Maandblad voor de Faculteit der Geesteswetenschappen UvA • Jaargang 20 • nummer 10 • Juli-Augustus 2012 • student.uva.nl/Babel
‘Een speciale dag’ van Maartje Wortel
Hadewych Minis ‘Ik word beloond voor mijn moed’
Literaire uitstapjes in Europa
Universiteit van Amsterdam
Faculteit der Geesteswetenschappen Juli-Augustus 2012
1
doolhof
Beeld /// Mina Etemand
INHOUD 02 CARTOON 03 eerst even dit 04 Aan de tand Hadewych Minis 08 8-8-4 Talenstudies 08 hersenspinsels
De hort op extra Wat is er in Amsterdam te beleven tijdens de zomer?
10
09 koffie met een proffie José Plug 10 Cult fiction One flew over the cuckoo’s nest 11 faculteitsfluisteraar 11 Column Borrel 12 in gesprek Bianca Hagenbeek 14 De hort op 16 reportage Literaire kaart van Europa 18 fictie Maartje Wortel
In gesprek Bianca Hagenbeek over de uitloting van vrouwenboot Flirtation op de Gay Pride
20 opinie Biologisch weerwoord
12
21 Brood op de plank Maria Janssens
Labyrint ‘September is nog zo abstract’, verzuchtte een redacteur in juni toen we al voorzichtig begonnen na te denken over de september-editie van Babel. Met ons hoofd stonden we nog aan het begin van een lange zomer. In september begint het nieuwe jaar, met het veelbesproken 8-8-4 systeem dat van start gaat aan deze faculteit, een nieuw kabinet – hoewel dat erg optimistisch klinkt; er komen in ieder geval verkiezingen – en een nieuwe hoofdredactie van Babel, bestaande uit Francisca Wals en onze vaste columnist Daan Borrel. Op pagina 11 lees je dus de laatste Borrel. Op die plek kan vanaf volgende maand jouw column staan. Dus staak je zoektocht naar een nieuwe hobby en stuur een aantal recente columns naar
[email protected]. Maar dat is september en dus eindeloos ver weg. Deze zomermaand voor de stedenhoppers, interrailers of hitchhikers een reportage over schrijversbestemmingen in Europa (denk aan eten in het favoriete restaurant van Kafka in Praag), voor de thuisblijvers ‘De hort op XL’ met evenementen in Amsterdam en kans op het winnen van kaarten voor Flirtation on the beach. En de doorstudeerders, zij die zich na midzomernacht nog in het labyrint van het P.C. Hoofthuis, te midden van het zien en gezien worden van de UB, of in het kille Bungehuis begeven, zwoegend aan een scriptie, slurpend aan hun koffie, bijtend in een taaie krentenbol – voor hen de beloofde tien geboden voor het schrijven van je scriptie. En ter ontspanning het doolhof op pagina 2 – resultaat van een geheime hobby van Mina. Omdat puzzels en vakantie nu eenmaal onlosmakelijk verbonden zijn. Op pagina 18 bovendien een kort verhaal van schrijfster Maartje Wortel. September is nog lang niet in zicht. We zitten nog midden in het heerlijke labyrint van de zomer. Lucia Admiraal en Mina Etemad
22 De boekenkast Johan Fretz 23 Babel selecteert 24 wat (b)lijkt
De boekenkast
Reageren? Alle artikelen in Babel worden geschreven door FGw-studenten. Er wordt gestreefd naar kwaliteit van de teksten en een goede afweging tussen faculteitsgerelateerde onderwerpen en artikelen die aansluiten bij het studentenleven. Natuurlijk staan wij open voor reacties of commentaar. Wil je reageren op de inhoud in het algemeen of op een specifiek artikel, of is je iets opgevallen? Mail dan je reactie naar
[email protected].
Politiek idealisme van t
22
Colofon
Babel, Maandblad voor de Faculteit der Geesteswetenschappen, Spuistraat 134, kamer 112, 1012 VB Amsterdam,
[email protected] www.student.uva.nl/babel
Hoofdredactie Lucia Admiraal, Mina Etemad Penningmeester Fien Vermeulen Redactie Daan Borrel, Quint Italianer, Carlijn Schepers, Kim Schoof, Sietske van der Veen, Lieke van der Veer, Fien Vermeulen, Eline Visser, Francisca Wals, Fleur Willemsen Medewerkers Thomas Huisman, Christina Lammer, Maartje Wortel Eindredactie Lisanne Buijze, Myrthe Geerts, Sabine Jansen, Mariska Moerland, Niqué van den Tillaart, Vera de Sterke Juli-Augustus 2012
Beeldredactie Thomas Huisman, www.thomashuisman.nl Fotografie Thomas Huisman, Marlon Linnemann Illustraties Guy Verbeek Redactieraad Yra van Dijk, Stéphanie Heeren, Iain de Jong, Reinier Kist, Everdien Rietstap, Floor Rusman Vormgeving Luke van Veen, www.lukevanveen.nl Druk Grafiplan Nederland BV, www.grafiplan.biz Schrijven of illustreren voor Babel? Babel heeft regelmatig plaats voor nieuw schrijftalent, fotografen en illustratoren. Mail ons je cv en recent werk. Cover /// Thomas Huisman
3
‘Ik ben niet iemand die altijd hetzelfde traject afloopt’
4
Babel
aan de tand
‘Ik wilde geen pionnetje meer zijn’ Hadewych Minis (1977) speelde in de films Moordwijven en Zwart Water en de series Floor Faber en De Kroon. Vorig jaar verliet ze Toneelgroep Amsterdam om zich te richten op het maken van muziek. Haar eerste album is onderweg. Toch gaat ze nu weer in een film spelen, van Alex van Warmerdam. Tekst /// Carlijn Schepers Beeld /// Thomas Huisman
M
inis doet open met haar zoontje op de arm. Even later zitten we aan haar keukentafel met een kop brandnetelthee en een Merci-chocolaatje. Op Minis’ schoot brabbelt de vier maanden oude Salvador af en toe vrolijk mee. Ze vertelt dat ze gelukkig is. ‘Ik wist niet dat een kind hebben zo fantastisch kon zijn. Ik was bang geworden door alle negatieve verhalen over huilen, slapeloze nachten en stress, maar Salvador brengt alleen maar geluk.’
Carrièreswitch
Het is al meer dan een jaar geleden dat ze haar vaste aanstelling bij Toneelgroep Amsterdam opgaf om zich volledig te storten op het maken van muziek. ‘Het leek me zo tof om eens iets helemaal zelf te maken. Om niet altijd maar het pionnetje van de regisseur of producent te zijn. Ik had natuurlijk ook zelf een script kunnen schrijven, maar ik was altijd al bezig met muziek, dus koos ik daarvoor.’ Een vaste baan bij Toneelgroep Amsterdam, dat willen alle Nederlandse theateracteurs wel. Zij zullen misschien niet begrijpen dat Minis wegging, maar soms vergde het veel van haar. ‘Ik vond het geweldig, maar het kostte me ook veel energie. Toneelgroep Amsterdam speelde veel in het buitenland en dat wilde ik niet meer. Doordat ik alleen maar weg was, kwamen dingen die ik ook leuk vind – zoals filmacteren, muziek maken en inspreekwerk – in de verdrukking. Het lijkt wel romantisch om over de hele wereld te spelen, maar voor mij was het niet zo geweldig. Ik moet in een vreemd land altijd eerst acclimatiseren en als ik eenmaal gewend ben, dan moet ik van mezelf ook wat gaan zien van de stad. Dat betekent vroeg opstaan en de hort op, want ja: je bent wel in Sydney, bijvoorbeeld. Dan kon ik gewoon niet in bed blijven liggen. Maar dan had ik ’s avonds ook nog een voorstelling. Vaak was ik na zo’n reis helemaal gesloopt.’ Dus ze besloot de stap te maken van toneel naar muziek, ondanks de moeilijke tijden in de kunstJuli-Augustus 2012
sector. In tegenstelling tot de meeste zangers, koos ze niet voor piano of gitaar om zichzelf te begeleiden. ‘Ik kocht vier jaar geleden mijn eigen basgitaar, omdat ik voor een voorstelling bas moest spelen. Toen ik later zelf nummers wilde gaan schrijven, baalde ik dat ik destijds geen ander instrument gekozen had. En aan mijn acht jaar vioolervaring had ik ook weinig, behalve instrumentgevoel. Totdat iemand me vertelde dat Sting ook muziek schrijft met zijn basgitaar. Hoewel ik zoals altijd dacht dat ik het niet kon, ben ik het toch gaan proberen. Stiekem, in een hoekje van mijn kamer. Pas na verschillende enthousiaste reacties uit mijn omgeving, durfde ik met mijn eigen nummers het podium op. Dat was tijdens de theatertour met Mike Boddé: Gelukkig met Hadewych en Mike.’
Zing ik “Cold Turkey” van John Lennon, dan doe ik net alsof ik aan het trippen ben
Om het cliché van ‘de zoveelste actrice die denkt dat ze ook kan zingen’ te voorkomen, wilde Minis niet als zangeres met een band optreden. ‘Ik wilde iets nieuws doen, me onderscheiden. Ik zag dat The Ting Tings, The Kills en The White Stripes het prima afging met alleen gitaar en drums, dus waarom zou een combinatie van drums en bas dan niet kunnen? Ik treed nu op met Jan van Eerd: hij doet de drums, ik de bas en zang.’ Ze bedacht zelf een naam voor haar muziek. ‘Ik noem het electro-
ponk. De nummers zijn popachtig en mijn basspel is punk en funk. Ik maakte van pop, punk en funk ponk. Electro plakte ik ervoor, omdat we soms samples laten meelopen. Het geheel is vooral lekker swingend.’
Eigenwijs zoals Jobs
Inmiddels zijn Minis’ eerste twee singles “Invite you” en “Chuck” uit en verschijnt haar album Hade: part one dit najaar. ‘Het is zo onwerkelijk. Ik hoorde “Invite you” voor het eerst in een tankstation. Dus ik rende gillend naar buiten om het mijn vriend [acteur Tibor Lukács, red.] te vertellen. Volgens mij dacht iedereen dat ik niet goed was en een aanval kreeg, maar ik vond het zo cool.’ Eigenlijk had ze haar droom heel klein gehouden en vond ze toen al dat die was uitgekomen. ‘Ik had best een enge beslissing genomen door mijn vaste baan op te geven, maar het lijkt wel alsof ik beloond word voor mijn moed. Steve Jobs zei ooit dat je moet genieten van het leven, maar altijd eigenwijs moet blijven. Als iemand tien jaar geleden met het idee was gekomen om een apparaat te besturen door met je vinger over het scherm te gaan, dan had iedereen diegene voor gek verklaard. Maar Jobs durfde het te doen en werd ervoor beloond. Zo voelt het voor mij ook en dat waardeer ik aan het leven.’ De ervaring die ze opdeed in de jaren dat ze actrice was, kan ze nu goed gebruiken. ‘Ik merk door al die podiumervaring dat ik een stuk minder zenuwachtig ben als ik moet optreden. En het is ook erg leuk om een beetje te acteren op het podium. Zing ik bijvoorbeeld “Cold Turkey” van John Lennon, dan doe ik net alsof ik een beetje aan het trippen ben. En wanneer ik een nummer zing van Billy Holiday dan beeld ik me in dat ik een nachtclubzangeres ben.’ Maar als ze met haar eigen nummers op het podium staat, acteert ze niet. ‘Dan ben ik puur mezelf en laat ik mijn muziek en teksten spreken.’ Andersom kan ze soms ook haar muzikale achtergrond toepassen op het acteren. ‘Het kan bij een
5
Beeld /// Thomas Huisman
lange monoloog bijvoorbeeld interessant zijn om iets te doen met de melodie van een tekst. Voordat ik dan begin met het psychologiseren ervan, deel ik het stuk eerst muzikaal in. In het ene deel kun je steeds harder praten (crescendo), vervolgens praat je juist steeds zachter (decrescendo) of je spreekt een gedeelte zacht (pianissimo) of juist hard (fortissimo) uit. Ik ben niet iemand die altijd hetzelfde traject afloopt. Een andere aanpak kan iets opeens veel spannender maken.’
