Maak kennis met
GDF SUEZ in België, een toonaangevende industriële speler in dienst van zijn klanten
WOORD VOORAF GDF SUEZ wereldwijd in 2013
GDF SUEZ - Directie Communicatie Directeur publicatie: Valérie Bernis Grafisch design en druk: Absolute Agency Copyright foto’s: Raf Beckers, François Chevalier/Absolute Agency, Electrabel, James Gekiere, Filip Van Look/Cofely Fabricom, David Plas, Mark Power/Magnum Photos, Serge Verheylewegen - Coverfoto: STEG-centrale Zandvliet Power op de site van BASF (gepubliceerd met hun vriendelijke toestemming), Xavier Schwebel - Oktober 2014
Onze geschiedenis is al meer dan 150 jaar nauw verweven met die van België. Samen met onze 17 798 Belgische medewerkers zijn we er trots op dat onze industriële, institutionele en particuliere klanten elke dag opnieuw kunnen beschikken over de beste oplossingen voor elektriciteit, gas, hernieuwbare energie en rationeel energieverbruik. By people for people: het is onze missie om aan de energievraag te voldoen, de bevoorradingszekerheid veilig te stellen, bij te dragen aan het terugdringen van de klimaatverandering, de natuurlijke rijkdommen te beschermen en optimaal te gebruiken, en te innoveren in samenwerking met onze Belgische onderzoekscentra. Hierbij willen we onze maatschappelijke verantwoordelijkheid centraal stellen binnen de werking van onze geëngageerde onderneming. GDF SUEZ is één van de eerste industriële groepen in België, maar vooral een Belgische Groep in België: de filosofie waar we voor staan. We hebben meer dan 2,6 miljoen klanten. Met 1 100 aanwervingen in 2013 en een gemiddelde investering van 400 miljoen euro in de voorbije vijf jaren mogen we ons terecht een referentiewerkgever en één van de grootste investeerders van het land noemen. Tot slot geven we de Belgische knowhow in energie een internationale uitstraling als één van de wereldleiders in dit domein. Dit is ‘Made in Belgium’, en daar zijn we fier op.
“Met 150 jaar aanwezigheid in België heeft GDF SUEZ een wezenlijke bijdrage geleverd tot de economische en sociale ontwikkeling van het land.”
1ste
wereldwijde utility
147 400
Aanwezig in
70 landen
medewerkers
Omzetcijfer van
81 miljard
Gérard Mestrallet Voorzitter Directeur-generaal van GDF SUEZ
114 GW* opgesteld elektrisch vermogen
* GW: Gigawatt
euro
INHOUD
p.
6
p.
IDENTITEITSKAARTEN GDF SUEZ
20
p.
DE TECHNOLOGIEËN 8
44
p.
DE VERBRUIKSCYCLUS
STEG-centrales
22
Voldoen aan de energiebehoeften
48
p.
ONZE KNOWHOW ALS EXPORTPRODUCT 46
60
p.
ONZE KLANTEN
82
ONZE ENGAGEMENTEN
Tractebel Engineering
50
Infrastructuren
62
Duurzame ontwikkeling
84
Electrabel
10
Warmtekrachtkoppeling
24
Laborelec
51
Tertiaire klanten
68
HR-beleid
88
Tractebel Engineering
14
Klassieke thermische centrales
26
Cofely
52
Industriële klanten
74
Onderzoek & Ontwikkeling
94
Cofely
16
Kerncentrales
28
6 Belgen in de wereld
58
Windenergie
30
Zonne-energie
34
Waterkracht
36
Biomassa
40
Maatschappelijke verantwoordelijkheid
98
Solidariteit en re-integratie
100
Cultuurmecenaat
106
6/7
Identiteitskaarten In België is GDF SUEZ vertegenwoordigd in alle energievakgebieden, en biedt er werk aan bijna 17 800 mensen in een tiental dochterondernemingen. Samen staan zij in voor de Belgische verankering van de Groep en dragen ze bij aan de resultaten. Wie zijn deze dochterondernemingen, wat doen ze precies en welke kerncijfers kunnen ze voorleggen? Een kort maar compleet overzicht.
IDENTITEITSKAARTEN
8/9
GDF SUEZ
150 jaar aanwezigheid in België
Identiteitskaart GDF SUEZ Met zijn 17 798 medewerkers is GDF SUEZ één van de belangrijkste industriële groepen en één van de grootste privéwerkgevers in België, waar de Groep industrieel diep verankerd zit. Al meer dan 150 jaar lang oefent GDF SUEZ zijn activiteiten uit in het land. Via haar dochterondernemingen is de Groep actief in de productie en de verkoop van elektriciteit en gas, en levert eveneens energie- en milieudiensten.
Met een omzet van 10,9 miljard euro in 2013 is België het op één na belangrijkste land dat tot de resultaten van de GDF SUEZ Groep bijdraagt.
1986 1946
1
ste
in energieefficiëntie
werknemers van wie
1 100 aanwervingen in 2013
uit de fusie van Tractionel en Electrobel
De werkplaatsen van Fabricom in Haren, omstreeks 1955.
Fabricom wordt opgericht in Brussel
1990
Kerncijfers in België
17 798
Tractebel ontstaat
1
ste
leverancier van aardgas
1
ste
elektriciteitsproducent en -leverancier
10,9 miljard euro omzet in 2013
9163 MW
opgesteld elektrisch vermogen in 90 centrales (van de Groep)
2,6 miljoen klanten voor energie 594 miljoen euro één van de grootste belastingbetalers
1822 Stichting van de
Generale Maatschappij
Electrabel wordt opgericht na de fusie van de ondernemingen Ebes, Intercom en Unerg
De informatisering van het studiebureau van Tractebel.
2008 GDF SUEZ,
wereldleider in energie, ontstaat uit de fusie van SUEZ en Gaz de France
De STEG-centrale in Herdersbrug.
IDENTITEITSKAARTEN
10/11
ELECTRABEL
“Onze klanten zijn in de eerste plaats partners”
“We leggen de klemtoon op de kwaliteit van onze diensten. We zijn verbintenissen aangegaan op het vlak van bereikbaarheid en afhandelingsduur van dossiers, en we kunnen in dat opzicht uitstekende resultaten voorleggen.”
PHILIPPE VAN TROEYE Directeur-generaal van Electrabel
“We leveren producten van openbaar nut die een zeer grote impact hebben op het concurrentievermogen van bedrijven en de koopkracht van het publiek. De uitdaging bestaat erin om die zeer kostbare producten tegen een aanvaardbare prijs te kunnen aanbieden.”
WAT ZIJN DE ACTIVITEITEN VAN ELECTRABEL? Electrabel is een lokale marktleider in de Belgische energiesector. De productie van elektriciteit is onze belangrijkste activiteit. Wij beschikken over een veelzijdig productiepark bestaande uit nucleaire, thermische, maar ook hernieuwbare energie-eenheden, die samen goed zijn voor 9000 MW. Wij zijn trouwens de eerste groene investeerder van het land. Onze tweede activiteit bestaat uit de levering van elektriciteit en aardgas aan meer dan 2,8 miljoen residentiële klanten en bedrijven. Daarnaast beschikken we ook over expertise in Energy Management. Afhankelijk van de behoeften van de klanten en de beschikbaarheid van ons productiepark, bepalen we op elk moment of we moeten gaan produceren en hoe we gaan produceren. Daarbij gaan we ook telkens na of het eventueel niet voordeliger is om elektriciteit in te kopen op de markt. Elektrabel is één van de belangrijkste werkgevers van het land. We kunnen eveneens rekenen op de steun van ons N-Allo contactcenter met zijn 800 werknemers en ons kenniscentrum Laborelec dat 250 personen tewerkstelt. Zij dragen dagelijks bij tot de kwaliteit van onze diensten en de ontwikkeling van onze expertise op het gebied van energie. Enkele duizenden mensen werken ook in onderaanneming op onze sites, meer bepaald voor het onderhoud van onze installaties.
WAT IS DE STRATEGIE VAN ELECTRABEL? Electrabel heeft een strategie uitgestippeld die steunt op drie belangrijke pijlers. Wij zijn een lokale marktspeler, een verantwoordelijke marktleider en we willen een partnerschap aangaan met onze klanten. Deze drievoudige identiteit is de leidraad voor onze acties en keuzes. Ten eerste, beheren we als lokale marktspeler een productiepark dat dicht bij zijn klanten staat. We investeren jaarlijks gemiddeld 420 miljoen euro aan een degelijk onderhoud, de beschikbaarheid en de ontwikkeling van dit productiepark. Deze lokale aanwezigheid maakt van ons niet alleen een referentiewerkgever, maar ook een gemeenschapsgerichte speler in de dialoog met de overheid en de lokale partners. Ten tweede, ook al handelen we in een geliberaliseerde markt waarin de consument kan vergelijken en gemakkelijk van leverancier kan veranderen, leeft in ons de sterke wil om een marktleider te zijn. Maar niet zomaar een marktleider. Op maatschappelijk vlak, engageren we ons met vastberadenheid. Zo hebben we tussen 2008 en 2014 de CO2-uitstoot van ons productiepark met 1,7 miljoen ton verminderd. We zijn eveneens goed op weg om onze doelstellingen te halen waarbij we tegen 2015 de CO2-uitstoot van onze dagelijkse activiteiten met 25% willen verminderen ten opzichte van 2010. Tenslotte begeleiden we onze klanten in hun energie-uitdagingen. We zijn hierin meer dan een gewone leverancier. Wij zijn hun partner in het beheer van een optimaal verbruik door middel van innovatieve oplossingen. Aan deze drie pijlers van onze identiteit wil ik nog toevoegen, dat de veiligheid
van onze installaties en de nucleaire veiligheid/zekerheid voor ons de absolute prioriteit hebben, een prioriteit die verankerd is in onze bedrijfscultuur. WAT ZIJN UW UITDAGINGEN? De energiemarkt is volop in beweging. De behoeften en de verwachtingen van de consumenten en de bedrijven evolueren. Jammer genoeg wordt de context waarin wij werken al te vaak gekenmerkt door instabiliteit en gebrek aan coördinatie. Aan de ene kant heeft Europa ambitieuze doelen gesteld op het vlak van de vermindering van de CO2-uitstoot, de productie van hernieuwbare energie en de vermindering van het verbruik. Dit zijn de veelbesproken “20-20-20” normen die tegen 2020 gehaald moeten worden. Aan de andere kant, heeft België beslist om tegen 2025 uit de kernenergie te stappen, om de verbranding van steenkool te schrappen en koste wat het kost over te stappen op de ondersteuning van hernieuwbare energie. Bovendien wordt het kader, waarin we actief zijn op Belgisch niveau, sterk getekend door grote instabiliteit. Dit onstabiele kader is al tien jaar lang ongunstig voor investeringen. Dit gaat ook ten koste van de consument die zich vandaag ontnomen voelt van de bevoorradingszekerheid in functie van zijn reële behoeften. Concreet betekent dit dat de tijdelijke onderbrekingen in België, net zoals in heel Europa, opgevangen moeten kunnen worden met flexibele gaseenheden, die snel beschikbaar zijn. Echter, door het ontbreken van een
adequate ondersteuning zijn deze eenheden niet meer rendabel binnen het huidige systeem zodat ze één voor één hun deuren moeten sluiten. De leveringszekerheid komt hierdoor onvermijdelijk in het gedrang. WAT ZIJN UW TOEKOMSTAMBITIES? Energie is een strategisch goed van openbaar nut, dat een zeer grote impact heeft op het concurrentievermogen van de bedrijven en op de koopkracht van de huishoudens. Voor Electrabel is het een uitdaging om dit waardevolle goed en de passende diensten te kunnen aanbieden tegen een aanvaardbare prijs voor de consumenten zonder te hoeven inboeten aan de bescherming van het milieu. Als marktleider willen we onze klanten ook het beste kunnen bieden dat tegelijk ook het meest geschikt is voor hun behoeften. Ons programma voor Onderzoek en Innovatie is gericht op een pragmatisch antwoord op de nieuwe behoeften en energie-uitdagingen waarmee de markt het hoofd moet en zal bieden. Of het nu gaat om rationeel energieverbruik, het beheer van haar factuur of een duurzame mobiliteit, Electrabel biedt haar klanten nu al concrete oplossingen en zal in dat opzicht blijven innoveren. Onze integratie binnen de GDF SUEZ Groep, een toonaangevende marktleider voor energie en energiediensten, moet ons ook toelaten om in samenwerking met de verschillende entiteiten van de Groep, in de toekomst nog beter nieuwe technologieën te ontwikkelen voor de productie, het energieverbruik en de beperking van de milieu-impact.
IDENTITEITSKAARTEN
12/13
ELECTRABEL
+
Identiteitskaart ELECTRABEL Electrabel is actief in de elektriciteitsproductie en in de verkoop van elektriciteit, aardgas en energiediensten. Tegenover haar 2,9 miljoen residentiële, professionele, industriële, openbare en semi-openbare klanten profileert de onderneming zich als een partner die innovatieve diensten en oplossingen op maat aanbiedt. Haar productiepark kenmerkt zich door een energiemix van hernieuwbare energiebronnen, fossiele brandstoffen en kernenergie. De CO2-uitstoot van het park behoort tot de laagste van Europa. De verkoop- en productieactiviteiten worden geoptimaliseerd door energy management- & tradingoperaties. Electrabel levert een aanzienlijke bijdrage tot het maatschappelijke en economische leven in België. Zo investeert de onderneming in omvangrijke lokale projecten om de efficiëntie van haar productiepark te verbeteren, in bijkomende hernieuwbare energiecapaciteit en in de veiligheid van haar kerncentrales. Deze investeringen bedragen ongeveer 380 miljoen euro per jaar.
Verantwoordelijke marktspeler Vanuit een oprechte bekommernis om het milieu en de klimaatwijziging heeft Electrabel tussen 2007 en 2012 de CO2-uitstoot van haar productiepark met 28% verminderd. Als belangrijkste producent en leverancier van groene elektriciteit in België bedraagt de elektriciteitsproductie 461 MW op basis van hernieuwbare energie. De onderneming heeft eveneens een pakket van flexibele en modulaire diensten ontwikkeld waarmee ze haar klanten helpt om hun energieverbruik en ecologische voetafdruk te beperken.
Met 6 493 werknemers (inclusief de Belgische dochterondernemingen) behoort de onderneming tot de tien grootste rechtstreekse werkgevers van België. Ook onrechtstreeks verschaft zij een aanzienlijke werkgelegenheid, zoals bijvoorbeeld bijna 7 000 arbeidsplaatsen in haar kerncentrales. Tijdens de periode 2011-2013 hebben Electrabel en haar dochterondernemingen bijna 534 mensen aangeworven. Ze is één van de grootste bijdragers tot de Belgische staat. Zo heeft Electrabel in 2013, 530 miljoen euro aan belastingen en taksen overgemaakt aan de Belgische overheid.
Dochteronderneming: LABORELEC Laborelec, het technisch en wetenschappelijk kenniscentrum van Electrabel, is één van de negen onderzoekscentra van GDF SUEZ. In de voorbije 50 jaar heeft dit centrum met zijn 237 medewerkers een indrukwekkende knowhow opgebouwd op het vlak van productie, transmissie, distributie en eindgebruik van elektriciteit en gas. Het onderzoek spitst zich vooral toe op het beperken van de milieu-impact, de energiesystemen van de toekomst, een verbeterde beschikbaarheid van de centrales en een optimalisatie van het onderhoud.
Energie tot uw dienst Kerncijfers 2013
6 493 medewerkers*
* Belgische dochterondernemingen inbegrepen (Laborelec, N-Allo, ...)
2,9
383
miljoen klanten voor elektriciteit en/of gas
530
miljoen € belastingen betaald in het boekjaar 2013
miljoen investeringen in haar productiepark
9,2 GW
productiecapaciteit waarvan 69% zonder CO2 uitstoot
1ste
producent van hernieuwbare energie, voor 100% in België opgewekt
237
onderzoekers, hetzij 1/4 van de R&D-staf van GDF SUEZ wereldwijd
IDENTITEITSKAARTEN
14/15
TRACTEBEL ENGINEERING
“We genieten internationale erkenning.” GEORGES CORNET CEO van Tractebel Engineering
WAT ZIJN DE BELANGRIJKSTE ACTIVITEITEN VAN TRACTEBEL ENGINEERING? Tractebel Engineering is wereldwijd één van de grootste engineeringbedrijven en is vooral gespecialiseerd in energie en grote infrastructuren.
“Onze ambitie is heel eenvoudig: we willen internationale erkenning voor onze knowhow, want de toekomst van onze activiteiten ligt steeds meer in het buitenland.”
UW WORTELS LIGGEN IN BELGIË. KUNT U ONS DE VOORGESCHIEDENIS VAN DIT MOOIE VERHAAL KORT VERTELLEN? Dit mooie verhaal begon al in 1862. Stel u voor, teams van Tractebel Engineering werken al 150 jaar aan projecten binnen de sector van de energie en grote infrastructuren! In de loop der jaren, via wisselende allianties, hebben we ook meer en meer activiteiten in het buitenland en op internationale schaal ontwikkeld. HOE STAAT DE ONDERNEMING ER MOMENTEEL VOOR? Tractebel Engineering staat in de eerste plaats voor een internationale gemeenschap van meer dan
3 300 medewerkers, overwegend ingenieurs, van wie de helft in België en Frankrijk gestationeerd is. Het staat ook voor een omzet van 500 miljoen euro, afkomstig uit engineeringprestaties op alle continenten. Naast onze sterke aanwezigheid op deze thuismarkten hebben we ook wereldwijd aanzienlijke activiteiten ontwikkeld en een groot aantal regionale vestigingen opgericht. KUNT U ENKELE EMBLEMATISCHE PROJECTEN BESCHRIJVEN? Onze projecten zijn zeer uiteenlopend. Om enkele voorbeelden uit de energiesector te noemen: we hebben de stresstests uitgevoerd op de zeven kerncentrales die Electrabel in België uitbaat. Wij bouwen waterkrachtcentrales in Brazilië en Ethiopië, maar ook een windmolenpark in de Noordzee. Op het gebied van grote infrastructurele projecten, zijn we ongetwijfeld vooral trots op de uitbreiding van het Panamakanaal. WELKE AMBITIE KOESTERT TRACTEBEL ENGINEERING? Onze ambitie is heel eenvoudig: we willen internationale erkenning voor onze knowhow, want de toekomst van onze activiteiten ligt steeds meer in het buitenland, in landen met een stijgende energievraag. We spreken dan vooral over Azië, Latijns-Amerika, het MiddenOosten en in toenemende mate ook Afrika.
HOE DENKT U DIE AMBITIE TE REALISEREN? Door onze aanwezigheid te versterken in landen en regio’s waar we al actief zijn en door ons te vestigen in kansrijke landen zoals China, waar ons regionaal bedrijf van Beijing haar eerste grote contract heeft ondertekend voor de uitbreiding van een terminal. We moeten ons organiseren zodat onze regionale vestigingen ten volle kunnen steunen op onze technische expertise en op de reputatie van ons merk. HOE ZIET U UW VAKGEBIED IN DE TOEKOMST EVOLUEREN? Op dit ogenblik gaat de grootste aandacht vooral uit naar het ontwerp en het beheer van grote projecten, en zelfs zeer grote projecten. Wat uiteraard voor ons, ingenieurs, uitermate boeiend is. EN IN DE TOEKOMST? HOE ZULLEN DE BEHOEFTEN ER IN 2050 UIT ZIEN? Ze zullen verschillend zijn, van een andere aard. Zoals u wellicht weet, evolueren we naar een wereld waar de elektriciteitsproductie meer gedecentraliseerd overgenomen zal worden door kleinere eenheden die ongetwijfeld geen CO2 meer zullen uitstoten. We belanden dan in het tijdperk van energie-efficiëntie. Anderzijds zal het energieverbruik geoptimaliseerd worden door het gebruik van de veelbesproken “smart grids” die voorlopig nog een schitterend idee zijn, maar waarvoor nog een lange weg afgelegd moet worden. Hoe dan ook, energie zal een belangrijke uitdaging voor de toekomst blijven, waardoor de markten voor Tractebel Engineering nieuwe en interessante perspectieven zullen blijven bieden. En door kwaliteit, creativiteit en reactiesnelheid te blijven nastreven, zullen we erin slagen om een toonaangevende speler op deze markt te blijven.
Identiteitskaart TRACTEBEL ENGINEERING Tractebel Engineering is een toonaangevende speler in engineeringadvies aan uiteenlopende sectoren zoals energie, kernenergie, aardgas, industrie en infrastructuren. Met haar 4 400 multidisciplinaire ingenieurs biedt de onderneming diensten aan in een dertigtal landen om de industriële en energie-uitdagingen van haar klanten aan te pakken met duurzame en technologisch innovatieve kwaliteitsoplossingen.
Energie tot uw dienst
1 290 medewerkers in België
* Cijfers na de aankoop van Lahmeyer
600
miljoen € omzet
Aanwezig in
34 landen
IDENTITEITSKAARTEN
16/17
COFELY FABRICOM, COFELY SERVICES, COFELY AXIMA
“Onze troef: de diversiteit van onze kennisgebieden.” XAVIER SINÉCHAL CEO van GDF SUEZ Energy Services Benelux
“Onze activiteiten voldoen aan prioritair geworden menselijke behoeften: energie, energie-efficiëntie en de ontwikkeling van hernieuwbare energie, mobiliteit, de veiligheid en de gezondheid van mannen en vrouwen, de toegang tot de informatietechnologie en de smart grids ...”
WAT ZIJN DE BELANGRIJKSTE ACTIVITEITEN VAN UW ORGANISATIE? Onze organisatie telt meer dan 14 000 medewerkers, gespreid over ondernemingen zoals Cofely Fabricom, Cofely Axima en Cofely Services, die deel uitmaken van de afdeling Energy Services Benelux van GDF SUEZ. Deze ondernemingen leggen zich toe op de infrastructuren, de tertiaire sector en de industrie, maar ook op de energiesector, ‘Oil & Gas’ en de vlieghavens. Overal waar hun expertise, al dan niet gebundeld met de sterke knowhow van de andere kernorganisaties, kan bijdragen tot de verbetering van de energieprestaties, de duurzaamheid en de levenskwaliteit. Iedereen, man en vrouw, die de sterkte van onze organisatie vormt, is doordrongen van dezelfde cultuur, die steunt op drie pijlers: respect voor de klant, voor onze engagementen en voor onze medewerkers.
