Autoroute Oekraïne: van Kiev naar de Krim
McDonald’s
op het Leninplein Oekraïne, de naam betekent grensland, en het land is ook een grens: tussen Rusland en het westen. We reizen van de hoofdstad Kiev via Odessa (trappen!) naar de Krim en dan langs de rivier de Dnjepr weer terug. Door een wereld die onbegrijpelijk anders is, of toch niet? пичча... снек бар.... мек щиккен... ‘Pits-tsa... snek bar... mek tsjikken… daar staat gewoon McChicken!’ Tekst: Anne Wesseling | Fotografie: Paul Tolenaar
Koolzaadvelden langs de weg van Kiev naar Odessa
| 69
autoroute Oekraïne
start: Kiev
Koolzaadvelden tot aan de horizon De afstand van hoofdstad Kiev naar Odessa is te vergelijken met een tripje van Utrecht naar Parijs, maar dan over een smallere weg en met minder verkeer. Na de drukte en gezelligheid van Kiev (daarover een andere keer meer) bevinden we ons al na een uurtje in een uitgestrekte leegte. Achtbaansweg wordt zesbaans, wordt vierbaansweg. Er zijn motels, benzinepompen. Kioskjes langs de weg waar ze koffie hebben. Een Mercedes haalt een Lada in. Landschap: kan overal wezen. Noord-Frankrijk, glooiend en groen. Bloeiende koolzaadvelden ter grootte van België. Weinig verkeer. Af en toe een nieuw motel langs de weg. Zachte tikjes, alsof het regent, steeds harder. Bij een tankstation boenen we met toiletpapier en bronwater de vliegen van de voorruit. We rijden nog onwennig (zou rechts inhalen hier mogen? Vast niet, maar iedereen doet het). Na een paar uur begint de monotonie rustgevend te werken. Het lijkt alsof er geen tijd verstrijkt, alleen aan de kilometerteller zien we dat we wel degelijk opschieten. Zie je wel. Niks aan, autorijden in Oekraïne. Ik oefen nog wat woorden. Een paar lessen Russisch vooraf leken me handig, al vroeg ik me af hoe de Oekraïners daarop zouden reageren. Hebben ze niet juist een haat-liefde-verhouding met het buurland? In Kiev bleek al dat die huiver overbodig was. Mensen zijn juist blij als je een paar woorden Russisch kent, en elke letter die je kunt lezen, is meegenomen. Het wonder van leren lezen opnieuw meemaken: снек бар daar staat gewoon ‘snekbar’.
Odessa
Kherson
De trappen van Odessa Eerste gedachte: Odessa is een Franse stad. Een briesje uit zee speelt rond de smeedijzeren balkonnetjes, op het terras klinkt Joe Dassin (‘Zai zai zai zai’) en de aardige serveerster op het terras bij Kompot (‘maai neehm, is Taanja’ – ze lacht met haar lippen op elkaar, om haar beugel te verbergen) brengt croissantjes. ‘Oh, de stad verandert zo snel’, vertelt ze. ‘Die schuttingen aan de overkant, waar die matrozen lopen? Daar waren vroeger huizen, er komen nu winkels. Het grote moderne winkelcentrum verderop, dat was er tien jaar geleden ook nog niet. Er komen steeds meer toeristen. Het is een bijzonder leuke stad, Odessa!’ Dat zal Catharina de Grote plezier doen; zij stichtte Odessa in 1794, het moest een wesSimferopol terse stad worden. Maar de echte Franse uitstraling kwam onder het bewind (18031814) van de hertog van Richelieu. Sebastopol Het is vooral ook een literaire stad. Poesjkin woonde hier tijdens zijn ballingJalta schap en had een reeks minnaressen, Isaac
70 |
Babel schreef er verhalen. Maar het beroemdst is Odessa om haar trappen. Dat komt door de film Pantserkruiser Potemkin van Sergei Eisenstein (uit 1925) over de opstand van 1905. De scène op de trappen is een van de bekendste uit de filmgeschiedenis: zeven minuten lang vlucht het volk in paniek de trappen af, smekend om genade, vrouwen worden neergeschoten en onder de voet gelopen door de garde van de tsaar. Van bovenaf zijn de trappen niet zo indrukwekkend als je zou verwachten, daarvoor moet je naar beneden (twaalf treden, paar meter lopen, weer twaalf treden, eindeloos). Pas van onderaf is te zien waarom ze bijzonder zijn: vanuit dat perspectief vallen de tussenstukken weg zodat de trap ononderbroken door lijkt te lopen. Een paar onstuimige twintigers uit Polen en Amerika vertellen dat ze net in Odessa een hostel hebben geopend. ‘Oh, de mogelijkheden, je kunt hier een zaak opstarten en het kost allemaal niks en je kunt veel verdienen!’ Ze joggen drie keer per week de trappen op. ‘It’s a good workout!’ Hoeveel treden zijn het? Ik tel ze, als ik naar boven loop, en kom op 192.
