Circus op de Molenwerf
20e jaargang No. 79 Januari 1994 \
Bestuur:
G.J. Schuitemaker, voorzitter Ussellaan 7, 2105 VA HEEMSTEDE tel. 023-288916
Mevr. L.M.' t Hooft-van der Linden, Wilhelminaplein l, 2103 GS HEEMSTEDE tel. 023-292631
A.J. Olthaar, secretaris Clipper Dreef 82, 2104 WL HEEMSTEDE tel. 023-292824
J.L.P.M. Krol, archivaris Joh. Verhulstlaan 26, 2102 XT HEEMSTEDE tel. 023-282977
Mr. F. Th. Harm, 2e secretaris A. Pauwlaan 7, 2101 AH HEEMSTEDE tel. 023-280704
Mevr. H. Nierhoff-Bax Lage Duin 2, 2121 CG BENNEBROEK tel. 02502-48014
K. de Raadt, penningmeester Kerklaan 49 b, 2101 HL HEEMSTEDE tel. 023-280641
Redactie: H. Krol C. Peper (eindredactie)
C.J.H.M. van Gasteren, ledenadm. Meer en Boslaan 8 2103 VP HEEMSTEDE tel. 023-292231
Redactie-adres: Meerweg 6
2103VC Heemstede
Het lidmaatschap wordt jaarlijks automatisch verlengd, behoudens schriftelijke opzegging via de ledenadministratie Contributie minimaal ƒ. 17,50 Giro 27.35.06 t.n.v. de Penningmeester v.d. Vereniging Oud-Heemstede Bennebroek te Heemstede.
Inhoud
pag.
Inhoud
l
Redactioneel
2
Bijeenkomst op dinsdag 15 februari
3
Van duinmeiershuis via herberg tot pannekoekhuis
4
Bouwbureau Baalbergen en Volkers 1910-1940
11
Waar in Bennebroek vinden we DE HAAN EN DE HOND
22
Rectificatie
24
Historische publikaties
25
Geslaagde premie-avond in het Oude Slot
27
Jaarprogramma 1994
29
Redactioneel Het hoofdartikel bestaat uit het vervolg van de duinmeijersbewoning via herberg tot pannekoekenhuis gerekend vanaf het midden der vorige eeuw. Verordeningen van B&W en bezoekers wisselden zich snel af. De oorspronkelijke huisvesting raakte dermate in verval dat een nieuwe locatie betrokken werd aan de overzijde van de weg, daar waar nu de Konijnenberg nog gevestigd is. De eigenaren van het vermaarde huis passeren de revu. Een geheel andere vorm van huisvesting komt naar voren in het artikel over de bouw van villawijken in Heemstede door het Bouwbureau van Baalbergen en Volkers. De basis van dit bedrijf werd gelegd in 1910, maar kreeg in 1923 de officiële benaming. Aanvankelijk werd gebouwd in Haarlem, Schoten en Bentveld, maar uiteindelijk concentreerde men zich tot de nieuwbouw in de ontwikkelde villawijken van
door karakteristieke villa's, zowel aan de Heemsteedse Dreef als aan de aangrenzende wijken ten oosten. Zij vormen een bepaalde bouwstijl die tijdloos genoemd kan worden. Over het bouwbedrijf verscheen kortgeleden een boekje. Van geheel andere bouwaard tenslotte zijn de transformatorhuisjes in Bennebroek. Een speurtocht leverde verrassende gegevens op over deze huisjes, die in de jaren twintig en dertig gebouwd zijn. Opmerkelijk is het versierwerk in de vorm van geglazuurde tegels. In sommige gemeenten werden kosten noch moeiten gespaard om het karakter van deze bedrijfshuisjes aan te passen bij de bouwstijl van de woningen. Om die reden zijn zij soms tot monument verheven. Zover is in Bennebroek nog niet gegaan. Al met al geeft dit nummer een thematisch benadering van diverse vormen van huisvesting.
Heemstede. De bouw in de periode 1931-1940 wordt gekenmerkt
C. Peper
Bijeenkomst op dinsdag 15 februari Zoals in het novembemummer van de Nieuwsbrief al was vermeld, staat er voor deze avond een voordracht van een kunstenaar op het programma over het onderwerp beeldhouwwerken, dit naar aanleiding van het jaarthema "Het beeld van onze omgeving". Het doet ons een groot genoegen u te kunnen meedelen, dat de heer Wiïlem Snitker, bekend Heemsteeds kunstenaar en voor velen van u vast geen onbekende, deze voordracht graag voor u wil houden. U zult aan de hand van dia's meegenomen worden door Heemstede en Bennebroek en zo een wandeling langs de beelden van beide plaatsen maken. Om ongeveer 21.00 is er een pauze, waarna de causerie wordt voortgezet; na afloop daarvan is er gelegenheid tot gedachtenwisseling met de heer Snitker. Wij nodigen u graag uit voor deze avond, die als het ware een "voorbereiding" vormt voor de geplande bustocht op zaterdag 7 mei. .De bijeenkomst is in Het Oude Slot, Ir Lelylaan 6 in Heemstede en begint om 20.00 uur.
Beeld van Ariadne, door Jan van Logteren, 1745 (foto Vic Klep)
De Konijnenberg deel 2 In de vorige aflevering is de beknopte historie van het duinmeiershuis, sedert 1737 herberg "De Konijnsberg", beschreven tot het midden van de vorige eeuw toen Frans Goseling herbergier was. Zijn dochter Comelia heeft deze nering in 1859/1860 voortgezet in een perceel aan de westzijde van de Herenweg onder de naam "De Nieuwe Konijneberg", sedert deze eeuw café "Van ouds de Konijneberg" geheten. De horecafunktie is tot op de dag van vandaag gebleven, immers sinds omstreeks 1970 is "De Konijnenberg" een welbekend pannekoekenhuis.
De Nieuwe Konijnenberg In 1877 schreef de Haarlemse onderwijzer-historicus Allan (1) in zijn beschrijving van Heemstede, aldaar via de Herenweg bij Meer en Berg aangekomen: "Wat hooge duin hier aan den weg ligt", vraagt ge? Dat is de Konijnenberg. Het herbergje, dat we eenige oogenblikken geleden op onzen weg hebben ontmoet, en 't welk tot uithangbord de Konijnenberg vertoont, stond vroeger meer in de nabijheid van deze hoogte; maar, wat ik uit uwe
vraag naar die hoogte afleid, is de veronderstelling, dat het u zeker niet ontgaan is, dat er, te beginnen bij den huize Berkenrode, hier en daar aan onze linkerhand nog min of meer uitgestrekte en met hoog en laag houtgewas beplante duingronden liggen: nu, dat zijn overblijfselen van de aloude "Wildernis", die nog een flauwe afschaduwing teruggeven van de woeste, onontgonnen landstreek, zooals deze zich tot in de tweede helft der 15de eeuw vertoonde". J. Craandijk (2) noemde in zijn gids van Haarlem en omstreken enkel de heuvel, niet de uitspanning: "Opmerkelijk is een met dennen begroeid duintje bij de oprijlaan van Meer en Berg, als de Konijnenberg bekend, mede een overblijfsel van het duin, in 1461 met toestemming van Filips van Boergondië door gasthuismeesters van het St. Elisabeths gasthuis te Haarlem ontgonnen". Na het overlijden van haar vader is de oude herberg "De Konijnsberg", gelegen aan de oostzijde van de Herenweg, voortgezet door dochter Comelia, die was gehuwd met Johannes van der Zon. l November 1857 vaardigde het College van Burgemeester en Wethouders
een verordening uit voor alle herbergiers, tappers, kroeghouders en slijters in Heemstede, o.a. inhoudende, dat men van l april tot eind september van 's avonds 10 uur (op zaterdag 11 uur) tot 's morgens 4 uur geen drank zou mogen schenken op straffe van een geldboete
in 1859 overgeschreven op diens
oudste zoon L.M. Beels, heer van Heemstede, Steenwijk en Steenwijkeroord, wonende op de Prinsengracht in Amsterdam. De akte van uitgifte en erfpacht is opgesteld ten kantore van notaris Jan Dólleman. De erfpachtcanon bedroeg
Afbeelding van de voorgevel uit omstreeks 1930. In het midden: mevrouw C. Knijnenburg-uan der Velde. van 25 gulden per overtreding (3). In deze tijd was het vroegere duinmeiershuis reeds dermate aangetast door de tand des tijds dat naar een andere huisvesting moest worden uitgezien. Besloten is toen tot de bouw van een nieuwe tapnering aan de overkant van de Herenweg. De grond van het nieuwe pand behoorde toe aan ambachtsheer M.A. Beels en is na zijn overlijden
f 10,- per jaar en de akte die een ander bezegelde is op 17 september 1860 ondertekend door grondeigenaar L.M. Beels van Heemstede, erfpachter Comelia Geseling (weduwe van J. van der Zon), de notaris, alsmede twee getuigen: kleermaker Hendrik van der Eem en tuinman Gerrit Hageman. Aan de gevel van de herberg werd een uithangbord bevestigd met de
benaming "De Nieuwe Konijnsberg" ter onderscheiding van de oude taveerne, die vanwege bouwvalligheid met de twee schuren is afgebroken. De kasteleinse is hertrouwd met Arie van Leeuwen en men beschikte over een vergunning tot de verkoop van sterke drank in het klein. De klandizie bestond zowel uit bewoners in de omgeving (De Glip) als reizigers op doorreis van Haarlem naar Leiden v.v. Vergelijkbaar met Marijtje Heemskerk in de vorige eeuw heeft Comelia Goseling in de 19e eeuw méér dan een ander haar stempel gedrukt op de pleisterplaats. De Konijnenberg was vanouds in eerste instantie een volkscafé en bleef dat ook in de nieuwe lokatie. Personen uit de aristocratische kringen lieten zich in hun vigilante rijden naar andere gelegenheden, zoals "Kraantje Lek" in Overveen of "De Geleerde Man" te Bennebroek. Laatstgenoemd landelijk gerenommeerde logement is in trek geweest bij Leidse studenten, geleerden, handelslui en zelfs koninklijke gasten, zoals vorst Willem I die óp goede voet stond met herbergier Jan Duin. Cornelis van Lennep schreef in de gelagkamer op zijn verjaardag 22 februari 1796 een brief van ettelijke kantjes van zijn zoon, genietend van zijn pijp en een glaasje jenever (4). Ook "De Dorstige Kuil" (oorspronkelijk: Keel) aan de Herenweg onder Berkenrode had een goede naam. In 1668
bezocht door de Toscaanse Prins Cosimo de' Medici (5) op reis door Holland en in het midden van de 18e eeuw een ontmoetingsplaats van tekenaars en schilders uit Amsterdam en de omgeving. Begin 18e eeuw is deze herberg naar een ander pand in de Koediefslaan verhuisd. De Konijnenberg genoot vooral bekendheid als een kroeg voor het gewone volk, waar overigens ook de mannelijke telgen van het edele geslacht Van Lennep van het nabijgelegen "Huis te Manpad" en hun gasten graag vertoefden. Een gezelschap uit Zweden bezocht in 1759 De Konijnenberg na de tuin van Meer en Berg te hebben bewonderd. Men was minder gelukkig met de rekening voor heren + een knecht niet minder dan 15 gulden diende te worden betaald voor slechts "een schotel kleine en een schotel grote baarzen, benevens boter en brood en een fles wijn" (6). Nadat Arie van Leeuwen het tijdelijke voor het eeuwige had verwisseld is door de weduwe bij de
herberg een bergplaats gebouwd. Tijdens de bijeenkomst op 10 april 1884 in koffiehuis "De nieuwe Dorstige Kuil" werd ten overstaan van notaris F.H. Dólleman op verzoek van Comelia Goseling - namens wie haar zwager Christiaan van Leeuwen optrad - besloten tot verkoop van "De Nieuwe Konijnsberg". Blijkens het protocol bestaande uit "een huising + erfpacht benevens het erfpachtrecht ultimo
nevens het erfpachtrecht ultimo wen kortstondig de zaal gedreven, april 1959", zowel ten aanzien van Off all nam es: Knijnenburg in herberg, schuur, tuin en erf, gele- De Konijnenberg gen aan de Haagse Straatweg te Café en koffiehuis Van ouds de Heemstede tegenover het inrijhek Konijnenberg, oorspronkelijk op van Bosbeek en Groenendaal (sec- Herenweg 17 is na een hemumtie B nr. 832, groot 2 are en 86 mering van panden sedert 1961 centiare met als toenmalige eige- gewijzigd in nummer 33. In 1926 naar de minderjarige Pieter Teding is het café voortgezet door de toen 29-jarige Theodurus Johannes Knijvan Berkhout). Koper was Joseph Uitendaal, wa- nenburg, geboren in Wassenaar. genmaker te Heemstede, die het Uit zijn huwelijk met Comelia M.J. café voor drieduizend en drie gul- van der Velde zijn in Heemstede den verwierf. Jaarlijks moest een 10 kinderen geboren, van welke vergunning voor het schenken van zoon Adrianus Cornelis van 1963 sterke drank door het College van tot 1968 eigenaar is geweest. Een B. en W. verlengd worden. 3 No- andere zoon Gerardus Augustinus, vember van dat jaar is Joseph Ui- op 28 augustus 1935 geboren, is tendaal overleden. Hij liet een vrouw per abuis in het bevolkingsregister de zaak voort en noemde zich van ingeschreven onder de familienaam beroep koffiehuishoudster (7). "Knijnenberg", hetgeen werd ontOmtrent dezelfde tijd dreef Herma- dekt toen hij wilde trouwen. Via de nus Uitendaal een koffiehuis en tap- officier van Justitie is op 17 maart nering aan de Binnenweg nabij de 1960 - aldus een kwart eeuw na dato - de naam verbeterd in KnijIjzeren Brug. Het etablissement aan de Heren- nenburg (8). Met de toenmaals beweg is later tot 1925 in het bezit kende bierbrouwerij Van Vollenhogeweest van zoon Josephus Lam- ven was een kontrakt afgesloten bertus Uitendaal. Gemiddeld werd voor levering van bier, terwijl "Sierbijna 1.000 liter gedistilleerd per kan" voor ijsproducten zorgde. In jaar ingeslagen. "Een konijntje van- de volksmond sprak men vaak over gen" was lange tijd een populaire het café "De Knijntjes". De heer uitdrukking voor het drinken van Knijnenburg sr. is als caféexploieen borrel in dit café/koffiehuis. tant verhuisd naar Voorburg {om Omstreeks die tijd is een nieuwe later terug te keren naar een wonaam: "Café van ouds de Konij- ning in de Lombokstraat). In 1936 nenberg" ingevoerd. Op 12 mei is het café-koffiehuis gepacht door 1925 is de heer Uitendaal naar Arie Timmers tot 1939, en vervolHaarlem verhuisd en met A. Ros gens door Hendricus der Kinderen, als eigenaar heeft Ch.D. van Leeu- opgevolgd door zoon Wilhelmus -
tig; In de gelagkamer was een biljart geplaatst. In 1958 liep na bijna een eeuw de erfpacht af en is deze afgekocht door Knijnenburg sr. De panden 17 (later 33) en 21 {later 35), direkt langs de weg gelegen, zijn in de zestiger jaren enkele malen bij glad weer beschadigd door
nisch geweld getroffen. Onder meer in de Oudejaarsnacht van 1967 toen een Haarlemse timmerman om 3.10 uur in een slip geraakte en op het terras van "De Konijnenberg" terecht kwam. Zowel de gevel als een verkeersbord werd vernield, de chauffeur liep lichte ver-
Pannekoekenhuis De Konïjnenberg vanuit de Sparrenlaan in Groenendaaï (foto Vic Klep).
auto's die tegen de gevel botsten. Het huis van tuindersfamilie De Winter op nummer 35 twee maal achteraan, reden om in samenspraak met Rijkswaterstaat tussen plaveisel en huis een vangrail te plaatsen. Ook het cafeetje van Der Kinderen, zoals "De Konijnenberg" toen in de volksmond heette, is minstens twee keer door mecha8
wondingen op. De bedrijfsschade bedroeg enige duizenden guldens en het café is enkele maanden gesloten geweest. In 1963 is het café van zijn vader gekocht door de heer A.C. Knijnenburg die na problemen rond de bedrijfsvoering dit pand na enige jaren overdeed aan zeker J. de Boer uit Bilthoven, welke in "De Konij-
uit Bilthoven, welke in "De Konij-
nenberg" een pannekoekenhuis is begonnen. Zijn zwager A. J. Nederstigt fungeerde korte tijd als pachter. Sinds 1974 is het pand niet meer bewoond, maar enkel in gebruik als horecavoorziening. In 1975 zijn de gebroeders Hein en Jan Uitendaal eigenaar geworden, na een taakverdeling sedert 1985 enkel de heer Jan Uitendaal. Pannekoekenrestaurant De Konijnenberg ligt op een punt waar in het voorjaar en de zomer veel toeristen langskomen. In het bijzonder gedurende de periode dat de bollenvelden in bloei staan is het extra druk. Al in de oude herberg aan de overzijde van de weg werden pannekoeken geserveerd, sedert ruim 30 jaar is de caféfunktie gewijzigd in een pannekoekenrestaurant. Met de komst van Jan Uitendaal en achter de schermen zijn echtgenote, is de Konijnenberg tot nieuwe bloei gekomen. De Uitendaals - van 1890 tot 1925 óók al eigenaar - stammen af van zekere
Joost Uitendaal, die in de Gouden Eeuw vanuit Gent in West-VIaanderen naar Heemstede emigreerde. In 1986 is het interieur vernieuwd en vond met de ingebruikneming van de nieuwe vleugel (serre) een grote uitbreiding plaats en is het
aantal plaatsen opgevoerd van 70 naar 120. Ook de menukaarten zijn herzien, met keuze van liefst 45
verschillende specialiteiten pannekoek. In 1991 schreef A.M. Hulkenberg (9): "De broer van Baas Hein (van restaurant landgoed Groenendaal) heeft het pannekoekenhuis "De Konijnenberg" tegenover
de ingang van Groenendaal aan de Herenweg overgenomen. De pannekoeken die men hier krijgt voorgezet zijn met die van de "Erve Kots" te Lichtenvoorde zonder enige twijfel de beste in den Lande, overheerlijk!". Als place-mat wordt een afbeelding van een penteke-
ning van het huidige pand gebruikt, vroeger ook van het verdwenen schilderij van Renard dat de oude herberg weergeeft. In reklameadvertenties e.d. is een berg met spelende konijntjes afgebeeld onder verwijzing naar het gelijknamige duin en het verleden toen zoals
Jacob van Lennep heeft opgemerkt "de konijnen u voor de voeten liepen". In oktober 1992 publiceerde het ANWB-tijdschrift "De Kampioen" in een apart gids de uitslag van een publieksenquête betreffende 150 pannekoeksrestaurants in Nederland. In Noord-Holland 18 gelegenheden, inclusief "De Konijnenberg" met als korte typering: "tegenover mooi park, maar aan drukke weg". De 14 inzenders waardeerden "De Konijnenberg" gemiddeld met een 7 (met een zeer hoge (10) maar ook zeer lage waardering (2)). Positief zijn de aanwezigheid van een strooppot op tafel en kindervoorzieningen. 16 Februari
rant "Knijnenburg in Konijnenberg". De heer A.C. Knijnenburg, evenals zijn broers en zusters in Heemstede geboren, en zelf in deze gemeente nog woonachtig, vierde in het pannekoekenhuis zij 65ste verjaardag, een emotioneel weerzien, bij welke gelegenheid strooppannekoeken op tafel stonden en vele herinneringen over de tafel gingen. Hoeveel liter drank in de oude taveeme is geschonken en hoeveel pannekoeken in het huidige restaurant zijn gegeten is zelfs bij benadering moeilijk in te schatten. H.H.B. Binnewiertz in zijn boek "Heemstede" vermeldde in 1854 slechts "de drie welgelegene en met roem bekende logementen: Het Wapen van Heemstede, Het Heeren-Logement en het Wapen van Amsterdam", terwijl ook de auteur van "Heemstede in de historie" (1972) met een beschrijving dan
wel vermelding van in totaal 19 Heemsteedse herbergen "De Konijnenberg onvermeld liet. Sedert Hendrik Lint in 1737 is de heer J. Uitendaal voorzover uit de schaarse archieven kon worden gereconstrueerd naar alle waarschijnlijk de 25ste restaurateur van dit door Jacob van Lennep geprezen etablissement. Goede tijden zijn afgewisseld met donkere periodes waarbij meer dan eens de exploitatie in gevaar was. Sedert 1859 in hetzelfde pand een horecafunktie én met de oude Konijnsberg meegerekend zelfs onafgebroken ruim 2,5 eeuw existentie, betekent dat in ouderdom deze uitgaansgelegenheid in Heemstede enkel wordt overtroffen door "Pandahof", voorheen "Het Wapen van Heemstede", intussen al meer dan 350 jaar in het oude centrum gelegen.
Noten (1) (2) (3) (4} (5)
F. Allari, Geschiedenis en beschrijving van Haarlem, deel II, 1877, blz. 187 J. Craandijk, Gids voor Haarlem en omstreken. Haarlem, 1890, blz. 29-30. zie: H.H.B. Binnewiertz, Heemstede. 1854, blz. 78-80. J. van Lennep, Het leven van mr. Comelis van Lennep en mr. David Jacob van Lennep. Amsterdam, 1862. Derde deel, blz. 112-116. De twee reizen van Cosimo de' Medici prinS:Van.Toscane door de Nederlan-
den (1667-1669). Amsterdam, 1919, blz. 139. (6) (7) (8)
10
Bengt Fermer. Deel van zijn vertaalde dagboek is gepubliceerd in: "Bijdragen en mededelingen van het Historisch Genootschap, deel XXXI, blz. 314-509. Brief met verzoek omverlening van drankvergunning door de weduwe J. Uitendaal de dato 15 april 1891 in gemeentearchief Heemstede. Vriendelijk mededeling D. Böing, afdeling Burgerzaken raadhuis Heemstede, die tevens gegevens uit het Bevolkingsregister opspoorde.
(9)
A.M. Hulkenberg, Gezichten in Zuid-Kennemerland. Alphen aan den Rijn, 1991, blz. 48.
(10) Gebruikte bronnen: documentatiemap "De Konijnenberg", alsmede hypotheekactes e.d. Rijksarchief Noord-Holland en gemeentearchief Heemstede in kopievorm ontvangen onder dankzegging aan de heer A.H. Suerink.
Tenslotte: op de valreep werd ontdekt dat zekere Petrus Barent in 1897 huurder is geweest van van bovenbeschreven etablissement. Hans Krol
Bouwbureau Baalbergen & Volkers 1910 -1940. De voorgeschiedenis uan Baaibergen & Volkers 1910-1920.
De voorgeschiedenis van Bouwbureau J.E. Baalbergen & A. Volkers begint in feite al rond 1910. Dan bekwamen de twee broers Comelis (Cor) en Jan Egbert (Jan) Baalbergen zich in het vak van timmerman. Zij bezochten hun school samen in de avonduren omdat hun vader al in 1902 was overleden en er overdag gewoon geld moest worden verdiend. Uitkeringen voor weduwen en dergelijke waren in die tijd nog niet bekend, dus ook hun moeder werkte hard om een inkomen te verdienen. Een jaar later, de Eerste Wereldoorlog was al aan de gang, gingen de twee broers in militaire dienst. Na hun diensttijd, in 1918, gingen ze aan het werk als timmerman. Gor was toen 26 en Jan 24 jaar oud. Over deze tijd is niet veel bekend.
In de familie doet het verhaal de ronde dat de broers uit hun woonplaats Schoten (Haarlem) lang de route van visvrouwen uit Zandvoort liepen en van daaruit via het strand naar Noordwijk om timmermanwerkzaamheden uit te voeren. In Noordwijk woonde toentertijd namelijk hun familie van vaderszijde. Hoe het ook zij, ze zullen in ieder geval in Schoten en Haarlem gewerkt hebben. Cor en Jan woonden nog bij hun moeder thuis, P. Krugerstraat 20 rood. Om de hoek, in de Gen. Cronjéstraat, zat bij zuivelwinkelier Bakker op nummer 84 een timmerman in de kost: Aalt Volkers, afkomstig uit Meppel. Hij was even oud als Cor en op de één of andere manier heeft hij de gebroeders Baalbergen ontmoet. Ze besloten samen te werken en namen bij een uitvoerder een timmerproject aan. De kwaliteit die ze leverden was goed. Aan het werk was geen gebrek, temeer er rond 11
die tijd in hun buurt (het huidige Haarlem-Noord} erg veel werd gebouwd. De eerste huizen in Heemstede wer-
Kwak op, die al deze huizen kocht.
Het grootst aaneengesloten project van B&V werd in dit jaar gerealiseerd, Van Goyenstraat 6 t/m den eind 1922 aangenomen en in 28, een rij huizen die in één jaar 1923 opgeleverd aan de Heem- werd opgezet.. Oorspronkelijk zasteedse Dreef, namelijk de num- ten er maar een paar winkels tusmers 278, 280 en 282. De Dreef sen, maar later werden vrijwel alle zoals we die nu kennen bestond panden tot winkel omgebouwd. toen nog niet, het was van de kant van Haarlem gezien nog maar een In dit jaar kwam er een verandekorte weg tot vlak over de Blauwe ring in de leiding van het bedrijf. Brug. De Dreef in de huidige vorm Op 7 februari 1925 besloot Cor de werd pas in 1932 officieel geo- firma te verlaten. Doordat Cor was pend. uitgetreden kreeg de firma een andere naam: Op 3 augustus 1923 kreeg het 'Bouwbureau J.E. Baalbergen & bouwbedrijf officieel een eigen A. Volkers'. Deze naam zou de rest van het naam: 'Fa. Gebr. Baalbergen en Volkers'. bestaan van de firma zo blijven. In ditzelfde jaar zijn ook alle firman- Het briefpapier veranderde natuurten gehuwd. Aalt woonde bij zijn lijk mee. De ondertitel Timmerlieschoonouders boven in de Gen. den-Aannemers' werd gewijzigd. Cronjéstraat. Jan verhuisde naar Op het nieuwe briefpapier lezen de Kloppersingel en Cor naar de we naast Bouwbureau" 'villa's, landhuizen, bouwterreinen, hypotheKleverparkweg. Aan het eind van 1923 werden ken, taxatiën verbouwingen en onopgeleverd J.M. Molenaerplein l derhoudswerken'. en 2. De bewoner van nummer 2, Het duurste pand dat door B&V Harting, kon later op de één of werd gebouwd kwam gereed aan andere manier een verbouwing van de Heemsteedse Dreef (274/276). zijn huis financieel niet geheel rond Het werd het kantoor van makekrijgen en betaalde toen met door laar C. L. Kwak. Later kreeg het huis de naam 'Huize Karoly'. De hemzelf gemaakte etsen. bouw duurde een kleine tien maanIn 1924 werd de bouw in de 'Schil- den en koste f 30.000,-. Dat was dersbuurt' van Heemstede voortge- voor die tijd een astronomisch bezet, bijvoorbeeld met Molenaerplein drag. Kwak had op de één of ande3,4,5,6 en 7. Hierdoor dook voor re manier een flink belang in B&V. het eerst de naam van Comelis L. Vrijwel zeker had hij de vennoten 12
al voor 1924 geld geleend {wegens de matige verkoop in Bentveld?). De leningen van Kwak werden terugbetaald door voor hem huizen te bouwen, hem een winstpercentage in verkochte huizen te geven of door gewoon af te lossen. De band met Kwak bleef, ook privé, door de jaren heen bestaan. In 1925 werden verder opgeleverd W. de Zwijgerlaan 2 en Crayenesterlaan 44, Heemsteedse Dreef 266, 268, J. Ruysdaellaan l, 3 en Van Ostadeplein l, 2, 3.
ïn het eerste accountantsrapport uit 1924 van J. Fibbe uit Haarlem staat, dat de winst over 1924 niet zo groot was. In 1925 zou dat een stuk beter gaan. Het salaris dat door de vennoten werd verdiend was toen f 2200,- per persoon per jaar. Rond 1926 bij de bouw ten oosten van de Heemsteedse Dreef ontspon zich een concurrentiestrijd van B&V met een ander bouwbedrijf. De gewoonte van beide bouwbedrijven was een stuk land te kopen,
De viering van het 12V2-jar\g bestaan van B&V bij Herenweg 89. staand vlnr.: van Kampen (metselaar), van Kampen (metselaar). H. Hart (opperman timmerwerk), D. Smit (timmerman), F. van Thiel
(loodgieter), mevrouw Baalbergen, J.E. Baalbergen, mevrouw Volkers, A. Volkers, I.L. de Maaker (smid), F. Hasselmeijer (opperman
timmerwerk). zittend vlnr.: M. van Kampen (opperman metselaars), F. van Thiel jr.
(loodgieter), ??, A. van Thiel (loodgieter), ?? (grondwerker), J. Last (Timmerman). 13
dit vol te bouwen en dan bebouwd het geheel te verkopen. Door de onderlinge concurrentie waren B&V gedwongen om nogal wat land aan te kopen, wat natuurlijk behoorlijk op de exploitatie drukte. Daarbij kwam dat de concurrent van B&V goedkoper bouwde. De door B&V gebouwde huizen moesten echter goed zijn en degelijk. En dat waren ze ook! Nu, in 1993 staan alle door B&V gebouwde huizen er nog steeds. De concurrentie dwong B&V tot verplaatsing van de bouwactiviteiten. De steven werd gewend naar de westzijde van de Heemsteedse Dreef; tussen Herenweg/Binnenweg en Lanckhorstlaan/A. Pauwlaan. Daar ontstond een nieuwe woonwijk en B&V gingen in die buurt voort met hun activiteiten. In 1926 werden nog opgeleverd ten
P. Buyslaan 9,11, 13, 15, A. Duycklaan 4, 10 en 12 en Lanckhorst-
laan 30, 32, 34 en 36. De panden Buyslaan 9 en Duycklaan 4 werden snel gerealiseerd, binnen een half jaar. De bouwsnelheid verschilde nogal eens. Het kortst duurde de bouw van Herenweg 75 in 1931, zo'n drie maanden. Gemiddeld duurde het bouwen van een huis door B&V zo'n zeven en een halve maand. Dat was natuurlijk nog in een tijd zonder geprefabriceerde vloeren, wanden en daken zoals tegenwoordig, maar in een tijd waarin steen voor steen en balk voor balk met de hand werden aangevoerd en op de juiste plaats bevestigd.
In 1928 volgde de oplevering van: P. Buyslaan 4, 5, 6, 14 en 16, A Duycklaan 6 en 8, Lanckhorstlaan oosten van de Heemsteedse Dreef: 99, Van de Spiegellaan 29 en Van Rembrandtlaan 2 t/m 16. Ten wes- Merlenlaan 40. Jan verhuisde naar ten: Van Merlenlaan 11, P. Buy- Heemstede en ging wonen in een slaan 17 en 19 en A. Duycklaan 14 niet door B&V gebouwde woning: Koediefslaan 66. en 16. Firmant Baalbergen verhuisde in Zaken werden in die tijd nog steeds dit jaar naar Bentveld en bewoon- thuis of in de verrijdbare bouwkeet de er Zandvoortse Laan 177b (nu gedaan, waarin niet alleen de 297). Aalt Volkers verhuisde naar EHBO-spullen waren opgeborgen, P.Buyslaan 19 in Heemstede en maar ook de bouwtekeningen op noemde het huis 'Morgenzon". Op een tafel konden worden uitgeook telefonisch via hem bereikbaar: nummer 28495.
spreid. Zitten op een paar krukjes kon dan met elkaar van gedachten worden gewisseld.
De bouw in de omgeving van de Lanckhorstlaan zette in 1927 door:
In 1929 kwamen niet zoveel panden gereed. P. Buyslaan 8, 10, 12
l juli 1926 werd het Bouwbureau
14
gemeentelijke commissie werd behandeld. Nadat zelfs de chemische samenstelling van de verf was onderzocht bleek de aanslag te wijten aan zwevende stofdeeltjes van de toenmalige wasserijen aan de Bleekersvaart. De commissie kon geen directe maatregelen voorstellen ten opzichte van de wasserijen, maar stelde wel voor (in maart 1931!): Dan vond ik in het kasboek van 'dat het Gemeentebestuur met de 1929 de term 'kogelflitsen'. Er is voortschrijdende bebouwing der niemand die mij tot nu toe heeft Gemeente geleidelijk de voorwaarkunnen vertellen wat dat zou kun- den voor de stookinrichtingen der nen betekenen. Als u enig idee wasscherijen en andere fabrieken verscherpt teneinde hinder door heeft, bel of schrijft u mij gerust. rook en roet zooveel mogelijk te In 1930 werd de produktie weer voorkomen. aardig opgevoerd met de bouw van Herenweg 77 en 79, Lanckhorst- Na 1930, op de helft van het belaan 101, 103 en 109, Van de staan van B&V is het interessant Spiegellaan 23, 25, 27 en 27a, om de positie van het Bouwbureau Van Slingelandtlaan 3, 5, 7, en 9. in zijn omgeving eens onder de Van Slingelandtlaan 9 was het huis loup te nemen. Hoe groot was bijwaar Jan zelf in ging wonen, en voorbeeld het aandeel van B&V in waarin ook het kantoortje van het de huizenaanwas van Heemstede? Bouwbureau werd gevestigd dat Helaas is het aantal gegevens hierdoor Jan werd gebruikt om de boek- over niet zo groot. Op 31 decemhouding bij te houden. Het huis ber 1940 woonden er in Heemstewerd tussen juni en december 1930 de 20.650 mensen {en was daargebouwd. Het huis werd door het mee wat grootte betreft nummer gezin Baalbergen bewoond tot in 52 in Nederland) en stonden er de jaren zeventig en daarna door 5231 huizen. Totaal hebben B&V één van de dochters. in Heemstede 178 huizen gebouwd. Bij Lanckhorstlaan 103 deden zich Zo kun je zeggen dat er 1940 van na de oplevering problemen voor. het totaal aantal huizen in HeemBij het afstoffen van de kozijnen in stede er 3,5% door B%V is gehet huis troffen de bewoners nogal bouwd. wat stof aan op hun stofdoek. Zij Moeilijker wordt het als je de aandienden een klacht in, die door een was tussen 1920 en 1940 wilt be-
en Van Slingelandtlaan 22, 24, 26 en 28. Ook werden dit jaar de panden Lanckhorstlaan 87 en 89 opgeleverd. De bouw van deze twee panden was in maart 1928 gestart door aannemer Mesman. Tijdens de bouw zijn ze op een veiling door B&V gekocht en daarna afgebouwd.
15
rekenen. Neem ik het tijdvak 3112-1931 tot 31-12-1940, dan wordt de som aldus: op 31-121931 waren er in Heemstede 3734 huizen. Het verschil met 1940 is 1497 huizen. In die periode bouwden B&V 94 huizen. Dat is een aandeel van 6,3% De conclusie is
De bouwwerken in Heemstede Jan verhuisde in het voorjaar van 1931 naar Van Slingelandtlaan 9. Opgeleverd werden in 1931 en 1932: Herenweg 75, Van Slingelandtlaan 3 en 5, Van de Spiegellaan 2,4, 6, 8, 10, 12,14, 15,16,
Voorbeeld van de bouwstijl van panden gelegen aan de Herenweg 152, 152a bij de oplevering in 1939. Op de achterpand een deel van de Gereformeerde kerk die in 1993 afgebroken is.
dus dat circa 6% van de tussen 1922 en 1940 in Heemstede gebouwde huizen door B%V in Heemstede zeer behoorlijk geweest, temeer zij natuurlijk ook verbouwingen, kleine bouwwerken (garages etc.) voor hun rekening namen en hypotheken verstrekten. 16
17, 18, 19, 20, 21, 22 en 24, P. Aertszlaan 2 en Bronsteeweg 56. De recessie die zich in de jaren liet voelen ging ook niet aan B&V voorbij. In de accountantsrapporten nam het aantal leningen en hypotheken duidelijk toe. Daarbij bleef zo nu en dan een huis onverkocht, dat dan
werd verhuurd. Voor één ervan, Van de Spiegellaan 8, werd de huur
in 1932 vastgesteld op f. 75,- per maand. Op 24 juli 1933 deed het heugelijke feit zich voor dat Bouwbureau Baalbergen & Volkers het 12V2jarig bestaan vierde. Er werd met de onderaannemers en hun personeel op de toen lopende bouwwerken aan de Dreef en de Herenweg een fraai bord opgehangen en van een versnapering genoten. Later werd er een bus gehuurd en met een gezelschap bestaande uit de directe familie en de echtparen Hart en Hasselmeijer maakten ze een tocht in de omgeving. De heren Hart en Hasselmeijer werkten al vanaf het begin van de B&V. Tot 1940 hebben deze Hart en Hasselmeijer belangrijk werk voor B&V. verricht. De manier waarop zij met B&V werkten ging, zoals trouwens met alle onderaannemers, op een speciale manier. De onderaannemers moesten bij een opdracht eerst een begroting indienen, die dan door B&V werd vergeleken met de begroting die zijzelf hadden gemaakt. Zat de onderaannemer te hoog, dan werd er in een persoonlijk gesprek met die persoon nog eens gewikt en gewogen totdat ze dicht bij de begroting van B&V kwamen. Gaf de onderaannemer volgens B&V een te lage prijs op, dan gebeurde precies hetzelfde. B&V waren van mening dat
ook een ander moest leven en daarom zijn geld moest kunnen verdienen. Op hun beurt betaalden de onderaannemers hun personeel op zaterdag na werktijden, vaak in de bouwkeet ter plekke. De onderaannemers zelf kregen het geld in het kantoortje van B&V in de Van Slingelandtlaan, het uitgereikte bedrag werd dan van de afgesproken aanneemsom afgetrokken. Het werk ging dus door en gereed kwamen P. Aertszlaan 4 en 6, Van Slingelandtlaan 14, 16, 18, en 20, Herenweg 89, Heemsteedse Dreef 91 en Van Campenstraat 26. In dit jaar kwam ook het enige na 1923 buiten Heemstede gebouwde pand gereed. Het werd gebouwd in Oegstgeest en de bouwopdracht werd verkregen van de zwager van C. Kwak, prof. Korthof. Kleine opdrachten buiten Heemstede kwamen wel vaker voor. Zo werd er gewerkt in: Bennebroek (kantoor C. Kwak), Scheveningen, Den Haag (reparatie van de muur van het Catshuis), Haarlem, Amsterdam, Zandvoort, Overveen enzovoort. De opdrachten in Heemstede en omstreken werden per fiets of lopend bereikt. Was het verder weg {Den Haag, Scheveningen) dan werd er per trein of tram gereisd.
