Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente metingen 2004 - 2009
A. Kruize B. Bieleman J. Bloemendal
Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente METINGEN 2004 TOT EN MET 2009
Augustus 2010
© INTRAVAL Groningen-Rotterdam
COLOFON © St. INTRAVAL Postadres Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail
[email protected] www.intraval.nl Kantoor Groningen: St. Jansstraat 2C Telefoon 050 - 313 40 52 Fax 050 - 312 75 26
Kantoor Rotterdam: Goudsesingel 68 Telefoon 010 - 425 92 12 Fax 010 - 476 83 76
Augustus 2010 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszins, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever Tekst: Opmaak: Omslag: Druk: Opdrachtgever:
A. Kruize, B. Bieleman, J. Bloemendal C. Zimmerman E. Cusiel Copy-Copy Gemeente Enschede
ISBN:
978 90 8874 097 8
INHOUDSOPGAVE
Pagina Samenvatting
I
Hoofdstuk 1
Inleiding 1.1 Achtergrond 1.2 Onderzoeksvragen 1.3 Opzet en uitvoering 1.4 Leeswijzer
1 1 3 4 8
Hoofdstuk 2
Incidenten 2.1 Aantal incidenten 2.2 Verdachten en slachtoffers bij incidenten
9 9 11
Hoofdstuk 3
Verdachten 3.1 Politie 3.2 Justitie 3.3 Reclassering 3.4 Huisverbod
13 13 17 18 21
Hoofdstuk 4
Slachtoffers 4.1 Kinderen 4.2 Volwassenen 4.3 Ouderen 4.4 Steunpunt Huiselijk Geweld
23 23 25 26 27
SAMENVATTING In
2010 zijn voor de jaarlijkse Monitor Huiselijk Geweld Twente voor de zesde keer registratiegegevens opgevraagd bij de instellingen in Twente die te maken hebben met huiselijk geweld: politie; justitie; de reclasseringsinstellingen Reclassering Nederland (RN), Tactus Verslavingsreclassering en reclasseringsafdeling van het Leger des Heils; De Tender; Steunpunt Huiselijk geweld (SHG); het algemeen maatschappelijk werk (Stichting Maatschappelijke Dienstverlening (SMD), Maatschappelijk Werk Noord West Twente (MWnwT) en Carint Reggeland); Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK); en Mediant (Consultatienetwerk Ouderenmishandeling). De monitor wordt uitgevoerd door onderzoeks- en adviesbureau INTRAVAL in opdracht van centrumgemeente Enschede. Afwijkende monitor In het kader van een landelijke uniformisering zijn alle politiekorpsen in de loop van 2009 overgestapt op de Basisvoorziening Handhaving (BVH). De regiopolitie Twente heeft dit per 23 juni 2009 gedaan. Deze overstap is niet geheel vlekkeloos verlopen, waardoor de gegevens die na deze datum zijn vastgelegd niet volledig betrouwbaar zijn. De politie heeft daarom alleen gegevens uit het BPS aangeleverd; het gaat hierbij om gegevens tot en met 23 juni. Bij de bespreking van de resultaten zullen deze gegevens zoveel mogelijk worden geëxtrapoleerd naar jaarcijfers. In de tabellen zullen zowel de cijfers tot en met 23 juni als de geëxtrapoleerde jaarcijfers worden weergegeven. Bij de voorgaande monitoren werden de gegevens van de politie veelal als uitgangspunt genomen. Door de overstap van de politie naar een nieuw registratiesysteem hebben zij zoals gezegd maar over een deel van 2009 gegevens kunnen leveren. Daarom zullen de gegevens van de politie dit jaar niet als uitgangspunt fungeren. De Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente wijkt dan ook enigszins af van de voorgaande jaren. Incidenten Uit tabel 1 blijkt dat in het aangeleverde politiebestand in 2004 tot en met 2008 in totaal respectievelijk 3.081, 2.638, 2.860, 3.665 en 3.525 incidenten van huiselijk geweld voorkomen. In 2009 gaat het in de periode 1 januari tot en met 23 juni om 1.439 incidenten van huiselijk geweld, omgerekend naar een jaarcijfer komt het aantal incidenten op 3.019. Voor alle jaren geldt dat het aantal geregistreerde incidenten per 1.000 inwoners het hoogst is in de gemeente Enschede, gevolgd door Almelo en Hengelo.
Samenvatting
I
Tabel 1
Aantallen incidenten naar gemeente (2004 – 2009)¹ 2004 2005 2006 N per N per N 1000 1000 Almelo 544 7,5 501 6,9 478 Borne 79 3,8 63 3,1 82 Dinkelland 34 1,3 18 0,7 27 Enschede 1.200 7,8 1.082 7,0 1.213 Haaksbergen 74 3,1 65 2,7 57 Hellendoorn 106 2,9 63 1,7 75 Hengelo 424 5,2 417 5,1 429 Hof van Twente 79 2,3 64 1,8 85 Losser 85 3,8 61 2,7 89 Oldenzaal 111 3,6 80 2,5 92 Rijssen-Holten 81 2,2 69 1,9 84 Tubbergen 32 1,6 30 1,5 38 Twenterand 135 4,0 86 2,6 69 Wierden 50 2,1 39 1,7 42 Onbekend 47 Totaal 3081 5,0 2638 4,3 2860
2007 per 1000 6,6 4,0 1,0 7,9 2,3 2,0 5,3 2,4 4,0 2,9 2,3 1,8 2,1 1,8 4,6
N 626 107 49 1.510 83 105 541 83 90 138 95 43 140 55 3665
per 1000 8,7 5,2 1,9 9,8 3,4 2,9 6,6 2,4 4,0 4,4 2,6 2,1 4,2 2,3 5,9
2008 N
2009* 2009** per N per N per 1000 1000 1000 Almelo 547 7,6 214 3 449 6,2 Borne 90 4,3 28 1,3 59 2,8 Dinkelland 39 1,5 26 1 54 2,1 Enschede 1.485 9,6 659 4,2 1382 8,8 Haaksbergen 100 4,1 45 1,8 94 3,9 Hellendoorn 87 2,4 42 1,2 88 2,4 Hengelo 620 7.6 206 2,6 432 5,3 Hof van Twente 100 2,8 26 0,7 54 1,5 Losser 83 3,7 41 1,8 86 3,7 Oldenzaal 123 3.9 48 1,5 101 3,2 Rijssen-Holten 104 2,8 34 0,9 71 1,9 Tubbergen 22 1,1 12 0,6 25 1,2 Twenterand 94 2,8 43 1,3 90 2,6 Wierden 31 1,3 15 0,6 31 0,7 Onbekend Totaal 3525 5,7 1439 2,3 3019 4,8 ¹ In de tabel staat het absolute aantal incidenten en het aantal incidenten per 1.000 inwoners vermeld. * Tot en met 23 juni. ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
Unieke personen Uit figuur 1 blijkt dat tussen 2004 en 2007 bij de regiopolitie Twente sprake is van een toename van het totaal aantal geregistreerde unieke personen dat een rol heeft gespeeld bij huiselijk geweld. In 2008 ligt het aantal unieke personen lager dan in 2007. In 2009 staan tot en met 23 juni 3.687 unieke personen geregistreerd die een rol hebben gespeeld bij huiselijk geweld. Omgerekend naar een heel jaar komt dit aantal op 7.734. Het aantal unieke personen dat minstens één keer staat geregistreerd als verdachte is toegenomen tussen 2004 en 2008 van 839 naar 1.104, in 2009 is het gedaald naar 965. Het aantal geregistreerde slachtoffers laat een wisselend beeld zien tussen 2004 en 2009.
II
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Aantal unieke personen naar rol bij huiselijk geweld (2004 – 2009)1
Figuur 1 10000
8.463
8.271
7.734
8000 5.784
5.729
6000
6.076 3.687
4000 2000
850 912
839 875
858 886
1.129 1.069
1.104 1.059
460 460
965 965
0 2004 2005 Unieke personen die in het peiljaar minstens één keer voorkomen als verdachte
2006 2007 Unieke personen die in het peiljaar minstens één keer voorkomen als slachtoffer
2008 2009* Totaal aantal unieke personen
2009**
* Tot en met 23 juni. ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
•
•
•
In alle zes jaren is het merendeel van de geregistreerde verdachten tussen 25 en 45 jaar. Dit percentage neemt af van 62% in 2004 naar 55% in 2008 en 56% in 2009. De meerderheid van de verdachten is man, hoewel het percentage vrouwen wel enigszins toeneemt (10% in 2004, 2005 en 2006 en achtereenvolgens 15%, 17% en 14% in 2007, 2008 en 2009). Ook van de unieke personen die in het peiljaar minstens één keer voorkomen als slachtoffer is het grootste deel (in alle jaren rond de 50%) tussen 25 en 45 jaar. In alle jaren zijn de meeste slachtoffers vrouw: respectievelijk 80%, 69%, 82%, 70%, 72% en 76%. Voor alle zes jaren geldt dat het aantal geregistreerde unieke verdachten per 1.000 inwoners het grootst is in de gemeenten Enschede en Almelo.