Lenin en de jeugd van Kherson We rijden naar het zuiden via Kherson, een non-descripte stad aan de monding van de Dnjepr. Het standbeeld van Lenin kijkt minzaam toe hoe de jeugd staat te zoenen op het plein en in restaurant Bourgeois serveren ze traditionele én westerse gerechten, zodat fotograaf Paul even later héérlijk zit te smullen en te smikkelen van zijn Griekse salade (‘Wat lékker zeg, het eten valt me hier in Oekraïne réuze mee!’) terwijl ik steeds moedelozer schapenstaart heen en weer zit te schuiven. Hij is ook zo herkénbaar. ‘Ah toe, mag ik wat van jouw olijven?’ ‘He, afblijven! Jíj moest zo nodig traditioneel eten.’ ‘Ja maar er stond iets met schapenvlees... Ik kon toch niet weten dat het om een stáárt ging!’ Hotel Fregat ligt aan de Dnjepr, ‘s nachts blaffen er honden, ‘s ochtends koeren er duiven voor je raam. Een overnachting in Kherson was onvermijdelijk: de afstand van Odessa naar Sebastopol is simpelweg te groot voor één dag. We rijden over een tweebaansweg met een maximumsnelheid van negentig kilometer per uur, of zeventig als we achter een vrachtwagen zitten van DHL, Poterie Lorraine of Frans Maas. En dan nog van de weg gehaald worden. ‘Maar agent, je mag hier toch 100?’ ‘Nee hoor, u mag hier zestig.’ ‘Maar er stond nergens een bord!’ Natuurlijk niet, dat heeft hij zelf weggehaald. 400 hryvnia graag. Wisselgeld? Nee, helaas. Een bonnetje? Haha, hoor je dat, ze willen een bonnetje! Enfin, we zien de boete maar als lidmaatschap van de club, want wat wordt er veel geseind door automobilisten, en wat is het heerlijk om een paar agenten chagrijnig te zien kijken, omdat iedereen op een onbestemd stuk weg ineens keurig zestig begint te rijden. Onvoorstelbaar, op sommige stukken staat er om de tien kilometer een politiewagen achter de bosjes. Gezelschapsspel op de Oekraïense wegen: kat en muis met oom agent.
9 mei is in Oekraïne de Dag van de Overwinning op het fascisme
Odessa: ’s avonds een biertje drinken aan de haven
autoroute Oekraïne
‘With love, from ukraine’
Land van de Khan De Krim begint met vlakten vol landbouwgrond. Oekraïne was de graanschuur van het Russische rijk. En dan toch een hongersnood in de jaren dertig, je zou het nu een gruwelijke vorm van mismanagement noemen. Langs de weg staan metershoge stenen visitekaartjes van sowchozen en kolchozen, beelden met stevige letters en gestileerde korenaren, hoekige mannen met landbouwwerktuigen, ferme vrouwen die in de verte staren, een blik op de toekomst die hoe dan ook beter zou zijn. Het optimisme straalt ook af van de plaatsnamen. Dorpen heten Leninske, Traktove, Oktjabrske, Komsomolske. Maar het schiereiland de Krim, als je verder komt (qua landschap: de Ardèche, zonder rivier) heeft ook veel geschiedenis van vóór die roerige twintigste eeuw. Het paleis van de Khan in Bachtsjisaraj (het tuinpaleis): de graven staan scheefgezakt in het hoge gras, met grote madelieven ertussen, hoog in de lucht tsjirpen zwaluwen, het grint knerpt, in de haremvertrekken ruikt het naar verse verf. Op een van de binnenplaatsen staat de Tranenfontein, volgens de verhalen gebouwd door de heerser Girey, die verliefd was op een christelijke prinses die doodging van heimwee. Alexander Poesjkin heeft hier gestaan en schreef er een roerend gedicht over, in 1822. Een paar kilometer verderop ligt het grotklooster, dat in de communistische tijd verlaten werd. Na de onafhankelijkheid van Oekraïne in 1991 keerden de monniken terug. De priesters verkopen honing en bidplaatjes. Ze dragen bloedrode gewaden met goudbrokaat en praten op gedempte toon met elkaar. Door een raam valt zacht licht naar binnen.
