Maatschappelijk Jaarverslag 2006 Ita Wegman Stichting
Inhoudsopgave A. Maatschappelijk jaarverslag 1. Uitgangspunten van de verslaglegging 2. Profiel van de organisatie 2.1. Profiel en structuur 2.2. Productie personeel en opbrengsten 2.3. Belanghebbenden 3. Governance 3.1. Rechtsvorm 3.2. Raad van Bestuur 3.3. Raad van Toezicht 3.4. Corporate governance 3.5. Samenstelling Raad vanToezicht 3.6. Bedrijfsvoering 3.7. Cliëntenraad 4. Beleid, inspanningen en prestaties 4.1. Meerjarenbeleid 4.2. Beleid 2006 4.3. Algemeen kwaliteitsbeleid 4.4. Kwaliteitsbeleid t.a.v patiënten en cliënten 4.5. Specifieke projecten Ita Wegman Stichting 4.6. Veiligheid 4.7. Cliëntgerichtheid 4.8. samenleving B. Jaarrekening ( in excel ) C. Bijlagen (in digiMv) 1. Uitgangspunten van de verslaglegging In het verslagjaar 2006 is een fusie voorbereid met de Arta-Lievegoedgroep die eveneens werkt vanuit de antroposofische visie en landelijk de gehele GGZ-keten verzorgt voor mensen met psychiatrische of verslavingsproblematiek, van klinische zorg (opname in een introductiecentrum, kliniek of therapeutische (leef)werkgemeenschap, poliklinische zorg of deeltijdbehandeling tot en met nazorg en maatschappelijk herstel. Op 1 januari 2007 is deze fusie gerealiseerd; de nieuwe organisatie gaat verder onder de naam Lievegoed Zorggroep. Dat maakt dit jaardocument tevens het laatste van de Ita Wegman Stichting. De opbouw en de items waarover wordt gerapporteerd, volgen de structuur van het Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording Zorg. Hierbij is gebruik gemaakt van verschillende bronnen, die verschillende typen informatie leveren. Daarom is het dit jaar nog niet mogelijk alle informatie op dezelfde aggregatieniveaus weer te geven.
1
2. Profiel van de organisatie 2.1. Profiel en structuur De Ita Wegman Stichting (IWS) is een overkoepelende organisatie voor zorg aan mensen met een verstandelijke beperking, die werkt vanuit de antroposofische visie. Het karakteristieke van de stichting is haar kleinschaligheid, pluriformiteit en beweeglijkheid. Zij is niet opgebouwd vanuit een centraal instituut, maar wordt gevormd door de samenbundeling van kleinschalige voorzieningen, ondersteund vanuit een centraal bureau. De vestigingen liggen in de regio’s Amsterdam, Rotterdam en Den Haag en voor de regio Utrecht in Driebergen en Zeist. De dienstverlening is rijk geschakeerd en beschikbaar voor uiteenlopende doelgroepen. Cliënten of ouders/vertegenwoordigers van cliënten worden verwezen of nemen zelf het initiatief. De Ita Wegman Stichting kent 14 kleinschalige voorzieningen. In Driebergen is het centraal bureau gevestigd met bestuurder, secretariaat, medewerkerszaken en administratieve diensten. De Ita Wegman Stichting zich laat inspireren door het antroposofische gedachtegoed. Belangrijke uitgangspunten hierin zijn: aansluiten bij de gezonde kern van de persoonlijkheid, de gemeenschap en de ontmoeting als belangrijke bron voor ontwikkeling, inzicht verwerven in de biografie vanuit het perspectief van zingeving als leidraad voor de zorg en begeleiding. Van belang is het werken vanuit het antroposofisch mensbeeld op een manier die aansluit bij de dagelijkse praktijk. Het gaat om een voortdurende zoektocht van beeldvorming, plan, toetsing en evaluatie door praktische toepassingen en zich ontwikkelende inzichten, die medewerkers uitdaagt en enthousiasmeert om bij te dragen en zich te ontwikkelen. De instelling had per 31 december 2006 493 medewerkers in dienst, overeenkomend met 221 Fte’ s . Algemene identificatiegegevens Naam verslagleggende rechtspersoon Rechtsvorm Adres Postcode Plaats Telefoonnummer CTG/ZAio-nummers Nummer Kamer van Koophandel E-mailadres Website
Ita Wegman Stichting Stichting Arnhemse Bovenweg 285 C 3971 MH Driebergen 0343-532441 600- 1161, 600-1162, 600-1163, 600-1164 41160200
[email protected] www.itawegman.nl
De Ita Wegman Stichting levert de volgende AWBZ-functies: Verblijf op grond van de AWBZ Ondersteunende begeleiding Activerende begeleiding Ondersteunende begeleiding dagbesteding Huishoudelijke verzorging
Ja Ja Ja Ja Ja
2
Persoonlijke verzorging Verpleging
Ja Ja
2.2. Productie , personeel en opbrengsten Samenvatting financiëel jaarverslag
afspraak
realisatie
verschil
Driebergen Verblijf met behandeling Verblijf zonder behandeling Ondersteunende begeleiding met toeslag Activerende begeleiding Behandeling Verpleging Persoonlijke verzorging Dagopvang volwassenen
18.188 17.100 10.000 1.700 50 90 90 22.000
18.130 17.020 9.581 1.361 12 21.396
-58 -80 -419 -339 -38 -90 -90 -604
Rotterdam Ondersteunende begeleiding Activerende begeleiding Behandeling Dagopvang volwassenen Dagopvang volwassenen met toeslag Dagopvang kinderen Dagopvang kinderen met toeslag
1.753 1.100 780 8.900 13.500 4.800 26.500
1.039 1.337 316 7.897 12.382 3.386 25.862
- 714 237 - 465 -1.003 -1.118 -1.414 -638
Amsterdam Verblijf met behandeling Ondersteunende begeleiding Activerende begeleiding Dagopvang kinderen Dagopvang kinderen met toeslag
