Slingeland Ziekenhuis
ww ww. w.sslliin ng geellaan nd d..n nll w
Met zorg voorop in de Achterhoek
Open dag 15 oktober
‘Met zorg voorop in de Achterhoek’ 'Met zorg voorop in de Achterhoek'. Dat is de slogan waarmee directeur Geert Huisman het
Geert Huisman
Slingeland Ziekenhuis wil positioneren in de ruime regio. “Wij kunnen en willen 'het ziekenhuis' van de Achterhoek zijn met goede verwijsrelaties naar de academische ziekenhuizen. Die rol willen we waarmaken met een volledig pakket aan zorg.” Huisman is een half jaar geleden directeur Arie Sparreboom opgevolgd. De ziekenhuiswereld is niet nieuw voor hem. Als econoom heeft hij inmiddels 28 jaar ervaring op dat gebied. “Er verandert veel in de zorg”, geeft hij aan. “De patiënten worden mondiger en bewuster van hun keuzemogelijkheden. Ze stellen terecht steeds meer eisen aan kwaliteit en aan de ziekenhuizen de uitdaging om daar goed op te anticiperen. Wij willen als Slingeland Ziekenhuis die uitdaging graag aangaan. Wij hebben een goede positie met een breed functiepakket. Vrijwel alle specialismen zijn aanwezig en we hebben veel diagnostische- en behandelmogelijkheden. Dat wordt door de patienten goed gewaardeerd.” Toch signaleert Huisman ook verbeterpunten. “De wachttijden kunnen nog verder terug gebracht worden en we zoeken naar mogelijkheden voor een nog snellere diagnostiek.” Hij noemt in dit verband de zogenaamde one-stop-shopping. De noodzakelijke onderzoeken zo
organiseren dat de patient niet vaker dan nodig is terug hoeft te komen. “Met binnen een redelijke termijn een diagnose. Dat zal niet in alle gevallen lukken maar daar is nog winst te behalen.” Ook de opzet van thema gerichte poliklinieken, bedoeld voor heel specifieke klachten zoals bijvoorbeeld de poep- en plaspoli voor kinderen (lees elders in deze krant) moet volgens Huisman bijdragen aan een patiëntvriendelijker inrichting van het ziekenhuis. In dit kader noemt Huisman tevens de mogelijkheid voor het uitvoeren van privebehandelingen binnen het ziekenhuis. "Natuurlijk blijft de reguliere zorg voorop staan maar wil je de kwaliteit van zorg borgen, wil je dat er gegarandeerd goede zorg wordt geboden, dan horen daar ook ingrepen bij die niet onder de zorgverzekering vallen.” Een belangrijke stap die dit jaar met betrekking tot kwaliteit is gezet is de aanvraag voor het kwaliteitscertificaat: NIAZ-accreditatie. Verwacht wordt dat volgend jaar maart deze
certificering zijn beslag zal krijgen. “In ons ziekenhuisbeleidsplan 'Met zorg voorop in de Achterhoek' is patiëntgericht werken een onderdeel. Daarin staan de servicegraad, wachttijden, geen onnodige bezoeken en een snelle telefonische beantwoording benoemd, evenals de bejegening van de patienten. Het is belangrijk om die zaken op een hoog peil te houden. Om die reden is het project “patiëntgericht werken” onlangs van start gegaan. Doel van dit project is dat alle medewerkers de eigen dienstverlening analyseren en verbetervoorstellen ontwikkelen en in de praktijk brengen. “Uiteraard is het hierbij heel belangrijk hoe de patiënt er zelf over denkt. Daarvoor wordt actief contact onderhouden met patiëntenverenigingen en via suggestiekaarten met de patienten zelf om te horen waar onze zorg nog beter kan.” Het is volgens Huisman een gezonde ontwikkeling dat patiënten kunnen kiezen. “Wij willen dat ze in de volle overtuiging voor het Slingeland
Ziekenhuis kunnen kiezen. Dat stimuleert ons om de zaken goed bij te houden. Bovendien vinden we het belangrijk dat er een goede relatie tussen ziekenhuis en huisartsen is. Waarbij wij zorgen voor servicepunten in alle woonkernen zodat patiënten dichtbij huis voor bijvoorbeeld bloedafname terecht kunnen. Tussen nu en twee jaar willen we ook het electronisch patiënten dossier gerealiseerd hebben zodat specialisten en huisartsen op hun eigen spreekuur eenvoudig de gegevens kunnen raadplegen. Kwaliteit, snelheid en flexabiliteit, daarin is een belangrijke kwaliteitsverbetering te behalen.” Was de afgelopen jaren de bouw rondom het ziekenhuis steeds centraal, Huisman zet liever de inhoud van de zorg centraal. “Ja, er worden volop poliklinieken vernieuwd, er wordt een Regionaal Geestelijk Gezondheidscentrum gebouwd, en parkeren heeft onze optimale aandacht, dat blijft een knelpunt, maar de inhoud van de zorg staat bovenaan.”
Oogartsen Lieuwe de Vries, Annemieke Struyk en Peter de Sera
Operatietechnieken voor Staar steeds verder verbeterd Vertroebeling van de ooglens, ofwel staar. Een normaal verouderingsproces waarmee bijna iedereen te maken krijgt. Alleen de leeftijd waarbij het begint verschilt van persoon tot persoon. Onder de microscoop is het eenvoudig vast te stellen. Maar wanneer doe je er wat aan. “Dat hangt af van de klacht van de patiënt.”
“Wanneer staar, of cataract, duidelijke klachten oplevert, dan volgt er een operatie”, aldus Peter de Sera, oogarts in het Slingeland Ziekenhuis. “Vaak denken mensen ten onrechte dat met laser het probleem is op te lossen, maar dat is niet zo. Laseren van ogen is een techniek om afwijkingen door suikerziekte te behandelen of om van de bril af te komen.
Kunst
|| Ateliergroep Fatima
Niet voor het verwijderen van staar.” De operatietechnieken om staar aan te pakken zijn volgens De Sera steeds verder verbeterd. Tegenwoordig kan de oogarts via een kleine opening in de rand van het hoornvlies de lens opereren. “De staar wordt met een trillende naald verpulverd en door een vloeistof afgevoerd”, legt De Sera uit. “Deze techiek is de Fako emulsificatie. Het is in 1966 door de vorig jaar overleden Kelman in Amerika bedacht. Een unieke man die allerlei technieken verzon. In de jaren tachtig is Fako in Nederland geïntroduceerd en in de negentiger jaren heeft het hier een grote vlucht genomen.” De Sera legt uit dat deze techniek juist zo’n grote vooruitgang heeft geboekt omdat de wond nog heel klein is. “Nog 2,75 mm terwijl het ooit 12 mm was. We hopen dit jaar nog naar een wond van 2,2 mm te kunnen en het zal eindigen bij 2,0 mm. Door deze steeds kleinere wond wordt de oude lens verwijderd en een nieuwe kunstlens in opgevouwen vorm ingebracht. Het is uniek dat dit kan. Het betekent een sneller herstel, minder vormverandering van het hoornvlies en een beter zicht.”
De risico’s zijn uiterst beperkt volgens De Sera. “In 1 op de 2500 gevallen treedt een infectie op. En dat gaat nog verder verminderen door in de spoelvloeistof een antibioticum toe te voegen. Want ook de ontwikkeling in de vloeistof staat niet stil.” In het Slingeland Ziekenhuis worden per jaar zo’n tweeduizend staaroperaties uitgevoerd. De meest voorkomende complicatie is dat het oude lenskapsel tijdens de operatie kapot gaat. “Dat komt bij ongeveer 1 procent van de operaties voor. Dan krijgt de patiënt een alternatieve lens. Daar merkt hij verder niets van en het zicht is even goed.” De patiënten zijn overigens na een staaroperatie altijd enthousiast. “Het heet een fluitje van een cent. Vijftien minuten operatie; twee uur ziekenhuis en pijn hoort er niet bij. Soms zijn alleen de verwachtingen wat te hoog gespannen. Dat geldt bij patiënten waar meer problemen zijn zoals bijvoorbeeld suikerziekte of ouderdomsverschijnselen van het netvlies.” De ontwikkelingen op het gebied van de oogheelkunde zijn groot. “We zijn er nog lang niet. Het Slingeland Ziekenhuis investeert
gelukkig veel in het volgen van de ontwikkelingen.” Ook de kwaliteit en mogelijkheden van kunstlenzen neemt steeds verder toe. Zo is er nu al een kunstlens waarmee zowel het zien op afstand als dichtbij verbeterd kan worden zodat het leesvermogen terug is en de bril niet meer nodig. De afdeling oogheelkunde werkt er aan om de patiënten steeds sneller te kunnen helpen. Nieuwe medewerkers, de TOA’s, ofwel Technisch Oogheelkundig Assistenten en de optometristen zijn een schakel geworden tussen patiënt en oogarts. “Daar gebeurt een deel van de diagnostiek. Niet de behandeling, daarvoor is de oogarts. Maar op deze manier kan de oogarts sneller werken. Tevens is de operatiecapaciteit opgevoerd. We beschikken nu over twee naast elkaar liggende volwaardig ingerichte operatiekamers waardoor we dus twee keer zoveel kunnen doen. Was de wachttijd eind 2004 nog 12 tot 14 weken, dat is nu grotendeels teruggebracht tot tussen 3 en 4 weken. En we zijn er nog niet. We willen de logistiek op de polikliniek nog verder verbeteren.”
Carl Kluge
Ketenzorg: grote stap voorwaarts voor patienten van de longarts Ketenzorg. Ofwel samen de kwaliteit van leven voor de patiënt verbeteren. Met longartsen; huisartsen; fysiotherapeuten; diëtisten enzovoort samen. De winst die op verschillende vlakken wordt behaald gestructureerd samenvoegen. Dat biedt een merkbaar verschil voor de kwaliteit van leven van de patiënt. Zeker voor patiënten met COPD.
De longarts behandelt mensen die kortademig zijn. Mensen met astma of COPD, het vroegere cara. Astma, een gestoorde longfunctie die met tussenpozen optreedt of COPD, een constant gestoorde longfunctie. Bij COPD gaat het om een grote groep mensen en de groep wordt alleen nog maar groter. “De belangrijkste oorzaak voor slechte longen is roken”, legt Carl Kluge, longarts in het Slingeland Ziekenhuis uit. “Roken, samen met een bepaalde vatbaarheid. En nog te vaak wordt een bezoek aan een longarts uitgesteld wanneer de longfunctie minder wordt. Want och, je wordt immers ook ouder.” Kluge geeft aan dat in deze regio inmiddels een samenwerking tussen huisarts, longarts en zorgverzekeraar Menzis tot stand is gekomen om COPD vroegtijdig op te sporen. “Een groot project waarin ook apothekers, verpleeghuisartsen en longverpleegkundigen van Sensire deelnemen. Iedereen wordt steeds alerter om vroegtijdig en ook al op jonge leeftijd te denken aan COPD. Want wanneer het in een vroege fase wordt opgespoord is de prognose veel beter. De huisarts kan een eerste
screening doen, een longfunctieonderzoek. En de patiënt moet stoppen met roken. Dat is vaak moeilijk. Gelukkig beschikken we tegenwoordig over een stoppen-met-roken poli waar we onze patiënten naar kunnen verwijzen.” Patiënten met COPD hebben volgens Kluge vaak veel beperkingen. “En dat terwijl ze er juist goed uitzien. Dus ook het opkrikken van begrip voor deze groep is van groot belang.” Een andere groep waar de longarts intensief mee te maken heeft in zijn praktijk is de groep patiënten met longkanker. Doodsoorzaak nummer een. Bij mannen stabiliseert het aantal terwijl het bij vrouwen toeneemt. Vijftien procent geneest en 85 procent overlijdt hieraan. Heel voorzichtig zijn er hele kleine stapjes winst in de behandeling. “Geen grote stappen maar wij gaan voor elk half procentje winst”, aldus Kluge. “Mensen die vroeger niet of minder goed behandeld konden worden kunnen we nu meer bieden. Bijvoorbeeld met chemo bereiken we betere resultaten. Er zijn minder bijwerkingen en dat is natuurlijk ook al een beetje winst.”