Panorama van Sebastopol Bij het vallen van de avond komen we aan in Sebastopol, de stad die tot zo’n tien jaar geleden verboden gebied was voor iedereen die niet rechtstreeks met de Russische marine te maken had. ‘De stad is voor 98% Russisch’, zegt de ober ‘s avonds in het visrestaurant aan de haven. ‘Het Russisch is de eerste taal en de meeste mensen voelen zich nog altijd meer verbonden met Rusland dan met Oekraïne.’ De volgende ochtend (op de Russische Goedemorgen Nederland komt de Russische Marijke Helwegen vertellen over een ketting die geluk brengt) lopen we onwennig rond. Er zijn brede straten, stadsbussen en kioskjes. Ik koop een rolletje plakband en een klein boompje behangen met halfedelsteentjes – gewoon om maar even iets te kopen. Er is iets wonderlijks met Sebastopol. Ik heb het gevoel dat ik enorm opval, toch besteedt niemand aandacht aan me. Alsof er nog steeds een parallelle werkelijkheid is, waar ik geen deel van uitmaak. Misschien zijn ze hier gewoon niet gewend aan toeristen. Bij de belangrijkste toeristische attractie – het enorme (115 bij 14 meter) panoramaschilderij De verdediging van Sebastopol 1854-1855 – gaat een medewerkster paniekerig op zoek naar het Engelse cassettebandje. Oh jeetje toch, hoe werkt dat ook alweer. Kijk alvast maar even rond, dan zet ik straks het geluid aan! Als je opgegroeid bent met de zonnige duinen, visserkes vis en aangespoelde flessen van Panorama Mesdag, is dit even schrikken. Dit is de Krim in oorlogstijd, juni 1855, de negende dag van het beleg van Sebastopol, de stad wordt met succes verdedigd tegen de Franse en Britse troepen. De stad, in de verte, is een rokende puinhoop, gewonden kruipen bij elkaar, op de voorgrond liggen kanonnen en zandzakken en een dode soldaat. Dan barst het geluid los: trompetten en kanongebulder. Een zoen in Kherson, onder het alziend oog van Lenin
‘Admiraal Kornilof is dodelijk gewond, general Yugerov bekijkt het slagveld, matroos Alexandrav gooit water over een bom. En daar is Dasha Sebastopolskaya, de eerste Russische Florence Nightingale, zij verzorgt de gewonden.’ Militaire belangen. Prestige. Daar draaide het om in de Krimoorlogen. Dasha ontving een medaille en 500 zilveren roebels. En Parijs kreeg een boulevard Sebastopol.
Jalta: de dame met het hondje De weg van Sebastopol naar Jalta volgt de kustlijn: links bergen, rechts cipressen en de zee. Je waant je op een eiland in de Middellandse Zee, als de opschriften langs de weg niet in cyrillisch schrift waren geweest. Op de boulevard van Jalta kun je in een Victoriaans gewaad op de foto of het standbeeld van de Dame met het Hondje (Tsjechov) bekijken, maar ik wil naar het huis van de Tsjechov en dat kunnen we niet vinden. Een man aan wie ik de weg vraag, springt pardoes in de auto en leidt ons roepend en wijzend door Jalta. ‘Links! Rechts, daar! Rechtdoor! Jajaja, rechts!!!’ Het aardige is: die woorden ken ik allemaal van mijn eerste taalles, maar dit is wel even wat anders dan een cd’tje thuis. ‘Na prava? Tam?’ ‘Rechts Paul, bij dat grote huis op de hoek, zegt hij.’ Nadat ik mijn fotograaf in totale verbijstering bij de ingang heb achtergelaten, val ik in het Tsjechov-huis in handen van een allerliefste suppoost, die me rondleidt als was Tsjechov haar eigen kleinzoon (‘Kijk deze foto. Is het geen knappe man?’) en ons dan pardoes naar buiten bonjourt, met een verwijzing naar een ‘kabinet’. Waar dan? Geen idee. Maar in de tuin is een bankje, daar mag je gewoon op gaan zitten. Het is hetzelfde bankje waar Tsjechov op ging zitten om van zijn tuin te genieten, en te mijmeren over de personages in de Kersentuin. Er is een ding dat niemand wil missen op de Krim: het Livadiapaleis, waar in februari 1945 de conferentie van Jalta werd gehouden. Stalin, Roosevelt en Churchill vergaderden er over de toekomst van Oost-Europa. Livadia werd gebouwd als zomerpaleis van de Romanovs – op de bovenverdieping is een tentoonstelling ingericht over de tsarenfamilie. Door het paleis lopen minstens vijftien groepen toeristen achter gidsen die bordjes omhoog houden met een nummer. Een Duitse groep komt net door de museumwinkel. Beschilderde slacouverts, dvd’s, bijzondere messen, ansichten met foto’s van de tsaar. ‘Ah’, verzucht een oudere man uit de grond van zijn hart. ‘Endlich mal Souvenirs!’ Buiten is een Amerikaanse toeriste aan haar groep ontsnapt. ‘Kun je je voorstellen’, zegt ze. ‘Er is hier gewoon niets veranderd. Dit is hetzelfde uitzicht dat ze vroeger hadden.’
