Meerjarenbeleidsplan Bibliotheek Drachten
2014 en verder
Bibliotheek Drachten
HUIS VAN Kennis & Informatie Drachten | Smallingerland
3
Inhoud Inleiding 3 Samenvatting
4
De veranderende samenleving 6 De maatschappelijke opdracht van de bibliotheek
7
Missie en visie 10 Basisvaardigheden lezen en mediawijsheid
11
Jeugd 11 0-4 jaar
11
4-12 jaar
12
12-18 jaar
13
Volwassenen
14
Huis van kennis & informatie
16
Lezen & literatuur 17 Activiteiten
18
Nieuwe media & technologie 19 Ontmoeten, studeren & werken
20
Waar staan wij over vier jaar?
21
4
Inleiding In 2011 werd het beleidsplan ‘De bibliotheek, daar belééf je het’ vastgesteld. In dit beleidsplan staat: In 2020 wil de Beleefbibliotheek een gezonde organisatie zijn en hét informatiepunt van Smallingerland. De strategische speerpunten uit dit beleidsplan zijn vrijwel allemaal uitgevoerd. De reorganisatie is afgerond en Bibliotheek Drachten is opnieuw ingericht. Tijd om weer vooruit te kijken en nieuwe stappen te zetten op het pad naar de bibliotheek als hét informatiepunt. Dit willen we doen door op een hele nieuwe manier naar ons werk te kijken. Dit betekent ook een nieuwe manier van werken en veranderen. De autoriteiten op het gebied van verandering onderscheiden twee manieren van veranderen: reizen en trekken. Bij reizen is de bestemming vast en helder. Daarom kan een reis ook precies vooraf worden uitgestippeld. De reis zelf is een noodzakelijk kwaad, een zo kort mogelijke vervelende onderbreking, maar als we er zijn is alles weer normaal zoals het was. Beter zelfs. Bij echte verandering werkt dat niet. Een veranderingsproces is een spannende trektocht, geen reis met een vooraf vastgelegd reisschema. Bij trekken weet je ongeveer waar je heen gaat en waagt dan gewoon de eerste stap. Een echt veranderingsproces heeft alleen maar een begin. We trekken als organisatie de komende jaren onontgonnen gebied binnen. We weten nog niet precies waar we uitkomen. We gaan mooie dingen meemaken, maar ook hele spannende. Soms zullen we grote stappen maken, maar soms zullen we ook een eindje terug moeten om een nieuw pad te zoeken. Bibliotheken staan in onze snel veranderende maatschappij voor de uitdaging de focus te verleggen van het uitlenen van boeken naar het vergroten van de zelfredzaamheid van kwetsbare groepen en het ondersteunen van en bijdragen aan de persoonlijke ontwikkeling van mensen. Wij zien hiervoor veel mogelijkheden en staan te popelen deze trektocht te beginnen. Het wordt een spannende tocht die veel van ons zal vragen, maar ook een inspirerende tocht, die gaandeweg tot nieuwe inzichten zal leiden. Wij gaan deze uitdaging met plezier aan. We doen dit niet alleen, we zullen onderweg veel partners uitnodigen zich bij ons aan te sluiten. Partners die soms producent zullen zijn en soms consument. Met deze partijen gaan we werken aan de speerpunten die beschreven zijn in dit beleidsplan: Basisvaardigheden voor alle burgers en de bibliotheek als ‘Huis van kennis en informatie’! In deze beleidsnotitie beschrijven we onze visie op de maatschappelijke opdracht van de bibliotheek in een veranderende samenleving en de daadwerkelijk acties waarmee we gaan starten. Omdat we gaan trekken is het geen sluitende opsomming van ‘smarte’ plannen, maar eerder een beschrijving van een punt op de horizon en een startpunt van onze trektocht. Tijdens het schrijven van dit meerjarenbeleidsplan werd op 21 januari 2014 het rapport van de commissie Cohen over de Bibliotheek van de Toekomst aangeboden aan minister Bussemaker. Dit rapport bleek naadloos aan te sluiten op de visie zoals wij die zelf aan het beschrijven waren. We hebben er dankbaar gebruik van gemaakt.
? 3
Samenvatting In deze snel veranderende maatschappij staan wij voor de opdracht de focus te verleggen van het uitlenen van boeken naar het vergroten van de zelfredzaamheid van kwetsbare groepen en het ondersteunen van en bijdragen aan de persoonlijke ontwikkeling van mensen. Er ligt geen blauwdruk klaar voor deze reis. We hebben een punt op de horizon en we gaan trekken. De overheid ziet het als haar taak burgers goed voor te bereiden op de taak zich staande te kunnen houden in deze complexe wereld en actieve, participerende burgers te worden. Een democratische samenleving kan alleen functioneren wanneer burgers over de basisvaardigheden lezen en mediawijsheid beschikken en over de kennis en vaardigheden om op basis van gefundeerde argumenten met elkaar in gesprek te gaan. Missie Wij scheppen essentiële randvoorwaarden voor een leven lang leren, onafhankelijke besluitvorming en de culturele ontwikkeling van individuen en groepen en leveren daarmee een cruciale bijdrage aan de kennissamenleving. Visie Wij helpen burgers zich te ontwikkelen tot volwaardige en betrokken deelnemers aan de hedendaagse informatiemaatschappij en kenniseconomie. Dit doen we door kwetsbare groepen te ondersteunen tot een minimaal niveau aan basisvaardigheden en individuen mogelijkheden te bieden bij te blijven in de maatschappij en zichzelf te ontwikkelen. Onze uitgangspunten Persoonlijke ontwikkeling kan plaatsvinden wanneer mensen: • Kunnen lezen • Informatie kunnen vinden, ‘plaatsen’ en beoordelen • Informatie kunnen toepassen, zodat kennis ontstaat Daarom richten wij onze focus op twee speerpunten: • Enerzijds richten wij ons op het zelfredzaam maken van kwetsbare groepen door middel van het ondersteunen van de basisvaardigheden lezen en mediawijsheid. • Anderzijds willen wij als bibliotheek het ‘Huis van kennis en informatie’ zijn, waar mensen zich kunnen ontwikkelen en toegang hebben tot verbeelding. Basisvaardigheden lezen en mediawijsheid Lezen en mediawijsheid zijn voorwaarden om mee te kunnen doen in onze maatschappij. In Smallingerland heeft 1 op de 7 mensen een leesachterstand. • Opgroeien met taal en voorlezen zorgt er voor dat kinderen een betere start maken in het leven. Wij willen ouders en pedagogisch medewerkers stimuleren en ondersteunen in het voorlezen. • Scholen zijn verantwoordelijk voor het aanleren van deze basisvaardigheden. Wij willen daarin een actieve partner zijn voor het onderwijs en richten ons hierbij op leesplezier en het oefenen van informatievaardigheden. • Wij willen kwetsbare groepen, laaggeletterden en mensen met weinig ICT-vaardigheden, ondersteunen en begeleiden in het ontwikkelen van deze vaardigheden zodat zij hun achterstand in de maatschappij kunnen inlopen. Dit willen we doen door het oprichten van een netwerk met lokale partners en door middel van het oprichten van een Taalhuis in de bibliotheek.
