M.E.R.-BEOORDELING DIJKRECONSTRUCTIE KUSTZONE ALMERE POORT GEMEENTE ALMERE
9 juli 2013 075952734:J - Definitief B02022.000047.0100
^ ARCADIS
M.e.r.-beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Almere Poort
Inhoud 1
Inleiding.
.3
1.1 Voorgenomen activiteit 1.2 Waarom een m.e.r.-beoordeling? 1.3 Doel van de m.e.r.-beoordeling
_3 _4 _4 5
1.4 M.e.r.-beoordelingsprocedure 2
Projectbeschrijving_ 2.1 Aanleiding project_ 2.2 Beschrijving plangebied 2.3 Toelichting dijkreconstructie. 2.4 Projecten in de omgeving
3 Mllieubeoordeling 3.1 Inleiding 3.2 Wat wordt er beoordeeld? 3.3 Beoordeling effecten natuur 3.4 Beoordeling overige milieueffecten 3.4.1 Geluid en lucht 3.4.2 Water 3.4.3 Bodem 3.4.4 Ruimtegebruik (wonen & werken, landbouw en recreatie) 3.4.5 Landschap 3.4.6 Cultuurhistorie en archeologie 4 Samenvatting en conclusie Literatuurlijst. Colofon
075952734:J - Definitief
_6 _6 _7 _8 10 .12 .12 -12 _12 .19 .20 _20 .20 .21 _21 21 22 23 24
ARCADIS
M.e.r.-beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Almere Poort |
HOOFDSTUK
Inleiding
1.1
VOORGENOMEN ACTIVITEIT Deze m e r -beoordeling heeft betrekking op het reconstmeren van de primaire waterkermg direct langs het IJmeer gelegen in de gemeente Almere. De reconstructie is noodzakelijk voor de aanleg van een woonwijk achter de dijk, het Plan DUIN. Deze beoordeling gaat m op de effecten van de werkzaamheden die zijn opgenomen in het Projectplan De uit te voeren werkzaamheden omvat primair een binnendijkse opgave met woningen, leisure kantoren en winkels, en in navolging hiervan aanpassing van de waterkering. In het buitendijkse gebied wordt in opdracht van 'Den Daas recreatie' de omgeving van de aanwezige jachthaven aangepast en zal het aanwezige strand worden uitgebreid. Onderdeel van de plannen is de aanleg van een strandboulevard en de bouw van woningen en overige functies in de huidige keurzone van de aanwezige primaire waterkermg. De plannen voor de bouw van deze bebouwing zijn reeds mogelijk gemaakt in het vigerende bestemmingsplan en overeengekomen in de Samenwerkingsovereenkomst Almere Poort Kustzone (gemeente Almere en waterschap Zuiderzeeland, februari 2008). Om deze bebouwing mogelijk te maken moet de primaire waterkering aangepast worden. De reconstmctie van de waterkering is de voorgenomen activiteit waar deze m.e.r.-beoordelmg (behorende bij het projectplan) betrekking op heeft. De totale ontwikkeling van de Kustzone vindt over een lengte van circa 3,1 kilometer plaats, tussen km 3,10 en 6,20 van de IJmeerdijk. Vanwege een fasering van de bouwplannen van Plan DUIN wordt de dijkreconstmctie in drie trajecten uitgevoerd (zie figuur 1). Onderscheidend tussen de deeltrajecten is de afstand tussen de bebouwing en de nieuwe buitenkminlijn van de IJmeerdijk ('onbebouwd'). De fases zijn als volgt benoemd: 1. Noordelijk deel 2. Middendeel 3. Zuidelijk deel
39 meter onbebouwd 25 meter onbebouwd 39 meter onbebouwd
1.350 meter
Van km 3,10 tot km 4,45
950 meter
Van km 4,45 tot km 5,40)
800 meter
Van km 5,40 tot km6,20
Plan DUIN gaat uit van bouwen binnen de kernzone van de dijk, met name ter plaatse van het centmmgebied van kilometer 4,45 tot aan kilometer 5,40. In afbeelding 1 is het deel van de waterkering dat onderwerp is van deze m.e.r.-beoordeling aangegeven. Het middendeel het 25-meter profiel, is uitgewerkt in het projectplan. De focus van voorliggende m.e.r.-beoordeling ligt daarom ook op het middendeel. De uitwerking van het noordelijke en zuidelijke deeltraject, volgt in een later uit te werken projectplan(nen). De effecten van deze reconstructie zijn in deze m.e.r.-beoordeling wel beschouwd. ARCADIS I 3 075952734;J - DeWet
Diikreco„s^c«sKus.rAa|
Afteeldingjl overzicht projectgebied Plan DUIN kustzone Almere
De aanpassing van een primaire waterkering
f
.
projectplan, welke dient te worden o J g e Z r h t ^ Hd 1). Gekoppeld aan het besluit overTe p o j r c t " ^ ^ uugevoerd te worden. In het Besluit Mill u I X ^ ^ ^ ^ ^ ^ een besluit (ir^ dit geval de goedkeuring v l h
^"^^"«^'^ ^^^^^^^ - ^ e l 5.4, -e.r-beoordeling """^"^^ ^ ^ v e n dat ""^'^ ' ^ " ' ' " ^ n.,>.rf//, ,,,, bijlage D mn het
overstromingen, met inbegrip van p r i r n a Z w Z 7 «*V«.//.c^.«,,.;,;, " - ^ . ^
wordt vastgelegd, m.e.r.-beoordelingsplichtig is.
Deze ./spraken z,(„v„,gelegd in e e n s . — r
i 075952734:J.Oefiniliet
'
'
"'''^'^"'""^^^^
-4.e dee,^:z:c!:rrr''"' een gezamenlijke lengte van 2.150 meter. ARCADIS
4
M.e.r.4ieoorde!ing Dijkreoonstrude Kustzone Almere Poort
informatie opneemt op basis waarvan het bevoegd gezag een besluit kan nemen over de noodzakelijkheid van een m.e.r. Het bevoegd gezag besluit op basis van deze informatie of voor de m.e.r.-beoordelingsplichtige activiteit (in dit geval de dijkaanpassing) een m.e.r.procedure doorlopen moet worden, vanwege 'de belangrijke nadelige gevolgen die de ingreep voor het milieu kan hebben'. In voorliggende notitie wordt op deze milieueffecten ingegaan, waarbij wordt ingegaan op de volgende onderdelen: « Kenmerken van de activiteit (onder andere omvang en cumulatie), uitgewerkt in hoofdstuk 2; • Plaats waar de activiteit wordt verricht (de kenmerken van het plangebied in relatie met kwetsbaarheid omgeving), uitgewerkt in hoofdstuk 3; « Kenmerken van de gevolgen van de activiteit (mogelijke effecten van de activiteit), uitgewerkt in hoofdstuk 3.
