Multicampusmodule Volg een gespecialiseerde keuzemodule op een andere campus Voor studenten uit de opleidingen: • master in de industriële wetenschappen: biochemie • master in de industriële wetenschappen: chemie • master in de biowetenschappen: voedingsindustrie
Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen 1
Inhoud Voorwoord
1
Studeren aan een multicampusfaculteit
2
Multicampusmodule, hoe werkt het?
3
Voorstelling van de keuzemodules
4
• Moleculaire biologie en ecologie in biotechnologische (industriële) processen
4
• Mouterij- en brouwerijtechnologie
6
• Moleculaire diagnostiek: ontwikkeling en validatie van moleculaire tests
8
• Water- en fermentatietechnologie
10
• Materiaal- en energiebeheer
12
• Acoustic processing: ultrasone kristallisatie van farmaceutisch actieve componenten
14
• Op het grensvlak van chemie, structuur en functionaliteit van levensmiddelen
16
Praktisch
18
Meer info
2
Voorwoord Vanaf 2013-2014 worden de opleidingen tot industrieel ingenieur universitaire opleidingen. Met die officiële integratie wordt de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen een nieuwe faculteit binnen de Groep Wetenschap & Technologie van de KU Leuven. De faculteit is meteen uniek in haar organisatie. Op maar liefst zes campussen, verspreid over Vlaanderen, kun je afstuderen als industrieel ingenieur. Een echte multicampusfaculteit dus! Onze opleidingen behouden zeer duidelijk hun profiel. Meer nog, het profiel wordt nog versterkt dankzij de intense samenwerking tussen de verschillende campussen. Elke campus profileert zich binnen een specifiek onderzoeksdomein. We zorgen ervoor dat de expertise tussen de campussen uitgewisseld wordt en verder complementair uitgebouwd kan worden. Door te werken met een multicampusmodel ontwikkelden we binnen de faculteit een sterk netwerk van kennis- én competentie-uitwisseling. Als student kun je hiervan alleen maar genieten. We brengen de expertise naar jouw campus. En voor wie studeren net iets meer mag zijn, bieden we ook heel wat leer- en experimenteermogelijkheden aan op andere campussen. De keuzemodules zijn daar een mooi voorbeeld van.
Kris Willems Decaan
Greet Langie Vice-decaan onderwijs
Hans Rediers Projectleider OOF-project multicampusonderwijs opleidingen industriële wetenschappen: (bio)chemie en biowetenschappen
1
STUDEREN AAN EEN MULTICAMPUSFACULTEIT De Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen is een multicampusfaculteit: opleiding worden op verschillende campussen, verspreid over heel Vlaanderen, aangeboden. Zo kun je de masteropleidingen industriële wetenschappen: biochemie en industriële wetenschappen: chemie volgen op Campus De Nayer Sint-Katelijne-Waver, Campus Groep T Leuven, Technologiecampus Gent en Campus Diepenbeek. De masteropleidingen in de biowetenschappen: voedingsindustrie kun je dan weer enkel volgen op Campus in Geel. Elke campus profileert zich binnen een bepaalde onderzoeksdomein en beschikt daardoor over uitgebreide, gespecialiseerde onderzoeksinfrastructuur om onderzoek in dat domein te verrichten. Door te kiezen voor een campus, kies je automatisch voor een gerichte specialisatie. Maar dankzij ons multicampusonderwijs kun je ook genieten van de infrastructuur en expertise van de andere campussen. Voor de masterstudenten biowetenschappen en industriële ingenieurswetenschappen: chemie en biochemie resulteerde dit multicampusmodel in een reeks gespecialiseerde keuzemodules die over de campussen heen aangeboden worden. Op die manier kun je op basis van je eigen interesses en beroepsambities, een bepaalde onderzoeksexpertise eigen maken, ook als die niet aanwezig is op je eigen campus. Je krijgt hands-on ervaring met specifieke onderzoeksinfrastructuur en er is een intense interactie met de onderzoekers van de campus waar je de keuzemodule volgt.
