Algemene beschouwingen Voorjaarsnota 2015 en MUIP 2016 - 2019
Kiezen of delen Moeilijke tijden vragen om moeilijke besluiten, kiezen of delen dus. 1. Leven: 1.1 Zorg en Ondersteuning
Zorg voor zorg! D66 Venray vindt het belangrijk dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Mantelzorgers en vrijwilligers zijn daarbij onmisbaar. Daarom vinden wij het belangrijk dat zij de waardering krijgen die zij verdienen en waar mogelijk ondersteuning om hun werkdruk te verlichten. Bij de huidige speerpunten staat al genoemd dat er een beleidsplan zal worden ontwikkeld voor vrijwilligerswerk. Wij vinden dat er daarnaast ook een beleidsplan specifiek voor mantelzorgers zou moeten worden ontwikkeld. Een mantelzorgcompliment is mooi maar naast deze (kleine) financiële bijdrage is vooral ook ondersteuning van de mantelzorgers van belang. Je zou kunnen denken aan beleid voor mantelzorgwoningen, aanbieden van verblijf op maat in een respijthuis, een mantelzorgpas, een bonnenboekje met diensten zoals klussenhulp, hulp bij administratie, boodschappen-thuisbreng-service en maaltijdservice. De ondersteuning dient te geschieden vanuit een herkenbaar centraal punt in de gemeente, dat gericht is op vrijwilligers en mantelzorgers. Door de decentralisatie is de gemeente verantwoordelijk geworden voor nieuwe taken op het gebied van de jeugdzorg, maatschappelijke ondersteuning en participatie. Waar wij ons zorgen over maken is dat nog steeds niet duidelijk is wat de effecten zijn van de 3D’s en wat het ons zal gaan kosten. Het betreft grote financiële risico’s, maar ook grote risico’s op verslechtering van de zorg. De eerste signalen (landelijk) zijn dat er nu al extra administratiekosten zijn door de decentralisatie. Een oplossing daarvoor is dat gemeentes zoveel mogelijk hun administratie gaan vereenvoudigen en standaardiseren. Om grip op de kosten en de zorgvraag te krijgen en te houden, is verder monitoring van groot belang. Momenteel worden we door de gemeente regelmatig op de hoogte gehouden en neemt Venray deel aan waarstaatjegemeente.nl. Toch vinden we dat we nu nog onvoldoende inzicht hebben in de huidige (bekende) effecten en kosten van de decentralisatie. Specifiek maken wij ons verder zorgen om de huidige ontwikkelingen rondom Veilig Thuis. Op 23 februari 2015 werd er een brandbrief gestuurd door de medewerkers van Veilig Thuis. Er werd aangegeven dat er gebrek was aan een regio visie en dat de samenwerking tussen het voormalig AMK, het Steunpunt Huiselijk Geweld en Case Managers van de Mutsaersstichting onvoldoende van de grond kwam. Verder gaven zij aan over onvoldoende mankracht en faciliteiten te beschikken. Momenteel ontvingen wij het bericht dat het voornemen is de subsidierelatie met de Mutsaersstichting, voor de functie Veilig Thuis, per 1 juli te beëindigen. Bureau Jeugdzorg zal worden verzocht om de verantwoordelijkheid te nemen voor al de wettelijke taken van Veilig Thuis. Wij maken ons ernstig zorgen of de veiligheid van slachtoffers van huiselijk geweld en kindermishandeling nu wel optimaal gewaarborgd is. Algemene beschouwingen juni 2015
-1-
Ook vragen wij ons af in hoeverre er nu wel sprake is van de benodigde regio visie. Verder vinden wij het belangrijk dat er geïnvesteerd blijft worden in bemiddeling tussen de bestaande organisaties en zo nodig in mankracht en faciliteiten. In het rapport van oktober 2014 van dhr. Pattje, Programmaleider van het VNG-Ondersteuningsprogramma Veilig Thuis worden duidelijke adviezen gegeven. Deze zijn tot dusverre echter niet uitgevoerd. Wij vinden dat er geen enkel risico gelopen moet worden als het gaat om huiselijk geweld en kindermishandeling. 1. Is het college bereid ook een beleidsplan te ontwikkelen voor mantelzorgers? 