14
M.E.R.-BEOORDELINGSPROCEDURË Met de voorliggende m.e.r.-beoordeling deelt de Gemeente Almere (initiatiefnemer) aan de Provincie Flevoland (bevoegd gezag) mede dat zij voornemens is een m.e.r.beoordelingsplichtige activiteit, het aanpassen van een primaire waterkering, te realiseren. De gemeente heeft hiervoor een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met de beheerder van de dijk, het waterschap Zuiderzeeland. Daarbij is in deze m.e.r.-beoordeling gemotiveerd of er al dan niet belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu verwacht worden.
ARCADIS 075952734:J - DeliniSef
Diikreconsmicte Kustzone Almere Poort
HOOFDSTUK
Projectbeschrijving IA
AANLEiniMq
PROJFCT
Bestemmingsplan Almere Poort Ontwikkeling Kustzone:
In 2007 is het bestemmingsplan voor Almere Poort vastgesteld Dit be .
Relatie met water en
•
strand belangrijk
S » ~ * „ ^ s „ . « „ ^ ,
^
^ ^ ^ ^
Afspraken over inpassing ruimtelijke ontwikkelingen t o.v. de waterkering
Om omwikkelingen op en ™asl de „„erkering mogeliik Ie maken , • waierkering noodzakelijk. In (ebrnarl 2008 „ 1 ' »»"P«*"Sen aan de tussen Wale^chap 2 „ l d e « e l a n Z 1 7 ™™kingsove,eenko„, n.oge,ljkhede„,it.J™:r^7/;„f™7«^'™'8^^^^^^ condilies, me, een tweetal . 2 ^ ^ ^ " ™ * " " " ^ " " S . onder ..menwerking r j r n t ^ ™ ' ' - ' * " (^^epa„g,aat2.3,. deze
=
^
:
:
^
~
~
=
=
^
'
Marktuitvraag: plan DUIN Plan DUIN: uitwerking bestemmingsplan Almere Poort
d=Semeentealskadel„a„de~^
proiectoniwikkelaar/belegge,
~
,™ . T
masterplan DUIN van
h e . M a s t e r p l a n o p W d E l t ^ r C Z r ' ^ r ^ ^ ' ' " " ^ ^ ^ ^ ^ ^ DUIN is een tweetal contracten tussen Z r J . T ™" »"'""'''=«""8 ™ p t o .pril 2010 en december 20,, O n t , "
T T
"
'«"*°
»
.emeente,betp,a„ou.:idrd:reir;:^^^^^^ | 075952734:J-Definitief ARCADIS
6
U.e.r.-beoordeling Diikreconslructie Kustzone Almere Poort
Dijkreconstructies om
Dijkreconstructies in plan DUIN mogelijk maken De realisatie van plan DUIN wordt gefaseerd uitgevoerd. Langs het tracé dat in afbeelding 1
plan DUIN mogelijk te
met een gele lijn is aangeduid, het 25-meter profiel, worden de eerste woningen en andere
maken: Vastleggen in
voorzieningen gerealiseerd.
projectplannen.
De aanpassingen worden uitgevoerd conform de afspraken met het waterschap (1/10.000 overslagfrequentie) en maken toekomstige ontwikkelingen mogelijk zoals de ontwikkeling van de strandboulevard en de realisatie van gebouwen direct langs de dijk.
Afbeelding 2 Weergave op hoofdlijnen
DUIN wwdt over een lamge pmoóe ontwiWccld. Dc uitwerking van dc verschillende «fcclplanncn is een proces waarin oen st^ds verdere verfijning en bijstellii^ van het ontweip sal plaatsvinden. Dit illustratieve beeld laat zien boe DUIN er over 10 tm IS jaar uit kan zien.
van masterplan DUIN.
2.2
BESCHRIJVING PLANGEBIED
De ontwikkeling van de Kustzone vindt plaats over een lengte van circa 3,1 kilometer van de IJmeerdijk. Het Plan DUIN waarvoor de dijkreconstructie wordt beschreven omvat het centrumgebied van kilometer 4,45 tot aan kilometer 5,40. Het plan ligt aan de IJmeerdijk binnen de gemeente Almere. De IJmeerdijk is een primaire waterkering en loopt direct langs het IJmeer. De waterkering is aangelegd bij de drooglegging van de Flevopolders en maakt onderdeel uit van de dijken die Flevoland tegen overstromen beschermd. De dijk is, zoals gebruikelijk bij de IJssekneerpolderdijken, aangelegd op een grondverbetering en is opgebouwd uit zand. Op deze dijk ligt plaatselijk een asfalt rijweg met een parkeerhmctie. De bekleding van de dijktaluds bestaat overwegend uit gras met buitendijks (lokaal) bleksteen taludbescherming.
075952734:J - Definitief
ARCADIS
.... We.r.^)eoontelng Uijkreconstrucfie Kustzone Almere Poort
Afbggiding 3 Luchtfoto IJmeerdijk en jachthaven
23
TOELICHTiMri DiJKRFrnMQTo^f.^T|p
de voorgenomen I r u l A t i ^ f ' J H , T ^ " " ' * ™ " * d e „ . t e L l n g . Z : X : C r e - ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^
™ ' ' " S » . . » . Om
Reconstructie Middendeel Om bebouwing dichter op de waterkering mogelijk te maken i: is het kemzoneprofiel voor het
Geoptimaliseerde oplossing
^,,^^^"''«"""'»""^"'v*r«««'
25 meter variant voor het midden-deeltraject
r
rm'uuuiuminuwmw
075952734:J-Definitief ARCADIS
8
M.e.r. .beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Almere Poort
middendeel geoptimaliseerd door toepassing van een constructieve (stalen) damwand in het biimentalud. Met deze damwand kan het ruimtegebruik van de nieuwe (hogere) kering worden ingepast binnen de basis van de huidige kering. Tevens wordt de dijk opgehoogd. De bebouwing komt op 25 meter uit de nieuwe buitenkminlijn van het
kemzoneprofiel.