Recidive verdachten Uit tabel 2 blijkt dat in de jaren 2004 tot en met 2008 het percentage verdachten dat in het peiljaar meer dan één keer staat geregistreerd in het politiebestand huiselijk geweld rond de 40% ligt, in 2009 ligt dit percentage beduidend lager namelijk op 14%. Dit cijfer is echter gebaseerd op registratiegegevens van een half jaar, waardoor de kans op recidive aanzienlijk kleiner is. Het percentage unieke verdachten dat in één jaar drie of meer keer staat geregistreerd bij een incident van huiselijk geweld ligt tot en met 2008 tussen 17% en 23%, terwijl tussen 4% en 8% vijf of meer keer staat geregistreerd. Tabel 2 1 keer 2 keer 3 keer 4 keer 5 keer > 5 keer Totaal
Aantal keer voorkomen van unieke verdachten in politiebestand (2004-2009) 2004 n 490 182 82 40 18 27 839
% 58 22 10 5 2 3 100
2005 n 539 166 85 28 17 15 850
% 63 20 10 3 2 2 100
2006 2007 n % n 516 60 609 195 23 231 74 9 104 29 3 42 44 3 32 20 2 51 858 100 1.069
2008 % n 57 606 22 259 10 108 4 61 3 29 5 41 100 1.104
% 55 24 10 6 3 4 100
2009* n 395 54 7 3 0 1 460
% 86 12 2 1 0 0 100
2009** n % 829 86 113 12 15 2 6 1 0 0 2 0 965 100
* Tot en met 23 juni. ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
Er is enige overlap tussen de unieke verdachten en unieke slachtoffers doordat een persoon die bijvoorbeeld de ene keer als verdachte bij een incident is betrokken en de andere keer als slachtoffer, bij beide meetelt. 1
Samenvatting
III
Overlap unieke verdachten 2004 - 2009 Tevens is het aantal unieke verdachten dat in meerdere jaren bekend is bij de politie vanwege huiselijk geweld geanalyseerd. In totaal staan er in de periode 2004 tot en met 2009 4.403 unieke personen als verdachte geregistreerd. Niemand staat in alle jaren staat geregistreerd als verdachte, terwijl 447 verdachten in twee verschillende jaren voorkomen en 144 in drie of meer verschillende jaren. Justitie Uit de registratiegegevens van het OM blijkt dat het aantal bij het OM ingestroomde verdachten van huiselijk geweld in de periode 2005 en 2009 is afgenomen (tabel 3). Het aantal huiselijk geweldzaken dat door het OM is afgedaan is daarentegen toegenomen, van 212 in 2004 naar 270 in 2009. Ook het aantal huiselijk geweldzaken dat door de rechter is afgedaan is toegenomen, van 85 in 2004 naar 163 in 2009, in 2008 lag het aantal met 234 nog hoger. Tabel 3 Aantal unieke verdachten dat is ingestroomd bij het OM (2004 – 2009) Peiljaar 2004 2005 2006 2007 n n n n Aantal unieke verdachten dat in 204 252 248 242 het peiljaar is ingestroomd bij het OM Aantal zaken dat in het peiljaar 212 256 274 308 is afgedaan door het OM Aantal zaken dat in het peiljaar 85 172 197 194 is afgedaan door de rechter
2008 n 231
2009 n 214
325
270
234
163
Reclassering Vanaf 2008 wordt in de registratiegegevens van de reclasseringsinstellingen bijgehouden of het een huiselijk geweldzaak betreft. Doordat (nog) niet structureel wordt geregistreerd op huiselijk geweld gaat het bij de vermelde aantallen om een ondergrens. • Reclassering Nederland heeft in 2009 (minimaal) 71 cliënten waarvoor een (voorlichtings- of advies) rapport is aangevraagd door het OM in verband met een huiselijk geweldzaak, in 2008 lag dit aantal op 136. De gemiddelde leeftijd van de met name mannelijke cliënten is respectievelijk 36 jaar in 2008 en 37 in 2009. • In 2009 blijkt Tactus (minimaal) 41 cliënten te hebben waarvoor een (voorlichtingsof advies)rapport is aangevraagd in verband met een huiselijk geweldzaak, terwijl het in 2008 om 50 cliënten ging. Van de voornamelijk mannelijke cliënten is de gemiddelde leeftijd respectievelijk 40 jaar in 2008 en 39 in 2009. • Van de reclasseringsafdeling van het Leger des Heils zijn gegevens gekregen van alle geregistreerde cliënten die bekend zijn vanwege huiselijk geweld. Het gaat in 2009 om 198 unieke personen van wie het merendeel man is, in 2008 ging het om 102 cliënten. In de jaren 2005 tot en met 2009 hebben tussen de 23 en 42 personen de dadertraining huiselijk geweld van het Leger des Heils afgerond. De Tender De Tender is een poli- en dagkliniek voor forensische psychiatrie en psychotherapie voor Overijssel en Oost-Gelderland. Uit de (ontvangen) registratiegegevens van De Tender is niet op te maken of er sprake is van huiselijk geweld. Daarom is nagegaan in hoeverre verdachten uit het politiebestand huiselijk geweld bekend zijn bij De Tender. In de jaren 2004 tot en met 2008 zijn respectievelijk 36, 43, 35, 38 en 39 verdachten uit het politiebestand huiselijk geweld bekend bij de Tender, terwijl het in 2009 om 67 verdachten gaat. In 2008 en 2009 ligt het percentage vrouwelijke verdachten dat bekend is bij De Tender hoger dan in voorgaande jaren. IV
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Huisverbod Sinds maart 2009 is in de Twentse gemeenten de Wet tijdelijk huisverbod in werking getreden. Het huisverbod is bedoeld om huiselijk geweld verder terug te dringen. In totaal zijn in de periode maart 2009 tot en met december 2009 147 huisverboden opgelegd in Twente. De gemeenten Enschede en Almelo hebben in absolute cijfers de meeste huisverboden: respectievelijk 52 en 32. De gemeente Almelo heeft verhoudingsgewijs per 1.000 inwoners de meeste huisverboden: 0,4 per 1.000 inwoners, gevolgd door Enschede (0,3) en Losser (0,3), terwijl Haaksbergen (0,0) de minste heeft. Slachtoffers Aan de hand van de gegevens van Team Vroeghulp Enschede, Team Vroeghulp Almelo, AMK, SHG en Consultatienetwerk Ouderenmishandeling kan een beeld worden gegeven van de slachtoffers van huiselijk geweld. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen kinderen, volwassenen en ouderen. Kinderen In 2009 hebben 64 kinderen in de leeftijd van 0 tot 18 jaar contact gehad met Team Vroeghulp Enschede. In het bestand van het Team Vroeghulp Almelo staan geen kinderen vermeld. De politie heeft naast gegevens uit het BPS eveneens gegevens aangeleverd van de zorgmeldingen die zij in 2009 hebben gedaan. In totaal is in 2009 over 1.034 kinderen een zorgmelding gedaan. Een kwart (25%) van hen behoort tot de leeftijdscategorie nul tot vier jaar, terwijl 45% tussen de vier en twaalf jaar oud is. In 2009 zijn bij het AMK in totaal 1.836 meldingen uit Twente gedaan. Het aantal meldingen waarna een onderzoek is opgestart en het aantal uitgebrachte adviezen liggen beide op 613, terwijl het aantal consulten 222 bedraagt. Volwassenen Het Team Vroeghulp Enschede heeft in 2009 met 171 volwassenen in de leeftijd van 18 tot 65 jaar contact gehad in het kader van huiselijk geweld, in Almelo ligt dit aantal op 53. In het bestand van de politie staan in de periode tot en met 23 juni 429 slachtoffers geregistreerd, geëxtrapoleerd naar een jaarcijfer is dit 900. De gegevens van de politie zijn op anonieme wijze gekoppeld aan die van de Vroeghulpteams in Enschede en Almelo. Uit deze koppeling blijkt dat dertig slachtoffers uit het politiebestand eveneens voorkomen in de registraties van het Team Vroeghulp Enschede, terwijl de overlap met Team Vroeghulp Almelo elf bedraagt. Ouderen De beide vroeghulpteams hebben in 2009 contact gehad met in totaal vijf ouderen (Enschede vier en Almelo een) van 65 jaar of ouder. In het bestand van de politie staan 17 personen van 65 jaar of ouder als slachtoffer geregistreerd. Er betstaat geen overlap tussen de verschillende bestanden. In 2009 zijn bij de aandachtsfunctionarissen ouderenmishandeling Twente 23 zaken besproken. Steunpunt Huiselijk Geweld In 2009 is 266 keer contact gezocht vanuit Twente met het SHG. De meldingen betreffen voornamelijk vragen om advies en informatie (60%). Ten slotte Er is sprake van een groeimodel voor de Monitor Huiselijk geweld Twente. Naarmate de digitale gegevensverwerking over de cliënten bij de verschillende instellingen toeneemt, kunnen steeds meer gegevens worden toegevoegd en gekoppeld. De registratie van Samenvatting
V
huiselijk geweld behoeft bij alle instellingen nog de nodige aandacht. Bij de politie is het aantal geregistreerde huiselijk geweldzaken afhankelijk van de discipline van verbalisanten. Vooral in 2004, maar ook in 2005 en 2006 is het koppelen van incidenten aan de huiselijk geweldcode volgens de politie nog niet geheel correct verlopen. In 2007 is hier extra aandacht aan besteed, waardoor een flinke toename is te zien in het aantal geregistreerde incidenten van huiselijk geweld. De politie geeft echter aan dat in 2008 de aandacht weer is verslapt en het koppelen wederom niet consequent heeft plaatsgevonden. Hierdoor kunnen de cijfers van de afgelopen jaren een vertekening vertonen. Doordat in 2009 is overgestapt naar een ander registratiesysteem, zijn de gegevens maar voor een deel van het jaar voldoende betrouwbaar om te gebruiken. Om een zo volledig mogelijk beeld te krijgen van de aard en omvang van huiselijk geweld is het van belang dat alle instellingen aandacht blijven besteden aan het goed en consequent registreren van huiselijk geweldzaken.
VI
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
1. INLEIDING
Na de onderkenning van de omvang en aard van de problematiek rondom huiselijk geweld heeft de overheid beleid ontwikkeld voor de aanpak. De gemeenten spelen een centrale rol in de uitvoering van het overheidsbeleid. Voor een goede beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de aanpak is inzicht in de (aantallen) daders en slachtoffers van huiselijk geweld in de gemeenten in Twente essentieel. De gemeenten willen daarom periodiek inzicht in aantallen verdachten en slachtoffers, in hun achtergrondkenmerken (leeftijd, geslacht, woonsituatie, verslaving), eerste meldingen (first offenders) en recidive. Centrumgemeente Enschede heeft daarom onderzoeks- en adviesbureau INTRAVAL opdracht gegeven voor het monitoren van geregistreerd huiselijk geweld in de Twentse gemeenten.
1.1 Achtergrond Op 1 januari 2009 is de herziene versie van de Aanwijzing Huiselijk Geweld van het Openbaar Ministerie (OM) in werking getreden. In deze aanwijzing wordt het beleid van OM en politie beschreven ten aanzien van de opsporing en vervolging van geweld dat wordt gepleegd in de huiselijke kring van het slachtoffer. Huiselijk geweld wordt in de Aanwijzing omschreven als geweld dat wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer. Onder huiselijk geweld vallen lichamelijke en seksuele geweldpleging, belaging en bedreiging (al dan niet door middel van, of gepaard gaand met, beschadiging van goederen, in en om het huis). Als verdachten van huiselijk geweld kunnen worden aangemerkt: (ex)partners; gezinsleden; familieleden; en huisvrienden. Onder huisvrienden worden personen verstaan die een vriendschappelijke band onderhouden met het slachtoffer of iemand uit de onmiddellijke omgeving van het slachtoffer, en deze in de huiselijke sfeer ontmoeten. Verdachten en slachtoffers kunnen mannen en vrouwen zijn, en kunnen kinderen of volwassenen (waaronder ouderen) zijn. In de afgelopen jaren is steeds duidelijker geworden dat geweld in de privé-sfeer op grote schaal voorkomt; het gaat om een van de omvangrijkste geweldsvormen in onze samenleving. Op de lijst van dodelijke slachtoffers als gevolg van een onnatuurlijke oorzaak staat huiselijk geweld, na verkeersongevallen, op de tweede plaats. Een kenmerk van huiselijk geweld is de omstandigheid dat dader en slachtoffer (waaronder het minderjarige slachtoffer) vaak desondanks - en soms noodgedwongen - deel blijven uitmaken van elkaars leefomgeving. Hiermee hangt samen dat huiselijk geweld vaak een stelselmatig karakter heeft en er een hoog recidiverisico is. Geweld in het gezin gaat ook vaak gepaard met andere problematiek, zoals spanningen tussen echtgenoten, werkloosheid en/of verslaving. Kinderen die getuige zijn van huiselijk geweld ondervinden daarvan schadelijke gevolgen. Omvang Huiselijk geweld komt voor in alle sociaal-economische klassen en binnen alle culturen in de Nederlandse samenleving. De politie heeft door middel van een speciale registratie van huiselijk geweld berekend dat per jaar ruim 63.000 meldingen van huiselijk geweld bij de politie binnenkomen. Dat is echter alleen de geregistreerde criminaliteit, hetgeen betekent dat dit de ondergrens is van huiselijk geweld. Naast de geregistreerde criminaliteit is er een onbekend ‘dark number’ (de niet ontdekte, niet gerapporteerde en/of niet geregistreerde
Inleiding
1
incidenten). Hoewel steeds vaker melding of aangifte wordt gedaan van huiselijk geweld is het 'dark number' bij huiselijk geweld nog steeds groot. Dat betekent dat het aantal meldingen slechts het topje van de ijsberg is. Vaak verhinderen schaamte, angst en schuldgevoel dat betrokkenen het geweld melden. Huiselijk geweld is verborgen geweld, waarop nog steeds een maatschappelijk taboe rust; het beeld van het gezin als bron van geluk wordt er immers door aangetast. Slachtoffers blijken meestal grote moeite te hebben om het naar buiten te brengen. Hierdoor is het moeilijk goed inzicht te krijgen in de precieze aard en omvang van huiselijk geweld. Aanpak Een groot deel van het OM-beleid ten aanzien van huiselijk geweld is neergelegd in de Aanwijzing Huiselijk Geweld, die regels stelt omtrent de opsporing en vervolging van huiselijk geweld. Daarbij worden randvoorwaarden geformuleerd voor onder andere de invulling van de lokale samenwerking tussen politie, Openbaar Ministerie en reclassering. In de Aanwijzing wordt het beleid van OM en politie beschreven ten aanzien van de opsporing en vervolging van geweld dat wordt gepleegd in de huiselijke kring van het slachtoffer. Met de aanpak wil het OM een bijdrage leveren aan: · het acuut stoppen van het huiselijk geweld; · het voorkomen van een herhaling van huiselijk geweld door gerichte interventies; · het herstellen van de geschonden norm; · het vergroten van de aangiftebereidheid van slachtoffers; · het waarborgen van de veiligheid van het slachtoffer, in het bijzonder van minderjarige slachtoffers; · het waarborgen van de veiligheid van kinderen als getuige van huiselijk geweld. Voor een effectief optreden van politie en OM is - gelet op het recidiverisico - een voortvarende aanpak van groot belang. Er is een aanpak nodig waarbij het gaat om: zoveel mogelijk strafrechtelijk ingrijpen bij meldingen van huiselijk geweld; zoveel mogelijk vervolgen, ook zonder aangifte als dat juridisch haalbaar is; en zo vroeg mogelijk daderhulpverlening integreren in de strafrechtelijke aanpak. Het optreden van politie en OM dient tevens ter behartiging van de belangen van het slachtoffer en de eventuele kinderen die getuige zijn van het geweld. Voor dit doel is mede het traject Kindspoor ontwikkeld. Dit traject – een samenwerkingsverband tussen de Raad voor de Kinderbescherming, Bureau Jeugdzorg en het Advies- en meldpunt kindermishandeling (AMK) – houdt in dat minderjarige kinderen die getuige zijn geweest van huiselijk geweld én hun ouders zo spoedig mogelijk na het optreden van het geweldsincident worden verwezen naar de voor hen meest geschikte vorm van hulpverlening, die op een zeer korte termijn daadwerkelijk start. De meest recente ontwikkeling op het gebied van de aanpak van huiselijk geweld is de mogelijkheid tot het opleggen van een huisverbod. Hieronder wordt daarop kort ingegaan. Tevens wordt aandacht besteed aan de meldcode huiselijk geweld. Huisverbod Het huisverbod houdt in dat een pleger van huiselijk geweld in beginsel tien dagen zijn of haar woning niet meer in mag en in die periode ook geen contact mag opnemen met de partner of de kinderen. De maatregel biedt de mogelijkheid om in een noodsituatie te voorzien in een afkoelingsperiode waarbinnen de nodige hulpverlening op gang kan worden gebracht en escalatie kan worden voorkomen. Het kan ook worden opgelegd bij kindermishandeling of een ernstig vermoeden daarvan. 2
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Het huisverbod wordt in de vorm van een beschikking uitgereikt door de burgemeester of door de politie indien zij daartoe wordt gemandateerd. De burgemeester kan afhankelijk van de situatie het huisverbod verlengen tot maximaal vier weken. Een uithuisgeplaatste die zich niet aan het huisverbod houdt, kan maximaal twee jaar gevangenisstraf krijgen of een taakstraf. De uithuisgeplaatste heeft de mogelijkheid om tegen het huisverbod in beroep te gaan bij de bestuursrechter. De Wet tijdelijk huisverbod wordt vanaf 1 maart 2009 overal in Twente uitgevoerd. Het vereist een nauwe samenwerking tussen gemeente, politie, justitie en diverse hulpverleningsinstanties. In het najaar van 2009 heeftt een procesevaluatie plaatsgevonden van de uitvoering van de wet tijdelijk huisverbod in Twente.1 Onlangs is begonnen met een evaluatie van de resultaten van het huisverbod. In de Monitor Huiselijk Geweld Twente wordt vanaf dit jaar ook aandacht besteed aan het huisverbod. Meldcode De ministers van Justitie en Jeugd en Gezin en de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport willen het gebruik van een meldcode verplicht stellen bij vermoedens van kindermishandeling, huiselijk geweld, vrouwelijke genitale verminking en eergerelateerd geweld. Signalen van geweld en mishandeling worden vaak over het hoofd gezien of niet herkend. Ook weten veel professionals niet goed hoe te handelen wanneer zij geconfronteerd worden met de gevolgen van geweld. Het wettelijk vastleggen van een verplichte meldcode moet de professionals meer houvast geven bij het signaleren, zo nodig melden en stoppen van geweld.2 De beoogde inwerkingtreding van de wet is 1 januari 2011.