Overigens geeft Kluge aan dat het Slingeland Ziekenhuis de best geschikte chemo kan bieden die er momenteel is. “Zonder restrictie van kosten. We ondervinden wat dat betreft alle medewerking van de directie hier.” Kluge vertelt goede contacten te onderhouden met het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis. “Het is soms heel prettig om even overleg te kunnen hebben met een gespecialiseerd centrum. Wij willen een up tot date behandeling geven en in bijzondere gevallen is overleg dan nodig. De behandeling kan overigens altijd hier in Doetinchem plaatsvinden.” Voor de longafdeling bestaat geen wachtlijst. “Dat kan ook niet. Mensen die kanker hebben of kortademig zijn kunnen niet wachten.” Kluge is altijd volledig open tegen zijn patiënten. “Ook als je slecht bericht geeft. Na slecht nieuws bellen wij direct de huisarts. Dat is heel belangrijk. Vaak gaat de huisarts dezelfde dag nog bij de mensen langs. Soms zien we ook dat mensen wat gaan zoeken. In het alternatieve circuit. Dat begrijpen we en we staan open voor overleg.”
Er zijn nieuwe ontwikkelingen te melden in de diagnostiek. Met het ziekenhuis in Arnhem is een contract voor de zogenaamde PET-scan. “De PET-scan kan de activiteit van de tumor nog beter zichtbaar maken en dat geeft aanvullende informatie.” Een geheel andere groep is de groep mensen met een apneu-syndroom. Het gaat hier om mensen die ‘s nachts zwaar snurken en daarbij regelmatig ademstilstand hebben. Deze mensen zijn overdag vaak zeer slaperig en hebben last van concentratiestoornissen. Een oplossing is de CPAP, een neuskapje met een apparaatje waardoor de ademhaling wordt ondersteund en de patiënt van een diepe en verkwikkende nachtrust kan genieten. De diagnose wordt uiteraard ‘s nachts gesteld. De patiënt slaapt een nachtje in het ziekenhuis terwijl de ademhaling uitgebreid wordt geregistreerd. Bij meer dan 15 ademstilstanden per uur kan de patiënt worden ingesteld op CPAP. Als alles naar tevredenheid is kan er bij de zorgverzekeraar een CPAP-apparaat worden aangevraagd. En de patiënt, die leeft zichtbaar op.
Ton van Engelenburg
Chirurg, patholoog, radioloog, oncoloog en radiotherapeut werken samen in Mamma-care project Eén op de negen vrouwen krijgt borstkanker. Deze grote groep patiënten moet door meerdere specialisten behandeld worden. Om zo adequaat en zo goed mogelijk de complexe zorg die nodig is te bieden, zijn de krachten gebundeld in het mamma-care project. Binnen het mamma-care project is wekelijks overleg tussen chirurg; patholoog; radioloog; oncoloog en radiotherapeut.
“Een goede organisatie binnen het ziekenhuis loont”, aldus Ton van Engelenburg, chirurg en betrokken bij het nieuwe mamma-care project. Samen met Jarno Koren, hoofd van de afdeling chirurgie, heeft hij zich het afgelopen jaar actief met het project mamma-care bemoeid. “We hebben het project weer opnieuw aangezwengeld en het gemaakt tot wat het nu is. Uiteraard met nog vele anderen, want het is werk van een heel team.” Van Engelenburg legt uit dat de mamma-care verpleegkundige in de nieuwe opzet een centralere positie heeft gekregen. “Zij is de spil. Zij zet het hele traject in gang. Als de patiënt is doorverwezen via de huisarts of via een bevolkingsonderzoek volgt er eerst een intake gesprek met de mamma-care verpleegkundige. Zij legt het traject uit en maakt een afspraak met de Röntgenafdeling voor een foto, een echo of een punctie. Daarna wordt
er een afspraak gemaakt met de chirurg. Daar kan de patiënt vaak al de volgende dag terecht. De chirurg heeft dan het plaatje al compleet. De uitslagen zijn binnen en er kan een behandelplan worden afgesproken.” Van Engelenburg maakt duidelijk dat het binnen het nieuwe mamacare project draait om de aangepaste organisatie. “Geen nieuwe technieken; de kracht is dat de werkzaamheden beter zijn georganiseerd.” Het Slingeland Ziekenhuis telt zes mamma-care verpleegkundigen. Deels werken de verpleegkundigen op de afdeling chirurgie. “Dat is prettig. Zo blijft de mamma-care verpleegkundige steeds het aanspreekpunt voor de patiënt.” Door de verbeterde organisatie is het mogelijk in te springen op te verwachten pieken. “We weten bijvoorbeeld dat van ieder bevolkingsonderzoek 1 procent voor verder onderzoek in het ziekenhuis komt”, aldus Van Engelenburg. “Van elke 5000 vrouwen dus 50. Die toe-
stroom behoeft voldoende capaciteit op de afdeling Radiologie. Daar kunnen we nu op inspelen.” Ontwikkelingen De ontwikkelingen op het gebied van onderzoek en behandeling van borstkanker staan niet stil. “Door die ontwikkelingen moeten we steeds ons beleid bijstellen. Want het aanbod richt zich naar de vraag.” Van Engelenburg legt uit dat de specialist zo snel mogelijk probeert te werken en zo klantgericht mogelijk. “De normen worden voortdurend bijgesteld: wat is een goede termijn en voldoen we daaraan.” Op radio-diagnostisch gebied noemt Van Engelenburg de ontwikkeling van de vacuum biopsie. “Dit onderzoek doen we bij kalkspatjes. Het is mogelijk een borstfoto te maken die met de computer drie dimensionaal wordt weergegeven. Zo geeft de computer exact de plek van een kalkspatje aan. Vanuit twee richtingen wordt een naald gestuurd voor een nauwkeurige biopsie. Littekens
zijn te verwaarlozen. Het wordt goed verdoofd, het enige is dat de patiënt een uur plat moet liggen.” Het grote voordeel is volgens Van Engelenburg dat deze ingreep relatief eenvoudig is. “Kalkspatjes betekenen in driekwart van de gevallen niets. Slechts een kwart is borstkanker of een voorstadium daarvan. Voor het onderzoek is weefsel nodig dat we tot voor kort operatief moesten weghalen. Dat was dus in heel veel gevallen een onnodige belasting voor de patiënt. Nu kan het grootste deel van de vrouwen zonder operatie weer naar huis.” Op tijd er bij Vrouwen die iets voelen wat ze niet vertrouwen, adviseert van Engelenburg naar de huisarts te gaan. “Heel vaak is het gelukkig niets verontrustends. Maar op tijd er bij zijn, dat is het belangrijkst. Want als er wel iets aan de hand is, dan verwijst de huisarts naar het ziekenhuis en dan gaat hier de trein rollen.”
Walter Jacques van Buuren en Alec Malmberg
Nieuwe afdeling gynaecologie biedt beduidend meer mogelijkheden De afdeling gynaecologie beschikt tegenwoordig over een nieuwe, goed geoutilleerde polikliniek. Nog steeds op dezelfde locatie in het ziekenhuis, maar met een verdubbeling van de ruimte door beide kanten van de gang te benutten. De nu beschikbare ruimte biedt de zes gynaecologen beduidend meer mogelijkheden. “Er zijn lang plannen geweest en weer plannen veranderd maar eindelijk hebben we nu een nieuwe polikliniek waar we heel goed mee uit de voeten kunnen. We zijn hier heel erg blij mee”, aldus de gynaecologen Walter Jacques van Buuren en Alec Malmberg. “En niet alleen zijn de technische mogelijkheden voor ons uitgebreid ook esthetisch is nagedacht over deze polikliniek. Een binnenshuisarchitect heeft er iets moois van gemaakt.” Van Buuren legt uit dat aan de ene zijde van de gang alles wat betrekking heeft op zwangerschap plaatsvindt en dat de andere kant het gynaecologische deel is. De ingebruikname van de nieuwe polikliniek betekent voor de patiënten in ieder geval meer privacy. En moest voorheen de echografie nog op een andere etage worden gedaan, tegenwoordig is ook die mogelijkheid op de nieuwe polikliniek aanwezig. Door de nieuwe apparatuur kan de patiënt zelfs nog beter meekijken op de monitor. Een groep vrouwen waarmee de gynaecologen met regelmaat te maken krijgt is de groep vrouwen
met een verzakking. In het Slingeland Ziekenhuis is het vooral gynaecoloog Malmberg die zich in de behandeling hiervan heeft gespecialiseerd. Hij legt uit dat er nieuwe ontwikkelingen zijn op dit gebied. “Nieuw is dat we bij een verzakking werken met een materiaal dat hetzelfde is als het urineverlies-bandje. Met dat materiaal is al heel veel ervaring. Het is een relatief kleinere operatie met een beter resultaat en een langduriger werking. We doen als Slingeland Ziekenhuis hierin mee in een landelijk onderzoek.” Een ander veel voorkomend probleem bij vrouwen is urineverlies. “En aan urineverlies is wat te doen. Conservatief en operatief”, leggen beide gynaecologen uit. “De kwaliteit van leven verbetert sterk voor vrouwen die last van urineverlies hebben. We vermoeden dat er nog veel vrouwen zijn die hier last van hebben en die het niet melden. Dat is jammer, want hun leven kan positief hierdoor veranderen.” Bij de behandeling van verzakking en urineverlies wordt nauw samengewerkt met de afdeling urologie, de maag/darm/lever afdeling en de
afdeling Radiologie. Bij een gecombineerd urine- en ontlastingverlies is er een overleg met vele specialismen binnen het Slingeland Ziekenhuis en een goede samenwerking met het Radboud Ziekenhuis in Nijmegen. Nieuwe ontwikkelingen en nieuwe technieken staan voor de deur. Genoemd wordt de mentruatieproblematiek. “Ontwikkelingen hierin volgen we op de voet. Want het is een stap voorwaarts als daar op een eenvoudiger manier iets aan te doen is. Bijvoorbeeld het weghalen van poliepen zonder algehele narcose.” Ook voor het verwijderen van de baarmoeder via een kijkoperatie in de buik of voor het verwijderen van vleesbomen zijn nieuwe ontwikkelingen te melden. “Technieken die we op de voet volgen. We kunnen wel zeggen dat we wat dat betreft meedoen met de top van Nederland.” En voor de patiënt levert dat uiteraard alleen maar voordelen. “De periode van klacht tot klachtenvrij wordt steeds korter. De nieuwe apparatuur die daar mede toe bijdraagt is weliswaar kostbaar maar de opname duurt korter.”
De Doetinchemse gynaecologen werken goed samen met de specialisten in Nijmegen. “Bij bijzondere operaties zoals bijvoorbeeld kwaadaardige tumoren in de eierstokken, komen chirurgen uit Nijmegen hier mee opereren. Uit kwaliteitsoogpunt is dat van belang.” Met de nieuwe polikliniek en alles wat daarmee samenhangt heeft de afdeling gynaecologie een goede slag gemaakt. “We zullen de ontwikkelingen op de voet blijven volgen. Dat kost vaak geld. Want bijvoorbeeld echoapparatuur is snel verouderd, maar het is de investering absoluut waard.”
Kunst
|| Ateliergroep Fatima
KNO-artsen passen laser toe bij meerdere behandelingen Sinds ruim een half jaar geleden heeft het Slingeland Ziekenhuis twee lasers voor meerdere specialismen in huis. KNO-arts Marcel Coenen past sinds enkele maanden de laser toe bij verschillende behandelingen.
