Methodebeschrijving Your Right 2Choose! Databank Effectieve interventies huiselijk geweld
Deze methodebeschrijving is gemaakt door: Els Kok MOVISIE
[email protected] Els Kok is senior projectleider van het programma Effectiviteit & Vakmanschap van MOVISIE. Januari 2013 Voor meer methodebeschrijvingen en eventuele vragen en/of reacties kunt u terecht bij: www.movisie.nl/effectievesocialeinterventies of www.huiselijkgeweld.nl/interventies/effectieveinterventies Deze methodebeschrijving is mogelijk gemaakt door het Ministerie van Veiligheid en Justitie.
Het werkblad dat gebruikt is voor het maken van deze methodebeschrijving, is deels gebaseerd op het Werkblad beschrijving interventie van het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) en het RIVM.
2 * * * Your Right 2Choose!
Inhoudsopgave Inleiding: leeswijzer
04
Samenvatting
05
1.
Beschrijving methode 1.1 Probleemomschrijving 1.2 Doel van de methode 1.3 Doelgroep van de methode 1.4 Indicaties en contra-indicaties 1.5 Aanpak 1.6 Materiaal 1.7 Uitvoerende organisaties 1.8 Benodigde competenties van de uitvoerder 1.9 Overige randvoorwaarden 1.10 Overeenkomsten en verschillen met andere interventies 1.11 Contactgegevens ontwikkelaar
08 08 09 09 10 10 12 13 13 14 14 15
2.
Onderbouwing 2.1 De ontwikkelgeschiedenis van de methode 2.2 Onderbouwing van de probleemanalyse, doel, doelgroep en aanpak
16 16 17
3.
Onderzoek naar praktijkervaringen 3.1 Praktijkervaringen van de uitvoerder 3.2 Praktijkervaringen van de cliënt/burger 3.3 Praktijkvoorbeeld
19 19 19 19
4.
Effectonderzoek 4.1 Directe aanwijzingen voor de effectiviteit 4.2 Indirecte aanwijzingen voor de effectiviteit
20 20 20
5.
Conclusies 5.1 Samenvatting werkzame elementen 5.2 Samenvatting effectonderzoek
21 21 21
6
Verantwoording 6.1 Zoeken en selecteren van literatuur 6.2 Literatuur
22 22 22
Bijlage 1: Toelichting effectonderzoek
24
Your Right 2Choose! * * * 3
Inleiding: leeswijzer Professionals worden geconfronteerd met een wirwar aan informatie waar ze een weg in moeten vinden. Die informatie is vaak versnipperd en daardoor weinig toegankelijk. In de Databank Effectieve sociale Interventies brengen wij methoden bij elkaar waarmee de sociale sector werkt. De methodebeschrijvingen op het gebied van huiselijk geweld zijn ook beschikbaar via de Databank Effectieve interventies huiselijk geweld. De websites vindt u in het colofon. De methodebeschrijvingen geven een zo volledig mogelijk beeld van alle beschikbare informatie over een methode. Als hulpverlener, preventiewerker of politiefunctionaris kunt u hiermee vaststellen of de methode geschikt is voor de situatie waarin u of uw organisatie intervenieert. Als gemeente kunt u zich op de hoogte stellen van de methoden die er zijn en wat er bekend is over de effectiviteit. Op basis daarvan kunt u met organisaties in uw gemeente in gesprek gaan over de inzet van deze methoden. Indien u besluit om met de methode aan de slag te gaan, verwijzen we u naar de ontwikkelaar voor het handboek en eventuele andere beschikbare materialen. De methodebeschrijving is opgebouwd langs vier lijnen. Onderdeel 1 van dit document beschrijft de methode zelf, zoals de doelen, de doelgroep en de aanpak. Onderdeel 2 laat de onderbouwing van de methode zien: de visies, theorieën en wetenschappelijke onderzoeken die de ontwikkelaar heeft gebruikt bij het ontwikkelen van de methode. Onderdeel 3 geeft zicht op de praktijkervaringen van de professional en de cliënt/burger met de methode. Onderdeel 4 geeft inzicht in wat er wetenschappelijk bekend is over de effectiviteit van de methode. De methodebeschrijving is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de ontwikkelaar van de methode. Zo levert de ontwikkelaar informatie aan en geeft deze feedback op het concept en toestemming voor publicatie. De methode wordt uitgebreid in kaart gebracht. Dit kan ontwikkelaars op hun beurt een impuls geven voor verdere ontwikkeling van de methode. Een methode staat dus niet stil, de beschrijvingen zullen dan ook regelmatig worden herzien. De methodebeschrijving is gebaseerd op een systematische zoektocht naar informatie. Bij die zoektocht werken de onderzoeker die de methodebeschrijving maakt en een informatiespecialist van de afdeling Kennisstromen van MOVISIE intensief samen. Bij het zoeken van informatie over methoden zijn doorgaans de volgende zoekstrategieën toegepast: het inwinnen van informatie bij de ontwikkelaar, uitvoerende instanties en/of eventuele onderzoekers van de methode, het doorzoeken van Nederlandse en/of internationale databanken, het checken van referenties van reeds gevonden informatiemateriaal en een internet deskresearch. De zoektocht is daarbij gericht op een breed spectrum aan informatiebronnen, variërend van (ongepubliceerde) verslagen van (interne) procesevaluaties of paneldiscussies tot wetenschappelijk (effect)onderzoek. De verantwoording van de toegepaste zoekstrategieën is in beknopte zin terug te vinden in onderdeel 6.1. De zoekgeschiedenis is uitgebreid vastgelegd in het archief van MOVISIE. Het relevante gevonden materiaal is terug te vinden in het literatuuroverzicht in onderdeel 6.2. Bij het effectonderzoek (onderdeel 4) wordt onderscheid gemaakt tussen directe en indirecte aanwijzingen voor effectiviteit. Een toelichting op dit onderscheid vindt u in bijlage 1. Om de tekst in de methodebeschrijving zelf laagdrempelig te houden, worden de belangrijkste onderzoekskenmerken en resultaten zoveel mogelijk in woorden beschreven. Wij wensen u veel inspiratie bij het lezen van deze methodebeschrijving.
4 * * * Your Right 2Choose!
