TIJDSCHRIFT VAN HET NEDERLANDSE RODE KRUIS
jonge vrijwilligers in Syrië
HET RODE KRUIS IS MIJN REDDENDE ENGEL Grace vond haar kinderen terug dankzij Tracing
Logistiek circus
de Vierdaagse van Nijmegen
IK BEN GEVOELIGER GEWORDEN hulpverleners na de ramp
Wij zijn Electrabel. En wij willen dat jij ons de allerbeste energieleverancier van Nederland gaat vinden. Hoe we dat doen? Door producten en diensten te leveren die voor jou relevant zijn. Want we beseffen ons maar al te goed dat geen huishouden hetzelfde is. Of je nu woont in een vrijstaand huis of appartement, wij helpen je bij het maken van de beste keuzes rondom jouw energieverbruik.
Weten wat we voor jou kunnen betekenen? Ga naar electrabel.nl
“Wat vind ik nu in mijn brievenbus?” vraagt u zich misschien af. Dit is de . Een bijzonder magazine voor bijzondere mensen. Mensen die het Rode Kruis een warm hart toedragen en die zich vol passie inzetten voor onze hulpverlening. Mensen zoals u. 8 mei was de 186e geboortedag van de oprichter van het Rode Kruis, Henry Dunant. Het leed van de duizenden gewonden op het slagveld bij Solferino inspireerde hem tot de vorming van wat de grootste humanitaire hulporganisatie ter wereld zou worden. Wereldwijd staat zijn naam voor menslievende en onpartijdige hulp aan mensen in nood. De belicht een breed scala van die hulp. Van noodhulp bij rampen tot opsporing van familieleden, en van EHBO tot zorg voor ernstig zieke kinderen in onze Mappa Mondo huizen. We zetten ook de mensen achter die hulp in het zonnetje. Rode Kruisers in Nederland, op de Antillen en elders in de wereld. Mensen met een passie voor hulpverlening en soms voor elkaar, zoals het artikel over Rode Kruis liefdes laat zien. Vrijwilligers ook, die niet alleen hun hart en ziel geven, maar in het uiterste geval hun leven. Een hommage aan onze gevallen collega’s in Syrië mag daarom niet ontbreken. Wie door dit magazine bladert, krijgt een beeld van een organisatie die volop in beweging is. Met nieuwe activiteiten zoals Betrokken Buur, een project dat hele wijken zelfredzamer maakt, en een visie op hoe onze noodhulp in 2025 zal aansluiten bij de technologische ontwikkelingen. Meebewegen met de behoeften van de maatschappij is iets wat het Rode Kruis altijd al typeerde, blijkt in Innovatief sinds 1867. Deze speciale uitgave was niet mogelijk geweest zonder de steun van onze adverteerders, corporate partners en de Nationale Postcode Loterij. Ik ben hen zeer dankbaar voor hun bijdrage aan de totstandkoming van dit magazine. Een glossy magazine voor een bescheiden club, zo zou ik de typeren. We hebben ons best gedaan onze mooie en veelzijdige organisatie recht te doen. Oordeel zelf of we daarin geslaagd zijn. Veel leesplezier gewenst!
Hartelijke groeten,
Inge Brakman Voorzitter van het Nederlandse Rode Kruis
Altijd energie voor jou
3
Geheim van de eeuwige jeugd 52 Masooma bespreekt jongerenbeleid Gevallen helden 56 Elke minuut kan je laatste zijn 60 Jonge vrijwilligers in Syrië
52
Logistiek circus 62 De Vierdaagse van Nijmegen
OP DE COVER
10
Daily Coie (31), coach persoonlijke ontwikkeling Vrijwilligerswerk: Trainer Sterk door je Netwerk en matchmaker bij afdeling Amsterdam
10 ‘We zijn een echt team’ Rode Kruis-liefdes
14 Tracing Grace vond haar kinderen terug dankzij het Rode Kruis 19-39-47-71-93 Onze
districten
20 ‘Smaakmakers?’ Naomi kookt met een voedselpakket 22 Ook hier Voedselhulp in Nederland 24 Een dag bij Mappa Mondo
14
20
26 Gijs de Vries over Hoop, Hulp, Hartstocht 28 3FM Serious Request Hier en daar
32 Wat je moet weten over Humanitair Oorlogsrecht
Matchmaker Voor het Rode Kruis maatjesproject ‘Samen in Amsterdam’ koppel ik deelnemers aan vrijwilligers. Dat kan zijn voor vriendschappelijk contact, om te werken aan versterking van het sociale netwerk van de deelnemer, of een combinaie van beide.
34 Ter land, ter zee en in de lucht Onze vervoersmiddelen
35 Feiten en cijfers 36 In je DNA Drie generaties Rode Kruis
Vrijwilligerswerk Het is ontzetend dankbaar werk, want ieder mens heet een uniek verhaal! En in contact zijn met anderen vind ik het mooiste wat er is. Fotoshoot Leuk! Vooraf vond ik het heel spannend. Ik heb ervaren dat het best hard werken is. Chapeau voor modellen, die dit als vak hebben. En de Rode Kruis-oorbellen, die ik aan de shoot heb overgehouden, draag ik bij mijn rode jurk.
Evenementenhulp bij carnaval
9 Fabels en feiten over EHBO
Waarom Rode Kruis? Op zoek naar vacatures voor vrijwilligerswerk kwam ik erachter dat het Rode Kruis veel meer doet dan ik wist. Toen leerde ik ook de grondbeginselen kennen. Die matchen enorm met mijn eigen waarden. In het bijzonder onparijdigheid: het maakt niet uit wie je bent of wat je doet, als je in nood bent dan helpen we je. Sterk door je Netwerk In de training Sterk door je Netwerk gaat het erom: wie kunnen mensen benaderen als ze in een noodsituaie terecht komen en wat kunnen ze zelf doen? Als trainer simuleer je dat mensen nadenken over noodsituaies. Je helpt hen om hun netwerk in kaart te brengen en hun communicaieve en sociale vaardigheden te versterken. We oefenen bijvoorbeeld met deelnemers hoe ze hulp kunnen vragen. Voor sommige mensen is dit een enorme drempel, omdat ze niemand tot last willen zijn. Maar ijdens een noodsituaie, klein of groot, kan het zijn dat je om hulp móet vragen.
6 Veertienjarige comazuiper
40
40 ‘Ik ben gevoeliger geworden’ Hulpverleners na de ramp
48 Oranje en het Rode Kruis 50 Prinses Margriet over het Rode Kruis-virus
60
Elders in de wereld Internationale inspiratie 64 Die snor staat iedereen Op de foto als Henry 68 Wolven en menscheneters 72 Verpleegster Johanna ging in 1922 naar Rusland Eerste Hulp bij Collecte 76 Ooggetuige Merlijn was in de Filipijnen 78 Een dag bij oefening Bevolkingszorg 80 Rode Kruiswoordpuzzel Doe mee en win! 82
72
Veel gestelde vragen en hun antwoorden 83 Superburen in Zeeland en Utrecht 84
5
Dure grap Verkeerd embleemgebruik 86 Aan het werk Rode Kruisers en hun baan 88 Het gesprek Grenzen aan onze hulpverlening 90 Don’t call us we’ll call you De Telefooncirkel in Zeist 94 Een dag bij Rode Kruis Aruba 96 Eindelijk vrije tijd Boeken, ilms, tentoonstellingen
80
98
Geen science iction Hulpverlening in 2025 100
96
Sociaal Huisbezoek toen, nu en straks in Culemborg 104 100 jaar Rode Kruis-onderscheidingen 106 Gasten gezocht voor Bijzondere Vakanties 109 Ik evacueer en ik neem mee Ver van ons bed? 110 Innovatief sinds 1867 112 Van moedermelkcentrale tot redhonden
106
Colofon 114
50
110
Evenementenhulpverlening tijdens carnaval in Roermond “De grote hoeveelheid alcohol is het verschil tussen carnaval en veel andere evenementen. Daarom is dat voor ons een aandachtspunt”, zegt Mariël van den Heuvel (50). Zij is inzetleider van het Rode Kruis bij een jaarlijks terugkerend carnavalsevenement in Roermond: Sjtasie Festasie.
Bijna tweeëntwinigduizend mensen komen op zaterdag 1 maart bijeen op het Staionsplein om te hossen, te springen en te feesten. Prachig verkleed, geschminkt en leterlijk goed gemutst zingen zij mee met Limburgse carnavalsliederen. Dat gaat niet zelden gepaard met een biertje of een andere alcoholische versnapering binnen handbereik. Mariël: “Als slachtofers te veel hebben gedronken, moeten we adequaat handelen. Gisteren ijdens de SjoleFestasie voor scholieren was er een veerienjarige comazuiper. In zo’n geval bellen we onmiddellijk 112. Wij zijn de eerste opvang, maar zodra we zien dat het ernsig is, gaan slachtofers direct door naar het ziekenhuis.” OPSTOOTJES Het is een relaief rusige dag voor de Rode Kruis-vrijwilligers. Patrick Nijman (42), Oicier van Dienst Geneeskunde (OvD-G), denkt te weten hoe dat komt. “Met carnaval wordt over het algemeen veel alcohol gedronken, maar het blijt ook gezellig. Bij andere evenementen ontstaan vaak wat opstootjes, maar dat is bij dit feest eigenlijk zelden het geval.” Het is de tweede keer dat hij het Rode Kruis met carnaval in Roermond begeleidt. “Ik sta hier om ervoor te zorgen dat er bij incidenten juist wordt gehandeld. Als er echt paniek uitbreekt, ben ik verantwoordelijk voor de coördinaie van de diverse hulpdiensten. Ik ben alijd op de hoogte en sta in verbinding met de poliie en beveiliging. Ik weet dat het Rode Kruis dit evenement goed aankan en ik ga ervan uit dat ik de hele dag koie kan drinken en snoepjes kan pikken”, grapt Patrick . “Dan is er dus niets aan de hand en is het een goede dag.”
iedereen wel naar me luistert. Zeker omdat ik zo jong ben.” Hoewel de enthousiasteling zelf nog een beetje atastend is, lijkt iedereen veel waardering te hebben voor de jonge Rode Kruis-vrijwilliger. “Ze hebben me gevraagd om posthoofd te zijn. Dat ik al zeven jaar bij het Rode Kruis ben, is daarvoor waarschijnlijk een van de redenen. Ik ben blij dat ze me vertrouwen.” Yvonne Teeuwen (35), staat hem bij met raad en daad. Zij is vandaag reserve-posthoofd. “Ik ben niet helemaal in vorm”, glimlacht ze terwijl ze naar haar zwangere buik wijst. “Alleen bij calamiteiten grijp ik in. Dan neem ik het over van Marijn.” De veelzijdigheid van een inzet als deze, vindt Yvonne plezierig. “Ik heb echt een hekel aan de muziek maar de sfeer is zo goed. Dat maakt carnaval leuk. Ook is het bijzonder om hier te staan en deel uit te maken van het feest, maar tegelijkerijd iets goeds te kunnen doen. Achter de schermen is het leuker dan ervoor. We staan hier allemaal met hetzelfde doel; eerste hulp verlenen en een gezellige ijd hebben.”
7
‘Ik ben het jongste posthoofd ooit’ SPIN IN HET WEB Een andere belangrijke taak bij deze inzet is weggelegd voor Rode Kruiser Kevin Wolter (25). Hij zit in de ‘Poli-mobiel’, een soort trailer die is opgesteld achter een wite Rode Kruis-tent aan de zijkant van het feesterrein. “Ik ben als een spin in het web”, verklaart Kevin. “Ik zou niet willen zeggen dat ik de meest belangrijke persoon ben ijdens een evenement, maar daar komt het eigenlijk wel op neer”, zegt hij verlegen. Op het computerscherm voor hem kan hij precies zien welke portofoondragers zich waar bevinden en ook of deze beschikbaar zijn. “Als er iets gebeurt krijg ik via de portofoon een bericht. Ik geef dat door aan het posthoofd; hij of zij weet precies welke teams ze erop kunnen afsturen. Ik moet heel goed schakelen, nadenken en plannen.” De EHBO’ers, verpleegkundigen en posthoofden die de twee Rode Kruis-posten bemannen, houdt Kevin dus nauwgezet in de gaten. Marijn Moberts (19) is een van hen. “Ik ben het jongste posthoofd ooit”, lacht hij trots. Sjtasie Festasie is het derde evenement dat hij meedraait in deze funcie. Als er een incident is, zorgt hij dat er acie wordt ondernomen bij zijn post. “Vooral in het begin vond ik het spannend. Het is toch even afwachten of
Carnaval is een vermakelijk feest, maar toch zit er volgens Yvonne ook een keerzijde aan een fesiviteit als deze. “Drankgebruik onder de achien is wel een issue. Als er een kind van veerien op de post ligt met alcoholvergitiging, zou ik eigenlijk wel meer willen doen dan alleen eerste hulp verlenen. Als we de poliie er bijvoorbeeld bij zouden betrekken, kon misschien worden voorkomen dat zo’n minderjarig slachtofer in de toekomst nog een keer de mist in gaat. Het inschakelen van de poliie is alleen geen opie, omdat jonge slachtofers dan niet meer naar ons toe zouden komen voor hulp uit angst om te worden betrapt.” Gelukkig weten de feestvierders de posten vandaag te vinden als het nodig is. In het begin is het erg rusig voor de Rode Kruisvrijwilligers. Later op de middag is er meer alcohol gedronken en komt het eerste carnavalsslachtofer binnen.
AMBULANCE Een jongen van een jaar of vijfentwinig leunt op de schouders van zijn vriendin en een vriend als hij naar binnen strompelt. De Rode Kruis-vrijwilligers aarzelen geen moment en leggen hem op een van de drie klaargezete brancards. Daar wordt hij razendsnel ingepakt in folie en dekens om onderkoeling te voorkomen. Voetbalvriend Erwin (31): “Ik ben BHV’er en ik zag dat het niet helemaal goed ging. Hij ziet erg bleek. Waarschijnlijk heet hij aardig wat gedronken en in combinaie met de kou is dat hem te veel geworden.” Gezien de grote hoeveelheid drank die wordt genuigd ijdens dit soort evenementen, is rekening gehouden met brakende carnavalsvierders. Naast de brancards in de tent staan grote Remia-mayonaisebakken bekleed met vuilniszakken; hierin kunnen ze spugen. Ook de jongen die zojuist is binnengebracht, moet ervan gebruikmaken.
Het volgende slachtofer is pas vier maanden oud. De kleine Mieke is geen feestvierder, maar haar vader en moeder maakten zich erg veel zorgen toen ze plots begon over te geven in de kinderwagen. “We zijn gelijk naar deze Rode Kruis-post gelopen. De vrijwilligers hebben haar goed onderzocht en bovendien warm ingepakt in een laken. Nu gaan we snel naar huis om haar in een warm bad te stoppen. Als Mieke het volgende lesje niet binnenhoudt, moeten we even naar de huisartsenpost.” Ook de als ijger verklede Bart (22) is geen carnavalsslachtofer. Hij trekt wel de aandacht als hij de Rode Kruis-tent binnen hupst. “Gisteren is er een strijkijzer op mijn enkel gevallen. Als ik erop loop, doet het erg veel pijn. Ik zag het herkenbare Rode Kruislogo en dacht: Ik loop even langs, misschien dat zij wel weten wat ik ermee moet.” Hij heet zijn voet en enkel eigenhandig met verband ingezwachteld. Als de Rode Kruis-vrijwilligers het eraf halen, komt er een indringende geur vrij. De feestvierder heet zijn pak wel érg serieus genomen; hij had zijn zere enkel ingesmeerd met ijgerbalsem. “Ik had het verband zelf veel te strak gedaan, maar het is nu netjes verbonden”, zegt Bart tevreden terwijl hij weer riching het feestgedruis hinkelt. Inzetleider Mariël is erg te spreken over het rusige verloop van Sjtasie Festasie. “Het was echt een leuke dag en er hing een gezellige sfeer.”
FABELS EN FEITEN OVER EHBO Sommige Eerste Hulp-methodes klinken bekend, maar zijn volkomen fout. Ze werken niet of zijn zelfs schadelijk. Drie veel gehoorde fabels op een rij:
9
Nadat hij een ijdje in de tent heet gelegen met constante aandacht van de aanwezige vrijwilligers, besluiten ze om het ambulancepersoneel in te lichten en hen een kijkje te laten nemen. “Het is niet ernsig, maar we krijgen hem hier in de koude buitenlucht niet opgelapt”, zegt verpleegkundige Josien Corsten. “Dan is het niet meer aan ons.” De ambulance neemt de jongen mee naar het ziekenhuis om hem op te warmen.
Van voetbalwedstrijd tot Nijmeegse Vierdaagse
Evenementenhulp van het Rode Kruis kan variëren van twee EHBO’ers langs het veld bij een voetbalwedstrijd tot honderden vrijwilligers die ervoor zorgen dat de Nijmeegse Vierdaagse zo soepel mogelijk verloopt. Voor het verlenen van Eerste Hulp ijdens een evenement is een EHBO-diploma verplicht. Vrijwilligers mogen zelf kiezen of ze nog een extra evenementenhulpopleiding volgen. Bij grote en complexe evenementen, zoals dance events, spelen alcohol en drugs vaak een rol. Daarom is extra scholing in die gevallen gewenst. Aanwezige vrijwilligers hebben dan de benodigde kennis voor een dergelijk evenement in huis. Ook voor carnaval en Koningsdag worden extra trainingsavonden georganiseerd die zijn toegespitst op hulpverlening bij overmaig alcohol- en drugsgebruik. Bij de uitgebreidere evenementenhulpopleiding leren Rode Kruis-deelnemers in zes verschillende modules alles over hulpverlening ijdens een inzet. Daarnaast komen onder meer transport, logisiek en hygiëne aan bod. Het Rode Kruis is de grootste evenementenhulpverlener van Nederland. Pinkpop, de intocht van Sinterklaas, Koningsdag en tal van andere gebeurtenissen; het Rode Kruis is erbij om alles zo voorspoedig mogelijk te laten verlopen. Zie pagina 96 en 97 voor een verslag over de hulpverlening van het Rode Kruis ijdens carnaval op Aruba.
Hoe vier stellen verliefd werden tijdens hun werk voor het Rode Kruis
‘Hij is mijn beste vriend’ Annemieke Boer (25) en Danny Vos (26) uit Vlaardingen. Zij verlenen EHBO ijdens evenementen en fesivals. Soms leveren moeilijke omstandigheden iets heel moois op. Annemieke en Danny kunnen daarover meepraten. “Mijn twee zoons zijn ziek. Een van hen heet ernsige hartafwijking”, vertelt Annemieke. “De eerste keer dat het mis ging met zijn hartje, raakte ik volledig in paniek. Ik wist niet wat ik moest doen. Daarna besloot ik mij direct in te schrijven voor een EHBO-cursus bij het Rode Kruis. Dit mocht niet nog eens gebeuren.” En daar liep zij in februari 2013 Danny tegen het lijf. Hij was al langer acief bij de organisaie en had op die bewuste dag een vergadering. “Toen hij langsliep kon ik mijn ogen niet van hem ahouden”, glimlacht ze. “Wat een lekker ding, dacht ik bij mezelf. Toevallig volgde ik de cursus met zijn zusje. Zij stelde ons aan elkaar voor.”
‘We zien de toekomst zonnig in’
Flinke stap Na die ontmoeing gingen er een aantal weken voorbij. Danny: “Ik vond haar meteen ontzetend leuk, maar een relaie is een linke stap. Annemieke heet drie kinderen uit een vorige relaie. Dan begin je niet zomaar aan iets nieuws. Maar we zagen elkaar steeds vaker en op een gegeven moment konden we er niet meer omheen. We waren verliefd.” Ieder vrij uurtje besteden Annemieke en Danny aan het Rode Kruis. “Dit is onze hobby. Een uitlaatklep”, verzucht Annemiek. “We laten de moeilijke momenten met de kinderen en de drukke baan van Danny even achter ons. In onze regio is de groep heel hecht, we ondernemen iedere week wel iets.” Inmiddels woont het stel een paar maanden samen. Ze zien de toekomst zonnig in. Een glunderende Danny: “We sluiten niet uit dat er over een ijdje nog een vierde kindje bij komt.”
Gül (33) en Meindert Korevaar (36) uit Delt. Gül werkt op het verenigingskantoor van het Rode Kruis op de afdeling Naionale Hulpverlening en is daarnaast vrijwilliger. Meindert werkte tot voor kort op de afdeling Internaionale Hulpverlening. Ze herinneren het zich beiden als de dag van gisteren. Een stoet collega’s stond Gül en Meindert vrolijk zingend en lachend op te wachten, toen zij vorig jaar augustus voor het eerst het kantoor binnenkwamen nadat zij elkaar het ja-woord hadden gegeven. “Er lag een berg cadeaus en onze stoelen waren versierd”, glundert Gül. “Op dat moment voelden we hoe intens de band met onze collega’s is. Dat geet nog alijd een heel warm gevoel.” Begin 2011 trad Meindert in dienst bij het Rode Kruis als medewerker Internaionale hulpverlening. Hij raakte aan de praat met Gül die net terug was van een reis door Centraal-Azië. “We ontdekten dat we allebei van dat gebied houden.” Gewoon vrienden Ondanks dat er meteen een klik was, waren ze geen van tweeën klaar voor een relaie. En dat is maar goed ook, denkt Gül achteraf. “Natuurlijk vonden we elkaar meteen erg leuk. Zo leuk dat we een vriendschap opbouwden. Het voordeel aan een vriendschap is dat je je niet anders of mooier voor hoet te doen dan je bent.” Een jaar lang gingen ze op die manier met elkaar om, maar op een gegeven moment moest zowel Meindert als Gül toegeven dat ze elkaar toch wel meer dan leuk vonden. Gül: “Die roze wolk kwam ons een jaar later aanwaaien, maar daardoor hebben we de kans gekregen elkaar door en door te leren kennen. Ik kan het iedereen aanraden. We zijn dolverliefd maar Meindert is ook nog steeds mijn beste vriend.”
11
‘Wij zijn een echt team’
Anouk Doornwaard (20) uit Hatemerbroek en Arne Senz (23) uit Hatem. Beiden zijn vrijwilliger bij het Mappa Mondo-huis in Wezep, waar chronisch zieke of gehandicapte kinderen kunnen wonen of logeren.
Irma Ruiter (41) en Ben Baart (55) uit Ede. Zij zijn noodhulpvrijwilligers. Daarnaast is Ben lid van het SIGMA-team (Snel Inzetbare Groep ter Medische Assistenie) en geet hij EHBO-trainingen.
De datum dat ze elkaar ontmoeten, staat in Anouks geheugen gegrit. “Dat was op 4 januari 2013 in het Mappa Mondo-huis waar ik stage liep. Eén van de vaste medewerkers was die dag ziek, terwijl er ontzetend veel kinderen verbleven. Het was een grote chaos.” Tijd om hulp in te schakelen van een extra vrijwilliger: Arne.
Nietsvermoedend leerden Irma en Ben elkaar vorig jaar kennen ijdens de Nijmeegse Vierdaagse. Dat zij elkaar maanden later eeuwige trouw zouden beloven op diezelfde plek, hadden ze nooit verwacht. “Ik werk nu vijf jaar als vrijwilliger ijdens de Vierdaagse”, vertelt Irma. “Vorig jaar zat ik voor het eerst in het team bij Ben, die ook al jaren blaren prikt. Een week werkten we nauw samen. En de klik was er meteen, maar in eerste instanie deden we daar niets mee. We waren namelijk allebei getrouwd.”
“Ik was meteen onder de indruk”, glimlacht Anouk. “Bij hem duurde het iets langer.” Arne: “Ik kwam net uit een relaie. Ik wilde het even rusig aan doen. Maar dat hield ik niet lang vol, hoor. Toen ik diezelfde week via Facebook haar nummer vroeg, zei ze dat ik maar eens in mijn tas moest kijken. Daar zat een briefje in met haar 06-nummer. Heel stoer. Ik was om.” Heel intensief Toen ze net een relaie hadden werkten Anouk en Arne veel samen in het Mappa Mondo-huis. Anouk: “Zo zorgden we een week lang samen voor twee zieke kinderen. Dat was heel intensief, maar ook ijn. Een echte test. We leerden elkaar heel snel door en door kennen. We delen dit als een ontzetend mooie herinnering. Zonder het Rode Kruis zouden we elkaar niet eens kennen. De organisaie zal daardoor alijd een bijzondere rol spelen in onze relaie.” Naast de zorg voor kinderen, deelt het stel nog een passie: muziek. Zij speelt sinds haar zesde bugel en hij is al jaren bezig met slagwerk. Sinds kort ziten ze in hetzelfde orkest. “Wat veel mensen niet zo aanspreekt, vinden wij samen hartsikke leuk. We zijn een echt team.”
Zoen in de trein Na aloop van het evenement zaten ze in dezelfde trein. Ben: “Toen Irma eruit moest bij Ede, liep ik met haar mee naar de deur. Ik kon niet anders dan haar zoenen. Niet kort daarna spraken we af om foto’s van de Vierdaagse uit te wisselen. Het gevoel werd alleen maar sterker.” Ze besloten hun huwelijken te beëindigen. “Dat was ontzetend moeilijk natuurlijk. Vooral voor onze partners en kinderen. Al met al gaat iedereen er goed mee om nu. We zijn nog steeds blij met deze keuze. Dit heet zo moeten zijn.” Irma ontdekte een nieuwe hobby: “Na een keer achterop de motor bij Ben, was ik om. Nu toeren we samen het land door.” Ook Nijmegen doen ze in juli weer aan. Grote kans dat ze dit jaar in hetzelfde team ziten. Voor 2015 zijn de plannen iets anders: “Om onze eerste ontmoeing te vieren, hebben we besloten om dat jaar de Vierdaagse zelf te lopen. Dat is wel even iets anders”, grinnikt Irma. “Als je op de post staat, maak je de gezelligheid mee, zonder ervoor te zweten. Volgend jaar moeten we zelf aan de slag.”
‘Dit heeft zo moeten zijn’
13
Nadat haar man en twee zoons zijn vermoord en ze zelf voor dood wordt achtergelaten, moet Grace halsoverkop Oeganda verlaten. Eenmaal in Nederland tast ze volledig in het duister over het lot van haar drie achtergebleven kinderen. Bijna een jaar verkeert ze in grote onzekerheid. Tot ze eindelijk dat verlossende telefoontje van het Nederlandse Rode Kruis krijgt. ‘Grace, goed nieuws. We hebben je kinderen gevonden!’
‘Mama we love you and miss you’, stond in de Red Cross Message
Terwijl Grace haar verhaal deelt, doet ze haar best haar tranen te bedwingen. Het is dan ook onvoorstelbaar hard wat deze 65-jarige vrouw uit Oeganda heet doorstaan. In 2009 leidt Grace een onbezorgd leven. Haar man is een succesvol autoimporteur en samen genieten ze van hun vijf (bijna) volwassen kinderen. Maar met hun steun aan een opposiieparij ondertekent het gezin onbewust een gruwelijk vonnis. Tijdens een demonstraie wordt één van de zoons van Grace vermoord. Een paar dagen later dringen gewapende mannen ’s nachts hun huis binnen en vermoorden haar man en de tweelingbroer van de eerder gedode zoon. Ook Grace wordt aangevallen en voor dood achtergelaten. Haar drie andere kinderen, die op een kostschool ziten, blijven gespaard. EEN VERSCHEURD GEZIN
Een vriend van de familie vindt Grace. Hij brengt haar naar het ziekenhuis en zorgt voor een veilig onderkomen voor haar kinderen. Wanneer hij terugkeert om alle persoonlijke documenten op te halen, is het huis geplunderd. Als Grace dagen later bijkomt, laat ze de gruwelijke waarheid tot zich doordringen. Haar leven is in gevaar en ze moet direct het land uit. Gelaten neemt ze het aanbod aan om naar familie van de huisvriend in Canada te vluchten. Maar daarmee is de nachtmerrie nog niet voorbij. Bont en blauw, berooid en verslagen is Grace overgeleverd aan onbekenden die haar naar Kenia brengen. Uiteindelijk belandt
ze in een vliegtuig, denkende riching het veilige Canada te gaan. Maar ze komt aan in Nederland. Ze is radeloos. Grace weet niet waar haar kinderen zijn en zij hebben geen idee dat hun moeder niet in Canada, maar in Nederland is beland. De enige die weet waar haar kinderen zijn, is de vriend van de familie. Maar ook hij is inmiddels zijn leven niet meer zeker en heet Oeganda plotseling moeten verlaten. Het gezin is verscheurd. HOOP DOET LEVEN
In Nederland volgen de opvangadressen elkaar in rap tempo op. Met het laatste restje energie dat de krachige Afrikaanse moeder nog bezit, ondergaat ze vastberaden de procedure voor het verkrijgen van een verblijfsvergunning. Met elk interview, elk detail over haar oude leven en elke vraag die haar weer terugbrengt naar die afschuwelijke nacht, hoopt Grace dichterbij de hereniging met haar kinderen te komen. Maar hoe langer ze is afgesneden van informaie over hen, hoe meer ze de moed begint te verliezen. Tot die ene dag dat twee vrijwilligers van het Rode Kruis haar bezoeken. “Of ik wist wat Tracing was,” vertelt Grace. Bij de herinnering aan het moment maakt haar trieste blik heel eventjes plaats voor een hoopvolle twinkeling. “Nee, ik had geen idee wat dat was. Maar toen de vrijwilligers uitlegden dat het een dienst van opsporing en contactherstel was waarmee ik misschien mijn kinderen kon terugvinden, durfde ik weer te hopen. Ik had weer een reden om te leven.”
15
BERICHT!
LICHTPUNTJE
“Ik wachte en wachte en wachte. En toen kwam negen maanden later dat verlossende telefoontje: ‘Grace, goed nieuws. We hebben je kinderen gevonden.’ Het Rode Kruis in Oeganda had bij ientallen deuren aangeklopt en navraag gedaan. En nu waren ze dan eindelijk gevonden! Een droom kwam uit. De vrijwilliger gaf me een Red Cross Message, akomsig van mijn twee zoons en dochter.” Met de tekst ‘Mama we love you and miss you,’ begon de hartenkreet van haar kinderen. Ze vertelden hoe ze op de vlucht waren gegaan en sindsdien in angst en armoede leefden. Ze hadden nauwelijks kleren of eten en moesten hard werken. Samen droomden ze over de dag dat ze hun moeder weer in de armen zouden sluiten. De brief brak Grace’ hart. Eindelijk wist ze waar haar kinderen waren, maar nu moest ze leven in de wetenschap dat ze zonder haar een miserabel bestaan leidden. En er was niets wat Grace kon doen.
