Modern, zelfbewust, toegankelijk.
Cultuurbrief 2013-2016 Modern, zelfbewust, toegankelijk. Geachte raad, Met veel plezier presenteert het college van B en W u de Cultuurbrief 2013-2016 Modern, zelfbewust, toegankelijk. In dit document schetsen wij de gewenste ontwikkelrichtingen van het culturele klimaat in onze stad, om de komende periode verder te bouwen aan een stad met een levendig en inspirerend cultureel leven. Graag gaan wij met u, en onze partners uit de stad, in gesprek over de inhoud van deze Cultuurbrief.
Almere in 2030, een blik in de toekomst. Almere is in 2030 een grote stad van 350.000 inwoners. In haar nog altijd jonge geschiedenis heeft het de reputatie opgebouwd van stad waar het experimentele niet geschuwd wordt. Op het gebied van stedenbouw en architectuur, maar ook in de gezondheidszorg, sport en cultuur heeft de stad eigen keuzes gemaakt. Zelfbewust, soms eigenwijs. Niet gehinderd door eeuwenoude tradities of vastgeroeste patronen heeft Almere nieuwe modellen ontwikkeld. Dat er bij de zoektocht naar eigen modellen ook tegenslagen waren, deerde niet. Almere zocht en vond haar eigen plek en vorm. Op het gebied van cultuur staat Almere in 2030 bekend om de bijzondere manier waarop het stedenbouwkundige karakter van de stad, met het vele groen en het alom aanwezige blauw, vervlochten is met cultuur. De Floriade 2022 heeft zijn stempel gedrukt op de stad en een trend gezet voor de toekomst. De stad biedt tal van landschapskunstwerken, prachtige parken, landjes, en landgoederen - waar vaak programmering van theater en muziek in de open lucht een plek heeft gekregen. De stad heeft een aantal landelijk bekende gezelschappen en festivals aan zich weten te binden die elk jaar een grote stroom toeristen trekken met hun zomerprogrammering in de buitenruimte. Cultuur is in het Almere van de toekomst geen vervan-mijn-bed-show van klassieke instituten, het is iets wat dicht bij de inwoners staat. Een groot deel van de inwoners is niet alleen meer consument van cultuur, maar ook medeproducent geworden. Zij creëren samen met kunstenaars in hun eigen woonomgeving cultureel aanbod, kopen bij culturele organisaties wijkgericht cultuuraanbod in, en zijn zelf verantwoordelijk voor de verfraaiing van hun wijk. 1
Modern, zelfbewust, toegankelijk. De gemeente richt zich anno 2030 op de randvoorwaarden en basisfaciliteiten, zoals ruimte en gebouwen voor al deze activiteiten, zowel in het stadscentrum als in de wijken. Kunst en cultuur worden gestimuleerd in het onderwijs. Daar leer je waarderen en creëren. Daar wordt een stevige basis gelegd voor de culturele ontwikkeling van de jeugd. Dat wordt aangevuld met specifiek aanbod voor kinderen en jongeren met artistiek talent. Tegelijkertijd is het ondernemerschap van de creatieve talenten aangemoedigd. Naast de traditionele creatieve sector is een nieuwe generaties culturele ondernemers ontstaan. Cultuur in Almere is wederkerig en niet eenzijdig. De stad is gebaat bij passie. Zo is het Almere van 2030 een met de stad vervlochten cultuurnetwerk; een patchwork dat culturele producten en maatwerk aan de inwoners van Almere biedt.
2
Modern, zelfbewust, toegankelijk. Inleiding Een stad met een levendig en inspirerend cultureel leven is aantrekkelijk. Inspirerend voor een brede groep bewoners en bezoekers, toegankelijk en laagdrempelig. Verrassend, interactief en flexibel. Het college heeft de ambitie om een dergelijk inspirerend cultureel leven te stimuleren. Cultuur als aanjager voor onze economie. Cultuur als een aantrekkelijke vestigingsfactor voor het bedrijfsleven en voor inwoners. Onze inwoners genieten veel en graag van cultuur, maar doen dat vaak in een andere stad, omdat ze naar eigen zeggen in Almere niet vinden wat ze zoeken. Veel Almeerders missen cultuur. Anders gezegd, vraag en aanbod sluiten niet naadloos op elkaar aan. Maar die ambitie kan alleen worden gerealiseerd wanneer het een gedeelde ambitie is van politiek en inwoners. De realisatie van de droom kan niet louter afhankelijk zijn van de inzet van gemeente en overheidsbudgetten. Het vergt niet alleen denken over aanbod, maar het is ook zoeken naar de vraag. Onze zoektocht naar een eigen cultureel leven vindt plaats in een tijd van veel veranderingen. Dat geldt voor het cultuurbeleid, dat geldt voor de financiële middelen van de overheid, maar het geldt evenzeer voor de wijze waarop artistieke producten worden gemaakt en gewaardeerd. In veel gevallen hoef je de deur niet meer uit, om kunst te kunnen beleven. Dat was vroeger wel anders.
