0
Woord vooraf Voor jullie ligt het negende jaarverslag van onze werking. Opnieuw is met veel zorg een overzicht gebracht van onze activiteiten in huis en daarbuiten. Het zal jullie ongetwijfeld opvallen dat we opnieuw een sprong voorwaarts maken in het aantal bereikte jongeren, ouders en leerkrachten. Wie dacht dat we aan onze maximum capaciteit zaten heeft het dus mis. Dank zij een kleine reorganisatie zijn we er immers in geslaagd om op drie dagen in de week ons aanbod twee maal aan te bieden. Ook buiten de schooltijd bieden we onze kernactiviteiten aan. Met een bang hartje hebben we ook vanaf januari 2014 onze inkomprijs verhoogd. Die was sinds de opening in 2005 onveranderd gebleven. We wilden de drempel voor schoolbezoeken zo laag mogelijk houden. Gelukkig werd er goed gereageerd op onze prijsverhoging. Er is geen effect op het aantal bezoekers. Maar naast de kwantiteit is er in het voorbije schooljaar weer veel aandacht geschonken aan de kwaliteit. De vernieuwde aanpak naar leerlingen van het secundair onderwijs, die reeds aangekondigd werd in ons vorig jaarverslag, kreeg stilaan vorm. We maken daarbij graag gebruik van de deskundigheid en ervaring van onderuit. Ondertussen is een nieuwe aanpak zo goed als klaar voor gebruik en zal die in het komende schooljaar worden uitgetest. We hopen op die manier en groter evenwicht te bereiken tussen leerlingen uit het basisonderwijs en leerlingen uit het secundair onderwijs. Het Beroepenhuis heeft het voorbije schooljaar ook de horizon verruimd. Buiten onze kernwerking zijn we op ontdekkingstocht vertrokken om het ‘concept’ Beroepenhuis nog ruimer te verspreiden. Onze beroepenrallys blijven een succes. Met de sociale innovatiefabriek werd er gebrainstormd over een ‘pop up’ beroepenhuis. We zijn nog lang niet aan een uitgewerkt bedrijfsplan toe, maar het blijft een aantrekkelijk idee. We hebben ook contacten gelegd met collega’s in Vlaanderen die op zoek zijn naar een educatief luik voor hun initiatief (T2 campus Genk, het luchthavenhuis in Zaventem, het huis van de Voeding in Roeselare, …). Ook hier zullen de komende jaren samenwerkingen ontstaan, waarbij de educatieve deskundigheid van Het Beroepenhuis kan ingebracht worden. We willen zo van Het Beroepenhuis een sterk merk in Vlaanderen maken. Het talentenverhaal blijft ons begeesteren. We hadden niet alleen een succesvolle kick-off van onze ouderwerking met Luk Dewulf, maar ook in de dagdagelijkse werking willen we nog meer vertrekken van de talenten van de jongeren zelf. We laten ons idee om een talentenportfolio te maken niet los. We werken er verder aan. Vergeten we niet dat ook projecten uit onze pionierstijd, zoals de doedagen van de VDAB, nog steeds erg succesvol zijn. We blijven onze activiteiten ook verder evalueren. We scoren zowel bij jongeren als leerkrachten zeer goed. Getuige de quotes in dit jaarverslag. Maar toch willen we ook daar in het komende schooljaar een tandje bijsteken. We blijven er van overtuigd dat een bezoek aan Het Beroepenhuis een (bescheiden) bijdrage levert aan een bewuste studie- en beroepskeuze. In elk geval verruimen we de horizon van jongeren en laten we ze kennismaken met technische beroepen. Als ze die dan ook meer waarderen hebben we al een belangrijk resultaat bereikt. Hoe succesvol onze werking binnen en buiten het Beroepenhuis mag zijn, het blijft een hele opdracht om met de schaarse middelen en een klein team de activiteiten kwaliteitsvol te organiseren. We hopen dan ook dat we geen slachtoffer worden van mogelijke besparingen door de overheid. Ook hopen we verder te kunnen rekenen op de steun van de sectoren. Om de sectoren, onze trouwe partners van het eerste uur, nog beter te betrekken bij onze werking nemen we ons voor om met hen bilaterale gesprekken op te zetten over de toekomstige werking.
1
Volgend schooljaar vieren we ons tienjarig bestaan. Aan al wie ons door de jaren heen is blijven steunen en niet in het minst aan ons fantastisch team van losse en vaste medewerkers duizendmaal dank! Mil Kooyman Voorzitter
2
Inhoudstafel Woord vooraf
p. 1
1. Het Aanbod
p. 6
1.1 Op bezoek met de klas 1.1.1 Verhoging bereik door nieuwe aanvangsuren van een bezoek 1.1.2 De inleiding 1.1.3 De interactieve tentoonstelling 1.1.3.1 Begeleiding interactieve tentoonstelling – basis- en secundair onderwijs 1.1.3.1.1 De zoektocht 1.1.3.1.2 Het kringgesprek 1.1.3.2 Een sterke nieuwe aanpak voor buitengewoon onderwijs 1.1.4. De beroepenateliers 1.1.4.1 De algemene aanpak 1.1.4.2 Een overzicht van de beroepenateliers 1.1.5 Toekomst begeleiding 1.1.6 Educatieve omkadering 1.1.6.1 ‘Helden van elke dag’ en ‘BEROEPEN(t)HUIS in de klas’ 1.1.6.2 Het huidige aanbod aan lesmaterialen 1.1.6.2.1 Lesmaterialen van Het Beroepenhuis 1.1.6.2.2 Databank met lesmaterialen van andere actoren 1.1.6.2.3 Korte lesideeën 1.1.6.3 Plannen voor de toekomst 1.1.6.4 Communicatie van de educatieve omkadering 1.2 Aanbod hogescholen 1.3 Open zondagen 1.3.1 Doelstellingen 1.3.2 Onze aanpak 1.3.3 Extra workshops 1.3.4 De promotie 1.3.5 De toekomst
p. 6 p. 7 p. 7 p. 8 p. 8 p. 8 p. 10 p. 10 p. 12 p. 12 p. 12 p. 16 p. 19 p. 19 p. 20 p. 20 p. 21 p. 21 p. 21 p. 22 p. 23 p. 23 p. 23 p. 24 p. 25 p. 26 p. 27
2. Resultaten Bezoekers
p. 27
2.1 Werkingsjaar 2013-2014. Resultaten 2.1.1 Schooljaar 2013-2014. Aantal groepen, leerlingen en leerkrachten. Vergelijking met andere schooljaren. Aandeel scholen dat terugkomt. 2.1.2 Schooljaar 2013-2014. Verdeling leerlingen Basisonderwijs en Secundair Onderwijs en leerjaren. Vergelijking met voorgaande schooljaren. 2.1.3 Schooljaar 2013-2014. Verdeling leerlingen over leerjaren. Vergelijking met voorgaande schooljaren. 2.1.4 Schooljaar 2013-2014. Verdeling groepen over netten. Vergelijking met voorgaande schooljaren. 2.1.5 Schooljaar 2013-2014. Verdeling groepen over provincies. Vergelijking met voorgaande schooljaren. 2.1.6 Schooljaar 2013-2014. Deelname aan de beroepenateliers. 2.1.7 Schooljaar 2013-2014. Annuleringen. 2.1.8 Schooljaar 2013-2014. Vrije bezoekers. Overzicht. 2.1.9 Schooljaar 2013-2014. Bezoekers op zondag. 2.2 Resultaten. Evaluaties van bezoekers 2.2.1 Evaluatie standaardmethodiek 2.2.1.1 Evaluatie van de leerkracht/begeleider 2.2.1.1.1 De inleiding aan de hand van het beroepenfilmpje 2.2.1.1.2 De interactieve tentoonstelling (met zoektocht)
p. 27 p. 27
3
p. 29 p. 31 p. 34 p. 35 p. 36 p. 40 p. 40 p. 41 p. 45 p. 46 p. 46 p. 46 p. 47
2.2.1.1.3 De beroepenateliers 2.2.1.1.4 Effecten van een bezoek aan Het Beroepenhuis 2.2.1.1.5 Algemene evaluatie 2.2.1.2 De omkadering in de klas. Voorbereiding en opvolging van het bezoek aan Het Beroepenhuis 2.2.1.3 Evaluatie van de leerlingen 2.2.1.3.1 Vragen over het bezoek aan Het Beroepenhuis 2.2.1.3.2 Enkele stellingen 2.2.1.4 Conclusie 2.2.2 Evaluatie vernieuwde methodiek 2.2.2.1 Evaluatie van de leerkracht/begeleider 2.2.2.1.1 De inleiding aan de hand van het beroepenfilmpje 2.2.2.1.2 De interactieve tentoonstelling (met zoektocht) 2.2.2.1.3 Kringgesprek 2.2.2.1.4 De beroepenateliers 2.2.2.1.5 Effecten van een bezoek aan Het Beroepenhuis 2.2.2.2 De omkadering in de klas. Voorbereiding en opvolging van het bezoek aan Het Beroepenhuis 2.2.2.3 Evaluatie van de leerlingen 2.2.2.3.1 De inleiding 2.2.2.3.2 De interactieve tentoonstelling 2.2.2.3.3 Het kringgesprek 2.2.2.4 Conclusie 2.3 Resultaten. Voor en na onderzoek 2.3.1 Scholen die beide vragenlijsten hebben ingevuld 2.3.1.1 Vragen 2.3.1.2 Enkele stellingen 2.3.1.3 Conclusie 2.3.2 Scholen die de vragenlijst voor het bezoek hebben ingevuld 2.3.2.1 Vragen 2.3.2.2 Enkele stellingen 2.3.3 Scholen die de vragenlijst na het bezoek hebben ingevuld 2.3.3.1 Vragen 2.3.3.2 Enkele stellingen
p. 50 p. 53 p. 55 p. 55
3. Projecten
p. 88
3.1 Materialenbeurs 3.2 Doedagen 3.3 Doedagen voor de 1ste graad 3.4 Wijs! aan ’t werk. Arbeidsmarkteducatie voor de 3de graad SO 3.5 Technologica 3.6 GP Metal Awards 3.7 Beroepenrally metaal en technologie 3.8 Zorgberoepenrally’s 3.9 Bedrijfsbezoeken 3.10 Ikanda 3.11 Doedag Transport en Logistiek bij IRIS TL 3.12 Creaclub Technica 3.13 Beroepenwandelingen 3.14 Beurzen, nascholingen en samenwerkingsverbanden 3.14.1 Rechtstreekse communicatie naar leerkrachten en leerlingen 3.14.2 STEM 3.14.3 Bedrijfsbezoeken 3.14.4 Andere evenementen en samenwerkingsverbanden 3.15 Bereik ouders 3.16 Promotie en pers
p. 88 p. 91 p. 97 p. 102 p. 103 p. 108 p. 109 p. 110 p. 116 p. 117 p. 118 p. 120 p. 121 p. 123 p. 124 p. 124 p. 125 p. 125 p. 126 p. 126
4
p. 56 p. 56 p. 60 p. 62 p. 64 p. 64 p. 64 p. 65 p. 66 p. 67 p. 69 p. 70 p. 71 p. 71 p. 71 p. 72 p. 72 p. 73 p. 73 p. 73 p. 76 p. 83 p. 84 p. 84 p. 85 p. 86 p. 86 p. 87
3.16.1 Externe media 3.16.2 Eigen media 3.16.3 NMBS (HR Rail). Gratis treintickets en lesmateriaal
p. 127 p. 129 p. 130
4. Bereik van Het Beroepenhuis
p. 131
5. Personeel, Partners en Financiering
p. 133
5.1 Personeel 5.2 Partners 5.3 Financiering
p. 133 p. 133 p. 133
6. Besluit
p. 135
5
1. Het aanbod “Wij vinden dit een super project!” Peter Amerlinck, technisch adviseur – coördinator, KTA1, Diest. “Van mijn leerlingen en leerkrachten die bij jullie op bezoek kwamen, vang ik hier op school veel positieve klanken op.” Christine Van Hauwermeiren, coördinator, VIP-school, Gent. “Zowel de kinderen als ikzelf waren aangenaam verrast na ons bezoek. Ze vonden het echt een meerwaarde.” Annick Ryckewaert, leerkracht buitengewoon basisonderwijs, De Kim, Diksmuide. “De tofste uitstap tot nu toe! Een aanrader voor alle scholen.” Els Gedopt, leerkracht 6de leerjaar, Stedelijke Basisschool, Deurne. Met haar aanbod richt Het Beroepenhuis zich tot jongeren van 11 tot 14, hun ouders en hun leerkrachten. Alle projecten en inspanningen dienen een concrete dubbele doelstelling: - Ons publiek krijgt een breder beeld van de eigen talenten en interesses dankzij uiteenlopende activiteiten in diverse contexten, en van het belang daarvan voor een goede studie- en beroepskeuze. - Ons publiek ontdekt een groot aantal beroepen, vaak knelpuntberoepen met een technisch of praktisch uitvoerend karakter. Deze zijn veelal minder bekend, maar desondanks interessante opties voor de toekomst. Op deze manier ondersteunt Het Beroepenhuis haar bezoekers bij de belangrijke studiekeuze naar (de tweede graad van) het secundair onderwijs. Belangrijk: onze vzw werkt actief aan een evenwaardige dienstverlening voor een bijzonder diverse doelgroep. Die bestaat onder andere uit de leerlingen van de 3de graad basisonderwijs (5de en 6de leerjaar) en van de 1ste graad van het secundair onderwijs (1ste en 2de jaar, a- en b-stroom). Maar ook onthaalklassen (OKAN) en leerlingen uit het buitengewoon basis- en secundair onderwijs krijgen hier een aanpak op maat. De concrete werkwijze is educatief allesbehalve vrijblijvend. Jarenlange ervaring, een goede dialoog met onze doelgroep en eigentijdse wetenschappelijke inzichten resulteerden in een doelgerichte educatieve huisstijl. Daarin staan leren in actie, plezier en een inhoudelijk en visueel aantrekkelijke voorstelling van het onderwerp centraal. Onze methodieken worden al jaren doorlopend intern geëvalueerd én getoetst aan de feedback van onze bezoekers, om ze bij te sturen waar verbetering mogelijk is. 1.1 Op bezoek met de klas “Welbedankt voor de zeer boeiende activiteiten en het bijzonder gastvrije onthaal. Wij komen zeker terug.” Meester Benny, leerkracht 6de leerjaar, GBS De Kiem, Ternat. “De kinderen leren hier echt veel bij.” Lutgard Van den Broeck, leerkracht 1ste secundair b-stroom, Heilig Graf, Turnhout. Die huisstijl komt natuurlijk sterk tot uiting in het belangrijkste luik van onze werking; scholen die Het Beroepenhuis bezoeken, doorlopen een 3 uur durend programma in twee delen. Tijdens het 1ste anderhalf uur is er na een korte inleiding met een filmpje een zoektocht doorheen de interactieve tentoonstelling. Die maken we zeer toegankelijk voor een breed publiek dankzij de juiste educatieve omkadering. Daarnaast nemen de leerlingen deel aan 2 beroepenateliers. Ook deze zijn uitdagend én laagdrempelig. Beide onderdelen zijn complementair en vormen samen een beproefd concept.
6
1.1.1
Verhoging bereik door nieuwe aanvangsuren van een bezoek
In het schooljaar 2013-2014 steeg het totale aantal leerlingen dat met de klas op bezoek kwam naar 9.412, een opmerkelijke verhoging van 27% ten opzichte van de 7.413 van het vorige. En dat terwijl op 1 januari 2014 de toegangsprijs per kind steeg naar 6 Euro, wat toch neerkomt op een drempelverhoging. Dit verrassende resultaat zegt natuurlijk iets over de waardering van onze werking door de doelgroep en de blijvende relevantie van onze thema’s. Maar de belangrijkste praktische oorzaak is het feit dat we veel meer ruimte creëerden door enkele drastische keuzes te maken. Voorheen was Het Beroepenhuis bijzonder flexibel bij het inplannen van klasbezoeken: groepen konden bij reservatie gewoon zelf het aanvangsuur bepalen. Omdat ze veelal hechtten aan het dubbele comfort van gerespecteerde schooluren én een verplaatsing zonder tijdsdruk, kozen ze in de praktijk vaak voor een bezoek dat deels in de voormiddag, deels in de namiddag lag. Helaas betekende dat meteen ook dat er die dag in het beste geval maximaal 60 kinderen konden langskomen, en dan nog alleen als een eventuele bijkomende groep precies op hetzelfde moment aanwezig kon zijn. Om voor alle geïnteresseerde scholen een bezoek mogelijk te maken, kozen we ervoor de keuze van een aanvangsuur zodanig te beperken dat elk bezoek enkel nog in de voor- of namiddag kon liggen. Voor scholen die daar echt niet de mogelijkheid toe hadden, kwam er een compromis: op vrijdagen is het nog steeds mogelijk om bijvoorbeeld om 10u30 te starten. Door die maatregel ontstond in de praktijk veel meer ruimte op maandagen, dinsdagen en donderdagen. Onze theoretische maximale capaciteit per schooljaar was voorheen een ver verwijderd ideaal, maar bleek plots grotendeels gegarandeerd. En daar hebben meteen bijna 2.000 jongeren de vruchten van geplukt. 1.1.2 De inleiding Een overgrote meerderheid van onze jonge bezoekers is bij aankomst bijzonder nieuwsgierig over wat ze in Het Beroepenhuis precies gaan doen, welke onderwerpen aan bod zullen komen, … en willen vooral zo snel mogelijk weten of het ook leuk kan worden. Onze inleiding beantwoordt al die vragen kort en positief, maar wil daarnaast ook informeren over de structuur van de beroepenwereld, de nieuwsgierigheid prikkelen, een aantal negatieve vooroordelen wegwerken én – nieuw sinds dit schooljaar – elke jongere persoonlijk motiveren. Na de verwelkoming begint elk bezoek steevast met het bekijken van een beroepenfilmpje. Daarin schetsen we een beeld van de 11 sectoren dankzij een reeks boeiende foto’s van de beroepen die in het gebouw aan bod komen. Deze komen zo al meteen in een positief daglicht te staan. En om ook de gendervooroordelen te doorbreken is er een evenwichtige vertegenwoordiging van mannen en vrouwen. In het filmpje zien de leerlingen verder uitspraken van mensen die vertellen waarom zij gaan werken. Daaruit halen we de inspiratie voor een inleidend gesprek, waarbij om te beginnen blijkt dat arbeid niet alleen een loon oplevert, maar ook een middel is voor persoonlijke ontplooiing en een constructieve deelname aan de maatschappij. Verder willen we vooral de organisatie van beroepen in beroepssectoren verduidelijken, opdat de leerlingen de logische opbouw van de tentoonstelling begrijpen. Belangrijk: waar nodig differentiëren we een deel van onze methodieken voor de verschillende doelgroepen, en dat geldt meteen ook voor de inleiding. Voor minder taalvaardige jongeren en voor het buitengewoon basis- en secundair onderwijs, wordt er na het filmpje gewerkt met prenten van beroepen die zij op die manier makkelijker in een lijst van de sectoren kunnen plaatsen. Het resultaat is hetzelfde als bij de andere doelgroepen.
7
Tot slot lichten we natuurlijk ook het praktische verloop van het bezoek toe; de leerlingen vernemen kort aan welke beroepenateliers ze die dag kunnen deelnemen en wat we precies bedoelen met een ‘doe-tentoonstelling’. Nieuw sinds dit schooljaar is dat we elke jongere nog explicieter persoonlijk uitdagen om daarbij in de eerste plaats te ontdekken waar hun eigen talenten en interesses precies liggen. Nog een praktisch nieuwtje in dit verband; we kijken uit naar het smartboard dat we vanaf volgend schooljaar in gebruik zullen nemen voor de inleiding. De 1ste tests waren alvast veelbelovend. 1.1.3 De interactieve tentoonstelling 1.1.3.1 Begeleiding interactieve tentoonstelling – basis- en secundair onderwijs “Gevarieerde werkwijze, prima begeleiding. Er is wat dat betreft geen betere tentoonstelling in de omgeving.” Lieve Van Steerteghem, leerkracht 6de leerjaar, Don Bosco, Sint-Niklaas Tijdens het schooljaar 2013-2014 werkten onze begeleiders met alle bezoekers uit het gewone basis- en secundair onderwijs in grote lijnen volgens dezelfde kwalitatieve begeleidingsmethode als voorheen. Natuurlijk leidde ons onophoudelijke streven naar verdere verfijning wel tot enkele lichte wijzigingen. 1.1.3.1.1 De zoektocht Ten voordele van de individuele betrokkenheid en een sterke leerervaring worden leerlingen verdeeld in groepjes van maximaal 15 jongeren. Elk groepje heeft een eigen begeleider. Deze demonstreert in de tentoonstellingsruimte allereerst hoe de leerlingen hun weg kunnen zoeken in en tussen de verschillende ontdekhoeken, en welke soorten opdrachten ze er kunnen krijgen.
8
Vervolgens beginnen ze in groepjes van 2 aan de eigenlijke zoektocht, waarbij de begeleider hen met specifieke uitdagingen uitstuurt naar telkens een volgende van de 11 bedrijfssectoren: metaal en technologie, metaal en technologie bedienden, chemie en kunststoffen, bouw, transport en logistiek, voedingsindustrie, horeca, social profit, grafische industrie, haven en binnenvaart en tenslotte kapper en schoonheidsspecialist. Om onze jonge bezoekers toe te laten zich te kunnen inleven in die vaak onbekende beroepenwereld, heeft elke ontdekhoek een hoop visuele elementen die aansluiten bij de leefwereld van de bezoekers, zoals bijvoorbeeld de mascottes.
In de ene sector na de andere gaan de duo’s aan de slag met één of meerdere doe- en/of leesopdrachten. Afhankelijk van hun profiel stellen we verschillende sets opdrachten samen: - doevragen, voor zover haalbaar aangevuld met leesvragen - doevragen voor leerlingen met een beperkte basiskennis Nederlands - doevragen voor buitengewoon onderwijs en voor leerlingen zonder kennis van onze taal (nieuw – zie 1.1.3.2) Het mooie aan deze manier van werken is dat de begeleiding in allerlei opzichten heel individueel wordt: - elk duo krijgt tips en ondersteuning op maat, of zelfs een specifieke selectie van bijvoorbeeld meer laagdrempelige of net uitdagender opdrachten. Dit werkt enorm drempelverlagend en motiverend. - de begeleider kan ook tussendoor al kort reflecteren, wat jongeren (en leerkrachten) stimuleert om steeds terug te keren naar de uitdaging uit de inleiding, door steeds weer stil te staan bij hun eigen talentenprofiel. Zo werd bijvoorbeeld voor meer dan één meisje doorheen een reeks uiteenlopende activiteiten duidelijk wat voor een talent ruimtelijk inzicht precies is, dat ze er zelf meer dan een beetje van hadden en dat ze daarom misschien wel geknipt waren voor een hoop verrassende beroepen. De begeleider zorgt er verder voor dat de leerlingen in elke sector een kijkje gaan nemen. Na de zoektocht kunnen die nog even vrij ontdekken, hun interesses achterna. Deze werkwijze bewijst al jaren haar sterkte, zodat onze onafgebroken aandacht voor mogelijke verbeteringen regelmatig resulteert in kleine, maar niet onbelangrijke wijzigingen. Een voorbeeldje: omdat we vaak vaststelden dat de duo’s (begrijpelijkerwijs) spontaan werden samengesteld in functie van bestaande vriendschappen, besloten we dit binnen deze contexten van inleving in beroepen iets realistischer te maken. Omdat collega’s dat nu eenmaal moeten kunnen, werden jongeren vanaf dit schooljaar aangemoedigd eens een minder voor de hand liggende partner te kiezen. Dat leverde een hoop boeiende ervaringen op – en had bovendien een positief educatief neveneffect; op deze manier gaan jongeren zich eerder op de inhoud van de activiteiten concentreren dan op het sociale aspect.
9
1.1.3.1.2 Het kringgesprek Aan het einde van de zoektocht in de tentoonstelling komen we (opnieuw vanwege de meer uitgesproken individuele uitdaging uit de inleiding) terug op de rode draad doorheen de activiteiten: wat vond je leuk en wat kon je goed? Daar kunnen de jongeren dan steevast heel wat voorbeelden van opsommen: - “dat schip besturen, en met het transpalet werken” - “een USB-stick ontwerpen en de fiets samenstellen op de computer” - “ik zorgde dat alles supersnel vooruit ging, waardoor wij als eerste klaar waren” - “ik hield mijn partner bij de les, zorgde dat die geconcentreerd bleef” -… Samen met de leerlingen gaat de begeleider die vervolgens definiëren als specifieke persoonlijke talenten en interesses: “wat je vlot afgaat of makkelijk vindt, daar heb je waarschijnlijk talent voor”. En in de rest van het kringgesprek bekijken we hoe belangrijk het voor hun studie- en beroepskeuze kan zijn om een goed zicht te hebben op hun eigen profiel. Bij leerlingen of groepen die wat betreft reflectie wel een stapje verder kunnen gaan, bekijken we sinds dit schooljaar zelfs in hoeverre dat intussen concreet het geval is, en of het wel volstaat. (En elke begeleider kan intussen een hoop anekdotes vertellen over mooie momenten waarop de hele klas en de leerkrachten te hulp konden schieten wanneer iemand daar moeite mee had.) Natuurlijk hebben we verder nog steeds evenveel aandacht voor allerlei valkuilen zoals misplaatste vooroordelen over beroepen, studierichtingen en gender. Leerlingen krijgen hier ook de kans om bijvoorbeeld vragen te stellen over de verschillende onderwijsvormen of in dialoog te gaan over het belang van een diploma voor hun toekomstkansen.
1.1.3.2 Een sterke nieuwe aanpak voor buitengewoon onderwijs “Prachtig gedaan en uitgewerkt, we zijn blij dat het veel actiever was dan één of ander invulbundeltje en dat het individuele werk van de leerlingen goed op te volgen is. Dit is één van de weinige locaties
10
waar onze leerlingen echt terecht kunnen dankzij een aanpak op maat.” Krist De Mol, leerkracht buitengewoon basisonderwijs, Sint-Gregorius, Gentbrugge. Dit soort waardering hebben we in 2013-2014 opnieuw moeten verdienen, maar daar zijn we bijzonder goed in geslaagd. Het Beroepenhuis ontvangt jaarlijks heel wat groepen uit het buitengewoon basis- en secundair onderwijs. Uit reacties van bezoekende leerkrachten bleek dat de interactieve tentoonstelling sinds enige tijd als steeds minder toegankelijk werd ervaren door hun leerlingen. Volgens hen had dit een dubbele oorzaak: enerzijds een dalende trend in de gemiddelde leesvaardigheid bij hun doelgroepen, anderzijds de relatieve veeleisendheid van onze tentoonstelling op dat vlak. Vanuit ons sterke engagement voor diversiteit heeft Het Beroepenhuis dit probleem grondig aangepakt. Om de begeleiding van een bezoek aan Het Beroepenhuis verder te verfijnen voor deze leerlingen, vond in het najaar van 2013 een bottom-up onderzoek plaats. Leerkrachten uit het buitengewoon onderwijs die eerder Het Beroepenhuis bezochten, werden als ervaringsdeskundigen beschouwd. Uiteindelijk werden uit 17 verschillende BuBaO-scholen reacties ontvangen. Deze personen wezen op de moeilijkheden die hun leerlingen ervoeren tijdens een bezoek aan Het Beroepenhuis en gaven vervolgens tips om aan die moeilijkheden tegemoet te komen. “De opdrachten en vragen zo eenvoudig mogelijk opstellen en voorkomen dat er veel gelezen moet worden om de vragen te kunnen vinden. Dus vooral focussen op de praktische proefjes en doeopstellingen.” Luc Claes, leerkracht buitengewoon basisonderwijs, GVBLO Emmaüs, Antwerpen. Vooral het visuele aspect werd doorheen de vernieuwde methodiek versterkt. Zo werden bijvoorbeeld de opdrachtenkaartjes uit de interactieve tentoonstelling meer gestructureerd. Kortere verwoording, eenvoudiger woordenschat, 3-ledige stapsgewijze structuur, kleuren, foto’s en symbolen werden gebruikt om de leesbaarheid te verhogen. Om meer structuur en overzicht doorheen de zoektocht te bieden, werden gekleurde pijlen met de bedrijfssectoren toegevoegd aan de tentoonstelling. Vooraleer de wegwijzers permanent werden bevestigd, werd trouwens nagegaan in welke mate alle leerlingengroepen deze pijlen als ondersteunend ervaren. Uiteindelijk keurden de leerlingen uit het buitengewoon onderwijs, de leerlingen uit het gewoon onderwijs en ook alle andere doelgroepen (bv. OKAN) de gekleurde wegwijzers goed.
“Zeer goede opdrachtenkaartjes! Zeker voor leerlingen die nood hebben aan visuele ondersteuning.” Anne-Mie Mortelmans, leerkracht buitengewoon basisonderwijs, BuBaO Jonghelinckshof, Antwerpen.
11
1.1.4 De beroepenateliers 1.1.4.1 De algemene aanpak “Superinteressante activiteiten – de kinderen kregen geen minuut de tijd om zich te vervelen.” Rogier De Busschere, leerkracht 6de leerjaar, De Reiger, Zelzate. In het 2de deel van het bezoek gaan dezelfde groepen aan de slag in 2 beroepenateliers of workshops van elk 40 minuten. De leerlingen kruipen daarbij even in de huid van enkele beroepsbeoefenaars en ontdekken op een toffe manier de verschillende talenten waarover je moet beschikken om de juiste m/v voor die jobs te zijn. Alle beroepenateliers zijn op een gelijkaardige manier opgebouwd uit een inleiding, een doe-activiteit en een evaluatie. In de inleiding schetsen we een beeld van de typische activiteiten en contexten voor de beroepen in kwestie, en worden de belangrijkste uitdagingen al even vernoemd. Inkleding en inleving spelen hier een belangrijke rol. Daarna demonstreert de begeleider persoonlijk de verschillende deelactiviteiten. Deze zeer visuele aanpak maakt de ateliers in het algemeen erg laagdrempelig voor alle doelgroepen, die vlot aan de slag kunnen. Door hen in die oefeningen te laten proeven van enkele typische praktische taken en vaak nieuwe uitdagingen, bereiken we 2 dingen tegelijk: - De bezoekers ontdekken dat de beroepen in kwestie een hoop specifieke vaardigheden vereisen. Dit creëert sterke positieve beeldvorming: door een zeker ontzag en waardering bij te brengen voor dat soort werk, verminderen we de eventuele negatieve vooroordelen en “peer pressure” daaromtrent en wordt het toegankelijker voor geïnteresseerde jongeren. - Leerlingen én hun leerkrachten ontdekken op een heel tastbare manier dat professioneel relevante talenten en competenties erg breed gaan, dat ze er zelf ook enkele van hebben, en dat die bepaalde mogelijkheden opleveren. Een bijzonder empowerende leerervaring dus. In de korte maar erg belangrijke evaluatie tenslotte doen we met de leerlingen een eenvoudige reflectie. We bekijken samen maar per individu welke dingen best vlot gingen of leuk waren, en op welke talenten dit kan wijzen. De individuele uitdaging om hun persoonlijke talenten en interesses te ontdekken, wordt hier nogmaals heel haalbaar gemaakt. (En het levert telkens weer heerlijke gezichtsuitdrukkingen op als zo’n leerling plots beseft dat die zelf ook van alles in zijn of haar mars heeft.) 1.1.4.2 Een overzicht van de beroepenateliers Het Beroepenhuis biedt haar bezoekers telkens een combinatie van 2 ateliers aan, maar kan daarvoor kiezen uit een totaal van 10. Hieronder volgt een kort overzicht. In het beroepenatelier voor de sector bouw leren de leerlingen hoe je een muurtje kan metselen en hoe je als sloper een muurtje veilig kan afbreken.
12
Voor de sector chemie en kunststoffen maken de leerlingen als laboranten hun eigen tube tandpasta.
Voor de sector horeca leren de leerlingen hoe het is om als barpersoneel een alcoholvrije cocktail te shaken voor hun ‘klanten’ en om die als kelner met een dienblad te bedienen. Ook hier zorgt een kleine competitie voor extra spanning.
In het beroepenatelier transport en logistiek zijn de leerlingen de expediteurs en magazijnmedewerkers van een fictief speelgoedbedrijf en leren ze bestellingen klaarzetten en leveren met een transpallet. 2 subgroepjes strijden om de eer van het beste team.
13
In het atelier voor de sector voedingsindustrie doen de leerlingen 4 verschillende opdrachten als kwaliteitsverantwoordelijke, productieoperator en inpakker.
Voor social profit worden 4 doe-activiteiten uitgevoerd die telkens gekoppeld worden aan een beroep uit de sector. Zo worden de beroepen ergotherapeut, logistiek assistent, verpleegkundige en maatschappelijk werker ontdekt.
In het beroepenatelier van de grafische industrie maken de leerlingen kennis met de beroepen drukwerkvoorbereider, drukker en drukwerkafwerker. De leerlingen maken zelf een boekje en kunnen nadien allerlei technieken uit de sector toepassen zoals uitkappen, zeefdrukken, schrijven met onzichtbare inkt, pregen en kleuren mengen.
14
In het beroepenatelier voor haven en binnenvaart leren de jongeren vooreerst als matroos om ‘vanop het schip’ een meertouw over een meerpaal of bolder ‘aan de wal’ te werpen. Daarnaast leggen ze met een fijner touw een ietwat uitdagende knoop: het zoetelieveke. Als binnenvaartkapitein bepalen ze door middel van een scheepsmeting hoe zwaar een schip geladen is, en gaan ze op zoek naar een efficiënte stapelmethode voor containers.
Het atelier metaal en technologie evoceert op een toffe manier het verhaal achter de productie van een memory-stick, en daagt de kinderen uit om de opeenvolgende stappen in dat proces mee te zetten als productontwikkelaar, technisch tekenaar, matrijzenbouwer, proces- en productieoperator.
Het beroepenatelier voor de sector kapper en schoonheidsspecialist tenslotte zet de deelnemers aan het werk met verschillende kapsels, oefenpoppen met uit de hand gelopen baardgroei en zowaar medeleerlingen die een professionele gezichtsmassage willen. Dit atelier brengt de leerlingen ook het nodige realisme bij over deze beroepen.
15
1.1.5 Toekomst begeleiding Zoals we ook in Het Beroepenhuis kunnen vaststellen, zijn onze samenleving en doelgroepen voortdurend in beweging. Ons team houdt daarom dagelijks de vinger aan de pols door bezoekers zowel informeel als systematisch te bevragen. Zeker wanneer daaruit het vermoeden ontstaat van een mogelijks algemenere trend die voor onze werking van belang kan zijn, gaan we nog een stap verder met een specifiek onderzoek. Naast de (intussen opgeloste – zie 1.1.3.2) problemen rond toegankelijkheid voor jongeren uit het buitengewoon onderwijs, merkten we ook een dalende trend op in de bezoekersaantallen van het Gentse secundair onderwijs in verhouding tot het Gentse basisonderwijs. Hiervoor moest actie ondernomen worden om te bekijken welke drempels Gentse (secundaire) scholen ondervinden om naar Het Beroepenhuis te komen. Er werd gekozen om een online enquête te ontwikkelen. Van de 19 respondenten die deze vragenlijst invulden, waren er 6 basisscholen (van de 93 Gentse basisscholen – een respons van 6%) en 13 secundaire scholen. Voor de secundaire scholen die binnen onze doelgroep vallen (1ste graad secundair onderwijs) komt dit neer op een responsgraad van 13 op 32 scholen, dus 40%. Slechts 1 school -Sint-Barbaracollege- gaf aan Het Beroepenhuis niet te kennen. De scholen die wel op bezoek komen, doen dit voornamelijk in het kader van onderwijs- en studiekeuzebegeleiding (42%, waarvan 26% secundaire scholen) en techniek en technologie (26%, waarvan 16% secundaire scholen) “Ik plan een bezoek in het kader van …” 9
a) Onderwijs- en studiekeuzebegeleiding
8 7
b) Techniek en technologie
6
c) Economie
5
d) Wetenschappen
4
e) Zelfreflectie en zelfconceptverheldering
3 2
f) Talentontwikkeling
1
g) Genderneutraliteit
0 a
b
c
d
e
f
g
16
“Wat vindt u de 3 belangrijkste redenen voor de keuze van buitenschoolse activiteiten?” 16
14
a) Positieve ervaringen uit het verleden
12
b) Aanbod van inhoudsvolle activiteiten
10
c) Aansluitend bij de eindtermen of vakinhoud d) Aansluitend bij een project(week)
8
e) Actief en ervaringsgericht leren
6
f) Begeleiding op maat 4 g) Toegangsprijs 2 h) Vervoer (kosten enof complexiteit van de organisatie)
0 a
b
c
d
e
f
g
h
De belangrijkste redenen waarom scholen buitenschoolse activiteiten organiseren zijn: aanbod van inhoudsvolle activiteiten (79%, waarvan 53% secundaire scholen), aansluitend bij de eindtermen of vakinhoud (53%, waarvan 37% secundaire scholen) en actief en ervaringsgericht leren (63%, waarvan 42% secundaire scholen). Van de 13 secundaire scholen bezoeken er 3 scholen Het Beroepenhuis niet (meer). De 10 andere secundaire scholen bezoeken Het Beroepenhuis in de toekomst wel nog, ook al ondervinden 4 scholen daarbij enkele drempels. Er werd bevraagd welke drempels scholen ondervonden bij een bezoek aan Het Beroepenhuis. In onderstaande grafiek de resultaten.