2
MULTICAMPUSMODULE, HOE WERKT HET? Elke campus waar de masteropleidingen industriële wetenschappen: biochemie, industriële wetenschappen: chemie en biowetenschappen: voedingsindustrie georganiseerd wordt, biedt een keuzemodule van 6 studiepunten aan, op basis van hun onderzoeksspeerpunten en unieke profielen. De keuzemodules worden georganiseerd bij de start van het tweede semester, gedurende twee weken. Tijdens deze twee weken worden er geen andere opleidingsonderdelen georganiseerd in de masteropleiding en mis je dus niets van je eigen programma. Een keuzemodule op een andere campus opnemen, is geen verplichting. Je kunt ook altijd kiezen om je volledige programma op je eigen campus te volgen. Heb je interesse om een keuzemodule te volgen? Dan moet je aan de voorwaarde voldoen om minstens 30 studiepunten op te nemen binnen de masteropleiding (de keuzemodule inclusief). Werk- en evaluatievormen kunnen variëren per keuzemodule. Je vindt ze per module duidelijk beschreven terug. Meer info over inschrijven, verblijf, verzekeringen … vind je terug op p. 18. 3
VOORSTELLING VAN DE KEUZEMODULES Moleculaire biologie en ecologie in biotechnologische (industriële) processen Onderzoeksgroep Het Laboratorium voor Microbiële Procesecologie en –beheersing (PME&BIM) van Campus De Nayer focust in haar onderzoek in eerste instantie op de moleculaire en gemeenschapsecologie van diverse industriële processen, zoals bio-ethanolproductie, moutproductie, voedselproductie en -verwerking en waterbehandeling. Uitgaande van microbiële flora in een industrieel proces wordt er telkens onderzoek gevoerd naar de achterliggende oorzaken en/of oplossingen van veel voorkomende problemen. In de onderzoeksaanpak wordt steeds vertrokken van een holistische aanpak waarbij verschillende disciplines geïntegreerd worden, zoals microbiologie, microbiële ecologie, moleculaire diagnostiek, functionele moleculaire biologie, metagenomica en bio-informatica. Meer info: www.scientiaterrae.org
Inhoud Tijdens deze module leer je het theoretisch concept van de belangrijkste moleculaire technieken beheersen en toepassen in een labo. Na een algemene inleiding worden diverse technieken besproken om DNA te modificeren en te analyseren, incl. de nieuwste DNA-sequeneringsmethoden. Er wordt dieper ingegaan op het gebruik van deze technieken om microbiële gemeenschappen te karakteriseren, de individuele microorganismen te identificeren en de functie van deze micro-organismen te ontrafelen. In een tweede deel wordt aandacht besteed aan de genetische modificatie van bacteriën, gisten, planten en dieren, telkens geïllustreerd met praktijkvoorbeelden. Tenslotte zullen ook courant gebruikte tools in het domein van de bio-informatica aan bod komen. De volledige module is praktijkgericht. Je leert hoe en waarom recombinant DNA wordt aangemaakt en welke technieken hiervoor gebruikt worden. Na de module moet je in staat zijn om in een gespecialiseerd labo op korte termijn zelfstandig diverse moleculaire technieken te selecteren en uit te voeren.
4
Werkvormen • Zelfstudie: inleidend hoofdstuk rond centraal dogma en regulatie van genexpressie (ca. 6 studielasturen) • Theorie: In de hoorcolleges wordt de theorie behandeld rond moleculaire tools, karakterisatie van microbiële gemeenschappen en genetische modificatie van (micro-)organismen (ca. 25 contacturen verspreid over 2 weken) • Oefeningen: De leerstof uit de theorie wordt in enkele oefeningen en/of cases verder uitgediept. De tools die in de lessen bio-informatica aan bod komen, worden ook ingeoefend (ca. 20 contacturen, verspreid over 2 weken) • Het labo kadert in een lopend onderzoeksproject, waarin een aantal moleculaire technieken toegepast worden op een reële case zoals de bepaling van de microbiële gemeenschap in nectar. Karakterisering van de microbiële gemeenschap gebeurt aan de hand van genetic fingerprinting (RAPD, Rep-PCR), clone libraries, DNA sequentieanalyse, fylogenetische analyse en fenotypering via Omnilog. (ca 20 contacturen; meestal in sessies van 4 uren) De module is zodanig georganiseerd dat er elke dag een gezond evenwicht is tussen hoorcolleges en oefenzittingen/labo.
Evaluatie Eerste examenkans:
permanente evaluatie (50%) mondeling examen met schriftelijke voorbereiding (openboekexamen) (50%) Tweede examenkans: opdracht (100%)
Titularis Campus Studiepunten Geschikt voor
Aanvang Duur
*
Hans Rediers
[email protected] Campus De Nayer Sint-Katelijne-Waver 6 Master in de industriële wetenschappen: biochemie Master in de industriële wetenschappen: chemie Master in de biowetenschappen: voedingsindustrie Semester 2 - week 1* 2 weken
Voor studenten van Campus Diepenbeek is dit week 2 van het 2e semester.
5
Mouterij- en brouwerijtechnologie Onderzoeksgroep Het Laboratorium voor Enzym-, Fermentatie- en Brouwerijtechnologie (EFBT) bevindt zich op de Technologiecampus Gent, KAHO Sint-Lieven. Naast praktijkgericht onderzoek in enzymtechnologie (productie/karakterisering van enzymen en toepassing in voedings- en voederindustrie) en fermentatietechnologie (aanmaak microbiële starterculturen, procesontwikkeling van innovatieve voedingsingrediënten, bio-ethanolproductie), ligt de focus vooral op probleemoplossend mouterij- en brouwerijonderzoek. De onderzoeksgroep EFBT is nationaal en internationaal bekend door de opgebouwde expertise inzake hopchemie en hoptechnologie, alsook en vooral op het vlak van bierflavourkwaliteit en flavourstabiliteit (flavour = combinatie van geur, aroma, smaak en mondgevoel).
