Programma Cultuur en Erfgoed Factsheet BIS-instellingen Wat zijn BIS-instellingen? BIS-instellingen zijn cultuur- en erfgoedinstellingen die behoren tot de Basis infrastructuur (BIS) van het Rijk. Deze instellingen krijgen een subsidie van het Rijk voor 4 jaar. In Gelderland behoren in de periode 2013-2016 drie podiumkunstinstellingen tot de BIS: Het Gelders Orkest, Toneelgroep Oostpool en Dansgezelschap Introdans. Jeugdtheater Kwatta behoorde tot 2013 ook tot de BIS. Voor de periode 2013-2016 is haar aanvraag niet gehonoreerd. Jeugdtheater Kwatta heeft hiertegen met succes bezwaar gemaakt en ontvangt nu wel een subsidie van het Rijk. Deze is vergelijkbaar met de subsidie voor een BIS-instelling, maar formeel is Kwatta in deze periode geen BIS-instelling. De organisaties die samen productiehuis De Nieuwe Oost vormen (Wintertuin, Generale Oost en Productiehuis Oost-Nederland), behoorden tot 2013 ook tot de BIS. Omdat er in de periode 20132016 geen productiehuizen in de BIS werden opgenomen, is/zijn deze organisatie(s) eveneens niet opgenomen in de BIS. In de nieuwe periode 2017-2020 is er weer plek voor een beperkt aantal productiehuizen in de BIS. De Nieuwe Oost (DNO) heeft hiervoor een aanvraag ingediend. Naast de drie podiumkunstinstellingen behoren vijf Gelderse musea tot de BIS in de periode 20132016. Omdat deze musea geen structurele ondersteuning van de provincie krijgen, zijn ze in deze factsheet buiten beschouwing gelaten. Welke afspraken heeft de provincie met deze instellingen gemaakt? In onderstaande tabel zijn de structurele subsidiebedragen vanaf 2013 opgenomen: Gelders orkest Introdans Oostpool Kwatta 2013 0 343.576 232.845 425.351 2014 0 351.581 238.270 348.209 2015 0 360.090 244.036 289.767 2016 0 365.851 247.941 226.464
DNO 382.901 313.459 260.849 203.863
NB: het oplopen van de bedragen heeft te maken met de jaarlijkse indexatie. Teruggerekend naar het prijspeil 2013 is de subsidie aan Oostpool en Introdans hetzelfde gebleven, en die van Kwatta en DNO gehalveerd.
Met Het Gelders Orkest zijn afspraken gemaakt over een investeringsimpuls van twee tranches. Een eerste tranche van 5 miljoen euro voor de periode 2013-2015 en een tweede tranche van 5 miljoen euro voor de periode 2016-2020. Toneelgroep Oostpool en Dansgezelschap Introdans zijn, conform afspraken met het Rijk, in de periode 2013-2016 niet gekort op hun structurele subsidie. Naast deze structurele bedragen, hebben Jeugdtheater Kwatta en DNO in de periode 2013-2016 transitiemiddelen gekregen. Omdat zij niet meer tot de BIS behoorden, zaten zij in het zogenaamde “ombouwregime”. Jeugdtheater Kwatta heeft hiervoor eenmalig 220.700 euro subsidie gekregen en de DNO eenmalig 200.000 euro. DNO, Kwatta en Oostpool hebben eenmalig vanuit de SmpG respectievelijk 284.870 euro, 75.000 euro en 20.640 euro subsidie gekregen voor projecten. Introdans heeft voor de periode 2014-2016 jaarlijks een bedrag van 150.000 euro extra subsidie gekregen. Daarnaast heeft Introdans in 2013 eenmalig 49.500 euro gekregen voor de uitvoering van een project. Waarom zijn deze bedragen nodig? Om hun activiteiten op een kwalitatief hoog niveau te blijven ontplooien, hebben de (aspirant) BISinstellingen een basisfinanciering nodig van Rijk, provincie en gemeente. Dit wordt aangevuld met eigen inkomsten zoals sponsoring, entreegelden e.d.
