Landmacht Personeelsblad van de Koninklijke Landmacht | nummer 4 | mei 2012
Internationale samenwerking:
Samen sterker TACTIS in gebruik Boeien en binden bij de VeVa Infanteristen verkennen in Kunduz Landmacht | 1
Landmacht | Colofon
Adreswijzigingen: • Als in de code op uw adresstrook onder meer uw militaire registratie nummer is afgedrukt (voorafgegaan door de letter ‘T’) dan heeft het geen zin om een adreswijziging aan de redactie van het blad Landmacht te sturen. U dient in dat geval zelf via PeopleSoft je persoonsgegevens te wijzigen. Klik hiervoor op ‘Startpa- gina P&O-selfservice’ op het Defensie Intranetportaal. De redactie is niet geautoriseerd om adressen te wijzigen. • Reservisten die niet in staat zijn via selfservice hun adreswijziging door te geven, kunnen het formulier ‘wijzigen adres en/of gegevens contactpersonen bij noodgevallen’ downloaden op de www.landmacht. nl/personeel/reservisten. Het formulier vervolgens opsturen naar: DCHR, Postbus 295, 7500 AG Enschede. • Postactieven en veteranen kunnen een wijziging sturen naar PLC/ Sie LPD/Postactieven, PB 90004, 3509 AA, Utrecht, of
[email protected]. • Sinds 1 december 2011 is de nieuwe Abonnementenwet van kracht. Deze is van invloed voor abonnementen van betalende abonnees. Kijk voor meer informatie op de website www.aboland.nl en de specifieke pagina voor dit blad. Betalende abonnees dienen contact op te nemen met Abonnementen- land: 0900-2265263 (10 eurocent per minuut) of via de website www.aboland.nl voor abonneren, adreswijzigingen en overige vragen.
Voorpagina:
Nederlandse militairen van de PTG-1 evalueren een actie met hun Amerikaanse Observer/Trainer, tijdens een internationale NAVO-training bij het Joint Multinational Readiness Center in Hohenfels in 2011. Foto: redactie Landmacht
Landmacht | nummer 4 | mei 2012 | Inhoud
12 |
10 |
Internationale Militaire Samenwerking
‘We worden er samen beter van’
18 |
Alpe d’huzes
FTX Engineer Victory
Opgeven geen optie voor kolonel Querido
Schakelen tussen Infanteristen bouwvakker en verkennen militair Khanabad
16 | De laatste keer Fanfarekorps KL “Bereden Wapens”
4 | Gezien
17 | Einde van de rit voor MCAM
6 | Van Commandant Landstrijdkrachten
20 | Boeien en binden tijdens MBO-opleiding Veiligheid en Vakmanschap 24 | Tactische Indoor Simulator in gebruik 28 | BIDKL geeft Duitse militairen naam en graf
32 | Personeelsberichten 34 | Photoshoot 35 | Korte berichten 36 | Waargenomen
Editoriaal - Earl
Hoofdredactie: Kolonel Joland Dubbeldam Eindredactie: Kapitein Roel van de Wiel Vormgeving: Grafisch Bedrijf | Audiovisuele Dienst Defensie | Den Haag Druk: OBT bv Den Haag, ISSN: 1572-1248 Oplage: 49.000 stuks
Een dag trok ik met hem op, in zijn Humvee door het oefenterrein van U.S. Army Garrison Hohenfels: sergeant Earl (voorpagina). Ik verstond niet alles wat hij knauwde; een mooie kerel was Earl wel. Hij was Observer/Trainer bij het Joint Multinational Readiness Center in Hohenfels, waar Nederlandse POMLT’s vorig jaar de internationale wetten van het Police Trainingwerk leerden. Het was een prachtig staaltje Internationale Militaire Samenwerking (pagina 12). Diverse eenheden en nationaliteiten liepen kriskras door elkaar
Redactieadres: Kromhoutkazerne MPC 55A Postbus 90004 3509 AA Utrecht MDTN *06 560 81036 KPN 030 2181036 E-mail:
[email protected] Adreswijzigingen: Zie linkerkolom
Politietrainingsmissie Kunduz
7 | Berichten
Colofon
Landmacht is een uitgave van de Koninklijke Landmacht, geproduceerd door het Dienstencentrum Defensiemedia.
30 |
met elk een eigen opdracht in hetzelfde oefendorp. De Nederlanders vonden het Amerikaanse oefenscenario wat chaotisch en kinetisch, maar Earl was laaiend enthousiast. “Dutchies always doin’ the right thing”, zong hij me toe. En: “You guys always get the job done, yee hah”. Hij hielp me vanuit zijn Humveeraampje meteen aan een quote van een Franse paramilitair. Thanks, Earl. De avond ervoor was ik aangekomen in Hohenfels; net te laat voor de Burger King en Pizza Hut op de kazerne. Aan de overkant, bij de bowlingbaan kon ik nog wel eten bestellen: chicken wings met currysaus en friet, please. Ik kreeg er een gratis lesje Cultural
Awareness bij. Bij het ophalen van mijn meal vroeg ik waar de kipvleugels dan waren. Het meisje van de bowlingbaan wees naar een uitpuilend bakje rode saus voor me. Daar dus, zwemmend IN de currysaus. In de Humvee vertelde ik sarge Earl over mijn misselijkmakende saus-met-kipervaring. Hij snapte mijn clou niet, maar lachte desondanks zijn gouden tand bloot. “So you went bowlin’, sir”, jubelde Earl. “Man, I love it there. Yee hah.” Kapitein Roel van de Wiel Eindredacteur Landmacht
Landmacht | Gezien
Luchtmobiel uitstapje Internationale militaire samenwerking in een bijzonder beeld gevangen: een Duitse Transall dropt parachutisten van de Charlie-compagnie van 13 Infanteriebataljon tijdens de oefening Crasborn die medio april in en rond het Duitse Schwarzenborn werd gehouden. Daar werden de compagnieën getraind in de diverse aspecten van het optreden als air manoeuvre-eenheid in de opwerking naar de grote brigadeoefening Peregrine Sword, die eind dit jaar plaatsvindt. Verschillende inzetvormen werden beoefend, zoals air assault, raid, paradropping en gemotoriseerd optreden. Daarbij trad een Duitse compagnie Feldjäger, voorzien van snelle Wiesel rupsvoertuigen met 20 mm kanon, op als oefenvijand. Foto: Jasper Verolme, AVDD
4 | Landmacht
Landmacht | 5
Landmacht | Column
Landmacht | Berichten Van Wiggen commandant OTCO
Van Commandant Landstrijdkrachten
Indruk Op 21 april heb ik getuige mogen zijn van het laatste ‘grote’ concert van het Fanfare Korps Koninklijke Landmacht Bereden Wapens (FKKLBW). Dit nog jonge korps wordt in het kader van de bezuinigingen opgeheven, een boodschap die aankwam als een mokerslag. Niet alleen omdat dit in zijn soort een unieke fanfarekorps is, maar ook omdat het FKKLBW precies de juiste toon wist te vinden om Nederland te laten zien en horen waarom een landmacht zo belangrijk is. Daarnaast draagt het FKKLBW nog de zichtbare sporen van de Herculesramp, iets wat niet vergeten mag worden. In een uitverkocht muziekcentrum in Eindhoven was het niet alleen de laatste voorstelling, maar misschien ook wel de meest indrukwekkende. Samen met een groot koor werd een fantastische muziekavond voorgeschoteld. Maar vooral de combinatie met de voelbare emotie omtrent het afscheid maakte de avond uniek en onvergetelijk. Misschien is deze avond ook wel symbolisch voor de situatie waarin wij allen nu zitten. Terwijl de reductie nu echt een gezicht en een naam krijgt en dus pijn laat zien, leidt onze grenzeloze trots en betrokkenheid tot een resultaat wat diepe indruk maakt. Een deel van die indruk kunt u in dit nummer lezen, als een partner van één van de orkestleden op indringende wijze beschrijft wat zij daarbij voelt. Ik wil bij deze de mannen en vrouwen van het FKKLBW bedanken voor al wat zij voor ons hebben gedaan en mijn diepe respect betuigen voor de ongekend waardige wijze waarop zij als eenheid van ons afscheid nemen. Een voorbeeld voor ons allen. Deze tijd is ook de tijd van gedenken. Met velen van u hebben we onze gesneuvelden en gewonden herdacht en alle missies waarin we hebben opgetreden weer de revue laten passeren. Vrede en vrijheid is niet gratis en blijft niet vanzelfsprekend in stand. Soms betekent dat vechten als we daartoe worden gedwongen. Dan komen wij in beeld en doen wat niemand anders in Nederland kan. Dat maakt ons uniek, maar geeft ons ook de plicht om de fakkel die onze voorgangers ons hebben overgedragen nooit te laten doven en hun offers niet tevergeefs te laten zijn. En hoe kan dat beter worden geïllustreerd dan door de onvergetelijke woorden van de Canadese arts John McCrae, geschreven in Vlaanderen op 8 december 1915.
6 | Landmacht
Het commando van het Opleidings- en Trainingscommando (OTCO) is 20 april overgedragen aan brigadegeneraal Otto van Wiggen. De vertrekkende commandant, brigadgeneraal Theo Vleugels, gaat verder in de opleidingswereld als hoofd van de Nederlandse Defensie Academie (NLDA). Het ceremonieel had een sober karakter, omdat het OTCO voor de grootste reorganisatie sinds jaren staat. De nieuwe commandant staat voor de moeilijke, maar belangrijke taak die reorganisatie door te voeren. Van Wiggen: “Zo’n opdracht kunnen we alleen uitvoeren als we
er de schouders onder zetten. Ik roep u op de reorganisatie zorgvuldig, maar voortvarend uit te voeren en u te richten op de nieuwe rol. Laat zien dat ook wij doorgaan waar anderen zouden stoppen.”
In Flanders fields the poppies blow Between the crosses, row on row That mark our place; and in the sky The larks, still bravely singing, fly Scarce heard amid the guns below. We are the dead. Short days ago We lived, felt dawn, saw sunset glow Loved, and were loved, and now we lie In Flanders fields. Take up our quarrel with the foe: To you from failing hands we throw The torch; be yours to hold it high. If ye break faith with us who die We shall not sleep, though poppies grow In Flanders fields.
Bronzen Soldaat Een week eerder onderscheidde Commandant Landstrijdkrachten, luitenant-generaal Mart de Kruif, Van Wiggen bij zijn afscheid als commandant van 11 Luchtmobiele Brigade met de Bronzen Soldaat. Het is de hoogste blijk van waardering binnen de landmacht. Van Wiggen kreeg het beeldje niet alleen voor zijn inspirerende leiderschap, maar ook vanwege zijn enorme verdiensten voor de infanterie.
Innovatie centraal bij bezoek kroonprins Innovatie was 24 april het sleutelwoord bij een werkbezoek van prins Willem-Alexander aan landmachteenheden in Amersfoort. Hij maakte kennis met de CV90, de Raven en de simulatoren van TACTIS. Plaatsvervangend Commandant Landstrijdkrachten, generaal-majoor Marc van Uhm, heette de prins welkom bij de eenheden die de nieuwe systemen toonden: de opleidings- en trainingscentra Manoeuvre en Operatiën en het Command & Control Support Centre. Hier leren militairen hoe ze op land moeten optreden en bewegen en hoe informatie via militaire netwerken te verspreiden. Daarbij kwamen ook de technische communicatiemogelijkheden van de toekomst tussen Defensie en civiele hulpverleners aan bod.
Landmachtclip: Vechten voor vrede en vrijheid Luitenant-generaal Mart de Kruif Commandant Landstrijdkrachten
De nieuwe officiële landmachtfilm is beschikbaar. Deze clip van drie minuten ondersteunt de visie van C-LAS, luitenant-generaal De Kruif. In deze clip is duidelijk wat de landmacht doet en waar de landmacht voor staat. Het toont de strijdvaardigheid, de slagkracht en de onderlinge teamspirit van de landmacht. Wij gaan door waar anderen moeten stoppen. En omdat we over deze
capaciteiten beschikken, is de landmacht in staat civiele veiligheidsinstanties in Nederland te ondersteunen. De clip kan gebruikt worden om de landmacht in beeld te introduceren voor de start van een presentatie of lezing. De clip is te vinden op internet (landmacht.nl, youtube, Facebook KL) en intranet en op DVD op te vragen bij de sectie communicatie.
Landmacht | 7
Landmacht | Berichten
Luchtmobiele brigade onder bevel Geerts Brigadegeneraal Nico Geerts is sinds 13 april commandant van 11 Luchtmobiele Brigade. Hij nam op de Oranjekazerne in Schaarsbergen de leiding over van ranggenoot Otto van Wiggen. Geerts krijgt tegelijkertijd het bevel over 11 Air Manoeuvre Brigade, de eenheid waarin de luchtmobiele brigade en het Defensie Helikopter Commando gezamenlijk optreden. De nieuwe commandant noemde zijn voorganger een aanjager voor het in de praktijk toetsen van veranderende inzichten en tactische lessen uit Afghanistan. Van Wiggen ontwikkelde daartoe ook een breder operationeel concept voor de Air Manoeuvre Brigade. Geerts heeft een drukke periode voor de boeg. In het najaar moet de luchtmobiele brigade de zogenoemde Operationele Gereedheidsstatus opnieuw bevestigen en bewijzen dat ze in staat is alle operaties uit te voeren waarvoor de eenheid wordt opgeleid. Dat gebeurt in Duitsland tijdens oefening Peregrine Sword.
Gesneuvelde militair blijft in gedachten op Korporaal Strikpad Precies vijf jaar nadat korporaal Cor Strik in de Afghaanse provincie Helmand sneuvelde, is er in Amersfoort een pad naar hem vernoemd. 20 april is tijdens een herdenkingsplechtigheid het naambord onthuld door burgemeester Lucas Bolsius en de ouders van de omgekomen militair. Dat gebeurde onder toeziend oog van verdere familie van Cor Strik, vrienden en oud-landmachtcollega’s. De in 2007 21-jarige militair van 11 Luchtmobiele Brigade kwam om het leven toen er een geïmproviseerd explosief ontplofte tijdens een voetpatrouille. Vorig jaar besloot de gemeente Amersfoort, waar Strik vandaan kwam, een route naar hem te vernoemen. Dit werd een fietspad tussen de Barchman Wuytierslaan, waaraan een kazerne ligt, en het sportpark Bokkeduinen met een voetbalvereniging waar Cor Strik lid van was.
