Bijlage bij Statenbrief - 2015-010684 Startnotitie programma cultuur en erfgoed 2017-2020 1. Inleiding In het coalitieakkoord zijn de provinciale kerntaken benoemd, waaronder culturele infrastructuur en cultureel erfgoed. Het coalitieakkoord geeft richting aan zowel de inhoudelijke uitgangspunten als aan de inrichting van het proces. Op basis van het coalitieakkoord en verkennende gesprekken met verschillende cultuur- en erfgoedinstellingen en gemeenten is deze ‘startnotitie cultuur en erfgoed 2017-2020’ opgesteld. In de startnotitie worden de programmatische, financiële en wettelijke uitgangspunten voor het beleidsprogramma cultuur en erfgoed 20172020 beschreven. De notitie is richtinggevend voor het nieuwe beleidsprogramma en vormt het startpunt voor het co-creatie proces, waarin we gezamenlijk met de cultuur- en erfgoedsector en gemeenten invulling geven aan het programma. We organiseren hiervoor verschillende werkateliers. Missie: waar staan we voor? Cultuur en erfgoed geven identiteit aan een samenleving en betekenis aan het leven. Ze verbinden ons met de maatschappij waarin we leven. Van cultuur en erfgoed kan je genieten, ieder op zijn of haar eigen manier. De één geniet van een bijzondere ervaring, de ander van vakmanschap of talentontwikkeling. Cultuur en erfgoed bieden een nieuw perspectief op de werkelijkheid en geven ruimte voor persoonlijke ontwikkeling en beleving. Ze geven betekenis aan ons leven nu en de richting waarin we ons willen ontwikkelen. De provincie Gelderland wil bijdragen aan het fundament waarop deze ontwikkeling mogelijk is. Met een bloeiend cultuur en erfgoed klimaat is Gelderland een provincie waarin mensen graag willen wonen, werken en recreëren. Visie: waar gaan we voor? De komende jaren leggen we een nadrukkelijk accent op de waarde van cultuur en erfgoed zelf. Vanuit de maatschappelijke betekenis van cultuur en erfgoed leggen we verbindingen met het publiek en de brede provinciale opgaven. Cultuur en erfgoed kunnen een bijdrage leveren aan onder andere persoonlijke ontwikkeling, ruimtelijke kwaliteit en economie. De provincie draagt bij aan de ontwikkeling van een bloeiend cultuur en erfgoed klimaat in Gelderland waarvan mensen genieten en waarmee mensen zich verbonden voelen. 2. Programmatische uitgangspunten In deze paragraaf zijn negen programmatische uitgangspunten benoemd. Ze zijn gebaseerd op het coalitieakkoord en op de trends en ontwikkelingen binnen de sector. 1. Dynamisch netwerk De landelijke Basisinfrastructuur (BIS) zoals deze door het Rijk wordt gehanteerd bevat de instellingen die meerjarige subsidie van het Rijk ontvangen. Een deel van deze instellingen ontvangt, naast de Rijkssubsidie, ook provinciale subsidie. Op dit moment behoren Introdans, Oostpool en Het Gelderse Orkest tot de BIS en ontvangen zowel een meerjarige subsidie van het rijk en van de provincie. Conform afspraak blijft de provinciale subsidie voor deze podiumkunstinstellingen ongewijzigd tot eind 2016. Met de vijf Rijksmusea in Gelderland (Paleis het Loo, Kröller Müller Museum, Museum Slot Loevestein, Afrika Museum, Openlucht Museum) heeft de provincie geen structurele subsidieafspraken gemaakt. Jeugdtheater Kwatta behoort
formeel niet tot de BIS maar heeft, mede dankzij de provinciale lobby, met succes bezwaar gemaakt tegen deze beslissing. In 2016 wordt de BIS voor de periode 2017-2020 door het Rijk vastgesteld, waarmee er vanaf 2017 nieuwe afspraken gelden (zie ook financiële uitgangspunten). Alle instellingen zijn zelf verantwoordelijk voor het indienen van een succesvolle BIS aanvraag. Naast de landelijke Basisinfrastructuur, hechten wij aan een sterke en innovatieve provinciale infrastructuur voor cultuur en erfgoed. De provincie streeft naar de opbouw van een dynamisch netwerk van Gelderse cultuur- en erfgoedinstellingen waarin BIS instellingen en andere cultuur- en erfgoedinstellingen met elkaar samenwerken. De instellingen wisselen kennis uit, leggen verbindingen met elkaar, met instellingen in Oost-Nederland (provincies Gelderland en Overijssel) en met kleinere initiatieven in Gelderland. Op deze manier profiteert heel Gelderland van de ambities en kwaliteiten van de grotere instellingen. We zien dit netwerk als basis voor een bloeiend cultuur en erfgoed klimaat in Gelderland. Welke spelers centraal staan en hoe de opbouw van dit netwerk eruit ziet, bepalen we samen met de sector in gesprekken en werkateliers. 