Acteren als een flamingo
Toen ze na de toneelschool in Maastricht naar New York afreisde om daar method acting te studeren, heeft ze nog meer manieren geleerd om een monoloog interessant te maken. ‘We moesten daar bijvoorbeeld heel lang een dier bestuderen en vervolgens de eigenschappen daarvan meenemen in onze rollen. Dat heette animal exercise. Hierdoor word je vanzelf een soort karakter. Ik deed dat bij een flamingo, heel apart. Deze techniek is ook handig om te gebruiken bij een rol die je niet zo goed ligt. Robert de Niro bestudeerde ooit een aap voor de film Raging bull.’ Minis licht toe dat method acting niet per se inhoudt dat je je verdiept in je ei6
gen ervaringen, om de rol zo geloofwaardiger neer te zetten. ‘Dat is meer een zijtak ervan. Waar het vooral om draait is het bereiken van een volledige concentratie en ontspanning tegelijk. Dit leer je door sense memory. Dan moesten we bijvoorbeeld op een stoel zitten en doen alsof we een kop koffie vasthielden, proefden, roken en zagen. Twintig minuten lang! Nou, dan word je echt gek.’
Zoals altijd dacht ik dat ik het niet kon Na zich twee jaar volledig gefocust te hebben op het maken van muziek, gaat Minis toch weer spelen in een film. Ze kreeg de hoofdrol in Camiel Borgman van Alex van Warmerdam, een spannende maar ook grappige film over een vrouw die een vreemde man in huis haalt omdat hij beweert
haar te kennen. Vervolgens neemt hij alles over. ‘Het was echt bizar, want precies op het moment dat ik besloot me te richten op de muziek, kreeg ik een uitnodiging voor de casting van deze film. Met Alex van Warmerdam, een regisseur waar ik altijd al mee wilde werken, maar waarvan ik wederom dacht dat ik het niet zou kunnen of dat het nooit zou gebeuren. Ik vond het best eng, want ik was zo lang met muziek bezig geweest. Kon ik nog wel acteren? Maar ik kreeg de rol. Zo zie je maar dat als je écht durft los te laten, er van alles op je pad kan komen.’
Hadewych Minis: • Haar album Hade: part one komt dit najaar uit. De singles ‘Invite you’ en ‘Chuck’ zijn al te downloaden via iTunes. • Van januari t/m mei 2013 staat ze weer in het theater met Mike Boddé: Vrij met Hadewych en Mike. • De nieuwe film van Alex van Warmerdam Camiel Borgman komt 13 oktober 2013 uit.
Babel
De tien geboden van het scriptieschrijven Niet alle FGw-ers zitten nu met acht festivalkaartjes en een retourtje Amman/ Antananarivo/Asunción op zak uit te rekenen hoeveel dagen er nog over zijn voor een kampeertrip in Frankrijk. Nee, sommigen onder ons zijn hard bezig hun scriptie te schrijven. Voor hen deze tien geboden. Tekst /// Lieke van der Veer
1. Kijk het naadje van de kous niet in de bek Als gemiddelde geesteswetenschapper ben je een diepzinnige, kritische, vegetarische, geëngageerde artistiekeling die zich het liefst overal mee bemoeit en over alles een mening heeft. Wanneer echter blijkt dat cultuur, taal, filosofie, geschiedenis, kunst, literatuur, muziek, religie en theater niet allemaal een plekje in je scriptie kunnen krijgen, bestaat de kans dat je bij vlagen denkt gevangen te zijn in een deelonderwerp van een substudie in een ondergeschikte discipline. Wees je bewust van de contraproductieve effecten van dergelijke denkpatronen. Zoals William J. Mayo al zei: ‘A specialist is a man who knows more and more about less and less.’
2. Stop met zwelgen
Stop met zelfmedelijden, dat is een gefrustreerde vlucht uit de realiteit. Zoek steun bij je huisgenoot, moeder, opa, kat of virtuele vriend. Realiseer je dat je aan het strand kans loopt op huidkanker, in de kroeg op Korsakov, bij een festival op knappende trommelvliezen, op een terras op duivenpoep en in tropische oorden op allerhande pussende en druipende ziektes. Al deze locaties kosten bovendien bakken met geld, dus prijs jezelf gelukkig in de UB.
3. Ken je klassiekers
Profiteer van plaspauzes door gelijktijdig naar muziek te luisteren: ‘I’ve got the power’ (Snap) of ‘U can’t touch this’ (MC Hammer). Liever niet ‘I see a darkness’ (Johnny Cash) of ‘Way to blue’ (Nick Drake).
4. Negeer ellendelingen
Negeer mensen die zeggen dat je scriptie niet het standaardwerk binnen het vakgebied hoeft te worden, en dat een al te grote ambitie hiertoe dus onzinnig is. Deze mensen bedoelen het ongetwijfeld goed, maar je bent je vakantie nu niet voor niets aan het opofferen. Wanneer je over een paar weken tot de conclusie komt dat je je lichaam hebt uitgewoond, je hersenen hebt oververhit, en je vrienden structureel hebt verwaarloosd, is het voor je eigenwaarde essentieel om een zogeheten prestatie van formaat te leveren.
5. Eet
Lekker eten maakt dat je jezelf een beetje leuker gaat vinden. Dat komt door de orexigenen die dan actief worden, en dan voornamelijk het opoïdische endorfine. De genotskick die hierdoor ontstaat wordt nog eens versterkt als je ook aandacht besteed aan variatie. Zorg dus dat je de maaltijdsalade mozzarella afwisselt met de niçoise, de blauwaderkaas en de gerookte zalm. Hetzelfde gaat op voor diepvriespizza’s: je zal meer genieten van een pizza hawaï als je het smaakpalet daarvan kan afzetten tegen die van de salami, de tonno en de funghi. Tussendoor zijn bakjes notenmix ideaal voor het op pijl houden van je energieniveau – per hap minimaal 25 keer kauwen voor optimale vitamineopname. Juli-Augustus 2012
Vermijd macadamia’s, daar word je dik van. Vermijd ook gedroogde stukjes perzik en abrikoos – je zult de afrodisiacische werking niet kunnen weerstaan.
6. Denk aan je attitude
Een passieve stijl is niet productief. Dit gaat zowel op voor het idee (de illusie!) dat je scriptie vanzelf wel vorm krijgt, als voor een passieve schrijfstijl. Dat laatste houdt een overmatig gebruik van de lijdende vorm in, gekenmerkt door de verschillende vervoegingen van het woord ‘worden’. Vermijd dit waar mogelijk, en wees concreet. Het geven van voorbeelden en het je beperken tot maximaal twee bijzinnen doet niets af aan je intellectuele imago.
7. Ga de schaamte voorbij
Heb je een motivatiecrisis, spreek jezelf dan liefdevol doch dringend toe. Zeg: ‘Ik ben mijn scriptie aan het schrijven. Ik ben mijn scriptie aan het schrijven. Ik ben mijn scriptie aan het schrijven.’ Vooral zij die de betekenis van de performatieve taalhandeling kennen – of dit zelfs tot scriptieonderwerp gekozen hebben – zullen de effectiviteit van dit advies niet onderschatten.
8. Haal eerst de balk uit je eigen oog
Stop met zeuren over de infantiliteit van je medestudenten, met name met betrekking tot hun schrijfkwaliteiten. Jij maakt ook spel- en stijlfouten, zeker wanneer je in de afgelopen 48 uur slechts zo’n vier uur hebt geslapen. Niet alleen hen is iets te verwijten – of hun? Het is iets dat er zo in sluipt – of wat? Bovendien, stel dat je een zin wil formuleren. Vraag je dan af: is het iets met de letters -k, -f, -s, -c, -h, en -p? Zo ja, let dan op. Willem III had concessies beloofd – of belooft? Adorno is naar New York verhuisd – of verhuist?
9. Ga niet rücksichtslos met externe geheugendragers om
Wanneer van je verwacht wordt een verwijssysteem als APA of MLA te gebruiken, verwar deze tijdens je grootste inzinkingen dan niet met MDA of DMT. Dat genereert een significant grotere kans dat je je USBstick in de computer laat zitten. Hoe vaak zien we geen wanhopige briefjes van even wanhopige studenten hangen? Onderscheid je van deze dagdromende warhoofden.
10. Boycot Mark Zuckerberg
Facebook is een akelig medium. Het schaadt je online privacy. Het bedreigt de sociale positie van jou en vrienden ernstig. Het confronteert je met mensen die een potentieel ondermijnende invloed hebben op je concentratie. Dus, doe het niet. Ga ook niet lukraak zoektermen invoeren op Google. Weersta de verleiding om meer over opoïdische endorfine, performatieve taalhandelingen, William J. Mayo, Johnny Cash, MDA en kofschepen te weten te komen. Dat leidt af. 7
8-8-4
Noors leren in tweederde van de tijd Voor de talenstudies zijn de veranderingen van het 8-8-4-systeem ingrijpend: de uren die staan voor taalverwerving worden flink teruggeschroefd. Docente Tanja Bouwman (1959) vertelt wat dat voor Taalverwerving Noors betekent. Tekst /// Eline Visser Beeld /// Thomas Huisman
Wat zijn de grootste veranderingen die vanaf volgend collegejaar doorgevoerd worden?
‘Bij Scandinavistiek wordt het aantal ECTS voor taalverwerving minder. In het eerste jaar hebben we nu 25 ECTS voor taalverwerving; dat worden er volgend jaar 18. Het tweede jaar heeft nu nog 10 ECTS, maar dat wordt straks geïntegreerd in een ander vak. En in het derde jaar, waarin nu nog een vak vertalen gegeven wordt, zal alleen nog aandacht zijn voor schrijven als voorbereiding op de scriptie. Het moeilijkst is dat er nu evenveel geleerd moet worden in minder tijd.’
Wat betekent dat voor studenten en docenten?
‘Studenten zullen naar verhouding meer thuis moeten werken. Er wordt dus meer zelfstandigheid van ze verwacht, en dat kan moeilijk zijn voor eerstejaars. Ik ben bezig met het voorbereiden van extra luister- en kijkmateriaal dat studenten thuis kunnen doen. Ik zorg ervoor dat ik kan zien of de studenten het gedaan hebben, zodat ik ze daar op aan kan spreken in de les. Verder is er nu, met acht uur per week klassikaal les, al weinig tijd voor mondelinge taalverwerving. Als we volgend jaar nog maar vijf uur per week hebben, zal ik erg goed op moeten letten daar genoeg tijd voor in te ruimen tijdens college. We hebben dan eigenlijk alle tijd nodig voor grammatica.’
Wat is er nodig om 8-8-4 succesvol te laten zijn?
‘Het kán lukken als studenten en docenten zich vol inzetten. Ik denk dat er echter meer keuzevakstudenten af zullen vallen dan voorheen, door de hoeveelheid thuisstudie die van ze wordt verwacht. Zij zijn vaak gewend dat ze aan het eind van het blok nog hard kunnen leren om hun toets te halen, maar zo werkt taalverwerving niet. Daarbij moet je echt vanaf het begin meedoen.’
Wat wordt er beter met de semesterindeling?
‘Een van de ideeën van 8-8-4 is dat de studenten minder vakken tegelijk hebben. Bij een studie als Psychologie is dat denk ik prima, maar bij ons werkt het anders. Taalverwerving moet het juist van de continuïteit hebben en heeft dus geen baat bij het opdelen van het onderwijs in kleine stukjes, integendeel. Door de veranderingen kunnen we taalverwerving in het eerste jaar echter alleen nog maar in de twee periodes van acht weken aanbieden. In de periodes van vier weken moet plaats worden gemaakt voor andere vakken. Dan zal een terugval in taalniveau plaatsvinden, omdat niet kan worden doorgegaan met het leren van de taal. Kortom, ik zie geen voordelen in de nieuwe semesterindeling. Weet je, de afgelopen vijftien jaar zijn zoveel nieuwe structuren van bovenaf doorgevoerd, bijvoorbeeld met als argument dat
dat zo goed is omdat ze dat in de Verenigde Staten ook hebben: minors en majors, bachelors en masters, trimesters in plaats van semesters. Voor het onderwijs is nooit gebleken dat dat beter is.’
hersenspinsels
Leraar
Half luisterend zit ik in de collegezaal. De inhoud van zijn woorden gaat volledig langs me heen, liever concentreer ik me op de klanken van zijn stem. Mijn ogen zijn gefixeerd op zijn mond, zijn lippen leiden me af. Even vraag ik me af hoe ze zouden proeven. Zacht, denk ik. Vochtig. Zoet, maar vermengd met iets sterkers – wodka? Ik zou hem vragen of hij had gedronken, maar verloor elke rationele gedachte toen het zachte moment van onze eerste aanraking voorbij was. Zijn tong duwde dwingend tegen mijn lippen waarop ik deze zonder te aarzelen opende. Wilder en wilder raakten we verwikkeld 8
in de strijd, vechtend om macht, overheersing, dominantie. Hij won.