8 | Landmacht
Premier Rutte bezoekt thuisfrontdag Minister-president Mark Rutte (inmiddels demissionair) heeft begin april een bezoek gebracht aan de thuisfrontinformatiedag op de Johannes Postkazerne in Havelte. De dag is bedoeld voor familie en relaties van militairen die op dit moment deelnemen aan de politietrainingsmissie in Afghanistan. De premier sprak met de aanwezigen en stak ze een hart onder de riem. Afgelopen december bezocht Rutte de Nederlandse militairen in Noord-Afghanistan. Zijn militaire begeleider op het kamp in de provincie Kunduz wees hem op activiteiten van de thuisfrontafdelingen in Nederland. Daarop besloot de premier de vrienden en familieleden met een bezoek te verrassen. “Dit soort dagen, waarop de achterblijvers hun ervaringen met elkaar delen, is heel belangrijk. Fijn dat ik hier vandaag bij mocht zijn”, aldus de premier. De thuisfrontinformatiedag in Havelte stond in het teken van Pasen. Er was een paaslunch en de kinderen zochten paaseieren. Via een Skype-verbinding werd gesproken met militairen in Afghanistan. Ook werden spandoeken gemaakt voor de aankomst van de militairen op Vliegbasis Eindhoven volgende maand.
Internationaal eremetaal voor schutters KL
EODD coacht Belgische collega’s voor uitzending Kunduz
Het Schietteam KL heeft op de Amerikaanse Armed Forces Skill at Arms meeting (AFSAM) een gouden en een zilveren medaille en twee bronzen medailles in de wacht gesleept. De AFSAM is een NAVO-erkende schietcompetitie en wordt jaarlijks in Little Rock in Arkansas gehouden. Dit jaar namen militaire schutters uit de VS, Canada, Australië, Engeland, Nederland en Italië deel.
De Nederlandse Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EODD) bood eind april haar expertise aan in het opwerktraject van de Belgische collega’s van de Dienst voor Opruiming en Vernietiging van Oorlogstuigen (DOVO). Tijdens de trainingsweek brachten de Nederlanders de zuiderburen veel technische kennis bij over geïmproviseerde explosieven. Op het Brabantse oefenterrein Kamp de Kiek in Alphen oefenden de Belgen diverse scenario’s, waarbij de essentie lag op het veilig onschadelijk maken van de verschillende soorten springtuigen.
Het Nederlandse team, onder leiding van coach Dick Kuiten, viel voor het eerst in de prijzen. Een bijzondere prestatie, omdat vooral het Amerikaanse team uit louter beroepsschutters bestaat. Met name de prestatie van adjudant Eric Kartman (OOCL) was erg knap: hij won een gouden medaille op het onderdeel ‘pistool’, een van de 22 onderdelen, die op precisie en tijd en op combatbasis met ops-vest en gasmasker worden uitgevoerd. Scan de code voor een beeldverslag van de AFSAM 2012.
Getuigenissen van de TFU Majoor Jos Groen, onderzoeker bij het Veteraneninstituut, heeft 11 april het eerste exemplaar van zijn boek Task Force Uruzgan 2006 – 2010, Getuigenissen van een missie overhandigd aan Commandant Landstrijdkrachten, luitenant-generaal Mart de Kruif. Het boek is ‘een indrukwekkend relaas van kameraadschap, emotie, shock, frustratie, moed, loyaliteit, vakmanschap en bovenal, leiderschap’. Dat schrijft de landmachtcommandant in het voorwoord van het boek. Hij geeft daarin ook het belang van de publicatie aan: “Er is veel gepubliceerd over de missie in Uruzgan. Het boek dat nu voor u ligt gaat over dezelfde missie, maar is anders dan voorgaande geschriften. De kwaliteit van de krijgsmacht wordt bepaald door de pelotonscommandant die met zijn onderofficieren en manschappen uitvoert wat anderen plannen en opdragen. Hier wordt theorie omgezet in
Sinds een jaar hebben de EODD en DOVO de samenwerking geïntensiveerd. Zo maakt Nederland voor het opleiden en trainen van haar eenheden regelmatig gebruik van Belgische vernietigingslocaties. De Belgen hebben daarvoor grotere terreinen. De samenwerking is een voorloper op de overeenkomst tussen Nederland, België en Luxemburg die op 18 april werd getekend. De drie krijgsmachten proberen op deze manier hun slagkracht in tijden van bezuinigingen te behouden en waar mogelijk te verbeteren. Foto: Remco Lassche, AVDD
de praktijk, en die praktijk kan onbeschrijfelijk intensief zijn. De combinatie van het terrein, het klimaat, de dreiging en het daadwerkelijk moeten vechten om de mensen in Afghanistan te kunnen beschermen en de eigen maten te redden is volstrekt uniek en qua ervaring vrijwel ondeelbaar. Vrijwel, maar dit boek komt wel heel ver in het overdragen van de belevingen van de ‘boots on the ground’.” Waarheid Task Force Uruzgan 2006 – 2010, Getuigenissen van een missie is een chronologisch verhaal over de missie in Uruzgan, maar vertelt vooral de waarheid van de mensen op de grond, die vertellen over de emoties en het gevoel dat bij hun werk in de missie hoort. Volgens majoor Groen zelf is het niet alleen geschreven om lessen uit te trekken. “De beschrijving van deze verhalen doet tevens recht aan de enorme inspanningen die in deze jaren door vele militairen, burgers en hun gezinnen zijn gedaan en draagt bij aan de waardering en erkenning voor deze mannen en vrouwen”, stelt de auteur vast. Task Force Uruzgan 2006 – 2010, Getuigenissen van een missie, majoor drs. J.M.H. Groen. ISBN 978 94 6190 830 8. Prijs: 25 euro. Per mail te bestellen via
[email protected]
Landmacht | 9
‘Medisch wonder’ doet mee aan Alpe d’HuZes Een ‘medisch wonder’ noemt het personeel van het UMC Utrecht hem. Kolonel Querido keerde in juni 2010 na een val in Afghanistan met gebroken schouderblad en ribben terug in Nederland. Toen de breuken maar niet genazen en hij amper meer kon lopen van de pijn, liet hij zich in Utrecht onderzoeken. De diagnose was gruwelijk: de Ziekte van Kahler, een agressieve vorm van bloed- en botkanker. De eerste analyse was niet hoopgevend: de specialisten gaven de kolonel nog maximaal een jaar. Hij onderging verscheidene chemokuren en uiteindelijk zelfs een stamceltransplantatie. “Zeker door de chemokuren kelderde de kwaliteit van leven”, herinnert Querido zich nu. “Na twee maanden in het ziekenhuis en drie chemokuren zat ik in een rolstoel, had ik een kale kop en kwam ik mentaal voor zware keuzes te staan. Ik besloot snel dat ik er voor wilde knokken. Opgeven is geen optie, het alternatief is namelijk dat je doodgaat. Ik legde mijn leven daarom in de handen van de wetenschap. Het was een lange weg, maar de uiteindelijke stamceltransplantatie – het kapotmaken van alle kankercellen door nog zwaardere chemo en daarna een complete ‘reset’ van het lichaam - sloeg verrassend goed aan.” Uniek De transplantatie zuiverde het lichaam van de kolonel volledig van kanker. “Een unieke uitkomst, werd me verteld. Ik had het geluk een goed gezond lijf te hebben dat daardoor grotere hoeveelheden chemo aan kon dan andere patiënten. En de vervroegde transplantatiemethode bleek bij uitstek geschikt voor mij. Achteraf hoor ik regelmatig in het
Opgeven is geen optie De medische specialisten gaven hem nog maar een paar maanden. Maar kolonel Rob Querido, commandant van het Korps Commandotroepen, genas in een jaar tijd van de Ziekte van Kahler en keerde ‘gewoon’ terug in Roosendaal. 7 juni fietst hij voor zijn lotgenoten de Alpe d’Huez op. 10 | Landmacht
‘De artsen noemden het uniek’ ziekenhuis dat ze geen stuiver meer voor me gaven. Hoe dan ook; ik ben natuurlijk uitermate gelukkig met de afloop.” Ook zijn herstel verliep opvallend goed. “Ze vertelden me dat ik zeker een jaar nodig had na de stamceltransplantatie om te herstellen en weer aan werk te gaan denken. Maar ik voelde me snel sterker worden en na drie maanden kon ik al enkele dagen aan het werk. Het moment dat ik terugkwam als commandant was fantastisch, voor mij enorm emotioneel. Nu ben ik helemaal schoon en doe en kan ik alles weer. Ik heb wel geluk gehad, natuurlijk. Je kunt nog zo positief zijn, als een behandeling niet aanslaat, maak je geen kans.” Afsluiten Dat hij alles weer kan, gaat Querido begin juni op de fiets bewijzen. Tijdens het evenement Alpe d’HuZes (zie kader) fietst hij met het KCT Cycling Team geld bij elkaar voor KWF Kankerbestrijding – de sponsorteller staat al op 35.000 euro en loopt nog. Bovenop de legendarische Tour de France-berg Alpe d’Huez wil kolonel Querido ook zijn ‘kankerperiode’ symbolisch afsluiten. “Als ik de top bereik, is dat het ultieme bewijs dat je het gevecht met kanker aan kunt gaan en ook dat ik helemaal terug ben”, stelt hij vast. “Maar ik fiets niet voor mezelf. Het is een bijzondere uitdaging, maar ik ben namelijk genezen en heb het zelf dus niet nodig. We fietsen voor al mijn lotgenoten die minder geluk hebben. Het KCT-team maakt op een gezonde manier misbruik van mijn verhaal om geld in te zamelen en zo bij te dragen aan het succes van deze actie. “Maar mijn verhaal over de strijd tegen kanker is absoluut niet uniek straks op de alp. Bij de presentatie van het team aan het KCT vroegen we wie op een of andere manier direct geraakt was door kanker. Er
Alpe d’HuZes
Alpe d’HuZes is een wielerevenement waarbij de deelnemers individueel of in teamverband maximaal zesmaal op één dag de Alpe d’Huez beklimmen om geld op te halen voor het Alpe d’HuZesonderzoeksfonds bij KWF Kankerbestrijding. De eerste editie van de actie in 2006 zorgde al voor een opbrengst van ruim 370.000 euro. Maar liefst 20,1 miljoen was het eindbedrag in 2011. De stichting hanteert een strikt antistrijkstokbeleid: alle giften gaan voor honderd procent naar het onderzoeksfonds. De missie van Alpe d’HuZes is: anderen faciliteren en inspireren om Goed, Gelukkig en Gezond te kunnen leven met kanker. Opgeven is geen optie!
gingen opvallend veel handen omhoog. Iedereen heeft zijn eigen verhaal. Straks ook, op 7 juni met vijfduizend fietsers onderweg naar boven, rijdt iedereen met een verhaal, helaas vaak niet met goede afloop. En iedereen heeft z’n eigen goede doel om geld in te zamelen. Ik ben er maar een van velen.” Groene teams Het KCT Cycling Team is ook niet de enige landmachtploeg die de slingerweg naar de alp beklimt. Zeven ‘groene’ teams doen mee aan de Alpe d’HuZes (zie kader). Iedere fietser heeft zijn eigen doelstelling. Sommige gaan voor de maximale zes beklimmingen. Querido zelf wil minstens twee keer omhoog. “Daarna zien we wel. Fietsen is niet mijn hobby, eigenlijk vind ik het maar saai. Ik ben al maanden bezig met trainen in de heuvels van Zuid-Limburg. Dat is absoluut nodig, anders kom ik echt die berg niet op. Maar opgeven is dus echt geen optie.”
Top Landmacht naar de top
Vechten voor kanker heeft zin. Met Alpe d'HuZes kunnen teams samen de onmacht die door kanker ontstaat, omzetten in kracht en steeds weer de grenzen van het mogelijke verleggen. Alpe d'HuZes is gegrondvest op de absolute overtuiging dat je de grootst mogelijke voldoening bereikt als je je met hart en ziel inzet voor een ander. Tijdens missies ervaren onze soldaten precies die voldoening. Zij weten dat opgeven geen optie is. Logisch dus, dat dit initiatief de militairen van de landmacht aanspreekt. Zij zijn gewend samen met anderen te vechten, hebben de wil om te winnen en gaan door waar anderen stoppen. De landmacht fietst dan ook met meerdere teams en een aantal individuele deelnemers mee. Ook landmachtcommandant luitenant-generaal Mart de Kruif zal met een team de top van Alpe d’Huez bedwingen, temidden van al die anderen die de sportieve strijd tegen kanker op sportieve wijze ondersteunen. Je moet het maar kunnen!
Scan de code om kolonel Querido of een van de andere landmachtteams tijdens de Alpe d'HuZes te sponsoren.
http://deelnemers.opgevenisgeenoptie.nl/acties/robquerido/ rob-querido
Landmacht | 11
Internationale Militaire Samenwerking
De Australiërs in Uruzgan. De Noren tijdens de oefening Cold Response. De Duitsers in ons gezamenlijke legerkorps in Munster. Er zijn voorbeelden te over: internationale militaire samenwerking (IMS) is al jaren gewoon voor Nederlandse militairen. We komen in missiegebieden, oefenterreinen en internationale staven in contact met buitenlandse militaire collega’s en zijn eigenlijk allang gewend aan combined optreden en oefenen. Op de NAVO-top in Chicago wordt die samenwerking een belangrijk onderwerp. Nu in verscheidene NAVO-landen de hand op de defensieknip moet, wordt gezocht naar nieuwe werkwijzen waarmee je voor minder geld evenveel of misschien zelfs meer kunt doen of bereiken. Door samen te werken, bijvoorbeeld. De meerwaarde van internationaal samenwerken zit ‘m in verschillende factoren: efficiëntie, innovatie en interoperabiliteit. Kort gezegd: samen kan het beter, goedkoper, sneller en handiger, je leert van elkaars krachten, kennis en kunde en als je veel samenwerkt ben je samen inzetbaar (zie kader). De coalitiepartners verwachten more bang for the buck te krijgen als die samen wordt uitgegeven, zegt kolonel Rob Jeulink, hoofd Bestuursondersteuning bij Staf CLAS en verantwoordelijk voor IMS. “Meer waar voor je geld dus, door slim samen te werken. Dat is ook de essentie van het NAVO-principe Smart Defence. Letterlijk betekent dat: slimme defensie. Als je goede afspraken maakt hoe je gaat samenwerken en welke keuzes je samen maakt, heb je de beste bescherming als het er op aankomt en bereik je je eigen doelstellingen beter. Voorwaarde is en blijft wel dat je als land altijd zelf beslissingen moet kunnen nemen.”
