Mentaal Mentaal M A G A Z I N E VA N G G Z N O O R D - E N M I D D E N - L I M B U R G
Jaargang 5 | Nummer 1 | januari 2009
In dit nummer:
Een terugblik op 2008. Een jaar met vele nieuwe ontwikkelingen. Succesvol Preventieprogramma Vroegsignalering Alcohol (PVA).
Kijk op de wijk
Tuin Korsakov Wonen, D’n Herk 69
Mentaal Mentaal | jaargang 5 | Nummer 1 | januari 2009
INHOUD “Ik heb geleerd geduld te hebben en te wachten”
8
Knipoog Nieuwsberichten
4 Nieuwsberichten 5 Van de voorzitter 6 Onderhoud & Techn. beheer 7 Servaashof: huishoudelijk assistenten
10 “Wat heb ik nou aan mijn fiets hangen?”
18
8 Servaashof: voortgang 9 Afscheid Fun Sijbers 10 OnGegrond? 12 Medezeggenschap fusie 14 Jaaroverzicht 16 Kollummerkasie Centraal Loket sluit aan De ontmoeting Interview Jan Mertens AO/IC
24
Co Wegh PVA Huisartsenconsultatie
“Cliënten verlaten vaak opgelucht de spreekkamer”
Boekbespreking Beeldspraak
18 19 20 22 24 26 29 30 31
Van de redactie Gefeliciteerd beste lezer, U hebt een historische Mentaal in handen. Het is namelijk het laatste nummer van 2008 én de laatste uitgave in de huidige opmaak én samenstelling én frequentie. Vanaf 1 januari 2009 zal Mentaal zes keer per jaar verschijnen. Alles wordt nieuw of in elk geval fris en wat anders. Kleurrijker en verdiepend. Dat is een mooie afsluiting van een gedenkwaardig jaar. Was 2008 dan zo bijzonder zult u zeggen. Wellicht herinnert u zich al snel bijzonderheden uit uw privéleven of werkomgeving. Maar er was meer; Joran van der Sloot werd ontmaskerd, de kredietcrisis diende zich aan, in Tibet braken rellen uit, er waren Olympische Spelen, een EK-voetbal, Ingrid Betancourt werd bevrijd, Madrid werd getroffen door een vliegramp, de Smurfen werden 50, Change kwam met Barack Obama, nog voor Kerst worden de Nederlandse Antillen opgeheven en de laatste Mentaal in het oude jasje kwam uit. Zo. Dat was dus toch een bijzonder jaar. En dan hebben we nog niet opgesomd wat er binnen GGZ NML allemaal gebeurde. Uiteindelijk hebt u dat het afgelopen jaar allemaal al kunnen lezen. En kunt u dat ook in 2009 weer in vaste regelmaat doen. De redactie van Mentaal wenst u allemaal, met uw gezin en al wie betekenisvol voor u is, hele fijne feestdagen en een gezond en succesvol fusiejaar toe.
26 COLOFON Mentaal is het magazine van GGZ Noord- en Midden-Limburg voor (oud)medewerkers, vrijwilligers en externe relaties en verschijnt elke laatste vrijdag van de maand. Uitgave: Bureau Communicatie GGZ NML. Hoofdredactie: Eleän Mulder (Bureau Communicatie), Eindredactie: Eleän Mulder (Bureau Communicatie), Sabine Nicolasen (Bureau Communicatie) Redactie: Fun Sijbers (Bureau Communicatie), Ans Swillens (Informatiecentrum Geestelijke Gezondheid), Karin Tummers (Paschalis), Diana Wong Si Kwie (RCG Venray), Ted Smits (Stafmedewerker Beleid), Paul de Bijl (divisie PIA). Vormgeving: MarksMarks Venlo. Reproductie: Grafisch centrum Facilitair Bedrijf GGZ NML. Fotografie: Johan Flapper GGZ NML, Hans van der Beele Sevenum, Bureau Communicatie GGZ NML. Oplage: 2450 ex. Redactieadres: GGZ Noord- en Midden-Limburg, Bureau Communicatie, E. Mulder-Verleg, Postbus 5, 5800 AA Venray, (0478) 52 71 86,
[email protected]. Deadline kopij januarinummer: 16 januari 2009, foto’s gescheiden van tekst - dus als apart jpg-bestand - aanleveren. Voor meer info zie www.ggznml.nl of het intranet. Indien u besluit uw abonnement te beëindigen, kunt u dit kenbaar maken via
[email protected] of schriftelijk via het redactieadres.
BELANGRIJKE TELEFOONNUMMERS Arbodienst Achmea Arbo: 0475-399899, Lisette de Bruijn, bedrijfsarts:
[email protected], Louis Thissen, bedrijfsarts:
[email protected], GGZ Noord- en Midden-Limburg algemeen: 0478-527527, Personeelsvertrouwenspersoon: Marjon Vinken, 0475-399899,
[email protected], Klachtencommissie individuele medewerkers: 0478-527597,
[email protected], Commissie sociale begeleiding: 0478-527597,
[email protected], Arbo-coördinator: 0478-7631,
[email protected], Ondernemingsraad: 0478-527245, Ziek- en herstelmelding: 0478-527161
Mentaal | 3
Door: Nicole Hendriks
‘Een verborgen G E F E L I C I T E E R D verlangen is het vervullen van een wens die niet meer vervuld kan worden door de cliënt zelf ’ In november 2007 zijn deze medewerksters huishoudelijke zaken gestart met de opleiding Helpende zorg nivo 2. Op 18 november jl. mochten de dames vol trots het welverdiende diploma in ontvangst nemen tijdens een feestelijke bijeenkomst bij Gilde Opleidingen. Namens GGZ NML: gefeliciteerd met het behalen van dit diploma. We wensen jullie veel succes met het uitoefenen van jullie functie als assistent verpleegafdeling.
v.l.n.r.: Nancy Drenth (Meibloem), iny Brands (woonvoorziening Arcen), Yvonne Koonings (Lavendel).
SPW leerlingen van de Gilde Opleidingen Venlo hadden een mooi initiatief getoond. Vorig jaar kregen zij de opdracht een verborgen verlangen uit te voeren. Maar voor wie? Een klasgenoot vertelde over de slecht onderhouden tuin bij de RCG-afdeling in het ziekenhuis Viecuri in Venlo waar zij stage had gelopen. Zij zijn deze uitdaging aangegaan. Op 12 november hebben ze de tuin van het RCG Venlo met succes opgeknapt. Ze hebben veel hulp gekregen van een aantal hoveniers en sponsoren. “Zonder hen was het nooit gelukt”, aldus de leerlingen. Het resultaat mag er zijn. Klas SPW 4.C Gilde Opleidingen
Mentaal | 4
Mentaal
De keuken van GGZ NML verzorgt per 3 november 2008 de maaltijden voor de patiënten en restaurant van het SJG in Weert. De GGZ NML en SJG Weert hebben een overeenkomst gesloten voor een jaar. Het komende jaar zal gezamenlijk bekeken worden hoe de samenwerking verder gestalte kan krijgen. De keuken is er trots op, dat SJG Weert gekozen heeft voor GGZ NML. Dit betekent dat de keuken, die kwaliteit en service hoog in het vaandel heeft staan, dit ook waarmaakt naar alle klanten. De keuken verzorgt nu ongeveer 1300 maaltijden per dag. Beide organisaties hebben in vijf weken voor elkaar gekregen dat de maaltijden vanuit Weert naar Venray zijn verhuisd. Dit is een compliment voor de inzet vanuit SJG Weert, maar ook voor de inzet vanuit Venray. De keuken heeft samen met ICT en Logistiek een geweldige prestatie geleverd. Bevindingen Weert
“SJG Weert ontvangt vanaf 3 november 2008 de maaltijden van GGZ NML. Een hele verandering voor ons, aangezien we altijd zelf voor onze medewerkers en patiënten gekookt hebben. Blij zijn we dat GGZ NML zo actief betrokken is om het geheel in goede banen te leiden en de overgang zo goed mogelijk te laten verlopen. Het hele concept operationeel krijgen in een paar weken tijd heeft veel van beide organisaties gevraagd. Maar het is gelukt. We staan nog wel aan het begin van het traject en de ‘finetuning’ begint nu pas. Wij hopen dat GGZ NML geduld heeft met de kritische patiënt en/of medewerker van SJG Weert. Want tenslotte willen we allemaal hetzelfde: een kwalitatief goede maaltijd op ons bord. Samen moeten we komen tot een goede maaltijd waar alle medewerkers en patiënten van SJG in 2009 van kunnen genieten. Ik sluit af met de lijfspreuk van SJG: MET ELKAAR VOOR ELKAAR.”
Nieuws januari 2009
Centrale keuken GGZ Noord- en Midden-Limburg gaat samenwerken met SJG Weert!
René van Bruxvoort, hoofd voeding en restauratieve dienst
Nieuwjaarsbijeenkomst 5 januari 2009 De nieuwjaarsbijeenkomst voor de medewerkers en vrijwilligers van GGZ Noorden Midden-Limburg vindt plaats op 5 januari 2009 in het schouwburg.
EXPOSITIE ‘HUMAN FIGURE IN (E) MOTION’ In het hoofdgebouw van GGZ Noord- en Midden-Limburg is t/m 17 april 2009 een expositie te bezichtigen van Jeanny van Lieshout. De titel ‘Human figure in (E) motion omschrijft het werk van haar in vier woorden. De toeschouwer ziet grote witte doeken, losjes beschilderd, niets te veel en toch alleszeggend. Is het autobiografisch? De emotie is voelbaar. Wat wil de kunstenaar ons zeggen? Fragmenten, flarden van beelden die refereren aan het collectief geheugen, gevormd door kunstgeschiedenis, actuele thema’s en poëzie. Het werk gaat over mensen, kracht, dood, eenzaamheid en liefde. Een gevoel van melancholie overheerst. De expositie is tot stand gekomen in samenwerking met GGZ Noord- en Midden-limburg en galerie IROK Horst.
Mentaal | 5
Van de voorzitter: Als voorzitter van de Raad van Bestuur buig ik me altijd graag over de vaste column in Mentaal. Ik hecht daar waarde aan omdat het mij de gelegenheid biedt om op mijn eigen manier mijn visie te geven over wat er binnen en buiten de organisatie gebeurt. De jaarlijkse kerstcolumn is daarbij een speciale uitdaging omdat ik hoop dat u tijdens de feestdagenperiode net wat meer tijd neemt dan anders om een stukje te lezen. Wellicht hecht u op zo’n moment meer waarde aan de inhoud omdat de kersttijd een tijd van bezinning en bespiegeling is. Een moment om in familiekring terug te blikken op wat geweest is en wellicht vooruit te blikken op wat komen gaat.
Turbulentie
Mentaal | 6
Onze instelling is te vergelijken met een glazen bol waar een huisje in staat en waar water in zit met sneeuwvlokken. Als je er mee schudt, dan ontstaat er binnen in die bol een sneeuwbui en de vlokjes dwarrelen langzaam neer en draperen zich op en rond het huisje. Eigenlijk doen we dat zo aan het einde van het jaar ook. We schudden het jaar nog eens op, kijken wat er gebeurd is en hoe het allemaal geland is. Hoe die vlokken landen, dat kunnen we niet sturen, hoe graag we dat ook zouden willen.
bestuurder steeds opnieuw weer uit om zo aan die bol te schudden dat de vlokken gaan dwarrelen en dalen in de richting zoals wij ons die voorstellen. Ook het komende jaar zal er veel en vaak aan de bol geschud worden en de turbulentie zal soms heftig zijn. Want als organisatie staan we het komende jaar voor grote veranderingen en talrijke uitdagingen. Dat leidt soms tot onvoorspelbaarheid of verrassingen, maar in elk geval ook steeds tot nieuwe situaties die kansen bieden aan iedereen die er een kans in ziet.