2. Jeugd en talent De provincie zet in op educatie. Onder cultuureducatie verstaan wij de educatie over kunst, erfgoed, media en literatuur. Vooral bij kinderen en jongeren is het waardevol om begeleiding te bieden in het maken van cultuur of bij de perceptie en reflectie op cultuur en erfgoed. De interesse voor cultuur en erfgoed wordt hiermee al jong opgewekt en daarnaast draagt cultuureducatie bij aan het ontwikkelen van vaardigheden die jongeren in de 21ste eeuw nodig hebben. De provincie hecht bij de totstandkoming van de lespakketten waarde aan de betrokkenheid van de afnemers van cultuureducatie. Om cultuureducatie te stimuleren heeft de provincie samen met gemeenten een Jeugdcultuurfonds mogelijk gemaakt. De provincie wil de continuïteit van het fonds waarborgen. De provincie bevordert niet alleen talentwikkeling bij kinderen, maar ook bij professionals. Professionals vormen een belangrijke schakel in de ontwikkeling van cultuur en zijn de drijvende kracht achter kwaliteit en innovatie. We willen een pilot voor talentontwikkeling opzetten, waarin we onderzoeken hoe talentontwikkeling gestimuleerd kan worden. De pilot beslaat de gehele keten: van amateurkunst tot professional. We werken hierin samen met gemeenten in OostNederland, podia, musea en het kunstvakonderwijs.
2
3. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling Cultuur en erfgoed zijn sterk verbonden met de inrichting van de ruimte. Ze maken een bepaald gebied bijzonder, voegen kwaliteit toe en vertellen het verhaal. Cultuur en erfgoed zijn vaak uniek, maar daarom ook kwetsbaar bij ruimtelijke ontwikkelingen. De provincie draagt zorgt voor de bovenlokale cultuur- en erfgoedwaarden bij ruimtelijke opgaven. De provincie adviseert over het behoud en integratie van de cultuur- en erfgoedwaarden in ruimtelijke plannen. Vanuit een integrale denkwijze over de rol van erfgoed in de provincie is restaureren geen doel op zich. De provincie investeert alleen in erfgoed indien er sprake is van een toekomstgerichte en kostendekkende bestemming, die bijdraagt aan de ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid van een gebied of regio. Dit zorgt ook voor een directe impuls voor de Gelderse economie en werkgelegenheid. Een provinciale rol als investeerder is mogelijk. Inbreng van kennis, advies en netwerk is vanzelfsprekend. Om leegstand tegen te gaan werken we nauw samen met het provinciale programma Steen-Goed benutten. 4. Leefbaarheid De trend is dat steeds meer mensen zich willen inzetten voor cultuur en erfgoed. Zonder de inzet van eigenaren, ondernemers en vrijwilligers krijgen cultuur- en erfgoedorganisaties de exploitatie vaak niet rond. Vrijwilligers beschikken over specifieke kennis en kwaliteiten die een goede aanvulling zijn op de professionele inzet. We willen de kracht van vrijwilligers meer benutten en daarmee de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor cultuur en erfgoed vergroten. Door de inzet van cultuur en erfgoed komen mensen of groepen die extra zorg en aandacht nodig hebben, midden in de maatschappij te staan. Bibliotheken bijvoorbeeld, bieden ontmoetings- en leerplekken en leveren een bijdrage aan het terugdringen van de laaggeletterdheid. Onderhoudswerkzaamheden aan monumentale landgoederen en panden bieden beschermde werkplekken, en daarmee inkomsten en ontwikkelmogelijkheden. Dementerende ouderen hechten aan het verleden en cultuur en erfgoed helpt ze om te herinneren. In samenspraak met het programma Leefbaarheid en de cultuur- en erfgoedsector verdiepen we ons in de mogelijkheden die cultuur en erfgoed kunnen bieden. We willen verder onderzoeken hoe cultuur en erfgoed kunnen bijdragen aan de leefbaarheid van alle inwoners van Gelderland. Andersom geldt deze vraag ook: Hoe kunnen de inwoners van Gelderland bijdragen aan de instandhouding van cultuur en erfgoed en daarmee aan de leefbaarheid van onze provincie?