Damwand De damwand maakt, samen met het dijklichaam onderdeel uit van de waterkering en heeft een grond kerende functie. De damwand garandeert te allen tijde dat de dijk voldoet aan de veiligheidseisen. De damwand heeft een lengte van circa 9 meter. De bovenzijde ligt op NAP +0,00 meter (type damwand profiel AZ 18). De bebouwinggrens aan de binnenzijde ligt op 4 meter uit de damwand. De binnendijkse bebouwing staat op een afstand van 25 meter uit de nieuwe buitenkminlijn. De werkzaamheden geschieden in ieder geval vanaf de binnendijkse teen, dus niet vanaf de kmin van de dijk. De damwanden worden geplaatst door middel van trillen. Dit gaat gepaard met geluidsproductie met een bronvermogen van 108 dB(A) (Fugro Geoservices BV). Drainage In de huidige situatie ligt een kwelsloot in de binnenteen. Deze kwelsloot wordt gedempt op het moment dat de binnendijkse bebouwing wordt gerealiseerd. Voor het verdwijnen van deze kwelsloot wordt een drain of lokaal vervangende watergang gegraven binnen het plan DUIN. Om uitspoelen van de ophoging achter de damwand, direct na aanbrengen van de damwand, te voorkomen wordt ook hier een afwatering aangelegd in de vorm van drainage. Bekleding buitendijks Met de binnenwaartse versterking blijft het buitentalud gehandhaafd. Wel wordt de bekleding van het buitentalud vervangen. In de huidige situatie is het buitentalud van de IJmeerdijk bekleed met een dijkbekleding van Belgische bloksteen of gras. De aanpassing van het buitentalud bestaat uit: • Over de gehele lengte wordt aan de onderzijde een betoimen teenschot aangebracht en aan de bovenzijde een betonband. • Aanbrengen van nieuwe taludbekleding bestaande uit betonzuilen met een hoogte van 30 cm op het buitentalud tussen een peil van 0,00 meter en +1,35 meter ten opzichte van NAP. •
Uitvoeren van de kruinophoging. Vanwege de zetting wordt rekening gehouden met een gelaagde ophoging van het grondlichaam. Hierbij is als zettingscompensatie bij aanleg enige overhoogte opgenomen in de kminhoogte. De verhoging wordt uitgevoerd
•
met ophoogzand en afgedekt met klei. Vanwege mogelijke problemen, zoals uitspoelen door regenwater, worden het buitentalud en wegbermen direct na aanleg ingezaaid met graszaad voor het ontwikkelen van een goede grasbekleding.
Werkperiode De reconstmctie van de waterkering in het middendeel (zie afbeelding 1) wordt uitgevoerd conform de volgende uitgangspunten: •
De dijkreconstmctie wordt in twee fases uitgevoerd:
075952734:J - Definitief
ARCAD
M.e,r.-beoordeling Dijkreconslructie Kustzone Almere Poort
• Fase 1: Vanuit de uitgangssituatie (de huidige dijk) wordt in de eerste fase de damwand in de binnenteen aangebracht (1 april - juli 2014). Met de damwand is een stabiele waterkering gegarandeerd. De mimte tussen de bestaande dijk en de damwand wordt opgevuld. • Fase 2: De tweede fase is de realisatie van het nieuwe dijk-, kemzoneprofiel. De dijk wordt opgehoogd en bekleed. Daarbij kan aan de zuidkant worden gewerkt van 15 maart t/m 15 oktober 2014 en aan de noordkant van 1 april t/m 21 augustus 2015 De waterkermgsveiligheid is na gereedkomen van de kminverhoging en de taludbekleding verhoogd tot overstromingsfrequentie 1 :10.000. Na afronding van de tweede fase wordt gestart met de aanlegwerkzaamheden voor onder andere de boulevard (fase 3: 2015-2018) en de inrichting van de eindsituatie (fase 4:2018-2020). In het projectplan is de fasering uitgebreid beschreven De damwanden worden geplaatst, middels trillen Dit gaat gepaard met geluidsproductie met een bronvermogen van 108 dB(A) (Fugro Geoservices BV> Er wordt alleen overdag gewerkt De waterhuishouding wordt tijdens en na de werkzaamheden aan de dijk in stand gehouden. Het noordelijke en zuidelijke deel Het noordelijke en zuidelijke deel worden gereconstmeerd conformhet in de Samenwerkingsovereenkomst afgesproken 39-meterprofiel. Dit profiel gaat uit van de mogelijkheid om te bouwen op 39 meter vanaf de nieuwe buitenkmin (1:10/000 norm) De volledige aanvulling gebeurt in grond. Hier is geen damwand voor benodigd. In de navolgende figuur is de dijkreconstmctie schematisch weergegeven De nadere uitwerking van dit profiel volgt in een later op te stellen projectplan. Uitgangspunt voor het Figuur 2 Illustratie "^^-"^t^-PM^&uUSS. de SOK 2008, nu benoemd als 39 megffi^^^^woooTC «i»09t
KtWIZONE
principeprofiel is dat deze volledig in grond wordt uitgevoerd en dat evenhiele effecten op de waterhuishouding worden opgelost.
2.4
P R O J E C T E N IN DE OMGR/IMfi
In de Kustzone en de omgeving daarvan zijn geen concrete ontwikkelingen die van invloed zijn op de dijkreconstmctie of omgekeerd. In de beoordeling van de milieueffecten is
075952734:J - Definitief ARCADIS
10
M.e.r.-beoordeling Dijlireconstructie Kustzone Almere Poort
daarom geen rekening gehouden met cumulatieve effecten vanwege ontwikkelingen die gelijktijdig plaats vinden.
075952734:J - Definitief
ARCADIS
11
M.e.r.-beoordefing Dijkreconstnjctie Kustzone Almere Poort
HOOFDSTUK
Milieubeoordeling
3.1
INLEIDING In paragraaf 1.3 is aangegeven dat in de m.e.r.-beoordeling drie criteria behandeld dienen te worden om het bevoegd gezag van voldoende informatie te voorzien om het besluit te kunnen nemen of voor de voorgenomen activiteit een milieueffectrapport gemaakt dient te worden. Het eerste criterium, kenmerken van de activiteit, is behandeld in hoofdstuk 2 van deze m.e.r.-beoordeling. In voorliggend hoofdstuk wordt ingegaan op de twee laatste criteria: • •
Plaats waar de activiteit wordt verricht (de kenmerken van het plangebied in relatie met kwetsbaarheid omgeving). Kenmerken van de gevolgen van de activiteit (mogelijke effecten van de activiteit).
In de volgende paragraaf is voor de relevante milieuaspecten aangegeven of, en zo ja welke, milieueffecten optreden.
3^2
WAT WORDT ER BEOORDEELD? In paragraaf 3.3 worden de milieueffecten beoordeeld van de aanleg van zowel het 25-meter profiel als het 39-meter profiel. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in de realisatiefase en de eindsituatie. Voor het 25-meter profiel geldt als 'eindsituatie' het profiel conform figuur 1. Deze 'eindsituatie' is feitelijk een tussenfase, aangezien in de feitelijke eindsituatie de boulevard ook aangelegd is. De situatie mét boulevard maakt geen onderdeel uit van het project en wordt daarom ook niet beoordeeld in deze m.e.r.-beoordeling. Aangezien in het projectplan alleen het 25-meterprofiel wordt vastgelegd zijn daar waar relevant aangegeven op welke locatie effecten zijn te verwachten. Daarbij wordt ook aangegeven of de effecten optreden tijdens de aaiüegfase of tijdens de 'eindsituatie/ tussenfase'.