Samenvatting
1. Beschrijving methode Doel De doelen van Your Right 2Choose! zijn: een bewustwordingsproces op gang brengen over het recht op vrije partnerkeuze, jongeren handelingsperspectieven aanreiken om dit recht te verwezenlijken hun professionele sociale omgeving motiveren tot en ondersteunen in het bespreekbaar maken van huwelijksdwang. Doelgroep De methode is gericht op jongeren uit niet-westerse culturen, vooral uit Turkse, Marokkaanse, Hindoestaanse, Somalische, Iraanse, Iraakse, Afghaanse, Pakistaanse, Koerdische, Chinese, Molukse en Roma gemeenschappen. Op de tweede plaats richt de methode zich op de sociale omgeving van deze jongeren. Aanpak Your Right 2Choose! geeft leerkrachten handvatten om huwelijksdwang bespreekbaar te maken. Met collega’s, klassikaal en individueel met leerlingen. De handleiding bevat informatie over huwelijksdwang en achterlating en uitgebreide verwijzingen naar achtergrondinformatie en -materiaal. De bijgevoegde ansichtkaarten bieden aanknopingspunten om klassikaal in gesprek te gaan. De signalenlijst helpt bij de vroegsignalering van huwelijksdwang en achterlating en kan worden gebruikt bij de overdracht naar eventuele hulpverlening. Een stappenplan, bestaand uit zeven stappen, geeft aan wat de mogelijke acties zijn bij signalen van huwelijksdwang. Your Right 2Choose! is ontwikkeld in het kader van een integrale multimediale campagne. Onderdeel van deze campagne is een gelijknamige website, gericht op jongeren, met informatie over huwelijksdwang en tips over (voorzorgs)maatregelen. Materiaal Your Right 2Choose! Vrije partnerkeuze en huwelijksdwang bespreken. Handleiding voor scholen, geschreven door L. Cinibulak, N. Meintser en P. Snelders, uitgegeven in 2010 door MOVISIE. Bij de handleiding hoort een set van tien ansichtkaarten: Your Right 2Choose! Tegen je wil trouwen? No way. Deze zijn ook te downloaden en kunnen op posterformaat worden geprint via www.huiselijkgeweld.nl. Een signalenlijst en een factsheet voor jongeren over het wat en hoe van huwelijksdwang zijn te vinden in de bijlagen van de handleiding. Beide zijn ook onderdeel van de toolkit voor professionals Huwelijksdwang, achterlating en eer, die in zijn geheel op www.huiselijkgeweld.nl te vinden is.
Your Right 2Choose! * * * 5
De website Yourright2choose.nl vormt de kern van de multimediale campagne. Uitvoerende organisaties De handleiding voor scholen is vooral geschikt voor het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. Ook andere onderwijsinstellingen en professionals die werken met jongeren met een allochtone achtergrond, bijvoorbeeld uit het jongerenwerk, kunnen de handleiding gebruiken. Ontwikkelaar MOVISIE Leyla Çinibulak 030 789 22 04 www.movisie.nl
2. Onderbouwing De methode Your Right 2Choose! is ontwikkeld op basis van gesprekken met professionals uit het werkveld en met jongeren. Daarnaast is gebruik gemaakt van ervaringen met buitenlandse interventies, in het bijzonder uit Zwitserland en Ethiopië. In de methode zijn aanbevelingen verwerkt die zijn voortgekomen uit een EU-project rond kennisuitwisseling over huwelijksdwang en achterlating. De aanbevelingen zijn geformuleerd op basis van ervaringen met good practices uit de betrokken landen (Daphne Programme of the European Commission, 2009).
3. Onderzoek naar praktijkervaringen Er zijn geen onderzoeken naar praktijkervaringen met deze methode bekend.
4. Effectonderzoek Er zijn geen effectonderzoeken naar deze methode bekend.
5. Samenvatting werkzame elementen Bewustwording en bespreekbaar maken van het recht op vrije partnerkeuze via het verstrekken van informatie. Positieve insteek: nadruk op het recht op vrije partnerkeuze in plaats van op huwelijksdwang. Integrale aanpak: bewustwording van zowel de jongeren zelf, de sociale omgeving als de professionals en zowel via school als via een multimediale aanpak. Heterogene benadering: de aanpak is niet gekoppeld aan een bepaalde religie of cultuur, zodat hij past bij een etnisch heterogene doelgroep en stereotypering met bijbehorende weerstand een minder grote rol speelt.
6 * * * Your Right 2Choose!
Jongeren krijgen handelingsperspectieven aangereikt: ze weten wat ze zelf kunnen ondernemen en waar ze hulp kunnen vinden. De signalenlijst helpt professionals signalen van huwelijksdwang en achterlating te herkennen en het stappenplan helpt hen actie te ondernemen.
Your Right 2Choose! * * * 7
1. Beschrijving methode
De beschrijving van de methode is gebaseerd op het volgende handboek: Your Right 2Choose! Vrije partnerkeuze en huwelijksdwang bespreken. Handleiding voor scholen, geschreven door L. Cinibulak, N. Meintser en P. Snelders, uitgegeven in 2010 door MOVISIE.
1.1 Probleemomschrijving Bij huwelijksdwang gaat het meestal om ouders die hun zoon of dochter een huwelijk en een bepaalde partner opdringen. Vaak oefent op de achtergrond ook de familie of de etnische gemeenschap druk uit. Die druk kan subtiel tot zeer dwingend zijn. Als jongeren tegen de wil van hun ouders toch kiezen voor een zelfgekozen partner, raken ze meestal het contact kwijt met de ouders of worden ze verstoten. Huwelijksdwang is een vorm van huiselijk geweld en van eergerelateerd geweld. In Nederland is huwelijksdwang strafbaar. Slachtoffers Slachtoffers kunnen meisjes en jongens zijn, homo en hetero, met en zonder een lichamelijke of verstandelijke beperking, woonachtig in Nederland of het buitenland. Huwelijksdwang komt in alle etnische en religieuze gemeenschappen voor, maar vooral in Turkse, Marokkaanse, Hindoestaanse, Somalische, Iraanse, Iraakse, Afghaanse, Pakistaanse, Koerdische, Chinese, Molukse en Roma gemeenschappen. Redenen voor huwelijksdwang Dat huwelijksdwang in Nederland voorkomt, is bekend van signalen van scholen, politie, hulpverlening en opvang. De precieze omvang is niet bekend. Er zijn verschillende redenen waarom ouders hun kinderen tot een huwelijk dwingen of een partner opdringen. Het kan bijvoorbeeld zijn uit angst voor een verkeerde partnerkeuze van de jongere, sociale druk uit de familie of gemeenschap, vasthouden aan tradities zoals bescherming van de familie-eer, afkeuring van het ‘te vrije’ westerse model van partnerkeuze, versterking van het (familie)netwerk of het verkrijgen van een Nederlandse verblijfsvergunning voor de partner uit het land van herkomst. Gevolgen De gevolgen voor degenen die zich blijvend verzetten, variëren van sociaal isolement, van school gehaald worden, mishandeling, verstoting tot ontvoerd worden en slachtoffer worden van eerwraak. Verzet heeft doorgaans voor meisjes ernstiger gevolgen dan voor jongens. De gevolgen voor degenen die zich erbij neerleggen, variëren van een kans op een slecht huwelijk met veel conflicten tot gezondheidsproblemen, zoals depressiviteit.
