6
Aan de predikanten van de Protestantse Kerk in Nederland, die deelnemer zijn in: - het Predikantenpensioenfonds van de NHK - het Emeritaatsfonds van de GKN - de Stichting Risicoverzekering van de ELK
Protestantse Kerk in Nederland Protestants Landelijk Dienstencentrum Joseph Haydnlaan 2a Postbus 8504 3503 RM Utrecht Telefoon (030) 880 18 80 Fax (030) 880 17 10 www.pkn.nl/traktementen& pensioenen
Geachte mevrouw/mijnheer, Eén dezer dagen ontvingen de predikanten voor gewone werkzaamheden van ons de Gids Arbeidsvoorwaarden van de predikanten voor gewone werkzaamheden in de Protestantse Kerk in Nederland. In deze gids wordt de nieuwe rechtspositieregeling uiteengezet, zoals die op 1 januari 2005 gaat gelden. In hoofdstuk 15 van de Gids wordt gesproken over overgangsmaatregelen. Voor één daarvan vragen wij in deze brief uw speciale aandacht. Beëindiging VUT-regelingen Zoals wij eerder berichtten, wordt voor predikanten met een gereformeerde rechtspositie de VUT-regeling beëindigd per 31 december 2004. Tot en met die datum kunnen gereformeerde predikanten van 62 jaar en ouder nog van de regeling gebruik maken, na die datum niet meer. Voor predikanten met een hervormde rechtspositie loopt de VUT-regeling af per 31 december 2006. Tot en met 30 juni 2005 kunnen predikanten vanaf 62 jaar van de regeling gebruik maken, vanaf 1 juli 2005 tot en met 31 december 2006 alleen nog vanaf 63 jaar. Flexibele module in de nieuwe pensioenregeling Bij het besluit tot beëindiging van de VUT-regeling is overwogen dat de nieuwe pensioenregeling een zogenaamde flexmodule zal kennen. Deze module geeft e predikanten de keuzemogelijkheid om vóór de 65 verjaardag met pensioen te gaan. Gevolg van de keuze voor een eerder pensioen is dat minder jaren pensioen wordt opgebouwd en dat het opgebouwde pensioen over een (gemiddeld) langere tijd moet worden uitbetaald. Dit betekent dat de hoogte van het jaarlijkse ouderdomspensioen lager is dan het zou zijn geweest als de predikant op 65 jarige leeftijd met pensioen zou zijn gegaan. Dit verlies aan ouderdomspensioen kan in de flexmodule opgevangen worden door partnerpensioen (het pensioen dat de partner krijgt na overlijden van de predikant) in te ruilen ten gunste van het ouderdomspensioen of door op vrijwillige basis te sparen voor extra ouderdomspensioen. De gedachte hierachter is dat steeds meer predikanten van deze mogelijkheden gebruik kunnen maken. Werkende partners kennen een eigen pensioenopbouw en de beëindiging van de VUT-regelingen betekent voor de predikanten dat er geld vrijkomt (NHK: overbruggingsbijdrage, GKN: UFP-premie) om op vrijwillige basis in te zetten als storting voor extra pensioen.
Behandeld door P.D. Eenshuistra Doorkiesnummer (030) 880 16 52 p.eenshuistra@ pkn.nl ref.: 04.1117 Datum 20 oktober 2004
6
Overgangsmaatregel voor predikanten die deelnemer zijn in de kerkeigen pensioenfondsen Achtergrond
Pagina 2 van 6
Door het Georganiseerd Overleg (over de arbeidsvoorwaarden van de predikanten) is vastgesteld dat voor alle predikanten, die op 1 januari 2005 deelnemer zijn in één van de drie kerkeigen pensioenfondsen de mogelijkheid moet bestaan om op 63½-jarige leeftijd vervroegd met pensioen te gaan op voorwaarden die in gunstige zin afwijken van de mogelijkheden van flexmodule. Hoe ouder de predikant op 1 januari 2005 is, hoe gunstiger de voorwaarden moeten zijn. Beschrijving van de overgangsmaatregel De overgangsmaatregel houdt in dat predikanten die op 31 december 2004 actief deelnemer zijn in één van de drie kerkeigen pensioenfondsen en actief deelnemer 1 in het nieuwe pensioenfonds blijven tot hun pensioendatum , op 63½ jarige leeftijd met ouderdomspensioen kunnen: 1. zonder korting op het levenslange ouderdomspensioen in verband met de vervroeging van de pensioendatum (geldt voor alle deelnemers op 1 januari 2005) 2. met een tijdelijk overbruggingspensioen in de periode tussen 63½ en 65 jaar, dat berekend wordt met inachtneming van het aantal pensioenjaren van de predikant (geldt voor alle deelnemers op 1 januari 2005) 3. zonder daarvoor het gehele op dat moment opgebouwde partnerpensioen te hoeven inruilen (geldt alleen voor de deelnemers die op 1 januari 2005 51 jaar of ouder zijn). De mate waarin partnerpensioen moet worden ingeruild hangt volgens onderstaande tabel af van de leeftijd van de predikant op 1 januari 2005.