Turbulentie in de bol zorgt ervoor dat de vlokken neerdwarrelen zoals ze neerdwarrelen. Eigenlijk gaat dat met het beleid dat wij maken ook. We sturen dat de organisatie in, in die organisatie ontstaat turbulentie, het beleid dwarrelt rond en het landt op plaatsen of op manieren die we van tevoren niet helemaal voorzien hebben. Dat is ook het mooie aan een organisatie als GGZ NML. Er is altijd turbulentie en dynamiek en dat daagt mij als
Het jaar 2009 wordt een kansrijk jaar. Vanwege alle uitdagingen en veranderingen, vanwege alle nieuwe ontwikkelingen, maar vooral vanwege alle mensen die een beroep doen op ons als instelling. Voor hulp, ondersteuning en begeleiding. Dat is uiteindelijk ook waar we goed in zijn. Kwalitatief hoogwaardige zorg leveren aan mensen die dat nodig hebben. Op die momenten waarop ze het nodig hebben. De medewerkers van GGZ NML hebben in
2008 bewezen daar uitstekend toe in staat te zijn. Ondanks alle turbulenties die optraden in de bol waar soms flink mee geschud werd. Dat schudden zal in 2009 niet minder worden. Tot die tijd wens ik u een fijne en gezellige tijd toe met uw gezin, familie of wie u maar dierbaar is. Of u nu vrij bent of moet werken tijdens de feestdagen, ik hoop dat er voldoende tijd en ruimte is voor reflectie en bezinning om nieuwe inspiratie op te doen voor het nieuwe jaar. En als u de komende periode nog eens aan uw bol van herinneringen schudt, dan hoop ik dat alles neerdwarrelt zoals u zich dat gewenst had. Fijne feestdagen en een heel goed en gezond 2009. Toine van der Sanden
Mentaal
Door: Sander Hellegers
Van vastgoedbeheerder naar huisvestingspartner
Binnen de afdeling Onderhoud & Technisch Beheer van het Facilitair Bedrijf zijn veel veranderingen gaande. Door de wijzigingen in financiering van huisvesting binnen de zorg worden zorginstellingen gedwongen bedrijfsmatiger om te gaan met huisvesting en vastgoed in zijn algemeenheid. Onze afdeling anticipeert hier uiteraard op. De ontwikkelingen binnen onze afdeling in een notendop.
De laatste jaren begint het besef binnen onze organisatie te groeien dat vastgoed een productiemiddel is dat van grote invloed is op de prestaties van onze organisatie. Niet alleen wordt dit veroorzaakt door de hoge kosten die huisvesting met zich meebrengt, maar vooral ook vanwege de invloed op de werkprocessen in het gebouw. Een inefficiënt gebouw of een slechte locatie zullen namelijk onherroepelijk tot productieverlies leiden. In de nabije toekomst zal er een klant-/leverancierverhouding ontstaan tussen de zorgafdelingen en de afdeling Onderhoud & Technisch Beheer waar onze huisvestingsafdeling producten en diensten ‘verkoopt’. Onze introvert georiënteerde afdeling moet hierdoor omgeturnd worden tot een klantgerichte en dienstverlenende organisatie. De afdeling dient zich om die reden steeds proactiever op te stellen en te anticiperen op veranderingen die op onze organisatie afkomen. Hierbij dient getracht te worden de prestaties die een gebouw moet leveren zoveel mogelijk aan te passen aan interne en externe veranderingen. Het bedrijfsmatig managen van huisvesting vraagt om een andere informatiebehoefte. Het automatiseringssysteem dat onlangs o.a. binnen onze afdeling is geïmplementeerd, is om
deze reden naast het registreren van kosten en gegevens gericht op het leveren van managementinformatie. Op basis hiervan kan het huisvestingsbeleid worden geformuleerd en geëvalueerd. Daarnaast koppelt het systeem de processen van verschillende afdelingen binnen het Facilitair Bedrijf aan elkaar.
rende, naar een meer coördinerende functie. Om externen te kunnen controleren op de manier van werken m.b.t. veiligheid hebben alle allroundermedewerkers onlangs de cursus Veiligheid (VCA) gevolgd. Deze is door iedereen met goed gevolg afgesloten. Mijn complimenten hiervoor!
Vroeger werd het meeste onderhoudswerk door eigen personeel uitgevoerd. Tegenwoordig ontwikkelt onze afdeling, mede door de toenemende bezuinigingsdruk, zich steeds meer tot opdrachtgever van externe dienstverleners. Dit zowel binnen alsook buiten de reguliere werktijden tijdens de bereikbaarheidsdiensten. Van deze dienstverleners verwachten wij, net als van eigen personeel, een nauwe betrokkenheid bij de doelstellingen van onze organisatie. De grens tussen eigen werknemers en externe dienstverleners vervaagt hierdoor. Vanwege de toenemende wederzijdse afhankelijkheid wordt er steeds meer gewerkt met meerjarige raamcontracten. Met deze wijziging verandert ook de functie van de allround-medewerkers van een uitvoe-
Waar onze afdeling tot op heden vooral technisch georiënteerd was, zal deze oriëntatie zich moeten uitbreiden van een strikt technische oriëntatie naar een eveneens procesmatige oriëntatie. Kennis van het primaire proces is namelijk een vereiste om ondersteuning te kunnen bieden aan onze kernactiviteit. Voor zover de inkijk in de ontwikkelingen binnen onze afdeling. Wij hopen u dit jaar weer naar tevredenheid van dienst te zijn geweest en hopen u ook volgend jaar weer met raad en daad bij te mogen staan. Namens de gehele afdeling Onderhoud & Technisch Beheer wens ik u prettige feestdagen en een voorspoedig 2009.
Mentaal | 7
Door: Angela van den Elshout
Maria van Meijel, Miny van de Rijdt en Thea van Meijel
Veel gezien, gehoord en meegemaakt Voor dit interview met Maria, Miny en Thea hebben we een afspraak in het nieuwe gebouw van Intensief I in Servaashof. Miny laat mij binnen en wat direct opvalt is het gerammel van een sleutelbos. Ik kom op een gesloten afdeling waar alle (tussen)deuren op slot zijn. Thea en Maria zijn er al. Zij werken bij de Kliniek Begeleiding en Verzorging (Kliniek B+V), ook een gesloten afdeling. Maar als je daar eenmaal binnen bent, dan kunnen de bewoners overal komen. Alle drie zijn huishoudelijk assistent ter ondersteuning van de verpleegkundigen. Al pratend blijken er veel verschillen te zijn tussen het werk op de twee afdelingen. Zij hebben jarenlange ervaring, zijn zeer betrokken, doen het werk met liefde en plezier en hebben al veel gezien, gehoord en meegemaakt.
Maatwerk
De verhuizing naar de nieuwbouw in Servaashof was voor het instituut én Maria, Miny en Thea een nieuwe start. De groepen zijn kleiner en alle bewoners hebben een eigen kamer. De zorg wordt zoveel mogelijk afgestemd op de bewoners, maatwerk dus. Bij Intensief I verblijven veelal jongeren tussen de 18 en 50 jaar. Bij de Kliniek B+V varieert de leeftijd van eind 50 tot hoog bejaard. Miny: “Bij Intensief I stuur ik cliënten aan bij het onderhoud van hun kamer. Ik laat ze bijvoorbeeld zelf het bed verschonen, de was verzorgen of de kamer schoonmaken. De cliënten moeten zoveel mogelijk zelf doen.
Mentaal | 8
Ook met het ontbijt, de lunch en het avondeten. De cliënt die corvee heeft, dekt de tafel en ruimt op. Ik ondersteun daarbij. Soms zou ik het liever even snel zelf doen, maar dat is niet goed voor de cliënt. Ik heb geleerd geduld te hebben en te wachten.” Maria: “Thea en ik hebben op onze afdeling, anders dan Miny, met ouderen te maken. Daarom nemen wij onze cliënten meer uit handen. Zo dekken wij de tafel voor het ontbijt, maar zetten de spullen midden op tafel. De bedoeling is dat de bewoners dan zelf hun boterham pakken en beleg erop doen, etc. Bij sommigen lukt dat, bij anderen niet. In dat laatste geval helpen wij natuurlijk. Deze
aanpak is nieuw voor ons sinds de ingebruikname van de nieuwbouw.” Thea: “De bedoeling is zoveel mogelijk een huiselijke sfeer te creëren. Verder maken wij de afdelingen en de slaapkamers schoon en leggen de kleding in de kast voor de bewoners die dat zelf niet kunnen.” Goede voorbereiding is het halve werk
Miny: “Ik werk nu al 22 jaar bij Van Gogh. Ja, zo noem ik het nog steeds. Ik heb altijd op een gesloten afdeling gewerkt. Dat betekent dat ik altijd moet opletten waar ik ben en dat ik moet nadenken of de deur wel of niet open kan. Voor de veiligheid loop ik met een pieper in de hand. Maar na zoveel jaar werken op
Mentaal
Voortgang bouw
Door: P. Platzbeecker, Bouwcoördinator
BW = Begeleid Wonen • LBV = Langdurige begeleiding en Verzorging • IWB= Intramurale woonbegeleiding • LCZ = Langdurige complexe zorg
NIEUWBOUW binnenhof servaashof klaar drijf allemaal geïnventariseerd en ingepland.
NAH komt er dus een eind aan het nieuw-
De medewerkers van het Bouwbureau wen-
bouwproject in de binnenhof. Per 1 januari
sen de nieuwe bewoners en medewerkers
is daarom ook het infocentrum Servaashof
veel succes in het nieuwe gebouw.
opgeheven. Ton Klinckenberg heeft de afgelopen jaren vele bezoekers in dit centrum
St. Servatiusweg 31 t/m 177 oneven, post-
ontvangen. Aan de hand van tekeningen en
code 5803 AD (73 zorgappartementen)
maquettes van de gebouwen heeft Ton hen
Dit complex aan de Sint Servatiusweg is nog
uitgebreid geïnformeerd over de bouwplan-
in aanbouw. In de uitvoering is enige ach-
nen. Wij bedanken Ton voor het vele werk
terstand opgelopen. De aannemer heeft een
dat hij voor de nieuwbouw en de bezoekers
nieuwe planning gemaakt. Daarin wordt deze
gedaan heeft. Met ingang van 1 januari 2009
D’n Herk 90 (Korsakov – NAH, gebouw 4)
achterstand ingelopen. Als opleverdatum blijft
neemt IGG het infocentrum in gebruik.
Op 19 december 2008 is het gebouw voor
dus staan: 30 juni 2009. De aannemer heeft
Korsakov/NAH opgeleverd. Het laatste van de
aangegeven dat gedeeltelijke oplevering mo-
Tot slot
acht nieuwe gebouwen in de binnenhof van
gelijk is. De precieze datum is afhankelijk van
Maandelijks heb ik u met deze artikeltjes op
Servaashof. De nieuwbouw startte formeel op
de levertijd van de balustrades. In week 14
de hoogte gehouden van de voortgang van
15 december 2005. Voor de nieuwbouw was
(eerste week april 2009) is duidelijk of de ba-
de bouw Servaashof. Buro Kemper heeft al
voor de aannemers een periode vastgesteld
lustrades op tijd gemonteerd zijn.
die tijd de bijbehorende foto’s geleverd, waar-
van drie jaar. Met de oplevering op 19 decem-
Voor de indeling van het sanitair in de ap-
voor onze dank.
ber 2008 zijn alle gebouwen in de binnenhof
partementen is een proefopstelling gemaakt.
dus in de geplande periode gerealiseerd.
