NOTULEN van de openbare vergadering van de gemeenteraad Berkelland, gehouden op 29 juni 2010 om 18.00 uur in het gemeentehuis van Berkelland in Borculo. Aanwezig:
de heer H.L.M. Bloemen, burgemeester (voorzitter), de heer J.A. Bannink, griffier, de heer M.T.J.M. Bouwmeesters (C.D.A.). mevrouw J.G. Bussink (D66), mevrouw U. Drexhage (Gemeentebelangen), de heer G.D. Hilhorst (C.D.A.), mevrouw R.P. Hoytink-Roubos (C.D.A.), de heer J.G. Jansen (V.V.D.), de heer J.R. Jonk (C.D.A.), mevrouw J. Kuipers-Berfelo (D66), de heer P.T.M. Knuvers (GroenLinks), de heer D. Meijerink (P.v.d.A.), de heer B.H.J.M. Morsink (Ondernemend Berkelland), de heer F.H.C. Mulkens (V.V.D.), de heer H.A.N. Nijhof (D66), de heer S. Nijhuis (GroenLinks), de heer H. Pelle (P.v.d.A.), mevrouw J.A. Pot-Klumper (Gemeentebelangen), de heer F.J. Reijrink (C.D.A.), de heer A.J. Ribbers (Gemeentebelangen), de heer W.G.J. Roekevisch (V.V.D.), de heer E.M.M. Roosenboom (Ondernemend Berkelland), de heer E.J. Slotboom (D66), de heer G.J. Teselink (V.V.D.), de heer H.C. Timmer (V.V.D.), de heer D.C. Weenk (V.V.D.), de heer G.A. Westra (D66), mevrouw W.A. Wormgoor (P.v.d.A.), de heer W.J. van Wijck (D66), de heer J.J.W. Zappeij (P.v.d.A.).
Voorts aanwezig: de heer J.B. Boer, wethouder (D66), de heer J. Markink, wethouder (V.V.D.), de heer L.J.H. Scharenborg (C.D.A.), mevrouw A.G. Dekker, gemeentesecretaris, de heer A. Kornelis, inspreker namens SP ledenwerkgroep over coalitieakkoord, de heer H. Wentink, inspreker namens Veldhoeks Belang, diverse ambtenaren, diverse overige belangstellenden. Afwezig:
mevrouw A.G.M. Bolster-ter Woerds (C.D.A.).
1. Opening. De Voorzitter opent de vergadering en heet een ieder hartelijk welkom. Als het goed is, is dit de laatste vergadering vóór het zomerreces. In overleg met het presidium is namelijk besloten om de reguliere vergadering en de vergadering met de behandeling van de voorjaarsnota in één vergadering samen te voegen. Hij merkt op, dat vroeg wordt gestart met de vergadering, in de hoop, dat tussen 18.00 en 22.00 uur de vergadering kan worden afgerond. Hij gaat er van uit, dat dit moet kunnen lukken, gelet op de effectieve manier waarop vergaderd wordt. Zo niet, dan moeten de raadsleden morgenavond terug komen.
1
2. Spreekgelegenheid voor het publiek. De Voorzitter deelt mede, dat zich twee insprekers gemeld hebben. Hij geeft hen het woord. De heer Kornelis brengt het volgende naar voren. “Vorige maand – op 25 mei jl. – waren we bij elkaar. Toen heeft u de collegeplannen besproken en wij waren daar bij. Honderden burgers waren toegestroomd. Honderden. We hebben u een petitie en handtekeningen overhandigd. Er waren diverse personen die gebruik maakten van het inspreekrecht. De burgers lieten van zich horen en toonden zich betrokken. Enorm betrokken. Maar tijdens de vergadering is daar vrijwel geen aandacht aan besteed. De collegepartijen maken hiermee duidelijk, dat zij zich níet betrokken voelen bij de burgers. Wij, de SP werkgroep Berkelland, vinden dat schandalig en regentesk. Maar liefst tien mensen wilden gebruik maken van het inspreekrecht. U heeft ze afgescheept met een schamele drie minuten spreektijd per persoon. Niet op basis van een beargumenteerd besluit, maar op basis van een reglement. Een reglement, waarvan op dat moment afgeweken had kunnen en moeten worden. U heeft dat niet gedaan. U heeft zich gedragen als ambtenaar, niet als politicus. U moet zich schamen. U heeft de toegestroomde burgers genegeerd, u heeft hun betrokkenheid genegeerd en u heeft hun inbreng genegeerd. Dat is drie maal fout. Want als mensen niet serieus worden genomen, dan verhardt het debat. Wilt u dat? Onze eerste oproep aan u is dan ook, om uw excuses te maken. Nu kan het nog. Neem uw burgers serieus; omzeil ze niet, maar ga in op hun bezwaren en argumenten. Verder viel ons op, dat er nauwelijks op argumenten werd gedebatteerd. Het ontaardde in een kinderachtig welles/nietes spel en in de constatering dat 'we verschillende keuzes maken'. Wat moeten de Berkellanders daar mee? Wij verwachten van het college, dat het zijn keuzes kan onderbouwen met inhoudelijke en rationele argumenten. Maar blijkbaar is dat te veel gevraagd. Eén voorbeeld: meermalen heeft de directie van de Triangel luid en duidelijk gesteld, dat de muziekschool de deuren zal moeten sluiten als de voorgestelde bezuiniging doorgaat. Dat betekent niet alleen ontslagen, wachtgelden en uitkeringen, maar ook wegvallende inkomsten bij andere organisaties waar de Triangel ruimtes huurt. En dus extra tegenvallers voor de gemeente. Evengoed stelt het college tijdens de vergadering doodleuk, dat zij over deze gevolgen niet hoeft na te denken – omdat zij er van uit gaat, dat men bij de Triangel slim genoeg is om een oplossing te vinden. Men is dus ziende blind en horende doof. Hoe kortzichtig, naïef en dom kun je zijn? Onder zulke omstandigheden – als er bij voorbaat niet wordt geluisterd – is een discussie niet meer zinvol. En dat was het dan ook niet. De meerderheid in de raad luisterde met een minimum aan beleefdheid naar de insprekers en de oppositie en ging daarna door, met wat ze toch allang besloten had. Burgers en oppositie mogen weliswaar zeggen wat zij er van vinden, maar worden verder volledig genegeerd en buiten spel gezet. En nu liggen er niet minder dan veertien brieven naar aanleiding van het college akkoord en de voorgenomen bezuinigingen. Het voorstel vanuit B&W is, om al deze brieven voor kennisgeving aan te nemen. Blijkbaar wil het college opnieuw een inhoudelijke discussie uit de weg gaan. Onze tweede oproep aan u is dan ook deze inbreng wél serieus te nemen. Wij roepen u op, om deze brieven niet voor kennisgeving aan te nemen, maar ze inhoudelijk te bespreken. En tenslotte vragen wij ons af, wat de collegepartijen van plan zijn te gaan doen met de handtekeningen en de petitie die vorige maand zijn overhandigd. Gaat u de Berkellanders alsnog serieus nemen, of kiepert u de restanten van 25 mei 2010 zonder pardon achter de rododendrons?” De heer Wentink stelt voor om in dialect te spreken. Gelijk weigert de inspreekmicrofoon en krijgt hij de microfoon van een raadslid te leen.
2
De heer Wentink merkt op, dat hij er van uitgaat, dat hij in een plattelandsgemeente rustig plat kan spreken. Zo niet, dan geeft hij de gratis tip, om alsnog een inburgeringscursus te volgen. Hij is bestuurslid van Veldhoeks Belang, dat in 1997 is opgericht bij notariële acte. De Veldhoek valt als buurtschap onder twee gemeenten. Eerst waren dit de gemeenten Ruurlo en Hengelo; tegenwoordig zijn dat de gemeenten Bronckhorst en Berkelland. De gemeenten hebben een goed beleid voor kleine kernen op poten gezet en een prima contactfunctionaris. Er is zeker onderscheid tussen grote en kleine kernen en/of buurtschappen en verenigingen. Als hint voor het AED beleid wijst hij op het volgende. In de Veldhoek zijn meer dan tien vrijwilligers, die een cursus hebben gevolgd voor het gebruik van een AED. Onlangs is nog een leven gered, dankzij de AED, toen op een avond in de soos iemand, die een hartstilstand kreeg met het AED apparaat door twee vrijwilligers hiermee is behandeld. Hij adviseert het gemeentebestuur dan ook, om niet te zuinig te zijn met financiële ondersteuning voor de aanschaf en het onderhoud van de apparaten. Hij deelt mede, dat het bestuur van Veldhoeks Belang een informatieboekje heeft vervaardigd voor de buurtschap, waarin het verleden en heden, de geschiedenis, de vereniging, de voorzieningen, school, kerk, enz. worden aangegeven. Het boekje is bezorgd aan alle inwoners en het zal ook aan toekomstige bewoners worden verstrekt, of ze nu lid zijn van Veldhoeks Belang of niet. Spreker wenst college en raad ook een boekje te verstrekken – los van subsidie - en biedt één exemplaar aan burgemeester Bloemen aan. Hij verzoekt de griffier voor verspreiding van de overige boekjes zorg te dragen. Hij bedankt voor de aandacht, wenst iedereen veel leesplezier met het boekje en voor vanavond een prettige vergadering. De Voorzitter neemt het informatieboekje in dank in ontvangst, waar hij blij mee is. Hij komt regelmatig door de Veldhoek. Spreker bedankt voor de beschikbaarstelling van de boekjes. Hij bedankt de insprekers voor hun inbreng. 3. Vaststellen agenda. De agenda wordt overeenkomstig vastgesteld. 4. Vaststellen notulen raadsvergaderingen van 25 mei en 1 juni 2010. De Voorzitter deelt mede, dat één wijzigingsvoorstel is ontvangen van de heer Mulkens, dat zal worden verwerkt. (dit betreft de notulen van de raadsvergadering d.d. 25-05-2010, waar de heer Mulkens op blz. 45 reageert op het boek dat mevrouw Pot heeft genoemd. Hij zegt onder meer: “Spreker heeft ook een boek: ‘Rupsje nooit gedacht’. Zijn broertje heet: ‘rupsje nooit genoemd’.” De laatste zin moet worden gewijzigd in: ‘rupsje nooit genoeg’.) De notulen van de raadsvergadering d.d. 25-05-2010 worden vervolgens vastgesteld met inachtneming van de wijziging en de notulen van de raadsvergadering d.d. 01-06-2010 worden ongewijzigd vastgesteld. 5. Ingekomen stukken / mededelingen / toezeggingen. Ingekomen stukken De Voorzitter deelt mede, dat op de lijst van ingekomen stukken onder 4.1 de brief van de Raad van State is vermeld, over de kwestie Beerten. Het voorstel is om de brief voor advies in handen te stellen van het college, maar dit advies kan worden gewijzigd in: voor kennisgeving aannemen. De stukken worden voor kennisgeving aangenomen.
3
6. Voorbereiding en rapportage vanuit de gemeenschappelijke regelingen. Er zijn geen mededelingen. 7. Wijziging Legesverordening 2010. De raad besluit zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel. 8. Jaarverslag en jaarrekening 2009 van de stichting Orchidee Scholengroep. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel. 9. NeedeVIP; vaststellen dorpsontwikkelingsvisie Neede. De raad besluit zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel. 10. Programmabegroting 2011 GGD Gelre-IJssel. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel. 11. Verordening naamgeving en nummering (adressen). De raad besluit zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel. 12. Beleidsregels toetsingskader (bouw)aanvragen gebied tracé N18. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel. 13. Voorjaarsnota 2010. De Voorzitter wijst er op, dat in de voorjaarsnota soms vermeld staat “uitgangspunten begroting 2010”, hetgeen “uitgangspunten begroting 2011” dient te zijn. Hij geeft de fractievoorzitters de gelegenheid om het woord te voeren. Ieder krijgt tien minuten spreektijd. Er mag geïnterrumpeerd worden. De interrupties zullen streng, maar rechtvaardig worden toegestaan. De heer Meijerink zegt zijn betoog vanaf zijn eigen plaats te zullen houden, omdat de geluidsvoorziening vooral bij de inspreekmicrofoon niet optimaal is. Hij brengt het volgende naar voren. “De voorjaarsnota is een tussenstand op basis van de begroting 2010 zonder dat de gevolgen van na de verkiezingen verwerkt zijn. Hoewel de begroting 2011 het belangrijkste punt van discussie zal worden, geeft de voorjaarsnota richting aan voor dit jaar en voor de toekomst. De PvdA vindt het erg kort door de bocht, om de bespreking ervan achterwege te laten of te laten voor wat het is, zoals de VVD wil in haar algemene beschouwingen. En daarin zitten ook de verschillen; de coalitie kiest duidelijk voor andere uitgangspunten dan de PvdA. We zijn ervan overtuigd, dat er bezuinigd moet worden en we willen bezuinigen, maar niet ons voorzieningenniveau uithollen. Wij snijden ook diep en meer dan een plakje kaas, alleen niet zo dat organisaties niet meer kunnen overleven. Wij hebben niet de indruk gekregen, dat er nog ruimte is om hierover een discussie te voeren, zeker niet bij de VVD. Het college zegt Berkelland niet te willen uitkleden, maar te willen zorgen dat er kleding gekozen wordt, die past bij de omstandigheden. De PvdA legt de accenten anders. We gaan er van uit dat je geen oude kleren weg moet gooien, voordat je nieuwe hebt. ‘Meedenken in plaats van roepen dat het niet kan…’, dat moeten mensen doen, zo schrijft het college ook in zijn begeleidende brief. De PvdA is heel benieuwd of het college nu eindelijk met de organisaties gaat praten, zoals wij al hebben gedaan. Dan zult u merken, dat er heel veel creativiteit bij de organisaties is en dat zij de ernst van de situatie inzien. En dan moet u zich toch ook de vraag stellen, hoe creatief je nog kan zijn en wat je nog kan verwachten als je driekwart van een budget weghaalt, zoals bij de muziekschool. Daar word je moedeloos van, omdat er geen hoop meer is. Van creativiteit is dan geen sprake meer. Wij kunnen ons dat goed voorstellen.
