SPEECH/09/525
Mevr. Neelie Kroes Lid van de Mededinging
Europese
Commissie
verantwoordelijk
Marktwerking: de regels van het spel
Toespraak voor de Algemene Pensioen Groep Amsterdam, 12 november 2009
voor
Dames en Heren, Het is mij een genoegen hier vandaag het woord te mogen nemen. Ik krijg niet zo vaak de gelegenheid te spreken voor een groep mensen die meer verantwoording wil nemen voor onze banken en andere belangrijke beleggingen! Al moet ik zeggen dat er in de houding van veel bedrijfsmanagers een omslag heeft plaatsgevonden. Misschien niet in de bankensector, maar in het algemeen stel ik vast dat er meer aandacht is voor de regels van de markt dan toen ik begon als Europees Commissaris voor Mededinging. Als u als beleggers ook druk kunt uitoefenen in die richting, is dat een heel belangrijk signaal. Mede door die druk zult u een duurzamer rendement kunnen behalen en zal onze economie gezonder worden. Ik wil het graag met u hebben over enkele sleutelbegrippen in dit verband.
Waarom hebben we regels nodig? Allereerst moeten alle marktdeelnemers beseffen waarom we duidelijke regels voor de marktwerking nodig hebben. Denk aan een voetbalwedstrijd of aan een hardloopwedstrijd op de Olympische Spelen. Die wedstrijden kunnen slechts functioneren als ze eerlijk verlopen en als alle deelnemers op gelijke voet vertrekken. Zonder die elementen is een wedstrijd niet boeiend meer en zakt het hele idee als een kaartenhuis in elkaar. Een scheidsrechter die een beslissende stem heeft, is in wezen een goede zaak voor beleggers, bonafide ondernemingen en het grote publiek. Het gaat hier niet om bureaucratische bemoeizucht of de overheid die de ondernemer geen eerlijke winst gunt – waar het op aankomt is te zorgen dat er op lange termijn nog een markt bestáát. De Commissaris voor mededinging is die scheidsrechter op het speelveld van de Europese interne markt. Als je als onderneming, bank of pensioenfonds correct handelt, heb je van ons niets te vrezen. Wij helpen liever een onderneming om haar gedrag te verbeteren dan dat wij een slopende procedure moeten uitvechten. Maar natuurlijk, soms krijgen wij te maken met moeilijke klanten en moeten wij moeilijke beslissingen nemen. Zoals u zult hebben opgemerkt in de technologiesector, in de bankensector en wellicht in andere dossiers, schrikken wij er niet voor terug op te komen voor de ruimere belangen van consumenten en belastingbetalers.
Hoe de crisis de context heeft veranderd Alleen al de bedragen aan staatssteun die de lidstaten tijdens de crisis uitkeren, maken dat er nieuwe ethische verantwoordelijkheden aan de orde komen. Beslissingen genomen in 2008, 2009 en zelfs volgend jaar hebben vaak ingrijpende gevolgen die verder gaan dan de impact van ons werk tijdens normale marktomstandigheden. Het gaat niet alleen om de mededinging in één markt in één land of zelfs in de EU. De gevolgen variëren van het verlies van duizenden banen tot een wereldwijde recessie en tot een financiële schuld die op de schouders van toekomstige generaties neerkomt, als er niet zorgvuldig wordt opgetreden. Eén aspect daarvan is uiteraard dat aandeelhouders onmogelijk volledig vergoed kunnen worden als het mis gaat met een onderneming. Wij hebben ingegrepen om het systeem te redden, niet de individuele aandeelhouders.
2
Meer in het algemeen, moet de crisis voor ons het signaal zijn om op een andere manier te gaan nadenken over de financiële sector en andere cruciale sectoren. Voor zowel beleggers als regulerende instanties is de boodschap dat we allemaal veel meer op lange termijn moeten leren denken. Wij moeten erop toezien dat grote banken over solide bedrijfsmodellen voor de lange termijn beschikken. En de beleggers moeten echt verder denken dan het dividend van volgend jaar. Veel praktijken in het bankwezen waren absurd. Het is verbluffend dat de banken zelf de risico’s niet inzagen, maar het had ook voor ons – als we beter hadden opgelet – duidelijk moeten zijn dat er iets loos was. Je hoefde geen Einstein te zijn om te zien dat er problemen konden ontstaan bij banken met een kredieten/deposito’s-ratio van 180% - zoals bij een onderdeel van de Lloyds Banking Group het geval was. De Royal Bank of Scotland verdrievoudigde haar balanstotaal in amper twee jaar tijd vanaf 2006, waardoor zij groter werd dan alle Europese economieën behalve de Duitse. Dat was gewoonweg te groot om te beheren en te controleren. En dit had bij de beleggers de alarmbel moeten doen luiden. Achteraf gezien hebben we natuurlijk makkelijk praten, maar mijn boodschap vandaag is: we mogen dit niet opnieuw laten gebeuren. De Commissie neemt haar verantwoordelijkheid in deze zeer serieus. Vandaar de beschikkingen om banken in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk – en hier in Nederland ING – levensvatbaar zonder staatssteun te maken. Het is belangrijk dat overkomt dat we er niet zijn om banken te vernietigen of om onze wil op te leggen. We proberen solide banken te creëren door samen met hen de feiten onder ogen te zien. Banken op hun beurt moeten onder ogen zien dat we allen in dezelfde wereld leven en dat we allemaal onze verantwoordelijkheid hebben. Ik heb daarom veel respect voor bijvoorbeeld het werk van Jan Hommen om ING weer terug naar de basis te krijgen. Ook de beleggers moeten hun verantwoordelijkheid nemen.