COFELY . WAT IS UW STRATEGIE? Die is opgebouwd rond drie krachtlijnen. Onze leiderspositie op de Belgische markt versterken en grote internationale projecten blijven uitvoeren. In staat zijn om onze klanten geïntegreerde, innovatieve en duurzame oplossingen aan te reiken, om tegemoet te komen aan de nieuwe noden van de samenleving. En, tot slot, al die activiteiten inpassen in een kader van maatschappelijke verantwoordelijkheid. WAT ZIJN UW GROOTSTE UITDAGINGEN? De verslechterende economische situatie wereldwijd en meer bepaald in Europa is onze belangrijkste uitdaging. De entiteiten die deel uitmaken van onze organisatie hebben zich met verve hersteld. Ze zijn er zelfs in geslaagd om hun leiderschap te versterken binnen hun respectieve markten, in een geglobaliseerde omgeving waar de concurrentie en de prijsdruk zelden zo scherp stonden. U BEWEEGT ZICH IN SECTOREN WAAR DE CONCURRENTIESTRIJD FEL IS … Ondanks het feit dat we in België de onbetwiste marktleider zijn, hebben we te maken met een bijzonder agressief concurrentieklimaat dat ons ertoe verplicht om veel aandacht te besteden aan de efficiëntie van onze organisaties. We zullen ons echter nooit laten meeslepen in een prijzenoorlog waardoor we toegevingen moeten doen op de kwaliteit en de veiligheid van onze prestaties. We beschikken hoe dan ook over een onweerlegbaar concurrentievoordeel: de diversiteit en de complementariteit van de kennisgebieden waarover onze ondernemingen beschikken. Deze troef laat ons toe om een doeltreffend antwoord te formuleren op de meeste problemen die onze klanten ons voorleggen. Een andere troef is onze verankering
binnen de GDF SUEZ Groep. Tot slot hebben al onze ondernemingen een bijzonder sterk gevoel voor klantenservice ontwikkeld. WELKE PRODUCTEN EN OPLOSSINGEN REIKT U UW KLANTEN AAN? We bieden oplossingen voor alle projecten voor installaties of multitechnische diensten. We bestrijken een zeer brede waaier van activiteiten op het vlak van ontwerp, installatie en dienstverlening. De vakgebieden die we beheersen, zijn onder meer instrumentatie, industrial piping, mechanica, procesautomatisering en alle diensten van technisch beheer, energiebeheer en facility management. ENKELE VOORBEELDEN VAN EMBLEMATISCHE CONTRACTEN? Dan zou ik willen beginnen met het project dat we gerealiseerd hebben op de Luikse universiteitscampus van Sart-Tilman. We hebben er een uiterst vernieuwende groene energiecentrale uitgewerkt met inbegrip van een biomassaketel die de energiebehoeften van de site grotendeels kan opvangen. Voor een tweede voorbeeld moeten we naar de monding van de Theems waar we, in opdracht van London Array, aan het grootste offshore windmolenpark van Europa hebben meegewerkt. We hebben er twee offshore hoogspanningsstations met een vrij innovatieve technologie geïnstalleerd. Ook wil ik onze activiteiten vermelden in de Burj Khalifa Tower in Dubai, het hoogste torengebouw ter wereld. Onze technische diensten staan er in voor het volledige onderhoud van alle elektromechanische uitrustingen. In België zijn we dan weer actief betrokken bij het ‘Diabolo’ publiek-privépartnerschap voor de spoorwegverbinding tussen Brussel, de luchthaven van Zaventem en Mechelen. Voor dat spraakmakende project hebben we alle elektromechanische uitrustingen gebouwd waarvan we in de toekomst ook het onderhoud zullen verzekeren.
bestaat in de Benelux uit Cofely Axima, Cofely Fabricom en Cofely Services. Één voor één marktleider in hun vakgebied, opereren ze als afzonderlijke entiteiten en creëren ze commerciële en operationele synergieën om op het gebied van multi-technische diensten zo efficiënt mogelijk te beantwoorden aan de behoeften van hun klanten zowel in de Benelux als internationaal.
IDENTITEITSKAARTEN
18/19
COFELY FABRICOM, COFELY SERVICES, COFELY AXIMA
Identiteitskaart COFELY FABRICOM
Identiteitskaart COFELY SERVICES
Cofely Fabricom is de benchmark voor innovatieve multi-technische installaties en diensten voor de infrastructuren, de tertiaire en de industriële sector, alsook voor de energiemarkten en Oil & Gas. Haar expertise omvat een breed en gevarieerd aanbod van vakgebieden zoals elektriciteit, instrumentatie, mechanica, industrial piping, automatisering en onderhoud. In België en Luxemburg, hebben Cofely Fabricom en haar dochterondernemingen in 2013 een omzet neergezet van 894 miljoen euro en 5.496 medewerkers tewerkgesteld die bijdragen aan de verbetering van de energieprestaties, de duurzaamheid en de levenskwaliteit.
Cofely Services is momenteel de benchmark voor geïntegreerd beheer van facilitaire dienstverlening. Deze onderneming biedt technische oplossingen voor de tertiaire, de openbare en de private sector, de industriële sector, de luchthavens en de datacenters. In België en Luxemburg, hebben Cofely Services en haar dochterondernemingen in 2013 een omzet van 388 miljoen gerealiseerd en 3 147 medewerkers tewerkgesteld die een bijdrage leveren aan de verbetering van de energieprestaties, de duurzaamheid en de levenskwaliteit.
Energie tot uw dienst
Energie tot uw dienst
Identiteitskaart COFELY AXIMA Cofely Axima is in België een toonaangevende marktspeler in speciale gebouwentechnieken. Haar knowhow is gegroeid uit een praktijkervaring van meer dan dertig jaar met klimaatengineering in de meest uiteenlopende infrastructuren: industriële complexen, kantoorgebouwen, hotels, ziekenhuizen, winkelcentra, spoorwegstations, luchthavens, ruimtecentra en elektriciteitscentrales. Haar activiteiten bestrijken alle technische installaties die in gebouwen voorkomen: verwarming en airconditioning, ventilatie en luchtbehandeling, productie en distributie van
Energie tot uw dienst
bijna
213
894
miljoen € omzet
meer dan
5 496 medewerkers
388
miljoen € omzet
warm water, oververhit water en stoom, stadswarmtenetten, installaties voor koudeproductie, ruimtes met gecontroleerde atmosfeer, optimalisatie van energieverbruik.
3 147 medewerkers
miljoen € omzet
1 027 medewerkers
20/21
Technologieën Als grootse elektriciteitsproducent in België
beheert de GDF SUEZ Groep een uiterst gediversifieerd productiepark. De Groep omvat kerncentrales, klassieke centrales die fossiele brandstoffen gebruiken, STEG-centrales, pompcentrales en uiteenlopende hernieuwbare energiebronnen. Met hun specifieke vakkennis streven al zijn dochterondernemingen één gemeenschappelijk doel na: een maximale energie-efficiëntie met een minimale milieu-impact.
central TGV
avec aérocondensateur
TECHNOLOGIEËN
22/23
STEG-CENTRALES
Hoe werkt een STEG-centrale?
STEG-
5 1. Gasturbine Het aardgas wordt verbrand in de verbrandingskamer van een gasturbine die door de hete rookgassen wordt aangedreven.
3
CENTRALES
2. Alternator
5
De turbine is gekoppeld aan een alternator die voor een eerste keer elektriciteit opwekt.
2
3. Recuperatiestoomketel
1
STEG staat voor “stoom- en gasturbine”: een betrekkelijk recente technologie waarbij een gasturbine en een klassieke thermische centrale gecombineerd worden om twee keer na elkaar elektriciteit te produceren. De centrales draaien op aardgas en hun hoge rendement zorgt voor een lagere CO2-uitstoot. Electrabel bezit vijf STEG-centrales die samen goed zijn voor 21% van haar productiecapaciteit. Ze bevinden zich in Drogenbos, Saint-Ghislain, Charleroi (Amercœur), Zandvliet en Herdersbrug.
Nadat ze de turbine hebben verlaten, komen de hete rookgassen in de recuperatiestoomketel terecht. Ze verwarmen er een buizenstelsel waardoor water stroomt. Dit water wordt omgezet in stoom. Daarna worden de verbrandingsgassen via een schoorsteen uitgestoten.
4
4. Stoomturbine De hete stoom drijft op zijn beurt een stoomturbine aan die eveneens aan een alternator is gekoppeld. Zo wordt voor een tweede keer elektriciteit opgewekt.
5. Transformator Een transformator verhoogt de spanning van de elektriciteit alvorens die in het transportnet geïnjecteerd wordt.
Tot uw dienst
55%
Het energierendement van een STEG-centrale. Ze zetten meer dan de helft van de brandstof om in elektriciteit.
6. Aerocondensor
1 939 MW
De productiecapaciteit van de 5 STEG-centrales van Electrabel in België.
6
Bij het verlaten van de turbine condenseert de stoom in een aerocondensor. De stoom wordt geleid door een groot aantal kleine buizen die gekoeld worden door een luchtstroom die door grote ventilatoren wordt opgewekt. Door het contact met koude lucht condenseert de stoom en keert hij als water terug naar de recuperatieketel.
Amercœur
op volle kracht In 2009 stelde Electrabel haar nieuwe STEG-centrale in Amercœur in gebruik, aan de oever van het kanaal Charleroi-Brussel. Een investering van 150 miljoen euro waarbij de meest recente technologische snufjes werden aangewend. De gasgestookte centrale haalt momenteel een productievermogen van 451 MW, hetzij meer dan het drievoudige van de capaciteit van de oude eenheid 1 van Amercœur. Haar rendement is gestegen van 38 tot 57% en ze voorziet bijna 800 000 gezinnen van elektriciteit. Ze beschikt over alle nieuwe productiemiddelen die vandaag de dag worden ingezet om verouderde centrales te vervangen. De aangewende technologieën maken van de centrale een toonbeeld van uitstootbeheersing en geluidsdemping. Vanuit de volledig gemoderniseerde controlekamer kan niet alleen de nieuwe eenheid worden bediend maar worden – van op afstand – ook nog eens twee andere centrales aangestuurd: die van Saint-Ghislain (STEG, 350 MW) en Jemeppe-sur-Sambre (warmtekrachtkoppeling, 94 MW).
Wist u dit? Net zoals bij klassieke en nucleaire centrales vindt men op de koeltorens van STEG-centrales nestplaatsen voor slechtvalken. Deze roofvogels gebruiken ze als kunstmatig alternatief voor rotswanden, hun natuurlijke biotoop.
TECHNOLOGIEËN
24/25
WARMTEKRACHTKOPPELING
WARMTEKRACHTKOPPELING
BIJ ONZE KLANTEN
Hoe werkt warmtekrachtkoppeling?
central CONGENERATION
6
Bij warmtekrachtkoppeling worden zowel warmte als elektriciteit door één en dezelfde installatie opgewekt. Deze productietechnologie zorgt voor een aanzienlijke energiebesparing. Aangezien een dergelijke installatie hoofdzakelijk bedoeld is om warmte te produceren, wordt verondersteld dat een consument in de buurt van de installatie een grote en constante hoeveelheid warmte afneemt. Om die reden gebeurt de bouw en de exploitatie van 3 warmtekrachtkoppelingseenheden doorgaans in een partnerschap met een klant die de warmte gebruikt. Het aandeel van warmtekrachtkoppeling in het productiepark van Electrabel bedraagt bijna 6%.
6. Schoorsteen
De hete rookgassen verlaten de gasturbine en komen terecht in een recuperatieketel.
De rookgassen ontsnappen vervolgens via een schoorsteen.
2. Alternator
5. Voedingswater
De hete rookgassen drijven de turbine aan die gekoppeld is aan een alternator die elektriciteit opwekt.
De hete rookgassen worden daarna gebruikt om een buizenstelsel te verwarmen waarin water circuleert. Door de hitte verandert het water in stoom. Vaak is de ketel ook nog uitgerust met bijkomende gasbranders om de stoomproductie op te voeren.
Een transformator verhoogt de spanning van de elektriciteit alvorens die in het transportnet te injecteren.
van de brandstofenergie wordt omgezet in warmte en elektriciteit. Warmtekrachtkoppeling zorgt ervoor dat er ongeveer 15% minder schadelijke stoffen in het milieu uitgestoten worden dan bij de afzonderlijke productie van warmte en elektriciteit.
7. Stoomleiding 8. Warmteafnemer De hete stoom wordt via het stoomnet geleid naar de industriële klant die hem voor zijn productieprocessen gebruikt. Eens de stoom is afgekoeld, condenseert hij opnieuw tot water dat meestal naar de recuperatieketel wordt teruggevoerd.
8
5
85%
wordt geproduceerd door een vijftiental warmtekrachtkoppelingsinstallaties, die geëxploiteerd worden door Electrabel in partnership met industriële klanten.
4. Recuperatieketel
De energieproductie begint met de verbranding van aardgas in de verbrandingskamer van een gasturbine.
3. Transformator
Tot uw dienst
645,8 MW
1. Gasturbine
Een centrale op maat voor
Evonik Degussa In februari 2011 openden Electrabel en E.ON, die voor de realisatie van dit project hun krachten gebundeld hebben, een nieuwe warmtekrachtkoppelingscentrale van 42 MW op de site van het chemiebedrijf Evonik Degussa in de Antwerpse haven. Om te kunnen voldoen aan de toegenomen productiecapaciteit wilde Evonik Degussa een tweede centrale bouwen met hetzelfde vermogen als deze die ze eerder al in samenwerking met Electrabel heeft ontwikkeld. Opnieuw een investering van 50 miljoen euro. Door elektriciteit en warmte gelijktijdig op te wekken, zorgt warmtekrachtkoppeling
er niet alleen voor om energieverlies tot een minimum te herleiden, ze verbruikt daarbij ook tot 30% minder brandstof dan conventionele productie-eenheden. Dankzij de toepassing van de modernste technologieën haalt de nieuwe centrale een totaalrendement van 85%. Om bijkomende energiebesparingen te realiseren, gebruikt ze naast aardgas als brandstof ook restgassen uit de productie-eenheden van Evonik Degussa. De energiebesparing die hiermee wordt gerealiseerd is goed voor een jaarlijkse vermindering van bijna 80.000 ton CO2-uitstoot.
Wist u dit?
2
P 1 7 4
De haven van Antwerpen kan prat gaan op één van de hoogste concentraties van hoogwaardige WKKeenheden ter wereld. De productiecapaciteit die Electrabel in partnerschap ter plaatse heeft ontwikkeld, bedraagt 368 MW.
Gasmotoren Warmtekrachtkoppeling met behulp van gasmotoren is vooral aangewezen voor kleinere industriële bedrijven en dienstencentra. Ze is ideaal voor verbruikers met een gecombineerde capaciteitsbehoefte van 1 tot 5 MW elektriciteit en warm water met een temperatuur van 50 tot 110°C.
central CLASSIQUE TECHNOLOGIEËN
26/27
KLASSIEKE THERMISCHE CENTRALES
BIJ ONZE KLANTEN
KLASSIEKE
Knippegroen:
THERMISCHE
3
5
1
6
2b 2
2a 2c
Hoe werkt een klassieke thermische centrale? 2. Elektrofilter
3. Stoomturbine
5. Transformator
Of het nu gaat om gas, poederkool, stookolie of biomassa, de brandstof wordt verbrand in een stoomketel. De hitte van de rookgassen en vlammen verwarmt het buizenstelsel van de ketel. Het water dat in de buizen circuleert, wordt hierdoor geleidelijk aan in stoom omgezet.
De rookgassen ontsnappen via de schoorsteen. In steenkoolcentrales worden de stofdeeltjes (vliegas) eerst door een elektrofilter (2a) opgevangen. Andere systemen voor rookgaszuivering zorgen ervoor dat ook zwaveldioxide (2b) en stikstofoxide (2c) niet in de atmosfeer terechtkomen.
De hete stoom drijft een stoomturbine aan die gekoppeld is met een generator.
De transformator verhoogt de spanning van de elektriciteit alvorens die in het transportnet geïnjecteerd wordt.
Het magnetische veld dat gecreëerd wordt door de rotatie van de rotor, het roterende deel in de stator, levert een elektrische wisselstroom.
aanzienlijk minder CO2 uit te stoten. Knippegroen is niet zo een klassieke centrale als op het eerste gezicht zou blijken. Deze nieuwe eenheid gebruikt immers geen steenkool of aardgas als brandstof maar hoogovengas afkomstig uit de naastliggende staalfabriek van Arcelor-Mittal Gent. Het resultaat van een jarenlang partnerschap tussen beide ondernemingen. Knippegroen ontwikkelt een capaciteit van 315 MW, voldoende om 700 000 gezinnen van elektriciteit te voorzien.
Opstarten naar keuze
1. Stoomketel
4. Alternator
Een stalen partnerschap Op de Gentse site van staalreus Arcelor-Mittal heeft Electrabel een nieuwe thermische centrale gebouwd die elektriciteit opwekt uit de verbranding van hoogovengas. Met de bouw van de centrale, die in 2010 werd ingehuldigd, was een investering van 300 miljoen euro gemoeid. De centrale Knippegroen gebruikt de meest geavanceerde technologieën die toelaten om gas met een hoog rendement te verbranden (meer dan 40%, hetzij 7% hoger dan het rendement van oudere thermische centrales) en
4
CENTRALES De klassieke elektriciteitscentrales van Electrabel maken gebruik van een stoomturbine die door aardgas gevoed wordt. Daarnaast kunnen ze ook industriële restgassen verbranden, maar ook steeds vaker biomassa. Electrabel heeft aanzienlijk geïnvesteerd in de verbetering van het energierendement, de exploitatie en de milieuprestaties van haar oudere centrales.
7
6. Condensor Na zijn doortocht in de turbine waar het zijn energie vrijgeeft, condenseert de stoom en keert hij als water terug
in de ketel. In de condensor passeert de stoom over duizenden kleine buisjes, gevuld met koud water dat uit oppervlaktewateren is opgepompt (koelwater), en geeft hij zijn restwarmte af.
7. Koeltoren In deze reusachtige hyperboolvormige torens komt het water in aanraking met
een opstijgende luchtstroom die door een natuurlijke trek gecreëerd wordt: het zogenaamde schoorsteeneffect. Het water koelt af en valt in de vorm van druppeltjes naar beneden. De opgewarmde lucht, verzadigd met stoom, ontsnapt uit de toren in de vorm van een witte stoomwolk. Het merendeel van het gekoelde water wordt hergebruikt. Slechts 1 tot 1,5% verdampt.
Electrabel beschikt over verschillende turbojets. Deze hulpeenheden dienen om plotse verbruikspieken of eventuele pannes in andere productie-eenheden op te vangen. Ze werken zoals een reactiemotor van een vliegtuig en bestaan uit een compressor, een verbrandingskamer en een turbine. De compressor zuigt lucht aan die vervolgens gecomprimeerd en in de verbrandingskamer geïnjecteerd wordt. Het aardgas (gasturbine) of de kerosine (turbojet) wordt erin geïnjecteerd om verbrand te worden. De hete rookgassen doen de turbine draaien die op haar beurt een alternator aandrijft om elektriciteit op te wekken. Ze kunnen uiterst snel opgestart worden, maar hun energierendement ligt veeleer laag.
central NUCLEAIRE
TECHNOLOGIEËN
28/29
KERNCENTRALES
KERNCENTRALES Kerncentrales zijn krachtige basiseenheden die vrijwel onafgebroken elektriciteit produceren. Ze vormen een belangrijke stabiliteitsfactor voor de gegarandeerde energiebevoorrading van het land. In België exploiteert Electrabel twee nucleaire parken die tussen 1975 en 1985 in bedrijf zijn genomen: één in Vlaanderen (Doel, 4 reactoren) en één in Wallonië (Tihange, 3 reactoren).
Hoe werkt een kerncentrale? 2
1. Reactor
3
4
2. Drukregelvat
1 5
6
Tot uw dienst
4 134 MW
Het verzamelde vermogen dat de centrales in Doel en Tihange ontwikkelen (5 927 MW waarvan het Electrabel-deel 4 134 MW bedraagt), is goed voor bijna 46 % van de productiecapaciteit van Electrabel in België. Ze staan in voor meer dan 50% van de elektriciteitsproductie in België en zorgen jaarlijks voor een vermeden CO2-uitstoot van 30 miljoen ton (in vergelijking met een mix van fossiele brandstoffen).
De hitte die in de kernreactor wordt opgewekt, wordt afgestaan aan water dat - in een gesloten kring - langs de metalen omhullingen circuleert waarin de splijtstofelementen zijn aangebracht. Dit eerste circuit wordt de primaire kringloop genoemd.
7
In een nucleaire drukwaterreactor kan het water niet aan de kook geraken omdat het onder druk staat. De instandhouding van die druk wordt verzekerd door een drukregelvat.
3. Stoomgenerator Het verhitte water uit de primaire kringloop staat op zijn beurt warmte af aan een tweede gesloten circuit, de secundaire kringloop. Beide kringlopen zijn hermetisch van elkaar gescheiden. De warmte-uitwisseling vindt plaats in de stoomgenerator. De hitte die overgedragen wordt door het water van de primaire kringloop zet het water van de secundaire kringloop om in hogedrukstoom die naar de turbine wordt geleid.
4. Stoomturbine Zoals bij klassieke thermische centrales drijft de stoom één of meer turbines aan. De warmte-energie
wordt omgezet in kinetische energie die de alternator aandrijft.
5. Alternator Een alternator die aan de turbine gekoppeld is, zet uiteindelijk de kinetische energie om in elektriciteit die in het hoogspanningsnet geleid wordt.
6. Condensor De stoom waarmee de turbines worden aangedreven, koelt vervolgens af in een condensor waar hij opnieuw in water wordt omgezet na in contact te zijn gekomen met duizenden buizen waarin het koelwater van een derde kringloop circuleert. Die aldus gecondenseerde stoom wordt vervolgens terug naar de stoomgenerator gevoerd om er opnieuw opgewarmd te worden tot hogedrukstoom.
7. Koeltoren Kerncentrales gebruiken een koeltoren om de temperatuur van het koelwater van de derde kringloop door natuurlijke luchtcirculatie te doen dalen. Het water van deze derde kringloop wordt hergebruikt om de stoom in de condensor te koelen. Slechts 1,5% van dit water verdampt: het is deze damppluim die uit de toren ontsnapt.
TECHNOLOGIEËN WINDENERGIE
30/31
energie EOLIENNE 7
WINDENERGIE
Hoe werkt een windturbine?
