AGENDA MET TOELICHTING GEMEENTERAAD
Maandag 25 februari 2008 OPENBARE ZITTING 2.075.1.077 1.
Gemeenteraad - Verslag zitting van 28 januari 2008 - Goedkeuring.
Toelichting : Het verslag van de zitting van 28 januari 2008 wordt ter goedkeuring voorgelegd. Ingevolge de gemeenteraadsbeslissing van 26 maart 2007 houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad ontvangt elk gemeenteraadslid overeenkomstig artikel 31, 2de lid van dit reglement een exemplaar van de ontwerpnotulen van de vorige vergadering samen met de oproepingsbrief voor de volgende vergadering. Raadsleden die er uitdrukkelijk om verzoeken, ontvangen de notulen enkel via e-mail. Ontwerpbeslissing : De raad, Gelet op artikel 33 van het Gemeentedecreet. Gelet op artikel 31, 2de lid, van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, zoals goedgekeurd in zitting van 26 maart 2007. Gelet op het ontwerp van de notulen van de gemeenteraadszitting van 28 januari 2008. Overwegende dat geen opmerkingen worden gemeenteraadszitting van 28 januari 2008.
geformuleerd
omtrent
de
notulen
van
de
Beslist : Enig artikel - Het verslag van de gemeenteraadszitting van 28 januari 2008 wordt goedgekeurd.
1.713.555 2.
Financieel beleid - Gemeentelijk retributiereglement voor standplaatsen kermis Goedkeuring.
Toelichting : In gemeenteraadszitting van 28 januari 2008 werd het aangepast hoofdstuk 16 van het Algemeen Politiereglement met betrekking tot kermissen, goedgekeurd. De tarieven voor de inneming van de standplaatsen van de kermis waren tot op dat moment opgenomen in kwestieus hoofdstuk 16. Om redenen van transparantie werden deze tarieven niet langer opgenomen in het nieuwe hoofdstuk 16 van het Algemeen Politiereglement, maar worden zij opgenomen in een afzonderlijk gemeentelijk retributiereglement zodat zij ook regelmatig onder de aandacht van de gemeenteraad worden gebracht.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 1 van 25
Meteen wordt het retributiereglement op de terbeschikkingstelling van elektriciteit op de kermissen, laatst goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 17 december 2007, geïncorporeerd in onderhavig retributiereglement. Ontwerpbeslissing : De raad, Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet. Gelet op de Wet van 25 juni 1993 betreffende de wetgeving en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten zoals gewijzigd. Gelet op het advies van de FOD Economie zoals bepaald wordt in artikel 10§2 van de wet van 25 juni 1993. Gelet op de collegebeslissing d.d. 14 januari 2008 waarin principieel akkoord werd gegaan om de tarieven voor de standplaatsen uit het Algemeen Politiereglement – Hoofdstuk 16, te verwijderen en hiervoor een gemeentelijk retributiereglement op te maken. Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 28 januari 2008 houdende wijziging van hoofdstuk 16 van het Algemeen Politiereglement. Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 17 december 2007 houdende goedkeuring van het gemeentelijk retributiereglement op de terbeschikkingstelling van elektriciteit op kermissen. Overwegende dat het aangewezen is om de plaatsrechten en de tarieven op de terbeschikkingstelling van elektriciteit op kermissen onder te brengen in één gemeentelijk retributiereglement. Overwegende dat het ter beschikking stellen van elektriciteit op kermissen zware lasten met zich meebrengt voor de gemeente. Gelet op de financiële toestand van de gemeente. Op voorstel van het schepencollege. Gelet op de toelichting verstrekt door ... Beslist : Artikel 1. - Met ingang vanaf heden en voor een termijn eindigend op 31 december 2008 wordt: • voor Bergkermis en Augustuskermis een plaatsrecht aangerekend van 0,75 EUR/m²/dag en 248,00 EUR/dag voor de scooter met een minimum van drie dagen; • voor Dorpkermis een plaatsrecht aangerekend van 0,4 EUR/m²/dag en 124,00 EUR/dag voor de scooter met een minimum van drie dagen; • een retributie gevestigd voor het ter beschikking stellen van elektriciteit voor kermissen, namelijk: • per monofasige aansluiting van 32 A: 40,00 EUR per kermisweekend; • per driefasige aansluiting van 32 A: 80,00 EUR per kermisweekend. Artikel 2. – Het in artikel 1 voornoemde plaatsrecht is eisbaar zodra de plaats wordt ingenomen en is niet van toepassing voor de inneming van openbare domeinen andere dan voor kermissen, waarvoor een afzonderlijk retributiereglement van toepassing is. Artikel 3. – De in artikel 1 voornoemde retributie voor de terbeschikkingstelling van elektriciteit voor kermissen wordt ingevorderd lastens de begunstigde van de overheidsprestatie en dient bij aanvraag te worden betaald. Artikel 4. – De gemeenteraadsbeslissing d.d. 17 december 2007 houdende goedkeuring van het gemeentelijk retributiereglement op de terbeschikkingstelling van elektriciteit op kermissen, wordt ingetrokken. Artikel 4. – Onderhavige verordening zal voor verder gevolg aan het Agentschap Binnenlands Bestuur Antwerpen toegezonden worden.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 2 van 25
1.713.559 3.
Financieel beleid - Gemeentelijk prestaties - Goedkeuring.
retributiereglement
voor
administratieve
Toelichting : Bij gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2007 werd goedkeuring gehecht aan het gemeentelijk retributiereglement voor administratieve prestaties. De dienst toezicht van het Agentschap Binnenlands Bestuur Antwerpen heeft telefonisch gemeld dat de in dit reglement opgenomen retributie voor uitbreiding op het drinkwaternet, namelijk: “10% op de aansluitkosten met een minimum van 100,00 EUR en een maximum van 250,00 EUR” dient vervangen te worden door een forfaitair bedrag. In collegezitting van 11 februari 2008 werd principieel akkoord gegaan met een heffing van een bedrag van 100,00 EUR per aansluiting. Ontwerpbeslissing : De raad, Gelet op de bepalingen van het gemeentedecreet. Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 17 december 2007 houdende goedkeuring van het gemeentelijk retributiereglement voor administratieve prestaties. Gelet op de telefonische mededeling van het Agentschap Binnenlands Bestuur Antwerpen om de in dit reglement opgenomen retributie voor uitbreiding op het drinkwaternet, namelijk: “10% op de aansluitkosten met een minimum van 100,00 EUR en een maximum van 250,00 EUR” te vervangen te worden door een forfaitair bedrag. Gelet op de financiële noodwendigheden van de gemeente. Op voorstel van het schepencollege. Gelet op de toelichting verstrekt door ... Beslist : Artikel 1. – Met ingang vanaf heden en voor een termijn eindigend op 31 december 2008 wordt een retributie gevestigd voor administratieve prestaties vastgesteld als volgt: Openbare Bibliotheek Malle Lenerskaart: • Afleveren van een lenerskaart bij gratis inschrijving • Afleveren van een nieuwe lenerskaart bij 1,00 EUR verlies Boek of tijdschrift: • Ontlenen van een boek of tijdschrift
gratis
CD-roms: • Ontlenen van een CD-rom
1,50 EUR per CD-rom per uitleenbeurt
DVD's: • Ontlenen van een DVD
1,50 EUR per DVD per uitleenbeurt
Taalcursussen: • Ontlenen van een taalcursus
3,00 EUR per taalcursus per uitleenbeurt
Aanmaningen: • Verzenden van aanmaningsbrieven
0,50 EUR per maning
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 3 van 25
Bijkomende retributies: • Laattijdig inleveren ontleend werk 0,15 EUR per uitlening en per week te laat • Laattijdig inleveren ontleende CD-rom of 1,00 EUR per uitlening en per week te laat DVD • Laattijdig inleveren ontleende taalcursussen 1,00 EUR per uitlening en per week te laat Kopies: • Kopie op DINA4-formaat • Kopie op DINA3-formaat
0,10 EUR per kopie 0,20 EUR per kopie
Internet: • Afprinten van gegevens • Diskette voor downloaden gegevens
0,10 EUR per afgedrukt blad 0,50 EUR per diskette
Andere gemeentelijke diensten dan Openbare Bibliotheek Malle Kopies: • Kopie op DINA4-formaat 0,15 EUR per kopie • Kopie op DINA3-formaat 0,30 EUR per kopie • Kopie voor pensioendossier 0,05 EUR per kopie • Kopie voor tegemoetkomingen aan 1,00 EUR per dossier gehandicapten Kopies van bestuursdocumenten: • Kopie op DIN A4-formaat • Kopie op DIN A3-formaat
0,05 EUR per kopie 0,10 EUR per kopie
Lijsten: • Lijsten van houders van een bouwvergunning die toelating hebben gegeven om hun naam en adres aan derden 0,50 EUR per adres mede te delen • Personenlijsten: lijsten van inwoners, ingeschreven in de bevolkingsregisters of in 13,50 EUR per werkaanvraag het vreemdelingenregister: • Invullen van het standaardformulier voor de aanvraag van vastgoedinformatie ten behoeve van notarissen of andere personen of instellingen, alsook andere formulieren voor gelijkaardige aanvragen om 75,00 EUR per formulier inlichtingen Opmaak aanvraagdossier: • Uitbreiding op het drinkwaternet
100,00 EUR per aansluiting
Artikel 2. - Zijn van de retributie vrijgesteld: • De adresaanvragen welke door behoeftige personen worden aangevraagd; de behoeftigheid wordt vastgesteld door elk overtuigend bewijsstuk. • De adresaanvragen uitgaande van gerechtsdeurwaarders bij de gerechtshoven en rechtbanken worden ten kosteloze titel beantwoord, evenals aanvragen uitgaande van openbare besturen, parastatale instellingen en intercommunale verenigingen. Artikel 3. - De retributie wordt ingevorderd lastens de begunstigde van de overheidsprestatie. Artikel 4. - Wanneer de gevraagde stukken met de post worden verstuurd, worden de verzendingskosten aan de retributie toegevoegd behoudens wat betreft de kopies van bestuursdocumenten. Die kosten dienen bij de aanvraag te worden betaald. Zij zijn eveneens verschuldigd en vooruit betaalbaar wanneer artikel 2 van deze vordering toepasselijk is. Artikel 5. – De gemeenteraadsbeslissing d.d. 17 december 2007 houdende goedkeuring van het gemeentelijk retributiereglement voor administratieve prestaties, wordt ingetrokken. Artikel 5. - Onderhavige retributieverordening zal voor verder gevolg aan het Agentschap Binnenlands Bestuur Antwerpen.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 4 van 25
1.778.521 4.