3.150 5.800 300 4.500 11.900
3.039 3.573 520 4.519 10.458
-111 -2.227 220 19 -1.442
Den Haag Ondersteunende begeleiding Activerende begeleiding Dagopvang volwassenen Dagopvang kinderen Dagopvang kinderen met toeslag
117 44 2.432 2.206 1.374
96 88 2.461 908 2.452
- 21 44 29 -1.298 1.078
Instroom personeel Vast dienstverband 10
Tijdelijk dienstverband 70
Oproepkrachten 71
Tijdelijk dienstverband 41
Oproepkrachten 69
Uitstroom personeel Vast dienstverband 29 Stagiaires / vrijwilligers
3
Stagiaires 119
Vrijwilligers 23
Ziekteverzuim (ex. WAO en zwangerschap) 7, 81% Vacatures 27 Vestigingen Regio Amsterdam Joriskring, kinderdagcentrum Jorishuis, logeerhuis Jorishanden, praktische pedagogische ondersteuning Regio Rotterdam Proteus, ambulante ondersteuning Bride, kinderdagcentrum Helias, dagcentrum voor volwassenen Huize Thomas, kinderdagcentrum Regio Den Haag Marjatta, kinderdagcentrum Mens en tuin, dagbesteding Regio Utrecht De Hondspol, zorgboerderij woonvoorziening en dagbesteding Magenta, werkplaatsencentrum Salvia, woonvoorziening intramuraal Wederik, woonvoorziening 24 uurszorg Zonneweg, begeleid wonen project 2.3.Belanghebbenden (samenwerkingspartners met wie een overeenkomst is gesloten) Met diverse partijen betrokken bij (antroposofische) zorg aan mensen met een verstandelijke beperking is in 2006 samengewerkt. Samenwerking op cliëntniveau: Er bestaan samenwerkingsverbanden op cliëntniveau met: o Stichting de Wederkerigheid in Driebergen, het gaat om dagbesteding voor een aantal cliënten. o Jade dagbesteding in Leusden, project waar enkele cliënten dagbesteding volgen. o Stichting mens en tuin, een dagbestedingsproject in Den Haag, waarin ook de gemeente via subsidie betrokken is. o VOF Proteus voor ambulante zorg, er bestaat hierin samenwerking met Orion in Rotterdam o In verschillende cliënttrajecten participeren specialistische voorzieningen op het gebied van behandeling en verschillende CCE’s.
4
Kindzorgprofielen en cliënt –zorgprofielen In samenwerking met de Pameijer Keerkring in Rotterdam zijn in 2006 een tweetal boeken uitgegeven, nl: - Kindzorgprofielen en - Cliënt –zorgprofielen, uitgegeven waarin de diverse te onderscheiden doelgroepen binnen de sector zijn beschreven Een profiel geeft zicht op de combinatie van cliëntproblematiek en toe te passen hulpverlening. Daarbij zijn kernelementen: - wat is er aan de hand bij de cliënt, - wat is nodig om de zorgvraag te beantwoorden, - hoe gaat dat in grote lijnen, - wat is een passende indicatie en wat zijn mogelijke producten? Een kind/cliënt-zorgprofiel is een hulpmiddel voor de begeleiding bij het schrijven van een individueel plan, bij het aanvragen en het beoordelen van een indicatie en bij het beoordelen van een nieuwe plaatsing. De methodiek van de zorgprofielen leent zich heel goed om een individueel plan (zorg/begeleidingsplan met bijbehorende documenten als signaleringsplan, anamnese, korte termijn concretere plannen met doelen en activiteiten voor wonen, dagbesteding en therapie) op te stellen. Tot slot kunnen ook de kosten van een arrangement op basis van de profielbeschrijving inzichtelijk gemaakt worden. Voor externe partijen ontstaat meer inzicht in doelgroepen, randvoorwaarden, werkwijze en mogelijkheden van zorgvoorzieningen. Op basis van de profielen is werkmateriaal voor individuele toepassing in de vorm van een nieuwe zorgplanmethodiek voorbereid. Project psychiatrische ondersteuning Arta Lievegoedgroep en Ita Wegman Stichting. Er is intensief samengewerkt met de Arta Lievegoedgroep, die zorg biedt binnen de psychiatrie en verslavingszorg. Er is een project gestart waarbij aan mensen met gecombineerde problematiek (verstandelijke beperking en psychiatrische stoornis) zorg is verleend. Omdat de Ita Wegman Stichting niet voldoende is toegerust om het toenemende aantal complexe zorgvragen, dat zij op zich af ziet komen, goed te kunnen beantwoorden, is aan de Arta-Lievegoedgroep gevraagd om deze psychiatrische ondersteuningsfunctie vorm te geven en uit te voeren. Doelstelling van de samenwerking is een geïntegreerd zorgaanbod vanuit het antroposofische mensbeeld voor cliënten met een zogenaamde gecombineerde problematiek (verstandelijke beperking van laag tot hoog niveau en een psychiatrische stoornis). Uit het onderzoek is gebleken dat het geïntegreerde aanbod meerwaarde oplevert. Het is nadrukkelijk de bedoeling om gezamenlijk een nieuwe producten te ontwikkelen voor de te onderscheiden doelgroepen. 3. Governance 3.1 Rechtsvorm De ITA Wegman Stichting voor heilpedagogie en sociaaltherapie is gevestigd in Den Haag , kantoor houdende Arnhemse Bovenweg 285 - C te Driebergen en kent een éenhoofdige Raad van Bestuur. Gedurende het verslagjaar is de zittende bestuurder in de aanloop naar een fusie per 1-1-2007 afgetreden waarbij een interimbestuurder is benoemd voor de periode tot de fusiedatum.