33
BEOORDELING EFFECTEN NATUUR In de nabijheid van het plangebied van de dijkreconstmctie ligt het Natura 2000-gebied Markermeer & IJmeer. De aanwezigheid van dit gebied is het belangrijkste kenmerk van het studiegebied. In deze paragraaf is daarom uitgebreid ingegaan op de gevolgen van de dijkreconstmctie. Om te bepalen of de dijkreconstmctie negatieve effecten heeft op het Natura 2000-gebied is een Voortoets uitgevoerd. De Voortoets is als bijlage bij deze m.e.r.-beoordeling gevoegd 075952734:J - Definitief
ARCADIS
12
M.e.r.-beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Aimere Poort
(kenmerk: 076095084:1, datum: 9 juli 2013). De Voortoets is gebmikt als input voor de 'effectbeschrijving Natura 2000-gebied'. In deze paragraaf is daarnaast ook gekeken naar de effecten op flora en fauna, beschermd vanuit de Flora en Faunawet. Effectbeschrijving Natura 2000-gebied Direct aan de buitenzijde van de dijk ligt het Natura 2000-gebied Markermeer & IJmeer (zie afbeelding 4). Afbeelding 4 De ligging van het dijktracé (rood en blauw) ten opzichte van het Natura 2000-gebied Markermeer & IJmeer (geel) Rood: 25-meter profiel Blauw: 39-meter profiel Bron ondergrond: website ministerie EL&I
Voor dit Natura 2000-gebied gelden instandhoudingsdoelstellingen vanuit zowel de habitatals vogelrichtlijn. Het betreft de volgende typen en soorten: • Habitattype: Kranswierwateren • Habitatsoorten: rivierdonderpad en meervleermuis. • Vogelrichtlijn broedvogelsoorten: aalscholver en visdief. • Vogelrichtlijn niet-broedvogelsoorten: fuut, aalscholver, lepelaar, grauwe gans, brandgans, smient, krakeend, slobeend, krooneend, tafeleend, kuifeend, toppereend, brilduiker, nonnetje, grote zaagbek, meerkoet, dwergmeeuw en zwarte stem. De instandhoudingsdoelstellingen kunnen in gevaar werden gebracht door ruimtebeslag, trillingen en verstoring tijdens de uitvoeringsfase. Hierna zijn deze mogelijke verstoringen per type verstoring beoordeeld. Ruimtebeslag De dijk wordt aangepast, waarbij de binnenteen verplaatst wordt. Als gevolg van de dijkreconstmctie treedt echter geen mimtebeslag op in het Natura 2000-gebied Markermeer
075952734:J - Definitief
13
M.e.r.-beoordeling Dijltreconstructie Kustzone Aimere Poort
& IJmeer. Het optreden van effecten door mimtebeslag als gevolg van de dijkreconstmctie is uitgesloten. Trillingen (onderwater geluid) Aangezien de damwand wordt geplaatst op minimaal 90 meter afstand van het open water door middel van trillen, met een relatief laag bronvermogen van maximaal 108 dB(A), is het optreden van verstorende effecten als gevolg van onderwatergeluid uitgesloten. Verstoring (geluid, optisch) Bij het beoordelen van verstoring dient onderscheid gemaakt te worden in het noordelijke en het zuidelijke deel van het dijktracé: in het noordelijke deel grenst de dijk direct aan het NaUira 2000-gebied. In het zuidelijke is de dijk afgeschermd van het Natura 2000-gebied door een rij bomen, bosschages, hagen en de jachthaven. Aan de zuidkant wordt daarom van 15 maart t/m 15 oktober gewerkt. Aan de noordkant wordt alleen van 1 april t/m 31 augustus gewerkt (zie ook paragraaf 2.3). Noordelijk deel van Middendeel traject
Als gevolg van werkzaamheden op en aan de dijk kan optische verstoring en geluidsverstoring optreden. In dit deel vindt vooral optische verstoring plaats. In de huidige situatie vinden op de dijk en in het buitendijks gebied al bewegingen van mensen en voertuigen plaats. De verstoringcontour is hierdoor waarschijnlijk minder dan 300 meter. Geluidsverstoring beïnvloedt alleen het deel waar de damwand wordt geplaatst. Hier wordt buitendijks uitgegaan van een effectcontour van 300 meter. Deze contour is gebaseerd op de optische verstoring. Uitgangspunt is dat als gevolg van deze verstoring buitendijks, gedurende de uitvoeringsperiode (van 1 april t/m 31 augustus), geen vogels met een instandhoudingsdoel voorkomen. Binnendijks ligt de effectcontour dichterbij de dijk: vanwege de aanwezigheid van bosopstanden en wegen reikt optische verstoring hier minder ver, namelijk tot aan de bospercelen.