Financieel beleid - Minnelijke schikking leegstand, verwaarlozing en verkrotting Goedkeuring.
Toelichting : Er is een dading tussen de Vlaamse overheid en de betrokken steden en gemeenten voor het mislopen van de opcentiemen en/of de administratieve onkostenvergoeding voor de Vlaamse heffing op leegstand, verwaarlozing en verkrotting. In de loop van september 2007 ontving ons bestuur hierover een brief met het aangeboden bedrag van 46,34 EUR als compensatie voor gederfde opcentiemen 2003. De Vlaamse overheid vraagt hieromtrent uitdrukkelijk een gemeenteraadsbeslissing. Opdrachten : Dienst Opdracht FIN Opsturen gemeenteraadsbeslissing naar Vlaamse belastingdienst Ontwerpbeslissing : De raad, Gelet op het Decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, (B.S. 30.12.1995) dat de mogelijkheid biedt aan gemeenten om opcentiemen te heffen op de Vlaamse heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen en bepaalt dat aan gemeenten een bedrag wordt doorgestort als vergoeding voor de administratiekosten die ze in uitvoering van dit decreet moeten maken. Gelet op het Decreet van 7 mei 2004 houdende de wijziging van het decreet van 2 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, (B.S. 05.08.2004) , waarin in art. 19 is bepaald dat de aanslagen betrekking hebbende op 2002 en 2003 niet als bestaande worden beschouwd. Gelet op het Decreet van 24 december 2004 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2005 (B.S. 23.12.2004) , waarin in art. 53 van het decreet de duur van de periode waarin de aanslagen als niet bestaande worden beschouwd wordt uitgebreid tot 4 augustus 2004. Gelet op de arresten 180/2005 en 41/2006 van het Arbitragehof, waarin resp. art. 19 en 53 worden vernietigd. Gelet op het schrijven van Dirk Van Mechelen, Vlaams minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening per brief van 20/09/2007, waarin een schikking wordt voorgesteld ten bedrage van 46,34 EUR. Overwegende dat door de gewijzigde Vlaamse regelgeving de gemeente zich onverwacht geconfronteerd zag met verminderde inkomsten. Overwegende dat door de uitspraken van het Arbitragehof de gemeente een reële kans maakt op een vergoeding voor het niet ontvangen van de gemeentelijke opcentiemen en de administratieve vergoeding gedurende deze periode. Overwegende dat het voorbije jaar gesprekken zijn geweest tussen vertegenwoordigers van enerzijds de Vlaamse overheid en anderzijds de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten met als doel te komen tot een minnelijke schikking, teneinde gerechtelijke stappen te vermijden. Overwegende de beslissing van de Vlaamse regering van 25 januari 2007 waarin wordt aangegeven dat de Vlaamse regering middelen wil reserveren voor de minnelijke schikking op voorwaarde dat de gemeente vervolgens afziet van verdere gerechtelijke stappen en op voorwaarde dat betrokken gemeenten akkoord gaan met de minnelijke schikking. Overwegende dat het voorliggend voorstel van dading langlopende gerechtelijke procedures met een onzekere uitkomst vermijdt.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 5 van 25
Overwegende dat het voorliggend voorstel van dading redelijk en aanvaardbaar is. Op voorstel van het schepencollege. Gelet op de toelichting verstrekt door … Beslist : Artikel 1. - Het voorstel van dading zoals voorgesteld door Dirk Van Mechelen, Vlaams minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, goed te keuren. Artikel 2. - Het college van burgemeester en schepenen is belast met de uitvoering van dit besluit. Artikel 3. - Een afschrift van dit besluit zal worden opgestuurd naar de Vlaamse belastingdienst.
1.812.3 5.
Verkeersmaatregelen - Molendreef - Permanente aanvullende maatregelen op de politie op het wegverkeer – Wijziging gemeenteraadsbeslissing d.d. 30 mei 2005 houdende invoering tonnenmaatbeperking tot 3,5 ton - Goedkeuring.
Toelichting : Al verscheidene jaren rijden er enkele schoolbussen van De Lijn door de Onze-Lieve-Vrouwstraat. Deze bussen komen van de Lierselei, zetten leerlingen af aan het Gemeenschapsonderwijs en moeten vervolgens terug naar de stelplaats in Oostmalle. De Onze-Lieve-Vrouwstraat is hiervoor niet helemaal de beste route. Het is een smalle straat, waar ook vele fietsers komen (Wijkschool Immaculata en Gemeenschapsonderwijs in de nabije omgeving). De staat van de weg hier, is door deze situatie, zeker niet optimaal. Het meest logische alternatief is de Molendreef. Deze is een stuk breder, minder bebouwd en vooral minder druk. Het schepencollege is er van overtuigd dat deze route de verkeersveiligheid zeker ten goed zal komen. De staat van de weg in de Onze-Lieve-Vrouwstraat kan zo ook opnieuw opgewaardeerd worden. Voor De Lijn is deze aanpassing maar een kleine omweg (+/-2km) en Rudy Hertsens, regiochef van De Lijn, heeft zich alvast akkoord verklaard met het voorstel. Bij gemeenteraadsbeslissing van 30 mei 2005 werd een tonnenmaatbeperking tot 3,5 ton ingevoerd in de Molendreef. Om de bussen door de Molendreef te laten rijden moeten er bij de verbodsborden 3,5t “uitgezonderd plaatselijk verkeer” onderborden geplaatst worden met als tekst “uitgezonderd bussen van De Lijn”. Door deze maatregel kunnen de bussen voortaan langs de Molendreef rijden. Ontwerpbeslissing : De raad, Gelet op de artikelen 42, 43, 64, 186, 187, 280, 281 en 284 van het Gemeentedecreet. Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer. Gelet op het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer. Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 30 tonnenmaatbeperking tot 3,5 ton in de Molendreef.
mei
2005
houdende
invoering
van
een
Gelet op de collegebeslissing d.d. 28 januari 2008 betreffende “Bussen in de Onze-LieveVrouwstraat verplaatsen naar de Molendreef - Principiële goedkeuring – Doorverwijzing gemeenteraad”.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 6 van 25
Overwegende dat bepaalde bussen van De Lijn al vele jaren gebruik maken van de smalle OnzeLieve-Vrouwstraat. Overwegende dat een veiliger alternatief voor de bussen de Molendreef is. Overwegende dat De lijn akkoord gaat met deze verplaatsing van de route voor de bussen, namelijk van de Onze-Lieve-Vrouwstraat naar de Molendreef. Op voorstel van het schepencollege. Gelet op de toelichting verstrekt door ... Beslist : Artikel 1. – Goedkeuring te hechten aan de wijziging van de gemeenteraadsbeslissing d.d. 30 mei 2005 houdende het permanent aanvullend reglement op de politie op het wegverkeer inzake de invoering van een tonnenmaatbeperking tot 3,5 ton in de Molendreef. De wijziging houdt in dat de tonnenmaatbeperking tot 3,5 ton blijft behouden met uitzondering voor bussen van De Lijn. Artikel 2. – De bepalingen van artikel 1 als volgt ter kennis te brengen van de weggebruikers: In de Molendreef worden bij het borden type C21 “3,5 t” en het onderbord type IIUPD “uitgezonderd plaatselijk verkeer” bijkomend het onderbord type IIUPD “uitgezonderd bussen De Lijn” aangebracht. Artikel 3. – De inbreuken op de beschikkingen van deze verordening zullen gestraft worden met politiestraffen, voor zover deze wetten, algemene of provinciale verordeningen die op dit stuk bestaan, geen andere straffen voorzien zijn.
1.824.512 6.
Adviesraden - Middenstandsraad - Oprichting en statuten - Goedkeuring.
Ontwerpbeslissing : De raad, Neemt deze beslissing in kader van het algemeen beleidsprogramma 2007–2012 onder punt 6.2.2 - Uitbouw en formalisering van de middenstandsraad en bedrijvenraad met ondersteuning van hun initiatieven en doelstellingen. Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet d.d. 15 juli 2005. Gelet op de collegebeslissing d.d. 28 januari 2008 betreffende ‘Lokale economie – Oprichting middenstandsraad – Principiële goedkeuring statuten’. Op voorstel van het schepencollege. Gelet op de toelichting verstrekt door … Beslist : Artikel 1. – Goedkeuring te hechten aan de oprichting van een gemeentelijke ‘Middenstandsraad’. Artikel 2. – Goedkeuring Middenstandsraad:
te
hechten
aan
navolgende
statuten
voor
de
gemeentelijke
“STATUTEN HOOFDSTUK I : Oprichting en doelstellingen Artikel 1. – Oprichting
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 7 van 25
§1 . - Er wordt in de gemeente Malle een lokale Middenstandsraad opgericht, verder de raad genoemd. Deze statuten regelen de werking van de raad. De gemeenteraad van Malle hecht haar goedkeuring aan deze statuten en erkent de raad als gesprekspartner met ingang van 1 maart 2008. §2. - De zetel van de raad is gevestigd op het adres van het gemeentebestuur, Antwerpsesteenweg 246 te 2390 Malle. Artikel 2. – Taak en doelstelling §1 . - De raad adviseert de gemeentelijke overheid in alle middenstandsaangelegenheden in de ruimste zin en brengt dit advies uit op eigen initiatief of op uitdrukkelijk verzoek van de gemeentelijke overheid. §2. - De raad heeft tot doel het middenstandsleven in Malle te stimuleren, te coördineren en verder uit te bouwen. Hij staat ervoor in om mee het overleg en samenwerking tot stand te brengen onder alle verenigingen, instellingen en diensten die actief kunnen zijn op het vlak van middenstandswerking en kan desgevallend bijdragen tot het ontwikkelen van initiatieven, evenementen en projecten die de lokale economie bevorderen.