4
Bibliotheek als huis van kennis en informatie De Bibliotheek brengt mensen niet alleen in contact met informatie, kennis en cultuur, maar ook met elkaar. Ook plezier in lezen en taal vindt hier een plaats. Het Huis van kennis en informatie geven wij vorm door de volgende functies mogelijk te maken: 1. Lezen & literatuur 2. Activiteiten 3. Nieuwe media & technologie 4. Ontmoeten, studeren & werken Waar staan we over vier jaar? Over vier jaar maakt een groot deel van de basisscholen in de gemeente Smallingerland gebruik van het programma ‘De Bibliotheek op school’, zodat vrij lezen een vaste plaats krijgt in het curriculum van scholen en kinderen meetbaar meer plezier krijgen in lezen en daardoor meer en beter gaan lezen. In het voortgezet onderwijs en het MBO zijn we begonnen met het implementeren van het pro-gramma ‘De Bibliotheek op school’. Over vier jaar is er in Smallingerland een netwerk laaggeletterdheid, waarin alle partners verenigd zijn die het bestrijden van laaggeletterdheid als hun taak zien. We hebben in beeld waar de laaggeletterden zijn en hoe ze het best bereikt kunnen worden. Er zijn ondersteuningsprogramma’s uitgerold waar een groeiend deel van de laaggeletterden gebruik van maakt. In de bibliotheek is een Taalhuis waar laaggeletterden met hulp kunnen oefenen in de basisvaardigheden lezen en mediawijsheid. Over vier jaar hebben we nog steeds een collectie boeken voor recreatief en informatief lezen. Het landelijk aanbod e-books is gegroeid , even als het gebruik daarvan. De omvang van de fysieke collectie anticipeert op het aanbod en gebruik van e-books. Enthousiaste lezers weten ons te vinden voor het vinden van informatie, het delen van kennis en het onderhouden van contacten met gelijkgezinden. Wij helpen mensen met een leesbeperking aan media of helpen ze de weg te vinden naar andere mogelijkheden. De bibliotheek biedt een uitgebreid programma aan activiteiten, begeleid door themagerichte infopakketten. Burgers weten ons te vinden om kennis te delen en mensen met dezelfde interesses te ontmoeten. Bedrijven en maatschappelijke organisaties gebruiken de bibliotheek als platform om kennis te delen. Bezoekers vinden in de bibliotheek een wisselend aanbod aan technologische innovaties en nieuwe media uit de hele wereld, en Smallingerland in het bijzonder. Bezoekers kunnen niet alleen kennis maken met deze innovaties, maar in veel gevallen ook leren ze te gebruiken. Over vier jaar is de bibliotheek een bekende werkplek, waar mensen elkaar vinden om te studeren of te werken. Dit is het beeld zoals wij dit nu voor ogen hebben. Het is mogelijk dat dit beeld gedurende de trektocht wijzigt. En we doen het niet alleen, we werken samen met veel partners. Veel van onze doelen kunnen we dan ook alleen bereiken als we voldoende enthousiasme bij deze partners weten te wekken.
5
@
@ De veranderende samenleving
@
denken essentieel zijn in de economie van de 21e eeuw. Leren vindt steeds meer plaats buiten de formele structuren en in een sociaal proces. Geholpen en gestimuleerd door moderne communicatietechnieken organiseren mensen zich in toenemende mate op informele wijze rondom bepaalde thema’s of interesses. Kennisdeling en samenwerking speelt hierin een belangrijke rol.
Onze maatschappij verandert snel. Technologische ontwikkelingen volgen elkaar in snel tempo op, nog nooit gingen ontwikkelingen zo snel. Eind negentiende eeuw veranderde de industrialisatie het aanzien van de maatschappij. Nu maken we een informatie/technologische revolutie mee, die minstens zo’n grote impact heeft. We kunnen ons nog maar nauwelijks voorstellen dat internet pas 15 jaar geleden zijn intrede in de huiskamers deed. Smartphones en tablets hebben ons leven ingrijpend veranderd. Nederland behoort sinds 2012 tot de top vijf van de meest concurrerende kenniseconomieën in de wereld 1. Een significant deel van de economische groei in onze samenleving komt voort uit kennis. En deze kennis vernieuwt zich ook steeds. Om mee te komen en bij te dragen aan de kenniseconomie moeten burgers voldoende zijn toegerust om continu kennis en informatie te verwerven, op de juiste wijze te interpreteren en uit te wisselen met anderen. Taalvaardigheid vormt de basis voor de ontwikkeling van andere vaardigheden en is essentieel om toegang te krijgen tot specifieke kennisgebieden en deze ook te begrijpen. De verdergaande digitalisering en de groeiende hoeveelheid informatie die via het web wordt aangeboden, maakt ook van ICT-geletterdheid of mediawijsheid een basisvaardigheid. De kloof tussen hoog opgeleide en laag opgeleide mensen wordt steeds groter. Aan de ene kant is er de groep mensen die toegang heeft tot de technologie, tot de informatie en die ook kunnen duiden en toepassen. Aan de andere kant is er een grote groep laaggeletterden die ook nauwelijks computervaardigheden bezit. Tussen deze twee extremen is een grote groep mensen die graag bij wil blijven, maar niet altijd de juiste wegen weet te vinden.
@
Veel mensen beschouwen de bibliotheek op dit moment als een uitleenplaats van boeken. Zij denken dat de bibliotheek verdwijnen zal en dat mensen alleen maar meer e-books gaan lezen. Verschillende deskundigen twisten echter over het feit of fysieke boeken ooit zullen verdwijnen. Men is het er wel over eens, dat een individuele bibliotheek geen kans heeft in de e-booksmarkt. Dit moet landelijk worden opgepakt. De bibliotheken zijn dan ook in 2014 begonnen met een landelijk e-bookplatform. Buiten kijf staat dat het uitlenen van fysieke boeken een steeds minder belangrijke rol gaat spelen in de bibliotheek. Daarom is het belangrijk ons te bezinnen op het doel en de maatschappelijke functie van de bibliotheek.