Almere bevindt zich dus op een kruispunt. Het rijksbeleid is veranderd. De wereld verandert. Vraag en aanbod zijn niet meer dezelfde. Daarnaast is ook een inhoudelijk debat over overheidsinterventie ontstaan. Sinds Thorbecke is stap voor stap het misverstand ontstaan dat de overheid via de politiek geen artistieke kaders mag geven aan het cultuurbeleid. De overheid mocht optreden als financier en hooguit wat sociale en welzijnachtige doelstellingen meegeven. Dat is een misverstand waar uiteindelijk zowel publiek als producten de dupe van zijn geworden. Wat Thorbecke bedoelde is dat de appreciatie van de individuele kunstuiting geen onderwerp van politiek debat is. Dat zou de staat tot een totalitaire staat maken. Wat Thorbecke niet zei is dat de overheid niet vooraf wensen, gedachten of opdrachten mag formuleren die gekoppeld zijn aan de cultuurbudgetten.
En dat is wat het college beoogt met deze cultuurbrief: een langetermijnvisie formuleren en daarin aangeven op welke wijze cultuur kan worden georganiseerd. En vervolgens een 3
Modern, zelfbewust, toegankelijk. opdracht formuleren die past bij de situatie en de subsidie die aan een instelling wordt gegeven.
Bij het formuleren van die opdrachten wil het college, rekening houdend met de mening van het publiek en het oordeel van deskundigen, op effectieve wijze richting en sturing geven aan de cultuurbudgetten. Zo komen wij tot een cultuur-sector die past bij de stad en recht doet aan de opvattingen die hier leven. Dit betekent dat wij niet elke kunstuiting meer zullen subsidiëren. We steunen de kunstuitingen die op een breed maatschappelijk draagvlak kunnen rekenen en bijdragen aan de doelen die wij als gemeente stellen.
We denken bij het opstellen van onze opdrachten niet per definitie meer in instellingen en instituties, maar in termen van mensen, functies en ruimtes. Almere is de enige grote stad die vanaf oprichting zijn eigen geschiedenis volgt. Almere is modern en niet klassiek. Dat is te zien in onze stedenbouw, ruimtelijke ontwikkeling en architectuur. Het moet dus ook terug te zien zijn in de culturele infrastructuur. Almere is geen stad voor het 19de-eeuwse museum in een gebouw met timpanen, geleid via een traditionele organisatie met een chic bestuur. We gooien de traditie niet overboord, maar reflecteren daarop. De polder is gemaakt om ruimte te creëren. Die ruimte gebruiken we om nieuwe en nieuwe uitingen te creëren. Kwaliteit is voor ons niet alleen artistieke kwaliteit, maar ook kruisbestuiving, publieksbereik, educatie en talentontwikkeling.
Almere zelf is een moderne creatie. Het cultuurbeleid moet aansluiten op wat Almere is. Modern, zelfbewust, toegankelijk.
4
Modern, zelfbewust, toegankelijk. De Toekomstvisie: een hectare cultuur Hiervoor hebben we een beeld geschetst van cultuur in het Almere van 2030. Dat gaat uit van een heel flexibele en ondernemende culturele structuur, waarin voor alle inwoners aanbod te vinden is. Een structuur, gebouwd op een aantal bijzondere kenmerken van Almere: ondernemerschap, experiment, burgerkracht en het groene karakter van de stad. In de langetermijnvisie Cultuur 2.0, die is geschreven in het kader van het Integraal Afsprakenkader met het Rijk over de groei van Almere naar 350.000 inwoners, wordt globaal aangegeven langs welke lijnen we tot die structuur willen komen. Cultuur 2.0 is een stip op de horizon, die we willen bereiken door steeds in vierjarige cultuurperiodes samen met onze partners Rijk, provincie en fondsen, doelen vast te stellen. We werken daarbij langs vier programmalijnen: •
Nationale voorzieningen koppelen aan Almeerse kwaliteiten
Almere zoekt een eigen profiel binnen een regio met oude cultuursteden als Amsterdam en Utrecht. We streven naar cultuuraanbod dat geen doublure is van wat elders bereikbaar is voor de inwoners. We streven naar cultuur die past bij de identiteit van de stad. De groene (buiten-)ruimte, jeugd, en het karakter als nieuwe stad zonder vastgeroeste tradities zijn daarin belangrijke elementen. •
Versterking van het cultureel middenveld
We willen bevorderen dat de gesubsidieerde instellingen een gezonde bedrijfsvoering hebben die gebaseerd is op ondernemerschap, een breed publieksbereik en een stevige band met Almeerse ondernemers. •
Ik creëer cultuur in Almere
We stimuleren de eigen kracht en inventiviteit van inwoners die hun eigen leefomgeving betekenis willen geven, en maken die initiatieven mogelijk. Ook zien we veel potentie in de kleinschalige creatieve sector. Creatieve ondernemers innoveren makkelijker en bieden nieuwe vormen van cultuuraanbod waarmee ze andere doelgroepen bereiken dan de traditionele instituten. •
Cultuureducatie en talentontwikkeling
5
Modern, zelfbewust, toegankelijk. Als stad met veel jeugd zorgen we voor een goede inbedding van cultuureducatie in het onderwijs en bij de culturele instellingen om de kennismaking met cultuur te stimuleren. Het doel is alle Almeerse kinderen via de scholen te bereiken met een gestructureerd een breed gevarieerd kunstaanbod. Na en naast deze kennismaking streven we naar een levendige markt van vrijetijdscursussen. Voor de talenten willen we investeren in een gevarieerd aanbod aan talentontwikkelingstrajecten, van klassieke muziek tot aan media.