3
5. Ontwikkelen met kwaliteit De kwaliteit van het culturele aanbod is belangrijk. Kwaliteit wordt afgemeten aan verschillende criteria zoals authenticiteit en artistieke vernieuwing. De provincie wil de kwaliteit bevorderen door (experimenteer)ruimte te bieden voor de artistieke ontwikkeling van professionele kunstenaars en makers, ook als daar niet direct een publiek voor is. Tegelijkertijd vindt de provincie het belangrijk dat mensen van cultuur genieten en meet kwaliteit daarom ook af aan de waardering van bezoekers. Samen met de sector geven we verdere invulling aan het begrip kwaliteit en de meetbaarheid daarvan. We willen de kwaliteit van het restauratiewerk hoog houden en blijven daarom investeren in de erkenningsregeling voor restauratiebedrijven en hoveniers. Samen met deze bedrijven willen we de erkenningsregelingen toepassen en verder ontwikkelen. Ook willen we ervoor zorgen dat de toekomstige generatie van restauratiebouwvakkers, specialisten en erfgoedhoveniers over voldoende kennis en kunde beschikken. Als we niets (extra’s) doen verdwijnt het vakmanschap en ontstaan er tekorten op de arbeidsmarkt. De inzet van (jonge) restauratiebouwvakkers, specialisten en hoveniers willen we in samenwerking met het Gelders Restauratiecentrum (GRC) en Monumentenwacht stimuleren. We doen dit in aansluiting met de onderwijs- en arbeidsmarkt. Erfgoedorganisaties die zich bezig houden met kwaliteit, zoals bijvoorbeeld Gelders Genootschap, GRC en Monumentenwacht, constateren een snel veranderende vraag naar kwaliteit. De nadruk van deze erfgoedorganisaties ligt momenteel op de aanbodkant. Zij willen een transitie realiseren waardoor zij sneller en beter kunnen adviseren over kwaliteitsvraagstukken van eigenaren, organisaties en gemeenten. Wij vinden het faciliteren en beantwoorden van kwaliteitsvragen belangrijk, omdat een hoge kwaliteit alleen bereikt wordt als iedere schakel van de keten (eigenaar, aannemer, architect, adviseur, overheid) zich bewust is van de kwaliteit en zich hiervoor inzet. Het slagen van het transitieproces is een verantwoordelijkheid van de erfgoedsector zelf. De provincie faciliteert het proces. 6. Economie en innovatie Beleefbaar erfgoed en een aantrekkelijk cultureel aanbod leiden tot een beter vestigingsklimaat. Historische steden, een mooi landschap, musea en culturele evenementen trekken bezoekers van binnen en buiten Gelderland aan. Cultuur en erfgoed zorgen voor inkomsten en werkgelegenheid en dragen direct en indirect bij aan de Gelderse economie. Een divers aanbod van cultuur en erfgoed alleen is niet voldoende. Vermarkting is essentieel voor het aantrekken van bezoekers en toeristen. We gaan in overleg met de sector over de manier waarop cultuur en erfgoed kunnen bijdragen aan de economische doelen. Oorlog en bevrijding zijn woorden die bij de identiteit van Gelderland horen. Gelderland heeft veel plekken die herinneren aan de bevrijdingsgeschiedenis en dit erfgoed willen we levend houden voor onze inwoners en voor bezoekers en toeristen. Conform het coalitieakkoord willen we Gelderland als het ‘Normandië van Nederland’ op de kaart zetten en hiermee het bevrijdingstoerisme stimuleren.
