Modulebeschrijving
Ouder-kind Groep Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar1
1
In ontwikkeling
INDEX
Samenvatting
3
A. Modulebeschrijving: probleem, doelgroep, doel, aanpak, materialen en uitvoering
5
1. 2. 3. 4. 5.
Risico- of probleemomschrijving Doel van de module Doelgroep van de module Aanpak van de module Materialen en links
5 5 6 7 10
B. Onderbouwing van de module
11
6. 7. 8. 9.
11 14 14 15
Verantwoording: doelgroep, doelen en aanpak Samenvatting onderbouwing Randvoorwaarden voor uitvoering en kwaliteitsbewaking Onderzoek naar de uitvoering van de module
C. Effectiviteit
16
10. 11.
16 16
Nederlandse effectstudies Buitenlandse effectstudies
D. Overige informatie
17
12. 13. 14.
17 17 17
Toelichting op de naam van de module Uitvoering (uitvoerende en/of ondersteunende organisaties en partners) Overeenkomsten met andere modules
Bijlage Cap-J classificatieoverzicht (assen en rubrieken)
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 2/20
SAMENVATTING
Doel De methodiek van de Ouder-kind Groep is gericht op het opsporen en benutten van beschermende factoren, het in kaart brengen van risicofactoren en aandachtspunten in de vroegkinderlijke ontwikkeling en hierop passend interveniëren. De hulpverlening richt zich op het verminderen van de handelingsverlegenheid bij ouders en het stimuleren van een adequate vroegkinderlijke ontwikkeling, door ouders te ondersteunen in een passende benadering en aansluiten in de opvoeding bij de mogelijkheden van het kind. Van belang daarbij is het ontschuldigen en erkennen van ouders waardoor ouders het gevoel krijgen de situatie aan te kunnen, evenals een aansluiten bij mogelijkheden, tempo en draaglast van het gezin. Plaatsing van deze jonge kinderen samen met hun ouders kan plaatsvinden wanneer enkel ambulante ondersteuning niet meer toereikend is.
Doelgroep Het gezin met kinderen in de leeftijd van– 9 maanden tot drie jaar bij wie sprake is van één of meerdere vragen ten aanzien van: gedrags-, emotionele en/of psychosomatische problemen; interactieproblematiek tussen ouder en kind; ontwikkelingsstoornissen; ontwikkelingsachterstand; een somatische component in de problematiek; een problematische opvoedingssituatie; pedagogische problematiek, tekortschietende opvoedingskwaliteiten, opvoedingsonzekerheid zorg over de mate van veilige gehechtheid. en waartoe enkel de inzet van ambulante hulpverlening onvoldoende toereikend blijkt.
Aanpak Bij kinderen tot drie jaar gaat de ontwikkeling erg snel. Psychische en neuro-psychologische stabiliteit is kwetsbaar voor verstoring. Kansen op herstel van een evenwichtige ontwikkeling zijn daarentegen groter en sneller te bereiken, in vergelijking met interventies op latere leeftijd. Daarnaast onderscheidt deze leeftijdsgroep zich door de directe afhankelijkheid van de ouder/verzorger en het accent op hechting. De kwaliteit van de relatie die het kind aangaat met anderen – zowel in het heden als de toekomst - blijkt afhankelijk van de ervaringen die een kind opdoet in een primaire gehechtheidrelatie. Uit onderzoek is gebleken dat gehechtheidspatronen gemakkelijker te beïnvloeden zijn via de ouders/verzorgers dan via de kinderen. Preventieve interventieprogramma‟s hebben een positief resultaat op hechtingsgedrag van de kinderen. Een interventieprogramma waarbij de integratie van de verschillende ontwikkelingsgebieden van het jonge kind gewaarborgd wordt door een multidisciplinair team en waarbij de aandacht gericht is op het verbeteren van de kwaliteit van de ouder-kind relatie, kan (ernstige) verstoring in de ontwikkeling van risicobaby‟s/peuters en hun ouders voorkomen of zoveel mogelijk voorkomen. Gezien de leeftijd van het kind wordt naar kortdurende, intensieve hulp gestreefd, waarbij terugkeer naar de normale gezinssituatie – waar mogelijk met ambulante ondersteuning uit het voorliggende veld - zo snel mogelijk gerealiseerd dient te worden. In de module Ouder-kind Groep wordt gebruik gemaakt van: interveniëren door orthopedagogisch hulpverlener2 op de groep, waarbij gebruik wordt gemaakt van videofeedback; inzet gedragswetenschapper; medische begeleiding indien geïndiceerd
2
Betreffende functie is in ontwikkeling.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 3/20
ouders hebben één of meer begeleidingscontacten met de orthopedagogisch hulpverlener per week in de vorm van meedraaien in de groep, een individueel begeleidingscontact op locatie dan wel in de thuissituatie en afgestemd op de hulpvraag en het behandeldoel.
Om de multidisciplinariteit te borgen kan het zorgaanbod indien nodig en op basis van de informatie uit de module “intake en diagnostiek” worden uitgebreid met een of meer modules, zoals (pre-)logopedie en kinderfysiotherapie, methodische ouderbegeleiding, Videohome Training, VIPPSD en / of Ouder-Kind Interactie Bewegingsspel (OKI-B). Begeleidingscontacten waarbij videofeedback op de groep wordt ingezet, worden gesuperviseerd door een daartoe gecertificeerde supervisor. Overige begeleidingscontacten geboden door de orthopedagogisch hulpverleners vinden plaats onder regie van de gedragswetenschapper en in combinatie met ondersteuning vanuit de praktijkcoach. Daarbij is de gedragswetenschapper verantwoordelijk voor de uitgezette / uit te zetten behandellijn. De praktijkcoach is ondersteunend aan de orthopedagogisch hulpverlener ten aanzien van de uitwerking in de praktijk. Een teammanager is verantwoordelijk voor procesmatige randvoorwaarden welke nodig zijn om de uitvoer van behandelingen mogelijk te maken.