Waar staan we nu? In de visie Cultuur 2.0 hebben we beschreven waar we nu staan. Daarin worden een aantal bijzondere kwaliteiten benoemd: Almere is groen én stedelijk, Almere heeft zeer veel jeugd en jongeren, en als new town zonder al te veel historische ballast kan Almere experimenteren en zoeken naar nieuwe vormen op het gebied van cultuur - zoals dat ook gebeurt bij het sportaanbod, in de woningbouw en de zorg. Op basis van een benchmark met vergelijkbare steden constateren we dat de culturele infrastructuur niet in overeenstemming is met de omvang van de stad. Dat heeft niet zozeer te maken met de jeugd van Almere. Onderzoek van Cebeon leert ons dat de oorzaak vooral terug te vinden is in de financieringssystematiek van cultuur (via gemeentefonds en cultuurconvenanten met het Rijk). Almere geeft op de clusters Kunst & Ontspanning en Oudheid in totaal € 82 per inwoner meer uit dan de ijkpunten uit het gemeentefonds. Ten slotte constateren we in de visie Cultuur 2.0 op grond van het cultuurparticipatieonderzoek 2011 dat de cultuurparticipatie in Almere de afgelopen jaren sterker toegenomen is dan in de rest van Nederland. Dat is opmerkelijk, omdat vrije tijd voor veel mensen steeds schaarser wordt en het aanbod aan vrijetijdsbestedingen juist steeds verder toeneemt. Van de Almeerse jongeren bezocht 95% in het afgelopen jaar een culturele voorstelling. Dat percentage is ongeveer gelijk aan voorgaande jaren. Bij de volwassenen is het cultuurbezoek erg toegenomen: van 83% in 2008 naar 92% in 2011. Ruim de helft van de Almeerders neemt deel aan kunstzinnige activiteiten in de vrije tijd. Ook is het aandeel frequente bezoekers van culturele instellingen en musea sterk gestegen. Een kwart van de Almeerders geeft aan dat zij culturele voorzieningen missen in hun eigen stad. Almeerders bezoeken weliswaar steeds vaker culturele voorstellingen, maar doen dat veelal buiten 6
Modern, zelfbewust, toegankelijk. Almere. Het percentage voorstellingen dat buiten de stad wordt bezocht is gestegen van 47% in 2008 naar 53% in 2011. De disbalans tussen de vraag en de geboden culturele infrastructuur neemt dus toe. Dat vraagt om een correctie. We zijn anno 2012 dus nog niet waar we zijn willen. In de komende decennia zullen we daarom, steeds in vierjarige cultuurnota-periodes, gericht moeten toewerken naar ons eindbeeld. Om te beginnen zullen we dat doen voor de komende vier jaren. Het college wil nieuwe accenten aanbrengen en op het kruispunt waar we staan deels een nieuwe weg inslaan.