Marcel Coenen
Hij is erg enthousiast over de aanschaf van de nieuwe lasers: "Wij kunnen er tal van behandelingen mee uitvoeren, hoewel ik er direct aan wil toevoegen dat het geen tovermiddel is.” Marcel Coenen werkt tot nu toe voor zijn vakgebied met de CO2 laser en legt één van de toepassingen uit. “Veel kleine kindjes krijgen te maken met de noodzaak van een buisje in het oor. Tot nu toe gebeurt dat door
met een mesje een klein gaatje in het trommelvlies te maken zodat het vocht erachter weg kan. Meestal gaat zo'n gaatje snel weer dicht en daarom plaatsen we vaak een buisje. Deze behandeling gebeurt onder narcose en heeft daarbij nog het nadeel dat de kinderen soms een tijdje niet mogen zwemmen en dat het buisje naar binnen of buiten kan worden gedrukt. Met de laser kan deze behan-
deling ook worden gedaan. Er wordt dan in 0,2 seconde een klein rond gaatje in het trommelvlies 'gebrand'. Dus heel snel, gemakkelijk en zonder bloed. Dit gaatje blijft veel langer open, drie tot vier weken en dat is vaak voldoende om het slijmvlies in het middenoor weer tot rust te laten komen. Een buisje is dan niet nodig.” Coenen hoopt dat het binnenkort zelfs mogelijk is om een extra onderdeel aan de lasertechniek toe te voegen, waardoor de ingreep bij iets oudere kinderen zelfs onder plaatselijke verdoving en poliklinisch kan geschieden. De lasertechniek kan ook ingezet worden om de soms te grote maar niet ontstoken keelamandelen bij zeer jonge kindjes kleiner te maken, zonder het hele orgaan te moeten verwijderen. Bij volwassenen kunnen de keel-
amandelen zelfs op deze manier helemaal worden verwijderd. De pijn en het nabloedingsrisico zijn dan minder. Verder kunnen er vooral stembandoperaties en poliklinische behandelingen bij een chronisch verstopte neus laserchirurgisch worden gedaan. Ook voor snurkers kan een behandeling met de laser een oplossing bieden. Kleine kanttekening is wel dat alleen bij een slaap-apneu de verzekering de kosten dekt. Toch heeft laser ook een schaduwzijde. Laser is duur, aldus Coenen. Daardoor hebben weinig ziekenhuizen nog de beschikking over een laser. Zelf heeft hij speciale scholing voor behandelingen met laser gevolgd en in Duitsland al ervaring opgedaan. “Maar overschat de voordelen van laser niet, soms is er ondanks laser ook nog wel eens een buisje nodig.”
Operatief Dag Centrum: voor kleine kortdurende ingrepen en pijnbehandeling De wens om efficiënter, sneller en korter te behandelen heeft ertoe geleid dat er maart vorig jaar in het Slingeland Ziekenhuis een Operatief Dag Centrum is gestart. “Noem het maar een mini compleet operatiecentrum en pijnpolikliniek”, legt Theo Hoogveld, hoofd van de OK uit. Het Slingeland Ziekenhuis beschikt over zeven operatiekamers. “Daar worden de grote operaties uitgevoerd maar daar zaten tot vorig jaar maart ook de kleinere ingrepen tussen. Bijvoorbeeld ingrepen van de oogarts: de behandeling van staar. Voor dat soort kleinere ingrepen, die kort duren hebben we gezocht naar een nieuwe route die minder belastend is voor de patiënt en de organisatie. Voorheen moest de patiënt eerst naar de opname, dan naar de afdeling F2, dan naar de OK en vervolgens weer terug naar de afdeling voor hij naar huis kon. Nu komt de patiënt alleen naar het ODC en gaat hij vanuit hier weer naar huis.” Het Operatief Dag Centrum is bij de
laatste verbouwing gecreëerd. Het is een complex met een ontvangstruimte, twee operatiekamers en een nazorgruimte. “Dicht bij elkaar zodat er logistiek winst te behalen is”, legt Hoogveld uit. In beide operatiekamers is het mogelijk voor de specialist om, wanneer de ingrepen geschikt zijn, simultaan te werken. “Zo breng je ook nog de wisseltijd naar een minimum terug.” Hoogveld geeft aan dat door de in gebruikname van het ODC er een ‘productiewinst’ van vijftig procent is geboekt. “Dat betekent ook dat de oogarts bijvoorbeeld meer tijd heeft voor de polikliniek waardoor er weer meer patiënten geholpen kunnen worden en wachtlijsten korter worden.”
Ontvangstruimte
Naast de kleine, kortdurende, repeterende ingrepen wordt het ODC gebruikt voor de pijnbehandelingen. “We proberen hier op een gemoedelijke manier de mensen te ontvangen. Met een kopje koffie of thee en met een bloemetje op tafel. We merken dat de patiënten hier enthousiast op reageren. Het is hier kleinscha-
lig en heel persoonlijk. En nu het personeel gespecialiseerd raakt in de kortdurende ingrepen kunnen ze nog beter de patiënten op hun gemak stellen. Ze weten waar de mensen mee zitten.” Het ODC reilt en zeilt organisatorisch onder leiding van Gemma Groen, senior medewerker ODC.
Paul van de Meeberg en team MDL
Maag/darm/lever poli plant alle onderzoeken in één dagdeel De werkwijze op de MDL polikliniek is onlangs veranderd. Organisatorisch is er een nieuwe route gekomen. Moesten voorheen de patiënten vaak terug komen voor de verschillende onderzoeken, in de nieuwe opzet worden de onderzoeken zoveel mogelijk op 1 dagdeel gepland. Met aan het einde van die rit een bezoek aan de maag-darm-leverarts.
“Wij zien al jaren dat bij heel veel klachten steeds bepaalde onderzoeken noodzakelijk zijn”, legt mdl-arts Paul van de Meeberg uit. “Die onderzoeken kun je dus plannen. En als je die planning van te voren maakt, kan de uitslag al voorhanden zijn wanneer de patiënt aan het eind van die onderzoeken de specialist bezoekt.” De nieuwe werkwijze start al bij de huisarts. Die stuurt een fax naar de afdeling MDL wanneer een patiënt wordt doorverwezen. Naar aanleiding van die fax neemt een gespecialiseerde verpleegkundige binnen een week telefonisch contact op met de patiënt. Deze verpleegkundige stelt nog eventuele aanvullende vragen die van belang kunnen zijn voor de te plannen onderzoeken. Ook zal zij de noodzakelijke onderzoeken toelichten. De patiënt ontvangt vervolgens thuis een pakketje met een routebriefje en schriftelijke informatie over de onderzoeken. “Vroeger moest de patiënt wachten op een eerste bezoek aan de specialist. Vervolgens waren er weer wachtlijsten voor de verschillende onder-
zoeken en al met al kwamen de patiënten vaak zo'n vier keer naar het ziekenhuis. Nu zijn de wachttijden veel korter en plannen we dus de onderzoeken in een dagdeel. Dankzij de nieuwe werkwijze kan de patiënt aan het eind van de onderzoeken bij de specialist terecht en kan de uitslag al worden besproken. De patiënt wil graag snel een diagnose weten en op deze manier kan hij na een dagdeel al of opgelucht naar huis of er wordt een behandelplan gemaakt”, aldus Van de Meeberg. De verpleegkundige heeft bij het eerste telefonisch contact ook vragen gesteld waaruit in overleg met de specialist kan worden geconcludeerd of er snel moet worden gehandeld of dat er wel even kan worden gewacht. “Het aantal patiënten neemt toe, enerzijds door de vergrijzing en anderzijds doordat de streek groeit. Wij moeten voorkomen dat er lange wachtlijsten ontstaan. Deze nieuwe opzet helpt daarbij.”
tot de meest moderne in Nederland. “Een logistieke unit. Daar is bij de verbouwing al rekening mee gehouden”, aldus Van de Meeberg. “Alles gebeurt hier op deze afdeling. Alles kan hier ook, zelfs het uitslapen na een roesje. Ook daar is een ruimte voor.”
In het Slingeland Ziekenhuis werken drie mdl-artsen die onlangs hun verbouwde en vernieuwde afdeling in gebruik hebben genomen. Een afdeling die zich inmiddels kan rekenen
Naast de inzet van de gespecialiseerde verpleegkundige meldt Van de Meeberg ook nieuwe ontwikkelingen in de techniek. De meest revolutionaire is wel de videocapsule.
Een grote groep patiënten waar de mdl-arts mee te maken heeft is de groep patiënten met darmkanker. “Een op de twintig Nederlanders krijgt darmkanker. Wij zijn uitermate alert op alarmsymptomen zoals bloedverlies en darmkanker in de familie. Nederlanders waren lang naïef en hielden zich er eigenlijk niet zo mee bezig. Tegenwoordig is er veel meer over bekend en zie je ook dat mensen onrustig worden. Wij stellen ons daarin laagdrempelig op. Wij onderzoeken de klachten. En vroeger moest dat via de poli met lange wachttijden, tegenwoordig dus via de gespecialiseerde verpleegkundige.”
“Bedoeld voor onderzoek van de dunne darm. Dat is een lastig gebied waar nu een goed antwoord op is. De patiënt slikt de videocapsule in die er via de natuurlijke weg weer uitkomt. Onderweg maakt hij duizenden foto's die worden geregistreerd op een kleine ontvanger die de patiënt bij zich draagt. Deze duizenden foto's kunnen we versneld afdraaien als een film. Een grote stap voorwaarts in het onderzoek van de dunne darm.”
Kunst
|| Ateliergroep Fatima
Patiënten Advies Raad voor zaken die voor de patiënt van belang zijn Het Slingeland Ziekenhuis heeft in het kader van de wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen sinds 1999 een Patiënten Advies Raad. De PAR adviseert gevraagd en ongevraagd de directie over zaken die van belang zijn voor de patiënt. Klinisch en poliklinisch. Rita Smit en Saskia Bilderbeek-Bastiaanse
“We proberen onze stem door het hele ziekenhuis te laten horen”, aldus Saskia Bilderbeek-Bastiaanse, voorzitter van de PAR. Met zeven leden en een ambtelijk secretaris is de PAR alert wanneer er voor de patiënten verbeteringen te behalen zijn. “Denk bijvoorbeeld aan de bereikbaarheid van het ziekenhuis, parkeerproblematiek of lange wachttijden in de polikliniek”, geeft Saskia Bilderbeek als voorbeeld. “Zo hebben we geconstateerd dat de warme maaltijden niet warm genoeg bleven. Dit bleek al eerder gesignaleerd maar we lossen het nu samen op.” Het Slingeland Ziekenhuis heeft steeds meer aandacht voor patiënt-
vriendelijkheid. Het project patiëntgericht werken is daar een goed voorbeeld van. Ook de PAR heeft aan dat project haar steentje bijgedragen. “Het heeft enige tijd geduurd voordat de PAR geaccepteerd en gekend werd in haar functie als adviesorgaan binnen het ziekenhuis maar inmiddels zijn we zover dat we volledig meedraaien en gewaardeerd worden. Wij zijn een unieke raad. Het unieke van onze raad zit hem in de onafhankelijkheid waardoor we vrijuit onze mening kunnen ventileren.” Op veel terreinen heeft de PAR voor de patiënten van het Slingeland Ziekenhuis iets kunnen betekenen.
Zo is de telefonische bereikbaarheid tussen de middag verbeterd. Er wordt gewerkt aan een betere bewegwijzering zodat de patiënten sneller hun weg in het ziekenhuis kunnen vinden. De centrale hal is voorzien van moderner en comfortabeler meubilair en er is een verbod gekomen voor draaiende motoren van busjes en taxi's die bij de hoofdingang staan te wachten. Naast deze zichtbare verbeteringen blijft de PAR alert om het voor de patienten steeds beter te maken. Zo blijven rookbeleid, parkeerproblematiek, kwaliteit van zorg, bereikbaarheid en communicatie voortdurend aandacht vragen voor verbetering.