5
IWS beheert 14 kleinschalige woonvoorzieningen voor kinderen en volwassenen met een verstandelijke handicap in Direbergen, Rotterdam , Amsterdam en Den Haag en werkt op basis van geesteswetenschappelijke inzichten uit de antroposofie. 3.2. Raad van Bestuur. De stichting kent een éénhoofdige Raad van Bestuur De bestuursfunctie werd tot 1 juli vervuld door dhr. P. Keesmaat en vanaf 1 september door dhr. J. Willemse mba ( a.i.). 3.3. Raad van Toezicht Volgens zijn statutaire opdracht houdt de Raad van Toezicht toezicht op het beleid van de Raad van Bestuur en op de algemene gang van zaken in de stichting. Bij de vervulling van zijn taak richt de Raad van Toezicht zich op het belang van de stichting en op alle daarbij betrokkenen, met in acht neming van de heilpedagogische en sociaal therapeutische identiteit van de stichting. De Raad van Toezicht staat de Bestuurder met raad ter zijde en kan op eigen initiatief advies uitbrengen aan de Raad van Bestuur, als hij dit uit hoofde van zijn toezichthoudende en adviserende taak gewenst acht. De Raad van Toezicht bestond in 2006 uit 5 leden, waarvan één lid op voordracht van de cliëntenraad. De samenstelling van de Raad van Toezicht was per 31 december als volgt: Mw. M. J. Boswijk-Post Baron D.M.H. Mollerus Drs. P.J.J. de Bot Dhr. P.M. Wormer Jhr. L.M. Rutgers van Rozenburg 3.4. Corporate governance De Raad van Toezicht hecht aan de beginselen van goed bestuur, goed toezicht en goede verantwoording conform de aanbevelingen van corporate health governance en bevordert actief de kwaliteitsontwikkeling dienaangaande. 3.5. Samenstelling Raad van Toezicht per ultimo 2006 ( nog invullen ) 3.6. Bedrijfsvoering In het verslagjaar is onderzoek verricht naar de kwaliteit – en inrichting van de processen in het licht van de kaderregeling AO/IC en is een verbeterplan opgesteld dat in 2007 zijn beslag krijgt. Er is een zogenaamde nul-meting uitgevoerd, organisatiebreed, ter vaststelling van het huidige kwaliteitsniveau in de primaire en ondersteunende processen als eerste aanzet tot het certificeringstraject, gevolgd door een plan van aanpak ter verkrijging van het zgn. opstap-certificaat . Dat plan is inmiddels in uitvoering Een belangrijk aandachtspunt in het vierde kwartaal was de voorbereiding van de fusie met een de Arta Lievegoedgroep, waarbij de focus van het Centraal Bureau vooral was gericht
6
op de voorbereiding van het fusieplan en de randvoorwaarden voor de integratie met de afdeling bedrijfsvoering van de Arta-Lievegoedgroep. 4. Beleid, inspanningen en prestaties 4.1. Meerjarenbeleid gebaseerd op missie en visie Op visie / missie niveau zijn de centrale waarden van Ita Wegman VGZ geformuleerd. -
Van aanbod- naar vraagsturing, cliënt centraal. Intern: uitwerken, expliciteren en concretiseren van de werkwijze gebaseerd op het antroposofisch mensbeeld per zorgproduct met als uitdrukkelijk uitgangspunt de emancipatie van de cliënt. Dit uitgangspunt wordt tegenwoordig door alle zorgaanbieders verkondigd. Ita Wegman VGZ wil hier uitdrukkelijk voor kiezen. Wat het betekent, vraagt de komende tijd aandacht bij medewerkers, middenkader, ondersteunende diensten en directie/bestuur. Het kan niet alleen een beleidskeuze zijn. Het vraagt om een andere wijze van kijken en om ander gedrag. -
De ITA Wegman Stichting voor gehandicaptenzorg laat zich inspireren door het antroposofische gedachtegoed. Voor de gehandicaptenzorg zijn daarbij belangrijke uitgangspunten: • aansluiten bij de gezonde kern van de persoonlijkheid • de gemeenschap en de ontmoeting als belangrijke bron voor ontwikkeling • inzicht verwerven in de biografie vanuit het perspectief van zingeving als leidraad voor de zorg en begeleiding. Van belang is het werken vanuit het antroposofisch mensbeeld op een manier die aansluit bij de dagelijkse praktijk. Kortom, een methodisch gerichte verankering in de dagelijkse zorg en begeleiding. Zie ook eerste versie cliënt-zorgprofielen regio Utrecht, deel 2, waarin missie en visie op zorginhoudelijk gebied is uitgewerkt voor volwassenen.