Ik wilde hem tegen me aanvoelen, mijn handen gebruiken om zijn lichaam tegen het mijne te drukken, ik móést hem voelen – maar hij had me vast en ik kon geen kant op. Opeens proefde ik bloed. Had hij me gebeten? Instinctief wilde ik mijn hand naar mijn mond brengen, maar buiten dat ik me niet kon bewegen was het ook niet nodig – ik voelde een dun, warm straaltje langs mijn kin naar beneden lopen.
De tweede beet voelde ik wel, verwachtte hem ditmaal ook. Het deed pijn. Dit was passie in haar puurste vorm, dierlijke gevoelens die loskwamen en ik dacht niet dat ik het nog een seconde langer zou verdragen. Opeens liet hij me los. Weer die prachtige ogen. Hij glimlachte, ondeugend, wetend wat er nu zou volgen maar ik wist het niet. ‘Je bent van mij.’
Terwijl ik me voorstel hoe zijn lippen de woorden zouden vormen, schrik ik op door het geluid van zijn stem die mijn naam uitspreekt.
Tekst /// Fleur Willemsen
Babel
Koffie met een proffie
Stage-uitstellers en illegale scriptieschrijvers Hoofd onderwijs, onderzoekster en docente bij Neerlandistiek José Plug begeleidt studenten bij het schrijven van scripties en het uitzoeken van stages. Ze geniet als begeleidster van de zwoegende studenten. Tekst /// Kim Schoof Beeld /// Thomas Huisman
‘H
et is mooi studenten te helpen om te presteren op de toppen van hun kunnen. Vaak zijn ze stomverbaasd over hun eigen resultaat!’ Plugs plezier in het ondersteunen en verder helpen van studenten is groot. In de regel sluit het bacheloronderzoek aan bij het eigen onderzoeksgebied van de docent. ‘Je studenten zien werken aan een onderwerp waar je zelf met hart en ziel voor gekozen hebt, is natuurlijk ook een belangrijke component.’
er weer eens mee op”-mentaliteit is er tegenwoordig niet meer bij. Sommige mensen denken wel al heel precies te weten dat ze bijvoorbeeld als redacteur willen gaan werken, maar hebben daar een geromantiseerd beeld van. Wanneer je de realiteit kent, maak je wellicht ook andere keuzes binnen je studie. Zeker met het oog op een (duale) masteropleiding is het niet zo gek om alvast te onderzoeken
Het genot is echter minder groot bij faculteitsgekluisterde studenten die ’s zomers nog zitten te tikken aan hun scriptie en die verder geen lichaamsbeweging krijgen behalve het optillen der voeten voor de stofzuiger van de schoonmaakploeg. ‘Eigenlijk zijn deze mensen illegaal bezig: scripties moeten in principe net als alle andere vakken afgerond zijn voor de zomer. In het verleden heb ik het wel meegemaakt: studenten die maar bleven zeggen dat ze hun scriptie al volledig uitgedacht hadden en het resultaat “alleen nog maar op hoefden te schrijven”. Of studenten die tijdenlang volhielden “nog niet in het stadium te verkeren dat ze de tekst konden inleveren”. Dan zat ik ergens achterin de zomervakantie vanuit een tropisch land met niet de beste internetverbinding hun teksten van een beeldscherm te lezen. Dat is voor alle partijen onvoordelig.’ Voor wie ’s zomers heimwee krijgt naar de krochten van het P.C. Hoofthuis heeft Plug een tip: ‘Je zou je tijd kunnen besteden aan het uitzoeken van een stageplek. Als je al weet wat je wilt, zou je al stage kunnen lopen in de zomer.’
Juli-Augustus 2012
Studenten die ’s zomers hun scriptie schrijven zijn illegaal bezig
Onderzoekswerkgroep
Slimme stage
Onder studenten onderscheidt Plug grofweg twee categorieën. ‘Er zijn de mensen die iedere punt die ze aan klassiek onderwijs kunnen krijgen willen benutten en zich daarna pas willen overleveren aan de maatschappij. Anderen hebben het nodig om tijdens hun studie een idee te krijgen van wat ze kunnen met de kennis die ze opdoen.’ Beide groepen raadt Plug aan om, zeker binnen het huidige, prestatiegerichte onderwijssysteem, alvast een gericht kijkje te nemen in de praktijk. ‘De “dan ga ik eens een keuzevak volgen en nu houd ik
je denkt daarmee een toekomstig plaatsje op de redactie te scoren. ‘Die garantie krijg je nooit. Als je solliciteert, word je gegarandeerd gepasseerd door iemand die bij een interessant blad interessante dingen heeft gedaan, ook al heb jij er achter de receptie gezeten. Je krijgt dan waarschijnlijk een heel vriendelijke afwijzingsbrief, maar ik denk wel dat je hem krijgt!’
wat de beroepspraktijk van de opleiding inhoudt. Die opleidingen zijn vaak al redelijk specifiek en hebben toegangseisen in de vorm van een bepaald cijfergemiddelde en gevolgde vakken. Voordat je je daarop stort, wil je misschien het resultaat eerst eens zien in het klein.’ Volgens Plug kun je beter een inhoudelijk interessante stage bij een onbekend bedrijf kiezen boven koffie halen en receptiewerk doen bij een glamorous damesblad. Ook als
Studenten lijken niet alleen de beslissing over een stage voor zich uit te schuiven. Ook bij het schrijven van scripties heeft de lange baan de overhand. ‘Je denkt: ik ga nog eens even dat afwasje doen en ik moet mijn moeder nog bellen. Bij Neerlandistiek werken we aan manieren om studenten uit deze uitstelcyclus te krijgen.’ Komend jaar zal de bachelorscriptie zijn naam verliezen aan de term onderzoekswerkgroep. ‘De notie van de scriptie is heel zwaar geworden. Het wordt gezien als een eng, individueel project waar veel mensen tegenop kijken en dat zorgt voor studievertraging.’ Met de nieuwe term zou de zwaarte ervan af gaan, hoewel het traject inhoudelijk zwaarder wordt. Bij Neerlandistiek sorteert de student namelijk in het derde jaar al voor, door vakken te volgen die hem of haar voorbereiden op het bacheloronderzoek. In de wekelijkse onderzoekswerkgroepen wordt gewerkt aan een gemeenschappelijk thema, waarbinnen iedereen uiteindelijk een eigen richting vindt. ‘Uit intensief samenwerken haal je meer voldoening en goede resultaten dan wanneer je alleen tijdens een gestolen uurtje op vrijdagmiddag werkt en slechts sporadisch afspreekt met een docent.’ 9
Me tr
op oli s( Mo 19 27 Th der ) n eG T rea ime tD s( ict 193 at o 6 r (1 ) 94 Cit 0) ize nK an e( 19 41 ) Re b a C el W au se ithou (19 t Dr 55 .S ) t ra ng elo On ve (19 Tim ce U 64 e I pon ) nT A he We On st e Th (19 e C Flew 68 uc ) ko Ove o’s r Ne st (19 75 Tax ) iD riv er (19 Th 76 eD ) ee rH un ter (19 78 ) Fe ste n( 19 98 )
Cult Fiction
One Flew Over the Cuckoo’s Nest Iedereen kent de titels, maar wie heeft ze gezien? Elke maand bespreekt Babel een filmklassieker. Wat maakt ze de moeite waard? Deze keer de beurt aan One Flew Over the Cuckoo’s Nest, gebaseerd op het gelijknamige boek van Ken Kesey. Tekst /// Thomas Huisman
B
oekverfilmingen zorgen meestal voor enige ophef. De meest voorkomende kritiek is dat het boek niet genoeg eer aan gedaan is of dat er voor snel en simpel succes gegaan wordt. De enige die daar nog over tobt bij One Flew Over the Cuckoo’s Nest is de schrijver van het boek. Misschien omdat hij de film nooit gezien heeft. De rechten voor de verfilming waren gekocht door Kirk Douglas, die van plan was zelf de hoofdrol te gaan spelen. Het wilde echter maar niet lukken de film van de grond te krijgen, dus besloot hij de rechten over te dragen aan zijn zoon, Michael Douglas, die zat te springen om wat met het boek te doen. Een regisseur werd gevonden in de uit Tsjechoslowakije geëmigreerde Miloš Forman. De schrijver van het boek was het niet eens met een verandering in het script – er werd niet langer een verteller gebruikt – en besloot om de film nooit te bekijken.
Het verhaal speelt zich op één scène na geheel af in een gesloten psychiatrische inrichting. Randall McMurphy (Jack Nicholson) komt als veroordeelde crimineel in de inrichting terecht omdat hij doet alsof hij gek is, zo hopende op een vrij eenvoudige manier zijn straf uit te zitten. Hij komt op de afdeling van zuster Ratched (Louise Fletcher) te zitten. Zuster Ratched runt de afdeling met een subtiel maar hard bewind en het duurt niet lang voordat McMurphy daartegen in opstand komt. Wat volgt is een psychologische strijd tussen de twee, waarbij McMurphy de andere patiënten mee probeert te krijgen en zuster Ratched ingrijpt met elektroshocktherapie of lobotomie.
In dit machtsspel schuilt de kracht van One Flew Over the Cuckoo’s Nest. Toen de film uitkwam was het normaal om naar die middelen te grijpen om psychiatrische patiënten te ‘genezen’. Toen twaalf jaar daarvoor het boek uitkwam was dit zelfs nog normaler. Met elektroshocktherapie werden de patiënten aan stroomschokken blootgesteld, maar dat is nog niets vergeleken met lobotomie. Daarbij werd een gat door de schedel geboord en een deel van de verbindingen in de hersenen doorgesneden, met vaak mensen als kasplantjes of erger als gevolg. Deze ‘behandelingen’ worden in de film vrij confronterend getoond en het gevoel bekruipt je dat ze niet worden gebruikt ten behoeve van de patiënten. De psychologische spanning tussen zuster Ratched en McMurphy is om te snijden. McMurphy heeft al snel door dat zuster Ratched met subtiele vernederingen en het tegen elkaar uitspelen van de patiënten de macht in handen houdt. Ze duldt geen tegenspraak en ieder verzet wordt door haar op een kille manier gebroken. One Flew Over the Cuckoo’s Nest toont meedogenloos hoe snel de subtiele lijn tussen psychiatrische patiënten helpen en hen onder de duim houden overschreden kan worden. Louise Fletcher speelt een geweldige rol, met haar koude ogen weet ze het kwaad te vertolken met de zelfverzekerdheid van iemand die denkt dat ze goed doet. De echte ster van de film blijft echter Jack Nicholson, die met zijn alleszeggende lach zeeën van op uitbarsten staande woede en frustratie uitstoot. 10
Forman maakt veel gebruik van zogenaamde reaction shots, shots waarin we de reactie van een acteur zien op de dialoog van een andere acteur. Dit vergroot de spanning en strijd tussen Ratched en McMurphy. De film werd gedraaid in een echte psychiatrische inrichting – het hoofd van de inrichting speelt zelfs het hoofd in de film. De acteurs en crewleden moesten optrekken en samenwerken met patiënten in de inrichting, om meer gevoel voor de situatie te krijgen. One Flew Over the Cuckoo’s Nest is er zeker in geslaagd de spanningen en het leven in een inrichting over te brengen. De film heeft het beeld gevormd van psychiatrische inrichtingen als onmenselijke ‘gevangenissen’ en stelde het machtsmisbruik en de ‘behandelingen’ aan de kaak. Heel soms verliest de film zich misschien in te veel metaforiek, door bijvoorbeeld ook de behandeling van native Americans erbij te willen slepen, maar een kniesoor die daar na bijna veertig jaar nog op let.
Dr. Gemma Blok, universitair docent Nederlandse geschiedenis: ‘One Flew Over the Cuckoo’s Nest kwam uit in de jaren van de ‘antipsychiatrie’; niet alleen in deze film maar ook breder lag de psychiatrie onder vuur. Kritische psychiaters (Laing, Foudraine, etc) schreven boeken waarin ze hun eigen vak aanvielen. Sommige patiënten protesteerden en journalisten namen de kritiek over. In dat klimaat werd One Flew Over the Cuckoo’s Nest een kaskraker. De thematiek is tijdsbepaald en de film heeft enorme invloed gehad op de beeldvorming over de psychiatrie, maar overstijgt ook de tijdgeest door het goede acteerwerk.’
Babel
faculteitsfluisteraar
Die scriptie bezorgt me slapeloze nachten, ik heb het gevoel dat ze totaal mislukt!
Wat was je onderwerp ook alweer?
Daar gaat het dus al mis. Ik ben zo in paniek dat ik niet eens meer normaal kan omschrijven waar ik eigenlijk mee bezig ben. Ik heb er serieus over nagedacht om...
Om wat?