1
Welke taken voeren de instellingen hiervoor uit? De podiumkunstinstellingen produceren kwalitatief hoogwaardige culturele producties voor een breed publiek. Productiehuis De Nieuwe Oost stimuleert talentontwikkeling van dansers, schrijvers en (pop)muzikanten. Meer informatie bij Mariken Nieuwenhuis-Prust,
[email protected] of 026-359 8347
2
Programma Cultuur en Erfgoed Factsheet Rijnbrink en Bibliotheek Arnhem Even voorstellen: Wat doen Rijnbrink en Bibliotheek Arnhem? 1 In Gelderland zorgen 21 basisbibliotheken voor de lokale bibliotheekdienstverlening. De basisbibliotheken zorgen voor uitleen van boeken en andere media, verzorgen betrouwbare informatievoorziening, schenken aandacht aan bijzondere doelgroepen en werken samen met onder meer onderwijsinstellingen aan de ondersteuning van laaggeletterden. Deze taken vergen nogal wat van de lokale bibliotheken. Met name de kleinere bibliotheken hebben onvoldoende capaciteit om deze taken adequaat uit te kunnen voeren.Daarom is het efficiënt om een aantal zaken op regionale of provinciale schaal op te pakken. Hier komt Rijnbrink in beeld. Rijnbrink is een organisatie die ondersteuning biedt aan 21 basisbibliotheken (met circa 100 vestigingen of steunpunten). Rijnbrink voert namens de provincie een aantal (deels wettelijke) taken uit. De ondersteuning van Rijnbrink bestaat uit: • Faciliteren van leenverkeer tussen bibliotheken (uitlenen van boeken tussen verschillende bibliotheken) • Ontwikkelen en uitvoeren gezamenlijk collectiebeleid • Bieden van advies en ondersteuning in het programma ‘een leven lang leren’ • Bevorderen en ondersteunen van innovatie • Ondersteuning van het provinciale bibliotheeknetwerk (Samenwerkende Gelderse Bibliotheken) N.B. Op verzoek van de provincie Gelderland heeft Rijnbrink begin jaren ’90 de activiteiten van de Stichting Muziek Uitleen Gelderland in haar organisatie ondergebracht. Het gaat hier om het beschikbaar stellen van bladmuziek (inclusief advies en ondersteuning) voor de HaFaBra-sector (Harmonieën, Fanfares en Brassbands). Bibliotheek Arnhem voert eveneens taken uit op provinciaal niveau. Als ‘plusbibliotheek’ draagt zij zorg voor een achtergrondcollectie op HBO+ niveau waar lokale bibliotheekgebruikers gebruik van kunnen maken indien bepaalde media lokaal niet beschikbaar zijn. Op landelijk niveau zijn afspraken gemaakt over specialisaties. Bibliotheek Arnhem is gespecialiseerd in geschiedenis en Market Garden. Daarnaast beheert Bibliotheek Arnhem de ‘Gelderland Bibliotheek’, die een (historische) collectie media over Gelderland bevat. Deze collectie wordt blijvend actueel gehouden. Wie heeft welke verantwoordelijkheid binnen bibliotheekwerk? De openbare bibliotheek vervult volgens de nieuwe Wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen een publieke taak op basis van de waarden: onafhankelijkheid, betrouwbaarheid, toegankelijkheid, pluriformiteit en authenticiteit. De openbare bibliotheek heeft in ieder geval de volgende functies: 1. Beschikbaar stellen van kennis en informatie 2. Bieden van mogelijkheden tot ontwikkeling en educatie 3. Bevorderen van lezen en het laten kennis maken met literatuur 4. Organiseren van ontmoeting en debat 5. Kennis laten maken met kunst en cultuur Rijk, provincies en gemeenten zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor één netwerk van openbare bibliotheekvoorzieningen. De minimale taken zijn als volgt in de Wet omschreven: • Landelijk voert de Koninklijke Bibliotheek de regie voor de bibliotheeksector en draagt zorg voor de ontwikkeling en uitvoering van de Digitale Bibliotheek. • De provinciale ondersteuningsinstellingen zorgen voor het leenverkeer tussen bibliotheken, ondersteuning van lokale en regionale bibliotheekorganisaties in veranderingsprocessen (innovaties) en ondersteuning van het provinciale bibliotheeknetwerk. • De lokale bibliotheekvoorzieningen voeren taken uit ten aanzien van de vijf genoemde functies.
1
Organisatie die zorg draagt voor één of meer bibliotheekvoorzieningen, meestal in meerdere gemeenten werkzaam.
