Web: www.in-zicht.nl E-mail:
[email protected]
Lezing door Jacob Slavenburg: 19 maart 2008 voor St. In-zicht met als thema: Judas en Maria Magdalena, twee ingewijden
Jenny heet ons allen van harte welkom, Tialda leidt de avond in met een gedicht en stiltemoment. Jacob opent met een gedicht van Michel van der Plas: “Maria Magdalena op paasmorgen” volgens het evangelie van Johannes komt Maria Magdalena bij een leeg graf op paasmorgen, zij ziet alleen de tuinman, dit blijkt later Jezus te zijn Maria Magdalena op paasmorgen (Michel van der Plas) Toen al de anderen waren weggegaan Ik zag ze bij de tuinmuur in de verte nog redetwisten en verwoed gebaren, Petrus voorop de stofwolk die de weg wees, scheen het stiller dan ooit. En ik besefte opeens dat ik alleen was en de angst om de geboorte van de bleke dag te storen had de krekels zelfs bevangen zo stil en weifelend rees het licht, dat bomen grijparmen werden, bloemen valse ogen, en ik moet zelf een smalle kaars geweest zijn, daar in de dunne mist, bij het lege graf. En de twee mannen die in witte kleden plotseling voor mij stonden schenen beelden uit een oud geheimzinnig speelliedje en maakten mij weer tot een kind. En juist als in dat spel van vroeger hield ik bei mijn handen tegen mijn gezicht gedrukt en schreide, wat ik vroeger had gezongen: Waar hebben ze mijn meester neergelegd? Ik was een schreiend kind, ik moest maar weggaan voordat ze zouden lachen om mijn dwaasheid; ik moest maar weggaan, net als al de anderen, weg uit de spooktuin, weg uit het valse licht, als al de anderen. En ik keerde me om en veegde met mijn mouw mijn tranen weg, toen ik de tuinman zag. Hij stond er zo gerust en groot. En ’t was of al de bloemen nu opeens bloemen werden en de bomen hun groen herkregen, toen hij naar mij keek, en of ik niet alleen meer was, en of het graf achter mijn rug niet meer bestond, niet meer als leegte, als holle angst, en of een leeuwerik opschoot in zijn stem: Maria! Ik heb het al zo vaak verteld Johannes, maar steeds als jij mij met Pasen aanziet is het alsof ik hem mijn naam weer hoor zeggen, misschien omdat jij op hem lijkt misschien, omdat het licht van deze dag jouw kleed zo wit maakt als het zijne op die ochtend. Maar nee, dat is het niet het is omdat het brood dat jij nu in je handen hebt en mij te eten geeft zijn lichaam is. Zijn leven, en daarom hoor ik hem vandaag en meer en ik wil je zeggen dat vandaag zijn liefde pas geopenbaard wordt, want je weet Johannes dat hij die ochtend in de tuin zei: houdt me niet vast.
1
En zie nu komt hij zelf, nu komt hij zelf om mij weer naar zich toe te trekken, vast te houden, vast te houden. O, ik weet het wel, ik kan niet zeggen wat ik zeggen wil vandaag, maar ‘k ben een kaars die van zijn glorie brand en ik ben zo gelukkig want zijn leven is mijn leven. En dit witte brood, o deze liefde is sterker dan de dood. Maria Magdalena, de vrouw die Jezus liefhad. Het evangelie van Maria Magdalena is in 1896 in een Berlijnse codex van 4 geschriften teruggevonden. Door twee wereldoorlogen duurde het bijna een eeuw voordat dat het bekend werd. Ondertussen waren ook de Naq Hammadi geschriften gevonden, het evangelie van Maria Magdalena is in de Nederlandse uitgave van de Naq Hammadi geschriften opgenomen. (Vertaald door Willem Glaudemans en Jacob Slavenburg in het Nederlands) Recent is het Evangelie van Judas ontdekt. Het Evangelie van Maria Magdalena en Judas lijken wel op elkaar, beide zijn ze gnostisch en passen daardoor beide bij de vondst van Naq Hammadi, welke voor het grootste deel ook gnostische geschriften zijn. Ze zijn in de ongeveer dezelfde tijd geschreven, einde eerste, begin tweede eeuw. Het evangelie van Judas is evenals het evangelie van Maria Magdalena niet geschreven door Judas resp. Maria Magdalena en zo ook de 4 evangeliën uit de Bijbel zijn niet geschreven door de apostelen met de verbonden, overeenkomstige namen. Ze waren eerst waarschijnlijk naamloos, de namen zijn rond ongeveer 130 na Chr. aan de evangeliën toegevoegd. Waarom zijn deze evangeliën gnostisch? Ze bevatten een stukje van een gnostische scheppingsmythe. Je zou beter kunnen zeggen esoterisch, er is sprake van een samenspraak van Jezus met zijn naaste leerlingen die hij dan geheimen openbaart. Een traditie in het oude Christendom is de esoterisch traditie (eso=binnen) Deze houdt zich bezig met innerlijke (beleving), wat je voelt en ervaart, de verbinding, het contact van jou met het hogere. Dit in tegenstelling tot het uiterlijke (exo-) Christendom wat zich veelal bezighoudt met, dogma’s en leergezag en kerkstructuur. De meeste gnostische geschriften zijn esoterisch, ze gaan over de directe ervaring, de verbinding van jou met het hogere. Dat is de reden waarom de gnostische geschriften niet in het nieuwe testament voorkomen. Aan het e einde van de 2 eeuw is er een beweging op gang gekomen die nu de orthodoxie genoemd wordt en die de gnostische geschriften als ketters heeft beschouwd. Men zag het gnostische Christendom als een gevaar voor de eenvoudige gelovige. Gnostici hielden zich niet bezig met kerkgezag en structuur maar hielden zich bezig met de binnenkant, die binnenkant is vaak ook niet zo gemakkelijk, het is vaak gemakkelijker om je aan wat regeltjes te houden dan in je hart te overwegen wat jij nou werkelijk wilt en wat jou weg in dit leven is. Het heeft nogal wat stof doen opwaaien toen het Judas evangelie gevonden werd. Judas, de verrader van Jezus. Judas heeft een zwarte afschildering in de geschiedenis. Hier zit een ontwikkeling in: in de oudste teksten, ook in de Bijbelse evangeliën staat niet dat Judas, Jezus heeft verraden maar dat Judas, Jezus heeft overgeleverd. Een accentverschil. Het evangelie van Judas en in minder mate dat van Maria Magdalena bevat ook sterk Joodschristelijke elementen. Dit is het oudste Christendom waar maar weinig van bekend is, wat overvleugeld is door de orthodoxie en eigenlijk net als de gnostiek tot ketterij werd verklaard. Vreemd is dat het oudste en meest authentieke Christendom tot ketterij werd verklaard. Het gaat hier om de vroegste gemeenteopvolging die we kennen in Jeruzalem. Jezus is als jood geboren en als jood gestorven, dus de eerste gemeenteleden waren ook joden. Zij kwamen in de tempel en de synagoge samen en daarnaast belegden ze aparte bijeenkomsten om Christus te vieren. Eerst waren dat mensen die Jezus nog gekend hadden en geraakt waren door boodschap, de uitstraling van woorden en daden. Langzamerhand stierven die mensen natuurlijk uit die Jezus nog gekend hadden en dan komen er steeds meer mensen die visioenen en dromen hebben van Christus en soms ook wel verschijningen. (Nieuwe testament: Paulus voor de poorten van Damascus krijgt een visioen van Christus, waardoor zijn leven radicaal veranderd van vervolger in voorvechter van het Christendom)