@ 1 World Economic Forum:The Global Competitiveness Report 2012–2013
De snelle technologische veranderingen in de samenleving vergen van burgers dat zij de juiste kennis en vaardigheden ontwikkelen en dat zij bovendien hun hele leven blijven leren. Naast vaardigheden als lezen en mediawijsheid, worden de zogenaamde 21st century skills steeds belangrijker. Wetenschappers over de hele wereld zijn het er over eens dat vaardigheden als samenwerken, creativiteit, communiceren, probleemoplossend vermogen en kritisch 6
@
De maatschappelijke opdracht van de bibliotheek Unesco en commissie Meijer In de loop van de jaren is er veel gediscussieerd over de functie en maatschappelijke opdracht van de bibliotheek. In 1994 stelde Unesco het Manifest over de Openbare Bibliotheek vast. Het Unesco-manifest zegt: ‘Vrijheid, welvaart en de ontplooiing van samenleving en individu zijn fundamentele menselijke waarden. Deze kunnen alleen worden gerealiseerd door goed geïnformeerde burgers, die in staat zijn hun democratische rechten uit te oefenen en een actieve rol te spelen in de samenleving. Constructief deelnemen aan het maatschappelijk leven en meewerken aan het vormgeven van de democratie zijn afhankelijk van voldoende opleiding en van vrije en onbeperkte toegang tot kennis, wetenschap, cultuur en informatie. De openbare bibliotheek, de plaatselijke toegangspoort tot kennis, schept een essentiële voorwaarde voor levenslang leren, onafhankelijke besluitvorming en de culturele ontwikkeling van individuen en maatschappelijke groeperingen.’ Het rapport ‘Open poort tot kennis’ uit 2000 van de commissie Meijer benoemde vier hoofdlijnen voor de bibliotheek: • De bibliotheek is er voor iedereen • Fysieke en digitale toegankelijkheid • De bibliotheek staat midden in de samenleving • Een leven lang leren In 2005 zijn door de bibliotheken en gemeenten in de ‘Richtlijn voor basisbibliotheken’ gezamenlijk een vijftal kernfuncties benoemd: • Warenhuis van kennis en informatie • Centrum voor ontwikkeling en educatie • Encyclopedie van kunst en cultuur • Inspiratiebron van lezen en literatuur • Podium voor ontmoeting en debat ‘Persoonlijke ontwikkeling’ In zijn artikel ‘De maatschappelijke opdracht van de openbare bibliotheek in de 21e eeuw’ uit 2011 beschrijft professor Frank Huysmans de ontwikkeling van de openbare bibliotheek. De oorsprong van de openbare bibliotheek ligt in de tweede helft van de negentiende eeuw. Het doel van de bibliotheek was niet het uitlenen van boeken, noch leesbevordering, noch het waarborgen van informatievrijheid. Dit zijn accenten die in de loop van de 20e eeuw zijn gezet. Het oorspronkelijk doel was volksverheffing of volksontwikkeling: burgers in staat stellen zichzelf te ontwikkelen. De middelen waarmee dit doel wordt nagestreefd zijn in de loop der decennia zijn veranderd. In de beginjaren was de openbare bibliotheek voornamelijk een openbare leeszaal waar mensen ter plekke boeken en periodieken kwamen raadplegen. Pas later kwam de uitleenfunctie in beeld. Huysmans schrijft dat het uitgangspunt voor de maatschappelijke opdracht van de openbare bibliotheek nog steeds het ondersteunen van ontwikkeling zou moeten blijven. Waar destijds de ‘verheffing van het volk’ het oogmerk was, is dat in de geïndividualiseerde wereld van nu eerder ‘persoonlijke ontwikkeling’. Dit houdt een accentverschuiving in ten opzichte van de vijf kernfuncties uit de richtlijn voor basisbibliotheken. In de visie van Huysmans staan de andere kernfuncties in het teken van ontwikkeling en educatie als centrale opdracht voor de openbare bibliotheek. De verschillende dimensies van ontwikkeling en educatie worden ieder op een andere manier ondersteund door de kernfuncties kennis en informatie, lezen en literatuur, kunst en cultuur en ontmoeting en debat. 7
Als ontwikkeling het doel is, dan moeten we dat onderscheiden van de middelen om dat doel te bereiken. En die middelen zijn in de afgelopen eeuw meer aan verandering onderhevig geweest. Dat de bibliotheek zo sterk in het teken staat van boeken en andere tekstuele media, vindt zijn oorsprong in het feit dat deze media in de eerste decennia van de 20e eeuw de enige tast- en bewaarbare bronnen van kennis, informatie, cultuur en amusement waren. Dat is de belangrijkste reden waarom leesbevordering in de loop van de 20e eeuw tot het takenpakket van de bibliotheek ging behoren. Wie niet kan lezen, heeft te midden van een vrij toegankelijke boekencollectie immers nog steeds geen toegang tot de kennis zelf. Nog altijd is laaggeletterd zijn een hindernis voor persoonlijke ontwikkeling. Bevordering van de leesvaardigheid door de openbare bibliotheek is daarom als onderdeel van de ontwikkelingsfunctie te beschouwen. De activiteiten van de bibliotheken veranderden met de jaren. In de tijd die we nu meemaken, met snelle veranderingen in informatietechnologie en webtoepassingen, staan de traditionele informatiedragers onder druk. Huysmans schrijft over het doel van de bibliotheek: De bibliotheek moet fysieke en digitale dienstverlening combineren in het verwerkelijken van de missie: het ondersteunen/faciliteren van de persoonlijke ontwikkeling van burgers, opdat het functioneren van de open, democratische samenleving verbetert. In het najaar van 2013 bracht het sectorinstituut openbare bibliotheken (SIOB) een rapport uit over innovatie, waarin Huysmans rapporteert dat de innovatiedeskundigen vrij breed de mening delen dat het uitlenen van boeken als middel om het doel ‘persoonlijke ontwikkeling van burgers’ dichterbij te brengen op termijn minder centraal zal staan. Maar de inschattingen over de lengte van deze termijn verschillen. Het accent in de ideeën over bibliotheekinnovatie lag op de transitie naar een ander soort bibliotheek: een bibliotheek als platform dat in mindere mate werkt met een collectie voor de burger, maar die in toenemende mate met de burger samen aan de slag gaat om kennis en creativiteit tot ontwikkeling te laten komen. 8
Bibliotheek als platform De Amerikaan David Lankes is een autoriteit op het gebied van de bibliotheek. In 2012 verscheen een nieuw boek van hem, getiteld ‘Expect More: Demanding Better Libraries For Today’s Complex World’. Daarin betoogt hij dat bibliotheken van grote waarde kunnen zijn voor de gemeenschap waarin ze functioneren, mits ze meer inzetten op leren en kennis, zonder vast te blijven zitten aan traditionele functies, ‘bakstenen’ en boeken. Lankes beschrijft dat bibliotheken platformen horen te zijn, ‘communities’ voor het creëren en delen van kennis. Nieuwe vormen van kennis Bij zowel Huysmans als Lankes ligt de nadruk steeds minder op boeken en steeds meer op informatie, in welke vorm dan ook. Ook de vereniging openbare bibliotheken (VOB) beschrijft deze trend in ‘Bibliotheek in een digitaal tijdperk’ uit 2011. Door de enorme groei van het informatieaanbod is het voor veel mensen ondoenlijk geworden om te onderscheiden wat de moeite waard is om te weten, wat feiten zijn en wat opinie. Er is behoefte aan duiding. Hier ligt een gouden kans voor de Bibliotheek om zich te ontwikkelen tot de onmisbare schakel tussen burgers en informatie. Kennis is niet langer voorbehouden aan experts. Op internet kan iedereen zich manifesteren als informatieproducent, schrijver, deskundige, muzikant of filmmaker. Er is onbeperkte interactie mogelijk, waardoor mensen gewend zijn te kunnen reageren, iets toe te kunnen voegen. Het zijn coproducenten van informatie en cultuur geworden. In de toekomst bestaat de collectie van de Bibliotheek niet alleen uit fysieke en digitale bronnen, maar ook uit mensen. Mensen in de samenleving die over kennis beschikken die zij willen delen met anderen, mensen die samen iets waardevols toe willen voegen aan de bronnen van de Bibliotheek en haar samenwerkingspartners. De Bibliotheek van de toekomst brengt mensen in contact met informatie, kennis en cultuur maar ook met elkaar. Meerwaarde creëren, samen met partners en gebruikers, staat de komende jaren centraal. Commissie Cohen In januari 2014 presenteerde een commissie onder leiding van Job Cohen een rapport over de toekomst van de bibliotheek in Nederland. Ook deze commissie komt tot de conclusie dat de bibliotheek gericht moet zijn op de ontwikkeling en ontplooiing van individu en samenleving. De bibliotheek is, naast school, de enige instelling die garandeert dat iedereen toegang heeft tot informatie en bronnen om zichzelf te ontwikkelen. De bibliotheek is een knooppunt waar een groot deel van die kennis samenkomt, actief wordt gedeeld en doorontwikkeld. De bibliotheek transformeert zich tot een hedendaagse agora, een moderne sociaal-culturele marktplaats, het kloppend hart van de gemeenschap. De bibliotheek onderscheidt zich van andere ontmoetingsplekken door haar toegankelijke, laagdrempelige en nietcommerciële karakter. Met deze fysieke plaats biedt de bibliotheek meerwaarde op sociaal-cultureel vlak in de stad, wijk en dorp, en draagt ze wezenlijk bij aan gemeenschapsvorming en cohesie.