In 1934 werden opgeleverd P. Aertsz-laan l en 3, Heemsteedse Dreef 79, 81, 245, 247, 249, 251 en 273 en Crayenestersingel 30 en 32.
17
Aan het eind van dit jaar gaf accountant Fibbe voor het eerst een mening over de financiële positie van het Bouwbureau. Hij vond dat de grondaankoop te groot was en een speculatief karakter had. Hij gaf de raad eerst grond te verkopen voor er een nieuwe aankopen konden worden gedacht. Toch was de grote grondaankoop van B&V niet zonder reden. Na hun ervaringen in de Van Goyenstraat wilden ze verzekerd zijn van een eigen grondgebied waar de concurrenten wat prijzen betreft geen roet in het konden gooien. De grondaankopen van B&V werden gedaan bij "Mij. Leeuw en Hooft" (Van Goyenstraat, Van Ostadeplein en Ruysdaellaan), "Van den Putten en Van Sambeek" (Buyslaan, Duycklaan, Lanckhorstlaan, Van de Spiegellaan en Van Slingelandtlaan), "Gemeente Heemstede" (Herenweg, Aertszlaan en Heemsteedse Dreef), "Mevrouw LenferinkAbbenhuis" (Aertszlaan, Heemsteedse Dreef en Francklaan). Naast voorgenoemde relaties werden ook nog bij een aantal andere kleine grondaankopen gedaan. Voor het eerst sinds 1926 bouwde het Bouwbureau in 1935 weer aan de oostkant van de Heemsteedse Dreef. In de Joh. Verhulstlaan werden twee huizen gerealiseerd, de nummers 3 en 5. Er was al grond gekocht voor meer maar de verkoop van de huizen liep stroef. Het 18
was toen een minder populair gedeelte van Heemstede vanwege de temperatuurverschillen ten opzichte van andere gedeelten van Heemstede. Naast de twee huizen werden opgeleverd: P. Buyslaan 18 en 20, Lanckhorstlaan 26 en 28 en Crayenestersingel 26 en 28. In de jaren na de recessie ging de verkoop over het algemeen beter. De gemiddelde verkoopprijs gedurende het bestaan van B&V ligt rond de f. 14.500 per pand (de jaren zeventig niet meegerekend). De meeste verkoopprijzen lagen tussen de f. 10.000,- en de f. 16.000,-.
In 1936 volgde de oplevering van C. Francklaan 3, 5, 11, 13, 15 en 17, Heemsteedse Dreef 244 en P. Aertszlaan 10, Crayenestersingel 39 en 41 en Binnenweg 202, 204, 206, 208, 210 en 212. Over de bouw in de Francklaan is nog een leuk verhaal bewaard gebleven. Zo had één van de zonen van stucadoor Siegerist een racefiets. Hij ging daarmee naar zijn werk en fietste tussen de middag een rondje in de buurt. Op een gegeven moment kregen ook een stel collega's de smaak te pakken en zag men een aantal bouwvakkers beurtelings verwoed rondfietsen. Er werd namelijk een 'wedstrijd' georganiseerd. Ze gebruikten allemaal dezelfde racefiets, dus werd van elke 'wielrenner' de tijd
gemeten om de winnaar te kunnen aanwijzen. Dat was meestal de eigenaar van de fiets en zo gebeurde het eens dat hij door zijn collega's werd getooid met een krans van brandnetels en prikkeldraad. Voor het pand Crayenestersingel 39 werden geen kopers gevonden en het huis fungeerde jarenlang als huurhuis. Aan het eind van dit jaar meldde accountant Fibbe: "Het afgelopen jaar is de positie van uw bouwbedrijf niet onbelangrijk verbeterd." Fibbe zou dit de volgende jaren opnieuw verklaren. Het Bouwbureau kwam na 1935 dan ook in zijn beste jaren.
van de koper), namelijk Dreef 239. Alle andere huizen werden gebouwd met rode of roodbruine stenen.
De panden C. Francklaan 7 en 9, Heemsteedse Dreef 188, 190 en 272, Lanckhorstlaan 22, 24, en A. Pauwlaan 11 en Ha werden in 1937 gerealiseerd. Ook in dit jaar bouwden B&V dus weer een huis voor C. Kwak, namelijk Dreef 272. De schuld aan Kwak was trouwens in de loop der jaren behoorlijk verminderd en rond 1940 totaal verdwenen. Toen leende Kwak zijn beurt geld aan B&V. De panden C. Francklaan 7 en 9 waren voor B&V twee speciale panden. Dit blokje huizen moest van de schoonheidscommissie in gele steen worden opgetrokken. B&V vonden gele steen helemaal niet mooi en ze hebben in hun hele bestaan verder maar één huis in die andere kleur gebouwd (in opdracht
In 1939 was er nog een grote productie: Cloosterlaan 3 en 5, Van Slingelandtlaan 8,10 en 12, Heemsteedse Dreef 239 en Herenweg 146, 148, 150, 152 en 152a. Bij de bouw in de Van de Spiegellaan werd er een stapel balken door brand getroffen. Hals over kop moest er een nieuwe partij worden aangevoerd om de bouw te kunnen voortzetten. Behalve het ondermijnen van een gevel door spelende kinderen is er weinig over vernielingen bekend. B&V probeerden diefstal en vernielingen tegen te gaan door bewaking. Vanaf 1935 was de heer Dorresteijn in dienst. Op 16 maart 1940 liep Dorresteijn zijn laatste wacht. Als in december 1939 de panden aan de Herenweg worden opgele-
De komende oorlog wierp in 1938 zijn schaduwen al vooruit. In de kasboeken bevinden zich offertes en rekeningen die daar gewag van maken: vage leveringsdata, dagprijzen enzovoort. In Heemstede werd op 18 oktober een verduisteringsoefening gehouden en kocht de Gemeente al gasmaskers, zand en zakken aan. In 1938 werden opgeleverd: P. Aertszlaan 12 en 14 en Heemsteedse Dreef 164, 166, 215, 217, 219, 221 en 253.
19
verd is de spanning wereldwijd al aardig opgelopen (op 28 augustus was in Nederland de 'Algemeene Mobilisatie' al afgekondigd). Dat had zo ook zijn invloed op de verkoop van huizen. Veel mensen keken de kat uit de boom en kochten niet zo gemakkelijk meer een huis. Daarbij kwam dat B&V de kans op inflatie erg groot achtten en zij in dat geval liever huizen dan geld achter de hand hadden. Tevens berekenden ze vanaf dat moment ook rente én eigen inzet. Dat hadden ze niet eerder gedaan want ze waren toch altijd op de bouwplaats te vinden. Herenweg 146, 148 en 150 werden niet verkocht en dus verhuurd. Aalt kocht 152 en ging daar wonen. Jan kocht 152a en verhuurde dit. Van de Spiegellaan 9, 11, 13. De oorlog was al uitgebroken toen dit project werd opgeleverd. Het gaf dan ook heel wat problemen om de zaken voort te zetten. Na de oplevering van de huizen in de Van de Spiegellaan kon de beschikbare grond in de Bach- en Verhulstlaan niet meer worden benut. De bouwactiviteiten van B&V stopten en werden gereduceerd tot 'burgerwerken' en een wekelijkse ontmoeting op maandagochtend om half negen in de bouwkeet aan de Bachlaan. De term 'burgerwerken' komt uit de kasboeken en geeft aan het afwerken van kleine reparaties en dergelijke. Deze reparaties wer20
den in verhouding het meest gedaan bij bewoners van door B&V gebouwde huizen. Wel doet nog het gerucht de ronde dat B&V achter het pand Wagenweg 252 (gebouwd door Albert Heijn) een schuilkelder zouden hebben gebouwd. De toenmalige bewoner, de heer Boerma, was een goede kennis van firmant Baaibergen. Feit is dat de schuilkelder inderdaad bestaat, maar de betrokkenheid van B&V niet is aan te tonen omdat bij het archief in Haarlem dit dossier verre van volledig is (door de grenswijziging van 1927). Helaas heb ik ook in de kasboeken geen aanwijzigingen kunnen vinden. De bouwstijlen van Baalbergen & Volkers.
De conclusie is dat het niet eenvoudig is de huizen van B&V zomaar bij één bouwstijl in te delen. Het zijn typisch huizen die horen bij 'de jaren dertig', een mengvorm van verschillende stijlen. - De grootste invloed komt van de stroming 'Het Nieuwe Bouwen'. Eén van de architecten van deze stroming, J.H. Groenewegen, tekende voor B&V tussen 1937 en 1939 o.a. Heemsteedse Dreef 164, 166, 215 t/m 221. Kenmerkend voor deze huizen zijn de strakke vorm en de grote ramen. - Wat betreft de 'Amsterdamse
School', A.J. Westerman tekende voor B&V een aantal huizen. Die panden, b.v. in de C. Francklaan, lijken niet op de woningen die in Amsterdam-Zuid werden gerealiseerd. Toch zijn er wel invloeden van de 'Amsterdamse School' aan te wijzen. Het gebruik van kleine of ronde ramen (Herenweg 146 en 150). Verder werden er door B&V al vanaf 1922 geen huizen meer gebouwd met een vlakke voorgevel. Elk huis had wel uitspringende erkers, balkons of inspringende voordeuren. Ook door het veelvuldig gebruik van glas in lood en van ronde voordeuren (met kleine raampjes ernaast zoals bijvoorbeeld in de Van Slingelandtlaan) is een invloed van deze bouwstijl. - De terugkeer naar vorige eeuwen vinden we ook. De 'Fin-de-siède' invloed is te vinden bij het gebruik van pilaren (Aertszlaan 10 en 12), het gebruik van kransen (Molenaerplein l en 2) en het gebruik van kantelen (Zandvoortse laan 305 en 307). Verder werden binnenshuis de plafonds van stucwerk versierd met figuren in de vorm van rechthoeken, circels, ovalen, etc. Als laatste kom ik bij de kenmerken van de door B&V gebouwde huizen. Hier volgen de tien opvallendste: 1) De "onverwoestbare" degelijke bouw. 2) Er werd geen huis gebouwd zonder gekleurd glas in lood.
3) De voorliefde voor strakke vormen, ondanks ronde vormen bij deuren en ramen. 4) Bij (op drie na) alle huizen werd gebruik gemaakt van roodbruine hand vorm bakstenen. 5) Het gebruik van blauw-grijs geglazuurde dakpannen, tussen 1925 en 1939 bij ruim honderd panden. Vóór 1925 werden alleen rode pannen gebruikt of een plat dak (bij drie huizen). Tussen 1925 en 1929 werden overwegend rode pannen gebruikt (65%). 6) Alle huizen hebben één of meerdere dakkapellen. 7) Het gebruik van granieten vloeren in gang en keuken, en platen van natuursteen bij de haard en
vensterbanken. 8) De trap naar de eerste verdieping heeft haakse bochten, met daartussen een trapbordes. 9) De scheiding tussen de voor- en achterkamer werd gevormd door twee schuifdeuren voorzien van glas in lood en bergkasten, twee in de voor- en twee in de achterkamer. 10)Het gebruik van zachte kleuren, vooral ook binnenshuis. J.E. Baalbergen Gedenkboek te bestellen via pvermakingpostgiro3418843af. 25,J.E. Baalbergen Andijk
21
Waar in Bennebroek vinden we DE HAAN EN DE HOND? Een vreemde vraag? Toch bewust gesteld. Op twee plaatsen in Bennebroek vinden we siertegels (20 x 20 cm) ingemetseld, waarop deze dieren zijn afgebeeld. Op de ene tegel een kraaiende haan met op de achtergrond een opgaande zon en op de andere een op 'n buldog lijkende hond, die ons vervaarlijk grommend aankijkt.
Tijdens de inventarisatie van gedenk- en gevelstenen in Bennebroek vielen ons deze tegels, die in de wat oudere transformatorstations (huisjes) zijn ingemetseld, weer op. Bij mijn weten vinden we deze niet in Heemstede. De reden daarvan zou zijn, dat in Heemstede de electriciteit niet rechtstreeks van de PEN {en voordien van de KEM) maar via
Transformatiehuisje Bekslaan, Vogelenzang 22
Haarlem werd en wordt verkregen. Niet alleen in Bennebroek, dat de electriciteit wel rechtstreeks van de PEN af neemt, werden de haan en de hond in de transformatorhuisjes ingebouwd. Overal in Noord Hol-
land, met uitzondering dus van Haarlem/Heemstede en ook van Amsterdam e.o., zijn ze nog te vinden. LJverig speuren naar de eerste huisjes, die met deze tegels versierd werden, en naar de degene die indertijd het idee opperde, heeft weinig resultaat opgeleverd. Huisjes van voor 1920 zijn al van deze tegels voorzien. Ze werden steeds los van elkaar ingemetseld, b.v. links en rechts van de stalen toegangsdeur of erboven, of de haan aan de oostzijde, waar de zon opkomt, en de hond om de hoek aan de noordzijde. Zeker tot aan de tweede wereldoorlog is men met het inmetselen doorgegaan. Later, in het bijzonder na 1945, heeft men de aardigheid ervan blijkbaar niet meer ingezien.
De huisjes uit de twintiger en dertiger jaren waren soms heel aardige bouwwerken. De PEN en daarvoor de KEM heeft in die tijd op vele plaatsen kosten noch moeite bespaard om de huisjes enigszins te laten passen in de omgeving waar ze werden geplaatst. Ze werden meestal in baksteen opgetrokken en hadden variërende daken, soms plat of rond of in de vorm van een deksel, ook in de vorm van een zadel kwam voor, zelfs een puntdak met riet bedekt is terug te vinden. Sommige huisjes worden inmiddels als (industrieel) monument aangemerkt. Bekende architecten maakten indertijd de ontwerpen. {Ir. J.B. van Loghem, Ir. van der Bunt e.a.)
Wat schoonheid van vorm betreft zijn de huisjes er in Bennebroek wat bekaaid afgekomen. In de loop der jaren zijn er twaalf gebouwd. Negen zijn van na de oorlog. Drie werden er rond 1930 gebouwd. 23
Hiervan zijn er twee met de haan en de hond, nl. die aan de Zwarte weg (bij de Centenbrug) en die aan de Kleine Sparrenlaan.
achtergrond. Hier is ook nog wel enige propagandistische waarde toe te kennen. Voor het gebruik van electrische apparaten werd indertijd door electriciteitsmaatschapOver de {symbolische) betekenis van pijen nogal wat reclame maakt. de voorstellingen op de tegels zijn Het is ook mogelijk, dat de haan de de meningen niet eensluidend. We waarschuwing: Pas op, levensgekunnen stellen, dat het in het bij- vaarlijk, staat uit te kraaien. De haan zonder gaat om de waarschuwing zou daarmee een beroep kunnen de huisjes ongemoeid te laten. Er doen op het gezond verstand van dreigt gevaar indien men er zou de mens. Dit in tegenstelling tot de willen binnen dringen. Vooral de hond, die niet argumenteert. Hij zal hond laat dit zien. Hij staat in een bij nadering van het gebouw, ter verdedigende houding. Je hoort verdediging, direct aanvallen. hem als 't ware zeggen: Pas op, ik bewaak dit gebouw, ik val je aan als Hoe het zij, 't is aardig om over je het te dicht nadert. De kraaiende deze eenvoudige versiering aan de haan kan betekenen de verkondi- transformatorhuisjes de fantasie de ging van de komst van het licht (in vrije loop te laten. dit geval dan de aanvoer van elecM. Verkaik triciteit); zie de opgaande zon op de
Rectificatie In het artikel 'Impressie' van het nebroek verdwijnt', was helaas de vorig nummer is op bladzijde 113 naam van de auteur vervallen. De de naam van Piet Nelis onjuist. trouwe lezer heeft daar zeker de Deze moet G.J. Nelis zijn. Bij het naam van de heer M. Verkaik in artikel over 'Het Paradijs in Ben- herkent. 24
Historische publicaties De heer Maarten Verkaik uit Bennebroek wijdde onder de titel: "Een grafzerk in Lisse" een beknopte monografie aan Willem Adriaan van der Stel. Deze in Lisse begraven kolonisator was rond 1700 gouverneur van de Kaap de Goede Hoop in Zuid-Afrika. Voordien, namelijk van 1686 tot 1697 was hij de eigenaar van de rijke hofstede "Duin en vaart". Het huis lag nabij de Jan Lottenlaan in de Heerlijkheid Heemstede, maar de weilanden in Berkenrode. De waarde bedroeg bij verkoop f. 17.600.-. In dat jaar (1697) verscheen een "Catalogus van verscheyde soorten van orangerie, limoen.... en laurierboomen", welke geveild zijn op de hofstede aan de Herenweg op l en 2 oktober. Reeds de vader van Willem Adriaen, Simon van der Stel, had een grondige training in horticultuur (tuinbouw) gehad. Als commandeur van Kaap de Goede Hoop had deze zijn zoon in Heemstede regelmatig zaden, bollen en planten verzonden. In 1689 volgde Willem Adriaen zijn vader, die intussen (l juni 1691) gouverneur geworden was, op als gouverneur van de Kaap. Op zijn reis door Afrika nam hij aan boord van zijn schip een aantal gewassen uit Holland mede die hij op de dag van aankomst zelf zorgvuldig aan land liet brengen. Gouverneur Van der Stel trapte in
de Kaapkolonie op vele lange tenen en liet bijvoorbeeld iedereen die een boom beschadigde met een jaar dwangarbeid straf f en. W.A. van der Stel die bij terugkomst zich in Amsterdam vestigde kocht een buitenplaats "Uitermeer" aan de rand van de Lisser-Poelpolder (eerder van 1642 tot 1650 bewoond door de literator Petrus Scriverius). Met zijn echtgenote Maria de Haze is hij begraven in een wit marmeren grafzerk in de grote (Hervormde) kerk van Lisse. Het boekje is voor belangstellenden è f. 6,50 verkrijgbaar bij de auteur of in de Heemsteedse Bibliotheek. In november 1993 verscheen bij uitgeverij Schuyt en Co "Haarlem; verdwenen stadsbeelden" samengesteld door Marcel Bulte en Wim Post. Deze uitgave bevat een selectie van foto's van Haarlem en omgeving uit omstreeks 1920, vervaardigd door Leonard Baruch. Laatstgenoemde vestigde zich in 1932 als apotheker te Heemstede en opende aan de Zandvoortselaan 164 (later op nummer 162) de zogeheten "Aerdenhout Apotheek". Tijdens de Tweede Wereldoorlog" werden zijn vader en zuster Selly slachtoffer van de jodenvervolging door de nazi's; zelf wist hij te ontkomen en overleed 7 maart 1978 in Heemstede. Een tiental foto's heeft betrekking op Heemstede, 25
o.a. de voormalige watermolen in de Schouwbroekerpolder die de waterhuishouding regelde, alsmede taferelen van de Emauslaan, Leidsevaart, Groenendaal en een marskramer op weg naar Bennebroek. Opmerkelijk zijn twee afbeeldingen uit ongeveer 1930 van een reizend circus in en nabij de Molenlaan, met een door de olifant getrokken circuswagen én uiteraard nieuwsgierige omstanders. Jacqueline van der Beek, geboren en getogen in Heemstede, thans woonachtig te Amersfoort, publiceerde in oktober 1993 een scriptie Nederlandse letterkunde, getiteld: "Westermeer; de realiteit van één buiten en twee hofdichten". In dit werkstuk zijn met name de topografische gegevens aan een onderzoek onderworpen. Op de plaats waar zich eens de fraaie buitenplaats Westermeer bevond, is sedert 1929 de Algemene Begraafplaats gelegen, ontworpen door landschapsarchitect J.D. Zocheren uitgevoerd door aannemer Jan Daniels. Over de hofdichten van Frans Rijk (1721) en Willem van der Hoeven (ongedateerd; vermoedelijk rond 1720} publiceerde eerder drs. C.G.M. Smit in Nieuwsbrief nummer 26 van de VOHB, blz. 6-12 (1980). In 1922 zijn onder architectuur van Nic.J. Nijman en op verzoek van P.G. Smit 22 woningen gebouwd in de Oude Posthuisstraat. De steenlegging
26
vond plaats 24 februari van dat jaar in aanwezigheid van geestelijke en wereldlijke autoriteiten. Het Rijk verleende voorschotten voor de bouw onder auspiciën van de R.M. Middenstands woningbouwvereeniging "Het Oude Posthuis". Aan het eind van de straat stond het hek van de bloembollenfirma Braam en daarachter een typisch hoog gelegen bosstrook met voetbrug die het Katholieke kerkhof met het bos van de familie Van Lennep verbond. Alle huizen ontvingen een naam, van welk de betekenis van zo'n 14 kon worden achterhaald, o.a. "Knapenburg" (naar de voormalige buitenplaats genoemd), "De Posthof" (fantasie op de gronden van het Oude Posthuis), "Frederica (vernoemd naar de zuster van de heer Oomen - Kloostemon Frederica) en "Sunnyhome" + "PrettyHome": fantasienamen van de tegelfabrikant. De heer F. Ie Fèvre), die met zijn ouders en familie sedert de zomer van 1923 op nummer 22 woonde, stelde de documentatie samen in twee exemplaren, aan de hand van 34 oude en 23 recente foto's, gegevens uit het bevolkingsregister, persoonlijke beschrijvingen e.d. Het aan de VOHB geschonken "boek" is voor geïnteresseerden in de Bibliotheek te raadplegen. H.K.
Geslaagde premie-avond in het oude slot Duidelijk is te zien op deze kaart dat de grens bij de Crayenestersingel een knik maakt, waarmee kon worden voorkomen dat woning en tuin van toenmalig gemeentesecretaris Swolfs in de Spaarnestad kwam centrum helemaal vol. te liggen. Ook wees de heer Krol Voorzitter G. Schuitemaker kon in op enkele foutjes in de kaart. Zo is zijn openingswoord naast de beide de Bosch en Hovenschool aan de burgemeesters en wethouder meverkeerde zijde van de Lanckhorstvrouw Mous een groot aantal leden laan geprojecteerd en wordt buiverwelkomen, alsmede de inleider tenplaats "De Gliphoeve" ten onvan deze avond drs. P. van den rechte met de blekerijnaam van voor Brink. De voorzitter vergeleek de aanwezigen met vreemdelingen, die 1811 "Bleeklust" aangeduid. Hierzonder een goede plattegrond de na werden de eerste exemplaren reis moeilijk kunnen voortzetten. van de plattegrond, ingelijst en wel Verder hoopt hij dat in 1995 een aan de burgemeester van HeemVereniging tot Behoud van Cul- stede, mevrouw N.H. van den tuurmonumenten, zal ontstaan die Broek-Laman Trip overhandigd, alle monumenten, zal ontstaan die alsmede aan mevrouw C.E. Dalhuizen-Polano, burgemeester van Benalle monumenten in kaart brengt. Hierna krijgt de heer H. Krol het nebroek, Burgemeester Van den woord om een toelichting te geven Broek sprak spontaan enkele woorop de nieuwe jaaruitgave. Sedert den van dank en prees de kennis 1947 zijn 31 premies verschenen, van de inleider voor zijn kennis van waaronder 21 boeken en thans 3 de historie van Heemstede. herdrukken van plattegronden. De oudste kaart van de ban van Heem- Na de pauze hield de historicus P. stede dateert uit 1539. De heden in van den Brink, wetenschappelijk facsimile uitgegeven plattegrond medewerker aan de vakgroep cardateert uit 1929 en is vervaardigd tografie van de Rijksuniversiteit kort na de annexatie van Heemste- Utrecht en p.t.conservator kaarten de-Noord aan Haarlem. Heemste- bij de Koninklijke Bibliotheek in de raakte van de ene op de andere Den Haag, een lezing over "Heemdag zo'n 6.500 inwoners kwijt. stede in Kennemerland, een overDe VOHB hield op 30 november het Oude Slot haar jaarlijkse premie-avond. Ondanks winterse omstandigheden en besneeuwde wegen, liep de zaai van het cultureel
27
zicht van vier eeuwen cartografie". Spreker begon met een dringend pleidooi voor het noodzakelijk onderhoud van het unieke Heemsteedse kaartenarchief, dat in een rampzalige staat van onderhoud verkeert. Aan de hand van dia's werden vele oude kaarten vertoond, vergezeld van een deskundige toelichting. Ook het Hoogheemraadschap van Rijnland in Leiden beschikt over talrijke Heemsteedse historische kaarten. Een van de bekendste landmeters uit de Gouden Eeuw was Balthasar Floriszoon van Berkenrode. In opdracht van ridder Adriaan Pauw vervaardigde hij diverse kaarten van Heemstede, van welke zich (nog) een tiental in het oude Heerlijkheidsarchief bevinden.
28
Spreker beëindigde zijn leerzame en deskundige voordracht met het feit dat kaarten een schat van gegevens kunnen leveren voor onderzoekers die zich bezighouden met lokale en regionale geschiedenis. Zij zijn dan ook meer dan waard om goed te worden beheerd. De voorzitter bedankte de heer Van den Brink en zegde toe dat het Bestuur zijn advies met betrekking tot het gemeentearchief ter harte zal nemen. Hierna maakten de aanwezigen dankbaar gebruik van de mogelijkheid om de jaarpremie in ontvangst te nemen. De Vereniging OudHeemstede-Bennebroek kan terugzien op een geslaagde premieavond 1993. J.O
Jaarprogramma 1994 Als vervolg op het eerste globale overzicht vindt u hieronder wat meer gedetailleerde informatie over de verschillende evenementen.
Dinsdag 15 februari Causerie door de heer W. Snitker over de beelden van Heemstede en Bennebroek. Plaats: Het Oude Slot, Ir Lelylaan 6, Heemstede. Tijd: 20.00 uur.
Zie voor verdere informatie de aankondiging elders in het blad.
Zaterdag 7 mei Bustocht langs de beelden van Heemstede en Bennebroek, zoveel mogelijk afgestemd op de lezing van de heer Snitker op 15 februari. Dinsdag 17 mei Algemene ledenvergadering. Plaats: de Pauwehof. Tijd: 20.00 uur. Afgezien van de gebruikelijke agendapunten zal de heer M. Bakker, lid van de Commissie Karakterbehoud van onze Vereniging, een uiteenzetting met dia's houden over de "nieuwe" Heemsteedse en Bennebroekse monumenten in het kader van het opgestelde Monumenten Inventarisatie Plan (het "MIP").
Zaterdag 27 augustus De jaarlijkse bustocht staat ook in het teken van het jaarthema "Het beeld van onze omgeving" en gaat naar het Rijksmuseum Kröller-Müller in Hoenderloo. Onder leiding van een gids bezoeken we daar wandelend de uitgestrekte beeldentuin. Zaterdag 10 september Open Monumentendag. Dinsdag 22 november
De traditionele premie-avond wordt dit jaar gehouden in de gereformeerde kerk in Bennebroek.
29
Uit Haarlem; verdwenen stadsbeelden Een uitgestorven beroep. De marskramer met negotie op zijn rug. Gebogen onderzijn zware hst is hij in de buurt van een spoorwegovergang, vermoedelijk ergens tussen Haarlem en Bennebroek, op zoek naar klant.
Kerklaan 70
20e jaargang No. 80 april 1994
Bestuur: G.J. Schuitemaker, voorzitter IJssellaan 7,
2105 VA HEEMSTEDE tel. 023-288916
Mevr. L.M.' t Hooft-van der Linden, Wilhelminaplein l, 2103 GS HEEMSTEDE
tei. 023-292631
A.J. Olthaar, secretaris Clipper Dreef 82, 2104WL HEEMSTEDE
J.L.P.M. Krol, archivaris
tel. 023-292824
tel. 023-282977
Mr. F. Th. Harm, 2e secretaris
Joh. Verhulstlaan 26,
2102 XT HEEMSTEDE
2101 AH HEEMSTEDE
Mevr. H. Nierhoff-Bax Lage Duin 2, 2121 CG BENNEBROEK
tel. 023-280704
tel. 02502-48014
K. de Raadt, penningmeester Kerklaan 49 b, 2101 HL HEEMSTEDE tel. 023-280641
Redactie: H. Krol
C.J.H.M. van Gasteren, ledenadm. Meer en Boslaan 8 2103 VP HEEMSTEDE
Redactie-adres: Meerweg 6 2103 VC Heemstede
A. Pauwlaan 7,
C. Peper (eindredactie)
tel. 023-292231 Het lidmaatschap wordt jaarlijks automatisch verlengd, behoudens schriftelijke opzegging via de ledenadministratie Contributie minimaal/. 17,50 Giro 27.35.06 t.n.v. de Penningmeester v.d. Vereniging Oud-Heemstede Bennebroek te Heemstede.
Inhoud
pag.
Inhoud
33
Redactioneel
34
Jaarvergadering
34
Beeldentocht zaterdag 7 mei
35
Jaarverslag 1993 van VOHB
36
Balans per 31 december
38
Toelichtingen
40
Jaarverslag 1993 van de Commissie
42
Karakterbehoud
Een huis aan de Voorweg als twistappel tussen de 44 familie van Duyst en kunstenaar Romeyn de Hooghe De Kleerblekerij van Van den Berg
56
Tegeitableau Peeperkom gered
61
Openbaar kunstbezit in oud en jong
63
Heemstede-Bennebroek Excursie Kröller - Muller Museum en park
64
Salomo's oordeel in Bennebroek
65
Recente aanwinsten verenigingsarchief
66
Help het historisch museum Zuid Kennemerland
67
Nieuwe leden
68 33
Redactioneel In dit nummer uitgebreide informa-
tie over twee woonsteden in Heemstede maar van uiteenlopende allure. Allereerst de ambiance aan de Voorweg van Romeyn de Hooghe, kunstenaar en jurist. Van geheel andere aard is de beschrijving van de werkmansambachtelijke situatie van bleker Jan van den Berg aan de Kerklaan. In relatie tot de blekersactiviteiten staat de berging van het tegeltableau van de wasserij van Peeperkorn aan de Blekersvaartweg. Een interessant detail wordt
belicht van het voormalige Huis te Bennebroek waar ooit een oude haardplaat te voorschijn kwam.
Deze wordt goed bewaard in het Raadhuis van Bennebroek en is een kijkje waard. Voorts veel informatie over de activiteiten van de Vereniging en een extra oproep vanaf de redactionele pagina tot het bijwonen van de jaarvergadering op dinsdag 17 mei aanstaande. C. Peper
Jaarvergadering Dinsdag 17 mei 1994 om 20.00 uur De jaarlijkse algemene ledenvergadering van de VOHB wordt gehouden in de Pauwehof, Achterweg 17 (Wijkgebouw achter de Oude Kerk) te Heemstede. AGENDA 1. Opening en mededelingen.
2. Verslag van de jaarvergadering van 18 mei 1993. (Nieuwsblad nr. 77 pag. 84-86); Eventuele vragen en opmerkingen n.a.v. dit verslag graag vooraf bij de secretaris indienen. 3. Jaarverslag VOHB 1993 en Jaarverslag Cie. Karakterbehoud (in dit nummer). 4. Jaarcijfers 1993 en begroting 1994 met Toelichting (in dit nummer). 5. Verslag Kascommissie. 34
6. Verkiezing lid Kascommissie. 7. Bestuursverkiezing:
Aftredend zijn de heren A.J. Oithaar en K. de Raadt; beiden stellen zich herkiesbaar. 8. Rondvraag. 9. Sluiting.
Na de pauze: Inleiding met dia's over de "nieuwe Heemsteedse en Bennebroekse monumenten in het kader van het opgestelde Monumenten Inventarisatie Plan (MIP)" door de heer M. Bakker te Heemstede, lid van de Commissie Karakterbehoud van onze Vereniging. Komt allen deze jaarvergadering bijwonen!
Het bestuur van VOHB.
Beeldentocht zaterdag 7 mei Deze tocht kondigden wij al aan in de Nieuwsbrief van januari jl. Zaterdag 7 mei is intussen dichterbij gekomen, zodat wij u nu wat meer gedetailleerde informatie moeten en kunnen geven. In het kader van ons jaarthema "Het beeld van onze omgeving" bieden wij u de gelegenheid op zaterdag 7 mei a.s. een rondrit per touringcar te maken langs een aantal beelden in Heemstede en Bennebroek. De bus zal bij enkele belangrijke monumenten stoppen zodat u ze van dichterbij kunt bekijken. Onderweg wordt een toelich-
ting gegeven. Ongetwijfeld zult u kunstwerken tegenkomen, waar uw oog nooit eerder bewust op gevallen is. De bus vertrekt om 11.00 uur van-
af het Raadhuis in Heemstede aan het Raadhuisplein; om ongeveer 13.00 uur verwachten wij daar weer terug te zijn. Wij vragen een bescheiden bijdrage van f. 5,- per persoon. Het is raadzaam op tijd aanwezig te zijn, want het systeem "wie het eerst komt, het eerst maalt" geldt hier. Wij hopen deze tocht met een volle bus te kunnen maken. 35
Jaarverslag 1993 van VOHB Het bestuur van VOHB heeft in het toonstelling "Zo trots als een pauw, afgelopen jaar weer vele activitei- de bewoners van Heemstede en ten ontplooid, waarbij de nadruk Bennebroek en hun verleden" in lag op het behoud van de monu- het Oude Slot geopend door Burmenten en op de tentoonstelling gemeester Van den Bosch. Deze "Zo trots als een pauw". tentoonstelling duurde tot zaterdag Op 9 maart werd in de Oude Kerk 4 juli. Tijdens deze tentoonstelling, te Heemstede door ds. E. Sneller die ook in het kader stond van uit Haarlem een lezing gehouden Toer-in Noord-Holland, werden over Nicolaas Beets, voornamelijk ook excursies georganiseerd naar als dichter. Aansluitend werd de de buitenplaatsen Berkenrode en kerk bezichtigd, waar Nicolaas Beets Huis te Manpad. Zowel voor de van 1840-1854 als predikant heeft tentoonstelling als voor de excurgestaan. Verder werd een toelich- sies bestond een goede belangstelting gegeven op de op handen zijn- ling. Door inzet van vele vrijwillide restauratie van de Oude Kerk. gers is deze tentoonstelling een waar 18 Mei hielden wij onze jaarlijkse succes geworden. algemene ledenvergadering in de Pauwehof te Heemstede. Het be- Op zaterdag 4 september vond de langrijkste agendapunt was de vast- jaarlijkse bustocht plaats naar Putstelling van de nieuwe Statuten en tershoek en omgeving. Heemstede het Huishoudelijk Reglement van heeft tijdens de watersnoodramp de Vereniging. De heer mr. F. Harm van l februari 1953 deze plaats te Heemstede heeft hierin een be- geadopteerd: Ook hebben toen jonlangrijk aandeel gehad. Diezelfde gelui uit die omgeving een vacantie avond werd de heer Harm tot be- in Heemstede doorgebracht. Ons stuurslid gekozen, een uitbreiding bezoek aan Puttershoek was hartvan het aantal bestuursleden in ver- verwarmend. Tijdens de ontvangst band met de vele activiteiten van de in het dorpshuis van Puttershoek Vereniging. DeherenSchuitemaker werden vele herinneringen die tijd en Van Gasteren werden bij accla- opgehaald, 's Middags werd in rematie herkozen. Na de pauze volg- creatiegebied Binnenmaas de lunch de een prachtige diaserie over wan- gebruikt. Daarna werd het prachtidelbos Groenendaal, vertoond door ge streekmuseum in Heinenoord de heer E. Jansens te Hoofddorp. bezocht. Verrijkt met interessante wetenswaardigheden betr. het daar Op zaterdag 22 mei werd de ten- tentoongestelde keerde het gezel36
schap weer naar Heemstede terug. Op 11 september vond de Open Monumentendag plaats. Het thema van dit jaar was "Kerken en kerkhoven". Naast de hervormde kerken in Heemstede en in Bennebroek werden de begraafplaatsen in beide plaatsen bezocht. Op de Heemsteedse begraafplaats waren een tweetal rondleidingen georganiseerd, waarvoor een goede belangstelling bestond. Op 30 november vond in het Oude Slot de premie-avond plaats. De jaarpremie bestond uit een kleurenherdruk van een plattegrond van Heemstede en Bennebroek uit 1929. Deze werd door Hans Krol toegelicht met vele historische wetenswaardigheden. De eerste exemplaren van de jaarpremie werden overhandigd aan de nieuwe burgemeestervan Heemstede mevr. N.H. van den Broek-Laman Trip en aan mevr. C.E. Dalhuisen-Polano, burgemeestervan Bennebroek. Na een korte pauze werd door de heer P. v. d. Brink, wetenschappelijk medewerker cartografie van de Rijksuniversiteit te Utrecht een inleiding gehouden over "Heemstede in Kennemerland, een overzicht van vier eeuwen cartografie". Daarbij werd ook gewezen op de slechte situatie van het gemeentearchief van Heemstede. Het Bestuur vergaderde elf maal. Door de uitbreiding van het Be-
stuur met de heer F. Harm werden de bestuurstaken opnieuw verdeeld.
