M(e)ER weten
06/11
nieuwsbrief voor studenten en alumni van de opleiding Management, Economie en Recht
In deze nieuwsbrief o.a.
inleiding
Binding met Instanbul, stad met een verhaal
3
MER en Binding
p. ‘De Bank’
4
p. Binding met Suriname
7
p.
14
Van verslaggever tot directeur in het Nederlandse Radiolandschap
p.
Organiseren van het jaarboek en eindfeest voor MER-4
18
p.
Een weekje binden en boeien
20
p.
De MER bij de Haagse Taalprijs
22
p.
Een thema met vele kanten. Het thema Binding komt veelvuldig voor in de discussies over de versterking van de kwaliteit in het hoger onderwijs. De initiatieven om de binding met het onderwijs te intensiveren struikelen bijna over zichzelf. Mede gedreven door de cijfers rond studiesucces zijn er de laatste jaren tal van initiatieven ontplooid die de binding met de opleiding zouden versterken. Mentorlessen, Welkomstgesprekken, versnellingsmogelijkheden zijn elementen bij de MER die daaraan bijdragen. In een impressie van Astrid is te lezen hoe de (ver) binding met de nieuwe studenten vorm krijgt tijdens de Welkomstgesprekken. De onthulling van de geheimen van tutoring wordt door Hanan en Jordy gedaan. Een ander facet van binding zien we op de gangen van de MER; het kruispunt van de 3e etage Slinger. De wederwaardigheden van de ‘de bank’ aldaar worden onthuld door Linda en Nelleke. Verbinding gaat echter ook over de
grenzen heen. Zoals de grens van de opleiding. Ook na het afstuderen is er nog verbinding tussen de ex-studenten en de opleiding. Nu wordt daar een impuls aan gegeven door het neerzetten van een grootse alumnireünie. Een plaats voor ontmoetingen en het leggen van (her) nieuwe verbindingen. De huidige studenten hebben binding met verre oorden. Soms nieuw verkregen en soms van ergens uit hun eigen ‘roots’. Dat blijft trekken en zorgt er meteen voor dat de wereld wat kleiner wordt. In dit nummer komen Suriname en Istanbul beide iets dichterbij. Al schrijvend merk ik dat Verbinding geen statische toestand is maar eerder een ontwikkeling, een beweging. Misschien wel bijna een werkwoord. Je moet erin investeren om er gebruik van te kunnen blijven maken. Ik vind de verbinding tussen mensen iets moois; het schept de ruimte waarin je kan leren en liefhebben. Let’s keep in touch! Irene Huisman
interview
Relatie Samenwonend met een vrouw en zoon Daan van 12 jaar
Leeftijd
52
Opleiding Lerarenopleiding Economie en onderwijsakte MO-B algemene economie
Interesses Muziek (The Eels), voetbal (ADO Den Haag) en lezen (Maarten ‘t Hart)
Bij De Haagse
Met wat voor activiteiten houdt u zich bezig op De Haagse Hogeschool? Docent Algemene Economie en afstudeercoördinator.
Hoelang werkt u al op De Haagse Hogeschool? Sinds 1997 ben ik werkzaam op De Haagse.
Wat voor functie(s) heeft u bekleed voordat u werkzaam was op De Haagse Hogeschool? Economiedocent op het Mondriaancollege in Den Haag en op het Zadkine College Rotterdam.
Waarom heeft u destijds voor een functie bij De Haagse Hogeschool/MER gekozen? Ik wilde meer doen met mijn opleiding dan alleen lessen verzorgen op het MBO.
Mariska Guijt
Charina Ori
Heeft u nog tips of een boodschap die u graag aan de MER-studenten zou willen meegeven? Goed je best doen!
Tim de Jong
Waarom denkt u dat een potentiële student zich verbindt met de MER? Vanwege het brede karakter van de opleiding (dat hoor ik in ieder geval vaak op Open Dagen).
Linda Bloem
Hoe typeert u een MER-student? Efficiënt, welwillend en breed inzetbaar.
Nelleke Heijboer
2
sinds 1997
Met bijdragen van: Carli van Adrichem, Hanan Dahou, Sinem Dogan, Jordy Freriks, Ina Gotsmann, Ole Häusler, Irene Huisman, Mark de Jong, Loes Kamperman, Lisette Meijer, Hugo Mentink, Nithin Paltan, Martine Schrijver, Patty Vleugels, Wesley van der Vlies
Mariska Guijt
Nagtegaal
Jaleesa Koevoet
Achternaam
Redactie: Astrid Beentjes, Linda Bloem, Mariska Guijt, Nelleke Heijboer, Jeroen Hekking, Chantal Immink, Jaleesa Koevoet, Charina Ori, Frank de Poorter, Caroline Walenkamp
Jeroen Hekking
Eddy
Chantal Immink
Voornaam
Caroline Walenkamp
Eindredactie: Corine van Beest-Barendregt, Frank de Poorter
Martin Cok
Nieuwsbrief MER Juni 2011
Astrid Beentjes
Colofon
BINDING
Binding met Istanbul, stad met een verhaal Odasi’. Dit is de Kamer van Koophandel in Istanbul. Drie maanden zijn al achter de rug, ik moet toegeven dat de tijd hier vliegt.
Ik zal even in het kort iets over mijzelf vertellen. Mijn naam is Sinem Dogan. Zoals het al aan mijn naam te merken is, ben ik van Turkse afkomst. Op 10 april 1988 ben ik geboren in een kleine stad in Turkije, genaamd Gölcük. Als baby ben ik samen met mijn ouders naar Nederland gekomen. Na mijn MBO-opleiding Toerisme heb ik besloten om verder te studeren. Ik was er zeker van dat ik niet meer wilde studeren in de richting van toerisme. Na een klein onderzoek had ik uiteindelijk besloten om de opleiding MER te volgen. Zoals ongetwijfeld velen van jullie ook niet exact wisten wat de opleiding inhield, wist ik het ook niet. İIk zag het als een hele nieuwe uitdaging, het was tenslotte een heel brede opleiding. Momenteel ben ik voor mijn stage in Istanbul. Een geweldige stad met een verhaal. Istanbul heeft een oud en rijk verleden. Istanbul heeft ongeveer net zoveel inwoners als Nederland. Voor mij is Istanbul een land in een land. Mijn binding met de stad begon al toen ik een klein meisje
was. İIk was verliefd geworden op de stad omdat deze levendig was. Het is een stad die 24 uur leeft, een geweldige stad bestaande uit twee continenten. Dit is een andere reden voor mij om gek op Istanbul te zijn. De geuren, kleuren, smaken en de enorme verscheidenheid aan architectuur maken Istanbul een metropool die in de wereld een unicum is. Het was altijd al mijn droom om eens in mijn leven een lange periode in Istanbul te verblijven. Helaas was dit tijdens mijn opleiding toerisme niet gelukt. Toen ik te horen kreeg dat ik mijn stage op het HBO ook in buitenland kon lopen, was het een tweede poging waard. Om heel eerlijk te zijn was het absoluut niet makkelijk om een stageplaats te vinden in Istanbul. İIk had altijd gedacht dat ik als Turkse in mijn eigen land gemakkelijk een stageplaats kon vinden. Dat was dus absoluut niet het geval. Het heeft mij veel moeite en tijd gekost om uiteindelijk bij een bedrijf aangenomen te worden als stagiaire. Ik ben momenteel als stagiaire werkzaam bij ‘ Istanbul Ticaret
Vergeleken met Nederland zijn de werkwijze en de sfeer op de werkvloer in Turkije een stuk anders. Je hebt een absoluut formele band met je manager. Het is niet mogelijk om je manager of zelfs je collega’s met hun voornaam aan te spreken. Dit was voor mij even wennen. In Nederland zijn wij het gewend je collega’s of zelfs je manager met zijn of haar voornaam aan te spreken. Het werk dat je als stagiaire toegewezen krijgt, kan soms wel zwaar zijn. Tijdens de eerste paar weken had ik moeite om de bedrijfstaal te begrijpen. Alhoewel ik van origine Turks ben, was het voor mij tamelijk moeilijk om de termen die in het bedrijfsleven gebruikt werden te begrijpen. Simpele woorden die wij op school al te vaak horen zoals ‘import’ of ‘export’ kon ik in het Turks niet begrijpen omdat ik jarenlang mijn studie in het Nederlands heb gevolgd. Na een tijdje went dit ook. Ik heb het onwijs naar mijn zin hier, mijn collega’s zijn allemaal even aardig. Na mijn stage zal ik mijn minor volgen op een universiteit in Istanbul, Bahçe ş ehir University. Dit is een jonge universiteit die sinds 10 jaar bestaat. Bahçeş ehir University is gelegen in een geweldige wijk genaamd Be şiktaş. Het is weer een nieuwe uitdaging voor mij om mijn minor in het Engels te volgen op een van de beste universiteiten van Istanbul. Ik was kortgeleden nog bij de universiteit voor mijn inschrijving en ik moet toegeven dat de universiteit er supermodern uitzag. Het personeel van de International Office van deze universiteit was behulpzaam en zeer aardig, dit hielp mij om minder angstig te zijn voor een nieuwe start in mijn leven op Bahçeş ehir University. Sinem Dogan
3
‘De Bank’
4
De bank tegenover de postvakjes op de kruising van de Slinger
en de Strip is een bekend fenomeen binnen de MER. De bank is inmiddels een populair ontmoetingspunt en een geliefde loungeplaats onder studenten. Wij spraken een aantal mensen bij wie de bank inmiddels is ingeburgerd in hun schoolbestaan. Wij ontmoetten Yeliz, Lisa, Germaine en Adil op hun vaste stek. Waarom zijn jullie hier zo vaak te vinden? Yeliz: De bank is een heel gezellige plek, het is echt een ontmoetingsplek geworden. We hoeven elkaar niet eens te bellen, want we weten toch al dat iedereen hier is. Lisa: Je kunt hier gezellig zitten met vrienden. Ook komen wij hier vaak docenten tegen. Dat is erg makkelijk als je iets moet weten. Alles is dichtbij, het is een centraal
Adil 22 jaar tweedejaarsstudent kleur: 6 vormgeving: 7 comfort: 7 gezelligheid: 8,5
punt voor de MER.
Lisa: Ook na het laatste college blijven
Germaine: Ik zit hier pas een jaar, maar ik
we soms lang hangen. Wanneer we gezellig zitten te praten blijven we soms tot laat in de middag. Adil: Tijdens tentamenweken blijven we hier heel lang zitten om de tentamens na te bespreken.
vind het een heel gezellige plek. Ik leerde Lisa en Yeliz pas later kennen en sindsdien kom ik hier vaak. Adil: De bank is echt een meeting point. Iedereen die wij kennen, verzamelt hier na tentamens en we wachten elkaar hier op.
Wat doen jullie hier zoal? Allen: Chillen, kletsen, eten en gezellig bij elkaar zijn. Yeliz: We nemen koek en drinken mee. Lisa: Als we het niet bij ons hebben, bellen we iemand om het even mee te nemen. Adil: We hebben hier veel gesprekken. Die gaan over dingen die ons dwars zitten, maar we hebben het ook vaak over luchtige dingen.
Op welke momenten zijn jullie op de bank te vinden? Yeliz: We zitten hier eigenlijk altijd als we geen les hebben.
Met wie ben je hier meestal te vinden? Germaine: Eigenlijk met iedereen van de MER. Je leert hier veel mensen kennen.
Yeliz: Iedereen komt hier samen, maar meestal zit ik hier al met Lisa voordat de rest erbij komt.
Waarom kiezen jullie voor de bank, in plaats van bijvoorbeeld de tafel om de hoek of een andere plek in het gebouw? Allen: Op de bank zitten we veel lekkerder dan aan de tafel om de hoek.
Yeliz: Alleen als we een echt rustige plek zoeken, bijvoorbeeld om te studeren,
Wat is nu eigenlijk de achtergrond van deze bank? Met welk doel is hij neergezet?
Yeliz 23 jaar tweedejaarsstudent kleur: 4,5 vormgeving: 5,5 comfort: 6 gezelligheid: 9,5
zitten we ergens anders. Meestal in de bibliotheek. Maar daar is het lang niet zo gezellig als op de bank. Lisa: Andere plekken in het gebouw zitten niet op zo’n centrale plek voor de MER.
Heb je bijzondere herinneringen aan de bank? Adil: Yeliz was laatst jarig en dat hebben we op de bank gevierd. Ik had een taart gebakken… Yeliz, Lisa en Germaine: Gekocht, haha! Germaine: We hebben op de bank veel met elkaar gedeeld. We hebben hier gelachen en gehuild en diepgaande gesprekken gehad. Toen het niet zeker was of we door mochten gaan met de opleiding, hebben we op de bank in spanning zitten afwachten. Dat was een heftige periode.
Heb je bijzondere ontmoetingen bij de bank gehad? Yeliz: Adil en ik kenden elkaar van het introkamp van gezicht. We hebben elkaar op de bank pas echt leren kennen. Sindsdien zien we elkaar hier heel vaak. Allen: We hebben hier ook veel nieuwe mensen leren kennen.