4
Al met al vrezen we, dat we in het Berkelland van na de gemeenteraadsverkiezingen in het sprookje ‘de nieuwe kleren van de keizer’ verdwaald zijn geraakt: de nieuwe keizer is ijdel en neemt een dwaze beslissing. Dus loopt hij poedelnaakt door het dorp, iedereen ziet het, maar niemand durft er iets van te zeggen, totdat… Met andere woorden: u zegt te willen zoeken naar mogelijkheden, maar u maakt dit dus door uw keuzes zelf onmogelijk. En iedereen ziet en weet dat… Voorzitter, de PvdA blijft altijd bereid om mee te denken over bezuinigingsmogelijkheden. Het zou de coalitie sieren en het democratische gehalte in deze raad vergroten, als ze hier iets mee doet. De VVD geeft in elk geval geen goede voorzet door te doen alsof de schuttersputjes zijn gegraven om er vervolgens niet meer uit te komen. De uitkomsten van de landelijke coalitiebesprekingen zullen ook bepalend zijn voor de bijdragen aan het gemeentefonds. Het zal minder worden, maar het is nog helemaal niet duidelijk hoeveel minder. Er zijn veel gemeenten die dit afwachten voordat ze onomkeerbare beslissingen nemen en dat is wijs. De PvdA zal bij de bespreking van de begroting dan ook opnieuw bekijken hoe de ontwikkeling van het gemeentefonds vorm zal krijgen. Ons tegenvoorstel zullen wij steeds aan de actualiteit blijven aanpassen. D66 wil de drie oppositiepartijen in de algemene beschouwingen de maat nemen en zet grote vraagtekens bij de haalbaarheid van voorgestelde bezuinigingen. Dat, terwijl die partij zelf een coalitieprogramma steunt met vele onzekerheden erin. Denk maar aan de korting van de GGD, maar ook aan de bezuiniging op de bibliotheek en de muziekschool, de wachtgeldverplichtingen die daarmee samenhangen, de relatie die er is met andere gemeenten, etc. Dan is het gevaarlijk om nu al stellig al die bezuinigingen in te boeken... Hoe durft u te vragen om gezamenlijk anders te denken, terwijl u vervolgens kritiek levert en meedenk-voorstellen van de oppositie gemakkelijk terzijde schuift, waardoor u zelf het slechte voorbeeld geeft? Toch is dat op zichzelf niets nieuws. De tegenbegrotingen van D66 uit het verleden herinneren we ons maar al te goed: synergievoordelen, het exporteren van aanbestedingsbeleid… Het waren mooie woorden, maar er werden open deuren mee ingetrapt, omdat het allemaal al gebeurde. Het belangrijkste D66-punt was altijd het niet door laten gaan van de bouw van het nieuwe gemeentehuis. Voorzitter, we weten allemaal hoe gemakkelijk D66 dit uiteindelijk heeft ingeslikt. Dan hebben we nog een aantal vragen en opmerkingen over de reactie van het college: Inrichting raadzaal Wij hebben tijdens de vorige raadsvergadering gesproken over de extra middelen van € 75.000,= voor de inrichting van de raadzaal. Het college zou daar tijdens de voorjaarsnota op terugkomen. Wij hebben echter geen verdere informatie ontvangen. Uit de informatie die wij zelf hebben opgevraagd blijkt dat de inrichting van de raadzaal probleemloos uit de besparing op de aanbesteding kan worden betaald. Er is geen extra dekkingsprobleem, zoals wethouder Boer ons heeft doen voorspiegelen en zoals in reactie op een schriftelijke vraag van onze fractie werd meegedeeld. Als namelijk alle bedragen bij elkaar worden geteld, gaat het precies om € 14.700.000,= en uiteindelijk is € 16.700.000,= geraamd. Het gaat dus precies om € 2 miljoen. Dat bedrag hebben we meegenomen in onze tegenbegroting en daarmee is het coalitievoorstel gevolgd. Het past allemaal binnen het bedrag en er hoeven geen extra middelen voor te worden aangewend. Voorzitter, we voelen ons hierdoor op het verkeerde been gezet. Over de WWB Wat bedoelt het college precies met de opmerking ‘toegevoegde waarde’ als het gaat om het aanbod van een traject voor uitkeringsgerechtigden boven de 27 jaar? Betekent dit bijvoorbeeld dat u mensen voor de arbeidsmarkt gaat afschrijven als dit niet direct tot uitstroom zal leiden? De wegen Bij de mogelijkheid van ontharding van wegen zegt u, dat dit een interessante gedachte is, vervolgens zegt u dat de mogelijkheden beperkt zijn. Onze vraag is of u er serieus onderzoek naar wilt doen of dat u het alleen bij de interessante gedachte wilt laten.
5
Vervolgens… U schrijft onder het kopje ‘voorzieningen/krimp/wonen’ (pag. 2 van de brief, die we van het college hebben ontvangen) dat ‘voorzieningen zelf niet zorgen voor leefbaarheid. Ze zijn er een resultaat van.’ Vervolgens lezen we op pagina 4 onder het kopje ‘zwembaden’ dat deze ‘in belangrijke mate bijdragen aan de leefbaarheid van de kernen.’ Dat is volstrekt tegenstrijdig. Hoe verklaart u dat? Hinkt het college toch op twee gedachten? De PvdA zet zich in elk geval onverminderd in voor een goed voorzieningenniveau in Berkelland en dat is meer dan alleen een zwembad. U stelt bovendien dat uit onderzoek van de Universiteit van Amsterdam uit 2010 is gebleken dat de woonomgeving de belangrijkste reden is om ergens te blijven wonen. Na heel wat andere redenen volgt daarna het voorzieningenniveau, volgens u. De PvdA vindt het jammer dat u desgevraagd geen bronvermelding wist te geven. Daarnaast verzuimde u, om te vermelden dat het onderzoek, waarover u het heeft, nog lang niet afgerond is (aldus de onderzoeker, doctor Frans Thissen van de Universiteit van Amsterdam, die wij hebben geraadpleegd) en dat daarbij zeker nuancering van uw conclusie op zijn plaats is. Het onderzoek dat u aanhaalt zegt iets over ‘redenen voor jonge mensen om te blijven wonen’, in een dorp in Drenthe. Maar, u laat weg dat voorzieningen voor hen ook - na werkgelegenheid en opleiding - de belangrijkste reden zijn om te vertrekken uit een dorp. Voorzitter, de PvdA benadrukt dat iedere bestuurder zich bewust zou moeten zijn van de voorwaarden die in zijn gemeente geschapen moeten worden om initiatieven vanuit de bewoners zelf op gang te brengen. De coalitie mag best wat meer vertrouwen hebben in het democratische overleg. Want, pas ná overleg met bewoners, organisaties en gemeenteraad kan een succesvolle leefbaarheidsstrategie voor Berkelland ontwikkeld worden met de middelen die er zijn. Pas dan doen we het ‘samen anders’. Mevrouw Kuipers merkt het volgende op. “De reactie van D66 begint bij het CDA: D66 kan daar redelijk kort over zijn: wij herkennen de vragen, zorgen en de nieuwsgierigheid die het CDA in haar eerste termijn stelt. Wel willen wij er één uitlichten, namelijk de Structuurvisie. Het CDA ziet de Structuurvisie als ‘een nieuwe juridische zak voor al bestaande wijn’. D66 neemt de Structuurvisie een stuk serieuzer. Ja, het is dan wel gepresenteerd als ‘een nietje door bestaand beleid’, maar de Structuurvisie is het beleidsstuk bij uitstek waar de gemeenteraad het gewenste toekomstige gebruik van de ruimte aangeeft. Dus wel belangrijk en er liggen kansen om beleid opnieuw te toetsen aan de actualiteit en het nieuwe politieke landschap. Wat betreft Ondernemend Berkelland het volgende. Ook daar kunnen we kort over zijn. Ondernemend Berkelland onderschrijft dat er drastisch moet worden bezuinigd. D66 heeft een vraag: we zijn wel zeer benieuwd naar de wijze waarop Ondernemend Berkelland denkt met particuliere beveiligers de jongerenoverlast tegen te gaan en hoe dit te financieren is. Wellicht dat ze vanavond al hun visie hierover kunnen delen met ons. Wat betreft de VVD: Daar kunnen wij het kortst over zijn. De VVD maakt er ook niet zoveel veel woorden aan vuil. Kern van hen is, dat de voorjaarsnota een tussenstand is en dat begroten dient te gebeuren op basis van zoveel mogelijk reële cijfers en/of aannames. En daar gaat het juist vanavond over, mijne heren van de VVD. Wij onderschrijven de opmerking over het juist hanteren van de inflatiecorrectie. Tot zover onze korte reacties. Wat betreft de tegenbegroting van een deel van de oppositie het volgende: Een aantal opmerkingen willen wij op voorhand maken. Namelijk, dat de gepresenteerde tegenbegroting van PvdA, Gemeentebelangen en Groenlinks helemaal niet sluitend is. Hoewel D66 nog geen ambtelijke doorrekening heeft gezien – de heer Nijhuis heeft deze ons voor vanavond toegezegd - hebben wij een en ander op een rijtje gezet. Zonder bezuinigingen valt de algemene uitkering in 2014 € 562.000 lager uit dan begroot.
6
Dit komt door een herverdeling over de gemeenten, die bekend is geworden in de juni circulaire. Zo krijgt een aantal krimpregio's meer geld en Berkelland minder. Het voordeel van de voorjaarsnota in 2014 is hiermee verdwenen. Wij gaven 25 mei jl. al aan, dat het nu reeds inboeken van dit voordeel niet opportuun zou zijn in het tijdsbeeld van alles wat op ons afkomt. Binnen enkele weken kregen we helaas gelijk. Ook de WMO - waarop in uw tegenbegroting reeds een kwart miljoen euro wordt bezuinigd wordt met een extra structurele korting van € 360.000 getroffen.” De heer Meijerink interrumpeert met de opmerking, dat wanneer wordt gesproken over de ontwikkeling van het gemeentefonds en de ruim € 500.000,= aan tegenvaller daarin, die tegenvaller niet alleen in de tegenbegroting van de oppositie, maar ook in het coalitie akkoord dient moet worden meegenomen. Het is namelijk een tegenvaller voor de gemeente Berkelland, dus voor de begroting en voor de hele raad, niet alleen voor de oppositie. Hiermee dient in het vervolg rekening te worden gehouden. Mevrouw Kuipers beaamt, dat de tegenvaller heel Berkelland treft. Zij vervolgt haar betoog. “Daarnaast is er een aantal posten, die na onze analyse van de tegenbegroting niet kloppen. De extra inkomsten van de NUON zijn circa € 400.000 te hoog ingeschaald (rente inkomsten minus dividendverlies), plattelandsvernieuwing € 80.000 en de bezuiniging op de Regio Achterhoek € 100.000. Totaal een gebrek aan dekking van ruim € 1,5 miljoen. Daarnaast is een aantal bezuinigingen overigens ook erg onzeker als het gaat om besparingen door LED verlichting, open source software en dat soort zaken, maar laten we die nu voor het gemak maar even buiten de discussie laten. Hoe gaat u als partijen, die gezamenlijk een tegenbegroting hebben gemaakt, nu verder? Schaart u zich alsnog achter het coalitie akkoord of kiest u voor het sluiten van het laatste zwembad, dat in uw tegenbegroting nog open was? Kiest u wellicht - naast de bezuiniging van een kwart miljoen euro op de WMO - voor een extra bezuiniging van € 360.000 op de WMO? Is wellicht een OZB verhoging aanstaande of gaat u uw bezuinigingen op bibliotheek en muziekschool verder ophogen? Wij zijn benieuwd, welke keuzes u maakt om tot minimaal € 1,5 miljoen structureel aan bezuinigingen te komen en of u dat ook in gezamenlijkheid doet.” De heer Nijhuis interrumpeert met de opmerking, dat hij zich afvraagt of mevrouw Kuipers enigszins bevangen is door de hitte. De opmerking over de € 360.000,= bezuiniging op de WMO slaat evenzeer op de oppositie als op de coalitie. Die opmerking is dus flauwekul. Met betrekking tot de zwembaden stelt hij, dat hierover een fout stond vermeld in de tegenbegroting. Tot twee keer toe is uitgelegd, hoe de situatie was ten aanzien van de zwembaden. Indien mevrouw Kuipers dit niet wil begrijpen, is dat haar probleem. Ook al zou de oppositie drie zwembaden sluiten, dit staat in schril contrast tot de coalitie. De coalitie zorgt er namelijk voor dat er één zwembad, vier bibliotheken, het hele sociaal culturele werk, het maatschappelijk werk, de muziekschool en nog een aantal dingen worden gesloten. Nu kan groot worden gevraagd, of de oppositie als nog het coalitie akkoord steunt, maar spreker adviseert om eerst de cijfers van de coalitie na te rekenen. Daarvan is evenmin een doorrekening ontvangen. Mevrouw Kuipers vraagt of wordt gedoeld op de doorrekening van het coalitie akkoord door het ambtelijk apparaat . De heer Nijhuis zegt dat de doorrekening en haalbaarheid van de plannen namens de coalitie evenmin is getoetst als de tegenbegroting van de oppositie. Coalitie en oppositie zitten dus in hetzelfde schuitje.
7
De heer Meijerink vult aan, dat de haalbaarheid van belang is. Deze discussie geeft aan dat de aanvliegroute van de bezuinigingen volledig fout is gelopen. Wanneer een bezuinigingstraject wordt gestart, dient dit gezamenlijk te gebeuren. Daarbij moet worden bekeken wat wel en niet haalbaar is. Er moeten niet vanaf het begin overal percentages bij worden vermeld en moet niet afgewacht worden, of de bezuinigingen haalbaar zijn, zoals nu bij de bibliotheek en muziekschool gebeurt. Dat is een verkeerde aanvliegroute. Mevrouw Kuipers merkt op, dat het verhaal van de oppositie al geen aanlokkelijk alternatief was, maar dat de nieuwe noodzakelijke keuzes ook nog niet tot realisme hebben geleid. De heer Nijhuis interrumpeert met de opmerking, dat het aardig zou zijn, indien mevrouw Kuipers haar opmerkingen beargumenteert, in plaats van met losse flodders te proberen om haar tijd om te krijgen. Mevrouw Kuipers vervolgt haar betoog. “D66 heeft nog wat aanvullende vragen voor de PvdA en tenslotte een opmerking voor Gemeentebelangen. Wat betreft de Partij van de Arbeid: Er is ook naar positieve punten gekeken. D66 is verheugd, dat de PvdA aan haar zijde is blijven staan, zodra we het hebben over onze zorgen over het aantal bijstandsgerechtigheden. U noemde dit al in uw tweede termijn. Ook hebben we bijna een gezamenlijk punt gevonden wat betreft wegen, maar hoeveel wegen wil de PvdA aan de openbaarheid ontrekken of tot zandpaden over te laten gaan? Een discussie hierover kan best wel zinvol zijn. Echter, de PvdA presenteert het voornamelijk als een besparing op het onderhoud van de wegen. Wat betreft het biljartlakensyndroom van de PvdA: Inderdaad gaan er grote voertuigen over de buitenwegen. Maar er zijn andere maatregelen nodig om het sluipverkeer tegen te gaan, dan ze te laten ontharden. Ziet u het al voor zich? Zuivelwagens die via een zandweg melk moeten ophalen bij de boeren? Of bedoelt de PvdA iets anders? De PvdA fractie heeft een schriftelijke vraag gesteld omtrent de bijgestelde verdeelsleutel met betrekking tot de SDOA kosten in het nadeel van Berkelland, naar aanleiding van de aanbiedingsbrief bij de voorjaarsnota. De PvdA wil weten wie er voor deze fout verantwoordelijk is en of er verhaalsmogelijkheden zijn als deze fout buiten Berkelland ligt. Uit het antwoord van het college blijkt, dat de fout mede in Berkelland zelf ligt, namelijk bij de voormalige wethouder van sociale zaken en dat is dezelfde persoon als de indiener van de vraag, namelijk de heer Meijerink. We zijn erg benieuwd wat hij zelf nu als mogelijkheden ziet, inzake verhaal van kosten en welke consequenties hij eventueel daarvoor ziet. Tenslotte, Voorzitter, wat betreft Gemeentebelangen: Het woordenspel met bomen. Wij voegen daar aan het eind er maar één aan toe, dat typerend is voor de situatie waarin de fracties van Gemeentebelangen, GroenLinks en de PvdA zich bevinden, namelijk: je vindt geen appel onder een perenboom.” Mevrouw Pot zegt nog even diep te zullen nadenken over wat mevrouw Kuipers met haar laatste opmerkingen bedoelde. Mevrouw Kuipers is bereid haar opmerking uit te leggen: Het zoeken naar het onmogelijke is zinloos. Mevrouw Pot deelt het volgende mede. “Wij betreuren, dat de keuzes en meningen van de oppositie op geen enkele wijze meetellen in de vorm van uw betoog. Eigenlijk wordt vanavond opnieuw een welles/nietes spel gehouden, zoals de inspreker al heeft aangegeven. Het heeft bijna geen nut om een betoog te houden. Toch brengen we onze tweede termijn naar voren.