Inhoud De module wil je laten inzien hoe kennis uit een aantal fundamentele, technologische en socio-economische vakken geïntegreerd kan worden aangewend binnen een complex industrieel proces. Mouterij en brouwerij worden als modelbedrijven gekozen omdat zij door hun complexiteit bijzonder geschikt zijn om aan te tonen hoe kennis en vaardigheden uit de hele opleiding aan bod kunnen komen. Je start met een grondige inleiding tot de moderne mouterij- en brouwerijtechnologie om een duidelijk overzicht te verkrijgen van de volledige procesvoering. Daarna bespreken we gedetailleerde de grondstoffen water (in mouterij en brouwerij) en hop (inclusief hopproducten). Vervolgens wordt gerst als uitgangsmateriaal voor de mouterij belicht en alle stappen in het vermoutingsproces behandeld (voorbehandeling van gerst, weken, kiemen en eesten). Het luik ‘mouterij’ wordt afgerond met een overzicht van de verschillende mouttypes en adjuncten (ongemoute granen, suikers), in functie van hun mogelijke toepassingen bij de bierbereiding (verschillende bierstijlen, biersoorten).
6
In het deel ‘brouwerij’ schenken we zeer veel aandacht aan adequate upstream procesvoering, met name aan de wortproductie. Naast de moutkwaliteit is de kwaliteit van de wort van cruciaal belang voor de latere bierkwaliteit (voor een verlengde flavourstabiliteit van bier tijdens bierdistributie en bieropslag). De wortproductie omvat achtereenvolgens het malen van mout, het (in)maischen, de wortfiltratie, het wortkoken/hopping en tot slot de wortklaring en de wortkoeling. Daaropvolgend worden de biochemie van de gisting (met nadruk op (off-)flavour productie) en de state-of-the-art met betrekking tot gistpropagatie en fermentatietechnologie, behandeld. De cursus wordt afgerond met het gedeelte ‘post-fermentation processing’ via bespreking van de lagering (secundaire fermentatie), (colloïdale) bierstabilisatie, bierklaring en -verpakking. Innovatieve engineering in mouterij, brouwerij en gisting wordt sterk benadrukt, zowel tijdens de hoorcolleges als in de aansluitende labo-sessies.
Werkvormen • Hoorcolleges: 30 contacturen • Labo: 12 contacturen
Evaluatie Eerste examenkans: Labo:
theorie: mondeling examen (75%) permanente evaluatie (25%)
Tweede examenkans: theorie: mondeling examen permanente evaluatie aangevuld met een bijkomende examenproef Labo: in de tweede zittijd voor wie in de eerste zittijd hiervoor een onvoldoende (< 10/20) behaalde
Titularis Campus Studiepunten Geschikt voor Aanvang Duur
*
Luc De Cooman
[email protected] Technologiecampus Gent 6 Master in de industriële wetenschappen: biochemie Master in de biowetenschappen: voedingsindustrie Semester 2 - week 1* 2 weken
Voor studenten van Campus Diepenbeek is dit week 2 van het 2e semester.
7
Moleculaire diagnostiek: ontwikkeling en validatie van moleculaire tests Onderzoeksgroep Lab4U is het onderzoekspeerpunt industriële wetenschappen chemie en biochemie van Campus Diepenbeek. In samenwerking met het laboratorium voor Microbiële Procesecologie en -beheersing (PME&BIM) van Campus De Nayer en via dwarsverbanden met docenten van de professionele bachelor chemie, biochemie en biomedische laboratoriumtechnologie focust Lab4U onder andere op de ontwikkeling van moleculaire diagnostica. In de onderzoeksaanpak wordt steeds vertrokken van een integratie van meerdere opleidingsonderdelen, zoals microbiologie, moleculaire biologie, analytische biochemie en immunologie, validatie en kwaliteitsborging.
Inhoud Je leert tijdens deze module het theoretisch concept van validatie van moleculaire en immunologische diagnostica beheersen en toepassen in een labo. Via een zelfstudiepakket op Toledo wordt een inleiding tot analytische validatiecriteria opgefrist. Na een studie van diverse commercieel beschikbare diagnostische testen op basis van immunologie of op basis van DNA/RNA, spoor je mogelijke onderzoeksparameters in de ontwikkeling en validatie van een test op (labo, literatuur en bedrijfsbezoeken). De volledige cursus is praktijkgericht: via practica op Campus Diepenbeek en in relevante bedrijven word je ondergedompeld in de toepassing van Europese wettelijke bepalingen omtrent validatie. Je leert hoe en waarom een diagnostische test gevalideerd wordt. Uiteindelijk moet je in staat zijn om in een gespecialiseerd bedrijf op korte termijn zelfstandig in te staan voor validatie van ontwikkelde diagnostica.