Materiaal Methodiekbeschrijving Ouder-kind Groep (OKG). Behandelprogramma voor ouders met jonge kinderen.
Onderzoek Er zijn geen studies voorhanden.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 4/20
A. MODULEBESCHRIJVING: PROBLEEM, DOELGROEP, DOEL, AANPAK, MATERIALEN EN UITVOERING
1. Risico- of probleemomschrijving Ouder(s) of directe omgeving hebben ernstige zorgen over de ontwikkeling van het kind en/of ervaren opvoedingsproblemen en/of ervaren problemen in de interactie met het kind. De draagkracht/draaglast verhouding in het gezin is niet meer in evenwicht, dan wel de verwachting is dat deze sterk uit evenwicht zal raken wanneer niet tijdig geïntervenieerd wordt. Enkel inzet van ambulante hulpverlening vanuit het voorliggende veld is onvoldoende toereikend gebleken.
2. Doel van de module De Ouder-kind Groep richt zich op kinderen van -9 maanden tot drie jaar van wie de ontwikkeling emotioneel, sociaal of lichamelijk niet volgens verwachting verloopt. Hierdoor kunnen problemen ontstaan in het contact en de omgang met het kind. Er is sprake van belemmering of bedreiging van de normale ontwikkeling, waarbij de ouders ondersteuning nodig hebben om hun kind thuis de noodzakelijke verzorging en aandacht te bieden en waartoe ambulante ondersteuning onvoldoende toereikend is. Het gaat vaak om een combinatie van problemen, waarbij tevens sprake is van ernstige verstoring van de draaglast-/draagkrachtverhouding binnen het gezin. Problematiek kinderen Het gaat om kinderen bij wie er problemen zijn in de gedragsregulatie (eten, slapen, huilen) of in het contact met de ouders. Ook kan het gaan om kinderen met een ontwikkelingsachterstand, met medische problematiek of kinderen bij wie in de opvoedingssituatie ernstige tekorten spelen. Problematiek ouders De ouders kunnen zich door de problemen onzeker of machteloos voelen; ze hebben soms onvoldoende sensitieve en responsieve vaardigheden om hun kind adequaat in diens ontwikkeling te kunnen begeleiden. Ook kan het zijn dat ouders in een dusdanige situatie verkeren dat ze onvoldoende aandacht voor hun kind kunnen opbrengen of dat ze onwetend zijn van de behoeften van hun kind. Ook kan het voorkomen dat er grote verschillen zijn in het temperament tussen ouders en kind, waardoor de afstemming tussen ouder en kind niet vanzelfsprekend verloopt en extra aandacht vraagt. Hulpvraag ouders De ouders vragen om: verbetering van de interactie tussen ouder en kind; een tijdelijke en gedeeltelijke ontlasting van de opvoedingssituatie, waarbij reguliere peuterspeelzaal (plus) danwel kinderopvang onvoldoende toereikend blijkt gezien de ontwikkeling van het kind; versterking en uitbreiding van hun pedagogische vaardigheden; ondersteuning bij het vaardig leren omgaan met hun kind met een afwijkende ontwikkeling; ondersteuning bij de concrete vertaling van de aanpak in de groep naar de thuissituatie; gerichte ontwikkelingsstimulering van het kind ten aanzien van de ontwikkelingsachterstand verbetering van inzicht en vaardigheden gericht op het ontwikkelingsniveau danwel de ziekte/aandoening van hun kind, en wat het kind hierin nodig heeft van de omgeving om zich naar vermogen te kunnen ontwikkelen.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 5/20
3. Doelgroep van de module 3.1 Voor wie is de module bedoeld? Het gezin met kinderen in de leeftijd van– 9 maanden tot drie jaar bij wie sprake is van één of meerdere vragen ten aanzien van: gedrags-, emotionele- en/of psychosomatische problemen; interactieproblematiek tussen ouder en kind; ontwikkelingsstoornissen; ontwikkelingsachterstand; een somatische component in de problematiek; een problematische opvoedingssituatie; pedagogische problematiek, tekortschietende opvoedingskwaliteiten, opvoedingsonzekerheid de mate van veilige gehechtheid. en waartoe enkel de inzet van ambulante hulpverlening onvoldoende toereikend blijkt. 3.2 Indicatie en contra-indicatiecriteria Algemeen betreffende Jeugdhulp Friesland: Jeugdhulp Friesland biedt specialistische jeugdzorg op het gebied van opgroei- en opvoedingsproblemen, in de leeftijdscategorie 0 t/m 18 (met een uitloop tot 23) jaar. Kinderen, jongeren en hun ouders/opvoeders kunnen een beroep doen op Jeugdhulp Friesland. Dit doen zij als de normale ontwikkeling van het kind wordt belemmerd. Mogelijk is er sprake van psychosociale problemen, psychiatrische problemen, gezinsgerelateerde problemen, psychische problemen, gedragsproblemen of een combinatie daarvan. Kinderen en jeugdigen met een psychiatrische, zintuiglijke, lichamelijke en/of verstandelijke beperking die redelijk sociaal redzaam zijn, worden ook behandeld en/of opgevangen, als dit past binnen de behandelprogramma‟s en mogelijkheden van Jeugdhulp Friesland. We nemen ook jeugdigen op met een civielrechtelijke maatregel. In specifieke situaties worden kinderen met een strafrechtelijke maatregel behandeld (Gedragsbeïnvloedende maatregel). De door Jeugdhulp Friesland gehanteerde indicatiecriteria en contra-indicaties zijn uitgebreid beschreven in De Betekenis onder het hoofdstuk Doelgroepenbeleid op pagina 15. Deze folder is te downloaden op www.jeugdhulpfriesland.nl onder het tabblad „Jeugdhulp Friesland‟. Specifiek aangaande ouder-kindgroep: Plaatsing op de ouder-kindgroep wordt enkel ingezet in die gevallen waarbij de verwachting is dat de hulpvraag van de ouder(s) [en in geval van niet-vrijblijvende hulpverlening, die van de verwijzer] niet of onvoldoende middels ambulante hulpverlening kan worden beantwoord. Wanneer blijkt dat persoonlijke problematiek van de ouder voorliggend is (waaronder ernstige psychiatrische en / of verslavingsproblematiek) en dit van invloed zal zijn op het voldoende kunnen profiteren van hulp op de ouder-kindgroep, dan wordt – afhankelijk van de aard en ernst van de problematiek - geadviseerd eerst of naast de OKG ook individuele hulp gericht op de ouder in te zetten. Dusdanige gedrags- danwel persoonlijkheidsproblematiek bij de ouder waarbij de veiligheid van het jonge kind op de groep onvoldoende gewaarborgd kan worden ondanks de directe aanwezigheid en ondersteuning van een hulpverlener, vormt een contra-indicatie. In deze gevallen wordt geadviseerd eerst individuele hulp gericht op de ouder in te zetten met als doel te komen tot een voldoende basisveiligheid voor het kind, alvorens te starten met de ouder-kindinterventie.