4
Evenementen, waaronder festivals, zijn onderdeel van het programma cultuur en erfgoed. Met name de grotere festivals zetten Gelderland op de kaart en zorgen voor economische spin off. We zoeken aansluiting met Gelderse sportevenementen en het provinciale sportbeleid. De provincie vraagt de cultuur- en erfgoedsector om ondernemend te zijn en te blijven zoeken naar andere financieringsbronnen dan overheidssubsidies. De provincie denkt hierbij aan een mix van inkomsten uit publiek, laagrentende leningen, subsidies, fondsen, crowdfunding, mecenaat en/of sponsoring van bedrijven. We willen onderzoeken hoe de provincie een rol kan spelen bij het vinden van nieuwe financieringsbronnen en daarmee cultureel ondernemerschap kan stimuleren. De provincie stimuleert nieuwe ontwikkelingen in de cultuur- en erfgoedsector en geeft ruimte voor vernieuwing. Dit geldt zowel voor de ontwikkeling van vernieuwende producten als vernieuwing in de wijze waarop instellingen een breder en nieuw publiek aanspreken en aan zich verbinden. Voor erfgoed is er bijvoorbeeld aandacht voor innovatie in combinatie met energie. Zonder innovatieve ingrepen zijn de energielasten van monumenten (extreem) hoog. Dit belemmert de gebruiksmogelijkheden van een monument. In aansluiting op de doelstelling van het provinciale kennisprogramma Duurzaam Door bieden we kennis en financiële ondersteuning bij innovatieve ingrepen in monumenten om de energielasten te reduceren. 7. Stedelijke netwerken en vitaal platteland Het Rijk wil in haar cultuur- en erfgoedbeleid nadrukkelijker uitgaan van de dynamiek van de stedelijke netwerken. Dit betekent dat het profiel van de stedelijke netwerken voorop staat en hiervoor maatwerk wordt geleverd. Musis, Stadstheater Arnhem, Oostpool, Het Gelders Orkest en Introdans vormen een proeftuin in een stedelijk netwerk. Deze vier Arnhemse instellingen hebben plannen om intensiever te gaan samenwerken met betrekking tot de programmering en de back-offices. Wij willen de ervaringen in die proeftuin volgen, waar nodig bijdragen aan bovenlokale ontwikkelingen en kennis delen met andere stedelijke netwerken. Een stedelijk netwerk eindigt niet bij de gemeentegrens. De uitwisseling en verbinding van vraag en aanbod tussen stad en omliggende omgeving vindt de provincie van belang voor een vitaal platteland. We hebben daarom ook aandacht voor de regionale spreiding van cultuuractiviteiten en het erfgoed buiten de steden en voor het historisch landschap en de archeologie. 8. Gebiedsopgaven Integraal beleid krijgt handen en voeten binnen de gebiedsopgaven (versterken economische kracht Arnhem-Nijmegen, versterken concept Foodvalley, versterken stedelijk netwerk en cleantech Stedendriehoek, Veluwe, krimp Achterhoek, Gelderse corridor). Cultuur en erfgoed kunnen een bijdrage leveren aan de gebiedsopgaven omdat ze ruimtelijke kwaliteit en draagvlak toevoegen. Andersom bieden de gebiedsopgaven kansen om cultuur en erfgoed te behouden en te ontwikkelen. Wij sluiten, met inbreng van kennis en advies, aan bij de initiatieven die vanuit de gebieden komen en leggen verbindingen tussen de initiatieven en ons eigen netwerk om zoveel mogelijk spin-off te creëren.
