weggelegd. En dat geldt ook voor het Venrays Museum en het Museum van de Psychiatrie. Wij als Museum van de Psychiatrie zijn ons ten volle bewust van al die veranderingen en willen mee bewegen om als ‘Huys van Venray’ te komen tot een museum/centrum van maatschappelijke betekenis. De vele nieuwe media stellen musea in staat om andere relaties aan te gaan met bezoekers, nieuwe diensten en producten aan te bieden, andere functies uit te oefenen en hun rol in de samenleving te (her)bevestigen. Overheden verwachten steeds vaker dat erfgoedinstellingen een maatschappelijke taak vervullen (hier zien we vooral voor het platform psychiatrie ongekende mogelijkheden). Dit betekent ook dat mensen intern in beweging komen en er andere functies en competenties nodig zijn. Dat verandert weer de wijze waarop je als museum je organisatie gaat neerzetten, waar we als museum in gaan investeren en wat de opbrengsten daarvan zijn. Het Venrays Museum en het Museum van de Psychiatrie zijn erfgoedinstellingen met een eigen identiteit. Die identiteit staat niet ter discussie. We moeten ons wel afvragen voor wie we wel een maatschappelijke betekenis hebben. Het samen formuleren van gezamenlijke uitgangspunten is een must naar het realiseren van een museum voor de toekomst. We zijn voorstander van een evenwichtige mix van nieuwe technologie (e-cultuur) en vertrouwde vormen. (De verhalen van de psychiatrie en de cultuurhistorie van Venray)). Op die manier kan het nieuwe museum/centrum haar verhaal kwijt via verschillende media voor uiteenlopende publieksgroepen. Deze verandering dient te starten op ‘de werkvloer’, waarbij wij als vrijwilligers van Vincent van Gogh ons gesteund voelen door de leiding van deze organisatie. (5.1.2015). Hetzelfde geldt voor het Venrays Museum. Innovatie vraagt om een omslag in denken. Daarnaast kunnen en mogen het Venrays Museum en het Museum van de psychiatrie hun core business – collectie, onderzoek, tentoonstellingen en educatie – niet opzij zetten. We zullen moeten werken aan een evenwicht tussen vertrouwde vormen en nieuwe middelen. Aan de ene kant betekent dat steeds vaker het inzetten van digitale media, die ons museum/centrum overal ter wereld zichtbaar kunnen maken. Die een continu stroom van kennis en aandacht kunnen genereren, en aan de andere kant ervoor zorgen dat het ‘Huys van Venray en haar collectie’ aantrekkelijk blijft. De uitdaging is om virtueel (xxxxxxxxxxxxxxx) en fysiek bezoek op een zinvolle manier met elkaar te verbinden. Het bestaansrecht van het museum/centrum is vervlochten met de collectie, in combinatie met de betekenis die het aan die collectie weet te geven. En juist op dat belangrijke punt zien we een verschuiving. ‘Betekenis’ is niet alleen voor iedereen anders, sinds de komst van internet heeft iedereen ook de mogelijkheid om die betekenis kenbaar te maken. Voor we het weten gaat de hele wereld met ons product en kennis aan de haal. Laten we dit ook als een nieuwe kans zien. Laten we er vooral voor zorgen om onze digitale bezoekers te faciliteren en tot onze ambassadeurs te maken. Voor het nieuwe museum is het ook noodzakelijk dat de medewerkers de psychologie van de informatiemaatschappij kunnen begrijpen. Een nieuwsgierige , verkennende houding is onontbeerlijk. Laten we zorgen dat er een creatieve broedplaats komt in onze organisatie waar we vooral ook de jeugd van Venray gaan betrekken. (Multitalent in Venray is overvloedig aanwezig!). De introductie van
2
nieuwe media in het nieuwe museum/centrum is voor ons een must. Zorg wel voor een zeker evenwicht in de traditionele vormen en innovatie. Laten we dus ook voorkomen om tot verstolde toestanden te komen, en ons uitsluitend storten op het vernieuwen om te vernieuwen.
Maatschappelijke bijdrage….