3.3 Toepassing bij migranten De module is niet speciaal ontwikkeld voor migrantengroepen. Het programma heeft geen speciale faciliteiten om migranten welke de Nederlandse taal niet voldoende machtig zijn in het bijzonder te kunnen bedienen. Wel kan gebruik worden gemaakt van bijvoorbeeld vertaalde schriftelijke instructies of tolken.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 6/20
4. Aanpak van de module 4.1 Structuur en opbouw Kennismaken en vaststellen of inderdaad inzet van behandeling binnen de groep – in plaats van ambulant – nodig is om hulpvraag voldoende te kunnen beantwoorden. Indien geval: samen met opvoeder(s) en gezaghebbende(n) en aan de hand van het integratief beeld een passende behandeling vormgeven behandelfase afbouw en eventueel doorgeleiding naar lichtere vorm van vervolghulpverlening. Individuele begeleiding door een vaste orthopedagogisch hulpverlener (en een co-hulpverlener) die samen met kind en ouders het hulpproces vorm geeft door: wekelijkse individuele mentorcontacten, afhankelijk van de opgestelde doelen en werkwijze; netwerkcontacten betrekken bij de hulpverlening; kennismakingsgesprekken met het gezin/systeem en pedagogische advisering; waar geïndiceerd diagnostiek (via module Intake en Diagnostiek) en/of behandeling door de verschillende disciplines: logopedist, fysiotherapeut, kinderarts/ verpleegkundige en gedragswetenschapper en waarbij ook ouders worden betrokken Specifiek aangaande het basisklimaat op de groep Een voor zowel kinderen als hun ouders / verzorgers fysiek en emotioneel veilig groepsklimaat vormt een belangrijke basis voor effectieve behandeling. Principes ten aanzien van basiscommunicatie, waaronder sensitiviteit en responsiviteit in benadering en structuur en leiding bieden, vormen belangrijke pijlers. Samenhangend hiermee is binnen de groep en de daarin geboden behandeling aandacht voor de zes uitgangspunten aangaande een goed pedagogisch klimaat (Jongepier, Struijk & van der Helm, 2010): -
Emotionele steun en sensitieve responsiviteit Orthopedagogisch hulpverleners ondersteunen ouders / opvoeders in het herkennen van de signalen van het kind (sensitiviteit) en het adequaat reageren hierop (responsiviteit). De basishouding van de orthopedagogisch hulpverlener in combinatie met video-feedback werken hieraan ondersteunend. Parallel hieraan is de orthopedagogisch hulpverlener tevens sensitief voor de signalen van de ouder en een responsief handelen samenhangend daarmee. Er wordt empowerend en vanuit de kort-oplossingsgerichte benadering en basishouding gewerkt.
-
Autonomie en ruimte Binnen de ouder-kindgroep is sprake van een vast groepsritme van waaruit ruimte is om met individuele doelen aan de slag te gaan, binnen de groepssetting als ook binnen individuele werkmomenten met orthopedagogisch hulpverlener, methodisch ouderbegeleider of paramedici. Bij het werken aan de samen met het clientgezin opgesteld doelen wordt aangesloten bij dat wat de ouder danwel het kind reeds kan, en rekening gehouden met dat wat aandacht vraagt. Interventies en oefenen gebeuren binnen “de zone van naaste ontwikkeling” zoals beschreven door Vygotsky.
-
Structureren en grenzen stellen Binnen de vaste en voorspelbare structuur van de groep wordt gewerkt aan de met elk clientgezin afzonderlijk opgestelde doelen. Werken aan de hand van thema‟s is daarbij ondersteunend en biedt concrete handvatten om de ontwikkeling van het jonge kind en het handelen van de ouders daarin te versterken. Binnen de ouder-kindgroep staat naast een veilig en voorspelbaar behandelklimaat een sensitief en responsieve benadering centraal. Principes welke tevens gebruikt worden binnen VIPP-SD zijn leidend in het handelen van de orthopedagogisch hulpverleners in het direct danwel via de ouder structureren van situaties voor het kind en het aanbieden van grenzen waar nodig.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 7/20
-
Informatie geven en uitleggen Binnen de ouder-kindgroep vormt psycho-educatie een belangrijk onderdeel van het behandelaanbod. Samen met ouders / opvoeders wordt gekeken naar de achtergrond van het gedrag van het kind en wat het nodig heeft om zich zo goed mogelijk te kunnen ontwikkelen. Videofeedback wordt ingezet om dit proces positief te versterken.
-
Begeleiden van interacties tussen kinderen Orthopedagogisch hulpverleners begeleiden en ondersteunen de interacties tussen zowel ouder en kind, als ook kinderen onderling en waar nodig ouders onderling. Waar wenselijk worden interventies ingezet om de onderlinge interacties positief te laten verlopen, een veilig behandelklimaat te borgen en betrokkenen succeservaringen op te laten doen gerelateerd aan de samen met de opvoeders / ouders opgesteld doelen.