Gelukkig bleek Tracing voor Grace het lichtpuntje waarmee goede dingen in gang werden gezet. Nu ze weer contact had met haar kinderen kon ze in Nederland een procedure voor gezinshereniging starten. In november 2013 sluit Grace op Schiphol haar dochter weer in de armen. “Ik huilde. Maar deze keer van geluk. Ik beschouw het Rode Kruis echt als mijn reddende engel. Zij hebben mijn kinderen weten op te sporen. Ik waardeer zo ontzetend wat de lieve vrijwilligers voor mij hebben gedaan. Ik dank mijn leven aan de tracingdienst van het Rode Kruis. Want had ik mijn kinderen niet teruggevonden, dan had ik de hoop al lang opgegeven.” GELOOF
Grace richt zich nu samen met haar advocaat op de hereniging met haar zoons. “Alleen mijn dochter heet een verblijfsvergun-
ning gekregen, dus mijn zoons zijn nog in Oeganda. Ondanks dat we elke twee weken bellen, ben ik zó bezorgd om hen. Gelukkig krijg ik heel veel steun van allemaal lieve mensen hier in Nederland. Daarom houd ik het vol. Maar ook omdat ik geloof dat er een dag komt dat ik al mijn kinderen weer in mijn armen sluit. In de tussenijd ben ik niks, niemand, één van de vele vluchtelingen. Want Grace bestaat niet meer. Zij sierf toen ik vluchte.” De naam Grace is om privacyredenen geingeerd.
‘Ik waardeer zo wat die lieve vrijwilligers van het Rode Kruis voor mij hebben gedaan’
ZIJ HIELPEN MEE IN DE ZOEKTOCHT NAAR DE KINDEREN VAN GRACE
Corrien Escher en Andries Tol waren de tracingvrijwilligers die Grace vanuit Nederland hielpen met het opsporen van haar kinderen. De Brabantse Corrien ontmoete Grace in het asielzoekerscentrum. Corrien: “Ik maakte kennis met een staige en openharige vrouw. Geen detail van haar verhaal liet ze onbenoemd. Ze was vastberaden om ons zo goed mogelijk te helpen. En misschien was dat wel de sleutel naar de geslaagde zoekacie. Want hoe meer informaie je kan geven aan de tracingcollega’s in het land waar familie moet worden opgespoord, hoe beter. Daarom vraag ik alijd heel veel. Je wilt tenslote geen enkel aanknopingspunt onbenoemd laten.” Negen maanden na het eerste gesprek is Andries Tol degene die het goede nieuws aan Grace mag overbrengen. Andries: “De ontmoeing vergeet ik niet snel. Grace was zó blij. Het was erg bijzonder om deelgenoot van haar blijdschap te mogen zijn. Achter Tracing zit een berg inspanning van vele vrijwilligers in binnen- en buitenland verborgen. Het is prachig als dat beloond wordt met een geslaagde opsporing.”
17
WAT IS TRACING? Tracing is een kerntaak die het Rode Kruis in vrijwel elk land uitvoert. Familieleden die elkaar door een ramp, oorlog, migraie of humanitaire noodsituaie uit het oog zijn verloren, kunnen het Rode Kruis inschakelen om elkaar weer te vinden. Ongeveer honderd tracingvrijwilligers en zes medewerkers van het Nederlandse Rode Kruis werken samen met Rode Kruis-collega’s in de hele wereld. Als iemand een aanvraag voor Tracing indient, vullen vrijwilligers ijdens een persoonlijk gesprek een opsporingsformulier in met zoveel mogelijk gegevens over de gezochte persoon. Een behandelaar van de afdeling Opsporing & Ondersteuning in Den Haag controleert vervolgens het ingevulde formulier en stuurt dit door
naar het Internaionale Comité van het Rode Kruis (ICRC) of Rode Kruis- of Rode Halve Maan-vereniging in het land waar gezocht moet worden. En dan start de zoektocht naar wat vaak een speld in de hooiberg is. Zo kan het dus maanden duren voordat er nieuws te melden valt. En helaas lukt het ook niet alijd. Maar wanneer een opsporing succesvol is, wordt het contact tussen de familieleden zo snel mogelijk hersteld. Dit kan telefonisch of per post in de vorm van een Red Cross Message. Voor de verscheurde familie wordt daarmee een streep gezet onder een periode van grote onzekerheid. De Rode Kruisbeweging brengt ieder jaar honderdduizenden dierbaren over de hele wereld weer met elkaar in contact.
Samen bouwen aan sterke wijken op de Filipijnen!
DISTRICTEN EN AFDELINGEN VAN HET RODE KRUIS
DISTRICT GRONINGEN
1 2 3 10 4
11 25 12
13
5 14 6
‘Wij voelen ons erg geïnspireerd door het verhaal van Henry Dunant, die in een situaie waarin geen weten meer leken te gelden, stond voor een humanitaire behandeling van iedere soldaat, ongeacht welk leger hij vertegenwoordigde. Zo willen wij in ons district ook werken; wij oordelen niet over iemands moieven en daden, maar bieden hulp aan iedereen die dat nodig heet. Zo werken wij aan de strategische doelen en bieden wij bijzondere diensten aan zoals de Engelstalige EHBO-cursus voor buitenlandse studenten.’ 16 Rode Kruis-afdelingen: Appingedam e.o., Bedum, Bellingwolde, De Marne Winsum, De Oude Veenkoloniën, Delfzijl e.o., Eemsmond, Groningen en Haren, Hoogezand-Sappemeer e.o., Oldambt, Oude en Nieuwe Pekela, Slochteren, Ten Boer, Westerkwarier, Zuidoost-Groningen en studentendesk Groningen. Aantal vrijwilligers: 665
Tyfoon Haiyan zorgde eind 2013 voor een enorme ravage op de Filipijnen. Duizenden mensen kwamen om het leven en miljoenen raakten in één klap alles kwijt. Helaas staat deze zwaarste storm ooit niet op zichzelf. Meerdere keren per jaar wordt het land getroffen door dit soort natuurgeweld. Dankzij een prachtige extra bijdrage van ruim 2 miljoen euro van de Nationale Postcode Loterij, kunnen we samen met CARE Nederland en Wetlands International de 35.000 inwoners van 150 wijken op Mindanao helpen, om beter voorbereid te zijn op toekomstige rampen. In de eerste plaats om hun overlevingskans te vergroten. Maar ook om de schade die een ramp kan veroorzaken aan infrastructuur, landbouwgrond en vee te beperken. In samenwerking met de inwoners en lokale overheden gaan we kijken welke maatregelen er getrofen moeten worden. Bijvoorbeeld de implementatie van waarschuwingssystemen, het trainen van reddingsteams, het uitvoeren van rampenoefeningen, de aanleg van dijkjes en het aanplanten van mangrovebomen als natuurlijke bufer. En dit allemaal dankzij de deelnemers van de Postcode Loterij: samen maken we het verschil!
DISTRICT FRYSLÂN
1 2 3
‘Het is onvoorstelbaar hoe vaak de inwoners van de Filipijnen worden getrofen door natuurgeweld. We zijn blij dat we dankzij onze deelnemers een bijdrage kunnen leveren aan het beter voorbereiden en beschermen van tienduizenden mensen op Mindanao. Zo kunnen we de impact van toekomstige rampen helpen verminderen en het menselijke leed beperken.’ Judith Lingeman Hoofd Goede Doelen, Nationale Postcode Loterij
10 4
11 25 12
13
5
‘Serious Request in Leeuwarden was natuurlijk het hoogtepunt van het afgelopen jaar voor het district Fryslân. Lange ijd voor de 3FM Serious Request week werd al begonnen met de organisaie: het geven van gastlessen, het organiseren van de EHBO en het opstarten van de
Sinds 1 januari 2014 bestaat het Rode Kruis in Nederland uit 254 afdelingen en 25 districten. Hoe zien de districten eruit en wat leeft er zoal?
eerste echte Rode Kruis pop-up winkel in de binnenstad van Leeuwarden. Serious Request werd dan ook een groot succes, mede door de inzet van honderden Rode Kruis-vrijwilligers!’ 14 Rode Kruis-afdelingen: De Brug, Franeker e.o., Fryslân Noord, Harlingen e.o., Mid-Friesland, Ooststellingwerf, Opsterland, Skarsterlân, Smallingerland en Achtkarspelen, Súdwest-Fryslân, Terschelling, Uingeradeel, Weststellingwerf en studentendesk Leeuwarden. Aantal vrijwilligers: 911
DISTRICT DRENTHE
1 2 3 10 4
11 25 12
13
5 14
‘We kunnen het niet in ons Een(d)tje! Dat is ons moto voor fondsenwerving in Drenthe en natuurlijk draait daarbij alles om eendjes. Tijdens de Rode Kruis Eenden Rally toeren ruim 120 2CV’s door Drenthe, met onderweg veel aciviteiten voor mens en Eend. Ook wordt er jaarlijks een badeendenrace met mega-opblaaseenden georganiseerd; de badeenden worden ‘geadopteerd’ door het bedrijfsleven en zorgen voor een prachige opbrengst. De Drentse afdelingen werken enthousiast samen en voor zowel deelnemers, het publiek als de vrijwilligers is het een geweldig feest.’ 15 Rode Kruis-afdelingen: Anloo/Zuidlaren, Assen-Vries, Borger-Odoorn, De Wolden, Emmen, Emmer-Compascuum/ Roswinkel, Gieten/Gasselte, Hoogeveen, Klazienaveen, Meppel/Nijeveen, Midden-Drenthe, Noordenveld, Rolde, Westerveld, Zuidoost Drenthe. Aantal vrijwilligers: 1214
DISTRICT IJSSELLAND
1 2 3 10 4
11 25 12
13
5 14 6
16
9
‘Lasig is niet hetzelfde als onmogelijk! We vinden het belangrijk onze afdelingen acief te betrekken bij het programma KernGezond & Strategie 2020. Veranderingen zijn immers alleen efecief als ze breed worden gedragen. We willen van de afdelingen horen wat er speelt, wat er nodig is om de vaart in het transiieproces te houden. Tegelijkerijd willen we niet uit het oog verliezen wat onze vrijwilligers beweegt en wat ze nodig hebben om opimaal te funcioneren.’ 13 Rode Kruis-afdelingen: Avereest, Bathmen, Dalfsen-Lemelerveld-Nieuwleusen, Deventer, Hardenberg/Gramsbergen, Kampen/IJsselmuiden, Kop van Overijssel, Olst-Wijhe, Ommen, Salland Midden, Staphorst, Zwartewaterland en Zwolle. Aantal vrijwilligers: 979
DISTRICT TWENTE
1 2 3 10 4
11 25 12
13
5 14 6
16 15
9
7
‘Er zijn genoeg kadernota’s en stukken rondgezonden. Nu is het ijd om de mouwen op te stropen. We kijken ernaar uit samen met de afdelingen aan de slag te gaan met concrete projecten.’ 14 Rode Kruis-afdelingen: Almelo, Borne, Dinkelland-Oldenzaal, Enschede, Haaksbergen, Hellendoorn/Nijverdal, Hengelo (Ov), Hof van Twente, Holten, Losser, Rijssen, Tubbergen e.o., Twenterand en Wierden. Aantal vrijwilligers: 1053
19
Het voedselpakket dat wordt uitgedeeld in Syrië:
Het zal je maar gebeuren. Dat je met je gezin op de vlucht moet en bent aangewezen op voedselhulp van het Rode Kruis of andere hulporganisaties. Wat zit er eigenlijk in zo’n voedselpakket? En wat kun je ermee?
Rijst Suiker Thee Kikkererwten Abrikozenjam Sojaolie Tomatenpuree Tonijnvlokken Tuinbonen
8 kg 5 kg 900 g 2 kg 900 g 1.8 L 850 g 185 g 800 g
vraagt het Naomi Merkus, chekok op ons vakanieschip de J. Henry Dunant. Naomi weet wel raad met het voedselpakket. Maar liefst drie gangen telt de maalijd die zij in elkaar draait: een soep met kikkererwten en tuinbonen, een rijstgerecht met tomatensaus en een rijstepap met versiering. "Waar zijn de smaakmakers?", was de eerste vraag die in haar opkwam bij het zien van de ingrediënten. Vooruit, dan maar rijst koken in thee en tonijnvlokken over de soep voor een beetje ‘bite’. Het thee- en rijstwater vervolgens weer met wat abrikozenjam door de tomatenpuree en voilà, een lekker sausje. Niet alleen voor bij de rijst, maar ook als garnering van de soep. De rijst die over is wordt goed doorgekookt en met wat suiker op smaak gebracht: zie daar het toetje. Aangekleed met, jawel, kletskopjes van gekarameliseerde suiker.
“Ik schrok wel toen ik hoorde dat een familie van vijf met dit eten een maand moet doen. Het is voor één keer prima, maar voor zo lang is het toch wel eenzijdig.” Op het schip kookt Naomi met collega’s Wim en Geffroy elke dag voor 130 man en dan trekt ze wel heel wat meer uit de kast dan dit. “Maar als je niets hebt, is zo’n voedselpakket natuurlijk al geweldig.”
21
het Rode Kruis bij noodsituaies in het buitenland voedselpakketen verstrekt, zo kan het ook in Nederland een bijdrage aan voedselhulp leveren als omstandigheden daarom vragen. Deze hulp is aanvullend en ijdelijk, en duurt zolang de voedselbanken de toegenomen vraag niet zelf aan kunnen.
‘Ons afdelingsgebouw is een ideaal uitdeelpunt’ ERVARINGEN VAN AFDELINGEN Een aantal Rode Kruis-afdelingen in het land is al acief in het ondersteunen van de voedselbanken. Zo stelt de afdeling Bodegraven sinds 2011 iedere donderdag hun gebouw ter beschikking aan de voedselbank ter plaatse. Zij herkennen dat het aantal hulpvragers toeneemt. Ans Rodenburg, coördinator Sociale Aciviteiten en EHBO: “Drie jaar geleden deelde de voedselbank in ons gebouw wekelijks zeven pakketen uit. Inmiddels zijn dat er veerig.” De lokale voedselbank had het Rode Kruis desijds om hulp gevraagd. “De voedselbank groeide en zocht een uitdeelpunt in Bodegraven. Ons afdelingsgebouw was voor hen ideaal, want het ligt uit het zicht van de dorpskern. Het valt niet op als mensen hier hun pakket ahalen. Het afdelingsbestuur vond dat de doelstelling van de voedselbank goed aansluit bij die van het Rode Kruis en ging akkoord.”
Wie hoort over voedseldistributie denkt al gauw aan overvolle vluchtelingenkampen in het Midden-Oosten of door droogte geteisterde gebieden in Afrika. Helaas zijn er ook in eigen land mensen die onvoldoende te eten hebben. Door de crisis neemt hun aantal snel toe. Zó snel, dat Voedselbanken Nederland recentelijk de noodklok luidde. Het Rode Kruis onderzoekt hoe wij kunnen ondersteunen. Verschillende media berichten erover: voedselbanken kunnen de toenemende vraag naar voedselhulp niet meer aan. Als gevolg van de hoge werkloosheidscijfers en bezuinigingen is de vraag naar pakketen levensmiddelen in een jaar ijd met 30 % gestegen. De 149 voedselbanken bedienen nu wekelijks rond de 70.000 mensen, terwijl veel meer mensen hulp nodig hebben; volgens schaingen van de voedselbanken zo’n 300.000 mensen. Dat niet iedereen een beroep doet of kan doen op de voedselbank, heet te maken met het taboe eromheen. Maar het komt ook doordat niet iedereen een voedselbank in de buurt heet en doordat er onvoldoende eten wordt aangeboden voor in de pakketen. Een bijkomend probleem is dat de kwaliteit van de
pakketen afneemt door tekorten aan voedzaam en gezond eten. Vaak ontbreekt het aan basislevensmiddelen als pasta, rijst en dergelijke. AANVULLENDE ROL RODE KRUIS? Eén op de negen kinderen in Nederland zit met honger in de klas. Ongeveer 1,2 miljoen mensen hebben moeite om dagelijks voldoende eten op tafel te zeten. Het Rode Kruis vindt dit schrikbarende cijfers. Het niet hebben van voldoende voedsel is te beschouwen als een acute noodsituaie. Daarom onderzoekt het Rode Kruis of het in de huidige economische crisis de voedselbanken kan ondersteunen in hun hulpverlening. Want zoals
DISTRIBUTIE VAN PAKKETTEN Sommige Rode Kruis-afdelingen werken intensief samen met een voedselbank. Bijvoorbeeld in Utrecht en Arnhem. Ook in Denekamp helpt afdeling Dinkelland-Oldenzaal de lokale voedselbank sinds vier jaar met vervoer en distribuie van voedselpakketen. Voorziter Jan Mistrate Haarhuis legt uit: “De voedselbank had onvoldoende vrijwilligers in deze regio en vroeg het Rode Kruis om ondersteuning. Iedere vrijdag vervoert iemand uit de chaufeurspool de pakketen van Oldenzaal naar ons gebouw in Denekamp. Daar delen Rode Kruis-vrijwilligers
pakketen uit aan de mensen. Dat gaat volgens een lijst die we van de voedselbank krijgen.” Bij het vervoer van de pakketen komt meer kijken dan je zou denken. “De Voedsel- en Warenautoriteit controleert hier streng op. Alle vervoer moet nu gekoeld zijn, wat de organisaie ingewikkelder maakt.” Ook Jan merkt dat het aantal mensen dat ahankelijk is van voedselpakketen gestaag toeneemt. “We zien een verschuiving naar de middenklasse. Mensen die werkloos worden, hoge woonlasten hebben, hun huis niet kwijtraken en dan te weinig geld overhouden voor eten. Daar schrik je wel van.”
‘We zien een verschuiving naar de middenklasse. Daar schrik je wel van’ MEER VOEDSELBANKEN HELPEN Het Rode Kruis overlegt momenteel met de voedselbanken of en hoe meer voedselbanken geholpen kunnen worden met het realiseren van voldoende én gezond eten voor mensen die een steuntje in de rug nodig hebben. Daarbij wordt gekeken naar de mogelijkheden van het Rode Kruis en de behoete aan ondersteuning van de voedselbanken. De verwaching is dat mogelijkheden en vraag per regio verschillen. Marije van Velzen, verantwoordelijk voor de samenwerking met de voedselbanken: “We onderzoeken op dit moment inderdaad de mogelijkheden. Kan het Rode Kruis helpen met het aantal, met de kwaliteit, wat zijn lokale behoetes van de voedselbanken? Begin deze zomer verwachten we een goed overzicht te hebben van hoe we kunnen helpen.” Wilt u meer informaie of weten hoe uw afdeling kan helpen? Neem contact op met de afdeling Zelfredzaamheid via
[email protected].
IS VOEDSELHULP NODIG IN NEDERLAND? Op dit moment hebben veel mensen in ons land moeite om in hun meest primaire levensbehoete, namelijk voedsel, te voorzien. In 2013 hadden 1,2 miljoen mensen een inkomen onder het ‘niet-veel-maar-toereikend-criterium’. Dit betekent dat zij minder inkomen hadden dan nodig is voor de minimaal vereiste uitgaven voor voedsel, kleding, wonen en sociale paricipaie. Het Centraal Bureau voor de Staisiek (CBS) en het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) verwachten dat deze aantallen in 2014 zeer licht dalen, maar groot blijven. Dit beeld van toegenomen armoede zien we in heel Europa, schrijt de Internaionale Federaie van het Rode Kruis (IFRC) in oktober 2013 in een alarmerend rapport. 43 miljoen mensen in Europa hebben te weinig te eten en 120 miljoen mensen lopen het risico om in armoede te vervallen. In de afgelopen drie jaar is het aantal mensen dat van voedselbanken ahankelijk is in 22 Europese landen met driekwart gestegen. In Nederland is Voedselbanken Nederland de hulporganisaie die zich bezighoudt met de samenstelling en de distribuie van voedselpakketen. 149 voedselbanken bereiken op dit moment circa 30.000 gezinnen (70.000 personen). Op grond van de cijfers van het CBS en SCP schaten zij dat zij eigenlijk meer mensen zouden moeten bereiken – zo’n 300.000 mensen. In sommige regio’s is er een wachtlijst. Ook zijn er veel mensen die geen gebruik maken van de voedselbank vanwege het taboe dat erop rust of problemen met de bereikbaarheid.
23
Tekst: Marga van Vinken, vrijwilliger Mappa Mondo Datum: 14 februari 2014 Locatie: Mappa Mondo in Waalre
08.10 UUR De laatste dag van mijn week begint met het wekken van de kleintjes. Tandenpoetsen hoort er bij. Kylan doet het zelf terwijl we een liedje zingen.
Als vrijwilliger breng ik de week door in het Mappa Mondo huis in Waalre. Deze dagen is mij de zorg voor de kleine jongetjes Kylan en Mees toevertrouwd. Naast de verzorging en het spelen doe je ook huishoudelijke taken zoals kleding wassen. Maar het belangrijkste is dat je de kinderen de warmte en aandacht geeft die ze verdienen.
08.50 UUR Zo dadelijk komt een verpleegkundige de canule van Kylan verzorgen. Hij doet dit alvast voor op zijn knufel Snoopy.
09.15 UUR Even gezellig knufelen met een ander Mappa Mondo kindje, de kleine Mees. Daarna rust Mees verder uit in de box.
25 10.00 UUR Na het vullen van de wasmachine is het hoog ijd voor een koiepauze. Kylan zorgt voor zijn eigen kopje thee.
12.05 UUR Als laatste controleer ik het huishoudboekje. En dan zit mijn week bij Mappa Mondo Waalre er alweer op!
10.45 UUR Het is mooi weer om naar de speeltuin te gaan. We halen even een frisse neus. Lekker op de glijbaan. Kylan vindt het geweldig!
Mappa Mondo De drie Mappa Mondo huizen zijn huizen met speciale zorg waar kinderen van 0 tot 18 jaar met een chronische en/of levensbedreigende ziekte kunnen wonen of logeren. Ouders zijn niet alijd in staat om de benodigde zorg te bieden. Omdat ze de faciliteiten niet hebben of omdat ze af en toe een adempauze nodig hebben. In ieder Mappa Mondo huis worden kinderen deskundig verzorgd door verpleegkundig personeel en vrijwilligers. Kinderen kunnen er lachen, spelen en soms huilen. Mappa Mondo is een iniiaief van het Rode Kruis dat kan bestaan mede dankzij de inzet van honderden vrijwilligers. Meer weten? Ga naar www.rodekruis.nl/mappamondo
HOOP HULP HARTSTOCHT Gijs de Vries staat sinds 1 januari aan het roer van het Nederlandse Rode Kruis. Na een lange carrière in de wereld van de gezondheidszorg en het runnen van een consultancy praktijk gooide hij in zijn eigen leven het roer om. vroeg hem te reageren op vijf trefwoorden. Ik ben mijn hart gevolgd. En heb er absoluut geen spijt van. Het is een rood hart inmiddels. En ik zie bij veel mensen die ik de afgelopen maanden heb ontmoet, vrijwilligers én medewerkers, dezelfde hartstocht. Maar het gaat ook om hoofd en handen. Handen uit de mouwen om het Rode Kruis nog beter op de kaart te zetten en een nog betere hulpverlening te kunnen garanderen. We zijn te bescheiden.
doet leven. We geven hoop door perspectief te bieden aan mensen in kleine en grote noodsituaties. Ik hoorde Prinses Margriet ooit op de radio zeggen: de menselijkheid in de oorlog geeft hoop. Dat je het allemaal niet voor niets doet. Vrijwilligers die bereid zijn zelfs hun leven in de waagschaal te stellen om hulp te verlenen. Dat raakt me.
Een voorbeeld voor ons allen. Fantastisch toch hoe hij een klein initiatief heeft kunnen laten uitgroeien tot zoiets prachtigs als een wereldwijde beweging. Ik heb als één van mijn ambities geformuleerd dat ik het bedrijfsleven meer bij het Rode Kruis wil betrekken. Ik confronteer hen dan graag met het feit dat Henry Dunant een zakenman was, die met zijn bescheiden actie een groot verschil heeft kunnen maken.
van het Rode Kruis kent vele verschijningsvormen. Achter ons unieke, alom bekende embleem gaat een wereld aan hulpverlening schuil. Evenementenhulp, noodhulp in binnen- en buitenland, Eerste Hulp, het begeleiden van de hulp door omstanders, hulp bij zelfredzaamheid, het vergroten van de hulpbereidheid in ons land. Hulp die niet altijd even bekend is. En dan heb ik het nog niet eens over sociale hulp, Bijzondere Vakanties en Mappa Mondo. Misschien hebben we soms een te groot hart, willen we iedereen helpen. Verliezen we een beetje uit het oog waarom Henry ons ooit heeft opgericht, om hulp te verlenen aan slachtoffers in een acute noodsituatie. Een steuntje in de rug voor die mensen, in het klein en om de hoek, maar als het moet ook in het groot en ver weg. Daar gaat het om.
jaar zijn we bijna, nog drie jaar te gaan. Een historie waar we trots op kunnen zijn. We zitten in de haarvaten van de samenleving, van Appingedam tot Heerlen, van Zeewolde tot Willemstad, Curaçao. Ik ben ervan overtuigd dat we nog eens honderdvijftig jaar gaan volmaken, dat ook toekomstige generaties het nut van onze hulpverlening inzien, ervaren en overdragen. Het is ook onze taak dat vuur over te brengen. Want met wat wij doen zijn we onmisbaar, het is de basis van menselijkheid: ervoor zorgen dat in tijden van nood niemand er alleen voor staat.
Protecting people Bescherming van mensen en hun werk- en leefomgeving. Dat is wat materiaaltechnologieconcern TenCate biedt met beschermende weefsels, outdoor fabrics, composieten en tal van andere geavanceerde materialen. Zo kan de noodhulp aan slachtoffers van een ramp of een gewapend conflict optimaal worden ingezet. De persoonlijke bescherming van hulpverleners, verzorgers en medische assistentie is de meest effectieve voorbereiding op calamiteiten en oorlog. Protecting people.
www.tencate.com
3FM SERIOUS REQUEST HIER EN DAAR In 2013 stond voor het tiende achtereenvolgende jaar in de dagen voor kerst een glazen studio in Nederland. Drie DJ's sloten zich op om geld op te halen voor het Rode Kruis. De actie wordt elk jaar populairder en duizenden mensen zetten zich in om geld in te zamelen. Ook Rode Kruis-vrijwilligers doen enthousiast mee. Wat doen zij zoal? En waar gaat het ingezamelde geld heen?
Tekst Saskia Nelissen | Foto 3FM
29
Geen 3FM Serious Request zonder vrijwilligers. Belangeloos zetten zij zich hier in om een zo hoog mogelijk bedrag op te halen voor Rode Kruis-projecten daar. LAJLA WILSON (38) HIELP ALS VRIJWILLIGER IN LEEUWARDEN
“Tijdens Serious Request werkte ik bij de brievenbus en de box waar mensen cheques inleverden. Ook zat ik in het callcenter en kreeg ik mensen aan de lijn die een liedje wilden aanvragen. Erg leuk, maar ook hetig, want de verhalen die mensen bij een nummer vertelden, waren vaak indrukwekkend. Gelukkig kon ik de verhalen kwijt bij mijn collega-vrijwilligers. We vormden een hecht team en deelden wat we meemaakten. Dat voelde uniek. Wat me opviel, is dat Nederland gul is. Het gaat alijd over de crisis, maar ijdens 3FM Serious Request blijkt dat Nederlanders een groot hart hebben. Oorspronkelijk meldde ik me aan voor twee dagen vrijwilligerswerk bij Serious Request. Uiteindelijk zijn het er meer geworden, zo bijzonder vond ik het!”
‘De persoonlijke verhalen bij een aangevraagd nummer waren indrukwekkend’ BIRGITTE JANSSEN (51) ONDERSTEUNDE HET RODE KRUIS IN HARLINGEN BIJ LOKALE ACTIES VOOR 3FM SERIOUS REQUEST
“Onder de noemer Mini Glazen Huis Harlingen hebben we zowel in 2011 als 2012 € 10.000 ingezameld. Toen bleek dat het Glazen Huis in 2013 in Leeuwarden zou komen te staan, dichtbij Harlingen, besloten we onze strategie aan te passen. Velen zouden immers hun ingezamelde geld persoonlijk naar Leeuwarden willen brengen, in plaats van meedoen met onze acies. We besloten om zelf enkele acies op te zeten, waaronder een oliebollenacie met collega-afdeling S�dwest Fryslân en een veiling. Tegelijkerijd wilden we vooral allerlei lokale
acies simuleren en publicitair ondersteunen. De kracht van Serious Request zit ‘m in het feit dat je je met z’n allen inzet voor één doel. Dit resulteert in plezierige saamhorigheid en een hoge opbrengst. Als kers op de taart mocht ik samen met Joseien van Studentendesk Zeeland namens alle Rode Kruisers in het land een cheque aanbieden bij de brievenbus en kregen we een backstage tour in het Glazen Huis.”
‘De kracht zit ‘m erin dat je je met z’n allen inzet voor één doel’ JULIETTE LAGERWEIJ (25) WAS VOORZITTER VAN DE SERIOUS REQUEST COMMISSIE VAN STUDENTENDESK GRONINGEN
“Het horen van het eindbedrag was het allermooiste moment na maanden werk. We zijn ons streefdoel van € 10.000 zelfs voorbij gegaan! Vier maanden voor Serious Request begon, starte ik in de Serious Request studentencommissie. De eerste weken bestonden uit brainstormen. Hierna werden acies opgezet, zoals het organiseren van een feest. En samen met de Hanzehogeschool hadden we ijdens Serious Request ons eigen Glazen Huis. Studenten maakten wel eens grapjes over het thema diarree, maar het was ook een thema dat niet veel uitleg nodig had. Mensen besefen goed hoe belangrijk bijvoorbeeld schoon drinkwater is. Het is mooi om te merken hoe erg de acies leefden bij studenten op onze school, maar het eindbedrag, daar doe je het uiteindelijk voor.”
‘Studenten maakten wel eens grapjes over het thema diarree’
De 3FM Serious Request inzamelactie bracht in 2013 opnieuw een recordopbrengst op: meer dan € 12,3 miljoen. Hoe gaat dit bedrag helpen om kindersterfte door diarree terug te dringen? WAAR GAAT HET GELD HEEN?
De opbrengsten van 3FM Serious Request 2013 worden verdeeld onder elf landen: Haïi, Malawi, Ethiopië, Soedan, Filipijnen, Burundi, Ivoorkust, Zambia, Benin, Centraal-Afrikaanse Republiek en de Democraische Republiek Congo. Met dit geld ontplooien Rode Kruis-/Rode Halve Maan-verenigingen daar de komende drie jaar grootschalige aciviteiten om kindersterte door diarree te verminderen. ACHTER DE SCHERMEN
In sommige landen start de voorbereiding voor de programma’s al in juli 2013, wanneer het 3FM Serious Request thema bekend wordt. De Rode Kruis-/Rode Halve Maan-verenigingen doen onderzoek in eigen land naar de belangrijkste oorzaken van diarree en hoe ze die willen aanpakken. Op basis hiervan schrijven ze een compact voorstel.
Als begin januari het totale bedrag bekend is, wordt de deiniieve lijst van landen vastgesteld en worden concrete plannen gemaakt in overleg met het Nederlandse Rode Kruis. Vanaf februari 2014 kunnen collega’s ter plaatse starten met de uitvoering. Ze beginnen met het inhuren van extra personeel en het werven en trainen van nieuwe vrijwilligers. Ook ontwikkelen ze de voorlichingsmaterialen en regelen ze de aankoop van vervoersmiddelen en goederen. Na deze opstarfase gaan de Rode Kruisers aan de slag. Ze geven voorliching over hygiëne en verzorging van kinderen met diarree, trainen lokale groepen om hun drinkwaterbronnen te beschermen, bereiden gemeenschappen voor op epidemieën, bouwen wc’s en pleiten bij de overheid voor betere gezondheidszorg. In november 2014 worden de eerste resultaten van de driejarige programma’s teruggekoppeld. Het Nederlandse publiek is natuurlijk benieuwd wat er met het zo gul gegeven geld gebeurt.