9
Missie en visie De overheid ziet het als haar taak om burgers goed voor te bereiden op de taak zich staande te kunnen houden in deze complexe wereld en actieve, participerende burgers te worden. Een democratische samenleving kan alleen functioneren wanneer burgers over de basisvaardigheden lezen en mediawijsheid beschikken en over de kennis en vaardigheden om op basis van gefundeerde argumenten met elkaar in gesprek te gaan. Missie Wij scheppen essentiële randvoorwaarden voor een leven lang leren, onafhankelijke besluitvorming en de culturele ontwikkeling van individuen en groepen en leveren daarmee een cruciale bijdrage aan de kennissamenleving. Visie Wij helpen burgers zich te ontwikkelen tot volwaardige en betrokken deelnemers aan de hedendaagse informatiemaatschappij en kenniseconomie. Dit doen we door kwetsbare groepen te ondersteunen bij de ontwikkeling van een minimaal niveau aan basisvaardigheden en individuen mogelijkheden te bieden bij te blijven in de maatschappij en zichzelf te ontwikkelen. Onze uitgangspunten Persoonlijke ontwikkeling kan plaatsvinden wanneer mensen: • Kunnen lezen • Informatie kunnen vinden, ‘plaatsen’ en beoordelen • Informatie kunnen toepassen, zodat kennis ontstaat Daarom richten wij onze focus op twee speerpunten: • Enerzijds richten wij ons op het zelfredzaam maken van kwetsbare groepen door middel van het ondersteunen van de basisvaardigheden lezen en mediawijsheid. • Anderzijds willen wij als bibliotheek het ‘Huis van kennis en informatie’ zijn, waar mensen zich kunnen ontwikkelen en toegang hebben tot verbeelding. Basisvaardigheden lezen en mediawijsheid Lezen en mediawijsheid zijn voorwaarden om mee te kunnen doen in onze maatschappij. In Smallingerland heeft 1 op de 7 mensen zich niet voldoende redden met lezen. • Opgroeien met taal en voorlezen zorgt er voor dat kinderen een betere start maken in het leven. Wij willen ouders en pedagogisch medewerkers stimuleren en ondersteunen in het voorlezen. • Scholen zijn verantwoordelijk voor het aanleren van deze basisvaardigheden. Wij willen daarin een actieve partner zijn voor het onderwijs en richten ons hierbij op leesplezier en het oefenen van informatievaardigheden. • Wij willen kwetsbare groepen, laaggeletterden en mensen met weinig ICT-vaardigheden, ondersteunen en begeleiden in het ontwikkelen van deze vaardigheden zodat zij hun achterstand in de maatschappij kunnen inlopen. Dit willen we doen door het oprichten van een netwerk met lokale partners en door middel van het oprichten van een Taalhuis in de bibliotheek. Bibliotheek als Huis van kennis en informatie De Bibliotheek brengt mensen in contact met informatie, kennis en cultuur maar ook met elkaar. Ook plezier in lezen en taal vindt hier een plaats. Het Huis van kennis en informatie geven wij vorm door de volgende functies mogelijk te maken: 1. Lezen & literatuur 2. Activiteiten 3. Nieuwe media & technologie 4. Ontmoeten, studeren & werken
10
Basisvaardigheden lezen en mediawijsheid “Lezen is niet langer meer een nice to have, maar een need to have voor onze samenleving. Inzetten op lezen is ook een sociaal-economische investering”. Prinses Laurentien De maatschappelijke kloof tussen hoger- en laagopgeleiden wordt steeds groter. De Onderwijsraad waarschuwt ook voor deze trend in ‘Maatschappelijke achterstanden van de Toekomst’ en stelt dat er indicaties zijn dat laag- en hoogopgeleiden steeds meer in gescheiden werelden leven. In dit hoofdstuk bespreken we de basisvaardigheden lezen en mediawijsheid.
Jeugd Laaggeletterdheid start vaak al in de vroege jeugd. Kinderen uit taalarme gezinnen horen thuis veel minder verschillende woorden in hun eerste vier levensjaren dan kinderen uit hoogopgeleide gezinnen. Daarbij komt dat de kinderen in de hoger opgeleide gezinnen niet alleen veel meer woorden horen, maar ook meer woorden uit verschillende categorieën. Deze woorden hebben niet alleen te maken met het hier en nu, maar ook met gebeurtenissen elders en op andere momenten. Deze kinderen krijgen dus veel meer mogelijkheden om te leren hoe je via de taal de wereld kunt beschrijven en begrijpen. Het ligt dus voor de hand om de strijd tegen laaggeletterdheid zo vroeg mogelijk te starten en een doorgaande lijn te ontwikkelen van baby’s naar volwassenen. 0-4 Jaar Om een taal te leren zijn jonge kinderen afhankelijk van wat zij om zich heen horen. Er is een groot verschil in de mate waarop gesproken wordt binnen gezinnen. Na vier jaar heeft een kind uit een gezin waar veel gepraat wordt 30 miljoen woorden meer gehoord dan een kind uit een zwijgzaam en/of taalarm gezin. De gevolgen voor de woordenschatontwikkeling zijn enorm. Een zwakke taalomgeving thuis resulteert in een achterstand bij de start op school die bijna niet meer in te halen is. Boeken zijn een middel bij uitstek om meer taal in het leven van kinderen te brengen. Nationaal en internationaal onderzoek duidt op een aantoonbaar verband tussen (voor)lezen en taalontwikkeling. Ouders blijken tijdens het voorlezen complexere taal te gebruiken dan bijvoorbeeld tijdens het verzorgen. Ook besteden ze tijdens het voorlezen vaak expliciet aandacht aan de betekenis van woorden. Ze passen hun taal en hun manier van voorlezen vaak als vanzelf aan de ontwikkelingsfase van hun kind aan. Ook als kinderen nog niet kunnen praten, hebben zij profijt van voorlezen. Van de voorgelezen baby’s, peuters en kleuters heeft bijna 70% voldoende woordenschat om een goede start te kunnen maken op school, terwijl dit voor maar iets meer dan 30% in de niet-voorgelezen groep geldt. Het landelijke project BoekStart is een succesvolle aanpak om ouders te stimuleren hun kind vanaf de babyleeftijd voor te lezen en regelmatig met hun kind de bibliotheek te bezoeken. BoekStart biedt een structureel kader voor gemeenten, bibliotheken, consultatiebureaus, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen om het plezier in lezen te bevorderen en de kans op taalachterstanden te verkleinen door kinderen vanaf de geboorte betere ontwikkelingskansen te bieden.
