Man, vrouw, spiritualiteit Het zijn de thema’s waar ik eigenlijk al mijn leven lang mee bezig ben. Ik zal meteen bekennen: lang, heel lang was ik er stiekem van overtuigd dat vrouwen eigenlijk betere mensen zijn dan mannen. Spiritueler. Ik vond mannen wel heel leuk, maar ook een beetje slecht. Egoïstisch enzo. En ik vond vrouwen goed, en zielig. Want vrouwen worden toch al vijfduizend jaar onderdrukt door mannen, en mannen bezitten 85% van al het bezit op aarde terwijl vrouwen 60% van al het werk doen, dat soort cijfers krijg je mee als je feministische lectuur leest. Ik ben totáál van mening veranderd. Dat komt geloof ik, als ik eerlijk ben, in de eerste plaats doordat ik zo’n lieve man vond. Maar daarnaast ben ik ook gedoken in de geschiedenis van de mensheid, met name de verhalen die mensen elkaar vertelden, de mythen en sprookjes. Ik noem mijzelf een mythosoof omdat ik geloof dat er in mythen een hoop informatie ligt besloten over die oude tijden, die je kunt decoderen als je de symboliek verstaat. En het is opvallend hoeveel mythen gaan over mannen en vrouwen, over de strijd tussen de seksen. Koppel die informatie aan de nieuwste inzichten in de antropologie, de sociobiologie en de psychologie, en je begint een lijn te zien, een ontwikkeling. De strijd tussen de seksen, die ooit begon op het biologische niveau, manifesteert zich inmiddels veel meer op emotioneel niveau. En ik ben ervan overtuigd geraakt dat het precies die strijd is die ons opstuwt in de vaart der volkeren, in de culturele evolutie van de mens, van aap naar engel. Wij zijn geen dieren, wat biologen ook beweren. En nergens kun je dat zo duidelijk zien als in de seksualiteit. Kijk om u heen. Het voorjaar is in aantocht en alle vogels, eenden, ganzen en zwanen zijn bezig met paren. Tijd voor de voortplanting. Het is geen keuze voor die beestjes: het gebeurt gewoon. Het is een instinct. Wij hebben geen seksueel instinct meer. Dat hebben we wel gehad, ongetwijfeld, in het verre verleden. Maar dat instinct is een drift geworden en daarna een begeerte. Het verschil is dat wij vrije keuze hebben. We kunnen toegeven aan seksuele begeerte, of ons ertegen verzetten. Dat is niet makkelijk, maar het kan wel. Daar hebben we duizenden, waarschijnlijk zelfs honderdduizenden jaren over gedaan, van aapachtige tot wat we nu zijn, van instinct tot vrije keuze. En we zijn nog steeds bezig met die evolutie. De enorme, kosmische kracht van de seksualiteit, de scheppende kracht die in onze seksualiteit gegeven is, wordt langzaam maar zeker gesublimeerd, getransformeerd, tot iets ‘hogers’, iets spiritueels. Er worden in de mens hogere waarden geschapen dan alleen materiële schepping door voortplanting – hoe belangrijk en mysterieus en goddelijk dat ook is. Waarom bestaan er eigenlijk mannen en vrouwen? Waarom is er die eeuwige strijd tussen de geslachten, waarom zijn wij ‘vechtgenoten’, zoals het grapje wil? Is dat toeval, zoals het hele leven en de hele evolutie volgens het neodarwinisme toeval is, een schitterend ongeluk? Er muteerde ooit eens ver weg in de diepten van de prehistorie, in plantjes of oerdiertjes, toevallig een keer een gen of een stel genen, waardoor je een tweedeling kreeg, en dat bleek beter te werken in de strijd om de overleving dan de voortplanting door klonen? Dat seks beter werkt dan klonen is een feit, dat bewijst een bepaald soort watervlo, de Daphnia Pulex, die zich zowel geslachtelijk voortplant als door klonen. De nakomelingen door seks zijn gezonder dan de klonen. Kortom, vraag beantwoord. Wij zitten hier als mannen en vrouwen omdat we zo, net als de watervlo, de beste kansen hebben op gezond nageslacht. Nu vind ik mijn kinderen en kleinkinderen ontzettend belangrijk, maar ik geloof toch niet dat gezonde kinderen krijgen die voor kleinkinderen en achterkleinkinderen zorgen, enzovoort, het doel van het leven is. En ik geloof wel dat het leven een doel heeft. Zou de verdeling in geslachten dan ook een doel kunnen hebben, of kunnen bijdragen tot dat doel? Ik ben tot de overtuiging gekomen van wel, onder andere op grond van mijn mythosofische onderzoek. Daarmee ben ik dus geen darwinist. Ik geloof heel erg in evolutie, maar ik geloof ook in een doel van het leven. De evolutie is het doel, zou je kunnen zeggen. We evolueren naar een steeds hogere trap van beschaving – tot we uiteindelijk in het Nieuwe Jeruzalem terechtkomen. Daarna