8
De fractie van Gemeentebelangen heeft in haar eerste termijn al aangegeven dat, waar gehakt wordt, spaanders vallen. Wanneer een boom ziek of verrot is, moet deze inderdaad omgehakt worden. Maar een gezonde boom hoort te blijven staan. Of hij moet gruwelijk in de weg staan. Het wrange is, dat de fracties van CDA, VVD en D66 juist bezig zijn de gezonde bomen om te hakken. Snoeien is goed voor struik en gewas en bevordert de groei, maar dan moet het met beleid gedaan worden. Het CDA geeft aan, dat er beleidsveranderingen plaats moeten gaan vinden. De fractie van Gemeentebelangen is het daar mee eens, gezien de forse taakstelling die Berkelland te wachten staat. Maar voorafgaande aan een beleidsverandering zal de raad afwegingen moeten maken, consequenties moeten overzien. En als je dat gedaan hebt, kun je keuzes maken, ook al zullen er spaanders vallen. Maar dan weet je, dat de boom - of voorziening - blijft overleven. En er na een tijd misschien juist veel mooier weer uitkomt, omdat ze zelf moet werken om in leven te blijven. Het CDA wil in Berkelland komen tot een brede school met daarnaast een aanbod aan sport en cultuur. Wie zegt dat leraren onderwijs dit nog willen en kunnen combineren, gezien de enorme werkdruk die ze al hebben? Dit buiten het feit, dat er een enorm lerarentekort gaat ontstaan. Jongeren willen wel in de Achterhoek blijven of na een studie terug te komen in de Achterhoek, maar dan dienen er wel goede en betaalbare voorzieningen te zijn. U bent bezig de inwoners de voorzieningen te ontzeggen, waardoor de krimp van de bevolking alleen nog maar toeneemt. Gelukkig vindt u de leefbaarheid van de kleine kernen erg belangrijk. Maar wie kan beter beoordelen wat een kleine kern nodig heeft om leefbaar te blijven, dan de belangengroep van de kleine kern? Ook zij en vele anderen, hebben in een brief hun grote zorgen uitgesproken, naar aanleiding van de door al uw fractieleden ondertekende coalitie akkoord. Het CDA vraagt het college, bij het vervangen van de verlichting, te kiezen voor ‘de duurzaamste’ variant. Dat zijn natuurlijk oude schoenen uit een nog oudere de doos. Daar is namelijk al een toezegging over gedaan. Als u werkelijk een duurzame verandering wilt, dan spreekt u zich uit over de hoeveelheid straatlantaarns en over de hoeveelheid verlichting op en in de openbare gebouwen. Maar dan zult u zich ook uit moeten spreken over het stimuleren van initiatieven bij ondernemers en particulieren. De VVD had maar 300 woorden nodig om een eerste termijn te vullen. Het is wel een ‘Mulkens beschouwing’ geworden. Kort. Maar in dit geval niet krachtig. Veel woorden als ‘dienen’, ‘zouden’, ‘er vanuit gaan’. U denigreert deze voorjaarnota tot een erg laag niveau, met uw opmerking deze nota te laten voor wat ze is. De VVD presenteert een nietszeggende beschouwing, die alleen gaat over sommetjes en maakt zich vooral druk over de hoogte van de inflatiecorrectie. Veel woorden over een ½ tot 1%. Waar hebben we het dan over? € 35.000,=? € 45.000,=? € 70.0000? En al helemaal tegen het licht gehouden van uw verkiezingsbeloftes en dat terwijl u daarna -25% OZB hebt gelaten voor wat deze was. De VVD fractie begint in haar eerste termijn met de uitleg van de Dikke van Dale over de betekenis van het woord ‘voorjaarsnota’. De fractie van Gemeentebelangen heeft het woord ‘democratie’ er eens bij gezocht. Dat woord moet vooral u toch aanspreken. Democratie staat voor een: ‘staats(vorm) die aan het hele volk invloed op de regering toekent.’ Jammer dat u dat niet gelezen heeft, voordat u een invulling gaf aan de grove bezuinigingen op de, met name, sociale voorzieningen in Berkelland. Het volk, de inwoners van Berkelland, hebben het recht te weten wat de consequenties van uw bezuinigingen zijn en hebben het recht invloed uit te oefenen als ze het hier niet mee eens zijn, of in ieder geval hun mening hierover te uiten. En die laatste opmerking is natuurlijk ook volledig van toepassing op D66.
9
Wel met een verschil. Vóór de verkiezingen liet D66 de mensen in de waan dat ze nog enig invloed hadden, door op u te stemmen. Na de verkiezingen zijn dat loze beloftes gebleken. D66 geeft aan, dat de vorige coalitie willens en wetens een niet-sluitend meerjarenperspectief heeft geaccepteerd. Even in herinnering: dat was een coalitie met een CDA wethouder financiën. Die toentertijd bij vragen – ook van de fractie Gemeentebelangen - hierover duidelijk aangaf, dat dit voor de begroting 2010 niet relevant was. D66 geeft zelfs aan het toenmalige college te hebben opgeroepen met plannen te komen. U bent zelf ook altijd met een alternatieve begroting gekomen. Maar waar zijn die punten uit uw alternatieve begroting van toen gebleven, in de huidige coalitie? U bent nogal trots op de maatregelen die u heeft genomen in dit nieuwe coalitie akkoord. Terwijl u juist altijd schermde een sociaal gezicht te hebben. D66 wil op een constructieve manier in gesprek gaan en mee blijven denken met de organisaties. Dat had natuurlijk al veel eerder moeten gebeuren. U bent toch de promotor van een referendum? Een referendum is een stemming rechtstreeks door het volk en dus niet via gekozen volksvertegenwoordigers, over een bepaalde politieke kwestie. U heeft - als regerende partij - nu de kans. Vervolgens wil D66 in het eigen gemeentelijke bedrijf zelfs heel diep gaan snijden. Hier komen we natuurlijk vanzelf weer op de, ondertussen zeer bekende, maar vooral door CDA, VVD en - heel onbegrijpelijk - D66, gemeden kerntakendiscussie uit. U wilt wel raadsbreed de Structuurvisie behandelen. Maar u wilt niet raadsbreed een discussie over de gigantische gevolgen van de bezuiniging, waar de gemeente Berkelland en de bevolking voor staan. U voelt zich ver verheven boven de oppositiepartijen, om hier de hele raad bij te betrekken. En daarbij ook ver verheven boven een groot deel van de bevolking. Dat zijn we vanuit de vorige raadsperiode niet van u gewend. Het meest verbazingwekkende, vonden we uw opmerking, dat u het niet eens was met ons alternatieve bezuinigingsvoorstel op wegen en monumenten. U beoordeelt dat als ‘Roofbouw. Hetgeen leidt tot hogere kosten over een aantal jaren’. De bezuinigingen die u nu voorstelt, leiden tot een veel grotere roofbouw, voor de komende decennia. U banjert door de sociale en culturele kast met alle gevolgen van dien. Hoezo kunt u nog spreken van geen lastenverhoging? Het bezuinigingsvoorstel van de fracties van PvdA, GroenLinks en Gemeentebelangen kent inderdaad een aantal oneffenheden. U heeft daar net al aan gerefereerd. Maar we zullen bij de begrotingsbehandeling met een aangepast voorstel komen. En met andere keuzes, dan de coalitie voorstelt. Want, drie zwembaden sluiten is inderdaad voor de fractie van Gemeentebelangen geen optie. Maar, hoe reëel is uw eigen bezuinigingsvoorstel? Uw opmerking dat wij geen keuze maken, leggen wij naast ons neer. De fractie van Gemeentebelangen maakt wel degelijk keuzes. Wij gaan alleen niet op het sociale domein koud saneren. Iets wat u in uw verkiezingsprogramma ook niet wilde, maar ja als je regeren kan…… De fractie van Ondernemend Berkelland is helemaal blij en akkoord met het coalitie akkoord, dus zal ook straks bij de begrotingsbehandeling niet veel aan te vullen hebben. Ook u bent er niet voor, om de mensen mee te laten praten over de zeer ingrijpende gevolgen van deze voorstellen. In uw algemene beschouwingen zegt u, dat lastenverzwaring voor de burgers achterwege moet blijven. Prima. En u benadrukt zelfs geen nieuwe belastingvormen in te willen voeren. Prima. U gaat er echter aan voorbij, dat u nu via de achterdeur stiekem bij de mensen weer naar binnen gaat en ze vervolgens geld uit de portemonnee klopt. Alleen wilt u dat niet zien. Want in uw algemene beschouwingen staat, dat u de luxe voorzieningen wilt afschaffen of dat ze anders door de mensen zelf betaald moeten worden. Is lezen een luxe? Is hulp van maatschappelijk werk een luxe? Is begraven een luxe? Is muziek maken een luxe? En sport ook?
10
Wat u wilt is, dat deze voorzieningen alleen nog maar toegankelijk zijn voor mensen met een bovengemiddeld gevulde portemonnee. Het wordt dus inderdaad een luxe om er aan mee te kunnen doen, met lezen, muziek maken en sporten. Vervolgens vraagt u aandacht voor maatregelen als het gaat om - en daar zijn ze weer - de hangjongeren. Er zijn al heel wat maatregelen.” De Voorzitter wijst mevrouw Pot er op, dat zij haar tien minuten spreektijd inmiddels heeft gebruikt. Hij verzoekt haar tot een afronding te komen. Mevrouw Pot reageert verbaast. Ze had namelijk een seintje verwacht, dat haar tijd bijna verstreken zou zijn. Ze zal haar betoog afronden. “Ten slotte willen we nog een opmerking maken over het verhogen van de begraaftarieven met 18%, zoals opgenomen in de voorjaarsnota. Dat is voor ons niet acceptabel. In het coalitieakkoord is ook al een taakstelling opgenomen van € 100.000. Dat is wat de fractie Gemeentebelangen betreft voldoende, om dichter bij het kostendekkend zijn van begraaftarieven te komen. In de raadsvergadering van 13 juni 2007 is een raadsbesluit genomen, waarin gesteld wordt dat de kosten van oude graven niet mogen drukken op de bewoners van Berkelland die nu kiezen voor begraven. De fractie van Gemeentebelangen sluit zich volledig aan bij de inspreker. Meer dan 100 mensen zijn naar de raad gekomen, er zijn handtekeningen verzameld en brieven geschreven. Deze brieven zijn ter kennisneming aangenomen. Blijkbaar wordt er niets mee gedaan. Over de behandeling, van datgene dat gezegd en geschreven is, wordt geen woord gerept. We verwachten van het college dat hier serieus op ingegaan wordt en dat de reacties worden behandeld, zoals zij dit verdienen.” De heer Nijhuis interrumpeert met de opmerking, dat mevrouw Pot zelf de brieven ter kennisneming heeft aangenomen. Als zij er iets mee wil, staat het haar vrij, om hier iets mee te doen. Dit is een gratis tip. Mevrouw Pot zal hier zeker iets mee doen. De heer Nijhuis brengt het volgende naar voren. De fractie van GroenLinks heeft de algemene beschouwingen van de verschillende partijen op de voorjaarsnota gelezen. Zijn fractie heeft zich afgevraagd, wat hierover op papier zou moeten worden gezet. De voorjaarsnota gaat in eerste instantie over het beleid, dat moet worden uitgevoerd. Hoe gaat het met sport? Hoe gaat het met plattelandsvernieuwing? Hoe gaat het met de WMO? Willen we daarin verandering aanbrengen bij de begroting 2011? Het probleem is, dat door het coalitie akkoord dusdanige verschuivingen gaan plaatsvinden, dat het lastig is om met de huidige voorjaarsnota daarover iets te melden. In november a.s. kan alles anders zijn. Zijn fractie houdt zich dan ook vooral bij de algemene richting rond het beleid voor de komende jaren. Hij is daarbij enigszins verbaasd over het enthousiasme van het CDA met betrekking tot initiatieven rondom paardentoerisme. Het is bekend dat de CDA fractie al langere tijd het paard achter de wagen spant, maar dat het CDA nu denkt dit initiatief ook commercieel te kunnen uitbuiten, verwachtte hij niet. Hij wacht af. De heer Jonk interrumpeert met de opmerking, dat hij hoopt op een serieuze discussie. Het is een leuke grap, maar spreker hoopt dat het vervolg van het betoog door GroenLinks een serieuzer karakter krijgt. De heer Nijhuis merkt op, dat het CDA misschien beter had kunnen uitleggen, wat werd bedoeld. Het verbaasde zijn fractie, dat binnen de 600 woorden geen andere, meer serieuze zaken konden worden aangehaald, dan 2 x € 2.500,= aan paardentoerisme.
11
Er is een bezuinigingstaakstelling aan de orde van € 8,2 miljoen en een begroting van circa € 80 miljoen. De CDA fractie komt met iets l… aan. De Voorzitter corrigeert de heer Nijhuis en verzoekt hem dergelijke woorden, ook in paardentermen, niet te gebruiken. De heer Nijhuis vervolgt zijn betoog. De fractie van GroenLinks is verheugd over het CDA, dat het belang inziet van kwaliteit in dienstverlening bij de Sociale Dienst Oost Achterhoek. Ook GroenLinks vindt dat van belang. Zijn fractie gaat dan ook niet akkoord met de memo van het college, waarin staat dat kwaliteit van dienstverlening, het werken er aan en het meten ervan, door drukte niet de aandacht heeft gekregen, die het nodig had. Hij verwacht op korte termijn een nieuwe memo, met daarin een antwoord op vragen en opmerkingen uit de raadsvergaderingen. De fractie van GroenLinks is eveneens verheugd over de inzet op het gebied van verlichting en het duurzaam maken van verlichting. In die zin wijst spreker er op, dat zijn fractie de algemene beschouwingen serieus gelezen heeft en ook het CDA best serieus wordt genomen in deze raad. D66 probeert de mensheid in haar algemene beschouwingen nogmaals te overtuigen, dat het goed is dat D66 in dit college zit en dat D66 bezuinigt, zoals zij doet samen met de VVD en het CDA. De fractie GroenLinks is nog niet overtuigd van de goede bedoelingen. Misschien komt het nog. Sommige dingen moeten groeien. Voorlopig is zijn fractie nog erg sceptisch. Daarbij merkt GroenLinks nogmaals op, dat zij het theoretische kader uit het coalitieprogramma best kan onderschrijven, op onderdelen. De praktische uitvoering kan zijn goedkeuring echter niet verdragen. Het irriteert de fractie van GroenLinks, dat de circa 44-jarige democraten zichzelf op de borst kloppen, als het gaat over tegenbegrotingen. Hij vraagt welke inhoudelijke keuzes D66 heeft gemaakt, afgezien van de keuze om geen gemeentehuis te bouwen. Er was vooral sprake van boekhoudkundige trucs, waarmee is geprobeerd Berkelland te redden. D66 klopt zichzelf op de borst als het gaat om het wegzetten van de NUON gelden. Het is juist, dat het toenmalige college – met een wethouder, die D66 ook nu nog haar vertrouwen heeft gegeven - met 2% rente opbrengst te laag zat. Aan de andere kant zat D66 met een percentage van 4% tot 5,5% te hoog. Beiden zaten er dus even ver naast. Het is dan politiek slimmer, om een voordeel te verkopen, dan achteraf een nadeel bekend te moeten maken. Dat is echter een keuze. Dat nu wordt gezegd, dat D66 het zo goed heeft gedaan op dit punt, kan de fractie van GroenLinks niet onderschrijven. D66 zegt dat CDA en PvdA angstvallig stil werden na de oproep om begrotingsgaten te dichten. Maar, wat doet D66 eigenlijk zelf? In haar algemene beschouwingen leest hij niets over een plan de campagne over hoe D66 de bezuinigingen gaat realiseren. Spreker hoopt dat D66 niet dezelfde koers gaat varen als haar voorgangers. Een proactieve D66-fractie zou aardig zijn, maar het is de raad die kaders stelt, waarna het college tot uitvoering kan overgaan. De ‘spoedige vernieuwing’ waar D66 over spreekt, daar ziet zijn fractie naar uit. Het is volgens GroenLinks ook niet bepaald netjes, om het CDA zo in het hemd te zetten. Het is de nieuwe partner van D66, waar D66 – met een beetje gemak – vier jaar mee verder dient te werken. Hij adviseert om respect voor elkaar te hebben en niet altijd achteruit te trappen. Maar goed: zolang de broeders en zusters van het CDA zich alles laten welgevallen, zal de situatie waarschijnlijk niet veranderen. De kaasschaafmethode, die D66 noemt, is volgens GroenLinks geen kaasschaafmethode. Het woord heeft blijkbaar een vieze smaak gekregen. Maar om in die trend te blijven, kan eerder worden gesproken over een kaasbijl, dan over een kaasschaaf. Het kiezen voor het overeind houden van voorzieningen, is een keuze. Dat D66 dit niet doet, is een andere keuze en daar is GroenLinks tegen. Met betrekking tot de fractie van Gemeentebelangen zegt hij, dat hij het verhaal over de boom en de wortels niet helemaal kan volgen.