2
1 1. Gondel of rotorkop
energie EOLIENNE
Electrabel bouwt, meestal in samenwerking met partnerbedrijven, windturbineparken op plaatsen die aan gunstige windsnelheden blootstaan, zoals in de kuststreek, op heuvelkammen of op grote vlaktes. In 2013 beschikte Electrabel in België over 26 parken met in totaal 94 turbines, goed voor een totaal opgesteld vermogen van 175 MW. In een partnerschap met het Otary consortium heeft Electrabel de concessie verworven voor de bouw van het grootste offshore windturbinepark van België tegen 2015, ongeveer 60 km buiten de kust. Dit project, dat de naam Mermaid meekreeg, is vernieuwend in verschillende opzichten. Zo zullen de meest geavanceerde windturbines worden gebruikt, die samen goed zijn
voor een totaal opgesteld vermogen van ongeveer 450 MW. Bovendien worden tussen de windturbines ook golfenergieomzetters geplaatst: deze hoogtechnologische boeien die golfslagenergie accumuleren, zorgen voor een extra capaciteit van 20 MW. De indienststelling van het windturbinepark is voorzien voor 2017.
2. Rotorbladen
6
Een windturbine van 2 MW bestaat meestal uit een rotor met een diameter van 90 m en een mast van 100 m hoog. Ze weegt ongeveer 265 ton.
Leuze-en-Hainaut
3. Naaf
5
4. Rotor 5. Hoofdas (versnellingsbak)
4
6. Generator
3
Wanneer de wind de rotorbladen aandrijft, zal de versnellingsbak (tandwielkast) in de gondel de lage rotatiesnelheid van de rotor ter hoogte van de generator in een hogere snelheid omzetten.
8
In 2011 heeft Electrabel in Leuze-enHainaut een windturbinepark in dienst gesteld. Dit park met 10 windturbines van telkens 2,05 MW is jaarlijks goed voor een productie van 52 miljoen kWh, wat het equivalent is van het jaarverbruik van 15 000 gezinnen en een vermeden CO2-uitstoot van ongeveer 20 000 ton. Dit project, waarbij overheid en privésector zich achter
een initiatief van burgerzin scharen, sluit perfect aan op het duurzame ontwikkelingsbeleid van Electrabel dat de ambitie koestert om tegen 2015 voldoende hernieuwbare energie te kunnen produceren om het verbruik van één miljoen gezinnen te dekken. De bouw van windturbineparken is één van de belangrijkste manieren om dat doel te bereiken.
7. Windsnelheidsmeter en windvaan
9
Tot uw dienst
100 meter
Windturbines met burgerzin in
8. Oriënteringssysteem Naargelang de snelheid en de richting van de wind doet een microprocessor de gondel draaien zodat de rotor steeds pal in de wind blijft. De werking van elke windturbine wordt voortdurend en nauwlettend opgevolgd.
9. Mast
4 miljoen €
De investeringskosten voor een windturbine van 2 MW, hetzij 2 000 euro per kW opgesteld vermogen.
De generator produceert elektriciteit, terwijl de transformator, die zich aan de voet van de mast bevindt, de spanning van de geproduceerde elektriciteit opvoert. De koppeling met het net gebeurt via een ondergrondse kabel, zodat er geen elektriciteitsmasten of hoogspanningslijnen gebouwd moeten worden.
Wist u dit? De snelheid van de wind is bepalend voor de energieproductie van een windturbine die bijgevolg variabel en moeilijk voorspelbaar is. Windturbines draaien pas bij windsnelheden van 3 tot 4 m/s en halen hun volle vermogen bij een snelheid van 12 tot 15 m/s. Bij 25 m/s of meer worden ze uit veiligheidsoverwegingen stilgelegd. Om het windpotentieel van mogelijke inplantingslocaties van windturbines na te gaan, doet Electrabel een beroep op een windatlas die door Tractebel Engineering samengesteld werd.
TECHNOLOGIEËN
32/33
WINDENERGIE
BIJ ONZE KLANTEN
De inplantingskeuze uitgelegd door Robert Berdal ROBERT BERDAL Product Director Hernieuwbare Energiebronnen bij Tractebel Engineering
“Regelmatige en frequente winden doen een windturbinepark beter renderen.”
WELKE CRITERIA ZIJN DOORSLAGGEVEND VOOR DE INPLANTINGSKEUZE VAN WINDTURBINES? Los van de wettelijke verplichtingen en de bestaande overheidssubsidies, zoals bijvoorbeeld het systeem van groene certificaten in België, is het ‘windpotentieel’ van de site een cruciale factor. In zee is het windpotentieel het grootst. En vervolgens in de kustregio, waar het rendement van windturbines 20 tot 30% hoger ligt dan in het binnenland. Ook streken met grote reliëfverschillen komen in aanmerking, zoals Wallonië waar het harder waait op heuvelkammen. Kortom, regelmatige en frequente winden doen een windturbinepark beter renderen.
ZIJN ER NOG ANDERE ELEMENTEN DIE DE INPLANTINGSKEUZE BEÏNVLOEDEN? Er wordt met diverse factoren rekening gehouden, zoals de aard van de ondergrond die de funderingen moet dragen, de bereikbaarheid van de site, de nabijheid van het elektriciteitsnet en, uiteraard, de impact op het landschap, de habitat en de trekroutes van vogels. HOE PAKT U DE ECOLOGISCHE EN MAATSCHAPPELIJKE PROBLEMATIEK AAN? Er worden inplantingssimulaties gemaakt die aangevuld worden met een detailonderzoek van de impact op omliggende woningen en de lokale fauna en flora. De omwonenden maken zich meestal zorgen over de visuele en akoestische impact van windturbines, maar ook over de weerslag op het ecosysteem, en vooral op de vogel- en vleermuispopulatie. Nu is het zo dat de nieuwste generatie van windturbines heel wat minder geluidshinder veroorzaakt. En het risico van ‘bird strikes’ of vogelinslag blijft zeer beperkt zolang we de trekroutes vermijden. Hoe dan ook, overleg met omwonenden en lokale verenigingen is een cruciale factor voor de goede afloop van een project.
Windenergie in dienst van industriële klanten 3 windturbines bij Volvo Cars Sinds september 2010 werden door Electrabel en Cofely Fabricom drie windturbines van 2,05 MW geïnstalleerd op de site van Volvo Cars in Gent. Dankzij dit project wordt een jaarlijkse CO2-uitstoot van 10 000 ton vermeden. De energieproductie van dit windturbinepark vertegenwoordigt 15% van het verbruik van de automobielconstructeur, wat overeenkomt met het verbruik van 4 000 gezinnen. Hun installatie kadert in het streven van de autoconstructeur om zijn ecologische voetafdruk gevoelig te beperken.
Dochters in wind De Belgische dochterondernemingen van GDF SUEZ zijn nauw betrokken bij de ontwikkeling van windturbineparken. Enkele voorbeelden van hun knowhow:
Cofely Fabricom en Tractebel Engineering innoveren met Belwind Belwind, een consortium van Belgische en Nederlandse investeerders, heeft 46 km voor de kust van Zeebrugge een offshore windpark gebouwd met 110 turbines van 3 MW. Cofely Fabricom werd als pionier in de materie aangezocht voor het beheer van het project, de elektriciteitswerken en de bouw van het offshore hoogspanningsstation waarvan het ontwerp aan Tractebel Engineering werd toevertrouwd. Het gaat om een platform waarop een transformator is gemonteerd die de opgewekte energie van de windturbines omzet in hoogspanning. Cofely Fabricom zorgde ook voor de installatie van deze mastodont van 1 100 ton in volle zee, op een 27 meter hoge pijler die in het midden van het windturbinepark werd geplaatst. Sindsdien heeft Cofely Fabricom tal van andere soortgelijke projecten begeleid zoals London Array, West of Duddon Sands, Humber Gateway.
Laborelec optimaliseert de beschikbaarheid van windturbines Natuurverschijnselen zoals ijsvorming, bliksem of aantasting door zout, kunnen windturbines beschadigen en onverwacht doen stilvallen. In de twee eerstgenoemde gevallen kunnen ze echter ook een bedreiging vormen voor de omwonende bevolking en omliggende woningen. Laborelec heeft verschillende oplossingen ontwikkeld om deze en andere risico’s zoveel mogelijk te beperken, zoals een voorspellings- en verwittigingssysteem voor onweer of een programma waarmee de dagelijkse productie van windturbines uiterst accuraat kan worden voorspeld in functie van de weersomstandigheden. Een bijzonder waardevol instrument voor de trading & portfolio management activiteiten van de Groep.
Tractebel Engineering beheert het grootste offshore project ter wereld Op 29 km van de Belgische kustlijn werd nog een ander windpark van 60 turbines gebouwd onder de naam C-Power. Met een totale capaciteit van 300 MW voorziet dit park 600 000 inwoners van elektriciteit. Verschillende dochterondernemingen van GDF SUEZ hebben eraan meegewerkt: Cofely Fabricom heeft de 150 kV-kabel tussen het windturbinepark en het landnet aangelegd en nam ook de installatie en de aansluiting van de kabels in zee voor haar rekening. Tractebel Engineering heeft het volledige project omkaderd en gesuperviseerd, van de ontwerp- tot en met de uitvoeringsfase. Haar ingenieurs hebben heel wat studies uitgevoerd, die geleid hebben tot het gedetailleerd in kaart brengen van de mariene ondergrond. Ook hebben ze een geprefabriceerde, massieve funderingsblok ontworpen met een hoogte van 40 meter. “Het is de allereerste keer dat een dergelijke gigantische fundering op zo een diepte zal worden gerealiseerd”, aldus Jose De Regge en Nathalie Gunst, projectverantwoordelijken bij Tractebel Engineering waar het vaste voornemen bestaat om deze technologie later te exporteren.
L’énergie SOLAIRE
TECHNOLOGIEËN
34/35
ZONNE-ENERGIE
1
ZONNE-ENERGIE
Bij onze klanten 2 3
Sinds 2008 heeft Electrabel ook installaties voor zonne-energie aan haar Belgische productiepark toegevoegd. Zij exploiteerde acht zonnepaneelinstallaties op sites van grote industriële klanten. Eén van de grootste installaties bevindt zich bij Honda Belgium in Aalst met een opgesteld piekvermogen van 900 kilowatt (kWp). 4 5 5 KW
15.000 panelen om het grootste zonneenergiepark in de regio te vormen De oude stortplaats van de intercommunales Verko en DDS in Appels zijn omgebouwd tot een energiepark met zonnepanelen. Cofely Solar Technics, een dochteronderneming van Cofely Fabricom, financierde en installeerde 15.000 fotovoltaïsche panelen op een terrein van meer dan 13 hectare. Daarnaast zijn ze ook verantwoordelijk voor het dagelijks beheer en het onderhoud van de site. Als eigenaar van de grond ontvangt DDS een rente en Verko is de belangrijkste gebruiker van de geproduceerde groene energie.
0.07
Hoe werken fotovoltaïsche zonnepanelen? 1. Zonnestraling
3. Elektrisch veld
5. Meter
Zonnestraling transporteert energie in de vorm van fotonen (lichtdeeltjes).
De energie van de fotonen brengt de elektronen van de siliciumatomen in beweging, waardoor elektrische gelijkstroom ontstaat.
Een meter meet de hoeveelheid elektriciteit in kWh die door de fotovoltaïsche installatie wordt geproduceerd. De wisselstroom loopt vervolgens naar de verdeelkast en voedt van hieruit rechtstreeks de elektrische toestellen.
2. Fotovoltaïsche cel Deze fotonen worden opgevangen door fotovoltaïsche panelen waarvan de cellen bestaan uit halfgeleidend materiaal (silicium).
4. Omvormer Omdat elektrische toestellen niet werken op gelijkstroom, wordt deze door een omvormer omgezet in wisselstroom.
5 KW
0.07
Laborelec legt zonnepanelen op de proefbank Als Belgisch kenniscentrum voor onderzoek & ontwikkeling van de GDF SUEZ Groep beschikt Laborelec over een proefbank voor fotovoltaïsche panelen. Daarmee kunnen de langetermijnprestaties van de meeste types van panelen in uiteenlopende gebruiksomstandigheden worden getest, bijvoorbeeld bij verschillende temperaturen en vormen van blootstelling aan de zon. Laborelec bestudeert ook de slijtage van panelen in de tijd en beschikt over een systeem voor elektrisch opladen en dataverwerving waarmee zonnepanelen afzonderlijk of in serie geschakeld kunnen worden getest.
Heel wat Belgische bedrijven willen hun eigen elektriciteit produceren, bij voorkeur uit een hernieuwbare bron zoals zonne-energie. De installatie van fotovoltaïsche panelen is voor hen echter vaak een technische en financiële uitdaging. In samenwerking met Electrabel, hebben een aantal klanten gekozen voor deze hernieuwbare energie. Dit is het geval voor Honda Belgium Factory, de eerste Europese site van de Japanse autoconstructeur, die een nieuw distributiecentrum geopend heeft in Aalst. “We hebben met Electrabel verschillende mogelijkheden overwogen “, zegt Hans De Jaeger, General Manager. “We dachten eerst aan een installatie van windturbines, maar deze optie bleek niet aangewezen omdat we te dicht bij het stadscentrum gelegen zijn. Het dak van het gebouw leek echter wel geschikt voor de plaatsing van 5 500 zonnepanelen, goed voor een capaciteit van 880 kWp.” In het kader van het partnerschap tussen beide bedrijven, heeft Electrabel de installatie van de panelen en een deel van de investering op zich genomen. Electrabel blijft de eigenaar van de installatie en zorgt voor het onderhoud. n Kruishoutem installeerde Electrabel 5 900 zonnepanelen op het dak van de immense productiehal van de Beaulieu International Group. De installatie is in staat om jaarlijks het equivalent van 1 000 MWh elektriciteit te produceren. De Post heeft zich eveneens tot Electrabel gericht voor de installatie van een fotovoltaïsch park op het dak van het sorteringscentrum Gent X. Op een oppervlakte van 20.000 m2, leveren 2 340 zonnepanelen een totaal vermogen van 490 kWp. Op het dak van de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Katholieke Universiteit Leuven (KUL), zijn 1 100 m2 zonnepanelen geïnstalleerd. Deze panelen zijn in staat om het equivalent van het jaarlijkse verbruik van 16 huishoudens te produceren. In samenspraak met het technisch team van de universiteit, heeft Electrabel de volledige coördinatie van het technische luik van het project voor haar rekening genomen.
TECHNOLOGIEËN
36/37
WATERKRACHT
Tot uw dienst
WATERKRACHT
1 2
Net zoals zonne- en windenergie is ook waterkracht een hernieuwbare energiebron. Electrabel exploiteert al jarenlang waterkrachtcentrales in het oosten van het land, meer bepaald in Robertville en Bütgenbach.
3 5
6
Hoe werkt een stuwdamcentrale? 1. Stuwdam
4. Drukleiding
6. Waterkrachtcentrale
Een hoge dam wordt op een waterloop gebouwd.
Het water uit het stuwmeer wordt aan een hoge snelheid naar het onderste gedeelte van de installatie gevoerd via een grote drukleiding. Het water krijgt hierdoor een enorme kracht.
In de machinezaal, die in het laagste deel van de centrale gelegen is, stroomt het water langs de schoepen van een turbine die op haar beurt een alternator aandrijft. Deze zet de mechanische energie van de turbine om in elektrische energie. De turbines kunnen zich ook direct aan de voet van de stuwdam bevinden.
2. Verzamelbekken Het water wordt opgeslagen in een kunstmatig bekken, ook wel stuwmeer genoemd.
3. Afvoer van overtollig water en hoogwater Overtollig water wordt via een overloop afgevoerd.
5. Evenwichtstoren Met een evenwichtstoren kan het waterdebiet worden geregeld.
De hoeveelheid elektriciteit die in België geproduceerd wordt door waterkrachtcentrales bedraagt slecht 0,5% omdat het reliëf van het land minder gunstig is dan in een bergachtige streek.
4
Cofely Fabricom en Tractebel Engineering: energie winnen uit sluizen De knowhow van de Belgische dochterondernemingen van GDF SUEZ bestrijkt het volledige vakgebied van waterkracht, wat soms tot originele projecten leidt. Zo heeft Cofely Fabricom net een ambitieus project afgewerkt voor energieterugwinning met 6 reusachtige “schroefpompen” die op de sluizen van het Albertkanaal zijn geïnstalleerd. Deze schroeven van Archimedes, 22 meter lang en met een diameter van 4,5 meter, worden als pompen ingezet om water te besparen in periodes van schaarste. Bij overvloedig water daarentegen, keren ze hun draairichting om zodat ze elektriciteit kunnen opwekken. Dit project, besteld door het Vlaamse overheidsbedrijf De Scheepvaart, wordt wellicht nog uitgebreid tot andere sluizen in Hasselt, Genk en Diepenbeek. Bij een ander project, dit keer op de Waalse waterwegen, is Tractebel Engineering betrokken. Op de waterweg die NoordFrankrijk op termijn met de havens van Antwerpen en Rotterdam
zal verbinden, moeten er drie nieuwe sluizen bijkomen om de doorgang van grotere schepen mogelijk te maken. Tractebel Engineering werd aangezocht voor de voorbereidende studies en voor het toezicht op de modernisering van de bestaande sluizen, hun elektromechanische uitrustingen en bijbehorende pompstations. De studies voorzien in de nodige uitbreidingen voor de toekomstige installatie van elektromechanische uitrustingen in de drie nieuwe sluizen. Tractebel Engineering is voorts belast met het uitvoeren van haalbaarheidsstudies, het uitwerken van specificaties en het opvolgen van de bouw van eenheden voor hernieuwbare energieproductie op de drie sites. Het gaat meer specifiek om windturbines, fotovoltaïsche panelen en een waterkrachtcentrale. Met als bijkomende uitdaging: het scheepsverkeer mag niet de minste hinder ondervinden…
Robertville en Bütgenbach,
de voorouders van
groene stroom
In de Oostkantons bevinden zich twee van de oudste stuwdammen van België. Ze voeden twee centrales die alleen al ongeveer de helft van het waterkrachtvermogen van Electrabel voor hun rekening nemen. De stuwdam van Robertville werd gebouwd in 1925, op een hoogte van 496 meter. De waterkrachtcentrale heeft een productiecapaciteit van 9,2 MW en haar jaarproductie stemt overeen met het gemiddelde jaarlijkse elektriciteitsverbruik van ongeveer 6 500 gezinnen. In 1929 werd stroomopwaarts in Bütgenbach een tweede stuwdam gebouwd op een hoogte van 545 meter. Hier zorgt een kleine turbine met een capaciteit van 1,8 MW voor een jaarproductie van 2,2 miljoen kWh.
Wist u dit? De waterkrachtcentrales van Electrabel vervullen een belangrijke rol bij de debietregeling van waterlopen en het voorkomen van overstromingen.
TECHNOLOGIEËN
38/39
POMPCENTRALES
1
In België worden spaar-
POMP-
bekkencentrales
CENTRALES
ingeschakeld om plotse verbruikspieken op te vangen. De grootste centrale bevindt zich in Coo.
5 2
Hoe werkt een pompcentrale?
4
1. Bovenbekken
4. Alternator
6. Benedenbekken
Het bovenbekken wordt gebruikt om water op te slaan.
De kracht van het water doet de turbines draaien die op hun beurt een alternator aandrijven die elektriciteit opwekt. In enkele minuten tijd wordt een aanzienlijk elektrisch vermogen opgewekt.
Het water komt uiteindelijk in het benedenbekken terecht. In periodes van laag verbruik (’s nachts, bijvoorbeeld) pompen dezelfde turbines het water terug naar het bovenbekken. De alternator fungeert dan als elektrische motor die de pompen aandrijft.
2. Machinezaal Wanneer de elektriciteitsvraag overdag plots piekt, stroomt het water via grote drukleidingen naar de machinezaal.
3. Turbine - pomp
5. Transformator
3
De transformator verhoogt de spanning van de elektriciteit alvorens die in het transportnet te injecteren.
6
Ze bestaat uit twee bovenbekkens op een hoogte van ongeveer 500 m, een machinezaal en een benedenbekken dat 270 m lager gelegen is. Twee drukleidingen die dwars door de bergwand zijn geboord, verbinden de bovenbekkens met de machinezaal. ’s Nachts wordt het water van het benedenbekken met krachtige pompen naar de bovenbekkens opgepompt. Deze pompen worden aangedreven met goedkope elektriciteit die door andere elektriciteitscentrales geproduceerd wordt. Overdag, wanneer de elektriciteitsvraag bruusk toeneemt, wordt het water uit de bovenbekkens naar beneden gestuwd. De pompen veranderen dan in turbines die de alternatoren aandrijven. Bij een volledige belasting kan de installatie in een mum van tijd 1 100 MW opwekken, wat overeenkomt met het vermogen van een kerncentrale! De centrale kan dit productievolume 4 tot 6 uur lang aanhouden.
TECHNOLOGIEËN
40/41
BIOMASSA
BIOMASSA
Hoe wordt de verbranding van biomassa gebruikt? 6 1. Stoomketel
5
Bij de verbranding van biomassa komt enkel de hoeveelheid CO2 vrij die de biomassa tijdens haar vorming of groei heeft opgeslagen. Qua uitstoot is biomassa dan ook een neutrale brandstof. Electrabel investeert in een groot aantal ecologische projecten van biomassaverbranding, vaak in combinatie met steenkool. Zo werken verschillende centrales op olijfresten, houtspaanders en gas dat uit houtvergassing gewonnen wordt. Twee van deze centrales gebruiken 100% biomassa: Rodenhuize (180 MW) en Les Awirs (80 MW).
1
2. Rookgassen De verbranding van biomassa is CO2-neutraal. Ze laat enkel de koolstofdioxide vrij die tijdens de vorming en de groei van de biomassa werd opgeslagen, wat bijgevolg bijdraagt tot een beperking van de wereldwijde uitstoot.
2
3. Poederkool De directe verbranding van biomassa samen met steenkool is een eerste mogelijkheid. Andere oplossingen: het zuiveringsslib, de olijfresten of het hout wordt met steenkool vermalen en in de verbrandingsketel geblazen.
4
4. Houtstof Het houtstof wordt ingebracht in dezelfde buizen waarmee ook de poederkool naar de verbrandingsketel wordt vervoerd (bijstook van biomassa). Het kan echter ook als enige brandstof worden gebruikt. Dit houtstof wordt rechtstreeks aan de centrales geleverd of het kan door de centrales zelf worden geproduceerd door houtpellets te vermalen.
Tot uw dienst
56% Biomassa is goed voor 83% van de capaciteit die Electrabel in België uit hernieuwbare energiebronnen kan ontwikkelen.