2
Christuservaringen kwamen toen veel voor, getuige de oude literatuur, mensen worden hierdoor geraakt, hun leven kwam op de kop staan. Zij wilden dit uiten, in onderlinge verbinding wilden deze mensen de Christuservaring blijven beleven, want die had iets in gang gezet wat zo waardevol was dat ze daar hun leven voor in dienst stelden. Tegenwoordig zouden we dat zelfrealisatie kunnen noemen (C.G .Jung: individuatie) Jezus noemde dit de weg naar het Koningrijk. In het vroege Christendom was niet zo belangrijk waar Jezus was heen gegaan dan wel wie hij tegengekomen was. Dat zijn veelal verhalen die later verzameld zijn en die later in het nieuwe testament zijn ingevoegd. Veel belangrijker waren de oudste teksten, korte kernachtige leringen van Jezus. Deze leringen gaven de weg aan naar het Koningrijk, een koningrijk, een toestand in het hier en nu. De latere dogmatiek en kerk heeft daar een toestand van gemaakt in een verre eindtijd en één op een verre plaats, de zoveelste hemel. Dat zal dan in werking treden als Christus op de wolken weerkeert. Dit was in het vroege Christendom dus niet aan de orde. Men wist daar wel: “het Koningrijk is verspreid over de aarde maar de mensen zien het niet” (Thomas evangelie, ook in de Naq Hammadi vondst) en in een ander logion: “het Koninkrijk is in jullie” en in een ander logion: “het Koningrijk is in jullie en buiten jullie”. Dit laatste omdat er een verbinding moet zijn van binnen met buiten en andersom, dit om geen “zelfgenoegzame Godje” in je binnenste te koesteren. Als jullie jezelf kennen zul je ook gekend worden, maar als jullie jezelf niet kent dan ben je in armoede, dan bén je de armoede. Hij verbind dus het proces van het koninkrijk, de toestand van het koninkrijk, wat de Boeddhisten het Nirwana noemen, met het proces van het zelf-kennen, de weg naar het kennen van het zelf. Hier wordt niet gedoeld op het oppervlakkige zelf, het ego, maar daar overheen of doorheen.(het is overigens ook goed om het ego te leren kennen) Jung zou zeggen een stuk van “het onbewuste”. Het begin van het Thomas evangelie begint als volgt: “Dit zijn de geheime woorden die de levende Jezus sprak en die Didymus Judas Thomas opschreef. En hij zei: Ieder die de betekenis van deze woorden kent, zal de dood niet smaken” M.a.w. diegene heeft het eeuwige leven. Ook het Evangelie van Judas begint met geheime woorden: “Het geheime verslag van de openbaring die Jezus eens openbaarde in een gesprek met Judas Iskariot”. Daaruit blijkt het esoterische karakter. Het evangelie is niet zo gemakkelijk te lezen, vanwege de Gnostieke terminologie en vanwege de slechte fysieke staat waarin het boek is vertaald. Er ontbreken pagina’s en teksten. Het boek is indertijd (in 1980) wel gaaf gevonden, maar doordat het niet goed is bewaard door “geldwolven” is het nogal geschonden. De aanbidding van Mammon is dus toch wat anders als de weg naar het Koninkrijk… Wel zijn er indrukwekkende delen overgebleven, waarvan ik bij enkele delen wil stilstaan. Een deel wat parallellen vertoond met ander vroeg christelijke literatuur: meermaals verscheen Hij (dat is dus Jezus) aan zijn discipelen niet zoals hij was, maar hij werd in hun midden aangetroffen als een kind. In het geheime boek van Johannes komt het ook voor dat Jezus verschijnt als een kind, maar opmerkelijk genoeg, ook als jongeman, en ook als een grijsaard. Geen fysieke realiteit, maar je ziet Jezus vanuit het bewustzijn wat je op dat moment zelf hebt. Vanuit een kinderlijk bewustzijn zie je Jezus als kind, vanuit een volwassen bewustzijn zie je Jezus als volwassene/grijsaard en alles wat daar tussen zit. In het geheime boek van Johannes, wat zowel gevonden is bij de Naq Hammadi geschriften, als bij de zgn. Berlijnse Codex (waar het evangelie volgens Maria Magdalena ook bij zat) Daar staat: “Zie de hemelen openden zich boven mij, en de ganse schepping onder de hemel straalde en heel de wereld beefde. Ik (Johannes) werd bevreesd en wierp mij teneer. En zie in dat licht voor mij zag ik een kind voor mij staan, maar terwijl ik keek veranderde het in een oude man, en nam toen weer de gedaante aan van een vrouw. Er was geen veelvormigheid voor me, maar het vormde toch een eenheid van meerdere gestalten in het licht. En die gestalten openbaarden elkaar wederzijds. En de enkelvoudige verschijning was drievormig, en hij (Jezus) sprak tot mij: Johannes, Johannes waarom ben je verbaasd? en waarom heb je angst? Je bent toch niet onbekend met deze verschijning, die is wat zij is. Verlies de moed niet, ik ben het de ene, die altijd met jullie is. Ik ben de Vader, ik ben de Moeder, ik ben de zoon. Er is een andere tekst in de Handelingen van Johannes, een apocrief geschrift: daarin verteld Johannes iets met z’n ontmoeting met Jezus. Toen hij, Petrus en Andreas die broers van elkaar waren, had gekozen kwam hij naar mij en mijn broeder Jacobus en zei: ”ik heb jullie nodig, kom tot mij”. En mijn broeder die dat hoorde zei:”dat kind dat daar op straat staat te roepen wat zou die van ons willen?” Ik zei: “hoezo een kind?” En hij zei weer tegen mij: “ja, die daar naar ons staat te wenken” En ik antwoordde: “doordat we zolang wakker zijn geweest op het water zie je niet meer zo goed broeder Jacobus” “Zie je niet dat daar een welgevormde man staat, schoon en met een opgewekt gezicht” Hij zei: “maar dat zie ik niet broeder, maar laten we weggaan en kijken wat het te betekenen heeft”. Ze trekken daarna hun boot op het strand in een kleurrijk verhaal en komen daarna Jezus tegen.
