Stichting Zet │Statenlaan 4│Postbus 271│5000 AG Tilburg Telefoon 013 5441440 │
[email protected] │ wijzijnzet.nl IBAN NL69ABNA0469068620 │ BTW NL817260560B01 │ KvK Midden-Brabant 18085830
MOBILITEIT VERSTERKT Rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
WIJZIJNZET.NL
COLOFON Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk, is een uitgave van Stichting Zet (hierna te noemen Zet) Datum: Auteur: Referentie:
januari 2015 Miek van Dongen mido-Z13.059-1h15
Postbus 271 5000 AG Tilburg Telefoon: 013 54 41 440 E-mail:
[email protected] Website: www.wijzijnzet.nl
INHOUD Inleiding Opdracht ..................................................................................................... 4 Aanpak ...................................................................................................... 4 Leeswijzer ................................................................................................... 6 Hoofdstuk 1 Project Mobiliteit Land van Cuijk Schets achtergrond project en gebied .............................................................. 8 Projectorganisatie en betrokken partijen ........................................................ 10 Hoofdstuk 2 Uitvoering en monitoring pilotprojecten Pilot: Vervoersvoorziening Vianen ................................................................. 12 Pilot: Mobiliteitsconsulent Sint Hubert............................................................ 13 Pilot: Bereikbaar ziekenhuis ......................................................................... 14 Hoofdstuk 3 Algemene conclusies totale project Beoogde en gerealiseerde doelen .................................................................. 16 Conclusies op projectniveau ......................................................................... 20 Aanbevelingen ........................................................................................... 20 Bijlagen Rapport Vervoersvoorziening Vianen Rapport Mobiliteitsconsulent Sint Hubert Rapport Bereikbaar Ziekenhuis
4
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
INLEIDING OPDRACHT GGA Noordoost-Brabant, Provincie Noord Brabant en de Gemeenschappelijke Regeling Kleinschalig Collectief Vervoer Regiotaxi Noordoost-Brabant hebben in het voorjaar van 2012 gezamenlijk geconcludeerd dat een extra inzet nodig is om de mobiliteit en daarmee de leefbaarheid van een landelijk gebied als NoordoostBrabant nu en in de toekomst te behouden en versterken. Met de ambitie de onderkant van het personenvervoer te verbeteren waardoor meer mensen van A naar B kunnen en de vervoermogelijkheden bijdragen aan hun zelfredzaamheid en de leefbaarheid van het gebied. In samenwerking met Zet is hiervoor een plan ontwikkeld waarin middels drie pilotprojecten wordt onderzocht hoe de mobiliteit in een specifiek gebied als het Land van Cuijk verbeterd kan worden ten behoeve van de leefbaarheid in het gebied en de zelfredzaamheid van de bewoners van het gebied. Voorwaarde hierbij is dat de kosten niet verhogen, bij voorkeur verlagen, en het gebruik c.q. de opbrengst wordt verhoogd. Het gebied waarbinnen het project zich afspeelt zijn de vijf gemeenten van het Land van Cuijk: Boxmeer, Cuijk, Grave, Mill en Sint Hubert, en Sint Anthonis. De drie pilotprojecten worden afgerond met een eindevaluatie. De resultaten hiervan zijn beschreven in deze eindrapportage. Naast de drie deelrapporten, zijn over het geheel de conclusies en waar mogelijk ook de aanbevelingen geformuleerd in deze eindrapportage. Na vaststelling van deze eindrapportage maakt Zet de resultaten overdraagbaar voor verdere benutting door andere gemeenten en organisaties.
AANPAK Het totale project bestaat uit twee delen. Voorafgaand aan de uitvoering van de pilots is deel één uitgevoerd. Samengevat bevatte deel één de inventarisatie van vervoersstromen en bestemmingen, het zichtbaar maken van de knelpunten en behoeften van inwoners van het gebied en het verkrijgen van draagvlak van betrokken partijen. Op basis hiervan zijn conclusies getrokken en aanbevelingen geformuleerd van waaruit een denktank de pilotprojecten heeft benoemd. Deze fase is eind 2012 afgerond en eindigde met een voorstel voor de aanpak van specifieke knelpunten binnen het gebied en afgesloten met een go/no go moment voor de pilotprojecten. De bijbehorende documenten en rapportages zijn te vinden op: www.wijzijnzet.nl/mobiliteit/lvc. De conclusies en aanbevelingen uit de inventarisatie staan vermeld in hoofdstuk 3, pagina 16.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
5
Behaalde resultaten van deel één: Inzicht in de vervoerstromen binnen het Land van Cuijk en contacten met de daarbij betrokken partijen. Bewustwording van de problematiek bij de diverse partijen. Betrokkenheid en draagvlak bij relevante partijen leidt tot gezamenlijke verantwoordelijkheid voor toekomstige oplossingen. Drie pilots zijn geselecteerd op basis van problematiek, aanpak en output, tevens op uitrolbaarheid binnen en buiten het Land van Cuijk. Doel van deel twee van het project Mobiliteit Land van Cuijk is middels een drietal pilotprojecten onderzoeken hoe de ’onderkant’ van het personenvervoer in een gebied als het Land van Cuijk verbeterd kan worden ten behoeve van de leefbaarheid in het gebied en de zelfredzaamheid van de bewoners van het gebied. Voorwaarde hierbij is dat de kosten van het vervoer niet stijgen, bij voorkeur verlagen, en het gebruik c.q. de opbrengst wordt verhoogd. De volgende pilotprojecten zijn uitgevoerd: - Vervoersvoorziening Vianen - Mobiliteitsconsulent Sint Hubert - Bereikbaar ziekenhuis De pilots zijn gestart met een nulmeting en zijn gedurende de pilotperiode gemonitord. De evaluatierapporten van de drie pilots vormen de onderlegger voor deze eindrapportage.
Beoogde resultaten
Inzicht verkrijgen in welke methode geschikt is voor een specifiek probleem zoals omschreven in deel een. Inzicht verkrijgen in wat lokaal nodig is om een pilot tot een succes te maken zodat de resultaten succesvol uitgerold kunnen worden in de rest van het Land van Cuijk en daarbuiten. Het project levert een bijdrage aan het verbeteren van het gebruik van het openbaar vervoer op drie sporen: de dienst/het product (bijvoorbeeld efficiëntie), de communicatie (en daarmee bekendheid) en het imago (onder andere betrouwbaarheid). Door een koppeling van economische en sociale aspecten*, wordt de mobiliteit in het Land van Cuijk bevorderd. * Voorwaarde bij de methode is een economische en sociale koppeling; niet duurder, liefst goedkoper en een verbinding naar de leefbaarheidsaspecten als benutten sociaal kapitaal van vrijwilligers, zelfredzaamheid versterken, sociaal isolement voorkomen/verminderen
Tussen de drie pilots bestaat een samenhang die kennis koppelt en vermeerdert ten behoeve van kleinschalige mobiliteitsoplossingen.
6
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
Het project samengevat
LEESWIJZER In het tweede hoofdstuk vindt u een schets van de achtergrond van het project en het gebied evenals een schets van de projectorganisatie en betrokken partijen. Vervolgens zoomen we in hoofdstuk drie in op de achtergrond en uitvoering van de pilots In hoofdstuk vier beschrijven we de beoogde doelen en de resultaten op hoofdlijnen. Gevolgd door conclusies en aanbevelingen vanuit het totale project. In de bijlagen vindt u de afzonderlijke evaluatierapporten. Elke pilotrapportage eindigt met conclusies en enkele aanbevelingen die uit het project voortkomen. - Evaluatierapport Vervoersvoorziening Vianen - Evaluatierapport Mobiliteitsconsulent Sint Hubert - Evaluatierapport Bereikbaar ziekenhuis In dit rapport spreken we over het reguliere openbaar vervoer, zijnde het personenvervoer dat binnen een vaste dienstregeling en route voor iedereen beschikbaar is. Daarnaast noemen we aanvullend openbaar vervoer; dit is de Regiotaxi als eerste vangnet. Als we schrijven over de zogenoemde ‘onderkant’ van het openbaar vervoer betreft dit Regiotaxi en al het overige personenvervoer waaronder het doelgroepenvervoer als leerlingenvervoer, Wmo-vervoer, AWBZ-vervoer, taxivervoer, vrijwillige vervoersdiensten, enzovoorts.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
7
8
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
HOOFDSTUK 1 PROJECT MOBILITEIT LAND VAN CUIJK SCHETS ACHTERGROND PROJECT EN GEBIED Aanleiding voor het project Mobiliteit Land van Cuijk
Mobiliteit, het gewoon van A naar B kunnen reizen, is voor ieder mens belangrijk. In onze samenleving is de auto een dominant en bijna vanzelfsprekend vervoermiddel waarmee elk gehucht kan worden bereikt. Reizen van A naar B, bereikbaarheid van bestemmingen is echter niet overal en voor iedereen mogelijk. Diegenen zonder eigen auto zijn aangewezen op het openbaar vervoer (OV) en aanvullend personenvervoer. Door de vergrijzing ontstaat er tevens een andere OVvraag. Door de schaalvergroting van scholen en het wegtrekken van maatschappelijke en commerciële voorzieningen neemt de vervoersvraag toe. Ook de nieuwe OV-concessie in Brabant, de transities binnen het sociale domein en de nieuwe aanbestedingen regiotaxi in ontwikkeling leiden nu en in de toekomst tot andere mobiliteitsvragen. Beleidsmatig is een norm vastgesteld voor mobiliteitsmogelijkheden voor kernen met verschillende omvang. Op basis hiervan is het openbaar vervoer ingevuld. Naast het beschikbare openbaar vervoer als trein en bus, is aanvullend openbaar vervoer nodig om hieraan te voldoen: vervoersmodaliteiten als buurtbus, regiotaxi en dergelijke vormen, zogezegd, de onderkant van het personenvervoer. Gemeenten en provincie constateren desondanks vervoersknelpunten die de mobiliteit van mensen beperken. Mobiliteitsvraagstukken waardoor de bereikbaarheid en leefbaarheid van het gebied, zeker in de toekomst, onder druk komen staan.
Gebiedskeuze
Er is gezocht naar een gebied in Noordoost-Brabant waar we diverse pilots kunnen uitvoeren om te achterhalen welke methoden de onderkant van het personenvervoer verbeteren. Het Land van Cuijk is gekozen als geschikt gebied om diverse methoden als pilot uit te testen. Het gebied is duidelijk begrensd door de Midden-Peelweg en de Maas, het gebied is niet te groot en niet te klein, alle vervoersmodaliteiten komen er voor, er is politiek draagvlak om ‘fris’ te kijken naar mobiliteit in de regio en het Land van Cuijk kent een stevige sociale structuur. Een rijk verenigingsleven is een relevante voorwaarde voor de pilots.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
9
Land van Cuijk
Het Land van Cuijk bestaat uit de gemeenten Boxmeer, Cuijk, Grave, Mill en Sint Hubert en Sint Anthonis; in totaal circa 90.000 inwoners. Verspreid over de vijf gemeenten kent het gebied 33 kernen. Ondanks een florerende treinverbinding van Veolia (de Maaslijn) en enkele goed scorende busverbindingen is er in de beleving van veel mensen een matige voorziening aan de onderkant van het personenvervoer. De dikke lijnen van trein en bus hebben weliswaar het predicaat voldoende, de kleine(re) kernen zijn niet of slecht ontsloten met het openbaar vervoer. Ondanks het door de taxibedrijven (Munckhof, Van Dijk en Van Driel) aangeboden vervoer en het buurtbusvervoer van Arriva is er met name in de oost-westverbinding in deze regio veel te verbeteren. Het Land van Cuijk is een regio waar het verenigingsleven en de vrijwillige inzet sterk aanwezig zijn. Er is grote mate van saamhorigheid. De regio beschikt daarnaast over veel instellingen waar het vervoer geregeld wordt door deze instellingen zelf. Te denken valt aan het Blindeninstituut in Grave en diverse vestigingen van andere zorginstellingen. Ook particuliere voertuigen, sportclub- en leerlingenvervoer kunnen een rol spelen in het verbeteren van de mobiliteit in dit gebied.
Mobiliteit en leefbaarheid
Voor het behoud van de leefbaarheid is het nodig dat er met een bredere blik naar de mobiliteit van de inwoners gekeken wordt. Temeer omdat veel maatschappelijke voorzieningen in de kleine kernen verdwijnen en er gezamenlijke maatschappelijke voorzieningen aangeboden worden in de grotere plaatsen. Het probleem om daar gebruik van te kunnen maken vanuit plattelandsgebieden ligt grotendeels in de onbekendheid met de vervoersvoorzieningen, het afnemend vertrouwen over de betrouwbaarheid van de bestaande systemen en het ontbreken van vervoersopties. De vervoersvraag verandert doordat meer mensen langer thuis blijven wonen; een groeiende groep waarvoor een tijd aanbreekt waarin reizen met de eigen auto of fiets geen optie meer is. Gewoon van A naar B kunnen reizen is van invloed op de lokale leefbaarheid en die van de regio. Er is een samenhang te verwachten tussen het verbeteren van de ‘onderkant’ van het personenvervoer en het verhogen van het gebruik van de ‘bovenkant’, het openbaar vervoer; men maakt gemakkelijker gebruik van het openbaar vervoer. Hierdoor zal de mobiliteit en bereikbaarheid in relatie tot leefbaarheid in brede zin toenemen.
10
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
PROJECTORGANISATIE EN BETROKKEN PARTIJEN De projectleiding en realisatie van het project is uitgevoerd door Zet, ondersteund door een kernteam voor de uitvoering. Een projectgroep heeft tot taak overzicht te bewaken van het geheel, de voortgang en de besluitvorming. Aan het kernteam nemen deel: een afvaardiging van de formele opdrachtgever GR-KCV Noordoost-Brabant, een externe deskundige op het terrein van vervoer en de betrokken adviseurs van Zet. De provincie Noord-Brabant heeft hierin zitting gehad tot medio 2013 (beëindigd op eigen verzoek om belangverstrengeling in relatie tot de reisapp te voorkomen). Afhankelijk van de fase van het project is de overlegfrequentie bepaald. Het kernteam is gemiddeld vier keer per jaar bijeen geweest. De projectgroep is samengesteld op basis van de kennis van het gebied, mobiliteit, leefbaarheid en sociale structuur. De projectgroep is gemiddeld twee keer per jaar bijeen geweest. In de projectgroep zijn onder andere vertegenwoordigd: de opdrachtgever, adviseur van Van Zon management & advies, concessiemanager Provincie Noord-Brabant en adviseurs van Zet. De voorzitter van het bestuur Gemeenschappelijke regeling kleinschalig collectief vervoer GR-KCV Regiotaxi No-Brabant is als formele opdrachtgever voorzitter van de projectgroep. De leden van de projectgroep zorgen zelf voor de terugkoppeling naar de achterban. Daarnaast heeft Zet een aantal keer toelichting gegeven op de voortgang van het project in het Dagelijks bestuur, het Algemeen bestuur en het Ambtelijk Overleg van de GR-KCV regiotaxi Noordoost-Brabant. Bij aanvang zijn gesprekken gevoerd met de betrokken gemeenten en vervoerders in het gebied Land van Cuijk om het draagvlak en de belangen te kennen. In de gesprekken met de gemeenten is nadrukkelijk de betrokkenheid van en afstemming tussen de afdelingen Verkeer en Wmo-vervoer onderwerp van gesprek geweest. Het realiseren van samenhang op lokaal en regionaal niveau is relevant voor het realiseren van integrale en duurzame oplossingen, afgestemd op de lokale mobiliteitsvraagstukken en –behoeften van bewoners. Vervolgens is het project formeel gestart met een kick-offbijeenkomst met alle betrokken partijen uit het gebied: gemeenten, vervoerders, maatschappelijke organisaties, reizigersplatforms, reizigersoverleg Brabant In het eerste deel van het project (zie pagina 11: inventarisatie vervoersstromen en –vraagstukken) is gebruik gemaakt van een denktank voor het brainstormen en losweken van innovatieve ideeën ten behoeve van de invulling van de pilots. Hieraan namen vertegenwoordigers van lokale organisaties vanuit welzijn en zorg, vervoerders en het Reizigersoverleg Brabant deel. In het tweede deel van het project, gedurende de pilotfase is per pilot gewerkt met een lokale werkgroep, allen begeleid door Zet. In de werkgroepen mobiliteit in Sint Hubert en Vianen nemen deel: burgers (ongeorganiseerd), afgevaardigden van lokale organisaties als dorpsraad, gemeenschapshuis, KBO. Deze twee pilots zijn voor een goede verankering mede ondersteund door de lokale welzijnsorganisatie Radius Land van Cuijk. In de werkgroep pilot Ziekenhuis Boxmeer-Beugen zitten afgevaardigden van Maasziekenhuis, Munckhof Vervoerder, Regiotaxi Noordoost-Brabant, van Zon Management en advies Vervoer.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
11
INVENTARISATIE OV EN BEWONERSONDERZOEK LAND VAN CUIJK 1. Het OV is onvoldoende afgestemd op veel voorkomende bestemmingen. 2. Overmatig Wmo-gebruik van regiotaxi naar met name de zorgbestemmingen. 3. De afstand tot de halte bepaalt in hoge mate de bruikbaarheid en het gemak van het OV (gemak: aantrekkelijk, laagdrempelig en toegankelijk). 4. Het OV is geen reëel alternatief voor een eigen auto in het Land van Cuijk 5. Er is onvoldoende vertrouwen en bekendheid over het reizen met het OV. 6. Om de leefbaarheid in het gebied (in het licht van ontgroening, dubbele vergrijzing en de transities) te behouden en te versterken, is bereikbaar van voorzieningen cruciaal en daarmee de noodzaak van mobiliteit voor iedereen. 7. Inwoners van het Land van Cuijk zien wel de noodzaak en de verantwoordelijkheid om zelf en met elkaar uit te kijken naar alternatieven voor een goede mobiliteit.
AANBEVELINGEN 1. In gesprek gaan met gebruikers en inwoners van het LvC, vervoerders, gemeenten, zorginstellingen, scholen en algemene voorzieningen (denk aan gemeente/Wmo-loket, apotheek, bibliotheek, enzovoorts) om oplossingen en alternatieven te bewerkstellingen. 2. Bedenk alternatieven voor het overbruggen van de afstand tot de halte. Denk onder andere aan infrastructuur, stalling/oplaadpunt elektrische fiets, deurservice. 3. Benut het draagvlak voor de snelle buslijnen door te zorgen voor een goede verbinding met die hoofdlijnen (goed: fijnmazig, frequent en bekend). 4. Zorg voor een laagdrempelige informatie en hulpvoorziening waar mensen terecht kunnen voor vragen over mobiliteit om meer vertrouwen en bekendheid te genereren (laagdrempelig: persoonlijk en lokaal). 5. Benut de bestaande particuliere vervoersstromen naar voorzieningen voor mensen die zelf niet mobiel zijn ter versterking van zelfredzaamheid, zelfstandigheid in het licht van ontgroening, vergrijzing en economische versterking (particulier: privé en instellingen). 6. Ontwikkel vervoersmogelijkheden met vrijwilligers en benut hiervoor de bestaande initiatieven. Met maatwerk voor specifieke doelgroepen.
12
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
HOOFDSTUK 2 UITVOERING EN MONITORING PILOTPROJECTEN De drie pilotprojecten zijn gestart met het organiseren van een werkgroep waarin direct betrokkenen samenwerken aan het invullen en uitvoeren van de pilots, begeleid door Zet. Bij aanvang van de pilots is per pilot een nulmeting gehouden. Gedurende de looptijd van de pilot is er gemonitord zodat het effect van de interventies kan worden gemeten. De eindevaluaties zijn per pilotproject beschreven.
PILOT: VERVOERSVOORZIENING VIANEN Vianen is een kern zonder openbaar vervoer (OV), waar bewoners al lange tijd aangeven dat het gebrek aan OV hen beperkt. De provincie gaf aan dat er ook geen (buurt)bus zou komen. Sterke vergrijzing en terugtrekken van voorzieningen doet de mobiliteitsbehoefte toenemen.
Doel pilot Vianen
Een alternatieve duurzame vorm van vervoer realiseren met particulier vervoer en vrijwilligers waardoor de mobiliteit van de inwoners van Vianen kan toenemen.
Aanpak
In samenwerking met de dorpsraad is de werkgroep Mobiliteit opgericht. Gedurende de looptijd van de pilot heeft de werkgroep acties uitgezet Middels een bewonersenquête in het dorp is onderzocht welke vervoersbehoeften mensen in Vianen hebben en welke vervoersvormen daar het beste bij aansluiten. De werkgroep heeft op basis hiervan vervoersmogelijkheden en slimme combinaties benoemd en uitgewerkt. Dit resulteerde in de ontwikkeling van een reisapp. Vanwege de schaalgrootte is voor dit onderdeel een apart project opgezet buiten deze pilot. Om direct aan de vervoersbehoefte van Vianen te kunnen voldoen is de lokale vervoersdienst ‘Vianen ik neem je mee’ opgezet. Daarnaast is gewerkt aan het bekendmaken van de vervoersmogelijkheden middels ludieke en informatieve acties. Er is voor Vianen een handzame informatiedrager gemaakt met daarin alle vervoersmogelijkheden compact op een rijtje. Deze is huis-aan–huis verspreid.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
13
Beoogde resultaten pilot
- Infrastructuur die vraag en aanbod bij elkaar brengt (bijvoorbeeld met ICT/app, met fysieke zichtbaarheid). - Informatie over vervoersmogelijkheden, informatie over halte(n), tarieven en tijden. - Bewustwording van eenieders bijdrage aan de mobiliteit/oplossing van het lokale vervoersprobleem. - Oplossing lokaal verankeren met regiotaxi en/of welzijnsvervoersprojecten. - Inzicht in de mogelijkheden en condities om met vrijwilligers te werken.
PILOT: MOBILITEITSCONSULENT SINT HUBERT Sint Hubert is een kern (1.540 inwoners) met een goede busverbinding naar omliggende plaatsen en voorzieningen (station). Desondanks wordt er relatief weinig gebruik gemaakt van het openbaar vervoer.
Doel pilot Sint Hubert
Door het vergroten van de kennis en het vertrouwen van mensen in het openbaar vervoer moet de mobiliteit en het gebruik van het openbaar vervoer toenemen. Deze doelstelling is door de werkgroep Mobiliteit aangescherpt tot: Zorgen voor laagdrempelige informatie over openbaar vervoer waardoor de kennis en de waardering voor het openbaar vervoer zal toenemen
Aanpak
Voor de pilot is een lokale werkgroep Mobiliteit Sint Hubert opgericht waarin vertegenwoordigers zitten van gemeenschapshuis ‘De Jachthoorn’, KBO, Vrijwillige Hulpdienst Mill en Sint Hubert, diverse betrokken bewoners, Welzijnsorganisatie Radius en Zet. De werkgroep is gestart met het opstellen van een enquête om bij de bewoners in kaart te brengen wat de bekendheid van vervoersmogelijkheden is, waar knelpunten zitten en welke behoeften er zijn. Hieruit bleek dat men onvoldoende vertrouwen heeft in en bekend is met het reizen met het openbaar vervoer. Op basis van deze uitkomsten is een bewonersavond georganiseerd om verdere inkleuring te geven aan de wensen en behoeften van de bewoners van Sint Hubert. Mensen gaven aan dat het beter zou werken als er iemand zou zijn die ze kan helpen met vragen over het openbaar vervoer, het aanvragen van een OVchipkaart, et cetera. Ook gaf men aan dat ‘De Jachthoorn’ en de website st.hubert.nu goede plekken zijn om informatie over vervoer aan te bieden. De pilot behelst het instellen van een mobiliteitsconsulent die lokaal mensen ondersteuning en begeleiding biedt bij het gebruik van en reizen met het OV. Middels een projectplan bestaande uit verschillende onderdelen is gewerkt aan het realiseren van de doelen.
14
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
Beoogde resultaten pilot
- Een punt (digitaal/fysiek/telefonisch) waar mensen terecht kunnen met vragen over mobiliteit en personenvervoer. - Toegankelijke informatie voor alle doelgroepen. - Inzicht in knelpunten en veelvoorkomende bestemmingen (vervoersvraag). - Verschillende methoden om mensen vertrouwd te maken met het - personenvervoer, bijvoorbeeld trainingen, OV-gidsen, apps et cetera. - Inzicht in de voorwaarden om met vrijwilligers te werken.
PILOT: BEREIKBAAR ZIEKENHUIS In het land van Cuijk is het Maasziekenhuis Pantein Boxmeer-Beugen een veelvoorkomende bestemming. Het ziekenhuis is goed bereikbaar met de auto. Daarnaast rijden er diverse (buurt)bussen, (deel)taxi’s en vrijwillige vervoershulpdiensten vanuit het Land van Cuijk (33 kernen) naar het Maasziekenhuis en visa versa.
Doel pilot Bereikbaar Ziekenhuis
Het doel van de pilot ‘Bereikbaar Ziekenhuis’ is om de verbinding met het Maasziekenhuis te verbeteren en meer grip te krijgen op de vervoersstromen. Door regie en coördinatie, efficiency en kwaliteitsverbetering realiseren voor meerdere partijen. Bijvoorbeeld ziekenhuis, gemeenten, vervoerders en ziektekostenverzekeraars én de gebruikers van OV-personenvervoer zoals patiënten, personeel en bezoekers (en later ook studenten ROC).