Zuidelijk deel van Middendeel traject
Optische verstoring als gevolg van de dijkreconstmctie treedt hier rtiet op. Geluidsverstoring leidt alleen op het deel van het tracé waar de damwand wordt geplaatst tot mogelijke effecten (van 1 april t/m juli). Hierbij wordt uitgegaan van een worst-case effectgeluidscontour van 175 meter. Op de rest van het zuidelijke deel treedt tijdens de uitvoeringsperiode (van 15 maart t/m 15 oktober) geen relevante geluids- of optische verstoring op. Conclusie Op basis van het beinvloedingsgebied van de ingreep, de periode van de uitvoering en de aanwezigheid van de beschermde soorten zijn negatieve effecten op het grootste deel van de instandhoudingsdoelen uit te sluiten. Een aantal niet-broedvogels (fuut, lepelaar, brilduiker, kuifeend en meerkoet) die voorkomen in het noordelijk deel van de dijkreconstmctie bevindt zich tijdens de uitvoeringsperiode binnen het beinvloedingsgebied van de dijkversteking. Voor deze soorten vindt door verstoring tijdelijk in de periode april - augustus een verplaatsing van mst- en foerageergebieden plaats. Er zijn binnen het Markermeer & IJmeer voldoende alternatieve leefgebieden aanwezig om deze fimcties tijdelijk op te vangen. De
075952734:J - Definitief
ARCADIS
14
M.e.r.-beoordeiing Dijltreconstructie Kustzone Almere Poort
dijkreconstmctie heeft dan ook geen negatieve effecten op de seizoensgemiddelden van deze soorten in het Markermeer & IJmeer. Het optreden van significant negatieve effecten op de instandhoudingsdoelstellingen van het Markermeer & IJmeer als gevolg van de dijkreconstructie wordt uitgesloten. Effectbeoordeling Flora- en faunawet Ook voor de Flora- en faunawet geldt dat de belangrijkste effecten optreden tijdens de uitvoeringsfase. Met name de periode waarin de uitvoering plaats vindt is belangrijk. De uitvoeringsperiode van 1 april- 31 augustus (langs het noordelijk deel) en 15 maart tot 15 oktober (zuidelijk deel) valt midden in het voortplantingsseizoen van diverse soorten, onder andere van vogels. Hieronder is daarom per soortgroep aangegeven welke effecten op beschermde soorten kurmen optreden en welke eventuele stappen genomen moeten worden om overtreding van de Flora- en faunawet te voorkomen. Voor de verspreidingsinformatie is gebmik gemaakt van de inventarisaties die de gemeente Almere laat uitvoeren voor haar grondgebied. In dit geval is dat de inventarisatie uit 2011 van Van Groen en Nederpel. Zorgplicht ten aanzien van licht beschermde soorten In de omgeving van de dijk komen meerdere licht beschermde soorten (tabel 1 van de Floraen faunawet) voor. Dit betreft onder andere de groene kikker, bruine kikker, gewone pad, brede wespenorchis, haas, egel, mol, konijn, vos en ree. Voor deze soorten geldt een vrijstelling van de verbodsbepalingen, maar de zorgplicht is nog wel van toepassing. Hiervoor moet, op het moment dat de planning van de werkzaamheden concreter uitgewerkt is, een ecologisch werkprotocol worden opgesteld. Vaatplanten Aan de zuidkant van het tracé is op de dijk een grote groeiplaats van de rietorchis aanwezig (zie verspreidingskaart hieronder). In totaal komen er enkele honderden exemplaren voor. De rietorchis is algemeen beschermd (tabel 2 van de Flora-en faunawet). De dijkreconstructie wordt uitgevoerd conform de goedgekeurde gedragscode Flora- en faunawet van de gemeente Almere. Hiervoor moet, op het moment dat de planning van de werkzaamheden concreter uitgewerkt is, een ecologisch werkprotocol worden opgesteld. Door aantoonbaar volgens de gedragscode te werken, geldt een vrijstelling voor tabel 2 soorten. Andere beschermde planten zijn niet aangetroffen langs de dijk. Vissen bi de huidige situatie ligt een kwelsloot in de binnenteen. Deze kwelsloot wordt gedempt op het moment dat de binnendijkse bebouwing wordt gerealiseerd. Voor het verdwijnen van deze kwelsloot wordt een drain of lokaal vervangende watergang gegraven binnen het plan DUIN. Hoewel het dempen van de kwalsloot niet in de werkzaamheden is opgenomen en geen gerichte inventarisaties is uitgevoerd wordt er wel kort op ingegaan. Gezien de situatie kan er van worden uitgegaan dat de kleine modderkmiper hier voorkomt. Tijdens inventarisatie elders is namelijk zowel binnendijks als buitendijks de kleine modderkruiper aangetroffen.
075952734:J-Definitief
ARCADIS
15
M.e.r.-beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Aimere Poort
De kleine modderkmiper kan snel nieuwe wateren koloniseren. De kleine modderkmiper is algemeen beschermd (tabel 2 van de Flora-en faunawet). De dijkreconstmctie wordt uitgevoerd conform de goedgekeurde gedragscode Flora- en faunawet van de Gemeente Almere. Hiervoor moet, op het moment dat de planning van de werkzaamheden concreter uitgewerkt is, een ecologisch werkprotocol worden opgesteld. Door aantoonbaar volgens de gedragscode te werken, geldt een vrijstelling voor tabel 2 soorten. De aanwezigheid van overige beschermde vissen bij het dijktracé kan worden uitgesloten. Afbeelding 5 Verspreidingskaart rietorchis
[Van d«r Goes cn Groot
MbgiititaJh^t.*..»lin4vmt. I "
^
51.500
0501.5000
Reptielen en amfibieën In Almere Poort is, ondanks gericht onderzoek, de ringslang niet aangetroffen. Het gebied vormt wel een geschikt leefgebied, maar blijkbaar heeft deze soort het gebied nog niet weten te koloniseren. De aanwezigheid van de ringslang wordt uitgesloten. Overige beschermde reptielen zijn niet aangetroffen. In Almere Poort komt de mgstreeppad voor. Deze soort is echter alleen aangetroffen in de open zandige vlakte van Almere Poort en niet in de direct omgeving van de dijk. De aanwezigheid van voortplantingswater of overwinteringsplaatsen bij de dijk kan dan ook worden uitgesloten. Andere beschermde amfibieën zijn niet aangetroffen. Broedvogels Langs de dijk komen tijdens het broedseizoen meerdere algemene soorten tot broeden. Hierbij is met name de aanwezige opgaande begroeiing dat binnen- en buitendijks aan de dijk grenst een geschikt broedhabitat. De dijk zelf en de oever langs de noordkant van het dijktracé zijn ongeschikt als broedlocatie, vanwege het ontbreken van opgaande begroeiing en de aanwezigheid van verstoring op de dijk. In het opgaand groen dat grenst aan de dijk kunnen algemene soorten van bos- en stmweel broeden, zoals de merel, winterkoning, tjiftjaf, fitis, zanglijster, roodborst, kneu, vink en heggermius. 0759S2734:J - Definitief
ARCADIS
16
M.e.r.-beoordeiing Dijkreconslructie Kustzone Almere Poort