17
7 a) Vervoer
6
b) Prijs bezoek 5
c) Andere studiekeuzeactiviteiten d) Past niet binnen lessenpakket
4
e) Uren van bezoek 3
f) Complexe organisatie collega's g) Te veel leerlingen
2 h) Aangepassing aan doelgroep i) Aanbod educatieve organisaties
1
j) Bezoek heeft geen effect 0 a
b
c
d
e
f
g
h
i
j
Uit de resultaten van de enquête blijkt dat de grootste drempels voor secundaire scholen om een bezoek te brengen aan Het Beroepenhuis kunnen onderverdeeld worden in 5 categorieën (‘aanpassing aan de doelgroep’ werd enkel door een lagere school aangeduid): - Vervoer: hierbij wordt vooral het openbaar vervoer en de uren ervan aangehaald. 1 secundaire school (14%) gaf dit aan als drempel. Een andere duidde ‘vervoer’ niet als drempel aan, maar geeft wel aan dat zij gratis moeten komen (te voet, met de fiets of carpoolend), indien zij een bezoek zouden willen brengen. “Enkel de uurregelingen van openbaar vervoer van school naar Het Beroepenhuis en terug vormen een belemmering. Het kost zoveel extra tijd die verloren is.” “De beste manier [om naambekendheid bij Gentse scholen te vergroten] hiervoor is de toegang gratis te maken. Een andere oplossing is een mobiel Beroepenhuis dat op school komt tegen dezelfde prijs die nu geldt per leerling.” Kaat Cuvelier, leerkracht 6de leerjaar, Vrije Basisschool Crombeen, Gent. - Prijs van het bezoek: (aangeduid door 3 secundaire scholen: 43%) Voor de basisscholen is het de maximumfactuur die hen tegenhoudt. Ook 1 secundaire school geeft de maximumfactuur op als belemmering. 1 secundaire school geeft aan dat de kostenverdeling voor uitstappen in hun school voor andere zaken dan studiekeuzebegeleiding of techniek is weggelegd (bv. cultuur, sport, …). 1 secundaire school duidde geen van bovenstaande redenen aan, maar noteerde dat het voor kansarme leerlingen wel een drempel is. - Voldoende andere activiteiten op school: 1 secundaire school (14%) geeft aan dat dit een drempel is om op bezoek te komen. Ook andere scholen geven aan dat zij al aan een waaier van andere activiteiten omtrent studiekeuze deelnemen of zelf organiseren. - Complexe organisatie met collega’s: 2 secundaire scholen (29%) geven dit aan als drempel. - Teveel leerlingen: 1 secundaire school (14%) gaf aan dat zij met teveel klassen en leerlingen zijn om dit allemaal praktisch geregeld te krijgen.
18
“We hebben meer dan 300 tweedejaars, 14 klassen, dus een bezoek buiten school is steeds een ingewikkelde zaak. Bovendien is het gros van ons publiek van de 1ste graad erop gericht om op de eigen school te blijven in de 2de graad.” . Danny De Waele, directeur en Hendrik Provost, graadcoördinator, Don Boscocollege, Zwijnaarde. “Geen van de voorgestelde drempels zijn belemmeringen. Bv. er is duidelijk een aanpassing naar de 1b groep bij de begeleiding dus dat is geen probleem. Technische en handvaardigheidsberoepen hebben een statusprobleem.” Frans Blokland, leerkracht secundair onderwijs, GO! Middenschool 2, Gent. We kunnen dus besluiten dat er verschillende drempels een rol spelen om een bezoek te brengen aan Het Beroepenhuis. In de nabije toekomst zullen we ons bezoek ook inhoudelijk verder onder de loep nemen om dit nog meer af te stemmen op de doelgroep 1ste graad secundair onderwijs. 1.1.6 Educatieve omkadering Een bezoek aan Het Beroepenhuis wordt veel waardevoller als het omkaderd wordt door lessen op school. Het bezoek wordt namelijk het best beschouwd als één schakel in een langer durend proces van beroeps- en studiekeuze en talentenverkenning. Deze thema’s komen vanaf het 5de leerjaar basisonderwijs tot het 2de jaar secundair onderwijs op verschillende tijdstippen gedurende het schooljaar aan bod, ook in het bijzonder onderwijs. Meestal plannen leerkrachten dit ofwel in het kader van onderwijsloopbaanbegeleiding (OLB) ofwel via de lessen techniek. Het Beroepenhuis zorgt er voor dat leerkrachten uit een waaier aan mogelijkheden kunnen kiezen om hieraan invulling te geven in hun lessen. De combinatie van het bezoek aan Het Beroepenhuis en het omkaderend lesmateriaal is de beste manier om onze boodschap over te brengen aan de jongeren en er voor te zorgen dat ze onthouden wordt. 1.1.6.1 ‘Helden van elke dag’ en ‘BEROEPEN(t)HUIS in de klas’ Lesmateriaal om een bezoek te omkaderen werd reeds bij het ontstaan van Het Beroepenhuis ontwikkeld in het kader van het ESF zwaartepunt 5–project ‘Helden van elke dag’ in samenwerking met de ArteveldeHogeschool (looptijd september 2004 – augustus 2006) en het ESF zwaartepunt 6– project ‘BEROEPEN(t)HUIS in de klas’ (looptijd augustus 2005 – juli 2007).
Bij het project ‘Helden van elke dag’ werd er een volledig educatief pakket ontwikkeld voor de 3 de graad basisonderwijs, bestaande uit 4 onderdelen: een talentenzoektocht, werkblaadjes rond arbeid, een bordspel en een checklist om gender neutraal te werken rond beroeps- en studiekeuze. Het pakket is niet meer te verkrijgen in gedrukte vorm, maar blijft online beschikbaar.
19
Het project ‘BEROEPEN(t)HUIS in de klas’ richtte zich naast de 3de graad basisonderwijs ook naar de 1ste graad secundair onderwijs en bestond uit verschillende elementen zoals een onderzoek, de ontwikkeling van beroepenateliers voor in de klas, een scholenwedstrijd, bedrijfsbezoeken, lesideeën en een databank van lesmaterialen van andere actoren zoals CLB’s en sectoren. Ook uit dit project blijven de meeste producten online beschikbaar. Vanaf augustus 2007 werd er besloten om de educatieve omkadering van een bezoek op te nemen als een vast onderdeel van de werking van Het Beroepenhuis. Doorlopend werden er nieuwe lessen, nieuwe beroepenateliers en producten van partners toegevoegd aan het aanbod. 1.1.6.2 Het huidige aanbod aan lesmaterialen “Bedankt aan Het Beroepenhuis voor de fijne opdrachten hoekenwerk waardoor we vandaag een fijne beroependag konden organiseren in de klas.” Leerkracht 6de leerjaar VBS Biest, Waregem. Sinds september 2013 heeft Het Beroepenhuis nog slechts 1 website www.beroepenhuis.be . Daardoor hoeven leerkrachten dus niet langer door te klikken naar een aparte website voor lesmaterialen. Op de website vinden de leerkrachten een brede waaier aan lesmaterialen. Dit wordt verdeeld in 4 grote onderdelen: 1) lesmaterialen die door Het Beroepenhuis werden ontwikkeld, 2) een databank met lesmaterialen van andere actoren, 3) allerlei korte lesideetjes van zowel Het Beroepenhuis als van anderen en 4) educatieve links. 1.1.6.2.1 Lesmaterialen van Het Beroepenhuis: De ‘voor en na’ les Deze les werd in 2011 ontwikkeld en bestaat uit een luik van 1 lesuur voor het bezoek en een luik van 1 lesuur na het bezoek en vormt een ideale en beknopte omkadering bij een bezoek aan Het Beroepenhuis. Leerkrachten met weinig lesruimte kunnen zo toch de nodige voorbereiding en verwerking voorzien. De volgende thema’s komen in de les aan bod: Waarom werken mensen?, alle sectoren werken samen, sectoren en beroepen, talenten verkennen en gender. Beroepenateliers voor in de klas Al sinds 2005, bij de start van het project BEROEPEN(t)HUIS in de klas, wordt er voor elk beroepenatelier dat in Het Beroepenhuis doorgaat, een alternatief gemaakt voor in de klas. Zo werden er de voorbije jaren telkens lessen toegevoegd voor de sectoren die nieuw aansloten bij Het Beroepenhuis. Het idee hierbij is natuurlijk dat leerkrachten zich niet moeten beperken bij de 2 beroepenateliers die ze in Het Beroepenhuis uitvoeren, want de ateliers voor andere sectoren kunnen in de klas georganiseerd worden. Er worden dus 11 beroepenateliers voor in de klas aangeboden die 1 tot 2 lesuren in beslag nemen. Elk beroepenatelier bestaat uit een technische doe-activiteit rond bepaalde beroepen zodat de leerlingen de kans krijgen de talenten van deze
20
beroepen te ontdekken. Dit zijn ideale lessen voor het vak techniek zowel in de 3de graad basisonderwijs als in de 1ste graad secundair onderwijs. In september 2010, bij de invoering van de nieuwe eindtermen techniek, werden alle bestaande beroepenateliers aangepast om de meest actuele eindtermen te bevatten. Hoekenwerk: 11 sectoren in 2 lesuren Helaas merken we dat niet alle leerkrachten de tijd hebben om voor elke sector uit Het Beroepenhuis apart een ‘beroepenatelier voor in de klas’ uit te voeren, telkens 1 tot 2 lesuren. Zo is het idee ontstaan om een les ‘hoekenwerk’ te ontwikkelen. In een dergelijke les komen alle sectoren uit Het Beroepenhuis via een korte doe-opdracht, telkens in een ‘hoek’ van de klas, aan bod in 1 concept van maximum 2 lesuren. Hetzelfde concept werd op vraag en onder begeleiding van Het Beroepenhuis ook uitgewerkt in een eindwerk van 2 studenten lerarenopleiding van de Hogeschool Gent. Ook deze versie kunnen leerkrachten terugvinden. NMBS-les Op vraag van onze sponsor HR-Rail ontwikkelde Het Beroepenhuis een les waarbij beroepen van de spoorwegen in de kijker komen. Ook ontdekken leerlingen hoe je een treinreis plant en wat de voordelen zijn aan het reizen met de trein. De les bestaat uit een onderdeel voor de treinreis, een onderdeel tijdens de treinreis en een onderdeel na de treinreis, dus ook na het bezoek aan Het Beroepenhuis. Het centrale idee bij deze les is dat het thema beroepen en de talentenzoektocht al start bij de treinreis. ‘Helden van elke dag’ Hier vinden de leerkrachten alle onderdelen van het pakket ‘Helden van elke dag’ terug. (zie 1.1.5.1) Bedrijfsbezoeken Een handleiding die alle ervaringen van Het Beroepenhuis met bedrijfsbezoeken bundelt, kan door leerkrachten geraadpleegd worden. 1.1.6.2.2 Databank met lesmaterialen van andere actoren Op de website worden maar liefst 48 lesmaterialen verzameld. Elk schooljaar komen er producten bij. Alle educatieve tools van sectoren werden hier opgenomen, maar ook werkboekjes van CLB’s, materiaal van Vlajo, De Schoolbrug vzw, Hogescholen en van Dienst Beroeps Opleiding (DBO). Zelfs interessante materialen uit Nederland zoals de Talentenkijker vinden er een plaats. Elk product krijgt een informatieve fiche zodat leerkrachten weten waar het product te verkrijgen is en hoe het in de lessen kan worden ingezet. 1.1.6.2.3 Korte lesideeën Hier worden 34 korte lesideetjes verzameld die zowel door Het Beroepenhuis als door stagiairs, leerkrachten of partners werden ontwikkeld. Alle lesideeën gaan over beroepen, talenten, studiekeuze of beroepskeuze. Zo vinden leerkrachten een quiz over het secundair onderwijs, een les voor in het vak wiskunde met vraagstukken over beroepen, een talentenspel uit het tijdschrift Klasse, een kringgesprek over waarom mensen werken en heel wat spelletjes of creatieve opdrachten zoals een fotoboek, een collage of een lichtkunstwerk. 1.1.6.3 Plannen voor de toekomst Voor het komende schooljaar staan er enkele projecten voor nieuwe lesmaterialen in de planning. De rode draad hierin is dat we nog meer zullen differentiëren naar onze verschillende doelgroepen en nog meer zullen inzetten op de thema’s talenten en techniek.
21
Zo zal er na de vernieuwde methodiek voor buitengewoon onderwijs in huis (zie 1.1.3.2), ook een specifieke voor- en nales gemaakt worden om het bezoek voor deze doelgroep te omkaderen. Ook voor de 1ste graad secundair onderwijs (zie ook 1.1.5) zal er gestart worden met de ontwikkeling van omkaderend lesmateriaal waarbij wordt ingezoomd op talentverkenning. Daarnaast wordt er ook een nieuwe les voor het vak techniek in de 1ste graad secundair onderwijs ontwikkeld. Tot slot wordt er bekeken hoe we de huidige veelheid aan lesmaterialen toegankelijker kunnen maken zodat elke doelgroep er sneller de meest geschikte lesmaterialen in terugvindt. 1.1.6.4 Communicatie van de educatieve omkadering Het aanbod aan lesmaterialen is beschikbaar via de website voor iedere leerkracht die er gebruik van wenst te maken, dus ook voor leerkrachten die niet met de klas op bezoek komen naar Het Beroepenhuis. Om het aanbod aan lesmaterialen bekend te maken organiseert Het Beroepenhuis jaarlijks een studiedag voor leerkrachten in oktober of november met daaraan gekoppeld een materialenbeurs (zie 3.1) en neemt Het Beroepenhuis deel aan andere beurzen zoals de TOPdag en geven we nascholingen (zie 3.14). Tijdens de materialenbeurs kunnen de bezoekers vaak verschillende gratis lespakketten van sectoren en andere actoren verkrijgen. Elk jaar worden nog tot weken na de beurs lesmaterialen verder verspreid aan de leerkrachten die met de klas komen tot de voorraad uitgeput is. Ook ontvangt Het Beroepenhuis heel wat leerkrachten in opleiding die telkens op de hoogte worden gebracht van het aanbod van lesmaterialen (zie 1.2). Voor leerkrachten die een bezoek aan Het Beroepenhuis reserveerden bestaat er een ander systeem om hen zoveel mogelijk te motiveren om het bezoek te omkaderen in de klas. Na reservatie krijgen leerkrachten een mail die hun bezoek bevestigt en daarin vinden ze behalve praktische informatie ook links naar lesmaterialen die worden aangeraden. Dit systeem is een hele hulp voor leerkrachten die het soms moeilijk vonden om een keuze te maken uit de brede waaier aan lesmaterialen.
22
1.2 Aanbod hogescholen Het is een bewuste keuze van Het Beroepenhuis om meer in te zetten op studenten in de lerarenopleidingen of opleidingen sociaal werk. Om de werking van Het Beroepenhuis en de lesmaterialen beter bekend te maken bij deze doelgroep werd er dit schooljaar 2013-2014 voor het 3de jaar op rij een concreet aanbod uitgewerkt naar hogescholen. Dit aanbod werd via een gerichte mailing al eens bekend gemaakt in juni 2013 en opnieuw bij de aanvang van het schooljaar in september en in oktober 2013. Het aanbod bestaat uit 3 mogelijkheden: 1) De studenten kunnen gratis de jaarlijkse studiedag met materialenbeurs bezoeken. 2) De studenten kunnen deelnemen aan een rondleiding op hun maat in Het Beroepenhuis. Hierbij worden de pedagogische principes van de begeleiding in de tentoonstelling en de methodiek van de beroepenateliers uit de doeken gedaan. Bovendien wordt er een uitgebreid bezoek gebracht aan de infotheek waarbij alle aanwezige lesmaterialen worden getoond en ingekeken. 3) De studenten worden uitgenodigd om voor Het Beroepenhuis te kiezen als stageplaats. Deze aanpak bleek succesvol want er werden heel wat studenten bereikt. Maar liefst 82 studenten uit lerarenopleidingen waren aanwezig op de materialenbeurs van 13 november 2013. Nog eens 4 rondleidingen op maat voor studenten werden in Het Beroepenhuis georganiseerd, goed voor een bereik van 190 studenten. Deze kwamen uit Katho Tielt (huidige Vives), ArteveldeHogeschool Gent en AP Hogeschool Antwerpen. Bovendien konden we ook nog eens aan 9 studenten een stage in Het Beroepenhuis aanbieden. Daarvan kwamen er 7 uit een lerarenopleiding, maar ook uit sociaal werk en 1 studente uit de Gentse Universiteit, richting Onderwijskunde & Pedagogiek. In totaal bereikten we in het schooljaar 2013-2014 dus 281 studenten, vooral uit de lerarenopleidingen. Hierbij kunnen in feite ook nog de studenten opgeteld worden die meehelpen bij projecten, zoals bij de beroepenrally metaal en technologie (zie 3.7), de zorgrally’s (zie 3.8) en Technologica (zie 3.5). 1.3 Open zondagen “Superinteressant!” Jongere 1.3.1 Doelstellingen De doelen die we via de open zondagen voor ouders en kinderen willen realiseren zijn nog steeds dezelfde: een toffe en actieve kennismaking met beroepen uit de technische sfeer onze boodschap rond het belang van talenten en interesses voor een sterke studiekeuze concreet maken een toegankelijke activiteit voor het hele gezin ouders praktische methodieken aanreiken om hun kind te ondersteunen In totaal hebben het voorbije schooljaar niet minder dan 1.226 mensen van dit aanbod gebruik gemaakt. Dit absolute record, een sterke stijging van zowaar 59% ten opzichte van vorig schooljaar, maakt van deze voorbije reeks open zondagen een nieuw succes.
23
1.3.2 Onze aanpak De data van de 8 open zondagen lagen opnieuw allemaal in het voorjaar: 19 januari, 2 en 16 februari, 2, 16 en 30 maart, 27 april en 18 mei 2014. De algemene aanpak werd de voorbije jaren al systematisch verfijnd op basis van onze eigen evaluaties en de feedback van een groot aantal ouders en onderwijsprofessionals; daar hoefden we in 2014 nauwelijks aan te sleutelen.
Er was met andere woorden opnieuw een mooi evenwicht tussen een kwalitatief sterke begeleiding van de gezinnen en onze nood aan een efficiënte personeelsinzet. Concreet onthaalden we onze bezoekers aan de ingang op het gelijkvloers, om hen vervolgens door te sturen naar de eerste verdieping. Daar wachtte een collega hen op voor een introductie in de tentoonstelling. Jongeren én volwassenen nodigden we expliciet uit om tijdens de activiteiten een persoonlijke denkoefening te maken rond talenten, interesses en studiekeuze. De permanent aanwezige begeleider stond ter beschikking om daar desgewenst individuele steun bij te geven, steeds vanuit onze typische educatieve huisstijl. Op deze manier handhaafden we dezelfde kwaliteit voor elke bezoeker. 1 praktische nieuwigheid, die er weliswaar niet specifiek met het oog op de zondagen kwam, werd sterk geapprecieerd door de ouders: de gekleurde pijlen in de tentoonstellingsruimte. We kregen af en toe zelfs de indruk dat de zoektocht naar de verschillende locaties van de beroepen een leuke extra dimensie creëerde, waar er tot vorig jaar af en toe eens wat frustratie was bij gedesoriënteerde ouders. Na afloop van de zoektocht werden mensen uitgenodigd om nog even na te praten aan het onthaal. Opnieuw waren zo goed als alle bezoekers positief, tot zelfs lovend. Enkele voorbeelden: “Wat een gevarieerd aanbod.” Ouder “Zeer mooi uitgewerkt, die tentoonstelling.” Ouder
24
“Hadden we dit in onze tijd zelf maar gehad, ’t was misschien helemaal anders gelopen.” Ouder
Bij die afsluiter van het bezoek ontvingen alle jongeren tussen 11 en 14 jaar jong ook hun eigen exemplaar van de bundel ‘Je Studiekeuze Stap voor Stap’, waarin we een overzicht geven van onze vele tips voor een doordachte verderzetting van de denkoefening thuis. Zoals voorheen kwamen ook daarop een hoop reacties, waarvan de meeste zeer enthousiast waren. Veel ouders blijken dus nog steeds hard op zoek naar praktische tools om hun kinderen te helpen bij die cruciale studiekeuze, en namen onze suggesties daarom met beide handen aan. 1 moeder besprak openlijk met ons hoe de dialoog met haar 13-jarige zoon over zijn toekomst was vastgelopen op meningsverschillen en wederzijds onbegrip; in onze tentoonstelling en zeker ook onze bundel zagen ze beiden een kans om die weer op gang te kunnen trekken dankzij de toffe gedeelde ervaring en de resultaten van een objectieve test als de I-like op www.onderwijskiezer.be. Ook dit jaar bleef het aantal kritische bedenkingen beperkt. Een bijzonder kleine minderheid gaf aan dat het bezoek voor hen niet het verhoopte resultaat had opgeleverd, soms vanwege onze selectie van beroepen die niet aansloot bij de interesses van henzelf of hun kind, soms omwille van hun te hoge verwachting dat een bezoek aan Het Beroepenhuis voor elke bezoeker pasklare antwoorden oplevert. 1.3.3 Extra workshops Hoewel onze methodiek voor de zondagen er op zich helemaal staat, grijpen we al langer elke kans om ook relevante bijkomende activiteiten aan te bieden. Dat was in de voorbije reeks niet minder dan drie keer het geval, en dat is eigenlijk ook een record op zich. Om te beginnen was er op 16 maart 2014 een niet te negeren link tussen onze zondag en de Dag van de Zorg, het jaarlijkse evenement van de gelijknamige vzw, waarbij een diverse verzameling zorginstellingen de deuren openzet voor het grote publiek en meteen ook hun professionals in de kijker zet. Natuurlijk beschikt Het Beroepenhuis over de middelen om dat laatste specifiek voor gezinnen met kinderen te doen. Daarom werden naast het bezoek aan de tentoonstelling ook de activiteiten uit het beroepenatelier social profit aangeboden. Dit werd sterk gesmaakt, bijvoorbeeld door die ene moeder die met eigen ogen bevestigd zag dat haar zoon en dochter beiden over de juiste beheerste aanpak, handigheid en zorgzaamheid beschikten om die typische zorgtaken uitstekend uit te voeren. “Dit verrast me eerlijk gezegd wel, en zet me nu even aan het denken”. Moeder Daarnaast hadden we een ‘verkennende’ maar zeer inspirerende samenwerking met de verantwoordelijken voor wetenschapscommunicatie van HoGent, ArteveldeHogeschool en zijdelings ook UGent. Deze zijn ook bij ons publiek al befaamd vanwege de Kinderuniversiteit en
25
haar wetenschapsworkshops voor jongeren. Terwijl de doelstellingen van onze organisaties al ten dele overlappen, konden we voor elkaar ook praktisch een sterke meerwaarde creëren; van hun kant zijn ze steeds op zoek naar locaties en platformen waar ze dergelijke activiteiten kunnen realiseren, en kregen zij in Het Beroepenhuis de voor hen unieke kans om ook eens een publiek van 12- tot 14jarigen te bereiken. Voor ons was het natuurlijk prachtig om onze bezoekers de kans te geven om met geavanceerde, vaak indrukwekkende technologieën en materialen te experimenteren. Zo konden we op 30 maart en 27 april respectievelijk enkele functies uit de grafische sector en rond elektriciteit en magnetisme extra in de verf zetten. Meteen bleven meerdere gezinnen voor het eerst een hele dag lang met veel enthousiasme in ons gebouw aan de slag. “We waren er eigenlijk helemaal niet op voorzien om hier vandaag zo lang te zijn, maar omdat mijn beide dochters compleet techniekgek zijn kunnen we deze kans echt niet laten liggen en willen we alle activiteiten meepikken.” Ouder Natuurlijk hopen we dat deze geslaagde start aan de basis kan liggen van een verdere samenwerking met deze partners, en mogelijks ook anderen die eenzelfde soort bijkomende activiteiten kunnen realiseren. 1.3.4 De promotie Zoals Het Beroepenhuisteam dit voorbije schooljaar in het algemeen sterk investeerde in een doordacht opgebouwde, samenhangende en intensieve promotiecampagne, was dat zeker ook het geval voor de zondagen. Bewust gaven we hieraan meer prioriteit in onze planning. Daarnaast zat één en ander ook nog eens bijzonder goed mee. Maar de fantastische opkomst kunnen we natuurlijk niet alleen aan hard werk en gelukkig toeval toeschrijven; ons sterke verhaal inspireerde gewoon heel wat externe partners om persoonlijk mee aan de kar te trekken. In de praktijk kregen we opnieuw de steun van een groot aantal mensen uit het onderwijs en de media, en zelfs van een opiniemaker als de bekende pedagoog Luk Dewulf, waarna zij op hun beurt ons aanbod warm aanbevolen bij ons doelpubliek. “Ik was heel erg onder de indruk toen ik Het Beroepenhuis bezocht samen met collega Julie Rosseel. In mijn verhaal rond talent is een essentie dat je kinderen kunt helpen om hun talent te ontdekken door hen in zoveel mogelijk verschillende contexten te brengen. Op dat vlak is Het Beroepenhuis uniek. Het is echt een fantastische plek om je kinderen mee naartoe te nemen. Een aanrader ook voor elke school die kinderen in contact wil brengen met mogelijke technische beroepen.” Luk Dewulf, pedagoog, partner en consultant bij Kessels & Smit, The Learning Company, strategisch adviseur bij onder andere het onderwijs. Ook de mensen achter Klasse besteedden begin 2014 (terecht) bijzonder veel aandacht aan het thema studiekeuze, en gaven Het Beroepenhuis meteen een prominente plek in meerdere publicaties; Klasse voor ouders, Yeti, Maks! en de bijhorende digitale nieuwsbrieven. In de uitgebreide voorbereidende communicatie met de respectievelijke redacteuren viel het telkens op hoeveel goodwill en enthousiasme we kregen. Ook bijzonder was verder nog de samenwerking tussen de koepelorganisaties voor de ouderverenigingen van de verschillende onderwijsnetten: GO! Ouders, KOOGO en VCOV. Onze boodschap en ouderwerking vinden zij voor hun achterban zodanig waardevol dat ze zich gezamenlijk engageerden om er niet alleen in 2013-2014, maar ook op de lange termijn hun schouders onder te zetten. In de praktijk vertaalde zich dat alvast in een grote bereidwilligheid om hun communicatie omtrent het thema naar ouders onderling af te stemmen, en daarin systematisch alle ruimte te maken voor onze relevante initiatieven. Uit de zeer brede campagne nog enkele voorbeelden van vergelijkbare reacties; even enthousiast waren de mensen achter De Dag van de Zorg, Visie, De Bond, T@GO, KITS, de Vlaamse Technologie Olympiade, Gentblogt, …
26
Daarnaast konden we natuurlijk opnieuw rekenen op de hulp van een groot aantal belangrijke vaste partners; - een promonetwerk van honderden gemotiveerde leerkrachten, directieleden en CLB-consulenten die meer dan tienduizend van onze flyers en affiches gericht verspreidden. - onze Raad van Bestuur, de organisaties die zij vertegenwoordigen en hun persoonlijke netwerk. - de NMBS. - de enthousiaste bezoekers zelf, die vaak met plezier beloofden hun kennissen op ons aanbod te wijzen. Verder konden we de campagne niet alleen intensiever maken, we lieten ze ook langer duren naar aanleiding van de speciale zondagen in het late voorjaar (zie 1.3.3). Conclusie: onze promotie voor de open zondagen is breder geworden, en wordt ongetwijfeld ook op langere termijn mee gedragen door een groeiend aantal sterke partnerschappen. In de toekomst willen we die natuurlijk verder zetten. Anderzijds wordt het niet zomaar evident om jaarlijks een even sterke campagne te realiseren, bijvoorbeeld omdat er niet telkens opnieuw in alle media de nodige ruimte kan worden gemaakt. Daarom zullen we ook in de toekomst op zoek gaan naar nieuwe interessante kanalen. We gaan die uitdaging dus met plezier aan. 1.3.5 De toekomst Kwantitatief én kwalitatief waren de resultaten van dit kleinere luik van onze werking ronduit uitstekend. De appreciatie door het publiek is opvallend groot. Onze inspanningen hebben dus heel wat meerwaarde gecreëerd. Er liggen dankzij de nieuwe partnerschappen nog kansen om het zondagsaanbod verder uit te bouwen. Ook in de toekomst zullen we er daarom sterk op inzetten, om zoveel mogelijk gezinnen rechtstreeks te ondersteunen bij de studiekeuze.
2. Resultaten bezoekers 2.1 Werkingsjaar 2013-2014. Resultaten. 2.1.1 Schooljaar 2013-2014. Aantal groepen, leerlingen en leerkrachten. Vergelijking met voorgaande schooljaren. Aandeel scholen dat terugkomt. Schooljaar 2013-2014. Aantal groepen en leerlingen.
augustus september oktober november december januari februari maart april mei juni juli TOTAAL
n schooldagen 0 21 19 19 15 20 20 16 11 18 19 0 178
27
n schoolgroepen 3 2 19 36 39 45 57 48 34 48 17 3 351
Schooljaar 2013-2014. Aantal groepen. 60 50 40 30 n schooldagen
20
n schoolgroepen
10 0
Vergelijking schooljaren
2005-'06 2006-'07 2007-'08 2008-'09 2009-'10 2010-'11 2011-'12 2012-'13 2013-'14 TOTAAL
met
voorgaande
n schoolgroepen 80 213 220 223 242 256 248 283 351 2116
n leerlingen 2 446 5 586 5 966 6 451 6 745 7 276 7 018 7 413 9 412 58 313
n leerkrachten
645 680 663 715 884 3 587
Aantal leerlingen 10.000 9.000 8.000 7.000 6.000 5.000 4.000 3.000 2.000 1.000 0
n leerlingen
Tijdens het schooljaar 2013-2014 ontvingen we 351 groepen (een groep krijgt een volledig programma van 3 uren) met in totaal 9.412 leerlingen. Zij werden begeleid door 884 leerkrachten. De meeste bezoekers kwamen in februari. Tegenover het schooljaar 2012-2013 steeg het
28
leerlingenaantal met maar liefst 27 %. Dit is te wijten aan de aanpassing van de aanvangsuren. Scholen die terugkomen
20052006 n scholengroepen 80 uit n scholen 66
20062007 213 180
20072008 220 193
20052006 66
n scholen per jaar n scholen dat terugkomt het schooljaar nadien 27 percentage scholen dat terugkomt 41
20082009 223 199
20092010 242 209
20102011 256 226
20112012 248 209
20122013 283 236
20132014 351 292
20062007 180
20072008 193
20082009 199
20092010 209
20102011 226
20112012 209
20122013 236
69
77
96
115
113
136
148
38
40
48
55
50
65
63
Scholen die terugkomen schoolgroepen
250 200 n scholen per jaar
150 100
n scholen dat terugkomt het schooljaar nadien
50 0
Tijdens het voorgaande schooljaar 2012-2013 ontvingen we 283 schoolgroepen uit 236 scholen. Van deze 236 scholen kwamen er maar liefst 148 terug (63%). Sommige scholen konden evenwel geen bezoek meer reserveren omdat Het Beroepenhuis reeds volgeboekt was of de resterende vrije data niet meer in het schoolprogramma pasten. Er wordt enkel gekeken naar de scholen die terugkomen het jaar nadien. Met scholen die bvb. met 5 en 6 samenkomen en om de 2 jaar reserveren, werd geen rekening gehouden. 2.1.2 Schooljaar 2013-2014. Verdeling leerlingen Basisonderwijs en Secundair Onderwijs en leerjaren. Vergelijking met voorgaande schooljaren.
Schooljaar 2013-2014. Verdeling leerlingen over Basisonderwijs en Secundair Onderwijs
basis secundair TOTAAL
n leerlingen 6660 2752 9412
n schoolgroepen 245 106 351
29
Vergelijking met voorgaande schooljaren n leerlingen 2005-2006 2006-2007 2007-2008 2008-2009 2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013 2013-2014 TOTAAL
basis 1266 4112 4573 4557 4462 4906 5106 5129 6660 40771 58.313
secundair 1180 1474 1393 1894 2283 2370 1912 2284 2752 17542 Leerlingen in totaal
n schoolgroepen 2005-2006 2006-2007 2007-2008 2008-2008 2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013 2013-2014 TOTAAL
basis 43 153 161 152 159 170 172 198 245 1453
secundair 37 60 59 71 83 86 76 85 106 663
basis in % 52 74 77 71 66 67 73 69 71
Schooljaar 2013-2014. Verdeling basis en secundair onderwijs.
secundair 29% basis 71%
30
secundair in % 48 26 23 29 34 33 27 31 29
leerlingen
Verdeling basis en secundair onderwijs 7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0
basis secundair
Van de 351 groepen die Het Beroepenhuis bezochten, kwamen er 245 uit het basisonderwijs en 106 uit het secundair onderwijs. Het gaat hier om 6.660 leerlingen uit het basisonderwijs (71%) en 2.752 leerlingen uit het secundair onderwijs (29%). De trend waarbij ongeveer 30% van de bezoekers uit het secundair onderwijs en de overige 70% uit het basisonderwijs komen, zette zich dus ook tijdens dit schooljaar door. De stijging van het aantal leerlingen is groter bij de leerlingen uit het basisonderwijs (met 30%) als bij de leerlingen uit het secundair onderwijs (met 20%). 2.1.3 Schooljaar 2013-2014. Verdeling leerlingen over leerjaren. Vergelijking met voorgaande schooljaren. Schooljaar 2013-2014. Verdeling leerlingen over leerjaren Leerjaren 4e 5e 6e 5e 6e 5e 6e bubao 1a 1b 1a 1b 1a 2a 1b 2b 1a 1b 2a 2a 2b 2a 2b Buso Okan Andere TOTAAL
n leerlingen 23 1133 281 4758 444 298 616 122 0 29 0 326 304 316 86 530 146 9412
31
Schooljaar 2013-2014. Verdeling leerlingen basisonderwijs. bubao 4e 5e 6e 0% 7%
5e 6e 17%
5e 4%
6e 72%
Schooljaar 2013-2014. Verdeling leerlingen secundair onderwijs. Andere 5% 1a 11%
Okan 19% Buso 3%
2a 2b 11%
1b 22%
2b 11%
2a 12%
1a 2a 0% 1a 1b 2a 0%
1a 1b 5%
1b 2b 1%
Wat het basisonderwijs betreft, kwam de overgrote meerderheid, met name 72% van de leerlingen (4.758) uit het 6de leerjaar. Daarnaast waren er 1.133 leerlingen (17%) uit gemengde klassen van het 5de en het 6de leerjaar en 281 (4%) leerlingen uit het 5de leerjaar. 444 leerlingen (7%) kwamen uit het buitengewoon basisonderwijs; vooral type 1 en type 8, heel af en toe ook type 3. 23 leerlingen kwamen uit een groep met 4de, 5de en 6de samen. Wat het secundair onderwijs betreft, kwamen de meeste leerlingen, 616 of 22%, uit het 1ste jaar bstroom, gevolgd door de leerlingen uit de onthaalklassen anderstalige nieuwkomers (Okan) met 530 leerlingen of 19%. Op de 3de plaats staan de leerlingen uit het 2de jaar a-stroom (326 of 12%). Daarna komen de leerlingen uit de gemengde groep uit het 2de jaar a- en b-stroom (316 of 11%), gevolgd door de leerlingen uit het 2de jaar b-stroom (304 of 11%). Verder waren er nog 298 of 11% leerlingen uit het 1ste jaar a-stroom, 146 of 5% leerlingen in het kader van een kamp of een jeugdwerking en 122 of 5% leerlingen uit het 1ste jaar a- en b-stroom. Er waren tenslotte 89 of 3% leerlingen uit het buitengewoon secundair onderwijs en 29 of 1% leerlingen uit een gemengde groep van 1ste en 2de b-stroom.
32
Vergelijking schooljaren
Leerjaren 4e 5e 6e 5e 6e 5e 6e bubao Leerjaren 1a 1b 1a 1b 1a 2a 1b 2b 1a 1b 2a 2a 2b 2a 2b Buso Okan Andere TOTAAL
met
voorgaande
20082005-'06 2006-'07 2007-'08 '09 0 31 0 0 357 799 443 845 0 163 320 198 732 2917 3502 3241 177 202 308 267 20082005-'06 2006-'07 2007-'08 '09 113 130 281 119 161 192 274 529 161 92 26 86 164 129 64 91 86 132 87 89 0 27 0 26 177 273 243 292 221 203 176 268 21 153 79 88 29 26 24 32 47 85 138 274 0 32 1 6 2446 5586 5966 6451
2009'10 0 815 174 3045 428 2009'10 149 547 414 61 16 0 188 192 374 83 248 11 6745
2010'11 41 1218 195 3166 286 2010'11 263 544 64 0 74 0 595 316 73 94 347 0 7276
2011'12 0 644 158 3739 565 2011'12 161 513 127 26 22 0 444 127 35 21 428 8 7018
2012'13 0 623 175 3860 471 2012'13 270 574 124 81 0 0 286 377 158 10 364 40 7413
2013'14 23 1133 281 4758 444 2013'14 298 616 122 0 29 0 326 304 316 86 530 146 9412
Leerlingen basisonderwijs. Vergelijking met voorgaande jaren. 5000
2005-'06 2006-'07
4000
2007-'08 2008-'09
3000
2009-'10
2000
2010-'11 2011-'12
1000
2012-'13
0
2013-'14
4e 5e 6e
5e 6e
5e
6e
bubao
Wat de verdeling tussen de leerlingen van het basisonderwijs betreft, gelden dezelfde verhoudingen als tijdens het schooljaar 2012-2013. Er is wel een serieuze stijging van het aantal leerlingen met 30%. De leerlingen uit het 6de leerjaar vormen de grootste groep. Er is daar een stijging van het aantal leerlingen met 23%. Het aantal leerlingen die samen met het 5 de en 6de leerjaar langskomen is gestegen met 82%. Het aantal leerlingen uit het 5de leerjaar is gestegen met 61%. Het aantal leerlingen uit het buitengewoon basisonderwijs is daarentegen licht gedaald met 6%.