-
Stimuleren en ondersteunen van interacties tussen kind en ouders De ouders hebben een belangrijke positie binnen de behandeling van de ouder-kindgroep. Een versterken van een positieve ouder-kindinteractie als basis van een zo adequaat mogelijk ontwikkeling van het kind, vormt uitgangspunt van de behandeling. Betreffende vormt dan ook de belangrijkste focus binnen de op de groep ingezette interventies, waarbij het basisklimaat dient ter versterking hiervan.
4.2 Duur De duur van de behandeling hangt samen met de hulpvraag, opgestelde behandeldoelen en verloop van de behandeling. Alle vormen van behandeling/begeleiding maken deel uit van het integrale behandeltraject binnen het in ontwikkeling zijnde B.E.C., waarbij te allen tijde maatwerk wordt geboden vanuit het principe zo licht als kan en zo zwaar als nodig. Naast behandeling op de groep, wordt het kind, in samenwerking met ouders, zo intensief mogelijk behandeld in de thuissituatie, De frequentie van de contacten in de thuissituatie hangen af van de hulpvraag van ouders, de ervaren draaglast/draagkracht en eventueel andere betrokken hulpverleners. 4.3 Frequentie Het kind bezoekt de groep één tot drie dagdelen, volgens met de ouder(s) / opvoeder(s) afgesproken tijden. Gebruikelijk betreft een dagdeel van 8.45 – 12.45 uur. Afhankelijk van de behandeldoelen wordt samen met de opvoeder bepaald wanneer deze daarbij aanwezig is. De ouder(s) heeft tevens één tot twee werkmomenten per week samen met de orthopedagogisch hulpverlener en indien geïndiceerd met de methodisch ouderbegeleider3 of met paramedici op de groep of in de thuissituatie. Op de groep zijn per dagdeel 4 – 6 kinderen in behandeling, waarbij maximaal 3 – 4 ouders. Daarbij wordt in het totaal aantal aanwezige ouders rekening gehouden met de aanmeldreden en problematiek. Een veilig en voor kinderen en ouders overzichtelijk behandelklimaat op de groep heeft prioriteit, in het bijzonder rekening houdend met de leeftijd van de kinderen en een relatief hoog aantal kinderen en ouders waarbij er sprake is van aandachtspunten op het gebied van basisvertrouwen, gehechtheid en gedrags- en emotieregulatie. Een tijdig en voldoende kunnen interveniëren waar nodig wordt geborgd door een balans tussen het aantal orthopedagogisch hulpverleners en cliëntgezinnen op de groep en rekening houdend met de verschillende aanmeldredenen. Over het algemeen zijn op de groep altijd ouders aanwezig, welke begeleid worden door een orthopedagogisch hulpverlener. Een deel van de behandeling vindt plaats binnen de groep, een deel tijdens een individueel contactmoment met de orthopedagogisch hulpverlener buiten de groep. Wanneer een orthopedagogisch hulpverlener een individueel begeleidingsmoment heeft met ouders, zijn altijd voldoende orthopedagogisch hulpverleners aanwezig om de overige kinderen en ouders te begeleiden en samen te werken aan de gestelde behandeldoelen. 4.4 Intensiteit 3
Betreffende functie is in ontwikkeling.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 8/20
Maximaal drie dagdelen van vier uren.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 9/20
4.5 Setting Op de MOD-locatie in Leeuwarden. Gestreefd wordt het aanbod in de toekomst ook op andere MODlocaties aan te bieden (Dokkum, Drachten en Sneek).
5. Materialen en links Behandelmateriaal Op de ouderkind-groep wordt gebruik gemaakt van verschillende materialen die passend zijn bij de ontwikkeling en/of leeftijd van het jonge kind. Zo wordt er sensopatisch materiaal als een water- en zandbak gebruikt; bewegingsmateriaal als een schommel; constructiemateriaal als lego; verbeeldend materiaal als een poppenhuis; creatief materiaal als verf, krijt en kleurpotloden; ontwikkelingsmateriaal als puzzels en overige materialen als de Doos met gevoelens, Berckelaer Onnes dozen en het Picto-systeem. De materialen zijn ter ondersteuning van het werken aan de gestelde doelen en het stimuleren van de ontwikkeling van het aangemelde kind.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 10/20
B. ONDERBOUWING VAN DE MODULE
6. Verantwoording: doelgroep, doelen en aanpak Probleemanalyse De ouder-kindgroep richt zich op ouders met hun kind van – 9 maanden tot drie jaar van wie de ontwikkeling cognitief, emotioneel, sociaal of lichamelijk niet volgens verwachting verloopt en op kinderen waarbij in de opvoedingssituatie ernstige tekorten spelen. Hierdoor kunnen problemen ontstaan in het contact en de omgang met het kind. Er is sprake van belemmeringen of bedreigingen van de normale ontwikkeling, waarbij de ouders ondersteuning nodig hebben om hun kind thuis de noodzakelijke verzorging en aandacht te bieden. Het gaat vaak om een combinatie van problemen, waarbij er sprake is van ernstige verstoring van de draaglast-/draagkrachtverhouding binnen het gezin. Problematiek kinderen Het gaat om kinderen bij wie er problemen zijn in de gedragsregulatie (eten, slapen, huilen) of in het contact. Ook kan het gaan om kinderen met een ontwikkelingsachterstand, met medische problematiek of kinderen bij wie in de opvoedingssituatie ernstige tekorten spelen. Problematiek ouders De ouders kunnen zich door de problemen onzeker of machteloos voelen; ze hebben soms onvoldoende sensitieve en responsieve vaardigheden om hun kind adequaat in zijn ontwikkeling te kunnen begeleiden. Ook kan het zijn dat ze in een dusdanige situatie verkeren dat ze onvoldoende