KWALITEIT IN BEWINDVOERING WSNP
Drs. L.Z. Nagy Mei 2004
Inhoudsopgave Inhoudsopgave.........................................................................................................................2 1. Inleiding ................................................................................................................................3 Achtergrond en aanleiding....................................................................................................3 Doel van het onderzoek........................................................................................................3 Deelnemers en aanpak.........................................................................................................3 2. Ontwikkelingen .....................................................................................................................4 3. Aandacht voor kwaliteit in de keten......................................................................................7 4. Kwaliteitseisen aan de WSNP..............................................................................................9 INK-model en bewindvoering................................................................................................9 Kwaliteitsaspecten voor bewindvoerders en bewindvoerdersorganisaties.........................11 Kwaliteitsaspecten voor de WSNP-keten ...........................................................................14 5. ‘Best practice’-proces WSNP .............................................................................................18 6. Conclusies..........................................................................................................................25 Bijlage: deelnemers aan onderzoek .......................................................................................26
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 2 of 2
Definitief, 7-5-2004
1. Inleiding Achtergrond en aanleiding Momenteel is er extra druk op de uitvoeringsketen van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP). Een en ander heeft ermee te maken dat de instroom blijft doorgaan, in vele gevallen een stijgende lijn vertoont, terwijl er tegelijkertijd vele zaken aflopen. Daarnaast zijn er signalen uit de keten die aandacht vragen voor de kwaliteit van het bewindvoeringsproces. Voorbeelden hiervan zijn onduidelijke en/of te late rapportages, verschillen in de uitvoering tussen bewindvoerders of bewindvoerdersorganisaties en de verschillen in eisen van de rechtbanken aan de WSNP-trajecten.
Doel van het onderzoek Doel van het onderzoek is het geven van een impuls aan de kwaliteit van de bewindvoering door het samen met een aantal betrokkenen uit de WSNP-keten: - Formuleren van een set van kwaliteitscriteria en bijbehorende normen voor de prestaties van actoren uit de WSNP-keten; - Ontwerpen van een 'best practice' proces voor de uitvoering van de WSNP, als voorbeeld voor de inrichting van de eigen organisatie.
Deelnemers en aanpak De informatie t.b.v. deze rapportage is verzameld door middel van analyse van beschikbaar gestelde documentatie m.b.t. de WSNP-keten en interviews en workshops met een aantal betrokken partijen uit de WSNP-keten. Het beschikbaar gestelde materiaal is ‘getrapt’ toegepast, d.w.z. dat de analyse van beschikbaar gestelde documenten gebruikt is als input voor de interviews. Het materiaal uit de interviews is op zijn beurt weer gebruikt als input voor de workshops. In dit traject is een vijftal interviews en een zestal workshops gehouden. Bij de interviews en workshops waren de volgende organisaties betrokken: - Raad voor Rechtsbijstand, Bureau WSNP (RvR); - Rechtbanken (Rotterdam, Utrecht, Arnhem); - Bewindvoerdersorganisaties (Sociaal.NL, Modus Vivendi BV, Bureau voor Rechtshulp ZHZ / Dordrecht, Obin BV, Stadsbank Arnhem, GKB Nijmegen, Albers Duighuisen en Van Striep, Stadsbank Apeldoorn, Stadsbank Haarlem, Bewindvoering WSNP Zuid-Oost Nederland, Kredietbank Friesland, Stadsbank Assen, CSI). De workshops betroffen gedeeltelijk ‘kwaliteit’ en gedeeltelijk de ‘best practice’. In de workshops m.b.t. ‘kwaliteit’ is m.n. gekeken naar: - Ontwikkelingen binnen de WSNP en schuldsanering in het algemeen; - Verschillende actoren en bijbehorende rollen, belangen en doelstellingen; - Het (oorspronkelijke) doel van de WSNP; - Kritieke succesfactoren en kwaliteitscriteria voor de WSNP-keten; - Verbetermogelijkheden voor de WSNP-keten. In de workshop m.b.t. de ‘best practice’ is m.n. gekeken naar het bewindvoeringsproces op hoofdlijnen, de belangrijkste stappen daarin en de meest relevante kenmerken. In de navolgende hoofdstukken zal nader worden ingegaan op de ontwikkelingen en doelstellingen, succesfactoren, criteria en normen m.b.t. de WSNP evenals het ‘best practice’-proces.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 3 of 3
Definitief, 7-5-2004
2. Ontwikkelingen Tijdens het onderzoek zijn nadrukkelijk de ontwikkelingen binnen de schuldsanering en de WSNP in het bijzonder aan bod gekomen. Vele van deze ontwikkelingen hebben namelijk een rechtstreekse relatie met de uitvoeringsproblemen van de WSNP en daarmee voor de te bepalen kwaliteitseisen. Steeds minder minnelijke trajecten en schuldhulpverlening Doordat gemeenten geconfronteerd worden met verminderde inkomsten, wordt de subsidiekraan richting de schuldhulpverlening (bijv. GKB’s) steeds verder dichtgedraaid. Dit leidt er mede toe dat er steeds minder minnelijke trajecten kunnen worden uitgevoerd, deze trajecten minder omvattend zijn en sanieten steeds sneller en in grotere aantallen in het wettelijke traject belanden. Door de verminderde inkomsten van gemeenten worden ook in het wettelijke traject de begeleidingsmogelijkheden (bijv. budgetteringscursussen) beperkt. Druk op WSNP neemt toe door verzwakking andere middelen Minnelijke trajecten lijken eerder te worden opgegeven omdat de WSNP als vangnet erachter aanwezig is. Dwangakkoorden worden (te) weinig toegepast. Hierdoor komen mensen in de WSNP terecht die er eigenlijk niet in horen. Het betreft bijv. mensen met een beperkte huurachterstand (woningbouwverenigingen weigeren vaak mee te werken aan minnelijke trajecten, WSNP wordt aangevraagd om ontruiming woning te voorkomen), mensen die in de problemen zijn gekomen door achterstanden van de sociale diensten en in toenemende mate jongeren. Vanuit de crediteuren wordt de WSNP soms ook als machtsmiddel / straf gezien om drie jaar een bewindvoerder aan te kunnen stellen. Stijging aantal en complexiteit trajecten Mede door de verzwakking van andere regelingen wordt de WSNP een laatste vangnet voor veel mensen met zeer uiteenlopende problemen. Er is een duidelijke toename van het aantal gevallen dat wordt toegelaten tot de WSNP. Bovendien neemt het aantal probleemgevallen, waarbij het uitvalsrisico veel hoger ligt, toe. Steeds meer gevallen betreffen mensen met bijv. een psychiatrische achtergrond of verslavingsproblemen. Deze mensen buiten de WSNP houden heeft geen zin, zij belanden dan op straat en moeten op andere wijze worden geholpen. Daarnaast slepen zij veelal anderen, bijv. hun gezinsleden, mee in de situatie. De beleving is voorts aanwezig dat de kans groot is dat aanvragen, die in eerste instantie door de rechtbank zijn afgewezen, alsnog door het Hof worden toegelaten. Het kost de rechtbanken en bewindvoerders steeds meer moeite om sanieten uit te leggen waar het om draait en wat bijv. de rechten en plichten zijn. Hier speelt in toenemende mate een taalbarrière, doordat een groeiende groep sanieten onvoldoende de Nederlandse taal beheerst. Toename van de werkdruk voor bewindvoerders De verwachte afname van de instroom van het aantal zaken naarmate de WSNP langer in werking zou zijn, is uitgebleven. Daarnaast lijken de dossiers steeds complexer te worden. Tegelijkertijd zijn de eerste trajecten afgerond. Doordat de werkzaamheden van de bewindvoerder zich voornamelijk aan het begin en het einde van een traject concentreren, is de werkdruk aanzienlijk toegenomen. Het aantal bewindvoerders is hierbij nauwelijks toegenomen. Doordat het aantal zaken (caseload) en de complexiteit ervan toeneemt, neemt de druk op de bewindvoerders toe. Sanieten verwachten bovendien meer begeleiding van een bewindvoerder, maar lijken zich tegelijkertijd minder bewust van hun verplichtingen. Beperkte capaciteit De capaciteit voor de uitvoering van de WSNP is beperkt, zowel aan de zijde van de rechtbanken als die van de bewindvoerders. De WSNP is hierdoor een schaars goed dat zorgvuldig moet worden ingezet. Op dit moment is de capaciteit van de rechtbanken en de bewindvoerders redelijk op elkaar afgestemd, van een ruime capaciteit is echter zeker geen Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 4 of 4
Definitief, 7-5-2004
sprake. Er is sprake van een (beperkte) wachtlijst van mensen die een aanvraag voor toelating hebben gedaan. Beperkte keuze aan bewindvoerders De rechtbanken hebben weinig middelen om in te grijpen wanneer een bewindvoerder zijn taken niet goed uitvoert. Het aantal bewindvoerders is beperkt en zij worden voor drie jaar aangewezen. Dit beperkt de bewegingsruimte van de rechtbank om problemen met een bewindvoerdersorganisatie aan te pakken. In het verleden zijn bij gebrek aan capaciteit advocatenkantoren aangeschreven om WSNP-zaken aan te nemen. Gezien de financiering hebben deze in het algemeen weinig interesse in WSNP-zaken, anders dan uit oogpunt van goodwill. Eisen van de rechtbanken zijn zeer verschillend Er is een gebrek aan uniformiteit m.b.t. de eisen die de 19 rechtbanken hebben rondom de uitvoering van de WSNP. Iedere rechtbank heeft een eigen interpretatie van de WSNP en eigen procedures. Dit uit zich bijv. in verschillen in inhoud, frequentie en termijnen van de voortgangs- en overige rapportages, de grenzen van de volmacht van de bewindvoerders, de financiële vergoeding en zelfs de opgelegde saneringsperiode (bijv. Rechtbank Zwolle). Het aantal zaken en de werkdruk van de rechtbank lijkt hierbij, uit noodzaak, bepalend voor de zwaarte van de eisen: een rechtbank met een hoge werkdruk vraagt minder frequente en minder uitgebreide rapportages en geeft een meer uitgebreide volmacht aan de bewindvoerders. De verschillen in eisen van de rechtbanken maken het voor de bewindvoerders moeilijker om voor meerdere rechtbanken sanieten te begeleiden. De communicatie en werkzaamheden moeten zijn aangepast op de betreffende rechtbank, waardoor het werk minder efficiënt kan worden uitgevoerd. Daarnaast betekent het dat voor de ene groep sanieten meer werkzaamheden moeten worden verricht dan voor andere groep. In combinatie met bijv. de variatie in de duur van de opgelegde saneringsperiode en het verschillend omgaan met de druk op het verkrijgen van werk door de saniet, leidt dit tot rechtsongelijkheid. Verschillen in de uitvoering van de wet moeilijk te voorkomen Het blijkt zeer moeilijk om eenheid in de uitvoering van de WSNP te verkrijgen. Richtlijnen van de Recofa zijn niet bindend en worden niet (altijd) door alle partijen overgenomen. De rechtbanken stellen zich hierbij op het formele standpunt van de onafhankelijkheid van de rechtspraak. De Recofa heeft het initiatief genomen enkele algemene werkwijzen / richtlijnen op te stellen voor de WSNP (momenteel moeten deze verder worden uitgewerkt) en probeert deze zoveel mogelijk in het overleg tussen de sectorvoorzitters Civiel en het overleg tussen de rechtbankpresidenten te effectueren. Vergoeding bewindvoerder nauwelijks toereikend: afweging kwantiteit en kwaliteit De financiering van de bewindvoerders wordt als zeer beperkt bestempeld. Organisaties met gemeentelijke subsidies (bijv. GKB’s) hebben soms wat meer ‘lucht’. De Kredietbank Utrecht (KBU) is bijv. door extra financiële middelen vanuit de gemeente in staat de sanieten op een meer intensieve wijze te begeleiden. Met de gemeente zijn afspraken gemaakt om iedere saniet aan te melden bij de maatschappelijke dienstverlening, voor budgetbeheer en urgentie (indien er sprake is van huisvestingsproblemen). Door een beperkte caseload van ca. 110 zaken kan de bewindvoerder een betere begeleiding bieden. Hierdoor kan bijvoorbeeld de postblokkade voor de gehele duur van de WSNP in stand worden gehouden. Uiteindelijk kan de KBU een goede kwaliteit bewindvoering bieden en heeft het minder sanieten die tussentijds uit het traject vallen. Een zeer goed werkende interne organisatie van een bewindvoerderorganisatie is cruciaal voor het commercieel kunnen uitvoeren van de WSNP. De spanning tussen kwaliteit en vergoeding is dagelijkse realiteit in de uitvoering van de WSNP. De vergoeding voor de