33
Leerlingen secundair onderwijs. Vergelijking met voorgaande jaren. 2005-'06
700 600 500 400 300 200 100 0
2006-'07 2007-'08 2008-'09 2009-'10 2010-'11 2011-'12 2012-'13 2013-'14
Voor het secundair onderwijs kunnen we vaststellen dat de leerlingen uit het 1ste jaar b-stroom opnieuw het grootste aandeel uitmaken en dit met 22% van de leerlingen. Dit is een stijging met 7% tegenover het schooljaar 2012-2013. Wat de andere leerlingen betreft, zijn de verhoudingen licht gewijzigd. Zo maken de leerlingen uit de OKAN-klassen dit schooljaar de 2de grootste groep uit met 19% van het totaal aantal leerlingen uit het secundair. Deze groep kent maar liefst een stijging van 46% tegenover het voorgaande jaar waar ze nog op plaats 3 stonden. Daarna komen de leerlingen uit het 2de jaar a-stroom die met 14% meer waren dan het vorige schooljaar. De groep met leerlingen uit het 2de jaar a- en b-stroom kent maar liefst een verdubbeling van 158 naar 316 leerlingen. De groep met leerlingen uit het 2de jaar b-stroom stond vorig jaar nog op de 2de plaats maar kent nu een daling met 19% van 377 naar 304 leerlingen. Daartegenover staat een stijging met 10% van het aantal leerlingen uit het 1ste jaar a-stroom en een serieuze toename van het aantal leerlingen uit een jeugdwerking; van 40 naar 146 leerlingen. De groep met leerlingen uit het 1ste jaar a- en b-stroom neemt licht af met 2%. De leerlingen uit het BUSO daarentegen stijgen aanzienlijk van 10 leerlingen tijdens het vorige schooljaar naar 86 dit schooljaar. Er zijn ook opnieuw 29 leerlingen die met een gemengde groep uit 1ste en 2de b-stroom komen. Er zijn geen leerlingen meer die samen met 1ste en 2de a-stroom komen (vorig jaar nog 81 leerlingen). 2.1.4 Schooljaar 2013-2014. Verdeling groepen over netten. Vergelijking met voorgaande schooljaren. Schooljaar 2013-2014. Verdeling schoolgroepen over netten.
vrij onderwijs gemeenschapsonderwijs gemeentelijk/stedelijk onderwijs provinciaal onderwijs Andere (Jeugdwerking, Stadsklassen,…) TOTAAL
aantal groepen 182 82
in % 52 23
66 8
19 2
13 351
4 100
34
Schooljaar 2013-2014. Verdeling over Andere provinciaal netten. (Jeugdwerking, onderwijs Stadsklassen,…) 4%
2% gemeentelijk/ stedelijk onderwijs 19%
vrij onderwijs 52%
gemeenschapsonderwijs 23%
Vergelijking schooljaren
met
vrij onderwijs gemeenschapsonderwijs gemeentelijk/ stedelijk onderwijs provinciaal onderwijs Andere (Jeugdwerking,…) TOTAAL
voorgaande
2005'06 33
2006'07 128
2007'08 127
2008'09 121
2009'10 126
2010'11 134
2011'12 133
2012'13 150
2013'14 182
21
36
30
41
56
55
53
60
82
18
40
54
56
49
56
50
60
66
7
5
5
3
3
2
1
5
8
1 80
4 213
4 220
2 223
8 242
9 256
11 248
8 283
13 351
Wat de verdeling over de netten betreft, kwamen de meeste groepen uit het vrije net (52%). Daarna komen de schoolgroepen uit het gemeenschapsonderwijs (23%) en het gemeentelijke net (19%). Verder waren er 4% groepen via andere kanalen zoals jeugdwerking en waren er 2% of 8 schoolgroepen uit het provinciaal onderwijs. 2.1.5 Schooljaar 2013-2014. Verdeling groepen over provincies. Vergelijking met voorgaande schooljaren. Schooljaar 2013-2014. Verdeling groepen over provincies.
aantal groepen Oost - Vlaanderen 196 Antwerpen 50 Vlaams - Brabant 21 West - Vlaanderen 69 Limburg 1 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 12 Henegouwen 2 TOTAAL 351
35
in % 56 14 6 20 0
aantal leerlingen 4948 1510 604 1986 52
3 1 100
271 41 9412
Vergelijking met voorgaande schooljaren
Oost Vlaanderen Antwerpen Vlaams - Brabant West Vlaanderen Limburg Brussels Hoofdstedelijk Gewest Henegouwen TOTAAL
2005- 2006'06 '07
2007'08
2008'09
2009'10
2010'11
2011'12
2012'13
2013'14
56 13 6
111 26 35
115 22 30
115 26 24
129 31 28
146 31 23
150 27 18
162 38 23
196 50 21
5 0
35 0
47 1
54 1
47 2
53 0
48 2
55 1
69 1
0 0 80
6 0 213
5 0 220
3 0 223
5 0 242
3 0 256
3 0 248
3 1 283
12 2 351
Wat de verdeling over de provincies betreft, kwamen de meeste groepen uit Oost–Vlaanderen (56%). Daarna komt de provincie West–Vlaanderen (20%) en de provincie Antwerpen (14%). 6% van de groepen kwam uit de provincie Vlaams - Brabant en 3% uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Tenslotte kwam er 1 schoolgroep uit Limburg en kwamen er 2 schoolgroepen uit Henegouwen op bezoek. 2.1.6 Schooljaar 2013-2014. Deelname aan de beroepenateliers Het Beroepenhuis tracht om elk atelier ongeveer even vaak te laten doorgaan. Dit is echter niet altijd mogelijk. Verschillende factoren hebben hierop een invloed: (1) ateliers die in dezelfde ruimte doorgaan kunnen niet gelijktijdig ingepland worden, (2) sommige ateliers zijn minder geschikt voor anderstalige nieuwkomers of voor groepen die een leerling in een rolstoel mee hebben. Daarnaast (3) proberen we om niet te vaak van ateliers te wisselen binnen de stageperiode van een stagiair. Ook (4) geven leerkrachten voorkeuren door van ateliers die het beste binnen hun project passen. Tenslotte (5) trachten we om scholen die jaarlijks op bezoek komen telkens iets anders aan te bieden dan bij hun vorige bezoek. In het onderstaande schema wordt weergegeven hoe vaak elk beroepenatelier werd ingepland en hoeveel leerlingen het atelier hebben uitgevoerd tijdens het schooljaar 2013-2014. Telkens wordt
36
ook weergegeven welk percentage van het totaal aantal scholengroepen of het totaal aantal leerlingen het beroepenatelier heeft uitgevoerd. ateliers
aantal schoolgroepen
% van totaal aantal aantal groepen leerlingen
% van totaal aantal leerlingen
chemie en kunststoffen
72
21
2165
23
horeca
68
19
1666
18
transport en logistiek 53 metaal en technologie 78
15
1478
16
22
2035
22
voedingsindustrie
51
15
1459
16
socialprofit
83
24
2076
22
bouw
80
23
2103
22
grafische industrie haven en binnenvaart kapper en schoonheidsspecialist
62
18
1698
18
76
22
2130
23
79
23
2014
21
Totaal
702
200
18824
200
Omdat de leerlingen telkens 2 ateliers uitvoeren krijg je bij het totaal aantal scholengroepen een totaal van 702 groepen, met een totaal aantal leerlingen van 18.824. Wanneer deze cijfers gedeeld worden door 2, krijg je het werkelijke totaal aantal groepen (351) en leerlingen (9.412) die Het Beroepenhuis bezocht hebben tijdens het schooljaar 2013-2014. Ook omdat leerlingen telkens 2 ateliers uitvoeren, krijg je 200% als alle percentages worden samengeteld. Bij wijze van voorbeeld lees je deze tabel dus als volgt: Het beroepenatelier voor de sector chemie en kunststoffen werd door 72 (van de 351) bezoekende groepen uitgevoerd, dus 21% van de bezoekende scholen deed dit beroepenatelier. Dat betekent dat 2.156 leerlingen (van de 9.412) dit atelier hebben uitgevoerd, dus 23% van het totaal aantal bezoekende leerlingen. Om de verhoudingen tussen de frequentie van de beroepenateliers van de verschillende sectoren ten opzichte van elkaar zichtbaar te maken, werden de percentages naar 100% teruggebracht. Deze worden enkel getoond om de verhoudingen zichtbaar te maken. Het zou dus een foute interpretatie zijn om bijvoorbeeld te zeggen dat 11% van de bezoekers het atelier voor chemie en kunststoffen heeft uitgevoerd. Voor die percentages raadpleeg je de bovenstaande tabel. ateliers
% groepen
% leerlingen
chemie en kunststoffen
10
11
horeca
10
9
transport en logistiek
8
8
37
metaal en technologie
11
11
voedingsindustrie
7
8
socialprofit
12
11
bouw
11
11
grafische industrie
9
9
haven en binnenvaart kapper en schoonheidsspecialist
11
11
11
11
Bij een ideale verdeling tussen de 10 verschillende beroepenateliers, zou elk beroepenatelier 70 keer moeten worden ingepland (10%). In de praktijk is het onmogelijk om deze verdeling te waarborgen. Hieronder zie je de verhoudingen tussen de beroepenateliers van de verschillende sectoren in het schooljaar 2013-2014.
% groepen 10%
11%
chemie en kunststoffen horeca
10%
11%
transport en logistiek metaal en technologie 8%
voedingsindustrie social profit
9%
bouw 11%
grafische industrie haven en binnenvaart
11%
kapper en schoon-heidsspecialist 7% 12%
Wanneer we dan kijken hoeveel leerlingen er telkens in die scholengroepen zaten, wijzigen de verhoudingen nog lichtjes.
38
% leerlingen
11%
11% chemie en kunststoffen horeca
9%
11%
transport en logistiek metaal en technologie 8%
voedingsindustrie social profit
9%
bouw 11%
grafische industrie haven en binnenvaart
11%
kapper en schoon-heidsspecialist 11%
8%
De meeste beroepenateliers komen ongeveer even vaak aan bod. De enige beroepenateliers die het voorbije schooljaar wat minder vaak aan bod kwamen zijn voedingsindustrie (7%) en transport en logistiek (8%). Het atelier voor de grafische industrie zit met 9% net niet op de beoogde 10%. Omdat het beroepenatelier voedingsindustrie minder uniek en spectaculair is in die zin dat het ook relatief gemakkelijk kan georganiseerd worden in een klaslokaal, wordt er door de leerkrachten minder vaak naar gevraagd. Het is nu het 2de schooljaar op rij dat we zien dat het net iets minder vaak aan bod komt. Het atelier is dan ook al 8 jaar ongewijzigd gebleven. We plannen om in overleg met de sector het atelier eens te vernieuwen. De klassieke struikelblokken om het spectaculairder te maken zijn de hygiënevoorschriften waardoor er moeilijk met echte voeding kan gewerkt worden en het feit dat er machines nodig zijn om de realiteit te tonen. We trachten deze hindernissen op een creatieve manier te omzeilen. Het beroepenatelier transport en logistiek werd enkele jaren geleden al eens herwerkt om het aantrekkelijker te maken, vooral voor het secundair onderwijs. De verandering bestond toen onder meer uit het werken in 2 teams, waardoor de leerlingen vaker met het transpallet konden werken en er meer spelelement in de activiteit kwam. Ook werd het geheel uitdagender gemaakt met een extra logistieke denkoefening. Deze aanpassingen hadden zeker een positief effect. Het atelier werd door de groepen uit het basisonderwijs nog meer gesmaakt en ook iets meer door groepen uit het secundair onderwijs. Toch moeten we in de toekomst nog eens onderzoeken hoe het voor groepen uit secundair onderwijs nog aantrekkelijker kan gemaakt worden. Het atelier voor de grafische industrie wordt door veel groepen heel erg gesmaakt. Het enige minpunt is ook hier is, net als bij het beroepenatelier voor voedingsindustrie, dat de opdrachten relatief gemakkelijk ook in een klaslokaal georganiseerd kunnen worden. Leerkrachten verwachten om in Het Beroepenhuis een aanbod te krijgen dat ze op school niet kunnen realiseren. Ook hier zou het goed zijn om in de toekomst te onderzoeken hoe het atelier aantrekkelijker en spectaculairder kan gemaakt worden.
39
2.1.7 Schooljaar 2013-2014. Annuleringen Er waren 23 annuleringen tijdens het schooljaar 2013-2014 waarvan er 5 toe te schrijven waren aan problemen met het vervoer (moeilijkheden om ter plaatse te geraken, niet kunnen intekenen op gratis N.M.B.S.-tickets, géén betaalbaar busvervoer gevonden). 2 schoolgroepen konden deelnemen aan de doedag waardoor zij de transportkosten naar Het Beroepenhuis niet meer konden/wilden maken. 10 schoolgroepen annuleerden omwille van allerlei organisatorische problemen (planning niet correct doorgegeven, oudercontact op zelfde dag, uurregelingen kwamen niet overeen, teveel of te weinig inschrijvingen, onvoldoende budget gevonden,..). Voor 5 scholen werd geen reden opgegeven (waarvan er 2 toch dienden te betalen gezien ze slechts 1 week vooraf annuleerden). Verder was er 1 schoolgroep die het bezoek annuleerde wegen het misdragen van de leerlingen bij andere gelegenheden.
2.1.8 Schooljaar 2013-2014. Vrije bezoekers. Overzicht Schooljaar 2013-2014. Vrije bezoekers. datum bezoek naam school/organisatie 1
16/09/2013
IrisTL vzw
2
16/09/2013
ArteveldeHogeschool
3
19/09/2013
Ingegno
4
24/09/2013
Gentse Gidsen vzw
5
26/09/2013
Hogent
6 7 8 9 10
1/10/2013 7/10/2013 5/11/2013 8/11/2013 20/11/2013
RTC Oost - Vlaanderen Circa Gent Ugent werkgroep Gender Tofam West-Vlaanderen Katho Tielt
11 21/11/2013 12 26/11/2013
reden van bezoek samenwerking project in Brussel samenwerking project wetenschapscommunicati e samenwerking workshops techniek samenwerking stadswandeling beroepen samenwerking Citrus Saturday samenwerking bedrijf + school kennismaking kennismaking kennismaking kennismaking samenwerking themanummer Klasse kennismaking
aantal bezoekers 1
2 1
5 1 1 1 8 2 26 1 1
13 26/11/2013 14 27/11/2013
Klasse Katho Tielt Stad Deinze en School en Jeugd kennismaking Katho Tielt kennismaking
15 28/11/2013
BS De Levensboom
2
16 11/12/2013
Dienst Werk en Labeur
17 16/12/2013
Student lerarenopleiding
18 17/12/2013
Koogo Fondsen vorming in scheikundige nijverheid VCLB
19 18/12/2013 20 15/01/2014
prospectie klasbezoek prospectie schilderwerken deeltijds@work scriptie talent en studiekeuze samenwerking ouderwerking de bezoeken nieuwe ontdekhoek prospectie
40
2 2
3 1 1 8 2
21 22 23 24 25 26 27 28 29
16/01/2014 16/01/2014 23/01/2014 13/02/2014 14/02/2014 17/02/2014 19/02/2014 26/02/2014 3/03/2014
schoolvoorstelling podium-beroepen samenwerking kennismaking start project kennismaking prospectie kennismaking kennismaking kennismaking thema studiekeuze talent
Biezebaaze Koogo-GO-ouders-VCOV VIVES Tielt Paintfactory - Bouwunie VDAB Luchthavenhuis Provincie Haven Lillo ArteveldeHogeschool ArteveldeHogeschool VDAB T2 Campus
30 12/03/2014
AP Hogeschool Antwerpen
31 3/04/2014
Gentse gidsen
32 22/04/2014 33 23/04/2014
Sint-Lutgardisinstituut VDAB West-Vlaanderen
34 5/05/2014 35 12/05/2014 36 12/05/2014 37 13/05/2014 38 26/06/2014
2 3 1 2 2 2 67 55 2 & 14 5
Klankbordgroep Voedingsindustrie Luchthavenhuis
observatie Gentse Gidsen prospectie voor eigen Okan-klas kennismaking meer lln SO naar Het Beroepenhuis brainstorm initiatieven verkenning ikv Resoc
Lannoo Campus Minderhedenforum Brussel
samenwerking uitgave kennismaking
2 6 253
1 2 5 1 10
Er werden gedurende het schooljaar ook 38 rondleidingen gegeven op aanvraag. Vanuit diverse organisaties konden 253 bezoekers kennismaken met Het Beroepenhuis. 2.1.9 Schooljaar 2013-2014. Bezoekers op zondag In het voorjaar van 2014 ontvingen we op de open zondagen niet minder dan 1.226 bezoekers. Dat is zowaar 59% meer dan vorig schooljaar, en meteen ook een absoluut record. Wat dit project betreft was het dus zonder meer een succesjaar. Het schema hieronder geeft de evolutie weer van het aantal bezoekers over de voorbije 6 jaar.
41
Binnen deze reeks zondagen zagen we opnieuw een licht verrassende verdeling van de aantallen over de verschillende data. Er was duidelijk sprake van 4 bijzonder drukke eerste zondagen, gevolgd door 4 relatief rustige. Mogelijks was dit een gevolg van zowel de bijzondere aandacht voor studiekeuze in allerlei media aan het begin van 2014, alsook onze eigen sterke promotiecampagne die we daar vlot aan konden koppelen.
De verhoudingen tussen het aantal jongeren en volwassen bezoekers sluit opnieuw heel sterk aan bij het verleden. Hieronder een gedetailleerd overzicht. Ouderdag van …
1 2 4 3 5 6 7 8
19 januari 2014 2 februari 2014 16 februari 2014 2 maart 2014 16 maart 2014 30 maart 2014 27 april 2014 18 mei 2014 Totaal In % per groep
# jonger # 10-12 # 12-14 jarigen (BO) jarigen (SO) 22 54 20 28 51 21 31 59 22 25 64 34 7 27 13 9 22 11 10 18 27 8 25 5 140 320 153 634
# oudere # volwassenen broers/zussen
Totaal
1 2 3 2 3 2 6 2 21
75 87 109 118 72 36 61 34 592
172 189 224 243 122 80 122 74 1226
11 52
2
48
26
13
42
De open zondagen blijken opnieuw aantrekkelijk voor gezinnen uit heel Vlaanderen: ook dit jaar hebben we mensen uit elke provincie over de vloer gekregen.
Om in de toekomst op een efficiënte manier een groot aantal ouders en jongeren te blijven bereiken met dit aanbod, hebben we precies in kaart gebracht welke promotiekanalen het sterkste effect hadden.
43
Hieronder een schets van het aantal mensen per promotiekanaal dat we effectief konden overtuigen om hierheen te komen, voor de voorbije 6 jaar.
Hieruit blijkt om te beginnen dat net zoals in het verleden de verspreiding van flyers en affiches door ons netwerk van geëngageerde onderwijsmensen nog steeds een goed en stabiel rendement oplevert. Dit promotiekanaal vergt de grootste inspanning, maar blijft dus zeer zinvol. Daarnaast zien we echter vooral opvallende resultaten van alle promotie via digitale en gedrukte externe media. Beide kenden een sterke heropleving van hun aandeel. Daarvoor is mogelijks een veelzijdige verklaring; Algemeen zorgden een aangepaste planning en het stellen van nieuwe prioriteiten ervoor dat de goed voorbereide campagne bijna helemaal kon worden uitgevoerd zoals voorzien. Deze extra investering verklaart op zich al een deel van het sterke resultaat. Verder vermoedden we al langer dat specifiek deze groep bezoekers, die meestal niet persoonlijk werden aangemoedigd door een onderwijsmaker, hun effectieve komst deels laat afhangen van toevallige omstandigheden als bijvoorbeeld het weer. Dat was op de 8 open zondagen
44
in het voorjaar van 2014 doorgaans noch te slecht, noch te mooi om hen op andere gedachten te brengen; ideale omstandigheden dus voor een hoge opkomst. Dit resultaat sluit eigenlijk ook sterk aan bij de lijn die de respectievelijke groene en rode curves tot vorig jaar volgden. Die lijnen werden toen vermoedelijk vooral onderbroken vanwege de bijzondere weersomstandigheden. Conclusie; op voorwaarde van een geslaagde campagne mogen we in de toekomst blijven hopen op dergelijke resultaten, maar we hebben die niet helemaal zelf in de hand. Ook belangrijk; Het Beroepenhuis genoot begin 2014 uitzonderlijk veel zichtbaarheid in verschillende publicaties van Klasse, die voor onze campagne precies op het juiste moment kwamen. Vooral via themanummers over studiekeuze van Klasse voor ouders en Maks! werden heel wat mensen uitgenodigd. Natuurlijk hopen we in de toekomst op een vergelijkbare manier te mogen samenwerken, maar dat zal niet elk jaar even intensief kunnen. Om ook in de toekomst een groot aantal gezinnen te blijven bereiken zullen we dus enerzijds met dezelfde strategieën verder werken, maar ook blijven experimenteren met aanvullende promotiekanalen, om ook goede resultaten neer te zetten in jaren waarin niet alles evengoed meezit als in het voorbije. 2.2 Resultaten. Evaluaties van bezoekers “Leuke activiteiten die we in de klas niet kunnen aanbieden”, Leerkracht buitengewoon onderwijs, De Mozaïek, Geraardsbergen. Met de evaluatieformulieren peilen we naar de evaluatie van een bezoek aan Het Beroepenhuis bij de bezoekers. Dit zowel vanuit het standpunt van de leerkrachten/begeleiders, als van de leerlingen. Deze resultaten laten ons toe verbeteringen aan te brengen en van een bezoek een geslaagde ervaring te maken. Daarnaast willen we ook onderzoeken welke effecten een bezoek aan Het Beroepenhuis heeft op de beeldvorming van jongeren over technische beroepen. Tenslotte willen we nagaan welke projecten, lesmaterialen en activiteiten gebruikt worden om de thema’s beroeps- en studiekeuze aan te brengen in de klas. Het evaluatieformulier bestaat uit twee delen: Het 1ste deel is bedoeld voor de leerkracht(en)/begeleider(s). Het omvat vragen over de inhoud van de interactieve tentoonstelling, de beroepenateliers en de begeleiding ervan. Ook de voorbereiding en opvolging van het bezoek komen aan bod, evenals de algemene evaluatie. Het 2de deel is bedoeld voor de leerlingen. Aan de hand van een kringgesprek evalueren de leerlingen hun bezoek aan Het Beroepenhuis. In het schooljaar 2013-2014 werd door Jolien Delagrange - studente Pedagogische Wetenschappen aan de Universiteit Gent - een onderzoek gevoerd naar de noden van leerlingen uit het buitengewoon onderwijs bij een bezoek aan Het Beroepenhuis. Op basis van de resultaten van dit onderzoek werd de methodiek tijdens het bezoek voor deze leerlingen gewijzigd. Om deze vernieuwing te evalueren maakten we een aangepast evaluatieformulier op voor de desbetreffende leerkrachten. Ook taalzwakkere OKAN-klassen maakten regelmatig gebruik van deze vernieuwde aanpak. Van de 351 scholengroepen die Het Beroepenhuis dit schooljaar bezochten, werden er 127 evaluatieformulieren ontvangen. 36% van de scholengroepen heeft dus zijn evaluatieformulier terugbezorgd. Deze responsgraad ligt iets lager dan vorig schooljaar (van 41% naar 36%). Van de 127 ontvangen formulieren zijn er 115 standaardevaluaties en 12 evaluaties over de vernieuwde methodiek. In wat volgt presenteren we eerst de resultaten van de klassen die het bezoek met de standaardmethodiek volgden, daarna volgen de resultaten van de klassen die de vernieuwde aanpak uittestten.
45
2.2.1 Evaluatie standaardmethodiek 2.2.1.1 Evaluatie van de leerkracht/begeleider 2.2.1.1.1 De inleiding aan de hand van het beroepenfilmpje Ik vond de inhoud van het filmpje (= beroepen, sectoren, uitspraken ‘waarom werken?’) goed. Eens
60%
Eerder eens
29%
Eerder oneens
2%
Oneens
0%
Geen mening
2%
Niet deelgenomen
7%
Ik vond de toelichting en het vraaggesprek bij het filmpje door de beroepenhuis - begeleider goed. Eens
69%
Eerder eens
22%
Eerder oneens
1%
Oneens
0%
Geen mening
2%
Niet deelgenomen
6%
46
Opmerkingen bij het filmpje 89% van de leerkrachten is het eens of eerder eens met de inhoud van het filmpje. Ook de toelichting en het vraaggesprek bij het filmpje wordt bij 91% goed of eerder goed bevonden. Leerkrachten vinden het filmpje een goede inleiding op het bezoek. Er is veel interactie en de begeleider eist de aandacht van de leerlingen op. Alle leerlingen krijgen de kans om aan bod te komen en hun antwoorden worden telkens positief benaderd. De vragen worden op maat van de leerlingen gesteld, veel zaken herkennen ze uit de passende voorbereidende les. Ook een OKANleerkracht geeft aan dat, hoewel de leerlingen vaak gokten, de inleiding zeer goed op hun niveau is en ze daardoor actief meewerkten. De inleiding verloopt gestructureerd - stap voor stap - en is visueel aantrekkelijk voor de leerlingen. 2% van de leerkrachten is minder tevreden over de inhoud van het filmpje, 1% vindt dat het vraaggesprek beter kan. Voor sommige doelgroepen gaat het filmpje nogal snel en hebben de leerlingen meer tijd nodig om de inhoud op te nemen. Ondanks het gebruik van het filmpje en de foto’s wordt gevraagd om nog meer te visualiseren. Andere leerkrachten geven aan dat het filmpje te druk en te langdradig is en er meer diepgang in het vraaggesprek gestoken mag worden voor taalsterke leerlingen. 2.2.1.1.2 De interactieve tentoonstelling (met zoektocht) Ik vond de inhoud van de interactieve tentoonstelling (beroepenfiches, goed om weten, uitspraken, interacties,…) goed. Eens
83%
Eerder eens
14%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
3%
47
Ik vond de methodiek (gestuurde zoektocht per twee met doe- en leesopdrachten) goed. Eens
79%
Eerder eens
16%
Eerder oneens
1%
Oneens
1%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
3%
48
Ik vond de begeleiding (tijdens zoektocht, bij de nabespreking met leerlingen,…) goed. Eens
80%
Eerder eens
14%
Eerder oneens
3%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
3%
Opmerkingen bij de interactieve tentoonstelling 83% van de leerkrachten is het volledig eens met de inhoud van de interactieve tentoonstelling. De tekst en opdrachten zijn visueel aantrekkelijk en er zijn voldoende uitdagende opdrachten voor de leerlingen. Kinderen zijn op deze manier steeds gemotiveerd om het juiste antwoord te vinden. Een aantal keren komt terug dat de vele teksten moeilijk zijn voor bepaalde leerlingen en de juiste opdracht soms moeilijk te vinden. De methodiek die gebruikt wordt tijdens de begeleiding wordt door 79% van de leerkrachten heel goed bevonden. De onmiddellijk feedback op de vragen is volgens hen zeer stimulerend voor de leerlingen. Er zijn ook duidelijke afspraken en een gepaste controle zodat de leerlingen het parcours correct afleggen. De ervaringsgerichte manier van werken en het actief bezig zijn zorgt voor heel wat enthousiasme. 1 leerkracht geeft mee om de leerlingen door de leerkracht te laten verdelen, zo zijn de groepjes homogener qua taal en attitude. Het kringgesprek is voor de meeste leerkrachten een belangrijke afsluiter. Het is boeiend omdat elke leerling aan bod komt en goed onderbouwd door de persoonlijke, nuttige tips die worden meegegeven. Elke leerling krijgt de nodige aandacht en de vraagstelling wordt aangepast aan hun niveau. 1 leerkracht geeft als tip mee om tijdens het kringgesprek te focussen op wat leerlingen hebben ontdekt of hebben geleerd en niet op wat ze willen worden, een andere leerkracht verwachtte dat de leerlingen wat meer met hun voeten op de grond werden gezet (meer realistischer beeld naar droomberoepen toe). Wat de begeleiding in Het Beroepenhuis betreft, vindt 80% van de leerkrachten dat deze heel goed verloopt. De leerlingen worden gemotiveerd, geholpen en positief benaderd, vandaar hun gedrevenheid. De begeleiders zijn enthousiast en kunnen goed inspelen op de leefwereld van de leerlingen. Door de duidelijke instructies weten de leerlingen ook onmiddellijk wat hen te doen staat.
49
2.2.1.1.3 De beroepenateliers Ik vond de methodiek van de beroepenateliers (een beroep zelf ervaren en de talenten nadien in een gesprek expliciet maken,…) goed. Eens
78%
Eerder eens
18%
Eerder oneens
1%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
3%
Ik vond de begeleiding van de beroepenateliers goed. Eens
79%
Eerder eens
16%
Eerder oneens
1%
Oneens
1%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
3%
50
Opmerkingen bij de methodiek en begeleiding van de beroepenateliers 78% van de leerkrachten gaat volledig akkoord met de methodiek van de beroepenateliers. De leerlingen vinden het leuk om zelf dingen uit te proberen en actief bezig te zijn. Er worden toffe en uitdagende ateliers aangeboden met een goede nabespreking, zo ondervinden leerlingen aan den lijve waar ze goed in zijn of wat minder goed lukt. Leerkrachten die reeds enkele jaren op bezoek komen reageren enthousiast op de steeds wisselende ateliers. Ze vinden het ook een meerwaarde wanneer leerlingen het resultaat (tandpasta, badge,…) mee naar huis kunnen nemen. 18% van de leerkrachten is het ‘eerder eens’ met de gebruikte methodiek, 1% ‘eerder oneens’. Sommige activiteiten spreken de leerlingen minder aan of kunnen ook in de klas georganiseerd worden. Een aantal workshops vinden leerkrachten te eenvoudig, moeten te snel gaan of zorgen voor te veel drukte. De uitleg bij de ateliers is soms te voor de hand liggend en te lang of niet aangepast aan het onderwijsniveau van de leerlingen. Ook de visuele aankleding kan volgens een aantal leerkrachten beter. 79% van de leerkrachten is erg tevreden over de manier van begeleiden. De uitleg verloopt gestructureerd zodat leerlingen duidelijk weten wat van hen verwacht wordt. De begeleiders zijn erg enthousiast en bieden hulp waar nodig. De inhoud wordt ook prima aangepast aan het niveau van de leerlingen. Een aantal keren wordt aangegeven dat de nabespreking en de link naar de talenten nog meer geconcretiseerd mag worden, het bleef soms nogal abstract. Ik vond de inhoud van de beroepenateliers (kennisoverdracht) goed. Om onderstaande cijfers goed te kunnen interpreteren, is het belangrijk te weten dat de leerkrachten telkens slechts 2 (van de 10) ateliers beoordelen. De ateliers kunnen derhalve moeilijk onderling vergeleken worden. Bouw
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening Niet deelgenomen
66% 17% 7% 0% 0% 10%
Chemie en kunststoffen
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
90% 7% 3% 0% 0%
51
Grafische industrie
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
77% 20% 0% 0% 3%
Haven en binnenvaart
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
58% 23% 19% 0% 0%
Horeca
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening Niet deelgenomen
75% 15% 5% 0% 0% 5%
Kapper en schoonheidsspecialist
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
64% 23% 9% 0% 4%
Metaal en technologie
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
79% 21% 0% 0% 0%
Social profit
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
63% 14% 5% 9% 9%
Transport en Eens logistiek Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
91% 9% 0% 0% 0%
Voedingsindustrie
57% 29% 14% 0% 0%
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
Opmerkingen bij de inhoud van de beroepenateliers De meeste leerkrachten zijn het volledig eens met de inhoud van de ateliers. Bij sommige ateliers zijn er echter een aantal leerkrachten die het ‘(eerder) oneens’ zijn met de inhoud ervan of er geen mening over hebben.
52
Bij het atelier van de sector bouw is 7% het ‘eerder oneens’. Dit omdat de activiteit niet aansloot bij de interesses van de leerlingen. Bij het atelier van chemie en kunststoffen is 3% het ‘eerder oneens’. 1 leerkracht merkt op dat de leerlingen met te veel moeten samenwerken waardoor iedereen slechts een klein deeltje kan uitvoeren. Graag ook meer tandpasta maken. Geen enkele leerkracht is het ‘oneens’ met het atelier van de grafische industrie. Er wordt wel aangegeven dat de opdrachten ook mogelijk zijn om in de klas te organiseren en het atelier dus niet echt ‘spectaculair’ is. Bij de haven en binnenvaart is 19% het ‘eerder oneens’ over de inhoud. Het atelier sluit te weinig aan bij de leefwereld van de leerlingen en de activiteiten zijn te weinig uitdagend. In dit atelier willen leerkrachten graag meer actieve doe-opdrachten. Bij het atelier van de horeca is 5% van de leerkrachten het ‘eerder oneens’. Er wordt opgemerkt dat het atelier er leuk uitziet maar inhoudelijk vrij zwak is. Over het atelier van kapper en schoonheidsspecialist is 9% het ‘eerder oneens’. Volgens deze leerkrachten wordt in dit atelier niets nieuws gezegd, de inhoud blijft erg oppervlakkig. Het beroep kapper ervaren de leerlingen te weinig. Over het atelier van de sector metaal en technologie is niemand het ‘oneens’. 1 leerkracht geeft wel aan dat het bij dit atelier moeilijker is voor de leerlingen om de link te maken met de concrete beroepen. Het blijft allemaal wat abstract voor hen. Bij de social profit is 5% van de leerkrachten het ‘eerder oneens’ over de inhoud, 9% is het volledig ‘oneens’. Als opmerking komt terug dat er in dit atelier geen nieuwe informatie wordt toegelicht en dat de activiteiten niet voor alle leerlingen even interessant zijn (wel voor leerlingen uit Sociaal Technische Wetenschappen, niet voor leerlingen Mechanica-Elektriciteit). Bij het atelier van transport en logistiek is niemand het ‘oneens’. Bij de voedingsindustrie is 14% van de leerkrachten het ‘eerder oneens’. De opdrachten in dit atelier zijn volgens hen niet uitdagend genoeg. De workshop moet ook aangepast worden aan het onderwijsniveau: er worden beroepen voorgesteld die niet mogelijk zijn voor sommige leerlingen.
2.2.1.1.4 Effecten van een bezoek aan Het Beroepenhuis Wat zijn volgens u de effecten van een bezoek aan Het Beroepenhuis in het kader van studieen beroepskeuze? Verruiming van de kennis over de wereld van arbeid en beroepen in het algemeen (‘waarom werken’, bestaan van bedrijfssectoren,…) Bijdrage aan mentaliteitswijziging ten aanzien van praktisch uitvoerende en technische beroepen Bijdrage aan het verwerven van zelfkennis van de leerlingen wat betreft eigen talenten en interesses (zelfconceptverheldering) Beïnvloeding van beroeps- of studiekeuze
84% 45% 67% 24%
Toelichting bij de effecten 84% van de leerkrachten vindt dat een bezoek aan Het Beroepenhuis ‘bijdraagt tot de verruiming van de kennis over de wereld van arbeid en beroepen in het algemeen’. Leerlingen maken kennis met voor hen vaak onbekende beroepen. Ze verdiepen zich in beroepen die ze vaak
53
oppervlakkig kennen. Het bezoek helpt om leerlingen te laten inzien wat ze allemaal met een technische opleiding kunnen gaan doen en welke talenten nodig zijn. 45% van de leerkrachten geeft aan dat een ‘bijdrage aan mentaliteitswijziging ten aanzien van praktisch uitvoerende en technische beroepen’ ook één van de effecten is van een bezoek aan Het Beroepenhuis. Leerlingen ervaren door het bezoek dat kiezen voor een technische of beroepsrichting niet minderwaardig is en dat het stereotiepe beeld van mannen- en vrouwenberoepen verdwijnt. Het effect ‘bijdrage aan het verwerven van zelfkennis van de leerlingen wat betreft eigen talenten en interesses’ wordt door 67% van de leerkrachten aangeduid. De leerlingen stellen tijdens het bezoek vast waar ze goed en minder goed in zijn en wat ze leuk of niet leuk vinden. Door de nabespreking reflecteren ze eveneens over hun eigen talenten. Tenslotte vindt 24% van de leerkrachten dat het bezoek ‘de beroeps- of studiekeuze beïnvloedt’. De interesse voor bepaalde sectoren is na het bezoek groter geworden, enkele leerlingen hebben hun studiekeuze bijgestuurd. Er wordt tevens opgemerkt dat de studiekeuze vooral de keuze van de ouders blijft en dat de leerlingen hier (jammer genoeg) nog steeds onvoldoende stem in hebben. Enkele uitspraken van leerkrachten die dit illustreren: “Leerlingen ervaren dat het kiezen voor een beroepsrichting niet minderwaardig is”, Leerkracht 6de leerjaar, BS Atheneum, Veurne. “Het bezoek aan Het Beroepenhuis is een onmisbaar onderdeel van het oriëntatietraject van de OKAN-leerling. Naast uitleg door CLB, bezoek aan Technopolis,…een waardevolle aanvulling” , Leerkracht OKAN-klas, Technisch Instituut Berkenboom, Sint-Niklaas. “Leerlingen krijgen een betere kijk op de inhoud en hun mogelijkheden en ook op hun vooroordelen over man/vrouw beroepen”, Leerkracht 1ste graad secundair, Sint-Paulus, Wevelgem.