1
Welke afspraken heeft de provincie met Rijnbrink gemaakt? De provincie heeft subsidieafspraken met Rijnbrink en Bibliotheek Arnhem gemaakt. In onderstaande tabel zijn de subsidiebedragen vanaf 2010 opgenomen. Jaar
Provinciale subsidie aan Rijnbrink 6.866.965 7.042.073 7.238.412 5.524.246 5.652.961 5.789.763 5.882.399
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
Provinciale subsidie aan Bibliotheek Arnhem Plus-functie Gelderland Bibliotheek 872.409 332.274 894.665 342.962 908.075 320.606 463.119 327.018 473.910 334.638 485.378 342.736 493.144 348.220
Waarom zijn deze bedragen nodig? De ondersteuning van het lokale bibliotheekwerk vergt inzet van deskundigen en van een aanzienlijke back-office voor onder andere collectiebeheer. De 21 basisbibliotheken zijn verschillend van opzet. Ook in hun ontwikkeling verkeren ze in verschillende stadia. Dit is een gevolg van aanpassingen aan de maatschappelijke ontwikkelingen. Die ontwikkelingen hebben vooral te maken met het voorkomen van laaggeletterdheid en begeleiding in de ontwikkeling van taalvaardigheden. Ook begeleiding bij de ontwikkeling van digitale vaardigheden hebben prioriteit. Daarnaast vragen onderwijs- en welzijnsorganisaties om ondersteuning vanuit het bibliotheekwerk. Hoeveel geld besteden andere provincies aan bibliotheekwerk? Ter vergelijking is een tabel opgenomen met subsidiebedragen die andere provincies aan bibliotheekwerk besteden. Het gaat om een globaal overzicht van de subsidies voor provinciale ondersteuningsinstellingen. De bedragen hebben betrekking op de jaren 2014 of 2015 en zijn afgerond. Provincie
2
Flevoland Utrecht Noord Holland Drenthe Groningen Overijssel Zuid Holland Noord Brabant
Subsidie aan ondersteuningsinstellingen voor bibliotheekwerk (vergelijkbaar met Rijnbrink) 0,9 miljoen 2 miljoen 2.5 miljoen 2.5 miljoen 2.6 miljoen 3 miljoen 5.1 miljoen 5.4 miljoen
Meer informatie vindt u op: - https://vng.nl/onderwerpenindex/cultuur-en-sport/bibliotheekwerk/nieuws/vng-presenteerthandreiking-lokaal-bibliotheekbeleid - www.rijnbrink.nl - Of bij Rob Bögels,
[email protected]. 026-3599310
2
De bedragen van Zeeland, Friesland en Limburg zijn niet bekend of niet te specificeren omdat de ondersteuningsinstelling onderdeel uitmaakt van een groter geheel.
2
Programma Cultuur en Erfgoed Factsheet Cultuurmij Oost Even voorstellen: Wat is Cultuurmij Oost? e 1 Cultuurmij Oost (CMO) is een kenniscentrum c.q. 2 lijns ondersteuningsorganisatie op het gebied van kunst en cultuur. De organisatie bestaat uit circa 25 medewerkers die verbindingen leggen vanuit de kunsten en de cultuureducatie op lokaal, regionaal (ook Euregio), provinciaal en landelijk niveau. Directeur van CMO is Connie Verberne. CMO is in 2014 ontstaan na een fusie van de voormalige culturele instellingen Stichting Kunst en Cultuur Gelderland (KCG) en Edu-Art. CMO is voor de provincie de ogen en oren in het veld op het gebied van kunst en cultuur. CMO heeft een uitgebreid netwerk, signaleert vragen die in de cultuursector leven en stimuleert innovatie in de culturele sector. CMO heeft een bemiddelende rol, adviseert gemeentes, kunstenaars, bedrijven en particulieren en stemt vraag en aanbod op elkaar af. Door de fusie van KCG en Edu-Art tot CMO, heeft CMO een forse krimp ondergaan. Zij bevindt zich nu in de laatste fase van de transitieperiode. Samen met de provincie wordt de opdracht voor de komende vier jaar bepaald. Er is regelmatig contact tussen provincie en CMO, zowel inhoudelijk, ambtelijk als bestuurlijk. Welke afspraken heeft de provincie met Cultuurmij Oost gemaakt? De provincie heeft het volgende afgesproken over de taken die CMO uitvoert (bron jaarplan 2016): Kunsten en samenleving: • Adviseren in kleine en grote adviestrajecten op het gebied van kunst en cultuur • Kennisdelen met bestaande en nieuwe relaties over fondsen en actuele ontwikkelingen in de culturele, maatschappelijke en onderwijssector • Netwerken Onderwijs: • Adviseren aan scholen en organisaties • Kennisdelen over inhoudelijke zaken waarmee in het onderwijs gewerkt wordt • Netwerken Overheden: • Cultuuradvies aan gemeenten • Cultuuradvies bovenlokaal (cultuurpacten) • Adviseren bij Bestuurlijk Kader Cultuur & Onderwijs ’13 - ’23 (In dit kader leggen bestuurders van cultuur en onderwijs voor tien jaar lang afspraken vast over goed cultuuronderwijs). • Kennisdelen met gemeenten en ambtenaren Bedrijven: • Adviseren en acquisitie grote en kleine trajecten • Het matchen van de juiste personen (kunstenaars) aan bedrijven • Kennisdelen en het organiseren van netwerkbijeenkomsten • Uitvoeren van het programma “Kunst Werkt” Cultuurcollege: • Ontwikkelen van workshops en cursusactiviteiten • Ontwikkeling van cultuurcollege
1
Eerstelijns: Hiermee worden uitvoerende professionals in de cultuursector bedoeld. Denk hierbij aan kunstenaars, (medewerkers van) bibliotheken, producenten e.d. Tweedelijns: ondersteuning van de eerstelijns. Tweedelijns zijn niet de uitvoerende professionals maar instellingen zoals Cultuurmij Oost die professionals ondersteunen.
