Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Laatste bewerking ©E.R. van Crugtenc, 22 september 2013.
I
n het jaar 1500 juli 20, des manendaighz nae alre apostolendach: Mertijn Tessers en zijn vrouw Aleide dragen aan Joest Ronden van Venlo en diens vrouw Marie over de erfrente van 12 rijnsguldens volgens de akte van 1480 april 51, die wordt getransfigeerd. Oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Dederick Hillen en Dederick Roffert, schepenen te Roermond 2. In het jaar 1501 augustus 23, op sent bartholomeusdach apostoli: Peter van der Heyden, de kremer, schenkt met toestemming van zijn vrouw Dorothee aan Derick van Zuchtelen als meester van de broederschap van O.L. Vrouw "op der porten" teneinde een lamp te laten branden de erfrente vermeld in de akte van 1448 september 16 3, die wordt getransfigeerd. Oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Dederick Hillen en Heynrick van der Kraicken, schepenen te Roermond4. In het jaar 1501 december 14, des dinxdaigz nae sent luciendach virginis: Lysbeth van Theendhaven, begijn op de "Nuwenhaeve" te Roemrmond, schenkt aan Derick van Wessem Johanszoon de erfrente vermeld in de akte van 1473 juli 1 5 die wordt getransfigeerd. Oorkondders: Dederick van Kruchten, richter, Heynrick Geldoffz en Johan van Hueckelhaven, schepenen te Roermond6. In het jaar 1502 januari 25: Dederick van Kruchten, richter van Roermond 7. In het jaar 1502 augustus 17, des guensdaigz nae onss liever vrouwendach assumptionis: Bij een verkoop van een erfrente zijn de oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Lambrecht Pijll en Gerart Kremer, schepenen te Roermond8. In het jaar 1502 oktober 18, op sunt lucasdaigh evangeliste: Bij een verkoop van een erfrente oorkonden: Dederick van Kruchten, richter, Heynrick Geldoffz en Johan van Huckelhaven, schepenen te Roermond9. Tussen de jaren 1504-1513: Dirk van Cruchten, komt voor in de lijst de sculteti en rechters10. In het jaar 1504 maart 1, des vrijdaigz nae sente mathiasdach apostoli: In een akte omtrent een erfrente zijn oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Dederich Hillen en Johan van Hueckelhaven schepenen te Roermond11. Op dezelfde dag oorkonden in een akte omtrent een schenking van Heynrick Geldoffz aan Johan Benedicti, pastoor, enz.: Derick van Kruchten, richter, Dederick Hillen en Johan Hueckelhaven, schepenen te Roermond12. In het jaar 1504 maart 17, op sente geertrudendach virginis: Reyner Goltsteyn verkoopt met toestemming van zijn vrouw Agnese aan Gaidert Pelser als meester der huisarmen te Roermond de erfrente vermeld in de akte van 1482 april 2213 die wordt getransfigeerd. Oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Steven van Venray en Gerairt van Rey, schepenen te Roermond14. In het jaar 1504 april 21: Dederick van Wessem Janszoon schenkt aan Johan Bebedicti, pastoor, Kerstken van den Velden, vicaris, en Heynrick van der Kraicken en Gerart van Rey, kermeesters der parochiekerk van St. Christoffel, voor het zingen van de zevengetijden op vrijdag volgens de ordonantie en goeddunken van de raad van Roermond en de prior van de Karthuizers, de erfrente vermeld in de akten van 1501 december 1415 en 1502 augustus 1716 die worden getransfigeerd. Oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Arnold Neutkens en Dederick Hillen, schepenen te Roermond17. In het jaar 1504 mei 17: 16
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Dederich van Cruchten (richter en schepenen van Roermond) oorkonden over de overdracht van een erfrente van 1 rijnsgulden, vermeld in de akte van 1495 mei 1 18, die wordt getransfigeerd, aan (de broederschap van het H. Sacrament in de parochiekerk)19. In het jaar 1504 augustus 19, des maendags nae onser liever vrouwendach assumptionis: Peeter Budelmecker verkoopt aan Rabet van Dursdale en Leonart van Hueckelhaven als meesters der broederschap van O.L. Vrouw "op der porten", die nu in de parochiekerk gehouden wordt, de erfrente van 4 overlandse rijnsguldens vermeld in de akte van 1500 juli 1320, die wordt getransfigeerd. De rente zal als volgt worden besteed: 3½ gulden voor een wekelelijkse mis op vrijdag en 1½ gulden om een door verkoper gefundeerde erflamp te laten branden. Oorkonders: Dederick van Cruchten, richter, Arnt Neutkens en Dederick Hillen, schepenen te Roermond21. In het jaar 1504, 6 september: "Int jaer onss Heren dusent vijffhondert und vier des vrijdachs nae sent Remakels dach episcopi." Dederick van Kruchten, richter, Gerairt van Rey en Gerairt Kremer, schepenen van Roermond, oorkonden dat Dederick van Zuchtelen en Helenen zijn vrouw, aan pater Lambrecht Nijs van het convent van Mariagarde een cijns van 36 schellingen die het klooster hen voor de Halenrecamp moest betalen, hebben kwijtgescholden in ruil voor een erfmemorie en jaargetijde. Deze cijns had Dederick van Zuchtelen geërfd van zijn broeder Herman22. In het jaar 1505, 23 oktober: "Op sent Severijnsdach episc. anno etc. quinto." Hertog Karel, van Dirk van Cruchten, scholt te Roermonde, toen hij naar Brabant reed, een grauwen hengst hebbende doen kopen voor 100 gulden, vergunt hem dit geld uit de opbrengst der lopende schatting in te houden 23. In het jaar 1506 juli 1, op onser liever vrouwenavont visitionis: Gaidert Heeltz, priester, Margarethe van den Poll en Katharine van Tefelen, begijn, als executeurs-testamentair van Sanne Poickens, begijn, en Vreedze Emckens met toestemming van Bele, zuster van Sanne, als erfgenaam van Sanne, schenken aan Johan Benedicti, pastoor, en Johan Ulman, kerkmeester van de St. Christoffelkerk t.b.v. het "geluchtz" van de zevengetijden een erfrente van 5 rijnsgulden uit de erfrente van 19 rijnsgulden die Sanne heft uit de huizen en erven c.a. genaamd "Yn 't Hertzhoren", gelegen in de Neerstraat bij de Markt naast het steegje bij het huis van wijlen Dirick van Kruchten, welke rente Vreetze en Bele, haar zuster, hebben geërfd. Oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Gerairt van Rey en Johan Hueckelhaeven, schepenen te Roermond24. In het jaar 1507, 16 maart: "Gegeven in 't jair onss Herren duysent vijffhondert ende seven des ssesteenden daigh in martio des maendtz." Dederick van Cruchten, richter, en Arnt Neutkens en Gerairt Kremer, schepenen te Roermond (overdracht grondrente)25, verklaren, dat Arnt Stails met toestemming van Kathrijn, zijn echtgenote, overgedragen heeft aan Gerart van Weerde en Lysabet een grondrente van een Rijnse gulden als vermeld in de getransfigeerde akte. In het jaar 1507 november 22, op sente ceciliedagh virginis: Bij een verkoop aan de parochiekerk oorkonden: Dederich van Kruchten, richter, en Dederick Hillen en Johan van Hueckelhaven, schepenen te Roermond26. In het jaar 1508 januari 1, op den heyligen jairsdach: Bij een schenking aan het broederschap van St. Eligius oorkonden: Dederick van Kruchten, richter, Gerairt van Rey en Rabet van Dorsdale, schepenen te Roermond 27. In het jaar 1508 april 10: In een akte van ontvangen van een erfrente oorkonden: Dederich van Cruchten, richter, Dederick Roffert en Heinrick van der Craicken, schepenen te Roermond 28. In het jaar 1509: Akte van overdracht voor de rechter en schepenen van Roermond door Ghijs van Kruchten aan overste Lysbetchen van Oirle van een jaarrente uit het huis van wijlen Claes Ploeg, gelegen naast het Begijnhof29. 17
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
In het jaar 1509 augustus 4: Dederick van Kruchten, richter van Roermond 30. In het jaar 1509 november 21, op sente cecilienavont virginis: Bij een akte omtrent een erfrente oorkonden: Dederick van Kruchten, richter, Aernolt Neutkens en Dederick Hillen, schepenen te Roermond31. In het jaar 1510 maart 19, dess dynxdaichs nae sente gertruydendach virginis: Bij een verkoopakte oorkonden: Dederick van Kruchten, richter, Heynrick van der Kraecken en Rabeth van Dorsdale, schepenen te Roermond32. In het jaar 1511 mei 21: Omtrent een erfrente van een huis in de Swalmerstraat oorkonden: Dederich van Kruchten, richter, Rabeth van Dursdaell en Dederick van Zuchtelen, schepenen te Roermond33. In het jaar 1512, Symensdag: Dederick van Cruchten, (een familielid van Johan van Cruchten, 40 jaar later in 1552), richter, met Gerairt van Rey (of: Gerart van Reijde) en Johan van Huchelkoven, schepenen in de akte van 1512 Symensdag, waarbij Gerard Baix, Mathias Scrijver machtigt Jacob van Mechelen, zijn zwager, op te treden. Zijn zegel is ongeveer gelijk aan die van Johan van Cruchten bovengenoemd!34 In het jaar 1513, 6 april: "Gegeven im jaer onss Heren duyssent vuffhondert und darteen des sesden daigh in den april des maendts." Diederich van Kruchten, schout, Gerart van Rey, Diederich Vessen, schepenen van Roermond, oorkonden dat Lysabet Peters aan Henrich Stocx en Katrinen Geverts 1 staal land verkocht heeft, gelegen tussen het land van Henrich Stocx en Hueben up Graeth35. In het jaar 1513, 9 april: "Int jair ons Heren duysent vijffhondert ende dorteen, des niegenden daigs in den april des maendts." Diederick van Kruchten, richter, Gerart Kremer en Diederick Vercken, schepenen te Roermond, oorkonden dat
Familie Van Lom(me)36
Familie Van Durdael37
Conrairt Kriekelmans, de apotheker, aan Jacob Bruysen, pater van het convent van Mariëngarde, geschonken heeft een pacht van 7 malder rogge jaarlijks, losbaar met 150 courantse Rijnse guldens 38. In het jaar 1513 mei 16, des manendaichz nae sent sevaesdach episcopi: Bij de verkoop van een erfrente oorkonden: Dederick van Kruchten, richter, Gerairt van Rey en Dederick Hillen, schepenen te Roermond39. In het jaar 1513 december 30, des frijdaechs nae st. thomasdaech apostoli: Dederich van Cruchten (richter, en schepenen van Roermond) oorkonden over de vestiging van een erfrente van 1½ rijnsgulden uit een huis bij de Koolpoort (Kaelpoerte) en uit een stuk land van 10 staal buiten de Nielderpoort40. 18
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Tussen de jaren 1515-1527: Dirk van Cruchten, komt voor in de lijst de sculteti en rechters41. In het jaar 1516 augustus 20, op sint bernardusdach abbatis: Willem van Vrymershem verkoopt met toestemming van zijn vrouw Lisabette aan Johan van Lom en diens vrouw Margrieth van Vernich de erfrente vermeld in de akte van 1508 april 1042 die wordt getransfigeerd, welke rente losbaar is met 50 guldens. Oorkonders: Dederick van Cruchten, richter, Rabeth van Dursdaell en Goddart van Nederhoeven, schepenen te Roermond43. In het jaar 1517, 23 april: Op St. Jorisdag verkocht Jan van Lomme, burgemeester van Roermond, met toestemming van zijn zoon Johan van Lomme en van zijn schoonzoon Dirick van Cruchten, scholtis van Roermond, een beambt van 5 roeden in het gericht van Velden op de Maas tegenover Grubbenvorst, naast het land van jhr. Derick van Dript, aan het klooster. Jan van Lomme had dit beambt eerst aan zijn dochter medegegeven, doch later wederom beschut! 44 In het jaar 1517 november 14, des saterdaichz nae sent mertijnsdaich episcopi: Herman van den Berghe verkoopt met toestemming van zijn vrouw Griete aan Johan van Lomme en diens vrouw Margryet van Vernich een erfrente van 6 rijnsguldens gaande uit de volgende onderpanden: een erfpacht van 15 malder rogge uit het huis op de Swalmerstraat, "tegen der Heggestraeten", eigendom van Wylhelm van Vrymmershem, gelegen tussen die van wijlen Jelis Kremer en Gaedert Voegels, zoals deze erfpacht door verkopers vrouw is verworven van haar ouders bij deling tussen haar broers en zusters; uit een huis in de Schoenmakersstraat, naast de poortweg van wijlen Wilhelm Shanen, dat eertijds van wijlen Peter van der Mylen was en door verkoper van zijn moeder bij deling met zijn broer Johan van den Berghe is verkregen; uit 2/3 van het huis op de Swalmerstraat, gelegen tussen het huis "in die Catt" en dat van Johan Ziegelers, zoals Griete van haar ouders heeft verkregen. Aangezien van de erfpacht van 15 malder rogge er reeds 10 zijn belast belooft verkoper deze vrij te zullen maken. Oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Dederick Vercken en Raebeth van Dorsdaele, schepenen te Roermond45. In het jaar 1517 september 21: Akte waarbij Derick van Cruchten en Johan van Lomme voor de schepenen van Venlo verklaren een overeenkomst met het klooster te hebben gesloten, waarbij zij beloven af te zien van hun aanspraken op percelen grond, gelegen onder de Velden, die hun vader Johan van Lomme als bnruidschat voor een van zijn vele dochters aan het klooster had gegeven46. 1519 juni 1: (in vigillia ascensionis domini) Richter en schepenen van Echt oorkonden over de vestiging van een erfrente van 1 hornse gulden (voor de broederschap van het H. Sacrament in de parochiekerk te Roermond), gaande uit een ½ bunder land, gelegen in Cruchten “onder den Overen”, genaamd “die Brugh”, gelegen tussen de landen van Tonis Verguen en Dirick Buyck. In het jaar 1521 mei 4, des saterdaeghs nae sent philips ind sent jacopsdach der heiliger apostelen: Steven Dencken, "der scroider", verkoopt met toestemming van zijn vrouw Jenne aan Johan van Lomme en diens vrouw Margryet van Vernich een erfrente van 10 hornse postulaatsguldens, gaande uit een bunder land "in den Werde", enz. Oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Derick van Zuchtelen en Johan Dryevener, schepenen te Roermond47. In het jaar 1521, 18 augustus: "Gegeven in `t jair unss Heren duysent vijffhondert eynindtwintich up gonsdaich na sente Bartolomeusdaich." Dederich van Cruchten, richter, en Dederich van .... en Johan Drijvener, schepenen Roermond (Overdracht grondrente)48, verklaren dat Alber Verver met toestemming van Elisabeth, zijn echtgenote, overgedragen heeft aan 19
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Rener van Nuys en Margriet een grondrente van vijf Hornse postulaatsgulden ten laste van zeven staal land buiten de Nielder poort en van de daarop te bouwen windmolen. In het jaar 1521 oktober 10, des neesten daechz nae sent dyonyssdaich des heiligen bysscoups ind mertelers: Oorkonders bij verkoop van 2 morgen land: Dederick van Kruchten, richter, Dederick Vercken en Johan Dryevener, schepenen te Roermond49. In het jaar 1521 november 23, op sent clementtisdach pape: Willem van der Lanck, Gairt in den Keesskorff genaams Pelser, Derick Kaix en Arnt Zelis als mester der huisarmen te Roermond ruilen met Derick Vercken en Johan van Lomme als meesters van het oude gasthuis te Roermond een beemd van ongeveer 3 bunder bij Melick tussen de beemd van het klooster van den Berghe, Romot Fleuten en de pastoor van Melick tegen een land van circa 7 morgen, genaamd Willenweert, te Leeuwen, gelegen tussen de erven van Derick van Kruchten en Rabet van Dursdael. Oorkonder: Joist van Mersen, richter, Gerairt van den Weyt en Heyne ingen Raitken en de gezamelijke schepenen der dingbank van Odiliënberg50. De zelfde dag: Derick Vercken en Johan van Lomme, als meesters van het oude gasthuis te Roermond, ruilen met Gaert in den Kezekorff genaamd Pelser, Derick Kaix en Airnt Zelis, als meesters van de huisarmen, een land van circa 7 morgen, genaamd Willenweerdt, gelegen tussen de erven van Derick van Kruchten en Rabet van Durdale, tegen een beemd in de dingbank van St. Odiliënberg, groot 3 bunder, gelgen tussen beemden van het klooster van St. Odiliënberg en Romer Fleuten. Oorkonders: Willem Pijll, stadhouder, Jacoup Vogels en Willem van der Laick, leenmannen te Horn51. In het jaar 1522 april 26, op saterdach neestkomende nae den heyligen paesschdach: Omtrent een erfrente oorkonden: Dederick van Kruchten, richter, Arnt Hoifft en Johan van den Grynt, schepenen te Roermond52. In het jaar 1522 augustus 18, op mayndach nae onser liever vrouwendach assumptionis: Bij verkoop van een erfrente oorkonden: Dederich van Kruchten, richter, Rabeth van Durdaell en Dederich van Zuchtelen, schepenen te Roermond53. In het jaar 1522 september 15, des neesten daeghs nae des heiligen cruytzdache exaltationis: Bij verkoop van een erfrente oorkonden: Dederick van Kruchten, richter, Arent Hoifft en Johan van den Gryndt, schepenen te Roermond54. In het jaar 1523 april 3, op den goeden vrijdach: Henrick, zoon van wijlen Herman Wevers, de barbier, verkoopt aan Derick van Kruchten de Jonge de erfrente van 6 rijnsguldens volgens de akte van 1494 maart 1755 die wordt getransfigeerd. Oorkonders: Emont van Parle, bode, waarnemend richter, Dederick van Zuchtelen en Johan van den Grynde, schepenen te Roermond56. In het jaar 1523 mei 24, op den heyligen pincxterdach: Johan van Lomme de Oude sticht met toestemming van Dederich van Cruchten, schout te Roermond, als momber van Mettel van Lomme, zijn dochter, en van Johan van Lomme, zijn zoon, 6 missen per week op het altaar van O.L. Vrouw in de parochiekerk, waarvoor stichter een erfrente van 48 hornse postulaatguldens vestigt op de hof te Bracht, genaamd Scoemeckershoff. Stichter behoudt het collatierecht aan zich en zijn nakomelingen onder nadere voorwaarden. De pastoor keurt de stichting goed57. In het jaar 1523 december 31, op jaersavent: Bij een akte omtrent erfrente oorkonden: Dirick van Kruchten, richter, Johan Dryevener en Johan van den Gryndt, schepenen te Roermond58. In het jaar 1524 augustus 22, op maendach der octaven onser liever vrouwen assumptionis: 20
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Johan van Lomme de Oude schenkt aan Hubert van den Velde, priester, en Johan van Swalmen, smid, meesters van de broederschap van O.L. vrouw in de parochiekerk, genaamd de broederschap "op de porten", om op alle quatertemperdagen een blijvende bedeling met brood en geld voor de armen te houden naar vermogen van de fundatie die hij heeft gesticht, de erfrente vermeld in de akte 1516 augustus 2059, die wordt getransfigeerd. Oorkonders: Derick van Cruchten, richter, Rabeth van Dursdaell en Dirck van Zuchtelen, schpenen te Roermond60. In het jaar 1524, 29 september: Vidimus ùff den brieff, dair innen her Johan van Loen ind her zo Hensberg Goddartten van Flodrop, herren tot Leuth, die werden zo Bicht vúr 100 Reinische gùlden pantgeweisz in gebrauch gifft, Ao.1438 (17 februari). Was getekend: Wir Dederich vain Kruchtein, richter, innd Rabet vain Dorsdaele innd Johain Mariell, Scheffen der stait Ruremundt, etc. Later: Unnd want wir Dederich van Cruchten, richter, Rabet vain Dorsdaile ind Johan Mariel scheffen vürs den ùpgemelte brieve.... dit vidimus, zù (zo) haven wir, des ùrkùndt der wahrhyet, ùnse zegel, zer begertten unnd gesynnens des vúrs. Wilhelms von Floidroiffs, an diesen brieff gehangen, indem jair ùns Heren dùsent vúnffhondert innd vierinndzwanzich, ùff donnerstach des neuninndzwintichsten daichs septembris61. N.B.: Dedrick van Cruchten en Dirk komen ook als bezegelden voor in de jaren: Ao 1474, 1499, 1500, 1502, 1508, 1511, 1515, 1517, 1521, 1527, 1544, etc. In het jaar 1525 mei 12, op sint servaesavont des heylgen biscoup ind confessoyrs: Johan van Lomme de Oude verkoopt aan Dederick van Kruchten, schout te Roermond, en diens vrouw Mettele van Lomme de erfrente van 18 rijnsgulden volgens de akte van 1477 maart 12 62, die wordt getransfigeerd, onder beding dat de overblijvende ouder de rente zal blijven behouden en na zijn/haar dood laat vererven op hun beider kinderen. Oorkonders: Egmont van Paerle, waarnemend richter, Reabeth van Dursdaele en Johan Dryeveners, schepenen te Roermond63. Op de zelfde dag: Johan van Lomme de Oude draagt over aan Dederick van Kruchten, schout van Roermond, en diens vrouw Mettele van Lomme de erfrente van 27 rijnsguldens volgens de akte van 1494 augustus 2464, die wordt getransfigeerd, onder de voorwaarden vermeld in de akte van 1525 mei 12 65. De oorkonders zijn de zelfden. Op de zelfde dag: Johan van Lomme de Oude draagt aan Dederick van Kruchten, schout van Roermond, en diens vrouw Metell van Lomme over de erfrente van 12 rijnsguldens volgens de akte van 1488 mei 25 66 een erfrente van 12 rijnsguldens, losbaar met 200 gelijke munt) die wordt getransfigeerd, onder eerder genoemde voorwaarden in de akte van 1525 mei 1267. De oorkonders zijn de zelfden68. In het jaar 1525 mei 26, up altera urbani pape: Bij de verkoop van een erfrente oorkonden: Dederich van Cruchten, richter, Johan van Lom en Johan Dryevener, schepenen te Roermond69. In het jaar 1525 oktober 19, dess doenresdaghz nae sent evangeliste: Johan van Lomme schenkt aan Wilhem van der Laecke, Dirick Kaix en Arnt Zelis als meester en provisoren van de huisarmen te Roermond teneinde op iedere maandag aan drie armen in het gasthuis van Roermond, ter aanwijzing van schenker en zijn erfgenamen, een bedeling uit te keren, een erfrente van 41 hornse geuldens, volgens de akte van 1521 mei 4 en andere, die worden getransfigeerd. Oorkonders: Derick van Kruchten, richter, Rabeth van Dorsdaille en Johan Mereel, schepenen te Roermond70. z.d.c. 1525: Johan van Lomme herstelt de fundatie van een bedeling voor de armen, gesticht door wijlen zijn vrouw Margriet van Vernich ter ere van haar eerste man Gheerman Hiessmans op elke vrijdag in de quatertemper door de broederschap van O.L. Vrouw in de parochiekerk met een gezongen mis van requim en "commendacien" na de hoogmis in het O.L. Vrouwekoor. Margriet had voor de bedeling een erfrente van 6 guldens ten laste van de stad Roermond bestemd. De stichting wordt nu vermeerderd. Enz.71. 21
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
In het jaar 1526 februari 9, op saterdach nae onser lievr vrouwendach purificationis: Bij een verkoop omtrent een erfrente oorkonden: Dederick van Kruchten, richter, Willem van der Laick en Gerart Cremer, schepenen te Roermond72. In het jaar 1529 juni 25, des neisten daighs nae sent johansdach baptiste nativatis: Goessen van Honsslaer draagt de rentebrief van 1504 juni 1573 over aan Ermgaerde van Nijvenheim, abdis van het nonnenklooster te Dalheim. Oorkonders: Dederick van Kruchten, richter, Gadert van Nederhaven en Reyner Hillen, schepenen te Roermond74. Anno 1529: Als Brueder van Sint Johannes ende Sinte Mathijs Broederschappe, worden o.a. genoemd in dit jaar: Dederick van Cruchten en Dederich van Cruchten75. Tussen de jaren 1529-1533: Dirk van Cruchten, komt voor in de lijst de sculteti en rechters76. In het jaar 1530 november 19: Omtrent een akte van overdracht van een rentebrief oorkonden: Dederich van Kruchten, richter, Johan Mereel en Herbert van den Polle, schepenen te Roermond 77. In het jaar 1531 mei 1, op dach philippi et jacobi apostolorum: Bij de verkoop van een erfrente oorkonden: Dederich van Kruchten, richter, Johan Dryevener en Wilhelm van der Laick, schepenen te Roermond78. In het jaar 1532, de maand maart: Een familielid van Johan van Cruchten, 20 jaar later (1552): Dederick van Cruchten, richter, Rabeth van Dursdaell en Gordt Mereel, schepenen. Acte van Dijnsdach nae Sijnt Laurentius dach martrijrs 1532, waarbij Berbbe Zegers, als momber Gijssen Tyerty, oers mans, overdraegt tot behueff cijns erffjaergetijtz aan Heren Dederick Clompenmecker, Deecken der Collegiaten Kyrcken des heyligen Geystz binnen Ruremunde eijnen Gelrischen gulden van den tweëen79. In het jaar 1533, 30 januari: De hertog van Gelder gelast de magistraat van Venlo Johan van Kruchten (gehuwd met Rijcka van Leuven), broeder (lees: zoon) van de scholtis (Dederick van Cruchten, gehuwd met Mechtildis van Lomme) te Roermond, in plaats van Gerrit Huijsken als schepen aan te nemen. Johan van Cruchten voert als wapen: "Drie schuinbalken."