Als museum/centrum, dienen we net als andere publiekelijke instellingen, een bijdrage te leveren aan algemene maatschappelijke doelstellingen. We zouden dit kunnen formuleren in een ‘Venrays cultuurplan’. Speerpunten daarin zijn toekomstontwikkelingen in de psychiatrie, participatie van nieuwe doelgroepen, cultuureducatie en internationalisering. Op een of meer van deze terreinen wordt van ons musem/centrum een actieve rol verwacht. In dit kader past ook het omgaan met digitalisering. Digitalisering biedt immers kansen om de publieksparticipatie te vergroten door de toegankelijkheid van de collectie te verruimen en/of te experimenteren met allerlei nieuwe vormen (Exhibit xxxx). Als museum/centrum willen we echt laten zien waar we mee bezig zijn. Het draait hier om het totale functioneren van onze organisatie: van collectiebeheer tot bedrijfsvoering en publiekspresentatie. Daarbij hoort ook de vraag hoe wij als museum/centrum omgaan met e-cultuur. Kortom: ‘Hoe willen wij in de toekomst omgaan met ons publiek’? We zullen in ieder geval onze expertise weg moeten geven op het web. Daarmee kunnen we een sterke(re) relatie aangaan met mensen die anders nooit in een museum komen. Het nieuwe Venrayse museum is niet langer een schatkamer uit het verleden, maar is ook een goed toegankelijk (digitaal en fysiek) kenniscentrum. ( Denk hierbij aan maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van psychiatrische hulpverlening, autisme, verslavingsproblematiek, anorexia, obesitas etc.etc.) ( Het Dolhuys en Guislain in Gent voorzien hier niet in). Wij als medewerkers, vrijwilligers van beide musea zijn nog niet bedreven in het gebruik van nieuwe media. Laten we dus zorgen dat we er goed in worden. Maak voldoende ruimte vrij voor medewerkers met gevoel voor e-cultuur. Zorg hierbij voor voldoende jeugdige aanwas. (We kunnen hier opleidingen en bedrijven bij betrekken). Op deze manier stoppen we de stilstand die bij vele musea heeft plaatsgevonden. De geschiedenis heeft ons geleerd dat we alert moeten zijn op nieuwe dragers: nieuwe middelen om verhalen te verspreiden. Musea kunnen niet langer enkel en alleen een genotsmiddel zijn voor een hoger opgeleid, wit publiek. Daar moeten we óók voldoende aandacht aanbesteden. (Wij pleiten daarom ook voor een programmamaker ict en innovatie) die bij alle werkgroepen kan aanschuiven om inzet van nieuwe media te stimuleren).
Maatschappelijke betekenis benoemen….
Musea kunnen zich niet langer beroepen op een cultureel en kunsthistorisch belang om de gemeenschap ervan te overtuigen dat financiering uit publieke middelen gerechtvaardigd is. Het kunsthistorisch perspectief dat in erfgoedkringen overheerst, staat ver af van de dynamiek in de rest van de samenleving. Aan de andere kant lijkt iedereen het erover eens te zijn dat een vitale relatie met diezelfde samenleving hét thema is van deze tijd. Wil je de band met de maatschappij versterken, dan is de enige juiste vraag die naar de relevantie van je kennis en collectie voor de ander. Dat zal voor elk museum anders liggen. Een bepaalde collectie, bv de collectie van het Museum van de Psychiatrie’ kan bijvoorbeeld een nieuw perspectief bieden op de actualiteit of een onderwerp verbinden met de omgeving. (Huisartsondersteuning vanuit het psychiatrisch werkveld – zelftesten – expertise over verslavingsziekten etc). Voor het Venrays museum zijn eveneens nieuwe thema’s te benoemen. Zij kunnen juist inzicht bieden in thema’s als geschiedenis, menselijke ontwikkelingen, krimp en kansen etc.) Maak het maatschappelijk rendement van het erfgoed daarom zichtbaar. ( De
3
ontwikkeling van het project ‘Jong Markant’ is hier een geweldig voorbeeld van. Op deze wijze worden jongeren in contact gebracht met erfgoed. Musea en maatschappelijke behoefte worden op deze wijze dichter bij elkaar gebracht). De kunst is de betekenis van de eigen collectie telkens op een intelligente manier te vertalen naar de samenleving.
Ruimte voor experiment….
Wij, het Museum van de Psychiatrie’ willen gaan voor ontwikkeling en vernieuwing. We willen daarom ook gaan ‘experimenteren’. Daar horen nieuwe media bij. Dit zou vooral moeten gebeuren met ontwikkelingssubsidies. Geen subsidies voor geplande exposities, maar een nieuw pad oplopen om te kijken of het begaanbaar is. (Psychiatrie heeft een nieuw paradigma nodig). (Ook expertise vanuit VVG kan ons hierbij helpen). Ook hier geldt dat we het wiel niet opnieuw hoeven uit te vinden. Kijk naar gehonoreerde projecten, zodat goede voorbeelden zich eenvoudig laten afkijken en navolgen. Binnen het huidige culturele veld zie je jammer genoeg weinig terug van best practices. (Mondriaanstichting ondersteunt nieuwe experimenten met subsidies. De meeste subsidiegevers zijn meer dan bereid daarover mee te denken).
Niet fixeren op vorm….