De PAR wil zich de komende tijd gaan inzetten voor het realiseren van een kinderopvang voor bezoekers en polikliniekpatiënten. ” Tijdens de open dag zorgt de PAR voor kinderopvang. Kinderen van 0 tot 5 jaar worden naast het patiëntenrestaurant door kinderdagverblijf Ienieminie en leerlingen van het Graafschap College met voldoende ervaring gezellig bezig gehouden zodat hun ouders ongestoord de route door het ziekenhuis kunnen volgen. “Wij staan open voor alle suggesties die mensen tijdens de open dag kwijt zouden willen”, aldus Saskia Bilderbeek- Bastiaanse.
Vrienden van het Slingeland Ziekenhuis sparen voor Kids on line Het bieden van professionele zorg; daar staat het Slingeland Ziekenhuis voor. Of het nu gaat om een onderzoek, een bezoek aan de polikliniek of om een opname, het Slingeland Ziekenhuis probeert het verblijf van iedere patiënt zo aangenaam mogelijk te maken. Dat bij de keuze hoe de beschikbare middelen te besteden de medische zorg voorrang krijgt, lijkt duidelijk. “En dan blijft er onvoldoende geld over voor comfort. Daar wil de Stichting Vrienden van het Slingeland Ziekenhuis nu graag iets aan doen”, aldus Hans Stegweg, voorzitter van ‘De Vrienden’. Stegweg legt uit dat zowel particulieren als bedrijven Vriend ofwel donateur kunnen worden. “En we hebben al heel aardige zaken gerealiseerd. Zaken die niet direct met medische zorg te maken hebben. Zoals het opknappen van de dagverblijven; het toegankelijk maken van de tuin voor rolstoelen en er is een informatiezuil gebouwd in de hal.” Annemarie van Os, hoofd van de kinderafdeling en bestuurslid van de Stichting Vrienden van het Slingeland Ziekenhuis vult aan: “Op dit moment loopt het project Kids
on line. We hebben de wens om bij elk bed op de kinderafdeling een vaste computer te hebben. De kinderen kunnen zo chatten met hun thuisfront. Met school, vriendjes of opa en oma. We hebben nu 1 verrijdbare computer en we zien wat het effect is voor kinderen om het contact met thuis op deze manier in stand te houden. Dit werkt echt mee aan herstel.” Annemarie vertelt dat de Rotary Oude IJsselstreek een forse aanzet tot realisatie heeft gegeven door een donatie van 28.000 euro te doen naar aanleiding van haar
jubileumconcert onlangs bij het dertigjarig bestaan. “De rotary wil er zelfs een eigen doe-project van maken. Dus zelf de handen uit de mouwen steken.” Overigens behoort binnen het Kids on line project ook Baby watch. Moeders die vanaf de afdeling of thuis hun pasgeborene kunnen blijven volgen. “En dan is er nog een wens om het buitenterrein aan te pakken. Floor Indoor noemen we dat project. Een mooie tuin waar de kinderen met bed en al in kunnen. En graag met een aantal konijntjes en geitjes of zo.”
Hans Stegweg
Om de wensen in vervulling te laten gaan is veel geld nodig. “Zo’n 80.000 tot 100.000 euro. Gelukkig heeft de Rotary Oude IJsselstreek toegezegd samen met ons dat einddoel te willen bereiken.” Wie meer informatie wil over de Vrienden van het Slingeland Ziekenhuis kan bellen met 0314329177. En wie Kids on line en het Floor Indoorproject wil steunen kan een bijdrage storten op bankrekening nummer: 53.30.17.815.
Christian van Haselen
Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de dermatologie De afdeling dermatologie werkt met drie dermatologen, zes assistentes en twee secretaresses. “Zonder deze enthousiaste medewerkers is het spreekuur niet mogelijk”, aldus dermatoloog Christian van Haselen. “Bovendien hebben de assistenten onder supervisie van de dermatologen een eigen spreekuur.” De huid is het grootste orgaan van het lichaam. Naast het cosmetisch aspect heeft de huid ook een belangrijke barrière-functie tegen ziekteverwekkers, ultraviolette straling enzovoort. “Omdat de huid goed zichtbaar is, worden huidafwijkingen, ook de kwaadaardige, vaak in een vroeg stadium opgemerkt”, aldus Van Haselen. “Dit maakt ons vak ook heel direct. Je kunt meteen zien wat het probleem is.” Huidafwijkingen komen op elke leeftijd voor. Wel heeft elke leeftijd vaak zijn ‘eigen’ problemen, evenals overigens bij andere specialismen. “Het vakgebied is erg breed en daarom is er een overlap met andere specialismen. Maar dat maakt het ook extra interessant want dat betekent dat je patiënten met bepaalde huidafwijkingen met meerdere specialisten beoordeeld. Met sommige specialisten hebben we gezamenlijke spreekuren, bij andere specialisten kijken we op verzoek letterlijk even mee.” Sinds 2001 biedt de vakgroep dermatologie aan huisartsen, verpleeghuisartsen, artsen uit penitentiaire inrichtingen en wijkverpleegkundigen de mogelijkheid om te participeren in een teledermatologisch project. “De
(huis)arts stuurt foto’s met begeleidende relevante medische informatie via e-mail. De dermatoloog beantwoordt het consult. In ongeveer 50 procent van de gevallen kan de huisarts de patiënt verder zelf behandelen. In de overige gevallen wordt de patiënt alsnog doorverwezen naar de dermatoloog. Soms krijgt de huisarts het advies om voorafgaand al een bloedonderzoek te verrichten. Dit werkt efficiënt voor zowel patiënt als arts.” Het aantal teledermatologische consulten loopt snel op. Was het in 2003 nog 228, in 2005 was bij 363 patiënten het eerste consult via teledermatologie. De afdeling dermatologie heeft een nauwe samenwerking met de thuiszorg Sensire wanneer het gaat om behandeling van open benen. De patiënten worden hiervoor tijdens een speciaal spreekuur gezien en in een bezoek wordt zowel onderzoek als behandeling gedaan. Het beleid wordt vervolgens teruggekoppeld aan een hiervoor geschoolde wijkverpleegkundige. Regelmatig vindt dan een controleonderzoek plaats in de polikliniek dermatologie. In samenwerking met de plastische chirurgie wordt bij patiënten die een
borsthersteloperatie hebben ondergaan na borstkanker, door de dermatologen een medische tatoeage verricht van de tepel en tepelhof. De dermatologie heeft ook nieuwe ontwikkelingen te melden. Zo worden er bij een geselecteerde groep patiënten nieuwe therapiën voor huidkanker toegepast. Het betreft een aanvulling op het huidige therapie-aanbod. “Bij de Imiquimod crème, een zogenaamde immuunmodulator, die aanvankelijk alleen was bedoeld voor de behandeling van door virussen veroorzaakte huidaandoeningen, bleek ook sprake te zijn van anti-tumor effecten. In feite wordt door het aanbrengen van de crème ter plaatse de afweer opgekrikt”, legt Van Haselen een nieuwe ontwikkeling uit. “Ook de fotodynamische therapie is een nieuwe therapie tegen huidkanker of voorlopers ervan. We hopen in 2007 met deze therapie te kunnen beginnen. Er wordt een stofje op de huid aangebracht (5-aminolevulinezuur) dat samen met licht onrustige cellen vernietigt. Voordelen zijn onder andere dat je grotere plekken kunt behandelen met een goed cosmetisch resultaat.” Tevens zijn er nieuwe behandelingen
voor psoriasis (met gewrichtsklachten) te melden. “Biologicals zijn geneesmiddelen die gericht zijn tegen stofjes die betrokken zijn bij onterechte ontstekingsreacties zoals dat bij psoriasis het geval is. Het interessante van deze middelen is dat hun effect steeds dichter richting de bron komt. Deze zeer dure nieuwe therapiën zijn een aanvulling en niet bedoeld voor grote groepen patiënten. Alleen voor patiënten waarbij andere middelen falen is deze therapie te overwegen.” Ook voor de behandeling van exceem is een nieuwtje te melden. “De zogenaamde calcineurine-inhibitoren Protopic en Elidel”, meldt Van Haselen. “De werking komt er in het kort op neer dat de activering van bepaalde ontstekingscellen, die een belangrijke rol speelt bij exceem, wordt geremd. Vooral bij exceem over grote oppervlakten en in het gezicht is het een aanwinst omdat het niet zou leiden tot het dunner worden van de huid en remming van de bijnierschors.” Toch is er nog steeds een belangrijke rol voor de reeds langer bestaande therapiën. “Bij elke patiënt met exceem worden individuele afwegingen gemaakt die leiden tot een therapiekeuze.”
Diagnostisch Centrum Slingeland opent groot aantal prikposten Voortaan kunnen patiënten van huisartsen en specialisten voor afname van bloed of voor het inleveren van materiaal als bijvoorbeeld urine, dicht bij huis terecht. Het Diagnostisch Centrum Slingeland (DCS) opent namelijk in de regio een groot aantal servicepunten en start een trombosedienst. Eljen Kalsbeek
“Een eerste servicepunt is ruim een jaar geleden opgezet in de wijk Dichteren in Doetinchem”, aldus Eljen Kalsbeek, organisatorisch hoofd van het laboratorium. “Die wijk ligt op een behoorlijke afstand van het ziekenhuis. Door het instellen van een prikpost die drie keer
per week bemand is, konden we patiënten uit een grote omgeving een goede service bieden.” Het succes van Dichteren krijgt nu opvolging in het gehele verzorgingsgebied van het Slingeland Ziekenhuis. De servicepunten worden gevestigd bij bijvoorbeeld huis-
artsen of zorgcentra. “Dichtbij huis voor de patiënt”, aldus Stephan Koehorst, professioneel hoofd van het laboratorium. “Dit is echt een service van het ziekenhuis. Voor bloedafname kunnen patiënten die mobiel zijn op eigen gelegenheid er naar toe en anders komen we aan
huis op verzoek van de aanvragend arts.” Naast de twee activiteiten als servicepunten en trombosedienst is er door de huisartsen die het DCS adviseren nog een aantal aandachtspunten benoemd die op korte termijn worden gerealiseerd.