aandacht voor hun kind kunnen opbrengen of dat ze onwetend zijn van de behoeften van hun kind. Ook kan het voorkomen dat er grote verschillen zijn in het temperament tussen ouders en kind. Indien er sprake is van persoonlijke problematiek van de ouder welke voorliggend is en waarbij de verwachting is dat betreffende de ouder belemmert om voldoende te kunnen profiteren van het hulpaanbod op de ouder-kindgroep, dan wordt geadviseerd om voorafgaand of naast hulp vanuit de OKG individuele hulp gericht op de ouder in te zetten. Hulpvraag ouders De ouders vragen om: verbetering van de interactie tussen ouder en kind; een tijdelijke en gedeeltelijke ontlasting van de opvoedingssituatie en waartoe peuterspeelzaal (plus) danwel reguliere kinderopvang onvoldoende toereikend is, rekening houdend met de ontwikkelingsbehoeften van het kind; versterking en uitbreiding van hun pedagogische vaardigheden; ondersteuning bij het vaardig leren omgaan met hun kind met een afwijkende ontwikkeling; ondersteuning bij de concrete vertaling van de aanpak in de groep naar de thuissituatie; verbetering van inzicht en vaardigheden gericht op de ziekte/aandoening van hun kind. Beïnvloedbare factoren De methodiek van de Ouder-kind Groep is gericht op het opsporen en benutten van beschermende factoren, het in kaart brengen van risicofactoren en aandachtspunten in de vroegkinderlijke ontwikkeling en hierop passend interveniëren – daarbij onderscheid makend tussen (oplosbare) problemen en eventueel aanwezige beperkingen. De hulpverlening richt zich op het verminderen van de handelingsverlegenheid bij ouders en het stimuleren van een adequate vroegkinderlijke ontwikkeling, door ouders te ondersteunen in een passende benadering en in het aansluiten in de opvoeding bij de mogelijkheden van het kind. Van belang daarbij is het ontschuldigen en erkennen van ouders waardoor ouders het gevoel krijgen de situatie aan te kunnen, evenals een aansluiten bij mogelijkheden, tempo en draaglast van het gezin. Plaatsing van deze jonge kinderen is bedoeld ter ondersteuning van de draagkracht van ouders wanneer ambulante ondersteuning hierin niet meer toereikend is. Gezien de leeftijd van het kind wordt naar kortdurende, intensieve hulp gestreefd, waarbij terugkeer naar de normale gezinssituatie zo snel mogelijk gerealiseerd moet worden.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 11/20
Het bevorderen van de gehechtheidrelatie van ouder en kind wordt als uitgangspunt van de behandeling genomen. In het eerste jaar, maar ook in de jaren daaropvolgend, wordt het basisvertrouwen van een kind en de mogelijkheid van het uiten van emoties voor een belangrijk deel bepaald door de primaire relatie met de ouder/opvoeder. Wanneer er een te groot verschil is tussen de behoeften van het kind en het – emotionele aanbod – van de ouders, kunnen de ervaringen van de eerste jaren de verdere ontwikkeling belemmeren (Rexwinkel e.a.). Het is dus van groot belang hierin te investeren omdat het voor de ontwikkeling van het kind ingrijpt op de verschillende ontwikkelingsgebieden en de mogelijkheid tot opbouwen van latere relaties. Verbinding probleemanalyse, doel, doelgroep en aanpak Gezien de leeftijd van het kind wordt naar kortdurende, intensieve hulp gestreefd, waarbij terugkeer naar de normale gezinssituatie zo snel mogelijk gerealiseerd dient te worden. In de module van de ouder-kindgroep zijn standaard opgenomen: interventies vanuit de groep geboden door de orthopedagogisch hulpverlener en waarbij tevesn gebruik wordt gemaakt van video-feedback; inzet gedragswetenschapper; medische begeleiding indien geïndiceerd ouders hebben één of meer begeleidingscontacten per week in de vorm van meedraaien in de groep, een individueel begeleidingscontact op locatie dan wel in de thuissituatie en afgestemd op de hulpvraag en het behandeldoel. Om de multidisciplinariteit te borgen kan het zorgaanbod indien nodig en op basis van de informatie uit de module “intake en diagnostiek” worden uitgebreid met een of meer modules, zoals (pre-)logopedie en kinderfysiotherapie, methodische ouderbegeleiding, Videohome Training, VIPPSD en / of Ouder-Kind Interactie Bewegingsspel (OKI-B). Activiteiten De hulp aan het kind en de begeleiding van de ouders vindt grotendeels plaats in de groep door pedagogisch medewerkers. Het dagprogramma is afgestemd op de vragen van de ouders en op de problematiek en het dagritme van het kind. Ouders worden actief bij de behandeling van hun baby/peuter betrokken en kunnen daartoe dagdelen, afhankelijk van de hulpvraag, samen met hun kind aanwezig zijn, óf de pedagogisch medewerker gaat naar de thuissituatie. De kinderen worden maximaal drie dagdelen geplaatst. Orthopedagogisch hulpverleners: Geven leiding aan het dagelijks groepsgebeuren. Bieden een interventieprogramma aansluitend bij de hulpvraag van opvoeder(s) [en bij nietvrijblijvende trajecten: de verwijzer] waarin onder andere het stimuleren van sensitieve en responsieve vaardigheden centraal staan om van daaruit de sociaal-emotionele, cognitieve en lichamelijke ontwikkeling van het kind positief te stimuleren, rekening houdend met de mogelijkheden en eventuele beperkingen van het kind. Zijn er op gericht een negatief interactiepatroon tussen ouder en kind om te zetten in een positief interactiepatroon. Het bespreken van video-opnames is hierbij een belangrijk