Van Leuven (Lövenich80
In het jaar 1533 juli 18, des vrijdach na s. margreytendaech virginis: Dederich van Cruchten, (richter, en schepenen van Roermond) oorkonden over de overdracht van een rente, genoemd in de akte van 1492 maart 8 81 82. 22
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Op de zelfde dag: Dederich van Cruchten, (richter, en schepenen van Roermond) oorkonden over de overdracht van een rente, genoemd in de akte van 1492 maart 883 aan de broederschap van het H. Sacrament in de parochiekerk84. Ook de zelfde dag: Dederich van Cruchten, (richter, en schepenen van Roermond) oorkonden over de overdracht van een erfrente van 1½ rijnsgulden, vermeld in de akte van 1513 december 1285, die wordt getransfigeerd 86. Ook de zelfde dag: Dederich van Cruchten, (richter, en schepenen van Roermond) oorkonden over de overdracht van een erfrente van 1½ rijnsgulden, vermeld in de akte van 1513 december 1287 (aan de broederschap van het H. Sacrament in de parochiekerk)88. In het jaar 1536: Johan van Cruchten met Joest Rouden in de magistraat van Venlo89. Dirk van Cruchten, komt voor in de lijst de sculteti en rechters90. In het jaar 1536 april 20, op donresdach nae dem heiligen paesendach: Bij de verkoop van een erfrente oorkonden: Dederich van Cruchten, richter, Johan Dryvener en Johan van den Gryndt, schepenen te Roermond91. De zelfde dag oorkonden zij bij nog een verkoop van een erfrente 92. In het jaar 1536 Dezember 3: Heinrich van Cruchten was geestelijke en schoolmeester in Roermond. Hij had kennelijk een knap gezicht en zeker een vlotte babbel, want hij wist een adelijke non van de Munsterabdij te verleiden, haar vervolgens te schaken en met haar te trouwen. De andere nonnen had hij tot ketterse gedachten aangezet en hen voorgesteld hun kloostergeloften af te breken. Heinrich was met zijn bruid in Keulen gaan wonen en liet zich daar inschrijven aan de universiteit. De bruid kwam vermoedelijk uit het land van Kleef. De hertog van Kleef klaagde tenminste bij de aartsbisschop van Keulen over het gebeurde. Daarop gaf de aartsbisschop in 1536 opdracht aan de deken van de Dom van Keulen om Heinrich te laten arresteren93. Kurfürst Herm. von Köln. an Stadt Köln: Auf Ansuchen des Herzogs Joh. v. Kleve ist Heinrich v. Kruchten, clericus, von ihr in Haft genommen worden, weil er eine adeliche Profeszjungfer zu Ruremundt, wo er ein Schulmeister gewesen, an ihrer Ehre geschächt, sie entführt und sich mit ihr in eine verdammte Ehe verbunden, und auch sich understanden habe, die anderen Klosterjungfern zu gleichen Taten und ketzerischen Lehren zu bewegen; er habe deshalb dem Domdechanten befohlen, ihn als einen Kleriker in seine Haft zu fordern; weist den Einspruch des Rektors der Universität als unbegründet im einzelnen zurück (sontags nach Andree). - Or. Pap. mit Siegelspur. Praes.: Dec. 4.94 In het jaar 1536 Dezember 5: Antwort: die Stadt wolle Hinrich Kruchten noch 14 Tage in Haft halten unter der Voraussetzung, dasz mittlerweile in der Angelegenheit verhandelt oder der Einspruchabgeschafft werde; sie werde täglich von Heinrichs Freundschaft dieserhalb ersucht95. In het jaar 1536 Dezember 18: Bern. Dorninck, Dr. decr., Pr. von S. Johannes und Dionisiu zu Herford, durch Dr. leg. Wlh. Wisch de Reess, dec. s. Georgii Col. eingesetzter Subdelegierter für ein päpstliches Privileg für den Kölner Kurfürsten Hermann, läszt dem Rektor der Kölner Universität den unberechtigten Einspruck gegen die Auslieferung des Oebeltäters Henr. Chrucht al. Schaben an den Domdechanten untersagen (die lune). - Cop. Pap., beglaubigt durch Gosewin Boickholtz. Executum 30. In het jaar 1537, 6 februari: "In den jaere uns Heeren duysent vijffhondert sevenendertich op dynsdach post purificationis Mariae." Dederich van Cruchten, richter, en Dederich Hoefft en Herman Tenemechter, schepenen van Roermond96 97, verklaren, dat Heinrich Boetz met toestemming van Gertruyd, zijn echtgenote, overgedragen heeft aan Hendrich 23
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Gobbels van Wessem en Agnes een hoeve te Roer en percelen onder de dingbank van Herten en Ool en onder het gerecht van Roermond. In hetzelfde jaar, 20 oktober: Derck van Kruchten als erve sijns vader ontfengt een goet geheeten die Molengrynt, gelegen in den Ampt van Monfoort in den Kerspel van Bracht tegen Wessem (Swalmen). Daar ter eenre sijde die nye Maze en de Heyn van Have naest gelegen zijn, an d'ander sijde die alde Maze en de beneden schietende an de grijnden van St. Joost en de Carthusers te Roermonde en de boven an Severijns grond tot Gelderschen rechten. Idem eedt vernijdt 8 julii 154498. In dit jaar wordt zijn broer, Johan van Cruchten, als schepen van het gerecht te Venlo genoemd, en zal dit tot 1538 ald. blijven99. In het jaar 1537 november 14: Als lid van de raad ondertekende Jan van Cruchten met Marcelis van Beringen en Derick van Beringen namens d e stad Venlo het verbond der steden Nijmegen, Roermond, Zutphen, Venlo, Zaltbommel, Tiekl en Doetinchem100. In het jaar 1538: De oudste bezitter van Huize "De Roode Beek" (of: Roobeek) onder het dorp Well, was Johan van Lom, schepen van Roermond, 1537-1538, die was gehuwd met Margeretha van Vernich of Verningen, weduwe van de Roermondse schepen Herman Heesmans. Uit dit huwelijk sproot o.a. een dochter Mechtildis die "De Roode Beek" aan haar man Dirk van Cruchten, scholtis van Roermond, 1472-1548, ten huwelijk bracht. Huize "De Roode Beek" heeft de tand des tijds doorstaan en is nu in een gerestaureerde staat nog steeds te bezichtigen.101 In het jaar 1539 mei 7, tho Montfort: Johan van Vlatten, proost te Xanten (Zancten) en scholaster te Aken, Dederich van der Lippe genaamd Hoen, heer te Afferden en Grubbenvorst, drost van het land van Kessel, en de afgevaardigden van de landschap: Goessen van Hoensseler, drost te Krakau (Kraekauwen), Johan, heer te Elmpt en Burgrauw, Alart van Ghoir toe Caldenbroich, meester Jacob Canis, namens de stad Nijmegen, Palich van Camphuysen, namens de stad Roermond, Johan van Cruchten, namens de stad Venlo, doen een uitspraak in een geschil tussen die van Echt en van (Wald)vucht, Havert en Saeffelen inzake het Echterwald102. In het jaar 1540: Dirk van Cruchten, komt voor in de lijst de sculteti en rechters103. In het jaar 1543: Johan van Cruchten, zoon van Dederick, schepen van Roermond met Johan Ingenhuys, is regerend burgemeester van Venlo104. Kinderen van Johan van Cruchten en zijn vrouw Rijcka van Leuven: Goddart, Mathias, Joannes, Mechtildis. 4 September 1543, zond keizer Karel V een heraut met trompetter om de stad (Venlo) op te eisen, die echter niet gezind was zich over te geven en zich behoorlijk op tegenweer had voorbereid. Zij hadden grachten doen uitdiepen, aardewerken laten opwerpen op de werf, een rondeel en een borstwering op de "Wierdt" en aan de Helpoort doen oprichten, de Laarpoort toebolgewerkt en een voorraad van pekkranssen en meer dan 22 tonnen kruit laten vervaardigen. Nadat echter enige stenen in de stad waren geworpen, waardoor één der belegerde krijgsknechten was gewond, vroeg de magistraat schorsing van vijandelijkheden tot dat 't welnemen van de hertog van Kleef-Gulik, dien de stad had trouw gezworen, was ingewonnen. Die wapenstilstand werd toegestaan, en, nadat inmiddels de hertog zich op de 7de september persoonlijk voor de keizer had vernederd en deze als hertog van Gelder en graaf van Zutphen had erkend en tengevolge daarvan de Venlonaars van hun eed had ontslagen, begaf de burgemeester Jan (Johan) van Cruchten in des keizers veldleger, waar hij na een korte onderhandeling de stad op voorwaarde der bevestiging van hare rechten en vrijheden overgaf. De 8ste september kwam het verdrag van Venlo tot stand, 't welk de Zeven Nederlandsche Provinciën onder één kroon bracht. (10 September trok de keizer, samen met de hertog [etc.] door de stad; 14 sept. brak de keizer zijn leger op en vertrok naar Duitsland)105.
24
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Venlo op de knieën106
In het jaar 1543 september 12 – 1543 december 31: Rekeningen van Dirk van Cruchten, schout van Roermond: Ingevordere boeten en ontvangsten: - Van Slaitken genaamd Jan Smeetz, wegens scheldwoorden tegen Baetzke Beckers dat ze een heks zou zijn, moet vergiffenis smeken: 2 daalers; - Van een schamele gezel genaamd Seveer Rademeckers, die Adam van Kempen, die hem bedreigde, neersloeg waraan hij later stierf, ongeluk en dood door schuld 6 daalders 12 stuivers; - Van Metzmecher en de zoon van Pauwel van Kempen die de deur van de lichte vrouwen hadden (in) geslagen: 8 daalders. Uitgaven: geen (afgehoord ter Rekenkamer 21-10-1546; soortgelijke rekening in 1546!).107 In het jaar 1544: In een proces te Roermond om beschutrecht:Merten van Leeuwen contra Leonard van Cruchten.108 Dirk van Cruchten, komt voor in de lijst de sculteti en rechters109. In het zelfde jaar op 8 augustus: "Vuer Sint Laurentius dach des heyligen Martelaars." Het Kapittel van den H. Geist te Roermond verkoopt den jaarlijkschen Cijns of erfpacht van vijf maalder rogge, op goed Ingendaal, dat gueth ingen Daele (=In gen dael?) onder St.-Odiliënberg, aan Dederick van Cruchten en Zijne huisvrouw Elisabeth van Baer.110
25
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Baer111
Van Hushoven112
In het jaar 1545, 29 maart: "Gegeven in 't jaer unss Heeren duysent vijffhondert ende vijffenvertich upten heiligen Palmsondaich." Dederich van Cruchten, richter, en Johan van Lom en Gadert Mereel, schepenen van Roermond (Overdracht land.) verklaren113, dat Thijs Visschers met toestemming van Vaesken, zijn echtgenote, overgedragen heeft aan Claes Plaenen en Geertrud een half bunder land op het Muggenbroickerveld. In het zelfde jaar: In een proces om successie ter Venlo: Jan van Cruchten en Marten van Leeuwen contra Marten van Roermond en Merten van Doeveren 114. Dirk van Cruchten, komt voor in de lijst de sculteti en rechters115. Ook in dat jaar, september 21, op senct mateusdaich apostoli: Bij overdracht van een erfrente oorkonden: Dederich van Cruchten, richter, Arnt van Dursdaell en Gerrydt Kremer, schepenen te Roermond.116 In het zelfde jaar, 24 december: "Gegeven in 't jair onss Heren duysent vijffhondert ende vijffendevirtich opten heylgen Christavent." Dederich van Cruchten, richter, en Johan van Lom en Wulhem van Husshoven, schepenen van Roermond 117 verklaren, dat Rener van Nuys met toestemming van Margret, zijn echtgenote, overgedragen heeft aan Gebel van Dijck een grondrtente van vijf Hornse postulaatsgulden zoals vermeld in de getransfigeerde akte. In het jaar 1547: Als je de rekening van Dirk van Kruchten uit 1547 leest dat hij een boete van 6 Rijdersguldens had ontvangen van een priester die "per ongeluk" een andere priester had doodgeslagen, dan trek je toch even je wenkbrouwen op.... 118 Dirk van Cruchten, komt voor in de lijst de sculteti en rechters119. Hetzelfde jaar, oktober 1, up sente remeysdach episcopi: Bij de verkoop van een erfrente oorkonden: Dederich van Cruchten, richter, Arnt van Dursdael en Jaspwer Kersten, schepenen te Roermond120. In het jaar 1548: Dirk van Cruchten, gehuwd met Margaretha van Dursdaille, erfde van zijn gelijknamige vader "De Roode Beek"121. In dit zelfde jaar op 16 april, 1548: Soms had de landsheer echter toch weer duidelijke hand in de benoeming van de schout: 26
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Duidelijke taal spreekt een brief van het Hof van Gelre en Zutphen aan het stadsbestuur (16-04-1548). Het Hof liet weten dat de tot dan toe fungerende scholtis, zie 31-08-1472, Dirk van Cruchten van z'n ambtskleed ontslagen (vanwege zijn hoge leeftijd?) en vervolgens Johan van Cruchten beëdigd te hebben. Het Hof gebood het stadsbestuur om Johan van Cruchten als scholtis te erkennen en te gehoorzamen122. N.B.: Het begrip "richter" blijft gereserveerd voor akten van overdracht. Scholtis en richter hebben, sedert de 15de eeuw zeker, betrekking op dezelfde persoon. In beide funkties zat hij de schepenbank voor! In dit zelfde jaar, op 26 april, heeft Johan van Cruchten zijn eed gedaan. Hij volgde z'n vader op en blijft schout tot 1587123.