Plastisch chirurgie: precisie chirurgie die volop in belangstelling staat Paul Kouwenberg is plastisch chirurg in het Slingeland Ziekenhuis, hij heeft deze afdeling in december 2003 opgestart. Een nog jonge afdeling die gezien maatschappelijke en verzekeringstechnische veranderingen volop in de belangstelling staat. Kouwenberg legt uit: “De verzekeringen zijn sinds het nieuwe zorgstelsel commerciëler geworden. Dat betekent voor ons een behoorlijke ommezwaai. Om toch alle patiënten te kunnen helpen in een veilige omgeving bieden we nu ook niet verzekerde zorg aan in het ziekenhuis. Patiënten die overwegen zich te laten behandelen door een plastisch chirurg kunnen vrijblijvend een afspraak maken op de polikliniek plastische chirurgie. Indien de huisarts of collega specialist de patiënt verwijst betaalt de zorgverzekeraar het consult. Pas als de verzekering de behandeling wenst te vergoeden, of de patient akkoord gaat met een offerte, zal de patiënt worden behandeld. Patiënt weet vooraf waar hij of zij aan toe is.” Kouwenberg vertelt dat het vooral de veiligheid is waar de afdeling plastische chirurgie de nadruk op legt. “Mocht er onverhoopt een complicatie optreden dan zijn er in een ziekenhuis altijd medisch specialisten en goede apparatuur aanwezig om problemen snel en goed op te lossen. Er is in het ziekenhuis bijvoorbeeld een
intensive care. Sinds kort kunnen wij iedereen dus behandelen ook als de verzekering het niet of niet goed dekt. Het is goed voor de patiënt dat het ziekenhuis zich hierin actief opstelt, zodat we ook de patiënt met flaporen of hangende oogleden en wallen niet teleur hoeven te stellen. De plastische chirurgie is zo in de volle breedte uit te oefenen in het Slingeland ziekenhuis en zo kan ik mijn expertise onderhouden en verder uitbouwen. Ook voor reconstructies (zoals een borstreconstructie) heb je ook cosmetische technieken nodig voor een goed resultaat.” Plastisch chirurgie is volgens Kouwenberg precisie chirurgie. Zo is de kennis van de huid bij de plastisch chirurg erg groot. “Met die kennis kunnen we chirurgie toepassen om bijvoorbeeld littekens zo min mogelijk zichtbaar te maken.” Met de afdeling Dermatologie is een zeer goede samenwerking. Verdachte huidafwijkingen worden vaak eerst samen met de dermatoloog beoordeeld of het echt wel nodig is om te opereren of dat een andere therapie beter is. Een
Paul Kouwenberg
ander gebied waar de plastisch chirurg veel kennis van heeft is de handchirurgie. “Het mechaniek van een hand is moeilijk en ingewikkeld. Het is hierbij vooral van belang een goed functiegericht resultaat te verkrijgen.” Handchirurgie heeft Kouwenberg zijn bijzondere interesse. “Menig handletsel is echt goed te verbeteren maar denk ook aan zenuwbeklemmingen of reuma. Maar ook bij mensen met aangeboren afwijkingen zoals extra vingers kunnen we de hand weer zo normaal mogelijk maken.” De plastisch chirurg wordt door zijn kennis van de weke delen en ervaring in de weefselverplaatsing vaak ter assistentie gevraagd bij grote wonden. Soms kan dit een amputatie van arm
of been voorkomen. Reconstructieoperaties (zoals bij borstkanker) behoren expliciet tot het vakgebied van de plastisch chirurg. “Belangrijk daarbij is dat we goed luisteren naar de patiënt. Wat wil de patiënt en wat past in zijn leven. Welke keuze maakt iemand na een borstamputatie, wel of niet een reconstructie. Want wat voor de een van belang is hoeft dat nog niet voor de ander te zijn.” Waarschijnlijk dit jaar nog zal de vacature voor de tweede plastisch chirurg definitief worden ingevuld. De poli plastische chirurgie is nu nog gehuisvest in een tijdelijke ruimte maar volgend jaar is de definitieve polikliniek klaar.
Elvira Vermeulen, Heleen Wijburg, Annemarie van Os en een patiënt
Kinderafdeling start themapoliklinieken obesitas en poep- en plaspoli De samenwerking tussen de polikliniek en de afdelingen wordt steeds intensiever. Een goed voorbeeld daarvan is de kinderpoli en de kinderafdeling. Een ontwikkeling die daaruit voortkomt, zijn de zogenaamde themapoli's. Voor de jonge diabetespatiënten, voor de kinderrevalidatie en de cardiologie loopt dit al langer. Op korte termijn worden deze themapoli's uitgebreid met een obesitaspoli, adoptiepoli en een poep- en plaspoli.
Kinderarts Elvira Vermeulen: “Er komen steeds meer dikke kinderen, voor de toekomst geeft dit vele complicaties op het gebied van diabetes mellitus type 2, hart-en vaatziekten, en niet te vergeten sociale-emotionele problematiek. Belangrijk is dat we snel de kinderen kunnen screenen en kunnen vaststellen of het overgewicht door de levensstijl komt of dat er andere problemen zijn.” Met de huisartsen, het consultatiebureau en de jeugdzorg wordt een samenwerking opgestart waardoor in de regio snel kan worden doorverwezen naar de obesitaspoli. “Medische
Kunst
|| Ateliergroep Fatima
problematiek hoort thuis in het ziekenhuis. Lifestyleadviezen moeten gegeven worden in de directe leefomgeving. Voor de ouders heeft dit ook voordelen. Zij hoeven niet te zoeken naar een goede oplossing voor het overgewicht van hun kind. Er zijn immers zovelen die zich op dit terrein profileren.” Volgens de kinderarts zijn het de vier c's die als boosdoener voor overgewicht kunnen worden aangemerkt: Chips; Chocolade; Cola en Computers. Kinderarts Heleen Wijburg vertelt over de poep- en plaspoli. “Het is een groot taboe. Op de basisschool zitten per klas gemiddeld zo'n 1 tot 2 kinderen die niet zindelijk zijn.” Normaliter worden kinderen tussen hun tweede en vierde levensjaar zindelijk. “Vroeger kregen de kleintjes veel meer training daarin. Tegenwoordig ontbreekt het de ouders soms aan tijd en de kinderen vaak aan aandacht. Met alle gevolgen van dien.” Op de poep- en plaspoli wordt gestreefd naar een teambehandeling met inschakeling van bekkenbodemtherapeut en eventueel een kinder-
psycholoog. “Voor de kinderen zelf, zeker als ze al wat ouder zijn, is het een groot probleem. Ze nemen schoon ondergoed mee naar school, het stinkt en ze lopen de kans gepest te worden. Dan gaan ze vaak hun ontlasting ophouden en ontregelen ze zich helemaal. Sommigen hebben hun hele bekkenbodem verstoord.” Volgens de kinderartsen horen kinderen overdag zindelijk te zijn als ze naar de basisschool gaan. “Zo'n vier jaar dus. Voor het 's nachts in bed plassen gelden overigens andere normen.” Drie kinderartsen worden betrokken bij de poep- en plaspoli die de naam Pipo krijgt. Gestreefd wordt eind dit jaar een start te maken. De gehele kinderafdeling is onlangs vernieuwd. Annemarie van Os, hoofd van deze afdeling, is enthousiast over de moderne afdeling die het is geworden. “Het is mooi! Het is nog niet helemaal klaar; er lopen nog drie projecten die we nog verder willen afronden. Zo zijn we bezig met kids on line. Computers op de afdeling waardoor kinderen kunnen chatten met het thuisfront en met
school. Dat helpt echt bij het herstel. We streven er naar nog meer computers op de zalen te krijgen. Allemaal budget neutraal. Gelukkig hebben we goede sponsors en hebben we zelfs een aantal mobiele computers gekregen.” Een andere wens is het vernieuwen van het project Baby watch. Moeders, die na een bevalling al thuis zijn, kunnen via een webcam en computer hun pasgeborene op de kinderafdeling blijven volgen. En de derde wens is het aanpakken van het buitenterrein; een fraaie speelplaats voor opgenomen kinderen. De gerenoveerde kinderafdeling mag er zijn. Veel zaken zijn inmiddels goed geregeld. Bijvoorbeeld dat de ouders nu mee mogen tot en met de inleiding bij een spoedoperatie. Maar ook de wijze waarop kinderen worden voorbereid op een operatie gooit hoge ogen. “Voor ons zijn dit allemaal redenen om een zogenaamde Smiley aan te vragen. Een Smiley is een kwaliteits keurmerk voor kinderafdelingen van de stichting Kind en ziekenhuis en daar komen we nu voor in aanmerking.”
Orthopedie ziet functie computer toenemen bij aanmeten prothese De orthopedie houdt zich bezig met het houdings- en bewegingsapparaat. Met alle gewrichten en alle botten. “De meeste operaties die wij verrichten zijn de gewrichtsvervangende operaties.
Dirk Jan Wever, Orthopeed
De heup-, knie- en schouderoperaties”, aldus orthopeed Dirk Jan Wever.
De afgelopen vijf jaar is met name het aantal heupoperaties enorm gestegen. Zo’n zeventig procent meer nieuwe heupen zijn in het Slingeland Ziekenhuis geplaatst. Vergrijzing, waardoor er meer ouderen zijn die met elkaar meer last van slijtage hebben is daar de oorzaak van. Van een prothese is pas na vele jaren bekend of hij kwalitatief goed is of niet. “De patiënt moet er immers eerst lang mee doen voordat we de kwaliteit goed kunnen beoordelen.” In het Slingeland Ziekenhuis gebruiken de orthopeden heup- en knieprothesen waarvan de lange termijn resultaten bekend en goed zijn. Voor de heup zijn verschillende protheses mogelijk. “Met cement, waarmee de prothese aan het bot wordt vastgelijmd, of zonder cement. Bij ouderen gebruiken we meestal cement en bij de jongere patiënt een prothese zonder cement. Stel dat je het weer eens moet verwijderen dat gaat gemakkelijker zonder cement”, verklaart Wever. Overigens hebben beide methoden hetzelfde resultaat. Een paar jaar geleden is er een nieu-
we techniek bijgekomen. “De halve knieprothese. Daarbij wordt alleen het deel van de knie vervangen waar de slijtage zich bevindt. Dat heeft voordelen voor het revalideren. De patiënt herstelt sneller.” Steeds belangrijker wordt de functie van de computer. “Het aanmeten van een prothese komt heel precies. Je hebt te maken met verschillende mensen, dik en dun en groot en klein. Met een röntgenfoto wordt bepaald welke maat prothese iemand nodig heeft. Bijvoorbeeld bij een heup. Hoe groot moet de steel van de prothese zijn en hoe groot is de kom. Dat gebeurde tot nu toe altijd op de lichtkast. Tegenwoordig kan de computer dat overnemen. De foto’s staan in de computer en de maat en de correcte stand wordt precies uitgerekend. Dat betekent veel nauwkeuriger werken. Overigens wordt ook bij standscorrecties van bijvoorbeeld O-benen door de computer berekend wat de juiste hoek is voor de correctie.” De mogelijkheden van het gebruik van de computer zijn inmiddels nog
verder uitgebreid. “Wij hebben een serie knieprotheses geplaatst met behulp van een computer op de operatiekamer”, aldus Wever. “Met een navigatiesysteem wordt exact aangegeven waar we ons bevinden en wat het zaagvlak is. De benodigde gegevens worden tijdens de operatie ingevoerd door de verschillende punten aan te geven waarmee de computer bijvoorbeeld het been van een patiënt vormt. Deze methode werkt heel nauwkeurig. We hopen dat het ziekenhuis overgaat tot de aanschaf van een dergelijk computersysteem. Overigens kunnen ook neurochirurgen of de KNO-arts van deze computer gebruik maken.” Een nieuwe ontwikkeling noemt Wever het behandelen van inzakkingsbreuken van de rug bij botontkalking. Zelf heeft hij zowel in Engeland als in Nederland daar extra studie voor gevolgd en inmiddels heeft hij er ervaring in opgebouwd. Patiënten met een inzakkingsbreuk worden tot nu toe vaak door de huisarts behandeld met pijnstilling of een korset. “Maar er is operatief iets aan te doen door een klein bal-
lonnetje in het ingezakte deel in te brengen en vervolgens wat cement. Door deze behandeling verdwijnt de pijn erg snel.” Ook op het gebied van kruisbandreconstructies kan Wever nog nieuwe mogelijkheden melden. “Bij jonge mensen gebruiken we nu twee van de drie eigen hamstringpezen. Die klappen we dubbel, we boren tunnels en plaatsen de pezen op de plek van de kruisband. Lichaamseigen materiaal waarmee we goede resultaten boeken.” Als laatste noemt Wever de ontwikkeling van het programma Samen Sterk. “Hierbij revalideren de patiënten die een prothese hebben gekregen samen. De operaties zijn op de maandag geweest voor al die mensen, ze revalideren samen en gaan allemaal op vrijdag of zaterdag weer naar huis. Samen sterk. Ze trekken zich aan elkaar op als het even wat moeilijker gaat.” Volgens Wever is het gehele orthopedische pakket in het Slingeland Ziekenhuis aanwezig. “Van eenvoudige orthopedische ingrepen tot complexe revisieoperaties.”
Erich Taubert en Arno Geboers
Snellere diagnose door nieuwe werkwijze afdeling Urologie Het Slingeland Ziekenhuis werkt op dit moment met twee urologen. Volgens beide specialisten, Arno Geboers en Erich Taubert, is urologie misschien wel het slechtst begrepen vakgebied. Want dat urologen alleen mannendokters zouden zijn die zich bezig houden met prostaatklachten is ver naast de realiteit. Urologen behandelen zowel mannen als vrouwen, jong en oud.