1
Een van de educatieve programma’s die CMO i.s.m. de provincie uitvoert is “Cultuureducatie Met Kwaliteit (CMK).” Dit komt voort uit het voormalige Edu-Art. Doel van dit programma is cultuureducatie duurzaam inzetten op scholen zodat kinderen tijdens hun ontwikkeling met kunst en cultuur in aanraking komen en specifieke competenties ontwikkelen zoals creatief denken. CMO heeft geen wettelijke taken. Er zijn wel op landelijk niveau bestuurlijke afspraken gemaakt tussen provincies en tweedelijnsorganisaties. In het “Algemeen kader interbestuurlijk verhoudingen OCW-IPO-VNG, 2012 -2016 ” is het volgende terug te lezen: “”Provincies spelen een rol in de tweedelijnsondersteuning, in het bevorderen van de kwaliteit door deskundigheidsbevordering en in de regionale spreiding.” In de onderstaande tabel zijn de basis subsidiebedragen voor CMO opgenomen: Jaar Structurele subsidie aan CMO Subsidie voor uitvoering CMK 2014 1,8 miljoen 800.000 2015 1,8 miljoen 800.000 2016 1,8 miljoen 800.000 Met ingang van 2014 zijn bezuinigingen ingevoerd. In 2013 kregen de voormalige instellingen KCG en Edu-Art respectievelijk 2.755.755 en 2.962.540 euro. Vanaf 2014 zijn de instellingen gefuseerd tot CMO. CMO heeft een eenmalige subsidie van maximaal 2.207.000 euro en nogmaals 700.000 euro gekregen om zich naar een meer marktgerichte organisatie om te vormen. Dit is te lezen in het Provinciale Statenbesluit PS-2015-393 juncto PS-2013-723. Waarom zijn deze structurele bedragen nodig? Deze bedragen zijn door de Staten goedgekeurd op basis van de werkzaamheden die CMO voor de provincie verricht. Wij willen als provincie een Gelders kenniscentrum bieden aan het veld. CMO doet dat op basis van hun businessplan waarop wij akkoord hebben gegeven. Meer informatie bij Dimitra Hierck,
[email protected] of 026-359 8051
2
Programma Cultuur en Erfgoed Factsheet erfgoedinstellingen In deze factsheet vindt u informatie over de erfgoedinstellingen waarmee de provincie een directe subsidierelatie heeft. Stichting Monumentenwacht Gelderland De Monumentenwacht is een particuliere organisatie, gesteund door de provincie, voor het behoud van het culturele erfgoed. Zij houdt zich vooral bezig met onafhankelijke bouwkundige inspecties van monumenten. Tijdens de inspecties worden meteen (nood)reparaties uitgevoerd. Daarnaast geeft Monumentenwacht Gelderland in toenemende mate aanvullend advies aan eigenaren van monumenten.Ook wordt de MonumentenwachtGelderland betrokken in projecten op het gebied van kwaliteitszorg, historische bouwfragmenten en een restauratieopleiding. Stichting Gelders Restauratiecentrum (GRC) Het GRC biedt hoogwaardige kennis, praktijkgerichte cursussen en erkende vakopleidingen voor mensen en bedrijven in de restauratiebranche. Het GRC wil daarnaast een ontmoetingsplaats zijn voor iedereen die belang hecht aan instandhouding van gebouwd cultureel erfgoed in Gelderland. GRC heeft de afgelopen drie jaar geen structurele subsidie van de provincie ontvangen (wel projectsubsidies). Stichting Gelders Landschap en Geldersche Kasteelen (GLGK) GLGK is een zogenaamde ‘bezits’ organisatie, een trust voor vele landschappen, kastelen en buitenplaatsen in Gelderland. Ongeveer 150 natuurgebieden, kastelen en landgoederen in Gelderland zijn aan de zorg toevertrouwd van de stichting. Zij zorgen ervoor dat iedereen van hun collectie kan genieten. GLGK hebben bij het beheer twee heldere uitgangspunten: • Beheren en herstellen het landschap en de biodiversiteit