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 5 of 5
Definitief, 7-5-2004
bewindvoerders stelt beperkingen aan de hoeveelheid tijd die aan een zaak kan worden besteed. Het takenpakket van de bewindvoerders is zeer uitgebreid en de kennis en vaardigheden waarover men moet beschikken zeer divers. Gevolg hiervan is dat, om efficiënt en kostendekkend te kunnen werken, bewindvoerders keuzes maken in de uitvoering van hun taken. In vele gevallen wordt een (te) grote caseload (voorraad zaken) aangehouden om voldoende inkomsten te kunnen genereren. De praktisch beschikbare tijd per zaak wordt hiermee verder geminimaliseerd. Sommige organisaties kiezen er bijv. voor het huisbezoek achterwege te laten, andere stoppen de postblokkade op een eerder tijdstip of voeren deze marginaal uit, de telefonische bereikbaarheid wordt teruggebracht en soms kan de begeleiding die door een saniet wordt gevraagd niet worden geboden. De zwaarte en variatie van de eisen van de rechtbanken en de complexiteit van de dossiers spelen hierbij een belangrijke rol. Wat betreft de financiering spelen daarnaast de volgende aspecten: - In sommige gevallen kan door de bewindvoerder een deel van de vergoeding, het boedelsalaris, niet worden geïnd, bijv. als een zaak tussentijds wordt beëindigd door het achterwege blijven van een boedelafdracht door de saniet. De bewindvoerder heeft dan werk verricht, zonder ergens een betaling af te kunnen dwingen; - De postblokkade wordt niet altijd na 15 maande beëindigd. In deze gevallen is echter niet voorzien in een extra vergoeding voor de bewindvoerder. De bewindvoerder heeft dus een financieel belang bij het zo snel mogelijk beëindigen van de postblokkade; - Kosten van beroepsprocedures door bewindvoerders komen niet voor vergoeding in aanmerking; - De subsidie voor bewindvoerders wordt voor drie jaar vooruit vastgesteld. Tussentijds geldt er geen indexering. Financiële en organisatorische problemen bewindvoerders Afgelopen jaren bleek dat een aantal bewindvoerderorganisaties in verschillende arrondissementen met financiële problemen te kampen had (bijv. Nuova). Of dit werd veroorzaakt door enkel de beperkte vergoeding of door een slechte organisatie van de desbetreffende bewindvoerderorganisaties is niet altijd goed na te gaan. Soms bleek de organisatorische inrichting, met name de financiële huishouding, niet in orde. De Raad voor Rechtsbijstand heeft hierbij ingegrepen en een tijdelijke beheerder voor de lopende zaken aangesteld. Vooral kleinere commerciële organisaties geven aan te willen stoppen met bewindvoering omdat zij het financieel niet kunnen volhouden. Een organisatie moet feitelijk onderdeel zijn van een grotere organisatie (drukken vaste kosten) of additionele bronnen van inkomen hebben (gemeente) om de WSNP budgetneutraal te kunnen uitvoeren. Sommige kleine organisaties (met ca. 1-3 medewerkers) kunnen het juist relatief goed redden door een beperkte overhead (zelfstandig, lage huurkosten). Commerciële bureaus kunnen enkel de bewindvoering ‘beperkt+’ aanbieden (minimaal de wettelijk noodzakelijke taken en doorverwijzing naar hulpverlenende instanties). Rechtbanken ontvangen soms signalen dat niet alles goed loopt, bijv. late of onvolledige rapportages. De omvang en zwaarte van de problematiek is echter moeilijk te bepalen. Om de problemen in bepaalde situaties (op voorhand) te verlichten is in een aantal gevallen besloten tot bijv. een extra vergoeding per afgeronde zaak of het versoepelen van activiteiten, zoals bijv. de verificatievergaderingen. WSNP wordt steeds meer administratiefabriek, een goede automatisering ontbreekt echter De werkzaamheden van bewindvoerdersorganisaties krijgen steeds meer een administratief karakter i.p.v. de bedoelde toezichthoudende en begeleidende rol van de bewindvoerder. De benodigde automatisering is er echter niet, danwel schiet deze tekort. Een voorbeeld is de afwezigheid van electronische gegevensuitwisseling met rechtbanken.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 6 of 6
Definitief, 7-5-2004
3. Aandacht voor kwaliteit in de keten Op verschillende plaatsen in de keten wordt aandacht geschonken aan de kwaliteit van de bewindvoering. Dit betreft m.n. de rechtbanken, de bewindvoerdersorganisaties zelf en de Raad voor Rechtsbijstand, Bureau WSNP (RvR). Vanuit de rechtbank Door het toezicht op de uitvoering van de WSNP voeren rechtbanken feitelijk al toezicht uit op de bewindvoerders. Wanneer rapportages, verificatievergaderingen e.d. niet correct verlopen, vinden gesprekken tussen bewindvoerder en rechtbank plaats. Daarna verbetert veelal de situatie. Wanneer dit veelvuldig voorkomt, zal de rechtbank de bewindvoerder uiteindelijk niet meer benoemen. De sanctie van het niet langer benoemen van een bewindvoerder of zelfs het ontslaan van een bewindvoerder van lopende zaken wordt nauwelijks uitgevoerd. Hiervoor geldt tevens dat momenteel het aantal beschikbare bewindvoerders te laag is (beperkte keuze). De vraag is bovendien welke uitwisseling van gegevens over bewindvoerders tussen rechtbanken onderling en met de RvR gewenst zou zijn. Rechtbanken geven aan hier momenteel erg terughoudend in te (willen) zijn. Behalve de inhoud van de uitvoering van de WSNP, controleren sommige rechtbanken ook de bedrijfseconomische gezondheid van de betrokken bewindvoerderorganisaties, bijv. door het opvragen van jaarstukken en jaarlijkse gesprekken met de leiding van de betreffende bewindvoerdersorganisatie. Vanuit de bewindvoerderorganisaties Binnen bewindvoerderorganisaties wordt op zeer verschillende wijze met kwaliteit omgegaan. Sommige organisaties hebben heldere interne afspraken, hebben duidelijke, uniforme bedrijfsprocessen gedefinieerd en beschreven, bij andere ontbreekt dit volledig. Dit geldt ook ten aanzien van het gebruik van automatisering voor de ondersteuning van het bewindvoeringsproces. De verschillen in eisen en procedures van de rechtbanken bemoeilijken het ontwikkelen van (uniforme) kwaliteitscriteria voor de WSNP-keten. Het aantal huisbezoeken, rapportages, de optimale caseload en verhouding tussen bewindvoerders en ondersteuning is in belangrijke mate afhankelijk van de eisen die een bepaalde rechtbank aan de bewindvoering stelt. De kwaliteit van de uitvoering van het bewindvoeringsproces kan duidelijk worden verbeterd door een uniformering van de eisen van de rechtbanken. Wanneer de rechtbanken (via de Recofa) een (overwegend) uniform eisenpakket zouden ontwikkelen, kunnen de bewindvoerders hun proces hierop afstemmen, standaardiseren en optimaliseren. De hoogte van de vergoeding aan de bewindvoerder kan dan opnieuw onderzocht en afgestemd worden. Vervolgens kunnen verdere normen voor de kwaliteitscriteria worden ontwikkeld. Hoewel de rechtbanken (en de Recofa) een belangrijke taak te vervullen hebben, is het uitdrukkelijk aan te bevelen dat bewindvoerders, vanuit hun ervaring met de dagelijkse uitvoering, meedenken en –doen bij de ontwikkeling van een uniform, praktisch en uitvoerbaar eisenpakket m.b.t. de kwaliteit. Immers, ook bewindvoerders hebben een eigen verantwoordelijkheid bij het uitvoeren van hun taken en de inrichting van de organisatie. Een systeem van collegiale toetsing en kennisdeling zou bij kunnen dragen aan een verhoging van de kwaliteit van de uitvoering. Elke organisatie zou hierbij een vorm van een kwaliteitssysteem moeten hebben, waarin een aantal (basis)afspraken is gemaakt omtrent het functioneren van de organisatie. Wat in het kader van kwaliteit en overleg echter ontbreekt, is een goed werkend landelijk platform voor bewindvoerders, dat als vertegenwoordiger van bewindvoerders en als gesprekspartner voor de Recofa en RvR zou kunnen optreden. Tot nu toe zijn de pogingen een soortgelijk landelijk platform op te richten, nog niet succesvol gebleken. Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 7 of 7
Definitief, 7-5-2004
Vanuit de RvR De Raad voor Rechtsbijstand, Bureau WSNP heeft een duidelijk gedefinieerde rol in het toezicht op de kwaliteit van bewindvoerders en bewindvoerdersorganisaties. Door de RvR vindt momenteel al een verplichte toelatingstoets plaats voor bewindvoerders en bewindvoerdersorganisaties. Beide moeten aan bepaalde (kwaliteits)eisen voldoen. Een toetsing nadat een bewindvoerder danwel bewindvoerdersorganisatie in het register is opgenomen, ontbreekt echter. Deze toets zou in eerste instantie al periodiek kunnen worden uitgevoerd op ingeschreven bewindvoerders danwel bewindvoerdersorganisaties. De RvR zou bijv. al steekproefsgewijs bewindvoerdersorganisaties kunnen onderzoeken en aan de uitkomst van een audit een bepaalde prikkel koppelen. In algemene zin heeft de RvR de volgende taken m.b.t. de WSNP: - Selecteren van bewindvoerdersorganisaties; - Opleiden van beoogde bewindvoerders WSNP; - Inschrijven van bewindvoerders in - en het beheren van - het register voor bewindvoerders WSNP alsmede het beschikbaar stellen ervan aan o.a. rechtbanken; - Coördinatie van de automatisering waarmee het bedrijfsproces wordt ondersteund; - Betalen van bewindvoerderssubsidies aan benoemde WSNP-bewindvoerders; - Ontwikkelen en uitvoeren van richtlijnen voor de vergoeding van ondersteuningssubsidies aan bewindvoerders WSNP; - Verzamelen en bewerken van gegevens over de wettelijke schuldsaneringsregeling; - Participeren in en initiëren van onderzoek en evaluatie; - Initiëren van overleg tussen de verschillende bij het stelsel betrokken organisaties; - Ontwikkelen van beleidsinitiatieven; - Ondersteunen (helpdesk) van betrokkenen uit de keten; - Algemene voorlichting over de WSNP (folders, nieuwsbrieven e.d.).