‘We worden er samen beter van’ Op de agenda van de aanstaande NAVO-top in Chicago, vanaf 20 mei, is het onderwerp Smart Defence gemarkeerd. Internationale militaire samenwerking is een hot topic, vooral omdat de defensiebudgetten wereldwijd krimpen. Ook de landmacht heeft het vizier op het buitenland gericht, maar niet alleen om geld te besparen. 12 | Landmacht
Klik Samenwerken met andere krijgsmachten is voor Nederland niet nieuw, weet ook kolonel Jeulink. Maar Smart Defence (zie kader) is volgens hem echter ‘een klik verder’. “Het is investeren in gezamenlijke beslissingen, keuzes en planningen. Als je elkaar tegenkomt aan het front, is het prettig als je elkaar al kent en weet wat je aan elkaar hebt. Omdat je in het voortraject keuzes hebt gemaakt hoe je met wie wat samen doet, is het eenvoudiger uit te voeren als het er op aan komt. Je doet dingen dus samen by choice, niet by default. Dat moeten we nu met elkaar voor elkaar krijgen.” De Nederlandse krijgsmacht zal zich in de toekomst op zes belangrijke partners (blijven) richten: Duitsland, Frankrijk, Engeland, België, Noorwegen en de Verenigde Staten. Voor defensie in het algemeen en de landmacht in het bijzonder is samenwerking met geen van deze landen nieuws. Al jaren komen we bij en krijgen we buitenlandse eenheden over de vloer. Voor de duidelijkheid: een schietserie in het Duitse Bergen-Hohne is geen IMS, een geïntegreerde oefening met een Noorse eenheid wel. Jeulink: “Je leert van elkaar en je leert elkaar goed kennen. Uiteindelijk kun je samen met elkaar optreden omdat je bijvoorbeeld de capaciteiten op elkaar hebt afgestemd. Dat wil niet zeggen dat je dat ook per definitie gaat doen, maar als het moet, kan het.”
Beeld bij De meerwaarde van internationaal samenwerken zit ‘m in drie onderstaande factoren. Kolonel Jeulink geeft er met een aantal (toekomst)voorbeelden beeld bij. Efficiëntie | “Doen we al veel mee. Het delen van opleidingen en het samen aanschaffen van reserveonderdelen en voorraden maakt het goedkoper. En waarom zou ieder land dezelfde munitie testen? Het is wel zaak samen aangeschafte voertuigen en wapensystemen ook zoveel mogelijk gelijk te houden.” Innovatie | “We zijn een organisatie die continu bezig is zich te verbeteren. We willen altijd klaar zijn voor de volgende crisis. De crisis zoekt jou immers uit, niet andersom. Maar waarom zouden we alles alleen moeten uitvinden? We leren veel van de technische ontwikkeling bij anderen. Maar ook van hoe anderen trainen. Daar zijn de Engelsen bijvoorbeeld heel ver in.” Interoperabiliteit | “Als we er met elkaar op uit gaan, moeten we niet eerst een jaar samen trainen om elkaar te leren kennen. Als je vooraf keuzes maakt over de samenwerking, je materieel op elkaar afstemt, de communicatiemiddelen met elkaar kunt laten werken en qua doctrines op een lijn zit, ken je elkaar al voordat je moet samenwerken. Maar het culturele aspect is net zo belangrijk: je moet elkaar echt kunnen en willen begrijpen.”
Landmacht | 13
‘We moeten open staan voor samenwerking en voor de ander’ IMS in het nieuws De landmacht en defensie doen al veel aan internationale samenwerking. Een ‘internationale’ maand in het nieuws. Denemarken leent onbemande vliegtuigjes Deense krijgsmacht gebruikt tijdelijk twee Nederlandse Raven-systemen voor onbemande verkenningsvluchten. De Denen lenen de systemen, die elk bestaan uit drie vliegtuigjes en een grondstation, voor een half jaar. Nederland kreeg het verzoek vanwege leveringproblemen van reserveonderdelen bij de Denen. Het uitlenen van de Ravens past in het streven tot meer internationale samenwerking tussen bondgenoten. Niet alleen vanwege de grote financiële voordelen bij het gezamenlijk aankopen en onderling uitlenen van materieel, maar ook vanwege operationele schaalvoordelen en specialisatiemogelijkheden.
De landmachter kan er rekening mee houden dat hij steeds vaker met buitenlandse collega’s aan het werk gaat. Jeulink noemt een aantal concrete voorbeelden. “Met de Belgen doen onze special forces al jaren veel samen. Ook hebben zij ons Battlefield Management System al en we gaan het Verbeterd Operationeel Soldaat Systeem (VOSS) samen met de Belgen en Luxemburgers invoeren. Zo kunnen we straks dus veel makkelijker samenwerken. We gaan met Duitse tankeenheden geïntegreerd trainen en andersom gaan we infanterie-eenheden met Duitse troepen laten trainen. En met de Fransen werken we ook al samen, bijvoorbeeld in een jungletraining. Dat gaan we ook uitbouwen.” Het idee dat Nederlandse militairen met Duitse, Belgische, Franse of Noorse collega’s het veld in gaan, is aannemelijk, vindt de kolonel. Maar er zijn grenzen. “We moeten wel goed nadenken tot welk niveau je moet samenwerken. Op een bepaald niveau moet je dat niet meer willen, kan ik me voorstellen. Dan moet je onder je kameraden zijn, in je eigen taal commandovoering krijgen en je werk doen. Dat is ook heel belangrijk.” Oren Desalniettemin vraagt IMS wel iets van elke landmachter. Zo wordt Engels steeds meer de voertaal, ook in onze opleidingen en trainingen. Twee krijgsmachten die dezelfde cursus geven, is immers niet efficiënt. Dus we gaan vaker buitenlandse gasten in onze opleidingen ontvangen en Nederlanders daarvoor naar het buitenland sturen. Jeulink: “We moeten vooral open staan voor samenwerking en voor de ander. Cultural Awareness is erg belangrijk. Een Duitser of Brit is nou eenmaal geen Nederlander. Ieder land heeft zijn eigen karakter en sterktes. Daar moet je open voor staan.” Nederland is een kleine, maar actieve speler in de NAVO. Op de ‘ruilmarkt’ van IMS heeft de Nederlandse krijgsmacht niet alleen wat te vragen, maar degelijk ook wat te bieden. Jeulink: “Onze ervaring in Afghanistan bijvoorbeeld. De kennis die onze hoofdkwartieren hebben in de comprehensive approach of de
14 | Landmacht
3D-benadering, is erg gewild bij veel landen. Maar ook onze kennis en faciliteiten op het gebied van Optreden Verstedelijkt gebied, onze goede C2-systemen en onze kennis in Counter IED zijn gewild in het buitenland.” Is IMS dan uiteindelijk de oplossing voor onze gedwongen krimpende krijgsmacht? “De ideale oplossing bestaat niet”, stelt Jeulink vast. “Maar samen krijg je dus wel meer bang for your buck. Het is echter niet louter om het geld te doen. We konden niet, kunnen niet en zullen niet alleen opereren. Er is wereldwijd geen missie meer waar je niet gezamenlijk optreedt. Elke landmachter krijgt er dus echt mee te maken. Ja, we gaan ons bij Engelsen en Fransen laten opleiden en ja, we gaan met Duitse tanks trainen. Als we onze krachten delen met onze partners, worden we er allemaal en samen beter van.”
‘Samenwerking in Benelux niet vrijblijvend’ Nederland, België en Luxemburg gaan nog meer samenwerken op Defensiegebied. Daartoe ondertekenden ministers Hans Hillen, zijn Belgische collega Pieter de Crem en namens Luxemburg Jean-Marie Halsdorf een overeenkomst in Brussel. De afspraken houden in dat de landen vaker samen oefenen en trainen, dat de luchtmachten van elkaars vliegvelden gebruik maken, de marine van België en Nederland nog intensiever met elkaar optrekken en de Belgische paratroepers en de luchtmobiele brigade van Nederland meer samenwerken. Hillen beseft dat de landen daarmee een deel van hun zeggenschap over de krijgsmacht opgeven. ‘Samenwerken is niet vrijblijvend’, aldus de minister.
De CLAS visie op Internationale Militaire Samenwerking kun je lezen op intranet. Zie: Portaal > Koninklijke Landmacht > CLAS: Snel naar.
NAVO-taal: Smart Defence “Smart Defence is een nieuwe manier van denken over het tot stand brengen van moderne defensiecapaciteiten die de NAVO nodig heeft in het komende decennium en verder. Een vernieuwde cultuur van samenwerking moedigt bondgenoten aan samen te werken bij ontwikkeling, aanschaf en onderhoud van militaire capaciteiten om de essentiële kerntaken van de NAVO mee te kunnen uitvoeren. Dat betekent dat capaciteiten samen worden gebruikt en gedeeld, prioriteiten worden afgestemd inspanningen beter worden gecoördineerd. De defensielast moet eerlijk verdeeld worden. Smart Defence is het antwoord van de NAVO hierop.”
Special forces springen volgens Nederlandse standaard Special forces vanuit de hele wereld gaan de procedures voor parachutesprongen van grote hoogte trainen volgens de vernieuwde methode van het Centrum voor Mens en Luchtvaart (CML). Van de 21 landen die nu al met hun luchtvarenden naar het CML komen, hebben veel SF-eenheden al aangegeven graag in Soesterberg te komen trainen. Om bevoegd te blijven voor dergelijke sprongen moeten zij elk jaar op herhaling. Het CML staat bekend om haar expertise op het gebied van zuurstoftekort. Binnen de NAVO is het verantwoordelijk voor de NAVO-standaard die de procedures beschrijft voor high altitude sprongen.
Bron: www.nato.int
Landmacht | 15
Einde van de rit voor MCAM
Landmacht | Ingezonden
Geen TomTom maar koppiekoppie Onderweg dienen de equipes een bonte verzameling van letters, cijfers en stempels te noteren. Daarnaast moeten de deelnemers ook geregeld de auto aan de kant zetten om snel om een alternatieve route uit te stippelen. Volgens sergeant-majoor Manfred Oostveen is juist dat de lol van de MCAM. “Het is gewoon puzzelen. Puzzelen in de auto.”
De laatste
Vermeij bestudeert de route nauwkeurig voor vertrek.
TEKST: Ria Kornet FOTO: Militaire muziek
Met een doffe klik schieten de twee gespen van de koffer los. Het is een sport voor hem om te proberen ze exact gelijktijdig los te laten schieten en daarmee slechts één geluid te produceren. Een men s en zijn gewoontes. Hij slaat het dek sel open. In de loop der jaren had hij haar zo ontelbare keren gewekt, met die doffe klik, en als een ontwakend kind bijna glanst ze hem dankbaar toe als het daglich t haar uit het donker bevrijdt. Hij is zich bewust van de zwaarte van dit moment. Vandaag zal hij voor de laatste keer met haar optrede n als bugelist van het Fanfarekorp s Koninklijke Landmacht “Berede n Wapens”. De hectiek van de afge lopen maanden maakte het welh aast onmogelijk echt stil te staa n en dit onafwendbare afscheid onder oge n te zien. Er was ook nog een tijdl ang reden om optimistisch te zijn: heel blaasmuziekminnend Ned erla nd, militair en burger, schaarde zich achter deze gedreven groep mus ici. Er klonk een luid protest, van Bloe men uit Den Bosch tot Uruzgan en Edingburgh. Het eindigde in Den Haag, vlak naast de plek waar dit heilloze plan werd uitgebroed. Helaas bleven de bewindslieden bij hun besluit. “We zijn uiteindelijk mili tairen, en militairen volgen orde rs op”, zo werd er gesproken. De klank van deze uitspraak stem t hem tot nadenken: Wat zou er zijn gebeurd wanneer legendarisch e generaals als Patton en MacArth ur zich hierbij hadden neergelegd? Zijn vinger glijdt langs de conisch e, koperen hals. Stil ligt ze daar, wachtend tot hij haar opneemt en haar met zijn adem tot leven brengt. Hij pakt haar uit het koninklijk blauwe vilt. Als een muziekstuk met noten en schema’s die niet van hun plaats wijken, draait hij rou tineus de ventieldoppen en vervolgens de ventielen los. Zorgvuldig poe tst hij de binnenkanten van de huizen en druppelt wat olie op de ventiele n voordat hij ze weer monteert. Zijn bugel is ruim 15 jaar oud en hee ft hem nooit in de steek gelaten, alsof ze zich bewust was van de veelomvattende taak die ze opg edragen kreeg. Ontstaan vanuit de
16 | Landmacht
meest afschuwelijke gebeurtenis die het leven kan verwoesten; het bracht verslagenheid en wanhoo p, maar ook manieren om resp ectvol in voetsporen te treden, muziek te laten voortklinken en eerbetoo n te geven. Het gaf hen opnieuw vleu gels… Wéér ontstonden er hechte verb indingen, zowel muzikaal als pers oonlijk. Ondanks reorganisaties en verzakelijking bleef het enthous iasme groot en het moreel hoog. Sod eju vermengde zich noodgedwo ngen met Turf in je Ransel; muziek blee f en het vaderland werd succesvo l en onnavolgbaar vertegenwoordig d. Ritmisch beweegt hij de ventiele n een paar keer op en neer met zijn vingers. Het is een gewoonte en daardoor is het hem nog nooit overkomen dat ze bleven hangen . Hij pakt het mondstuk uit de koffer en zet het voorzichtig in de mon dstukbuis. Hij was tijdens zijn vakstudie als een blok gevallen voor haar kleur en haar zachte, warme klank. Al poetsend spelen zijn partijen van vanavond door zijn hoofd. Met het gevarieerde programma gaan ze eruit met een knal! Het vraagt veel van de musici, niet zozeer technisc h, maar het wordt vooral een uitp uttingsslag. Nieuwe uitdagingen, geen melancholieke terugblikke n. Als het ware klaar voor de toekoms t. Nog één keer de titanenstrijd aangaan, geïnspireerd door hon derden muzen in deze prachtig e concertzaal. Liefhebbers, vakbroed ers, leerlingen, bewonderaars en geliefden voor wie zíj al die jare n die bezielende rol hadden gesp eeld. Onlosmakelijk met elkaar verb onden…en nu?