Deze opstelling is door de bouwdirectie ak-
Dit is mijn laatste artikel. Maaike van Lipzig
Na de bouwkundige oplevering van gebouw
koord bevonden. Loodgieters en elektriciens
neemt het stokje over. Zij zal u ook maande-
Korsakov/NAH volgt een drukke periode om
kunnen nu volop aan de slag.
lijks op de hoogte houden van de voortgang
Een detail van de Korsakov Kliniek NAH
het gebouw verder in te richten en de wegen
van alle renovatieprojecten die nu op Servaas-
en paden om het gebouw aan te leggen. Deze
Infocentrum nieuwbouw Servaashof gaat dicht
hof in uitvoering komen. Wij wensen Maaike
werkzaamheden zijn door het Facilitaire Be-
Met de oplevering van gebouw Korsakov/
veel succes met haar werkzaamheden. Foto’s: Buro Kemper – Thijs Vermeulen
gesloten afdelingen ben ik wel wat gewend. Ik hou van structuur en dat komt in dit werk goed van pas.” “We zijn een jaar van te voren met het team begonnen aan de voorbereidingen van de verhuizing. De verhuizing zelf was hectisch, maar het is uiteindelijk allemaal goed verlopen. In de nieuwbouw hebben we een nieuwe frisse start gemaakt. Ook nieuwe borden, bestek en dat soort dingen. De oude spullen hebben we wel meegenomen hoor. Die liggen opgeborgen op zolder, want hier breekt nogal eens wat.” Extra ogen en oren van de verpleging
Maria en Thea hebben toevallig dezelfde ach-
ternaam, maar zijn geen familie van elkaar. Thea: “Ik werk al 38 jaar bij GGZ NML. Ik heb al verschillende verhuizingen achter de rug”. Voor Maria ligt het iets anders, zij vertelt: “Voordat de kinderen kwamen, werkte ik al bij GGZ NML. Ik ben een aantal jaren gestopt om voldoende aandacht aan de kinderen te kunnen besteden. Toen dat niet meer nodig was heb ik de draad bij GGZ NML weer opgepakt.” Thea: “In het begin was het wel wennen in de nieuwbouw. De oude gebouwen hadden een bepaalde gezelligheid. De bewoners moesten ook wennen. Groot voordeel voor de bewoners is de eigen slaapkamer.”
Maria: “Wij werken tussen de cliënten in. Dat is fijn. Zo horen wij ook veel van de bewoners. Bijvoorbeeld als wij samen een sigaretje roken. Dan komen de verhalen. Wij zijn soms de oren van de verpleegkundigen.” Aan het eind van het interview begeleidt Miny ons naar de voordeur. Ze vertelt dat ze dagelijks grote afstanden loopt. Op weg naar de uitgang heeft zij ook een aardig woordje voor de bewoners die wij tegenkomen en bij de uitgang houdt ze goed in de gaten of er geen bewoner naar buiten gaat die dat niet mag. De huishoudelijk assistenten zijn soms ook de extra ogen van de verpleegkundigen. Van onschatbare waarde!
Mentaal | 9
Door: Eleän Mulder-Verleg
Een rugzak vol leuke herinneringen
Fun Sijbers, hoofd bureau communicatie, neemt op 1 januari 2009 afscheid van GGZ Noord- en Midden-Limburg om als zelfstandig communicatie- en marketingadviseur verder te gaan. Een goed moment om stil te staan bij zijn loopbaan van ruim 29 jaar binnen GGZ Noord- en Midden-Limburg.
Mentaal | 10
Fun Sijbers
Mentaal
Hoe ben je ooit terecht gekomen bij GGZ
Geloof jij in vermaatschappelijking?
Noord- en Midden-Limburg? Volgens mij had
“Ja, absoluut. Ik heb het voordeel dat ik uit Venray kom, waar vermaatschappelijking van de GGZ heeft plaatsgevonden. Al van kleins af aan ben ik opgegroeid met cliënten om me heen. Dat was heel normaal in het straatbeeld. In de klas op de lagere school had ik een aantal klasgenootjes die een patiënt in het gezin opgenomen had. Maar vermaatschappelijking is natuurlijk breder dan het Venrayse. Mensen zijn buiten het terrein in wijken gaan wonen, hebben zich aangesloten bij sportverenigingen. Maar je ziet dat het toch niet zo soepel loopt als dat men verwacht of hoopt. De maatschappij staat er niet zo open voor. Er zitten ook gevaren aan vermaatschappelijking. Cliënten hebben weinig contacten met de omgeving. We zijn er dan wel in geslaagd hen een plek in een woonomgeving te geven, maar heb je ze daarmee ook een wezenlijke positie in de omgeving gegeven? Ik denk dat het daaraan schort en dat er veel verborgen eenzaamheid is.
je ooit ambities om je te bekwamen in de horecabranch?
“Ik wilde inderdaad graag naar de hogere hotelvakschool, maar daar werd ik een jaar uitgeloot. Na mijn eindexamen mocht ik als vakantiekracht gaan werken op zaal 8, een afdeling voor zorgbehoeftige mannen. Als een soort verpleeghulp. Tijdens deze vakantiebaan kreeg ik het voorstel om de inservice-opleiding te gaan volgen. Het werken in de zorg beviel me zo goed, dat ik niet meer echt de behoefte had om de horecaopleiding te gaan volgen. Het werken met mensen, in teamverband en het doen van verpleegkundige handelingen spraken me erg aan. Mensen die hier zijn opgenomen, hebben écht iemand nodig: verzorging, hulp, ondersteuning, begeleiding. Op deze manier betekenisvol zijn voor mensen vind ik belangrijk. De horeca vind ik toch wat zakelijker.”
Ik vind het erg leuk dat ik daar nog een aantal jaren aan heb kunnen meewerken.’ Heb je het gevoel dat je alles hebt afgerond binnen GGZ NML?
Nee, dat gevoel heb ik niet. Maarik ben een aantal jaren geleden ook begonnen met mijn eigen bureau vanuit de ambitie dat ik heel graag ooit zelfstandig aan de slag zou kunnen gaan. Ik heb nu het punt bereikt dat dat mogelijk is. En de keuze is gemaakt. Ik ga verder met Fun Communicatie. Ik wil op een creatieve en energieke manier met mensen samenwerken en samen tot oplossingen komen, flexibiliteit en slagvaardigheid staan daarbij hoog in het vaandel. Ik ga weg met een rugzak vol leuke herinneringen. Ik heb een groot gedeelte van mijn leven hier gewerkt. Een mooie tijd. Maar als je 29 jaar in dezelfde organisatie hebt gewerkt, wordt het tijd om eens iets anders te gaan doen.” Wat vind je het leukste van het communicatievak?
Fun heeft drie jaar als B-verpleegkundige gewerkt. Daarna is hij de kaderopleiding gaan volgen. Wat later in zijn carrière heeft hij nog de opleiding Gezondheidswetenschappen en de opleiding Bedrijfskunde gedaan. Intussen ben je als unithoofd gaan werken op Heuvel G. Is dit niet een stapje verder verwijderd van de cliënt?
Fun: “Toentertijd was je als unithoofd een soort meewerkend voorman. Je was weliswaar verantwoordelijk voor het unitgebeuren, maar je werkte ook op de afdeling mee. Deze combinatie sprak me erg aan. Het werken met én voor cliënten heb ik altijd heel leuk gevonden. Later deed zich de kans voor om als beleidsmedewerker aan de slag te gaan. Ik zag dit als een uitdaging. Zo kon ik ook de andere kant van de organisatie leren kennen. Een voordeel was dat ik mijn kennis vanuit het primaire proces/de zorg, hierin kon meenemen. Mijn hart ligt nog steeds bij het verzorgen van mensen. Maar de tijd is veranderd. Ik ben hier komen werken in de tijd dat nog alles kon en alles mocht. Er werden nog allerlei uitstapjes en cliëntenvakanties voor mensen georganiseerd. In de loop der jaren is dit afgebrokkeld. De positie van de cliënt heb ik wel in positieve zin zien veranderen. Deze is verstevigd.
Zie jij hierin een rol weggelegd voor communicatie?
Communicatie maakt het mogelijk partijen met elkaar te verbinden, begrip te kweken, dingen uit te leggen, mogelijkheden te ontdekken en kansen en behoeften tussen maatschappij en cliënten te verbinden. Hierin zie ik wel een rol weggelegd voor communicatie. Neem als voorbeeld de wijk Servaashof. Dat is het belangrijkste punt waar onze instelling de komende jaren voor staat. De wijk is ontwikkeld, maar slagen wij erin om er een geïntegreerde woonwijk van te maken? Of hebben we straks 400 cliënten in een binnenschil wonen waar de samenleving redelijk dicht omheen zit, maar waarin toch niet echt een verbinding is? Kijk bijvoorbeeld naar de opening van de sporthal op 10 december a.s. Dit is een uniek kans om vermaatschappelijking naar buiten toe uit te dragen. Genoeg kansen voor communicatie.” Waar ben je het meeste trots op als je terugkijkt op je loopbaan binnen het instituut?
“Met enige regelmaat kom ik mensen binnen GGZ NML tegen, die vroeger als leerling op mijn afdeling opgeleid zijn en gewerkt hebben. En die nog steeds met veel plezier hier werken. Dat geeft me een goed gevoel. Ook ben ik trots op het plan Servaashof dat hier gerealiseerd wordt.
Ik vind de perscontacten en media-activiteiten erg leuk. Wat ik ook heel leuk vind, is dat we als bureau communicatie andere wegen zijn ingeslagen dan tradititioneel gedaan werd door bureau communicatie, bijv. het maken van reclamespots. Voor de toekomst zullen er nog veel meer mogelijkheden liggen. Ik denk dat bureau communicatie in dat opzicht in zijn denken en oriëntatie wat verder is dan de rest van de organisatie. De organisatie denkt in communicatietermen en –middelen nog heel traditioneel. Maar je moet zoeken naar andere wegen die effectiever, goedkoper en makkelijker grote groepen mensen kunnen bereiken.” Heb je ons/de organisatie nog iets na te laten?
“De organisatie staat weer voor een belangrijke periode in haar bestaan. Het fusietraject met de Mondriaan Stichting staat eraan te komen. Dit zal heel veel energie en tijd van de medewerkers gaan opslokken. Neem de tijd die nodig is om zo’n proces goed te doorlopen en het op een gedegen manier te doen. Verlies daarbij de patiëntenbelangen niet uit het oog, met name de mensen die langdurig bij ons in zorg zitten. Ik hoop dat het komende jaar de vermaatschappelijkingsslag gemaakt gaat worden. Dat is op dit moment het meest belangrijke dat moet gebeuren”.
Mentaal | 11
Rubriek waarin uitspraken van de Klachtencommissie voor Cliënten worden toegelicht.
Door: Ad Burgmans1
ongegrond?
Klacht
De heer B is van mening dat de behandelend psychiater ten onrechte zijn vrijheden beperkt. Relevante feiten
B is een 40 jarige man, opgenomen met een rechtelijke machtiging binnen een afdeling van de Langdurig Complexe Zorg van GGZ NML. Hij wordt behandeld vanwege steeds terugkerende psychoses. Hij is drugsverslaafd, gebruikt regelmatig amfetaminen. Daardoor verergert zijn psychose en ontstaan er ernstige gedragsproblemen met geweld richting personen en goederen. Nadat hij in augustus diverse personen ernstig had bedreigd en een ruit bij een medebewoner had ingegooid en hij begin september op zijn kamer enorme vernielingen had aangericht, is op 14 september 2008 besloten hem voor langere tijd geen vrijheden meer toe te kennen. Op deze wijze wilde men voorkomen dat hij buiten de afdeling amfetaminen zou gebruiken. Verweer
De heer B heeft een strafrechtelijk verleden vanwege bedreigingen en geweldpleging. Aanleiding tot de vrijheidsbeperking is een opeenvolging van incidenten, waarin B na harddrugsgebruik ernstige gedragsproblemen veroorzaakte met gevaar voor personen en goederen. Men heeft een second opinion gevraagd bij de Kliniek voor Intensieve Behandeling in Eindhoven, waar patiënt ook bekend is. Daaruit blijkt dat de heer B als zeer gevaarlijk dient te worden beschouwd
Mentaal | 12
vanwege de combinatie van zijn psychotische stoornis, antisociale persoonlijkheidsstoornis en amfetamineverslaving en dat een langdurige vrijheidsbeperking noodzakelijk wordt geacht om de veiligheid te handhaven en stafbare feiten te voorkomen. Omdat het niet verantwoord is klager nu naar open therapieën op het terrein te laten gaan, zijn diverse therapieën op de afdeling aangeboden. Deze worden door klager afgewezen. Tegenverweer
Klager is van mening, dat het voortzetten van een beperking van bewegingsvrijheid sinds 22 september 2008, in die zin dat hij slechts onder begeleiding naar buiten mag, buitenproportioneel is en niet terecht. Bewegingsvrijheid heeft geen ernstig nadelige gevolgen voor zijn gezondheid en leidt niet tot verstoring van de orde in het ziekenhuis of tot strafbare handelingen. Beoordeling van de Commissie
Op grond van artikel 40 lid 3 van de BOPZ mag een beperking in het recht op bewegingsvrijheid in en rond het ziekenhuis slechts worden opgelegd: a) indien naar het oordeel van de voor de behandeling verantwoordelijke persoon van de uitoefening van het recht op bewegingsvrijheid ernstige nadelige gevolgen moeten worden gevreesd voor de gezondheidstoestand van de patiënt, dan wel b) indien dit ter voorkoming van ver storing van de orde in het ziekenhuis of ter voorkoming van strafbare feiten noodzakelijk is.