Nieuwe accenten in het cultuurbeleid 2013-2016 In het huidige tijdsgewricht, met de druk op economie en financiën en de inhoudelijke discussie over de besteding van overheidsgeld, ligt het niet voor de hand dat we op korte termijn de culturele infrastructuur fors uitbreiden. Het gaat er om binnen de huidige budgetten een zo optimaal mogelijk cultuuraanbod voor de Almeerders te realiseren. Dat kan langs de volgende ontwikkellijnen: we behouden het goede, we streven naar een betere aansluiting van het aanbod op de vraag van de Almeerders, en er zal nog scherper gekeken moeten worden naar de efficiency waarmee we de verschillende culturele functies in de stad organiseren. Waar nodig nemen we afscheid van hetgeen niet toekomstbestendig bleek. In de komende vierjaarsperiode kiest dit college er voor die instellingen te steunen die inspirerend zijn voor een brede groep Almeerders door hun toegankelijkheid en laagdrempeligheid. We kiezen voor organisaties die flexibel kunnen inspelen op de stad en het publiek. In onze opdrachten zullen we scherp sturen op maatschappelijk draagvlak, binding met de stad, ondernemerschap en eigen inkomsten. Ten slotte zullen alle subsidietoekenningen en andere ondersteunende maatregelen op cultuurgebied worden afgemeten aan de bijdrage die ze leveren aan de hoofdlijnen van de visie Cultuur 2.0. Hierbij ligt onze focus bij de programmalijnen 1, 2 en 4 uit de visie Cultuur 2.0. 1 De nadruk de komende jaren komt dus vooral te liggen op:
1
Ten aanzien van programmalijn 1 (nationale voorzieningen) en programmalijn 4 (het creëren van cultuur door bewoners en creatieve ondernemers) zullen we uiteraard geen kansen onbenut laten als die zich voordoen. Toch maken we de keus daar nu niet zwaar op in te zetten. Liever
7
Modern, zelfbewust, toegankelijk. •
het koppelen van nationale voorzieningen aan Almeerse kwaliteiten
•
het versterking van het cultureel middenveld
•
investeren in cultuureducatie en talentontwikkeling
Dat willen we doen in samenspraak met provincie en Rijk. Daarnaast zoeken we naar manieren om ons culturele middenveld zo te versterken dat we goed georganiseerd aanbod in de stad hebben, dat aansluit bij de vraag. Cultuureducatie en talentontwikkeling hebben ook onze speciale aandacht in de komende jaren. Almere heeft veel jeugd. De kinderen en jongeren zijn de cultuurbezoekers en -makers van de toekomst. Door te investeren in cultuureducatie en talent versterken we bovendien de ontwikkelingen op andere beleidsterreinen zoals onderwijs, economie en maatschappelijk werk.2 De vierde programmalijn ‘Ik creëer cultuur in Almere’ behoeft voor nu minder aandacht. Dit is een meer organische ontwikkeling. Nieuwe weg: over functies, organisaties, ruimte en cross-overs Functies Alle gemeenten geven op enigerlei wijze vorm aan film, media & letteren, cultureel erfgoed, beeldende kunst & bouwkunst, amateurkunst & kunsteducatie, en podiumkunsten.3 Het ideaalbeeld is de vertegenwoordiging van elk van deze basisfuncties in de stad. Maar daar horen een paar opmerkingen bij. Ten eerste is het niet wenselijk voorzieningen die in de regio goed bereikbaar en beschikbaar zijn te doubleren. Het is eveneens niet wenselijk te investeren in unieke kwaliteiten die elders in het land reeds bestaan en floreren. En, niet onbelangrijk, wij willen niet per definitie vasthouden aan instituties. Niet elke functie behoeft zijn eigen instituut of instelling. Soms kan een functie ook op een andere manier vorm doen we een aantal dingen uitstekend dan een veelheid van dingen middelmatig. 2
Uit diverse onderzoeken blijkt dat er een samenhang is tussen de aanwezigheid van cultuur en het economisch succes en de leefbaarheid van steden. Ook blijkt cultuurdeelname een belangrijke invloed te hebben op sociale vaardigheden en leerprestaties van kinderen. Zie voor specifieke verwijzingen hoofdstuk 2 van de Visie Cultuur 2.0. 3
Zie Cor wijn, hij bracht dit in beeld in de Cirkel van Wijn, waarin de vorm en omvang van de culturele activiteiten globaal te koppelen bleek aan de omvang van de stad. (Zie voor afbeelding Cultuurnota ‘Stad met Verbeelding’, p. 30)
8
Modern, zelfbewust, toegankelijk. krijgen. (Denk aan de filmhuisfunctie die nu wordt uitgevoerd door de bibliotheek en door Corrosia.) Wij staan dus open voor andersoortige organisatievormen, waarin cross-overs en kruisbestuiving, innovatie en een levendige uitwisseling worden gerealiseerd. Almere is geen klassieke stad, Almere behoeft dus ook geen klassieke organisatievormen. Almere is een moderne stad, waar moderne organisatievormen bij passen. Die kwaliteit kunnen we beter uitnutten. Modern. Zelfbewust. Toegankelijk.