hulpmiddel. Orthopedagogisch hulpverlener heeft een voorbeeldfunctie voor ouders met betrekking tot het toepassen van principes van de basiscommunicatie, het vanuit aansluiting bij het kind leiding geven aan het gedrag en de ontwikkeling, het daarin coachen van ouders. De begeleiding aan de ouders door orthopedagogisch hulpverleners kan verder de volgende activiteiten omvatten: Bieden van gerichte ondersteuning aansluitend bij de hulpvragen welke ouders hebben Informatie geven over de ontwikkelfase waarin het kind verkeert en hoe ouders daarbij kunnen stimuleren. Maken van video-opnames van het kind op de groep, om vervolgens hierover met ouders in gesprek te gaan; waar nodig in de vorm van Video Home Training / Video Interactie Begeleiding. Gesprekken en psycho-educatie ten aanzien van gedrag van het kind, de bijbehorende achterliggende behoeften en functies van dat wat het kind laat zien, en hoe ouders hierbij kunnen aansluiten in aanpak en benadering, om de ontwikkeling zo passend mogelijk te stimuleren. In de leefomgeving: concrete ondersteuning bieden aan ouders met als doel het versterken van Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 12/20
pedagogische vaardigheden, het verbeteren van de communicatie en het overdragen van de aanpak in de groep naar de situatie thuis. Er is een nauwe samenwerking tussen de orthopedagogisch hulpverlener en de methodisch ouderbegeleider. Medische zorg De basismedische zorg is gericht op de primaire preventie, zoals het waarborgen van de algehele hygiëne en veiligheid, het volgen van groei en ontwikkeling van het kind en het registreren van infectieziekten en vaccinaties. Wanneer er sprake is van complexe medische problematiek kunnen de volgende activiteiten worden uitgevoerd en/of begeleid: Door het medisch team wordt regelmatig instructie, advisering en begeleiding gegeven aan pedagogisch medewerkers, gericht op specifieke medische problematiek van het kind (basic life support, werken volgens medicatie- of voedingsprotocol, verzorging stoma‟s, sondes en dergelijke). In individuele gesprekken met ouders wordt een beeld verkregen van hun kennis en ziekteinzicht en kan kennis over het ziektebeeld worden overgedragen. Zo nodig wordt tijdelijk zorg gedragen voor het afstemmen van de medische zorg. Werkzame factoren /mechanismen Binnen de behandeling wordt gewerkt vanuit een dialooggerichte en empowerende benadering. Uitgangspunten voor de behandeling zijn wetenschappelijke kennis op het gebied van ontwikkelingspsychologie, hechting en vroegsignalering, systeemtheoretische en leertheoretische principes en principes ten aanzien van de basiscommunicatie. De dagbehandeling acht voor zeer jonge kinderen tot drie jaar een geïntegreerde aanpak gericht op het totale gezinssysteem noodzakelijk. Binnen dit systeem neemt voor de behandeling van risicobaby‟s/peuters en hun ouders de ouder-kind interactie een belangrijke plaats in. Ten aanzien hiervan wordt gewerkt vanuit eerder genoemde theorieën. Bij kinderen in de leeftijd tot drie jaar gaat de ontwikkeling erg snel. Psychische en neuropsychologische stabiliteit is kwetsbaar voor verstoring. Kansen op herstel van een evenwichtige ontwikkeling zijn daarentegen groter en sneller te bereiken. Daarnaast onderscheidt deze leeftijdsgroep zich door de directe afhankelijkheid van de ouder/verzorger en het accent op hechting. De kwaliteit van de relatie die het kind aangaat met anderen – zowel in het heden als in de toekomst - blijkt afhankelijk van de ervaringen die een kind opdoet in een primaire gehechtheidrelatie. Uit onderzoek is gebleken dat gehechtheidspatronen gemakkelijker te beïnvloeden zijn via de ouders/verzorgers dan via de kinderen. Preventieve interventieprogramma‟s hebben een positief resultaat op hechtingsgedrag van de kinderen. Een interventieprogramma waarbij de integratie van de verschillende ontwikkelingsgebieden van het jonge kind gewaarborgd wordt door een multidisciplinair team en waarbij de aandacht gericht is op het verbeteren van de kwaliteit van de ouder-kindrelatie kan (ernstige) verstoring van de ontwikkeling van risicobaby‟s/peuters en hun ouders voorkomen of zoveel mogelijk voorkomen. Verantwoording De basisbehandeling is gebaseerd op wetenschappelijke inzichten op het gebied van de vroegkinderlijke ontwikkeling en Infant Mental Health (IMH). Daarbij wordt gebruik gemaakt van specifiek gerichte handelingskaders: principes met betrekking tot de basiscommunicatie, de leertheorie en systeemtheorie. Er wordt zo veel als mogelijk met evidence based instrumenten en interventies gewerkt.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 13/20
7. Samenvatting onderbouwing Het uitgangspunt van de behandeling betreft het bevorderen van de vroegkinderlijke ontwikkeling vanuit ouderlijke sensitiviteit en responsiviteit aansluitend bij de mogelijkheden en eventuele beperkingen van het kind. In het eerste jaar, maar ook in de jaren daarop volgend, wordt het basisvertrouwen van een kind en de mogelijkheid van het uiten van emoties voor een belangrijk deel bepaald door de primaire relatie met de ouder/opvoeder. Het is van groot belang hierin te investeren, omdat het voor de ontwikkeling van het kind ingrijpt op de verschillende ontwikkelingsgebieden evenals de mogelijkheid tot opbouwen van adequate latere relaties, welke op hun beurt een beschermende factor vormen voor de verdere ontwikkeling.