Welke brandstof er ook wordt gebruikt, een thermische centrale verbrandt ze in een stoomketel. Het productieproces van elektriciteit is vervolgens hetzelfde als in klassieke centrales (zie het werkingsschema van de klassieke centrale). Het is in een eerder stadium van het proces dat het gebruik van biomassa verschillende mogelijkheden biedt.
80 MW
Electrabel was de eerste onderneming ter wereld om een steenkoolgestookte centrale om te bouwen tot een eenheid die uitsluitend hout als brandstof gebruikt. Deze wereldprimeur viel te beurt aan de centrale Les Awirs (Flémalle). Deze eenheid ontwikkelt een capaciteit van 80 megawatt.
5. 6. Biogas
3
Het biogas wordt geproduceerd door vergassing van houtspaanders in een houtvergasser. Het hout wordt eerst gezeefd, gemalen en van metalen ontdaan. Het wordt samen met koolstof verbrand in de ketel.
TECHNOLOGIEËN BIOMASSA
Eerste lading Canadese houtpellets Om haar biomassa-installaties te verzekeren van een permanente aanvoer van houtpellets is Electrabel een partnerschap aangegaan met de onderneming Pacific BioEnergy die op lange termijn de levering per schip verzekert van 225 000 ton houtpellets per jaar. Om die houtpellets aan te voeren heeft GDF SUEZ voor een periode van zeven jaar een groot bulkschip gecharterd, dat tot GDF SUEZ Ghent omgedoopt werd. Vanuit het perspectief van energie, is het transport van grote hoeveelheden pellets met enorme zeeschepen bijzonder efficiënt. Bovendien blijft de CO2-balans zeer gunstig ondanks de grote afstand. Ook de keuze voor Canada is duurzaam: dit land heeft immers een eigen certificatiesysteem voor duurzaam bosbeheer ingevoerd. Gevelde bomen moeten door nieuwe aanplantingen vervangen worden, de biodiversiteit van de bossen moet beschermd blijven en de rechten van de beschermde autochtone bevolking moeten gevrijwaard blijven.
42/43
+
Max Green introduceert
biomassa in Rodenhuize
De centrale Rodenhuize nabij Gent, was oorspronkelijk een steenkoolcentrale. Na de verbouwing van eenheid 4 van deze centrale, beschikt ze nu over een capaciteit van 180 MW door uitsluitend biomassa te gebruiken: houtpellets afkomstig van producenten die de principes van verantwoordelijk bosbeheer toepassen. Deze “Max Green” centrale is een gezamenlijk project van Electrabel en Ackermans & Haaren dat een investering van 125 miljoen euro vergde, en produceert jaarlijks een hoeveelheid groene stroom die overeenkomt met het verbruik van 320 000 gezinnen. Op die schaal is dat een wereldprimeur.
“In deze centrale zal Electrabel jaarlijks een hoeveelheid groene stroom produceren die equivalent is aan het verbruik van 320 000 gezinnen.”
Wist u dit? Ook eenheden voor energieterugwinning zetten biomassa om in elektriciteit. Ze benutten de hitte die vrijkomt bij de verbranding van huishoudelijk en industrieel afval voor de productie van stoom, die vervolgens een turbine met alternator aandrijft. Electrabel produceert op die manier meer dan 75 MW op drie plaatsen: Brussels Energy, Indaver (Beveren) en Isvag (Wilrijk).
Laborelec certificeert de duurzaamheid van biomassa Zoals elke nieuwe centrale voor elektriciteitsproductie moet ook de nieuwe eenheid 4 van Rodenhuize beantwoorden aan de eisen van de richtlijn voor grote verbrandingsinstallaties (LCP). Ze moet onder meer voldoen aan strengere emissienormen, volgens het principe van de “best beschikbare technologie” (Best Available Technology of BAT) dat door de Europese overheid is opgelegd. Om daaraan te voldoen, heeft Electrabel een beroep gedaan op Laborelec, het R&D kenniscentrum van de Groep. “Een van de originele maar ook kritieke kenmerken van het project is de combinatie tussen de verbrandingsketel
met houtpoeder en de katalytische denitrificatie-eenheid die vlak achter de ketel opgesteld staat ”, verduidelijkt Xavier Henry, expert bij Laborelec. “ Deze katalysator wordt echter sneller gedeactiveerd bij de verbranding van houtkorrels dan van steenkool. We moesten dan ook nieuwe technische oplossingen bedenken om de levensduur ervan te verlengen, anders zouden we er niet in slagen om de nagestreefde uitstootvermindering te bereiken.” Laborelec heeft ook de studies uitgevoerd die geleid hebben tot de aanpassing van branders aan dit nieuwe brandstoftype. En het was opnieuw Laborelec
die in samenwerking met Electrabel, een certificeringsprocedure heeft uitgewerkt die de duurzaamheid van de gebruikte houtkorrels waarborgt. Dit systeem, intussen erkend door de Vlaamse en Waalse energieregulatoren (VREG resp. CWaPE), onderwerpt de leveranciers aan een grondige audit die jaarlijks door een onafhankelijke instantie wordt uitgevoerd. De herkomst van het hout, het productieproces en de gebruikte brandstof voor het drogen en het transport worden bij de evaluatie van de energiebalans in aanmerking genomen. Dit certificeringsmodel krijgt intussen navolging in Europa.
44/45
De
verbruikscyclus Elke dag opnieuw beantwoorden aan de behoeften van alle verbruikers, is een delicate evenwichtsoefening:
de productiemiddelen moeten immers voortdurend aan de vraag worden aangepast. Om daarin te slagen, schakelt Electrabel haar eigen elektriciteitscentrales in maar koopt ze ook elektriciteit op de markt wanneer de aankoopprijzen gunstiger uitvallen dan de productiekosten. Dit vergt een strikt beheer, zowel op korte als op lange termijn, om onverwachte verbruikspieken te kunnen opvangen.
DE VERBRUIKSCYCLUS
46/47
DE ENERGIEBEHOEFTEN OPVANGEN
De energiebehoeften
Kerncijfers
OPVANGEN
Omdat elektriciteit nu eenmaal niet op grote schaal opgeslagen kan worden, moeten de productiemiddelen voortdurend worden aangepast om de vraag te kunnen opvangen. Dit is wat we noemen: het optimaliseren van de exploitatie van de centrales.
12
Eens de centrales gebouwd en in bedrijf zijn, stelt GDF SUEZ exploitatieplannen op. De commerciële diensten geven aan hoeveel er in de komende jaren geproduceerd moet worden, waarna de centrales aan die toekomstige productie toegewezen worden. De centrales worden “cascadegewijs” gerangschikt in functie van de marginale productiekosten. Of anders uitgedrukt: de exploitatie wordt zo georganiseerd dat er een marge gecreëerd wordt tussen de variabele kosten van de verschillende eenheden en de marktprijs. De hernieuwbare energiebronnen en de kerncentrales leveren de basislast. De moduleerbare groepen die voor de middenlast instaan, werken op steenkool en gas. Tenslotte heeft men de eenheden die achter de hand gehouden worden voor extreme pieklasten, zoals de pompcentrale van Coo. Op korte termijn verloopt de toewijzing van productie-eenheden op een zeer concrete manier: de netbeheerder moet op de hoogte gebracht worden van het productievolume van elke centrale voor een gegeven dag en van de centrales die als reserve beschikbaar zijn, zodat de netbeheerder het evenwicht van het net kan waarborgen. Hierbij stelt GDF SUEZ zich voortdurend de vraag of het voordeliger is om zelf energie te produceren of om energie op de markt aan te kopen, zowel op het ogenblik zelf als om haar toekomstige verbintenissen als leverancier na te komen.
Elektriciteit:
1 300 TWh Gas:
3 800 TWh
Volumes behandeld door GDF SUEZ Trading op de markten in 2012 – totaal: equivalent van
8 000 TWh CO2-uitstoot:
580 Mt
Elektriciteitsmarkt Gasmarkt
Petroleum en geraffineerde producten: 166 Mt
Steenkool:
111 Mt
48/49
knowhow als exportproduct Onze
Belgen schitteren op de internationale bühne
Als experts in hun vakgebied beschikken de Belgische dochterondernemingen van GDF SUEZ over een knowhow waarmee vele internationale markten veroverd kunnen worden. Ze worden vaak aangezocht om hun steentje bij te dragen tot de uitbouw van grote industrie-, energie- of infrastructuurprojecten, ook al beheren ze die projecten niet zelf van A tot Z. Dit zou uiteraard niet mogelijk zijn zonder de doorgedreven kennis en competenties van onze medewerkers die zich wereldwijd als uitmuntende ambassadeurs van onze Groep bewijzen. 400 van de 700 internationale expats van de Groep zijn Belgen.
ONZE KNOWHOW ALS EXPORTPRODUCT
50/51
TRACTEBEL ENGINEERING
LABORELEC
TRACTEBEL ENGINEERING:
een gasexpert in China Tractebel Engineering heeft een contract getekend voor de assistentie bij het project management, de ontwerpstudies en de technische assistentie op de bouwwerf voor de uitbreiding van de LNG terminal in Shanghai.
Omdat de Chinese gasvoorraden beperkt zijn, is de vraag naar geïmporteerde LNG (Liquefied Natural Gas) bijzonder groot en is de uitbreiding van de LNG terminals in China een noodzaak geworden. Daarom doet Shanghai Gas (Group) Company, Ltd. een beroep op de LNG expertise en ervaring van Tractebel Engineering die zal instaan voor de assistentie bij het project management voor de expansie van de Shanghai Wuhaogou terminal in Pudong, in China. Er zullen twee nieuwe LNG tanks van telkens 100 000 m³ gebouwd worden met de aanverwante cryogene installatieleidingen en twee waterbadverdampers met dompelbrander (Submerged Combustion Vaporizer – SCV) om de huidige opslag en hervergassingscapaciteit van de terminal op te voeren.
Hiervoor stelt Tractebel Engineering een team samen van ervaren project managers en constructie-ingenieurs om het team van de opdrachtgever op de constructiewerf in China gedurende een periode van 33 maanden te ondersteunen. Gedurende de volledige duur van het project staat in Brussel een multidisciplinair back-up team van LNG experten permanent ter beschikking van het project om aan de behoeftes van de klant inzake ontwerpevaluatie of technische assistentie te voldoen.
« Wij waren bijzonder onder de indruk van de aanpak en het professionalisme van Tractebel Engineering. Op grond van wederzijds vertrouwen hebben we vriendschappelijke samenwerkingsverbanden opgezet die garant staan voor het succes van ons project. » Aldus Jin Dong Qi, Directeur-Generaal van Shanghai Natural Gas Pipeline Co.,Ltd
De stad Shanghai
LABORELEC:
nuttige knowhow voor een veralgemeend gebruik van biomassa Een van de specialiteiten van Laborelec is bijstandsverlening aan medeverbrandingsprojecten die elektriciteitscentrales steeds vaker ontwikkelen omwille van de strengere regelgeving. Haar knowhow bestrijkt heel wat domeinen, van de ontwerp- tot de realisatiefase. Twee recente voorbeelden: één in Brazilië, een ander in Polen. De Braziliaanse centrale José Lacerda in Florianopolis gebruikte minderwaardige steenkool als brandstof. Door een wijziging in de lokale regelgeving schakelde ze over op rijststro als aanvullende brandstof, nadat het voor de landbouwers verboden werd om hun rijstvelden na de oogst te verbranden. “We hebben een voorafgaande haalbaarheidsstudie uitgevoerd over de bijstook van rijststro in steenkoolgestookte centrales”, vertelt Patrick Allard van Laborelec. “Daarna hebben we de lokale exploitant geholpen bij het opstellen van de technische specificaties voor de vereiste bijkomende uitrustingen.
“We hebben het meest efficiënte opslagsysteem geïdentificeerd, en ook de beste manier om het brandstofmengsel klaar te maken en in de verbrandingsketel te injecteren.” Patrick Allard, Laborelec
We hebben het meest efficiënte opslagsysteem geïdentificeerd, en ook de beste manier om het brandstofmengsel klaar te maken en in de verbrandingsketel te injecteren.”
Een toonbeeld van veiligheid De acht eenheden van de elektriciteitscentrale Polaniec verbrandden al een mengsel van steenkool en houtkorrels, maar daarnaast werd ook biomassa uit de landbouw bijgestookt zoals stro of zonnebloemresten. Vanaf 2015 verandert echter de regelgeving en mag er enkel nog landbouwafval bijgestookt worden. Laborelec werd door de lokale exploitant aangezocht om de omschakeling van hout op biomassa afkomstig van landbouwafval te bestuderen. Er werden daarvoor twee gelijktijdige studies uitgevoerd: de eerste om het risico op verstopping van de branders te evalueren, de andere om de haalbaarheid van een gescheiden injectiecircuit voor biomassa te bekijken. “We hebben daarbij de risico’s op corrosie, aankoeking en verslakking bestudeerd die met verschillende vormen van biomassa samenhangen, zoals bijvoorbeeld tarwestro, koolzaad, zonnebloemresten, fruitschillen, enz.,” preciseert Yves Ryckmans van Laborelec. “Ook hebben we de veiligheid van de installaties verbeterd door aanpassingen aan de opslag- en toevoersystemen van biomassa voor te stellen om op die manier het brand- of ontploffingsrisico aanzienlijk te beperken. We wilden daarmee van de centrale een toonbeeld van veiligheid maken.”
De centrale José Lacerda in Florianopolis, Brazilië
ONZE KNOWHOW ALS EXPORTPRODUCT
52/53
COFELY
COFELY FABRICOM:
één van de grootste offshore windparken ter wereld
Installatie van een HS-onderstation in het grootste offshore windpark ter wereld in de Noordzee
Europese leider in modulebouw In de Noordzee komen er steeds meer windparken bij. Cofely Fabricom is nauw betrokken bij hun ontwikkeling dankzij haar ervaring met de modulaire bouw van HS-onderstations.
Het grootste offshore windpark ter wereld bevindt zich momenteel in de trechtermonding van de Theems, voor de Engelse kust. Het park, dat London Array werd gedoopt, telt 341 windturbines die samen een vermogen van 1 000 MW ontwikkelen, voldoende om 750 000 Britse gezinnen van elektriciteit te voorzien. Dit windpark draagt bij aan een verminderde CO2-uitstoot van bijna 1,9 miljoen ton per jaar. Cofely Fabricom heeft beide offshore HS-onderstations van het park ontworpen, gemonteerd en geïnstalleerd. Hier komt de elektriciteit aan die door de turbines wordt opgewekt en wordt de spanning ervan opgevoerd. Van daaruit wordt de elektriciteit in de transmissienetten geïnjecteerd via een onderzeese kabel die met het land verbonden is. Dit project kadert perfect in de commerciële strategie van Cofely Fabricom voor wie offshore windturbineparken een belangrijke groeimarkt betekenen. Naast London Array heeft Cofely Fabricom talrijke andere offshore windturbineprojecten gerealiseerd (Belwind, C-Power, West of Duddon Sands, Humber Gateway) en werkt ze momenteel ook nog aan andere projecten. De technologische creativiteit van haar teams en haar jarenlange ervaring met modulaire bouwtechnieken hebben Cofely Fabricom doen uitgroeien tot een toonaangevende speler voor de bouw van offshore HS-onderstations.
Een modulair gebouwde fabriek doet een beetje denken aan het Meccanospel uit onze kindertijd: op de Module Construction Yard in Hoboken vervaardigt Cofely Fabricom afzonderlijke elementen, voorziet ze van de nodige uitrustingen en zendt ze per schip naar hun bestemming waar ze in elkaar gezet worden. Cofely Fabricom is al twintig jaar in deze sector actief en beschikt over een gespecialiseerde vestiging, ideaal gelegen aan de oever van de Schelde met rechtstreekse toegang naar zee. “Modulebouw biedt heel wat voordelen”, verduidelijkt Jef Verdickt van Cofely Fabricom. “Uitstekende kwaliteit, hogere productiviteit, beperkte veiligheidsrisico’s, enz. Voor de offshore markt is modulebouw een logische keuze.” Cofely Fabricom is eigenlijk groot geworden met moduleprojecten op land. Haar belangrijkste klanten behoren tot de aardolie- en gassector die destijds fabrieken aan de oevers van de Noordzee wilden bouwen. Grootste klant: Statoil, de Noorse onderneming voor gas- en oliewinning. Voor deze klant bouwde en assembleerde Cofely Fabricom de vloeibaarmakingseenheid voor aardgas Snovhit op het afgelegen eiland Melkøya, boven de poolcirkel. Een module van 64 m hoog en 3 000 ton zwaar werd naar het uiterste noorden van Noorwegen verstuurd. Mettertijd is Cofely Fabricom zich meer en meer op offshore projecten gaan toeleggen, meestal windturbineparken op volle zee. “Offshore modules zijn vaak volledig autonome installaties. Er komen meer technische disciplines bij kijken en de installaties worden tot in de kleinste details getest. Er wordt niets aan het toeval overgelaten.”
Cofely Fabricom gooit hoge ogen in aardolie-exploratie met Swift 10 SWIFT 10, het hoogtechnologische boorplatform voor het ontsluiten van kleine aardolie- en gasvelden in het zuiden van de Noordzee, is operationeel sinds 2011. Het platform breidt het aanbod van Cofely Fabricom voor exploratie en winning aanzienlijk uit.
SWIFT 10, gebouwd voor de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) door Swift Drilling, een joint venture tussen Cofely Fabricom Oil, Gas & Power en de Groep Van Es, is speciaal ontworpen voor gebruik in het zuiden van de Noordzee. Het is technisch aangepast aan de omstandigheden in dit gebied en het telt een bemanning van amper 50 tot 60 personen, de helft van een traditioneel boorplatform. Dit automatisch heffend platform is een sterk staaltje van innovatieve technologieën die de werking veiliger, efficiënter en rendabeler maken. Zijn vier grote en beweegbare poten steunen op de zeebodem en zijn drijvend platform maakt boringen mogelijk in ondiepe wateren.
ONZE KNOWHOW ALS EXPORTPRODUCT
54/55
COFELY
ESA gunt Cofely Services een blik in de ruimte
“De SWIFT 10 is een primeur op vele vlakken”, benadrukt Hans Holkenborg, Managing Director bij Swift Drilling. “Dankzij de doorgedreven automatisering en robotisering halveren we het aantal manuele handelingen en dus ook de blootstelling aan allerlei risico’s. Zo is er bijvoorbeeld maar één kraan in plaats van de gebruikelijke drie of vier. Door de lagere operationele kosten wordt het ook mogelijk om kleinere velden aan te boren, iets wat voor grotere platforms onrendabel is.” De engineering en de bouw van SWIFT 10 heeft 3 jaar geduurd.
Swift 10 in enkele cijfers Vermindering van
31 000 tot 3 000
6 500 meter maximale boordiepte
handelingen in vergelijking met een traditioneel platform
40 x 67 x 5,5 m afmetingen
45 meter maximale diepte zeebodem
De Europese ruimtevaartorganisatie ESA heeft het volledige technisch beheer van haar centrum in Noordwijk (Nederland) toevertrouwd aan Cofely Services. Het gaat om haar grootste vestiging waar onder meer satellieten vóór hun lancering in reële omstandigheden worden getest.
Het European Space Research and Technology Centre (ESTEC) in Noordwijk (Nederland) is de grootste vestiging van de ESA, de Europese ruimtevaartorganisatie. In deze ‘kraamkamer’ van Europese ruimtevaartactiviteiten worden de meeste ESA-projecten geboren en door de verschillende fasen van hun ontwikkeling geleid. Dat geldt in het bijzonder voor tests op satellieten die vervolgens door het ESA worden gelanceerd van op de bases in Kourou (Guyana) en Bajkonoer (Kazachstan). De satellieten worden er blootgesteld aan verschillende omstandigheden (hitte, koude, wrijving, druk, vacuüm, trillingen) en aan de elektromagnetische invloeden waaraan ze in de ruimte onderhevig zullen zijn.
Cofely Fabricom bouwt een multibrandstoffencentrale voor Nuon Voor dit type klanten is een goed verloop van deze hoogtechnologische proeven van primordiaal belang. Defecten of storingen zijn uit den boze: de klant moet op het juiste ogenblik over alle nodige installaties kunnen beschikken. Schade aan de satellieten kunnen immers tot in de miljoenen euro oplopen. Het ESA heeft Cofely Services aangezocht voor het volledige technisch beheer, 24 uur op 24, van deze 40 hectaren grote vestiging, meer bepaald van de laboratoria en het testcentrum. In totaal werken 2 700 mensen in gebouwen die een oppervlakte van 150 000 m2 beslaan. Het contract van 3 jaar omvat zeer strenge veiligheidsnormen alsook een belangrijk luik rond energieefficiëntie. Cofely Services heeft hiervoor een team van 27 specialisten uitgestuurd die over een alarmsysteem op afstand beschikken om de maximale beschikbaarheid van de installaties te kunnen waarborgen. Cofely Services neemt alle utilities van de gebouwen van het ESTEC voor haar rekening: perslucht, verlichting, hoogspanning, enz. Bovendien waakt ze over de ondoordringbaarheid van de cleanrooms voor stof en kleine deeltjes die de satellieten zouden kunnen beschadigen.
Cofely Fabricom zal voor rekening van Nuon instaan voor het globale beheer van de bouw van een multibrandstoffencentrale van 1 300 MW in Eemshaven (Nederland), alsook voor de installatie van hulpuitrustingen en power islands in het gasgedeelte van de centrale. Elektriciteitscentrales met schone steenkool, hernieuwbare energiebronnen, milieuvriendelijke technologieën… trekken over heel Europa steeds grotere investeringen aan. Cofely Fabricom is bij een groot aantal projecten betrokken dankzij haar multitechnische knowhow in installaties, montage en modulebouw. Als marktleider van een consortium haalde Cofely Fabricom een belangrijk contract binnen ter waarde van 250 miljoen euro voor de bouw van de Nuon Magnum centrale in Eemshaven (Nederland) die een capaciteit van 1 300 MW zal ontwikkelen.
ONZE KNOWHOW ALS EXPORTPRODUCT
56/57
COFELY
Schiphol, Toronto en Roissy kiezen voor Cofely Services
Het Magnum project in enkele cijfers
250 miljoen euro Een contract van 250 miljoen euro voor het consortium aangevoerd door Cofely Fabricom
1 300 MW
om meer dan 2 miljoen gezinnen van stroom te voorzien
Met de ervaring die zij heeft opgebouwd in het onderhoud en beheer van 35 internationale luchthavens is Cofely Services stilaan uitgegroeid tot een onmisbare partner voor luchthavenlogistiek. Onlangs nog werden er nieuwe contracten getekend met, onder meer, de luchthavens Schiphol in Amsterdam, Pearson International in Toronto, Charles de Gaulle in Parijs en Brussel-Nationaal.