31
Colex Chapendeka is manager water, sanitaire voorzieningen en gezondheid voor het Rode Kruis in Malawi “Toen ik hoorde dat het Nederlandse Rode Kruis een grote acie organiseerde om geld in te zamelen tegen diarree, was ik blij én opgelucht. In Malawi is de impact van de ziekte enorm. Het is één van de grootste oorzaken van kindersterte. Eén op de vijf jonge kinderen lijdt aan diarree. Kinderen missen daardoor vaak school en hun groei blijt achter. Helaas geven veel fondsen prioriteit aan meer bekende ziektes zoals HIV/Aids en malaria. En dat terwijl diarree makkelijker te behandelen en te voorkomen is. Het Rode Kruis in Malawi gaat onder andere openbare toileten aanleggen bij scholen, medicijnen tegen diarree verspreiden en middels toneelstukken uitleg geven over hygiëne.” Khalid Omer is vrijwillig programmacoördinator bij de Rode Halve Maan in Soedan (Foto links) “In mijn land ontbreken de meest basale faciliteiten. Vooral in de landelijke gebieden kunnen zieken nergens terecht. Diarree is extra gevaarlijk omdat zoveel kinderen hier ondervoed zijn. Veel mensen zijn analfabeet en weten niet hoe ze kunnen voorkomen dat hun kinderen diarree krijgen. De Rode Halve Maan in Soedan geet daarom veel voorliching. We gaan langs bij scholen, klinieken en bij ouders thuis. We leggen uit hoe belangrijk handen wassen is en simuleren moeders om hun baby’s de eerste zes maanden alleen borstvoeding te geven.”
NEDERLAND WAS IN 2004 HET EERSTE LAND WAAR DJ’S ZICH OPSLOTEN IN EEN GLAZEN STUDIO OM GELD IN TE ZAMELEN VOOR HET GOEDE DOEL + HET CONCEPT VOND WERELDWIJD NAVOLGING +
IN 2013 STONDEN ER GLAZEN HUIZEN IN ONDER MEER ZWEDEN, ZUID-KOREA, KENIA, ZWITSERLAND EN BELGIË + DE ACTIES IN ALLE LANDEN SAMEN BRACHTEN IN 10 JAAR AL MEER DAN € 120 MILJOEN OP!
verloot drie exemplaren van het handboek 'Inleiding Humanitair Oorlogsrecht'. Stuur voor 1 juli 2014 een e-mail naar
[email protected] o.v.v. ‘handboek’. 1. Hulpverleners van de Rode Kruis-beweging maken gebruik van het Rode Kruis embleem. Wie mag dat nog meer?
Acht dingen die iedere Rode Kruiser zou moeten weten Het gezegde ‘All is fair in love and war’ gaat niet op. Aan uitspraken over liefde waagt zich maar niet; zeker is dat er tijdens oorlog wel degelijk grenzen zijn aan wat is geoorloofd. Deze regels zijn vastgelegd in het humanitair oorlogsrecht en zijn van levensbelang voor de hulpverlening van het Rode Kruis in conlictgebieden.
a. Militair medisch personeel b. Niemand c. VN-personeel ......................................... 2. Strijdende partijen moeten humanitaire hulp toestaan wanneer de burgerbevolking tekort heeft aan basisbehoeften zoals voedsel en medicijnen. a. Juist b. Onjuist ......................................... 3. Het is een oorlogsmisdaad om kinderen onder de 15 te laten meevechten.
1 het humanitair oorlogsrecht beschermt iedereen die niet of niet langer meedoet aan de strijd. Het verbiedt strijdende parijen om burgers, medische hulpverleners, gewonde strijders en krijgsgevangenen opzetelijk aan te vallen.
van het Rode Kruis (ICRC) spreekt alle parijen bij een gewapend conlict aan op naleving van de regels. Naionale verenigingen zoals het Nederlandse Rode Kruis verspreiden kennis over oorlogsrecht in eigen land.
2 wapens die onnodig lijden veroorzaken of die ook burgers kunnen trefen mogen niet gebruikt worden. Denk bijvoorbeeld aan landmijnen en chemische wapens.
6 alle landen, dus ook Nederland, zijn verplicht om militairen te trainen in naleving van de regels en om oorlogsmisdaden te bestrafen.
4. Er is een verbod op het gebruik van kernwapens.
3 de vier verdragen van genève uit 1949 vormen de basis van het moderne humanitair oorlogsrecht. Het eerste Verdrag van Genève werd in 1864 vastgelegd op iniiaief van Henry Dunant en zag toe op bescherming van gewonde soldaten op het slagveld.
7 de frits kalshoven competitie, die het Nederlandse en Vlaamse Rode Kruis jaarlijks organiseren voor rechtenstudenten, dankt zijn naam aan de Leidse emeritus hoogleraar die een grote rol heet gespeeld in de ontwikkeling van het oorlogsrecht. Frits Kalshoven ontving in 2003 de hoogste onderscheiding van het internaionale Rode Kruis, de Henry Dunant medaille, voor zijn werk.
a. Ja, want kernwapens kunnen geen onderscheid maken tussen burgers en strijders. b. Nee, het Rode Kruis voert internationaal campagne voor zo’n verdrag. .........................................
8 meer dan 100 vrijwilligers geven namens het Rode Kruis voorliching over humanitair oorlogsrecht op scholen. Dit past bij strategisch doel ‘Bevordering van respect en hulpbereidheid’. Zij gebruiken daarbij het handboek 'Inleiding Humanitair Oorlogsrecht' van het Rode Kruis.
5. Oorlogsmisdaden kunnen worden berecht door het Internationaal Strafhof. Waar bevindt zich dit?
4 regels over oorlogvoering zijn van alle ijden en culturen. In de Romeinse ijd was het niet toegestaan om een vijand te vergitigen. En Egypische hiërogliefen spreken al over een verbod op het doden van vrouwen en kinderen. 5 het rode kruis is al sinds de opriching bewaker en promotor van het humanitair oorlogsrecht. Het Internaionale Comité
a. Juist b. Onjuist .........................................
a. New York b. Genève c. Den Haag ......................................... Zie voor de juiste antwoorden pag. 115
33
In Nederland zijn ruim 5,5 miljoen vrijwilligers actief, zo’n 44% van alle volwassenen
Volgens Amerikaans onderzoek verlengt het doen van vrijwilligerswerk de levensverwachting met gemiddeld vier jaar
Wereldwijd maakt het Rode Kruis gebruik van de meest uiteenlopende vervoersmiddelen.
vrijwilligers geven vaker bloed aan de bloedbank en staan vaker op voor iemand in het openbaar vervoer
Gemiddeld besteden Nederlandse vrijwilligers 21 uur per maand aan vrijwilligerswerk
Het ICRC schip de Georgios K., akomsig uit Cyprus, vervoert ijdens de Israëlisch-Libanese oorlog in 2006 terreinwagens, voedselrantsoenen en andere esseniële zaken.
Hagglunds is een all-terrain voertuig dat het Indonesische Rode Kruis gebruikt om ondoordringbare gebieden te bereiken. Hier wordt deze ingezet vlak na een uitbarsing van de vulkaan Merapi in 2010.
28% van de vrijwilligers doet twee soorten vrijwilligerswerk, 11% doet drie soorten en 4% doet zelfs vier of vijf soorten vrijwilligerswerk vrijwilligheid is één van de 7 grondbeginselen van het rode kruis
6 OP DE 10 VRIJWILLIGERS VINDEN DAT ZE DOOR VRIJWILLIGERSWERK KUNNEN LATEN ZIEN DAT ZIJ HET BELANGRIJK VINDEN OM ANDERE MENSEN TE HELPEN Het Filipijnse Rode Kruis, dat al jaren hulp verleent bij overstromingen door tyfoons, verwert in 2010 enkele amibievoertuigen.
In voorjaar 2000 wordt 4500 ton hulpgoederen per vliegtuig vervoerd van Nairobi naar regio’s nabij de stad Gode in Ethiopië, die door droogte en hongersnood getrofen zijn.
DE WERELDWIJDE RODE KRUIS-BEWEGING VERZET JAARLIJKS VOOR BIJNA € 4,4 MILJARD AAN VRIJWILLIGERSWERK
in
1867 werden
de eerste
vrijwilligers van het nederlandse rode kruis getraind om gewonden
77.019
Als één van de eerste afdelingen in het land heet Schagen sinds 2013 de beschikking over een quad. Deze is uitgerust met een AED. Allerlei hulpmiddelen kunnen ermee vervoerd worden en hij is voor elk terrein geschikt.
35
op het slagveld te verzorgen
Dit is het aantal uur dat Viola Cocran uit Amerika in haar leven aan vrijwilligerswerk heeft besteed, een record volgens het Guinness Book of Records
De Red Crosser bestaat dit jaar ien jaar. Het is een unieke tram die speciaal is aangepast voor vervoer van chronisch zieken en gehandicapten langs toerisische hoogtepunten in Amsterdam.
Medewerkers van het Thaise Rode Kruis
Het Britse Rode Kruis bestrijdt cholera in Haïi
brengen hulpgoederen per boot naar de slachtofers van overstromingen in Bangkok eind 2011.
in 2011. Met ezels reizen vrijwilligers naar afgelegen bergdorpen om de inwoners te voorzien van medicijnen en hen voorliching te geven over hygiëne.
Dag in dag uit helpen meer dan 10.000 getrainde Syrische vrijwilligers met gevaar voor eigen leven slachtoffers van de oorlog
Ze kregen het met de paplepel ingegoten: het Rode Kruis. Vrijwilligers Mariska (42) en Sarina (15) zagen hun moeder en oma Marry (64) al van jongs af aan in de weer voor het Rode Kruis. Aangestoken door het enthousiasme, bleven ze niet achter. De drie generaties zetten zich al decennia lang in voor het Rode Kruis. Marry: “Hoogtepunt? Ik kan zoveel hoogtepunten noemen. Maar het belangrijkste blijft toch altijd elk blij gezicht van een hulpvrager.” HERINNERINGEN Het begon allemaal in 1976. Marry was net met haar man naar Den Helder verhuisd. Ze kende er niemand en reageerde op een oproep van het Rode Kruis in de krant. “Mijn man was vaak weg, varen. Voor mij was het een manier om nieuwe mensen te leren kennen.” Nu is Marry op bezoek bij haar dochter Mariska en kleindochter Sarina, die in de buurt wonen. In de gezellige woonkamer in Anna Paulowna poseren ze alle drie trots voor de fotografe. Vrolijk worden er herinneringen opgehaald. Het huis ligt vol met Rode Kruis-spulletjes en een plakboek over de organisaie ligt op tafel. Sarina laat Marry horen dat ze de grondbeginselen van het Rode Kruis echt uit haar hoofd kent. Het is overduidelijk. Hier zit veel liefde voor het Rode Kruis.
Marry hoe zij met behulp van haar iPad de vergaderingen voorzit. "Niet elke vrijwilliger heet e-mail of internet, maar ik laat dan zien hoe simpel het is." Een ‘hippe oma’, aldus Sarina. Marry’s hart ligt erg bij de oudere vrijwilligers. Voor deze mensen is er veel veranderd. “Het is belangrijk dat de vrijwilligers hun ding kunnen blijven doen en hiervoor de erkenning krijgen die ze verdienen.”
37
VIJFTIG UUR PER WEEK Marry begon haar Rode Kruis-carrière bij EHBO en Sociale Hulp. “Ik kon niet kiezen en ik had toch ijd genoeg.” Ze werd de eerste vrouwelijke pelotonscommandant, een voorloper van de geneeskundige eenheid. In 1980 zete Marry met twee anderen het Jeugd Rode Kruis op in de driehoek Den Helder - Alkmaar - Enkhuizen. In 2000 werd het bij een reorganisaie opgeheven. “Het is jammer dat het Jeugd Rode Kruis niet meer bestaat. Het was een soort kweekvijver voor ‘jong talent’.” Ze organiseerden jeugddagen, af en toe een feestavond en dagjes uit om zo de onderlinge band te verstevigen. Marry was 25 jaar lang bestuurslid van afdeling Den Helder, elf jaar voorziter van district Kop van Noord-Holland en nu is ze vanaf 2003 voorziter van de afdeling Hollands Kroon, waaronder Anna Paulowna valt. De afdeling biedt aciviteiten als huisbezoeken, de Contactcirkel en inloopochtenden. Ooit was Marry wel vijtig uur per week in touw voor het Rode Kruis, tegenwoordig nog twee à drie dagdelen per week. Met enige trots vertelt
BELANGEN BEHARTIGEN Mariska werd toen ze derien jaar oud was, in 1985, vrijwilliger bij het Rode Kruis. “Als vrijwilliger bij het Rode Kruis krijg je de gelegenheid zelf een riching te kiezen waarin je je verder wilt ontplooien. Ze ondersteunen je daarbij door je diverse opleidingen te bieden,” vertelt Mariska. Ze werkte tot dit jaar fullime in het MBO-onderwijs, ze is net een dag minder gaan werken. Een ijd geleden kon Mariska nog midden in de nacht mailtjes sturen voor het Rode Kruis. Dat doet ze nu niet meer. Maar soms zijn er wel piekijden, zoals met 3FM Serious Request. Mariska is onlangs gekozen voor de Ledenraad. Er zijn 25 districtszetels en ien expertzetels zoals Fondsenwerving, Internaionale Hulp en Diversiteit. Mariska vertegenwoordigt vier jaar lang de zetel Diversiteit. Twee speerpunten binnen dit thema zijn jongeren en culturele diversiteit. “Rode Kruis-leden hebben een stem, ze kunnen deze aan mij doorgeven.” Naast haar taken voor de Ledenraad, doet Mariska aan internaionale promoie en geet ze voorliching aan jongeren over Humanitair Oorlogsrecht.
Sinds 1 januari 2014 bestaat het Rode Kruis in Nederland uit 254 afdelingen en 25 districten. Hoe zien de districten eruit en wat leeft er zoal?
VRIJWILLIGER SINDS HAAR ZEVENDE Sarina is de jongste Rode Kruis-telg van de familie. Ze zit op school, doet Havo 3 en is sinds 2006 Rode Kruis-vrijwilliger. Moeder Mariska: “Sarina kon niet wachten om ook bij het Rode Kruis te komen. Het stond op haar verlanglijstje voor haar zevende verjaardag. Je kunt namelijk vanaf je zevende vrijwilliger worden.” Hoeveel ijd Sarina precies in haar werk voor het Rode Kruis steekt, is moeilijk te zeggen. Dan is er niets, dan is ze weer een hele dag in de weer. Een aantal jaar geleden heet ze op de ‘Internaionale dag voor de vermiste kinderen’, 25 mei, speldjes met vergeet-mij-nietjes uitgedeeld. In december 2013 heet ze haar maatschappelijke stage van ien uur bij 3FM Serious Request gedaan. Ze heet toen een logo en een formulier voor een sponsorloop ontworpen. In 2014 komt 3FM Serious Request in Haarlem. Sarina wil daar graag aan meehelpen. Ze zou het liefst bij de brievenbus staan of aan het belpanel meedoen.
MEEST INNOVATIEVE PROJECT Mariska’s trots is zonder twijfel het ‘mobieltjesproject’. In 2005 lag ze in het ziekenhuis, waar het haar opviel dat haar mobiele telefoon onmisbaar was in haar contacten met ‘buiten’. In het ziekenhuis hielp ze een oudere dame die moeite had met het omgaan met haar mobieltje. Wat voor jongeren heel vanzelfsprekend is, is voor ouderen lang niet alijd het geval. Op dat moment voerde het Rode Kruis de campagne ‘Het Rode Kruis maakt contact’. Hoe overbrug je een communicaiekloof? Mariska gebruikte haar ervaring uit het ziekenhuis om hierop in te springen. Ze organiseerde een bijeenkomst voor 55-plussers in Den Helder. Er kwamen direct veerig mensen op af. Ze kregen uitleg over hun mobieltjes. Hierna volgde een handleiding voor andere afdelingen. Later kwam er vraag vanuit de Internaionale Federaie van het Rode Kruis (IFRC) naar innovaieve projecten en werd het mobieltjesproject voorgedragen. Mariska vertelt stralend: “Mijn hoogtepunt bij het Rode Kruis was toen het mobieltjesproject op een internaionale bijeenkomst in Seoul werd verkozen als het meest innovaieve project wereldwijd.” Het project draait nu onder andere in Scandinavië, Oostenrijk en Australië.
BIJZONDER Als Sarina gevraagd wordt naar haar hoogtepunt bij het Rode Kruis, antwoordt ze zonder aarzelen: “Die moet nog komen: de fakkeltocht in Solferino!” Jaarlijks wordt op 21 juni in Solferino, Italië, een fakkeltocht gehouden waaraan vele Rode Kruisvrijwilligers meedoen. Met de indrukwekkende fakkeltocht wordt de veldslag bij Solferino van 1859 en de daad van Henry Dunant herdacht, waaruit het idee van het Rode Kruis is ontstaan. Het lukte Mariska al twee keer niet om zich op te geven, maar ze hoopt dat het dit jaar met haar dochter wel gaat lukken. Marry en Mariska willen als laatste graag kwijt dat zij de ‘vertegenwoordigers van de vrijwilligers zijn en willen zijn’. “Om de doelstellingen van het Rode Kruis in Nederland te bereiken, is elke vrijwilliger hard nodig. Het maakt niet uit of je een uur per week of vier uur per dag te besteden hebt, elke vrijwilliger is bijzonder! Het is belangrijk dat mensen in nood geholpen worden. Je kunt een stempel op deze wereld drukken, iets goeds achterlaten.”
25 12 3
DISTRICT NOORD EN OOST GELDERLAND
10 4
11 25 12
13
5 14 6
16
9
15 17
4
11
2
13
5 14
DISTRICT GELDERLANDZUID
6 16
9
15
7
17
8
18
21 20
19
7
22
8
18
23 21
20
‘Voor ons district was 29 november 2013 een mooi moment: de opening van de nieuwe kazerne voor de Brandweer en het gebouw van het Rode Kruis in Harderwijk. De voorziter van district Noord en Oost Gelderland was daarbij aanwezig.’ 18 Rode Kruis-afdelingen: Aalten/Dinxperlo, Apeldoorn, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, De Graafschap, Doeinchem, Eerbeek/Hall/Loenen, Elburg en Oldebroek, Epe/Heerde, Ermelo, Harderwijk, Hatem/Wapenveld, Nunspeet e.o., Oude IJsselstreek, Puten, Voorst en Winterswijk-Oost-Gelre. Aantal vrijwilligers: 1312 10
DISTRICT GELDERLAND MIDDEN
‘Tijdens de werkconferenie van het District Gelderland-Zuid is een besluit genomen om in 2014 een project uit te voeren onder de itel EHBO voor iedereen. Daarnaast wordt een pilotproject EHBO op middelbare scholen gestart. Het doel van deze projecten is het vergroten van kennis van EHBO onder de bevolking van Gelderland-Zuid en het aantrekken van jonge vrijwilligers.’ 12 Rode Kruis-afdelingen: Beuningen (Gld), Bommelerwaard, Culemborg, Geldermalsen e.o., Gemeente Heumen, Lienden, Midden Maas en Waal e.o., Neder-Betuwe, Nijmegen e.o., Tiel e.o, Wijchen en studentendesk Nijmegen. Aantal vrijwilligers: 913
4
11 25 12
13
5 14 6
16
9
15 17 18
10
7 8
4
11 21
20 19
'In relaief korte ijd hebben we eind 2013 het districtsbestuur Gelderland Midden vorm weten te geven als werkend bestuursorgaan. Het is ons doel om in 2014 alle afdelingen te aciveren om er gezamenlijk een prachig jaar van te maken qua lokale samenwerking en fondsenwerving en elkaar onderling te ondersteunen en te versterken op weg naar 2020.’ 12 Rode Kruis-afdelingen: Arnhem, Barneveld, Doesburg e.o., Ede e.o., Gemeente Overbetuwe, Liemers Oost, Lingewaard, Nijkerk, Renkum-Wageningen, Rheden, Westervoort, Duiven, Groessen en Loo en studentendesk Wageningen Aantal vrijwilligers: 1020
25
DISTRICT UTRECHT
12
13
5 14 6
16
9
15 17 18
7 8 21
20 19 22 23
‘Het is mooi om te zien wat er in het district allemaal gebeurt op het gebied van zelfredzaamheid. Op 17 maart presenteerden enthousiaste sprekers vier best pracices aan de afdelingen ijdens de thema-avond Zelfredzaamheid. Van het Project Betrokken Buur van afdeling Utrecht en jonge EHBO’ers van afdeling Veenendaal die aan de slag gaan bij de scouing, tot het opzeten van Rode Kruis aan Huis bij de afdeling Vianen en de aanpak van jongeren van de studentendesk. Met het enthousiasme van de afdelingen voor zelfredzaamheid zit het wel goed!‘
23 Rode Kruis-afdelingen: Amersfoort, Baarn, Benschop, Bunschoten/ Spakenburg, De Bilt, Hoogland, Houten, IJsselstein, Leusden, Lopik/Polsbroek, Nieuwegein, Renswoude, Rhenen, Soest/ Soesterberg, Sichts Weidegebied, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen e.o., Wijk bij Duurstede/ Cothen, Woudenberg, Zeist en studentendesk Utrecht. Aantal vrijwilligers: 1770
1 2
DISTRICT NOORD HOLLAND NOORD
3 10 4
11 25 12
13
5 14 6
16
9
15 17 18
7 8
39 ‘Wij kijken uit naar onze interacieve bijeenkomst op 28 juni over onze focus voor 2014 met de afdelingsbestuursleden, coördinatoren en eregast Gijs de Vries. Ons eerste doel is de posiionering in de regio. We willen díe aciviteiten inventariseren, coördineren en plannen waarmee we het Rode Kruis in onze regio goed op de kaart kunnen zeten. Daarna evalueren we de kansen en uitdagingen voor jongeren in onze regio, want Jongeren is ons tweede doel. En ons derde doel is Noodhulp/rampenvoorbereiding in Nederland, Eerste Hulp, Bevolkingszorg en SIGMA.’ 11 Rode Kruis-afdelingen: Alkmaar, Bergen-Egmond-Schoorl, Castricum, Den Helder, Heerhugowaard, Heiloo, Hollands Kroon, Schagen, Schermerland, Texel en West-Friesland. Aantal vrijwilligers: 865
Hulpverleners bij een calamiteit
Jarenlang ben je getraind, opgeleid voor dit moment. En dan moet je je bewijzen. Niet voor jezelf, maar voor de slachtoffers. Drie Rode Kruis-hulpverleners delen hun verhaal. René Vermeulen vrijwilliger SIGMA
41
maandag 1 januari 2001 Volendam .................................................................... Tijdens de nieuwjaarsnacht viel brandende kerstversiering op de bezoekers van café Het Hemeltje .................................................................... 14 doden ruim 200 gewonden .................................................................... René Vermeulen (48) was vrijwilliger SIGMA bij de afdeling Zaanstreek-Waterland tijdens de ramp
René hielp bij de cafébrand in Volendam René woont in Volendam. Hij vertelt dat hij net aan een biertje zat bij de buren toen het bericht kwam dat er brand was in café Het Hemeltje. “Ik ben toen maar naar huis gegaan want de pieper zou wel snel afgaan. Wat ook gebeurde. Ik ben onmiddellijk naar het regionale SIGMA-verzamelpunt gereden. Daar aangekomen bleek de rest van de groep al met de bus en aanhanger op weg. Ik kleedde me om, pakte mijn materiaal en ging er snel achteraan. Ik was uiteindelijk als eerste van de groep op de dijk. Dit was rond half twee. Direct nam een brandweerman mij mee naar een huis waar tientallen mensen met brandwonden een eerste primitieve opvang hadden gevonden. Iedereen werd zo nat als mogelijk gehouden. Het water van de douche stroomde letterlijk van de trap. Ondertussen had de rest van de groep een SIGMA-tent opgezet waar de mensen uit het huis een eerste adequate verzorging kregen. Zo zijn wij de hele nacht in touw geweest. Je werkte eigenlijk op de automatische piloot. De gewonden verzorgen en overdragen aan de ambulances voor vervoer naar de ziekenhuizen en brandwondencentra. Bij de alossing om vijf uur waren alle koude kompressen, gaasjes en verband op. De ramp was mijn eerste inzet na het behalen van mijn SIGMA-diploma in 2000. En gelijk een heftige. Dit blijft de rest van je leven bij je. De weeïge en beetje zoete lucht van verbrand vlees zal ik nooit vergeten. Evenals de aanblik van de in de huid ingebrande kettinkjes en kerstversiering. De eerste twee maanden na de ramp stonden we op non-actief en was er 24 uur per dag nazorg beschikbaar. Dit was goed geregeld. Ik heb alles wel goed kunnen verwerken, een plekje kunnen geven. Wel ben ik gevoeliger geworden na de ramp. Je beseft beter dat het leven maar kort is.”
Sandra Verweerde SIGMA-teamleider
zaterdag 22 augustus 2009 Hoek van Holland .................................................................... Tijdens rellen op het strand zijn agenten genoodzaakt gericht te schieten .................................................................... 1 dode 6 gewonden .................................................................... Sandra Verweerde (32) was SIGMA-teamleider Rotterdam-Rijnmond afdeling Waterweg-Noord tijdens het incident
Sandra hielp bij de rellen in Hoek van Holland “Als om 23.59 uur op zaterdagavond het alarm afgaat, weet je dat dit geen proefalarm is.” Sandra Verweerde kan vier en een half jaar na de gebeurtenissen de details van wat er die nacht is gebeurd nog helder op het netvlies krijgen. “Vol spanning reden we enige tijd later met de SIGMA-bus naar Hoek van Holland. Mijn team was nog niet compleet maar we konden niet langer wachten. Je denkt dan toch bij jezelf: kan ik dit wel? Ik ben ook verantwoordelijk voor de mensen uit mijn team. In Hoek van Holland moest de bus tegen een stroom van honderden mensen in rijden, waarvan sommigen stomdronken. Mensen hingen uit balorigheid aan de bus. Dat zijn momenten die indruk maken. Zeker op de minder ervaren teamleden. Ook bij mij giert de adrenaline dan door mijn lijf. Verschillende scenario’s schieten door je hoofd. Je maakt inschattingen over de dreiging op de plaats incident. Daar aangekomen bleek dat veel mensen het strand al verlaten hadden. We hebben snel de tent opgezet om mogelijke slachtoffers op te vangen. Dat zijn er uiteindelijk drie geweest. Allen met lichte verwondingen. Onze gele tent bleek wel een blikvanger. Er waren mensen die dachten dat we hamburgers verkochten vanuit onze tent. Het was een heftige nacht met één dodelijk slachtoffer. Verder viel het aantal slachtoffers gelukkig erg mee. Dat kan ook heel anders zijn. Daarom trainen en oefenen we veel om te zorgen dat er een professioneel team dag en nacht paraat staat. Ondanks de jarenlange trainingen heb ik geen idee wat mij te wachten staat als ik na een alarm de bus in stap. Ik weet wel dat wij er klaar voor zijn. Ik heb geleerd te vertrouwen op mezelf, mijn team en mijn kennis uit de trainingen. De praktijkervaringen vormen je. Ik ben mij er meer van bewust hoe kwetsbaar alles is. Dat niet altijd iedereen veilig thuis komt. Rotterdam-Rijnmond is een groot gebied met veel potentiële gevaren. Toch leven en wonen de mensen er in een veilige omgeving. Ik ben best trots om daar mijn steentje aan bij te dragen.”
43
Carolien Konings EHBO-coördinator
zaterdag 13 mei 2000 Enschede .................................................................... Opslagruimte met vuurwerk ontploft in woonwijk .................................................................... 23 doden circa 950 gewonden .................................................................... Carolien Konings (74) was EHBOcoördinator bij afdeling Enschede tijdens de ramp
Carolien hielp bij de vuurwerkramp in Enschede “Ik had die zaterdagmiddag een EHBO-oefening met collega’s. De telefoon viel uit terwijl we de meldkamer belden, we hoorden nog net om welke wijk het ging. Toen zijn we zelf naar het rampgebied gereden, begeleid door motorpolitie. De lucht was daar zó zwart, alsof een gordijn naar beneden was gelaten. Aan de rand van de woonwijk verleenden we eerste hulp. Dit waren mensen die lopend het rampgebied hadden kunnen verlaten. We brachten hen met een bus naar het ziekenhuis in Winterswijk. Sommigen bleken onderweg helemaal niet zo lichtgewond. Gelukkig was er ook een verpleegkundige aanwezig. Alle slachtoffers waren in shock. Een arm om hen heen deed al veel. Eén man wilde niet praten. Uiteindelijk brak hij. Hij vertelde dat hij het lichaam van een brandweerman in een boom had zien hangen. Ik ben die dag zelf nog teruggegaan naar de opvanglocatie in Enschede. Daar heb ik samen met mijn collega’s veertien dagen in ploegen gewerkt. Eten klaarmaken, hand- en spandiensten, verhalen aanhoren. We gingen ook als begeleiders mee naar begrafenissen. Eén begrafenis was voor een gezin van vijf; alleen de moeder had het overleefd. Het was een heftige tijd, maar de nazorg was goed geregeld. De commandant riep iedereen bij elkaar voor praatsessies. Onze afdeling is daardoor heel hecht geworden. Het blijft een stukje van je leven, het gaat in je rugzak, maar je moet wel door. Het is bijkans veertien jaar geleden, maar ik kom nog steeds mensen tegen die zeggen: ‘Ik heb jou ontmoet tijdens de ramp, jij hebt mij geholpen’. Dan vraag ik even hoe het met ze gaat, maar ik hou het kort. Ik zet er bewust een punt achter, uit zelfbescherming.”
45
DISTRICTEN EN AFDELINGEN VAN HET RODE KRUIS Hulp aan burgers in nood is onze hoogste prioriteit. Het Rode Kruis heeft daarom afspraken gemaakt met gemeenten en veiligheidsregio’s. Zo staan 1.200 SIGMAleden en 1.700 vrijwilligers van de dienst Bevolkingszorg 24 uur per dag, zeven dagen per week klaar om aanvullend op ambulances en overheidsdiensten hulp te verlenen bij rampen en calamiteiten.
2
DISTRICT ZAANSTREEKWATERLAND
2
10 4
11 25 12
DISTRICT AMSTERDAM AMSTELLAND
13
DE SIGMA-TEAMS SIGMA-teams worden ingezet bij zeer ernsige incidenten waarbij veel hulpverlening nodig is. Zij ondersteunen het ambulancepersoneel met werkzaamheden als het geven van zuurstof en het klaarmaken van medicaie. Gemiddeld hebben we 1.200 vrijwilligers gedurende het hele jaar paraat staan. Gelukkig vinden in Nederland niet veel grote ongevallen en rampen plaats, dus hoeven onze SIGMA-teams niet vaak in acie te komen. Een recente inzet was bij het tramongeval in Roterdam in maart. Ook werden SIGMA-leden ingezet bij het treinongeval in Amsterdam (2012), de crash van Turkish Airlines (2009) en prevenief bij grootschalige evenementen.