5
9. Europa Samenwerking met andere Europese landen, met name de regio Nordrhein-Westfalen, biedt kansen voor Gelderland. Cultuur en erfgoed stoppen niet bij de grens. Europese samenwerkingsprojecten zorgen voor inspiratie, kennisuitwisseling, verminderen de barrièrewerking van de grens en versterken de economische en recreatieve samenhang. De provincie wil een internationaal netwerk opbouwen en partijen aan elkaar verbinden zodat de cultuur- en erfgoedsector optimaal gebruik kan maken van de kennis in Europa en van Europese fondsen. Uit bovenstaande programmatische uitgangspunten zijn er vier gekozen, waarop wij voorlopige accenten leggen. Met deze vier accenten geven we uitvoering aan de kern van het coalitieakkoord. Naar aanleiding van gesprekken met de cultuur- en erfgoedsector en gemeenten, is het mogelijk dat de accenten worden aangepast.
Wij leggen de voorlopige accenten voor cultuur en erfgoed 2017-2020 op:
Dynamisch netwerk: het bloeiende cultureel klimaat in Gelderland wordt een krachtig, goed benut netwerk met economische spin-off Participatie: mensen staan midden in de maatschappij door cultuur en erfgoed. Het publiekbereik van cultuur en erfgoed staat centraal Educatie: kinderen en jongeren komen vroeg in aanraking met cultuur en erfgoed en jonge talenten komen tot ontwikkeling Goed gebruik: (leegstaand) erfgoed waarin we investeren krijgt een toekomstbestendige functie
3. Financiële uitgangspunten De provincie investeert ook financieel in cultuur en erfgoed.Het structurele programmabudget voor cultuur en erfgoed is circa € 23 miljoen per jaar1. Naast deze doorlopende middelen is er in het coalitieakkoord voor de periode 2016-2020 eenmalig € 20 miljoen gereserveerd voor de kerntaak culturele infrastructuur en cultureel erfgoed. In totaal is er minder geld te besteden dan in de periode 2012-2016. Dit komt vooral doordat de incidentele middelen deze coalitieperiode vooralsnog veel lager zijn dan in de periode daarvoor. Het financiële instrumentarium wordt gekozen op basis van de doelen en de inhoud van het nieuwe beleidsprogramma. Wij onderzoeken in hoeverre de financiële middelen revolverend ingezet kunnen worden. De cultuur- en erfgoedsector en gemeenten worden betrokken bij de invulling van het instrumentarium en bijbehorende criteria. De provincie laat haar wettelijke taken uitvoeren door een aantal partners (Monumentenwacht, Museum Valkhof, Rijnbrinkgroep en Cultuurmij Oost). In de periode 2013-2016 was er circa € 10 miljoen per jaar gereserveerd voor de uitvoering van wettelijke taken. Conform het coalitieakkoord zullen de instellingen die wettelijke taken uitvoeren en de BIS instellingen prioriteit krijgen bij de provinciale subsidieverlening. In de nieuwe beleidsperiode 1
Dit bedrag is inclusief de structurele dotatie van het Rijk aan de kerntaken en de gedecentraliseerde middelen voor restauraties van Rijksmonumenten
6
wordt er door de provincie niet verder bezuinigd op de BIS instellingen. Daarnaast vindt de provincie het belangrijk dat ook kleinere, innovatieve initiatieven en festivals voor een financiële bijdrage in aanmerking kunnen komen. Op Prinsjesdag 2016 maakt het Rijk bekend welke instellingen tot de BIS gaan behoren in de periode 2017-2020. Vooruitlopend hierop, wil de provincie de instellingen die een aanvraag doen in het kader van de BIS en bij de fondsen, duidelijkheid geven over de bijdrage die ze van de provincie kunnen verwachten zodat met ze een sluitende begroting hun BIS aanvraag kunnen indienen. De positie om aangewezen te worden als BIS instelling wordt hiermee versterkt. In het najaar van 2015 zal hierover een voorstel aan Provinciale Staten worden voorgelegd.Om een indicatie te geven: In de periode 2013-2016 is er voor de BIS-instellingen Oostpool en Introdans gezamenlijk circa € 575.000,- provinciale subsidie per jaar beschikbaar gesteld 2. Voor het Gelders Orkest is voor dezelfde periode in totaal € 10 miljoen aan transitiegelden beschikbaar zodat zij na 2016 zonder structurele provinciale ondersteuning verder kunnen. 