Met een zachte doek poetst hij tenslotte haar flanken tot zij trio mfantelijk glanst in al haar rondingen en het koper hem uitnodigend toel acht. Langzaam zet hij het mondstuk aan zijn mond. Hij ademt diep in en blaast de zuiverste Bes die hij kan dromen. De vierde natuurtoon, het getal van de gerechtigheid. Van avond zou dan wel hun laatste zijn, maar hij wist het zeker: hun klan ken zouden nooit verstommen .
B-wegen? De laatste 18-uursrit van de Militaire Commissie voor Automobielen Motorwedstrijden (MCAM) deed op 20 en 21 april ook de obscure C- en D-wegen aan. In de uithoeken van Oost-Brabant streden 39 equipes om het allerlaatste militair kampioenschap kaartlezen. Tekst: Ingmar Kooman Foto’s: Jan Schram, AVDD
Elf uur ’s nachts, file aan de Zuid-Willemsvaart bij Schijndel. Terwijl op de tegenovergelegen N279 slechts sporadisch een auto passeert, staan op de Kanaaldijk Zuid de auto’s kop aan kont in de berm. In de wagens zelf is het eveneens druk. Chauffeurs en navigators pijnigen hun brein om met een pagina vol coördinaten de kortste route uit te stippelen. Leesbrillen, vergrootglazen en kaarthoekmeters, een klein deel van het wapenarsenaal van
de kaartlezer. Moderne hulpmiddelen als TomTom of GPS schieten voor dit werk tekort, hier komt het aan op koppiekoppie. Navigator majoor Frits Vermeij meet dan ook een paar delen van de route minutieus na met een eenvoudig strookje papier en een pen. “Dit werkt nauwkeuriger dan een kaarthoekmeter”, legt zijn chauffeur en eveneens viervoudig kaartleeskampioen eerste luitenant Peter van Reeuwijk uit. “Soms gaat het echt om een enkele meter.” Maar het uitstippelen van een route alleen maakt van kaartlezen nog geen MCAM.
Driehoekje De deelnemers zijn er niet minder fanatiek om. “Peter, de weg draait naar rechts en dan krijgen we op links een driehoekje. Haaks naar links. Hier! Linkslinkslinks!” Als heuse rallyrijders zoeven Van Reeuwijk en Vermeij met hun terreinwagen over de achterafwegen in de driehoek Vredepeel-Oirschot-Reek. Vermeij zit met een grote stafkaart op schoot en licht zichzelf in de schemering bij met een ledlampje. Van Reeuwijk houdt zijn ogen op het wegdek gericht, gespitst op de aanwijzingen van zijn kaartlezer. Een beproefde rolverdeling, zo legt Vermeij uit. “Peter wordt helemaal horendol als ik vanachter het stuur mee ga navigeren. Je moet een blind vertrouwen in elkaar hebben.” Achttien uur op de weg maakt de MCAM echt tot een duurprestatie, vertelt Van Reeuwijk. “Op het laatste traject zie je achter élke boom een MCAM-vlaggetje.” Vermeij stuurt hem even een eind een bospaadje in om te kijken of daar toch geen controle staat. Ze hebben nog maar net hun weg vervolgd of twee andere MCAM-equipes rijden het bos in. “Zo, weer even wat collega’s zenuwachtig gemaakt”, gniffelt Vermeij.
Doodlopende weg
Laatste kampioenen
Na zesenzestig jaar is het einde van de rit bereikt voor de aloude Defensietraditie. Voorzitter van de MCAM, kolonel Gerdo van Oirschot: “Het leeft niet meer. Het aantal deelnemers aan de oefenrit en de 18-uursrit neemt de laatste jaren zienderogen af.” Vorig jaar haalde de organisatie om die reden al een streep door de vijfenzestigste editie van de MCAM. Zonder de aanwas van nieuwe equipes en nieuwe vrijwilligers voor de organisatie zit de MCAM op een doodlopende weg, concludeert Van Oirschot. “Natuurlijk is het zonde, maar we zijn ook realistisch.”
In de beginnersklasse blijken wachtmeester-1 Hielke van Elburg en opperwachtmeester Chris Crombach de beste kaartlezers. Het duo BloemersOostveen eindigde als tweede. Majoor Alex Raggers en luitenant-kolonel Peter de Boer wonnen de rit bij de gevorderden en mogen zich de laatste Defensiekampioenen Kaartlezen noemen. De equipe Van Reeuwijk-Vermeij eindigde als derde. Zie ook www.mcam.info. Begin van de MCAM in 1972.
Landmacht | 17
FTX Engineer Victory: Genisten en CIMIC oefenen samen in het Duitse Baumholder
Schakelen tussen bouwvakker en militair projecten bij de lokale bevolking, zodat daar later geen misverstand over kan bestaan”, licht commandant van 101 Geniebataljon overste Caelen toe. Hij is blij met de ondersteuning van CIMIC in zijn oefening. “Bij het huidige militair optreden is civiel-militaire samenwerking niet meer weg te denken. Dit moeten we dan ook trainen.” De twee eenheden weten elkaar te vinden. “Zowel met de voorbereiding, uitvoering als evaluaties is de samenwerking goed bevallen”, zegt kapitein Van Ingen van 1 CIMIC Bataljon. Door de oefendoelen van de Genie en CIMIC te verweven met het scenario is er gezamenlijk gewerkt aan een realistische oefening. Ieder bouwproject werd goed bekeken, waarbij centraal stond dat het de opdracht van 103 Constructiecompagnie moest ondersteunen. Daarnaast moet de militair, als de CIMIC specialist vertrokken is, ook het contact met de lokale bevolking onderhouden. “CIMIC gebeurt dus niet alleen door CIMIC-eenheden, daarom is het goed dat we dit werk tijdens zo’n grote oefening kunnen beoefenen”, zegt Van Ingen. “Dit is wel GVA, boven zo’n gat met je graafmachine”, zegt de soldaat Evert Dirksen van 103 Constructiecompagnie. De genist hang met zijn JCB 200 Grafmachine boven een afgrond van 60 meter om rotsen los te slaan om lawines te voorkomen. Een lier van een Duitse Leopard 1 Genie Tank voorkomt dat hij naar beneden valt.
Met een grote slijptol en een breekhamer staan twee militairen van 101 Geniebataljon op een zeecontainer. Rustig en precies slijpen ze een gat.“Omhangen, er zijn problemen in de omgeving”, wordt er plotseling vanaf beneden geroepen. De militairen laten hun bouwspullen vallen, glijden van de ladder en pakken hun wapen, helm en opvest en rennen naar de voertuigen die net gestart zijn. Ontevreden ‘burgers’ hebben een roadblock opgeworpen; er moet ingegrepen worden. Tijdens oefening Engineer Victory in het Duitse Baumholder is het constant schakelen tussen bouwen en militair optreden. Genisten staan bij de poort van ‘FOB Wiskey’. Deze FOB, die versterkt wordt met keerwanden, gaat in de toekomst dienst doen als oefenbasis.
TEKST: TLNT Jochem van Wijk | FOTO’S: Maartje Roos (AVDD)
De commandopost van 103 Constructiecompagnie is dan ook een mix van een bouwplaats en een militair kamp. Tussen de groene boogtenten en de zwaar bewapende wacht aan de poort, rijden hijskranen, lopen militairen met gekleurde bouwvakkerhemen en klinkt het gejank van slijptollen. In het peackeeping senario moeten de genisten in een ‘onveilige omgeving’ twee Forward Operating Bases (FOB’s) voor de VN bouwen en door middel van Quick Impact Projects (QIP’s) die de perceptie, acceptatie en coöperatie van de lokale bevolking moeten verbeteren. “Als de lokale aannemer het niet meer kan of niet meer durft, dan komen wij om de hoek kijken. Wij gaan door waar andere
18 | Landmacht
stoppen”, verklaart commandant Majoor Boot de aanwezigheid van zijn eenheid in het gebied. “Behalve onze vaktechnische en militaire vaardigheden is het belangrijk dat iedereen weet waartoe een project moet leiden.” Tijdens de oefening moeten de genisten dan ook schakelen tussen bouwen, militair optreden en praten met de plaatselijke bevolking. Voor dit laatste heeft de commandant een Tactical CIMIC Team (TCT) van 5 specialisten meegekregen om hem te adviseren over civiel-militaire samenwerking. Militairen van 101 Geniebataljon bouwen tijdens de oefening een FOB van zeecontainers. Na de oefening wordt dit complex gebruik door de Duisters in als oefendorp.
Samenwerken “Met CIMIC kunnen we gezamenlijk aan tafel de juiste verwachtingen wegzetten over
Neventaken Naast samenwerking met CIMIC vindt er nog een andere samenwerking plaats. Het derde Pansergeniepeloton van 411 Pansergeniecompagnie en een ontsmettingpeloton van 101 CBRN-verdedigingscompagnie zijn toegevoegd aan de oefening. Deze eenheden hebben als neventaak constructie, maar door hun specialisatie wordt hier in de praktijk weinig op getraind. “Wij zijn eigenlijk altijd ‘groen’ bezig en doen weinig aan constructie. Dit is voor ons de ideale mogelijk deze vaardigheden weer bij te
spijkeren”, zegt pansergenist sergeant Van Baar. Het personeel van 103 Constructiecompagnie neemt deze genisten in kleine groepjes onder hun hoede zodat ze optimaal hun ‘bouwvaardigheden’ kunnen trainen. “Daarnaast wordt onze specialiteit weer gebruikt. Wij hebben een adviserende rol in beveiliging van het CIMIC personeel, verplaatsingen en base beveiliging”, zegt Van Baar. Hij gaat er met zijn groep ook uit als Quick Reaction Force (QRF) om op te treden tegen ongeregeldheden in de omgeving. “Deze afwisseling maakt de oefening juist zo leuk.”
Engineer Victory FTX Engineer Victory is een Field Training Exercise van het 101 Geniebataljon uit Wezep en vond plaats van maandag 16 april tot en met vrijdag 27 april in het Duitse Baumholder. Bij deze niveau IV training wordt de staf van 103 Constructiecompagnie, versterkt met een Tactical CIMIC Team (TCT), getraind en in commandovoereningprocessen en de enkele ‘genist’ op zijn vaktechnische kennis en militaire vaardigheden. In een uitdagende peacekeeping scenario moet de lokale infrastructuur worden hersteld en twee Forward Operating Base (FOB’s) voor de VN gebouwd worden. De TCT bestaat uit 5 militairen van het 1 CIMIC Bataljon uit Apeldoorn en zijn onder andere gespecialiseerd op het gebied van lokaal bestuur en bevolking, civiele infrastructuur, veiligheid en politie. Zij moeten in het scenario via lokale (in)formele bestuurders een aantal projecten inventariseren. Deze projecten moeten door de genisten op een juiste manier moeten worden uitgevoerd. 1 CIMIC Bataljon ondersteunt de militaire opdracht door coördinatie en samenwerking tussen commandanten en de burgerbevolking, plaatselijke autoriteiten, internationale -, nationale- en Niet-Gouvernementele Organisaties (NGO’s).
“Wij gaan door waar de lokale aannemer stopt.”
Met grote precisie moeten de keerwanden, grote betonnen platen, op hun plaats worden gezet.
Quick Impact Projects Tijdens de oefening werken de genisten aan zogenaamde Quick Impact Projects (QIP’s). Dit zijn relatief simpele bouwprojecten die de acceptatie, perceptie en coöperatie van de lokale bevolking verbeteren. In de voorbereiding zijn afspraken met de Duisters gemaakt over projecten die in het oefengebied gerealiseerd moeten worden. Deze projecten zijn verwerkt in het scenario zodat de genisten en de CIMIC’er ‘echt’ aan het werk kunnen. Zo zijn er o.a. twee waterputten geslagen, electrokabels en datakabels voor het bedienen van een schietbaan getrokken, een brug van hout aangelegd en zijn er zonnepanelen geplaatst. De FOB’s die in het scenario worden gebouwd blijven achter als oefendorp en een oefenbasis. Daarnaast betalen de Duitsers voor het bouwmateriaal. “Een echte win-win situatie”, benadrukt de overste Caelen van 101 Geniebataljon deze samenwerking dan ook. “Op deze manier kunnen wij heel goedkoop onze opleiding en training verzorgen.”
Landmacht | 19
MBO-opleiding als voorbereiding op toekomst bij Defensie
Boeien en binden
TEKST: Elnt Joost Ploegmakers
De VeVa-leerlingen rennen fanatiek hun rondjes over de sintelbaan.
FOTO'S: Peter van Bastelaar
Na een duurloop van acht kilometer, mogen de leerlingen gezamenlijk tien keer opdrukken en daarna een sprintwedstrijdje houden. Het gaat er behoorlijk militair aan toe op de opleiding Veiligheid en Vakmanschap (VeVa), ook al zijn de leerlingen burger. Pas na de opleiding besluiten ze of ze daadwerkelijk voor Defensie willen werken, terwijl die ze juist goed kan gebruiken. Zaak voor de organisatie om ze tijdens VeVA te enthousiasmeren voor een militaire carrière.
‘Jullie zijn de toekomst van Defensie. Jullie hebben hiermee een goede startkwalificatie, die zo nodig ook na jullie loopbaan bij ons kansen biedt.’ Minister Hillen, eind maart tegen de leerlingen Veiligheid & Vakmanschap van het ROC A12 in Ede.
