Meetellen in Utrecht
Jaarrapportage 2013
Inhoud Voorwoord > 3 Pijler 1: Gemeente Utrecht > 4 Dialoog en ontmoeting > 7 Pijler 2: Herstel > 9 Panelmedewerkers > 11 Pijler 3: Onderzoek > 15 Eerste en tweede peiling > 17 Slotwoord > 19 Colofon > 20 Boven: Panelmedewerkers beschikken over een eigen kantoor in het gebouw van De Stadsbrug. Voorpagina: In de zomer van 2013 hield het team van Meetellen in Utrecht een teambuildingsdag. 2
Voorwoord Door Hetty Linden, directeur Volksgezondheid Mensen kunnen meer dan zij denken. Dat zou mijn motto kunnen zijn. Elke keer geniet ik ervan als ik hiervan deelgenoot kan zijn. Zo sprak ik in november 2013 met panelmedewerkers van Meetellen in Utrecht, samen met Ellen van de Vorst van Achmea en Wiebe Draijer van de SER. De panelmedewerkers hebben als ervaringsdeskundigen, samen met De Stadsbrug, het Trimbos-instituut en de gemeente Utrecht, Volksgezondheid, ruim 200 ex-daklozen, exverslaafden en ex-psychiatrische patiënten geworven voor een panel. Vervolgens hebben ze de panelleden gevraagd in hoeverre zij willen en kunnen meedoen in de samenleving en wat zij daarvoor nodig hebben. De resultaten treft u in deze rapportage aan. Hetty Linden
Het blijkt dat, na een periode op straat en in beschermde voorzieningen, velen actief zijn. Ze zijn zich bewust van wat ze kunnen en weten wat er nog te leren of te ontwikkelen is om volwaardig mee te doen. Dit is betekenisvolle informatie. Deze mensen hebben de kans die hen geboden werd, met beide handen aange grepen en aan hun herstel gewerkt. Met resul taat, kunnen we stellen. Wat mij bijzonder trof die ochtend, tijdens die bijeenkomst in november 2013, waren de openhartige verhalen van de panelmedewer kers. Door hun werk aan Meetellen krijgen zij ervaring, die de stap naar de reguliere arbeids markt weer mogelijk maakt. Dit hadden zij niet voor mogelijke gehouden. Sleutel tot succes Dit bevestigt weer het belang dat het steeds zoeken naar de mogelijkheden van mensen in plaats van op hun beperkingen, de sleutel is van hun eigen succes. Een kijkje in de keuken van Meetellen in Utrecht bevestigt dat niet alleen, maar het geeft ook handvatten om dit motto een stap verder te brengen. De belangrijkste les van Meetellen is wat mij betreft, dat meewerken aan Meetellen
in Utrecht meer is dan zomaar bezig zijn. Het is een project waarin toegewerkt wordt naar concrete resultaten. Dit werken aan resultaten ‘die ergens over gaan en die ertoe doen’, motiveert mensen enorm. Een tweede les is, dat het bij sociale participatie belangrijk is, om contact te hebben met anderen dan alleen gelijken of lotgenoten. De samenwerking met onderzoekers en de contacten met beleidsadviseurs van de gemeente biedt de panelmedewerkers die kans. Tot slot is wat mij betreft ook een les, dat Meetellen niet alleen de vaardigheden van panelmedewerkers vergroot, maar vooral ook hun gevoel van eigenwaarde en het vertrouwen en geloof in zichzelf. Dat waren velen kwijtge raakt vanwege hun dakloosheid, verslaving of hun verblijf in zorgvoorzieningen. Voor de gemeente Utrecht, Volksgezondheid, is Meetellen één van de voorbeelden hoe we willen werken. Het project is in eendrachtige samenwerking van professionals en inwoners tot stand gekomen. Het geeft een stem aan Utrechters, die tot voor kort alleen via hun belangenvertegenwoordigers gehoord werden. En het leidt tot bruikbare kennis om 3
vraaggericht beleid en een vraaggerichte uitvoering vorm en inhoud te geven. Daarmee benut Meetellen in Utrecht wat Volksgezondheid in huis heeft aan contacten in de stad en op straat. Deze aanpak maakt ook deel uit van ontwikkelingen om, met de aanwezige kennis en expertise, via onderzoek te komen tot een betere duiding van wat er gebeurt in de stad. Dat alles wordt vervolgens ingezet ten behoeve van beleidsadvisering en monitoring. Warm onthaal Ik ben blij met het warme onthaal van de eerste resultaten van Meetellen bij wethouder Victor Everhardt en onze collega’s van het beleids terrein Meedoen naar Vermogen. Hoe dit resul taat tot stand kwam en wat er verder te leren is van vraaggerichte participatie projecten voor, door en met de mensen zelf, dat staat in dit rapport. Ik hoop dat u het met net zoveel interesse leest als ik. En dat u het met me eens bent dat het tijdelijke project Meetellen in Utrecht een vaste plek zou verdienen in Utrecht. Of dat mogelijk is en hoe dit vormgegeven zou moet worden, dat is de opgave voor Meetellen in Utrecht in 2014. Ik wens ze daarbij veel succes.
PIJLER 1: GEMEENTE “In 2013 bleek dat het mogelijk is om tot mooie resultaten te komen. Zowel bij het panelonderzoek van Meetellen in Utrecht, als bij herstel van panelmedewerkers. Dat is goed om te zien.” Dick Reinking, als projectmanager bij de gemeente Utrecht, Volksgezondheid eindverantwoordelijke voor Meetellen in Utrecht (zie kader op pagina 6), kijkt tevreden terug op twee hectische jaren.
Hij begon in 2012 met iets wat niet eerder in deze vorm in Nederland was gedaan, en nam daarmee een gok. Voor hetzelfde geld zou de hele aanpak mislukken en stond hij nu met lege handen. Een glossy factsheet, een tweede peiling, twee uitgestroomde panelmedewerkers die nu een opleiding volgen, en talloze inspirerende bijeenkomsten, presentaties en paneldagen, bewijzen echter dat het allemaal goed kwam. Tot grote voldoening van Dick: “Meetellen geldt voor mij als een soort troetelkindje. Ik ben trots op de onderzoeksresultaten, maar nóg trotser op de panelmedewerkers. Ze maken gigantische stappen.” Voorlopers Dick hoefde het wiel gelukkig niet helemaal zelf uit te vinden. Hij baseerde zijn aanpak op twee voorlopers, te weten een Amsterdams onder zoeksproject onder werkloze mannen, en panel Psychisch Gezien van het Trimbos-instituut. Beide projecten gaan uit van een panel van mensen uit de doelgroep sociaal kwetsbaren. Meetellen gaat echter een stap verder door het goede van beide aanpakken te combineren. De doelgroep reageert niet alleen op vragenlijsten, maar kan, net als in Amsterdam, een hersteltraject volgen door actief mee te werken aan de organisatie van het panel en het onderzoek.