8 * * * Your Right 2Choose!
Te laat Leerkrachten, docenten en andere professionals die met jongeren werken, komen huwelijksdwang vaak pas op het spoor als het te laat is. Wij nemen bij het beschrijven van de omvang van het probleem de informatie uit het handboek van de methode als uitgangspunt. Wanneer u wilt beschikken over meer actuele of gedetailleerde informatie, verwijzen wij u naar www.cbs.nl, www.scp.nl, of www.huiselijkgeweld.nl/dossiers/campagne_huwelijksdwang.
1.2 Doel van de methode Bewustwording Het doel van Your Right 2Choose! is: een bewustwordingsproces op gang brengen over het recht op vrije partnerkeuze jongeren handelingsperspectieven aanreiken gericht op onderhandelen om dit recht te verwezenlijken professionals motiveren tot en ondersteunen in het bespreekbaar maken en signaleren van huwelijksdwang. Naam methode De nadruk van de methode ligt op het recht op een vrije partnerkeuze en niet op het onrecht van huwelijksdwang. Dit om de problematiek vanuit een positieve insteek aan de orde te kunnen stellen. De naam van de methode geeft deze positieve insteek weer en wordt door jongeren en professionals goed ontvangen en begrepen.
1.3 Doelgroep van de methode De methode is gericht op jongeren uit niet-westerse culturen, vooral uit Turkse, Marokkaanse, Hindoestaanse, Somalische, Iraanse, Iraakse, Afghaanse, Pakistaanse, Koerdische, Chinese, Molukse en Roma gemeenschappen. Op de tweede plaats richt de methode zich op de sociale omgeving van deze jongeren, dat wil zeggen hun ouders en andere familieleden, maar ook op leerkrachten, mentoren, huisartsen en andere professionals met wie zij te maken hebben. Diversiteit Omdat de doelgroep etnisch zeer heterogeen is, is gekozen voor een niet te specifieke benadering, zodat recht wordt gedaan aan de verschillende doelgroepen.
Your Right 2Choose! * * * 9
1.4 Indicaties en contra-indicaties In de documentatie over de methode worden geen specifieke indicatie- of contraindicatiecriteria gegeven.
1.5 Aanpak Your Right 2Choose! geeft leerkrachten handvatten om partnerkeuze en huwelijksdwang bespreekbaar te maken en om huwelijksdwang en achterlating te signaleren en te melden. De methode bevat een stappenplan voor het handelen bij signalen van huwelijksdwang (Çinibulak, Meintser & Snelders, 2010). Onderdeel integrale aanpak De handleiding is onderdeel van een integrale aanpak om huwelijksdwang vroegtijdig tegen te gaan. De totale aanpak betreft een preventie- en bewustwordingsproject voor jongeren van nietwesterse afkomst en hun sociale omgeving (familie, leefgemeenschap) en beroepskrachten die met jongeren werken. In het integrale project wordt de handleiding als ondersteuningsmateriaal voor beroepskrachten gezien. Bespreekbaar maken De handleiding geeft aan waarom het belangrijk is om huwelijksdwang te bespreken met collega’s en klassikaal met de groep. De eerste zichtbare signalen die op school gezien kunnen worden zijn bijvoorbeeld schoolverzuim, slechte schoolprestaties en sterke veranderingen in het gedrag. Lang niet alle beroepskrachten leggen het verband tussen schoolverzuim en huwelijksdwang of achterlating. Om te weten hoe signalen geïnterpreteerd moeten worden, is het nodig de problematiek rond huwelijksdwang te bespreken en er meer over te weten te komen. Een incident van huwelijksdwang of achterlating kan aanleiding zijn om met collega’s of met de klas te praten over huwelijksdwang. Als er geen aanleiding is, suggereert de handreiking om de bijgeleverde ansichtkaarten te gebruiken om een gesprek op gang te brengen. De ansichtkaarten kunnen op posterformaat geprint worden. Werkvormen voor klassikaal gebruik zijn bijvoorbeeld een debat met stellingen of een uitwisseling aan de hand van vragen over de ansichtkaarten. In de handreiking staan tips voor een open gesprek in een veilige sfeer, bijvoorbeeld over het gegeven dat onvrije partnerkeuze voorkomt in alle culturen, religies en sociale klassen, dus ook in autochtone Nederlandse gemeenschappen. Klassikaal bespreken van huwelijksdwang in het kader van mensenrechten en het maken van huwelijkskeuzes maakt het thema bespreekbaar zonder direct de scherpe kanten te hoeven raken. Leerlingen kunnen meer vrijuit praten en het is daarna voor hen minder bedreigend om hulp te vragen.
10 * * * Your Right 2Choose!