1.2 Onderzoeksvragen Bij de Monitor Huiselijk geweld in Twente worden de volgende onderzoeksvragen onderscheiden: Aard en omvang - Wat is de aard en omvang van het bij de politie geregistreerde huiselijk geweld in het peiljaar en in de vervolgmetingen? - Wat zijn hierbij jaarlijks de aantallen verdachten en slachtoffers? Wat is de relatie tussen dader en slachtoffer? Verdachten - Wat zijn de kenmerken van verdachten van bij de politie geregistreerd huiselijk geweld (geslacht, leeftijd, woongemeente)? - Welk aantal en percentage van de verdachten is recidivist en welke ontwikkelingen doen zich hierin voor? - Welke aantallen verdachten van huiselijk geweld zijn bekend bij het OM, de reclassering, hulpverleningsinstellingen? Slachtoffers - Wat zijn de kenmerken van slachtoffers van bij de politie geregistreerd huiselijk 1
Zwieten, M. van en B. Bieleman (2009). Buiten de deur. Procesevaluatie tijdelijk huisverbod Twente. Periode maart tot en met augustus 2009. St. INTRAVAL, Groningen-Rotterdam. 2 www.huiselijk geweld.nl Inleiding
3
geweld (geslacht, leeftijd)? - Welke aantallen slachtoffers van huiselijk geweld zijn bekend bij hulpverleningsinstellingen en de verslavingszorg?
1.3 Opzet en uitvoering Om de onderzoeksvragen te beantwoorden zijn wederom de instellingen in Twente benaderd die te maken hebben met huiselijk geweld. Bij de volgende organisaties zijn over 2009 registratiegegevens opgevraagd: politie; justitie; de reclasseringsinstellingen (Tactus Verslavingsreclassering, reclasseringsafdeling van het Leger des Heils en Reclassering Nederland); De Tender; Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG); het algemeen maatschappelijk werk (Stichting Maatschappelijke Dienstverlening (SMD) en Stichting Maatschappelijk Werk Noord West Twente (MWnwT)); Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK); Mediant (Consultatienetwerk Ouderenmishandeling); en Carint. Politie Aan de politie is gevraagd gegevens uit het BPS (BedrijfsProcessenSysteem) aan te leveren over incidenten van huiselijk geweld. De registratie van huiselijk geweld is bij de politie, ondanks de invoering van de landelijke projectcode Huiselijk Geweld op 1 januari 2004, nog niet zodanig dat alle geregistreerde voorvallen van huiselijk geweld en de daarbij behorende verdachten3 en slachtoffers zijn te achterhalen. Het koppelen van een incident aan de projectcode Huiselijk Geweld is in principe de verantwoordelijkheid van de desbetreffende verbalisant. Hierop wordt weliswaar gegevensbeheer toegepast, maar desondanks blijkt een aanzienlijk deel van de incidenten niet gekoppeld te zijn aan de projectcode. Deze meldingen komen daardoor niet voor in de door de politie aangeleverde bestanden met incidenten van huiselijk geweld. Dit betekent dat op basis van deze projectcode in de politieregistratie een betrouwbare nulmeting, waarbij de uitgangssituatie in 2004 wordt vastgelegd, niet mogelijk is gebleken: in 2007 is door de politie extra controle uitgeoefend op het koppelen van de projectcode Huiselijk Geweld aan een zaak. De politie geeft aan dat hierdoor in 2007 een grote toename is te zien in het aantal geregistreerde huiselijk geweldzaken. In 2008 heeft volgens de politie het koppelen wederom niet consequent plaatsgevonden. De registratie van huiselijk geweld behoeft dan ook nog steeds de nodige aandacht. Naast de aard en omvang van de incidenten wordt tevens gekeken naar de kenmerken (leeftijd, geslacht en woonplaats) van de verdachten en slachtoffers. De politie maakt in het BPS onderscheid tussen verschillende soorten betrokkenen bij een incident, onder meer: verdachte; aangever; aangever benadeelde; slachtoffer; betrokkene; en getuige. Bij slachtoffers is er op aanraden van de politie voor gekozen om de categorieën 'slachtoffer', 'aangever' en 'aangever benadeelde' samen te voegen. Hierdoor is het mogelijk een beeld te geven van de aantallen geregistreerde slachtoffers van huiselijk geweld. In het kader van een landelijke uniformisering zijn alle politiekorpsen in de loop van 2009 overgestapt naar de Basisvoorziening Handhaving (BVH). De regiopolitie Twente is per 23 juni 2009 overgestapt. Deze overstap is niet geheel vlekkeloos verlopen, waardoor de gegevens die na deze datum zijn vastgelegd niet volledig betrouwbaar zijn. De politie heeft daarom alleen gegevens uit het BPS aangeleverd; het gaat hierbij om gegevens tot en met 3
Van een dader wordt gesproken wanneer een verdachte voor een misdrijf is veroordeeld. De politie registreert formeel alleen verdachten. Indien een verdachte voor een feit door de rechter is veroordeeld kan hij of zij als dader worden betiteld. Dit betekent dat formeel van verdachten van huiselijk geweld moet worden gesproken. 4
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
23 juni. Bij de bespreking van de resultaten zullen deze gegevens zoveel mogelijk worden omgerekend naar jaarcijfers. In de tabellen zullen zowel de cijfers tot en met 23 juni als de geëxtrapoleerde jaarcijfers worden weergegeven. Justitie Van het Openbaar Ministerie (OM) zijn gegevens ontvangen over de huiselijk geweld zaken. Het gaat hierbij zowel om gegevens over zaken die in het peiljaar zijn ingestroomd als om gegevens over zaken die in het peiljaar zijn afgedaan door het OM of de rechter. Reclasseringsinstellingen In Twente wordt de reclassering uitgevoerd door Reclassering Nederland (RN), Tactus Verslavingsreclassering en de reclasseringsafdeling van het Leger des Heils. Tactus richt zich op verslaafden, terwijl het Leger des Heils zich voornamelijk richt op de begeleiding van 'sociaal zwakkeren'. Onder deze groep vallen bijvoorbeeld dak- en thuislozen, zorgwekkende zorgmijders, veelplegers en mensen met ernstige psychiatrische problematiek. Vanaf 2008 wordt in de registratiegegevens van deze instellingen bijgehouden of het een huiselijk geweldzaak betreft. Dit gebeurt echter nog niet structureel, waardoor het om minimum aantallen gaatt. Van RN zijn gegevens gekregen over de rapportaanvragen door het OM in betreffende huiselijk geweldzaken. Het OM kan de reclasseringsinstellingen vragen om een adviesrapportage of een voorlichtingsrapportage. Bij een voorlichtingsrapportage wordt een Risc4 afgenomen, terwijl bij een adviesrapportage slechts een quickscan wordt uitgevoerd. Daarnaast zijn gegevens gekregen over cliënten die onder toezicht staan bij RN vanwege huiselijk geweld. Ook van Tactus Verslavingsreclassering zijn gegevens gekregen over het aantal rapportaanvragen door het OM waarbij het om een huiselijk geweldzaak gaat. Tevens zijn gegevens gekregen over cliënten die door Tactus op het politiebureau zijn bezocht in het kader van de methodiek Vroeghulp van de reclassering. Door de reclasseringsafdeling van het Leger des Heils zijn gegevens aangeleverd van alle geregistreerde cliënten die in 2009 bekend zijn vanwege huiselijk geweld. Daarbij is aangegeven welk programma zij hebben gevolgd. Daarnaast is, evenals de voorgaande jaren, een overzicht verkregen met gegevens van alle cliënten die bij de reclasseringsafdeling van het Leger des Heils een training agressiebeheersing specifiek voor daders van huiselijk geweld hebben gevolgd. Dadertraining Leger des Heils De Training Agressie Beheersing Huiselijk Geweld is een straf die door justitie wordt opgelegd aan daders van lichtere geweldsdelicten in de huiselijke sfeer. Bij de training gaat het om een leerstraf van 26 uur die bestaat uit een individueel kennismakingsgesprek, acht groepstrainingen en een individueel eindgesprek. In de training agressiebeheersing huiselijk geweld wordt aan de volgende zaken aandacht besteed: wat is agressie en welke emoties spelen een rol; analyse van risicosituaties; gedragstypen; risicosituaties en grenzen aangeven; gevolgen voor het slachtoffer; gedragsalternatieven; en kritiek geven en krijgen. De Tender De Tender is een poli- en dagkliniek voor forensische psychiatrie en psychotherapie voor Overijssel en Oost-Gelderland en heeft lange ervaring met het behandelen van De Risico Inschattings Schalen (RISc) levert een inschatting op van het recidiverisico en het gevaarsrisico. Daarnaast zorgt hij voor inzicht in de criminogene factoren en de responsiviteit (motivatie, leerstijl, mogelijkheden). Met behulp van de RISc wordt bepaald welke interventies moeten plaatsvinden om de recidivekans te verlagen. 4
Inleiding
5
agressieproblemen. De Tender richt zich op mensen met psychologische en/of psychiatrische problemen die met Justitie in aanraking zijn gekomen of dreigen te komen. Om iemand in te kunnen schrijven bij De Tender is een officiële verwijzing nodig van de reclassering, een psychiatrische instelling, een huisarts of het maatschappelijk werk. Veel patiënten zijn in behandeling als gevolg van een voorwaardelijke veroordeling, TBSmaatregel of een andere strafmaatregel. 'Voorwaardelijk' betekent dat de straf niet wordt uitgevoerd als de patiënt een behandeling bij De Tender volgt. Een ander deel van de patiënten komt op vrijwillige basis bij De Tender terecht, maar wel door een verwijzing, bijvoorbeeld door de huisarts of een hulpverleningsinstantie. Indien het relationeel geweld betreft komen daders veelal terecht in de 'preventiegroep relationeel geweld', waaraan ze in principe 12 keer dienen deel te nemen. Niet elke dader van relationeel geweld past in de preventiegroep. Ongeschikt is bijvoorbeeld een man die binnen zijn derde relatie geweld gebruikt, ook bekend is met geweld in het uitgaansleven, met diefstal en met middelengebruik. Voor deze mensen zijn er andere behandelingen/ groepen, met daarin ook personen die gewelddadig/antisociaal zijn maar niet per se in de thuissituatie. De Tender heeft gegevens aangeleverd van alle cliënten die contact hebben gehad met De Tender. Dit zijn niet per definitie allemaal personen die te maken hebben met huiselijk geweld. In 2008 is de hoop uitgesproken dat vanaf dat jaar de cliënten die vanwege huiselijk geweld bekend zijn bij De Tender, zouden kunnen worden geselecteerd. Aangezien dit toch nog niet is gelukt wordt hier, evenals bij de voorgaande jaren, nagegaan in hoeverre verdachten uit het politiebestand huiselijk geweld bekend zijn bij De Tender. Over deze personen zal worden gerapporteerd. Steunpunt huiselijk geweld Het Steunpunt Huiselijk Geweld (regio Noord-Veluwe, IJssel-Vecht en Twente) is een telefonisch en email loket, voor iedereen in de regio Noord-Veluwe, IJssel-Vecht en Twente met vragen of problemen rond huiselijk geweld. Bij het SHG kan men terecht voor advies en informatie over: kindermishandeling; relationeel geweld; ouderenmishandeling; loverboys; hulpverlening voor slachtoffers en voor plegers van huiselijk geweld; of voor advies over de eigen situatie of over de situatie van anderen. Professionals kunnen het SHG consulteren ten behoeve van hun cliënten, leerlingen of patiënten. Ook kunnen professionals bij het SHG terecht met vragen rond deskundigheidsbevordering. Bij daadwerkelijke hulpvragen verzamelt het SHG informatie over de situatie van de hulpvrager en verwijst door naar de juiste hulpverlening. Registratie vindt door het SHG alleen plaats als daar door de hulpvrager toestemming voor wordt gegeven. Van het SHG (Twente) is een overzicht ontvangen van de contacten. Het gaat om geaggregeerde, anonieme gegevens zonder zogenoemde idents (eerste twee letters achternaam). Hierdoor kunnen deze gegevens niet worden gekoppeld aan registratiegegevens van andere instellingen. Stichting Maatschappelijke Dienstverlening In 2005 is gestart met een Team Vroeghulp (TVH) bij de Stichting Maatschappelijke Dienstverlening (SMD) in Enschede. Dit team komt op verzoek van de politie in actie bij huiselijk geweldzaken en doet direct een hulpaanbod. Het Team Vroeghulp Enschede heeft gegevens aangeleverd van cliënten waarmee zij in het kader van huiselijk geweld contact hebben gehad.