Dick: “In plaats van een panel afkomstig uit de reguliere zorg, wilden wij een panel bestaande uit moeilijk te benaderen en te interviewen personen, die verstoken zijn geraakt van zorg en samenleving. Die combinatie is uniek, en dat maakt Meetellen zodoende ook uniek in z’n soort. Dat heeft voor- en nadelen. Alle succes sen zijn van jou, maar ook alle lasten. Alle fouten maak je zelf. Wat dat betreft begon Meetellen echt als een experiment, zonder directe voorbeelden.” Dick werkte zelf jaren in de wereld van onderzoek, en speelde daarna een belangrijke rol bij de totstandkoming van een Plan van Aanpak Maatschappelijke Opvang. Hij zag dat de tijd rijp werd voor projecten die mensen uit kwetsbare groepen kansen gaf om ervaring op te doen en door te stromen naar een opleiding of een baan. Hij zocht contact met Harry Michon, die bij het Trimbos-instituut het panel Psychisch Gezien leidt, en stelde met hem in de loop van 2011 een plan op. Aangenaam verrast Terugkijkend denkt Dick dat de onderzoekskant redelijk volgens plan is verlopen. “Eind 2012 en begin 2013 vonden wat wisselingen plaats en kregen we twee nieuwe onderzoekers. Ik was benieuwd hoe ze het zouden doen, maar Fleur van Heeswijk en Carina Ballering hebben 4
De organisatie schreef in 2012 een prijsvraag uit om een goede naam voor het panelproject te vinden. Meetellen in Utrecht won.
mijn verwachtingen ruim waargemaakt. Het gaat bij Meetellen niet alleen om onderzoeksvaardigheden. De onderzoeksters moesten samenwerken met mensen die ‘soms nogal een bijsluiter hebben’, zoals de ervaringen leren met panelmedewerkers die met enig tumult zijn afgehaakt. Dat pakten ze goed op. Vertrouwen krijgen van mensen afkomstig uit de maatschappelijke opvang, verslavingszorg of psychiatrie is niet iedereen gegeven, maar Fleur en Carina slaagden daarin. Dat vormt een cruciale voorwaarde om dit soort onderzoeken goed te laten lopen.” De herstelkant had meer voeten in de aarde. Dick: “Het lukte in 2013 helaas niet om tien panelmedewerkers te houden. Je kunt ze wel krijgen, maar je bent ze ook zo weer kwijt. Soms redden ze het niet en vallen ze af. Maar ook als het goed gaat ben je ze zo weer kwijt, want dan stromen ze door en gaan ze iets anders doen. Voordat je er erg in hebt, ben je veel tijd kwijt aan het werven en trainen van vrijwilligers. Het is niet gelukt die dynamiek bij te sturen. Wat mij betreft zitten hier de meeste lessen in voor 2014.”
Dick Reinking: “Meetellen is voor mij een troetelkindje”
Opgaven en continuïteit Het jaar 2014 staat voor Dick vooral in het teken van het waarborgen van de continuïteit. Meetellen loopt als project door tot het einde van dat jaar. Maar daarna? “Ik merk dat er gemeentelijke regie nodig was om de deel nemende organisaties bij elkaar te houden. Ik hoop dat ik die rol binnen de gemeente ook na 2014 belegd weet te krijgen. Dat je het een onderdeel kan maken van het takenpakket van een medewerker, als uitvoeringsproduct binnen de organisatie.”
Dick Reinking eet een hapje mee bij De Stadsbrug en praat bij met Lilian Bos van Stichting De Tussenvoorziening. 5
Daarnaast wil hij er alles aan doen om zichtbaar te maken wat de gemeente doet met de resulta ten van de panelonderzoeken. Soms is het directe verband tussen een onderzoek en een politiek besluit lastig te zien. Maar Dick hoopt dat de resultaten zichtbaar worden in de afwegingen die gemeenteraadsleden en college maken en meetellen in de besluiten die zij nemen over het beleid en de uitvoering ervan. “Voor de rest hoop ik dit jaar in ieder geval vijf nieuwe panelmedewerkers te hebben, die dezelfde groei doormaken als de vorige groep”, besluit Dick. ‘’Want daar krijg je energie van, als je ziet hoe mensen groeien.
Meetellen in Utrecht? Gewoon doen! Meetellen in Utrecht komt niet uit de lucht vallen, benadrukt Dick Reinking. Het project zit ingebed in langer lopende ontwikkelingen, en past bij komende veranderingen in de organisatie van de GG&GD Utrecht, na 1 januari 2014 genaamd ‘gemeente Utrecht, Volks gezondheid’. In 2003 gold herstel al als één van de pijlers van het beleid rondom dak- en thuislozen in Utrecht. Landelijk werd het beleid vanaf 2006 vastgelegd in het Plan van Aanpak Maatschappelijke Ontwikke ling (PvA MO), waar naast de gemeente Utrecht ook Amsterdam, Rotterdam en Den Haag voor tekenden. In de eerste fase richtte Utrecht zich vooral op het van de straat halen daklozen. Preventie kreeg minder aandacht. Bij herstel lag de prioriteit vooral bij het aanbieden van een persoonlijk traject. Wat heeft iemand nodig om in een wat stabielere situatie te komen, als het gaat om huisvesting, geld en verzorging. Met de tweede fase van het PvA MO kon de gemeente zich sterker richten op door- en uitstroom. Want na een stabiele situatie in de huisvesting, inkomsten en zorgcontacten, kun je verder denken, bijvoorbeeld aan dagactiviteiten, opleidingen of zelfs betaald werk.
6
Tegelijkertijd kreeg vraaggericht werken meer aandacht. Wat wil de cliënt, wat heeft hij nodig om de volgende stap te kunnen zetten? Meetellen in Utrecht past bij die insteek, omdat het een stem geeft aan een groep die tot nu toe te weinig mee kon praten. Het gaat om het ophalen van vragen en wensen bij cliënten zelf. De tijd was er rijp voor, concludeert Dick. Het project past ook bij de vernieuwende organisatie die de gemeente Utrecht, Volksgezondheid de komende tijd neerzet. Onder de noemer ‘Gewoon Doen’ wil Volksgezondheid op een andere manier te werk gaan. Veel meer op basis van co-creëren met burgers, vraaggericht werken, eigen kracht en participatie. Meetellen geeft vorm aan die thema’s, onder andere vanwege de nauwe samenwerking met de doelgroep en het bevorderen van het herstel van de panelmedewerkers.