Onze uitgangspunten Opgroeien met taal en voorlezen zorgt er voor dat kinderen een betere start maken in het leven. Wij willen ouders en pedagogisch medewerkers stimuleren en ondersteunen in het voorlezen. 11
Waar gaan wij mee beginnen? We continueren het programma Boekstart en Boekstart op de Kinderopvang. Boekstart op de Kinderopvang gaan we uitbreiden naar meer peuterspeelzalen en kinderopvang. 4-12 Jaar Uit onderzoek van taalkundigen blijkt dat vrijetijdslezen een drijvende kracht is achter geletterdheid en taalvaardigheid. Er is een gemiddeld tot sterk verband tussen vrijetijdslezen enerzijds en woordenschat, begrijpend lezen, technisch lezen en spellen anderzijds in alle leeftijdsgroepen. Kinderen die plezier hebben in lezen, lezen meer en gaan doordat zij meer lezen sneller vooruit in technisch en begrijpend lezen. Dit geeft een gevoel van competentie, dat de leesmotivatie in stand helpt te houden, waardoor de kinderen blijven lezen. Om zelfstandig teksten te lezen en te begrijpen hebben kinderen een basiswoordenschat van ongeveer 6000 hoogfrequente woorden nodig. Daarna kunnen ze ook nieuwe woorden verwerven door te lezen. Dan gaat het om minder gebruikte woorden, die ook nauwelijks in gesprekken voorkomen. Bij 15 minuten stillezen per dag, kunnen kinderen ca. 1000 nieuwe woorden per jaar leren. 25% van de kinderen verlaat de basisschool met een leesachterstand van minstens 2 jaar. Dit heeft grote gevolgen voor hun verdere (school)carrière. Voor de bovenbouw van de basisschool is lezen niet de enige belangrijke vaardigheid. Ook media-wijsheid is van groot belang. Jongeren groeien op in een samenleving die bol staat van informatie. Dagelijks zien zij in hun omgeving en via media een schat aan al dan niet vaststaande feiten aan zich voorbijtrekken, waaruit ze een selectie moeten maken. Wat is waar, wat is belangrijk, wie zegt dat en waar vind ik wat ik wil weten? Als antwoord hierop hebben de bibliotheken het landelijke programma ‘de Bibliotheek op school’ (dBos) ontwikkeld. De Bibliotheek op school is een gezamenlijke strategische aanpak van bibliotheken voor het primair onderwijs, waarin op structurele wijze wordt gewerkt aan taalontwikkeling, leesbevordering en mediawijsheid. Dat gebeurt op strategisch, beleidsmatig en uitvoerend niveau door zowel bibliotheken, gemeente als onderwijs. Het bestaat uit verschillende, flexibel in te zetten bouwstenen die scholen, bibliotheken en gemeenten in staat stellen samen en op structurele wijze lezen en mediawijsheid in het primair onderwijs te stimuleren. De Bibliotheek op school is een landelijke aanpak, maar laat zich volledig naar de lokale situatie, wensen en behoeften plooien. Belangrijke voorwaarde is een strategisch gestructureerde aanpak met als kenmerken: • werken vanuit een lees- en mediaplan • met duidelijk doelen en controle op resultaten • geborgd in de school en de bibliotheek • werkend met professionals in onderwijs en bibliotheek: de leescoördinator, de leesconsu- lent, de educatief specialist • een aantrekkelijke collectie boeken in de school
Onze uitgangspunten Lezen en informatievaardigheden zijn essentiële vaardigheden om volwaardig aan de maatschappij te kunnen deelnemen. Scholen zijn verantwoordelijk voor het aanleren van deze basisvaardigheden. Wij willen hierin een actieve partner zijn voor het onderwijs, waarbij leesplezier en het oefenen van informatievaardigheden onze speerpunten blijven.
Waar gaan wij mee beginnen? Samen met de scholen gaan we het programma ‘de Bibliotheek op school’ in Smallingerland uitvoeren. Het streven is om het programma over 5 jaar op 85% van de scholen uit te voeren. 12
12-18 Jaar Taalvaardigheid is op het voortgezet onderwijs een belangrijke voorwaarde om de opleiding met succes af te ronden en door te stromen. Succes betekent perspectief op een hogere vervolgopleiding en daarmee uiteindelijk een betere positie op de arbeidsmarkt. Maar hogere vervolgopleidingen stellen ook hogere eisen aan de taalvaardigheid. Er staat dus veel op het spel voor leerlingen. Voor velen van hen is de taal een struikelblok, maar tegelijkertijd een voorwaarde om hogerop te komen. De grootste taaluitdaging is het goed kunnen lezen van teksten. Wie teksten goed begrijpt, is beter in staat het onderwijs te volgen, om opdrachten te maken, om instructies goed uit te voeren. Uit onderzoek blijkt dat in Nederland 15% van de jongeren van 15 jaar niet in staat is om eenvoudige teksten te lezen. Deze groep is vooral te vinden in de beroepsgerichte leerwegen van het vmbo. Woorden kennen is een voorwaarde om teksten te kunnen begrijpen. Om goed met teksten uit de voeten te kunnen in het voortgezet onderwijs, moeten leerlingen ongeveer 17.000 Nederlandse woorden kennen. Vrij lezen is, net als op de basisschool, op het voortgezet onderwijs een belangrijke component voor de taalontwikkeling van jongeren. Regelmatig vrij lezen werkt even goed of beter dan programma’s voor begrijpend lezen. Vrij lezen heeft een positief effect op de ontwikkeling van begrijpend lezen, spelling, schrijven, grammatica en woordenschat. Ook hier geldt dat plezier in lezen een absolute voorwaarde is voor vrij lezen. Zonder mediawijsheid en informatievaardigheden kunnen we in de huidige informatiesamenleving niet meer meekomen. Deze vaardigheden gaan over het zoeken, vinden, kritisch analyseren en verwerken van diverse on- en offline informatiebronnen. Zoeken en vinden kunnen jongeren niet vanzelf, dat moeten ze leren. De veelheid aan informatie die bij ze binnenkomt is zo overweldigend dat het ontzettend moeilijk is om hoofd- en bijzaken te scheiden. Zo blijkt bijvoorbeeld uit onderzoek dat het verschil tussen informatie en reclameboodschappen vaak niet duidelijk is. Een commerciële claim wordt gerust als feit geïnterpreteerd. Jongeren nemen vaak klakkeloos informatie over die op een website staat.
Onze uitgangspunten Ook in het voorgezet onderwijs blijft plezier in lezen en het oefenen van informatievaardigheden belangrijk voor jongeren. Wij willen de scholen ondersteunen bij het stimuleren hiervan.
Waar gaan wij mee beginnen? De programma’s De Bibliotheek op school voor het Voortgezet en Middelbaar Beroepsonderwijs zijn landelijk nog in ontwikkeling. Wij leggen onze prioriteit bij dBos in het basisonderwijs. Zodra dit goed is uitgerold, onderzoeken we de mogelijkheden om te starten met dBos VO en MBO Tot die tijd experimenteren wij met het beschikbaar stellen van collecties aantrekkelijke jeugdboeken op de scholen.
13
Volwassenen Leesvaardigheid Stichting Lezen en Schrijven zegt het volgende: Het vermogen om te kunnen lezen en schrijven is een basisrecht voor elk individu. Geletterdheid is een randvoorwaarde voor een gezonde, veerkrachtige, welvarende en duurzame samenleving waarin alle burgers actief deelnemen. Een van de meest fundamentele voorwaarden voor duurzame inzetbaarheid op de arbeidsmarkt, zelfredzaamheid van burgers en het voorkomen van maatschappelijke uitsluiting is geletterdheid. In Nederland is ongeveer 13% volwassenen laaggeletterd, waarvan het merendeel autochtoon is. In de gemeente Smallingerland is dat zelfs meer: 14%. Dat is hoger dan het landelijk gemiddelde! Nederland beschikt over een beroepsbevolking met een gemiddeld hoog niveau van taalvaardigheid. Maar de verschillen tussen groepen worden groter: zowel het aandeel excellenten als laaggeletterden neemt de afgelopen jaren toe. Dat is zorgelijk: deze verschillen kunnen sociale ongelijkheid vergroten, omdat deze vaardigheden nauw samenhangen met arbeidsparticipatie, maatschappelijke participatie en gezondheid. Laaggeletterden zijn minder vaak actief op de arbeidsmarkt, hebben minder vaak een vaste aanstelling, hebben vaker een laag inkomen, hebben minder vertrouwen in de medemens en beoordelen hun gezondheid vaker als matig tot slecht. Maar dat betekent niet dat laaggeletterden per definitie aan de zijlaan staan: het grootste deel van de laaggeletterden heeft wel degelijk werk. De grootste groep laaggeletterden bestaat uit oudere autochtonen met een middelbaar opleidingsniveau 43% van de laaggeletterden is werkloos of inactief. De jaarlijkse kosten in Nederland van laaggeletterdheid worden geschat op zo’n € 560 miljoen. Een groot deel van deze kosten wordt veroorzaakt door een verminderde productiviteit en verminderde belastinginkomsten. Toch is er ook goed nieuws. Uit nationale en internationale onderzoeken blijkt dat investeren in laaggeletterdheid ervoor zorgt dat iemand: 1. de taal beter beheerst 2. zich gelukkiger voelt en een betere plek in de samenleving krijgt: hij of zij heeft een betere leef-en familiesituatie en is sociaal actiever 3. meer kansen op een baan en een hoger salaris heeft en beter kan functioneren in de huidige baan 4. gezonder kan leven, minder snel een ziekenhuisopname of depressie heeft en een langer leven leidt 5. sneller kan deelnemen aan een opleiding Mediawijsheid We leven in een digitale kennissamenleving. Het huidige kabinet streeft ernaar in 2017 alle overheidsdiensten digitaal aan te bieden. Veel instellingen zijn vrijwel uitsluitend digitaal te bereiken, zoals banken, belastingdienst, verzekeringen en zorginstellingen. Veel mensen hebben echter beperkte (digitale) basisvaardigheden. Hierdoor kunnen zij moeilijk meekomen met de digitalisering van diensten. Onderzoek toont aan dat het gaat om 3 tot 4 miljoen Nederlanders. Het CBS meldt dat 18% van de Nederlanders tussen 12 en 74 jaar weinig computervaardigheden bezit en 9% zeer weinig computervaardigheden. Vaak is er ook een samenhang met laaggeletterdheid. Het verwerven van digitale basisvaardigheden gaat verder dan alleen `knoppenkunde`. De meer inhoudelijke vaardigheden als zoeken, selecteren en evalueren van informatie zijn ook van groot belang. Bij ouderen schort het nog vaak aan de `knoppenkunde`, bij kinderen en tieners juist aan de inhoudelijke gerelateerde vaardigheden. Hoewel opgegroeid in het digitale tijdperk, blijkt dat de laatste groep minder handig op internet manoeuvreert dan vaak wordt gedacht. Onderzoek laat zien dat deze groep problemen heeft met het definiëren van de zoekvraag en met het verwerken van informatie.