Werkvormen • Zelfstudiepakket: inleidend hoofdstuk over validatie en kwaliteitsborging en werkgebied van een diagnostische test (6 uren studielast) • Theorie: in de hoor- en werkcolleges worden verschillende commercieel beschikbare diagnostische testen beschreven en bestudeerd. (ca. 6 contacturen verspreid over 2 weken) • Oefeningen en labo: de leerstof uit de theorie wordt omgezet in praktische cases in ontwikkeling en validatie van de test. Na opzoekwerk en uitschrijven van een protocol wordt ontwikkeling en validatie van een diagnostische test praktisch aangevat. (ca. 30 contacturen, verspreid over 2 weken) De gekozen cases kaderen zoveel mogelijk in een lopend onderzoeksproject. 8
• Bezoeken aan relevante bedrijven: op zoek naar innovatieve technologie en praktische benadering van de validatieproblematiek. In de bedrijven worden hiervoor hands-on sessies georganiseerd (ca. 16 contacturen) De module is zodanig georganiseerd dat er een gezond evenwicht is tussen diverse werkvormen.
Evaluatie Eerste examenkans:
permanente evaluatie: met instaptoets, uitstaptoets, onderzoeksportfolio met labverslagen, vragenlijst voor bedrijfsbezoeken, verslag van bedrijfsbezoeken, verslag van onderzoek
Tweede examenkans: praktische opdracht met verslaggeving
Titularis Campus Studiepunten Geschikt voor Aanvang Duur *
Myriam Meyers
[email protected] Campus Diepenbeek 6 Master in de industriële wetenschappen: biochemie Master in de biowetenschappen: voedingsindustrie Semester 2 - week 1* 2 weken
Voor studenten van Campus Diepenbeek is dit week 2 van het 2e semester
9
Water- en fermentatietechnologie Onderzoeksgroep De Onderzoeksgroep Proces- en Milieutechnologie (ProMil) van Campus De Nayer in Sint-Katelijne-Waver focust op de integratie van innovatieve technologieën voor de optimalisatie van chemische en biochemische conversiemethoden in volgende applicatiedomeinen: • Conversie van biomassa, afval- en nevenstromen naar basischemicaliën en energiedragers • Inzet van geavanceerde oxidatiemethoden (AOPs) in waterzuivering en de procesindustrie • Integratie van conversie- en scheidingsmethoden in de (bio)chemische procesindustrie.
Inhoud In deze keuzemodule bestudeer je drie aspecten rond de behandeling van afval(water)stromen in detail bestudeerd op theoretisch en experimenteel vlak: fermentatieprocessen, respirometrie en geavanceerde oxidatieprocessen. Je leert de theoretische basis van deze drie concepten beheersen en toepassen in een labo. De module is sterk procestechnologisch gericht. Tijdens een (aeroob of anaeroob) fermentatieproces wordt organisch materiaal door micro-organismen afgebroken tot gewenste eindproducten, of producten die een bepaalde waarde hebben in verdere verwerking (cf. platform chemicals). Een voorbeeld is de fermentatie van suikers tot ethanol, maar ook tot 1,3-propaandiol, een basischemicalie in de productie van vezels en kleding. In dit deel leer je meer over de verschillende fermentatieprocessen en producten, met de nadruk op de valorisatie van biomassastromen. Daarnaast komen aspecten van design, configuratie, opschaling en economische relevantie ook aan bod. Tijdens het labo onderzoek je op welke manier een fermentatieproces kan gestuurd worden voor de productie van een bepaald chemicalie, of ter verhoging van de totale opbrengst. De opvolging en analyse van een aeroob biologisch waterzuiveringsproces kun je bestuderen op labschaal via respirometrie, de meting en de interpretatie van de biologische zuurstofopnamesnelheid onder goed gedefinieerde experimentele condities. 10
Aangezien deze laatste gelinkt is aan de biomassa-aangroei en de substraatafbraak, kan respirometrie gebruikt worden voor modellering, simulering en sturing van dergelijke biologische systemen. Je zult respirometrie zowel experimenteel als modelmatig (via een commercieel simulatiepakket) in detail bestuderen tijdens het labo. Geavanceerde oxidatieprocessen (AOP’s) zijn processen waarbij zeer reactieve hydroxylradicalen worden aangemaakt die persistente organische polluenten kunnen breken. Voorbeelden van processen zijn ozonisatie en foto(kata)lyse. Je krijgt een uitgebreide theoretische basis over de verschillende reactiemechanismen en procescondities van deze processen. In het labo onderzoek je de verschillende groepen een ander type AOP, met de nodige aandacht voor aspecten als afbraakefficiëntie, kinetica, modellering en economische haalbaarheid.