“We proberen geen supermilitairen van ze te maken”, zegt kapitein Ruud van Esch, brigadecoördinator in Oirschot, in het zijterrein van het sportveld. De VeVa'ers werken zich intussen in het zweet op de atletiekbaan. “We zijn vooral bezig met boeien en binden. De leerlingen moeten na deze opleiding zelf kiezen voor een loopbaan bij Defensie. Wij proberen ze een goed beeld daarvan te geven en daar op voor te bereiden. Ze vinden het bijvoorbeeld geweldig om een rondje in een pantservoertuig over de Oirschotse heide te rijden.” Na de sportles verplaatst de groep zich, in militair tenue, marcherend terug naar het lesgebouw. De stageweek wordt de bpv genoemd, de beroepspraktijkvorming. Die week zorgt het stagebedrijf Defensie voor de invulling en wordt er vooral gewerkt aan de militaire basisvaardigheden in de praktijk. Drie weken lang zitten de leerlingen in de schoolbanken op een ROC, in week vier brengen zij het geleerde in de praktijk bij een militaire eenheid. Sport is een rode draad door de gehele opleiding, zowel op school als bij de eenheid. De niveau twee-opleiding duurt anderhalf jaar, de leerlingen kunnen met dat diploma beginnen in de VAMO (verkorte AMO)om soldaat te worden. Niveau
‘Je moet het maar kunnen’
drie-leerlingen zijn een jaar langer bezig en zijn voorbestemd om via de KMS onderofficier te worden. Grondoptreden “Van mij mag er wel meer praktijk in de opleiding”, aldus eerstejaars leerling Roos Jellema (17). Zij volgt de VeVa-richting Grondoptreden en wordt klaargestoomd voor de AMO om daarna infanterist te worden. Ze volgt met haar groep een les, gegeven onder een overkapping aan de achterzijde van Legerplaats Oirschot, tussen de geparkeerde voertuigen. “We gaan morgen het veld in om een waarnemings- en luisterpost in te richten. Daarover hebben we drie weken theorie gehad op het ROC Twente. Ik vind het goed dat we het eindelijk in het bos mogen doen.” De VeVa-opleiding bevalt haar prima. “Ik had verwacht dat je flink aangepakt zou worden, maar dat valt me reuze mee. Ik zie een toekomst als sergeant in een gevechtsfunctie wel zitten en ga na deze opleiding zeker voor een baan bij het leger.” Door de keuring Ondanks de bezuinigingen op Defensie is bij de organisatie van 'onderaf' grote behoefte aan nieuwe aanwas. VeVa moet daarvoor
Onlangs startte Defensie met een nieuwe wervingscampagne, met als slogan 'Je moet het maar kunnen'. Na een jaar in de luwte werven mag het Dienstencentrum Werving en Selectie (DCWS) weer actief op zoek naar nieuw personeel. “Gelukkig”, verzucht directeur DCWS, kolonel Rik Bergman. “Een jaar afwezigheid heeft grote gevolgen voor de aanstellingsopdracht. In 2012 moet defensie zo’n drieduizend mensen binnenhalen. Zonder een nieuwe campagne lukt dat simpelweg niet. Doordat we onzichtbaar waren voor het massapubliek, zijn we veel bekendheid kwijtgeraakt.” Met de nieuwe campagne gooit Defensie de werving over een totaal andere boeg. Niet de kleuren uniforms spelen een prominente rol, maar juist de overeenkomsten tussen de krijgsmachtdelen. De campagne mikt op de
Marcherend verplaatsen over Legerplaats Oirschot.
20 | Landmacht
Actieve deelname aan de les over de radio.
zorgen. In 2015 moet zeventig procent van de nieuwe militairen uit die MBO-opleiding komen. VeVa, gestart in 2009, is een samenwerking van Defensie met 31 Regionale Opleidingscentra (ROC). Op het ROC krijgen ze naast de militaire lessen ook gewone vakken als Nederlands, Engels en wiskunde. Er is een grote verscheidenheid aan richtingen binnen VeVA, waarin de leerlingen worden voorbereid op een functie binnen de krijgsmacht: logistiek, ICT, bouw, zorg, bedrijfsautotechniek, maritiem, mechatronica en grondoptreden. Hoe die richtingen zich vertalen naar een functie binnen de landmacht? Bouw moet toekomstige genisten opleveren, bedrijfsautotechniek en mechatronica herstellers, grondoptreden infanteristen. “Maar wij leiden zelf niemand op tot militair met VeVa”, zegt kapitein Van Esch. “We leren ze een aantal basisaspecten van het militaire vak en doen aan vorming. Daardoor hebben ze na het behalen van het diploma en positieve keuring, recht hebben op verkorting op de initiële opleiding bij Defensie. Wij bereiden ze voor op een toekomst bij Defensie. Als ze hun MBO-diploma hebben gehaald, moeten ze daarna gewoon door de keuring komen in Amsterdam en doen ze gewoon de VAMO.”
specialist die zijn of haar vak verstaat. De ‘sterke merken’ verdwijnen overigens niet, want in alle uitingen is het werk van landmacht, marine, luchtmacht en marechaussee te zien. Reclamebureau STEAM is het brein achter de wervingscampagne. Maarten Kuipers van STEAM: “’Je moet het maar kunnen’ gaat over de mentaliteit van de mensen die het dóen. De militairen die er staan als het erop aankomt. Tegelijkertijd gaat de campagne over het vakmanschap. Je kunt automonteur zijn bij de Kwik-Fit om de hoek, maar verwissel je ook een wiel bij plus vijftig graden in oorlogsgebied? Die emotionele laag van respect willen we bereiken door dat ene zinnetje ‘Je moet het maar kunnen’.”
De leerlingen maken driftig notities tijdens de les.
Landmacht | 21
Landmacht | ATLANTA nieuws
Brigadehoofdkwartieren, EODD EN KCT
Tweede groep knelpuntcategorieën
Met een eerste projectvergadering is de aftrap gegeven voor het project ‘Brigadehoofdkwartieren, EODD en KCT’. Dus drie organisatieonderdelen die recent nog een reorganisatie hebben ondergaan. Het project is dan ook hoofdzakelijk een evaluatie, maar wel één die sterk verbonden is met andere maatregelen uit de operatie Atlanta.
Goederenvervoer over de weg naar de landmacht Het defensiebrede goederenvervoer over de weg wordt vanaf 2013 uitgevoerd door logistieke eenheden van de landmacht. Naast de inzet van de eigen middelen zal CLAS de capaciteiten van de Defensie Verkeeren Vervoerorganisatie (DVVO) overnemen. In een gezamenlijke nota hebben de transitiemanager van het CLAS, generaal-majoor Marc van Uhm en zijn collega van het CDC, Jan Erven, hierover afspraken gemaakt. De DVVO krijgt als deelaspect van de reorganisatiemaatregelen aangepaste taken en verantwoordelijkheden en zal dus ook moeten worden gereorganiseerd. Per 01 januari 2013 wordt de landmacht daarom belast met het leveren van een aantal producten die de DVVO eerder leverde. Het gaat om het verlenen en verkrijgen van toestemmingen voor weggebruik in binnen- en buitenland en het leveren van geregeld en ongeregeld goederenvervoer over de weg. Geregeld vervoer gaat bijvoorbeeld in lijndienst of als maatwerk, zoals onder andere bulkvervoer klasse III, postvervoer en specifieke (munitie-) afroeplijnen. Uiteindelijk krijgt CLAS zelfs de inzetbevoegdheid over de door de overige defensieonderdelen beschikbaar gestelde transportcapaciteiten. Overeenstemming Ook adjudant André Veldhuijzen, voorzitter van de medezeggenschapcommissie van de DVVO, zette zijn handtekening onder de nota. Met het ondertekenen van het document plus de goedkeuring van de medezeggenschap, hebben de landmacht en het CDC overeenstemming over het gezamenlijk te volgen reorganisatietraject en de over te dragen capaciteiten. De nota is gericht aan de Coördinerend Projectleider Reorganisaties Defensie.
Hoewel de brigadehoofdkwartieren, de EODD en het KCT op zich niet als reorganisatiemaatregel zijn aangemerkt, zijn er verschillende maatregelen die op de structuren van deze eenheden ingrijpen. Het nieuwe project 4.22 ‘Brigadehoofdkwartieren, EODD en KCT’ moet in kaart brengen wat de gevolgen van andere projecten zijn voor deze organisatiestructuren en welk deel van die eenheden vervolgens nog voor evaluatie in aanmerking komt. Na de evaluatie hebben de eenheden drie mogelijkheden: doorgaan met de huidige structuur; een paar kleine verbeteringen doorvoeren; of op basis van de nieuwe situatie de structuur herzien. Primaire doel van het project is om met de eenheden tot besluiten te komen of ze moeten reorganiseren. Als sprake is van een formele reorganisatie (5 of meer betrokken functies) dan zijn de eenheidscommandanten verantwoordelijk voor de daadwerkelijke uitvoering van de reorganisatie, conform het URD. De Directie Training en Operaties van staf CLAS heeft in maart de opdracht gekregen om volgens de afgesproken PRINCE2-systematiek deze evaluaties als een project op te lopen. Luitenant-kolonel Ronald van Essen is momenteel de opdracht aan het analyseren en formuleren. Hij doet dit samen met vertegenwoordigers van de brigadehoofdkwartieren, EODD en KCT.
Bijna alle burgers in de schalen 4 tot en met 12 krijgen begin mei een brief op huisadres, waarin staat dat zij tot een knelpuntcategorie behoren. Dat is confronterend. Toch betekent het niet meer dan de mogelijkheid om gebruik te maken van bepaalde regelingen als iemand zelf de organisatie wil verlaten.
De baas geeft antwoord Commandant Landstrijdkrachten luitenant-generaal Mart de Kruif had vorige maand heel wat uit te leggen. Tijdens zijn ‘rondje langs de velden’ gaf de landmachtbaas de commandanten van zijn eenheden een update van de reorganisatie. Daarbij gaf hij tijdens bijeenkomsten in Wezep, Apeldoorn, Schaarsbergen, Oirschot, Amersfoort en Utrecht open en eerlijk antwoord op diverse vragen van zijn ondercommandanten. Dat deed hij ook bij de studenten van Fontys Hogeschool Eindhoven. Hij ging begin april in discussie met de studenten voor de debatreeks Denk Groter (zie foto). Ook bij de studenten was de reorganisatie een gewild gespreksonderwerp, net als onder andere ‘keuze tussen leven of dood’, ‘leiderschap’ en ‘inzet in crisisgebieden’. Foto: AVDD
SBK-rekenprogramma beschikbaar Het rekenprogramma van het Sociaal Beleidskader (SBK) is beschikbaar. Met behulp van dit rekenprogramma kunnen medewerkers uit de knelpuntcategorieën, remplaçanten en herplaatsingskandidaten berekenen wat in het SBK opgenomen financiële regelen voor hen persoonlijk betekenen. Naast de mogelijke Bovenwettelijke WW-aanspraak kunnen met het programma de voorzieningen bij ontslag op verzoek worden berekend. Deze voorzieningen zijn de stimuleringspremie, de loonaanvulling en het gegarandeerd maandelijks inkomen. De module voorziet in een brutoberekening. Om een indicatie te krijgen van netto bedragen kan de zogenoemde ‘bruto-netto check’ worden gedaan. Via de startpagina van ‘Internet op de Werkplek’ beschikbaar onder de kop ‘Overheid Algemeen/Bruto-netto berekening’. Defensie is vooralsnog niet als aparte sector in dit programma opgenomen en zodoende moet bij de berekening de sector ‘Rijkspersoneel’ worden ingevuld. Het daadwerkelijk te ontvangen nettobedrag kan iets lager uitvallen afhankelijk van de situatie burger of militair. Kijk voor de rekentool op intranet: Portaal > P-portaal > Actueel > Nieuws > P nieuws 2012 > 2e kw 2012 > Downloads > Rekentool Defensie SBK 2012
22 | Landmacht
Met de status ‘knelpuntcategorie’ ontstaat de mogelijkheid gebruik te maken regelingen uit het Sociaal BeleidsKader die steun kunnen bieden bij de beslissing een positie buiten defensie te aanvaarden. Op deze manier wil Defensie de vrijwillige uitstroom bevorderen van personeelscategorieën, waarvoor in de nieuwe organisatie minder functies beschikbaar zijn. Het zegt echter niets over de individuele positie van deze medewerkers. Alleen door de vrijwillige uitstroom te stimuleren, zal straks minder gedwongen uitstroom nodig zijn. Op intranet en in de brief van begin mei staat meer uitgebreide informatie over de specifieke personeelscategorieën en de mogelijkheden die dit biedt.
Atlanta op intranet Kijk voor nieuws en achtergrondinformatie over Atlanta op intranet. Portaal > Koninklijke Landmacht > CLAS: Snel naar > Reorganisatiepagina Landmacht
Landmacht | 23
Hogere inzetgereedheid door virtueel trainen De commandoruimte in de YPR-simulator. Met de touchscreens en een joystick heeft de commandant het hele voertuiginstrumentarium tot zijn beschikking.