14
Onze uitgangspunten Lezen en mediawijsheid zijn randvoorwaarden om mee te kunnen doen in onze maatschappij. In de toekomst zullen er kwetsbare groepen achterblijven. Digibeten, mensen met een beperking en laaggeletterden zullen blijvend moeite hebben met het gebruik van digitale dienstverlening. Wij willen hen ondersteunen en begeleiden in gebruik van digitale en gedrukte media en het ontwikkelen van de vaardigheden in het gebruik ervan. Dit willen we doen vanuit het lokale netwerk en in samenwerking met onze lokale partners.
Waar gaan wij mee beginnen? In 2013 hebben we het Convenant van het Bondgenootschap voor Geletterdheid Fryslân ondertekend. Hiermee hebben we aangegeven dat wij ons willen inzetten voor het bestrijden van laaggeletterdheid. We gaan een lokaal netwerk opzetten, in samenwerking met de gemeente Smallingerland. Partijen die zich bezig houden met het bestrijden van laaggeletterdheid brengen wij bij elkaar om de krachten te bundelen en samen te werken. We gaan samen met onze partners werken aan bewustwording van de problematiek en het bereiken van de doelgroep verbeteren. Omdat mensen die moeite hebben met lezen en schrijven uit zichzelf de weg naar de bibliotheek niet zo snel weten te vinden, zullen wij ons actief richten op plekken en samenwerkingspartners waar laaggeletterdheid kan worden gesignaleerd. Daarnaast gaan we in de bibliotheek een Taalhuis opzetten. De bibliotheken hebben landelijk oefenprogramma’s aangeschaft, zoals oefenen.nl en klik en tik. Ook Digisterker van de overheid kan hier worden gebruikt. Wij hebben ruimte, computers en kennis in huis. In dit Taalhuis willen we samenwerken met partners uit het lokale netwerk, zodat laaggeletterden en mensen met weinig digitale basisvaardigheden met hulp van geschoolde vrijwilligers oefenprogramma’s kunnen gebruiken. In dit Taalhuis vinden mensen een aangepaste collectie boeken in toegankelijk Nederlands geschreven.
15
Huis van kennis & informatie Wij helpen burgers zich te ontwikkelen tot volwaardige en betrokken deelnemers aan de hedendaagse informatiemaatschappij en kenniseconomie Nederland wil een kenniseconomie zijn en streeft naar een toppositie op internationaal niveau. Om mee te kunnen in de huidige kenniseconomie moeten burgers adequaat zijn opgeleid in het primair en secundair onderwijs en dienen zij hun competenties gedurende hun hele leven te blijven ontwikkelen. De scheiding tussen een fase waarin mensen worden opgeleid en een werkende levensfase waarin ze hun kennis toepassen, wordt daarbij minder absoluut. Er komt meer nadruk te liggen op het leren buiten de formele structuren van het onderwijs. De overheid vindt het belangrijk dat wij blijven leren en ons ontwikkelen. De Europese Commissie hanteert een brede definitie van een leven lang leren: ‘Alle vaardigheden die gedurende het hele leven ontplooid worden om kennis, vaardigheden en competenties vanuit een persoonlijk, burgerlijk, sociaal en/of werkgelegenheidsperspectief te verbeteren.’
De vaardigheden die van ons gevraagd worden in de 21e eeuw, de 21st century skills, houden meer in dan taal en rekenen. Het gaat om samenwerken, probleemoplossend vermogen, ict-geletterdheid, kritisch denken, communiceren en sociale en culturele vaardigheden. Veel informatie is digitaal beschikbaar. Het aanbod van content wordt steeds meer op maat gesneden. Met behulp van meta-datamanagement wordt informatie vraaggericht en intuïtief. Deze vergaande personalisering door algoritmes kent ook een keerzijde. Mensen komen steeds meer in unieke informatiewerelden terecht, die dusdanig op maat gesneden zijn dat burgers niet meer worden blootgesteld aan zaken die uitdagen en andere inzichten bieden, aan nieuwe mensen en andere perspectieven. Door moderne communicatietechnieken organiseren mensen zich in toenemende mate op informele wijze rondom bepaalde thema’s of interesses. Kennisdeling en samenwerking spelen hierin een belangrijke rol.