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 8 of 8
Definitief, 7-5-2004
4. Kwaliteitseisen aan de WSNP INK-model en bewindvoering Om het streven naar kwaliteit in de keten van de WSNP verder vorm te geven, is gekeken naar de kwaliteitseisen die aan de keten en aan het proces van de keten kunnen worden gesteld. Bij de totstandkoming hiervan is (mede) gebruik gemaakt van het INK-model (Instituut Nederlandse Kwaliteit). Dit INK-model is reeds in een eerder stadium, tijdens een workshop van de Commissie Monitoring WSNP, toegepast. In dit onderzoek zijn de uitkomsten van de betreffende workshop als input gebruikt en is het INK-model met name als kapstok en als denkmodel toegepast om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk en zoveel mogelijk ketenbrede kwaliteitsaspecten kunnen worden meegenomen in de inventarisatie. De bijdrage van het INK-model is namelijk dat vanuit een breed perspectief, een vijftal organisatiegebieden en een viertal resultaatgebieden, gekeken kan worden naar een organisatie. De vijf organisatiegebieden, die betrekking hebben op de manier waarop de organisatie is ingericht, betreffen: - Leiderschap; - Medewerkers; - Strategie en beleid; - Middelen; - Processen. In de vier zgn. resultaatgebieden wordt gemeten wat de werkzaamheden van de organisatie hebben opgeleverd. Het betreft de volgende: - Waardering door medewerkers - Waardering door klanten en toeleveranciers - Waardering door de maatschappij - Eindresultaten Vertaald naar de WSNP-keten ziet het bovenstaande er als volgt uit: Waardering Waardering door door bewindvoerder bewindvoerder
Personeel Personeel en en personeels personeels mgt mgt
Leiderschap Leiderschap in in de de organisatie organisatie
Strategie Strategie en en beleid beleid van van de de organisatie organisatie
Management Management van van het het proces proces van van bewindvoering bewindvoering (zaaksniveau) (zaaksniveau)
∗(RvR Den Bosch)
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
EindEindresultaten resultaten bewindvoering bewindvoering
Waardering Waardering ketenpartners ketenpartners
Omvang Omvang en en inzet inzet Middelen Middelen
Sturende en coördinerende organisatie
Waardering Waardering door door sanieten sanieten en en crediteurs crediteurs
Bewindvoeringsproces
Page 9 of 9
Waardering door actoren in proces
Resultaten van het BV-proces
Definitief, 7-5-2004
Vanuit de opzet van dit onderzoek, het zoeken naar kwaliteitsaspecten voor de bewindvoering, is gefocust op de organisatiegebieden. Bij de totstandkoming hiervan is teruggeredeneerd vanuit de resultaatgebieden (doelstellingen), oftewel: Wat moet een goed bewindvoeringsproces uiteindelijk opleveren, hoe kunnen we zien of we dit gehaald hebben en wat moeten we ervoor doen en laten? De doelstelling (eindresultaat) van de WSNP, uiteindelijk hetgeen waar de WSNP voor wordt uitgevoerd, is te vinden in de wet en is als volgt te formuleren: Het bieden van extra perspectief op een schuldenvrije toekomst aan burgers met financiële problemen. In het kort komt dit neer op: ’duurzame schuldsanering en een schone lei’. Als kwaliteitseis voor het eindresultaat kan vervolgens het volgende gesteld worden: - Het percentage sanieten dat een schone lei haalt (positieve beëindiging WSNP, incl. succesvol afgerond tussentijds afgesloten minnelijk akkoord) is minimaal 80; - Het percentage sanieten dat uitvalt (negatieve beëindiging WSNP) is maximaal 20. Naast de doelstelling voor de WSNP als geheel, hebben de verschillende actoren ook zo hun (sub)doelstellingen: - Rechtbanken: toepassen van de WSNP door middel van het toelaten van sanieten in de regeling, de vaststelling van de hoogste van het aflossingsbedrag / vrij te laten bedrag (VTLB) en de duur van de regeling en de controle op de correcte uitvoering door de bewindvoerder; - Management bewindvoerdersorganisatie: uitvoering geven aan de bewindvoerderstaken op een efficiënte bedrijfseconomische manier, waarbij de vergoeding minimaal dekkend is voor de gemaakte kosten; - Bewindvoerders: uitvoeren van de WSNP waarbij voldaan wordt aan de eisen van de wet en de desbetreffende rechtbank, er geen nieuwe schulden ontstaan en de saniet voldoende geadviseerd wordt over – en wordt doorverwezen naar - hulpverlenende instanties om duurzame schuldsanering te kunnen bewerkstelligen (taakopvatting ‘beperkt+). Een belangrijke kanttekening die ten aanzien van de doelstelling van de WSNP moet worden gemaakt is dat het vaak niet reëel blijkt te zijn om te verwachten dat het gedrag dat de schulden heeft veroorzaakt na toelating tot de WSNP opeens verandert. De rol ‘beperkt +’ van de bewindvoerder blijkt in de praktijk onvoldoende te zijn om de complexe gevallen te begeleiden. Extra financiële steun vanuit bijv. de gemeente kan ervoor zorgen dat de oorspronkelijke doelstelling van de WSNP kan worden bereikt. De meerderheid van de actoren is van mening dat de kwaliteit van de uitvoering op een hoger niveau dan ‘beperkt+’ zou moeten liggen om de WSNP meer succesvol te maken. De WSNP zou niet alleen een oplossing mogen bieden voor diegenen die bij voorbaat aan alle voorwaarden voldoen om succesvol een WSNP-traject te doorlopen. De beperkte financiering en capaciteit aan de kant van rechtbanken en bewindvoerdersorganisaties maakt het maken van de huidige keuzes echter noodzakelijk. Om het bewindvoeringsproces adequaat te laten verlopen, dient met een aantal randvoorwaarden rekening te worden gehouden. In de volgende paragrafen zijn de belangrijkste factoren vermeld die enerzijds te maken hebben met de interne organisatie en functioneren van bewindvoerdersorganisaties en bewindvoerders en anderzijds het functioneren van de gehele keten. Wat betreft de eisen, heeft het zowel te maken met eisen op procesniveau, als ook met eisen aan de activiteiten door actoren op zaaksniveau.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 10 of 10
Definitief, 7-5-2004
Kwaliteitsaspecten voor bewindvoerders en bewindvoerdersorganisaties Uniformiteit in eigen organisatie Wanneer een organisatie op een uniforme manier werkt, heeft dat verschillende voordelen: het wiel hoeft niet steeds opnieuw te worden uitgevonden, het takenpakket is helder en bewindvoerders kunnen elkaars zaken eenvoudiger overnemen bij afwezigheid. Belangrijk zijn in elk geval: - Uniforme werkprocessen (incl. standaardbrieven, standaarddossiers e.d.); - Goede en totale administratie en dossiervorming: helder beschreven processen, archivering, documentatie, dossiervorming; - Nagaan naleving binnen eigen organisatie: periodieke interne toetsing en periodieke externe toetsing (door RvR). Goede ondersteuning bewindvoerder Bewindvoerders moeten bij vooral de administratieve uitvoering van hun taak (bijv. de sanietenadministratie, postblokkade) ondersteund worden. Enerzijds zal er voldoende kwantitatieve en anderzijds voldoende kwalitatieve ondersteuning beschikbaar moeten zijn. De verhouding tussen het aantal bewindvoerders en ondersteunende krachten zal verschil kunnen vertonen, evenals de onderlinge verdeling van taken. De volgende (kwaliteits)eisen kunnen aan de ondersteuning worden gesteld: - Verhouding bewindvoerders en ondersteuning: minimaal 1 ondersteuner op 2 bewindvoerders; - Delegatie door bewindvoerder van niet-vakinhoudelijke (administratieve) taken; - Kwaliteit ondersteuning op minimaal MBO werk-/denkniveau. Om de kwaliteit op de langere termijn te verbeteren, is het wenselijk een opleiding tot ‘assistent bewindvoerder’ te ontwikkelen en deze, conform de eisen aan bewindvoerders, aan te bieden aan ondersteunend medewerkers. Uiteindelijk zou dit ook kunnen leiden tot een mogelijke doorstroom naar het bewindvoerdersvak. Een juiste caseload per bewindvoerder Om voldoende inhoudelijke aandacht aan de zaken te kunnen besteden, is een juiste caseload essentieel: voldoende zaken (boedels: echtpaar in gemeenschap van goederen is 1 zaak) om de kosten te kunnen dekken, niet te veel om voldoende tijd per zaak te kunnen besteden. Een aanvaardbare caseload voor een ervaren bewindvoerder ligt momenteel tussen de 150 en 180 zaken (bij fulltime), bij voorkeur gelijk verdeeld over drie startjaren. Een en ander is wel afhankelijk van bijv. de kwaliteit en kwantiteit van de ondersteuning van de bewindvoerder. Een caseload van meer dan 200 zaken (bij fulltime) is onwenselijk, aangezien dan het overzicht over de zaken verloren kan gaan. Het bovenstaande vertaalt zich in de volgende norm: De maximale caseload per fulltime (min. 36uur) bewindvoerder is: - Bij minder dan de gestelde administratieve ondersteuning: 130; - Bij voldoende administratieve ondersteuning (cf. vereisten): 180; - Bij meer dan de gestelde administratieve ondersteuning: 200. Geschiktheid van de bewindvoerder Bewindvoerders moeten aan een aantal eisen voldoen. Allereerst moeten ze voldoen aan de nu gestelde minimumeisen van de RvR. Wat betreft de eigenschappen, zijn de volgende eigenschappen de belangrijkste: - Opleidings-, kennis- en functioneringsniveau: minimaal HBO; - Basisopleiding bewindvoerder met goed gevolg afgesloten; - Sociale vaardigheden: o zakelijke houding, niet te sociaal (gegeven de huidige financiering en hoeveelheid zaken: toezicht en doorverwijzen / beperkt+); o stressbestendig; o toezichthouder, terriër, doortastend; o communicatief sterk (voor verschillende doelgroepen).