“Dit project illustreert onze ambitie om uit te groeien tot een toonaangevende leverancier van industriële installaties met een hoog energierendement en uitstekende milieuprestaties.” Xavier Sinéchal, CEO van Cofely Benelux Deze hoogtechnologische multibrandstoffencentrale zal op termijn elektriciteit produceren op basis van aardgas, biomassa en schone steenkool. Ze zal meer dan 2 miljoen gezinnen van elektriciteit voorzien met een beter rendement dan de klassieke steenkoolcentrales en met minder CO2-uitstoot. “Dit project is een perfecte illustratie van onze ambitie om uit te groeien tot een toonaangevende leverancier van industriële installaties met een hoog energierendement en uitstekende milieuprestaties”, benadrukt Xavier Sinéchal,
CEO van Cofely Benelux. Het project waarvoor Cofely Fabricom en haar partners aan boord werden gehaald, heeft betrekking op het gasverbrandingsgedeelte van de centrale en meer specifiek op de installatie van de productie-eenheid zelf en de gemeenschappelijke hulpuitrustingen. Cofely Fabricom staat in voor het algemene projectbeheer alsook voor de installatie van de pipingsystemen, de mechanische en elektrische installaties, de instrumentatie en andere aanverwante componenten. Ze zal eveneens Nuon ter plaatse bijstand verlenen bij de opstart en de inbedrijfstelling van de centrale.
In Schiphol breidt het vijfjarig contract dat de luchthaven aan Cofely Services toevertrouwde, het bestaande strategische partnerschap uit met een geïntegreerd dienstenaanbod. Ontwerp, beheer, onderhoud, aanpassingen en uitvoering van het project in de terminals en bijgebouwen… Cofely Services zal eveneens de verantwoordelijkheid op zich nemen voor de installaties in de nieuwe gebouwen die op de luchthaven gebouwd zullen worden. In Toronto heeft de luchthavendirectie Cofely Services aangezocht om de bedrijfscontinuïteit van de bagageafhandelingssystemen in twee terminals te garanderen. De oorspronkelijke informaticasystemen die door verschillende leveranciers waren geïnstalleerd, werden gemoderniseerd met behulp van de BagStage software van Cofely Services, zonder te raken aan de gespecialiseerde interface voor vluchtinformatie
en toewijzingsbeheer. Diezelfde software voor bagagebeheer werd eerder al met succes in vele andere luchthavens geïnstalleerd, waaronder die van Moskou, Kaapstad, Montréal, Québec, Nice, Dublin, Brussel, Kunming en China … Op de Parijse luchthaven Roissy-Charles De Gaulle is het aantal uitrustingen waarvan het onderhoud door Cofely Services wordt verzekerd, toegenomen tot 90 GPUs (Ground Power Units) van 400 Hz en 110 vliegtuigslurven. Omdat de onderneming altijd aanwezig is, kan ze ook inspringen bij andere aanvragen, zoals een dringende interventie voor de installatie van vliegtuigslurven in een nieuwe satelliet. In de terminals 1 en 2 onderhoudt Cofely Services meer dan drie systemen voor bagageafhandeling waaronder 9 sorteermachines en een “Early Bag Storage” systeem met een theoretische capaciteit van 7 000 stuks bagage, verdeeld over 180 gangen, 36 rijen en 5 niveaus.
“Cofely Services zal haar internationale knowhow in duurzame technologieën aanwenden om luchthavens naar optimale energieprestaties te begeleiden.”
ONZE KNOWHOW ALS EXPORTPRODUCT
58/59
RU
AU
PE
A STR LIË
AXEL LEVÊQUE
LUC DIETVORST
GDF SUEZ Energy Latin America
GDF SUEZ Australia
Als ingenieur mechanica, afgestudeerd aan de Université Catholique de Louvain, werkte Axel Levêque eerst zes jaar in België, Spanje en Chili in opdracht van Tractebel Engineering. Hij stapte vervolgens over naar de BEEI om het Nehuenco 2 project in Colbun (Chili) te gaan leiden, om daarna directeur operaties bij Enersur (Peru) te worden. Sinds 2008 is hij verantwoordelijk voor business development en de uitvoering van projecten zoals de centrales Chilca (gecombineerde cyclus, 800 MW), Quitaracsa (waterkracht, 112 MW) en ILO (koude reserve,560 MW).
Luc Dietvorst begon zijn carrière in Doel. In 2000 vertrok hij naar Oman als technisch ingenieur voor UPC Manah. “Daar kreeg ik de expatmicrobe te pakken. Van daaruit vertrok ik in 2002 naar Abu Dhabi als directeur onderhoud van de centrale Al Taweelah A1. Vervolgens zette ik mijn odyssee in het Midden-Oosten verder door achtereenvolgens te werken in Dubai, in Oman als directeur-generaal van STOMO en in Qatar als directeur operaties van Ras Laffan C. In april 2011 heb ik de regio verlaten en de oversteek naar Australië gemaakt waar ik de directie op me nam van de centrale en steenkoolmijnen van Hazelwood Power.“
DIA
TH
van de wereld
A NAD
IN
5 BELGEN in de vier windstreken
CA
6 BELGEN IN DE VIER WINDSTREKEN VAN DE WERELD
PETER VAN PRAET
ANNE HARVENGT
Cofely Toronto
Tractebel Engineering, India
“Mijn carrière in de Groep is in 2001 begonnen bij Cofely. Na verschillende jaren in uiteenlopende operationele functies werd me in 2008 de kans geboden om de oprichting van een joint venture tussen Cofely en Besix in het Midden-Oosten in goede banen te leiden. Een onderneming vanuit het niets uit de grond opzetten in een volstrekt nieuwe omgeving, was een intensieve ervaring met als hoogtepunt het binnenhalen van een contract voor het beheer en het onderhoud van de Burj Khalifa Tower in Dubai. Deze hoogste toren ter wereld, reikt 820 meter hoog”. Eind 2010 is Peter Van Praet vertrokken naar Toronto in Canada om er Cofely verder te ontwikkelen in Ontario en de omliggende Engelstalige regio’s.
Nadat Anne Harvengt in 2004 haar loopbaan bij GDF SUEZ begonnen is als consolidator bij de bedrijfstak Energie Internationaal in Brussel, heeft ze zich in 2010 aangesloten bij het Business Control team van GDF SUEZ Asia te Bankok. Vandaag is ze CEO van Tractebel Engineering in Indië. “Als moeder van twee kinderen wilde ik mijn carrière niet op de achtergrond schuiven. Toen me de kans geboden werd om in het buitenland te gaan werken, hebben we met het hele gezin beslist dat ik ervoor zou gaan.” Volgens Anne zijn ‘vrouwelijke expats’ nog steeds een zeldzame soort omdat ze voor een dubbele uitdaging staan: “zowel op kantoor als thuis beschikbaar blijven.” Haar is het alvast gelukt. “Voor ons gezin is het een onvergetelijke ervaring”, getuigt ze. “En professioneel een enorme verrijking, door al die uitdagingen en veranderingen.”
AIL
AND
GUILLAUME DU BOIS D’ENGHIEN Project Manager, Tractebel Engineering, Thailand Als burgerlijk werktuigkundig ingenieur vervoegde Guillaume du Bois in 1998 het Tractebel Engineering team. “Na tien jaar werken in Brussel, eerst in de klassieke energie, dan in de kernenergie, gevolgd door een terugkeer naar de thermische energie met inbegrip van de technische ondersteuning voor de ontwikkeling van de nieuwste generatie steenkoolcentrales in Duitsland en Nederland, kreeg ik de kans om mijn carrière een vervolg te geven in onze Poolse dochteronderneming in Katowice”. Doelstelling: haar ontwikkeling ondersteunen binnen de sector van thermische centrales, zij het in een zeer competitieve markt, maar met een hoog potentieel gezien de enorme behoeften aan nieuwe productie-eenheden in dat land. “Vijf jaar en een aantal goede referenties later, verliet ik met veel emoties mijn Poolse collega’s om mijn nieuwe Thailandse collega’s te ontmoeten in onze dochteronderneming in Bangkok.” Een nieuw avontuur dat kon (her)starten …
60/61
Onze klanten De dochterondernemingen van GDF SUEZ spreken veeleer over partners dan over klanten. Onze partners mogen rekenen op een persoonlijke benadering bij het vinden van de meest aangewezen oplossing voor hun specifieke behoeften: een rationeler energieverbruik, investeren in hernieuwbare energie, onderhoud van installaties, bevoorradingszekerheid of een op maat gesneden dienstenaanbod. Enkele getuigenissen.
ONZE KLANTEN
62/63
INFRASTRUCTUREN
INFRASTRUCTUREN De HST zet u af op de luchthaven Sinds juni 2012 stopt de HST aan de luchthaven van BrusselNationaal. Dat was ook de bedoeling van het Diabolo project: de luchthaven verbinden met het HST-traject tussen Brussel en Antwerpen. Dit project bestaat uit twee luiken: een stuk autoweg en een stuk spoorweg.
Via een tunnel onder de landings- en startbanen komen de treinen aan in het ondergrondse station dat fors werd vergroot.
Het “luik van het project over de weg” beoogt in de eerste plaats een betere toegankelijkheid van de luchthaven. Cofely Fabricom is onder meer verantwoordelijk voor de openbare verlichting, de bekabeling, de communicatie-infrastructuur, de dynamische verkeerssignalisatie en de inrichting van kruispunten. En daarmee hield het niet op: Cofely Fabricom werd ook aangezocht voor de plaatsing van de informatica-installaties in de spoorwegtunnels en het uitgebreide station. Het gaat daarbij om de branddetectie, de bewakingscamera’s, de toegangscontrole, de noodtelefoons, de dynamische begeleiding van evacuaties, de lokalisatie van de treinen, enz. Een verzameling van elektromechanische apparatuur met een totale waarde van 65 miljoen euro. Voor de uitvoeringsplannen tekende dan weer Tractebel Engineering.
Tractebel Engineering aan hoge snelheid Het Belgische HST-net maakt deel uit van een groots opgezet internationaal plan voor snelle treinverbindingen. In België bestrijkt het net een totale lengte van 310 km, waarvan 190 km nieuwe lijnen en 120 km bestaande lijnen die aangepast en gemoderniseerd werden. Voorts omvat het HST-net 90 waterwerken, 300 bruggen, 22 viaducten met een totale lengte van 15 km en 4 tunnels met een totale lengte van meer dan 11 km. Voor de uitvoering en de coördinatie van het project hebben de NMBS en Transurb Consult een gemeenschappelijke dochteronderneming opgericht: TUC RAIL, met ongeveer 500 werknemers verspreid over geïntegreerde teams. Tractebel Engineering heeft 70 werknemers naar TUC RAIL gedetacheerd.
Technum, mobiliteitsexpert Het mobiliteitsplan dat uitgewerkt werd om de verhuis van GDF SUEZ en Electrabel naar de nieuwe Brusselse hoofdzetel in goede banen te leiden, berust grotendeels op de expertise van Tractebel Engineering. Onder de merknaam Technum voert deze onderneming studies uit rond mobiliteit, milieu-impact en ruimtelijke ordening.
Technum voerde eerst een enquête uit bij het personeel om het mobiliteitsprofiel van elke medewerker te bepalen aan de hand van een studie van al zijn/haar verplaatsingen. Na analyse van de resultaten konden de reikwijdte en ambities van het mobiliteitsplan vastgelegd worden. Technum stelde vervolgens een aantal maatregelen voor, budgettair nauwkeurig bestudeerd, die uiteindelijk in het Let’s Choose plan uitmondden. Dit plan wil werknemers aanmoedigen om hun auto in te ruilen voor het openbaar vervoer of alternatieve transportmiddelen voor hun woonwerkverkeer. Wie zijn/haar parkeerplaats opzegt, geniet van het vrijgekomen budget – vermeerderd met een premie – om een aantal voordelen te kiezen. Sommige van die voordelen hebben betrekking op het woon-werkverkeer (vb. treinabonnement 1ste klasse, elektrische fiets…), andere houden dan weer verband met hun persoonlijke situatie of behoeften. De specialisten van Technum hebben ook de interactieve computertoepassing ontwikkeld waarmee iedereen zijn eigen pakket kan samenstellen, binnen het mobiliteitsbudget waarover hij/zij mag beschikken.
ONZE KLANTEN
64/65
INFRASTRUCTUREN
Volautomatisch openen van de bruggen van de Haven van
De Craeybeckx-tunnel verlicht aan halve
prijs
Antwerpen
In het kader van het ARGUS-project, heeft de Haven van Antwerpen in 2013 het ontwerp en de opvolging van de installatie van de automatische controle van de beweegbare bruggen en sluizen aan Tractebel Engineering toevertrouwd. De geïmplementeerde oplossing maakt gebruik van een combinatie van meetinstrumenten en technologieën om mensen, voertuigen of schepen te detecteren. Het doel is om een maximale veiligheid en efficiëntie te verzekeren bij het volautomatisch openen en sluiten van de bruggen en de sluizen.
Veilige autotunnels Om te voldoen aan de Europese Richtlijn betreffende de grote verkeerstunnels, heeft het Vlaamse Gewest Cofely Fabricom opgedragen om deze ruimtes te beveiligen om ongevallen en rampen te voorkomen. Cofely Fabricom heeft diverse studies uitgevoerd, veiligheidsplannen uitgeschreven, een Vlaams Tunnelcentrum uitgebouwd en de Kennedytunnel in Antwerpen en de Craeybeckx- en Vierarmentunnel ten oosten van Brussel gemoderniseerd. Het Tunnelcentrum zal een controlekamer omvatten die alle tunnels 24u op 24 zal bewaken. Bij een ongeval kunnen de operatoren de betreffende tunnel onmiddellijk afsluiten voor het verkeer door de verkeerssignalisatie vanop afstand te wijzigen. Voor de uitvoering van de voornoemde studies heeft Cofely Fabricom nauw samengewerkt met Tractebel Engineering.
Een team van Cofely Fabricom werd door de Vlaamse overheid aangezocht om de verlichting in de 1 600 meter lange Craeybeckx-tunnel, die de autoweg E19 met de Antwerpse ring verbindt, in twee fasen te vervangen. De aanbesteding omvatte de levering en de installatie van 3 260 verlichtingsarmaturen met een hoog lichtrendement. Het resultaat is ronduit indrukwekkend: de installatie verbruikt nu 51% minder energie dan voorheen en ook de onderhoudskosten liggen aanzienlijk lager. Een lichtend voorbeeld voor andere tunnels.
Overstromingsgevaar in Vlaanderen
onder de loep
In overeenstemming met de Europese richtlijn betreffende Overstromingsrisico’s (ROR) is de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) begonnen met studies die overstromingsgebieden en –risico’s in Vlaanderen in kaart moeten brengen en in risicobeheerplannen moeten uitmonden. Ze heeft de deskundigen van Tractebel Engineering (IMDC) in de arm genomen om die studies uit te voeren in de vijf Vlaamse provincies die door talloze beken en rivieren doorkruist worden. Elke studie bestrijkt een belangrijk aantal waterlopen waarvoor waterkundige modellen werden ontworpen.
Inclusief de meest extreme scenario’s
Discrete en slimme openbare
verlichting
Laborelec test nieuwe systemen voor het beheer van openbare verlichting, die het mogelijk moeten maken om de lichtsterkte op bepaalde plaatsen en tijdstippen aan de lokale omstandigheden aan te passen. Ook worden er sensoren getest om de verlichting aan de verkeersdrukte aan te passen, om op die manier minder energie te verbruiken. Andere studies hebben dan weer betrekking op systemen die de netoperator kunnen waarschuwen wanneer een verlichting defect is zodat ze sneller hersteld kan worden .
Op basis van deze modellen kunnen er simulaties worden uitgevoerd voor verschillende waterdebieten en niveaustijgingen, rekening houdend met de zowel huidige als toekomstige situaties die door de klimaatwijziging kunnen ontstaan. Zelfs de meest extreme scenario’s werden in overweging genomen. De kaarten van overstromingsgebieden zijn gebaseerd op deze simulaties. Om de kaart van overstromingsrisico’s op te stellen, berekent men de schade die bij uiteenlopende niveaustijgingen en terugvloeitijden kan ontstaan. De risicozones zijn duidelijk afgebakend zodat doelmatige beschermingsmaatregelen uitgewerkt kunnen worden op basis van een kosten-batenanalyse.
De overstromingsgebieden en overstromingsrisico’s zullen tegen eind 2013 in kaart gebracht zijn.
ONZE KLANTEN
66/67
INFRASTRUCTUREN
Cofely Fabricom maakt De Lijnbussen
slim
De Vlaamse vervoermaatschappij De Lijn rust zich uit met een nieuw systeem voor ticketbeheer, compleet met chipkaarten, optische lezers en boordcomputers, om verplaatsingen binnen haar net te vereenvoudigen. Cofely Fabricom werd aangezocht om 4 500 boordcomputers, evenveel touchscreens, 12 000 chipkaartlezers en 65 ticketautomaten in de bussen te installeren. Ze zal ook instaan voor het onderhoud van de installaties na hun ingebruikname. Dit project is sterk geïnspireerd door de ervaringen die zij opdeed bij de installatie van terminals in 2500 bussen van de Waalse maatschappij TEC.
“De klassieke kaartjesverkoop zal stilaan worden vervangen door een systeem van smartcards, optische lezers en boordcomputers.”
Duurzamere sluizen dankzij Cofely
De ontbrekende schakel in het Vlaamse wegennet
Fabricom
Cofely Fabricom participeert met drie andere partners in de bouw van nieuwe sluizen in Harelbeke, die zijn eigen energiebehoefte zal produceren. Dit contract dat in juni 2013 ondertekend werd, omvat de architectuur, de engineering en de bouw van de nieuwe sluizen op de Leie. Dit project zorgt voor een volledige herziening van het centrum van Harelbeke, gelegen in de regio van Kortrijk. De nieuwe sluizen zullen de doorvaart van grotere schepen mogelijk maken zonder dat de stad aan toegankelijkheid hoeft in te boeten.
Fabricom Cofely is verantwoordelijk voor alle elektromechanische werken aan de verschillende sluizen met inbegrip van de vergrendeling van de verschillende poorten en de regulering van het waterpeil. De nieuwe sluizen zullen 230 meter lang zijn en schepen tot 4500 ton kunnen toelaten. De installatie zal voorzien zijn van een waterkrachtcentrale om energie op te wekken en zo veel mogelijk CO2uitstoot te vermijden. Cofely Fabricom werd gekozen om haar ervaring in waterwerken en Archimedes schroefpompen.
De A11-verbinding is één van de ontbrekende schakels (missing links) in het wegennet die het Vlaamse Gewest op de prioriteitenlijst heeft gezet. Deze nieuwe autoweg moet twee belangrijke verkeersaders – de N31 in Brugge en de N49 in Westkapelle – met elkaar verbinden. De grote uitdaging van dit project bestaat erin om een kwalitatief hoogstaande milieu-integratie te voorzien, vooral in het kwetsbare polderlandschap. De integratie in het landschap is dan ook van essentieel belang. De aanleg voorziet in bufferzones en in het behoud van waardevolle natuurgebieden en landschappen. De geluidshinder wordt opgevangen door de plaatsing van geluidsschermen. De A11 zal spoorweglijnen, een kanaal, secundaire wegen, leidingen die van nationaal belang zijn en complexe waterbouwkundige structuren kruisen. Het project omvat meer dan 60 engineeringswerken van burgerlijke bouwkunde zoals een beweegbare brug, twee viaducten en tunnels. De optimalisatiestudie werd toevertrouwd aan Technum en moest een optimaal tracé opleveren vanuit technisch en stedenbouwkundig oogpunt. De studie diende als uitgangpunt voor de latere studies rond diverse aspecten van het project en is uiteindelijk uitgemond in een bouwbestek voor de infrastructuur.
« Cofely Fabricom helpt haar klanten om vorm te geven aan de wereld van morgen. Daarom investeren we in duurzame groei. Dit project bevordert de economie door de toegankelijkheid voor grotere schepen mogelijk te maken, terwijl de gekozen technieken ook duurzamer zijn. »
Mark Dirckx, Directeur-Generaal van Cofely Fabricom.
ONZE KLANTEN
68/69
ONZE TERTIAIRE KLANTEN
ONZE
TERTIAIRE KLANTEN
Onmiddellijke energiebesparingen bij
Euler Hermes Sint-Elisabeth ziekenhuis in de watten gelegd Met de toenemende vergrijzing van de bevolking is er steeds meer nood aan verzorgingstehuizen. Ziekenhuizen zien zich geconfronteerd met de noodzaak om hun opvangcapaciteit te vergroten en te investeren in gebouwbeheersystemen (GBS) voor een optimaal patiëntencomfort, minder energieverbruik en onderhoud. Dankzij haar uitgebreide ervaring in de ziekenhuissector werd Cofely Fabricom geselecteerd voor de uitvoering van de elektriciteitswerken in de nieuwe vleugel van het Sint-Elisabeth ziekenhuis in Ukkel, alsook voor de installatie van het gebouwbeheersysteem. De werken omvatten onder meer een volledige verlichtingsinstallatie, de noodvoeding en diverse zogeheten ‘zwakstroominstallaties’ zoals branddetectie, videobewaking, toegangscontrole, computerbekabeling, oproepsystemen voor het verplegend personeel, enz. De nieuwe vleugel telt ook 25 VIP-kamers, ontworpen door architect Pinto.
Euler Hermes is wereldwijd de nummer één in kredietverzekering. In België maar ook daarbuiten hecht de onderneming veel belang aan een zuinig energieverbruik en een verkleining van haar ecologische voetafdruk. “Om systematisch mogelijke energiebesparingen te kunnen opsporen, werken we samen met Electrabel”, verklaart Stéphane Van Bever, General Services Manager. Eind 2008 opteerde Euler Hermes voor een energieaudit van haar kantoren. Electrabel voerde een Photo Scan uit, of een visuele inspectie van de energiestromen en van hun gebruik, gevolgd door een uitvoerig verslag. De audit bracht mogelijke energiebesparingen aan het licht ter hoogte van de ventilatie, de verwarming, de koeling en de verlichting. En voor elke aanbevolen maatregel gaf Electrabel ook een raming van de potentiële besparing. “De maatregelen hebben onmiddellijk geleid tot een daling van ons energieverbruik met 10%. En dat zonder al te grote investeringen”, verduidelijkt Stéphane Van Bever.