4
11 25 12
13 14 6
6 16
16
9
15
was een kennismaking, nu wil ik een verdiepingscursus”.’ 2 Rode Kruis-afdelingen: Gooistreek-BEL en Weesp e.o. Aantal vrijwilligers: 267
10
14
DE NIEUWE DIENST BEVOLKINGSZORG Per 1 januari 2014 zijn de noodhulpdiensten Verwanteninformaie en Opvang & Verzorging met enkele nieuwe aciviteiten opgegaan in de nieuwe dienst Bevolkingszorg. De vrijwilligers van Bevolkingszorg hebben een breed takenpakket: ahankelijk van de behoete begeleiden ze getrofenen ijdens een evacuaie, stellen slachtofers gerust, registreren hulpvragen van getrofenen en verzorgen de distribuie van water en voedsel. Zij kunnen ook de gemeente helpen bij de informaieverstrekking aan familieleden van slachtofers.
Sinds 1 januari 2014 bestaat het Rode Kruis in Nederland uit 254 afdelingen en 25 districten. Hoe zien de districten eruit en wat leeft er zoal?
7
9
15
‘Heel Nederland een EHBO-diploma van het Rode Kruis? Door het aanbieden van een EHBO-cursus voor slechts € 25 hebben in 2013 ruim negenig cursisten hun diploma gehaald en is het aantal kaderinstructeurs gestegen van twee naar zes! Een ander mooi iniiaief is de nieuwe enthousiaste projectgroep “ZAWA On the move 4 3FM Serious Request”. Het doel? Bestaande maar ook nieuwe vrijwilligers inschakelen om heel veel geld in te zamelen voor 3FM Serious Request 2014.’ 1 Rode Kruis-afdeling: het district funcioneert als één grote afdeling. Aantal vrijwilligers: 225
7
‘Met een zeer grote inzet van bijna 200 EHBO’ers op 16 posten was Koninginnedag op 30 april 2013 een evenement om nooit te vergeten. De organisaie was complex en moest in een relaief korte ijd neergezet worden. Maar alles is heel goed verlopen. Leidinggevende hulpverlener Teun Timmermans heet namens alle vrijwilligers een Inhuldigingsmedaille in ontvangst genomen van premier Rute.’ 6 Rode Kruis-afdelingen: Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Ouder-Amstel, Uithoorn en studentendesk Amsterdam. Aantal vrijwilligers: 1061
10
DISTRICT HAAGLANDEN
10 11 25
Acief bij vele soorten incidenten Bevolkingszorgvrijwilligers zijn onder meer ingezet bij het schietdrama in Alphen a/d Rijn (2011) en na de aanslag ijdens Koninginnedag in 2009. Ook voor ijdelijke opvangsituaies bij (dreigende) overstroming en grote branden worden zij gevraagd. 1.700 geceriiceerde hulpverleners • komen in acie na een signaal van de gemeente of veiligheidsregio • via de automaische belcomputer worden de vrijwilligers door het Rode Kruis gealarmeerd • vrijwilligers zijn binnen een uur ter plaatse • het Rode Kruis heet een overeenkomst met 23 van de 25 veiligheidsregio’s
Als de pieper gaat… heet de SIGMA-vrijwilliger derig minuten om naar de afgesproken locaie te komen. Omdat niet iedereen direct weg kan, of wellicht net op een feestje staat, ziten er in een team 24 vrijwilligers. De bus rijdt met de eerste acht aanwezigen naar de rampplek, waar ze in een kwarier de tent opzeten voor opvang en verzorging van gewonden. 39 SIGMA-teams met elk 24 vrijwilligers • 39 busjes met brancards, kofers met medische hulpmiddelen en een tent voor het maken van een gewondennest • het streven is een uur na oproep operaioneel te zijn
Psychosociale Zorg De niet-alledaagse ervaring van hulpverlening kan veel stress veroorzaken. Denk aan een reanimaie, hulp bij een ramp met veel slachtofers, of wanneer een vrijwilliger met agressie te maken krijgt. Vaak helpt praten met collega-vrijwilligers, familie en vrienden, maar soms neemt dit de spanningen niet weg. Het Rode Kruis zorgt dat vrijwilligers psychosociale zorg krijgen als daar behoete aan is.
12
6
9
9
15 6
16
14 16
13 14
15
25 13
7
‘District Kennemerland verheugt zich op 3FM Serious Request 2014 op de Grote Markt in Haarlem eind dit jaar. Samen met afdeling Haarlem gaan we voor een districtsbreed feest. En als gloednieuw bestuur hopen wij dit jaar kennis te mogen maken met heel veel afdelingsvrijwilligers.’ 6 Rode Kruis-afdelingen: Beverwijk/ Heemskerk, Haarlem e.o., Haarlemmermeer, Uitgeest, Velsen en Zandvoort. Aantal vrijwilligers: 511
17 18
7 8
‘Wij zijn trots op onze denktank Jongeren Gooi en Vechtstreek. Zij organiseerden in 2014 voor het eerst de cursus 'omgaan met tablet voor mensen van 65+'. Voor veel ouderen de ideale gelegenheid om laagdrempelig kennis te maken met nieuwe technologie. De cursussen waren in korte ijd vol. Enkele enthousiaste reacies: “Een goed iniiaief, je steekt er echt wat van op”, “De studenten waren aardig en hebben de kennis op een leuke manier overgebracht”, “Ik wil zelfstandig met een tablet kunnen werken, de cursus
9
17 18
8 21
4
11 12
14 16
10
DISTRICT GOOI EN VECHTSTREEK
25 13
15
2
DISTRICT KENNEMERLAND
11 12
‘Wij hebben de ambiie om samen met de afdelingen een sterk district te vormen met visie en krachige doelstellingen die we uitwerken in een gezamenlijk werkplan. Om de zichtbaarheid van het Rode Kruis zowel intern (vrijwilligers/besturen) als extern (publiek) te vergroten, hebben we ook een aantal ideeën. In samenspraak met afdelingen koppelen wij die aan de speerpunten. Dus over bijzondere verwachingen willen we in de nabije toekomst meer vertellen. Wordt vervolgd...’ 9 Rode Kruis-afdelingen: Delt Midden-Delland, Den Haag, Leidschendam-Voorburg, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk, Wassenaar, Westland, Zoetermeer en studentendesk Den Haag. Aantal vrijwilligers: 954
47
Als één familie al generaties lang betrokken is bij het Rode Kruis, dan is het onze koninklijke familie wel. De band tussen de Oranjes en het Rode Kruis gaat terug tot 1867. In vogelvlucht door een gezamenlijke geschiedenis.
Koning Willem III Ondertekent op 19 juli 1867 het Koninklijk Besluit, waarmee de Nederlandsche Vereeniging tot het verleenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden is opgericht. Vanaf 1895 heet de organisaie oicieel het Nederlandsche Roode Kruis.
Koningin Emma Koningin Emma wordt beschermvrouwe van de Rode Kruis-afdeling Den Haag, de oudste afdeling van ons land.
Koningin Wilhelmina In 1914, precies honderd jaar geleden, verleende Koningin Wilhelmina aan het Nederlandse Rode Kruis het recht zelf onderscheidingen uit te reiken. Daarin is het Rode Kruis vrijwel uniek – er zijn slechts een paar andere organisaies in Nederland die dit ook mogen. Zie ook pag. 106.
Prinses Juliana volgt in 1934 haar vader op als voorziter van het hoofdbestuur. Als zij in 1948 Koningin wordt, doet zij afstand van het voorziterschap en wordt ze beschermvrouwe. Zij blijt tot enkele jaren voor haar dood acief voor het Rode Kruis. In 1954 bezoekt Koningin Juliana de kombuis van de Kasteel Staverden, de voorloper van de J. Henry Dunant-schepen. In 1959 bezoekt ze samen met Prinses Beatrix oefeningen ter gelegenheid van de opening van het nieuwe centraal laboratorium van de Rode Kruis bloedtransfusiedienst in Amsterdam.
Prins Hendrik De echtgenoot van Koningin Wilhelmina wordt in 1908 voorziter van het Rode Kruis, een funcie die hij met grote toewijding uitoefent. Zo bezoekt hij in 1927 de viering van het zesigjarig bestaan in Den Haag. De Prins overlijdt op 3 juli 1934, enkele dagen nadat hij een hartaanval heet gekregen op zijn kantoor bij het Rode Kruis aan de Prinsessegracht in Den Haag.
49 Prinses Margriet heet haar leven aan het Rode Kruis verbonden. Al van jongs af aan zet zij zich in. Zo vaart zij in 1966 als gediplomeerd verpleegster mee op het hospitaalschip J. Henry Dunant. De Prinses vervult diverse bestuurlijke funcies bij het Nederlandse Rode Kruis. Internaionaal heet zij lange ijd, tot eind 2013, ziing in het bestuur van de Internaionale Federaie van het Rode Kruis. Ook is zij van 1995 tot 2003 voorziter van de Standing Commission, het hoogste orgaan van de internaionale Rode Kruis en Rode Halve Maan Beweging. Als dank voor de onvoorwaardelijke inzet van Prinses Margriet richt het Rode Kruis in 2011 een fonds op dat haar naam draagt: het Prinses Margriet Fonds. Anno 2014 is de Prinses Erevoorziter van het Nederlandse Rode Kruis.
Prins Pieter-Chrisiaan is sinds 2010 lid van het verenigings-bestuur van het Rode Kruis. In 2011 bezoekt hij samen met zijn moeder Prinses Margriet projecten op het gebied van rampenvoorbereiding in Bangladesh.
PRINSES MARGRIET heet haar leven verbonden aan het Rode Kruis, sinds ze
Overstromingen, extreme droogte en orkanen, ze komen steeds vaker voor in dezelfde, kwetsbare gebieden en raken vaak dezelfde, kwetsbare mensen. Keer op keer raken huizen beschadigd, gaan oogsten verloren en worden gezinnen uit elkaar gerukt door verlies van dierbaren. Natuurrampen zijn helaas niet te voorkomen. Wel kunnen we de gevolgen beperken. Daarom heet het Rode Kruis het Prinses Margriet Fonds opgericht. Met steun van het fonds is het Rode Kruis al acief vóórdat een ramp plaatsvindt. Zo kunnen een waarschuwingssysteem en evacuaieplan al veel dodelijke slachtofers voorkomen. En door huizen op palen te zeten, worden mensen dag en nacht beschermd tegen overstromingen.
in 1965 met het Rode Kruis-virus werd 'geïnfecteerd'. Sinds 2010 is de Prinses
Waarom wachten met hulp totdat de ramp plaatsvindt? Voorkomen is beter…
Erevoorziter van het Nederlandse Rode Kruis. Waar komt haar bevlogenheid vandaan?
“Het Rode Kruis staat voor mij ten diepste voor het handhaven ofwel het beschermen van de integriteit van élk mens, voor het onvervreemdbare recht om te leven, voor het respect voor de menselijke waardigheid. Toen ik als vrijwilligster begon, heb ik de grondbeginselen van de organisatie uit mijn hoofd moeten leren. Ik heb ze daarna in mijn hart gesloten. Voor mij is medemenselijkheid de belangrijkste. Wel in relatie tot de andere: neutraliteit en onpartijdigheid, die volgen daar direct op. Het mooie is dat we daar allemaal van doordrongen zijn. Ook als ik bijvoorbeeld met een hulpverlener in Syrië contact heb, dan merk ik het: we spreken elkaars taal niet, maar we spreken wel dezelfde taal.” Prinses Margriet en haar zoon Prins Pieter-Christiaan op werkbezoek in Bangladesh.
Directe hulp na een ramp is noodzakelijk, maar niet genoeg. Waarom wachten met hulp totdat de ramp plaatsvindt? Een git aan het Rode Kruis Prinses Margriet Fonds helpt levens redden en schade en leed voorkómen. Uw bijdrage is zeer welkom op rekeningnummer (IBAN) NL67INGB0000007447. Enthousiasmeer uw afdelings- of districtsbestuur om te doneren. Hartelijk dank! Benieuwd naar onze resultaten tot nu toe? Kijk op www.prinsesmargriefonds.nl Voor meer informaie, neem contact op met Liselote de Koning: 070-4455634.
Masooma Yousufzai maakt de balans op na drie jaar jongerenbeleid
‘Nederlandse Rode Kruis zoekt bestuursleden met strakke huid’, las ik in een online nieuwsbrief. Na een brief en een pitch voor een kritische jury werd ik in 2011 verwelkomd in het verenigingsbestuur. Samen met mijn collega-jongbestuurslid Johanneke Tummers kreeg ik de taak om meer jongeren enthousiast te maken voor het Rode Kruis. Maar hoe verjong je een vereniging die bijna 150 jaar oud is? Nu mijn termijn als jongbestuurslid binnenkort eindigt, maak ik de balans op. Want op alle niveaus, van afdelingen en districten tot landelijk, zijn Rode Kruisers hiermee aan de slag gegaan.
JONGERENBELEID: WAAROM EIGENLIJK? Na onze start schrijven Johanneke en ik direct mee aan het nieuwe jongerenbeleid, met als hoofddoel meer jonge vrijwilligers binnen te halen. Concreet: we willen meer vrijwilligers jonger dan derig aantrekken, binden én laten meebeslissen. Waarom is dit nodig? Eén belangrijke reden is de coninuïteit van de vereniging. De gemiddelde leetijd van Rode Kruis-vrijwilligers is met 54 jaar relaief hoog te noemen, aldus ook Marleen Weterings (34) en Monique van Dongen (47) van afdeling Breda. Marleen en Monique maken zich hard voor verjonging van het vrijwilligersbestand binnen hun afdeling. Monique: “Het Rode Kruis vergrijst. Het merendeel van onze vrijwilligers is nu boven de vijtig. Over een aantal jaren wordt dat echt een probleem. Het is dus heel belangrijk om jeugd te werven én te behouden.” Marleen vult aan: “En meer jongeren komt het imago van het Rode Kruis ten goede, wat dan ook weer extra jonge vrijwilligers aantrekt.” Beeldvorming is inderdaad belangrijk: jongeren denken bij het Rode Kruis nu nog vooral aan noodhulp in het buitenland en niet aan de mogelijkheid om interessant vrijwilligerswerk te doen in eigen land. Jongerenparicipaie heet naast coninuïteit en imago nóg een voordeel. Jongeren
zijn innovaief en dragen er met hun nieuwe ideeën aan bij dat het Rode Kruis aansluit op wat speelt in de samenleving. In 2013 werd de prijs voor de beste nieuwe zelfredzaamheidsaciviteit bijvoorbeeld gewonnen door de vrijwilligers van Studentendesk Leiden!
vrijwilligers bij SARC twinigers zijn. “Syrië en Syriërs hebben ons nodig. Wij nemen een enorme energie en wilskracht mee.” Ook in Europa zijn er naionale verenigingen, zoals in Denemarken en Italië, waar een aanzienlijk deel van de vrijwilligers onder de derig is. Een prachige inspiraiebron voor nieuwe jongereniniiaieven voor het Rode Kruis in Nederland.
53
Studentendesk Leiden wint prijs met de aciviteit ‘Zelfredzaamheidsspeurtocht’
INTERNATIONALE INSPIRATIE Rode Kruis- en Rode Halve Maan-verenigingen in ándere landen draaien soms vrijwel geheel op jonge vrijwilligers. Dit vond ik een interessante ontdekking. Neem de Syrische Rode Halve Maan, waar Abdullah Albunni (24) werkt als vrijwillig paramedicus in Damascus. Naast zijn studie Werktuigbouwkunde helpt hij sinds twee jaar met het verzorgen van gewonden en brengt hij voedsel en water naar slachtofers. Hij vertelt dat bijna alle
PRAKTISCHE IDEALISTEN Hoe kunnen we meer jongeren betrekken bij het Rode Kruis? Daarvoor moeten we weten waarom en hoe jongeren tegenwoordig vrijwilligerswerk doen. In verschillende onderzoeken las ik dat ‘prakisch idealisme’ sinds het begin van de 21e eeuw in opkomst is. Jongeren laten anno 2014 op een andere manier zien dat ze betrokken zijn bij hun omgeving dan voorgaande generaies. Jongeren doen korter, meer projectmaig vrijwilligerswerk en verbinden zich aan meerdere goede doelen tegelijkerijd. De huidige jongerengeneraie helpt dus op een ándere manier. Ook Marleen en Monique uit Breda zien een groot verschil tussen verschillende generaies vrijwilligers. Waar vrijwilligers van boven de vijtig zich vaak jarenlang inzeten voor dezelfde aciviteit, zijn jongeren vaak sneller weer gevlogen. Marleen: “Ik denk dat je tegenwoordig jongeren meer boeit met ijdelijke projecten
dan met jarenlange dezelfde wekelijkse aciviteiten. Jongeren van nu hebben het druk. Ze willen wel vrijwilligerswerk doen, maar niet coninu gebonden zijn.” Op basis van de uitkomsten van interviews met veerig jonge vrijwilligers onderzoeken Marleen en Monique momenteel hoe hun afdeling kan aansluiten bij de wensen van jongeren.
vacaturebank zoeken naar leuke Rode Kruis-aciviteiten in de buurt.
'Jongeren luisteren beter naar leeftijdsgenoten. Dus om die
POPULAIRE ACTIVITEITEN Om meer jongeren te vinden en te binden, helpt het om aciviteiten aan te bieden die deze groep aanspreken. Een succesvol voorbeeld is Eerste Hulp Bij Fesivals (EHBF), waarbij vrijwilligers een ludiek EHBO-spel spelen met fesivalbezoekers om zo hun Eerste Hulp-kennis te vergroten. Na deelname aan het spel kunnen de jongeren zich ook aanmelden voor EHBO-lessen bij het Rode Kruis. District Gelderland-Zuid zet eveneens EHBO in om meer jongeren te betrekken, maar dan net even anders. Jacelyn Rooyer (21) combineert sinds kort haar studie Geneeskunde met vrijwilligerswerk als projectleider ‘EHBO voor iedereen’. Ze is enthousiast: “We willen werken aan zelfredzaamheid én verjonging. We gaan via cursussen de EHBO-kennis onder jongeren en jonge ouders vergroten, zodat ze bij een ongeluk in en om het huis minder ahankelijk zijn van hulpdiensten. Onder de deelnemers proberen we tegelijkerijd nieuwe vrijwilligers te werven. Vrijwilligers onder de vijfenderig zijn er nu bijna niet in ons district, behalve in studentenstad Nijmegen.” Ze hoopt dat het EHBO-project binnen twee jaar grotendeels uitgevoerd wordt door jonge instructeurs. ”Jongeren luisteren beter naar leetijdsgenoten. Dus om die jonge doelgroep te bereiken is het handig om jonge vrijwilligers in te zeten.” Fondsenwervende projecten blijken eveneens populair onder jonge vrijwilligers, omdat deze vaak een duidelijk begin- en eindpunt hebben. Om jongeren gericht te informeren over de mogelijkheden bij het Rode Kruis komt er later dit jaar een digitaal plaform. Hier kunnen geïnteresseerden in een online
jonge doelgroep te bereiken is het handig om jonge vrijwilligers in te zetten'
STUDENTENDESKS: WERVING EN DOORSTROOM De werkwijze van de Studentendesks past goed bij de nieuwe generaie. Het Rode Kruis beschikt inmiddels in elf steden over studentenvrijwilligers die zelfstandig projecten opzeten en uitvoeren. Eén van hen is Steven Hendriks (25). Hij besteedt ongeveer 15 tot 20 uur per week aan zijn voorziterschap bij Studentendesk Amsterdam, náást commissies bij een studentenvereniging en een bijbaan als telefonisch verkoper. Steven merkt dat de Studentendesks hun best doen om jongeren aan te trekken. “Veel studenten willen zich inzeten voor het Rode Kruis. Als ze horen dat er een Studentendesk is, dan spreekt dat erg aan.” Hoewel de werving dus succesvol is, is het verloop hoger dan gewenst. “Het was in eerste instanie zaak om nieuwe leden te werven, maar nu zijn we er achter gekomen dat het belangrijker is om ze te behouden.” Twee studenten zijn gestart met een onderzoek naar binding van vrijwilligers. Steven zet zich ook nog in voor verdergaande samenwerking met district Amsterdam, zodat meer vrijwilligers na hun studie doorstromen. “Een eerste gezamenlijke aciviteit is het maatjesproject. Wij hebben daarvoor fondsen geworven en er gaan studenten meedraaien als maatje.” Ook op andere plekken in het land zoeken Studentendesks en afdelingen of districten de samenwerking op. Dit leidt tot betere coördinaie en duidelijkheid over de aciviteiten die jongeren kunnen ontplooien; samen staan we veel sterker!
DE STEM VAN JONGEREN Momenteel beschikt het Rode Kruis over zo’n 4.000 vrijwilligers onder de derig. Naast het feit dat de aciviteiten die zij ontplooien heel belangrijk zijn voor ons humanitaire werk, is het ook goed om jongeren te betrekken bij discussies over de toekomst van de vereniging. Zowel op landelijk als op districtsniveau laten
vertegenwoordigers de stem van jongeren gelden. Begin 2014 zijn er jongerenambassadeurs gestart in de diverse districten. Zij gaan ieder in hun eigen district het bestuurslid vrijwilligersmanagement adviseren over jongerenthema’s. Daarnaast is begin 2014 een Jongerencommissie opgericht. De vijf leden in dit adviesorgaan brengen het geluid van alle jongeren van het Rode Kruis over aan het verenigingsbestuur. Binnenkort organiseren ze de eerste landelijke Rode Kruis Jongerendag waarbij ze jongeren uit de hele vereniging bij elkaar brengen. Houd intranet in de gaten voor het laatste nieuws!
OP NAAR DE VOLGENDE 150 JAAR Natuurlijk moet er nog veel gebeuren; we willen graag nog meer jonge vrijwilligers bij het Rode Kruis. Maar terugkijkend is al veel gebeurd ijdens mijn bestuursperiode, zowel landelijk als lokaal. We hebben nu een stevige basis met een oicieel jongerenbeleid en jongerenvertegenwoordigers op landelijk en districtsniveau. Aan iedereen die zich eveneens wil inzeten voor verjonging van het Rode Kruis geef ik graag een paar ips mee. Zo zijn we klaar voor de komende 150 jaar!
TIPS & TRICKS VAN MASOOMA • Maak duidelijk wat jongeren kunnen doen en organiseren binnen een afdeling of district. • Jongeren zijn innovaief; moedig nieuwe ideeën en projecten aan. • Betrek de Jongerenambassadeur in het district bij jongerenbeleid. • Kijk naar samenwerkingsmogelijkheden met een Studentendesk. Heb je leuke, nieuwe ideeën en/of ips om meer jongeren te werven, binden of boeien? Geef jouw suggesies door via
[email protected]
55
In drie jaar tijd kwamen 34 vrijwilligers van de Syrische Rode Halve Maan om het leven. Deze helden stierven door oorlogsgeweld terwijl ze anderen hielpen. Het Nederlandse Rode Kruis rouwt mee.
Khaled al-Khafaji Ambulancechaufeur
Khaled Khalaf Coördinator voedseldistribuie
Ziad Waleed Ibrahim EHBO’er
Khalil Farzat
Amjad Maadani
Fouad Adnan Boubas EHBO’er
Muhammed Qasem Agha EHBO’er
Abdul Kareem Jabbour EHBO’er
EHBO’er
Asad Abdullah Noodhulpvrijwilliger
Muaaz al-Fares
Faisal Qaraman
Sulaiman Zarkawi EHBO’er
EHBO’er
Noodhulp-vrijwilliger
Muhammad Mizanai Coördinator Noodhulp
59 Adel Fathi EHBO’er
Hikmat Muhammed Kurbaj Ambulancechaufeur
EHBO’er
Diaa al-Haq Issa EHBO’er
Dr. Abdul Razaaq Jbeero Directeur
Diaa Makhzoum Coördinator voedseldistribuie
Ausama Abazah
Muhammad Khadra EHBO teamleider
Bashar al-Yousef EHBO’er
Waseem Mouselli EHBO’er
Distribuievrijwilliger
Uqbah Qurabi EHBO’er
Yousef Lattouf Magazijnbeheerder
Yousef al-Kanas Ambulancechaufeur
Abdallah al-Hasan EHBO’er
Sami Khanshat EHBO’er
Hassan Saleh Barakeh EHBO’er
Muaawiya Ayoub EHBO’er
Abdo Darwish Ambulancechaufeur
Sabri Khaled Ibraheem EHBO’er
Muhi al-Deen Mahmoud Ambulancechaufeur
Muhammad Irsan Khataab EHBO’er
Al-Hakam Duraq al-Sibaei EHBO’er
Helaas kunnen we deze helden niet allemaal een gezicht geven. In oorlogstijd is 'even een foto opzoeken' geen gemakkelijke opgave.
‘Elke minuut kan je laatste zijn. Daar gaan we vanuit’
HULPVERLENERS IN SYRIË: OVERLEVEN DOOR TE HELPEN Sporten, en dan vooral zwemmen. Dat deed Batoul graag in haar vrije tijd. Tot de oorlog uitbrak en alles voorgoed veranderde. Alle vrije tijd van de 22-jarige Syrische rechtenstudente is nu voor de slachtoffers. Levens redden, lichamen bergen, pijn verlichten en troost bieden. Zo zien haar dagen en die van haar collega-vrijwilligers bij de Syrische Rode Halve Maan er nu uit. “Alleen zo kunnen we de gruwelen van deze oorlog aan. Mensen helpen is onze manier van overleven.” Op uitnodiging van het Nederlandse Rode Kruis zijn Batoul Nayouf (22) en Reem Samaan (38) naar Nederland gekomen om hier hun verhaal te doen. De berichten die ons hier bereiken, beperken zich vaak tot een grove situatieschets van de gewelddadigheden en grote noden waaronder de Syrische bevolking lijdt. Batoul en Reem weten met hun verhaal deze oorlog die zo ver weg is, even griezelig dichtbij te brengen. 'ELKE MINUUT IS WAARDEVOL' De twee vrouwen zijn ingedeeld bij de Eerste Hulp-teams die dagelijks met een ambulance uitrukken voor de slachtoffers van gevechten en explosies. Batoul: “Elke minuut kan je laatste
zijn. Daar gaan we vanuit. Elke minuut is daarmee ook heel waardevol. In de ochtend neem ik uitgebreid afscheid van mijn moeder. We weten namelijk niet of we elkaar in de avond weer zullen zien.” Dit extreme besef leeft niet alleen bij de hulpverleners van de Rode Halve Maan, die dáár naartoe snellen, waar iedereen juist vandaan vlucht. Het geldt voor elke Syriër. Elke dag, elk moment. “Het klinkt gek, maar het went. Wij Syriërs staan bekend als een lexibel volk. We voegen ons naar de situatie en proberen zo veel mogelijk door te gaan met de gewone dagelijkse dingen”, verklaart Batoul. Reem bevestigt dit. Naast haar werk bij de Rode Halve Maan, is ze onderwijzeres Arabische letterkunde aan een middelbare school in de hoofd-
stad Damascus. “Elke dag opnieuw proberen jongeren naar school te komen, om maar zo normaal mogelijk hun leven te leiden. Dit geeft houvast, maar vergt ook moed, want velen komen van ver, ook vanuit gebieden waar hevig gevochten wordt. Te vaak hoor ik dat een van mijn leerlingen het niet gered heeft. Omgekomen bij een explosie of geraakt door een sluipschutter.” DOELWIT De hulpverlening van de Syrische Rode Halve Maan dwingt veel respect en bewondering af. Met gevaar voor eigen leven helpen de vrijwilligers zo veel ze kunnen. Dit vergt diplomatieke vaardigheden. Als onderdeel van de Rode Kruis-beweging, is de Syrische Rode Halve Maan onpartijdig.
Of zoals Reem schetst: “Ik vraag niet: ‘Bij welke partij hoor jij?’ of: ‘Welk geloof hang jij aan?’ Ik vraag: ‘Hoe kan ik je helpen?’” Die onpartijdigheid en neutraliteit moet continu onder de aandacht worden gebracht bij de strijdende partijen. Over de hele wereld is dat de Rode Kruis-boodschap: ‘We kiezen geen partij. Laat onze hulpverleners hun werk doen.’ De praktijk ligt ingewikkelder. Batoul: “We hebben al veel collega’s verloren. Ze werden slachtoffer van beschietingen of explosies terwijl ze hulp verleenden. Niet zelden zijn we doelwit van sluipschutters. Dat maakt het werk erg gevaarlijk. En moeilijk. Eén keer moest ik collega’s achterlaten die letterlijk in de vuurlinie terecht waren gekomen. Ze hadden geen plek om te schuilen of zich te verbergen. Ik kon ontkomen, maar moest hen achterlaten.” Geoefende spreker als ze is, doet de jonge vrouw geroutineerd haar relaas. Maar de droevige blik in haar ogen verbergt haar verdriet niet. “Wanneer een explosie plaatsvindt, weten we dat binnen korte tijd een tweede volgt. Toch gaan we dat gebied in. In de wetenschap dat het onze dood kan betekenen. Maar er zijn gewonden die onze hulp nodig hebben. Doden die geborgen moeten worden. Dat is ons werk en onze manier om zin te geven aan het leven in deze verschrikkelijke oorlog.” ONVERDRAAGLIJK Hun enorme gedrevenheid brengt de hulpverleners ook in emotioneel moeilijke situaties. Weerloze mensen die gewond raken in een gevecht. Bejaarden, kinderen, gehandicapten. Huilende moeders bij het dode lichaam van hun kind. Reem: “Dat went nooit. We moeten ermee omgaan. Maar het went
nooit.” Een geëmotioneerde Batoul: “Ik vind het vooral onverdraaglijk wanneer we een overledene niet kunnen identiiceren. Een paar dagen geleden nog namen we een jongen in de ambulance mee. Hij was een jaar of dertien en zwaargewond. Hij kon ons niet meer vertellen wie hij was of waar hij vandaan kwam. Ik weet zo goed als zeker dat hij inmiddels is overleden. Op dit moment wacht zijn moeder ergens op hem. En we kunnen haar niet eens vertellen dat haar zoon niet meer leeft, want we weten niet wie hij is.” Hoe kunnen de hulpverleners onder omstandigheden van gevaar, verlies en onmetelijk verdriet toch elke dag opnieuw weer hun werk doen? “We redden levens. We verzachten het leed van veel mensen. Soms alleen al met een glimlach of troostende woorden, wanneer bijvoorbeeld na een explosie de schrik er enorm inzit. Dat maakt dat we elke dag opnieuw ons uniform weer aantrekken om dit werk te doen.”
TERUG NAAR HUIS Na een verblijf van vijf dagen in Nederland en vele presentaties en interviews verder, keren Batoul en Reem terug naar hun vaderland. Een moeilijk contrast? “Ik kan niet wachten om thuis te zijn”, reageert Batoul. “Ik mis mijn uniform en het geluid van de sirenes. We hoorden op het nieuws dat er weer twee explosies zijn geweest, dit keer in Damascus. We moeten terug. We zijn hard nodig.”
STEUN De band tussen het Nederlandse Rode Kruis en de Syrische Rode Halve Maan is hecht. Vanuit de Samenwerkende Hulporganisaies, maar ook vanuit eigen fondsenwervende campagnes en bijdragen van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken ondersteunt het Nederlandse Rode Kruis haar zustervereniging. We doneerden sinds het begin van de crisis in 2012 circa € 2,5 miljoen aan de Syrische Rode Halve Maan. Daarnaast leverden we voor circa € 2,7 miljoen aan goederen, waaronder dekens, ambulances, voedselpakketen, babypakketen en lampjes op zonne-energie. Circa € 3,9 miljoen besteedden we daarnaast aan noodhulp voor de miljoenen Syrische vluchtelingen in Jordanië, Libanon, Turkije, Irak en Bulgarije. Veel meer steun is nodig. Na jaren van conlict is inmiddels vrijwel de hele Syrische bevolking ahankelijk van humanitaire hulp. We zeten de campagne voor Syrië dan ook voort.