een predikant, die op 1 januari 2005 onderstaande leeftijd heeft bereikt …
… en dus geboren is in onderstaand jaar …
… kan tegen inruil van onderstaand percentage partnerpensioen op 63½ jarige leeftijd met vervroegd pensioen …
50 jaar en jonger 51 jaar 52 jaar 53 jaar 54 jaar 55 jaar 56 jaar 57 jaar 58 jaar 59 jaar 60 jaar en ouder
1954 en later 1953 1952 1951 1950 1949 1948 1947 1946 1945 1944 en eerder
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
1
Datum 20 oktober 2004
… en behoudt dus onderstaand percentage partnerpensioen 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
bij onderbreking van de actieve deelname vervalt het recht op gebruik van de overgangsmaatregel
6
De overgangsmaatregel bevat de volgende specifieke onderdelen.
Datum 20 oktober 2004
1. Het vervroegde ouderdomspensioen wordt berekend met het aantal pensioenjaren (na de waardeoverdracht per 1 januari 2005) dat de predikant op 63½ jarige leeftijd heeft bereikt. 2. Predikanten kunnen van de overgangsmaatregel gebruik maken op 63½ jarige leeftijd, maar ook op elk ander moment tussen 63½ en 65 jaar. Ook is het mogelijk in deeltijd van de overgangsmaatregel gebruik te maken. 3. Aan het niet of onvolledig gebruik maken van de overgangsmaatregel kan een predikant geen recht op compensatie ontlenen. Voorbeelden Onderstaand zetten we de situatie uiteen van drie predikanten: - Ds. A is geboren op 1 april 1944 en 60 jaar op 1 januari 2005 - Ds. B is geboren op 1 april 1950 en 54 jaar op 1 januari 2005 - Ds. C is geboren op 1 april 1954 en 50 jaar op 1 januari 2005 Als uitgangspunt wordt gekozen dat alle drie de predikanten op het moment van vervroegde pensionering op 63½ jarige leeftijd 29 pensioenjaren hebben opgebouwd en op het moment van reguliere pensionering 30½ pensioenjaren. Verder geldt als uitgangspunt dat op het moment van zowel vervroegd pensioen als regu2 lier pensioen het pensioengevend traktement € 56.500 bedraagt en de franchise € 17.800 (zie voor de werking van de franchise het onderstaande voorbeeld). In onderstaand schema wordt eerst getoond hoe het inkomensplaatje van de drie voorbeeldpredikanten eruit ziet als zij op 65-jarige leeftijd met pensioen gaan en dus geen gebruik maken van de overgangsmaatregel.
pensionering bij 65 jaar
Ds. A
Ds. B
Ds. C
1-4-1944
1-4-1950
1-4-1954
leeftijd op 1 januari 2005
60 jaar
54 jaar
50 jaar
datum pensioen 65 jaar
1-4-2009
1-4-2015
1-4-2019
geboren
traktement tot 65 jaar het normale traktement per jaar het pensioen vanaf 65 jaar levenslang ouderdomspensioen 30,5 x 1,75 x (56.500 – 17.800) partnerpensioen partnerpensioen vanaf overlijden predikant 5/7 x € 20.650
2
€ 56.500
€ 56.500
€ 56.500
€ 20.650 + AOW
€ 20.650 + AOW
€ 20.650 + AOW
€ 14.750 + evt. ANW- of AOW
€ 14.750 + evt. ANWof AOW
€ 14.750 + evt. ANWof AOW
pensioengevend traktement is de som van het basistraktement, de periodieke verhogingen, de vakantietoeslag en de eindejaarsuitkering; suppleties behoren niet tot het pensioengevend traktement.