Denkt u Het Beroepenhuis volgend schooljaar terug te bezoeken? Ja Nee Niet deelgenomen
78% 11% 11%
Wat zijn de redenen om Het Beroepenhuis volgend jaar al dan niet te bezoeken? 78% van de leerkrachten denkt eraan om volgend jaar opnieuw een bezoek te plannen aan Het Beroepenhuis. Er wordt volgens hen een goeie variatie aan activiteiten aangeboden en leerkrachten zijn ervan overtuigd dat het bezoek belangrijk is in het oriënteringsproces van de leerlingen. In de klas heeft men eveneens niet dezelfde mogelijkheden om gelijkaardige opdrachten te organiseren. Het bezoek wordt vaak gekaderd in een groter project rond studie- en beroepskeuze. Voor een aantal scholen wordt het zelf een traditie om hun projectweek te starten of te eindigen in Het Beroepenhuis. Ook de ervaringsgerichte methodiek wordt erg gesmaakt door de leerkrachten. Ervaring is volgens hen de beste leerschool. Heel wat complimenten gaan tenslotte uit naar de begeleiders, die vol energie en op het niveau van de leerlingen, de groepen begeleiden doorheen Het Beroepenhuis. Een minderheid van de scholen denkt volgend schooljaar niet terug te komen (11%). Verschillende redenen worden hiervoor aangehaald. Voor een aantal scholen is de verplaatsing te ver of gaat het om graadklassen die slechts om de twee jaar een bezoek plannen met de leerlingen van hun vijfde en zesde leerjaar samen. Anderen merken op dat het bezoek kaderde in een eenmalig project, volgend jaar volgt een ander project. 1 keer wordt aangegeven dat het
54
bezoek geen bijdrage vormt in verband met studiekeuze. 11% van de leerkrachten deed geen uitspraak. Een eventueel volgend bezoek is bij hen afhankelijk van de schoolplanning/de uit te voeren projecten of het kostenplaatje. 2.2.1.1.5 Algemene evaluatie Heel wat positieve reacties komen in de algemene evaluatie aan bod. Het bezoek is laagdrempelig, er zijn veel doe-opdrachten en alles wordt heel visueel voorgesteld. De actieve methodiek zorgt ervoor dat leerlingen 3 uren lang geboeid kunnen blijven en leerkrachten zijn erg tevreden over de aanpak naar verschillende doelgroepen toe. De wisselende werkvormen en duidelijke structuur kunnen eveneens op heel wat positieve reacties rekenen. Tenslotte zorgen het enthousiasme van de begeleiders en het nemen van de nodige tijd voor reflectie ervoor dat leerkrachten steevast een bezoek willen reserveren aan Het Beroepenhuis. Enkele uitspraken van leerkrachten die dit illustreren: “Het Beroepenhuis is een perfect initiatief tot het leren kennen (en/of ondervinden) van de mogelijke beroepskeuzes”, Leerkracht OKAN-klas, De Toren van Babel, Gent. “Kinderen waren zeer enthousiast! Ik zag vooral lachende gezichten! Het bezoek was fantastisch! Proficiat aan alle lesgevers!”, Leerkracht 6de leerjaar, De Papaver, Adegem. “Voor de eerste keer geweest, het was een fijne dag!”, Leerkracht 6de leerjaar, Mater Dei, Brasschaat. “Zeer knappe activiteiten op niveau van onze leerlingen. Actief, wisselende werkvormen, duidelijke structuur”, Leerkracht buitengewoon onderwijs, Sint-Gregorius, Gentbrugge. “Zeer interessant en aangenaam voor de leerlingen. Ze hebben ervan genoten en heel wat over opgestoken!”, Leerkracht 1ste graad secundair, Onze-Lieve-Vrouw Presentatie, Lokeren. 2.2.1.2 De omkadering in de klas. Voorbereiding en opvolging van het bezoek aan Het Beroepenhuis Heeft u de leerlingen voorbereid op een bezoek aan Het Beroepenhuis? Ja Nee
77% 23%
Hoe heeft u de leerlingen voorbereid op een bezoek aan Het Beroepenhuis? Lesvoorbereiding van Het Beroepenhuis Materiaal van Het Beroepenhuis: www.beroepenhuis.be Materiaal van Het Beroepenhuis: Helden van elke dag Materiaal van het CLB Handboek, werkboek of methode Andere materialen (bv. zelf ontwikkeld, elders gevonden,…) Andere activiteiten (bv. doedag, bedrijfsbezoek, bezoek aan andere scholen,…)
55
51% 13% 6% 56% 12% 22% 22%
Heeft u de lesvoorbereiding van de NMBS gebruikt? Ja Nee
19% 81%
Heeft u een naverwerking voorzien van het bezoek aan Het Beroepenhuis? Ja Nee
72% 28%
Hoe gebeurt de naverwerking van het bezoek aan Het Beroepenhuis? Lesvoorbereiding van Het Beroepenhuis Materiaal van Het Beroepenhuis: www.beroepenhuis.be Materiaal van Het Beroepenhuis: Helden van elke dag Materiaal van het CLB Handboek, werkboek of methode Andere materialen (bv. zelf ontwikkeld, elders gevonden,…) Andere activiteiten (bv. doedag, bedrijfsbezoek, bezoek aan andere scholen,…)
35% 14% 11% 43% 7% 18% 28%
Het gebruikte materiaal dat hierboven nog niet aan bod kwam: - Beroepenfiches CLB - Doekoffer Andere activiteiten: - Bezoek aan secundaire scholen - Kringgesprek/Klasblog - Trajectgesprekken - Spreekbeurt over beroepen - Bezoek Technologica beurs - Muzische les rond beroepen 2.2.1.3 Evaluatie van de leerlingen 2.2.1.3.1 Vragen over het bezoek aan Het Beroepenhuis Wat hebben jullie geleerd uit het bezoek? Op bovenstaande vraag antwoordden de leerlingen dat ze beseffen dat er heel veel beroepen bestaan en dat er bij sommige beroepen veel meer bij komt kijken dan ze oorspronkelijk dachten. De leerlingen leerden eveneens de opsplitsing in sectoren maken en talenten koppelen aan de verschillende beroepen. Ze leerden ook hun persoonlijke talenten kennen en benoemen. Het bezoek bevestigde voor een aantal leerlingen hun studie- of beroepskeuze, anderen begonnen meer te twijfelen door het grote aanbod aan mogelijkheden dat ze te zien kregen. Sommige reacties geven ook aan dat de vooroordelen over mannen- en vrouwenberoepen verdwijnen na het bezoek. Tenslotte namen veel leerlingen ook onze belangrijke boodschap mee naar huis, namelijk dat je best een beroep kiest dat je graag doet en waar je talent voor hebt. Enkele uitspraken van leerlingen die dit illustreren: “Er bestaan veel jobs en voor elke job moet je wel iets speciaal kunnen”, Leerling 6de leerjaar, Gemeentelijke Basisschool Destelbergen, Destelbergen. “Nu weet ik zeker dat ik automonteur wil worden!”, Leerling OKAN-klas, Middenschool 3, Kortrijk.
56
“Je moet niet kiezen wat anderen doen maar wat je zelf graag elke dag zou willen doen”, Leerling 6de leerjaar, Leefschool Akkerwinde, Nieuwmunster. “Ik heb geleerd dat jongens goed kunnen zijn in verzorging en dat meisjes goed kunnen zijn in de bouw”, Leerling 6de leerjaar, Heilig Hartcollege, Waregem. “Er zijn verschillende beroepssectoren en heel veel beroepen die je kan uitoefenen”, Leerling 1ste graad secundair, Sint-Jorisinstituut, Bazel. Vonden jullie het bezoek boeiend, aangenaam, leuk? Ja Nee Geen mening
84% 7% 9%
Enkele uitspraken van leerlingen die dit illustreren: Ja, ik vond het bezoek boeiend, aangenaam, leuk: “Leuk dat je veel mocht doen, ik heb veel bijgeleerd!”, Leerling 6de leerjaar, Gemeentelijke Basisschool, Destelbergen. “Supertof dat we allerlei zaken mochten uitproberen en spelenderwijs verschillende beroepen konden ontdekken”, Leerling 1ste graad secundair, Technisch Instituut Berkenboom, Sint-Niklaas. “De voorstelling van de verschillende sectoren was cool!”, Leerling 6de leerjaar, Sint-Lutgardis, Zandbergen. “De inleefateliers waren superleuk!”, Leerling 6de leerjaar, Sint-Elooischool, Merelbeke. Nee, ik vond het bezoek niet boeiend, aangenaam, leuk: “De uitleg duurde te lang en ik wilde graag meer doe-opdrachten doen”, Leerling 6de leerjaar, OLVI De Kade, Boom.
57
“Er zaten geen beroepen tussen die mij interesseerden”, Leerling 6de leerjaar, Pius X, Destelbergen. “Ik had graag andere beroepenateliers uitgevoerd”, Leerling 1ste graad secundair, Provinciale Middenschool Sint-Godelieve, Deurne. Hebben jullie dankzij het bezoek aan Het Beroepenhuis kunnen ontdekken wat je goed en minder goed kan? Ja Nee Geen mening
48% 29% 23%
Enkele uitspraken van leerlingen die dit illustreren: Ja, ik heb kunnen ontdekken wat ik goed en minder goed kan: “Je ontdekt dit omdat je bepaalde vaardigheden nodig hebt bij de opdrachten”, Leerling 6de leerjaar, Don Boscoschool, Sint-Niklaas. “Ik ken al een deel van mijn talenten maar ik leerde er nieuwe bij”, Leerling 6de leerjaar, Basisschool Crombeen, Gent. “Van sommige dingen had ik verwacht dat ik het ging kunnen maar het is moeilijker dan ik dacht”, Leerling 6de leerjaar, VGB Centrum, Wevelgem. Nee, ik heb niet kunnen ontdekken wat ik goed en minder goed kan: “Ik heb wel dingen bijgeleerd maar geen nieuwe talenten ontdekt”, Leerling 5de/6de leerjaar, Methodeschool De Buurt, Gent. “Daarvoor heb ik te weinig zelf kunnen doen”, Leerling 6de leerjaar, Sint-Paulus, Sint-Denijs-Westrem. “Ik wist al op voorhand wat ik goed en minder goed kan”, Leerling 6de leerjaar, VBS Avelgem, Avelgem. Weten jullie dankzij het bezoek aan Het Beroepenhuis beter welke beroepen wel of niet bij jullie passen?
58
Ja Nee Geen mening
47% 25% 28%
Enkele uitspraken van leerlingen die dit illustreren: Ja, ik weet beter welke beroepen nu bij mij passen of niet: “Door het uit te proberen merkte je soms of iets bij je past!”, Leerling 6de leerjaar, GBS Mollem, Asse. “Ik wist daarvoor al wat ik niet leuk vond maar door het te doen weet ik het nu zeker”, Leerling 5de/6de leerjaar, BSGO De Leefschool, Oosterzele. “Omdat we beroepen konden uitproberen en zo beter weten wat we willen”, Leerling 6de leerjaar, Heilig Hartcollege, Waregem. Nee, ik weet niet beter welke beroepen nu bij mij passen of niet: “Ik wist al wat ik later wil worden”, Leerling 6de leerjaar, VGB Centrum, Wevelgem.
59
“Het is moeilijk om te weten te komen of dit beroep nu bij ons past of niet, daarvoor hebben we te weinig info en ervaring”, Leerling 6de leerjaar VBS Zevergem, Zevergem. 2.2.1.3.2 Enkele stellingen Alle beroepen zijn belangrijk en waardevol in onze samenleving. Ja Nee Geen mening
81% 7% 12%
Enkele uitspraken van leerlingen die dit illustreren: Ja, alle beroepen zijn belangrijk en waardevol in onze samenleving: “Elk beroep heeft zijn eigen functie”, Leerling 6de leerjaar, Sint-Martinusschool, Erpe. “Alle beroepen zijn nodig want anders zijn er sommige dingen niet meer mogelijk (brood, kapper,…)”, Leerling 1ste graad secundair, Provinciale Middenschool, Gent. “We zijn afhankelijk van elkaar”, Leerling 6de leerjaar, Sint-Lutgardis, Zandbergen. “Sommige mensen moeten iets doen dat ze niet leuk vinden (bv. poetsen, vuilnis ophalen), maar het is wel belangrijk”, Leerling buitengewoon onderwijs, IVIO Macarius, Gent. Nee, niet alle beroepen zijn belangrijk en waardevol in onze samenleving: “Sommige beroepen zijn niet noodzakelijk maar maken het leven gewoon aangenamer”, Leerling 6de leerjaar, Methodeschool De Buurt, Gent. “De jobs waar je veel voor moet studeren zijn toch wel belangrijkere jobs”, Leerling OKAN-klas, Technisch Instituut Berkenboom, Sint-Niklaas. “Sommige jobs zijn niet nodig, bijvoorbeeld profvoetballer of ontwerper”, Leerling 6de leerjaar, VBS Sint-Jozef, Overmere.
60
Alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door zowel mannen als vrouwen. Ja Nee Geen mening
81% 13% 6%
Enkele uitspraken van leerlingen die dit illustreren: Ja, alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door zowel mannen als vrouwen: “Iedereen mag kiezen wat hij of zij doet, iedereen heeft gelijke rechten”, Leerling 5de leerjaar, De Kleurdoos, Ledeberg. “Elk beroep kan voor zowel mannen als vrouwen als je er de juiste talenten voor hebt en de fysieke mogelijkheden”, Leerling 6de leerjaar, GBS Mollem, Asse. “Alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door mannen en vrouwen maar soms kunnen mannen het beter dan vrouwen en omgekeerd”, Leerling 1ste graad secundair, Provinciale Middenschool, Gent. “Het belangrijkste is dat je het graag doet en het goed kan”, Leerling 5de/6de leerjaar, GO! Vierhuizen, Buggenhout. Nee, niet alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door zowel mannen als vrouwen: “Sommige beroepen zijn meer geschikt voor mannen dan voor vrouwen omwille van de inhoud van het beroep”, Leerling 6de leerjaar, VBS De Pinte, de Pinte. “Zware beroepen kunnen enkel uitgevoerd worden door mannen”, Leerling OKAN-klas, Provinciale Middenschool, Gent. Jongeren die nu al talent en interesse hebben voor techniek (handig, zorgzaam, veilig, communicatief, planmatig,…), die kiezen het best voor een technische opleiding (TSO of BSO) of een technisch beroep. Ja
60%
61
Nee Geen mening
20% 20%
Enkele uitspraken van leerlingen die dit illustreren: Ja, jongeren die nu al talent hebben voor techniek, kiezen het best voor een technische opleiding of een technisch beroep: “Als je handig bent en je doet het graag moet je ervoor gaan”, Leerling 6de leerjaar, Heilig Hartcollege, Waregem. “Vroeger beginnen is beter, dus kies best zo snel mogelijk voor een technische richting”, Leerling 1ste graad secundair, Technisch Instituut Berkenboom, Sint-Niklaas. “Je moet rekening houden met je talent”, Leerling 1ste graad secundair, Burgerschool, Roeselare. Nee, jongeren die nu al talent hebben voor techniek, hoeven niet te kiezen voor een technische opleiding of een technisch beroep: “Dat hoeft niet, je kan later nog altijd deze richting kiezen”, Leerling 6de leerjaar, VGB Centrum, Wevelgem. “Mijn ouders zeggen dat ik beter eerst een algemene basisopleiding volg”, Leerling 6de leerjaar, VBS De Pinte, De Pinte. “Niet te snel kiezen, je interesse kan nog veranderen”, Leerling 6de leerjaar, Leefschool Akkerwinde, Nieuwmunster. 2.2.1.4 Conclusie De meeste leerkrachten zijn tevreden over de inleiding die bij het begin van het bezoek gegeven wordt. Slechts 2% is het ‘eerder oneens’ met de inhoud van het filmpje. Een aantal leerkrachten geeft aan dat het filmpje te snel gaat en te druk is voor sommige leerlingen, anderen vinden het filmpje dan weer te langdradig. Er wordt eveneens opgemerkt dat het vraaggesprek tijdens de inleiding nog diepgaander mag verlopen. 83% van de leerkrachten is het volledig ‘eens’ met de inhoud van de interactieve tentoonstelling.
62
Geen enkele leerkracht is het ‘oneens’. Voorgaande jaren kwam vaak de opmerking van leerkrachten uit het buitengewoon onderwijs dat er teveel leeswerk is voor hun leerlingen. Tijdens het schooljaar 2013-2014 werd hierop ingespeeld door een aangepaste methodiek uit te werken voor deze doelgroep. Er werden nieuwe kaartjes met foto’s en symbolen gemaakt waardoor de opdrachten meer visueel worden voorgesteld en de leerlingen zo makkelijker de weg naar het juiste antwoord vinden. Een overgrote meerderheid van de leerkrachten is het ook volledig ‘eens’ met de gebruikte methodiek (79%) en de begeleiding tijdens de zoektocht (80%). Een aantal keren komt toch terug dat de vele tekst moeilijk is voor bepaalde leerlingen en de juiste opdracht soms moeilijk te vinden. De beroepenateliers worden opnieuw erg positief geëvalueerd. 78% van de leerkrachten is het volledig ‘eens’ met de methodiek van de ateliers. 79% is erg tevreden over de begeleiding ervan. Sommige leerkrachten vonden de gekozen ateliers te weinig aansluiten bij de leefwereld van hun leerlingen waardoor ze geen interesse toonden. Bij een aantal ateliers vinden ze de opdrachten niet uitdagend genoeg (valt ook in de klas te organiseren) of verwachten ze nog meer doe-opdrachten. Enkele ateliers zijn volgens de leerkrachten inhoudelijk vrij zwak en reiken geen nieuwe informatie aan voor de leerlingen. Sommige beroepen worden te weinig ‘echt’ ervaren. Tijdens een aantal opdrachten is de link met concrete beroepen dan ook moeilijker te vinden voor de leerlingen. Tenslotte moeten enkele ateliers aangepast worden aan het onderwijsniveau, niet alle beroepen zijn immers mogelijk voor elke doelgroep. 77% van de leerkrachten bereidt het bezoek aan Het Beroepenhuis voor met de leerlingen. Vaak kadert dit in een ruimer project rond studie- en beroepskeuze. Het lesvoorbereidend materiaal dat door Het Beroepenhuis zelf ter beschikking wordt gesteld, werd door 51% van hen gebruikt. Er werd voor het 2de schooljaar op rij ook een NMBS-lesvoorbereiding beschikbaar gesteld. 19% van de scholen geeft aan hier gebruik van te hebben gemaakt. 72% van de bezoekende leerkrachten voorzag eveneens in een naverwerking van het bezoek. 35% gebruikte hiervoor het materiaal van Het Beroepenhuis. Over de effecten van een bezoek krijgen we volgende resultaten: 84% van de leerkrachten vindt dat er door het bezoek een horizonverruiming plaatsvindt (vorig jaar 82%) en 45% vindt dat er sprake is van een mentaliteitsverandering (vorig jaar 49%). Volgens 67% van de leerkrachten verwerven de leerlingen meer zelfkennis (vorig jaar 71%) en 24% geeft tenslotte ‘beïnvloeding van de studieen beroepskeuze’ aan als mogelijk effect (vorig jaar 31%). Met deze resultaten kunnen we opnieuw tevreden zijn over de bereikte effecten bij de leerlingen. 84% van de leerlingen antwoordt dat ze het bezoek aan Het Beroepenhuis leuk vonden. Voor de meeste leerlingen is het bezoek dus een erg positieve ervaring. 7% van de leerlingen vond het bezoek niet boeiend en 9% had hier geen mening over. Deze cijfers zijn vergelijkbaar met de resultaten van voorgaande jaren. Door de ervaringsgerichte methodiek die we tijdens het bezoek hanteren, heeft 48% van de leerlingen kunnen ontdekken wat zij goed of minder goed kunnen. 23% heeft hier geen mening over en 29% van de kinderen antwoordt negatief. Dankzij het bezoek weet ook 47% van de leerlingen welke beroepen wel of niet bij hen passen. 28% duidt aan geen mening te hebben en 25% van de leerlingen vindt niet dat ze dit beter weten na het bezoek. Uit de antwoorden die de leerlingen geven op de stellingen blijkt dat een positief effect wordt teweeggebracht ten aanzien van de thema’s die Het Beroepenhuis wil aanpakken. Zo vindt 81% van de leerlingen dat alle beroepen belangrijk en waardevol zijn in de samenleving. 12% heeft geen mening en 7% vindt dat sommige beroepen belangrijker zijn dan andere. Bij de stelling ‘alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door zowel mannen als vrouwen’ antwoordt 81% positief. 6% van de leerlingen duidt aan hier geen mening over te hebben en 13% antwoordt negatief. Tenslotte vindt 60% van de leerlingen dat jongeren die nu al talent en interesse hebben voor techniek best kiezen voor een technische opleiding of een technisch beroep. 20% duidt ‘geen mening’ aan en eveneens 20% gaat hier niet mee akkoord. Uit bovenstaande cijfers kunnen we besluiten dat de meeste leerkrachten en leerlingen nog
63
steeds erg tevreden zijn over hun bezoek aan Het Beroepenhuis. 78% van de leerkrachten is dan ook van plan om volgend schooljaar zeker terug te komen. 2.2.2 Evaluatie vernieuwde methodiek 2.2.2.1 Evaluatie van de leerkracht/begeleider 2.2.2.1.1 De inleiding aan de hand van het beroepenfilmpje Ik vond de inhoud van het filmpje (= beroepen, sectoren, uitspraken ‘waarom werken?’) goed. Eens
50%
Eerder eens
50%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Ik vond de toelichting en het vraaggesprek bij het filmpje door de beroepenhuis - begeleider goed. Eens
50%
Eerder eens
50%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Ik vond het overlopen van de 11 beroepssectoren op het bord overzichtelijk. Eens
42%
Eerder eens
50%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
8%
Ik vond het plaatsen van de foto’s bij de juiste beroepssectoren een nuttige opdracht. Eens
67%
Eerder eens
25%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
8%
Opmerkingen bij de inleiding Alle leerkrachten zijn het ‘eens’ of ‘eerder eens’ met de inhoud van het filmpje. Ook de toelichting en het vraaggesprek bij het filmpje wordt door elke leerkracht goed of eerder goed bevonden. Als opmerking komt terug dat er meer tijd in de inleiding mag gestoken worden. Het
64
benoemen en overlopen van de beroepen en sectoren gaat vrij snel en wordt snel verwarrend voor de leerlingen. Er wordt eveneens gepolst naar de mogelijkheden om nog meer te visualiseren. Alle leerkrachten zijn het er ook over eens dat het plaatsen van de juiste foto’s bij de beroepssectoren (voor klassen buitengewoon onderwijs en onthaalklassen) een nuttige oefening is tijdens de inleiding. 2.2.2.1.2 De interactieve tentoonstelling (met zoektocht) Ik vond het gebruik van symbolen op de opdrachtkaartjes nuttig. Eens
67%
Eerder eens
8%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
17%
Niet deelgenomen
8%
Ik vond de gekleurde opdrachtkaartjes handig om de sector terug te vinden. Eens
67%
Eerder eens
8%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
17%
Niet deelgenomen
8%
De foto op het opdrachtkaartje is een hulp om de juiste plaats terug te vinden. Eens
75%
Eerder eens
0%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
17%
Niet deelgenomen
8%
Ik vond de moeilijkheidsgraad van de opdrachten goed. Eens
67%
Eerder eens
25%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
8%
Ik vond de verhouding leesopdrachten versus doe-opdrachten goed. Eens
84%
65
Eerder eens
8%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
8%
Ik vond de keuze voor partnerwerk een goede beslissing. Eens
83%
Eerder eens
17%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Ik vond de gekleurde wegwijzers in de tentoonstelling handig. Eens
76%
Eerder eens
8%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
8%
Niet deelgenomen
8%
Ik vond de te ontdekken beroepen relevant. Eens
67%
Eerder eens
25%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
8%
Opmerkingen bij de interactieve tentoonstelling De meerderheid van de leerkrachten is het volledig eens met de aanpassingen die in de tentoonstelling zijn gebeurd voor hun leerlingen. Zowel het gebruik van de symbolen, de verschillende kleuren en de foto’s zijn volgens hen zeker een hulp bij de zoektocht doorheen de diverse sectoren en maken alles veel overzichtelijker. De vernieuwde kaartjes maken het voor de leerlingen zeker gemakkelijker om zelfstandig aan de slag te kunnen gaan. De competitie tussen de duo's werkt motiverend en door in duo’s te werken kunnen goede lezers ondersteuning bieden aan zwakke lezers. 2.2.2.1.3 Kringgesprek Ik vond (de gestelde vragen in) het kringgesprek interessant voor mijn leerlingen. Eens
59%
66
Eerder eens
33%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
8%
Ik vond de duur van het kringgesprek goed. Eens
67%
Eerder eens
17%
Eerder oneens
8%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
8%
Opmerkingen bij het kringgesprek De meeste leerkrachten zijn het eens met de inhoud en de duur van het kringgesprek. Voor sommige leerkrachten duurde het gesprek echter iets te lang, hun leerlingen konden zich niet blijvend concentreren. Andere leerkrachten waren dan weer erg positief over het diepgaande en persoonlijke kringgesprek. 2.2.2.1.4 De beroepenateliers Ik vond de methodiek van de beroepenateliers (een beroep zelf ervaren en de talenten nadien in een gesprek expliciet maken,…) goed. Eens
58%
Eerder eens
42%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Ik vond de begeleiding van mijn leerlingen tijdens de beroepenateliers goed. Eens
58%
Eerder eens
42%
Eerder oneens
0%
Oneens
0%
Geen mening
0%
Niet deelgenomen
0%
Ik vond de inhoud van de beroepenateliers (kennisoverdracht) goed. Om onderstaande cijfers goed te kunnen interpreteren, is het belangrijk te weten dat de leerkrachten telkens slechts 2 (van de 10) ateliers beoordelen. De ateliers kunnen derhalve moeilijk onderling vergeleken worden. Het aantal scholen (12) die de vragenlijst met de vernieuwde methodiek invulde
67
is ook te beperkt om uit onderstaande gegevens conclusies te kunnen trekken.
Bouw
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
100% 0% 0% 0% 0%
Chemie en Eens kunststoffen Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
100% 0% 0% 0% 0%
Grafische industrie
100% 0% 0% 0% 0%
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
Haven en Eens binnenvaart Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
50% 50% 0% 0% 0%
Horeca
100% 0% 0% 0% 0%
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
Kapper en Eens schoonheids- Eerder eens specialist Eerder oneens Oneens Geen mening
50% 38% 12% 0% 0%
Social profit
57% 29% 14% 0% 0%
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
Transport en Eens logistiek Eerder eens Eerder oneens Oneens Geen mening
100% 0% 0% 0% 0%
Voedingsindustrie
100% 0% 0% 0%
Eens Eerder eens Eerder oneens Oneens
68
Geen mening
0%
Metaal en Niet uitgevoerd met de groepen die het vernieuwde technologie evaluatieformulier invulden Opmerkingen bij de methodiek en begeleiding van de beroepenateliers Alle leerkrachten zijn het ‘eens’ of ‘eerder eens’ met de methodiek en de begeleiding van de beroepenateliers. De beroepenateliers zelf worden erg positief beoordeeld maar kunnen soms nog beter aansluiten bij de mogelijke studierichtingen van de leerlingen. Nu gaat hun interesse wat verloren bij ateliers waar ze weinig voeling mee hebben. Volgens de leerkrachten wordt wel goed ingespeeld op het niveau van de leerlingen. Voldoende structuur en laagdrempelig taalgebruik blijven echter noodzakelijk. 2.2.2.1.5 Effecten van een bezoek aan Het Beroepenhuis Wat zijn volgens u de effecten van een bezoek aan Het Beroepenhuis in het kader van studieen beroepskeuze? Verruiming van de kennis over de wereld van arbeid en beroepen in het algemeen (‘waarom werken’, bestaan van bedrijfssectoren,…) Bijdrage aan mentaliteitswijziging ten aanzien van praktisch uitvoerende en technische beroepen Bijdrage aan het verwerven van zelfkennis van de leerlingen wat betreft eigen talenten en interesses (zelfconceptverheldering) Beïnvloeding van beroeps- of studiekeuze
75% 17% 67% 17%
Toelichting bij de effecten Volgens de leerkrachten weten hun leerlingen na het bezoek beter welke beroepen er bestaan. Door de evaluatiegesprekken staan ze ook meer stil bij hun talenten. Leerlingen beseffen dat ze zelf de keuze moeten maken en zich niet mogen laten beïnvloeden door bijvoorbeeld hun ouders. Ook hun beeld ten opzichte van het beroepsonderwijs kan volgens de leerkrachten veranderen na het bezoek. 1 leerkracht merkt bijvoorbeeld op dat de leerlingen aangenaam verrast waren door het beroep "magazijnier". Ze wisten niet dat er zoveel talenten aan te pas zouden komen. Ook de indeling van de beroepen in sectoren was voor de meesten nieuw. De vele doe-opdrachten en de workshops maken het voor de leerlingen veel aanschouwelijker om beroepen te leren kennen dan op school. Dit vinden leerkrachten een absolute meerwaarde. Enkele uitspraken van leerkrachten die dit illustreren: “De tentoonstelling was zeer uitgebreid en interessant, jammer dat er bij de ateliers maar tijd was om slechts 2 beroepen uit te oefenen”, Leerkracht OKAN-klas, Leonardo Lyceum/SITO 7, Antwerpen. “Veel van mijn leerlingen denken dat alles makkelijk gaat tot ze het in de praktijk kunnen uitproberen (of omgekeerd). Er zijn heel wat talenten ontdekt!!”, Leerkracht OKAN-klas, Koninklijk Atheneum, Antwerpen. Denkt u Het Beroepenhuis volgend schooljaar terug te bezoeken? Ja Nee
100% 0%
69
Wat zijn de redenen om Het Beroepenhuis volgend jaar al dan niet te bezoeken? Alle leerkrachten willen volgend jaar graag opnieuw een bezoek plannen aan Het Beroepenhuis. Voor hun leerlingen is het een leuke manier om kennis te maken met heel wat verschillende beroepen en een beter zicht te krijgen op hun mogelijke studiekeuze. Het bezoek is eveneens een erg interessante ervaring voor leerlingen die naar het BSO of TSO gaan. Enkele uitspraken van leerkrachten die dit illustreren: “Zeker de moeite waard. Leuk dat de leerlingen zoveel mochten doen!”, Leerkracht buitengewoon onderwijs, De Klimrank, Poperinge. “Het was wederom een zeer positieve ervaring!”, Leerkracht buitengewoon onderwijs, BLO Den Anker, Mechelen. “Het was een zeer leuke en boeiende ervaring. Hopelijk tot volgend jaar!”, Leerkracht OKAN-klas, Leonardo Lyceum/SITO 7, Antwerpen. 2.2.2.2 De omkadering in de klas. Voorbereiding en opvolging van het bezoek aan Het Beroepenhuis Heeft u de leerlingen voorbereid op een bezoek aan Het Beroepenhuis? Ja Nee
58% 42%
Hoe heeft u de leerlingen voorbereid op een bezoek aan Het Beroepenhuis? Lesvoorbereiding van Het Beroepenhuis Materiaal van Het Beroepenhuis: www.beroepenhuis.be Materiaal van Het Beroepenhuis: Helden van elke dag Materiaal van het CLB Handboek, werkboek of methode Andere materialen/activiteiten (bv. zelf ontwikkeld, bedrijfsbezoek, bezoek aan andere scholen,…)
57% 29% 14% 57% 29% 57%
Heeft u de lesvoorbereiding van de NMBS gebruikt? Ja Nee
8% 92%
Heeft u een naverwerking voorzien van het bezoek aan Het Beroepenhuis? Ja Nee Hoe gebeurt de naverwerking van het bezoek aan Het Beroepenhuis? Lesvoorbereiding van Het Beroepenhuis Materiaal van Het Beroepenhuis: www.beroepenhuis.be Materiaal van Het Beroepenhuis: Helden van elke dag Materiaal van het CLB Handboek, werkboek of methode Andere materialen/activiteiten (bv. zelf ontwikkeld,
70
50% 50%
50% 50% 17% 33% 17% 33%
bedrijfsbezoek, bezoek aan andere scholen,…)
Andere activiteiten die hierboven nog niet aan bod kwamen: - Bezoek aan verschillende beroepen (houtbewerking, ijzersmid) - Leergesprek - De schoolbrug (workshops met ouders en leerlingen samen in de klas) 2.2.2.3 Evaluatie van de leerlingen 2.2.2.3.1 De inleiding Ik kon makkelijk enkele beroepen en enkele zinnetjes opsommen uit het filmpje. Ja Nee Geen mening
65% 23% 12%
Ik kon makkelijk de foto’s van beroepen bij de juiste sector plaatsen. Ja Nee Geen mening
81% 8% 11%
2.2.2.3.2 De interactieve tentoonstelling Ik begreep de pictogrammen op de opdrachtkaartjes goed. Ja Nee Geen mening
70% 15% 15%
Door de gekleurde opdrachtkaartjes vond ik de sector makkelijk terug. Ja Nee Geen mening
74% 19% 7%
De foto’s hielpen mij om makkelijk de juiste opdracht te vinden. Ja Nee Geen mening
57% 20% 23%
Ik vond de woorden in de opdrachten makkelijk om te lezen. Ja Nee Geen mening
82% 10% 8%
Ik vond het leuk om per 2 te werken. Ja Nee Geen mening
89% 9% 2%
71
Ik heb de gekleurde pijlen in de tentoonstelling gevolgd om mijn weg te vinden. Ja Nee Geen mening
57% 40% 3%
Ik doe graag leesopdrachten én doe-opdrachten. Ja Nee Geen mening
47% 42% 11%
2.2.2.3.3 Het kringgesprek Ik kon makkelijk antwoorden op de vragen in het kringgesprek. Ja Nee Geen mening
73% 18% 9%
Ik vond dat het kringgesprek lang genoeg duurde. Ja Nee Geen mening
75% 21% 4%
2.2.2.4 Conclusie Alle leerkrachten zijn het ‘eens’ of ‘eerder eens’ met de inhoud van het filmpje tijdens de inleiding. Ook de toelichting en het vraaggesprek bij het filmpje wordt door elke leerkracht goed of eerder goed bevonden. Voor sommigen gaat het filmpje nog iets te snel en mag er nog meer gevisualiseerd worden. De meerderheid van de leerkrachten is het eveneens volledig ‘eens’ met de aanpassingen die in de interactieve tentoonstelling zijn gebeurd voor hun leerlingen. De vernieuwde methodiek maakt het voor hun leerlingen gemakkelijker om zelfstandig de zoektocht uit te voeren. De meeste leerkrachten zijn het ‘eens’ met de inhoud en de duur van het kringgesprek. Voor sommige leerkrachten duurde het gesprek echter iets te lang, waardoor de concentratie bij de leerlingen verdween. Alle leerkrachten zijn het ‘eens’ of ‘eerder eens’ met de methodiek en de begeleiding van de beroepenateliers. Als tip wordt wel meegegeven om de ateliers nog beter te laten aansluiten bij de interesses en mogelijkheden van de leerlingen. Wat de effecten van een bezoek betreft, wordt horizonverruiming door 75% van de leerkrachten aangegeven. 17% vindt dat er sprake is van een mentaliteitsverandering en volgens 67% van de leerkrachten verwerven de leerlingen meer zelfkennis. Tenslotte vindt 17% dat er een beïnvloeding van de studie- en beroepskeuze kan gebeuren naar aanleiding van het bezoek. 58% van de leerkrachten heeft het bezoek aan Het Beroepenhuis voorbereid met de leerlingen. 57% gebruikte hiervoor het materiaal dat Het Beroepenhuis zelf ter beschikking stelt. 8% maakte gebruik van de NMBS-lesvoorbereiding. Na het bezoek voorzag 50% van de leerkrachten in een naverwerking, 50% gebruikte hiervoor het materiaal van Het Beroepenhuis.