2. Heeft de gemeente Venray ook extra administratie kosten door de decentralisatie? Hoe hoog zijn deze? 3. Worden er momenteel acties ondernomen om de administratie te vereenvoudigen en te standaardiseren met andere gemeenten? Is het college anders bereid dit te gaan doen? 4. Is het college bereid te investeren in meer overzichtelijke informatie betreffende de monitoring van de decentralisaties, bijvoorbeeld door aan te sluiten bij sociaal domein pilots ‘sturen op resultaten’ van de VNG of door samenwerking met buurgemeentes? 5. Is het college bereid onze zorgen over Veilig Thuis en verzoek voor ontwikkeling van een regio visie en blijvende bemiddeling tussen bestaande organisaties over te brengen aan de gemeente Venlo, als centrum gemeente. 1.2 Ophoudlocatie en/of psycholance
Verwarde mensen hebben geen sterke arm nodig, maar een helpende hand. Mensen in crisis situaties dienen (mogelijk) acuut opgevangen te worden nadat ze eerst beoordeeld zijn door een psychiater. Dit laatste gebeurt op een zogenaamde ophoudlocatie. Op dit moment beschikt Venray niet over een eigen ophoudlocatie. De politie is de instantie die, in geval van een crisis situatie, de persoon in kwestie vervoert naar de dichtstbijzijnde ophoudlocatie. Dit is meestal Venlo, soms ook Eindhoven. Vaak is de praktijk dat de politie met de betreffende persoon naar Venlo rijdt. Daar moet men wachten tot de persoon is gescreend om deze vervolgens te vervoeren naar de plek van behandeling (acute opname). Vaak is dit Venray, soms ook elders zoals Zwolle. Dit betekent dat kostbare politiecapaciteit wordt teruggebracht tot taxi vervoer voor mensen die hulp nodig hebben. Gezien het bovengemiddelde aantal psychiatrische patiënten binnen onze gemeente alsmede de constante zorg over de algemene politie capaciteit in onze regio, leidt bovenstaand tot een bovenmatige aanslag op de politiecapaciteit die niet meer ingezet kan worden voor andere zaken. Politie en GGZ zijn in het kader van een convenant met elkaar in gesprek over: een ophoudlocatie in Venray, het vervoer van verwarde mensen (bijvoorbeeld middels de inzet van psycholance) en de inzet van een interventieteam. Dit volgt mede uit een al in 2012 gesloten convenant! D66 Venray maakt zich zorgen over de voortvarendheid van de hierboven genoemde punten en wil daarom een motie indienen om de zorg van de gemeenteraad over dit onderwerp in te brengen bij de partners (GGZ, politie) en om op te roepen tot snelheid in besluitvorming en realisatie.
Algemene beschouwingen juni 2015
-2-
1.3 Talentencampus
We stoppen niet met leren omdat we ouder worden. We worden ouder omdat we stoppen met leren. D66 is een groot voorstander van de talentencampus. Om de talentencampus te laten slagen is er draagvlak nodig bij ouders en leraren. Dit betekent dat zij goed geïnformeerd moeten worden en de ruimte moeten hebben om eigen creativiteit in te zetten. Het moet bovendien voor de ouders van kinderen in het regulier onderwijs duidelijk zijn wat de meerwaarde van de talentencampus is voor hun kind. Vervolgens zijn er bijzondere eisen waaraan het gebouw moet voldoen, om dit concept te laten slagen. De ruimtes moeten open zijn en flexibel ingedeeld kunnen worden, zodat kinderen les kunnen krijgen in groepjes van wisselende samenstelling op hun eigen niveau. Wat ons betreft staat de kwaliteit van het onderwijs in dit concept voorop. Daarnaast zullen andere factoren moeten worden meegewogen zoals mogelijkheden van het gebouw, verkeer, type school en de kosten. Het Annapark is een aanlokkelijke locatie, mede ook omdat er een school in de Noordwest hoek moet blijven. Wanneer er echter bij de betreffende ouders en leraren weinig draagvlak voor deze locatie zou zijn, verdient een andere locatie uiteindelijk toch de voorkeur. Bovendien maakt het de onderhandelingspositie van de gemeente over eventuele aankoop van grond ook niet sterk wanneer we volledig focussen op 1 locatie. Wij zij het er dus mee eens dat het haalbaarheidsonderzoek zich nog niet beperkt tot 1 locatie en zijn zeer benieuwd naar de uitkomsten van dit onderzoek. 1. Wanneer kunnen wij de uitkomsten van het haalbaarheidsonderzoek verwachten en wat is momenteel de te verwachten tijdsplanning t.a.v. de talentencampus? 1.4 Zelfsturing:
Het probleem is niet het gebrek aan nieuwe ideeën maar het loslaten van oude inzichten. Initiatieven van burgers die gericht zijn op zelfsturing moet de gemeente zoveel mogelijk faciliteren, stimuleren en open tegemoet treden. Eerder zijn er echter kaders gesteld om zelfsturing te stimuleren, dat was destijds nodig. Nu lijken deze kaders vooral beperkend te worden. Zelfsturing gaat zo aan haar eigen succes ten onder. Dorpen en wijken zijn gestimuleerd om (grote) plannen in te dienen in tranches. De plannen moesten voldoen aan bepaalde gestelde eisen. Zij verwachten vervolgens (geheel invoelbaar) dat wanneer de plannen aan deze eisen voldoen er ook een krediet beschikbaar wordt gesteld. Het is de vraag of we dat waar kunnen maken. Verwachtingenmanagement is van groot belang bij zelfsturing. Het potje zelfsturing is momenteel bijna leeg. De ingediende projecten waren vaak groot en moesten soms lang wachten op beoordeling omdat ze slechts jaarlijks ingediend kunnen worden. Ook bij zelfsturing lijkt de regelgeving vanuit de gemeente doorgeschoten. Zelfsturingsplannen moeten niet afhankelijk zijn van begrotingscycli maar het hele jaar ingediend kunnen worden. Omdat de plannen zeer divers kunnen zijn is het ook niet wenselijk dat zij allemaal beoordeeld moeten worden volgens vastgestelde wegingsmethodieken of via een formele beoordelingscommissie. Eenvoudige zelfsturingsinitiatieven, welke zeker ook wenselijk zijn, vereisen geen complexe beoordeling. Het zou maatwerk moeten zijn en per initiatief (vraag gestuurd) bekeken moeten kunnen worden, mogelijk gewoon op de betreffende afdeling. Algemene beschouwingen juni 2015
-3-
Vervolgens kan beoordeeld of er binnen de betreffende afdeling voldoende ruimte in het budget is. Het lijkt ons wenselijk dat zelfsturing in de hele organisatie ingebed wordt en niet vanuit een apart potje. Dit sluit ook beter aan bij de gedachte dat zelfsturing juist het sturen door de gemeente vervangt en dus ook recht geeft op (een deel van) het budget dat daarmee wordt ontlast. D66 ziet het als een grote uitdaging voor de gemeente Venray om de balans te vinden tussen enerzijds creatieve flexibiliteit met risico op chaos en anderzijds uniformiteit met risico op een te strak keurslijf. De huidige kaders zijn voor die balans in ieder geval niet meer geschikt. D66 vindt het belangrijk dat er een nieuwe visie op zelfsturing wordt ontwikkeld met de daarbij een passende financieringsstructuur. 1. Deelt het college dit standpunt met ons en is het college bereid een nieuw beleidsplan, visie op zelfsturing te ontwikkelen? 1.5 Kunst en Cultuur:
Als het kunst is uit te stellen, doen wij veel aan kunst! Bij de raadsvergadering donderdag 23 april 2015 is het doek voor pArt4 en de doorstart van het Kunstencentrum Jerusalem (KCJ) gevallen. D66 Venray betreurt dit ten zeerste. De toekomst voor Kunstencentrum Jerusalem en haar werknemers is nu helaas onzeker. Het belangrijkste is nu om zoveel mogelijk het kunstnetwerk in Venray te behouden. Het door de meerderheid van de raad voorgestelde "plan B" wekte de indruk dat het vooral politiek bedoeld was. Dat plan waarin werd voorgesteld dat de gemeente zelf de ruimtes in Jerusalem gratis zou moeten verhuren en waarin ambtenaren de organisatie van kunsteducatie en activiteiten