Dnepropetrovsk: op het Leninplein Dnepropetrovsk is het Rotterdam van Oekraïne. Een industriële, werkende stad. Toeristen? Zijn er niet. Wel is Lenin er weer. Dit keer bekijkt hij vanaf zijn sokkel geïnteresseerd de lichtreclames naast de McDonald’s. Die Leninbeelden, daar zijn er nog wel veel van. Zouden ze daar vroeger een catalogus voor gehad hebben? Kreeg je een grotere Lenin als je meer inwoners had? Moest je ze kopen, als gemeentebestuur? (Koop twee Lenins, krijg Karl Marx cadeau!). Ik heb direct een zwak voor Dnepropetrovsk, vanwege de rollende naam en omdat het een stad aan een rivier is, maar ik word er onderhand gek van dat ik met niemand een fatsoenlijk gesprek kan aanknopen. Op de brug staat een tableau met een
| 73
Het strand van Arkadia, bij Odessa
autoroute Oekraïne
Dé trappen in Odessa
Tussen Kherson en Sebastopol
Klooster bij het Khan-paleis in Bachtsjisaraj, op de Krim Modern straatbeeld in industriestad Dnepropetrovsk
Odessa: op de foto (mét konijn) bij het Poesjkin-monument
Wandelen of joggen over de boulevard in Dnepropetrovsk
autoroute Oekraïne
Eindpunt: Kiev
De Dnjepr is ruim 2300 kilometer lang en op sommige plaatsen kilometers breed
Russische uitspraak, iets met volk en macht – niemand kan vertellen hoe je dat naar het Engels vertaalt. We kopen een biertje bij een kraampje op het Leninplein (ja, denk ik nijdig, dat kan ik inmiddels goed in het Russisch, een biertje bestellen!) en ploffen daarmee neer op een stenen muurtje naast een schuchtere jongen die aan een milkshake van McDonald’s zit te lurken. Die spreekt natuurlijk ook geen Engels. ‘Yes, I do’, zegt hij vriendelijk. Ik weet niet wie er blijer is met de ontmoeting, hij of ik. Hij zit al twee jaar op Engelse les, nooit in het buitenland geweest, het is voor het eerst dat hij kan oefenen. Artyom Lebed heet hij, 28 jaar oud, financieel medewerker in een fabriek van kunststof raamkozijnen. De uitspraak op de brug betekent ‘Macht aan het volk’ – dat had ik natuurlijk zelf kunnen bedenken, maar niet wat hij me vertelt over de verhouding tussen Oekraïens en Russisch. Artyom groeide op in een dorpje, zijn eerste taal was Oekraïens. Op zijn vijfde verhuisde hij naar de stad en leerde Russisch, want dat was de voertaal op school. Nadat Oekraïne in 1991 onafhankelijk was geworden, werd de voertaal op de scholen weer Oekraïens. ‘Voor mij gaf het niet, maar voor veel leraren was het moeilijk. Die moesten van de ene op de andere dag in een andere taal les gaan geven.’ Dan moet hij plotseling weg (Engels spreken is vermoeiend, en hij verwacht geloof ik ook een afspraakje), zodat ik niet meer kan vragen of hij nog een restaurant weet. Ach, we vinden zelf wel wat, als we gewoon een beetje rondlopen en om ons heen kijken. Paul: ‘Ik geloof dat ik iets zie. Daar, die groene letters.’ ‘Daar staat Optika, dat is een brillenwinkel.’ ‘En daar dan?’ ‘Nee, niet wéér pizza. Hé, zie je wat er in de bioscoop draait? De nieuwe film met Tom Genks!’ Enfin. We kunnen altijd nog naar de МакДональдз op het Leninplein.