Aanpak pilot
Bij aanvang van de pilot zijn de vervoersstromen van en naar het ziekenhuis in beeld gebracht en zijn patiënten, bezoekers en personeelsleden bevraagd over de bereikbaarheid van het ziekenhuis. Op basis van deze bevindingen heeft de werkgroep Bereikbaar Ziekenhuis een aantal denkrichtingen uitgewerkt en gewogen. Dit heeft geleid tot een samenhangend pakket van interventies waarmee de bereikbaarheid van het Ziekenhuis in de brede zin kan verbeteren. De volgende interventies zijn in de pilotperiode uitgevoerd: 1. Communicatie en informatievoorziening vanuit het ziekenhuis 2. (Her)inrichting hoofdingang, zowel binnen als buiten 3. Dalurentarief Door het invoeren van een dalurentarief komen tot een betere spreiding over de dag en het vermijden van een spitspiek bij vervoerders en reizigers. Daarnaast biedt het kansen voor kostenreductie (regio)taxi. Het dalurentarief gold voor Wmo-pashouders in de periode 1 mei – 31 oktober 2014 op werkdagen tussen 9.30 uur en 14.30 uur. Om de pilot te realiseren is intensief samengewerkt en geïnvesteerd door Maasziekenhuis Pantein, Munckhof, Gemeenschappelijke Regeling KCV BrabantNoordoost (Regiotaxi) en Zet.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
Beoogde resultaten pilot
15
- Er is zicht op een of meer geschikte mogelijkheden waarmee het vervoer van en naar het Maasziekenhuis Pantein in Beugen wordt gestroomlijnd en gebundeld. - De planning en de organisatie van het ziekenhuis zijn gerelateerd aan het vervoer van en naar het ziekenhuis. - Er is zicht op de mogelijkheden om het vervoer van en naar het ziekenhuis efficiënter te organiseren. - Er is een betere bezetting en spreiding van gebruik van de vervoersmiddelen. - Regie en grip op vervoersstromen bij de vervoerders is vergroot. - Er is zicht op kostenreductie op vervoer bij verzekeraars en gemeenten. - Er is samenwerking gerealiseerd tussen ziekenhuis en vervoerders. - Er is meer zicht op de vervoersbewegingen van en naar het ziekenhuis. - Er is optimale bekendheid met de verschillende vervoersopties bij de drie doelgroepen: personeel, bezoekers en patiënten van het Maasziekenhuis Pantein.
16
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
HOOFDSTUK 3 ALGEMENE CONCLUSIES TOTALE PROJECT BEOOGDE EN GEREALISEERDE DOELEN Gedurende het afgelopen jaar is binnen de drie pilots met werkgroepen mobiliteit op verschillende terreinen en aspecten onderzocht hoe de mobiliteit in een gebied als het Land van Cuijk verbeterd kan worden ten behoeve van de leefbaarheid in het gebied en de zelfredzaamheid van de bewoners van het gebied. Dit alles zonder kostenverhoging van vervoer, bij voorkeur verlaging, en liefst het gebruik c.q. de opbrengst verhogen. Aan alle beoogde resultaten is gewerkt in een of meerdere pilots. Hieronder een schets van de gerealiseerde doelen en overstijgende conclusies. Meer details staan beschreven in de deelrapportages.
Beoogd resultaat 1
Inzicht verkrijgen in welke methode geschikt is voor specifieke problemen ten aanzien van mobiliteit in landelijk gebied. Op basis van de conclusies en aanbevelingen uit deel een zijn in de drie pilots verschillende interventies ontwikkeld, gerealiseerd en getest op bruikbaarheid en effect. In de eindevaluaties van de pilots (zie bijlagen) staat beschreven welke geteste interventies in de praktijk bruikbaar en succesvol zijn voor verschillende vraagstukken in specifieke situaties. Belangrijke voorwaarden voor succes zijn het betrekken van vrijwilligers en het organiseren van een lokale werkgroep Mobiliteit. Voor het opstarten is in veel gevallen ondersteuning van een professionele organisatie nodig. We concluderen dat in de beginfase zeker veel energie en inzet nodig is om, met in de meeste gevallen een beperkt budget, een maatwerkoplossing te realiseren. Daarna vraagt de lokaal gedragen mobiliteitsoplossing in de exploitatie weinig geld en in beperkte mate een ondersteuning van een professionele organisatie. Deze middelen zijn nodig voor o.a. zorgdragen voor up-to-date vervoersinformatie, ondersteuning van vrijwilligers, vergaderkosten en bijvoorbeeld onderhoud van ICT of vervoersmiddel.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
17
Beoogd resultaat 2
Inzicht verkrijgen in wat lokaal nodig is om een pilot tot een succes te maken zodat de resultaten succesvol uitgerold kunnen worden in de rest van het Land van Cuijk en daarbuiten. In de eindevaluaties van de drie pilots staat beschreven welke condities van belang zijn voor het realiseren van een specifiek mobiliteitsvraagstuk in landelijk gebied; welke voorwaarden dragen in belangrijke mate bij aan succes. Een van de succesvolle voorwaarden hiervan is: het organiseren van een werkgroep Mobiliteit waarin bewoners en lokale organisaties het voortouw nemen voor het realiseren van de lokale mobiliteitsoplossing. Een andere voorwaarde is het vooraf inventariseren wat het exacte mobiliteitsvraagstuk is en hoe de lokale vervoersbehoefte er uit ziet, om te kunnen komen tot een geschikte maatwerkoplossing.
Beoogd resultaat 3a
Het project levert een bijdrage aan het verbeteren van het Openbaar vervoer op: a) de dienst/het product (bijvoorbeeld efficiëntie). Om de dienst en/of het product van het (aanvullend) openbaar vervoer te verbeteren is in de pilot Bereikbaar Ziekenhuis verkend of het instellen van een dalurentarief een bijdrage kan leveren. Om efficiëntie te behalen moet vaak op meerdere borden tegelijk geschaakt worden. Ofwel, er zijn veel factoren die de efficiëntie beïnvloeden. Samenwerking tussen organisaties is nodig om overlap, hiaten en bugs uit het systeem te halen. Echte efficiëntie zit vaak versleuteld in systemen, domeinafspraken en financiering. Er is - naast samenwerkingsbereidheid, een gedragen visie op het niveau van directies en een plan van aanpak of beleid -, ook tijd en focus nodig om verbeteringen daadwerkelijk te realiseren. Het oppakken van alle schakels in de keten is van belang voor het resultaat van efficiëntie en kwaliteitsverbetering. Dit heeft voordelen; snelle winst door het oppakken van het laaghangend fruit is stimulerend voor het vervolg. De interventies in en rond het ziekenhuis zowel fysiek als qua communicatie en informatie zijn hier goede voorbeelden van. Met de pilot Bereikbaar Ziekenhuis zijn meerdere interventies uitgevoerd om tot efficiëntie en kwaliteitsverbetering te komen. De afstemming en organisatie met de betrokken partijen heeft de interventie Dalurentarief mogelijk gemaakt. Nu deze samenwerking naar ieders tevredenheid gerealiseerd is, is er een goede basis gelegd voor de uitvoering van andere ideeën ter verbetering van onder andere het stroomlijnen en bundelen van de vervoersstromen. Het ontwikkelde concept voor Vianen is een maatwerkvervoersvoorziening. Het zorgt voor behoud van mobiliteit en draagt daarmee ook bij aan de leefbaarheid van het gebied en de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van mensen in de kern Vianen.
18
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
Tijdens de drie pilots kwam nadrukkelijk naar voren dat voor het vinden van mobiliteitsoplossingen de crux ligt in het vinden van geschikte maatwerkoplosssingen. Tegelijkertijd schuilt hierin de grootste opgave; het gaat in alle gevallen om kleine aantallen. Het vergt een goede verhouding tussen financiële mogelijkheden en sociale inzet. Er is veel motivatie en betrokkenheid van vrijwilligers nodig voor het realiseren en behouden van lokale kleinschalige mobiliteitsoplossingen. Het is immers veel aantrekkelijker iets te creëren waar veelvuldig gebruik van gemaakt wordt. Echter, voor grote aantallen zijn reguliere voorzieningen als OV bedoeld. Het vraagt van de betrokken partijen goed in te zoomen op de vervoersbehoefte en de impact van de kleine aantallen juist als bijzonder te waarderen. Voor vrijwilligers is het vaak ook gemakkelijker zich in te zetten voor gewaardeerde initiatieven. De kracht van deze kleinschalige maatwerkoplossingen zit juist in de voorziening op maat. Het beperkte gebruik vraagt daarom om een eenvoudig en zoveel mogelijk zelfwerkend systeem. Er is aandacht en betrokkenheid nodig om de vrijwilligers blijvend te motiveren. Het is belangrijk dat mobiliteit en het bestaan van de gecreëerde voorziening op de agenda blijft staan bij de gemeente, de dorpsraad en de bewoners. Daarbij hoort ook het up-to-date houden van de vervoersinformatie en de communicatie over het lokale mobiliteitsloket.
Beoogd resultaat 3b en 3c
Het project levert een bijdrage aan het verbeteren van het Openbaar vervoer op b) de communicatie (en daarmee bekendheid) en c) het imago (onder andere betrouwbaarheid) Tijdens de inventarisaties van de drie pilots is een relatie gesignaleerd tussen de bekendheid met de vervoersmogelijkheden en het imago van het Openbaar vervoer. In de uitvoering van de pilots is deze samenhang opgepakt. In de deelrapportages is een toename in vertrouwen in het OV waarneembaar. Het digitale informatiescherm blijkt hieraan een bijdrage te leveren. Bij alle pilots is de insteek dat het realiseren van dergelijke oplossingen samen met betrokkenen opgepakt moet worden. Ook hebben ze alle drie gewerkt aan manieren om de informatie over de mogelijkheden en het gebruik van de verschillende vervoersmodaliteiten te verbeteren. De informatie is gebundeld en samengebracht. De ontwikkelde instrumenten zoals de Z-card en de vervoerswaaier zijn hier voorbeelden van. Alle pilots hebben vormen van ondersteuning en begeleiding uitgewerkt en getest die nodig is bij het verkrijgen van de informatie of het gebruik van deze vervoersmodaliteiten. Allen concluderen dat compacte, eenvoudige en overzichtelijke informatie nodig is. Persoonlijke uitleg en begeleiding zijn van belang bij het (ver)krijgen van vertrouwen in (het gebruik van) het OV en personenvervoer. De training voor receptionisten van het ziekenhuis en de buddy’s/mobiliteitsconsulenten in Sint Hubert zijn daar exemplarisch en geschikt voor.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
19
Beoogd resultaat 4
Door een koppeling van economische en sociale aspecten*, wordt de mobiliteit in het Land van Cuijk bevorderd. *Voorwaarde bij de methode is een economische en sociale koppeling; niet duurder, liefst goedkoper en een verbinding naar de leefbaarheidsaspecten als benutten sociaal kapitaal van vrijwilligers, zelfredzaamheid versterken, sociaal isolement voorkomen/verminderen.
Bij het creëren van kleinschalige mobiliteitsoplossingen is nadrukkelijk gezocht naar oplossingen die een koppeling zijn tussen een economisch en een sociaal resultaat. De voorwaarde dat een nieuwe voorziening niet duurder, liefst goedkoper zou moeten zijn en bij voorbaat ook zou moeten leiden tot een hogere opbrengst. Dit vraagt zeker creativiteit en onderzoek naar de lokale mogelijkheden. In het voorbeeld van Vianen heeft dit geleid tot twee interventies: het idee om de bestaande vervoersbewegingen binnen het dorp te benutten door te appelleren aan het ‘samen rijden, samen reizen’. Het initiatief heeft geleid tot de ontwikkeling van een reisapp. Deze webapplicatie doet een beroep op de sociale cohesie, onderlinge betrokkenheid en de deeleconomie: ik deel mijn auto en/of nodig anderen uit met mij mee te reizen. Voor een goede werking heeft deze web-app massa nodig en wordt ontwikkeld voor Noordoost-Brabant. Middels een campagne worden mensen hiervoor enthousiast gemaakt, zowel de aanbieders als de vragers. De vervoersvoorziening ‘Vianen, ik neem je mee’ is gebaseerd op vrijwilligers die rijden in de eigen auto. Voor het aanvraagsysteem maakt deze voorziening gebruik van de bestaande faciliteiten van de vrijwillige hulpdienst van Cuijk. Om het gebruik van de vervoersvoorzieningen te stimuleren worden onder andere gezamenlijke ritten bijvoorbeeld naar de markt in de nabijgelegen gemeente georganiseerd. Zo gaat leren zelfstandig gebruik te maken van het openbaar vervoer Sint Hubert, hand in hand met het versterken van de leefbaarheid. Bij aanvang van het project was de verwachting/vooronderstelling dat er tussen de drie pilots een samenhang bestaat die kennis koppelt en vermeerdert ten behoeve van kleinschalige mobiliteitsoplossingen. Al tijdens de uitvoeringsfase is op meerdere fronten gebruik gemaakt van ontwikkelde kennis bij een van de pilots waardoor deze kennis snel en verbeterd ingezet kon worden bij een andere pilot. Goed voorbeeld hiervan is de training OVconsulenten voor receptionisten Maasziekenhuis die vervolgens is aangepast en bijgesteld voor de buddy’s/mobiliteitsconsulenten in Sint Hubert. Ook het bundelen van de informatie in compacte informatiedragers met een couleur locale is overgenomen. De opdrachtgevers van het project gaven aan dat zij er vanuit gaan dat het verbeteren van de ’onderkant’ van het personenvervoer, een versterkende werking heeft naar het gebruik van het OV. Wij hebben hier wel meting naar verricht. Echter wij kunnen vanuit deze metingen geen uitspraken doen omdat de periode te kort was om dergelijke gegevens goed in beeld te brengen.
20
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
CONCLUSIES OP PROJECTNIVEAU Uit de evaluaties blijkt dat het project met de drie pilots meer is dan enkel de behaalde resultaten. Er is sprake van bijvangst en effecten die voor de toekomst van belang zijn. Bewoners geven aan dat het werken aan mobiliteit in het dorp veel enthousiasme en trots oplevert, ze kunnen het onderwerp mobiliteit breder oppakken en koppelen aan andere thema’s waardoor de leefbaarheid versterkt kan worden. Ook de samenwerking tussen de organisaties biedt goede aanknopingspunten voor meer verbeteringsslagen en een gezamenlijk optrekken in de toekomst. Gedurende het project is gebleken dat de aandacht voor mobiliteit voortdurend verandert. Zowel op regionaal als op lokaal niveau door de verkiezingen: nieuwe samenstellingen van de gemeenteraad, college van B&W, bestuur (AB/DB )van de gemeenschappelijke Regeling Kleinschalig Collectief Vervoer. Ook inhoudelijke ontwikkelingen hebben invloed op de aandacht, visie en koers: aanbesteding concessie openbaar vervoer Brabant, oriëntatie op aanbesteding Regiotaxi, visie- en beleidsontwikkeling op terrein van OV en aanvullende OV en personenvervoer, implementatie van de transities. Nagenoeg alle betrokken organisaties geven aan dat een sterkere verbinding tussen OV, aanvullend OV en personenvervoer nodig is. De vraagstukken zijn in veel gevallen niet meer afdoende op te lossen in de afzonderlijke domeinen. De verkokering in onderwerp, financiering en afdeling of organisaties in combinatie met onzekerheid over het veranderend perspectief werkt beperkend in een adequate aanpak van vraagstukken. Wel is op bijna alle fronten de bereidheid tot meedenken waarneembaar.
AANBEVELINGEN Bewoners
Betrek bewoners en lokale organisaties vanaf het begin. Laat bewoners aan het stuur, organiseer wel met betrokkenheid en ondersteuning van de gemeente. Zo nodig met professionele begeleiding van een (lokale) organisatie uit het sociale domein. Ga uit van de maat van de vraag, de mogelijkheden van bewoners en de kracht van het gebied. Kijk samen met gemeenten, vervoerders, bewoners en lokale organisaties waar bovenlokale verbindingen nodig of mogelijk zijn. Waardeer de maatwerkoplossing voor de kleine aantallen die horen bij landelijk gebied. Onderstreep de lokale impact van de mobiliteitsoplossing. Ondersteun de motivatie en betrokkenheid van vrijwilligers. Neem het thema mobiliteit serieus en veranker het lokaal. Maak mobiliteit tot een collectief thema, niet alleen tijdens de projectfase, juist ook daarna. Zorg dat mobiliteit en het bestaan van de gecreëerde voorziening op de agenda blijft staan bij de gemeente, de dorpsraad en de bewoners. Daarbij hoort ook het up-to-date houden van de vervoersinformatie en de communicatie over het lokale mobiliteitsloket. Door mobiliteit als een welzijnsdienst voor behoud van leefbaarheid te benoemen kan de gemeente, een lokale welzijnsorganisatie en/of een regionaal steunpunt mobiliteit zorgdragen voor continuïteit en verankering.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
21
Verken het vraagstuk
Verkenning, oriëntatie en/of onderzoek van het mobiliteitsknelpunt is nodig. Verzamel, bundel en betrek de kennis over de mobiliteitsvraagstukken in het gebied; van lokaal tot regionaal. Breng de vervoerstromen in beeld, zowel van (aanvullend) openbaar vervoer als particuliere en vrijwillige hulpdiensten. Inventariseer de vervoersbehoeften van bewoners. Betrek hierbij ook maatschappelijke organisaties (professionele en vrijwillige), vervoerders en van gemeenten zowel van afdelingen Verkeer als van Wmo-vervoer.
Geschakelde aanpak
Bewoners/reizigers benaderen mobiliteit en leefbaarheid integraal; In de praktijk ervaren reizigers grenzen, verschillende regels en regelingen als onnodige barrières. Het oppakken van alle schakels in de keten is van belang voor het resultaat. Denkend vanuit de reiziger, al dan niet met beperking, gaat het om een integrale aanpak. Reizen met verschillende vervoersvoorzieningen, van deur tot deur, van beschikbaarheid van informatie tot voorzieningen die het reizen faciliteren, enzovoorts. Werk aan het slechten van de verkokering in de praktijk door te redeneren vanuit de bewoners/reiziger. Verbind mobiliteit aan organisaties en thema’s als leefbaarheid, zelfstandigheid, zelfredzaamheid en betrokkenheid, aan bereikbaarheid en toegankelijkheid.
Samenwerken
Voor het creëren van oplossingen op lokaal en regionaal niveau zijn verschillende partijen nodig. Opschalen is nodig als zaken bovenlokaal spelen De betrokkenheid en bereidheid tot samenwerking en afstemming van de vervoerders versnelt, verrijkt en verruimt het scala aan oplossingen. Als bewoners de lokale behoeften helder in beeld hebben, vaak in combinatie met voorstellen voor een oplossing, kan een coöperatieve vervoerder de condities onderzoeken en schetsen waarbinnen de oplossingsmogelijkheden gerealiseerd kunnen worden.
Communicatie
De impact van de maatwerkoplossingen worden aanzienlijk versterkt door een samenhangend pakket aan maatregelen. Maatwerkoplossingen verdienen een nadrukkelijke zichtbaarheid; zowel gemeenten, vervoersorganisaties, lokale organisaties als burgers kunnen op diverse media en podia communiceren over de mobiliteitsmogelijkheden. Met het promoten van deze vervoersoplossingen raken mensen meer vertrouwd en bekend met het reizen met het openbaar vervoer, blijven mensen meer mobiel en voorzieningen in de regio goed bereikbaar. Communicatie in veel verschillende vormen is nodig voor goede informatievoorziening, gedragsveranderende campagnes, imagoverbetering openbaar vervoer, ondersteuning en begeleiding. Er is meer bewustzijn nodig over de boodschap en de ontvanger, voor communicatie die de doelgroepen bereikt: compact en eenvoudig, overzichtelijk met een juiste timing, met een couleur local, digitaal en op papier. Persoonlijke communicatie en het werken met ambassadeurs versterkt de boodschap. Ben actief in het betrekken van het onderwerp mobiliteit bij de communicatie over diverse activiteiten. Activiteiten van het cultureel centrum of MFA, evenementen, voorzieningen, lokaal en bovenlokaal, vragen om mobiliteit, bereikbaarheid en toegankelijkheid.
22
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
Gemeentelijke verantwoordelijkheid en lokale verankering
Voor het opstarten (voor onder andere het betrekken van vrijwilligers, verbinden van partijen en het structureren) en later in beperkte mate is het aan te bevelen professionele ondersteuning van een lokale organisatie te organiseren. Om deze adequate en goedkope oplossing voor personenvoer te duurzaam te behouden is een gemeentelijke verantwoordelijkheid nodig. Dit betekent dat hiervoor binnen gemeentelijke gremia als GGA en GR-KVC-regiotaxi en de afdelingen Verkeer en Wmo-vervoer aandacht blijven houden voor dit onderwerp. Onderdeel hiervan kan zijn een verankering door de lokale welzijnsorganisatie; ondersteunen van lokale mobiliteit als reguliere taak.
Gezamenlijke verantwoordelijkheid
Met de ingang van de nieuwe concessie half december 2014 is helder geworden hoe het kernnetwerk Openbaar vervoer er uit ziet. De lijnen zijn strakker, een aantal lijnen rijden niet in de avonden en in het weekend. Er is een aanwijsbare noodzaak om ‘de onderkant’ van het personenvervoer goed te organiseren. Aandacht voor feederen op het kernnetwerk, slimme oplossingen op maat en voorkomen dat de kosten voor vervoer hoger oplopen. De onderkant van het personenvervoer, zeker in het landelijk gebied, is slechts beperkt interessant voor overheid en vervoerders. Zowel organisatorisch en financieel; het kost tijd en geld om een beperkte groep klanten te bedienen en te feederen op het reguliere OV. Binnen de pilot Bereikbaar Ziekenhuis zijn nog enkele bruikbare ideeën als mogelijke interventie voor verbetering van OV en personenvoer beschikbaar die zeker nader onderzoek waard zijn. Om de bereikbaarheid en mobiliteit van de regio in de toekomst te behouden, zullen de formele en informele vervoerstromen meer in elkaar moeten schuiven. Het vraagt daadkracht, korte lijnen en flexibiliteit van overheid en vervoersorganisaties om samen te komen tot directe en concrete oplossingen voor lokale en regionale knelpunten. Uit de pilots blijkt hoezeer bewoners bij het creëren van oplossingen afhankelijk zijn van deze gezamenlijk bereidheid. We noemen hier als bijvoorbeeld het verschuiven van een halte of route van een buurtbus. Aandacht, visie en commitment zijn nodig om met elkaar de bereidheid en daadkracht te tonen. Voor de reizigers is het van belang dat de mobiliteitsoplossingen voor veelvoorkomende bestemmingen ook over de grenzen van een gebied reiken.
Benutten van de resultaten
Binnen het sociale domein is het betrekken van burgers bij lokale vraagstukken veelvoorkomend. In de vervoerswereld is dat minder gebruikelijk. In de pilotprojecten is het middels een persoonlijke en gerichte aanpak gelukt om een (langdurig) mobiliteitsknelpunt op te lossen. De conclusies en aanbevelingen van de pilotprojecten binnen het project Mobiliteit Land van Cuijk kunnen mogelijk een bijdrage leveren aan de nieuwe aanbesteding Regiotaxi. De resultaten van deze projecten worden als methodiek beschreven en zijn direct bruikbaar voor andere gemeenten, dorpsraden en bewonersinitiatieven. Binnen het project zijn voor de gemeenten in Noordoost–Brabant uren voor ondersteuning beschikbaar voor lokale maatwerkwerkoplossingen, zodat zij direct aan de slag kunnen.
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
Overstijgende samenwerking
23
Samen nadenken en samen werken aan mobiliteitsvraagstukken in de regio is nodig om de vraagstukken van vandaag en morgen het hoofd te bieden. Vanuit het project zijn hiervoor zichtbaar kansen ontstaan. Om samen op koers te blijven verdient het aanbeveling als een of meerdere partijen aansturen op het actief en bewust gezamenlijk nadenken en werken aan een organisatieoverstijgende en gebiedsgerichte aanpak van de mobiliteitsvraagstukken en duurzame oplossingen waardoor het gebied/Brabant ook in de toekomst een leefbare en bereikbare regio is.
24
BIJLAGEN
Mobiliteit versterkt, rapportage van drie pilots in het Land van Cuijk
Stichting Zet │Statenlaan 4│Postbus 271│5000 AG Tilburg Telefoon 013 5441440 │
[email protected] │ wijzijnzet.nl IBAN NL69ABNA0469068620 │ BTW NL817260560B01 │ KvK Midden-Brabant 18085830
VERVOERSVOORZIENING VIANEN Evaluatierapport pilot
WIJZIJNZET.NL
COLOFON Vervoersvoorziening Vianen, Evaluatierapport pilot is een uitgave van Stichting Zet (hierna te noemen Zet) Datum: Auteur: Referentie:
15 december 2014 Kamieke van de Riet kari-Z13.059A-856h14
Postbus 271 5000 AG Tilburg Telefoon: 013 54 41 440 E-mail:
[email protected] Website: www.wijzijnzet.nl
INHOUD Samenvatting .............................................................................................. 4 Conclusies ................................................................................................... 5 Hoofdstuk 1 Project Vervoersvoorziening Vianen Doel en beoogde resultaten ........................................................................... 6 Uitvoering ................................................................................................... 7 Hoofdstuk 2 Bekendheid en houding: Enquête Bekendheid vervoersmogelijkheden ...............................................................13 Knelpunten .................................................................................................14 Vervoersvrijwilligers ....................................................................................16 Vervoersinformatie ......................................................................................17 Tevredenheid vervoersmogelijkheden .............................................................18 Reisapp .....................................................................................................18 Opmerkingen ..............................................................................................18 Hoofdstuk 3 Gebruik Openbaar Vervoer .......................................................................................20 Regiotaxi ...................................................................................................21 Vervoersdienst SWOC ..................................................................................21 Vianen ik neem je mee.................................................................................21 Hoofdstuk 4 Ervaring Werkgroep .................................................................................................22 Vrijwillige chauffeurs....................................................................................22 Gebruikers .................................................................................................23 Hoofdstuk 5 Conclusies Infrastructuur .............................................................................................24 Informatie ..................................................................................................24 Bewustwording ...........................................................................................25 Verankering................................................................................................25 Werken met vrijwilligers ...............................................................................25 Doelstelling project ......................................................................................26 Hoofdstuk 6 Aanbevelingen Aanbevelingen ............................................................................................28
4
Vervoersvoorziening Vianen
SAMENVATTING Een alternatieve duurzame vorm van vervoer realiseren met particulier vervoer en vrijwilligers waardoor mobiliteit voor de inwoners van Vianen kan toenemen. Dat is het doel van de pilot die in deze rapportage wordt beschreven. Om dit doel te bereiken is de vrijwillige vervoersdienst ‘Vianen, ik neem je mee!’ opgericht. Vrijwillige chauffeurs halen met hun eigen auto dorpsgenoten thuis op en brengen ze naar hun bestemming, indien nodig met begeleiding ter plaatse. Om ‘Vianen, ik neem je mee te kunnen introduceren heeft de werkgroep mobiliteit (lokale vrijwilligers) een campagne ontwikkeld. Die bestond onder andere uit een z-card met vervoersinformatie en bijbehorend promotiemateriaal in de vorm van flyers, posters en advertenties in de lokale media. Tijdens een mobiliteitsmiddag werd dit alles aan het dorp werd gepresenteerd. Voor aanvang van de activiteiten is een enquête gehouden in het dorp om de knelpunten en wensen in kaart te brengen. Aan het einde van de pilotperiode is opnieuw een enquête gehouden om vast te stellen of er veranderingen in kennis, houding en attitude zijn opgetreden. Ook is de bekendheid van de uitgevoerde acties in kaart gebracht. In deze rapportage wordt -op basis van de genoemde enquêtes, de cijfers van gebruik van de diverse vervoersmogelijkheden en de ervaringen van de betrokkenen- de pilot geëvalueerd.