Werkvormen • Theorie: tijdens de hoorcolleges wordt de theorie rond waterzuivering, respirometrie, AOP’s en fermentatie behandeld, met korte inleiding van de labo’s. (ca. 30 contacturen, vnl. tijdens de eerste 3 dagen) • Oefeningen: één oefening/case study per onderdeel (één dag voorzien voor de uitwerking; voorbereiding/evt. afwerking in zelfstudie) • Respirometrie: afzonderlijke oefensessie rond softwarepakket GPS-X® (ca. 15 contacturen) • Labo: (ca. 35 contacturen) Het studiemateriaal zal deels in het Engels en deels in het Nederlands aangeleverd worden.
Evaluatie Eerste examenkans:
permanente evaluatie labo + laboverslagen (50%) oefeningen + clickertest (tijdens module) (25%) schriftelijk examen theorie (25%) Tweede examenkans: schriftelijk examen (100%)
Titularis Campus Studiepunten Geschikt voor Aanvang Duur *
Lise Appels
[email protected] Campus De Nayer 6 Master in de industriële wetenschappen: biochemie Master in de industriële wetenschappen: chemie Semester 2 - week 1* 2 weken
Voor studenten van Campus Diepenbeek is dit week 2 van het 2e semester
11
Materiaal- en energiebeheer Onderzoeksgroep De Onderzoeksgroep Chemische Procestechnologie streeft naar de implementatie van specifieke technologieën met als doel het verbeteren van producteigenschappen, het verder sluiten van materiaalcycli en het efficiënter gebruik van energie. De gekozen technologieën handelen in het bijzonder over • oppervlaktebehandeling en ionische vloeistoffen, waarbij er zowel aandacht besteed wordt aan afzettingen op metallische als op niet-metallische oppervlakken. Daarnaast wordt er ook onderzoek verricht naar het gebruik van ionische vloeistoffen, o.a. bij de productie van zonnecellen. • innovatieve (niet-drukgedreven) (membraan)technologieën zoals elektrodialyse en membraandestillatie voor de verwijdering/recuperatie van anorganische ionen uit of het opconcentreren van allerhande stromen.
Inhoud Tijdens deze module focus je zowel op energiebeheer als op duurzame chemie. In het eerste deel energiebeheer start je met een korte inleiding omtrent de geldende basiswetten om nadien veel aandacht te kunnen besteden aan de mogelijke methodes om de gewenste energievorm te produceren, de energie nuttig aan te wenden en om energie op een zinvolle manier te recupereren. Zowel de klassieke(re) als de meer innovatieve productiemethodes worden belicht. Voor wat betreft het aanwenden van energie kijken we zowel naar het meer energie-efficiënt maken van eenheidsoperaties zoals een rectificatiekolom of een thermische droger, als naar rekenmethodes om de energiehuishouding van een volledig bedrijf onder de loep te nemen (pinch-technologie). Bij energierecuperatie tenslotte wordt ook nagegaan onder welke vorm energie, afhankelijk van de omstandigheden, het best gerecupereerd wordt. 12
Duurzame chemie, ook wel groene chemie genoemd, is een basisgedachte tijdens het ontwerpen van producten en processen. Je leert de nodige aandacht te besteden aan het minimaliseren van het gebruik en de vrijstelling van schadelijke verbindingen. Hernieuwbare grondstoffen worden centraal gesteld voor de ontwikkeling van nieuwe processen. Naast de basisprincipes van duurzame chemie, gaan we dieper in op een aantal praktijkvoorbeelden zoals grondstoffenbeheer, hernieuwbare grondstoffen als basis voor industriële producten, evoluties op het vlak van milieuvriendelijke solventen en overschakeling naar duurzame grondstoffen in (bio)polymeerchemie (bv. in de productie van polymelkzuur).