“Onze afdeling groeit snel”, legt uroloog Erich Taubert uit. “Door efficiënter te werken hebben we de wachttijd van 12 weken begin 2004, teruggebracht naar 3 weken tegenwoordig.” Wat daar ongetwijfeld aan heeft bijgedragen is de nieuwe benadering voor het volgen van patiënten. “Nieuwe inzichten maken vaak eerdere belastende en tijdrovende controletrajecten overbodig. Het toepassen van deze inzichten geeft zowel patiënt als arts meer ruimte.” Ook de inzet van verpleegkundigen is veranderd. “De taken zijn uitgebreid. Verpleegkundigen hebben allemaal een HBO-opleiding en beschikken over veel ervaring. Steeds vaker worden verpleegkundigen zelfstandig ingezet. Bijvoorbeeld bij sterilisaties, daar geeft de verpleegkundige de informatie vooraf en voert het gesprek. En dat gaat toch om zo’n negen patiënten per week.” Taubert geeft aan dat met de komst van de nieuwe polikliniek er meer mogelijk is. “We proberen nu patiënten met bloed in de urine meteen in de blaas te kijken. Direct een urologisch onderzoek. Dat geeft ook de
patiënt het gevoel dat er snel serieus wordt gekeken en dat is heel prettig.” Nog een nieuwe ontwikkeling die tijdwinst oplevert wordt de zogenaamde ‘one-stop-poli’. “We willen met de huisartsen afspraken maken om patiënten met bloed in de urine of met plasklachten of vrouwen met vaak terugkerende blaasontstekingen meteen door te sturen. De huisarts heeft dan zelf al een aantal zaken, zoals bijvoorbeeld bloedonderzoek, geregeld. De verdere onderzoeken volgen hier en aansluitend is er een diagnose en een gesprek met de uroloog. De patiënt gaat dan of opgelucht naar huis, of we maken samen een behandelplan. Patiënten willen tegenwoordig graag snel weten wat er aan de hand is en op deze manier kan alles snel. Waarschijnlijk kunnen we vanaf januari 2007 de one-stop-poli operationeel hebben.” Taubert heeft voordat hij in Doetinchem als uroloog begon, in Afrika gewerkt. “Daar heb ik geleerd een plasbuisvernauwing op een adequate manier op te lossen. Niet zoals in Nederland gebruikelijk
met endoscopie maar met open chirurgie. De plasbuis wordt opengesneden en er wordt een stukje tongslijmvlies tussengelegd. Dat groeit weer mooi aan elkaar en het probleem is in negentig procent van de gevallen definitief opgelost. Anders dan bij endoscopie. Dat moet vaak veelvuldig worden herhaald.” Taubert heeft van deze behandeling zijn specialisatie gemaakt en is een van de weinigen in Nederland die op deze manier opereert. Collega Arno Geboers heeft zich met name toegelegd op het verwijderen van nierstenen. “We kunnen tegenwoordig met een heel flexibele en heel dunne kijkbuis, een uretero-renoscope, via de normale weg van buitenaf bij de nieren komen. Zo bepalen we precies waar een niersteen zit, hoe groot hij is en van welk materiaal. Met de holmium-laser kan vervolgens de niersteen volledig worden vergruisd. Het gaat hier echt om een technisch hoogstandje. Het gruis is door de laser zo fijn dat het bij het uitplassen niet meer is terug te vinden.”Geboers legt uit dat ook van buitenaf de nier kan worden aan-
geprikt en via een klein buisje de steen kan worden vergruisd en vervolgens verwijderd. Ook dan is uitplassen niet meer nodig. De urologen hebben vanaf de binnenkomst van een patiënt tot en met een operatie het gehele traject in eigen hand. “Wij doen de diagnose en de hele behandeling, ook chirurgisch”, legt Taubert uit. “Daardoor is de band met de patient vaak groter.” De patienten met prostaatkanker vormen nog steeds een grote groep. “Het is doodsoorzaak nummer 1 bij mannen. En hoewel het nog steeds om een grote operatie gaat, is het wel steeds beter geaccepteerd en niet meer zo gevaarlijk.” De urologen hebben veel raakvlakken en een nauwe samenwerking met bijvoorbeeld de oncologen; gynaecologen; geriaters en kinderartsen. De afdeling groeit snel. Inmiddels wordt gezocht naar een derde uroloog. De specialisatie van de verpleegkundigen wordt nog verder uitgebreid en in de toekomst zal ook de laproscopische chirurgie -het opereren door heel kleine gaatjes- verder toenemen.
Koen Lemmen en Ruud van der Kruijk
Neurologie werkt aan het opzetten van een Rug Centrum Achterhoek Neurologie is een specialisme voor aandoeningen van het gehele zenuwstelsel. Van de kleinste zenuw in het uiterste puntje van de teen tot en met de hersenen. Voor de neurologen zijn de hersenen het belangrijkste orgaan. Want die bepalen wie je bent en wat je bent; hoe je staat in het leven en wat je uiteindelijk in het leven bereikt. Het zijn de hersenen die de rest van het lijf tot expressie brengen. Het brein. “Omdat de hersenen zo belangrijk zijn is het zaak de conditie daarvan optimaal te bewaken”, aldus Ruud van der Kruijk, die samen met Koen Lemmen, Cuck van de Vlasakker en George Kienstra in het Slingeland Ziekenhuis de maatschap neurologie vormt. “De neuroloog komt in actie wanneer er iets mis dreigt te gaan met de hersenen of met het zenuwstelsel”, aldus Van der Kruijk. Hij legt uit dat de neurologische afdeling valt onder te verdelen in aandoeningen die spoedeisende hulp behoeven zoals bij een CVA of epilepsie en in aandoeningen met een meer chronisch karakter die poliklinisch worden behandeld, bijvoorbeeld Parkinson en MS (Multiple Sclerose). Door de jaren heen is de afdeling geleidelijk uitgebreid. “Deels door de groei van het aantal patiënten doordat de mensen nu eenmaal wat ouder worden en deels doordat de streek is gegroeid. En dan is er natuurlijk groei door de aanzuigende werking die uitgaat van de hoge kwaliteit zorg die wij kunnen bieden”, aldus Lemmen. De afdeling neurologie heeft inmiddels een aantal specialisaties ontwikkeld. Zo is er op het gebied van grote acute problematiek rondom de bloedvaten
behoorlijk veel know how. Als tweede in Nederland is de stroke care unit gestart en eveneens als tweede in Nederland het centrum voor trombolyse behandeling. En ook de botulinetoxine-behandelingen die voorheen alleen in academische ziekenhuizen konden plaatsvinden, kunnen inmiddels in het Slingeland Ziekenhuis worden uitgevoerd. Nieuw op de afdeling neurologie is de nurse practitioner; een verpleegkundige die zich bevindt op een niveau tussen verpleegkundige en arts; een soort verpleegkundig arts. “Susan Holtermann. Ze heeft 21 jaar neurologische ervaring op een hoog niveau en werkt zeer zelfstandig onder onze supervisie.” De groep neurologen werkt hiernaast ook samen met twee part-time neurochirurgen: Sytske Boomstra en Maartsen Driesse. Een unieke situatie noemen Van der Kruijk en Lemmen het. Beide neurochirurgen werken grotendeels voor het Medisch Spectrum Enschede en daarnaast in Doetinchem. Een belangrijk onderdeel van de neurologie is de stroke service Gelderland. “Hierin werken alle disciplines samen wanneer het gaat om de begeleiding van mensen met een hersenbloeding
of -infarct. Van huis tot ziekenhuis en terug naar (verpleeg)huis eventueel via de revalidatie. We hebben een protocol ontwikkeld waarbij al bij de huisarts duidelijk is waar op gelet moet worden om de patiënt op de juiste manier met de juiste snelheid op de juiste plek te krijgen.” De neurologen werken nauw samen met alle specialismen in het ziekenhuis. “Wij hebben met iedereen te maken. Er is bijvoorbeeld een nauwe samenwerking met de cardiologen en de vaatchirurgen. Om na een eerste behandeling te voorkomen dat de ziekte zich herhaalt werken we samen met interne geneeskunde aan een cardiovasculaire risico-poli. Het risico is namelijk groot dat een patiënt na een hartinfarct ook een herseninfarct of een vaatprobleem krijgt. Of andersom. Van elkaar weten we wat we doen. Dat hebben we samengevat in een uniek protocol.” De afgelopen tien jaar zijn er positieve ontwikkelingen geweest in de neurologie. De levensverwachting en de kwaliteit van leven voor de patiënten is verbeterd. Door gespecialiseerde verpleging; verbeterde bewakingsapparatuur; efficiënter onderzoek en betere
methoden als de trombolyse behandeling waarbij kan worden ingespoten met een zeer sterke bloedverdunner r-TPA zijn duidelijke stappen in de goede richting gezet. Ook de intraarteriële trombolyse, waarbij via een klein slangetje door de bloedvaten een bloedpropje lokaal in de hersenen kan worden uitgeschakeld is debet aan de vooruitgang. Het Slingeland Ziekenhuis is volgens de neurologen een goed geoutilleerd ziekenhuis. "We kunnen voor zaken meedraaien in de top van Nederland. En voor zaken waar we dat nog niet kunnen werken we samen met verschillende universitaire ziekenhuizen. Voor de bloedvaten bijvoorbeeld met Utrecht en Tilburg; voor MS met Amsterdam, maar ook met Nijmegen en Groningen werken we samen.” De instelling van de neurodagbehandeling, waarbij de patiënt een dag wordt opgenomen en gedurende die dag alle onderzoeken ondergaat, loopt goed. Inmiddels wordt gewerkt aan de opzet van een RCA, een Rug Centrum Achterhoek. “Een soort vervolg op de neurodagbehandeling. Alle expertise op het gebied van rugbehandeling wordt hierin gekoppeld. Het centrum wordt opgezet binnen de muren van het Slingeland Ziekenhuis maar patiënten vanuit een veel wijdere omgeving kunnen hun weg er naartoe vinden.” Volgens de neurologen is het Slingeland Ziekenhuis een Achterhoeks no-nonsense ziekenhuis waar het patiëntenbelang voorop staat. Kan-niet bestaat er niet. Nauwgezet worden de nieuwste ontwikkelingen gevolgd en dat wordt positief kritisch door de directie begeleid.