We waren allemaal te hebzuchtig en moeten op lange termijn leren denken De situatie van de bankensector kan niet één bepaalde groep, laat staan individuele personen worden verweten. Maar omdat wij met zijn allen – zowel aan de keukentafels als aan de directietafels – in deze ontwikkeling een rol hebben gespeeld, moeten wij ook allen ons gedrag ter discussie stellen. Beleggers verlangden te veel van het systeem. Niet dat het een excuus is voor directieleden die risico’s namen die zij niet konden inschatten, maar zij werden ook opgejaagd door druk van de aandeelhouders. Die druk nam de vorm aan van de verkoop van aandelen en veel negatieve persaandacht wanneer een bank of andere onderneming niet de opbrengst in de dubbele cijfers presenteerde waaraan we met zijn allen gewend waren geraakt. Een dergelijke cultuur geeft geen prioriteit aan echte investeringen of het opbouwen van een sterkere onderneming, maar alleen aan winstbejag op korte termijn. Ik hoop dat beleggers, wanneer zij hun portefeuille herschikken, zullen uitkijken naar ondernemingen met een levensvatbare langetermijnplanning. Laat ik nader ingaan op de diverse verantwoordelijkheden die wij allen hebben:
3
Belangrijkste verantwoordelijkheden van ondernemingen •
De wet kennen en in acht nemen, en in het algemeen het spel eerlijk spelen.
•
Dubieus gedrag doortastend aanpakken, ongeacht van welke aard: dergelijke gedrag verbergen of negeren is niet aanvaardbaar en zal aanleiding geven tot vervolging.
•
Een ruimere verantwoordelijkheid nemen ten aanzien van de aandeelhouders en de samenleving. Het gaat hier niet om het opzetten van een liefdadigheidsprogramma of om het afstaan van winst voor het goede doel – het gaat erom in te zien dat een doeltreffende managementcultuur rekening houdt met meer dan het eigen directe voordeel. Met de klimaatverandering draait het om hetzelfde principe. De meesten van ons zijn wellicht beter af als we niets doen – maar dat beschadigt ons allen.
Belangrijkste verantwoordelijkheden van beleggers •
Vragen stellen, zodat je er zicht op krijgt in hoeverre een onderneming werkt aan groei op lange termijn en hoe zij die groei bewaakt.
•
Samenwerken met andere beleggers om hoge normen inzake governance te eisen.
•
Het aan de kaak stellen wanneer u goede redenen hebt om aan te nemen dat met uw bezorgdheden geen rekening wordt gehouden.
U hebt andere mogelijkheden dan de overheid. De Europese Commissie heeft duidelijk omschreven bevoegdheden en moet over sterk bewijsmateriaal beschikken voordat zij bepaalde stappen kan ondernemen. Dank zij uw eigen risicodragende inbreng en een persoonlijke relatie met de ondernemingen waarin u investeert, hebt u andere stimulansen en al in een vroeger stadium de gelegenheid om het gedrag van een onderneming te beïnvloeden. Ik dring erop aan dat u daarvan
gebruik maakt. Belangrijkste verantwoordelijkheden van de Europese Commissie •
Wij hebben de plicht een oplettend oog te hebben voor problemen en die in voorkomend geval aan te pakken.
•
Wij hebben de verantwoordelijkheid om onze regels op voorspelbare en transparante wijze toe te passen en ze niet zonder voorafgaand overleg te wijzigen.
•
Wij moeten dit doen omdat het de beste manier is om de rechten van de consumenten te beschermen en aan te tonen dat de concurrentieregels er zijn in het belang van een ieder.
Als onderdeel van deze verantwoordelijkheid verdedigen wij zowel in de praktijk als in principe de interne markt – en wij houden niet van voorkeursbehandeling. Er zijn zeer weinig uitzonderingen op de regel dat ondernemingen zichzelf moeten bedruipen en onder strikt gelijke voorwaarden moeten werken. Bovendien moeten wij regelmatig en helder communiceren. Dit is precies wat we in 2009 hebben gedaan ten aanzien van de bankensector. Ik ben dan ook erg verbaasd dat sommige commentatoren, beleggers en de banken zelf verklaarden verrast te zijn over de veranderingen waar wij naar streven, toen vorige week nieuws hierover bekend raakte.