HOOFDSTUK II : Structuur en samenstelling van de raad Artikel 3. – Samenstelling raad §1. - De raad zou zowel naar samenstelling als standpunten representatief moeten zijn voor alle middenstanders uit de gemeente Malle. Ze werkt onafhankelijk van een politieke of ideologische strekking en streeft ernaar om ten hoogste uit 2/3de leden van hetzelfde geslacht te bestaan. §2. - Elke middenstander, die een zelfstandige activiteit uitoefent binnen de gemeentegrenzen, en elke lokale belangenvereniging van middenstanders kan deel uitmaken van de raad en zich kandidaat stellen voor het lidmaatschap. Het ledenaantal van de raad is onbeperkt. §3. - De raad is samengesteld uit stemgerechtigde en niet-stemgerechtigde leden. A. Zijn stemgerechtigde leden: • Individuele middenstanders die hun activiteit uitoefenen binnen de gemeentegrenzen; • Afgevaardigden van de beroepsfederaties en van de lokale organisaties die belangen behartigen van middenstanders. B. Zijn niet-stemgerechtigde leden: • Vertegenwoordigers van organisaties die omwille van hun doel en activiteiten relevant zijn voor de lokale economie; • Eén uit hoofde van zijn/haar ambt aangewezen lid van het college van burgemeester en schepenen; • De uit hoofde van zijn/haar ambt aangewezen ambtenaar van lokale economie fungeert telkens als secretaris van de raad. §4. - Alle leden onderschrijven door hun loutere aanwezigheid de doelstellingen, reglementering en statuten. De leden die door hun gedragingen, woorden of geschriften de raad kunnen schaden of haar doelstellingen tegenwerken, kunnen uitgesloten of geschorst worden. De schorsing bedraagt maximaal één werkingsjaar. De definitieve uitsluiting of schorsing dient te gebeuren met de helft plus één der uitgebrachte stemmen. Het getroffen lid moet vooraf de gelegenheid hebben gehad een passende verdediging voor te dragen. §5. - Stemgerechtigde leden kunnen geen gemeentelijk politiek mandaat uitoefenen. Artikel 4. – Voorzitterschap
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 8 van 25
§1. - De voorzitter en ondervoorzitter worden op de eerste zitting van elk kalenderjaar verkozen door de aanwezige stemgerechtigde raadsleden. §2. - De titel van ere-voorzitter kan worden verleend aan diegene die wegens uitzonderlijke verdienste in de raad hiervoor in aanmerking komt. Na beëindiging van het lidmaatschap van de raad is de houder gerechtigd deze titel als blijk van waardering verder te voeren. Artikel 5. – Financiën §1. - Het gemeentebestuur voorziet in haar gemeentebudget jaarlijks een bedrag voor het uitwerken en bekostigen van initiatieven van de raad. Eventuele uitgaven voor de werking van de raad kunnen de daartoe voorziene werkingsmiddelen in het gemeentebudget nooit overschrijden. §2. - Het schepencollege stelt de nodige middelen ter beschikking voor een goede werking van de raad, zoals een vergaderlokaal, werkingsmiddelen voor de secretaris en eventuele verzendingskosten. Na afloop van ieder kalenderjaar brengt de voorzitter een financieel verslag uit aan het schepencollege, alvorens de nieuwe toelage door het gemeentebestuur ter beschikking wordt gesteld. §3. - Geen enkel lid kan, voor de functies of opdrachten hem toevertrouwd door de raad, aanspraak maken op welke bezoldiging ook.
HOOFDSTUK III : DE VERGADERING VAN DE RAAD Artikel 6. – Vergaderen en beslissen §1. - De raad vergadert op bijeenroeping van de voorzitter of van het college van burgemeester en schepenen. De raad vergadert minstens 3 maal per jaar. §2. - De raad streeft bij voorrang naar consensus. Beslissingen worden desgevallend genomen bij gewone meerderheid van stemmen. De stemming gebeurt bij handopsteking, tenzij over personen, of persoonsgebonden zaken, of indien de helft van de aanwezige stemgerechtigde leden erom verzoekt. In dat geval geschiedt de stemming schriftelijk en geheim en wordt ze gehouden en opgenomen door de secretaris. Bij staking van stemmen wordt het voorstel op de dagorde van een nieuwe raadsvergadering gebracht. Ingeval van een tweede staking van stemmen wordt de beslissing niet genomen. Bij gebrek aan consensus kan een minderheidsstandpunt in de notulen worden opgenomen. §3. - De raad kan enkel beraadslagen wanneer ook een meerderheid van de vertegenwoordigers van de aangesloten organisaties aanwezig of geldig vertegenwoordigd zijn. §4. - De voorzitter leidt de vergadering. Bij ontstentenis worden zijn functies waargenomen door de ondervoorzitter. De voorzitter stelt in overleg met de secretaris van de raad jaarlijks een bondig verslag op van de voorbije werking van de raad. §5. - Het lid van het college van burgemeester en schepenen, dat bevoegd is voor middenstand, wordt op elke vergadering van de raad uitgenodigd als waarnemer. §6. - Het college van burgemeester en schepenen voorziet een administratief secretaris voor de raad en duidt hiertoe de ambtenaar voor lokale economie aan. Deze secretaris maakt en verspreidt het verslag van de vergadering. Dit verslag wordt binnen de drie weken na de zitting gezonden aan alle leden van de raad, alsmede ter kennis gebracht aan het schepencollege. De goedkeuring van het verslag gebeurt als eerste punt in de volgende zitting. Artikel 7. – Intern reglement van orde §1. - De raad kan, indien daartoe de behoefte bestaat, een intern reglement van orde stemmen.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 9 van 25
Dit intern reglement van orde kan behandelen: duur, vast tijdstip, plaats van de vergadering en verloop van de debatten, de wijze van stemmen, het instellen van permanente en/of tijdelijke afdelingen binnen de raad, de duur tussen de oproeping en de vergadering zelf, de wijze van notuleren, ... Deze opsomming is niet beperkend.
HOOFDSTUK IV : WIJZIGING EN ONTBINDING Artikel 8 – Wijziging statuten §1. - De raad kan over wijzigingen in deze statuten slechts dan geldig beraadslagen wanneer het voorwerp daarvan bijzonder is vermeld in de oproepingsbrief. Ten minste tweederden van de stemgerechtigde leden dient aanwezig te zijn zoniet wordt binnen de 14 dagen een nieuwe vergadering bijeengeroepen waarop geldig wordt gestemd, ongeacht het aantal aanwezigen. Een wijziging van statuten dient te gebeuren bij tweederden meerderheid van stemmen. Tot geen wijziging kan worden besloten tenzij met een meerderheid van tweederden der stemmen. Echter wanneer de wijziging één der doeleinden betreft, waarvoor de vereniging werd opgericht, is zij slechts geldig wanneer zij door de tijdens die vergadering aanwezige leden eenparig goedgekeurd wordt. §2. - Het wijzigen van de statuten wordt steeds ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Artikel 9 – Ontbinding van de raad §1. - Alleen een buitengewone vergadering kan een beslissing nemen inzake ontbinding van de raad. Deze buitengewone vergadering wordt minimaal drie weken op voorhand, en met een expliciete vermelding in de oproepingsbrief, door de voorzitter van de raad bijeengeroepen. §2. - De raad is slechts dan ontbonden door een beslissing van de buitengewone vergadering wanneer deze ontbinding met een meerderheid van minstens tweederden van de stemmen bekrachtigd wordt. §3. - Eventuele resterende financiële middelen vloeien in onderhavig geval terug naar de gemeente.”
1.842.8 7.
Jeugd - Aanpassing reglement op de ontlening van materiaal van de gemeentelijke uitleendienst van de jeugddienst - Goedkeuring.
Toelichting : Aangezien er een beamer voor de uitleendienst van de jeugddienst werd aangekocht en hiervoor een waarborg wordt gevraagd, dient er een aanpassing te gebeuren aan het uitleenreglement zoals laatst vastgesteld bij gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2004. Ontwerpbeslissing : De raad, Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 20 december 2004 betreffende ‘Jeugd - Aanpassing reglement op de ontlening van materiaal van de gemeentelijke uitleendienst van de jeugddienst – Goedkeuring’. Overwegende dat er een beamer werd aangekocht voor de uitleendienst van de dienst jeugd en door het schepencollege werd beslist dat voor de ontlening een waarborg dient gevraagd te worden.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 10 van 25
Gelet op het ontwerp van aangepast reglement op de ontlening van materiaal van de gemeentelijke uitleendienst van de dienst jeugd. Gelet op de collegebeslissing van 18 februari 2008 houdende principiële goedkeuring van het aangepast gemeentelijk reglement op de ontlening van materiaal van de gemeentelijke uitleendienst van de dienst jeugd. Gelet
op
het
advies
van
de
Jeugdraad
Malle
van
9
februari
2008.