Pagina 3 van 6
6
Als de drie voorbeeldpredikanten op 63½ met vervroegd pensioen gaan, ziet hun inkomensplaatje er als volgt uit. Alle drie de predikanten maken gebruik van de overgangsmaatregel. Alleen Ds. A en Ds. B behouden vanwege hun leeftijd op 1 januari 2005 (een deel van) het partnerpensioen. vervroegde pensionering op 63½ jaar geboren leeftijd op 1 januari 2005 datum vervroegd pensioen 63,5 jaar inkomen tussen 63½ en 65 jaar levenslang ouderdomspensioen 29 x 1,75% x (56.500 – 17.800) tijdelijk overbruggingspensioen totaal jaarlijks inkomen 63½ - 65 jaar het pensioen vanaf 65 jaar levenslang ouderdomspensioen 29 x 1,75% x (56.500 – 17.800) partnerpensioen jaarlijks partnerpensioen 5/7 x € 19.650 x afbouwpercentage
Ds. A
Ds. B
Ds. C
1-4-1944
1-4-1950
1-4-1954
60 jaar
54 jaar
50 jaar
1-10-2007
1-10-2013
1-10-2017
€ 19.650
€ 19.650
€ 19.650
€ 15.400 € 35.050
€ 15.400 € 35.050
€ 15.400 € 35.050
€ 19.650 + AOW
€ 19.650 + AOW
€ 19.650 + AOW
100%x€ 14.000 = € 14.000 + evt. ANW- of AOW
40%x€ 14.000 = € 5.600 + evt. ANWof AOW
0%x€14.000 =€0 + evt. ANWof AOW
Keuze tussen VUT-regeling of overgangsmaatregel Hervormde predikanten die tussen 1 januari 2005 en 31 december 2006 nog gebruik kunnen maken van de VUT-regeling, wordt geadviseerd hiervan gebruik te maken en dus geen gebruik te maken van de overgangsmaatregel. De VUTregeling is namelijk aantrekkelijker. Predikanten die geen actieve deelnemer (meer) zijn Predikanten die op 1 januari 2005 geen actieve deelnemer zijn in één van de drie kerkeigen pensioenfondsen, hebben geen recht op de overgangsmaatregel. Dit geldt ook voor de predikanten, die ná 1 januari 2005 maar vóór hun pensioendatum de actieve deelname in het pensioenfonds beëindigen. Zij kunnen hun partnerpensioen niet (meer) inruilen ter verkrijging van een tijdelijk overbruggingspensioen, echter nog wel ter verhoging van het levenslange ouderdomspensioen, zoals beschreven in de flexmodule. Vrijwillig aanvullende verzekering Bovenstaande voorbeelden laten zien dat het vervroegd opnemen van ouderdomspensioen op 63½ jarige leeftijd leidt tot een (lichte) vermindering van het ouderdomspensioen (er worden immers minder pensioenjaren opgebouwd) en tot een toenemende vermindering van het partnerpensioen naarmate de predikant jonger is op 1 januari 2005. In een aantal gevallen zal het verlies aan partnerpensioen geen probleem zijn omdat de predikant geen partner heeft of een partner met voldoende pensioenopbouw uit eigen arbeid. In andere gevallen kan het verlies aan partnerpensioen te groot zijn. Dit probleem kan (deels) worden opgelost door langer te blijven werken, bij voorbeeld tot 64 of
Datum 20 oktober 2004
Pagina 4 van 6
6
64½ jaar. Ook is het in de flexibele module mogelijk om op vrijwillige basis extra premie te betalen voor verhoging van het partnerpensioen. In onderstaande tabel staat welke premie een predikant jaarlijks extra moet inleggen om het partnerpensioen met € 1.000 per jaar te verhogen. Het gaat hier om een nominale verhoging van € 1.000 per jaar, d.w.z. niet om een welvaartsvaste verhoging. Na ingang van het pensioen wordt het bedrag wel geïndexeerd, als het bestuur van het pensioenfonds daartoe besluit op grond van de financiële positie van het fonds. De hoogte van de premie is afhankelijk van de leeftijd waarop wordt begonnen met sparen. De hoogte van de premie is afhankelijk van de leeftijd (afgerond op hele maanden), waarop wordt begonnen met sparen.