Van Cruchten124 Johan van Cruchten, 1549125
Met betrekking tot de bronnen van het familiewapen Van Cruchten: Op een grafsteen in de O. L. Vr.-Munster te Roermond; Zegel van Johan van Cruchten, rechter ald.126 In het jaar 1548 juni 9: Dederich van Cruchten en Elisabeth van Durdaill, echtelieden, kopen huis in de Molensteeg, tegenover de put naast het Kruisbroederserf.127 In het jaar 1548 juli 2: Thonis van Cruchten, genoemd de Wilde en Heilwich, echtelieden, kopen 1/16 van de Weerdsmolen buiten de Ezelspoort.128 In het jaar 1548 augustus 1 (2x): Derich van Cruchten, bastaard, en Lijsbeth, echtelieden, verkopen 2 hornguldens jaarrente ut in litera aan Wilhelm Scepers van Muggenbroek en Itge Custers, echtelieden129. In het jaar 1548 augustus 4: Thonys van Cruchten de Wylde en Helwych, echtelieden, 1/16 van de Werdtmolen wordt getransfigeerd 130. In het jaar 1549: Johannes van Kruchten, genoemd als schout van Roermond 131. In het zelfde jaar wordt hij ook genoemd als richter van Roermond 132. In het zelfde jaar : Na bemiddeling van de schout Johan van Cruchten besluit de raad der stad Roermond het kremersambacht de achterstallige accijnsen kwijt te schelden en bepaalt dat het ambacht voortaan jaarlijks 8 goudguldens aan de stad zal betalen of 150 goudguldens als afkoopsom ineens, boven de gewone stedelijke accijnsen.133 In dit zelfde jaar vinden we nog een andere naamgenoot: Op bevel van de schepenmeesters en van het ganze gericht, schreef Ant. à Cruchten, dictum der Wijlde: subsecretaris juratus opidi Ruremendensis" een "Boeckxken" over. Het was een perkamenten boek, dat voor "versuym nath ind vuyll" geworden was, welk werk hij op de dag van "compassionis Maria" 1549 voltooid had. In het boekje staan de vonnissen beschreven vanaf het jaar 1472, voltrokken door het gericht 134. 27
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
In het jaar 1549 februari 20: Gerairdt van Cruchten en Agatha, echtelieden, kopen huis aan de Swlmerstraat te Roermond.135 In het jaar 1549 augustus 8: Dyrck van Cruchten en Lysbett, echtelieden, kopen 3 staal buiten Zwartbroek van Johan Bonebeck, tussen Jeniss van Muggenboek en wijlen Peter ingen Croen. Johan kan het land na 6 jaar lossen ,et 20 joachimsdaalders, stoppe bloot.136 In het jaar 1549 september 2: Stoffer Vysscher verkoopt met toestemming van zijn vrouw Ariaen aan Goessen Vercken een erfrente van 3 hornse guldens, gaande uit zijn huis te Muggenbroek, gelegen tussen de erven van de Kloosterhof (Cloisterhoeff) en Trijnke Mans. Oorkonders: Johan van Cruchten, richter, Wylhelm van Hushaven en Gadert Mereell, schepenen te Roermond137. In het jaar 1549 december 30: Thonis van Cruchten de Wylde en vrouw genoemd.138 In het jaar 1550 januari 1: Dederich van Cruchten, asl meester van Sint Romboltbroederschap, koopt land en huis139. In het jaar 1550 januari 20: Catrijn, vrouw van Jaspar Heesen, met instemming van Geraert van Prumeren als man van Lysbett, Anna en Cecilia van Kruchten, haar kinderen en na scheiding en deling, ruilt huis op de Hegstraat hoek, genaamd Montzenoirt, nast wijlen Johan Merel, schietende aan Stoffer van Dursdael’s erf, tegen 7 goudguldens jaarrente ten laste van de stad Roermond met stofer van Dursdael en Anna van In den Haen, echtelieden,. De rente komt uit de rente van Kellener.140 In het jaar 1550, 5 maart: Lambert van Cruchten, erve sijner olderen bij deylinge, 5 Martii 1550 (zie 10-1537). Lambert was een zoon van Dirk van Cruchten en Mechtildis van Lom, en was gehuwd met Maria van Hushoven van den Weijer; van dit echtpaar zijn de volgende kinderen bekend: Mechteld, Maria, Catharine141. In het jaar 1550, 6 maart: Op deze datum verkocht Gerairt van Cruchten met toestemming van zijne echtgenoote (Agate) op zijn huis op de Swalmerstraat, tussen de erven van Jacob Coen en Jacob van Aecken, een rente van 5 gouden Gelderse rijder aan Goddert van Wessem en Margaretha van Itter, zijne echtgenote, en aan Christoffel van Wessem en Catharina Cremer, diens vrouw ieder voor de helft. In het jaar 1550 april 12: Dyerck van Kruchten en Lysbette, echtelieden krijgen overgedragen naast 1/5 van huis ut in litera. 142 Op dezelfde dag: Dierch van Cruchten en Lijsbette, echtelieden, krijgen overgedragen een huis aan de Lombartstraat143. In het jaar 1550 april 22: Johan van Cruchten (als collator van een erfenis in de Grote Gasthuiskerk) koopt uit een huis in de Neerstraat een jaarrente. Idem, Gertrude van Cruchten (zus). 144 In het jaar 1550 juni 7: Gerit Tielen en Merie, echtelieden, verkoopt huis in de Beggartstraat tussen Jan van Neer en de Beggarden en al hetgeen zij geërfd heeft van Pastoor van Cruchten, pastoor te Melick, aan Jennes Scroer van Melick.145 In het jaar 1550, juni 8: 28
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
In een akte omtrent een erfrente, oorkonden: Johan van Cruchten, richter, Gaerdt van Nederhaven en Wylhelm van Hushaven, schepenen te Roermond146. In het jaar 1550, 1 juli: Na bemiddeling van de schout Johan van Cruchten besluit de raad der stad Roermond het kremersambacht de achterstallige accijnsen kwijt te schelden en bepaalt dat het ambacht voortaan jaarlijks 8 goudguldens aan de stad zal betalen of 150 goudguldens als afkoopsom ineens, boven de gewone stedelijke accijnsen147. In het jaar 1550 juli 15: Johan van Kruchten, schout namens de Koning, laat zich richten na uitwinning beslag op alle goederen van Zeger Tesser wegens 1000 goudgulden148. In het jaar 1550 september 27: Lysbett Kremers, vrouw van Dederich van Cruchten, draagt over haar vruchtgebruik op een huis op de hoek van de Sint Jansstraat an har dochter Marie. Marie, dochter van wijlen Peter in die Croen (zie ook 1549 aug. 8) en van Lysbeth Kremers, verkoopt 1/16 deel van huis ut Supra.149 In het jaar 1550 oktober 1: Jan Bonebeck en Gebele, ehtelieden, verkopen 3 staal buiten Zwartbroek, tusen wijlen Peter ingen Engell en (opengelaten) aan Diederih van Cruchten en Elysabeth Kremers, echtelieden150. In het jaar 1550 oktober 14: Bij de verkoop van een erfrente, oorkonden: Johan van Kruchten, richter, Gaedert van Nederhaven en Gerhart Kremer, schepenen te Roermond151. In het jaar 1551 januari 16: Catharina … weduwe Mathias of Thys van Cruchten droeg op 16 Jan. 1551 al haar recht en gerechtigheden aan alle hare erven en goederen, in den gericht van Roermond over aan haar kinderen en onmondig kleinkind, door haar zoon Heynrich nagelaten, volgens een verdrag met haar tegenwoordige man Jaspar Heren gemaakt. Ze draagt dit over aan Geryth van Pruymeren, haar “eyem” en Elisabeth, echtelieden, en Ariaen van Cruchten en Cecilie van Cruchten, hun kinderen, waarvan ¼ voor de minderjarige kinderen van wijlen Heynrich van Cruchten, haar vruchtgebruik en vecht op alle haar goederen te Roermond volgens overeenkomst met wijlen haar man gesloten. Ariaen en Ceclie van Cruchten staan toe dat Geryth van Pruymeren hun zwager, 1/3 van de goederen mag lenen 300 daalders.152 In het jaar 1551 februari 16/18: Jan ther Heyden c.s. verkoopt huis aan Johan van Cruchten, schout van Roermond, en Rycke van Lewen, echtelieden. Indien bezitsrecht gestoord wordt zal Jan ther Heyde 500 goudgulden betalen en het goed terugnemen153. In het jaar 1551 februari 27: Johan van Cruchten heft afgelost een jaarrente van ½ oud schild gaande uit de afhang van zijn huis. Ook: Tijss van Lieck en Gerit Veltem als broedermeesters van Sint Annabroederschap in het Munster verklaren dat Johan van Cruchten, schout van Roermond, afgelost heeft 1 brab gld, jaarrente gaande uit de afhang van zijn huis op de Steenweg.154 In het jaar 1551 juli 9: Johan Zohye magtigt Dederich van Cruchten. 155 In het jaar 1551, 2 augustus: In het volgende zien we een wereldlijk optreden tegen godsdienstige verdachten in de eerste sporen van de Reformatie. Op 2 augustus werden de onderzoekingen door inquisiteur Sonnius en het Hof afgesloten. Twee 29
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
maanden later verzochten de gevluchtte Meuss Beckers en zijn vrouw toestemming om naar Roermond "ind armoit" te mogen terugkeren. Zij waren tijdens de onderzoekingen uit de stad vertrokken uit angst voor verhoren, daar zij contact hadden gehad met de geëxecuteerde Thijs van Lin. Bijgaande voegden zij een verklaring van de pastoor, dat zij "myt geyner wederdoup aider sunst oncristlichen secten aider handelongh" te doen hadden gehad. De verantwoording van Meuss em Eutgen werd geaccepteerd en beiden mochten naar Roermond terugkeren. Johan van Cruchten, de schout, moest evenwel toezien op hun correcte levensloop. De schout van Roermond had reeds tijdens de onderzoekingen opdracht gegeven de goederen van Thijs van Lin te inventariseren en te confisceren, maar in december had het Hof te Arnhem nog steeds geen bericht ontvangen over de omvang van diens bezit. Johan van Cruchten echter, kon de goederen niet onteigenen, omdat in het Overkwartier volgens oud recht de gemeenschappelijke goederen automatisch overgingen op de langstlevende. Toen de schout beslag wilde leggen op de goederen, had de weduwe dan ook de zaak aanhangig gemaakt. Omdat Thijs tweemaal gehuwd was geweest moest bovendien eerst worden uitgezocht wat geconfisceerd kon worden indien aan het oude gebruik voorbij werd gegaan. Voor de rechter had de weduwe van Thijs in felle bewordingen en totaal overstuur haar armoede betoond. Haar vrienden hadden daarna besloten 220 gulden Brabants te betalen, om zo de confiscatie af te kopen. Met het oog op de nog te verwachten rechtzittingen stemde het Hof in met deze schikking. Uiteindelijk ontving de rentmeester van het ambt Monfoort slechts 220 gulden Brabants, omdat niet meerbijeengebracht kon worden 156. In het jaar 1551 november 28: Adriaen van Cruchten draagt over aan Geraerd van Prumeren en Elisabeth, echtelieden, zijn zwager en zuster, al zijn goederen. Geraerd voornoemd verklaard dat Adriaen naar vreemde landen zal vertrekken en bij terugkeer de goederen weer terugkrijgt.157 In het jaar (15)51, december 9: Na bemiddeling van de schout Johan van Cruchten bepaalt de stad (Roermond) dat de gemene pelsers vóór St. Petrus 20 guldens zullen betalen ter delging van alle oude achterstallen van de pelseraccijns en voortaan de gewone accijns zullen betalen158. In het jaar 1551 december 10: Geraerd van Prumeren en Elisabeth, echtelieden, verkopen hun zwager uit het huis aand de Saltmarkt op de hoek van de Neerstraat, tegenover de Herzhorn; idem uit huis op de berg, jaarrente van 10 brab. gld. aan Tilman Beer, rentmeester te Brüggen en Elisabeth Roeyen, echtelieden, te betalen in Brüggen, losbaar met 200.159 In het jaar 1552: Geertruidt van Cruchten genoemd als zuster van Lambert, Johan en Dederick/Theodorus van Cruchten. Op 12 februari van dit jaar zien we het volgende omtrent een ervenis: De kinderen van Dirk van Cruchten en Margaretha van Dursdal ontvingen van hun oom en tante, Christoffel van Dursdal en Anna van Nederhaven de helft van een huis Op den Dries te Roermond, genaamd: Dirk van Cruchten, (overl. 1597) en gehuwd met Elisabeth Hoeufft; Gertrudis gehuwd met Diederik Hoeufft; Jan, gehuwd met Maria Heijster; Raboth gehuwd met Anna N.; Katharina; Anna gehuwd met Adam van Olmissen (genaamd Mülstro) en Mechtildis van Cruchten160.
30
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
Hoeufft161
De familie Van Crugten c
Zegel van Johan van Cruchten, 1552162
Ook in het jaar 1552: De schepenzegel van Johan van Cruchten is in het Rijksarchief te Maastricht aanwezig, echter de kleuren zijn niet te onderscheiden163. Ik het jaar 1552 maart 5: Wolter van Stralen heeft ontvangen namens zijn broer Garet van Stralen, de hoofdman, 39 daalders van Johan van Cruchten, de schout en Lambrecht, diens broer, wegens de som die Garet had gelend aan diens broer wijlen Dederich van Cruchten.164 In het jaar 1552 april 29: Claes Schomeck en Griete, echtelieden, dragen over aan Johan van Cruchten en Tijss (van Cruchten), gebroeders, kinderen van (Johan van Cruchten) schout van Roermond 2 ½ hornsgld. jaarrente ut in litera 27-7-1546.165 In het jaar 1552 mei 18: Daem van Cruchten laat zich richten na uitwinning beslag op Frans der Smyt wegens 6 gld. 166. 24 September van dit jaar: Johan van Cruchten, richter in 1552 met Wilhelm van Hushaeven en Johan Segers: schepenen in de acte van 24 september 1552, waarbij Goessen van Dulcken met Gryte zijn huisvrouw, Arat Pollart mit Elisabeth zijn huisvrouw, bekennen uit de helf van hun huizen, gelegen aan de markt, tussen de erven van Maria Kremers en Hubrecht van Hushaeven en op het papehuys achter hunne erven tegen het reguliere cloister gelegen, te betalen twee muddenroggen: te weten slecht Trychter malder guedts, suetz, clairs corn aan Maria van Broumele yrer swegerschen, der vurz Grieten und Elisabethen halver suster Johan van Cruchten richter in 1555 met Johan van Lom en Willem van Hushaeven, schepenen167. In het jaar 1553: Lambrecht van Cruchten, genoemd als peiburgemeester van Roermond 168. In de maand maart van dit jaar: Lambrecht van Cruchten169 moest weinig van erepostjes hebben en toen hij tot burgemeester benoemd werd, trok hij er vandoor naar Venlo en trouwde daar als middel tegen de schrik, dat hij zomaar burgemeester moest worden, met 31
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
een adelijke dame Maria van Hushoven of van de Weijer, die hem wel erg lief voorgekomen moet zijn, daar ze zes rode hartjes in haar wapen had. Dit vreemde geval, dat een echte Roermondenaar verhuist om geen burgemeester te worden, zien we terug in de brieven hieronder vermeld. Het is hem trots zijn trouwen niet gelukt en hij is toch burgervader geworden. Het schijnt hem nogal meegevallen te zijn, want later in 1560, 1565 en 1570 werd hij het wederom en nam het toen heel gemoedelijk aan. In een brief aan het Hof van Gelderland aan zijn broer Johan van Cruchten, schout van Roermond, 1 maart 1553 lezen wij 170: "Anderdeyls kommen wij in geloeffwerdige erfarungh, welliger gestalt Lambrecht van Cruchten u broeder, dit jaer voir einen burgermeister aldaer gekoiren is worden und dat hy weigert 'tzelve ampt aen te nemen, sich derhalven nae Venloe ergheven hebbende, in meynonge, woe er sich vernemen laet, aldaer metter woenonge to blyven. Diewyle er nu in tyde, als hy gekoren is worden, to Ruremunde met siin huysfrouwe gewoent, wouwel hy verluyden laet aldaer lusthalven (voor zijn genoegen, als gast) und anders nyet geweest to sijnde is geliickfals onse meynonge, dat ghy uwen broeder daerin beweeght 't vurs ampt voir dit jaer metter woenonge to Venloe trecken will, sal men dan sullicx hebben to lyden; und wo er sich des weigert, hem dairtoe dwinght met toeslach syner gueder, in den ambt uwes bevels gelegen, oder sunst, wie sich geboiren wirdt." Het aan de schout gegeven bevel beruste op de gewoonte, dat het niet geoorloofd was een stedelijk ambt, waartoe men benoemd was, af te wijzen. De schout (Joh. van Cruchten) antwoordde 10 maart aan het Hof het volgende: "Demnae U. E. W. und L. ayn mich doin schryvenn belangendt mynen broider Lambertten van Cruchten des burgermeistersamptz halvenn, daitoe hy onlancx gekoeren, heb ich dieselve Urer E. W. und L. schrifften waill verstaynn und den bevell also naekoemen, dan ist, dat ich Uren E. W. und L. ther dienstlicher und goider meinungen niet bergen kan, woe dat ich mynen broider copie derselven schrifften, syne saicken betreffendt, oevergesandt, dieselvige hy oeverlesen hebbennde mich vur antwordt gescreven und frundlichen gebeden Uren E.W. und L. ther dienstlicher meinungen oever tho schryven, woe dat hy binnen eenen maendt al binnen Venloe verhilicht geweest, dairnae binnen Ruremund sampt syner huisfrouwen und guden frunden gastgewiis erschenen etlich daige, met der meinungen noch voir dat ierst dair to willen verblyven; ouch onss beider suster nietgelegenn weer in (=hem) sampt syner huysfrouwen in ieren huis omme der onleden (=drukte) des burgermeisteramptz tho konnen gelegen (=huisvesten) und sus mitter ile geine woinstait alhiir binnen Ruremund gehebbenn kust, woirdurch syne ganzfruntliche und demoidige bidt und begertten, hy des amptz vort ierst ontslagen werden mucht, woirtu hy sus anders ongerne weigerlich gewest ziin sold."171
Afb.20
Hoe het Hof hierover dacht, vernemen wij uit een brief aan Lambert zelf van 14 maart van hetzelfde jaar:172 "Alsoe wy den eersten dach yetziges maents aen uwen broeder den scholtis tho Ruremunde geschreven, dat hy u bewegen sol u totten burgermeestersampt derselver stadt, soe ghy daertoe gekoren, to begeven, allet wyders inhaltz onses vorigen bryeffs, und wy nu yetz by schrifftelicke antwoirde uwes vors. broeders verstaen eenige redenen und excusatiën, daermit wy nyet gesedicht, dewelcke oick nyet genoichsaem ziin die aennemongh opgerurtes burgermeesterampt to weygeren, diewyle ghy bevoirens uwen huwelick und dairnae wael lange, oick ter tiit ghy burgemeester binnen dieselve stadt gehalden hebt, daer ghy dit jaer und bis eyntschap der burgemeesterschap oick noch wael blijven kondt. Is demnae in stadt Keys. Maj., onsers allergenedichsten heeren, ons ernst gesynnen insunderheyt soe wy verstaen, dat id burgemeesterampt waertoe ghy gekoren, in effectu id rentmeesterampt ende aengaende is die handelonge van den incomme, renten ende gelde derselver stadt, 'twillick noetwendelick bedient moet worden - dat ghy 'tselve tegenwoirdige jaer noch daer mitter woene treckt und die stadt, woe eynen goeden und getrouwen burgemeister toestaet, regeren helpt, woe wy ons van wegen derselver Majesteyts gantzlick tot u 32
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
vertrouwen; wellick jaer geëxpliceert ziinde, ghy u dan mitter woene vuegen sult muegen daer u guedt duncken sall. Doch sollen tegen u mit toeslach uwer goederen to laeten und doen procederen, dairnae u to richten und uwen schade voir tho kommen." Tegen al die dwangredenen was hij niet opgewassen en hij voegde zich dan ook heel verstandig naar het hoog bevel173. In het jaar 1553 juli 6: De meester van de Sint Annabroederschap in OLV Munster dragen over en jaarrente van 1 gld brab ut in litera aan Johan van Cruchten, schout, en Ricke, echtelieden.174 In het jaar 1553, oktober 25: Een acte van deling zget, dat notaris Franciscus Arnolduszn instrumenteert, dat Rykalt Roye (=Rhoe van Obsinnich), Herman van Bimmelsberch gen. van Hoyenstein, Johan van Baixen, Johan Zyeghers, Johan Schynck en Dyerick van Cruchten (zij zijn dan de leenmannen van de Zaal van Kuringen die arbitreren) een verdeling tot stand brengen van de goederen, behorende tot het huis Olmont te Rotem, tussen Goyaert van Baer, Frederick van Baer en Elisabeth van Baer met haar kinderen ter ene zijde Sophia van Bymmelsberch, weduwe van Eyll, met haar kinderen Jasper, Johan en Dyerick van Eyll ter andere zijde.175 In het jaar 1553 december 20: Schout, burgemeesteren, schepenen en raad der stad Roermond besluiten ter ere Gods en ter bevordering van de welvaart der burgers een goede particuliere school op te richten, op de wijze zoals die te Düsseldorf, Deventer, Emmerik, Wesel en Nijmegen bestaan en dragen Johan van Cruchten, schout, Reyner Hillen, burgemeester, Arnt van Dursdaell en Johan Heyster op met de rector, conrector en lectoren de nodige overeenkomsten te sluiten en met de geestelijkheid, kloosters, ingezetenen, burgers, broederschappen en ambachten te onderhandelen over hun bijdragen in de kosten176. In het jaar 1554 januari 8: Johan Kaell gemachtigd, in alle zaken voor het gerecht Roermond tot weder roepens, door Elisabeth, weduwe Derich van Cruchten.177 In het jaar 1554 januari 13: Johan van Cruchten zegelt bij transactie178. In het jaar 1554 april 20: Kerst van Dair is schuldig Dirich van Cruchten, huis (knecht), als gemachtigde van Johan Fey 32 gld. Brab., te betalen St. Jan de Doper e.k. en bij verzuim 3 staal land als onderpand.179 In het jaar 1554 april 27: Yen Claess verklaart onder ede dat hij met meer andere, o.a. Hans Nijssen, gekozen zegman is geweest bij de verkoop van het huis in de Molensteeg genaamd Roitgens dat aan wijlen de schout Dederich van Cruchten verkocht was. Daarbij was de achterstallige jaarrenten à 5 hornsgld per jaar niet meer dan 2 jaar zou bij betalen.180 In het jaar 1554 mei 19: Daem van Cruchten en Cathine (Trijn van der Mylen), echtelieden, verkopen 2/3 en ¼ van huis op de Hamstraat te Roermond.181 In het jaar 1554, 20 juli: Maandag, 16 juli 1554, hebben een aantal mannen in de omgeving van de kathedraal een vuur gesticht. Zes van hen zijn later aangehouden en het waarom van deze daad is men nooit te weten gekomen. Het gevolg van de brand was, dat bijna de gehele stad in de as werd gelegd. Dertien personen werden levenloos onder het puin gevonden. Een beschrijving van deze ramp wordt gegeven in een brief geadresseerd aan: Denn werdigen, edelen, erntfesten, waelachtbaren und hoichgelerten heren cancelen indt raidt Ro. Keys. Matt. etc. unsen besunderen, gunstigen heren ind gueden vrunden.