Daarnaast moet alle dwang voldoen aan de eisen van proportionaliteit, subsidiariteit en doelmatigheid. Gezien de ernst van de incidenten acht de Commissie het niet onredelijk dat behandelaars een zeer grote voorzichtigheid betrachten bij het verlenen van onbegeleide vrijheden. Dat het vanaf 22 september tamelijk goed gaat met de patiënt is mede het gevolg van het feit dat hij geen drugs meer kan gebruiken. Het verleden heeft geleerd dat het goed fout gaat, zodra hij weer
Mentaal
GGZ Noord- en Midden-Limburg heeft een Klachtencommissie voor Cliënten op grond van de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (WKCZ) en de Wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ). Een cliënt of degenen die optreedt namens de cliënt kan een klacht indienen bij deze commissie als hij of zij bezwaar heeft tegen een gedraging van een medewerker of een handelwijze van de instelling jegens de cliënt of tegen een beslissing met betrekking tot de behandeling of begeleiding die gevolgen heeft voor de cliënt. De commissie verklaart de klacht gegrond of ongegrond en brengt haar oordeel ter kennis van de Raad van Bestuur die vervolgens maatregelen kan treffen.
gaat gebruiken. De behandelaars hebben er vooralsnog geen vertrouwen in dat B van de drugs afblijft als hij zich zonder begeleiding vrij kan bewegen op en buiten het terrein. Het is daarom begrijpelijk dat het aan klager niet is toegestaan buiten de afdeling naar open therapieën te gaan. Volgens de commissie zou klager het vertrouwen van de behandelaars kunnen terugwinnen door gebruik te maken van de therapieën die binnen de afdeling worden aangeboden.
Ad Burgmans verzorgt deze rubriek in opdracht als jurist van ADJUST juridisch advies.
De Commissie verklaart de klacht dat B ten onrechte door de psychiater in zijn vrijheden is beperkt, ongegrond. De Commissie acht de kans dat klager bij ongeleide vrijheden vervalt in drugsgebruik en strafbare feiten groot en vindt de gevolgen daarvan dermate ingrijpend, dat zij van mening is dat de beperking van de bewegingsvrijheid terecht is opgelegd.
directe aanpak van het verslavingsgedrag en zou in die zin gezien kunnen worden als dwangbehandeling. De maatregel leidt tot gedwongen afkicken. Dat dit ook door de Commissie als een noodzakelijke stap wordt gezien op weg naar therapie, blijkt uit opmerkingen die door de Commissie gemaakt zijn over het niet up to date zijn van het behandelingsplan. Dwangbehandeling vloeit immers voort uit het behandelingsplan.
Commentaar
Vanuit perspectief behandelaar;
Uitspraak
Een patiënt mag altijd een behandeling weigeren. Dat is zijn zelfbeschikkingsrecht. Dat is een groot goed dat wettelijk beschermd is in de Wet op de Geneeskundige Behandelings Overeenkomst. Uitzonderingen moeten bij wet geregeld zijn. Op grond van de BOPZ mag aan het zelfbeschikkingsrecht worden voorbijgegaan als er gevaar dreigt voor de patiënt zelf of voor anderen. In noodsituaties mogen middelen of maatregelen genomen worden die vrijheidsbeperkend zijn en er mag dwangbehandeling worden toegepast als er een behandelingsplan aan ten grondslag ligt. In een aantal gevallen mogen ook enkele fundamentele rechten worden beperkt, o.a. beperkingen in het recht op bewegingsvrijheid in en rond het ziekenhuis overeenkomstig de daarvoor geldende huisregels. De Commissie toetst de gegeven situatie aan deze laatstgenoemde uitzonderingsgrond, artikel 40 lid 3 BOPZ. In dit geval zou ook toepassing van dwangbehandeling als toetsingskader mogelijk zijn aan de hand van artikel 38c BOPZ. De beperking van de bewegingsvrijheid is immers een
door M.Ch. Doorakkers, psychiater/eerste geneeskundige GGZ NML
Patiënten die aan onze zorg zijn toevertrouwd, met name als er sprake is van een BOPZ-maatregel, vallen onder onze verantwoordelijkheid, binnen zekere grenzen. Waar die grenzen precies liggen, is niet altijd even duidelijk. In deze casus is het dilemma van de behandelaar natuurlijk de behandelbaarheid van de ziekte afgezet tegen de duur van de vrijheidsbeperking. Heel extreem: Mag iemand levenslang achter de gesloten deur als de aandoening (in dit geval verslavingsgedrag) niet behandelbaar is? De klachtencommissie geeft hier geen antwoord op, evenmin als het behandelplan. Het dilemma voor de psychiater blijft hierdoor bestaan: welk belang is groter: dat van de patiënt of het potentiële slachtoffer?
Mentaal | 13
Door: Maurice Ambaum
Fuseren met Mondriaan? Michaela Lousee
U hebt daar
medezeggenschap over!
Mentaal | 14
Mentaal
Regieteam zoekt betrokken medewerkers om mee te denken en te adviseren GGZ Noord- en Midden-Limburg krijgt een nieuw model om de medezeggenschap terug te brengen in alle lagen van de organisatie. Er gaat proefgedraaid worden met een Raad van Medezeggenschap, één of meerdere regieteams en projectteams per onderwerp. De eerste grote opdracht en uitdaging in de nieuwe werkwijze is het inrichten van het projectteam ‘samenwerking/fusie Mondriaan’. Dit team moet in de loop van januari 2009 operationeel zijn en krijgt als belangrijke opdracht om de medezeggenschap te borgen in het traject dat GGZ NML en Mondriaan Zorggroep gaan doorlopen om wellicht te fuseren. Wilt u medezeggenschap in dit traject? Meldt u dan aan voor het projectteam. “Want uw mening en stem telt, de beoogde fusie met de Mondriaan is nog lang geen gelopen race”, stellen Mies Wiegant, voorzitter van de OR, en Michaela Lousee, leider van het op te starten projectteam. ‘Hebben wij daarover dan iets te zeggen?’ Het is een vraag die de laatste tijd regelmatig op de werkvloer van GGZ Noord- en MiddenLimburg opborrelt als de samenwerking c.q. beoogde fusie met de Mondriaan ter sprake komt. Hebben wij daarover dan iets te zeggen? Mies Wiegant en Michaela Lousee knikken enthousiast ja. “Daar hebben wij zelfs meer dan ooit iets over te zeggen”, reageert Mies Wiegant. “Doordat we voor een nieuw model van medezeggenschap hebben gekozen, worden we veel eerder dan voorheen bij processen betrokken en kunnen we dus ook al in een vroegtijdig stadium onze mening geven. In de klassieke structuur van medezeggenschap, die we de laatste jaren hebben gehad, zou de OR pas laat in het traject om advies worden gevraagd. Dan was eigenlijk al veel besloten. Dat medewerkers zich in dat geval zouden afvragen ‘hebben wij daarover nog iets te zeggen’, kan ik goed begrijpen. Maar dat is nu geen argument meer. Nu hebben we wél de kans om vanaf het begin bij het proces betrokken te zijn en te vertellen wat we ervan vinden. Dat is een wereld van verschil.” “Toine van der Sanden, onze voorzitter van de Raad van Bestuur, is juist voorstander van een sterkere betrokkenheid van de werkvloer. Hij wil graag weten hoe medewerkers denken over de beoogde fusie met Mondriaan, hij vraagt om feedback. Wat vinden medewerkers belangrijk? Waar maken ze zich zorgen over? Wat moet goed worden geregeld? We krijgen nu een uitgelezen kans om onze stem te laten horen. En die stem telt, want de fusie met de Mondriaan is nog lang geen gelopen race.”
de projectgroep? Mies Wiegant vindt van wel. “Het gaat er juist om dat de hele organisatie, van hoog tot laag, is vertegenwoordigd. Je hoeft geen speciale titel of functie te hebben om je kandidaat te stellen. Het gaat erom dat medewerkers betrokken zijn bij het onderwerp, daarin interesse hebben en de uitdaging willen aangaan om op te komen voor de medezeggenschap van zichzelf en van hun collega’s. En als je al eerder ervaring hebt opgedaan met een fusietraject, is dat een extra pluspunt. Want kennis, ervaring en affiniteit is altijd welkom.” Michaela Lousee: “Medezeggenschap is de verantwoordelijkheid van elke medewerker. En medezeggenschap is een kostbaar goed. We hebben regelmatig gehoord van medewerkers dat ze het gevoel hebben dat er over hun hoofden heen wordt beslist en dat hun stem niet telt. Dat was niet zo, en dat geldt nu al helemaal niet meer. Iedereen wordt in de nieuwe structuur uitgenodigd om mee te denken en te praten over een bepaald onderwerp. Alle medewerkers krijgen de mogelijkheid om zitting te nemen in de regie- en projectteams. En wat heel belangrijk is: de teams worden geformeerd rondom specifieke projecten. Medewerkers hoeven dus alleen aan te schuiven en te praten over onderwerpen die hen aangaan en waar ze ‘iets’ mee hebben. Mensen komen doorgaans in beweging als iets hen treft. In het geval van de beoogde fusie met de Mondriaan gaat het in feite alle medewerkers aan, want het raakt iedereen. Wil je daarin je stem laten horen, meld je dan aan voor het projectteam.”
Betrokken zijn
Zichtbaar en voelbaar
Is iedereen geschikt om zitting te nemen in
Met het nieuwe model doet GGZ NML recht
aan de wens om medezeggenschap weer zichtbaar en voelbaar te maken binnen alle lagen van de organisatie. In het klassieke model opereerde de OR naar de mening van veel medewerkers op een te grote afstand van de werkvloer. Bovendien botste de OR regelmatig met de bestuurders van GGZ NML over procedures en de uitvoering van de Wet op de Ondernemingsraden. Beide partijen hebben ervoor gekozen om het klassieke model van de OR aan de kant te schuiven en te kiezen voor een nieuwe, meer eigentijdse invulling van medezeggenschap. Het leidde tot een innovatief model, dat uitgaat van werken met een Raad van Medezeggenschap en regie- en projectteams op centraal en divisieniveau, geformeerd rondom thema’s waar medewerkers zich door aangesproken voelen. Uitdagend en spannend
Na een opstartproject over de inbedding van het nieuwe model in de organisatie, maakt GGZ NML zich nu op voor het eerste grote project: de beoogde fusie met Mondriaan. “Dat wordt uitdagend en spannend”, knikt Michaela Lousee. “Ik ben heel benieuwd hoe we invulling gaan geven aan medezeggenschap volgens de nieuwe manier van werken. Wat het zo uitdagend maakt, is dat we al zo vroeg bij het fusieproces worden betrokken. Ik beschouw dat echt als een kans die we met twee handen moeten aangrijpen. De beoogde fusie gaat ons immers allemaal aan.” Wilt u medezeggenschap in het fusietraject met Mondriaan? Meldt u dan aan via
[email protected]
Mentaal | 15
Door: Paul de Bijl
Het jaar 2008: een jaar met veel nieuwe ontwikkelingen In het afgelopen jaar is er veel gebeurd. Van deze maandelijkse gebeurtenissen hebben wij u op de hoogte gehouden via Mentaal. Nu we tegen het einde van het jaar lopen, leek het ons een leuk idee om een jaaroverzicht in Mentaal op te nemen. Het geeft ons (medewerkers en cliënten van GGZ NML) de mogelijkheid om even terug te kijken op 2008.