12
Wel moet hem van het hart, dat hij het niet slim vindt dat de fractie van Gemeentebelangen tijdens de ene vergadering voor en tijdens de andere vergadering tegen verhoging van de leges op begraven is. Het zou handig zijn, als een wat vastere koers zou worden gevaren. Dat werkt ook beter in de samenwerking met zijn fractie. Mevrouw Kuipers interrumpeert met de opmerking, dat zij de woorden van de heer Nijhuis ter harte neemt. Zij wijst op de geuite woorden: heb respect voor elkaar en trap niet achteruit. Er is overigens geen sprake van voorbeeldgedrag, wanneer de heer Nijhuis dit zelf ook doet. Ook dit is een gratis tip. De heer Nijhuis legt uit, dat hij een tip heeft gegeven aan zijn collega’s, zonder dat het de bedoeling was om achteruit te trappen. Zij hebben nog de kans om hun stijl te verbeteren. Dit kan de CDA fractie niet meer doen, omdat haar periode is afgesloten. Daarin bevindt zich een wezenlijk verschil. Mevrouw Pot interrumpeert met de opmerking, dat zij eerst de vorige interruptie heeft afgewacht. Er werd gesproken over ‘zij’; in dit geval zijn ‘zij’ ‘wij’. Zij licht toe, dat de fractie van Gemeentebelangen altijd heeft verkondigd, dat ze tegen verhoging van de begraaftarieven was. Daarin verschilt haar fractie niet van mening met de fractie van GroenLinks. De heer Nijhuis adviseert mevrouw Pot om de motie eens opnieuw te lezen, die ze mede heeft opgesteld. Hij is overigens van mening dat D66 en GroenLinks op zich het beste met de fractie van Gemeentebelangen voor hebben. Mevrouw Kuipers beaamt dit. De heer Nijhuis vervolgt zijn betoog. Voor wat betreft het kostendekkend krijgen van begraven, kunnen de inkomsten worden verhoogd. Ook kan worden geprobeerd de uitgaven te verlagen. In dat laatste is zeker nog een slag te maken. De fractie van Ondernemend Berkelland stelt: ‘de subsidies die gerekend kunnen worden tot de luxe voorzieningen en die door een klein deel van de bevolking worden gebruikt.’ Hij vraagt naar de definitie van ‘luxe’ en van ‘een klein deel van de bevolking’. Op voorhand is spreker het met Ondernemend Berkelland oneens. De gemeente Berkelland is namelijk de laatste jaren al behoorlijk teruggekomen op het financieren van luxe voorzieningen. Daarnaast wil Ondernemend Berkelland particuliere beveiligers inhuren, om lastige jongeren tot de orde te roepen. Dit is een wat populistisch thema. De afgelopen maanden is hier uitvoerig en serieus over gesproken. Volgens de laatste cijfers gaat het nu goed. Om er nu achteraf op terug te komen, vindt hij jammer, vooral voor de jeugd in Berkelland. Want, over welke cijfers heeft Ondernemend Berkelland het eigenlijk, als het gaat om meer overlast? De fractie van GroenLinks zou graag een voorstel zien, hoeveel beveiligers Ondernemend Berkelland wil inhuren, hoeveel dit kost en hoe die uitgaven worden gedekt. CDA, VVD, D66 en aanhangwagen Ondernemend Berkelland spreken over de veranderingen, die er echt moeten gaan komen met betrekking tot de taken die de gemeente uitvoert. Geen van de drie fracties, noch het college in haar brief, geeft aan hoe zij die verandering tot stand gaat brengen. Spreker hoopt, dat de raad op korte termijn kan komen tot een plan van aanpak, zodat de verenigingen niet langer dan noodzakelijk in het ongewisse moeten blijven, over wat er gaat gebeuren de komende jaren en dat duidelijk wordt welke kant het nu echt op gaat. Er is wel gekozen voor bezuinigingen, maar wat gaat er gebeuren? Wordt Tafeltje Dek Je geschrapt? Wordt de Klussendienst geschrapt? Wordt een vestiging gesloten? Het komende halfjaar - vóór de begrotingsbehandeling - zal duidelijkheid moeten ontstaan, zodat tijdig alternatieven kunnen worden onderzocht.
13
In de brief van het college wordt gesproken over de kernopgave, die inhoudt, dat politiek en samenleving op zoek gaan naar echte keuzes achter de voorzieningen in de samenleving. De coalitie heeft geen enkel terrein uitgezonderd. In de beantwoording van de algemene beschouwingen leest hij echter, dat er op het gebied van zwembaden geen behoefte is aan welk onderzoek dan ook. Dat is vreemd. Er zijn rationele gronden, om te kijken wat met het zwemaanbod in de gemeente Berkelland moet gebeuren en wat het beste is voor de bevolking van Berkelland als het gaat om zwemwatervoorzieningen en de hoeveelheid zwemwater. Het zwembad in Borculo groeit uit zijn jas. Mensen uit Neede gaan in Haaksbergen zwemmen, wanneer ze leuk willen zwemmen. Dit zegt iets, over hoe het is gesteld met de zwembadconfiguratie in Berkelland. Er wordt een aantal drogredenen gegeven, waarom het college hier niet aan wil. Indien zou worden gesteld, dat sprake is van een politieke deal, dan is het duidelijk en wordt er niet verder over gesproken. Indien echter geen terrein wordt uitgezonderd, verzoekt hij ook op dit gebied met duidelijke voorstellen te komen. Mevrouw Kuipers interrumpeert met de opmerking, dat het college ook op zwembaden € 200.000,= bezuinigt. De zwembaden worden dus niet geheel ontzien. Vaak wordt haar gezegd, dat ze niet kan rekenen, als het om zwembaden gaat en ze is bereid de situatie voor te rekenen. De heer Nijhuis beaamt, dat hij heeft gelezen, dat het college een bezuiniging wil doorvoeren richting zwembaden. Hij vindt echter de manier, waarop deze bezuiniging wordt voorgesteld, niet verstandig. Gesteld is, dat het subsidiebedrag voor vier zwembaden in een gemeente als Berkelland bovenmatig is. Daaraan dient iets te worden gedaan en om die reden zal meer moeten worden bezuinigd op zwembaden, dan de € 200.000,= uit het coalitieprogramma. Mevrouw Kuipers bestrijdt, dat de zwembaden ontzien waren bij de bezuinigingen. De heer Nijhuis wijst er op, dat zwembaden in relatie tot andere voorzieningen in Berkelland dusdanig worden ontzien, dat dit niet reëel kan worden genoemd. Aan de heer Meijerink vraagt hij het volgende. Door de PvdA wordt geschreven, dat het college moet meedenken in plaats van roepen, dat iets niet kan. Dit leidt tot nieuwe inzichten en mogelijkheden. Volgens spreker zegt niemand, dat iets niet kan. Er is sprake van een andere manier van samenleven. Hij vraagt wie de PvdA hiermee bedoelt. De meeste verenigingen, die hebben ingesproken, stellen dat zij in redelijkheid zien, dat een ander beleid moet worden gevoerd, omdat er tekorten zijn. Ook andere politieke partijen, buiten de coalitie hebben gezegd, dat er anders moet worden opgetreden. Hij is dan ook benieuwd wie door de PvdA worden bedoeld. De heer Meijerink licht toe, dat de verenigingen zelf inzien, dat er iets moet gebeuren. Het beleid moet overigens niet zodanig worden aangepakt, dat verenigingen en/of instellingen de nek worden omgedraaid. Bij de muziekschool zou sprake kunnen zijn van een ander percentage bezuinigingen dan de nu geplande 75% bezuiniging. In dat geval kan de muziekschool overlevingskansen krijgen voor de toekomst. De heer Nijhuis zegt, dat hij blijkbaar onduidelijk is geweest. Hij had zijn vraag aan het college willen stellen. De fractie van GroenLinks vindt het sluiten van de servicepunten niet verstandig. Zijn fractie is van mening dat de servicepunten in de kernen moeten blijven bestaan. Mensen voelen al afstand tussen de overheid en de burger. Sluiten van de servicepunten is daarom niet slim, ook al vanwege het feit dat steeds meer taken naar de gemeente worden geschoven en dit een voorziening moet zijn, die in elke kern aanwezig is, zodat mensen de gemeente Berkelland persoonlijk kunnen benaderen. Zijn fractie heeft dit genoemd in combinatie met het Centrum voor Jeugd en Gezin.
14
Het college is van mening, dat het CJG naar de consultatiebureaus kan. Indien daar echter een persoon wordt geplaatst, ontstaat een nieuw servicepunt. Dat lijkt hem niet de bedoeling. Indien de medewerkers van het consultatiebureau deze taak er bij krijgen, is de laagdrempeligheid in gevaar. Hij ziet deze optie bij voorbaat niet slagen. De heer Mulkens merkt – vanaf de inspreekmicrofoon - het volgende op. Hij hoopt dat hij niet gestoord wordt door het journaal van 19.00 uur. In dat geval wordt er nog wel iets nieuws gemeld. Tot nu toe is dat weinig naar voren gebracht. Hij heeft een teleurstellende mededeling voor mevrouw Pot: zijn betoog is opnieuw kort en bondig. Dat is de VVD stijl en die houdt zijn fractie er in. “Deze voorjaarsnota is feitelijk ingehaald en achterhaald, door het actueel voorliggende coalitie akkoord van CDA, D66 en VVD. Dat heeft u ook in de eerste termijn van de VVD fractie kunnen lezen. Sommigen vielen over het feit, dat die eerste termijn kort en bondig was, maar in de optiek van de VVD, wanneer je enerzijds zegt, dat de informatie feitelijk achterhaald is, dient daar anderzijds geen lang verhaal over te worden gehouden. Enkele sprekers hebben al bevestigd, dat de voorjaarsnota niet uitermate belangrijk is en dat richting begroting 2011 moet worden gekeken. Natuurlijk heeft een ieder gelijk, als gezegd wordt, dat deze nota in belangrijke mate de stand van zaken van het vorige collegeprogramma uitademt en dat nu de piketpalen voor de begroting van 2011 en de meerjarenbegroting tot 2014 (en verder) geslagen moeten worden. Piketpalen, die dienen om zaken af te bakenen, in te kaderen, specifiek te benoemen. Vaak worden invullingen binnen die piketpalen eerst later gedefinieerd. Maar keuzes moeten er gemaakt worden. Deze keuzes staan in het coalitieprogramma, waaraan onze partij – voor de duidelijkheid de VVD – mede gebouwd heeft en waarop u, zoals reeds eerder gesteld, de VVD en natuurlijk ook de andere coalitiepartijen over vier jaar mag en moet afrekenen. Wij zien die afrekening overigens met veel vertrouwen tegemoet. Waar gaat het nu dan om? Niet om pappen en nat houden, niet de problemen voor ons uitschuiven, maar echte keuzes maken en ook uitvoeren. Complimenten vanaf deze plaats voor de realistische bezuinigingsvisie van Ondernemend Berkelland, zoals verwoord in de eerste termijn. Zo kan oppositie dus ook gevoerd worden. Aanpakken dus, in plaats van pappen en nat houden. Realistisch handelen, in plaats van je onterecht rijk rekenen. Toegeven dus, dat de meevallers slechts meevallers zijn op incidentele basis, maar ook toegeven dat de tegenvallers, zoals de cijfers met betrekking tot Hameland en WMO eerder structureel dan incidenteel zijn.” De heer Meijerink interrumpeert met de vraag welke partijen de heer Mulkens bedoelt, wanneer hij zegt ‘partijen die zich rijk rekenen’. De heer Mulkens herhaalt de woorden, die hij zojuist gesproken heeft: “Realistisch handelen, in plaats van je onterecht rijk rekenen.” Hij heeft hier geen partij bij genoemd. Hij verduidelijkt, dat rijk rekenen inhoudt, dat datgene wordt gedaan, waardoor het lijkt, dat er meer geld is, dan verwacht mag worden. Indien de verwachtingen zijn gebaseerd op vaagheden, dan dient de hand op de knip te worden gehouden. De heer Meijerink verzoekt hierop nader in te mogen gaan. Door de heer Mulkens wordt geïmpliceerd, dat Berkelland zich rijk rekent, door wie dan ook. Dit noemt hij vanavond, terwijl spreker zich niet kan voorstellen, dat uit de betogen van vanavond is gebleken, dat enigszins sprake is van rijk rekenen. Spreker begrijpt die terminologie in dit verband dan ook niet. Ook al worden er geen partijen bij genoemd, dan lijkt het toch of een bepaalde richting op gestuurd wordt. Spreker heeft er geen goed gevoel bij.
15
De heer Mulkens licht toe, dat de term ‘onterecht rijk rekenen’ een algemene Nederlandse uitdrukking betreft. Hij hoopt, dat de heer Meijerink voortaan alle Nederlandse uitdrukkingen goed ter harte neemt, want in dat geval kan spreker goed zaken met hem doen. De heer Meijerink interrumpeert met de opmerking, dat hij blij is, dat de heer Mulkens niet de PvdA heeft bedoeld. De heer Mulkens legt de diepere bedoeling uit. Als iemand niet zeker weet, wat straks de daadwerkelijke bedragen zijn, die nog bezuinigd moeten worden, moet nu niet worden gesteld, dat rustig aan kan worden gedaan en dat alles goed komt. De heer Meijerink interrumpeert, dat sprake is van insinuerende opmerkingen, ook al worden geen partijen genoemd. Spreker kan zich niet voorstellen, dat er raadsleden of partijen in Berkelland zijn, die in genoemde richting denken. Hij werpt de opmerkingen verre van hem en vindt de richting die wordt gekozen zeer discutabel. De heer Mulkens zegt, dat dit woorden voor rekening van de heer Meijerink betreft. Het gaat er om, hoe één en ander geïnterpreteerd wordt. Hier kan spreker niets aan wijzigen. Mevrouw Pot interrumpeert met de opmerking, dat zij zich volledig aansluit bij de woorden van de heer Meijerink. Alle oppositiepartijen hebben duidelijk aangegeven ervan overtuigd te zijn, dat er € 8,2 moet worden bezuinigd. De drie oppositiepartijen PvdA, GroenLinks en Gemeentebelangen hebben een tegenbegroting ingediend. Afgevraagd kan worden, of deze al dan niet goed is, maar dat kan ook worden gesteld van de begroting van de coalitie. In de tegenbegroting van de drie oppositiepartijen zijn andere keuzes gemaakt. Ze gaat er van uit, dat dit recht aanwezig blijft en gebruikt kan blijven worden. Het zou goed zijn, wanneer hierover gezamenlijk en als volwaardige raad inhoudelijk kan worden gediscussieerd. Dit wordt weggewuifd. Daar wil de coalitie niets over horen. Zij wordt daar verdrietig van. De heer Mulkens betreurt dit. Indien de interrupties later waren gekomen, dan had de raad een zinsnede gehoord, waarin hij een opening voor discussie had gegeven. Door mevrouw Pot is zojuist met verve gesproken over het begrip ‘democratie’. Van de omschrijving uit de Dikke Van Dale zijn slechts enkele woorden genoemd. Dat is niet juist. Democratie is namelijk een politiek systeem van meerderheden en minderheden, gekozen weliswaar. Daarbij is de vrijheid voor iedereen aanwezig, om keuzes te maken. Mevrouw Pot vult aan, dat vervolgens niets met deze keuzes wordt gedaan. De heer Mulkens bestrijdt dit. Er worden keuzes gemaakt naar de eigen filosofie en partij ideeën. Dat is politiek. De heer Meijerink zegt, dat hier geen zout aan te verstrijken valt. Hij gaat er niet verder op in. De heer Mulkens vervolgt zijn betoog. “De tegenvaller van de juni circulaire kan zeker niet ontkend worden. Het gevaar is thans aanwezig – en dat is vanavond al gebleken - dat de discussie met betrekking tot het coalitie akkoord en het ingebrachte tegenprogramma van PvdA, Gemeentebelangen en GroenLinks vanavond opnieuw gevoerd gaat worden. Dat is niet de bedoeling van behandeling van de voorjaarsnota, maar u mag die discussie vanzelfsprekend agenderen voor elk moment in de nabije toekomst. Dat is de wens van mevrouw Pot, dus wij verwachten u volledig gelukkig te maken.