4. Wettelijke uitgangspunten Cultuur en erfgoed zijn een kerntaak van de provincie waar dit de lokale belangen overstijgt. Aan deze kerntaak zijn wettelijke taken en bestuurlijke afspraken gekoppeld waarvoor de provincie verantwoordelijkheid draagt en de verplichting heeft om ze uit te voeren. Bestuurlijke afspraken Rijkscultuurbeleid In het traject naar de nieuwe uitgangspunten cultuurbeleid 2017-2020 van de minister van OCW wil de minister graag afspraken maken met de verschillende overheden over hun inspanningen voor de ondersteuning van de BIS. In 2013 is hierover een convenant afgesloten met het Rijk. Op dit moment wordt een nieuwe bestuurlijke afspraak voorbereid. Cultuureducatie Er zijn bestuurlijke afspraken gemaakt tussen Rijk, provincies, gemeenten en de Primair Onderwijs Raad over cultuureducatie. De rol van provincies is het stimuleren van lokale convenanten tussen gemeenten en basisscholen en het stimuleren van culturele (BIS) instellingen om zich ook op het onderwijs te richten. In het 'algemeen kader interbestuurlijke verhoudingen 2013-2016' is afgesproken dat provincies een rol spelen in de tweedelijnsondersteuning, in het bevorderen van de kwaliteit door deskundigheidsbevordering en in de regionale spreiding van cultuureducatie. Samenwerkingsverband Erfgoed Het Samenwerkingsverband heeft tot taak gemeenten te ondersteunen bij de uitvoering en ontwikkeling van erfgoedbeleid. Het Samenwerkingsverband wordt bekostigd door het Rijk en de provincie, op grond van een bestuurlijke overeenkomst tussen IPO, OCW en de VNG. Linies De provincie heeft bestuurlijke afspraken gemaakt met het Rijk en andere provincies over de borging van de cultuurhistorische kwaliteiten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Romeinse Limes in het provinciale ruimtelijke beleid. 2
Indien Jeugdtheater Kwatta of andere Gelderse instellingen in de BIS worden opgenomen, wordt dit bedrag vanaf 2017 hoger. Bijvoorbeeld: Kwatta heeft in de periode 2013-2016 in totaal circa € 1.170.00,- provinciale (transitie)subsidie ontvangen.
7
Wettelijke taken Bibliotheken Het accent van het bibliotheekwerk ligt volgens de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen (Wsob) op de volgende vijf functies: leesbevordering, educatie, informatievoorziening, aandacht voor cultuur en ruimte scheppen voor ontmoeting en debat. Het bibliotheekwerk bestaat uit drie netwerklagen: het lokale, provinciale en landelijke bibliotheeknetwerk. Binnen deze netwerken worden taken uitgevoerd die elkaar aanvullen. De provinciale taken zijn minimaal: Instandhouding van een provinciaal netwerk van bibliotheekvoorzieningen met aandacht voor de geografische bereikbaarheid; Ondersteuning van het fysieke lokale bibliotheekwerk; Uitvoering van netwerktaken (zoals het beheer van een gezamenlijke catalogus, verzorgen interbibliothecair leenverkeer, verzorgen en uitvoeren gezamenlijk collectieplan); Ondersteuning van lokale en regionale bibliotheekorganisaties in de veranderingsprocessen (innovaties) die plaatsvinden ten aanzien van bovenstaande vijf functies. Erfgoed De provincie heeft verschillende wettelijke taken voor de instandhouding van haar erfgoed: Advies ten aanzien van sloop of wijziging van Rijksmonumenten buiten de bebouwde kom; Instandhouding van een provinciaal depot bodemvondsten; Besteding van het restauratiebudget voor Rijksmonumenten (decentralisatie); Toetsing archeologische aspecten bij vergunningverlening; Borging cultuurhistorische waarden bij ruimtelijke ingrepen door de provincie zelf; Borging cultuurhistorische waarden van de Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Romeinse Limes conform het Besluit Algemene Regels Ruimtelijke Ordening (Barro); Interbestuurlijk toezicht t.a.v. de uitvoering van wettelijke erfgoedtaken door gemeenten; Bescherming van de molenbiotopen zoals opgenomen in de Omgevingsverordening.
8