33
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
"Werdighe, edele, erentfeste, hoichgelerte ind waelachtbare, besonder gunstige heeren ind goede vrunden. Wy konnen noch en mogen U. W. E. und L. nyet verhalden, wie groite ellenden, jammer, moirdt indt brandt vergangen Maendach binnen deser armer, verdorven Ro. Keys. Mats., unsers allergenedichsten heren, stadt Ruremunde aengericht is, ind twee deil, als dat hert ind principaell der stadt, ind sunst den meerendeill van guede, wilch nyet tho waidieren, daerin mitt grusamen und hefftigen vuere syndt omgekomen, daertegen ongefehrlich dat drittenteil, als dat armste, is staen blyven, wye U. W. E. und L. den merendeill die gelegenheyt kondich sijn sall. Want dat vurnementlichste van der Nederstraiten, die gansse Brugstrait mitter vuerstadt over de bruggen, der stadt thoeren, huys ind gansse merct, die Moerkirch mitten vuerstadt des oirdts, die gansse Swalmerstrait mitten Carthusercloister totter Moerckensporter toe, die gantze strait van der vaegdien mit Johan van Lom huyse, Heiligen Geistkirch, Reguliercloester, der Steynwech, Schomeckertrait, ind wess daer omlancx gelegen; item Vischerhoeren, Klockenthoren, Guldenthoren, Wernartzthoeren ind voirt meer anderen, aen der zijden gelegen, uytgebrandt. Und syndt die burgere und kirchen alle in gronde affgebrandt und weynich guedere erredt worden, want der brandt in der groiter droechden ind alsuchen starcken wynde yedermenlich ganss ylentz overfallen is. Dwyle dan nu vurnementlich sulcher hoeger und onverwinlichen schade, daerbeneven die groote, duyre tijt, ingelichen alsuche geferlicheit van kriege ind oirloge allenthalven vurhanden is, konnen U. W. E. ind L. lichtlichen affnemen, wess hertz ind gemoetz by den gueden, vromen ind gar verdorven burgeren ind ingeseten deser stadt gesijn kan. Weer derhalven unser guet beduncken, raedt, vlitich ind demoitlich bidden ind begeren, dat eenige verordente van wege U.W E. ind L. sich hyrher furderlich verfuegen wolden umb die burgere etlicher maeten tho vertroesten, want wy ons sus versihen, dat der meerendeill vertrecken mit einanderen to communiceren, wie men die dingen nae gelegenheyt alrebest sall moegenvurnemen tot eer ind waelfert Ro. Keys. Matt. landtschappen ind deser gueder, armer Sijnre Keys. Matt. stadt mitten hulpen Gaedtz almechtlich,der U. W. E. ind L. waelfaerende ind voir allen onwille bewaeren will. Datum Vrydach post Divisionis Apostolorum (20 juli), anno etc. LIII. Burgemeisteren, schepen ind raith der stadt Ruremunde. Ouch, gunstiche heren und frunde, solde ich U. W. E. ind L. desen erbarmlichen handel vur lange overschreven hebben, dan dat anloupen und onlede, soe sich dach und nacht toegedragen, is soe groot geweest, dat sulcx niet eer heeft konnen geschien." JOHAN VAN CRUCHTEN, scholtis. (afzender)182
Afb. 21
De magistraat van Roermond, het Hof van Gelder en de landvoogdes zetten zich in om de schade te herstellen. Zowel de magistraat en de gewestelijke overheid als de bestuurders in Brussel hadden goede redenen om de schade in Roermond zo snel mogelijk te herstellen. De stad lag strategisch aan de Maas, "maeckende frontiere aen den lande van Gullick, Collen ende Ludick", en was bovendien sleutel tot Brabant en Gelderland. In deze gevaarlijke tijd "van kriege ind oirloge" was het dan ook zaak Roermond verdedegingstechniek te moderniseren. Daartoe was
34
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
reeds fortificatiewerken begonnen, die nu door de brand gevaarlijk vertraagd zouden kunnen worden. Het vuur had daarenboven enkele torens aangetast, hetgeen de stadsverdedeging nu extra moeilijk maakte. De verdediging van de stad hielden de burgers in eigen handen om overlast van soldaten te voorkomen. Slechts in tijden van oorlog namen de stedelingen een garnizoen in, en dat vaak alleen onder dwang. Veel gedupeerde Roermondenaren vertrokken nu uit hun stad, waardoor de verdedeging van de stad erg hachelijk werd. Ook verliep de handel doordat Roermondse handelaren zich elders vestigden. Zo snel mogelijk moest aan deze situatie een einde komen. Reeds enkele dagen na de brand ontvingen kanselier en raden te Arnhem onheilsberichten: Johan Wyttenhorst, drost van het land van Kessel, en de magistraat van Roermond berichtten wat op 16 juli gebeurd was en hoe de stad er nu bij lag. Onmiddellijk werd Philippe de Lalaing, graaf van Hoogstraten en stadhouder van Gelder, door kanselier en raden ingelicht. Het Hof verklaarde zich bereid in Brussel om hulp aan te kloppen.
Afb. 22
Op Roermonds initiatief werd te Arnhem een vergadering belegd met aanwezigen kanselier en raden, Johan van Wyttenhorst en een Roermondse deputatie. Beraamd werd hoe Roermond uit Brussel financiële steun zou kunnen krijgen. Met een brief van het Hof vertrok een Roermonds gezantschap, bestaande uit de schout, Johan van Cruchten, en een der burgermeesters, Arnt van Dursdaell, via Vijlen naar Brussel. In Vijlen hadden de Roermondenaren een gesprek met de stadhouder, die middels een eigen brief pleitte voor inwilliging van de Roermondse wensen. Maria van Hongarije, de landvoogdes, reageerde welwillend op het Roermondse verzoek. Roermond, het Hof van Gelder en de landrentmeester van Gelder dienden met duidelijke hulpmaatregelen te komen. Daarbij behoorden zij voorstellen te doen hoe de nodige financiële middelen konden worden. De landvoogdes zou dan bij Karel V om toestemming voor de maatregelen vragen. Voor wat betreft het verzoek om de mensen uit de omliggende ambten in Roermond puin te laten ruimen kregen de Roermondenaren nul op het rekest. Het Hof schreef op 24 augustus dit niet te kunnen toestaan omdat deze mensen reeds aan de verbetering van de vesting werkten. Vertraging daarvan moest per se voorkomen worden. Een tweede verzoek, nu gericht aan de stadhouder had wel resultaat. De stadhouder vond dat de wederopbouw van Roermond voorging. Het Hof gaf nu aan de drosten van de ambten Kessel, Kriekenbeek en Monfort bevel allen die aan de versterking van de stad werkten, op te dragen enkele weken in Roermond puin te ruimen183. In het jaar 1554 augustus 6: (De stad Roermond) schrijft aan de stadhouder (van Gelre en Zutphen) dat op 16 juli een jammerlijke en onbarmhartige brand het voornaamste, rijkste en beste gedeelte van de stad met de voorsteden heeft verwoest en dat op St. Jacobsdag (25 juli) door een sterke wind de nog overeind staande gebouwen, stenen gevels en schoorstenen omver gewaaid zijn zodat bijna geen steen op de andere is gebleven. Een gedeelte van de bevolking heeft de stad verlaten of dreigt dit te moeten doen. De heer der Horst (Hoirst) heeft reeds met kanselier en raden overleg gepleegd over de hulpverlening. De stad sturt thans Johan van Cruchten en Arnt van Dursdaell om met de stadhouder en de raden van de koningin van Hongarije en Bohemen over de hulpverlening en wederopbouw te spreken en vraagt om zijn hulp.184 In het jaar 1554, 10 augustus:
35
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Judice Hillen, Drijveren q. Dederich van Cruchten tinktoor consensu Lysbert uxoris (echtgenote) et vendidit (verpachten) die plaitz ind erve cum suis et iuribus gegegen in der Nederstraiten nechts den Grawen thoeren tusschen erven Johan Kaell ind Thys Arians soe wye syne kynderen prtn op hilichsvurwayrde myt Bielken uxori. Conitione Judex heriditavit.185
Hof van Brussel 1550, Afb. 23
In het jaar 1554 augustus 10: Peter vsn Kempen en Hadewych, echtel., verkopen uit 6 staal land buiten de Ezelpoort, aan beide zijden beleend door Merten van Doirn, tegen de kloostermolen, 5 gouden gelderse rijder gld, losbaar na 3 jaar met 100, aan (niet ingevuld, verm. Dederich van Cruchten en Lysbert, echtel.).186 In het jaar 1554 oktober 11: Thijs van Cruchten en Berbe Beckers wonen op de Berg.187 In het jaar 1554, 28 oktober: Op de datum droeg “Here Johan van Cruchten, Canonick der Collegiaten Kyrchen in de Heiligen Geist ‘over’ alle alsylcken synen gedeils ind gerechticheyt als ym van gereyden ind erffschappen annersteyrven is van Heynen Scherers ind Marien uxoris alde vader ind moeder zaliger gedachtnyss” aan Derich van Wessem n Ursula van Cruchten, echtelieden, zijn schoonmoeder en zuster. In het jaar 1555 januari 4: Thys van Cruchten “op de Berg” is wijlen; zie ook 11-10-1554.188 In het jaar 1555 januari 9: Coen op ’t Zand de kremer en Aleitje, echtelieden, verklaren dat Johan van Cruchten, schout, Lambrecht van Cruchten, Gertruydt van Cruchten en de kinderen van wijlen Dederich van Cruchten toelaten dat zij de “wynde in droppe” van hun huis langs Coen’s erf gelegen zullen opbouwen. Coen zal die zijmuur bouwen op het oude 36
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
fundament van het huis van de schout en verder achterwaarts op het erf doortrekken met behoorlijke pijlers in de muur. Beide partijen mogen in die muur inbalken. Coen zal alle water van het huis van de schout dragen.189 In het jaar 1555, 20 maart: Johan van Cruchten, richter in een acte, waarbij Heinrich Noeijen verkoopt: een huis gelegen over de Brugge tusschen Reyner Voisterman. Daniël van Beeck, aan Gairt In den Vysscherwijrdt en zijn huisvrouw190. In het jaar 1555 augustus 2: Lambrecht van Cruchten en Gertruydt van Cruchten verkopen de plaats met halve kelder onder erf van Elisabeth van Cruchten, te weten het voorste gedeelte aan de straat met een keldergat, langs Elisabeth van Cruchten en Coen Roeckartz(?) aan Thijs Kannengieter en Petra, echtelieden. Dederich van Cruchten naast en draagt weer over. Thijs betaald Lambrecht 215 gld. brab. op Sint Remigius. 191 In het jaar 1556 januari 3: Daem van Cruchten en Catharina van der Mylen, echtelieden, verkopen zijn deel van de plaats in de Lombardstraat, bij de H.Geest an Wylhelm van Cruchten en Agnes, echtelieden.192 In het jaar 1556, de maand februari: Werkstaking der schepenen van Roermond in 1556: In deze tijd, waarin men geen krant kan inzien zonder dit woord aan te treffen en waarin van dit bedenkelijk middel een steeds ruimer gebruik wordt gemaakt, is het zeker niet onaardig te vernemen, dat vóór 4½ eeuw ook wel eens gestaakt werd, al was het dan niet door arbeiders en al had de zaak geen geldelijke kant, zoals tegenwoordig doorgaans. Laat ons van de Roermondse schout de toedracht van de zaak horen. Deze schrijft aan het Hof van Gelderland als volgt: "Werdige, edele, erntfeste, hoichgeleirte ind wailachtbare, besunder gunstige herrn ind frunde. Ich kan Ur. W. Ed. ind L. in allenn geden nyet verhaldenn, wye dat sich hiirbefoeren etzelich unverstandt tuschen denn pastoir ind den kyrchmeister der moderkyrchen alhiir toegedragen gehadt, soodat die kyrchmeister denn dyenst langer nyet hebben willen ainhalden noch bewairen. Ind soe (Goth betert) die kyrch baven ind beneden aff- ind uytgebrant is ind myddelre tiit etzeliche gewoelffzell, als insonderheyt van des heyligen Sacram,entz choir, ingefallen, soelde der pastoir alsdoe alle die herenn van deser stadt vur schelmen ind boeswichten gescholdenn hebben, wye Gaert van Wessem, eyner van den schepenn ind Raidt in miinre tegenwoirdicheit thoe erkennen gegeven. Diewyele nu Burgermeistere, schepenn ind Raith sementlich ind eyndrechtlich - wie dan billich - ire ere - als under allenn dat vurnementlichste - willen ind gedencken toe verdedingen ind derhalven gein recht besitten noch hoefftoerdell aennemen willenn, der pastoir en sall dan vuryrst der wort halven thoe verhoir gestalt wesenn, is miin diinstlich begerenn, Ur. W. Ed. ind L. willen sich derhalvenn beraitslaegenn ind alsuche myddelen ind wege vurnemen laiten, dairmyt gerurten unverstande affgeholpen, nye kyrchmeistere weder ingestalt, wairby die kyrch nyet gans undergae, ind sonderlingh dat eyn yederlicher, inheymsch ind uytheymsch, dairby nyet verkoirt, sonder foirderlich tot synen rechten verholpen mach werden myt genaeden des Almechtigenn, die Ur. W. Ed. ind L. wailfaerende gespaeren will. Gegeven denn VIIten des mandtz Februarii, anno etc. LVI." Ure. W. Edelh. ind L. guetwilliger JOHAN VAN CRUCHTEN, schoultz thoe Ruremunde. Men ziet, de schout plaatste zich geheel op het standpunt van de magistraat en billijkte ten volle voor diens houding, die hij onvermijdelijk achtte na de door de pastoor aangedane belediging. Het Hof dacht er echter anders over en wachtte niet lang met een ernstig antwoord. De kerk mocht niet zonder kerkmeester zijn, daarom vond men dat òf de pastoor moest opnieuw aangesteld worden òf er moest een nieuwe komen 193. In het jaar 1556 voert Johan van Cruchten, scholtis van Roermond, als wapen "drie schuinbalken". In het jaar 1556 maart 9: Daem van Cruchten en Tryne, echtelieden, verkopen uit hun huis, genamd Pothuis, 2 ½ daalder à 29 st. jaarrente, gelegen in de Munsterstraat, an Neeske op den straiten Van Cruchten, losbar met 50 daalders.194 37
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
In het jaar 1556 september 28: Johan Stock en Else, echtel., verkopen uit huis op de Swalmerstraat langs Dederich van Wessem, voorts uit 10 rijder gld. Jaarrente ten laste van Johan Zadelmecher ’s huis; voorts uit gereed en ongereed goed, jaarrente van 30 gld brab. Aan Dederich van Cruchten, bastaard, en Lysbett, echtel., of laatstlevende daarvan en na hun dood hun kinderen, losbaar met 105 zilveren daalders 24 crusaten, 60 gouden gelderse rijders en 200 gld brab (Afgelost 12-12-1575 aan Hendrich van Wessem namens Gerith Stockx).195 In het jaar 1556 september 30: Daem van Cruchten en Tryne, echtelieden, verkopen 9 roeden land buiten de Nielderpoort.196 In het jaar 1556 october 30: Derck van Cruchten, Bastaard, laat zich richten wegens dode hand in gereed goed van wijlen jonkvrouw Camphuysen wegens 100 rijder gld.197. In het jar 1557 januari 27: Johan van Cruchten, schout, laat zich richten na uitwinning beslag wegens de haring 25-01-1557 voor 100 goudguldens198. In het jaar 1557 april 27: Schout, burgemeesteren, schepenen, raad, werkmeester en gezworenen der stad Roermond schenken de lege plaats waar het stadsvleeshuis stond, met de kelder, gelegen aan de Markt, aan de kooplieden en kremers van de stad teneinde daarop een Kremershuis te bouwen, waarvan de benedenverdieping, te voorzien met twee poorten, aan de stad zal komen als vleeshuis. Medezegelaars: Johan van Cruchten, schout, en Johan van Lom, burgemeester 199. In het jaar 1557 juni 8-9: Thijs van Cruchten heeft land buiten de Nielderpoort.200 In het jaar 1557 oktober 6: In een niet volledige afgeschreven acte van 6 Okt. 1557 komen voor Dederich van Cruchten x Lysbett van Baer en Derich van Wessem x Ursula van Cruchten. In het jaar 1557, 23 oktober: Lambert van Cruchten vernijt eedt. Hy crigt dairvur uutstel, 12 junii 1556. Dit alles om een "erve sijner olderen bij deylinge, 5 martii 1550".201 In het jaar 1557 november 20: Elisabeth van Baer, weduwe van Dederich van Cruchten, machtigt Dederich van Wessem202. In het jaar 1558: Lambrecht van Cruchten, genoemd als schepen van Roermond (tot 1581?).203 In het jaar 1558 februari 18: Gertruyt van Lom schenkt aan Wylhelm van Hushaven en Johan Goltsteyn als provisoren en meesters van de gasthuisarmen te Roermond t.b.v. de huisarmen voor een maandagse bedeling, de erfrente van 6 rijnsguldens, vermeld in de akte van 1517 november 14204, die wordt getransfigeerd. Oorkonders: Johan van Cruchten, richter, Johan van Lomme en Arnt van Dursdaell, schepenen te Roermond 205.
38
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Onstaan Roermond206
In het jaar 1559: In desen jaere syn burgermeisters geweest Godart van Cruchten en Lenart Scheris. Den 12 Marty, als den don Juan de Maudricques, vrijheer tho Tobachan, mit speciale commissie Criep tot Venlo synde, eenige oick van eers. raedt der stadt Ruremunde dahin vanden seuven communications wyse gevordert werden, is der burgemeister Cruchten, meister Jan van Campen ende Mathis Maroyen naar Venlo gereist207.