16
Mevrouw Pot interrumpeert, dat ze is ingegaan op alle fronten van de eerste termijn der algemene beschouwingen. Dat heeft niets te maken met het coalitie akkoord. Helaas zijdelings overigens wel, omdat straks over de begroting zal worden gesproken. Het is dus van belang, dat hierover wel gesproken zal gaan worden. Spreekster is nog niet zo ver, dat zij blij gemaakt is door die opmerkingen. De heer Mulkens suggereert, dat sprake kan zijn van een gewenningsproces. De heer Nijhuis verzoekt in de notulen op te nemen, dat de fractie van GroenLinks zich niet aangesproken voelt, als het gaat om een partij waarbij het zou ontbreken aan realiteitszin. Dit zou ook kunnen worden geïnterpreteerd, als het inboeken van een enorme bezuiniging, waarvan de haalbaarheid nog moet blijken. Zijn fractie voelt zich niet aangesproken. De heer Mulkens vervolgt zijn betoog. “Het blijft een feit, dat het te eenvoudig en argeloos is, om te veronderstellen, dat het wel mee zal vallen en daarmee de burger een te positief verwachtingspatroon aan te reiken. Bij verantwoordelijkheid nemen hoort ook duidelijkheid, eerlijkheid en doortastendheid. Dat niet iedereen dat nu al heeft, is te begrijpen, maar de begroting 2011 zal iedereen duidelijkheid geven. We herhalen voor de duidelijkheid nog eens, wat eerder dit jaar is gezegd: Nu door de zure appel heen bijten en niet stoppen bij het schilletje, maar doorgaan tot het klokhuis en ook de pitjes doorslikken. Het zal u niet verbazen, dat de VVD fractie instemt met de opmerkingen van het college en met het voorstel van het college met betrekking tot de voorjaarsnota. Een maximale steun voor bedrijven en bedrijvigheid loopt daar, voor wat de VVD betreft, als een dikke rode draad doorheen.” De heer Jonk deelt – vanaf de inspreekmicrofoon – het volgende mede. “De voorjaarsnota, die we vanavond bespreken heeft maar een betrekkelijke waarde. Het is duidelijk dat de functie van de voorjaarsnota aan deze voorjaarsnota ontnomen is door het coalitie akkoord. Het is eigenlijk de bedoeling dat we, op grond van wat nu de stand van zaken is, beleid uitstippelen voor 2011 en de jaren daarna. Maar dat beleid is al uitgestippeld in het nieuwe coalitieakkoord. Vanavond zijn er al meer opmerkingen over gemaakt en wij betreuren, dat de discussie zich lijkt te verharden. Wij zijn er van overtuigd, dat de keuzes die gemaakt zijn ruimte laten, ook voor de oppositiepartijen om hier invulling aan te geven. Dat is ook wat de oppositie steeds zegt. ‘Ga in gesprek met organisaties en met ons. Geef aan hoe de bezuinigingen moeten worden ingevuld.’ De coalitie heeft de kaders gesteld, maar er kan nog heel veel ingevuld worden en besproken worden over de wijze waarop. We begrijpen dan ook niet, waar die harde, zure toon vandaan komt, dat alles al vast zou liggen.” De heer Meijerink interrumpeert met de opmerking, dat de heer Jonk de situatie juist verwoord. De situatie is vastgelegd binnen de kaders, die door de coalitie zijn gesteld. Hierdoor krijgt de muziekschool bijvoorbeeld 75% korting opgelegd. Daar zit geen ruimte in. De PvdA maakt hierin andere keuzes. Indien door de coalitie wordt gezegd, dat er mogelijkheden binnen de 75% bezuiniging aanwezig is, lijkt dat een loze kreet. De heer Jonk beaamt, dat hierin niet meer wordt geschoven. Hij acht het dan ook helder en zinvol, dat de coalitie de kaders aangeeft. De coalitie is democratisch gekozen en tot stand gekomen. Daarover is gezamenlijk gedebatteerd. Het is de oppositie duidelijk, dat er € 8,3 bezuinigd moet worden. De kaders liggen er en er kan een invulling worden gemaakt. Daar kan iedereen mee leven.
17
De heer Pelle interrumpeert met de opmerking, dat hij benieuwd is of de heer Jonk een tip kan geven, hoe deze invulling kan worden gemaakt. Enerzijds wordt opgemerkt, dat er volop kan worden meegepraat en anderzijds wordt gesteld, dat duidelijk is hoe de situatie er voor staat. In dat geval is er geen speelveld aanwezig. De heer Jonk zegt een half uur vol te kunnen praten, over de wijze waarop de bezuinigingen kunnen worden ingevuld. Het college gaat hard aan de slag, waarna tijd aanwezig zal zijn om allerlei voorstellen te bespreken. Het is niet zijn taak en rol om alles uit te stippelen. Het is immers de kritiek van de oppositie, dat de coalitie dit niet moet doen. De oppositie wil meepraten en er kan dus samen over worden gesproken, hoe de bezuinigingen kunnen worden ingevuld. Mevrouw Pot interrumpeert met de opmerking, dat zij niet begrijpt, waar de oppositie over mee zou kunnen praten. De hoogte van de bezuinigingen zijn van belang. Zoals de situatie er nu voor staat, krijgen muziekschool en sportorganisaties een flinke dreun. Dat is wat de coalitie wenst en daar blijft het bij. Als de oppositie daadwerkelijk mee had mogen praten, had per domein kunnen worden aangegeven welke bezuinigingstaakstelling er ligt. Op die manier had per domein kunnen worden gediscussieerd over de mogelijkheden van bezuinigingen bij de muziekschool, bij de sport, binnen het maatschappelijk vlak, enz. Zo vindt een eerlijke en open discussie plaats, waarover ook met de instellingen kan worden gesproken. De instellingen kunnen daarin aangeven, hoe ver zij kunnen gaan in de bezuinigingen en welke consequenties daaraan verbonden zijn. Ook kunnen de consequenties worden genoemd, wanneer nog meer moet worden bezuinigd. Op dat moment kan gezamenlijk een afweging worden gemaakt, wat Berkelland wil op sociaal vlak. De heer Jonk stelt, dat tijdens de vorige raadsperiode de fracties zich zelf een brevet van onvermogen hebben gegeven in het voeren van kerntakendiscussies. Daaraan is elk raadslid even schuldig, ook spreker. Het werkt niet. Het is dus een illusie om voor te spiegelen, dat er een betere oplossing zou komen, als gezamenlijk avonden wordt gediscussieerd over andere percentages. Het geld moet er komen en de kaders zijn door de coalitie aangegeven, die democratisch is gekozen. Zo moet het gaan. Er is alle ruimte om invulling hieraan te geven. De heer Meijerink interrumpeert met de opmerking, dat hij de heer Jonk een tip wenst te geven. Hij adviseert hem te gaan praten met wethouder Markink, die bij de provincie een aantal sessies achter de rug heeft vanwege bezuinigingen bij de provincie Gelderland. Daar is in eerste instantie wel gesproken met instanties, waarna de bezuinigingen zijn bijgesteld. Dan is sprake van een open discussie met elkaar. Dat kan nu niet worden gezegd. Hier wordt de deur dicht gedaan. De heer Jonk vervolgt zijn betoog. “Het CDA wil graag even reageren op de eerste termijn van de andere partijen en het lijkt wijs, dat we daarna onszelf de vraag stellen of het goed en nuttig is om nog heel lang te spreken over een voorjaarsnota, die ingehaald gaat worden door een begroting in het najaar. Het CDA kan met de visie van D66 aardig meegaan. Er is niet voor niets lang en goed onderhandeld, om tot een gezamenlijk resultaat te komen. Wat ons enigszins bevreemdde is, dat de fractie van D66 zich de eer toeeigent, dat zij de fractie is met de meest realistische plannen voor een sluitende begroting. Wij denken - en dat is in de afgelopen debatten ook wel duidelijk geworden - dat D66 nou niet de partij is, die in de verkiezingscampagne aan haar kiezers heeft duidelijk gemaakt, dat er ingrijpende keuzes moeten worden gemaakt. U heeft de verkiezingen gewonnen, het is u van harte gegund, maar zeg nou niet dat u de verkiezingen heeft gewonnen op grond van een realistisch financieel beeld van Berkelland.
18
Het strekt D66 natuurlijk tot eer, dat ze nu de juiste keuzes maakt, maar zegt u nou niet dat u dat altijd al deed.” De heer Knuvers interrumpeert met de vraag, of deze zienswijze richting D66 betekent, dat u stelt, dat D66 een ander geluid aan de kiezer heeft beloofd, dan na de verkiezingen. De heer Jonk antwoordt ontkennend. Hij zegt alleen, dat D66 nu de juiste keuzes maakt. De heer Knuvers vult aan, dat die keuzes haaks stonden op de keuzes van vóór de verkiezingen. De heer Jonk zegt dat dit de interpretatie van de heer Knuvers is. Hij vervolgt zijn betoog. “De fractie van Gemeentebelangen zou zich moeten realiseren dat deze voorjaarsnota nog niet in het kader van het coalitie akkoord staat. U blijft daarnaast hameren op een kerntakendiscussie, die gevoerd had moeten worden. Maar als u dat nou zo belangrijk vindt en u constateert samen met het CDA, dat het de vorige raad in geen vijf jaar is gelukt om een kerntakendiscussie te voeren, die ook maar een stuiver opleverde, waarom bent u dan niet blij, dat het nu met het coalitie akkoord wel gelukt is. U denkt dat de krimp van de bevolking nog erger wordt, als de voorzieningen in Berkelland veranderen. Maar u gelooft toch zelf niet, dat iemand het kopen of verkopen van een huis laat afhangen van het feit of hij of zij € 10 meer of minder moet betalen voor een bibliotheek abonnement?” Mevrouw Drexhage interrumpeert met de opmerking, dat de fractie van Gemeentebelangen volgens het CDA blij zou moeten zijn vanwege de gevoerde kerntakendiscussie. Er is echter geen discussie over gevoerd en dat acht zij een wezenlijk verschil. De heer Jonk wijst er op, dat wel een kerntakendiscussie is gevoerd, maar dat deze telkens is mislukt. Mevrouw Drexhage verduidelijkt, dat haar fractie blij zou moeten zijn, dat de feiten rond de kerntakendiscussie er nu liggen. Er is echter geen discussie gevoerd. Daar is de oppositie buiten gehouden. De heer Jonk wijst er op, dat er nu resultaat is van de kerntakendiscussie. De heer Nijhuis interrumpeert met de opmerking, dat de heer Jonk volgens hem even goed verzandt in de kerntakendiscussie, als de fractie van Gemeentebelangen. Met betrekking tot de € 10,= voor een bibliotheek abonnement merkt hij op, dat het inderdaad niet uitmaakt of nu € 10,= meer of minder aan de bibliotheek moet worden betaald. Feit is wel, dat mensen kiezen om ergens anders te gaan wonen, indien er geen bibliotheek in een plaats meer aanwezig is. Dat is van belang in deze discussie. De heer Jonk constateert, dat het niet juist is, dat er geen bibliotheek meer zal zijn. Dit staat niet in het coalitie akkoord. In het coalitie akkoord staat, dat € 500.000,= beschikbaar is voor bibliotheekwerk. Er is nu sprake van grootspraak en het napraten van de bibliotheek, dat zij de deuren moet sluiten. Er blijft echter een bedrag van € 500.000,= voor de bibliotheek aanwezig. Daar kan veel mee worden gedaan. De heer Nijhuis merkt op, dat hij de bibliotheek graag napraat. Daar zijn namelijk de professionals op dit gebied. Daarna heeft hij afgewogen, of hij de informatie wil napraten. Dat wil hij. Dit is zijn eigen keuze. Spreker wil graag van de heer Jonk weten, wat de bibliotheek met € 500.000,= kan doen, in een plattelandsgemeente als Berkelland.
19
De coalitie heeft een kerntakendiscussie gevoerd, dus bekend is, hoe met € 500.000,= de bibliotheek overeind kan worden gehouden. Hij is benieuwd naar de reactie. De heer Jonk zegt dit in een half uur te kunnen uitleggen. Hij staat hier echter niet, om uit de doeken te doen, hoe een bibliotheek moet worden georganiseerd. Dat is niet zijn taak, maar evenmin de taak van de heer Nijhuis. Hun taak is, om de juiste politieke keuzes te maken. Het CDA heeft het aangedurfd om politieke keuzes te maken; de fractie van GroenLinks durft dit blijkbaar niet. GroenLinks luistert naar andere mensen en constateert, dat zij dus gelijk hebben. De heer Nijhuis vindt het goedkoop, om te vluchten in een discussie, die niet over de inhoud gaat, maar over de vorm. Daarvoor zijn de raadsleden niet bijeen vanavond. Hij vraagt nogmaals hoe het CDA met € 500.000,= de bibliotheek in Berkelland overeind kan houden. Dit weet de heer Jonk al, zoals hij zegt. De heer Jonk licht toe, dat hij precies vertelt wat er in het coalitie akkoord staat, namelijk dat er € 500.000,= beschikbaar is voor bibliotheekwerk en dat de bibliotheek volgens de coalitie zo moet worden georganiseerd, dat de jongste inwoners van Berkelland – die hiermee het meeste baat hebben – daarvan kunnen profiteren. Spreker voegt hier aan toe, dat de coalitie en het CDA zelf er geen problemen mee heeft, dat een bibliotheek abonnement – dat nu € 36,= per jaar kost – duurder wordt. Alle mensen, die hij hierover heeft gesproken, kunnen de extra kosten eenvoudig opbrengen en hebben dit er voor over. Dat probleem lijkt hem dus niet groot. Hij vervolgt zijn betoog. “Aan Ondernemend Berkel Land dank voor de steun aan het coalitie akkoord. U schrijft met name iets over de jeugdoverlast. In uw programma en laatst in de Tubantia heeft u laten weten dat u particuliere beveiliging in wilt zetten tegen dit fenomeen. De fractie van het CDA gaat daar niet in mee. Zonder de jeugdoverlast te willen bagatelliseren, is het heel goed om te weten, dat een heel kleine groep jongeren zich hieraan schuldig maakt. Vervolgens is het goed om te weten dat de politie die jongeren goed in het oog heeft. Politiefunctionarissen hebben meer mogelijkheden en zijn bovendien veel professioneler in hun optreden dan particuliere beveiligers. De fractie van GroenLinks hoopt op een gematigde koers, vanwege hun alternatieve plannen naast het coalitie akkoord. U had vast al begrepen, dat we u moeten teleurstellen; het coalitie akkoord wordt onverkort uitgevoerd, als het aan het CDA ligt. Maar voorzitter; hier wreekt zich inderdaad het punt uit de inleiding: het gevaar is groot dat we de discussie over ‘samen anders’ gaan overdoen. Dat is niet de bedoeling. Wat het CDA wel belangrijk vindt om even aan te halen – en daarin is het CDA het eens met GroenLinks, dus zo ver liggen de visies niet uit elkaar - is de opmerking van GroenLinks over de combinatiefuncties. Het zou een fantastische mogelijkheid zijn, wanneer we in Berkelland het reguliere onderwijs zouden kunnen combineren met sport en cultuur. Het idee van de brede school ligt ons heel na aan het hart. Een school waar leerlingen niet alleen de traditionele lessen volgen, maar waar ze daarnaast ook andere vormende activiteiten kunnen doen, zonder dat de ouders dat allemaal bij elkaar moeten organiseren en met hun kinderen in de fietsaanhangwagen moeten rondrijden. Tenslotte de PvdA. Wij begrijpen uiteraard dat de PvdA een andere rol heeft gekregen, nu ze oppositiepartij is geworden. En natuurlijk is er alle ruimte voor kritiek en alternatieven, naast het coalitie akkoord. Maar de toon waarop de PvdA nu reageert, is toch wel erg zuur. De partij heeft ‘een nare wrange bijsmaak’ gekregen, er wordt ‘kil en rigoureus gesaneerd’ en tenslotte wordt het CDA er samen met de andere coalitiepartners van beschuldigd, dat wij ‘mooi weer gaan spelen’ met de verkoop van de NUON aandelen. Voorzitter, wij gaan die beschuldigingen nu niet uitgebreid weerspreken, want dan gaan we de discussie over het coalitie akkoord overdoen. Eén ding willen wij ervan zeggen, en dat is dat zinvol nieuw beleid maken heel iets anders is dan ‘mooi weer spelen’.”