- Extern: versterken van de positie als niche speler door karakterisering van de eigenheid van voorziening en producten. - De strategische doelstellingen zijn verwoord met behulp van speerpunten Deze speerpunten zijn vertaald naar gewenste veranderingen • in de structuur • in het personele beleid • in de systemen • n de onderscheidende vaardigheden van de organisatie • in de stijl van leidinggeven en communiceren binnen de organisatie Bovenstaande thema’s worden verder uitgewerkt in 2007 4.2. Beleid 2006 Het jaar 2006 is te kenschetsen als turbulent. Bestuurswisselingen hebben plaatsgevonden, er is gewerkt aan een fusie voorbereiding, een financiële reorganisatie en de aanbestedingen bij de zorgkantoren. De stichting is die bestaat uit oorspronkelijk kleine en grotere intramurale, semi-murale en ambulante voorzieningen, handhaafden elk hun oorspronkelijke zelfstandigheid. Om meer samenhang en transparantie binnen de stichting te ontwikkelen, beslissingen voldoende te kunnen verantwoorden en beleid voldoende te implementeren, werd er een actieplan gemaakt aan de hand van een in alle locaties gehouden nulmeting. Het gaat dan om een
7
plan van aanpak voor de HKZ, een plan om de financiële positie van de stichting te versterken en om beter op wijzigingen in wetgeving te kunnen anticiperen. Na de eerste analyses bleek er behoefte om direct te gaan werken aan een oriëntatie op de toekomst bij de nieuwe directie, het bestuur, het middenkader, de ondernemingsraad, de cliëntenraden en de medewerkers. Er is in intensief gesprek een strategisch plan voor de komende jaren opgesteld. 4.3. Algemeen kwaliteitsbeleid In 2006 heeft de Ita Wegman Stichting ervaren dat begrippen als verantwoordelijkheid en transparantie voor organisaties binnen de zorg een zwaardere betekenis krijgen. Inspectie, ministerie, zorgkantoren, Waarborgfonds voor de Zorg hebben allen meegekeken naar de interne huishouding. Het bewustzijn van de noodzaak om ook op de harde kant strak te sturen is uitdrukkelijk aanwezig. In het huidige systeem van aanbestedingen moet de organisatie aan een reeks van voorwaarden voldoen op grond waarvan er een indeling plaatsvindt naar niveau A,B,C,D. Ita Wegman VGZ wil in 2008 scoren in categorie A. HKZ - certificering De eerste fase van dit project (herfst 2006) stond in het teken van het in kaart brengen van de positie ten opzichte van de normen van HKZ; deze inventarisatie is uitgevoerd in samenwerking met Q-consult en in april gepresenteerd op een startbijeenkomst met sleutelfiguren in de organisatie. Conclusie was dat veel materiaal aanwezig is in het zogenaamde organisatie handboek. Sommige procesbeschrijvingen zijn gedateerd en dienen te worden aangepast. Ook is de control -functie te weinig aanwezig. Op basis van de nulmeting is een plan van aanpak opgesteld, dat in 2007 uitvoering krijgt. 4.4. Kwaliteitsbeleid t.a.v. patiénten/cliënten IN 2006 is een onderzoek uitgevoerd naar de cliënttevredenheid in opdracht van cliëntenraad en management. De resultaen zijn in de navolgende tabel gespecificeerd..
8
Gemiddeld gaf ca. 70 % van de ondervraagde cliënten en/of ouders gaf aan tevreden tot zeer tevreden te zijn
9
4.5. Veiligheid De indicatoren voor veiligheid van patiënten zijn: -
onveiligheid door het ontbreken van informatie incidenten in de cliëntenzorg
In het kader van de wettelijke verplichting in de arbeidsomstandighedenwet worden incidenten, ongevallen en bijna ongevallen gemeld via het Fobo-formulier aan de FOBO commissie. De commissie registreert en adviseert de divisiemanager / bestuurder betreffende fouten, (bijna) ongevallen en risicovolle situaties die zowel op de deelnemer/bewoner als de medewerker, stagiairs, vrijwilligers en derden betrekking hebben.
De FOBO commissie De commissie is in 2006 3 keer bijeen geweest. In de loop van 2006 werden de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de commissie verder uitgewerkt. De locatie (hoofden) zijn zelf verantwoordelijk gesteld om een incident te bespreken in het team en vervolgens samen met de medewerkers naar verbeterpunten te zoeken om incidenten te minimaliseren of te voorkomen. Medewerkers zijn tot nu toe ook steeds op de locatie opgevangen en begeleid. De commissie registreert en adviseert de directie. In totaal waren er 132 incident meldingen (in 2004 waren er 159 en in 2005, 173 meldingen),
10
Een aanzienlijke daling t.o.v. de voorafgaande jaren, mogelijk deels veroorzaakt door de meer gedecentraliseerde procedure. De Fobo-commissie volgt de ontwikkelingen op de voet. Samenstelling van de commissie: Dhr. J. Heitkamp, arts Mw. C van Bergen Henegouwen, locatiemanager Mw. M. Paus, beleidsmedewerker Arbo en Preventie 4.6. Cliëntgerichtheid Hiervoor worden op dit moment de volgende prestatie-indicatoren gehanteerd, die grotendeels uit de tevredenheidsmeting worden berekend: wachttijd tussen aanmelding en start opname informed consent (ondertekende zorg- en dienstverleningsovereenkomsten) keuzevrijheid en regie vervulling van zorgwensen adequate bejegening informatieverstrekking Wachttijd tussen aanmelding en start opname Hierbij wordt weergegeven hoelang de gemiddelde wachttijd is tot de start van de opname, en het percentage van de inschrijvingen die binnen de in de Treeknormen afgesproken marge blijft. Op basis van wachttijden en doorlooptijden is geconstateerd dat de gemiddelde wachttijd de norm overschrijdt, zie onderstaande tabel. VGZ
Treeknormen
Behaald
Crisisplaats/acute interventie Crisisplaats/subacute interventie Ambulante woonvormen
100% binnen 24 uur
ja
100% binnen 7 dagen
n.v.t.