Signaleren en melden De signalenlijst van de methode is bedoeld om leerkrachten te informeren over gedragingen en situaties die een signaal kunnen zijn van geweld in afhankelijkheidsrelaties, waaronder huwelijksdwang. De signalen kunnen gebruikt worden om het gesprek met de leerling aan te gaan. In tegenstelling tot andere problemen waarmee leerkrachten geconfronteerd worden, is het bij huwelijksdwang juist zaak om niet altijd met de ouders in gesprek te gaan. Praten met de ouders of uithuisplaatsing kan juist gevaarlijk zijn en de situatie voor de betrokkenen in een stroomversnelling brengen. Voor melden en handelen, verwijst de handleiding naar de Wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, die onder andere scholen verplicht om een protocol te hebben voor het omgaan met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling. Stappenplan Het stappenplan begint vanaf het moment dat signalen worden herkend. De volgorde van de stappen is niet dwingend, wel is belangrijk om ze allemaal te doorlopen. Soms moeten stappen meerdere keren worden gezet. Het gaat om de volgende stappen. 1. Signalen concreet maken en in kaart brengen. 2. Overleg over de signalen met een deskundige collega of externe expert, bijvoorbeeld het zorg- en adviesteam van de school of een Steunpunt Huiselijk Geweld. 3. Gesprek met de leerling. 4. Gesprek met de ouder(s). Normaal gesproken worden ouder(s) altijd geïnformeerd en bij het overleg betrokken. Als de veiligheid in het geding is of als er andere goede redenen zijn om aan te nemen dat een gesprek de situatie verslechtert, kan hiervan worden afgezien. 5. Wegen van de informatie. 6. Beslissen om zelf hulp te organiseren of te melden. 7. Melden en overdragen. Campagne Sinds 2010 voert MOVISIE ieder jaar een campagne gericht op jongeren, hun familie en hun sociale omgeving. Voor jongeren en hun omgeving is er de website www.yourright2choose.nl met informatie over huwelijksdwang en achterlating en advies over (voorzorgs)maatregelen die ze kunnen nemen. Op de website kunnen jongeren hun ervaringen delen met anderen. De website wordt onder de aandacht gebracht via social media en andere kanalen. Beroepskrachten kunnen via dezelfde website en via www.huiselijkgeweld.nl een digitale toolkit downloaden (zie 1.6 Materiaal). De multimediale campagne start ruim voor de zomervakantie en is erop gericht potentiële slachtoffers van achterlating (in het land van herkomst) te voorzien van informatie. Het doel is om hen en hun sociale omgeving, waaronder leerkrachten, bewust te maken van het probleem en van hun handelingsmogelijkheden. De invulling van de campagne verschilt jaarlijks. Er worden oproepen en berichten verspreid via diverse media. Bij de eerste campagne in 2010 zijn jongeren via Schoolmagazine (oplage 750.000), YouTube en www.achterlating.hyves.nl geïnformeerd over waar zij hulp kunnen krijgen en hoe ze zich kunnen voorbereiden. In 2012 is een bekende Nederlander gevraagd de campagne te openen en konden jongeren deelnemen
Your Right 2Choose! * * * 11
aan een schrijfwedstrijd. De campagne is geen onderdeel van de methode, maar kan de methode versterken doordat zij leerkrachten aanknopingspunten biedt om met leerlingen in gesprek te gaan en van informatie voorziet en omdat de campagne jongeren op hun handelingsmogelijkheden wijst, waaronder in gesprek gaan met docenten (Çinibulak, 2009).
1.6 Materiaal 1. Handleiding Your Right 2Choose! Vrije partnerkeuze en huwelijksdwang bespreken. Handleiding voor scholen, geschreven door L. Cinibulak, N. Meintser en P. Snelders, uitgegeven in 2010 door MOVISIE. Bij de handleiding hoort een set van tien ansichtkaarten Your Right 2Choose! Tegen je wil trouwen? No way. Deze zijn ook te downloaden en kunnen op posterformaat worden geprint via www.huiselijkgeweld.nl. Een signalenlijst en een factsheet voor jongeren over het wat en hoe van huwelijksdwang zijn te vinden in de bijlagen van de handleiding. Beide zijn ook onderdeel van de toolkit over huwelijksdwang, achterlating en eer, die in zijn geheel op www.huiselijkgeweld.nl staat. 2. Toolkit De toolkit voor professionals over huwelijksdwang, achterlating en eer (MOVISIE, 2010) bestaat uit de volgende onderdelen. Your Right 2Choose! Vrije partnerkeuze en huwelijksdwang bespreken. De handleiding voor scholen met de bijbehorende ansichtkaarten. Signalenlijst. De signalenlijst Maatschappelijke vroegsignalering geweld in afhankelijkheidsrelaties kan professionals behulpzaam zijn bij het beslissen over vervolgacties (ook opgenomen in Handleiding). Huwelijksdwang, informatie voor professionals. Deze factsheet bevat in het kort informatie over huwelijksdwang en verwijst naar mogelijkheden om jongeren in risicovolle situaties te ondersteunen. Factsheet voor jongeren Wat en hoe over huwelijksdwang. De factsheet bevat tips en advies over hoe jongeren zelf kunnen handelen. Vertrouwenspersonen kunnen deze beknopte informatie over huwelijksdwang meegeven aan jongeren (ook opgenomen in Handleiding). Noodplan voor jongeren. Het noodplan helpt jongeren om zich voor te bereiden op eventuele achterlating en ondersteunt mogelijke acties in Nederland. Basispakket voor signaleren en handelen. Het basispakket is in een pilot in Rotterdam ontwikkeld. De inhoud overlapt deels met de andere onderdelen uit de toolkit. Het document bevat wat uitgebreidere informatie over eer, eerverlies en de verschillende typen (re)acties op eerverlies. Het stappenplan is specifiek voor de Rotterdamse situatie ingericht. Logboek en geleideformulier voor registratie. De formulieren zijn bedoeld om professionals
12 * * * Your Right 2Choose!
te motiveren en ondersteunen om te registreren. Het doel van registratie van vragen over en meldingen van huwelijksdwang, achterlating en andere mogelijke eerkwesties is beter zicht te krijgen op de omvang en de aard hiervan. Flyer en vier posters als pr-materiaal voor scholen en voor bijvoorbeeld spreekkamers van huisartsenpraktijken. 3. Website De website www.yourright2choose.nl is gericht op jongeren en heeft als doel deze bewust te maken van het recht op vrije partnerkeuze. Op de site vinden jongeren informatie over huwelijksdwang en achterlating en ook tips voor hulp of advies die ze kunnen zoeken en (voorzorg)maatregelen die ze kunnen nemen. Jongeren kunnen persoonlijke verhalen van anderen lezen en een test doen om te zien in hoeverre zij zich bij hun partnerkeuze laten beïnvloeden door hun ouders of vrienden.