20
De Voorzitter nodigt de heer Roosenboom uit om het woord te voeren. Hij kan bij de inspreekmicrofoon komen, maar die zingt wat rond. De heer Roosenboom adviseert, om het geluid zachter te zetten. Als dat niet lukt, moet daarmee waarschijnlijk worden gewacht op het nieuwe gemeentehuis. De Voorzitter zal hem daaraan houden. De heer Roosenboom brengt het volgende naar voren. “Voorzitter, zoals eerder gemeld, kan de fractie van Ondernemend Berkelland instemmen met het voorstel van het college, om het te verwachten positieve resultaat van bijna € 190.000,= toe te voegen aan de algemene reserve. Het gaat, zoals andere fracties ook hebben gemeld, om een relatief klein bedrag en heeft nauwelijks effect op de begroting voor de komende jaren. Voordelen, die er nu nog zijn, bijvoorbeeld meevallende bouwleges, winsten van de BNG, zullen volgend jaar aanmerkelijk minder inkomsten genereren. Ook de extra bijdrage voor de Hameland organisatie zal de komende jaren een rol blijven spelen en er zullen vrijwel zeker nog meer mensen een beroep op de bijstand gaan doen. Dat maakt ons niet optimistisch. We blijven, op basis van deze voorjaarsnota, dan ook aandringen op forse bezuinigingen. We herhalen, dat we geen nieuwe belastingvormen willen invoeren en de ozb niet willen verhogen. Ook de inflatiecorrectie willen we liever achterwege laten, omdat de belastingdruk voor de inwoners van Berkelland al één van de hoogste is in Nederland. Zoals u weet, stemmen wij niet in met subsidies voor voorzieningen, die in onze ogen als luxe voorzieningen worden beschouwd. We vinden dat de gebruikers hiervoor zelf moeten betalen. De voorgenomen kortingen op subsidies willen we dan ook handhaven. Wel vragen we het college nog eens goed te kijken, naar het open houden van de vier servicepunten. Ook zouden we het jammer vinden, dat in het kader van de plattelandsvernieuwing de gebiedscommissie zou verdwijnen. In dezen vragen wij het college hierover nog eens goed na te denken en mogelijk in samenspraak met de Regio Achterhoek en de provincie een oplossing te vinden.” De heer Nijhuis interrumpeert met de opmerking, dat het verhaal hem bekend voorkomt. Hij haakt aan bij de luxe voorzieningen, die door te weinig mensen worden gebruikt. Spreker verzoekt om dit nader uit te leggen, voor zijn goede begrip. De heer Roosenboom legt uit, dat bij sporten voorzieningen zijn die luxe en duur zijn, terwijl er ook sporten goedkoop zijn. Hardlopen is bijvoorbeeld heel goedkoop. Dat is goed. Spreker is bij de schietsport, die is duur. Dat is een keuze, die de burger maakt. De heer Nijhuis merkt op, dat de gemeente Berkelland geen paarden betrekt. Dat is duur. Hij vraagt of voetbal ook duur is. De heer Roosenboom zegt, dat voetbal geen dure sport is. De heer Nijhuis wijst er op, dat daarvoor wel voetbalvelden moeten worden aangelegd. Hij vraagt of een sporthal duur is. De heer Roosenboom is van mening, dat het aanleggen van voetbalvelden niet duur is. Hij antwoordt dat een sporthal duurder kan zijn. Zo zullen keuzes moeten worden gemaakt. Hij adviseert uit te rekenen, wat de kosten zijn en wat er voor moet worden betaald. De heer Nijhuis vraagt of de heer Roosenboom het voor hem zou willen uitrekenen.
21
De heer Roosenboom adviseert om, voordat er gesport wordt, uit te rekenen wat de kosten zijn. Daarna kan een keuze worden gemaakt. Degene, die veel geld heeft, kan in dat geval kiezen voor een duurdere sport en degene, die dat niet heeft, kan die keuze niet maken en kiest een andere sport. Voor wie dit begrijpt, is sprake van een simpele keuze. De heer Pelle wijst er op, dat er situaties in Berkelland aanwezig zijn, die in jaren zijn gecreëerd. De maatschappij en alle inwoners hebben hiervan gebruik gemaakt. Door de heer Roosenboom wordt nu gesteld, dat sprake is van luxe, maar daarvoor kan geen definitie worden gegeven, behalve financieel. Indien echter alles aan de hand van geld wordt gedefinieerd, dan ontstaat de situatie, dat alleen plaats is voor de rijken en niet voor de rest van de maatschappij. Daarvoor zal een groot gat ontstaan, waar iedereen invalt en waarvoor geen vangnet aanwezig is. Spreker stelt, dat de fractie van Ondernemend Berkelland een samenleving creëert van drie letters. Een andere partij creëert hetzelfde. Hij vindt het triest dat op basis van deze argumenten beslissingen worden genomen. De heer Roosenboom licht toe, dat een aantal besluiten helaas aan de hand van de financiële mogelijkheden moet worden gemaakt. Dat moet spreker thuis, dat moeten anderen thuis en dat moet de gemeente Berkelland ook. De heer Nijhuis zegt, dat politiek ook voor domme mensen is. Daarom gaat de stelling ‘als u slim bent, dan snapt u het’ hier niet op. Blijkbaar behoort spreker tot de domme mensen. Hij begrijpt het niet, maar heeft wel zelfinzicht. Gezegd wordt, dat iedereen eerst zijn portemonnee moet legen, om te kijken, wat men over heeft voor de sport. Bij de wens om te volleyballen, zou men een groep mensen moeten verzamelen, die willen volleyballen en gezamenlijk een hal moeten bouwen. Indien spreker dit doortrekt, vraagt hij zich af, waarom mensen, die willen zwemmen, niet hun eigen zwembad dienen te bouwen. Hij constateert, dat de redenering van Ondernemend Berkelland dus van geen kant klopt. Dit begrijpen zelfs domme mensen. De heer Roosenboom stelt, dat hij niet verder in herhaling wenst te treden. Daardoor zou een discussie ontstaan, waar niemand iets mee opschiet. Hij vervolgt zijn betoog. “Met het idee om de combinatiefuncties te onderzoeken zijn we het eens. Het voorbeeld van de leraar, die zowel in het onderwijs als bij een vereniging kan werken, spreekt ons aan. Voorstellen om de kerktorens aan belanghebbende organisaties over te dragen, zullen we steunen. We verwachten, dat daar met de betrokken besturen over wordt gesproken en we willen op voorhand weten, welke juridische aspecten aan de zaak zijn verbonden. Wel vinden wij, dat de nu nog geldende afspraken over onderhoud en restauratie, moeten worden nagekomen. Voor de bibliotheken herhalen wij ons standpunt, dat door het bibliotheekbestuur moet worden gekeken naar beperkte openstellingen, het inzetten van vrijwilligers en het verhogen van abonnementsgeld. Alleen zo kunnen – volgens ons – de bibliotheken voor de kernen worden behouden. Gelet op de forse bezuinigingstaakstelling bij de ambtelijke organisatie, ligt het in de rede om ten behoeve van de handhaving op het terrein van permanente bewoning van recreatiewoningen de reeds in ambtelijke dienst zijnde handhavers in te schakelen en daarmee af te zien van inhuur van derden, die belast zijn met deze handhaaftaak. De fractie van Ondernemend Berkelland zal aan het einde van het betoog hierover een amendement indienen. Tot slot vinden wij het jammer, dat het college geen particuliere beveiligers wil inhuren om de alsmaar overlast gevende hangjongeren in de gaten te houden. Met name op de late busroutes wordt door de jongeren veel vernield aan gemeentelijk en particulier bezit.. We willen graag weten, hoe andere partijen de overlast willen aanpakken. Of stemmen zij in met pappen en nat houden of wordt zelfs het slechte gedrag beloond met een uitje.”
22
Mevrouw Kuipers interrumpeert met de opmerking, dat bijna elke partij dezelfde vraag heeft gesteld aan de fractie van Ondernemend Berkelland. In plaats van te roepen en uw collega’s op te dragen om met voorstellen te komen, denkt spreekster dat het ondernemersbelang hierover een goede visie heeft. Deze wil zij graag met hem delen. Ze verzoekt hierover zelf een voorstel in te dienen. De heer Roosenboom merkt op, dat zijn fractie heeft voorgesteld om particuliere beveiligers in te schakelen, op momenten, dat de politie er niet is en wanneer er niets anders gebeurt. Hij komt dus met een voorstel. Mevrouw Kuipers vraagt wanneer hij komt met een voorstel. De heer Roosenboom zegt, dat hij dit voorstel al heeft gedaan en hij zou het liefst zien, dat dit met ingang van morgen wordt uitgevoerd. Mevrouw Kuipers stelt, dat ze het uitgewerkte voorstel graag had willen zien. Hier hebben meer partijen naar gevraagd. Er is een aanloop geweest in allerlei discussies, buiten de raad om. De raadsvergadering is echter het podium, om over dat onderwerp met elkaar van gedachten te kunnen wisselen. De heer Roosenboom beaamt dit en hoopt, dat de discussie op gang komt. Het voorstel ligt er en zijn fractie heeft voorgesteld meer mogelijkheden te wensen voor particuliere beveiligers, om de situatie in de gaten te kunnen houden, desnoods met cameratoezicht. Hij is benieuwd naar de visie van de overige fracties. Mevrouw Kuipers is blijkbaar evenmin slim en bevindt zich dus in goed gezelschap. Spreekster heeft namelijk geen voorstel gezien, waarin staat waar de beveiligers worden ingezet, hoeveel beveiligers zullen worden ingezet, waarom, e.d.. Op die manier wenst zij graag te discussiëren. Nu wordt gediscussieerd om het discussiëren. Dat betreurt zij. De heer Roosenboom is juist blij, dat de discussie nu is aangezwengeld en is graag bereid met een uitgebreid voorstel te komen. Hij zegt toe hier na de zomervakantie op terug te zullen komen en een uitgebreid voorstel te zullen indienen. Spreker hoopt dat de hele raad dit voorstel zal steunen, zodat de beveiligers aan het werk kunnen worden gezet. De heer Nijhuis zegt, dat hij dit bijna een belediging vindt voor de burgers, die Ondernemend Berkelland aan twee zetels hebben geholpen. De heer Roosenboom interrumpeert met de opmerking, dat het 1800 personen betrof. Dat waren meer kiezers, dan degenen die voor GroenLinks hebben gekozen. De heer Nijhuis beaamt dit. Blijkbaar hadden meer mensen vertrouwen in Ondernemend Berkelland, maar dit maakt de heer Roosenboom in deze en de vorige vergaderingen totaal niet waar. Volgens de heer Roosenboom ligt er een voorstel, maar mevrouw Kuipers geeft al aan, dat er geen voorstel ligt. Er staat geen enkel gegeven op papier en er worden spontaan bewakingscamera’s toegevoegd. Daarvoor zijn nog geen redenen aanwezig. Overigens is de heer Roosenboom nadrukkelijk niet degene, die de discussie heeft aangezwengeld. Hij stelt, dat de heer Roosenboom geen zaken moet opeisen, die niet van hem zijn. Spreker verwacht dan ook voor de eerste vergadering na het zomerreces een uitgewerkt voorstel, met cijfers. De Voorzitter constateert, dat de heer Jonk, mevrouw Drexhage, de heer Mulkens en de heer Pelle willen interrumperen en biedt hen hiertoe de gelegenheid.
23
De heer Roosenboom wijst er op, dat hiermee de discussie op gang is gekomen. Hij is daar blij mee. De heer Jonk interrumpeert met de opmerking, dat hij de cijfers, plannen en papieren wel gelooft. Het interesseert hem meer, welk beeld de heer Roosenboom heeft bij particuliere beveiligers en hun wijze van aanpakken van het probleem. Er is namelijk een klein aantal jongeren, dat overlast veroorzaakt. Deze jongeren zijn goed in beeld bij de politie. De politie doet er van alles aan. Hij vraagt wat de heer Roosenboom verwacht, dat particuliere beveiligers beter of anders kunnen doen, dan politie agenten. Mevrouw Drexhage wijst er op, dat al vele discussies over het onderwerp hebben plaatsgehad. Ze begrijpt, dat de discussie nu aan de orde komt, omdat een paar hangjongeren in Eibergen weer vervelend doen. Het is leuk om daarop te reageren. Het is haar overigens te kort door de bocht, om alleen over beveiliging te spreken. Er zijn 22 maatregelen aangenomen, die bovendien geëvalueerd zullen gaan worden. Het gaat niet alleen om pappen en nat houden, maar preventie werkt beter dan alleen bestraffen. Daar heeft de raad breed naar gekeken en over gesproken. Ze begrijpt dan ook niet, dat op deze manier moet worden gediscussieerd. De heer Mulkens zegt het voorstel rond particuliere beveiligers wel te begrijpen, maar hij is van mening, dat dit voorstel wel door de portefeuillehouder zou zijn gedaan, wanneer zou worden geconstateerd, dat de politie en betrokkenen te kort schieten. Indien overigens argeloos wordt gesproken over een uitje voor hangjongeren, acht spreker het op zijn plaats, dat de heer Roosenboom eerst concreet het programma van dit uitje bestudeert. Misschien moeten de jongeren wel zwaar afzien, of zich ophouden in de schuttersputjes van de heer Meijerink. Met betrekking tot beveiligingscamera’s stelt spreker, dat hij dit aan het begin van de discussie over hangjongeren al heeft voorgesteld. Dat voorstel is in de raad bijna honend van tafel geveegd, omdat het een grote inbreuk op de privacy had en echt niet kon. In veel grote steden is het overigens wel een goede oplossing. De heer Pelle merkt op, dat vanavond is vastgesteld, dat de evaluatie van het jeugdbeleid in december 2010 zal plaatsvinden. Hij heeft niet van de fractie van Ondernemend Berkelland vernomen, dat zij eerder wil evalueren. Bovendien heeft het college al in de vorige raadsperiode toegezegd, de raad te zullen blijven informeren aan de hand van kwartaalcijfers. In april jl. is informatie verstrekt, dus hij verwacht binnenkort opnieuw getallen. Spreker wenst op deze informatie te wachten en beleid te maken aan de hand van de cijfers. De stoere ‘Rambo praat’, is buiten alle proporties en heeft geen zin. Hij is er van overtuigd, dat het in contact blijven met de 15 à 16 jongeren tot beter resultaat leidt, dan de woorden, die de heer Roosenboom vanavond naar voren brengt. De heer Mulkens interrumpeert met de opmerking, dat geen sprake is van ‘Rambo praat’ door de heer Roosenboom, maar een cri de coeur (hartenkreet). De heer Roosenboom legt uit, wat een particulier beveiligingsbedrijf beter kan doen, dan de politie nu doet. Een particulier beveiligingsbedrijf zal volgens hem beter aanwezig kunnen zijn, dan de politie, wanneer zij totaal afwezig is. Dit gaat bijvoorbeeld op, wanneer een discobus arriveert. Het beveiligingsbedrijf kan er bij gaan staan. Daardoor zal de overlast afnemen. Een beveiligingsbedrijf kan met de hangjongeren in contact treden, op plaatsen waar zij samen komen. Ze kunnen een waardevolle bijdrage leveren aan de situatie. Cameratoezicht kan ook door een particulier beveiligingsbedrijf worden verzorgd. Er zal preventie uitgaan van een geparkeerde auto van een beveiligingsbedrijf.