Vervoersvoorziening Vianen
5
CONCLUSIES Het doel van de pilot is behaald. Er is een alternatieve vorm van vervoer gerealiseerd met particulier vervoer en vrijwilligers. Uitspraken over de duurzaamheid zijn nog lastig omdat de pilot slechts een half jaar heeft kunnen draaien. Dit is eigenlijk te kort om te kunnen vaststellen of de vervoersoplossing duurzaam succesvol zal zijn. Er staat in elk geval een enthousiaste werkgroep mobiliteit en even enthousiaste vrijwillige chauffeurs. Een grote meerderheid van de dorpsbewoners is op de hoogte van ‘Vianen ik neem je mee’ en van de andere vervoersmogelijkheden die er zijn. De volgende deelconclusies gaan in op de beoogde resultaten die in deze rapportage worden beschreven. - Er is een infrastructuur gerealiseerd om vraag en aanbod bij elkaar te brengen voor ‘Vianen, ik neem je mee!’. De ICT-oplossing die is bedacht, uit de pilot gehaald en wordt ontwikkeld in een apart project. - Er is informatie ontwikkeld over vervoersmogelijkheden. De bekendheid van de vervoersmogelijkheden is toegenomen. - Het project heeft bij de werkgroep en chauffeurs geleid tot bewustwording van eenieders bijdrage aan de oplossing van het lokale vervoersprobleem. - De oplossing is lokaal verankerd door samen te werken met een organisatie die gemeente breed ervaring heeft met vervoer door vrijwilligers. - Er is inzicht verkregen in de voorwaarden om met vrijwilligers te werken. Het enthousiasme van de vrijwilligers blijkt een belangrijke succesfactor. In de rapportage worden de voorwaarden genoemd om het enthousiasme van de vrijwilligers te versterken.
6
Vervoersvoorziening Vianen
HOOFDSTUK 1 PROJECT VERVOERSVOORZIENING VIANEN De pilot Vervoersvoorziening in Vianen is een van de drie pilots binnen het project Mobiliteit in het Land van Cuijk. Dit project is gestart met een analyse van de vervoersstromen in de vijf gemeenten van het Land van Cuijk en gesprekken met bewoners van deze gemeenten over knelpunten en wensen op het gebied van vervoer. Op basis van die inventarisatie zijn drie pilots gedefinieerd met betrekking tot drie verschillende knelpunten. Vianen is gekozen als pilotlocatie voor het opzetten van een aanvullende vervoersvoorziening. De reden om deze pilot in Vianen uit te voeren is dat er in Vianen geen goede openbaar vervoersvoorzieningen zijn in de kern en het daardoor lastig is voor mensen die niet (meer) auto kunnen rijden om zich buiten Vianen te verplaatsen. Vianen is een kleine kern in Noordoost-Brabant met 1.250 inwoners. In de kern zijn geen openbaar vervoersvoorzieningen aanwezig. Circa anderhalve kilometer buiten de kern zijn haltes van twee buslijnen richting Uden, Grave en Cuijk. Nog iets verder op de weg naar het volgende dorp Beers stopt een buurtbus richting Grave en Boxmeer. In Cuijk, op circa drie kilometer afstand, is een station waar treinen richting Nijmegen en Roermond stoppen. De afstanden naar de haltes en het station zijn groot voor mensen uit Vianen die niet meer zo goed ter been zijn. Ook veiligheid speelt een rol. De loop- en fietsroute naar het station gaat via een tunnel en over een industrieterrein. De routes naar de haltes zijn door smalle wegen en gebrek aan voetpaden en verlichting gevaarlijk, zeker op donkere dagen in de winter. De dorpsraad was al lange tijd bezig met het thema openbaar vervoer, met name het gebrek een buurtbusverbinding in het dorp. Bij de start van de pilot is een lokale werkgroep opgericht waarin vertegenwoordigers zitten van dorpsraad Vianen NB, KBO Vianen, Vrijwillige Hulpdienst Cuijk, diverse betrokken bewoners, Welzijnsorganisatie Radius en Zet. Nu de werkgroep een jaar actief is geweest, is het tijd om de balans op te maken. Welk effect hebben de inspanningen gehad? Dit rapport gaat in op veranderingen in bekendheid en houding (hoofdstuk 2), gebruik (hoofdstuk 3), beleving (hoofdstuk 4) en tot slot conclusies en aanbevelingen (hoofdstuk 5). Eerst worden doel en beoogde resultaten beschreven en de wijze waarop het project is uitgevoerd, met een beschrijving van de verschillende interventies.
DOEL EN BEOOGDE RESULTATEN De pilot Vervoersvoorziening Vianen is opgestart met het volgende doel:
Een alternatieve duurzame vorm van vervoer realiseren met particulier vervoer en vrijwilligers waardoor mobiliteit voor de inwoners van Vianen kan toenemen.
Vervoersvoorziening Vianen
7
Daarbij zijn de volgende beoogde resultaten benoemd: 1. Infrastructuur die vraag en aanbod bij elkaar brengt (bijvoorbeeld met ICT/app, met fysieke zichtbaarheid). 2. Informatie over vervoersmogelijkheden, halte(n), tarieven en tijden. 3. Bewustwording van eenieders bijdrage aan de mobiliteit/oplossing van het lokale vervoersprobleem. 4. Oplossing lokaal verankeren met regiotaxi of welzijnsvervoersprojecten. 5. Inzicht in de mogelijkheden en condities om met vrijwilligers te werken. De werkgroep heeft het doel en de beoogde resultaten van de pilot onderschreven. Ze hebben er een randvoorwaarde aan toegevoegd. De vervoersoplossing moet zo veel mogelijk zelfwerkend zijn. Daarmee wordt bedoeld dat de tijd van de vrijwilligers zo veel mogelijk ingezet wordt voor het hoofddoel, vervoeren van mensen, en zo min mogelijk voor organisatorische zaken als koppelen van vraag en aanbod en administratie.
UITVOERING In het najaar van 2013 is de werkgroep gestart met het opstellen van een enquête om de vervoersbehoefte van de mensen in Vianen in kaart te brengen. Op basis van dit onderzoek is vastgesteld dat: -
-
Er veel onbekendheid is over de huidige vervoersmogelijkheden in Vianen. De knelpunten op het gebied van bereikbaarheid en vervoer zijn: de ligging van de haltes buiten de kern de lange reistijd dat het openbaar vervoer als ingewikkeld wordt ervaren. Men het vervelend vindt om een beroep op anderen te moeten doen. Met name ouderen deze knelpunten ervaren. Belemmeringen in vervoer reden zijn om activiteiten niet te doen. De meerderheid positief staat tegenover een op te richten vervoersdienst.
Naar aanleiding van het onderzoek zijn door de KBO en de dorpsraad bijeenkomsten georganiseerd om verdere inkleuring te geven aan de wensen en behoeften van de bewoners van Vianen. Daaruit bleek dat voor een deel van de mensen laagdrempelige informatie over het openbaar vervoer zou kunnen helpen om de mobiliteit te verbeteren. Ook was er een doelgroep die niet zelfstandig naar een bushalte of station kan komen. Voor deze mensen is vervoer van deur tot deur een oplossing om de mobiliteit te vergroten. Het feit dat er een vrijwillige hulpdienst in Cuijk is die dit kan verzorgen is voor deze mensen tot nu toe niet de oplossing gebleken. Dit komt deels door onbekendheid met het bestaan van deze dienst. Anderzijds komt het doordat veel mensen uit Vianen vervoerd willen worden door iemand uit Vianen en niet door iemand die ze niet kennen. De werkgroep heeft na de inventarisatiefase een projectplan gemaakt met verschillende onderdelen.
8
Vervoersvoorziening Vianen
Reisapp
Uit de inventarisatie bleek dat de auto het meest gebruikte vervoermiddel is in Vianen. Dagelijks rijden vele auto’s vanuit Vianen naar Cuijk, Boxmeer en Nijmegen. De werkgroep bedacht een manier om beter gebruik te maken van alle autoritten vanuit Vianen. Via een app kunnen mensen met een vervoersvraag gekoppeld worden aan de bestuurder van een auto uit Vianen. Deze app bevat informatie van alle bestaande (openbaar) vervoersmogelijkheden. Daarnaast kunnen ritten worden gedeeld. Elke bewoner kan aangeven of hij iemand mee wil nemen bij een geplande rit. Mensen die zelf geen vervoer hebben, kunnen daar op reageren. Indien ze samen tot een afspraak komen, worden gegevens uitgewisseld en is er een match. Andersom kunnen mensen verzoeken voor ritten plaatsen. Medebewoners kunnen dan aanbieden dat meerijden op het gevraagde moment mogelijk is. Door deze online marktplaats voor vervoer wordt optimaal gebruik gemaakt van bestaande ritten. Daarnaast kunnen via dit systeem ook vrijwilligers reageren op verzoeken die niet met reguliere ritten kunnen worden ingevuld. Daardoor kunnen mensen onderling afspraken maken en zijn geen vrijwilligers nodig voor regelwerk en administratieve zaken. Er is veel tijd gestoken in het uitwerken van het programma van eisen voor deze app en overleggen met potentiële app bouwers. Op den duur werd duidelijk dat het niet mogelijk was de app binnen de pilot Vianen te laten bouwen. Er is voldoende kritische massa nodig om een app als deze goed te laten functioneren. Hiervoor is een regionale aanpak vereist. Tevens bleek het budget van de pilot zowel qua tijd als qua geld niet toereikend. Derhalve is het ontwikkelen van de app voortgezet als een apart project met eigen financiering. Daarmee viel eind april 2014 een belangrijke pijler weg uit het projectplan van Vianen. Ondanks de teleurstelling daarover heeft de werkgroep de schouders er onder gezet om de andere onderdelen binnen de aangepaste omstandigheden te ontwikkelen.
Vianen ik neem je mee!
In Vianen was er behoefte aan deur-tot-deur vervoer met een vertrouwd gezicht. Dit was de reden om vrijwilligers te zoeken die het leuk vinden om voor andere mensen uit Vianen te rijden. Samen met de vrijwillige hulpdienst Cuijk werd ‘Vianen ik neem je mee!’ opgezet. Dit is een service voor en door Vianen. Mensen worden thuis opgehaald op het afgesproken tijdstip, worden vervoerd en waar nodig begeleid op de plaats van bestemming. Vier chauffeurs zijn bereid gevonden om, met hun eigen auto, deze ritten uit te voeren. Zij zijn verzekerd via de vrijwillige hulpdienst Cuijk. Daar worden ook de reserveringen aangenomen en chauffeurs gezocht bij de gevraagde ritten. Als het ware vormt ‘Vianen ik neem je mee!’ een lokale afdeling met ondersteuning en faciliteiten van de vrijwillige hulpdienst Cuijk. Voordat de chauffeurs zijn gestart hebben ze deelgenomen aan een training met daarin aandacht voor de werkwijze en randvoorwaarden van deze vrijwilligersfunctie. ‘Vianen ik neem je mee!’ heeft een eigen, Viaans, gezicht en is beschikbaar voor alle leeftijdsgroepen. De auto’s van de chauffeurs zijn herkenbaar door magneetstickers met het logo van ‘Vianen ik neem je mee!’ Reservering van de ritten kan vijf ochtenden per week via het telefoonnummer van de vrijwillige hupdienst Cuijk. In de communicatie over ‘Vianen ik neem je mee!’ is ook het telefoonnummer vermeld van de coördinator vanuit de werkgroep mobiliteit Vianen een contactpersoon. Deze persoon is bekend bij de meeste mensen in Vianen en daar kunnen mensen op een laagdrempelige manier terecht met vragen. Naast het uitvoeren van ritten op verzoek organiseert ‘Vianen ik neem je mee!’ ook gezamenlijke ritten naar bijvoorbeeld de markt. Op die manier kunnen mensen er gezellig op uit tegen lage kosten.
Vervoersvoorziening Vianen
9
Vervoersinformatie
Overzichtelijk en handzaam, dat waren de eisen voor de vervoersinformatie voor Vianen: in een oogopslag alle vervoersmogelijkheden bij elkaar met belangrijke telefoonnummers. Er is een z-card ofwel opvouwfolder op creditcard-formaat gemaakt. Op de ene kant staat een kaartje van het gebied rondom Vianen met de verschillende vervoersmogelijkheden. Op de andere kant staat per vervoersmogelijkheid de bestemmingen, opstapplaats, wanneer, betalingswijze en reservering. Ook zijn enkele reisvoorbeelden uitgewerkt zoals winkelen in Nijmegen en naar de markt in Mill. De folder is opgemaakt in de herkenbare ‘Ik neem je mee!’ stijl. De folders zijn huis aan huis in Vianen verspreid en uitgedeeld en toegelicht op de mobiliteitsdag (volgende pagina) en bij
Mobiliteitsdag
Met als doel de activiteiten van ‘Vianen ik neem je mee’ aan het dorp voor te stellen en het onderwerp mobiliteit in Vianen op de kaart te zetten, werd de mobiliteitsmiddag Vianen georganiseerd op vrijdag 4 juli 2014. Op het dorpsplein was een informatiestand ingericht over alle vormen van (openbaar) vervoer en over het nieuwe initiatief ‘Vianen ik neem je mee!’. Er stond een buurtbus op het plein waarin mensen konden plaatsnemen om een film te kijken over de werking van de OV-chipkaart. Voor kinderen was er een kleurwedstrijd en een springkussen. Door de wethouder werd het startsein gegeven voor de vrijwillige chauffeurs door de auto te voorzien van een magneetsticker met logo. Vervolgens maakte de wethouder de eerste rit samen met leden van de werkgroep. De opkomst was lager dan verwacht, wellicht doordat het een zeer warme dag was en het WK voetbal bezig was. De mensen die langskwamen op het dorpsplein waren geïnteresseerd en werden bijgepraat door de enthousiaste werkgroep leden.
Voorlichting
De werkgroep bleef ook na 4 juli actief mensen en verenigingen in het dorp benaderen om ‘Vianen ik neem je mee’ onder de aandacht te brengen. Zo is ‘Vianen ik neem je mee’ bij bijeenkomsten van de KBO en van de KVO gepresenteerd en waren er informatietafels ingericht met informatie over de verschillende vervoersmogelijkheden.
Route buurtbus
Al jarenlang probeert Vianen een halte van de buurtbus in het dorp te krijgen. Ook tijdens deze pilot is dit door Zet met Arriva besproken. In 2014 was het niet mogelijk om dit te realiseren gezien de werkdruk die de implementatie van de nieuwe concessie met zich meebrengt. Arriva heeft toegezegd in het eerste kwartaal van 2015 het verzoek om een buurthalte Vianen in te brengen in het ontwikkelteam.
PR en communicatie
Rondom alle activiteiten is er uitgebreid voor media aandacht gezorgd. Via diverse kanalen is aandacht gevraagd voor het onderwerp mobiliteit in Vianen: -
In dorpsblad ‘De Ratelaar’ In lokale kranten Regionale kranten Regionale radio en televisie Posters
10
Vervoersvoorziening Vianen
Daarnaast is de ambassadeursfunctie die de leden van de werkgroep en de chauffeurs hebben van groot belang. Het zijn bekende mensen in Vianen die hun enthousiasme voor het onderwerp mobiliteit uitstralen. Zij spreken hun dorpsgenoten en doen op die manier aan mond-tot-mondreclame.
Vervoersvoorziening Vianen
11
12
Vervoersvoorziening Vianen
HOOFDSTUK 2 BEKENDHEID EN HOUDING: ENQUÊTE Om in kaart te brengen of de beoogde resultaten van de pilot zijn behaald, hebben vrijwilligers huis aan huis een korte vragenlijst verspreid. Een week later hebben zij de ingevulde vragenlijsten weer huis aan huis opgehaald. De vragen konden ook digitaal worden beantwoord via een link die in de begeleidende brief was opgenomen. De vragenlijst bevat deels dezelfde vragen als in 2013 en deels nieuwe vragen over de uitgevoerde activiteiten. De vragenlijst is door 231 personen ingevuld. Door 75% van de respondenten is de papieren vragenlijst ingevuld. Een kwart van de respondenten vulde de vragenlijst via internet in. Afgezet tegen het aantal huishoudens in Vianen (440) is dat een respons van 53%. Dit is iets lager dan in 2013, mogelijk doordat de veldwerkperiode korter was1. In 2014 hebben beduidend minder jongeren mee gedaan aan het onderzoek en meer mensen van 45-64 en 75 plussers. In dit hoofdstuk worden de resultaten van de enquête besproken. Als er uitspraken worden gedaan over leeftijdsgroepen, worden de groepen onder de 44 jaar daar niet in meegenomen. In deze groepen zitten te weinig deelnemers om een betrouwbare uitspraak te kunnen doen.
1
Na de inleverdatum zijn nog ingevulde vragenlijsten binnengekomen die niet meer meegenomen konden worden in de resultaten.
Vervoersvoorziening Vianen
13
Leeftijd deelnemers enquête 60% 50% 40% 30% 41
20% 10% 0%
3
16‐24 jaar
2014 24 24
20 6
2013
49
9 25‐44 jaar
9 45‐64 jaar
65‐74 jaar
14
75 jaar en ouder
Figuur 1. Leeftijd verdeling netto steekproef, N=251 (2013), N=219 (2014)
BEKENDHEID VERVOERSMOGELIJKHEDEN Uit de gehouden enquête blijkt dat de bekendheid met het openbaar vervoer onder de inwoners van Vianen is toegenomen. Zo is het aandeel dat nog nooit van de vrijwillige hulpdienst Cuijk, vrijwilligersvervoersdienst SWO en Valys heeft gehoord afgenomen. Voor de regiotaxi, trein en de buslijnen is dat aantal ook afgenomen, echter minder sterk. Voor alle vervoersmogelijkheden geldt dat het aantal mensen die weten hoe het werkt is toegenomen. In de vragenlijst is dit jaar een extra vraag opgenomen met betrekking tot bekendheid van het mobiliteitsproject ‘vervoersvrijwilligers Vianen, Ik neem je mee!’. Ruim vijftig procent van de ondervraagden is bekend met de vervoersvrijwilligers. Iets meer dan een kwart weet hoe het werkt en een zeer kleine groep maakt er zelf gebruik van. Hierop wordt verderop in dit hoofdstuk nader ingegaan.
14
Vervoersvoorziening Vianen
2013
Bekend met vervoersmogelijkheden Vrijwillige hulpdienst Cuijk 47 46 7 Vrijwilligersvervoersdienst SWO 35 54 101 Valys 58 34 71 Regiotaxi 8 75 14 3 Trein 21 23 56 Buurtbus 238 27 58 13 2 Buslijnen 91/92 3 69 21 7
Nooit van gehoord Wel bekend mee, weet niet hoe het werkt
2014
Weet wel hoe het werkt Vrijwillige hulpdienst Cuijk 33 Vrijwilligersvervoersdienst SWO 19 Valys 38 Regiotaxi 7 Trein 25 Buurtbus 238 20 Buslijnen 91/92 4
53
14 17 2 13 17 3
62 49 73 29 62 69
Maakt er gebruik van
46 16 2 21 6
Figuur 2. Bekendheid vervoersmogelijkheden ( %), N=248 (2013), N= 229 (2014)
Vervoersvrijwilligers Vianen, Ik neem je mee Nooit van gehoord
30
2 13
Wel bekend mee, weet niet hoe het werkt Weet wel hoe het werkt
55 Maakt er gebruik van Figuur 3. Bekendheid Vianen ik neem je mee! ( %), N= 227 (2014)
KNELPUNTEN Ten opzichte van 2013 ervaren de ondervraagden in 2014 minder belemmeringen of knelpunten met betrekking tot bereikbaarheid en vervoer. Bijna 60% ervaart geen belemmeringen of knelpunten.
Vervoersvoorziening Vianen
15
Belemmeringen en knelpunten Liever geen beroep op familie/bekenden doen Ik kan niet alleen reizen De kosten voor vervoer zijn een probleem
5
7
2 2 2 2
Ik vind het openbaar vervoer ingewikkeld Met het openbaar vervoer ben ik te lang… Ik wil wel met de bus, maar de halte is te ver Ik wil wel met de bus, maar ik voel me niet…
6
2013 2014
1 1
Op dit moment geen knelpunten, maar in… Anders
12 13 12 14 10
21
24
7 7
Geen knelpunten of belemmeringen
45
57
Figuur 4. Belemmeringen en knelpunten bereikbaarheid en vervoer ( %), N=255 (2013), N= 231 (2014)
Aan de mensen die wel knelpunten ervaren is gevraagd of dit een reden is om bepaalde dingen niet te doen. In 2013 was dit voor 20% het geval. In 2014 is gebrek aan vervoer voor 10% een reden om bepaalde dingen niet te doen. Onder figuur 3 is samengevat welke knelpunten werden ingevuld als toelichting bij deze vraag. - Het Canisius ziekenhuis is moeilijk bereikbaar. - Er rijdt geen bus vanaf Vianen naar het station. - De basisschool voor speciaal onderwijs is moeilijk bereikbaar. Er is geen vervoer van Vianen naar Boxmeer. -
Vanuit Nijmegen rijden er geen bussen naar Vianen. Het ziekenhuis in Boxmeer is moeilijk bereikbaar. Buslijn 91 twee keer in het uur laten rijden. Bushalte ligt te ver en er worden te weinig ritten per dag gemaakt. Als gevolg van slechtziend geen treinkaartje kunnen kopen.
16
Vervoersvoorziening Vianen
VERVOERSVRIJWILLIGERS De meeste ondervraagden weten dat er vervoersvrijwilligers van ‘Vianen, Ik neem je mee!’ zijn die mensen thuis ophalen en naar de gewenste bestemming brengen. Bij de 65-plussers is de bekendheid zeer hoog. Bij de groep 45-64 jaar iets lager, maar nog steeds boven de 80%. De manier waarop men de informatie heeft gekregen is voor de grootse groep door erover te lezen. Het aandeel dat de informatiestand op het dorsplein heeft bijgewoond en op die manier informatie over de vervoersvrijwilligers heeft gekregen is het kleinst. De 75-plussers hebben vaker een auto met een logo van de vervoersvrijwilligers zien rijden, terwijl de 65-74 jarigen vaker een poster hebben zien hangen. Een op de drie 75-plussers heeft er over gesproken met een bekende die er gebruikt van maakt. Bij ‘anders’ werd ingevuld dat men er zelf gebruik van maakt, dat men leden van de werkgroep of chauffeurs heeft gesproken en via de voorlichtingsavond van de KBO.
Bekendheid vervoersvrijwilligers 'Vianen, Ik neem je mee!' JA
45‐65
84
65‐74
94
75+
97
Figuur 5. Bekendheid vervoersmogelijkheden ( %), N= 218 (2014)
Informatie vervoersvrijwilligers 67
Over gelezen
Posters zien 4 juli informatiebestand op het dorpsplein bijgewoond
86 84
17 20 29 3 12 7
75+ 65‐74
Auto's met logo zien rijden
Door kennis die er gebruik van maakt
Anders
27
14 20 10 8
45‐64
30
7 8 10
Figuur 6. Bekendheid vervoersmogelijkheden ( %), N= 184 (2014)
Vervoersvoorziening Vianen
17
VERVOERSINFORMATIE Een ruime meerderheid is bekend met de vervoersinformatie op zakformaat van ‘Vianen, ik neem je mee!’. Driekwart van de 65-74 jarigen heeft de informatie opgeborgen. Bij de 75-plussers is dat 60% en bijna de helft van de 45-64 jarigen heeft de informatie opgeborgen. Een op de drie 45-64 jarigen is onbekend met de informatie en een op de tien 65-plussers geeft aan het te hebben weggegooid. Bij ‘anders’ werd ingevuld dat het niet van toepassing is omdat men nog auto rijdt, dat men het niet gekregen heeft, niet meer kan vinden of dat een ander gezinslid het heeft maar niet gebruikt. Een op de tien 75-plussers geeft aan de informatie gebruikt te hebben.