1.7 Uitvoerende organisaties De methode kan worden toegepast in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, hogescholen en universiteiten. De methode is vooral relevant voor de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en de ROC’s. GGD Midden-Nederland heeft de handleiding opgenomen in het lespakket Wensen en grenzen. Het lespakket omvat negen thema’s over relaties en seksualiteit. Huwelijksdwang is uitgewerkt onder het thema Over de grens (over grensoverschrijdend gedrag) en omvat de handleiding en aanpalende materialen, zoals korte filmfragmenten en lesbrieven over bijvoorbeeld de seksuele rechten van de mens.
1.8 Benodigde competenties van de uitvoerder De handleiding is bedoeld voor leerkrachten en docenten in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, hogescholen en universiteiten en voor andere professionals die met jongeren uit nietwesterse culturen werken, zoals welzijnswerkers, jongerenbegeleiders en huisartsen. De handleiding veronderstelt een hbo-niveau en ervaring in de omgang met jongeren. Verder is een open en uitnodigende houding van de leerkracht van belang om aan de jongere duidelijk te maken dat diens situatie of angst bespreekbaar is. In de handleiding staan tips en handvatten voor de aanpak hiervan. Kennis over de problematiek is van belang en hierin voorziet de handleiding gedeeltelijk. Meer informatie is te vinden in de toolkit op www.huiselijkgeweld.nl. Op deze website staat ook informatie over trainingen voor professionals over eergerelateerd geweld, waaronder huwelijksdwang.
Your Right 2Choose! * * * 13
Er worden verder geen specifieke eisen gesteld aan competenties en begeleiding van de uitvoerende werkers of deze eisen zijn niet vermeld.
1.9 Overige randvoorwaarden Kwaliteitsbewaking De wijze van kwaliteitsbewaking wordt (verder) bepaald door de uitvoerder. Kosten van de interventie Aan de handleiding of de toepassing ervan zijn geen kosten verbonden. Op diverse plekken in Nederland wordt scholing voor beroepskrachten aangeboden. Soms is deze gericht op het overbrengen van kennis over (het omgaan met) eergerelateerd geweld, waaronder huwelijksdwang. Ook specifieke scholing op het thema huwelijksdwang behoort tot de mogelijkheden. Aan deze scholingen zijn altijd kosten verbonden.
1.10 Overeenkomsten en verschillen met andere interventies Hand in hand tegen huwelijksdwang Stichting Platform Islamitische Organisaties Rijnmond (SPIOR) is in 2004 gestart met een project ter preventie van huwelijksdwang in moslimgemeenschappen door middel van voorlichting en scholing: Het recht van de vrouw ligt in haar eigen hand. SPIOR is de koepel van islamitische organisaties in Rotterdam en Omstreken. Door voorlichting en scholing werd overgebracht dat de islamitische bronnen huwelijksdwang niet goedkeuren. Zowel man als vrouw dient vrijwillig in te stemmen met het huwelijk. De islamitische bronnen zijn gebruikt om traditionele praktijken, die vooral voor vrouwen schadelijk zijn, aan te kaarten en een bewustwordingsproces op gang te brengen. Imams en andere geestelijken zijn ingezet en er vonden bijeenkomsten plaats in onder andere moskeeën. Tevens is een conferentie voor Moslimmeisjes georganiseerd. In 2006 startte SPIOR met Hand in hand tegen huwelijksdwang, een project waarin bijeenkomsten voor moslimjongens, jongens en meisjes samen en voor professionals zijn georganiseerd. Het gelijknamige boek te bestellen op www.spior.nl. Pilot Huwelijksdwang en achterlating Rotterdam In 2009 is in Rotterdam, in het kader van een pilot voor de aanpak van eergerelateerd geweld, een deelpilot huwelijksdwang gestart, om te onderzoeken welke aanvullende maatregelen op lokaal niveau kunnen worden getroffen. Zowel ten behoeve van landelijke als van lokale acties is een verklaring ingevoerd waarin meisjes die vrezen gedwongen te worden uitgehuwelijkt of
14 * * * Your Right 2Choose!
achtergelaten dit kunnen melden. Aan de verklaring is een noodplan gekoppeld. In de aanpak is vastgelegd wie welke verantwoordelijkheden heeft en welke stappen dienen te worden gezet. GGD Rotterdam-Rijnmond heeft beleid gemaakt en een aanpak ontwikkeld om huwelijksdwang en (dreigende) achterlating bespreekbaar te maken, te voorkomen en zo nodig in te grijpen. De afspraken over een snelle en zorgvuldige aanpak zijn vastgelegd in een stroomschema. Het stroomschema met werkafspraken tussen organisaties en een noodplan zijn te vinden op www.ggdrotterdamrijnmond.nl. Deze twee interventies zijn hier vermeldenswaard omdat zij het onderwerp huwelijksdwang aan de kaak stellen. Net als bij Your Right 2choose! richt Hand in hand tegen huwelijksdwang zich zowel op de jongeren zelf als op hun sociale omgeving, waarbij het recht op vrije partnerkeuze een uitgangspunt is. Daarbij richt Hand in hand zich meer op de religieuze argumenten die betrokkenen kunnen hebben om huwelijksdwang goed te keuren. De pilot in Rotterdam heeft met Your Right 2Choose! gemeen dat zij beide concrete materialen en handvatten bieden om huwelijksdwang te signaleren en daadwerkelijk stappen te zetten om huwelijksdwang tegen te gaan. Anders dan bij Your Right 2Choose! heeft geen van deze methoden een gerichte aanpak voor het onderwijs ontwikkeld en geven zij minder stem aan de doelgroep (jongeren) zelf. De aanpak van beide methoden verschilt zodanig dat effectonderzoek naar deze interventies niet als indirect wetenschappelijk bewijs voor Your Right 2Choose! gezien kan worden.