3
Dit wil zeggen dat dit verhaal symbool staat voor dat je dát ziet in hoeverre je bewustzijn geopend is. In het evangelie van Filippus (Naq Hammadi) staat eigenlijk de sleutel van dit raadsel. Daar staat: Jezus heeft alles in het geheim gedragen, hij openbaarde zich namelijk niet zoals hij in werkelijkheid was, maar hij openbaarde zich zo dat hij gezien kon worden. Hij openbaarde zich aan allen, aan de groten openbaarde hij zich groot, aan de kleinen klein, aan de Engelen als een Engel en aan de mensen als mens. Daarom was zijn woord voor iedereen verborgen. Het kindzijn heeft natuurlijk ook nog een andere betekenis. Jezus zegt: “Laat de kinderen tot mij komen” of “wordt weer als kinderen”. In het evangelie van Thomas loopt hij met zijn leerlingen langs een vrouw, die een baby de borst aan het geven is. Dan zegt hij tegen zijn leerlingen, als jullie weer worden als kinderen dan zullen jullie het Koninkrijk binnengaan. De mannelijke leerlingen die begrepen dat niet zo, zij dachten dat ze infantiel moesten worden of terug in de moederschoot zouden moeten. Daarop zegt Jezus dan: Als jullie twee tot één maakt, als jullie het boven maakt als het beneden en het beneden als het boven en als jullie het binnen maakt als het buiten en het buiten als het binnen, en als jullie het mannelijke en het vrouwelijke tot één en hetzelfde maakt, zodat het mannelijke niet louter mannelijk meer is en het vrouwelijke niet louter vrouwelijk. Ja, dan zullen jullie ingaan in het Koninkrijk. Het is dus de opheffing van de dualiteit, niet buiten jezelf maar de dualiteit in jezelf. Dit staat ook in het evangelie van Thomas waarin Jezus de weg naar het Koninkrijk verbindt met de zelfkennis, het kennen van het zelf. Er is nog een ander aspect wat voorkomt in het evangelie van Judas wat ook voorkomt in het evangelie van Maria Magdalena: Jezus roept daar op om tot “volkomen mens” te worden, “een gerealiseerd mens” In het evangelie van Judas staat het volgende:”Laat ieder (Jezus) van jullie die sterk genoeg is onder de menselijke schepselen, de volmaakte of volkomen mens voortbrengen, en laat die volkomen mens voor mijn aangezicht gaan staan. En zij allen zeiden wij hebben de kracht omdat te doen, maar hun geest hun ware innerlijke wezen was niet in staat om het te wagen om voor hem te gaan staan, alleen die van Judas Iskariot die durfde het wel. Hij was in staat om voor Hem te gaan staan, maar kon Hem niet in de ogen zien en wendde zijn gelaat af. In het evangelie volgens Maria Magdalena zegt Jezus tegen de leerlingen: “wordt volkomen mens” Het volkomen mens worden is dus de sleutel tot het Koninkrijk. Judas was zeker een ingewijde, er staat ook in het Judas evangelie dat hij Jezus overlevert en dan zeggen de priesters dit is de meeste verlichtte leerling van de Heer. Er waren daar enige schriftgeleerden die nauwkeurig opletten hoe zij Hem gevangen zouden nemen gedurende het gebed. Want zij vreesden het volk omdat door allen beschouwd werd als een profeet. Dit duidt op de Joods-christelijke oorsprong, want in het oudste Christendom werd Jezus niet als Messias gezien maar als profeet. “Zij naderden tot Judas en zeiden tot hem: wat doe je hier, jij bent Jezus’ ware discipel” Judas antwoordde hen overeenkomstig hun wens en hij ontving enig geld, en hij gaf Hem aan hun over. (Zo is het slot van het Judas evangelie zoals dat een paar jaar geleden gevonden is) Judas was een ingewijde, maar wel een passief ingewijde, het overkwam hem eigenlijk. De man had een heel belangrijke opdracht, een smartelijke opdracht om Jezus over te leveren die niet gemakkelijk was. Waarom heeft “de kerk” van Judas zo’n zwart figuur gemaakt ? Dat is namelijk niet goed te rijmen met de kerkelijke dogmatiek: dat Jezus moest sterven voor onze zonden en dat dat Gods wil is geweest. Dan zou je de man die dat mogelijk heeft gemaakt eerder de hemel in prijzen, dan hem zo zwart te veroordelen.. Judas heeft dus mogelijk gemaakt wat moest gebeuren, namelijk de lichamelijke dood van Jezus, om de Christuskracht, de Logoskracht tot opstanding te brengen. Het is Judas a.h.w. overkomen, omdat hij overstraalt werd met een kracht die hem dit mogelijk maakte. Maria Magdalena was een actief ingewijde, zij heeft haar inwijdingsweg stap voor stap bewust gezet. Maria Magdalena was een grote vrouw. Zij is echter door de dogmatische kerk voorgesteld als een groot zondares en als hoer die door Jezus in genade zou zijn aangenomen. e Zo is Maria Magdalena in de 9 eeuw heilig verklaard, niet als apostala apostolorum, ofwel apostel boven de apostelen, maar als boetedoende zondares. In 491 heeft paus Gregorius een vrouw die niet met name wordt genoemd in het evangelie van Lucas verbonden aan een vrouw die in de Bijbel Maria van Bethanië wordt genoemd, en verbonden aan de bijna niet in de Bijbel genoemde Maria Magdalena. Maria Magdalena komt opmerkelijk genoeg alleen voor als één van de vrouwen die onder het kruis van Jezus staan en (bij Johannes) als één van de vrouwen die bij het graf komt om Jezus af te leggen. Bij Lucas wordt nog gezegd dat er vele vrouwen waren die Jezus volgden, daarbij wordt Maria van Magdala genoemd als een vrouw van wie zeven demonen zijn uitgegaan/uitgedreven. Paus Gregorius heeft hier de “zeven hoofdzonden” mee verbonden, die in die tijd algemeen bekend waren. (Woede, onmatigheid, wellust, jaloezie, luiheid, hovaardigheid en gierigheid) Vier hiervan werden traditioneel aan vrouwen toegeschreven. Deze zeven hoofdzonden waren dus bij Maria Magdalena
4
volgens Gregorius uitgedreven. Echter voorafgaande aan genoemde passage in Lucas staat nog een verhaal: Jezus is met zijn mannelijke leerlingen bij een farizeeër (een zeker Simon) op bezoek voor een etentje. Dan komt er een zondige vrouw binnen, waarvan de naam niet bekend is. Zij knielt neer bij Jezus die aanligt en zij wast de voeten van Jezus met haar tranen en droogt deze af met haar haren. Ook zalft/balsemt deze vrouw de voeten van Jezus met olie. De gastheer en overige mannelijke gasten keuren e.e.a. non-verbaal af. Jezus attendeert de gastheer erop dat hij van hem geen water heeft gekregen om de handen te wassen en een doek om zich op te frissen. Ook heeft hij geen verfrissende olie ontvangen om het gezicht op te frissen. Deze vrouw heeft mijn voeten gewassen met haar tranen en gedroogd met haar haren en daarna gezalfd. Jezus zegt:”Een vrouw die veel vergeven is kan zelf ook veel vergeven, een vrouw die veel liefde is betoond kan ook veel liefde geven” Dan zegt Jezus tegen de vrouw: “Ga heen en zondig niet weer” Paus Gregorius heeft op grond van dit