Gelet op het voorstel van het schepencollege. Gelet op de toelichting verstrekt door ... Beslist : Artikel 1. – Goedkeuring te hechten aan navolgend aangepast reglement op de ontlening van materiaal van de gemeentelijke uitleendienst van de dienst jeugd:
“Reglement op de ontlening van materiaal van de gemeentelijke uitleendienst van de jeugddienst Art. 1 Het materiaal van de uitleendienst van de gemeentelijke jeugddienst staat gratis ter beschikking van de Malse erkende jeugdverenigingen, de Malse scholen en de gemeentediensten. Enkel de beamer kan uitgeleend worden aan alle erkende verenigingen uit Malle. Art. 2 Erkende jeugdverenigingen kunnen van de uitleendienst gebruik maken met prioriteit, op voorwaarde dat ze 1 maand voor de gewenste datum hun aanvraag indienen. Art. 3 De openingsuren van de uitleendienst ▪ Maandag, woensdag en donderdag ▪ Dinsdag ▪ Vrijdag
zijn: van 9 - 12u en van 13 - 15u van 9 - 12u, van 13 - 15u en van 17.30 - 20u van 9 - 12u
Art. 4 De maximum uitleentermijn bedraagt drie weken. Art. 5 De aanvragen dienen te gebeuren bij de Malse jeugddienst, Sint-Jozeflei 6, 2390 Malle, tel 03/310.05.86, e-mail
[email protected]. Art. 6 De vereniging of de school ontlener is aansprakelijk en zal zorg dragen voor: - het betalen van een eventuele waarborg bij het afhalen van het materiaal - het op de juiste manier vervoeren, opslaan en gebruiken van het materiaal - het binnen de overeengekomen tijd terugbezorgen van het materiaal in goede staat - het nemen van de nodige voorzorgen om diefstal te vermijden - het onmiddellijk aangifte doen bij de politie in geval van diefstal en het zo snel mogelijk bezorgen van een kopie van het proces-verbaal aan de jeugddienst. Art. 7 Bij ontlening van de digitale videocamera, dient de ontlener zelf te zorgen voor opnamecassettes. Art. 8 Bij beschadiging dient het materiaal onmiddellijk en in de staat waarin het zich bevindt te worden teruggebracht. De herstelling of vervanging zal uitgevoerd worden door de gemeente en in rekening worden gebracht aan de ontlener. Ook bij diefstal of verlies zal een rekening opgemaakt worden ten laste van de ontlener.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 11 van 25
Art. 9 Het is ten strengste verboden materiaal van de gemeentelijke uitleendienst van de jeugddienst aan derden uit te lenen. Art. 10 Het gemeentebestuur kan niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele ongevallen of andere schadegevallen die voortvloeien uit het gebruik van de ontleende materialen. Art. 11 Door het ontlenen van enig materiaal verklaart de ontlener zich akkoord met de bepalingen van dit reglement en waarborgt de stipte naleving ervan. Art. 12 Voor het ontlenen van zowel de videocamera als de beamer dient een waarborg te worden betaald. De waarborg voor het ontlenen van de videocamera bedraagt 150,00 EUR. De waarborg voor het ontlenen van de beamer bedraagt 250,00 EUR. Art. 13 Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2005 1 maart 2008.” Artikel 2. - De gemeenteraadsbeslissing d.d. 20 december 2004 betreffende ‘Jeugd - Aanpassing reglement op de ontlening van materiaal van de gemeentelijke uitleendienst van de jeugddienst – Goedkeuring’, wordt ingetrokken.
1.784.070 8.
Brandweerdienst - Wijziging grondreglement - Goedkeuring.
Toelichting : Bij gemeenteraadsbeslissing van 25 juni 2007 werden een aantal wijzigingen aangebracht in het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst. De gouverneur heeft deze beslissing bij besluit van 30 juli 2007 niet goedgekeurd. De hoofdreden voor deze niet-goedkeuring is dat in artikel 41 van het grondreglement voor brandweeropleidingen een vergoeding van 80% van het uurloon werd voorzien. Opleidingen voorzien in de aanwervingsvoorwaarden, zijnde de opleiding brandweerman en de opleiding dringende geneeskundige hulpverlening (DHG) werden van deze vergoeding uitgesloten. Artikel 16 van het koninklijk besluit van 8 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten bepaalt dat de aanwezigheid van de personeelsleden van de openbare brandweerdiensten bij de lessen en hun deelname aan de examens gelijkgesteld wordt met periodes van dienstactiviteit. Dit impliceert dat alle opleidingsuren, dus ook deze van de basiscursus brandweerman (130 u) en de cursus DGH(120 u + 40 u stage) vergoed moeten worden à 100 %. De recyclage-uren 100 vallen ook onder deze regel. Daarnaast werden volgende opmerkingen gemaakt: In toepassing van de ministeriële omzendbrief van 28 mei 2004 moet bij de woonplaatsverplichting voorzien worden dat iemand die binnen een zeer korte tijdspanne na een oproep de brandweerkazerne kan bereiken, aan de gemeenteraad een afwijking op de woonplaatsverplichting kan vragen. Iemand die bijvoorbeeld een beroepsactiviteit uitoefent in de buurt van de kazerne maar niet voldoet aan de woonplaatsverplichting, kan dankzij zulke uitzondering toch toegelaten worden tot de brandweer. Bij lezing van het grondreglement moeten de brandweerlieden volledig geïnformeerd zijn. In het grondreglement verwijzen naar het statuut van het statutair brandweerpersoneel voor bijvoorbeeld de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden volstaat dan ook niet. Deze voorwaarden moeten in het grondreglement zelf opgenomen worden. De wijzigingsbepalingen van het grondreglement, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 25 juni 2007, werden aangepast aan de hierboven vermelde opmerkingen. De nieuwe tekst werd voor advies overgemaakt aan de toezichthoudende overheid.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 12 van 25
Het afgeleverde advies resulteerde nog in volgende wijzigingen: Bij de aanwervingsvoorwaarden voor beroepsofficier werd een diploma vereist dat toegang verleent tot betrekkingen van niveau 1 bij de federale overheidsdiensten. Dit moet gewijzigd worden in een diploma vereist voor niveau 2. Malle is een korps van categorie Z, bijgevolg mag – overeenkomstig artikel 7 van het K.B. van 19 april 1999 met betrekking tot de officieren – geen hoger diploma gevraagd worden dan dit vereist voor niveau 2 bij de federale overheidsdiensten. In de aanwervingsvoorwaarden voor de beroepsbrandweer was voorzien dat de brandweerlieden binnen de 6 maanden na hun definitieve benoeming hun woonplaats en werkelijke verblijfplaats moeten hebben in de gemeente. Deze voorwaarde is te strikt. Daarvoor wordt verwezen naar de omzendbrief van 28 mei 2004 over de woonplaatsverplichting. Daarenboven moet, in toepassing van de bepalingen van deze omzendbrief, ook voor de beroepsbrandweerlieden de mogelijkheid voorzien worden om aan de gemeenteraad een afwijking op de woonplaatsverplichting te vragen. De toezichthoudende overheid stelt voor in de aanwervingsvoorwaarden voor het beroepspersoneel volgende woonplaatsverplichting op te nemen: “Uiterlijke zes maanden na het beëindigen van zijn stage zijn hoofdverblijfplaats hebben op het grondgebied van de gemeente of binnen een straal van “x” kilometer rond de kazerne. Deze verplichting dient noodzakelijk te worden opgelegd voor het verzekeren van de openbare veiligheid. Een lid van de brandweer dat niet voldoet aan de woonplaatsverplichting maar toch over de mogelijkheid beschikt om binnen een zeer korte tijdspanne na een oproep de brandweerkazerne te bereiken, kan aan de gemeenteraad een afwijking op de woonplaatsverplichting vragen. De gemeenteraad kan, rekening houdende met de omstandigheden van het individueel geval, een afwijking op de woonplaatsverplichting toestaan.” Het college stelt voor de straal vast te stellen op acht km rond de kazerne Oost. Hier wordt de kazerne Oost genomen omdat dit de standplaats van het beroepspersoneel is. De aanwervingsvoorwaarden betreffende het beroepspersoneel zoals die nu in het grondreglement moeten worden opgenomen, wijken op voormelde punten af van deze die voorkomen in het administratief statuut van het statutair brandweerpersoneel. Bijgevolg zal ook het administratief statuut in aan latere fase aangepast moeten worden. De andere oorspronkelijk voorziene wijzigingen werden uitvoerig uiteengezet in de toelichtingsnota bij agendapunt 15 van de gemeenteraadszitting van 25 juni 2007. Ontwerpbeslissing : De raad, Neemt deze beslissing in kader van het algemeen beleidsprogramma 2007-2012 onder 5.6.1 - Het grondreglement en het reglement van inwendige orde worden herzien en de regels zijn voor iedereen duidelijk. Gelet op het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van de gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten. Gelet op het koninklijk Besluit van 11 april 1999 tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van de gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten. Gelet op het Koninklijk Besluit van 3 juni 1999 tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van de gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten. Gelet op het koninklijk besluit van 8 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare brandweerdiensten, en meer bepaald op artikel 16. Gelet op de ministeriële omzendbrief van 28 mei 2004 over de woonstverplichting voor brandweerlieden. Gelet op het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst, vastgesteld bij gemeenteraadsbeslissing van 27 februari 1992 en gewijzigd bij gemeenteraadsbeslissingen van 30 juni 1994, 26 augustus 1996, 28 oktober 1996, 27 april 2000, 28 mei 2001, 31 maart 2003, 27 oktober 2003, 30 mei 2005 en 28 november 2005.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 13 van 25
Gelet op de collegebeslissing van 26 maart 2007 houdende princiepsbeslissing betreffende de toekenning van een vergoeding voor ziekenwageninterventies. Gelet op de collegebeslissing van 26 maart 2007 houdende princiepsbeslissing inzake de wijziging van de aanwervingsvoorwaarden voor vrijwillig brandweerman voor wat het bezit van de badge 100 betreft. Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 25 juni grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst.