Waarschijnlijk zult u nu denken: “Worden in dit jaaroverzicht dan alle ontwikkelingen besproken?” Het antwoord wat wij daarop geven is “nee.” Het zou niet goed zijn alles te bespreken wat in 2008 de revue is gepa-
seerd. Het jaaroverzicht zou dan uitgroeien tot een omvangrijk onoverzichtelijk geheel. Uit de vele ontwikkelingen./gebeurtenissen hebben wij een willekeurige selectie voor u gemaakt.
Laten we hopen dat er in 2009 wederom veel gebeurt waar we trots op mogen zijn; GGZ NML blijft in ontwikkeling!
Wat is er allemaal gebeurd dit jaar? Een terugblik... iction’ Postacademische opleidingsplaats ‘Master in Add aandacht. GGZ NML, SPON (Stichting JAN UAR I 200 8: Erkende Verslavingsproblematiek verdient de betekent dit dat d en complex werkveld. e opleiding voorbereid. In de praktijk De verslavingszorg is een ingewikkel vingszorginstellingen hebben een nieuw versla en begeleid door en G word KNM n, ), volge rland ding Nede oplei Oost deze in opleidingen ostiek en behandeling. Mensen die diagn , ning scree van leidingsplaats. d tijkop gebie prak het als op werkzaamheden plaatsvinden akov) heeft de erkenning gekregen zorg. GGZ NML (Verslavingszorg/ Kors vings versla voor lling inste in s ga’ ervaren colle F E B R U A R I 2008: Start nieuwe cursus Health 4 U
In februari 2008 is een nieuwe cursus gestart in het kader van het project gewichtige zaken. De cursus ‘Health 4 U’ richt zich op alle cliënten. De cursus helpt bij het vergroten van het zich prettig voelen van de cliënt door bijvoorbeeld een afname van het sociale isolement en het gewicht. De cursus wordt gegeven in groepjes van zes tot maximaal 10 personen zodat ieder individu zoveel mogelijk tot zijn recht komt. Er wordt gewerkt op basis van lotgenootschap, ervaringsdeskundigheid, persoonlijke voorkeuren en samenwerking.
voor cliënten” MAART 2008: “Verdraaid goed! We willen het beste
. De centrale vraag die hier speelt is: “Hoe kan zorg aan cliënten Bij het cyclisch verbeteren wil GGZ NML kwaliteitsverbetering nastreven aan cliënt, verkleinen van wachttijd na een intake of het vergroten van king geoptimaliseerd worden?” Aspecten als: betere informatieverstrek bewust zijn van dit proces. zelfredzaamheid spelen een grote rol. Belangrijk is dat medewerkers zich APR IL 200 8: Start van de Fré Dommissie Groep De Fré Dommissie Groep (vernoem d naar Fré Dommissie, ervaringsdesku ndige en schrijfster van Krankzinnigen een cultuur en beroepshouding bevo , een bestseller roman uit 1929) wil rderen waarin het gebruik van dwa ng en drang zoveel mogelijk is uitge specialisten en andere betrokkenen sloten. Een aantal verpleegkundigheeft zitting in deze groep. Het is de bedo eling dat verpleegkundigen hun baan ruilen met die van een collega van voor een paar dagen zullen een andere instelling.
Erkende opleidingsplaats “Master in Addiction” GGZ NML
Verdraaid goed! Cyclisch verbeteren
Start cursus Health 4 U
D E C E MB E R/JANUAR I
Mentaal | 16
FE B R UAR I
HKZ certificering
Fré Dommissiegroep
MA A RT
A PRIL
Maatwerk voor de cliënt
MEI
JU N I
Mentaal
ME I 20
08 : HKZ-certificeri ng In het kader van het cyc lisch verbeterproces heb ben de managers/leiding voor Psychotherapie Ven gevenden van de organi lo, RCG Venlo, RC GGZ satie-onderdelen PIAA, Roermond, de Korsakovk in ontvangst mogen nem Paschalis, het Centrum liniek en het Centrum voo en. r Angst- en Dwangstoorn issen het certificaat JUNI 2008: Maatwerk voor de cliënt
slaan de handen ineen. Mensen die na een periode van psychische Arbeidsrehabilitatie GGZ NML, Bureau Werxe en Bureau Canters Coaching . aandacht van de reïntegratie-bureaus en de afdeling arbeidsrehabilitatie klachten willen terugkeren in het arbeidsproces, kunnen rekenen op de contacten met mogelijke hebben coaching Canters Bureau en Werxe . expertise e specifiek de in De kracht van dit samenwerkingsverband zit heeft ervaring met cliënten die een psychische beperking hebben. werkgevers en de bemiddeling tussen cliënt en werkgever. Arbeidsrehabilitaite
JUL I 2 0 0 8 : Innovatieprijs Medezeggenschap
GGZ Noord- en Midden- Limburg heeft op 16 juni de juryprijs en de publieksprijs “Verbeter de medezeggenschap blijvend” gewonnen. GGZ NML is uiteindelijk winnaar geworden omdat zij concreet is in de aanpak van een nieuw initiatief. GGZ NML gaat aan de slag met een vernieuwde zeggenschap! n als er niet vroeg-
ief rde niek’ bewezen effect stoornis kan chronisch wo : Cursus ‘Geen pa leven vermindert. Deze het t als doel mensen te van me eit keld alit AU GU ST US 20 08 wik kw ont de is die aandoening . ‘Geen Paniek’ r wikkeld psychische en ze leren om zich in voo cursus ‘Geen paniek’ ont Een paniekstoornis is een paniek doen toenemen te kunnen grijpen, is de de in l die sne ten Om ach rdt. ged wo op n tijdig ingegrepe men meer greep krijgt iekklachten, zorgen dat leren om te gaan met pan begeven. hen moeilijke situaties te O K T O B E R 2008: Het aftellen is begonnen
Met nog ongeveer twaalf weken te gaan in 2008 is het grote aftellen begonnen. De aannemers doen er alles aan om op 19 december 2008 de nieuwbouw voor Korsakov – Niet aangeboren Hersenletsel (NAH) bouwkundig op te leveren. Daarmee komt er een einde aan de nieuwbouwactiviteiten in de binnenhof. NOV
EMB ER 200 8: Separatie Minder Anders Korter en Kundige r (SMAKK) Separatie is in het verleden nogal eens in het nieuws gekomen. Op de werk vloer wordt echter al veel langer gewe komen dat cliënten gesepareerd word rkt aan mogelijkheden om te vooren. Binnen GGZ NML zijn medewer kers en cliënten met elkaar in gesprek zoeken.Op momenten dat spanning gegaan om bewust alternatieven te en hoog oplopen wordt nu voorgeste ld om met de cliënt een wandeling begeleider. Een ander voorbeeld is de te maken of iets anders te doen met sportruimte. Cliënten kunnen gebruik de maken van een sporthal wanneer ze bijvoorbeeld teveel energie hebben.
DECEM BER 2008: Handboek kwaliteit
documenten die bijdragen aan de kwaliteit van zorg en ondersteunende Er is een nieuw handboek op intranet gezet. In dit handboek staan alle iedocumenten en formulieren. processen binnen GGZ NML. Dit zijn o.a. richtlijnen protocollen, informat
Innovatieprijs medezeggenschap
SMAKK
Cursus ‘geen paniek’ bewezen effectief
JULI
AUGUST US
Het aftellen is begonnen
OKTOBER
Handboek Kwaliteit
N OVEMBER
Mentaal | 17
Kollummerkasie Nou moet het niet nog gekker worden! Kreeg ik me laatst een jaarverslag van ‘ons bedrijf’ bij mij
gestoken te worden. Alsjeblieft niet zeg! Werk is gewoon werk
thuis in de brievenbus. Daarin wordt kond gedaan over het
en een jaarverslag vormgegeven als een reclamefolder maakt
reilen en zeilen binnen dit instituut. De algemeen verplichte
dit werk niet beter of aantrekkelijker. Het draagt eerder bij
actie inzake verantwoording afleggen, denk ik. Maar waarom
tot een twijfelachtig karakter ervan: want waarom moet iets
in deze meer dan absurde vormgeving?
zodanig vormgegeven worden dat je denkt ‘Wat heb ik nou aan mijn fiets hangen?’. Zeker wanneer er kop noch staart te
Een tijdje geleden werd er ook al zoiets aan ons medewerkers
ontdekken is. Een zoekplaatje als verslag.
ik wel alle stappen in de juiste volgorde zet om tot een goed
Ik werk op een terrein waar de afgelopen tijd nogal wat
eindresultaat komen. Past mooi in mijn portemonnaie,
opgebroken wordt en is. Door diepe plassen, door kuilen vol
samen met bankpasje en museumjaarkaart. Hoe krijgen ze ’t
modder beweeg ik me voort… Ik onderdruk nog net de
verzonnen.
neiging om dit jaarverslag op een paaltje te spijkeren en aan de weggekant te plaatsen. Daar hoort een verkeersbord
Geen idee waar we met ons allen eigenlijk nog mee bezig zijn,
tenslotte thuis. Dat is smart.
als ik deze drukwerkjes bekijk. Plaatsvervangende schaamte bekruipt me. Niet alles hoeft in een ludiek reclame-jasje
Bart Drost, beeldend therapeut.
column
uitgedeeld: een soort van smartcard. Hiermee kan ik zien of
Door: Ger Lijnders, algemeen manager divisie kortdurende zorg
Samenwerking Veiligheidshuis Noord-Limburg centraal loket sluit aan
Met ingang van 1 januari 2009 sluit het Centraal Loket, tot nu toe onder regie van RCG Venlo, aan bij het Veiligheidshuis Noord-Limburg en zal worden aangestuurd door Gemeente Venlo. Het Veiligheidshuis Noord-Limburg is een samenwerkingsverband van gemeenten in Noord-Limburg, Politie, Openbaar Ministerie, Bureau Jeugdzorg, Raad voor de Kinderbescherming, Reclassering, Slachtofferhulp, Stichting Doortocht, Stichting Maatschappelijke Opvang Voorzieningen, Penitentiaire Inrichtingen, Justitie en GGZ Noord- en Midden-Limburg. Het Veiligheidshuis Noord-Limburg wil criminaliteit en overlast verminderen of
Mentaal | 18
voorkomen. Dit realiseren de partijen door intensieve samenwerking en het maken van persoonsgerichte afspraken, gericht op het voorkomen van recidive van daders en het doorbreken van gedragspatronen. Het Veiligheidshuis Noord-Limburg is de fysieke locatie waar deze samenwerking plaatsvindt. De meerwaarde van de samenwerking zit met name in de koppeling van de justitiële casusoverleggen aan de zorgoverleggen, daarnaast zijn de lijnen tussen de organisaties kort en kan snel tot actie overgegaan worden. Het Veiligheidshuis richt zich op de volgende doelgroepen: • Jongeren en in het bijzonder minderjarige veel- en meerplegers • Veel- en meerplegers meerderjarig • Ex- gedetineerden
• Huiselijk geweld; slachtoffers, daders en eventuele kinderen • Slachtoffers Ger Lijnders: “Wij zijn verheugd te kunnen participeren in deze samenwerking. De Gemeente is erg tevreden over de kwaliteiten van onze medewerkers van het Centraal Loket en wil ze graag inzetten in het Veiligheidshuis. Betreffende medewerkers, Mariëtte Sijbers, Stephanie Janssen en Joanna Linders hebben ‘ja’ gezegd tegen het aanbod om in dienst te blijven van GGZ NML en te worden gedetacheerd aan de Gemeente. Wij hebben er alle vertrouwen in dat hun bijdrage aan het Veiligheidshuis van grote waarde zal zijn. Wij wensen hen heel veel succes”.
Mentaal
In deze rubriek staat het contact centraal tussen een
Jim
behandelaar en een cliënt.