verhaal gezegd dat het om Maria Magdalena gaat, want in het evangelie van Johannes komt ook een Maria voor die Jezus gezalfd heeft. Maar dat is een hele andere gelegenheid, net voor de dood van Jezus met een hele andere betekenis. Er bestond in de tijd van Gregorius al een nieuwe testament, met omschreven welke geschriften hier deel van mochten uitmaken, en vooral welke geschriften hier niet deel van mochten uitmaken. In de laatst genoemde geschriften staat veel informatie over Maria van Magdala, de vrouw die Jezus liefhad, Maria Magdalena. Allereerst eerst haar eigen evangelie teruggevonden: het evangelie van Maria Magdalena, zij heeft dit niet zelf geschreven, maar het is wel in haar stijl, haar energie tot stand gekomen. Ook in het evangelie van Filippus, het evangelie van Thomas, de wijsheid van Jezus Christus, de gesprek met de verlosser die bij Naq Hammadi zijn teruggevonden komt Maria Magdalena naar voren als de vrouw die het Al kent. De volledig ingewijdde, zij onderwijst ook de mannelijke apostelen die de schok van de kruisdood nodig lijken te hebben, om hun bewustzijn zover te openen dat het Pinkster-gebeuren plaats kan vinden. Maria Magdalena was de enige in de omgeving van Jezus die werkelijk begreep wie Hij was en wat Hij bedoelde. Dit omdat zij zeer nauw betrokken was bij het grote inwijdingsmoment van de man uit Nazareth zelf, de doop in de Jordaan. Bij deze gebeurtenis lezen we in de later weer teruggevonden, als ketters beoordeelde Joods-christelijke geschriften, dat de hemel opengaat en er een stem hoorbaar wordt die zegt:”Jij bent mijn geliefde zoon, heden heb Ik jouw verwekt” Ook in de oudste Bijbelhandschriften vindt je deze zin terug. Op dat moment daalt de Goddelijke Logos in, in de mens Jezus van Nazareth. De logos komt ook voor in het mystieke evangelie volgens Johannes; de logos die bij God is, de logos die vleesgeworden is. Dit wordt vaak vertaald met “het woord”, beter zou zijn hier Goddelijke Intelligentie neer te zetten, niet de intelligentie van het brein maar hoe alles tot stand komt. Je zou ook kunnen zeggen de allesomvattende liefde. Een liefde die er al was bijv. bij Boeddha en Krisna. De liefde daalde nu sterk in in de genen van de aarde en in de genen van de mens. Het is het opstandingprincipe waardoor de Christus op kon staan, bij de dood van de mens Jezus kwam de Logos – de Christusenergie vrij, deze werd overgedragen in de harten van de mensen die in Hem geloofden. De mens Jezus stierf aan het kruis, de Christuskracht – Goddelijke intelligentie is niet te kruisigen. Een Christuskracht die tastbaar en beleefbaar werd, waarvan Paulus later zegt: het is de opstanding de innerlijke opstanding in jou zelf. Het is het oude kleed afleggen, om de nieuwe geboorte plaats te laten vinden. Dit was wat Maria wel wist en de mannelijke leerlingen van Jezus nog niet wisten. Dit staat ook in het evangelie van Maria Magdalena. Over de zeven hoofdzonden van Gregorius wordt hier niet gerept. In het evangelie van Maria Magdalena verschijnt Jezus aan de leerlingen en gaat dan weg: Uit het evangelie van Maria Magdalena: Toen de Gezegende dit gezegd had, groette hij hen allen met de woorden: 'Vrede zij met jullie. Breng mijn vrede voort. Let erop dat jullie niemand misleiden door te zeggen: "Zie hier" of "zie daar", want de Zoon des Mensen verblijft in jullie binnenste. Volg hem! Die hem zoeken zullen hem vinden. Ga zo heen en verkondig het evangelie van het Koninkrijk. Leg geen andere bepaling op dan die welke ik jullie heb gesteld. En vaardig geen wet uit zoals de wetgever, opdat jullie daar geen gevangenen van worden.' Toen hij dit gezegd had, ging hij heen. Zij echter waren bedroefd. Ze huilden heftig en ze zeiden: "Hoe moeten we naar de heidenen gaan en het evangelie van het Koninkrijk van de Zoon des Mensen prediken? Als hij al niet werd gespaard, hoe zal men ons dan sparen? (dat is dus het kleine zelf) Toen stond Maria Magdalena op en zij kuste hen allen en zei tegen haar broeders: "Huil niet, wees niet bedroefd en twijfel niet, want zijn genade zal geheel met jullie zijn en jullie behoeden. Laten we liever zijn grootheid prijzen,want hij heeft ons voorbereid en ons tot mens gemaakt.' Toen Maria dit zei richtten zij hun harten op het Goede. En ze begonnen de woorden van de Verlosser te bespreken. Petrus zei tegen Maria:
5
"Zuster, we weten dat de Verlosser meer van jou gehouden heeft dan van de andere vrouwen. Zeg ons de woorden van de Verlosser zoals jij je die herinnert, die jij kent maar wij nog niet kennen en die we ook nog niet hebben gehoord." Maria antwoordde en zei: "Wat voor jullie verborgen is zal ik jullie bekendmaken" en ze begon hun het volgende te vertellen: "Ik, zei ze, ik zag de Heer in een visioen, en ik zei tegen hem: 'Heer, ik zie u vandaag in een visioen' Hij antwoordde en sprak tot mij: "Gezegend ben je dat je niet wankelt bij mijn aanblik. Want waar het bewustzijn is, daar is de schat" Ik vroeg hem : "Heer, ziet hij, die een visioen heeft, nu met de ziel of met de geest?" De Verlosser antwoordde en sprak : "Hij ziet noch met de ziel noch met de geest, maar met het bewustzijn, dat er tussen de in ligt.” Hier ontbreken helaas drie pagina's van het oorspronkelijke handschrift. We vallen daarna midden in het visioen waarin Jezus aan Maria Magdalena verschijnt. Het is het visioen van de weg van de ziel langs de hemelsferen bij het afleggen van het aardse lichaam. Het stuk tekst over de eerste sfeer mist en de tekst over de tweede sfeer mist een stukje. De derde sfeer vat de andere 7 sferen eigenlijk samen, en is daardoor ook interessant Uit het evangelie van Maria Magdalena: Toen de ziel zo de derde macht was voorbijgekomen, steeg ze verder omhoog en zag de vierde macht. Deze had zeven gedaanten: De eerste vorm is de duisternis De tweede de begeerte De derde de onwetendheid De vierde de prikkel van de dood (De heerschappij over leven en dood) De vijfde is het koninkrijk van het vlees (De lichamelijkheid de materie) De zesde is de domme wijsheid van het vlees (Aardse rijkdom, het hangen aan de materie) De zevende is de vertoornde wijsheid. Dat zijn de zeven heerschappijen van de Woede. Ze vroegen de ziel: "Vanwaar kom je, en waarheen ben je op weg, jij die de ruimte bedwong?" En de ziel antwoordde en sprak: "Wat mij bindt is gedood en wat mij omringt is overwonnen Mijn begeerte heeft opgehouden te bestaan en de onwetendheid is gestorven In een wereld ben ik bevrijd uit een andere wereld en in een beeld door een beeld van boven, want de boeien der vergetelheid hebben slechts een tijdelijke duur. Vanaf