Wat vinden jullie van de bank? Germaine, Lisa en Yeliz: De kleuren
Oud-academiedirecteur mevrouw Catsburg was verantwoordelijk voor de aanschaf. Mevrouw Catsburg: “De facilitaire dienst had in 2006 of 2007 een project dat heette: ‘eigen sfeer’. Daar was de mogelijkheid om een eigen stempel te drukken op het stuk van het gebouw waar de academie gevestigd was. Er was budget beschikbaar en er waren relatief weinig beperkingen. Omdat er veel lege muren waren en het een vrij ongezellig stuk gebouw was, ben ik gaan brainstormen met de vertegenwoordiger van de facilitaire dienst wat de mogelijkheden waren. Zowel de bank, als de statafels en ook de grote leestafel met de mooie lamp erboven zijn uiteindelijk het resultaat geworden van dat denkwerk. Alles moest natuurlijk wel ‘studentproof’ zijn en ook zoveel mogelijk vast aan de muur, want anders zou de mooie bank ongetwijfeld ergens anders in het gebouw terechtkomen na een tijdje.
mogen wel wat vrolijker. Roze, blauw of paars bijvoorbeeld. Yeliz: Er zou ook best een schilderijtje mogen hangen. Lisa: Kussentjes had ik ook wel leuk gevonden, dan zit het ook een stuk lekkerder. Wanneer je wat langer zit, is de bank niet meer zo comfortabel. Germaine: Door de bank is de ruimte wel goed opgevuld. Anders zou het maar een kale hoek zijn. De bank zit best lekker, maar misschien komt dat ook omdat ik er meestal wat minder lang zit. Adil: De kleuren maken mij eigenlijk niet zo uit. Het zou wel leuk geweest zijn als ze aangepast waren aan de huisstijl van de school. Eigenlijk ben ik best tevreden over de bank.
Het gebouwdeel, ook al omdat er niet geverfd mocht worden, was wat kleurloos. Dan kom je al snel op de gedachte om een vrolijke noot toe te voegen. Dat werd de bank, want daarbij konden alle kleuren en combinaties. Omdat ik vind dat het allemaal niet te rommelig moet worden, zijn de kleuren van de bank en de postvakken op elkaar afgestemd. Dat is gewoon mijn keus geweest, zoals ik toen vond dat het mooi was. De verwachting van de hele invulling van ‘eigen sfeer’ was dat er meer leven in de gang zou komen. Een tafel waar docenten- en studentgroepen konden zitten, docenten en studenten die even kort overleggen aan de statafel en studenten die op de bank gaan zitten. Geen dooie gang of saai stuk gebouw waar je zo snel mogelijk weg gaat, maar een stukje gebouw dat uitnodigt nog even te blijven, contact te maken, nog even te praten.” Als we de studenten mogen geloven, is het met die ‘eigen sfeer’ helemaal goed gekomen. De bank zal zeker nog jaren met plezier worden gebruikt.
Germaine 21 jaar tweedejaarsstudent kleur: 6 vormgeving: 6,5 comfort: 7 gezelligheid: 9
Wat zullen jullie je later van de bank herinneren? Adil: Als ik later aan de bank terugdenk, zie ik dat als een mooie tijd met veel gezelligheid. Linda Bloem / Nelleke Heijboer
Lisa 18 jaar tweedejaarsstudent kleur: 5 vormgeving: 6,5 comfort: 6 gezelligheid: 9,5 v.l.n.r.: Germaine Leerentveld, Adil Abbach, Lisa Schanzleh, Yeliz Bozkurt
5
Project Food for Charity:
Een geslaagd idee! Dat een frietkraam naast de ingang van de school zoveel succes zou hebben, hadden wij als initiatiefnemers nooit kunnen bedenken. Anderhalve maand geleden lazen wij in de trein onderweg naar De Haagse Hogeschool de krant. Het bericht van de verschrikkelijke aardbeving, de allesverwoestende tsunami en het dreigende gevaar van radioactieve straling was een eye-opener voor ons. Het is heel erg wat er gebeurd is. Dit komt nooit meer goed. Al gauw viel het kwartje. Wij besloten om de slachtoffers van de aardbeving te helpen door geld in te zamelen voor het Rode Kruis, op Giro 6868 onder vermelding van Japan. Maar hoe bereik je veel mensen om geld in te zamelen voor de slachtoffers van de aardbeving in Japan?
6
Martin kwam met het idee om een frietkraam te plaatsen naast de ingang van de school. ‘Ik zat in de auto en reed langs een frietkraam. Zo is het idee ontstaan. Daarbij lusten studenten wel een patatje.´ Al snel lukte het ons om de firma A-snacks te benaderen voor de verkoop van de friet. We hebben wel veel geluk gehad. A-snacks reageerde zeer positief op het idee. Het werd ons al snel duidelijk dat wij niet zomaar een frietkraam op het plein voor de school konden neerzetten. Gelukkig hebben wij voor dit project veel hulp gehad van Ciska de Bruijn en Miep Kroese van Studentenzaken. Het bleek dat wij voor de verkoop van de friet over een standplaats straathandel vergunning moesten beschikken. De vergunning hebben we dan ook met spoed aangevraagd bij de Gemeente Den Haag. Het idee is moeilijker te realiseren dan je zou verwachten en wij hebben ons hier ook behoorlijk in vergist. Met A-snacks hadden wij door middel van een contract afgesproken welk gedeelte van de opbrengst naar Japan zou gaan. Het duurde niet lang, of de frietkraam stond een week lang van 28 maart tot en met 1 april voor de ingang van de school. Met dit project zijn we een volle drie weken bezig geweest. Dat is meer tijd dan we hadden gedacht, maar zo’n inzamelingsactie kan je ook niet zomaar voorbij laten gaan. Studenten konden voor € 2,00 een patatje kopen. Daarnaast heeft A-snacks gezorgd voor een breed assortiment aan andere snacks. Ook hebben wij in de week dat de verkoopwagen er stond geflyerd en gecollecteerd. Hoe meer geld we zouden ophalen, hoe beter. De inzamelingsactie bleef door diverse bronnen niet onopgemerkt. Verrassend genoeg waren wij uitgenodigd door radiostation Den Haag FM om ons verslag live op de radio te vertellen. We hadden veel verwacht van dit project, maar dit in ieder geval niet. Het is ongelooflijk wat we uit dit project hebben gesleept. Daar bleef het niet bij. Via Frank de Poorter kwamen we ook nog eens in contact met radiostation FunX FM.
Martin Cok, Tim de Jong
Niet te geloven dat een interviewer van FunX zomaar naar De Haagse Hogeschool komt om met eigen ogen de frietkraam te zien! Uiteindelijk hebben we een bedrag van € 1500 euro opgehaald voor het Rode Kruis. De heer Frank Asser, directeur van het Rode Kruis Den Haag was dinsdag 5 april persoonlijk langsgekomen op school om de cheque in ontvangst te nemen. Ook mochten wij namens het Rode Kruis aanwezig zijn tijdens de benefietwedstrijd voor Japan die op 13 april in de Amsterdam ArenA werd gehouden. De andere groepen in Nederland, die zich hebben ingezet voor Japan waren daar ook aanwezig om de wedstrijd bij te wonen. Uiteindelijk kunnen we terugkijken op een glansrijke en geslaagde actie. Wij zijn echt blij dat we Japan hiermee hebben kunnen helpen. Ook fantastisch dat we meer uit dit project hebben gehaald dan gedacht. Met zo’n actie voel je echt de eensgezindheid tussen Nederland en Japan. We moeten voor elkaar klaar staan in zware tijden. Japan is een prachtig land dat we in de toekomst zeker een keer gaan bezoeken. Zo blijkt maar weer dat een welvarend land als Japan ook soms een steuntje in de rug nodig heeft, om samen sterker uit de problemen te komen en klaar te staan voor een nieuwe toekomst. Het gaat om de binding tussen twee landen en voor elkaar klaar staan als het nodig is.
Martin Cok / Tim de Jong
BINDING
Shalini Boedhoe:
Binding met Suriname Binding: “Voor mij is binding iets waar ik bijzonder veel waarde aan hecht, wat heel kostbaar is en waar ik me helemaal in herken. Ik denk dat ik de meeste binding met mijn ouders heb.”
MER & Binding Na Shalini’s middelbare opleiding wilde ze iets met economie gaan doen. De MER was de opleiding met van alles en nog wat. Erg fijn zo’n brede opleiding en dat was ook de belangrijkste reden die haar aan de MER bond. Tijdens de opleiding had ze veel binding met de economische en wiskundige vakken. Daarnaast heeft Shalini zichzelf nog beter leren kennen, wat ook veel waard is! In 2008 verliep het afstuderen voorspoedig. Ze had zelfs tijd over om één dag in de week haar tijd te besteden aan haar grootste hobby, huidverzorging. Een opvallende hobby voor een MER-studente! Na enkele maanden in Nederland te hebben gewerkt, besloot Shalini terug te keren naar haar moederland.
Het land van de Roti, Fernandes, Colakreek en de jungle. Suriname! Sranan & Binding Het was nooit een lastige keuze geweest om de boerenkool in te wisselen voor de roti met kip omdat haar ouders, familie en vrienden er allemaal wonen. Daarnaast zijn de mensen vrolijk, no spang is het motto ( geen stress) en men is gastvrij. Het feit dat iedereen gelijk is, maakt Suriname het allerleukste. Niemand maakt onderscheid in geloof en cul-
“Ik was me er niet van bewust dat ik bepaalde kwaliteiten had.” tuur en dat is erg fijn! Terug in Sranan, Surinaams voor Suriname, heeft Shalini een jaar als controleur gewerkt bij een groot bedrijf. Al gauw was de uitdaging ver te zoeken en besloot ze haar eigen bedrijfje op te zetten. Men raadt het al, Shalini ging van haar hobby proberen haar vaste job te maken. April 2009 is Shalini’s eigen bedrijfje, een cosmetica-parfumwinkel dan ook een feit! Dyap (werk) & MER Bij het opstarten van haar eigen bedrijf heeft de Surinaamse de vier hoofdelementen ( Organisatie, Finance, Personeel en Marketing) van de MER vaak nodig gehad. Er waren nogal wat dingen die Shalini moest uitzoeken voordat ze kon beginnen met haar eigen bedrijfje. Zo moest ze de regelgeving van Suriname onder-
“Zeker omdat de MER zo breed is, had ik geen problemen om mijn bedrijf op te zetten en het goed te doen.”
zoeken qua importeren van producten. Ook moest er marktonderzoek gedaan worden voor de geschikte producten en hoe je een nieuw product op de markt zet. Haar MERskills kwamen dus goed van pas! Inmiddels bestaat haar bedrijf al ruim twee jaar! Haar producten komen uit Europa en ze heeft patent op een huidverzorging- en cosmeticalijn. Ook is ze agent in Suriname en verkoopt ze de producten aan groothandels, salons, kappers en schoonheidspecialisten. Haar assortiment is groot, van make-up tot de allernieuwste parfums, voor elke huid en leeftijd een passende verzorging! Bakrakondre (Nederland) & Binding Zes jaar Nederland heeft de Surinaamse wel degelijk gevormd. Met name discipline en zakelijkheid zijn haar bijgebracht in het kikkerlandje. Daarnaast heeft ze geleerd om haar eigen mening te ontwikkelen en daadwerkelijk te geven. Nederlanders
“Het feit dat iemand keihard “nee” kan zeggen, was mijn grootste leermoment in Nederland.”
weten van wanten en zijn gedreven mensen in het zakenleven. De werkmentaliteit van Surinaamse mensen is hierdoor soms hinderlijk, dat komt door haar korte kennismaking met het Nederlandse zakenleven. Dat kan ook een valkuil zijn, gevoelsmatig genieten Nederlanders minder van het leven dan Surinaamse mensen. Misschien is het hun zakelijke benadering. In Suriname daarentegen heeft iedereen een band met alles en iedereen!
Chantal Immink
7
tutoring
Tutoring succesverhaal: Marc de Wild
8
Wie ben jij? Mijn naam is Marc de Wild. Ik ben tutor op De Haagse Hogeschool en heb al tutoring gegeven aan zo’n 30 studenten op de MER, ik zit op dit moment in 3 MER. In het eerste jaar van de MER had ik al mijn tentamens gehaald, ik heb alleen de verslagen en rapporten niet gehaald omdat ik de tentamens belangrijker vond.
helpt hoe ze iets moeten aanpakken. Ik heb bijvoorbeeld Privaat Recht tutoring gegeven en daarbij moest je mensen echt het verschil tussen de middelbare school en het HBO leren. Je moest zorgen dat ze de aantekeningen meer leerden dan het hele boek uit hun hoofd leren. Bij de bijles die ik gaf bij de HAVO was het echt meer zo van leer het hele boek maar uit je hoofd en daarna overhoor ik je.
Hoe ben je in aanraking gekomen met Tutoring? In mijn eerste jaar heb ik Tutoring gehad, voor twee vakken: bedrijfsadministratie en interne verslaggeving. Voor mijn eerste tentamens had ik rond een 4,5 voor beide vakken. Na het ontvangen van Tutoring had ik voor IV een 7,8 en voor BA een 6. Ondanks dat ik voor IV en BA een tutor had, heeft mijn tutor mij ook geholpen bij Financiering waardoor ik van een 3 naar een 8,5 ben gegaan.
Wat vind jij het moeilijkste aan tutoring geven? Bij het geven van tutoring Interne Verslaggeving merkte ik dat de stof bij mij erg was weggezakt. Bij het geven van tutoring moet je de stof eigenlijk nog beter begrijpen dan bij het maken van een tentamen, je moet het echt gewoon voor een 10 kennen en helemaal in het ritme komen. Uiteindelijk met het geven van tutoring heb ik het vak veel beter geleerd dan dat ik het ooit eerder heb geleerd.