DIALOOG EN ONTMOETING Medewerkers van Meetellen besteedden in 2013 veel aandacht aan dialoog en ontmoeting, want onderzoek vindt niet plaats in een vacuüm. Panelleden willen best een vragenlijst invullen, maar daarna horen ze graag terug welke resultaten de peiling opleverde. Daarnaast kunnen onderzoekers sommige onderwerpen beter uitdiepen in een zogenaamde focusgroep. Dat is een speciale bijeenkomst met enkele panelleden, om met elkaar te praten over één specifieke kwestie.
Paneldag Hoogtepunt als het gaat om dialoog en ontmoeting was een Paneldag, op 17 juli 2013. Panelleden kwamen massaal naar De Stadsbrug. Ze konden elkaar hier ontmoeten, de resultaten van de eerste peiling horen, meedoen aan een quiz en genieten van hapjes en muziek. De dag zorgde voor verbondenheid tussen deelnemers en motiveerde mensen om deel te nemen aan de tweede peiling, die eind oktober begon. Groepsgesprekken Meetellen organiseerde in 2013 drie groepsge sprekken. Deze bijeenkomsten dienen zowel voor ontmoeting, als voor verdieping door middel van kwalitatief onderzoek. Meer over dit laatste bij pijler 3, onderzoek. De ervaringen met deze bijeenkomsten wissel den nogal. De eerste groepsbijeenkomst vond plaats op 26 februari 2013 en richtte zich speciaal op sociaal kwetsbare bewoners uit de wijk Kanaleneiland. Onder leiding van voorzitter Gée de Wilde spraken de deelnemers over hun wensen op het gebied van werk en dagbesteding.
Ondanks de inspanningen van panelmedewer kers om mensen uit te nodigen, en ondanks toezeggingen van deelnemers, was de opkomst echter te laag om de bijeenkomst in de oorspronkelijke vorm door te laten gaan. Dat betekende echter niet dat iedereen meteen weer naar huis ging. De onderzoekers kozen ter plekke een andere opzet. Dat past bij Meetellen als experimenteel onderzoeksproject en bij het pionierskarakter van het project. In plaats van een groepsinterview over werk en dagbesteding, gooiden de aanwezigen het programma zodoende om. Het gesprek ging nu in op de vraag waarom zo weinig mensen naar de bijeenkomst kwamen. Wat was er voor nodig om de opkomst te verhogen?
Meetellen in Utrecht hield op 17 juli 2013 een druk bezochte dag voor panelleden.
7
Wat de betrokkenen van het project Meetellen vanuit dit gesprek leerden is: • Je moet meer tijd uittrekken voor de organisatie van een groepsgesprek. Met meer tijd kun je bijvoorbeeld via woonbegeleiders mensen uitnodigen voor een bijeenkomst. Dan is de kans groter dat ze ook inderdaad komen. • Het is belangrijk om mensen uit te nodigen voor iets leuks, dat aansluit bij hun interesses. Vervolgens kun je daarbij aanhaken met onderzoeksvragen. • Laat het idee los om gericht per wijk mensen uit te nodigen. Overweeg of je ook mensen uit de hele stad kunt uitnodigen voor een bijeenkomst.
Meetellen hield hier rekening mee. In mei volgde een tweede groepsbijeenkomst, over het onderwerp participatie. Opnieuw betrof het een laagdrempelig georganiseerde bijeenkomst, aansluitend aan een lunchbijeenkomst bij De Stadsbrug, voor mensen die daar al aanwe zig waren.De derde en laatste groep van het jaar, over sociale contacten, kende een hogere opkomst. Ook lukte het om wat meer de diepte in te gaan.
Dan zijn in korte tijd grote stappen mogelijk”, zo vatte Wiebe Draijer de verhalen van de panelmedewerkers samen. Meetellen ziet hij daarvan als een levend bewijs. De SER wil deze ervaringen meenemen in haar advies over de gezondheidszorg. Want net als bij Meetellen gaat het ook in dat advies om preventie, doelmatigheid, arbeidsmarkt en de inzet van vermogen voor zorg.
Voor 2014 gaan de onderzoekers overleggen welke kwalitatieve methode het beste past bij Meetellen. Het kan zijn dat het team dit jaar nieuwe groepsgesprekken organiseert. Het kan echter ook zijn dat de projectmedewerkers kiezen voor een andere opzet van de activitei ten op het gebied van kwalitatief onderzoek. SER bezoek Meetellen had tot slot ook ontmoetingen met landelijke instellingen. Zo bezocht Wiebe Draijer, voorzitter van de SER, het team. Hij was benieuwd welke wensen panelleden hebben om zichzelf te ontwikkelen, en hoe zij omgaan met sociaal isolement. Dat waren de belangrijkste vragen die woensdag 6 november 2013 aan de orde kwamen. Draijer kreeg tijdens zijn bezoek een rondleiding langs diverse projecten van De Stadsbrug. Daarna had hij een ontmoeting met diverse betrokkenen bij Meetellen. Zo luisterde hij naar de (levens) verhalen van twee panelmedewerkers, en liet hij zich informeren over de resultaten uit de eerste peiling. Uit die eerste vragenlijst, over participa tie, bleek dat vele recent zelfstandig wonende daklozen actief zijn als vrijwilliger en zich graag verder willen ontwikkelen. Het overwinnen van eenzaamheid en het opbouwen van nieuwe sociale contacten is daarbij een opgave. “Het gaat om het benutten van talenten, ongeacht wie je voor je hebt. 8
De quiz van de paneldag van 17 juli leverde een gelukkige winnaar op.
PIJLER 2: HERSTEL Voor een interview over het aandeel van De Stadsbrug, met projectmanager Annemieke Dijk, is er natuurlijk maar één geschikte locatie: het kantoortje van Meetellen in Utrecht. De kantoorkamer bevindt zich op de eerste verdieping van het gebouw van De Stadsbrug aan de Koningin Wilhelminalaan, en fungeert al bijna twee jaar als hoofdkwartier voor panelmedewerkers en begeleiders.