die daarbij hoort • Herenigen de landhuizen met hun omgeving De provincie ondersteunt GLGK structureel. Stichting Oude Gelderse Kerken (SOGK) SOGK zet zich al meer dan 40 jaar actief in om religieus erfgoed en oude, monumentale kerken te behouden. Dit doen zij op drie manieren. • Zij wekken op allerlei manieren belangstelling voor het behoud van religieus erfgoed door de inwoners van Gelderland te interesseren voor religieuze monumenten en met name oude kerken; • Restauratie en onderhoud: De SOGK biedt kerkbesturen in Gelderland de helpende hand bij restauratie en onderhoud. Bijvoorbeeld bij het opzetten van een restauratieplan en het verkrijgen van subsidies. Verder adviseert de SOGK kerkbesturen over oplossingen bij dreigend verval van het kerkgebouw door gebrek aan financiën. • Beheer van eigendommen: In bijzondere gevallen neemt SOGK religieuze eigendommen over. Inmiddels beheert en onderhoudt de SOGK tien oude kerken, één synagoge en drie torens in Gelderland. De provincie ondersteunt SOGK structureel. Museum Het Valkhof-Kam Museum Het Valkhof-Kam beheert het Provinciaal Depot voor Bodemvondsten. Zij voert de wettelijke taak van provincie Gelderland uit: het zorgvuldig en duurzaam opslaan van archeologische objecten en de bijbehorende opgravingsdocumentatie, en het toegankelijk maken hiervan in Museum G.M. Kam. Hiernaast verzorgt de stichting de wettelijke archeologische adviestaak van de provincie bij
ruimtelijke ontwikkelingen, zoals Provinciale Inpassingsplannen. Voor het depot en de overige wettelijke taken ontvangt Museum Het Valkhof-Kam structurele subsidie. Samenwerkingsverband Cultuurhistorie Gelderland Het samenwerkingsverband heeft als doel om de Gelderse gemeenten te ondersteunen in hun erfgoedbeleid en de uitvoering daarvan. Dat gebeurt door een reeks van activiteiten zoals het Planoverleg Cultuurhistorie Gelderland, waarin bouwplannen voor monumenten en ruimtelijke plannen integraal worden besproken met onder andere gemeente, provincie en Rijk. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de versterking van de cultuurhistorische gebiedskenmerken van de Provincie Gelderland. Samenwerkende regio-archeologen Gelderland De regioarcheologen adviseren primair de Gelderse gemeenten bij de archeologische vraagstukken rondom ruimtelijke ontwikkelingen. Daarnaast vertalen ze landelijke beleidsontwikkelingen i.s.m. de beleidsambtenaar naar het gemeentelijk beleid en participeren ze in projecten waarbij publieksbereik en draagvlak voor archeologie centraal staan. Voor de provincie zijn de regioarcheologen kennisbronnen bij provinciale ruimtelijke opgaven, en mede-opstellers van de Kennisagenda Archeologie in Gelderland (waarin de stand van kennis m.b.t. archeologie staat opgetekend, en de kansen voor toekomstig onderzoek aangeeft). Overzicht structurele subsidies Monumentenwacht* GLGK SOGK Museum Het Valkhof-Kam: Depot bodemvondsten
2014 € 710.012 € 912.147 € 137.983 € 130.000
2015 € 727.194 € 932.221 € 141.322 € 130.000
2016 € 738.829 € 949.169 € 143.583 € 130.000
€ 1.235.587
€ 1.265.488
€ 1.285.736
€ 166.666
€ 166.666
€ 166.666
(niet geïndexeerd)
Museum Het Valkhof-Kam: Uitvoeren adviestaak archeologie Samenwerkingsverband Cultuurhistorie (niet geïndexeerd)
Samenwerkende regio-archeologen € 140.000 € 140.000 € 140.000 (niet geïndexeerd) *De Monumentenwacht heeft nog een eenmalige projectsubsidie gekregen van circa € 110.000,Meer informatie bij Jos van de Zande,
[email protected] of 026- 359 9295