6
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Stichting Maatschappelijk West Noord West Twente Sinds 1 september 2008 kan Maatschappelijk Werk Noord West Twente (MWnwT) in de gemeente Almelo het Team Vroeghulp (bij Huiselijk Geweld) inzetten. Meldingen kunnen uitsluitend gedaan worden door de taakaccenthouders Huiselijk Geweld van de politie en door medewerkers van het Steunpunt Huiselijk Geweld. Het team richt zich op het hele gezin. Na een melding zal het team Vroeghulp bij Huiselijk Geweld of de crisisdienst contact opnemen met de cliënt(en). De hulpverlening wordt in acute situaties per direct en in minder acute situaties binnen 24 uur opgestart. Het Team Vroeghulp Almelo heeft gegevens aangeleverd van cliënten waarmee zij in het kader van huiselijk geweld contact hebben gehad. Carint Reggeland Carint Reggeland is een organisatie voor wonen, welzijn en zorg. Zij stellen mensen in centraal Twente in staat de kwaliteit van hun bestaan zoveel mogelijk te verbeteren of zo te houden. Zowel het reguliere maatschappelijk werk als de crisisdienst zijn betrokken bij de tijdelijke huisverboden die worden opgelegd. Het reguliere maatschappelijk werk houdt zich naast de tijdelijk huisverboden eveneens bezig met andere huiselijk geweldzaken. In totaal zijn er 15 aandachtsfunctionarissen huiselijk geweld werkzaam bij Carint Reggeland. Het werkgebied van het reguliere maatschappelijk werk betreffen de volgende gemeenten: Borne; Dinkelland; Hengelo; Hof van Twente; Oldenzaal; en Losser. Tot het werkgebied van de crisisdienst behoren, naast deze gemeenten, eveneens de gemeenten die behoren tot het werkgebied van MWnwT. Van Carint is van beide afdelingen een overzicht ontvangen van de opgelegde huisverboden. Het gaat om anonieme data zonder de zogenoemde idents. Hierdoor kunnen deze gegevens niet worden gekoppeld aan registratiegegevens van andere instellingen. Advies- en Meldpunt Kinder Mishandeling Het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) is voor iedereen die zich zorgen maakt over kinderen in zijn of haar omgeving en daarbij denkt aan kindermishandeling. Meestal vertellen mishandelde kinderen of degene die mishandelt niet uit zichzelf over de situatie. Voor hen is het van groot belang dat mensen in hun omgeving de mishandeling opmerken en er iets aan doen. Elke provincie en grootstedelijke regio heeft een eigen AMK. Het AMK heeft in het kader van de Monitor Huiselijk Geweld gegevens aangeleverd over het aantal adviezen, consulten en onderzoeken in Twente. Het gaat om anonieme data zonder de zogenoemde idents. Hierdoor kunnen deze gegevens niet worden gekoppeld aan registratiegegevens van andere instellingen. Mediant In Twente is het Consultatienetwerk Ouderenmishandeling opgericht. Dit netwerk wordt gevormd door een aantal aandachtsfunctionarissen ouderenmishandeling Twente, die werkzaam zijn bij politie, thuiszorginstellingen, GGZ, Maatschappelijk Werk en Stichting Welzijn Ouderen. Hulpverleners kunnen contact opnemen met één van de aandachtsfunctionarissen om advies in te winnen over de aanpak van een situatie van ontspoorde zorg of mishandeling of bij vermoedens hiervan. De aandachtsfunctionaris vult een registratieformulier in en stuurt deze vervolgens naar de Teamleider preventie volwassenen en ouderen (bij Mediant). Het Consultatienetwerk is geen meldpunt. Hulpverleners kunnen cliënten niet verwijzen naar het Consultatienetwerk of hier een officiële melding doen van ouderenmishandeling.
Inleiding
7
Van Mediant is een overzicht ontvangen van de besproken zaken. Het gaat om anonieme data zonder de zogenoemde idents. Hierdoor kunnen deze gegevens niet worden gekoppeld aan registratiegegevens van andere instellingen. Vrouwenopvang Voor de vrouwenopvang in Enschede geldt dat zij voornamelijk contacten hebben met vrouwen die niet uit Twente afkomstig zijn. Vrouwen uit Twente worden zoveel mogelijke elders opgevangen. De vrouwenopvang beschikt echter niet over een landelijk systeem. Om te achterhalen of de vrouwelijke slachtoffers van huiselijk geweld uit Twente contact hebben gehad met de vrouwenopvang zouden de registratiegegevens van alle vrouwenopvangvoorzieningen in Nederland moeten worden opgevraagd. Dit is echter zeer tijdrovend en daarmee zeer kostbaar. Nieuwe ontwikkelingen Er is sprake van een groeimodel voor de Monitor Huiselijk geweld Twente. Naarmate de digitale gegevensverwerking over de cliënten bij de verschillende instellingen toeneemt, kunnen steeds meer gegevens worden toegevoegd en gekoppeld. Zo zijn dit jaar ook gegevens over het eerder genoemde tijdelijk huisverbod opgenomen. In de volgende jaren zal ook aandacht worden besteed aan nieuwe ontwikkelingen, zoals nieuw hulpverleningsaanbod bij de instellingen. Afwijkende monitor Bij de voorgaande monitoren werden de gegevens van de politie veelal als uitgangspunt genomen. Door de overstap van de politie naar een nieuw registratiesysteem hebben zij zoals gezegd maar over een deel van 2009 gegevens kunnen leveren. Daarom zullen de gegevens van de politie dit jaar niet als uitgangspunt fungeren. De Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente wijkt dan ook enigszins af van de voorgaande jaren.
1.4 Leeswijzer In het volgende hoofdstuk wordt ingegaan op de incidenten van huiselijk geweld die in 2004, 2005, 2006, 2007, 2008 en 2009 (tot en met 23 juni) zijn opgenomen in het BPS van de politie Twente. Hierbij wordt naast het aantal incidenten eveneens aandacht besteed aan het aantal betrokken personen en het soort incidenten. In hoofdstuk drie en vier komen respectievelijk de verdachten en de slachtoffers aan de orde. De indeling van de rapportage wijkt enigszins af van de voorgaande rapportages. Dit komt mede door de beperkte gegevens die van de politie over 2009 zijn ontvangen en de steeds betere en uitgebreidere gegevens die de hulpverleningsinstellingen kunnen aanleveren.
8
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
2. INCIDENTEN
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op incidenten1 van huiselijk geweld, die zijn opgenomen in het BPS-bestand van de politie in 2004, 2005, 2006, 2007, 2008 en 2009 (tot en met 23 juni). Hierbij wordt aandacht besteed aan het aantal incidenten en de personen die bij de incidenten staan geregistreerd. In hoofdstuk drie wordt ingegaan op de verdachten, terwijl de slachtoffers in hoofdstuk vier aan de orde komen.
2.1 Aantal incidenten Uit tabel 2.1 blijkt dat in 2004, 2005 en 2006 in het aangeleverde politiebestand in totaal respectievelijk 3.081, 2.638 en 2.860 incidenten van huiselijk geweld voorkomen. In 2007 en 2008 gaat het om respectievelijk 3.665 en 3.525 incidenten. 2 In 2007 is door de politie extra controle uitgeoefend op het koppelen van de projectcode Huiselijk Geweld aan een zaak. De politie heeft aangegeven dat mede hierdoor in 2007 een grote toename is te zien in het aantal geregistreerde huiselijk geweldzaken. In 2008 is het koppelen volgens de politie weer minder consequent gebeurd door een verminderde aandacht hiervoor. Dit is terug te zien in het afgenomen aantal huiselijk geweldzaken in 2008 ten opzichte van 2007. Zoals in de inleiding al is aangegeven heeft de politie voor 2009 alleen gegevens kunnen aanleveren over de periode 1 januari tot en met 23 juni. In deze periode gaat het om 1.439 incidenten van huiselijk geweld, wanneer dit wordt geëxtrapoleerd naar een jaarcijfer dan komt het aantal incidenten op 3.019. Naast het totaal aantal incidenten per gemeente is tevens gekeken naar het aantal incidenten per 1.000 inwoners, zodat een vergelijking tussen de gemeenten mogelijk is. Voor alle jaren geldt dat het aantal geregistreerde incidenten per 1.000 inwoners het hoogst is in de gemeente Enschede, gevolgd door Almelo en Hengelo. In 2004 tot en met 2007 en in 2009 is het aantal incidenten per 1.000 inwoners in Almelo groter dan in Hengelo, terwijl de aantallen in 2008 in beide gemeenten gelijk zijn.