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 11 of 11
Definitief, 7-5-2004
-
-
Achter de keuzes van de wet staan; Gedisciplineerd en planmatig denken en werken: o tijdig inplannen van de werkzaamheden/ logistiek voor de verschillende trajecten (incl. planningstool); o administratieve kennis, dossierkennis, vakkennis, overzicht; o kennis van basis indicatiestelling; o inzicht in maatschappelijk veld, hulpverlening: kunnen doorverwijzen; o afspraken nakomen. Continue opleiding en ontwikkeling: o minimaal 1 keer per jaar verplichte (nu OSR-)bijscholing; o openstaan voor vernieuwing, verbetering; Integriteit: jaarlijks overleggen bewijs van goed gedrag.
Gebruik van automatisering Goede toepassing van ICT-ondersteuning / electronische gegevensuitwisseling kan bijdragen aan het verbeteren van de efficiëntie en kwaliteit van de uitvoering. De voornaamste onderdelen betreffen: - Opus D / Pro of soortgelijk automatiseringspakket: helpt een bewindvoerderorganisatie bij een efficiënte uitvoering van de taken; - Gebruik e-mail, mede in de correspondentie met de rechtbank; - Goed werkend planning- en rappelsysteem en daadwerkelijke toepassing ervan; - Goed en betrouwbaar gegevensbeheer (informatie en administratie), mede conform de vereisten van de Registratiekamer; - Gebruik internet-bankieren voor de financiële boedeladministratie en het on-line beschikbaar stellen ervan aan de rechtbank. Tijdigheid en nauwgezetheid: Aangezien in een WSNP-traject meerdere partijen betrokken zijn, de voornaamste zijn de rechtbank / RC en de bewindvoerder, is het essentieel de afspraken tijdig en nauwgezet na te komen, daar een andere partij er anders veel hinder van ondervindt. Belangrijke elementen zijn: - Nauwgezet uitvoeren van de postblokkade: minimaal 15 maanden; - Nauwgezet uitvoeren huisbezoek: minimaal eenmaal bij de start, daarna minimaal als het traject niet correct verloopt; - Tijdige, volledige en toegankelijke rapportages en correspondentie conform eisen van de rechtbank. Minimaal 90% van de rapportages en correspondentie voldoet aan deze vereiste; - Tijdig signaleren en optreden wanneer zaken niet goed gaan, zodat er geen verrassingen voor de rechtbank optreden (o.a. boedelafdracht, arbeidsinspanning) en er geen onnodige vertraging wordt veroorzaakt: o Het percentage zaken dat conform de vastgestelde procedure is afgerond (uniformiteits- en consistentie-eis en strak zaaksmanagement) is minimaal 80; o Het percentage zaken dat niet binnen de vastgestelde termijnen (doorlooptijden) is afgerond is maximaal 20. Continuïteit van de bewindvoerdersorganisatie Het is van groot belang om, gezien de ruime caseload, een buffer in te bouwen voor ziekte, vakantie e.d. en goede interne en externe afspraken te maken voor bijv. het overnemen van zaken bij afwezigheid of vertrek van een bewindvoerder. Continuïteit houdt hiermee in: - Voldoende interne capaciteit / omvang organisatie om piekbelasting, achterstanden en vervanging bij ziekte, vakantie e.d. op te vangen. Het minimum aantal bewindvoerders per organisatie is 3; - Goede externe afspraken voor onverwachte / grote druk beschikbaar; - Gezond bedrijfseconomisch beleid: o jaarlijkse planning en begroting en afstemming hierover met rechtbank en RvR;
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 12 of 12
Definitief, 7-5-2004
beleid uitgewerkt inzake kwaliteitsbeheersing (procesbeheersing, personeelsbeleid, e.d.); o minimaal beschikken over afgesproken managementinformatie in termen van financiën, productie en kwaliteitskader; o een doelmatige inzet van budget en middelen. Bewindvoerders blijven verantwoordelijk voor de behandeling en afhandeling van zaken door ervoor zorg te dragen dat zij voldoende op de hoogte zijn van onderhanden zaken (1 aanspreekpunt voor rechtbank). o
-
In het kader van de continuïteit en de kwaliteit geven sommige bewindvoerdersorganisaties aan te willen toegaan naar een systeem van tevoren afgesproken aantallen af te nemen zaken. Gegarandeerde aantallen zijn echter in het licht van een open mededinging lastig te realiseren. Meer kansrijk is een systeem met meer transparantie in caseload, beschikbare capaciteit en gedegen kwaliteitsborging. Momenteel wordt er al wel bij de erkenning van bewindvoerders en bewindvoerdersorganisaties rekening gehouden met de balans tussen vraag en aanbod. Bereikbaarheid van de bewindvoerder, vervanging Zowel voor de sanieten als voor de rechtbank en andere belanghebbenden moet een bewindvoerder goed bereikbaar zijn. Voor verschillende groepen houdt dit in: - Voor saniet: minimaal 2 uur per werkdag bereikbaar (bijv. telefonisch spreekuur), uiterlijk de eerstvolgende werkdag wordt in voorkomende gevallen teruggebeld; - Voor rechtbank, voor crediteuren en instanties is de bewindvoerder tijdens kantoortijden bereikbaar. In voorkomende gevallen wordt uiterlijk de eerstvolgende werkdag teruggebeld; - Indien de bewindvoerder zelf afwezig is, is vervanging aanwezig. Goed personeelsbeleid Het bewindvoeringsproces is grotendeels mensenwerk. Een bewindvoerdersorganisatie dient derhalve zorg te dragen voor continuïteit en ontwikkeling m.b.t. de werknemers: - Goede, heldere interne afspraken; - Goede werksfeer, voldoen aan wettelijke vereisten; - Goede ondersteuning en administratie; - Reële caseload, afgestemd op de ervaring, arbeidsduur en ondersteuning van de bewindvoerder (zie ook maximale caseload); - Adequate monitoring en beoordeling van medewerkers, waaronder het periodiek meekijken / meelopen in trajecten: elke bewindvoerder wordt minimaal 1 keer per jaar intern beoordeeld (incl. medebeoordelen in een WSNP-zaak); - Periodiek werkoverleg / contact door de organisatieleiding met de rechtbank(en) waarvoor de bewindvoerder werkzaamheden uitvoert (minimaal 2 keer per jaar); - Periodieke meting van personeelstevredenheid (minimaal 1 keer per 2 jaar); - Effectieve opvolging van interne en externe klachten; - Helder opleidings- en ontwikkelingsbeleid voor medewerkers. Op de langere termijn zal een goede bedrijfsvoering en goed personeelsbeleid te meten zijn door de volgende indicatoren: - Het percentage bewindvoerders dat van mening is dat zij voldoende als regisseur / bewaker van het bewindvoeringsproces kan optreden is minimaal 90; - Het verlooppercentage (percentage bewindvoerders dat gemiddeld per jaar uit dienst treedt als percentage van het aantal zittende bewindvoerders) van bewindvoerders is maximaal 10; - Het verlooppercentage van ondersteunende medewerkers is maximaal 20; - Het percentage bewindvoerders dat tevreden is over het takenpakket, de organisatie en arbeidsvoorwaarden (‘aantrekkelijkheid van het beroep en de werkgever’) is minimaal 75.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 13 of 13
Definitief, 7-5-2004
Goede communicatie Gezien de menselijke factor is in het bewindsproces effectieve communicatie onontbeerlijk. Elementen zijn: - Goed overleg met de belangrijkste schuldeisers, gemeente en sociale dienst; - Goede contacten en samenwerking met rechtbank / RC: minimaal 2x per jaar is er overleg tussen de bewindvoerder(sorganisatie) en de rechtbank (onderling vertrouwen en samenwerking); - Heldere en duidelijke communicatie richting sanieten over rechten en plichten; - Goed contact met en correcte bejegening van sanieten: de bewindvoerder dient minimaal 2 keer per jaar persoonlijk contact te hebben met de saniet (ten minste bij elke rapportage) en minimaal eenmaal de saniet thuis te bezoeken; - Het (kunnen) doorverwijzen naar het maatschappelijk veld en budgetbeheer; - Het uitvoeren van een effectieve klachtenafhandeling. Effectief klachtenmanagement De bewindvoerdersorganisatie dient door een goed functioneren zoveel mogelijk klachten te voorkomen. Mochten deze klachten zich voordoen, dienen deze op een professionele wijze afgehandeld te worden. Hiervoor is het wenselijk dat elke organisatie, afgezien van de wettelijke klachtenprocedure, op voorhand een klachtenprocedure heeft geëffectueerd. In termen van ‘waardering door klanten en toeleveranciers’ en ‘waardering door de maatschappij’ dient het te leiden tot het volgende: - Het percentage sanieten of crediteuren dat een klacht over de bewindvoering / het bewindvoeringsproces bij de RC indient is maximaal 5; - Het percentage bij de RC ingediende klachten over de bewindvoering dat gegrond wordt verklaard is maximaal 5; - Het percentage RC’s / rechtbanken dat klachten heeft over het bewindvoeringsproces is maximaal 5; - Het percentage crediteuren dat aangeeft vertrouwen te hebben in de uitvoering van het bewindvoeringsproces is minimaal 80; - Het percentage sanieten dat aangeeft vertrouwen te hebben in de uitvoering van het bewindvoeringsproces is minimaal 95.