Een groot aantal activiteiten werd door het Bestuur voorbereid. Veel aandacht werd besteed aan de afronding van de nieuwe Statuten en het Huishoudelijk Reglement, alsmede aan de voorbereiding van de Tentoonstelling in het Oude Slot. Begin van het verenigingsjaar zijn de heren Colenbrander (ere-lid) en Kapsenberg (oud-bestuurslid) overleden. De burgemeester Jhr. O.R. van den Bosch nam op 15 juni afscheid van de gemeente Heemstede. Een bestuursdelegatiewashierbijaanwezig. Het ledenaantal bedroeg per l januari 960 en per 31 december 980 leden. Het 1000e lid zal in 1994 ongetwijfeld worden begroet. Het Verenigingsorgaan verscheen in het verslagjaar viermaal met een totale omvang van 120 pagina's. De redactiecommissie staat onder leiding van eindredacteur de heer C. Peper, bijgestaan door de heer H. Krol. De heren W. Verspoor en H. Huijser hebben de redactie-commissie verlaten. Namens het bestuur wordt hen voor hun werkzaamheden dank gezegd. De adviescommissie Karakterbehoud was ook dit jaar actief; zie hiervoor het Jaarverslag van deze commissie in dit nummer. Daarnaast is een commissie actief die de mogelijkheden nagaat om de oude muren van het Oude Slot beter voor het publiek zichtbaar te maken. De werkgroep '40-'45 vordert gestaag met haar onderzoeksactiviteiten. 37
Ook werden in het kader van de op handen zijnde gemeenteraadsverkiezingen contacten onderhouden met de plaatselijke politieke partijen. Het verenigingsarchief werd weer verrijkt met een aantal waardevolle stukken. Het behoud van het tegeltableau van Wasserij Peeperkorn,
voordat dit pand werd gesloopt had de zorg van het Bestuur, en met sjucces. In het verslagjaar verscheen het tweede boek in de serie Heemstede in Beeld, van 1900 tot nu, waarin een foto van het bestuur is opgenomen.
Balans per 31 december 1993 Activa
Voorraad boekwerken Debiteuren ABN-AMRO Postbank Kas
Passiva
Vermogen Waarborgfonds Jaarpremiefonds Restauratiefonds Reserve aankoop archief Bestemmingsgiften Nog te betalen Vooruit ontvangen contributie
38
f.
199 f.
p.m. p.m. 2.817,50 8.053,02 21.249,63 20.084,69 14.922,35 12.653,22 65,15 105,30 39.054,63 40.896,23 f.
4.036,70 3.000,2.00022.405,26 3.786,57 3.296,35 292,15 237,50 39.054,63
f.
4.895,45 5.000,2.000,23.655,26 3.786,57 1.296,35 262,50 40.896,23
Exploitatierekening
1995 1994
1993 Begroot
Werkelijk
Begroot
f.
f.
f.
22.000 2.000 1.500 2.500 0 28.000
24.000 2.000 1.000 2.600 0 29.600
f.
f.
Inkomsten
f.
Contributie Verkopen Interest
19.500 2.000 1.000 2.500
20.387,06 1.187,65 1.191,37 2.632-
400 25300
25.398,08
Subsidie Heemstede Subsidie Bennebroek
f.
Uitgaven
Begroot
Organisatiekosten:
3.000 100
4.141,93 75,50
3.000 100
4.000 100
13.500
11.679,54 2.080,97
14.000 1.500
14.500 2.000
3.000 5.000 500 O
594,25 5.608,58 609,50
3.000 5.000 1.000 500
2.000 5:500 1.000 500
___O 26.600
533,59 26.256,83
0 28.100
29.600
-1.200
-858,75
-100
Verenigingskosten Administratiekosten Kosten van aktiviteiten: Drukkosten Nieuwsbrief Verzendkosten idem Historisch Archief Jaarpremie Evenementen Werkgroepen
1.500
932,97
Diversen: Onvoorzien
Saldo
0 0 39
Toelichtingen Balans
Bankrekeningen Een belangrijk gedeelte van de beschikbare gelden is voor langere tijd vastgezet op depositorekeningen.
Postbank: - girorekening - Leeuwrekening
f. 1.856,67
f. 13.065,68
f. 14.922,35 ABN-AMRO - bankrekening f. 96,31 - depositorekening "21.153,32 f. 21.249,63
De rente die in 1993 over deze rekening werd ontvangen is door de lage rentestand lager dan voorgaande jaren.
Waarborgfonds Uit dit fonds kunnen bijzondere kosten worden bestreden. In 1993 zijn een aantal uitgaven gedaan, die niet waren begroot. Het bestuur heeft daarom besloten f 2.000 uit het waarborgfonds aan te wenden ter dekking van deze onvoorziene uitgaven. (Zie de toelichting op de exploitatierekening)
Exploitatierekening en begroting
Algemeen Ondanks een terughoudend uitgavebeleid is 1993 met een negatief saldo afgesloten. De oorzaken hiervan zijn onder meer: - de lage rente - onvoorziene uitgaven wegens de statutenwijziging en - de organisatie van een tentoonRestauratie/on ds Voor de restauratie van een pand stelling. aan de Achterweg werd een bijdra- Een gedeelte van deze uitgaven, die niet waren begroot, zijn gedekt door ge van f 2.000,- uitgekeerd. Aan het fonds is f 750,- rente een bijdrage van f 2000, uit het waarborgfonds. toegevoegd. In verband met de gemeentelijke Bestem m ingsgiften In 1993 is een legaat van f 2.000,- subsidievoorwaarden is de begroontvangen. Dit bedrag is aan deze ting 1995 in de jaarstukken opgenomen. rekening toegevoegd. 40
Contributie Mede door de contributieverhoging met f 2,50 en het feit dat een groot aantal leden meer bijdraagt dan het minimum bedrag van f 17,50 werd in 1993 ruim f 2.000 meer ontvangen dan over 1992.
De kosten van aanschaf van voor-
werpen, documenten, boeken, kunstvoorwerpen etc. voor het historisch archief waren lager dan begroot. Naast het feit, dat het aanbod van archivalia nooit nauwkeurig is te voorzien werd dit ook veroorzaakt door het goede inkoopbeleid van de archivaris, de heer Krol.
Verkopen De opbrengst van de verkopen is achtergebleven bij de verwachtingen omdat de VOHB in 1993 niet Jaarpremie heeft deelgenomen aan de plaatse- De kosten voor de jaarpremie belijke jaarmarkten. staan uit: - drukkosten f 6.491,88 Veren igingskosten - organisatie Op deze rekening zijn naast de kospremieavond " 616,70 ten voor het bestuur zoals de huur f7.108,58 van vergaderruimte ook de kosten af: aandeel f 1.500,verbandhoudend met de algemene verkoop premie ledenvergadering en de incasso van f 5.608,58 de contributie verantwoord. Evenementen Nieuwsbrief Naast lezingen en de excursie zijn De drukkosten van het verenigings- op deze rekening ook de kosten blad zijn dankzij de inzet van de voor de Open Monumentendag redactieleden binnen de begroting f 612,87 verantwoord. Voor deze gebleven. kosten is van de gemeente Heemstede een subsidie van f 500,- ontVerzendkosten vangen. De verzendkosten van de Nieuwsbrief bedragen ± f 0,35 per num- Werkgroepen mer. Op deze rekening worden ook Hieronder zijn begrepen de kosten de drukkosten van de adresbandjes van huur van vergaderruimten en verantwoord. kleine uitgaven voor kantoorartikelen, porti etc. Er zijn momenteel de Historisch archief volgende commissies en werkgroeDe nadruk lag in 1993 op de aan- pen actief: koop van grafiek, tekeningen en - de commissie karakterbehoud fotomateriaal. - de evenementencommissie
41
- de werkgroep 1940-1945
- de werkgroep Oude Slot - de werkgroep Open Monumentendag. Onuoorzien In 1993 zijn een aantal uitgaven gedaan die niet waren begroot omdat zij ten tijde van het opstellen van de begroting (eind 1991) niet konden worden voorzien. Het bestuur acht deze kosten echter voor
de vereniging van belang en heeft daarom besloten deze kosten gedeeltelijk uit het waarborgfonds te
dekken. Het betreft: - rouwadvertentie f. 433,49 - kosten statutenwijziging " 805,60 - aandeel tentoonstelling " 1.294,50 f. 2.533,59 af: bijdrage waarborgfonds" 2.000,rest onvoorzien T 533,59
Jaarverslag 1993 van de Commissie Karakterbehoud, De samenstelling van de commissie bestond uit de dames O.E.I. van der Klooster en E.C.M. Visser en de heren M.M. Bakker, C.J.H.M. van Gasteren (vanaf medio 1993), F.Th.J. Harm (tot medio 1993), H. Huijser (secretaris) A.E.F. Meijer, G. J. Schuitemaker (plaatsvervanger) en B. van Tongeren (voorzitter) De commissie kwam zes maal bijeen. Er werd weer veel aandacht besteed aan MIP/MSP/MRP, hetgeen wil zeggen het proces dat via inventarisatie, selectie en registratie moet leiden tot het plaatsen van een aantal objecten uit de periode 1850 - 1940 op de rijks-monumentenlijst. Het gaat hierbij om gebouwen (woon- en bedrijfsbebouwing), bouwwerken geen gebouwen zijn-
42
de en groene plekken en bomenrijen (geen solitaire). Volgens de oorspronkelijke normering zouden 10 a 15 % van de MIP waardig bevonden objecten (totaal 150 stuks) kunnen worden aangewezen. Vanwege bezuinigingen is deze norm tot zo'n 5 % (nieuwe) objecten teruggeschroefd. Uiteindelijk heeft de provincie 6 nieuwe en 9 reeds als provinciaal monument beschermde objecten tot potentiële rijksmonumenten aangewezen namelijk: Het houten shingleshuis
Bronsteeweg l, het seminarium Hageveld (inclusief brug), het klooster Mariënheuvel, de bollenschuren Kadijk 34, Herenweg 19/21 en Manpadslaan 12, de voormalige pastorie Achterweg 11 de atelierwoning van den Eijnde (Van der
Veldekade 2), het gebouw voor Bloembollencultuur en vier objecten van de Gemeente waterleiding Amsterdam aan de Leidsevaartweg, de watertoren en het Raadhuis. Opgemerkt kan worden, dat weinig geld voor de reguliere monumentenbescherming voorhanden is. De geldstroom is vrijwel geheel gericht naar het zogenoemde kanjerfonds waaruit de restauratie van het meest importante monument in Heemstede, namelijk de Oude Kerk, gefinancierd wordt. Van het in het gemeentelijke beleidsprogramma geformuleerde voornemen tot het opstellen van een gemeentelijke monumentenlijst is niets terecht gekomen. Dit betreft de raadsperiode 1990-1994. De gedachte heeft dan ook post gevat om het gemeentebestuur 1994-1998 een concreet voorstel in die richting te doen. Dit in het kader van het periodieke overleg dat tussen B&W Heemstede en het bestuur VOHB gestalte heeft gekregen. In dit verband zij opgemerkt, dat de vereniging of de commissie niet langer in de gemeentelijke commissie Welstand en Monumenten
starten. Voorts heeft zij hulp verleend bij het formuleren van de correspondentie. Van de zaken die aan de orde zijn geweest kunnen worden genoemd: - De restauratie van de gevelstenen van de woningcorporaties: dit is financieel niet uitvoerbaar gebleken, - Gewezen is op de onzorgvuldige restauratie van de walmuren van het Oude Slot. Van gemeentezijde is hierop niet gereageerd. Omtrent het boven water halen van de fundamenten van het Oude Slot heeft nog geen besluitvorming plaats gevonden. Onderzoek en overleg worden door de speciale werkgroep voortgezet. - De Dageraad in Bennebroek is in uitvoering genomen. De kap van enige waardevolle bomen is voorkomen. - Er is intensief overleg gevoerd omtrent het behoud van het Rozenburgtegeltableau van Peeperkom. In het jaarverslag 1994 zal het - naar verwachting - positieve resultaat kunnen worden
vertegenwoordigd is.
- Aan het Centrumplan van Heemstede is reeds in een vroegtijdig stadium aandacht besteed. In 1994 komt dit in volle omvang aan de orde. - Het Wilhelminaplein - en met name de Wilhelminaboom - is een onderwerp dat voortdurend de aandacht vraagt.
De commissie Karakterbehoud heeft een ondersteunende en adviserende taak in de richting van het bestuur VOHB. In dat kader heeft zij het bestuur gestimuleerd het overleg met het bestuurscollege van Heemstede te intensiveren en dat met het college van Bennebroek te
vermeld.
43
Het beheer van de meest in het oog lopende groenvoorzieningen (Groenendaal, Linnaeushof en van Merlenlaan) vormden een voortdurende bron van discussie. Voor het pand Glipperweg 60 is een sloopvergunning gevraagd. Helaas is dit karakteristieke pand zo bouwvallig, dat redding niet mogelijk is. Met schrik is vernomen dat het pomphuis Meer en Berg op de afbraaklijst staat wegens instortingsgevaar. Gezien de importantie hiervan meent de commissie, dat restauratie ervan dient te worden bevorderd. Met belangstelling wordt tege-
moet gezien, welke passende functie zal kunnen worden toegekend aan de ten zuiden van het toegangshek Meer en Berg van Groenendaal aanwezige historische bebouwing. De processen en procedures rond het landgoed Dkenrode zijn nog niet afgerond. Vernomen is, dat de Res-Novabrug met toebehoren in maart 1994 zal worden teruggeplaatst. Op 11 september 1993 was het Nationale Monumentendag. Bij de voorbereidingen en rondleidingen is door commissieleden medewerking verleend. H. Huijser
Een huis aan de Voorweg als twistappel tussen de familie van Duyst en kunstenaar Romeyn de Hooghe Algemeen bekend is dat het kunstenaarsechtpaar Jan Miense Molenaer - Judith Leyster een buitenplaatsje "Het Lam" heeft bewoond, evenals dat de kunstschilders Gerrit en zoon Dirk Bleeker eigenaar waren van een in Groenendaal nabijgelegen hofstede, later genoemd "De Driesprong". Niet of nauwelijks in de literatuur beschreven is het gegeven dat Romeyn de Hoog44
he in 1695 een huis aan de Voorweg heeft verworven teneinde zich Leenheer van Kennemerland te kunnen noemen. Over dit bezit zijn in 1696 en nogmaals omstreeks 1700 processen gevoerd en een anonieme dichter heeft zelfs een schimpdicht aan deze kwestie gewijd. In deze bijdrage komen de relaties van de internationale kunstenaar Romeyn de Hooghe uit
Heemstede (en Bennebroek) op grond van ten dele nieuwe gegevens beknopt aan de orde.
de Poolse koning Johan Sobieski
over de Turken in beeld te hebben gebracht is hij door deze vorst in de
Poolse adelstand verheven. Romeyn de Hooghe (1645- Op l mei 1673 is Romeyn de 1708) Deze persoon was een veelzijdig, geleerd en productief man: schil-
der, tekenaar, ontwerper van o.a. beelden, penningen en gebrandschilderde ramen, kunsthandelaar, schrijver, uitgever, mineraloog,
rechtskundige, maar vóór alles een begaafd grafisch kunstenaar. In zijn tijd niet onomstreden. Door zijn medestanders geroemd, doch door minstens zoveel vijanden belasterd vanwege zijn libertijnse levenswandel, heftige karakter en spotpren-
ten. Met dichter-plaatdrukker Jan Luyken (1649-1712) wordt hij gerekend tot de meest gerenommeerde graveur uit de tweede helft van
de Gouden Eeuw. De bibliograaf John Landwehr heeft in recente publikaties zo'n 300 losbladige etsen, veelal in groot formaat, alsme-
de circa 2.800 illustraties in 109 boeken beschreven (1).
Het voorgeslacht van Romeyn de Hooghe was afkomstig uit Vlaanderen. Zijn vader was knopenmaker in Amsterdam (2). In 1668 maakte hij een reis naar Parijs en maakte daar - nog duidelijk in leerfase - een aantal etsen van kastelen en tuinen alsmede van de doop van de Dauphin. Na in 1673 een kaart van Polen te hebben ontworpen en twee jaar later de overwinning van
Portret van Romeyn de Hooghe met allcngepruik. Boven het medaillon zijn heraldisch wapen. (Rijksprentenkabinet Amsterdam). Hooghe in het huwelijk getreden met Maria Lansman, afkomstig uit Edam en dochter van de in 1666 overleden predikant Andreas Lansman. Wisselend werkte hij in Amsterdam, Den Haag en Haarlem. Nadat vanwege betasteringen de grond te heet onder zijn voeten was geworden in de Amstelstad heeft De Hooghe 45
zich in 1687 definitief in de Spaarnestad gevestigd, waar zijn vermogende oom hem tot erfgenaam benoemde. In 1689 behaalde hij zijn doctorsbul in de rechten aan de Universiteit van Harderwijk. Romeyn de Hooghe liet het monumentale huis Nieuwe Gracht 13 bouwen en vestigde aan de achterzijde een teken-
en een tiental stadsgezichten, waaronder de Grote Kerk, Prinsenhof, Stadhuis en het Herenlogement in de Hout. Deze kaart die in 100 exemplaren is gedrukt heeft tegenwoordig een waarde van minimaal 10.000 gulden. De Hooghe ontving van de vroedschap een vergoeding van f 12,per exemplaar exclusief inlijsten e.d.
Gevel van het woonhuis van Romevn de Hooghe aan de Nieuwe Gracht 13 te Haarlem. De middenpartij versierd met drie rozen uit
het geslachtswapen van De Hooghe. (Foto M.J.C. Otten). akademie, welke overigens niet tot Enkele jaren later kreeg hij opdracht enige bloei kwam. In 1688 ver- de nieuwe Hortus Medicus te ontvaardigde hij de grote stadplatte- werpen, ter hoogte van het huidige grond van Haarlem, omgeven door Kenaupark. Het beeld van Laurens een panoramisch gezicht op de stad Janszoon Coster van Gerrit van 46
Heerstal in de tuin van het Prinsenhof is naar zijn ontwerp vervaardigd. In 1689 werd Romeyn de Hooghe als dank voor zijn propagandische prenten door Willem III benoemd tot directeur van de bergwerken in
Amsterdamse staatsgezinde regenten. Dit leidde tot de zogeheten
"pamflettenstrijd" van 1689-1690,
waarin de kunstenaar in vlugschriften werd beschuldigd van blasfemie en vuilspuiterij en zijn echtgenote zou met Portugeze joden verkeren het Duitse graafschap üngen, wat en een losbandig leven leiden. De aanleiding was voor oprichting van Hooghe werd verweten obscene een steenwerf op het bolwerk aan platen te hebben vervaardigd bij het Spaame (3). Romeyn de Hoog- Aretino's "Dwalende Hoer". De op he is het meest bekend geworden schrift gestelde lasterpraatjes ginals verbeelder van historische en gen zo ver, dat men hem incest met politieke gebeurtenissen in binnen- zijn dochter ten laste legde en hij en buitenland. Deze zijn gemaakt gezegd zou hebben dat Maria Magin een overladen, barokke en thea- dalena als minnares Christus heeft trale stijl met allegorische voorstel- gestreeld en zich aldus niet beperkt lingen; waarbij de historische be- had tot een voetwassing. Romeyn trouwbaarheid minder relevant is. de Hooghe verdedigde zich met Zinnebeeldige prenten waarin men- verve tegen de hem ingebrachte sen of voorwerpen iets symbolise- beschuldigingen. De pogingen om ren zoals vrede, trouw, eenvoud, de etser via een proces te veroorovervloed etc. De moord op de delen en te ruïneren liepen uiteingebroeders De Witt in het Ramp- delijk op niets uit, mede dankzij de jaar (1672), veldtochten en zeesla- hoge beschermers van De Hooggen, spotprenten tegen Lodewijk he. C. van de Haar die een studie XVI en Jacobus O grootste vuur- wijdde aan deze onverkwikkelijke werkfeesten (in Haarlem door hem episode uit de Hooghe's leven konkzelf georganiseerd) en feestelijke ludeerde: Romeyn de Hooghe was ontvangsten met name van Willem zeker geen heilige, maar als hij zo III zijn door hem op het koper ge- slecht was geweest, als de tegenbracht. Voor gebeurtenissen in het standers beweren, zou hij ondanks buitenland maakte hij vaak gebruik alle protectie niet zo'n gezien man van ontwerpen van andere kunste- te Haarlem zijn geweest" (4). Vannaars, welke decoratief zijn geïnter- daag de dag komt men steeds meer preteerd. Hij geldt als een van de tot de overtuiging dat een politieke eerste karikaturisten van betekenis. zaak is gemaskeerd als een zaak Als hof-karikaturist van de stadhou- van godslastering en pornografie. der-koning Willem ffl kwam Romeyn Na korte tijd Commissaris van de de Hooghe in aanvaring met de Kleine Bank van Justitie in Haar47
lem te zijn geweest, is mr. Romeyn de Hooghe in 1695 benoemd tot Leenman van Kennemerland, een funktie die hij met onderbrekingen tot 1703 vervulde. Na de dood van Willem III raakte hij uit de gratie en werd niet officieel herkozen door de Staten van Holland en Westfriesland, ofschoon hij bij absentie baljuw Willem Fabricius nog enkele malen verving. Met de baljuw en zes andere leenmannen hield men zich bezig met hoge of criminele jurisdictie: rechterlijke macht inzake lijfstraffelijke zaken, het maken van keuren e.d. Romeyn de Hooghe illustreerde onder meer een viertal boeken van veelschrijver Lambert van den Bos (5), welke laatste na problemen in Dordrecht tussen 1672 en 1682 in Heemstede woonachtig en werkzaam was als publicist, apotheker en privé-leraar in de klassieke talen. Een van de door De Hooghe gegraveerde portretten stelt mr. Adriaan Pauw voor, Heer van Bennebroek en Schakenbos, president
Den Haag. Van boven zijn spreuk: "Amor Meus Crusifix"; van onderen zijn geslachtswapen. Voorts zijn symbolisch de voorzittershamer en een wetboek afgebeeld. Posthuum vervaardigd is de wellicht nog zeldzamere portretgravure door De Hooghe (1682) van burgemeester mr. Maarten Pauw{1616-1680)uit de Delftse tak. In 1693 ontving Romeyn de Hooghe blijkens een kwitantie f 119,14 voor zijnSjaar eerder gemaakte ontwerptekeningen van de gebrandschilderde ramen in de Kerk van Bennebroek, waarbij aangenomen mag worden dat ambachtsheer Adriaan Pauw opdrachtgever is geweest. De gedreven kunstenaar is op 15 juni 1708 begraven in de Grote of St. Bavokerk te Haarlem. Na in de 18e of 19e eeuw door kunstcritici veelal negatief te zijn beoordeeld, vindt sedert de publikaties van C. Veth (1921) en M.D. Henkei (1924) een algemene herwaardering plaats van zijn werk.
van het Hof van Holland. Een fraaie
en zeldzame gravure in groot-folio, waarvan zich een exemplaar bevindt in het Raadhuis van Bennebroek. Pauw is terhalve zijde afgebeeld, links, staande met staatsiepruik in grote mantel: een rechterstoga en omhangen met de Franse orde van Sint Michaël. Achter hem het beeld van een geblinddoekte Themis, godin van recht en orde; in het verschiet het Buitenhof in 48
Barend van Duyst, schilder en schepen De gronden van de Kerk in het dorpscentrum en naaste omgeving werden gedurende de 17e eeuw nog in leen gehouden van de graven van Holland, de andere percelen aan de oostzijde van de Voorweg zijn na 1620 volgebouwd en behoorden toe aan het Huis te Heemstede. Al deze erven werden
door ambachtsheer Adriaan Pauw succesievelijk in erfpacht gegeven en vervolgens volgebouwd (6). Een van de lenen, tussen Achterweg en Voorweg is verdeeld in acht percelen (A-H). Eén erf (E) was in 1654 in het bezit van Servaes van Panhuys, pensionaris van Schoonhoven, ten behoeve van zijn echtgenote Anna Cornelia Pauw (dochter van de in 1653 overleden Ambachtsheer}. Het echtpaar is op 30 mei 1678 overleden. Nadien is dit pand overgegaan naar een familielid, te weten Catharina van Bronkhorst, Vrouwe van Honkoop, weduwe van Willem Huygens wiens stoffelijk overschot in 1680 in de grafkelder van de Hervormde Kerk in Heemstede is bijgezet. Op een onbekend tijdstip is Barend van Duyst eigenaar geworden, in ieder geval vóór 24 juli 1686. Op die datum is namelijk een hofstede, later geheten "Meer en Dorp" (ter
ker om een handwerksman en dus niet vrije kunstenaar. Hij vervulde incidenteel enkele bestuurlijke funkties in de heerlijkheid Heemstede. In 1682 en 1683 geregistreerd als schepen, later nogmaals in 1693
hoogte van hoek Achterweg en te-
dig eigendom van Pieter de Graeff
genwoordige Laan van Insulinde), alsmede het zogenaamde "Hofje van Panhuys" voor in totaal f 3.825,overgedragen aan de Amsterdam-
(1638-1707), vrijheer van Zuid-Polsbroek in Lopikerwaard. Hij was een zoon van burgemeester Cornelis de Graeff, woonachtig op de Herengracht en stond bij de belastingdienst
se koopman Rogier van Weert. In
en 1694 (8). Op 5 januari 1684 was Van Duyst met een kollegaschepen en schout Johan van Hove ambtelijk betrokken bij de overdracht van "Het Posthuis" aan de Herenweg. Ook binnen de Hervormde (Gereformeerde) Kerk is hij aktief geweest. In 1678, 1679, 1681 en 1681 als diaken en van 1689 tot 1690 als ouderling (9). Barend van Duyst geraakte in goede doen en kon het zich permitteren nog twee percelen in de Camplaan te verwerven. Op de Voorweg woonde hij met echtgenote en zoon Hendrik tegenover de buitenplaats "Valkenburg". Sedert 1675 was deze hofstede ten dele en vanaf 1684 volle-
deze transportakte is ten aanzien geregistreerd als een vermogend van de situering sprake van: "ten ossenweider (10). westen de voorwech ende huysin- Uit zijn in het Amsterdamse Gege of erven van Barent van Duyst meentearchief bewaard gebleven cum sociis" (7). dagboek blijkt Pieter de Graeff beOmtrent deze Barent van Duyst is vriend was met Romeyn de Hoogbekend dat hij een zoon was van he. Ten behoeve van de vensters in Hendrik en van beroep schilder en het kerkje in Zuid-Polsbroek ontglazenmaker. Het gaat hierbij ze- wierp De Hooghe in 1690 de
49
Gezicht vanuit het Kerkplein (thans Wilhelminaplein) omstreeks 1750 op een tekening van Hendrik Spilman. Rechts: koepel, inrijhek en bijgebouw van de hofstede 'Valkenburg". Links: herberg (tevens schoutenhuis) "Het Wapen van Heemstede". Daarnaast de oude Dorpsschool (Voorweg-school). Het derde van de afgebeelde huizen aan de Voorweg wordt in dit artikel beschreven als twistpunt tussen Van Duyst en Romeyn de Hooghe. (Verz. Gemeentearchief Haarlem).
prachtige geschilderde glazen. Deze zijn behalve door de ambachtsheer geschonken door de prins van Oranje, de admiraliteit en de stad Amsterdam. Voordien had Romeyn de Hooghe het ontwerp gemaakt van de gebrandschilderde ramen in de Kerk van Bennebroek. Op 20 oktober 1688 noteerde Pieter de Graeff: ".. 's avonts Sr. Romeyn de Hooge met desselfs Huysvrouw weder nae Haerlem geleydende, syn eerst gereden nae Bennebroeck alwaer gesien de Glaesen die aldaer door sekere Nickels schilder te Haerlem volgens inventie van Sr. Romeyn de Hooge op een nieuwe manier 50
werden beschildert" (11). Ofschoon hierover geen zekerheid bestaat is mogelijk via de eigenaar van buitenplaats "Valkenburg" het eerste kontakt gelegd tussen Barend van Duyst en mr. Romeyn de Hooghe. Processen om een huis Romeyn de Hooghe trachtte zijn status via bezit te verhogen. Drs. Jeanine Otten, die een doctoraalscriptie aan De Hooghe wijdde, ontdekte dat hij reeds in 1675 een leengoed verkreeg bij Borrendam op Schouwen in Zeeland. Uit 14 april 1695 dateert een transportacte van voornoemd leen aan de Voorweg: "Mr. Romeyn de Hoog-
zijn veroordeeld de twee zilveren ducatons (ruim f 6,-) die hij van De van Barend van Duyst" (12). Nog Hooghe voor de leenverheffing verdezelfde dag verwierf Van Duyst kregen had terug te betalen. een nabijgelegen erf "strekkende Uiteindelijk is Romeyn de Hooghe naast een erf bij de Kerk aan de eigenaar gebleven, zodat hij naast zijn grote huis in de stad Haarlem Voorweg" (F). Barend van Duyst heette intussen ook over een optrekje in Heemsteziekelijk en bedlegerig te zijn en zou de beschikte. In 1698 is Barend tussen heldere momenten ijlhoofdig van Duyst overleden en nadien is zijn. Romeyn de Hooghe werd door nogmaals een proces gevoerd door de familie van Van Duyst beschul- de echtgenote en enige zoon. De digd het leen te hebben ontfutseld weduwe Van Duyst met hulp van teneinde zich Leenheer van Ken- advocaat Koene en als tegenpartij nemerland te mogen noemen. Ge- Romeyn de Hooghe, bijgestaan durende vrijwel het gehele jaar is door advocaat Sprong en de beeen proces gevoerd, waarbij uit de kende procureur Melchior van Cleyten dele in het gemeentearchief van nenberg. De familie Van Duyst zou Haarlem bewaard gebleven attesta- thans wel gewonnen hebben, doch ties ten overstaan van notaris Haes- wederom is een regeling getroffen windius blijkt dat in ieder geval ook waarbij Romeyn de Hooghe bezitBarend van Duyst niet helemaal ter bleef. Na het overlijden van De vrijuit ging. Hooghe in 1708 is het pand aan Op het huis aan de Voorweg druk- de Voorweg overgegaan aan zijn te het leenrecht van de Heerlijkheid weduwe Maria Lansman. Deze Heemstede, waarop geen ver- droeg het erf in 1716 over aan ponding behoefde te worden be- zoon Hendrik van Duyst, die eventaald, reden waarom Romeyn de als zijn vader van beroep schilder Hooghe f 500,-in plaats van f200,- en glazenmaker was. diende te betalen. Barend van Duyst Deze zoon is 31 augustus 1683 zou direct na de overdracht gepoogd voor 8 gulden en 8 stuivers ingehebben hetzelfde erf nogmaals maar schreven als lid van het Haarlems dan voor f 750,- te verkopen aan Lucasgilde, van welke organisatie de arts Jacob van Vlakveld, zoon zowel handwerkslieden als kunstevan de Haarlemse medicus en dich- naars lid konden worden (14). ter Johannes van Vlakveid (13). Een In 1712 was hij diaken van de Kerk. vriend van Van Vlakveld vertrouw- Zeven jaar voordien zijn door de de de zaak niet helemaal waarop erfgenamen (weduwe en zoon) twee laatstgenoemde zich terugtrok. Van huizen uit familiebezit in de CampDuyst schijnt door de schepenen te laan verkocht aan Jacobus de Bie, hè, leenman van Kennemerland,
wonende te Haarlem, bij overdracht
51
schepen te Heemstede (15). In 1716 is het huis van zijn vader, dat van 1695 tot dat jaar eigendom was van de familie De HoogheLansman, wederom betrokken door Hendrik van Duyst en zijn echtgenote Trijntje van Aelst. In 1730 is hij gestorven en is zijn dochter Agniesje, gehuwd met Hendrik Outhof, in het familiehuis aan de Voorweg blijven wonen. Reeds in 1716 had Hendrik van Duyst het naburige pand, waar hij vanaf 1695 had gewoond, verkocht aan zekere Jacob van Claveren. Bij gebrek aan een zoon is na ongeveer 45 jaar een eind gekomen aan de naam Van Duyst in Heemstede. Tot op heden is geen familierelatie vastgesteld met Nicolaas en Gommarus Duyst "postmeester van de Haegsche postwagen" die in ongeveer dezelfde periode eigenaar waren van "Het Posthuis".
52
Een schimpdicht pro Van Duyst contra Romeyn de Hooghe Omstreeks 1700 is door een anonieme dichter een 48-regelig vers geschreven ten gunste van de weduwe ("Duifje" genoemd) en haar zoon Hendrik van Duyst tegen Romeyn de Hooghe (als een "Roomse Gier" beschimpt). Het manuscript bevond zich vorige eeuw met enige processtukken omtrent het Heemsteedse leengoed in het bezit van dr. C. Ekama (16). Gesuggereerd wordt dat Romeyn de Hooghe op slinkse wijze de funktie van Leenman van Kennemerland had verworven. Bovendien een leengoed in Heemstede teneinde met de titel van Leenheer te kunnen pronken. Het gedicht is één van de vele aanvallen op Romeyn de Hooghe, over wie Ekama opmerkte: "De man had verbitterde vijanden, maar ook hooge beschermers. Hij is soms scherp aangevallen, maar was voor geen gerucht vervaard".
Vrouw Themis vonnis over de roof van een gier, aangeklaagd door een duyfje, met haar half volwassen jongen Een roomse Gier wicrd laatst in rang van Staat verheeven En door bekuyping selfs een regters plaats (1) gegeven; Maar moest, al eer hij 't regt van sulk' een bank genoot, Een leenveer (2) koopen, die uyt 's Graven huyse sproot. Hij, afgeregt, op pluyme en veders uyt te plukken, Vloog overal, verselt met duysend valse stukken. Siet straks een Doffer, uyt een Duytse (3) rang gedaalt, Die met een Leenveer uyt syne vorsten huyse praalt, Daar hij vernoegende, syn sagte staart mee pronkte. De gier, die veerdig in een diefsen lust ontfonkte, Daalt bij hem neer, en weet, die Duytse doffersoog Met ijd'le hoop op 't goud, ('t geen Midas eer bedroog,) Heel soet, en streelend, door syn woorden te bedriegen. (Onnoosle vogels, die men dus in slaap kan wiegen!) Terwijl de doffer na syn valsche reeden hoort, Pluckt hy syn veder uyt en vliegt er fluks mee voort: Neemt daarop plaats in rang, en naar vrouw Themis regten, Durft hy de schelmerij van anderen beslegten. De dwase doffer, die dees rovery verdroot, Betaalt al guynende dit roofstuck met syn doot. Syn eerste duyfje, met haar halfvolwassen Jongen, (4) Beklagen 't schendig stuk; sy die haar bloed ontfongen Uyt vaders lieve lust besluyten dit geweld Te wreeken door het regt: Dies zig een yder steld En plaatst voor Themis beeld (5), met tranen langs haar veeren, Dat selfs de wreedheyd in haar raserny soud' deeren. Vrouw Themis daagt den Gier, hier op voor 't Godlijk regt, 't Geen roof en moordlust aan een strenge teugel legt; Sy hoort partijen, wat elck ander sal verwijten. De springende exter (6), en de kleine spreeuw (7) die plijten, En dingen voor den Gier; dog siet, een Koene Swaan, Uyt Witten Veders (8) en met yver aangedaan, Verdeedigt Weeuw en Wees, en roep dat sulke stukken, 53
Niet wel gestraft, een staat vervult met ongelukken: Hierop doet Themis regt, en brengt het vonnis voort, Bestraft den Gier, en dreygt den rover met de koord; Last hem, van stonden aan, syn schemstuk te betalen: En doet het Duyfje dus in alles seegenpraalen. De stouten Gier, gaat flauw, bespot en schanig heen, Valt in syn rooflust, en vervloekt dat vorsten leen, En al de meenighte die 't Vonnis hoorde spreeken, Sien, dat den Hemel sig nog aan die Gier wil wreeken;
Sy prysen Themis, en syn moedig op haar hand, Die voor verdrucke soo een suyvre vierschaar spand.
Romeyn die pogte laest met opgeblazen kaaken: Dat Amstels Burgerraad hem tot geen schelm kon maken: (9)
Nu, maekt een Weeuw hem schelm, een wees die maekt hem dief, Die beyde is hy thans, alleenig door 't relief". (1) (2)
Leenman van Kennemerland Het leengoed van de Voorweg in Heemstede.
(3)
Bedoeld wordt wijlen Barend van Duyst.