moesten gaan faciliteren en coördineren, vonden wij niet reëel en slechts afleiding van het feit dat kunst en cultuur op achterstand is gezet, ondanks alle mooie woorden. Wij vrezen dat we, door het afwijzen van het voorstel, vermoedelijk een groot deel van het budget dat eigenlijk bedoeld was voor kunst en cultuur, moeten gaan uitgeven aan frictiekosten. Wij vinden dat er nu echter wel maximaal geprobeerd moet worden om nog ”te redden wat er te redden valt” en dit fiasco om te buigen tot een nieuwe kans. Wij vinden het belangrijk dat er dus wel een (ander) plan-B komt. Daarvoor moest er in eerste instantie voor de korte termijn duidelijkheid komen voor de medewerkers en cursisten van KCJ. Daarom hebben we voor het voorstel gestemd om ter overbrugging extra geld beschikbaar te stellen zodat er voldoende tijd is om plannen voor een nieuw Venrays Huis voor de Kunsten te ontwikkelen. Wij vinden het echter niet wenselijk dat kunst en cultuur door de gemeente wordt georganiseerd. Kunst- en cultuurinstellingen moeten nadrukkelijk de ruimte krijgen voor het ontwikkelen van eigen plannen, visie, ondernemerschap en nieuwe verdienmodellen. Zij moeten in staat zijn enthousiaste mensen aan zich te binden, donateurs te zoeken en maatschappelijke draagkracht te creëren. Wij kunnen ons vinden in het voorgestelde proces van co-creatie waarbij wij echter wel vinden dat de rol van de politiek uiterst terughoudend moet zijn. Er dienen alleen op hoofdlijnen enige kaders te worden geformuleerd. Wat ons betreft bestaat dat kader uit de opdracht tot het uitwerken van een bredere nieuwe visie op kunst en cultuur in Venray en de plek van een (deel) van KCJ daarin. Frictiekosten moeten daarbij niet leidend zijn. Eerst moet er een visie ontwikkeld worden, hoe willen we het in Venray, wat is het ideale scenario? Wat ons betreft gaat de voorgestelde co-creatie dus niet alleen over een nieuw KCJ maar wordt het breder getrokken en wordt er nagedacht over een “centraal cultuurpunt”. Algemene beschouwingen juni 2015
-4-
Onze insteek zou zijn om alle sleutelfiguren c.q. organisaties uit het kunst- en cultuurveld zoals muziekdocenten, HAFA, scholen, verenigingen, schouwburg, particuliere ondernemers (denk o.a. aan Musicas), Odapark etc. uit te nodigen om gezamenlijk een visie te ontwikkelen en de samenwerking te zoeken. Wij denken dat er vervolgens een kleine centrale organisatie moet komen die verbindingen legt tussen de verschillende sleutelfiguren en die gaat coördineren/faciliteren. Misschien is een deel van de plannen van Part4 nog bruikbaar maar moet er een nog smallere basisorganisatie komen die er niet alleen voor KCJ is maar ook verbindend is naar anderen Verder zullen wij de (aangehouden) motie Odapark in stemming brengen die voorstelt op het Odapark niet de voorgestelde 3% korting toe te passen voor de jaren 2016 tot en met 2018. Wij vinden dat het Odapark een belangrijke bijdrage levert aan het culturele leefklimaat in Venray. Bovendien heeft zij als cultuurplaninstelling een unieke bovenlokale positie in Venray. Gezien alle ontwikkelingen, niet alleen bij KCJ en het Odapark maar ook de aankomende renovatie van de schouwburg en mogelijke ontwikkelingen bij de bibliotheek in de toekomst, vinden wij het erg belangrijk dat er op korte termijn, zoals recent toegezegd door de wethouder, in elk geval een visie vanuit de gemeente wordt ontwikkeld over kunst en cultuur in Venray. 1. In de MUIP is nu geen extra geld gereserveerd voor kunst en cultuur. Vind het college het niet wenselijk hier (mede gezien mogelijke frictiekosten en toch willen ontwikkelen van een plan B) hier een extra bedrag voor te reserveren? 2. Wanneer verwacht het college de brede visie op het gehele veld van kunst en cultuur te hebben ontwikkeld?