1.11 Contactgegevens ontwikkelaar MOVISIE Postbus 19129 3501 DC Utrecht
[email protected] 030 789 20 00 www.movisie.nl Contactpersoon Leyla Çinibulak 030 789 22 04
Your Right 2Choose! * * * 15
2. Onderbouwing
2.1 De ontwikkelgeschiedenis van de methode In Nederland staat huwelijksdwang sinds 2007 weer op de politieke agenda. Eén van de belangrijkste conclusies van de landelijke conferentie Aanpak Huwelijksdwang in 2008 was dat preventie prioriteit moet krijgen: vroegsignalering en vroege preventie van gedwongen huwelijken. Specifiek betrof dit een bewustwordingscampagne voor jongeren en hun sociale omgeving en de ontwikkeling van een methodiek om vroegsignalering bij professionals te stimuleren. Dit was ook de conclusie uit de gesprekken die MOVISIE heeft gevoerd met beroepskrachten over dit onderwerp. Het ministerie van Justitie, MOVISIE en migranten- en jongerenorganisaties hebben dit in samenwerking opgepakt. Er zijn verschillende initiatieven uit voortgekomen, waaronder Your Right 2Choose! De ontwikkelaar heeft voorafgaand aan de ontwikkeling van de methode gesprekken gevoerd met leerkrachten in het (basis)onderwijs en andere professionals die met jongeren werken. Het doel was de vragen, knelpunten en behoeften ten aanzien van het bespreekbaar maken van huwelijksdwang in kaart te brengen en zicht te krijgen op de kennis en tools die professionals nodig hebben om huwelijksdwang te kunnen signaleren en vervolgens handelend op te optreden (persoonlijke communicatie ontwikkelaar, 31 juli 2012). Daarnaast is Your Right 2Choose! deels gebaseerd op een aantal andere methoden: Europees project Active against Forced Marriages Van 2007 tot 2009 werkten partners uit verschillende Europese landen, waaronder MOVISIE voor Nederland, samen in het Europees project Active Against Forced Marriages. Eén van de doelen van dit project was uitwisseling en evaluatie van de kennis en methodieken die de verschillende partners in hun praktijk hebben opgedaan. Dit project resulteerde in een document met 29 aanbevelingen, gericht op het aanpakken en liefst voorkómen van huwelijksdwang. Een deel van deze aanbevelingen is meegenomen in de methode Your Right 2Choose! (Daphne Programme of the European Commission, 2009) Your Right 2Choose! heeft gebruik gemaakt van de resultaten van het Zwitserse project Zwangsheirat.ch, één van de partners van Active Against Forced Marriages. In dit project zijn ansichtkaarten ontwikkeld als instrument in een meerjarige meersporenaanpak met als doel het op gang brengen van bewustwording. MOVISIE heeft ansichtkaarten voor de Nederlandse situatie ontwikkeld. Deze kaarten zijn onderdeel van de handleiding voor scholen. Landelijke voorlichtingscampagne ministerie van Justitie Your Right 2Choose! is deels ontwikkeld in het kader van het interdepartementale meerjarenprogramma Eergerelateerd geweld (2006-2010) waarin het ministerie van Justitie een belangrijke rol speelde. Dit ministerie startte in juni 2009 een landelijke voorlichtingscampagne over huwelijksdwang. Deze campagne is uitgevoerd in samenwerking met Gemeente Rotterdam, koepelorganisaties van migranten- en vluchtelingenorganisaties, de Stichting Steun
16 * * * Your Right 2Choose!
Remigranten en MOVISIE. Voortbouwend hierop heeft MOVISIE Jouw recht om te kiezen (later omgedoopt in Your Right 2Choose!) ontwikkeld, waarin opgenomen een jongerenconferentie en ondersteuningsmateriaal voor beroepskrachten op scholen. In de tweede campagne tegen huwelijksdwang (2010) zijn specifiek middelen ingezet om beroepskrachten in het onderwijs die met niet-westerse jongeren werken te bereiken, zoals een speciale onderwijskrant voor het voortgezet onderwijs en informatiebrieven. GEAC Tegelijkertijd is MOVISIE op zoek gegaan naar goede preventiemethodieken in het Zuiden die gericht zijn op een scholenaanpak. In het project Samen sterk tegen huwelijksdwang stond kennisuitwisseling met een Ethiopische GEAC centraal. GEAC staat voor Girls Education Advisory Committee en is een door UNICEF erkende good practice om de toegang tot goed onderwijs voor meisjes te stimuleren. GEAC’s organiseren bijeenkomsten voor meiden waar zij problemen kunnen bespreken. Ze vormen ook disciplinaire comités gericht op het vroeg signaleren en voorkómen van kindhuwelijken en gedwongen huwelijken. De methodiek gaat uit van een actieve rol van de sociale omgeving van jongeren: ouders, leerkrachten, andere jongeren en sleutelfiguren uit de gemeenschap. Een GEAC is een commissie van leerkrachten, leerlingen, ouders en een sleutelfiguur uit de gemeenschap. De leden van een GEAC komen regelmatig bijeen om de schoolproblemen van de meisjes te bespreken en diverse acties te ondernemen. Ze onderzoeken de achtergrond van deze schoolproblemen zoals absentie, vroege schooluitval en daarmee samenhangende problemen. Bij (dreigende) problemen, zoals kindhuwelijken, gedwongen huwelijken en andere vormen van geweld, worden onder meer de politie, vrouwenorganisaties, opvang en andere hulpverleningsacties ingelicht. De methode is onder de naam Samen sterk tegen huwelijksdwang, lessen uit de GEAC methodiek op een conferentie (Utrecht, november 2010) aan Nederlandse beroepskrachten gepresenteerd (persoonlijke communicatie ontwikkelaar, 31 juli 2012). In het projectverslag Samen sterk tegen huwelijksdwang zijn tips opgenomen die aanvullend zijn op de handleiding en de ansichtkaarten van Your Right 2Choose! (Van Leeuwen-den Dekker, 2011).