In het jaar 1559, 27 augustus: Dirk van Cruchten, gehuwd met Margaretha van Dursdal, is overleden; Op 27 augustus ontving z'n oudste zoon Dirk, mede namens zijn broeders en zusters de belening "De Roode Beek".208
39
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Detail van de plattegrond van Arcen met daarop de Roode Beek209
Over de magistraat in dat jaar zien we het volgende beschreven: Het salaris der burgemeesters en dienaren was ook niet groot. De eerste burgemeester is Raitz-burgemeester kreeg 26 gl. 13 ct. salaris evenals de tweede of Pey-burgemeester, maar de eerste mocht op stadskosten een paard houden, waarvoor hij 60 gulden vergoeding kreeg. Voor hun kleding kregen zij 13 gl.. Toch was het burgemeester-, schepen-, en raadsverwant zijn in die tijd geen onvoordelige zaak. Wel moesten zij bij sommige gelegenheden ook tegen een goed gelag kunnen. Zorgvuldig hield men de magistraatposten in de bevoorrechte families, die door aanhuwelijking weer verwant werden.210 In het jaar 1559 oktober 5: Johan van Lom, bastaard, verkoopt met toestemming van zijn vrouw Elisabeth aan de schepen Dederich Koick en de secretaris Peter van Moerss een erfrente van 11½ gouden gelderse rijdersguldens, gaande uit zijn huis in de Brugstraat, gelegen tussen die van Else Mereels en Johan Gangelt. Kopers zullen de rente aanwenden voor armen mensen "darvan ter noith aen gelde off andere provisoren to begifftigen ind to helpen." Oorkonders: Johan van Cruchten, richter, Gerart Kremers en Dederich Hoefft, schepenen te Roermond 211. In het jaar 1560: Lambrecht van Cruchten, genoemd als (raads-)burgemeester van Roermond 212. In het jaar 1560 april 26: Lambert van Cruchten, burgemeester van Roermond, e.v.a., als afgevaardigden van het vorstendom Gelre op reis naar de hertogin van Parma te Brussel. Besloten wordt authentieke afschriften te nemen van vonnissen te Zutphen, Arnhem en in andere steden gewezen inzake de nalatenschap van Marthen van Rossem om die bij de komst van de stadhouder te kunnen voorleggen. Op verzoek van de burgemeester van Roermond zullen nasporingen gedaan worden naar een door hertog Carll van Gelre van de stad Keulen verkregen vergunning dat Gelderse ingezetenen in die stad wijn mogen kopen van "overlanderen", waarvan een bewijs te Arnhem aanwezig zou zijn. Nijmegen en Roermond zullen namens de andere steden bij kanselier en raden stappen ondernemen tegen straatschenders in Kleef en Gullik. Op het verzoek van Roermond aan de drie andere hoofdsteden om een glasraam te willen schenken aan de kerk aldaar, een en andere wegens het feit dat de stad onlands verbrand is, zegt Nijmegen zulks toe. De afgevaardigden van Arnhem en Zutphen zullen het verzoek in hun raad brengen. Besloten wordt de kosten van het gezantschap naar Brussel en een veering aan doctor Bernardt van Rheid over de vier kwartieren om te slaan 213. In het jaar 1560 augustus 31:
40
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Dederich Houfft eb Geertruyde, echtelieden, en Johan van Cruchten, kanunnik, verkopen de plaat achter Dederich Schrivers’ huis, naast de straat en het steegje genaamd de Roedeborch , zoals bij scheiding en deling toegevallen, aan Derich Schrivers voornoemd en Trijne, echtelieden. De koper zal uit de plaats en het huis dat hij daarop bouwen zal een jaarrente van 5 ld brab betalen aan Johan van Cruchten, losbaar met 100.214 In het jaar 1561: Johan van Cruchten, schout; zijn broer Lambert, schepen van Roermond215. In het jaar 1561 januari 24: Jennis Gielen, Gaedert van Hell, Jacob van Beeck, Johan van Coer, Wilhelm van Breye en Peter Joesten, bejaarde burgers der stad Roermond, verklaren vroeger te Deventer tolvrij te zijn geweest. Oorkonders: Gadert Mereell en Lambrecht van Cruchten, schepenen der stad Roermond 216. In het jaar 1561, 12 maart: Overdracht van een morgen land aan den Prior van St. Odiliënberg, die het vermelde land verkoopt aan het klooster der Kruisheeren te Roermond: Judex, Lom, Cruchten (testanteur), enz.217 In het jaar 1561 oktober 22: Op 2 oct. 1561 verkocht Guert Hoefft, met toestemming van zijner echtgenoote Catryne een plaats van een schuur met zijne gerechtheden, gelegen “up der Laaer” aan Johan Vynck en Gertrud van Cruchten, zijne echtgenote218. In het jaar 1561 november 27: Dederich van Cruchten, gasthuismeester, met toestemming van de armenmeesters (der stad) 12 keulse guldens ut in litera aan Jacob van Beeck en Jenne, echtel.219. In het jaar 1561 december 21 (Arnhem): Kaerle van Brimeu, graaf te Megen, stadhouder van Gelre en Zutphen, schrijft burgemeesteren, schepenen en raad der stad Roermond over de klacht van de gedeputeerden van het Overkwartier, te weten Johan van Wytenhorst, drost te Monfort, Diederick van Holthuysen, Gadert Moreel, Lambrecht van Cruchten en Johan van Greverade, bezegeld met het geheimzegel van de stad Roermond, gedateerd 10 december, waarbij gevoegd een instructie voor die gedeputeerden namens de ridderschap en steden van het Roermonds kwartier. De klachten van die van Grubbenvorst tegen inlegering van enige ruiters aldaar zijn ongegrond aangezien die van Grubbenvorst weigerden en sententie van het Hof van Gelre wegens kosten, schaden en intresten uit te voeren 220. In het jaar 1562 oktober 2: Elisabeth Kremers met toestemming van haar man Dederich van Cruchten draagt over haar vruchtgebruik van 1/16 van de molen op de Roer buiten de Ezelspoort, genaamd Werdtzmolen aan Goessen in den Ingell en Johan van Lyn. Gadert in den Ingell en Johan van Lyn als vader en momber van hun kinderen verkopen dat 1/16 deel aan Catrijne Rijcxks, weduwe van Giel Portgens, die belooft de 2 minderjarige kinderen van Johan van Lyn genaamd Thijs en Peter te onderhouden. Gaert in den Ingell de oude draagt zijn deel ook over aan Catrijne voorn.221. Hewych in den Ingell draagt over haar vruchtgebruik op 1/8 van de molen voorn. aan Dederich van Cruchten de Wylde. Dederich van Cruchten de Wylde en Aleydis, echtel., Korst van Cruchten de Wylde en Lijsbeth, echtel., verkopen het vruchtgebruik op 1/8 van de molen aan Catharina Ryexks, wed. van Giel Poirtgens. Gaert in den Ingell de oude en Marie, echtei ., verkopen 1/16 in de molen aan Catharina voorn. 222. Van Cruchten de Wylde, tr. Helwych (in den Ingell? [Engell?]), hieruit (?): Dederich vn Cruchten de Wylde, tr. Aleydis, en, Korst van Cruchten de Wylde, tr. Lysbett. In het jaar 1562 november 24: Ter rekenkamer van Gelre verklaart Gadert van Cruchten namens zijn vader Johan van Cruchten, schout van Roermond, dat het onjuist is dat de hertog van Gelre de ½ van de kleine boeten tot 5 mark (in Roermond) toekomt. 223 In het jaar 1563: 41
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Volgens zijn brieven van de civiele processen van het Hof, van Roermond, voert Lambrecht van Cruchten als wapen drie schuinbalken224. In het jaar 1563 maart 1: Gerke van Oirloe en Jutte, echtel., zijn schuldig uit huis op de Berg tusen Ghijs van Cruchten en Evert Molleners ½ rijder gld jaarrente aan Herman Gielen van Elmpt en Lijske, echtel., losbaar 10.225 In het jaar 1563 maart 3: Bij de verkoop ener erfrente oorkonden: Johan van Cruchten, richter, Johan van Lom en Gadert Mereell, schepenen te Roermond226. In het jaar 1563 maart 10: Joest van Cruchten heeft vruchtgebruik op een plaats Op den Overe.227 In het jaar 1563 maart 13: Dierich van Kercken (=Wessem) en Ursule, echtel., mede als momber voor zijne “moene” Elisabeth van Baer, en, namens zijn zwagers Dierick van Cruchte en van Johan van Cruchten (priester) verkopen 1/6 deel, te weten het deel dat Dries Aebkens van zijn ouders erfde, van een bouwplaats aan de markt, tussen den Eenhoorn (Einhoeren) en het stads vleeshuis, zoals dat deel bij jaar geding uitgewonnen was, aan Gaedert van Meisenborch en Bele, echtel.228. In het jaar 1563 maart 30: Vaess van Crucht(en) en Bele, echtelieden, kopen de molen met huisje en aankleven gelegen op de Roer, genoemd der stadt volmoelen. Kopers verkopen aan de verkopers uit het goed een jaarrente van 14½ gld. brab., losbaar met 290.229 In het jaar 1563 september 11: Bij de ruiling van een erfrente oorkonden: Johan van Cruchten, richter, Johan van Lom en Gerart Kremer, schepenen te Roermond230. Diezelfde dag oorkonden zij bij een andere ruiling van een erfrente 231. In het jaar 1564: Akte van schenking door Johan van Cruchten en Rijck van Lewen aan de huisarmen van een rente van 6 gouden gelderse rijders 's jaars voor een maandagse bedeling in het gasthuis op de steenweg; concept (?), (1564).232 In het jaar 1564 maart 22: Mewuss van Hermersdonck en zijn vrouw Trijnke verkopen aan Johannes van Cruchten, schout der stad Roermond, en diens vrouw Rycke van Leuwen een erfrente van 6 gouden gelderse rijders, gaande uit met name genoemde goederen onder het gerecht van Karken en Kempen. Oorkonders: Johan van Zweenbruggen, voogd van stad en ambt Heinsberg, Johan Goetgens en Aret Thoris, schepenen van het gerecht te Karken en Kempen en de overige schepenen van dat gerecht233. Op de zelfde dag: Johan van Cruchten en zijn vrouw Ryck van Leuwen geven aan Wylhelm van Hushaven, Steffen van Hertevelt en Herman Kremer als aangestelde provisoren van de huisarmen te Roermond en aan Tyesse van Nuenhen als rentmeester t.b.v. die armen de erfrente vermeld in de akte van heden234 die wordt getransfigeerd. Oorkonders zijn dezelfden235. In het jaar 1565, 23 juli: Redinckhem - waarbij deken en kapittel aan Johan van Cruchten, pater te Redinckhem, negen morgen land, aldaar gelegen, verpachten voor de periode van zes jaren236. In het jaar 1565 oktober 30: Johan van Cruchten, schout, namens de heer laat zich richten na uitwinning beslag op een molem. 237 In het jaar 1565: 42
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Lambert van Cruchten wordt samen met Mathias Cremers als burgemeester van Roermond genoemd 238. Lambert is dan raadsburgemeester. In het jaar 1566 januari 3: Daem van Cruchten en Catharina van der Mylen, echtelieden, verkopen zijn deel van de plaats in de Lombardtraat, bij de H.Geist.239 In het jaar 1566 mei 2: Burgemeesteren, schepenen en raad der stad Roermond verklaren op verzoek van Johan van Cruchten, schout van de stad, die in zijn rekening zekere onkosten, gemaakt voor enige gevangenen, had opgenomen die door de Rekenkamer te Arnhem niet zijn geaccepteerd als zijnde ten onrechte ten laste van de koning gebracht, dat gebruikelijk is geweest dat de stad een gevangenis voor misdadigers ter beschikking stelt, repareert en onderhoudt, doch de schout de gevangenen moet onderhouden en voeden240. Op dezelfde dag: Burgemeesteren, schepenen en raad der stad Roermond verklaren op verzoek van Johan van Cruchten, schout, op de bezwaren van de Rekenkamer te Arnhem dat de "metzkueren" of "fechtbroicken" te Roermond niet meer dan 5 marken groot bedragen, dat die boeten vroeger en thans nooit meer bedragen en dat de opbrengst half de heer en half de stad toekomt241. In het jaar 1566, de maand augustus: De beeldenstorm: In het Overkwartier zette Engelbertus Faber, een calvinist, op zondag 25 augustus zijn preken voort in de nabijheid van Roermond. In de namiddag haalden enkele Roermondenaren hem binnen de muren, maar de magistraat, ter zijde gestaan door de schout, Johan van Cruchten, kon hem weer verwijderen. Om zulks bij een volgend gelegenheid te voorkomen organiseerde Schram van Dulcken de gewapende invoer van Faber. Met ondersteuning van een tiental geestverwanten werd op donderdag 5 september Faber met succes binnengevoerd. Noch de beide burgemeesters Dederick Hoefs en Johan Burdels, noch de andere leden van de magistraat konden bewerkstelligen dat de predikant weer vertrok. Zelfs kregen zij geen belofte los dat de volgende zondag niet gepreekt zou worden. De aanhangers van de nieuwe leer organiseerden reeds op 8 september, de eerstvolgende zondag, een preek op de markt. Peter Bylemaecker trok hiertoe met een trom door de stad, omroepend dat iedereen die dag gewapend naar de preek op de markt moest komen luisteren. De magistraat stond tegenover deze vertoning machteloos. Roermond had in deze jaren nog geen vaste schutterij. Wanneer de nood aan de man was werden ter verdediging van de stad wel een aantal geweren aan de burgers uitgedeeld, maar deze procedure kon nu moeilijk worden gevolgd, daar dit zonder hechte organisatie toch geen effect zou sorteren, bovendien zouden nu burgers tegenover burgers komen te staan. Opmerkelijk is dat na deze preek in Roermond geen beeldenstorm volgde zoals vaak elders het geval was geweest: "Gott heg loff, dat alhiir geine kircken off cloisteren einiges weghs beschedicht, spoliert off beroefft syndt woirden." Na de preek deed wel het gerucht de ronde dat er van buiten de stad mensen naar Roermond zouden komen om de kerk te beeldenstormen. De magistraat liet daarom de kerksieraden uit de St.-Christofelkerk halen en op een veilige plaats opbergen, met name in de woning van de koster. Ook in andere steden werd soms deze voorzorgsmaatregel getroffen242. In hetzelfde jaar, de maand september: Diederick Hoeufft, oudste zoon van Dirk Hoeufft en Catharina Vercken, was gehuwd met Gertrude van Cruchten. "Morte à Ruremunde, en veuvage, le 10 septembre 1566, dont: 1. Arnould (overl. Roermond 30-08-1625, huwde Anne van Steynen); 2. Rabeth (jong overl.); 3. Diederick (jong overl.); Elisabeth Hoeufft, zuster van bovengenoemde Diederick (gehuwd met Catharina van Vercken), was gehuwd met Diederick of Dirk van Cruchten."243 Hetzelfde jaar, eind september: De Beeldenstorm, vervolg: Toch waren de Roermondse calvinisten niet tevreden met de door middel van geweld verworven rechten. Hun druk op de magistraat nam gestaag toe, vooral toen omstreeks 25 september raytsburgemeester Dederick Hoefs stierf. Hierdoor kregen de calvinisten in de stad nog meer de overhand, wat de andere burgemeester, Johan Burdels, en de schepenen noopte buiten de stad kwartier te betrekken. Alleen de schout, Johan van Cruchten, en een aantal 43
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
raadsleden bleven op hun post.Toen de calvinistische dreiging te groot werd, sloot pastoor Dederick Haen de deuren van de parochiekerk en overhandigde de sleutels aan de schout, hetgeen de calvinisten ertoe bracht opnieuw naar de wapenen te grijpen. De sloten van de kerk werden opengebroken en nieuwe sloten werden door hen aan gebracht. Dezelfde dag werden de stadssleutels aan de magistraat ontnomen. De calvinisten hadden de macht nu helemaal overgenomen en ze voelden zich zeker in deze positie. De volgende nacht organiseerden zij de wacht. De schout kreeg de spotnaam van 'koster', omdat hij de sleutels van de oude kerksloten in bezit had244. Eind september bespraken de schout en de nog in Roermond aanwezige leden van de magistraat een vermaning dat de stad haar privileges zou verliezen indien geen gehoor werd gegeven aan de eisen van Brimeu, met de werkmeesters, de gezworenen, de gildemeesters en de gedeputeerden van de gemeente. Besloten werd om 's middags een vergadering te houden in het Minderbroedersklooster waaraan alle Roermondenaren deel mochten nemen. Tijdens deze tweede bespreking gaven zij de schout, Johan van Cruchten, en de schepenen "eindrechtlick veur antwoirdt dat sy tsementlich ind iegelicher besonder als getrouwe ind gehorsame underdanen altijt guet willich ind bereit solden erfonden werden by hoichgedachter Con. Majesteyt thoe Hispanien, yren alregenedichsten heeren, liff, leven, gueth ind bloitrt dair thoe strecken ind op thoe setten, dan begerten underdenentlich ind demoetlich, (....), dat yn yren predicant ouch alhir vergont ind tuegelaiten werden mucht". De Roermondenaren motiveerden hun verzoek met het argument dat de predikant het reine evangelie en louter het woord Gods leerde. Dit terwijl het evangelie in de Nederlanden niet verboden was. Indien iemand met de Heilige Schrift in de hand kon bewijzen en betuigen dat de predikant een ketter was of ketterse onderrichtingen hield dan waren zij bereid hem te verdrijven. De raadsleden en vooral de schout, Johan van Cruchten, wezen er nu nogmaals nadrukkelijk op dat Roermond, indien de burgers in deze houding zouden volharden, het gevaar liep haar privileges te verliezen. De tegenpartij liet zich evenwel niet van haar stuk brengen. De goede naleving van het woord Gods gaat de ziel aan en geeft zaligheid. De koning, die zij allen trouw waren, kon toch niet verlangen dat zij God en diens woord gedeeltelijk zouden verlaten. Geen enkele God zou zo'n koning een gelukkige regeringsperiode en een langdurige welvaart vergunnen: "kyn Gott almechtich, die Ure Gen. in geluckselige regerongh ind langwilige wailfairt gefristen will." Uit deze argumentatie blijkt dat in Roermond enkelen zeer goed bekend waren met de leerstellingen van Calvijn. De ziel moest God gehoorzamen: "liff, leven, gueth ind bloitt" hoorden toe aan de koning, de wereldlijke vorst. Doordat de koning nu een bepaald geloof, in de ogen van de calvinsten een vals geloof, oplegde verstootte deze tegen Gods wil. In elk geval begaf hij zich onrechtmatig op diens gebied. Intussen was de parochiekerk door de calvinisten geopend endoor Faber werd gepreekt. Toch vond er weer geen beeldenstorm plaats. Blijkbaar werd de St.-Cristoffelkerk, doordat de magistraat de kostbaarste sieraden verwijderd had, in deze toestand geschikt bevonden om er calvinistische diensten te houden. Door de druk van Brussel en Arnhem en van de schout (Johan van Cruchten) en de magistraatsleden op de Roermondse calvinisten was de toestand echter nog zeer explosief. Deze spanning ontlaadde zich in de nacht van 4 op 5 oktober alsnog in een beeldenstorm. Op vrijdag 4 oktober werd volgens calvinistisch gebruik een aanhanger van het nieuwe geloof begraven. De calvinisten hadden eerder die week, zonder dat de schout, Johan van Cruchten, hiervan op de hoogte was, een brief ontvangen van Hendrik van Brederode, heer van Vianen, en Floris van Palandt, graaf van Culemborg, die beschreven hoe de houding moest zijn ten aanzien van de nieuwe religie en de ingevoerde predikant. De inhoud van deze brief werd tijdens of na de begravenis bekend gemaakt, hetgeen tot gevolg had dat zich na de begravenis een aantal calvinisten in de parochiekerk liet insluiten. Zij haalden alle beelden naar beneden en vernielden het houtwerk; zelfs graven werden opengebroken. Een deel van de ontheiligde beelden werd in de kerk verbrand. De volgende dag bleek dat de gilden in elk geval instemden met de beeldenstorm. 's Morgens waren de beeldenstormers nog steeds doende in de afgesloten kerk en Johan van Cruchten en de raad lieten de noodhoren blazen om zo de Roermondenaren op het kerkhof, de gebruikelijke vergaderplaats van magistraat en burgers, te verzamelen. Een groot gedeelte van de burgerij kwam inderdaad naar het kerkhof om de stadsoverheid te helpen met het verwijderen van de kerkschenders. Toen de calvinistischgezinden dit zagen riepen zij overal in de menigte rond dat ieder naar zijn gaffel, de vergaderplaats van zijn gilde, moest gaan. De gehoorzame gildeleden volgden dit bevel op en zienderogen slonk de aanhang van de schout, zodat deze en de raadsleden onverrichterzake naar het stadhuis moesten terug keren. Na dit ingrijpen van de gilden konden de kerkschenders ongehinderd de kerk verlaten. Wel moet gezegd worden dat velen meer ontzag voor hun autoriteit hadden en niet een calvinistische gezindheid bracht hen tot de euvele daad. Tevens wordt duidelijker waardoor de magistraat zo machteloos was. De degenkamer, de bergplaats van de wapens der stad, was in handen van calvinistischgezinden. De calvinisten hadden zich kunnen wapenen. Wanneer de magistraat nu 44
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
doortastend wilde optreden zou dat ongetwijfeld tot een soort burgeroorlog en bloedvergieten hebben geleid. Terwijl elders de beeldenstorm vaak het begin aanduidde van het actieve verzet tegen de bestaande en religieuze en politieke macht, had de kerkschending in Roermond meer het karakter van een afsluiting, een kroon op het werk van verzet tegen de kerk en de magistraat. Tekenend hiervoor is de late datum van de beeldenstorm en het feit dat deze plaatsvond toen de calvinisten in de hoofdstad van het Overkwartier reeds het heft in handen hadden genomen. Mede hierdoor had de beeldenstorm dan ook meer het karakter van een "zuivering" van de kerk ten einde deze helemaal geschikt te maken voor de calvinistische diensten. Een consolidatie: In de ogen van de gildemeesters had een dergelijke uitspatting toch voorkomen kunnen worden. Een aantal hunner verscheen namelijk op het raadhuis om met de schout (Johan van Cruchten) en de raadsleden de ontstane situatie te bespreken. Tijdens de nu volgende beraadslagingen kwamen de aanwezigen tot een consensus. De gildemeesters beloofden ervoor te zorgen dat in de toekomst geen kerken of kloosters meer geschonden zouden worden. Hieraan hebben zij zich inderdaad aan gehouden. Inbreuken op dit accoord, op 5 oktober bekend gemaakt, zou ten strengste worden bestraft245. Op 20 en 21 oktober vond, waarschijnlijk in Arnhem, opnieuw een officieuze landdag plaats, die weinig meer vruchten afwierp danin Nijmegen begin september. Uit Roermond was de schout, Johan van Cruchten, aanwezig, die de stadhouder mededeelde ervan overtuigd te zijn dat het intrekken van de privileges voor zijn stad wel eens de beste remedie zou kunnen zijn. Brimue, de stadhouder, bevestigd in zijn eigen mening, gaf dit onmiddellijk door aan de landvoogdes. Dit bracht echter geen verandering in de opvattingen van Margaretha van Parma, die op haar beurt voorstelde raadsheer Willem van Gendt naar Roermond te sturen. Brimeu kon hem elders echter niet missen en moest het voorstel van de landvoogdes van de hand wijzen. Op de officieuze landdag werd tevens besproken hoe in de ongehoorzame steden, nu vijf, het gezag kon worden hersteld. Een eerste stap in deze richting was het laten aannemen van een vrede, zoals dat begin september in Nijmegen was gebeurd. Johan van Cruchten nam voor Roermond een kopie mee, die daar inderdaad werd geaccepteerd. De calvinisten stelden echter de nadrukkelijke eis dat zij ongehinderd hun godsdienst mochten uitoefenen. (Dit gaf natuurlijk wederom problemen met de stadhouder die de prediker de stad wilde uitsturen!)246
De Beeldenstorm247
In het jaar 1566 oktober 26: Johan van Cruchten en Rijcke van Leuwen, echtelieden, kopen en jaarrente van 10 Overlandse Keurvorstelijke goudguldens ten laste van de stad Weert.248 In het jaar 1566 december 14: 45