drs. Lisette Thooft: man,vrouw, spiritualiteit
1/6
zal er wel een hoger geëvolueerd wezen ontstaan uit de mens, die nog weer verder komt, en zo altijd maar door. Wat ik geloof, is dat het voorlopige doel van de evolutie hier op aarde voor de mens, is dat er steeds meer liefde en steeds meer vrijheid worden gerealiseerd in de wereld. En ik geloof dat we daartoe man en vrouw geschapen zijn, dat de grondstof voor die liefde en vrijheid voortkomt uit de seksualiteit. Seksuele energie, de kosmische scheppende energie die ook door ons heen stroomt, is de brandstof voor de hele ontwikkeling. Het kenmerk van het vrouwelijke is het verlangen naar liefde. En het kenmerk van het mannelijke is het streven naar vrijheid. Dat lijkt aan de basis totaal tegenovergesteld, maar aan de top van de groeipiramide zijn dat twee kanten van dezelfde medaille: belangeloosheid, goddelijke liefde die vrijlaat; vrijheid van zelfzuchtigheid. Het mannelijke en het vrouwelijke botsen op elkaar, en stuwen elkaar op in een dialectisch proces, een heen en weer golven, een soort heilige strijd, tot we zover zijn. Het fundamenteel vrouwelijke gebaar is: het moet erin. Zo werkt de vrouwelijke biologie en datzelfde gebaar uit zich ook op emotioneel gebied. Het is aan de basis een annexerend grijpgebaar: het gaat om het strikken van een man die goed zaad in de aanbieding heeft, en het gaat er dan ook nog om die man te binden, macht te krijgen over hem zodat hij blijft en voor je zorgt. Maar uiteindelijk zoekt het vrouwelijke verbinding, en dat is liefde. Hoe kom je nou van die apenliefde van het begin naar een goddelijke liefde die vrijlaat? Precies, door je te verstaan met het mannelijke – door je te laten corrigeren, sturen, onderdrukken, informeren en inspireren door het vrijheidsstreven van het mannelijke. Andersom is het fundamenteel mannelijke gebaar: het moet eruit. Zo werkt de mannelijke biologie en dat uit zich ook emotioneel. Het is aan de basis een gebaar van zich laten gaan, mechanisch reageren op een reflex, en daarna loslaten. Het is het tegenovergestelde van verbinding: puur biologisch gezien gaat het om zaadlozen, en vervolgens verder trekken naar een volgend vruchtbaar vrouwtje. Maar uiteindelijk zoekt het mannelijke vrijheid. Hoe kom je nou van dat onverschillige mechanische soort vrijheid naar hoogste geestelijke vrijheid, vrijheid van zelfzucht? Precies, door je te in te laten met het vrouwelijke, door in een eeuwenlange intieme worsteling de kunst van je tegenpartij af te kijken. Dat proces is al heel aardig op weg, maar we zijn er nog lang niet. Hoe kom ik aan die visie? Door naar het verleden te kijken. Ik neem u mee naar het begin van de mensheid, de prehistorie. Velen van u hebben ongetwijfeld nog het plaatje voor ogen van woeste mannen in dierenvellen die een vrouw aan haar haren naar hun hol sleepten, met in de andere hand een knots. Zo zie je het in cartoons. In werkelijkheid lagen de verhoudingen toen eerder andersom. Vrouwen waren de baas. Alles draaide om vruchtbaarheid en dat stond toen gelijk aan moederschap, en een Moedergodin werd aanbeden. Er waren over de hele wereld matriarchale culturen. We weten dat nu, dankzij het werk van mensen als Bachofen honderdvijftig jaar geleden, Marija Gimbutas, Heide GöttnerAbendroth en bij ons Annine van der Meer. In een matriarchaat was alle bezit collectief. Alle beslissingen werden ook collectief genomen. De kinderen hoorden bij de vrouwen en de mannen dwarrelden een beetje van hut tot hut. De godsdienst, die een vruchtbaarheidsreligie was, werd door vrouwelijke priesters geleid. Annine van der Meer en haar medestanders vinden dat het Moederland hoogstaander was dan het patriarchaat dat we daarna kregen. Want er zijn geen wapens of verdedigingswerken gevonden uit die tijden, dus ze waren vreedzaam, zeggen deze mensen. Ik ben het daarmee niet eens. Ik denk dat