80% binnen 4 weken
nee
100% binnen 6 weken 80% binnen 4 weken 100% binnen 6 weken
nee nee ja
80% binnen 8 weken 100% binnen 13 weken
nee nee
Dagbesteding
Begeleiding bij wonen
Betreft: alleen de regio utrecht
Informed consent De vastgelegde toestemming van de cliënt in het zorgplan kan worden gezien als het sluitstuk van het informeren van de cliënt en het in samenspraak opstellen van het behandelplan. Getekende zorg- en dienstverleningsovereenkomsten zijn veelal nog niet aanwezig of niet in de goede versie. Er wordt hard aan gewerkt hier verbeteringen in aan te brengen. Keuzevrijheid en regie
11
De Ita Wegman Stichting volgt de terzake doende wettelijke regelingen en afspraken, in dit geval geldt daarin de WGBO. Met elke cliënt en/of diens wettelijke vertegenwoordiger wordt bij opname een dienstverleningsovereenkomst gesloten. Na eerste oriënterende en intake gesprekken en eventuele onderzoeken vindt opname plaats. In de route cliënttraject is expliciet ruimte voor de keuzevrijheid en wensen van de cliënt en zijn/haar ouders/wettelijk vertegenwoordigers. Vervolgens is de zorgplansystematiek met betrekking tot keuzevrijheid en regie een wezenlijk instrument. Cliënten en ouders/wettelijk vertegenwoordigers participeren bij belangrijke besprekingen. Het vermogen om eigen keuzes te maken komt in deze besprekingen naar voren. Er wordt gezocht naar de mogelijkheden en de mate waarin de cliënt zelf regie kan voeren, in relatie tot de daarbij gewenste of noodzakelijke ondersteuning. Ouders/wettelijk vertegenwoordigers worden maximaal betrokken bij het beleid om te komen tot ontwikkeling. Uitgangspunt is dat de zorg niet wordt overgenomen maar gedeeld. In de regio Utrecht is, vooruitlopend op de nieuwe zorgplansystematiek, afgesproken om voor iedere cliënt, die op meerdere locaties begeleiding krijgt aangeboden, één plan en contract op te stellen. Hier wordt in januari 2007 mee gestart voor nieuwe cliënten, maar ook voor cliënten, die nog geen goede contracten hebben. Voor de overige regio’s is een implementatieplan opgesteld. In het najaar 2005 is binnen de Ita Wegman Stichting regio Utrecht gestart met de pilot integrale benadering met als doel het bevorderen van de afstemming tussen de sectoren wonen en werken en betrokken disciplines. De werkwijze is afgestemd op de binnen de stichting ontwikkelde cliënt–zorgprofielen en is in de pilot fase ‘al werkende weg’ uitgeprobeerd. De ervaringen zijn verwerkt in de nota voorstel en stappenplan integrale benadering, juli 2006 die eerst ter advisering wordt aangeboden om daarna definitief te kunnen worden vastgesteld om uiteindelijk in uitvoering te worden genomen. Bij de Ita Wegman Stichting is er een centrale Cliëntenraad operationeel, alsmede bewonersraden voor enkele locaties. Beide worden vertegenwoordigd in de Centrale Cliëntenraad. Cliëntenraad. Bij de Ita Wegman Stichting is een Centrale Cliëntenraad ( CCR ) operationeel. Hierin zijn zeven lokale Cliëntenraden vertegenwoordigd. Op sommige locaties bestaat ook een bewonersraad die dan weer vertegenwoordigd is in de Cliëntenraad. Voor de CCR was 2006 een zeer druk jaar. Een verrassing was dit niet, eind 2005 waren er al tekenen van grote komende veranderingen en in 2006 is dat volledig waar gemaakt. Wijzigingen in het bestuur en de Raad van Toezicht van de IWS, de voorbereidende stappen op weg naar de fusie met de Arta - Lievegoedgroep en daarnaast het “gewone werk” kosten veel tijd. Naast de CCR is er een Cliënt Vertrouwenspersoon werkzaam. In 2006 waren er 2 meldingen van klachten, elk vanuit een andere locatie. Dit is positief te noemen omdat we hieruit kunnen afleiden dat belanghebbenden de weg naar de cliëntvertrouwenspersoon weten te vinden. Beide klachten werde adequaat afgehandeld. Vervulling van zorgwensen Het gaat hier om een maat voor de ervaren vraaggerichtheid van de zorg. Adequate bejegening
12
Adequate bejegening is een van de meest belangrijke randvoorwaarden voor goede zorgverlening in de VGZ. Als indicator hiervoor is gekozen voor de antwoorden op de vragen of de hulpverlener voldoende respect toonde voor de cliënt, en of deze voldoende geïnteresseerd was in diens mening. Informatieverstrekking Goede informatieverstrekking is cruciaal in de ervaren kwaliteit van de zorg. In alle regio’s: Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht is dan ook voorzien in een zorginformatie en bemiddelingspunt. Elke consulent zorginformatie werkt nauw samen met de cliëntenadministratie. Het zorginformatie en bemiddelingspunt vormt als het ware de centrale voordeur waar alle vragen naar en over zorg die de Ita Wegman Stichting biedt, binnen komen. In 2006 werd een eerste aanzet gedaan tot het ontwikkelen van nieuwe regiofolders met een volledig informatiepakket om de cliënten te informeren over de dienstverlening, indicatiestelling en vervolgprocedure. Veelal wordt per telefoon of in een oriënterend gesprek informatie gegeven die wordt ondersteund door al bestaande brochures per locatie. In Rotterdam wordt de informatieverstrekking zonodig ondersteund door tolken. De huidige brochures en informatie op papier wordt met het oog op de fusie in 2007 ge-update volgens de nieuwe huisstijl. Klachten, toegankelijkheid en veiligheid Naast de beschreven prestatie-indicatoren, wordt de kwaliteit van de zorg eveneens zichtbaar gemaakt in de beschrijving van het aantal klachten, de toegankelijkheid en de veiligheid van de zorg. Cliënten kunnen bij de IWS gebruik maken van de interne klachtenregeling, waarnaar in de zorg- en dienstverleningsovereenkomst wordt verwezen. Er is een duidelijke brochure. Wat betreft het aantal klachten: er is dit jaar één klacht ingediend bij de Klachtencommissie. Deze klacht is via bemiddeling opgelost. Er zijn door de organisatie een aantal leerpunten uit getrokken.