24
Dit werkt ook op het industrieterrein, waar nu totaal geen overlast is. De inschakeling van particuliere beveiligers heeft zich dus bewezen. Het in contact blijven met een klein aantal hangjongeren, zoals verondersteld, kan prima in combinatie met een particulier beveiligingsbedrijf. Hij verwacht dat een particulier beveiligingsbedrijf een waardevolle aanvulling zal zijn. De heer Pelle interrumpeert met de opmerking, dat hij heeft meegereden met de politie, die juist aanwezig is, als de discobus arriveert. Vanaf dat punt tot de eerste 500 meter erna vinden geen vernielingen plaats. Daarna verspreiden de jongeren zich en wordt vernield. De heer Roosenboom adviseert om de particuliere beveiligers dan 500 meter verder te laten posten. Mevrouw Drexhage wijst er op, dat zij met preventie iets anders bedoelt, dan een busje dat op de hoek staat te wachten. Zij bedoelt met preventie een breed pakket aan maatregelen, op het gebied van schoolverzuim, problematiek bij de ouders thuis, alcohol, e.d.. De heer Roosenboom beaamt, dat preventie waardevol is een aanvullend kan werken. De ene taak hoeft de andere niet uit te sluiten. De Voorzitter beëindigt de discussie over de hangjongeren. Er kan de hele avond over worden gesproken en dat is overigens al verschillende avonden gebeurd. Door de heer Roosenboom zijn suggesties gedaan, waarmee de raad het voor een deel eens en voor en ander deel oneens is. De heer Roosenboom dient het aangekondigde amendement in. De Voorzitter neemt het amendement in ontvangst en leest dit voor. Amendement A-10-05 “Aan de Voorzitter van de raad; Raadsvergadering d.d. 29-06-2010; Indiener: E. Roosenboom, Ondernemend Berkelland; Voorstel tot wijziging van raadsvoorstel nr. 13: Voorjaarsnota 2010, onderdeel Handhaving permanente bewoning recreatiewoningen; Tekst wijzigingsvoorstel: - Blz. 33: ‘Overheveling budget’. Tweede alinea vervalt integraal. ‘In de najaarsnota is besloten het niet bestede budget voor handhaving permanente bewoning recreatiewoningen over te hevelen naar 2010. Dit is gebeurd door het overgebleven budget 2009 bij de jaarrekening in de algemene reserve te storten. Om het budget in 2010 te kunnen gebruiken moet het nu weer onttrokken worden aan de algemene reserve. Voor handhaving permanente bewoning recreatiewoningen gaat het om een bedrag van € 176.980,=.’ - Blz. 34 punt 3.4 overig ruimtelijk beleid. Post ‘Overheveling budget handhaving permanente bewoning 2010’ ad € 176.980 vervalt. - Blz. 50 mutaties reserves 2010. Post ‘Onttrekking algemene reserve budget 2009 handhaving permanente bewoning recreatiewoningen ad – € 176.980’ vervalt - Raadsbesluit: Punt 9 aanhef onder c. vervalt. Toelichting: Gelet op de forse bezuinigingstaakstelling op de ambtelijke organisatie ligt het in de rede om ten behoeve van de handhaving op het terrein van de permanente bewoning van recreatiewoningen de reeds in ambtelijke dienst zijnde handhavers in te schakelen en daarmee af te zien van inhuur van derden, die belast zijn met deze handhaaftaak. Ondertekening en naam: E. Roosenboom (fractie Ondernemend Berkelland).”
25
De Voorzitter stelt voor de vergadering kort te schorsen, waarna het college kan reageren. Hij vraagt of vóór de schorsing eventuele moties en amendementen kunnen worden ingediend. De heer Roekevisch vraagt of er niet meer moties en/of amendementen worden ingediend. De Voorzitter constateert, dat er geen moties en amendementen meer worden ingediend. Eventueel kan na de reactie door het college alsnog een motie en/of amendement worden ingediend. Hij schorst de vergadering voor circa 10 minuten. Na heropening van de vergadering geeft de Voorzitter het woord aan de collegeleden. Hij verzoekt niet te interrumperen. Na de reactie door het college, kan worden gereageerd op eventuele moties en amendementen. De heer Scharenborg merkt op, dat het college behoefte heeft om in te gaan op het proces ‘samen anders’. Omdat er toch een aantal onduidelijkheden en wellicht misverstanden in woordgebruik aanwezig zijn. Het college heeft niet klakkeloos een aantal zaken neergezet, om daarmee te verschralen, maar deze omslag is nadrukkelijk gerealiseerd om er voor te zorgen, dat de maatschappij juist met zich zelf betrokken is en verantwoordelijkheid neemt voor zaken die van belang zijn. De maatschappij dient hierin eigen keuzes te maken en de rol van de overheid staat daarbij ter discussie. De overheid trekt zich meer terug, kijkt wat de bevolking zelf kan en schept waar nodig - faciliteiten om aanvullend te opereren en eventueel regie te voeren. Dit proces wordt als volgt aangepakt. De instituties, die in Berkelland aanwezig zijn, zijn niet leidend. Het gaat om de doelen, die worden gesteld, naar de doelgroepen. Als voorbeeld noemt hij de muziek. Het college wil er voor zorgen, dat de jeugd op basisschoolleeftijd algemene muzikale vorming krijgt en daarin wordt toegerust voor de rest van het leven. Er wordt dus niet uitgegaan van de doelstelling ‘wat willen we met de muziekschool’, maar ‘wat willen we aanleveren voor de doelgroep jeugd’. Een ander voorbeeld is de bibliotheek. Het college heeft als doelstelling er voor te zorgen, dat de jeugd kennis kan maken met boeken en andere digitale vormen van informatievoorziening op een manier die past bij deze tijd. Hiervoor is een aanzienlijk budget beschikbaar. Hetzelfde geldt voor WMO en CJG. Gekeken kan worden naar nieuwe vormen, zonder dat de vraag wordt gesteld ‘waar recht op aanwezig is’, maar waar wordt gevraagd ‘wat kan de burger zelf organiseren, want kan de burger zelf en heeft de burger aan de zijlijn assistentie nodig’. Die aanvliegroute wordt door het college gekozen. Hij zal hier op dit moment niet nader op in gaan; die mogelijkheid komt nog. Spreker gaat dieper in op het proces, dat het college heeft uitgestippeld. Deze week gaan brieven uit naar de partijen, die rechtstreeks worden getroffen door de bezuinigingen of subsidievermindering in de komende jaren. In een aantal situaties is hier overleg met de portefeuillehouder aan vooraf gegaan. Indien dit nog niet is gebeurd, wordt in de brief aangekondigd, dat dergelijk overleg op korte termijn zal gaan plaatsvinden. Hij stelt bovendien, dat degenen, die schriftelijk hebben gereageerd naar aanleiding van het coalitie akkoord, op een nette en verantwoorde manier een reactie van het college kunnen verwachten. Hier hebben de burgers en instellingen recht op. De komende periode zal het lastiger zijn, om iedereen te kunnen bereiken. Na de zomerperiode zullen dan ook de inhoudelijke gedachtenwisselingen worden gestart met de doelgroepen of degenen, die daarvan grote kennis hebben. Op die manier kan de beste aanvliegroute worden bepaald en wordt bekeken hoe de doelstellingen en middelen tot resultaat kunnen leiden voor de komende vier jaar. Daarbij wordt nadrukkelijk gekeken naar de doelgroepbenadering. Overigens zijn niet alle bezuinigingen voor 1-1-2011 voor 100% ingeboekt.
26
Als bestuurder is het college zich er van bewust, dat partijen de kans moeten krijgen te anticiperen op de ontwikkelingen. Er is dus sprake van een overgangsperiode, die past bij normaal, goed bestuurlijk opereren. Dit kan per partij verschillend zijn, maar er zullen enkele jaren mee gemoeid zijn. In tegenstelling tot de opmerking, dat bij de provincie toch netter werd gewerkt, wijst hij er op, dat bij de provincie exact dezelfde lijn is gevolgd. Eerst is overlegd tussen de coalitiepartijen, waarna een voorstel is gedaan. Vervolgens zijn brieven verzonden en de komende tijd zullen de meeste gesprekken plaatsvinden. Provinciale Staten doen hun keuzes dus vergelijkbaar met de keuzes in de gemeente Berkelland. Het coalitie akkoord loopt vooruit op de brieven die worden verstuurd, daarin zit het verschil ten opzichte van de provincie, maar dat verschil vloeit voort uit het moment van de verkiezingen. Met betrekking tot de opmerkingen van de heer Meijerink over krimp, kwaliteit van wonen en het gevoel van leefbaarheid stelt hij, dat het rapport van de heer Thissen namens de Vrije Universiteit in Amsterdam met name is ingegaan op de leefbaarheid als beleving door burgers. Dit was minder gerelateerd aan het aantal voorzieningen in een kern en meer gelet op de onderlinge betrokkenheid en een prettige leefomgeving met de buren. Tijdens de vorige raadsperiode was de heer Meijerink portefeuillehouder voor de kleine kernen. Spreker constateert dat het eenvoudiger is om over leefbaarheid, betrokkenheid en verantwoordelijkheid te spreken met burgers, op het niveau van kleine kernen ten opzichte van de grote kernen. De onderlinge cohesie in kleine kernen is gemiddeld namelijk groter. Dit is een algemene benadering. Getracht wordt in de aanpak groepen te vinden, die de verantwoordelijkheid willen en kunnen dragen voor hun eigen omgeving. De overheid dient dit niet per definitie allemaal te organiseren. Er is dus een belangrijke rol weggelegd voor de burger. Ook op het gebied van WMO, zorg en maatschappelijk werk is veel georganiseerd. Er zijn veel instituties mee bezig. Waar het om gaat is niet het mechanisme van de overheid voor overlegstructuren, bureaucratisering en verantwoording, maar wat op de werkvloer door burgers en instellingen zelf kan worden gedaan. Dat wil het college faciliteren. Het is dus niet meer de bedoeling, dat prestatieafspraken worden gemaakt, maar juist dat de verantwoordelijkheid wordt doorgegeven aan de burger, groepen van burgers en instellingen. Ten aanzien van de plattelandsvernieuwing stelt spreker, dat de Gebiedscommissie Berkelland gewaardeerd wordt voor haar werk gedurende de afgelopen vijf jaar. In het proces van transitie op het gebied van plattelandsontwikkeling wordt er nadrukkelijk voor gekozen om de gebiedscommissie in deze vorm en met deze taakstelling niet in stand te houden, maar een ander overleg te realiseren, waarbij de direct betrokkenen bij de ontwikkelingen op het platteland 2 à 3 keer per jaar kunnen worden geconsulteerd en om advies worden gevraagd op beleidsmatig niveau. Op die manier zal de gebiedscommissie op beleidsniveau anders worden georganiseerd. De heer Markink komt terug op de opmerkingen van de heer Meijerink inzake het ontharden van wegen. Het college is van plan hier serieus naar te gaan kijken en de situatie niet alleen te bestuderen, maar met name in het buitengebied in sommige situaties tot ontharding over te gaan. Hier moeten overigens niet te grote verwachtingen van uitgaan. De toenmalige functie van de ruilverkaveling is daardoor in feite achterhaald. Door mevrouw Pot is gewezen op de begraaftarieven en de stijging hiervan met 18%, zoals in de voorjaarsnota is vermeld. Deze keuze is door de coalitie gemaakt, maar zal niet per 11-2011 van kracht worden. De genoemde 18% staat voor ongeveer € 100.000,=. Het tekort dat in het kader van kostendekkendheid aanwezig is, bedraagt circa € 300.000,= op jaarbasis. Een derde deel wordt hiervan ingevuld. Oudere graven, met soms langjarige en soms eeuwigdurende afspraken voor beheer en onderhoud, kunnen niet in tarief worden aangepast. Dit houdt in, dat nieuwe graven een tariefstijging zullen doormaken. Naar aanleiding van diverse begrotingen en tarieven, zal het college hier bij de raad op terug komen. Met betrekking tot het CJG merkt hij op, dat een CJG niet een fysiek centrum hoeft te zijn. Er dient een nadrukkelijke koppeling met andere functies aanwezig te zijn.
27
Een koppeling aan consultatiebureaus lijkt een reële mogelijkheid. Het CJG is dus niet iets fysieks, maar heeft een coördinerende taak, zodat het aanbod van ondersteuning kan worden gebundeld. De koppeling aan consultatiebureaus lijkt daardoor logisch. Ten aanzien van het open houden van de vier servicepunten stelt hij, dat dit aspect nader zal worden bekeken, na de realisatie van de nieuwbouw bij het gemeentehuis. Ook hier zijn niet de stenen van belang, maar betreft het de taak. Indien burgers fysiek of via internet niet de gemeentelijke producten kan bereiken, kan hiervoor een andere oplossing worden gevonden. Daartoe hoeven niet alle servicepunten in stand te worden gehouden, maar kan een meer moderne vorm van dienstverlening gestalte worden gegeven. De Voorzitter reageert als portefeuillehouder op het probleem van jeugdoverlast en het verzoek van de heer Roosenboom tot het inzetten van particuliere beveiligers. Hierover is krachtig gediscussieerd. Spreker is blij, dat het ingezette beleid – na de turbulente tijd afgelopen herfst – zijn vruchten begint af te werpen. Uit de cijfers blijkt een aanzienlijke daling van overlastmeldingen. Overigens blijft de situatie ongewis en licht ontvlambaar. Hij uit zijn waardering voor de fracties die meedenken, om iets innovatiefs te kunnen realiseren om het resterende probleem op te lossen. Particuliere beveiligers kunnen een goed idee zijn, maar zij beveiligen objecten en mensen. Om echter het probleem van de jeugdoverlast te kunnen aanpakken, is een meer complexe aanpak nodig. Dit vereist professionaliteit, die bij de politie, jongerenwerkers en de juiste veldwerkster aanwezig is. Spreker waardeert het initiatief voor het innoverende idee van de particuliere beveiligers, maar wijst het idee af, om meerdere redenen. Met betrekking tot het ingediende amendement over handhaving bij permanente bewoning van recreatiewoningen stelt hij, dat een aantal wijzigingsvoorstellen wordt ingediend, vanuit de gedachte om zelf tot handhaving over te gaan. Hij brengt de raad in herinnering, dat in 2007 bewust voor het huidige traject is gekozen. Er moet iets aan de handhaafzaken worden gedaan. In 2007 is al geconstateerd, dat de organisatie deze taak niet aan kan. De raad heeft destijds € 200.000,= beschikbaar gesteld, om deze taak uit te besteden in een turnkey project. Hiertoe zijn PSC in Woerden en De Vries Juristen benaderd. Het heeft lang geduurd, voordat de bedrijven hun werkzaamheden konden starten, omdat het College Persoonsbescherming eerst toestemming moest geven vanwege de privacywetgeving. Het proces is in gang gezet en het veldwerk is verricht. Tot nu toe is € 80.000,= uitgegeven en na het Europese aanbestedingsproces is een contract gesloten met PSC en De Vries Juristen. Momenteel wordt uitvoering gegeven aan het feitelijke handhaaftraject, waardoor in bundels van 10 à 15 de 100 handhaafzaken zullen worden aangepakt. In dit turnkey project wordt vanaf het begin, tot en met de laatste juridische stap gewerkt. Het college heeft er alle vertrouwen in dat het project goed zal worden afgerond. Gelet op situatie, zal het open breken van het contract meer geld kosten dan het amendement waard is. Op grond daarvan ontraadt het college het amendement. De heer Boer zegt eerst op een aantal financiële opmerkingen te zullen ingaan, in relatie tot de gepresenteerde tegenbegroting. Het college begrijpt, dat een aantal bezuinigingsposten aanwezig is, waar vraagtekens bij zijn geplaatst. De oppositie heeft eveneens posten met vraagtekens in de tegenbegroting staan, zoals open source software. Hier is 25-05-2010 al over gesproken. Hij gaat in op de feitelijke onjuistheden, om te voorkomen, dat het debat in de raad wordt vertroebeld. *Het voordeel van € 512.000,= dat op de tegenbegroting wordt ingeboekt bij de voorjaarsnota vervalt door de juni circulaire. Het is niet juist, dat de drie oppositiepartijen opmerken, dat het college hierdoor eveneens een probleem heeft. Het voordelige saldo van de voorjaarsnota is namelijk in de plannen van het college niet als dekking gebruikt. *Op de post plattelandsvernieuwing wordt € 80.000,= meer bezuinigd, dan in de begroting is meegenomen.