8. Randvoorwaarden voor uitvoering en kwaliteitsbewaking 8.1 Eisen ten aanzien van opleiding Zie taakfunctieomschrijving van de onderstaande functies: Afdelingsmanager – HBO Gedragswetenschapper/GZ-psycholoog – WO Orthopedagogisch hulpverlener Praktijkbegeleider - HBO VHT-supervisor - HBO Kinderarts - WO Verpleegkundige - HBO Secretarieel medewerker B Huishoudelijke hulp Aanvullend ten aanzien van de functie van orthopedagogisch hulpverlener binnen de ouderkindgroep: Het therapeutisch behandelaanbod wordt uitgevoerd door HBO-geschoolde orthopedagogisch hulpverleners, welke aanvullend training hebben ontvangen op het gebied van vroegkinderlijke ontwikkeling en gehechtheid, systeemgericht werken, kort-oplossingsgericht werken, het hanteren van veiligheidsvraagstukken en samen met clientsysteem komen tot een voldoende veilige opvoedsituatie, VHT en het interveniëren ten aanzien van de ouder-kindinteractie rekening houdend met persoonlijkheidsproblematiek bij ouders / opvoeders. 8.2 Eisen ten aanzien van overdracht en implementatie Er is (nog) geen vastgestelde handleiding of protocol voor overdracht of implementatie. Nieuwe medewerkers worden ingewerkt door de uitvoerend medewerkers in dezelfde functie. 8.3 Eisen ten aanzien van kwaliteitsbewaking De kwaliteit van de module wordt bewaakt aan de hand van de resultaten uit de prestatieindicatoren: doelrealisatie, cliënttevredenheid, reden beëindiging hulp en afname ernst problematiek (gemeten middels de vragenlijsten CBCL en OBVL). Jeugdhulp Friesland voldoet aan de kwaliteitsnormen HKZ, hetgeen betekent dat de cliënt centraal staat en er continu gewerkt wordt aan het verbeteren van de hulpverlening. De behandeling vindt plaats onder regie van een gedragswetenschapper welke eindverantwoordelijk is voor de uit te zetten en uitgezette behandellijn. De orthopedagogisch hulpverleners worden tevens begeleid door een praktijkcoach in de uitwerking van de behandellijn in de praktijk. De orthopedagogisch hulpverleners ontvangen ten aanzien van de VHT-interventies supervisie en begeleiding van een daartoe erkende supervisor. Daarnaast worden de orthopedagogisch hulpverleners in hun handelen ondersteund en gecoacht door de methodiekcoach.4
4
Of het hier taken of een functie betreft wordt nog nader bepaald
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 14/20
Een teammanager is verantwoordelijk voor randvoorwaarden en andere proceszaken welke nodig zijn om de uitvoer van behandelingen mogelijk te maken.
8.4 Kosten van de module Betrokken professionals: Orthopedagogisch hulpverlener/VHT
4-6 kinderen en 3-4 ouders tegelijk in de groep met 3 begeleiders
Arts Verpleegkundige Gedragswetenschapper Methodiekcoach Verblijf: ja Verzorgingskosten: ja Pleeggeld: nee Licentie: nee Training / opleiding: ja, zie 8.1 Specifiek materiaal: zie hoofdstuk 5 overige kosten: belegd in submodules
9. Onderzoek naar de uitvoering van de module Er is nog geen gericht proces- dan wel effectonderzoek gedaan naar de uitvoering van de module.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 15/20
C. EFFECTIVITEIT
10. Nederlandse effectstudies 10.1 Studies naar de effectiviteit van de module in Nederland Er is geen Nederlands onderzoek naar de effectiviteit van de module.
11. Buitenlandse effectstudies Er zijn geen studies die de effectiviteit van buitenlandse versies van de module aantonen.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 16/20
D. OVERIGE INFORMATIE
12. Toelichting op de naam van de module Over de naam van de module zijn geen bijzonderheden te vermelden.
13. Uitvoering (uitvoerende en/of ondersteunende organisaties en partners) Eerder werd ook vanuit Elker (provincie Groningen) en Yorneo (provincie Groningen) interventie vanuit een ouder-kindgroep geboden. Yorneo onderzoekt momenteel de mogelijkheden tot het opnieuw aanbieden van een module ouder-kindgroep. Gedurende de behandelingen wordt in overleg met de ouder(s) / opvoeder(s) nauw samengewerkt met andere betrokken instellingen en hulpverleners, waaronder wijkteams, betrokken medici, verslavingszorg en instellingen voor (kinder- en jeugd)psychiatrie.
14. Overeenkomsten met andere modules De ouder-kindgroep maakt deel uit van de dagbehandeling jongere jeugd, waar multidisciplinaire behandeling plaatsvindt aansluitend bij de doelen welke samen met ouders / opvoeders en eventuele verwijzer zijn opgesteld voor het individuele kind en diens ontwikkeling. De behandeling wordt aangeboden binnen een groepssetting met waar nodig individuele (multidisciplinaire) contactmomenten. Het aanbod is ontwikkelingsstimulerend en sluit aan bij de mogelijkheden en eventuele beperkingen van het kind. Uniek voor de ouder-kindgroep betreft de intensieve samenwerking met ouders en de nadruk op de ouder-kindinteractie als belangrijke basis voor de ontwikkeling van het jonge kind.
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
Pagina 17/20
Bijlage CAP-J CAP-J classificatieoverzicht (assen en rubrieken): Naam van de module: Onderdeel van het zorgprogramma: Legenda: X (probleem waar de module aan werkt), X! (probleem waar de module aan werkt, niet genoemd in de modulebeschrijving), C (contra indicaties of belemmerende factoren genoemd in de beschrijving), 0 (kenmerken van de doelgroep, genoemd in de moduleomschrijving maar de module is hier niet op gericht) ? (niet duidelijk, discussiepunt)
Ouder-kind Groep Dagbehandeling