Werkvormen • Case-studie: Je werkt zelfstandig een industrieel voorbeeld uit in het kader van duurzame chemie en/of energiebeheer. • Hoor- en werkcolleges: energiebeheer (18 contacturen), duurzame chemie (18 contacturen) • Labo: Energie-efficiëntie van innovatieve technologieën met als voorbeelden: elektrodialyse met bipolaire membranen, bepalen van de elektrische efficiëntie waarmee een stroom wordt ontzout met simultane productie van zuur en base, membraandestillatie als alternatief voor klassieke indampers, elektrodepositie van een palladium-tinlaag ter vervanging van nikkellagen (2 x 3 uren)
Evaluatie Eerste examenkans:
mondeling examen over theorie energiebeheer (35%) en duurzame chemie (35%) presentatie en kritische bespreking van case-studie (20%) permanente evaluatie labo (10%)
Tweede examenkans mondeling examen over hoor- en werkcolleges permanente evaluatie aangevuld met een bijkomende examenproef in de tweede zittijd voor wie in de eerste zittijd een onvoldoende haalde voor het labo (< 10/20)
Titularis Campus Studiepunten Geschikt voor
Aanvang Duur *
Dorine Bruneel
[email protected] Technologiecampus Gent 6 Master in de industriële wetenschappen: biochemie Master in de industriële wetenschappen: chemie Master in de biowetenschappen: voedingsindustrie Semester 2 - week 1* 2 weken
Voor studenten van Campus Diepenbeek is dit week 2 van het 2e semester
13
Acoustic processing: ultrasone kristallisatie van farmaceutisch actieve componenten Onderzoeksgroep Lab4U is het onderzoekspeerpunt industriële wetenschappen chemie en biochemie van Campus Diepenbeek. Een van de kernactiviteiten focust op de ontwikkeling en verbetering van industriële processen door inzet van nieuwe technologieën met name micro- en milliflowreactoren en door het integreren van ultrasone geluidsgolven als alternatieve energiebron. Hierbij wordt nauw samengewerkt met de Afdeling ProcESS van het Departement Chemische Ingenieurstechnieken.
Inhoud Je bestudeert hoe alternatieve energievormen, met name ultrasone golven gebruikt kunnen worden om bestaande industriële processen te intensifiëren. Via een zelfstudiepakket worden de voornaamste begrippen uit de fysica opgefrist en leer je een planning maken voor experimenteel werk aan de hand van een design of experiments. Op basis van literatuur selecteer je de werkingsparameters die een invloed hebben op kristallisatie en op een akoestisch veld en verwerf je inzicht in het effect van geluidsgolven op het kristallisatieproces. De cursus is praktijkgericht. Je leert hoe en waarom een ultrasone golven gebruikt kunnen worden in kristallisatie en bij uitbreiding in eenheidsoperaties. Na de module ben je in staat om zelfstandig een onderzoek op te zetten om na te gaan of de implementatie van geluidsgolven een meerwaarde biedt in een bestaande industriële applicatie.
Werkvormen • Zelfstudie: Voorbereiding cursustekst Design of Experiments (DOE) en de Basisprincipes van Akoestiek en acoustic processing, 5 à 10 artikels over achtergrond, principes en parameters van ultrasone kristallisatie, voorbereiding opstellen DOE (20 uren studielast, eerste helft week 1) • Theorie: In de hoorcolleges wordt de voorbereiding kort doorlopen en wordt ingegaan op vragen die jij of medestudenten hebben bij het voorbereiden van deze hoofdstukken. Bijkomend wordt dieper ingegaan op het principe en de werkingsparameters van ultrasone kristallisatie (4 contacturen, week 1)
14
• Oefeningen: Je leert met een commercieel softwarepakket en aan de hand van geleide oefeningen een Design of Experiments opstellen en verwerken. Vervolgens stel je zelf een Design of Experiments op in het kader van je onderzoeksopdracht en op basis van de informatie uit de theorie en de artikels voor een eerste screening van belangrijke werkingsparameters (4 contacturen, week 1) • Labo: In ondersteunende labo’s karakteriseer je de ultrasone reactor die bij de kristallisatieexperimenten gebruikt zal worden. Zo krijg je meer voeling met de akoestische praktijk (8 contacturen, week 1). Daarnaast voer je aan de hand van de opstelde DOE-onderzoek uit naar ultrasone kristallisatie (32 contacturen, week 2/3). • Ondersteunend werkcollege: Je verwerkt de DOE met het software pakket en vat je resultaten samen in een artikel (2 contacturen ondersteuning, week 3)
Evaluatie Eerste examenkans:
permanente evaluatie op basis van ingangstest (5%), laboschrift (15%) en onderzoeksportfolio bestaande uit opgestelde DOE (10%), labverslagen (10%), verslag verwerking DOE (20%) en artikel omtrent onderzoeksopdracht (40%). Tweede examenkans: geen – De punten uit de eerste examenkans blijven behouden.
Titularis Campus Studiepunten Geschikt voor Aanvang Duur
*
Leen Braeken
[email protected] Campus Diepenbeek 6 Master in de industriële wetenschappen: chemie Master in de industriële wetenschappen: biochemie Semester 2 - start in lesvrije week* 2,5 weken
Voor studenten van Campus Diepenbeek is dit week 1 van het 2e semester
15
Op het grensvlak van chemie, structuur en functionaliteit van levensmiddelen Onderzoeksgroep Lab4Food is actief in wetenschappelijk onderzoek en dienstverlening over levensmiddelen. Het onderzoek kadert binnen vier pijlers: textuur en reologie, houdbaarheid en conservering, wetgeving en voedselveiligheid, nutritioneel en chemisch onderzoek. Deze module kadert binnen de pijler textuur en reologie, waarin de nadruk wordt gelegd op enerzijds de ontwikkeling van nieuwe of optimalisatie van bestaande meetmethoden en anderzijds de relatie tussen processing en functionaliteit van levensmiddelen. De groep is actief in het ganse valorisatiespectrum: van meer fundamenteel doctoraatsonderzoek tot zeer toepassingsgericht onderzoek voor bedrijven.