BORREL
Buurtmoeder
Bij mij op de begane grond woont Dorien. Dorien is een mevrouw op leeftijd die een fietsenopslagschuur voor de hele buurt beheert. Toevallig komt ze vaak net naar buiten lopen als ik mijn fiets aan het wegzetten ben na een lange dag. Net op het moment dat ik met mijn jas vast blijf haken achter een trapper, en mijn bril afvalt. Ze stelt dan een vraag in de trant van: weet jij van wie die zwarte poes is die al de hele dag rondzwerft op het plein. ‘Nee’, antwoord ik dan meestal lichtelijk geïrriteerd. Soms ben ik ook aardiger. Als ik naar de Appie ga, zit ze meestal achter haar raam. Dan zwaai ik even naar haar. En als ik terugloop, zwaai ik nog eens opgewekt. Soms maken we een praatje, bijvoorbeeld als ik een TNT-pakket ophaal dat bij haar bezorgd is. Want nog beter dan in vragen stellen, is Dorien in verhalen vertellen. ‘Voor jou een kleine moeite, voor haar heel fijn’, spreekt een stemmetje in m’n achterhoofd. Ze vertelt over haar zere heupen en valpartijen op geheime trapjes in De Bijenkorf. Terwijl zij door- en doorpraat, kijk ik naar de kalige plek op haar hoofd die ik door haar grijze haren heen makkelijk zie. Het huis en de schuur behoren eigenlijk tot de familie van haar man, zegt ze. Maar Dorien is nu alleen. Op avonden dat mijn huisgenoten en ik met een fles wijn aan de keukentafel zitten, komt Dorien vaak in onze gesprekken voorbij. We lachen dan hard en vertellen om beurten een amusant verhaal waarin ze een rol speelt. Zoals die ene keer dat ze om 6 uur ‘s ochtends (weer!) driftig op de deur stond te bonken, met die zwarte poes in haar handen die helemaal niet van ons is. Dorien heeft iets spannends om haar heen. Ze is overal, ze ziet je. En als ik met haar praat, wil ik stiekem gniffelen om een reden die ik niet helemaal snap. Het is niet dat ik haar heel zielig of vreemd vind. Het is eerder de bemoeierige moederlijkheid die ik niet meer gewend ben. We kunnen om haar lachen, maar misschien kunnen we beter van haar houden. Want wat moeten we nou als Dorien er niet meer is. Waar leen je dan nog een fietsenpomp? Wie houdt Juli-Augustus 2012
de katten in het oog? Wie haalt vechtende jongetjes uit elkaar en houdt jou in de gaten? Dorien was er gewoon, terwijl ik met mijn hoofd bij boodschappenlijstjes, papers, morgen en mezelf zat. Of aangeschoten aan de keukentafel. Tekst /// Daan Borrel Beeld /// Thomas Huisman
11
in gesprek
Het lesbische Begin augustus vindt de jaarlijkse Gay Pride plaats, met als hoogtepunt de botenparade op de grachten. De Flirtationboot – de grootste vrouwenboot – is dit jaar uitgeloot. Dit tot verdriet van Flirtationoprichtster en vrouwenliefdeicoon Bianca Hagenbeek (1967). Tekst /// Francisca Wals Beeld /// Thomas Huisman
B
ianca Hagenbeek (1967) komt bellend aangelopen, ze zwaait. Het is stralend weer en we hebben op een terras aan het Gerard Douplein in de Pijp afgesproken. Bianca – hippe zonnebril, paars sjaaltje, baggy spijkerbroek – heeft het druk. De jaarlijkse strandeditie van women only-feest Flirtation komt er weer aan. Op 7 juli zullen drieduizend vrouwen op het strand van Bloemendaal uit hun dak gaan op house, techno en dance. Normaal gesproken vaart zomers de Flirtationboot met zo’n tachtig vrouwen mee op de Canal Parade, de botenparade tijdens de Amsterdamse Gay Pride. Deze zomer voor het eerst in zeven jaar niet: de Flirtationboot is uitgeloot.
Homodiscriminatie was binnen de scene haast groter dan daarbuiten Bianca: ‘Dat nieuws kwam als een donderslag bij heldere hemel. Ik ben positief ingesteld, maar het was een grote schok. Omdat we de grootste vrouwenboot zijn, dacht ik dat we een soort wildcard hadden, dat we sowieso mee mochten doen. Ik had eindelijk een sponsor gevonden die de boot en de shirtjes wilde betalen, en toen kwam dit.’ Pro Gay, de stichting die de Gay Pride organiseert, liet Bianca weten dat ze nog drie plaatsen hadden, € 5500 per stuk. ‘Dat gingen we dus niet doen. Flirtation wordt niet gesubsidieerd, wij moeten alles zelf ophoesten. Het was een heel vreemde gang van zaken. Ik heb me hard gemaakt, ben verhaal gaan halen, wij moeten gewoon meevaren.’ Het resultaat is een diskwalificatie voor het komende jaar, wegens ‘onsportief en agressief’ gedrag. Gaat ze iets ondernemen? ‘Ik weet het nog niet helemaal. 12
We zijn bezig met een petitie en hebben veel stemmen binnengehaald. We denken erover de media erbij te betrekken, maar ik wil Pro Gay niet in een negatief daglicht zetten, dat is voor niemand goed.’
Barricadevrouwen
Vrouwenfeest Flirtation komt voort uit LetsBeOpen!, een site voor open minded vrouwen die Bianca in 2001 oprichtte. Het jaar daarvoor deed ze mee aan Big Brother en won. Tijdens de serie kwam ze openlijk voor haar biseksualiteit uit. Het leverde haar een grote stroom aan reacties op: ‘Ik kreeg duizenden brieven van meiden die me schreven dat ze het zo’n verademing vonden een biseksuele vrouw te zien die niet in tuinbroeken liep, dat ik een voorbeeld voor ze was. Ik moest iets met de storm van reacties die ik gekregen had. Ik herkende mezelf in wat die meiden schreven. Ik heb lang in de kast gezeten, ik was pas 29 toen ik mijn coming out had. Ik wist allang dat ik ook op vrouwen val, maar ik had zo’n stereotiep beeld van wat een lesbische vrouw is. Ik dacht: zo wil ik niet zijn.’ ‘Vrouwen op de barricades’ noemt ze de stereotiepe lesbiennes, die tot begin deze eeuw de scene domineerden. Stoere activistische vrouwen die een gesloten groep vormen. ‘Toen ik vlak nadat ik had gewonnen op uitnodiging van het COC [landelijke homobelangenorganisatie] aanwezig was bij een debat, stonden al die barricadevrouwen met hun rug naar drie vrouwelijk uitziende meiden gekeerd. Ze werden niet geaccepteerd. Homodiscriminatie was binnen de scene haast groter dan daarbuiten. Vrouwelijke vrouwen zouden zich te veel aan de heteronorm conformeren. Een doorn in het oog van de stoere politieke strijdsters.’ Bianca kon zich niet vinden in de wereld waarin ze terecht kwam. ‘En blijkbaar velen met mij. Ik moest iets doen. Ik wilde dat de scene meer open minded zou worden, dat er naast die stoere types ruimte zou zijn voor sexy meiden.’ Met het prijzengeld zette Bianca het online platform LetsBeOpen! op, waar vrouwen elkaar kon-
den ontmoeten. Het was de bedoeling vrouwenliefde op een positieve manier neer te zetten. De website was een succes. Bianca merkte dat er onder haar lezers behoefte was aan een vrouwenfeest dat nu eens niet in een donker hok plaatsvond. ‘Een feest voor meiden die in het hier en nu leven, waar goede muziek gedraaid wordt.’ Flirtation was geboren. Flirtation is inmiddels het grootste women onlyfeest van Europa. Vier keer per jaar wordt het in club Panama in Amsterdam georganiseerd, waar duizend vrouwen uit binnen- en buitenland op af komen. Eén keer per jaar vindt het plaats op het strand bij Bloemendaal, met drieduizend vrouwen. Ook alle DJ’s zijn vrouwen. Opvallend: nergens op de site of op de flyers zul je het woord ‘lesbisch’ tegenkomen. Bianca: ‘Met ‘lesbisch’ sluit je andere vrouwen uit. Ik probeer met Flirtation juist uit dat hokje te blijven. Het moet ook toegankelijk zijn voor heterovrouwen.’ Waarom niet voor mannen? ‘Er hangt een heel andere sfeer met alleen vrouwen. Veel vrouwen vinden het fijn om op deze manier uit te gaan, of ze nou hetero zijn of lesbisch.’
Niet zielig
LetsBeOpen! bestaat nu als stichting, los van het commerciëlere Flirtation: ‘Het is veel idealistischer ingesteld’. Op de website vind je blogs en artikelen ‘met speciale aandacht voor vrouwenliefde en relaties tussen vrouwen’. Daarnaast organiseert de stichting feesten, festivals en ontmoetingsevenementen. In samenwerking met regisseuse Mildred Roethof maakte LetsBeOpen! de documentaire Allemaal Lesbisch over de wereld van jonge lesbiennes anno 2011. Ook Bianca wordt gevolgd in de documentaire. Dit jaar heeft LetsBeOpen! een ‘girlpowerteam’ opgericht: een groep lesbische en biseksuele vrouwen met verschillende culturele achtergronden die een voorbeeldfunctie moeten gaan innemen voor allochtone lesbiennes. Bianca: ‘We kunnen veel doen met de subsidie die we krijgen van de gemeente.’ Babel
hokje uit
Om een stichting te worden moest het onafhankelijke LetsBeOpen! gaan samenwerken met het COC. Een samenwerking waar Bianca niet om stond te springen. ‘Ik heb niet veel met organisaties als het COC. Ik realiseer me dat hun politieke inzet belangrijk is en dat de jarenlange expertise die zo’n instituut heeft opgebouwd waardevol is. Maar ze benadrukken zo de problematische kant van homoseksualiteit. Volgens de statistieken zijn we depressief en lopen we meer dan hetero’s met zelfmoordgedachtes rond. Ik word moe van dat imago. De meiden van nu gaan niet meer de barricades op, ze zijn niet bezig met actievoeren. Homoseksualiteit is voor hen geen politieke zaak. Homo-emancipatie zien zij niet als de oplossing in hun persoonlijk leven. Bij Flirtation en LetsBeJuli-Augustus 2012
Open! willen we de beleving van seksualiteit van deze meiden als iets vrolijks, positiefs en individueels neerzetten. Ieder haar eigen manier. Wij zijn niet zielig.’