2007
houdende
wijziging
van
het
Gelet op het besluit van de gouverneur van 30 juli 2007 houdende niet goedkeuring van voormelde gemeenteraadsbeslissing van 25 juni 2007. Gelet op de collegebeslissing d.d. 11 februari 2007 houdende kennisneming van het besluit van de gouverneur van 30 juli 2007 en principiële goedkeuring van de wijziging van meerdere artikels van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst. Gelet op de toelichtingsnota waarin de nieuwe wijzigingen worden verduidelijkt. Op voorstel van het schepencollege. Gehoord de toelichting van de voorzitter. Na beraadslaging. Beslist : Artikel 1. – In artikel 3 van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst wordt na het woord ‘brandbestrijding’ de woorden ‘en brandpreventie’ ingevoegd. Artikel 2. - Artikel 9 van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst wordt als volgt gewijzigd: “Elke benoeming in vast verband wordt voorafgegaan door een stage, die georganiseerd wordt overeenkomstig de artikelen 12 tot 15. Behoudens andersluidende bepalingen betreffende uitsluitend bijzondere ambten, geschiedt de aanwerving in de graad van brandweerman/-vrouw of, voor officieren, in de graad van onderluitenant. De aanwervingsvoorwaarden zijn de volgende: Toelatingsvoorwaarden: 1. een gedrag hebben dat in overeenstemming is met de eisen van de beoogde betrekking; 2. de burgerlijke en politieke rechten genieten 3. de mannelijke kandidaten moeten voldoen aan de dienstplichtwetten 4. de kandidaat-brandweerlieden dienen wat betreft het geneeskundig onderzoek te voldoen aan de eisen gesteld in bijlage 2 van het administratief statuut van het statutair brandweerpersoneel. Voor de betrekking van onderluitenant wordt het geneeskundig onderzoek verricht op grond van de maatstaven bepaald in bijlage II van het koninklijk besluit van 19 april 1999 tot vaststelling van de geschiktheids- en bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheids- en bevorderingsvoorwaarden voor officieren van de openbare brandweerdiensten 5. slagen in de fysische proeven betreffende de lichamelijke geschiktheid opgenomen in bijlage 3 van het administratief statuut van het statutair brandweerpersoneel 6. wat betreft de diverse elementen uit de functiebeschrijving, inzonderheid wat betreft het dragen van persluchttoestellen en gaspakken, wordt de geschiktheid van het brandweerpersoneel vastgesteld door de officier-geneesheer 7. de Belgische nationaliteit bezitten 8. een lichaamsgestalte hebben van minimum 1,60 m zonder schoeisel Algemene aanwervingsvoorwaarden 1. ten minste 21 jaar zijn 2. houder zijn van het diploma of getuigschrift van hoger secundair technisch onderwijs of gelijkwaarden. Kandidaten met een A3 diploma plus 6 jaar ervaring bij een brandweerkorps en die het brevet van korporaal behaald hebben, worden eveneens toegelaten. De officieren dienen houder te zijn van een diploma of getuigschrift dat toegang verleent tot betrekkingen
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 14 van 25
van niveau 2 bij de federale overheidsdiensten, vermeld in bijlage 1 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende statuut van het Rijkspersoneel 3. slagen in een gewoon aanwervingsexamen. Het aanwervingsexamen voor officieren is een vergelijkend examen. Bijzondere aanwervingsvoorwaarden Als personeelslid kan alleen in aanmerking komen voor een vaste benoeming wie aan volgende voorwaarden voldoet: 1. de brandweerlieden dienen in het bezit te zijn van een rijbewijs dat de mogelijkheid biedt alle brandweervoertuigen te besturen. De officier dient in het bezit te zijn van een rijbewijs van minimum de categorie B 2. beschikken over het brevet brandweerman. De officier dient te beschikken over een brevet van officier 3. beschikken over het brevet ambulancier, in de dringende geneeskundige hulpverlening 4. gunstig advies bekomen van de officier-dienstchef 5. binnen een termijn van zes maanden na de definitieve benoeming zijn hoofdverblijfplaats hebben op het grondgebied van de gemeente of binnen een straal van acht kilometer rond de kazerne Oost. Deze verplichting dient noodzakelijk te worden opgelegd voor het verzekeren van de openbare veiligheid. Een lid van de brandweer dat niet voldoet aan de woonplaatsverplichting maar toch over de mogelijkheid beschikt om binnen een zeer korte tijdspanne na een oproep de brandweerkazerne te bereiken kan aan de gemeenteraad een afwijking van de woonplaatsverplichting vragen. De gemeenteraad kan, rekening houdende met de omstandigheden van het individueel geval, een afwijking op de woonplaatsverplichting toestaan. De gemeenteraad kan in bijzondere aanwervingsvoorwaarden op basis van de functiebeschrijving van de betrekking: 1. bijzondere eisen stellen inzake beroepsbekwaamheid 2. het bezit van specifieke diploma’s of studiegetuigschriften opleggen. Meer uitgebreide informatie betreffende de aanwervingsvoorwaarden en de aanwervingsprocedure is opgenomen in het administratief statuut van het statutair brandweerpersoneel en de daarbij gevoegde functiebeschrijvingen.” Artikel 3. - Artikel 10, §2 van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst wordt als volgt gewijzigd: “§ 2 De aanwervingsvoorwaarden voor de graad van brandweerman/-vrouw zijn de volgende: 1. Onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Unie 2. In regel zijn met de voorschriften van de dienstplichtwet 3 Van goed gedrag zijn en de burgerlijke en politieke rechten bezitten 4. Lichamelijk geschikt zijn blijkens een medisch attest afgeleverd door de officier-geneesheer van de brandweerdienst Malle. Het medisch onderzoek, dat altijd voorafgaat aan de proeven inzake lichamelijke geschiktheid waaraan enkel de voor de dienst geschikt bevonden kandidaten kunnen deelnemen, omvat: - een algemeen somatisch onderzoek (algemeen uitzicht, lidtekens, verminkingen, misvormingen), - een onderzoek van het voortbewegingsstelsel (skelet, gewrichten, spieren) - een onderzoek van de hartvaten, (pols, bloeddruk, aderspat), - een onderzoek van het ademhalingsstelsel (neus, keel, luchtpijp, longen), - een onderzoek van de abdomen (buik, organen, breuken), - een neurologisch onderzoek (Romberg, pupilreflexen, peesreflexen, cremasterreflexen, tremor), - een onderzoek van het psychisme (algemeen gedrag, emotiviteit), - een onderzoek van de endocrine organen (schildklier), - een urineonderzoek (eiwit, suiker), - een onderzoek van de gezichtsscherpte naar de volgende maatstaven: de kandidaten moeten een gezichtsscherpte hebben, zo nodig met brilglazen van 13/10 voor beide ogen samen, met een minimum van 3/10 voor het minst goede oog. De gezichtsscherpte zonder bril mag echter niet minder bedragen dan 5/10 voor beide ogen samen, - een onderzoek van het gehoor naar volgende maatstaven: voor elk oor een gehoorscherpte die hen toelaat, zonder het dragen van een hoorapparaat, de normale conversatiestem te horen op 2,50 m afstand, de rug naar de onderzoekende geneesheer gekeerd.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 15 van 25
5. Uiterlijk zes maanden na de stage woonachtig zijn op het grondgebied van respectievelijk de gemeente Malle of de gemeente Schilde of binnen een straal van maximum drie kilometer van een post van de brandweerdienst Malle met dien verstande dat de woonplaats van de kandidaat-vrijwilliger tot een post van de brandweerdienst van een aanpalende gemeente niet minder mag bedragen dan drie kilometer. Een lid van de brandweer dat niet voldoet aan de woonplaatsverplichting maar toch over de mogelijkheid beschikt om binnen een zeer korte tijdspanne na een oproep de brandweerkazerne te bereiken kan aan de gemeenteraad een afwijking op de woonplaatsverplichting vragen. De gemeenteraad kan rekening houdend met de omstandigheden van het individueel geval een afwijking op de woonplaatsverplichting toestaan. 6. Ten minste 18 jaar zijn op datum van indiensttreding als stagiair-brandweerman 7 Ten minste 1,60 m groot zijn 8 Slagen voor de proeven inzake lichamelijke geschiktheid. De proeven zijn de volgende: a) voorligsteun het lichaam, dat op de handen en de voeten steunt, vormt een rechte lijn van de schouders tot de hielen terwijl de armen loodrecht op de grond staan. Tijdens de oefening moet de borst de grond lichtjes raken. Armen buigen en strekken: 10 maal. b) buiging van de armen in hang aan de boom of de brug, de handen in pronatie, d.w.z. de palm naar binnen. Het toestel wordt op zulk danige hoogte gebracht dat de voeten de grond niet raken. Voor de goede uitvoering is vereist dat de kin boven de brug uitkomt: 4 maal. c) evenwicht twee pogingen worden aan de kandidaat toegestaan. Op een boom van 7 tot 10 cm breed, 3,50 m lang, geplaatst op een hoogte van 1,20 m. Vrije manier van op- en afstijgen; de proef wordt gechronometreerd bij het geven van het signaal wanneer de kandidaat zich in evenwicht op de boom gesteld heeft. De chronometer wordt stilgelegd bij het einde van het parcours, voor de kandidaat van het toestel afstijgt, de voet voorwaarts gestrekt op het uiteinde van de boom: in 8 seconden. d) 4 meter touwklimmen twee pogingen, met een tussenpoos van 15’, worden aan de kandidaat toegestaan. Het startsein wordt gegeven wanneer deze bij het touw staat, de armen langs het lichaam: in 15 seconden. e) beklimmen van een luchtladder (20 meter) 2 pogingen, met een tussenpoos van 15’, worden aan de kandidaat toegestaan. De start gebeurt vanaf de voet van de ladder. De kandidaat houdt de armen langs het lichaam en raakt de ladder niet aan. De