61
Tienduizenden mensen wandelen ieder jaar in juli mee met de Nijmeegse Vierdaagse. Het is het grootste Europese wandelevenement, waar het Rode Kruis de medische posten bemenst. Een enorme logisieke operaie. “In december zijn we klaar met opruimen en beginnen we alweer met het werven van vrijwilligers voor het jaar daarop”, aldus projectleider Janneke Gankema. “Er moet zo ontzetend veel gebeuren.”
68
3900 BLAARBEHANDELINGEN
JAAR
13.749 KILOMETER is vorig jaar afgelegd door 45 Rode Kruis-voertuigen. “En dat is alleen wat onze ‘busdienst’ reed om alle vrijwilligers te vervoeren van onze verblijfsplaats naar de juiste medische post. In elk busje pasten acht mensen en een chaufeur. Dagelijks brachten de chaufeurs 400 personen naar hun post. De overige 122 medewerkers, die op het behandelcentrum moesten zijn, konden meestal lopen.”
is het Rode Kruis al acief bij de Vierdaagse van Nijmegen. “Je zou denken dat het ieder jaar makkelijker wordt om de voorbereidingen rond te krijgen, maar dat is echt niet zo. De lijst met materialen die nodig zijn, blijt wel voor 90 procent hetzelfde, maar er verandert elke keer weer iets. Vorig jaar waren er bijvoorbeeld nog maar twee grote medische posten op de route en één kleine medische post, terwijl dat er eerder alijd vier waren. De afstand tussen de medische staions wordt dan groter en daardoor verandert alles. Mensen moeten langer doorlopen met blaren die daardoor erger zijn tegen de ijd dat ze bij het Rode Kruis zijn aangekomen. Dat zijn dingen waar je bij de voorbereiding van dit evenement goed rekening mee moet houden.”
50
RITTEN waren in 2013 nodig om alle materialen van Apeldoorn naar Nijmegen te krijgen. Hier werden twee vrachtwagens, twee bussen en drie trailers voor gebruikt. “De week voorafgaande aan de Vierdaagse rijden ze heen en weer. Alleen al voor de 600 matrassen voor de Rode Kruisers zijn drie riten nodig.”
Tekst Hannah Schouten | Foto Hanneke Geerdink
6000
WATTENSTAAFJES hadden we nodig om blaren met jodium te ontsmeten. “Een watenstaaf mag maar één keer worden gebruikt, anders is het niet hygiënisch. Sommige blaren liggen helemaal open, dus daar kunnen geen watenstaajes met jodium voor worden gebruikt. We komen de gekste dingen tegen; een voetzool kan bijvoorbeeld een grote open wond geworden zijn. Onze vrijwilligers vinden dat soort behandelingen de grootste uitdaging. Ze zijn allemaal goed opgeleid om dit soort wonden te kunnen verzorgen. Je wordt alleen bij de Vierdaagse ingezet als je recentelijk bovenop je basis-EHBO ook een opleiding wandelletsel hebt gedaan.”
“Dat aantal klinkt enorm, maar als je erover nadenkt, is dat helemaal niet zo veel. Er waren bijna 43.000 wandelaars, waarvan er 39.396 de Vierdaagse hebben uitgelopen. Sommige mensen proberen hun eigen blaren te verbinden, maar doen dat vaak niet goed. Ze knellen bijvoorbeeld hun bloedvaten af door circulair de tenen af te plakken. Het is al vaker voorgekomen dat we een schoen van iemand uitrokken waarin halve tenen achterbleven. De inzet van onze goed opgeleide vrijwilligers is daarom van cruciaal belang.”
32.000 MANUREN In totaal zijn er 32.000 manuren nodig om de hulpverlening bij de Vierdaagse voor te bereiden en uit te voeren. Daarnaast zijn er nog ongeveer duizend manuren nodig om alle materiaal op te ruimen als de Vierdaagse voorbij is. “Alles moet binnen 24 uur uit Nijmegen zijn, want het leven daar gaat door. Maar nadat alle materialen terug in het magazijn in Apeldoorn zijn, moeten we ze controleren, eventueel repareren, schoonmaken en tellen voor volgend jaar. Daar zijn we tot eind november elke dinsdag en donderdag met een aantal vrijwilligers mee bezig. Mensen zien wat er gebeurt in Nijmegen, maar dit onderdeel van de hulpverlening blijt alijd buiten het gezichtsveld van de wandelaars en hulpverleners.”
1275 ISOLATIEDEKENS hebben we gebruikt om mensen te beschermen tegen onderkoeling. “Zelfs als het warm is, kan onderkoeling ontstaan. Mensen die zich heel erg inspannen, hebben een hogere lichaamstemperatuur dan normaal. Daarom zweten ze. Als het dan waait, is onderkoeling een groot risico. Ook regen is gevaarlijk. Omdat we van tevoren nooit weten wat voor weer het precies gaat worden, gaan er alijd duizenden isolaiedekens mee.”
63
JAARLIJKS KOMEN MEER DAN 3.300 KENIANEN OM HET LEVEN DOOR VERKEERSONGEVALLEN. De meesten van hen zijn kwetsbare
Rode Kruis-initiatieven in andere landen Een wereldwijde beweging betekent inspiratie uit alle windstreken. We nemen een kijkje bij onze zusterverenigingen.
weggebruikers zoals voetgangers, motorrijders en ietsers. Vanwege dit grote humanitaire probleem heet het Rode Kruis in Kenia een bijzondere race ontwikkeld. ‘The Red Rally’ is een online ervaring die de boodschap over verkeersveiligheid op een leuke en spannende manier verspreidt. De veelal jonge deelnemers kiezen een team, nodigen vrienden uit om tegen te racen en delen levensreddende berichten. Via social media informeert het Keniase Rode Kruis zo vele jongeren over de gevaren, de staisieken en het belang van verkeersveiligheid.
65
IN VEERTIEN GEVANGENISSEN IN IERLAND is een kleine
groep van bijzondere Rode Kruis-vrijwilligers bezig om met de Rode Kruis-grondbeginselen het leven van gevangenen te veranderen. Ze proberen de tradiionele gevangeniscultuur te beïnvloeden, het geweld te verminderen en de lichamelijke en psychische gezondheid van de gevangenen te verbeteren. Bijzonder aan dit programma is dat de vrijwilligers zelf ook gevangenen zijn, gekleed in sporieve zwarte T-shirts met op de achterzijde de zeven grondbeginselen. Met steun van het Ierse Rode Kruis organiseren zij projecten als EHBO-cursussen, geweldprevenie en begeleiding bij HIV/Aids.
SimCity Rode Kruis Set - tien landen OOK MENSEN IN DE VIRTUELE WERELD DIE GETROFFEN ZIJN DOOR EEN RAMP krijgen hulp van het Rode Kruis. De spelers van de populaire game SimCity kunnen hiervoor een speciale toevoeging aan het spel downloaden, de Rode Kruis Set. SimCity laat spelers een eigen virtuele stad creëren. Met de Rode Kruis Set kunnen zij ijdens een natuurramp in hun stad rekenen op extra hulp vanuit het Rode Kruis opvangcentrum. De Rode Kruis Set is verkrijgbaar in Denemarken, Finland, Frankrijk, Duitsland, Italië, Noorwegen, Spanje, Zweden, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. Ontwikkelaar Electronic Arts (EA) doneert minimaal 80 % van de opbrengst van elke verkochte Rode Kruis Set aan het Rode Kruis.
Team Österreich – Oostenrijk
CYCLOON WAARSCHUWINGSSYSTEEM – BANGLADESH
VEEL MENSEN WILLEN WEL HELPEN ALS ER EEN RAMP IS, maar zich niet voor langere ijd vastleggen voor vrijwilligerswerk. Voor deze groep starte het Oostenrijkse Rode Kruis samen met een landelijk radiostaion Team Österreich. In een database kunnen mensen zich registreren om opgeroepen te worden bij een ramp. Wie zich aanmeldt, krijgt een kort gesprek met een Rode Kruis-vrijwilliger en een uitnodiging voor een grais EHBO-cursus van de lokale Rode Kruis-afdeling. In de database kunnen mensen aangeven welk soort hulp ze kunnen bieden. Team Österreich is een groot succes: inmiddels hebben meer dan 35.000 mensen zich aangemeld. Jaarlijks zijn er meerdere inzeten bij onder meer vermissingen, grote ongelukken en overstromingen.
ALS ER EEN CYCLOON AANKOMT, doet de Rode Halve Maan in Dhaka, hoofdstad van Bangladesh, via de radio een waarschuwing uit naar vrijwilligers in het gebied dat door de cycloon geraakt gaat worden. Deze mensen verspreiden vervolgens te iets en per motor deze ‘early warning’ met megafoons en sirenes. Ook bereiden ze evacuaieroutes voor en richten ze Eerste Hulpposten in. De bewoners die hun huis moeten verlaten, worden opgevangen in enorme ‘cyclone shelters’, grote betonnen construcies die ien meter boven de grond zijn gebouwd. Op deze manier worden er elk jaar duizenden levens gered in het door cyclonen geteisterde land.
Make Nuclear Weapons the Target campagne - Australië
Mobiele apps Amerika RED TOUCH’ – FRANKRIJK
HET AUSTRALISCHE RODE KRUIS IS EEN PUBLIEKSCAMPAGNE GESTART tegen kernwapens onder de noemer ‘Make Nuclear Weapons the Target’. Hiermee heet de organisaie via social media al meer dan een miljoen mensen bereikt. Ze vragen het publiek om aan te geven waar ze wonen, om hen vervolgens te tonen hoe groot het gebied zal zijn dat direct impact ondervindt van een kernexplosie in hun straat. Stap twee in de campagne is een oproep aan mensen over de hele wereld om foto’s en video’s te maken van wat zij het liefste doen, om zo duidelijk te maken wat er op het spel staat als er een kernbom valt.
WOON JE IN FRANKRIJK, BEN JE TUSSEN DE 13 EN 30 JAAR OUD en heb je een briljant idee over solidariteit en menslievendheid? Dan krijg je van het Franse Rode Kruis een bedrag van maximaal € 500 en de beschikking over middelen en vrijwilligers om je project te realiseren. Hiervoor moet het project wel bijdragen aan één of meer van deze doelstellingen: solidariteit, gezondheid, saamhorigheid, milieu en diversiteit. Doel van dit iniiaief, dat wordt gesponsord door bedrijven, is om jongeren te betrekken bij het Rode Kruis. Zij hebben immers de toekomst!
HET AMERIKAANSE RODE KRUIS HEEFT TIENTALLEN APPS ontwikkeld om de bevolking via hun mobiele telefoon te waarschuwen voor rampen en hen er vooral ook op voor te bereiden. Zo is er een orkaan app, een overstroming app, een tornado app en een aardbeving app. Deze apps blijken zeer succesvol: ijdens orkaan Sandy (eind oktober 2012) lazen Amerikanen die de app hadden gedownload daarop gemiddeld veerien minuten lang hoe ze zich konden voorbereiden. Het Rode Kruis verstuurde tevens maar liefst twee miljoen meldingen via de app om mensen te waarschuwen voor de komst van de orkaan. IN HAÏTI WERD IN MEI 2012 EEN GRATIS RODE KRUISTELEFOONNUMMER GELANCEERD, ook wel bekend als Telefon KwaWouj. Door te bellen naar 733, komen mensen uit bij een interacieve telefoonlijn. Daar kunnen ze een keuze maken en luisteren naar een grote hoeveelheid berichten over gezondheid, rampenvoorbereiding en andere potenieel levensreddende informaie. Niet alleen informeert de telefoonlijn over onderwerpen zoals choleraprevenie en orkaanwaarschuwingen, ook kan deze feedback verzamelen en enquêtes houden. Sinds het Rode Kruis het telefoonnummer twee jaar geleden in het leven riep, is er al ruim twee miljoen keer gebruik van gemaakt.
RED CROSS TELEFOONNUMMER ‘KWAWOUJ’- HAÏTI
67
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13
Maarten van der Veen Mirac Kemal Cinar Auto van Bouke de Jong Marlies van der Steeg Hanna Emmering Jolanda van Gelder Pauline Malek Gerrien Achterop Lot van Foreest en Carin Gelpke Arjen Vermeer Marieke van den Berg Sara Babokry Barry Beurskens, Debbie Hannis, Ronald Selder, Emma Deutekom 14 Gijs de Vries 15 Eline Segers 16 Antal, Jolanda, Anneke, Jalissa en Esther 17 Frederike de Graaf 18 Herman Tankink met Paul Rosenmöller 19 Adrianne, Gül, Carine, Maarten, Remco, Willemien, Ramona 20 Gül Kizilirmak en Ramona Waterreus 21 Esther Jacobsen 22 Eva Smits 23 Anneke Griffioen 24 Yilmaz Mert Cinar met Ahmet Cinar 25 Fred Kerkhof
69 69
25
DISTRICTEN EN AFDELINGEN VAN HET RODE KRUIS
Sinds 1 januari 2014 bestaat het Rode Kruis in Nederland uit 254 afdelingen en 25 districten. Hoe zien de districten eruit en wat leeft er zoal?
10 14 16
11 25
DISTRICT HOLLANDS MIDDEN
12
13 14
16
9
15 17
7
17
8
18
20 19
8
18
Vlaanderen, Noord-West Beveland, Schouwen-Zierikzee, Tholen-Reimerswaal, Walcheren en studentendesk Zeeland. Aantal vrijwilligers: 887
9
15
DISTRICT ZUID HOLLAND ZUID
22 21
14
20
‘Recent van start gegaan, kijken wij als bestuur uit naar een open en creaieve samenwerking met de afdelingen en relevante externe partners. Ons moto is: samen gaan we voor een sterk en modern Rode Kruis, met respect voor alle opgebouwde goodwill.’ 10 Rode Kruis-afdelingen: Alphen aan den Rijn e.o., Bodegraven e.o., Duin- en Bollenstreek, Gouda en omstreken, Leiden e.o., Katwijk, Schoonhoven e.o., Voorschoten, Zevenhuizen/Moerkapelle en studentendesk Leiden. Aantal vrijwilligers: 878 14 16
9
15
DISTRICT ROTTERDAM RIJNMOND
17 18
8 21
20 19 22
LAND ROVER PARTNER VAN 3FM SERIOUS REQUEST
landrover.nl
‘Bij de Roterdam Marathon werkten zevenig vrijwilligers professioneel samen om de helden van de marathon - de lopers - van medische verzorging te voorzien. En bij een brand in een verzorgingslat in april ondersteunden bijna 200 vrijwilligers de operaionele hulpdiensten door de bewoners te begeleiden. Ook hebben zij nazorg verleend na de brand. Het Rode Kruis heet laten zien dat ze daadkrachig is en midden in de samenleving staat. Hulde aan de vrijwilligers!’ 6 Rode Kruis-afdelingen: BarendrechtRidderkerk, Goeree-Overlakkee, Nieuwe Waterweg Noord, Roterdam, Voorne/ Puten en studentendesk Roterdam. Aantal vrijwilligers: 750
‘Het district is op 1 januari 2014 oicieel van start gegaan. In de afgelopen periode heet het nieuwe enthousiaste bestuur zich gepresenteerd en kennis gemaakt met de afdelingen. Het districtsbestuur heet de kennismaking verder voortgezet ijdens de besturendag van 17 mei en samen met de afdelingen de plannen voor 2014 in de startblokken gezet.’ Wij als districtsbestuur kijken uit naar een vruchtbare samenwerking zodat alle vrijwilligers voldoende worden ondersteund en gefaciliteerd en de primaire taken kunnen uitvoeren.’ 10 Rode Kruis-afdelingen: Alblasserdam/ Oud Alblas, Dordrecht, Giessendam-Hardinxveld e.o., Gorinchem, Hoeksche Waard, Leerdam e.o., Nieuw Lekkerland/ Streekerk, Papendrecht, Sliedrecht, Zwijndrechtsewaard. Aantal vrijwilligers: 997 14 16
9
15
DISTRICT ZEELAND
17 18
20 19
‘Geen dubbele peten in de besturen, enthousiaste nieuwe bestuursleden, veranderingen op alle niveaus. Niet enkel het kussen is opgeschud, maar het hele dekbed. De veren vlogen soms in het rond. We hebben onze wapenspreuk: LUCTOR ET EMERGO (ik worstel en kom boven) eer aangedaan.’ 9 Rode Kruis-afdelingen: Duvelant, Hulst, Kapelle, Midden en West Zeeuws-
DISTRICT MIDDEN- EN WESTBRABANT
16
9
15 17 18
8 21
20 19 22
‘Als districtsbestuur zijn wij het afgelopen anderhalve jaar voor vele onvoorziene omstandigheden geplaatst met een groot bestuurlijk verloop als gevolg. Toch kunnen we zeggen dat er nu op inhoud en vorm een mooie basis is voor onze samenwerking met de afdelingen en de beroepsorganisaie. De invoering van de communiies, de benoeming van de vrijwilligersmanager en het zichtbaar worden van de structuur en nieuwe werkorganisaie, de ondersteuning aan het districtsbestuur: het komt op gang en werkt zeer simulerend. En nu is het ‘Samen voor het Rode Kruis en voor de mensen die haar hulp behoeven’!’ 16 Rode Kruis-afdelingen: Bergen op Zoom e.o., De Baronie, De Langstraat, Dongemond, Dongen, Fijnaart en Heijningen, Halderberge, Hank, Hilvarenbeek, Land van Heusden en Altena, Moerdijk, Oisterwijk, Roosendaal, Tilburg e.o. en studentendesk Breda en studentendesk Tilburg. Aantal vrijwilligers: 1230
71
Historicus Mariëtte Wolf kreeg onlangs opdracht de geschiedenis van het Nederlandse Rode Kruis te beschrijven, vooruitlopend op het 150-jarig jubileum in 2017. In dit jubileumboek krijgen de mensen die in de vuurlinie of in de modder hebben gestaan de hoofdrol. Gelukkig hebben sinds 1867 vele tientallen Rode Kruisers hun ervaringen aan het papier toevertrouwd. Hoe meeslepend die getuigenissen kunnen zijn, illustreert het persoonlijke verslag van Rode Kruis-verpleegster Johanna Benthem.
73 Drie schritjes heet ze nagelaten, met 280 dichtbeschreven bladzijden in een krachig en gelijkmaig handschrit. Afgaande op de inhoud moet de vrouw die de regels heet opgetekend al even krachig en gelijkmaig zijn geweest: Johanna Dina Benthem. Bijna 45 jaar is ze, wanneer ze op 4 juni 1922 onder de vlag van het Rode Kruis afreist naar de Russische Wolgastreek.
Hongersnood Het gebied rond de steppehoofdstad Samara is het jaar daarvoor door een zware hongersnood getrofen. Het is aanvankelijk een typisch voorbeeld van wat we nu een ‘sille ramp’ zouden noemen. Door de poliieke en bestuurlijke chaos in de eerste jaren na de Russische Revoluie (1917) en de aanhoudende droogte, sterven binnen een jaar vijf miljoen mensen de hongerdood. Omdat de Sovjetleiders aanvankelijk geen buitenlandse hulpmissies willen toelaten, duurt het geruime ijd voordat de omvang van de ramp tot de rest van de wereld doordringt. Pas in het najaar van 1921 krijgt het internaionale Rode Kruis toegang tot het noodgebied. In veel landen komen grootscheepse inzamelingsacies op gang. Ook het Nederlandse Rode Kruis laat zich niet onbetuigd. Naast de levering van hulpgoederen draagt het bij aan de inriching van enkele gaarkeukens in het hongergebied. In het voorjaar van 1922 volgt het verzoek twee
Tekst Mariëtte Wolf | Foto familie Beelen-Mulder
Nederlandse verpleegsters af te vaardigen naar de Wolgastreek, ter versterking van het daar aanwezige Zweedse Rode Kruis.
Frêle freules De noodhulp in de Wolgastreek bewijst dat er in de ruim vijtig jaar dat het Nederlandse Rode Kruis dan al bestaat, veel is verbeterd. De organisaie heet de eerste kinderziektes overwonnen en de helpers en helpsters die worden uitgezonden zijn uitstekend op hun taak voorbereid. Dat was ijdens de Frans-Duitse oorlog van 1870 (de eerste echte vuurproef voor het Nederlandse Rode Kruis) wel anders: de weinige vrouwen die in dat jaar met ambulance-eenheden naar de lazareten rond de slagvelden vertrokken, waren vooral frêle freules en goedbedoelende maar nauwelijks geschoolde verpleegsters, die bij de eerste aanblik van een schotwond al bijkans van hun graatje gingen en het bij amputaies helemaal lieten afweten. Dat zal Johanna Benthem niet gebeuren. De Twentse verpleegster is voor geen kleintje vervaard. Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) heet zij in België al veel leed aan zich voorbij zien trekken. De jaren daarop is ze als verpleegster werkzaam in Sint Petersburg, waardoor ze ook een mondje Russisch spreekt. Haar veel jongere collega Frida Fesell heet weliswaar minder verpleegervaring, maar spreekt de taal zelfs vloeiend. Dat mag
ook wel, want beide vrouwen staan er gedurende een groot deel van hun verblijf alleen voor. Zij krijgen de taak in Pestravka, een dorp onder Samara, een ziekenhuis op te zeten voor de 15.000 bewoners van het uitgestrekte steppegebied. Uiteindelijk zullen Benthem en Fesell vijtien maanden in Pestravka blijven: twee hete, stoige zomers en één lange, barre winter, met temperaturen van -40° C overdag. “Heerlijk vond ik het, voor deze taak uitgekozen te zijn”, jubelt Benthem bij aanvang van de reis. Alvorens zij op 4 juni uit Den Haag vertrekt, zijn er al ettelijke dagen verstreken voor de noodzakelijke voorbereidingen: “Onze uitzet moest in orde gemaakt worden: telkens passen en maat nemen. Al het ondergoed was van witte zijde en verder alles zoveel mogelijk van glad satijn. Men vond dit nodig, omdat het ongedierte dat in Rusland zo welig tiert er niet tegenop kan kruipen.” Het blijkt geen overbodige luxe. De strijd tegen het ongedierte loopt als een rode draad door de drie schriftjes en Benthem besluit haar verslag zelfs met de constatering: “Rusland is een prachtig, mooi, gastvrij en heerlijk land, maar er moesten geen ratten, wandluizen en tarakanen [een soort torren] zijn.”
Menscheneters Na een vermoeiende reis van drie weken arriveert Benthem in Samara. Hoewel de grootste nood inmiddels voorbij is, maakt ze al op de eerste dag kennis met de horror van de hongersnood: foto’s van kinderlijken “met armen en benen in de hoogte als geslachte konijntjes”. Aangrijpender nog is de confrontaie met een groep “menscheneters: brave boerenmenschen, met een talrijke kinderschaar, waarvan men een paar kinderen had geslacht en gegeten.” Even lijkt Benthem toch niet tegen haar taak opgewassen, maar gelukkig is daar de schone Wolga: “Al deze vreselijke indrukken hadden me zeer vermoeid en terneergeslagen, daarom stelde des avonds dr. W. [de Zweedse dokter Wasseen] voor om samen een poos rustig aan de Wolga te gaan zitten. Het was een heerlijke avond. Op de rivier bewogen zich veel roeiboten waaruit muziek van balalaika en gitaar klonk. Aan de overzijde werd het Wolgalied gezongen.” Het is de eerste en tevens laatste keer dat het Benthem te machig wordt. Eenmaal in Pestravka gearriveerd, ontbreekt haar de ijd voor zwaarmoedige gedachten. In haar schritjes doet ze nuchter verslag van de ellende die ze tegenkomt en de manier waarop zij het lot van de bewoners tracht te verbeteren, bijgestaan door Frida Fesell, een legertje doortastende dorpsvrouwen en zo nu en dan een Zweedse arts. Onvermoeibaar en opgeruimd kwijt zij zich van haar taak. Die kwaliicaies gelden evenzeer voor Jaap Mulder, die een maand voor Benthem naar het Wolgagebied is afgereisd als vertegenwoordiger van de samenwerkende hulpcomités. Als verbindingsman is hij van
onschatbare waarde voor de kleding-, voedsel-, en medicijnentransporten tussen Samara en Pestravka. Bovendien is hij nooit te beroerd om hand- en spandiensten voor Benthem te verrichten. Met kunst- en vliegwerk kan het ziekenhuis in Pestravka op 17 juli 1922 worden geopend, nadat het door Mulder met cyaankali (en gevaar voor eigen leven) is ontsmet. Binnen enkele dagen is het overvol. Veel paiënten lijden aan hongeroedeem, maar ook (vlek)tyfus, cholera, tuberculose en schurt komen veel voor. ’s Zomers wordt de streek bovendien geteisterd door malaria-epidemieën, waar bijna niet tegenop te injecteren valt.
Ongedierte Benthems beleid van ‘rust, reinheid en regelmaat’ werpt zijn vruchten af, al is het voor veel dorpelingen wel wennen aan de Hollandse zuster: “Bevreemding wekte het bij onze eerste paiënten dat ik me zooveel bekommerde over de levende have op hun hoofden; blijkbaar beschouwden ze luizen in den haardos als een natuurlijk atribuut van den mensch.” Als het ziekenhuis eenmaal goed draait, is het ijd voor de volgende stap. Een paar maanden later is Pestravka een tehuis voor weeskinderen rijker, en kort daarop kan door toedoen van Benthem en Mulder ook het onderwijs worden hervat. Benthems prakische natuur komt ook goed van pas bij de bestrijding van de chronische muizenplagen: “Als ik het verband losmaakte om arm of been waarmee verschillende patiënten kwamen, sprong er vaak meer dan één muis uit. Aan de patiënten die niet te ziek waren, beloofde ik voor elke muis die ze vingen een stukje suiker. Dat gaf een bedrijvigheid! (…) Sommigen vingen er in een nacht wel zeven of acht.” Tot haar afgrijzen beperkt het ongedierte zich niet tot luizen en muizen, raten en kakkerlakken. Op haar ziekenbezoeken aan afgelegen huisgezinnen wordt zij ‘s zomers geplaagd door sprinkhanen ter groote van “linke musschen”. ’s Winters worden de wolven haar bijna fataal. Wanneer zij en haar koetsier ijdens een van hun sledetochten verdwalen, weten ze de dans ternauwernood te ontspringen door een van de drie paarden te oferen en in het wilde weg met hun revolvers te schieten. Wanneer Benthem in september 1923 huiswaarts keert, kan zij het ziekenhuis met een gerust hart overdragen aan een Duitse dokter. Tijdens de bloemenhulde die de aangesterkte en goedgeklede dorpsbewoners haar ten afscheid brengen, pinkt zij siekem een traantje weg. De laatste zin van haar verslag luidt: “Mijn geheele leven zal ik het Nederlandsche Roode kruis dankbaar zijn, dat ik in de gelegenheid ben geweest, deze mooie en leerrijke ijd te hebben kunnen meemaken.”
Voetnoot Kort nadat ik in het archief van het Rode Kruis op de schritjes van Johanna Benthem was gestuit, kwam een nazaat van verbindingsman Jaap Mulder toevalligerwijs naar het verenigingskantoor met diens fotoalbums van de Wolga-missie. Daarmee kreeg Johanna Benthem opeens een gezicht. De voorstelling die ik me van haar had gemaakt ijdens het lezen van haar schriten bleek wonderwel te kloppen: een stevige, doortastende en goedlachse vrouw, nu eens poserend op de motor van Jaap Mulder, dan weer picknickend met ‘haar’ kinderen of gebogen over een uitgehongerd paiëntje. Ondanks haar meeslepende getuigenis is het vergeefs zoeken naar Johanna Benthem in de bestaande literatuur over het Nederlandse Rode Kruis. Verder dan een enkele voetnoot heet ze het nooit gebracht. Het is de hoogste ijd dat ook mensen als zij in de geschiedschrijving een gezicht krijgen.
75
“Tijdens de collecteweek in 2013 hadden we een djembé-groep in Breda, acrobaten in Maastricht, een fanfare in Eindhoven, een ingetogen gitaarduo, ballonnencreaies en nog veel meer. Als klap op de vuurpijl hiphopformaie The Infaders met daaromheen dansende, zingende en lachende collectanten! Naast 100% posiieve reacies van het passerende publiek, zagen we een mooie sijging van inkomsten en een nieuw type collectant die, naast geld inzamelen, ook lol wil beleven aan de collecte. Fun Raising werkt!” Noud van der Bas, projectmananager RSC Zuid-Oost
Van 15 tot en met 21 juni 2014 gaan we weer collecteren voor het Nederlandse Rode Kruis. Hoe maak je de collecteweek leuk én succesvol? Ervaringsdeskundigen geven tips.