En toen besloot je tutor te worden? Nee dat was niet de reden, ik had er zelf nog niet over nagedacht totdat ik het jaar erop werd benaderd door dhr. De Poorter; hij vroeg me of ik misschien ook tutor wilde worden aangezien ik al mijn tentamens in het eerste jaar al had gehaald. Ik gaf toendertijd al in Scheveningen huiswerkbegeleiding aan middelbare scholieren. Hierbij kreeg ik al veel te maken met coaching en helpen met plannen. Dit komt ook in tutoring vaak voor en daarom leek het me wel leuk om het op school ook te proberen. Het was natuurlijk ook spannend, want de vakken hier op school zijn een stuk moeilijker uit te leggen dan de vakken op de havo.
Wat is de grootste voortgang die je een tutee heb zien maken? Dat was een studente die ik Excel tutoring gaf, zij had er zelf al veel tijd ingestopt maar haalde steeds rond de 4. Na een paar tutorsessies hoefde ik er eigenlijk alleen maar bij te zitten en soms vroeg ze:’doe ik het zo goed?” Het gaf wel een heel goed gevoel toen ze na het horen van haar cijfer naar me toe kwam om te vertellen dat ze een 9,5 had gehaald.
Heb je door tutoring ook je bijbaan bemachtigd? Het is niet helemaal alleen door tutoring gekomen, maar het heeft zeker geholpen dat ik mijn huidige baan heb. Ik geef namelijk nu bijles bij ADO Den Haag. In de vacature stond dat ze iemand zochten met een VWO-opleiding maar omdat ik al ervaring had met het geven van tutoring en bijles besloot ik het toch te proberen. Op de vacature kwamen uiteindelijke rond de vijf mensen af maar omdat ik zoveel ervaring had kon ik een mooi verhaal vertellen over waarom ik die baan moest krijgen. Wat vind jij een duidelijk verschil tussen tutoring en bijles? Voor mij was een duidelijk verschil dat je mensen echt
Wat maakt tutoring zo speciaal voor jou? Het is gewoon leuk werk vind ik, zo van vandaag weer vijf uur Tutoring, ik geniet daar gewoon van. Vooral als een student terugkomt met een goed cijfer, dat vind ik helemaal leuk. Denk je dat je tutoring terug gaat zien in jouw toekomstige baan? Ik heb eigenlijk nog geen idee wat ik later wil doen, maar ik heb wel het idee dat ik iets met instrueren wil doen bijvoorbeeld bedrijfsconsultancy. Dat je bedrijven helpt om iets op te bouwen, van kijk dat kan je zo en zo het beste doen. Dan lijken me vooral kleine startende ondernemingen erg leuk. Ik zou het ook niet raar vinden als ik ooit gewoon leraar word, dat zou ik me best kunnen voorstellen.
Hanan Dahou / Jordy Freriks
tutoring
Even voorstellen: de nieuwe senior tutors Wie zijn wij? Wij zijn Hanan & Jordy. Dit jaar zullen wij de taak van senior tutor op ons nemen. Wij zijn 2e-jaars studenten en hebben zelf al enige ervaring met zowel het geven van tutoring als de rol van tutee. Wat doen wij? Wij zullen dienen als aanspreekpunt en bereikbaar zijn voor diverse vragen van zowel tutees als tutoren, als je als student twijfels hebt over het aanvragen van een tutor kan je uiteraard met je vragen bij ons terecht. Naast deze taken zullen wij gedurende dit jaar ons bezighouden met het ondersteunen van de werkzaamheden van mevrouw Van Asseldonk, die de taak op zich heeft genomen om het hele tutorproject te coördineren . Hierbij kun je denken aan de koppelingen tussen tutee en tutor, het organiseren van verschillende interventies en het werven van nieuwe tutoren. In de loop van het komende jaar willen we graag het Tutorproject promoten bij vooral de nieuwe MER-studenten. De studenten zullen een korte presentatie krijgen, waarin
Hanan Dahou, Jordy Freriks
we het Tutorproject kort uitleggen. Dit doen we zodat de studenten vanaf het begin van het studiejaar weten dat ze geholpen kunnen worden. Ook zijn we lid van de Tutorcommissie. Deze commissie bestaat uit verschillende senior tutoren van andere opleidingen. Deze commissie komt eens in de drie weken bij elkaar om zo ervaringen uit te wisselen. Ook organiseren we met de commissie verschillende bijeenkomsten en zijn we vooral bezig met het promoten van het project Tutoring bij de opleidingen binnen De Haagse Hogeschool, zowel de opleidingen die nu al aan Tutoring doen als opleidingen die hier nog niet aan doen. Wat willen wij bereiken? Wat ons opvalt, is dat het nog erg onduidelijk is wat een tutee nou van zijn tutor kan verwachten. De ene Tutee denkt dat de Tutor bijles geeft en de ander wil weer dat de tutor zijn dagplanningen gaat maken. Om dit te verhelpen willen we graag in de loop van het jaar een folder ontwikkelen waarin goed beschreven staat wat de tutee van een tutor kan verwachten, maar dus ook
wat de tutor van een tutee kan verwachten We willen ook graag het Tutorproject verbeteren maar natuurlijk ook het huidige succes behouden. Dit hopen we te kunnen bereiken door de evaluaties van tutoren en tutees goed te bekijken en dan vooral oplossingen te bedenken voor de knelpunten. Hoe kunnen jullie helpen? Bij de MER zijn we altijd op zoek naar nieuwe tutoren. Als tutor krijg je de unieke kans om je kennis op een andere manier toe te passen, zo zijn er al een aantal MER-studenten die dankzij tutoring een baan hebben bemachtigd of zichzelf op een totaal andere manier hebben leren kennen. Tutoring is een uitdagend project en wij zijn daarom ook trots op onze opleiding die Tutoring goed heeft doorgevoerd, het is bewezen dat het studenten helpt. Groetjes, Hanan & Jordy Mail ons op
[email protected]
Hanan Dahou / Jordy Freriks
9
tutoring
Access without support is not opportunity
10
Access without support is not opportunity. Miljoenen mensen wereldwijd hebben geen toegang tot onderwijs en een Amerikaanse professor Tinto gaf zijn rapport de bovenstaande titel, want hetzelfde kan gezegd worden over jongeren die wel toegang hebben tot onderwijs. Miljoenen zijn het er wereldwijd, maar toch blijkt dat niet alleen studenten in Nederland, maar overal zich niet geprikkeld voelen om te excelleren en daarbij is er sprake van wederzijdse schuld. Aan de ene kant zijn er studenten die eigenlijk voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten en zo snel en vooral ook zo makkelijk mogelijk hun bachelor willen halen. Daarnaast zijn er docenten die door de jaren heen de uitzonderingen op het hierboven genoemde stereotype niet meer zien en dan zijn er ook nog de hogescholen die een rol spelen in dit geheel. Zij moeten studenten een steuntje in de rug bieden indien nodig en moeten studenten uitdagen om het beste uit zichzelf te halen. Het tutoringprogramma op De Haagse Hogeschool is gebaseerd op het idee van Adolfo Bermeo. Hij zegt dat studenten pas excelleren als er hoge verwachtingen zijn en als deze ondersteund worden (pedagogiek van de excellentie). Professor Tinto heeft gelijk met wat hij zei en vele anderen, zoals Adolfo Bermeo hebben mij geïnspireerd om tutor te worden. Tijdens mijn periode als tutor zag ik hoe ik het verschil kon maken in iemands leven. Je ziet een tutee elke week groeien en meer en meer begrijpen van wat je hem of haar wilt leren. Dat was voor mij genoeg om ervoor te kiezen om senior tutor te worden. In het jaar dat ik senior tutor was, heb ik geleerd om de theorie in praktijk te brengen. Al mijn harde werken heeft niet alleen de studenten geholpen. Ik heb zelf ongelofelijk veel geleerd en ik heb ook een afstudeeropdracht gekregen van Talentontwikkeling binnen De Haagse Hogeschool.
Ik heb de afgelopen maanden onderzoek gedaan naar hoe tutees het beste kunnen leren en of dit in groepjes is of één op één. Ik heb daarbij gekeken naar hoe men op De Haagse Hogeschool tutoring invult. Ik heb bij de MER, Bouwkunde, European Studies en Overheidsmanagement en Bestuurskunde gekeken hoe zij tutoring invullen en wat de resultaten daarvan zijn, maar dat niet alleen, ik ben ook naar Oxford gegaan om daar bij Oxford Brookes University te kijken hoe zij talentontwikkeling definiëren en toepassen en ik heb daarbij gekeken naar wat wij kunnen leren van wat zij al doen. In Oxford wordt talentontwikkeling heel anders ingevuld. Er is bijvoorbeeld een centrale dienst, die alle studenten helpt met studievaardigheden, wiskunde en statistiek, daarnaast is er nog een aantal programma’s die door de opleidingen zelf worden bedacht en gecoördineerd. Tutoring wordt meestal door een docent gedaan, in plaats van een student, sommige programma’s worden wel door studenten gedaan, maar wij zijn daarin al veel verder. Een voorzichtige conclusie van het onderzoek is dat werken in een groep meer voordelen heeft, omdat het dan niet alleen zorgt voor een hoger studiesucces, omdat meer studenten toegang hebben tot tutoring, maar het kan ook aan sociale behoeften van studenten voldoen. Daarbij moet wel gezegd worden dat er een aantal condities zijn waaraan zal moeten worden voldaan, groepen moeten niet te groot worden en moeten ook geëvalueerd worden, tutoren zullen anders getraind moeten worden, het is belangrijk dat iedereen op de opleiding het programma steunt en studenten prikkelt om het beste uit zichzelf te halen en tot slot is het belangrijk dat studenten de sessies kunnen bezoeken. Ik wil hierbij graag benadrukken dat het een zeer complex concept is en dat in dit artikel slechts een kort beeld wordt geschetst van wat de voordelen zijn. Tot slot wil ik nog toevoegen dat ik na het schrijven van deze scriptie echt het gevoel heb dat ik alles wat ik de afgelopen vier jaar heb geleerd, heb toegepast in mijn scriptie. Aan alle studenten die binnenkort gaan afstuderen: kijk bij het zoeken naar een onderwerp naar iets waar je passie ligt en neem soms de tijd om even te stoppen en je werk van een andere kant te bekijken en blijf vooral ook de uitdaging voor jezelf zoeken. Voor mij was dat om mijn scriptie in het Engels te schrijven. Dat heeft mij kunnen prikkelen en vergeet niet dat er altijd wat misgaat. Het succes van een goede scriptie schrijven is afhankelijk van twee belangrijke factoren, namelijk een goede planning maken en als er iets fout gaat direct in oplossingen denken en niet blijven hangen in het negatieve.
Patty Vleugels
stage
Stage in de VS: anders kijken naar accounting
Jaleesa Koevoet
Al zo lang ik me kan herinneren heb ik een ongelofelijke hekel aan rekenen en cijfers. Mijn aversie voor cijfers was al op vroege leeftijd begonnen, en zo ook de neiging om uit het raam te kijken tijdens alle financiële schoolvakken.