ladder staat nergens tegen en heeft een helling van 70°: in 40 seconden. f) dragen over 50 meter 2 pogingen, met een tussenpoos van 30’, worden aan de kandidaat toegestaan; De proef bestaat uit het dragen van een man van hetzelfde gewicht, op 5 kg na, als drager. Hulpgreep bij een arm en een been. Het startsein wordt aan de kandidaat gegeven wanneer hij de last heeft opgenomen: in 30 seconden. g) lengtesprong, zonder aanloop 2 pogingen, met een tussenpoos van 5’, worden aan de kandidaat toegestaan. Start: voeten gesloten achter de lijn. De afstand wordt bepaald door het dichtst bij de startlijn achtergelaten spoor, ongeacht met welk lichaamsdeel de grond wordt geraakt: 2 meter. h) dieptesprong de kandidaat start vanuit de strekstand en mag geen tussensteun hebben. Het neerkomen gebeurt op een tapijt: 2 meter. i) 600 meter lopen in 2 minuten en 45 seconden. De kandidaten moeten slagen in 6 van de 9 proeven 9. Een gunstig geschiktheidsprofiel bekomen op basis van een gesprek waarin gepeild wordt naar de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, de relevante ervaring, de motivatie, de interesse voor het werkterrein, de beschikbaarheid en de bereikbaarheid 10. Slagen in de cursus voor brandweerman ingericht door een erkend provinciaal brandweeropleidingscentrum. Voorrang wordt verleend aan de kandidaten die houder zijn van één of meerdere brevetten uitgereikt krachtens het op het moment van de openverklaring geldend Koninklijk Besluit betreffende de opleiding, de brevetten en de loopbaan van de leden van de brandweer
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 16 van 25
11. Tijdens de stage of uiterlijk binnen de 2 jaar na de effectieve indienstneming een geldige badge 100 behalen en bereid zijn om daadwerkelijke dienst te doen als ambulancier bij de “dienst 100” * * niet verplicht van toepassing voor het vrijwilligerspersoneel van de voorpost Schilde” Artikel 4. - Artikel 16 van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst Malle wordt vervangen door: “Op grond van het eindestageverslag kan de stagiair in vast verband worden benoemd, als hij lid is van het beroepspersoneel, of effectief in dienst genomen, zo hij vrijwilliger is. Het dienstnemingscontract dat de vrijwilliger tegentekent bij zijn effectieve indienstneming, voor de duur van vijf jaar, bevat dezelfde vermeldingen als het dienstnemingscontract bedoeld in artikel 11. Deze dienstneming is hernieuwbaar.” Artikel 5. - Artikel 19 van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst Malle wordt vervangen door volgend nieuw artikel 19: “De vereisten voor toegang tot de bevorderingsgraden zijn de volgende: a) beroepspersoneel algemene bevorderingsvoorwaarden: Voor bevordering komen alleen in aanmerking de personeelsleden die 1. vastbenoemd zijn 2. titularis zijn van een voltijds ambt 3. voldoen aan de bevorderingsvoorwaarden 4. zich in aan administratieve toestand bevinden waarin zij hun aanspraken op bevordering kunnen doen gelden. bijzondere bevorderingsvoorwaarden: korporaal 1. vier jaar graadanciënniteit tellen als beroepsbrandweerman/vrouw 2. houder zijn van een brevet uitgereikt door de provinciale brandweerschool; voorrang wordt gegeven aan het hoogste brevet 3. beschikken over een gunstige evaluatie 4. slagen voor een bevorderingsexamen 5. bij een psycho-technisch onderzoek een voor de functie geschiktheidsprofiel bekomen onderofficier (sergeant/1ste sergeant/sergeant-majoor) 1. vier jaar graadanciënniteit tellen als beroepskorporaal en bij ontstentenis zes jaar als beroepsbrandweerman 2. houder zijn van het brevet kandidaat-onderofficier of kandidaat-officier uitgereikt in het kader van het door de staat, provincie of provinciale brandweerbond ingericht onderwijs inzake brandweer 3. beschikken over een gunstige evaluatie 4. slagen voor een bevorderingsexamen 5. bij een psycho-technisch onderzoek een voor de functie geschiktheidsprofiel bekomen officier voldoen aan de voorwaarden voorzien in artikel 19 van het koninklijk besluit van 19 april 1999 betreffende de officieren en zijn latere wijzigingen officier-dienstchef 1. voldoen aan het koninklijk besluit van 19 april 1999 betreffende de officieren en zijn latere wijzigingen 2. een gunstige evaluatie bekomen hebben Meer uitgebreide informatie betreffende de bevorderingsvoorwaarden en de bevorderingsprocedure is opgenomen in het administratief statuut van het statutair brandweerpersoneel en de daarbij gevoegde functiebeschrijvingen. b) vrijwilligerspersoneel korporaal - ten minste 2 jaar dienst hebben als effectief brandweerman - houder zijn van het brevet van korporaal, uitgereikt door een erkend opleidingscentrum voor de brandweer of houder zijn van een door het op het moment van de vacantverklaring
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 17 van 25
geldend koninklijk besluit betreffende de opleiding, de brevetten en de loopbaan van de leden van de brandweer, gelijkgesteld brevet voorrang wordt gegeven aan de houder van het hoogste brandweerbrevet - gunstig advies van de officier-dienstchef hebben sergeant - ten minste 2 jaar graadanciënniteit hebben als korporaal - houder zijn van het brevet sergeant, uitgereikt door een erkend opleidingcentrum voor de brandweer of houder zijn van een door het op het moment van de vacantverklaring geldend koninklijk besluit betreffende de opleiding, de brevetten en de loopbaan van de leden van de brandweer, gelijkgesteld brevet - voorrang wordt gegeven aan de houder van het hoogste brandweerbrevet - gunstig advies van de officier-dienstchef hebben 1ste sergeant - ten minste 2 jaar graadanciënniteit hebben als sergeant - voorrang wordt gegeven aan de houder van het hoogste brandweerbrevet - gunstig advies van de officier-dienstchef hebben sergeant-majoor - ten minste 2 jaar graadanciënniteit hebben als 1ste sergeant - voorrang wordt gegeven aan de houder van het hoogste brandweerbrevet - gunstig advies van de officier-dienstchef hebben.” Artikel 6. - Artikel 33, eerste lid wordt vervangen door: “Onverminderd de gevallen van onverenigbaarheid genoemd in de nieuwe gemeentewet of in gemeentelijke reglementen, is er onverenigbaarheid tussen: - het ambt van beroepslid van een brandweerdienst en het ambt van lid-vrijwilliger van dezelfde brandweerdienst; - het ambt van lid van een brandweerdienst en het ambt van lid van een politiedienst die deel uitmaakt van de openbare macht, zoals bedoeld in artikel 2 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt. De overheid bekleed met de bevoegdheid tot benoeming of aanstelling, kan een lid van een brandweerdienst, dat tezelfdertijd lid is van de gemeentepolitie, toestaan de functie van brandweerman te blijven uitoefenen. Deze afwijking wordt verleend aan het lid van een brandweerdienst in dienst vóór 1 april 1999 en voor zover dit nodig is om de continuïteit van de betrokken brandweerdienst te verzekeren.” Artikel 7. - In artikel 41 van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst Malle worden de punten 6 en 7 als volgt gewijzigd: “6- Bij de brandweerinterventies wordt elk begonnen halfuur volledig vergoed. De vergoeding voor een interventie is ten minste gelijk aan de vergoeding voor één prestatie-uur. De vergoeding van de prestaties voor de dienst 100 is met ingang van 1 juli 2007 tweeledig: a) Voor de uren dat de ambulanciers van wacht zijn wordt de vergoeding vastgesteld op basis van een systeem van wachturen. Deze wachturen worden onderverdeeld in twee types. Voor elk type geldt een specifieke vergoeding: • wachturen type N (nacht): van 20.00 uur tot 08.00 uur aan 1.08 EUR per uur • wachturen type D (dag): van 08.00 uur tot 20.00 uur aan 2,16 EUR per uur Deze vergoedingen (basis = indexcijfer 138,01 der consumptierijzen 1981 = 100) worden gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer der consumptieprijzen. b) Bij ziekenwageninterventies worden de ambulanciers vergoed op basis van de uurbezoldiging van 1/1976 van het gemiddelde van de in sub 1 voorziene referteweddeschaal voor de graad van korporaal. Elk begonnen halfuur wordt vergoed en de vergoeding voor een interventie is ten minste gelijk aan de vergoeding voor één prestatie-uur. Voor de duur van de interventie wordt geen vergoeding uitgekeerd op basis van wachturen. 7- Volgende vergoedingen worden toegekend met ingang van 1 juli 2007: a) 100 % van die welke in sub 2 is vastgesteld voor: - brandweeropleidingen - opleiding DGH a) 80% van die welke in sub. 2 is vastgesteld voor: - administratieve prestaties onder administratieve prestaties wordt verstaan:
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 18 van 25
-
bijhouden van de registers, het onderzoek in instellingen naar de brandvoorkomingsmaatregelen en het opmaken van de verslagen, het opmaken van de programma’s der werkzaamheden, de briefwisseling. - brandweeroefeningen b) 60% van de vergoeding welke in sub. 2 is vastgesteld voor: - telefoonwacht in de kazerne.” c) 100% van het uurloon berekend op basis van het gemiddelde van de referteweddeschaal PB2bis voor: - permanente vorming badge 100” Artikel 8. – In artikel 45 van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst wordt ‘R.T.T.-net’ vervangen door ‘openbaar telefonie-net’. Artikel 9. – In artikel 61 van het grondreglement van de gemeentelijke brandweerdienst wordt de volledige tekst geschrapt.
1.777.614.97 9.
Leefmilieu - Samenwerkingsovereenkomst tussen de VZW De Enter (kringwinkel De Cirkel) en gemeentebestuur Malle rond de werking van het kringloopcentrum Goedkeuring.