16
Onze uitgangspunten Ontwikkeling is een breed begrip. Wij maken onderscheid tussen ontwikkeling en educatie, een leven lang leren en naar school gaan. De bibliotheek is er voor het ondersteunen van een leven lang leren. In onze ogen is de bibliotheek een bruisende en inspirerende plek, waar de bezoeker zich kan ontwikkelen en laten inspireren. Een plek waar de bezoeker informatie krijgt en kennis kan ontwikkelen over een rijk scala aan onderwerpen, op alle mogelijke manieren. Een plek waar de bezoeker toegang krijgt tot taal en verbeelding. Er zijn boeken en digitale bronnen, maar ook allerlei activiteiten zoals lezingen, films, workshops, cursussen, debatten en inloopmiddagen. De activiteiten sluiten aan op de actualiteit en zijn vraaggestuurd. Bij de activiteiten wordt een actueel infopakket aangeboden, met fysieke en digitale bronnen. De bibliotheek kent niet alleen die bronnen, maar ook de mensen in de samenleving. Zij wordt een netwerk van mensen die samen werken, delen en creëren. Het accent verschuift van statische dienstverlening naar een meer dynamisch aanbod van educatieve activiteiten op het gebied van taal, lezen, informatie en media. In nauwe samenwerking met partners zorgen wij er voor dat burgers op de hoogte blijven van ontwikkelingen in de samenleving. Veel van onze dienstverlening zal zich verplaatsen naar digitale kanalen. Toch hebben wij nog een fysieke plek nodig. Beide domeinen zullen niet los van elkaar, maar aanvullend op elkaar moeten functioneren. De digitale bibliotheek vormt een aanvulling op de fysieke bibliotheek en vice versa. Beide versterken en verrijken elkaar. De fysieke bibliotheek nodigt uit tot gebruik van de digitale bibliotheek en andersom. Als een bezoeker de fysieke bibliotheek binnenloopt wordt hij tegelijkertijd ondergedompeld in een digitale wereld en als diezelfde klant de digitale bibliotheek bezoekt, wordt hij uitgenodigd om deel te nemen aan fysieke activiteiten. Het Huis van kennis en informatie is er voor alle inwoners. Het Huis van kennis en informatie is een fysieke plek in het centrum van de stad waar inwoners informatie kunnen halen, boeken kunnen lezen/lenen/ruilen, kunnen studeren of werken, een cursus kunnen volgen, media of andere nieuwe technologieën uit kunnen proberen, advies kunnen krijgen of al dan niet georganiseerd gelijkgestemden kunnen ontmoeten. Het Huis van kennis en informatie geven wij vorm door de volgende functies mogelijk te maken:
1. Lezen & literatuur
2. Activiteiten
3. Nieuwe media & technologie
4. Ontmoeten, studeren, werken & vergaderen
Lezen & literatuur
In het hoofdstuk basisvaardigheden hebben we gezien dat leesvaardigheid en mediawijsheid van belang zijn bij het verwerven van kennis. Maar lezen doet meer. Lezen draagt bij aan ontspanning: genieten van esthetisch taalgebruik en ontsnappen uit het dagelijkse drukke leven. Het prikkelt de fantasie en stimuleert verbeeldingskracht en creativiteit. Daarnaast helpt het mensen om te leren over de wereld, zich in te leven in personages en te zoeken naar nieuwe inzichten. Door kennis aan te bieden over wat elders leeft en door het mogelijk maken van het toetsen van andere denkbeelden aan eigen overtuigingen, dragen lezen en literatuur bij aan reflectie, individueel bewustzijn, tolerantie, empathisch vermogen en wederzijds begrip. In tijden waarin de leescultuur steeds meer onder druk komt te staan, behoren ondersteuning van leesbevordering en de promotie 17
van de lees- en literaire cultuur daarom nog steeds tot het hart van onze dienstverlening. Sinds 2008 daalt in Nederland de aanschaf van gedrukte boeken aanhoudend, terwijl de aanschaf van e-books toeneemt. Tegelijkertijd is het de vraag of en wanneer digitale boeken fysieke boeken vervangen. Het aandeel van het e-boek in de totale verkopen is vooralsnog zeer bescheiden. In de Verenigde Staten blijkt het aandeel e-books op 30% te blijven steken. Het is lastig te voorspellen hoe snel e-books in Nederland worden geadopteerd en fysieke boeken worden vervangen door digitale. Waar gaan wij mee beginnen? Wij blijven een collectie voor recreatief en informatief lezen onderhouden. Vanaf 2014 bieden wij het landelijk e-bookplatform aan, waardoor het accent langzaam van fysieke boeken naar e-books verschuift. We hebben onlangs een aanbod voor leesgroepen ontwikkeld. We gaan de vorming van leesgroepen actief stimuleren en het gebruik van de (digitale) bibliotheek promoten voor het achterhalen van secundaire literatuur en recensies. We willen een fysieke en digitale ontmoetingsplaats worden voor individuen die zich bij een leesgroep willen aansluiten, zodat die gezamenlijk nieuwe groepen kunnen oprichten. We hebben een collectie voor mensen die moeite hebben met lezen en een collectie voor mensen met een visuele of andere lichamelijke beperking. Daarnaast verwijzen wij naar de blindenbibliotheek “Aangepast lezen” als de eigen collectie niet toereikend is. Ook geven we voorlichting over hulpmiddelen die het lezen makkelijker maken. Wij proberen zoveel mogelijk social reading te bevorderen. Het schrijven van recensies van boeken uit onze eigen collectie is een van de mogelijkheden die het publiek heeft om een mening te geven, kritiek te uiten of juist het enthousiasme te delen met andere lezers. Social reading is een trend die voorzichtig in is gezet maar naar verwachting steeds populairder zal worden. Inmiddels laten vooruitstrevende auteurs hun nieuwe boeken al becommentariëren door lezers via internet zodat zij fouten kunnen verbeteren en teksten vervolmaken. De lezer heeft soms zelfs al invloed op de loop van het verhaal. Een “like” wand in de bibliotheek maar ook op de website is een van de middelen die serieus overwogen wordt. Het zelf beoordelen van boeken via de catalogus gaan we meer bekendheid geven, onder andere tijdens voorlichtingsbijeenkomsten voor leesgroepen.
Activiteiten
Een andere belangrijke vorm van connectie die bibliotheken tot stand brengen is die tussen mensen onderling. Kenniscreatie is ook een sociaal proces en komt mede tot stand in conversatie en bij interactie. Wij willen ons ontwikkelen tot een fysiek en digitaal platform voor social learning, waar mensen, ondersteund door hulpmiddelen van de bibliotheek, ideeën kunnen uitwisselen, kunnen samenwerken, discussiëren, onderhandelen en co-creëren. Bezoekers van de bibliotheek komen niet alleen kennis halen, maar ook brengen. Niet louter de collectie of andere formele informatiebronnen zijn een belangrijke bron, dat geldt ook voor de gebruikers zelf. Vanuit onze sociaal-culturele rol willen we niet alleen betrokkenheid en wederzijds begrip stimuleren tussen mensen en groepen onderling, maar ook betrokkenheid van mensen met de publieke zaak in het algemeen. Bijvoorbeeld door mensen uit te nodigen zich te mengen in lokale maatschappelijke debatten, bij lokale besluitvorming, gemeenschapskwesties of politiek. Op die manier kunnen we stimuleren dat mensen actief meedenken over en een bijdrage willen leveren aan de verbetering van de lokale leefomgeving. 18
Waar gaan wij mee beginnen? Om de persoonlijke ontwikkeling van mensen te ondersteunen, blazen wij www.beleefhetindebieb. nl nieuw leven in. Wij hebben een uitgebreid programma aan activiteiten. Activiteiten in onze bibliotheek variëren van lezingen tot workshops, informatiemarkten en cursussen in een range aan interessegebieden, zoals Wonen, Eten & Drinken, Gezondheid, Opvoeden, Kunst & Cultuur, Geloven, Uiterlijk, Recht, Werken, Computers, Reizen, Vrije tijd en Sport. Na afloop van een activiteit worden mensen uitgenodigd zich aan te sluiten bij een digitale community over een bepaald onderwerp, om op deze manier hun kennis verder uit te diepen. Bij de activiteiten van de bibliotheek horen themagerichte infopakketten die aansluiten bij de behoeften en interesses van de lokale gemeenschap en specifieke doelgroepen. Door zowel open als gesloten content thematisch samen te voegen en toegankelijk te maken wordt waarde toegevoegd aan wat er elders, bijvoorbeeld bij zoekmachines als google, te krijgen is. Zo bieden wij ondersteuning in het ordenen van en navigeren door een overdaad aan informatie. Bovendien attenderen we burgers met zo’n voorselectie op nieuwe thema’s en invalshoeken waardoor ze nieuwe inzichten opdoen, kennis maken met andere perspectieven, geïnspireerd raken en uitgedaagd worden. Wij laten onze database opnieuw bouwen. Naast het themagericht aanbieden van certified knowledge, als betrouwbare en kwalitatief goed bestempelde kennis, zal community knowledge, kennis gecreëerd in netwerk- of gemeenschapsverband, in deze nieuwe database een belangrijke component worden. We gaan de gebruikers actief uitnodigen om bij te dragen door bijvoorbeeld themadossiers te verrijken met eigen informatie, te linken naar andere dossiers of door aanvullende presentaties en bijeenkomsten te organiseren. Bedrijven en maatschappelijke organisaties hebben vaak veel kennis in huis. Als bibliotheek kunnen wij hen een platform bieden om deze kennis met burgers te delen. Voor bedrijven is dit interessant, want bibliotheken hebben een groot netwerk, zijn laagdrempelig, onafhankelijk en betrouwbaar.