1
Incident: dit is een breed begrip, het gaat om meldingen, aangiften of zaken die de politie zelf signaleert en muteert in het BPS. 2 Bij de politie moet de verbalisant een incident van huiselijk geweld koppelen aan de huiselijk geweldcode. Het aantal geregistreerde huiselijk geweldzaken is dus erg afhankelijk van de discipline van verbalisanten. Vooral in 2004, maar ook in 2005 en 2006 is het koppelen volgens de politie nog niet geheel correct verlopen, waardoor de cijfers een vertekening kunnen vertonen. In 2007 is hier extra aandacht aan besteed. De politie geeft aan dat in 2008 het koppelen wederom niet consequent heeft plaatsgevonden. Incidenten
9
Tabel 2.1
Aantallen incidenten naar gemeente (2004 – 2009)¹ 2004 2005 2006 N per N per N 1000 1000 Almelo 544 7,5 501 6,9 478 Borne 79 3,8 63 3,1 82 Dinkelland 34 1,3 18 0,7 27 Enschede 1.200 7,8 1.082 7,0 1.213 Haaksbergen 74 3,1 65 2,7 57 Hellendoorn 106 2,9 63 1,7 75 Hengelo 424 5,2 417 5,1 429 Hof van Twente 79 2,3 64 1,8 85 Losser 85 3,8 61 2,7 89 Oldenzaal 111 3,6 80 2,5 92 Rijssen-Holten 81 2,2 69 1,9 84 Tubbergen 32 1,6 30 1,5 38 Twenterand 135 4,0 86 2,6 69 Wierden 50 2,1 39 1,7 42 Onbekend 47 Totaal 3081 5,0 2638 4,3 2860 2008
2009* N
per 1000 7,6 4,3 1,5 9,6 4,1 2,4 7.6 2,8
N
per 1000 3 1,3 1 4,2 1,8 1,2 2,6 0,7
Almelo 547 214 Borne 90 28 Dinkelland 39 26 Enschede 1.485 659 Haaksbergen 100 45 Hellendoorn 87 42 Hengelo 620 206 Hof van 100 26 Twente Losser 83 3,7 41 Oldenzaal 123 3.9 48 Rijssen-Holten 104 2,8 34 Tubbergen 22 1,1 12 Twenterand 94 2,8 43 Wierden 31 1,3 15 Onbekend Totaal 3525 5,7 1439 ¹ In de tabel staat het absolute aantal incidenten vermeld. * Tot en met 23 juni. ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
2009** N 449 59 54 1382 94 88 432 54
2007 per 1000 6,6 4,0 1,0 7,9 2,3 2,0 5,3 2,4 4,0 2,9 2,3 1,8 2,1 1,8 4,6
N 626 107 49 1.510 83 105 541 83 90 138 95 43 140 55 3665
per 1000 8,7 5,2 1,9 9,8 3,4 2,9 6,6 2,4 4,0 4,4 2,6 2,1 4,2 2,3 5,9
per 1000 6,2 2,8 2,1 8,8 3,9 2,4 5,3 1,5
1,8 86 3,7 1,5 101 3,2 0,9 71 1,9 0,6 25 1,2 1,3 90 2,6 0,6 31 0,7 2,3 3019 4,8 en het aantal incidenten per 1.000 inwoners
Aantal betrokkenen In totaal hebben de 1.439 incidenten uit het eerste half jaar van 2009 betrekking op 4.683 personen (tabel 2.2). Het betreft hier het totaal aantal betrokken personen, inclusief getuigen, bij alle incidenten inclusief eventuele dubbeltellingen.3 In het volgende hoofdstukken wordt nader ingegaan op de unieke verdachten en slachtoffers die bij de politie staat geregistreerd. Het gemiddeld aantal betrokkenen per incident is in 2008 en 2009 het hoogst. In 2004 en 2006 loopt het aantal personen dat bij een incident staat vermeld uiteen van één tot 21 personen, terwijl in 2005 het aantal varieert van één tot 33 3
Als iemand bij tien verschillende incidenten van huiselijk geweld is betrokken, wordt hij hier tien keer als betrokkene geteld, terwijl het feitelijk maar één uniek persoon betreft. Op unieke personen wordt in het volgende hoofdstuk ingegaan.
10
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
personen. Het aantal personen dat in 2007 en 2008 bij de incidenten staat geregistreerd loopt uiteen van respectievelijk één tot 37 personen en één tot 35 personen. In 2009 varieert het aantal betrokken personen van één tot elf. Tabel 2.2
Aantallen incidenten en betrokkenen per jaar (2004 – 2009) Aantal Aantal Gemiddeld aantal Minimum en maximum incidenten betrokkenen betrokkenen per aantal betrokkenen1 incident 2004 3.081 8.514 2,8 1 – 21 betrokkenen 2005 2.638 7.869 3,0 1 – 33 betrokkenen 2006 2.860 8.436 2,9 1 – 21 betrokkenen 2007 3.665 11.245 3,1 1 – 37 betrokkenen 2008 3.525 11.514 3,3 1 – 35 betrokkenen 2009* 1.439 4.683 3,3 1 – 11 betrokkenen 2009** 3.019 9.823 3,3 1 Inclusief getuigen. * Tot en met 23 juni. ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
2.2 Verdachten en slachtoffers bij incidenten In figuur 2.1 zijn voor de zes jaren de geregistreerde aantallen verdachten en slachtoffers weergegeven, inclusief dubbeltellingen. Voor 2009 zijn de aantallen omgerekend naar jaarcijfers. Het totaal aantal bij de politie geregistreerde verdachten is in 2004 en 2005 ongeveer gelijk (1.036 in 2004 en 1.031 in 2005), terwijl het in 2006 gaat om 1.055 geregistreerde verdachten. Het aantal verdachten van huiselijk geweld dat in 2007 en 2008 bij de politie staat geregistreerd ligt aanzienlijk hoger dan in voorgaande jaren (respectievelijk 1.299 en 1.364). In 2009 is het gedaald naar 1.150. In de jaren 2004 tot en met 2006 is het totaal aantal slachtoffers dat bij de incidenten staat geregistreerd vrijwel gelijk (respectievelijk 1.086, 1.087 en 1.083). Evenals het aantal verdachten ligt ook het aantal geregistreerde slachtoffers in 2007 en 2008 hoger dan in eerdere jaren: 1.355 in 2007 en 1.420 in 2008. Ook hier is het aantal in 2009 gedaald, naar 1.040. Figuur 2.1
Aantallen slachtoffers en verdachten (2004 – 2009)1
1600 1400
1.355 1.299
1.420 1.364
1200
1.150 1.086 1.036
1.087 1.031
1.083 1.055
1.040
1000 800
slachtoffers Verdachten
600 400 200 0 2004 3
2005
2006
2007
2008
2009
Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
Incidenten
11
Relatie dader en slachtoffer Indien er sprake is van een huiselijk geweldincident, dan wordt de verbalisant bij de registratie gevraagd naar de relatie tussen dader en slachtoffer. Het gaat om categorieën met meerdere dimensies die elkaar niet uitsluiten: een slachtoffer kan zowel een persoon zijn die ouder is dan 55 jaar als een familielid. Verbalisanten moeten dan echter kiezen tussen de ene of de andere categorie. Door gebruikmaking van gegevens uit GIDS4 van de politie Twente wordt meer zicht verkregen op de relatie tussen dader en slachtoffer. Uit tabel 2.3 blijkt dat huiselijk geweld zich in 2004 in 60% van de gevallen richt op partners of ex-partners van de daders, terwijl in 2005 en in 2006 dit aandeel groter is met respectievelijk 66% en 69%. In 2007 en 2009 gaat het bij het geregistreerde huiselijk geweld in 61% van de gevallen om geweld tegen de (ex-)partner, terwijl het in 2008 60% betreft (tabel 2.3b). Het zijn voornamelijk de vrouwelijke (ex)partners die het slachtoffer zijn van huiselijk geweld. In alle jaren is ongeveer een tiende van het geregistreerde huiselijk geweld vooral gericht op kinderen onder de 18 jaar. Bij de gevallen waarbij het om geweld tegen (ex-)partner zullen eveneens deels kinderen bij betrokken zijn. De verbalisant dient bij het invoeren echter een keuze te maken en kan maar een van de twee categorieën invoeren. Tabel 2.3 Relatie dader en slachtoffer (2004 – 2009) Gericht op (ex-) partner - Gericht op partner (man) - Gericht op partner (vrouw) * - Gericht op ex-partner (man) * - Gericht op ex-partner (vrouw) * Gericht op kinderen (<18) Gericht op ouderen (55+) Gericht op ouders Gericht op overige familieleden Gericht op huisvrienden * Overige vormen ** Totaal
2004 N 651 5 122 38 55 220 1.086 2007 N 823
2005 N 715
% 60 0 11 3 5 20 100
% 61
2008 N 831
Gericht op (ex-) partner - Gericht op partner (man) 32 2 31 - Gericht op partner (vrouw) * 311 23 307 - Gericht op ex-partner (man) * 81 6 82 - Gericht op ex-partner (vrouw) * 399 29 411 Gericht op kinderen (<18) 126 9 107 Gericht op ouderen (55+) 12 1 12 Gericht op ouders 92 7 99 Gericht op overige familieleden 162 12 184 Gericht op huisvrienden * 27 2 18 Overige vormen ** 113 8 143 Totaal 1.355 100 1.394 * Vanaf 2005 is dit een keuzemogelijkheid voor de verbalisant ** Vanaf 2006 is dit een keuzemogelijkheid voor de verbalisant *** Tot en met 23 juni. **** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
41 296 77 276 115 23 48 163 23 1.087
4 27 7 25 11 2 4 15 2 100
% 60 2 22 6 29 8 1 7 13 1 10 100
2006 N 746
% 66
% 69 39 337 55 315
120 11 81 102 22 1 1.083
2009*** 2009**** N % N 343 61 720 18 3 38 140 25 294 23 4 48 162 29 340 42 8 88 12 2 25 40 7 84 76 14 159 7 1 15 42 8 88 562 100 1.179
4 31 5 29 11 1 7 9 2 0 100
% 61 3 25 4 29 8 2 7 14 1 8 100
4
GIDS staat voor Geïntegreerde Interactieve Databank voor Strategische bedrijfsinformatie. Het is een management informatiesysteem van de politie dat sturings- en bedrijfsuitvoeringsinformatie op alle gewenste niveaus beschikbaar stelt.
12
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
3. VERDACHTEN
In dit hoofdstuk komen de verdachten van huiselijke geweld aan de orde. Allereerst wordt aandacht besteed aan de unieke personen1 die bij de politie bekend zijn vanwege huiselijk geweld. Zoals al eerder aangegeven heeft de politie alleen gegevens aangeleverd over de periode 1 januari 2009 tot en 23 juni 2009. Deze gegevens zijn omgerekend naar jaarcijfers. In de tabellen en figuren worden voor 2009 twee cijfers weergegeven; één voor de periode tot en 23 juni en het geëxtrapoleerde jaarcijfer. In de tweede en derde paragraaf wordt ingegaan op de aangeleverde registratiegegevens van het Openbaar Ministerie (OM), de drie reclasseringsinstellingen (Tactus, Leger des Heils en Reclassering Nederland) en De Tender. De reclasseringsinstellingen geven sinds 2008 geven in hun registratie aan of het een contact vanwege huiselijk geweld betreft. Dit gebeurt echter nog niet structureel, waardoor de cijfers over 2008 en 2009 minimumaantallen betreffen. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een paragraaf over het tijdelijk huisverbod.