2.2 Onderbouwing van de probleemanalyse, doel, doelgroep en aanpak Uit het Europese Daphne project Active Against Forced Marriage zijn duidelijke aanbevelingen voortgekomen voor de ondersteuning die professionals die in contact komen met potentiële slachtoffers, nodig hebben om hun verantwoordelijkheden goed op te kunnen pakken (Daphne Programme of the European Commission, 2009). Eén van de aanbevelingen is richtlijnen op te stellen die professionals kunnen ondersteunen bij hun aanpak van de problematiek. Richtlijnen ter ondersteuning De richtlijnen die het Daphne-project aanbeveelt, zijn praktisch en niet te uitvoerig; zij moeten niet te specifiek zijn gezien de heterogeniteit van de doelgroep. De richtlijnen moeten informatie
Your Right 2Choose! * * * 17
over de problematiek bevatten, een beschrijving van de risicofactoren, een beschrijving van de rechten van de slachtoffers, verwijzingen naar hulpverleningsmogelijkheden of juridische ondersteuning, een veiligheidsplan en een beschrijving van een praktijkvoorbeeld. De aanbevelingen zijn gebaseerd op kennis en ervaringen van de internationale partners in het Daphne-project, maar worden in de documentatie verder niet geëxpliciteerd. Deze aanbevelingen zijn verwerkt in de handleiding Your Right 2Choose! De ontwikkelaar verwijst voor de onderbouwing van zijn probleemanalyse en de verantwoording van de gekozen doelen, doelgroep en aanpak niet naar uitgebreidere visies, theorieën of wetenschappelijke onderzoeken.
18 * * * Your Right 2Choose!
3. Onderzoek naar praktijkervaringen
3.1 Praktijkervaringen van de uitvoerder De ontwikkelaar voert geen onderzoek aan naar de praktijkervaringen van de professional met de methode. Dergelijk onderzoek is evenmin gevonden bij de door MOVISIE uitgevoerde literatuursearch (zie 6.1).
3.2 Praktijkervaringen van de cliënt/burger De ontwikkelaar voert geen onderzoek aan naar de praktijkervaringen van de cliënt/burger met de methode. Dergelijk onderzoek is evenmin gevonden bij de door MOVISIE uitgevoerde literatuursearch (zie 6.1).
3.3 Praktijkvoorbeeld In gevonden publicaties over de methode staan geen casestudies beschreven die illustreren hoe de methode in een specifiek geval is toegepast in de praktijk.
Your Right 2Choose! * * * 19
4. Effectonderzoek
4.1 Directe aanwijzingen voor de effectiviteit De ontwikkelaar voert geen onderzoek aan naar de effectiviteit van de methode. Dergelijk onderzoek is evenmin gevonden bij de door MOVISIE uitgevoerde literatuursearch (zie 6.1).
4.2 Indirecte aanwijzingen voor de effectiviteit De ontwikkelaar voert geen onderzoek aan naar soortgelijke methoden, noch in Nederland, noch in het buitenland. Dergelijke onderzoeken zijn evenmin gevonden bij de door MOVISIE uitgevoerde literatuursearches (zie 6.1).
20 * * * Your Right 2Choose!
5. Conclusies
5.1 Samenvatting werkzame elementen Bewustwording en bespreekbaar maken van het recht op vrije partnerkeuze via het verstrekken van informatie (1, 2). Positieve insteek: nadruk op het recht op vrije partnerkeuze in plaats van huwelijksdwang (1). Integrale aanpak: bewustwording van zowel de jongeren zelf als de sociale omgeving en de professionals en zowel via school als via een multimediale aanpak (1). Heterogene benadering: de aanpak is niet gekoppeld aan een bepaalde religie of cultuur, zodat hij past bij een etnisch heterogene doelgroep en stereotypering met bijbehorende weerstand een minder grote rol speelt (1,2). Jongeren krijgen handelingsperspectieven aangereikt: ze weten wat ze zelf kunnen ondernemen en waar ze hulp kunnen vinden (1, 2). De signalenlijst helpt professionals signalen van huwelijksdwang en achterlating te herkennen en het stappenplan helpt hen actie te ondernemen (1, 2). Verklaring classificatie veronderstelde werkzame elementen: 1 = Veronderstelling ontwikkelaar 2 = Wetenschappelijke of theoretische onderbouwing 3 = Praktijkervaringen 4 = Wetenschappelijk effectonderzoek.
5.2 Samenvatting effectonderzoek Er zijn geen wetenschappelijke onderzoeken bekend die directe of indirecte aanwijzingen leveren voor de effectiviteit van de methode. Verklaring classificatie voor typering onderzoeksopzet: A = Experimenteel onderzoek in de praktijk en met follow-up B = Quasi-experimenteel onderzoek in de praktijk en met follow-up C = (Quasi-) experimenteel onderzoek, in de praktijk (zonder follow-up) D = (Quasi-) experimenteel onderzoek, niet in de praktijk E = Veranderingsonderzoek F = Monitoring Z = Geen van de voorgaande alternatieven.
Your Right 2Choose! * * * 21
6. Verantwoording
6.1 Zoeken en selecteren van literatuur Zoekvraag en zoektermen Wat is bekend over de onderbouwing en effectiviteit van Your Right 2Choose! als methode om een bewustwordingsproces over vrije partnerkeuze op gang te brengen en als methode om huwelijksdwang en achterlating in verschillende settings bespreekbaar te maken en te signaleren? Er is gezocht op basis van de volgende zoektermen: Your Right 2Choose! en huwelijksdwang in combinatie met vroegsignalering, signalering, preventie en in combinatie met onderwijs. Zoekstrategieën Informatiemateriaal is opgevraagd bij de ontwikkelaar. De referenties van gevonden publicaties (indien aanwezig) zijn nagetrokken. Er is gezocht in meerdere databanken: • Catalogus MOVISIE • Google Scholar • NARCIS • HBO Kennisdatabank • PiCarta Er is via Google op internet gezocht Deze informatie is in het verslag van de literatuursearch te vinden. Selecteren van literatuur Alleen publicaties die daadwerkelijk betrekking hebben op Your Right 2Choose! zijn geselecteerd.
6.2 Literatuur Çinibulak, L. (2009). Jouw recht om te kiezen. Preventie- en bewustwordingsproject voor jongeren, hun sociale omgeving en beroepskrachten in de aanpak van huwelijksdwang. Projectaanvraag (niet gepubliceerd). Çinibulak, L., Meintser, N. & Snelders, P. (2010). Your Right 2Choose! Vrije partnerkeuze en huwelijksdwang bespreken. Handleiding voor scholen. Utrecht: MOVISIE. Daphne Programme of the European Commission (2009). Active Against Forced Marriage. Recommendations. Hamburg: Ministry of Social and Family Affairs. Leeuwen-den Dekker P. van (2011). Samen sterk tegen huwelijksdwang. Lessen uit de
22 * * * Your Right 2Choose!