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Johan van Cruchten, schout van Roermond, en Rycke van Leuwen, echtelieden, kopen uit een huis op de hoek van de Markt, afgaande naar de Neerstraat, tusen Thonis Braecht; idem uit 1 morgen land buiten Nielerpoort aan een windmolen; idem 10 staal buiten Zwartbroek, warvan 5 staal in de Exterenkamp en 5 staal achter Roeders’ boomgaard en langs Jacob Bex en Joist in de Merrienborch en op al het overig goed te Roermond een jaarrente van 18 gulden brabants, losbaar met 300 van Vaes Boem en Janne, echtelieden.249 In het jaar 1567: Johan van Cruchten wordt genoemd als burgemeester, met zegel250. In de maand maart: De landvoogdes en haar getrouwen namen zowel politiek als militair duidelijk de overhand. Vele edelen en calvinistischgezinden vluchtten uit de Nederlanden. In de omgeving van Roermond echter werden gedurende de laatste helft van maart intensief troepen geworven door de geuzen. Omstreeks 25 maart trokken deze troepen Roermond binnen om zich te verzamelen. Deze beweging werd tegengewerkt door de schout en magistraat, maar de poging van de soldaten om Roermond binnen te komen gelukte toch, vooral door hulp van de calvinistischgezinden. Aanvankelijk kwamen slechts kleine groepjes soldaten binnen, pretenderend door de stad naar Swalmen te willen trekken. Toen bleek dat de geuzen in Roermond bleven, reed de schout naar de stadspoort om te vragen wat hun bedoelingen waren, en, om indien nodig de stadspoorten te sluiten. Een aantal Roermondenaren koos echter partij voor de soldaten, die door de schout waren gesommeerd buiten de stad te blijven. Johan van Cruchten kon aldus ingrijpen en moest toestaan dat, totdat de poorten voor de nacht gesloten werden, toch nog enkele geuzen de stad binnen glipten. Reeds om zes uur de volgende morgen riepen de magistraat en schout de werkmeesters en gezworenen van de gilden en een aantal gemeenteleden bij zich om te bespreken hoe verhinderd zou kunnen worden dat nog meer krijgsvolk zou binnenkomen en hoe de reeds aanwezige geuzen het gevoegelijkst verwijderd zouden kunnen worden. Terwijl de vergadering voortduurde vertrokken enkele vanhen, die tegen de verdrijving van het krijgsvolk waren, en lieten de poorten openen, hetgeen door de magistraat verboden was. Vervolgens kwam een van de gebroeders van Batenburg, de leider van de geuzen, met zijn volk binnen. De magistraat, die dit bemerkte, zocht de heer Batenburg op, die evenwel verklaarde niets kwaads in zin te hebben tegen de koning. Hij wilde alleen enkele nachten in Roermond blijven totdat al zijn troepen verzameld waren. De schout eiste hierop dat de jonge Bronkhorst-Batenburg eerst lastbrieven van de koning moest laten zien voordat de stadsoverheid toestemming kon geven. Natuurlijk was de geuzenleider niet in bezit van zulke bevelen, maar de schout kon niets uitrichten tegen de troepenmacht die inmiddels was binnengestroomd 251. De geuzen vertrokken ca. 30 maart te boot richting Vianen! In september van dit jaar was de rust, op godsdienstig gebied,nog niet helemaal teruggekeerd. In Roermond brak de pest uit en vele katholieke burgers, die op sterven lagen, wensten de sacramenten te ontvangen. Ingekwartierde soldaten van Brimeu verhinderden dit echter herhaaldelijk. Vermoedelijk vielen zij de pastoor lastig wanneer hij de zieken wilde bezoeken. Bovendien schepte iemand er genoegen in de huizen binnen te dringen om de zieke mensen te onderrichten in het nieuwe geloof. Het Hof gebood de schout direkt alles in het werk te stellen om degenen die de goede katholieken wilden afschrikken te arresteren. Indien nodig kon de schout aan de hoplieden vragen hem enkele soldaten af te staan. Johan van Cruchten was inderdaad in staat de "kettersche leeraer, die int heymelick sich bij den bedtlegerigen und sunst anderen krancken menschen (had) begeve", te arresteren, zodat dit gevaar was uitgebannen252. In het jaar 1567 september 28: Loge van Cruchten en Paule, echtelieden, kopen uit huis aan het Munster 1 ½ malder rogge jarrente, losbar met 30 daalders.253 In het jaar 1568, 10 februari: Mechtildis van Cruchten, dochter van Johannes, huwde volgens contract met Boegell254. In het jaar 1568 april 22: Voor Ph. Bolden, waarnemend richter, e.a. (schepenen) laat Johan van Cruchten, schout van Roermond, zich richten na uitwinning beslag op een aantal goederen namens de heer Idem, 1568 spet. 22.255 In het jaar 1568 oktober 6 (Arnhem): 46
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
De raden van de koning in Gelderland schrijven burgemeesteren, schepenen en raad der stad Roermond ten vevolge op hun brief van 16 september256 dat zij de raadsheer mr. Willem van Gendt hebben aangewezen om dit (maatregelen voedselvoorzieningen van Alva, gelet op dreigende inval van groot leger) te controleren in de steden. Zij wensen dat de schout Johan van Cruchten en burgemeester Gerrit Kremer worden aangewezen om bij de regeliong van de verwerving, opslag, verwerking en verzending behulpzaam te zijn257. In het jaar 1569 maart 16: Johan van Cruchten, schout te Roermond, daagt, ten overstaan van de commissaris, burgemeester, schepenen en raad, 46 met name genoemde personen, die afwezig zijn en zich misdragen hebben in het oproer en weerspannigheid in de stad, in om binnen drie weken te verschijnen voor de hertog van Alva of diens raad teneinde zich te verantwoorden258. In het jaar 1569 juni 3: Peter van Arssen en Catharina van Cruchten, echtelieden, dragen over een jaarrente van 6 gld. brab.259. In het jaar 1569 juni 3: Peter van Arssen en Catharina van Cruchten, echtelieden, dragen over een jaarrente van 6 gld brab in ut litera aan Willem van der Masen en Anna, echtelieden, op voorwaarde dat de rente 5 jaar niet gelost wordt.260 In het jaar 1570: Lambert van Cruchten wordt genoemd als schepen, samen met Dierick in de Maene261. Ook wordt hij dit jaar genoemd als raadsburgemeester262. In het jaar 1570 januari 9: Johan van Cruchten, schout van Roermond, heeft zich laten richten na uitwinning beslag op alle goederen van Jorigen Velport in Roermond.263 In het jaar 1570 januari 23: Mandement namens de koning aan 18 afwezigen met name genoemd, teneinde wegens anabaptisme terecht te staan voor de hertog van Alva en diens raad; afgekondigd 01-03-1570 door de schout van Roermond. 264 In het jaar 1570 februari 26 (zo Bruggen), uff sondach fur halfffasten: Georgius Krieckelman deelt Johan van Kruchten, schout te Roermond, mede dat na onderzoek in de registers niet is gebleken dat die van Roermond tolvrij zijn te Tegelen. De heffing van tol zal derhalve op de gewone wijze geschieden tenzij de stad het bewijs van tolvrijdom kan leveren 265. In het jaar 1570 februari 28: Elisabeth (van Bair, weduwe van Dederich van Cruchten, Bastaard) verkoopt uit haar ½ huis in de Lombartstraat, tussen mr. Henrich Apotheker en de gewezen rector Johan Cesarius, 15 goudgld a 34 st. brab., aan Dederich van Wessem en Ursula, echtel., losbaar met 300. De helft van deze erfrente komt als lijfrente gedurende diens leven ten goede aan Johan van Cruchten (kannunnik van de Heilige Geest).266 Dezelfde dag: Elisabeth van Bair, weduwe van Dederich van Cruchten, bastaard, draagt over 30 gld brab. Jaarrente uit de huizen van wijlen Johan Stoix, op de Swalmerstraat, met de gehele hoofdsom, verder 11 rijder gld ’s jaars en de hoofdsom uit het huis van wijlen Johan van Vresen, nu van Geraeth Stoick, aan de minderbroeders gelegen aan Dederich van Wessem en Ursula, echtel., op de voorwarde dat Dederich c.s. aan Johan van Cruchten, kanunnik in de H. Geest te Roermond de helft van de jaarrenten van 30 ld en 11 rijders zal uitbetalen gedurende het leven van Johan.267 In het jaar 1570 mei 20: Cecilia van Cruchten draagt over een jaarrente van 5 postulaatsguldens ut in litera aan Tilman Beer.268 In het jaar 1570 juni 2 (thoe Neell): Goddert Mareell en Steffen van Hertevelt, schepenen en "gerichten" der dingbank Maasniel (Neell), oorkonden dat nadat hen door Johan van Cruchten, schout te Roermond, in die stad "die ehrde verlehnt" was, Peter van den 47
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Wijngard, oud 70 jaar, Johan Hoet, oud 61 jaar, Johan Rijcken, oud 50 jaar, Heine Marroyen, oud 58 jaar, Nijss van Dilsen, oud 46 jaar, en Hubert Moll, oud 34 jaar, burgers en schippers van Roermond, onder ede hebben verklaard te Lith met lege schepen stroomopwaarts varende nooit vaartol gegeven te hebben 269. In het jaar 1571 februari 20: Cecilia van Cruchten heeft land buiten Zwartbroek.270 In het jaar 1571, 12 juni: Godefridus (Goddart) van Cruchten doet de eed en wordt schepen. Goddart was gehuwd met Maria Behr van Laer271. Familiën Beer, Mammerloe, Reppen: Men verlangt zooveel mogelijk inlichtingen over de familie Behr, Beer of Behr van Laer, die in het Gulliksche heeft gewoont. Zijn deze drie benamingen één der zelfde familie? 272 Een eerste gevolg van de beeldenstorm was de komst van de hertog van Alva. Uit vrees voor zijn bekende strengheid verlieten velen, waaronder Prins Willem van Oranje, het land. Deze verzamelde op Duitse bodem een machtig leger, vieldaarmee in het Overkwartier van Gelre, en eiste van de steden dat zij zich zouden overgeven. Roermond en Venlo sloegen dit onverwaardelijk af, waarop de Prins, na nogmaals te vergeefs Venlo opgeëist te hebben, met zijn leger naar Hillenrade vertrok en vervolgens naar Roermond. Na vijf bloedige stormen werd de stad de 23e juli 1572 ingenomen. Gruwelijk was het bloedbad, het welk door de euvelmoedige Duitsers in de stad werd aangericht, vooral onder de geestelijkheid. In 'Historische Opstellen over Roermond' wordt vermeld dat de scholarus Willem Squaden of Johan van Cruchten (Is hier sprake van een verwarring van de eerste berichten?) na vele verwondingen werd vermoord. In het Karthuizerklooster werden in ieder geval alleen al twaalf religieuzen vermoord. Na het vertrek van Prins Willem, werd de stad wederom, 26 augustus, in Spaans bezit genomen en de bezetting kort nadien versterkt door 5 compagnieën soldaten van de overste Polweiler 273.
De stadspoorten van Roermond274
In het jaar 1570, 28 februari: In een overdracht komt voor: Elisabeth van Bair, nagelaten weduwe van Dederick van Cruchten naturlich zaliger, die een rente van 30 gulden Brabants en 11 rijder, gevestig op de huizen van Johan Stoccx in de Swalmerstraat, alsmede een jaarrente van 11 rijder gulden, op het huis van Gerard Stricken, voorheen toebehoorende aan Johan van Verssen, gelegen bij het 48
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Minbroederklooster, overdroeg aan Dederich van Wessem en zijne echtgenote Ursula van Cruchten, onder voorbehoud, dat zij jaarlijks de helft er van uit zouden betalen aan “Heer Johan van Cruchten in den Heiligen Geist”. In het jaar 1572, april 24: (Burgemeesteren, schepenen en raad van Roermond) stellen Goddert van Cruchten en Diederich in den Maen aan tot provisoren in het Pollartgasthuis275. In het jaar 1572, juli 17: Den 17 Juli verscheen een trompetter voor de poorten van Roermond, om in's Prinsen naam de stad op te eischen. Verscheidene welgestelde burgers waren reeds met have en goed naar Wassenberg en Heinsberg gevlucht276. In de stad bevonden zich vele geuzen. De burgerij weigerde zich over te geven. 21 Juli begon de belegering. Door verraad ("deugnieten") werden er poorten geopend; het gevolg was een bloedbad... In het jaar 1573: Johan van Cruchten wordt genoemd als schout van Roermond. Ook wordt Johan van Cruchten genoemd als burgemeester van Roermond277. In het jaar 1573 februari 5: Op voorstel van de schout Johan van Cruchten begiftigen (burgemeesteren, schepenen en raad van Roermond) Johannes Wiltfanck met de eerst vrijkomende plaats in het Collegium Hieronimi binnen de stad Keulen 278. In het jaar 1573 augustus 14: Lindanus, bisschop in Roermond en het kapittel aldaar, stellen de oude statuten van dat kapittel in geschrift en hechten daaraan hunne goedkeuring. Origineel latijn, 12 bladen papier in folio, geteekend o.a. Joannes Cruchten (kan. van de H.Geist). 279 In het jaar 1574 februari 12: Johan van Cruchten, schout q.q., laat zich richten in alle goederen van Ahrent Pasertz.280. 11-11-1574281 Elysabeth van Baer verklaart als vruchtgebruikster te bezitten: - 30 gld. Brab. 's jaars op het huis van Jan Stocks, hoofdsom 500 gld . - 18 gld. Brab. 's jaars op Stelt huis, hoofdsom 300 gld. - 4 malder rogge 's jaars tlv. Dyrck van Kerken [=Van Wessem!] wegens 75 daalders - 7 hornsgld op Baertmans huis - op haar huis stonden 60 gld. Brab. nu ten laste van Dyrck van Kerken [=Van Wessem!] - 11 rijdergld. op huis van Jan van Vyrsen, nu bewoond door Catharina Thelen - 100 daalders hoofdsom afgelost door Galen nu ten laste van Dederich van Wessem alias Kerken - een moeshof buiten de Ezelspoort op de Weerd - haar woning - een schuld op haar 1/2 huis, waarin ook Johan van Cruchten wordt genoemd tlv. Dyrck van Carken. In het jaar 1574, 11 november: Op deze datum droeg Johan van Cruchten, Canonick (zie 28-10-1554), al zijne gereede en ongerede goedderen over aan zijn dienstmagd Odilia Meandts “in und thot behoeff siner kinderen ac suorum, soe er van oer bekhomen”. In het jaar 1575, september 1: Her Pauwelis Severijns is begiftigd met de vervallen prebende in den H. Geijst, so Johan van Cruchten zaliger had. Op avond Simon en Judas 1575 tot stadsmomboir en procureur gekozen de pey burgermeester Johan Hompesch.282 In het jaar 1577, de maand oktober: In oktober 1577 zonden de Staten van Holland de graaf van Hohenlo aan het hoofd van een leger naar Roermond om de stad te belegeren. Doch ten gevolge van twee uitvallen der bezetting, gepaard met de komst van een ontzettingsleger onder Hierges, werd het beleg opgebroken283. 49
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Plunderende soldaten284
In het jaar 1578: De soldaten van de overste Polweiler (zie 1572) hebben op een schandelijke wijze in Roermond huisgehouden, zo zelfs dat de magistraat en de voornaamste kooplieden in dit jaar verplicht waren de stad te verlaten. Tot overmaat van ramp voegde zich daarbij nog de pest, die tot 1579 woedde...285 In het jaar 1579: De stadhuishouding van Roermond in de oude tijd: "Uytganc und Irstlich Erffrenthe am licht Current geldt." Ontfanck: -Item Johan van Kruchten, Scholtis 15 goltgl., maekt 34 gl. st. Curr. betaelt: 34 gl. 10 st. -Item Lambert van Cruchten 11 goltgl., maekt 25 gl. 6 st. Curr. -Item Dyrck und Rabeith van Cruchten 6 gl. Curr. -Item Johan. van Cruchten, und die Huijsfrou Heysters Dochter 20 goltgl. noch 4 goltgl. noch van Vuirken renthe 8 goltgl. maekt 74g. 12 st. Curr. dair betaelt: 5695 st. -Item Mettel und Annen Gesusteren 15 golt gulden, noch 10 Hornszgulden, maekt 46 gl. Curr., dair opbetaelt: 27 gl. 6½ st.286. Meergeld: Item an den Scholtis Crechtes (Joh. van Cruchten!) Summa 75 gl. 17½ st. facit an bescheiden gelde. In het jaar 1579 zien we verder: Bij het sluiten van de Unie van Utrecht, traden de drie Nederkwartieren van Gelderland tot de Vereenigde Nederlanden toe. Het Overkwartier, in het begin alleen met uitzondering van Venlo, bleef de Spaanse zijde toegedaan en werd van toen af 'Spaansch Gelderland' genoemd 287. In het jaar 1579 oktober 11: Op 11 Oct. 1579 verkocht Joffer Gertruyd van Cruchten 13½ daalder aan en op 4 morgen aarland met zijne gerechtigheden, gelegen buiten de Muurkenpoort aan Heer Wilm Squaden van Asselt, als voogden van Henrich en Walraven van Nerh, onmondige kinderen van Mr. Daniël van Nerh zaliger, tot behoefte derzelver kinderen288. 50
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
In het jaar 1580: Donerdag vore Palmasië Ao. 80 hebben die sementliche meystern van den Ampten ein Ersamen Raith toe erkennen gegeven ind angelangt, als dierweyl die laste in beswaernisse van weghe des inliggende garnisoens die Burgerschafte daegelicx hoe langer hoe mehr overkoemen ind mein Here umb swaickheit oder kleynen antall willen, mit veele dingen teffens bemoeyet ind overlaeden wurde und dairom alles niet naar heysch ind behoer bie sich selffsverrichten kondte, dat demnae ein Ersame Raith gelieven welle dairop toe verstain, dat sie 10 mannen solte wyders toekomende beswaernisse mit myn Here tsamenderhant over sulche saicke van den Burgemeister in der Raithkaemeren solten bescheyden werden, und dair oever mit myn Here sich bespreecken solten und beraetslaegen, und hebben bemelte Mrn. van den Ampten dairtoe gedeputeirt und nomineirt. Und ein ersamen Raitt gehoirt ouch waill rypliche gelett hebende op den Mrn. van den Ampten voergeffen, hebben, mit advys und goetbeduncken des Scholtissen Johan van Cruchten, die obergenante gepresentierte 10 mannen dairtoe op und angenomen, als dat sie in der gegenwerdige, ouen toekunffliche beswaernisse, iedermaal als Mijn Heren dat noedlich erachten werden, hier bie ein Ersamen Raitt sullen opgeboet und bescheyden werden, umb affwendunge der schade, to communiceeren und raits to pleegen 289. In het jaar 1581 februari 20: Op 20 Feb. 1581 verkocht Joffer Gertrudt van Cruchten, weduw Johan Vick zaliger een jaarrente van 4 gulden en 3½ stuiver brabands aan en op 7 morgen lands met zijne gerechtigheden gelegen bij de windmolen van de voogd van Roermond, aan broeder Matthaeus Craen, ater of rector van het klooster de Godsweerd, ter behoeve van genoemd convent.290 In het jaar 1581, de maand september: Lambrecht van Cruchten sterft te Roermond, waaraan hij vele diensten had bewezen; hij is schepen van 15581572291. In het jaar 1582 augustus 25: Op 25 Aug 1582 verklaarde zij jaarlijks verschuldigd te zijn aan de Heer Nicolaas Janssoon de Bruyn een rente van 6 gulden brabands op ongeveer 6 morgen aarland met zijne gerechtigheden buiten de Muerkenpoort bij bij den windmolen van de voogd tussen de erven of kamps der gebroeders Johan en Lambert van Cruchten ter eene en Henrich van Hushoven ter andere zijden.292 In het jaar 1584 februari 11: Verkochten Johan van Cruchten, scholtis en Jouffer Gertruidt van Cruchten, mede voor hun afwezende broeder en zuster een plaatsje met zijne gerechtigheden, “gelegen op ten oirth und den hoeck van den Camiel rechts tegens Jacobs op den Camiells des Brouwers huijs over” aan zuster Gertruydt Hoven procuratrice van het klooster Mariawee en tot behoef van genoemd convent293. In het jaar 1584, de maand augustus: Den lesten Augusti hebben die scholtis Johan van Cruchten sampt burgermeister, schepenen ende raidt Ruremunde aengenomen 100 borgers om wacht te doen mitte soldaeten, midts ontfaengen oick leeninge als die soldaeten, ende hebben die selve borgers gewaeckt, de helft onder den capiteyn Lamerselle ende dander helft onder de compagnie vanden capiteyn Cortenbach294. In het zelfde jaar: Aert Johan van Cruchten krijgt bij zijn aftreden, als schout van Roermond, als vastenspise zijn leven lang jaarlijks een ton haring van de stad Roermond. In het jaar 1585: Akte waarbij de schout Johan van Cruchten een attestatie geeft over een meningsverschil of belediging door de schepen Johan van Nederhoven van officieren van het garnizoen, 1585.295 In het jaar 1586, 2 september: Op deze datum verkocht Jouffer Maria Heijsters, nagelatener widtwe Johan van Cruchten zeliger, een rente van vijf verscheiden Brabantse gulden “Ut in Libus Palibus” aan Johan Puyll en zijne echtgenoote Belle…. 51
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
In het jaar 1587, 23 februari: Aert Johan van Cruchten sterft: Den 24 Februari op st. Matthis dach inden daegeraedt is in Godt verstorven Johan van Cruchten, scholtis der stadt Ruremunde296. Zijn erfgenamen Godart van Cruchten en Johan Bugell krijgen (verdeeld) een goed op Schaiphuise en 2 daler ort op Kerspel Beesel297. Den 22 Juny heeft Robijn Heysters voirden canzler ende raedt, wie oick aende magistraet der stadt Ruremunde, den eydt als scholtis gedaen298. In het jaar 1589: Gadert van Cruchten, genoemd als schepen van Roermond (tot 1596). Hij was òòk genoemd als schepen in 15711572299. Gadert (Godefridus) van Cruchten, komt tussen 1572 en 1587 niet in het protocol voor, terwijl hij nadien regelmatig tot 1606 akten beoorkondt. Dat het om dezelfde persoon gaat en niet om een gelijknamig familielid, blijkt uit de rangvolorde die hij na 1589 innam, namelijk vòòr de schepenen die in de jaren 70 en 80 van de 16de eeuw waren benoemd (De schepenen werden in de akten vernoemd naar oudste leeftijd, oudste benoeming en/of naar belangrijkheid in funktie). Het verdwijnen uit de protocolen is aantoonbaar in sommige gevallen het gevolg van het verlaten van de stad wegens politieke en militaire gebeurtenissen. Later keerden de meesten, soms na velen jaren, terug in de stad en het stadsbestuur.dan namen ze gewoon weer hun oude rangvolgorde in, in de protocolen300. In het jaar 1590: Goddart van Cruchten, genoemd als regerend burgemeester van Roermond. In dit jaar wordt hij ook vermeld als schepen van301 deze stad, en voerde als wapen 'drie dwarsbalken' (?). In het jaar 1591, 9 augustus: Judice & scabini qui supra q. Elisabeth Heufftz widtwe Momboirss & trasportavit ihre lijfftochtte van die andere halfscheitt des huijss voirss. Jouffe Elisabeth van Cruchten ihrer dochter. Jud. Heredt. Judice & scabini qui supra q. pfata Elisabeth van Cruchten et vendidit in den eigendomb die halfscheitt des huiss vorss. Cum suis et iuribus gelegen ut proxime supra Johannen van Wijlre Clairen uxori ac suis. Oe Jud. Heredt. Finiti mandato.302 In het jaar 1592, 23 juni: Er vindt een verdeling plaats van het nalatenschap van Geertruden van Cruchten, tussen hare broers Dirk, Jan en Lambert. Lees: Er vindt een verdeling plaats tussen de erfgenamen van deze broers. In het jaar 1592, 10 juni: Heeft burgemeester Maessen, geassisteerd met Campen, aangesproken Jouff. Elisabeth Hoeufft, weduwe van Cruchten van weghen des ganks van die Gaffel, nu ‘t Wachthuis over hoer Erff und grondt op der Swalmerstrate, uijtgaende und gaffe euer bericht,wie sie besiegelden bescheijdt daarvan hedde. Dat sie der gank boeven soll mogen betijmmeren aver die Stadt der onder solle behalden und geloefden Copie daervan tho schicken. De gang in kwestie bestaat nog en wordt als achter-uitgang van ‘t Stadhuis gebruikt.303 In het jaar 1592, 18 juni: Commissarissen; Godart van Cruchten, Jacob van Lom, Johan van Nederhoven, e.a.304. In het jaar 1595: Maria van Hushoven van de Weyer wordt genoemd als weduwe van Lambert van Cruchten. In het jaar 1596 juli 15: Coram Campen & Licent. Koch q. Mettell, Marie und Catharine van Cruchten ehelige dochtteren van z. Lambert van Cruchten und Marie van de Wijher, et Cognoverrunt Pro se ac suis, consensu matris, Praefatse (aanlatenschap van de goederen van hun moeder) dat sij lieffelick und vrundtlich sich vergeliecken und verdraigen hebben, dat wanneer eenigh van ihnen, gesusteren mit doett affgain, und ehelige kinder offt gebuertt naegelaeten wurde dieselvige in der afflijvige moder staet staen und mit den oeverleevenden muenen succederen und ter deijlongen gain soll in allen sterfgevallen, wie die aldereitz vermoigen, geine uitgescheiden. In aller gestallt wie ihre moder da sij dieselve velle beleefft gedaen soll hebbe wair oich die gueder geleegen sein mochten. Sonder argeliste.305 52
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
In het jaar 1597: Dirk van Cruchten, gehuwd met Elisabeth Hoeufft, komt te overlijden (zie 12-02-1552).306 Op 9 januari in dit jaar wordt Johan van Cruchten, schoenmaker, schrijver aan de Muurkenspoort, "vuerbeheltlich dat derselver wall scriven kunnen". 24 April wordt Johan van Cruchten, poortwachter in de Maasnielderpoort, vermeld; hij zal de ene toren als woning mogen gebruiken307. De vestingstad Roermond bezat zéker negen geduchte poorten: 1. Inopoort of Maaspoort (Kraanpoort, bij de Kathedraal); 2. St.-Janspoort (St.-Janstr., ri. Wilhelminasingel, vroegere "Wal"; 3. Spoelpoort (Steeg - Wilhelminasingel, zgn. "Spuylegats"; 4. Moerckenpoort, Muurkenspoort of Venlosepoort (ongeveer huidige Steeg, ri. Venloseweg); 5. Veldpoort of Nielderpoort (scheiding Hamstr./Stationsplein, ri. Roermondseveld); 6. Zwartbroekpoort (scheiding Zwartbroekstraat/-plein); 7. Begijnnenpoort (de straat naar die poort bestaat niet meer); 8. Ezelspoort of Moolenpoort (einde Molenstr./ ri. vroegere molens aan de Roer); 9. Brugpoort (einde Brugstr., ri. Roer/Voorstad). Voorts zijn er natuurlijk ook verschillende torens om de stad geweest; de volgende torens zijn echter niet meer te achterhalen: 1. De scriverstoren; 2. De Knijnserdetoren; 3. Schenerstein toren; 4. Tis Severins toren; 5. Grauwe toren (Markt/Luiffelstr.); 6. Clocken toren (nu de Rattentoren); 7. Wernerstoren (bij de St.-Janspoort); 8. Exteren toren (bocht Willem II singel); 9. Kattentoren (bocht Wilhelminasingel/"Heksenhuisje"); 10.Senct Cornelis toren (bij de Nielderpoort); 11.Roiderstoren (bij de Moolenpoort); 12.Visscherstoren (ri. Roerkade, Werf). Verder zijn er nog acht torens vergleden in de nevelen des tijds...308
In het jaar 1597, de maand juli: De pest regeerde zo erg te Roermond, dat 1400 burgers en bijna 100 kraamvrouwen stierven309.