Bij de presentatie van het eerste concept van (xxxxxxxxxxxxxxx) is gekozen voor een ‘exibit’ een ‘vorm’. Een ‘vorm’ die ons aansprak. Een fraaie maar niet de enige. Wij, als museum van de psychiatrie, zijn erg trots op onze collectie. Nieuwe generaties interesseert het weinig of ze een object kunnen vastpakken. Zeker, het origineel biedt een onvergelijkbare ervaring, maar, wil je meer mensen dat genoegen gunnen, begin er dan mee (digitaal) aanwezig te zijn op plaatsen waar veel mensen komen. Ook wij als museum van de psychiatrie vonden het heel moeilijk om buiten een vertrouwde vorm , ons museum in de koorgangen, te denken. Dat betekent dat musea hun autoriteit zullen moeten loslaten. We zullen vooral deskundigheid moeten aanwenden om zoveel mogelijk mensen van erfgoed te laten genieten. Bedenk dus: de collectie is niet onze eigendom, het publiek: dat is je collectie. We pleiten dus nogmaals voor ‘een kartrekker’ die verschillende media met elkaar vervlecht om het aanbod aantrekkelijk in de virtuele etalage te zetten. Ook in het museum van de psychiatrie zijn mensen die de traditie omarmen, die er werken omdat er zo weinig verandert. Niet iedereen hoeft en kan mee in een innovatietraject. Er is echter wel sprake van wederzijds respect. We zagen dat die vrijwilligers (museum van de psychiatrie) openstonden voor onze ‘vernieuwende en innovatieve gedachten en plannen’.
Naar een museum/centrum voor de toekomst….
E-cultuur is een blijvende factor geworden. Het is een ontwikkeling die elke erfgoedinstelling wezenlijk raakt. De noodzaak tot innovatie neemt toe. Dat betekent voor het ‘Huys van Venray’ dat we onze basisinfrastructuur op orde moeten hebben. Daarna kunnen we pas gebruik gaan maken van nieuwe media. Het komende decennium zullen we dan ook ‘chronisch’ moeten innoveren. Het opnieuw formuleren en vormgeven van ons museum. Daarbij kunnen we denken aan het daadwerkelijk online ontsluiten van beide collecties.
4
Ontwikkel vooral inspiratie….
Goede innovatie is afhankelijk van inspiratie. Juist in een tijd waarin middelen schaars zijn is inspiratie zo mogelijk nog belangrijker dan in andere perioden. Het gevoel ‘dat het geld maar één keer uitgegeven kan worden’ zou ons moeten stimuleren om bij nieuwe museumprojecten het best mogelijke voorstel te generen tegen een haalbaar en redelijk budget: Een gezamenlijk voorstel vanuit alle geledingen betrokken bij het ‘Huys van Venray’. Om dat te kunnen is inspiratie nodig. Weten wat er nodig is, wat de mogelijkheden zijn, wat de resultaten van anderen zijn. Geen keuze zonder visie op het ‘Huys van Venray’…. Een goede keuze voor de inzet van nieuwe media en internet is niet mogelijk zonder een visie op ons eigen museum/centrum en haar maatschappelijke betekenis. In een ‘betekenissamenleving’ moeten wij als erfgoedinstelling vanuit onze eigen professionaliteit een sterke visie op ‘storytelling in society’ creëren. Een museale visie op de mogelijke rol van ons erfgoed zou samenleving, beleidsmakers en publiek moeten inspireren tot het zien en omarmen van nieuwe mogelijkheden. We willen de informatiesamenleving beter gaan begrijpen en de onontbeerlijkheid van een nieuwsgierige verkennende en inspirerende houding. Maar als we nu beslissen dat we de mogelijkheden van nieuwe media werkelijk omarmen kan dat niet zonder visie. Ruimte voor experimenteren…. Goede innovatie is afhankelijk van experimenten. Blijf gelegenheid creëren voor experimenten, naast de aandacht voor verdere uitrol activiteiten. Wat ons betreft het verder uitwerken van het prototype van ( xxxxxxxxxxxxx). Op die manier kunnen we verdere mogelijkheden verkennen, het opbouwen van kennis en ervaring om het ‘Huys van Venray’ succes- en betekenisvol te maken. Een museum van maatschappelijke betekenis. Voor ons als ‘kleine erfgoedinstelling’ vormen al deze ontwikkelingen een heel eigen uitdaging. Daar zal vooral samenwerking moeten zorgen voor bewustwording en kennisontwikkeling. Verder kunnen we intelligent gebruik maken van eerdere ervaringen van andere erfgoedinstellingen (in binnen en buitenland) om zelf sneller en beter nieuwe ontwikkelingen te omarmen. Innovatie komt nooit alleen: innovatie van diensten vraagt om innovatie van collectiebeschrijving, infrastructuur en de indeling van het nieuwe gebouw. Deze notitie is een vervolg op een eerdere notitie ‘Omnia Mutandur’ waar we het veranderingsproces beschrijven van museum oude stijl (het museum van de psychiatrie) naar een museum van maatschappelijke betekenis. Verder onze eerste contacten met extern adviseur (xxxxxxxxxxxxxxx) en E-cultuur. In deze vervolgnotitie gaan we dieper in op dit veranderingsproces. We hebben ons daarbij laten leiden door een aantal ‘Bronnen van inspiratie’. ‘Bronnen van inspiratie’ • • • • •
Document: Musea in transitie: Rollen van betekenis Ad de Jong: Warme gevoelens en koude rillingen. Over musea en odes aan saamhorigheid. Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten Lizzy Jongma: Onderzoeksrapport ICT gebruik in musea Van der Ploeg: De wonderkamer van Zoetermeer Etc.etc.etc.
Januari 2015
5