72
Bovenstaande cijfers zijn het resultaat van de evaluaties over de vernieuwde methodiek. Deze cijfers zijn echter moeilijk te veralgemenen aangezien slechts 12 scholen deze evaluatie hebben uitgevoerd. Volgend schooljaar wordt dit verder bevraagd om meer representatieve resultaten te kunnen geven over de aangepaste werking. Over de vernieuwde aanpak kan tenslotte wel besloten worden dat deze voor klassen uit het buitengewoon onderwijs en klassen met anderstalige nieuwkomers zeker een meerwaarde geeft aan het bezoek. Door de aangepaste kaartjes in de interactieve tentoonstelling vinden de leerlingen gemakkelijker hun weg en kunnen ze zo zelfstandiger de opdrachten uitvoeren. De meeste leerlingen geven aan dat de visuele aanpassingen (pijlen, foto’s, kleuren,…) hen duidelijk helpen bij hun zoektocht in de tentoonstelling. Ook wat de beroepenateliers betreft, wordt nog steeds rekening gehouden met deze doelgroepen en hun mogelijkheden. Alle leerkrachten geven in bovenstaande evaluatie dan ook aan volgend jaar graag opnieuw een bezoek te plannen aan Het Beroepenhuis. 2.3 Resultaten. Voor en na onderzoek “Je kiest best een opleiding waar je goed in bent en wat je graag doet”, Leerling 6de leerjaar, Basisschool De Tuimelaar, De Panne. Sinds het schooljaar 2010-2011 wordt onderzocht wat de effecten zijn van een bezoek aan Het Beroepenhuis. De voorbije schooljaren werden het onderzoek en de vragenlijsten - initieel opgestart door Nele Van den Bulcke, toenmalig studente Pedagogische Wetenschappen aan de Universiteit Gent - geëvalueerd en aangepast. Ook in het schooljaar 2013-2014 werden leerkrachten aangespoord deel te nemen aan het onderzoek om de effecten van een bezoek na te gaan en te controleren of de doelstellingen van Het Beroepenhuis bereikt worden. Het onderzoek bestaat uit 2 delen, een voor- en na- vragenlijst. Aan de hand van enkele vragen en stellingen wordt er onderzocht of de mening van de leerlingen verandert na een bezoek aan Het Beroepenhuis. Van de 351 scholengroepen die Het Beroepenhuis dit schooljaar bezochten, werden er 62 vragenlijsten ontvangen. Dit is een responsgraad van 18%. Hiervan hebben 32 scholen enkel de vragenlijst vóór het bezoek ingevuld, 15 scholen hebben enkel de vragenlijst na het bezoek ingevuld en 15 scholen hebben zowel de vragenlijst voor als na het bezoek ingevuld. Aangezien wij enkel conclusies kunnen trekken uit de gegevens van de scholen die beide vragenlijsten hebben ingevuld, bedraagt de responsgraad dus slechts 4%. 2.3.1. Scholen die beide vragenlijsten hebben ingevuld 2.3.1.1. Vragen Weet je al welke studierichting je wil volgen? Voor 44% 13% 43%
Ja Nee Ik twijfel
73
Na 55% 17% 28%
Verschil +11% +4% -15%
Van de leerlingen die al zeker weten welke studierichting ze zullen volgen, hoeveel denken er ASO, TSO, BSO, KSO? Voor 67% 24% 9% 0%
ASO TSO BSO KSO
Na 63% 29% 7% 1%
Verschil -4% +5% -2% +1%
Opmerkingen Voor het bezoek weet 44% van de leerlingen welke studierichting zij willen volgen. 67% van deze leerlingen kiest voor ASO, 24% voor TSO en 9% voor BSO. 13% van de leerlingen weet voor het bezoek nog niet welke studierichting te kiezen. Na het bezoek is er een stijging van 11% in het aantal leerlingen dat weet voor welke studierichting zij zullen kiezen (55% van de leerlingen). 17% van de leerlingen weet dit na het bezoek nog steeds niet. De leerlingen die twijfelen over deze keuze dalen met 15% (van 43% naar 28%). Bij de verschillende onderwijsvormen zien we na het bezoek een lichte daling bij de keuze voor ASO (van 67% naar 63%), een stijging van 5% bij de leerlingen die kiezen voor TSO (van 24% naar
74
29%), een daling van 2% bij de leerlingen die BSO willen volgen (van 9% naar 7%) en tenslotte een stijging van 1% bij de leerlingen die kiezen voor KSO (van 0% naar 1%). Leerlingen weten door hun punten en hun talenten welke richting het best bij hen past. Uit hun antwoorden kunnen we opmaken dat een studierichting vaak ook wordt gekozen op basis van de interesses van de leerlingen, de keuze voor hun later beroep of het feit of ze de richting zullen aankunnen. De keuze voor TSO of BSO hangt ook vaak samen met het al dan niet graag bezig zijn met techniek/handenarbeid. Weet je van jezelf wat je goed en minder goed kan? Voor 65% 10% 25%
Ja Nee Geen mening
Na 68% 17% 15%
Verschil +3% +7% -10%
Opmerkingen Voor het bezoek weet 65% van de leerlingen van zichzelf wat ze goed en minder goed kunnen. Na het bezoek is dit 68% geworden, een stijging van 3%. De leerlingen geven bij de antwoorden vaak verschillende schoolvakken aan waar ze goed of minder goed in zijn en verwijzen naar de resultaten op hun rapport. Dingen die ze graag doen (hobby’s, lievelingsvakken,…) worden in de antwoorden vaak ook vermeld als de dingen waar ze goed in zijn. Het aantal leerlingen dat niet weet waar ze goed of minder goed in zijn, stijgt na het bezoek van 10% naar 17%. Sommige leerlingen vinden het moeilijk om in te schatten wat ze goed kunnen en om dit te verwoorden. Weet je welke beroepen wel of niet bij jou passen? Voor 51% 22% 27%
Ja Nee Geen mening
75
Na 65% 11% 24%
Verschil +14% -11% -3%
Opmerkingen 51% van de leerlingen weet voor het bezoek aan Het Beroepenhuis welke beroepen bij hen passen. 22% van de leerlingen heeft hier nog geen idee over en 27% heeft geen mening over deze uitspraak. Veel leerlingen geven aan dat het niet eenvoudig is om een antwoord op deze vraag te formuleren. Er is teveel keuze en ze vinden het moeilijk om nu al concrete beroepen te kiezen. Na het bezoek stijgt het aantal leerlingen dat weet welke beroepen bij hen passen met 14% (van 51% naar 65%). Een leerling geeft expliciet aan dat door het bezoek aan Het Beroepenhuis hij/zij heeft gemerkt dat technische beroepen echt iets voor hem/haar zijn. Het aantal jongeren dat negatief antwoordt, daalt na het bezoek met 11% (van 22% naar 11%). Bij de leerlingen die geen mening hebben, is er een lichte daling van 27% naar 24%. Hieruit zouden we kunnen afleiden dat een bezoek aan Het Beroepenhuis leerlingen de mogelijkheid biedt na te denken over welke beroepen wel of niet bij hen passen. 2.3.1.2. Enkele stellingen Technische beroepen zijn makkelijker dan andere beroepen. Voor 6% 67% 27%
Ja Nee Geen mening
76
Na 4% 81% 15%
Verschil -2% +14% -12%
90% 80% 70% 60% 50%
Voor
40%
Na
30% 20% 10% 0% Ja
Nee
Geen mening
Opmerkingen Voor het bezoek gaat 6% van de leerlingen akkoord met de stelling dat technische beroepen makkelijker zijn dan andere beroepen. 67% van de leerlingen gaat niet akkoord met bovenstaande stelling. Zij vinden dat je voor alle beroepen specifieke vakkennis nodig hebt en sommige technische beroepen zelfs moeilijker zijn. Het hangt ook af van je persoonlijke interesses en talenten. 27% van de leerlingen heeft geen mening over deze stelling. Na het bezoek daalt het aantal leerlingen dat akkoord gaat met deze stelling met 2% (van 6% naar 4%). Het aantal jongeren dat niet akkoord gaat, stijgt met 14% (van 67% naar 81%). Sommige leerlingen geven toe dat ze voor het bezoek een verkeerd beeld hadden van technische beroepen. Het aantal leerlingen zonder mening daalt met 12% (van 27% naar 15%). De stijging van het aantal leerlingen dat niet akkoord gaat met de stelling is mogelijks beïnvloed door de activiteiten in Het Beroepenhuis. De leerlingen ervaren dat ook voor technische beroepen verschillende talenten noodzakelijk zijn (nauwkeurigheid, ruimtelijk inzicht, geduld,…). ASO, BSO, KSO en TSO zijn allemaal evenwaardig. Voor 41% 35% 24% 0%
Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
77
Na 60% 13% 20% 7%
Verschil +19% -22% -4% +7%
Opmerkingen Voor hun bezoek aan Het Beroepenhuis, vindt 41% van de leerlingen dat alle onderwijsvormen evenwaardig zijn. Zij geven wel aan dat elke studierichting verschilt. Sommigen zijn beter met hun handen, anderen met hun hoofd, maar iedereen heeft zijn eigen talenten. Alle beroepen zijn nodig en voor elk beroep moet je studeren. 35% van de leerlingen gaat niet akkoord met deze stelling. Zij vinden ASO moeilijker dan TSO of BSO en daarom beter. Mensen met een TSO-diploma hebben minderwaardig werk, denken ze. Na het bezoek zien we een sterke stijging van 19% bij het aantal leerlingen dat akkoord gaat met deze stelling (van 41% naar 60%). Dit kan te wijten zijn aan de focus die tijdens het bezoek gelegd wordt op de gelijkwaardigheid van alle onderwijsvormen. De leerlingen vinden dat elke richting dezelfde kwaliteit biedt, enkel de aanpak is anders. De leerlingen die na het bezoek niet akkoord gaan met deze stelling dalen van 35% naar 13%. Zij vinden ASO moeilijker dan andere richtingen omdat je er veel meer moet studeren. Het aantal leerlingen dat geen mening heeft over deze stelling daalt na het bezoek met 4% (van 24% naar 20%). Zij hebben nog geen zicht op de verschillende richtingen en bijhorende beroepen. Hoe meer verschillende beroepen je leert kennen, hoe beter je uiteindelijk een beroep zal kunnen kiezen dat bij jou past. Voor 85% 4% 11%
Ja Nee Geen mening
78
Na 77% 9% 14%
Verschil -8% +5% +3%
Opmerkingen Voor het bezoek aan Het Beroepenhuis gaat 85% van de leerlingen akkoord met bovenstaande stelling. Zij vinden dat je door veel verschillende beroepen te proberen, je beter kan kiezen welk beroep bij je past. 4% van de leerlingen vindt dat deze stelling niet klopt. Hoe meer beroepen je leert kennen, hoe moeilijker het wordt om te kiezen volgens hen. Na het bezoek is er een daling van 8% in het aantal leerlingen dat akkoord gaat (en hiermee gepaard een stijging van 5% bij de leerlingen die niet akkoord gaan). Door de verscheidenheid aan beroepen die ze tijdens het bezoek aan Het Beroepenhuis leren kennen, kan het zijn dat er meer twijfel ontstaat. ‘Hoe meer beroepen je leert kennen, hoe meer je gaat twijfelen’ komt dan ook vaak terug in de antwoorden van de leerlingen. Toch gaat nog steeds 77% van de leerlingen akkoord. Een leerling merkt op dat het bezoek verhelderend was en er interesse is gegroeid in iets wat hij/zij vooraf nog niet kende. Alle beroepen zijn belangrijk en waardevol in onze samenleving. Voor 93% 2% 5%
Ja Nee Geen mening
79
Na 91% 5% 4%
Verschil -2% +3% -1%
Opmerkingen Voor het bezoek vindt 93% van de leerlingen dat alle beroepen even belangrijk en waardevol zijn in de samenleving. Na het bezoek is dit 91%, een daling van 2%. De leerlingen vinden dat alle jobs elkaar nodig hebben en dat elk beroep zijn steentje bijdraagt tot de samenleving. De leerlingen die niet akkoord gaan met de stelling (2% voor en 5% na het bezoek) geven aan dat sommige beroepen niet nuttig zijn (bv. topsporter, fotograaf). Na het bezoek daalt het aantal leerlingen zonder mening van 5% naar 4%. Alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door zowel mannen als vrouwen. Voor 63% 12% 25%
Ja Nee Geen mening
Na 81% 7% 12%
Verschil +18% -5% -13%
Opmerkingen Na het bezoek vindt een opvallende stijging plaats van 18% bij de leerlingen die vinden dat alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door zowel mannen als vrouwen (van 63% naar 81%). Er
80
is ook een daling van 5% bij de leerlingen die vinden dat dit niet zo is (van 12% naar 7%). Deze resultaten zijn mogelijks een gevolg van de klemtoon die tijdens het bezoek gelegd wordt op genderneutraliteit. Tijdens de activiteiten wordt herhaaldelijk benadrukt dat iedereen een eigen keuze mag maken en dat het daarbij niet uitmaakt of je een man of een vrouw bent. Leerlingen vinden dat je een beroep moet uitoefenen waar je je goed bij voelt en aanleg voor hebt en dat iedereen vrij is om een eigen job te kiezen. Toch komt in de antwoorden nog vaak terug dat sommige beroepen beter passen voor mannen, andere voor vrouwen (fysiek zware jobs beter voor mannen, kinderzorg beter voor vrouwen). 1 keer wordt ook opgemerkt door een leerling dat mannen meer zouden verdienen dan vrouwen. Beroepen waarbij je ook veel met je handen moet werken, daar verdien je vaak veel geld mee. Voor 27% 31% 42%
Ja Nee Geen mening
Na 37% 19% 44%
Verschil +10% -12% +2%
Opmerkingen 27% van de leerlingen gaat voor het bezoek akkoord met de stelling ‘Beroepen waarbij je ook veel met je handen moet werken, daar verdien je vaak veel geld mee’. Zij geven aan dat handenarbeid zwaarder werk is en vaak een groter risico inhoudt dus dat je er daarom meer mee verdient. Deze jobs worden ook door weinig mensen gedaan, vandaar het betere loon. Toch wordt ook aangegeven dat dit afhankelijk is van beroep tot beroep. Na het bezoek stijgt dit percentage nog met 10% (37%). Het aantal leerlingen dat niet akkoord gaat met deze stelling, daalt na het bezoek met 12% (van 31% naar 19%). Tijdens een bezoek aan Het Beroepenhuis wordt benadrukt dat je met technische beroepen ook hele straffe dingen kan verwezenlijken en goed betaald wordt. Dit kan een verklaring zijn voor dit dalend percentage. De leerlingen die niet akkoord gaan denken dat je meer kan verdienen als je langer studeert. ‘Denkberoepen’ worden volgens hen beter betaald (bv. dokters en advocaten verdienen beter dan kassierss en poetspersoneel).
81
Als je kiest voor een technische opleiding en een technisch beroep, dan heb je veel kans om na het afstuderen sneller werk te vinden dan in andere beroepen. Voor 36% 14% 43% 7%
Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
Na 45% 15% 40% 0%
Verschil +9% +1% -3% -7%
Opmerkingen Voor het bezoek denkt 36% van de leerlingen dat als je kiest voor een technische opleiding en een technisch beroep, je veel kans maakt om na het afstuderen sneller werk te vinden dan in andere beroepen. De argumenten zijn dat technische beroepen meer nodig zijn op de arbeidsmarkt en er dus meer werkgelegenheid is in deze jobs. Daarnaast is een technische opleiding specifieker waardoor je makkelijker werk vindt. Na het bezoek is er een stijging van 36% naar 45% bij de leerlingen die hier zo over denken. De kinderen die het hier niet mee eens zijn (14% voor en 15% na het bezoek) denken dat je met een ASO-diploma sneller werk vindt en dat het ook afhankelijk is van beroep tot beroep hoe snel je kan starten. Tenslotte heeft 40% geen mening over deze stelling na het bezoek. Dit is een daling van 3%. Jongeren die nu al talent en interesse hebben voor techniek en graag met techniek bezig zijn, die kiezen het best voor een technische opleiding of een technisch beroep. Voor 62% 9% 22% 7%
Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
82
Na 71% 10% 19% 0%
Verschil +9% +1% -3% -7%
Opmerkingen Na het bezoek is er een stijging van 9% (van 62% naar 71%) bij de leerlingen die vinden dat je best voor een technische opleiding of technisch beroep kiest als je nu al talent en interesse hebt voor techniek. Zo heb je zeker een job die je graag doet en waar je goed in bent. Als je er talent voor hebt, moet je voor zo’n opleiding of job gaan. Het aantal leerlingen dat niet akkoord gaat met deze stelling blijft zowel voor als na het bezoek ongeveer gelijk (9% voor en 10% na). Zij vinden dat er nog veel andere mogelijkheden zijn en dat je de interesse in techniek ook gewoon in je hobby kan gebruiken. De leerlingen zonder mening (22% voor en 19% na het bezoek) geven aan nog te weinig geïnformeerd te zijn of vonden de vraag te moeilijk. 2.3.1.3. Conclusie Slechts 15 van de 351 scholen hebben de beide vragenlijsten volledig ingevuld. Aangezien enkel de gegevens van deze scholen bruikbaar zijn voor het onderzoek, kunnen de resultaten niet veralgemeend worden naar alle bezoekende scholen van Het Beroepenhuis. Uit bovenstaande resultaten kunnen toch een aantal conclusies getrokken worden. Zo blijkt dat 11% meer leerlingen na het bezoek zeker weten wat ze willen studeren (van 44% naar 55%). Als we de verschillende onderwijsvormen bekijken dan vindt de stijging het sterkst plaats bij TSO. Het aantal leerlingen dat kiest voor TSO stijgt met 5% na het bezoek (van 24% naar 29%). 65% van de leerlingen weet na het bezoek ook beter welke beroepen bij hen passen (van 51% naar 65%). Bij de stelling ‘Technische beroepen zijn makkelijker dan andere beroepen’ is er een stijging van de leerlingen die hier niet mee akkoord gaan (van 67% voor het bezoek tot 81% na het bezoek). Slechts 4% van de leerlingen gaan na het bezoek akkoord met deze stelling. De stelling ‘ASO, BSO, KSO en TSO zijn allemaal evenwaardig’ vertoont een sterke stijging bij de leerlingen die akkoord gaan. 41% is voor het bezoek akkoord, na het bezoek wordt dit 60%. 81% van de leerlingen vindt eveneens dat alle jobs zowel door mannen als door vrouwen uitgevoerd kunnen worden. Dit is een stijging met 18% in vergelijking met het aantal leerlingen voor het bezoek. Bij de stelling ‘Beroepen waarbij je ook veel met je handen moet werken, daar verdien je vaak veel geld mee’ vindt na het bezoek een stijging plaats van 10% bij de leerlingen die hier mee
83
akkoord gaan. De leerlingen die niet akkoord zijn dalen van 31% naar 19%. Bij een aantal vragen en stellingen blijven de resultaten voor en na het bezoek ongeveer gelijk. Zo weet 65% van de leerlingen voor het bezoek van zichzelf wat hij/zij goed en minder goed kan. Na het bezoek is dit licht gestegen tot 68%. Bijna alle leerlingen gaan akkoord met de stelling dat alle jobs belangrijk zijn in de samenleving. 93% van de leerlingen vindt dit voor het bezoek, na het bezoek wordt dit 91%. Tenslotte is er bij de stelling ‘Als je kiest voor een technische opleiding en een technisch beroep, dan heb je veel kans om na het afstuderen sneller werk te vinden dan in andere beroepen’ een stijging van 36% naar 45% bij de leerlingen die akkoord gaan. Bij de stelling ‘Jongeren die nu al talent en interesse hebben voor techniek en graag met techniek bezig zijn, die kiezen het best voor een technische opleiding of een technisch beroep‘ is er eveneens na het bezoek een stijging merkbaar van 62% naar 71%. Enkel de stelling ‘Hoe meer verschillende beroepen je leert kennen, hoe beter je uiteindelijk een beroep zal kunnen kiezen dat bij jou past’ vertoont een groter negatief resultaat. Voor het bezoek gaat 85% van de leerlingen hiermee akkoord. Na het bezoek daalt dit aantal tot 77%. Uit de argumenten van de leerlingen blijkt dat meer keuze tussen verschillende beroepen het kiezen moeilijker maakt en dat ze door een teveel aan informatie meer beginnen twijfelen. In het algemeen blijkt uit bovenstaande resultaten dat de leerlingen na een bezoek aan Het Beroepenhuis hun mening over verschillende thema’s rond studie- en beroepskeuze veranderen. Er blijkt een positief effect te zijn op hoe leerlingen denken over technische studierichtingen en beroepen. 2.3.2. Scholen die de vragenlijst voor het bezoek hebben ingevuld 32 van de 351 scholen die een bezoek brachten, hebben enkel de vragenlijst voor het bezoek ingevuld. In wat volgt geven we de resultaten mee van deze scholen. Hieruit kunnen geen conclusies getrokken worden maar ze leren ons wel iets over de beeldvorming die leerlingen hebben over de thema’s die Het Beroepenhuis onder de aandacht wil brengen. 2.3.2.1. Vragen Wie weet al welke studierichting hij/zij wil volgen? Ja Nee Geen mening
49% 15% 36%
Van de leerlingen die al zeker weten welke studierichting ze zullen volgen, hoeveel denken er ASO, TSO, BSO, KSO? ASO TSO BSO KSO Onvolledig ingevuld
48% 25% 12% 2% 13%
Weet je van jezelf wat je goed en minder goed kan? Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
61% 9% 22% 8%
84
Weet je welke beroepen wel of niet bij jou passen? Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
48% 16% 28% 8%
2.3.2.2. Enkele stellingen Technische beroepen zijn makkelijker dan andere beroepen. Ja Nee Geen mening
8% 67% 25%
ASO, BSO, KSO en TSO zijn allemaal evenwaardig. Ja Nee Geen mening
38% 37% 25%
Hoe meer verschillende beroepen je leert kennen, hoe beter je uiteindelijk een beroep zal kunnen kiezen dat bij jou past. Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
81% 4% 8% 7%
Alle beroepen zijn belangrijk en waardevol in onze samenleving Ja Nee Geen mening
84% 4% 12%
Alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door zowel mannen als vrouwen. Ja Nee Geen mening
80% 10% 10%
Beroepen waarbij je ook veel met je handen moet werken, daar verdien je vaak veel geld mee. Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
26% 23% 44% 7%
Als je kiest voor een technische opleiding en een technisch beroep, dan heb je veel kans om na het afstuderen sneller werk te vinden dan in andere beroepen. Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
26% 22% 51% 1%
85
Jongeren die nu al talent en interesse hebben voor techniek en graag met techniek bezig zijn, die kiezen het best voor een technische opleiding of een technisch beroep. Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
71% 7% 21% 1%
2.3.3. Scholen die de vragenlijst na het bezoek hebben ingevuld 15 van de 351 schoolgroepen die Het Beroepenhuis bezochten vulden enkel de vragenlijst na het bezoek in. Uit deze gegevens kunnen eveneens geen conclusies getrokken worden omdat de resultaten vooraf niet gekend zijn. Ze geven opnieuw wel een idee over hoe leerlingen denken over verschillende thema’s in verband met studie- en beroepskeuze. 2.3.3.1. Vragen Wie weet al welke studierichting hij/zij wil volgen? Ja Nee Geen mening
61% 8% 31%
Van de leerlingen die al zeker weten welke studierichting ze zullen volgen, hoeveel denken er ASO, TSO, BSO, KSO? ASO TSO BSO KSO BuSO
42% 24% 22% 0% 12%
Vond je het bezoek boeiend, aangenaam, leuk? Ja Nee Geen mening
75% 13% 12%
Weet je van jezelf wat je goed en minder goed kan? Ja Nee Geen mening
70% 13% 17%
Weet je welke beroepen wel of niet bij jou passen? Ja Nee Geen mening
69% 12% 19%
86
2.3.3.2. Enkele stellingen Technische beroepen zijn makkelijker dan andere beroepen. Ja Nee Geen mening
17% 57% 26%
ASO, BSO, KSO en TSO zijn allemaal evenwaardig. Ja Nee Geen mening
32% 38% 30%
Hoe meer verschillende beroepen je leert kennen, hoe beter je uiteindelijk een beroep zal kunnen kiezen dat bij jou past. Ja Nee Geen mening
77% 15% 8%
Alle beroepen zijn belangrijk en waardevol in onze samenleving. Ja Nee Geen mening
74% 18% 8%
Alle beroepen kunnen uitgevoerd worden door zowel mannen als vrouwen. Ja Nee Geen mening
69% 23% 8%
Beroepen waarbij je ook veel met je handen moet werken, daar verdien je vaak veel geld mee. Ja Nee Geen mening
31% 32% 37%
Als je kiest voor een technische opleiding en een technisch beroep, dan heb je veel kans om na het afstuderen sneller werk te vinden dan in andere beroepen. Ja Nee Geen mening
43% 10% 47%
Jongeren die nu al talent en interesse hebben voor techniek en graag met techniek bezig zijn, die kiezen het best voor een technische opleiding of een technisch beroep. Ja Nee Geen mening Niet deelgenomen
71% 4% 19% 6%
87
3. Projecten 3.1 Project - Materialenbeurs “Ik was zeker gecharmeerd door het themaatje van 'STEM': boeiend als thema, brengt een aantal interessante mensen samen en stimuleert netwerking heel sterk”, Peter Hantson, docent techniek, ArteveldeHogeschool Gent. Op 13 november 2013 vond de studiedag met materialenbeurs voor het schooljaar 2013-2014 plaats in Het Beroepenhuis. Het programma van deze 8ste editie zag er als volgt uit: 13u tot 17u: Beurs met lesmaterialen over beroeps – en studiekeuze Vrij bezoek aan de interactieve tentoonstelling Koffiebar 13u00 tot 13u30: Sessie over STEM (Sciences, Technology, Engineering, Mathematics) 13u30 tot 14u15: Rondleiding en kennismaking met de tentoonstelling, beroepenateliers en de projecten van Het Beroepenhuis vzw 14u30 tot 15u15: Good practices: Workshop met voorbeelden van goede klaspraktijken over de thema’s beroeps- en studiekeuze en talentverkenning 14u30 tot 15u15: Rondleiding en kennismaking met de tentoonstelling, beroepenateliers en de projecten van Het Beroepenhuis vzw 15u30 tot 16u15: Good practices: Workshop met voorbeelden van goede klaspraktijken over de thema’s beroeps- en studiekeuze en talentverkenning
Er waren 153 mensen aanwezig. Daarmee hebben we ongeveer evenveel mensen bereikt als vorig jaar (vorig jaar 159 aanwezigen). Van de 153 aanwezigen waren er 21 leerkrachten, 82 studenten uit lerarenopleidingen, 7 docenten van lerarenopleidingen, 33 standhouders en 10 geïnteresseerden uit andere organisaties. Heel wat mensen volgden op 13 november een rondleiding die bestond uit een bezoek aan de interactieve tentoonstelling, een bezoek aan een speciaal uitgestalde expo van de beroepenateliers en een korte presentatie van de andere projecten van Het Beroepenhuis. De meeste mensen bleven na de rondleiding nog even om zelf een kijkje te nemen in de tentoonstelling en de beurs met lesmaterialen te bezoeken.
88
Ook de sessie over STEM kon op heel wat interesse rekenen. 36 bezoekers namen hieraan deel. Sabine Poleyn, voormalig Volksvertegenwoordiger in het Vlaams Parlement en expert wat betreft STEM, gaf in deze sessie toelichting over het STEM-actieplan en de positie van Het Beroepenhuis hierin. Er waren eveneens heel wat deelnemers voor de workshop ‘good practices’. Eerst werd het nieuwe project ‘Bedrijf + School’ van RTC Oost- en West-Vlaanderen, in samenwerking met Technocentrum Zeeland, voorgesteld door Isabelle Herteleer, projectmedewerkster bij RTC OostVlaanderen. Dit project wil jonge technische talenten inspireren, zodat het verwachte tekort aan technici wordt voorkomen. Door activiteiten op touw te zetten voor leerlingen en leerkrachten in samenwerking met de bedrijfswereld kunnen jongeren de vele mogelijkheden in de wereld van techniek leren kennen. Vervolgens kwam Het Beroepenhuis zelf aan de beurt met enkele nieuwigheden op de website: www.beroepenhuis.be.
De 23 deelnemende organisaties:
Organisatie
De Stap
Materiaal Brochure: De grote Stap. Secundair onderwijs in de regio Gent - 2013 Overzichtsbladen De tweede en de derde graad, De derde graad en de specialisatiejaren/ Se-n-Se Website www.destapgent.be Website www.onderwijskiezer.be/secundair PowerPoint-Presentaties over secundair onderwijs
89
Unizo - Stichting onderwijs en ondernemen RTC Oost-Vlaanderen
onderwijsvakmansroute ondernemerskoffer diverse kaartjes / affiches Techniek is sjiek materiaal Bedrijf + School Online informatie
ArteveldeHogeschool lerarenopleiding secundair folders en posters van vorige projecten zoals Alimento, design 2030 … Vormelek Hier Brandt de lamp Op zoek naar de stroombron Red de stad Elektrokick Vonk Elektrocrack Lespakket, the flow Brochure: Flanders logistics LOGOS-folder Affiches: ‘Zonder logistiek ist paniek’ + BITO + poster Havendag LOGOS
FBZ PC314 FVB Constructiv CLB GO! (+Onderwijskiezer) Are You Waterproof
SOCIAAL FONDS TRANSPORT EN LOGISTIEK - SFTL
Opleidingscentrum Hout WVOK TOFAM Oost-Vlaanderen COBOT vzw Grafoc Onderwijskiezer
Divers lesmateriaal (douane, containerboek, warenkennis, …) Quiz-concept, filmpjes (CD-rom Stroom van Beroepen) Logistiek in Actie Bedrijvenlijst (PC 226)-OVL Boekjes: - Stroomlijn uw logistieke activiteiten - 101 vragen rond internationaal ondernemen brochure “kapper voor het leven” promomateriaal pakketten Bouwblokken pakketten Verboden de Werf te betreden verdeling cd-roms spel “verboden de werf te betreden” werkboekjes en infobrochures website Onderwijskiezer + brochures Een Boeiend Klasspel Educatief pakket BO: ‘De chocoladeroute’ + handleiding lkr. en fiches lln. Educatief pakket SO: ‘Het chocoladetraject’ + handleiding lkr. en fiches lln. Interactief spel: ‘De verdwenen vrachtwagenchauffeur’ Promotiefilmpje STARTRUCK Snapwraps Lespakket ”hout vasthouden” GSM houder Agendaklem interactieve dvd beroepengids folder M&T talentenspel ‘Factory-X’ edugame ‘wie wordt textielexpert?’ Docentenmap brochures printmedia onderwijs brochure Ontdek de drukwereld www.onderwijskiezer.be infobrochure ‘naar de eerste graad’
90
VIVO Social profit
De Schoolbrug (Kies Raak!) VDAB Horeca Vorming Educam POM Oost-Vlaanderen
promotiemateriaal voor website rond studiekeuze: www.werkmetmensen.be beroepenfiches in beroepenmap ‘puzzel aan je toekomst’ beroepenzoeker social profit voor jongeren uit 1ste graad secundair onderwijs Kies Raak!: pakket met ouderbijeenkomsten en traject rond talenten met leerlingen Website folders opleidingen samenvattende brochure hotelscholen didactische posters voor leerkrachten exemplaren TurboStartmagazine DVD-box 'Logistiek in Actie' folder 'Move your World'
3.2 Project – Doedagen “Technische beroepen zijn voor heel wat leerlingen (en ook voor mij) soms nog wat onbekend. Op school zijn er ook wel technieklessen, maar de service die wij van jullie krijgen, kunnen wij niet bieden: 1-op-1-begeleiding, vakkennis, materiaal, accommodatie, … Door kennis te maken met deze beroepen, verandert de houding van de leerlingen hiertegenover. Heel wat kinderen schatten zichzelf niet handig genoeg in, en ontdekken talenten tijdens deze dag. Bovendien merken ze dat ze deze beroepen graag doen. Ik stel ook vast dat er vorig schooljaar verschillende leerlingen een positieve keuze hebben gemaakt voor een eerder technische richting in het middelbaar. Die invloed had ook te maken met het bezoek aan de doedag.” Kristof De Maertelaere, leerkracht 6de leerjaar, vrije basisschool De Bijenkorf, Sleidinge.
In het schooljaar 2013-2014 werd een nieuwe editie van de doedag in samenwerking met de VDAB georganiseerd. De doedagen worden al sinds 2002 georganiseerd en gaan sinds 2008 door in VDAB-competentiecentra in heel Vlaanderen. De doedag heeft als uitgangspunt leerlingen van het 6de leerjaar te laten kennismaken met verschillende beroepen en de bijhorende technieken in verschillende VDAB-competentiecentra. Hier kunnen zij door middel van doe-activiteiten ervaren hoe een opleidingscentrum werkt en in contact komen met verschillende beroepen en sectoren. Er wordt gewerkt met realistische en concrete materialen. Er waren 18 sectoren vertegenwoordigd tijdens de doedag: metaal en technologie, bedienden, bouw, horeca, transport en logistiek, haven en zeevaart, grafische industrie, social profit, chemie, elektriciteit, schoonmaak, confectie en textielverzorging, industriële technologie, ICT, verkoop, voedingsindustrie, productietechnieken en hout. Het Beroepenhuis vzw zorgt voor de pedagogische omkadering, de algemene organisatie en alle communicatie met en inschrijving van de scholen. De VDAB stelt het nodige materiaal, de knowhow en de locatie ter beschikking en voorziet instructeurs en cursisten die in de centra zelf instaan voor
91
de begeleiding van de activiteiten. De doedag ging dit schooljaar door op 24 oktober 2013 in 26 competentiecentra verspreid over alle Vlaamse provincies: - Oost-Vlaanderen (7 competentiecentra), - West-Vlaanderen (5 competentiecentra), - Vlaams Brabant (3 competentiecentra), - Antwerpen (6 competentiecentra) en - Limburg (5 competentiecentra). In totaal werden 73 verschillende scholen met 1.774 deelnemers verwelkomd. Sommige scholen namen met meerdere klassen deel. Hieronder een overzicht per provincie: Provincie Oost-Vlaanderen West-Vlaanderen Vlaams Brabant Antwerpen Limburg TOTAAL
Aantal scholen 19 9 15 12 18 73
Aantal leerlingen 414 175 347 311 385 1.632
Aantal leerkrachten 34 21 28 26 33 142
De jongeren nemen deel aan activiteiten zoals een lichtschakeling monteren, een mozaïek lijmen op een tegel, met een vrachtwagen rijden, een metalen sleutelhanger frezen en een voetpad aanleggen. Ze maken al doende kennis met beroepen zoals dakwerker, stikker, keukenmedewerker, heftruckchauffeur, polyvalent schoonmaker en bekister. Dit zijn slechts enkele voorbeelden uit het aanbod van activiteiten die tijdens de doedag aan bod komen.
Voordelen van de doedag voor de jongeren zijn de concrete ervaring met de realiteit van een opleidingscentrum, het leren kennen van technieken en beroepen, het leren respecteren en waarderen van deze technieken en de mensen erachter. Daarnaast ondervinden ze dat zowel techniek als technologie in functie van de mensen staat en ook door mensen gemaakt wordt. Tenslotte kunnen ze dankzij de doe-activiteiten eigen talenten ontdekken. Door het voorzien van een educatieve omkadering (voorbereiding en naverwerking) worden techniek en technische beroepen ook meer in de klas gebracht. Na de doedag werden evaluatieformulieren opgestuurd naar zowel de scholen als de VDABcompetentiecentra. De bevindingen zijn over het algemeen erg positief en lovend. Hieronder worden de resultaten opgedeeld in ‘leerkrachten’, ‘leerlingen’ en ‘VDAB’. Van de 73 scholen die deelnamen ontvingen we in totaal 58 evaluatieformulieren (2 scholen stuurden 2 evaluatieformulieren – 1 voor elke klas). We kregen respons van 77% van de scholen. De leerkrachten zijn over het verloop van de doedag erg positief. Leerkrachten appreciëren de
92
vele (vaak 1-op-1-)begeleiding. Dat de leerlingen zelf actief aan het werk waren, met grote machines soms, werd positief ervaren.
“Héél interessant! Het voordeel aan deze activiteiten is dat de leerlingen het echt zelf mogen doen. Dit verhoogt de betrokkenheid en welbevinden enorm. Kinderen leren zo grenzen te verleggen en talenten te ontdekken.” Monique Saes, leerkracht 6de leerjaar, basisschool GO! Aan den Bogaerd, Peer. Bijna alle scholen (97% - 2 scholen uit Limburg niet) gebruikten omkadering in de klas. 54 leerkrachten (93%) maakten gebruik van de voorziene lesvoorbereiding van Het Beroepenhuis. Bij de vraag of er aanpassingen aan het concept van de doedag moeten gebeuren, antwoordde de meerderheid dat er geen opmerkingen zijn. Wat wel enkele keren terugkomt is dat leerlingen het jammer vonden dat ze niet alles of niet allemaal dezelfde activiteiten konden doen (in centra met verschillende circuits). Verder vragen 2 leerkrachten om de doedag langer te laten duren. Bij het bevragen van de effecten van een deelname aan de doedag worden volgende resultaten bekomen: OostWestVlaanderen Vlaanderen 71% Een verruiming van de kennis over beroepen Een bijdrage aan de mentaliteitswijziging ten 64% aanzien van praktisch uitvoerende en technische beroepen Een bijdrage aan het verwerven van zelfkennis 71% van de leerlingen wat betreft eigen talenten en interesses Een beïnvloeding van de beroeps- of studiekeuze
29%
Vlaams Brabant
Antwerpen
Limburg
Totaal
100%
100%
100%
100%
93%
71%
77%
67%
92%
74%
86%
92%
92%
83%
84%
71%
31%
42%
17%
34%
93
100% 80% 60%
Verruiming kennis beroepen
93% 74%
84% Bijdrage aan mentaliteitswijziging tav praktisch uitvoerende en technische beroepen
40% Bijdrage aan verwerven zelfkennis eigen talenten en interesses
34%
20%
Beïnvloeding beroeps- of studiekeuze
0% Effect doedag
“Dit past perfect in ons thema leren kiezen naar volgend jaar toe! Sommige leerlingen konden nu al kennis maken met 'iets anders'. Zo weten ze dat er andere mogelijkheden zijn en mochten ze uitproberen.” Els Van Herck, leerkracht 6de leerjaar, basisschool GO! Irishof, Kapellen. De algemene evaluatie was van alle scholen positief. Het totaalconcept (voorbereiding, dag zelf en naverwerking) vinden ze “fantastisch”. “De doedag was zeer goed georganiseerd en sprak de kinderen erg aan! Wij hopen de komende jaren opnieuw te mogen deelnemen. Zowel de organisatie als de begeleiding verliep vlot! De begeleiders hebben ons goed opgevangen en met veel geduld alles goed uitgelegd! De doedag voldeed aan de verwachtingen van de leerlingen. Zij hebben zelf veel mogen doen!” Caroline Bessemans, leerkracht 6de leerjaar, basisschool Heilig Hart Sint-Trudo, Sint-Truiden. Ook de leerlingen waren opnieuw positief over het verloop van de doedag. In totaal kregen we reactie van 1.121 leerlingen of 69% van het totaal aantal deelnemers. Hieronder een overzicht per provincie:
Oost-Vlaanderen WestVlaanderen Vlaams Brabant Antwerpen Limburg TOTAAL
Totaal aantal leerlingen op de doedag 414 175
Leerlingen die een evaluatie invulden
Responsgraad
290 114
70% 65%
347 311 385 1632
249 241 227 1121
72% 77% 59% 69%
“Ik heb geleerd dat sommige beroepen niet zo gemakkelijk zijn als ze lijken, dat er veel beroepen zijn die we niet kennen, dat veiligheid altijd en overal belangrijk is, dat je collega's belangrijk zijn en dat je in team moet kunnen werken.” Leerling 6de leerjaar, ‘t Schooltje van Oppem, Oppem-Meise. “Meisjes kunnen ook ‘jongenswerk’ doen en omgekeerd.” Leerling 6de leerjaar, Heilig Hartschool, Vilvoorde. De leerlingen kregen enkele stellingen waarop zij konden antwoorden: 95% van de leerlingen vond de doedag boeiend, aangenaam en leuk.
94
100
90 80 70 60 50 40 30
20 10 0 de doedag was boeiend, aangenaam en leuk
ik ontdekte wat ik ik weet beter welk alle beroepen zijn jongeren met goed en minder beroep bij mij past even belangrijk en interesse en talent goed kan waardevol voor techniek kiezen best voor een technische akkoord opleiding of beroep geen mening niet akkoord
“Ik leerde dat er verschillende opties zijn om een beroep te kiezen, en dat je echt wel leuke dingen kan doen als je doet wat je graag doet! Ik leerde dat sommige beroepen minder saai zijn dan ik dacht.” Leerling 6de leerjaar, vrije basisschool Zevergem.