In twee groots opgezette hallen staan 37 spiksplinternieuwe simulatoren rijen dik naast elkaar. Van de CV90 zijn exacte replica’s nagebouwd. “Hiermee kunnen we leerlingen van onze initiële opleidingen straks een perfecte schiettechnische basisopleiding bieden en parate eenheden een goede tactische training”, vertelt commandant Tactische Indoor Simulator (TACTIS) majoor Chris Lukose. Momenteel worden de scenario’s voor de CV90 nog druk geschreven en de simulator getest. Naar verwachting is deze uiterlijk medio 2013 klaar voor gebruik. Tot die tijd wordt er al volop getraind op de overige twee type simulatoren, de YPR en de generieke simulator. De Bravo-compagnie van 45 Pantserinfanteriebataljon werkt zich op voor een oefenweek in Duitsland. Op individueel, voertuig-, pelotons- en compagnieniveau trainen ze schietprocedures (niveau 1 t/m 3) en tactisch optreden (niveau 2 t/m 4). De simulatoren kunnen door een netwerkkoppeling behalve stand-alone ook in onderling verband gevechtsacties uitvoeren. “TACTIS is een geweldig leermiddel om de basisvaardigheden onder de knie te krijgen of op te frissen,” volgens kapitein Sander Donker, commandant van de Bravo-compagnie. “Doordat we de basis hier zo goed kunnen trainen, zijn we in staat om de veldoefening naar een hoger niveau te tillen. We kunnen meer de diepte in met drills en kunnen de eenheid moeilijkere scenario’s voorschotelen. De vormingsdoelen, zoals omgaan met weinig slaap, stress en hitte of kou, kunnen we niet in de simulatoren trainen. Die extra dimensie komt er in het veld bij. TACTIS is dan ook zeker geen vervanger voor het echte werk, maar wel een efficiënte, leerzame en kostenbesparende voorloper.” Uitgebreider en uitdagender “De virtuele oefenmogelijkheden zijn op een aantal gebieden uitgebreider en uitdagender dan we in een ‘echte’ oefening kunnen realiseren”, vertelt commandant TACTIS. “Zo kunnen we een kanon defect laten gaan of het motorvermogen van een voertuig met vijftig procent terugschroeven. Situaties die in het echt kunnen ontstaan, maar tijdens een oefening in het veld niet te realiseren zijn. Met een
Tactische Indoor Simulator in gebruik In een virtual reality leren bemanningen van grondgebonden gevechtsvoertuigen voortaan de fijne kneepjes van schietprocedures en het tactisch opereren. Het Opleidings- en trainingscentrum Manoeuvre op de Bernhardkazerne in Amersfoort opende begin dit jaar de deuren van de Tactische Indoor Simulator voor reguliere trainingen.
dergelijk scenario dwingen we cursisten met de ontstane situatie om te gaan en alsnog hun doelen te behalen. Militairen worden met behulp van TACTIS dus nog beter klaargestoomd voor hun missie.” De werkelijkheid komt erg dichtbij in de cabines waar cursisten geconcentreerd hun taken vervullen. Het brandstofpeil is niet onbeperkt evenals de munitievoorraad. Met hun voertuigen opereren ze op een terrein van 75 bij 55 kilometer groot, waarop rijsporen zichtbaar blijven. Mits deze niet vervagen in een modderpoel, die door de regen ontstaan is. Overdag, tijdens schemer of pikdonker in
TEKST: Jopke Rozenberg-van Lisdonk FOTO’S: Sgt Eva Klijn, Hans Lebbe, AVDD
24 | Landmacht
Van de dertien CV90-simulatoren zijn er acht in een mobiele trailer gebouwd. Deze kunnen tot en met niveau drie op locatie worden gebruikt. Elke trailerset bevat haar eigen evaluatieruimte en werkplekken voor de oefenstaf om stand alone op te kunnen treden.
Landmacht | 25
Commandant TACTIS majoor Chris Lukose bij de CV90-simulator in één van de trailers.
De instructeur (l.) en observer trainer volgen de virtuele operatie live. Het ronde beeld rechtsboven laat het kijkveld van de schutter op dat moment zien.
De CV90-simulator is uiterlijk medio 2013 klaar voor gebruik. Momenteel worden de scenario’s geschreven en de simulator getest.
Een CV90-schutter traint zijn vaardigheden in de YPR-simulator. De chauffeur en commandant zitten in de twee cabines naast hem.
de nacht bewegen ze zich voort over heuvels, bergen, open vlaktes en door bebouwde terreinen. Burgers en dieren lopen over het scherm en ook de effecten van indirect vuur, mijnen en hindernissen worden realistisch nagebootst. Ondertussen ligt de oefenvijand, weliswaar voorgeprogrammeerd, op de loer. “We hebben een reeks voorgeprogrammeerde scenario’s beschikbaar, die gebaseerd zijn op het trainen van een allesomvattende takenlijst. Iedere eenheid van elke grootte moet deze kunnen uitvoeren, zoals offensief en defensief optreden”, legt majoor Lukose uit. “Maar ook maatwerk is mogelijk naar specifieke wens van de oefenende eenheid.”
optreden beoefend worden.” In de generieke simulatoren is plaats voor een commandant en chauffeur. Met een aantal touchscreens en een joystick vertonen de cabines op het eerste gezicht geen enkele overeenkomst met de binnenkant van een militair voertuig. “Het is onnodig en te duur om elk voertuig exact na te bouwen”, legt de commandant uit. “In deze simulator leiden we geen beginners op, maar trainen we ervaren personeel. De look and feel zijn dus minder belangrijk, zolang de juiste knoppen er maar inzitten, in dit geval dus op de schermen. Het gaat hier puur om het opfrissen en bijspijkeren van specifieke taken binnen de procedures en het tactisch opereren.”
touchscreens. De schutter heeft daarbij een ‘echte’ kijker hangen. “Die kijker is in vergelijking met de overige apparatuur in de YPR de meest gedetailleerde weergave van de werkelijkheid”, aldus de commandant. “Omdat de hele operatie digitaal wordt uitgevoerd, kunnen de instructeur en observer trainer live meekijken vanuit een andere ruimte. De instructeur kan zelfs het scenario ter plekke beïnvloeden door een defect aan een voertuig te veroorzaken of de weersomstandigheden te veranderen. Ook kan hij direct met de bemanning communiceren.”
prettig: “Na twee uur trainen kun je je niet altijd alles meer herinneren. Het is heel fijn dat je de beelden dan kan herhalen. Ook kunnen we het hele scenario dat we doorlopen hebben vanuit andere voertuigen zien en met een helicopterview bekijken. We krijgen zo een goed overzicht van het totaalplaatje, dat je nog bewuster laat nadenken en handelen.” Pelotonscommandant tweede luitenant John van den Bosch ervaart dit als cursist en tevens instructeur net zo: “Als cursist leer je erg snel.”
Hulptroepen In de trainingsscenario’s hebben niet alleen gevechtsvoertuigen een rol, ook de nodige hulptroepen kunnen worden ingeschakeld. “Een generieke simulator kan maar liefst zestien verschillende rups- en wielvoertuigen nabootsen, van gevechtsteun- tot gevechtsverzorgingssteunvoertuigen”, zegt Lukose. “De genie, een doorbraaktank, ziekenauto of viertonner kan geregeld worden. Zo kan het totale
Live De YPR heeft daarentegen een iets hogere werkelijkheidsweergave. Totdat de CV90-simulator klaar is voor gebruik, worden de CV90-bemanningen hierin getraind. Het instrumentarium is voor een tactische training wat dat betreft uitwisselbaar. De drie aan elkaar geschakelde cabines huisvesten een schutter, chauffeur en commandant. Ieder heeft een eigen instrumentarium dat weergegeven wordt op diverse
•
De YPR-simulatoren bestaan uit drie aan elkaar geschakelde cabines voor de commandant, chauffeur en schutter. Tot de CV90-simulatoren in gebruik worden genomen kan de bemanning hierin tactische vaardigheden trainen.
26 | Landmacht
After action review Het digitale netwerk neemt al het beeld en geluid van de virtuele operatie op. Een van de grootste voordelen van TACTIS is dan ook de nauwkeurige evaluatie die aan de hand daarvan mogelijk is. Het geregistreerde scenario kan in een zogenaamde after action review ruimte worden herhaald. Zelfs de specifieke beelden van de schutter zijn terug te zien. De totstandkoming van tactische besluiten kan door het overall beeld dan ook goed worden geëvalueerd. CV90-chauffeur soldaat Lars Bijsterbosch vindt de gedetailleerde terugkoppeling erg
Meer rendement In een relatief korte tijd en met een grote kostenbesparing kunnen skills and drills beter worden aangeleerd en uitgebreider worden geëvalueerd. “We hoeven geen tijd en geld te steken in het transport van personeel en materieel naar een trainingslocatie, ook vervallen de oefentoelages en de kosten van onderhoud en munitiegebruik”, somt commandant Lukose een aantal voordelen op. “De afsluitende oefening in het veld is in principe onveranderd en kost weliswaar hetzelfde als voorheen, maar door het hogere niveau ervan halen we er meer rendement uit. Een hogere inzetgereedheid in minder tijd en tegen lagere kosten. Virtueel trainen heeft wat mij betreft de toekomst.”
Het 360 graden scherm bovenop de simulator dat het zicht boven pantser nabootst.
Landmacht | 27
BIDKL geeft Duitse militairen naam en graf
‘Vermist is erger dan dood’
Obergefreiter Günther Cirkel en Gefreiter Johann Timmermann hebben na ruim 65 jaar dan toch een graf. De twee Duitse militairen zijn op 17 april tijdens een sobere ceremonie bijgezet op de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn. De Bergings- en Identificatiedienst Koninklijke Landmacht (BIDKL) helpt nabestaanden een decennialange periode van onzekerheid af te sluiten. TEKST: Ingmar Kooman FOTO’S: sm Maartje Roos, sgt Eva Klijn, AVDD
Badkamertegels, tl-verlichting en roestvrijstalen schouwtafels, je kent het wel van televisie. Beenderen, kledingdelen en uitrustingstukken liggen ordelijk uitgestald. Maar anders dan in tv-series als Crime Scene Investigation, NCIS of Bones draait het hier op Kamp Soesterberg niet om het vinden van de dader. De drie medewerkers van de Bergings- en Identificatiedienst Koninklijke Landmacht (BIDKL) zoeken naar namen.
28 | Landmacht
“Ook bijna zeventig jaar na de Tweede Wereldoorlog hebben we nog steeds onze handen vol aan het bergen en identificeren van oorlogsslachtoffers, burgers, militairen en verzetsmensen”, vertelt adjudant Geert Jonker, hoofd van de BIDKL. “In Nederland staan nog zo’n 4.500 vermiste militairen – tweederde Duitsers – en ongeveer 700 vermiste burgers geregistreerd”, legt hij uit. Jaarlijks hebben de specialisten van de BIDKL nog dertig tot veertig zaken onder handen. Niet alleen bergen, inventariseren en documenteren ze stoffelijke resten, maar de BIDKL spit ook archieven en medische dossiers door en correspondeert met nabestaanden om zodoende de identiteit van slachtoffers te kunnen vaststellen. Botten, boekwerken en bezitingen, alle wegen bewandelen de forensische speurders in hun identificatiequeeste. Eindsprint Gezichten van lang geleden staren je aan op het kantoor van de BIDKL. Zwart-wit foto’s van de ‘dossiers’ waar de BIDKL aan werkt. Want ondanks de tussenliggende decennia blijven de stoffelijke resten voor Jonker en zijn collega’s sergeant-majoor Patric van Aalderen en sergeant-1 Els Schiltmans mensen, benadrukt de adjudant. “Je werkt soms zo lang aan een dossier dat je het gevoel krijgt dat je iemand kent. Je weet soms meer van een slachtoffer dan zijn nabestaanden.” Van berging tot begrafenis, dat is de doelstelling van het werk van de BIDKL. Bijna zeven decennia na de oorlog begint de tijd wel te dringen, merkt Jonker op. “Nu doen we het nog voor de nabestaanden. Dat maakt het verschil tussen slachtofferidentificatie en archeologie.
Eventuele kinderen zijn nu op zijn minst zestigers. Dit zijn dus de jaren van de waarheid. Moderne technieken als DNA-onderzoek geven ons de middelen om nu een eindsprint in te zetten.” Al plaatst hij daarbij ook direct een kanttekening. “DNA is geen tovermiddel. Zit je in de verkeerde bloedlijn, dan is het niet bruikbaar.” De BIDKL sluit jaarlijks meerdere dossiers af. Maar tegelijkertijd komen ook nog steeds heel wat nieuwe zaken binnen, vertelt Jonker. “Boeren, metaaldetectorhobbyisten en aannemers brengen nog met enige regelmaat stoffelijke resten aan het licht. De politie schakelt ons dan in. Daarnaast werken we ook proactief. Zo openen we naamloze oorlogsgraven, bijvoorbeeld van Arbeitseinsatz-slachtoffers, om forensische gegevens te verzamelen en te vergelijken met namenlijsten van de Oorlogsgravenstichting.” (zie kader) Knagende onzekerheid Een berging mondt doorgaans uit in een begrafenis op een van de militaire erevelden. De lichamen van de in 2010 bij Sprang-Kapelle gevonden Günther Cirkel en de in 2009 bij Groesbeek opgegraven Johann Timmermann zijn op 17 april met beperkt militair ceremonieel bijgezet in Ysselsteyn, te midden van ruim 31.500 andere Duitse oorlogsdoden. Voorheen werd weinig ruchtbaarheid gegeven aan dergelijke herbegrafenissen, maar sinds 2009 wonen Duitse en Nederlandse militairen en civiele vertegenwoordigers de plechtigheid gezamenlijk bij. “Verzoening boven de graven”, zo noemt Jonker het. “Elk mens heeft recht op een waardige begrafenis. Ongeacht hun achtergrond zijn deze militairen iemands geliefde. Een echtgenoot, een vader of een broer. We geven nabestaanden de kans om alsnog afscheid te nemen.” Juist daarom gaat de BIDKL steeds heel secuur te werk, vaak jarenlang. Jonker stopt nog steeds tijd in dossiers uit de jaren tachtig. Een kwestie van “beroepseer”, zo stelt Jonker. “Vermist is erger dan dood. We nemen jaren van knagende onzekerheid weg. Je mag zoveel voor iemand betekenen, dat maakt het dankbaar en vooral heel nederig werk.”
Bijzondere band De Duitse begraafplaats in Ysselsteyn is in 1946 door de vroegste voorgangers van de BIDKL aangelegd. Tot 1976 werkten hier honderden militairen van de Gravendienst van het Regiment Intendancetroepen, met op het hoogtepunt vier gravendienstcompagnieën. Daarom heeft de plek een belangrijke plaats in de regimentsgeschiedenis van het tegenwoordige Regiment Bevoorradings- en Transporttroepen, waartoe ook de huidige BIDKL behoort. Bovenop de berging en identificatie van slachtoffers uit veldgraven ondersteunt de BIDKL ook de Oorlogsgravenstichting. Twee maal twee weken per jaar verplaatsen ze civiele rijksgraven naar de erevelden Loenen en Grebbeberg.