Kwaliteitsaspecten voor de WSNP-keten Goed uitgevoerd minnelijk traject. Het minnelijke traject moet correct zijn uitgevoerd en goed op het wettelijke traject aansluiten. Dit houdt in elk geval in: - Meer en betere opvang in het minnelijke traject en andere regelingen om toetreding tot de WSNP te verminderen; - Het stellen van kwaliteitseisen aan het minnelijke traject. Momenteel zijn er alleen binnen de NVVK kwaliteitsafspraken gemaakt, deze of soortgelijke afspraken dienen in een breed verband aanwezig te zijn; - De mogelijkheid voor dwangakkoorden in minnelijke trajecten beter benutten door rechtbanken en toetsing hierop bij de toelating tot de WSNP; - Een goede informatievoorziening, overdracht van stukken en juiste berekeningen vanuit het minnelijke traject naar het wettelijke traject: - In het wettelijke traject altijd alsnog beoordelen mogelijkheid minnelijke oplossing: aan de hand van de beschikbare informatie dient de bewindvoerder altijd de mogelijkheden na te gaan om alsnog tot een minnelijke oplossing te komen. Kwaliteit van de filtering bij toelating van sanieten tot de WSNP De kwaliteit van de filtering bepaalt in sterke mate de slaagkans van een WSNP-traject. Door de rechtbank dient een adequate filtering te worden uitgevoerd conform de wettelijke vereisten. Belangrijke elementen t.b.v. de filtering zijn: - Een heldere selectie aan de poort van de WSNP;
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 14 of 14
Definitief, 7-5-2004
-
Het strak hanteren van de toelatingseisen (filter op 285-verklaring) voor de WSNP door rechtbanken en gerechtshoven (in beroep gaan bij Hof momenteel veelal succesvol); Een stringente toetsing van de kwaliteit van het minnelijke traject door de rechtbank; Het monitoren van de instroom: aantal en zwaarte zaken; Het stellen van duidelijke verwachtingen bij de saniet door de rechtbank: o waarschuwen voor de gevolgen van nieuwe schulden; o z.s.m. vastleggen afspraken in saneringsplan.
Zwaarte WSNP-traject: op maat gesneden en stringente benadering van saniet Hoewel door betrokkenen wordt aangegeven dat de huidige financiering als beperkt wordt ervaren, wordt een goede kwaliteit van het WSNP-traject zeer belangrijk geacht. Zeker als e.e.a. wordt gerelateerd aan de doelstelling van de WSNP, namelijk ‘een schone lei en duurzame schuldsanering’. Als deze doelstelling echt moet worden nagestreefd, zou de WSNP een zwaarder karakter dienen te krijgen: - M.n. het begintraject van de WSNP moet zwaarder worden ingezet (vollediger en minder vrijblijvend); - Integrale aanpak van het schuldsaneringtraject, waarbij de betrokkenheid cq. kennisoverdracht van ketenpartners uit de vorige trajecten gewaarborgd is; - Saniet moet daadwerkelijk begeleid worden, bijv. door (verplicht) budgetbeheer, cursussen, maatschappelijke hulpverlening: meer integrale schuldsanering; - Verwijzingsmogelijkheden / stok achter de deur: o mogelijkheden voor het inschakelen en monitoren van bijv. maatschappelijke hulp en budgetbeheer; o saneringsplan met afspraken met saniet vooraf in vonnis zetten. - Hogere (kwaliteits)eisen aan bewindvoering (meer dan beperkt+); - Postblokkade tot einde WSNP; - Frequenter uitvoeren huisbezoek (momenteel feitelijk 1 keer per traject); - Adequaat optreden bij niet naleven afspraken; - Geen verkorting van de doorlooptijd door capaciteitsproblemen. Communicatie en kennisuitwisseling in de keten De belangrijkste communicatie-aspecten in de WSNP-keten zijn: - Minnelijke en wettelijke schuldhulpverlening: doorgeven van informatie; - Rechtbank en bewindvoerder(sorganisatie): geregeld overleg; - Sanieten: duidelijkheid in rechten en plichten, heldere verwachtingen en consequenties; - Crediteuren: o.a. aanschrijven bekende crediteuren bij afloop van een traject om eventuele nieuw ontstane schulden te traceren; - Tussen de rechtbank, bewindvoerders (en RvR en Recofa) en tussen bewindvoerders onderling moet er sprake zijn van geregelde uitwisseling van kennis en ervaringen; - Tussen bewindvoerdersorganisaties, rechtbanken en RvR moet een uitwisseling plaatsvinden van de minimaal af te spreken managementinformatie in termen van financiën, productie en kwaliteitskader. Postblokkade De enige controlemiddelen van de bewindvoerder zijn de postblokkade en het huisbezoek. De kosten van huisbezoek en postblokkade zijn wel relatief hoog. Om te helpen zorgen dat de saniet de gemaakte afspraken nakomt, dient de postblokkade gedurende de gehele termijn van de WSNP te worden gehandhaafd. Het absolute minimum betreft een postblokkade van 15 maanden en het gedurende de hele WSNP volgen van de bankafschriften. Aantal bewindvoerders in arrondissement. In algemene zin is het bevorderend voor de kwaliteit om een voldoende aantal bewindvoerders te hebben in een arrondissement. Dit werkt in elk geval bevorderend voor de doorlooptijden en wachttijden. Rechtbanken zullen in
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 15 of 15
Definitief, 7-5-2004
situaties van voldoende aanbod eerder kijken naar de kwaliteit van de werkzaamheden en eerder overgaan tot het niet benoemen van bewindvoerders als de kwaliteit langere tijd onvoldoende is gebleken. Per arrondissement dient door de rechtbank een planning te worden gemaakt van het verwachte aantal zaken en het benodigde aantal bewindvoerders hiervoor. De rechtbank dient goed inzicht te hebben in de beschikbare caseload van bewindvoerders. De wachttijd voor nieuwe zaken dient maximaal 6 weken te zijn. Opzet en inhoud (bij)scholing De huidige cursussen voor bewindvoerders voldoen onvoldoende aan de behoefte van bewindvoerders. Gekeken moet worden naar: - Wensen van bewindvoerders (aanpassen cursus aan doelgroep); - Inhoudelijke bijscholing: voorlichting over nieuwe wetgeving, delen van kennis tussen bewindvoerders en een landelijke standaardisering van werkwijzen; - Invoering van een puntensysteem conform de advocatuur. Bij een heroverweging van de opzet van de opleidingen, zal tevens een heroverweging moeten plaatsvinden van de financiering ervan. Momenteel betreft het verplichte cursussen, betaald door de RvR. Als met een meer vraagafhankelijk systeem zal worden gewerkt, is het redelijk een deel van het cursusgeld door te belasten aan de betreffende bewindvoerdersorganisatie.