“In Utrecht hadden we in 2012 en 2013 een hoge collecte-opbrengst. Ons geheim? Natuurlijk de groote van ons werkgebied, maar daarnaast veel contact met wijkcoördinatoren en de goede ondersteuning. Verder is het vooral belangrijk op ijd te beginnen met een stevig collecteteam. Dat je het resultaat van al het harde werken direct terugziet in de opbrengst moiveert daarbij ontzetend!” Sandra Dhondt, Fondsenwerving & Communicaie Utrecht “Onderscheid je van andere collectanten! Verzin iets ludieks wanneer je bijvoorbeeld gaat collecteren in een winkelcentrum. Wij hebben een LOTUS-slachtofer ingezet ijdens de collecte. Zo’n ‘nepgewonde’ trekt goed de aandacht van passanten.” Wendy Bedet-Glasbergen, collectecoördinator Brunssum
“Als collectant is het belangrijk om ervoor te zorgen dat je vrolijk bent en er zin in hebt. Met een posiieve uitstraling bereik je uiteraard veel meer. Uit eigen ervaring kan ik zeggen dat mensen veel guller zijn wanneer je een persoonlijke draai geet aan het gesprek door bijvoorbeeld een opmerking te maken over het mooi gemaaide gras of lekker ruikende rozen in de voortuin.” John van Dijk, promotor Collecteorganisaie Verenigingskantoor
“Mijn ip: stel jezelf alijd even voor. En leg uit dat het naionale collecteweek is voor het Rode Kruis en dat de opbrengst voor de afdeling is en daardoor terugvloeit naar lokale aciviteiten. Het weer zit niet alijd mee, maar laat je niet aleiden door de regen; juist bij slecht weer waarderen de mensen jouw inzet. En het belangrijkste: geef nooit op!” Bouke de Jong, collectecoördinator Zeist
“Je herkent het vast wel: iemand die aan de deur heel lelijk reageert op jou en je collectebus. Daar sta je dan met je goede gedrag, en je moet nog wel honderd deuren langs... Mijn ip: bel even met je wijkcoördinator of een collega-collectant. Dan kun je het lekker van je afpraten en vaak kun je samen al weer heel snel lachen om die ene ‘zuurpruim’.” Eric van Leeuwen, collectant Amersfoort
77
“Neem alijd je kinderen mee en laat die het ook lief vragen. Daarnaast is het ook handig om alijd de vertaling van je vraag in alle talen mee te nemen. Ik heb ook alijd mijn portemonnee met heel veel klein geld bij me, zodat ze nooit hoeven te zeggen dat ze alleen maar groot geld hebben. En mijn man zegt dan alijd dat groot geld er ook in kan en mag!” Thea Scherpenhuizen, collectecoördinator Purmerend
voorbereiden op rampen. Maar tegen een tyfoon van deze kracht is niets opgewassen. DAG 2 "Het lijkt alsof er een bom ontploft is als ik uit het raam van
'Waarom reist een woordvoerder van het Nederlandse Rode Kruis af naar een rampgebied?' Deze vraag stelt Jeroen Pauw mij, enige dagen na mijn terugkomst uit de Filipijnen, die dan net zijn getroffen door de allesverwoestende orkaan Haiyan. Mijn gedachten dwalen af naar zaterdag 10 november, de dag waarop mijn dochter moest afzwemmen. Onderweg naar huis, met een trotse dochter achter in de auto met haar diploma B op zak, gaat de telefoon: “Kan ik een Nederlandse hulpverlener op de Filipijnen interviewen?”, vraagt een redacteur van de NOS. Het is de eerste vraag van vele. Mijn telefoon blijft aan één stuk door rinkelen, totdat ik hem de volgende dag uitzet als ik in het vliegtuig stap om naar het rampgebied af te reizen. Mijn belangrijkste taak: de hulpverleners ter plekke uit de wind houden. Door alle interviewverzoeken komen ze niet toe aan het werk dat ze moeten doen: hulp organiseren voor de miljoenen slachtoffers die in één klap alles zijn kwijtgeraakt. DAG 1 "Bij aankomst op de Filipijnse luchthaven in Manilla zegt de douanier tegen mij: “U bent van het Rode Kruis, zie ik. Zo goed dat u er bent. Mijn familie woont ook in het getroffen gebied. Communicatie met hen is onmogelijk, dus we weten niet of ze nog in leven zijn.” Ik ben nog nooit zo met open armen ontvangen in het buitenland als deze keer. Helaas is de reden waarom intens verdrietig." Dit vertel ik ook aan de journalist van het televisieprogramma
Merlijn Stofels, persvoorlichter bezoekt de Filipijnen direct nadat ze getrofen zijn door orkaan Haiyan. Om zoveel mogelijk mensen deelgenoot te maken van de problemen, schrijt hij ijdens de reis dagelijks een blog. De volledige blog is na te lezen op www. rodekruis.nl/hulp-wereldwijd/noodhulp. Hier vind je ook meer informaie over de hulpverlening op de Filipijnen.
Nieuwsuur, die mij direct na aankomst wil interviewen, terwijl ik nog niets heb gezien van de ramp. Met een Filipijnse collega reis ik af naar het zwaarst getroffen eiland Leyte. De boot is het enige beschikbare vervoersmiddel, want ook de luchthavens zijn verwoest door de tyfoon. Met een loodzware rugtas, gevuld met eten en drinken voor een week, een satelliettelefoon en een tentje om te slapen, maken we de oversteek naar het getroffen gebied. Tussen de bedrijven door sta ik continu de media te woord, die hunkeren naar nieuws. Hun verslaggevers zijn namelijk de eerste dagen zo goed als onbereikbaar, want elektriciteit en een mobiel netwerk zijn er niet. Onderweg krijg ik een spoedcursus over de Filipijnen, het lokale Rode Kruis en de hulpverlening van het Nederlandse Rode Kruis op de eilanden. Daarbij ligt de focus op de mensen
de auto kijk in Tacloban. Geen huis staat meer overeind. Ik zie een auto rechtop tegen een muur staan. Even verderop ligt een vrachtwagen op zijn kant, als een veertje opgetild door de tyfoon. Ik kan mijn ogen niet geloven. Toch is het de bittere waarheid. De grond is bezaaid met puin, zoals hout, dakplaten, koelkasten, tv’s en soms nog een lichaam ertussenin. Ineens begint het hard te regenen. Een stuk karton boven hun hoofd is de enige bescherming die de Filipijnen hebben. Een plek om te schuilen is er niet. Langs de weg staan veel borden met de teksten ‘help us’ en ‘we need food and water’. Kleine kinderen houden hun hand op in de hoop dat één van de auto’s zal stoppen om ze wat te geven." Onderweg zien we gelukkig regelmatig Rode Kruis-hulpverleners in actie. Ze delen hulpgoederen uit, verzorgen gewonden, bergen lichamen, ruimen puin en helpen met het herstellen van de ingestorte huizen. In Tacloban, de stad die door zowel de tyfoon als de tsunami die daarop volgde werd getroffen, bezoeken we het hoofdkwartier van het Rode Kruis. Het gebouw ligt op een berg en is daarom minder beschadigd dan de rest van de stad. Overal uit de wereld zijn Rode Kruisers naar Tacloban gekomen om hulp te verlenen. Hun expertise varieert van traditionele tot hoog-specialistische hulpverlening, zoals forensische experts voor het identiiceren van lijken en wateringenieurs die helpen met het herstellen van de waterleidingen. Aan alles is behoefte.
beschadigd. Het is daardoor heel moeilijk om iedereen die hulp nodig heeft te bereiken. Al voor de ramp heeft het Rode Kruis vrachtwagens vol met hulpgoederen klaargezet om direct na de ramp hulp te kunnen verlenen. Eén van de chauffeurs van zo´n konvooi vertelt mij hoe moeilijk dat in de praktijk gaat, want boom voor boom moeten ze de weg vrijmaken. Ook worden ze onderweg bedreigd door mensen in paniek, die de hulpgoederen willen hebben, simpelweg omdat ze anders niet kunnen overleven. Na een week beginnen de hulpgoederen uit de rest van de wereld binnen te druppelen. Ik wil de Nederlanders niet alleen vertellen, maar ook laten zíen dat de slachtoffers hulp krijgen. Ik nodig daarom EenVandaag, RTL en de NOS, ook aanwezig op het eiland, uit om een voedseldistributie bij te wonen. Na tien dagen is het voedsel dat we mee hadden genomen op. Tijd om te vertrekken, want het laatste wat je wilt is het voedsel van de slachtoffers opeten. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, want de Filipijnen willen ook massaal weg. De enige manier om weg te komen is met een militair vrachtvliegtuig. Als we uiteindelijk een plekje weten te bemachtigen is het toestel zó vol, dat staan de enige optie is. Er zijn tranen en er stijgt een gejuich op als het toestel eenmaal in de lucht is. Eindelijk weg uit deze hel.
79
We vertrekken naar onze eindbestemming Samar, waar de tyfoon als eerste aan land kwam. Urenlang rijden we langs totaal verwoeste dorpen. Steeds moeten we de auto stilzetten om journalisten telefonisch te woord te staan, variërend van het School TV Weekjournaal tot Nieuws uit de Natuur. Iedereen in Nederland leeft mee, van jong te oud. Dat is hartverwarmend.
‘Kleine kinderen houden hun hand op in de hoop dat één van de auto's zal stoppen om ze wat te geven’ Maar in de interviews worden ook steeds meer kritische vragen op me afgevuurd, over de hulpverlening die traag op gang komt. De belangrijkste reden is logistiek, leg ik keer op keer uit. De wegen zijn onbegaanbaar, de luchthaven en haven zwaar
Nog verdoofd door de jetlag en de zware reis, mag ik na terugkomst direct aanschuiven bij Pauw en Witteman, om te vertellen over mijn ervaringen. In een gastenblog op de site van de talkshow schrijf ik na het programma: "Graag had ik ook willen vertellen over de vrouw die haar vader dreigt te verliezen, omdat ze geen medicijnen kan betalen. De kinderen die massaal aan de diarree raken door het tekort aan schoon drinkwater en daardoor het risico lopen om uit te drogen... Nog zoveel te doen, nog zoveel geld nodig om meer mensen te kunnen helpen." Zoveel te vertellen, maar de tien minuten waren om. Nu, een half jaar later, zijn nog steeds miljoenen Filipijnen afhankelijk van noodhulp en is de wederopbouw in volle gang. Hulp die mede mogelijk gemaakt wordt door de massale steun van Nederlanders, die in totaal bijna 1 40 miljoen doneerden. Fantastisch natuurlijk, maar helaas nog lang niet genoeg.
Tekst: Dionne van der Giezen, docent en hoofd Bevolkingszorg Flevoland Datum: 11 januari 2014 Locatie: oefening ‘Heksenketel’ in Kraggenburg
Als hoofd Bevolkingszorg coördineer ik een team van vrijwilligers die oproepbaar zijn na een calamiteit. Vandaag oefenen we met een realistisch scenario: een explosie in een XTClaboratorium. De hoofden SIGMA, Verbindingsdienst en ik zijn benieuwd hoe de teams elkaar
10:00 uur Na vier maanden voorbereiding is het eindelijk zover! Na de laatste brieing aan de oefenleiding en de waarnemers komen de eerste evacués er aan. Het opvangcentrum raakt al lekker vol.
kunnen aanvullen. Zodat het Rode Kruis de getroffenen nog beter kan helpen. 10:20 uur Een deel van het XTC-lab is ingestort na de explosie. In de SIGMA-tent stroomt het vol met gewonden. Als leider van de oefening ben ik mooi in de gelegenheid om overal te kijken.
13:40 uur Ook in het opvangcentrum zijn gewonden. De lichtgewonden worden door de hulpverleners van Bevolkingszorg geholpen. Maar omdat er veel gewonden zijn, springen de SIGMA-collega’s bij.
13:10 uur Na de lunch speelt iedereen zijn of haar rol weer vol overgave. Ook de onderlinge communicaie gaat goed.
14:15 uur Mensen bellen naar de telefooncentrale van het Rode Kruis om te vragen of hun familieleden in het opvangcentrum zijn. We gebruiken ook de ‘Ik ben veilig’-website waarmee getrofenen hun familie zelf kunnen informeren.
15:05 uur Na aloop evalueren we kort. Iedereen heet hard gewerkt. Een oefening is pas geslaagd als er dingen misgaan. En het was een geslaagde oefening! Met de uitkomsten kunnen we de processen van Bevolkingszorg verbeteren. Ik kijk voldaan terug op de dag.
Bevolkingszorg Per 1 januari 2014 zijn de noodhulpdiensten Verwanteninformaie en Opvang & Verzorging met enkele nieuwe aciviteiten overgegaan naar Bevolkingszorg. Een Bevolkingszorgteam van het Rode Kruis traint om met veel parijen samen te werken bij een calamiteit, zoals de gemeente en vrijwilligers van de Verbindingsdienst en de SIGMA. Bevolkingszorgvrijwilligers hebben een breed pakket aan taken: afhankelijk van de behoete begeleiden ze getrofenen ijdens een evacuaie, stellen slachtofers gerust en bevorderen de zelfredzaamheid van getrofenen. De hulpverleners kunnen 24 uur per dag, zeven dagen per week, opgeroepen worden. Zie voor meer informaie over de organisaie van noodhulpverlening pag. 46.
81
Nooit meer met de mond vol tanden bij borrels en partijen! Lees hier de antwoorden op drie vragen over het Rode Kruis die Sharella Poulo en haar collega's van het Contact Center vaak gesteld worden. .................................................................................................................................................................
Zendt het Rode Kruis vrijwilligers uit naar het buitenland? Het Nederlandse Rode Kruis zendt alleen betaalde krachten uit naar het buitenland. Dit zijn gedelegeerden die na een strenge selecie een contract krijgen bij het Rode Kruis. Jaarlijks vertrekken zo’n 150 gedelegeerden naar ruim derig landen in de wereld. Zij komen te werken voor de Internaionale Federaie van het Rode Kruis (IFRC), het Internaionale Comité van het Rode Kruis (ICRC) en bij projecten die het Nederlandse Rode Kruis uitvoert met zusterverenigingen in partnerlanden. Gedelegeerden zijn meestal specialisten op het gebied van logisiek, techniek, water en sanitaire voorzieningen, inanciën en administraie, noodhulp of gezondheid. ................................................................................................................................................................. → ¹ Internaionaal noodsignaal ⁵ Coördineert internaionale noodhulp bij rampen ⁷ EHBO handeling ⁸ Medicijn tegen uitdroging ⁹ Moed ¹⁰ Zelfstandig kunnen handelen ¹² Rood kruis ¹³ Zelfredzaamheid aciviteit ¹⁸ Grondbeginsel ²¹ Oorlog ²² Oprichter van het Rode Kruis
Oplossing: 7
4
9
22
Stuur de oplossing vóór 15 juli 2014 naar
[email protected] en maak kans op een Rode Kruis vakaniepakket met rolkofer of een half jaar elke maand een fraai boeket in huis >
↓ ² Snel inzetbare groep ter medische assistenie ³ EHBO’ers op de iets ⁴ Eerste hulp bij fesival ⁶ Situaie waarin hulp nodig is ⁷ Iemand van dienst zijn ¹¹ Gever ¹³ Inzameling ¹⁴ Levensreddend apparaat ¹⁵ NRK partnerland ¹⁶ Verandering hiervan kan leiden tot meer rampen ¹⁷ Extreme warmte ¹⁹ Overlegorgaan ²⁰ Humanitair oorlogsrecht
Waar kan ik een EHBO-cursus volgen? Het Rode Kruis biedt diverse soorten cursussen aan waarin deelnemers basisvaardigheden aanleren om adequaat eerste hulp te kunnen verlenen. Op www.rodekruis.nl/ehbocursus zijn alle cursussen, inclusief prijzen, terug te vinden. De cursussen worden verspreid door het land gegeven door afdelingen en Rode Kruis EHBO-partners. Hierdoor is het vaak mogelijk om dicht bij huis een diploma te behalen. Voor wie liever niet de deur uitgaat is er een online snelcursus EHBO. Nog geen cursus gevolgd? Met de Rode Kruis EHBO-app op je smartphone heb je alijd EHBO-kennis op zak. .................................................................................................................................................................
Kan ik goederen inzamelen voor slachtoffers van een ramp? Veel mensen bieden na een grote ramp aan om goederen, zoals dekens of kleding, in te zamelen. Het Rode Kruis verstuurt echter zelden goederen vanuit hier. Bij noodhulp beperkt onze rol zich tot de aankoop of inanciering van hulpgoederen en uitsluitend op verzoek van de zustervereniging in het betrefende land. De selecie van leveranciers en daadwerkelijke verzending wordt centraal gecoördineerd door de IFRC. Dit is het meest prakisch, omdat na een ramp soms wel ientallen Rode Kruis- en Rode Halve Maan-verenigingen steun aanbieden. Om transportkosten te beperken en de lokale economie te steunen, worden materialen bovendien vrijwel alijd in de regio van het rampgebied aangekocht. Pariculieren kunnen na een ramp natuurlijk wél fondsen werven voor het Rode Kruis, graag zelfs! Op www.kominacie.rodekruis.nl kan iedereen eenvoudig een eigen acie starten. .................................................................................................................................................................
83
Betrokken Buur is een project van het Rode Kruis dat is bedoeld om zelfredzaamheid in wijken te vergroten. Vrijwilligers die zich opgeven als betrokken buur, krijgen een EHBO- en reanimatiecursus en daarnaast een workshop over risico’s in het om het huis. Als zich een noodsituatie voordoet, weten zij hoe er het best kan worden gehandeld. Betrokken Buur is interessant voor iedereen die zich graag actief wil inzetten voor veiligheid in en om het huis. In de Utrechtse wijken Ondiep en Hoograven is het project inmiddels van start gegaan. In Zierikzee loopt een soortgelijk initiatief.
Aanlokkelijk idee Niet alleen in Utrecht is het vergroten van de zelfredzaamheid op wijkniveau nu al een aanlokkelijk idee gebleken. Jefrey van Doorenmalen, secretaris van het Rode Kruis-bestuur in Zierikzee: “We proberen in de wijk Poortambacht buren te werven en hen een stukje bagage mee te geven, zodat ze iets kunnen betekenen voor hun medewijkbewoners.” Hij denkt er wat betret de manier waarop het iniiaief moet worden geïntroduceerd in de wijken hetzelfde over als Nieske. “Het is belangrijk dat wij als Rode Kruis deel gaan uitmaken van een bestaand netwerk en
betrokken buur en is erg te spreken over het iniiaief. “Toen ik de uitnodiging voor de trainingen van het Rode Kruis kreeg, dacht ik: ‘Dit is een kans die ik moet grijpen.’ Het zou gek zijn om niet mee te doen als je zo’n aanbod krijgt. De meerwaarde van dit project is dat het Rode Kruis simuleert om na te denken over de verbetering van zelfredzaamheid in de wijk. Buurten zijn zelf misschien niet in staat om dit soort iniiaieven op te zeten en levend te houden. Maar doordat het Rode Kruis dit faciliteert, wordt erover nagedacht en gepraat. Hierdoor kan het zich als een olievlek gaan verspreiden.”
85 65
‘We gaan uit van de bestaande kracht in een wijk’ “Wij proberen zelfredzaamheid dicht bij de mensen te brengen door wijkgerichte ondersteuning te geven”, aldus Nieske Blaauw, projectleider van Betrokken Buur en werkzaam bij Rode Kruis Utrecht Midden. “Het globale idee voor Betrokken Buur lag er al. Aan mij is gevraagd of ik het handen en voeten wilde geven. Naast het Rode Kruis zijn ook andere welzijnsorganisaies bezig op wijkniveau. We zijn daarom uitgegaan van de bestaande kracht in de wijken en buurten, in plaats van een eigen ‘superbuur’ te ontwikkelen. Die mensen zijn er al en wij willen ze graag ondersteunen.” Samen met de projectvrijwilligers die zich hebben opgegeven om Betrokken Buur in Utrecht met Nieske te starten, heet ze meerdere buurtgerichte welzijnsorganisaies gevonden. SamenHoograven, Vooruit en Me’kaar zien de toegevoegde waarde van het project.
Tekst Liza Boekhoudt
Samenwerken met wijkgerichte organisaies is volgens de Rode Kruis-medewerkster heel gunsig, omdat zij bijvoorbeeld al weten wie de acieve burgers in hun wijk zijn. De projectvrijwilligers hebben de poteniële betrokken buren dan ook samen met deze teams benaderd. “Ik zou haast zeggen dat de brief en de mail aan de wijkbewoners er is uitgegaan op gezamenlijk briefpapier”, lacht Nieske. Het is de bedoeling dat Betrokken Buur in de toekomst nog veel groter wordt. “Hiermee hebben we een goed begin gemaakt, maar we willen Betrokken Buur uiteindelijk in veel meer wijken en steden introduceren. Ook willen we het project koppelen aan omvangrijkere noodsituaies, zodat de betrokken buren aanspreekpunten kunnen worden voor professionele hulpverleners zoals de brandweer.”
dus niet doen wat anderen al doen. In Zeeland is dit wel anders dan in de grote stad. Het is hier waarschijnlijk makkelijker om gaten in een netwerk op te vullen, omdat veel wijkbewoners verschillende funcies bekleden binnen het dorp. Door samen te werken kun je meer bereiken voor de wijk.” In Zeeland zijn tot nu toe vier betrokken buren geworven. Zij volgen nu een EHBO-cursus en aansluitend een speciale Betrokken Buur-module. Jefrey hoopt in juni een groep van vijtien betrokken buren te hebben verzameld. In het Utrechtse Hoograven volgden twaalf mensen de training.
Steentje bijdragen Ria Kreugel is een van hen. “Ik heb tweeënderig jaar in de zorg gewerkt en ik vond het nadat ik stopte toch wel ijn om daar wat mee te blijven doen. Het geet me voldoening om mensen te helpen en voor ze klaar te staan. Ik hoop dat het project slaagt. Hoe meer buren erbij worden betrokken, hoe beter het eruit ziet voor onze medemensen. Het is ijn als er een betrokken buur is die een steentje kan bijdragen.” Ook Clarine Bronkhorst is een
‘Het project geeft een saamhorigheidsgevoel’ Eye-opener Het aanzeten tot nadenken over zelfredzaamheid is volgens Clarine niet het enige voordeel van Betrokken Buur. “Wat ik leuk vind, is dat het project een saamhorigheidsgevoel geet. Je weet wie er in je buurt woont en wat er speelt. Ik voel me aangesproken als betrokken buur en daar moet ik me ook naar gedragen. Er wonen niet veel ouderen in mijn directe omgeving, dus ik hoef hen niet in de gaten te houden. Maar het voelt ook gewoon zekerder dat ik weet wat ik moet doen in bepaalde situaies. Zo’n AED-reanimaiecursus was bijvoorbeeld echt een eye-opener. Daar had ik weinig kaas van gegeten, maar het is best simpel. Eigenlijk zou iedereen moeten weten hoe dat werkt. Buren raken in contact met elkaar en zorgen ervoor dat de buurt veiliger wordt en de zelfredzaamheid dus vergroot.”
“Onze ilm Ja Zuster, Nee Zuster zat vol met rode kruizen: iguranten dansten in zusterpakjes met rode kruizen, er werd volop gezwaaid met rode kruis-vlaggen en op een gegeven moment sprong iemand zelfs door een groot wit doek met een rood kruis erop. We hadden een gigantisch probleem toen we hoorden dat ál die kruizen eruit moesten.” Filmproducent BosBros ging in 2002 door de bescherming van het Rode Kruis-embleem bijna failliet. Toch zijn de strenge regels rondom gebruik van het embleem voor het Rode Kruis heel belangrijk. Boukje Pieters is bij het Rode Kruis degene die over de bescherming van het embleem gaat. Zij heet de taak het juiste gebruik ervan in Nederland te bewaken. Niemand anders dan het Rode Kruis en de overheid mag het Rode Kruis-embleem gebruiken: dat is verboden en zelfs strabaar. Boukje licht toe: “Het embleem is exclusief. Als je voor het Rode kruis werkt kun je op plekken komen waar gewone burgers niet kunnen komen. Hulpverleners van het Rode kruis dragen geen wapens. Het enige wat ze dragen is het embleem, dat betekent: niet schieten, ik neem niet deel aan dit conlict.” Het is volgens Boukje dan ook niet voor niets dat het gebruik van het embleem strikt wordt gecontroleerd. “Als iedereen ons embleem gebruikt, verliest het zijn beschermende werking op het moment dat er echt oorlog uitbreekt. Het rode kruis tegen een wite achtergrond is een uniek beschermd symbool dat ervoor zorgt dat onze hulpverleners worden ontzien. Het kan het verschil maken tussen leven en dood.”
Ja Zuster, Nee Zuster Omdat het Rode Kruis-embleem internaionaal zo’n belangrijke betekenis heet voor hulpverleners, mag het niet voor commerciële doeleinden worden gebruikt. En dat weet de producent van de ilm Ja zuster, Nee zuster inmiddels maar al te goed. Tijdens het maken van de ilm over het rusthuis van Zuster Klivia, was hij echter niet op de hoogte van de regels, waardoor de scènes vol zaten met rode kruizen. Op het moment dat de trailer al in de bioscoop draaide, werd Michiel de Rooij gebeld door het Rode Kruis. Hij was desijds inancieel directeur bij BosBros en weet het nog goed. “Ik kreeg de mededeling dat we het Rode Kruis-embleem niet hadden mogen gebruiken. We hadden ons enorm vergist in de status van het symbool. Toen we met de producie begonnen, hebben we gekeken of het als merk geregistreerd was en dat was het niet. We dachten daarom dat het embleem een vrij merk was. Maar dat bleek dus niet zo te zijn.”
De betekenis? ‘Niet schieten, ik neem niet deel aan dit conlict!’
Niemand wist ervan De Rooij: “Niemand had ons ijdens de producieperiode van de ilm op het bij wet verboden gebruik van het embleem gewezen. Wij hebben helemaal niet de bedoeling gehad om het Rode Kruis erbij te betrekken, maar uiteindelijk hebben we heel wat met elkaar te doen gehad. Voor ons was het gewoon een vormgevingskwesie. Alles was in de kleuren rood, wit en blauw: de ilm moest een Nederlandse look krijgen. Omdat niemand ijdens de producie van de ilm iets van de bescherming van het embleem af wist, werd het allemaal pas pijnlijk duidelijk toen het eigenlijk al te laat was.” Rood kruis wordt blauw Grote paniek heerste bij de makers van Ja Zuster, Nee Zuster. Nog twee weken en dan zou de ilm in première gaan: wat moesten ze doen? De Rooij: “We zaten met een enorm probleem. Ofwel de ilm zou niet in de bioscoop uitkomen, wat het faillissement van BosBros zou hebben betekend. Ofwel de ilm zou helemaal gerestyled moeten worden, waardoor ons bedrijf ook failliet zou gaan. Het Rode Kruis heet ons toen eenmalig toestemming gegeven om het embleem in de ilm te gebruiken, op voorwaarde dat de trailer en al het publiciteitsmateriaal een blauw kruis zouden krijgen. Alle tassen, T-shirts en posters met het rode kruis erop moesten dus worden vernieigd. Dat was verschrikkelijk, maar natuurlijk ook een enorme opluching: de ilm mocht blijven zoals die was.”
DRIE EMBLEMEN
Naast het rode kruis is ook de rode halve maan een erkend embleem. In 2006 kwam daar nog een extra embleem bij: een rode ruit op een wit vlak. Dit embleem wordt momenteel alleen door Israël gebruikt. De drie emblemen hebben dezelfde betekenis. In oorlogsijd worden ze gebruikt als symbool voor de bescherming van gewonden, medisch personeel en ziekenhuizen. De emblemen mogen daartoe gebruikt worden door de medische dienst van de krijgsmacht en hulpverleners van de Rode Kruis- en Rode Halve Maan-beweging. In vredesijd is in Nederland alleen het Nederlandse Rode Kruis gerechigd het Rode Kruis-embleem te gebruiken, naast de overheid. Daarbij geldt dat het Rode Kruis het embleem normaliter alleen als onderdeel van het verenigingslogo gebruikt: dus met de woorden ‘Rode Kruis’ ernaast. Het rode kruis groot op een wite achtergrond zónder de naamsvermelding mag in vredesijd alleen gebruikt worden om hulpposten en Eerste Hulpverlening van het Rode Kruis makkelijk herkenbaar te maken. Wanneer anderen het embleem, vaak onbewust, verkeerd gebruiken, wijst het Rode Kruis hierop. Vervolgens wordt gezamenlijk naar een oplossing gezocht. In veel gevallen volstaat een aanpassing van de kleur of de vorm van het kruis.
87
Hun vrijwilligerswerk is hun passie, maar er moet natuurlijk ook brood op de plank komen!
Wie: Jan Katenberg (60 jaar) Passie: teamleider SIGMA (Snel Inzetbare Groep ter Medische Assistenie), noodhulpcoördinator - 8 uur per week Afdeling: Kampen - district IJsselland voor SIGMA Baan: hoofdconducteur - 36-38 uur per week
'Met de SIGMA trainen we zo eens per maand, we hebben zes keer per jaar een oefening en we oefenen eens per jaar in het skillslab. Als teamleider en noodhulpcoördinator moet ik regelmatig vergaderen en met alle onregelmatige diensten is het schipperen en gaatjes zoeken in mijn agenda. Maar het lukt en daar ben ik blij om.'
Wie: Jaap ter Wengele (52 jaar) Passie: teamleider SIGMA - 2 à 3 uur per week Afdeling: Haaksbergen Baan: eigenaar supermarkt - 60 uur per week
'Ik doe ook nog voor twee andere organisaties vrijwilligerswerk. Het is wel veel, maar ik kan zelf mijn uren indelen, dus dat gaat perfect samen.'
89
Wie: Berie Veugen-Steijvers (35 jaar) Passie: Noodhulp, Biketeam, eens per jaar een week Bijzondere Vakanies - 1 à 2 uur per week Afdeling: Weert e.o. Baan: docent Brood en Banketbakken - 60 uur per week
'Het combineren van vrijwilligerswerk en baan gaat niet altijd even gemakkelijk. Als docent is je werk eigenlijk nooit af en moet je thuis ook nog met regelmaat aan de slag. Gelukkig zijn de EHBO-herhalingslessen pas om 20.00 uur, dus ga ik altijd even bij mijn vader eten en dan gaan we samen naar de les.'
Wie: Anton Pot (57 jaar) Passie: van alles op het gebied van EHBO en Noodhulp - 8 uur per week Afdeling: Amsterdam Baan: vrachtwagenchaufeur (hoofdzakelijk naionaal) - 45 uur per week
'Als de pieper afgaat zal iedereen met mij meedenken om mij zo snel mogelijk af te lossen of ergens weg te krijgen. Maar mijn werk gaat voor; daar leef ik van. Het Rode Kruis is mijn hobby. Wat ik het mooiste vind aan die hobby? Anderen kunnen helpen in de breedste zin van het woord.'
Suzanne Laszlo, manager Naionale Hulpverlening en Vrijwilligersmanagement, bijt de spits af met een uitleg over de focus van de nieuwe strategie. “In strategie 2020 hebben we als vereniging een keuze gemaakt om de noodsituaie centraal te stellen. Dat is een versmalling van de brede hulpverlening die we eerst hadden. Onze hulpverlening richt zich nu vooral op fysieke nood. Bijvoorbeeld het vergroten van EHBO-vaardigheden, of het zorgen dat mensen weten wat ze moeten doen bij een ramp. Natuurlijk is er in Nederland meer nood dan fysieke nood, maar je moet een keuze maken. We gaan daarmee terug naar waar het van oudsher in de kern om draaide. Ook de toegevoegde waarde van het Rode Kruis is belangrijk. Waar is onze inzet écht nodig? In een klein land als Nederland wordt aan overige vormen van nood, zoals eenzaamheid, al veel gedaan door andere aanbieders. Op zelfredzaamheid kunnen we dan weer wél iets toevoegen, nu de overheid zich steeds meer terugtrekt.”
‘HELP, IK HEB GEEN ETEN VOOR M’N GEZIN!’ DAT IS TOCH NOOD? Bas van Rossum, lid van de Europese en Nederlandse jongerencommissie van het Rode Kruis, geet aan zich wel eens af te vragen of we andere noden niet over het hoofd zien. “Als ik kijk naar jongeren, dan is een noodsituaie voor hen niet per se fysiek, maar meer sociaal. De oorzaak daarvan ligt vaak in de huidige economische situaie en de sociale problemen die daaruit voortvloeien.” Volgens Chrisie Blijden, directeur van de afdeling Den Haag1, geldt dit niet alleen voor jongeren, maar ook voor andere groepen. “Kijk eens naar Den Haag met zijn twee armste wijken van Nederland. Daar gaan mensen gemiddeld zes jaar eerder dood. Spreek je dan over nood? Ik denk van wel. Mensen zeggen: ‘Ik heb geen eten voor m’n gezin, help!’ Dat is toch nood? Keer je je daar nu vanaf? En zeg je: ‘Nee, maar ik kom wél als het water twee meter hoog staat’? Als je dát doet verlies je het contact of het netwerk dat je nodig hebt om
v.l.n.r.: Chrisie Blijden, Cees Werf, Suzanne Laszlo, Bas van Rossum
In tijden van grote nood díe mensen helpen die onze hulp het hardst nodig hebben. Dat is het uitgangspunt van de hulpverlening van het Rode Kruis. Maar wat is grote nood? Hoe bepaal je wie je wel en niet helpt? In café ‘Het Gesprek’ in Rotterdam kwamen vier Rode Kruisers bij elkaar om zich over deze vragen te buigen. Tekst Nadya van 't Hoff | Foto Ronald Falke
1
te kunnen helpen op die momenten dat de nood écht aan de man is. Dit is voor mij wel een dilemma.”