Zichtbaar
‘Een dolksteek voor de lesbische zichtbaarheid’, noemt Bianca de uitloting van de Flirtationboot. ‘En die zichtbaarheid is zo belangrijk. We varen sinds 2006 mee als vrolijke en trotse vrouwenboot, het is onbegrijpelijk dat we dit jaar niet mee mogen doen. En er zijn al zoveel mannenboten op de Canal Parade.’ Heeft ze een idee waardoor dat komt? ‘De hele gay scene wordt nou eenmaal gedomineerd door mannen. Ik denk dat het komt doordat vrouwen beter mixen. Twee vrouwen die
hand in hand over straat lopen zijn meer geaccepteerd dan mannen die dat doen. Er is veel meer agressiviteit naar homo’s toe. Wat dat betreft hebben wij het makkelijker. En mannen hebben denk ik andere behoeftes: het homo-uitgaan draait meer om seks. Voor vrouwen is dat anders. Op Flirtation wordt natuurlijk geflirt, maar wij hebben geen darkrooms. Het gaat om dansen en ontmoeten.’ Weet ze al wat ze gaat doen tijdens de Canal Parade? ‘Ik twijfel nog. Ik vind het moeilijk nu onze boot niet meevaart. Maar ik ben niet iemand die gaat zitten treuren. Misschien boek ik wel een lastminutevakantie. Ik weet het nog niet. Eerst maar eens Flirtation on the beach.’ 13
de hort op XL
Tekst /// Francisca Wals & Eline Visser
Dansen met een koelkast Wie voor een zachte prijs kennis wil maken met hedendaagse dans moet deze zomer een bezoek brengen aan Julidans. Dit elfdaagse festival brengt – naast optredens van nationale dansgroepen – internationale choreografen naar Nederland om hun nieuwste voorstelling te laten zien. Geen saai ballet in ouderwetse kostuums, maar provocerend naakt van choreograaf Dave St-Pierre, een dans met een vallende koelkast, performancekunst en fusiondans. Voor de kenners valt er ook genoeg te halen: stukken van bijvoorbeeld WArd/waRD en Dansgroep Amsterdam beleven deze zomer in Amsterdam hun wereldpremière. Wat: Julidans Waar: De Stadsschouwburg Wanneer: 3 t/m 14 juli Toegang: vanaf € 9 Info: www.julidans.nl
Wiener Wald in het Amsterdamse bos Het podium van het openluchttheater in het Amsterdamse bos is elk jaar een belevenis op zich: in voorgaande jaren bestond het decor uit op elkaar gestapelde containers of caravans, zodat er vanuit alle hoeken gespeeld kon worden. De theatervoorstelling die deze zomer speelt, Wiener Wald van Ödön von Horváth, gaat over een braaf burgermeisje dat er met een beroepsgokker vandoor gaat. Wie dat niet aanspreekt kan de lange fietstocht naar het Amsterdamse bos ook afleggen voor een van de andere activiteiten die in het openluchttheater plaatsvindt. Bijvoorbeeld: nieuw theatertalent voorgesteld door de gevestigde orde, het JongNederlandsBlazersEnsemble of 3X30: een serie korte voorstellingen gemaakt door jonge theatermakers. Wat: BosTheater Waar: Openluchttheater Amsterdamse bos Wanneer: 3 juli t/m 1 september Toegang: € 15 Info: www.bostheater.nl
Locatietheater langs het IJ Gek van theater? Dan heeft het Over het IJ Festival je wat te bieden: locatietheater, vaak speciaal voor het festival geschreven, op bijzondere plekken rond het IJ. Dit jaar met onder andere FC Bergman, Orkater en De Jongens. Geen geld, toch de sfeer opsnuiven? De organisatie meldt dat het ‘festivalhart’ op de NDSMwerf gratis toegankelijk is. Daar vindt tussen de voorstellingen door live optredens plaats. Wat: Over het IJ Festival Waar: In de buurt van het IJ Wanneer: 5 t/m 15 juli Toegang: vanaf € 17,50 Info: www.overhetij.nl
Rocken bij de tapirs Elke zaterdagavond, de hele zomer lang, is er een optreden in het prieeltje bij de flamingo’s in Artis. Op 14 juli bijvoorbeeld kun je na een presentatie over de makaken (’s ochtends) en de gehoornde koffervis (’s middags) luisteren naar De Jeugd van Tegenwoordig. En op 11 augustus kun je iets leren over de kleine kantjil, daarna naar een zangworkshop en je vervolgens neervlijen in het gras om te genieten van The Kik. Je kunt daar een hele dure picknickmand van Artis bij bestellen, maar natuurlijk ook zelf stokbrood en kruidenboter van de supermarkt meenemen. Wat: Artis ZOOmeravonden Waar: Artis Wanneer: elke zaterdag tot eind augustus Toegang: € 2,50 met studentenkaart en bewijs van in-
schrijving
Info: www.artis.nl/bezoekersinfo/zoomeravonden
Bouw je eigen festival Misschien wel het meest grillige festival in Amsterdam is het Magneetfestival. Het wordt niet strak georganiseerd en gepland door een festivalorganisatie, maar via een ‘co-creatie-internetplatform’ door vrije geesten samengesteld. Iedereen met een idee mag dat op de Magneetwebsite ‘pitchen’. Vervolgens kan er gestemd worden en als je geluk hebt komt jouw plan op het festivalprogramma. Niets lijkt te gek: natuurlijk mag je komen optreden met je band, maar ook een gedicht voordragen, een kunstwerk maken of een constructie bouwen. Wat: Magneetfestival Waar: Een zandvlakte naast de A10 in Oost Wanneer: 24 augustus t/m 16 september Toegang: € 10 voor een dagkaart Info: www.magneetfestival.nl
14
Babel
Wereldse films in de buitenlucht Buiten films vertonen: het gebeurt niet alleen in Berlijn. Het World Cinema Amsterdam Festival organiseert in augustus vijf gratis filmvoorstellingen in de gezonde buitenlucht: vier op het Marie Heinekenplein en één in het Vondelpark Openluchttheater. Bar aanwezig. Daarnaast worden in Rialto en De Balie meer dan veertig films uit Latijns-Amerika, Azië en Afrika vertoond, aangevuld met de nodige dosis debatten en masterclasses. Zaterdagavond 11 augustus organiseert Rialto een feest à la Rio de Janeiro; Brazilië is namelijk het thema van deze festivaleditie.
Wat: World Cinema Amsterdam Festival Waar: Rialto, De Balie, Marie Heinekenplein, Vondelpark
Openluchttheater
Wanneer: 8 t/m 19 augustus Toegang: Openluchtvoorstellingen gratis, overige films
€ 9, gratis met Cinevillepas Info: www.worldcinemaamsterdam.nl
Roze botenparade Op 4 augustus vindt de jaarlijkse Canal Parade plaats: de hysterische botenparade op de prinsengracht in het kader van de Amsterdamse Gay Pride. Zo’n tachtig boten en een half miljoen toeschouwers zullen ook deze zeventiende editie weer voor een ongekend spektakel zorgen. De bootjes zat? In de bekende homo-uitgaansgebieden worden het hele weekend rondom de Canal Parade (straat)feesten georganiseerd. Ook zullen er inhoudelijke conferenties en een gay-sporttoernooi plaatsvinden. Wat: Canal Parade in het kader van de Gay Pride Waar: Amsterdamse binnenstad + homo-uitgaansplekken Wanneer: 3 t/m 5 augustus, botentocht 4 augustus Toegang: Canal Parade en straatfeesten gratis, overige
feesten van gratis tot €20
Info: www.amsterdamgaypride.nl
Yet another stadsstrand Stadsstrandjes schieten in Amsterdam als paddenstoelen uit de grond. Na oerstrand Blijburg, Strand Zuid, Roest en al die andere zandvlaktes is er nu ook Pllek op de NDSM-werf. Pllek lijkt vanaf de noordzijde net een stapel verroeste zeecontainers, maar schijn bedriegt: deze met ‘rauwe industriële materialen’ vervaardigde toko moet deze zomer ruimte gaan bieden aan films, optredens, theater en ochtendyoga. Ook zal er veel aandacht zijn voor de elementen en de seizoenen. Wat dat inhoudt mag je zelf gaan uitvinden. Pllek is nog niet helemaal af: er wordt nog druk gebouwd. Tot die tijd kun je op de zogenoemde bouwpllek terecht voor lunch en liggen op het strandje aan het IJ. Wat: Pllek: café-restaurant en stadsstrand Waar: NDSM-werf (‘het adres moet nog worden bepaald’) Wanneer: 7 dagen per week vanaf 10:30 Info: www.pllek.nl
Volle maan in Ruigoord Culturele vrijhaven Ruigoord houdt niet van commercieel. Daarom organiseert het begin augustus het ongesubsidieerde openluchtfestival Landjuweel, ‘zonder commerciële uitwassen’. Kunstenaars bouwen samen met het publiek rond de volle maan van de augustusmaand ‘een tijdelijke stad van talloze bouwsels’. Lees: een samenraapsel van uit hout en ijzer geconstrueerde paleisjes, hutjes en torentjes. Reken daarnaast op ‘theaterexplosies, poëzienachten en muzikale hoogstandjes’ tot in de vroege uren. De zwevers onder ons kunnen deelnemen aan spirituele workshops. Wat: Landjuweelfestival Waar: Ruigoord Wanneer: 2 t/m 5 augustus Toegang: Dagkaart kost € 30, dat dan weer wel Info: www.landjuweelfestival.nl
Juli-Augustus 2012
Flirten op het strand Drieduizend vrouwen op het strand van Bloemendaal, dansend op muziek van uitsluitend vrouwelijke DJ’s. Dat is Flirtation on the beach, dat dit jaar voor de vijfde keer bij Beachclub Vroeger wordt georganiseerd. Sorry mannen, jullie komen er niet in: het is women only. Lesbisch, bi of hetero, dat maakt niet uit. Dit jaar wordt de club omgetoverd tot een tropisch paradijs: ‘we are going bananas!’ Wat: Flirtation on the beach Waar: Beachclub vroeger, Bloemendaal aan Zee Wanneer: Zaterdag 7 juli (15:00 – 00:00) Toegang: €17,50 Info: www.flirtation.nl
Babel geeft drie keer twee kaarten voor Flirtation on the beach weg. Wil jij ze hebben? Mail ons vóór 5 juli waarom en met wie jij naar Flirtation on the beach wil en wie weet krijg jij ze!
15
Reportage
Op reis naar de schrijvers Ons continent loopt over van de letterkundige vakantiebestemmingen. Woonhuizen, voormalige scholen en favoriete cafés van de grootste schrijvers die in Europa hebben gewoond, zijn nog steeds te bezoeken. Daarom voor alle vakantiegangers: een beknopte literaire kaart van Europa. Tekst /// Quint Italianer Oxford – J.R.R. Tolkien (1892-1973)
Tolkien was professor aan de Universiteit van Oxford; eerst Angelsaksische taal en later Engelse taal en literatuur. Hij schreef mythologische poëzie en bedacht fantasieverhalen voor zijn kinderen. Hier zou later De Hobbit (1937) uit voortkomen.