Ethiopische aanpak tegen huwelijksdwang. Een aanvulling op de handleiding voor scholen Your right 2choose! Utrecht: MOVISIE. MOVISIE (2010). Dossier Huwelijksdwang. Tools voor professionals. Geraadpleegd juni/18, 2012, van http://www.huiselijkgeweld.nl/dossiers/campagne_huwelijksdwang/tools-voorprofessionals.
Your Right 2Choose! * * * 23
Bijlage 1 – Toelichting effectonderzoek
Voor het vaststellen van de effectiviteit van methoden (onderdeel 4 van het werkblad) wordt het onderzoek hiernaar systematisch in kaart gebracht.
Directe en indirecte aanwijzingen voor effectiviteit Er zijn twee typen aanwijzingen voor de effectiviteit van een methode: Directe aanwijzingen. Resultaten uit onderzoek die betrekking hebben op precies die methode die in het onderhavige document is beschreven. Indirecte aanwijzingen. Resultaten uit onderzoek naar andere methoden met hetzelfde doel en dezelfde doelgroep en aanpak. Deze worden hier verder aangeduid als ‘soortgelijke methoden’. Het gaat hier om: • resultaten uit onderzoek naar buitenlandse versies van de methode (zoals Motivational interviewing, de Amerikaanse variant van de Nederlandse Motiverende gespreksvoering of de Amerikaanse ABCD-methode als voorloper van de Nederlandse ABCD-methode) • resultaten uit onderzoek naar de effectiviteit van Nederlandse methoden die tot hetzelfde type of dezelfde ‘familie’ behoren (zoals de Nederlandse activeringsmethoden die alle gebaseerd zijn op Supported employment of de methode Samenwerking tegen agressie, een op Turkse en Marokkaanse plegers van huiselijk geweld gerichte versie van de methode Niet meer door het lint). Soms zijn er onvoldoende directe aanwijzingen of kunnen relevante indirecte aanwijzingen de directe aanwijzingen ondersteunen. Bij de selectie van soortgelijke methoden is maatgevend in hoeverre de methode in de kern overeenkomt met de beschreven methode. Wanneer dit niet duidelijk is of wanneer de methode te zeer verschilt, is er geen sprake van een soortgelijke methode en dus ook niet van indirect bewijs voor effect. Wanneer een methode veelvuldig is onderzocht, is het aantal primaire onderzoeken soms te groot om binnen het kader van Effectieve sociale interventies te analyseren. Veelal zijn de primaire onderzoeken dan al geanalyseerd in reviews en metastudies. In dat geval gebruiken we de informatie uit deze overzichtsstudies. We volstaan dan met een globale analyse van de effectiviteit zoals gebleken uit de overzichtsstudies. Dit vullen we eventueel aan met een meer uitgebreide analyse van de (recente) primaire studies die (nog) niet in de overzichtsstudies zijn opgenomen.
Kenmerken effectonderzoek Bij onderdeel 4 van het werkblad gaan we ervan uit dat er sprake is van een effectonderzoek wanneer er ten minste een nameting heeft plaats gevonden die een cijfermatige indicatie geeft van het effect van een methode. Onderzoek naar de door professionals, burgers en/of cliënten ervaren effectiviteit van een methode nemen we mee in onderdeel 3 van het werkblad. Het methodologische gewicht van het effectonderzoek en de resultaten daarvan wordt onder meer bepaald door de aanwezigheid van een voor- en nameting, een controlegroep, de willekeurige
24 * * * Your Right 2Choose!
samenstelling daarvan, de modelgetrouwheid van de methode en de uitvoering van een followupmeting. Het methodologische gewicht varieert van ‘licht’ effectonderzoek (monitoring- of veranderingsonderzoek) tot ‘zwaar’ effectonderzoek (Randomized Controlled Trial ofwel RCTonderzoek) en diverse vormen daar tussenin. Hoe ‘zwaarder’ het effectonderzoek, hoe ‘harder’ de uitspraken over de effectiviteit zijn. Dit wil niet zeggen dat er altijd gekozen moet worden voor zo zwaar mogelijk effectonderzoek. Welk type effectonderzoek het meest passend is, hangt af van de kenmerken en het ontwikkelingsstadium van de methode en de beschikbare financiële middelen. Monitoring wordt alleen meegenomen als ‘effectonderzoek’ wanneer het een cijfermatige indicatie geeft van de behaalde resultaten met betrekking tot de doelen van de methoden. Bijvoorbeeld: bij buurtbemiddeling gaat het bij het monitoren om het aantal geslaagde bemiddelingen afgezet tegen het totaal aantal bemiddelingen dat heeft plaatsgevonden. Het gaat hier niet om tevredenheidonderzoek, dit hoort bij deel 3.
Gemeten effecten In een tabel worden de onderzoeksresultaten cijfermatig gepresenteerd. De onderzoeksresultaten kunnen aanwijzingen geven voor positieve, geen of negatieve effecten. Uitkomstmaten Effectonderzoeken beantwoorden een beperkt aantal vragen. De gestelde vragen worden aangeduid als ‘uitkomstmaten’. Alleen op deze uitkomstmaten wordt een effect gemeten. Er kan alleen iets over effect gezegd worden voor zover het betrekking heeft op één van de onderzochte uitkomstmaten Effectgrootte De mate waarin een resultaat als positief is aan te merken, is mede afhankelijk van de effectgrootte. Tot voor kort werd het effect van een methode vooral uitgedrukt in een statistisch significant verschil tussen voor- en nameting, of tussen voor- en nameting en follow-up, of tussen de nameting van de experimentele groep en de controlegroep. Een probleem bij deze aanpak is dat grote verschilscores in kleine groepen vaak niet significant zijn. Bij grote groepen kunnen heel kleine verschillen weliswaar als zeer significant uit de bus komen, maar praktisch gezien van weinig waarde zijn. De laatste jaren wordt er vaak voor gekozen om naast de statistische significantie ook de zogeheten effectgrootte d (‘effectsize’, ook wel aangeduid met ES) te rapporteren. Dit is een index die aangeeft hoe groot het waargenomen verschil is tussen voor- en nameting of tussen de experimentele (interventie-) en controlegroep. In sommige onderzoeksrapporten worden andere effectmaten gebruikt. In deze methodebeschrijving worden de effectmaten overgenomen uit de oorspronkelijke onderzoeksrapporten.
Your Right 2Choose! * * * 25