(4) (5) (6) (7) (8)
Weduwe en zoon Hendrik van Duyst. Voor de schepenbank. Bijnaam van advocaat Sprong. Bijnaam van procureur Van Cleynenbergh. Advocaat Koene stond in familierelatie met het roemrijke geslacht
(9)
De Witt in Den Haag. Gedoeld wordt op de Amsterdamse processen waarin Romeyn de Hooghe verwikkeld is geweest. Hans Krol
Noten (1)
J. Landwehr, Romeyn de Hooghe the etcher, contempory portrayal of Europe 1662 - 1707. Leiden, 1973. Voorts: J. Landwehr, Romeyn de
Hooghe (1645
- 1708)
as Book Illustrator, A Bibliography. Amsterdam,
1790. Uit 1974 dateert het Harvard University proefschrift van W.H. Wilson, The Art of Romeyn de Hooghe: An Atlas of European late Baroque Culture. Informatief over persoon en werk is het speciale Romeyn de Hooghe-nummer van "De Boekenwereld", jrg.5, nr.l, 1988. 54
(2) {3} (4) (5)
(6) (7) (8)
(9) (10) (l 1)
(12) (13)
(14) (15) (16)
F.G. Waller, De familie van den etser Romeyn de Hooghe. In: De Wapenheraut XXIV (1920), p. 213-216. B.C. Sliggers, Romeyn de Hooghe en zijn Haarlemse steenwerf. In Haerlem Jaarboek 1986. 1987, p. 59-64. Van dezelfde acteur een meer uitgebreid artikel in "De Boekenwereld" (1988). C. van den Haar, Romeyn de Hooghe en pamflettenstrijd van de strijd 1689 en 1690. In: Tijdschrift voor Geschiedenis, 1956, p. 155-169, H. Krol, Heemstede als uitwijkplaats van Dordts zwart schaap: Lambertus van den Bos (Sylvius). In: Nieuwsbrief VOHB, nr. 43, 1985, p. 3-12. J.W. Groesbeek, Heemstede in de Historie. 1972, p. 67-68. A. van Damme, De Buitenplaatsen te Heemstede, Berkenrode en Bennebroek 1626-1811. Haarlem, 1903, p. 62. J. Ruys, Heemstede: namen der Heeren en Vrouwen (1298 - 1902) en van de leden der regeering tot 1795. In De Wapenheraut, 1915, p. 397-398. E. Sneller, Van achter de Blaeuwen Engel; Hervormd Heemstede in de zeventiende eeuw. 1987, p. 130. Joh. E. Elias, De vroedschap van Amsterdam 1578 -1795. 2 delen. Uitgave Haarlem 1903 - 1905. Deel l p. 422. J. Otten, Een kerkglas ontworpen door Romeyn de Hooghe in de Oostzijderkerk te Zaandam. In: Bulletin van de Stichting Oud Hollandse Kerken, 37,1993, p. 16-24. Zie ook: M. Verkaik, Gebrandschilderd glas in kerkramen. In: Nieuwsbrief VOHB, 65, augustus 1990, p. 27-32. Met Nickels wordt de Haarlemse kunst- en glasschilder Johan van Nickelen, lid van de Sint Lukasgilde, bedoeld. M. Verkaik veronderstelt dat met een nieuwe manier van beschildering er op zou kunnen wijze dat hij emailverven heeft gebruikt. "Het inbranden hiervan was in de 17e eeuw steeds meer gebruikelijk geworden". Gemeentearchief Heemstede. Van Doominck, inv.nr. 468. Zie ook: N.L. van Dinther, Repertorium op de lenen van de Hofstad te Heemstede. In: Ons Voorgeslacht, 1977, p. 471-479. H. Krol, Van Vlakveld-Lefebvre in plaats van Vondel-Padbrué; verslag van een onderzoek in de Heemsteedse bibliotheek. In: Literatuur, jrg. 5,88/6, p. 348-352. Archiefbescheiden van het St.Lukasgilde te Haarlem 1497-1798; uitg. door H. Miedema. Deel 2, p.703 en 944. Akte in Rijksarchief Noord-Holland te Haarlem. De overdracht vond plaats via notaris Ter Hoffsteede in Bloemendaal. Voordien in bezit van stadshistorieschrijver en verzamelaar G.W. van Oosten de Bruyn. Door dr. Ekama nagelaten aan het Gemeentearchief-Haarlem. Hij publiceerde het schimpdicht op Romeyn de Hooghe in: De Oude Tijd, 1871, p. 72-74. Overgenomen in: Nederlandse Historieën, 21 (1987), p. 237239.
55
De kleerblekerij van Van den Berg In 1990 vierde het autobedrijf "van Schagen van 1890" aan het Wilheïminaplein zijn 100 jarig bestaan. De heer Cees Peper dook met dhr. J.C.M, van Schagen in de historie, hetgeen leidde tot een publicatie in de Nieuwsbrief no. 64 van mei
1990. Jacobus Comelis van Schagen, de grondlegger van het bedrijf, huurde in 1890 het koetshuis, de stallen en de afzonderlijke horende bij het logement "Het wapen van Heemstede" en begon hier zijn stalhouderijvrachtrijdersbedrijf. De van Schagens waren van oorsprong landbouwers. In 1889 was de zuster van Jacob Cornelis, Maria van Schagen,
oudste dochter van Cornelis van Schagen en Catharina Sintenie in het huwelijk getreden met Theodorus Gerardus Johannes van Stave^ ren, een uit Haarlem afkomstige melkverkoper. In 1890 kochten zij van de erven van Pieter Vester en Ida Huijg een huis met grond aan de Camplaan, waar zij hun melkbedrijf vestigden, dat in 1968 werd overgenomen door Coby en Wim van der Peet. Jacobus Cornelis van Schagen en zijn zuster Maria waren niet de eersten van Schagens die van de oude buitenplaats Oosterduin in Overveen naar Heemstede kwamen. Vijftig jaar en één generatie eerder,
56
op 17 november 1847, trouwde Matje van Schagen, dochter van Jacob van Schagen en Maria Brou-
wer, met de Heemsteeds kleerbleker Jan van den Berg. Matje van Schagen was geboren op de boerderij in de Vogelenzang, op de plek waar nu aan de Vogelenzangse weg nr 240 nog een boerderij staat met de daarvóór gelegen boomgaard. In 1834 is zij mee verhuisd naar de boerderij "Spiegelenburg" die deel uitmaakte van de buitenplaats Oosterduin en was gelegen aan de Oosterduinweg in Aerdenhout, ongeveer aan het begin van de huidige Clematislaan. Jan van den Berg was met zijn tweelingzuster Petronella Wilhelmina en zijn jongere broer Hendrik de derde generatie van de kleerblekersfamilie van den Berg aan de Heeren Zandvaart te
Heemstede. De kleerblekerij van van den Berg,
1767-1859. In het begin van de 19e eeuw waren de lijnwaad- of linnenblekerijen geheel verdwenen. In 1830 waren er in Heemstede dertigtal kleerble-
kerijen, in 1854 nog 24. De blekerijen geconcentreerd aan de Heeren Zandvaart, een deel van de "wassen" kwam uit Amsterdam en werd door de "kleerschipper" per boot aangevoerd, tengevolge van
de droogmaking van het Haarlemmermeer ging de kwaliteit van het water achteruit, de duurte van de levensmiddelen had een ongunstig effect op de bedrijfsresultaten, gezien het feit dat practisch het hele personeel, de "kleerblekersknechten" en de "kleerblekersmeiden", vaak afkomstig uit Brabant en Limburg, inwonend was. Alleen die wasserijen die konden overgaan op stoom en electriciteit wisten zich tot in deze eeuw te handhaven.
Jan van den Berg, kleerbleker te Heemstede 1767 -1804. Jan van den Berg kwam uit Haarlem. Op 6 mei 1767 werd hij eigenaar van een kleerblekerij met huis, spoel, wringblok en bijbehorende bleekvelden aan de Nieuwe Heerenlaan te Heemstede. De naam Heerenlaan en Heeren Zandvaart is ontleend aan de Heer van Heemstede, Adriaan Pauw die laan en vaart liet aanleggen in het kader van de zandwinning uit het duin. Jan van den Berg was getrouwd met Marijtje Thijsen. Bij haar overlijden in 1774 had hij twee doch-
C/1
n s* o c
o fD
O.A.T. Heemstede, sectie B 2 286
moestuin
287 bleekveld 288 bleekveld
+ minuutplan
7? (D ff
277
moestuin
-d
278
weiland
o M
a
289 bleekveld 290 huis + erf
57
ters, Marijtje van 10 jaar, en Francijntje van 8. Marijtje is ongehuwd en minderjarig overleden. Francijntje trouwde in 1792 met Cornelis van der Weiden, die weduwnaar was van Antje Kroon. Jan van den Berg is in 1775 hertrouwd met Willemijntje Muijters, die in Nederweert in Limburg was geboren. In 1801 kocht hij op een rechtelijke verkoop in "Het Wapen van Heemstede" een kleerblekerij met huis, schuur en twee bleekvelden benevens een moestuin, een boomgaard en nog een stukje teelland. Dit perceel lag aan de bij de bouw van het centrumplan gedempte zijtak van de Zandvaart, die tot achter het Raadhuis van de schilder/glazenmaker Wolbers, waar thans het makelaarsbedrijf van mevr. van der Putten is gevestigd. De opstallen van de oude blekerij werden verkocht aan Hermanus Wolbers en van de bleekvelden werd bij de nieuwe kleerblekerij getrokken. Een en ander als weergegeven op de kadasterkaart uit 1820.
mijntje Muijters is 86 jaar oud geworden. Op 25 maart 1835 is zij te Haarlem bij haar dochter Helena van den Berg, de echtgenote van Jan Volders, een tapper in de Grote Houtstraat, overleden. Haar andere dochter, Maria, die met de kleerbleker Jan Lammers Brans getrouwd was, was al overleden.
Willemijntje Muiters, kleerbleekster, 1804 -1835.
Wilhelmina Vulders, kleerbleekster, 1840-1850.
Jan van den Berg is eind december 1804 te Heemstede overleden. Het bedrijf werd voortgezet door zijn weduwe, Willemijntje Muijters, daarbij geassisteerd door haar zoon, Gijsbert van den Berg, die op 20 februari 1782 in de R.K. Statie Berkenrode was gedoopt. Wille-
Wilhelmina Vulders was eigenares
58
Gijsbert van den Berg, kleerble-
ker, 1835-1840. Na het overlijden van zijn moeder kreeg Gijsbert van den Berg de blekerij op naam. Hij was op 8 augustus 1819 getrouwd met de 33 jarige dienstbode uit Heemstede, Wilhelmina Vulders. Zij hadden drie kinderen. Op 21 mei 1820 werden Jan van den Berg, en zijn tweelingzuster Petronella Maria geboren, twee jaar later op 3 februari 1822 een tweede zoon, die Hendrik werd genoemd. Gijsbert van den Berg is 25 januari 1840 op 58 jarige leeftijd te Heemstede overleden.
van de kleerblekerij. Zij kreeg assistentie van haar zoon Jan, die inmiddels bijna 20 jaar was en aan zijn militaire dienstplicht had voldaan door het aanstellen van een plaatsvervanger. In 1846 werd de eerste steen gelegd voor een nieuw
woonhuis op het terrein van de
noemd de mr. timmerman te Haar-
blekerij,
lem Jan van der Weiden. Hendrik van den Berg is op l october 1889 67 jaar oud, in het gesticht Meerenberg te Santpoort overleden.
"J. v.d. Berg 1846"
Deze betrekkelijk kleine steen is nog aanwezig onder de raampartij van het pand Kerklaan 7. In dit huis kwam Jan van den Berg te wonen na zijn huwelijk met Matje van Schagen. Zij kregen er zes kinderen, waarvan er twee kort na elkaar jong zijn overleden. Moeder Wilhelmina Vulders die met haar dochter Petronella en de "inwonende kleerblekersmeiden" in het oude kleerblekershuis was blijven wonen, is hier op 26 november 1850 overleden.
Inboedel Krachtens het testament van hun moeder werden Petronella en Hendrik de eigenaars van het nieuwe woonhuis. De juwelen waren bestemd voor de dochters, voor Jan van den Berg waren het tentwagentje en de mahoniehouten secrétaire van zijn vader beschreven. De kleerblekerij, met huis, stallen, droogloodsen, spoel en verdere gebouwen, alsmede de bleekvelden, het teelland, weiland en de moes-
Jan van den Berg, kleerbleker, 1850-1859. Na het overlijden van Wilhelmina
Vulders werd haar zoon Hendrik ondercuratelegesteld wegens krankzinnigheid- Als curator werd be-
Kerklaan 70 59
tuin kwamen, mét de gereedschap-
pen, paarden, wagens en rijtuigen tegen taxatieprijs op naam van Jan van den Berg. Uiteraard was er sprake van een forse overbedeling. Jan van den Berg tekende de schuldbekentenis ten behoeve van zijn zuster en broer voor f. 10.619,-. onder hypothecair verband van het bedrijf.
Veiling In het jaar 1858 waren er toenemende financiële problemen. De schuldeisers drongen aan en om beslag te voorkomen hebben Petronella van den Berg en Jan van der Weiden als curator van Hendrik van den Berg, via de deurwaarder aan Jan van den Berg, betekend dat zij gebruik maakten van hun recht, bij in gebreke blijven van betaling aan rente en aflossing het bedrijf publiek te verkopen. De vei-
ling vond plaats op 19 januari 1859 in de herberg van Frans Nieuwen*hof, genaamd "Landzigt", bij de Koediefslaan. De kleerblekerij met toebehoren en de landerijen achter de kleerblekerij werden voor f. 11.425,-.gekochtdoorJanPeeperkorn, ten behoeve van diens zoon Hendrik Peeperkorn, kleerbleker aan de Glip. Het woonhuis, dat immers op naam stond van Petronella en Hendrik, bleef buiten de verkoop. Wel was onder de veilingvoorwaarden de clausule opgenomen dat de deur in de poort van de blekerij moest worden dichtge-
60
metseld. Matje van Schagen nam, met haar vier kinderen, de oudste 10, de jongste 3 jaar oud, en haar schoonzuster Petronella voorlopig haar intrek bij haar vader Jacob van Schagen op de boerderij Spiegelenburg. Later verhuisde zij naar de Ramplaan te Overveen, waar Matje van Schagen op 22 november 1843, 40 jaar oud, is overleden. Petronella van den Berg nam verder de zorg over de vier kinderen op zich. Zij is op 14 april 1879 overleden en op het R.K. kerkhof te Overveen begraven. Jan van den Berg was niet alleen zakelijk, maar ook in zijn persoonlijk leven failliet. Hij had als vrijwilliger dienst genomen bij het depot koloniale troepen te Harderwijk. Op l november 1850 werd zijn stoffelijk overschot gevonden in het water van de Achter Nieuwe Gracht te Haarlem. Het huis aan de Kerklaan stond nog tot 1869 op naam van Petronella van den Berg en haar broer Hendrik. In dat jaar werd het verkocht aan de landbouwster Gerarda van der Hulst, weduwe van Theodorus Steenvoorden. De kleerblekerij, met de daaraan verbonden firma van de "Weduwe Faas en Zoon" werd in 1874 door Hendrik Peeperkorn overgedaan aan de kleerbleekster Anna Brinkman, de weduwe van Jacobus Veld.
Bij de recente sloop van de oude
bronnen:
opstallen achter de Kerklaan kwam een eerste steen tevoorschijn uit 1828, met de naam J. v.d. Berg, en daaronder de initialen P.W.v.d.B. en H.v.d.B. Jan van den Berg, zijn tweelingzuster Petronella Wilhelmina en hun broer Hendrik. Deze steen werd door de aannemer
RANHORA Heemstede, transport/hypotheekregisters. DTB Heemstede, dooptrouw- en begraafboeken. ONA en NNA Heemstede, geboorte-, huwelijks- en overlijdensregister Heemstede. overlijdensregister Bloemendaal. Gem. Archief Bloemendaal, bevolkingsregister. Gem. Archief Heemstede, bevolkingsregister. Mr. J.W. Groesbeek, Heemstede in de historie. C. Peper, "100 jaar van Schagen van 1890", Nieuwsbrief VOHB, no 64, mei 1990.
C. Peper, "Van blekerij tot wasseW.v.d. Berg, {zelfde naam, geen familie) in het herbouwde pand ingemetseld, als stille getuige van glorie en ondergang van een blekersfamilie en als een aanwinst in de categorie "eerste stenen" in Heemstede en Bennebroek."
rij", Nieuwsbrief VÖHB, no 68, mei 1991. Foto's gedenkstenen: Vincent Martin.
J.W.G. van Doom
Tegeltableau Peeperkorn gered. Blekersvaartweg 44 is gesloopt. Menigeen zal zich het pand, dat een onderdeel vormde van de wasserij Peeperkorn, herinneren. Rechts naast het vroegere woonhuis van de familie stond een voor-
uitspringend gebouwtje met een opvallende, gewelfde gevel, dat toegang gaf tot het bedrijf er achter. Op de "eerste" steen stond het jaar, waarin de bouw begon: 1912. Vergissen kon je je niet, want een 61
machtig tegeltableau boven de ingang gaf aan, dat je op het goede adres was. "Stoomwasscherij van J. Peeperkom & Zn." stond er op in een forse, steenrode letter op een zachtgele ondergrond. Maar al
Uit contacten met de gemeente Heemstede bleek, dat daar ook belangstelling voor behoud van het tableau bestond. In het vorige najaar liet de eigenaar ons weten, dat sloop niet lang meer op zich zou laten wachten. Hij gaf ons de vrije hand het tableau er uit te halen. De vraag voor het bestuur was "alleen" nog even hoe je zoiets
netjes doet. Het doel is tenslotte de
foto: Vic Klep
tegels er heelhuids uit te krijgen, zodat ze elders een volgend leven kunnen gaan leiden. De gedachte van het VOHB-bestuur, gesteund door het gemeentebestuur, was namelijk om het tableau op een plek in de nabijheid van de Blekersvaart zodanig te installeren, dat de herinnering aan de verdwenen blekerijen levend wordt gehouden.
heel wat jaren geleden kwamen er een eind aan dit wasserijbedrijf, zoals met bijna alle andere Heemsteedse bedrijven in die branche. Het was dus te verwachten, dat het pand geen grootse toekomst tegemoet zou gaan. Daarom was de aandacht van het bestuur van de Vereniging al in een vroeg stadium gericht op het behoud van het tegeltableau, en wel om twee redenen. Ten eerste omdat het een vrijwel laatste aandenken vormde aan de voor Heemstede belangrijke blekersindustrie. Maar ook omdat het afkomstig was uit de beroemde plateelfabriek Rozenburg in Den Haag.
Gelukkig zijn er in Nederland bedrijven, die zeer behendig blijken te zijn in een perfecte verwijdering van zo'n tableau; wij hadden een goed contact met de firma Testa Antiqua in Rockanje, die het werk vakkundig uitvoerde. De volgende vraag die opgelost moest worden was de financiering, niet alleen van het weghalen van de tegels, maar - vooral - van een herplaatsing. Het VOHB-bestuur besloot al in een vroeg stadium f. 3.000,- uit het Restauratiefonds beschikbaar te stellen; de gemeente was bereid het project verder voor haar rekening te nemen. Inmiddels -half januari- was de sloop van het
Tegeltableau voormalige wasserij Peeperkom aan de Blekersvaart.
62
pand urgent geworden. Op het omliggende terrein werden namelijk minder gewenste initiatieven, zoals brandstichting, ontplooid en de omwonenden hadden het daar niet erg op begrepen. Op maandag 24 januari begon de verwijdering van de tegels. Staande op een stevige stelling voor de gevel, zaagden twee mannen -vader en zoon- met een diamantcircelzaag de tegels stuk voor stuk en rij voor rij los van de ondergrond. Voordien hadden zij deze secuur genummerd, zodat het geheel te zijner tijd zonder al te veel uitzoekerij weer in elkaar gezet kan wor-
den. Vier dagen later was het karwei geklaard en konden de tegels in 20 kratjes veilig worden opgeslagen tot het moment, waarop ze naar hun nieuwe bestemming worden gebracht. De verdere realisatie van het project is nu primair in handen van de gemeente Heemstede. Uiteraard blijft de Vereniging attent om haar inbreng hierbij te leveren. Maar we zijn alvast tevreden, dat de eerste fase -het behoud van het tegeltableau- goed verlopen is. Wij houden u op de hoogte van de voortgang. Frans Harm
Openbaar kunstbezit in oud en jong Heemstede-Bennebroek Dinsdag 15 februari j.l. hield de heer Willem Snitker, bekend Heemsteeds kunstenaar, aan de hand van dia's een lezing met als thema "het beeld van onze omgeving" in het Oude Slot te Heemstede. Zijn rondleiding startte bij het station Heemstede-Aerdenhout. Opvallend zijn daar de skeletvormig, blauwkleurige segmenten. Via de Zandvoortselaan richting Heemstede. Aan de linkerzijde viel hem het felgele aan Vincent van Gogh denkend geveltje op. Overigens niet Heemsteeds kunstbezit maar creativiteit van de eigenaar! Hij voerde ons geheel op een ludieke, speelse
wijze en attendeerde ons op het wel en wee van de beeldende kunst in Heemstede en Bennebroek. Zo stond hij stil bij de wandschilderingen in het postkantoor van Jan Meijer, die op dat moment van Valentijnsdag verdwenen waren achter een sluier van roze harten, hoe is het mogelijk! Op de Binnenweg een prachtig beeldje van Jos Wong geheel ontsiert door een knoop in de lantaarnpaal. Kunst met een grote "K"? De dorpspomp noemde hij straatvervuiling evenals de paaltjes en de omhoogstekende betonblokken op de middenberm. Aangezichtspijn 63
geeft ook "het clowntje" voor Bart Smit. De mooie, maar onkuise Aphrodite verhuisde van Bosbeek naar de tuinen van het Raadhuis. Via het Verzetsbeeld van Marie Andriessen leidde hij ons naar de openbare begraafplaats, waar een serene stilte heerste rondom de gesluierde obelisk uit 1881: tijdloos, treurig en schoon. Na de pauze vervolgde hij zijn causerie en leidde hij ons naar de openbare bibliotheek in Bennebroek, waarvoor een prachtige tijdloos beeldje staat van Eric Claus uit 1990. We werden geattendeerd op het bezoek van koningin Wilhelmina met een herdenkingssteen in de greppel. Een koninklijke voetverstuiking!
In een rustieke wijk van Bennebroek is de "troonswisseling" te zien gemaakt door Wim Jonker. Een vorstelijke aanblik. Bij de "jonge geleerde man " staat nog een mooi beeldje op de hoek en draaien we wederom richting Heemstede belanden we bij het "zwemparadijs" Groenendaal. Voor de ingang staat een pronkstuk van de kunstenaar zelf aangeboden aan de gemeente Heemstede. In een nutshell nam hij ons mee, liet ons bewonderen en verwonderen en we raden u zeker aan met de geplande bustocht zaterdag 7 mei a.s. mee te gaan. U ziet dan nog meer verrassingen dan we beschreven hebben. Twee toehoorders
Excursie Kröller - Muller Museum en Park Op Zaterdag 27 augustus a.s. organiseert de V.O.H.B. een bustocht
naar het Kröller-Müller Museum op de Hoge Veluwe. Daar zullen wij een diapresentatie krijgen; het museum en de beeldentuin bezoeken, alles onder deskundige leiding. De kosten bedragen f. 50,- per persoon, dit betreft vervoer per bus - entree - koffie en lunch. 64
Vertrek: Raadhuis te Heemstede om 9 uur precies, we zijn weer terug om ca. 17.30 uur. Ook dit wordt weer een leuke excursie, georganiseerd door onze vereniging. Voorde wandeling door
tuin en park dient U echter wel goed ter been te zijn. U kunt zich telefonisch aanmelden tot half Juli bij Mevr. L.M. 't Hooft tel. 023 - 29 26 31, na die tijd bij
Mevr. H. Nierhoff tel. 02502 48014 waarna U het bedrag van f. 50,- z.s.m. over dient te maken
op girorekening nr. 273506 t.n.v. de Penningmeester van de V.O.H.B.
Salomo's oordeel in Bennebroek Wat is het toch jammer, dat het Huis te Bennebroek aan de Binnenweg indertijd moest worden afgebroken. Die opmerking horen
we nog wel eens. Inderdaad is het dat heel jammer. Ofschoon niet door iedereen bewonderd, was het huis, zoals het in de jaren 1860 1864 door de Haagse architect Eli Saraber werd verbouwd, beter gezegd nog: opnieuw werd opgetrok-
ken en ingericht, een bijzonder huis. Het huis vertoonde omstreeks 1970 echter zoveel gebreken, was in zo slechte staat, dat tot afbraak moest worden besloten. De Oranjerie, tevens poortgebouw, werd om dezelfde reden reeds in 1952 afgebroken. Enkele bijgebouwen konden wel worden gespaard en verder ook onderdelen van het interieur. Over een klein, betrekkelijk simpel onderdeel, namelijk een haardplaat, hieronder enkele bijzonderheden. De bedoelde (gietijzeren) haardplaat is min of meer bij toeval te voorschijn gekomen. In 1911 werden rondom het huis graafwerkzaamheden verricht. De tuin werd in die tijd, naar een ontwerp van de bekende tuinarchitect L.A. Springer, gewijzigd en verfraaid (een ontwerptekening van een bloemparterre is bewaard gebleven). Bij die werkzaamheden is de haardplaat, vuil en beschadigd, opgegraven. Gelukkig hadden de mensen, die daarmee bezig waren, voldoende kennis van zaken en gevoel voor antieke voorwerpen. De plaat werd namelijk schoongemaakt en opgeknapt en kreeg daarna een plaats 65
te vergeten illustraties uit de vaderlandse en bijbelse geschiedenis. De de verhuizing in 1972 naar het nieu- laatste wellicht nog het meest. In we Raadhuis aan de Bennebroe- die eeuwen waren Bijbelse voorkerlaan werd de oude haardplaat stellingen in huis heel gebruikelijk. niet vergeten. Die verhuisde mee Op de haardplaat, die we nu in het Raadhuis van Bennebroek kunnen en heeft thans een goede plaats. zien, is naar het mij voor komt, Er kan worden aangenomen, dat Salomo's rechtspraak of, anders de plaat uit het huis verwijderd is bij gezegd, Salomo's oordeel afgede verbouwing in 1860 - 1864. beeld. Hoe lang ze in het oude huis als haardplaat heeft dienst gedaan, is Het is zeer de moeite waard, dat dit niet bekend. Wel weten we, dat eeuwen oude interieurstuk uit het reeds vanaf de Middeleeuwen der- vroegere Huis te Bennebroek, zij gelijke platen de binnenwand van het iets beschadigd, bewaard is gede schouw tegen roet en gloed be- bleven. We mogen er van uitgaan, schermde. In de 17e en 18e eeuw dat de plaat niet meer, zoals meer werden ze vooral in het Rijnland dan een eeuw geleden, als afval zal gemaakt. De versiering betrof alle- worden weg gedaan. gorische voorstellingen, episodes M. Verkaik van krijg- of zeegevechten en niet
in het vroegere Raadhuis van Ben-
nebroek aan de Rijksstraatweg. Bij
Recente aanwinsten verenigingsarchief - Wasserij Van Houten: oude filmopnamen overgebracht op video. - "Biblia" Statenvertaling. Dordrecht, Keur; Amsterdam, wed. G. de Groot, 1706. Op voorplaat: "Heer van Heemstede" + geslachtswapen. (aankoop). - Adriaen Pauw, Verscheyde stucken, raeckende de Vredehandelingen noyt voor dezen gedrukt. Amsterdam, Johannes van der Ast, 1647. Pamflet Knuttel 5478. (aankoop). - Linoleumsnede molen "De Nachtegaal" van F.A. van Emmerik. Schenking C. Kuyk, Heemstede. - Vijftien cartoon-tekeningen van Paul Koning, (aankoop). - W., Uit mijn bloemhof. Uitgegeven ten voordeele van de Christelijke School te Heemstede. Arnhem, H.N. Breijer, 1888. (aankoop). - Foto's wasserij Rhee, geschonken voor mevrouw A.J. Rhee-Hooijmans. 66
- Debiteurenboek 1868 -1881 (1903) van C.J. Prins. Schenking door C. Prins uit nalatenschap van J.A.M. Prins, J.v.d. Bergstraat 60. - Gedenkpenning ter nagedachtenis van de Weleerw. Heer H. Corns. Leenders, R.C. Pastoor te Berkenrode, overleden 1-4-1828. Achterzijde: Gedenkt uwe Leidsmannen. Aan Jan v.d. Weijden Lz. Schenking. - Materiaal Tweede Wereldoorlog, o.a. exemplaren Katinpers. Schenking J.G.M. Gozeling. - Tegeltje: wachtlopen 1943. Afkomstig van mevrouw Fidom, geschonken door de heer Rijnsburger. - Lucifersdoosje Sigarenmagazijn "De IJzeren Brug" van G.J. de Ruiter, Raadhuisstraat 98. - Asbak Heemstede - Puttershoek; stormramp 1955. Schenking K. de Raadt. Schenkingen blijven welkom. Het VOHB-archief is op afspraak te raadplegen in de Gemeentelijke Openbare Bibliotheek Heemstede, Julianaplein l.
Help het historisch museum ZuidKennemerland Medio april gaan op Groot Heiligland 47 te Haarlem de deuren open van het Historisch Museum ZuidKennemerland. Dit museum is de voortzetting van het Historisch Informatie Centrum, dat de afgelopen drie jaar diverse tentoonstellingen met succes heeft georganiseerd (in totaal trokken de tentoonstellingen maar liefst 44.000 bezoekers).
De ruimte die het gemeentebestuur nu ter beschikking stelt is 2,5 maal zo groot als de oude ruimte. Dit betekent dat er in de toekomst ook plaats is voor een permanente ex-
positie. Deze zal onder meer bestaan uit een audiovisuele presentatie en een maquette van Haarlem. De Stichting Historisch Museum Zuid-Kennemerland staat nu voor de opgave voldoende financiële middelen bijeen te garen voor de inrichting en aankleding van het museum, alsmede voor de exploitatie. Uiteraard heeft de stichting een beroep gedaan op overheden, fondsen en bedrijfsleven. Maar ook u kunt uw steentje bijdragen aan een kwalitatief hoogwaardige expositie van het cultuur-historisch erfgoed van Haarlem en omstreken. 67
De bekende graveur Jan Nijhuis heeft een staalgravure gemaakt van het Spaame ter hoogte van de Bakenessergracht. Deze gravure verschijnt in een beperkte oplage, gedrukt op de handpers van de graveur. Elk exemplaar is gesigneerd en genummerd en voorzien van een echtheidscertificaat. De origi-
nele plaat wordt vernietigd zodat blijvende exclusiviteit is gegarandeerd. Wanneer u een financiële bijdrage van f. 200,- (meer mag ook) schenkt, ontvangt u als dank hiervoor deze fraaie gravure. De oplage bedraagt slechts 500 stuks. Inschrijving via het museum.
Nieuwe leden vanaf 5-10-1993 tot 6-4-1994 HEEMSTEDE M. Th. Klaver M.N. Kuijer D. Mulder - Goodijk A. Vink - Hesselink Th. Westen M. van Bommel N.H. van den Broek - Laman Trip J.F. Kerkhoff A.C. Roozekrans P. Graaff J. Kok A.C.A. ter Wolbeek J.M. Luijken - Zijlstra
68
BENNEBROEK G. Aaiders - Don G.A. Vernooij - v.d. Brink C. de Bres - v.d. Rotte E. Hamerslag A. van de Ridder D. Bakker E.M. Gladon P.W. Mollema S. Tempelman M. van Broekhoven-vande Hoeven W.A. Windig WOENSDRECHT M. Bakker
Oud-tteemtetk-'iïennebroeti
21e jaargang No. 81 Augustus 1994
Bestuur:
G.J.
Schuitemaker, voorzitter
2105 VA HEEMSTEDE
Mevr. L.M.' t Hooft-van der Linden, Wilhelminaplein l, 2103 GS HEEMSTEDE
tel. 023-288916
tel. 023-292631
A.J. Olthaar, secretaris Clipper Dreef 82, 2104 WL HEEMSTEDE tel. 023-292824
J.L.P.M. Krol, archivaris Joh. Verhulstlaan 26, 2102 XT HEEMSTEDE tel. 023-282977
Mr. F. Th. Harm, 2e secretaris A. Pauwlaan 7, 2101 AH HEEMSTEDE tel. 280740
Mevr. H. Nierhoff-Bax Lage Duin 2, 2121 CG BENNEBROEK tel. 02502-48014
K. de Raadt, penningmeester Kerklaan 49 b, 2101 HL HEEMSTEDE tel. 023-280641
Redactie:
C.J.H.M. van Gasteren, ledenadm.
Redactie-adres: Meerweg 6 2103VC Heemstede
IJssellaan 7,
Meer en Boslaan 8 2103 VP HEEMSTEDE tel. 023-292231
H. Krol C. Peper (eindredactie)
Het lidmaatschap wordt jaarlijks automatisch verlengd, behoudens schriftelijke opzegging via de ledenadministratie
Contributie minimaal ƒ. 17,50 Giro 27.35.06 t.n.v. de Penningmeester v.d. Vereniging Oud-Heemstede Bennebroek te Heemstede.
Inhoud
pag.
Inhoud
69
Redactioneel
70
Verslag algemene ledenvergadering
71
Bezoek aan huis Gunterstein te Breukelen
73
Bennebroek in de oorlogsjaren
74
Zendingsfeesten op buitenplaatsen in Zuid-Kennemerland
76
Jongere rijksmonumenten in Heemstede
88
Heemstede's Belang 75 jaar
94
Heemsteedse vrouwen als kerels anno 1892; een ooggetuigeverslag
96
De broodbakkerij van Tibboel
98
Spaame-video, sleutelfigurenonderzoek en een klaagmuur
104
Open Monumentendag 1994
107
Herinnering contributie 1994
108
69
Redactioneel In het standaardwerk 'De Volksvermaken'{1870) schreef Jan ter Gouw: "Met stoomreizen, zomertheaters en kongressen heb ik tevens de liefste volksvermaken van onze tijd genoemd. Voeg er, zoo gij wilt de zendingsfeesten bij, die zijn uitgevonden om aan brave lieden een stichtelijken zomerschen dag te verschaffen". In deze aflevering het verslag van een onderzoek naar de in deze kontreien gehouden zendingsfeesten, die voor die tijd ongekend grote aantallen bezoekers op de been brachten; zo'n 1012.0000. Van geheel dorpse aard is het artikel over de broodbakkerij Tibboel
numenten in de gemeente Heemstede. Door de toevoeging van de zogenaamde "aandachtslijsf'is het mogelijk op al deze monumenten een blik te werpen. Via de pers heeft de Vereniging Oud-Heemstede-Bennebroek met genoegen vernomen dat de gemeente Heemstede 28.000 gulden beschikbaar stelt voor de restauratie van een 180-tal kaarten en tekeningen uit het gemeentearchief. Ter
aan het Wilhelminaplein, waar in
de kaarten uit het voormalige Heerlijkheidsarchief. De VOHB stelt het
de periode 1810-1920 vier generaties het verse brood bakten. Ook het gezinsleven van de Tibboels, met veel lief en leed, komt gedetailleerd aan de orde. Een interessant overzicht wordt
gegeven over de beschermde mo-
70
voorkoming van misverstanden
wordt nabedrukt dat een opmerking in het jaarverslag 1993 van de VOHB naar aanleiding van de voordracht van drs. P. van den Brink betrekking had op de materiële toestand, opberging en ontsluiting van
bijzonder op prijs dat met het oog op de toekomst dit deel van het verleden de aandacht krijgt die het verdient.
Hans Krol Cees Peper
Verslag algemene ledenvergadering van 17 mei 1994 1. Voorzitter G. Schuitemaker heet „ de aanwezigen hartelijk welkom in de Pauwehof te Heemstede. De vergadering werd redelijk bezocht. Enkele leden hebben bericht van verhindering gestuurd: onder hen zijn de bestuursleden mevrouw 't Hooft en mevrouw Nierhoff alsmede de heer Harm. De voorzitter wijst er op dat voor de dagtocht naar het Kröller-Müller Museum op zaterdag 27 augustus a.s nog 8 plaatsen open zijn. Verder roept de voorzitter vrijwilligers op voor een aantal activiteiten. 2. Het verslag van de Jaarvergade-
ring van 18 mei 1993 wordt ongewijzigd vastgesteld. Dit verslag geeft geen aanleiding tot het stellen van vragen. Het Jaar-
verslag 1993 van de VOHB wordt eveneens ongewijzigd vastgesteld. Gevraagd wordt naar de situatie van het gemeentearchief naar aanleiding van de lezing van de heer P. v.d. Brink op de premie-avond in november 1993. Dit zal in een komend gesprek met B & W worden aangekaart. Geadviseerd wordt
hierover eerst met de betrokken archivarissen contact op te ne-
men, voordat dit naar buiten wordt gebracht. Het Bestuur zal
dit advies ter harte nemen. Naar aanleiding van het Jaarverslag van de Commissie Karakterbehoud wordt gevraagd of de VOHB nog vertegenwoordigd is in de Commissie Welstand en Monumenten. Meegedeeld wordt dat dit geen betrekking had op het afgelopen jaar, maar begin 1994 is de vertegenwoordiger van VOHB niet meer herbenoemd. De heer Klep vraagt waarom de gevelstenen aan het Nicolaas Beetsplein niet zijn gerestaureerd. Meegedeeld wordt dat dit vanwege de kosten niet uitvoerbaar bleek. De heer Klep overhandigt schriftelijk een aantal vragen met betrekking tot Karakterbehoud.
3. De Jaarcijfers 1993 en Begroting 1994, die door de penningmeester van een duidelijke toelichting zijn voorzien, geven geen
aanleiding tot het stellen van vragen. De vergadering keurt de begroting 1994 goed. 4. De Kascommissie, bestaande uit mevrouw M.H.G. Clement en de heer H. Huijser, heeft de boeken gecontroleerd en in orde bevonden. Het jaar 1993 wordt
afgesloten met een negatief saldo, hetgeen nog niet verontrustend is. De Kascommissie ver71
leent de penningmeester decharge voor het gevoerde beheer en de secure administratie en het bestuur decharge voor het in 1993 gevoerde financiële beleid. 5. In plaats van de heer A. Berkelmans wordt als reservelid in de Kascommissie benoemd de heer P.L. van Daalen. De voorzitter bedankt de heer Berkelmans {bij afwezigheid) voor de verrichte werkzaamheden. 6. De aftredende bestuursleden de heren A.J. Olthaar en K. de Raadt worden beiden unaniem door de vergadering herkozen. 7. Tijdens de Rondvraag adviseert de heer H.A. Dekker ook in Heemstede in navolging van Bennebroek bijv. "de IJzeren Brug" van een naambordje te voorzien. Dit heeft de instemming van de vergadering. 8. De voorzitter sluit hiermede het officiële gedeelte van de vergadering af en dankt een ieder
ierwoning). Daarnaast zijn door VOHB nog een aantal waardevolle monumenten voorgedra-
gen, die helaas niet voor plaatsing in aanmerking komen. Hopelijk kunnen deze nog eens op een gemeentelijke monumentenlijst worden geplaatst. De VOHB zal zich hiervoor blijven
inzetten.
voor de inzet en de komst naar
De voorzitter dankt de heer Bak-
de jaarvergadering.
ker hartelijk voor zijn leerzame
Na de pauze houdt de heer M.
causerie.