3.1 Politie Tussen 2004 en 2008 is bij de regiopolitie Twente een toename te zien in het totaal aantal geregistreerde unieke personen dat een rol heeft gespeeld bij huiselijk geweld (figuur 3.1). In 2004 staan 5.729 unieke personen geregistreerd, terwijl het in 2007 en 2008 aanzienlijk hoger ligt, namelijk op respectievelijk 8.463 en 8.271. In 2009 staan tot en met 23 juni 3.687 unieke personen geregistreerd die een rol hebben gespeeld bij huiselijk geweld. Omgerekend naar een heel jaar komt dit aantal op 7.734. Figuur 3.1
Aantal unieke personen naar rol bij huiselijk geweld (2004 – 2009)2
10000
8.463
8.271
7.734
8000 6000
5.729
5.784
6.076 3.687
4000 2000
839 875
850 912
858 886
1.129 1.069
1.104 1.059
460 460
965 965
0 2004 2005 Unieke personen die in het peiljaar minstens één keer voorkomen als verdachte
2006 2007 Unieke personen die in het peiljaar minstens één keer voorkomen als slachtoffer
2008 2009* Totaal aantal unieke personen
2009**
* Tot en met 23 juni. ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers. 1
Unieke personen zijn alle personen die in een bepaald jaar minstens één keer in het politiebestand voorkomen. Dit houdt in dat een persoon die in het peiljaar twee of meer keren voorkomt in het politiebestand, telt als één uniek persoon. 2 Er is enige overlap tussen de unieke verdachten en unieke slachtoffers doordat een persoon die bijvoorbeeld de ene keer als verdachte bij een incident is betrokken en de andere keer als slachtoffer, bij beide meetelt. Verdachten
13
Het aantal unieke personen dat ten minste één keer staat geregistreerd als verdachte is tussen 2004 en 2008 toegenomen. In 2004 zijn dit er 839, terwijl het in 2008 om 1.104 gaat. In 2009 is het aantal weer gedaald naar 965 personen. Het aantal geregistreerde slachtoffers laat een wisselend beeld zien tussen 2004 en 2009. In 2004 staan 875 personen minstens één keer als slachtoffer geregistreerd, terwijl het in 2005 en 2006 respectievelijk 912 en 886 personen betreft. In 2007, 2008 en 2009 gaat het om achtereenvolgens 1.129, 1.059 en 965 personen. Leeftijd en geslacht In alle zes jaren is het merendeel van de geregistreerde verdachten tussen de 25 en 45 jaar (tabel 3.1). Dit percentage neemt wel af van 62% in 2004 naar 55% in 2008 en 56% in 2009. Ook in het landelijk beeld behoort het grootste deel van de verdachten tot deze leeftijdscategorie. Voor de verdachten in 2004, 2005 en 2006 geldt dat 90% man is, terwijl het in 2007, 2008 en 2009 achtereenvolgens 85%, 83% en 86% betreft. Tabel 3.1
0-12 jaar 12-18 jaar 18-25 jaar 25-45 jaar 45-55 jaar 55-66 jaar 66 en ouder onbekend Totaal
Geregistreerde unieke verdachten naar leeftijd (2004 – 2009), in % Verdachten 2007
2004
2005
2006
n=839 0 4 16 62 13 5 0 1 100
n=850 0 4 15 61 15 5 1 0 100
n=858 0 4 17 59 15 4 1 0 100
n=1.069 0 5 18 55 15 6 1 1 100
2008
2009*
n=1.104 0 5 18 55 15 5 1 1 100
n=460 0 3 15 56 19 7 1 0 100
* Tot en met 23 juni. Aangezien het hier om percentages gaat, is de verdeling hetzelfde voor de periode tot en met 23 juni als voor een heel jaar.
Woongemeente verdachten Naast het totaal aantal unieke verdachten per gemeente staat in tabel 3.2 het aantal unieke verdachten per 1.000 inwoners vermeld, zodat een vergelijking tussen de gemeenten mogelijk is. Voor alle zes jaren geldt dat het aantal geregistreerde unieke verdachten per 1.000 inwoners het hoogst is in de gemeenten Enschede (tussen 2,0 en 2,5) en Almelo (tussen 1,9 en 2,4). In 2007 en 2008 ligt dit aantal in beide gemeenten hoger dan in de drie jaren ervoor, terwijl het in 2009 weer is gedaald naar het niveau van 2004-2006.
14
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Tabel 3.2 Woongemeenten unieke verdachten (2004 - 2006) 2004 2005 n=839
Almelo Borne Dinkelland Enschede Haaksbergen Hellendoorn Hengelo Hof van Twente Losser Oldenzaal Rijssen-Holten Tubbergen Twenterand Wierden Onbekend Overig¹
per 1.000 inwoners
148 21 9 307 20 37 104 17 19 23 36 14 27 13 44 -
2,0 1,0 0,3 2,0 0,8 1,0 1,3 0,5 0,8 0,7 0,9 0,7 0,8 0,6 2007
n=1.069
137 11 1 316 14 26 111 20 14 20 9 7 25 8 66 65
2006
per 1.000 inwoners
n=858
1,9 0,5 0,0 2,1 0,5 0,7 1,4 0,6 0,6 0,6 0,2 0,3 0,7 0,3 -
2008
per 1.000 inwoners
Almelo 173 Borne 26 Dinkelland 7 Enschede 380 Haaksbergen 13 Hellendoorn 32 Hengelo 132 Hof van Twente 25 Losser 15 Oldenzaal 35 Rijssen-Holten 19 Tubbergen 12 Twenterand 36 Wierden 22 Onbekend 54 Overig¹ 87 ¹De categorie Overig bestaat uit * Tot en met 23 juni. ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
n=850
per 1.000 inwoners
145 22 4 320 8 23 134 17 13 29 11 3 16 12 45 56
1,9 1,0 0,2 2,0 0,3 0,6 1,6 0,5 0,6 0,9 0,3 0,1 0,5 0,5 -
2009*
2009**
n=1.104 per 1.000 n=460 inwoners
Per 1.000 inwoners
N=965
Per 1.000 inwoners
2,4 177 2,4 67 1,3 18 0,9 8 0,3 9 0,3 6 2,5 382 2,5 164 0,5 21 0,9 9 0,9 28 0,8 16 1,6 156 1,9 55 0,7 24 0,7 10 0,7 25 1,1 15 1,1 45 1,4 9 0,5 39 1,1 8 0,6 6 0,3 8 1,1 20 0,6 14 0,9 16 0,7 4 67 3 91 64 gemeenten buiten Twente.
0,9 0,4 0,2 1,0 0,4 0,5 0,7 0,3 0,7 0,3 0,2 0,4 0,4 0,2 -
141 17 13 344 19 34 115 21 31 19 17 17 29 8 6 134
1,9 0,8 0,5 2,2 0,8 0,9 1,4 0,6 1,3 0,6 0,5 0,8 0,9 0,3 -
Recidive verdachten in het peiljaar Uit tabel 3.3 blijkt dat in de jaren 2004 tot en met 2008 het percentage van de verdachten dat meer dan één keer staat geregistreerd in het politiebestand huiselijk geweld rond de 40% ligt, in 2009 ligt percentage beduidend lager namelijk op 14%. Dit cijfer is echter gebaseerd op registratiegegevens van een halfjaar, waardoor de kans op recidive kleiner is. In 2009 is 12% twee keer bij een incident van huiselijk geweld betrokken, waarvan in ieder geval één keer als verdachte. Daarnaast kunnen deze personen wederom als verdachte staan geregistreerd, als slachtoffer of als overige betrokkene. In de voorgaande jaren lagen deze percentages op (ruim) 20%. Het percentage unieke verdachten dat in één jaar drie of meer keer staat geregistreerd bij een incident van huiselijk geweld ligt tot en met 2008 tussen 17% en 23%, terwijl tussen 4% en 8% vijf keer of meer staat geregisreerd.
Verdachten
15
Tabel 3.3 Aantal keer voorkomen van unieke verdachten in politiebestand (2004-2009) 1 keer 2 keer 3 keer 4 keer 5 keer > 5 keer Totaal
2004 n 490 182 82 40 18 27 839
% 58 22 10 5 2 3 100
2005 n 539 166 85 28 17 15 850
% 63 20 10 3 2 2 100
2006 2007 n % n 516 60 609 195 23 231 74 9 104 29 3 42 44 3 32 20 2 51 858 100 1.069
2008 % n 57 606 22 259 10 108 4 61 3 29 5 41 100 1.104
% 55 24 10 6 3 4 100
2009* n 395 54 7 3 0 1 460
% 86 12 2 1 0 0 100
2009** n % 829 86 113 12 15 2 6 1 0 0 2 0 965 100
* Tot en met 23 juni. ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
Recidive verdachten meerdere jaren Vervolgens zijn de geanonimiseerde databestanden met unieke personen die in het peiljaar minstens één keer voorkomen als verdachte aan elkaar gekoppeld. Uit tabel 3.4 blijkt dat de overlap tussen twee jaren kleiner wordt naarmate over een langere periode wordt gekeken. Zo is het aantal unieke personen dat in zowel 2004 als 2005 als verdachte staat geregistreerd 83, terwijl de overlap tussen het jaar 2004 en het jaar 2009 36 bedraagt. De overlap is het grootst tussen de jaren 2007 en 2008 (115). Tabel 3.4 Aantallen geregistreerde verdachten per jaar en de overlap (2004 - 2009) Unieke Unieke Unieke Unieke Unieke Unieke verdachverdach- verdach- verdach- verdach- verdachten ten 2004 ten 2005 ten 2006 ten 2007 ten 2008 2009* Unieke verdachten 839 83 65 61 52 17 2004 Unieke verdachten 850 99 74 60 33 2005 Unieke verdachten 858 108 89 34 2006 Unieke verdachten 1.069 115 42 2007 Unieke verdachten 1.104 74 2008 Unieke verdachten 460 2009 * tot en met 23 juni ** Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
Unieke verdachten 2009** 36 69 71 88 155 965
Tevens is het aantal unieke verdachten dat in meerdere jaren bekend is bij de politie vanwege huiselijk geweld geanalyseerd. In totaal staan er in de periode 2004 tot en met 2009 4.403 unieke personen als verdachte geregistreerd. Uit tabel 3.6 blijkt dat niemand in alle jaren staat geregistreerd als verdachte, terwijl 447 verdachten in twee verschillende jaren voorkomen en 144 in drie of meer verschillende jaren.
16
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Tabel 3.5
Unieke personen die in meerdere jaren bij de politie staan geregistreerd als verdachte (2004 – 2009) Aantal 1 jaar 3.812 2 verschillende jaren 447 3 verschillende jaren 107 4 verschillende jaren 33 5 verschillende jaren 4 6 verschillende jaren 0 Totaal 4.403
Overlap unieke personen 2004 - 2009 Hierboven is uitsluitend gekeken naar unieke personen die in meerdere jaren voorkomen als verdachte. Er zijn echter ook personen die in meerdere jaren voorkomen, maar dan met een wisselende rol, waarbij ze bijvoorbeeld het ene jaar staan geregistreerd als verdachte en het volgende jaar als slachtoffer. Voor de jaren 2004 tot en met 2009 zijn de geanonimiseerde databestanden met álle unieke personen gekoppeld. Uit tabel 3.6 blijkt dat er 16 personen zijn die in 2009 in het politiebestand voorkomen als slachtoffer en in 2008 als verdachte. Daarnaast zijn er 13 personen die in 2009 staan geregistreerd als verdachte en in 2008 als slachtoffer. Tussen 2008 en 2007 liggen deze aantallen hoger, namelijk op respectievelijk 35 personen die in 2008 als slachtoffer en in 2007 als verdachte staan geregistreerd en 41 personen waarbij het net andersom is.
2004 verdachte 83 slachtoffer 20 2005 verdachte slachtoffer 2006 verdachte slachtoffer 2007 verdachte slachtoffer 2008 verdachte slachtoffer * Tot en met 23 juni.
20 54
slachtoffer
verdachte
2009 slachtoffer
verdachte
slachtoffer
verdachte
slachtoffer
verdachte
slachtoffer
Overlap unieke personen in politiebestanden (2004 - 2009) 2005 2006 2007 2008 verdachte
Tabel 3.6
65 18
11 42
61 25
18 34
52 16
21 23
17 7
4 8
99 20
23 72
74 28
18 53
60 14
16 45
33 8
9 16
108 30
34 86
89 15
23 56
34 5
9 26
115 41
35 86
42 8
12 29
74 13
16 46
3.2 Justitie Uit de gegevens van het OM blijkt dat het aantal bij het OM ingestroomde verdachten van huiselijk geweld tussen 2005 en 2009 is afgenomen. In 2005 zijn bij het OM 252 unieke verdachten ingestroomd voor een zaak betreffende (onder meer) huiselijk geweld, terwijl dit in 2009 is gedaald naar 214 (tabel 3.7).