2. Wonen 2.1 Hervorming Parkeerbeleid:
Volledig afschaffen? Die parkeren we even. Het presidium heeft besloten om het besluit ten aanzien van het parkeerbeleid uit te stellen naar 22 september aanstaande. Het college heeft zijn voorkeur reeds uitgesproken: volledig vrij parkeren. Het college heeft ons vooralsnog niet kunnen overtuigen van het feit dat dit scenario de beste manier is om het parkeerbeleid te actualiseren. De voornaamste drie argumenten die het college aanvoert in de raadsnota “actualisatie parkeerbeleid” zijn ons inziens niet afdoende onderbouwd. 1. Betaald parkeren kent weinig sympathie. Het is niet duidelijk waar het college zich hier op baseert. Op signalen van bepaalde belangengroepen, of ontbreekt deze sympathie bij een representatieve meerderheid van de Venrayse bevolking? Interessanter nog is de vraag wat dan wel de sympathie kent van de representatieve meerderheid en wat zij vindt van de gevolgen die ‘volledig afschaffen’ met zich mee brengt. Met het volledig afschaffen van betaald parkeren verdwijnt namelijk ook het toezicht en de handhaving op het parkeergedrag in het centrum en in de schil daaromheen. Tevens zou er een gat van 1,3 mln. in de gemeentebegroting gedicht moeten worden. Afgezien van het feit dat er al een meerjarig miljoenentekort moet worden weggewerkt. Dit zal ontegenzeggelijk gevolgen hebben voor de belastingbetaler. Algemene beschouwingen juni 2015
-5-
Het systeem van betaald parkeren is gericht op het principe waarbij de vervuiler, in dit geval de automobilist, betaalt. Volledig afschaffen betekent dus ook dat fietsers en voetgangers mee zullen moeten delen in de kosten. Immers, gratis parkeren bestaat niet. 2. Parkeerbeleid vormt één van de instrumenten die de aantrekkelijkheid van het centrum bepalen. Opvallend is dat in de aangeleverde raadsnota, direct na het aangeven van bovenstaand argument wordt gesteld dat aanpassen van het parkeerbeleid op geen enkele wijze de zekerheid biedt dat de aantrekkingskracht van het centrum wordt vergroot. Ook ‘volledig afschaffen’ biedt deze zekerheid niet. Sterker nog, het is de vraag of dit enig effect zal sorteren op de aantrekkingskracht van het centrum. Volgens onderzoek van CROW, een kennisorganisatie op het gebied van verkeer en vervoer, wordt het belang van ‘gratis’ parkeren enorm overschat als het gaat om factoren die winkelbezoek en -omzet beïnvloeden. Als er dan toch geld vrij moet worden gemaakt ten behoeve van de aantrekkelijkheid van het centrum, zou je dan niet beter het geld besteden aan factoren die meer invloed hebben op winkelbezoek en –omzet? 3. Geconcludeerd moet worden dat de noodzaak tot reguleren van parkeren voor een groot deel is komen te vervallen. Ook hier rijst de vraag waarop het college zich baseert. Volgens het onderzoek naar de bezettingsgraad van parkeerplaatsen zijn er ruim voldoende parkeerplaatsen aanwezig om te voldoen aan de behoefte. Op drukke zaterdagen zou veel zoekverkeer kunnen ontstaan, wat ook consequenties heeft voor de capaciteit in de schilwijken. Op dit moment, in de situatie van betaald parkeren, is er voldoende capaciteit aan parkeerplaatsen in het centrum. De druk op de capaciteit van aantrekkelijke parkeerlocaties zal toenemen bij ‘volledig afschaffen’. De mate waarin dit als hinderlijk ervaren zal worden door bezoekers en bewoners zal bepalend zijn voor de houdbaarheid van het vrij parkeren. Vooral voor de categorie bezoekers is dit een risicofactor. De horde om betaald parkeren af te schaffen is makkelijker te nemen dan het weer in te voeren. Dat het huidige parkeerbeleid op de schop moet, daar lijkt iedereen het over eens. Het parkeerbeleid kan gastvriendelijker, ook binnen het systeem van betaald parkeren. Met behoud van de huidige infrastructuur houdt de bezoeker en de bewoner van het centrum de garantie op een plekje dicht bij het centrum. Investeren in belparkeren en een uur gratis achter de slagboom waardoor meer achteraf betaald kan worden, zorgt voor minder boetes en een aangenamer verblijf. Bezoekers voelen hierbij niet de druk dat de parkeermeter afloopt. De mogelijkheid voor ondernemers om klanten parkeergeld te compenseren creëert kansen om klanten te binden. 2.2 Wegenonderhoud buitengebied