Scala aan mogelijkheden voor opleidingen en/of stages Het Slingeland Ziekenhuis biedt een scala aan mogelijkheden voor het volgen van opleidingen en/of stages. Na de opleiding tot verpleegkundige op MBO niveau 4 of HBO niveau 5, is het mogelijk verder te specialiseren voor een (landelijk erkende) vervolgopleiding zoals bijvoorbeeld IC; spoedeisende hulp; nierdialyse; oncologie; kraam/gynaecologie of kinderafdeling. Team afdeling Opleidingen
Binnen de verschillende opleidingen zijn er varianten in leerwegen. Corine Ras, coördinator Verpleegkundigen Opleidingen, legt uit dat binnen de MBO- of HBO-opleiding in het ziekenhuis studenten kunnen kiezen uit de zogenaamde duale richting, waarbij er een leer/arbeidsovereenkomst is met het Slingeland Ziekenhuis die na het voltooien van de opleiding kan worden omgezet in een arbeidsverband, of een beroepsopleidingsvariant, waarbij de student niet in dienst komt maar een schoolopleiding volgt bijvoorbeeld bij het Graafschap College of bij de Hogeschool Arnhem Nijmegen en een stage volgt in het
Slingeland Ziekenhuis. De laatste jaren is er een verschuiving in de opvattingen over ‘leren’. Dit heeft consequenties voor het onderwijs; opleidingen gaan competentiegericht opleiden. Dat vraagt volgens Corine een nog intensievere samenwerking tussen onderwijs en ziekenhuis. Het leren in de praktijk wordt belangrijker. De opleidingsfunctionarissen van de afdeling Opleiding hebben hierin een adviserende en coachende rol naar de medewerkers. Daarnaast wordt de zorg steeds complexer en de tijd dat de patiënt in het ziekenhuis ligt steeds korter. “Dat
betekent dat we de krachtige leeromgeving verder moeten ontwikkelen”, legt ze uit. Met het behalen van het diploma is het volgen van opleidingen in het ziekenhuis niet afgelopen. “We bieden bij- en nascholing en vaardigheidsonderwijs om de deskundigheid op peil te houden en te vergroten”, aldus Corine Ras. “Het Slingeland heeft daarvoor twee verpleegkundig docenten in dienst en we beschikken over een speciaal vaardigheidslokaal met oefenmateriaal waar vaardigheden kunnen worden aangeleerd of geoefend.” Tevens krijgen jaarlijks
alle medewerkers een reanimatietraining. “Veel mensen weten wel dat we verpleegkundigen opleiden, maar wat we daarnaast doen is vaak onbekend. Want ook op de poliklinieken, de Röntgenafdeling, de operatiekamer, de keuken en binnen de facilitaire en technische dienst worden er mensen opgeleid.” Tijdens de Open Dag op 15 oktober geeft de afdeling Opleidingen inzage in haar aanbod, zijn er demonstraties in het vaardigheidslokaal en kunnen belangstellenden uitgebreide informatie verkrijgen.
Centrum Bijzondere Tandheelkunde: uitkomst voor zeer angstige patiënt Zeven tot twaalf procent van alle Nederlanders gaat nooit naar de tandarts. Uit angst. Dertig procent van de rest van de Nederlanders heeft eveneens te maken met angst maar in mindere mate. Wanneer de angst echter zo groot is dat de patiënt er ernstig door wordt gehinderd terwijl hij wel tandheelkundige hulp wil, kan het CBT, Centrum Bijzondere Tandheelkunde, een uitkomst bieden. “Het CBT is er in eerste instantie voor de bewoners van Fatima in Nieuw Wehl”, legt tandarts Leonard Wetzels uit. “Zo’n tien tot vijftien jaar geleden zijn daar de zeer angstige patiënten uit de regio bijgekomen.” Het CBT is een verwijspraktijk waar patiënten via de huisarts, tandarts of kaakchirurg terecht komen. Naast een ruimte bij Fatima is er onlangs ook een ruimte voor het CBT op de afdeling kaakchirurgie in het Slingeland Ziekenhuis gekomen. Beide ruimtes onderscheiden zich van reguliere behandelkamers van een tandarts. “Wij hebben bijvoorbeeld alleen maar een stoel en geen spuugpilaar. Alles wat een angstprikkel kan geven is weggelaten. Heel bewust. Daarnaast proberen we het de patiënten gemak-
kelijker te maken door veel uit te leggen”, aldus Wetzels. In het CBT werken zes tandartsen parttime. “Wij werken goed met hen samen”, legt kaakchirurg Rob Mooren uit. “Voor angstige patiënten is de kaakchirurg nog bedreigender dan de tandarts. Deze patiënten worden veelal onder narcose behandeld. De angsttandarts maakt een behandelplan en de kaakchirurg wordt in overleg tijdens de behandeling ingepland zodat de patiënt in een keer door zowel tandarts als kaakchirurg wordt behandeld.” Mooren legt uit dat voorheen bij patiënten met grote angst vaak ten onrechte het gebit werd getrokken. “Terwijl het eigenlijke probleem ligt bij de angst. Trekken is dan de eenvoudigste oplossing. Nu
Leonard Wetzels en Rob Mooren
kunnen we die patiënten gelukkig goed laten behandelen.” Door een behandelruimte van het CBT in het ziekenhuis in te richten kwam de mogelijkheid om ook de mondhygiëniste van Fatima daar gebruik van te laten maken. “De mond is vaak een bron voor ontstekingen. Dat geldt in het ziekenhuis
voor bijvoorbeeld patiënten op de Intensive Care of na een hersenbloeding. Nu kunnen we de mondhygiëniste vragen het gebit goed schoon te maken zodat er geen bron voor ontstekingen meer aanwezig is. Terwijl voorheen de kaakchirurg werd geraadpleegd als er al een ontsteking was en dan was trekken de optie.”
Johan van der Elsen, Simone Krooshof en Debbie te Dorsthorst
Microbiologisch laboratorium boekt tijdwinst met moleculaire microbiologie Het medisch microbiologisch laboratorium biedt met bacteriologisch -, parasitologisch -, schimmel- en serologisch onderzoek ondersteuning aan huisartsen, specialisten en bijvoorbeeld de GGD. Uit materiaal van patiënten, bijvoorbeeld urine, ontlasting of bloed kan door middel van onderzoeken de verwekker van een infectieziekte worden opgespoord. Wanneer er schadelijke bacteriën geïsoleerd zijn
kan vervolgens worden bepaald
voor welke antibiotica deze verwekker gevoelig is. Op die manier helpt het microbiologisch lab bij het stellen van de diagnose en bij het bepalen van de juiste therapie.
“Onze afdeling bestaat uit twee delen, de microbiologie en de hygiëne en infectiepreventie (H&I)”, legt Johan van der Elsen, organisatorisch hoofd uit. Voor het deel H&I zijn drie hygiënisten in dienst. Gea van der Wal is een van de drie hygiënisten. Zij geeft aan dat het haar taak is te voorkomen dat patiënten een infectie oplopen binnen de muren van het ziekenhuis. "Infecties worden veelal overgebracht via de handen. Dus is het zaak dat de handhygiëne goed is. Wij maken daar onder andere protocollen voor zoals bijvoorbeeld niet wassen maar desinfecteren.” De bacteriologie werkt voornamelijk met microscopie en kweken. “Meestal kunnen we met de microscoop direct zien of er een bacterie aanwezig is in patiëntenmateriaal”, aldus Van der Elsen. “We bepalen de vorm: rond of staafvormig en zetten een speciale kleuring in waardoor de bacterie blauw of rose kleurt. Vorm en kleur geven een indicatie met welke groep bacteriën we te
maken hebben. De arts kan met die wetenschap bij spoedsituaties direct een behandeling in gang zetten. Ook wordt er een kweek gemaakt die meestal bevestigt dat de in gang gezette antibioticatherapie de juiste is.” Van der Elsen merkt op dat er langzaam maar zeker een verschuiving gaande is van de traditionele kweek in de stoof naar de moleculaire microbiologie. “Dat is kijken naar het DNA van de bacterie of virus. Met de hedendaagse PCR methode is er al binnen een aantal uren een resultaat. Dat is een behoorlijke tijdswinst. Een eerste stap hebben we inmiddels gezet in de SOA-diagnostiek. Seksueel overdraagbare aandoeningen kunnen we uit uitstrijkjes en urine nu heel snel aantonen. Onderzoeken die we overigens veel doen voor huisartsen en de GGD. Maar het gaat nog verder die kant op. En wij gaan in Doetinchem daarin mee.” Doordat de mensen steeds verder en vaker reizen komen er met name vanuit de tropen ook steeds vaker
ziektes mee naar Nederland. "Bijvoorbeeld malaria. Uit het bloed kunnen we via het zogenaamde dikke druppelonderzoek malaria vaststellen. Opnieuw een microbiologisch onderzoek.” Bacteriën worden echter steeds resistenter voor antibiotica. “Een bekend voorbeeld is de ecoli-bacterie. In 1940 nog gevoelig voor penicilline en nu zijn er ecoli-soorten die bijna voor alle antibiotica resistent zijn.” Toch ligt er niet alleen gevaar vanuit het verre buitenland op de loer. Een grote bedreiging vormt de zogenaamde ziekenhuisbacterie, de MRSA. “Bij patiënten die in een buitenlands ziekenhuis hebben gelegen zijn we alert. Sinds kort is er ook een een andere groep in eigen land waar we aandacht aan besteden. Dat zijn mensen die beroepshalve met varkens werken, zoals varkenshouders, dierenartsen en hun familileden.” Onlangs is vastgesteld dat 40 procent van de varkens is besmet met de MRSA-bacterie en 23 procent van de varkenshouders. “Zelf merken ze er niets van. Maar ze kunnen, als ze in
het ziekenhuis komen wel voor besmetting zorgen. Bijvoorbeeld bij patiënten die geopereerd worden.” Gea van der Wal geeft aan dat hier H&I weer om de hoek komt kijken. “We maken hiervoor beleid volgens landelijke richtlijnen. Allereerst door een goede voorlichting en goede communicatie met de huisarts. Die kan bijvoorbeeld al een kweek laten afnemen voordat iemand voor opname naar het ziekenhuis komt. Met een neus- of keelkweek kan de MRSA eenvoudig worden aangetoond.” Ook Van der Elsen zegt dat juist in gebieden met veel varkens zorgvuldigheid van groot belang is. Waarom overigens de laatste jaren de MRSA bacterie steeds vaker voorkomt bij varkens en varkenshouder is nog onbekend. Door nauwgezet de vakliteratuur bij te houden en relevante congressen te volgen blijft de afdeling medische microbiologie up to date. Ook interne cursussen helpen mee om bij ingewikkelde situaties adequaat te kunnen anticiperen.
Landelijke Dementie Programma verbetert kwaliteit van leven Het verbeteren van kwaliteit van leven voor patiënt en familie. Dat is het doel van het Landelijke Dementie Programma (LDP). Ook het Slingeland Ziekenhuis heeft zich samen met andere zorgaanbieders uit de regio aangemeld voor deelname aan dit programma. Carla Schölzel, klinisch geriater van de geheugenpolikliniek, en Daniëlle Wensink, projectleider LDP, zijn enthousiast over de verbeteringen in de zorg die door dit programma geboden kunnen worden. Carla Schölzel
Na het stellen van de diagnose dementie vallen vaak de puzzelstukjes op hun plaats. Het verdriet, in combinatie met de zorg is voor de familie zwaar. Als de dementie toeneemt in ernst, moet de mantelzorger soms 24 uur per dag klaar staan. “Er is veel zorg en opvang mogelijk voor mensen met dementie”, vertelt Carla Schölzel. “Maar niet alle mogelijkheden zijn altijd bekend en goed op elkaar afgestemd. Daarbij hebben cliënten en mantelzorgers er soms last van dat de hulpverleners onvoldoende doorverwijzen of onvoldoende samenwerken bij het oplossen van de problemen. Daardoor krijgen dementerenden en hun familie niet altijd de zorg en opvang die nodig is.”
Het Landelijk Dementie Programma is in opdracht van het ministerie van VWS ontwikkeld samen met onder andere de Stichting Alzheimer Nederland en het NIZW. Het wordt in heel Nederland uitgevoerd en is bedoeld om in een periode van anderhalf jaar de zorg rondom dementie te verbeteren. “LDP is een manier om de zorg praktisch te verbeteren. Om beter gebruik te maken van de bestaande mogelijkheden of om deze zelfs uit te breiden”, aldus Daniëlle Wensink. Een van de mogelijke oplossingen is het aanstellen van een trajectbegeleider na het stellen van de diagnose. Deze begeleidt in de verschillende fasen van de ziekte. “Waar heeft
iemand behoefte aan en wat kunnen we bieden. LDP inventariseert de knelpunten in de regio en stelt een actieplan op waarin doelen, prioriteiten en verbeteracties worden uitgewerkt. In het actieplan worden veertien van de meest voorkomende problemen en vragen die mensen met dementie en hun mantelzorgers in het dagelijks leven tegenkomen uitgewerkt. Het is al heel belangrijk dat er bekend is wat er mogelijk is en hoe dat tot stand komt. Nog te vaak komen patiënten tekort en worden ze onnodig depressief.” Binnen het LDP werken veel partijen samen. In deze regio zijn dat naast het Slingeland Ziekenhuis: Alzheimer Nederland afdeling Doetinchem e.o;
Azora; GGNet afdeling ouderenzorg; Markenheem en Sensire. Daarnaast zijn de regionale huisartsenvereniging, verschillende welzijnsorganisaties, woningcorporaties, GGD en gemeente betrokken bij het project. “Stap 1 is natuurlijk het stellen van de diagnose, bijvoorbeeld via de geheugenpolikliniek. En daarna bekijken we welke behandeling mogelijk is en welke zorg, opvang en begeleiding nodig is. Het LDP kan bijdragen aan verbetering van de kwaliteit van leven bij dementie, zowel van patiënten als mantelzorgers.” Na de periode van anderhalf jaar worden de ervaringen en aangedragen oplossingen van het LDP verankerd in de bestaande structuur.