Inhoud De textuur van levensmiddelen is een van de belangrijke kwaliteitskenmerken voor de consument. Een goede beheersing van de textuur is dan ook noodzakelijk voor de voedingsbedrijven om een kwaliteitsvol product af te leveren. De chemische samenstelling en de (micro)structuur van levensmiddelen hebben een cruciale invloed op de textuur en het zijn dan ook kritische parameters om met kennis van zaken een levensmiddel te ontwerpen. In deze keuzemodule worden deze drie domeinen bestudeerd: levensmiddelenchemie, structuur van levensmiddelen en de relatie met textuur en reologie, zowel vanuit theoretisch als vanuit praktisch oogpunt. Tijdens deze module leer je de chemische structuur van grondstoffen en levensmiddelen beschrijven en de chemische veranderingen van levensmiddelen tijdens bewaring en processing beschrijven, interpreteren. Fysicochemische begrippen kun je toepassen op levensmiddelen.
16
Je leert verbanden leggen tussen de chemische structuur en de veranderingen en functionele eigenschappen van levensmiddelen. De stabiliteit van en de veranderingen in levensmiddelen verklaar je vanuit de theoretische concepten van de fysicochemie. Na deze module kun je de theoretische concepten toepassen in een praktijksituatie en een experimenteel proefopzet voor de studie van fysicochemische kenmerken uittekenen, uitvoeren en statistisch correct verwerken.
Werkvormen • Hoorcolleges: Je ontwikkelt de nodige theoretische basiskennis uit de drie domeinen om zelfstandig de onderzoeksvragen te kunnen behandelen (ca. 25 contacturen, gespreid over 2 weken) • Labo: Je bestudeer je reële onderzoeksvragen uit het domein. In groepswerk wordt de onderzoeksvraag voorbereid, waarbij een juist proefopzet, de nodige meetmethodes … worden uitgetekend. De onderzoeksvragen worden geselecteerd uit het op dat moment lopende onderzoek, zodat deze zo nauw mogelijk aansluiten bij de praktijk. (ca. 25 contacturen, gespreid over 2 weken) Er wordt voor gezorgd dat er een goed evenwicht is tussen de drie werkvormen: hoorcollege, groepswerk en labowerk.
Evaluatie Eerste examenkans
permanente evaluatie (25%) verslag van het labowerk (25%) mondeling examen met schriftelijke voorbereiding (50%) Tweede examenkans schriftelijk examen (50%) permanente evaluatie en verslag: quotering blijft behouden (50%)
Titularis Campus Studiepunten Geschikt voor
Aanvang Duur
*
Johan Claes
[email protected] Campus Geel 6 Master in de industriële wetenschappen: biochemie Master in de industriële wetenschappen: chemie Master in de biowetenschappen: voedingsindustrie Voorkennis van organische chemie, biochemie en basisnoties van reologie gewenst. Semester 2 - Week 1* 2 weken
Voor studenten van Campus Diepenbeek is dit week 2 van het 2e semester
17
PRAKTISCH 1. Hoe moet ik me inschrijven voor een keuzemodule? De inschrijving voor de keuzemodule gebeurt op je eigen campus. Bij het opstellen van je ISP-programma vink je de module van je keuze aan. Voor verdere afspraken, neem je best ook nog even contact op met de programmacoördinator op je campus. 2. Wat met mijn diploma? Vanaf 2013-2014 worden de opleidingen tot industrieel ingenieur universitaire opleidingen. KU Leuven richtte hiervoor zelfs de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen op. Dit betekent dat KU Leuven garant staat voor de kwaliteit en op het einde van de rit een KU Leuven-diploma aflevert. De keuzemodule die je volgt op een andere campus, staat vermeld op het diplomasupplement. 3. Ben ik verzekerd als ik op de andere campus ben? Door je inschrijving aan de KU Leuven ben je aangesloten bij de collectieve verzekeringen van de KU Leuven: • •
De ongevallenpolis dekt de lichamelijke schade van een student die het slachtoffer wordt van een ongeval tijdens een studieactiviteit in België of in het buitenland De polis burgerlijke aansprakelijkheid voor studiegebonden aangelegenheden vergoedt de lichamelijke en materiële schade die een student door zijn fout aan derden berokkent tijdens een studieactiviteit in België of in het buitenland.