Nieuwe media & technologie
Leren wordt steeds meer een sociaal proces dat plaatsvindt in cocreatie en door samenwerking en delen. Fablabs en Makerspaces zijn typerende voorbeelden van social learning. Het zijn informele leeromgevingen waar machines ter beschikking worden gesteld om eigen projecten te realiseren of waar kinderen op een speelse manier kennismaken met moderne techniek. Er wordt gezamenlijk gewerkt aan projecten en opgedane kennis wordt gedeeld via online platforms. De fablabs en makerspaces bieden een plek waar samenwerken, creativiteit, technologie en hand- en hoofdwerk samenkomen en waar kennis niet op een schoolse manier wordt overgebracht, maar door met elkaar iets te maken. President Barack Obama ziet ‘the maker movement’ als een van de grootste kansen voor de Amerikaanse economie, sommigen spreken over een nieuwe industriële revolutie. Technologische innovatie is een belangrijk speerpunt voor Smallingerland. Ruim 40% van alle private investeringen voor innovatie in Noord-Nederland wordt besteed in Drachten. Er zijn meer dan 850 werknemers werkzaam in Research en Development in onze gemeente. Inmiddels zijn er diverse samenwerkingsinitiatieven op het gebied van innovatie. Wij willen hierbij aansluiten en de burger in de bibliotheek kennis laten maken met nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen. Innovaties zullen bij ons fysiek te zien en uit te proberen zijn. 19
Waar gaan wij mee beginnen? Wij willen de inwoners van Smallingerland kennis laten maken met technologische innovatie en nieuwe media in het algemeen, en innovatie in Smallingerland in het bijzonder. We willen dat mensen zich bewust worden van wat er achter de muren van de bedrijven gebeurt, zodat zij weten wat hun eigen regio kracht geeft. In de bibliotheek kan de bezoeker kennis maken met nieuwe uitvindingen. Hierbij moet niet alleen gedacht worden aan informatietechnologie, maar aan de nieuwste snufjes en inzichten op het gebied van bijvoorbeeld wonen, uiterlijk, sport, spel en hobby, voeding en gezondheid. Het accent ligt hierbij op het laten kennis maken, ontdekken en ondervinden van de nieuwste technologieën op deze terreinen. Apparatuur die mensen zich (nog) niet kunnen of willen veroorloven en die essentieel zijn voor de kenniseconomie. Wij willen hierin samenwerken met bestaande organisaties en aansluiten bij bestaande samenwerkingsverbanden. We willen lokale groepen verbinden en intermediair zijn tussen organisaties en burgers. Een belangrijk onderdeel zal daarin zijn: laten zien wat Drachten in huis heeft.
Ontmoeten, studeren & werken
Een van de intrigerende paradoxen van de globaliserende en digitaliserende wereld is dat de factor plaats steeds belangrijker wordt. Alle digitale mogelijkheden ten spijt, vervangen interactieve platforms vooralsnog niet direct contact. Zij vullen dat slechts aan. Veel van de activiteiten in de bibliotheek zijn een combinatie van fysiek en digitaal. Er blijft echter behoefte aan een public third place, een fysieke plaats om elkaar te ontmoeten en informatie te delen. Wij houden daarom een fysieke plek in stand voor het faciliteren van werken en leren, maar ook voor het faciliteren van ontmoetingen. De bibliotheek onderscheidt zich van andere ontmoetingsplekken door het publieke, toegankelijke, laagdrempelige, niet-commerciële en dus betrouwbare karakter. Ook lijkt er een groeiende behoefte te bestaan aan de bibliotheek als fysieke werk- of leeromgeving.
Waar gaan wij mee beginnen? Wij zijn een openbaar ‘huis’, een plaats waar de bezoeker kan binnenlopen en ook weer weggaan wanneer hij dat wil. Zo wordt deze plaats een ruimte waar altijd iets te doen is maar waar de bezoeker niet per se aan deel hoef te nemen en er niets van hem wordt verwacht. Na een bezoek aan de bibliotheek ben je weer helemaal bij en weet je wat er speelt in de maatschappij. Voor veel mensen is de bibliotheek een logische plek om te studeren of te werken. Wij hebben hiervoor een aantal werkplekken en gratis wifi. Deze voorzieningen gaan wij uitbreiden.
20
Waar staan wij over
vier jaar?
In deze snel veranderende maatschappij staan wij voor de opdracht de focus te verleggen van het uitlenen van boeken naar het vergroten van de zelfredzaamheid van kwetsbare groepen en het ondersteunen van en bijdragen aan de persoonlijke ontwikkeling van mensen. Zoals wij al in de inleiding schetsten ligt er geen routebeschrijving klaar voor deze reis. We hebben een punt op de horizon en we gaan trekken. Toch willen we hier een beeld schetsen van waar wij staan over vier jaar. Dit is het beeld wat we nu voor ogen hebben. Het is mogelijk dat dit beeld gedurende de trektocht wijzigt. En we doen het niet alleen, we werken samen met veel partners. Veel van onze doelen kunnen we dan ook alleen bereiken als we voldoende enthousiasme bij deze partners weten te wekken.
Basisvaardigheden lezen en mediawijsheid
Over vier jaar maakt een groot deel van de basisscholen in de gemeente Smallingerland gebruik van het programma ‘de Bibliotheek op school’, zodat vrij lezen een vaste plaats krijgt in het curriculum van scholen en kinderen meetbaar meer plezier krijgen in lezen en daardoor meer gaan lezen. In het voortgezet onderwijs en het MBO zijn we begonnen met het implementeren van het programma ‘de Bibliotheek op school’. Over vier jaar is er in Smallingerland een netwerk laaggeletterdheid, waarin alle partners verenigd zijn die het bestrijden van laaggeletterdheid als hun taak zien. We hebben in beeld waar de laaggeletterden zijn en hoe ze het best bereikt kunnen worden. Er zijn ondersteuningsprogramma’s uitgerold waar een groeiend deel van de laaggeletterden gebruik van maakt. In de bibliotheek is een Taalhuis waar laaggeletterden met hulp kunnen oefenen in de basisvaardigheden lezen en mediawijsheid.
Huis van kennis en informatie
Over vier jaar hebben we nog steeds een collectie boeken voor recreatief en informatief lezen. Het landelijk aanbod e-books is gegroeid , even als het gebruik daarvan. De omvang van de fysieke collectie anticipeert op het aanbod en gebruik van e-books. Enthousiaste lezers weten ons te vinden voor het vinden van informatie, het delen van kennis en het onderhouden van contacten met gelijkgezinden. Wij helpen mensen met een leesbeperking aan media of helpen ze de weg te vinden naar andere mogelijkheden. Bezoekers vinden in de bibliotheek een uitgebreid programma aan activiteiten, begeleid door themagerichte infopakketten. Burgers weten ons te vinden om kennis te delen en mensen met dezelfde interesses te ontmoeten. Bedrijven en maatschappelijke organisaties gebruiken de bibliotheek als platform om kennis te delen. Bezoekers vinden in de bibliotheek een wisselend aanbod aan technologische innovaties en nieuwe media uit de hele wereld, en Smallingerland in het bijzonder. Bezoekers kunnen niet alleen kennis maken met deze innovaties, maar in veel gevallen ook leren gebruiken. Over vier jaar is de bibliotheek een bekende werkplek, waar mensen elkaar vinden om te studeren of te werken.
21
Drachten | Smallingerland