Toegankelijkheid De IWS is een kleine instelling; de op/aannamemogelijkheden voor opname zijn beperkt en vaker dan gewenst zijn aan/opnames onmogelijk en wordt de cliënt op een wachtlijst geplaatst. Waar mogelijk word second best aangeboden. In afwachting van woonplek in een passende woonvoorzieningen werd om de wachttijd te overbruggen dagbesteding aangeboden, deelname aan activiteiten en/of overbruggingszorg in de thuissituatie gerealiseerd. Mogelijkheden voor logeren zijn onvoldoende of niet aanwezig. In 2006 heeft dit in regio Utrecht geresulteerd in 1 cliënt die volgens de wettelijke regeling overbruggingszorg kreeg in de thuissituatie bij zijn ouders en 2 cliënten die in afwachting van uitbreiding Zonneweg Zeist alternatieve woonruimte bewoonden. Daarnaast zijn er 3 cliënten die in afwachting van uitbreiding Wederik gestart zijn met dagbesteding Magenta/Salvia. Op basis van wachttijden en doorlooptijden is geconstateerd dat de gemiddelde wachttijd de norm overschrijdt, zie onderstaande tabel. VGZ
Treeknormen
Behaald
Crisisplaats/acute interventie Crisisplaats/subacute interventie
100% binnen 24 uur
ja
100% binnen 7 dagen
n.v.t.
13
Ambulante woonvormen Dagbesteding
Begeleiding bij wonen
80% binnen 4 weken
nee
100% binnen 6 weken 80% binnen 4 weken 100% binnen 6 weken
nee nee ja
80% binnen 8 weken 100% binnen 13 weken
nee nee
De Ita Wegman stichting houdt per regio een eigen wachtlijst bij van de uit het gehele land afkomstige vragen naar zorg. Veel vragen naar zorg komen vanuit MEE of van thuiswonende cliënten op zoek naar passend verblijf. Maar ook collega-zorgaanbieders doen een beroep op ons zorgaanbod met name waar het gaat om verblijf voor volwassenen als logisch vervolg op verblijf in een kinder- of jeugdinstelling. In de regio Den Haag gaat het om een plaats in het KDC bijvoorbeeld verwijzingen vanuit het Revalidatiecentrum of IVVTO-team. In Den Haag zijn voor de locaties Mens en Tuin en KDC Marjatta geen wachtlijsten. Voor de Zaterdagopvang van Marjatta staan momenteel 2 cliënten op de wachtlijst. Voor Ambulante zorg staan 3 cliënten op de wachtlijst. Regelmatig is er vraag naar logeeropvang, maar dit wordt vooralsnog niet geboden. In de regio Utrecht bestaat de grootste groep zorgvragers uit cliënten met vragen voor wonen in combinatie met dagbesteding. Opvallend hierbij is het relatief grote aantal mensen met psychiatrische problematiek en/of met een SGLVG/SGEVG toeslag. In 2006 kon er in totaal voor 8 cliënten van de wachtlijst een passend woonaanbod gecreëerd worden en voor 1 cliënt overbruggingszorg die later overging in verblijf met extreme zorgzwaarte. Van deze 8 cliënten wordt aan 3 cliënten wonen extramuraal geboden waarvan voor 1 cliënt tevens dagbesteding, voor 1 cliënt verblijf inclusief dagbesteding en voor 4 bewoners verblijf intramuraal waarvan 1 met SGLVG toeslag. Om aan de woonwensen van de resterende cliënten op de wachtlijst te voldoen zijn uitbreidingsplannen ontwikkeld. Het betreft 18 cliënten die wachten op verblijf intramuraal en 32 cliënten voor het begeleid wonen project. Voor de nu wachtende 42 cliënten voor verblijf intramuraal, vaak met SGLVG/SGEVG toeslag, worden plannen ontwikkeld met het oog op uitbreidingsmogelijkheden in de Flevopolder. Voor dagbesteding in regio Utrecht is er geen wachtlijst. Het werven van cliënten voor dagbesteding zonder de mogelijkheid van verblijf of kort verblijf te kunnen bieden is lastig. Ook is het zo dat collega-zorgaanbieders Christophorus en Zonnehuizen kind en jeugd voor kinderen en jongeren ervoor kiezen om een eigen dagbestedingsaanbod te ontwikkelen wanneer deze schoolverlaters toe zijn aan dagbesteding. In 2006 hebben er verkennende oriëntatiebezoeken plaatsgevonden om voorzichtig te onderzoeken of er mogelijkheden tot samenwerking zijn. In de regio Rotterdam is er een toenemende wachtlijst, groeiend naar 22 cliënten eind 2006. Naar ambulante dienstverlening, ook woonbegeleiding wordt gevraagd maar deze is niet voorhanden. Ook is er een toename zichtbaar van complexe zorgvragen. Voor dagbesteding is in het Rotterdamse geen wachtlijst. Woonbegeleiding in de zin van verschillende woonvormen. Voor een viertal cliënten is bemiddeld naar andere zorgaanbieders die wel vormen van wonen bieden. Duidelijk is geworden dat vanuit de cliënten van Helias de vraag voor woonbegeleiding in de nabije toekomst zal toenemen – gezien de leeftijd van cliënten en hun ouders. We zijn nu (2007) bezig met een inventarisatie van deze vragen en de wachtlijst van Orion en andere aanbieders in de regio. Op basis van deze gegevens zullen gesprekken met het zorgkantoor
14
plaatsvinden met als doel als divisie Ita Wegman ook in het Rotterdamse woonbegeleiding vorm te geven. In de regio Amsterdam is er een toename aan zorgvragers die specifiek vragen naar antroposofisch ingerichte zorg. In deze regio betreft de grootse groep zorgvragers de groep die vraagt naar woon- en logeermogelijkheden voor kinderen en jongeren. Op de wachtlijst voor wonen staan 15 kinderen. Aan 12 kinderen werd overbruggingszorg geboden in de vorm van een combinatie van logeren en ambulante begeleiding in de thuissituatie. De 12 logeerplekken van de Joriskring waren in 2006 permanent in gebruik. Voor de 9 kinderen van de wachtlijst kon (een deel van) de logeervraag gerealiseerd worden. Daarnaast is vanwege de grote vraag een plan ontwikkeld voor het opzetten van een puberlogeerhuis (van 12-18 jaar). 22 cliënten wachten op een plek. Voor de dagbesteding was er in 2006 een opvallende toename aan vraag van kinderen met ernstige gedragsproblematiek en/of toeslag extreme zorgzwaarte. Aan een van deze kinderen hebben wij een plek kunnen bieden, 3 staan er nog op de wachtlijst. Daarnaast was er een grote vraag van kinderen die op het ZMLK- onderwijs niet mee kunnen komen, maar voor wie het kinderdagcentrum te weinig uitdaging biedt. Het kinderdagcentrum van de Joriskring heeft een klas in een dubbelstroom waarin zij voor deze kinderen een passend aanbod heeft ontwikkeld. Voor deze dubbelstroom was aan het eind van 2006 een wachtlijst van 6 kinderen. Aan 3 kinderen hebben wij in 2006 een plek kunnen bieden. Naast de dagbesteding in Almere is er een bredere vraag naar ambulante begeleiding, naschoolse opvang en logeren van kinderen in Almere. Voor ambulante begeleiding is er een korte wachtlijst in de regio Amsterdam. Vanwege de toegenomen vraag in dagbesteding van kinderen met ernstige gedragsproblematiek, is er in 2006 meer beroep gedaan op ambulante begeleiding. Kinderen met een extra toeslag konden door extra ambulante begeleiding deelnemen aan de dagbesteding.