Verdachten
17
Tabel 3.7
Aantal unieke verdachten dat is ingestroomd bij het OM (2004 - 2009) Peiljaar
Totaal
2004 n 204
2005 n 252
2006 n 248
2007 n 242
2008 n 231
2009 n 214
Uit tabel 3.8 blijkt dat het aantal huiselijk geweldzaken dat door het OM is afgedaan tussen 2004 en 2008 is toegenomen; van 212 in 2004 naar 325 in 2008. Dit aantal is in 2009 echter weer afgenomen tot 270 zaken. In het merendeel van de gevallen is er sprake van dagvaarding. Dit percentage ligt in 2009 lager dan in voorgaande jaren: 70% in 2009 tegenover 74% in 2008, 79% in 2007 en 77% in 2006. Het percentage gevallen waarin de zaak (al dan niet voorwaardelijk) is geseponeerd is in 2009 afgenomen ten opzichte van 2008 (respectievelijk 12% en 13%), terwijl in voorgaande jaren een stijgende lijn was te constateren: 4% in 2006; 7% in 2007; en 13% in 2008. Vooral het percentage gevallen waarin het OM heeft besloten de zaak voorwaardelijk te seponeren ligt in 2008 en 2009 hoger dan in eerdere jaren: 7% in 2008 en 2009 tegenover 2% in 2006 en 2007. Tabel 3.8
Aantal zaken dat is afgedaan door het OM naar soort afdoening (2004 - 2009)
Dagvaarding Transactie Onvoorwaardelijk sepot Voorwaardelijk sepot Voegen Overdracht Totaal
2004 n % 166 78 23 11 4 2 9 4 10 5 0 212 100
2005 n % 197 77 42 16 3 1 7 3 7 3 0 256 100
Peiljaar 2006 2007 n % n % 211 77 244 79 40 15 33 11 6 2 14 5 6 2 5 2 11 4 11 4 0 1 0 274 100 308 100
2008 n % 240 74 38 12 19 6 21 7 6 2 1 0 325 100
2009 n % 189 70 37 14 13 5 19 7 11 4 1 0 270 100
Afdoening rechter In tabel 3.9 wordt het aantal huiselijk geweldzaken die voor de rechter zijn gekomen weergegeven. Het gaat om de vonnissen in 2004 tot en met 2009. Het aantal huiselijk geweldzaken dat door de rechter is afgedaan is toegenomen van 85 in 2004 naar 234 in 2008. In 2009 is het aantal zaken betreffende huiselijk geweld afgenomen tot 163. In het merendeel van de gevallen is een straf opgelegd: 99% in 2004, 95% in 2005, 91% in 2006, 92% in 2007, 96% in 2008 en 93% in 2009. Tabel 3.9
Aantal zaken dat is afgedaan door de rechter (2004 - 2009)
Aantal zaken Aantal unieke verdachten
2004 n 85 83
2005 n 172 171
Peiljaar 2006 2007 n n 197 194 194 191
2008 n 234 230
2009 n 163 163
3.3 Reclassering Naarmate de digitale gegevensverwerking over de cliënten bij de verschillende instellingen toeneemt, kunnen steeds meer gegevens worden toegevoegd aan de Monitor Huiselijk Geweld Twente. Zo zijn dit jaar voor tweede keer de gegevens van de drie reclasseringsinstellingen over huiselijk geweldzaken opgenomen. Hieronder worden de gegevens van 2008 en 2009 van RN, Tactus en het Leger des Heils besproken. Doordat (nog) niet structureel wordt geregistreerd op huiselijk geweld gaat het 18
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
bij de vermelde aantallen om een ondergrens. Het werkelijke aantal ligt waarschijnlijk hoger. Reclassering Nederland RN heeft in 2008 (minimaal) 136 cliënten waarvoor een (voorlichtings- of advies-) rapport is aangevraagd door het OM, waarbij het om een huiselijk geweldzaak gaat (tabel 3.10). In 2009 betreft dit (minimaal) 71 rapporten. Het gaat in 2008 om 93 voorlichtingsrapportages en 43 adviesrapportages, terwijl in 2009 sprake is van 52 voorlichtingsrapportages en 19 adviesrapportages. In beide jaren gaat het voornamelijk om rapportages voor mannelijke cliënten (89% in 2008 en 92% in 2009). De leeftijden lopen in 2008 uiteen van 19 tot en met 74 jaar, met een gemiddelde leeftijd van 36 jaar. In 2009 varieert de leeftijd van 19 tot en met 68 jaar, de gemiddelde leeftijd ligt op 37 jaar. Tabel 3.10
Aantal personen waarvoor een rapportage is aangevraagd bij RN door het OM, naar geslacht Adviesrapportage n %
Geslacht - Man - Vrouw Totaal
40 3 43
93 7 100
RN 2008 Voorlichtingsrapportage n % 81 12 93
87 13 100
RN 2009 Totaal Adviesrappor- Voorlichtingsrapporten tage rapportage n % n % n % 121 15 136
89 11 100
18 1 19
95 5 100
47 5 52
90 10 100
Totaal rapporten n % 65 6 71
92 9 100
Toezicht Een voorlichtingsrapportage kan resulteren in toezicht. Reclassering Nederland begeleidt de ondertoezichtgestelde bij het zich houden aan de opgelegde voorwaarden. Ze maakt afspraken met de betrokkene en controleert of deze zich daaraan houdt. Het (minimum) aantal cliënten dat in 2008 toezicht krijgt vanwege huiselijk geweld is 49 (48 mannen en één vrouw). In 2009 is het aantal cliënten (allemaal mannen) dat onder toezicht is gesteld afgenomen tot 20. De leeftijd varieert in 2008 van 21 tot en met 61 jaar, waarbij het gemiddelde 38 jaar is. In 2009 loopt de leeftijd uiteen van 23 jaar tot 61 jaar, de gemiddelde leeftijd ligt met 33 jaar lager dan in 2008. In beide jaren gaat het voornamelijk om cliënten die onder toezicht staan vanwege een voorwaardelijke veroordeling (32 in 2008; 12 in 2009), terwijl het bij de overige cliënten (17 in 2008; 8 in 2009) een voorwaardelijke schorsing van preventieve hechtenis betreft. Tactus Verslavingsreclassering In 2008 blijkt Tactus (minimaal) 50 cliënten te hebben waarvoor een voorlichtings- of adviesrapport is aangevraagd waarbij het een huiselijk geweldzaak betreft (tabel 3.11), in 2009 is dit aantal gedaald naar 41 cliënten. In beide jaren gaat het met name om voorlichtingsrapportages (38 in 2008 en 31 in 2009). De leeftijd loopt in 2008 uiteen van 19 tot en met 70 jaar, terwijl de leeftijd van de cliënten uit 2009 varieert van 20 tot 65 jaar. Tabel 3.11
Aantal personen waarvoor een rapportage is aangevraagd bij Tactus door het OM, naar geslacht Adviesrapport age n %
Geslacht - Man - Vrouw Totaal
Verdachten
9 3 12
75 25 100
Tactus 2008 Voorlichtingsrapportage n % 36 2 38
95 5 100
Tactus 2009 Totaal Adviesrapport Voorlichtingsrapporten age rapportage n % n % n % 45 5 50
95 5 100
9 1 10
90 10 100
27 4 31
87 13 100
Totaal rapporten n % 36 5 41
88 12 100
19
Leger des Heils Van de reclasseringsafdeling van het Leger des Heils zijn gegevens gekregen van alle geregistreerde cliënten die in 2008 en 2009 bekend zijn vanwege huiselijk geweld. Het aantal unieke personen is toegenomen van 102 in 2008 naar 198 in 2009. Deze toename komt zowel door het steeds beter registreren en door de invoering van het Tijdelijk huisverbod. In beide jaren is het merendeel man (tabel 3.12). Het percentage cliënten dat in 2008 een leerstraf agressiebeheersing krijgt is 54%, terwijl het in 2009 is gedaald naar 16%. Het deel van de cliënten dat waarbij het gaat om een voorlichtingsrapportage, vroeghulp of toezicht is toegenomen. Tabel 3.12
Geslacht - Man - Vrouw Totaal
Aantal personen dat bekend is bij het Leger des Heils vanwege huiselijk geweld, naar geslacht en programma Leger des Heils 2008 Leger des Heils 2009 n % n % 93 9 102
Programma¹ Leerstraf agressiebeheersing 55 Diagnose en –adviesproducten: 41 Diagnose Diagnose en –adviesproducten: 22 Adviesrapportage Diagnose en –adviesproducten: 15 Voorlichtingsrapportage Diagnose en –adviesproducten: 11 Vroeghulp Toezicht 3 DTP training agressiebeheersing 3 Leerstraf SOVA voor groepen 1 Programma redesign Toezicht Toeleiding zorg Vroeghulpinterventie Werkstraf (WSM) Overige ¹ In de registratiegegevens kan bij een cliënt staan programma’s is aangemeld. De percentages tellen daarom
91 9 100
179 19 198
90 10 100
54 40
31 90
16 46
22
52
26
15
55
28
11
43
22
3 42 21 3 0 1 5 3 8 4 32 16 17 9 32 16 14 7 weergegeven dat hij voor meerdere niet op tot 100%.
Dadertraining Leger des Heils De Training Agressie Beheersing Huiselijk Geweld is een straf die door justitie wordt opgelegd aan daders van lichtere geweldsdelicten in de huiselijke sfeer. In 2004 tot en met 2009 hebben respectievelijk 37, 45, 49, 36, 56 en 31 daders van huiselijk geweld ingeschreven gestaan voor de dadertraining bij het Leger des Heils (tabel 3.13). Een klein deel is niet gestart met de training of heeft deze voortijdig beëindigd. Uiteindelijk hebben in de jaren 2005 tot en met 2009 tussen de 23 (2009) en 42 (2006) personen de training afgerond.
20
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Tabel 3.13
Aantal personen dat een training agressiebeheersing huiselijk geweld heeft gevolgd bij het Leger des Heils (2004 - 2009)
2004 n Ingeschreven voor training 37 Training niet gestart niet bekend Training voortijdig beëindigd niet bekend Geretourneerd op verzoek OM niet bekend Training loopt nog Training afgerond niet bekend
Training Agressie Beheersing Huiselijk Geweld 2005 2006 2007 2008 n n n n 45 49 36 56 2 2 9 6 4 3 6 1 2 37 42 31 41
2009 n 31 2 2 4 23
De Tender De Tender heeft gegevens aangeleverd van alle cliënten die in respectievelijk 2004, 2005, 2006, 2007, 2008 en 2009 contact hebben gehad met De Tender. Dit zijn niet per definitie allemaal personen die te maken hebben met huiselijk geweld. Om toch de personen die bekend zijn vanwege huiselijk geweld uit het bestand te kunnen halen, is dit bestand gekoppeld met het politiebestand. De personen die in beide bestanden voorkomen worden meegenomen in de beschrijving. Aangezien van 2009 slechts een deel van de gegevens van de politie beschikbaar zijn, is er voor gekozen om een koppeling te maken met zowel de gegevens van de politie als de drie reclasseringsinstellingen. Uit tabel 3.14 blijkt dat in 2004 en 2005 respectievelijk 36 en 43 verdachten uit het politiebestand huiselijk geweld bekend zijn bij de Tender. In 2006, 2007 en 2008 staan achtereenvolgens 35, 38 en 39 verdachten bij De Tender geregistreerd, terwijl het in 2009 om 67 verdachten gaat. In 2008 en 2009 ligt het percentage vrouwelijke verdachten dat bekend is bij De Tender hoger dan in voorgaande jaren . Tabel 3.14
Geslacht - Man - Vrouw Totaal
Aantal verdachten uit het politiebestand huiselijk geweld dat bekend is bij De Tender (2004 - 2009) 2004 2005 2006 2007 2008 2009 n % n % n % n % n % n % 33 3 36
92 8 100
42 1 43
98 2 100
34 1 35
97 3 100
36 2 38
95 5 100
34 5 39
87 13 100
58 9 67
87 13 100
3.4 Huisverbod Sinds maart 2009 is in de Twentse gemeenten de Wet tijdelijk huisverbod in werking getreden. Het huisverbod is bedoeld om huiselijk geweld verder terug te dringen. De drie reclasseringsorganisaties (RN, Leger des Heils en Tactus verslavingszorg) verzorgen het casemanagement voor het traject van de uithuisgeplaatste, terwijl voor de achterblijvers het hulpvereleningstraject wordt uitgevoerd door het maatschappelijk werk (SMD, MWnwT en Carint). Bureau Jeugdzorg Overijssel (BJZO) voert het casemanegment voor het hulpverleningstraject van de eventuele kinderen. In totaal zijn in de periode maart 2009 tot en met december 2009 147 huisverboden opgelegd in Twente. De gemeenten Enschede en Almelo hebben in absolute cijfers de meeste huisverboden hebben: respectievelijk 52 en 32 (tabel 3.15). De gemeente Almelo heeft verhoudingsgewijs per 1.000 inwoners de meeste huisverboden: 0,4 per 1.000
Verdachten
21
inwoners, gevolgd door Enschede (0,3) en Losser (0,3), terwijl Haaksbergen (0,0) de minste heeft. Tabel 3.15 Aantal huisverboden per gemeente, 2009 2009 N Per 1000 Almelo 32 0,4 Borne 5 0,2 Dinkelland 2 0,1 Enschede 52 0,3 Haaksbergen 1 0,0 Hellendoorn 3 0,1 Hengelo 16 0,2 Hof van Twente 5 0,1 Losser 6 0,3 Oldenzaal 5 0,2 Rijssen-Holten 6 0,2 Tubbergen 4 0,2 Twenterand 6 0,2 Wierden 4 0,2 Totaal 147 0,2
22
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
4. SLACHTOFFERS
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de slachtoffers van huiselijk geweld. Hierbij wordt, naast de politiegegevens, gebruik gemaakt van de registratiegegevens van de betrokken hulpverleningsinstellingen. Het gaat om gegevens van Team Vroeghulp Enschede (van de Stichting Maatschappelijke Dienstverlening (SMD)), Teamvroeghulp Almelo (van Maatschappelijk Werk Noord West Twente (MwnwT)), Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK), Steunpunt Huiselijk Geweld, en het Consultatienetwerk Ouderenmishandeling. Er wordt achtereenvolgens ingegaan op kinderen, volwassenen en ouderen. Aangezien door de meeste instellingen over 2009 voor het eerst gegevens op persoonsniveau zijn aangeleverd zal in dit hoofdstuk alleen worden ingegaan op de gegevens over 2009.