Organisaties en activiteiten Op grond van het bovenstaande hebben we besloten de aanvragen van een aantal organisaties te honoreren. Wij stellen ook veranderingen voor. Duidelijk is dat bijdragen aan een inspirerend cultureel klimaat en aan de programmalijnen uit de visie Cultuur 2.0: Theater- en productiehuis BonteHond, Theatergroep Vis à Vis, Corrosia (inclusief Theater De Roestbak), Peuter- en kleutertheaterfestival Twee Turven Hoog en Bibliotheek Almere. Hier behoeven geen scherpe keuzes te worden gemaakt, hooguit kunnen op deelonderwerpen nadere afspraken worden gemaakt. Voor Vis a Vis en Bonte Hond geldt dat matching van de rijksfinanciering voorwaarde is. Wij stellen voor deze organisaties de hiervoor benodigde extra middelen ter beschikking te stellen. Tegelijkertijd blijven we met hen in gesprek over de ambities met betrekking tot publieksbereik, toegankelijkheid en eigen inkomsten. Bij andere organisaties scherpen we onze opdracht aan, zodat het aanbod van de instelling meer bijdraagt aan onze hiervoor geformuleerde doelen. Een opmerking vooraf. De culturele infrastructuur in Almere kan zoals gezegd modern zijn, en is niet afhankelijk van klassieke organisatievormen. Het aanbod van die culturele infrastructuur moet meer en beter aansluiten bij de wensen die leven in de stad. De culturele infrastructuur moet zijn aanbod toegankelijker maken, niet zozeer door de normen voor kwaliteit aan te passen, maar door aanpassingen in bijvoorbeeld samenwerkingsvorm en locatie; aanpassingen in het totaal-aanbod; focus op sterktes. Dat mondt uit in de volgende gespreksonderwerpen met de cultuur-aanbieders:
9
Modern, zelfbewust, toegankelijk. Kunstencentrum Zoals bekend voeren wij met het Kunstencentrum reeds langer het gesprek over het creëren van een breder publieksbereik via het regulier onderwijs. We willen dat de scholen in staat gesteld worden alle kinderen in deze stad goede cultuureducatie aan te bieden binnen hun eigen stad, en waar mogelijk in samenwerking met lokale cultuurmakers. Het Kunstencentrum kan de scholen hierin begeleiden en bemiddelen in het aanbod. Voor die functie kan het Kunstencentrum door de gemeente worden gefinancierd. Daarnaast zien wij een rol voor het Kunstencentrum in talentontwikkeling via talentklassen en het Almeers Jeugd Symfonie Orkest. Ook hier kan het Kunstencentrum door de gemeente voor worden gefinancierd. Het gaat om verschillende taken die worden uitgevoerd door één organisatie. Het college zal het Kunstencentrum voor deze functies vanaf 2014 via aparte beschikkingen subsidiëren om ook de het gesprek over de uitvoering en beoordeling van deze taken van elkaar te onderscheiden. Daarnaast willen we met het Kunstencentrum en het onderwijs in gesprek over de beste wijze waarop taken kunnen worden uitgevoerd. Ook financiële instrumenten zoals vouchers kunnen daarbij dienstbaar zijn.
Kamermuziekfestival De opdracht aan het Kamermuziekfestival draagt bij aan onze ambities op het gebied van cultuureducatie en talentontwikkeling. Daarnaast wil het college de opdracht aan het Kamermuziekfestival meer richten op haar ambities een jeugdkamermuziekfestival te ontwikkelen en te produceren in dialoog met het landelijke Prinses Christina Concours.
Poppodium De Meester Met stichting De Schoor gaan we in gesprek over de toekomst van poppodium De Meester. Dit poppodium voorziet duidelijk in een behoefte aan popconcerten uit het landelijk circuit en geeft ook ruimte aan lokale en regionale bandjes. In de gesprekken met De Schoor zal de gebondenheid aan het welzijnswerk een onderwerp zijn. Dit moet in synergie zijn met het welzijnsbeleid voor jongeren. Ook willen we met De Schoor in gesprek over de vraag hoe laagdrempelige cultuuractiviteiten in de wijken gefaciliteerd kunnen worden door het welzijnswerk. 10
Modern, zelfbewust, toegankelijk.
De Schouwburg In de opdracht aan De Schouwburg wil het college het inzetten van een nieuwe weg terug zien. Met de organisatie De Schouwburg gaan we daarom het gesprek aan over het loslaten van het traditionele schouwburgconcept (het programmeren van landelijk aanbod) teneinde die programmering beter te integreren met de productiekant van de podiumkunsten. Dat gesprek heeft diverse kanten, programmatische en organisatorische. Wij zijn van mening dat de beoogde synergie die zou kunnen ontstaan in gebouw De Kunstlinie onvoldoende tot uiting is gekomen. Verandering van context en randvoorwaarden kunnen daar aan bijdragen.