Soms moet je de weg kwijt zijn om verder te komen. Bij het onder ogen krijgen van de adviesnota over wegenonderhoud zijn we geschrokken van de bedragen die nodig zijn om de kwaliteit van onze wegen in de nabije toekomst op een acceptabel niveau te houden. Er is voor de komende jaren 4 mln. extra budget begroot. Om het totale budget enigszins te drukken is ervoor gekozen om de streefkwaliteit van veruit de meeste wegen bij te stellen van ‘mooi en comfortabel’ naar ‘functioneel’. Ook is er 10 kilometer weg afgewaardeerd. Algemene beschouwingen juni 2015
-6-
Dit betrof voor een groot deel wegen die de facto al jaren geleden zijn afgewaardeerd. Voorbeeld hiervan is 5 kilometer vrijliggend fietspad aan de noordzijde van de Beekweg. Verder heeft een groot gedeelte van de buitenwegen extra te lijden onder intensief gebruik van landbouwverkeer. Ook moet er, door groter wordend landbouwverkeer, extra geïnvesteerd worden in het verbreden wegen in het buitengebied. 1. Zijn er naast de bovengenoemde 10 kilometer aan wegen, meer wegen binnen de gemeente Venray die afgewaardeerd kunnen worden zonder dat dit afbreuk zou doen aan de bereikbaarheid van woningen en bedrijfspanden? Zo ja, zouden deze wegen alsnog afgewaardeerd kunnen worden waardoor meer structureel bezuinigd kan worden op wegenonderhoud? 2. Zijn er gesprekken geweest met ondernemers die intensief gebruik maken van bepaalde wegen in het buitengebied, om te komen tot een reële verdeling van kosten voor onderhoud van, en investering in desbetreffende wegen? Zo nee, waarom niet? 3. Zijn er naast bovengenoemde maatregelen, andere maatregelen onderzocht om een besparing op wegenonderhoud te realiseren? Zo ja, welke? 2.3 Het Annapark
Er moet weer lucht gaan stromen door de groene klaplong van Venray. Al jaren is het Annapark een potentiële parel. De statige lanen met imposante bomen, eeuwenoude stuifduinen, monumentale bouwwerken elk met een eigen verhaal, een berceau en een kapel, een boerderij en een muziektent, een loofbos en een naaldbos, en dat allemaal midden in de stad. Door verandering in de zorg met het terugtrekken van activiteiten als gevolg, viel er een schaduw over het park en vieren vandalisme en verloedering hoogtij….. We vallen in herhaling. De tijd van dromen en melancholie is allang voorbij. De tijd van wakker worden en aanpakken is daar. Daarom zijn we blij met de begrote 45 duizend om o.a. een projectleider binnen de organisatie aan te wijzen. De blauwdruk van het GSP wordt van tafel geveegd. Het ambitiedocument St. Annapark geeft lucht en ruimte voor ontwikkeling. Niet alleen op het gebied van wonen, maar ook op het gebied van zorg, educatie, werken en recreëren. Dit zijn zowat alle beleidsterreinen. Een projectleider zal daarbinnen als een spin in het web fungeren. Daarnaast zal deze projectleider contacten met externe partners onderhouden en als aanjager optreden bij lopende en toekomstige initiatieven. Een stap vooruit. Maar er moeten meer stappen worden gezet. In het ambitiedocument wordt gesproken over het opstellen van een beheersplan voor het groen om het park een open karakter te geven. Op de vraag wie dit beheersplan gaat opstellen, financieren en uitvoeren hebben wij geen duidelijk antwoord gekregen. Wij kunnen wel een duidelijk antwoord geven over wat we vinden dat de gemeente Venray hierin zou kunnen betekenen. Rigoureus groenonderhoud is broodnodig. Op dit moment ligt de primaire verantwoordelijkheid daarvan bij de eigenaar van het park. Maar vroeg of laat zal de verantwoordelijkheid voor het beheer van de openbare ruimte bij de gemeente Venray komen te liggen. Bovendien staan er gemeentelijke monumenten in het park en is het park vrij toegankelijk voor de Venrayse bevolking. We hebben dus belang bij een goed beheersplan. De gemeente Venray zal daarom een steentje bij moeten dragen bij het opstellen, financieren en uitvoeren van het beheersplan. Algemene beschouwingen juni 2015
-7-
Vraag aan gemeenteraad en college: 1. Bent u het met ons eens dat ook de gemeente Venray een steentje bij moet dragen aan het opstellen, financieren en uitvoeren van het beheersplan voor groenonderhoud op het Annapark?