Om de uitvoering van de WSNP en met name de administratieve aspecten een kwaliteitsimpuls te geven, is het zinvol voor de RvR om naast de bewindvoerdersopleiding ook een opleiding ‘assistent bewindvoerder’ te (laten) ontwikkelen. Dit kan bijdragen aan een kwaliteitsverbetering van de ondersteuning van bewindvoerders en op langere termijn wellicht leiden tot doorstroom naar het bewindvoerdersvak. Automatisering en electronische gegevensuitwisseling In de keten dient meer en beter gebruik te worden gemaakt van automatisering en electronische gegevensuitwisseling t.b.v. het ondersteunen van de bedrijfsprocessen. Mogelijkheden zijn de planning en sanietenbeheer, het electronisch verzenden van verslagen en het electronisch inkijken door de RC / rechtbank in de boedelrekening (ebanking). Kwaliteitsmonitoring Om de kwaliteitsaspecten te meten en bij te kunnen sturen en om meer transparantie te krijgen, moet een systeem van kwaliteitsmonitoring aanwezig te zijn. Dit geldt zowel voor de gehele keten, als ook intern binnen organisaties: - (Bewindvoerders)organisaties moeten toetsbaar intern aan kwaliteitsbeheer doen en zelf de naleving van afspraken en prestaties controleren; - Door de RvR of een externe instantie moet monitoring van de kwaliteitsafspraken plaatsvinden. Audits / benchmarks vinden minimaal 1 keer per twee jaar plaats voor elke bewindvoerdersorganisatie. Uitkomsten van audits dienen gekoppeld te worden aan zowel positieve als negatieve prikkels; - In het geval er een vertegenwoordigende organisatie ontstaat voor bewindvoerders, zou deze organisatie een stelsel van zelftoetsing / collegiale toetsing kunnen invoeren. Het resultaat ervan zou bijv. tot een keurmerk kunnen leiden; - Momenteel vindt er geen formele uitwisseling van informatie m.b.t. het functioneren van bewindvoerders plaats tussen de rechtbanken onderling en tussen de rechtbanken en de RvR. De situatie is nu denkbaar dat een bepaalde rechtbank een disfunctionerende bewindvoerder niet meer benoemt en dat een andere rechtbank hier niet van op de hoogte is en de betreffende bewindvoerder zonder nadere afstemming benoemt. Om het kwaliteitssysteem goed te laten werken, dient dit aspect (uitwisseling van kwaliteitsbeoordelingen t.b.v. het register van bewindvoerders) nader te worden uitgewerkt; - Om de kwaliteitsmonitoring compleet te maken, dienen ook de processen binnen de rechtbanken en de RvR onderwerp van periodieke toetsing te zijn.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 16 of 16
Definitief, 7-5-2004
Uniformering van de eisen van de rechtbank Vergaande uniformering van de werkwijze van rechtbanken en de eisen die door rechtbanken worden gesteld aan het bewindvoeringsproces kunnen zorgen voor een toename van de duidelijkheid voor de bewindvoerder. Door uniformering kan de efficiëntie en kwaliteit van de uitvoering toenemen. Elementen die m.b.t. de uniformering het meest in het oog springen zijn: - De duur en zwaarte van de WSNP (incl. de eisen aan de saniet); - De eisen aan bewindvoerders en het proces, zoals te gebruiken documenten, vereisten aan de inhoud en frequentie van rapportages. Een uniforme handleiding en standaarddocumenten (bijv. standaardverslag) vanuit de rechtbanken zullen hier een belangrijke bijdrage aan kunnen leveren. Uniforme standaardwerkzaamheden bewindvoerder Mede in het licht van de gewenste uniformering van de eisen t.a.v. het bewindvoeringsproces, is het wenselijk helder te maken welke werkzaamheden behoren bij het ‘standaardpakket’ van de bewindvoerderswerkzaamheden (waar een standaard vergoeding tegenover staat) en welke werkzaamheden ‘extra’ zijn en waar dan een ‘extra’ vergoeding tegenover staat. Deze helderheid is van belang voor de juiste (ook bedrijfseconomische) afweging van ‘wat moet ik doen voor het geld’, de vraag ‘kunnen we het aanbieden voor dit bedrag’ en daarmee uiteindelijk voor de verbetering van de kwaliteit van het bewindsproces. Financiering van de keten Financiering van de bewindvoerder dient afgestemd te zijn op het traject. De huidige financiering levert een ‘minimumpakket’ op. Kwaliteit kost echter tijd en daarmee geld. De vraag is of de huidige balans de juiste is. M.b.t. de financiering spelen de volgende aspecten: - Verbeteren financiering van WSNP-zaken; - Veranderen moment van financiering door het meer over de tijd te verdelen. M.n. voor commerciële organisaties is de oude systematiek lastig. Hierbij werd een klein deel voorgefinancierd, de rest volgde achteraf. Per oktober 2003 is de financieringsverdeling aangepast: 50% vooruit, 25% halverwege, 25% aan het einde; - Vastleggen wie de hulpverlening en budgetbeheer van de saniet financiert, dit verschilt per arrondissement en gemeente. Wordt dit uit de boedel gefinancierd, door de gemeente of een andere partij. Medewerking van de saniet De saniet heeft een onmiskenbare rol bij het wel of niet slagen van een WSNP-traject. Het betreft aspecten van de ‘saneringsbereidheid’ zoals: - Tijdig en volledig leveren van gevraagde danwel relevante informatie aan de bewindvoerder; - Tijdig voldoen van de boedelafdracht; - Niet maken van nieuwe schulden; - Nakomen van de overige verplichtingen.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 17 of 17
Definitief, 7-5-2004
5. ‘Best practice’-proces WSNP De ‘black box’ van de WSNP voor de bewindvoerder betreft het proces van benoeming door de rechtbank tot bewindvoerder tot het beëindigen van de WSNP door de rechtbank en decharge voor de bewindvoerder (‘van benoeming tot archief’). In de ‘best practice’ zijn op hoofdlijnen de belangrijkste stappen in het bewindvoeringsproces geschetst, met daarbij de meest relevante kenmerken voor het proces. Onderstaand is dit proces schematisch weergegeven. Voortraject
Aanmelding, benoeming, publicatie vonnis
Onderzoek voortraject, regelen primaire voorzieningen
Huisbezoek
1e voortgangsverslag
Beheerfase: 2e t/m 4e voortgangsverslag
5e voortgangsverslag, verificatievergadering
Eindzitting
Slotuitdelingslijst
Uitbetalen
Rekening en Verantwoording, 6e voortgangsverslag
Beschikking goedgekeurde R&V
Archivering
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 18 of 18
Definitief, 7-5-2004
Voortraject In het voortraject tot de toelating tot de WSNP dient de saniet het minnelijke traject te hebben doorlopen. Alleen indien dit minnelijke traject (herhaaldelijk) niet succesvol heeft kunnen zijn, is toelating tot het wettelijke traject mogelijk. De saniet dient bij de instantie in zijn / haar woonplaats, die zich bezighoudt met schuldhulpverlening (veelal sociale dienst of GKB), een schuldsaneringsverklaring (‘285-verklaring’) aan te vragen. De schuldsaneringsverklaring en verzoekschrift aan de rechtbank (binnen 2 weken na het mislukken van het minnelijke traject) zijn nodig voor toelating tot de WSNP. De rechtbank toetst binnen 8 weken na indiening van het verzoekschrift ter zitting of is voldaan aan de voorwaarden voor toelating tot de WSNP (o.a. minimaal twee pogingen gedaan in het minnelijke traject, geen fraude in het spel en saniet voldoende kansrijk voor het kunnen behalen van de ‘schone lei’). 1. Aanmelding, benoeming, publicatie vonnis Indien de saniet door de rechtbank wordt toegelaten tot de WSNP, benoemt de rechtbank een bewindvoerder en een RC (Rechter-commissaris). De bewindvoerder beheert de boedel van de saniet en ziet toe op het handelen van de saniet tijdens het traject. De RC houdt, mede aan de hand van de verslagen van de bewindvoerder, toezicht op het handelen van zowel de saniet als de bewindvoerder. De bewindvoerder wordt bij voorkeur meteen telefonisch op de hoogte gesteld van de benoeming. In elk geval wordt de uitspraak gepubliceerd (Staatscourant, lokaal dagblad, Landelijk Register Schuldsaneringen en Rechtspraak.NL) en ontvangt de bewindvoerder de benoemingsverklaring en de gegevens van de saniet. Bij voorkeur wordt door de rechtbank ter zitting een ontwerp saneringsplan vastgesteld (indien aanwezig). In dit (ontwerp) saneringsplan staat behalve de looptijd van de schuldsanering ook een aantal relevante afspraken met de saniet vastgelegd, zoals bijv. de verplichting om betaald werk te zoeken of een budgetcursus te volgen. Bij de benoeming houdt de rechtbank er rekening mee dat alleen bewindvoerders uit het register bewindvoerders van de Raad voor Rechtsbijstand, Bureau WSNP worden benoemd en met de benoembaarheid / caseload van de betreffende bewindvoerder (hiervoor dient de rechtbank goed inzicht te hebben in de caseload van de bewindvoerders). Het wordt uit oogpunt van verantwoordelijkheid niet wenselijk geacht, zoals nu soms de praktijk is, dat i.p.v. een bewindvoerder een bewindvoerdersorganisatie wordt benoemd. In algemene zin geldt voor het hele WSNP-traject dat het essentieel is om binnen een bewindvoerdersorganisatie voldoende gebruik te maken van administratieve ondersteuning teneinde een goede snelheid, kwaliteit, caseload en financiële gezondheid te kunnen realiseren. 2. Onderzoek voortraject, regelen primaire voorzieningen (1e maand na benoeming) In deze fase vinden de volgende (al dan niet administratieve) activiteiten plaats: - Plannen van het huisbezoek, contact met de saniet: de saniet wordt geacht direct na benoeming van de bewindvoerder (binnen 1 werkdag) contact op te nemen met deze om een afspraak te maken voor het huisbezoek. Indien dit niet tijdig (binnen 1 werkdag) is gebeurd, neemt de bewindvoerder contact op met de saniet. Tijdens dit contact worden de gegevens gecontroleerd en wordt een afspraak gemaakt voor het huisbezoek. De saniet krijgt (zo mogelijk) voor het huisbezoek informatie over de WSNP toegestuurd; - Uitvoeren eerste maatregelen: beslagen, ontruimingen (verhuurders), afsluitingen (nutsbedrijven) e.d. worden opgeheven;
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 19 of 19
Definitief, 7-5-2004
-
-
-
-
-
-
Dossieronderzoek minnelijk traject: de bewindvoerder bekijkt aan de hand van de beschikbare informatie van het minnelijke traject hoe deze is uitgevoerd. Indien nodig wordt verdere informatie opgevraagd bij de instelling die het minnelijke traject heeft begeleid. In sommige gevallen betreft het een ander onderdeel van de bewindvoerdersorganisatie; Beoordelen mogelijkheid minnelijke oplossing: aan de hand van de beschikbare informatie dient de bewindvoerder altijd de mogelijkheden na te gaan om alsnog tot een minnelijke oplossing te komen; Opzetten van het dossier: van elke saniet en bijbehorende crediteur(en) dient een uniform dossier te worden opgezet, zowel op papier als electronisch (bij voorkeur Opus D / Pro); Inregelen van de postblokkade en doorvoeren adreswijzigingen: door de rechtbank wordt in overleg met de RC en bewindvoerder de postblokkade ingesteld. Deze duurt in principe tot het einde van de WSNP. Indien wenselijk geacht, kan de bewindvoerder na 12 maanden een verzoek doen aan de rechtbank om de postblokkade (al dan niet gedeeltelijk) op te heffen. Met de banken wordt een adreswijziging afgesproken. Gedurende de hele duur van de WSNP worden de rekeningoverzichten door de bewindvoerder ontvangen om zodoende deze minimale financiële controle te kunnen waarborgen; Aanschrijven van de crediteuren: op basis van o.a. de schuldsaneringsverklaring en het vonnis van de rechtbank worden de alsdan bekende crediteuren aangeschreven; Aanschrijven financiers, deblokkeren rekeningen: banken, financiële instellingen e.d. worden aangeschreven t.b.v saldo-opgave, opheffen van eventuele beslagen en deblokkeren van de rekeningen. Indien van toepassing worden overtollige rekeningen opgeheven; Openen boedelrekening: t.b.v. de stortingen door de saniet wordt een boedelrekening geopend (in bepaalde gevallen door de rechtbank). In het algemeen heeft het de voorkeur om de stortingen op de boedelrekening automatisch te laten plaatsvinden (automatische overschrijving of incasso); Uitvoeren RDW-check: de bewindvoerder controleert bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) of de saniet motorvoertuigen op zijn / haar naam heeft staan; Aanvragen subsidie & bewindvoerderssalaris: o bij de RvR wordt aan de hand van het Subsidiebesluit Bewindvoerders de WSNP-subsidie aangevraagd; o door de rechtbank in kwestie is het bewindvoerderssalaris (indien van toepassing inclusief een toeslag) vastgesteld. Dit salaris dient inclusief de boedelafdracht maandelijks door de saniet op de boedelrekening te worden gestort t.b.v. incassering door de bewindvoerder. Voorbereiden van het huisbezoek: de bewindvoerder bestudeert voor het huisbezoek het sanietendossier.