Suburbia Theatergroep Suburbia heeft zich zeer onlangs moeten (her)bezinnen op de toekomst nadat een positieve beoordeling toch leidde tot een negatief besluit over honorering van de meerjarige subsidieaanvraag bij het rijksfonds Podiumkunsten. Het college heeft in overleg met Suburbia daarvoor tijd genomen. Suburbia heeft zich de afgelopen jaren ontwikkeld tot gezelschap dat niet alleen met reizende voorstellingen in de Nederlandse schouwburgen staat, maar ook jaarlijks in de zomer een grote productie speelt op Stadslandgoed De Kemphaan. Daarmee voegde het iets extra’s toe aan het stadslandgoed. Ook op andere verrassende locaties in de stad heeft het gezelschap gespeeld. Daarnaast heeft de talentklas jongerentheatergroep SubSuburbia een aantal jonge talenten opgeleid en begeleid naar het kunstvakonderwijs (20% van de deelnemers HBO, en bijna een kwart naar ROC kunstopleidingen). We maken hiermee aansluiting met de programmalijn; investering in cultuureducatie en talentontwikkeling. Met Suburbia hebben we besproken dat we er niet voor kiezen om het wegvallen van de rijkssubsidie te compenseren met extra gemeentelijke middelen. We zijn we nog in gesprek over de mogelijkheid om de succesvolle onderdelen van het programma van Suburbia te behouden voor de stad binnen het budget dat de gemeente meerjarig beschikbaar heeft.
De Paviljoens
11
Modern, zelfbewust, toegankelijk. Museum De Paviljoens is een landelijke instelling met kwaliteit in onze stad. Bij Museum De Paviljoens is recent een bijzondere situatie ontstaan. Het Museum krijgt ondanks een positieve beoordeling door de Raad voor Cultuur de komende jaren geen rijksbijdrage meer, omdat het de norm voor eigen inkomsten niet haalde. Ook hier geldt dat het college de organisatie tijd heeft gegeven na te denken over de consequenties hiervan voor de toekomst. Tegelijkertijd is door het college aangegeven niet te zullen kiezen de wegvallende rijksbijdrage te compenseren om de bij het Rijk ingediende plannen alsnog uit te voeren. Dit enerzijds omdat hiervoor de benodigde middelen ontbreken, maar anderzijds ook omdat het creëren van publieksbereik ook op een andere manier kan worden bereikt dan via het ophogen van gemeentelijke financiering. Hieronder meer daarover.
CASLa Ook over de positie en ontwikkeling van architectuurcentrum Casla moeten we ons buigen. Oorspronkelijk zou deze organisatie een fors deel van de exploitatie financieren met inkomsten uit de wereld van projectontwikkelaars en bouwbedrijven. Dat lukt niet. Het publieksbereik is beperkt door een combinatie van factoren. Eén ervan is dat het programma vooral op de vakmatig geïnteresseerden gericht is. Doorgaan op de ingeslagen weg lijkt ons niet wenselijk, wij willen met Casla in gesprek over koerswijziging. Het streven naar een groter publieksbereik en samenwerking maakt daar onderdeel van uit. Er ligt een kans om de verbondenheid met vakmatig geïnteresseerden te verbreden en te verdiepen over een brede groep. Hieronder daarover meer.
Zowel het huidige museum als het huidige architectuurcentrum richten zich op de bijzondere kwaliteiten van Almere als nieuwe stad met bijzondere architectuurexperimenten en als groene stad in een jonge provincie met unieke landschapskunstwerken en een oude archeologische geschiedenis. Dat is een kwaliteit die past bij ons cultuurbeleid. Toch redden beide organisaties het niet in de huidige opzet. Wij zijn in gesprek met deze beide organisaties plus het INTI over nieuwe vormen van samenwerking en het daarmee laten ontstaan van een nieuwe synergie. We denken dat de inhoudelijke opdracht en functie van die typisch Almeerse instellingen gebaat is bij en meer tot recht kan komen in een andere context. Bij dat gesprek horen dus onderwerpen als locatie, organisatievorm en toegankelijkheid. Deze 12
Modern, zelfbewust, toegankelijk. gesprekken zijn niet vrijblijvend, de uitkomst moet passen in ons lange termijn cultuurbeleid en is dus medebepalend voor ons lange termijn commitment.
Ruimte, locaties en Gebouwen Cultuurbeleid is meer dan het subsidiëren van organisaties of het aanscherpen van hun opdracht. Ook in economisch schrale tijden. Het gaat om ruimte geven aan initiatieven, het stimuleren van samenwerking, het tot stand laten komen van culturele ontmoetingen. Goed cultuurbeleid stimuleert vernieuwing, goed cultuurbeleid zorgt voor creaties. De Kunsten zijn een maak-sector. Natuurlijk kunnen en zullen we dit onderdeel maken van onze opdrachten aan de gesubsidieerde organisaties. Daarnaast zorgen we dat er plekken zijn, gebouwen, locaties, waar de Almeerders cultuur kunnen beleven, zich kunnen vermaken, verbazen, laten verrassen en verleiden. We stellen daarom gebouw Extravert in Almere Buiten beschikbaar aan kleine culturele ondernemers die vooral een educatief aanbod hebben. Het gaat dan om dansscholen en kunstenaars met een lespraktijk. Zij doen dat zonder subsidie, maar kunnen wel tegen een gereduceerd tarief huren.4 Dezelfde mogelijkheden blijven we ook aanbieden in De Glasbak in Muziekwijk, de Markwerf in Haven en tot en met 2014 Gebouw De Voetnoot in het Stadscentrum.