drs. Lisette Thooft: man,vrouw, spiritualiteit
2/6
die matriarchale culturen ontzettend primitief waren, onwetend, en wreed. Een van de primitieve dingen die mensen in de prehistorie deden, was dat ze collectieve seksuele riten bedreven. Seks was geen privé aangelegenheid maar iets waarin de hele stam tegelijkertijd betrokken was, in grote feesten en ceremonieën, met priesteressen aan het hoofd. De vrouwen zorgden er dan bijvoorbeeld voor dat de mannen ejaculeerden en ze verzamelden het sperma om het in koeken te bakken en in hun haar te smeren, althans dat deden de Papoea’s van Nieuw Guinea in de jaren 20 van de vorige eeuw nog steeds. Hoe dan ook, de vrouwelijke seksuele macht was enorm: vrouwen regelden alles en mannen hadden niets in te brengen behalve een kwakje op zijn tijd. En die mannen waren dan ook bang voor vrouwen, dat beschrijven antropologen. Ze vonden de vrouwelijke macht zeer bedreigend. Dat was niet zo gek. Een andere primitieve gewoonte van matriarchale vruchtbaarheidsculturen was dat ze kinderen en mannen offerden aan de vruchtbaarheidsgoden. Oude vrouwen, de priesteressen zelf, werden voor zover ik weet nooit geofferd, alleen meisjes, jongens en volwassen mannen. De godin gaf het leven en moest daarom ook levens aangeboden krijgen. Vrouwen waren ook de baas over deze rituelen. Over de hele wereld zijn kinderoffers gebracht in matriarchale culturen en in sommige plekken zijn die gewoonten nog heel lang blijven hangen in het volksgeloof, waar de matriarchale sfeer het laatst verdween. De Britse antropoloog James Frazer verzamelde in zijn beroemde boek The Golden Bough talloze voorbeelden van traditionele samenlevingen en schriftloze volkeren waarin bloederige elementen van die offers nog aanwezig waren, of nog leefden in de herinnering in het begin van de negentiende eeuw. In het begin werden deze offers zelfs opgegeten, later alleen verbrand. Of bijvoorbeeld ritueel gewurgd en in een moeras gegooid, zoals het meisje van Yde. Ook in het Oude Testament vinden we vele verwijzingen naar de gewoonte van aanhangers van vruchtbaarheidsgodinnen en goden, de Baäl bijvoorbeeld, of Ashera, om kinderen te offeren. Als Abraham bereid is om Izaak te offeren, dan was dat in zijn tijd niet zo gek, want iedereen in die buurt, behalve de joden, deed dat. En dat de joodse God dit offer niet wil, kun je zien als teken van de overgang naar een beschaafder cultuur. Pas toen de mannen massaal de baas waren geworden over de vrouwen en die vrouwen bij wijze van spreken achter het aanrecht hadden gezet, hadden gedwongen om thuis en kuis te blijven, was die sprong naar een hogere trap van beschaving een feit. In de scheppingsmythe in Genesis vind je sommige van deze elementen nog terug. Eva is hier duidelijk de baas, net zoals de vrouwen de baas waren in de matriarchaten. Zij begint met méér te eten dan de andere dieren in het paradijs. Door dat eten krijgt ze kennis van goed en kwaad. Het is bekend dat onze grote hersens ontzettend veel calorieën nodig hebben, wel 800 per dag gemiddeld, en dat die oermens veel calorierijker voedsel nodig had dan de mensapen met hun kleinere breinen. Eva eet zichzelf een groter brein, zou je kunnen zeggen. (Net als die dikke godinnetjes zoals de Venus van Willendorf). Even later heeft ze Adam ook bijgespijkerd, de man. Hij gaat nu oordelen over goed en kwaad. En wat is zijn eerste oordeel? Dat de slang het kwaad zelve is. Wat is de slang? Waarvoor staat dit dier symbool? De slang is een langgerekt verteringskanaal waarin een slachtoffer verdwijnt. Het is de vagina dentata, de getande vagina, waarin een man zijn mannelijkheid kwijtraakt, zich opgegeten voelt. En waarin hele kinderen en