Toelichting : De kringwinkel De Cirkel staat sinds 1998 in voor de ophaling van herbruikbare goederen in onze gemeente. Het aantal kilogram herbruikbare goederen, die zij voor onze gemeente verwerkten in 2006, bedroeg 66.156 kg; deze goederen vonden een nieuwe bestemming en kwamen hierdoor niet op de afvalberg terecht. In de samenwerkingsovereenkomst die afgesloten werd in 1998 tussen de gemeente en de kringwinkel De Cirkel, werd een tonnagevergoeding afgesproken. Deze werd vanaf het jaar 2006 opgetrokken tot 0,116 EUR/kg. Gezien de stijgende energieprijzen zijn zij echter genoodzaakt om, vanaf 2008, de nieuwe prijs van 0,15 EUR/kg aan te rekenen (exclusief BTW) Zij verwachten om in 2008, voor onze gemeente, 70.125 kg herbruikbare goederen te kunnen verwerken. Volgende artikels werden aangepast Artikel 2 zal gewijzigd worden van: De aanbieders van grof huisvuil zullen eerst het Kringloopcentrum contacteren. Deze laatste selecteert, telefonisch of door het ter plaatse gaan, het herbruikbaar grof huisvuil uit de totale fractie binnen 8 werkdagen na aanmelding. De gemeente haalt het restafval op. De gemeentelijke reinigingdienst zal bij aanmelding van grof huisvuil door inwoners doorverwijzen naar het Kringloopcentrum. Er wordt slechts grof huisvuil opgehaald indien er contact is geweest met het Kringloopcentrum. Naar: De aanbieders van grof huisvuil kunnen eerst het Kringloopcentrum contacteren. Deze laatste selecteert, telefonisch of door het ter plaatse gaan, het herbruikbaar grof huisvuil uit de totale fractie binnen 8 werkdagen na aanmelding. De gemeentelijke reinigingdienst zal bij aanmelding van grof huisvuil, dat in aanmerking komt voor het kringloopcenter, de inwoners doorverwijzen naar het Kringloopcentrum. Er wordt slechts grof huisvuil opgehaald indien er contact is geweest met het Kringloopcentrum. Artikel 5 zal als volgt gewijzigd worden: De gemeente geeft het Kringloopcentrum de mogelijkheid om regelmatig informatie te verstrekken aan de bewoners via de gemeentelijke informatiekanalen. Minstens de volgende informatiekanalen worden ter beschikking gesteld: het gemeentelijk informatieblad met een minimumfrequentie van 4 keer per jaar:
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 19 van 25
-
-
de afvalkalender van de gemeente met een minimumfrequentie van 2 maal per jaar: affichage plaatsen op zichtbare en voor het publiek toegankelijke plaatsen: op het recyclagepark, bij de container/opslagplaats voor herbruikbare goederen, in de gemeentelijke bibliotheek, op de milieudienst, … op teletekst in de rubriek van de gemeente; in het welkomstpakket van de gemeente voor nieuwe inwoners; het politiereglement
Ontwerpbeslissing : De raad, Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 30 november 1998 waarbij er goedkeuring gehecht wordt aan de samenwerkingsovereenkomst tussen De Cirkel cv en gemeentebestuur Malle voor de werking van het kringloopcentrum. Gelet op het schrijven van de kringwinkel in Brecht d.d. 05 november 2007 betreffende de nieuwe prijs van 0,15 EUR/kg (exclusief BTW) voor de ophaling van herbruikbare goederen. Gelet op de collegebeslissing d.d. 21 januari 2008 houdende principiële goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst tussen de vzw De Enter en het gemeentebestuur van Malle rond de werking van het kringloopcentrum. Op voorstel van het schepencollege. Gelet op de toelichting verstrekt door … Beslist : Enig artikel – Goedkeuring wordt gehecht aan navolgende samenwerkingsovereenkomst tussen de vzw De Enter (kringwinkel De Cirkel) en het gemeentebestuur van Malle rond de werking van het kringloopcentrum:
“SAMENWERKINGSOVEREENKOMST Algemene bepaling Artikel 1: Het Kringloopcentrum haalt, op het grondgebied van de gemeente Malle, bij de private huishoudens en sporadisch bij bedrijven en winkels (bij de twee laatst genoemde voor zover het geen goederen betreft met commerciële inslag), met het oog op hergebruik, gebruiksgoederen op die anders via de grof vuil huisvuilfractie op de afvalberg terecht zouden komen. Deze inzameling gebeurt op afroep en is kosteloos voor de inwoners van Malle. Het kringloopcentrum heeft het recht om aangeboden goederen te weigeren. Wederzijdse doorverwijzing Artikel 2: De gemeente Malle zal in haar sensibiliseringsacties en informatiecampagnes steeds melding maken van de mogelijkheid voor de inwoners om bij het Kringloopcentrum herbruikbare goederen aan te bieden. De aanbieders van grof huisvuil zullen eerst het Kringloopcentrum contacteren. Deze laatste selecteert, telefonisch of door het ter plaatse gaan, het herbruikbaar grof huisvuil uit de totale fractie binnen 8 werkdagen na aanmelding. De gemeente haalt het restafval op. De gemeentelijke reinigingdienst zal bij aanmelding van grof huisvuil door inwoners doorverwijzen naar het Kringloopcentrum. Er wordt slechts grof huisvuil opgehaald indien er contact is geweest met het Kringloopcentrum. Recyclagepark Artikel 3:
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 20 van 25
Het Kringloopcentrum zal bij aanmelding van niet-herbruikbare goederen de inwoners doorverwijzen naar de reinigingsdienst of het recyclagepark. Het Kringloopcentrum beschikt over de correcte gegevens om deze informatie te kunnen verschaffen. De gemeente stelt bij het ingaan van deze overeenkomst op het recyclagepark een gesloten container/gesloten opslagplaats op. Het Kringloopcentrum zorgt voor een gedetailleerde lijst van de goederen die in deze container mogen opgeslagen worden. Deze lijst zal opgehangen worden bij de container. Tijdens de openingsuren van het recyclagepark kunnen de inwoners hier herbruikbare goederen aanleveren. Het Kringloopcentrum verplicht er zich toe de recyclageparkwachters de nodige opleiding te geven m.b.t. de selectiecriteria voor het aanvaarden van herbruikbare goederen. De gemeente zal het Kringloopcentrum tijdig verwittigen dat de container/opslagplaats vol geraakt. Het Kringloopcentrum verplicht er zich toe om te zorgen voor de regelmatige lediging van de gesloten container/opslagplaats. De goederen hieruit die niet herbruikbaar zijn mogen door het Kringloopcentrum gratis in de grof-huisvuil container van het containerpark gedeponeerd worden. Andere bepalingen m.b.t. de inzameling Artikel 4: Bij wijziging van de inzamelmethode of uitbreiding van het aantal selectief ingezamelde fracties door de gemeente, zal met het oog op een zo groot mogelijk hergebruik, het Kringloopcentrum bij elke wijziging betrokken worden. Sensibilisering en promotie Artikel 5: De gemeente geeft het Kringloopcentrum de mogelijkheid om regelmatig informatie te verstrekken aan de bewoners via de gemeentelijke informatiekanalen. Minstens de volgende informatiekanalen worden ter beschikking gesteld: het gemeentelijk informatieblad: de afvalkalender van de gemeente: affichage plaatsen op zichtbare en voor het publiek toegankelijke plaatsen: op het recyclagepark, bij de container/opslagplaats voor herbruikbare goederen, in de gemeentelijke bibliotheek, op de milieudienst, … Via deze promotiekanalen kan het winkelactiviteiten kenbaar maken.
Kringloopcentrum
zowel haar inzamelactiviteiten als
Artikel 6: Het Kringloopcentrum verbindt zich ertoe om in de Kringloopwinkel een informatiestand te voorzien ten behoeve van de sensibiliseringsampagne van de gemeente m.b.t. de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen (ophaalkalender, recyclagepark, ….) Tonnagevergoeding en kosten voor de restfractie Artikel 7: Het Kringloopcentrum ontvangt voor de inzameling van herbruikbare goederen grondgebied van Malle een tonnagevergoeding.
op het
Artikel 8 : Het bedrag van de tonnagevergoeding bedraagt 0,15 euro/kg, exclusief BTW, en wordt jaarlijks aangepast aan de geldende verwerkingstarieven. Met het oog op het vastleggen van de begrotingskredieten, bezorgt het Kringloopcentrum aan de gemeente tijdig de prognoses voor de inzameling voor het volgende kalenderjaar. Artikel 9:
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 21 van 25
Voor de berekening van de ingezamelde goederen moet dagelijks een registratieformulier worden ingevuld. Dit formulier geeft het aantal en de omschrijving van de opgehaalde goederen weer. De berekening naar gewichten gebeurt op basis van een gewichtstabel. Deze gewichtstabel kan jaarlijks aangepast worden op initiatief van de Koepel van Vlaamse Kringloopcentra en/of OVAM. De vergoeding wordt maandelijks berekend. Hiertoe worden elke maand het totaal aan opgehaalde en gebrachte goederen opgemaakte en opgesplitst naar gemeente van oorsprong. De vergoeding wordt toegekend en uitbetaald na voorlegging van het totaal en eventueel op vraag van de controlelijsten, op basis van de dagelijkse registratieformulieren. Het totaal en de eventueel gevraagde controlelijsten, worden uiterlijk binnen de 6 weken na het verstrijken van elke maand door het Kringloopcentrum ter beschikking gesteld. De gemeente betaalt de tonnagevergoeding uit na goedkeuring van de maandelijkse staat en uiterlijk 30 dagen na factuurdatum door storting op het rekeningnummer 733.0129821.65 van de VZW De Enter, Bethaniënlei 5, 2960 Brecht. Controle Artikel 10 : Het personeel van de dienst financiën en de milieudienst oefenen toezicht uit op de naleving van deze beslissing. Hierbij mogen zij bij de uitoefening van hun ambt vrij binnen gaan in alle lokalen van het Kringloopcentrum. Op hun eenvoudige vraag worden alle nodige inlichtingen verstrekt en kunnen gegevens met betrekking tot deze beslissing worden geraadpleegd. Andere bepalingen Artikel 11: In geval van overmacht wordt deze overeenkomst opgeschort. Voor deze periode van opschorting kan van het Kringloopcentrum geen schadevergoeding geëist worden. Artikel 12 : Deze overeenkomst treedt in werking op 01 januari 2008 en loopt over een periode van onbepaalde duur. De overeenkomst is schriftelijk opzegbaar op het einde van elk kalenderjaar, mits inachtname van een opzegperiode van drie maanden. In geval van geschillen zijn de rechtbanken van Antwerpen bevoegd. Deze overeenkomst is opgesteld in 3 exemplaren waarvan elke partij verklaart 1 exemplaar ontvangen te hebben. Het derde exemplaar wordt verstuurd naar de OVAM in het kader van de subovereenkomst tussen het Vlaamse Gewest en de gemeente Malle met betrekking tot optie 5, Kringloopcentra.”