Maar liefst 73% van de leerlingen ontdekte op de doedag wat ze goed en minder goed kunnen. “We leerden ook samenwerken. Je moet niet bang zijn van techniek, je leert het door te doen.” Leerling 6de leerjaar, stedelijke basisschool A. Vermeylen, Oostende. Op de vraag of ze beter weten welke beroepen bij hen passen, antwoordt 54% positief, 26% weet het niet en 20% vinden dat ze dit niet beter weten na de doedag. Leerlingen die het niet beter weten, geven aan dat dit komt omdat er zoveel beroepen zijn, of net omdat ze meer variatie van beroepen wensten op de doedag.
95
De meerderheid van de leerlingen vindt alle beroepen even belangrijk en waardevol. Maar liefst 974 leerlingen of 87% geeft aan akkoord te gaan met deze stelling. “Zonder techniek is een moderne wereld niet mogelijk. Elk beroep verdient respect en is even hard nodig in onze maatschappij.” Leerling 6de leerjaar, Sint-Elooischool, Zeveneken. De meningen waren vrij verdeeld over de laatste stelling: ‘Jongeren met interesse en talent voor techniek kiezen best voor een technische opleiding of beroep’. Zo’n 503 leerlingen gaan akkoord met de stelling, 328 leerlingen twijfelen en 254 leerlingen gaan niet akkoord. Dat staat voor respectievelijk 47%, 30% en 23%. “Het is tijdverlies om eerst andere dingen te doen. Als het je aanspreekt en goed kunt, ga je er best voor!” Leerling 6de leerjaar, vrije basisschool Oudenbos, Lokeren. “Nee = dan zit je vast in een richting, Ja = als je echt talent hebt en gemotiveerd bent. Geen mening = Die keuze is nog te moeilijk/veraf.” Leerlingen 6de leerjaar, basisschool GO! Irishof, Kapellen.
Uit de evaluatieformulieren van de VDAB-competentiecentra blijkt dat de doedag ook voor hen opnieuw een succes was. Van de 26 competentiecentra werden 23 evaluatieformulieren ontvangen, een respons van 88%. De samenwerking met Het Beroepenhuis wordt als zeer goed ervaren. De centra spreken van een goede en vlotte samenwerking, duidelijke en tijdige communicatie, ‘prima zoals andere jaren’. “Globaal opnieuw positief zoals de vorige edities! Beide partners hebben met kennis van zaken, elk op hun terrein, de nodige ervaring en inbreng gedaan om deze doedag opnieuw goed te laten verlopen en er voor de kinderen een leuke en leerrijke dag van te maken. Er was opnieuw een goede taakverdeling tussen VDAB en Het Beroepenhuis. Het Beroepenhuis heeft de contacten met de school gelegd. Verder heeft Het Beroepenhuis gezorgd voor de uitnodigingen, bevestigingen, timing en planning activiteiten, …. VDAB heeft voor de praktische uitvoering, de opvang en begeleiding, catering tijdens deze doedag gezorgd.” VDAB-Competentiecentrum in Turnhout. Zowel de doe-activiteiten als de begeleiding hiervan door instructeurs en cursisten werden overal als ‘goed’ tot ‘zeer goed’ beoordeeld. Ook over de ondersteuning door leerkrachten waren de centra over het algemeen tevreden. “Elke groep had voldoende begeleiders. De cursisten hebben allemaal de jongeren begeleid bij hun opdracht. Voor ons een mooie oefening om te zien hoe onze cursisten omgaan met de leerlingen.” Competentiecentrum in Mechelen.
96
“Aanstekelijk, enorm veel beroepsfierheid werd tentoon gespreid.” Competentiecentrum in Wondelgem. De planning werd goed gevolgd en enkele centra geven zelf aan dat de timing ‘perfect’ was. Iedereen was ook positief over de groepsgrootte, enkel in Sint-Niklaas was er 1 groepje groter dan gepland. “Dit jaar was de grootte van de groepen perfect, beter als de grote groepen van vorige jaren. Iedereen was echt actief bezig onder begeleiding van VDAB.” Competentiecentrum in Denderleeuw. Ook met de veiligheid waren er geen noemenswaardige problemen of knelpunten. “Er werd wel extra aandacht geschonken aan de veiligheid, zowel op de terreinen als in de lokalen, dus het was in orde. De kinderen werden ook op de gevaren gewezen dat het beroep met zich meebrengt (noodzaak van helmen, veiligheidsbril, werkschoenen, werkkledij, niet onder de kranen lopen, voldoende afstand houden van de machines…).” Competentiecentrum in Zottegem.
3.3 Project – Doedagen voor 1ste graad “Het was leuk om een brug te kunnen bouwen. En ik wist niet dat metselen zo moeilijk was!” Leerling 1ste graad secundair, Middenschool Zwijveke, Dendermonde. Sinds het schooljaar 2013-2014 en op aangeven van het STEM-actieplan (Science, Technology, Engineering en Mathematics) hebben Het Beroepenhuis en de VDAB enkele pilootprojecten op touw gezet voor de 1ste graad secundair onderwijs. Het uitgangspunt is leerlingen te laten kennismaken met verschillende STEM-beroepen en de bijhorende technieken in verschillende VDAB-competentiecentra.
97
Het verschil met de doedag voor het 6de leerjaar is dat dit pilootproject echt inspeelt op de STEMstudies, ook in het hoger onderwijs. Verder ligt de focus op technische en technologische beroepen die hierbij aansluiten (vaak knelpuntberoepen zoals bv. ingenieurs). Het doel is dat door dit evenement de interesse voor techniek en deze STEM-studies aangewakkerd wordt. Op de doedag kunnen leerlingen door middel van doe-activiteiten ervaren hoe een opleidingscentrum werkt en in contact komen met verschillende beroepen en sectoren. Er wordt gewerkt met realistische en concrete materialen. Er vonden dit schooljaar 3 doedagen voor de 1ste graad plaats: Zo was er ‘Techniek? Magnifiek!’ op 23 april 2014 in het VDAB-centrum in Herentals, waar op een woensdagnamiddag ouders, leerkrachten en jongeren konden proeven van techniekactiviteiten in de sfeer van metaal en elektriciteit. Vervolgens was er op 6 mei 2014 een Bouwdag rond de beroepen architect, ingenieur, metselaar, dakdekker en rond het thema duurzaam bouwen in het VDAB-centrum in Hamme. Tenslotte was er op 22 mei 2014 een Bouwdag rond isoleren, wiskunde, metselen en dakdichten in het VDAB-centrum in Roeselare. Het Beroepenhuis zorgde voor de pedagogische omkadering, de algemene organisatie en alle communicatie met en inschrijving van de jongeren, leerkrachten en ouders. De VDAB stelde het nodige materiaal, de knowhow en de locatie ter beschikking en voorzag instructeurs en cursisten die in de centra zelf instonden voor de begeleiding van de activiteiten. Techniek? Magnifiek! in Herentals Het initiatief in Herentals richtte zich als enige tot een publiek van jongeren, leerkrachten én ouders tijdens de vrije tijd van de jongeren, namelijk op woensdagnamiddag. Daarom werd het ook door Technopolis opgenomen in de online lijst als een initiatief in het kader van de STEMacademies. Om 14u werd iedereen onthaald en was er een inleiding van Het Beroepenhuis waarbij meteen aandacht werd gevraagd voor de techniek – talenten van de leerlingen via een talententabel die zowel door de jongeren als de ouders en de leerkrachten werd ingevuld. Daarna was er bijna anderhalf uur de tijd om een werkstuk te maken. De jongeren konden kiezen uit een versterker voor een MP-3 speler, een bewegingsmelder of een elektronische piano. De jongeren werden hierin begeleid door een instructeur en enkele cursisten van de VDAB. Er werd gewerkt in een lokaal waar gereedschap zoals een bankschroef aanwezig was en er werd gekozen voor Opitec-pakketjes waar alle onderdelen werden geleverd samen met een handleiding. Om 15u30 was er opnieuw een afsluitend gesprek met de hele groep onder leiding van Het Beroepenhuis over talenten gevolgd door een presentatie over STEM-beroepen en STEMopleidingen waarbij verwezen werd naar www.onderwijskiezer.be . Er hebben 15 jongeren, 5 ouders en 7 leerkrachten deelgenomen uit 8 secundaire scholen. De deelnemers gaven slechts beperkt feedback (5 respondenten waarvan 1 ouder, 1 jongere en 3 leerkrachten). Ze toonden zich zowel tevreden over de ontvangst in het VDAB CC Herentals als over de inleiding van Het Beroepenhuis en over de afsluitende presentatie van Het Beroepenhuis. Over het maken van het werkstuk waren de meningen verdeeld. Vooral de leerkrachten hadden opmerkingen over de begeleiding, de organisatie en de educatieve aanpak. Bovendien vond men dat de focus te veel lag op techniek, terwijl STEM meer is dan dat. Er werd verder ook gevraagd welke effecten deze namiddag volgens de aanwezigen bereikt had. Daarop kregen we vooral de feedback dat de namiddag had bijgedragen aan het verwerven van zelfkennis van de leerlingen wat betreft eigen talenten en interesses, dus zelfconceptverheldering (4/5). Vervolgens werden ook ‘verruiming van de kennis over STEM in het algemeen’, ‘bijdrage aan
98
mentaliteitswijziging bij de jongeren ten aanzien van Techniek’ en ‘bijdrage aan mentaliteitswijziging bij de jongeren ten aanzien van STEM opleidingen of STEM beroepen’ door 3 van de 5 respondenten aangeduid. De volgende effecten werden door 2 van de 5 respondenten aangeduid: ‘inspiratie voor leerkrachten voor het bedenken van techniek activiteiten in de klas’ en ‘beïnvloeding van beroeps- of studiekeuze’. Tenslotte vond telkens 1 van de 5 respondenten dat de namiddag ‘een bijdrage deed aan mentaliteitswijziging van ouders en leerkrachten te aanzien van STEM opleidingen of STEM beroepen’ en een ‘verruiming van de kennis over de VDAB in het algemeen’ bewerkstelligde. Voor Het Beroepenhuis is de conclusie in elk geval dat er bij toekomstige projecten meer samen met de VDAB moet worden nagedacht over de activiteit(en) die zullen worden aangeboden. De infrastructuur van de VDAB biedt veel meer mogelijkheden dan enkel het werken met klaargemaakt Opitec-materiaal. Het moet de bedoeling zijn dat dit pedagogisch sterk in elkaar zit en inderdaad ook de focus legt op STEM eerder dan enkel op techniek. Daarbij moet er dus ook meer aandacht zijn voor ontwerp, wiskunde, creativiteit, …. 1 van de aanwezige leerkrachten heeft ook spontaan aangeboden om daarbij te helpen indien er een volgende editie zou komen. Bouwdag in Hamme Naast de VDAB, die de beroepen metselaar, dakdekker en de activiteit rond het duurzaam bouwen verzorgde, organiseerde Het Beroepenhuis de activiteit van architect. Verder werd ook beroep gedaan op KaHo Sint-Lieven voor de activiteit rond het beroep ingenieur. Er werd gewerkt met hetzelfde doorschuifsysteem als we gebruiken voor de doedag met het 6de leerjaar. In totaal werden 3 scholen met 80 leerlingen en 6 leerkrachten verwelkomd, 37 leerlingen in de voormiddag en 43 leerlingen in de namiddag. Na de doedag ontvingen de scholen een evaluatieformulier. De bevindingen zijn over het algemeen erg positief en lovend. Van de 3 scholen die deelnamen aan de doedag, werden alle evaluatieformulieren ontvangen. In het evaluatieformulier werd de mening van zowel de leerkrachten als de leerlingen bevraagd. De leerkrachten gaven hun bevindingen over de 5 activiteiten: - Architect: Leerlingen moeten op millimeterpapier een grondplan van hun ideale huis tekenen en zo hun creativiteit en ruimtelijk inzicht testen. De meeste leerlingen vonden dit leuk, maar leerkrachten geven aan dat ze bij deze activiteit toch wat achtergrondinformatie misten (maar dit begrepen zij omdat de architect zelf had afgezegd). - Ingenieur: Er werd een opstelling van de buigproef met de leerlingen gemaakt, berekend en getest hoeveel gewicht een brug kan dragen. De leerlingen werden geprikkeld door de activiteit, het was volgens de leerkrachten erg praktisch en uitdagend. Het zat goed uitgewerkt in elkaar. - Metselaar: Leerlingen metselen onder begeleiding van een instructeur en cursisten een muurtje. Leerkrachten vinden het zelf mogen uitvoeren een pluspunt, leerlingen ervaren zo dat er ook gewerkt moet worden. Het werd heel positief onthaald dat leerlingen persoonlijke begeleiding hadden. - Dakdekker: Jongeren krijgen een algemene uitleg over dakdekken en mogen daarna zelf aan de slag als dakdekker. De uitleg in de inleiding vonden de leerkrachten wat te lang en was soms iets boven het niveau van de leerlingen. Het praktische gedeelte vonden ze daarentegen heel goed.
99
- Duurzaam bouwen: Er worden luchtdichtheidsproeven gedaan en een infraroodtest. “Leuke reacties, tof om met professionele toestellen te kunnen werken.” Serge Bosteels, leerkracht 1ste graad, Middenschool Zwijveke, Dendermonde. Op de vraag wat de leerkrachten wensen te veranderen aan de doedag, stelt 1 leerkracht voor er een volledige dag van te maken. De andere 2 leerkrachten willen niets aan het concept wijzigen (alhoewel het beroep architect misschien anders kon). Volgens de leerkrachten zijn volgende effecten zichtbaar na een deelname aan de doedag, in het kader van studie- of beroepskeuze: Verruiming van de kennis over beroepen Bijdrage aan mentaliteitswijziging ten aanzien van praktisch uitvoerende en technische beroepen Bijdrage aan het verwerven van zelfkennis van de leerlingen wat betreft eigen talenten en interesses Beïnvloeding van beroeps – of studiekeuze
67% 100% 33% 33%
“Ik ben er van overtuigd dat voor leerlingen in een A-stroom dit zeker kan bijdragen tot een mentaliteitswijziging ten aanzien van praktisch uitvoerende en technische beroepen. Onze klas leerlingen van 2BVL hebben ondertussen meestal bewust de keuze gemaakt om een praktische uitvoerende studierichting te volgen. Het is wel zo dat deze namiddag bij onze leerlingen de drie andere uitgangspunten zeker gestimuleerd hebben.” Jan Bogaert, leerkracht 1ste graad, Atheneum Lokeren.
Alle leerkrachten bereidden de doedag voor in de klas. Hiervoor werd de voorziene lesvoorbereiding van Het Beroepenhuis gebruikt. Ook de leerlingen waren opnieuw positief over het verloop van de doedag: 94% vond de doedag boeiend, aangenaam en leuk. 3 leerlingen (6%) hadden hierover geen mening. Als antwoord op de vraag wat ze hadden bijgeleerd, antwoordden enkele leerlingen het volgende: “Dat alles belangrijk is aan een huis. Dat er veel beroepen nodig zijn om een huis te bouwen. Dat je niet dom mag zijn, maar over alles moet nadenken”. Leerlingen 1ste graad, Middenschool De Veerman, Hamme. Dankzij de doedag meent 77% van de leerlingen ontdekt te hebben wat ze goed en minder goed kunnen. 52% van de jongeren weet na de doedag beter welke beroepen wel of niet bij hen passen. Verder mochten de leerlingen hun mening geven over enkele stellingen. Respectievelijk 81% vindt dat alle beroepen belangrijk en waardevol zijn in onze samenleving. 85% van de leerlingen denkt dat
100
jongeren die nu al talent hebben voor techniek, best kiezen voor een technische opleiding of technisch beroep. Hieronder nog enkele reacties: “Het was superleuk dat we alles zelf mochten doen! Ik heb mij echt geamuseerd. Het was cool! Zo zouden we elke dag moeten les krijgen!”, Leerlingen 1ste graad, Middenschool De Veerman, Hamme. “Enkele leerlingen hebben vooral interesse in een studierichting in de bouwsector gekregen.”, Jan Bogaert, leerkracht 1ste graad, Atheneum Lokeren. “Ik ben handig en ga zeker in de bouw. Ik word ingenieur!”, Leerling 1ste graad, Middenschool De Veerman, Hamme. Bouwdag in Roeselare Op de bouwdag in Roeselare namen de leerlingen deel aan 4 activiteiten: een bouwkundig plan tekenen op de computer, isolatieberekening aan de hand van luchtdichtheid, metselen en dakdekken. De activiteiten werden begeleid door verschillende instructeurs van het CC Roeselare. De jongeren doorliepen alle activiteiten door middel van een doorschuifsysteem. Elke activiteit werd heel intensief aangepakt en duurde anderhalf uur, waardoor de leerlingen een hele dag, van 8u30 tot 16u aanwezig waren in het CC. Ook hier werd de inleiding verzorgd door Het Beroepenhuis en werd ook de website van Onderwijskiezer met inbegrip van STEM-beroepen en STEM-opleidingen voorgesteld. Er werd gekozen om maximaal 20 leerlingen uit te nodigen die al een zekere interesse tonen voor bouwgerelateerde studies of twijfelen over hun studiekeuze. Dit hield in dat er in feite geen klassen werden uitgenodigd, maar dat er aan de scholen werd gevraagd om leerlingen te plukken uit verschillende klassen. Dit bleek bijzonder moeilijk te zijn. Enkel bij VTI Roeselare was het mogelijk om enkele leerlingen op deze manier te selecteren. Daarnaast nam ook de Prizma Middenschool Lendelede deel met een klas bestaande uit leerlingen die Industriële Wetenschappen en Handel volgen. Van de beide scholen werd een evaluatieformulier ontvangen. De reacties zijn algemeen positief, zowel over de inleiding gegeven door Het Beroepenhuis, de activiteit rond het tekenen van een bouwkundig plan als de activiteit rond metseltechnieken. Over het ‘berekenen van isolatie en luchtdichtheid’ waren de meningen verdeeld. Als opmerking gaf 1 leerkracht dat er meer info over duurzaam bouwen gegeven kon worden. De ontvangst en begeleiding door de VDAB vonden de leerkrachten unaniem goed. De tijdsindeling werd door 1 leerkracht als minder beschouwd vanwege een te lange middagpauze. Als effecten van een deelname aan de bouwdag antwoordden de leerkrachten van beide scholen dat de doedag een bijdrage was aan ‘mentaliteitswijziging bij de jongeren ten aanzien van Techniek’ en aan ‘het verwerven van zelfkennis van de leerlingen wat betreft eigen talenten en interesses (zelfconceptverheldering)’. Daarnaast vond telkens 1 van beide scholen dat de doedag een bijdrage was aan ‘mentaliteitswijziging bij de jongeren ten aanzien van STEM opleidingen of STEM beroepen’ en aan ‘mentaliteitswijziging van ouders en leerkrachten te aanzien van STEM opleidingen of STEM beroepen’. Tot slot vond ook telkens 1 respondent dat er dankzij de doedag verruiming was van ‘kennis over de VDAB in het algemeen’ en van ‘kennis over STEM in het algemeen’. Ook de leerlingen werden bevraagd, 15 leerlingen namen deel aan het klasgesprek. Ze vonden de doedag allemaal boeiend, aangenaam en leuk. 73% van de leerlingen heeft kunnen ontdekken wat hij of zij goed en minder goed kan, 27% heeft hierover geen mening. Alle leerlingen weten dankzij de bouwdag beter welke beroepen wel of niet bij hen passen, en 93% van de jongeren weten dankzij de bouwdag beter wat STEM-beroepen zijn en waar je hierover informatie kan vinden.
101
3.4 Wijs! aan ’t werk. Arbeidsmarkteducatie voor de 3de graad SO
“Dit vonden mijn leerlingen duidelijk zeer boeiend. Kan ik hier volgend jaar ook een beroep op doen?” Kaat Depestele, leerkracht 6de BSO, VIP Labyrint, Gent. “Ik verwacht van m’n hele ploeg dat ze dit waardevolle project goed kennen en actief promoten op hun scholen.” Piet De Koning, vestigingshoofd, Vrij CLB regio Gent. Met het project ‘Wijs! aan ’t werk’ (WAW) ondersteunen de Stad Gent en de VDAB leerkrachten van de 3de graad secundair onderwijs van de scholen in de Gentse regio. De bedoeling is om meer arbeidsmarkteducatie te realiseren en te stimuleren. Na sinds 2011 verantwoordelijk te zijn geweest voor het voorbereidende onderzoek, de ontwikkeling en eerste disseminatie van de goestingsmethodiek en de productenmand, blijft Het Beroepenhuis haar opgebouwde knowhow inzetten. Concreet stuurt het regelmatig 2 van haar educatieve medewerkers uit voor sessies in de klas, in opdracht van de coördinerende Dienst Werk. Deze 2 maken deel uit van het WAWvormingsteam, en nemen samen een belangrijk deel van de reservaties voor hun rekening, zoals werd afgesproken met de beide opdrachtgevers. De citaten hierboven, naar aanleiding van respectievelijk een sessie in een klas en een infomoment voor het voltallige team van Gentse VCLB-consulenten, illustreren goed de vele positieve reacties die het project ook dit schooljaar kreeg van de 386 leerlingen en 68 onderwijsmakers die onze 2 medewerkers persoonlijk bereikten. Hieronder een overzicht van hun 22 info- en vormingsmomenten. datum 25 november 2013 2 december 2013 5 februari 2014 13 februari 2014 20 februari 2014 21 maart 2014 21 maart 2014 24 maart 2014 26 maart 2014 27 maart 2014 22 april 2014 22 april 2014 22 april 2014
school KA Zelzate VCLB KTA Mobi VIP-school St-Laurens Zelzate St-Lievenscollege Handelsschool St-Lievenscollege Handelsschool St-Lievenscollege Handelsschool St-Lievenscollege Handelsschool VIP-school Martelaarslaan VIP Labyrint PIHS PIHS
102
klas 6TSO/6BSO/7BSO consulenten 6BSO 7BSO 6BSO 6TSO 6TSO 6TSO 6TSO 7BSO 6BSO 6BSO 7BSO
23 april 2014 23 april 2014 24 april 2014 28 april 2014 28 april 2014 29 april 2014 5 mei 2014 16 mei 2014 4 juni 2014
PIHS PIHS PIHS PIHS Bouwbanen Koninklijk Lyceum Gent Koninklijk Lyceum Gent HTI Sint-Antonius HTI Sint-Antonius
6TSO 6TSO 7BSO 6BSO 6BSO/7BSO 7BSO 6BSO/7BSO 6BSO 6BSO
De inhoud van de WAW-vormingen is daarnaast ook perfect inzetbaar bij evenementen. Dat bleek op ‘Bouwbanen’, op 28 april 2014 georganiseerd door het Fonds voor de Vakopleiding in de Bouwnijverheid (FVB) in Sint-Niklaas. Gedurende een hele voormiddag werden nog eens 153 laatstejaarsstudenten uit de regio van de aan bouw gerelateerde secundaire studierichtingen heel specifiek voorgelicht over het ‘wat’ en ‘hoe’ van een succesvolle overstap naar een job in de sector. 1 van de verschillende infosessies op hun programma, een prikkelende uiteenzetting over solliciteren, werd in totaal 8 keer gerealiseerd door het WAW-team. Tot slot maakte Het Beroepenhuis vanwege haar WAW-ervaring ook deel uit van een reflectiegroep van onderwijs- en arbeidsmarktexperts voor het project #Work van EW32. Deze organisatie ontwikkelt voor ESF een zogenaamde SUG of Serious Urban Game. Zo’n spel maakt gebruik van moderne media als smartphones en allerlei apps om de doelgroep op locatie en op een bijzonder interactieve wijze te empoweren in een bepaald thema. #Work moet leerlingen van de laatste graad van het secundair laten kennismaken met de mogelijkheden en uitdagingen voor een schoolverlater en zijn of haar mogelijke parcours langs allerlei relevante instanties. 3.5. Project – Technologica “Technologica is een uniek event waar leerlingen op relatief korte tijd en extreem goedkoop kunnen kennismaken en experimenteren met techniek en technologie.” Kaat Cuvelier, leerkracht 6de leerjaar, basisschool Crombeen, Gent.
Dit schooljaar 2013-2014 werd Technologica opnieuw georganiseerd door het Regionaal Technologisch Centrum (RTC) Oost-Vlaanderen, samen met een ruim partnerschap vanuit het bedrijfsleven en het onderwijs, in de Eskimogebouwen te Gent. Technologica is een wedstrijd waarbij laatstejaars BSO en TSO hun GiP (geïntegreerde proef) voorstellen op een beurs. Dit schooljaar namen leerlingen deel uit de studierichtingen elektriciteitelektronica, automotive, elektromechanica, mechanische vormgevingstechnieken, elektrotechnieken, industrieel onderhoud, lassen-constructie, industriële elektriciteit, (computergestuurde) werktuigmachines, elektrische installatietechnieken en industriële wetenschappen. Het evenement vond plaats op 15 mei 2014 en voor de 6de maal werd aan Het Beroepenhuis
103
gevraagd om een programma te voorzien om jongeren warm te maken voor techniek en technische studierichtingen. Sinds het schooljaar 2011-2012 werd geopteerd voor de doelgroep van het 6de leerjaar. Het Beroepenhuis zorgde ook dit jaar voor de educatieve omkadering in de vorm van een lesvoorbereiding voor zowel de leerlingen van het basisonderwijs als de laatstejaars van het BSO en TSO, de organisatie van de dag zelf voor de bezoekende leerlingen en een lesvoorbereiding met evaluatieformulier na het bezoek. Aan het evenement namen 628 leerlingen en 47 leerkrachten van het 6de leerjaar deel. In de voormiddag waren er 297 leerlingen en in de namiddag waren er 331 leerlingen.
Net zoals vorig schooljaar bestond het evenement uit 2 delen. Enerzijds was er een zoektocht op de beursgrond met GiP’s, anderzijds was er een workshopruimte met activiteiten rond techniek. De leerlingen werden per halve dag in 3 groepen verdeeld, van telkens ongeveer 100 deelnemers. De voor- of namiddag startte met een korte gezamenlijke inleiding per groep, waarna de leerlingen startten in de GiP-beurs of in de workshopruimte. Na een bepaalde tijd schoven de groepen door, zodat elke groep 1 moment op de beursgrond en 2 momenten in de workshopruimte was. Voor het bezoek aan de GiP-beurs werden de leerlingen opgedeeld in groepen van ongeveer 10 leerlingen. Doorheen de beurs werden de groepjes begeleid door 11 studenten uit de lerarenopleiding van de Hogeschool Gent.
In de workshopruimte werden 19 workshops voorzien via RTC Oost-Vlaanderen, waaruit de leerlingen vrij en individueel konden kiezen aan welke zij wilden deelnemen. Er waren zowel kijkals doe-workshops. Door middel van een ponskaart die zij rond hun nek droegen hadden zij een overzicht van de workshops en konden ze de activiteiten waaraan ze deelnamen laten afstempelen.
104
De dag werd afgerond met een korte gezamenlijke afsluiter per groep. Dit schooljaar werd opnieuw een klassikale wedstrijd verwerkt in het evaluatieformulier dat aan de scholen werd toegestuurd na het bezoek aan Technologica. Van de 22 deelnemende scholen ontvingen we 16 evaluatieformulieren (responsgraad van 73%). Hieronder kort de resultaten van de leerkrachten en leerlingen.
Uit de evaluatieformulieren van de leerkrachten blijkt dat alle leerkrachten de lesvoorbereiding van Het Beroepenhuis maakten, en 94% de inhoud van dit lesmateriaal goed vond. 1 leerkracht antwoordde neutraal. Bij het bezoek aan de GiP-beurs vond de meerderheid van de leerkrachten deze goed, zowel qua aanpak (76% eens: 41% helemaal eens, 35% eerder eens), inhoud (63% eens: 38% helemaal eens, 25% eerder eens) en begeleiding (72% eens: 38% helemaal eens, 34% eerder eens). 1 leerkracht vond de begeleiding minder goed, en vond dat zij de moeilijke woordenschat van de GiPstudenten meer moesten kaderen of uitleggen naar de leerlingen toe. Volgens 50% van de leerkrachten was het contact met de GiP-leerlingen eerder goed, volgens 25% was dit goed. 12% vond de uitleg niet goed: Enkele leerkrachten gaven als bemerking dat de uitleg van de GiPleerlingen te moeilijk was voor leerlingen van het 6e leerjaar. “Het contact met de studenten die hun GIP voorstelden verschilde heel erg van persoon tot persoon. Bij bepaalde stands kregen we spontaan een duidelijke, korte uitleg op niveau van leerlingen 6de leerjaar. Andere studenten gaven uitleg maar gebruikten voor de leerlingen te veel ongekende, technische termen. Nog andere studenten zeiden helemaal niets en wachtten af wat er gevraagd werd.” Kaat Cuvelier, leerkracht 6de leerjaar, basisschool Crombeen, Gent.
105
Over de tijdsduur van het bezoek aan de beurs is 50% het eerder eens, 38% is het helemaal eens met de duur van de zoektocht in de GiP-beurs. 1 leerkracht duidde ‘eerder oneens/neutraal’ aan bij de duur van het bezoek: “De laatstejaars spraken te stil en waren, zelfs al was het luid genoeg, soms onverstaanbaar. De technische termen waren te moeilijk voor een klas die niet echt taalsterk was. De begeleider bleef zelf ook te lang 'treuzelen' bij de standen.” Ellen Leyman, leerkracht 6de leerjaar, basisschool De Regenboog Stad Gent, Wondelgem. Het concept van de workshops valt opnieuw in de smaak: 94% van de leerkrachten geeft aan dat de workshops goed waren, 56% is het eens, 38% is het hier eerder eens mee. 1 leerkracht duidde hier ‘eerder oneens-neutraal’ aan: “Sommige workshops waren te lang wachten zonder duidelijke wachtrij, waardoor 'de wet van de sterkste duwer/voorsteker' gold.” Afra Haemelynck, leerkracht 6de leerjaar, Sint-Laurensschool, Wachtebeke.
De workshops die het meest bezocht werden door de leerlingen waren: ‘Graveer je eigen naam’ (leerlingen uit 94% van alle klassen), ‘maak zelf je agendaklem of gsm-houder’ (leerlingen uit 88% van alle klassen), ‘maak je eigen USB’ (leerlingen uit 81% van alle klassen) en ‘sfeerlampjes’ (leerlingen uit 81% van alle klassen). 81% van de leerkrachten vond de aanpak waarbij leerlingen vrije keuze hadden aan welke workshops zij wilden deelnemen, goed. 19% is het hiermee eerder eens. “De leerlingen zijn erg gemotiveerd doordat ze zelf kunnen kiezen waaraan ze deelnemen. Hoge motivatie + interesse zijn de ideale combinatie om hen een positief gevoel te geven bij techniek. De tijd is ideaal om hen met verschillende zaken te laten kennismaken en niet te lang zodat er geen verveling of onverschilligheid optreedt. De begeleiding verschilde heel erg van stand tot stand maar dat deert de leerlingen niet.”
106
Kaat Cuvelier, leerkracht 6de leerjaar, basisschool Crombeen, Gent. Bij het bevragen van de effecten van een bezoek aan Technologica kwamen we tot de volgende positieve resultaten: 94% van de leerkrachten vindt dat de interesse voor techniek is aangewakkerd, 67% vindt dat Technologica bijdraagt tot de mentaliteitswijziging tegenover TSO en BSO, 56% vindt dat de kennis over studierichtingen is verruimd bij de leerlingen en 25% vindt dat een bezoek aan het evenement de beroeps- of studiekeuze beïnvloedt. De reden voor dit laatste cijfer zou kunnen zijn dat Technologica op het einde van het schooljaar valt, wanneer vele leerlingen reeds een keuze maakten. “Zeer duidelijk dat door dit evenement de interesse voor techniek aangewakkerd wordt!” Jo Smet, leerkracht 6de leerjaar, Sint-Martinusschool, Beveren. 88% van de scholen gaven aan dat zij volgend schooljaar zeker opnieuw willen deelnemen aan Technologica. 2 scholen (12%) zeggen nog te twijfelen, omdat de leerlingen het te moeilijk vonden of meer doe-activiteiten wilden.
De leerlingen kregen een evaluatieformulier in de vorm van een klasgesprek. We kregen resultaten terug van 325 leerlingen uit 16 klassen. Dit is een responsgraad van ongeveer 52%. Uit de evaluatieformulieren blijkt dat 87% van de leerlingen een bezoek aan Technologica leuk vond. 9% heeft hier geen mening over. Op de vraag of ze het bezoek aan de GiP-beurs leuk vonden, antwoordde 67% positief, 7% had geen mening en 26% vond het niet zo leuk. “We zijn meer te weten gekomen hoe alles in elkaar zit, leuk dat we uitleg kregen en iets mochten uitproberen, leuk maar niet echt interessant”, Leerlingen 6de leerjaar, gemeentelijke lagere school Ruiter, Waasmunster. Ook de leerlingen hebben - net als de leerkrachten - een verdeelde mening over de GiP-studenten op de beursgrond: 47% vond dat de studenten een duidelijke uitleg gaven, 36% vond dat niet en 17% heeft hierover geen mening. De belangrijkste reden die leerlingen hiervoor aangeven is dat de uitleg te moeilijk was, en er terminologie werd gebruikt die zij niet begrepen. “Enthousiast vertellend over hun eindwerk, maar te moeilijk, praten over zaken die onze leerlingen niet snapten”, Kevin De Leu, leerkracht 6de leerjaar, Katholieke Centrumschool, Denderleeuw. Over de begeleiding van de studenten lerarenopleiding van Hogeschool Gent, die de leerlingen door de beurs loodsten, kwamen volgende bevindingen naar boven: 73% vond dat hij of zij een goede begeleider had, 2% had hierover geen mening en 25% vond de begeleider niet zo goed. Wat de meeste leerlingen als feedback gaven, was dat er meer (be)geleid en verduidelijkt mocht worden. “Hij toonde ons leuke dingen (helikopter, barbecuetafel, gitaar, …)”, Leerlingen 6de leerjaar, gemeentelijke vrije basisschool Mariavreugde, Wondelgem.
107
89% van de leerlingen vonden de workshopruimte leuk en interessant, 5% heeft hier geen mening over en 6% vond dit niet. De leerlingen vonden ‘Graveer je eigen naam’ en ‘Maak zelf je agendaklem of gsm-houder’ de leukste workshops. Leerlingen gaven wel aan dat een belangrijke reden om een workshop leuk te vinden, er van af hing of ze iets meekregen naar huis. Ook bij de leerlingen werd gepolst naar het effect van Technologica. Dat techniek tof is, daarmee gaat 75% akkoord. 11% heeft hier geen mening over en 13% vindt techniek niet tof. Op de vraag of ze meer weten over TSO en BSO antwoordt 38% positief. 28% heeft hier geen mening over en 35% antwoordt negatief. Als feedback hierbij gaven leerlingen aan dat zij hierover al tijdens de lessen op school hadden geleerd. Ongeveer 75% van de leerlingen heeft erbij stilgestaan dat techniek overal aanwezig is. 12% heeft hier geen mening over en 13% gaat niet akkoord met de stelling. Enkele reacties van de leerkrachten: “Wat jullie bieden, kan ik in de klas onmogelijk aanbieden! Ook het gesprek met de studenten is een meerwaarde!” Katelijne Soens, leerkracht 6de leerjaar, basisschool Sint-Paulusbasisschool, Gent. “Een interessante en leuke voormiddag waarin leerlingen hun technische vaardigheden verder kunnen ontdekken en ontwikkelen.” Ellen Leyman, leerkracht 6de leerjaar, basisschool De Regenboog Stad Gent, Wondelgem. “Workshops zijn heel erg fijn omdat de kinderen steeds iets nieuws uitproberen!” Christa Van den Broeck, leerkracht 6de leerjaar, gemeentelijke basisschool Waasmunster. “Leerlingen staan versteld van de resultaten, goede uitleg bij GIP, leuke dingen, interessant, ze willen meer weten en kunnen er veel uit leren”, Leen De Temmerman, leerkracht 6de leerjaar, basisschool Koninklijk Atheneum Zottegem. Enkele reacties van de leerlingen: “Ik heb veel bijgeleerd - ik heb dingen ontdekt die me interesseren en waarvan ik niet wist dat je dat kan leren op school”, Leerling 6de leerjaar, basisschool Crombeen, Gent. “Het was echt leuk!”, Leerlingen 6de leerjaar, gemeentelijke lagere school Ruiter, Waasmunster. “Toffe opdrachten, cool en leuk, zelf veel doen, iets krijgen”, Leerlingen 6de leerjaar, basisschool Koninklijk Atheneum Zottegem. 3.6 Project – GP Metal Awards “Bedankt voor jullie fantastisch werk op de GP Awards ! Iedereen was vol lof over jullie aanpak en coördinatie, de aanwezigheid van de kinderen gaf een heel positieve sfeer aan het event.” Kristof De Vylder, sectorconsulent TOFAM West-Vlaanderen. “Ik heb heel lovende commentaren gehoord van Basisschool De Waaier over de begeleiding op de Metal Award.” Marleen Baelde, mede zaakvoerder metaalbedrijf Made In Inox, Watou, sponsor van 1 van de GiP’s op de GP Metal Awards 2014. Op 23 mei 2014 vond de GP Metal Awards plaats in Kortrijk. Dit event is een initiatief van TOFAM West-Vlaanderen en is een beurs en wedstrijd voor leerlingen uit het afstudeerjaar van technische secundaire scholen met een studierichting metaal uit West-Vlaanderen. Op deze editie werden er 26 GiP’s (Geïntegreerde Proeven) getoond uit 14 West-Vlaamse scholen.