Bekendheid vervoersinformatie zakformaat ‘Vianen ik neem je mee!' 58
Ja, gekregen en opgeborgen
Ja, wel eens gebruikt
Ja, wordt door ander gezinslid gebruikt
45
74
10
75+
1
65‐74 Nee, weggegooid
Nee, zegt me niets
Anders
45‐64
9 12 8
16 33 16
6
Figuur 7. Bekendheid vervoersmogelijkheden ( %), N= 219 (2014)
18
Vervoersvoorziening Vianen
TEVREDENHEID VERVOERSMOGELIJKHEDEN Om een algemene indruk van de tevredenheid met de vervoersmogelijkheden in Vianen te krijgen is, net als vorig jaar, aan deelnemers gevraagd om een rapportcijfer (1 tot en met 10) te geven. De algehele tevredenheid vervoersmogelijkheid is beduidend toegenomen van 5,8 in 2013 naar 6,8 in 2014.
Rapportcijfer tevredenheid vervoersmogelijkheden 5,8
2013 6,8
1,0
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
2014 8,0
9,0
10,0
Figuur 4. Belemmeringen en knelpunten bereikbaarheid en vervoer ( %), N=207 (2013), N= 187 (2014)
REISAPP In het onderzoek is een vraag opgenomen naar belangstelling voor het testen van de reisapp. 12% van de respondenten heeft aangegeven interesse te hebben om deel te nemen aan het testpanel. Zij worden op basis van dit antwoord per e-mail benaderd vanuit het project Reisapp.
OPMERKINGEN Aan het einde van de vragenlijst was ruimte voor opmerkingen. Daarin wordt door verschillende deelnemers aan het onderzoek wederom benadrukt dat een buurtbusverbinding voor Vianen belangrijk is. Over het project ‘Mobiliteit Vianen’ worden de volgende opmerkingen gemaakt: -
Een buurtbus naar Vianen Er is behoefte aan een busverbinding naar Gennep De bushalte ligt te ver af van de dorpskern De buurtbus ook bij de kerk laten stoppen. Dan kan iedereen er gebruik van maken en is er een groot probleem opgelost. - Gebruik van de vervoersdienst van Vianen is nog niet van toepassing, maar in de toekomst mogelijk wel.
Vervoersvoorziening Vianen
19
20
Vervoersvoorziening Vianen
HOOFDSTUK 3 GEBRUIK OPENBAAR VERVOER In de registratie van de OV-chipkaartgegevens is te zien dat het aantal in- en uitstappers bij Vianen in september en oktober 2014 beduidend lager is dan in diezelfde periode in 2013. Dat geldt voor de buslijnen 91 en 92 en voor buurtbus 238, waar zelfs helemaal geen reizigers zijn geregistreerd in deze periode. De registratie van de OV-chipgegevens geeft geen volledig beeld. De verkoop van losse kaartjes en dalurendagkaarten in de bus zijn niet in deze cijfers meegenomen. Hierdoor zal het reële aantal reizigers iets hoger liggen. Dit geldt zowel voor 2013 als 2014. Een mogelijke verklaring voor de daling van het aantal reizigers is het feit dat er in september en oktober 2014 sprake was van goede weersomstandigheden (bron: KNMI). Als het droog is en de temperatuur is goed zullen mensen en met name scholieren de fiets pakken. In 2013 waren deze maanden veel natter en zal daardoor meer gebruik gemaakt zijn van de bus.
Instappers (buurt)bus 12 11
12 10 8 6
2013 4
4
2014
4 1
2
0
0 Lijn 91 Uden/Cuijk
Lijn 92 Grave/Cuijk
Lijn 238 Boxmeer/Grave
Vervoersvoorziening Vianen
21
Uitstappers (buurt)bus 25
22
20 15
2013
10
5
7
2014
5
5
0
0
0 Lijn 91 Uden/Cuijk
Lijn 92 Grave/Cuijk
Lijn 238 Boxmeer/Grave
REGIOTAXI In september en oktober 2013 werd er gemiddeld negen keer per week door Regiotaxi van en naar Vianen gereden. In september en oktober 2014 was dit gemiddeld acht keer per week. Dit is een kleine daling die ook met de weersomstandigheden te maken kan hebben.
VERVOERSDIENST SWOC Stichting Welzijn Ouderen Cuijk verzorgt vervoer naar activiteiten van SWOC en KBO in de gemeente Cuijk. In 2013 waren er drie chauffeurs uit Vianen actief voor SWOC. Zij vervoerden twee personen uit Vianen en drie personen uit Cuijk naar activiteiten in Vianen. In 2014 waren er vier chauffeurs actief en vervoerden zij vier personen uit Vianen en vijf uit Cuijk.
VIANEN IK NEEM JE MEE De vrijwillige hulpdienst Cuijk houdt in een registratiesysteem het aantal ritten bij. In de periode juli-november zijn er twintig ritten gereden door ‘Vianen ik neem je mee!’. Tot nu toe hebben met name ouderen gebruik gemaakt van de diensten van de vervoersvrijwilligers. Er is gereden naar de volgende bestemmingen. -
Cuijk Boxmeer centrum Nijmegen ziekenhuis Boxmeer ziekenhuis
22
Vervoersvoorziening Vianen
HOOFDSTUK 4 ERVARING Als aanvulling op de feitelijke gegevens zijn gesprekken gevoerd met de werkgroep, vrijwillige chauffeurs en gebruikers om hun beleving te kunnen betrekken in de eindrapportage. In dit hoofdstuk een weerslag van deze gesprekken.
WERKGROEP De werkgroep geeft aan tevreden en trots te zijn dat er in korte tijd iets moois is neergezet.
“Toen de app niet doorging, leek het plan even in duigen te vallen. Nu is er dankzij de medewerking van de vrijwillige hulpdienst Cuijk en de inzet van de vrijwilligers in Vianen een mooi project neergezet”.
Ze vinden het goed dat er gebruik is gemaakt van de kracht die er al was en dat daar op is voortgebouwd. Zij realiseren zich dat dit tijd nodig zal hebben om verder te groeien in de komende jaren. “Het is fijn dat er een oplossing is gerealiseerd voor de mensen in Vianen die problemen hebben met vervoer”. De leden van de werkgroep zijn tevreden over de samenwerking en de begeleiding van Radius en Zet. Zij geven aan behoefte te hebben aan structuur met agendapunten en actiepuntenlijsten. Een aandachtspunt voor de werkgroep is het contact met de dorpsraad. In de werkgroep zitten twee vertegenwoordigers uit de dorpsraad. Deze werkgroepleden leken niet altijd volledig mandaat te hebben van de dorpsraad. Besluiten van de werkgroep werden achteraf in de dorpsraad ter discussie gesteld hetgeen frustratie en vertraging opleverde. Voor 2015 geeft de werkgroep aan hier duidelijke werkafspraken over te willen maken.
VRIJWILLIGE CHAUFFEURS De vrijwillige chauffeurs vinden het een dankbare taak om mensen van Vianen naar een andere bestemming te vervoeren en qua organisatie loopt het goed. Zij vinden het prima dat je gebeld wordt om te rijden en ook fijn dat je kunt aangeven als het niet uitkomt.
Vervoersvoorziening Vianen
23
“Onderling zorgen we altijd wel dat we aan de vraag kunnen voldoen. Soms kunnen mensen niet binnen de kantooruren naar de vrijwillige hulpdienst Cuijk bellen. Dan bellen ze mij [de contactpersoon in Vianen] en ik zoek op het laatste moment zelf een chauffeur. De volgende dag bel ik de rit door aan de vrijwillige hulpdienst zodat de registratie blijft kloppen.” Het blijft ook even aftasten wat je wel en niet wilt oppakken, aldus de werkgroep. Bijvoorbeeld vaste ritten in het weekend vinden de meeste chauffeurs niet prettig. Maar voor incidentele zaken kan er altijd wat geregeld worden.
“Het is nuttig werk om mensen ergens naar toe te brengen”.
GEBRUIKERS De mensen die gebruikmaken van ‘Vianen ik neem je mee!’ zijn er erg blij mee. Het is een goede oplossing als je zelf niet kunt rijden. Kinderen werken vaak of wonen niet in de buurt. Dan is het heel fijn dat er vrijwilligers zijn die je willen brengen en halen. En begeleiden als dat nodig is. De gebruikers spreken regelmatig over hun goede ervaringen met andere mensen in Vianen. Zij merken dan dat de meeste mensen zelf nog auto rijden en er dus niet zo snel gebruik van zullen maken. Mogelijk is de prijs voor sommigen een drempel. Daarom zet de werkgroep nu in op laagdrempelige activiteiten waar de kosten gedeeld kunnen worden, bijvoorbeeld samen naar de markt.
24
Vervoersvoorziening Vianen
HOOFDSTUK 5 CONCLUSIES Op basis van de gegevens in de voorgaande hoofdstukken bekijken we of de op voorhand geformuleerde doelen en gewenste resultaten zijn behaald. Eerst worden de beoogde resultaten besproken, daarna het al dan niet behalen van de doelstelling van het project.
INFRASTRUCTUUR
1
Infrastructuur die vraag en aanbod bij elkaar brengt (bijvoorbeeld met ICT/app, met fysieke zichtbaarheid).
Dit resultaat is behaald maar niet op de manier die aanvankelijk door de werkgroep werd beoogd. De infrastructuur van de vrijwillige hulpdienst Cuijk brengt vraag en aanbod van vervoer bij elkaar. Dit gebeurt telefonisch. De pilot in Vianen staat aan de wieg van de ICT-oplossing in de vorm van een reisapp. Die is bij afronding van de pilot Vianen nog in ontwikkeling en Vianen zal nauw betrokken worden bij de testfase en uitrol. Uit de enquête blijkt dat het merendeel van de deelnemers aan het onderzoek bekend is met de vervoersvrijwilligers van ‘Vianen ik neem je mee!’. Er is dus een infrastructuur gerealiseerd en die is bekend bij de mensen in Vianen.
INFORMATIE
2
Informatie over vervoersmogelijkheden, halte(n), tarieven en tijden
De vervoersinformatie is er gekomen in de vorm van de z-card of opvouwfolder in creditcardformaat. De folder bevat een totaaloverzicht van alle vervoerssoorten van Vianen en reisvoorbeelden. Uit de resultaten van de enquête blijkt dat een ruime meerderheid van de ondervraagden de folder heeft bewaard of gebruikt. Ook blijkt uit de enquête dat de bekendheid van verschillende vervoersmogelijkheden is toegenomen. De conclusie is dat het resultaat van informatie over vervoersmogelijkheden is behaald.
Vervoersvoorziening Vianen
25
BEWUSTWORDING
3
Bewustwording van eenieders bijdrage aan de mobiliteit/oplossing van het lokale vervoersprobleem
Bij de werkgroep en de vrijwillige chauffeurs is deze bewustwording er zeker gekomen. De pilot heeft echter niet echt kunnen inzetten op bewustwording van het lokale vervoersprobleem en ieders bijdrage aan de oplossing daarvan. Dit resultaat was vooral verbonden met de reisapp. Daarin is het meenemen van mensen uit Vianen als je toch ergens naar toe rijdt een belangrijke pijler. Nu de app uit de pilot is gehaald, was het moment nog niet daar om al een campagne op te zetten voor bewustwording dat je zelf ook iemand mee kan nemen als je met de auto het dorp uit rijdt.
VERANKERING
4
Oplossing lokaal verankeren met regiotaxi of welzijnsvervoersprojecten
Door de samenwerking met de vrijwillige hulpdienst Cuijk is er een goede lokale verankering van ‘Vianen ik neem je mee!’. Hierdoor worden de vrijwilligers ondersteund en gefaciliteerd en zijn zaken als verzekering goed geregeld. De vrijwillige hulpdienst Cuijk wordt gesteund door de gemeente Cuijk. De pilot is uitgevoerd samen met welzijnsorganisatie Radius. Radius blijft beschikbaar voor ondersteuning van de vrijwilligers waar nodig.
WERKEN MET VRIJWILLIGERS
5
Inzicht in de mogelijkheden en condities om met vrijwilligers te werken
Dit resultaat is behaald, er is inzicht in de voorwaarden om een project als dit met vrijwilligers uit te voeren. - Zorg voor een werkgroep die gevarieerde is samengesteld met een breed netwerk in het dorp. Bijvoorbeeld door vertegenwoordiging van lokale verenigingen. - Zorg voor goede afstemming met de raden en verenigingen die vertegenwoordigers hebben afgevaardigd in de werkgroep zodat de inspanningen van de werkgroep niet in andere gremia ter discussie worden gesteld. - Een werkgroep van vrijwilligers heeft om het project op te starten een externe procesregisseur nodig. - Gebruik de krachten die lokaal aanwezig zijn, werk samen met bestaande initiatieven. - Betrek vrijwilligers op basis van kennis, ervaring en competenties. - De vrijwilligers blijven gemotiveerd als er een duidelijke overlegstructuur is met heldere afspraken en actiepunten. - Vergaderen op centrale locatie zoals dorpshuis vinden vrijwilligers prettiger dan bij iemand thuis.
26
Vervoersvoorziening Vianen
DOELSTELLING PROJECT Doel: Een alternatieve duurzame vorm van vervoer realiseren met particulier vervoer en vrijwilligers waardoor mobiliteit voor de inwoners van Vianen kan toenemen Doel werkgroep: Een zo veel mogelijk zelfvoorzienende vervoersoplossing
Het oorspronkelijke doel van de pilot is behaald. Er is een alternatieve vorm van vervoer gerealiseerd met particulier vervoer en vrijwilligers. Uitspraken over de duurzaamheid zijn nog lastig omdat de pilot slechts een half jaar heeft kunnen draaien. Dit is eigenlijk te kort om te kunnen vaststellen of de vervoersoplossing duurzaam succesvol zal zijn. Er staat in elk geval een enthousiaste werkgroep mobiliteit Vianen met even enthousiaste vrijwillige chauffeurs die getraind zijn vanuit de pilot en ondersteund worden door de lokaal, in de gemeente Cuijk, gewortelde vrijwillige hulpdienst Cuijk. Een grote meerderheid van de dorpsbewoners is op de hoogte van ‘Vianen ik neem je mee’ en van de andere vervoersmogelijkheden die er zijn. Het doel dat door de werkgroep is toegevoegd, een zelfwerkende vervoersoplossing, is nog niet geslaagd. Hier kan Vianen aan gaan werken als de reisapp gereed is.
Vervoersvoorziening Vianen
27
28
Vervoersvoorziening Vianen
HOOFDSTUK 6 AANBEVELINGEN Op basis van deze pilot kunnen de volgende aanbevelingen worden gedaan: 1. Richt voor het project een lokale werkgroep op met actieve burgers en vertegenwoordigers van lokale organisaties en verenigingen. Het succes van het project wordt voor een groot deel bepaald door het enthousiasme van de lokale werkgroep. De werkgroepleden zijn ambassadeurs en ook de organisaties en verenigingen die zij vertegenwoordigen zorgen er als ambassadeur voor dat het project zich stevig wortelt in dorp of kern. 2. Een vrijwillige vervoersdienst vergroot de mobiliteit in een kleine kern. In eerste instantie maakt een beperkte groep er gebruik van. Zie dit niet als een tekortkoming, maar vier het succes. Organiseer laagdrempelige uitstapjes om mensen kennis te laten maken met de mogelijkheden. Verspreid de goede ervaringen van de gebruikers door mond-tot-mond reclame en aandacht in de lokale media. De chauffeurs en de leden van de werkgroep zijn ambassadeurs. Zorg dat zij ook de andere lokale organisaties enthousiasmeren om de dienst te omarmen. 3. Gebruik voor de PR een huisstijl die bij het dorp past en herkenbaar is in verschillende uitingen. Maak daarvoor gebruik van de informatiekanalen die veel gelezen/gezien/gehoord worden in dorp of kern en locaties waar mensen vaak samenkomen. Leg daarbij de koppeling met activiteiten en bijeenkomsten van lokale organisaties en verenigingen. Zorg dat in uitnodigingen en aankondigingen wordt vermeld dat mensen die geen vervoer hebben een beroep kunnen doen op de vrijwillige vervoersdienst. 4. Voor het opstarten van het project is het aan te bevelen de werkgroep te laten ondersteunen door een onafhankelijke procesbegeleider. Aandachtspunten van de procesbegeleider zijn het in beeld brengen van de precieze vraag, het faciliteren van de vrijwilligers plus de voorwaarden waaronder zij kunnen werken en zorgen voor duurzame verankering in de toekomst. Betrek een lokale professional waar de vrijwilligers op kunnen terugvallen als het project loopt, bijvoorbeeld van welzijnsorganisatie of gemeente.
Stichting Zet │Statenlaan 4│Postbus 271│5000 AG Tilburg Telefoon 013 5441440 │
[email protected] │ wijzijnzet.nl IBAN NL69ABNA0469068620 │ BTW NL817260560B01 │ KvK Midden-Brabant 18085830
MOBILITEITSCONSULENT SINT HUBERT Evaluatierapport pilot
WIJZIJNZET.NL
Colofon Mobiliteitsconsulent Sint Hubert, evaluatierapport pilot is een uitgave van Stichting Zet (hierna te noemen Zet) Datum: Auteur: Referentie:
11 december 2014 Kamieke van de Riet kari-Z13.059.B-842h14
Postbus 271 5000 AG Tilburg Telefoon: 013 54 41 440 E-mail:
[email protected] Website: www.wijzijnzet.nl
INHOUD Samenvatting .............................................................................................. 4 Conclusies ................................................................................................... 5 Hoofdstuk 1 Project Mobiliteit Sint Hubert Doel en beoogde resultaten ........................................................................... 6 Uitvoering ................................................................................................... 7 Hoofdstuk 2 Bekendmaking en houding: enquête Bekendheid vervoersmogelijkheden ...............................................................12 Houding .....................................................................................................12 Buddy’s .....................................................................................................14 Informatieplatform website sthubert.nu ..........................................................14 Vervoerswaaier ...........................................................................................15 Informatiehoek gemeenschapshuis ‘De Jachthoorn’ ..........................................16 Tevredenheid vervoersmogelijkheden .............................................................16 Opmerkingen ..............................................................................................17 Hoofdstuk 3 Gebruik Openbaar Vervoer .......................................................................................18 Regiotaxi ...................................................................................................19 Ouderenhulpdienst SWOM ............................................................................19 Informatieplatform op sthubert.nu .................................................................19 Buddy’s .....................................................................................................21 Hoofdstuk 4 Ervaring Werkgroep .................................................................................................22 Buddy’s .....................................................................................................22 (Potentiële) gebruikers .................................................................................23 Hoofdstuk 5 Conclusies Vraagbaak..................................................................................................26 Toegankelijke informatie ..............................................................................26 Inzicht in knelpunten ...................................................................................27 Methoden mensen vertrouwd maken met........................................................27 openbaar vervoer ........................................................................................27 Werken met vrijwilligers ...............................................................................28 Doelstelling project ......................................................................................28 Hoofdstuk 6 Aanbevelingen Aanbevelingen ............................................................................................30
4
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
SAMENVATTING Zorgen voor laagdrempelige informatie over openbaar vervoer waardoor de kennis en de waardering voor het openbaar vervoer toeneemt. Dat is het doel van de pilot die in deze rapportage wordt beschreven. Om dit doel te bereiken zijn vrijwilligers opgeleid tot vervoersconsulent. Vervoersconsulenten helpen en begeleiden mensen bij het gebruik van het openbaar vervoer. Om de vervoersconsulenten te kunnen introduceren in het dorp heeft de werkgroep mobiliteit (lokale vrijwilligers) een actieplan ontwikkeld om mobiliteit in het dorp onder de aandacht te brengen. Dit bestond onder andere uit een informatiewaaier, een informatiehoek in het dorpshuis, een informatieplatform op de dorpswebsite en een mobiliteitsevenement waarin dit alles aan het dorp werd gepresenteerd. Om dit actieplan te kunnen opstellen is bij aanvang van de pilot een enquête gehouden in het dorp om de knelpunten en wensen in kaart te brengen. Aan het einde van de pilotperiode is opnieuw een enquête gehouden om vast te stellen of veranderingen in kennis, houding en attitude zijn opgetreden. Ook is de bekendheid van de uitgevoerde acties in kaart gebracht. In deze rapportage wordt - op basis van de genoemde enquêtes, de cijfers van gebruik van de diverse vervoersmogelijkheden en de ervaringen van de betrokkenen - de pilot geëvalueerd.
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
5
CONCLUSIES - Er is een punt gerealiseerd (digitaal/fysiek/telefonisch) waar mensen terecht kunnen met vragen over mobiliteit en personenvervoer. Dit is bij de meeste bewoners bekend. - Er is laagdrempelige informatie over (openbaar) vervoer ontwikkeld in verschillende vormen voor alle doelgroepen. Tijdens een laagdrempelig evenement, de mobiliteitsdag, zijn alle doelgroepen gekomen en hebben zich laten informeren of hebben het openbaar vervoer zelf uitgeprobeerd. - Er zijn verschillende methoden ingezet om mensen vertrouwd te maken met het openbaar vervoer. Dit heeft vooralsnog in het algemeen niet meer vertrouwen opgeleverd in het openbaar vervoer. Wel zijn de mensen die door een vervoersconsulent zijn geholpen positiever over het openbaar vervoer. - Er is inzicht verkregen in de voorwaarden om met vrijwilligers te werken. Het enthousiasme van de vrijwilligers blijkt een belangrijke succesfactor. In de rapportage worden de voorwaarden genoemd om het enthousiasme van de vrijwilligers te behouden of te versterken.
6
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
HOOFDSTUK 1 PROJECT MOBILITEIT SINT HUBERT De pilot vervoersconsulent Sint Hubert is een van de drie pilots binnen het project Mobiliteit in het Land van Cuijk. Dit project is gestart met een analyse van de vervoersstromen in de vijf gemeenten van het Land van Cuijk en gesprekken met bewoners van deze gemeenten over knelpunten en wensen op het gebied van vervoer. Op basis van die inventarisatie zijn drie pilots gedefinieerd met betrekking tot drie verschillende knelpunten. Sint Hubert is gekozen als pilotlocatie voor het onderwerp vergroten van bekendheid en vertrouwen in het openbaar vervoer met behulp van vervoersconsulenten. De reden om deze pilot in Sint Hubert uit te voeren is dat in Sint Hubert goede openbaar vervoervoorzieningen zijn in de kern en er relatief weinig gebruik wordt gemaakt van het openbaar vervoer. Sint Hubert is een kleine kern met 1.540 inwoners. Door de kern lopen twee buslijnen naar Uden-Cuijk en Grave-Cuijk. Circa één kilometer buiten het dorp stopt een buurtbus naar Venray en Wilbertoord, met de mogelijkheid om in Sint Anthonis over te stappen naar Boxmeer. Voor de pilot is een lokale werkgroep opgericht waarin vertegenwoordigers zitten van gemeenschapshuis ‘De Jachthoorn’, KBO, Vrijwillige Hulpdienst Mill en Sint Hubert, diverse betrokken bewoners, Welzijnsorganisatie Radius en Zet. Nu de werkgroep een jaar actief is geweest, is het tijd om de balans op te maken. Welk effect hebben de inspanningen gehad? Dit rapport gaat in op veranderingen in bekendheid en houding (hoofdstuk 2), gebruik (hoofdstuk 3) en ervaring (hoofdstuk 4). Het rapport eindigt met conclusies en aanbevelingen (hoofdstuk 5 en 6). Eerst worden doel en beoogde resultaten beschreven en de wijze waarop het project is uitgevoerd, met een beschrijving van de verschillende interventies.
DOEL EN BEOOGDE RESULTATEN De pilot vervoersconsulent Sint Hubert is opgestart met het volgende doel:
Door het vergroten van de kennis en het vertrouwen van mensen in het openbaar vervoer moet de mobiliteit en het gebruik van het openbaar vervoer toenemen.
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
7
Daarbij zijn de volgende beoogde resultaten benoemd: 1. Een punt (digitaal/fysiek/telefonisch) waar mensen terecht kunnen met vragen over mobiliteit en personenvervoer. 2. Toegankelijke informatie voor alle doelgroepen. 3. Inzicht in knelpunten en veelvoorkomende bestemmingen (vervoersvraag). 4. Verschillende methoden om mensen vertrouwd te maken met het personenvervoer, bijvoorbeeld trainingen, OV-gidsen, apps et cetera. 5. Inzicht in de voorwaarden om met vrijwilligers te werken. De werkgroep mobiliteit Sint Hubert heeft doel en beoogde resultaten onderschreven. Na het inventariserende onderzoek is het door de werkgroep aangescherpt tot het volgende doel:
Zorgen voor laagdrempelige informatie over openbaar vervoer waardoor de kennis en de waardering voor het openbaar vervoer zal toenemen.
UITVOERING In het najaar van 2013 is de werkgroep gestart met het opstellen van een enquête om bij de bewoners in kaart te brengen wat de bekendheid van vervoersmogelijkheden is, waar knelpunten zitten en welke behoeften bestaan. Op basis van de uitkomsten is vastgesteld dat: - Voor de meeste vervoersmogelijkheden geldt dat een meerderheid van de deelnemers aan het onderzoek niet weet hoe het werkt. - Men wordt afgeschrikt om openbaar vervoer te gebruiken omdat men het ingewikkeld vindt, niet weet hoe een OV-chipkaart werkt of omdat men onvoldoende informatie heeft. - Een groep mensen, met name 65-plussers, zou misschien gebruik maken van het openbaar vervoer als iemand hen daarbij helpt. Op basis van deze uitkomsten is een bewonersavond georganiseerd om verdere inkleuring te geven aan de wensen en behoeften van de bewoners van Sint Hubert. Daaruit bleek dat mensen het prettig vinden als er iemand is die hen kan helpen met vragen over het openbaar vervoer, het aanvragen van een OV-chipkaart, et cetera. Ook gaf men aan dat ‘De Jachthoorn’ en de website st.hubert.nu goede plekken zijn om informatie over vervoer aan te bieden. Vervolgens is een projectplan gemaakt met verschillende onderdelen.