1.853 10.
Overheidsopdrachten - Werken - Kasteel de Renesse - Onderhoudsschilderwerken westvleugel - Goedkeuring van de lastvoorwaarden, de meetstaat en de raming en vaststelling van de wijze van gunnen.
Toelichting : De ramen en luiken van de westvleugel van het Kasteel de Renesse zijn toe aan een grondige onderhoudsbeurt. In het laatste inspectieverslag over de westvleugel van het Kasteel, opgesteld door Onroerend Erfgoed, werd als opmerking opgenomen dat al het buitenschrijnwerk dringend opnieuw moet geschilderd worden. Om in het onderhoud hiervan te voorzien werd een lastenboek opgemaakt door architecte Edith Vermeiren op basis van de collegebeslissing d.d. 28 maart 2006. De uitvoering van de werken is voorzien in het budget van 2008.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 22 van 25
In de lastvoorwaarden is voorzien in een onderhandelingsprocedure. De werken worden geraamd op 29.784,99 EUR + 6.524,85 EUR BTW = 36.039,83 EUR. Voor de uitvoering van de werken werd een onderhoudspremie van 40% bekomen vanuit de dienst Onroerend Erfgoed. De uitbetaling van deze subsidie kan worden aangevraagd nadat alle werken zijn uitgevoerd. Financieel overzicht: Begroting Gewone dienst : Buitengewone dienst : Beschikbaar krediet: Raming : Opmerkingen :
2008
/Artikelnr
766/724-60
Eigen middelen Leningnummer 40.000,00 EUR 36.039,83 EUR
Ontwerpbeslissing : De raad, Gelet op artikel 43 van het Gemeentedecreet. Gelet op: – de wet van 24.12.1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, art. 13 en 17 §1 en §2, in verband met de onderhandelingsprocedure; – het KB van 08.01.1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken: • art. 25 §3, 51 §3 en 80 §3 in verband met informatie over de gemotiveerde beslissing van de gunning van de opdracht en art. 88 i.v.m. prijsbepaling en -onderzoek; • art. 120 t/m 122 in verband met de bijzondere bepalingen betreffende de onderhandelingsprocedure; • Hfst. II van de titels I, II en III inzake de regels i.v.m. de kwalitatieve selectie van kandidaten voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; – het KB van 26.09.1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en de bijlage ‘Algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken’. Gelet op de wet van bestuurshandelingen.
29.07.1991
betreffende
de
uitdrukkelijke
motivering
van
de
Overwegende dat het, voor de goede werking van de dienst, nodig is een opdracht via onderhandelingsprocedure (wet 24.12.93, art. 17 §2) te gunnen, zoals in detail toegelicht in bijgaand bestek. Overwegende dat de gepaste kredieten zijn voorzien in de begroting. Gelet op het advies van de dienst aankoop. Op voorstel van het schepencollege. Gelet op de toelichting verstrekt door ... Beslist : Artikel 1. - Er zal een opdracht worden gegund met als voorwerp “onderhoudsschilderwerken aan de luiken en ramen van de westvleugel van het Kasteel de Renesse” zoals omschreven in bijgevoegd bestek, opgesteld door Edith Vermeiren d.d. 10 mei 2006. Artikel 2. - De prijs van deze opdracht wordt indicatief geraamd op 29.784,99 EUR + 6.524,85 EUR BTW = 36.039,83 EUR.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 23 van 25
Artikel 3. - De opdracht wordt gegund bij onderhandelingsprocedure beschreven in de wet van 24.12.93, art. 17 § 2, 1° a/, na raadpleging van minimum 3 gegadigden. Artikel 4. - Deze opdracht zal worden gefinancierd via artikel nr. 766/724-60 van het budget 2008 met omschrijving “schilderwerken buitenschrijnwerk Kasteel de Renesse”. Artikel 5. - Het hogergenoemd bestek wordt goedgekeurd.
2.077.7 11.
Ambtelijke/bestuurlijke Goedkeuring.
handelingen
-
Intern
ControleSysteem
(ICS)
-
Toelichting : Risicomanagement en interne controle staan vandaag meer dan ooit in de belangstelling, zowel in de private als in de publieke sector. Ondermeer als gevolg van een toenemende druk vanuit de omgeving zijn veel organisaties bezig met het vormgeven en implementeren van een gestructureerd proces van identificeren, analyseren, beheren en rapporteren van risico’s op alle niveaus in de organisatie. Er is een duidelijke trend binnen organisaties van het in toenemende mate uitvoeren van risicoanalyses als basis voor de inrichting van de organisatie en het systeem van interne beheersmaatregelen (Intern ControleSysteem). Het Gemeentedecreet (GD) stelt dat de gemeentesecretaris instaat voor de organisatie en de werking van het interne controlesysteem op de werking van de gemeentelijke diensten (art. 87 §1, lid 2, GD). Hierbij mag niet vergeten worden dat binnen de gemeente al heel wat bestaat rond controles en beheersmaatregelen. Er moet dus niet van nul begonnen worden en risicoanalyse is een goede manier om bestaande controles en beheersmaatregelen in kaart te brengen en hierbij ook aan te duiden waar er nog maatregelen moeten genomen worden. Risicobeheer beoogt bijgevolg een bredere, meer geïntegreerde benadering van de beheersing van financiële en niet-financiële risico’s. Het dient uit te groeien tot een organisatiebreed proces om potentiële gebeurtenissen te signaleren die van invloed kunnen zijn op de organisatie, om risico’s te beheersen en om redelijke zekerheid te verschaffen dat de doelstellingen van de organisatie worden gerealiseerd. Ook binnen het OCMW bestaat reeds een zekere vorm van intern controlesysteem, namelijk: het administratief handboek. De gemeentesecretaris zal aan de hand van een powerpointpresentatie verdere toelichting geven bij dit onderwerp. Ontwerpbeslissing : De raad, Neemt deze beslissing in kader van het algemeen beleidsprogramma 2007–2012 onder punt 2.1.4 - De gemeentesecretaris stelt, na overleg met het managementteam, het intern controlesysteem vast dat aan de goedkeuring van de gemeenteraad wordt onderworpen en waarover jaarlijks wordt gerapporteerd aan het college van burgemeester en schepenen en aan de gemeenteraad. Gelet op het Gemeentedecreet d.d. 15 juli 2005, meerbepaald artikel 43, par. 2, 8° en de artikelen 99 tot en met 101. Gelet op de collegebeslissing d.d. 5 maart 2007 betreffende ‘Project AORTA Deloitte Kennisneming en beslissing’.
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 24 van 25
Gelet op de collegebeslissing d.d. 28 januari 2008 betreffende ‘Bestuurlijke/ambtelijke handelingen - Implementatie Gemeentedecreet - Intern ControleSysteem (ICS) - Concrete aanpak Gezamenlijk voorstel van 5 gemeenten onder begeleiding van WIVO.’ Gelet op het concrete voorstel van aanpak zoals weergegeven in de toelichting. Gelet op het overleg d.d. 6 februari 2008 binnen het managementteam met een gunstig advies tot gevolg inzake het concreet voorstel van aanpak tot implementatie van een ICS. Gelet op de toelichting verstrekt door de gemeentesecretaris aan de hand van een powerpointpresentatie waarvan ter zitting een afdruk aan de gemeenteraadsleden werd bezorgd. Overwegende dat de gemeenteraad, overeenkomstig artikel 101, par. 1 van het Gemeentedecreet, het ICS dient goed te keuren. Beslist : Artikel 1. – Kennis te nemen van de toelichting verstrekt door de gemeentesecretaris inzake de invoering van een Intern ControleSysteem (ICS) overeenkomstig de artikelen 99 tot en met 101 van het Gemeentedecreet d.d. 15 juli 2005. Artikel 2. – Goedkeuring te hechten aan het concrete voorstel van aanpak tot implementatie van een ICS, namelijk: 1. informeren van het personeel: dinsdag 29 april 2008; 2. inventariseren wat per dienst aanwezig is: mei-december 2008; 3. individueel gesprek met de verschillende diensthoofden om de inventaris te overlopen: voorjaar 2009; 4. alle procedures in een ingekleurde matrix gieten inclusief risico-analyse door het managementteam: medio 2009; 5. keuze van uit te werken procedures: medio 2009; 6. gekozen procedures onderwerpen aan een onderzoek en bijsturen: vanaf medio 2009
2.075.1.077 12.
Mededelingen/vragen.
Ontwerpbeslissing : De raad, Hoort : Navolgende mededelingen en vragen gesteld door raadsleden:
• Agenda met toelichting gemeenteraad 25 februari 2008
• pagina 25 van 25