Bakker, lid van de Commissie Karakterbehoud een boeiende
lezing over de Heemsteedse mo-
72
numenten, toegelicht aan de hand van dia's. Door de Commissie Karakterbehoud is een aantal gebouwen en bruggen geselecteerd in het kader van het Monumenten Inventarisatie Plan (MIP). De gemeente Heemstede heeft uit deze monumenten een beperkt aantal voorgedragen voor de Rijksmonumenten. Dit zijn: Bronsteeweg l, Cruquiusweg 15 (seminarium Hageveld incl. brug), Achterweg 11 (voormalige Pastorie), Clipper Dreef 199 (klooster Mariënheuvel)enVander Veldekade (atel-
J.O.
Bezoek aan huis Gunterstein te Breukelen Een VOHB-delegatie, bestaan uit circa 30 personen, vanuit het bestuur, Commissie Karakterbehoud, Commissie Muren Oude Slot Boven Water (MOSBW) en enkele Ereleden trok zaterdagmiddag 28 mei jongstleden naar Breukelen aan de
van Ufford. Zij wonen nu in een bijgebouw, de voormalige orangerie, vlak naast de ridderhof stad. Het kasteel heeft een museaal karakter en ademt de geur van het verleden. Het is één van de fraaie buitenhuizen die aan de Utrechtse Vecht zijn
Vecht. Zij brachten daar op uitno-
gelegen. De groep werd in tweeën gesplitst, waarbij de gastheer vooral een uiteenzetting gaf over de historie van het kasteel, terwijl mevrouw Quarles van Ufford-Hanselaar het interieur voor haar rekening nam. Het huidige kasteel is
diging een bezoek aan de voormalige burgemeester van Heemstede jonkheer mr. W.H.D. Quarles van Ufford op Huis Gunterstein. De delegatie kreeg een warm ontvangst
door de heer en mevrouw Quarles
73
het derde in zijn soort en dateert in deze vorm uit 1680, vermoedelijk gebouwd door de Amsterdamse architect Adriaan Dorsman, op instigatie van Vrouwe Magdalena Poul-
een toelichting opde prachtige gobe-
stein gebouwd. Er zijn documenten
tioneert een Stichting Ridderhof-
bekend waaruit blijkt dat raadpensionaris Johan van Oldenbarnevelt
stad Gunterstein, waarin de bewoners naast een aantal adviseurs een belangrijke rol spelen.
lins, die in een grote kamer zijn met drukknopen tegen de wand zijn aangebracht. Deze wandtapijten zijn begin 1600 vervaardigd in de atele, een zuster van Benjamin Poulle, liers van Maximiliaan van Gugt. Van ambachtsheer van Berkenrode. Zij tijd tot tijd moeten deze gobelins Het in haar testament opnemen dat worden gerestaureerd, hetgeen met Gunterstein in familiebezit moest de hand gebeurt en zeer tijdrovend blijven, aan welke wens mede via is. De huidige eigenaren hebben de vrouwelijke lijn tot op de dag ondanks alle pracht en praal hun van vandaag is voldaan. In 1518 zorgen om deze rijke historie voor werd het tweede kasteel Gunter- het nageslacht te bewaren. Er funk-
van 1611 tot zijn onvrijwillige dood
in 1619 eigenaar was. Het oudste archiefstuk dateert uit 1386, waarin sprake is van Petronella Gijsbrecht, dochter van Gunter (naar welk geslacht het Huis is vernoemd). Tot het kasteel behoort 115 hectare grond, voornamelijk landerijen. Mevrouw Quarles van Ufford gaf
De gastheer en gastvrouw werden door Hans Krol, die op de histori-
sche banden met Berkenrode wees, bedankt en kregen enkele Heemsteedse publikaties aangeboden. J.O.
Oproep
Bennebroek in de oorlogsjaren (1939-1945) Nog maar een aantal maanden en
terug gaan naar de dagen van de
het is vijftig jaar geleden dat Nederland werd bevrijd van de Duitse bezetting. Alle aanleiding tot herdenken en feest vieren. De gedachten van velen zullen dan niet alleen
bevrijding, ook de vijf oorlogsjaren
74
zullen dan weer extra in de herinnering komen. Voor de wijze waarop volgend jaar
de herdenking zal plaatsvinden worden her en der al plannen ontwikkeld; ook in Bennebroek. In sommige dorpen en steden is in de afgelopen jaren het gebeuren in de oorlogsjaren te boek gesteld of op andere wijze gepubliceerd. In Heemstede is een werkgroep al geruime tijd bezig met een onderzoek naar de gebeurtenissen in die tijd. Velen zien in hoe belangrijk het is, vooral
ook uit geschiedkundig oogpunt, dat alle feiten en gebeurtenissen worden verzameld en vastgelegd. Vandaar dan ook, dat vele Heemstedenaren, enthousiaste medewerking geven. In Bennebroek is het onderzoek
naar belangrijke gebeurtenissen in die tijd nog in een beginstadium. Van enkele bewoners is bekend, dat men beschikt over foto's en
publicaties, die op de oorlogsjaren betrekking hebben. Helaas bij lange na nog niet voldoende om daarmee een totaalbeeld van die belangrijke periode te geven. Het zou van groot belang zijn de beschikking te krijgen over meer gege-
vens, in het bijzonder dan op schrift. Daarbij is te denken aan kranteknipsels, illegale bladen en folders, dagboeken en privé-archieven, verslagen van verenigingen, foto's uit die jaren, enz. Uit archieven van diverse instanties kan wel een en ander worden geput, o.a. uit het 75
gemeente-archief, zij het dat dit ar- Wees zo vriendelijk en laat onderchief over die jaren lang niet com- getekende even horen als men pleet blijkt te zijn. meent iets van belang te weten of in z'n bezit te hebben. Op de lezers van dit artikel wordt Of het betreffende Bennebroek tot een beroep gedaan om na te gaan een publicatie zou kunnen komen of men of zelf meer informatie (liefst is thans nog niet te overzien. Dat op schrift) zou kunnen verstrekken kan eerst later worden beoordeeld. of dat men dergelijke informatie Wel kan nu reeds worden gemeld, weet of veronderstelt bij familie of dat het in elk geval de bedoeling is vrienden en kennissen. te komen tot een tentoonstelling De informatie kan van allerlei aard over de oorlog en de bevrijding. zijn, kan droevige maar ook blijde Gaarne van u horend. zaken betreffen. Alles wat op de M. Verkaik periode 1939-1946 betrekking Krakeling 60 heeft is welkom. 2121BN Bennebroek
Zendingsfeesten op buitenplaatsen in Zuid-Kennemerland Na 1860 kwam in ons land het organiseren en vieren van 'Zendingsfeesten 'in zwang. Het was binnen de protestantse wereld een blije en op verheven doel gericht christelijk samenzijn waarbij kerkelijke grenzen voor een keertje niet meer golden. Bovendien een uitstapje in de vrije natuur. Duizenden 'zendingsvrienden' kwamen één dag in het jaar bijeen om in verbondenheid de lezingen van
daartoe uitgenodigde predikanten aan te horen over de inwendige zending, maar ook 'uitwendig' zoals in Afrika en Nederlands-Indië. De Hernhutter-broeders en zusters te Zeist waren deze zendingsdagen 76
voor gegaan. Een Comité werd opgericht onder de naam 'Algemeen Evangelisch Nationaal Zendingsfeest', welke naam in 1874 is gewijzigd in 'Christelijk Nationaal Zendingsfeest'. Promotor en eerste voorzitter was de bekende Réveilvoorman van de inwendige zending ds. Otto Gerhard Heidring (1804-1876), een der belangrijkste vertegenwoordigers van het filantropische christendom die van het door hem gestichte tehuis in Zetten een middelpunt maakte van praktische werkzaamheid (1). Voor het vinden van geschikte terreinen was men aangewezen op de landgoederen van adellijke families.
Op 6 augustus 1863 vond het eerste Zendingsfeest plaats in Wolfheze, op het landgoed van Douairière Baronesse van Brakel Doorwerth. Gunstig gelegen, omdat de zojuist aangelegde Rijnspoorweg daar vlak langs liep. Even dreigde stagnatie,
De Nationale Zendingsfeesten zijn gevierd in de provincies NoordHolland, Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland. In het bos van Middachten tussen 1869 en 1937 zelfs zestien maal. In onze provincie was
maar de wet stond 'godsdienstige
Beeckestein, Velserbeek en Waterland. Verder in totaal dertien maal
en besloten' samenkomsten toe. Omdat men beducht was voor ordeverstoringen van 'kwaadwilligen'
was een cordon van politiebewaking opgesteld tussen Arnhem en Wolfheze en bleven militairen op de Veluwe in hun kazernes geconsigneerd. Zelfs werd een uitkijkpost
op de Eusebiuskerk in Arnhem geposteerd, doch er gebeurde niets verontrustends. Uit alle oorden kwamen duizenden
bijeen en op enkele van boomstammen in elkaar getimmmerde spreek-
gestoelten hielden bekende predikanten toespraken. "De volte was ontstellend en maakte het moeilijk om te verstaan wat er gezegd werd, maar iedereen was door deze grootscheepse manifestatie zeer bevredigd", aldus een kronikeur uit het Doopsgezinde geslacht van Eeghen.
De feesten waren nationaal van opzet, maar het merendeel van de bezoekers kwam uit het westen en midden van ons land. In het Zuiden is voor Zeeland en Noord-Brabant sinds 1873 een dergelijke zendingsdag georganiseerd in o.a. Kloetinge nabij Goes en van 1871 tot 1936 vonden ook Noordelijke Evangelische Zendingsfeesten plaats.
men te gast in Nijenburg bij Heïloo,
op het grondgebied van de gemeen-
ten Bloemendaal, Heemstede en Bennebroek. Vogelenzang(1867,1912)en Leiduin (1890, 1895, 1910)
Op 28 augustus 1867 was het buiten van de familie Barnaart decor van het vierde Evangelisch Nationaal Zendingsfeest. Het buiten 'Vogelenzang' lag op slechts tien minuten afstand van het gelijknamige
station. Het programma vermeldt: "Was het reeds vroeger onze wensch ook eens in het hart van Holland onze feesttenten op te slaan, nu was dit in betrekking tot de Evangelische Alliantie-vergadering bijna een noodzakelijkheid. Spoedig vonden wij wat wij zoch-
ten. De hoogedelgeboren familie Barnaart stond ons met de meeste bereidwilligheid haar bekend buitengoed 'De Vogelenzang' ten gebruike af. Tegenover het zoo bevallig gelegen huis breidt zich het feestterein uit, voor ons doel zoo uitmuntend geschikt; terwijl in de onmiddellijke nabijheid de bekoorlijke wandelgangen in bosch en duin. voor ieder toegankelijk, tot blij ge77
nieten uitlokken". Nieuw was dat naast de Nederlandse dominees en zendelingen in Oost-Indië op de drie spreekplaatsen ook Engelse, Duitse en Franssprekende predikanten optraden. Nabij de boerderijen konden paarden en rijtuigen gestald worden. 45 Jaar later was men hier nogmaals gast en niettegenstaande de dui-
zenden bezoekers verliep alles in goede orde en bracht de collectie zo'n 2.000 gulden op, te verdelen over de bestaande zendingsverenigingen. Na afloop ontving de heer
een enkel brak, maar een bediende een zware beenbreuk opliep, die hem invalide maakte. Eerdergenoemde secretaris schreef in zijn memoires: "Als kuriositeit teeken ik nog aan, dat de Officier van Justitie te Haarlem de toegangswegen tot het terrein door kavalerie liet bewaken, hoewel ik hem verzocht had dit niet te doen. Er waren kort te voren onlusten geweest onder 't werkvolk aan het kanaal te Velsen, en die zouden ook te Vogelenzang kunnen geschieden, meende hij. 't Pleit voor onze feesten dat, hoewel er steeds politie aanwezig was, deze nooit feitelijk is opgetreden. De wereld voelt, dat het daar voor haar de plaats niet is". Voor het 27ste, 32ste en 47ste Zendingsfeest stelde de eigenaar mr. H.S. van Lennep, o.a. gemeenteraadslid van Amsterdam, zijn landgoed Leiduin bereidwillig beschikbaar, zelf voorzitter van de Doops^ gezinde Zendingsvereniging te Amsterdam. De feesttreinen hielden vlak bij het feestterrein stil aan de halte Woestduin. De toegang bedroeg 40 cent, voor welk bedrag men een programma als toegangsbewijs ontving. De rijtuigen wer-
den vanaf de Manpadslaan toegelaten. Aan de vooravond van het
feest in 1910 hielden L.A. Gerth van Wijk (3), predikant te BenneHuis te Bennebroek (2). In de och- broek, en J.L. Zegers (4), directeur tend deed zich een ongeval voor van Meer en Bosch een bidstond. waarbij secretaris S.H. Buijtendijk Tussen 10 uur 's morgens en de
Gerrit Willink de leden van de hoofdcommissie en enige sprekers in het
78
afsluiting om half zes 's middags traden 18 predikanten op verdeeld over vier spreekplaatsen.
Bennebroek (3 juli 1878) Uit de aankondiging citeren we: "Wij hopen Woensdag 3 Juli ons 15de Zendingsfeest op den huize Bennebroek bij Haarlem te vieren. Dus een nieuw terrein. Of het voor zulk een feest geschikt is? Uitnemend. Wij willen niet in vergelijking treden, want bijna van ieder terrein, waar wij onze tenten mochten opslaan, konden wij zeggen: "uitnemend geschikt", maar gerust durven wij verzekeren, dat de schoonheid van dit terrein menigeen, in deze streken weinig bekend, zeer zal verrassen. Onzen oprechten dank aan de WelEdelgeb. Vrouwe Douairière Willink, die met de meeste voorkomendheid haar schoon landgoed voor ons feest heeft opgezet". De speciaal ingezette feesttreinen en gewone treinen hielden stil bij station Vogelenzang, vanwaar men in ongeveer 15 minuten langs een grotendeels dankzij bomen beschaduwde weg het feestterrein rond het Huis te Bennebroek bereikte. Bij het logement 'De Nieuwe Geleerde Man' konden koetsiers der rijtuigen hun paarden stallen. Stoombootmaatschappij 'De Vereeniging' liet vertrekkende vanaf
Bodegraven een boot varen naar Leiden, met aansluiting op de feesttrein. Het programma was vooraf
verkrijgbaar bij een aantal christelijke boekhandelaren in de grote steden, alsmede bij W. ten Boom (grootvader van evangeliste Corrie ten Boom) in de Barteljorisstraat, welke laatste zich tevens verantwoordelijk stelde voor het in bewaring geven van tassen e.d. op de weide. In de twee kantines waren 'mondbehoeften' verkrijgbaar, variërend van een kop gekookte koffie a 5 cent (gefiltreerde koffie a 10 cent) tot een fles schuimend bier a 25 cent. Een krentebol kostte één stuiver, een broodje kaas 10 cent en een cadetje met rund- of kalfsvlees 20 cent. Onder de feestliederen in het programma opgenomen bevond zich een vers van Nicolaas Beets, welke toen nog levende predikant-dichter tweemaal op zendingsfeesten optrad, namelijk in 1870 en 1873. Op het feestterrein waren goed verspreid drie spreekplaatsen ingericht. Dominee N.H. de Graaf uit Amsterdam opende de manifestatie. Het was de laatste maal dat deze originele spreker optrad; hij ging uit de strijdende in de triumferende kerk over. De lezing van professor P. Cassel uit Berlijn handelde over: 'Paulus auf dem Weg nach Damascus'. In zijn toespraak riep hij op tot deelneming aan het werk der zending onder de joden. Dr. J.P.G. Westhoff had de zending in Sumatra als thema. Hij achtte het van levensbelang de nog 2,5 miljoen Tobanezen, die nog heide-
79
nen zijn, voor het Christendom te redden "eer de pogingen gelukken ze tot Mohamedanen te maken. hetgeen ons licht een nieuwen bloedigen oorlog op den hals halen
stem. De Opregte Haarlemsche Courant berichtte althans: "Welke die lessen waren, is voor iemand,
zou". Heel wat gematigder was de voordracht van H. Pierson, directeur der Heidring-gestichten te Zetten, die waarschuwde tegen overdreven eisen en verwachtingen omtrent het zendingswerk. De lezing van A. Brummelkamp, predikant in Alkmaar, had tot titel: 'Drie lessen tot de aankweeking
meeste andere sprekers kan daarentegen getuigd worden, dat hun
die niet zeer digt bij den spreker was, moeilijk te zeggen. Van de orgaan hen voor hunne taak zeer
berekend maakte". Dezelfde krant maakte melding van het feit dat twee personen waren binnengeslopen zonder entreegeld te betalen. Zij werden echter door een met het toezicht belaste persoon achter-
van den echten zendingsgeest aan haald en zijn met hulp van een het leven van üvingstone ontleend'. politieagent alsnog genoodzaakt te De inhoud ontging de meeste toe- betalen. behoorders vanwege diens zachte 80
Boekenrode (1873, 1875, 1880, 1884, 1888) Boekenrode, gelegen op de grens van Heemstede en Bloemendaal in Aerdenhout, was van 1662 tot zijn overlijden in 1678 het trotse bezit van Pieter de Groot, pensionaris van Amsterdam en zoon van Hugo de Groot. In 1870 is het buiten in het bezit gekomen van politicus mr. Jan Messchert van Vollenhoven (zoon van een gefortuneerd bierbrouwer) en echtgenote Margaretha Catharina van Lennep, welke laatste als dochter van Pieter van Lennep haar jeugd op Boekenrode had doorgebracht. Op woensdag 23 Juli 1873 vond het tiende Zendingsfeest op dit lommerrijke lustoord plaats, op nauwelijks tien minuten lopen vanaf de treinhalte Zandvoortselaan. Dr. Nicolaas Beets hield de openingsrede. Twee jaar later stelden de families Messchet van Vollenhoven en Van Lennep wederom het terrein beschikbaar. Wat nog nergens voordien door een niet-predikant was geschied gebeurde hier: gastheer mr. J. Messchert van Vollenhoven, oudburgemeester van Amsterdam en in die tijd lid der Tweede Kamer van de Staten-Generaal heette in hartelijke woorden het toegestroomde publiek welkom. Onder de sprekers ook dr. Abraham Kuyper, destijds Kamerlid die een lezing hield over de Brighton-beweging in Engeland, terwijl de voordracht van ds. G.J. van Lindonk
van de Ned. Hervormde Kerk te Heemstede 'De Waldenzen' tot onderwerp had. Ter herinnering zijn als uitgave van A. van Oosterzee een viertal kleine litho's gedrukt bij de firma Treslong en Co. Hof in Amsterdam met volgende afbeeldingen: aankomst op het feestterrein; spreekplaats nr. l (grote plein); spreekplaats nr. 2 (Masten Plein); spreekplaats nr. 3 (Beukenbosch). De befaamde in Bloemendaal woonachtige literator dr. Johannes van Vloten noteerde: "Liefelijk straalde de morgenzon door de groengebladerde takken, en al was de lucht, in spijt der July-maand, die wij reeds een week waren ingetreden, wat koel, 't was er aangenaam rond te dolen, in den bloemengaard en de beukenlanen, vóór
het nog nodig werd zich een goede staanplaats te bezorgen bij het houten getimmerte, dat weldra door den heer van 't buiten zelf als spreker zou beklommen worden op den Woensdag morgen, aan het 12e "kristelijk-nationaal zendingsfeest" gewijd. Na een zalvend gezang en
stichtelijke afspraak van een ander besteeg hij weldra zijn spreekgetimmerte, en heette de van alle zijden saamgestroomde toehoorders welkom. Hij hief aan van de historische herinneringen, aan den wel wat verwijderden omtrek verbonden, de hagepreeken van 't jaar 1566 en den strijd voor de gewetensvrijheid, en sprong van daar
alras op den bewoner van zijn Boe-
81
kenrode in de volgende eeuw over,
op Pieter de Groot en zijn wereldberoemden vader Huijg, dien hij met niet minder ingenomenheid scheen te herdenken". In 1880 hield hofprediker dr. G.J. van der Hier - van 1870-tot 1873 predikant in Heemstede geweest zijnde - de slotrede. Het 21ste Zendingsfeest op 18 juli 1884 in Boekenrode is door tussen de 10.000 en 11.000 personen bezocht, waar-
rode. Voor het eerst traden ongeveer 500 zangers op van de Bond van Christelijke Zangverenigingen. Het aantal bezoekers bedroeg bijna 12.000. Na afloop verscheen een dichtbundel: 'Uit mijn bloemhof', van welke de opbrengste ten goede kwam van de Christelijke School te Heemstede (sedert 1924 Nicolaas Beetsschool geheten). Predikant Carel Steven Adama van Scheltema (1815-1897), die sedert 1883
Zomerconferentie van leden Vergadering der Gelovigen in Heemstede (1892). Zie pagina 87, noot 2. bij gelet op het aantal verkochte programma's bij de entree zo'n 4.000 uit deze omgeving. Het 25ste ofwel zilveren Christelijk Nationaal Zendingsfeest betekende tevens de vijfde keer op Boeken-
82
in Arnhem woonde, en auteur is van een groot aantal werken in
poëzie en proza van stichtelijke, romantische en propagandische aard, schreef de voorrede. "Waarde geloofsgenooten, vooral gij, die
met mij liefelijke herinneringen hebt aan de Zendingsfeesten op Boekenroode gevierd! Gaarne breng ik een verzoek uit den Huize Boekenroode tot u over, mij daarbij verzekerd houdende, dat gij mijne vraag met de deelneming en blijdschap der liefde zult ontvangen. De Christelijke School te Heemstede verkeert in dringenden geldelijken nood, en nu is het een wensch van de schrijfster der volgende lieve versjes, dat gij haar door aankoop van dit boekje helpen wilt, om het bestaand tekort te dekken, en kon het zijn in eene geruststellende bate voor de toekomst te herscheppen (...)". Het boekje bevat 22 christelijke verzen, o.a. geïnspireerd door bijbelteksten. De naam van de vrouwelijke dichter, ondertekend met 'W', kon ondanks talrijke nasporingen tot op heden niet achterhaald. Dominee Bujtendijk schrijft in zijn herinneringen: "We zijn in 1881 voor 't laatst op Boekenroode geweest. Mevrouw van Vollenhoven
vettigheden der aarde opvullen. Ons Zendingsfeest had ze wel elk jaar willen hebben. Kinderlijk geloovig heeft ze geleefd en is ze gestorven. Haar echtgenoot, zij en haar broeder liggen vredig naast elkander op den stillenen lommerrijken doodenakker van Heemstede, werwaarts ik ieder hunner heb vergezeld. De gedachtenis dezer rechtvaardigen zal in zegening zijn". Meer en Berg (1892 en 1899)
Via Cornelis van Goor, enkele leden uit het geslacht Trip en David de Neufville, is deze fraaie buitenplaats in 1729 eigendom geworden van Dirk van Lennep, schoonzoon van David de Neufville. Van 1841 tot zijn dood in 1880 was jonkheer mr. Diederik Jacob Carel van Lennep eigenaar, gehuwd met jonkvrouw Paulina Agneta Deutz van Assendelft (1853-1913). In het programma van het 29ste Christelijk Nationaal Zendingsfeest op Meer en Berg lezen we: "Wij mo-
ontsliep op 12 juni 1891 en haar broeder Van Lennep volgde haar anderhalf jaar later in 't graf. Was hij een stille in den lande, zij was
gen ons feest vieren op een terrein, zoo uitnemend voor ons doel geschikt. Onzen warmen dank brengen wij toe aan Mevrouw de Douai-
een vrouw met een hart vol liefde voor ieder, vooral voor de dingen van het Koninkrijk Gods. Hoewel familie en dame du plais van H.M. Koningin Sophia,, was ze de eenvoud zelve. Haar echtgenoot beweerde dat ze slechts één gebrek
rière van Lennep, geb. Deutz van Assendelft, die hare schoone buitenplaats met vriendelijke bereidwilligheid voor ons openstelde. Moge de getrouwe God het haar vergelden naar de rijkdom zijner liefde! Drage de bijeenkomst op Meer en Berg rijke vruchten voor
had: ze wilde haar gasten met de
het Koninkrijk Gods!". Zowel de
uit een Amsterdamsche patricische
83
reguliere als zeven speciale feesttreinen stopten bij Halte Het Manpad, vanwaar het luttele minuten lopen was naar de feesttreinen vanaf de Herenweg. Voorts bevond zich een tweede ingang vanaf de Glipperweg. "De rijtuigen vinden gelegenheid tot stalling op Meer en Berg aan den Tramweg, tegen f 1,op stal en 50 cent in het weiland. Het publiek wordt dringend verzocht niet door de bosschen te loopen, alles wat als verboden terrein is aangegeven, te ontzien, op de paden te blijven en op de hoogten, die met mos en gras zijn begroeid, niet op en af te loopen. Wij vertrouwen dat op dit verzoek door iedereen zal worden gelet, opdat op de schoone plaats, die ons door de eigenares met groote bereidwilligheid is afgestaan, niets bedorven of geschonden worde. Op vier spreekplaatsen zullen toespraken gehouden worden. Handwijzers maken het gemakkelijk om ze te vinden". Bij de spreekplaatsen zijn banken geplaatst voor ouderen, zwakken en vrouwen. De kantinehouder verhuurde vouwstoeltjes. Een uur vóór de pauze en vóór de slotrede zijn door meer dan 1.000 zangers, leden van de Bond van Christelijke Zangverenigingen in
Nederland onder leiding van W. van der Blij uit Utrecht, liederen gezon-
gen, waarvan de tekst in het programmaboekje was opgenomen. Een recensent van de Opregte Haarlemsche Courant tekende hierbij 84
aan: "Jammer dat ook bij die uitvoering zoovelen waren die liever hun eigen stem hooren dan die van anderen en door hun ontembaar gebabbel het genot voor wie luisteren willen, bederven". Vanwege het geroezemoes is de zang nadien komen te vervallen op de jaarlijkse zendingsfeesten. Onderde 15 sprekers waren dr. M.F. van Lennep, predikant te Haarlem, G. J. van Lindonk (sedert 1883 predikant in Voorburg) en J.L. Zegers, directeur van de Christelijke Vereeniging voor
de Verpleging van lijders aan vallende ziekten. N. de Jonge uit Brussel sprak over de Evangelisatie in
België en verschillende voordrachten hadden betrekking op de zending in Nederlands-Indië. Het aantal bezoekers was buitengewoon
groot; behalve de duizenden, die door de feesttreinen aan het Mannenpad werden aangebracht, trokken nogmaals duizenden, van den
vroegen morgen tot in den namiddag, hetzij te voet, hetzij in voertuigen van allerlei aard, naar 'Meer en Berg1. Op de breede en de smalle paden, onder de lommer van de
eerwaardige beuken, de hooge eiken en linden, op de groene heuvels , overal krioelde het van men-
schen; op de uitgestrekte weide, waar de cantines waren opgeslagen, langs de hellingen rondom den grooten vijver met het fraaie bloe-
men-eilandje, legerden zich meer of minder talrijke schilderachtige groepen, om uit te rusten van de
doorgestane, en krachten op te doen voor de komende vermoeienissen; terwijl velen een meer afgelegen plekje hadden opgezocht om met zijn vieren, of ook wel met zijn tweeën den schoonen dag in de
in Haarlem's bekoorlijke dreven. Mevrouw Douairière van Lennep geb. Deutz van Assendelft stelde andermaal het schoone landgoed Meer en Berg met dezelfde bereidwilligheid ter onzer beschikking,
vrije natuur te genieten. De zeer uit
waarmede H.H.
Welgeb. het ons in
afbeelding van de orangerie van Meer en Berg op 5 juli 1899 Gemeentearchief Heemstede}. elkander opgerichte spreekplaatsen
waren voortdurend door dichte drommen toehoorders omgeven; reeds bij de openingsrede van dr. G. J. van der Hier waren naar schatting een zes of zeven duizend belangstellenden aanwezig ".(O.H.C.,
7 juli 1892). Het programma van het 36ste Zendingsfeest 5 juli 1899
vangt als volgt
aan: "Wederom vieren wij ons Christelijk Nationaal Zendingsfeest
(foto
1892 afstond. Wij brengen haar daarvoor onzen weigemeenden
dank. Allen, die toen dien dag op Meer en Berg doorbrachten, herinneren zich nog, hoe uitnemend dit feest slaagde". Op de vooravond van het feest is op spreekplaats nr.2 om half acht een bidstond gehouden, waarbij dr. L. Heldring, predikant te Rotterdam en J. Kuylman, predikant in Heemstede, voorgingen. Er reden zeven speciale 85
feesttreinen vanuit Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Dordrecht, Den Helder, Enkhuizen en Amersfoort/ Utrecht. De orde tijdens het feest is geen ogenblik verstoord, terwijl de organisatie niets te wensen overliet. Na de openingstoespraak van H. Pierson, directeur der Heidring-gestichten te Zetten, volgden lezingen over de inwendige zending, maar ook over de evangelisatie onder heidenen en andersdenkenden in o.a. Israël, Oeganda, Java, en Minahassa op het eiland Celebes. Onder de 19 voorgangers bevonden zich dr. E. Barger, dr. J.D. Bierens de Haan, G.J.A. Jonker, F.W.A. Korff en professor dr. J.J.P Valeton. Een tegenvaller was het ongunstige weer, zoals blijkt uit volgende bespreking in de O.H.C, van 6 juli 1899: "Was andere jaren het Zendingsfeest aanleiding voor duizenden en duizenden om op te gaan tot deze jaarlijks terugkeerende gebeurtenis, ditmaal lieten de geweldige piasregens van gisteren hun
zelschappen, die zich nu en dan deden hooren en veel publiek trokken. Daardoor kon men tevens nagaan in welken richting zich de spreekgestoelten zich bevonden, hoewel langs de hoofdwegen deze ook door handwijzers waren aangeduid (...)". In 1906 stelde Koningin-moeder Emma paleis Soestdijk beschikbaar, in 1910 Leiduin en 1912 Vogelenzang nogmaals plaats van handeling. Het 50ste zendings-
feest vond in 1913 plaats op Raaphorst {bij Wassenaar), eigendom van het Koninklijk Huis. Met een onderbreking in 1915 en van 1917 tot 1924 is het 69ste en achteraf bezien laatste zendingsfeest in 1939
op Raaphorst gevierd. Na de Tweede Wereldoorlog heeft het organisatiecomité besloten vanwege de nieuwe tijd en nieuwe vormen deze vorm van landelijke samenkomsten
geen doorgang meer te laten vinden. In de marge enigszins vergelijkbaar waar het om inwendige evangelisatie gaat zijn de sinds ruim twintig jaar door de Evangelische
invloed gelden, evenals het regenachtig weder van heden. Toch was
Omroep (EO) georganiseerde familiedag en jongerendag, welke
het aantal bezoekers vrij groot, en
massaal bezocht worden (de 21ste EO-jongerendag op zaterdag 4 juni in het Stadion van Utrecht ondanks de stromende regen door liefst cir-
behoefden de verschillende sprekers, die zich van 4 spreekgestoelten deden hooren, niet te klagen
over gebrek aan belangstelling. Deze spreekgestoelten waren op heerlijke schilderachtige plekjes van het prachtige buiten geplaatst; in
de onmiddellijke nabijheid waren tribunes opgericht voor muziekge-
86
ca 23.000 personen).
Noten (1.) Heidring leerde in 1843 ds. Nicolaas Beets in Heemstede kennen, die zoals bekend met het Réveil verwant was, evenals in dezelfde periode mr. H.J. Koenen, van 1840-1847 bewoner van De Gliphoeve, die tevens binnen de ontwikkeling van het Réveil als publicist en brievenschrijver een voorname rol gespeeld heeft. In de jaren rond 1845 vertoefden Isaac da Costa, Willem de Clercq en J.L.G. Pierson dikwijls zomers met hun familie buiten in Heemstede en kerkten dan bij Beets. Zie: dr. M. Elisabeth Kluit, Het Protestantse Réveil in Nederland en daarbuiten 1815-1865. Amsterdam, Paris, z.j. (Proefschrift 1936). (2.) Gerrit Willink(1814-1872) is in 1858 via vererving eigenaar geworden van het Huis te Bennebroek, tevens bezitter van het pand Keizersgracht 90 (thans 587) in Amsterdam, van kasteel Oud-Poelgeest in Oegstgeest en van de buitenplaats Spruitenbos in Heemstede. Van origine Doopsgezind was hij aktief binnen de kringen van het Réveil en kwam onder invloed van het gedachtengoed van de Engelsman J.N. Darby (1800-1880). Als geestelijke brak deze met de anglicaanse kerk, omdat hij van oordeel was dat er in de ware kerk geen ambten moeten zijn, doch enkel leiding door de Geest. Op bezoek in Nederland is Darby augustus 1854 gastvrij ontvangen door het echtpaar Willink op huize Spruitenbos en in zijn Amsterdamse residentie. De woningen van Willink zijn feitelijk de eerste vergaderplaatsen geweest van de Nederlandse Darbysten, beter aangeduid met "Broederbeweging" of "Vergadering van Gelovigen". Men treedt toe door de doop na een wedergeboorte. Zonder enige confessie komen groepen gelovigen samen voor bijbellezing en diensten waarin gebeden en gezongen wordt. Vanouds hebben concentraties van leden bestaan in o.a. Heemstede en Alphen aan den Rijn. In deze regio komt men hedentendage op zondag bij elkaar in het vergadergebouw aan de Herenweg, tegenover de Koediefslaan, met in meerdere opzichten toepasselijke naam 's Herenkerk'. Al in 1892 - hetzelfde jaar dat op Meer en Berg een Zendingsfeest plaatsvond
- is een zornerconferentie met 53 broeders uit het gehele land afkomstig in Heemstede gehouden. "Direkt ten zuiden van Haarlem vinden we Heemstede, waar we al vroeg een 'vergadering' aantreffen; hier ging men heen vanuit huize Bennebroek dat nog even zuidelijker ligt. Rond 1876 waren hier beken-
de broeders schildersbaas Arie van Rijn Tz. en George P. Bronkhorst". Laatstgenoemde was met H.C. Voorhoeve (Den Haag) en H.J. Lemkes Sr.
(Alphen aan den Rijn) de voornaamste voorganger binnen deze beweging. Andere leden uit Heemstede hierbij aanwezig waren Jan Christiaan Bender, de arts J. Mieg, dr. Leng en Bakker van Onselen. Zie o.a. dr. W.J. Ouweneel, Gij
(3.)
(4.)
zijt allen broeders; het Nederlands reveil en de 'vergaderingen' van de 'broeders' (1980). De aktieve ds. J.A. Gerth van Wijk, van 1892 tot 1913 predikant van de Hervormde Kerk te Bennebroek was lid van de commissie der regeling van de Zendingsfeesten van 1878 tot 1902 (nogmaals in 1913) en spreker in de jaren 1865, 1871, 1876, 1877 en 1887. Het Asyl Steenbeek te Zetten voor gewezen prostituees, gesticht in 1847, was
87
het eerste voorbeeld van christelijke filantropie in ons land. Daartoe moet ook de in 1882 gestarte Christelijke Verpleging van lijderessen aan vallende ziekten gerekend worden. Gesticht op initiatief van jonkvrouw A.J.M. Teding van Berkhout, klein begonnen in een pandje onder de naam 'Zoar', in 1884 gevolgd door 'Bethesda' aan de Hazepaterslaan en een jaar later 'Meer en Bosch' als epilepsieinrichting voor mannen. Geraadpleegde bronnen en literatuur Verslagen over de zendingsfeesten in Opregte Haarlemsche Courant (Stadsbibliotheek-Haarlem) . I.H. Enklaar, De Christelijke Nationale Zendingsfeesten op Middachten, 18681937. S.H. Buijtendijk, Geschiedkundig overzicht van 25 jaren Zendingsfeesten. 1888 J. van Vloten, Op Boekcnrode 5 en 30 July 1875. Een vreemde eend in de bijt, II Verzoende schimmen. In: De Nederlandsche Spectator, 1875, blz. 251252. W. Uit mijn Bloemhof. Arnhem, H.B. Breijer, 1888 Programma's van de Zendingsfeesten in de bibliotheek van het Hendrik Kraemer Instituut in Oegstgeest (met dank aan mevrouw drs. M.H. Dirkzwager).
Hans Krol
Jongere rijksmonumenten in Heemstede Naar aanleiding van de lezing over
ten van geschiedenis en kunst. Op
de selectie van monumenten van jongere bouwkunst in de gemeente Heemstede, gehouden na de jaarvergadering op 17 mei j.L, volgt hier als toegift een uitbreiding op
basis van de Monumentenwet 1961 zijn inmiddels ruim 43.000 gebouwen en objecten beschermd. Daarnaast zijn ca. 175 gebieden aangewezen als beschermd stads- en
de inleiding, alsmede een verkorte
dorpsgezicht. Dit betreft evenwel
weergave van het besprokene.
overwegend de gebouwde omgeving van vóór ca. 1850.