In de omgeving van de dijk komen ook enkele soorten voor met jaarrond beschermde nesten. Op 350 meter afstand bevindt zich een haviksnest en op 360 meter een buizerdnest. Deze nesten bevinden zich buiten het beinvloedingsgebied van de dijkreconstmctie. Dichter bij de dijk bevinden zich nesten van zogenaamde categorie 5 soorten (niet jaarrond beschermd, inventarisatie wel gewenst): In de binnendijkse bossen bevinden zich twee nesten van de grote bonte specht (minimaal 220 m afstand), één van de grauwe vliegenvanger (300 meter afstand), één van de boomklever (230 meter afstand) en twee van de zwarte kraai (minimaal 230 meter afstand). Op de buitendijkse bebouwing bij de jachthaven bevinden zich vier kolonies van de huiszwaluw (minimaal 150 meter afstand) en één kolonie van de boerenzwaluw (80 m afstand). De werkzaamheden vinden plaats tijdens het broedseizoen, dus mogelijk worden deze nesten aangetast door de werkzaamheden. Bij de werkzaamheden wordt geen opgaand groen verwijderd, al bestaande nesten worden dan ook niet vernietigd. Wel vinden de werkzaamheden plaats nabij opgaand groen, zowel binnen- als buitendijks. Verstoring van bestaande nesten kan dus wel plaatsvinden. Broedvogels van bos en stmweel zijn minder gevoelig voor optische verstoring dan bijvoorbeeld weidevogels. Geluidsverstoring van het plaatsen van damwanden is dan ook de meest verstorende factor en wordt als leidend beschouwd voor de mate van verstoring ('worst-case benadering'). Uitgangspunt is dat het plaatsen van damwanden gepaard gaat met een bronvermogen van 108 dB(A). Uit onderzoek langs snelwegen is bekend dat vanaf een geluidsniveau van 45-50 dB(A) de relatieve broeddichtheid van vogels van bos en stmweel afneemt (Reijnen et al, 1992). Dit effect heeft te maken met de vestigingskeuze van broedvogels. Broedvogels vestigen zich blijkbaar in mindere mate in de buurt van constant hoge geluidsbronnen, zoals snelwegen. Voor de dijkreconstructie zijn geen geluidsberekeningen uitgevoerd, maar de 43 dB(A) contour van de piekgeluiden ligt op ruim 360 meter vanaf de werkzaamheden. Dit gaat uit van de afwezigheid van obstakels en een gladde ondergrond, wat niet aan de orde is bij de dijkreconstructie. Het piekgeluid van 45 dB(A) zal dan ook minder ver reiken dan deze 360 meter. Bovendien is voor de broedvogeldichtheid het gemiddelde geluidsniveau van belang: de werkelijke contour van het gemiddelde 45 dB(A) LAeq geluidsniveau, dus tot waar de broedvogels nog een verstorende werking zullen ondervinden, zal dan ook op nog kleinere afstand van de werkzaamheden liggen. Worst-case is uitgegaan van een effectafstand van 300 meter, wat zeker een overschatting is van de werkelijke verstoringscontour. De werkzaamheden zullen er toe leiden dat broedvogels, die zich binnen 300 meter van de dijk bevinden, zich op grotere afstand van de dijk gaan vestigen. De jaarrond beschermde nesten van de havik en buizerd ondervinden geen hinder van de werkzaamheden, want deze bevinden zich op meer dan 300 meter afstand en daarmee buiten de invloedssfeer van de dijkreconstmctie.
Nesten van broedvogels die zich voorafgaand aan de werkzaamheden hebben gevestigd in het opgaand groen kunnen tijdelijk bloot staan aan gemiddelde geluidsniveaus van meer dan 45 dB(A). Dit is de drempelwaarde waarboven een verlaging van de broedvogeldichtheid is geconstateerd in het reeds aangehaalde onderzoek van Reijnen et al. (1992). Uit recent onderzoek bij het circuit van Assen is echter gebleken dat broedvogels aanzienlijk minder gevoelig zijn voor geluiden die fors hoger zijn dan 45 dB(A), wanneer ze zich eenmaal gevestigd hebben (Henkens et al, 2012). Dit geldt ook voor soorten die bij het
075952734:J - Definitief
ARCADIS
17
M.e.r.-t)eoordeling Dijkreconstructie Kustzone Almere Poort
onderzoek van Reijnen et al. (1992) zeer gevoelig zijn gebleken voor verkeersgeluid. De gevonden verlaging van de broedvogeldichtheid boven de 45 dB(A) (Reijnen et al. 1992) is dan ook waarschijnlijk een afspiegeling van de gevoeligheid van broedvogels voor geluid tijdens de keuze voor de nestlocatie. Wanneer de broedvogels eenmaal gevestigd zijn, zijn ze aanzienlijk minder gevoelig voor geluid (Henkens et al. 2012). Verstoring van reeds bestaande nesten door geluidsverstoring van de werkzaamheden treedt dus niet op. Omgevingsscan categorie 5 broedvogels Voor de broedvogels van categorie 5 (niet jaarrond beschermd - inventarisatie wel gewenst), die binnen de verstoringscontour voorkomen, geldt dat een omgevingsscan uitgevoerd moet worden. Deze worden hieronder één voor één behandeld. De grote bonte specht heeft 23 territoria in Almere Poort en ook in de rest van Almere is het een algemeen voorkomende broedvogel. De verwachting is dat het aantal broedparen in Almere zich nog zal uitbreiden in de komende jaren, naarmate de bossen ouder worden. Op landelijk niveau is de trend van de grote bonte specht positief (Hustings & Vergeer, 2002). In Almere Poort is het aantal broedparen sinds 2002 gestegen van 6 naar 23. Als gevolg van de dijkreconstmctie gaan tijdelijk twee nestlocaties verloren (worst-case aanname). Dit is een relatief klein aantal en bovendien zijn in de omgeving voldoende alternatieve broedlocaties aanwezig. De gunstige staat van instandhouding van de grote bonte specht is niet in het geding. De grauwe vliegenvanger heeft twee territoria in Almere Poort. De verwachting is dat het aantal broedparen van de holenbroeder in de komende jaren in Almere zal toenemen, vanwege het ouder worden van de bossen. In de omgeving zal dit met name het geval zijn in het nabijgelegen Pampushout, waar veel geschikt leefgebied voorkomt in de vorm van oude en dikke loofbomen. Hoewel er sprake is van een afname van het aantal broedparen sinds 1980, is de grauwe vliegenvanger met 20.000-30.000 broedparen nog steeds een algemene soort in Nederland (Hustings & Vergeer, 2002). Als gevolg van de dijkversteking gaat worst-case tijdelijk één broedlocatie verloren. Dit is een relatief klein aantal en er zijn voldoende alternatieve broedlocaties aanwezig in de omgeving. De gunstige staat van instandhouding van de grauwe vliegenvanger is niet in het geding. De boomklever komt met twee broedparen voor in Almere Poort. Sinds het begin van de inventarisaties in Poort (2002) zijn dit de eerste broedparen, dus dit zijn de eerste vestigingen in dit deel van Almere. De boomklever broedt in bos of parkachtige landschappen met veel oude dikke loofbomen en dan vooral in oude spechtenholen. De verwachting is dat door het ouder worden van de bossen in Almere Poort, en dan vooral in het nabijgelegen Pampushout, het aantal broedparen zal toenemen in de omgeving. Bovendien is de grote bonte specht een algemene soort in Almere, dus de beschikbaarheid van spechtenholen, als broedplaats voor de boomklever, is niet limiterend. Worst-case gaat één van de broedlocaties van de boomklever tijdelijk verlorentijdensde uitvoering. Er zijn voldoende alternatieve nestlocaties aanwezig in gebieden die makkelijk door de boomklever gekoloniseerd kunnen worden. De landelijke trend is sinds 1970 zeer positief (Hustings & Vergeer, 2002) en ook de laatste jaren neemt het aantal broedparen sterk toe (SOVON 2012; zie website vogelbescherming, 2012). De gunstige staat van instandhouding van de soort is niet in gevaar als gevolg van de dijkreconstmctie.