Deontmoeting
Via de bemoeizorg kwamen we in een klein dorpje terecht. Daar had Jim een klein kamertje in een ‘Polenpension’. Een kamer was nogal veel gezegd. Na een spooktocht door het hele gebouw kwamen we in een ruimte die iets groter was dan een telefooncel. Dit was Jims zit-, slaap-, woon- en eetkamer.
Henk van Vorselen, woonbegeleider binnen de divisie Verslavingszorg.
Jim was een 35-jarige man die tot dat moment nog niet veel geluk in zijn leven gekend had. Bij het verdelen van intelligentie had hij redelijk ver achteraan gestaan. Zijn ouders waren vrij jong gestorven en Jim was toen bij oma gaan wonen. Toen oma wegens leeftijd en diverse andere problemen opgenomen werd in een bejaardenhuis, kwam Jim bovendrijven. Via re-integratie en verscheidene andere ondoorgrondelijke wegen was hij bij een baas terecht gekomen waar hij nu werkt. Jim was ondanks zijn beperkingen een harde werker met slechts een gigaprobleem; bij stress of teveel verschillende werkzaamheden was hij niet bij machte om dit bespreekbaar te maken. Hij sloeg dan aan het zuipen, iets dat weer verlet op het werk teweeg bracht. Hier werd zijn baas niet vrolijk van. Jims grote liefdes waren borduren, breien en treinen. Een mooie combinatie hiervan was een geborduurde trein die pontificaal boven alle rotzooi uitstak. Besloten werd
hem via een kort voortraject op te nemen in onze opstapwoning. En van daaruit op termijn naar zelfstandig wonen. Zijn baan was hij vanwege voorgenoemde problematiek al kwijt, maar zijn werkgever had een werkelijk sociale ‘afvloeingsregeling’’ voor Jim. Eenmaal aangekomen in de opstap maakten we kennis met een ontzettend sociale man, die altijd klaar stond om iemand te helpen en die door zijn verblijf bij ons zijn wereldvreemdheid langzaam begon te verliezen. Alleen na verloop van tijd ontpopte Jim zich als een controlefreak die met regelmaat de collega’s met zijn spreuken op de zenuwen werkte. Er moest toen gekeken worden naar een dagbesteding, die werd gevonden met behulp van de gemeente. Een baan met behoud van uitkering en aangepast aan Jims mogelijkheden en - wat belangrijker was - overdag weg van de opstap. Deze actie resulteerde in een vaste baan en na een jaar verblijf in de opstap
weer zelfstandig wonen. Dat lukt wonderwel met natuurlijk enkele uitschieters. Zo had een bedrijf bij Jim een gaskraan geplaatst en kreeg ik de dag erna een telefoontje dat hij geen verwarming en geen warm water had. Dus vraag ik hem welke firma de kraan geplaatst had. Waarop ik als antwoord kreeg: “Dat weet ik niet, maar het was een lange monteur met een snorretje”.Dat schiet dus lekker op. En iedereen van het team dat Jim de woning bezorgd had, kreeg van Jim, ondanks zijn miserabele financiële toestand, via de post een adresverandering. In deze tijd stierf ook nog zijn oma. De laatste persoon die Jim had op deze wereld. Alleen had hij toen mensen om zich heen bij wie hij zijn verhaal kwijt kon en was de behoefte om zich klem te zuipen gelukkig niet meer aanwezig.
Mentaal | 19
Door: Sabine Nicolasen
Kennis en Kunde gebundeld Nieuwe afdeling Intensieve & Forensische Psychiatrie
Mentaal sprak met Jan Mertens, het nieuwe hoofd van de afdeling Intensieve & Forensische Psychiatrie (I&FP), onderdeel van de divisie Specialistische Functies, over de veranderingen binnen de forensisch psychiatrische zorg van GGZ NML. Jan Mertens is, naar eigen zeggen, afkomstig ‘uit het forensisch veld’ en was betrokken bij de oprichting van Tbs-kliniek De Rooyse Wissel. Hij licht toe; ‘Ik heb daar acht jaar gewerkt en verbaasde me er destijds over dat er zo weinig contacten waren tussen beide instellingen.’ Aanvankelijk had de FPA in Venray tien bedden die verspreid waren over het terrein. De FPA-patiënten werden dus behandeld temidden van reguliere patiënten. Deze “verdunning” had als voordeel dat patiënten met een forensische titel gemakkelijker konden doorstromen naar een gewone afdeling. Het had als nadeel dat forensische ervaring en kennis sterk versnipperd waren.
Jan Mertens
Mentaal | 20
Mentaal
Al in 1994 waren er plannen voor de bouw van een nieuwe FPA met meer bedden. Allereerst werd het aantal bedden geleidelijk uitgebreid naar 24 en steeds meer geconcentreerd op locatie ’t Anker. In de nieuwbouw, die uiteindelijk werd opgeleverd in 2006, kwamen aanvankelijk drie units van elk 8 eenpersoonskamers plus een intensive care unit met 3 separeerkamers. Onderzoek
In 2007 ontstonden er problemen op de FPA. De doorstroming stagneerde nogal, de organisatorische inbedding was niet helder; en er waren onvoldoende werkrelaties met andere afdelingen, m.u.v. (sporadisch) de afdeling voor Langdurige en Complexe Zorg. De relatie met andere (externe) instellingen, instituten en personen werkzaam op het gebied van strafrechttoepassingen en geestelijke gezondheidszorg brokkelde af en met instanties als de Tbs-kliniek in Venray, de forensisch psychiatrische diensten in Roermond en Den Bosch, de Officieren van Justitie in Roermond, de reclassering en de verslavingszorg in de regio ontbrak die uiteindelijk vrijwel volkomen. Psychiater professor Schudel werd gevraagd onderzoek te doen naar de wijze waarop de FPA beter zou kunnen functioneren. In een rapport deed hij een aantal aanbevelingen die nu leidend zijn voor de uitgezette inhoudelijk koers. Omslag
‘De belangrijkste omslag’, legt Jan uit, ‘is dat er voorheen veelal werd ingestoken op het psychiatrische probleem, ervan uitgaande dat het forensische deel dan ook wel goed zou komen. Nu is het uitgangspunt dat het forensische aspect leidend moet zijn. Het delict en daaraan gerelateerd het verminderen van het risico moet voorop staan. Wat ik daarnaast belangrijk vind, is dat op het moment dat een cliënt binnenkomt, je onderzoekt waar je naartoe wilt werken en je daar de behandeling op afstemt. Is dat zelfstandig wonen, is dat RIBW, is dat een vervolginstelling, en wat moet je vervolgens ondernemen om daar uit te komen met de cliënt. Alle behandelaars moeten daar in een
zo vroeg mogelijk stadium bij betrokken zijn. Van achteren naar voren werken noem ik dat; uitgaande van het einddoel de behandeling opbouwen. Als derde punt wil ik noemen dat ik het multidisciplinair werken belangrijk vind. Ik vind het belangrijk dat er gewerkt wordt met een goed gefundeerd behandelprogramma. Kritisch kijken naar wat je aanbiedt en of dat ook werkt. Ik vind dat als je een therapie aanbiedt, je moet kunnen aantonen dat het effectief is. Het beschikbare budget mag daarbij niet het uitgangspunt zijn, maar de inhoud van je aanbod moet leidend zijn. Dus niet redeneren van ‘zoveel geld hebben we; wat kunnen we daarmee doen?’ maar ‘dit willen we aanbieden en hoe kunnen we het zó regelen, dat we dat binnen het beschikbare budget kunnen realiseren!’ Organisatiestructuur
Daarvoor was al door divisiemanager Koos Föllings een nieuwe organisatiestructuur ontwikkeld. Gekozen werd voor een afdeling Intensieve & Forensische Psychiatrie met daaronder vijf gespecialiseerde afdelingen. Jan legt uit: ‘Er zijn nu twee forensisch psychiatrische afdelingen; één met acht en één met negen plaatsen. De crisisopname is een aparte afdeling geworden; de CIBU (Crisis Intensieve Behandelunit). Functie van de CIBU is om ontwrichtende cliënten vanuit de FPA uit ‘het milieu’ te kunnen halen. En ook voor interne afdelingen, met name de crisisdiensten van de RCG’s, is het de plek om cliënten die in crisis zijn, tijdelijk te kunnen plaatsen. Voorheen moest GGZ NML deze cliënten op gastplaatsen onder zien te brengen bij instellingen elders in het land. Dankzij de CIBU is dat nu niet meer nodig. De CIBU werkwijze sluit overigens goed aan bij de principes van SMAKK (separeren, minder, anders, korter, kundiger). Met de CIBU hebben we nu een plek waar de kennis en kunde op het gebied van crisisopvang gebundeld is. Naast de FPA-afdelingen en de CIBU is er een Forensische Trainingsunit (FTU) opgezet en een experimentele Veteranenunit, vanuit de overtuiging dat daar een markt voor is. In praktijk loopt de opstart van de Veteranenunit minder voorspoedig dan we aanvan-
kelijk verwachtten. Dat heeft voor een deel te maken met onbekendheid bij relevante partners, maar ook zou het kunnen zijn dat het aanbod gewoon minder is dan wij hadden ingeschat. Op dit moment loopt het redelijk, we zitten voor de helft vol, maar de praktijk zal moeten gaan uitwijzen of deze unit een toekomst heeft. Volgend jaar zal ook een forensisch RIBW (Regionaal Instituut voor Begeleid Wonen) worden ontwikkeld. Dit is voor cliënten die na de FTU de stap maken om weer zelfstandig te gaan wonen buiten het terrein. Vanuit het RIBW worden deze mensen daarin begeleid.’ De voorganger van Jan, interim-manager Joop Simons, hing het bovenstaande organisatorisch in het garen en werkte het uit. Hij zorgde ervoor dat op alle afdelingen de juiste mensen op de juiste plek terechtkwamen. Zo zijn er voor de afdelingen coördinatoren aangesteld, die als een soort teamleiders functioneren en die zich zowel organisatorisch als inhoudelijk bezig houden met de lopende gang van zaken en met de ontwikkeling van de afdelingen. Trots
Jan noemt zichzelf ambitieus. ‘Ik zie het als een persoonlijke verplichting om kwaliteit te leveren voor de cliënt, voor de maatschappij en voor de medewerkers. Ik wil dat medewerkers trots zijn op het werk dat ze leveren en de resultaten die ze boeken. Daar hoort een cultuur bij waarin mensen niet worden afgerekend op fouten. Fouten zijn er om van te leren. Mensen moeten de ruimte hebben om initiatief te nemen en elkaar aan kunnen spreken op elkaars functioneren. Het geven van positieve feedback is een belangrijk onderdeel daarvan. Als leidinggevende vervul je een belangrijke voorbeeldrol waar het gaat om cultuur. Ik ben ervan doordrongen dat je als manager de organisatie krijgt die je verdient!’ Mentaal zal de ontwikkelingen binnen de I&FP op de voet volgen en u daar in komende uitgaven deelgenoot van maken.
Mentaal | 21
Door: Fun Sijbers
GGZ Noord- en Midden-Limburg en het belang van de administratieve organisatie & interne controle Zonder stevig fundament zakt elk bouwwerk in elkaar. Dat is niets nieuws. De administratieve organisatie en interne controle (AO/IC) vormen het fundament van een onderneming of instelling. Zo ook bij GGZ NML. Want zonder goede AO/IC kan geen enkele organisatie goed functioneren.
Ook GGZ NML investeert veel in hernieuwde aandacht voor AO/IC. Dat wordt ook noodzakelijk gemaakt door veranderende en strengere externe (financierings)regels gelden, maar het is minstens zo belangrijk om ook de werkafspraken met bijvoorbeeld uw medewerkers, leveranciers en afnemers kritisch onder de loep te kunnen nemen. Inzicht, betrouwbaarheid, risicobeheersing, kostenbesparingen en meer efficiency. Daar draait het om. De AO/IC is daarbij ook binnen GGZ NML een hulpmiddel. Om de AO/IC af te stemmen op de veranderingen binnen en buiten de organisatie, heeft GGZ NML een zogenaamde task-force geïnstalleerd die de AO/ IC moet verbeteren. En dat niet via een eenmalige opfrisbeurt, maar door het op gang brengen en houden van een dynamisch proces waarvan iedereen de noodzaak en het nut inziet en waarin voortdurende actualiteit mogelijk moet zijn.