Vervoersconsulenten: buddy’s
Om de drempel naar het openbaar vervoer te verlagen is het belangrijk dat er lokaal iemand is die kan helpen met het vinden van de juiste informatie, het aanvragen van een OV-chipkaart et cetera. Een bekend gezicht waar je gemakkelijk iets aan vraagt. Een lokale vrijwilliger die vervoersconsulent is, of ‘buddy’ zoals in Sint Hubert de benaming hiervoor is. De werkgroep heeft vrijwilligers gezocht die het leuk vinden om mensen te helpen bij vragen over het OV en om hen te begeleiden bij de eerste ervaringen met het OV. Vijf enthousiaste buddy’s zijn hiertoe bereid gevonden. De buddy’s hebben deelgenomen aan een training met een theorie- en een praktijkdeel. In de training zijn de diverse vormen van (openbaar) vervoer uitvoerig
8
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
toegelicht: (buurt)bus, trein, Regiotaxi, Valys, ouderenhulpdienst SWOM. Hierbij was onder andere aandacht voor dienstregeling, prijs, betalingswijze, aanpassingen voor mensen met een beperking en rolstoeltoegankelijkheid. Ook is de werkwijze van de vrijwilligers met bijbehorende randvoorwaarden besproken. Bij de praktijkdag hebben de buddy’s de theorie toegepast door te reizen met buurtbus, bus en trein, met uitleg in de voertuigen en op de haltes en stations. De buddy’s zijn drie ochtenden per week bereikbaar via een mobiel nummer. De telefoon rouleert volgens een afgesproken schema. De vraag en een aantal kenmerken van de vrager worden vastgelegd in een registratiedocument. Vervolgens wordt gekeken welke buddy een afspraak kan maken met de vrager. In de praktijk worden buddy’s ook buiten de vaste tijden persoonlijk aangesproken door dorpsgenoten met vragen.
Mobiliteitsdag
Om de buddy’s voor te stellen aan het dorp en de overige activiteiten van de werkgroep te presenteren is er een mobiliteitsdag georganiseerd. De werkgroep wilde met een levendig en laagdrempelig evenement de aftrap geven om het onderwerp mobiliteit in Sint Hubert op de kaart te zetten. Door spandoeken in het dorp en artikelen in lokale bladen en op de website sthubert.nu is vooraf veel promotie gemaakt voor de mobiliteitsdag. Op zaterdag 14 juni 2014 vond de mobiliteitsdag Sint Hubert plaats. In gemeenschapshuis ‘De Jachthoorn’ was een informatiemarkt over (buurt)bus, trein, Regiotaxi, Valys, ouderenhulpdienst SWOM en OV-chipkaart waar de buddy’s en werkgroepleden uitleg gaven. Mensen konden gratis een proefronde doen met het openbaar vervoer (buurtbus, trein, bus) onder begeleiding van een buddy. Als publiekstrekker werd een elektrisch ‘toeristentreintje’ ingezet om van ‘De Jachthoorn’ naar de bushalte te rijden. Uit het aantal van ongeveer 100 bewoners blijkt dat de laagdrempelige opzet is geslaagd. Veel mensen hebben informatie meegenomen of specifieke vragen gesteld aan de buddy’s.
“Het was mooi om te zien dat drie generaties samen op pad gingen, waarvan de oudste en jongste generatie vaak nog nooit in bus en trein had gezeten”.
Informatieplatform website www.sthubert.nu
De dorpswebsite www.sthubert.nu is een veelgelezen website waarop al het nieuws uit Sint Hubert wordt geplaatst. Binnen de website sthubert.nu is een aparte knop ‘mobiliteit Sint Hubert’ gecreëerd die linkt naar informatie over de buddy’s, de OVchipkaart, de dienstregeling van bus en trein en overige vervoersmogelijkheden (Regiotaxi, Valys, ouderenhulpdienst SWOM)1. Waar mogelijk is op deze pagina de koppeling gelegd met de bronpagina’s bijvoorbeeld voor de dienstregeling van Arriva. Op die manier worden wijzigingen in de dienstregeling automatisch doorgevoerd in sthubert.nu.
Vervoerswaaier
De werkgroep heeft een vervoerswaaier laten maken met daarin, op een laagdrempelige manier, de basisinformatie over de diverse vervoersmogelijkheden vanuit Sint Hubert. Per vervoermiddel (bus, buurtbus, trein, ouderenhulpdienst
1
www.sthubert.nu/sinthubert/mobiliteit
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
9
SWOM, regiotaxi) staan in de waaier de bestemming, opstapplaats, betaalwijze en indien van toepassing- reserveringswijze vermeld. Tevens wordt een reisvoorbeeld naar het ziekenhuis in Boxmeer getoond en staan belangrijke telefoonnummers bij elkaar. Vanzelfsprekend is in de waaier ook aandacht voor de buddy’s en wat zij kunnen betekenen bij vragen over vervoer. De vervoerswaaier is uitgereikt op de mobiliteitsdag aan de mensen die een proefrit met het openbaar vervoer hebben gedaan. Bij alle 60-plussers van Sint Hubert is de waaier aan huis bezorgd.
Informatiehoek gemeenschapshuis ‘De Jachthoorn’
Gemeenschapshuis ‘De Jachthoorn’ is een centraal punt in Sint Hubert waar veel activiteiten plaatsvinden. De openingstijden zijn ruim en er is letterlijk en figuurlijk een lage drempel voor de bewoners van Sint Hubert. De beheerders zijn behulpzaam als mensen vragen hebben. ‘De Jachthoorn’ was voor Sint Hubert dus een logische plek om een informatiehoek in te richten over vervoer. In de hoek is foldermateriaal van (buurt)bus, trein, regiotaxi en ouderenhulpdienst te vinden. Er hangen reisschema’s waarin te zien is hoe veelvoorkomende bestemmingen vanuit Sint Hubert te bereiken zijn met het openbaar vervoer. De dienstregelingen van de bussen zijn hier te verkrijgen, evenals de vervoerswaaier. Naast papieren materiaal beschikt de informatiehoek over een tablet in een tafelstandaard waar actuele reisinformatie kan worden opgezocht, al dan niet samen met een buddy.
Voorlichting basisschool ‘De Schare’
De werkgroep heeft ervoor gekozen de doelgroep basisschoolleerlingen ook nog apart te benaderen voor het thema mobiliteit. Leerlingen van groep 7/8 bereiden zich voor op het voortgezet onderwijs. De middelbare scholen liggen allemaal een stukje van Sint Hubert af, bijvoorbeeld in Mill of Cuijk. Kinderen moeten dus ook leren zelfstandig te reizen. Bij mooi weer wordt vooral gefietst. Het is belangrijk dat de leerlingen ook leren om zelfstandig met de bus te reizen. Bij slecht weer hoeven zij dan niet op hun ouders terug te vallen om met de auto gebracht te worden. In samenwerking met basisschool ‘De schare’ heeft een aantal buddy’s een gastles over openbaar vervoer gegeven aan groep 7/8. Een paar weken later was er een praktijkles waarbij ze met dezelfde groep leerlingen vanuit Sint Hubert met de bus naar Cuijk zijn gegaan en vanuit daar met de trein naar Nijmegen. Op het station aldaar kregen ze opdrachten. De leerlingen hebben vervolgens een verslag gemaakt van de mobiliteitslessen.
Laagdrempelige activiteiten met bus
De buddy’s proberen om mensen op een laagdrempelige manier met het openbaar vervoer kennis te laten maken. Voor mensen in Sint Hubert is het niet vanzelfsprekend om met het openbaar vervoer te reizen omdat ze zo aan de auto gewend zijn. Door leuke uitstapjes te organiseren proberen de buddy’s mensen op die manier het openbaar vervoer te laten ervaren. Op maandagochtend is het bijvoorbeeld markt in Uden. De buddy’s hebben georganiseerd dat mensen in een groepje, onder hun begeleiding, met de bus naar de markt gaan. Met dit soort laagdrempelige activiteiten willen de buddy’s mensen ervan bewust maken dat zij er ook met de bus op uit kunnen gaan.
10
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
Route buurtbus
Uit de inventarisatie in 2013 bleek dat er behoefte is aan een buurtbushalte in het dorp. Tijdens de pilotperiode is dit door Zet met Arriva besproken. In 2014 was het niet mogelijk om dit te realiseren gezien de werkdruk die de implementatie van de nieuwe concessie met zich meebrengt. Arriva heeft toegezegd in het eerste kwartaal van 2015 het verzoek om een buurthalte Sint Hubert in te brengen in het ontwikkelteam.
PR en communicatie
Rondom alle activiteiten is er uitgebreid voor media aandacht gezorgd. Via diverse kanalen is aandacht gevraagd voor het onderwerp mobiliteit in Sint Hubert:
www.sthubert.nu in lokale kranten regionale kranten regionale radio en televisie posters spandoeken
Daarnaast is de ambassadeursfunctie die de leden van de werkgroep en de buddy’s hebben van groot belang. Het zijn bekende mensen in Sint Hubert die hun enthousiasme voor het onderwerp mobiliteit uitstralen. Zij spreken hun dorpsgenoten en doen op die manier aan mond-tot-mondreclame.
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
11
Hoofdstuk 2 BEKENDHEID EN HOUDING: ENQUÊTE Om in kaart te brengen of de beoogde resultaten van de pilot zijn behaald, heeft elk huishouden in Sint Hubert bij de Neije Krant een korte vragenlijst ontvangen. Ingevulde vragenlijsten konden tot een week later worden ingeleverd bij ‘De Jachthoorn’. De vragen konden ook digitaal worden beantwoord via sthubert.nu. Derde mogelijkheid was het invullen van de vragenlijst tijdens de KBO-feestmiddag. De vragenlijst bevat deels dezelfde vragen als in 2013 en deels nieuwe vragen over de uitgevoerde activiteiten. Door 113 personen is de vragenlijst ingevuld, 66 keer op papier en 47 keer digitaal. Afgezet tegen het aantal huishoudens in Sint Hubert (630) is dat een respons van 18%. Dit is iets lager dan in 2013. Mogelijk komt dit doordat de periode om de vragenlijst in te vullen door onvoorziene omstandigheden een week korter was dan in 2013. De leeftijdsverdeling wijkt niet significant af van de verdeling in 2013. In 2014 hebben relatief iets meer 74-plussers meegedaan dan in 2013. In dit hoofdstuk worden de resultaten van de enquête besproken. Als er uitspraken worden gedaan over leeftijdsgroepen, worden de groepen onder de 44 jaar daar niet in meegenomen. In deze groepen zitten te weinig deelnemers om een betrouwbare uitspraak te kunnen doen.
Leeftijd deelnemers enquête 45% 40% 35% 30% 25% 43 42
20%
2013
15% 22
10% 5% 0%
5
5
16‐24 jaar
12
2014
27 19 19
6
25‐44 jaar
45‐64 jaar
65‐74 jaar
75 jaar en ouder
Figuur 1. Leeftijd verdeling netto steekproef, N=124 (2013), N=113 (2014)
12
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
BEKENDHEID VERVOERSMOGELIJKHEDEN Uit de gehouden enquête blijkt dat de bekendheid met het openbaar vervoer onder de inwoners van Sint Hubert licht is toegenomen. Zo is het aandeel dat nog nooit van de buurtbus, Valys en hulpdienst heeft gehoord afgenomen. Voor de buslijnen en de trein is dat aantal echter licht toegenomen. De groep die weet hoe het werkt is ongeveer even groot gebleven. Alleen van de ouderenhulpdienst SWOM weten nu meer mensen hoe het werkt.
Bekend met vervoersmogelijkheden Ouderenhulpdienst SWOM Valys Regiotaxi 2013
Trein
Buslijnen 92
19
70
11
55
42
Buurtbus 292
12
36
52
3
21
59
20
21
57
22
39
56
5
Buslijnen 91 2
Nooit van gehoord
41
57
0
Ouderenhulpdienst SWOM
Wel bekend mee, weet niet hoe het werkt
2014
Valys Regiotaxi Trein Buurtbus 292
18
71
11 6
13
44
43
Weet wel hoe het werkt
29
57
14
56
38 62
15
23
Buslijnen 92
9
56
35
Buslijnen 91
7
56
37
Figuur 2. Bekendheid vervoersmogelijkheden ( %), N=135 (2013), N= 118 (2014)
HOUDING Het aantal bezitters van een OV-chipkaart is in 2014 niet aantoonbaar toegenomen ten opzichte van het jaar daarvoor. Een toenemend aantal geënquêteerden vindt het openbaar vervoer ook ingewikkeld en iets meer dan de helft schrikt terug voor gebruik van de chipkaart. Meer dan de helft van het aantal geënquêteerden vindt het openbaar vervoer betrouwbaar (59% in 2014).
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
13
Dat wijkt nauwelijks af van het jaar daarvoor. Er zijn qua houding ten opzichte van het openbaar vervoer geen beduidende verschillen tussen leeftijdsgroepen.
In bezit van OV‐chipkaart 2013
29
71
2014
28
72 ja
nee
Figuur 3. Bezit OV‐chipkaart (%), N=125 (2013), N=114 (2014)
Het OV is ingewikkeld 2013
3
2014
39 10
48
25
10
52
Helemaal mee oneens
Mee oneens
13
Mee eens
Helemaal mee eens
Figuur 4. Mate waarin eens met deze stelling (%), N=117 (2013), N= 113 (2014)
De OV‐chipkaart schrikt mij af 2013
12
2014
36
20
36
29
Helemaal mee oneens
Mee oneens
16
37 Mee eens
14 Helemaal mee eens
Figuur 5. Mate waarin eens met deze stelling (%), N= 120 (2013), N= 114 (2014)
Het OV is betrouwbaar 2013 2014
3
39 10
54 31
Helemaal mee oneens
4
51 Mee oneens
Mee eens
8 Helemaal mee eens
Figuur 6. Mate waarin eens met deze stelling (%), N= 116 (2013), N=115 (2014)
14
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
BUDDY’S Bijna negentig procent van de ondervraagden is bekend met het fenomeen buddy’s. Hierin is geen verschil voor de leeftijdscategorieën boven de 45 jaar. Het merendeel van deze mensen weet ook voor welke zaken men terecht kan bij een buddy: - zoeken hoe je ergens met het (openbaar) vervoer kunt komen, hoe lang je er over doet, hoe duur het is, et cetera (95%) - helpen bij aanvragen van OV-chipkaart (87%) - een keer mee gaan om het openbaar vervoer uit te proberen (87%) Hierin zitten wel wat kleine verschillen tussen de leeftijdscategorieën. De groep van 45-64 jaar geeft iets vaker aan dat een buddy voor begeleiding bij het reizen is. 75plussers zeggen iets vaker dat de buddy’s kunnen helpen bij het aanvragen van een OV-chipkaart.
Bekend met Buddy's 1
13
87 Nee
Ja
Figuur 7. Bekendheid buddy’s (%), N= 113 (2014)
INFORMATIEPLATFORM WEBSITE STHUBERT.NU Het internetgebruik van de deelnemers aan het onderzoek is in 2014 iets groter dan in 2013. Van 79% in 2013 naar 85% in 2014. Met name de 75-plussers bezoeken de website van Sint Hubert om daar informatie te vinden over het openbaar vervoer. Naarmate de leeftijd toeneemt is de bekendheid van het bestaan van de informatie groter, heeft men er meer behoefte aan en maakt men er meer gebruik van. Een klein deel van de deelnemers geeft bij ‘anders’ aan vervoersinformatie te zoeken via de landelijke websites (NS, 9292OV).
Internetgebruik 2013 2014
79
21 85 Ja
15 Nee
Figuur 8. Internetgebruik (%), N=123 (2013), N= 118 (2014)
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
15
Website Sint Hubert 75+
7
43
Nee, wist niet dat informatie over vervoer te vinden is
50
Nee, geen behoefte aan informatie over vervoer 65‐74
13
29
33
21
Ja, heb een keer naar gekeken
4
Ja, regelmatig naar gekeken 45‐64
28
15
33
11
13
anders
Figuur 9. Bekendheid informatie vervoer op www.sthubert.nu (%), N=96 (2014)
VERVOERSWAAIER De vervoerswaaier is het meest bekend bij en in bezit van de 65-74 jarigen, terwijl de 65-plussers hem relatief iets vaker gebruiken. Ruim de helft van de 45-64 jarigen kent het fenomeen niet.
Vervoerswaaier Ja, over gelezen 75+
4 5
36
14
32
9
Ja, wel eens gezien Ja, in bezit. Nog niet gebruikt.
65‐74
29
6
42
13
10 Ja, in bezit en maak er gebruik van.
45‐64
24
7
13
4
52
Nee, nooit van gehoord. Anders
Figuur 10. Bekendheid vervoerswaaier (%), N=112 (2014)
16
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
INFORMATIEHOEK GEMEENSCHAPSHUIS ‘DE JACHTHOORN’ Ruim de helft van de 75-plussers is bekend met de informatiehoek in De Jachthoorn. Ongeveer een op de vijf 75-plussers heeft de informatie ook bekeken. Door twee 75plussers werd bij anders, namelijk aangegeven dat men de Jachthoorn nooit bezoekt. Maar liefst 70% van de 65-74 jarigen kent de informatiehoek, maar nog geen tien procent heeft de OV-informatie ook daadwerkelijk bekeken. Over het geheel genomen is ongeveer 30% van de deelnemers aan het onderzoek niet bekend met de informatiehoek.
Informatiehoek 'De Jachthoorn' 75+
23
18
18
36
5
Ja, over gelezen Ja, informatiehoek gezien
65‐74
43
45‐64
40
27
17
7
11
23
Ja, informatie die er ligt bekeken Nee, niet bekend met de informatiehoek
30
Figuur 11. Bekendheid informatiehoek (%),N= 112 (2014)
TEVREDENHEID VERVOERSMOGELIJKHEDEN Om een algemene indruk van de tevredenheid met de vervoersmogelijkheden in Sint Hubert te krijgen is, net als vorig jaar, aan deelnemers gevraagd om een rapportcijfer (1 tot en met 10) te geven. De algehele tevredenheid vervoersmogelijkheid is beduidend toegenomen van 5,3 in 2013 naar 6,3 in 2014. De stijging van de tevredenheid kan te maken hebben met het feit dat er veel aandacht is geweest voor de verschillende vervoersmogelijkheden en dat er onderling over is gesproken in het dorp.
Rapportcijfer tevredenheid vervoersmogelijkheden 5,3
2013 6,3
0
1
2
3
4
5
6
7
2014 8
9
Figuur 12. Gemiddeld rapportcijfer, N=113 (2013) N=96 (2014)
10
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
17
OPMERKINGEN Op de open vraag wat er nog ontbreekt in het project ‘Mobiliteit Sint Hubert’ werden opmerkingen over de volgende onderwerpen gemaakt: Een buurtbus naar de dorpskern. Een folder waarin reizigers wegwijs worden gemaakt in het openbaar vervoer. Informatie delen over ontwikkelingen binnen de eigen regio. De bus vaker laten rijden. Dienstregeling openbaar vervoer beter op elkaar laten afstemmen. Met name voor ouderen een goed initiatief. Reizen met openbaar vervoer is niet prettig. Het uitchecken gaat te snel. Te veel wijzigingen en voor vragen is er te weinig of helemaal geen NS personeel aanwezig. Bij voorkeur worden de ontwikkelingen en vervolgstappen op de website van Sint Hubert gelezen.
18
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
Hoofdstuk 3 GEBRUIK OPENBAAR VERVOER In de registratie van de OV-chipkaartgegevens is te zien dat het aantal in- en uitstappers in Sint Hubert in september en oktober 2014 bij de lijnbussen 91 en 92 lager is dan in diezelfde periode in 2013. Voor de buurtbus is er juist een stijging te zien, al gaat het daar nog steeds om kleine aantallen gebruikers. De registratie van de OV-chipgegevens geeft geen volledig beeld. De verkoop van losse kaartjes en dalurendagkaarten in de bus zijn niet in deze cijfers meegenomen. Hierdoor zal het reële aantal reizigers hoger liggen. Dit geldt zowel voor 2013 als 2014. Een mogelijke verklaring voor de daling van het aantal reizigers is het feit dat er in september en oktober 2014 sprake was van goede weersomstandigheden (bron: KNMI). Als het droog is en de temperatuur is goed zullen mensen en met name scholieren de fiets pakken. In 2013 waren deze maanden veel natter en zal daardoor meer gebruik gemaakt zijn van de bus.
Instappers (buurt)bus 150 100 50
132 116
122 106 4
6
0 Lijn 91 Uden/Cuijk
Lijn 92 Grave/Cuijk
Lijn Venray‐ Sint Anthonis
2013 2014
Gemiddeld aantal instappers met OV‐chipkaart per week in Sint Hubert Figuur 13. Gemiddeld aantal instappers per week in september/oktober 2013 en 2014, bron Provincie Noord‐Brabant, database OV‐chipkaart.
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
19
Uitstappers (buurt)bus 150 100 139 135
113 96
50
5
8
2013 2014
0 Lijn 91 Uden/Cuijk
Lijn 92 Grave/Cuijk
Lijn Venray‐ Sint Anthonis
Gemiddeld aantal uitstappers met OV‐chipkaart per week in Sint Hubert Figuur 14. Gemiddeld aantal uitstappers per week in september/oktober 2013 en 2014, bron Provincie Noord‐Brabant, database OV‐chipkaart.
REGIOTAXI In september en oktober 2013 werd er gemiddeld zeven keer per week door Regiotaxi van en naar Sint Hubert gereden (bron: Servicepunt Regiotaxi Noordoost Brabant). In september en oktober 2014 was dit gemiddeld vijf keer per week. Ook hiervoor geldt dat de weersomstandigheden een verklaring kunnen zijn.
OUDERENHULPDIENST SWOM In de maanden september en oktober 2013 zijn er acht ritten gereden van en naar Sint Hubert door de ouderenhulpdienst van Stichting Welzijn Ouderen Mill (SWOM). Dit is iets minder dan één rit per week gemiddeld. Naast de extra aandacht door de activiteiten van de werkgroep mobiliteit Sint Hubert is de ouderenhulpdienst in 2014 zelf haar aanbod ook meer gaan promoten via advertenties en artikelen in lokale bladen. De extra (media)aandacht heeft tot een toename in het aantal ritten geleid. In 2014 zijn in de maanden september en oktober 11 ritten gereden van en naar Sint Hubert. Dit betekent een stijging van 38%. Gemiddeld gaat het om 1,3 ritten per week.
INFORMATIEPLATFORM OP STHUBERT.NU In de periode juli-november 2014 zijn de mobiliteitspagina’s van de website sthubert.nu 409 keer bezocht. In de figuren is per maand en per dag te zien hoeveel keer de website is bezocht. November heeft fors meer bezoeken dan de overige maanden. Daarvoor zijn verschillende redenen aan te wijzen. Er was toen veel publiciteit rondom activiteiten van de buddy’s bij basisschool ‘De Schare’, activiteiten naar de markt en het onderzoek. Ook werd in november de nieuwe dienstregeling door Arriva bekendgemaakt.
20
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
Rond de data van publiciteit zijn pieken te zien in het aantal bezoeken aan de website. In de tabel staat een overzicht van het aantal bezoeken per pagina. Hierin is te zien dat de introductiepagina met informatie over de buddy’s en het project het meest is bezocht, gevolgd door de dienstregelingen.
Figuur 15. Aantal bezoeken per maand aan mobiliteitspagina sthubert.nu, bron: Statcounter.com.
Figuur 16. Aantal bezoeken per dag aan mobiliteitspagina sthubert.nu, bron: Statcounter.com.
Onderwerp
Introductiepagina Dienstregelingen OV-chipkaart Overige vervoersmogelijkheden
Aantal bezoeken
248 93 49 26
Figuur 17. Aantal bezoeken totaal per pagina van mobiliteit Sint Hubert op www.sthubert.nu, van juli tot en met november 2014. Bron: Statcounter.com.
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
21
BUDDY’S De buddy’s houden een registratiesysteem bij van het aantal vragen dat binnenkomt. In de periode juli-oktober zijn er elf vragen aan hen voorgelegd. In vijf gevallen is dit gebeurd via het speciale telefoonnummer van de buddy’s. In de andere gevallen zijn de buddy’s persoonlijk aangesproken. Soms werden de vragen telefonisch afgehandeld, soms vond een gesprek plaats in ‘De Jachthoorn’, soms bij de vrager thuis en in één geval bij de bushalte. De meeste vragers vallen in de leeftijdscategorie 65-74 jaar. Maar ook ouderen staan open voor de hulp van een buddy. Twee zussen op leeftijd hebben samen met een buddy een OV-chipkaart aangevraagd. Daarna zijn ze samen met de buddy naar Cuijk geweest om de OV-chipkaart te activeren, dat is in Sint Hubert zelf niet mogelijk. Tijdens de mobiliteitsdag zijn er ook veel vragen aan de buddy’s gesteld. Deze zijn niet meegenomen in de genoemde aantallen. De buddy’s hebben na de mobiliteitsdag geholpen bij vragen over:
Tarieven/kortingsmogelijkheden. Verdwijnen papieren treinkaartje. Hulp bij aanvraag OV-chipkaart. Gebruik OV-chipkaart/reizen met de bus (samen op pad).. Uitleg digitaal informatiepaneel. Algemene informatie over reizen met bus en trein. Opgeven voor uitstapje naar de markt.
22
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
Hoofdstuk 4 ERVARING Als aanvulling op de feitelijke gegevens zijn gesprekken gevoerd met werkgroep, buddy’s en (potentiële) gebruikers om hun ervaring te kunnen betrekken in de eindrapportage. Er is met de verschillende groepen apart gesproken medio november 2014. In dit hoofdstuk een weerslag van deze gesprekken.