075952734:J - Definitief
ARCADIS
18
M.e.r.-beoordeling Dijkreconslructie Kustzone Aimere Poort
De zwarte kraai heeft 22 territoria in Almere Poort en ook in de rest van Almere is het een algemeen voorkomende soort. Op landelijk niveau is de trend van de zwarte kraai zeer positief (Hustings & Vergeer, 2002). Als gevolg van de dijkreconstructie gaan worst-case tijdelijk twee nestlocaties verloren. Dit is een relatief klein aantal en bovendien zijn in de omgeving voldoende alternatieve broedlocaties aanwezig. De gunstige staat van instandhouding van de zwarte kraai is niet in het geding. Van de huiszwaluw en de boerenzwaluw komen op de buitendijkse bebouwing bij de jachthaven respectievelijk vier en één kolonie voor. Deze bevinden zich binnen het beinvloedingsgebied van de dijkreconstmctie. Beide soorten zijn cultuurvolgers bij uitstek die broeden aan huizen, in schuren en onder bruggen (Hustings & Vergeer, 2002). Dit zijn plaatsen waar zonder uitzondering veel verstoring in de vorm van geluid en beweging voorkomt. Ook in en rond de jachthaven is sprake van veel geluid en beweging. Deze soorten zijn dan ook relatief ongevoelig voor verstoring. Omdat de broedplaatsen niet direct worden aangetast, kan worden uitgesloten dat de broedlocaties verloren gaan als gevolg van de werkzaamheden tijdens de dijkreconstructie. Conclusie broedvogels Concluderend leidt de dijkreconstructie hooguit tot een verschuiving van niet-jaarrond beschermde nesten naar een grotere afstand vanaf het te versterken dijktraject. Voor broedvogels van categorie 5 (niet jaarrond beschermd, wel inventarisatie gewenst) is voldoende altematief geschikt broedhabitat aanwezig in de omgeving. Broedvogels die zich al gevestigd hebben zullen geen verstoring ondervinden van de werkzaamheden. Broedvogels die zich na aanvang van de werkzaamheden vestigen langs het dijktracé ondervinden blijkbaar geen hinder van verstoring. Binnen het beinvloedingsgebied bevinden zich geen nestlocaties van soorten met jaarrond beschermde nesten. Verstoring van broedvogels kan dan ook worden uitgesloten. Vleermuizen In de omgeving van de dijk bevinden zich foerageergebied en vliegroutes van meerdere soorten vleermuizen, waaronder de meervleermuis, gewone dwergvleermuis, mige dwergvleermuiswatervleermuis, rosse vleermuis en laatvlieger. Effecten op deze fimcties zijn uit te sluiten, omdat 's nachts niet zal worden gewerkt en er geen bomen gekapt worden. In de omgeving van de dijk bevinden zich geen verblijfplaatsen. Grondgebonden zoogdieren In de directe omgeving van de dijk zijn geen zwaar beschermde grondgebonden zoogdieren aangetroffen. Ongewervelden bi de directe omgeving van de dijk zijn geen beschermde ongewervelden aangetroffen.
3.4
BEOORDELING OVERIGE MILIEUEFFECTEN In het studiegebied van de dijkreconstmctie zijn buiten de ecologische waarden geen belangrijke milieukundige waarden aanwezig die (grote) nadelige gevolgen hebben van de
D75952734:J - Definitef
ARCADIS
19
M.e.r.-beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Almere Poort
dijkreconstmctie. In deze paragraaf is deze conclusie voor de relevante milieuaspecten kort toegelicht.
3.4.1
GELUID EN LUCHT Tijdens de werkzaamheden aan de dijk kan tijdelijk geluidsoverlast optreden voor de omgeving. Deze verstoring ontstaat door werkzaamheden aan de dijk (vooral het plaatsen van de damwand), maar ook door vervoersbewegingen. De overlast is echter maar tijdelijk en niet van dien aard dat milieunormen worden overschreden. Tijdens de werkzaamheden zullen extra verkeersbewegingen plaatsvinden die leiden tot een toename in uitstoot van stoffen. Op basis van expert judgement wordt gesteld dat deze extra uitstoot dermate klein is, dat dit niet tot belangrijke veranderingen in de luchtkwaliteit leidt en dat miUeimormen hierdoor niet overschreden worden.
3.4.2
WATER Het aanbrengen van de damwand (25-meterprofiel) kan gevolgen hebben voor de kwelvoorziening of de grondwaterstand. In het projectplan zijn maatregelen beschreven die dergelijke negatieve effecten op de waterhuishouding, zowel tijdens de aanlegfase als in de permanente situatie, voorkomen. Ook bij de uitwerking van de dijkreconstmctie conform het 39-meterprofiel wordt rekening gehouden met de huidige waterhuishouding. Bijvoorbeeld door het terugbrengen van de sloot of het leggen van drainage. De dijkreconstmctie heeft daardoor geen negatieve effecten op de waterkwaliteit en/of waterhuishouding.
3.4.3
BODEM Oranjewoud (2008) heeft een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek was gericht op vervuiling in aanwezige bodem, ondergrond of vrijkomende materialen zoals bijvoorbeeld asfaltwegen. De asfaltconstmctie op de dijk is, behoudens de oppervlakte behandeling, niet teerhoudend. Uit het indicatieve onderzoek volgen geen boringen die duiden op de aanwezigheid van een verontreiniging. In klei uit de bermen van de IJmeerdijk is een licht verhoogd gehalte aan EOX, PAK-totaal en minerale olie gemeten (getoetst aan Bouwstoffenbesluit tussen schone en categorie-1 grond). In het verleden is op een aantal strekkingen een taludbekleding op het binnentalud aangebracht bestaande uit gebitumeerd zand. Voor de uitvoering van het project wordt nader onderzoek uitgevoerd naar de milieu hygiënische kwaliteit. Als blijkt dat deze verontreinigd is worden passende maatregelen getroffen. Er vinden geen effecten plaats op het aspect bodem, ervan uitgaande dat wordt voldaan aan de volgende randvoorwaarden: • Grondaanvullingen dienen te bestaan uit ophoogzand conform de RAW standaard. 075952734:J-Definitief
ARCADIS
20
M.e.r.-beoordeling Dijkreconslructie Kustzone Almere Poort
• • •
3.4.4
De kwaliteit van de te verwerken grond dient tijdens de verwerking te worden getoetst en ter controle aan het waterschap te worden voorgelegd. Het uitgevoerde grondwerk dient te worden vastgelegd in een logboek. Er mogen geen sliblagen in de zandaanvullingen voorkomen.