4.1 Kinderen In deze paragraaf wordt ingegaan op de kinderen onder de slachtoffers. Het gaat hierbij om de leeftijd van 0 tot 18 jaar. Team Vroeghulp Enschede In 2009 hebben 64 kinderen contact gehad met het Team Vroeghulp Enschede in het kader van huiselijk geweld. Ruim een kwart (27%) van hen is jonger dan 4 jaar, terwijl de helft in de leeftijdscategorie 4-12 jaar zit (tabel 4.1). De overige kinderen (15; 23%) zijn tussen de 12 en 17 jaar oud. Tabel 4.1 Leeftijdsverdeling kinderen die contact hebben gehad met Team Vroeghulp Enschede, 2009 2009 N % 0-4 jaar 17 27 4-12 jaar 32 50 12-18 jaar 15 23 Totaal 64 100
Team Vroeghulp Almelo In het aangeleverde bestand van het Team Vroeghulp Almelo staan geen kinderen vermeld. Wel wordt twee keer gesproken van kindermishandeling. Politie De politie heeft naast gegevens uit het BPS eveneens gegevens van de zorgmeldingen die zij in 2009 hebben gedaan aangeleverd. Wanneer bij een huiselijk geweldzaak kinderen betrokken zijn doet de politie een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg. In totaal zijn in 2009 over 1.034 kinderen een zorgmelding gedaan. Het gaat om 533 jongens (52%) en 498 meisjes (42%), van de overige drie jongeren is het geslacht niet bekend. Een kwart (25%) van hen behoort tot de leeftijdscategorie nul tot vier jaar, terwijl 45% tussen de vier en twaalf jaar oud is (tabel 4.2).
Slachtoffers
23
Tabel 4.2 Kinderen over wie een zorgmelding is gedaan, 2009 2009 N % 0-4 jaar 255 25 4-12 jaar 469 45 12-18 jaar 310 30 Totaal 1.034 100
De gegevens van de politie zijn op anonieme wijze gekoppeld aan die van Team Vroeghulp Enschede, uit deze koppeling blijkt dat 48 jongeren zowel in het bestand van de politie voorkomen als in die van Team Vroeghulp Enschede. Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) heeft in het kader van de Monitor Huiselijk Geweld gegevens aangeleverd over het aantal adviezen, consulten en onderzoeken in Twente. 1 Uit figuur 4.1 blijkt dat het totaal aantal meldingen bij het AMK uit Twente in 2009 1.836 betreft. Het aantal meldingen waarna een onderzoek is opgestart ligt op 613, terwijl het aantal consulten en adviezen op respectievelijk 222 en 613 ligt. Figuur 4.1
Aantal onderzoeksmeldingen, consulten en adviezen bij het AMK regio Twente, 2009
2000
1.836
1800 1600 1400 1200 1000 800
613
613
600 400
222
200 0 onderzoeksmeldingen
consulten
adviezen
totaal
Vervolgens is gekeken naar de aard van de onderzoeksmeldingen, consulten en adviezen. Uit tabel 4.3 blijkt dat het bij zowel de onderzoeksmeldingen als de consulten en adviezen met name om pedagogische verwaarlozing gaat (respectievelijk 30%, 28% en 23%).
1
Gegevens over minderjarigen zijn zodanig beschermd dat zij alleen op geaggregeerde wijze kunnen worden aangeleverd. 24
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Tabel 4.3 Percentage eerste contacten bij het AMK regio Twente naar soort, 2009 Onderzoeksmeldingen N=613 19 10 8 9 2 19 30 3 100
Soort Affectieve verwaarlozing Psychisch geweld Lichamelijke mishandeling Lichamelijke verwaarlozing Slachtoffer seksueel misbruik Getuige huiselijk geweld Pedagogische verwaarlozing Overig/anders Totaal
Consulten
Adviezen
N=222 12 14 10 8 11 8 28 8 100
N=613 10 18 10 6 5 8 23 19 100
4.2 Volwassenen In deze paragraaf wordt ingegaan op de volwassenen onder de slachtoffers. Het gaat hierbij om de leeftijd van 18 tot 65 jaar. Team Vroeghulp Enschede In 2009 hebben 171 volwassenen contact gehad met het Team Vroeghulp Enschede in het kader van huiselijk geweld. Het merendeel (62%) behoort tot de leeftijdscategorie 30-50 jaar, terwijl ruim een kwart (27%) tussen de 18 en 30 jaar is (tabel 4.4). Tabel 4.4 Leeftijdsverdeling volwassenen die contact hebben gehad met Team Vroeghulp Enschede, 2009 2009 N % 18-30 jaar 47 27 30-50 jaar 106 62 50-65 jaar 18 11 Totaal 171 100
Team Vroeghulp Almelo In 2009 hebben 53 volwassenen in de leeftijd van 18 tot 65 jaar contact gehad met het Team Vroeghulp Almelo. Het merendeel (72%) van hen is tussen de 30 en 50 jaar oud (tabel 4.5). Tabel 4.5 Leeftijdsverdeling volwassenen die contact hebben gehad met Team Vroeghulp Almelo, 2009 2009 18-30 jaar 30-50 jaar 50-65 jaar Totaal
N 9 38 6 53
% 17 72 11 100
Politie In het bestand van de politie over 2009 (tot en met 23 juni) staan 429 volwassenen als slachtoffer van huiselijk geweld geregistreerd, omgerekend naar een jaarcijfer ligt dit aantal op 900. Drie kwart (76%) van hen is vrouw. Ruim de helft (52%) van de slachtoffers behoort tot de leeftijdscategorie 30-50 jaar, terwijl een derde (33%) tussen de 18 en 30 jaar uit is (tabel 4.6).
Slachtoffers
25
Tabel 4.6 Volwassenen die als slachtoffer bij politie staan geregistreerd, 2009 20091 20092 n % N % 18-30 jaar 141 33 296 33 30-50 jaar 222 52 466 52 50-65 jaar 66 15 138 15 Totaal 429 100 900 100 1 Tot en met 23 juni. 2 Geëxtrapoleerde jaarcijfers.
De gegevens van de politie zijn op anonieme wijze gekoppeld aan die van de Vroeghulpteams in Enschede en Almelo. Uit deze koppeling blijkt dat er dertig volwassenen die als slachtoffer bij de politie staan geregistreerd eveneens voorkomen in het bestand van het Team Vroeghulp Enschede. De overlap met het bestand van het Team Vroeghulp Almelo bedraagt elf.
4.3 Ouderen In deze paragraaf wordt ingegaan op de ouderen onder de slachtoffers. Het gaat hierbij om personen van 65 jaar of ouder. Team Vroeghulp Enschede In 2009 hebben vier ouderen contact gehad met het Team Vroeghulp Enschede in het kader van huiselijk geweld. Twee van hen zijn 65 jaar, terwijl de overige twee respectievelijk 68 en 69 jaar zijn. Team Vroeghulp Almelo In 2009 heeft het Team Vroeghulp Almelo contact gehad met één oudere van 79 jaar. Politie In het bestand van de politie staan 17 personen van 65 jaar of ouder geregistreerd als slachtoffer van huiselijk geweld. Het gaat om zes mannen en elf vrouwen. Hun leeftijd loopt uiteen van 65 tot en met 91 jaar. Uit de koppeling van de politiegegevens met die van de beide vroeghulpteams blijkt dat er geen overlap bestaat tussen de bestanden. De ouderen die als slachtoffer bekend zijn bij de politie hebben dus geen contact gehad met het één van de Vroeghulpteams. Consultatie netwerk Ouderenmishandeling Van Mediant is een overzicht ontvangen van de besproken zaken in 2009. Het gaat om anonieme data zonder de zogenoemde idents. Hierdoor kunnen deze gegevens niet worden gekoppeld aan registratiegegevens van andere instellingen. In 2009 zijn bij de aandachtsfunctionarissen ouderenmishandeling 23 zaken besproken. Het merendeel van de slachtoffers is vrouw (19; 83%) (tabel 4.7). Het gaat vooral om psychische mishandeling (16; 70%), gevolgd door lichamelijke mishandeling (8; 35%) en financiële mishandeling (7; 30%).
26
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Tabel 4.7 Consultatienetwerk Ouderenmishandeling, 2009 2009 Geslacht Man Vrouw Totaal
n 4 19 23
% 17 83 100
Soort* Lichamelijk Psychisch Financieel Verwaarlozing Schending van rechten Seksueel
8 16 7 4 6 1
35 70 30 17 26 4
4 12 3 1
17 52 13 4
Relatie dader-slachtoffer* (ex)partner (klein)kinderen familie Kennis/buren * meerdere soorten/relaties mogelijk
4.4 Steunpunt Huiselijk Geweld Van het Steunpunt Huiselijk Geweld Twente (SHG) is een overzicht ontvangen van de contacten in 2009. Het gaat om geaggregeerde, anonieme gegevens zonder zogenoemde idents. Hierdoor kunnen deze gegevens niet worden gekoppeld aan registratiegegevens van andere instellingen. Uit tabel 4.8 blijkt dat in 2009 266 keer contact is gezocht vanuit Twente met het SHG. De meldingen betreffen voornamelijk vragen om advies en informatie (60%). Tabel 4.8 Soort meldingen uit Twente bij het SHG, 2009 2009 n % Advies en informatie 160 60 Consultatie 66 25 Coördinatie deskundigheidsbevordering 0 0 Vraagverheldering en doorverwijzing 39 15 onbekend 1 0 Totaal 266 100
De meldingen zijn met name van particulieren afkomstig (57%) (tabel 4.9). Tabel 4.9 Soort melders bij SHG Twente, 2009 2009 n % Particulier 152 57 Professioneel 114 43 Onbekend 0 0 Totaal 266 100
Slachtoffers
27
Vervolgens is nader gekeken naar de soorten particuliere en professionele melders. Bij de particuliere melders gaat het met name om vrouwelijke slachtoffers van relationeel geweld (42%), gevolgd door omstanders (33%)(tabel 4.10). Het aandeel kinderen (als direct slachtoffer of als getuige) onder de particuliere melders ligt op 3%, terwijl het percentage ouders (als slachtoffer van hun minderjarige of meerderjarige kinderen) 5% bedraagt. Tabel 4.10 Soort particuliere melders bij het SHG vanuit Twentse gemeenten, 2009 2009 n % vrouwen als slachtoffer van relationeel geweld 64 42 omstanders (familie, vrienden, buren, kennissen) 50 33 kinderen als directe slachtoffers van huiselijk geweld 3 2 kinderen als getuigen van huiselijk geweld 2 1 mannen als slachtoffer van huiselijk geweld 2 1 plegers 8 5 ouders als slachtoffers van hun meerjarige kinderen 6 4 ouders als slachtoffers van hun minderjarige kinderen 2 1 slachtoffers van eerwraak 0 0 slachtoffers van loverboys 2 1 Ouderen als slachtoffer van ontspoorde mantelzorg 5 3 overige 8 5 Totaal 152 100
Uit tabel 4.11 komt naar voren dat het percentage professionele melders dat in de hulpverlening werkt het grootst is (43%). Het deel van de professionele melders dat uit personen bestaat die werkzaam zijn bij de politie ligt op 18%. Tabel 4.11 Soort professionele melders bij het SHG Twente, 2009 2009 n % Hulpverlening 49 43 Politie 21 18 Onderwijs 5 4 Huisarts 5 4 Overig 34 30 Totaal 114 100
28
INTRAVAL - Monitor 2010 Huiselijk geweld Twente
Slachtoffers
29