Maar op de laatste dag van mijn stage zit ik in het Accounting Departement in zo´n typisch Amerikaanse cubicle, net als in de film. Verstopt achter een stapel facturen en grootboekrekeningen, staar ik over mijn bril naar mijn computerscherm om nogmaals de reeks van 8 account numbers te controleren. De eerste vijf dagen van mijn stage in het Development departement van een Amerikaanse non-profit organisatie waren een regelrechte nachtmerrie. Het klikte totaal niet tussen mijn stagebegeleidster en mijzelf. In Amerika worden stagiaires niet voor vol aangezien, en het kost veel moeite om jezelf te bewijzen. Ik moest kaarsvet uit glazen vaasjes schrapen en al het printpapier op kleur sorteren. Hoewel ik de eerste vier dagen nog heel breed kon glimlachen, begon die glimlach langzaam te verdwijnen na het invoeren van mijn 1000ste visitekaartje. Deed ik er wel goed aan om in Amerika stage te lopen? Op dag 6 gebeurde er iets ongewoons. Ik was om 09:00 uur ’s ochtends aan het kletsen met één van de accountants (ik had toch absoluut niets beters te doen), en liet voorzichtig vallen dat ik wanhopig op zoek was naar een fatsoenlijke taak. Nog geen tien minuten later eindigde ik in mijn huidige cubicle met een stapel facturen om te sorteren en op te bergen. Nu is dat natuurlijk niet zo moeilijk, en ik was binnen vijf minuten door de stapel heen. Blijkbaar waren ze toch onder de indruk van mijn werk, want ik mocht direct beginnen met het invoeren van een stapel facturen. Ergens die dag ben ik anders gaan kijken naar accounting. De nota’s werden na verloop van tijd ingewikkelder, en om 14:00 uur zat ik met mijn neus boven de rekenmachine uit te rekenen bij welk bedrag welke codering hoorde. Toen mij werd gevraagd een credit memo te verwerken, probeerde ik terug te halen wat meneer Koehler daar ooit over had gezegd. Helaas was de enige concrete herinnering die
ik aan die les had, dat meneer nog zo had benadrukt hoe belangrijk deze kennis is. Mijn hersenen bleven kraken. ‘Wat had hij nou toch op het schoolbord geschreven over debit en credit afboeken? Had meneer Eigenraam daar ook niet iets over uitgelegd? Had ik nou maar wat minder uit het raam gekeken…’ Terwijl ik nog een slok koffie nam en de factuur bestudeerde, drong opeens tot me door waar ik mee bezig was. De bewustwording dat ik was omringd door papieren met cijfertjes, drie rekenmachines, pennen, highlighters en post-its en stiekem genoot ik van het werk. Ik begreep er niets van. Zou het aan de koppen koffie liggen die ik naar achteren had gegooid? Of wellicht aan het feit dat ik tegen 15:00 uur ’s middags al $ 153,493.00 had gespendeerd? Ik kon het gewoon niet geloven dat dit werk me zoveel voldoening gaf. Ik werd overgeplaatst naar accounting, en nog geen twee maanden later was ik verantwoordelijk voor Accounts Payable. Ik moest alle kosten wegboeken, alle facturen en creditcardrekeningen betalen, een financiële audit voorbereiden, de bankrekening en journaalposten vergelijken, de Accounts Payable posten balanceren etc. Accounting bleek in de praktijk helemaal niet ‘stoffig’ en ik ben het werk echt leuk gaan vinden! Hoewel ik altijd stug heb volgehouden niets met cijfers te willen doen, overweeg ik nu een master in accounting. Daarom wil ik graag even van de mogelijkheid gebruik maken om dhr. Eigenraam en dhr. Koehler te bedanken. Ik kan me niet voorstellen hoeveel geduld er voor nodig is om les te geven aan studenten die het altijd maar beter denken te weten en durven zweren om ‘nóóóit meer iets met cijfers te gaan doen…’ Jaleesa Koevoet
11
Een warm welkom voor nieuwe studenten
Cemile Baksi
12
Saloua El Yamani
Vers van de middelbare school of het MBO is het voor veel aankomende eerstejaars studenten een grote stap om naar het HBO te gaan. Hoewel ze zich goed kunnen oriënteren door de Open Dag te bezoeken of te gaan proefstuderen, blijft het vaak spannend of ze echt de goede studiekeuze maken. Bij de MER probeert men de studenten meer zekerheid over hun studiekeuze te geven door vlak voor de start van het studiejaar ‘welkomstgesprekken’ te houden: aanstaande MER-studenten worden uitgenodigd om met huidige MERstudenten te spreken. Saloua el Yamani en Cemile Baksi, beiden derdejaars studenten, zijn al meerdere jaren studentassistent geweest bij deze gesprekken. De welkomstgesprekken zijn bedoeld als een extra kennismaking met de opleiding. MER-studenten kunnen zich aanmelden als studentassistent tijdens deze dagen. Een aantal weken voordat de welkomstgesprekken van start gaan, krijgen de studentassistenten een training. Tijdens deze training wordt uitgelegd wat er precies van hen verwacht wordt en wordt hen uitgelegd hoe zij de test, die de aankomende studenten voorafgaand aan de gesprekken maken, kunnen interpreteren. Studentassistenten kunnen ervoor kiezen als gastvrouw/gastheer of gespreksleider op te treden. Saloua: “Als gastvrouw of gastheer vang je de aankomende studenten op bij de hoofdingang. Zij hebben thuis de mogelijkheid gehad om een test in te vullen, indien ze dit nog niet gedaan hebben breng je ze eerst naar een computerlokaal om deze test te maken. Daarna begeleid je de studenten naar een lokaal waar een korte presentatie over de opleiding wordt gegeven.” In de eerste jaren werden deze presentaties door MER-docenten gegeven, tegenwoordig kunnen de studentassistenten ervoor kiezen om de presentaties te verzorgen. Na afloop van de presentatie worden de aanstaande studenten meegenomen door twee gespreksleiders om een kennismakingsgesprek te voeren. Cemile: “Tijdens de gesprekken komen vragen aan bod over de vooropleiding van de aankomende student, daarnaast vragen we ze waarom ze voor de MER hebben gekozen en wat hun toekomstplannen zijn. Er is een vooraf opgestelde vragenlijst die je als leidraad kunt gebruiken, maar je kunt ook zelf een
invulling geven aan het gesprek door bijvoorbeeld door te vragen. Ook bespreken we de uitkomsten van de test die voorafgaand aan de gesprekken is ingevuld. Daarnaast vertel ik zelf altijd over mijn eigen ervaringen met de opleiding en geef ik een aantal tips hoe ze hun eerste studiejaar het beste kunnen aanpakken.” Soms weten de aankomende studenten niet zo goed wat het doel is van de welkomstgesprekken. Saloua: “Veel van de aankomende studenten denken ten onrechte dat de welkomstgesprekken bedoeld zijn als een soort van selectieprocedure. Ze denken dat het doel van de gesprekken is om hen wel of niet aan te nemen voor de opleiding. De gesprekken zijn echter puur bedoeld om de aankomende studenten meer inzicht te geven in de door hen gekozen opleiding.” Cemile:”Er zijn ook veel aankomende studenten die erg goed reageren op het initiatief van de welkomstgesprekken. Ze krijgen een beter beeld van de opleiding en kunnen hun onzekerheden uiten. Als ze vragen hebben, dan beantwoorden wij deze.” Saloua: “De reacties verschillen heel erg. Sommigen zijn nonchalant en anderen zijn heel geïnteresseerd en vinden het nuttig om met ouderejaarsstudenten te spreken.” Het doel voor de aankomende studenten is dus duidelijk, maar waarom kiezen studentassistenten ervoor om aan de welkomstgesprekken deel te nemen? Cemile: “Ik heb zelf geen welkomstgesprek gehad bij het begin van mijn opleiding, wat ik erg jammer vind. Ik heb me precies zo gevoeld als de aanstaande studenten bij het begin van mijn eerste jaar en had graag met een ouderejaars willen praten om meer inzicht te krijgen in de opleiding. Volgens mij is het een goed initiatief om aankomende studenten met huidige studenten te laten praten in plaats van alleen maar presentaties en algemene informatie over een opleiding te krijgen. Het is heel anders om informatie van een huidige student te krijgen dan van een docent.” Saloua voegt daar nog aan toe: “Ik heb zelf wel een gesprek gehad bij het begin van mijn opleiding, waardoor ik de mogelijkheid kreeg om onduidelijkheden helder te krijgen en vragen te stellen. Nu als studentassistent heb ik gemerkt dat je door de manier van vragenstellen met een ander oog naar je eigen opleiding kijkt. Je wordt onbewust wat kritischer. Daarnaast worden je communicatie- en presentatievaardigheden verder ontwikkeld door deel te nemen aan de welkomstgesprekken.” Als je aan de welkomstgesprekken deelneemt, ontvang je hier overigens ook OSB-uren voor. Benieuwd geworden hoe de aankomende studenten voor het collegejaar 2011-2012 eruitzien? Of enthousiast geworden om aan de welkomstgesprekken mee te werken? Op 28 juni, 30 juni, 29 augustus, 5 september en 7 september aanstaande vinden de welkomstgesprekken weer plaats. Astrid Beentjes
Bericht van de opleidingscommissie Beste student/docent, Laat ik mij even voorstellen. Ik ben Ole Häusler, tweedejaars student aan de Opleiding voor Management, Economie & Recht. Ik ben dit jaar voor het tweede achtereenvolgende jaar lid van de Opleidingscommissie (OC). De Onderwijs- en Examenregeling (OER) heeft het volgende over de OC te vertellen: “De adviescommissie die voor elke opleiding wordt ingesteld en die tot taak heeft de advisering over en de jaarlijkse beoordeling van de wijze waarop de onderwijsen examenregeling wordt uitgevoerd, alsmede het adviseren van de academiedirecteur en de academieraad over alle andere aangelegenheden betreffende het onderwijs in de desbetreffende opleiding”. Dit is een nogal lange zin en soms moet men deze zin drie keer lezen om te snappen wat er in staat. De zin en zijn inhoud zijn het lezen echter zeker waard. Kort samengevat wordt hiermee bedoeld dat de Opleidingscommissie als taak heeft de opleiding betreffende het onderwijs in de gaten te houden. Het gaat hierbij echter niet alleen om de college-
uren zelf. Het gaat ook om het inbrengen van de mening en kennis van studenten in de opleiding zelf. Zo werd de OC b.v. voor deelname aan de Academiedag op 10 mei 2011 uitgenodigd. Hierbij ging het er o.a. om dat de studenten hun kennis van sociale media en het omgaan hiermee met de docenten gingen delen. De OC vergadert overigens één keer per maand. De OC heeft als één van haar belangrijkste taken in het jaar het behandelen van de OER. De OER is onderdeel van het”Studentenstatuut deel 2”. Gedurende de OER-vergadering worden de onderdelen voor zowel de voltijd, de deeltijd alsook het hogeschoolbrede deel helemaal gelezen en behandeld. Na uiteindelijk de hele OER behandeld te hebben, weet je in ieder geval een stuk meer over zowel je rechten als je plichten als student. Zo is er een aantal artikelen die niet bij iedereen bekend zijn. Om maar wat te noemen, er bestaat namelijk een regeling wat betreft het studieadvies die handig is om te weten. De OC heeft als voordeel dat je er met een aantal van je medestudenten in zit. Op het moment bestaat de OC uit 20 studentleden en 2 docentleden. De vergaderingen zijn wel absoluut serieus maar
toch wordt onderling op een enorm gezellige manier met elkaar omgegaan. De docentleden zijn bij iedere vergadering aanwezig. Naast hun begeleiding zorgen zij ook voor interessante informatie die jij als student vaak niet weet. In de OC heb je dus echt wat te zeggen over het onderwijs. Het management luistert dan ook graag naar de adviezen die worden geven. Voor je lidmaatschap bij de OC krijg je drie ECTS /Studiepunten voor één zittingsjaar. In uren uitgedrukt zijn dit 84 uren voor een zittingsjaar. Een zittingsjaar duurt van februari t/m januari (voor docenten van september t/m augustus). Je kan uiteraard ook langer dan een zittingsjaar lid van de OC blijven. Indien je meer informatie over de opleidingscommissie of haar betekenis voor de OER wilt: spreek of één van de commissieleden aan of stuur een mailtje naar
[email protected] om er meer over te weten te komen.
Ole Häusler
Boven v.l.n.r.: Dianne Thöne, Adil Abbach, Antonio Sanches, Germaine Leerentveld, Wil Pruijssers, Chantella Bontekoe; Onder v.l.n.r.: Orelio Lopes, Ole Häusler, Tim van der Sprong
13
boeiende banen
Van verslaggever tot directeur in het Nederlandse Radiolandschap “In de veertien jaar dat ik in Nederland woon, ben ik begonnen als verslaggever bij FunX en sinds enkele weken ben ik de enige vrouwelijke directeur die in de radiowereld rondloopt. Niet slecht toch met mijn afgeronde MER-studie?”
MER & Binding
14
Cherylla Ganpatsingh verhuisde in 1996 met haar familie van het tropische Suriname naar het kleine kikkerlandje. Na de havo, moest er een keuze gemaakt worden voor een vervolgstudie. De MER was toen een aantrekkelijke keuze omdat het een hele brede opleiding was. Daarnaast was het een economische opleiding en economie was haar favoriete vak. En een toekomstperspectief als econoom, jurist of rechter klonk natuurlijk altijd interessant op familiebijeenkomsten. Het was een begin van een nieuwe studie en een nieuwe levensfase. Ondanks een moeilijke periode van aanpassingen, heimwee en onzekerheden bleef Cherylla gemotiveerd. Ze was een van de weinige studenten die hun propedeuse in het eerste jaar haalden! Ook nieuwe vriendinnen werden gemaakt, met name de samenwerkingsopdrachten hebben de vriendschap versterkt, vertelt ze! Nu, 13 jaar later, hebben de oude schoolvriendinnen het regelmatig over die periode en wordt er nog hartelijk om gelachen! Tijdens de studie was er vooral binding met de vakken van de clusters Finance &Control en Markt. Minder binding was er met de vakken die vielen onder het cluster Organisatie en Personeel. Niet wetende dat deze vakken juist erg van belang zouden zijn in de toekomst! Het afstuderen ging niet geheel van een leien dakje doordat ze één les te veel had gemist van de keuzemodule Interculturele Communicatie. Door het volgen van een keuzemodule Octrooirecht mocht ze alsnog afstuderen. Na de MER ging ze verder met studeren op de UvA. Dit was van korte duur, na drie maanden stopte ze en besloot ze te gaan werken.
Binding MER en huidige baan Werk vinden was echter niet erg gemakkelijk voor de net afgestudeerde, het excuus was dat ze niet specifiek was opgeleid. Tijdens het solliciteren kwam ze in aanraking
met het radiostation FunX. Ze besloot een gokje te wagen en te solliciteren bij het radiostation. Tot haar grote verbazing werd ze aangenomen en was ze twee weken later de eerste verslaggever in Den Haag. Als verslaggever was ze vaak te vinden op De Haagse Hogeschool om studenten te onderwerpen aan de dagelijkse poll van FunX. FunX zag een ambitieuze vrouw in Cherylla. Na een half jaar te hebben gewerkt voor FunX werd ze gevraagd voor de functie Eindredacteur, oftewel manager, waarbij ze acht dames zou gaan aansturen. “Wie had gedacht dat ik ooit manager zou worden?” voegt Cherylla lachend toe.
“Tijdens mijn studie MER waren de meiden in de klas altijd van mening dat ze manager wilden worden! Ik een manager? No way”. Het lot bepaalde echter anders.