Overal schittert het groenblauwe Meetellen-logo je tegemoet. Op posters, op stapels envelop pen, op dozen met folders. Een mooie plek om terug te kijken op het afgelopen jaar en na te denken over wat 2014 kan brengen. Terwijl het interview plaatsvindt, vouwt Annemieke alvast een stapel folders. De tweede peiling is in volle gang, en De Stadsbrug wil zoveel mogelijk oude en nieuwe panelleden bereiken om veel inge vulde vragenlijsten binnen te krijgen. Multitas ken, geen probleem bij De Stadsbrug. Annemieke Dijk hoorde voor het eerst van Meetellen tijdens een bijeenkomst over het onderwerp zwerfjongeren. “Na afloop benaderde Dick Reinking me, zo van ‘zou het niet leuk zijn om mee te doen’. Ik vond het destijds lastig om er een plaatje bij te krijgen. Volgens mij was Dick destijds ook nog zoekende. Vervolgens bleef het een tijd stil. We waren enorm druk met de verhui zing van De Stadsbrug naar onze huidige locatie. Maar in het voorjaar van 2012 dook het idee van een onderzoekspanel weer op, en ging het opeens erg snel.” In overleg met Dick stelde De Stadsbrug een werkplan op voor het werven van panelleden
Annemieke Dijk van De Stadsbrug.
en het begeleiden van panelmedewerkers. Van tevoren vond Annemieke het lastig om in te schatten wat er allemaal op de organisatie af zou komen. Ze dacht in eerste instantie vooral aan werkzaamheden als leden werven, voorlich ten, vragenlijsten versturen en enquêtes afne men. Ze had ook verwacht dat De Stadsbrug de panelmedewerkers veel ondersteuning zou moeten bieden, dat ze iemand zou aannemen voor de begeleiding, en dat die medewerker dan ook mee moest naar alle activiteiten. Meer werk Van die gedachte kwam weinig terecht, in de positieve zin van het woord. Annemieke: “De panelmedewerkers deden het veel beter dan verwacht. Ze kunnen prima zelfstandig een locatie bezoeken en cliënten voorlichten, 9
Annemieke Dijk: “Panelmedewerkers kunnen een nóg belangrijkere rol spelen”
zonder dat er iemand mee moet voor de begeleiding. Ook bleek al snel dat het om veel meer gaat dan werven en vragenlijsten uitdelen. Er zit zoveel meer werk bij. Zo zijn we ook verantwoordelijk voor het versturen voor VVV-bonnen, als dank voor het invullen van een enquête. Met alles wat daarbij hoort, zoals controleren dat je dezelfde persoon niet twee keer een bon stuurt. De administratie. Alles.” Naast dat veelzijdige pakket zag Annemieke daarnaast hoeveel ontwikkeling panelmedewer kers in 2013 doormaakten. Helaas ging dat twee kanten op. Van de eerste groep panelmedewer kers die De Stadsbrug trainde, vielen er helaas zes af. Dat raakt Annemieke: “Daar zit ik echt mee. Bij een panelmedewerkster die uitviel dacht ik steeds ‘moeten we haar niet nog eens bellen?’ Ik laat dat niet makkelijk los. Maar het lukte echt niet. Bij sommige mensen waren de problemen groter en complexer dan verwacht. Dat maakt het des te leuker als anderen het wél redden. Als je dan ziet hoe ze hun vaardighe den ontwikkelen, een opleiding gaan doen, verder komen in hun leven, dan voel ik me echt trots. Het was voor mij een hoogtepunt toen de eerste groep panelmedewerkers een diploma kreeg. En het moment waarop bleek dat het gelukt was om 200 panelleden te werven, dat vond ik ook een mijlpaal.” Energie Al die wisselingen zorgden ervoor dat 2013 een dynamisch jaar was. Als panelmedewerkers uitvielen, beschikte het project immers over minder mensen die mee konden werken. Dat had onmiddellijk effect op het verloop van het onderzoek. De Stadsbrug moest constant nieuwe vrijwilligers zoeken. “Die moet je vervolgens trainen, en je moet het groepspro ces veel aandacht geven. Dat is allemaal energie die niet naar panelonderzoek gaat.
In 2014 wil ik scherper letten op het trainen van een groep panelmedewerkers voordat een nieuwe peiling begint. Zodat je met een goed team aan de slag kunt, zodra een onderzoek loopt. Want daar ben ik van overtuigd: de panelmedewerkers kunnen een nóg belangrij kere rol spelen.” De voorbereidingen voor die nieuwe groep panelmedewerkers waren eind 2013 in volle gang. Meteen bleek hoeveel vooruitgang de overgebleven vrijwilligers hadden doorgemaakt. Tot nu toe had De Stadsbrug steeds de vacatureteksten opgesteld en sollicitatiegesprekken gevoerd. De huidige vrijwilligers deden dit echter zelf. Ook kon een van de panelmedewerkers in november zelf een deel van de trainingen geven. Annemieke: “Dat wil ik in 2014 vooral zo houden. Voor ons als Stadsbrug wordt het veel meer een afweging waar we nog bij moeten springen, en waar we vooral moeten loslaten en panelmedewerkers zelf aan bod kunnen laten komen. Ze kunnen bij het werven van nieuwe panelmedewerkers zelf aangeven wie ze als nieuwe collega’s zouden willen. Dat ga ik niet meer voor ze bedenken.” Kenniscentrum Verder hoopt Annemieke meer te halen uit naamsbekendheid. Ze merkt dat het project in 2013 bekender is geworden. Veel mensen weten in grote lijnen wat het project inhoudt en spreken er met waardering over. “Ik zou het geweldig vinden als we iets neer kunnen zetten zodat we in 2015 gelden als een kenniscentrum voor en door de doelgroep. Dat organisaties je weten te vinden. Bijvoorbeeld, als iemand een moestuin-project wil beginnen en voor een subsidieaanvraag moet weten of daar draagvlak voor is bij de doelgroep. Dan moeten ze eigen lijk automatisch aan Meetellen denken.” 10
PANELMEDEWERKERS Meetellen in Utrecht is zoals gezegd niet alleen een onderzoek. Het is ook een herstelproject voor mensen die dezelfde achtergrond hebben als de panelleden. Vanuit hun kennis en ervaring vormen ze een onmisbare link tussen onderzoekers en panelleden. Tegelijkertijd leren ze tijdens hun werkzaamheden voor Meetellen allerlei vaardigheden, die ze daarna goed kunnen gebruiken voor een opleiding of een andere baan. Wie zijn de panelmedewerkers? Drie portretten van medewerkers die in 2013 deel uitmaakten van de ‘harde kern’. Hoe kwamen ze terecht bij dit project, wat waren hun ervaringen, en wat doen ze nu?