3. Huisbezoek (binnen 2 weken na benoeming) Tijdens het huisbezoek (binnen 2 weken na de benoeming) schouwt de bewindvoerder de situatie van de saniet. Dit betreft o.a. de financiële situatie, de arbeidssituatie en de woonsituatie (aantal bewoners, eventueel samenwonen). Mede aan de hand van een checklist huisbezoek worden de volgende activiteiten uitgevoerd: - Toelichten van de voorwaarden WSNP en tekenen door saniet: de bewindvoerder legt de saniet de voorwaarden, rechten en plichten van de WSNP uit. De saniet dient te tekenen voor het ontvangen en toegelicht hebben gekregen van deze voorwaarden; - Nagaan historie schulden: de bewindvoerder gaat zo goed mogelijk na hoe de schulden zijn ontstaan. Aan de hand van deze informatie kan de bewindvoerder de saniet bijv. doorverwijzen of bepaalde afspraken in het ontwerp saneringsplan opnemen. Dit ter voorkoming van het ontstaan van nieuwe schulden; - Vaststellen van het vermogen en VTLB: aan de hand van rekeningoverzichten, de schouw en de toelichting door de saniet wordt het vermogen van de saniet zo volledig
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 20 of 20
Definitief, 7-5-2004
-
-
-
mogelijk vastgesteld en door de saniet ondertekend (art.94, vermogensverklaring saniet). Aan de hand hiervan en het rekenmodel van de Recofa kan het vrij te laten bedrag (VTLB) worden berekend; Opstellen van de boedellijst: aan de hand van de schouw en de toelichting door de saniet wordt de boedellijst opgesteld. Aan de hand van de boedellijst bepaalt de bewindvoerder welke roerende danwel onroerende zaken ‘overtollig’ zijn. De bewindvoerder zal de RC om akkoord vragen om deze zaken te mogen verkopen; Opstellen van het ontwerp saneringsplan: voor zoverre het niet al bij de toelating van de saniet tot de WSNP door de rechtbank is vastgesteld, wordt z.s.m. een ontwerp saneringsplan opgesteld. Hierin wordt o.a. een aantal verplichtingen van de saniet opgenomen, zoals bijv. het vinden van betaald werk of het volgen van een budgetcursus. Het heeft de voorkeur dat dit plan zo snel mogelijk, al dan niet pro forma (bij voorkeur ruim voor de verificatievergadering) door de rechtbank wordt vastgesteld / bekrachtigd; Nagaan hoeveel maanden draagkracht in het minnelijke traject eventueel al is gespaard. De bewindvoerder kan de rechtbank adviseren deze tijd in mindering te brengen op de voorgenomen doorlooptijd van de WSNP.
4. 1e voortgangsverslag (1 maand na benoeming) Na het huisbezoek wordt het eerste verslag aan de rechtbank voorbereid. In het eerste verslag wordt minimaal ingegaan op: - De actielijst: welke zaken moeten door wie worden gedaan; - De boedellijst en het voorstel tot verkoop overmatige boedel; - De eventueel in het minnelijke traject opgebouwde aantal maanden draagkracht. Dit aantal kan in mindering worden gebracht op de looptijd van de WSNP; - De berekende draagkracht en het VTLB aan de hand van het Recofa rekenmodel; - De crediteurenlijst: welke schulden en schuldeisers zijn bekend; - Het ontwerp saneringsplan (zie 1). 5. Beheerfase (2e t/m 4e voortgangsverslag) Na het eerste verslag aan de rechtbank komt de ‘beheerfase’. Daar waar in de beginfase veel (eenmalige) werkzaamheden moeten worden verricht om een goed beeld te krijgen van de situatie van de saniet en om een aantal trajecten op te starten, wordt in deze fase de saniet ‘beheerd’ d.m.v.: - Regelmatige checks / controles (o.a. postblokkade) en periodieke overleggen tussen bewindvoerder en saniet (minimaal voor elke rapportage) t.b.v. het monitoren van: o de tijdigheid en volledigheid boedelbetalingen; o het nakomen van de verplichtingen door de saniet; o het ontstaan van nieuwe schulden; o het ontdekken van niet opgegeven schulden en bezittingen. - Periodieke verslagen aan de rechtbank en overleg tussen bewindvoerder en RC (het 2e, 3e en 4e verslag): o in het 2e verslag wordt in elk geval opgenomen: financiële status / schulden / aflossingsmogelijkheden saniet; looptijd WSNP; werkmogelijkheden en arbeidsinspanning; stand van zaken verplichtingen (o.a. boedelbetalingen); eventuele bijzonderheden (bijv. nieuwe schulden); bijgewerkte lijst van crediteuren; nog te nemen acties uit 1e verslag; de (on)mogelijkheid van een minnelijk akkoord. o in het 3e en 4e verslag wordt ingegaan op de stand van zaken (bijv. boedelbetalingen) en eventuele bijzonderheden.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 21 of 21
Definitief, 7-5-2004
6. 5e voortgangsverslag en verificatievergadering (uiterlijk 3 maanden voor einde WSNP) In het voorlaatste (5e) voortgangsverslag geeft de bewindvoerder aan in hoeverre de saniet aan de verplichtingen heeft voldaan. De volgende activiteiten vinden in dit kader plaats, waarbij de volgende stukken t.b.v. het 5e voortgangsverslag worden opgesteld: - Advies Beëindiging Schuldsanering (ABS): de bewindvoerder stelt een advies op m.b.t. het al dan niet positief (schone lei) beëindigen van de WSNP; - Concept rekening en verantwoording: de bewindvoerder stelt de concept R&V op. Hierin staan alle inkomsten en uitgaven m.b.t. de saniet en de boedel; - Saneringsplan: voor zoverre het saneringsplan nog niet was vastgesteld, heeft de bewindvoerder een voorgesprek met de saniet, die het saneringsplan dient te ondertekenen. Uiterlijk 3 maanden voor de eindzitting (soms al na het tweede verslag) vindt de verificatievergadering plaats. Deze vindt in principe alleen plaats als er een minimumboedel te verdelen valt. In het kader van de verificatievergadering vinden de volgende activiteiten plaats: - Oproepen crediteuren, melding verificatievergadering: de crediteuren worden opgeroepen voor de verificatievergadering; - Vaststellen crediteuren: tijdens de verificatievergadering wordt de definitieve lijst van crediteuren vastgesteld. Crediteuren worden in de gelegenheid gesteld hun standpunt kenbaar te maken; - Nagaan of akkoord mogelijk: de bewindvoerder gaat na of een akkoord met de crediteuren alsnog mogelijk is; - Vaststellen saneringsplan: tijdens de verificatievergadering wordt het saneringsplan (voor zoverre nog niet al vastgesteld) vastgesteld. Het saneringsplan wordt 8 dagen na de zitting d.m.v. het proces-verbaal van zitting vastgesteld; - Opstellen proces-verbaal van zitting: door de rechtbank wordt het PV van zitting opgesteld. Binnen 8-14 dagen na de zitting wordt dan het saneringsplan door de rechtbank vastgesteld. Na vaststelling van het saneringsplan hebben crediteuren 8 dagen voor beroep. Beroep is alleen mogelijk als de crediteur tijdens de verificatievergadering vertegenwoordigd is geweest. 7. Eindzitting (laatste maand WSNP) Mede afhankelijk van de gemaakte afspraken tijdens de verificatievergadering vindt er, al dan niet pro forma, een eindzitting plaats. Voor de eindzitting worden de bekende crediteuren aangeschreven. Tijdens de eindzitting wordt de saniet gehoord en kan de bewindvoerder nog een toelichting geven. In de praktijk hechten de sanieten veel waarde aan een dergelijke officiële eindzitting. Bij vonnis van de eindzitting wordt het volgende vastgesteld: - Het (definitieve) salaris en vergoeding van reiskosten van de bewindvoerder; - De hoogte van de publicatiekosten. Deze varieert momenteel sterk per rechtbank. Soms wordt deze vastgesteld op het overgebleven bedrag van de boedel. Het wordt aanbevolen hier vaste bedragen of percentages voor vast te laten stellen door de Recofa; - Al dan niet een schone lei voor de saniet; - Concept slotuitdelingslijst: verwachte bedrag boedel en percentuele verdeling over de crediteuren. Na de eindzitting dient het volgende te gebeuren: - Opheffen van de postblokkade (voor zoverre dit nog niet was gebeurd); - Stoppen van de controle op de saniet; - Melden van de beëindiging bij de werkgever / uitkeringsinstantie van de saniet; - Melden van de beëindiging bij de bank van de saniet, de Belastingdienst (en eventuele andere instanties) i.v.m. de routing van rekeningoverzichten e.d.; - Opheffen van de boedelrekening (na de slotuitdeling).