Werk & Binding In het vliegtuig, begin dit jaar, naar Suriname vroeg de man naast haar wat voor werk ze deed. Vol enthousiasme vertelde ze dat zij bij de populairste radiozender onder de stadsjongeren van 15-25 jaar werkte, FunX. De Surinaamse man keek haar licht vermanend aan en antwoordde: “Dan hoef je toch geen administratief werk te doen? Met zo’n goede MER-opleiding kun je toch een goede baan vinden?” Mediadirecteur Cherylla voegt toe: “Zulke anekdotes vind ik wel leuk om te vertellen. Het geeft aan dat media nog geen volwaardige status hebben bij (met name) de multiculturele samenleving.” Als mediadirecteur is ze verantwoordelijk voor alle mediaproducties die FunX produceert via radio, internet en beeld. Sinds kort is ze naast mediadirecteur ook de woordvoerder van het bedrijf. Ook is ze verantwoordelijk voor het totale personeelsbestand van aanname, scholing tot ontslag. Lachend zegt ze: “Ja, als ik dat eerder geweten had, had ik wat meer aandacht besteed aan het cluster Organisatie en Personeel.” Uitdaging en groei zijn belangrijke elementen van binding in haar huidige job. Tevens is Cherylla zich ervan bewust
15 “Ik ben trots dat ik in acht jaar FunX de volgende functies heb mogen bekleden om nu te zijn waar ik ben. Ik begon als verslaggever, groeide door naar Eindredacteur Maatschappij, adjunct programmaleider, adjunct directeur en nu ben ik de mediadirecteur.”
dat je niet gestudeerd hoeft te hebben om dingen te bereiken in het leven. Het zit in je persoonlijkheid! Een open houding, hard werken en bereid zijn om beperkingen te erkennen, accepteren en jezelf durven te ontwikkelen. Het is niet erg om te falen, leren gaat met vallen en opstaan. Een ander belangrijk element is de binding die Cherylla heeft met multiculturele jongeren. Jongeren spelen een belangrijke rol in de maatschappij, wat niet altijd zo wordt gezien. FunX laat zien dat jongeren, van welke cultuur dan
ook, de toekomst hebben. Jongeren zijn vaak erg betrokken bij de samenleving en zijn zich bewust van hun rol binnen de multiculturele samenleving. Voor haar is het begrip “multiculti” wel degelijk een geslaagd begrijp, zeker als je alleen al in het Atrium van De Haagse Hogeschool kijkt!
Chantal Immink
boeiende banen
Champagne drinken, socializen, reizen én hard werken Luxe vier- of vijfgangendiners en champagne drinken in de Champagnestreek in Frankrijk.
Daarnaast ook nog eens single malt whisky’s drinken en dat wordt natuurlijk in Schotland gedaan. Voor de een zal dit klinken als een droomvakantie, maar voor MER-afgestudeerde Tobias Hartman (31) klinkt dit als zijn baan. Tobias is brand ambassador bij Louis Vuitton Moët Hennessy (LVMH). Het grootste bedrijf ter wereld dat luxeproducten produceert. Tobias doet verhaal over zijn bijzondere baan. Tobias Hartman is afgestudeerd in 2004 en koos ervoor om na zijn afstuderen te werken bij een pensioenverzekeraar als financieel adviseur, maar daar is hij niet lang blijven werken. Tobias vertelt hierover: “Ik kwam er al snel achter dat ik het niet lang zou volhouden daar. Vervolgens ben ik via via in contact gekomen met iemand die vroeg of
16
ik als bedrijfsleider voor een lifestyleconcept wilde werken. Ik vind de fashionbranche wel interessant en heb de baan toen geaccepteerd. Na een tijd daarvoor te hebben gewerkt vroeg een kennis, die diverse horecazaken bezit in Den Haag, aan mij of ik wilde helpen bij het opzetten van een aantal zaken. Daar had ik wel oren naar en ik heb de overstap gemaakt naar het horecawezen als manager. Ik denk dat ik ongeveer vier jaar gewerkt heb in zijn horecazaken. Tevens heb ik daar veel ervaring opgedaan wat management betreft. ” Moët et Chandon en Hennessy Sinds augustus 2010 werkt Tobias weer in een andere branche. Hij werkt bij Louis Vuitton Moët Hennessy (LVMH). Wereldwijd is dit de grootste speler op het gebied van luxeproducten. In Nederland wordt alleen de drankenkant van dit bedrijf gedaan, omdat er weinig speciaalzaken zijn waar Louis Vuitton wordt verkocht. Op de vraag hoe Tobias aan deze bijzondere baan is gekomen, antwoordt hij: “Eigenlijk ook via een kennis. Als je in Den Haag voor zo’n groot lifestyleconcept hebt gewerkt en drie horecazaken hebt opgezet, leer je behoorlijk wat mensen kennen. Degene die mij vroeg voor de baan bij LVMH heb ik weer ontmoet via de horeca.” Champagnebar Als brand ambassador representeer je een merk op een directe manier. Tobias doet dat door het organiseren en bijwonen van evenementen. Op deze evenementen worden natuurlijk de cognac, champagnes en wijn geschonken van Moët Hennessy. Tobias vertelt over de evenementen: “In de Grote Kerk van Den Haag organiseren
Afscheid Ina Gotsmann we vrijdagborrels. Daar kleden we de tafels aan en zetten we een champagnebar neer. Verder staan we op een groot evenement in Rotterdam waar het entreebedrag vijftig euro is. Het gaat hier om de echt chique evenementen voor mensen die veel te besteden hebben. Op Koninginnedag hadden wij ook een grote champagnebar staan in Amsterdam. Daarnaast vieren we binnenkort het 100-jarig bestaan van LVMH en dat wordt zeker groot aangepakt.” Champagne drinken tijdens werk dat komt niet vaak voor, maar voor Tobias is dat ‘a part of the job’. “Mijn rol op dit soort evenementen is eigenlijk socializen en ik heb ook altijd een glas champagne in mijn hand. Potentiële klanten vermaken en het product promoten, dat hoort bij mijn functie. Laten zien dat er gedronken wordt, dat is het motto. Ik denk dat ik elke week drie à vier flessen champagne drink. Dat hoort op een gegeven moment gewoon bij je werk. Bij ons begint elke borrel en elk etentje met een glas champagne”, aldus Tobias. Winstcijfers Naast de evenementen reist Tobias werkgerelateerd ook wat af. Zo is hij onlangs nog naar Épernay geweest in de Champagnestreek in Frankrijk. Tobias: “De Champagnestreek bezoek ik vaak, omdat Champagne alleen daar vandaan mag komen en dat dus belangrijk is voor ons. Wij nemen dan ook onze twintig grootste klanten mee. Tijdens deze reizen krijg je presentaties en uitleg over de champagnes. Verder is het socializen en de klant van informatie voorzien van belang. Ook ben ik naar Schotland geweest waar ik presentaties over single malt whisky’s mocht bijwonen en proeven hoort daar natuurlijk ook bij!” Naast de leuke reizen en evenementen die Tobias bijwoont, maakt hij duidelijk dat zijn baan ook een serieuze kant heeft: “Ik krijg sales- en producttrainingen. Zo leer ik hoe je producten verkoopt, relaties onderhoudt met klanten en wat voor producten er allemaal zijn. Er zijn zoveel champagne-, wijn- en whiskysoorten en daar moet je als brand ambassador echt van op de hoogte zijn. Daarnaast ben ik ook bezig met de cijfermatige kant waar de kennis die ik heb opgedaan op de MER wel weer bij komt kijken. Marges, verkoopcijfers en behaalde targets moeten worden gerapporteerd aan mijn manager en dat is zeker ook een belangrijk gedeelte van mijn baan.”
Na drie en een half jaar bij De Haagse Hogeschool werkzaam te zijn geweest, verhuist Ina Gotsmann naar Duitsland om daar haar eigen onderneming voort te zetten. Gedurende de periode dat Ina voor de MER-opleiding gewerkt heeft, heeft ze een breed scala aan vakken verzorgd: Managementtraining, Presenteren, Gesprekstechnieken, MVO (Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen), Adviesvaardigheden, M&O Manager, Onderhandelen, Studieloopbaanbegeleiding. Ina heeft bij de ontwikkeling van het nieuwe programma een aanzienlijke bijdrage geleverd. Een van haar meest opvallende punten is haar maatschappelijke betrokkenheid, die zich onder andere heeft geuit in het door haar ontwikkelde vak MVO, de minor Sustainability en haar rol als aanjager van de Community of Practice MVO. Bovendien heeft Ina zich ingezet voor duurzaamheid binnen De Haagse Hogeschool. Verder heeft Ina zich doen kennen als een voortvarende coördinator Internationalisering. Vanaf de start van onze nieuwsbrief, M(e)ER Weten heeft Ina deel uitgemaakt van onze eindredactie. Met haar kritische blik en zakelijke instelling heeft zij de kwaliteitsimpuls gegeven die onze nieuwsbrief op het huidige niveau heeft gebracht. We wensen Ina een fijne en succesvolle toekomst! Frank de Poorter
Studeren in het buitenland!
Netwerken Voor degenen die studeren, afstuderen of werken heeft Tobias nog een gouden tip: “Je hebt mensen om je heen nodig om verder te komen in de toekomst. Ben je alleen gefocust op je werk en je studie dan ga je het in deze maatschappij echt niet redden. Probeer je netwerk zoveel mogelijk uit te breiden door simpelweg met allerlei mensen in je omgeving, maar ook buiten je omgeving in gesprek te raken. Je weet nooit wat iemand voor je kan betekenen in de toekomst. Zelf ben ik aan de meest bijzondere banen gekomen door te netwerken en hoop ik in de toekomst nog meer uit mijn netwerk te halen.”
Wij zijn druk bezig jullie nog betere mogelijkheden te bieden om makkelijk in het buitenland te kunnen studeren. Met verschillende universiteiten hebben wij nu al Erasmus Agreements gesloten, wat betekent dat jullie naar een universiteit of hogeschool in het buitenland kunnen gaan, zonder dat er extra studiekosten op jullie afkomen. Zo is er nu voor jullie de mogelijkheid vanaf september van dit jaar aan de Universiteit in Kassel (Duitsland) (taal: in het Duits of Engels) en op twee verschillende universiteiten in Istanbul (Turkije), de Haliç University en de Bahçeş ehir University (taal: in het Turks of Engels), vijf maanden te kunnen studeren. Wij raden jullie aan: benut je kansen om tijdens je studieperiode een tijdje naar het buitenland te gaan – wij hebben nog nooit gehoord dat iemand achteraf zei, dat het geen echte ervaring en een persoonlijke en soms ook professionele groei was naar het buitenland te gaan.