WAAR LIGT DE GRENS? Aan de andere kant begrijpen de deelnemers ook dat Rode Kruis-hulpverlening niet oneindig kan zijn. Chrisie: “Als je zegt: ‘Kom binnen, ik geef je eten en dat kan tot in de eeuwigheid zo doorgaan’, dan ben je ook niet goed bezig. Zelfredzaamheid betekent immers dat mensen uiteindelijk zichzelf weer kunnen redden.” Maar hoe bepaal je nu wat het Rode Kruis wel en niet kan doen? Waar ligt de grens? De sprekers zijn het erover eens dat onze hulpverlening een heldere focus nodig heet. Suzanne vult aan: “Het is belangrijk om als Nederlandse Rode Kruis eerst een duidelijk proiel te hebben dat iedereen kent. Om dit te bereiken moeten we de lappendeken van aciviteiten terugbrengen naar een aantal kernaciviteiten die binnen de nieuwe focus passen. Pas daarna kunnen we uitstapjes maken naar de meer grijze gebieden.” Cees Werf, voorziter van het district Roterdam-Rijnmond, wijst op de rol die wat betret deze ‘uitstapjes’ is weggelegd voor afdelingen en districten. “Aanvullende hulpverlening moet per afdeling kunnen variëren, ahankelijk van de hulpbehoete in dat gebied en datgene wat andere organisaies wel en niet doen. De districten hebben hierbij een brugfuncie. Als district vertaal je de landelijke strategie samen met de afdelingen naar de lokale situaie. Daarnaast kun je als district de ‘best cases’ van andere districten of afdelingen inbrengen. We mogen best bij elkaar akijken.” “Maar hoe vrij is een afdeling of district om bij een noodsituaie die niet zozeer binnen de strategie past, toch hulp te verlenen?”, vraagt Bas. Suzanne denkt dat afdelingen waar ze het kunnen die vrijheid wel nemen. “De strategie is er niet voor niets, en geet ons riching.
Als dit blad uitkomt heet Chrisie een nieuwe funcie als vrijwilligersmanager Haaglanden.
Maar als afdelingen in hun eigen stad of dorp zien dat onze hulp écht nodig is, kunnen ze hierover in gesprek gaan met het district.” De deelnemers zien tegelijkerijd wel degelijk grenzen aan wat past bij het Rode Kruis. Dat wat andere organisaies al doen moet het Rode Kruis volgens Chrisie laten passeren. Cees vindt dat we niet zelfstandig een voedselbank moeten beginnen. Suzanne ziet op haar beurt hulpverlening op het gebied van eenzaamheid niet meer ziten. “Er zijn zoveel andere organisaies die zich daar op richten. Dan moeten wij zeggen: laten we dat niet doen.”
SNELLER HANDELEN Het kan best lasig zijn voor een afdeling om nieuwe hulpverlening op te starten, vindt Chrisie. Ze noemt een recent voorbeeld uit Den Haag. “Ik herinner me een groep uitgeprocedeerden die opvang zocht. Dat was een lasig traject. De afdeling zag een kwetsbare groep en wilde graag hulp bieden, maar de vereniging was veel strikter. Dat geet wel eens spanning.” Suzanne erkent het probleem rond ongedocumenteerden. Iets waar het Rode Kruis zich volgens haar in kan verbeteren, is sneller handelen. “Er staat een tentenkamp en elke keer als ik hierover gebeld word, vind ik dat spannend. Het is zo’n poliiek beladen vraagstuk. Voordat je dan een uitspraak doet en een noodhulptent met een Rode Kruis-logo neerzet, ben je stappen verder. Wanneer doe je iets wel en wanneer niet? En waarop baseer je dat besluit? Daar moet je het met elkaar over hebben en daar doen we als vereniging nu nog te lang over.” Bas vertelt dat sommige Rode Kruisverenigingen in Europa speciiek hulp bieden aan migranten zonder verblijfsdocumenten. “In bijvoorbeeld Zweden en Noorwegen is het Rode Kruis bezorgd over de gebrekkige toegang tot gezondheidszorg voor deze groep. Zij hebben eigen klinieken opgezet waar ongedocumenteerden terecht kunnen voor medische zorg.”
91
MET HULPORGANISATIES OM DE TAFEL Chrisie merkt op dat we in het geval van het tentenkamp ook de aansluiing met onze omgeving misten. “Vanuit de nieuwe strategie zijn we bij afdeling Den Haag met sommige vormen van hulpverlening gestopt. Ook met onze projecten voor ongedocumenteerden. Hadden we die aciviteiten, zoals spelmiddagen voor kinderen uit deze groep, nog gehad, dan hadden we veel eerder het signaal gehad dat er een tentenkamp aan zat te komen. We hadden betere contacten gehad om daar daadwerkelijk iets zinnigs over te kunnen zeggen. Dit betekent nog niet dat we erin gesprongen waren, maar we waren in ieder geval beter op de hoogte geweest.” Het belang van het netwerk is iets waar alle gespreksdeelnemers zich bewust van zijn. Aansluiing zoeken is belangrijk. Niet alleen met poteniële hulpvragers, maar ook met andere organisaies. “Misschien moeten we structureel met andere hulporganisaies om de tafel gaan ziten”, aldus Chrisie. Cees vindt het een goed idee om op districtsniveau bijvoorbeeld eens per jaar een bijeenkomst te organiseren met andere organisaies. “Dan kunnen we afstemmen wie wat doet én bespreken waar gaten vallen.”
ZICHTBAAR IN DE WIJK Om mensen te bereiken die in nood zijn en onze hulp nodig hebben, moeten we ook zichtbaar zijn, aldus het panel. “Vroeger had je huizen waar een rood kruis naast de voordeur hing. Dan wist je: daar is EHBO, daar is het veilig. Het is jammer dat dat er niet meer is. Het zou toch wel een droom zijn als we zoiets in elke wijk weer voor elkaar kunnen krijgen”, ilosofeert Suzanne. “Dat je weet waar een Rode Kruis-punt is, waar een EHBO-tas hangt of een deibrillator.” Bas ziet vooral een meerwaarde van zo’n punt op het plateland. Daar ben je nu niet snel op een plek waar je hulp kunt krijgen. “We moeten inderdaad kijken wat waar past”, vindt Suzanne. “In een stadse omgeving kun je denken aan een wijkwinkel zoals in Den
Haag, op het plateland past weer iets anders.” Maar wat te doen als mensen het Rode Kruis bezoeken met een hulpvraag die niet past bij onze hulpverlening? Cees merkt op dat zo’n lokaal hulppunt kan dienen als eerste loket van waaruit we mensen kunnen doorverwijzen. “Als mensen het Rode Kruis benaderen met een hulpvraag die niet bij onze hulpverlening past, kunnen we ze in ieder geval op weg helpen. Het Rode Kruis wordt dan een soort facilitator.”
MEEBEWEGEN Richt de hulpverlening van het Rode Kruis zich met de nieuwe strategie nu meer op mensen in grote nood? Suzanne denkt van wel. “Voorheen werden veel leuke aciviteiten gedaan, maar of alle aciviteiten nog voldoende toegevoegde waarde hadden, valt te betwisten. Er komt nu een betere match tussen de hulpverlening en de behoeten in de samenleving.” Chrisie vult aan: “We hebben een meer open blik naar de omgeving, helpen meer vraaggericht.” Dat niet alle afdelingen hiermee even ver zijn, betwist geen van de sprekers. “Maar de balans is aan het verschuiven. Er is beweging”, aldus Suzanne. “Afdelingen hebben ook ijd gehad om aan de nieuwe strategie te wennen”, vult Bas aan. “Ze begrijpen nu beter waar sommige keuzes op gebaseerd zijn en beginnen de voordelen te zien.”
DISTRICTEN EN AFDELINGEN VAN HET RODE KRUIS 12
13 14 6
VOEDSELBANK Doordat we als Rode Kruis meer naar de omgeving kijken, zijn we ook in staat om nieuwe aciviteiten op te pakken als blijkt dat onze hulp hard nodig is. Suzanne noemt als voorbeeld het recente verzoek van de landelijke voedselbank. “Er zijn door de economische crisis hoge wachtlijsten en de voedselbank zelf kan de vraag niet aan. Dit keer willen we snel reageren op zo’n vraag. We bespreken nu met de landelijke voedselbank of het Rode Kruis hierbij kan steunen en op welke manier. Bijvoorbeeld door te helpen met de logisiek of vrijwilligers uit te lenen. Maar we zeggen wel: ‘Waar kunnen we de voedselbank mee helpen?’ Het idee is niet om met hen te concurreren. Zodat onze hulpverlening iets ijdelijks is en je op een gegeven moment ook weer kunt stoppen als de nood minder groot is.”
16
DISTRICT BRABANT NOORD
9
15
8
18
21 20
Leende, Helmond e.o., Oirschot, Someren, Valkenswaard/Veldhoven en studentendesk Eindhoven. Aantal vrijwilligers: 1300
19 22 23 18
‘Bloeiende afdelingen en een nieuw bestuur met leden van buiten het Rode Kruis, dat kenmerkt het nieuwe district Brabant Noord. Aan de randen van het district worden we geconfronteerd met de opsplitsing van twee afdelingen. Hoewel dat met de nodige wrijving gepaard kan gaan, zien wij een bewonderenswaardige samenwerking. Ook zien we dat de vele enthousiaste afdelingen in ons district, elk op hun eigen manier, een cruciale bijdrage leveren aan het goede werk van het Rode Kruis.’ 7 Rode Kruis-afdelingen: Boxtel/Liempde, 's-Hertogenbosch e.o., Het Maasland, Land van Cuijk, Sint Oedenrode, Uden e.o. en Veghel e.o. Aantal vrijwilligers: 817 15 18
Dat onze hulpverlening niet aansluit bij álle noden in Nederland is een feit en dat we keuzes moeten maken ook. Wat het gesprek tussen de vier deelnemers vooral laat zien, is dat de nieuwe strategie weliswaar een focus legt, maar ook ruimte biedt voor aanvullende hulpverlening bij een crisissituaie. Zo kan het Rode Kruis blijven meebewegen met ontwikkelingen in de samenleving. Zodat in ijden van grote nood niemand alleen staat.
7
17
17
‘Om mensen in nood te bereiken, moeten we zichtbaar zijn’
Sinds 1 januari 2014 bestaat het Rode Kruis in Nederland uit 254 afdelingen en 25 districten. Hoe zien de districten eruit en wat leeft er zoal?
DISTRICT BRABANT ZUIDOOST
8 21
20 19 22 23
‘De veranderingen bij het Rode Kruis geven naast onwennigheid en herbezinning ook nieuwe energie. De afdeling Eindhoven is nu samengevoegd met het district Brabant Zuidoost. Daarbij hebben we bijna een voltallig nieuw districtsbestuur. De uitdaging voor 2014 is naast het inwerken van het bestuur en de samenwerking met de afdelingen, het inspireren en leren van elkaar. De kleine en grote afdelingen en met name Eindhoven willen graag onderling ideeën uitwisselen. Er is dus volop beweging in het district.’ 11 Rode Kruis-afdelingen: Best, Cranendonck, De Zaligheden, Eindhoven e.o., Gemert/Beek en Donk/Lieshout, Heeze/
8 21
DISTRICT 19 NOORD- EN MIDDENLIMBURG
20 22 23
24
‘Ons district is relaief dunbevolkt met enkele stedelijke zones en is langgerekt zo’n 80 kilometer van Mook tot Echt-Susteren. Daardoor hebben we stevig in de samenleving gewortelde afdelingen in kleine kernen en breder opererende clubs in de steden. De vrijwilligers in de dorpen zijn zeer betrokken bij het Rode Kruis en willen de aciviteiten die ze al jaren met plezier doen, blijven doen. Voor nieuwe aciviteiten gaan we daarom op zoek naar nieuwe en jonge mensen. Betrokkenheid en goede wil is er volop.’ 10 Rode Kruis-afdelingen: Beesel/Reuver/ Ofenbeek, Belfeld, Bergen (L), Echt e.o., Gennep e.o., Horst a/d Maas-Venray, Peel en Maas, Roermond e.o., Venlo en Weert e.o. Aantal vrijwilligers: 954 18
8 21
DISTRICT ZUIDLIMBURG
20 19 22 23
24
‘In het najaar zal Roda JC de vrijwilligers van het Rode Kruis Zuid-Limburg in het zonnetje zeten. De vrijwilligers zorgen al ientallen jaren voor de eerste hulp ijdens de thuiswedstrijden van Roda JC. Een thuiswedstrijd zal in het teken staan van het Rode Kruis Zuid-Limburg. Alle duizend vrijwilligers van het district zijn
welkom bij deze wedstrijd in het speciale Rode Kruis-vak. Voor, ijdens en na de wedstrijd zal in het stadion aandacht worden besteed aan onze aciviteiten in het district. Na de wedstrijd zullen de Rode Kruisers collecteren.’ 11 Rode Kruis-afdelingen: BocholtzSimpelveld-Vaals, Brunssum e.o., Eijsden-Margraten, Heerlen e.o., Kerkrade, Landgraaf, Maastricht/Meerssen/Mergelland, Sitard e.o., Valkenburg aan de Geul/Nuth, Westelijke Mijnstreek Zuid en studentendesk Maastricht. Aantal vrijwilligers: 954
2 3 10
DISTRICT FLEVOLAND
4
11 25 12
13
5 14 6
16 15
9
7
17
‘Vrijwilligers van de afdelingen en het nieuwe districtsbestuur zijn samen aan de slag gegaan ijdens de eerste Flevolandse werkconferenie: goede werkplannen maken, nieuwe aciviteiten ontwikkelen, nieuwe vrijwilligers vinden, nieuwe fondsen aanboren, meer zichtbaar zijn. Zo willen we jongeren in Flevoland enthousiasmeren voor het Rode Kruis. De eerste taak van de nieuwe jongerenambassadeur is daarom het opzeten van een studentendesk. Die speelt straks een belangrijke rol bij Serious Request, maar kan ook als vliegende keep voor de afdelingen fungeren. Met de steun, kennis en ervaring van de Rode Kruisers van het eerste uur gaat dat zeker lukken.’ 6 Rode Kruis-afdelingen: Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk en Zeewolde. Aantal vrijwilligers: 419
93
Hilde (97), sinds acht jaar deelnemer “Een paar keer was ik vergeten mijn gehoorapparaat in te doen, waardoor ik de telefoon niet had gehoord. Nou ze stonden meteen voor mijn deur, heel goed! Ik ben heel posiief over de cirkel, ik ben er enorm blij mee.”
De Telefooncirkel in Zeist bestaat al sinds
Carla (82), sinds twee jaar deelnemer “De cirkel geet een gevoel van veiligheid. Zekerheid. Dat je niet ien jaar, geen week, zelfs geen dag dood in huis ligt. Als alleenstaande geet mij dat een preig gevoel. Ook het sociale contact is ijn.”
An (77), sinds vijf jaar deelnemer “Ik heb moeite met alleen zijn. En door de cirkel voel ik mij veilig. Het geet mij het idee dat ik niet alleen op de wereld ben. Zowel de bellers als de begeleiders zijn hele sympathieke, lieve mensen.”
Claartje (89), sinds vijf jaar deelnemer “Wat de cirkel me brengt? Gezelligheid! En ook veiligheid, als je bijvoorbeeld in de badkamer valt, dan krijg je hulp.”
de jaren ’70. Elke dag een telefoontje om te kijken of alles wel goed gaat en de dag met een beetje gezelligheid beginnen, dat is wat de deelnemers aanspreekt. Het brengt hen een gevoel van veiligheid. was benieuwd naar de gezichten achter de bellers.
Hans (85), sinds twee jaar deelnemer “In de slaap- en badkamer heb ik een touwtje waar ik aan kan trekken als ik hulp nodig heb. Ik heb ook een persoonlijk alarm dat ik bij mij draag. Maar ’s ochtends heb ik niets. De Telefooncirkel checkt of je de nacht goed bent doorgekomen. Ik zit erbij voor de veiligheid, maar het is ook gezellig.”
Nel (61), sinds twinig jaar begeleider: Zij start ’s morgens de cirkel “Het contact met de mensen elke ochtend vind ik heel belangrijk. Als hulpverlener heb je nog een extra toegevoegde waarde, namelijk een helpende hand. En de dankbaarheid die je ervoor terug krijgt is ijn.”
95
Maria (85), sinds een jaar deelnemer, daarvoor jarenlang begeleider “Mijn kinderen wonen ver weg. En ik wil het ze niet aandoen dat ik hier een maand dood zou liggen. Het contact met de buren is niet heel intensief, dus daar ga ik niet naartoe als er iets is. De mensen van de Telefooncirkel zijn sympathiek.”
Van Telefoon naar Contact Sinds kort is er een aangepaste vorm van de Telefooncirkel beschikbaar: de Contactcirkel. De Contactcirkel helpt deelnemers hun zelfredzaamheid te vergroten door hun eigen kracht te benuten en hun netwerk te versterken. Benieuwd hoe? Kijk op Intranet onder Zelfredzaamheid of vraag ondersteuning aan een Accounthouder Zelfredzaamheid.
Dini (82), sinds vijf jaar deelnemer “De gezelligheid vind ik heel ijn. Claartje is bijvoorbeeld al twee keer bij mij thuis geweest. Vooral in het begin als je ergens komt wonen, dan is de Telefooncirkel erg preig. Het uitje met Kerst is hartsikke gezellig, dan zie je iedereen weer eens.”
Tonny (75), sinds vier en een half jaar deelnemer “Ik ben bij de cirkel gekomen omdat ik op mijn 69ste op mijn eerste kleinkind ging passen en dacht: straks gebeurt er iets. Daarbij doet iedere ochtend het contact, het gesprekje, het praten met de mensen mij goed.”
Tekst: Gilbert Flanegin, evenementenhulpverlener Datum: 23 februari 2014 Locatie: Kinderparade in Oranjestad
08.45 UUR We ontbijten met zijn allen en doen dan nog allerlei klusjes voor we weg kunnen. We vullen de koelboxen en laden de auto’s vol met werkmateriaal. Ook even onszelf insmeren met zonnebrand hoort bij de voorbereidingen.
Vanaf het begin van het jaar tot het moment dat het carnaval op Aruba losbarst, zijn wij, de vrijwilligers van het Rode Kruis Aruba, druk met de voorbereidingen op deze twee feestweken. Ik ben zelf evenementenhulpverlener en tijdens carnaval hou ik samen met mijn teamleden de feestende massa goed in de gaten. Vandaag, 23 februari 2014, zijn we actief tijdens de 60e Kinderparade in Oranjestad.
13.10 UUR Naast de twee vrijwilligers op elke post, lopen er ook groepjes van telkens drie vrijwilligers met de parade mee. Zij kunnen mensen ter plekke bijstaan mocht dat nodig zijn.
11.20 UUR Tijdens de parades in Oranjestad hebben we drie EHBO-posten. Op elke post zijn twee vrijwilligers aan het werk die hulpvragers kunnen helpen. Eerst maken we nog even een groepsfoto.
15:15 uur Het lawaai dat van de praalwagens komt kan voor het gehoor van kleine kinderen nog best hetig zijn. Hier help ik dan ook een klein meisje door oordopjes in haar oortjes te stoppen.
16:25 uur Als het even rusig is, kunnen de vrijwilligers ook genieten van de carnavalsparade, waar honderden kinderen in meelopen. We merken dat mensen zich veilig voelen door de Rode Kruis-hulpverleners die ze overal zien.
17:45 uur Doordat mensen tot wel vijf uur achter elkaar staan of meelopen met de parade, ontstaan er blaren die we ter plekke kunnen behandelen.
Rode Kruis Aruba Het Rode Kruis kent, naast alle afdelingen in Nederland, ook een aantal Caribische afdelingen: het Rode Kruis Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustaius en Sint Maarten. Het Rode Kruis Aruba heet drie beroepskrachten en zo’n 150 vrijwilligers, die zich onder andere bezighouden met evenementenhulp en noodhulp. De afdeling heet een noodwoning waar mensen 72 uur kunnen verblijven in geval van nood en vier keer per jaar organiseert het Rode Kruis een leerzame en sociale ochtend voor eenzame ouderen, naast tal van andere zelfredzaamheidsaciviteiten.
97
25% korting
op een entreebewijs voor het Openluchtmuseum
Tegen inlevering van deze coupon ontvangt u 25% korting op de reguliere entreeprijs. Maximaal vier personen per bon en niet in combinatie met andere acties. Kijk voor de openingstijden en activiteiten op www.openluchtmuseum.nl .
boek
Terraferma (2011)
Dramailm waarin de Siciliaanse Filippo en zijn grootvader ijdens het vissen een groep Afrikaanse vluchtelingen ontdekken. Ze besluiten de regels van het eiland te negeren en hen aan land te brengen. Hierdoor komen Filippo en zijn familie klem te ziten tussen principes en realiteit. Wanneer het beleid jegens de vluchtelingen strenger wordt, neemt Filippo een onherroepelijke beslissing.
A world not ours (2012)
Een prachig videodagboek, waarin ilmmaker Madhi Fleifel homevideobeelden afwisselt met historische archiebeelden om het leven van Palesijnse vluchtelingen in Libanon op unieke wijze in beeld te brengen. Madhi toont op krachige wijze hoe in het kamp Ain el-Helweh vriendschap, familie en verbondenheid centraal staan.
Buren van ver
Annelies Barendrecht en Gerjan Crebolder (2012)
boek Duizend zusjes
Lisa Shannon (2011) Shannon reist naar Congo om kinderen en vrouwen te helpen die seksueel misbruikt zijn. Tijdens haar verblijf op de ‘ergste plek op aarde om een vrouw te zijn’ richt ze Run for Congo Woman op, een organisatie die geld ophaalt tijdens marathons. Haar inspirerende verhaal lees je in ‘Duizend Zusjes’. Buren van Ver portretteert vijftien vluchtelingen met een opmerkelijke veerkracht. Nieuwe Nederlanders uit o.a. Afghanistan, Birma, Ethiopië en Iran vertellen over het leven in eigen land, over het waarom van de vlucht en over hun nieuwe leven hier in Nederland.
humanity house: meer dan een museum DE MEESTEN VAN ONS kennen rampen en conlicten gelukkig alleen uit de krant of van tv. Het Humanity House in Den Haag brengt ze in haar museum dichterbij. Via een ervaringsreis ondervind je aan den lijve wat het betekent om te moeten overleven in een conlict- of rampgebied. Een indrukwekkende ervaring die het onvoorstelbare voorstelbaar maakt. Het Humanity House is een iniiaief van het Rode Kruis. Op vertoon van deze coupon krijgen vrijwilligers van het Rode Kruis grais entree tot het museum en de ijdelijke tentoonstelling over eerlijke, duurzame mode.
tentoonstelling
Watersnoodwoning in het Openluchtmuseum Het Openluchtmuseum in Arnhem opende in april een herbouwde watersnoodwoning. De woning herinnert aan de ramp van 1953, waarbij 1800 mensen omkwamen. De hulpverlening kwam ongekend snel op gang, mede dankzij het Rode Kruis. Nederland ontving uit de hele wereld hulp, waaronder 326 bouwpakketen voor noodwoningen van het Noorse Rode Kruis. In deze herbouwde woning wordt het verhaal verteld van de eerste bewoonster, toen vijf jaar. Over het verlies, het trauma en het nieuwe leven in een huis dat als een geschenk uit de hemel kwam. Rode Kruisers bezoeken het Nederlands Openluchtmuseum op vertoon van deze coupon met koring.
99
Return to Homs
(2013) Dit indrukwekkende portret neemt je mee in het leven van een groep jonge revoluionaire vrienden uit Homs in Syrië. Je krijgt een zeldzaam inieme blik in het leven van vrijheidsstrijders die veranderen in gewapende rebellen. De docuilm, die twee jaar uit het leven van deze jongens beslaat, is indrukwekkend, hartverscheurend en confronterend.
The Impossible (2012)
De tsunami die Thailand trof in 2004 was één van de ergste natuurrampen uit de recente geschiedenis. The Impossible vertelt het verhaal van een familie die gescheiden wordt door de overweldigende kracht van de zee. Moeder (Naomi Wats), vader (Ewan McGregor) en hun drie zonen proberen elkaar terug te vinden in deze aangrijpende acieilm.
boek De Wilde Wereld Eric Corton (2010)
Rode Kruis-ambassadeur Eric Corton maakt voor 3FM Serious Request mooie en indrukwekkende reportages die onder je huid gaan zitten. Eric zette zijn belevenissen in Afrika op papier in zijn verhalenbundel ‘De Wilde Wereld’.
HULPVERLENING IN 2025 COMPUTERGESTUURDE OGEN IN DE LUCHT, SLIMME BRIL OP JE NEUS…
Stel, het is 2025 en je zit thuis op zolder. Naar beneden kan je niet, want door een overstroming staat alles onder water en ben je afgesneden van de bewoonde wereld. Maar je bent niet in paniek, want hulp is binnen handbereik. Uit je 3D-printer rolt een reddingsboot. Drones hebben video-opnames van het getroffen gebied gemaakt en de Rode Kruisvrijwilligers zijn al met hun ‘smart glasses’ onderweg om je op te pikken. Welkom in Nederland anno 2025, met het Rode Kruis 10.0!
Om erachter te komen hoe de wereld van het Rode Kruis er in 2025 uitziet, heb je geen glazen bol, maar een telefoon nodig. Die brengt je namelijk in verbinding met Maarten van der Veen, Nico Zuurmond en Adjiedj Bakas. Om met het laatste heerschap te beginnen: Adjiedj is een trendwatcher. En dat is allerminst een hippe benaming voor iemand die aan de hand van theeblaadjes of tarotkaarten een toekomstbeeld schetst. Nee, om te begrijpen hoe de wereld van morgen eruitziet, vult Adjiedj zijn ijd voornamelijk met heel veel lezen en luisteren. Hij spelt kranten, hoort onderzoekers, techneuten en poliici uit en snufelt rond bij toonaangevende Research & Developmentafdelingen en innovaielabs. Of, zoals hij het zelf zegt: “Toekomstonderzoek is zoiets als het wereldnieuws extrapoleren. Je beziet alle ontwikkelingen vanuit een groter geheel. Trends zijn dan geen toevalligheden, maar een logisch gevolg van innovaies en ontdekkingen wereldwijd.”
of robots die kunnen reanimeren. “En toch,” zo verzekeren alle drie de heren, “duurt het niet lang meer voordat we die innovaies omarmen.” De meeste gadgets gaan het werk van de Rode Kruis-hulpverlener namelijk veraangenamen.
DE NOODHULP VAN MORGEN Maarten van der Veen en Nico Zuurmond werken allebei bij het Rode Kruis. Vanuit hun eigen experise geven zij ieder invulling aan de noodhulp van morgen. Maarten (adviseur Naionale Hulpverlening) met zijn kennis over de technische innovaies en Nico (hoofd Noodhulp Naionaal) met zijn knowhow over de Rode Kruis-vrijwilliger van de toekomst. Want over het feit dat de wereld verandert – en daarmee ook het werkveld van de Rode Kruis-vrijwilliger – zijn beide heren het roerend eens. “De technologische vernieuwing dendert door,” aldus Nico. “Dus het is geen vraag óf we erop inspringen, maar hóe. En dan op een manier die bij ons past en voor ons werkt.”
“Met name de hoeveelheid data die we snel tot onze beschikking hebben, gaat ons enorm helpen,” aldus Maarten. “Over ien jaar is het heel normaal om supersnel toegang te hebben tot de informaie die je op dat moment nodig hebt. En dat geldt natuurlijk ook voor hulpverleners. Dankzij die schat aan informaie zijn zij sneller waar ze moeten zijn en kunnen ze betere hulp verlenen.” Maar voordat we inzoomen op de innovaies voor de hulpverlener, nog even terug naar die zolder in het jaar 2025, ergens in het door de zee overgenomen land van Zuid-Holland. Welk scenario is denkbaar? Wacht je lijdzaam op jouw reddende engel? Of treedt je eigen reddingsplan in werking?
COMPUTERGESTUURDE BRILLEN Wanneer je je in de toekomst verdiept, kan je ineens niet meer wachten tot het zover is. Er staat ons immers zoveel bijzonders te wachten. De ene uitvinding lijkt nog meer science icion dan de andere: computergestuurde brillen, 3D-printers die lichaamsdelen uitprinten
Tekst Marieke Stegenga | Foto Mark de Groot-Shadowview
ERGST DENKBARE OVERSTROMING Bij veiligheidsorganisaies en het Rode Kruis staat ‘ie bekend als de E.D.O: de Ergst Denkbare Overstroming. En hoewel de kans dat we ooit een E.D.O. meemaken minimaal is, moet een dergelijk catastrofaal scenario wel geoefend worden. Wat dan opvalt, is dat de inzet van Rode Kruis-vrijwilligers er bij zo’n ramp in 2025 heel anders uitziet dan vandaag de dag.
staat, maar dat je wel veilig bent, dan benader je je dierbaren. Lukt dat niet meer, dan biedt de GPS-funcie uitkomst. Die heet namelijk een signaal uitgezonden van je posiie en zo doorgegeven waar je je bevond toen de dijk doorbrak. Maarten voegt er nog een derde handigheid aan toe: “Na een ramp fungeert een telefoon ook als bank of bonnenverstrekker.” Met een telefoon kan je betalen als er geen geld in omloop is. Iets wat tegenwoordig overal ter wereld – ook in ontwikkelingslanden – eenvoudig kan met een sms. Het is goed denkbaar dat het Rode Kruis in de toekomst (bel)tegoeden verstrekt zodat mensen zelf spullen en voedsel kunnen inkopen waar zij het meest behoete aan hebben. Dan geef je ook direct na de
‘Het is geen vraag óf we inspringen op technologische ontwikkelingen, maar hóe’
EEN BLIJVERTJE: DE TELEFOON “Natuurlijk, nieuwe snujes genoeg straks in 2025, maar onverminderd belangrijk bij welke ramp dan ook, is de telefoon. Wat er ook wordt uitgevonden, die telefoon blijt!” volgens Adjiedj. Want een telefoon kan twee simpele, maar ijdens rampen zeer belangrijke dingen: contact maken en helpen opsporen. Wil je laten weten dat jouw benedenverdieping onder water
ramp de lokale economie een impuls. Iets wat bij het verstrekken van goederen niet het geval is. Vanwege deze voordelen verstrekte het internaionale Rode Kruis in 2013 al contante geldbedragen aan getrofenen in onder meer de Filipijnen. Zo zie je maar. De vertrouwde telefoon draagt in 2025 bij aan twee doelen: hij versterkt de zelfredzaamheid en vermindert de gevolgen van een ramp. PILLEN PRINTEN In 2025 geet de techniek hulpverleners en burgers eindeloos veel mogelijkheden om na een ramp niet hulpeloos te hoeven afwachten. Er zijn dan dingen mogelijk die je voorstellingsvermogen bijna te boven gaan. De 3D-printer bijvoorbeeld. Met dit veelbelovende apparaat kan je vandaag de dag al concrete producten printen. Maar in de toekomst is er een belangrijkere rol voor ‘m weggelegd. Adjiedj: “Denk aan het 3D-printen van medicijnen waarbij lokale planten de ‘inkt’ vormen. Of het 3D-printen van huid en ledematen. Arts-onderzoekers zijn er al voorzichig mee gestart, dus waarom over ien jaar niet op een veel grotere
101
schaal?” Goh, zelf een reddingsboot uitprinten klinkt dan ineens niet gek… Maar ook andere innovaies zullen in 2025 de gevolgen van rampen beperken. Zoals het verkrijgen van drinkwater uit zout of verontreinigd water, waardoor je het probleem oplost van tekort aan schoon water na een ramp. Of het stellen van een medische diagnose op afstand. Dankzij mobiele applicaies waarmee je een druppel bloed kan scannen, is een dokter ter plaatse niet meer nodig. Met het doorsturen van de medische informaie uit de scan naar een supercomputer die alle ziektes kent, weet je dan direct wat eraan scheelt.