De Dnjepr, zo blauw, zo blauw De rivier de Dnjepr is bijna 2300 kilometer lang en vormde eeuwenlang een natuurlijke scheidslijn tussen het Russische rijk en het westen van Europa. Van Dnepropetrovsk naar Kiev is een tocht van bijna 500 kilometer langs de rivier. Gaan we bovenlangs of onderlangs? We doen het gewoon allebei. Als we er niet uitkomen, gooien we een muntje op. Zo slingeren we naar het noordwesten. Eerst onderlangs, kilometers langs datsja’s, daarna door een vriendelijk groen heuvelland. In Svitlovodsk rijden we per ongeluk de brug over en omdat omkeren zo’n gedoe is, rijden we weer bovenlangs verder, over een dijk met beneden wilgen, water en wei. Als je niet beter wist, zou je denken: Overijssel. We overnachten in een nieuw motel met een tafeltennistafel in de tuin. Het water uit de douche ruikt naar chemische klei. ‘s Nachts zingen er nachtegalen. Als ik ‘s ochtends op een mooi punt langs de rivier uit de auto stap, ruik ik die geur uit de douche weer. Het zand langs de rivier is rul, er liggen plastic flessen, langs de kant staan vissers, verzonken in de tijd, starend in de verte, alsof ze daar de andere oever proberen te ontwaren. Op deze plek is de rivier zo breed dat het water nauwelijks lijkt te stromen. We rijden over bruggen waar geen eind aan komt. In een dorpje-van-niks staan tafeltjes langs de weg, waarop rieten stoffers liggen uitgestald. Er staat niemand bij, maar als we stoppen, begint er een hond te blaffen. Een vrouw komt naar buiten, haar handen afvegend aan haar schort. Ze heet Ljoeba. Ik dacht dat de stoffers dertig hryvnia waren, maar ze geeft me lachend bijna al het geld terug: doe Groente uit eigen tuin, tussen Sebastopol en Jalta
Kaniv
niet zo gek, ze kosten maar drie hryvnia! Voordat ik in de auto stap, blijf ik even luisteren. Zoemende insecten. Iemand laat water in een emmer lopen.
Kremenchuk
Dnepropetrovsk
Kaniv: bloemen voor Shevshenko Een nieuw land heeft helden nodig om zich mee te vereenzelvigen. In Oekraïne is dat schilder/dichter Taras Shevshenko: als lijfeigene geboren in 1814 in Moryntsi, wees geworden op zijn elfde, als vrij man gestorven in 1861 in Sint Petersburg. Je snapt waarom zijn levensgeschiedenis veel mensen aanspreekt. En dan schreef hij ook nog in het Oekraïens. Shevshenko’s beroemdste gedicht heet Testament: ‘When I am dead, bury me/in my beloved Ukraine/ My tomb upon a grave mound high/amid the spreading plain – opdat mijn ogen de velden en de eindeloze steppen kunnen zien, en de oevers Melitopol van de Dnjepr, en opdat mijn oren de machtige rivier kunnen horen razen’. Het werd een graf bovenop een heuvel bij de stad Kaniv. Op de parkeerplaats koop ik een tuil veldbloemen om boven bij het monument neer te leggen. Daar staat een groepje vrouwen te zingen, een lied vol nostalgie, weemoed en strijdvaardigheid, dat nog op de achtergrond door lijkt te klinken tijdens het allerlaatste stuk van onze reis. ‘Padroga catastrofa!’, waarschuwt een taxichauffeur lachend, als ik Simferopol aan de rand van Kaniv vraag hoe we op de snelweg naar Kiev komen – maar zo’n weg vol Jalta kuilen, daar schrikken wij allang niet meer van. Eenmaal buiten de stad gaat het snel beter met de padroga. De wind maakt golven in het graan, de koolzaadvelden zijn al uitgebloeid en de Dnjepr stroomt maar door of het niks is. Verder rijden we, naar het westen, de laatste kilometers met samengeknepen billen (je zal toch meemaken dat je op het laatste moment nog een bus op je bumper krijgt), maar we halen het en het is met onverholen trots dat we na kilometer 2603.9 op Borispol Airport de autosleutels op de balie van de verhuurder leggen: kijk eens, we zijn er weer. En zonder deuken! Dat vindt de jongen van de verhuur inderdaad reuze knap, maar dat we een snelheidsboete betaald hebben, daar kan hij niet over uit. ‘Aan die agenten? Dat zijn sukkels! Die hebben geen poot om op te staan! Volgende keer spreek je geen woord Russisch. Beloofd?’ •
| 77
autoroute Oekraïne Hoe kom je er?