3. Werken en besturen: 3.1 Werkgelegenheid Venray
Je hebt denkers en doeners, echter denkers die denken dat het doeners zijn, doen minder dan ze denken. D66 Venray heeft in de begrotingbehandeling van afgelopen herfst met name aandacht gevraagd voor het aantal werklozen en bijstandsgerechtigden in Venray. De impact van de werkloosheid mag niet onderschat worden. Allereerst in menselijk opzicht voor de betreffende personen en hun huisgenoten maar in financieel opzicht voor zowel de burger als ook onze gemeente. Destijds was het aantal WW uitkeringen 1244, inmiddels 1342. (bron “Nieuwsflits arbeidsmarkt, Limburg april 2015). De economie trekt weliswaar aan echter dit mag geen reden zijn om dit probleem aan “tijd” over te laten. Temeer omdat bij dit cijfer nog niet het aantal bijstandontvangers (ongeveer 927) is opgeteld en andere mensen die graag zouden werken maar geen baan vinden. Voor ongeveer 2300 personen binnen onze gemeente is werkgelegenheid dus een thema en dat blijft het, ondanks voorzichtige positieve economische cijfers, nog wel even. De trend die Arbeidsmarkt Limburg ziet is dat het aandeel kortdurend werkzoekenden daalt terwijl het aantal langdurig werkzoekenden toeneemt. Dit constaterende alsmede: 1. het feit dat de WW periode in de toekomst gaat afnemen waardoor men eerder “in de bijstand komt”, 2. langdurig werkzoekenden vooral de bijstandontvangers betreft waarvan het aantal blijft toenemen volgens Arbeidsmarkt Limburg, 3. het feit dat het symbolische aantal van 1000 bijstandsgerechtigden inmiddels binnen bereik is, maakt dat dit onderwerp opnieuw aandacht verdient. Destijds constateerden wij dat er maar liefst 19 initiatieven zijn om de werkgelegenheid te stimuleren waarbij die met het Werkplein Venlo één van de belangrijkste is. Dit laatste mede gezien de tegenvallers bij de BUIG. Onze vragen lieten zich toen in de kern samenvatten tot het volgende: Levert de verkozen aanpak via de diverse initiatieven resultaat op en gaan de wethouders ook zelf op pad met de “kaartenbak” onder de arm? Dit laatste vonden we meer dan vanzelfsprekend.
Algemene beschouwingen juni 2015
-8-
In dit verband willen wij ook wijzen op het recent verschenen rapport “Monitor Regionale aanpak jeugdwerkeloosheid, meting 3, voorjaar 2015” en de daarin (op bladzijde 28) genoemde succesfactoren. Deze hebben een bredere reikwijdte dan jeugdwerkeloosheid. Dit brengt ons bij de volgende vragen: 1. Wat hebben de diverse initiatieven rondom werkgelegenheid tot dusverre opgeleverd aan banen binnen de Gemeente Venray (globaal)? 2. In hoeverre worden de in het rapport genoemde succesfactoren, meegenomen in de diverse initiatieven? Hierbij bedoelen we met name punt 6; “lerend vermogen” wat tevens inhoudt dat men tijdig stopt met projecten en/of instrumenten indien deze niet succesvol zijn. 3.2 In control
Prudentie is de wijze moeder van een evenwichtige begroting, roekeloosheid is als een moeder die geen nee kan zeggen tegen haar kinderen. Afgelopen tijd heeft D66 Venray regelmatig gehamerd op het in control zijn van de gemeentelijke organisatie en dan met name de financiële situatie. Het verheugd ons dat het “in control” zijn ook het komende jaar een speerpunt is en dan met name resultaatgericht werken, doorontwikkeling van de programmabegroting maar ook het verder uitrollen van het middel risicomanagement. Wij hebben de verwachting maar minimaal de hoop dat de grip op het complexe financiële gebeuren binnen de gemeente zal toenemen. Ondertussen blijft de financiële situatie van de gemeente Venray zorgwekkend. Tegenvallers zoals de BUIG blijven ons verrassen en ook de meicirculaire brengt, in tegenstelling tot wat de naam suggereert, geen lentegevoel. Los van de verrassingen vanuit lopende zaken en het effect wat deze nu al hebben op de meerjarenbegroting, hangen er nog een aantal donkere zaken boven ons hoofd welke nog niet zijn verwerkt. Daarbij beperken wij ons bij de kwesties met de grootste impact: a. Mogelijke gevolgen van de keuze van de Gemeenteraad inzake KCJ. Aanvullend verlies kan oplopen tot in de miljoenen. b. Greenport / Floriade / Villa Flora: gemeente aansprakelijk voor een deel van de boekverliezen op activa. De tot op heden