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 22 of 22
Definitief, 7-5-2004
8. Slotuitdelingslijst De slotuitdelingslijst conform de wettelijke eisen (hoogte schulden, % uitkeerbaar, boedelbedrag, preferente en concurrente schuldeisers) is uit Opus Pro te maken. De concept slotuitdelingslijst dient bij de rechtbank te worden gedeponeerd, waar het 10 dagen ter inzage ligt. Door de crediteuren is verzet hiertegen mogelijk. 9. Uitbetalen Nadat de slotuitdelingslijst definitief is geworden, kan worden overgegaan tot slotuitdeling: - De bewindvoerder dient bij de rechtbank te controleren of er verzet is; - De bewindvoerder dient eventuele nagekomen baten te controleren (erfenissen e.d.); - Met de rechtbank moeten er afspraken worden gemaakt over afronding en minimumbedragen voor uitbetaling en hoe te handelen bij overgebleven gelden op de boedelrekening. 10. Rekening & Verantwoording, 6e voortgangsverslag/financieel eindverslag Na de slotuitdeling en sluiting van de boedelrekening wordt door de bewindvoerder de definitieve R&V opgesteld (6e en laatste voortgangsverslag). Vergezeld van de relevante bankafschriften (in elk geval de eerste en de laatste met de nulstand) en de toelichting wordt deze naar de rechtbank gestuurd. 11. Beschikking dat R&V is goedgekeurd Daadwerkelijke afronding voor de bewindvoerder is er met het ontvangen van de beschikking van de rechtbank dat de R&V is goedgekeurd. Hiermee is het betreffende WSNP-traject beëindigd. 12. Archiveren Na beëindiging van de WSNP dient de bewindvoerder een overzichtelijke administratie te archiveren en deze minimaal 7 jaar te bewaren. Beëindiging WSNP Een WSNP-traject kan op verschillende wijzen worden beëindigd: - Er kan tussentijds alsnog een regeling met de crediteuren worden getroffen. Met akkoord van de rechtbank eindigt dan de wettelijke schuldsanering; - Als de saniet zich aan de afspraken heeft gehouden, wordt aan het einde van de WSNP de ‘schone lei’ verstrekt door de rechtbank. De eventueel aanwezige restschulden worden dan omgezet in natuurlijke verbintenissen en zijn niet meer wettelijk afdwingbaar; - Als de saniet zich niet / onvoldoende aan de afspraken houdt, wordt de WSNP beëindigd door de rechtbank en wordt het van rechtswege omgezet in een faillissement; - In bepaalde gevallen wordt, als de saniet zich niet voldoende aan de afspraken heeft gehouden danwel onvoldoende boedel bij elkaar heeft gebracht, de WSNP beëindigd na de wettelijke termijn zonder echter een schone lei te verschaffen. Op deze wijze valt aan de schuldeisers meer geld te verdelen dan bij een faillissement (de boedelafdracht vervalt dan in het faillissement en de kosten van de curator slokken dan veelal het beschikbare boedelbedrag op). Indien de WSNP tussentijds wordt beëindigd geldt het volgende: - De bewindvoerder heeft, afgezien van grove schendingen van de afspraken, de saniet schriftelijk gewaarschuwd, met afschrift aan de RC;
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 23 of 23
Definitief, 7-5-2004
-
Indien dit onvoldoende tot resultaat heeft geleid, adviseert de bewindvoerder aan de RC en rechtbank (in verslag of apart advies) om de WSNP te beëindigen voor de betreffende saniet; De RC hoort de saniet, eventueel direct de rechtbank; De rechtbank hoort de saniet (soms direct de rechtbank); Bij vonnis van de rechtbank wordt de WSNP beëindigd en van rechtswege omgezet in een faillissement; De rechtbank benoemt een curator (in bepaalde gevallen de bewindvoerder). De bewindvoerder legt R&V af aan de curator; Als de bewindvoerder de saniet heeft voorgedragen voor beëindiging, dient direct een verificatievergadering te worden belegd en R&V te worden afgelegd.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 24 of 24
Definitief, 7-5-2004
6. Conclusies De WSNP is een regeling die volop in de schijnwerpers staat. Door de economische ontwikkelingen is de toestroom van sanieten sterk toegenomen. Zowel rechtbanken als bewindvoerdersorganisaties hebben te maken met de toegenomen druk. Naast de kwantiteit van de instroom, de caseload, speelt een aantal andere factoren waardoor organisaties onder druk worden gezet. Hierbij kan worden gedacht aan de complexiteit, de financiering, de afwezigheid van uniforme eisen en aanpak en de interne organisatie van bewindvoerders, die niet altijd bestand blijkt tegen zoveel druk. Om binnen dit kader te kunnen komen tot een kwaliteitsverbetering, zal veel inzet moeten worden gepleegd door en in de organisaties in de WSNP-keten. Uiteindelijk is wel de verwachting dat het zijn vruchten zal kunnen afwerpen. Samen met een aantal betrokkenen uit de keten van de WSNP is uitgebreid gediscussieerd over wat de belangrijkste elementen zijn. Geaggregeerd draait het om: - De kwaliteit en uniformiteit van de interne organisatie en het bedrijfseconomische beleid; - De kwaliteit van het personeels- en opleidingsbeleid; - De kwaliteit van de individuele bewindvoerder; - De kwaliteit van het minnelijke traject en de toelatingstoets tot de WSNP; - De eisen die door de rechtbanken worden gesteld en de mate van uniformiteit hierin; - De kwaliteit van de communicatie intern en extern; - De financieringsmethodiek van de bewindvoering; - De medewerking en inzet van de saniet; - De mate waarin een kwaliteitssysteem wordt gehanteerd en prestaties daadwerkelijk worden gemonitord. Wat betreft het kwaliteitssysteem, is in eerste instantie een rol weggelegd voor de organisaties zelf. Eerst moet intern een aantal zaken worden geregeld. Vervolgens is er ook een rol voor de RvR voor het extern (laten) monitoren van hetgeen binnen de bewindvoerdersorganisaties plaatsvindt. Om dit succesvol te kunnen maken, is de informatievoorziening met de rechtbanken essentieel. De rechtbanken, feitelijk een van de klanten van bewindvoerders, zullen in een soort klantwaarderingsonderzoek hun oordeel moeten geven. Om de slaagkans van deze monitoring verder te vergroten, zal ook gekeken moeten worden naar een vorm van collegiale toetsing, zonder dat het binnen de keten een bijsmaak van afrekeninstrument krijgt. Bij een succesvolle oprichting van een landelijk platform, kan tevens aan een vorm van kwaliteitskeurmerk worden gedacht. Hoewel het lastig is om overal kwantitatieve criteria en normen voor vast te stellen, kan er wel reeds een begin gemaakt met de monitoring door de RvR. In eerste instantie kan worden getoetst worden op dezelfde eisen als bepaald voor toelating van bewindvoerders en bewindvoerdersorganisaties. Vervolgens kan de toetsing worden uitgebreid met kwaliteitseisen, zoals in deze rapportage opgenomen. Hierbij hoeft ook niet meteen gewerkt te worden met negatieve sancties (tenzij er duidelijke misstanden zijn), maar veeleer met prikkels om te zorgen dat de kwaliteitsverbetering snel door de organisaties wordt opgepakt. Voor een kwaliteitsverbetering in de keten is niet alleen inspanning door de ketenpartners een noodzakelijke actie. Kwaliteit heeft ook te maken met de beschikbare tijd en daarmee de beschikbare financiering. Gezien de huidige financiële mogelijkheden is de taakopvatting van de bewindvoerders ‘beperkt+’. Gezien de instroom en de complexiteit ervan zijn de meeste betrokkenen echter van mening dat de taakopvatting breder zou moeten zijn om de doelstelling van de WSNP, ’duurzame schuldsanering en een schone lei’, daadwerkelijk te kunnen realiseren. Frequenter huisbezoek en een langere postblokkade zouden hier bijv. aan kunnen bijdragen. Tijd is echter geld.
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Page 25 of 25
Definitief, 7-5-2004
Bijlage: deelnemers aan onderzoek G.E. Blaakman T.Brinks M.H. Caeyers B.J. Engberts G.A.M. van de Grint E.J. van Gruythuyzen C. Haane J.H.M. von den Hoff A.T. el Haddad-Volker C.C. Hattink J.W. Kleiboer G. Kroon-Boogerd G. de Laat J. Oldenbroek I.P. van Rossen A.C. Schroten H.D. van Striep J. Tingen
Kwaliteit in bewindvoering WSNP
Bureau voor Rechtshulp Zuid-Holland Zuid / Dordrecht Centrum voor Sociale Innovatie (CSI) OBIN BV Rechtbank Arnhem Raad voor Rechtsbijstand Den Bosch / Bureau WSNP Rechtbank Rotterdam Bewindvoering WSNP Zuid-Oost Nederland Raad voor Rechtsbijstand Den Bosch / Bureau WSNP Sociaal. NL / Stichting Humanitas WSNP Kredietbank Utrecht Stadsbank Apeldoorn Stadsbank Haarlem Stadsbank Arnhem Kredietbank Friesland Modus Vivendi BV Rechtbank Utrecht GKB Nijmegen / Albers Duighuisen en Van Striep Stadsbank Assen
Page 26 of 26
Definitief, 7-5-2004