Een Hectare Cultuur Onze visie op cultuur in Almere willen we tot uitdrukking laten komen in een nieuw concept voor gebouw De Kunstlinie. Een gebouw met (inter)nationale allure in onze stad. Dit gebouw is één van de mooiste cultuurgebouwen in het land, en heeft alle potentie hét cultuurhuis van de hele stad te worden. Sterker, het gebouw kan voor een veel groter en breder publiek een veelheid aan activiteiten bieden. Vormgeving, locatie en het enorme formaat van 100x100 meter, een hectare, maken het per definitie een bovenlokaal fenomeen. 4
De gemeente Almere berekent in de regel een kostprijsdekkende huur voor haar vastgoed. Daar waar de huurder niet in staat is een kostprijsdekkende huur te betalen en de gemeente Almere de activiteit van de huurder wenst te ondersteunen kan worden gekozen voor een korting op de kostprijsdekkende huur. Dit resulteert in een korting die kan kan worden omschreven als huursubsidie.
13
Modern, zelfbewust, toegankelijk. Het college heeft een duidelijke ambitie. Deze hectare cultuur wordt een écht cultureel centrum, een plek waar publiek heen gaat om te genieten van cultuur in al zijn verschijningsvormen, het jaar rond, met aanbod gedurende alle seizoenen. Een toegankelijke plek, niet alleen door locatie en uitstraling, maar ook vanwege het ‘gratis’ aanbieden van (delen van) exposities en het regelmatig gratis aanbieden van concerten en voorstellingen. De hectare cultuur smaakt naar meer. Dat vergt echter een andere aanpak en het loslaten van bestaande concepten. Het college wil hiertoe in 2013 een nieuwe organisatie oprichten die de beschikking krijgt over het gehele pand aan het Weerwater. Het college beoogt hiermee meer synergie van cultuuraanbod en verstrekte cultuursubsidies te laten ontstaan, door betere samenwerking en meer gastvrijheid cultuur beter te laten floreren. In de hectare cultuur willen we verschillende disciplines onder één dak brengen: (a) programmering van muziek, cabaret, toneel en concoursen en festivals; (b) productie van theater, muziek en masterclasses voor talenten, en (c) presentatie van beeldende kunsten, architectuur en stedenbouw. Het “onder een dak brengen” bedoelen we letterlijk en figuurlijk. Huisvesting, samenwerking, integraal nadenken over aanbod, soms discipline-overstijgend soms thematisch parallel. Feitelijk betekent dit dat het aanbod van de huidige Paviljoens verhuist naar de hectare cultuur waar het beter bereikbaar, beter toegankelijk en veel meer onderdeel van de stad wordt. Feitelijk betekent het dat het aanbod van het huidige Casla eveneens te zien is aan het Weerwater. Feitelijk komt in de hectare cultuur cultuureducatie en talentontwikkeling samen. Ze kunnen gebruik maken van de vele vierkante meters in dat enorme gebouw, maar ook van de ruimte eromheen, Weerwater en Esplanade. Het betekent ook dat Suburbia en Bonte Hond aangeboden kan worden te werken in datzelfde gebouw, waar ze inkwartieren bij collegaprofessionals uit andere disciplines. De hectare cultuur is groot genoeg om onderdak te bieden aan een ‘artist in residence’. In 2009 is gestart het literaire project “De AlmereVerhalen”. Met het terugkerend verblijf van schrijvers kan een reeks boeken ontstaan waarin Almere plaats van handeling, danwel Almeerse thematiek leidraad is. Het college stelt zich voor dat project uit te breiden. De hectare cultuur biedt telkens onderdak aan kunstenaars uit verschillende disciplines om hier te 14
Modern, zelfbewust, toegankelijk. wonen en te werken. Om beurten kan een componist muziek op schrift stellen, een schilder het penseel hanteren, een beeldhouwer steen bewerken, een schilder het penseel hanteren, een schrijver de pen ter hand nemen. Voorwaarde is steeds dat het product wordt toegevoegd aan de collectie van de stad. Dat maken van een collectie past bij Almere. De stad beschikt niet over een oude collectie die bewaard of geconserveerd moet worden. Almere wordt nu gemaakt, en naar analogie daarvan is de cultuurfunctie ook een maak-functie. De hectare cultuur is vervolgens groot genoeg om ruimte te bieden aan partij die voldoet aan de ambitie om nationale voorzieningen te koppelen aan Almeerse kwaliteiten. Daarover blijft het college in gesprek met interessante partijen.