dit ogenblik af zal ik de rust ontvangen, los van het tijdsverloop van de eeuwigheid; in stilte" Toen Maria dit had gezegd, zweeg ze, want tot zover had de Verlosser met haar gesproken. Maar Andreas nam het woord en zei tegen de broeders: "Zeg eens, wat denken jullie over wat zij gezegd heeft? Ikzelf geloof niet dat de Verlosser dit heeft gezegd, want het is duidelijk dat het afwijkende ideeën zijn." Petrus nam het woord en sprak over dezelfde dingen Hij vroeg hun over de Verlosser: "Zou hij werkelijk buiten ons om en niet openlijk met een vrouw gesproken hebben? Moeten wij ons soms omkeren en allemaal naar haar luisteren? Heeft hij aan haar de voorkeur gegeven boven ons?" Toen huilde Maria en zei tegen Petrus: "Mijn broeder Petrus, wat denk je? Denk je dat ik het zelf in mijn hart bedacht heb of dat ik leugens vertel over de Verlosser?" Levi (de bekeerde Mattheus) nam het woord en zei tegen Petrus: "Petrus, jij bent altijd zo heetgebakerd! En nu zie ik weer dat je redetwist met deze vrouw als met tegenstanders. Als de Verlosser haar waardig bevonden heeft, wie ben jij dan om haar te verwerpen? Zeer zeker kende de
6
Verlosser haar erg goed en daarom heeft hij van haar meer gehouden dan van ons. We moesten ons eerder schamen en ons bekleden met de volkomen Mens en hem in onszelf verwerven, zoals hij ons heeft opgedragen, en het evangelie verkondigen. En laten we daarbij geen andere bepaling of wet opleggen dan wat de Verlosser gezegd heeft. Toen Levi dit gezegd had, maakten ze zich op om te verkondigen en te prediken. (einde citaat) Het gaat hier dus over een inwijdingsweg, de eerste stap is het overwinnen van de duisternis; het licht laten schijnen in de duisternis. Maar ook de duisternis daardoor kunnen onderkennen. Na 2000 jaar kwam Carl Gustav Jung met het onbewuste, de duisternis in een ieder, de schaduw in een ieder. Zelfonderzoek naar deze schaduwzijde is absoluut nodig is als je tot zelfkennis wilt komen. De tweede etappe is de begeerte, in een hogere trilling is dat verlangen. Het is vooral het vastzitten aan de begeerte. De dingen op zichzelf zijn niet goed of slecht, maar de band die je er mee aangaat vertelt meer over jou dan over de dingen. Belangrijk is niet zozeer wat je overkomt in het leven maar hoe je er mee omgaat, hoe je het binnen laat komen en hoe je het hanteert. De derde stap die Maria Magdalena heeft beproeft in haar inwijdingsweg is die van onwetendheid te komen tot wetendheid. En dan kom je tot de kern, de vierde stap, van het leven. De vijfde stap, “de domme wijsheid van het vlees” de lichamelijkheid; je begeert de ander niet meer alleen om het lichaam maar als onderdeel van een totaliteit. (extra dimensie) Dit geldt ook bij de zesde stap, de materie, het vastzitten aan de materie, het steeds meer willen hebben en het daardoor steeds ontevredener worden. Terwijl de blijheid en het licht schijnt als de zon over rijk en arm, zegt Jezus. De zevende stap is de innerlijke woede, die vanzelf wordt gestild al je tot werkelijk inzicht komt. Er is dan niets meer om je woedend over te maken, omdat de dingen je dan niet meer overkomen omdat jezelf deel hebt aan het geheel. Maria Magdalena is een vrouw die groot ontrecht is aangedaan. Daarom kunnen we blij zijn dat het evangelie van Maria Magdalena is teruggevonden. Onlangs is ook het graf teruggevonden waarin Jezus en Maria Magdalena en enkele anderen, ondermeer een kind van hun beide, zijn bijgezet. Dit staat beschreven in het boek: Het graf van Jezus (J. Slavenburg, Walburg Pers) Besluit met een citaat uit: “De vrouw die Jezus liefhad” van J. Slavenburg Een samenvatting van wie was Maria Magdalena en hoe verhield zich dat tot de mens Jezus van Nazareth: Maria Magdalena ontmoette als jonge vrouw Jezus. Ergens in Galilea. In het golvende landschap vol wilde bloemen, geurend naar kruiden. Met het diepblauwe meer van Tiberias op de achtergrond. Jezus en Maria werden waarschijnlijk aan elkaar uitgehuwelijkt. Niet uit dynastieke overwegingen. Gewoon omdat het zo ging in die tijd. Wie iets van Jezus en wie iets van Maria begrijpt, weet dat hun ontmoeting geen toeval was. Deze verbinding lag te wachten in de sferen. Zoals de planeten hun baan rond de zon beschrijven en de maan haar kwartieren heeft, zoals de bomen ontluiken in de lente en de bergbeek aanzwelt door de smeltende sneeuw, zo vindt de omhelzing van Jezus en Maria van Magdala plaats. Intens hebben deze beide mensen van elkaar gehouden. Dat kon ook niet anders. Levend in het volledig bewustzijn is er geen 'half werk'. Het is het alles, het Al. Het moet voor Maria heel bijzonder zijn geweest. Leven met een zo'n bewuste man. Een man die niet alleen liefde gaf, maar liefde was. Het heeft haar geïnspireerd op haar weg naar bewustzijn, naar volkomen menswording. Zo kon zij zijn gelijke worden. Het is niet gemakkelijk voor haar geweest. Maar wat een bevrijding om je werkelijk mens te voelen in verbinding met alles wat is, zonder afhankelijkheid van wat en wie dan ook. Later zou men schrijven dat er van haar zeven demonen waren uitgegaan. En ook dat ze een vrouw was die het Al kende. Maria Magdalena was een vrouw die liefhad. Zij had de mens Jezus lief met heel haar hart en heel haar ziel. En legde daarom iets in zijn wezen dat hem compleet maakte. Waardoor ook in hem het mannelijke en vrouwelijke zich wezenlijk met elkaar kon verbinden. En het Koninkrijk zich aan hen beiden openbaarde. Jezus en Maria hebben samen een zeer gelukkige tijd beleefd. Het is welhaast zeker dat uit deze verbintenis ook kinderen zijn geboren. Daar is verder niet veel van bekend. Toen kwam de grote ommekeer in hun beider leven. De doop in de Jordaan. Jezus voelde zijn krachten toenemen en wist van binnen dat er een ander leven op hem wachtte. Een leven waarin hij het persoonlijke achter zich moest laten omdat hij overstraald zou worden door iets onnoembaars. Hij heeft dat al van jongs af aan in zijn hart geweten. Als een magneet werd hij naar de plaats getrokken
7