Groenere datacenters Hoewel van strategisch belang, verbruiken de datacenters ontzettend veel energie. Groene datacenters zijn computer datacenters waarvan de systemen voor klimaatregeling, de elektrische systemen, de verlichtingssystemen en de computersystemen speciaal ontworpen zijn met het oog op een maximale energie-efficiëntie. In de afgelopen jaren heeft Cofely zijn ervaring sterk kunnen opbouwen in de sector van de datacenters zowel wat betreft de ontwikkeling als de verbetering van hun werking. Dankzij de knowhow van een honderdtal medewerkers optimaliseerden we de installaties van grote bedrijven zoals Euroclear, IBM, Interxion en BNP Paribas Fortis. In Luxemburg heeft Ergolux in partnerschap met onze zusteronderneming Cofely Solelec de Compagnie luxembourgeoise des Postes & Telecommunication bijgestaan tijdens de bouw van een datacenter in Betzdorf. Dit datacenter is momenteel één van de meest ecologische in Europa. Zonder ons groene datacenter Crealys in Gembloux (BE) te vergeten, of dat van Cofely in Maastricht (NL), dat door middel van een grensoverschrijdend glasvezelnetwerk onderling verbonden is met twee Duitse datacenters binnen het kader van het EuegIX project.
ONZE KLANTEN
70/71
ONZE TERTIAIRE KLANTEN
Publiek-private partnerschappen stimuleren investeringen PPP of publiek-private partnerschappen zijn een originele samenwerkingsvorm waarmee openbare besturen met minder geld méér kunnen investeren in het welzijn van hun medeburgers. Een voorbeeld: de bouw, het beheer en het onderhoud van gemeentelijke sportcentra door de Groep Sportoase, opgericht door Cofely Services en het bouwbedrijf Van Roey, in het kader van PPP met een aantal gemeentebesturen. Hierdoor kan geïnvesteerd worden in meer en betere faciliteiten. De 2 recentste Sportoase centra Knokke-Heist en Braine-le-Compte omvatten een zwembad, een fitnesscentrum en andere recreatieve voorzieningen die niet gefinancierd hadden kunnen worden met enkel openbaar geld. Als tegenprestatie geniet Cofely Services van een onderhoudscontract dat zowel het technisch beheer als het energiebeheer van het sportcentrum omvat gedurende 30 jaar. Gelijkaardige langlopende partnerschappen werden gesloten met andere overheidsinstellingen zoals de maatschappij De Lijn voor haar stelplaatsen in Brugge, Overijse en Zomergem. Cofely Services zal er 25 jaar lang instaan voor het technisch onderhoud van de elektriciteitsinstallaties en HVAC-systemen.
Brugge gaat groen met AlpEnergie De stad Brugge heeft met Electrabel een AlpEnergie contract gesloten voor de levering van elektriciteit die voor 100% met hernieuwbare energiebronnen is opgewekt. Michel Forrest, ambtenaar bij de energiedienst van de stad, geeft tekst en uitleg.
Hoe past hernieuwbare energie in de strategie van de stad? De aankoop van hernieuwbare energie kadert in een ruimer energieplan dat we enkele jaren geleden hebben ingevoerd. Zo proberen we momenteel om een “groene sleutel” voor ons Groeninge museum te krijgen. Het gaat hier om een internationaal label voor toerisme en recreatie dat voor het eerst aan een Vlaams museum zou toegekend worden. Groene elektriciteit is daarvoor één van de hoofdvereisten.
Europa heeft duidelijke doelstellingen opgelegd voor hernieuwbare energie en minder CO2-emissies. Waarom wil u méér doen dan wettelijk verplicht? Een stad heeft een voorbeeldfunctie voor haar inwoners. Dat was voor ons reden genoeg om voor hernieuwbare energie te kiezen, ook al is dat momenteel nog een duurdere keuze.
MICHEL FORREST ambtenaar bij de energiedienst van de Stad Brugge
De aankoop van hernieuwbare energie blijft iets heel abstracts hebben. Hoe communiceert u daarover? Ik krijg daarover soms de gekste vragen. Sommige mensen vragen me of groene stroom ook echt groen is van kleur. Het is heel moeilijk om concreet uit te leggen hoe de vork in de steel zit. We communiceren over het standpunt van de Stad, over hernieuwbare energie en over de redenen waarom we voor AlpEnergie hebben gekozen, zonder verder in details te treden. De steun die AlpEnergie op het vlak van communicatie bood, is ook bepalend geweest voor onze keuze.
VOO betreedt het digitale tijdperk De kans is groot dat onze zuidelijke landgenoten binnenkort een bestelwagen van Cofely Fabricom voor hun deur zien stoppen. Honderdvijftig medewerkers van de onderneming doorkruisen momenteel het Waalse landsgedeelte voor het activeren en/of herstellen van aansluitingen op televisie, breedbandinternet, vaste telefonie en video on demand bij klanten van VOO, de kabeldistributeur van de intercommunale Tecteo. Cofely Fabricom is al meer dan 40 jaar actief in de plaatsing, de ontwikkeling en het onderhoud van het kabelteledistributienet. Dit avontuur krijgt nu zijn vervolg dankzij de hoogtechnologische vooruitgang en vanaf nu plaatsen haar installateurs duizenden digitale decoders.
“Zelfs de afdekplaatjes van de sprinklers zijn kunstwerken: op elk plaatje prijkt een tekst van de Vlaamse schrijver Tom Lanoye.”
Cofely Axima beschermt het MAS in Antwerpen Het Museum aan de Stroom, een spectaculair architecturaal monument met een spiraal van drie stenen kubussen, die 60 meter boven de Schelde uitrijst, zet Antwerpen in de mondiale schijnwerpers. Het MAS is ontworpen als een immens pakhuis van tien verdiepingen met een verticale opeenstapeling van enorme stenen koffers die samen een gigantische wenteltrap vormen. Op de gevels, wanden en plafonds zijn natuurstenen tegels aangebracht in uiteenlopende kleuren die zorgvuldig door de architect zijn uitgekozen. Dit atypische ontwerp vereiste uiteraard heel wat technische hoogstandjes. Cofely Axima kreeg de opdracht toegewezen om de automatische sprinklers voor brandbestrijding te installeren. Met de afmetingen en het gewicht (± 60 kg) van de tegels was dat niet bepaald een sinecure. De sprinklers moesten ingebouwd worden in de tegels die met stalen bouten in het beton verankerd zijn. Eenmaal geplaatst, kunnen ze niet meer gedemonteerd worden. Daarom moest Cofely Axima alle leidingen op voorhand testen op eventuele lekken. Sindsdien heeft Cofely Axima ook nog aan twee andere projecten gewerkt binnen de culturele sector: l’Académie des Beaux-Arts in Mons en het M Museum van Leuven.
ONZE KLANTEN
72/73
ONZE TERTIAIRE KLANTEN
Deli XL dekt zich in tegen stroompannes “Nu zijn we er zeker van dat onze voedingsproducten bij een stroompanne niet in gevaar komen.” Alain Warnier, Buyer Not For Resale, Deli XL
De Energy 24/24 dienst van Electrabel biedt ondernemingen professionele bijstand bij stroomonderbrekingen en waarborgt spoedinterventies indien nodig. Deli XL nam de proef op de som. Hoe luidde het verdict? “Indrukwekkend!” Als marktleider in de Belgische en Luxemburgse cateringsector telt Deli XL bijna 500 werknemers, verspreid over twee vestigingen. “We leveren elke dag honderden ton voedingsproducten aan onze klanten”, verduidelijkt Alain Warnier, Buyer Not For Resale bij Deli XL. “Om de versheid van die producten te verzekeren, mag de koudeketen op geen enkel ogenblik onderbroken worden. Na een te lange stroomonderbreking zouden we genoodzaakt zijn om een groot deel van onze voorraad te vernietigen. Dat betekent een enorm financieel en commercieel risico.” De onderneming, goed voor een jaaromzet van 260 miljoen euro, vond het dan ook geen overbodige luxe om een snelle oplossing achter de hand te houden voor eventuele problemen met de stroomvoorziening. “We hebben met Electrabel een contract gesloten voor energielevering die onder meer voorziet in een spoedinterventie bij stroompannes en de terbeschikkingstelling van noodaggregaten”, vervolgt Alain Warnier. En om de betrouwbaarheid van de leverancier te testen, werd overeengekomen dat Deli XL een stroompanne zou simuleren, zonder verwittiging vooraf. “We deden het op een zaterdag. Enkele uren later waren twee vrachtwagens ter plaatse met tien specialisten en verschillende noodaggregaten. De installatie duurde niet lang: onze koelkasten en diepvriezers hebben hooguit anderhalf uur zonder stroom gezeten, er werd geen temperatuurverlies geregistreerd en er was geen schade aan onze voorraden. We waren vooral onder de indruk van het ingezette materieel.” Deli XL mag voortaan op zijn twee oren slapen: “Nu zijn we er zeker van dat onze voedingsproducten bij een stroompanne niet in gevaar komen. En dat onze bedrijfscontinuïteit gegarandeerd is.”
De interventie in cijfers
1.30u
Stroomonderbreking beperkt tot 1.30u
3 noodaggregaten geïnstalleerd, na minder dan 4u na de oproep
300 x 60 m opslagplaats met airco
Elia en Cofely Fabricom maken vonken! In ons dagelijkse leven is elektriciteit alomtegenwoordig. Mocht het land ooit zonder vallen, zou het totaal verlamd zijn. Om dergelijke apocalyptische toestanden te vermijden heeft Elia, de beheerder van het transmissienet voor elektriciteit, gekozen om te investeren in een modern bewakingssysteem van de kritische hoogspanningsstations. Na een aanbesteding van twintig bedrijven, heeft Elia het contract voor een periode van 3 tot 4 jaar aan Cofely Fabricom toevertrouwd. Dit contract heeft betrekking op de installatie van een geïntegreerd bewakingssysteem voor 20 kritieke hoogspanningsstations en omvat eveneens een preventief en curatief onderhoudsluik. Deze stations, die zonder menselijke tussenkomst werken en verspreid zijn over heel België, garanderen de distributie van onze elektriciteit. Het doel van deze installatie is heel eenvoudig: vermijden dat deze hoekstenen van ons elektriciteitsnet het doelwit worden van kwaadwillige personen.
ONZE KLANTEN
74/75
ONZE INDUSTRIËLE KLANTEN
ONZE
INDUSTRIËLE KLANTEN
AUDITS
Godiva proeft van een waaier van diensten Voor de elektriciteitsvoorziening van zijn Brusselse fabriek ging de pralinemaker met Electrabel in zee. Godiva, zelf zeer bekommerd om rationeel energiegebruik, is vol lof over de service en bijstand van haar leverancier.
Energie is een grote kostenpost bij Godiva, vooral in haar Brusselse fabriek. Die verbruikt ongeveer 6 000 MWh per jaar, en dat heeft allemaal te maken met het productieproces. Om bewerkt te kunnen worden, moet de chocolade op een temperatuur van 55 graden worden gebracht en
“Rationeel energiegebruik is een onderdeel van onze bedrijfscultuur. Met Electrabel hebben we een partner gevonden die ons daarin nog verder kan helpen.” Yves Bourdonge, Senior Procurement Manager, Godiva
gehouden, terwijl de afgewerkte pralines om een heel wat koudere en constante temperatuur vragen. In alle werkplaatsen schommelt de temperatuur dan ook tussen 16 en 18 graden. En dan zijn er uiteraard ook nog de talrijke machines die elektriciteit verbruiken. Het verbaast dan ook niet dat de onderneming bijzonder veel aandacht besteedt aan rationeel energiegebruik. “Het is een onderdeel van onze bedrijfscultuur”, bekent Yves Bourdonge, aankoopverantwoordelijke bij Godiva. “Met Electrabel hebben we een partner gevonden die ons daarin nog verder kan helpen.” Na een offerteaanvraag verlengde Godiva in 2008 haar contract met Electrabel voor de levering van elektriciteit. “De offerte was scherp geprijsd en het contract laat ons toe om zelf vier keer per jaar het ogenblik van prijsbepaling te kiezen”, onderstreept Yves Bourdonge. “Maar het zijn ook de diensten die ons ter beschikking staan, die ons tot een voortzetting van onze samenwerking hebben overtuigd.” Zo kwamen bij een energieaudit nieuwe manieren aan het licht om energie te besparen, waaronder een betere isolatie van de buizen waarlangs de chocolade wordt getransporteerd. Vervolgens heeft Electrabel een lekdetectie in ons persluchtnet uitgevoerd. Yves Bourdonge: “Het voordeel van een energieaudit is dat het potentieel aan energiebesparingen berekend kan worden voordat er effectief maatregelen worden genomen. Vervolgens kunnen we via de Energy Kronos dienst de effecten en de opbrengst van die maatregelen nagaan.” En helemaal in de lijn van de logica van het gevarieerde dienstenaanbod van Electrabel werd er ook een audit uitgevoerd om na te gaan of de plaatsing van zonnepanelen aangewezen zou zijn. “De simulatiesoftware bleek bijzonder efficiënt en leerde ons dat de terugverdientijd van zonnepanelen te lang zou uitvallen”, verduidelijkt Yves Bourdonge. “Maar de context kan elk ogenblik veranderen.”
PARTNERSCHAPPEN
Bij LANXESS
wordt energie gedeeld LANXESS Rubber vervaardigt kunstrubber dat onder meer in banden wordt verwerkt. Het productieproces verbruikt tot 120 ton hete stoom aan 200°C per uur. Tot voor kort werd deze thermische energie geleverd door aardgas- en stookolieketels. Toen die niet langer aan de huidige milieunormen voldeden, koos de onderneming voor een warmtekrachtkoppelcentrale, een oplossing die beter op haar warmte- en energiebehoeften aansloot. Ze ging op zoek naar een partner “die de technologie grondig beheerste, over voldoende investeringsmiddelen beschikte en flexibel genoeg was om maatwerk te leveren, van het ontwerp en tot met de exploitatie.” Electrabel stak met kop en schouders boven de concurrentie uit. De installatie is nu voltooid en ontwikkelt 58 MWe. Bijna de helft van de opgewekte elektriciteit wordt door LANXESS Rubber zelf verbruikt, de rest wordt doorverkocht aan andere klanten. En wat de CO2-uitstoot betreft, die daalde met 80 000 ton per jaar.
ONZE KLANTEN
76/77
ONZE INDUSTRIËLE KLANTEN
AUDITS
Er waait een energiezuinige wind bij ASCO
OPLOSSINGEN
Baxter groener dankzij Cofely Axima
Cofely Axima is al 15 jaar partner van farmareus Baxter en heeft al tal van uitrustingen in haar Belgische vestiging in Lessines geïnstalleerd. Tot de meest recente behoren een warmtekrachtkoppelingseenheid, de HVAC-systemen in de nieuwe productiehallen en de leidingen van de afvalverwerkingssystemen. Baxter is een wereldspeler in gezondheidszorg en ontwikkelt geneesmiddelen voor mensen met complexe aandoeningen. In België bezit de onderneming een belangrijke eenheid in Lessines waar geneesmiddelen vervaardigd worden die afgeleid zijn van bloedplasma en producten die thuisdialyse mogelijk maken. Voorts bevindt zich in Lessines ook een Europees distributiecentrum. Baxter Lessines werd in 1970 opgericht en telde aanvankelijk 370 werknemers op een oppervlakte van 5 000 m2. Nu werken er meer dan 1 600 mensen in een vestiging die 70 000 m2 beslaat… Cofely Axima begeleidt deze groei al langer dan 15 jaar. Zo was zij in 2011
betrokken bij de uitrusting van een nieuw complex van 4 800 m2 voor de verpakking van immunoglobulineconcentraten, oplossingen bestemd voor patiënten met ernstige immunodeficiëntie. Het gebouw sluit aan op de bestaande installaties en is met zijn spitstechnologische uitrustingen een wissel op de toekomst van de vestiging. Cofely Axima had de opdracht een installatie te realiseren die in alle opzichten moest voldoen aan de voorschriften van de Amerikaanse Food and Drugs Administration. Gelet op de kritieke productieprocessen moest er voldoende redundantie worden ingebouwd en terzelfder tijd moesten er zo veel mogelijk energiebesparingen worden gerealiseerd. Cofely Axima installeerde een warmtekrachtkoppelingseenheid met een vermogen van 4,6 MW, waarvan 1 500 kW gerecupereerd wordt vanuit de productie van 10 ton stoom per uur. Ook plaatste zij de HVAC-systemen in de nieuwe productiehallen en de leidingen van de afvalverwerkingssystemen.
ASCO Industries, bouwer van vliegtuigonderdelen, verbruikt veel energie om perslucht voor haar productieprocessen te produceren. Een zwaar doorwegende kostenpost. Een gerichte studie kon het energieverbruik aanzienlijk doen dalen. PARTNERSCHAPPEN
Volvo Gent voortaan ‘zero emission’ plant Volvo Group Belgium is met zichzelf een gedurfde weddenschap aangegaan: haar fabriek in Gent uitbouwen tot de eerste vestiging van de groep waar per jaar 40 000 vrachtwagens van de band rollen zonder de geringste CO2-uitstoot. Electrabel is de uitdaging mee aangegaan. Samen hebben beide ondernemingen 10 miljoen euro geïnvesteerd in een waaier van middelen om hernieuwbare energie te produceren. Er werden drie windturbines geïnstalleerd die de helft van het elektriciteitsverbruik van de fabriek dekken. Electrabel voorziet in het saldo van de elektriciteitsbehoefte met 100% groene stroom. Twee derde van de warmtebehoefte van de fabriek wordt gedekt door een nieuwe biomassaketel die op zijn beurt van de nodige elektriciteit voorzien wordt door zonnepanelen. Het resterende derde wordt geleverd door een ketel die op andere biobrandstoffen werkt.
“Onze vestiging in Zaventem heeft deelgenomen aan het “Auditconvenant” van het Vlaamse Gewest. Dit houdt in dat we een energieaudit hebben laten uitvoeren en op basis van de resultaten hebben we een Energieplan ingediend met een lijst van energiebesparende maatregelen,” legt Jan Van Den Broeck uit, Facilities and Invest Manager bij ASCO Industries. “Er is vastgesteld dat onze persluchtinstallatie verantwoordelijk was voor een groot deel van ons elektriciteitsverbruik. Onze account manager bij Electrabel raadde ons daarop aan om die installatie aan een grondige audit te onderwerpen door middel van een ‘Energy System Review’.” Er werden heel wat metingen uitgevoerd, waarbij het productieproces op geen enkel ogenblik gehinderd werd. Dit leverde heel wat denkpistes op. “Ik was zelf verbaasd over de resultaten. Het potentieel aan energiebesparingen was verrassend
groot”, erkent Jan Van Den Broeck. De ontdekte persluchtlekken op zich waren al goed voor 40% van het totale verbruik. Hun oorzaken zijn intussen aangepakt, door de lekken te dichten zouden we naar schatting 286 MWh per jaar kunnen besparen. Bovendien rekende de studie uit dat de vervanging van de bestaande compressoren door een modernere versie kon leiden tot een bijkomende besparing van 15 tot 40%, met een terugverdientijd van slechts 2,5 jaar. Beter nog: “Er is gebleken dat we beter één grote compressor zouden gebruiken in plaats van verschillende kleine exemplaren. Goed voor een besparing van 330 MWh/jaar, wat overeenkomt met meer dan 31 000 euro. Rekenen we daarbij nog de lagere onderhouds- en herstellingskosten, dan komen we zelfs uit op een besparing van ongeveer 65 000 euro. Zo een buitenkans konden we niet laten liggen”, besluit de manager.
“Ik was aangenaam verrast dat we met een gerichte studie zo veel besparingsmogelijkheden op het spoor konden komen.” Jan Van Den Broeck, Facilities and Invest Manager bij Asco Industries
ONZE KLANTEN
78/79
ONZE INDUSTRIËLE KLANTEN
PARTNERSCHAPPEN
PARTNERSCHAPPEN
Op maat gesneden expansie voor Henco
Praxair gaat voor veiligheid
De Belgische marktleider voor leidingen en aansluitsystemen voor verwarmingsinstallaties had dringend nood aan een nieuwe hoogspanningscabine om zijn groei te kunnen bijbenen. Electrabel schoot Henco te hulp met een oplossing op maat.
“Het is van onschatbaar belang om te kunnen terugvallen op een leverancier die objectief adviseert en projecten van het ontwerp tot de uitvoering kan opvolgen.” Eddy Hendrickx, Voorzitter Directeur-generaal van Henco
In haar vestiging in Herentals produceert Henco jaarlijks ongeveer 100 miljoen meter buizen, leidingen en aansluitsystemen voor verwarmingsinstallaties. De Belgische en Nederlandse marktleider groeide in de voorbije jaren echter zo snel op talrijke nieuwe markten dat de bestaande elektriciteitscapaciteit niet langer volstond. Er werd dan ook overwogen om een nieuwe hoogspanningscabine te installeren. Henco richtte een werkgroep op met de installateur en Electrabel. “Met als opdracht: de beste oplossing vinden om de groeiende energiebehoefte van Henco op te vangen en de impact daarvan op de bestaande infrastructuren te bestuderen”, vertelt Dirk Hemelaer, technisch specialist bij Electrabel. Distributienetbeheerder Eandis maakte een bestek voor alle vereiste werken. Electrabel bestudeerde het bestek om Henco te helpen bij haar besluitvorming. Na goedkeuring van de offerte nam zij de coördinatie van de plaatsing van de nieuwe cabine voor haar rekening. Voor Eddy Hendrickx, Voorzitter Directeurgeneraal van Henco, was het succes van de operatie geen toeval. “We doen al jaren een beroep op Electrabel en we hebben te maken met een perfect op elkaar ingespeeld team. Een team dat onze onderneming steeds beter leert kennen, onze doelstellingen door en door kent en zich moeiteloos weet aan te passen. Het is van onschatbaar belang om te kunnen terugvallen op een leverancier die objectief adviseert en projecten van het ontwerp tot de uitvoering kan opvolgen.”
Praxair Benelux, producent van industriële gassen, is voor haar activiteiten afhankelijk van een bedrijfszekere elektriciteitsinstallatie en een ononderbroken energietoevoer. Om daarvan verzekerd te zijn, koos de onderneming voor Electrabel als ervaren energiepartner. “Door de toenemende complexiteit van onze hoogspanningsaansluiting was het te moeilijk geworden om intern de nodige competenties te vinden voor het bedrijfsonderhoud van de elektriciteitsinfrastructuren die voor onze werking onmisbaar zijn”, verduidelijkt Ben Engels, onderhoudsverantwoordelijke. “Met onze energiepartner is het onderhoud van onze hoogspanningsinstallatie in goede handen”. Electrabel laat haar klanten beschikken over de ervaring die zij bij het onderhoud van haar eigen centrales heeft opgebouwd en biedt hen een allesomvattende service voor al hun elektriciteitsinstallaties.