Open structuur voor artistiek leider Het college wil een nieuwe weg inslaan met de programmering van het cultuur aanbod in de hectare cultuur. Het concrete cultuuraanbod in de hectare cultuur wordt niet in vaste hokjes en vooraf bepaalde vierkante meters georganiseerd, maar flexibel ingevuld via een open structuur. Er komt dus geen vaste indeling van het gebouw of de organisaties. De vorm waarin wordt gepresenteerd is steeds het gevolg van de inhoudelijke keuze en verschilt in de loop van het cultureel seizoen; de ene keer de nadruk op beeldende kunst, dan weer architectuur, vervolgens muziek of theater. Een afwisselend aanbod van de kunsten thematisch samengesteld. Het aanbod van de hectare cultuur verandert zoals de stad Almere groeit en verandert. Hoe wordt dat bepaald? Analoog aan onze ontwikkelstrategie voor het uitleggebied Oosterwold5 waar organische groei het doel is, geven we geen voorschriften maar kaders mee. Die kaders worden samengebracht in een opdracht aan een artistiek leider die steeds voor vier jaar wordt aangesteld door het college. Hij of zij krijgt de opdracht om binnen het gegeven kader, met vrijheid voor het experiment en aandacht voor de vraag vanuit de stad de verbinding te leggen tussen de functies in de hectare cultuur. Dit kan betekenen dat veel met amateurs gewerkt wordt, maar ook dat internationale kunstenaars of nationale gezelschappen
5
In Oosterwold wordt de volgende, radicale stap gezet in de zoektocht naar spontane, organische groei ‘van onderop’. Individuen, groepen en bedrijven bepalen zelf de grootte en de vorm van de kavel die ze willen realiseren. Ook de invulling van de kavel is aan de initiatiefnemers. Zij zijn alleen gebonden aan bepaalde percentages groen, rood (bebouwing) en grijs (wegen).
15
Modern, zelfbewust, toegankelijk. in residence worden gevraagd. De artistiek leider stuurt de functies programmering, productie en presentatie aan, bijgestaan door een intern facilitair bedrijf, rechtdoend aan de kwaliteiten van de cultureel professionals in vaste dienst. De nieuwe artistiek leider start een jaar nadat de nieuwe vierjaarsperiode van de cultuurconvenanten en cultuursubsidies in werking zijn getreden. Zo kan tijdens iedere collegeperiode een nieuwe opdracht worden geformuleerd op basis van zowel de ontwikkeling van Cultuur 2.0 als lokale en landelijke ontwikkelingen. Steeds kan in dialoog met de raad en de inwoners worden gesproken over aanbod en behoeften, over kwaliteit en diversiteit – over cultuurbeleid. De uitvoering Het college realiseert zich dat we hiermee een ambitieus beeld is geschetst van de eerste stappen in de richting van Cultuur 2.0. We denken een goede aanzet te maken om te komen tot een eigentijdse, bij Almere passende culturele infrastructuur. Modern. Zelfbewust. Toegankelijk. We beschouwen 2013 als een overgangsjaar, waarin we vooral sterk zullen inzetten op afbouw van hetgeen niet toekomstbestendig bleek te zijn en de overgang naar nieuwe samenwerkingsvormen. Ook werken we in 2013 de nieuwe opdracht voor de hectare cultuur uit, die gaat over de organisatievorm en het gebouw. Naast het gesprek met de bestaande organisaties is voor ons ook de samenwerking met provincie en Rijk essentieel. Het betreft hier een onconventionele aanpak die vanwege de niet-tradionele organisatievormen wellicht niet passend is in de financieringsystematiek van de rijksoverheid en haar fondsen. Die zijn immers geënt op traditionele, klassieke cultuur-dragers. We willen het Rijk verzoeken in die gevallen tot passende oplossingen te komen om de Almeerse aanpak mogelijk te maken. Immers, moderne vormen van cultuureducatie, cultuurpresentatie en cultuurprogrammering kan niet worden belemmerd door klassieke vereisten van vorm en voorschrift. Het college stelt zich ook voor om, naar analogie van de betrokkenheid van NOC/NSF bij Sport in het IAK, een of meer professionele landelijke partijen te betrekken bij Cultuur 2.0. Dat kan een bestaande organisatie zijn, maar ook een Adviesraad die de kennis en kunde van individuele deskundigen en professionals bijeenbrengt.
Tot slot 16
Modern, zelfbewust, toegankelijk. Met deze Cultuurbrief zetten we in op de verbinding van de korte en middellange termijn met ons toekomst perspectief, Cultuur 2.0. De komende jaren zetten we deze stappen, om te zorgen dat we ons langer termijn doel te bereiken: een stad met een levendig en inspirerend cultureel leven. Inspirerend voor een brede groep bewoners en bezoekers, voor het bedrijfsleven, toegankelijk en laagdrempelig. Modern, zelfbewust en toegankelijk. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Almere,
de secretaris,
de burgemeester,
A.J. Grootoonk
A. Jorritsma-Lebbink
17