4.6.Specifieke projecten Ita Wegman Stichting Zorgondersteunende dienst (ZOD) en nieuwe zorgplanmethodiek Door het toenemen van het aantal locaties, de grote differentiatie in zorgvragen en zorgaanbod en het complexer worden van de zorgvragen, waarmee de Ita Wegman Stichting zich geconfronteerd ziet, is er een dringende behoefte ontstaan om de zorgondersteunende disciplines en bepaalde processen, zoals intake meer afgestemd en eenduidig te organiseren. In 2006 zijn voorbereidingen getroffen voor het inrichten van een ZOD. De ZOD bestaat uit een regionaal team van artsen en gedragsdeskundigen en consulent zorgbemiddeling en wordt aangestuurd door het hoofd ZOD. Vragen aan de ZOD betreffen vragen als het leveren van een aandeel in de zorgplancyclus, huisartsenzorg, farmaceutische zorg, inhoudelijke begeleiding van teams ten aanzien van problematiek van de doelgroep, enkelvoudige specifieke diagnostische vragen, toezien op beleid inzake FOBO, BOPZ en het verzorgen van de zorgbemiddeling en intakes in de regio. Integrale benadering
15
In het najaar 2005 is binnen de Ita Wegman Stichting regio Utrecht gestart met de pilot integrale benadering. In de pilot hebben de locaties de Hondspol, Magenta, Kobalt, Salvia en Zonneweg actief mee gewerkt. De werkwijze is afgestemd op de binnen de stichting ontwikkelde cliënt–zorgprofielen en is in de pilot fase ‘al werkende weg’ uitgeprobeerd. De ervaringen zijn verwerkt in de nota voorstel en stappenplan integrale benadering IWS waarvan de bedoeling is deze in 2006/2007 geleidelijk in te voeren aansluitend bij de reguliere planning zorgplannen. Het zorgplan integrale benadering is een algemeen plan, waarin stand van zaken/evaluatie afgelopen periode; persoonsbeeld; sociaal systeem en begeleidingsstijl worden uitgewerkt. Daarna wordt een begeleidingsplan uitgewerkt voor wonen en werken, eventueel behandeling. Betrokken zorgverleners, gedragsdeskundige en arts ontvangen elkaars plan. Indien nodig worden signaleringsplan en anamnese uitgewerkt. Deze integrale benadering leidt tot een mooi volledig beeld van de cliënt, van waaruit beter kan worden samengewerkt en er duidelijker handvatten zijn voor de begeleiding. Uitbreidingsplannen Woonvoorziening Wederik Driebergen en begeleid zelfstandig wonen Zonneweg Zeist Het aantal wachtenden bij de Ita Wegman Stichting neemt toe voor zowel zo zelfstandig mogelijk wonen in klein groepsverband vanuit een beschermde basis met veel toezicht en aansturing (locatie Wederik) als voor begeleid zelfstandig wonen met een centraal punt in de buurt (locatie Zonneweg). De groeiende vraag is aanleiding om voor deze beide doelgroepen een woonvorm en huisvesting te willen realiseren. Echter de turbulentie binnen de Ita Wegman Stichting heeft geleid tot forse vertraging en onduidelijkheden over essentiële onderdelen van het uitbreidingsproces als toestemming zorgkantoor, acties betreffende organiseren huisvesting. Uit een informatiebijeenkomst voor cliënten en hun vertegenwoordigers is voor beide uitbreidingsplannen een actieve en betrokken oudergroep ontstaan. Inmiddels werden er gesprekken met zorgkantoor, woningbouwvereniging, gemeente gevoerd en werd het projectplan voor uitbreiding Zonneweg Zeist door het zorgkantoor goedgekeurd. Te nemen vervolgstappen als toestemming toelating, opstellen projectbegroting, organiseren huisvesting worden voorbereid. Het zoeken van huisvesting is een groot knelpunt aan het worden. IWS is te klein als partij bij de woningbouwvereniging, kopen komt niet in de huidige normering. Bestaande huisvesting voldoet strikt genomen niet optimaal aan de uitgangspunten. Consequenties wat betreft andere werktijden en werkinhoud voor medewerkers vragen speciale aandacht. KDC Almere Op 2 november 2006 is vanuit de regio Amsterdam de Kalevala-kring van start gegaan. Het KDC biedt zorg onder schooltijd voor kinderen van 4 tot 8 jaar met een verstandelijke beperking, ontwikkelingsachterstand of meervoudige handicap voor wie een ZMLK-school onvoldoende zorg biedt en voor wie een traditioneel kinderdagcentrum te ver af staat van de alledaagse werkelijkheid. Er wordt gewerkt met groepen van 6 tot 8 kinderen die begeleid worden door twee begeleiders en ondersteund door een medisch team bestaande uit een (kinder)arts en verschillende therapeuten (bijvoorbeeld een logopedist, fysiotherapeut, euritmie therapeut en muziektherapeut). Het is de bedoeling dat de Kalevala-kring de komende jaren uitbreidt en plek biedt aan kinderen van 4 tot 12 jaar. Uitbreiding werkplaats Helias Nesselande Afgesproken is dat er een gezamenlijke intentieverklaring tot samenwerking bij de vestiging en te werkstelling van cliënten met een verstandelijke handicap wordt opgesteld ten einde een succesvolle integratie binnen Nesselande mogelijk te maken. Om tot samenwerking te komen op het vlak van dagbesteding in Nesselande zijn er gespreksrondes gestart met collega-zorgaanbieders.