RUIMTEGEBRUIK (WONEN & WERKEN, LANDBOUW EN RECREATIE) Tijdens de werkzaamheden aan de dijk is tijdelijke hinder in de omgeving van de dijk, voor bewoners, recreanten en werknemers niet uit te sluiten. Het plaatsen van de damwanden en het aanvoeren van materiaal via het bestaande binnendijkse wegennet, kan tijdelijk overlast geven. De overlast kan bestaan uit verkeershinder. De hinder op dit aspect is echter slechts tijdelijk van aard en wordt in overleg met de aannemer zoveel mogelijk beperkt. Grote negatieve effecten zijn daarom uit te sluiten.
3.4.5
LANDSCHAP Zoals aangegeven in paragraaf 2.2.1 ligt er in de huidige situatie al een dijk op het tracé. Deze dijk wordt versterkt over een lengte van circa 3.000 meter en bevindt zich deels achter de buitendijks gelegen jachthaven, strand en daar aangelegen bosschages. Conform het vigerende bestemmingsplan treden aan de binnenzijde (en in de toekomst ook aan de buitenzijde) grote veranderingen op die van invloed zijn op het landschap. De aanpassing van de dijk, waar de m.e.r.-beoordeling betrekking op heeft, verandert hier niets aan. De invloed van de dijkreconstmctie op het landschap wordt daarom als minimaal beoordeeld.
3.4.6
CULTUURHISTORIE EN ARCHEOLOGIE Gemeente Almere heeft een vrijstelling (Vrijstellingsbesluit, Gemeente Almere, 2010) omdat met onderzoek aangetoond is dat binnen dit gebied geen cultuurhistorische en archeologische waarden aanwezig zijn. Effecten op cultuurhistorie en archeologie zijn dus uit te sluiten.
07S9S2734:J - Definitief
ARCADIS
21
M.e.r.-beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Almere Poort
HOOFDSTUK
Samenvatting en conclusie Samenvatting bi deze m.e.r.-beoordeling zijn de kenmerken van de activiteit, de plaats waar de activiteit wordt verricht en de kenmerken van de gevolgen van de activiteit in beeld gebracht. De voorliggende conclusie is toegespitst op de gevolgen van de activiteit. In de m.e.r.-beoordeling is geconcludeerd dat significante effecten op het Natura 2000gebied Markermeer en IJmeer zijn uit te sluiten. Dezelfde conclusie is getrokken voor de soorten die beschermd zijn vanuit de Flora- en Faunawet. Op de volgende thema's zijn negatieve effecten uit te sluiten: archeologie, bodem, water en landschap. Er kan tijdelijke hinder optreden tijdens de werkzaamheden op het aspect mimtegebmik, zoals hinder voor de buitendijkse recreatievaart of hinder voor verkeer (door aanvoer van materiaal via het bestaande wegennet). Aangezien de hinder op dit aspect slechts tijdelijk van aard is en de dijkreconstmctie plaatsvindt juist om de in het bestemmingsplan vastgelegde wensen ten aanzien van dit aspect te faciliteren, vormt dit geen belemmering voor de voorgenomen activiteit. Wel zal tijdens de voorbereiding op de uitvoering gezocht moeten worden naar mogelijkheden om de hinder zo veel mogelijk te voorkomen. Conclusie Samengevat kan geconcludeerd worden dat belangrijke nadelige milieukundige effecten uit te sluiten zijn. Er hoeft daarom geen m.e.r.-procedure voor het project te worden doorlopen.
07S9S2734:J - Definitief
ARCADIS
22
M.e.r.-beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Almere Poort
BIJLAGE
1
Literatuurlijst
ARCADIS, 2013. Dijkversterking Almere Poort - Voortoets Natuurbeschermingswet 1998 (kenmerk: 076095084:1). Gemeente Almere, 1998. MER bouwlocatie Almere Poort. Gemeente Almere, 2002. Aanvullend MER Almere Poort, inclusief Milieunotitie Hoge Kant, mei 2002. Gemeente Almere, 2007. Bestemmingsplan Almere Poort. Gemeente Almere, 2010. Besluit archeologische monumentenzorg plangebied 4G Almere Kustzone, alsmede eisen en richtlijnen die voortvloeien uit het besluit. Datum: 1 febmari 2010. Gemeente Almere & Waterschap Zuiderzeeland, 2008. Samenwerkingsovereenkomst Almere Poort I Kustzone, getekend op 22 februari 2008. Groen, van, F.M., Nederpel, V., 2011. Almere Poort. Inventarisatie beschermde flora en fauna 2011. G&G-rapport 2011-20 (deelrapport) Van der Goes en Groot ecologisch onderzoeks- en adviesbureau. Opdrachtgever : gemeente Almere. Henkens. R., Liefting, M., Hallmann, C, Van Kleunen, A., 2012. Storen broedvogels zich aan het geluid van race-evenementen. Alterra, Wageningen 2012. Rapport 2288. Tevens verschenen als SOVON-rapport 2012/05. Hustings & Vergeer, SOVON vogelonderzoek Nederland 2002. Atlas van de Nederlandse broedvogels 1998-2000 - Nederlandse Fauna 5. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden. Oranjewoud, 2008. Indicatief bodem- en verhardingsonderzoek IJmeerdijk te Almere. Projectnr. 155776-88, januari 2008. Reijnen, M.J.S.M., Veenbaas, G., Foppen, R.P.B., 1992, Het voorspellen van het effect van snelverkeer op broedvogelpopulaties. Rijkswaterstaat Dienst Weg- en Waterbouwkunde, DLO-Instituut voor Bos- en Natuuronderzoek. Van Groen, F.M., Nederpel, V., 2011. Almere Poort. Inventarisatie beschermde flora en fauna 2011. G&G-rapport 2011-20 (deelrapport) Van der Goes en Groot ecologisch onderzoeks- en adviesbureau. Opdrachtgever : gemeente Almere Website vogelbescherming, 2012. http://www.vogelbescherming.n1/vogels_kijken/vogelgids/zoekresultaat/detailpagina/q/ vogel/16/tab/Aantal
075952734:J - Definitief
ARCADIS
23
M.e.r.-beoordeling Dijkreconslructie Kustzone Almere Poort
Colofon M.e.r.-beoordeling Dijkreconstructie Kustzone Almere Poort
OPDRACHTGEVER: Gemeente Almere
STATUS: Definitief
AUTEUR: Ingrid Burggraaf-van den Berg
GECONTROLEERD DOOR: Mirjam Molen
VRIJGEGEVEN DOOR: Erwin Beishuizen 9 juli 2013 075952734:J
ARCADIS NEDERLAND BV Beaulieustraat 22 Postbus 264 6800 AG Arnhem Tel 026 3778 911 Fax 026 3515 235 www.arcadis.nl Handelsregister 9036504
075952734:J-Definitief
ARCADIS
24