Sinds het begin van deze eeuw is
De achtergrond hiervan is simpel-
door de Monumentenraad gewerkt aan de inventarisatie, beschrijving en bescherming van de monumen-
weg, dat bij het van kracht worden van de Monumentenwet in 1961 besloten is eerst monumenten en
objecten gebouwd vóór 1850 te registreren. Toen in de loop van de jaren zeventig het monumentenregister nagenoeg voltooid was en de bescherming van de oudere stads- en dorpsgezichten goed op gang was gekomen, kon de aandacht worden gericht op de periode van ca. 1850 tot 1940. In 1987 ging het landelijk Monumenten Inventarisatie Project (MIP) van start. Dit project was opgezet om de bouwkunst en stedebouw in Nederland uit de periode 18501940 te inventariseren en te documenteren binnen een tijdsbestek van ruim vijfjaar. Deze inventarisatie werd gebiedsgewijs door de provincies en de vier grote steden uitgevoerd. De doelstelling van het MIP was meervoudig: 1. Het MIP is gericht op het verkrijgen van een landelijk overzicht van jongere bouwkunst en stedebouw uit de periode mid-
den 19de eeuw - Tweede Wereldoorlog. 2. Het MIP is gericht op het bevorderen van kennis en waardering voor historische stads- en dorpsgezichten en monumenten van geschiedenis en kunst uit die periode. 3. Het MIP kan dienen als uitgangspunt voor uitwerking in publicaties en voor wetenschappelijk onderzoek op architectuurhistorisch, bouwhistorisch, stede-
bouwkundig, historisch-geogra-
fisch en/of industrieël-archeologisch terrein. 4. Het MIP kan dienen als bouwsteen voor te ontwikkelen beleid van de drie bestuurslagen ten aanzien van ruimtelijke ordening, stadsontwikkeling en monumentenzorg en als basis voor planologische en stedebouwkundige afwegingen. 5. Het MIP kan dienen ten behoeve van selectie- en registratieactiviteiten van de drie bestuurslagen ten aanzien van objecten, ensembles, structurenen gezichten. Ook het vervolg op het MP beoogt een meervoudige aanpak, in aansluiting op de vijf MlP-doelstellingen. Tegen deze achtergrond gezien is het Monumenten Selectie Project (MSP) slechts de uitwerking van een onderdeel: selectie en beschrijving van gebouwen die in aanmerking komen
voor plaatsing op de rijksmonumentenlijst, en van de stedebouwkundige ensembles die in aanmerking komen voor toekenning van de status 'beschermd gezicht' op grond van de Monumentenwet 1988. Het MSP zal worden gevolgd door het Monumen-
ten Registratie Project (MRP) dat in 1998 moet zijn afgerond. Door het Rijk is steeds gesteld dat het MSP een stimulans zou moeten vormen voor gemeenten en provincies om beleid te formuleren voor alle MlP-gebouwen en gebieden die niet door het Rijk zullen worden beschermd.
89
In de provincie Noord-Holland werd de inventarisatie in februari 1992 afgesloten. De gemeente Heemstede maakte deel uit van de MIPregio Zuid- Kennemerland. In
ve steeds sprake van een ensemble-waarde. In Heemstede zijn drie van deze gebieden geïnventariseerd: l.De Noord-Zuid as van de Heemsteedse Dreef (inclusief complexen
Sculptuur aan atelierwoning van H.A. van den Eijnde, Willem uan der Veldekade 2 (foto Vic Klep)
Heemstede werden 175 objecten/ complexen geïnventariseerd, alsmede drie 'gebieden met een bijzondere waarde'. Hiermee worden samenhangende gebieden bedoeld die waarde ontlenen aan de stedebouwkundige structuur en de architectonische invulling daarvan. De samenhang van structuur en architectuur is belangrijker dan de afzonderlijke elementen. Er is derhal-
90
als 'Heemstedes Belang' en 'De Haemstede', 2. De Schilderswijk, 3. De Algemene Begraafplaats. Evenals bij het MIP werd bij het
MSP de taak door de Rijksdienst voor de Monumentenzorg (RDMZ) gedelegeerd aan de provincie. In juni 1993 presenteerde de provinciale MSP-medewerkers een indicatieve lijst van 16 geselecteerde
beschermenswaardige objecten. Geen van de drie geïnventariseerde gebieden kon de toets der selectie doorstaan. De criteria waaraan de objecten moesten voldoen laten zich in vijf hoofdgroepen bijeenbrengen: 1.Cultuurhistorische waarden, 2. Architectuurhistorische waarden, 3.Ensemblewaarden, 4.Gaafheid/ Herkenbaarheid, 5.Zeldzaamheid. Met name het overkoepelende argument dat het geselecteerde object van 'nationaal belang' moet zijn weegt bij de aanwijzing als rijksmonument zwaar. Het 'locale belang' laat zich immers beter door de status 'gemeentelijk monument' waarborgen. Na toepassing van de selectiecriteria op het geïnventariseerde bestand wordt zo een indicatieve lijst opgesteld. Na overleg tussen de provincie en de gemeente en na raadpleging van de begeleidingscommissie komt men zo tot een definitieve selectie. Vervolgens vindt er een belangenonderzoek plaats waarbij eigenaren en overige volgens de wet belanghebbenden tijdens een hoorzitting hun opinie kunnen geven. Eerst dan vindt behandeling en besluitvorming in de gemeenteraad plaats. Het zo verkregen aanwijzingsadvies gaat met raadsbesuit en bijlagen naar de provincie. Daar vindt een integrale advisering aan Gedeputeerde Staten
plaats. De provincie bundelt de gemeentelijke aanwijzingsadviezen met de bijlagen en stuurt deze met
een provinciaal advies via de RDMZ aan de Minister van WVC. De RDMZ houdt een globale toetsing van de resultaten van MSP/MRP en verzoekt eventueel om advies aan de Raad van Cultuurbeheer (RCB). Op basis van de adviezen van de gemeente, de provincie en de RCB besluit de Minister van WVC dan tot aanwijzing {c.q. afwijzing) als beschermd rijksmonument. Na controle door de RDMZ van de meest recente administratieve en kadastrale gegevens, volgt dan een mededeling van het aanwijzingsbesluit conform art. 4 MW 1988 . Tenslotte volgt dan een inschrijving in het register van beschermde rijksmonumenten (RRM) en verzending van het afschrift conform art. 6 MW 1988.
Zover is het nog niet. Zoals gezegd begon in Heemstede het provinciale MSP-team met een indicatieve lijst van 16 objecten. De Commissie Karakterbehoud van de VOHB heeft bij de Commissie Welstand en Monumenten van de gemeente Heemstede een uitbreiding van deze lijst bepleit. Van het ontstane totaal van 24 objecten heeft de gemeente op advies van de Commissie Welstand en Monumenten echter slechts zes objecten willen voordra-
gen. Eén object viel verder nog af naar aanleiding van het belanghebbenden-onderzoek. Het uiteindelijke aanwijzingsadvies van de gemeente aan de provincie behelst 91
derhalve vijf objecten. Onder deze tewaterleidingen Amsterdam/ vijf bevindt zich één object dat door pompstation, 1853. de Commissie Karakterbehoud is 12. Leidsevaartweg ongd., Gevoorgedragen. meentewaterleidingen AmsterHieronder volgt een overzicht van dam/ regulateurshuisjes, pomde totale 'aandachtslijsf. pgebouwen, voor- en nafilters, Adres, type/naam, bouwjaar, ar1921-1927. chitect/bouwkundige . 13. Leidsevaartweg 57-67, Ge1. Herenweg 40, villa 'Le Tigre', meentewaterleidingen Amster1935, Johan van Bleyswijk dam/ woning-bouwcomplex, Sombeek. 1855. 2. Tooropkade l, villa 'Spookhuis 14. Leidsevaartweg 75-77, Gevan Van Waveren', 1930, meentewaterleidingen AmsterC.Mesman en L. van Waveren. dam / dubbele woning, 1901. 3. Herfstlaan ongd., graftombe 15. Nijverheidsweg 5, watertoren van Van Vollenhoven, 1874.
4. Van Merlenlaan 23, villa. 5. Pieter de Hooghstraat-Willem deZwijgerlaan.Crayenesterbrug, 1931, Openbare-Werken (OW) Heemstede i.s.m. Mari Andriessen of H.A. van den Eijnde.
6. Wagnerkade-Pieter de Hooghstraat, Bronsteebrug, 1936, OW-Heemstede i.s.m. H.A. van
den Eijnde. 7. Glipperweg, Glipperbrug, 1933, OW-Heemstede i.s.m. Mari Andriessen of Theo van Reijn
of H.A. van den Eijnde. 8. Achterweg 5, paviljoen Salem (terrein Centrum voor Epilepsiebestrijding Meer en Bosch), ca.1900.
9. Herenweg 143, villa en koetshuis, A. en A.J.G. vanderSteur. 10. Leidsevaartweg l, Gebouw voor Bloembollencultuur, 19241928, J. Zietsma. 11. Leidsevaartweg 73, Gemeen-
92
en pompgebouw, 1910 en
1915, J. van Hasselt en Jhr. A. Holmberg de Beckfelt.
16.Raadhuisplein l, raadhuis, 1906, J.Th. J. Cuypers, J. Stuyt en J.Th.A. Etmans. 17. Herenweg 19-21, bollenschuur, 1909 en 1930, D. van Letten en L. Tol. 18. Manpadslaan 12, bollenschuur, 1910, J.W. Reijneveld.
19. Kadijk 34, bollenschuur, 1907. 20. Bronsteeweg l, villa, 1921,
Fir-
ma Gerards & Co., montagebouw. 21. Cruquiusweg 15, College Hageveld (vm. seminarie), 19221925, J.Stuyt.
22. Glipperdreef 199, Mariënheuvel (vm. Meer en Berg), 19071909 F. Kuipers. 23. Achterweg 11, villa (vm. pas-
torie Ned. Herv. Gemeente), 1868. 24. Van der Veldekade 2, atelier-
woning, 1921, van H.A. van den Eijnde en C. Elffers. De nrs. 8 - 23 zijn objecten die deel uitmaken van de oorspronkelijke indicatieve lijst van het MSP-team van de provincie.
De nrs. l - 7, 24 zijn objecten die door de Commissie Karakterbehoud zijn opgevoerd; deze zijn ter overweging aan de Commissie
De nrs. 8 -18 zijn eveneens niet in het advies van die commissie aan de gemeente opgenomen. De nrs. 8 en 9 vielen daarbij in een vroegtijdig stadium af. De nrs. 19 - 24 kwamen volgens de gemeente voor plaatsing in aanmerking.. Nr. 19 viel als laatste af op basis van in de ogen van de gemeente ontvankelijke bezwaren geuit tijdens het belanghebbenden-
Het 'Spookhuis' aan het Spaarne, Tooropkade 1. (foto Vic Klep)
Welstand en Monumenten voorgelegd. De nrs l - 7 zijn hiervan niet door de Commissie Welstand en Monumenten aan de gemeente ter voordracht in het aanwijzingsadvies mee-
gegeven.
onderzoek.
De nrs. 20 - 24 zijn dan uiteindelijk als aanwijzingsadvies aan de provincie voorgelegd. Het geheel overziend is het mijns
inziens opmerkelijk dat architec-
93
tuurhistorische juwelen als 'Le Tigre'en zeer sterk beeldbepalende follies als het 'Spookhuis van Van Waveren' geen deel uit mogen maken van de kroon van rijksmonumenten. Zo is het eveneens opmerkelijk dat, in weerwil van het baanbrekende werk van PIE (Projectbureau Industrieel Erfgoed) en FIEN (Federatie Industrieel Erfgoed Nederland) en het positieve advies van de begeleidingscommissie, de industriële en bedrijfsmatige monumenten nog altijd matig gewaardeerd worden. Nu de bescherming van het 'uitzonderlijke' als rijksmonument zijn be-
slag zal vinden, moet ook de aandacht voor het 'kenmerkende' steeds meer benadrukt worden. Samen met de provinciale monumenten vormt dit immers de basis van het door de overheid veel geroemde drie-sporenbeleid. Een doel-
matig vangnet in de vorm van een gemeentelijke monumentenverorde-ning is nu des te meer noodzakelijk. Voorzover het de nieuwe rijksmonumenten in de gemeente Heemstede betreft is het wachten nu op de reactie van de provincie. drs. M. M. Bakker
Heemstede's Belang 75 jaar "'t Zijn niet alleen de huizen die sfeer geven, doch de mensen die er in leven". Dit is het motto van een bij gelegenheid van het 75-jarig bestaan van Woningbouwvereniging "Heemstede's Belang" verschenen herdenkingsboekje. Het is in opdracht van het bestuur van deze organisatie geschreven door Hans Krol en Vic Klep. De auteurs hebben zich niet beperkt tot Heemstede's Belang maar geven eerst in vogelvlucht een overzicht
van de ontwikkeling van sociale woningbouw in Nederland. Vervolgens de problemen die de woningbouwvereniging moesten doorstaan in verschillende perioden. Omstreeks 1920 zijn 69 middenstands-
94
woningen gebouwd aan het Wilhelminaplein, het Nicolaas Beets-
plein, de Nicolaas Beetslaan en Bosboom Toussaintlaan (tot 1934 "straat" geheten).
Deze zijn gebouwd op de vroegere terreinen van de buitenplaats "Valkenburg", van 1890 tot 1914 als weiland gepacht door stalhouder
J.C. van Schagen, gedurende welke periode ook incidenteel als feestterrein gebruikt. Het bestuur bestond bij de oprichting uit één predikant, (H. Buitenhuis), één inspecteur van politie (C.H. Kemper), één
architect (T. de Bruin) en twee timmerlieden (D.F. de Wilde en J. Verheus). Architecten waren Tijs de Bruin (1865-1950) en zijn zwager
Klaas Jonkheit (1893-1986); aannemer van het complex de firma Gebroeders J.H. en P.J. van den Putten. De economische crisisjaren hadden voortdurende leegstand tot gevolg. Gedurende vier jaar woonde de later beroemd geworden tekenaar Anton Pieck met zijn gezin op het adres Nicolaas Beetsplein 4. Hij werkte in de voorkamer. Ook illustrator Jan Wiegman, van 1921 tot 1927 tevens bestuurslid, woonde met een onderbreking in de Lieven de Keylaan in drie huizen van "Heemstede's Belang".
Naar aanleiding van klachten over het woongenot zijn de meeste huizen in 1935 verbeterd, o.a via het aanbrengen van een erker. Voorts zijn er in 1977 in het kader van groot onderhoud vernieuwings- en
vervangingswerkzaamheden uitgevoerd. Opmerkelijk is dat mevrouw B.E.M, van den Burg-Cats van de drie-kwart eeuw er thans liefst 71 jaar als bewoner heeft meegemaakt. Op initiatief van de gemeente Heemstede werden in 1951 en 1952 in totaal 98 zogenaamde middenstandswoningen en 15 garages gebouwd in de Componistenwijk ten noorden van de Johan Verhulstlaan. Hiervan zijn 69 huizen in beheer van "Heemstede's Belang". Nieuw is het complex aan de Blekersvaartweg 43 en 44 {voorheen
Peeperkom), dat 13 appartementen herbergt. Met 148 wooneenheden is Heemstede's Belang een
van de kleinste woningbouwcorporaties van ons land. Het is dan ook zeer wel mogelijk dat dit jaar het
95
laatste jubileum gevierd is. Het met
niet-leden van de woningbouwver30 afbeeldingen geïllustreerde boek- eniging bij de heer J.C. Hoedeje is verkrijgbaar tegen de prijs van man, Willem Pijperlaan 14 (telef 15,- voor leden en f 20,- voor foon 291185).
Heemsteedse vrouwen als kerels anno 1892; een ooggetuigeverslag "Het bestuur van de Vereeniging tegen het mishandelen van dieren voor Haarlem en omstreken heeft besloten weder eene voordracht te doen houden voor kinderen van de hoogste klasse der openbare lagere scholen alhier, (...)In dezelfde
bestuursvergadering waarin een en ander werd besproken, besloot men een brief te richten, tot den burgemeester van Heemstede, waarin 96
verzocht wordt het barbaarsche spel "biggenvangen", dat geregeld voorkomt op het programma van het ieder jaar te Heemstede gehouden volksfeest voortaan te verbieden. Tot zoover de vergadering. Hebt gij dat biggenvangen wel eens gezien lezer? Niet? Dan zullen wij het u beschrijven. Voor dit edele spel zijn gewoonlijk tien jonge biggen bestemd, vijf voor
den wedstrijd der mannen en vijf
voor ....het concours der vrouwen. Een voor een worden de dieren losgelaten en de concurrenten achtervolgen het beest, dat verschrikt
door al het gejoel en geschreeuw, op een sukkeldrafje tracht te ont-
een schop, dat het een ogenblik bewusteloos is, schoone gelegenheid om het te bemachtigen. Maar erger nog wordt de vertooning als
de vrouwen ter jacht gaan. Dan ziet ge niet alleen de angst en de kwelling van het varken, maar ge aanschouwt ook hoe die vrouwen, le-
komen terug naar zijn hok, waarin hij daareven zoo rustig lag. Dan, den van het geslacht waarvan zachthet arme dier bemerkt al gauw, dat heid en liefde de grootste deugden de vlucht onmogelijk is. Aan den eenen kant staat het publiek geschaard in dichte rij, aan den waterkant is eene afsluiting gemaakt van prikkeldraad, waartegen het beest den snuit ten bloede stoot. Met woest geschreeuw jagen de toeschouwers het dier op, terwijl de mannen tuk op het bezit van een varkentje door den winter het achterna draven, zich nu en dan er bovenop of er naast laten vallen om het te grijpen, rnaar daarin niet gemakkelijk slagen daar men om het spel vooral maar lang te laten duren, de staart en het achterdeel van het beest met groene zeep heeft ingesmeerd. Naarmate de jacht langer duurt, worden ook de jagers verhit en toornig op het ongelukkige wild. Straks laat een hunner zich met al zijn zwaarte neerploffen op het beest, dat gilt van pijn, of geeft het
zijn, hoe die vrouwen in haar dollen ren tuimelen over elkaar en over het varken, met ruwe bewegingen als kerels, neerbonzen op
een begeerden buit, elkaar wégstompende in de hitte van den wedstrijd. Waar zijt ge vrouwen-zachtheid? Niet te Heemstede, voorwaar!
Geloof niet lezer, dat deze schildering overdreven is. Ze is nog niet eens met scherpe lijnen geteekend. Het is dan ook te hopen, dat onze vereeniging tegen het mishandelen van dieren succes zal hebben op haar pogen en dat de burgemeester van Heemstede dit barbaarsche spel verbieden zal. Waar te velde wordt getrokken tegen katknuppelen, duivenschieten en palingtrekken, daar mag ook wel eens aan het biggenvangen worden gedacht". (Uit: Haarlemsen Dagblad. 30 september 1892)
97
De broodbakkerij van Tibboel. Waar men ook nu nog in de vroege morgenuren de lucht van versgebakken brood kan opsnuiven, vond men in de vorige eeuw de broodbakkerij waar van 1810 tot 1920 vier generaties Tibboel "de broodbakkersaffaire" hebben uitgeoefend. Het betreft het pand Wilhelminaplein 12, thans eigendom van mevrouw Ch. ("Sientje") van Noort.
Joost Tibboel, 1771 -1836. In het doopboek van de Gereformeerde (later Ned. Hervormde) Gemeente te Bennebroek staat vermeld dat op 24 maart 1771 het kind werd gedoopt van Martien Tibboel en Josina van Rees, dat naar de grootvader van moeders kant de naam Joost had gekregen. Op 2 augustus 1807 trouwde broodbakker Joost Tibboel te Heemstede voor schout Jan Dólleman gesecondeerd door Bernardus Prins en Dirk
ter, die naar de grootmoeder van vaders kant de naam Josina kreeg, kwam op 17 februari 1810 in Heemstede ter wereld. Op l mei van dat jaar kocht Joost Tibboel op een gerechtelijke verkoping in "Het Wapen van Heemstede" de voormalige herberg "Het Dubbeld Anker", een huis met erf en stal voor koeien en paarden, waarin een broodbakkerij was gevestigd. Gelegen aan de dorpsweg en ten zuidwesten begrensd door de "gewezen laan van het Slot". Op 25 november 1811 werd Martinus geboren, genaamd naar zijn grootvader van vaderskant. De tweede zoon, Roelof was van 2 april 1816. Dochter Aagje, die op 26 april 1818 geboren werd, was bijna 11 jaar oud toen haar moeder, Anna Wilderink op 4 april 1829 overleed. Enkele weken na het over-
lijden van zijn vrouw, liet Joost Tibboel, die op dat moment zelf ziek te rink. Het huwelijk werd in de her- bed lag, door notaris (tevens burvormde kerk te Heemstede beves- gemeester) Willem Hendrik Gerlings tigd. Het eerste kind, een dochter, een testament opmaken, waarin die Alyda Hendrica werd genoemd, werd bepaald dat het huis en de van den Aardweg als leden van het
gemeentebestuur, met Anna Wilde-
werd op 8 juni 1808 te Spaamdam
broodbakkerij in elk geval moesten
geboren en in de gereformeerde kerk aldaar gedoopt. Als doopgetuigen waren de grootouders van moederskant, Roelof Wilderink en
worden aangehouden tot de meerderjarigheid van de jongste. Als
Alyda Bruijgom aanwezig. Het
werden de smid Jan Hendrik Hirdes en de kuiper Johannes Wilhel-
volgende kind, opnieuw een doch98
voogden over eventueel bij zijn overlijden nog minderjarige kinderen
mus Hekket aangewezen, terwijl de gerechtsdeurwaarder Hendrik van Weemer werd benoemd tot executeur testamentair en bezorger van de begrafenis. Joost Tibboel, die tijdens zijn leven zowel diaken als ouderling in de Hervormde Gemeente is geweest, is op 24 september 1836 op 65 jarige leeftijd overleden. Hendrik van Weemer en Johannes Wilhelmus Hekket verzorgden de aangifte voor de Burgelijke Stand. Ten overstaan van
Martinus Joost Tibboel en zijn echtgenote Emilie Amalia Maria Geuer notaris Gerlings werd de inventaris
opgemaakt van de roerende en onroerende goederen. Voor een beschrijving van de roerende goederen kwam men achtereenvolgens in de binnenkamer, de voorkamer, de opkamer en de keuken. Verder was er uiteraard de bakkerij met de bijbehorende gereedschappen, de
zolder, de korenzolder en de builzolder. Het paard liep in het land en in de schuur op de werf bevonden zich een hoge wagen, een chais en de bijbehorende tuigen. In de tuin waren bloembollen geplant. Bruiloft in de bakkerij.
In 1835, een jaar voor het overlijden van haar vader, was Alyda Hendrica getrouwd met Willem van den Werff, een broodbakker in Zandvoort. Getuigen bij het huwelijk waren haar broer Martinus, de "schoolhouder" Abraham Harrebomée, smid Jan Hendrik Hirdes en de landbouwer Pieter van Keulen. Een half jaar later was zij al weduwe, in 1837 is zij opnieuw getrouwd met Willem Bouwer, die horlogemaker van beroep was. In 1840 was het drie maal bruiloft: Josina trouwde op 31 mei 1840 met de waagmeester uit Amsterdam Jan Hendrik Boomkamp, op 28 juni trouwde Roelof Tibboel, die even als zijn broer broodbakker van beroep was, met Gezina van Amstel een dochter van Godschalk van Amstel. En op 23 juli 1840 trad Martinus Tibboel te Haarlem in het huwelijk met Gesina Margaretha Koning, de dochter van een onderwijzer die in de Zoetestraat te
Haarlem woonde. Aagje, de jongste dochter van Joost Tibboel zou
op 18 mei 1845 trouwen met de banketbakker Hendrik Karel Louwerse.
99
Martinus Tibboelsr., 1811 -1899. Op 20 augustus 1841 had de scheiding van de nalatenschap van Joost Tibboel plaatsgevonden, en was Martinus Tibboel officieel eigenaar geworden van de broodbakkerij met toebehoren. Martinus Tibboel en Gesina Margaretha Koning
kregen acht kinderen. In 1847/48 zijn binnen een jaar tijd drie kinderen overleden, een zoontje van 4
geweest en president-kerkvoogd van de Nederlands Hervormde Gemeente te Heemstede. Hij was ook lid van de plaatselijke schoolcommissie die toezicht hield op het onderwijs in de gemeente. In de loop der jaren verwierf hij diverse huizen en percelen in de onmiddellijke omgeving van de bakkerij en
verder in het dorp. Zo kocht hij in 1872 op een veiling een huis in de kom van het Dorp, naast de bakkerij en in 1879 op een in koffhiehuis
jaar, Leonard Martinus, en twee dochtertjes van resp. 6 maanden en 2 jaar oud. Op 27 maart 1844 "Landzicht" gehouden veiling de werd de stamhouder, Martinus, ge- erfpacht op een perceel tuingrond boren, die zijn vader t.z.t. zou op- achter de bakkerij, die tot dan eivolgen in de bakkerij, Een van de gendom was van Johanna Elisagetuigen bij de aangifte was Theo-
dorus Bouhuijs, de kastelein van "Het Wapen van Heemstede". Op 19 augustus 1849 kwam een tweeling ter wereld, twee meisjes die de
namen kregen van hun overleden zusjes, Maria Christina en Elisabeth
Johanna. Tenslotte werd in 1854 nog een dochter, Gesina Margaretha, geboren. Vier jaar later trouwde de oudste dochter, Anna Josina op 17 jarige leeftijd met de 25 jarige Dirk Eggink, de gemeentesecretaris van Haarlemmermeer. Burgemeester Pabst van Haarlemmermeer, die van 1853 tot 1856 ook nog burgemeester van Heemstede is geweest, en het herenhuis van Meer en Bosch bewoonde, was een van de getuigen. Martinus Tibboel was maatschappelijk actief, hij is gemeenteraadslid 100
beth Philippina Kleine, de weduwe van de in 1878 gestorven notaris en oud-burgemeester Jan Dólle-
man. Op diezelfde veiling werd ook haar buitenplaats "Land en Spaarnzicht" geveild. Koper was de
bloembollenkweker Jan van den Berg, die van 1875 tot 1905 gemeenteraadslid was en tevens bestuurslid van de Woningvereniging "Berkenrode". De Jan van den Bergstraat is naar hem vernoemd. In 1877 trouwde Elisabeth Johanna Tibboel, dochter van Martinus Tibboel en Gesina Margaretha Koning met de horlogemaker Willem Schuddeboom, zij is op 19 mei
1893 te Amsterdam, overleden en liet vijf minderjarige kinderen na. Gesina Margaretha, de jongste dochter, trouwde in 1878 met Gerardus Bos. Maria Christina, tweelingzuster van Elisabeth Johanna,
Op 9 november 1882 droeg Martinus Tibboel, meester-broodbakker te Heemstede, de bakkerij met erf en tuingrond en de erfpacht op de partij grasland en tuingrond achter de bakkerij die hij in 1879 had
generatie in de bakkerij, trouwde met Johanna Elisabeth van Til, dochter van Jan van Til, een "bloemkweker" uit Hillegom en van Wilhelmina Guldemond. Zwager Roelof van Til was van 1882 tot 1888 de pachter van "het Wapen van Heemstede".
verworven, over aan zijn zoon Martinus Tibboel jr. Hij ging wonen aan de Binnenweg, waar hij in 1873
Het eerste kind van Martinus Tibboel jr. en Johanna Elisabeth van
bij de Ijzeren brug, enkele panden
Til werd op 16 april 1883 gebo-
had gekocht en inmiddels weer voor
ren, een dochter, die Gezina Margaretha werd genoemd. Een jaar later werd een Martinus geboren, die maar 14 dagen heeft geleefd.
was in 1899 nog ongehuwd.
een deel verkocht. Gesina Margaretha Koning, zijn echtgenote, is hier op 24 mei 1884, 71 jaar oud,
overleden. Martinus Tibboel jr., 1844-1917.
Deze Martinus Tibboel, de derde
Het volgende kind, Martinus Joost Tibboel kwam op 11 december 1885 ter wereld. Jan Willem Hekket jr. de kuiper en Jacobus Roest, 101
loodgieter, waren getuigen bij de aangifte voor de Burgelijke Stand. Op 29 januari 1892, drie maanden na de geboorte van haar jongste dochter, die de namen Alida Maria Wilhelmina Geertrui had gekregen, is Johanna Elisabeth van Til overleden. Zij was 36 jaar! Voor de boedelbeschrijving maakte de notaris ook deze keer een rondgang door het huis, van de zolder naar de keuken, de huiskamer, de kelder en de opkamer, waar een kamerorgel stond. Dan was er nog de grote kamer, de winkel en het erf. Tot de inventaris hoorden ook vier broodwagens, een merriepaard, vijf varkens, vijf kippen en een haan, alsmede een tentwagen, een tilbury en een broodwagen. Martinus Tibboel jr. is later hertrouwd met Maria Zieren, die evenals zijn eerste
102
echtgenote uit Hillegom afkomstig was. Bij haar kreeg hij op 9 november 1900 nog een zoon: Pieter Hendrik Martinus Tibboel. Inmiddels was Martinus Tibboel sr. op 5 juni 1899 in het huis "Schoonzicht" in de buurtschap Crayenest overleden, hij is 87 jaar oud geworden. In de Oprechte Haarlemsche Courant van 9 juni wordt verslag gedaan van "de plechtige teraardebestelling", die "onder grote deelneming" plaats had. "Toen de kist onder eerbiedige stilte in de groeve was neergelaten nam ds. J. Kuylman het woord om in gevoelvolle woorden hulde te brengen aan het leven van de overledene. De
heer D. Eggink dankte uit naam der familie voor de eer aan zijn
schoonvader bewezen". Op 16
september 1899 werden de onroerende goederen uit de nalatenschap publiek geveild. Martinus jr. kocht het huis in de kom van het Dorp, naast de bakkerij, dat zijn vader in 1872 had verworven. Een huis aan de Camplaan werd gekocht door Quirinus van den Berg. Martinus Tibboeljr. is op 17december 1917 op het adres Wilhelminaplein 12 overleden. Hij werd op 20 december 1917 begraven bij zijn eerste echtgenote, Johanna Elisabeth van Til. In hetzelfde graf op wat nu het oudste gedeelte van de algemene begraafplaats is, werd ook Maria Zieren, die in 1944 te Sassenheim
Amalia Maria Geuer, de dochter van de eigenaar van "Het Wapen van Heemstede", Paul Hermann Eduard Geuer. Op 30 maart 1920 is hij op de Oude Kruisweg in de gemeente Haarlemmermeer bij een motorongeluk om het leven gekomen. Met Martinus Joost Tibboel, die geen kinderen had, kwam een einde aan vier generaties Tibboel in de bakkerij op het Wilhelminaplein. Voorbij was ook de tijd dat de schoolkinderen, zoals het verhaal gaat, door de ramen naar binnen gluurden om te zien hoe bakker Tibboel met zijn blote voeten het deeg kneedde!
is overleden, bijgezet.
Martinus Joost Tibboel, 1885 1920. De laatste Tibboel in de broodbakkerij was Martinus Joost, de zoon van Martinus Tibboel en Johanna Elisabeth van Til, die in 1885 was geboren. Na het overlijden van zijn vader is hij getrouwd met Emilie
De bakkerij en annexe percelen zijn uiteindelijk op naam gekomen van de weduwe, die na het overlijden van haar vader in 1928 ook eigenares werd van "Het Wapen van Heemstede" en bijbehorende grond. Zij is in 1931 getrouwd met de weduwnaar Wilhelm Leonardus Wassenberg en is op 3 october 1967 overleden.
bronnen: RANH DTB Heemstede, doop- en trouwboek geref. gemeente trouwboek gerecht.
GAH,
DTB Spaamdam, doopboek geref. gemeente.
RANH ORA, transport- en hypotheekregisters.
RANH ONA, NNA. C.J. Boerlage.
not. W.H. Gerlings, J. Dólleman, F.H. Dólleman en 103
RANH, Hypotheekkantoor Haarlem, registers woordelijke overschrijving. RANH, geboorte-, huwelijks- en overlijdensregister Heemstede. Openbare bibliotheek Haarlem, archief Oprechte Haarlemsche Courant.
Foto: Archief J.C.M, van Schagen. J.W.G. van Woom
Spaarne-video, sleutelfigurenonderzoek en een klaagmuur Het Zuider Buiten Spaame vormt vanouds de oostelijke grens tussen Haarlem en Heemstede. Aan de westoever vestigde zich omstreeks 1290 een edelman uit het geslacht Holy, die door graaf Floris V met Heemstede is beleend. Dominante gebouwen zijn Hageveld, omstreeks 1925 gebouwd, en van meer recente datum het Spaarne Ziekenhuis (lokatie Heemstede) en het appartementencomplex Spaarne-
van Haarlem en Heemstede voor
borgh. Haarlem en Heemstede heb-
ten "Sleutelfigurenonderzoek".
ben gezamenlijk een structuurvisie
Deel l beschrijft opzet en algemene beschouwing. Deel 2 handelt over Haarlem en deel 3 betreft de gemeenten Bennebroek, Bloemen-
ontwikkeld, leesbaar en zichtbaar via o.a. een rapport, maquette, fol-
der (van Minister VROM; Openbare Ruimte nummer 17) en thans ook videoband. Een korte film van ontwerpbureau Marlies van Diest en architect/amateurfilmer Joost den Hollander. Deze videoband:
"Over het Spaarneplan; een plan 104
de toekomst van de rivier", waarin
met name wethouder mevrouw drs. J.R. Beets-Hehewirth haar visie duidelijk weergeeft, kan op verzoek door belangstellenden via de openbare bibliotheek (VOHB-archief) worden geleend. Oktober 1993 verscheen als publikatie van de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zuid-Kennemerland in drie delen een zogehe-
daal, Halfweg, Heemstede en Zandvoort. Bennebroek wordt beschreven op basis van slechts 6 ingevulde vragenlijsten, terwijl 8 personen
van de gelegenheid gebruik maakten op het eerste verslag te reage-
o Cn
de uohb-marktkraam tijdens het bloemencorso in Bennebroek
ren. Gekonstateerd wordt dat over het algemeen veel mensen in Bennebroek in goede welstand leven met bijbehorende leefstijl. Er wordt over het algemeen afwisselend gegeten, maar er worden ook problemen gekonstateerd ten aanzien van roken en alcohol. Als negatief ervaart men de bereikbaarheid of het ontbreken van sommige voorzie-
groter probleem dan overmatig alcoholgebruik. Ten aanzien van de leefwijze/leefstijl wordt opgemerkt dat veel mensen menen alles met geld te kunnen bereiken. "Vooral in de Indische Buurt zijn veel rokers en is de voeding niet altijd volgens de richtlijnen". Heel Heemstede is inbraakgevoelig. In het centrum
wordt een bepaalde snackbar voor
(foto Vincent Martin) ningen. Heemstede (blz. 66-95) is ingedeeld in vier gebieden, waarbij thema's als wonen, woonomgeving, werken, verkeer, gezondheidszorg, veiligheid, e.d. aan de orde komen. Enkele van de conclusies zijn: in de Glip is men meer met elkaar begaan dan bijvoorbeeld in vergelijking met de Componistenwijk. Druggebruik lijkt in de Glip een
106
sommigen als problematisch ervaren, evenals voor de omwonenden de jaarlijkse kermis op het Wilhelminaplein. Enerzijds vindt men dat in de bebouwde kom te hard gereden wordt, anderzijds dat met de komst van verkeersdrempels rijden niet leuk meer is (!). Het ontbreken
van voldoende (flat)woningen in de betere klasse wordt als een gemis
ervaren. In de typische forenzenwijken wordt vanwege de drukke werkzaamheden der over het algemeen hoog geschoolde personen, met weinig werkloosheid, veel "stress" gekonstateerd. "Er zijn veel werkende moeders en gezinnen waar beide ouders werken (geschat wordt 40-50%). Hierdoor bestaat een grote behoefte aan naschoolse opvang. In Heemstede regelen
problemen als verkeersoverlast en
over een kunstzinnige muur op het Roemer Visscherplein, bijgenaamd "de ruihe van Brederode". Sinds kort óók over een "Klaagmuur" ofwel "Chinese Muur" in de Johan Wagenaarlaan. Deze rode muur die 100 meter lang is, werd in vijf weken opgetrokken. Vanuit beleidsstrategische optiek (Heemstede 2015) is deze 25 hoge en blinde muur casu quo fluisterwal discutabel, namelijk niet in overeenstemming met het beeld dat Heemstede als groene gemeente moet bevesti-
hondepoep wordt Heemstede door
gen en versterken, ofschoon een
Heemstedenaren als een prettige woongemeente ervaren. Meest opmerkelijk is mijn inziens dat de echtscheidingsproblematiek met alle
nuancering dat de nieuwe heerlijkheid vanwege het kostbare en
mensen dit zelf door een particuliere hulp". Ondanks gesignaleerde
gevolg voorkinderen, woningsitua-
tie e.d. niet of nauwelijks in genoemd rapport aandacht krijgt. Ten slotte: Heemstede beschikt al
kwetsbare woonmilieu moet wor-
den beschermd en hoogwaardig ontsloten in bedoeld rapport is verdisconteerd. H.K.
Open monumentendag 1994 zaterdag 10 september De Open Monumentendag in Nederland zal dit jaar gehouden worden op zaterdag 10 september.
Er zal op deze dag een fietsroute worden uitgegeven waarmee U
Het thema van dit jaar is: "Het jaar van de beeldhouwkunst"
Beeldhouwster Ellen Wolff, bekend van onder andere het beeldje "De
De Vereniging Oud-HeemstedeBennebroek heeft dan ook dit jaar
gekozen om de beelden in onze gemeenten centraal te stellen.
langs de beelden kunt gaan.
Balans", dat staat op de Binnenweg voor de Heemsteedse Apotheek, zal haar huis en tuin in de Frans Lisztlaan 27 in Heemstede openstellen voor publiek. Zij biedt 107
U de mogelijkheid om U nader kennis te laten maken met de beeldhouwkunst. Ook de speciale tentoonstelling bij "Het Oude Slot" zal die dag in de belangstelling staan met beelden. Voorts kan het hoofdgebouw van de voormalige buitenplaats De Har-
tekamp worden bezichtigd, evenals de St. Jozefkerk in Bennebroek.