‘Verzoening boven de graven’
Landmacht | 29
Politietrainingsmissie Kunduz
Infanteristen verkennen Khanabad nemen? Welke vuursteun is mogelijk, werken de verbindingen over die afstand, en welke locaties zijn geschikt als heli landing sites om eventuele gewonden af te voeren? Tegelijk vindt overleg plaats met internationale coalitiepartners en de Afghaanse overheid. “Zo is het plan ‘Vervolgstap’ uitgebreid besproken met het hoofd van de politie in de provincie, generaal-majoor Qatra”, vertelt majoor Marx. “Elkaar informeren creëert betrokkenheid. Er is overlegd op welke manieren we aan de slag zouden gaan in het opleiden van agenten en het versterken van de justitiële keten. Door middel van Information Operations, zoals flyers en nieuwsberichten, is de bevolking uitgelegd wat de Nederlanders komen doen. Alles om zo goed mogelijk voorbereid aan de slag te gaan.”
TEKST: Kap Corné Dalebout FOTO'S: Sgt Eva Klijn, AVDD
De missie in Kunduz draait om het verbeteren van het politie- en justitieapparaat in de Noord-Afghaanse provincie. De rol van de landmacht is daarbij onmisbaar: dankzij specifieke landmachtexpertise is het werkgebied onlangs flink uitgebreid. Zondag 15 januari, even na 7.00 uur. “Ops, hier 11. Het pakket verlaat de base, uit”, meldt de pelotonscommandant over de radio. Samen met zijn opvolgend pelotonscommandant sergeant-1 Wopke de Jong leidt hij een colonne van tien voertuigen de poort van Kamp Kunduz uit, richting de vlakbijgelegen stad. Ditmaal is niet het centrum van de provinciehoofdstad Kunduz het einddoel. De voertuigen rijden door naar het verderop gelegen Khanabad. Voor het eerst verkennen ze de route en omgeving om goede situational awareness te krijgen voor de verdere ‘uitrol’ van de missie. Hoog in de lucht vliegt een Nederlandse F-16 die filmbeelden maakt van de verkenning. “Het doel is ook agenten te gaan opleiden en trainen in het district Khanabad, de tweede grote stad van de provincie”, legt majoor Peter Marx het doel van de verkenning uit. Marx is hoofd J3 bij de Politietrainingsgroep (PTG-2)
30 | Landmacht
in Kunduz en verantwoordelijk voor de planning en uitvoering van operaties. Analyse Om in Khanabad aan de slag te kunnen is vooraf een goede voorbereiding nodig. Een klus die de landmachters van de politietrainingsmissie in Kunduz op het lijf is geschreven. Het door Marx opgestelde Operatieplan Qadam-e-Ba-Adi (‘Vervolgstap’) beschrijft de uitrol van de PTG. “Uit de analyse bleek Khanabad de beste en meest haalbare optie om de missie verder uit te rollen over de provincie”, licht Marx toe. “De stad is dichtbevolkt, zodat community policing, het contact leggen tussen politie en bevolking (een belangrijk onderdeel van de Nederlandse politietrainingsmissie), het meeste effect heeft. Ook kunnen we als Nederlanders aan veel Afghanen tegelijk laten zien wat we komen doen. Daarnaast is de stad een
Sergeant-1 Wopke de Jong
Uitvoering Een verkenning moet volledige duidelijkheid verschaffen. Een relatief groot ‘pakket’ van tien voertuigen gaat op weg om ‘smoel te krijgen op het terrein’. Ook de commandant van de politietrainingsmissie, kolonel Nico van der Zee, en vertegenwoordigers van Buitenlandse Zaken gaan mee om in Khanabad de eerste contacten te leggen met de Afghaanse lokale bestuurders. Volgens sergeant-1 De Jong is er bij het vertrek sprake van een gezonde spanning. “Zoals altijd wanneer je de poort uitgaat”, zegt de ervaren infanterist, bezig aan zijn zesde uitzending. “Als je dat gevoel niet hebt, klopt er iets niet. Je moet altijd op je hoede zijn.” Want in Kunduz is wel degelijk sprake van dreiging. “Je kan zeggen dat er een soort van schijnveiligheid heerst”, stelt majoor Marx. “Er is wel degelijk dreiging, maar zolang je zelf niet aangegrepen wordt kan het lijken of het relatief veilig is. De rol van de landmachtmilitairen is enorm belangrijk voor het slagen van deze missie. Zonder landmacht kan geen
belangrijke doorvoerplaats voor handel richting Tadjikistan. Bij elkaar voor de Afghaanse overheid en ons voldoende reden om ook daar politie op te gaan leiden.” Planning De volgende stap, planning, is het in kaart brengen van de regio Khanabad. Daarbij moet op verschillende vragen een antwoord komen. Welke dreiging is er? Welke routes kunnen we
Majoor Peter Marx
politietrainer in Kunduz z’n werk doen. Ondanks de constante dreiging op de achtergrond moeten de infanteristen scherp blijven.” De majoor volgt de verkenning vanuit de Ops-room op Kamp Kunduz. “Vanwege de dreiging en omdat veel verschillende specialistische eenheden hun bevindingen moeten doen, gaat een grotere groep Bushmasters dan gebruikelijk de poort uit. Bovendien was het de eerste keer naar dit gebied, dan neem je geen risico.” Sergeant-1 De Jong is tijdens de verkenning de liaison tussen ‘het pakket’ en de Ops-room. Alle ondersteunende eenheden noteren hun bevindingen nauwkeurig. “Wat gelijk opviel waren de uitstekend verharde hoofdwegen tussen Kunduz en Khanabad. Onderweg fotografeerden we alle checkpoints van politie en leger die we tegenkwamen, brachten in kaart waar verharde wegen ophielden, en hielden rekening met de what if’s. Welke routes zijn kwetsbaar door beschadiging door smeltwater van naastgelegen riviertjes? Welke locaties zijn ‘ideaal’ om IED’s te plaatsen of ons in een hinderlaag te laten lopen?” Intussen worden ook de verschillende communicatieverbindingen gecontroleerd. De Jong: “Door stofdeeltjes en hitte kan er verschil zijn in bereik tussen zomer en winter. Niet onbelangrijk bij inzet verder weg buiten de poort van het basiskamp.” Op het districtshoofdkwartier van Khanabad, waar zowel de districtsgouverneur als het hoofd van de politie zijn gevestigd, houden vertegenwoordigers van de KMar, de commandant PTG en de civiele vertegenwoordiger van Buitenlandse Zaken besprekingen over het aanvangen van de trainingen medio maart. De landmachtinfanteristen die tijdens de missie altijd voor de beveiliging van de politietrainers van de KMar zorgen, lopen samen met hen intussen een kleine patrouille naar een nabijgelegen politiecheckpoint. “We maakten kennis en vertelden dat we Afghanen kwamen trainen. Daarop vertelde een Afghaanse agent dat ze enkele uxo’s (unexploded ordnance, nog niet geëxplodeerde voorwerpen, red.) hadden gevonden. Opnieuw waardevolle informatie. Onze EOD heeft de uxo’s gelijk meegenomen.” Tegen 17.00 uur die dag rolt het konvooi de
poort van Kamp Kunduz binnen. Marx kijkt tevreden terug. “Uit de verkenning bleek de bevolking vriendelijk en benaderbaar. En ook enthousiast over de politietrainingen die vanaf 17 maart zouden beginnen.” De koranverbranding en de daaropvolgende demonstraties in Khanabad gooien aanvankelijk roet in het eten. “Als vertegenwoordiger van een westers land ben je bij dergelijke incidenten direct betrokken. Gelukkig konden de Afghanen het onderscheid maken tussen Amerikanen en Nederlanders, wat het ons makkelijker maakte om weer te beginnen. Uiteindelijk is de start van de trainingen één week uitgesteld. Maar daarna is alles begonnen zoals plan. Dat is te danken aan de goede verkenning.” Ook opc Wopke de Jong kijkt tevreden terug op de verkenning, die een welkome aanvulling was op de ‘normale’ taken van de infanteristen van de A-compagnie van 44 Pantserinfanteriebataljon in Kunduz: het beveiligen en verplaatsen van politietrainers. “We hebben zoveel mogelijk groene dingen uit de verkenning gehaald. En het belangrijkste is: we zijn met z’n allen weer de poort binnengekomen. Dat voelt altijd goed.”
Landmacht | 31
Landmacht | Personeelsmutaties Militair personeel bevorderd
Militair personeel dienst verlaten
Majoor
Korporaal der eerste klasse
AJ Tatgenhorst (log td); JF van Rantwijk (inf );
JP Kloosterman (gn); M Lamsma (log b&t);
HG Smit (inf ); W Bisseling (log gnk); MHA
CS Winsser (vbdd); SAJ van Ooijen (gn); KWP
Maathuis (log b&t); TV Koks (gn); JFC Koevoets
Heuvelmans (inf ); ML den Boer (cav); J Knol
(gn); F Bruining (vbdd)
(vbdd); DDJ van Amersfoort (cav); RW Benschop (vbdd); P van Oers (log gnk); M Beuker (log
Kapitein / ritmeester
b&t); K van de Hoek (inf ); MH Duitshof (vbdd); J
HT Mensink (vbdd); I Oud (log gnk); TGM Hunck
Sonderen (inf ); R Kromkamp (gn); T Zonnebeld
(lo/s); RPE Wiche (log gnk); PJP Schraven (log
(gn); R Böhre (inf ); S Kamphuijs (vbdd); I Smith
gnk); A Glasbergen (log gnk); D Bovens (log
(inf ); PCC Gottenbos (inf ); CAA Sendar (log
gnk); YV Versloot (log gnk); RJ Hofman (gn); P
gnk); N Hofstee (vbdd); F Snel (gn); FJ Visser
Verdonschot (log ma); PI la Grand (log b&t); TW
(log td); RS Vermeer (log td); MLG Baggen (log
van der Schoor (log b&t); GJ Witsel (log ma); Y
td); NB de Heus (log td); DAJ Ouwerkerk (log
Spelbos (inf ); M Diepstraten (inf ); PF Geway
td); KWN Busch (log td); GA Groenhof (log td);
(cav); MC Verschoor (log td); BC den Turk (art)
T Hendriksen (log td); AL Geerlings (log td); L Roo (log td); D Noppe (log gnk); KML Verstraten
Eerste luitenant
(art); SM Hesen (inf ); R Copper (inf ); KH Broos
JH Dumoulin (art); PFL Trum (gn); HM Klifman
(inf ); R Peters (inf ); H Claassen (gn); AW Pierik
(gn); MP van Putten (gn); A van der Wielen (log
(cav); W Baljet (inf ); KP Nijman (inf ); W Koedijk
gnk); N Hulshof (art); FA Segeren (gn); TMJ van
(inf ); WA van den Broek (inf ); SE de Vries (art);
Beek (log b&t)
L Hendrix (inf ); MJH Pouwelsen (log td); S Verheul (inf ); LM Williams (log b&t); K van
Tweede luitenant
Delft (gn); RS Dors (inf ); A Ras (inf ); RHM van
PFP van Spaendonck (vbdd); TR Messelink (inf );
den Berg (inf ); I Fontijn (inf ); F Phielix (inf );
MOW Maessen (log b&t); AJ Dekker (log gnk);
JH Kingma (inf ); FH Kosterink (log gnk); D
MD Weistra (cav); PJ van Betten (log b&t); JTB
Kootstra (log alg); M Filarski (inf ); L Wensink
Levöleger (inf ); IH Jacobs (gn)
(gn); LR Duin (inf ); D van Olst (gn); B Bakker (gn); A van Wijnen (art); R Lebbink (gn); L
Adjudant
Bos (cav); I Koçak (gn); D Apperlo (gn); B van
AF van den Berg (inf )
Zuilekom (gn); TV Kemble (log b&t); L van der Zee (cav); PM Awuy (inf ); R Netten (inf )
Sergeant-majoor / opperwachtmeester D Bakker (log td); PIG Bakkes (inf ); MH de Jong (log b&t); AD de Gunst (inf ); CG Binsma (inf );
Burgerpersoneel bevorderd
M Doorn (log gnk); SJH Lemmens (log ma); S van Dam (inf ); FG Linders (inf ); SM Swerissen
Schaal 11
(vbdd); CWR Ma (log ma)
MT Hoogeveen
Sergeant der eerste klasse / wachtmeester der eerste klasse
MGF Poelen
van der Giesen (inf ); DH van Ee (inf ); LF Sawi
Schaal 9
(inf ); R Bon (inf ); JG Bos (cav); BA Herkemij
CNM Jongbloets
(inf ); B Huisman (inf ); RB Herkemij (inf ); GH Nieveen (log gnk); M Krol (cav); TAGL Hagelaar
Schaal 8
(log td); N Kraaijenoord (inf ); D Steenbergen
AT van de Kraats
(cav); JC Sebregts (inf ); JE Hoekstra (inf ); P Stienstra (inf ); HJ Vreeswijk (inf ); PPJ van
Schaal 7
Twuijver (log gnk); R Moesker (vbdd); JE
RH van der Kant
Bertholet (inf ); J Druiven (log td)
Schaal 5
Majoor BH Pakes (inf ); GM van Rheenen (log b&t); MGU Smits (log b&t); J Vrij (inf ); H Wessels (cav); Kapitein / ritmeester E Brink (log td); JA Kolkman (cav); PHM Koopmans (inf ); JACM Laurijsse (log b&t); STH Meijs (log b&t); PJ Rijpkema (log b&t); JMJ Steins (log b&t); S Thomas (log gnk) Eerste luitenant W Boetzkes (log b&t); WJL Hexspoor (log td); MPJ Jansen (luart); DD Klaverweide (log td); RPJ Koolen (inf ); ASC Schutter (gn); JHC Timmers (log ma); R Vaassen (inf ); CJ van Wingerden (log gnk) Vaandrig / kornet RW Albers (cav) Adjudant R van den Broek (log gnk); F Garagoski (vbdd); HR Hanenburg (log gnk); RR Hensen (log b&t); ARJ Horstman (log td); HPNM van den Hout (log b&t); AHE Kerkhof (vbdd); MAS Richters (log td); HG Stapper (log b&t); GLH van de Weijer (log ma)
Burgerpersoneel dienst verlaten
Sergeant-majoor / opperwachtmeester D Bersma SM (log b&t); JG Boerssen (log td) Sergeant der eerste klasse / wachtmeester der eerste klasse W Blankert (log td); LWA Coenen (log td); IIT Diepens (log b&t); KA van Helden (lo/s); YTP Koziol (vbdd); J Muizelaar (log td); L Neervoort (log ma); R Rensen (vbdd); H Rooijmans (log b&t); SH Tijssen (gn); A Velzen (gn)
Herdenkingen
JWF/ISAF Datum: zaterdag 2 juni 2012
Stichting Indië Gedenktekens Breda/Oosterhout
Locatie: Johannes Postkazerne te Havelte
Datum: donderdag 14 juni 2012
Bijzonderheden: 1e grote reünie van de JWF-
Locatie: Trip van Zoudtlandtkazerne te Breda
vereniging. Alle JWF’ers van de missies 1 (NLD) Lt Inf
Bijzonderheden: herdenking van de slachtoffers
det, DTF, BG-1, BG-5, BG-11 en PTG-1 zijn van harte
in voormalig Nederlands Indië. Behoort u tot
welkom. Ontvangst vanaf 09.30 uur, KEK-gebouw.
degene die wil komen, maar voor 1 mei geen
Evt. pendelvervoer vanaf NS-station Meppel.
uitnodiging heeft ontvangen, neem dan contact
Info en aanmelden: Info via www.jwfvereniging.nl,
op met: Jef Maanders, Speelhuislaan 50, 4815 CG
inschrijven via Kap J.J. Mes,
[email protected]
Breda, 076-5711500,
[email protected]. U ontvangt dan per omgaande een uitnodiging
Vereniging Veteranen Vredesmissies GFPI
met antwoordkaart.