WERKGROEP De werkgroep geeft aan trots te zijn op wat ze in korte tijd op poten heeft gezet. Het onderwerp mobiliteit is in Sint Hubert op de kaart gezet. Ze vinden het jammer dat er nog niet meer vragen van medebewoners zijn gekomen. Nu het onderzoek echter uitwijst dat de bekendheid van hun acties groot is, zijn ze blij met het bereikte resultaat. “De auto is nog zeer dominant. Het gaat er om dat mensen weten waar ze moeten zijn op het moment dat ze niet meer op de auto kunnen terugvallen.”
Het proces is goed verlopen, de werkgroep geeft aan heel goed te hebben samengewerkt. In het begin was het nog geen bestaande groep. In de loop van het project is er echt een groep ontstaan met een gezamenlijk doel. Ze geven aan dat de leden weten wat ze van elkaar kunnen verwachten en ieder op hun eigen manier een steentje bijdragen aan het project. De projectondersteuning vanuit Zet en Radius heeft veel bijgedragen aan de motivatie, volgens de werkgroep. “Zij hebben de werkgroep goed aangevoeld, ieders ideeën in z’n waarde gelaten en gestuurd richting het beste resultaat.”
“Goede communicatie en de duidelijke actiepunten zorgden voor motivatie om de actiepunten op tijd uit te voeren.”
BUDDY’S De buddy’s zijn enthousiast over hun functie en geloven in de noodzaak van mobiliteit voor de leefbaarheid. Zij geven aan een leuk clubje van vijf buddy’s te hebben waarvan één de gedreven kartrekker is. Zij maken gebruik van ieders sterke kanten. Als redenen om dit te gaan doen, geven zij aan dat ze zelf ook meer van het openbaar vervoer te weten komen en graag iets willen betekenen voor anderen in Sint Hubert. Een buddy die zelf niet veel had gereisd met het openbaar vervoer gaf aan dat het niet noodzakelijk is om ervaring met het openbaar vervoer te hebben.
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
23
“Een goede training met ook een praktijkdeel is belangrijk om stevig genoeg in je schoenen te staan als buddy.” De buddy’s geven aan het belangrijk te vinden om mensen actief te blijven betrekken. “Mensen die begin 70 zijn rijden nu nog zelf met de auto. Er komt een moment dat dat niet meer gaat”. Het is het doel van de buddy’s dat deze mensen dan weten waar ze hulp kunnen krijgen. Het liefst halen ze ze van te voren al over de drempel. Bijvoorbeeld door leuke activiteiten te organiseren. De buddy’s hebben volop plannen voor nieuwe activiteiten, bijvoorbeeld een dagje naar een kerstmarkt of naar de markthal in Rotterdam. Met verschillende type activiteiten willen ze verschillende doelgroepen aanspreken. “Het geeft voldoening om anderen te laten zien hoe fijn het is als je zelfstandig van A naar B kunt gaan.”
(POTENTIËLE) GEBRUIKERS Om inzicht te krijgen in hoe alle activiteiten met betrekking tot mobiliteit in Sint Hubert zijn ervaren door de bewoners is gesproken met mensen die al hulp van een buddy hebben ingeschakeld en met mensen die dat niet hebben gedaan. De twee zussen op leeftijd die met een buddy de OV-chipkaart hebben aangevraagd en geactiveerd, geven aan erg blij te zijn met de hulp die zij hebben gekregen. Nu gaan ze regelmatig met de bus naar Uden om te winkelen. Zij vinden dat het goed werkt met de OV-chipkaart. Er kan een rollator mee in de bus, dus ook de zus die minder goed ter been is kan mee. Zij vertellen ook aan anderen in Sint Hubert dat het openbaar vervoer een goede manier is om eens ergens anders te gaan winkelen.
“Anderen zouden er ook eens over moeten denken want het werkt echt heel goed.”
In ‘De Jachthoorn’ is gesproken met leden van de KBO die nog geen gebruik gemaakt hebben van de buddy’s. Een van hen gaf als reden daarvoor dat zij al weet hoe het openbaar vervoer werkt omdat ze daar in vakanties ervaring mee heeft opgedaan. Andere redenen die worden genoemd zijn ziek worden in bus of trein, zelf rijden of met echtgenoot meerijden. Men is zeker op de hoogte van het bestaan van de werkgroep mobiliteit. Zij geven aan dat er veel aandacht voor is in de lokale media. Bijvoorbeeld naar de markt in Uden vinden zij een goed initiatief. Dat is een goede manier om mensen kennis te laten maken met de mogelijkheden. “Ik was er zelf niet op gekomen om naar de markt in Uden te gaan. Het is mooi als dat met de bus kan.”
24
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
Men geeft aan dat het dorpse karakter van Sint Hubert meespeelt in het feit dat er niet zo veel gebruik wordt gemaakt van het openbaar vervoer. Mensen kennen elkaar en spreken gemakkelijk af om met elkaar mee te rijden. Openbaar vervoer wordt door velen gezien als omslachtig. Bijvoorbeeld naar het ziekenhuis in Boxmeer, dan moet je overstappen. Uit het gesprek met de ‘niet-gebruikers’ blijkt dat men niet beschikt over de juiste informatie over het openbaar vervoer. Zo denkt men dat er een maal per uur een bus naar Cuijk rijdt terwijl dat elk halfuur is. Met name voor de jeugd vindt men het erg belangrijk dat er OV blijft bestaan in Sint Hubert. Jongeren zijn van de bus afhankelijk om op school te komen.
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
25
26
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
Hoofdstuk 5 CONCLUSIES Op basis van de gegevens in de voorgaande hoofdstukken bekijken we of de op voorhand geformuleerde doelen en gewenste resultaten zijn behaald. Eerst worden de beoogde resultaten besproken, daarna het al dan niet behalen van de doelstelling van het project.
VRAAGBAAK
1
Een punt (digitaal/fysiek/telefonisch) waar mensen terecht kunnen met vragen over mobiliteit en personenvervoer.
Dit resultaat is behaald op verschillende manieren: - De buddy’s zijn drie dagen per week op een centraal telefoon nummer te bereiken. - In gemeenschapshuis ‘De Jachthoorn’ is een informatiepunt waar men naast foldermateriaal ook digitale informatie kan raadplegen. - Digitale informatie is verzameld op het informatieplatform op sthubert.nu en wordt zo veel mogelijk automatisch up to date gehouden. Uit de enquête blijkt dat het merendeel van de deelnemers aan het onderzoek bekend is met deze drie punten waar men terecht kan met vragen over (openbaar) vervoer. Het eerste resultaat is dus met de pilot behaald.
TOEGANKELIJKE INFORMATIE
2
Toegankelijke informatie voor alle doelgroepen.
De werkgroep heeft gezorgd voor laagdrempelige informatie over (openbaar) vervoer en communicatie daar over. Bijvoorbeeld in de vervoerswaaier zijn de verschillende vervoersmogelijkheden op bondige, eenduidige manier weergegeven. In de verschillende activiteiten is de wijze van het presenteren van informatie aangepast aan de doelgroep, bijvoorbeeld ouderen of jongeren. De mobiliteitsdag was laagdrempelig opgezet voor alle doelgroepen en drie generaties waren dan ook aanwezig. Uit de enquête blijkt dat een deel van de inwoners van Sint Hubert (nog) geen behoefte heeft aan informatie over het openbaar vervoer. De doelgroep 65+ heeft het meest gebruik gemaakt van de beschikbare informatie. We kunnen concluderen dat het resultaat van toegankelijke informatie is behaald.
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
27
INZICHT IN KNELPUNTEN
3
Inzicht in knelpunten en veelvoorkomende bestemmingen (vervoersvraag).
Met de enquête van 2013 is allereerst inzicht verkregen in de knelpunten. Het merendeel van de inwoners ervaart (nog) geen knelpunten omdat ze zelf auto rijden. Er blijkt nogal wat onbekendheid te zijn met de vervoersmogelijkheden. De OVchipkaart schrikt mensen af waardoor zij zich niet in het openbaar vervoer verdiepen. Qua bestemmingen worden vooral de ziekenhuizen in Boxmeer en Nijmegen genoemd als moeilijk bereikbaar met het openbaar vervoer. Zeker in de avonduren en het weekend. Ook uit de vragen die aan de buddy’s zijn gesteld, blijkt dat de OV-chipkaart met name een struikelblok is. Door de hulp van de buddy’s waagt men toch de stap om er een aan te vragen.
METHODEN MENSEN VERTROUWD MAKEN MET OPENBAAR VERVOER
4
Verschillende methoden om mensen vertrouwd te maken met het personen vervoer, bijvoorbeeld trainingen, OV-gidsen, apps et cetera.
Zoals al eerder in dit hoofdstuk genoemd heeft de werkgroep diverse methoden ingezet: -
mobiliteitsdag informatiewaaier informatieplatform op sthubert.nu voorlichting, hulp en begeleiding door buddy’s.
Dat deze methoden er toe hebben geleid dat mensen meer vertrouwd zijn met het openbaar vervoer kunnen wij niet uit de enquête concluderen. Het aandeel mensen dat het openbaar vervoer betrouwbaar vindt, is gelijk gebleven. In 2014 zijn zelfs meer mensen die het openbaar vervoer ingewikkeld vinden dan in 2013. Dat mensen het openbaar vervoer ingewikkeld vinden is niet zo vreemd. Zeker niet in dit gebied waar mensen te maken hebben met twee verschillende trein- en busmaatschappijen met gescheiden betalingssystemen. Het feit dat mensen nu in meer of mindere mate kennis hebben genomen van de informatie over het openbaar vervoer, kan er toe hebben geleid dat het beeld er niet positiever op is geworden. Mogelijk geldt dat hoe meer kennis men heeft over het openbaar vervoer, hoe ingewikkelder men het vindt. De berichtgeving in de landelijke media kan hier ook een negatief effect hebben, bijvoorbeeld over het verdwijnen van het papieren treinkaartje en veranderingen in de dienstregeling met ingang van de nieuwe concessie voor het busvervoer. Wel blijkt uit de gesprekken dat mensen die de hulp van een buddy hebben gevraagd positiever over de mogelijkheden van het openbaar vervoer denken. Daar zit de sleutel naar het vertrouwd maken van mensen met dit onderwerp.
28
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
WERKEN MET VRIJWILLIGERS
5
Inzicht in de voorwaarden om met vrijwilligers te werken
Dit resultaat is behaald. Er is inzicht verkregen in de voorwaarden om het project vervoersconsulent met vrijwilligers uit te voeren. Het enthousiasme van de lokale vrijwilligers is een belangrijke succesfactor. Op basis van de ervaring gedurende het proces en de terugkoppeling van de vrijwilligers zelf kunnen de volgende voorwaarden worden geformuleerd om het enthousiasme bij vrijwilligers te behouden of versterken: 1. Zorg voor een werkgroep die gevarieerd is samengesteld met een breed netwerk in het dorp. Bijvoorbeeld door vertegenwoordiging van lokale verenigingen. 2. Binnen de werkgroep is een lokale kartrekker belangrijk. 3. Een werkgroep van vrijwilligers heeft om het project op te starten een externe procesregisseur nodig. 4. De procesregisseur neemt de acties van de werkgroep niet over maar ondersteunt. 5. De vrijwilligers blijven gemotiveerd als er een duidelijke overlegstructuur is met heldere afspraken en actiepunten. 6. Benut de kwaliteiten van de vrijwilligers. Vaak zijn er vrijwilligers met specifieke kennis, vaardigheden of netwerk. 7. Zorg dat de vrijwilligers over up to date vervoersinformatie beschikken.
DOELSTELLING PROJECT Doel: door het vergroten van de kennis en het vertrouwen van mensen in het openbaar vervoer moet de mobiliteit en het gebruik van het openbaar vervoer toenemen Doel werkgroep: Zorgen voor laagdrempelige informatie over openbaar vervoer waardoor de kennis en de waardering voor het openbaar vervoer zal toenemen Het doel dat op voorhand is geformuleerd, is niet gehaald. Er is geen zichtbare gedragsverandering die aan de pilot kan worden toegeschreven. Een half jaar is te kort om een gedragsverandering te bewerkstelligen. Deze periode is ook te kort om kennis en vertrouwen te vergroten bij alle bewoners van een dorp dat van oudsher niet anders gewend is dan te reizen met de auto. De werkgroep was zich hier bij het formuleren van haar doelstelling van bewust en heeft niet ingezet op een gedragsverandering. De laagdrempelige informatie waarop zij hebben ingezet is er gekomen in de vorm van een vervoerswaaier, een digitaal informatiepunt op de dorpswebsite en een fysiek informatiepunt in het gemeenschapshuis. Met een drukbezochte mobiliteitsdag zijn buddy’s aan het dorp voorgesteld. Deze vrijwilligers staan klaar om mensen letterlijk op weg te helpen in het openbaar vervoer. Op dit moment kan nog niet worden aangetoond dat deze
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
29
interventies tot verandering in kennis en waardering hebben van het openbaar vervoer hebben geleid. Wel is aangetoond dat een grote meerderheid van de bewoners op de hoogte is waar men informatie over vervoer kan vinden en men weet dat buddy’s kunnen helpen met het openbaar vervoer. De mensen die al hulp van een buddy hebben gekregen zijn daarover zeer tevreden. In een korte tijd is veel gerealiseerd om de drempel naar het openbaar vervoer kleiner te maken. Er is een enthousiaste, gedreven werkgroep ontstaan die in Sint Hubert het onderwerp mobiliteit op de kaart zet. De pilot is geslaagd.
30
Mobiliteitsconsulent Sint Hubert
Hoofdstuk 6 AANBEVELINGEN Op basis van deze pilot kunnen de volgende aanbevelingen worden gedaan: 1. Richt voor het project een lokale werkgroep op met actieve burgers en vertegenwoordigers van lokale organisaties en verenigingen. Het succes van het project wordt voor een groot deel bepaald door het enthousiasme van de lokale werkgroep. De werkgroepleden zijn ambassadeurs en ook de organisaties en verenigingen die zij vertegenwoordigen zorgen er als ambassadeur voor dat het project zich stevig wortelt in dorp of kern. 2. Voor het opstarten van het project is het aan te bevelen de werkgroep te laten ondersteunen door een onafhankelijke procesbegeleider. Aandachtspunten van de procesbegeleider zijn het in beeld brengen van de precieze vraag, het faciliteren van de vrijwilligers plus de voorwaarden waaronder zij kunnen werken en zorgen voor duurzame verankering in de toekomst. Betrek een lokale professional waar de vrijwilligers op kunnen terugvallen als het project loopt, bijvoorbeeld van welzijnsorganisatie of gemeente. 3. Door het inzetten van vervoersconsulenten kunnen mensen bewust worden gemaakt van wat openbaar vervoer voor hun zelfredzaamheid en zelfstandigheid kan betekenen. Door persoonlijke uitleg en begeleiding wordt de onbekendheid en angst voor gebruik van openbaar vervoer weggenomen. Daarvoor is een proactieve houding van de vervoersconsulenten nodig. Zij zijn naast vraagbaak vooral ambassadeur. Door actief mensen te benaderen met een programma van laagdrempelige activiteiten kunnen vervoersconsulenten mensen bereiken die nog geen noodzaak zien om openbaar vervoer te gaan gebruiken. 4. Ondersteun de inzet van vervoersconsulenten met verschillende informatieproducten en een campagne in het dorp. Gebruik daarvoor een huisstijl die bij het dorp past en herkenbaar is in verschillende uitingen. Sluit aan bij de informatiekanalen die veel gelezen/gezien/gehoord worden in dorp of kern. Zorg dat het project aanwezig is op alle punten waar men gewend is informatie te halen. Bijvoorbeeld de dorpswebsite en het gemeenschapshuis.
Stichting Zet │Statenlaan 4│Postbus 271│5000 AG Tilburg Telefoon 013 5441440 │
[email protected] │ wijzijnzet.nl IBAN NL69ABNA0469068620 │ BTW NL817260560B01 │ KvK Midden-Brabant 18085830
BEREIKBAAR ZIEKENHUIS Evaluatierapport pilot
WIJZIJNZET.NL
COLOFON Bereikbaar ziekenhuis, evaluatierapport pilot is een uitgave van Stichting Zet (hierna te noemen Zet) Datum: Auteur: Referentie:
15 december 2014 Anja van de Westelaken mido-Z13.059.C-893-t14
Postbus 271 5000 AG Tilburg Telefoon: 013 54 41 440 E-mail:
[email protected] Website: www.wijzijnzet.nl
INHOUD Samenvatting .............................................................................................. 4 Conclusies ................................................................................................... 5 Inleiding...................................................................................................... 6 Hoofdstuk 1 De interventies Communicatie en informatievoorziening vanuit ziekenhuis .................................. 9 (Her)inrichting hoofdingang ........................................................................... 9 Dalurentarief ............................................................................................. 10 Toetsing .................................................................................................... 11 Hoofdstuk 2 Regiotaxi Resultaten ................................................................................................. 12 Kwaliteit .................................................................................................... 14 Wachttijden ............................................................................................... 15 Onderzoek bereikbaarheid onder personeel, patiënten en bezoekers .................. 15 Ervaringen................................................................................................. 15 Hoofdstuk 3 Lijnbus en buurtbus Inventarisatie vervoersstromen .................................................................... 18 Onderzoek bereikbaarheid onder personeel, patiënten en bezoekers .................. 19 Dienstregeling ............................................................................................ 20 Ervaringen................................................................................................. 22 Hoofdstuk 4 Bereikbaarheid Onderzoek bereikbaarheid onder personeel, patiënten en bezoekers .................. 24 Ervaringen................................................................................................. 25 Hoofdstuk 5 Conclusies Slotconclusie.............................................................................................. 31 Hoofdstuk 6 Aanbevelingen Aanbevelingen ........................................................................................... 32 Bijlage Bronvermelding
4
Bereikbaar ziekenhuis
SAMENVATTING Het doel van de pilot Bereikbaar Ziekenhuis is om de verbinding met het Maasziekenhuis Pantein in Beugen te verbeteren en meer grip te krijgen op de vervoersstromen. Voor deze pilot is samengewerkt en geïnvesteerd door Maasziekenhuis Pantein, Munckhof, Gemeenschappelijke Regeling KCV Brabant-Noordoost (Regiotaxi) en Zet. De pilot moest de volgende resultaten opleveren: - Zicht op geschikte mogelijkheden om het vervoer van en naar het Maasziekenhuis te stroomlijnen en te bundelen. - Zicht op de mogelijkheden om het vervoer efficiënter te organiseren en een betere bezetting van de vervoersmiddelen te krijgen. - Verschuiving van de vervoersstromen van piek- naar de daluren, waardoor een meer efficiënte inzet van voertuigen en chauffeurs mogelijk is en daarmee op de langere termijn leidt tot kostenreductie voor de vervoerder en uiteindelijk ook de opdrachtgever. - Optimale bekendheid met de verschillende vervoersopties bij de drie doelgroepen, personeel, bezoekers en patiënten van het Maasziekenhuis Pantein. Om tot een pilot te komen met de bovengenoemde resultaten zijn de vervoersstromen van en naar het ziekenhuis in beeld gebracht en zijn patiënten, bezoekers en personeelsleden bevraagd over de bereikbaarheid van het ziekenhuis. Op basis van deze bevindingen heeft de werkgroep Bereikbaar Ziekenhuis een aantal denkrichtingen uitgewerkt en gewogen. Dit heeft geleid tot een samenhangend pakket van interventies. Uiteindelijk zijn in het kader van deze pilot de volgende interventies uitgevoerd: 1. Communicatie en informatievoorziening vanuit het ziekenhuis De receptionisten zijn getraind tot vervoersconsulent en in het Maasziekenhuis is een centrale wachtruimte ingericht voor de wachtenden op (buurt)bus en regiotaxi. Ook is er een digitaal informatiescherm opgehangen met daarop informatie over de aankomst- en vertrektijden van de vervoersdiensten. 2. (Her)inrichting hoofdingang (binnen en buiten) Het voorplein van het Maasziekenhuis is heringericht zodat de doorstroming van de auto’s beter is. Daarnaast is ten behoeve van de doorstroming een parkeerwacht aangesteld. De halte van de buurtbus naast de ingang van het ziekenhuis gekomen 3. Dalurentarief In de periode 1 mei – 31 oktober 2014 konden Wmo-pashouders uit alle gemeenten van het Land van Cuijk en reizend met Regiotaxi Noordoost-Brabant gebruik maken van het dalurentarief. Dit tarief gold op werkdagen tussen 09.30 en 14.30 uur.
Bereikbaar ziekenhuis
CONCLUSIES Het dalurentarief heeft niet het verwachte effect opgeleverd, er heeft geen grote verschuiving van de piek- naar de daluren plaatsgevonden. Daarmee zijn ook de andere resultaten die hiermee samenhangen, zoals kostenreductie en een betere bezetting van de vervoersmiddelen niet gerealiseerd. Vervoerders denken dat een prijsprikkel wel kan werken om vervoersstromen te sturen. Wellicht is het resultaat beïnvloed doordat de periode van de pilot te kort was, de prijsprikkel te gering en de bestemming de reiziger onvoldoende mogelijkheid bood om daarop te sturen. Het verbeteren van de bereikbaarheid van het ziekenhuis met een pakket van maatregelen heeft zeker resultaat opgeleverd. Alle partijen zijn van mening dat het een geslaagd project is door de andere doelen die wel zijn gerealiseerd, zoals betere informatie (informatiescherm) voor de reiziger, meer service, een beter toegankelijk ziekenhuis, meer kennis over openbaar vervoer bij iedereen, en vooral een goede samenwerking met verschillende partners op het thema mobiliteit. Aanbevelingen Op basis van de conclusies zijn de volgende aanbevelingen geformuleerd: 1. Om meer te kunnen sturen op vervoersstromen in piek- en daluren en kostenreductie te realiseren lijkt prijsdifferentiatie een geschikt instrument, mits het breed wordt ingezet zowel qua bestemming als doelgroep. 2. Regie op vervoersstromen is gewenst, waarbij alle partijen bereid moeten zijn om de vervoerseisen aan te passen, zodat bundeling mogelijk is en dit mee te nemen in een eerstvolgende aanbesteding. 3. Maak meer attractiepunten (bestemmingen) bereikbaar door alle schakels in de keten te verbeteren. 4. Verbeter de onderkant van het personenvervoer door de nog niet gerealiseerde interventies nader te onderzoeken en uit te werken.
5
6
Bereikbaar ziekenhuis
INLEIDING Het project Mobiliteit in het Land van Cuijk is een gezamenlijke opdracht van GGA Noord-Brabant, Provincie Noord Brabant en de Gemeenschappelijke Regeling (GR)KCV Brabant-Noordoost (Regiotaxi), uitgevoerd binnen de vijf gemeenten van het Land van Cuijk. Dit project kent drie pilots die zich richten op het versterken van het aanvullend OV-personenvervoer. Een van die pilots is een Bereikbaar Ziekenhuis. Voor deze pilot is samengewerkt en geïnvesteerd door Maasziekenhuis Pantein, Munckhof, GR-KCV en Zet. Het doel van deze pilot is om de verbinding met het Maasziekenhuis Pantein in Beugen te verbeteren en meer grip te krijgen op de vervoersstromen. Dit wil men realiseren door de vervoersstromen beter te stroomlijnen en te bundelen. En door vervoer in de spits te verplaatsen naar de dalperiode, zodat de druk voor de vervoerders afneemt en het vervoer efficiënter is. Voor de pilot zijn de volgende resultaten geformuleerd: - Er is zicht op een of meer geschikte mogelijkheden waarmee het vervoer van en naar het Maasziekenhuis Pantein in Beugen wordt gestroomlijnd en gebundeld. - De planning en de organisatie van het ziekenhuis zijn gerelateerd aan het vervoer van en naar het ziekenhuis. - Er is zicht op de mogelijkheden om het vervoer van en naar het ziekenhuis efficiënter te organiseren. - Er is een betere bezetting en spreiding gebruik van de vervoersmiddelen - Regie en grip op vervoersstromen bij de vervoerders is vergroot. - Er is zicht op kostenreductie op vervoer bij verzekeraars, Provincie en gemeenten.1 - Er is samenwerking gerealiseerd tussen ziekenhuis en vervoerders. - Er is meer zicht op de vervoersbewegingen van en naar het ziekenhuis. - Er is optimale bekendheid met de verschillende vervoersopties bij de drie doelgroepen: personeel, bezoekers en patiënten van het Maasziekenhuis Pantein.
AANPAK Om tot een pilot te komen, met als doel bovengenoemde resultaten, is in de periode oktober 2013 – januari 2014 de situatie rond het ziekenhuis in beeld gebracht. De vervoersbewegingen van en naar het ziekenhuis zijn voor de periode september – oktober 2013 in kaart gebracht, ervaringen en knelpunten zijn geïnventariseerd en patiënten, bezoekers en personeel zijn bevraagd over de bereikbaarheid van het ziekenhuis en mogelijke verbeterpunten. Deze bevindingen hebben geleid tot allerlei denkrichtingen. De denkrichtingen zijn ‘gewogen’ met de criteria van de pilot en die van de betrokken partijen en een aantal denkrichtingen
1 Na de start is gekeken naar mogelijke partners voor deelname aan de interventie voor het dalurentarief. De Provincie Noord-Brabant zag af van participatie voor het deel van de OV-reizigers, waardoor het dalurentarief alleen voor Wmo-pashouders gold. Tevens is besloten in de pilotfase de verzekeraars vooralsnog buiten beschouwing te laten
Bereikbaar ziekenhuis
is uitgewerkt tot mogelijke interventies. Hierbij is gekeken naar wat de interventie naar verwachting teweeg brengt en of het bijdraagt aan één van projectdoelen. Op basis hiervan heeft de werkgroep Bereikbaar Ziekenhuis gekozen voor een samenhangend pakket aan interventies.2 De interventies zijn uitgevoerd in de periode februari - oktober 2014. Om te toetsen of de interventies hebben geleid tot de gewenste resultaten zijn in november 2014 de voor de pilot relevante vervoersstromen voor de periode september – oktober 2014 in beeld gebracht en zijn patiënten, bezoekers en personeel wederom bevraagd over de bereikbaarheid van het ziekenhuis. Daarnaast zijn gesprekken gevoerd met de bij de pilot betrokken partijen en met passagiers en chauffeurs van buurtbus en regiotaxi.