108
Voorafgaand aan dit event werden West-Vlaamse leerlingen uit het 6de leerjaar uitgedaagd om een robot te ontwerpen. De 3 scholen met de beste robot werden uitgenodigd voor het GP Metal Awards event. Deze in totaal 47 leerlingen uit het 6de leerjaar, hun leerkrachten en enkele ouders kregen een programma dat door Het Beroepenhuis werd bedacht en begeleid. De jongeren konden roteren over 3 activiteiten: een geleid bezoek aan de GiP-beurs waarbij ze ook als jury werden ingeschakeld, het beroepenatelier metaal en technologie waar de jongeren een USB-stick maken en een atelier waar elke jongere een windmolen maakte onder leiding van Ingegno. 3.7 Project – Beroepenrally metaal en technologie “Dit (namelijk de begeleiding van de bedrijfsmedewerkers) was, samen met de realistische context van de bedrijven, de grote kracht van de rally. De begeleiders waren echt enthousiast, kindvriendelijk…ook al legden ze niet meteen alles uit (vb. wat doet dit bedrijf,…), ze waren erg kindgericht, antwoordden op vragen, trots op hun wat ze deden… prachtig om te zien, ideale uitstap om eventuele vooroordelen omtrent technologie- en metaalrichtingen de wereld uit te helpen! Mieke Van Belle, Leerkracht 6de leerjaar, basisschool Sancta Maria, Gentbrugge
Op 22 oktober 2013 vond met de steun van TOFAM Oost-Vlaanderen de 2de editie plaats van de beroepenrally metaal en technologie in het Skaldenpark in de Gentse Haven. Het initiatief heeft als doel om jongeren op een ervaringsgerichte manier te laten proeven van beroepen die anders voor hen niet zichtbaar zijn. Stad Gent staat in voor het leerlingenvervoer en Het Beroepenhuis vzw ontwikkelde het concept en organiseerde de rally. De betrokken bedrijven - Volvo Cars Engine Center, Plastal, Tower, TI Automotive, Brose en OCAS - tonen hiermee hun betrokkenheid met de toekomst van de arbeidsmarkt en de instroom naar technische opleidingen zowel in secundair als in hoger onderwijs.
109
De 96 jongeren kwamen uit het 6de leerjaar basisonderwijs uit 4 verschillende Gentse scholen (BS De Triangel, Bollekensschool, Sint-Paulusbasisschool en Sancta Maria Gentbrugge). Ze waren vergezeld van 8 leerkrachten en werden daarnaast ook begeleid door 9 studenten en 1 docente uit de lerarenopleiding lager onderwijs voor het vak techniek van Hogent. De leerlingen en hun begeleiders ontdekten tijdens de rally op een ervaringsgerichte manier bijvoorbeeld de beroepen productieoperator, onderzoeker en surface operator. Zo konden ze onderdelen van een motorblok assembleren en als onderzoeker de ‘black carbon test’ uitvoeren op metaal. Ze leren ook een velg aan een band bevestigen en bumpers op fouten controleren. De jongeren krijgen zo een idee van hoe in het echt auto’s gemaakt worden en hoe er in grote bedrijven gewerkt wordt. 3.8 Project – Zorgberoepenrally’s Een zorgberoepenrally wil jongeren op een ervaringsgerichte manier verschillende beroepen leren kennen in de reële werkomgeving, door verschillende locaties te bezoeken. Zo worden de beroepen uit de onbekendheid gehaald en kunnen leerlingen uittesten of ze de juiste talenten en interesses hebben voor deze beroepen. Tijdens deze rally’s konden jongeren, aan de hand van kleine groepjes in een doorschuifcircuit, proeven van 5 tot 7 beroepen uit de zorg- en welzijnssector aan de hand van een deelactiviteit van het beroep. Zo konden ze een inspuiting geven in een prikarm als verpleegkundige, als kinderbegeleider leerden ze een babypop verluieren en als zorgkundige konden ze met een tillift aan de slag. Ook tijdens het wandelen van de ene activiteit naar de andere werden de leerlingen uitgedaagd door bijvoorbeeld een rolstoelparcours.
De vorige editie van een zorgberoepenrally vond plaats in Gent in 2011. De zorgberoepenrally’s werden dit jaar op vraag van Provincie Oost-Vlaanderen uitgebreid naar 3 steden: Aalst, Gent en Sint- Niklaas. De doelgroep was de 2de graad secundair onderwijs. Daarnaast werd ook op vraag van het Huis voor Gezondheid voor de eerste maal in Brussel een zorgrally georganiseerd,
110
waarvoor de doelgroep de 1ste graad secundair onderwijs was. Het Beroepenhuis zorgde voor het draaiboek van de dag, de algemene organisatie en ook voor de educatieve omkadering vooraf en nadien. Er werd samengewerkt met verscheidene partners uit de zorgsector, die zorgden voor de concrete uitwerking van hun activiteit en de begeleiding hiervan op de dag zelf: - overkoepelend voor Oost-Vlaanderen bundelden 6 thuiszorgorganisaties de krachten: Solidariteit voor het Gezin, Familiehulp, Familiezorg, Partena, Bond Moyson-Thuishulp en Wij Blijven Thuis. - in Aalst ging de zorgrally door op 17 oktober 2013 en werd er samengewerkt met 6 partners: Het Sint-Augustinusinstituut (SAI), het Onze-Lieve-Vrouwziekenhuis (OLV), het Algemeen Stedelijk Ziekenhuis (ASZ), het Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen, Katholieke Hogeschool Sint-Lieven en de thuiszorgorganisaties. - in Gent vond de zorgberoepenrally plaats op 8 oktober 2013 en waren de 6 partners: Algemeen Ziekenhuis Sint-Lucas, Dagverzorgingscentrum De Blaisant Sint-Jozef, Vzw Beregoed, IVV SintVincentius, Stad Gent en de thuiszorgorganisaties. - in Sint-Niklaas was er op 18 oktober 2013 een zorgrally en werkten 5 partners samen: het OCMW Sint-Niklaas (woonzorgcentrum De Spoele en De Plataan), Algemeen Ziekenhuis Nikolaas, de Katholieke Hogeschool Sint-Lieven, het Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen en de thuiszorgorganisaties. - in Brussel tenslotte werd voor de rally op 15 oktober 2013 beroep gedaan op 7 partners die zich gevestigd hadden in het gebouw Terranova: de Hogeschool-Universiteit Brussel (HUB) – afdeling optiek-optometrie – afdeling verpleegkunde – afdeling medische beeldvorming, het Dagcentrum Terranova, het kinderdagverblijf De Ketjes en de Sint-Janskliniek – afdeling biotechniek – afdeling orthopedie.
Voor Oost-Vlaanderen werd gekozen om de volgende 6 beroepen uit te werken: - kinderbegeleider - opvoeder - zorgkundige (al dan niet in de context van een ziekenhuis of woon-zorgcentrum) - verzorgende (in de context van thuiszorg) - ergotherapeut - verpleegkundige (al dan niet in de context van een ziekenhuis of thuiszorg) In Brussel werden activiteiten ontwikkeld voor 7 beroepen: - kinderbegeleider - orthopedist - technoloog medische beeldvorming - biotechnieker - opticien/optometrist
111
- ergotherapeut - verpleegkundige Aan de zorgrally’s namen in totaal 709 leerlingen deel, 639 leerlingen in Oost-Vlaanderen en 70 in Brussel. In Brussel werd een halve dag georganiseerd, in Aalst, Gent en Sint-Niklaas gingen 2 rally’s op 1 volledige dag door. Hieronder een overzicht:
Aalst Gent Sint-Niklaas Brussel Totaal
aantal scholen 6 5 6 3 20
aantal leerkrachten 23 19 22 10 74
leerlingen voormiddag 109 122 85 70 386
leerlingen namiddag 94 110 119 323
leerlingen totaal 203 232 204 70 709
De scholen, partners en begeleiders van een groepje ontvingen na de zorgrally een evaluatieformulier, waarvan hieronder de belangrijkste bevindingen te lezen vallen. Voor elke stad werd een apart evaluatieformulier opgesteld. Van de leerkrachten ontvingen we 4 formulieren uit Aalst, 10 formulieren uit Gent, en 4 formulieren uit Sint-Niklaas. Uit Brussel werd 1 evaluatie terugbezorgd. Sommige scholen bundelden de evaluaties van verschillende leerkrachten in 1 evaluatieformulier. Alle leerkrachten uit Aalst, Sint-Niklaas en Brussel, en 80% van de leerkrachten uit Gent, gaven aan de voorziene lesvoorbereiding van Het Beroepenhuis te hebben gebruikt. Zij vonden deze goed tot zeer goed, maar de meesten werkten er wel langer dan 1 lesuur aan met hun leerlingen. De klassen uit Sint-Niklaas vonden het niveau van de les iets te hoog voor hun leerlingen van het BSO. “Zeer goed en gevarieerd uitgewerkte lesvoorbereiding, een plus zijn de verschillende werkvormen.” Claire Van Pevenage, leerkracht Voeding-Verzorging, Sint-Catharinacollege, Geraardsbergen. Over het verloop van de zorgberoepenrally zelf waren de meningen meer uiteenlopend, zeker wat betreft de tijdsindeling. Per activiteit werden 12 minuten voorzien. In Oost-Vlaanderen vond de meerderheid dat de tijd te kort was om alle leerlingen voldoende aan bod te laten komen of om vragen te stellen. In Aalst, Gent en Sint-Niklaas was dit respectievelijk 75%, 60% en 75%. In Brussel werd de tijdsindeling als uitstekend ervaren. De begeleiding doorheen de rally werd door alle leerkrachten goed bevonden. “Sterk punt: de 'diversiteit' van de verschillende begeleiders + iedereen spreekt vanuit de eigen ervaring. Dit is heel erg waardevol.” Katia De Keuleneir, leerkracht Voeding-Verzorging, Technisch instituut Sint-Carolus, Sint-Niklaas. In Aalst was er een onverwacht probleem met de lift naar het heliplatform, maar dit was van technische aard en niet te voorzien, dus werd die activiteit geannuleerd. In Brussel was een onverwacht probleem dat op de dag van de rally, dinsdag 15 oktober 2013, ook het offerfeest gepland was voor moslims. Hierdoor namen veel minder leerlingen effectief deel dan oorspronkelijk ingeschreven waren. Na de zorgberoepenrally gaven de leerkrachten enkele effecten aan als gevolg van de deelname:
112
Aalst Gent
Gemiddelde Brussel Totaal SintNiklaas OostVlaanderen
Verruiming kennis zorgberoepen
75%
80%
100%
85%
100%
89%
Bijdrage verwerven zelfkennis over eigen talenten en interesses
75%
60%
25%
53%
100%
65%
Bijdrage mentaliteitswijziging tav beroepen in de zorgsector
50%
20%
50%
40%
100%
55%
Beïnvloedding studie- of beroepskeuze
25%
50%
50%
42%
0%
31%
89% van de leerkrachten duidde aan dat de leerlingen een verruiming van hun kennis over de zorgberoepen kregen. 65% zag een bijdrage aan het verwerven van de zelfkennis van de leerlingen wat betreft de eigen talenten en interesses, 55% van de leerkrachten vonden de zorgberoepenrally een bijdrage aan de mentaliteitswijziging ten aanzien van beroepen in de zorgsector en een kleine 31% duidde aan dat de rally de beroeps- of studiekeuze beïnvloedde. Leerkrachten vinden dat leerlingen een concreter beeld kregen van wat een beroep inhoudt, ze zien de verschillende kanten: de praktische, positieve, mooie, maar ook kritische kant van de zorgberoepen.
“De leerlingen kregen voldoende verschillende invalshoeken en info om over na te denken. De leerlingen leerden dat zorgkundigen niet alleen maar hoeven 'te wassen en plassen'”, Carien Vandevyvere, leerkracht Voeding-Verzorging, VIP-school, Gent. “Goede verruiming van kennis over de sociale en zorgsector, door de praktijk hebben ze veel bijgeleerd en zelf ervaren. Positieve attitudevorming.” Dirk Veldeman, directeur, Koninklijk Atheneum Karel Buls, Laken. Als suggesties voor de toekomst gaven bijna alle leerkrachten aan dat ze het concept geslaagd vinden, maar willen dat er meer tijd wordt voorzien voor een ruimere kennismaking met alle beroepen en dat er meer ruimte wordt gelaten voor vragen. “Graag een ruimere tijdspanne waardoor de leerlingen nog meer tijd en gelegenheid krijgen om mee te stappen, voelen en ervaren wat er zoal klaar ligt in de non-profit sector! De leerlingen waren zelf vragende partij om meer te mogen 'DOEN' en 'VRAGEN'. Proficiat met dit zeer mooie en zeer krachtige project!"
113
Carien Vandevyvere, leerkracht Voeding-Verzorging, VIP-school, Gent.
Ook de leerlingen werden bevraagd over hun bevindingen van deze zorgrally. Het Beroepenhuis ontving respons van 46% van alle deelnemende leerlingen aan de zorgberoepenrally.
Aalst Gent Sint-Niklaas Brussel Totaal
Leerlingen op zorgrally
Evaluaties ontvangen
Responsgraad
203 232 204 70
75 161 72 15
709
323
37% 69% 35% 21% 46%
Alle leerlingen geven aan dat ze op de zorgrally veel hebben bijgeleerd. Om na te gaan wat de effecten van deze dag op de jongeren was, kregen ze enkele stellingen voorgeschoteld. Hieronder kort de resultaten:
90% 80%
De zorgberoepenrally was boeiend, aangenaam, leuk
70% 60%
Ik heb een beter beeld van de inhoud van bepaalde beroepen
50% 40%
Ik heb kunnen ontdekken wat ik goed en minder kan
30% 20%
Ik weet nu beter of zorgberoepen bij mij passen
10% 0%
ja
geen mening
nee
Een job in de zorg past bij mij 17%
Ja, maar dat wist ik al
53%
Ja, dat ontdekte ik op de zorgrally
30% Nee
114
De meeste jongeren (gemiddeld 86%) vonden de zorgberoepenrally aangenaam, boeiend en leuk. Ook de grote meerderheid (83%) heeft na de beroepenrally een beter beeld van wat de beroepen in de zorg inhouden. Op de vraag of de leerlingen nu een beter zicht hebben op wat ze goed of minder goed kunnen, komt er ook een relatief positieve reactie: 51% gaat akkoord met deze stelling. De leerlingen geven de opmerking dat de tijd te kort was om echt al te weten of het iets voor hen is. De personen die al iets zekerder waren over wat ze willen worden, kregen een concreter idee. De rally zorgde er ook voor dat 77% van de jongeren beter weet of zorgberoepen bij hen passen. “Tof dat het niet alleen theorie is, maar ook praktijk.” Leerling 4de jaar Sociaal-Technische Wetenschappen, Sint-Vincentiusinstituut, Gijzegem. Tot slot werd aan de leerlingen gevraagd of ze denken dat een job in de zorg bij hen past. 53% van de leerlingen denkt van wel, maar dat dachten ze ook al voor de zorgberoepenrally. 30% van de leerlingen denken dat een job in de zorg bij hen past en ze geven aan door de zorgberoepenrally overtuigd te zijn. 17% van de leerlingen geven aan dat een zorgjob niet bij hen past. “Ik zou kiezen om voor oudere mensen te zorgen in plaats van jonge kinderen”, Leerling 3de jaar Voeding-Verzorging, Sint-Catharinacollege, Geraardsbergen. Ook de begeleiders van een groep leerlingen ontvingen een evaluatieformulier. In sommige steden werden studenten ingezet, in andere Zorgambassadeurs of een combinatie van beide. We ontvingen 37% van de opgestuurde evaluaties terug.
Aalst Gent Sint-Niklaas Brussel Totaal
begeleiders rally
ontvangen evaluaties
responsgraad
32 12 20 11 75
10 7 7 4 28
31% 58% 35% 36% 37%
De begeleiders vonden dat de samenwerking met Het Beroepenhuis goed verlopen is. Over de tijdsindeling zijn de meningen verdeeld. Sommigen vonden deze goed, anderen vonden dat er te weinig tijd was om alles goed uit te voeren. Verder is iedereen tevreden over het gedrag van de leerlingen en vinden de meeste partners dat een zorgberoepenrally voor herhaling vatbaar is (80% in Aalst en 100% in zowel Gent, Sint-Niklaas als Brussel). “Laat de leerlingen nog meer zelf doen. Voer de gegeven tijd van de zorgberoepen op zodat er nog meer uitleg en demonstraties kunnen gegeven worden. Laat ook kinderen van niet-technische richtingen kennis maken van deze zorgberoepenrally.” Bert Vermeir, student KaHo, over de zorgberoepenrally in Aalst. “Omdat de jongeren zo een beter beeld krijgen van wat deze sector allemaal inhoudt. Het is namelijk meer dan arts of verpleegkundige. En dit heb ik ook verschillende keren in mijn groepje leerlingen horen zeggen, "Oh, ik wist niet dat dit bestond." "Wat moeten wij studeren om dit later te kunnen doen?", Francoise Bogers, student HUB, over de zorgberoepenrally in Brussel. Naast de begeleiders van een groep leerlingen ontving Het Beroepenhuis ook 84% van de evaluatieformulieren van de partners die een activiteit voorstelden op de zorgberoepenrally. Uit Brussel ontvingen we ook een evaluatie van het Huis voor Gezondheid.
115
Aalst Gent Sint-Niklaas Brussel Totaal
partners
ontvangen evaluaties
responsgraad
6 6 5 8 25
4 4 5 8 21
67% 67% 100% 100% 84%
Ook deze partners waren tevreden over de samenwerking met Het Beroepenhuis zowel in de voorbereiding als op de dag zelf. De reacties zijn enkel uitstekend of goed. “Het overgrote deel van de studenten was geïnteresseerd en leergierig.” Luc Vlasschaert, Zorgambassadeur en medewerker ASZ Aalst. “Heel goed georganiseerd, vlotte samenwerking, open communicatie. Meer dan één pluim verdiend!” Lut Lambert, medewerker Thuiszorg, over de Oost-Vlaamse zorgberoepenrally’s. Iedereen is het er over eens dat een herhaling van de zorgberoepenrally goed zou zijn. Als suggesties naar de toekomst wordt opgemerkt om de groepen zeker niet groter te maken dan 12 jongeren, de timing eens te herbekijken en toch proberen om meer ASO-leerlingen te betrekken. “Het is een mooie gelegenheid om op 1 dag veel studenten te bereiken. De coördinatie door Het Beroepenhuis is ook zeer praktisch.” Mieke De Block, medewerker AZ Nikolaas, over de zorgberoepenrally in Sint-Niklaas. Wanneer we de feedback van alle betrokkenen – de leerkrachten, de leerlingen, de begeleiders en de partners – samen bekijken, kunnen we in de eerste plaats heel positief zijn. De samenwerking tussen de verschillende partners is zeer goed verlopen en de lesvoorbereiding werd goed gebruikt op de scholen. De rally zelf is vlot verlopen en de reacties van leerkrachten en leerlingen waren lovend. De opdrachten bij de beroepen en de tussendooropdrachten werden algemeen leuk en leerrijk bevonden en de beoogde effecten werden bereikt. 3.9 Bedrijfsbezoeken Het Beroepenhuis vzw organiseerde de 1ste bedrijfsbezoeken met jongeren in het schooljaar 20062007, eerst enkel in Oost-Vlaanderen en het jaar daarop uitgebreid over heel Vlaanderen. Ondertussen zijn deze bedrijfsbezoeken in sommige bedrijven een jaarlijkse gewoonte geworden en kunnen bedrijven deze - met behulp van een draaiboek, opgesteld samen met Het Beroepenhuis zelfstandig voortzetten. De beroepen en het productieproces staan nog steeds centraal bij deze bedrijfsbezoeken. Jongeren leren beroepen kennen via actieve doe-opdrachten en rechtstreeks contact met de beroepsbeoefenaars, 2 belangrijke pijlers die als rode draad gelden voor de bedrijfsbezoeken. Het schooljaar 2013-2014 was het 2de jaar waarbij Het Beroepenhuis de praktische organisatie aan de bedrijven zelf overliet. Enkele bedrijven zetten het initiatief verder en organiseerden bedrijfsbezoeken voor jongeren. Hieronder een overzicht van de deelnemende bedrijven, aantal leerlingen, aantal begeleiders, totaal aantal bezoekers en aantal bedrijfsbezoeken. Bedrijf Wienerberger Picanol ODTH TOTAAL
Leerlingen 116 715 /
Begeleiders 13 35 /
116
Totaal 129 750 150 1.029
Bedrijfsbezoeken 5 30 10 45
Het bedrijf Wienerberger ontving 5 scholen met 129 deelnemers in het voorjaar van 2014. Het bedrijf Picanol ontving 30 scholen met 750 deelnemers doorheen het schooljaar 2013-2014. Beide bedrijven gaven reeds aan dat zij volgend schooljaar zeker opnieuw bedrijfsbezoeken organiseren. Bij het bedrijf ODTH kwamen 150 bezoekers langs op 10 bezoekmomenten. Bij hen zijn er voorlopig geen bedrijfsbezoeken meer gepland. Het Beroepenhuis gaat zelf niet meer op zoek naar nieuwe bedrijven voor bedrijfsbezoeken, omdat uit de bedrijfsbezoeken intussen de beroepenrally’s zijn gegroeid en vooral daarop wordt ingezet. Bij deze rally’s verenigen meerdere bedrijven of organisaties per sector zich en kunnen leerlingen door middel van een doorschuifsysteem van verschillende beroepen en contexten proeven. (zie 3.7 Beroepenrally metaal en technologie én 3.8 Zorgberoepenrally’s). Er staan in het komende schooljaar 2014-2015 al 4 beroepenrally’s gepland: 3 voor de zorgsector en 1 voor de metaalsector. 3.10 Ikanda
“We hebben ons rot geamuseerd, veel BV's gezien en allerlei soorten talenten mogen uittesten!”, Leerlingen 6de leerjaar, Sint-Franciscus, Poperinge
Op 3 april 2014 organiseerde Flanders DC voor de 5de maal het kindercongres IKANDA. De Brabanthal in Leuven werd opnieuw de locatie waar zo’n 1.600 Vlaamse leerlingen uit het 6de leerjaar samen met hun leerkrachten werden uitgenodigd. Dit kindercongres is nog steeds uniek in België en heeft als doel om twaalfjarigen meer over hun talent te laten ontdekken. Het programma, vergelijkbaar met een congres voor volwassenen, bestond uit 2 plenaire gedeeltes waarin bekende Vlamingen kwamen vertellen over hun talenten. Dit jaar verwelkomde IKANDA Tom Waes, Marc De Bel, Fatty K, Sofie Dumont, Herman Verbruggen, Sven Ornelis, Lieve Blancquaert en Sven Nys. De presentatoren van dienst waren Kobe Van Herwegen en Ketnetwrapster Sien Wynants. Tussen deze 2 gedeeltes was er tijd voor workshops waar de leerlingen konden proeven van wetenschap, cultuur en ondernemerschap. Het Beroepenhuis, Jeugd en Muziek en Technopolis zorgden voor heel wat doe-activiteiten waaruit gedurende 2 uur lang een keuze kon worden gemaakt.
117
Bij Het Beroepenhuis konden leerlingen terecht voor workshops rond beroepen en talenten. Er werden in totaal 15 verschillende mini-beroepenateliers aangeboden. Als schoonheidsspecialist een massage geven, een cupcake versieren als kok, tegels waterpas leggen als vloerder, een juweel maken als metaalbewerker, het was allemaal mogelijk. Twee sectoren kwamen zelf een handje toesteken om hun sector-atelier mee te begeleiden. Zo kon er haargel gemaakt worden als laborant en werd het beroep hoofdwerktuigkundige uitgeprobeerd aan de hand van een technische puzzel. Daarnaast was ook de Startruck van SFTL aanwezig om het beroep vrachtwagenchauffeur te laten ontdekken. Zo’n 800 leerlingen namen deel aan 1 of meerdere van deze 15 workshops van Het Beroepenhuis. Het werd voor hen dan ook een onvergetelijke dag! 3.11 Project – Doedag transport en logistiek bij IRIS TL “Ik vond de activiteiten (en hun inhoud) zeer goed uitgekozen, ze spraken de verschillende talenten en interesses van de leerlingen aan. Elke leerling had wel een onderdeel waar hij of zij zich beter in voelde. Alles bij elkaar vonden de kinderen en ik dit een zeer leerrijke ervaring en zeker voor herhaling vatbaar volgend jaar!” Sébastien Rijckmans, leerkracht 6de leerjaar, GBS Windroos, Sint-Jans-Molenbeek Op 8 mei 2014 ging er voor het eerst een doedag voor transport en logistiek door in het beroepsreferentiecentrum IRIS TL in Anderlecht onder leiding van Het Beroepenhuis. Er namen 47 jongeren uit het 6de leerjaar en 3 leerkrachten aan deel uit 3 verschillende Nederlandstalige scholen uit Brussel.
De jongeren werden getrakteerd op een hele reeks actieve workshops om kennis te maken met de sector transport en logistiek in een doorschuifsysteem. Onder begeleiding van SFTL konden ze het interactieve spel met tablets ‘De verdwenen vrachtwagenchauffeur’ spelen. In een echt magazijn konden ze samen met een consultant van IRIS TL een bestelling terug in de rekken plaatsen en een
118
nieuwe bestelling laden op een transpallet en wikkelen in folie. De VDAB was aanwezig met een simulator waarin de jongeren konden plaatsnemen op de zetel van een vrachtwagenchauffeur om de vrachtwagen te besturen. Bij de truck experience van SFTL konden ze dan weer leren hoe je een lading vastmaakt in de laadruimte van een vrachtwagen.
Ook de NMBS was aanwezig met een treinsimulator op de computer zodat de jongeren konden ondervinden waarmee je rekening moet houden bij het besturen van een trein. Het Beroepenhuis verzorgde twee activiteiten uit het beroepenatelier haven en binnenvaart door hen met meertouwen te laten werpen en containers op een schip te laten stapelen. Tot slot konden ze ook het beroep van heftruckchauffeur leren kennen dankzij de mensen van Actiris en VDAB door een quiz te spelen over verschillende soorten heftrucks en door de vork van een heftruck te besturen en te proberen om een bal door een ring te mikken.
Behalve de volwassenen uit de verschillende partnerorganisaties die de activiteiten begeleidden, kreeg elke groep jongeren en elke activiteit ook nog eens assistentie van jongeren uit de 3de graad secundair onderwijs van het Imelda Instituut die een opleiding volgen in de logistiek. De leerkrachten en leerlingen die deelnamen gaven bijzonder positieve feedback over deze doedag. Ze waren vooral enthousiast over het omkaderende lesmateriaal en over de activiteiten die prima waren van niveau en onmogelijk in de klas te organiseren zijn. Enkel de begeleiding door de jongeren van het secundair onderwijs werd een beetje wisselend geëvalueerd omdat de ene jongere hier al meer talent voor had dan de andere. Als effecten van de doedag werd vooral aangestipt dat de jongeren dankzij deze doedag konden ontdekken dat transport en logistiek tof is. Ook werd beklemtoond dat het een kans was voor de leerlingen om hun talenten te ontdekken. Ook de partners die meewerkten waren enthousiast over de doedag en over de samenwerking. Er wordt nu bekeken of er ook een dergelijke doedag kan doorgaan voor Franstalige jongeren uit Brussel en of er eventueel een herhaling komt voor Nederlandstalige jongeren.
119
3.12 Project – Creaclub Technica “Als ik kan kom ik zeker naar het toonmoment! Wolf was super enthousiast over wat jullie gedaan hebben en ik zou het wel graag zelf eens zien”, Ouder van een deelnemer van de Creaclub Technica. In het kader van het STEM-actieplan en de vele STEM-academies die hierop antwoord bieden kon ook Het Beroepenhuis niet achterblijven. In samenwerking met TOFAM Oost-Vlaanderen en Ingegno werd in het schooljaar 2013-2014 een eerste STEM-academie in Het Beroepenhuis georganiseerd, genaamd Creaclub Technica. De Creaclub Technica bestond uit 7 uitdagende techniekworkshops op woensdagnamiddag (meijuni 2014) en was gericht naar 10 tot 12-jarige meisjes en jongens die graag creatief bezig zijn met techniek. Met dit initiatief willen we dan ook STEM (Sciences – Technology – Engineering – Mathematics) promoten bij jongeren. De 11 deelnemers van de techniekclub zijn op woensdagnamiddag bijzonder creatief aan de slag gegaan met soldeerbouten, lijmpistolen, een 3D-printer, LED-verlichting,… en bouwden dan ook heel wat mooie dingen. Een autootje, een miniatuurhuisje, een eigen 3D-ontwerp en een windmolen stonden onder andere op het programma. Daarnaast werden ook enkele workshops van Het Beroepenhuis georganiseerd waarbij de deelnemers tandpasta maakten en een eigen usb-stick maakten. In elke sessie werd eveneens dieper ingegaan op de persoonlijke talenten van de deelnemers. Aan de hand van een talentencirkel konden ze zichzelf telkens beoordelen over de voorbije workshop. Dit resulteerde in een persoonlijke talentenkaart.
Het resultaat van deze eerste techniekclub mocht zeker gezien worden! Op het toonmoment op woensdag 25 juni 2014 stelden de deelnemers dan ook met trots alle gemaakte werkjes voor aan ouders, broers en zussen. Ook een aantal partners van de deelnemende organisaties waren aanwezig. De officiële uitreiking van de talentenkaarten met een hapje en een drankje zorgde voor een leuke afsluiter van de Creaclub Technica.
120
Het enthousiasme van de deelnemers en de lovende reacties van hun ouders en de partners deden ons besluiten om ook volgend schooljaar een aantal reeksen van deze techniekclub te organiseren.
3.13 Project – Beroepenwandelingen
“Een hele goeie formule voor een volledig dagprogramma.” Veronique Van Leugenhaege, leerkracht 6de leerjaar, Basisschool Velle. Het was al langer zo dat een klein deel van onze klanten het klasbezoek aan Het Beroepenhuis combineerde met een tweede educatieve activiteit, om op die manier een volledig ‘dagje Gent’ te bekomen. Niet zelden vroeg een reserverende leerkracht daarvoor ook advies aan ons. Voorheen gaven we dan een vrijblijvend beeld van de zeer diverse mogelijkheden, van een bezoek aan het Gravensteen of het MIAT tot het Illuseum of het Designmuseum.
121
Naar alle waarschijnlijkheid zullen de sinds dit schooljaar gewijzigde aanvangsuren (zie 1.1.1) er toe leiden dat de interesse in aanvullende activiteiten verder groeit. Immers, heel wat scholen die de voorgaande jaren een over de voor- én namiddag gesplitst bezoek planden, moeten nu de keuze maken voor één van beide dagdelen, waardoor er ruimte ontstaat in het andere. Het leek ons daarom opportuun om de ontwikkeling te faciliteren van een aanbod dat inhoudelijk in het verlengde ligt van het onze. Om dat zo efficiënt mogelijk te doen, ging Het Beroepenhuis twee nieuwe partnerschappen aan met organisaties die daartoe al over de nodige knowhow en mensen beschikken. Twee gidsenorganisaties uit onze stad, Gandante vzw en de Gentse Gidsen, ontwikkelden onder onze vleugels elk hun eigen stadswandeling rond dezelfde thema’s die in onze werking aan bod komen: beroepen ontdekken, stilstaan bij talenten, … We waakten erover dat de belangrijke klemtonen van onze eigen educatieve huisstijl daarbij werden gerespecteerd: genderneutraliteit, een positieve kijk op praktisch uitvoerende en technische beroepen, ervaringsleren, … Daarbij gebruikten we ook de feedback van testklasjes om het eindresultaat zo sterk mogelijk te maken.
De 'CurieuzeNeuzentocht' van Gandante vzw is een wandeling doorheen de stad waarbij leerlingen te weten komen welke sectoren, talenten en jobs aan bod komen bij het produceren van een lekkere Gentse Neus, maar ook welke sectoren bij hen passen en wat hun talenten zijn. Om de wandeling praktisch laagdrempelig te maken voor onze klanten start en eindigt ze aan Het Beroepenhuis en duurt ze maximaal 2 uur.
‘Spelenderwijs op ontdekkingstocht naar beroepen’ heet de beroepenwandeling met doeopdrachten onder leiding van de Gentse Gidsen. Ook deze start en eindigt aan Het Beroepenhuis en duurt ongeveer 1,5 uur. Alle praktische afspraken maken leerkrachten rechtstreeks met de gidsenorganisaties, zonder tussenkomst van Het Beroepenhuis. Wij zullen deze wandelingen vanaf het schooljaar 2014-2015 aanprijzen bij onze klanten.
122
3.14 Beurzen, nascholing en samenwerkingsverbanden Tijdens het schooljaar 2013-2014 was Het Beroepenhuis vzw vertegenwoordigd bij heel wat evenementen en projecten van andere organisaties. Sommige grotere evenementen waar we een aanzienlijke rol speelden, kregen een hoofdstuk in dit jaarverslag, zoals Technologica, GP metal Awards, IKANDA en de doedag Transport en Logistiek bij IRIS TL. Daarnaast waren we nog op veel plaatsen aanwezig, soms met een stand op de beurs, soms als spreker of soms als adviseur of als lid van een stuurgroep, werkgroep of netwerk. Een chronologisch overzicht:
Datum 28 augustus 2013 en 8 april 2014
Naam event, groep of project Techniek is Sjiek
30 september 2013 Interreg project Bedrijf + en 31 maart 2014 School 9 oktober 2013 TOP-dag 21 november 2013 Roadies – Klasse en 6 juni 2014 nummer van januari VDAB 20 december 2013 eindejaarsseminarie 23 januari 2013 VDAB partnerdag presentatie onderwijsleden ACV 27 januari 2014 Zele Onderwijscafé vroegtijdig 31 januari 2014 schoolverlaten Nascholing VCLB Mechelen Buitengewoon 11 februari 2014 Onderwijs Flankerend Onderwijsbeleid 17 maart en 1 april werkrgroep 2014 jongerenbetrokkenheid Netwerkmoment TA@3D 19 maart 2014 Sint Katelijne Waver
2 april 2014 12 mei en 26 juni 2014 22 mei 2014 28 mei 2014
2 juni 2014
Onderwijscafé - STEM Communicatie werkgroep voedingsindustrie
samenwerking RTC Oost-Vlaanderen en partners
rol Het Beroepenhuis lid van stuurgroep
RTC Oost-Vlaanderen, RTC West-Vlaanderen, Zeeland en partners lid van stuurgroep Technopolis standhouder op beurs
Klasse
medewerker aan uitgave
VDAB VDAB
partner partner
ACV Zele en onderwijspartners Pedagogische Begeleidingsdienst Gent en partners
gastspreker
partner
VCLB Mechelen
nascholer
Flankerend Onderwijsbeleid Stad Gent en partners
lid van werkgroep
Netwerk TA@3D Pedagogische Begeleidingsdienst Gent en partners
IPV, VDAB, Miummm IPV en Techniek op z'n BEST ArteveldeHogeschool Expertisenetwerk STEM ArteveldeHogeschool voor de basis en Ugent Technopolis en netwerk van STEM academie organisatoren STEM netwerk academies
123
standhouder op beurs
gastspreker in debat
lid van werkgroep lid van stuurgroep lid van netwerk
lid van netwerk
5 juni 2014
LOP/SO Gent
Alle secundaire scholen Gent, CLB’s, Ouderverenigingen, vakorganisaties, …
Lid van Algemene Vergadering als één van de socioeconomische organisaties
Hier onder vind je, in thema’s gebundeld, wat meer informatie over de activiteiten uit bovenstaande lijst. 3.14.1 Rechtstreekse communicatie naar leerkrachten en leerlingen Voor het 9de jaar op rij namen we deel aan de TOP-dag in Technopolis, Mechelen, op 9 oktober 2013. Deze beurs en studiedag wordt al 9 jaar ingericht voor leerkrachten uit het secundair onderwijs en sinds 2010 is er ook een dag voor basisonderwijs. Dit schooljaar konden we door een te drukke kalender met eigen activiteiten enkel deelnemen aan de dag voor secundair onderwijs. Op die dag waren er 325 leerkrachten aanwezig waarvan we 152 leerkrachten hebben gesproken. Op de beurs worden alle uitgeverijen en ontwikkelaars van didactische materialen die werken rond het thema techniek gebundeld en worden er allerhande workshops ingericht. Het Beroepenhuis stalde behalve de informatie over de eigen werking ook de lesmaterialen uit die door sectoren en andere organisaties werden ontwikkeld. In het kader van het project Roadies, waarbij 2 18-jarigen gedurende het hele schooljaar elke week een andere job uitprobeerden, werkten we mee aan de uitgaven van Klasse in januari 2014. Naast uitwisseling van kennis en informatie werd Het Beroepenhuis letterlijk opgenomen in de volgende 4 uitgaven van januari 2014: Yeti, gericht naar de leerlingen van de basisscholen uit heel Vlaanderen, de Pedagogische bijlage bij het speciale Roadies nummer voor de 1ste graad secundair onderwijs, in Klasse voor ouders, in Klasse voor leerkrachten. Op 11 februari 2014 werd Het Beroepenhuis uitgenodigd door VCLB Mechelen als spreker om 2 sessies te geven op een nascholingsdag gericht naar Buitengewoon Onderwijs. Een sessie bestond uit het toelichten van de vernieuwde methodiek voor buitengewoon onderwijs in Het Beroepenhuis, gecombineerd met een heel praktische workshop met doe-activiteiten voor de deelnemers. Er namen in totaal 15 mensen deel aan de 2 sessies. Op 19 maart 2014 was Het Beroepenhuis te gast op het netwerkevent van TA@3D, een vereniging van technisch adviseurs en coördinatoren van het onderwijs in Vlaanderen, in Sint-Katelijne-Waver op de Thomas More Campus De Nayer. Er was enerzijds een beurs met standhouders van commerciële organisaties die producten leveren aan het technisch onderwijs en daarnaast een kleinere beurs met enkele onderwijs gerelateerde standhouders. Het Beroepenhuis had hier een stand om de werking bekend te maken. 3.14.2 STEM Sinds 2012 volgt Het Beroepenhuis op de voet wat er binnen de Vlaamse regering beweegt rond het promoten van beroepen en opleidingen binnen STEM (Science, Technology, Engineering, Mathematics). In het schooljaar 2013-2014 stond STEM dan ook centraal in de eerste workshop van onze studiedag voor leerkrachten met materialenbeurs (zie 3.1 in dit jaarverslag). Toenmalig Volksvertegenwoordiger in het Vlaams Parlement en expert wat betreft STEM, Sabine Poleyn, kwam het STEM actieplan toelichten. Vanaf mei 2014 ging in Het Beroepenhuis ook onze eerste eigen STEM academie door in samenwerking met TOFAM Oost-Vlaanderen en Ingengo, de Creaclub Technica (zie 3.12 in dit jaarverslag). Daarnaast werd Het Beroepenhuis door de Pedagogische Begeleidingsdienst Gent uitgenodigd als gastspreker bij een debat op een onderwijscafé over STEM op vrijdagavond 2 april 2014 in Gent. Naast heel wat studenten van de Universiteit Gent waren hier ook leerkrachten uit Gentse scholen en andere onderwijsbetrokkenen op aanwezig.