Charina Ori
Ina Gotsmann
17
jaarboek eindfeest
Organiseren van het jaarboek en eindfeest voor MER 4 Naast het afstuderen in het vierde jaar het jaarboek ontwerpen en een eindfeest organiseren? Na het lezen van het bericht op de portal en een toelichting van meneer De Poorter over deze keuzemodule, borrelden er bij ons meteen ideeën op en hadden we veel zin om aan de slag te gaan! Dit jaar bestaat de jaarboek- en eindfeestcommissie uit vier personen, namelijk Carli van Adrichem, Hugo Mentink, Martine Schrijver en Lisette Meijer. Wij zijn momenteel alle vier bezig met de afronding van onze afstudeerscriptie en studeren dit jaar af. Om naast ons afstuderen nog een leuke opdracht te doen, besloten wij ons aan te melden voor deze com-
18
Martine Schrijver, Hugo Mentink, Lisette Meijer, Carli van Adrichem
missie. Onze opdracht is om een jaarboek tot stand te brengen en een eindfeest te organiseren voor alle vierdejaars studenten en alle docenten van de MER. Om deze eindproducten op te leveren zullen we door middel van onze creativiteit, communicatieve vaardigheden, verantwoordelijkheid, stressbestendigheid en initiatief goed samen moeten werken. Naast
jaarboek eindfeest
het jaarboek en het eindfeest moeten wij een plan van aanpak met draaiboek, een begroting en een sponsorplan inleveren. Voor ons een uitdagende opdracht om een jaarboek te ontwerpen dat goede herinneringen naar boven zal brengen aan de MER-tijd en een spetterend eindfeest te organiseren om de studietijd af te ronden. Onze organisatorische talenten zullen hierbij op de proef gesteld worden. Naast het feit dat het een leuke en uitdagende opdracht is, zal het goed op ons CV staan en verdienen we er studiepunten mee omdat het een keuzemodule is. Een uitdagende opdracht zorgt voor behoorlijk veel werk en we zijn dan ook vanaf februari bezig geweest om de producten tot een goed eindresultaat te brengen. Hoe wij dit aangepakt hebben? Hieronder is te lezen welke activiteiten wij voor het jaarboek en het eindfeest uitgevoerd hebben. Ons jaarboek hebben wij gevuld met input van studenten, docenten en onszelf. Onze medestudenten van het vierde jaar hebben wij via de e-mail benaderd om een tekst te schrijven over henzelf, de ervaringen met de MER, de leukste momenten, et cetera. Daarnaast vroegen wij hen om een foto en contactgegevens, zodat De Haagse Hogeschool contact kan onderhouden met afgestudeerden om te weten wat er van hen geworden is. Dit bleek geen gemakkelijke taak, want het schrijven van de teksten werd (studenten eigen) steeds uitgesteld waardoor we veel herinneringen hebben moeten verzenden. Zelf hebben wij geschreven over activiteiten die in de vier jaar op de MER plaatsgevonden hebben. Zoals het introductiekamp, de communicatietraining en de buitenlandreizen. Om de sfeer van de opleiding te kunnen laten zien, hebben we foto’s bij de teksten gevoegd. Maar zelfs na het verzamelen en schrijven van alle teksten, is deze opdracht niet afgerond. We moesten op zoek naar een vormgever en een drukker. Omdat het geheel nogal prijzig bleek te zijn, hebben we een student van de opleiding Communicatie en Multimedia Design aan De Haagse
Hogeschool aangenomen om het jaarboek vorm te geven. Om alle kosten te dekken, zullen we zelf op zoek moeten gaan naar sponsoren. Uiteindelijk zullen we het jaarboek uitdelen tijdens de diplomering op 7 juli 2011 en we hopen dat iedereen er nog eens in zal kijken en terugdenkt aan een leuke tijd op de MER. Gelijktijdig met het jaarboek, zijn we met de organisatie van het eindfeest bezig geweest. Om het feest voor iedereen toegankelijk te maken, hebben we gezocht naar een locatie in het centrum van Den Haag, goed bereikbaar vanaf het Centraal Station, met de tram en de auto. Onze keuze is gevallen op Danscafé Bar en Boos. Na een afspraak op locatie, hebben wij met de eigenaresse een contract getekend om het eindfeest te vieren op 30 juni 2011, tussen de afstudeerzitting en de diplomering in. Danscafé Bar en Boos is een klein café in de Papenstraat waar een besloten feest georganiseerd kan worden inclusief een DJ en beveiliging. Voor dit feest zijn alle vierdejaars studenten en docenten uitgenodigd om met elkaar te proosten op de MER-tijd. Over het feest zelf hoeven we ons geen zorgen te maken, want dat er door de MER-studenten behoorlijk gefeest kan worden is tijdens de afgelopen vier jaar wel duidelijk geworden! Kortom, het tot stand brengen van een jaarboek en het organiseren van een eindfeest is een leuke afwisseling naast het afstuderen, een uitdagende opdracht en een goede kans om vaardigheden van de MER in de praktijk te brengen! En uit ervaring weten we dat het nog leuker is als je er zelf aan meegeholpen hebt!! De jaarboek- eindfeestcommissie: Carli van Adrichem, Lisette Meijer, Hugo Mentink, Martine Schrijver
19
praktijkweek 2011
Een weekje binden en boeien
20
Een groep van 120 eerstejaars en een paar docenten die zo ongeveer een hele werkweek met elkaar
doorbrengen, is iets wat je niet vaker dan één keer per jaar kunt doen, in twee opzichten; fysiek en mentaal. En dat gevoel zal wederzijds zijn! Niettemin begonnen we allemaal, begeleiders en studenten, vol goede zin op maandagochtend aan deze week vol andersschoolse activiteiten met als één van de doelstellingen om de studenten die nu bijna een studiejaar MER achter de rug hebben een idee te geven van het verdere studietraject en het leven na de MER. Hiervoor was een aantal gastsprekers uitgenodigd die hun licht lieten schijnen over meer of minder algemene aspecten van studie en praktijk in de vorm van hoorcolleges die door interactiviteit met het publiek zeer levendig werden. Zo werd het openingscollege verzorgd door onze eigen academiedirecteur Willem Looije die ons een kijkje gunde in zijn eigen ervaringen, de studiekeuzes en overwegingen die hij daarin heeft gemaakt, afgesloten met een schets van zijn werk nu reeds drie jaar als manager van professionals. Dit alles had hij voorzien van pakkende beelden en filmpjes die zijn betoog niet alleen illustreerden, maar die ook een hoog entertainmentgehalte hadden. Willem Looije werd gevolgd door Hans Veldman, die met de studenten van gedachten wisselde over wat een onderneming succesvol maakt. Enkele dagen later was er het gastcollege Ontslagrecht, gegeven door de Voorzitter van ons College van Bestuur, Rob Brons, die op uitnodiging van onze docenten Recht onze eerstejaars inleidde in dit vakgebied d.m.v. een aansprekende casus waarin hij “de letter van de wet” en “de menselijke maat” mooi naast elkaar zette. Zo kwam met deze drie gastcolleges een beeld van de drie pijlers M-E-R al sterk naar voren met als rode draad: wees pro-actief, denk voor jezelf, onderscheid jezelf! De doelstelling kreeg behalve door deze colleges ook invulling d.m.v. een aantal interactief bedoelde work-
shops / bijeenkomsten / ontmoetingen: wat kun je doen, nu en straks, maar vooral ook wat zou je nu al moeten doen om je verdere studietraject interessanter te maken voor jezelf zodat je tegelijkertijd je kansen vergroot op de arbeidsmarkt daarna? In dit kader hadden we een dagdeel met een tiental ondernemers, werkzaam op het MERgebied, die - roulerend over de klassen in twee keer 90 minuten durende workshops - de studenten aan het werk zetten in hun schoolvakken, maar dan hoe die in het echt werken! Er was o.a een financieel expert die investeringsmogelijkheden en -risico’s besprak en enkele studenten voor een elevator pitch voor de groep zette en alles nog in het Engels ook. Onderlinge binding was ook nadrukkelijk als doel gesteld voor deze week. Door alle activiteiten als eerstejaarsgroep samen te doorlopen was er volop gelegenheid eens in contact te komen met jaargenoten. Maar verticale binding is iets dat wij als organisatie ook zeer belangrijk vinden: er was een programmaonderdeel dat de eerstejaarsgroep in contact bracht met onze huidige derdejaars studenten die momenteel stagelopen. Een ander dagdeel bracht ze samen met afgestudeerden, die nu werken, studeren ofwel een combinatie van beide doen. Voor het eerstgenoemde
praktijkweek 2011 onderdeel hadden we een speeddate-achtige ontmoeting georganiseerd waarin de eerstejaars van alles te weten konden komen over de stageperiode: per groepje studenten ging men langs bij een aantal stagiairs die a.h.w. een informatieloket hadden. Voor het laatstgenoemde onderdeel rouleerden groepjes van 4 à 5 afgestudeerden (van tevoren door ons gegroepeerd in werkend / werkend financieel / doorstuderend / ondernemers) over de klassen om te vertellen hoe zij met hun studiekeuze voor de MER hun start maakten in het werkende, doorstuderende dan wel ondernemersleven. Dit waren allemaal activiteiten met volop informatie, handreikingen, tips, zelfs af en toe dringende adviezen voor het succesvolle vervolg van het leven op en na de MER. Het midden van de week, woensdag en donderdagochtend stond geheel in het teken van extern, maar toch samen ergens mee bezig zijn:op woensdag werd van de studenten geen andere inspanning gevraagd dan naar Antwerpen te gaan en rondgeleid te worden in deze gezellige stad. Ook kregen zij een rondleiding door het European Visitors Center van Coca-Cola door hun bottelarij. Het georganiseerde gedeelte was rond half 5 klaar. Velen gingen naar huis terug, maar het weer was zo heerlijk zomers dat ook een flink aantal studenten besloot met elkaar in Antwerpen te blijven hangen op de diverse terrasjes voor wat drankjes en een maaltijd. Het bezoek aan De Haagse Tribune donderdagochtend was gelukkig een ontspannende bezigheid na de lange woensdag: de kennis van politiek en democratie werd opgefrist door een soort les met een bezoek aan de Tweede Kamer. Al met al was het een zeer intensief beleefde week, wat overigens de bedoeling was! We wachten de evaluaties van deelnemers aan de praktijkweek nu af, zowel van de kant van de studenten als van de begeleiders en de gasten om te zien in welke vorm er volgend jaar eventueel weer een dergelijk project kan worden georganiseerd. De dank van de organisatoren, Antonie Koehler en ondergetekende, gaat uit naar alle gasten die bereid waren tijd vrij te maken voor onze eerstejaars, natuurlijk naar Willem Looije en Rob Brons, de SLBdocenten voor hun ondersteuning bij enkele programmaonderdelen, de student-assistenten, docent-begeleiders en de teamleider en het hoofd academiebureau die alles wilden faciliteren. Loes Kamperman
Even voorstellen Naam Ercan Büyükçifçi Functie Docent-onderzoeker Leeftijd 28 Huwelijkse staat Getrouwd; sinds
1 april een dochtertje
Woonplaats Rotterdam Hobby’s Lezen,voetballen, gitaar spelen, reizen
Na de middelbare school heb ik gekozen voor een brede opleiding, Bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit. Daarnaast volgde ik het eerste jaar van de studie Psychologie in Leiden. Vanuit mijn belangstelling in de sociale wetenschappen heb ik bij Bedrijfskunde gekozen voor de master ´Management of Change´. Tijdens deze master heb ik de kans gegrepen om in het buitenland te studeren. Ik wilde graag naar een verre bestemming met een voor mij onbekende cultuur. Dankzij een uitwisselingsprogramma is dit gelukt en heb ik ruim een half jaar een deel van de master in de studentenstad Yogyakarta (Indonesië) kunnen volgen. Naast de vakken die ik volgde, heb ik natuurlijk de stad en de wijdere omgeving met haar bijzondere landschappen en culturele bezienswaardigheden kunnen verkennen en bewonderen. Door mijn ervaringen en opgebouwde vriendschappen daar heb ik veel geleerd en heb ik enorme waardering gekregen voor de cultuur. Kort na mijn terugkomst in Nederland ben ik gaan werken bij een groot internationaal adviesbureau, Capgemini. Als business consultant heb ik daar bijna vijf jaar lang op het snijvlak van business en ICT onderzoek, advies en implementatieopdrachten uitgevoerd voor overheidsorganisaties als gemeenten, ministeries en regionale overheidsorganen. Om het overheidsbeleid beter te leren kennen, maar vooral vanuit mijn interesse in de sociale wetenschappen heb ik me naast mijn baan bij Capgemini verder verdiept door de opleiding Sociologie in deeltijd te volgen aan de Erasmus Universiteit. Ik heb me daarbij gespecialiseerd in ´grootstedelijke vraagstukken en beleid´. De focus lag m.n. op de toenemende verstedelijking en als gevolg hiervan de maatschappelijke en bestuurlijke dynamiek in de grote steden. Mijn belangstelling voor sociale wetenschappen heeft ertoe geleid dat ik nu ruim een jaar als onderzoeker werkzaam ben bij het lectoraat ´Burgerschap en Diversiteit´ aan De Haagse Hogeschool, www.hhs.nl/lectoraatbd . Binnen het lectoraat kunnen docenten hun onderzoeksvaardigheden bevorderen en zich verdiepen in specifieke thema´s. Bij het lectoraat verricht ik sociologisch onderzoek naar de maatschappelijk en bestuurlijke dynamiek in een grote stad als Den Haag. Dankzij mijn aanstelling bij het lectoraat heb ik De Haagse Hogeschool, het onderwijs en de onderzoekswereld beter leren kennen. Afgelopen februari heb ik er dan ook voor gekozen om in fulltime verband de overstap te maken naar De Haagse Hogeschool. Bij de opleiding MER zal ik als docent-onderzoeker voor het grootste deel van de tijd promotieonderzoek verrichten en daarnaast ook onderwijs verzorgen. Naast mijn werk besteed ik deze dagen veel tijd aan mijn dochtertje. Ik leer veel van haar. Over onderzoek gesproken… Ze laat me opnieuw nadenken over de meest basale dingen in het leven. Zo ontwikkel je als jonge ouders talloze theorieën over haar huil-, lach- en slaapgedrag. Het enige dat tot nu toe helder is, is dat er nauwelijks een patroon in zit.
21
Zo rot als een m...........
De MER bij De Haagse Taalprijs
22
Linda Bloem, Brenda Hage, Ilse van Leeuwen
Al enige jaren organiseert De Haagse Hogeschool De Haagse Taalprijs, waaraan niet alleen studenten en docenten van de hogeschool kunnen deelnemen, maar waar ook scholieren en leraren uit het Haagse middelbaar on-
Nico Marra, Agaath Becht, Eddy Nagtegaal
derwijs van harte welkom zijn. Aan de uitdaging om ‘de kennis te testen en uit te breiden’ kon de MER deze keer niet weerstaan en met drie teams werd ingeschreven voor de vijfde editie van de Taalprijs op 17 mei jl. De eer van de MER werd hooggehouden door één studententeam, bestaande uit Ilse van Leeuwen (tutor Formuleren), Brenda Hage (tutor Formuleren) en Linda Bloem (redactielid van onze nieuwsbrief) en twee medewerkersteams. Het eerste team bestond uit de docenten Agaath Becht, Nico Marra en Eddy Nagtegaal, het tweede, de ‘bewoners’ van Slinger 3.29.2, docente Loes Verstappen en de beleidsmedewerkers Kiki Julizar en Corrie de Ridder. Enige voorbereiding op de inhoud was wel handig geweest; het kwam er nu op neer dat een aantal testen min of meer als een verrassing voor onze MER-deelnemers kwamen. De volgende onderdelen werden aan de 150 deelnemers (dertig scholieren uit de regio Den Haag, zestig studenten van De Haagse Hogeschool en zestig docenten van zowel De Haagse Hogeschool als de regionale scholen) voorgelegd: Werkwoordsvormen, Spelling algemeen, Zinsbouw / stijl, Hen, hun en andere voornaamwoorden, Woordenschat, Uitdrukkingen, gezegdes e.d. afmaken, Gramma-
tica, stijlleer e.d., Uitsmijters, Dictee en Bonusvragen. Nog slechts enkele maanden geleden was het groot nieuws in de Nederlandse media: scholieren worden steeds slechter in taal, met name woordenschat, grammatica en vermogen tot logisch redeneren. Aan deze treurige realiteit wisten Haganum en het Haags Montessori Lyceum (HML) zich overigens te onttrekken aangezien het scholierenteam van HML met de gecombineerde scholieren- en studententrofee aan de haal ging, terwijl een Haganum-scholiere als beste student / scholier de individuele prijs in ontvangst mocht nemen. Bij de docenten won een docent van European Studies, zodat De Haagse Hogeschool toch nog in de prijzen viel, bij de neerlandici was een leerkracht van De Populier de beste. Al ‘onze’ deelnemers eindigden in de anonimiteit. Enige conclusies konden we wel trekken: * met een goede voorbereiding valt het aantal fouten minimaal te halveren * wie onder de 35 jaar is, heeft geen enkele kennis van uitdrukkingen / gezegdes als “zo rot als een m......’ (mispel) of “zijn l....... bij iemand opsteken” (licht) Bij de docenten scoorde Eddy Nagtegaal met 34 fouten het beste en bovendien onder het deelnemersgemiddelde. De resultaten van onze deelnemende studenten bleken de dag na de Taalprijs niet meer te vinden, zodat hun resultaten waarschijnlijk voor eeuwig onbekend zullen blijven.