mannen verdwijnen, opgegeten in woeste prehistorische rituelen. De slang staat, kortom, voor de vrouwelijke voortplantingsdrift in haar meest basale, primitieve vorm. De slang is hetzelfde als de draak. De slang in het paradijs werd trouwens ook vaak als draak voorgesteld – men dacht dat hij zijn poten en vleugels pas verloor toen God de vloek had uitgesproken: op je buik zul je gaan. Drakenverhalen worden in alle culturen over de hele wereld verteld en ik ben tot de conclusie gekomen dat de draak het symbool is van primitieve vrouwelijke voortplantingsdrift. Later wordt dat neutraler: in de Middeleeuwen verslaan zo’n 40 christelijke heiligen draken en dat zijn mannen en
drs. Lisette Thooft: man,vrouw, spiritualiteit
3/6
vrouwen. Daar gaat het om voortplantingsdrift an sich, niet meer alleen vrouwelijk. Maar in de oude drakenverhalen is het duidelijk dat de draak vrouwelijk is. De draak is een combinatie van slang en roofvogel, niet toevallig de dieren die met die Moedergodin verbonden waren. Vrijwel elke cultuur heeft mythen waarin een machtige, goddelijke moeder, een gevaarlijk oud wijf of een heksachtig vraatzuchtig monster wordt verslagen door een dappere krijger. Ze ontstonden vanaf het eind van de prehistorie, toen de matriarchale samenlevingen overgingen in patriarchale machtsstructuren en de bijbehorende prehistorische godinnencultussen plaatsmaakten voor mannelijke godenvereringen. En zo kun je die verhalen dan ook duiden: als zelfrechtvaardiging van de nieuwe overheersers, de mannen, die vrouwen de mond snoerden en de moedergodin van haar troon stootten. Maar op een dieper, onbewust niveau, het niveau waaruit de symbolen oprijzen, zien we hier de man die de al te primitieve voortplantingsdrift van de vrouw een halt toe roept, temt, beschaaft. Ik vertel het alleroudste drakenverhaal wat uitgebreider, dan hoort u hoe ik aan mijn idee kom. Tiamat is de drakengodin uit het oude Babylonië. Het verhaal is gevonden op kleitabletten uit 600 voor Christus, maar het verhaal is veel ouder, waarschijnlijk komt het uit 3000 zoveel voor Christus. Tiamat betekent waarschijnlijk zoiets als ‘de diepzee’ en Tiamat is de moeder van alle leven. Het verhaal leest als soft porno. Marduk wordt nog gewaarschuwd door zijn vader: je weet toch dat het Tiamat is, van het vrouwelijk geslacht, die je gaat bevechten? Tiamat probeert hem te versieren met zoete praatjes, maar hij gaat er niet op in. Tiamat schreeuwt van hartstocht en haar onderlichaam schudt en trilt. Marduk kijkt in haar midden staat er, en dat woord betekent ook: baarmoeder. Dan omklemmen ze elkaar en hij stoot zijn wapen in haar zachte onderbuik. Hij dwingt de wind door haar muil naar binnen, zodat haar buik opzwelt. En dan klieft hij haar doormidden en schept uit haar de hemel en de aarde, en de mensen erop. Het is een scheppingsmythe. Tiamat staat symbool voor de oude vruchtbaarheidscultuur die mannen zo bedreigend vonden, en die ze uiteindelijk omver wierpen. Hoe ouder de drakenverhalen, hoe duidelijker de vruchtbaarheidssymboliek. Naarmate we verder evolueerden in de cultuur, worden die elementen minder sterk, worden de verhalen omfloerster. De Griekse mythologie wemelt van de vrouwelijke monsters. Harpijen, Gorgonen, Erinyen, Medusa, de Amazones, en dan de grote draakachtige slangen, de Python en de Hydra. De verhalen waarin Apollo de Python verslaat en Herakles de Hydra, gaan heel duidelijk over de oude macht van de vrouwelijke vruchtbaarheid die verslagen moet worden door de nieuwe patriarchale heerschappij. De vruchtbaarheidssymboliek is sterk aanwezig: de slang-draken wonen bijvoorbeeld in bronnen. Vaak is de machtsstrijd tussen Zeus en Hera belangrijk in het verhaal. De geboortegodin speelt een rol. Kortom, het gaat allemaal op bewust en onbewust niveau over seksualiteit. Een interessant element komt erin bij Herakles en de Hydra. Herakles doopt zijn pijlen in het giftige bloed van de Hydra en later sterft hij door datzelfde gif. Veel drakendoders