Datum: zaterdag 2 juni 2012 Locatie: Generaal-majoor de Ruyter van Steveninckkazerne te Oirschot
Bijeenkomsten
Bijzonderheden: alle militairen die samen met het en ongeacht het wapen of dienstvak, zijn welkom op
3e Landmacht medezeggenschapsopleidingsdag
de reünie, met partners en kinderen. Het programma
Thema: “Medezeggenschap en reorganisaties”
begint om 09.30 en duurt tot 16.00 uur.
Datum: dinsdag 5 juni 2012, 09.00 - 16.00 uur
Info: www.vvvgfpi.nl
Locatie: Kromhoutkazerne, gebouw V05
regiment ooit zijn uitgezonden, waar ook ter wereld
Waterliniezaal
Balkanreünie 13GNK Datum: zaterdag 9 juni 2012
Lotgenotencontactdag
Schaal 11
Locatie: Generaal-majoor de Ruyter van
Gewond geraakt tijdens een missie?
R van den Brink, R van der Heide, G Malenstein,
Steveninckkazerne te Oirschot
Op 14 juni 2012 organiseert het
JR Vaneman
Bijzonderheden: Balkanreünie voor geneeskundig
Commando Landstrijdkrachten (CLAS)
personeel van 13 Mechbrig en 13 GNK en die onder
een lotgenotencontactdag op de Johannes
Schaal 9
bevel van 13 GNK uit zijn gezonden naar de Balkan. In
Postkazerne te Havelte. Deze dag staat in het
RP Eysma, PPA Twigt, JW van de Ven
en om de "pub" van 13 Gnkcie.
teken van aandacht en erkenning voor alle
Info: https://www.facebook.com/LvvgnkdZuid
militairen, ongeacht het defensie onderdeel,
Aanmelden:
[email protected]
die op enigerlei wijze gewond zijn geraakt
Schaal 8
tijdens een missie, zoals de International
A van Haaren, PA de Koning, W Noordveld, H
D/Stiercie BG6 TFU IV
Security Assistance Force (ISAF) missie in
Datum: vrijdag 20 juli 2012
Afghanistan. Militairen, die behoren tot de
Schaal 7
Locatie: Stierenbar “de Hartsvanger”, Oranjekazerne
doelgroep en nog geen uitnodiging hebben
GBR Grouve, GJ Hogevonder, D Jansen, EW
te Schaarsbergen
ontvangen, kunnen zich melden via e-mail
Scharree
Bijzonderheden: Voor al het personeel die ingedeeld
[email protected].
waren bij de D/Stiercie. Ontvangst tussen 16.00u en
U ontvangt dan alsnog een uitnodiging.
Pol, A Wolthof
Schaal 6
17.00u. Eigen bijdrage 5 euro (ter plaatse te betalen).
JWH den Boef, GJM de Brouwer, JF Coenraad,
Opgave voor 10 juni 2012 incl eventueel overnachten
M van Essen, HH Krijt, DJ Leemkuil, WA Visser,
Info en aanmelden: Majoor F. Bal,
[email protected]
CE Wieman
of Aooi T.A. Monster,
[email protected]
Schaal 5
403 BI - 6/1 RI
K Heywood, HJM du Long
Datum: dinsdag 11 september 2012
In Memoriam
Locatie: Johan Willem Frisokazerne te Assen
Schaal 4
Info en aanmelding: Henk van Dalen, 0521-513280.
De heer G. van Empelen,
HPL de Bruijn, M van Hal, G Kroes, R van der
De bekende adressen krijgen bericht.
voorzitter AAC Onderofficieren
Linden, P Lisman, GW Pol
PW Groters
BAS Smeekens (inf ); HJ Eilander (lo/s)
Schaal 4 GW Grootenhuis
32 | Landmacht
Luitenant-kolonel AJJE Goedmakers (rk gv); GP van de Haar (inf ); T Kooijman (log b&t); L van Pelt (log td); F de Rijder (log b&t); JF van 't Root (log gnk); JJM Wery (inf )
M Stok (log b&t); Korporaal der eerste klasse K Boorsma (gn); JSA Dijkman (log ma); M Edens (log b&t); KDM Engels (log b&t); D Geurts (vbdd); S Goossens (log td); SJ Grijpstra (log td); M de Groot (log td); KCJE Hartman (log b&t); P Hovestad (gn); MV Jacobs (vbdd); R de Jager (log b&t); F de Jonge (log gnk); M Koele (gn); W Koers (log b&t); DJG Koershuis (inf ); DD van de Laarschot (inf ); ZM Naujoks (log b&t); J Norbruis (log td); H de Pater (gn); K Peerebooms (log b&t); N Prins (log gnk); J Reedijk (luart); RAW Rehatta (cav); D van Schoonhoven (art); DJ Schoonhoven (log td); TBP van der Sluijs (gn); RG Smook (cav); FG Snijders (gn); JP Somers (inf ); BAM Spijker (gn); AJ Stolk (inf ); RVH Thomas (log td); MA Versluis (gn); RJ Vollenberg (log b&t); MCJ de Vries (log b&t); K Wildeboer (inf ); HB Zwama (log td)
Schaal 10
CJ de Wildt (inf ); BM van den Heuvel (cav); P
Sergeant / wachtmeester
Kolonel JCM van Lieverloo (rk gv); JHM Stumpers (cav)
Reünies
Sergeant / wachtmeester S Burema (log b&t); J Constable (luart); RJ Kloof (log td); MMJ Robbe (log b&t);
Landmacht | 33
Landmacht | Korte berichten
Landmacht | Photoshoot
Army Urban Run: hardlopen, maar dan anders Stichting Marathon Eindhoven houdt zondag 20 mei in samenwerking met 13 Gemechaniseerde Brigade op Legerplaats Oirschot de eerste Army Urban Run. Het is een hardloopevenement over acht kilometer met negen hindernissen, uitgezet op Legerplaats Oirschot. De negen hindernissen bestaan uit een mix van natuurlijke hindernissen en obstakels, die door sportievelingen goed te bedwingen zijn. De uitdaging bij de Army Urban Run ligt vooral in de afwisseling en het feit dat je steeds uit je ritme wordt gehaald. Op het parcours passeren hindernissen als 'the giant stairs', 'the wall', 'the wet surprise' en 'cakewalk'. Brigadegeneraal Michiel van der Laan, commandant 13 Gemechaniseerde Brigade: “Voor ons is de Army Urban Run een mooi evenement om onze maatschappelijke betrokkenheid te tonen. Voor Stichting Marathon Eindhoven is het een prachtkans om gebruik te maken van de aanwezige kennis en faciliteiten.” De start van de Army Urban Run is om 11.00 uur. Inschrijven kan via de website van Marathon Eindhoven, www.marathoneindhoven.nl. Er geldt een limiet van maximaal 1.000 deelnemers en een minimum leeftijd van 16 jaar.
Tactiek om te begrijpen
Tim Timmermans stuurde een bijzondere foto met een net zo bijzonder verhaal in uit zijn diensttijd. “We zaten in de SFOR-missie in 1997 met 1 (NL ) Morbat Radar 2 geplaatst boven op een berg in Pavlovici”, schrijft Timmermans. “Op een dag waren we op de terugweg van Banja Luka naar Pavlovici. We reden met de viertonner achter de YPR. Ineens zag ik dat de linkse track
Oproep | Photoshoot Heb je ook een leuke, mooie of spannende foto gemaakt tijdens een oefening, uitzending of op de kazerne? Stuur deze op naar de redactie van Landmacht, voorzien van achtergrondinformatie zoals waar en wanneer de foto is genomen, welke eenheid of personen te zien zijn en waarom de foto zo bijzonder is. De foto moet voldoende resolutie hebben, bij voorkeur 1 MB of meer, vanwege de afdrukkwaliteit. De foto, bij voorkeur, mailen naar:
[email protected] Postadres: Staf CLAS, sectie Communicatie T.a.v. redactie Landmacht / Photoshoot MPC 55A Postbus 90004 3509 AA Utrecht Geplaatste inzendingen worden beloond met een Victorinox Multi Tool!
34 | Landmacht
begon te roken. Over de radio probeerde we de mariniers te waarschuwen, maar toen knapte de track en de YPR schoot tegen een rotsmuur en daarna naar links een paar meter omlaag de rivier in. De YPR dreef heel snel met de stroom mee, de drie mariniers stonden heel snel op het dak. Uiteindelijk zonk de YPR, maar de mariniers bleven ongedeerd.”
Landmacht | Redactieraad Voor ideeën en opmerkingen over het blad Landmacht kun je terecht bij de leden van de redactieraad: Staf OOCL: OTCRij: KCT: OTCo: 1CIMIC: CoLua: JISTARC: OTCMan KC: Korps Natres: OTCMan: OTCOpn: OOCL: DP&O: 1 (GE/NL) Corps:
maj Tjeerd Dijkstra aooi Leo van Meerendonk sm Dennis Brouwer maj Henk Asma tlnt Evert-Jan Daniels elnt Jurriaan Esser aooi Erik Vriens aooi Paul Fontein kap (r) Fred Warmer maj Henri Kuijpers kap Corné van den Berg aoo (R) Roel van Essen kap Anne-Marie Berndsen lkol Ronald Weemering
*06 573 71426 *06 549 97304 *06 589 58022 *06 560 81806 06-15900334 *06 494 2059 *06 536 57934 *06 500 61069 *06 573 73107 *06 500 63025 *06 500 63086 *06 573 71708 *06 560 81169 *06 801 2091
Is jouw eenheid nog niet vertegenwoordigd in de redactieraad en praat je graag eens in de twee maanden mee over de inhoud van het blad? Neem dan contact op met de redactie van Landmacht:
[email protected]
In maart 2009 kwam de eerste druk van ‘Tactiek om te begrijpen’ uit. De aankondiging dat militaire tactiek simpel is, maar er tot nu toe weinigen in geslaagd zijn de complexiteit van het gevecht begrijpelijk weer te geven, trok de aandacht. Vooral jonge kaderleden en kaderleden in opleiding, besloten het boek aan te schaffen. Inmiddels is het boek toe aan zijn derde druk en is het ook in het Engels verkrijgbaar onder de titel “Tactics Made Easy”. De auteurs hebben met een beschrijving aan de hand van slechts vier grondbeginselen, inhoud gegeven aan het ‘waarom’ van de tactiek. Basisprincipes worden uitgelegd aan de hand van tactische voorbeelden in alle soorten terrein en omgevingen uit het verleden, maar ook van de recente praktijk in Uruzgan. De principes zijn rijkelijk geïllustreerd met beeldmateriaal. Ook de rol van de commandant wordt niet vergeten. Er worden twee hoofdstukken aan gewijd: ‘de commandant en het terrein’ en ‘de rol van de commandant’. Door deze beschrijving ontstaat op heldere wijze inzicht in de essentie van de tactiek waardoor betere beslissingen mogelijk zijn. Het boek is niet dik en leest gemakkelijk. Het blijft boeien tot en met de laatste bladzijde en prikkelt de interesse. Geschikt voor sergeant tot generaal. Tactiek om te begrijpen, O.P. van Wiggen, Th. Pollaert en E. Jellema. Tekeningen: Wim Rietkerk en Emile Post. ISBN: 978-90-811599-2-0.
[email protected]
Salarisbetalingen 2012 Met ingang van 1 januari 2012 wordt de papieren loonstrook niet meer verzonden. Na de maandelijkse salarisberekening ontvangt u een mail met de loonstrook als bijlage op uw werkmailadres. In 2012 wordt het salaris op de volgende datums overgemaakt: Donderdag
24 mei (incl vakantiegeld)
Vrijdag
22 juni
Dinsdag
24 juli
Vrijdag
24 augustus
Maandag
24 september
Woensdag
24 oktober
Vrijdag
23 november (incl eindejaarsuitkering)
Vrijdag
21 december
Landmacht | 35
Landmacht | Waargenomen Verzorgingstehuis Beth San in Aalten vormde in april twee weken lang avond aan avond het toneel voor een grootschalige ontruimingsoefening waarbij diverse brandweerkorpsen uit de regio Oost-Nederland en geneeskundige afvoergroepen van 410 en 411 Geneeskundige Opvang- en Afvoercompagnie nauw samenwerkten, in een oefenscenario met een hoog realiteitsgehalte. Het verzorgingstehuis is onlangs verhuisd naar een nieuwbouwlocatie. Dit bood brandweerkorpsen uit de Achterhoek de mogelijkheid het leegstaande oude tehuis te benutten voor een ontruimingsoefening. Een oefening compleet met alle ingrediënten die het hart van een brandweerman sneller doen kloppen: water, rook en vuur, maar helaas ook vele slachtoffers. De hulp van de landmacht was dan ook meer dan welkom. TEKST: kapitein Patrik Ruikes | FOTO: Rinke Hagens
36 | Landmacht