Dialyseafdeling breidt uit naar capaciteit van zestien stations Het Slingeland Ziekenhuis heeft
“De opleiding van verpleegkundige tot dialyse-verpleegkundige duurt 15 maanden. We stellen hoge eisen aan de kwaliteit die we bieden.” Door de verbetering van de behandeling verbetert voor de patiënten de kwaliteit van leven en wordt er dus ook langer gedialyseerd. Allemaal redenen voor de uitbreiding naar 16 dialysestations.
twee jaar geleden een dialyseafdeling geopend. Daarmee was de eerste dialyseplek in de Achterhoek een feit. Hoewel de afdeling met zeven dialysestations is gestart, werden er al meteen veertien stations gebouwd. In twee jaar tijd is de Doetinchemse dialyseafdeling zover dat alle stations in gebruik zijn en dat er opnieuw wordt uitgebreid, nu naar een totale capaciteit van Lies Jansen met patiënt
zestien dialysestations. “Op een dialysestation kunnen 4 patiënten per week worden gedialyseerd”, vertelt Lies Janssen, hoofd van de afdeling. “De patiënten komen drie keer per week een ochtend of een middag dialyseren.” Vanaf de opening is de afdeling erg snel gegroeid. In juni 2004 werd gestart met 7 stations. Al in augustus
van dat jaar werd het 8e station geopend en eind van het jaar waren 10 stations operatief. “Toen we begonnen hebben we patiënten overgenomen van bijvoorbeeld de ziekenhuizen van Arnhem, Enschede en Nijmegen. Later kwam ook de toestroom vanuit het eigen ziekenhuis steeds meer op gang.” Lies
Janssen legt uit dat het van belang is dat er voldoende gekwalificeerd personeel is. “We leiden ze zelf op. Dat zijn we direct al gaan doen. We hebben er veel werk voor gedaan om ook meteen via de erkende opleiding te kunnen opleiden.” Het is echter moeilijk voldoende gekwalificeerd personeel te vinden.
Naast de dialysestations waar de behandeling wordt uitgevoerd met de kunstnier, is er ook nog de buikspoeling waar de behandeling via het buikvlies plaatsvindt. “Hier wordt het buikvlies van de patiënt als membraam gebruikt”, legt Lies Janssen uit. “Patiënten worden getraind in het zelfstandig uitvoeren van de behandeling zodat ze thuis kunnen spoelen. Overigens mogen de patiënten kiezen welke behandeling ze willen. In het pre-dialysetraject worden ze goed voorgelicht, ook over mogelijke transplantatie.”
Organisatie Open Dag: Laura Scholten, Marjan Veluwenkamp en Saskia de Ree
Slingeland Ziekenhuis heeft open dag op zondag 15 oktober Op zondag 15 oktober houdt het Slingeland Ziekenhuis een open dag. Van 11.00 tot 16.00 uur is iedereen van harte welkom de opengestelde afdelingen te komen bekijken. Uit voorgaande jaren is gebleken dat er heel veel belangstelling is voor de open dag. En dat heeft waarschijnlijk alles te maken met de wijze waarop de bezoekers worden ontvangen. “Wij proberen op alle afdelingen die meedoen aan de open dag ook echt wat te laten zien”, vertelt Saskia de Ree, PR-functionaris van het Slingeland Ziekenhuis. “Dus kom je in de keuken, dan zie je bijvoorbeeld hoe het eten wordt geportioneerd. Maar ook het nieuwe Operatief Dagcentrum kan worden bekeken en de maag/darm/lever-polikliniek. De uitgebreide dialyse-afdeling is open gesteld en de afdeling plastisch chirurgie. Uiteraard ook de vernieuwde afdelingen zoals bijvoorbeeld de nieuwe polikliniek gynaecologie.” Saskia de Ree meldt dat de mensen die twee jaar geleden de open dag hebben bezocht deze keer weer veel andere nieuwe ontwikkelingen kunnen verwachten. “Wij zijn als ziekenhuis volop in beweging. We staan niet stil. Dat willen we graag allemaal laten zien. We zijn trots op waar we hier met z’n allen mee bezig zijn. Wat er allemaal is en wat we allemaal kunnen.” De route door het ziekenhuis wordt goed aangegeven en kan van twee kanten worden gestart.
Overal staan gastvrouwen die goed herkenbaar zijn om vragen te beantwoorden. Er zijn verschillende plaatsen waar mensen een glaasje water kunnen drinken. En wanneer de route voor sommigen toch wat te lang blijkt te zijn, dan kunnen ze via de gastvrouwen de route onderbreken. Iedereen in het verzorgingsgebied van het Slingeland Ziekenhuis krijgt tijdens de open dag de kans om het ziekenhuis eens van een andere kant te bekijken. “Maar we blijven natuurlijk een ziekenhuis. Er zijn verschillende patiëntenafdelingen die niet toegankelijk zijn voor publiek. De dagelijkse zorg gaat immers gewoon door en de rust moet voor de patiënt gewaarborgd zijn.” Naast de informatie op de verschillende afdelingen kan de bezoeker ook veel voorlichtingsmateriaal vinden tijdens de open dag. En de kids, die worden opgevangen door ervaren leerlingen van het Graafschap College, zodat de ouders rustig de route door het ziekenhuis kunnen volgen.
Gratis shuttle-bus Bezoekers aan de open dag wordt geadviseerd hun auto te parkeren op de Varkensweide of het Veemarktterrein. Ieder kwartier rijdt er gratis een shuttle-bus van Syntus heen en weer naar het ziekenhuis. De eerste bus vertrekt vanaf de Varkensweide en het Veemarktterrein om 10.45 uur en de laatste bus gaat vanaf het Slingeland Ziekenhuis om 16.15 uur.
Open dag kinderafdeling 12 oktober Op donderdag 12 oktober heeft de kinderafdeling een open dag. Hiervoor zijn alle scholen uit de regio uitgenodigd. Samen met hun onderwijzers krijgen de kinderen informatie over bijvoorbeeld gezonde voeding, het belang van sporten. Maar ook over: buisjes in je oren, hoe gaat dat precies en hoe verloopt de voorbereiding op een operatie.
Kijk eens wat we doen! Het hebben van een handicap heeft weinig te maken met artistieke vermogens. Dat laten de cliënten van Fatima graag zien. Bij de Dagbesteding kunnen ze dat laten zien. En ieder op zijn eigen niveau en allemaal met het accent op wat je ‘wel’ kunt. De bezoekers van het Atelier zijn echte kunstenaars. Prachtige werken, met veel emotie vervaardigd, zijn vaak het resultaat. Ze kunnen overigens gekocht of geleend worden. De pottenbakkerij brengt een grote diversiteit aan producten voort. Allemaal met veel inzet en creativeit gemaakt door mensen met een beperking. Maar ook de decoratiegroep, de zeepmakerij, de houtgroep en de industriegroep bieden dagbesteding die afgestemd is op de individuele deelnemer. En opnieuw met prachtige resultaten. Tijdens de open dag in het Slingeland Ziekenhuis zijn die resultaten te zien. Maar ook in de Fatima Sjop zijn de artikelen te vinden die de cliënten hebben gemaakt. Neem er eens een kijkje. De winkel is open van maandag tot en met vrijdag van 09.30 tot 12.30 uur en van 13.00 tot 16.00 uur, aan de Nieuw Wehlseweg 20.
Wat vindt u van het Slingeland Ziekenhuis? Laat het ons weten en vul onderstaande enquête in. U kunt hem sturen naar: Slingeland Ziekenhuis, t.a.v. Saskia de Ree, Postbus 169, 7000 AD Doetinchem of vul hem in op onze website www.slingeland.nl
Vraag 1. Bent u in het Slingeland Ziekenhuis opgenomen geweest, of heeft u er wel eens een specialist of polikliniek bezocht? Ja Nee, maar mijn partner / familielid wel Nee, en ook geen partner / familielid Vraag 2. Graag horen wij van u in welke mate u het eens of oneens bent met de onderstaande stellingen. U kunt dit aangeven met een kruisje in één van de hokjes. Het gaat hierbij om het beeld dat u van het Slingeland Ziekenhuis heeft, het maakt dus niet uit of u ervaringen heeft met de verschillende onderwerpen. Kruist u aan wat het eerste in u opkomt. Zeer mee oneens
mee oneens
oneens
Neutraal
mee eens
Zeer mee eens
a. Als mijn huisarts mij een verwijzing geeft kan ik snel terecht bij een specialist in het Slingeland Ziekenhuis. b. Als ik naar het ziekenhuis moet, gaat mijn voorkeur uit naar het Slingeland Ziekenhuis. c. In het Slingeland Ziekenhuis kan ik voor vrijwel alle medische behandelingen terecht. d. Het Slingeland Ziekenhuis is telefonisch goed bereikbaar. e. Het Slingeland Ziekenhuis is goed bereikbaar met het openbaar vervoer. f. Er is voldoende parkeergelegenheid bij het Slingeland Ziekenhuis. g. In de wachtkamer van de polikliniek in het Slingeland Ziekenhuis hoef ik nooit lang te wachten. h. De medewerkers van het Slingeland Ziekenhuis doen hun best om mijn afspraken in het ziekenhuis zo goed mogelijk in te plannen. i.
Er wordt veel aandacht besteed aan het schoonmaken van het Slingeland Ziekenhuis.
j.
Het Slingeland Ziekenhuis is goed toegankelijk voor gehandicapten.
k. Het Slingeland Ziekenhuis beschikt over een modern gebouw en goede faciliteiten. l.
De specialisten (dokters) van het Slingeland Ziekenhuis zijn vakbekwaam.
m. De verpleegkundigen van het Slingeland Ziekenhuis zijn vakbekwaam. n. De medewerkers van het Slingeland Ziekenhuis zijn vriendelijk. Vraag 3. Welk van de onderstaande kenmerken vindt u bij het Slingeland Ziekenhuis passen? U kunt alle kenmerken aankruisen welke u van toepassing vindt. Betrouwbaar Professioneel Deskundig Patiëntgericht Vriendelijk Betrokken Hoge kwaliteit Efficiënt Vernieuwend Vraag 4. Welk rapportcijfer zou u het Slingeland Ziekenhuis geven? (omcirkel het cijfer dat u wil geven). 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Heeft u verder nog opmerkingen of suggesties? Dan kunt u ze hieronder kwijt:
Colofon De Slingeland Ziekenhuiskrant is een uitgave van het Slingeland Ziekenhuis Doetinchem. Deze uitgave verschijnt als speciale bijlage bij de Gelderse Post Doetinchem, Oude IJsselstreek, Liemers Lantaren en Achterhoek Nieuws Zuid in een oplage van 97.650 exemplaren. Slingeland Ziekenhuis: Saskia de Ree-Steenbergen (eindredactie) Tekst: Lideke Simon Foto's: Toon Hendriks, Charles Keijser Vormgeving: WCGO Coördinatie/exploitatie: Lideke Simon Website: www.slingeland.nl September 2006