sterven zelf. Ze offeren zichzelf. Pas in de sprookjes van Grimm, eeuwen en eeuwen later, kunnen broeders samen een draak doden en daarna nog lang en gelukkig leven. Dan hebben ze hun drift onder controle: ze weigeren bijvoorbeeld met de prinses te trouwen om hun broeders niet jaloers te maken, of ze zien af van seks met de vrouw van hun broer. De prehistorische moedergodin verdween dus van het toneel; ze werd verslagen door mannelijke goden. Ze splitste op in verschillende minder belangrijke godinnen en werd later opgenomen in Maria, zou je kunnen zeggen. Maria verving in sommige delen van Europa Artemis, in andere delen Isis, de laatste grote godin. Het meest in het oog springende van de Maria cultus is dat ze werd vereerd als maagd. Ze is dus
drs. Lisette Thooft: man,vrouw, spiritualiteit
4/6
heel nadrukkelijk geen vruchtbaarheidsgodin meer. Ze heeft wel een zoon, maar er heeft geen seksueel ritueel plaatsgevonden, er is geen kind geofferd, geen man gedood. Kuisheid, maagdelijkheid wordt dus heel belangrijk voor vrouwen, en dat zien we nu als onderdrukking van de natuurlijke seksuele behoefte van de vrouw, maar dat is een te beperkte visie. Als je het ziet in het geheel van de culturele evolutie van de mens is het een enorme stap voorwaarts. Het moedwillig onderdrukken van de seksuele impuls is een stap verder weg van de aap, richting engel. Kuisheid maakt het vrouwen mogelijk om zich te emanciperen. In de Middeleeuwen en met name de 11e eeuw was er een soort emancipatiegolf voor vrouwen en dat had alles te maken met seksuele zelfbeheersing. Heel veel vrouwen gingen vrijwillig het klooster in: dat betekende dat ze niet het normale leven van vrouwen leidden gericht op paarvorming, baren en zorgen, maar dat ze zich geestelijk konden ontwikkelen. De hoofse liefde van de 11e eeuw is hierin een verhaal apart. Hier krijgt de vrouw een nieuwe status, ook in de symboliek. Het nieuwe symbool voor vrouwelijkheid is niet meer de draak, maar de roos. Kwetsbaar, mooi, aantrekkelijk, niet zonder gevaar. En ze nodigt mannen uit om een echte heer te worden. Dat hield dus in dat nu ook de mannen hun seksuele drift onder controle moesten zien te krijgen. De hoofse minnaars praktiseerden een soort tantrische seks: ze vreeën wel, deden alles wat ze konden om de vrouw te behagen, maar de mannen mochten niet klaarkomen, omdat de vrouwen niet zwanger mochten worden. Maar die elitaire manier van sublimatie is toen niet algemeen ingeburgerd geraakt. Misschien ooit? De 40 middeleeuwse heiligen die draken verslaan, mannen en vrouwen, temmen ook hun eigen lust. Bij Joris zien we nog enkele elementen van de oude symboliek: de prinses trekt een bruidsjurk aan als ze naar de draak geleid wordt. En Joris geeft haar de opdracht de draak aan haar zijden gordeltje te leiden naar de stad. Daar doodt hij de draak en dan wordt de hele stad christelijk. Dat betekent: ze zweren de oude vruchtbaarheidsrituelen af. Ook de heilige Martha bindt een draak met haar gordel. En de heilige Margareta ontmoet een draak in de kerker waar ze in geworpen is nadat ze geweigerd heeft te trouwen. Ze is de dochter van een heidense hoofdman en ze wil christenvrouw worden, en celibatair blijven. In de kerker komt een draak haar bezoeken – ik zou zeggen: haar eigen lust. De draak eet haar ook op, maar ze barst uit de buik tevoorschijn. En wordt later de patrones van barende vrouwen. Zo in de achttiende, negentiende eeuw is het proces voltooid: vrouwen hebben de opdracht om kuis te zijn geïnternaliseerd en ze zijn preuts geworden. En volgens mij is het niet toevallig dat het juist dan belangrijk voor ze wordt om wereldse macht te krijgen. De eerste feministische golf, het streven naar vrouwenkiesrecht, komt op gang. Dat is seksuele energie die als het ware omhoog gestegen is, gesublimeerd is tot streven naar meer vrijheid. En ook liefde. Want zoals Dorien Pessers aantoont in haar boek De wet van het hart, ging het die suffragettes om een barmhartiger