OPLOSSINGEN
De instandhouding van de koudeketen bij
Exel Logistics
Soms hebben we de neiging om te vergeten dat verse groenten en fruit in de supermarkten een absolute instandhouding van de koudeketen vereisen. Wanneer de opslagplaatsen van waaruit de vrachtwagens met hun ladingen vertrekken, hun koelsystemen wensten te vernieuwen, mocht er geen sprake zijn van een onderbreking van dit koudeketenproces, zelfs niet tijdens de werken! Een uitdaging die Cofely Axima Refrigeration aangegaan is bij Exel Logistics, gevestigd in Nijvel. De aanwezige freon R22 installatie moest om ecologische redenen vervangen worden door een ammoniak/CO2 installatie met een vermogen van 2800 KW. De installatie gebeurde stapsgewijze. Gedurende de periode van hoge activiteit, waren 40 technici aanwezig op de site en de activiteiten van Exel hebben er geen enkele hinder van ondervonden. Cofely Services is eveneens aanwezig ter plaatse om er het dagelijkse onderhoud van de site te verzekeren.
ONZE KLANTEN
80/81
ONZE INDUSTRIËLE KLANTEN
De interventie in cijfers
Roman b(r)ouwt efficiënter aan de toekomst
2 jaar geraamde terugverdientijd
Brouwerij Roman, in 1545 gesticht in Mater (Oudenaarde), produceert een brede waaier van ambachtelijke bieren en frisdranken. Dit familiebedrijf was één van de eerste om te genieten van de voordelen van het Smart Savings Partnership, een totaalpakket van Electrabel voor het invoeren van duurzame en concrete energiebesparingsmaatregelen.
30%
Voor operationeel directeur Carlo Roman schuilen de grootste troeven van het Smart Savings Partnership in de analytische aanpak, de becijferde maatregelen en de knowhow van Electrabel. “Met het expertiseverslag in handen wordt er niet langer in het ijle gediscussieerd
over vage indrukken maar nagedacht over concrete gegevens zoals energieverliezen, besparingspotentieel, nodige investeringen en afschrijvingstermijnen. Het feit dat een buitenstaander het voortouw neemt, spoort ons aan om de nodige stappen te zetten.
per jaar bespaard op verlichting door een compartimentering van de opslagplaatsen
“Met het expertiseverslag in handen wordt er niet langer in het ijle gediscussieerd over vage indrukken maar nagedacht over concrete gegevens zoals energieverliezen, besparingspotentieel, nodige investeringen en afschrijvingstermijnen.” Carlo Roman, Operationeel directeur van Brouwerij Roman
Bij tijdsgebrek om al onze energieprojecten intern te coördineren, is het risico groot dat we ze voortdurend op de lange baan schuiven.” Electrabel beperkt zich niet tot het delen van haar knowhow, ze begeleidt ook projecten tot aan de uitvoering. “De maandoverzichten van onze energie-uitgaven wijzen ondubbelzinnig op een lager verbruik”, stelt Carlo Roman tevreden vast. De aanpassing van de verlichting door het compartimenteren van de opslagplaatsen heeft een besparing van 30% per jaar opgeleverd. Door de ketel met een warmterecuperator uit te rusten, verhoogde zijn rendement en kon een bijkomende energiebesparing van 10% gerealiseerd worden. En, voegt de operationeel directeur eraan toe, “de terugverdientijd zou wel eens korter kunnen uitvallen dan in het auditverslag was voorspeld.”
Armacell vindt
de energie om haar
methodes om te gooien Armacell Benelux is wereldleider in flexibel isolatiemateriaal voor de autosector, de bouwsector, de koelsector en zonne- en windenergie. Milieubescherming is altijd een hoeksteen geweest van de filosofie van de groep en haar producten. De Belgische vestiging in Thimister-Clermont wilde dat principe ook op haar productiemethodes toepassen en verzocht Electrabel om een energieaudit uit te voeren. Philippe Monfort, directeur van de productie: “De ervaring die Electrabel met haar klanten heeft opgedaan, komt ons allemaal ten goede. Haar dienstenaanbod kent zijn gelijke niet. Daar liggen de echte besparingen.” Alle energie-intensieve verbruikspunten van de vestiging werden doorgelicht, waarna de klant een rapport werd bezorgd waarin 26 verbeteringsmogelijkheden werden voorgesteld. Er werden prioriteiten opgesteld die tot de aanpassing van bepaalde processen hebben geleid, maar ook tot gewijzigde gedragspatronen bij de werknemers. Met tastbare resultaten als gevolg.
82/83
Onze
engagementen Als industriële groep wil GDF SUEZ de klimaatopwarming mee helpen bestrijden met een ambitieus duurzaam ontwikkelingsbeleid en een R&D-aanpak die op betere milieuprestaties is gericht. Daarnaast wil de Groep een referentiewerkgever zijn voor haar werknemers, zich als cultureel mecenas en sportsponsor profileren en zich solidair inzetten voor de re-integratie van de meest kwetsbare bevolkingsgroepen.
ONZE ENGAGEMENTEN
84/85
DUURZAME ONTWIKKELING
DUURZAME
ONTWIKKELING Een beschikbare, betaalbare en milieuvriendelijke energie: dat is, kernachtig samengevat, de ambitie van GDF SUEZ en Electrabel. De uitdaging is duidelijk: om bij te kunnen dragen tot de strijd tegen de klimaatopwarming moet de energie anders beheerd worden.
“Duurzame ontwikkeling
is een bron van bedrijfsrendement” WAT BETEKENT DUURZAME ONTWIKKELING VOOR EEN GROEP ZOALS GDF SUEZ? Alle basisthema’s die in verband staan met duurzame ontwikkeling, zoals de klimaatopwarming of de bescherming van de natuurlijke rijkdommen, zitten vervat in de core businesses van de Groep. De mensen worden opgeroepen om minder energie en water te verbruiken en minder afval te produceren, en dat is een trend die een gevoelige impact heeft op onze activiteiten. GDF SUEZ heeft ervoor gekozen om die trend om te buigen tot een duurzame ontwikkelingsopportuniteit voor de Groep. WAT ZIJN DE BELANGRIJKSTE KRACHTLIJNEN VAN UW STRATEGIE? Voor Electrabel zijn de strijd tegen de klimaatopwarming en de vermindering van de CO2-uitstoot absolute prioriteiten. Dus hebben we besloten om een strategie uit te stippelen rond vier waardescheppende krachtlijnen: de ontwikkeling van nieuwe markten, vooruitlopen op nieuwe risico’s, onze reputatie versterken bij werknemers en klanten en, tot slot, alle mogelijkheden aangrijpen om kosten te verlagen. HOE GAAT U DIE KRACHTLIJNEN CONCREET INVULLEN IN UW VERSCHILLENDE VAKGEBIEDEN? Ons plan steunt op onze drie belangrijke pijlers. In eerste instantie willen we de CO2-uitstoot van onze klassieke centrales drastisch verminderen en onze ecologische voetafdruk verkleinen. Tegen 2015 zal onze productiecapaciteit van hernieuwbare energie toenemen
BRUNO DEFRASNES Verantwoordelijke Duurzame Ontwikkeling & Innovatie Electrabel tot het equivalent van het verbruik van 1 miljoen huishoudens. Ten tweede willen we onze klanten helpen om hun CO2-uitstoot te verminderen door het gebruik van koolstofarme en groene energie (zonne-energie, thermische energie, enz.) aan te moedigen. Ook willen we ze innovatiever laten nadenken over het toepassen van nieuwe en duurzame mobiliteitsoplossingen. Tot slot, streeft Electrabel intern naar een transparante en versterkte dialoog met haar stakeholders. We stellen alles in het werk om zelf te doen wat we onze klanten aanbevelen en zoeken naar de oplossingen voor morgen via ons nieuw onderzoeks- en innovatiebeleid. WAT ZIJN UW GROOTSTE UITDAGINGEN? Als elektriciteitsproducent is het onze grootste uitdaging om onze doelstellingen te halen op het gebied van hernieuwbare energieproductie . Als tweede uitdaging willen we ons klassieke productiepark aanpassen om het efficiënter en koolstofarmer te maken, en terzelfder tijd voldoende flexibel blijven om de ontwikkeling van de productie uit hernieuwbare energiebronnen te kunnen waarmaken. Naar onze klanten toe moeten we innoveren met nieuwe
producten en diensten die hun verbruik helpen verminderen, en hen terzelfder tijd een toegevoegde waarde bieden om meer te kunnen worden dan een banale verkoper van elektronen. KAN U ONS ENKELE VOORBEELDEN GEVEN VAN ONDERNOMEN ACTIES EN HUN RESULTATEN? Sinds we in 2008 het plan “Samen voor minder CO2” gelanceerd hebben, zijn we er als elektriciteitsproducent in geslaagd om de CO2-uitstoot van ons productiepark met 6,1 miljoen ton te verminderen. Voor wat betreft de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten, ondertekenden al 10 000 klanten ons groen contract voor de start van het plan. Sindsdien zijn dat er al 410 000. En intern heeft de mobilisatie van onze medewerkers ervoor gezorgd dat de uitstoot van onze dagelijkse activiteiten in de periode tussen 2007 en 2013 met 40% teruggedrongen kon worden. Uiteraard zetten we onze inspanningen voort. De GDF SUEZ Toren waar meer dan 3000 werknemers van de Group gevestigd zijn, is een treffende illustratie van wat de Groep vandaag de dag kan realiseren op het vlak van energie- en milieuprestaties van gebouwen.
ONZE ENGAGEMENTEN
86/87
DUURZAME ONTWIKKELING
Eén van de tien engagementen die Electrabel aangegaan is inzake duurzame ontwikkeling, is “het bevorderen van het gebruik van elektrische voertuigen en voertuigen op aardgas.” Elektrische voertuigen kennen een toenemend succes, ook in België waar intussen de eerste seriemodellen op de markt zijn gebracht. Electrabel bereidt zich actief voor op een mobiliteitsomschakeling. Ze ontwikkelde de CarPlug, een systeem voor het opladen van elektrische wagens, dat de mogelijkheid biedt om een veilige periode te programmeren. De gebruiker kan via een applicatie op internet of smartphone zijn verbruik en de kostprijs voor het opladen van zijn voertuig opvolgen. Cofely Services installeert de CarPlug bij zowel particulieren als bedrijven.
De GDF SUEZ Tower, uitstalraam van de technische knowhow en milieukennis van de Groep De Brusselse teams van de GDF SUEZ Groep zijn in een nieuw gebouw ondergebracht. Geothermie, gecentraliseerd technisch beheer, zuinig water- en afvalbeheer, slimme liften… De GDF SUEZ Tower herbergt een heleboel technologische innovaties die het milieu ten goede komen.
Gelegen in de zakenwijk in het noorden van Brussel, vlakbij het belangrijkste knooppunt van het openbaar vervoer in de hoofdstad, illustreert de GDF SUEZ Tower door zijn ligging, installaties en uitrustingen hoe de Groep haar engagementen voor milieu en duurzame ontwikkeling naleeft. De Belgische dochterondernemingen van de Groep hebben er innovatieve technieken toegepast op het vlak van airconditioning, elektrische energie en water- en afvalbeheer om de internationale milieucertificaten BREEAM en HQE te verkrijgen. Het is één van de eerste tertiaire gebouwen in Brussel die zo uitstekende milieuprestaties kan voorleggen.
Energiebeheer
Mobiliteitsplan
De GDF SUEZ Tower, ontworpen om meer dan 3 000 medewerkers op 75 000 m2 te ontvangen, bestaat uit twee aangrenzende torens van telkens 13 verdiepingen. De opvallende H-vorm van het gebouw zorgt voor een maximale lichtinval in elke kantoorruimte. Het gebouwomhulsel kenmerkt zich door een uitstekende luchtdichtheid. Alle ramen zijn voorzien van driedubbele beglazing met een zeer hoge zonnefactor voor een maximale lichtdoorlating en een minimale warmteoverdracht. Om het primaire energieverbruik te verminderen, werd geopteerd voor geothermie op een nooit geziene schaal in het Brusselse Gewest: er werden maar liefst 180 putten onder de funderingen geboord. Deze techniek zorgt voor een energiebesparing van 20 tot 30% en voor een vermindering van de CO2-uitstoot met 30%. Op het dak werden vijfhonderd zonnepanelen geplaatst, de binnentemperatuur wordt geregeld door een centraal beheersysteem en de liften worden aangestuurd door een slimme module. En dan hebben we het nog niet gehad over het zuinige beheer van water, verlichting en afval… Al die technieken werden in-house ontwikkeld.
Dat de nieuwe Brusselse hoofdzetel van GDF SUEZ een uitstekend duurzaam ontwikkelingsrapport kan voorleggen, is ook te danken aan een verantwoord mobiliteitsbeleid. Het is de bedoeling om tegen 2015 de CO2-uitstoot met 35% te verminderen door het autogebruik te beperken voor het woon-werkverkeer en voorrang te verlenen aan het openbaar vervoer waarmee de nieuwe hoofdzetel uitstekend bereikbaar is. Een innovatief mobiliteitsplan moedigt de werknemers van de GDF SUEZ Tower aan om voor het woon-werkverkeer het openbaar vervoer te gebruiken in plaats van de wagen. Om het openbaar vervoer aantrekkelijker te maken werden aan de medewerkers verschillende incentives voorgesteld waaruit ze à la carte kunnen kiezen in functie van hun persoonlijke situatie. Wie afziet van zijn parkeerplaats, kan genieten van het hiervoor vrijgemaakte budget, vermeerderd met een premie, om te kiezen uit verschillende alternatieven zoals een treinabonnement (1ste klasse), een abonnement op het openbaar vervoer, een Villo huurfiets of een gedeelde Cambio auto, een elektrische (motor)fiets, bijstand voor zieke kinderen of zelfs de mogelijkheid om een gift over te maken aan een goed doel.
Knowhow in dienst van duurzame ontwikkeling
180 geothermische putten van wel 100 m diep zullen instaan voor de helft van de koudebehoefte (zomer) en warmtebehoefte (winter) van de GDF SUEZ Tower, wat neerkomt op een gemiddelde productie van 1,4 GWh.
ONZE ENGAGEMENTEN
88/89
HR-BELEID
HR-BELEID
Een verantwoordelijke referentiewerkgever Met ongeveer 17 800 medewerkers in België is de GDF SUEZ Groep één van de grootste privéwerkgevers van het land. Met dochterondernemingen die in alle vakgebieden van energie en milieu actief zijn, wil GDF SUEZ zich als referentiewerkgever profileren. Dat vertaalt zich in een dynamisch aanwervingsbeleid, gekoppeld aan een zorgvuldige opvolging van de loopbaantrajecten. De Groep biedt haar medewerkers de kans om een aantrekkelijke carrière uit te bouwen met doorgroeimogelijkheden zowel in België als in het buitenland.
Een referentiewerkgever
82%
van de werknemers heeft deelgenomen aan een opleiding, van gemiddeld 39 uur per persoon
Electrabel geeft carrières een energiestoot Traineeships Voor jonge medewerkers heeft Electrabel een origineel ‘traineeship’-programma uitgewerkt. Een traineeship duurt twee jaar en biedt, in een korte tijdsspanne, een overzicht van de activiteiten en processen van de onderneming en de verschillende doorgroeimogelijkheden die zij biedt. Daarnaast wordt elke trainee de kans geboden om zijn/haar vaardigheden op het vlak van management en projectbeheer op het terrein te ontwikkelen. Ervaren mensen uit het vak zorgen voor een kwalitatief hoogstaande coaching en begeleiding.
Iedereen toegang tot werkgelegenheid Electrabel ondersteunt mensen die moeite hebben om zich in het arbeidscircuit te integreren.
In het kader van haar project voor re-integratie, heeft het bedrijf in 2013 een tiental nieuwe kandidaten aangenomen uit kwetsbare bevolkingsgroepen. Deze mensen hebben gedurende een jaar diverse opleidingen gevolgd binnen het bedrijf, waardoor ze hun kansen op de arbeidsmarkt konden vergroten. Electrabel werkte hiervoor nauw samen met de VDAB, het Forem en Bruxelles Formation.
Rekrutering Electrabel heeft een hele reeks tools ontwikkeld om haar rekruteringsbeleid al in een vroeg stadium te dynamiseren. Op de website van de onderneming kunnen kandidaat-werknemers hun vragen kwijt aan medewerkers die de functie uitoefenen waarvoor ze interesse
ONZE ENGAGEMENTEN
90/91
HR-BELEID
hebben. Via deze weg krijgen ze uit de eerste hand eerlijke informatie over de jobs en werkervaringen. Opleiding, een prioriteit Electrabel organiseert talrijke opleidingen en biedt haar medewerkers diverse mogelijkheden om hun vaardigheden te ontwikkelen en te actualiseren, maar ook om hun loopbaan te heroriënteren, indien ze dat wensen.
Medewerkers van Electrabel getuigen over hun traineeship ELLEN KROTT
WIM DRIESSENS
OLGA ZOUBOF
Labo-ingenieur
Health & Safety Advisor
Gas Transport Manager
“Mijn Management Traineeship heeft voor mij deuren geopend naar vier opdrachten in vier verschillende departementen. Ik heb mijn kennis van de energiesector uitgebreid en een interessant netwerk uitgebouwd. Door verschillende departementen te doorlopen kon ik de beste praktijken uitwisselen. Ik heb ook de verschillende werkmethodes geanalyseerd en oplossingen voor problemen gezocht. De energiesector boeit me enorm: er zijn vele uitdagingen en aantrekkelijke toekomstvooruitzichten. Dankzij de internationale oriëntering van GDF SUEZ kan ik me ten volle en met de nodige steun ontplooien, want Electrabel investeert enorm in haar medewerkers door middel van permanente vorming.”
“Als trainee heb ik ongelofelijk veel theoretische en praktische kennis opgedaan over de nucleaire sector. Ik heb verschillende opleidingen gevolgd en tegelijk projecten gerealiseerd in een kerncentrale waardoor ik me in het echte leven kon storten en de theorie kon omzetten in de praktijk. Ik heb onder meer gewerkt aan onderhoudsstrategieën en –historieken. Dankzij het Nuclear Traineeship heb ik veel ervaring opgebouwd in het hart van een kerncentrale. Ik vond dat een aantrekkelijk vooruitzicht. Mijn werkweek was heel afwisselend: de projecten liepen in verschillende departementen en gingen hand in hand met interessante opleidingen.”
“Mijn Management Traineeship bestond uit 4 projecten van 6 maanden in verschillende departementen. De projecten waren gevarieerd en hadden duidelijke doelstellingen. Ze boden mij een panoramische kijk op onze activiteiten! Ik leerde ook veel mensen met diverse standpunten kennen. Dat was een heel verrijkende ervaring. En de goede sfeer onder de collega’s was een extra reden om van mijn werk bij Electrabel te houden.”
Vrouwenportretten Vrouwelijke energie De GDF SUEZ Groep voert een actief beleid van gemengde werkgelegenheid en wil zich ook op dat vlak als referentiewerkgever profileren.
4 concrete doelstellingen tegen 2015 Om haar engagement voor gemengde werkgelegenheid kracht bij te zetten, wil GDF SUEZ tegen 2015 vier becijferde doelstellingen halen: • 1 op de 3 directie kaderleden zal een vrouw zijn • 35% vrouwelijke High Potentials • 25% vrouwelijke kaderleden • 30% van de vacatures zijn voorbehouden voor vrouwen Deze doelstellingen zijn afgeleid uit een studie, uitgevoerd door experts in gemengde werkgelegenheid en een benchmark van de beste praktijken. De studie hield rekening met de voorspellingen op vijf jaar van de pensioneringen, de mobiliteit en de loopbaanontwikkeling binnen de Groep
VIRGINIE PIJPEN Cofely Services
“Nadat ik bijna 3 jaar als auditeur bij KPMG heb gewerkt, ben ik in 2003 naar COFELY Services overgestapt om er het team voor Beheercontrole te vervoegen. We stelden er analytische rapporten op en stonden in voor het beheer van de analytische boekhouding. Vervolgens mocht ik mijn kennis botvieren in de dienst voor Interne Controle. In januari 2006 kreeg ik de leiding over de Interne Controle en de ‘Business Analysis’. Ik stond voor mijn grootste uitdaging toen ik de verantwoordelijkheid kreeg over de SAP-implementatie binnen de onderneming. Dit boeiende en verrijkende project ging met heel wat wijzigingen gepaard, zowel voor de financiële structuur, de rapportering en de afsluitingsprocedures als op organisatorisch niveau.” In maart 2011 verliet ze de financiële afdeling om voor Operaties te gaan werken. Intussen is ze al 2 jaar Area Manager in de Business Unit Industrie Facility Management.
ONZE ENGAGEMENTEN
92/93
HR-BELEID
CARMEN ANGULO
CORALIE GOFFIN
Tractebel Engineering
Laborelec
Na haar studies als licentiate fysica aan de Universiteit van Sevilla (Spanje), behaalde Carmen Angulo achtereenvolgens een doctoraat in experimentele kernfysica aan de Universiteit van Bochum (Duitsland) en een postdoctoraat aan de Université Catholique de Louvain. Tussen 1993 en 2007 voerde ze diverse baanbrekende onderzoeken en begeleidde ze proefschriften in haar kennisgebied in verschillende onderzoekscentra en aan universiteiten in België, Frankrijk, Duitsland en de Verenigde Staten. In oktober 2007 treedt Carmen Angulo in dienst bij Tractebel Engineering als projectleidster bij het nucleaire departement. Ze is ook betrokken bij projecten rond reactoren van de 4de generatie die door Europese onderzoeksprogramma’s ondersteund worden, en ze vertegenwoordigt GDF SUEZ bij het Europese industriële initiatief voor duurzame kernenergie (ESNII). In februari 2011 is Carmen Angulo Business Manager voor reactortechnologieën geworden.
“Ik ben mijn loopbaan in 1997 begonnen bij Laborelec, in het departement waterchemie waar ik verantwoordelijk was voor het uitvoeren van projecten en operationele diensten in en rond klassieke centrales en kerncentrales. In 2005 nam ik de leiding over het team en evolueerde ik meer naar een managementfunctie. Vervolgens, in 2009, ben ik toegetreden tot het Research Program team om er de onderzoeksprogramma’s ‘Clean Coal’, ‘Carbon Capture’ en Kernenergie te beheren. Ik kreeg de verantwoordelijkheid voor dit team dat alle onderzoeksactiviteiten van Laborelec en de contacten met onze partners beheert, vooral binnen de BEEI en de Directie voor Onderzoek en Innovatie van de Groep.”