Annette Schlingmann ,Een verademing’. Zo typeert Annette Schling mann haar kennismaking met project Meetellen in Utrecht. Ze volgde de training voor panelm edewerker, stak het hele jaar tijd in het werven van leden en meehelpen aan de totstandkoming van twee peilingen, en kon in november 2013 doorgroeien naar de positie van trainster. Ze maakt zodoende deel uit van de mensen die de volgende groep panelmedewerkers opleiden. De cirkel is wat dat betreft rond. Annette: “Ik ben in totaal anderhalf jaar dakloos geweest. Dat had niets te maken met een versla ving of andere oorzaken op het vlak van de openbare geestelijke gezondheidszorg. Ik was gewoon aan het schrijven. Heel intensief. Een tijdlang kon ik dat combineren met een betaalde baan, maar op een gegeven moment lukte dat niet meer en schreef ik alleen nog maar. Toen was ik binnen no time mijn kamer kwijt en kwam ik terecht in de nachtopvang. Bij de nachtopvang paste ik niet. Ik begreep niet goed hoe die wereld in elkaar zat. Bovendien was bang voor de hulpverleners. Ik vond dat ze me nogal snel stigmatiseerden. “Uiteindelijk trof ik een hulpverlener die me vooral zag zoals ik was. Zó knap!
Ze keek naar mij als een mens, zonder meteen een etiket te plakken, en gaf me de praktische hulp die ik nodig had. Zo kreeg ik op dat moment geen uitkering terwijl ik daar wel recht op had. Dat pakte ze op. Ik heb ook geprobeerd om mee te draaien als beheerder van de nachtopvang. Het concept vind ik geweldig. Zelfbeheer, je eigen zaken regelen, prima. Maar ik miste de professionals. Nu moesten vrijwilligers onderling uitmaken hoe het ging, en dat leidde tot problemen. Zo werd ik gepest door een aantal mensen. Die hulpverleenster zei: ,je moet daar uit’. Ze voegde de daad bij het woord en bracht me in contact met Meetellen. Dat was een verademing. Zonder etiket Wat ik mensen vooral zou willen meegeven is dat de OGGz groep heel verschillend is. Je moet mensen zien zoals ze zijn, hen zonder label bekijken. Uitgaan van eigen kracht helpt daarbij, zolang je ook maar een rol geeft aan professionals. Daarnaast pleit ik voor meer trainingen om mensen basisvaardigheden bij te brengen. Zoals omgaan met geld en omgaan met andere mensen. Ik denk dat mensen elkaar op die manier kunnen versterken. 11
Annette Schlingmann in het kantoor van Meetellen.
Kimberley Holtkamp Kimberley Holtkamp (25) komt oorspronkelijk uit Vlaardingen, maar mag zich al bijna tien jaar Utrechtse noemen. Na een moeilijke periode, waarin ze naar eigen zeggen nogal zoekende was, woont ze met begeleiding van de Stichting Beschermende Woonvormen Utrecht (SBWU) in een eigen appartement. Via een begeleider hoorde ze van panel Meetellen in Utrecht. Ze meldde zich meteen aan: ‘’Ik wil graag leren en taken oppakken. Want van op de bank zitten word je echt niet beter.” Kimberley: “Ik heb tot mijn twaalfde in Vlaardin gen gewoond. Ik heb best een goede jeugd gehad. Daarna verhuisde ik met mijn moeder naar Hoek van Holland. Daar ben ik na school ook een opleiding gaan volgen, VMBO Groen en een opleiding tot bloemiste op het MBO. Dat vond ik een mooi beroep. Je maakt er mensen blij mee, met een goed boeket. Toen mijn oma overleed, kon ik zelf een rouwkrans maken. Maar na het eerste jaar ben ik gestopt, ik had daarna echt een niet zo’n leuke tijd. Ik was nogal zoekende. In het begin twijfelde ik of ik deel wilde nemen aan Meetellen. Ik wilde eerst eens kijken wat het was. Maar ik wilde niet stilzitten op de bank. Dat heb ik een tijd gedaan, ik zat anderhalf jaar binnen. In die tijd had ik nauwelijks contacten. Van op de bank zitten word je echt niet beter. Dus toen een begeleider over Meetellen begon, besloot ik dat te proberen. Ik wil graag iets leren, iets ontdek ken, en dat kan nu. Dat vind ik heel motiverend. Nauwkeurig werkje Ik bel panelleden op, vraag of ze enquêtes in willen vullen, of alles goed is aangekomen, of ik misschien een vragenlijst kan nasturen. Ik zorg ook voor de verzending van de
VVV-bonnen die mensen krijgen, als bedankje voor het invullen. Het leukste vind ik het bijhouden van de panellijst, in Excell. Dat is een nauwkeurig werkje en dat vind ik leuk. Als ik iets doe wil ik het namelijk goed doen, geen half werk. Voor de rest zie ik wel wat er op mijn pad komt. Als het kan zou ik graag administra tief medewerkster willen worden. Wat je mee moet nemen voor dit project? Ervaring helpt. Ik begrijp waar panelleden vandaan komen. Ik ben zelf blij dat ik altijd een slaapplek heb, want ik weet veel te goed hoe het is als je dat niet hebt, dat is echt niet fijn. Verder wil ik leren werk en privé beter te scheiden. Want ik ben soms veel te veel met het werk bezig. Dan heeft iemand bijvoorbeeld een antwoordkaart ingevuld en alleen het adres opgeschreven, maar geen telefoon nummer. Daar zit ik dan mee in mijn maag. Ik ga niet langs op dat adres, want dan sta je opeens onverwachts op de stoep en dat doe je niet, dat staat zo raar. Hoe los je dat op? Wat ik hier leer is dat ik het vraag, even overleg. Samen kun je een oplossing bedenken. Dan kan ik het beter loslaten. In die zin leer ik iedere dag iets nieuws, en doe dingen waarvan ik eerst dacht dat ik dat niet zou kunnen. Zo werven we panelleden, en ik ben bijvoorbeeld op mensen afgestapt. Hier op De Stadsbrug, maar ook bij instellingen. Dat zou ik normaal nooit doen. Ik vond het erg spannend om op mensen af te stappen of bij een instelling uit te leggen wat we doen. Ik stond vaak stijf van de zenuwen. Maar achteraf viel het dan mee. En ik dacht slecht over mezelf, dat ik het niet goed deed, maar dan kreeg ik complimenten dat het juist zo goed was ge gaan. Dus misschien moet ik maar eens wat positiever over mezelf denken. Dat is een grote stap!” 12
Naschrift Kimberley volgt sinds half oktober 2013 een administratieve opleiding. Daarnaast blijft ze betrokken bij de werkzaamheden van Meetellen in Utrecht.