als de predikant begint te sparen op:
30,5 jaar 31,5 jaar 32,5 jaar 33,5 jaar 34,5 jaar 35,5 jaar 36,5 jaar 37,5 jaar 38,5 jaar 39,5 jaar 40,5 jaar 41,5 jaar 42,5 jaar 43,5 jaar 44,5 jaar
bedraagt de jaarlijkse premie voor verhoging van het partnerpensioen met € 1.000 per jaar € 58,10 € 61,40 € 65,00 € 68,90 € 73,10 € 77,60 € 82,50 € 87,90 € 93,70 € 100,00 € 107,00 € 114,70 € 123,20 € 132,70 € 143,20
als de predikant begint te sparen op:
45,5 jaar 46,5 jaar 47,5 jaar 48,5 jaar 49,5 jaar 50,5 jaar 51,5 jaar 52,5 jaar 53,5 jaar 54,5 jaar 55,5 jaar 56,5 jaar 57,5 jaar 58,5 jaar 59,5 jaar
bedraagt de jaarlijkse premie voor verhoging van het partnerpensioen met € 1.000 per jaar € 155,00 € 168,30 € 183,30 € 200,30 € 220,30 € 243,30 € 270,40 € 302,60 € 341,40 € 389,20 € 449,30 € 526,90 € 630,90 € 777,20 € 997,30
Zoals eerder al opgemerkt kunnen voor deze premie onder meer de vrijgevallen middelen gebruikt worden, die de predikanten tot en met 2004 besteedden aan de overbruggingsbijdrage (NHK) en de UFP-premie (GKN). Belangstellenden kunnen bij het Bureau Predikanten een exacte offerte aanvragen. Fiscale aspecten Op dit moment is de premie voor de vrijwillige aanvullende verzekering nog fiscaal aftrekbaar binnen bepaalde grenzen. Het beleid van de regering is erop gericht om vervroegde pensionering te ontmoedigen. Dit zal ertoe kunnen leiden dat op termijn de aftrekmogelijkheden beperkt worden. Een tweede fiscaal aspect bij het vervroegd pensioneren is dat de regering van mening is dat het opnemen van vervroegd pensioen gepaard moet gaan met beeindiging van de arbeid. Als iemand met vervroegd pensioen gaat, maar daarnaast doorgaat met het verwerven van inkomen uit arbeid, wordt de totale aanspraak op vervroegd pensioen door de fiscus in één keer belast.
Datum 20 oktober 2004
Pagina 5 van 6
6
Vragen Als u vragen heeft over de overgangsmaatregel kunt u die in eerste instantie stellen op de voorlichtingsbijeenkomsten, waarvoor u door middel van de brief bij de Gids Arbeidsvoorwaarden bent uitgenodigd. Bent u niet in de gelegenheid een dergelijke bijeenkomst te bezoeken, dan verzoeken wij u uw vragen schriftelijk aan ons voor te leggen. U kunt mailen naar
[email protected] of schrijven naar Bureau Predikanten, Postbus 8504, 3503 RM Utrecht. Gebruik van de overgangsmaatregel en de mogelijkheid tot bijsparen Indien u gebruik wilt maken van de overgangsmaatregel of van de mogelijkheid om op vrijwillige basis bij te verzekeren, dan verzoeken wij u dat schriftelijk aan ons voor te leggen na 1 januari 2005. Op dat moment kunnen wij u met definitieve gegevens van dienst zijn. U kunt daarbij gebruik maken van bovengenoemde adressen. Met vriendelijke groet en hoogachting, namens het bestuur van de Stichting Pensioenfonds voor de Predikanten in de PKN,
Drs. P.D. Eenshuistra Hoofd Bureau Predikanten
Datum 20 oktober 2004
Pagina 6 van 6