53
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c De pest310
In het jaar 1597, 9en Augusti: Jud. Lom & Strangen q. Raboth van Cruchten consensu Henrich Hompess seins mombairs & vendidit die halffscheit eins huiss cum suis et iuribus gelegen opten Mert, die Boen genant tusschen erffen Henrick Kannegieters und Johannen van Rinsbergh, Johannen van Wylre Clairen uxori ac suis. Oe Jud. Heredt finito mandato. Jud & scabini qui supra q. Elisabeth Heufftz widtwe Dederick van Cruchten consensu Hompess seins Mombairss & transportavit ihre lijfftochtte van die ander halffscheitt des huijss voirs. Jouffe Elisabeth van Cruchten ihrer dochter, Jud. Heredt. Jud. & scabini qui supra q. pfata Jouffe Elisabeth van Cruchten et vendidit in den eigendomb die halffscheitt des huiss vorss. Cum suis et iuribus gelegen ut proxime supra Johannen van Wijlre Clairen uxori ac suis. Oe Jud. Heredt. Finito mandato. Actum den 9en Augusti 1597,311
In het jaar 1598, 20 augustus: Theodoor of Derk van Cruchten, Roermond, getrouwd met Catharina van Buel, hebben een zoon geboren: Theodoor of Dirk. Peter: Mathias van Buel; Meter: Ida van Lin. 312 In het jaar 1599, 2 maart: Goddart van Cruchten voor zijn Brusselse reis toegelegd een half aeme wijn, "sed recusavit acceptare". [68] Tussen de jaren 1599 en 1604 wordt Gadert genoemd als schepen van Roermond 313.
Onze Lieve Vrouwe Munsterkerk in Roermond
54
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
--=<<<>>>=--=<<>>=--=<<<>>>=--
55
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
Bronnen: 1
Reg. nr. 783. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 280, no. 932; grosse op perkament, inv. nr. 483; gecancelleerd. Beschadigde zegels der oorkonders in groene was. 3 Reg. nr. 422. 4 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 281, no. 941; Afschr. door notaris Libertus Roemer alias Pictoris, inv. nr. 1431. Zie verder bij regest nr. 422. 5 Reg. nr. 727. 6 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 280, blz. 281, no. 941; Afschr. door notaris Libertus Roemer alias Pictoris, inv. nr. 1431. Zie verder bij regest nr. 422. 7 G.A.R., Res Gestae I, II, III. 8 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 280, blz. 282, no. 946; Auth. afschr. door notaris Godefridus Heelt, inv. nr. 1409 folio 12 verso-13; Zie verder bij regest nr. 727. 9 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 282, no. 947; Afrschr. in cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio XLIII verso. Zie ook reg. nr. 1001. 10 De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. 11 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 283, no. 953; Auth. Afschr. door notaris Godefridus Heelt, inv. nr. 1409, folio 12 verso. N.B.: Zie ook reg. nr. 728. 12 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 283, no. 954; Auth. Afschr. door notaris Godefridus Heelt, inv. nr. 1409, folio 11 verso. 13 Reg. nr. 797. 14 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 284, no. 957; grosse op perkament, inv. nr. 1645; zegels der oorkonders in groene was. 15 Reg. nr. 942. 16 Reg. nr. 946. 17 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 284, no. 958; Auth. afschr. door notaris Godefrus Heelt inv. nr. 1409 folio 14. 18 Reg. nr. 902. 2
19 20 21 22
23
24 25 26 27 28 29
30 31 32 33 34 35
Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 284, no. 959; Aant. uit 1592 inv. nr. 1440. Reg. nr. 931. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 285, no. 961; Afschr. inv. nrs. 1426 en 1431. Gedrukt: Limb. Jaarboek 1928, blz. 77-78. R. A. L. Maastricht 1983, no. 30, blz. 158, regesten no. 39. Inv. van het Archief van het klooster Mariagarde te Roermond 1419-1783. Authentiek Afschrift, inv. nr. 48. Zegelaars zijn oorkonders. Orgineel op perkament, inv. nr. 47; zegel van Kruchten beschadigd, andere zegels verdwenen. Is. An. Nijhoff, Gedenkwaardigheden uit de G Geschiedenis van Gelderland door onuitgegeven oorkonden opgehelderd en bevestigd, Arnhem 1847, dl. 6, 1e stuk, 1859, blz. 342, no. 517. Gelijke afschrift in Lib. VIII der Veertien Registers, fol. 30. Dederick van Cruchten en Dirk komen als bezegelaar: A°. 1474, 1499, 1500, 1502, 1508, 1511, 1515, 1517, 1521, 1527, 1544. IV, blz. 90-91, 94-96, 98, 99, 101-103, 108. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 287, no. 976; Auth. afschr. door notaris Godefridus Heelt, inv. nr. 1409 folio 8 verso. R. A. L. 38, etc. 168, no. 50; Overdr. grondrente. Eenv. afschr. op papier. Proces: Gootzen Snijders contra Neul Culo, 1615-1618. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 288, no. 985; Afschr. inv. nr. 1480. Zie ook regest nr. 920. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 289, no. 988; grosse op perkament, inv. nr. 1245; zegels verloren. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 289, no. 992; Afschr. inv. nr. 1426 folio 51 recto en verso. De akte was als grosse getransfigeerd met die van 1516 aug. 20 (reg. nr. 1302) en 1524 aug. 22 (reg. nr. 1059). Gedrukt in Limb. Jaarboek 1928, blz. 87-88. R. A. L. Maastricht 1983, no. 30, blz. 157. Inv. van het Archief van het klooster Mariagarde te Roermond 1419-1783, regestenlijst no. 37. Authentiek Afschrift, inv. nr. 48.. R. A. M. Loontjes: Inv. van de Archieven van de kloosters der Cellezusters te Roermond en Weert 14191785, blz. 209. Indeling van de inv. no. 58 (1 charter). G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 291, no. 1001; Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624 folio XLIII verso en XLIIII recto. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 291, no. 1004; Afschr, in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio XXVIII verso. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 292, no. 1006; grosse op perkament, inv. nr. 1453; zegels verloren. De Nederlandsche Leeuw, 1900, blz. 69, 70. 37. Zie noot 31. R. D. E. L. Madlener, Inv. van het Archief van het klooster Marie Wee te Roermond 1412-1782, blz. 74, pnt. 12 van de regesten. Afschrift op papier. Inv. nr. 157, blz. 114 en 115. R. A. L. Maastricht 1983, no. 30. Inv. van het Archief van het klooster Mariagarde te Roermond 1419-1783. Authentiek Afschrift, inv. nr. 48.blz. 159. Regesten no. 43. Authentiek afschrift in inv. nr. 48.
56
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53
54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70
71
De familie Van Crugten c
"Familie-wapen Van Lomme”, tekening door A.F. van Beurden en E.R. van Crugten. "Familie-wapen Dursdael", tekening door A.F. van Beurden en E.R. van Crugten. R. A. L. Maastricht 1983, Inv. van het Archief van het klooster Mariagarde te Roermond 1419-1783, , blz. 159. Regesten no. 43. Authentiek afschrift in inv. nr. 48. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 294, no. 1020; grosse op perkament, inv. nr. 1647. Zegels der oorkonders in groene was. Afschr. inv. nr. 1624 folio XXX. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 294, no. 1023; Aant. uit 1592, inv. nr. 1440. De akte was getransfigeerd met die van 1553 juli 18 (reg. nr. 1098) en opgenomen onder de titels van eigendom van de broederschap van het H. Sacrament in de parochiekerk. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. Reg. nr. 992. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 295, no. 1032; Afschr. inv. nr. 1426 folio 51 verso-52 recto. Gedrukt: Limb. Jaarboek 1928, blz. 88. De Maasgouw, Ongewijzigde Herdruk van de jrgn. 1879-1881, Limburgse geschiedenis en oudheidkundig genootschap, Maastricht 1977. 1e Jrg., no. 50, 11-12-1879, blz. 195 (Kloosters tranceron te Venlo). K. B. sign. T 905. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 267, no. 1038; Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio CIIII verso en CV recto. Inv. Archief van het klooster der Annuciaten te Venlo 1361-1795, No. 11, blz. 23. Inv. van het oude archief van de stad Roermond , blz. 298, no. 1046; grosse op perkament, inv. nr. 1661; zegels der oorkonders in groene was. Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624 folio XXXV recto en verso R. A. L. 38, etc. 170, no. 55; Overdr. grondrente. Auth. afschr. op papier. Proces: Jacob van Lom contra Kartuizers, interveniënten voor Simon Hoefsmid, 1599. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 298, no. 1047; Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv, nr. 1624 folio CI. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 289, no. 1048; grosse op perkament, inv. nr. 1582. Zegel van de richter verloren! Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 298, no. 1049; grosse op perkament inv. nr. 1648. Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624 folio XCVII verso-XCVIII recto. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 299, no. 1050; grosse op perkament, inv. nr. 1412; met fragmenten der zegels van de oorkonders in groene was; gecancelleerd. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 299, no. 1051; grosse op perkament, inv. nr. 1651; beschadigde zegels der oorkonders in groene was. getransfigeerd met de akten van 1545 sept. 21 (reg. nr. 1157) en 1563 sept. 11 (reg. nr. 1385). Afschr in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624 folio CX verso. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 299, no. 1052; grosse op perkament, inv. nr. 1407; zegels der oorkonders in groene was. Reg. nr. 889. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 299, no. 1054; grosse op perkament, inv. nr. 491; zegels der oorkonders in groene was. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 299, no. 1055; afschr, inv. nr 1426 folio 7-8 en inv. nr. 1427 folio 6 vo-8. Gedrukt: Limb. Jaarboek 1928 blz. 24-27. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 300, no. 1058; grosse op perkament, inv. nr. 1585; beschadigde zegels der oorkonders in groene was. Getreansfigeerd met de akten van 1547 oktober 1 (reg. nr. 1165) en 1563 maart 3 (reg. nr. 1381). Reg. nr. 1032. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 300, no. 1059; afschr. inv. nr. 1426 folio 52-52 verso. Gedrukt: Limb. Jaarboek 1928, blz 89. P. S. H. A. L. 1887, blz. 102 en 104. Orgineel op perkament, de drie zegels verloren, R. A. te Maastricht. K. B. zie N.22. Reg. nr. 769: een erfrente van 18 rijnsguldens. losbaar met 300 gelijke munt, aan Johan van Vernick en zijn vrouw Juta. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 301, no. 1063; grosse op perkament, inv. nr. 482; met zegels der oorkonders in groene was, dat van de derde oorkonder is gebroken. Reg. nr. 891: zie boven. Reg. nr. 1063. Reg. nr. 841:de verkoop der stad Roermond aan Gheerman Heesman en zijne vrouw Margriete van Vernich (is haar eerste man; zij trouwt later Johan van Lomme!) Reg. nr. 1063. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 301, no. 1065; grosse op perkament, inv. nr. 487; zegels verloren. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 301, no. 1066; grosse op perkament, inv. nr. 1393; fragment van het zegel der eerste oorkonder en gaaf zegel der tweede oorkonder in groen was. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 302, no. 1070; grosse op perkament, inv. nr. 1661; zegels der oorkonders in groene was, dat van de tweede oorkonder is zwaar beschadigd. Volgens de tekst heeft de transfix oorspronkelijk uit meerdere akten bestaan. Afschr. in hret cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624 folio XXXV verso-XXXVI recto. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 302, no. 1071; Afschr. inv. nr. 1426 folio 9-9 en inv. nr. 1427 folio 8 verso-
57
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
10. Gedrukt: Limb. Jaarboek 1928, blz. 28-31. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 302, no. 1072; Afschr. inv. nr. 1426 folio 82-82 verso en inv. nr. 1431. Gedrukt: Limb. Jaarboek 1928, blz. 108-109. 73 Reg. nr. 960. 74 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 305, no. 1083;Grosse op perkament, inv. nr. 497; zegels verloren. Getransfigeerd met de akten van 1504 juni 15 (regest nr. 960) en 1537 mei 21 (reg. nr. 1109). 75 "Limburg", XXVIII, 1922, blz. 122. 76 De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. 77 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 305, no. 1088; Auth. afschr. uit 1596, inv. nr. 477. 78 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 306. no. 1090; Grosse op perkament, inv. nr. 1649; zegels verloren. Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio XLIIII verso. 79 De Nederlansche Leeuw, 1900, blz. 69 en 70. 80 Door A.F. van Beurden.. 81 Reg. nr. 872. 82 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 307, no. 1096; Aant. uit 1592, inv. nr. 1440. De akte was als grosse getransfigeerd met die van 1492 maart 8 (reg. nr. 872), 1501 maart 15 (reg. nr. 940) en 1533 juli 18 (reg. nr. 1097) en opgenomen onder de titels van eigendom van de broederschap van het H. Sacrament. 83 Reg. nr. 872. 84 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 307, no. 1097; Aant. uit 1592 inv. nr. 1440. Zie voor de samenstelling van de oorspronkelijke transfix regest nr. 1096. De akte was opgenomen onder de titels van eigendom van de broederschap van het H. Sacrament. 85 Reg. nr. 1023. 86 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 307, no. 1098; Aant. uit 1592, inv. nr. 1440. Zie ook regest nr. 1099. 87 Reg. nr. 1023. 88 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 307, no. 1099; Aant. uit 1592, inv. nr. 1440. De akte was getransfigeerd met die van 1513 dec. 30 (reg. nr. 1023) en 1533 juli 18 (reg. nr. 1098) en opgenomen onder de titels van eigendom van de broederschap van het H. Sacrament in de parochiekerk. 89 De Maasgouw, Ongewijzigde Herdruk van de jrgn. 1879-1881, Limburgse geschiedenis en oudheidkundig genootschap, Maastricht 1977. 39, 17-02-1881, no. 112, 3e jrg., blz. 442. 112, 3e jrg., blz. 442. K. B. sign. T 905. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. Mr. Sloet e. a., Register op de Leenaktenboeken van het Vorstendom Gelre en Graafschap, Arnhem, S. Gouda-Quint 1904. Ook in de Leenaktenboeken van het Overkwartier van Gelderland, no. 82. K. B. sign. 812 F 38-43 (1904-'37 dl.1: Overkw.; dl. 2: Nijmegen; 3+4. 90 De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), pag. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. 91 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 308, no. 1103; Grosse op perkament,inv. nr. 1408; fragment van het zegel der derde oorkonder in groene was. 92 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 308, no. 1104; Grosse op perkament, inv. nr. 1394; zegels der oorkonders in groene was, die der tweede een derde oorkonders als fragment. 93 Acht eeuwen Roermond; Roermondenaren, hun bestuur en rechtspraak (ach lieve tijd), blz. 94. 94 Limburg's Jaarboek, XXVIII, 1922, Uittreksels uit de mede-deelingen uit het Keulse Stadsarchief (Heft 36), Brb. 59, 234 a, b. (30; 859). 95 Limburg's Jaarboek, XXVIII, 1922, Uittreksels uit de mede-deelingen uit het Keulse Stadsarchief (Heft 36), Brb. 59, 234 a, b. (30; 859). 96 Overdracht van een hoeve en percelen. 97 R. A. L. 38, no. 63; Overdr. hoeve en percelen; Een afschr. op papier. Proces: erfgenamen Erlenwein contra Petrus Luytgens, 1733. 98 Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. Mr. Sloet e. a., Register op de Leenaktenboeken van het Vorstendom Gelre en Graafschap, Arnhem, S. Gouda-Quint 1904. Ook in de Leenaktenboeken van het Overkwartier van Gelderland, no. 82. K. B. sign. 812 F 38-43 (1904-'37 dl.1: Overkw.; dl. 2: Nijmegen; 3+4). 99 De Maasgouw, Ongewijzigde Herdruk van de jrgn. 1879-1881, Limburgse geschiedenis en oudheidkundig genootschap, Maastricht 1977, 2312-1880, nr. 104, 2e jrg., blz. 412.. K. B. sign. T 905. 100 PSHALL 1948, LXXXIV, blz. 290. 101 Vanaf de grote weg Venlo-Wellerlooi, ten hoogte van Grubbenvorst). 102 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz 311, no. 1122; Geïnsereerd in de akte van 12 april 1554, reg. nr. 1219, waarvan afschr. in Jura et Priv. II, inv. nr. 346, blz. 172-181. Eenv. 18e eeuws afschr. inv. nr. 1904 als insertie in de akte van 12 april 1554. Gedrukt: Habets, Limburgse Wijsdommen, blz. 375-380. 103 De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. 104 P. H. A. L. L. 1935, blz. 149. K. B. zie noot 18. 105 De Maasgouw, Ongewijzigde Herdruk van de jrgn. 1879-1881, Limburgse geschiedenis en oudheidkundig genootschap, Maastricht 1977. 2807-1881, no. 135, 3e jrg., blz.530. K. B. sign. T 905. 106 "Hertog Willem van Gullik e.a. werpt zich voor Karel V op de knieën". Kroniek van Nederland/Agon, Elsevier; A. Aarsbergen, e.a., 72
Amsterdam 1989, blz. 252.