SLIMME BRIL “De hulpverlening loreert dankzij technologische vernieuwing,” zegt Nico Zuurmond. “Bij een ramp zoals een overstroming, is de inzet van Rode Kruis-vrijwilligers hard nodig. Dat blijt ook zo in 2025. Wat wel nieuw is, is dat de assistenie bij hulpverlening veel meer op afstand wordt gegeven.” Zo kunnen hulpverleners op pad gestuurd worden met smart phones of smart glasses
(slimme telefoons of brillen). Zij worden op afstand de juiste riching op gestuurd of bijgestaan wanneer ze iemand reanimeren. Met zo’n computerbril zien ze namelijk leterlijk de kaarten van het getrofen gebied voor zich, of een ilmpje waarop de reanimaie wordt voorgedaan. Mogelijk gebruiken ze die supertelefoon of -bril zelfs als afstandsbediening van een robot die ze het getrofen gebied in sturen. Die kan namelijk op gevaarlijke plaatsen het eerste levensreddende werk doen. Tegelijkerijd maken zij video-opnames waardoor het rampgebied heel nauwkeurig in kaart wordt gebracht.
OGEN IN DE LUCHT In de hulpverlening van 2025 is ook een rol weggelegd voor drones. Deze onbemande vliegtuigjes of helikopters worden momenteel vooral door het leger ingezet. Maar steeds vaker zullen drones gebruikt worden ijdens rampen. Het Italiaanse Rode Kruis heet er anno 2014 al de eerste testvluchten op ziten. Niet verwonderlijk, want drones zijn onze ogen in de lucht en daarmee de ulieme informaie-
verstrekkers en actuele kaartenmakers. Ze ilmen live het rampgebied en sturen deze beelden direct naar tablets en telefoons van hulpverleners. Bij een overstroming bijvoorbeeld, weten we dankzij drones straks heel snel welke dijken zwak zijn en waar zich slachtofers bevinden. Ook kunnen drones ingezet worden om hulppakketen te droppen. Dus hoe onherbergzaam, moeilijk bereikbaar of gevaarlijk een gebied ook is, na een ramp hoeven mensen zich niet meer af te vragen óf er hulp komt, maar wanneer. RODE KRUIS 10.0 “Innovaies maken onze samenleving eiciënter” vat Maarten van der Veen samen. “Reden genoeg voor het Rode Kruis om deze zo slim mogelijk te benutten”. De site ‘Ik ben veilig’ is daar een mooi voorbeeld van. Waar vroeger Rode Kruis-vrijwilligers in acie moesten komen om de toestand van slachtofers van rampen te noteren, kunnen getrofenen nu zelf op de site ikbenveilig.nl aangeven dat ze veilig zijn. Heel handig als het mobiele netwerk is uitgevallen maar er nog wel dataverkeer mogelijk is. Ook het Social Media Team dat met vrijwilligers opgezet gaat worden, gaat het internet op. Als er een ramp gebeurt, kunnen zij direct kijken wat er speelt op social media als Twiter en bepalen hoe en met wie zij aan de hulpverlening kunnen bijdragen. “Voor nieuw op te starten projecten, zoals een Marktplaats-achige omgeving waarin we hulpvraag en hulpaanbod kunnen samenbrengen, of een project waarbij burgers zelf na een ramp schade met hun smart phone kunnen rapporteren, zoeken we nog inanciering”, zo geet Nico Zuurmond aan. “Met de huidige innovaieve projecten én deze toekomsige gaan we vol vertrouwen riching 2025.” Op weg naar het Rode Kruis 10.0! We verloten vijf exemplaren van Adjiedj Bakas’ nieuwste boek Plenty. Ben je geïnteresseerd? Stuur dan vóór 20 juli een mail naar
[email protected] en maak kans op een boek dat je alles vertelt over bovengenoemde technologische innovaies en vele andere!
103
Protecting people Bescherming van mensen en hun werk- en leefomgeving. Dat is wat materiaaltechnologieconcern TenCate biedt met beschermende weefsels, outdoor fabrics, composieten en tal van andere geavanceerde materialen. Zo kan de noodhulp aan slachtoffers van een ramp of een gewapend conflict optimaal worden ingezet. De persoonlijke bescherming van hulpverleners, verzorgers en medische assistentie is de meest effectieve voorbereiding op calamiteiten en oorlog. Protecting people.
www.tencate.com
Suzan Kuipers, vrijwilligster Sociaal Huisbezoek in Culemborg, glundert wanneer zij herinneringen ophaalt aan de huisbezoeken die zij de afgelopen derig jaar alegde. Want zo lang doet zij dit werk al. En niet zonder reden: Sociaal Huisbezoek is ontzetend belangrijk, vindt zij. De aciviteit houdt in dat een vrijwilliger regelmaig bij iemand thuiskomt om diegene hulp te bieden. Die hulp bestaat meestal uit een praatje en een luisterend oor. HUILEN EN LACHEN “Er zijn veel eenzame mensen in Nederland”, zegt Suzan. “Zo bezocht ik eens een vrouw die nooit buiten kwam. Vrienden of familie had zij niet. Toen ze overleed moest het Rode Kruis via de gemeente geld aanvragen voor haar begrafenis. De begrafenisondernemer en ik waren de enige aanwezigen ijdens de plechigheid. Hartverscheurend. Ik vraag me af hoe dit was gelopen als ik er niet was geweest. Daarom doe ik dit werk.”
‘De begrafenisondernemer en ik waren de enige aanwezigen tijdens de plechtigheid’
v.l.n.r.: Hennie Smidt, Annelies Brand, Suzan Kuipers
“Een tijdje geleden vroeg het Rode Kruis mij om een heel chagrijnige oude man te bezoeken. Hij kon nog nauwelijks iets zelf. Zijn vrouw was overduidelijk toe aan een pauze. Zij luisterde mij in dat hij vroeger als visser had gewerkt. Misschien kon ik daar iets mee. En inderdaad, toen ik bij onze eerste ontmoeting een vooroorlogs boekje over de Katwijkse visserij tevoorschijn haalde, was het ijs gebroken. Hij verklaarde mij tot zijn beste vriendin. Zijn echtgenote kon sinds tijden weer lachen.”
Toch lacht ze ook veel: “Laatst vertelde ik een cliënt – een oudere meneer – over de boot die mijn man en ik hebben. Op een dag stond hij met zijn rollator op de steiger. Hij wilde weleens een kijkje nemen. We ilden hem de boot in en dronken witte wijn. Hij had de middag van zijn leven.” Grinnikend: “Met het gevolg was mijn man iets minder gelukkig. Ineens stonden er elke dag rollators op de steiger. Ze hadden gehoord hoe gezellig het daar was. We hebben onze boot uiteindelijk maar verplaatst.” “Erg handig was die acie misschien niet,” lacht de vrijwilligster, “maar die meneer ging wel op eigen houtje de deur uit. Hopelijk was het iets in ons eerdere gesprek dat hem daartoe aanzete.” En dat is ook waar het Rode Kruis naartoe wil: mensen, vooral ouderen, aciveren
zodat ze zelf stappen ondernemen en, zo mogelijk, langer zelfstandig kunnen blijven en contacten leggen en onderhouden. Dit leidt ertoe dat mensen zoals Suzan hun huisbezoeken minder vaak en voor kortere ijd kunnen uitvoeren en zo meer mensen kunnen bezoeken.
Vrijwilligers zoals Suzan kunnen hierbij helpen, denkt Annelies. “Zij hebben al jaren hun ‘eigen’ mensen en weten precies wat er speelt in deze groep. Aan de hand daarvan kunnen we bepalen wat we voor hen gaan organiseren.”
‘Die meneer ging op eigen houtje de deur uit. Hopelijk was het iets in ons gesprek dat hem daartoe aanzette’ VAN AANBOD NAAR VRAAG Dit is niet zonder reden, weet Annelies Brand, voorziter van de afdeling Culemborg. “Het wordt steeds belangrijker dat ouderen zichzelf kunnen redden. Veel verzorgingstehuizen sluiten, waardoor zij langer zelfstandig blijven wonen. Mensen zijn nu nog erg gewend dat er elke week, soms zelfs dagelijks, een Rode Kruis-vrijwilliger langskomt. Dat is veilig en makkelijk, maar we willen dat ouderen in de toekomst zelf aan de bel trekken, wanneer zij hulp nodig hebben. We overleggen nu met de gemeente en andere instanies hoe we dit kunnen realiseren.”
‘Het wordt steeds belangrijker dat ouderen zichzelf kunnen redden’ SAMENWERKEN We laten de eenzame ouderen niet in de steek. We maken ze alleen minder ahankelijk van ons bezoek en simuleren contacten met anderen. Annelies geet aan dat dit ook niet anders kan: “Op de lange termijn zijn er niet genoeg vrijwilligers om alle huisbezoeken af te leggen. Er moet iets veranderen. Wat dat betret ziten we in Culemborg goed. Buurthuizen in deze regio organiseren veel aciviteiten voor ouderen. Als je een kleine kennissenkring hebt, kun je die daar uitbreiden. Je moet dan wel het huis uit. Aan ons de taak om mensen daarin te simuleren.”
Honderd jaar afdeling Culemborg Rode Kruis-afdeling Culemborg bestaat dit jaar een eeuw. Een mooi moment om terug te blikken en vooruit te kijken, vindt ook oud-afdelingsvoorziter Hennie Smidt. “Onze afdeling is in 1914 opgericht. De eerste aciviteiten richten zich toen vooral op het inrichten en bemensen van een noodhospitaal. Nu ziet onze hulpverlening er natuurlijk heel anders uit. Het Rode Kruis gaat mee met de ijd en blijt zich vernieuwen. In september staan we uitgebreid sil bij het jubileum. We bieden inwoners van Culemborg dan een grais AED- en reanimaiecursus aan om hen voor te bereiden op een noodsituaie. Ons grootste cadeau zou zijn als we die dag honderd nieuwe ceriicaten kunnen uitreiken.” .................................................................. Van Sociaal Huisbezoek naar Rode Kruis aan Huis Sociaal Huisbezoek is sinds kort ook in aangepaste vorm mogelijk: Rode Kruis aan Huis. De deelnemer van deze zelfredzaamheidsaciviteit wordt gedurende drie huisbezoeken ondersteund bij het inschaten van de risico’s in en om het huis, bij het bedenken hoe daarmee om te gaan en bij het aanleren van vaardigheden. Ook wordt geprobeerd om het netwerk van de deelnemer te vergroten met het oog op noodsituaies.
105
100 JAAR RODE KRUIS ONDERSCHEIDINGEN VAN VERDIENSTE In oktober 2014 is het honderd jaar geleden dat het Rode Kruis bij Koninklijk Besluit toestemming kreeg tot het verlenen van onderscheidingen voor 'verdiensten jegens de Vereeniging het Nederlandsche Roode Kruis'. Er kwam een Kruis van Verdienste en een Medaille van Verdienste in brons of zilver. Het eerste Kruis van Verdienste is op 28 november 1914 toegekend aan Z.K.H. Prins Hendrik der Nederlanden, voorzitter van het Rode Kruis.
IEDEREEN EEN MEDAILLE
Het Kruis van Verdienste is de hoogste onderscheiding waar het verenigingsbestuur over beschikt, gevolgd door de Medaille van Verdienste in zilver en daarna brons. Deze eerbewijzen worden meestal toegekend voor bijzondere diensten uitgevoerd door een vrijwilliger. Op intranet zijn de regels voor toekenning van deze Rode Kruis-onderscheidingen te vinden.
Rode Kruisers zetten zich uit menslievendheid belangeloos in voor hun medemens. Wat betreft verdienen wij allemaal een onderscheiding. Knip uit en speld op!
107
Kruis van Verdienste 2008-2013 Abdul Rahman Atar (president Syrische Rode Halve Maan) Dr. Rahman Atar kreeg in 2013 het ereteken als erkenning van het moedige en moeilijke werk dat hij en meer dan 10.000 vrijwilligers verrichten ijdens de Syrische burgeroorlog. Elco Brinkman (oud-voorziter verenigingsbestuur) Bij zijn afscheid van het verenigingsbestuur in 2011 is Elco Brinkman onderscheiden met het Kruis van Verdienste voor zijn bijzondere inzet. Hij was ien jaar lang bestuursvoorziter en daarvoor vier jaar vicevoorziter.
Medaille van Verdienste Zilver 2008-2013 A. Vink-Timmerman (Meppel-Nijeveen), E.P. Pelzer (Soest-Soesterberg), M.M.J.G. Voncken (Westelijke Mijnstreek Zuid), A.E. Stokvis (De Wolden), M.J. Haan-Folles (Oost en West Souburg/Rithem), Th.J. de Heij (Zeist), J.C. Donker (Eindhoven e.o.), Prins Pieter-Chrisiaan van Oranje-Nassau, van Vollenhoven (St. Naionale RK Tourrally), C.F.J.M. Höhner (St. Naionale RK Tourrally), T.J.M.P. Nass (Zevenaar-Didam-Bergh), J. Quadvlieg-van Dam (Brunssum), J.J. Strijk (Culemborg), E.A.H.M. Vermandel (Hulst), C.Th.E. De Laat-Brokken (Tilburg), T. Boterweg (Zeewolde)
Medaille van Verdienste Brons 2008-2013 A.W.G.B. Smeets (Venray), A.A.J. van de Sande (Eindhoven), G. Voskamp (Zutphen e.o.), A. Koopman-Schoen (Enkhuizen e.o.), H.G. Duijn-Visscher (Nieuwe Waterweg Noord), I. van Es-Heinen (Sichts Weidegebied), J. Tiecken (Geldermalsen), A.G. Hogenboom (Duin- en Bollenstreek), H. Roekevisch-Pardijs (Ruurlo), J.W. Gorissen-Graat (Westelijke Mijnstreek Zuid), J. Geomini-Smeets (Westelijke Mijnstreek Zuid), P.M. Noorbeek-Gellaerts (Amersfoort), M.P.H. Walraven-Lemmen (Horst a/d Maas-Venray), A.H. Ruben (Hoogeveen), C.J.E. Hartog-de Bruin (Voorburg), J.J. Verhoeks (Geldermalsen e.o.), H.J. Winkelman (Zevenaar-Didam-Bergh), W.A.C. Hartman (Hoogland), Z. Dijkstra-Mors (Meppel-Nijeveen), J. Elfering (Uden e.o.), E. Bremer (Leusden), K. Heerema (Appingedam e.o.), G.P.Jansen-Ruten (Beuningen), L.v.d. Veen-Scheves (Leusden e.o.), J.W.W. Kaiser (Heerlen e.o.)
Alle hens aan dek voor de Rode Kruis-vakanties - help mee!
Hansaplast is partner van:
Al meer dan zesig jaar organiseert het Rode Kruis Bijzondere Vakanies voor ouderen en gehandicapten die er anders moeilijk op uit kunnen gaan. De vakanies vinden plaats op het schip de J. Henry Dunant en bij drie rusieke, aangepaste vakanielocaies in het land. Toen het Rode Kruis in 2012 koos voor meer focus op noodhulp, EHBO en zelfredzaamheid, besloot de vereniging om de Bijzondere Vakanies onverminderd te blijven organiseren. Wel werd het beheer van de Rode Kruis-hotels overgedragen: De Valkenberg en de Paardestal in 2013 aan De Gouden Leeuw Groep en hotel IJsselvliedt in 2014 aan de Protestantse Siching Diaconaal Vakaniewerk. Alle vrijwilligers die zich jaar in, jaar uit inzeten voor Bijzondere Vakanies blijven gewoon verbonden aan het Rode Kruis. En ons schip vaart nog steeds onder Rode Kruis-vlag. GASTEN GEZOCHT Nieuwe mensen ontmoeten, het ritme van alledag doorbreken en genieten van cultuur en natuur. Een weekje vakanie doet wonderen. Dat is een ervaring die het Rode Kruis mensen graag wil geven. Juíst die mensen die minder mobiel zijn of extra zorg nodig hebben. Maar helaas blijven de boekingen dit jaar achter. Er is veel meer plek dan er aanvragen vanuit de vereniging binnenkomen. Dat is niet alleen jammer voor deze mensen, het
Ontdek de nieuwe producten van Hansaplast. Helpt te genezen, al meer dan 90 jaar.
Rode Kruis voldoet daarmee ook niet aan de afspraken die met de nieuwe eigenaren van de hotels zijn gemaakt. HELP MEE! Op dit moment zijn er nog genoeg gastenplaatsen bij de hotels en het schip te vullen, vooral in het naseizoen. Gasten kunnen aangemeld worden via de vakaniecoördinatoren van de Rode Kruis-afdelingen en via de afdelingen reserveringen van de hotels. Meer weten? Kijk ook op www.rodekruis.nl/bijzonderevakanies Vakaniekriebels Rieke van Valen voer mee op de J. Henry Dunant: “De zorgverleners en vrijwilligers deden er alles aan om mij een onbezorgde en onvergetelijke vakanie te bezorgen. Tijdens een uitstapje naar een museum en bij elk verrukkelijk diner in het restaurant. Hoe ik mijn dag ook besteedde, ik kon voortdurend rekenen op de beste zorg, 24 uur per dag. Op de feestavond keek ik naar de dansende gasten. Ik zag doorleefde gezichten door wat ze hadden meegemaakt. Deze week konden ze even op adem komen. En ik mocht daar bij zijn. Eindelijk voelde ik weer wat vakaniekriebels zijn.”
109
Ver van je bed? Twee derde van de mensen die ondervroeg, gaf aan nog nooit te hebben nagedacht over wat ze zouden meenemen bij een evacuaie. Slechts 8,3 % van alle ondervraagden gaf aan goed voorbereid te zijn op een ramp. Toch kan het ook in Nederland misgaan. Wil je weten wat de risico’s zijn op een ramp bij jou in de buurt? Kijk dan op www.risicokaart.nl.
Evacuatie checklist
Wat neem je mee als je plotseling moet evacueren? En zijn we in Nederland eigenlijk wel voorbereid op een ramp?
ging de
straat op en vroeg het inwoners van Arnhem.
○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○
identiteitsbewijs contactinformatie van familie contant geld medicijnen en doktersvoorschrift verzekeringspapieren reservesleutels van auto en huis water en houdbaar eten voor minimaal drie dagen koelbox kleding EHBO-kit warme dekens mobiele telefoon, laptop en navigatie toiletspullen fototoestel, zaklamp en handradio opladers en batterijen kaarsen en waxinelichtjes lucifers in waterdichte verpakking
....................................................... Zie voor meer informatie www.rodekruis.nl/noodhulp
Annet, 24 jaar “Ik heb wel eens bedacht wat ik zou meenemen bij een brand. Foto’s, m’n laptop en als er ijd is wat kleren of toiletspullen. Maar wat ik zou meenemen bij een echte ramp, daar heb ik niet over nagedacht. Ik denk dat er niet veel mensen zijn die echt spullen klaar hebben staan om mee te nemen als er een ramp gebeurt.”
André, 63 jaar “Als er een kernbom valt ben ik niet voorbereid. Ik denk dat niemand dat echt is. Maar bij een overstroming pak ik mijn iets en vertrek ik. Ik heb er wel over nagedacht wat ik bij een ramp zou doen. Ik neem m’n papieren mee en m’n harde schijf. Maar ik heb er een hard hoofd in of ik echt goed ben voorbereid. Ik heb een piano staan en die krijg je bij een overstroming niet zomaar naar beneden.”
Johan, 69 jaar “Ik denk dat je alijd de verkeerde dingen meeneemt. Ik heb ooit een natuurramp meegemaakt. De hele auto had ik toen vol ziten. Later bleek dat alles wat ik mee had willen nemen, nog thuis lag. Ik heb er dus wel over nagedacht. Nu zou ik andere dingen meenemen.”
Geertje, 31 jaar “Als ik moet evacueren zou ik m’n huisdieren, m’n paspoort en m’n portemonnee meenemen. Ik heb geen idee waar ik heen zou gaan, in ieder geval ergens waar het veilig is. Echt een plan heb ik niet.”
Anna, 18 jaar “Ik denk dat veel mensen om je heen het raar zouden vinden, als je probeert je beter voor te bereiden op een ramp. Dat komt omdat veel mensen zich veilig voelen. Ze denken dan ‘het zal wel’.”
Rosemarie, 73 jaar “Bij een overstroming zou ik zeker een deken meenemen en iets waar je mee kan zwemmen, zo’n zwemband. Ik heb wel gelezen over wat je bij een ramp moet doen. Maar als je echt voor een ramp komt te staan, denk ik dat je niet goed meer kunt nadenken. Je beslist dan spontaan hoe je handelt en wat je meeneemt.”
Habib, leetijd onbekend “Soms heb je geen keus en moet je alles achterlaten. Je goud, je geld, alles. Je vlucht voor je leven. Ik heb die ervaring gehad. Als er bommen naast je neervallen, moet je wegrennen. Het enige wat ik dan meeneem zijn mijn kinderen. Die zijn het belangrijkste.”
Franciska, 20 jaar “Ik leef in een stad en ga elke dag naar de supermarkt. Ik heb dus geen voedselvoorraad in huis. In die zin voel ik me niet voorbereid op een ramp. Ik heb daar wel eens over nagedacht, maar eigenlijk nooit acie op ondernomen.”
Tekst Nadya van 't Hoff | Foto Viresh Goerdin
111
1889 1909 1930 1946 1949 1985 1992
Na de afaire Dutroux in België groeit ook in Nederland de aandacht voor de humanitaire gevolgen van vermissing. In 2001 richt het Rode Kruis de Hulplijn Vermiste Personen op, na overleg met Slachtoferhulp Nederland, de Vereniging Achterblijvers na Vermissing en de poliie. Een 24-uurs dienst voor vermisten en achterblijvers. In december 2013 wordt de hulplijn overgenomen door Slachtoferhulp Nederland.
HULPLIJN VERMISTE PERSONEN
De burgeroorlog in Joegoslavië is een jaar aan de gang als het Rode Kruis gevraagd wordt de ijdelijke opvang van ruim 3.000 oorlogsslachtofers te verzorgen; met 3.500 vrijwilligers de grootste klus sinds de hulp aan de slachtofers van de watersnoodramp in 1953. Vijf maanden nadat het eerste Tijdelijke Opvang Centrum door het Rode Kruis is ingericht – in totaal hebben we er vijf opgezet – wordt het beheer overgedragen aan het nieuwe orgaan Centrale Opvang Asielzoekers.
OPVANG VAN VLUCHTELINGEN UIT VOORMALIG JOEGOSLAVIË
Rond 1985 steekt HIV/Aids de kop op in Nederland. Het Rode Kruis doet aan voorliching, maar start ook met een vakanieweek voor homoseksuele mannen. Iniiaiefneemster Marianne Tenthof van Noorden: “Toen we hoorden dat homoseksuele mannen met HIV/Aids niet alleen terminaal ziek waren, maar bovendien erg gediscrimineerd werden, zijn we begonnen met het organiseren van speciale vakanieweken. Als we er als Rode Kruis wilden zijn voor de meest kwetsbaren in de samenleving die nergens anders terecht konden, dan konden we niet de andere kant op kijken.”
VAKANTIEWEEK VOOR HOMOSEKSUELE AIDSPATIËNTEN
Eind jaren ’40 richt het Rode Kruis de Moedermelkcentrale op. De melk die wordt ingezameld is bestemd voor zuigelingen die bij hun eigen moeder niet voldoende melk kunnen krijgen. In 1973 wordt de Moedermelkcentrale opgeheven, omdat er voldoende alternaieven beschikbaar zijn.
MOEDERMELKCENTRALE
In 1946 start het Rode Kruis een landelijke Lectuurdienst om boeken en ijdschriten te verspreiden onder chronisch zieken, bejaarden en gehandicapten en te leveren aan medische en sociale instellingen. De Nederlandse bevolking kan boeken en ijdschriten deponeren in plaatselijke lectuurhuisjes, die eens per drie weken worden geleegd. Vanwege afnemende behoete houdt de landelijke Lectuurdienst in 1983 op te bestaan.
LECTUURDIENST
Op 30 april 1930 verricht het Rode Kruis in Roterdam de eerste bloedtransfusie. Internist H. van Dijk van het Sint Franciscus Gasthuis is iniiaiefnemer van de Rode Kruis bloedtransfusiedienst. In 1998 fuseert de Rode Kruis bloedtransfusiedienst met de Nederlandse bloedbanken in de siching Sanquin.
BLOEDTRANSFUSIEDIENST
Op 28 januari 1909 wordt de ‘Nederlandsche Vereeniging voor Roode Kruis-honden’ opgericht. Het doel van deze vereniging is het africhten van honden voor het opsporen van gewonden op het slagveld. Na de Tweede Wereldoorlog past de doelstelling ervan niet meer in de moderne maatschappij en wordt de Rode Kruis-hondenvereniging uiteindelijk opgeheven.
ROODE KRUIS-HONDEN
Niet lang na de opriching van de Haagse afdeling van het Rode Kruis in 1868 neemt het ‘Haagsche Vrouwencomité’ het iniiaief voor een verpleegstersopleiding, waarmee ze in 1889 een eigen polikliniekruimte betrekken. Deze groeit uit tot het Rode Kruisziekenhuis, dat in 1901 door Koningin Emma wordt geopend. Het ziekenhuis gaat in 2004 op in het Haga Ziekenhuis.
RODE KRUIS-ZIEKENHUIS IN DEN HAAG
Als iets opvalt in de bijna 150 jaar dat het Rode Kruis in Nederland
bestaat, is het de reeks aan innovaties en nieuwe hulpinitiatieven.
Het is duidelijk dat het Rode Kruis zich voortdurend aanpast aan
wat nodig is in de maatschappij. We ontwikkelen activiteiten en laten
deze los op het moment dat ze door een andere organisatie
kunnen worden overgenomen of hun maatschappelijke relevantie
verliezen. Laat je verrassen door enkele bijzondere initiatieven uit ons
rijke verleden.
2001
113
TIJDSCHRIFT VAN HET NEDERLANDSE RODE KRUIS
COLOFON
AAN WERKTEN MEE: ROSEMARIE VAN DIJK, SUSANNE ARNOLD, INDRA ANTHONY PEREIRA, INGE BRAKMAN, CONNY FERMONT, GILBERT FLANEGIN, DIONNE VAN DER GIEZEN, MARISKA DE GRAAF, MALTY KALPOE, BRIAN KOOIJ, JOB LEENE, MELANIE MILTENBURG, SHARELLA POULO, MARGIE RENSEN, MITCHELL REYES, MERLIJN STOFFELS, TON TIELEN, GIJS DE VRIES, MARGA VAN VINKEN, MARIËTTE WOLF, MASOOMA YOUSUFZAI, HUMANITY HOUSE, NEDERLANDS OPENLUCHTMUSEUM, PINKCUBE, RIA VAN HEERDEN, STUDENTENDESK AMSTERDAM, MARK HAMILTON, HANNEKE THEUWS, TREES HORDIJK, MASCHA WEIJERS, ESTHER RIKKENGAA, GÜL KIZILIRMAK, MARIJE VAN VELZEN, ANNELIES KOOIJMAN, JUSTINE MARCELLA, ESTHER ADAM, KRISTEL NIJSSEN, DANNY DAMEN, NICO ZUURMOND, FRANK ASSER, LARS STARING, LOT VAN FOREEST-OVERBOSCH, ALLE DISTRICTEN, MARTIJN VAN DEN HEUVEL, SHADOWVIEW, ERIK MÜLLER, DE ROOS B.V., MINNE BUWALDA
Hoofdredacie Frank Tebbe, Marieke van den Berg Redacie Marlies van der Steeg, Nicoline Mascini, Carin Gelpke, Sara Babokry (assistent), Lois Quant (assistent) Verslaggevers Ruud Alsemgeest, Liza Boekhoudt, Romana Dekker, Nadya van ’t Hof, Ronja Kool, Saskia Nelissen, Miriam Okhuijzen, Sharon van Oost, Deborah Pluymaekers, Hannah Schouten, Marieke Stegenga, Rebecca Sterk, Jaimy Visser, Annemarie de Wit Fotografen Ben Aarts, Ebru Aydin, Marin Bakker, Peter Busscher, Mathilde Dresselhuis, Ronald Falke, Hanneke Geerdink, Viresh Goerdin, Evelyn Kaizer, Ashvini Panday, Samoela Rakotonanahary, Eric van Rijsingen, Ivanildo Schmeltz, Monique Timmermans, Math Willems Belangstelling om één van onze (vrijwillige) verslaggevers of fotografen te boeken voor het vastleggen van een Rode Kruis-evenement of -aciviteit? Mail naar
[email protected]. Vormgeving Willemijn Staal (être) Drukker De Groot, Goudriaan
De Groot Drukkerij is de huisdrukker van het Rode Kruis
Uitgave: © Het Nederlandse Rode Kruis, juni 2014
OVER HET RODE KRUIS Onze missie is het voorkomen en verzachten van menselijk lijden waar dan ook, het beschermen van levens en gezondheid en het waarborgen van respect voor de mens. Onze bijzondere aandacht gaat daarbij uit naar hen die het meest kwetsbaar zijn: mensen die zonder onze hulp niet of slecht zouden overleven of van wie de gezondheid zonder onze hulpverlening in gevaar zou komen.
Wilt u een afdelingsfolder, visitekaartjes of briefpapier? De Groot levert mooie kwaliteit tegen een scherpe prijs. Ga naar www.rodekruis.nl/studio en maak zelf uw Rode Kruis drukwerk op!
Met onze vrijwilligers en via onze lokale aanwezigheid leveren we een actieve bijdrage aan het versterken van gemeenschappen, zodat in tijden van de grootste nood niemand alleen staat. Via onze hulpverlening willen we de zelfredzaamheid van die gemeenschappen dusdanig versterken, dat mensen die daarin leven zichzelf én anderen kunnen helpen. Op basis van respect en hulpbereidheid. Overal ter wereld werkt het Rode Kruis vanuit dezelfde zeven grondbeginselen: menslievendheid, onpartijdigheid, neutraliteit, onafhankelijkheid, vrijwilligheid, eenheid en algemeenheid.
Persoonlijk, snel en efficiënt werken wij met u samen aan uw drukwerk.
Antwoorden HOR quiz pag. 33: 1a, 2a, 3a (het Rode Kruis wil deze grens oprekken naar 18), 4b, 5c
Zuidzijde 131 | 2977 XE Goudriaan | T 0183 583333
Samenwerken helpt
FrieslandCampina helpt het Rode Kruis graag. Voor onze vruchtbare samenwerking en partnerschap willen we onze waardering laten blijken. Daarvoor kleuren we dit keer onze merken rood, de kleur van de organisatie die zoveel goed doet in de wereld.
Koninklijke FrieslandCampina NV