Autohuur of... de trein
Vliegen: KLM (www.klm.nl) vliegt rechtstreeks van Schiphol naar Kiev Borispol Airport, de vlucht duurt krap 2,5 uur, vanaf € 309 retour inclusief belastingen en toeslagen. Het is in Oekraïne één uur later dan in Nederland. Auto: Utrecht-Kiev 1990 km, Utrecht-Odessa 2310 km.
Autohuur: vanaf € 258 per week (Lezers van REIZEN Magazine krijgen 10% korting op de tarieven van Holiday Auto’s, kijk hiervoor op www.reizen.nl). Trein: het treinvervoer is goed geregeld, er rijden bijvoorbeeld nachttreinen tussen Kiev, Lviv, Odessa en Sebastopol. Informatie: www.seat61.com/Ukraine2.htm.
Schapenvlees en bietensoep Autorijden in Oekraïne • Er wordt aan de wegen gewerkt. Soms is het slalommen tussen kraters, op andere plekken ligt glimmend asfalt. De Oekraïense rijstijl is tamelijk roekeloos (rechts inhalen, plotseling remmen) dus houd voldoende afstand. Buiten de steden is het wel rustiger op de wegen dan in Nederland. • Wij reisden zonder navigatiesysteem. Dat ging, maar was behelpen, want de bewegwijzering is vaak belabberd en doorgaans alleen in het Oekraïens en Russisch. Vaak staan er na de afslag geen borden meer. Wegen hebben een andere naam dan op de kaart en het vliegveld staat pas op de borden als je er al bijna bent. • Vrijwel nergens staan snelheidsborden en overal ligt politie in de bosjes. Let op waarschuwingen van tegemoetkomend verkeer, maar houd toch rekening met minimaal één bon voor te hard rijden. De procedure: na indrukwekkend bewijsmateriaal (snelheidspistool) wordt er een bedrag op een kladje geschreven, bijvoorbeeld het equivalent van 40 euro. Maximumsnelheid binnen de bebouwde kom 60 km p/u, maar dat staat bijna nergens aangegeven (let op de witte gemeentegrensborden); buiten de bebouwde kom 90, op autowegen 110 en op snelwegen 130 (wij reden voornamelijk op 90-km/u wegen).
Oekraïne
78 |
De traditionele Oekraïense keuken biedt bietensoep en gebakken schapenvlees. De lunch is een warme maaltijd; sandwiches zijn moeilijk te vinden. Wij kochten meestal gewoon brood en kaas bij een supermarkt en picknickten langs de weg. Prijsniveau in gemiddeld restaurant: 2-p maaltijd rond € 30, incl. drank. Goedkoop traditioneel Oekraïens eten kan in Kiev bij Puxata Gata (‘de bolle hut’, uitstraling van een skihut). Beste restaurant van de reis: Baikal, in Sebastopol, een visrestaurant aan de haven. Een oficant (ober) die goed Engels sprak, liet een schotel met verschillende soorten vis samenstellen. Alles even heerlijk - en dan te bedenken dat we nog serieus voor de deur van een pizzeria hebben gestaan.