FEMKE FLACHET GDF SUEZ “Ik begon mijn carrière bij GDF SUEZ in 2005, meer bepaald in de kerncentrale van Doel waar ik mijn licentie van operator behaalde voor de eenheden Doel 1 en Doel 2. Ook werd me de kans geboden om samen met mijn collega’s een master in nucleaire engineering te volgen. Vervolgens ben ik voor de dienst splijtstoffen gaan werken. Eerst als verantwoordelijke voor de opvolging van het reactorgedrag, daarna voor alle splijtstofmanipulaties in de vier reactoren van Doel. En vandaag ben ik verantwoordelijk voor het splijtstofbeheer bij de centrale dienst voor splijtstoffen. In die functie moet ik samenwerken met Tractebel Engineering, de kerncentrales van Doel en Tihange en de leveranciers.”
JACQUELINE BOUCHER GDF SUEZ
Als doctor in operationeel onderzoek begon Jacqueline Boucher haar carrière bij CORE (Center for Operations Research and Econometrics), een onderzoekscentrum van de Université Catholique de Louvain waar ze zich specialiseerde in het domein van de energie. Vervolgens voerde ze consultancyopdrachten uit voor de Wereldbank, de Europese Commissie en verschillende grote gas- en elektriciteitsbedrijven. In 1994 treedt ze in dienst bij Electrabel waar ze het departement kwantitatieve analyse opricht alvorens Directrice voor Strategie te worden. In 2010 maakt Jacqueline Boucher de overstap naar de Directie Strategie van GDF SUEZ in Parijs om er Vicevoorzitster te worden van het Kenniscentrum voor Studies en Economische Modellering, waar 100 medewerkers zich toeleggen op strategische studies, marktanalyses, de economische doorlichting van investeringsdossiers en de ontwikkeling van instrumenten voor risicobeheer.
ONZE ENGAGEMENTEN
94/95
ONDERZOEK & ONTWIKKELING
ONDERZOEK &
ONTWIKKELING
R&D ter ondersteuning van energie- en milieuprestaties In samenwerking met haar onderzoekscentrum Laborelec gooit Electrabel vernieuwende technologieën in de strijd tegen de klimaatwijziging. Belangrijkste doelstelling: gebruiksklare oplossingen vinden om de energie-efficiëntie van onze centrales te verbeteren, hun CO2-uitstoot te verminderen en hun ecologische voetafdruk te verkleinen.
Partnerschappen koesteren
Prioritaire doelstellingen
Electrabel heeft een grote ervaring opgebouwd op het vlak van Onderzoek & Ontwikkeling. Los van haar eigen onderzoek naar een voortdurende rendementsverbetering van het productiepark, heeft de onderneming partnerschappen gesloten om veelbelovende nieuwe technologieën te onderzoeken. De meeste onderzoeksactiviteiten worden uitgevoerd door Laborelec, het wetenschappelijk en technologisch kenniscentrum van de Groep in België. Talrijke projecten worden ook verwezenlijkt in samenwerking met Tractebel Engineering en andere medespelers in de energiesector: de industriële constructeurs, de Europese universiteiten en de onafhankelijke onderzoekscentra.
Het R&D-beleid van Electrabel en haar partners beoogt vooral: • en voortdurende verbetering van de energieefficiëntie, de milieuprestaties en de exploitatievoorwaarden van haar productiepark; • een evaluatie van de economische en ecologische voordelen van opkomende technologieën voor de elektriciteits- en warmteproductie en een verdere ontwikkeling van de meest belovende technologieën via pilootprojecten.
Een R&D in beweging
150 projecten Electrabel en haar partners sturen momenteel 150 onderzoeksprojecten aan waarbij 15 laboratoria in België, Nederland en Duitsland betrokken zijn.
ONZE ENGAGEMENTEN
96/97
ONDERZOEK & ONTWIKKELING
Princess Elisabeth Antarctica: het zero emission poolstation Via haar dochterondernemingen Electrabel, Laborelec en Cofely Services, was GDF SUEZ actief betrokken bij de bouw van het Princess Elisabeth poolstation op Antarctica. Dit station is de eerste wetenschappelijke infrastructuur die ontworpen is om uitsluitend met hernieuwbare energie te functioneren om haar ecologische voetafdruk zo klein mogelijk te houden. Laborelec heeft de systemen ontwikkeld waarmee een autonome, betrouwbare en “zero emission” elektriciteitsinstallatie kon gebouwd worden. De energie die nodig is voor het poolstation wordt opgewekt door windturbines en
zonnepanelen. Door de energie-efficiëntie van haar ontwerp en materialen, het passieve verwarmingssysteem, het systeem voor energiebewaking en het gebruik van low energy apparatuur is Princess Elisabeth het energiezuinigste poolstation dat ooit werd gebouwd. De energiebehoeften van het station bedragen amper 20% van die van een vergelijkbaar Antarctisch poolstation. Door de wetenschappers te laten beschikken over de best mogelijke technologieën, kan er in optimale omstandigheden onderzoek gevoerd worden naar de oorzaken en de uitdagingen van de klimaatwijziging.
Wist u dit? Slim beheer is een absolute noodzaak voor de energievoorziening van het Princess Elisabeth poolstation, want de windturbines en zonnepanelen dekken slechts een tiende van het potentiële verbruik van de bewoners. Omdat niet alle systemen van het station op hetzelfde ogenblik gebruikt worden, zorgt een slim en computergestuurd mini-net (“Smart Grid”) ervoor dat de beschikbare energie aan een specifieke behoefte toegewezen wordt, zoals bijvoorbeeld de keuken of de douche.
Slimme netten cruciaal voor energiebeheer Laborelec, het Belgisch onderzoeks- en kenniscentrum voor energie van de GDF SUEZ Groep, bevindt zich in de voorhoede van het onderzoek rond de ontwikkeling en beheersing van toekomstige elektriciteitssystemen. Een beknopt overzicht van de projecten waarbij het betrokken is.
LINEAR Het Linear (Local Intelligent Networks and Energy Active Regions) project, een initiatief van het Vlaamse Gewest, wil meer knowhow vergaren over de ontwikkeling en de uitbouw van intelligente elektriciteitsnetten (smart grids). Eén van de doelstellingen van het project is een grootschalig onderzoek – bij reële verbruikers – naar actief vraagbeheer, waarbij rekening gehouden wordt met de beschikbaarheid van hernieuwbare energie en de elektriciteitsprijs. Laborelec is nauw betrokken bij dit onderzoek en ontwikkelt systemen voor energiebeheer, zowel voor afzonderlijke woningen als voor hele wijken. De experts van Laborelec zullen ook de efficiëntie, de flexibiliteit en de precisie van deze systemen testen.
DEMAND POWER MANAGEMENT SYSTEM (DPMS)
EUROPEAN STANDARD FOR ENERGY MANAGEMENT
De schommelende vraag naar elektriciteit kan tijdelijke bevoorradingsproblemen veroorzaken. Precies daarom heeft Laborelec het DPMS ontwikkeld, het enige systeem voor energiebeheer dat het evenwicht kan handhaven tussen de geproduceerde en de afgenomen energie. De logische schakelingen van het DPMS bewaken gelijktijdig de productie en het verbruik van energie, en regelen terzelfder tijd de processen van alle andere systemen waarbij verschillende prioriteitsniveaus gehanteerd worden. Het DPMS opent alvast de deur naar nieuwe diensten voor woningen, industriële en particuliere klanten.
De Europese norm EN 16001 beoogt een beter beheer van de energie-efficiëntie bij ondernemingen over heel de EU. De norm zou in de nabije toekomst wel eens afdwingbaar kunnen worden. Laborelec helpt haar klanten om deze norm na te streven door middel van energieaudits, maar ook met behulp van Smart Local Energy Management (SLEM). Laborelec bestudeert hoe de smart grid technologieën van nut kunnen zijn voor de industriële en tertiaire klanten. Het is de bedoeling om een controlesysteem te ontwikkelen om de netto vermogensafname van het elektriciteitsnet af te vlakken, de flexibiliteit van het lokale energieverbruik te verhogen en de lokale productie van hernieuwbare energie op te voeren.
CARBON CAPTURE AND STORAGE (CCS) In een heel ander domein is Laborelec ook betrokken bij verschillende studieprojecten rond een procedé om de CO2 uit rookgassen van steenkoolgestookte centrales op te vangen. Bij dit procedé wordt een absorptiekolom gebruikt waarin de CO2 reageert met een oplosmiddel waardoor het aan de rookgassen onttrokken wordt. De koolstof wordt vervolgens van het oplosmiddel gescheiden in een desorptiekolom en naar een ondergrondse opslagplaats afgevoerd. Het oplosmiddel wordt gerecycleerd. CSS is een strategische technologie in de strijd tegen de klimaatopwarming.
ONZE ENGAGEMENTEN
98/99
MAATSCHAPPELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID
MAATSCHAPPELIJKE
VERANTWOORDELIJKHEID
“Maatschappelijke
verantwoordelijkheid zit in de genen van de onderneming” WAT BETEKENT MAATSCHAPPELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VOOR EEN ONDERNEMING ALS DE UWE? MVO of Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is een verzamelbegrip voor vrijwillige initiatieven van de onderneming die verder gaan dan waartoe zij wettelijk verplicht is. MVO heeft bij ons twee pijlers: de milieupijler, waarover ik niet ga, en alle aspecten van human resources. En meer in het bijzonder, de persoonlijke en sociale ontplooiing van het individu, binnen de onderneming zelf of in het sociale weefsel waarin de onderneming is ingebed. HOE WORDT DAT BELEID CONCREET INGEVULD BINNEN DE GROEP? MVO respecteert de specifieke eigenheid van de regio waarin de onderneming actief is. Het wordt pas een globale actie nadat de reële behoeften in kaart gebracht werden van elke dochteronderneming en van de gemeenschap waarbinnen zij opereert. In België hebben we bij onze dochterondernemingen gepolst naar hun sociale acties en banden met het lokale verenigingsleven. Op basis daarvan hebben we een document van 300 pagina’s opgesteld dat alle initiatieven opsomt die vaak ver in de tijd teruggaan. Wat bewijst dat MVO een nieuw concept is maar geen nieuwe praktijk. Uit die bevraging zijn enkele duidelijke tendensen naar voren gekomen: de meeste dochterondernemingen in België zijn bekommerd om personen met een beperking, innovatieve opleidingen, de positie van vrouwen of oudere werknemers in de onderneming, enz. Prioriteiten werden vastgelegd op basis waarvan de MVO-strategie van de Groep voor België werd uitgewerkt, met een didactische omkadering om elke
JACQUES SPELKENS Verantwoordelijk voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen in de Belgische onderneming GDF SUEZ
dochteronderneming toe te laten acties van hetzelfde type te reproduceren. We hebben een geïntegreerd MVO-beleid uitgewerkt dat voortaan in de genen van de onderneming ingebakken zit.” BESTAAT ER EEN MVO-CHARTER IN DE ONDERNEMING? Alle informatie werd afgestemd op de praktijken van de Groep in Frankrijk en in andere landen, en begin 2011 hebben we het “Maatschappelijk Project” gepubliceerd, een referentiedocument rond drie fundamentele waarden die onze onderneming kenmerken: de diversiteit, de solidariteit en het scheppen van gemeenschappelijke samenwerkingsverbanden. KUNT U DAT NADER TOELICHTEN? Lokaal verankerd zijn betekent dat de dochteronderneming, de afdeling of de structuur zo dicht mogelijk staat bij de noden van de gemeenschap waarin ze gevestigd is, dat ze oor heeft naar de noden en de nodige initiatieven neemt in functie van de specifieke eigenheid van het actieterrein. Toen de Groep zich in de Brusselse Noordwijk
kwam vestigen, nam ze vrijwel onmiddellijk contact op met de vereniging Face (Fondation agir contre l’exclusion of Stichting voor de strijd tegen uitsluiting). Een onderneming die opleidt: haar rol beperkt zich niet tot de tewerkstelling, ze moet ook de volgende generaties klaarstomen voor de beroepen van de toekomst. Onze onderneming helpt scholen om aandacht te besteden aan de beroepen van de toekomst. Solidair zijn betekent dat een onderneming zich niet voor de buitenwereld mag afsluiten maar bereid moet zijn om hulp te bieden aan kwetsbare bevolkingsgroepen waar ook veel talent en vaardigheden schuilen die het bedrijfsleven nodig heeft. Ik denk daarbij aan gerichte acties voor jongeren die de school vroegtijdig verlaten hebben, personen met een beperking, maar ook aan humanitaire acties in het algemeen. Burgerzin tenslotte is zowat het overkoepelende begrip voor al de rest. Een onderneming moet tonen dat zij niet enkel een instrument is voor economische en financiële welvaart maar dat zij ook een verantwoordelijkheid draagt voor de gemeenschap in ruime zin. Ze moet zich opwerpen als een structuur die luistert naar de noden van de omgeving waarin zij opereert.
ONZE ENGAGEMENTEN
100/101
SOLIDARITEIT EN RE-INTEGRATIE
SOLIDARITEIT
EN RE-INTEGRATIE
Take Off en Bednet: ziek en toch op school Samen met de verenigingen Take Off (Wallonië en Brussel) en Bednet (Vlaanderen) heeft GDF SUEZ een project opgezet om deels komaf te maken met het isolement en de leerachterstand van kinderen die langdurig ziek zijn of een ernstige ingreep moesten ondergaan. Het project voorziet in krachtige en beveiligde computerhulpmiddelen waarmee zieke kinderen de lessen kunnen volgen, oefeningen kunnen maken en – vooral – in contact kunnen blijven met hun leraars en klasgenoten, zowel van thuis uit als vanuit het ziekenhuis. In 2012 maakten meer dan 160 kinderen gebruik van deze diensten.
Ingenieurs vrijwillig op de SPRINGPLANK De vereniging Tremplin (“springplank”) is sinds maart 2010 actief in België en wordt gesteund door GDF SUEZ. Zij wil gelijke kansen bevorderen door jongeren tijdens hun schooljaren warm te maken voor wetenschappelijke vakken. Drie jonge ingenieurs van Tractebel besteden een deel van hun vrije tijd aan de begeleiding van leerlingen van de derde graad van het middelbaar onderwijs in enkele Brusselse scholen. Deze vrijwillige ingenieurs geven bijlessen aan jongeren met leerproblemen om hun leerachterstand te helpen wegwerken en proberen hun interesse te wekken voor technischwetenschappelijke beroepen. Op die manier willen ze hen bewijzen dat wetenschappen en wiskunde ook binnen hun bereik liggen.
ONZE ENGAGEMENTEN
102/103
SOLIDARITEIT EN RE-INTEGRATIE
Een greep uit de vele acties die de ondernemingen van de GDF SUEZ Groep hebben ondernomen
Street Heroes Be.Face: tegen uitsluiting in de Noordwijk Be.Face is een vereniging zonder winstoogmerk die ondernemingen en hun sociale omgeving dichter bij elkaar wil brengen, diversiteit aanmoedigt en de integratie van kwetsbare bevolkingsgroepen wil bevorderen. De stichtende leden, onder wie Electrabel en Cofely Services, hebben besloten om hun eerste acties te focussen op de Brusselse Noordwijk, die met grote economische en sociale uitdagingen geconfronteerd wordt. In een tweede fase zullen deze acties uitgebreid worden tot het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Lopende initiatieven van de vereniging zijn onder meer coaching (“peterschap”) van jonge werkzoekenden door werknemers, sociaal uitzendwerk, studentenjobs en bedrijfsstages in nauwe samenwerking met openbare instanties; interne conferenties/debatten over het thema “De Noordwijk beter leren kennen” en ontdekkingswandelingen door de wijk, geleid en begeleid door lokale actoren; actieve deelname aan het buurtleven, vrijwilligerswerk door werknemers in antwoord op lokale behoeften, uitdelen van nieuw en ongebruikt materiaal (PC’s, printers, meubilair, werkkledij,…) via het lokale verenigingsleven, ...
Electrabel zet haar partnerschap verder met de organisaties die de integratie bevorderen via sport: “Belgian Homeless Cup”. Dit sociaal-sportief project dat al drie jaar lang door Electrabel gesteund wordt, werd bekroond met de Prijs van het Prins Filipfonds 2013. “Electrabel Street Heroes”, de grootste straatvoetbalcompetitie in België wordt intussen georganiseerd in verschillende steden van het land.
Belgisch Paralympisch Comité: zij aan zij met paralympische atleten Al sinds 2003 begeleidt de Groep het Belgisch Paralympisch Comité (BPC) dat alle paralympische sportliga’s overkoepelt en ijvert voor de re-integratie van personen met een beperking via de sport. Dit project sluit perfect aan op het sociale luik “re-integratie door sport” van het sponsoringbeleid van de GDF SUEZ Groep. Sinds 2010, heeft GDF SUEZ besloten om haar samenwerking met het BPC te versterken maar dan in een andere vorm: de aanwerving van atleten met een beperking door haar dochterondernemingen in het kader van het beleid inzake Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) dat in België wordt gevoerd.
ONZE ENGAGEMENTEN
104/105
SOLIDARITEIT EN RE-INTEGRATIE
VrijwilligersENERGIE voor de minstbedeelden Op internationaal vlak kunnen de medewerkers van GDF SUEZ zich via de vereniging Energy Assistance (www.energy-assistance.org) op vrijwillige basis inzetten voor humanitaire projecten die met energie te maken hebben. Ze stellen hun knowhow ter beschikking van lokale gemeenschappen in ontwikkelingslanden om hen toegang te verlenen tot levensnoodzakelijke energieproducten en –installaties. Tal van onze medewerkers waren in deze context al actief in verschillende Afrikaanse landen om er onder andere zonnepanelen te installeren in ziekenhuizen en weeshuizen.
SOS Kinderdorpen “Energy Assistance heeft interventies uitgevoerd in onder meer de Democratische Republiek Kongo, Burundi, Togo, Ethiopië en Mozambique, maar ook in Thailand, Cambodja en Brazilië.”
COFELY SERVICES bekroond met time4society award Cofely Services mocht uit de handen van Vlaamse minister-president Kris Peeters de Time4Society Award in ontvangst nemen als bekroning voor het beste project dat dit jaar gelanceerd werd. Time4Society (T4S) verenigt bedrijven (tijd-gevers) met nuttige sociale projecten (tijd-nemers) door middel van vrijwilligersprojecten op maat van bedrijven. Concreet betekent dit dat T4S de nodige tools (online en offline) bieden aan de bedrijven om tijd te investeren in een maatschappelijk
project dat iedereen ten goede komt. Cofely Services moedigt het engagement van haar medewerkers aan om deel te nemen aan een persoonlijk vrijwilligersproject. Hiervoor kunnen ze gebruikmaken van werkuren tot maximum twee werkdagen voor een project waaraan ze minstens 4 dagen van hun vrije tijd besteden. De managers op hun beurt ruilen hun klassieke teambuildingsmomenten in voor activiteiten met een sociaalmaatschappelijk karakter.
Electrabel heeft met SOS Kinderdorpen een sponsorcontract getekend voor drie jaar voor de duurzame renovatie van de Chantevent vestiging, die plaats biedt aan 40 kinderen geconfronteerd met familiale problemen.
ONZE ENGAGEMENTEN
106/107
CULTUURMECENAAT
CULTUURMECENAAT
Magritte Museum: een competentiepartnerschap Via een competentiepartnerschap dat in België nooit eerder is gezien, heeft GDF SUEZ in grote mate bijgedragen tot de realisatie van het Magritte Museum in België. Het Magritte Museum toont ’s werelds grootste verzameling van de Belgische schilder René Magritte, één van de meest bekende kunstenaars van de twintigste eeuw. Deze realisatie mag opmerkelijk worden genoemd, niet alleen omwille van de culturele kwaliteit van het project maar ook door de originele aanpak ervan. Als stichtend mecenas heeft GDF SUEZ ongeveer 6,5 miljoen euro geïnvesteerd, maar de Groep was vooral via een “competentiepartnerschap” bij het project betrokken. Nooit eerder heeft een privéonderneming haar knowhow ter beschikking gesteld van een museografisch project van dergelijke omvang.
De werf werd in minder dan een jaar door de teams van GDF SUEZ voltooid
GDF SUEZ rolt haar knowhow uit
Het Magritte Museum bevindt zich in het Altenloh Hotel, een neoklassiek gebouw op het Koningsplein
Als hoofdaannemer ontfermde Cofely Fabricom zich over de aanpassing en de inrichting van het Altenloh Hotel, met respect voor het architecturale erfgoed en zonder de veiligheid van de kunstwerken in het gedrang te brengen. Cofely Axima kwam op verschillende niveaus tussenbeide: het vermogen van de bestaande installatie voor koudeproductie werd opgevoerd, de ventilatorluchtkoelers en radiatoren werden vervangen en de hydraulische en ventilatiesystemen werden gerenoveerd. Cofely Ineo stond in voor het ontwerp en de realisatie van de audiovisuele systemen, de website van het museum en de beeldprojecties in sommige ramen van het gebouw. Cofely Solar Technics tenslotte, installeerde de zonnepanelen op het dak van het museum en Electrabel voorziet het gebouw van groene elektriciteit.
“De teams van het museum waren opgetogen over de samenwerking met een marktleider voor wie kwaliteit vooropstaat. Hun professionalisme is toegenomen dankzij de toegang tot nieuwe technologieën.” Michel Draguet, Directeur van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België
Onze waarden Gedrevenheid Engagement Durf Verbondenheid
AANWERVINGEN
ONDERZOEK EN INNOVATIE
INVESTERINGEN INDUSTRIËLE UITMUNTENDHEID SOLIDARITEIT EN NABIJHEID
Uw contacten bij GDF SUEZ in België Verkoop van elektriciteit, gas en aanverwante diensten
Electrabel
www.electrabel.be Particuliere klanten: 078 35 33 33 Professionele klanten: 078 78 20 20 KMO-klanten en vastgoedbeheerders: 078 05 05 55
Energiediensten
Cofely Axima www.cofelyaxima-gdfsuez.be +32 2 533 23 11
Cofely Fabricom www.cofelyfabricom-gdfsuez.com +32 3 370 31 11
Cofely Services www.cofelyservices-gdfsuez.be +32 2 206 02 11
Tractebel Engineering www.tractebel-engineering-gdfsuez.com +32 2 773 99 11
C.O. Simón Bolívarlaan 34 1000 Brussel www.gdfsuez.com