Studenten van Campus Diepenbeek schrijven zich in aan UHasselt en zijn aangesloten bij de collectieve verzekering van UHasselt. 4. Wat zal het mij kosten? Er wordt geen extra inschrijvingsgeld gevraagd om een keuzemodule op een andere campus te volgen. Wel zal je je op eigen kosten moeten verplaatsen of ter plaatse huisvesting moeten zoeken gedurende de twee weken van de module. Je kan onder bepaalde voorwaarden dienst doen op de sociale dienstverlening op je eigen campus. 18
5. Heb ik wel voldoende voorkennis om een keuzemodule op een andere campus te volgen? De bacheloropleidingen op de verschillende campussen werden op elkaar afgestemd. Indien nodig werden programmahervormingen doorgevoerd zodat elke student industriële wetenschappen: (bio)chemie voldoende voorkennis heeft om een module in dezelfde opleiding te volgen. Een aantal modules uit de opleiding biochemie kunnen bovendien zelfs gevolgd worden door masterstudenten industriële wetenschappen: chemie of masterstudenten biowetenschappen: voedingsindustrie, en omgekeerd. Per keuzemodule vind je duidelijk terug voor wie de module geschikt is. 6. Hoe word ik geëvalueerd? De evaluatie kan verschillen van module tot module. De evaluatiecriteria staan duidelijk beschreven in deze brochure en vind je ook terug in de ECTS-fiches. Indien er een examen wordt afgenomen tijdens de examenperiode, dan zal er een gemeenschappelijk moment vrijgehouden worden in de tweede examenperiode (juni). Bij het inplannen van het examenmoment wordt rekening gehouden met de inleverdatum en presentatie van de masterproef. 7. Waar liggen de campussen en zijn ze goed bereikbaar? •
CAMPUS DE NAYER Jan De Nayerlaan 5 2860 Sint-Katelijne-Waver De campus is zeer goed bereikbaar met het openbaar vervoer en ligt op wandelafstand (5 min) van het treinstation Sint-Katelijne-Waver.
•
CAMPUS GEEL Kleinhoefstraat 4 2440 Geel De campus is bereikbaar met de bus vanuit het station in Geel.
•
TECHNOLOGIECAMPUS GENT Gebroeders Desmetstraat 1 9000 Gent Vanuit het Sint-Pietersstation in Gent, makkelijk te bereiken met de tram of de bus.
•
CAMPUS DIEPENBEEK Agoralaan gebouw B bus 1 3590 Diepenbeek Vanuit Hasselt vertrekken verschillende bussen naar de campus
19
8. Hoe kan ik in de buurt van de campus een kot zoeken? Ook voor een verblijf van korte duur, kun je beroep doen op de huisvestingsdienst van de campus waar je de module zal volgen. Beschikbare kamers worden tegen een zeer voordelig tarief verhuurd. Uiteraard kun je ook de jeugdherbergen en betaalbare hostels in de omgeving overwegen als je niet dagelijks wil pendelen. Geef bij je inschrijving aan of je gebruik wenst te maken van de huisvesting op de andere campus. Zo kunnen we tijdig op zoek gaan naar een geschikt verblijf. Meer info: www.iiw.kuleuven.be/campussen
20
21
FACULTEIT INDUSTRIËLE INGENIEURSWETENSCHAPPEN Decanaat W. de Croylaan 6 bus 2000 3001 HEVERLEE, België
•
Meer informatie over een specifieke module kun je terugvinden in de ECTS-fiches die je online kan raadplegen, of via de titularis van de module
•
Voor praktische info kun je contact opnemen met de opleidingscoördinator op je eigen campus: Campus De Nayer: Hans Rediers (
[email protected]) Campus Geel: Leander De Vos (
[email protected]) Technologiecampus Gent: Dorine Bruneel (
[email protected]) Campus Diepenbeek: Myriam Meyers (
[email protected])
•
Interessante webpagina’s - www.iiw.kuleuven.be/onderwijs: Alle informatie over de multicampusmodule en achtergrondinformatie over het OOF-project multicampusonderwijs - www.iiw.kuleuven.be/opleidingen: overzicht van de opleidingen, met doorverwijzing naar de programma’s per campus - www.iiw.kuleuven.be/campussen: overzicht van de campussen, met doorverwijzing naar o.a. studentendiensten www.facebook.com/Faculteitiiw Volg ons op facebook
De folder biedt een zo volledig mogelijk beeld over de keuzemodules die aangeboden worden binnen de masteropleidingen industriële wetenschappen: chemie, industriële wetenschappen: biochemie en biowetenschappen: voedingsindustrie. Er kunnen echter altijd wijzigingen in het programma worden goedgekeurd. De informatie in deze folder kan de universiteit dan ook niet binden. De meest recente informatie vind je op de website van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen op www.iiw.kuleuven.be of in het onderwijsaanbod op www.onderwijsaanbod.kuleuven.be.
22
Bijgewerkt tot: april 2013
v.u.: Hans Rediers, Campus De Nayer, Jan De Nayerlaan 5, 2860 Sint-Katelijne-Waver
Meer info