Dit is nog maar een deel van wat op deze dag te zien zal zijn. Wij raden U daarom aan de plaatselijke pers goed te volgen in verband met het uitgebreide programmaoverzicht. De bezienswaardigheden zullen open zijn van 10 tot 4 uur. Een culturele dag gewenst.
Commissie Open Monumentendag
Herinnering contributie 1994 ledenadministratie Een aantal leden heeft de contribu-
tie 1994 nog niet betaald. Wij verzoeken de betreffende leden hun contributie alsnog over te maken op giro 27.35.06 t.n.v. de Penningmeester v.d. Vereniging
Oud-Heemstede-Bennebroek te Heemstede. Dit voorkomt extra
kosten.
contact opnemen met de ledenadministratie p/a Meer en Boslaan 8,
2103 VP Heemstede. Ten slotte vestigen wij er uw aandacht op, dat in een aantal gevallen op de acceptgirokaart een onjuist minimum bedrag is vermeld. Wellicht ten overvloede delen wij u
Mocht de u toegezonden accept-
mede, dat de contributie minimaal f 17,50 bedraagt. Een hoger be-
giro onjuiste gegevens bevatten met betrekking tot uw naam of adres
drag is natuurlijk welkom.
dan kunt u hierover - schriftelijk -
108
De penningmeester
Excursie Kröllcr Muller Museum en Park Nog enkele plaatsen beschikbaar
Op zaterdag 27 augustus a.s. organiseert de V.O.H.B. een bustocht naar het Kröller Muller Museum op de Hoge Veluwe. Daar zullen wij een diapresentatie krijgen; het museum en de beeldentuin bezoeken; alles onder deskundige leiding. De kosten bedragen f 50,- per persoon, dit betreft vervoer per bus entree - koffie en lunch. Vertrek Raadhuis te Heemstede om 9 uur precies, wij zijn weer terug om ca. 17.30 uur. Ook dit wordt weer een interessante excursie georganiseerd door onze vereniging. Voor de wandeling door tuin en park dient U echter wel goed ter been te zijn. U kunt zich telefonisch aanmelden bij Mevrouw H.R. Nierhoff. tel. 02502 48014, waarna U het bedrag van f. 50,- z.s.m. over kunt maken op giro rekening 273506 t.n.v. de Penningmeester van de V.O.H.B.
Familiewapen Trip
21e jaargang No. 82 November 1994 V
Bestuur: G.J. Schuitemaker, voorzitter Ussellaan 7,
2105 VA HEEMSTEDE tel. 023-288916 A.J. Olthaar, secretaris Clipper Dreef 82,
2104WL HEEMSTEDE tel. 023-292824
Mevr. L.M.' t Hooft-van der Linden, Wilhelminaplein l, 2103 GS HEEMSTEDE
tel. 023-292631 J.L.P.M. Krol, archivaris
Joh. Verhulstlaan 26, 2102 XT HEEMSTEDE
tel. 023-282977
tel. 023-280740
Mevr. H. Nierhoff-Bax Lage Duin 2, 2121 CG BENNEBROEK tel. 02502-48014
K. de Raadt, penningmeester Kerklaan 49 b, 2101 HL HEEMSTEDE
H. Krol C. Peper (eindredactie)
Mr. F. Th. J. Harm, 2e secretaris A. Pauwlaan 7, 2101 AH HEEMSTEDE
Redactie:
tel. 023-280641 C.J.H.M. van Gasteren, ledenadm. Meer en Boslaan 8 2103 VP HEEMSTEDE tel. 023-292231
Redactie-adres: Meerweg 6 2103 VC Heemstede
Het lidmaatschap wordt jaarlijks automatisch verlengd, behoudens schriftelijke opzegging via de ledenadministratie Contributie minimaal ƒ 17,50 Giro 27.35.06 t.n.v. de Penningmeester v.d. Vereniging Oud-HeemstedeBennebroek te Heemstede.
Inhoud
pag.
Inhoud
109
Redactioneel
110
Premie-avond 1994
112
In memoriam Theo Dekker
113
De zomerresidenties van het koopmans en regentengeslacht Trip in Heemstede e.o. (1636-1735)
115
VOHB brengt een bezoek aan Rijksmuseum
131
Monument in Bennebroek
132
"Het Wapen van Heemstede" in de 19e eeuw
133
Jaarprogramma 1995
141
BENNEBROEK, — Bennebroekerlaar
U i tg. Nautft, Velsea. 4418.
109
Redactioneel Een nieuwe mijlpaal: meer dan 1.000 leden Van de talrijke herbergen die Heemstede rijk is geweest, heeft 'Het Wapen van Heemstede, gelegen nabij de Oude Kerk, een centrale plaats ingenomen in het dorpse leven sedert de oprichting in het midden van de 17de eeuw. De eigenaars tot 1837 staan vermeld in het boek 'Heemstede in de Historie'. De heer J.W.G. van Doorn heeft de 19de eeuw aan een onderzoek onderworpen aan de hand van bewaard gebleven transportakties e.d. in het Rijksarchief van Noord-Holland. Zijn verslag kunt u in deze aflevering lezen. Verder de eerste van drie bijdragen gewijd aan de acht buitenplaatsen, die telgen Trip uit het roemrijke geslacht van wapenhandelaren en regenten tijdens de zomermaanden in Heemstede hebben bewoond. De Open Monumentendag op 10 september j.l. was ondanks het regenachtige weer redelijk succesvol en stond in het teken van beelden. Wethouder mevrouw J.R. BeetsHehewerth onthulde een ANWBinformatiebordje op de voorgevel van 'De Dorstige Kuil' in de Koediefslaan. Een voormalige herberg, thans huisvesting biedend aan o.a. de Vereniging voor Christelijk On110
derwijs te Heemstede. Oud-voorzitter en erelid Ben van Tongeren herinnerde aan de strijd die met name de VOHB met zichtbaar resultaat gevoerd heeft om dit
pand van de oorspronkelijk voorgenomen sloop te redden. Ongeveer 120 personen bezochten het atelier van beeldhouwster mevrouw Ellen Wolff. In Bennebroek was de R.K. Sint Joseph-kerk voor het
publiek opengesteld, waar ons Bennebroeks bestuurslid mw. H. Nierhoff voor uitleg zorgde. In het hoofdgebouw van 'De Hartekamp' werden door verscheidene personen herinneringen opgehaald aan de vroegere bewoners, de 'elegante dame 'Catalina von Pannwitz en haar enige tijd geleden in Engeland overleden dochter gravin Ursula Chichester. De beeldententoonstelling 'Finale' rond Het Oude Slot is nog tot 15 april 1995 te bezichtigen. Een boek met achtergrondinformatie is voor slechts 15 gulden verkrijgbaar bij het Cultureel Centrum of via de Bibliotheek. De penningmeester van het Historisch Museum Zuid-Kennemerland, tevens schatbewaarder van onze vereniging, de heer Kees de Raadt, schreef een biografie van de Haarlemse tekenaar, schrijver en schimmenschuiver Ko Doncker (18741917). Gepubliceerd in de serie 'Haarlemse Verkenningen', nummer 12. Tevens stelde hij een tentoonstelling samen die nog tot 11 januari 1995 is te zien op het adres Groot Heiligland 47. Boek en expositie worden van harte aanbevolen. Kees de Raadt is ook samensteller van de jaarpremie 1994:een kroniek van opmerkelijke gebeurtenissen een eeuw geleden in Heemstede en Bennebroek. Ten slotte: op 23 september jongstleden bedroeg het ledental van de VOHB exact 999. Tijdens de gewaardeerde open dag voor nieuwe
inwoners van Heemstede zijn in het raadhuis zes nieuwe leden ingeschreven, zodat voor de eerste maal in het 47-jarige bestaan het streefgetal van 1.000 leden is behaald. Met nieuwe energie gaan we op weg naar een verdubbeling, liefst nog vóór het jaar 2015! H.K. P.S. Tijdens voornoemde introductiedag overhandigde de heer Da Costa Senior, na een aantal jaren verblijf in Zuid-Afrika teruggekeerd in Heemstede, een waardevol affiche, ter grootte van liefst 207 x 79,5 centimeter. De aankondiging en illustratie van een in 1917 in het wandelbos Groenendaal gehouden openluchtspel: 'Kain; spel van haat en liefde' door dr. Jozef Crets. Deze litho is gedrukt door Van Munster en Zn. in Amsterdam. Deze aan de burgemeester van Heemstede mevrouw N.H. van den Broek-Laman Trip geschonken premie, is vervolgens ter bewaring gegeven aan de Bibliotheek/VOHB. Voor belangstellenden zal dit affiche gedurende de maand november worden uitgestald, tegelijk met een aantal antie-
ke portretgravures van prominente Heemstedenaren uit eigen bezit.
111
Premie-avond 1994 Het bestuur nodigt u uit voor de premie-avond op dinsdag 22 november a.s. om 20.00 uur in de Kerkezaal van de Gereformeerde Kerk aan de Rijksstraatweg 85 in Bennebroek. U kunt uw auto parkeren aan de achterkant van de kerk aan de Akonietenlaan. De zaal is vanaf 19.30 uur open.
Programma 1.
Opening door de voorzitter. Bekendmaking en huldiging van het 1000ste lid van de Vereniging.
2.
Toelichting op de jaarpremie, het boekje "Kroniek van 1895", door de schrijver, de heer K. de Raadt.
3.
Optreden van de toneelgroep van Marijke Kots, waarin de tijd van 100 jaar geleden op een ludieke manier in beeld zal worden gebracht.
4.
Aanbieding van de jaarpremie.
PAUZE 5.
Inleiding door de heer M.B.M.J. van Vlijmen over "De maatschappelijke ontwikkelingen toen en nu".
Na afloop van de bijeenkomst kunt u de jaarpremie tegen inlevering van de ingevoegde bon kopen voor de ledenprijs van f 5,00 of -zonder die bon- voor f 10,00. Daarna is de premie van l december 1994 tot l februari 1995 te koop in de raadhuizen en bibliotheken van Heemstede en Bennebroek. 112
In memoriam:
heid en zin hebben zich bij de re-
dactie aan te melden". Veel stukken mocht hij ontvangen, maar het redactiewerk moest Theo hoofdzaTheo Dekker, kelijk alleen doen. overleden 8 september 1994 In Nieuwsbrief 53{september 1987) lezen we onder punt 8 van de notuVan 4 juni 1981 tot 11 juni 1987 len van de Algemene Ledenvergawas Theo Dekker bestuurslid van dering "Daar de heer Th. Dekker de VOHB; redacteur van de het bestuur ging verlaten, werd de Nieuwsbrief. Vol goede moed kon- vergadering even onderbroken,om
Een foto gemaakt in het najaar van 1982 uit het archief met een opgewekte Theo Dekker staand helemaal rechts. Overige bestuursleden zittend van links naar rechts: mw. I.uan Thiel-Stroman, W, Verspoor en H. Hamming . Staand: H. Krol, P. Kapsenberg (overleden), G. Schuitemaker en Th. Dekker.
digde hij zijn optreden aan in Nieuwsbrief 28 (september 1981): "We vragen leden die tijd, gelegen-
de voorzitter de gelegenheid te geven in lyrische bewoordingen de kwaliteiten van ons oud-bestuurslid
113
te roemen (....). In zijn dankwoord zegde Dekker gelukkig toe als losvast medewerker zijn krachten voor de vereniging te willen blijven geven". Daar werd vele malen dankbaar gebruik van gemaakt! Theo heeft in zijn redacteursperiode 25 Nieuwsbrieven geredigeerd. Die vormen een kostbaar bezit. Want hij vroeg en kreeg: kwaliteit. Hoogtepunt was Nieuwsbrief 44 (mei 1985); het zgn. Adriaan Pauwnummer. In zijn redactioneel commentaar schreef hij: "Voor zover wij kunnen nagaan is dit de "dikste" Nieuwsbrief sinds de eerste verschijningsdatum van ons blad". In hetzelfde jaar schreef hij samen met drs. E. van der Zwaag een boekje voor de leerlingen van de hoogste klassen van de basisschool: "Adriaan Pauw (1585-1653) staatsman en ambachtsheer", foto's: Th. Dekker-VOHB. Want naast een goed schrijver en goed redacteur
114
was Theo een goed fotograaf; getuige ook de vele foto's in de Nieuwsbrief. In 1984 maakten Theo en ik voor de VOHB de jaarpremie: "Zozijn.... Heemstede en Bennebroek". Tijdens de fietstochten die wij voor de foto's van het boek maakten en tijdens eerdere en latere fietstochten, leerde ik Theo goed kennen want we praatten veel onderweg. Over foto's, de route, de VOHB etc. Hij was een voortreffelijke fietsmaat. Hij kende zijn zaken, was enthousiast, soms kritisch maar altijd opgewekt en zo was hij ook in de bestuursvergaderingen van de VOAB en bij de verenigingsevenementen. Theo Dekker was een man die stond voor zijn VOHB-werk en voor zijn VOHB-vrienden. Daarvoor mogen we dankbaar zijn.
Gerard Schuitemaker, voorzitter VOHB
De zomerresidenties van het koopmans- en regentengeslacht Trip in Heemstede e.o. (1636-1735) Deel l De broers Hendrik en Louis Trip zijn in de Hollandse architectuurgeschiedenis bekend gebleven als de bouwheren van het tussen 1660 en 1662 naar een ontwerp van Justus Vingboons tot stand gebrachte Trippenhuis aan de Kloveniersburgwal in Amsterdam, thans zetel van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen. In de litera-
tuur is tot op heden nauwelijks aandacht gegeven aan het feit dat zij ook de opdracht gaven voor de bouw van het landhuis 'Meerzicht' aan de huidige Clipper Dreef. In een drietal artikelen zullen voor het eerst de diverse buitenplaatsen van de Trip-familie in Heemstede de revue passeren, alsmede andere relaties met de oude ambachtsheerlijkheid aan de orde komen:
hand van het grotendeels bewaarde Trippen-archief het investeringsgedrag bestudeerd en kon aannemelijk maken dat zekerheid door de 17de eeuwse kapitalist werd geprefereerd boven een optimaal rendement. Het veiligstellen van eenmaal verkregen rijkdom zou ook
de achtergrond kunnen zijn van toenemende beleggingen in ontginningen, landerijen en hofsteden, waarbij landbezit tevens een sociaal doel diende, namelijk status en aanzien. Door aankoop van heerlijkheden en buitenplaatsen verhief de koopman-regent zich boven de burgerij. Hij werd volgens de histori-
cus dr. D.J. Roorda een bourgeoisgentilhomme. Voor Adriaan Pauw en andere regenten gold dat overigens veel meer dan bijvoorbeeld de
"Men heeft ook op het lant veel
Trip-familie die zich in de 17de
goede Hoffsteeden van de Trippen in 't quartier van Haerlem", aldus het "Memorieboeck van het geslacht-Register van de Trippen..." 1699, samengesteld door Gerard
eeuw meer op de handel dan op het stads- of landsbestuur gericht heeft, waarbij nog aangetekend kan
worden dat op de verkoop van hofsteden in sommige gevallen duide-
Trip en tot 1719 vervolgd door lijk verlies geleden is. De zomerse
zoon Johan Trip (1). genoegens van een buitenverblijf: Dr. P.W. Klein (2) heeft aan de rust, schone lucht en informele
115
kontakten met de familie en eventuele zakenrelaties, naast het spelevaren op het Haarlemmermeer alsmede de vogelarij en jacht als welkome ontspanning, nebben voorop gestaan bij de aankoop van hofsteden, terwijl economische drijfveren, zoals het beleggingsmotief, slechts een ondergeschikte rol hebben gespeeld.
hofstede 'De Schans' in Beverwijk, zijn Heemstede in Zuid-Kennemer-
land naast Beverwijk/Velsen in
Midden-Kennemerland gedurende een eeuw centra van buitenleven geweest voor de uitgebreide familie Trip. Vele vrouwelijke telgen zijn in het huwelijk getreden met jongemannen uit kooplui- en regentengeslachten. Met niet minder dan vijf personen uit het geslacht De Geer zijn door de Trippen echtverbintenissen gesloten, terwijl ook het huwen met volle neven of nichten veelvuldig voorkwam. Met in totaal zo'n 26 buitenhuizen - woningen in De Beemster (hofstede Dubbeldam), de Wieldrechtse Polder (Amstelwijck en Rustenburg} buiten beschouwing gelaten - spannen Heemstede en Velsen met elk acht buitenplaatsen duidelijk de kroon. Van de Velsense hofsteden die voor korter of langer tijd in bezit zijn geweest van de Trippen kunnen worden genoemd: Beeckestein, Waterland, Meervliet {gelijknamig met het Heemsteedse buiten en als zodanig menigmaal in de literatuur verward), Schoonenberg, Duyn en Veldt (Driehuys), Kruytberg, Meeroog en Roos en Beek. In de ambachtsheerlijkheid Heemstede: Meervliet, Meerzicht/Meer en Berg, Valkenburg, Het Klooster, VredenLandhuizen in Kennemerland Na 1636 met de aankoop van hof, Woestduin, Berkenrode en 'Meervliet' onder Bennebroek, in Achter Koekoek. Voorts Adrichem de Banne van Heemstede, en van- en De Schans (Oud-Meerestein) in af 1645 met verwerving van de Beverwijk en Saxenburg te Bloe116
mendaal. Van de talrijke buitenplaatsen aan de Vecht zijn er voor zover bekend slechts twee met Triptelgen verbonden, te weten Pieter Trip (1727-1786): Vredenhoff tussen Loenen en Nieuwersluis, en Margaretha Trip (1665-1726): Over-Nes onder Weesperkaspel. Tenslotte: Netelenburg bij Soestdijk, De Horn in Friesland alsmede enkele buitens in de provincie Groningen van de Groningse regententak, met name in Paterswolde, 'Jagtwijk' te Kolham (Hoogezand) en 'Zomerlust' aan het Westerdiep in Veendam. In Heemstede nam Hendrik Trip in 1636 het initiatief tot aankoop van 'Meervliet' en hebben de erfgenamen van Jan Trip van Berkenrode, Jan Trip de Jonge, Sara Maria en Jacobus Trip de Grote en Kleine 'Achter Koekoek' op de grens van Heemstede en Bloemendaal in 1735 verkocht, waarmee na een eeuw een eind kwam aan de landgoederen van de Amsterdamse Trippen in onze heerlijkheid. In Midden-Kennemerland begon het buitenleven van de familie Trip met aankoop van 'De Schans' (eer-
Raye omschreven als een vriendelijk en goedaardig mens, die een groot liefhebber was van de jacht en een blinde vrouw naliet.
der bewoond door Nicolaas Pauw)
de namen Trip van Zoutlandt (bij
Geneahgie De stamreeks vangt aan met Gerrit Janszoon, naar het door hem bewoonde huis in Zaltbommel ook genoemd Gerrit in de Trip, vermeld sedert 1495. Het 'Trippenhuis' in Zaltbommel is thans eigendom van de Vereniging 'Hendrik de Keyser'. De zestiende eeuwse telgen uit dit geslacht waren als schippers-kooplieden betrokken bij de handel op de grote rivieren. Omstreeks 1600 verhuisden verschillende familieleden naar Dordrecht en vervolgens naar Amsterdam. Meest bekend als handelaars in wapen en ijzer zijn geworden: in
het vierde geslacht Pieter en zijn neven Jacob en Elias Trip. In het vijfde geslacht: Adriaen (zoon van Elias) en de zonen van Jacob Trip: Jacob, Louis en Hendrik. In de zes-
de generatie ten slotte de zonen van Hendrik: Mathias en Jacob Trip. Nakomelingen ook bekend onder
ten behoeve van de weduwe van Bias Trip in 1745. Op 22 juli 1772 kwam aan de zomerresidenties van
K.B. 1815), Laman Trip (1870) en Van Vierssen Trip (1873). Mr. Herman Trip (1776-1848) is bij Kohet regentengeslacht Trip in Vel- ninklijk Besluit de dato 27 decemsen een definitief einde met de ver- ber 1817 in de Nederlandse adel koop van 'Roos en Beek' uit de verheven; mr. Adriaen Joseph Trip nalatenschap van Jan Trip (1702- (1755-1833) bij K.B. van 7 februa1772), door kronikeur J. Bicker ri 1818 - beiden nakomelingen van 117
Elias Trip (1569-1636) en Adriaen Trip (1620-1684). Het nageslacht van Jacob Trip (ca. 1576-1661), een broer van Èias Trip, is in 1776 uitgestorven. Heraldisch wapen: in rood drie
Wapen koningen In hun monumentale boek 'Erflaters van onze beschaving' wijden Jan en Annie Romein een hoofdstuk aan Louis (Lodewijk) de Geer en noemen hem 'de koning der
Drie kinderen Trip in een bokkewagen. In 1788 reeds particulier Frans bezit. Via verzameling Millichy in het Louure gekomen; catalogus 1922, nummer 2329. Momenteel in de Hollandse afdeling (l 7e eeuw) permanent geëxposeerd. gouden trippen. Een aanziende gouden traliehelm, zwart gevoerd, met rood-gouden helmkleden. Helmteken: een uitkomend rood hert.
118
kooplieden', die van grondstof tot eindprodukt als geen ander met de Engelse bewapeningsindustrie wist te wedijveren. Hij bezat in Zweden eigen mijnen, bossen, werven,
hoogovens, gieterijen e.d. Oorspronkelijk woonachtig in Luik ontstonden via de Maashandel kontakten met de Trippen en twee {half)zusters van De Geer huwden met respectievelijk Bias Trip en Jacob Trip (beiden broers). Aanvankelijk vestigden zij zich in Dordrecht als kooplieden in ijzer en via deze handel kwamen zij in de wapenfabricage terecht, in de tijd van de Tachtigjarige Oorlog een lucratieve aangelegenheid. Tijdens het Twaalfjarig bestand ging men zich bovendien op de export richten naar landen als Engeland, Frankrijk, Malta, Marokko, Rusland, Portugal, Venetië en zelfs naar aartsvij-
and Spanje. Waar een oorlog uitbarstte waren de pientere Hollanders er snel bij om wapens te leve-
jeunes Trip" hem met zijn eigen geschut met groot succes beconcurreerden. Vanuit Zweden hield men zich ook bezig met de handel in teer en koper. In 1633 bedroegen de vorderingen van het handelshuis Trip op de Zweedse Staat meer dan 1,5 miljoen gulden, welke omvangrijke schulden voor een aanzienlijk deel door Adriaen Trip, zoon van Elias, in de jaren tussen 1646 en 1653 dat hij in Norköping woonde zijn geregeld. Nog in 1827
is de later beroemd geworden letterkundige E. J. Potgieter naar Zweden gezonden om de financiële vorderingen van de familie Trip en de in de provincie Halland aldaar
gelegen bezittingen te regelen; deze zijn gaandeweg verkocht.
Regenten In de Gouden Eeuw kwamen de land verkochten de Trippen geschut kooplui, de nieuwe kapitalisten, zowel aan de koningsgezinden als bijna vanzelfsprekend in het bestuur aan de republikeinen. De eerste van de stad. De Trippen waren en tien oorlogsschepen van de Franse bleven vóór alles handelaren. Louis marine zijn door Elias Trip binnen Trip (1605-1684) is driemaal buréén jaar in Enkhuizen gebouwd. gemeester van Amsterdam geweest, Het ondernemersgedrag op de in 1674, 1677 en 1679. Andere Hollandse stapelmarkt bestond in telgen vervulden (betaalde) funkties belangrijke mate in het streven naar als commissaris voor de huwelijkse monopolistische posities. In samen- zaken, regent van het Burgerweeswerking met Louis de Geer namen huis, luitenant of kapitein der burde Trippen tussen 1620 en om- gerij e. d. streeks 1662 ten aanzien van wa- De nakomelingen zijn uit het kooppenhandel (Zweedse kanonnen en mansbedrijf gestapt om zich als remunitie) een monopoliepositie in. gent helemaal met het bestuur van Deze beklaagde zich op een gege- Amsterdam bezig te houden. Dat is ven moment dat zijn neven "les in de eerste helft van de 18de eeuw
ren, zo mogelijk aan beide partijen. Tijdens de burgeroorlog in Enge-
119
ook onder de Trippen het gewone type geworden. Jan Trip van Berkenrode was tussen 1707 en 1731 niet minder dan dertien maal burgemeester, evenaïs de zoon van laatstgenoemde mr Dirk Trip en andere zoon mr. Comelis Trip allen ook in het bezit van een buitenplaats.
nitie van oorloge" en werden in 1649 eigenaar der door Mathias de Geer gestichte geschutgieterij en ijzerrhijn Juleta-bruck bij Nyköping
in Zweden. Op 26 juli 1636 verwierven zij de eigendom van een hofstede en huismanswoning in Heemstede voor f 7.700,-. Verkoper was de Haar
De achterzijde van het vroegere Meer en Berg met jonkheer Hendrik Jan Deutz van Lennep en hond, alsmede echtgenote en een onbeken-
de gast. Het bouwhuis geheel links 'Meerzicht' is aan de afbraak ontkomen.
Meervliet (1636-1696) In januari 1634 verenigden zich de gebroeders Jacob (1604-1681), Louis (1605-1684) en Hendrik Trip (1607-1666) tot één firma, zij handelden in van alles, maar vooral in "waepenen, geschut, cogels & amo120
lemse koopman Jan Lubbertz. Bus(ch), die over veel grondgebied beschikte in het gebied ten zuiden van Groenendaal dat vóór 1653 ook met de naam Bennebroek werd aangeduid. De kleine hofstede, gelegen tussen
het eveneens nog naamloze Meer en Berg in het noorden en Rustmeer/Bosbeek in het zuiden had een oppervlak van l morgen en 241 roeden. Het landhuis was per karos voor de familie Trip redelijk goed bereikbaar vanuit Amsterdam of eventueel over het water met zeiljacht of boeier. In 1631 was Hendrik Coymans voor f 9.500,eigenaar geworden van Rustmeer, later Bosbeek geheten, terwijl de Amsterdamse koopman Nicolas Crabbenmorsch - die ook belangstelling voor Meervliet had getoond - in het bezit was van de hofstede die pas in 1695 door Mathias Trip met de naam Meer en Berg is gedoopt. Feitelijk heeft Hendrik Trip het initiatief genomen tot aankoop van de hofstede.
archief dat de hofstede in Heemstede een geliefde bezitting is geworden, waar de familieleden graag vertoefden (4). Eind 1636 hebben zij de via erfenis verkregen gronden in de Beemster van de hand gedaan. Zowel de ouders van de drie gebroeders: Jacob Trip {15751661) en Margaretha de Geer (1583-1672), die in Dordrecht woonden, als de kinderen van Hendrik en Louis logeerden tijdens de zomermaanden veelvuldig op de Heemsteedse buitenplaats. Begin 1650 hebben zich konflikten voorgedaan met Jacob. In 1651 stond hij zijn deel van de hofstede af aan zijn broers en een jaar later
van Louis de Geer. Hendrik hoefde slechts één derde deel kontant te
de "negotie" geheel te laten varen (5).
betalen aan Busch. De rest volgde
Diverse 17de eeuwse kunstschilders, waaronder Rembrandt, heb-
trok hij zich uit de firma terug om
zich weer in zijn geboorteplaats Dordrecht te vestigen, waar hij zelf-
standig verder ging. In tegenstelGeboren in Dordrecht in 1607 is ling tot de overige leden van zijn hij eerst getrouwd geweest met familie was hij een slecht financier Cecilia Godin en na haar dood vol- en geraakte "door lossicheyt" dergens overlevering door haar char- mate in de problemen dat zijn me betoverd onder de blanke zon broers, zusters en neven hem welvan Zweden hertrouwd met zijn volle iswaar er financieel bovenop hielnicht Johanna de Geer, dochter pen, maar tegelijkertijd dwongen
in twee jaarlijkse termijnen door zijn oudere broers Jacob en Louis. Een kaartje van de situatie met de akte der betaling van de koop van 'Meervliet' bleef bewaard bij de papieren van Louis Trip (3). Mej. I.H.
van Eeghen konsi.ateert op grond van haar studie van het Trippen-
ben opdrachten gekregen van telgen uit de vermogende Trip-familie. In 1654 zijn door Ferdinand Bol de drie zoontjes van Hendrik Trip en (tweede) echtgenote Johanna de Geer in de bokkewagen geschilderd (6). Mej. Van Eeghen 121
meent dat het tafereel zich met zekerheid in Heemstede heeft afgespeeld.
die toen het geheel bezat. Louis Trip heeft korte tijd later de noordelijker gelegen hofstede 'Hout- en Mathias Trip (1648-1695) houdt Duinzicht' (Vredenhof) gekocht. In de teugels in handen, terwijl Jacob 1685 is door Jacob Trip een over(1650-1695) de kleine Louis {1653- eenkomst aangegaan betreffende 1700) welke nauwelijks één jaar is lozing van water uit de vijver van vasthoudt. Later heeft Bol de ouders Rustmeer, met toenmalig eigenaar tweemaal geportretteerd en in 1663 Edmond Schardinel, over het terde moeder met Cecilia en Laurens rein van Meervliet (8). In hetzelfde op meer allegorische wijze voor een jaar is deze Jacob Trip, nadat zijn schoorsteenstuk in het Trippenhuis oom Louis het tijdelijke met het vereeuwigd. Op 25 maart 1654 eeuwige had verwisseld, bezitter heeft neef Pieter Trip (1597-1655) geworden van 'Meer en Berg'. Hij de nabijgelegen buitenplaats 'Val- overleed op 20 juli 1695, ongekenburg' voor een bedrag van huwd en kinderloos. Zijn oudere f 15.000,-aangekocht en ruim één broer Mathias (1648-1695) stond jaar later zullen Hendrik en Louis in het testament als erfgenaam en hun bezit in Heemstede uitbreiden zou de naam 'Meer en Berg' hebmet de hofstede ten zuiden van ben bedacht, doch ook hij overleed Meervliet - sedert 1695 'Meer en nog geen drie maanden nadien. Berg' geheten. Begin 1696 besloten de executeurs In tegenstelling tot wat men zou van het testament, de voogden der mogen verwachten zijn 'Meervliet' minderjarige kinderen van Mathias en 'Meer en Berg/Meerzicht', of- Trip, erfgenamen van Jacob Trip, wel de "kleine" en de "grote" plaats voor f 3.880,- te verkopen aan niet met elkaar verenigd (7). Meer- Cornelis Bors van Waveren (sedert vliet is vermoedelijk als logeerhuis 1690 reeds in het bezit van Rustin stand gehouden en na de samen- meer/Bosbeek). In de transportakvoeging met 'Rustmeer/Bosbeek' te staat vermeld: "Een hofstede met gesloopt. Ofschoon hun moeder sijn huysinge, stallinge, boerewooen oom Louis eigenaar waren, is ninge etc...", gemeten en in kaart de hofstede op 28 januari 1681 in gebracht door Antony Velsen, landAmsterdam geveild en bij opbod meter van de stad Haarlem. De f 9.800,-, gemijnd op f 12,- aan- kamerbehangsels waren niet in de gekocht door de broers Louis en koop besloten en zouden door onJacob, zonen van de in 1666 over- afhankelijke experts worden geleden Hendrik Trip. taxeerd, waarbij Bors van Waveren Op 5 maart 1684 verkocht Louis kon beslissen of hij al dan niet met Trip zijn helft aan zijn broer Jacob, overname accoord zou gaan. De 122
overdracht van Meerviiet of "de kleyne plaats" geschiedde in Heemstede voor schout Johan van der Poel. Meer en Berg werd afzonderlijk verkocht, na 1730 samengevoegd met de zuidelijker gelegen hofstede 'Leeuwenbergh'. Door mr. Bors van Waveren, pensionaris van Amsterdam en een vermogend ossenweider, is Meervliet, evenals na 1717 het ten oosten van de Bennebrouckerweg (thans Clipper Dreef/Glipperweg) gelegen 'Overthoorn' {nu Merlenhoven) verenigd met Bosbeek, dat bij verkoop in 1731 is uitgegroeid tot 28 morgen en 308 roeden. In de transportakte wordt melding gemaakt van het feit dat de plaats "vanouts genaemt Meerviiet, met de stallinge waarvan het huys is verkogt en afgebrocken". Het kleine Meerviiet heeft overigens bij verkoop in 1636 ongeveer de helft opgebracht, vergeleken met de aankoopprijs in 1636, waarbij echter opgemerkt dient te worden dat de familie Trip gedurende zo'n zestig jaar van dit buitenbezit heeft genoten.