58
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
107 108 109 110 111 112 113 114 115 116
117 118 119 120 121 122 123
124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134
135 136 137
138 139 140 141 142 143 144 145 146 147
De familie Van Crugten c
G.A.R., Res Gestae I, II, III. R. A. L. 38, blz. 326, no. 305. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. G.A.R., Res Gestae I, II, III. "Familie-wapen Van Baer", rood op zwart schild?? Tekening van E. R. van Crugten naar een schets van A. F. van Beurden, R. A. Maastricht (zie ook noot 2, hfdst. 1-9.). "Familie-wapen Van Hushoven. Naar een schets van A. F. van Beurden, R. A. Maastricht (enz.). R. A. L. 38, blz. 175, no. 68; Overdr. land; Een eenvoudig afschr. op papier. Proces: erfgenamen Claes Heesen contra Sweer, Arnold en Hendrik Raemaeckers, 1626. R. A. L. 38, blz. 326, no. 3058. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 317, no. 1157; Grosse op perkament, inv. nr. 1651; zegel der eerste oorkonder in bruine, van de derde oorkonder in groene was, dat van de tweede oorkonder is verloren gegaan. Getransfigeerd met de akten van 1522 aug. 18 (reg. nr. 1051) en 1563 sept. 11 (reg. nr. 1385). Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio CX verso en CXI recto. R. A. L. 38, blz. 176, no. 70; Auth. afschr. op papier. Proces: Jacob van Lom contra Kartuizers, interveniënten voor Simon Hoefsmid, 1599. Acht eeuwen Roermond; Roermondenaren, hun bestuur en rechtspraak (ach lieve tijd), blz. 94. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 318, no. 1165; grosse op perkament, inv. nr. 1585; zegels verloren. Getransfigeerd met de akten van 1523 dec. 31 (reg. nr. 1058) en 1563 maart 3 (reg. nr. 1381). Nedermaas, etc. 1936, 13e jrg., no.10, blz. 181-185. K. B. sign. 1669 e 2 depot. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. P. H. A. L. L. 1935, blz. 149. K. B. zie noot 18. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. Zegel van Johannes van Cruchten (GAR); tekening door E.R. van Crugten. Foto van G.A. Roermond. Charter H. Geest te Roermond, 1549, 26, 10; Rijksarchief Publ. 1929, 437, geeft: In zwart, 3 gouden schuinbalken, helmteken: een drakekop met hals [gebalkt]. Limburgse Wapens, Gebr. van Aelst, Maastricht 1925. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. IV blz. 111, 117, 119, 120. A°. 1549, 1561-1571 (met zegel) en 1573. Nederlandsche Leeuw, 1952, blz. 129. Aant. in Jura et Privilegia I, inv. nr. 345, blz. 185. Meerdink, Roermond in de Middeleeuwen; De Rechtspraak van de Raad en haar begrenzing, blz. 227. In het gemeentelijk Archief te Roermond is een getypte versie (copie) aanwezig (van de in het R. A. L. Maastricht Arch. Hoofdgerecht Roermond, Dep. III, nr. 1036), van M. A. M. Voerman, ass. Archivaris. K. B. sign. 321 D 41. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 320, no. 1176; Grosse op perkament, inv. nr. 1652; beschadigde zegels der oorkonders in groene was; getransfigeerd met de akte van 1563 sept. 11(reg. nr. 1386). Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio CX recto. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 321, no. 1186; Grosse op perkament, inv. nr. 1650; beschadigd zegel der richter en fragment van dat van de 2e oorkonder in groene was. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 321, no. 1183; Aant. in Jura et Privilegia, inv. nr. 345, blz. 185. Zie ook
59
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
148 149 150 151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161 162 163 164 165 166 167 168 169 170 171
172
173
174 175 176
177 178 179 180 181 182
183 184 185 186 187 188 189 190 191
De familie Van Crugten c
"Limburg" Provinciaal Genootschap voor Gesch. Wetenschappen Taal en Kunst, XV, 1909, blz. 62, en meer. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 322, no. 1189; Grosse op perkament, inv. nr. 484; fragment van het zegel der tweede oorkonder in groene was, de overige zijn verloren. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Roermond stad met verleden, Roermond 1985, van de Commissie Kleine Monumenten Roermond; Druk: H. van der Marck en zn., blz. 63. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 323, no. 1200; Aant. in Jura et Priv. I, inv. nr. 345, blz. 185. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Nedermaas, etc. 1936, 13e jrg., no.10, blz. 181-185. K. B. sign. 1669 e 2 depot. Naar een tekening van A.F. van Beurden. Naar een tekening van A.F. van Beurden. De Nederlandsche Leeuw 1900, blz. 69 en 70. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. De Nederlandsche Leeuw 1900, blz. 69 en 70. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. "Limburg", 1927, XXXIII, blz. 124. P. van Crugten, Candidaat-Notaris, Roermond, wordt genoemd in de ledenlijst van dit Limb. Jaarboek. Brief no. 1798. Dr. J. S. van Veen, Limburgs Jaarboek XIX, 1913 (de benoeming van Lambert van Kruchten tot burgemeester te Roermond, 1553). Brief no. 1798, no. 1804; no. 1809. blz. 230, K. B. sign. 1129 c 8-41; ook in Veen, 33. Voor benoeming burgemeester, zie in de Middeleeuwen, Meerdink, blz. 24. Dr. J. S. van Veen, Limburgs Jaarboek XIX, 1913 (de benoeming van Lambert van Kruchten tot burgemeester te Roermond, 1553). Brief no. 1798, no. 1804; no. 1809. blz. 230, K. B. sign. 1129 c 8-41; ook in Veen, 33. Voor benoeming burgemeester, zie in de Middeleeuwen, Meerdink, blz. 24. Dr. J. S. van Veen, Limburgs Jaarboek XIX, 1913 (de benoeming van Lambert van Kruchten tot burgemeester te Roermond, 1553). Brief no. 1798, no. 1804; no. 1809. blz. 230, K. B. sign. 1129 c 8-41; ook in Veen, 33. Voor benoeming burgemeester, zie in de Middeleeuwen, Meerdink, blz. 24. G.A.R., Res Gestae I, II, III. De stoute bisschop, fam. van Baar, 1992, blz. 157. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 326, no. 1215; Minuut op papier, inv. nr. 1207. Inliggend enkele staten van door de ambachten en broederschappen toegezegde bijdragen. Zie ook in "Limburg" Prov. Gen. Gesch. Wet. Taal en Kunst, XVIII, 1912, blz. 180; hier spreekt men van 29 dec. 1553 (J.B. Sivré. Oud-Rmds Archief I deel 3 aflevering 342 blz. Minute, in omslag 15 No. 24). Hoofdgerecht 311 fol 51 vo; GAR 2541. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Hoofdgerecht 311 fol 55; GAR 2602. Hoofdgerecht 311 fol 55 vo; GAR 2612. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Limburgs Jaarboek X, 1904, blz. 5; L. A. J. Keuller, Bulletin aan den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond: Beschrijving van OudRoermond, 2e serie, juli 1920, 13e jrg., nr. 3, uitg. Doesburg, Leiden. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796blz. 329, no. 1231; 1554 augustus 6, minuut, inv. nr. 69. Roermond stad met verleden, Roermond 1985, van de Commissie Kleine Monumenten Roermond; Druk: H. van der Marck en zn., blz. 120. Minuut, inv. nr. 69. Overdrachtsreg. Roermond 1548-1591, fol. 59 verso., Cop. J. Verzijl, Maastricht 23/II 1943. Hoofdgerecht 311 fol 59 vo; GAR 2658, 2659. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. De Nederlandsche Leeuw 1900, blz. 69 en 70. G.A.R., Res Gestae I, II, III.
60
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
192 193 194 195 196 197 198 199 200 201 202 203 204 205 206 207 208 209 210 211 212
213 214 215 216 217 218 219 220 221 222 223 224
225 226 227 228 229 230 231 232 233
De familie Van Crugten c
G.A.R., Res Gestae I, II, III. Limburgs Jaarboek XIX (1) 1913, blz. 230. Brief van het Hof m. h. kwartier van Roermond, no. 2351. Medegedeeld door Dr.J.S. van Veen. K. B. sign. 1129c8-41. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Hoofdgerecht 311 fol 92 vo; GAR 3159. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Hoofdgerecht 311 fol. 98 vo; GAR 3190. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 340, no. 1297; Afschr. in Jura et Priv. I, inv. nr. 345, blz. 189-191. Eenv. 18e eeuws afschr. inv. nr. 1894 folio 24 verso-25. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. Hoofdgerecht 311 fol 111 vo; GAR 387. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. Reg. nr. 1038. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 341, no. 1306; Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio CV recto. Stadsmuur 1670: ’Ach Lieve tijd – Acht eeuwen Roermond en de Roermondenaren, blz 136. Fr. Nettesheim, e. a., Kroniek der stad Roermond van 1562-1638, sneldrukpers J. J. Romen, Roermond 1875, blz. 64, 240. K. B. sign. 674 B 71. Nedermaas, etc. 1936, 13e jrg., no.10, blz. 181-185. K. B. sign. 1669 e 2 depot. Detail van de kaart van Arcen met daarop de Roode Beek; afkomstig uit de Gemeente atlas van Limburg door J. Kuyper, 1867. Limburgs Jaarboek X 1904, blz. 128, 30. K. B. zie noot 63. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 344, no. 1329; Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio CIX verso. Dr. J. S. van Veen, Limburgs Jaarboek XIX, 1913 (de benoeming van Lambert van Kruchten tot burgemeester te Roermond, 1553). Brief no. 1798, no. 1804; no. 1809. blz. 230, K. B. sign. 1129 c 8-41; ook in Veen, 33. Voor benoeming burgemeester, zie in de Middeleeuwen, Meerdink, blz. 24. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 345, no. 1333; Gelijkt. afschr. inv. nr. 826. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. P. S. H. A. L. 1935, blz. 149. K. B. zie noot 22. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 345, no. 1333; Gelijkt. afschr. inv. nr. 826. Oorkonden en bescheiden aangaande de kerk en het kapittel van St. Odiliënberg, M.A.H. Willemsen, 2e deel uit PSHALL 1889, blz. 288, Overdrachts prot., dl. 1 fol. 157 sted. arch. Roermond Hoofdgerecht Roermond, ongeoordende stukken. Hoofdgerecht 311 fol. 140; GAR 3858. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 349, no. 1358A; Exped., inv. nr. 76. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Hoofdgerecht 311 fol 144; GAR 3941. G.A.R., Res Gestae I, II, III. P. S. H. A. L. 1935, blz. 149. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. Is. An. Nijhoff, Gedenkwaardigheden uit de G Geschiedenis van Gelderland door onuitgegeven oorkonden opgehelderd en bevestigd, Arnhem 1847; dl. 4, blz. 470, no. 528. Afschrift in boek - Carters no. 2. La. I fol. 549, 550. Hoofdgerecht 311, 147; GAR 3983. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 353, no. 1381; Grosse op perkament, inv. nr. 1585. Zie voor de samenstelling van de transfix bij regest nr. 1058. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Hoofdgerecht 31 fol 166; GAR 3390. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 353, no. 1385; Grosse op perkament, inv. nr. 1651; zegels der oorkonders in groene was. Zie voor de samenstelling van de transfix bij regest nr. 1051. Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624 CXI recto. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 353, no. 1386; Grosse op perkament, inv. nr. 1652; met zegels in groene was van de eerste en tweede oorkonders. Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio CX recto en verso. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 109; N.B.: reg. nr. 1397. 1 stuk. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 355. no. 1396; Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio
61
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
1624, folio CVIII recto en verso. Als grosse getransfigeerd met de akte van 1564 maart 22 (reg. nr. 1397). 234 235 236 237 238
239 240 241 242 243 244 245 246 247 248 249 250 251 252 253 254 255 256 257 258 259 260 261 262 263 264 265 266 267 268 269 270 271
272 273 274 275 276 277
Reg. nr. 1396. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 356, no. 1397; Afschr. in het cart. van de huisarmen, inv. nr. 1624, folio CVIII verso en CIX recto Archief Kapittel St. Walburgis, Archief Zutphen, Akte 62, 1 chirograaf. Reg. nrs. 775 en 777. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Fr. Nettesheim, e. a., Kroniek der stad Roermond van 1562-1638, sneldrukpers J. J. Romen, Roermond 1875, blz. 64, 240. K. B. sign. 674 B 71. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. Hoofdgerecht 311 fol. 83 vo; G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 361, no. 1437; Eenv. gelijkt. afschr. inv. nr. 837 folio 27 verso. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 262 no. 1438; Eenv. gelijkt. afschr. inv. nr. 837 folio 27 verso. Roermond stad met verleden, Roermond 1985, van de Commissie Kleine Monumenten Roermond; Druk: H. van der Marck en zn., blz. 71. A. A. Vorsterman van Oyen, e. a., Annuaire Généalogique des Pays-Bas, Maastricht 1875, blz. 48, 49. Fr. Nettesheim, e. a., Kroniek der stad Roermond van 1562-1638, sneldrukpers J. J. Romen, Roermond 1875, blz. 61, 240. K. B. sign. 674 B 71. Roermond stad met verleden, Roermond 1985, van de Commissie Kleine Monumenten Roermond; Druk: H. van der Marck en zn., blz. 73; R. A. G., Hof van Gelderland, no.658, brief no. 1944; Van Veen, Hervorming, 41 (1905), 374. Roermond stad met verleden, Roermond 1985, van de Commissie Kleine Monumenten Roermond; Druk: H. van der Marck en zn., blz. 75. R. A. G., Hof van Gelderland, no.658, brief no. 1985. Roermond stad met verleden, Roermond 1985, van de Commissie Kleine Monumenten Roermond; Druk: H. van der Marck en zn., blz. 78, 79.
"Beeldenstorm” uit: Spectrum Millenniumatlas. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. Roermond stad met verleden, Roermond 1985, van de Commissie Kleine Monumenten Roermond; Druk: H. van der Marck en zn., blz. 80. Roermond stad met verleden, Roermond 1985, van de Commissie Kleine Monumenten Roermond; Druk: H. van der Marck en zn., , blz. 85. R.A.G., Hof van Gelderland brief no. 3795, 3803, 3798, 3799, 3828, 3831. G.A.R., Res Gestae I, II, III. P. S. H. A. L. 1935, blz. 149. K. B, en P. S. H. A. L., 1887, blz. 102. K. B. sign. t 1962. Hoofdgerecht 311 fol 205 vo 206; G.A.R., Res Gestae I, II, III. Reg. nr. 1475. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz 369, no. 1478; Exped., inv. nr. 83. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 372, no. 1500; Eenv. gelijkt. afschr., inv. nr. 876; beschadigd. In dorso: "copie der certificatie van die citatie und toeslach der guessen van den commissarissen Gent tho Brussel an duca de Alva gesant." G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. A. A. Vorsterman van Oyen, e. a., Annuaire Généalogique des Pays-Bas, Maastricht 1875, blz. 48, 49. Zie noot 58, blz. 61. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. G.A.R., Res Gestae I, II, III. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 375, no. 1520; Exped., inv. nr. 85. Hoofdger. 311 fol 223; GAR 4575. Hoofdger. 311 fol 222; GAR 4574. G.A.R., Res Gestae I, II, III. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796; blz. 9, no. 64. G.A.R., Res Gestae I, II, III. A. F. van Beurden, De Handelingen van de Magistraat der stad Roermond, 1596-1696, blz. 9; Maastricht 1903. Kon. Bibl. signatuur 824 A 19. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), pag. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. Verdraegsboek Roermond, 1574-1656, A. F. van Beurden 14-04-1881, no. 120, 3e jrg. Vrgn. 71, blz. 472. Limburgs Jaarboek X, 1904, blz. 102; L. A. J. Keuller, Bulletin aan den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond: Beschrijving van OudRoermond, 2e serie, juli 1920, 13e jrg., nr. 3, uitg. Doesburg, Leiden. Plattegrond van Roermond door Blaue, afkomstig van het internet. Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 386, no. 1601; Aant. in Jura et Privilegia , inv.nr. 345, blz. 214. Van Vloten, Ned. opstand tegen Spanje (1572-1575), blz. 54. Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926.
62
Hoofdstuk 1-4 Kroniek 16de eeuw
De familie Van Crugten c
278
Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796, blz. 395, no. 1662; Aant. in Jura et Priv. I, inv. nr. 345, blz. 216. G.A.R., Res Gestae I, II, III. 280 G.A.R., Res Gestae I, II, III. 281 Reg. Roermond 5062, Hoofdger. 311 fol 275. 282 Verdrachsboek 1574-1656, A.F. van Beurden, blz.. 141. 283 Limburgs Jaarboek X, 1904, blz. 103; L. A. J. Keuller, Bulletin aan den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond: Beschrijving van OudRoermond, 2e serie, juli 1920, 13e jrg., nr. 3, uitg. Doesburg, Leiden. 284 “Moordende soldaten” uit: Republiek tussen vorsten, oranje opstand, vrijheid en geloof. 285 Limburgs Jaarboek X, 1904, blz. 102; L. A. J. Keuller, Bulletin aan den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond: Beschrijving van OudRoermond, 2e serie, juli 1920, 13e jrg., nr. 3, uitg. Doesburg, Leiden. 286 Limburgs Jaarboek X 1904, blz. 185. K. B. noot 56. 287 Limburgs Jaarboek X, 1904, blz. 103; L. A. J. Keuller, Bulletin aan den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond: Beschrijving van OudRoermond, 2e serie, juli 1920, 13e jrg., nr. 3, uitg. Doesburg, Leiden. 288 Hoofdgerecht Roermond, ongeordende stukken. 289 Roermond in de Middeleeuwen, Meerdink, blz. 113, bijlage III (Verdragsboek blz. 22). K. B. noot 57. Zie ook Limburg's Jaarboek XXVII, 1921, blz. 71; Jura et Priv. enz., blz. 712-725. 290 Hoofdgerecht Roermond, on. Stukken. 291 De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. 292 Hoofdgerecht Roermond, ong. stukken. 293 Verdrachsboek der stad Roermond, A.F. van Beurden. 294 Fr. Nettesheim, e. a., Kroniek der stad Roermond van 1562-1638, sneldrukpers J. J. Romen, Roermond 1875, blz. 85, 204 K. B. sign. 674 B 71. 295 Inv. van het oude archief van de stad Roermond, 1259-1796; blz. 48. 296 Fr. Nettesheim, e. a., Kroniek der stad Roermond van 1562-1638, sneldrukpers J. J. Romen, Roermond 1875, blz. 234. K. B. sign. 674 B 71. 297 Archief Maastricht. "sijnt tot dese twe proviande gegeven en jaerlic tot Kerken" verschuldigd. (Schaiphuisse en sees rijder und op dat Kerspell Beesell 2 daler ort.) Dit als kopie van een aantekening aldaar! De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. 298 Fr. Nettesheim, e. a., Kroniek der stad Roermond van 1562-1638, sneldrukpers J. J. Romen, Roermond 1875, blz. 234. K. B. sign. 674 B 71. 299 De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. 300 De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 319, 325, 326, 331, 333, 334, 337, 343, 346. 301 P. S. H. A. L. 1935, blz. 149. K. B. en P. S. H. A. L., 1887, blz. 102. K. B. sign. t 1962. De Nederlandsche Leeuw 1896, kolom 41. Zie ook De Neder-landsche Leeuw 1952, blz. 124. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 126. 302 Overdr. reg. Roermond 1592-1607, fol. 62 verso; Cop. J.Verzijl, M’tr. 23/II 1943. 303 Verdrachsboek 1574-1656, A.F. van Beurden, blz. 146. 304 Verdrachsboek 1574-1656, A.F. van Beurden, blz.146. 305 Overdrachtsregister Roermond 1592-1607, Cop. J. Verzijl, M’tricht 23/II 1943. 306 Zie 12-02-1552. 307 A. F. van Beurden, De Handelingen van de Magistraat der stad Roermond, 1596-1696, blz. 17, 18, 25; Maastricht 1903. Kon. Bibl. signatuur 824 A 19. 308 F. Nederveen, Van Sjietbergske tot Hoogvonderen, blz. 37. 309 A. F. van Beurden, De Handelingen van de Magistraat der stad Roermond, 1596-1696, blz. 9; Maastricht 1903. Kon. Bibl. signatuur 824 A 19. 310 "Ziekenhuis voor pestlijders in de 16de eeuw". 58.000 Nederlanders, blz. 48. De voorlaatste rustplaats! 311 Overdrachtsreg. Roermond 1592-1607, fol. 62 verso; Cop. J. Verzijl Maastricht 23/II 1943. 312 Verkorte inhoud van een artikel, geschreven door A. F. van Beurden, verschenen in de Nieuwe Koerier Maas en Roerbode op 28-08-1926. 313 A. F. van Beurden, De Handelingen van de Magistraat der stad Roermond, 1596-1696, blz. 24; Maastricht 1903. Kon. Bibl. signatuur 824 A 19. De schepenen, raadsverwanten, burgemeesters en scholtissen van Roermond tot 1637; door drs. G. H. A. Venner (overdr. uit Pshal 120, 1984), blz. 326. 279
63