waar Johannes de Doper, die hij nog kende van de tijd dat ze samen bij de Essenen waren, doopte. En ook hij werd ondergedompeld in het stromende water van de Jordaan. In de woestijn heeft de jongeman Jezus een intense strijd gestreden. Niet met de duivel buiten hem. Maar met zijn 'opdracht'. Die een breuk betekende met zijn oude, gelukkige bestaan. En met Maria van Magdala, de vrouw die hij zo intens liefhad. Niet dat er sprake was van een scheiding. Jezus en Maria bleven man en vrouw, maar niet meer in een hecht gezinsleven. Voor een gezin had Jezus geen tijd en gelegenheid meer. Toen bleek hoe sterk Maria was. Natuurlijk was dit voor haar bijna onmogelijk zwaar. Het was als een afscheid van de man waar ze zich zo intens mee verbonden had. Het was een afscheid ook van een veiligheid, van huis en haard. Natuurlijk heeft deze grote vrouw daar intens mee geworsteld. Maar ook zij wist in haar hart - en had ze niet al eerder die innerlijke stem gehoord? - dat het niet anders kon. Zij legde zich daar niet alleen bij neer, nee, zij stond de man van wie zij hield krachtig terzijde. Zij steunde hem waar zij dat kon. En zij voelde en ervoer de enorme kracht die van hem uitging en haar wezen doortrok. Zij was in het aardse leven van Jezus de enige, maar dan absoluut de enige, die begreep wat hij werkelijk zei. Wat de betekenis achter zijn woorden was. Zij wist het, zij voelde het, het doorstoomde haar met kracht en warmte. Zo werd zij van huisvrouw en moeder tot apostel der apostelen. Haar stille kracht maakte het mogelijk dat er inzicht groeide. Dat het oor horen werd en het oog zien. Haar ziel werd verscheurd, haar bodem weggeslagen, toen haar geliefde een marteldood stierf. Eén vonkje, dat hij aangewakkerd had, bleef branden in haar dodelijk gewonde hart. En weer had ze de kracht om op te staan. Waardoor ze hem opnieuw kon ontmoeten. Warmte doorstroomde haar lichaam, licht scheen in haar ziel. 'Houd me niet vast' zei hij tegen haar. Lief had ze hem, oneindig lief. Ze hoefde hem niet meer vast te houden. Ze waren één en zij wist het. Met haar broer, schoonmoeder en kinderen is zij naar Efeze gegaan. Als stille kracht leefde ze en werkte ze daar. Soms kreeg ze bezoek van mensen uit wat voor haar een vorig leven leek. Apostelen, familieleden, volgelingen van Jezus, aangeraakten door Christus. Zij was geworden tot Wijsheid, Sophia. Mensen luisterden naar haar. Als eieren van Artemis werden ze bevrucht door haar woorden, haar wezen. Met lede ogen zag zij aan hoe de woorden van haar geliefde tot stenen werden. Hoe partijen ontstonden en scheuringen plaatsvonden. Hoe er een kerk werd gevormd. Nagedachtenis Dat ze kerkelijk tot hoer werd, heeft Maria Magdalena niet meer in het lichaam meegemaakt. En vanuit de 'andere wereld' zal ze niet trots zijn geweest dat ze de patrones werd van berouwvolle zondaars, van kappers, tuinlieden, wijnboeren, zagers en wevers. Of dat Magdalen een soortnaam werd voor instituten voor gevallen meisjes. Zelfs niet dat er alleen al in Groot Brittannië in de Middeleeuwen 187 kerken aan haar werden gewijd en ook nog twee zeer prestigieuze colleges, in Cambridge en Oxford. Haar feestdag, die werd vastgesteld op 22 juli, heeft ze nooit gevierd. Maria Magdalena komt in onze tijd naar voren als symbool voor het verloren gegane vrouwelijke in de samenleving, waar ook de kerk toebehoort. Haar kracht is niet verloren gegaan bij haar lichamelijke dood. Sinds de ontdekkingen van Rupert Sheldrake van de morfogenetische velden en onderzoekingen van andere wetenschappers die iets ontwaren van het Zero Point Field, het enorme bewustzijnsveld dat alles met alles verbindt, dat waar de oude wijzen al over spraken, weten we dat er niets werkelijk sterft in de kosmos. De Christuskracht, de Boeddhanatuur en het Krishna-bewustzijn zijn in ieder aanwezig en vragen om ontdekking. Maar ook de kracht van Maria Magdalena is in de eenentwintigste eeuw nog voelbaar aanwezig. Dat heeft mij de kracht gegeven dit boek te schrijven en vanavond bij jullie te zijn. Na de pauze: Vraag: Wat is het verschil tussen esoterisch en gnostisch geloven? Antw.: Het verschil is ietwat technisch, het ligt dicht bijelkaar. Gnosis is esoterisch omdat het van de binnenkant uitgaat en niet van de buitenkant. Esoterisch wil niet altijd zeggen dat het gnostisch is is in de traditionele zin van het woord, als je gnostisch afperkt tot een stroming in het vroege Christendom. Als je Gnosis of Gnostiek in een breder kader ziet zit er niet veel verschil met esoterie. Gnosis als universeel verschijnsel wat je tegenkomt bij I’ tjing, de upanishads, de leringen van Zarathustra. Vraag: In hoeverre kunnen we het verhaal van Jezus, zoals beschreven in de 4 evangeliën als historisch gebeurd beschouwen, wetend dat eeuwen eerder bijna hetzelfde werd verteld in de mythe van Osiris
8
(Egypte) met elementen in het verhaal van maagdelijke geboorte, speciale ster, doornenkroon, kruisdood, opstanding, hemelvaart ? Antw.: Daar wordt de laatste tijd meer overgeschreven; Tom Harper: “de heidense christus”. Er zitten elementen in die universeel zijn. Bijv. in het geboorteverhaal van Krishna komt ook een kindermoord voor door een tiran, waaraan hij ontsnapt met zijn familie. Boeddha is 29 jaar als hij het paleis verlaat, Jezus is rond 28-29 jaar als hij de doop ontvangt in de Jordaan. Er zijn parallellen aan te wijzen. T.a.v. de Bijbelse verhalen, er waren gewoon niet zoveel historisch gegevens, de evangelisten waren geen historici. Nog een reden was dat de Bijbelse evangeliën een halve eeuw na de dood van Jezus zijn geschreven. Marcus rond 70-71 na Chr., Lucas Mattheus en Johannes zo rond 85 na Chr. Het sterfjaar van Jezus was ca 30-35 jaar na Christus dus er zit gauw 50 jaar tussen. Het ging ook niet zo zeer om die historische gegevens, de evangelisten wilden een boodschap brengen. Het Griekse woord evangeliom betekend ook: blijde boodschap. Alles wat die boodschap kon versterken werd daarin gebruikt. Het verhaal van de geboorte van Jezus in een stal is historisch volstrekt onjuist. Wat wel juist is weten de historischici hier niet. Wel wist men dat het hoogst ongebruikelijk was dat keizer Augustus zich bezig hield met gebeurtenissen in een verre uithoek van zijn rijk Het was ook geen volkstelling maar een inschrijving in het belastingregister. Jezus is niet in Bethlehem geboren maar in Nazareth. In het evangelie van Mattheus zie je drie wijzen, in plaats van herders. Er wordt gesproken over koning Herodes, maar die stierf in het jaar 4 v. Chr. Bij Lucas is die “volkstelling” door een landvoogd Quirinius ingesteld, maar dat was 6 n. Chr. Zo’n 10 jaar verschil dus. Historisch klopt het niet, maar het gaat om de symboliek die erachter zit. Diegene die geboren werd was er voor rijk en arm (arme herders en rijke koningenmagiërs) Er wordt dus gebruik gemaakt van universele symbolen. De maagdelijke geboorte was in de tijd dat dit geschreven werd een symbool van bijzonderheid. Niemand dacht in die tijd dat het een fysieke maagdelijke geboorte was. Met name de katholieke kerk is door haar dogmatiek t.a.v. dit onderwerp nogal in moeilijkheden gekomen. Door te stellen dat Maria voor, tijdens en na de