LEESWIJZER In het eerste hoofdstuk schetsen we het pakket aan interventies: wat is er gedaan en met welke beoogde resultaten. In de daarop volgende hoofdstukken gaan we in op de interventies: welke vervoersstromen zien we nu en hoe kijken patiënten, bezoekers en personeel en betrokken partijen naar de interventies. Op basis van deze gegevens en bevindingen trekken we conclusies over de resultaten van de pilot. In het laatste hoofdstuk formuleren we aanbevelingen.
2 De resultaten zijn vastgelegd in het rapport Voorbereiding op pilot Bereikbaar Ziekenhuis: Inventarisatie vervoersstromen, observaties en ervaringen en onderzoek naar beleving bereikbaarheid leiden tot denkrichtingen voor de pilot, Stichting Zet, 21 januari 2014.
7
8
Bereikbaar ziekenhuis
HOOFDSTUK 1 DE INTERVENTIES Eind 2013 is in het Land van Cuijk een onderzoek uitgevoerd onder personeel, patiënten en cliënten naar de beleving van de bereikbaarheid van het ziekenhuis en zijn vervoersstromen in kaart gebracht. Op basis van dit onderzoek en deze inventarisatie zijn denkrichtingen benoemd en uitgewerkt. Dit heeft geleid tot een keuze voor een samenhangend pakket van interventies om de bereikbaarheid van het ziekenhuis te verbeteren. Het resultaat was een pakket van interventies: 1. Communicatie en informatievoorziening vanuit het ziekenhuis 2. (Her)inrichting hoofdingang (binnen en buiten) 3. Dalurentarief 4. Reisapp 5. Haalbaarheidsstudie samenwerking vrijwillige hulpdiensten. Uit de inventarisatie van de denkrichtingen kwamen overigens meerdere interventies die zich richten op de vervoersstromen: het dalurentarief, het experiment van lijn 93 met deurservice, Centrale regie buurtbus bij taxivervoerder in plaats van Arriva, Servicelijn langs dorpen naar attractiepunten. Uiteindelijk is gekozen om het dalurentarief verder uit te werken vanwege de haalbaarheid van een dergelijke interventie binnen de looptijd van de pilot en de meetbaarheid van het effect van de interventie. Deze interventie zou bovendien voor alle partners naar verwachting positieve effecten opleveren. De overige drie interventies die hierboven genoemd zijn verdienen volgens de werkgroep zeker de aanbeveling ze na deze pilot nader te onderzoeken en uit te werken. Ad 4 Uitwerking Reisapp Op dit moment werken Zet, Regiotaxi Noordoost-Brabant en Go-About aan de ontwikkeling van een reisapp. Ad 5 Als opmaat voor het mogelijk stroomlijnen en bundelen van de vrijwillige hulpdiensten zijn binnen een haalbaarheidsstudie samenwerking vrijwillige hulpdiensten gesprekken gevoerd met de vrijwillige hulpdiensten. Op basis van deze gesprekken werd duidelijk dat dit initiatieven zijn die juist door hun eigen wijze van werken en lokale organisatie een specifieke kracht hebben en dat deze initiatieven zich vooralsnog niet lenen voor samenwerking waarbinnen deze eigen kracht onder druk komt te staan.
Bereikbaar ziekenhuis
9
COMMUNICATIE EN INFORMATIEVOORZIENING VANUIT ZIEKENHUIS Om de communicatie en een juiste informatievoorziening over alle vormen van personenvervoer te verbeteren zijn de volgende activiteiten uitgevoerd: - De receptionisten van het Maasziekenhuis Pantein zijn getraind tot vervoersconsulent. Zij hebben een training ontvangen waarbij zij theoretisch en praktisch kennis hebben gemaakt met diverse aspecten van het personenvervoer. Aspecten als kennis over de openbaar vervoervoorzieningen in het werkgebied, het gebruik van de ov-chipkaart, et cetera. Bezoekers en patiënten, maar ook personeelsleden kunnen bij deze ‘vervoersconsulenten’ terecht voor vragen over openbaar vervoer. - In de koffiehoek in het Maasziekenhuis Pantein is een digitaal informatiescherm opgehangen met daarop informatie over de aankomst- en vertrektijden van de lijnbus (lijn 22 en 93), de buurtbus (lijnen 238 en 255), Regiotaxi NoordoostBrabant, de reguliere taxi (van Munckhof en Van Dijk) en het zittend ziekenvervoer. Indien het een rit betreft van de regiotaxi en het zittend ziekenvervoer verzorgd door de vervoerder Munckhof, verschijnt op het scherm de naam van de aanvrager en de verwachte aankomsttijd. Als beoogd effect van deze interventie is geformuleerd: - Concrete en juiste informatie over alle vormen van personenvervoer verhoogt de bekendheid en betrouwbaarheid van het personenvervoer. - Betere doorstroming van het vervoer bij de hoofdingang van het ziekenhuis. - Concrete en juiste informatie verhoogt de zichtbaarheid én de bekendheid van het openbaar vervoer. Daarmee neemt het gebruik van de bus en buurtbus toe.
(HER)INRICHTING HOOFDINGANG Om de bereikbaarheid van het ziekenhuis te verbeteren zijn enkele fysieke ingrepen gepleegd. - Op het voorplein zijn paaltjes geplaatst zodat voor iedereen duidelijk is waar je wel/niet mag parkeren. Voorheen werd er schots en scheef op het voorplein geparkeerd. Hiermee is ook de stopplaats voor de (Regio)taxi beter en kan deze stoppen onder de luifel van de ingang. - Direct naast de ingang van het ziekenhuis is een legale halte voor de buurtbus gerealiseerd. Voorheen was de halte van de buurtbus onduidelijk, soms stopte een chauffeur op het voorplein van het Maasziekenhuis Pantein, soms bij de bushalte om de hoek. - In het ziekenhuis is in een hoek van de koffieruimte een zitje ingericht voor de wachtenden op de bus of (Regio)taxi. Dit zitje bevindt zich direct aan het raam met goed zicht op het digitale informatiescherm en op de aankomende taxi’s en buurtbussen. De taxipoint bevindt zich ook in deze zithoek. - Het ziekenhuis heeft met medewerking van de gemeente een (tijdelijke) parkeerwacht kunnen aanstellen. De parkeerwacht houdt toezicht op het parkeren en helpt daarnaast met het in- en uitstappen, haalt de rolstoel, klapt de rolstoel of rollator uit.
10
Bereikbaar ziekenhuis
Als beoogd effect van deze interventie is geformuleerd: - De herinrichting van het voorplein zorgt voor een betere doorstroming bij de hoofdingang, minder wachttijd voor de taxichauffeur, en een overzichtelijke hoofdingang verhoogt de gebruiksvriendelijkheid van het voorplein; - Een wachtruimte verhoogt de tevredenheid en gebruiksvriendelijkheid van het openbaar vervoer, de taxichauffeur weet waar hij de reiziger kan ophalen en de reiziger heeft goed zicht op de aankomst van de taxi; - Een duidelijke halte voor de buurtbus naast de ingang voorkomt mismatch, is duidelijker zichtbaar en verhoogt de tevredenheid over de buurtbus. Mogelijk leidt het tot meer gebruik van de buurtbus. Voorplein Maasziekenhuis voor en na de herinrichting
DALURENTARIEF Om te zorgen voor een spreiding van vervoer en ontlasting van de piekuren is de volgende interventie gepleegd: - In de periode 1 mei – 31 oktober 2014 konden Wmo-pashouders uit alle gemeenten van het Land van Cuijk en reizend met Regiotaxi NoordoostBrabant3 gebruik maken van het Dalurentarief. Tussen 09.30 en 14.30 uur op werkdagen gold in deze periode voor de reis van/naar het Maasziekenhuis een goedkoper tarief voor Wmo-pashouders. De korting bedroeg 50% van de eigen bijdrage (van € 0,65 voor € 0,35 per zone). Zowel de vervoerder (Regiotaxi Noordoost-Brabant en Munckhof) als het ziekenhuis hebben publiciteit gemaakt voor het dalurentarief. Wmo-pashouders zijn per brief op de hoogte gebracht van de pilot en met flyers zijn mensen in de taxi geïnformeerd over het dalurentarief. Het ziekenhuis heeft de medewerkers van de poliklinieken via de mail geïnformeerd en bij de balies zijn voor de patiënten flyers neergelegd.
3
In het Land van Cuijk wordt de regiotaxi gereden door de vervoerder Munckhof. Naast Regiotaxi Noordoost-Brabant rijdt ook Regiotaxi Limburg naar het ziekenhuis. Het dalurentarief betrof uitsluitend reizigers uit het Land van Cuijk met een Wmo-pas en reizend met Regiotaxi NoordoostBrabant.
Bereikbaar ziekenhuis
Als beoogd effect van deze interventie is geformuleerd: - De kosten voor de klant zijn lager, waardoor de ‘klant’ stuurt op ziekenhuisafspraken in de daluren en het gebruik van de regiotaxi in de daluren toe kan nemen. - Verschuiving van de ritten van de piek- naar de daluren, waardoor efficiëntere inzet van voertuigen en chauffeurs mogelijk is en daarmee op de langere termijn leidt tot kostenreductie voor de vervoerder en uiteindelijk ook voor de opdrachtgever (gemeenten en Provincie). - Meer service voor de Regiotaxigebruikers.
TOETSING Om te kunnen beoordelen of door de interventies de voor de pilot genoemde resultaten zijn behaald zijn de volgende activiteiten uitgevoerd: - Het gebruik van de Regiotaxi en de lijn- en buurtbus in de periode september – oktober 2013 is vergeleken met het gebruik in september – oktober 2014. Hierbij is alleen gekeken naar de voor de pilot relevante vervoersstromen. Het zittend ziekenvervoer, het autogebruik, en de vrijwillige hulpdienst zijn niet opnieuw in beeld gebracht. - Het onderzoek onder patiënten, bezoekers en personeel naar de bereikbaarheid van het ziekenhuis is herhaald en hen is gevraagd naar de beleving van de bereikbaarheid als gevolg van de interventies. In het onderzoek hebben 357 personen de vragenlijst ingevuld: 205 personeelsleden, 34 bezoekers en 118 patiënten. - Interviews met de betrokken organisaties over de pilot, hun verwachtingen, de resultaten en de leerpunten. - Enkele gebruikers van de regiotaxi en de buurtbus als ook chauffeurs zijn bevraagd over hun ervaringen met de interventies.
11
12
Bereikbaar ziekenhuis
HOOFDSTUK 2 REGIOTAXI Is het dalurentarief een manier om mensen te verleiden om in de daluren te reizen. Met andere woorden: werkt verschil in tarieven tot sturing en daarmee spreiding van vervoersstromen? Om na te gaan of er door het dalurentarief een verschuiving in reisgedrag zichtbaar is, is het aantal ritten in de periode september – oktober 2013 vergeleken met de periode september – oktober 2014.
RESULTATEN Om een beeld te krijgen van de omvang van het aantal ritten van/naar het Maasziekenhuis Pantein is in onderstaande tabel in beeld gebracht wat in het Land van Cuijk het aandeel ritten van/naar het Maasziekenhuis Pantein is op het totaal aantal ritten met Regiotaxi in het Land van Cuijk. Tenzij anders vermeld zijn het, als we spreken over ritten van/naar het Maasziekenhuis, ritten van Wmo-pashouders reizend met Regiotaxi NoordoostBrabant. Tabel 2.1: Aandeel ritten van/naar Maasziekenhuis op totaal aantal ritten Regiotaxi en aandeel ritten in daluren op totaal aantal ritten in daluren in Land van Cuijk in 2013 en 2014
September 2013 September 2014 Oktober 2013 Oktober 2014
Totaal aantal ritten Land van Cuijk
Aantal ritten van/naar ziekenhuis / (aandeel in %)
Totaal aantal ritten Land van Cuijk in daluren
4.346 4.172 4.716 4.535
330 231 359 276
1.545 1.455 1.680 1.621
(8) (6) (8) (6)
Aantal ritten in de daluren van/naar ziekenhuis (aandeel in %) 190 (12) 136 (9) 245 (15) 185 (11)
Het Maasziekenhuis is een belangrijke bestemming voor inwoners in het Land van Cuijk, maar op het totaal aantal ritten van Regiotaxi is de rit van/naar het Maasziekenhuis door Wmo-pashouders een relatief klein aandeel. In september 2014 en oktober 2014 ging het om 6% van het aantal ritten. In de daluren betreft het 9% (september 2014) respectievelijk 11% (oktober 2014) van het totaal aantal ritten in de daluren. Het aantal ritten van/naar het ziekenhuis met een OV-pas bedraagt in september 2013 60 ritten en in september 2014 30 ritten. In oktober 2013 gaat het om 49 ritten en in oktober 2014 om 30 ritten. Als we kijken naar het totaal aantal ritten van Wmo-pashouders in het Land van Cuijk zien we een afname van het aantal ritten. In september 2013 4.346 ritten en in september 2014 4.172 ritten, dit is een daling van 4%, in oktober 2013 waren er in totaal 4.716 ritten, in oktober 2014 4.535 ritten, dit is een daling van 4%.
Bereikbaar ziekenhuis
13
Het aantal ritten van/naar het ziekenhuis door Wmo-pashouders in de pilotperiode (mei – oktober 2014), vergeleken met dezelfde maanden in het jaar daarvoor, laat zien dat het aantal ritten in alle maanden afneemt. - Mei : afname van 14% - Juni : afname van 18% - Juli : afname van 11% - Augustus : afname van 32% - September : afname van 30% - Oktober : afname van 23% De afname van het aantal ritten in het Land van Cuijk is te verklaren doordat de gemeenten in het Land van Cuijk het gebruik van het aantal declarabele zones hebben ingeperkt tot 700 zones. Voor de afname van het aantal ritten van/naar het ziekenhuis is geen duidelijke verklaring. Het gebruik van het dalurentarief door Wmo-pashouders laat de volgende ontwikkeling zien: - Het aantal ritten naar het ziekenhuis binnen de daluren is, met uitzondering van juni en juli, eveneens afgenomen. In vergelijking met 2013 gaat het in de peilmaanden september 2014 om een verschil van 28% en in oktober 2014 van 24%. - Het aantal ritten naar het ziekenhuis buiten de daluren laat in alle maanden een afname van het aantal ritten zien. Tabel 2.2: Totaal aantal ritten van/naar ziekenhuis buiten daluren en binnen daluren in 2013 en 2014 (in absolute aantallen) en verschil 2014 t.o.v. 2013 (in procenten)
Ritten ziekenhuis buiten daluren
Mei Juni Juli augustus september oktober
2013 132 162 146 115 140 114
2014 109 94 91 66 95 91
Verschil
-17% -42% -38% -43% -32% -20%
Ritten ziekenhuis binnen daluren 2013 192 189 189 181 190 245
2014 171 194 208 135 136 185
Verschil
-11% 3% 10% -25% -28% -24%
In de pilotperiode (mei – oktober) is het aantal ritten van/naar het ziekenhuis meer afgenomen dan het aantal ritten van/naar het ziekenhuis binnen de daluren. Eveneens is in die periode het aantal ritten buiten de daluren meer afgenomen dan het aantal ritten binnen de daluren. Alleen in de maand oktober is de afname van het aantal ritten binnen de daluren groter dan buiten de daluren. Hierbij dient opgemerkt te worden dat het verschil sterk bepaald kan worden door één gemeente. Zo waren er bijvoorbeeld in juli 2013 vanuit Grave 9 ritten naar het ziekenhuis in de daluren, in juli 2014 waren het 41 ritten, dit veroorzaakt een stijging van 600%. Wat betreft het aantal zones gereisd in de daluren van/naar het ziekenhuis: september 2013 746 zones en in september 2014 539 zones (daling 28%); oktober 2013 921 zones, in oktober 2014 741 zones (daling 20%). Tot slot kijken we of er een verschuiving zichtbaar is in het aandeel ritten in de daluren naar het ziekenhuis op het totaal aantal ritten naar het ziekenhuis.
14
Bereikbaar ziekenhuis
Figuur 2.1 Aandeel ritten in daluren op totaal aantal ritten van/naar ziekenhuis in 2013 en 2014 (in procenten)
67 68
Oktober 59 58
September Augustus
61
Juli
2014 70
56
Juni
67
2013
67
54 61 59
Mei 0
20
40
60
80
Het aandeel ritten van/naar het ziekenhuis in de daluren is in de periode mei – augustus toegenomen. In de peilmaanden, september – oktober is er geen tot weinig verschil. In september 2013 vond 58% van de ritten van/naar het ziekenhuis in de daluren plaats (tussen 9.30 – 14.30 uur), in september 2014 was dit 59%, in oktober 2013 vond 68% van de ritten van/naar het ziekenhuis in de daluren plaats, in oktober 2014 was dit 67%. No show Door de duidelijke informatie over de aankomsttijden van de regiotaxi is de verwachting dat de no show van de ritten vanaf het ziekenhuis vermindert. De no show was al beperkt. In september 2013 ging het om 3 ritten, in september 2014 om 2 ritten, in oktober 2013 om 4 ritten, in oktober 2014 om 3 ritten. Figuur 2.2 No show ritten Regiotaxi vanaf ziekenhuis in 2013 en 2014 (in aantallen)
September Oktober
2013 3 4
2014 2 3
Dat er ondanks de duidelijke informatie over de aankomsttijden en een centrale wachtplek voor de passagiers toch sprake is van ‘no show’ is mogelijk te verklaren doordat iemand al van tevoren een rit heeft besteld, maar door de uitloop van de afspraak de taxi mist of doordat iemand een lift heeft gekregen.
Kwaliteit
De verwachting is dat de ritten (vanaf het ziekenhuis) binnen de ophaalmarge toenemen. Er is door de herinrichting een betere doorstroming, mensen zitten op een centrale plek te wachten de parkeerwacht helpt met in- en uitstappen. Figuur 2.3 Ophaalmarge ritten vanaf ziekenhuis in 2013 en 2014 (in procenten) September Oktober
2013 84 87
2014 83 89
Bereikbaar ziekenhuis
15
In de ophaalmarge is nauwelijks verandering te zien: in september 2013 is de ophaalmarge van het aantal ritten vanaf het ziekenhuis 84% en in september 2014 83%; in de maand oktober 2013 is de ophaalmarge 87% en in 2014 is dit 89 %. De ophaalmarge is echter niet alleen afhankelijk van de doorstroming bij het ziekenhuis. De ophaalmarge kan onder druk komen te staan door drukte bij de vervoerder, het verkeer en dergelijke.
Wachttijden
Voor de vervoerder zijn de wachttijden bij het Maasziekenhuis afgenomen van ongeveer twee minuten naar iets minder dan twee minuten (een afname van 25%).
ONDERZOEK BEREIKBAARHEID ONDER PERSONEEL, PATIËNTEN EN BEZOEKERS Uit het onderzoek over bereikbaarheid van het Maasziekenhuis Pantein onder personeel, patiënten en bezoekers komt het volgende naar voren: 1. 3,4% van de respondenten maakte die dag gebruik van de Regiotaxi. De resultaten zijn dus gebaseerd op een klein aantal respondenten. 2. Van de gebruikers van Regiotaxi heeft ruim 38% (soms) gebruik gemaakt van het dalurentarief. 3. Als reden om geen gebruik te maken van het dalurentarief zijn door de respondenten genoemd: ze kennen het niet, ze komen niet uit Land van Cuijk, of ze weten het niet precies of ze hadden een afspraak buiten de daluren. 4. Van de reizigers in de daluren hield 40% soms rekening met het maken van een afspraak in het ziekenhuis. 5. De respondenten beoordelen de rit met Regiotaxi met een gemiddeld rapportcijfer van 7,5. In het onderzoek van 2013 was het gemiddelde rapportcijfer een 8,0. 6. We hebben gekeken naar de bekendheid en het gebruik van de Regiotaxi. Tabel 2.3: Bekendheid en gebruik van de Regiotaxi in 2013 en 2014
Regiotaxi
Daar heb ik nog nooit van gehoord
Ik weet dat het bestaat, meer niet
2013 23%
2013 54%
2014 9%
2014 56%
Ik weet hoe het werkt, maar heb er nog nooit gebruik van gemaakt 2013 2014 18% 31%
Ik maak er wel eens gebruik van
2013 6%
De percentages in 2014 vergeleken met 2013 laten zien dat het percentage dat bekend is met Regiotaxi is toegenomen.
ERVARINGEN 7. Aanvullend is gebeld met elf personen die in de pilotperiode in de daluren met Regiotaxi naar het Maasziekenhuis zijn gereisd. Zij zijn gevraagd naar hun ervaringen. Van deze elf personen gaven negen personen aan dat zij gebruik hebben gemaakt van het dalurentarief. Twee personen hebben ‘onbewust’ in de daluren gereisd.
2014 4%
16
Bereikbaar ziekenhuis
Reizigers Regiotaxi: “Jammer, dat het dalurentarief verlopen is, ik hield er echt rekening mee.” “Het dalurentarief mag terugkomen van mij.” “Ik had geen erg in het dalurentarief, het kwam toevallig zo uit met mijn afspraken.” 8. Van de negen personen die in de daluren het ziekenhuis bezochten hielden vijf personen rekening met dit tarief bij het maken van hun afspraken. De overige personen gaven aan bij de planning van de afspraken geen rekening te hebben gehouden met het dalurentarief, het kwam toevallig zo uit of het kon niet vanwege hun afspraak in het ziekenhuis. 9. In de gesprekken blijkt dat niet iedereen het dalurentarief kent. Soms waren ze verbaasd dat ze voor minder geld mee konden. 10. De gebruikers van het dalurentarief zijn positief over het tarief, de rit is dan toch goedkoper. 11. De medewerkers van de poli’s hebben niets gemerkt van het dalurentarief wat betreft planning. Er is door cliënten niet gevraagd om de afspraak binnen de daluren van Regiotaxi te plannen. 12. De passagiers die de ‘taxipoint’ in het ziekenhuis gebruiken waarderen deze zeer. De wachttijd is dan korter dan wanneer zij vooraf een rit boeken. Met de ‘taxipoint’ is een rit vooraf boeken niet nodig en het aanvragen van een rit kan dan goed aansluiten op de eigen afspraak. Is deze eerder klaar dan verwacht of loopt deze juist uit, dan is dat geen probleem voor de cliënt. 13. De gebruikers van Regiotaxi zijn zeer te spreken over de wachtruimte en het digitale scherm. In de gesprekken met betrokkenen valt wel op dat de wachtruimte en het scherm niet bij iedereen bekend zijn. Voor slechtzienden zijn de taxipoint en het digitale scherm niet zelfstandig bruikbaar. Zij roepen daarvoor de hulp van de receptioniste in. 14. De chauffeurs zijn positief over de doorstroming en de centrale wachtruimte. Met een centrale wachtruimte is het voor hen gemakkelijker om hun passagier te vinden.
Bereikbaar ziekenhuis
17
Reizigers Regiotaxi: “Het scherm is geweldig, ik zie dat mijn rit is aangemeld en ik weet of ik nog rustig een kopje koffie kan drinken.” “Zo’n taxipoint en scherm zouden ze ook in andere ziekenhuizen moeten hebben.” “Ik vind het scherm handig, andere mensen zien wel mijn naam op het scherm, maar dat interesseert mij niet.”
Reiziger Regiotaxi: “Wat ik niet begrijp. We moesten een keer met vijf personen vanaf het ziekenhuis naar Cuijk, twee personen om 10 voor 12, 1 om 5 over 12 en ik om kwart over 12. En dan komen er drie taxi’s voor vijf personen die allemaal naar dezelfde plaats moeten. Kan dat dan niet tegelijk, dan is het toch ook goed?”
18
Bereikbaar ziekenhuis
HOOFDSTUK 3 LIJNBUS EN BUURTBUS In het Land van Cuijk hebben twee buurtbussen en twee lijnbussen een halte bij het Maasziekenhuis Pantein. De buurtbussen 238 en 255 en lijndienst 93 zijn van vervoerder Arriva, buslijn 22 is van vervoerder Veolia. Per 14 december 2014 is vanwege de nieuwe concessieverlening in het openbaar vervoer in de provincie Noord-Brabant een nieuwe dienstregeling van kracht. In de provincie NoordBrabant is de concessie voor het openbaar vervoer gegund aan Arriva. Een belangrijke ontwikkeling voor het busvervoer Maasziekenhuis Pantein is de komst van een ROC op de kavel naast het Maasziekenhuis Pantein. Het plan is dat vanaf 2016 het ROC hier gevestigd is. Dit zal een aanzienlijke stimulans zijn voor het gebruik van de lijn- en buurtbus. Tevens is het vermelden waard dat sinds 2 april 2014 in de provincie Limburg een pilot loopt met de Wensbus. De Wensbus is bedoeld voor dunbevolkte gebieden waar weinig vraag is, en waar in de nieuwe concessie geen grote bussen gaan rijden. De Wensbus, gereden door vrijwilligers, is geen buurtbus of belbus, en ook geen regiotaxi. Kenmerkend is dat de organisatie bij het dorp ligt, vaak de dorpsraad. Aanvankelijk was het idee dat de Wensbussen vaste routes zouden rijden, gericht op de dichtstbijzijnde ov-halte, maar dat bleek geen succes. Nu wordt er voornamelijk van deur tot deur gereden. Vanuit onder andere de kernen Ven-Zelderheide en Ottersum is één van de bestemmingen het Maasziekenhuis Pantein.4
INVENTARISATIE VERVOERSSTROMEN Als we kijken naar het gebruik van de lijnbus en de buurtbus zien we het volgende: 1. Buslijn 238 heeft de meeste in- en uitstappers bij de halte Maasziekenhuis Pantein. In de laatste 2 kolommen staat het gemiddeld aantal in- en uitstappers per weekdag. 2. In 2014 is het aantal in- en uitstappers van buslijn 238 toegenomen van 618 naar 688. Dit is ook zichtbaar in het gemiddeld aantal in- en uitstappers per weekdag, dit is toegenomen van gemiddeld 14 naar 15.3. 3. Het gemiddeld aantal in- en uitstappers van buslijn 93 en buslijn 255 is gelijk gebleven.