Sandra Bagijn Door Kimberley Holtkamp Sandra Bagijn versterkt sinds april 2013 het team panelmedewerkers van Meetellen in Utrecht. Waar komt ze vandaan en waar gaat ze naar toe? Een portret in vijf vragen. Wie ben jij? Ik kom oorspronkelijk uit Nijmegen en heb van oorsprong Maleisische, Javaanse en Nederland se genen. Ik ben de oudste thuis. Ik heb nog twee broertjes en twee zusjes. Wat is je achtergrond, oftewel waar kom je vandaan, waar ben je geboren en waar woon je nu? Ik ben geboren in Nijmegen en ben grotendeels daar opgegroeid. Maar ik heb ook in Alverna, Wijchen en bij Groesbeek gewoond. Ik heb niet altijd bij mijn moeder gewoond, ook in een kindertehuis, een pleeggezin, een internaat en bij familie. Mijn biologische vader heb ik pas ontmoet op mijn achttiende. Uiteindelijk ben ik terecht gekomen in Utrecht. Eerst wilde ik nog terug naar Nijmegen, maar na een tijdje had ik hier een sociaal netwerk opgebouwd. Mijn netwerk hier was groter dan in Nijmegen, dus dat maakte de keuze makkelij ker. Bovendien was ik aan rust toe. Ik heb op een woning gereageerd en ook gekregen, met ambulante woonbegeleiding om de laatste belangrijke vaardigheden bij mijzelf te ontwik kelen. Ik ben erg blij dat deze mogelijkheid er is voor mij.’ Hoe ben je bij meetellen in Utrecht terecht gekomen? Ik was eerst aan het werk als ervaringscoach bij een ander project, Doen en Laten Brengt je Thuis. Op de dag dat ik ermee stopte, kwam ik
mijn buurman tegen. Die werkte voor het project Meetellen in Utrecht en vertelde hij mij waarom dat project zo belangrijk was. Hij heeft mij uitgenodigd voor een gesprek, bij De Stadsbrug op kantoor. Uiteindelijk kwam ik erachter dat dit project perfect aansluit bij mijn eigen idealen. Ik heb gedurende een periode een training gevolgd en die uiteindelijk afgesloten met twee eindpresentaties, op twee verschillende dagen. Eentje moest ik helaas over doen, maar uiteindelijk ben ik toch geslaagd. Waarom wil je werken bij Meetellen in Utrecht? De structuur is heel duidelijk en de doelen sluiten direct aan bij mijn eigen idealen die ik nastreef. Er zitten ontzettend veel leermomen ten voor mij in. Er is veel ruimte om een beroep te doen op mijn creatieve vermogens. Er zijn veel werkzaamheden, maar die komen niet tegelijkertijd, maar achter elkaar, zodat ik er geen haastig gevoel aan over houd. Binnen die mentale rust kan ik taken gezamenlijk en alleen uitvoeren. Het project voldoet ook aan mijn eigen verwachtingen. Zoals wat ik nodig heb om goed te kunnen werken. Er is goed nage dacht over de mogelijkheden om na eventuele tegenslagen het project toch nog in goede banen te leiden. Nu moet ik ook eerlijk toege ven dat al mijn collega’s daar zeker aan bijdra gen om dit werkelijkheid te laten zijn! Wat is uiteindelijk je doel en wat hoop je ermee te bereiken? Mijn doel is dat ik wen aan het werken. Dat ik leer van anderen. En dat ik anderen ook inspireer. Dat ik mijn verantwoordelijkheidsgevoel verder ontwikkel binnen de maatschappij. Ik leer samenwerken. Ik ontwikkel mijn vaardigheden, 13
ontmoet andere mensen, sta in contact met andere mensen. Ik streef verbeteringen in de maatschappij na, in datgene waar ik zelf ervaringen mee heb opgedaan. Ik werk naar meer zelfstandigheid toe. Ik hoop dat ik uit eindelijk zelf een vaste baan heb en dat ik datgene blijf doen wat ik goed kan.
Sandra Bagijn in het kantoor van Meetellen.
Naschrift Stadsbrug begon na de zomervakantie met het opstellen van een plan voor haar toekomst. Inmiddels is haar ‘grootste angst’ dat mensen denken dat ze geen hulp meer nodig heeft, omdat het zo goed gaat. Sandra moet daar niet aan denken: “Mijn problemen zijn niet zomaar ontstaan. Hulpverleners moeten zich daar niet op verkijken. Geen hulpvraag wil niet zeggen dat ik geen hulp nodig heb! Ik kom via Meetellen juist allerlei dingen tegen. Ik heb ruimte nodig om daar aan te werken. Gelukkig is daar binnen Meetellen alle ruimte voor. Dat vind ik fijn. En het is goed voor mijn herstel.”
Nieuwe panelmedewerkers Zoals gezegd kent het aantal panelmedewerkers een wat grillig verloop. Soms stromen mensen uit omdat ze een opleiding kunnen volgen, andere keren helaas omdat ze tegenslagen ondervonden en het even niet redden. Gelukkig biedt De Stadsbrug meerdere keren per jaar de mogelijkheid om in te stromen. Na een trainingsperiode en een eindpresentatie konden drie nieuwe panelmedewerkers op 3 december 2013 hun diploma in ontvangst nemen. Ze konden meteen aan de slag met de tweede peiling. Panelleden nabellen, met vragenlijsten op pad, VVV-bonnen verzenden, het werk lag voor het oprapen. Daarnaast werken ze mee aan het schrijven en verspreiden van nieuws brieven en de verzending van de tweede factsheet van Meetellen, begin 2014.
Eind 2013 kreeg het team van panelmedewerkers versterking van Christiaan Elink Schuurman, Bert Vorselman en Marcel van den Born. Alle drie haalden hun diploma. 14
PIJLER 3: ONDERZOEK Tussen twee andere afspraken door maakt Harry Michon, projectleider van het onderzoeksdeel van Meetellen, graag even tijd voor een interview. Tablet op tafel, documenten bij de hand, als ervaren onderzoeker heeft hij zich natuurlijk goed voorbereid op het gesprek. Toch overvalt de eerste vraag hem enigszins.
Harry Michon: “Meetellen is een gezamenlijk avontuur” Wanneer hoorde je voor het eerst van Meetellen? Oei, dat is lang geleden….Ik dacht dat we het vooral zouden hebben over 2013 en een voor uitblik op 2014. Ik denk dat Dick Reinking me ergens in 2011 aansprak, in verband met mijn activiteiten voor het panel Psychisch Gezien. Bij dat panel mis je echter een deel van de doelgroep: de dakloze verslaafden. Dus toen Dick met ideeën kwam om ex-dak- en thuis lozen te bereiken, en mensen met een achter grond als verslaafde, vond ik dat heel interes sant. Je wilt als onderzoeker zo volledig mogelijk zijn en dit bood allerlei kansen om een nieuwe groep in beeld te krijgen. Bovendien kreeg ik de kans mee te werken aan het opzet ten van iets nieuws. Hoe heb je dat ervaren? Het eerste jaar was eigenlijk nogal chaotisch. Ik wist pas later dat Stadsbrug bij het project betrokken zou worden, dus dat maakte het ingewikkeld. Bovendien moest ik vanuit het Trimbos onderzoekers van de gemeente Utrecht begeleiden. Hoe organiseer je dat? Hoe geef je panelmedewerkers een plek? Ik was benieuwd hoe dat zou verlopen. Vond het eigenlijk best spannend. In die zin is Meetellen een gezamenlijk avontuur.