Van de erfgenamen van de dochter en schoonzoon van Crabbenmorsch, mr. Gregorius van de Velde, kochten Hendrik en Louis Trip op 15 mei 1655 ten overstaan van schout en schepenen van Heemstede "de grote plaats", bestaande uit een woning, schuren, boomgaard, plantagien en 8 morgen land (9). Nabij de bestaande woning is een vierkant pand van eenvoudige architectuur gebouwd. De architect is onbekend, maar het is zeer wel mogelijk dat Justus Vingboons tekenaar, bouwmeester en kaartmaker in het kunstbedrijf van de
Meerzich t en Meer en Berg (l 655-
voor het gehele complex geïntro-
1696) In 1636 hadden de broers Hendrik, Jacob en Louis Trip de bescheiden hofstede (Meerviiet) voor de neus weggekocht van Nicolaas Crabbenmorsch die even zuidelijker reeds over een buiten {Meer en Berg) beschikte.
duceerde nieuwe naam 'Meer en Berg' duidt tevens op de 'berg' waar thans Mariënheuvel staat. Het in opdracht van de gebroeders Trip gebouwde huis is te zien op een ontwerptekening van Daniël Marot uit 1704. Links van de toegangspoort zijn in de periode van
familie Vingboons - hiervoor verantwoordelijk was. Na beëindiging
van het kontrakt voor het nog bestaande 'Riddarhus' - de zetel van de hoge raad van adel in Zweden te Stockholm is deze in 1656 naar Amsterdam teruggekeerd. Louis en
Hendrik Trip hebben hem leren kennen vanwege hun belangen in de Zweedse smeltovens {10). Dit landhuis 'Meerzicht' is duidelijk
zo genoemd wegens het uitzicht over de weiden op het nabijgelegen Haarlemmermeer. De later
123
De Neuville-Van Lennep gedurende de eerste decennia van de 17de eeuw de stalgebouwen, koetsierswoning e.d. tot stand gekomen; rechts enkele witte paviljoenachtige gebouwen in Franse stijl, waaronder een achthoekig pand - met
sen in totaal f 22.000,-, gelijkelijk verdeeld over beide broers. In 1660 kochten zij de nodige ruimte aan de Kloveniersburgwal voor f 54.000,-, waarop in de volgende jaren door architect Justus Vingboons ontworpen een monumentaal dubbelop het platte voordak beelden van woonhuis is gerealiseerd, dat in tokinderen, zoals te zien op een 18de taal het voor die tijd kapitale beaquarel van H.P. Schouten en een drag van ongeveer een-kwart miltekening en gravure van H. Spil- joen gulden gekost heeft - algeman. meen bekend onder de naam het Na de bouw van een nieuw huis Trippenhuis. Beslist door het lot met 36 kamers in het begin van bewoonde Hendrik het noorderdeel deze eeuw meer naar achteren op en Louis de zuiderhelft. het landgoed (thans Mariënheuvel) De bekendheid van zijn rijkdom zijn omstreeks 1908 de woonhui- verleidde twee schelmen, aangeduid zen aan de zijde van de Glipperweg met Diodati en Swetoni, Louis Trip gesloopt. Enkel het stevigste, te- en enkele andere kooplieden in vens het oudste gedeelte, 'Meer- 1661 een anoniem briefje te sturen zicht', daterend uit de tijd van de met de mededeling binnen 24 uur Trippen, bleef overeind. Met de op nader genoemde plaats duizend restauratie en verbouwing in 1983 pistoletten en opmerkelijke somtot tweepersoons- en eenpersoons- men gelds in een zak neer te zetten, appartementen is getracht het his- vergezeld van het dreigement dat torisch karakter te handhaven. wanneer hieraan geen gevolg zou Terug naar de Gouden Eeuw. De worden gegeven men hen zou webroers en hun naaste verwanten ten te vinden en neersteken dan waren hier omringd door familiele- wel ombrengen. Ondanks een door den en Amsterdamse zakenrelaties justitie uitgeloofde beloning van op de hofstedes: Rustmeer/Bos- duizend zilveren ducaten zijn de afbeek (Coymans), Overthoom (Go- persers nimmer gepakt. din), Meermin (Hooft), en Leeu- Nogmaals ontsnapte Louis Trip aan wenbergh (Gerard of Geraerds). de dood, thans om geheel andere Voorts Reepmaker op een naam- reden. In 1664 verbleef hij op zijn loze hofstede aan de Berchlaan in landgoed in Heemstede. In zijn journaal vermeldde hij dat tengevolge Groenendaal. Met de genoemde uitbreiding van van een omgevallen kaars terwijl hun bezit in Heemstede bedroeg de hij sliep brand uitbrak. "God de totale waarde van beide buitenplaat- Heere gelooft en gedanckt moet 124
sijn my soo genaedelyck bewaert heeft". Deze begrijpelijke ontboezeming staat onder een minder begrijpelijk recept 'voor het graveel', dat wil zeggen nierstenen (11). In november 1666 stierf geheel onverwacht Louis' broer Hendrik, waardoor deze geheel alleen voor
firma hebben voortgezet. Met Johanna de Geer hield Louis de hofstede in Heemstede aan om tijdens de zomermaanden de druk van de stad te kunnen ontvluchten. Al in de periode van Meervliet zijn wederzijds beleefdheidsbezoeken afgelegd bij Adriaan Pauw, zoals
Huize Meerzicht - rijksmonumentnummer 21086 - houdt de herinnering levendig aan Hendrik en Louis Trip. (foto Theo Dekker) de zaken kwam te staan die zich de
laatste jaren overigens geheel beperkten tot de ijzerhandel. Tot 1668 bleef de compagnie met zijn schoonzuster Johanna de Geer (weduwe van Hendrik de Trip) konti-
later bij ambachtsheer Gerard Pauw. In 1676 maakte Johan Wilhelm, de latere keurvorst van de
Palts, op 18-jarige leeftijd een educatieve reis door Nederland ondertleiding van zijn mentor, de jeruiet
nueren, waarna de zonen van Hen-
Johan Pakenius. Zij bezochten o.a.
drik en Johanna: Mathias {16481695) en Jacob (1650-1695) de
Amsterdam, Haarlem en Leiden en brachten een bezoek aan het bui125
BEKNOPTE GENEALOGIE TRIP IN RELATIE TOT HEEMSTEDE Gerrit Jansz. in de Trip vermeld 1495/1530 Jan Gerritsz l——————— Gerrit Janszoon
Jan Janszoon
I Elias
Cornelis
Pieter
(1) 1597-1655 x
Jacob Janszoon
Sophia (5) 1614-1679
1569-1636 x 1.Maria de Geer 2.Aletta Adriaensdr. (4) _____l Adriaen (4) Jacobus (10) 1620-1684 1627-1670
(1. Sara van Straten) 2. Christina de Graaff (D
(1)
(1. Elisabeth Backef) 2. Margaretha Munter
Valkenburg
(2) (3) (4) (5) (6) (7) (8) (9) (10) (11) (12) (13)
Jan . (7) Meervliet 1664-1732 Meerzicht/Meer en Berg De Schans (Beverwijk) 't Klooster 1. Maria Cecilia Nijs Hart- en Duinzicht (Vredenhof) (2. Elisa Tiellenii) ( 7 ) Achter Koekoek; Heer/Vrouwe van Berkenrode Woestduin Blekerij Bennebroek Jacobu Jaci (de Jonge) (8) Jachtrecht in Heemstede 1695-1756 1S91-1721 Saxenburg (Bloemendaal) i De Hartekamp l Schenking aan Heemsteedse armen Johanna Elisabeth 1719-1750
Jacob ca.1576-1661 x Margaretha de Geer l____________ l Jacob(2) Louis (2) (3) Hendrik (2) (3) 1604-1681 1605-1684 1607-1666 x x x Johanna Godin Emerentia Hoefslager l.Cecilia Godin 2 .Johanna ————d R .GfiP.r————,————— Margaretha (9) Jacob (13) Mathias f2)(3) Jacob Louis 1648-1695 (2)(3) (2)(6) 1650-1695 1653-1707 x x x^ Samuel de Marez (9) Margaretha Trip Margaretha Trip
Hendrik (11) 1685-1737
Pieter Clifford (12)
126
127
tenhuis der familie Trip, bij welke gelegenheid Louis Trip een toast uitbracht op de vorstelijke persoon die incognito aanwezig was (12). Toen uiteindelijk ook koopmanburgemeester Louis Trip in 1684 overleed - zoals zoveel familieleden begraven in de Westerkerk - is aan het personeel in september een rouw toegekend. Deze bestond uit de betaling van een zekere periode loon. Het personeel in Amsterdam bestond uit Dirckie de keukenmeid, Willempie de werkmeid, Marie de kindermeid, Huyg de koetsier en Jacob de lijfknecht. "Het jaar 'huur' of loon werd in ponden van 6 gulden genoteerd en bedroeg respectievelijk 12,11 en 10 pond voor de vrouwen en 15 en 10 pond voor de mannen (...). Op de hofstede in Heemstede, waar Johannade Geer - de moeder van Mathyas - de scepter nog zwaaide, was een naamloze meid, die op 23 oktober 5 maanden huur, verschenen op l oktober, ontving en wel f 30,-. De tuinman daar wordt als enige met naam en toenaam genoemd, Herman de Jager. Hij had al op 21 juli zijn rouw uitbetaald gekregen; op 22 november ontving hij voor onkos-
ten f 431.1" (13}. Mathias was belast met de liquidatie van Meer en Berg. Hij ontving f 5,- per dag als vacatiegeld. De inboedel werd in Heemstede geveild op 21 en 22 januari 1685. Mathias kocht het een en ander, maar zijn broers Jacob en Louis 128
veel meer. De buitenplaats zelf werd samen met vier pakhuizen op Uilenburg - deze waren beide nog onverdeeld bezit en uit de inkomsten van de pakhuizen waren de onkosten van de hofstede betaald - in acht parten in dezelfde maand in de Amstelstad ter veiling gebracht. Jacob Trip (1650-1696), handelaar in Zweeds ijzer, die al in 1681 eigenaar was geworden van Meervliet bleek hoogste bieder op de veiling van Meer en Berg op 27 januari 1685. De helft was reeds eigendom van zijn moeder, die in 1674 als weduwe werd aangeslagen voor een vermogen van f327.000,- en op 24 november 1691 zou overlijden. De andere helft die aan zijn oom Louis was toegekomen bracht uiteindelijk f 8.340,- op (14). Uit een inventarislijst, opgemaakt na het overlijden van Louis Trip door notaris J. de Winter 22 juli tot 9 augustus 1684 is bekend wat zich voor schilderijen, tapijten, meubilair e.d. in Heemstede bevond. Onder meer een schilderij van de
teerpakhuizen in Monnikendam, die evenals de pakhuizen op Uilenburg door de gebroeders Trip waren gebouwd. Na de dood van Jacob Trip en korte tijd later van zijn broer en erfgenaam Mathias in 1695 werden Meer en Berg (incl. Meerzicht) en Meervliet in Amsterdam geveild op 27 januari 1696 en op 12 april van dat jaar overgedragen ten over-
staan van schout en schepenen in Heemstede. Voor f 12.100,- is de vermogende textielkoopman David de Neufville, gehuwd met zijn nicht Agneta, eigenaar geworden van Meer en Berg, dat een periode van nieuwe bloei tegemoet ging, in 1732 uitgebreid met de hofstede Leeuwenbergh. Ofschoon broer Louis (1653-1707) op dat moment nog beschikte over de buitenplaats Hout- en Duinzicht aan de Herenweg, kwam daarmee eigenlijk na respectievelijk 60 en 40 jaar een einde aan het oorspronkelijk bezit van de familie Trip in Heemstede. De meeste telgen van de familie Trip leefden ondanks de weelderige stadswoning van Louis en Hendrik Trip op bescheiden voet. Louis Trip bijvoorbeeld verteerde volgens eigen opgave niet meer dan f 9.000,- op jaarbasis. Dat veranderde overigens toen zijn dochters Margaretha en Anna Maria trouwden en .beiden het ouderlijk huis betrokken (15). Konkluderend kan worden gesteld dat de Trippen 'Meervliet' en 'Meer en Berg' slechts hebben aangewend
onderhouden. Gelet op de bescheidenheid zowel wat omvang als aanleg betreft niet als statussymbool om mee te pronken. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Adriaan Pauw, George Clifford van de Hartekamp en Dirk van Lennep. Laatstgenoemde, verwant aan De Neufville, maakte van Meer en Berg een ware lustplaats met fraaie tuinaanleg en beeldentuin, hetgeen hem op de rand van het faillissement bracht, waarbij zijn familie moest bijspringen om de eer van de familie te redden. De overige landhuizen die de Trippen in Heemstede hebben bewoond en waarover in twee vervolgbijdragen zal worden verhaald, zijn in de loop der jaren geruïneerd, afgezien van Vredenhof, sedert 1927 binnen de gemeente Haarlem gelegen. Het huis 'Meerzicht', dat weinige jaren geleden ternauwernood van de ondergang werd gered, is de enige zichtbare herinnering aan deze wakkere ondernemers, die als wapenfabrikanten weliswaar geen standbeeld verdienen, doch ontegenzeggelijk hebben bijgedragen aan de bloei van de Gouden Eeuw.
om van het buitenleven te genieten
en onderlinge familiekontakten te
Hans Krol
NOTEN (1) (2) (3) (4)
H.J. Trip, De familie Trip. Groningen, 1883, blz. 2 P.W. Klein, De Trippen in de 17e eeuw; een studie over het ondernemersgedrag op de Hollandse stapelmarkt. Assen, 1965. (Proefschrift). Gemeentearchief Amsterdam; Weeshuisarchief, la 552. LH. van Eeghen, De familie Trip en het Trippenhuis. In: Het Trippenhuis te Amsterdam, 1983, blz. 34.
129
(5)
(6)
(7)
(8) (9)
(10)
(11) (12) (13) (14) (15)
130
J.E. Elias, De woedschap van Amsterdam 1578-1795. 2 delen. Uitgave Haarlem, 1903-1905. Deel 2, blz. 548-549. Bij notariële akte van 26 september 1673 verklaart Jacob Trip zijn broer Louis en zusters, alsmede enige van hun kinderen eeuwig dankbaar te zullen zijn "voor hem merckelijcke capitalen te betalen" en voorts "noyt van sijn leven meer te doen eenige negotie, ofte van imanden ter werelt op te nemen eenige gelden of deposito etz. {blz. 557). In een boedelveiling van 11 mei 1740 van Hendrik Trip (1685-1737), kleinzoon van de gelijknamige bouwheer, komt men onder de 55 schilderijen behalve het tafereel met de bokkewagen óók voor: "Naakte kindertjes" van F. Bol. Men zou bij het laatste doek tevens aan de kinderen van Hendrik Trip en Johanna de Geer kunnen denken, doch voor zover bekend staat dit schilderij niet meer. Zie: S.A.C. Dudok van Heel, Het maecenaat Trip; opdrachten aan Ferdinand Bol en Rembrandt van Rijn. In: Kroniek van het Rembrandthuis, 1969, blz. 14-26. J.W. Groesbeek heeft in zijn 'Heemstede in de Historie' abusievelijk de eerdere overdrachten van 'Meervliet' bij 'Meer en Berg' geplaatst alsmede het bezit van Crabbenmorsch evenals de overdracht van hofstede 'Meer en Berg' in 1655 aan Hendrik en Louis Trip over het hoofd gezien. H. Krol, Geschiedenis van het buitengoed Bosbeek in Heemstede en van het adellijk geslacht Van Merlen. 1987, blz. 13. Naar gegevens uit het gemeentearchief van Heemstede. F.K. van Lennep, Verzameling van oorkonden betrekking hebbende op het geslacht Van Lennep, II. Deventer, 1927, blz. 81, nr 1370: Eigendomsbewijzen Meer en Berg, Heemstede. K. Ottenheym, Justus Vingboons. In: Het kunstbedrijf van de familie Vingboons; schilders, architecten en kaartmakers in de gouden eeuw. Amsterdam, 1989. Meer bekendals bouwmeester van buitenhuizen was broer Philips Vingboons (1607/08-1678), die zomerverblijven ten behoeve van de Amsterdamse notabelen ontwierp in de polders de Purmer en de Beemster, langs de Amstelveense weg en in de Vechtstreek. Aangenomen wordt dat Philips Vingboons het klassicistische en strakke brede 'stadshuis buiten' heeft ontwikkeld en verbreid. P.W. Klein, op citaat, blz. 53. Het verslag van deze 'Grand Tour' verscheen in 1695 in Keulen. Aanwezig in de Koninklijke Bibliotheek, Den Haag. I.H. van Eeghen, op citaat, blz. 69. I.H. van Eeghen, op citaat, blz. 121. Hun huwelijken kostten respectievelijk f 8.438,- en f 8.300,- en de bedragen voor uitzet, als bruidsschat e.d. beliepen f 121.000,- en f 114.000,- (!). De schoonzonen leefden veel royaler als de heer des huizes. Louis Trip meende dat zij naar zijn dood verlangden. Beide schoonzonen zijn daarom bij testament door hem onterfd en van de regeling en het beheer van zijn nalatenschap, met inbegrip van 'Meer en Berg' nadrukkelijk uitgesloten. J.E. Elias, op citaat, blz. 557.
VOHB brengt bezoek aan Rijksmuseum Kröller-Müller te Otterlo De Vereniging Oud HeemstedeBennebroek hield op zaterdag 27 augustus jl. haar jaarlijkse dagtocht naar het Kröller-Müller museum te Otterlo. Dit excursie-object was volgens voorzitter Gerard Schuitemaker gekozen omdat dit jaar het thema is: "Het beeld in de omgeving". De voorzitter kon nu ook weer een goed gevulde bus met belangstellenden welkom heten. De dames Lenie 't Hooft en Hennie Nierhoff hebben deze tocht voorbereid. Lenie 't Hooft geeft eerst enige algemene informatie over dit museum. Het Kröller-Müller museum dankt zijn bestaan aan Helene Muller (1869-1939), dochtervan een Duits industrieel. In 1888 trouwt zij met de Nederlander Anton KrÖller, die de leiding krijgt over het bedrijf van haar vader. Met steun van haar echtgenoot brengt zij een uitgebreide collectie kunst bijeen. In 1935 draagt zij haar inmiddels tot museale omvang uitgegroeide verzame-
ling over aan de Nederlandse Staat. Deze Iaat er een museum voor bouwen in het Nationale Park De Hoge Veluwe. Dit museum, ontworpen door Henry van de Velde wordt
geopend in 1938. In 1961 wordt het museum uitgebreid met een beeldentuin. Hennie Nierhoff geeft hierop een toelichting. De beeldentuin, met 21 ha. één der grootste van Europa, herbergt een unieke collectie sculptuur. Bijzonder is de drijvende sculptuur van Marta Pan. Om 10.45 zet het gezelschap zich
eerst in het restaurant aan de koffie met cake. Daarna wordt in het museum een dia-voorstelling gegeven. De bezoekers krijgen daarmee een goede indruk wat er zo allemaal in het museum is te zien. Vervolgens wordt een bezoek gebracht aan het "Depot op zaal, schilderijen van A tot Z". Vanwege een ingrijpende verbouwing en herinrichting van het grote depot van het museum wordt een groot deel van de daar opgeslagen schilderijen nu getoond in deze expositie, die alfabetisch alle schilderstukken laat zien. Na een goed verzorgde lunch werden onder deskundige leiding in twee groepen de Beeldentuin en park bezocht. Gelukkig was het even droog tussen de buien door en kon het fraaie landschap gestoffeerd met 131
prachtige beelden worden bewonderd. Uiteindelijk moesten de paraplu's weer op en daarna werd de excursie binnen voortgezet. Om klokslag vier vertrok het gezelschap weer Heemstedewaarts, verrijkt met veel indrukken en kennis
over schilderstukken en beelden uit dit prachtige museum. Een woord van dank van de voorzitter aan de beide organisatoren was zeker op zijn plaats. J.O.
Monument in Bennebroek Onder het hoofd "Bennebroek in de oorlogsjaren" werd in de vorige uitgave van dit kwartaalschrift (no 81 van augustus j.l.) een oproep gedaan om gegevens, foto's, docu-
menten e.d. betreffende de Tweede Wereldoorlog. Er was bij afgedrukt een foto van een kruis, waarop de woorden "Voor hen die vielen". Duidelijk een monument ter herdenking van oorlogsslachtoffers. Helaas ontbreekt bij deze foto een onderschrift. Mede omdat ik er vragen over kreeg leek het mij goed over dit herdenkingskruis iets te vertellen.
Al direct na de bevrijding in mei 1945 kwam bij een aantal Bennebroekers de gedachte op, dat het
goed zou zijn de slachtoffers van de oorlog op een of andere wijze te gedenken. Uit de kring van de Oranjevereniging en in het bijzonder uit de toen opgerichte buurtvereniging " Wilhelmina" (in het oude dorp rond de Schoollaan) kwamen plannen in die richting. Men kwam op korte termijn niet tot overeenstemming Monument in Bennebroek ter her- over de wijze waarop en de plaats denking slachtoffers Tweede We- waar een monument zou worden gerealiseerd. De buurtvereniging reldoorlog (Foto: Doeser 1947) 132
hakte toen de knoop voorlopig door en plaatste het kruis, dat we op de foto zien, dicht bij de Schoollaan, ongeveer op de plaats waar nu de ingang is van de supermarkt.
Enkele maanden later kwam tot stand een "Comité voor de oprichting van een (definitief) monument voor de oorlogsslachtoffers in de Gemeente Bennebroek". Dit comité, waarin alle bewoners van het dorp zich vertegenwoordigd konden voelen, heeft weloverwogen besloten tot het tot stand brengen van een monument, dat werd geplaatst tegenover het Raadhuis aan de Bennebroekerlaan. Dit monu-
ment is ontworpen en gemaakt door de Bennebroekse beeldhouwster mevr. G.J. Loeff-van Someren Greve. De onthulling vond plaats óp zaterdag 3 mei 1947. Met het uitzicht op de totstandkoming van dit definitieve monument werd het bij de Schoollaan geplaatste kruis al eerder verwijderd. De in augustus gedane oproep heeft wel enkele nuttige reacties opgeleverd. Tot nu toe helaas echter nog wat te weinig. Het zou prettig zijn als meer lezers nog van zich zouden laten horen. M. Verkaik
"Het Wapen van Heemstede" in de 19e eeuw "De Franse Tijd", 1795-1813.
Het einde van de 18e eeuw en het begin van de 19e eeuw was de tijd van de overgang van de federale staatsinrichting van de oude republiek der zeven verenigde provincies naar de eenheidsstaat. In 1795 hadden de "Patriotten", gesteund door Franse troepen, de overhand gekregen, de "Prinsgezinden" stonden, na het vertrek van stadhouder Willem V naar Engeland, voorlopig buiten spel. In Heemstede werden-
de schoolmeester Jan Terwogt en de dorpsvroedvrouw Marijtje Lockers ontslagen vanwege hun oranje-gezindheid. De herbergier Pieter van Keulen, die als taxateur van het slachtvee ambtenaar van het dorp was en zich in 1787 een
verwoed vervolger van de patriotten had getoond kwam ook op de zwarte lijst. Pieter van Keulen, kastelein, 1791 - 1815.
In 1788 had Pieter Stork de her133
berg "Het Wapen van Heemstede", bestaande uit huis met stal, kolfbaan, erf en tuin, overgenomen van het echtpaar Fredrik Adolf Vogelezang en Aaltje Laa. Toen Pieter Stork in 1791 overleed, zette zijn weduwe, Elisabeth Johanna Faay, de zaak voort. Zij hertrouwde nog het zelfde jaar met Pieter van Keulen, die in 1757 te Bennebroek als jongste kind van Leendert van Keulen en Henrica Kramer ter wereld was gekomen. Elisabeth Johanna Faay liet bij haar overlijden in 1796 vijf kinderen na, twee uit haar huwelijk met Pieter Stork, en drie kinderen, Leendert, Pieter en Catharina Maria van Keulen, uit haar tweede huwelijk. Blijkbaar overtroffen de schulden de baten, de voogden over de nog minderjarige Rudolf en David Stork verklaarden van de erfenis te "abandonneren" oftewel af te zien; Pieter van Keulen heeft tenslotte, "na lang delibereren" in 1799 de nalatenschap voor zich en zijn kinderen aanvaard. Hij kreeg nu "Het Wapen van Heemstede" officieel op naam. Inmiddels was hij al in 1797
het herenhuis afgebroken en werden de gronden verkaveld. Pieter van Keulen werd in 1804 eigenaar van de grond tegenover "Het Wapen van Heemstede" en nam die in gebruik als weiland. In 1810 kocht Pieter van Keulen van Mr. Johan Valckenaar ook nog de landerijen tussen de Voorweg en de vaart van Groenendaal die tot dan bij Meer en Bosch hoorden. Sinds 1795 was de Bataafse Republiek moeizaam op zoek naar een eigen staatsvorm, maar de machthebbers uit die dagen moesten in toenemende mate ervaren dat de als bevrijders ingehaalde Fransen zich als bezetters gingen gedragen. In 1806 stelde keizer Napoleon zijn broer Lodewijk Napoleon aan als Koning van Holland, met de bedoeling in hem een trouwe, slaafse, vazal te vinden. Toen die verwachtingen niet bewaarheid waren geworden, werd
Holland in 1810 eenvoudigweg als een provincie bij Frankrijk ingelijfd. Een van de vele verordeningen die
in die jaren werden uitgevaardigd was het verbod na l januari 1813 nog in de kerk te begraven. Pieter
van Keulen was in die tijd een actief lid van de gereformeerde (Nederkinderen kreeg, waarvan de oudste, lands Hervormde) kerk en had mét een meisje, in 1810 is overleden. Evert Paradijs, broodbakker Joost Tibboel en de meester timmerman Tegenover "Het Wapen van Heem- Gerrit Munk jr., wiens naam we bij stede" lag de buitenplaats Val- onze naspeuringen nog meerdere kenburg. Nadat in 1799 de toen- malen zullen tegenkomen, zitting malige eigenares, Wilhelmina Ma- in het college van kerkmeesters. In ria de Wilde was overleden, werd 1811 was de "conscriptie" inge hertrouwd met Petronella Maria Smeerzaal, bij wie hij nog eens acht
134
voerd, de loting tot verplichte dienst in het Franse leger. De oudste zoon van Pieter van Keulen, Leendert van Keulen, die op 2 september 1792 was geboren werd ingelijfd bij het 124e "Regiment Infanterie van Ligne".
Pieter van Keulen is 57 jaar oud geworden. Op 6 mei 1815 is hij in "Het Wapen van Heemstede" overleden. De naaste buren, broodbakker Joost Tibboel en de "schoolhouder" Abraham Harrebomée, verzorgden de aangifte voor de burgerlijke stand. Drie weken voor zijn overlijden had Pieter van Keulen zijn stiefzoon Rudolf Stork en zijn broer Anthony van Keulen tot voogden aangesteld over de wettelijk
nog minderjarige Pieter en Catharina Maria van Keulen, terwijl Abraham Harrebomée door vrederechter W.A. Dólleman werd benoemd tot curator over de belangen van de "in de krijgsdienst afwezige", oftewel als vermist opgegeven Leendert van Keulen. De weduwe, Petronella Maria Smeerzaal, die het bedrijf voortzette, was voogdes over haar zeven minderjarige kinderen, met Gerrit Munk jr. als toeziend voogd. Notaris Haselaar uit Haarlem maakte voor de boedelbeschrijving de gebruikelijke ronde door het huis, van de opkamer aan de voorkant met uitzicht op de weg en de benedenkamer die op de werf uitkeek, naar de achterkamer en de tuin. Verder waren er nog de keuken, de "kombof", {waar gekookt en gewassen werd), het kantoortje en het voorhuis. Op de verdieping bevond zich de oude mangelzolder, "het nieuwe kamertje", de klerenzolder en de mangelzolder. Er was een karnhuis op de binnenplaats en een schuur in de tuin. In het koetshuis stonden de rijtuigen: een gele toerwagen, een rode halve kapwagen, een tourgon, een kiereboe, een chais en een kar, met de bijbehorende tuigen. Dan was er de kleine en de grote paardenstal, waarin de arreslee, met in de koestal nog een bokkewagen. Vóór het huis stonden twee zitbanken, de paarden en het vee bevonden zich in het land tegenover de herberg. 135
Catharina Maria van Keulen, de dochter van Pieter van Keulen en Elisabeth Johanna Faay, is twee maanden na het overlijden van haar vader op 20 jarige leeftijd, met toestemming van de over haar en haar broer gestelde voogden, getrouwd met Frederik van den Bunt, timmermansbaas op de Elandsgracht te Amsterdam, die echter reeds op 23 augustus 1817 is overleden. Zij hadden één kind, een zoontje dat Arend heette. Pieter van Keulen jr. is daags voor kerstmis 1815 getrouwd met Elisabeth Theodora van der Toom, een dochter van wijlen Jan van der Toom, meester-metselaar en lid van het dorpsbestuur, die in 1806 was overleden. Inmiddels was ook bericht ontvangen dat de vermiste oudste zoon van Pieter van Keulen, Leendert, op 22 november 1813, ver van huis en haard, in een hospitaal te Pleskow in Rusland gestorven was. Petronella Maria Smeerzaal, logementshoudster,
1815 - 1837.
Op 17 december 1817 vond de definitieve boedelscheiding plaats. Petronella Maria Smeerzaal werd eigenares van "Het Wapen van Heemstede", met de inventaris en het land tegenover de herberg, dat deel had uitgemaakt van de vroegere buitenplaats Valkenburg. De overige landerijen, ca. 10 morgen, 136
kwamen op naam van Pieter van Keulen jr. Petronella Maria Smeerzaal moest een hypothecaire geldlening aangaan van 2000 gulden bij haar zwager Anthony van Keulen uit Lisse. Het land tegenover "Het Wapen" was nu in gebruik als "teelland", de weilanden behorende bij het buitenverblijf "Overlaan" waren in 1818 voor 300 gulden per jaar in huur bij de weduwe Pieter van Keulen. Nadat haar oudste dochter, Christina, op 6 november 1836 was getrouwd met de broodbakker Nicolaas de Haan uit Lisse, heeft Petronella Maria Smeerzaal op 22 juli 1837 "Het Wapen van Heemstede", dat zoals in de acte werd vermeld, "zeer voordelig" was gelegen in het Dorp te Heemstede, verkocht aan de Hillegomse vleeshouwer Samuel Weller. Deze heeft het logement nog hetzelfde jaar doorverkocht aan Jan Lemmermans. Het land aan de overzijde dat bij de koop was inbegrepen, wilde hij aanvankelijk in kavels verhuren, maar in 1838
werd het eigendom van Henry Philip Hope, eigenaar van Bosbeek en Groenendaal. In 1873 kwam het in bezit van de familie van Merlen. In het begin van deze eeuw liepen er de paarden van stalhouderij van Schagen en was het bij gelegenheid als feestterrein in gebruik. In 1920 heeft de woningbouwvereniging "Heemsteeds Belang" hier de huizen aan de westzijde van het Wilhelminaplein gebouwd.
Toen Petronella Maria Smeerzaal "Het Wapen van Heemstede" verliet moet zij de zestig gepasseerd zijn geweest. Zij is waarschijnlijk niet binnen de gemeente overleden, haar overlijdensdatum is althans niet in het overlijdensregister terug te vinden.
Bouhuijs was eigenaar en kastelein tot 1873. Op 2 januari van dat jaar verkocht hij "Het Wapen van Heemstede" met annexe koeien- en paardenstallen, een afzonderlijke arbeiderswoning, erf en de achter de gebouwen gelegen tuin aan Louis Karel Grader van der Maas, die tot dan in Santpoort had geJan Lemmermans, woond. Theodorus Bouhuijs woonlogementhouder, de later op de Binnenweg in Heem1837 - 1841. stede, waar hij op 21 december 1885 is overleden. De nieuwe eigenaar van "Het WaLouis Karel Grader van der pen", Jan Lemmermans en diens echtgenote Maggeltje Swart gingen Maas, logement- en een lening aan van 1400 gulden, koffiehuishouder, verstrekt door Waander Jan Nik1873 - 1877. kels, broodbakker aan de Zandvaart, met "Het Wapen" als onderpand. Reeds in 1876 bracht dhr. Grader Jan Lemmermans, die oorspron- van der Maas "het logement, met kelijk timmerman van beroep was, koffiehuis en uitspanning, met daarheeft het logement verbouwd en aan verheeld koetshuis, paardenopnieuw ingericht met twaalf bene- en koeienstalling en afzonderlijke den- en bovenkamers en een ruime knechtswoning, turfschuur, bergkeuken en het toen op 9 februari plaats, enz." in de veiling. Zoals in 1841 voor 3000 gulden verkocht de aankondiging in de Oprechte aan de kastenmaker Theodorus Haarlemsche Courant vermeld "weBouhuijs en diens echtgenote Mar- gens vertrek". Het logement bevatgaretha Wilhelmina Kramer, bei- te een ruime koffiekamer, een groden uit Heemstede afkomstig. te achterzaal, en verscheidene "welingerichte" logeer-, spreek-, Theodorus Bouhuijs, dienstboden- en andere kamers. logementhouder, Voorts een grote keuken, provisie1841 - 1873. en wijnkelders en "verdere gemakken". Een en ander "zeer gunstig De familie Bouhuijs kreeg in "Het en aangenaam" gelegen bij de HerWapen" drie kinderen, twee doch- vormde Kerk te Heemstede, langs ters en één zoon, die in 1867, 22 de weg van Haarlem naar Haarjaar oud, is overleden. Theodorus lemmermeer. Een deel van de tuin,
137
die met "vele fijne vruchtbomen" was beplant, was verhuurd voor de bloembollenteelt. De evt. koper was ook verplicht voor de somma van 50 gulden het windhok voor de voordeur over te nemen, de twee binnen-jalouzieën voor de ramen in de opkamer en de twee buitenjalouziën voor de ramen van de achterzaal, en verder nog het kippenhok met loop in de tuin. De verkoop werd in de veiling opgehouden. Maar een jaar later werd "Het Wapen van Heemstede" volgens de annonce ook "zeer geschikt voor zomer- en winterverblijf" in het veilinglokaal "de Gouden Leeuw" in de Zijlstraat te Haarlem verkocht voor een prijs die 3500 gulden lager lag dan waarvoor destijds in de veiling opgehouden.
138
Louis Karel Grader van der Maas was inmiddels naar Wageningen verhuisd, waar hij het hotel "De Wageningse Berg" had overgenomen. De slotbepaling bij de veilingvoorwaarden vermeldde dat de aparte arbeiderswoning mondeling bij de week was verhuurd aan de arbeider Jan Vester voor één gulden per week. Anthonius Christianus
Knapen, eigenaar, 1877 - 1896. pachters: Roelof van Til, koffiehuishouder, 1882 - 1888. Jacobus Hendrik Avis, koffiehuishouder, 1888 - 1890.
De nieuwe eigenaar van "Het Wapen van Heemstede" was de op nr.
l in de Smedestraat te Haarlem woonachtige tapijthandelaar Anthonius Christianus Knapen. Pachter was van 1882 tot 1888 Roelof van Til, een zwager van Martinus Tibboel jr. de broodbakker. In 1888 kwamen Jacobus Hendrik Avis en zijn echtgenote Dieuwertje Houtkooper, vanuit Alkmaar, als uitbaters in "Het Wapen". Jacobus Hendrik Avis is op 15 october 1890 's morgens om tien uur dood aangetroffen, naar de overlevering luidt had hij de hand aan zich zelf geslagen. Zijn weduwe, Dieuwertje Houtkooper zette het bedrijf voort.
gemeenteraad is geweest, had zijn woning en werkplaats aan de overkant van de Achterweg, tussen de kerk en de tuin van de pastorie, op grond van de familie Dólleman. Hier stond ook het huis dat door de weduwe Geertruida der Kinderen van den Haag in 1818 voor 25 jaar aan de gemeente werd verhuurd als tijdelijke huisvesting van de school. Paul Hermann Eduard Ferdinand Geuer, koffiehuishouder, 1901 - 1928.
Dieuwertje Houtkooper, wed. Avis, koffiehuishoudster,
Dieuwertje Houtkooper op haar beurt heeft op 15 april 1901 het 1890(1896)- 1901. logement met koffiehuis en uitspanning, genaamd "Het Wapen van Bij de boedelscheiding na het overHeemstede" verkocht aan de Amlijden van Maria Aldegonda sterdamse koffiehuishouder Paul Sweerts, de echtgenote van dhr. Hermann Ferdinand Geuer. Met de Knapen kwam "Het Wapen" op hele inventaris, de stoelen en tanaam van de enigste zoon, Hugo fels, de bierpomp, kachels, tuinLambertus Knapen. Deze verkocht stoelen, enige bloembakken en een "het logement, met koffiehuis en klok. Er stond een biljart in het uitspanning" in 1896 aan Dieu- achterlokaal, dat ook gebruikt werd wertje Houtkooper. Sinds 1890 voor bijeenkomsten, en een tweewerden het koetshuis, de stallen en de biljart in de koffiekamer. In het de afzonderlijke woning met erf,
contract was de clausule opgeno-
die destijds bewoond werd door Jan Vester en diens vrouw Elisabeth van Tongeren, gehuurd door Jacobus Cornelis van Schagen, die hier zijn stalhouderij-vrachtrijdersbedrijf was begonnen. De (kunst-)schilder Wiliem Vester, {1824 - 1895), die ook lid van de
men dat Dieuwertje Houtkooper en haar zoon Cornelis Avis de eerste tien jaar binnen de gemeente Heemstede "geen logements- of koffiehuisaffaire mochten uitoefenen, noch enige handel drijven in wijnen, bieren, minerale wateren of gedestilleerd", zulks met een 139
dwangsom van 1000 gulden. Cornelis Avis werd koffiehuishouder in Haarlem, op het adres Smedestraat nr. 19, in 1915 is hij op 40 jarige leeftijd in het Elisabeth Gasthuis overleden. Zijn moeder, Dieuwertje Houtkooper woonde op de Kruisweg te Haarlem toen zij in 1919, 69 jaar oud, overleed. De enige dochter van Paul Hermann Eduard Ferdinand Geuer en diens in 1906 overleden echtgenote Anna Paulina Wiliems was Emilie Amalia Maria Geuer, die op 29 september 1883 te Amsterdam was geboren. Zij trouwde met buurman Martinus Joost Tibboel, de broodbakker, die in 1920 bij een motorongeluk om het leven kwam. Na het overlijden van haar vader in 1928 was de weduwe TibboelGeuer zowel eigenares van de
broodbakkerij met bijbehorende grond als van "Het Wapen van Heemstede" met annexe percelen. In 1929 werd het woonhuis met koetshuis, paarden- en koestal aan
Al tijdens het leven van dhr. Geuer werd "Het Wapen" verpacht. Oudere inwoners van Heemstede zullen zich nog de namen herinneren van de families Heitlager en Oolders. Uiteindelijk werd dhr. W. Thoolen in de gelegenheid gesteld "Het Wapen van Heemstede" te kopen. Na hem was dhr. Jos Aelen de eigenaar. Na diens vertrek kwam spoedig een einde aan de ruim drie eeuwen oude traditie van "Het Wapen van Heemstede".
J.W.G. van Doom.
bronnen: VHOB Diverse publicaties o.a. ''Heemstede in de Franse tijd", G. van Duinen,
1957. en "Geschiedenis van het onderwijs in Heemstede", deel II, G. van Duinen, 1953. RANHDTB Heemstede, doop-, trouwen begraaf registers.
de Achterweg nr. 38 gekocht door
RANHORA Heemstede, transport- en
Horis Petrus van Schagen. Emilie Amalia Maria Geuer, die in 1931 trouwde met de heer Wilhelm Leonardus Wassenberg, woonde later op het adres Achterweg 36, (het pand Achterweg 34-36, thans woonhuis van dhr. J.C.M, van Schagen), dat zij op eigen grond had laten bouwen. Op 3 october 1967 is zij, een half jaar na haar echtgenoot, overleden.
densregister Heemstede.
140
hypotheekregisters. RANHONA en NNA Heemstede. RANHHypotheekkantoor Haarlem, registers woordeliijke overschrijving, 1811 - 1838 en na 1838. RANHGeboorte-, huwelijks- en overlijRANHOverlijdensregister Haarlem. GAHONA, not. W.A. Haselaar. Gem.Archief Amsterdam. Overlijdensregister. Openbare bibliotheek Haarlem, archief O.H.C.
Jaarprogramma 1995 De evenementencommissie heeft zich al weer gebogen over het programma voor 1995. De precieze inhoud en plaatsen zullen nog nader bekend gemaakt worden. In ieder geval zullen wij aandacht geven aan de herdenking van de bevrijding van Nederland, 50 jaar geleden. In grote trekken zal het programma er als volgt uitzien.
dinsdag 14 februari 20.00 uur lezing zaterdag 22 april excursie in de omgeving dinsdag 16 mei 20.00 uur jaarvergadering zaterdag 26 augustus excursie/bustocht
zaterdag 9 september Open Monumentendag dinsdag 21 november 20.00 uur premieavond U kunt deze data alvast in uw agenda noteren. De evenementencommissie
141
Nieuwe leden vanaf 6-4-1994 tot 1-10-1994
HEEMSTEDE A. Blok A. Lamb J.M. Klaasen E. de Vries A. Zuidam-v.d. Linden H.A.T. Nooy P.L.C. Hilbers A. da Costa Senior M.K. Loeb J.E. Ammerlaan R. Drosterij T. Huijmans C. van der Schoot-Fenijn C.M. Kruseman-de Wal S. van Keulen
BENNEBROEK P.J.M, van den Brink F. Dicker P.E. Chün J.D. Suurmond G. Kuiper A. de Vries-Beyer M.P.A. v.d. Wateren-v. Lindern H.M. Vandewalle
N. Otsen
CANADA
J. van Moorsel A.J.H.M. Bierman
F.G. Powell-Lekx
142
HAARLEM C.W.L. van Roon Y.A.M, van Os-Peeperkorn
(foto M. Martin) Nogmaals de Johan Wagenaarlaan, na de (mislukte) bussluis en sinds kort (ontsierende) muur van 2,5 xlOO meter. Als paardemiddei om automobilisten tot langzamer rijgedrag te bewegen zijn in het midden van het splinternieuwe wegdek gaten gemaakt, omgeven door (gevaar-
lijke) betonnen banden. In de nacht van 22 op 23 oktober 1994 had een 34-jarige Heemstedenaar de twijfelachtige primeur in het gat te rijden. Men mag slechts hopen dat het volgende slachtoffer niet een
fietser is die de dupe wordt van teveel naar rechts uitzwenkende (vracht)auto's.
143
origineel houten uithangbord van herberg eertijds: "De Geleerde Man" in Bennebroek
144
BON Tegen inlevering van deze bon ontvangt naam adres .., woonplaats
..........................................................
een exemplaar van de jaarpremie 1994: Kroniek van het jaar 1895 Heemstede-Bennebroek a f 5,Deze bon is geldig tot l februari 1995.
Prijs voor niet-leden en extra-exemplaren f 10,--