Mentaal | 22
Mentaal
Landelijke ontwikkelingen
Sinds 1 januari 2005 zijn zorginstellingen verplicht te voldoen aan de zogenaamde kaderregeling AO/IC. Het voldoen aan deze regeling is een belangrijke voorwaarde voor onze financiers om de betrouwbaarheid van onze productieregistratie en daarom de geleverde productie te kunnen vaststellen. Dit gebeurt op grond van een zogenoemde goedkeurende verklaring van de accountant. Ook wijzigingen in de bekostigingssystematiek hebben gevolgen voor de administratieve organisatie en interne controle rondom productregistratie en – facturering. De implementatie van de kaderregeling AO/IC DB(B)C is binnen GGZ NML nog niet optimaal. Vandaar dat deze dus verbeterd moet worden. Gezien de huidige uitvoering van de kaderregeling AO/IC AWBZ/ DB(B)C binnen GGZ NML loopt de organisatie opnieuw het risico dat de goedkeurende verklaring ook voor het jaar 2008 niet door de accountant wordt afgegeven. Deze situatie heeft de Raad van Bestuur doen besluiten extra aandacht te besteden aan het op orde brengen van de administratieve organisatie door middel van het instellen van een task force. Doel van de task force is het voldoen aan de minimale voorwaarden van de Kaderregeling AO/IC AWBZ/ DB(B)C.
naar voren gekomen. Het is voor GGZ NML van groot belang dat deze knelpunten zo snel mogelijk opgelost worden, zodat de benodigde verklaring van de accountant ook verkregen kan worden. Doelstelling Task Force AO/IC
Het project AO/IC heeft als doel het realiseren van een productieregistratie en facturering ABWZ, DB(B)C conform de kaderregeling AO/ IC binnen GGZ NML, meer in het bijzonder: • het verbeteren van de productieregis tratie en facturering ABWZ en DBC zodanig dat foutpercentages terug gebracht kunnen worden naar maximaal 5%. • het verbeteren van de dossiervorming zodat foutpercentages teruggebracht kunnen worden naar maximaal 5%. • het verbeteren van behandelplannen (aanwezigheid en inhoud) zodat fout percentages teruggebracht kunnen worden naar maximaal 5%. • het verbeteren van de aanwezigheid van verwijsbrieven en indicatie stellingen zodat foutpercentages teruggebracht kunnen worden naar maximaal 5%.
De task force AO/IC bestaat uit Toine van de Sanden (voorzitter Raad van bestuur), Ger Lijnders (manager Kortdurende Zorg), Roger Tjin (concern controller) en Marijke Kroon (extern adviseur/projectleider). Deze groep functioneert als projectgroep en initieert de projectopdracht, keurt het projectplan goed, bewaakt, toetst en stuurt waar nodig de projectvoortgang bij en beoordeelt de resultaten. De projectgroep is eindverantwoordelijk voor het project.
Om te zorgen dat GGZ NML over 2008 de benodigde verklaring krijgt moet GGZ NML aan drie minimale eisen voldoen. Daar voldoet de organisatie op dit moment nog niet aan. Een van de eisen is dat het foutenpercentage in de administratieve organisatie nog te hoog ligt. Belangrijk is dan ook dat bij nacontrole er geen tekortkomingen meer in de dossiers zijn. De vorige nacontrole leverde nog te veel tekortkomingen op. De tekortkomingen bij controle en nacontroles worden nu weggewerkt. De uitvoering daarvan is inmiddels in volle gang en de eerste resultaten komen binnen.
Marijke Kroon, de projectleider, is gestart met een oriëntatiefase. Doel van deze fase is het inzicht krijgen in de huidige uitvoering van de kaderregeling AO/IC AWBZ/ DB(B)C. Middels interviews met sleutelfiguren en het analyseren van documenten zijn verschillende knelpunten in de uitvoering van deze regeling
Dat maakt het werk voor de projectleider in elk geval erg plezierig, gezien de voortvarendheid die aan de dag gelegd wordt. Vooral omdat alle betrokkenen dit project ondersteunen en het belang onderschrijven. Dat heeft geleid tot de houding dat de klus zo spoedig mogelijk, met elkaar, geklaard moet worden.
De task force
Mentaal | 23
Door: Diana Wong Si Kwie
In gesprek met Mia Wegh, echtgenote van Co, en met Bart Veldpaus, SPV-er RCG Venray. Co Wegh behoeft voor de meeste mensen binnen onze instelling geen introductie, maar toch zullen de relatief nieuwe medewerkers, waaronder ik zelf, Co niet kennen. Gevraagd wordt hem te introduceren.
Wiesje Koning
Co Wegh wil blijven geven Co Wegh: geboren 21-7-1944 en overleden 23-5-2008
Mentaal | 24
Mentaal
Mia: “Co is eind december 1972 als Broeder van Liefde in Venray komen werken. Daarna heeft hij de B-opleiding gevolgd en zijn passie gevonden toen hij de opleiding tot creatieve therapeut volgde. Hij heeft 24 jaar in Venray gewerkt als creatieve therapeut en daarna is hij werkzaam geweest op de PAAZ in Venlo. Zijn laatste werkplek was weer als creatieve therapeut bij ouderen in Venray waar hij destijds begonnen is.” Symbolisch zou je kunnen zeggen dat de cirkel weer rond werd, Co is geëindigd waar hij begonnen is. Wat mensen waarschijnlijk niet weten, is dat: • Mia en Co niet gekozen hebben voor een traditionele ronde trouwring, maar voor een vierkante. • Co en Mia twee kinderen hebben. Zijn dochter Carrie heeft het ver geschopt met de hobby die Co had, namelijk boogschieten. Zij werd in Antalya negende van de wereld en in haar categorie de beste van Europa. • Het blazoen van het boogschieten de vorm van een mandala heeft. • Op het graf van Co een mandala komt, gemaakt door kunstenaar Liesbeth Rutten.
als mens begaafd vond. Co was oprecht betrokken, nabij, liefdevol, stimulerend, zacht, soms liefdevol streng en confronterend, maar altijd makkelijk te ontmoeten. Co onderschreef het werk van Bart; zijn inzet om het leven van verstoten en in de steek gelaten kinderen en volwassen te verbeteren in India. Bart wist dat Co als laatste wens had dat hij na zijn dood mensen letterlijk iets mee wilde geven. Het idee werd toen geboren om zijn verzamelde spreuken en zijn eigen gemaakte mandala’s te bundelen tot een kalender. Elke mandala bevat een inspirende tekst. Co wilde net zo als Jung (Zwitserse psychiater, 1875-1961) mensen bijstaan door ze mandala’s te laten tekenen. De mandala is een en al symboliek. Therapeutisch is het voor een depressieve cliënt helend om van binnen naar buiten te werken, terwijl het voor een manische cliënt juist helend werkt om van buiten naar binnen te werken. Depressieve cliënten zouden
zich juist meer moeten openen, manische cliënten juist meer sluiten. Mia geeft aan dat ze aan de mandala’s op de kalender kan zien hoe het met Co gesteld was. Als er dikke randen om heen zaten, ging het goed met Co, waren het echter dunne randen, dan ging het minder goed. Hij kon dan immers minder kracht zetten met zijn potlood. Maak de cirkel rond. Help Co om te blijven geven. Koop zijn kalender waardoor je geeft aan India. De kalenders worden in India gedrukt en naar Nederland verscheept. De opbrengst van de kalenders gaat naar de Stichting waar Bart Veldpaus actief voor is, informatie over die stichting is te vinden op de site: www. helpendehandenindia.nl. De kalender is te bestellen voor € 20,- bij Bart Veldpaus
[email protected] of
[email protected]
Bij veel cliënten, collega’s en stagiaires heeft Co een warme indruk achtergelaten. Zij voelden zich door hem gezien, gesteund en op weg geholpen. Co bemoedigde mensen met zijn teksten. Op de PAAZ konden cliënten kracht putten uit de teksten van Co. Toen Co zelf ziek werd, gaven diezelfde cliënten Co weer zijn eigen teksten terug zodat hij daar kracht uit kon putten. Ook hier werd de cirkel weer rond, Co gaf bemoedigende teksten en ontving ze weer. Bart Veldpaus heeft Co redelijk goed leren kennen. Niet alleen tijdens persoonlijke ontmoetingen, maar vooral door de vele cliënten die hij (als Riagg-medewerker) samen met Co (als creatieve therapeut) zag. Bart zegt aangeslagen, dat hij Co een begaafd creatief therapeut vond, maar hem vooral
Steven met de kalender van Co
Mentaal | 25
Door: Paul Jehoul, Mondriaan
Succesvol Preventieprogramma Vroegsignalering Alcohol (PVA) “Onze cliënten zouden uit zichzelf nooit naar de verslavingszorg stappen”, zegt Sjoerd van den Dam, SPV bij GGZ Noord- en Midden-Limburg. “Daarom gaan wij naar hén toe, ook buiten de muren van de verslavingszorg”, zegt Wilma Noteborn, preventiemedewerker bij Mondriaan. Ze is tevens projectleider van het Preventieprogramma Vroegsignalering Alcohol (PVA); een succes, niet alleen vanwege het groeiend aantal consultaties, maar ook als voorbeeld van een geslaagde samenwerking tussen twee organisaties die binnenkort fuseren.
“Cliënten verlaten vaak opgelucht de spreekkamer”
Mentaal | 26
Mentaal
“Ik had van de week nog een gesprek met een man van begin dertig”, vertelt Sjoerd van den Dam, “die schatte in dat hij 41 glazen alcohol per week dronk. Toen hij het bij ging houden, bleken dat er 68. Daar schrok hij van. Hij bleek een zware drinker en een ‘bingedrinker’ te zijn.” Bingedrinkers drinken in een paar uur tijd grote hoeveelheden alcohol. Als man ben je een zware drinker als je meer dan 21 glazen alcohol per week drinkt. “Op dat moment raakte deze man gemotiveerd om naar de zorg te stappen.” Het is maar een voorbeeld van hoe de zeven teamleden van het PVA te werk gaan. Het PVA richt zich als preventieprogramma met name op volwassenen. Het doel is om alcoholgebruikers op te sporen in de eerstelijnszorg die op het punt staan een alcoholprobleem te ontwikkelen. De situatie van alcoholmisbruik en –afhankelijkheid wil het team voor zijn. “Het blijkt namelijk uit onderzoek dat kortdurende interventies erger kunnen voorkomen”, zegt Wilma Noteborn. “Je kunt zo mensen uit de zorg houden, of ze juist tijdig de juiste zorg bieden.” Lastig
Dat doet het PVA-team enerzijds door eerstelijnshulpverleners, zoals huisartsen, SPV’ers en maatschappelijk werkers, trainingen aan te bieden op het gebied van screening en gesprekstechnieken. Veel zorgverleners schromen om alcoholgebruik ter sprake te brengen bij hun cliënten, terwijl ze wel standaard vragen naar bijvoorbeeld rookgedrag, of het voorkomen van diabetes in de familie. Sjoerd hierover: “Alcoholisten worden gezien als een arbeidsintensieve patiëntencategorie, omdat ze moeilijk te motiveren zouden zijn. Maar dat geldt maar voor een kleine groep. Het gros is, zeker als je er tijdig bij bent en er dus nog geen sprake is van verslaving, goed te helpen.” In de reguliere eerstelijnszorg zijn de spreekuren echter vaak te kort om een band op te bouwen met een beginnend probleemdrinker en hem te motiveren hulp te accepteren. Daarom biedt het PVA-team naast trainingen aan hulpverleners ook rechtstreekse gesprekken met cliënten aan, als zij door hun eerstelijns hulpverlener worden aan-
gedragen. Hiervoor gaan de teamleden naar de betreffende huisartsenpraktijk, of zelfs naar de cliënten thuis. De cliënt wordt niet ingeschreven bij de verslavingszorg en de behandelverantwoordelijkheid blijft dan ook bij de consultatievrager. “We proberen zo snel mogelijk en zo flexibel mogelijk aan de vraag te voldoen en drempels van de reguliere zorg te overwinnen. We bellen cliënten als dat nodig is zelfs nog na, als ze bijvoorbeeld niet op komen dagen op een afspraak”, aldus Sjoerd.