geboorte van Jezus maagd was, is het natuurlijk niet mogelijk dat Jezus broers en zussen had (dit wordt in de Bijbel beschreven) Later in de e 4 eeuw heeft Hiëronymus dit recht proberen te zetten, door te zeggen dat het hier handelde over neven en nichten….. Vraag: In een vorige lezing hoorde ik dat Judas Jezus overdroeg aan de Romeinen, omdat Jezus lichamelijk ten einde was, door het meedragen van de Goddelijke trilling, die te hoog was voor het menselijke lichaam. De dramatische wijze waarop Jezus gestorven is zou nodig geweest zijn voor de geschiedschrijving om Jezus te herinneren. Hoe kijkt u hier tegenaan. Antw.: Het eerste gedeelte van de vraag heeft parallellen met de visie van Rudolf Steiner daarop. Het lichaam van Jezus zou de Goddelijke trillingsenergie maar een beperkte tijd aan kunnen. Jezus zou drie jaar hebben geleefd na de doop in de Jordaan. Ook zou Jezus na de kruisiging veel sneller zijn overleden als “normaal”. Het tweede gedeelte denk ik zelf ook, Jezus zou beter gekend en herinnerd worden door een dramatische dood dan dat hij bijv. door ouderdom zou zijn gestorven. De geschiedenis heeft dat min of meer ook bewezen doordat kruis en kruisdood al 20 eeuwen een sterke symbolen zijn geweest. Het is ook het meest gebruikte thema in de kunst. Sinds 10 – 20 jaar is het kruis niet meer zo’n sterk symbool voor het christelijk geloof en voor de westerse mens. Bij een recente enquête onder jongeren bleek de M van MacDonald en de schelp van Shell bekender te zijn dan het kruis van Jezus van Nazareth. Er is dus wel een soort kentering, wellicht heeft de overgang van het vissentijdperk (staat voor lijden) naar het waterman tijdperk er ook mee van doen. Ik denk wel dat de dramatische wijze waarop Jezus is gestorven noodzakelijk is geweest om die impact te maken die het ook inderdaad heeft gehad, hoe tragisch ook. Ook denk ik, gezien allerlei bronnen, dat Jezus de mogelijkheid wel gehad heeft om hier aan te ontkomen als het niet nodig geweest was. Het is dus een vrijwillige daad geweest, hierdoor werd het gebeurde ook sterker in het bewustzijn van de mensen geprent. Vraag: Is het aannemelijke geweest dat Maria Magdalena in Frankrijk is geweest? Antw.: Er is een traditie uit de 11 – 12 eeuw die ervan uitgaat dat Maria Magdalena naar Frankrijk is gegaan. Hierin wordt beschreven dat na de dood van Jezus een aantal volgelingen van Jezus en Maria Magdalena op een stuurloos schip zijn gezet, wellicht met als doel te pletter te slaan. Maar door
9
goddelijke voorzienigheid is dit schip uiteindelijk in Zuid Frankrijk bij het huidige Les Saintes-Mariesde-la-Mer (vlak bij Marseille) terecht gekomen. Daar zou Maria Magdalena het evangelie gepreekt hebben en 30 jaar als kluizenaar in een grot hebben gewoond. Zij werd volgens de legende 7 keer per dag door de engelen opgehaald naar de hemel om haar van eten en drinken te voorzien. Nadat ze overleden was is ze heilig verklaard in de Provence, zij werd beschermheilige voor schipbreukelingen en allerlei ander onheil. Er werden allerlei wonderbaarlijke reddingen aan haar toegeschreven. Ook de aanwezigheid van allerlei soorten en vormen relikwieën toont de historische echtheid niet aan. Er zijn gewoon teveel relikwieën om echt te kunnen zijn. Drie Engelse journalisten Michael Baigent, Richard Leigh, and Henry Lincoln schreven het boek “The Holy Blood the Holy Grail” waarmee zij de Maria Magdalena legende nieuw leven inbliezen. Ook boeken als “De vrouw met de albasten kruik” van Margaret Starbird en het boek “De Da Vinci Code” van Dan Brown verwijzen sterk naar de Maria Magdalena Legende in Zuid Frankrijk. Historisch is er geen bewijs, het is zelfs niet zo waarschijnlijk. Waarschijnlijker is dat Maria Magdalena met Lazarus en Maria (de moeder van Jezus) naar Efeze zijn getrokken na de dood van Jezus. Uiteindelijk zijn ze toch weer Jeruzalem teruggegaan. In het boek: Het graf van Jezus (J.Slavenburg) wordt beschreven dat het graf van Jezus gevonden is met de overblijfselen van Jezus en Maria Magdalena en anderen. Vraag: Over het begrip inwijding, wordt je ingewijd door iemand die jou daar rijp voor achtte of ben je daar zelf aan toe. Hoe ging die inwijding, hoe stelt u dat zich voor? Antw.: In mijn boek “Inleiding tot het esoterisch Christendom” gaat het eerste hoofdstuk over de zgn. mysteriegodsdiensten in de oudheid. Er heeft zich een kentering plaatsgevonden van een uiterlijke inwijding (dat iemand jou inwijdt) naar een innerlijke inwijding (een proces wat jezelf ondergaat). Bij dit laatste geeft het leven zelf de aanscherpingpunten aan waarop wij ons in kunnen wijden, iets wat we zelf willen (een soort zelfverwerkingsproces) Hier kunnen wel anderen bij betrokken zijn, maar dat is meer in de betekenis van het functioneren als spiegel voor het zelf. Individuatie doe je niet op de top van de Himalaya, zegt Carl Gustav Jung. Meester Eckehart zegt dat je niet heilig wordt door in een kloostercel te gaan zitten. Je hebt hier dus de ander voor nodig, diegene die het dichtst bij je is, is je sterkste spiegel. Hoe dichterbij hoe onbarmhartiger dit kan zijn. De ander weerspiegelt eigenlijk jouw leerweg, als je dat wil en/of weet te aanvaarden. Dit is een niet gemakkelijke weg, er moet daadwerkelijk wat voor gedaan worden. Dit is dus de innerlijke weg. De andere wijze van inwijding (uiterlijk) van de mysteriën werd begeleidt door hiërofanten, priesters of priesteressen die nauwlettend toezagen op je geestelijke groei. Een geleidt proces door de tijd. Er is een tussenvorm tussen de beide soorten inwijding, zoals dat nu nog voorkomt bij groepen als de rozenkruisers, en de vrijmetselaars. De gebruikte symbolen versterken het (innerlijke) inwijdingsproces. In een eerder boek heb ik gezegd dat Maria Magdalena de eerste was die de inwijding “nieuwe stijl” doorgemaakt heeft. Met de komst van Jezus sterven de mysteriereligies langzaam uit, soms ging dat nog een tijdje door (bijv. de Mitras religies). Jezus is de personificatie van de innerlijke inwijdingsweg door middel van de opstanding van het Christusbeginsel, het Logosprincipe of de Boeddhanatuur in jou zelf. Maria Magdalena werd als eerste ingewijd in het leven zelf door de omgang met Jezus van Nazareth die haar spiegelde. (Maria Magdalena was voor zover bekend niet-ingewijd in een mysterie godsdienst, die in die tijd ook in Palestina gangbaar waren) Ook Jezus zal zich hebben gespiegeld aan Maria Magdalena, zodat hij zich bewust kon worden van bijvoorbeeld zijn vrouwelijke kant. Vraag: Zit er vooruitgang in de erkenning van de gnostieke geschriften door de katholieke kerk, is er ontwikkeling en beweging op te merken door u? of is er stilstand. Antw.: Ik kan niet zeggen dat er stilstand is, maar de gnostieke geschriften worden nog steeds niet omarmd. Van kerkelijke zijde is men daar nog geducht voor. De vorige Paus heeft dan ook gezegd dat de gnosis in de tweede eeuw tot ketterij is verklaard en daar was hij het roerend mee eens want het zou een afwijking zijn van het “werkelijke” christendom. Floris Visser heeft een documentaire op DVD gemaakt over Maria Magdalena, alwaar Jacob Slavenburg, Esther de Boer, en ook bisschop Simonis zijn visie mogen geven op Maria Magdalena . Bisschop Simonis geeft daarbij aan dat hij het evangelie van Maria Magdalena niet eens heeft willen lezen; er zijn 4 evangeliën en dat is genoeg, waarom zouden er meer moeten zijn? Dit is globaal de houding in de top van de katholieke kerk en ook bij de meer behoudende traditioneel reformatorische