Interessante plekken: The Eagle and Child. In deze pub had Tolkien informele ontmoetingen met zijn literaire club The Inklings, waar ook C.S. Lewis deel van uitmaakte. In de jaren 30 en 40 kwam de club wekelijks rond lunchtijd samen in The Rabbit Room, een ruimte achterin de pub. Adres: St. Giles 39 The Radcliffe Camera. Dit fraaie ronde gebouw uit de achttiende eeuw leek volgens Tolkien op de tempel voor Morgoth op Númenor, een eiland in Tolkiens fictieve wereld Arda. Het gebouw maakt deel uit van de Bodleian-bibliotheek. Adres: Radcliffe Square Perrott’s Folly en Edgbaston Waterworks Tower in Birmingham. Tolkien groeide op in Birmingham en heeft een aantal plekken uit zijn jeugd later in zijn boeken verwerkt. Men zegt dat deze twee torens een inspiratiebron waren voor Tolkiens Two Towers. Adres: Waterworks Road in Birmingham
Parijs – Ernest Hemingway (1899-1961) In de jaren 20 woonde deze Amerikaan zeven jaar in Parijs, waar hij aanvankelijk werkte als buitenlandcorrespondent voor de Amerikaanse krant Toronto Star. In 1926 publiceerde hij zijn eerste roman, The Sun Also Rises, gebaseerd op zijn verblijf in Parijs. Interessante plekken: Het oude huis van schrijfster Gertrude Stein. Zij was evenals Hemingway afkomstig uit de VS. Haar woonhuis werd een salon, waar Hemingway in contact kwam met avantgardistische kunstenaars als Pablo Picasso en Henri Matisse. Adres: Rue de Fleurus 27 Café Les Deux Magots. Hemingway was hier regelmatig te vinden, evenals Sartre, Simone de Beauvoir, Albert Camus en andere leden van de literaire en intellectuele elite. Adres: Place Saint-Germain-des-Près 6 De boekwinkel Shakespeare and Company. Hier ontmoette Hemingway de eveneens Amerikaanse dichter Ezra Pound, met wie hij samen door Italië zou toeren en een goede vriendschap zou ontwikkelen. Adres: Rue de la Bûcherie 37
Madrid – Miguel de Cervantes (1547-1616) Miguel de Cervantes had een roerig leven achter de rug toen hij in 1605 Don Quichot van La Mancha schreef. Hij was gewond geraakt tijdens de Slag bij Lepanto tegen de Ottomanen en als slaaf gevangen genomen door Algerijnse zeerovers. Zijn roman Don Quichot, die hij schreef toen hij in de gevangenis was beland door geldproblemen, was onmiddellijk een groot succes. In 1607 vestigde hij zich in Madrid, waar hij tot zijn dood woonde en werkte. Interessante plekken: Plaza de España. In het midden van dit grote plein staat een monument voor Cervantes. Het bevat een groot stenen beeld van de dichter en bronzen beelden van Don Quichot en Sancho Panza, een ander personage uit Cervantes’ bekendste roman. Adres: Plaza de España De windmolens van La Mancha. Sommige van de molens die Cervantes met Don Quichot wereldberoemd maakte, staan er nog steeds mooi bij. La Mancha is een regio ten zuiden van Madrid. Adres: Er staan verscheidene windmolens in de plaatsjes Consuegra, El Romeral en Madridejos. Cervantes’ geboortehuis. Dit ligt in een dorpje vlakbij Madrid: Alcala de Henares. Het mooi gerestaureerde huis is een museum geworden. Adres: Calle Mayor 48
16
Babel
Jasnaja Poljana – Lev Tolstoj (1828-1910) Jasnaja Poljana is een landgoed dat Tolstojs grootvader in handen had gekregen door te trouwen met een rijke prinses. Het ligt vlakbij Toela, een stad zo’n 180 kilometer bij Moskou vandaan. In 1820 bouwde Tolstojs opa er een landhuis met 32 kamers. Lev Tolstoj groeide hier op en schreef er onder andere andere het epos Oorlog en Vrede (1865-1869) en de roman Anna Karenina (1877). Hij zou er het grootste deel van zijn leven doorbrengen. Interessante plekken: Het landhuis. Tolstojs voormalige woonhuis, met zijn inrichting en houten vloeren, is prachtig. Al tijdens Tolstojs leven werd Jasnaja Poljana bezocht door mensen die aangetrokken werden door zijn werk. Adres: Jasnaja Poljana, regio Tula Het Tolstoj-museum in Moskou. Dit museum beschikt over een aantal originele manuscripten van Tolstoj en kunstobjecten die gerelateerd zijn aan zijn boeken. Ook wordt er uitgebreid aandacht besteed aan Tolstojs oorlogsverleden. Hij heeft meegevochten in de Slag om Sebastopol (1854-1855) in de Krimoorlog; dit leverde ervaringen op die hij verwerkte in Oorlog en Vrede. Adres: Prechistenka 11
Praag – Franz Kafka (1883-1924) ‘Praag laat mij niet los. Dit moedertje houdt mij in haar klauwen’, zei Kafka over de stad waar hij vrijwel zijn hele leven woonde. Praag was zijn inspiratiebron. Hij schreef er beroemde werken als Het Vonnis (1912), De Gedaanteverwisseling (1915) en Het Proces (1925), die vanwege Kafka’s perfectionisme pas post mortem werden uitgegeven. Interessante plekken: Het Goltz-Kinsky Paleis. Hierin huisde vroeger de Duitstalige middelbare school waar Kafka heen ging. Hij was een uitstekende leerling, maar had desondanks een hekel aan school. Kafka verwerkte zijn vreselijke leraar Latijn als Dr. Krumpal in de roman Amerika (1927). Adres: Staromestské 1 Kafka’s boekenkast. De Franz Kafka Society in Praag heeft een replica van Kafka’s eigen boekenverzameling, met werken variërend van Charles Dickens’ boeken tot de dagboeken van Wolfgang Goethe en publicaties over Napoleon Bonaparte. Adres: Maiselova 1 Kafka’s favoriete restaurant, Obecní Dum. Kafka sprak hier vaak af met zijn beste vriend en latere uitgever Max Brod. Kafka had een afwijkend eetpatroon: hij at slechts onbewerkte, natuurlijke producten. Ook had hij de gewoonte zijn happen minstens dertig keer te kauwen. Adres: Republiky 5
Florence – Dante Alighieri (1265-1321) Dante schreef zijn magnum opus De Goddelijke Komedie (eerste helft 14e eeuw) niet in zijn geliefde Florence; ten gevolge van een conflict werd hij in 1302 verbannen uit de door burgeroorlog verscheurde stad. Hij zou altijd naar zijn geboorteplaats terug verlangen, maar de reizen die op zijn verbanning volgden, vormden wel een inspiratiebron voor zijn latere werken. Interessante plekken: Casa di Dante. Dit huis is helaas niet echt door Dante bewoond, maar staat wel op de plek waar Dantes vroegere huis zou hebben gestaan. Het is nu een klein museum waarin zijn leven en werk centraal staan. Adres: Via Santa Margherita 1 De Santa Margherita dei Cerchi. Deze kerk, om de hoek bij Casa di Dante, staat beter bekend als de Kerk van Beatrice en Dante. Hier zou Dante namelijk voor het eerst Beatrice hebben gezien, zijn onbereikbare liefde die een cruciale rol speelt in zijn werk. Die eerste keer begroette zij hem vriendelijk, waarop Dante op slag verliefd werd. Adres: Via Santa Margherita Battistero di San Giovanni. In deze doopkapel werd Dante gedoopt. De indrukwekkende achthoekige basiliek is een van de oudste bouwwerken in Florence. Adres: Piazza San Giovanni
Juli-Augustus 2012
17
fictie
Een speciale dag Tekst /// Maartje Wortel
Beeld /// Guy Verbeek
‘H
eb jij de chauffeur gezien lieverd?’ vraagt Dorothee. Ze roert door haar koffie. Haar voeten kunnen het tapijt net raken. Ze is nooit groot geweest, maar de laatste tijd is ze kleiner. Echt. Ze draagt haar rode broekpak, wat haar lievelingspak is, ook al vindt Justus het een lelijk ding. Hij heeft dat nooit tegen haar gezegd, maar ze ziet het aan hem, ze merkt het aan hem. Hij raakt haar minder vaak aan wanneer ze dat broekpak aan heeft. ‘Ik weet niet waar hij is’, schreeuwt Justus vanuit de keuken. ‘Niet zo schreeuwen’, schreeuwt Dorothee. ‘Kom gewoon hier als ik met je praat.’ Hij komt de kamer binnenlopen en lacht naar haar. Hij lacht altijd wanneer hij haar ziet, dat gaat automatisch. ‘Zit je te lachen om mijn broekpak?’ vraagt Dorothee. Hij loopt op haar af, zwalkt een beetje, wanneer hij naast haar staat kust hij haar op haar witte haren. ‘Ik zou nooit lachen om je broekpak of om welk pak van jou dan ook’, zegt hij. ‘Leugenaar’, zegt ze. ‘Nou, heb je de chauffeur gezien?’ ‘De chauffeur heeft een naam, liefje.’ ‘Ja, heb je hem gezien?’ vraagt ze. ‘Ik weet niet waar Broekie is.’ De chauffeur heet Broekie. Niemand weet hoe hij echt heet, maar misschien heet hij wel echt Broekie. Het was ermee begonnen dat Dorothee en Justus een auto hadden gehuurd. Voor een week. Gewoon een auto om de mogelijkheid te hebben om weg te kunnen. De auto was groot en zwart en stond voor de deur, alsof het nooit anders was geweest. Justus had er de eerste dag de hele dag vanuit een schommelstoel naar gekeken. Daarna was hij onrustig geworden. Door de komst van de auto besefte hij des te meer dat er voor hen geen mogelijkheid meer bestond om zomaar weg te kunnen. De eerste nacht met de auto voor de deur kon hij niet slapen. Hij lag op zijn zij en keek naar Dorothee. Haar haren leken witter in het donker, misschien door het contrast. Ze ademde zacht in en uit, met haar mond een klein stukje open. Haar hoofd gaf het kussen vorm. Justus probeerde zo min mogelijk aan vroeger denken maar hij kon het niet helpen; hij dacht aan vroeger. Niet dat hij vond dat toen alles beter was, dat helemaal niet. Niet beter, maar anders. Ze konden weg wanneer ze dat wilden. Waar dan ook naartoe. Hij heeft nooit weggewild. Nooit, behalve nu, nu hij wist dat het praktisch onmogelijk was. Hij wilde in een auto kunnen stappen en wegrijden. Het liefst naar de zee, zoals zijn vader dat vroeger met hem deed. Die eerste nacht met de auto voor de deur maakte hij Dorothee wakker. ‘Liefje’, zei hij, ‘ik ga naar de auto.’ ‘Wat ga je in godsnaam bij de auto doen?’ vroeg ze. ‘Ga slapen.’ ‘Ik wil erin zitten’, zei hij. ‘In de auto.’ Ze dacht dat hij een grapje maakte, maar toen ze zei dat ze niet mee deed aan zo’n belachelijk plan, stapte hij uit bed en zag ze vanuit het raam hoe hij de straat overstak, de portier opendeed en in de auto stapte. Hij deed daar verder niets, niet eens op de knoppen drukken of zo. Hij zat daar gewoon, kijkend uit de voorruit, wachtend op niets. Helemaal niets.
18
De volgende ochtend zat hij er nog steeds. Dorothee had de slaap niet kunnen vatten zonder de bewegingen van Justus naast haar te voelen. Hij trok altijd een beetje met zijn linkerbeen, en hoewel ze dat meestal behoorlijk irritant vond, had ze dat gemist. Ze hoopte dat hij de briljante ingeving om midden in de nacht in de huurauto te gaan zitten niet nog eens zou krijgen, anders zou ze er wat van moeten zeggen en dat deed ze liever niet. Op haar lichtgele sloffen liep ze naar buiten en tikte op het raam. ‘Kom eruit, darling’, zei ze. Justus vond het leuk om darling genoemd te worden, daar kon je bij hem bijna alles mee bereiken, maar de auto kwam hij niet uit. Hij draaide het raampje open. ‘Kom eens naast me zitten’, zei hij. ‘Hoe heerlijk dat voelt.’ Hij keek heel gelukkig; daar kon Dorothee geen weerstand tegen bieden. Ze liep om de auto heen en ging naast hem zitten. Vanuit de auto keken ze allebei naar het huis. ‘Daar staan we dan’, zei Justus. Dorothee zei niets. Ze liet haar ogen over het dashboardkastje glijden en begreep wat hij bedoelde. Er moest iets gebeuren.
En toen kwam Broekie. Ze hadden in de Gouden Gids een chauffeur gezocht. Geen enkele chauffeur nam de telefoon op, misschien omdat ze niet mochten bellen tijdens het rijden. Maar Broekie nam op en kwam diezelfde dag nog. Op de fiets, want de auto stond al voor de deur. De eerste paar dagen dat Broekie er was zijn ze nergens naartoe gegaan. Hij zat op een stoel in de keuken en kreeg beschuitjes met roomboter en kaas van Dorothee. Ze vroegen of hij het geen probleem vond om te blijven overnachten. Hij werd uiteraard gewoon doorbetaald. Broekie vond dat geen probleem, toch belde hij voor de zekerheid even met zijn vrouw. Zolang hij werd doorbetaald vond zijn vrouw het ook geen probleem. Dit alles is vandaag precies een jaar geleden. Vandaag is een speciale dag. ‘Wil je weg lieverd?’ vraagt Justus. ‘Wat?’ ‘Wil je weg? Dat je naar Broekie vraagt.’ ‘Ga hem nou maar zoeken’, zegt Dorothee. Ze steekt een sigaret op. Buiten kwaken de eenden alsof ze schaterlachen. ‘Broekie!’ schreeuwt Justus. ‘Niet zo schreeuwen’, schreeuwt Dorothee. Ze veegt wat as van haar broekpak en neemt opnieuw een hijs van haar sigaret. ‘Hij zit boven denk ik. Zo’n stom computerspel te spelen. Iets met botsauto’s.’ Ze tikt wat as af tegen de rand van de kristallen asbak. Dan slaat de deur van de woonkamer open, geluidloos en traag, alsof er een spook binnenkomt. ‘Riep u mij?’ Het is Broekie. Hij kijkt geschrokken. Ze hebben hem alleen nodig wanneer hij een stukje met ze moet gaan rijden. Dat is praktisch nooit het geval. Alleen Justus wil soms naar de zee. Dan gaan ze samen, zonder Dorothee, alsof ze twee kameraden zijn die een dagje gaan zeevissen. Dorothee wil voor geen goud met ze mee. ‘Bij de zee denk ik aan de verdrinkingsdood’, zegt ze. ‘Geen enkel mens wil Babel
vrijwillig aan de verdrinkingsdood denken.’ ‘Riep iemand mij?’ vraagt Broekie nog een keer. ‘Ja, ik.’ zegt Justus. Hij kijkt naar Dorothee. ‘Waarom eigenlijk?’ vraagt hij aan haar. ‘Het is een jaar geleden’, zegt ze. ‘Het lijkt me een mooi moment om het huis uit te gaan.’ Broekie en Justus staan nu naast elkaar. Ze hebben geen idee wat er dan wel een jaar geleden zou moeten zijn. Mannen vergeten dat soort dingen, die laten de tijd gewoon gaan. ‘We willen naar het bos Broekie, voor een picknick. Zou dat lukken?’ vraagt Dorothee. ‘Vandaag?’ vraagt Justus. ‘Ja, darling, vandaag.’ ‘Mevrouw, weet u het zeker?’ vraagt Broekie. ‘Hebt u gezien wat voor een weer het is?’ ‘Hondenweer’, zegt Dorothee. De regen slaat straf tegen de voorruit. De autowissers staan in de hoogste versnelling, piepend glijden ze op en neer, vechtend tegen het weer. Vanuit de autoradio klinkt een nummer van Tindersticks: The other side of the world. Het klinkt droevig. Justus en Dorothee zitten achter in de auto. Hij heeft zijn hand op haar knie gelegd, die meetrilt met de motor. Broekie heeft een zonnebril opgezet. Hij zegt dat dat erbij hoort. Hij zegt dat je beter kunt rijden met een zonnebril op. Zolang Broekie geen ongelukken maakt en gewoon doet wat er van hem gevraagd wordt, vinden Dorothee en Justus alles best. Ze hoeven geen vrienden te zijn met hun chauffeur. Broekie parkeert de auto op de parkeerplaats bij het bos, naast een kasteel waar heel lelijke kunst verkocht wordt.
opinie
‘Moet ik mee?’ vraagt hij. ‘Wat zeg je?’ Het is Dorothee. ‘Willen jullie dat ik meega?’ ‘Wat is dat nou weer voor een vraag?’ zegt Dorothee. Broekie weet nu nog steeds het antwoord niet, maar hij gokt erop dat het beter is als hij in de auto blijft. Verkeerd gegokt. Justus en Dorothee willen graag samen picknicken. In de auto. Broekie moet het bos in. Hij wordt uiteraard gewoon doorbetaald. Ze zijn voorin de auto gaan zitten. Aardbeien komen tevoorschijn, broodjes zalm, pasteitjes, kwarteleitjes, witte wijn. Dorothee heeft er rode wangen van gekregen, bijna in dezelfde kleur als haar broekpak. Justus lacht naar haar. ‘Zit je me uit te lachen?’ vraagt Dorothee. ‘Ik zou toch nooit om jou lachen, darling?’ Ze kussen elkaar, dat voelt nog hetzelfde als vroeger. Misschien zijn hun lippen alleen iets droger. Daarna zitten ze heel lang stil, drinken wijn en kijken door de voorruit naar de bomen, de takken en meer in de verte: de diepte van het bos.