16
Brede School Nesselande Binnen de Brede School Nesselande heeft een inventarisatie plaats gevonden over de mogelijkheid cliënten te plaatsen voor z.g. licht industrieel werk. Er blijkt een grote behoefte te zijn voor allerlei ondersteunende activiteiten binnen verschillende samenwerkingspartners binnen de BSN. Vanuit andere instellingen wordt reikhalzend uitgekeken naar plaatsingsmogelijkheden. Dit zijn goedkope werkplaatsplekken, die passen in het beleid om de traditionele dagbestedingcentra te ontmantelen en cliënten decentraal onder te brengen. Bij het zorgkantoor wordt extra ruimte ruimte geclaimd voor toekenningen. Met het dagverblijf De Viersprong van de Pameijerkeerkring zijn vergaande gesprekken over samenwerking op Nesselande, ook in de zin van plaatsing van cliënten voor licht industrieel werk. Daarnaast is het plan om meer te investeren in het aanboren van de potentiële kandidaten groep, die op dit moment op de langdurige wachtlijst staat voor de WSW ( Roteb). 4.7. Kwaliteit ten aanzien van medewerkers Naar aanleiding van de fusie is actualisering en vaststellen van functiebeschrijvingen en indelingen gebaseerd op de nieuwe organisatiestructuur van belang; een up-to-date functiegebouw voor de divisie VGZ dat inzichtelijk en hanteerbaar is voor leidinggevenden. In 2007 vindt actualisatie plaats. OR De Ondernemingsraad heeft een veelbewogen jaar achter de rug. Het vertrek van de bestuurder heeft ook voor de OR flinke gevolgen gehad. Er zijn vele kritische vragen gesteld en behandeld Met de komst van de bestuurder a.i., verbeterde de communicatie met het bestuur, en kwam er voor de OR meer duidelijkheid over de werkelijke situatie. Halverwege het jaar werd bekend dat de stichting van plan was te fuseren met de ArtaLievegoedgroep (ALG). Dat betekende voor de OR een adviesvraag m.b.t. de fusie en het fusiedocument. Naast een aantal officiële bijeenkomsten met de vakbonden en de fusiemanager heeft de OR zich tussentijds laten bijscholen m.b.t. de problematiek rond de adviesverlening. Kritische geluiden kwamen uit de achterban m.b.t. het gevoel van overname. Kennismaking met de OR van de ALG zorgde voor veel uitwisseling over de positie van medewerkers van beide stichtingen. Een belangrijk punt was ook de verandering van locatie en structuur van het Centraal Bureau. Er moesten immers twee CB ’ s in elkaar “geschoven” worden en de medewerkers waren erg onzeker over hun positie. Ook keken veel medewerkers van de stichting op tegen een verwachte cultuurverandering door de schaalvergroting. Omgeven met de noodzakelijke randvoorwaarden heeft de OR op de valreep van het jaar positief geadviseerd t.a.v. de fusie. In 2006 heeft de OR, naast een aantal extra vergaderingen, 8 keer vergaderd. Per 31 december 2006 was de OR als volgt samengesteld: M.Grunbauer, voorzitter E.Kuper , ambtelijk secretaris G. van Ee, lid J. Uilendreef, lid 4.8. Samenleving Maatschappelijk verantwoord ondernemen ten aanzien van mensen, maatschappij en milieu.
17
De Ita Wegman Stichting heeft ten aanzien van deze aandachtsgebieden nog geen expliciet beleid ontwikkeld. Toch heeft zij vanuit haar antroposofische visie een uitgesproken idee van haar taak in de wereld. Het bieden van zorg met deze identiteit is bedoeld om een uitbreiding te zijn van de regionaal georganiseerde zorg. Deze omvat sinds de ontzuiling in de jaren 70 geen levensbeschouwelijk of spiritueel aanbod meer. Het organiseren van de zorg op kleine locaties is een zeer bewuste keuze. Zo bieden we patiënten in persoonlijk contact een veilige, helende zorgomgeving, waarbinnen het aanspreken op handelen als vanzelfsprekend kan plaats vinden. Aandacht voor de natuur is een essentieel onderdeel in een antroposofische behandeling. Het ritme van de seizoenen wordt expliciet gebruikt als structuur voor de behandeling. Waarnemings- en bewegingsoefeningen in de natuur versterken het helingsproces, vandaar dat onze zorg plaatsvindt op locaties in een natuurlijke omgeving met veel buitenruimte. De inrichting van de gebouwen bestaat bij voorkeur uit natuurlijke materialen, en er wordt schoongemaakt met biologisch afbreekbare middelen. Wat betreft de maaltijden wordt gekozen voor biologische, en zo mogelijk biologisch-dynamische, producten. Dit vanwege hun goede kwaliteit en omdat ze zijn verbouwd of geteeld op een wijze die respectvol is voor mens, dier en natuur.
18