4
Bron: www.ovmagazine.nl/2014/10/proef-met-limburgse-wensbus-uitgebreid-1146/
Bereikbaar ziekenhuis
19
Tabel 3.1: Aantal in- en uitstappers (som en gemiddeld) van de lijn- en buurtbussen in de maanden september – oktober 2013 en 2014
Buslijn
Bus 22 Bus 93 Buurtbus 238 Buurtbus 255
Som van het aantal in- en uitstappers 2013 Geen informatie beschikbaar 207 618 353
2014 Geen informatie beschikbaar 212 688 365
Gemiddeld aantal in – en uitstappers per doordeweekse dag (ma-vrij)* 2013 2014 Geen informatie Geen informatie beschikbaar beschikbaar 4.7 4.7 14 15.3 8 8.1
* Nota bene: in deze aantallen zijn niet de reizigers opgenomen die niet ingecheckt zijn, waaronder degenen die een (dag)kaartje bij de chauffeur hebben gekocht.
ONDERZOEK BEREIKBAARHEID ONDER PERSONEEL, PATIËNTEN EN BEZOEKERS Uit het onderzoek over bereikbaarheid van het Maasziekenhuis Pantein onder personeel, patiënten en bezoekers komt het volgende naar voren: 1. 0,2% (1 persoon) van de respondenten maakte die dag gebruik van de bus en 1,8% (8 personen) van de buurtbus. 2. Zij geven voor de rit met de bus een gemiddeld rapportcijfer 6 (7,5 in 2013) en voor de rit met de buurtbus een 8,5 (8,4 in 2013). 3. We hebben gekeken naar de bekendheid en het gebruik van de lijnbus en buurtbus voor alle respondenten (zie tabel). Tabel 3.2: Bekendheid en gebruik van de lijnbus en buurtbus bij alle respondenten in 2013 en 2014
Lijnbus 93 Boxmeer-Cuijk vv Lijnbus 22 Boxmeer – Siebengewald vv Buurtbus 238 Boxmeer – Grave vv Buurtbus 255 Boxmeer – Venray vv
Daar heb ik nog nooit van gehoord
Ik weet dat het bestaat, meer niet
2013 41%
2014 19%
2013 40%
2014 48%
47%
23%
36%
45%
16%
42%
19%
40%
46%
42%
20%
40%
46%
Ik weet hoe het werkt, maar heb er nog nooit gebruik van gemaakt 2013 2014 17% 31%
Ik maak er wel eens gebruik van
2013 2%
2014 3%
31%
1%
1%
15%
32%
3%
3%
17%
32%
2%
2%
Wanneer dee data van 2013 en 2014 wordt vergeleken, dan valt op dat het percentage respondenten dat bekend is met de busdiensten (weten dat het bestaat) en weten hoe het werkt maar er geen gebruik van maakt, is toegenomen. Het percentage respondenten dat wel eens gebruik maakt van de bussen is niet of nauwelijks veranderd.
20
Bereikbaar ziekenhuis
DIENSTREGELING Vanaf 14 december 2014 is er een nieuwe dienstregeling geldig. De dienstregeling bij de halte Maasziekenhuis Pantein ziet er dan als volgt uit: Maandag tot en met vrijdag
Bus
Frequentie 1x per uur 1x per uur 1x per uur
Eerste bus 6:27 6:27 6:38
Laatste bus 0:09 23:51 18:08
Lijn 22: Boxmeer - Siebengewald Lijn 22: Siebengewald - Boxmeer Lijn 93: Cuijk - Boxmeer Lijn 93: Boxmeer - Cuijk
1x per uur
7:19
18:19
Buurtbus Buurtbus Buurtbus Buurtbus
1x 1x 1x 1x
8:14 7:42 7:45 7:37
18:14 17:42 17:45 17:37
Eerste bus 7:39 7:21
Laatste bus 23:39 23:21
Bijzonderheden / veranderingen Belbus - hele dag Belbus – hele dag Vervallen Vervallen
Eerste bus 8:39 8:21
Laatste bus 0:09 23:51
Bijzonderheden / veranderingen Belbus - hele dag Belbus – hele dag Vervallen Vervallen
238: 238: 255: 255:
Boxmeer - Grave Grave - Boxmeer Boxmeer - Venray Venray - Boxmeer
per per per per
uur uur uur uur
Bijzonderheden / veranderingen Belbus na 18:27 uur Belbus na 18:03 uur Eerste bus later (was 6:08), laatste bus vroeger (was 20:08) Eerste bus later (was 6:22), laatste bus vroeger (was 20:22)
Zaterdag
Bus Lijn Lijn Lijn Lijn
Frequentie 22: 22: 93: 93:
Boxmeer - Siebengewald Siebengewald - Boxmeer Cuijk - Boxmeer Boxmeer - Cuijk
1x per uur 1x per uur
Zon – en feestdagen
Bus Lijn Lijn Lijn Lijn
Frequentie 22: 22: 93: 93:
Boxmeer - Siebengewald Siebengewald - Boxmeer Cuijk - Boxmeer Boxmeer - Cuijk
1x per uur 1x per uur
In de reguliere dienstregeling zijn in de lijnen van de buurbussen geen veranderingen. Er komen voor de buurtbussen wel nieuwe bussen, waarin een lift voor het meenemen van één rolstoel. Het buurtbuscomité is hierover bezorgd. Zij denken dat het meenemen van rolstoelers tijd gaat vragen waarmee het op tijd rijden wellicht in de knel komt. Voor de lijnbus 22 en 93 zijn de aankomst- en vertrektijden van maandag tot en met vrijdag veranderd. In het weekend vervalt lijnbus 93. Enkel Lijn 22 (belbus) blijft in het weekend richting Maasziekenhuis rijden.
Bereikbaar ziekenhuis
De routes van deze lijn- en buurtbussen zien er als volgt uit: Figuur 3.1: Route van de lijn- en buurtbussen op maandag tot en met vrijdag
Figuur 3.2: Route van lijnbus in het weekend
21
22
Bereikbaar ziekenhuis
ERVARINGEN Uit ervaringen van betrokken partijen weten we: 1. Dat de chauffeurs en de passagiers van de buurtbus tevreden zijn met de duidelijke halteplaats voor de ingang van het ziekenhuis. 2. Dat het volgens het buurtbuscomité niet voor iedereen duidelijk is dat het een halteplaats voor de bus is. Soms staat er een taxi of een personenauto op de halteplaats. Dat is dan lastig voor de chauffeur. Duidelijkheid hierover is gewenst. 3. Dat de halte bij het ziekenhuis de enige rustplek op de route is voor de buschauffeurs van de buurtbus. Dan is het wel gewenst en fijn dat de bus goed bij de halte kan staan, als de chauffeurs binnen zijn. 4. Dat de chauffeurs en de passagiers tevreden zijn met het digitale informatiescherm.
Chauffeur buurtbus: “Er is door de duidelijke halte nu altijd een goede plek om te halteren. Voorheen was dat veel onduidelijker. Het is voor ons en de passagiers echt een vooruitgang.”
Passagier buurtbus: “Ik vind de halte een verbetering, zeker ook voor mensen die slecht ter been zijn.”
Ziekenhuis: “Voor de chauffeur is er nu een goede plek voor een toiletbezoek of een kopje koffie.”
Bereikbaar ziekenhuis
23
24
Bereikbaar ziekenhuis
HOOFDSTUK 4 BEREIKBAARHEID Om de bereikbaarheid van het ziekenhuis te verbeteren zijn een aantal (fysieke) ingrepen gepleegd. Op het voorplein zijn paaltjes geplaatst, er zijn parkeerwachten aangesteld, receptionistes zijn opgeleid tot vervoersconsulent, de wachtruimte is heringericht, de halte van de buurtbus is duidelijk zichtbaar naast de ingang van het ziekenhuis geplaatst, en er is digitale informatie beschikbaar over de aankomsten vertrektijden van taxi en lijn- en buurtbussen5.
ONDERZOEK BEREIKBAARHEID ONDER PERSONEEL, PATIËNTEN EN BEZOEKERS Uit het onderzoek naar bereikbaarheid van het Maasziekenhuis onder personeel, patiënten en bezoekers zien we: 1. Het gemiddeld rapportcijfer voor de bereikbaarheid van het Maasziekenhuis Pantein is: 7,8 (2013) en 7,9 (2014). Ruim 72% van de respondenten komt met de auto naar het ziekenhuis. Een aantal respondenten merkt op dat zij met de auto zijn gekomen en de bereikbaarheid van het ziekenhuis met de auto goed vinden, maar dat zij niet of lastig met het openbaar vervoer naar het ziekenhuis kunnen komen. 2. Als we kijken naar het gemiddeld rapportcijfer voor de bereikbaarheid van het Maasziekenhuis per vervoerssoort zien we: Tabel 4.1: Gemiddeld rapportcijfer per vervoerssoort in 2013 en 2014
Gemiddeld rapportcijfer
Auto Regiotaxi Bus* Buurtbus Vrijwillige vervoersdienst* Te voet, fiets, brommer, scooter
2013 7,8 8,0 6,0 7,9 8,0 7,9
2014 7,9 8,3 9,0 8,3 6,0 7,8
* N.B. In 2013 ging het om 2 respondenten met de bus en 1 met de vrijwillige vervoersdienst, in 2014 ging het om 1 respondent voor bus en 1 voor de vrijwillige vervoersdienst.
5 Op het scherm is informatie zichtbaar van de vervoerder Munckhof en Van Dijk (Regiotaxi, gewone taxi, liggend ziekenvervoer) en van de lijn- en buurtbussen.
Bereikbaar ziekenhuis
25
3. In onderstaande tabel is weergegeven of de interventies in en rond het ziekenhuis hebben bijgedragen aan een toename van de bereikbaarheid. Tabel 4.2: Toename van de bereikbaarheid door de interventie
Herinrichting wachtruimte Informatiescherm met informatie over aankomst- en vertrektijden bus en taxi Verplaatsing halte buurtbus Aanwezigheid parkeerwacht die helpt Informatie bij receptie over OV
Ja
Nee
N.v.t. ik ben hier voor het eerst
14% 22%
23% 20%
4% 5%
N.v.t. de veranderin g is mij niet opgevallen 59% 53%
16% 16%
22% 22%
3% 3%
59% 59%
16%
21%
3%
59%
Het merendeel van de respondenten is de verandering niet opgevallen. Het digitale informatiescherm met informatie over de aankomst- en vertrektijden van bus en taxi heeft het meest bijgedragen aan de toename van de bereikbaarheid. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat het merendeel van de respondenten met de auto komt of te voet, met fiets, scooter, brommer et cetera. De interventies in de pilot zijn vooral gericht op gebruikers van regiotaxi en het openbaar vervoer. Inzoomen op deze specifieke groepen laat het volgende zien: - Voor respondenten die reisden met Regiotaxi is de bereikbaarheid vooral toegenomen door de herinrichting van de wachtruimte (50%), de aanwezigheid van de parkeerwacht (42%), en de informatie bij de receptie (50%). - Voor de respondenten die reisden met de buurtbus is de bereikbaarheid vooral toegenomen door de verplaatsing van de halte van de buurtbus (43%) en het informatiescherm (29%). - De respondent die reisde met de bus zijn de veranderingen niet opgevallen - Voor de respondent die gebruik maakte van de vrijwillige vervoersdienst is de bereikbaarheid niet toegenomen.
ERVARINGEN Uit de ervaringen van betrokken partijen is bekend: 1. Dat de reizigers met de buurtbus het fijn vinden dat de halte op één duidelijke plek is en naast de ingang van het ziekenhuis. 2. Dat patiënten en bezoekers van het ziekenhuis indien nodig de hulp inroepen van de receptioniste. 3. Dat de personeelsleden van het ziekenhuis weten dat de receptionistes getraind zijn en mensen met vragen over het openbaar vervoer naar hen doorverwijzen. 4. Dat de receptionistes niet meer vragen krijgen over het openbaar vervoer dan voorheen, maar zij zich wel zekerder voelen over het onderwerp en zich bewuster zijn geworden van vragen over het openbaar vervoer. 5. Dat door de aanwezigheid van het scherm patiënten en bezoekers zelf kunnen zien wanneer hun (Regio)taxi of bus komt. Dit geeft ze rust en ze hoeven de receptionistes niet meer te vragen of hun taxi al is besteld of wanneer die komt.
26
Bereikbaar ziekenhuis
6. De parkeerwacht is niet door iedereen opgemerkt, maar diegenen die de parkeerwacht wel hebben opgemerkt zijn positief. 7. Regiogrenzen zijn wel beperkend. Niet alle informatie staat op het digitale scherm. De informatie van regiotaxi Noord-Limburg, de vrijwillige vervoersdiensten en de andere taxibedrijven actief in de regio, staat niet op het scherm. Reizigers regiotaxi:
“De parkeerwacht is fantastisch, helpt met het in- en uitstappen, brengt mij naar de hoofdingang, vraagt of het verder lukt. Gewoon fantastisch. Je bent er echt een mens!”
“Ik zie heel slecht, dus de receptioniste helpt mij met het aanmelden bij de regiotaxi.”
“Het scherm is echt fijn; als de taxi vertraging heeft, is dat natuurlijk niet leuk, maar je weet dan wel dat hij later komt en hoef je niet steeds te kijken of de taxi er al is.”
Bereikbaar ziekenhuis
27
28
Bereikbaar ziekenhuis
HOOFDSTUK 5 CONCLUSIES Op basis van de bevindingen uit de voorgaande hoofdstukken kunnen we een aantal conclusies trekken. Deze presenteren wij in dit hoofdstuk.
STROOMLIJNEN EN BUNDELEN VAN VERVOERSSTROMEN
1
Er is zicht op een of meer geschikte mogelijkheden waarmee het vervoer van en naar het Maasziekenhuis Pantein in Beugen wordt gestroomlijnd en gebundeld.
Op basis van de inventarisatie van de vervoersstromen en de mogelijke denkrichtingen zijn de mogelijkheden om het vervoer van en naar het Maasziekenhuis Pantein te stroomlijnen en te bundelen in beeld gebracht. Hieruit is de keuze gemaakt voor het pakket aan interventies. Het vervoer van en naar het ziekenhuis in Beugen is beter gestroomlijnd. Door de herinrichting van het voorplein van het ziekenhuis en de inzet van de parkeerwacht is het plein rustiger en gebruiksvriendelijker en is de doorstroming bij het ziekenhuis verbeterd. De centrale wachtruimte en het digitale scherm dragen eveneens bij aan een betere doorstroming. Het vervoer van en naar het ziekenhuis is echter (nog) niet gebundeld.
2 3 4
De planning en de organisatie van het ziekenhuis zijn gerelateerd aan het vervoer van en naar het ziekenhuis. Er is zicht op de mogelijkheden om het vervoer van en naar het ziekenhuis efficiënter te organiseren. Er is een betere bezetting en spreiding gebruik van de vervoersmiddelen.
De regie op de afspraken is bij de klant gelegd, de klant stuurt op ziekenhuisafspraken in de daluren. De planning en organisatie van de ritten ligt bij de vervoerder. Het ziekenhuis heeft gezorgd voor draagvlak in het ziekenhuis door de medewerkers te informeren over het dalurentarief. De mogelijkheden om het vervoer van en naar het ziekenhuis efficiënter te organiseren zijn in beeld gebracht. Dit is met de interventies in de pilot getoetst. In de pilotperiode mei – oktober is het aantal ritten van/naar het ziekenhuis buiten de daluren meer afgenomen dan binnen de daluren, met uitzondering van de maand oktober. Het dalurentarief met de Regiotaxi naar de bestemming Maasziekenhuis Pantein heeft echter niet geleid tot een grote verschuiving in het gebruik van de Regiotaxi van de piek- naar de daluren. Hieruit volgt dat het vervoer van en naar het ziekenhuis in Beugen niet
Bereikbaar ziekenhuis
heeft geleid tot een efficiëntere inzet van voertuigen en chauffeurs. Wel is voor de vervoerder de wachttijd bij het ziekenhuis afgenomen.
5
Regie en grip op vervoersstromen bij de vervoerders is vergroot.
Er is daarmee ook geen betere bezetting van de vervoersmiddelen gerealiseerd. De regie over en de grip op de vervoersstromen bij de vervoerders is (nog) niet gerealiseerd. Dit was overigens een lastige doelstelling om te realiseren omdat het de pilot overstijgt. Wel is dit signaal doorgegeven aan de opdrachtgevers (GGA, provincie Noord-Brabant en Regiotaxi). Zij gaan dit meenemen in de volgende aanbesteding van Regiotaxi.
6
Er is zicht op kostenreductie op vervoer bij verzekeraars, Provincie en gemeenten.
Doordat er geen verschuiving heeft plaatsgevonden van de ritten van de piek- naar de daluren is ook het doel van kostenreductie voor vervoerder en opdrachtgever(s) niet gerealiseerd. Voor de klant van Regiotaxi die reist in de daluren zijn de kosten wel lager.
7
Er is meer zicht op de vervoersbewegingen van en naar het ziekenhuis.
De vervoersstromen van en naar het ziekenhuis zijn in beeld gebracht tijdens de voorbereiding op de pilot. Mede op basis van deze inventarisatie zijn denkrichtingen voor de pilot geformuleerd. Zie hiervoor de rapportage van januari 2014.6
6 Voorbereiding op pilot Bereikbaar Ziekenhuis: inventarisatie vervoersstromen, observaties en ervaringen en onderzoek naar beleving bereikbaarheid leiden tot denkrichtingen voor de pilot, Stichting Zet, 21 januari 2014
29
30
Bereikbaar ziekenhuis
SAMENWERKING
8
Er is samenwerking gerealiseerd tussen ziekenhuis en vervoerders.
Met deze pilot is er een samenwerking gerealiseerd tussen ziekenhuis en vervoerders. Alle betrokken partijen beoordelen de samenwerking zeer positief. Voor innovatie in personenvervoer is deze samenwerking essentieel. Doordat organisaties en personen elkaar leren kennen vinden zij elkaar ook gemakkelijker. Informatievoorziening, bekendheid en betrouwbaarheid vervoersvoorzieningen
9
Er is optimale bekendheid met de verschillende vervoersopties bij de drie doelgroepen: personeel, bezoekers en patiënten van het Maasziekenhuis Pantein.
Onder personeel, bezoekers en patiënten van het Maasziekenhuis is de bekendheid met de verschillende vervoersopties verbeterd. De zichtbaarheid van het personenvervoer is hiermee verhoogd. Het openbaar vervoer is voor organisaties en personen die er zelf geen gebruik van maken een soort ‘zwarte doos’. De onderlinge samenwerking en daarmee de kennismaking met het openbaar vervoer maakt dat organisaties en medewerkers zicht krijgen op de mogelijkheden en beperkingen van het openbaar vervoer en zien dat dit faciliteiten vraagt als begeleiding en goede informatie. Door het digitale informatiescherm en door de training van de receptionistes tot vervoersconsulent is er meer concrete en juiste informatie beschikbaar over de verschillende vormen van het personenvervoer. Dit heeft voor de gebruikers van het personenvervoer de bekendheid en betrouwbaarheid vergroot. Alle partijen noemen het informatiescherm als één van de beste interventies. Hiermee is tevens de service voor de reiziger toegenomen: betere en concrete informatie, een prettige wachtruimte met een digitaal informatiepunt, taxipoint en goed zicht op de aankomst van taxi en buurtbus en een duidelijke halte voor de buurtbus.
Bereikbaar ziekenhuis
BEREIKBAARHEID Het traject betrof een breed pakket aan maatregelen, zoals de herinrichting van de buiten- en binnenruimte, een goede informatievoorziening, en een dalurentarief. Juist die brede aanpak zorgt ervoor dat de ervaren bereikbaarheid van het ziekenhuis is verbeterd, waardoor met name voor het ziekenhuis het resultaat positief en boven verwachting was. Bij bovenstaande conclusies dient opgemerkt te worden dat onderstaande factoren mogelijk van invloed geweest op het resultaat: - De periode van de pilot (mei – oktober) was te kort om het verwachte effect van het dalurentarief te realiseren. Afspraken in het ziekenhuis worden soms al langere tijd van tevoren gemaakt. Bovendien viel een deel van de pilot in de vakantieperiode. Een periode van een jaar voor het beoordelen van de effecten is wenselijk. - Het ziekenhuis is een heel specifieke bestemming: daar moet je op een bepaalde tijd zijn en daar kun je als patiënt niet altijd op sturen. - De korting in de daluren bedroeg € 0,35 per zone. Het is het onderzoeken waard of dit een voldoende financiële prikkel is om mensen te verleiden tot het reizen in de daluren. Een prijsprikkel wordt door betrokkenen wel gezien als een goed instrument om te sturen op het reisgedrag. - Het dalurentarief beperkte zich tot een specifieke groep, namelijk: de Wmopashouders reizend met Regiotaxi Noordoost-Brabant. De regiogrenzen vormden een beperking: reizigers met regiotaxi Limburg vielen niet onder het dalurentarief, evenmin als de gebruikers van Regiotaxi die reisden met een ovpas Vanuit de inventarisatie van denkrichtingen is een aantal mogelijke interventies geformuleerd. Een aantal van deze interventies is nog niet gerealiseerd en kan nog input leveren aan verbetering van het personenvervoer.
SLOTCONCLUSIE De deelnemende partners zijn van mening dat de pilot geslaagd is. Het dalurentarief heeft niet het verwachte effect opgeleverd, mogelijk doordat de periode van de pilot te kort was, de prijsprikkel te gering en de bestemming de reiziger onvoldoende mogelijkheid bood om daarop te sturen. De vervoerders hebben desalniettemin het gevoel dat een prijsprikkel kan werken om vervoersstromen te sturen. Het verbeteren van de bereikbaarheid van het ziekenhuis met een pakket van maatregelen heeft zeker resultaat opgeleverd. Alle partijen zijn van mening dat het een geslaagd project is door de andere doelen die wel zijn gerealiseerd, zoals betere informatie (informatiescherm) voor de reiziger, meer service, een beter toegankelijk ziekenhuis, meer kennis over openbaar vervoer bij iedereen, en vooral een goede samenwerking met verschillende partners op het thema mobiliteit. Aan het succes heeft in grote mate bijgedragen de bereidheid van alle partijen om mee te werken aan en te investeren in het project en de korte lijnen in de communicatie en de besluitvorming.
31
32
Bereikbaar ziekenhuis
HOOFDSTUK 6 AANBEVELINGEN Op basis van de conclusies kunnen de volgende aanbevelingen worden geformuleerd: 1. Voor het stroomlijnen en bundelen van vervoersstromen is het van belang dat alle partijen het belang zien van samenwerken en de bereidheid hebben om met daadkracht oplossingen te realiseren (ook over de regiogrenzen heen). 2. Om meer te kunnen sturen op vervoersstromen in piek- en daluren en kostenreductie te realiseren lijkt prijsdifferentiatie een geschikt instrument, mits het breed wordt ingezet zowel qua bestemming als doelgroep. Hiermee ontstaat er een groter volume aan reizigers en zijn de mogelijkheden om breed te communiceren beter. Kijk tevens naar wat voor reizigers het (financiële) omslagpunt is om hun reisgedrag aan te passen. De prijsprikkel moet sterk genoeg zijn om reizigers te bewegen tot ander reisgedrag. Het verdient aanbeveling om het dalurentarief, met een integrale aanpak zoals hierboven geformuleerd, als mogelijk instrument mee te nemen in de eerstvolgende aanbesteding. 3. Regie op vervoersstromen is gewenst. Hierbij moeten alle partijen bereid zijn om de vervoerseisen aan te passen, zodat bundeling mogelijk is. Neem dit mee in een eerstvolgende aanbesteding. 4. Maak meer attractiepunten (bestemmingen) bereikbaar door alle schakels in de keten te verbeteren. Denk hierbij vanuit de reiziger. De reiziger wil weten hoe hij op een bestemming kan komen, of de voorziening toegankelijk is voor een rolstoel, of de informatie aanwezig is en klopt, of er een wachtruimte is et cetera. 5. Verbeter de onderkant van het personenvervoer door de nog niet gerealiseerde interventies nader te onderzoeken en uit te werken.
Bereikbaar ziekenhuis
33
34
Bereikbaar ziekenhuis
BIJLAGE BRONVERMELDING Gegevens inventarisatie vervoersstromen - Regiotaxi Noordoost-Brabant: data gebruik regiotaxi van of naar Maasziekenhuis Pantein in periode mei-oktober 2013 en mei-oktober 2014. - Lijnbus 93, buurtbus 238 en buurtbus 255: OV-chipkaartgegevens septemberoktober 2014 met in- of uitstaphalte Maasziekenhuis Pantein. - Dienstregeling lijnbus 93, buurtbus 238 en buurtbus 255: website Arriva. - Dienstregeling lijnbus 22: website Veolia.