Het is donker geworden. En koud. Maar koud was het al, donker is het geworden. ‘Heb jij Broekie gezien?’ vraagt Dorothee. ‘Waar zou ik die gezien moeten hebben, Doortje?’ zegt Justus. ‘Kan jij hem gaan zoeken?’ vraagt ze. ‘Nu?’ ‘Ja, wanneer anders, darling?’ Voordat Justus de auto uitstapt zijn ze een paar seconden stil. Hij legt zijn hand in haar nek. Samen kijken ze vanuit de auto naar de hemel. Ze zien iets: een vallende ster of een satelliet; ze weten het allebei niet, maar voor de zekerheid doen ze een wens.
Biologisch weerwoord
Biologisch eten helpt boeren noch milieu. Het is overdreven duur maar daarom niet beter. Dat stelde Francisca Wals in de juni-editie van Babel. Studente Duitse taal en cultuur (UvA) en Letterkunde (VU) Christina Lammer reageert. Tekst /// Christina Lammer
Ik zal jullie sparen met argumenten zoals dat biologisch voedsel lekkerder is, of dat het je helpt geest en lichaam in balans te brengen, als yoga voor de maag. Maar: biologisch eten is meer dan een worm in je appel. Het idee van de ‘geitenwollensokkentypes’ steunt op een weloverwogen voedselproductie. Dat jij je – voordat je de hele aardbol tot een voedselmachine omtovert – afvraagt: hoe beïnvloedt mijn koopgedrag de voedselproductie? In onze maatschappij zijn we gewend om alles altijd te kunnen eten. De voedselindustrie neemt daarom uit winstbelang veel risico’s voor mens en milieu. Grootschalig geteeld supergewas, perfect gegroeid met dank aan menig pesticide, blijkt de grond van de boeren onvruchtbaar te maken. De gevolgen voor de gezondheid van mens en dier in de omgeving zijn eveneens immens. Een recent voorbeeld is de bijensterfte: wetenschappers vermoeden dat de bijen door gebrek aan biodiversi20
teit minder resistent zijn geworden. Of denk aan de vleesindustrie: wie veel vlees eet, loopt gevaar minder goed op antibiotica te reageren. Voedselproductie is een langetermijnproces en bovendien is het een onvoorspelbaar proces. Dit is spijtig, maar onoverkoombaar. Natuurlijk zijn er mensen die niet zozeer biologisch eten omdat het beter is voor het milieu, maar voor hun imago. De yuppen snappen vaak niet dat we nu eenmaal niet altijd alles kunnen eten. Ze willen in de zomer pompoen eten, in de winter rode paprika en het kan ze niet schelen of ze nu kiwi’s uit Italië of Nieuw-Zeeland kopen. Ze houden er geen rekening mee dat zelfs voor biologisch geproduceerd vlees geldt: wanneer iedereen zijn vleesconsumptie mindert, maakt dit een essentieel verschil voor het klimaatprobleem, misschien zelfs het wereldhongerprobleem. Onwetend kopen ze mango’s uit Kameroen, en staan
er niet bij stil waar het mest van boeren eigenlijk vandaan komt. Ze maken zich – vrij naar Slavoj Žižek– schuldig aan ‘ecokapitalisme’. Ze vervallen in een trend van gezond en bewust leven, zonder enig relativeringsvermogen. Ze zijn zich niet bewust van verschillen binnen de biologische (voedsel)productie. Het ene biologisch is immers het andere niet: de ene boer houdt meer rekening met het milieu dan die ander (wat trouwens verklaart waarom iemand biologische mest uit Duitsland haalt, terwijl een ander alleen mest van zijn eigen boerderij gebruikt). Yuppen kopen zonder ethisch bezwaar T-shirts bij de H&M, en halen in augustus biologische knolselderij bij de Lidl. Ik denk dat Francisca op zoek is naar ethisch besef. Daar wil ik haar helemaal gelijk in geven. Maar ethisch besef heeft tijd en groei nodig. Als die groei bij ecokapitalisme begint, is het spijtig, maar het blijft een begin. Babel
Brood op de plank
Lichtvoetig de diepte in Hoewel menig geesteswetenschapper het veracht, zo lang mogelijk uitstelt of zelfs ontkent: er is leven na de faculteit. Ter inspiratie of puur uit interesse; iedere maand een blik door de bril van een ex-FGw’er als heuse kostwinner. Tekst /// Daan Borrel Beeld /// Thomas Huisman
Maria Janssens (1986) vindt het wel rustig zo: ze kan zich volledig richten op haar fulltimebaan bij Brandstof, een bedrijf dat filosofische programma’s maakt. Vorig jaar was ze nog student aan de docentenopleiding Filosofie in Leiden en was ze tegelijkertijd stagiair bij Brandstof. Na haar stage mocht ze blijven. Ze probeert nu de filosofie toegankelijker te maken door op een lichtvoetige manier met alledaagse levensthema’s de diepte in te gaan.
ma. Of zorgen dat de kaarten worden verkocht. Het is zowel organisatie, planning en inhoud, afwassen als een thema bedenken. De basis van Brandstof is een maandelijks terugkerend filosofisch programma waarin vijfentwintig deelnemers drie uur lang in discussie gaan over een alledaags thema. Aansluitend is er een diner. Daar heerst altijd een hele leuke sfeer. Het publiek bestaat uit mensen met een volle agenda die behoefte hebben om bij te tanken. Daarnaast zijn we ook bezig met grotere evenementen, zoals programma’s maken voor Lowlands. Dit zijn programma’s van een uur rondom de thema’s “Kiezen, kijken en creëren”. Hierin gaan verschillende bekende filosofen in gesprek en presenteren ze een combinatie van klassieke en hun eigen denkbeelden. Voor september zijn we ook bezig samen met School of Life een groot filosofisch evenement te organiseren in de Beurs van Berlage.’
Hoe ben je bij Brandstof beland?
‘Ik wilde de docentenopleiding doen maar daar had ik me te laat aangemeld. Toen ben ik op zoek naar een stage gegaan en kwam ik bij Brandstof terecht. Plots ging de docentenopleiding toch wel door, dus heb ik een jaar lang twee dagen stage gelopen en daarnaast de opleiding gedaan. Pas sinds september 2011 werk ik fulltime bij Brandstof. Het spreekt me aan om filosofie toegankelijk te maken, ook omdat ik hiervoor al les gaf als onderdeel van de docentenopleiding. Ik vind de zware, ingewikkelde kant van filosofie heel leuk, maar er zijn zoveel mooie dingen in filosofie die voor iedereen iets zouden kunnen betekenen. Ik vind het jammer als er in de kleine afgesloten wereld van de filosofie dingen worden gezegd waar nauwelijks iets mee gebeurd.’
Wat houdt je baan bij Brandstof in?
‘Ik was er al bang voor dat je dat ging vragen. Het is moeilijk om dat simpel te beschrijven omdat het zo gevarieerd is. Het bedrijf is nog jong dus zijn we nog steeds zoekende naar wat we precies willen gaan doen, daarom is wat we doen nog steeds aan het verschuiven. En het verschilt ook per project. Maar de basis is dat we actieve programma’s maken waarvan het doel is mensen proberen aan te zetten om helder na te denken over alledaagse levensthema’s. Daarvoor schakelen we vooral filosofen in die nieuwe perspectieven kunnen bieden. Daarnaast gebruiken we werkvormen waarin mensen een moment krijgen om even stil te staan bij waar ze eigenlijk mee bezig zijn.’
Kun je vertellen hoe een werkdag er ongeveer uitziet?
Juli-Augustus 2012
Wat moet je doen als stagiaire om te mogen blijven?
Maria Janssens 26 jaar Studie BA Filosofie en Linguïstiek (University of York) MA Filosofie (University of York) Docentenopleiding Filosofie (Universiteit van Leiden) Afstudeerjaar: 2011 Werk: Filosofische denktank bij Brandstof Salaris: € 1200-1300,- netto per maand
‘Omdat we maar met z’n vieren zijn, zijn de taken heel breed. Wat ik bijvoorbeeld doe op een werkdag is een filosoof benaderen voor een program-
‘Ik denk dat ik een goede aanvulling was op degenen die er al waren. Zij hadden geen echte achtergrond in de filosofie, maar kwamen uit het marktonderzoek. Ik verzorg niet alle inhoud, daarvoor benaderen we grote filosofen in Nederland. De thema’s bedenken we met z’n vieren. We willen programma’s maken met onderwerpen waar wij ook echt mee bezig zijn, daar waarvan we denken dat anderen er ook behoefte aan hebben, zoals werk, liefde, vriendschap, familie en geld.’
Wat trekt je meer, de filosofische of organisatorische kant?
‘De variatie is heel erg leuk! Je ziet alle lagen werk en je komt erachter wat er allemaal komt kijken bij dit soort dingen. Juist de combinatie spreekt me aan.’
Wat vind je het leukste aan je baan?
‘Dat er nog zoveel kan omdat het zo’n klein en nieuw bedrijf is. Een idee is nooit te gek, ik mag alles proberen. Maar tegelijkertijd vind ik dat ook het moeilijkste aan mijn baan. Er is geen vast stramien. Je moet alles zelf bedenken en vervolgens de rest overtuigen van je goede idee.’ 21
De boekenkast
In het studentenhuis van Johan Fretz In zijn ‘autofictieve’ debuutroman Fretz 2025 heeft Johan Fretz (1985) zich verkiesbaar gesteld voor de Nederlandse verkiezingen in 2025. Eerder werd hij bekend door een vlammend betoog tegen de kunstbezuinigingen op het Malieveld. Dat politiek idealisme is terug te vinden in zijn boekenkast. Tekst /// Lucia Admiraal Beeld /// Thomas Huisman
gelooflijk luid en ongelooflijk dichtbij uit het toilet – die is daar ooit blijven liggen. ‘Nooit uitgelezen. Ik raakte geïnspireerd en ging zelf schrijven. Maar dat heb ik niet altijd.’ Lunar Park van Bret Easton Ellis heeft hij speciaal klaargelegd. ‘Een ongelooflijk spannend boek, ik kan het verhaal bijna niet omschrijven. Er wordt gespeeld met spanning en vervreemding, maar het blijft literatuur. Dat is knap. En Zelf, van Yann Martel, waarin iemand tijdens het verhaal meerdere malen van geslacht verandert. Maar dat gebeurt heel geleidelijk, als lezer heb je het nauwelijks door.
H
ier begint het allemaal in Fretz 2025: in de Marco Polostraat in de Baarsjes. De drie studenten die er wonen geven er aan het begin van het boek Het Grote Taboefeest. Iedereen moet zich verkleden als een ongewenste figuur uit heden of verleden, met als resultaat dat Hitler en Marc Dutroux samen een biertje drinken. Dit feest heeft zich daadwerkelijk afgespeeld in het studentenhuis waar schrijver Johan Fretz woont. De polaroidfoto’s hangen aan de muur en over de spiegel boven de eettafel hangt nog een poster van een vermiste Natalee Holloway. Fretz zit in de leunstoel naast een laag, rommelig boekenkastje, omringd door kartonnen dozen en een stapel lege backpacks. Hij heeft nog meer boeken, maar die liggen in Almere bij zijn ouders.