Ter voorbereiding vast een dicteetje: Hoewel heden ten dage menig Tweede Kamer-lid talrijke hbo-opleidingen met argusogen bekijkt, weet de Haagse MER, hoog gerankt en onlangs succesvol geaccrediteerd, talrijke ambitieuze studenten te trekken. Het recentelijk geüpdatete programma, geschraagd door de drie pijlers management, economie en recht, is reuzeleuk / reuzenleuk (kies!) en dermate attractief dat menig adolescent na de diploma-uitreiking van het voorbereidend onderwijs, ongetwijfeld geactiveerd door mondtot-mondreclame, onmiddellijk naar de MER racet. Op de opleiding is geen plaats voor beotiërs en luiwammesen; wie daarentegen boven het m.......... (vul aan!) uitsteekt, wacht de Olympus van de opleiding: het talentenprogramma, waarmee de cv’s van deelnemende genieën kunnen worden verrijkt. Hij die de studie met de F........... (vul aan!) slag doet, zal evenwel de 40-puntengrens in de propedeuse niet bereiken. De studie biedt hbo’ers die niet zomaar een mediocre diplomaatje willen halen een door het werkveld geapprecieerd document, dat een perfecte carrière garandeert. De studie bereidt voor op de uiteenlopendste beroepen, maar het merendeel van de alumni belandt in de financiële dienstverlening. Je word / wordt (kies!) wel geadviseerd je studie wekelijks bij te houden om te verhinderen dat je in een stress-situatie je de p.......... (vul aan!) moet werken tijdens tentamenweken. Ik permitteer me uit Horatius’ poëzie te citeren: “Niets is voor stervelingen te moeilijk.” Ook de MER-opleiding niet!!!
Volgend jaar gaan we het uiteraard weer proberen!
Frank de Poorter
Tussen de 0 en de 5 fouten? Meld je vooral aan voor de volgende editie van de Taalprijs!
Loes Verstappen, Corrie de Ridder, Kiki Julizar
23
vriendschappen op de mer
‘Na vier jaar MER ben ik een diploma én een goede vriendschap rijker’ John van Roon, Caroline Walenkamp, Danny de Groot
Met een hoop verwachtingen, maar zonder de vertrouwde middelbare-schoolvrienden, stappen elk jaar zo’n twintigduizend eerstejaarsstudenten de Haagse Hogeschool binnen. Ook John (25), Danny (26) en Caroline (25) kwamen zes jaar geleden in hun eentje naar de introductiedagen van de MER. Het bleek vriendschap op het eerste gezicht. Ook al zijn ze na hun afstuderen alledrie een andere weg ingeslagen, elkaar uit het oog verloren zijn ze zeker niet.
24
Het is vrijdagavond, half tien. John, Danny en Caroline staan, zoals wel vaker in het weekend, samen in een Leidse kroeg. Ditmaal niet om de laatste nieuwtjes uit te wisselen, maar om herinneringen op te halen en te vertellen over het ontstaan van hun vriendschap. Alledrie steken ze al snel van wal. Ze kunnen zich de eerste ontmoeting nog duidelijk herinneren. Danny: “Toen ik naar de introductiedag ging, kwam ik op het station al twee bekenden tegen, Robin en Rogier. Zij gingen toevallig ook naar de introductiedag van de MER. Eenmaal aangekomen zag Rogier een bekende van hem zitten. Dat was John. We raakten aan de praat en het was al snel gezellig. Even later kwam ook Caroline bij ons zitten; John en zij bleken gezamenlijke vrienden te hebben. Tijdens het introkamp, ons eerste uitje, hebben we elkaar echt goed leren kennen. Daar is onze vriendschap ontstaan.” Hoewel onderzoeken naar het ontstaan van vriendschappen zeldzaam zijn, lijken wetenschappers het erover eens dat de kans om bevriend te raken groter is wanneer je denkt dat je op iemand lijkt. Ook in dit geval zijn er flink wat overeenkomsten, wat aan de basis van de vriendschap ligt. John: “Al snel trok ik vooral naar Caroline en Danny toe. Zij hadden net als ik het doel serieus aan de slag te gaan met de opleiding en tegelijkertijd veel lol te maken.” Danny vult hem aan: “We hebben dezelfde interesses, zaten in dezelfde klas en komen alledrie uit Leiden. Daarnaast vullen we elkaar ontzettend goed aan, waardoor we vrijwel alle projecten samen in een groepje zaten. Caroline zorgde ervoor dat we op tijd waren met inleveren. Voor ons was ze naast een goede leider -ook al wil ze dat eigenlijk niet horen-, een supergezellig persoon. John was erg belangrijk voor de sfeer, maar ook een harde werker als het moest.”
van hun vriendschap op de MER. Caroline: “Istanbul was geweldig. Overdag waren we met alle studenten op excursie, ’s avonds gingen we de stad in of dronken we een biertje op het dakterras. Uiteraard sliepen wij met z’n drieën op een kamer. We hebben heel wat afgelachen, vooral om de trommel die Danny daar kocht.” Caroline is nog niet uitgesproken of de twee mannen schieten in de lach. Eenmaal bijgekomen legt Danny uit: “Ik had op de markt een trommel gekocht, omdat ik niet met lege handen terug naar Nederland wilde. Tot in de late uurtjes hebben we op onze kamer zitten trommelen. Ik weet nog goed dat iedereen zich bij het ontbijt afvroeg waar de herrie van die nacht toch vandaan kwam, waarop ik zei: ‘Ik heb geen idee, wij werden er ook gek van. Ik heb er niet door kunnen slapen’. Stiekem konden we niet ophouden met lachen.” Vier jaar na de eerste ontmoeting was het moment daar: alledrie waren ze een diploma en een goede vriendschap rijker. Hoewel ze een andere richting op gingen, beloofden ze elkaar te blijven zien. Twee jaar later zijn John en Danny aan het werk en volgt Caroline een tweede studie. Ondanks de drukte hebben ze zich aan hun afspraak weten te houden. John: “Eens in de maand bellen we elkaar op. Dan doen we een biertje, of kijken we een filmpje. We hebben door onze studie een hechte band gekregen, en ook veel van elkaar geleerd. Zo ben ik dankzij Danny minder direct geworden. Hij leerde me sommige dingen iets meer op zijn beloop te laten. Van Caroline heb ik geleerd nauwkeurig te werken.” Danny: “Ik hoop dat wij elkaar heel veel blijven zien en dat deze hechte band blijft bestaan. Bij Caroline en John heb ik het gevoel dat ik mezelf kan zijn. De MER was echt een heel mooie tijd als ik erop terug kijk.”
In het derde jaar van de opleiding stond de studiereis naar Istanbul op het programma, voor alledrie het hoogtepunt
Caroline Walenkamp
vriendschappen op de mer
Vrienden vanaf de MER Sommigen kennen hen nog wel: Narwan en Michella. Ze waren onafscheidelijke vriendinnen op de MER en dat zijn ze nog steeds. Narwan en Michella zijn twee spontane, hardwerkende meiden met een doel voor ogen.
Toen Narwan en Michella op de basisschool zaten, hadden ze elkaar waarschijnlijk al wel eens gezien tijdens de gezamenlijke sportdagen van hun basisscholen. Ze woonden in hetzelfde dorp maar hadden nooit contact, totdat ze in de brugklas bij elkaar in de klas kwamen. Sindsdien zijn ze vriendinnen. Samen naar school wandelen, samen huiswerk maken, samen winkelen: je kunt wel zeggen dat hun vriendschap toen al erg hecht was. Hun vriendschap kenmerkte zich door in veel dingen overeenstemmend te zijn. Zo droegen zij vaak dezelfde kleding en kregen zij dezelfde bijbaan bij de supermarkt. Toen het Havodiploma in zicht kwam, moesten ze zich gaan oriënteren op een vervolgopleiding. Het was vrij snel duidelijk wat de vriendinnen wilden gaan doen. De zus van Narwan studeerde MER en maakte hen enthousiast met haar verhalen. Ze bezochten een Open Dag aan De Haagse Hogeschool en gaven zich op voor een meeloopdag. Ze waren zo enthousiast dat ze geen enkele andere opleiding hebben bekeken. Daar hebben ze nu nog steeds geen spijt van. Tijdens de MER is de vriendschap hechter geworden. Michella: “Je ontwikkelt jezelf in de studietijd, je leert jezelf en elkaar beter kennen.” De opleiding MER heeft niet als enige meegespeeld in hun ontwikkeling, maar deze had wel een rol. Er waren veel opdrachten en oefeningen waarin zij zichzelf en elkaar beter leerden kennen. Narwan en Michella zien hun tijd op de MER als een tijd waarin zij meer volwassen zijn geworden. Ze hebben hun eigen identiteit ontwikkeld: waar zij vroeger nog hetzelfde wilden zijn, weten ze elkaar nu heel goed aan te vullen. Zo kochten ze vroeger het liefst allebei hetzelfde, nu weten ze precies wat goed bij de ander past. Ook op andere gebieden vullen ze elkaar goed aan. Narwan en Michella zijn tijdens hun opleiding altijd een goed team geweest. Ze zaten vaak samen te studeren en hielpen elkaar om door moeilijke tentamenweken heen te komen. Tijdens de MER hebben zij hun eigen manieren ontwikkeld om elkaar te helpen bij het studeren. Ze zijn goed op elkaar ingespeeld bij het maken van samenvattingen en het geven van uitleg. Ze weten precies wat de ander nodig heeft om de stof te kunnen begrijpen. Op die manier hebben ze al vele tentamens gehaald. Narwan: “ Samen kun je veel meer bereiken dan alleen. Anders dan de meeste mensen denken, kunnen we heel stil zijn en hard werken.” Samen waren de vriendinnen heel succesvol. Er werd wel eens van hen gedacht dat ze apart van elkaar niet konden
functioneren. Dat dit onterecht was, bewezen zij tijdens hun projecten en stage. Ondanks dat hun vriendschap zo hecht was, waren zij heel toegankelijk voor anderen. Ze hebben nooit ervaren dat hun vriendschap nieuwe contacten heeft belemmerd. De stage was een periode waarin zij elkaar niet veel zagen. Ze liepen beiden voor hetzelfde bedrijf stage, maar ieder op een andere locatie. Het is niet toevallig dat ze allebei voor dit bedrijf kozen: ze hebben veel dezelfde interesses. Ook al was dit een drukke periode voor hen, zij verloren elkaar niet uit het oog. Nadat Narwan en Michella afgestudeerd waren, kozen zij er beiden voor een master te gaan volgen. Hun keuze viel op de master Business Administration (MBA) aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Na hun pre-masterjaar succesvol te hebben afgerond, kozen zij binnen MBA voor de specialisatie Human Resource Management. Door deze specialisatie krijgen zij later in hun beroep de kans het beste uit mensen te halen, iets waar zij veel waarde aan hechten. Narwan en Michella kijken met een goed gevoel terug op hun MER-tijd. Ze vonden hun opleiding heel leuk en leerzaam. Wat hen is bijgebleven is het harde leren in het eerste jaar. De overgang van de middelbare school naar het HBO viel hen best zwaar. De leukste herinnering aan de MER is voor hen nog altijd het communicatiekamp. Tijdens dit kamp leerden zij hun medestudenten op een andere manier kennen en het was een leuke ervaring zo intensief met elkaar op te trekken. Er bestaat nog wel een kans Narwan en Michella hier tegen te komen. Ze komen namelijk graag terug op de hogeschool om herinneringen op te halen. Linda Bloem, Nelleke Heijboer Narwan Niazi, Michella Oudshoorn, Afgestudeerd in 2008
Narwan Niazi, Michella Oudshoorn
25
Drie ondernemende alumni
In deze nieuwsbrief 3 ondernemende MER Alumni die elkaar niet uit het oog zijn verloren: In de vorige versie van de nieuwsbrief hebben wij de ruimte gekregen om onszelf persoonlijk voor te stellen. Hierop hebben wij erg leuke reacties ontvangen, van vooral andere MERAlumni, die het leuk vonden om over ons te lezen! Dit heeft ons ook doen besluiten om opnieuw een bijdrage te leveren aan de MER-nieuwsbrief.