derdelen volgen, worden ze opnieuw directe collega’s. “Het is leuk om samen te pionieren in dit project”, vinden ze beiden. Roodgloeiend
Het afgelopen half jaar werd in Noord- en Midden-Limburg het project gaandeweg in gang gezet wat recent al resulteerde in twee
Pilot
Het PVA komt voort uit het Europees PHEPA-project (Primary Health care European Project on Alcohol) voor vroegsignalering in met name de eerste lijnszorg. Dit is in Nederland vertaald in het Partnership Vroegsignalering Alcohol. Mondriaan stapte twee jaar geleden in een pilot die ze na afloop graag wilde continueren. Wilma: “Dus zijn we op zoek gegaan naar structurele financiering. We deden onder andere een aanvraag bij Robuust, waarvoor het vereist is dat het project minstens heel Limburg beslaat. We hebben de subsidie tot nu toe niet gekregen. Het heeft wel tot resultaat gehad dat PVA nu ook bij GGZ Noord- en Midden-Limburg wordt aangeboden. Sinds een half jaar werken we in de praktijk samen, op een heel prettige manier.” Sommige collega’s kenden elkaar nog van het CAD. Nu Mondriaan en GGZ medio 2009 bestuurlijk fuseren en per 1 januari 2010 ook de rest van de organisatieon-
Sjoerd van Dam
Mentaal | 27
consultaties. Omdat Mondriaan al langer bezig is, zijn in het zuiden van Limburg zo’n dertig huisartspraktijken en vijf maatschappelijk werk-organisaties bereikt. Van januari tot oktober dit jaar leidde dat tot 92 consultaties. “Het aantal consultaanvragen groeit”, zegt Wilma. “Zeker wanneer we een training hebben gegeven, staat de telefoon een week roodgloeiend van de verzoeken. We merken dat het belangrijk is om ons aanbod onder de aandacht van de eerstelijn te houden. We krijgen ook steeds meer verzoeken om trainingen voor deskundigheidsbevordering in de eerstelijn. En tot slot krijgen we veel positieve feedback van zowel cliënten als hulpverleners, dat we het alcoholgebruik zo makkelijk ter sprake brengen. Cliënten verlaten vaak opgelucht de spreekkamer.” Als de kortdurende interventie niet tot het gewenste resultaat leidt, wordt de cliënt doorverwezen naar de reguliere zorg. Bij GGZ NML kan de cliënt rechtstreeks, zonder intakegesprek doorstromen, omdat Sjoerd en collega Marjolijn ook deels in het intaketeam
Een geslaagde samenwerking binnen en buiten de muren van de verslavingszorg.
werken. “Dat is nog een verbeterpunt voor Mondriaan”, zegt Wilma, “want bij ons moet de cliënt alsnog een intaketraject doorlopen, maar we dragen wel alle nuttige informatie die inmiddels al aan de orde is gekomen over aan de desbetreffende intaker.” Dit jaar heeft de projectgroep opnieuw een Robuustsubsidieaanvraag ingediend, samen met Meditta, de regionale huisartsenorganisatie van de Westelijke Mijnstreek en
Midden-Limburg, namens een aantal eerstelijnshulpverleners in Limburg. “Dan zou er ook een vergoeding zijn voor de eerstelijn om actief op zoek te gaan naar cliënten in hun praktijk. Nu is het nog vrijblijvend of ze van ons aanbod gebruik maken of niet”, aldus Wilma. “Wel hebben we inmiddels ook subsidie gekregen van de Centrumgemeente Venlo en de Provincie Limburg. Verder dragen beide organisaties vanuit de innovatiegelden bij aan dit project.” Het PVA-team bestaat momenteel uit Wilma Noteborn, Veronique Lemmens, Joyce van Erp (Mondriaan), Sjoerd van den Dam, Ria Compagne, Marleen Creemers en Marjolijn Steuns (GGZ Noord- en Midden-Limburg). Bereikbaarheid PVA-team Mondriaan: 0464571060 of 06-51762457 (gsm Noteborn) of 06 51 66 87 98 (gsm Lemmens) Bereikbaarheid PVA-team GGZ: 0475-319747 (Roermond), 077-3548200 (Venlo) of 0643081560 (gsm Van den Dam), 06 41 37 18 40 (gsm Steuns).
Aandachtspunten voor eerstelijns zorgverleners Een belangrijke risicogroep voor probleemdrinken zijn onder andere alleenstaande, volwassen mannen die werkeloos zijn of weinig dagbesteding hebben. “Vraag bij deze mensen altijd naar hun alcoholgebruik”, adviseert Wilma. “Daarnaast komen probleemdrinkers vaak met vage klachten bij de huisarts, zoals slaapgebrek, maagklachten, moeheid, schulden en dergelijke.” Sjoerd: “We adviseren eerstelijns zorgverleners om het vragen naar alcoholgebruik te verweven in hun algemene leefstijlanamnese of probleemanalyse. Dat maakt het makkelijker erover te beginnen. Onderschat niet dat mensen er niet over durven beginnen, maar wel veel last van kunnen hebben. Als je bijvoorbeeld zegt: ‘Bij mensen met soortgelijke klachten weten we dat het verband kan houden met alcoholgebruik, hoe zit dat bij u?’ is dat helemaal niet bedreigend.” Huisartsen en andere eerstelijns hulpverleners kunnen het PVA-team altijd bellen voor overleg. Route als er duidelijk sprake is van afhankelijkheidsproblematiek: In Noord- en Midden Limburg 0475 31 97 47 (doorkiesnummer 1) voor Roermond of 077 354 8200 (voor Venlo). In Zuid-Limburg: 043 368 52 88 (voordeurteam Maastricht) 045-571 95 77 (voordeurteam Heerlen) 046-452 13 20 (voordeurteam Sittard)
Mentaal | 28
Wilma Noteborn
Mentaal
Door: Jeanny van der Weide - van Riswick
Afronding project huisartsenconsultatie Sinds 1999 bestaat de CTGbeleidsregel consultatiegelden GGZ. Deze regeling maakte het mogelijk om gespecialiseerde tweedelijns GGZ-deskundigheid in de eerste lijn beschikbaar te stellen met als doel de zorgverlening bij psychische problemen te optimaliseren. Het hoofddoel van de regeling was om huisartsen, algemeen maatschappelijk werkenden en eerstelijnspsychologen de mogelijkheid te bieden advies te ontvangen van de tweedelijns GGZ en zo de deskundigheid op het gebied van GGZ-problematiek in de eerste lijn te vergroten.
Inhakend op deze beleidsregel en de groeiende vraag van huisartsen naar ondersteuning in de praktijk, werd door GGZ NML het project ‘huisartsenconsultatie’ opgericht. Helmi Savelkoul, projectleider: “In het begin was het aftasten naar wat de huisartsen van ons verwachtten en vice versa. Deze periode duurde zeer kort, de samenwerking bleek al snel vruchtbaar te zijn en zowel de huisartsen als onze medewerkers raakten erg enthousiast over de resultaten.” De consultatieregeling bleek ook landelijk een groot succes. Uit onderzoek van het Nivel (2006) bleek 90% van de consultatievragers huisarts te zijn. De meest frequente reden voor huisartsen
om consultatie te vragen was de behoefte aan advies over verwijzing (60%) en onduidelijkheid over de diagnose (45%). Uit het onderzoek bleek dat zowel huisartsen als patiënten tevreden zijn over de consultatieregeling. Patiënten krijgen laagdrempelige zorg, dicht bij huis en vrij van stigma’s. En de werkdruk van huisartsen wordt verminderd. Dit heeft het ministerie van VWS doen besluiten ondersteuning van het proces te handhaven en introduceert de ‘praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ (POH GGZ). “Omdat het bij de functie van de POH GGZ gaat om het ondersteunen van huisartsen bij de zorgverlening aan mensen met psychische problemen is
het logisch dat het financieren van deze functie aan de huisartsenbekostiging wordt gekoppeld.” Aldus minister Klink. De tijdelijke stimuleringsregeling liep tot en met 2007, 2008 functioneerde als overgangsjaar en per 1 januari 2009 is de beëindiging van de financiering van ons project huisartsenconsultatie een feit. Helmi: “Ik spreek voor mijzelf en namens mijn collega’s als ik zeg dat ik het zeer betreur dat de samenwerking in deze vorm vervalt. Wij gaan onze collega’s en cliënten in de praktijken missen. Wij zijn trots op wat wij hebben laten zien; onze deskundigheid, professionaliteit en vooral het baken te kunnen zijn waarop de huisartsen vertrouwden.”
Mentaal | 29
Boekbespreking
5 boeken met ‘gek’ in de titel Auteur: Jan Schouten Titel: Mij krijgen ze niet gek, over stress en overspannenheid. Onderwerp: stress en overspannenheid Uitgeverij Boom. ISBN10: 9060096274 Bijna iedereen heeft tegenwoordig wel eens last van stress, in lichte of in ernstige mate: spanning, een opgejaagd gevoel, een gevoel van ‘ik kan het niet meer aan’, thuis of op het werk. Hoe stress ontstaat, hoe het tot uiting komt en vooral: wat je er aan kunt doen, bij jezelf en bij anderen, wordt in dit boekje uitgelegd. Het bevat een aantal programma’s met behulp waarvan de lezer zelf aan zijn probleem kan werken.
Auteurs: G. Quak & K. Smeets Titel: Autisme is zo gek nog niet. Onderwerp: ondersteunend handelen bij vormen van autisme ISBN10: 9065084983 Het geeft een duidelijk inzicht in autisme en hoe te handelen. Het geeft geen oplossingen maar leert je om je in de leefwereld van autisme te kunnen verplaatsen.
Auteurs: Albert Ellis & Wouter Backx Titel: Moeten maakt gek, pak zelf uw emotionele problemen aan. Onderwerp: Rationeel-Emotieve Therapie ISBN10: 9026320922 Hoe komt het dat op sommige momenten alles hopeloos en uitzichtloos lijkt en we geen kant meer op kunnen? De Rationeel-Emotieve Therapie (RET) geeft een duidelijk antwoord: dat doen we zelf.
Auteur: Bram Bakker Titel: Te gek om los te lopen, misverstanden in de psychiatrie Onderwerp: psychiatrie ISBN10: 9029504390 De Amsterdamse psychiater Bram Bakker vertelt in begrijpelijk taal over zijn vak. In aanstekelijk geschreven betogen belicht Bakker de ‘georganiseerde chaos’ van de (ambulante) psychiatrische hulp en stelt op onorthodoxe manier urgente thema’s aan de orde: het beddentekort en de gevolgen daarvan, de talloze verwarde mensen op straat, de prijs van psychofarmaca en de gevaren van een teveel aan therapie.
Auteur: Rouck, B. & Rouck, B. De Titel : Zo gek nog niet, psychose beter begrijpen Onderwerp: psychose ISBN10: 9058265137 Voor wie psychotisch is, wordt het leven soms één chaos. Wanen en hallucinaties - zoals stemmen horen en paranoïde gedachten - kunnen zorgen voor vreemd gedrag. Maar de chaos is er óók voor de omgeving: voor ouders, familieleden en vrienden. Wat is psychose? Kun je merken wanneer een psychose op til is? Kun je iemand die psychotisch is overtuigen als een opname nodig is? Kunnen drugs psychose in de hand werken?
Mentaal | 30
:
Deze maand
GGZ Noord- en Midden-Limburg bedekt onder sneeuw
B
E
E
L
D
S
P
R
A
A
K
u n e s n we j i W en g n i r om u e i d n e l l ed en a o p s r o vo n e uk l e g l r. vee a a j we u e i n et h r o vo REDA
MENT CTIE
AAL
De volgende Mentaal verschijnt in februari 2009.