De Amerikaanse politiek is een soort Griekse tragedie
Fretz 2025 kwam voort uit zijn politiek engagement. Nadat een video van de speech tegen de kunstbezuinigingen in 2010 op het Malieveld op Facebook werd verspreid, vroeg uitgeverij Lebowski of Fretz zijn betoog wilde uitwerken tot een manifest, Hart voor kunst. Daarna volgde het idee voor een debuutroman. Fretz: ‘Vanaf mijn dertiende had ik al een aantal keren geprobeerd een roman te schrijven, maar het werd altijd een soort dagboek of was nog niet rijp genoeg. Mijn debuut zou eerst gaan over een jongen die opgroeit in Almere en tot wasdom komt in Amsterdam. Maar zo’n verhaal wordt snel cliché. Het idee voor Fretz 2025 kreeg ik tijdens het kijken naar de inauguratie van Obama. Wat gaat er door die man heen, vroeg ik me af. Waarschijnlijk trok zijn hele leven aan hem voorbij op dat moment. Dat vond ik interessant.’
Het voor een groot deel autobiografische Fretz 2025 liep het risico ijdel te worden, vertelt Fretz. ‘De ijdelheid wordt redelijk schaamteloos blootgelegd. Recensieweb en Athenaeum schreven dat ik niet genoeg mijn best heb gedaan om bescheiden te blijven. Maar in het boek is Johan helemaal niet zo zeker van zijn zaak en heel destructief. Je kunt het lezen als een heel ijdel boek of een heel onzeker boek – of als een balans daartussen. Het is geen politiek manifest. Uiteindelijk is het een hoopvolle roman over een zoektocht wat je met je idealen kunt doen en het volwassen worden. Fretz 2025 ligt dicht bij mijzelf. Een volgende roman moet heel ver afstaan van wie ik ben, in een context die niet de mijne is. Dat lijkt me moeilijker om te schrijven, maar ik denk ook dat het meer ruimte geeft.’
Samen met Marcel Harteveld (1984), die hij op de Kleinkunst Academie heeft Politiek is oververtegenwoordigd in het bescheiden kastje naast de leunstoel; leren kennen, vormt Fretz het muzikale duo De gebroeders Fretz. In hun voor- Game Change, over de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2008, gebastellingen worden pop, cabaret en stand-up gecombineerd. Alles wat Fretz seerd op honderden interviews achter de schermen, de biografie van Wilders doet begint met schrijven, van een filmscript tot een manifest. Fretz: ‘Ik hou – ‘de blonde gedoogclown’ – en Barack en Michelle. Fretz: ‘Een beetje een rodvan taal. Ik zou echt niet zonder kunnen, maar dat vind ik meteen weer zo delboek, maar het laat goed zien hoe moeilijk het voor Obama was aan het trots klinken. Ik zou ook best broodjes kunnen bakken als dat zou moeten.’ begin van zijn presidentschap. Ik zou graag meer non-fictie lezen over de Nederlandse politiek, maar daar is in dit land niet zoveel honger naar. In Ame‘Ik koop veel boeken wanneer ik aan het schrijven ben, maar die lees ik vaak rika is politiek een soort Griekse tragedie. Die campagnes zijn echt gruwelijk. niet uit. Een goed boek prikkelt mij en maakt energie in mij los.’ Hij haalt On- Dat hebben we hier niet. Misschien ook maar beter ook.’ 22
Babel
Babel Selecteert
Train je love handles
‘En… nóg tien keer! En… om het af te leren… nóg tien keer!’ Zo moet je studenten aanpakken, weten sportinstructeurs Marlon en Alan. Naast hun activiteiten als kickboks- en personal trainers leiden zij iedere maandagavond een workout in de openlucht. Regelmatig gebeurt dat op een geschikte plek in de stad. ‘Dat is weer eens wat anders dan in een park’, stelt Alan. ‘Waarom zouden we onze mooie stad niet gebruiken om in te sporten?’ Deze keer op het terrein rondom NEMO, op een koude en regenachtige avond. Ben ik hier op mijn plek, vraag ik me af als ik de eerste rondjes jog tussen louter lieftallige jongedames. Een meisje vertelt me dat er ook wel jongens komen, maar ‘het regent vandaag, dan haken de mannen af, haha.’ Ik ben beledigd en probeer de rest van de workout dit vertekende beeld van de man te herstellen door met een stalen blik keihard te bikkelen. Het voelt een beetje underground, zo hakkenbillen en knieheffen in deze urbane omgeving.
Als een computerspelletje, Tony Hawk zonder skateboard. Als iedereen warm is, gaan we over tot oefeningen die martial arts-achtig aandoen. We zetten ons ene been op de trap, ons andere gestrekt achteruit, en halen ons tweede been dan als een knietje naar boven. Verder springen we met twee benen tegelijk een aantal treden op, we rennen en hinkelen het dak van NEMO op, springen over paaltjes en doen sit-ups op de oude scheepsankers die op het terrein staan. Voor de ongeoefende sporter is het best pittig. Halverwege de sessie breekt eindelijk de zon door. Heerlijk. Iedereen hijgt en steunt, het is afzien natuurlijk, maar ook genieten. Ook andere motieven worden duidelijk. Als we tegen het einde van de sessie in een kringetje met onze armen naar de knieën reiken, vraagt een meisje: ‘Train ik hiermee mijn love handles?’ Ik ben diep onder de indruk van de dames: ze hebben een flinke conditie. Dat zegt wat over de kwaliteit van de workout, die zij wekelijks doen.
Slaapverwekkende erotiek
In Amerika gaat het al maanden nergens anders meer over: de erotische trilogie Fifty Shades of Grey van schrijfster E.L. James. Het eerste deel is inmiddels vertaald in 37 landen en met meer dan tien miljoen verkochte exemplaren wereldwijd lijkt het slechts een kwestie van tijd voor ook hier de hype losbarst. Vijftig tinten grijs vertelt het verhaal van de 21jarige literatuurstudente Anastasia Steele die als een blok valt voor de zes jaar oudere multimiljonair Christian Grey. Tot zover niets bijzonders: het boek wijkt pas af van de gemiddelde chicklit op het moment waarop duidelijk wordt dat ‘meneer Grey’ er nogal afwijkende seksuele voorkeuren op nahoudt. Een erotische roman, zo wordt het boek in de Juli-Augustus 2012
pers omschreven. Klinkt als iets wat het niveau van het gemiddelde Bouquetreeksromannetje nauwelijks ontstijgt en helaas blijkt dit ook zo te zijn. De schrijfstijl doet erg gemakkelijk aan: er wordt weinig met taal gespeeld, James vervalt van het ene cliché in het andere en naarmate het verhaal vordert, lijken de seksscènes een oneindige herhaling. Het boek is echter mateloos populair onder met name Amerikaanse huisvrouwen, ondanks het magere plot en de simpele stijl. Waarschijnlijk is het vernieuwend in haar genre: erotische fictieverhalen die geschikt zijn voor een breed publiek worden immers weinig geschreven. Een interessant fenomeen is het dus zeker. Toch lezen dus – al is het maar om de hype te begrijpen. De
‘We hebben nooit zin en willen eigenlijk altijd afzeggen’, vertelt een meisje na afloop grijnzend, ‘maar als we onszelf dan toch zover hebben gekregen, zijn we superblij dat we gegaan zijn.’ Er wordt nog een lolletje getrapt met de trainers, en dan fietsen de sportievelingen moe maar voldaan naar huis. Drie hoeraatjes, ze hebben zichzelf weer eens overwonnen!
BAMM! Workout Iedere maandag- en woensdagavond om 19.30 uur Elke week een andere locatie www.facebook.com/bamworkout
[email protected] Losse workout: € 10 Tienrittenkaart: € 60
Beoordeling: Tekst /// Quint Italianer
Beeld /// Marlon Linneman
gemiddelde student zal namelijk niet warm of koud worden van zinnen als ‘Ik kwam klaar en versplinterde in een miljoen stukjes onder hem.’
E.L. James Vijftig tinten grijs Prometheus € 15,ISBN: 9789044621846
Beoordeling: Tekst /// Fleur Willemsen
23
wat (b)lijkt
Aan de hand van een foto proberen twee studenten zich een beeld te vormen van het leven van de ander. Wat blijkt waar te zijn? Tekst /// Lucia Admiraal Beeld /// Thomas Huisman
Benjamin over Juliet
Juliet over Benjamin
‘Wat een schatje! Een beetje burgerlijk misschien, maar hartstikke lief. Ze is een jaar of 21 en een beetje verlegen; haar voeten wijzen naar elkaar toe en haar hand zit wat ongemakkelijk in haar zak. Toch heeft ze een heel mooie en spontane lach. Haar kleding is simpel en niet te opvallend. Ik denk dat zij geen onbegane wegen bewandelt. Ze studeert Algemene Cultuurwetenschappen, Media & Cultuur of Europese Studies. Ik denk dat ze een serieuze student is die niet blij is met een zes. Voor haar studievereniging organiseert ze wellicht een studiereis. Ze heeft lang paardgereden en ze heeft misschien op een obscure sport gezeten die alle meisjes deden in de gemeente waar ze vandaan komt: volleybal of korfbal. Ze ziet er zo ongeschonden uit, helemaal puur en lief. Ze heeft geen uitgesproken politieke mening en stemt hetzelfde als haar ouders. Ik vermoed dat ze een vriendje heeft, eentje waar ze mee gaat trouwen. Of ik iets met haar zou drinken? Waar ze goede brandewijn hebben drink ik met iedereen, en met dit mooie, lieve meisje zeker.’
‘Chille peer. Hij lacht niet, maar hij kijkt wel vriendelijk. Dat vest heeft mijn vader ook, het is heel lekker zacht. Het heeft handige zakken waar je veel in kan stoppen en volgens mij heeft deze jongen dat ook gedaan. Zijn schoenen en broek zijn mooi; zijn T-shirt weet ik zo net nog niet. Ik denk dat hij geschiedenis studeert, vanwege die ribbroek. En misschien een vreemde taal, zoals Noors, vanwege zijn haar. Verder is hij lid van een studievereniging, maar alleen voor de korting op boeken. Ik denk dat hij basgitaar speelt en in zijn fantasie beter is dan Flea van de Red Hot Chili Peppers. In Amsterdam spreekt hij met vrienden af om FIFA te spelen en bier te drinken. Soms gaat hij naar zijn familie in Spanbroek. Dan is hij heel lief voor zijn ouders en zijn jongere zusje. Hij werkt in de Stopera om te sparen voor een vakantie naar Cambodja. Politiek neigt hij een beetje naar links, maar uiteindelijk blijft hij veilig in het midden. Hij heeft geen relatie, maar er zijn wel twee meisjes: de een vindt hem wel leuk en de ander is smoorverliefd, en hij weet hier handig gebruik van te maken.’
Juliet (20)
‘Ik denk dat hij mijn houding goed heeft gelezen! Het is inderdaad mijn simpelste trui. Ik studeer nu twee jaar kunstgeschiedenis. Ik houd van studeren en hoge cijfers zijn leuk, maar een zes is prima. Bij de studievereniging Kleio zit ik in de kunstcommissie en organiseer ik onder meer studiereizen. Blijkbaar is dat Friese nog goed te zien na twee jaar Amsterdam. Toen ik nog in Waskemeer woonde wist ik niet hoe snel ik naar de grote stad moest vertrekken. Inmiddels houd ik er steeds meer van om naar Friesland te gaan. Het is daar zo mooi en ik heb er nog steeds een paard. Ik heb een week op volleybal gezeten, maar dat was geen succes. Mijn stemgedrag klopt, wat ben ik voorspelbaar. Ik heb alleen geen vriendje en trouwplannen zijn er nog nooit geweest. Kom maar op!’ 24
Benjamin (25)
‘Ik studeer Geschiedenis, maar heb ook overwogen om Russisch te gaan studeren. Lekker gek. Verenigingen ga ik het liefst uit de weg omdat ik op het extreme af huiverig ben voor hokjes. Basgitaar speel ik niet en de Red Hot Chili Peppers komen niet voor in mijn afspeellijst. Met dat bier drinken zit ze goed, dat doe ik graag en met verve, vaak buiten de deur. De FIFAmania is zeker een jaar of vijf terug. Ik heb inderdaad een jonger zusje waar ik zo lief mogelijk voor ben. Verder werk ik als kok in restaurant Wilde Zwijnen, stem GroenLinks en organiseer Klapstuk!, een Rock & Roll feestje. Ik heb geen vriendinnetje, dus: lieve Juliet, wanneer gaan we wat drinken?’
Babel