Als alumni van de MER-opleiding weten wij als geen ander wat de opleiding toevoegt aan de ontwikkeling van een student en daarmee aan het bedrijfsleven. In onze perceptie zijn vooral de aspecten die stimuleren tot persoonlijke ontwikkeling van een MER-student erg waardevol gebleken.
26
Vooral het proces van begin- tot eindproduct, van brainstormen in groepsverband naar de uiteindelijke presentatie en tot slot het gezamenlijk opleveren van het product. Dit is precies waar het in het bedrijfsleven om draait: het met elkaar komen tot een kwalitatief hoogstaand ‘gezamenlijk gedragen’ resultaat. De competenties van elke MER-student zijn uniek. Mede door het brede draagvlak van de MER-opleiding ontwikkelt iedere student, naast een brede algemene kennis, een eigen specialisme binnen de opleiding. Daarbij krijgt iedere student voldoende begeleiding om dit te bereiken. Het doel van de samenwerking binnen een projectgroep is dan ook om elkaar te verbeteren, uit te dagen en met elkaar tot de beste resultaten te komen. Waarbij de unieke competenties van een individuele MER-student optimaal worden benut als onderdeel van het “teamwork” in de projectgroepen. Nu we hier met zijn drieën over praten, realiseren we ons dat we momenteel binnen onze bedrijven nog steeds de vruchten plukken van de ontwikkelingen die we tij-
Wesley van der Vlies MSc. MER van 1999 – 2003 Manager Click&Woww B.V.
[email protected]
Klassenfoto 4MER-4; omcirkeld v.l.n.r. Nithin Paltan, Mark de Jong, Wesley van der Vlies
dens het samenwerken binnen een projectgroep hebben doorgemaakt. Hoe goed de MER-opleiding de sterke kanten en unieke competenties van iedere MER-student naar boven weet te halen blijkt wel uit het feit dat wij alle drie een heel andere kant in het bedrijfsleven zijn opgegaan. Zo heeft Wesley zich verder gespecialiseerd in de marketing, Mark in de vennootschapsbelasting en Nithin in de financiële en commerciële kant in de financiële dienstverlening. Om binding te behouden met de MER opleiding en de ons aangeleerde filosofieën verder te verbeteren, zijn wij voor onze bedrijven op zoek naar stagiairs. Die dan onze teams vanuit de MER-view kunnen bijstaan in het doorontwikkelen van samenwerking in groepsverband en het gezamenlijk ko-
Mark de Jong MER van 1999 – 2003 Eigenaar Advance Tax Compliance
[email protected]
men tot hoogstaande eindresultaten. Heb jij een creatieve inbreng in je projectgroep en ben je geïnteresseerd in marketing; neem dan contact op met Wesley voor een stage bij Click & Woww! Ben jij het fiscale wonder van je projectgroep en goed met cijfers en belastingwetten; neem dan contact op met Mark voor een stage bij Advance Tax Compliance. Profileer jij je als de potentiële commerciële tijger(in) in je projectgroepen, dan kun je contact opnemen met Nithin voor een (sales) stage bij Frendz Finance! Tot de volgende keer!
Nithin Paltan Msc. MER van 1999 – 2003 Partner Frendz Finance
[email protected]
Kijk eens op onze websites en vertel ons wat je ervan vindt. Misschien kunnen we van elkaar leren. Ook als je het leuk vindt om eens een dag mee te lopen, ben je van harte welkom. Wesley van der Vlies, Mark de Jong, Nithin Paltan
Welkom in De Maatschappij Waar hebben we het over wanneer we het over binding binnen een opleiding als de MER hebben? Duidelijk niet alleen over het feit dat wij, studenten, alumni, docenten en andere betrokkenen, met elkaar op een of andere manier met elkaar in een verbinding staan. Deze kale vorm van met elkaar in een verbinding staan, namelijk enkel op grond van het feit dat wij allen iets te maken hebben met de MER, is namelijk niet voldoende om te spreken van een ‘hoge binding’. Je kunt namelijk zeggen: ik studeer wel aan de MER maar ik voel me niet echt verbonden met deze opleiding. Kennelijk hebben we het over meer dan slechts een wederzijdse formele betrokkenheid. Zo op het oog zou je zeggen: we spreken hier over een subjectief gevoel. Immers voel ik mij verbonden met de opleiding –of niet. Wanneer we verder kijken zien we dat ‘binding’ zich ook heeft geoperationaliseerd in het technische karakter van de onderwijsfabriek. Het subjectieve gevoel van binding blijkt namelijk a) goed beïnvloedbaar en b) van invloed op de studieresultaten en hierdoor van invloed op de levensvatbaarheid van de opleiding. Binding is dus niet: op een of andere manier verbonden met elkaar zijn. Binding is dus ook niet alleen: een subjectief gevoel. Maar is binding in dit geval dan enkel een factor waar de onderwijsfabriek rekenschap aan moet afleggen? Dat zou betekenen dat de economische afweging achter de MER-opleiding zo ver gaat dat zij de persoonlijke levenssfeer van haar studentenpopulatie wil binnendringen ten einde haar eigen voortbestaan maximaal te waarborgen. Maar ook dit beeld loopt scheef. De MER, of de economische afweging die daarachter zou zitten, is namelijk geen ding tussen de dingen. Je kunt de MER nooit vinden. De vraag wat de MER precies is, is onbeantwoordbaar. Nadenkend hierover, doemt voor mij het beeld op van een vliegveld. Dit is, net als bij de MER, een verblijfplaats voor een ander doel. Er zijn weinig mensen die op het vliegveld zijn om op het vliegveld te zijn. Hierdoor is het merendeel van de mensen op het vliegveld, net als bij de MER, daar slechts tijdelijk. Door dit vervliegende karakter is het lastig om de identiteit van het vliegveld als plaats te duiden. Je moet
zeggen: het is wel een locatie, maar geen plaats. Je kunt eigenlijk helemaal niet op het vliegveld zijn. Zo ook bij de MER. Je kunt de MER studeren, je kunt aan de MER doceren. Maar de ratio achter de MER, de sturing die zou proberen het element binding in haar economische afweging mee te nemen, is nooit vóór je te krijgen. Toch merk je, dat de MER op een of andere manier groter is dan haar participanten op een willekeurig tijdstip. Bijvoorbeeld aan het feit dat er niemand binnen de MER in staat is om het geheel van regels en activiteiten binnen de MER te overzien. Een voorlopig antwoord op dit halfslachtige bestaan van de MER – een antwoord waardoor we weer terugkomen op de binding –is dat wij vandaag de dag leven in een netwerksamenleving. Met deze term wordt de situatie bedoeld dat men zich steeds meer in uiteenlopende groeperingen beweegt. Kort gezegd: ik kom alleen nog maar vliegvelden, alleen nog maar locaties tegen. Ik kom nergens meer thuis. Door deze netwerksamenleving is een fenomeen als de MER ook per definitie een vage entiteit. Het is een omgrenzing van een deel van een netwerk dat zich eigenlijk niet laat omgrenzen. Het gevolg van deze situatie is, dat er eigenlijk moeilijk sprake kan zijn van MER-studenten. Natuurlijk zijn er personen die studeren aan de MER, maar door het karakter van de netwerksamenleving draagt deze haast toevallige eigenschap weinig toe aan de identiteit van de studenten. En dat is ‘binding’. Namelijk een antwoord van de MER (of eigenlijk zou je dus moeten zeggen: van een deel van het netwerk), op bovenstaand gebrek aan identiteitsvorming. Wanneer we teruggaan naar de vergelijking met het vliegveld, dan is binding zoiets als de Starbucks. Het creëert een vaag gevoel van veiligheid, rust, ‘thuis-heid’, te midden van een zee van anonimiteit die gedijt op de golven van de economische afweging. Wanneer je echter de Starbucks uitloopt, moet je wel eerst even afrekenen. Jeroen Hekking
Even voorstellen
Naam Loes Verstappen Functie Docent MER voltijd Leeftijd 31 Huwelijkse staat Samenwonend Woonplaats Oegstgeest Hobby’s Hardlopen, watersport en hockey
‘Ik ga weer terug naar school!’ Dat was wat ik dacht toen ik begin 2011 De Haagse Hogeschool binnenstapte als docent. Hiervoor heb ik bij ABN AMRO Lease in Utrecht gewerkt. Mijn taak was onder andere het opleiden van accountmanagers betreffende de verkoop van het leaseproduct. Dit heb ik bijna 4 jaar gedaan. Voordat ik aan de slag ging bij de bank heb ik Bedrijfskunde gestudeerd aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Mijn afstudeerscriptie heb ik geschreven over asset liability management bij pensioenfonden. Naast mijn studie heb ik gereisd. Ik ben in China (o.a. Shanghai, Peking) geweest en heb de Verenigde Staten ( o.a. Boston, New York, Washington) bezocht. Wat ik jullie nog meer over mijzelf
kan vertellen is dat de opleiding MER mijn eerste studie is die ik na mijn middelbare school heb afgerond. Niet aan De Haagse Hogeschool, maar aan de Hogeschool van Utrecht. Dat is nu meer dan 10 jaar geleden. Mijn stage heb ik vervuld bij een makelaarskantoor. Tijdens mijn studententijd en een aantal jaren daarna heb ik gewoond in het centrum van Utrecht. Daar heb ik veel van het gezellige studenten- en stadsleven mogen genieten.
27
reünie voor afgestudeerden
Voor één keer terug naar school Tatjana van Wel en Jasmijn van der
Bent, twee meiden uit klas MER-2d organiseren een reünie voor afgestudeerde MER-studenten. Maar waar halen ze het idee vandaan om oud-MER-studenten weer terug naar school te halen?
28
De twee ambitieuze MER-studenten, die bovendien na hun opleiding ook nog een Master willen gaan volgen, zitten nu in het tweede jaar van de opleiding en volgen de Talentminor. De Talentminor bestaat uit vijf vakken, die als lintminor bovenop het reguliere programma worden gegeven. Dit betekent dat zij in één jaar in plaats van 60 studiepunten 75 studiepunten moeten behalen. De onderdelen van deze minor zijn: Bedrijfskunde, Opstellingen, Coaching, Tutoring en een vrij deel. De naam “Vrij deel” zegt het al: een vrij deel dat zelf mag worden ingevuld om de studiepunten te behalen. De meiden weten al precies wat ze met hun vrije deel willen gaan uitvoeren. Jasmijn en Tatjana: ‘Het leek ons leuk om iets te gaan organiseren in ons vrije deel. Frank de Poorter kwam met het idee om ons een reünie te laten organiseren. Wij vonden dit een leuke maar ook leerzame manier om ons vrije deel te vullen, en hebben deze verantwoordelijkheid op ons genomen.’ De reünie is bedoeld voor afgestudeerde MER-studenten die op De Haagse hebben gezeten. Een geweldig initiatief, maar de twee meiden hebben al snel uitgevonden dat het niet al te makkelijk is om de reünie te organiseren. Uiteraard spreken we van honderdtallen aan MER afgestudeerden. Zijn al hun gegevens nog wel beschikbaar? Tatjana en Jasmijn hebben erg veel hulp gekregen van Frank de Poorter, door middel van een uitgebreid bestand met veel informatie over afgestudeerde MER-studenten. Daarnaast heeft hij er erg veel tijd in gestoken om door middel van Social Media en Google e-mailadressen van oud-afgestudeerden op te sporen. De meiden willen de afgestudeerden benaderen via de email. ‘Dat is persoonlijk, maar ook niet opdringerig,’ zegt Tatjana. Via de e-mail worden de afgestudeerden uitgenodigd om de reünie bij te wonen. De afgestudeerden benaderen via de telefoon was niet praktisch geweest. Dan zouden ze meteen een keuze moeten maken of ze willen komen of niet. Daarnaast zijn de nieuwe telefoonnummers moeilijker te vinden dan e-mailadressen. Tijdens de reünie is er de mogelijkheid voor afgestudeerden om bij te praten over hun huidige studie of baan
Tatjana van Wel, Jasmijn van der Bent
onder het genot van een buffet, met als afloop een borrel. De meiden hebben een assortiment samengesteld bij DOK 75. Jasmijn: ‘Voor de reünie willen wij twee sprekers uitnodigen. Wij dachten aan de heer Nagtegaal als interne spreker. Ook willen wij een externe spreker uitnodigen. Het probleem ligt hem in het feit dat we een bepaald budget hebben. Dat betekent dus dat een externe spreker regelen via een sprekersbureau geen optie is.’ Wat wel duidelijk is, is dat Tatjana en Jasmijn een grote avond willen organiseren die de afgestudeerden aanspreekt. Ze doen er dan ook alles voor om de avond een succes te maken. ‘Wij versturen uitnodigingen via de email, plaatsen berichten op LinkedIn en Alumninet.’ Tevens denken de meiden aan kleine extra’s. Zoals badges met de huidige studies of banen van de afgestudeerden die ze op de avond in kwestie kunnen dragen. Het was voor de dames lastig om een precieze datum te prikken, dit in verband met de verschillende levenssituaties waarin de afgestudeerden zich bevinden. ‘Wij hopen er een hele leuke reünie van te maken met zoveel mogelijk oud-studenten en (oud-)docenten!’ De reünie zal plaatsvinden op De Haagse Hogeschool, in DOK 75 op 22 september 2011 van 17:00 tot 22:00.
Martin Cok / Tim de Jong