Hotels & motels Wij logeerden afwisselend in hotels, motels en appartementen. Met een beetje zoeken waren we gemiddeld voor zo’n € 50 p.n. goed onder dak (Kiev is duurder). • Appartementen: een goed alternatief voor hotels. Ze zijn vaak goedkoper en bieden meer ruimte in het centrum van de stad. Let op: op de websites zien de appartementen er vaak rooskleuriger uit dan in het echt en meestal moet je eerst naar het kantoor om de sleutel op te halen, dus twee keer zoeken. De medewerkers spreken in de regel goed Engels en communiceren rap per e-mail. Te boeken via onder meer www.travel2sevastopol.com (Engelse eigenaars). • Hotels: wij hadden een zwak voor oude Sovjet-hotels. Liefst met op elke verdieping een gornitsja, een vrouw die de sleutel van je kamer bewaart, de deur voor je opendoet en dan trots vertelt dat er koud én warm water is en wijst dat er een handdoekje is voor boven en een handdoekje voor beneden. Bijvoorbeeld Hotel Dnepropetrovsk (Dnepropetrovsk, 2-pk $ 44 (= € 32) per nacht, www.hotel.dp.ua, ook Engelstalig). • Motels: die zijn in opkomst, vaak is de verf nog nat. Wij logeerden prima in Motel Kalina (2-pk € 25 p.n.). Het ligt aan weg P14 aan de noordoever van de Dnjepr, zo’n 30 km ten noorden van Cerkasy. Op de overgang van de Krim naar het vasteland sliepen wij in een motel langs de M26, een wit gebouw met uitzicht op de Zee van Azov. Dat was zo nieuw (eerste dag open!) dat het nog geen naam had, we zelf het beddengoed uit de verpakking moesten halen en midden in de nacht de vloer stonden te dweilen omdat de afvoer van de douche nog niet bleek te zijn aangelegd. Maar dat gaf allemaal niks, want de eigenaars waren heel lief. • Beste keus van deze reis: Hotel Sebastopol in Sebastopol (www.sevastopol-hotel.com.ua, recent aangesloten bij Best Western, www.bestwestern.com). Net gerenoveerd, klassiek gebouw, alsof je in het Witte Huis logeert. Zeer centrale ligging (restaurant met uitzicht op het water) en nieuwe, comfortabele kamers, waarvoor wij € 40 per nacht betaalden, maar die inmiddels € 62 kosten.
Livadiapaleis, Jalta. In deze zaal ondertekenden Churchill, Stalin en Roosevelt het Verdrag van Jalta.
Valuta en visum Een visum is niet nodig, maar het paspoort moet drie maanden na vertrek nog geldig zijn De lokale valuta is de hryvna, waarvan de wisselkoers enorm fluctueert. Reken globaal op 9 eurocent. Vaak kun je ook met euro’s of dollars terecht, vooral in accommodaties. Pinnen is geen probleem in steden als Kiev, Odessa en Sebastopol.
3 x Georganiseerde reizen Voorbeelden: rondreis 15 dagen, met onder meer Kiev, Karpaten en Krim, vanaf € 1595 incl. vlucht (www.djoser.nl); 10-daagse cruise Wonderen van de Oekraïne naar onder meer Kiev, Odessa en Sebastopol via Kras Reizen vanaf € 998 (www.kras.nl) en een 14-daagse budget-rondreis per trein (€ 825, vlucht vanaf Brussel, www.eurocult.nl).
Reisgidsen Engels: de Bradt Guide Ukraine (€ 20,99) en de Lonely Planet Ukraine (€ 22,99), met meer kaarten. Achtergrondinfo: Oekraïne van Karel Onwijn in de Landenreeks van KIT publishers (€ 14,50). Handzaam: Culture Smart Ukraine (€ 10,99), biedt veel over lokale gebruiken.
Literatuur Jonathan Safran Foer, Alles is verlicht (uitgeverij Anthos, € 12,50). Een jonge Joods-Amerikaanse schrijver gaat op zoek naar sporen van zijn familie op het Oekraïense platteland. Marina Lewycka, Een korte geschiedenis van de tractor in de Oekraïne (Poema Pocket, tweedehands exemplaren via bol.com v.a. € 10). Humoristische roman over Oekraïense ingenieur die relatie krijgt met jonge vrouw en naar het westen wil emigreren, zeer tegen de zin van zijn dochters. En: Tsjechov, De Dame met het Hondje en andere verhalen.(tweedehands via bol.com v.a. € 10) Ook verkrijgbaar als audio-cd.
Informatie en internet • www.ukraineinfo.org voor toeristische info • www.oekraine.org, site van het Platform Nederland-Oekraïne • www.outdoorukraine.com, over buitensport op de Krim en in de Karpaten.
| 79