4
Ik wil duidelijk stellen dat ons doel niet is om banken op te breken. Wij hebben steeds gezegd dat veranderingen noodzakelijk waren, en wij hebben nooit enig misverstand laten bestaan over de uitgangspunten en de omvang daarvan. In plaats van banken te vernietigen, probeer ik banken te helpen om de juiste beslissingen te nemen. Ons uitgangspunt is altijd het business plan van de banken zelf. Onze voorstellen zijn goed voor de individuele banken, goed voor het systeem en de juiste keuze voor de belastingbetalers.
Verandering van de bankencultuur Als u me toestaat, wil ik ook daarover graag een paar woorden zeggen. Ik denk dat alleen door een cultuur van arrogantie in de bankenwereld de illusie heeft kunnen voortbestaan dat wij bij de Commissie het niet meenden met die verandering. Wij menen het namelijk wel dat verandering nodig is en niet alleen via staatssteuncontrole. Wij ondersteunen 'keuze' in consumentenmarkten. Maar er mag geen keuze zijn in regelgeving – zodat een bank de minst zware regelgeving kan kiezen, wetende dat hij hiermee de belastingbetaler schade toebrengt. De enige manier om dat te voorkomen, is een echt Europees systeem van regelgeving én internationale samenwerking. We moeten de rekeningen niet achterlaten voor andere landen en andere generaties, indien wij, door middel van samenwerking, het risico op herhaling van deze crisis drastisch kunnen verminderen. In dit kader zijn het niet alleen de nationale overheden die iets moeten doen. Het zijn de nationale regulerende instanties die in actie moeten komen. Er is hiervoor geen tweede kans. Nationale regulerende instanties moeten laten zien dat zij de capaciteit hebben om de banken in hun lidstaat te controleren en ervoor zorgen dat het financiële systeem veilig is. Een onderdeel hiervan is het aanmoedigen van een cultuurwijziging in banken. Want volgens mij kan de slimste regulering in de wereld nog niet op tegen het nemen van roekeloze beslissingen. Als een bankier niet in staat is goede afwegingen te maken volgens due diligence, dan maakt het verder niet uit hoe slim hij is of hoe hard hij werkt. De belastingplichtige betaalt nog steeds diezelfde rekening en dat is gewoonweg niet acceptabel. Hierbij komen ook andere actuele vraagstukken zoals de salarissen van bankiers aan de orde. Nu behoren salariskwesties niet tot mijn taakgebied, behalve de vraag of salarisregelingen al dan niet stroken met de houdbaarheid van het bedrijfsmodel van een bank. Maar salarissen zijn wel onderdeel van de bankencultuur, en als beleggers kunt u die cultuur veranderen net zo goed als regulerende instanties dat kunnen. Onderschat uw invloed in deze niet. De Commissie kan als pleitbezorger de toon van sommige debatten veranderen. Net zo kunnen de beleggers de toon van het bankendebat helpen veranderen. De Amerikanen zouden dit wellicht het debat tussen Wall Street en Main Street noemen. En wij zouden zeggen de Zuidas en de Kalverstraat.
5
Eenvoudig gezegd, spreken de banken en het publiek niet dezelfde taal. Al te vaak denken bankiers dat zij een betere en slimmere soort mensen zijn, voor wie andere regels gelden en die andere salarissen verdienen dan “gewone” mensen. Dat kunnen zij echter alleen maar denken als anderen hen dat toestaan. We moeten die cultuur dus veranderen – regulerende instanties en beleggers samen. Dat betekent pertinente vragen stellen, antwoorden eisen en in het publiek over deze kwesties spreken. We mogen niet toestaan dat de banken terugkeren naar “business-as-usual” omdat zij de best betaalde lobbyisten hebben of omdat anderen bang zijn om vragen te stellen. Dit alles komt neer op het ontwikkelen van verantwoordelijkheidsgevoel, en vervolgens daarnaar handelen. Dit is niet het moment voor gezeur. Het is tijd dat de bankensector enig respect gaat tonen voor zijn klanten, beleggers en de mensen die vaak voor alles mogen opdraaien – de belastingbetalers.
Conclusies Naar mijn mening kunnen beleggers een cruciale rol spelen met het oog op een blijvende welvaart van de Europese economie. Er zijn grenzen aan wat u kunt doen – daarom is het zo belangrijk dat de regeringen en de Commissie er zijn. Ik ben ervan overtuigd dat wetshandhaving in tijden van crisis zelfs nog belangrijker is dan anders, aangezien de mensen leiderschap zoeken om hen weer richting te geven. Mijn boodschap aan u is dat deze crisis onze economie achterlaat met een zware kater. We moeten deze pijn gebruiken om te leren dat we het de volgende keer veiliger moeten aanpakken. Er kan nog steeds goed geld verdiend worden door te investeren in bijvoorbeeld de financiële sector, maar het gaat nu om meer fundamentele kwesties. Wat we nodig hebben zijn bedrijven, en vooral banken, die erkennen dat we allen in dezelfde wereld leven en allen verantwoordelijkheden hebben. Uiteindelijk gaat het er om in welke staat we de wereld willen achterlaten voor onze kinderen en kleinkinderen.
6