Richt zich op CAP-J Groep As A: Psychosociaal functioneren jeugdige A100 Emotionele problemen A101 Introvert gedrag A102 Angstproblemen A103 Stemmingsproblemen A200 Gedragsproblemen A201 Druk en impulsief gedrag A202 Opstandig gedrag en/of antisociaal gedrag A300 Problemen in de persoonlijkheid(sontwikkeling en identiteit(sontwikkeling) A301 Problemen met de competentiebeleving A302 Problemen in de gewetensvorming/morele ontwikkeling A303 Identiteitsproblemen A400 Gebruik van middelen/verslaving A900 Overige psychosociale problemen jeugdige A901 Problemen bij de verwerking van ingrijpende gebeurtenissen A902 Overmatige stress A903 Automutilatie A904 Andere problemen psychosociaal functioneren jeugdige CAP-J groep As B: Lichamelijke gezondheid, aan lichaam gebonden functioneren jeugdige B100 Lichamelijke ziekte, aandoening of handicap B101 Gehooraandoeningen B102 Oogaandoeningen B103 Spraakaandoening B104 Motorische handicap B105 (Chronische) lichamelijke ziekte B200 Gebrekkige zelfverzorging, zelfhygiëne, ongezonde levenswijze B201 Problemen met zelfverzorging en zelfhygiëne B202 Ongezonde levenswijze B203 Overgewicht B300 Aan lichamelijke functies gerelateerde klachten B301 Lichamelijke klachten B302 Voedings-/eetproblemen B303 Zindelijkheidsproblemen B304 Slaapproblemen B305 Groeiproblemen B306 Onverklaarbare lichamelijke klachten Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
X X X X X X X X X! X! X! X! X! X! X X
X X X X X X X X X X X X X X X X X Pagina 18/20
B900 Overige problemen lichamelijke gezondheid B901 Andere problemen lichamelijke gezondheid, aan lichaam gebonden functioneren jeugdige CAP-J Groep As C: Vaardigheden en cognitieve ontwikkeling jeugdige C100 Problemen in de cognitieve ontwikkeling C101 Problemen met schoolprestaties/leerproblemen C102 Aandachtsproblemen C103 Problemen verbandhoudend met hoogbegaafdheid C104 Problemen met het sociaal aanpassingsvermogen C200 Problemen met vaardigheden C201 Sociale vaardigheidsproblemen C900 Overige problemen vaardigheden en cognitieve ontwikkeling C901 Andere problemen cognitieve ontwikkeling jeugdige C902 Andere problemen vaardigheden jeugdige CAP-J groep AS D: Gezin en opvoeding D100 Ontoereikende kwaliteiten van de opvoeding D101 Ontoereikende opvoedingsvaardigheden D102 Problemen met ondersteuning, verzorging en bescherming kinderen D103 Pedagogische onwil D104 Onenigheid tussen ouders over opvoedingsaanpak D105 Problematische gezinscommunicatie D200 Problemen in de ouder-kind relatie D201 Gebrek aan warmte in ouder-kind relatie D202 Symbiotische relatie tussen ouder en jeugdige D203 Jeugdige in de rol van ouder (parentificatie) D204 Vijandigheid tegen of zondebok maken van jeugdige door de ouder D205 Problemen in de loyaliteit van jeugdige naar ouder D206 Problemen in de hechting van jeugdige aan ouder D207 Generatieconflict D208 Problemen door religieuze en/of culturele verschillen tussen ouder en jeugdige D209 Mishandeling ouder door jeugdige D210 Jeugdige weggelopen van huis D211 Jeugdige weggestuurd door ouders D300 Verwaarlozing, lichamelijke/psychische mishandeling, incest, seksueel misbruik van de jeugdige in het gezin D301 Jeugdige slachtoffer verwaarlozing D302 Jeugdige slachtoffer mishandeling D303 Jeugdige slachtoffer seksueel misbruik D400 Instabiele opvoedingssituatie D401 Problemen bij scheiding ouders D402 Problemen met omgangsregeling D403 Problemen met gezagsrelaties D404 Problemen die gepaard gaan met het samengaan van twee gezinnen/samengestelde gezinnen D405 Problematische relatie tussen ouders D406 Problematische relatie jeugdige met partner opvoeder D407 Problematische relatie (stief)broers/zussen D500 Problemen van ouder D501 Negatieve jeugdervaring/traumatische ervaring ouder D502 Problemen met werkloosheid ouder Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
X X
X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X
X!
X X X! 0 0 0
X
0 0 Pagina 19/20
D503 Problemen bij zwangerschap of bevalling D504 Moeilijke start ouderschap D505 Gezondheidsproblemen of handicap/invaliditeit ouder D506 Antisociaal gedrag ouder D507 Gebruik van middelen/verslaving ouder D508 Pleger seksueel misbruik D509 Overmatige stress ouder D510 Psychische/psychiatrische problematiek ouder D600 Problemen van ander gezinslid D601 Gezondheidsproblemen of handicap/invaliditeit ander gezinslid D602 Antisociaal gedrag ander gezinslid D603 Gebruik van middelen/verslaving ander gezinslid D604 Psychische/psychiatrische problematiek ander gezinslid D700 Problemen in het sociaal netwerk gezin D701 Problemen in de familierelaties (niet het gezin) D702 Gebrekkig sociaal netwerk gezin D800 Problemen in omstandigheden gezin D801 Problemen met huisvesting D802 Financiële problemen D803 Problemen met hulpverleners of (vertegenwoordigers van ) instanties D804 Problematische maatschappelijke positie gezin als gevolg van migratie D900 Overige problemen gezin en opvoeding D901 Andere problemen gezin en opvoeding CAP-J Groep As E: Jeugdige en omgeving E100 Problemen op speelzaal, school of werk E101 Problematische relatie met leerkracht, werkgever of leidinggevende/problemen met hiërarchische relatie E102 Problematische relatie met medeleerlingen, collega‟s of groepsleden E103 Motivatieproblemen op school of werk (onder andere spijbelen) E104 Van school gestuurd E105 Problemen met school-, studie- of beroepskeuze of vakkenpakket E106 Problemen met werkloosheid jeugdige E107 Problemen met speelzaal, schoolorganisatie of onderwijsstijl, arbeidsorganisatie E200 Problemen met relaties, vrienden, sociaal netwerk en vrije tijd E201 Problemen met vrijetijdsbesteding E202 Problemen met verliefdheid/liefde en relaties E203 Problematische relatie met leeftijdgenoten (onder andere gepest worden buiten school/werk) E204 Gebrekkig sociaal netwerk jeugdige E205 Risicovolle vriendenkring (ant-sociaal gedrag, gebruik middelen) E300 Problemen in omstandigheden jeugdige E301 Problemen met zelfstandige huisvesting jeugdige E302 Financiële problemen jeugdige E303 Problemen van jeugdige met hulpverleners of (vertegenwoordigers van) instanties E304 Problematische maatschappelijke positie jeugdige (onder meer als gevolg van migratie) E305 Problemen jeugdige met justitiële instanties E900 Overige problemen omgeving jeugdige E901 Andere problemen jeugdige en omgeving
Module Ouder-kind Groep – Behandel- en Expertisecentrum 0-7 jaar
X X 0 0 0 0 0
0 X X 0 0 0 0 X
X X
X
Pagina 20/20