samenleving. De man was al zolang aan de macht dat de typische schaduwkanten van de mannelijkheid overheersend waren geworden. Dat is dus hoe het werkt: als vrouwelijkheid te sterk wordt, krijgt de maatschappij draakachtige trekken. Dan worden er mensen opgegeten. Als mannelijkheid te sterk wordt, komt de mannelijke schaduw sterk naar voren. En wat is dat? De gepantserde ridder die de draak bestreed, is geëvolueerd tot robot. Afgepantserd wat gevoel betreft, mechanisch opererend, hardvochtig, meedogenloos zelfs, want gevoelloos. Niet voor niets is de grote symbolische vijand van de mensheid tegenwoordig de robot, of de cyborg, de machinemens. In verhalen en films bestrijden helden de robot – zoals in Terminator, The Matrix, enzovoort. The Matrix is erg interessant. De held, Neo, vecht zichzelf dood tegen de robot. Die vraagt
drs. Lisette Thooft: man,vrouw, spiritualiteit
5/6
hem waarom hij dat toch doet. Toch niet om zoiets smakeloos als de liefde – iets wat alleen mensen kunnen verzinnen? “Ik doe dit omdat ik het wil,” zegt Neo. Dat wil zeggen: het is zijn vrije keuze om zichzelf dood te vechten voor de liefde. Want dat is uiteindelijk waarom hij de robot bevecht: uit liefde voor zijn medemensen. Sterven voor de liefde, waar hebben we dat eerder gehoord? Bij Jezus Christus. Het mannelijke offert zichzelf voor de liefde, en bereikt door dat offer innerlijke vrijheid. Het vrouwelijke laat los, en bereikt daardoor ware liefde. Hieruit volgt ook hoe je spiritueel kunt omgaan met je seksuele identiteit. De schaduwen van mannelijkheid en vrouwelijkheid hebben wij allemaal nog steeds in ons. Als dubbelgangers, om een term uit de gnostiek en de antroposofie te gebruiken. Sterker nog, de draak maakt een soort comeback: in fantasy lectuur, in spelletjes en speelgoed. Dat is niet meer de levensgevaarlijke draak van vroeger, omdat niemand meer echt bang is voor vrouwelijke seksualiteit. Maar toch. Sinds de tweede feministische golf, die toch wel als geslaagd beschouwd mag worden, zijn veel vrouwen tamelijk draakachtig. Je ziet drakengedrag op verschillende niveaus: in vetzucht, in seksuele mateloosheid, in machtswellust binnen relaties, in bedilzucht en overmatige zorg. Draak komt van drakoon, Grieks, wat betekent: scherp ziend, en ik denk dat het herkenbaar is dat vrouwen altijd alles zien. Elk foutje van hun man in elk geval. In de keel zit de draak van het snelle praten; elke kop die je eraf hakt, groeit dubbel aan. Sommige vrouwen zijn zelfs draakachtig in de spiritualiteit – ze geloven dat ze de hele wereld kunnen redden. Maar ook de robot is goed te herkennen in de hedendaagse man. Het mechanische waarmee mannen achter hun pc zitten bijvoorbeeld. De wazige blik die ze in hun ogen krijgen als hun partner aandacht vraagt voor een emotioneel probleem. Ja schat… Maar hij is er niet. Hij staat op de automatische piloot. Ook het voorgeprogrammeerd streven naar de top hoort erbij. Niet om gelukkig van te worden, maar gewoon alleen om de top te bereiken, de beste te zijn, het meeste geld te verdienen. In onze maatschappij zijn die twee een soort demonisch verbond aangegaan waarbij de ene partij blind produceert en de andere partij blind consumeert. Het kan niet langer doorgaan; er moet bewustzijn in gebracht worden. Iedereen kan verantwoordelijkheid nemen voor zijn of haar eigen draak of robot. Ik moet zeggen dat mijn relatie er oneindig van is opgeknapt sinds ik dat ben gaan doen. Dus je hebt er onmiddellijk profijt van. Ook denk ik dat dit de weg is van de sublimatie, op een alledaags en concreet niveau. Die oer-energie, die kosmische scheppende energie die een vrouw bedilzuchtig maakt en een man gemakzuchtig, juist die energie is het die je ook kunt leren inzetten voor echte liefde en echte vrijheid. Daarmee werken we bewust mee aan de evolutie van aap tot engel. Bewustwording van de dubbelganger, de schaduw, de mythische monsters in onze eigen ziel, is de eerste stap.
drs. Lisette Thooft: man,vrouw, spiritualiteit
6/6