Harry Michon nam als projectleider onderzoek deel aan diverse presentaties en bijeenkomsten. 15
Wat vond je kenmerkend voor 2013? Het eerste jaar was vooral keihard werken en veel voorbereiden. Ook kwamen we erachter dat je echt centrale regie nodig hebt. Die rol heeft Dick vanuit de gemeente op zich genomen, zodat ik me echt kon concentreren op het panelonderzoek. In 2013 betaalde al die inspanning zich terug. Een project als dit werkt niet als je je moet houden aan een strak proto col. We hebben nu een aanpak bereikt die organisch aanvoelt, en heel flexibel is. We moeten ons constant aanpassen aan veran derende omstandigheden. Steeds opnieuw nadenken wat we willen en hoe we dat voor elkaar kunnen krijgen. Wat zijn wat jou betreft de succesfactoren van Meetellen? Wat mij betreft werkt het omdat we drie gehei me wapens hebben. Het eerste geheime wapen is ‘FC Meetellen’. Zo worden de twee onder zoeksters van de gemeente Utrecht in team Meetellen ook wel genoemd. Fleur van Heeswijk en Carina Ballering zijn zeer bedreven in onderzoek doen mét mensen. Je moet een goede relatie opbouwen met de mensen waar je het onderzoek mee doet, en dat verliep uitermate prettig.
geweest bij de interviewtraining, om hen te leren hoe ze op pad kunnen met de vragenlijs ten en hoe ze panelleden kunnen ondersteunen bij het invullen. Ik vond het geweldig om te zien hoe ze zichzelf, met zoveel enthousiasme, inzetten voor het project. Ze kwamen zelf met allerlei mogelijke problemen, die je tegen kunt komen in het werk. Maar vervolgens bedachten ze voor ieder probleem ook zelf een oplossing. Welke tips zou je mensen willen geven, die zelf dit type onderzoek willen opzetten? Hou je ogen en oren open, luister verschrikke lijk goed naar dat wat je opdrachtgever en de mensen om het panel heen willen, en besef dat
er tijd gaat zitten in de contacten tussen mensen. Je moet veel afstemmen en mensen ondersteunen. Hou het verder vooral praktisch en toegepast. Je hebt als onderzoeker de neiging om diepgang te zoeken door te analyseren. Vaak leggen we dan ook nog eens de lat heel hoog. Voordat je het weet zit je een jaar lang achter je bureau na te denken en kom je vervolgens met een dik driedelig rapport. Dat kan niet met een panel, en dat moet je als onderzoeker accepteren. Als uit het onderzoek komt ‘mensen voelen zich eenzaam’, en je kunt dat enigszins verdiepen in een A-viertje, dan is dat het resultaat. Daar moet je dan tevreden mee zijn. Gelukkig snap ten we dat in dit project allemaal.”
Vanuit de gemeente Utrecht faciliteerde Ingrid van Amelsfort (links) panelmedewerkers onder andere met een workshop nieuws en nieuwsbrieven maken.
Het tweede geheime wapen is Ingrid van Amelsfort. Die heeft gezorgd voor de versprei ding van wat we doen. Nieuwsbrieven, website, folder… Je moet uitdragen wat je doet. En daarbij is één artikel voor De Binnenkrant, een uitgave van de gemeente Utrecht, Volks gezondheid, veel effectiever dan het zoveelste onderzoeksrapport. Dat geef ik als onderzoeker grif toe. En het derde geheime wapen? Dat zijn natuurlijk de panelmedewerkers van De Stadsbrug. Ik ben onder andere betrokken 16
EERSTE EN TWEEDE PEILING Meetellen is een onderzoeksproject. Wat kwam er uit al die focusgroepen, peilingen en vragenlijsten? Onder andere dat bijna veertig procent van de Utrechtse ex-daken thuislozen zeer ernstige eenzaamheid ervaart. Dat bleek uit de eerste peiling.
De ingevulde vragenlijsten van de eerste peiling werden verwerkt in de zomermaanden. Uit de resultaten blijkt dat bijna de helft van de panelleden vrijwilligerswerk doet. Verder heeft 18% van de panelleden op dit moment een betaalde baan. Ook willen veel panelleden graag een cursus of opleiding volgen. Geldzorgen steken echter al snel de kop op. Ruim de helft van de respondenten had het afgelopen jaar moeite om rond te komen. Dat heeft gevolgen voor hun participatie in de samenleving. Zo willen mensen wel een oplei ding volgen, maar dat is vaak te duur. Ze moeten ook geld vinden om de reiskosten naar de cursuslocatie te betalen. Dat lukt niet altijd. Verder gaven relatief veel panelleden aan dat ze (zeer) ernstige eenzaamheid ervaren, zoals figuur 1 toont. Voor inwoners van Utrecht in het algemeen ligt dit percentage op 7%, maar bij panelleden was het 39%. De tweede peiling richt zich dan ook vooral op die laatste uitkomst. Hoe staat het precies met de sociale contacten van panelleden? Welke contacten hebben ze, wat kunnen ze zelf en waar zouden ze steun bij kunnen gebruiken? Maar ook: op welke manier ondersteunen zij
op hun beurt andere mensen? Net als bij de eerste peiling denken panelmede werkers mee bij het opstellen van de definitieve vragenlijst. Ze bezoeken zorginstellingen om nieuwe panelleden te werven. Op verzoek ondersteunen zij panelleden bovendien bij het invullen van de enquête. Zodoende krijgt de tweede peiling hopelijk net zoveel response als de eerste. Kwalitatief onderzoek: groepsgesprekken In aanvulling op de breder verspreide enquêtes boden groepsgesprekken onderzoekers de mogelijkheid in kleine kring bepaalde thema’s uit te diepen. Zo bleek bijvoorbeeld uit de eerste peiling dat relatief veel panelleden zich eenzaam of zeer eenzaam voelden. Wat speelde hier precies? Wat verstaan panelleden onder ‘goede sociale contacten’, wat helpt of hindert bij het aangaan van contacten, en wat kan de gemeente betekenen op dit vlak? Uit deze verdiepingsbijeenkomst bleek dat veel deelnemers weinig binding met de eigen buurt voelden. “Je hebt een kind nodig, of een hondje, om in contact te komen met wijkbewoners”, vertelden een aantal deelnemers. Daarnaast wezen deelnemers op het belang van vertrouwen bij het herstellen of aangaan van nieuwe sociale contacten. Voorale mensen met een achtergrond als verslaafde legden uit, dat zijzelf actief moesten proberen het vertrouwen van mensen terug te winnen. In het verleden hadden zij dat vertrouwen wel eens geschaad. Dat moesten ze nu herstellen. Anderzijds gaven deelnemers juist aan dat hún vertrouwen in anderen in het verleden geschaad was. Daardoor hadden ze nu moeite om andere mensen te vertrouwen en contacten met hen aan te gaan. Alle deelnemers onderschreven het belang van zelf initiatieven nemen, mensen de tijd geven 17