28
*Bij de inzet van NUON gelden wordt een bedrag ingeboekt bij de tegenbegroting, zonder dat het dividendverlies hierop in mindering wordt gebracht. *Door mevrouw Pot is opgemerkt, dat drie zwembaden te veel is. Het college heeft echter een toelichting gegeven, dat dit niet juist is, maar daarvoor is geen alternatieve dekking gevonden. Wanneer hij alle genoemde posten optelt, inclusief het zwembad, is € 1.750.000,= niet gedekt. Hij gaat niet in op posten die in meer of mindere mate haalbaar zouden zijn, maar somt slechts feitelijke onjuistheden op uit de tegenbegroting. Daarnaast komt hij terug op de vraag van de heer Meijerink over de raadzaal. Volgens hem heeft het college een uitgebreid antwoord verstrekt over de dekking. Hij licht toe, dat wanneer een bezuiniging wordt ingeboekt op de nieuwbouw van het gemeentehuis ad € 2 miljoen, dit een structureel voordeel van € 188.000,= per jaar oplevert. Dat bedrag staat vermeld in het coalitie akkoord. Indien via een voorstel voor de kosten van de raadzaal uit dit bedrag wordt geput, dan heeft dat een negatief effect van € 7.000,= op de genoemde € 188.000,=. Het college begrijpt, dat de raad geld wenst vrij te maken voor aanpassingen in de raadzaal, bijvoorbeeld voor de geluidsinstallatie, maar dit moet niet leiden tot een niet dekkend coalitie akkoord. Het college heeft bewust geadviseerd, om het voorstel te parkeren en tijdens behandeling van de voorjaarsnota te komen met een alternatief voorstel. Een mogelijkheid hiertoe was, om het bedrag uit het raadsbudget te halen, maar hier kan het college niet over beschikken. Gelet daarop is een hernieuwde versie van de aanbiedingsbrief bij de voorjaarsnota verschenen, waarin de betreffende tekst is aangepast. Ten aanzien van de vraag omtrent de WWB boven 27 jaar van de Wet investering in jongeren, geeft hij toe, dat de tekst in het voorstel ongelukkig is geformuleerd. Het is niet de bedoeling om boven 27 jaar geen gelden beschikbaar te stellen, maar om dit alleen te doen indien sprake is van een toegevoegde waarde. In dat kader zouden ook andere trajecten van reïntegratie beter toepasbaar kunnen zijn, waarvoor in dat geval gekozen zou moeten worden. Het betreft dan ook een optie voor de beste keuze. De Voorzitter merkt op, dat in het presidium is afgesproken, dat de raad nu kan ingaan op de amendementen en moties. Hij vraagt of de raad nog moties en/of amendementen wenst in te dienen. De raad heeft hieraan geen behoefte. De Voorzitter biedt de gelegenheid in te gaan op het ingediende amendement. De heer Pelle doet een voorstel van orde. Door de Voorzitter is verzocht om niet te interrumperen tijdens de reactie door collegeleden. Hij vraagt of na deze reactie niet meer mag worden gereageerd op hetgeen naar voren is gebracht. De Voorzitter licht toe, dat in het presidium is afgesproken, dat de voorjaarsnota in het duale systeem wordt behandeld door de raad, in een onderlinge discussie. Dat is in eerste termijn schriftelijk en vanavond mondeling gebeurd. Daarna heeft het college – na een korte schorsing – gebruik gemaakt van zijn mogelijkheid om te reageren op vragen. Het woord is nu aan de raad voor het indienen van eventuele moties en/of amendementen, maar niet voor een derde termijn. Hij begrijpt dat de fracties zouden kunnen reageren op hetgeen door het college naar voren is gebracht, maar dat is niet overeenkomstig de afspraak. De heer Pelle zegt dat in het verleden wel mogelijkheden zijn geboden, om te reageren op de beantwoording door het college. De Voorzitter zegt zich te houden aan de afspraken, die in het presidium zijn gemaakt.
29
Daarnaast bestaat de mogelijkheid voor een schorsing, ten behoeve van het indienen van een motie en/ of amendement. Spreker staat echter geen derde termijn toe. Hij vraagt of de raad behoefte heeft aan een schorsing dan wel aan indiening van moties en/ of amendementen. Mevrouw Pot merkt op, dat zij geen motie en/of amendement wenst in te dienen. Het moet haar wel van het hart, dat zij behoefte had om te reageren op een aantal uitspraken door het college. Dit is niet afgesproken in het presidium, dus die kans gaat over. De Voorzitter stelt, dat dit een punt is voor de evaluatie van behandeling van de voorjaarsnota. De heer Pelle wijst er op, dat er in het verleden altijd wel kon worden gereageerd. De Voorzitter handhaaft zijn standpunt, overeenkomstig de afspraken in het presidium. De raad heeft geen behoefte aan schorsing, noch aan het indienen van moties en/of amendementen. Amendement A-10-05 De heer Roekevisch wenst kort in te gaan op het ingediende amendement. De VVD fractie heeft nooit behoefte gehad aan handhaving richting permanente bewoning van recreatiewoningen. Eigenlijk zou zijn fractie het amendement moeten steunen. Gelet op de democratie is zijn fractie echter tegen het amendement. De heer Roosenboom stelt dat inderdaad in 2007 is afgesproken, dat de organisatie het handhaaftraject niet zou kunnen klaren. Hij heeft een aantal brieven van De Vries Juristen onder ogen gekregen, waarvan hij kromme tenen kreeg. Hij mist in het verhaal van de portefeuillehouder hoe lang het afgesloten contract loopt en wat het kost om het contract te ontbinden. De Voorzitter deelt mede dat het contract drie jaar loopt. Hij wijst er op, dat nu over de stemming van het amendement zal worden gesproken en geen inhoudelijke discussie meer kan worden gevoerd. De heer Roosenboom handhaaft het idee, om de handhaving binnen de eigen organisatie op te pakken. Hij betreurt, dat hij nog weinig medestanders krijgt. De heer Nijhuis merkt op, dat de fractie van GroenLinks in 2007 de lijn van het college heeft gesteund. Zijn fractie steunt deze lijn nog steeds. Bovendien is het vanwege de bestaande contracten praktisch om het amendement niet te steunen. De fractie van GroenLinks steunt het amendement dan ook niet. De heer Roosenboom merkt op, dat hij zich heeft laten overtuigen en trekt het amendement in. De Voorzitter concludeert dat amendement A-10-05 is ingetrokken. Collegevoorstel De Voorzitter vraagt of hoofdelijke stemming gewenst is. Mevrouw Pot wenst een stemverklaring af te leggen. Zij heeft in tweede termijn aangegeven, dat haar fractie moeite heeft met de hoogte van de begraaftarieven. Op grond daarvan zal de fractie van Gemeentebelangen de voorjaarsnota niet steunen.
30
De Voorzitter vraagt – via handopsteken – wie voor de voorjaarsnota is. De stemming geeft het volgende beeld: Voor het collegevoorstel omtrent de voorjaarsnota stemmen: de fracties van D66, GroenLinks, PvdA, Ondernemend Berkelland, VVD en CDA (25 stemmen). Tegen het collegevoorstel omtrent de voorjaarsnota stemt: de fractie van Gemeentebelangen (3 stemmen). Hierdoor is het collegevoorstel aangenomen met 25 stemmen voor en 3 stemmen tegen. 14. Restauratie vier gemeentelijke kerktorens. De heer Mulkens merkt op, dat hij een motie wenst in te dienen. Het ondertekende exemplaar ligt reeds bij de Voorzitter op tafel en is voldoende duidelijk, waardoor hij afziet van het verstrekken van een nadere toelichting. De Voorzitter neemt de motie in ontvangst en leest deze voor. Motie M-10-10 “Motie naar aanleiding van agendapunt 14 van de raad d.d. 29-06-2010; De raad van de gemeente Berkelland, in vergadering bijeen d.d. 29-06-2010; Onderwerp: restauratie/onderhoud kerktorens; De raad, overwegende dat: - de vigerende afspraken met betrekking tot onderhoud aan gemeentelijke eigendommen nagekomen moeten worden; - het onderhoud en het beheren van kerktorens weliswaar nu nog een verantwoordelijkheid van de gemeente is, maar zeker geen gemeentelijke kerntaak is; Verzoekt het college: a. een onderzoek te starten, waaruit moet blijken of de kerktorens - na restauratie/onderhoud – overgedragen kunnen worden aan belanghebbende organisaties, dan wel aan een speciaal voor dit doel op te richting stichtingsvorm, die mogelijk door middel van subsidies, fondsenwerving en kennis ter zake deze objecten beter kan beheren; b. bij het voorgestelde onderzoek dienen ook andere, daarvoor in aanmerking komende gemeentelijke onroerende goederen, zoals (water)molens, kastelen, havezaten betrokken te worden; c. aan de hand van genoemd onderzoek aan te geven welke besparing op welke termijn verwacht mag worden; En gaat over tot de orde van de dag. Ondertekening en naam: F.H.C. Mulkens (VVD fractie), J. Kuipers-Berfelo (fractie van D66), J. Jonk (CDA fractie), S. Nijhuis (fractie van GroenLinks), D. Meijerink (PvdA fractie), J. PotKlumper (fractie van Gemeentebelangen), E. Roosenboom (fractie van Ondernemend Berkelland).” De heer Pelle brengt naar voren, dat de raad via mail heeft vernomen, dat er nog geen definitieve toezegging van de provincie is ontvangen voor de financiële bijdrage. Hij gaat er van uit, dat het college de raad zal benaderen wanneer geen subsidie zal worden verstrekt, want in dat geval is sprake van een andere financiële positie. De heer Slotboom merkt op, dat zijn fractie instemt met het collegevoorstel, vooral om de financiële bijdrage veilig te kunnen stellen. Met betrekking tot de motie zegt hij dat het hoofddoel niet is, om te komen tot vervreemding van de gebouwen, maar om het beheer en onderhoud op een voor de gemeenschap meer efficiënte wijze te regelen. Dit kan door het onderbrengen van het culturele erfgoed in een stichting.
31
Uit eigen onderzoek door de fractie van D66 is gebleken, dat diverse gemeenten hiervan reeds gebruik hebben gemaakt. Vanuit dergelijke stichtingen kan beter en meer beroep worden gedaan op subsidies van fondsen en andere organisaties. De heer Nijhuis sluit zich bij de vorige sprekers aan. De heer Jonk zegt, dat de CDA fractie volledig instemt met het onderhavige voorstel. Hij verzoekt om nadere toelichting van het college omtrent de motie. De handtekening van zijn fractie staat onder de motie, maar toch heeft hij een voorwaarde. In de motie wordt gesproken over overdracht aan belanghebbende organisaties. Het CDA is goed van vertrouwen en vertrouwt het college volledig. Toch wenst hij nadere toelichting over de andere organisaties, die in aanmerking zouden kunnen komen voor het eigendom van een kerktoren. Zijn fractie heeft hierover diepgaand gesproken. Er is maar één belanghebbende organisatie – buiten het kerkbestuur – namelijk een telecom bedrijf, die er een antenne op kan plaatsen. Hier heeft zijn fractie minder vertouwen in. Wanneer het bedrijf de gerestaureerde kerktoren koopt en er een mooie antenne op plaatst, zou verder niets met de kerktoren kunnen gebeuren, vanwege het ontbrekende commerciële belang. Het gevolg hiervan zal zijn, dat de kerktoren over 50 jaar in deplorabele toestand verkeert. Dit is een negatief scenario, waarmee wordt aangegeven, dat de situatie niet denkbeeldig is. Hij verzoekt om de toezegging van het college, dat eventuele andere organisaties vooraf kritisch beoordeeld worden. De voorkeur van zijn fractie gaat uit, naar het idee van D66 om bijvoorbeeld de St. Gelderse Kasteelen in te schakelen. Indien sprake is van een andere organisatie, wenst zijn fractie de garantie te verkrijgen, dat niet alleen de zendmast van belang zal zijn. De heer Roosenboom sluit zich aan bij de vorige sprekers. Het is een goed idee, om een stichting in het leven te roepen, die veel beter kan onderzoeken waar subsidies te halen zijn. Zijn fractie steunt de motie en de plannen. De heer Markink licht toe, dat naar aanleiding van de commissievergadering van vorige week is nagevraagd hoe het staat met de provinciale bijdrage. Helaas is de beschikking nog niet ontvangen. Spreker zegt toe, dat het college de raad zal benaderen, indien er geen beschikking komt. In dat geval zal niet met de werkzaamheden worden gestart. Hij gaat er overigens van uit, dat een provinciale bijdrage zal worden verstrekt. Spreker bedankt voor de steun aan het voorstel. Met betrekking tot de motie concludeert hij, dat deze door alle fracties is ondertekend. Hij merkt op, dat het college bereid is het onderzoek te starten, dat in de motie wordt genoemd. Hij bedankt voor het vertrouwen in het college, zoals door de heer Jonk verwoord. Door de heer Jonk is nadere nuancering aangebracht ten aanzien van de vervreemding van kerktorens. De aspecten van christelijke cultuurhistorische perspectieven en tradities zullen in het onderzoek meegewogen worden. Er kan geen sprake zijn van alleen een zendmast. Dat is niet de bedoeling van het college. Overigens zijn de meeste kerktorens monumenten en in dat geval is een zendmast niet mogelijk. Bekeken zal worden welke besparingen mogelijk zijn en op welke termijn. Dit zal waarschijnlijk betrekking hebben op de efficiency, want tot nu toe moet telkens worden uitgezocht welke instantie verantwoordelijk is voor welke taak. Geconcludeerd is, dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor kerktorens. Hier kan efficiënter op worden ingegaan. Bij andere gemeentelijke onroerende goederen kan de verhouding anders zijn. Hij beaamt dat het onderbrengen van dergelijke gebouwen bij stichtingen meer mogelijkheden biedt voor het werven van fondsen en subsidies. Spreker stelt, dat het college de motie overneemt en hiermee aan de slag zal gaan. De Voorzitter brengt het collegevoorstel in stemming en leest het besluit voor.
32
Raadsbesluit tot: Het beschikbaar stellen van een krediet van € 545.000,= voor de restauratie van de torens van de Nederlands Hervormde kerken in Eibergen, Geesteren en Rekken en hiervan € 295.000,= te dekken uit de reserve onderhoud gebouwen. Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel. Motie M-10-10 De Voorzitter concludeert dat de motie is overgenomen door het college en daarom niet in stemming hoeft te worden gebracht. De heer Bouwmeesters verzoekt toch een stemverklaring te mogen afleggen. Hij had in principe tegen de motie willen stemmen om de volgende redenen. In de motie staat, dat kerktorens geen gemeentelijke kerntaak betreffen, maar in het kader van cultuurhistorisch, christelijk erfgoed betwijfelt hij dit. Dit punt dient goed in de gaten te worden gehouden. Daarnaast heeft hij minder vertrouwen in de situatie en heeft hij zwaarwegende bezwaren tegen de zinsnede uit de motie ‘aan belanghebbende organisaties dan wel…’ Spreker kan hiermee niet instemmen en zou op grond daarvan tegen de motie hebben gestemd. De Voorzitter wijst er op, dat de motie door het college is overgenomen. De stemverklaring is duidelijk, is opgenomen en wordt verwerkt in de notulen. Overigens betreffen alle kerktorens Rijksmonumenten, waar niet zo maar iets aan kan worden bevestigd. De motie is overgenomen door het college. 15. Rondvraag. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. 25. Sluiting. De Voorzitter wenst allen een plezierig zomerreces, dat iedereen verdiend heeft. De raad zal op 14-09-2010 opnieuw bijeen komen. Niets meer aan de orde zijnde sluit de Voorzitter om 20.45 uur de vergadering.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 14 september 2010 de griffier,
de voorzitter,
33