hiervoor getroffen voorzieningen zijn mager, mede gezien de ervaring uit het verleden dat het tekort eerder hoger wordt dan lager. c. Claim Meerlo-Wanssum van 1,7 mln waarvoor geen enkele voorziening is getroffen (pagina 84 programmaverantwoording). d. Mogelijke claim voortvloeiend uit kwestie Nissenhof (pagina 35 programmaverantwoording). e. Mogelijke keuzes inzake het vrij parkeren 0,6 mln. f. Infrastructuur, verbeteringen aan de wegen in het buitengebied: 0,3 a 0,4 mln. g. Invoering van de Vennootschapsbelasting Plicht voor gemeenten per 1 januari a.s.. Impact is nog niet bekend maar kan fors zijn. h. Volumegroei bijstandsgerechtigden (halen we de 1000 in 2015?). i. Mogelijke claim gemeenschapshuis Wanssum 0,35 mln. j. Onzekerheden rond de financiële gevolgen van de 3D’s. k. De onzekere waardeontwikkeling van onroerende zaken (denk aan de toenemende leegstand van bedrijfspanden) met de gevolgen voor de belastinginkomsten. l. Onzekerheden rondom zwembad de Sprank. Algemene beschouwingen juni 2015
-9-
Dit alles tegen de achtergrond van een financiële verantwoording die qua weerstandsvermogen ‘op de grens van 1’ balanceert en bovendien een reserve grondbedrijf ontbeert (4,2 mln. te laag volgens blz. 20 van de programmabegroting). Tenslotte is de onbenutte belastingcapaciteit nihil. Dit noopt tot voorzichtigheid en realiteitszin. Nut en noodzaak zijn hierbij voor D66 sleutelbegrippen. Beleidsbeslissingen met de nodige financiële impact dienen tijdig getoetst te worden aan hun effectiviteit en uitvoerbaarheid. Maatregelen die meteen geld kosten maar waarvan het effect erg onzeker is, kunnen ‘als vogels in de lucht’ worden afgeserveerd of beter: afgeschoten. 1. Deelt het college onze zorg voor wat betreft de financiële situatie van de gemeente Venray en is het college bereid om op basis van nut en noodzaak een prioritering in de MUIP aan te geven? Dit als voorzet voor de politieke besluitvorming. 2. Wat is de stand van zaken rondom de onderhandelingen met Laco over toekomst van zwembad de Sprank? Blijft een subsidiebijdrage van gemeente Venray noodzakelijk voor instandhouding van het zwembad?
3.3 Risicomanagement en weerstandsvermogen
Risicomanagement gaat niet om het vermijden van risico’s maar heeft tot taak dat veilig risico’s genomen kunnen worden. Eerder heeft D66 Venray, samen met de VVD, gehamerd op het belang van de parameter weerstandvermogen en het daaronder liggende proces van risicomanagement. Deze paramater is niet alleen van belang om aan te geven of de gemeente in staat is om tegenvallers op te vangen, veel meer vindt D66 Venray het een parameter om te toetsten of speerpunten daadwerkelijk leiden tot verbetering, alsook een parameter of de organisatie daadwerkelijk “in control” is. Dat klinkt geruststellend echter hoeft het niet te zijn: 1) Als het onderliggend proces van risicomanagement niet optimaal is, en dat is het niet getuige de voortdurende investering hierin, dan is de uitkomst ook discutabel. 2) In de rapportage worden diverse zaken aangegeven die niet of nauwelijks zijn meegenomen zoals: a. Claim vanuit de oude gemeente Meerlo-Wanssum (1,7 mln) b. Risico’s in verband met de invoering van VPB plicht c. Risico’s uit de bedrijfsvoering zoals ICT d. Kunstencentrum Jerusalem e. Verbonden partijen (en Venray heeft er nogal wat!) f. Open eind regelingen g. Alleen concreet aanwijsbare en kwantificeerbare risico’s worden meegenomen. “Derhalve moeten de uitkomsten als richtinggevend worden geïnterpreteerd”. 3) De ambtelijke capaciteit op dit onderdeel is beperkt, temeer daar de betreffende persoon ingezet wordt voor het monitoren van de financiële stromen inzake 3D.
Algemene beschouwingen juni 2015
- 10 -
Bovenstaande zou er dus toe kunnen leiden dat de waarde van het cijfer 1,02 niet is wat het is…… Vandaar de volgende vraag: 1. Welke concrete vorderingen zijn gemaakt bij de intenties rondom risicomanagement binnen de eigen organisatie alsmede bij samenwerkingsverbanden, mede gezien het belang bij het weerstandsvermogen? Dit ook mede gezien het speerpunt van vorig jaar en wederom dit jaar.
Venray, juni 2015 Fractie D66 Venray Esther Hoppenreijs Remy Aarts Daan Janssen Algemene beschouwingen juni 2015
- 11 -