om kennis met je te maken, en actief worden in de wijk zodat mensen zien wie je bent. De gemeente zou daarbij kunnen ondersteunen. Bijvoorbeeld door projecten in wijken op te zetten, om zichtbaar te maken wat buurt bewoners voor elkaar kunnen betekenen. De gemeente zou ook meer kunnen doen aan bewustwording. Mensen met een etiketje, zoals ‘verslaafde’, ondervinden nu soms extra hindernissen om in contact te komen met wijkbewoners. De gemeente zou meer kunnen doen aan het bijstellen van vooroordelen en het aanmoedigen van mensen om naar elkaar om te kijken, ongeacht hun verleden. figuur 1 (Zeer) ernstige eenzaamheid 80
Matige eenzaamheid
70
60
39%
50
40
7%
30
20
39% 28%
10
0
Panelleden
Utrechtse gemiddelde
Vraag het aan meetellen Als je het panel van Meetellen helemaal voor eigen doeleinden zou mogen inzetten, welke vraag zou je dan willen stellen? De drie trekkers van het project hoefden daar niet lang over na te denken. Sommigen kwamen zelfs meteen met meerdere kwesties. Dick Reinking: “Net niet in willekeurige volgorde, maar ook weer niet als top 3: 1. Wat geeft dagelijkse bezigheden van panelleden zin en betekenis. 2. Niet inzoomen op armoede, al speelt dat zeer sterk, maar liever: hoe ondanks weinig geld en geldgebrek toch actief zijn en blijven? Wat zijn tips en truuks voor persoonlijk en maatschappelijk functioneren bij (ogenschijnlijk) ontoereikende middelen. 3. Wat is de goede praktijk van wederkerigheid in de zorg. De grotere noemers zijn betrouwbaarheid en tijdigheid (in plaats van alom beschikbaarheid). Welke praktijk past daarbij?
Medewerkers van Meetellen maken het onderzoekspanel letterlijk zichtbaar, door met een stand aanwezig te zijn op bijeenkomsten en conferenties.
Annemieke Dijk: “O, nou, dat weet ik wel. We zitten nu natuurlijk in een economische crisis. Maar stel dat er straks weer vacatures zijn. Waar gaat het dan mis? Want ik zie hier op De Stadsbrug zoveel kwaliteit. Mensen die dag in dag uit stipt op tijd voor de deur staan om die dag een klus te krijgen. Dan denk ik ‘wat heb je nodig om dat ook elders te doen?’ Ik heb daar wel ideeën over. Speelt de werkdruk een rol? Of de kwaliteit van de begeleiding? Of is de stap van Stads brug-werk naar de ‘echte arbeidsmarkt’ te groot? Welke tussen stappen heb je dan nodig? Dat zou ik echt heel graag willen weten.” Harry Michon: “Wat is het eerste wat de nieuwe burgemeester van Utrecht voor jullie moet regelen? Dat zou wat mij betreft meteen de eerste vraag worden. Ten tweede: ‘Welke rol kunnen jullie spelen bij de start van de Tour de France in Utrecht?’ Dat lijkt me leuk om te weten. Maar het meest nieuwsgierig ben ik naar hun mening over manieren waarop we de kennis en ervaring van de panelleden beter in kunnen zetten in de stad. Ik heb me in de loop der jaren zo vaak positief laten verrassen door cliënten. Ze kunnen en weten veel meer dan je zou denken. Dat halen we er nu niet voldoende uit.”
18
SLOTWOORD Door Dick Reinking Bij de start van Meetellen hebben we voor elk jaar een ambitie geformuleerd: 2012 als het jaar van ontwikkeling, 2013 als het jaar om resultaten te boeken, 2014 als het jaar van bestendiging en borging. De conclusie aan het einde van 2013 is zonne klaar: er zijn tastbare resultaten en Meetellen ontmoet veel waardering en enthousiasme. Wat mij betreft nodigen de resultaten tot dusver uit om oude beelden en verwachtingen bij te stellen. Ex-daklozen en ex-verslaafden willen graag van de bank af, uit hun isolement komen en sociale contacten aangaan. Daarbij hoeft niet alles van de ander te komen, want ze begrijpen dat betekenisvolle relaties bij jezelf beginnen.
onbarmhartige eerlijkheid naar zichzelf. Voor alle betrokkenen bij beleid en de uit voering in de maatschappelijke opvang en de openbare geestelijke gezondheidszorg, leidt dat niet alleen tot waardevolle informatie over de wensen en behoeften van panelleden, maar ook tot kennis en inzicht over de wijze waarop deze wensen en behoeften te achterhalen zijn, namelijk in dialoog en ontmoeting met degenen die het direct aangaat. Daar staat Meetellen voor, in 2014 en daarna.
Tegelijkertijd is de geboekte winst kwetsbaar en liggen uitglijders op de loer. Bijvoorbeeld als oude problemen de kop dreigen op te steken, of als de angst opspeelt dat anderen de panel leden af zullen rekenen op een verleden dat soms al achter hen ligt. Ook 2014 wordt een enerverend jaar, omdat dan moet blijken wat de levensvatbaarheid is van het panel voor de lange termijn. Dat geldt voor de onderzoekers, De Stadsbrug en de panelmedewerkers. Maar alles staat en valt bij de bereidheid van panelleden om hun verhaal te vertellen. Vanaf deze plaats wil ik daarom de panelleden danken voor het beantwoorden van onze vragen, en dat in grote openhartigheid en soms
19
Colofon Opdrachtgever
Vormgeving
Gemeente Utrecht, Volksgezondheid
Ontwerpwerk, Den Haag
Teksten en eindredactie
www.meetelleninutrecht.nl
Ingrid van Amelsfort, medewerker Volksgezondheid, afdeling Beleid, Expertise en Onderzoek (BEO)
[email protected] Sommige teksten verschenen eerder, al dan niet in gewijzigde vorm, in De Binnenkrant en in diverse nieuwsbrieven van het project. Deze jaarrapportage is een uitgave van Meetellen in Utrecht, april 2014.
Met medewerking van Annet van den Akker en Kimberley Holtkamp (interview Sandra Bagijn)
Fotografie: De Stadsbrug en Fleur van Heeswijk 20