124
Het Beroepenhuis is tevens lid van het netwerk van het InterENW/RP-Project Stem voor de Basis!. Dit expertisenetwerk wordt getrokken door ArteveldeHogeschool Hogent en Howest en heeft als doel om jongeren kritischer te maken via wetenschappelijke en technische geletterdheid. De focus van de expertisegroep ligt op techniek en ICT en de rol van de leerkracht-begeleider hierbij. Het Beroepenhuis was dit schooljaar vertegenwoordigd op 2 samenkomsten van dit netwerk. Tot slot maakt Het Beroepenhuis ook deel uit van het STEM netwerk voor organisatoren van STEM academies, wat getrokken wordt door Technopolis. Het Beroepenhuis ondertekende het charter dat alle organisatoren van STEM academies verbindt en wordt vermeld op de website www.stem-academie.be . Op 2 juni was Het Beroepenhuis vertegenwoordigd op de netwerkvergadering. 3.14.3 Bedrijfsbezoeken Het Beroepenhuis is al sinds 2012 lid van het partnerschap Techniek is Sjiek, het platform ter promotie van techniek dat getrokken wordt door het RTC Oost-Vlaanderen en met als website www.techniek-is-sjiek.be. Het platform voert campagne voor techniek enerzijds via promotiemateriaal in de vorm van kaartjes en posters die naar scholen worden verstuurd en anderzijds via opleidingen voor leerkrachten onder de noemer Techniek op het menu. De samenstelling van het platform is veranderlijk, maar bestond in januari 2013 naast Het Beroepenhuis uit: RTC Oost-Vlaanderen, Provincie Oost-Vlaanderen, TOFAM Oost-Vlaanderen, FVB Constructiv, Hogeschool Gent, Vormelek, Unizo, IPV, VDAB en KAHO Sint-Lieven. Vanaf 2013 werd de focus van dit platform meer en meer gelegd op de link tussen onderwijs en bedrijven. De opleidingen voor leerkrachten werden dan ook in bedrijven georganiseerd en hadden als inhoud het organiseren van een bedrijfsbezoek met de klas. Het Beroepenhuis was aanwezig op de 2 vergaderingen die doorgingen in dit schooljaar en nam ook deel aan 2 van de opleidingen voor leerkrachten. In mei 2013 is er onder de vleugels van het platform Techniek is Sjiek een interregionaal project van start gegaan met de naam Bedrijf + School. Dankzij een samenwerking tussen de Vlaamse regio’s Oost- en West-Vlaanderen en de Nederlandse regio Zeeland, werd een website www.bedrijfplusschool.eu opgebouwd die een handige tool is voor scholen en bedrijven die elkaar willen vinden voor een bedrijfsbezoek, gastles op school, snuffelstage voor leerlingen, docentstage of technische werkopdracht. Het Beroepenhuis is lid van de stuurgroep van dit project en was aanwezig op de 2 vergaderingen gedurende dit schooljaar. Daarnaast staat Het Beroepenhuis ook opgenomen als bedrijf in de databank van de website. De ArteveldeHogeschool en IPV werken vanaf september 2013 gedurende 2 jaar aan het project Techniek op z’n BEST. De bedoeling is om werkblaadjes en filmpjes te maken zodat scholen techniek-bedrijfsbezoeken aan voedingsbedrijven goed educatief kunnen omkaderen. Indien een effectief bezoek aan een bedrijf moeilijk te realiseren valt, kunnen de filmpjes een alternatief bieden. Het project vormt in feite een opvolger van de eerdere samenwerking van ArteveldeHogeschool en IPV in het project Alimento. Het Beroepenhuis werd als adviserende partner betrokken in de stuurgroep van dit project. 3.14.4 Andere evenementen en samenwerkingsverbanden Al sinds 2002 werkt Het Beroepenhuis jaarlijks samen met de VDAB voor de doedag (zie 3.2 in dit jaarverslag). Als jarenlange partners was Het Beroepenhuis ook dit schooljaar aanwezig op verschillende evenementen van de VDAB: namelijk op 20 december 2013 op het eindejaarsseminarie en op 23 januari 2014 op de partnerdag. Op 27 januari 2014 werd Het Beroepenhuis uitgenodigd als gastspreker op een infoavond van ACV Waas en Dender in Zele voor onderwijspartners onder de noemer ‘Help, Marc kan niet kiezen’. De 20 ingeschreven deelnemers waren heel geïnteresseerd in de aanpak van Het Beroepenhuis om jongeren hun talenten te laten ontdekken en te helpen bij hun studiekeuze. Binnen het kader van het flankerend onderwijsbeleid van de Stad Gent wordt er gestreefd naar
125
samenwerking tussen het onderwijs en partners uit andere beleidsdomeinen. Er werden daartoe verschillende werkgroepen opgericht, telkens binnen een specifiek thema. Het Beroepenhuis heeft deelgenomen aan twee brainstormsessies binnen de scope ‘jongerenbetrokkenheid’ op 14 maart 2014 en op 1 april 2014. Daarnaast zetelt Het Beroepenhuis al jaren in de algemene vergadering van het LOP/SO Gent. Het lokale overlegplatform probeert alle leerlingen gelijke kansen te bieden om te leren en zich te ontwikkelen. In het LOP zitten niet alleen alle directies en inrichtende machten van scholen en centra voor leerlingenbegeleiding, maar ook vertegenwoordigers van het schoolpersoneel, ouders en leerlingen, lokale sociaal-culturele en economische organisaties, organisaties van allochtonen en armen, integratiecentra, onthaalbureaus voor nieuwkomers, schoolopbouwwerk. Tot slot denkt Het Beroepenhuis graag mee met IPV, VDAB en het Miummm naar een goede communicatie over de voedingsindustrie naar jongeren toe. Op 12 mei 2014 en 26 juni 2014 staken we de koppen bij elkaar om bestaande communicatiekanalen in kaart te brengen en op elkaar af te stemmen. 3.15 Bereik van ouders “Dat kunnen we gerust een echt inspirerende avond noemen.” Ouder, na afloop lezing Luk Dewulf, 29 januari 2014 Naast onze open zondagen waren er opnieuw enkele andere evenementen waarop we ouders konden bereiken om hen kennis te laten maken met ons aanbod.
5 december 2013 29 januari 2014 1 juli 2014
Organisator VCLB Gent Talentenavond met Luk Dewulf VCLB Gent ouderavond Totaal: %
ouders 43 34 5 82 48
jongeren
anderen
15 15 9
70 3 73 43
Zoals in het verleden maakte het Vrij CLB Gent gebruik van ons gebouw voor in totaal 2 infoavonden. Bij de 1ste gelegenheid nodigden zij ouders uit van wie de kinderen in de laatste graad van het basisonderwijs zaten, in juli richtten ze zich naar de 1ste graad van het secundair. Telkens stelde 1 van onze medewerkers Het Beroepenhuis kort voor, daarbij natuurlijk duidelijk schetsend wat wij voor hen kunnen betekenen. Ook kregen de bezoekers een korte rondleiding door het hele gebouw, en dat wakkerde de interesse steevast aan. Op 29 januari 2014 organiseerden we ook een eigen evenement voor ouders en onderwijsmakers, de Talentenavond met Luk Dewulf. De bekende pedagoog en talentcoach wist zijn publiek van 104 geïnteresseerden sterk te boeien met een uniek exposé over hoe we bij kinderen talenten kunnen herkennen en ook de nodige ruimte geven. Daarbij legde Luk concreet de link met studiekeuze en onze open zondagen: hij en Het Beroepenhuis bleken in die zin inhoudelijk verwant. Allebei stimuleren we jongeren om op basis van hun persoonlijke talenten positieve keuzes te maken voor een mooie toekomst. Ook deze mensen konden na afloop de interactieve tentoonstelling bezoeken. 3.16 Promotie van Het Beroepenhuis – aandacht in de pers. Vanuit een algemene gezonde ambitie en in navolging van de groeiende verwachtingen van de subsidiërende overheden streeft Het Beroepenhuis al langer naar een groter bereik. Het voorbije schooljaar leek een nieuw record echter geen eenvoudige opgave, vanwege de verhoogde financiële en praktische drempels (zie 1.1.1) voor onze potentiële bezoekers. Dit stimuleerde ons ertoe om meer energie te investeren in onze promotie; de campagne was in 2013-2014 intensiever, breder, visueler, nauwkeuriger gepland en beter afgestemd tussen de verschillende projecten en media dan ooit tevoren. Dat is vanzelfsprekend een belangrijke verklaring voor de opvallende resultaten. Hieronder een overzicht van de diverse gebruikte kanalen.
126
3.16.1 Externe media Zoals altijd deden we voor de promotie van onze werking en projecten opnieuw een beroep op zeer diverse media. Alleen deden we dat het voorbije schooljaar nog beter dan voorheen. Bijzonder was dit jaar bijvoorbeeld de intensieve samenwerking met meerdere redacties van Klasse. In het kader van onze extra inspanningen naar het secundair onderwijs organiseerden we via hen bovendien een wedstrijd voor leerkrachten uit de 1ste graad van het secundair onderwijs; de winnaar kreeg een gratis bezoek aan Het Beroepenhuis met zijn of haar klas. Dit was 1 van onze concrete inspanningen om ons aanbod extra in de kijker te zetten bij deze doelgroep en specifiek deze bezoekersaantallen te vergroten. Titel Info- en lerarendagen Infodag voor leraren Help mijn zoon/dochter moet een studiekeuze maken! Talentenavond met Luk Dewulf Het Beroepenhuis Met je klas gratis naar Het Beroepenhuis. (1e graad) Bezoek Het Beroepenhuis - WIN! Gratis met je klas naar Het Beroepenhuis
Bron Datum Klasse 1 oktober 2013 Lerarenkaart - nieuwsbrief Klasse 18 oktober 2013 Nieuwsbrief Klasse voor ouders 2 december 2013 Klasse voor ouders - op Facebook 10 december 2013 Yeti 1 januari 2014 Roadies - pedagogische bijlage Klasse voor ouders
1 januari 2014 22 januari 2014
Klasse
1 februari 2014
Naast Klasse waren er nog heel wat andere media die ons wilden helpen bij de bekendmaking van onze initiatieven. Het waren er vanwege onze verhoogde investering in promotie nooit eerder zoveel. Titel Het Beroepenhuis voor ouders en jongeren - open zondagen Het Beroepenhuis voor scholen en groepen Geen school. Geen job. Het Beroepenhuis - Open dag Materialenbeurs Beroepenhuis op 13/11/2013 Ook dit schooljaar …? Studiedag met materialenbeurs in Beroepenhuis Leerkrachtenbeurzen Meer dan 600 jongeren proeven van zorgberoepen … Doedag Zorgberoepenrally Gent Beroepenrally Aalst Zorgambassadeurs Oost-Vlaanderen Materialenbeurs Beroepenrally Volvo ontvangt zesdejaars Limburgse kinderen en jongeren maken
Bron
Datum
Competentogids Competentogids Gent Stadsmagazine Gent Stadsmagazine Nieuwsflash RTC OostVlaanderen Henk Dejonckheere op Twitter
1 september 2013 1 september 2013 1 september 2013 1 september 2013
Nieuwsbrief De Stap Gent Nieuwsbrief Stroomopwaarts Persbericht Provincie OostVlaanderen Radionieuws Radio 2 Antwerpen Radionieuws StuBru en MNM Radionieuws Radio Katanga (Aalst) AVS en TV Oost-Vlaanderen Nieuwsflash RTC OostVlaanderen ArteveldeHogeschool Hogeschooljournaal Het Laatste Nieuws Limburg Actueel
27 september 2013 30 september 2013
127
3 september 2013 12 september 2013
4 oktober 2013 4 oktober 2013 8 oktober 2013 17 oktober 2013 22 oktober 2013 22 oktober 2013 22 oktober 2013 23 oktober 2013 24 oktober 2013
kennis met beroepen Doedag voor lagere scholen Doedag voor kinderen Doedag: twaalfjarigen ontdekken technische beroepen bij VDAB Doedag in CC Peer Aan den Bogaerd wint VDAB-doe-dag Leerlingen ontdekken beroepen op 'Doedag' Zorgberoepenrally Zorgberoepenrally prikkelt leerlingen Leerlingen maken kennis met zorgberoepen Open Zondagen in Het Beroepenhuis Ontdek je toekomst in Het Beroepenhuis! Open Zondagen in Het Beroepenhuis Talentenavond met Luk Dewulf Ontdek je toekomst in Het Beroepenhuis Het Beroepenhuis verwacht je op zondag! Ontdek je toekomst in Het Beroepenhuis Kick-off ouderwerking beroepenhuis 2014 met talentencoach Luk Dewulf Talentenavond met Luk Dewulf Talentenavond met Luk Dewulf in Het Beroepenhuis Samen een opleiding of job verkennen Talentenavond met Luk Dewulf Beroepenhuis Beroepenhuis houdt Open Zondagen Ontdek je talenten Handen uit de mouwen Een dag naar Gent Open Zondagen Bezoek Het Beroepenhuis met je zoon of dochter! Het Beroepenhuis Ontdek hier je talenten en toekomst! Bezoek Het Beroepenhuis met je zoon of dochter Zorgroute Gent Ontdek je toekomst in Het Beroepenhuis Ontdek je toekomst in Het Beroepenhuis Creaclub Technica Het Beroepenhuis te Gent Open Zondag in Het Beroepenhuis Nog twee open zondagen!
Tongeren Vandaag ROB-tv
24 oktober 2013 24 oktober 2013
westhoek.be Het Nieuwsblad online Het Belang van Limburg
24 oktober 2013 25 oktober 2013 25 oktober 2013
Het Nieuwsblad Lopend Vuur Het Nieuwsblad - regiopagina Aalst Het Nieuwsblad - regiopagina Sint-Niklaas Nieuwsbrief De Stap Gent De Nieuwe werker Nieuwsbrief De Stap Gent onderwijskiezer.be Visie De Bond Visie - regiopagina Gent - Eeklo Nieuwsbrief flankerend onderwijsbeleid Provincie OostVlaanderen Nieuwsflits KOOGO Nieuwsflash RTC OostVlaanderen Ouderlink VCOV Nieuwsbrief De Stap Gent Smartie T@GO vzw Visie De Zondag Kits Klasblog 6c, 't Nieuwland Tielt Nieuwsflits KOOGO
25 oktober 2013 1 november 2013
dagvandezorg.be JUS - Radio Urgent Dag van de zorgkrant - Het Nieuwsblad
2 maart 2014 5 maart 2014
Nieuwsbrief GO! Ouders dagvandezorg.be Vrouwen met Vaart Visie - regiopagina Waas en Dender Nieuwsbrief Ingegno Nieuwsbrief NMBS Ouderlink VCOV Ouderlink VCOV
10 maart 2014 13 maart 2014 1 april 2014
128
4 november 2013 4 november 2013 29 november 2013 1 december 2013 2 december 2013 4 december 2013 6 december 2013 6 december 2013 6 december 2013
10 december 2013 12 december 2013 16 december 2013 18 december 2013 20 december 2013 6 januari 2014 10 januari 2014 19 januari 2014 21 januari 2014 21 januari 2014 6 februari 2014
6 maart 2014
18 april 2014 24 april 2014 30 april 2014 13 mei 2014 18 mei 2014
Vandaag ook goed rapport voor @beroepenhuis … Open Zondagen in Het Beroepenhuis Gent Ontdek je toekomst in Het Beroepenhuis
Henk Dejonckheere op Twitter
27 juni 2014
onderwijskiezer.be wattedoen.be Visie - regiopagina Lokeren Zele - Berlare Uitdatabank.be
doorlopend doorlopend
Ontdek je toekomst in Het Beroepenhuis Ontdek je talenten in Het Beroepenhuis! Workshops techniek en wetenschappen in Het Beroepenhuis - ontdek je talenten en je toekomst Uitdatabank.be
doorlopend doorlopend
doorlopend
3.16.2 Eigen media Naast deze externe media gebruiken we ook onze eigen instrumenten voor promotie. Zo verstuurt Het Beroepenhuis op welgekozen momenten mailings naar specifieke doelgroepen. De online nieuwsbriefmodule laat toe om in de huisstijl opgemaakte berichten met één klik te versturen naar duizenden contacten. Daarbij maakten we meer dan voorheen gebruik van sprekend beeldmateriaal en relevante links. Bij de bijzondere evenementen van Het Beroepenhuis wordt daarnaast telkens een persmailing georganiseerd. Onderwerp Aanbod hogescholen
Doelgroep Hogescholen Basisonderwijs (behalve Eerste aankondiging doedag Brussel) Basisonderwijs (behalve Tweede aankondiging doedag Brussel) Uitnodiging Materialenbeurs Partners en standhouders Basisonderwijs (behalve Inschrijven en wedstrijdformulier doedag Brussel) Klanten met reservatie 2013Aanbod NMBS 2014 Drukwerk voor Gentse scholen CLB's Gent Nieuwsbrief begin schooljaar + Basis-, secundair en Technologie-Olympiade! buitengewoon onderwijs Flyers en posters Open Zondagen Promonetwerk open zondagen Herinnering aanbod hogescholen Hogescholen Flyers en posters Open Zondagen Basisonderwijs Flyers en posters Open Zondagen Secundair onderwijs Herinnering Materialenbeurs aan docenten Hogescholen Flyers en posters Open Zondagen Buitengewoon onderwijs Flyers en posters Open Zondagen CLB's Basis-, secundair en Aankondiging extra sessie op buitengewoon onderwijs, CLB's, materialenbeurs partners en standhouders Basis- en secundair onderwijs, Talentenavond in Het Beroepenhuis met promonetwerk, oudercomités en Luk Dewulf -raden Nieuw aanbod Bu(Ba)O Buitengewoon onderwijs Vrijetijdsorganisaties Bezoek op woensdagmiddag en vakanties (alternatieve bezoekers) Talentenavond in Het Beroepenhuis met Luk Dewulf Buitengewoon onderwijs Basis- en secundair onderwijs Gentse scholen, bezoek Het Beroepenhuis Gent, met scholengroepen
129
Datum 12 juni 2013 18 juni 2013 23 augustus 2013 28 augustus 2013 3 september 2013 3 september 2013 9 september 2013 11 september 2013 19 september 2013 23 september 2013 25 september 2013 1 oktober 2013 7 oktober 2013 10 oktober 2013 10 oktober 2013
4 november 2013
4 december 2013 4 december 2013 6 december 2013 11 december 2013 10 januari 2014
Nieuws uit Het Beroepenhuis Talentenavond in Het Beroepenhuis met Luk Dewulf Inschrijven Technologica Uitnodiging IRIS TL (doedag transport en logistiek) Enquête Gentse scholen - drempels bezoek? Open zondagen: nog twee data! Creaclub Technica
Alle scholen, CLB's, Klasse, RTC, andere partners Pers Basisonderwijs OostVlaanderen Basisonderwijs Brussel Nederlands- en Franstalig Basis-, secundair en buitengewoon onderwijs Gent Alle scholen, promonetwerk, CLB's Basisonderwijs OostVlaanderen
16 januari 2014 22 januari 2014 12 februari 2014 14 februari 2014 11 maart 2014 16 april 2013 23 april 2014
Onze initiatieven en enkele leuke nieuwtjes maakten we ook wereldkundig via onze sociale media: Facebook en sinds dit jaar ook Twitter. Het Beroepenhuis gaat dus helemaal mee met z’n tijd. Ook hier gebruikten we bewust meer beelden en filmpjes in onze communicatie. Niet alleen digitaal werkten we onszelf in de kijker, er werd ook heel wat drukwerk verspreid: ‘Later word ik …?’: een overzichtelijke folder met alle nodige info over onze werking voor scholen en ouders, inclusief de databank met lesmaterialen Deze werd verspreid via diverse kanalen, zoals onder andere een verzending begin september 2013 naar 2.188 lagere scholen door de Vlaamse Jeugd technologie Olympiade. Nog eens vele honderden exemplaren werden verdeeld door het SFTL tijdens hun infomomenten voor leraren, door Jong & van Zin op enkele van hun seminars, door Citizenne, GO! Ouders, VCOV en KOOGO op hun Snuffelbeurs, … ‘Bezoek Het Beroepenhuis met je zoon of dochter!’: een flyer voor ouders specifiek over de open zondagen Naast de verspreiding via een netwerk van onderwijsmakers (zie 1.4.4) verdeelden we die bijvoorbeeld onder alle deelnemers van onze eigen Doedag en op de Doebeurs van 6 februari 2013 in Vlaams-Brabant. ‘Bezoek Het Beroepenhuis met je zoon of dochter!’: een poster over de open zondagen Ook deze kregen via datzelfde netwerk en de begeleiders van alle bezoekende groepen een plekje in honderden onderwijsinstellingen, maar ook in de VDAB-competentiecentra van de Doedag en in een groot aantal culturele instellingen uit de Gentse regio. Bovendien werden er nog eens 100 verdeeld op de oudercafés van het VCOV. ‘Win een bezoek aan Het Beroepenhuis’: een flyer (A5) als uitnodiging om deel te nemen aan een wedstrijd voor leerkrachten van de 1ste graad secundair onderwijs, met als hoofdprijs een gratis bezoek met de klas aan Het Beroepenhuis. Dit was 1 van onze concrete inspanningen om onszelf nog sterker in de kijker te werken bij het secundair onderwijs en aldus hun bezoekersaantal te vergroten. Deze flyer werd opgenomen in een postpakket van Educentrum vzw dat op 5 mei 2014 vertrok naar alle 1.200 secundaire scholen in Vlaanderen. Als Gentse organisatie gebruiken we bovendien graag elk jaar een deel van ons drukwerk voor een bijzondere inspanning naar leerlingen van Gentse scholen. Concreet kregen op 9 september 2013 alle lokale vestigingen met kinderen van 11 tot 14 in het reguliere basis- en secundair onderwijs een brief met een uitnodiging voor de jaarlijkse studiedag met materialenbeurs, inclusief een folder ‘Later word ik …?’ en een poster voor de open zondagen. Voor het buitengewoon onderwijs deden we iets gelijkaardigs, maar dan met een aangepaste brief, waarin we hen wezen op ons specifieke aanbod voor deze doelgroep en de geplande inspanningen om dat nog verder te versterken. Ook de Gentse CLB’s werden van deze verzending op de hoogte gebracht. 3.16.3 NMBS (HR Rail). Gratis treintickets en lesmateriaal Aan het begin van het schooljaar 2013-2014 deden we een bijzonder effectieve promotieactie die de
130
algemene bezoekersaantallen moest verhogen door groepen te stimuleren al in het najaar op bezoek te komen, een periode waarin tot nu toe heel wat ruimte onbenut bleef. We konden zo’n ‘vroege’ reservatie aantrekkelijk maken dankzij een sterk financieel engagement van de NMBSgroep (intussen HRRail), onze sponsor. Op 3 en 11 september werden respectievelijk de klanten die al een reservatie voor dit schooljaar hadden en alle andere Vlaamse scholen uitgenodigd om met spoed een bezoek vast te leggen tussen september en de kerstvakantie. De eerste 25 die voor hun verplaatsing gebruik zouden maken van de trein, konden alle treintickets gratis krijgen. Daarvoor stelde de NMBS-groep een budget ter beschikking van ruim 5.000 Euro. Zo konden we de financiële drempel voor een bezoek aan Het Beroepenhuis sterk verlagen omdat die voor een deel van onze klanten eerder in de vervoerskost zit dan in de toegangsprijs. Het aantal enthousiaste reacties sprak de volgende dagen boekdelen; we werden al snel overstelpt door telefoontjes en rond de middag van 13 september, nauwelijks 10 dagen later, waren de 25 gelukkigen al bekend. Deze actie is met andere woorden erg geslaagd, en niet alleen omdat er effectief meer ruimte benut werd in het najaar. Een mooi bijkomend effect van de actie was dat we er zowaar 14 nieuwe klanten (58% van de deelnemers aan de actie) mee konden overtuigen. Aan de telefoon bekenden veel van die leerkrachten dat ze al langer hoopten om eens te kunnen langskomen, maar dat de vervoerskost hen altijd had tegengehouden. “Deze lesvoorbereiding zat echt goed in elkaar. We hadden voor het eerst een aangename treinreis omdat onze leerlingen rustig en geconcentreerd bezig waren. En dat we er allerlei leerdoelen mee konden afvinken, is natuurlijk ook mooi.” Regine Boussauw, leerkracht 5de en 6de jaar, BSGO De Plataan, Roeselare. Natuurlijk vroeg onze sponsor een kleine wederdienst voor haar gulheid, maar zelfs dat bleek vaak eerder een cadeau. Het Beroepenhuis ontwikkelde in samenwerking met de NMBS een heel kwalitatieve ‘Spoorwegles’ die jongeren toelaat om een aantal treinberoepen beter te leren kennen, hen leert een treinreis te plannen en verduidelijkt wat de voordelen zijn van het reizen met de trein. Om te kunnen gieten van de gratis treintickets moesten leerkrachten hiervan gebruik maken in hun klas. Concreet bestaat die Spoorwegles uit: een handleiding een filmpje voorbereidende opdrachten voor in de klas opdrachten voor op de trein verwerkende opdrachten voor op school de bijhorende werkblaadjes voor de leerlingen Dit alles kunnen leerkrachten (nog steeds) gratis downloaden van onze site. Het Beroepenhuis hoopt deze samenwerking met HRRail in de toekomst te kunnen verder zetten.
4. Bereik van Het Beroepenhuis Het totale bereik van Het Beroepenhuis bedraagt 17.449 personen waarvan 12.123 bij activiteiten in Het Beroepenhuis zelf en 5.326 buitenshuis. In totaal bereikten we 14.682 leerlingen en 2.767 anderen. Er waren 10.072 leerlingen aanwezig op de activiteiten in huis en 4.071 op de activiteiten buitenshuis. We bereikten 539 leerlingen uit de 3de graad secundair onderwijs via het project ‘Wijs aan ‘t Werk’. Tegenover het bereik van het schooljaar 2012-2013 (15.233) is er een stijging met 15% wat betreft het totaalbereik. Wat betreft het totaal aantal leerlingen, is er opnieuw een stijging met 17%. Als we enkel naar de bezoekers tijdens de schooluren kijken, is er maar liefst een stijging van 27%. Bereik van Het Beroepenhuis schooljaar 2013-2014 in huis 10296 253
Bezoekers tijdens de schooluren Vrije bezoekers tijdens de schooluren
131
buitenshuis
Bereik ouderwerking Studiedag met materialenbeurs Doedag voor 6de leerjaar Pilootdoedag voor 1ste graad Bereik Wijs aan 't werk (3de graad SO) Beroepenrally Metaal en Technologie Beroepenrally Social Profit Ikanda Kindercongres Doedag Iris TL Creaclub Technica Technologica GP metal awards Beurzen en nascholingen
1396 153 1774 135 607 114 883 800 82 25
12 123 17 449
TOTAAL
Leerlingen 9 412
Bezoekers tijdens de schooluren Vrije bezoekers tijdens de schooluren Bereik ouderwerking Studiedag met materialenbeurs Doedag voor 6de leerjaar Pilootdoedag voor 1ste graad Bereik Wijs aan 't werk (3de graad SO) Beroepenrally Metaal en Technologie Beroepenrally Social Profit Ikanda Kindercongres Doedag Iris TL Creaclub Technica Technologica GP metal awards Beurzen en nascholingen
649 1632 112 539 96 709 800 47 11 628 47 14 682 17 449
TOTAAL aantal leerlingen in huis = aantal leerlingen buitenshuis excl WAW = aantal leerlingen WAW =
10 072 4071 539 14 682
132
686 58 187 5 326
Niet - leerlingen 884 253 747 153 142 23 68 18 174 35 14 58 11 187 2 767
5. Personeel, Partners en Financiering 5.1 Personeel Het personeel in dienst van Het Beroepenhuis vzw bestond tijdens het schooljaar 2013-2014 uit de coördinator, de verantwoordelijke educatieve projecten, drie educatieve medewerkers en de logistiek medewerker. Voor het schooljaar komt dit gemiddeld neer op een totaal van 4,95 voltijdse equivalenten. Voor de begeleiding in de tentoonstelling en het meewerken aan de educatieve omkadering werd tevens beroep gedaan op 8 stagiairs van de Hogeschool Gent, de Artveldehogeschool en de Pedagogische wetenschappen van de Universiteit Gent. Daarnaast was er een pool van 4 tijdelijke krachten (waaronder werkstudenten) die instonden voor de begeleiding van de leerlingen. Het onderhoud van het gebouw werd door een pwa–werknemer gedaan. 5.2 Partners Tijdens het schooljaar 2013–2014 zetelden volgende organisaties in de raad van bestuur en/of algemene vergadering van Het Beroepenhuis vzw: ABVV, ACV Gent–Eeklo, Bouwunie OostVlaanderen, Fonds voor vakopleiding in de bouwnijverheid Oost-Vlaanderen, Tofam OostVlaanderen, Vormetal Oost– en West–Vlaanderen, UBK-UCB, Transport en Logistiek Vlaanderen, VIVO Social Profit, Sociaal Fonds Transport en Logistiek, COBOT, Vlaams centrum voor vorming en vervolmaking in de Horecasector, Chemische nijverheid Gewest Gent, IPV, Grafoc, de Gentse havengemeenschap, Resoc Serr GRG, Syntra Midden-Vlaanderen gewest Gent, UNIZO Oost– Vlaanderen, de CLB’s van het gemeenschapsonderwijs, stedelijk net en vrije net, Jeugd en Stad, VDAB, de provincie Oost–Vlaanderen (onderwijs) en de Stad Gent (economie en onderwijs).
5.3 Financiering Een bezoek aan Het Beroepenhuis kost 6 Euro per leerling. Begeleiders bij de schoolbezoeken komen gratis mee. De inkomgelden zijn echter niet voldoende om de personeels- en werkingskosten te financieren. Daarom wordt beroep gedaan op allerhande instanties om de werking te garanderen. Door de Vlaamse Overheid (het Departement Onderwijs en Vorming), Stad Gent, Provincie Oost–Vlaanderen, verschillende sectorfondsen alsook door sponsoring (HR Rail) werd de werking tijdens het schooljaar 2013-2014 ondersteund. De onderhoudskosten werden solidair gedragen door alle deelnemende sectoren. Tenslotte werkte Het Beroepenhuis vzw tegen betaling meerdere projecten uit in opdracht van andere organisaties.
De volledige financiële verslaggeving gebeurt in de resultatenrekeningen van 2013 en 2014.
133
134
6. Besluit Om eerlijk te zijn, we hadden er aanvankelijk geen zin in om onze aanvangsuren aan te passen en de inkomprijzen te verhogen. Zo zouden er toch een aantal drempels worden ingebouwd waardoor vele scholen zouden afhaken? Maar we konden niet anders, we moesten te veel scholen die wilden reserveren teleurstellen omdat er geen plaats meer was en om de financiering rond te krijgen, werd 6 euro per bezoeker een onoverkomelijke aanpassing. We hadden het gelukkig ook mis, het aantal leerlingen steeg meteen met 27% en de meeste scholen vonden een prijsverhoging van 1 euro geen enkel probleem. Er is dan ook een blijvende aanpak op maat, in kleine groepen van maximaal 15 leerlingen, intensief omkaderd en erg gestructureerd. De leerlingen gaan nog steeds erg actief aan de slag in voor hen vaak onbekende beroepen om zo zelf hun talenten en interesses te ontdekken en in kaart te brengen. Voor het buitengewoon basis- en secundair onderwijs kwam er een nieuwe, sterkere aanpak. Verder doen we vernieuwde inspanningen om meer leerlingen uit het secundair onderwijs te verwelkomen. Nu bedraagt hun aandeel 30% en dat willen we veranderen. Aan de hand van een enquête brachten we de drempels in kaart en begonnen we aan de ontwikkeling van een nieuwe didactiek voor, vooral, het 2e jaar secundair onderwijs. Deze nieuwe aanpak zal verder worden verfijnd en vanaf volgend schooljaar kunnen worden getest. Nieuw dit schooljaar is dat alle (omkaderende) lesmaterialen op één website www.beroepenhuis.be werden verzameld in een nieuwe, meer toegankelijk structuur. De lesmaterialen blijven erg belangrijk. We merken immers dat 77% van de bevraagde leerkrachten in een voorbereidend traject voorziet en 72% ook nog eens een naverwerking aanbiedt. De uitdaging voor de toekomst wordt om ons eigen lesmateriaal voldoende te diversifiëren naar het secundair onderwijs. De tevredenheidmeting bij de bezoekers (zowel leerlingen als leerkrachten) geeft opnieuw erg goede cijfers. Zowel inhoud, methodiek als begeleiding van interactieve tentoonstelling en beroepenateliers scoren tussen 82% en 96%. Als we naar de effectenmeting kijken die we bij leerkrachten doen, stellen we gelijklopende resultaten in vergelijking met vorig schooljaar; 84% voor horizonverruiming, 67% voor zelfconceptverheldering, 45% wat betreft mentaliteitswijziging en 24% vindt dat een bezoek aan Het Beroepenhuis rechtstreeks de studiekeuze beïnvloedt. 78% van de leerkrachten geeft aan terug te zullen komen volgend schooljaar. De uitdaging voor de komende jaren wordt een betere effectenmeting bij leerkrachten én bij leerlingen. De voor- en nabevragingen die we momenteel uitvoeren bij leerlingen, heeft nog een té lage responsgraad om er goede conclusies uit te trekken. Bovenop de vele schoolbezoeken richtten we ons ook dit schooljaar op andere doelgroepen. Zo kwamen er opnieuw honderden studenten lerarenopleiding over de vloer tijdens rondleidingen op maat. Het was ook fijn dat we stijging van maar liefst 59% mochten vaststellen op onze Open Zondagen. De samenwerking met Klasse, ouderkoepels en vele andere partners en een steeds efficiënter promoplan hielpen dit resultaat mee te realiseren. We planden voor het eerst ook een Zondagen – kick-off - avond in met een inspirerende Luk Dewulf als spreker. Naast de interne kernwerking, werd de projectwerking nog wat intensiever. De doedag in de VDAB competentiecentra kreeg opnieuw erg veel lof van de deelnemende scholen wegens de erg realistische activiteiten, de bijna individuele begeleiding van de leerlingen en het enthousiasme van de instructeurs, cursisten en ander begeleidend personeel. Er werd geëxperimenteerd met enkele pilootdoedagen voor de 1e graad SO en we zijn bereid om dit ook in de toekomst mee uit te bouwen. Er was overigens voor het eerst ook een doedag in het beroepsrefentiecentrum voor de transport en logistiek IrisTL in Brussel. Verder liepen ook andere projecten door. De Wijs aan ’t Werk – sessies (het vormingspakket rond arbeidsmarkteducatie voor de leerlingen uit de 3de graad secundair onderwijs) werden inmiddels structureel ingebed bij de Stad Gent, Het Beroepenhuis geeft de vormingen in opdracht.
135
Technologica, op initiatief van het RTC Oost – Vlaanderen, werd ook dit jaar ingericht met de vernieuwde succesformule. Het Beroepenhuis werd opnieuw betrokken voor wat betreft het educatieve luik voor de 3e graad basisonderwijs. Een soortelijk initiatief, GP Metal awards, ging dit schooljaar ook door in West-Vlaanderen. Ook hier werden we aangezocht als begeleider voor de leerlingen van het 6e leerjaar. Ook het IKANDA kindercongres in samenwerking met Flanders DC werd hernomen. Grote voordeel van deze projecten zijn de vele zelfsturende activiteiten die plaatsvinden en die de leerlingen erg aanspreken. Na de geslaagde edities van voorgaande jaren, kwamen er opnieuw beroepenrally’s voor de Metaal en Technologie (in opdracht van Tofam Oost-Vlaanderen) en de Social Profit (in opdracht van de Provincie Oost-Vlaanderen). De tijd die de deelnemende bedrijven en zorginstellingen investeren in een dergelijk project zijn allesbehalve een evidentie. Toch doen ze het vanwege de grote meerwaarde voor de jonge leerlingen die op een uiterst realistische manier kunnen proeven van verschillende jobs. In het kader van het STEM-actieplan en de vele STEM-academies die hierop antwoord bieden kon ook Het Beroepenhuis niet achterblijven. In opdracht van Tofam Oost-Vlaanderen werd in het schooljaar 2013-2014 de eerste STEM-academie Creaclub Technica in Het Beroepenhuis georganiseerd. Tot slot zetten we ook andere organisaties aan om rond technische beroepen te werken. Twee Gentse gidsenorganisaties, Gentse Gidsen en Gandante, ontwikkelden een beroepenwandeling op maat van 10- tot 14-jarigen die al aansluiting op een bezoek aan Het Beroepenhuis kan worden geboekt. Om af te sluiten, willen we alle financierende instanties (Stad Gent, Provincie Oost – Vlaanderen, het departement Onderwijs van de Vlaamse Overheid en de verschillende sectoren) alsook onze partners en sponsor bedanken voor hun steun. Een speciaal woord van dank ook aan alle organisaties die in het afgelopen jaar een beroep op ons deden voor de uitwerking van een project. Het is fijn om het vertrouwen te krijgen. Hopelijk kan deze steun, met de nieuwe Vlaamse Regering en de vele uitdagingen waar ze voorstaat, ook in de toekomst worden gecontinueerd. Wij werken intussen ijverig verder aan de beste aanpak voor onze jonge bezoekers opdat ze hun talenten en interesses zoveel mogelijk in kaart kunnen brengen.
Nadia Hoedemaekers Coördinator
136
137