10
kerken. Komende zondag leidt ik een dienst van de Nederlandse Protestanten Bond in Lunteren op de Veluwe, waar de gnostieke evangeliën wel gelezen, bestudeerd en omarmd worden. Algemeen kun je het niet blijven onderdrukken maar theologisch gezien is het nog steeds ketterij. In 1995 heb ik het boek geschreven: ”Valsheid in geschrifte” over de vervalsingen in de Bijbel. Dit heeft een jaar lang polemieken opgeleverd van theologen die zich op hun tenen getrapt voelden. Dit is tegenwoordig wel een beetje over bij mijn boeken.. Vraag: Er is ook een boek van Jezus in India, wat moet ik mij daar bij voorstellen? Antw.: Net als de mythe dat Maria Magdalena naar Frankrijk zou zijn gegaan, bestaat er een mythe dat Jezus samen met zijn oom Jozef van Arimethea naar Cornwall zeilde naar de tinmijnen, er bestaat ook een verhaal dat Jezus in zijn “onbekende” jaren naar India is geweest om leringen op te doen. Er bestaat ook een verhaal dat Jezus na de kruisiging (opgelapt door de heelkunde van de Essenen) een reis naar India gemaakt zou hebben en daar gepredikt zou hebben. Historisch gezien is er geen enkele grond om aan te nemen dat dit waar is. Qua waarschijnlijkheid is de kans ook klein omdat Jezus relatief kort geleefd heeft en de benodigde tijd voor zulke reizen was best groot in die tijd. De literaire basis zijn geschriften die nooit fysiek gevonden zijn. De morele basis is begrijpelijk omdat er veel overeenkomsten zitten in de leringen van de oosterse bronnen met de leringen van Jezus. Het zou volgens mij vreemd zijn als inhoud niet met elkaar overeenkomt omdat gnosis innerlijke kennis betekent en dus universeel is en van dezelfde eeuwigheidswaarde doortrokken is. Een tweede reden dat Jezus waarschijnlijk niet in India is geweest is dat de wijsheid die Jezus bracht al bekend/gevormd was in het Oosten. Jezus is geboren met zijn gelaat naar Westen en niet met zijn gelaat naar het Oosten. De kennis en wijsheid van Jezus was eigenlijk in India al bekend toen hij geboren werd. Vraag:Wat vindt u van het boek: A course of miracles? Antw.: Een mooi boek, kort en krachtig. Vraag: Het jaar 2012 werd door u genoemd, hoe kijkt u daar tegen aan? Antw: We zitten in een overgangstijd, los van de specifieke datums. Ik denk dat de overgang zich anders manifesteert dan zoals in spirituele en new age kringen veelal gedacht wordt. De grote overgang zit vooral in het domein van het materieel cognitieve, we zijn steeds materiëler geworden, we weten veel af van de materie, het zicht op het geestelijke wereld zijn we daardoor kwijtgeraakt. Wat dus nu gebeurd is dat er weer een verbinding gemaakt wordt door dingen vanuit de materie, die ons weer in contact brengen met de geestelijke wereld. De grote veranderingen/doorbraken die momenteel plaatsvinden in de wetenschap zijn de veranderingen in de meest materialistische wetenschap, de natuurkunde, de fysica. Ontdekkingen in de kwantummechanica; de onderzoeker heeft invloed op de uitkomsten van het proces. De ontdekking van de morfogenetische velden (Sheldrake), het zero-point field. Het boek van Pim van Lommel, “Eindeloos Bewustzijn”, waarin klinisch-wetenschappelijk wordt aangetoond dat het bewustzijn niet zetelt in de hersenen, maar dat de hersenen de ontvanger, de perceptoren zijn van een eindeloos bewustzijn. Dit zijn belangrijke zaken die nu gebeuren, grote ontdekkingen in de fysica, van invloed op het totale wereldgebeuren. Ons bewustzijn, als kleinere groep deze avond heeft ook invloed op het wereldgebeuren. We gaan dus eigenlijk van fysica naar metafysica, waarbij het jaar 2012 een heel mooi symbool getal is. Ik denk niet dat er in 2012 dingen heftiger gebeuren als wat nu al gebeurd. Zoals wat momenteel in Tibet gebeurd en in Israel bij de Palestijnen; kan het nog erger? Kunnen de rampen van tegenwoordig nog erger worden/zijn? Het zal zoals nu zeker nog doorgaan. Waar het volgens mij meer omgaat is om de innerlijke kracht bij ieder, in jezelf tot opbloei te brengen, waardoor ze naar buiten kan stromen. Dan kan je met een groep zoals we hier zitten, zo’n honderd man een energie vertegenwoordigen van wel honderdduizend man, het gaat om de beweging van binnen naar buiten, in de tijd van Jezus gold dat al, maar dat zal in deze tijd nog sterker naar buiten komen. Vraag: Zou het daarom zijn dat Jezus toen gestorven is zodat wij nu in deze tijd staan. Antw:
11
Daar zijn indertijd wel speculaties op, bijv. Rudolf Steiner heeft gezegd dat Jezus twee duizend jaar te vroeg geboren is. Dit kon niet anders omdat de mens al heel ver afgegleden was in de materie, er moest een ommekeer komen, maar het werd niet begrepen. De duisternis heeft het Licht niet begrepen, de Logos kon niet omvat worden Toen ik net begon te schrijven, zo’n 25 jaar geleden was ik heel fel op de wandaden van de kerk, wat ze vroeger hadden uitgehaald met mensen en groepen mensen (kruistochten, heksen/ketterverbrandingen enz. enz.) Later werd ik daar milder in, het is niet goed te praten, maar kan ons wel bewust maken van onze schaduw- of donkere kant om uiteindelijk het Licht te kunnen onderscheiden. Alles wat gebeurd heeft uiteindelijk een bepaalde functie. Dit is een element dat zowel door Jezus, als Krishna als Boeddha krachtig in de wereld is gezet. Ook engelen kunnen ons daarin helpen en bijstaan. Dat bepaalde dingen die gebeuren een reden of zin hebben is voor ons niet altijd te doorgronden. De tijd die we daarvoor nodig hebben is misschien wel 2000 jaar en wij hier, kunnen er aan werken dat dit nog eens tweeduizend jaar duurt. Jenny bedankt Jacob voor zijn inspirerende woorden en wenst een ieder wel thuis en een goede Pasen. verslag: Jan van Setten
12